Oesters en windturbines

Page 1

4

Oesters en windturbines

Bij toeval raakte windpark Gemini betrokken bij het experiment om oesterbanken te her­­intro­du­ceren in de Noord­zee. De oester­populatie is in de loop van de jaren drastisch terug­gelopen. Voor de natuur op zee zijn oesters erg belang­rijk. Zo’n 1000 kg aan platte oesters werd bij twee turbines van Gemini in zee gestort, onder­steund door testkooien. De eerste resultaten lijken veelbelovend; de oesters zijn gegroeid, zien er glanzend uit en er zijn al eitjes gevonden. Wat kunnen windparken op zee voor oesters en daarmee voor het ecosysteem betekenen?

WINDNIEUWS - NR.4 2018


O

esters zijn belangrijk voor een rijk ecosysteem op zee. Ze eten algen en dat zorgt voor helderder water. Boven­ dien zijn de door oesters gevormde oesterbanken van groot belang voor een gezond (biodivers) onderwaterleven. Allerlei onderwaterdieren vinden rond de oesterbanken schuil- en paaiplekken, denk aan garnalen en vissen als schol of kabeljauw. Deze dieren trekken op hun beurt haaien, bruinvissen, roggen en zeehonden aan. De oesterbanken bieden verder een harde ondergrond – substraat- voor koraal en anemoon. Oesterbanken kwamen vroeger heel veel voor in de Noordzee, maar verdwenen door allerlei oorzaken, vooral door overbevissing, maar daarnaast door vervuiling, ongunstige temperaturen en ziektes. Deze schelpdierbanken keren niet vanzelf terug. Het resultaat is een zeebodem zonder hard substraat, een soort onderwaterwoestijn waar weinig leven te vinden is. Het Wereldnatuurfonds startte in 2016 samen met ARK natuurontwikkeling, Wageningen Marine Research, Bureau Waardenburg en Sas Consultancy, een project om oesters op diverse plekken in de Noordzee terug te brengen. En dan gaat het vooral om de oesterbanken; de riffen die ze vormen. Doel van het project is in zicht te krijgen in de succesfactoren voor herstel en om de introductie van platte oesterbanken

Oesters en mosselen Beide soorten zijn schelpdieren, maar waar platte oesters op dieptes tot zo’n 30 meter kunnen leven, zijn mosselen beperkt tot hoogstens 2 meter waterdiepte. Beide soorten leven in grote groepen bij elkaar, waardoor de voor het ecosysteem zo belangrijke riffen ontstaan. Bij de experimenten wordt gebruik gemaakt van Noorse platte oesters omdat dat oesters zonder ziektes zijn, in tegenstelling tot de oesters die nog in en rond de Zeeuwse wateren voorkomen.

5 een snelle start te geven. Het project begon met proeven om mosselen en oesters voor de kust van de Zuid-Hollandse eilanden te herintroduceren.

Borkumse Stenen Historische kaarten tonen aan dat overal in de Noordzee oesterbanken lagen maar dat met name het noordelijke deel zeer oesterrijk is geweest. Volgens oester­ enthousiasteling Jan Groot toont de sedimentenatlas uit 1883, die hij onder ogen kreeg via marien bioloog Han Linde­ boom, een enorm oesterbankcomplex van meer dan 20.000 vierkante kilometer boven Schiermonnikoog. Actuele kaarten laten een kale bodem zien, een zandbak. Dit is niet alleen een probleem van de Noordzee; overal ter wereld worden zeeën leeggevist met enorme sleepnet­ ten die de bodem leegschrapen en daar­ mee de schelpdierbanken vernielen. Het is niet precies bekend hoelang dit proces al gaande is, maar Groot schat zo’n zeventig tot tachtig jaar. Het gebied de Borkumse Stenen, net ten noorden van Schiermonnikoog, is een gebied dat niet heel favoriet is bij vissers, juist vanwege die stenen. Het WNF zag dit gebied als een mooie locatie voor een oesterbankexperiment. De aan­wezige stenen dateren nog van de laatste ijstijd en kunnen prima dienen als substraat voor de oesters. Met de vissers is afgesproken dat ze het gebied geheel met rust laten. De schelpen hebben een harde ondergrond nodig en niet teveel ronddwarrelend zand dat jonge schelpen kan verstikken. Verdeeld over ongeveer een hectare liet WNF daar 6.000 kilo aan Noorse platte oesters (ongeveer 90.000 oesters) storten op de 20 meter diepe bodem. De oesters worden voor een deel ondersteund door 3D-geprinte rifstructuren, zodat ze al een goede ondergrond hebben. Uit onder­zoek blijkt dat de oesters in­middels al larven produceren.

Gemini Offshore windparken kunnen een gun­­ stige invloed op de natuur hebben aan­ ge­­zien het gebieden zijn, in het geval van Gemini twee maal 35 vierkante kilo­­­meter, waar niet gevist mag worden en waar WINDNIEUWS - NR.4 2018


6 de bodem dus met rust gelaten wordt. Op de bodem ligt ter versteviging van de turbinefundaties stortsteen tot een meter boven het zand. Deze steen­hopen vormen mooie schuilplekken voor onderwater­diertjes. Luuk Folkerts van Gemini is verant­woor­ delijk voor de monitoring van de natuur in en rond het windpark. De monitoring richtte zich tot nu toe vooral op vogels, zeehonden, bruin­­vissen en vleermuizen. Door het contact met Jan Groot werd hij enthousiast om het windpark ook te ‘lenen’ voor het experiment met oester­ banken. De oesters zijn daarmee een volgend monitorings­doel voor Gemini geworden. Het onderzoek zal naar verwachting zo’n drie jaar duren. In mei van dit jaar zijn zo’n 15.000 oesters (1000 kg) te water gelaten bij de twee meest zuidoostelijk gelegen turbines van Gemini. Een klein deel is in mandjes aan ijzeren frames geplaatst, totaal zes frames met elk 22 oesters. Deze frames kunnen voor onderzoek makkelijk naar boven gehaald worden. Aan de rand van Buitengaats is de bodem minder diep en bovendien worden die twee turbines jaarlijks onderzocht met de ROV onderwaterrobot, die video-opnames maakt (ROV staat voor Remotely Operated Vehicle, red.). Eind juli is het eerste frame naar boven gehaald voor onderzoek. Het bleek dat alle oesters nog leefden, al flink waren gegroeid en er werden zelfs al eitjes

Een klein deel van de oesters wordt in mandjes aan ijzeren frames geplaatst, zo kunnen ze makkelijk voor onderzoek naar boven gehaald worden.

gevonden. Hoopgevende signalen, maar Folkerts waarschuwt voor te hoge verwach­­tingen: “Ondanks enkele studies is veel nog onbekend en het oester­­experiment is sterk door intuïtie gedreven. Men weet bijvoorbeeld niet precies welke voorwaarden garantie bieden op een levensvatbare populatie oesters. We proberen het dus gewoon zo goed moge­lijk.” Zo is bijvoorbeeld vier kuub aan lege mosselschelpen rond de oesterbank gestort om extra substraat voor de larven toe te voegen. Komende jaren worden waarschijnlijk ook nog meer Noorse oesters toegevoegd om de kansen voor een duurzame herintroductie verder te vergroten.

Vergezicht Volgens Groot is het experiment met de oesterbanken bij windturbines uniek

Borssele V Two Towers BV, een consortium van Van Oord, Investri Offshore en Green Giraffe gaat op de innovatiekavel Borssele V ook proberen oesterbanken te realiseren. Er worden oesters met diverse leeftijden geplaatst op en rond de funderingen. De groei van de oesterbanken zouden moeten bijdragen tot de stabilisering van de zeebodem. Naast het oester-experiment plaatst Two Towers ook een innovatief montage­­systeem tussen de mast en de fundering, zodat de turbines langer mee kunnen gaan en minder onderhoud nodig hebben. Tenslotte wordt een verbeterde coating ter bescherming aangebracht die op termijn onderhoudskosten bespaart.

WINDNIEUWS - NR.4 2018

in de wereld, terwijl het probleem van de verdwenen oesterbanken in veel gebieden speelt. Groot was eerder werk­zaam in de olie- en gasindustrie. Hij hield zich daar bezig met de ontmanteling (decommissioning) van uitgediende platforms. Dat was interessant werk en Groot meende er goed aan te doen om de zee weer in zijn ‘oorspronkelijke’ staat terugbrengen. Totdat hij er door Lindeboom op gewezen werd dat de fundaties juist prachtige schuilplekken bieden en substraat kunnen zijn voor oesters, met andere woorden: dat alles opruimen dus niet altijd beter is. Dat inzicht bracht Groot naar de fundaties van windturbines en het bredere nut dat deze fundaties mogelijk hebben. Als het experiment dat nu bij Gemini uitgevoerd wordt succes boekt, dan ziet hij grote kansen bij alle nieuwe wind­parken die de komende jaren te verwachten zijn. Voor de oesterbanken zouden er dan weer gouden tijden kunnen aanbreken. En daarmee zou de woestijn die de zee­­ bodem nu feitelijk is, weer meer een ‘oerwoud’ kunnen worden met grote bio­diversiteit. Ook voor het financiële plaatje van de windparken zou het voor­ delig kunnen zijn. Vooralsnog moet in de boeken verantwoord worden hoe parken na 20-25 jaar ontmanteld worden. Als geregeld kan worden dat de fundaties gehand­haafd kunnen blijven, dan scheelt dat veel geld en verrijkt dat de diversiteit op zee.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.