Inspiratiedocument bij Oproep tot Bijdrage | Metropool Forum 2015

Page 1

- inspiratiedocument -

METROPOOL FORUM 2015

www.metropoolforum.nl


BLIK

NAAR

BUITEN

NEDERLAND ALS BUITENLAND RUIMTELIJKE ORDENING ALS BIJDRAGE AAN DE GROTE EUROPESE EN MONDIALE OPGAVEN Op veel kaarten van Nederland houdt de wereld op aan de grens en aan de kust. De vele verbindingen die er zijn met onze buren, Europa en de wereld worden alleen zichtbaar voor specifieke doelen. Een kaart met álle wegen, vliegroutes, kabels, leidingen, spoorwegen en vliegroutes geeft eerder hoofdpijn dan inzicht. Toch is juist ons kleine Nederland onderdeel van een veel grotere wereld, met een haven en vliegveld van mondiaal belang en uitstekende dataverbindingen. De toekomst van Nederland, zeker de ruimtelijke uitdagingen, kunnen niet los worden gezien van de internationale context waarin Nederland zich bevindt. Nederland is van oudsher een productieland, exportland, doorvoerland en een vestigingsland voor internationale bedrijven. De wereld wordt steeds kleiner en de concurrentie steeds internationaler, waarbij de internationale concurrentiepositie van Nederland niet alleen een economisch verhaal is, maar ook een ruimtelijke impact heeft. Het belang van steden voor de economische toekomst lijkt steeds verder toe te nemen. De OECD (2014) constateert dat stedelijke regio’s een steeds grotere rol spelen in het vergroten van de concurrentiekracht en productiviteit. De afgelopen jaren hebben de stedelijke regio’s in Nederland in regionaal verband hun kracht versterkt en opgaven aangepakt. Dit lijkt echter niet voldoende. Diverse studies van onder andere Planbureau voor de Leef­omgeving (PBL) wijzen uit dat Nederland de voordelen van agglomeratiekracht mist door het ontbreken van één of meerdere metropolen. Op langere termijn missen we hierdoor concurrentiekracht en dus economische groei. De oplossing ligt in het sterker gebruik maken van het Nederlandse netwerk van stedelijke regio’s en het stimuleren van meer samenwerking en economische samenhang. Er zijn verschillende studies die de Nederlandse verstedelijkte gebieden vergelijken met andere regio’s. In de Randstad­monitor bijvoorbeeld, wordt de Randstad vergeleken met 19 andere metropolitane gebieden in Europa. De meest recente monitor (2014) laat zien dat de Randstad economisch sterk is: alle 4 de Randstadprovincies staan in de top 10 van de Regionale Competitieve Index en Utrecht gaat voor de tweede keer aan de leiding als meest competitieve regio. Als de Randstad gezien zou worden als één metropolitaan gebied zou dit op de derde plaats komen achter London en Parijs. Echter, wat groei betreft, heeft de Randstad een achterstand in vergelijking met andere grote metropolitane gebieden. Hoewel de cijfers opgaande lijnen tonen voor het aantal reizigers dat via Schiphol vliegt én het aantal conferenties en toeristen dat naar

MAAK

de Randstad komt, uit dit zich nog niet in economische groei. Het economisch herstel komt in vergelijking met andere Europese landen maar langzaam op gang. Nederland is de poort naar Europa. De connectiviteit van vooral het westen van het land maakt het tevens een aantrekkelijke plek om te wonen en werken. Toegankelijkheid en connectiviteit is essentieel voor de belangrijkste activiteiten in de regio – transport en handel – en voor de vitaliteit van de regio en het landelijk gebied. Transport en distributie zijn tegelijkertijd de bron van grote uitdagingen op het gebied van milieu en leefbaarheid. Hoewel de Randstad voldoet aan de meeste standaarden voor wat betreft luchtkwaliteit is fijnstof een punt van zorg: na een aanvankelijk scherpe daling in vergelijking met andere regio’s tussen 2001-2010, heeft deze trend zich plotseling omgekeerd. Daarnaast heeft onze intensieve landbouw­sector ook een grote impact op de lucht- en waterkwaliteit. In de traditionele Randstad ligt nog altijd het zwaartepunt van de Nederlandse economie. De bevolking groeit en de regio is herstellende van de instorting op de vastgoedmarkt; de huizenmarkt trekt weer aan. Daarnaast is het een incubator voor kennis en innovatie met meer dan 100 kennisinstituten, onder andere 7 universiteiten en 4 medische centra – de universiteiten behoren tot de beste ter wereld. Er wordt steeds meer geïnvesteerd in kennis en innovatie, maar nationaal gezien blijven de investeringen onder de norm van 3%. De Randstad zit hiermee in de middenmoot van Europa. Scandinavische en Duits­s prekende metropolitane gebieden investeren over het algemeen meer in kennis en innovatie. De Randstadmonitor concludeert dat economische groei in de Randstad een uitdaging blijft. Het herstel moet nog vaart krijgen, daarbij biedt het internationale succes van de brainportregio Eind­h oven en het aantrekken van de maakindustrie in Noord-Brabant kansen. Nederland is dan ook toe aan een nieuwe definitie van het economische kerngebied, waarin aaneengesloten territorium er mider toe doet, ten faveure van een ontluikend netwerk van goedverbonden steden. De concurrentiekracht van de stedelijke gebieden in Nederland wordt momenteel verkend in de ruimtelijk-economische ontwikkelstrategie (REOS). In lijn met de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) richt REOS zich op de Noordelijkeen Zuidelijke Randstad en de Brainport­ regio. Vereniging Deltametropool heeft een shortlist van 11 Europese regio’s samengesteld voor een vergelijking met het REOS gebied. Kan de genoemde Nederlandse

regio zich spiegelen aan Kopenhagen als Smart Delta? En wat is voor Nederland effectiever: ruimtelijk-economisch beleid zoals in San Francisco, of projecten zoals in Singapore? De regio’s Zürich, Frankfurt, Berlijn en Wenen bieden goede voorbeelden van het bevorderen van een grote diversiteit aan stedelijke woonmilieus, knooppuntontwikkeling, de kwaliteit van voorzieningen en hoge woningdichtheid. De strategie toegepast in het San Francisco Bay Area Plan, inzetten op een duurzame ontwikkeling van verschillende wijken en het verbinden van wonen, werken en openbaar vervoer, om zo ook de zwakkeren in de samenleving mogelijkheden op de regionale arbeidsmarkt te geven, sluit hier goed bij aan. Van Kopenhagen-Malmö kunnen we leren hoe de grensoverschrijdende samenwerking een kans is een innovatieve toegangspoort naar Europa te worden. Stockholm en Zürich zijn interessante regio’s als ‘Place to be’, omdat deze ondanks de relatief lage internationale connectiviteit aantrekkelijke vestigingsklimaten hebben voor hoofdkantoren van grotere bedrijven. Verder is interessant dat Singapore inzet op het worden van één van de meest leefbare steden ter wereld door spreiding van voorzieningen en werkgelegenheid over verschillende centra in de regio om zo de huidige druk op de infrastructuur van het woon-werkverkeer verminderen. Uit verschillende studies blijkt, kortom, dat Nederland en vooral het metropolitane gebied in het westen van het land, kan bogen op een aantal succesfactoren, die momenteel nog onvoldoende worden benut, bewaakt en uitgevent. Die variëren van ons efficiënte ruimtegebruik, de kwaliteit van onze steden en wijken, tot ons waterbeheer en Nederland fietsland. Anderzijds kunnen we meer leren van de aanpak van bepaalde vraagstukken in het buitenland om op die manier onze concurrentiepositie te versterken. Op korte termijn kunnen we, om de krachten te bundelen, strategische samenwerkingsverbanden aangaan met regio’s over de grens. Dit geldt niet alleen voor het economisch vestigings­k limaat. Urgente opgaven zoals de energietransitie en klimaatadaptatie kunnen alleen in Europees verband worden opgelost, onder andere door een Europees elektriciteitsnet aan te leggen, internationaal afspraken te maken over uitstoot en grootschalig kring­ lopen te sluiten. Daar ligt ook de uitdaging voor de komende 25 jaar, om Nederland internationaal nog sterker en concurrerender op de kaart te zetten!

RUIMTE


BLIK

NAAR

BINNEN

NEDERLAND ALS BINNENLAND RUIMTELIJKE ORDENING ALS GEZAMENLIJK PRODUCT VAN BURGERS, BEDRIJVEN EN OVERHEDEN “Wie maakt Nederland?” is de vraag van het Jaar van de Ruimte. Het antwoord is simpel: Wij maken Nederland! Ruimtelijke ontwikkeling is een gezamenlijk product van alle Nederlanders. Van burgers, bedrijven en overheden, die samenwerken om tot een toekomstbestendige ruimtelijke ontwikkeling te komen waar we ons allemaal thuis voelen.

voor de veiligheid, maar steeds sterker gericht op het vergroten van de individuele ontwikkelingsmogelijkheden; het bepalen van het eigen territorium, gericht op kwaliteit van leven. Die focus op de individuele vrijheid en de menselijke maat als opgave van de collectieve inzet loopt als een rode draad door de Nederlandse ruimtelijke ordening.

Ruimtelijke ontwikkeling is een proces van alle tijden, van het verleden, het heden en de toekomst. Van oudsher zijn we in Nederland gewend te plannen – ieder stukje grond heeft een eigenaar en een en ander wordt vaak netjes ingekaderd door hek, sloot of schutting. Het is fascinerend om vanuit de lucht het prachtige verkavelingpatroon van ons landschap te zien. Ruimte ordenen en delen zit ons dus in de genen en de inspiratie en kennis uit het verleden kunnen ook een leidraad vormen voor de toekomst. Een toekomst waarin we samenwerken om dit land op alle punten mooi te maken en ook goed functionerend en sterk in internationaal perspectief.

Met het ontmantelen van rijksdiensten en de decentralisatie van taken en bevoegdheden kwamen de bevoegdheden voor planning en inrichting bij gemeentes te liggen en kregen provincies een kaderstellende in plaats van een toetsende rol. Echter, een aantal van de mondiale, Europese en landelijke opgaven zoals geschetst in deze publicatie overstijgen de gemeentelijke, regionale of provinciale schaal. Een discussie vanuit de opgaven, vanuit de inhoud in plaats van de structuur, levert hopelijk ook weer een logische schaal en werkwijze op. Een werkwijze die niet uitgaat van ‘bottom-up’ of ‘top-down’, maar een benadering die passend is voor het vraagstuk waar het op dat moment om gaat. En daarmee ook meer richting en perspectief biedt voor de ontwikkelingen van de komende 25 jaar.

De traditie van de Nederlandse ruimtelijke ordening heeft altijd bewogen tussen twee polen: de tabula rasa en de fijnmazige ruimtelijke invulling. Het maken en invullen van nieuw land, aangeplempt of ingepolderd, begon al in de Middeleeuwen. Grootschalige stadsuitbreiding, waarbij alle ondergrond werd weggepoetst begon al in de 19e eeuw en gaat nog altijd door. Leven in een delta waar nietontziende natuurkrachten op de loer liggen, maakt de natuurlijke structuren tot ankerpunt voor ontginning en ontsluiting. De waterlopen beheersen door het kennen van de krachten die er mee gemoeid gaan en ingrijpen waar dat het effectiefste is, vormt basis van de Nederlandse cultuur. Het invullen en inbreiden, transformeren en restaureren heeft aan het einde van de 20ste eeuw opnieuw meer aandacht gekregen. Nu, in de 21 ste eeuw, met zijn vele leegstaande vastgoed, lijkt transformatie de belangrijkste opgave, maar is ook sloop soms onontkoombaar. Beide bewegingen, bewuste fijnmazige invulling en de tabula rasa, zijn ingezet voor hetzelfde doel. De ontwikkeling van Nederland komt voor een groot deel voort uit het streven een beter leven te kunnen leiden in dit weerbarstige landschap. Economisch,

MAAK

Het loslaten van de grote visies en de regie van het Rijk schept ook weer kansen voor andere partijen om een rol en verantwoordelijkheid te nemen in de inrichting van ons land. Allereerst ligt er een rol bij de lagere overheden, de provincies, waterschappen, metropoolregio’s en gemeenten om zaken op te pakken die hen nu toevallen. Veel meer dan voorheen kunnen ze zelf invulling geven aan de ruimte om hen heen, samen met stakeholders en gebruikers ervan. In het Jaar van de Ruimte willen we komen tot een gezamenlijk gedragen serie van opgaven waarvan gezegd wordt: dit is belangrijk, hier committeren wij ons aan, hier gaan we ons voor inzetten de komende jaren. Hierbij is het niet noodzakelijk dat iedereen in alles participeert, maar vooral dat effectieve en efficiënte coalities worden gesloten, waardoor beslissingen met verve op het juiste schaalniveau worden genomen en standaard draagvlak wordt georganiseerd onder lokale eigenaren, bewoners en andere actoren. Wij beginnen hier graag aan in 2015, samen met u!

RUIMTE


BENUT

BEREIKBAARHEID Hoe benutten we knooppunten en frequentieverhoging op het spoornetwerk beter?

Zijn nieuwe vormen van stedelijkheid denkbaar, die beter geënt zijn op OV en het delen van auto’s?

Typen knooppunten in Noord-Holland

ABCOUDE

ALKMAAR

ALKMAAR NOORD

AMSTERDAM CS

AMSTERDAM HOLENDRECHT

BLOEMENDAAL

BOVENKARSPEL FLORA

AMSTERDAM LELYLAAN

ALMERE BUITEN

ALMERE MUZIEKWIJK

ALMERE OOSTVAARDERS

AMSTERDAM MUIDERPOORT

AMSTERDAM-RAI

AMSTERDAM SCIENCE PARK

AMSTERDAM SLOTERDIJK

BREUKELEN

BUIKSLOTERMEERPLEIN

BUSSTATION AMSTELVEEN

BUSSUM ZUID

BOVENKARSPEL GROOTEBROEK

Het direct op elkaar afstemmen van infrastructuur en ruimte is een van de belangrijkste opgaven van de netwerksamenleving. Ruimte is schaars en de beperkingen zijn talrijk, maar door het beter benutten van het bestaande netwerk en het stimuleren van ruimtelijke ontwikkelingen rondom optimaal OV, Transit-Oriented Development (TOD), kunnen verschillende aantrekkelijke plekken goed met elkaar worden verbonden. Daarnaast spaart een dergelijke strategie het groene landschap, belangrijk voor de leefkwaliteit. Door sterker in te zetten op collectief vervoer en verdichting zal de uitstoot van broeikasgassen en fijnstof verder worden ingeperkt. TOD vraagt om samenwerking buiten de geijkte bestuurlijke en organisatorische grenzen. Het vraagt om het vinden van een balans tussen verschillende knooppuntenmilieus, vraag en aanbod maar ook om het op een integrale manier omgaan met ruimtedruk en externe veiligheid. Want bij stedelijke verdichting nemen soms ook de risico’s toe, bijvoorbeeld in de buurt van goederensporen waarover gevaarlijke stoffen worden vervoerd. Hier ligt een opgave voor zowel stedenbouwkundigen als veiligheids­ experts als planners om samen tot goede oplossingen te komen.

DEN HELDER

DEN HELDER ZUID

DIEMEN

DIEMEN ZUID

DORDRECHT CS

GOUDA

HAARLEM

HAARLEM SPAARNWOUDE

HALFWEG-ZWANENBURG

HEEMSKERK

HEEMSTEDE-AERDENHOUT

HEERHUGOWAARD

HEILOO

HOLLANDSCHE RADING

HOOFDDORP

HOOGKARSPEL

HOORN

HOORN KERSENBOOGERD

KOOG BLOEMWIJK

KOOG-ZAANDIJK

KROMMENIE-ASSENDELFT

OBDAM

OVERVEEN

PURMEREND OVERWHERE

PURMEREND TRAMPLEIN

PURMEREND WEIDEVENNE

NIEUW VENNEP

KNOOP

PLAATS

NABIJHEID

30%

1 20

15%

1 00

ROTTERDAM NOORD

ROTTERDAM LOMBARDIJEN

7%

70

3200

1440

910

540

40

90

160

230

300

430

ROTTERDAM ZUID

SANTPOORT NOORD

SANTPOORT ZUID

SASSENHEIM

SCHAGEN

SCHIEDAM CENTRUM

VOORSCHOTEN

WEESP

WINKELCENTRUM SCHALKWIJK

WORMERVEER

ZAANDAM

4%

310

OPENBAAR VERVOER

UTRECHT ZUILEN

PURMEREND

50%

1 40

80

150

220

500

INTENSITEIT

8%

11%

15%

20%

40%

VIJFSLUIZEN

VOORHOUT

WEGEN

MENGING

Maak Plaats!, Vereniging Deltametropool i.s.m. Provincie Noord-Holland, 2013

KNOOP:

HSL / INTERNATIONAAL STATION

INTERCITY STATION

SPRINTER / METRO / BUS STATION

Modal split – kilometers maken door de jaren heen

Almaar verder

Autogebruik als bestuurder is de afgelopen jaren gestabiliseerd.

Kilometer per persoon per dag

18

14

12

10

18

8

6

kilometers is groot. De groei zit in zowel internationale zakelijke als vakantievluchten. Omgerekend naar dagelijkse kilometers nam het vliegverkeer toe tot

CASTRICUM

DEN HAAG MOERWIJK

200

jaren zestig maakte het autoverkeer een stormachtige ontwikkeling door. De welvaart nam toe, waardoor steeds meer mensen zich een auto konden veroorloven. Het gebruik explodeerde. De democratisering van de auto maakte op haar beurt suburbanisatie mogelijk, wat het gebruik verder stimuleerde. De laatste jaren stabiliseert het autogebruik. De luchtvaart neemt sinds begin jaren negentig een grote vlucht. Het vliegtuig is een heel andere categorie dan de auto en andere vervoerswijzen. De frequentie van gebruik is nog altijd laag ten opzichte van

AMSTERDAM ZUID

DEN HAAG MARIAHOEVE

LANGZAAM VERKEER

16

ALMERE PARKWIJK

DEN HAAG LAAN VAN NOI

NAARDEN-BUSSUM

Nederlanders zijn de afgelopen decennia steeds meer

In het metropolitane gebied in West-Neder­ land is optimale bereikbaarheid cruciaal. Het Rijk wil banengroei en woningbouw vooral concentreren rond multimodale knooppunten, maar sinds 2000 vond ca. 60% van de groei plaats op snelweglocaties. De internationale concurrentiestrijd om kennis, innovatie en talent vindt steeds meer plaats tussen metropolitane gebieden. Door infrastructuur en ruimtegebruik beter op elkaar af te stemmen worden beide domeinen doelmatiger en stijgen concurrentiekracht en duurzaamheid van de Nederlandse steden. Door de beperkte omvang, dichtheid en bereikbaarheid mist de Nederlandse metropool agglomeratievoordelen. Steeds meer mensen trekken naar de stad, op zoek naar werkgelegenheid, ontmoeting- en ontplooiingsmogelijkheden. De ‘aankomstwijken’ zijn echter niet de wijken waar veel werk is. Door sterke verbindingen en afstemming kunnen verschillende centra gaan functioneren als één geheel, en daarmee een veel hoger economisch rendement behalen.

ALMERE

Snelfietsroutes

NL Fietsland, CRA / Artgineering, 2014

OPTIMALE BEREIKBAARHEID DOOR BETER GEBRUIK VAN BESTAANDE INFRASTRUCTUUR

OPGAVE 2

Wat is nodig om het langzaam verkeer in de binnensteden voorrang te geven?

Ondanks toename van mobiliteit zijn de files (gemeten in reistijdverliesuren) sinds 2008 flink teruggelopen, dankzij beter verkeersmanagement en spitsstroken. Toekomstige mobiliteitsgroei is onzeker, sommige onderzoekers spreken al over ‘peak mobility’. In ieder geval gaat onze manier van reizen sterk veranderen, met o.a. de op­komst van multimodale routeplanners, de elektrische fiets en de zelfrijdende auto. Hiermee verandert onvermijdelijk ook onze leefomgeving.

PLAATS:

BESTEMMING: VOORAL WERKE

Autobestuurder

16

Autopassagier Openbaar vervoer Fiets

Oliecrisis.

14

Vliegtuig Toename tweede auto en afname autopassagiers.

12

10

Suburbanisatie en democratisering van de auto.

– in kilometers uitgedrukt – voor de gemiddelde Nederlander inmiddels de tweede vervoerswijze. Het ov-gebruik kreeg met de invoering van de ov-studentenkaart begin jaren negentig een impuls, maar is sindsdien vrij stabiel gebleven. Tot 1960

8

Opkomst goedkoop vliegen. Invoering ov-studentenkaart.

6

democratisering van de auto daalde dit fors. Deze de gemiddelde Nederlander ruim 2 kilometer per dag.

4

2

2

pbl.nl

4

1950

1960

1970

1980

1990

2000

2010

PBL, 2014

MAAK

RUIMTE


LEGENDA BEBOUWD GEBIED Multimodaal bereikbaar (binnen 1,5km van een HOV* halte en 2,5km van een rijksweg) OV-land (binnen 1,5km van een HOV* halte) Autoland - goed bereikbaar (binnen 2,5km van een rijksweg) Autoland - slecht bereikbaar (overig bebouwd gebied) 20Ke geluidscontour (woningbouw beperkt mogelijk) * HOV (Hoogwaardig Openbaar Vervoer) = trein, metro, sneltram en Zuidtangent

INFRASTRUCTUUR Spoorwegen, metro en zuidtangent Rijkswegen Vaarwegen Burgerluchthaven van nationale betekenis HSL ICE station Toekomstig HSL ICE station Zeehaven van nationale betekenis Mainport Rotterdam Mainport Schiphol

schaal 1 : 1 miljoen bronnen: CBS bodemgebruik (2010), Eurostat, SVIR Vereniging Deltametropool, 2015


to

anies, considered

active active and and nand theand n the

n for their cate that n for their this respect cate that this respect nternationallyoyees having nternationallyoyees having

orm well d cities. orm well d cities. ot a key en as ot a key en as

an

an

PRODUCTIEMILIEUS

Wordt grensoverschrijdende samenwerking genoeg ondersteund?

Buitenlandse investeringen in Europese kennisregio’s © 2014 KPMG Advisory N.V.

Locations of European headquarters set up by most recent 100 US tech IPOs(a)

Kenniseconomie 17 18

Factsheet of spatial pattern of foreign-owned firms in knowledge-intensive market services, 2010 Total

16

Greenfield investments 2003 – 2010 Share in Europe (%) 10 5 1

14 12

10

2.8% 81,921

8 90,000

50,000

0

40,000 30,000 20,000

1

1

44,067

12,539

10,000

2.5%

2.2%

2.0%

12.0%

1 1.8%

1.7%

36,754

Netherlands

60,000 2

3.0%

1.0% 0.5%

2,741

-

Netherlands

Germany

France

Ireland

1

1.5%

United

Switzerland

70,000 4

4

Spain

4

Nortern Ireland

80,000 6

Hungary

# (n=31)

Gross expenditure on R&D (GERD), 2011

Total Greenfield investments 2003 – 2010

-

Note: (a) 31 companies of the last 100 tech IPOs in the US have established a dedicated regional Kingdom European headquarters GERD GERD/GDP Source: KPMG research Source: OECD, Dataset: Main Science and Technology Indicators

Competing locations to Amsterdam considered by interviewees

Share per country

44%

50

Share of total per region

40

% 30

Ranking Ranking in total

26%

20

11%

10

11% © 2014 KPMG Advisory N.V. 7% © 2014 KPMG Advisory N.V.

0

London

Zurich

Dublin

Barcelona

Berlin/ Frankfurt

Germany United Kingdom Italy France

Note: n=15 of life Quality Source: KPMG interview programme

Netherlands Spain

Quality of life Germany

9.15

Germany Netherlands

9.15 8.63

Netherlands France

Austria Poland

8.63 8.54

France Ireland

Czech Republic

8.54 8.44

United Ireland Kingdom United Kingdom 0

2

4

0

2

4

7.56 6 Score

7.56

6

8

10

8

10

85.9

Berlin Amsterdam

85.9 87.4

Amsterdam Paris

87.4 87.1

Latvia Hungary

87.1

40

20

40

Score

12

16

Lithuania Slovenia

60

83.5 80

100

60

80

100

0

10

20

30

40

Frankfurt Inner London Düsseldorf Oberbayern Hamburg Luxembourg Berlin Lombardia Mazowieckie (Warsaw) Wien

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

2 1 3 4 6 7 9 8 12 11

North Holland South Holland

19 32

16 19

50

0

4

8

12

16

KPMG rapport Holland high-tech hub, 2014

Source: EIU Best Cities Ranking and Report 2012

20

Share in Europe (%)

Share in Europe (%)

Score Source: EIU Best Cities Ranking and Report 2012

20

Ranking Ranking in total

Greece

83.5 20

8

Share of ‘greenfield investments 2003 – 2010’

Slovakia

Berlin

0

4

Ireland Sweden

Portugal

0

12 21

Nederland is kansrijk als kenniseconomie, mits we vestigingsklimaat en ruimte op regio­naal niveau op orde hebben (PBL, 2011). De lokale inbedding en innovatiekracht wordt volgens het Topsectorenbeleid versterkt door samenwerking tussen overheid, bedrijfsleven en kennisveld, met de focus op sterke regionale clusters als motoren voor economische groei, vooral in de aangewezen mainports, greenports en brainport. Het vestigings- en ondernemingsklimaat wordt hier bevorderd door het aanleggen van infrastructuur (snel­wegen, spoorwegen, waterwegen), ruimtelijke ordeningsplannen (aanwijzen bedrijventerreinen) en telefoon- en internetverbindingen (versnelde veiling mobiele frequenties). Frank van Oort (2007) geeft echter aan dat clustering van sectoren geen garantie is voor groei, en al helemaal niet van bovenaf is op te leggen. Unieke lokale omstandig­heden blijven cruciaal. De regionale uitstraling van clusters is vaak beperkter dan gedacht. Buitenlandse bedrijven vinden in Nederland weliswaar een goede positie in de markt, maar te weinig agglomeratievoordelen in vergelijking met succesvolle regio’s in Europa. Waarschijnlijk zullen we daardoor tot de subtop blijven behoren, constateerde het PBL in 2011. Wel kan Nederland de kansen verbeteren door bijvoorbeeld in de regio Amsterdam de toegankelijkheid van de woningmarkt en kwaliteit van het aanbod te verbeteren, iets waar de sectoren in die regio gevoelig voor zijn. In Noord-Brabant kan juist de specialisatie in de hightech sectoren worden vergroot. Dit geldt ook voor Zuid-Holland, waar techniek en maakindustrie eveneens sterk vertegenwoordigd zijn.

Share in Europe (%)

Estonia

Spatial adjusted liveability index

London

16 19

Finland

Spatial adjusted liveability index

n/a

North Holland South Holland 0

Denmark

Source: IMD World Competitiveness Yearbook 2013

n/a

1 7 8 14 3 19 32 2 18 11

Belgium

Score

Paris Dublin

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

Luxembourg

8.44

Source: IMD World Competitiveness Yearbook 2013

Dublin London

Inner London Frankfurt Düsseldorf Oberbayern Île de France Hamburg Luxembourg Lombardia Berlin Comunidad de Madrid

VERSTERK CLUSTERS VOOR KENNISONTWIKKELING, NIEUWE MAAKINDUSTRIE EN TECHNOLOGIE

European landscape of knowledge-intensive firms. PBL, 2011

Maakindustrie

Wat komt er uit de 3D printer?

Prototypes Gadgets Scale models Gifts

Ruim 60% van ons grondoppervlak is in gebruik voor landbouw en vleesproductie, maar in vergelijking met een eeuw geleden is de werkgelegenheid in deze sector sterk gedaald. Onder andere door ruimtelijke beperkingen en de goede verbinding met de West-Europese afzetmarkt, is de Nederlandse agrosector uitgegroeid tot de meest intensieve ter wereld. We zijn niet alleen één van de grootste spelers in de wereldexport, maar ook erg sterk in de export van de productie; complete pluimveefabrieken worden vanuit Nederland als bouwpakket verscheept en de gezondheid van miljoenen dieren over de hele wereld wordt via Nederlandse datacentra in de gaten gehouden. Hiermee worden echter ook mestoverschotten en afhankelijkheid van antibiotica geëxporteerd.

OPGAVE 3

that

EN

© 2014 KPMG Advisory N.V.

Ireland

a Os.

Hoe zetten we onze woonmilieus in om het vestigingsklimaat te verbeteren?

Germany

ate)

Met welke plekken concurreert Nederland internationaal als vestigingslocatie?

United Kingdom

rlands erblin for

INNOVATIE-

$m

ona

CREËER

KPMG heeft recent onderzocht hoe we als Nederland een aantrekkelijker vestigingsland kunnen worden voor technologie­ bedrijven op zoek naar een locatie voor een Europees hoofdkantoor. We concurreren op dit gebied vooral met Ierland, het Verenigd Koninkrijk en Zwitserland. In vergelijking met deze landen heeft Nederland een concurrentievoordeel door onze unieke geografische locatie, ondersteund door goede infrastructuur (fysiek en digitaal), een efficiënte bedrijfscultuur en gericht locatiebeleid. Daarbij wordt ook steeds duidelijker dat het belastingklimaat en de pragmatische regelgeving erg belangrijk zijn voor hoofdkantoren. Bij innovatieve sectoren staat de toegang tot talent echter bovenaan het wensenlijstje.

Phone Add-ons Fashion Items Replacements DIY Toys ING rapport maakindustrie, 2014

MAAK

3d Hubs, 2013 (http://www.unifi3d.com), bewerking Vereniging Deltametropool

In ‘De aantrekkelijke stad’ (2010) laat Gerard Marlet zien dat steden met een gevarieerd aanbod aan stedelijke voorzieningen en historie de meeste aantrekkingskracht uitoefenen op verhuizers. De vele aantrekkelijke historische steden in Nederland dragen dus bij aan een gunstig vestigingsklimaat.

RUIMTE


LEGENDA

RESEARCH & DEVELOPMENT UITGAVEN

RESEARCH & DEVELOPMENT

RESEARCH & DEVELOPMENT PERSONEEL

Noord-Holland (NL)

Noord-Holland (NL)

Noord-Brabant (NL)

Noord-Brabant (NL)

Zuid-Holland (NL)

Zuid-Holland (NL)

Inner London (UK)

Inner London (UK)

Stockholm (SE)

Stockholm (SE)

Lombardia (IT)

Lombardia (IT)

Köln (DE)

Köln (DE)

aantal werknemers per regio 100.000 1.000

Universiteit GRONDGEBRUIK Bedrijventerrein Kassen

0

Overig agrarisch terrein Bebouwd gebied

1.000

2.000

3.000

4.000

Nordjylland

0

R&D uitgaven per capita (euro)

20.000

40.000

60.000

Midtjylland

R&D personeel (aantal)

R&D uitgaven (miljoen euro)

schaal 1 : 2,5 miljoen bronnen: Eurostat NUTS2 arbeid en uitgaven (2011, 2012), CBS bodemgebruik 2010, Corine Land Cover 2013 Vereniging Deltametropool, 2015

Syddanmark

Schleswig-Holstein

East Yorkshire and Northern Lincolnshire

Hamburg Lincolnshire Groningen Bremen Lüneburg Weser-Ems

Friesland Drenthe

Noord-Holland Flevoland East Anglia

Overijssel

Hannover

Gelderland Münster

Essex Utrecht

Detmold

Zuid-Holland Noord-Brabant

Inner London Outer London

Zeeland

Limburg (NL)

Kent

Oost-Vlaanderen West-Vlaanderen

Düsseldorf Arnsberg

Antwerpen

Kassel

Limburg (B)

Vlaams-Brabant

Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Köln

Nord - Pas-de-Calais Hainaut

Giessen

Liège

Brabant Wallon

Namur

Darmstadt Koblenz

Luxembourg (B)

Haute-Normandie

Trier

Unterfranken

Luxembourg

Picardie

Saarland Rheinhessen-Pfalz Champagne-Ardenne Île de France

Centre

Lorraine

Alsace

Karlsruhe

Stuttgart


VERSTERK

INTERNATIONALE

Waar liggen de kansen voor ‘borrowed size and function’?

T H E

T E N - T

C O R E

N E T W O R K

A N D

Welke verbindingen ontbreken om de netwerk­ metropool daadwerkelijk als één stad in Europa te laten functioneren?

C O R R I D O R S

REGULATION (EU) No 1316/2013 & 1315/2013 O.J. L348 - 20/12/2013

Lulea

Glasgow

Legend

Edinburgh

Oslo

Belfast

BALTIC - ADRIATIC

Tampere

Tees-Hartlepool

Stockholm

Turku/Naantali

Helsinki

Örebro

Dublin

Liverpool

Manchester Leeds

Limerick

Grimsby Immingham

Aarhus

Amsterdam

Milford H.

MEDITERRANEAN

Lübeck

Antwerp

Oostende Dunkerque

Klaipeda Gdynia

Swinoujscie

Hamburg

Bremen

Rostock

Osnabrück

Zeebrugge Dover

Riga

Trelleborg

Wilhelmshaven Bremerhaven

Vilnius

Szczecin

Calais

Warsaw

RHINE - ALPINE

Braunschweig

Cologne

Koblenz

Lille

SCANDINAVIAN - MEDITERRANEAN

Poznan

Magdeburg

Dortmund

Liege Brussels

Berlin

Hannover Duisburg

Düsseldorf Gent

Lodz

Leipzig Erfurt

Frankfurt

Dresden

Mainz

Wroclaw

Mannheim

Luxemburg

Plzen

Nuremberg

Paris

Pardubice

Regensburg

Metz

Katowice Kosice

Brno

Strasbourg

Munich

Salzburg

NORTH SEA - MEDITERRANEAN

Zilina

Vienna

Stuttgart

Dijon

Ostrava

Prague

Karlsruhe Rouen

ATLANTIC

Krakow

Würzburg

Le Havre

St. Nazaire Nantes

ORIENT / EAST-MED

Kaunas

Gdansk

Nijmegen

Vlissingen

Bristol Southampton

Deventer Almelo Hengelo

Utrecht

Rotterdam

London

Cardiff

Ventspils Malmö

Felixstowe

Birmingham

NORTH SEA - BALTIC

Tallinn

Copenhagen

Sheffield

Cork

HaminaKotka

Gothenburg

Frederikshavn

Bratislava

RHINE - DANUBE

Wels/Linz Győr

Basel

Debrecen

Tours

Suceava Graz

Innsbruck

OTHER CORE NETWORK

Iași

Budapest Cluj-Napoca Brașov

Lyon

Bordeaux Toulouse

Milan

Turin

Venice

Gijón

Bilbao Narbonne

Zagreb Padova

Barcelona Zaragoza

Valladolid

Aveiro

Marseille/ Fos-s.-m.

Tarragona

Calafat

Nice

Sulina

De drie grootste stedelijke regio’s in Nederland, de noordelijke- en zuidelijke Randstad en de regio Eindhoven, huisvesten de meeste buitenlandse bedrijven en zijn goed voor meer dan de helft van de export van Nederland. De ruimtelijk-economische structuur van deze drie regio’s maakt dat zij minder schaalvoordelen kennen dan monocentrische metropolen als Londen en Parijs. Momenteel wordt voor dit gebied een ruimtelijk-economische ontwikkelstrategie (REOS) opgesteld. In EU-verband wordt gewerkt aan het versterken van het Europese transportnetwerk. De zogenaamde Ten-T corridors zijn essentiële bundels van spoor-, water- en weginfrastructuur tussen steden, havens en productielocaties. Dit netwerk is nog volop in ontwikkeling en vraagt ook in Nederland grote ingrepen en investeringen.

Constanța

Giurgiu

Vidin

Ruse

Ancona

La Spezia Livorno

Rijeka

Ravenna

Bucharest

Craiova

Vukovar

Bologna Genova

Porto/ Leixões

Ploiești

Koper Slavonski Brod

Avignon

Burgas Sofia

Florence

Plovdiv

Rome

Madrid

Naples Valencia

Lisbon Sines

Bari Alcázar de San Juan Córdoba

Huelva

Sevilla

Antequera/ Bobadilla

Murcia

Gioia Tauro

Igoumenitsa

Cartagena

Alexandroupolis

Athens/Piraeus

Catania Augusta

Almería

Thessaloniki

Taranto

Palermo

Patras Lefkosia

Algeciras

De nabijheid en agglomeratiekracht die Nederland op Europese schaal tot één grote stad maken, kan beter worden benut. De toekomst van Nederland en de ruimtelijke uitdagingen kunnen niet los gezien worden van de internationale context, waarin we ons bevinden. Nederland is van oudsher een productieland, exportland, doorvoerland en een vestigingsland voor internationale bedrijven. De wereld wordt steeds kleiner en de concurrentie steeds internationaler. De internationale concurrentiepositie van Nederland is niet alleen een economisch verhaal, maar heeft ook een ruimtelijke impact. Het belang van steden voor de economische toekomst lijkt steeds verder toe te nemen. Zo concludeert ook de OESO dat stedelijke regio’s in toenemende mate een rol spelen in het vergroten van de concurrentiekracht en productiviteit van Nederland. Dit vraagt, naast de inzet op het vergroten van de innovatiekracht van economische sectoren, gerichte aandacht voor het versterken van de aantrekkingskracht en voor de opgaven van onze stedelijke regio’s.

Timișoara

Verona

Novara A Coruña

Arad

Trieste Ljubljana

BESCHOUW NEDERLAND ALS ÉÉN GROTE STEDELIJKE REGIO

Valetta Limasol

European Commission (TENtec), 2013

Reistijd

OPGAVE 10

Ten-T netwerk

Wat is de kracht van de afzonderlijke Nederlandse steden en hoe versterken we die?

POSITIE

De afgelopen jaren is door verschillende partijen onderzoek verricht naar methoden om meer agglomeratievoordelen te krijgen. Zo stelt het PBL dat door onder andere het verbinden van markten, stedelijke regio’s en netwerken, voorzieningen, kennis en faciliteiten kunnen worden gedeeld en geleend van de buren (ook wel ‘borrowed size’ en ‘borrowed function’ genoemd) waarmee meer agglomeratievoordelen kunnen worden gerealiseerd. Als we onze ruimte slim benutten kunnen we veel duurzamer verstedelijken, de agglomeratiekracht gemakkelijk versterken en daarbij ook nog aansluiten op de vraag.

Time maps, 2014

Externe veiligheid spoor - transport giftige stoffen

Tunnels en gevaarlijke stoffen

tunnel wegtransport

!

extra controle

Dit is een opgave, die niet alleen geldt voor het zogenaamde REOS-gebied: Randstad en Eindhoven e.o., maar ook voor de regio’s rondom opleidingen en clusters van gespecialiseerde economische activiteiten. Samenwerken, delen, afstemmen van bouwprogramma’s en investeringen, versterken van regionale identiteit, verbeteren van bereikbaarheid met fiets en openbaar vervoer: deze receptuur kan in heel Nederland worden toegepast.

!

!

!

!

Inspectie Verkeer en Waterstaat, Vervoer gevaarlijke stoffen en tunnels

MAAK

Tunnelindeling Nederland, 2010, bewerking Vereniging Deltametropool

RUIMTE


Van Londen tot Milaan

sterkst verstedelijkte zone van Europa, vaak aangeduid als de ‘banaan’ LEGENDA Bebouwd gebied Highspeed netwerk Brainport / Zuidas / Stad van Int. Recht) Mainports Ten-T corridors (startend in Nederland) Snelwegen Spoorwegen

schaal 1 : 3 miljoen bronnen: Eurostat, SVIR, Corine land cover Vereniging Deltametropool, 2015


ZIE

METROPOLITAAN

LANDSCHAP

Levering Leveringvan vangoederen goederenen endiensten dienstenuit uitecosystemen ecosystemen

Hoe kunnen we de beheerkosten eerlijker verdelen, nu vergoedingen van rijkswege gedaald zijn?

Wat zijn de verschillende waarden van het metro­ politane landschap?

Productiediensten Productiediensten Voedsel

Voedsel Hoe kunnenNiet-drinkwater de waarde Niet-drinkwater Levering van goederen en diensten uit Drinkwater ecosystemen Drinkwater Hout  Hout van het metropolitane Energie Energie Productiediensten Regulerende diensten landschap als vestigings­ Regulerende diensten Voedsel Bodemvruchtbaarheid Bodemvruchtbaarheid Niet-drinkwater  Erosiebestrijding Erosiebestrijding Drinkwater factor omzetten in middelen  Waterberging Waterberging Hout  Kustbescherming  Kustbescherming Energie Verkoeling  Verkoelingininde destad stad voor beheer? Waterzuivering  Waterzuivering

LANDSCHAP ALS VESTIGINGSFACTOR EN NIEUW LANDSCHAPSBEHEER 

Debat over de ontwikkeling van natuur en biodiversiteit is steeds meer een maatschappelijk debat. Nabijheid en aanwezigheid van landschap wordt belangrijker als vestigingsfactor. Landschap is belangrijk voor onze gezondheid, sport en recreatie en voor ontspanning. Veel steden zetten in op de (fiets)bereikbaarheid van het landschap en samenhang tussen stad en omgeving. Maatschappelijke waardering van het landschap lijkt haaks te staan op de terugtrekkende beweging van het Rijk. Dit schept kansen voor verdienmodellen van aantrekkelijke natuurgebieden. Het kabinet hoopt dat dit soort inzichten de bereidheid van bedrijven en burgers vergroot om (financieel) bij te dragen aan het beheer van het natuurlijk kapitaal.

West8, 2010

Bereikbaarheid van het MRA landschap (Provincie Noord-Holland)

Noordzeekust Kust IJsselmeergebied Landgoederen-, bos- (en heide)complexen van de binnenduinrand en het Gooi Woongebied grenzend aan EHS en RodS: betere verbinding stad-land voor langzaam verkeer Recreatie om de Stad (RodS) en bosgebieden: de grote recreatielandschappen Snelfietsroutes/ fietssnelwegen (indicatief) OV-knooppunt grenzend aan MRA-landschap; buitenpoort genoemd in programma OV-knooppunten provincie Noord-Holland Grote plassen en meren (vaar- en zwemwater IJmeer

Natuurterreinen aangesloten bij Natuurvlees Coöperatie Nederland

BOOM Landscape & David Kloet, 2014

MAAK

OPGAVE 12

Het Nederlandse landschap is in historisch perspectief een uitdrukking van ‘ieder lapje grond een bestemming en eigenaar geven’. De opgave is het behoud van het eeuwen­ oude karakter enerzijds en het ruimte bie Regulerende diensten Plaagonderdrukking Plaagonderdrukking Bodemvruchtbaarheid den aan grote transities anderzijds. De Bestuiving  Bestuiving  Erosiebestrijding  Koolstofvastlegging rolverdeling tussen de partijen die het landKoolstofvastlegging Waterberging Kustbescherming  schap vormgeven is continu in beweging. Culturele Culturelediensten diensten Verkoeling in de stad  Groene  Groenerecreatie recreatie Waterzuivering  Het toegenomen belang van de RijksoverNatuurlijk erfgoed   Natuurlijk erfgoed  Plaagonderdrukking Symboolwaarde  Ecosysteemdiensten - vraag en aanbod Symboolwaardenatuur natuur Bestuiving  Levering van goederen en diensten uit ecosystemen heid voor vormgeving en beheer van het pbl.nl pbl.nl Koolstofvastlegging landschap 100 bewees zich in de ruilverkave00 100 Culturele diensten Productiediensten Index Index(vraag (vraag2013 2013==100) 100) Randstadgroen- en de Ecolingen en de Groene recreatie  Voedsel Afkomstig ecosystemen Afkomstiguit uitNederlandse Nederlandse ecosystemen  Natuurlijk erfgoed  Niet-drinkwater  logische Hoofdstructuur. De opheffing van Symboolwaarde natuur  Niet afkomstig uit Nederlandse ecosystemen Niet afkomstig uit Nederlandse ecosystemen Drinkwater pbl.nl (import/technisch (import/technischalternatief/onvervuld) alternatief/onvervuld) de Dienst Landelijk Gebied beëindigde die Recreatie in groenblauwe gebieden Hout  Bezoek aan groenblauwe gebieden Energie 0 100van 1990 Verandering Verandering vanvraag vraagsinds sinds 1990 Veranderingvan vanaanbod aanbodsinds sinds1990 1990 Verandering Rijksverantwoordelijkheid recent. FinanciIndex (vraag 2013 =Toename 100) Toename Toename Toename Regulerende diensten Afkomstig uit Nederlandse ecosystemen ële middelen voor extensief natuurbeheer Bodemvruchtbaarheid  Stabiel  Stabiel 2006 Stabiel Stabiel Bos Niet afkomstig uit Nederlandse ecosystemen Erosiebestrijding  zijn gekrompen en verantwoordelijkheden Afname Afname 2008 Afname (import/technisch alternatief/onvervuld)Afname Waterberging Natuurgebied 2010 Kustbescherming  voor het landschapsbeheer gedecentraliVerandering van vraag sinds 1990 Verandering van aanbod sinds 1990 Bron: PBL; Alterra, Wageningen UR 2014 Verkoeling in de stad  Bron: PBL; Alterra, Wageningen UR 2014 2012 seerd. Nationale Landschappen en RijksAgrarisch gebied Toename Toename Waterzuivering  Plaagonderdrukking  Stabiel  Stabiel bufferzones zijn losgelaten en de EcoloBestuiving park  Afname Afname Koolstofvastlegging gische Hoofdstructuur wordt herijkt. Wat Recreatiegebied Culturele diensten Bron: PBL; Alterra, Wageningen UR 2014 deze veranderingen gaan betekenen is nog Groene recreatie  Rivier, plas, meer Natuurlijk erfgoed maar deels duidelijk. Het Rijk zoekt nog naar   Symboolwaarde natuur  Zee andere verdienmodellen voor het beheer pbl.nl van haar eigen natuur­gebieden door Staats0 5 10 15 0 100 % respondenten Index (vraag 2013 = 100) bosbeheer. In de overige gebieden wordt WUR/feb14 Afkomstig uit Nederlandse ecosystemen Bron: CVTO, bewerking Alterra. www.clo.nl/nl125806 een grotere bijdrage van de maatschappij Niet afkomstig uit Nederlandse ecosystemen CVTO, bewerking Alterra, 2012 PBL, Alterra, Wageningen UR, 2014 (import/technisch alternatief/onvervuld) verwacht aan ontwikkeling en beheer van Verandering van aanbod sinds 1990 Verandering van vraag sinds 1990 natuur en landschap, blijkt uit de recent Toename Toename vastgestelde Natuurvisie van het Ministe Stabiel  Stabiel Afname rie van Economische Zaken. WaterschapWaarde van het metropolitaan landschap - lagenbenadering Afname pen, landgoedeigenaren, recreatieonderBron: PBL; Alterra, Wageningen UR 2014 nemers en burgerinitiatieven moeten een grotere verantwoordelijkheid gaan nemen.

Een goed verbonden stadslandschap is ook belangrijk als leverancier van ecosysteemdiensten en voorwaarde voor een gezonde leefomgeving. PBL ontwikkelt samen met Wageningen UR een graadmeter ‘Goederen en diensten uit ecosystemen in Nederland’, om omvang en ontwikkeling van de levering van goederen en diensten uit Nederlandse ecosystemen te kwantificeren. Afname deed zich bijvoorbeeld voor bij de levering van drinkwater en in de categorie regulerende diensten, vooral bij bodemvruchtbaarheid, koolstofvastlegging en plaagonderdrukking. Vaak zijn technische alternatieven beschikbaar, soms niet (zoals bij bestuiving). De Rijksvisie op natuurlijk kapitaal geeft nog geen antwoord op concrete kwesties, zoals welke diensten in een bosgebied voorrang hebben. Zo is oogsten goed voor biomassa, maar slecht voor waterberging en CO2 vastlegging. Kwantificering van ecosysteem-diensten is lastig: mogelijke aanpakken zijn de Digitale Atlas Natuurlijk Kapitaal (DANK) waaraan het Rijk momenteel werkt, de diverse TEEB-studies en een raamwerk voor Natural Capital Accounting dat momenteel in ontwikkeling is.

Volkskrant en Natuurvlees Nederland, 2014

RUIMTE


Van Maasvlakte tot Achterhoek nieuw land Maasvlakte

landschapsdiversiteit en erfgoed in de meest verstedelijkte zone van Nederland LEGENDA Bebouwd gebied

duinen strandwallen geestgronden

Water Waterrecreatie

ERFGOED Unesco werelderfgoed Rijksmonumenten (RCE)

Hollandse watersteden veenweidegebied droogmakerijen

LANDSCHAPPELIJKE EENHEDEN Droogmakerijen Veenontginningen en -koloniën Zeekleipolders

nieuw land nieuwe natuur IJsselmeer

Stroomrug- en komontginningen Rivierterrasontginningen Heideontginningen en bossen Kampontginningen met plaatselijke essen Lössontginningen

Utrechtse Heuvelrug / Het Gooi bos en landgoederen reliëf

Niet ontgonnen landschappen Duinen en duinontginningen Overig

schaal 1 : 750 duizend bronnen: Histland / Rijksmonumenten- RCE, Gouden Gids, TOP10 vector Vereniging Deltametropool, 2015

stromingsgebied grote rivieren uiterwaarden

zandgronden met bos en hei steden op landschapsgrenzen

versnipperd landschap bos en boerderijen Achterhoek EIGENDOM EN NATUURBESCHERMING Planologische EHS (Ecologische Hoofdstructuur) 2013 Natura 2000 Eigendom Staatsbosbeheer Overig Rijkseigendom Eigendom Natuurmonumenten

schaal 1 : 1,5 miljoen bronnen: Eurostat, Nationaal Georegister, Natuurmonumenten, IenM Vereniging Deltametropool, 2015



Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.