Windturbinegeluid en gezondheid

Page 1

4

Wat is de relatie tussen het geluid van wind­turbines en de gezondheid van mensen? Daar is wereldwijd veel onderzoek naar gedaan. Het Zwitserse federale Milieubureau gaf Neder­landse onderzoekers opdracht om een review te doen van alle beschikbare onder­zoeken en informatie. Frits van den Berg, tot voor kort werkzaam bij de GGD van Amsterdam, en Irene van Kamp van het RIVM doken in de informatie. In 2017 verscheen een rapport: ‘Health effects related to wind turbine sound’. Op basis daarvan maakten ze een overzichtsartikel (review) voor een weten­schappelijk tijdschrift. WindNieuws ging daarover met hen in gesprek. DOOR TITIA VAN LEEUWEN EN AD. LITTEL

Windturbinegeluid en gezondheid

Frits van den Berg WINDNIEUWS - NR.5 2018

Irene van Kamp


I

rene van Kamp is epidemioloog en psycholoog en werkt als senior onderzoeker bij de afdeling Milieu en Gezondheid van het RIVM. Zeker 60 procent van haar tijd besteedt ze aan geluid. “Ik word vaak bevraagd over percepties van mensen. Sinds anderhalf jaar nemen de vragen vanuit GGD’s, provincies en gemeenten naar geluids­ effecten van windturbines sterk toe. Sinds kort gaan we ook mee het veld in naar bijeenkomsten ter ondersteuning. Het is belangrijk om als betrokkenen allemaal op eenzelfde niveau, centraal en lokaal, kennis tot je genomen te hebben. We stellen daartoe ook gezamenlijke kennisberichten op met de actuele stand van kennis van geluid van wind­ turbines en gezondheid.” Frits van den Berg is natuurkundige en heeft vanaf 1985 gewerkt bij de weten­ schapswinkel van de Rijksuniversiteit Groningen. Hij heeft daar zo’n 20 jaar onderzoek gedaan, vooral samen met studenten, voor overheden en ten be­ hoeve van maatschappelijke groepen. Met ander woorden: wetenschap voor burgers. “We kregen daar verreweg de meeste vragen over geluid. Op het laatst heb ik daar, onder andere samen met Eja Pedersen uit Zweden, een onder­­zoek gedaan naar de beleving van geluid rond Nederlandse wind­tur­ bines. Die beleving vond ik zelf steeds interessanter worden. In 2007 greep ik de kans aan om bij de GGD in Amster­ dam te gaan werken. Daar ben ik volop bezig gebleven met geluid, ook als landelijke vraagbaak.”

Waarom gaf Zwitserland de reviewopdracht aan u? Van Kamp: “De Zwitserse overheid heeft de laatste jaren erg veel geld gestoken in gezondheidsonderzoek op Europees niveau en bijvoorbeeld ook in richtlijnen van de WHO, de Wereldgezondheidsorganisatie. Daarbij hebben ze veel op geluid ingezet. Daarover zijn dan bijeenkomsten waar je vanuit de verschillende landen als onderzoekers elkaar ontmoet, kennis deelt en kijkt of er nieuwe inzichten zijn. Over windturbinegeluid worden veel reviews gepubliceerd. Deze review geeft de stand van de kennis van dit moment goed weer.”

5 Van den Berg: “In de periode dat wij startten met deze review waren er juist twee grote onderzoeken afgesloten in Canada en Japan. Dat waren belangrijke onderzoeken. Dus het was de moeite waard om een nieuw totaalbeeld te maken en ook aandacht te besteden aan wat de laatste jaren in het publieke debat veel naar voren wordt gebracht. De nieuwe onderzoeken bleken overigens de resultaten van eerdere onderzoeken en reviews consequent te bevestigen, wat natuurlijk ook meer zekerheid geeft.” De onderzoekers hebben alle beschikbare informatie in literatuurdatabases en aanvullende bronnen systematisch doorzocht op peer-gereviewde (collegiaal getoetste) onderzoeken die zijn gepubliceerd van 2009 tot 2017. Voor de periode

tot begin 2015 zijn alleen de reviews opgenomen, terwijl voor de periode tussen januari 2015 en januari 2017 alle aparte relevante publicaties werden gescreend.

Kunt u meer vertellen over de aanpak bij deze review? Van den Berg: “Je kunt onderzoeken bij elkaar stoppen en ze feitelijk zelf met alle data opnieuw doen. We hebben echter voor een verhalend review gekozen. Het ging er bij ons om, begrip te hebben van wat er allemaal gevonden is. En met dat begrip een beeld te schetsen van wat is er aan de hand is. Verhalen van individuen komen in de statistiek niet tot uiting, maar kunnen wel illustreren wat er aan de hand is. Ook geeft het de mogelijkheid te bespreken wat er wel aan de hand kan

Wat voor soorten geluid maakt een windturbine? Achterrand turbulentie: Dat is turbulentie aan de achterrand van het blad en wordt gevormd door hele kleine werveltjes die ontstaan doordat de lucht over blad heen stroomt, instabiel wordt en dan gaat botsen, waardoor geluid wordt geproduceerd. Dit is de belangrijkste bron van windturbinegeluid. Instroom turbulentie: de wervelende, turbulente wind komt aan bij een turbineblad en dat produceert geluid doordat de luchtmoleculen op het blad botsen. Overdag is er de meeste turbulentie. Dit is ook een belangrijke bron van windturbinegeluid en deze wint aan belang op grotere afstand en binnenshuis. ‘Thickness’ geluid: Het blad doorklieft de lucht en de lucht moet opzij; dat gaat op zich heel geleidelijk, maar als het blad voor de mast komt of ineens in een laag met andere windsnelheid komt, geeft dat een extra kracht op het blad, waardoor de lucht ineens opzij moet en dan krijg je een ‘klap in de lucht’. Dat is infrasoon geluid: niet of nauwelijks hoorbaar, maar goed meetbaar. De machinerie (generator, tandwielen) van de turbine zelf hoor je tegen­ woordig nauwelijks meer; dat was vooral bij oude turbines. Tegenwoordig hoor je machinegeluid alleen nog dichtbij de turbine. Amplitudemodulatie is het ritmische karakter in de sterkte van het geluid die samenhangt met de draaifrequentie. In de nacht hoor je dit meer doordat de windsnelheid in de nacht meer verschilt tussen de hoge en lage luchtlagen. In recent Engels onderzoek kon men dat ritmische karakter dempen door een extra verdraaiing van de wieken ten opzichte van de wind.

WINDNIEUWS - NR.5 2018


6 zijn als onderzoek geen verband geeft, bijvoorbeeld tussen geluid en slaapproblemen: waarom klagen omwonenden daar dan over?”

aan ergernis, maar er is geen duidelijke relatie met het niveau van het geluid van de windturbine. Er is ook geen bewijs voor andere directe gezondheidseffecten.

Van Kamp “We geven veel aandacht aan de niet-akoestische factoren, die normaal niet worden meegenomen, maar in discussies wel naar voren worden gebracht. Daarnaast hebben we ook aan­ dacht gegeven aan het laagfrequent en infrasoon geluid. Infrasoon geluid hoor je meestal niet omdat ons gehoor er ongevoelig voor is. Heel dichtbij de turbine kan het soms wel gehoord of beter gevoeld worden. In de review wordt uitgelegd hoe dat werkt, hoe het medisch zit en wat de evidentie is.”

Andere (indirecte) gezondheidseffecten die op individuele basis zijn gemeld, kunnen een gevolg zijn van chronische ergernis. Er is geen bewijs van een specifiek effect van het laagfrequent geluid, noch van het infrasoon geluid. Persoonlijke kenmerken zoals privékwesties en sociale acceptatie, verwachtingen en attitudes, de lokale situatie en (geen) invloed hebben of ervaren op de processen bij het plannen van een windpark spelen mede een duidelijke rol bij de hinderervaring.

Wat is de centrale bevinding? Laagfrequent geluid, het laagtonige geluid met frequenties boven het infrasone gebied, wordt gewoon als geluid ervaren en heeft geen andere gezondheidseffecten dan gewoon geluid. Bijvoorbeeld geluid van (auto) motoren is laagfrequent

In de gereviewde onderzoeken is geluidhinder het meest beschreven effect van wonen in de buurt van windturbines. Ergernis over andere aspecten, zoals schaduwflitsen, de visuele aanwezigheid van windturbines en knipperen van licht, kan de door omwonenden ervaren geluidhinder versterken. Sommige mensen melden irritatie, woede en/of angst als ze het gevoel hebben dat de kwaliteit van hun omgeving en leefomstandigheden zal verslechteren, of is verslechterd als gevolg van de plaatsing van windturbines. Langdurige ergernis kan vervolgens leiden tot gezondheidsklachten. Slaapstoornissen blijken gerelateerd te zijn

Van den Berg: “Wat je direct kunt relateren aan het geluid van windturbines is dat mensen er hinder van kunnen ondervinden. Gezondheidseffecten zijn er echter niet causaal aan te relateren, dat is evident in alle onderzoeken. Maar je kunt best begrijpen dat mensen dat wel ervaren. Dus dan moet je zoeken waarom mensen daarover klagen. Dat is veelal een individuele kwestie en heeft te maken met andere factoren.” Van Kamp: “Het is een algemeen psycho­ logisch mechanisme dat bijvoorbeeld ook bij hoogspanningslijnen optreedt. Deze aspecten zouden meegenomen moeten worden in onderzoek. Het punt is dat in de onderzoeken aangetoond wordt dat het enige duidelijke verband met het geluid van windturbines de hinder is die mensen kunnen ervaren. Alle andere verbanden, zoals met slaapstoornis, hoofd­pijn of stress volgen uit het ervaren van hinder en kunnen met heel veel andere factoren samenhangen en daarmee

accumuleren. Maar niet alleen maar met het geluid. “In deze discussies is van belang dat geluid voor een groot deel heel technisch is, waarbij heel veel details spelen. Daardoor is het voor mensen ook moeilijk om er grip op te krijgen en het sluit niet aan bij de belevingswereld. En dan merk je dat men zich bijvoorbeeld vastbijt op één decibel als die net boven de norm uitkomt, om een argument te hebben in de technische discussie. Terwijl het er eigenlijk om gaat dat men zich niet gehoord voelt, geërgerd en boos is over het proces, slecht kan slapen. Die gevoelens cumuleren.”

Hoe kijken jullie aan tegen de definities en leidraden van de WHO? Van Kamp: “Wij zijn het onderling niet eens over de brede definitie van gezondheid die de WHO hanteert. Ik vind hinder een gezondheidseffect en Frits vindt dat alleen in het geval van ernstige hinder. Maar het is een hele discussie of je hinder en slaapverstoring in de brede gezondheidsdiscussie moet stoppen. Als je dat niet doet, zou je ze toch wel als effecten op welbevinden mee moeten nemen. Want het gaat over emotie, welbevinden, kwaliteit van leven. Daar besteedt de WHO in de richtlijnen (waarin ze werken met streefwaarden) eigenlijk nauwelijks aandacht aan. Dat doen wij in ons review veel meer. Want alle onrust gaat juist daarover. Bovendien spelen de zaken rond windturbine issues heel lokaal en daar komen veel aspecten en onderlinge verhoudingen bij elkaar die het ingewikkeld en complex maken.” Van den Berg: “De nieuwe WHO richtlijnen constateren dat de geluidhinder van

Het rapport https://www.bafu.admin.ch/dam/bafu/fr/dokumente/laerm/externe-studien-berichte/health-effects-related-to-windturbine-sound.pdf

Het review artikel Irene van Kamp, Frits van den Berg (2018): Health Effects Related to Wind Turbine Sound, Including Low-Frequency Sound and Infrasound. Acoustics Australia, Volume 46, Issue 1, pp 31–57 (https://rdcu.be/8VjH)

WINDNIEUWS - NR.5 2018


7 waarbij gekeken wordt naar het effect op de slaap van de verschillende componenten van windturbinegeluid. Dat is ook nodig om het mechanisme te begrijpen. “Ik zou meer willen kijken naar wat een windpark doet in relatie tot de klachten: welke situatie geeft nou de overlast? En vooral ook als je snapt hoe je die situatie kunt voorkomen.” “Maar het is op sommige plekken al zo gepolariseerd, je kan niet vanaf nul beginnen.” “Je moet dat soort onderzoek doen om te laten zien dat het werkt.” “Ja, als een communicatiemiddel, om op termijn vertrouwen te wekken.”

Foto: Titia van Leeuwen

met name vlieg- en railverkeer met de jaren is toegenomen. Wat eerder ‘normaal’ werd gevonden is dat nu niet meer. Toen we dertig jaar geleden met windturbines begonnen hebben maar weinig mensen zich er druk over gemaakt. Misschien nemen we lawaai nu wat minder voor lief.”

Kan wind wennen? Van den Berg: “Eind jaren 90 wilde ik dat er onderzoek zou plaatsvinden naar de beleving van windturbines. Uiteindelijk heb ik dat zelf gedaan. Nu zouden we vervolgonderzoek moeten doen. Je zou mensen moeten volgen vanaf het eerste moment, de eerste plannen totdat het windpark er een tijd staat. Het lijkt er tot op heden op, dat de commotie vooraf een stuk groter is dan erna. De meeste publieke debatten over windturbines en geluid vinden feitelijk plaats op het moment dat er nog geen windturbine staat. Als ze er staan, lijkt dat weg te ebben. Maar legt men er zich bij neer of is het echt niet zo erg? Dus het onderzoeken of en zo ja hoe ‘wind went’ lijkt zinvol.” Van Kamp: “De provincie Friesland wil nu een ervaringsonderzoek doen. Wij adviseren ze om dat dan gelijk groter aan te pakken en het bij te houden en te monitoren. Zoals in de stijl van de GGD gezondheidsmonitor.”

Wat is nog niet bekend? Van Kamp: “We weten de acute effecten. Wat we nog niet weten is, óf er en wát dan lange termijneffecten zijn. Dat weten we wel voor wegverkeer, railver-

voer en dergelijke. De windturbines staan er nog niet zo lang. We weten niet wat het effect is van veertig jaar wonen bij een windturbine. Verder is er behoefte aan een landelijk beeld van hoe men windturbines beleeft, om te zien waar het schuurt en waar dat aan ligt. RIVM voert eens in de vijf jaar het nationale verstoringsonderzoek uit. De resultaten tonen aan dat minder dan een procent van de Nederlandse bevolking zich ernstig gehinderd voelt door windturbines.

"Mensen kunnen hinder ondervinden van geluid, maar gezondheidseffecten zijn er niet causaal aan te relateren" Maar met zo’n getal kan je weinig; er wonen nog niet zoveel mensen bij een windturbine. Ik denk dat er wel mogelijkheden zijn om, met de nu in ontwikkeling zijnde apps, waarop men kan aangeven wanneer men wel of geen last heeft, te gaan werken. (zie ook WN 4 van 2018 op pagina 30) Van den Berg: “Met breed onderzoek naar ‘hoe zit het nou landelijk?’ kan je niet zoveel. Je moet steeds lokaal kijken.” “Ik denk dat er meer onderzoek gedaan moet worden naar het mechanisme. Er is bijvoorbeeld een onderzoek gaande in Gothenburg. Daar worden’s-nachts in het laboratorium experimenten gedaan,

Zouden de bevindingen van het rapport gevolgen moeten hebben voor de regelgeving in Nederland? Van den Berg: “Met de regelgeving is best te werken, maar kwalijk vind ik dat gemeenten er niet meer van mogen afwijken. Maatwerkvoorschriften mogen alleen in heel bijzondere omstandigheden. Je zou ook, net als bij andere geluidbronnen, kunnen werken met streefwaarden en maximaal toelaatbare waarden. Maar over het algemeen is de regelgeving niet zo slecht. Het punt is dat er meer rekening gehouden moet worden met de mensen. Ook de rol van gemeenteraden die vanwege hun achterbannen ontwikkelingen blokkeren of negeren, is nogal eens kwalijk en bevestigend voor de conflicten.” Van Kamp: “We zijn in Nederland eigenlijk heel bijzonder omdat we regelgeving hebben, zoals een geluidsnorm voor wind­turbines. Er zijn maar weinig landen die er aparte normen voor hebben. De Nederlandse regelgeving biedt eenzelfde bescherming als de Deense. De grootste winst valt te halen bij de lokale benade­ ring. Maar er zijn ook erg veel lokale ver­ schillen, wat op de ene plek lukt, mis­lukt weer ergens anders. Het gaat om communicatie. Ik ben overigens benieuwd hoe de Zwitserse overheid ons rapport oppikt. Ze hebben daar een sterke cultuur van inspraak en participatie. Deze hele problematiek draait echt vooral om goede communicatie en vertrouwen.” WINDNIEUWS - NR.5 2018


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.