14 minute read

Joep de Jong - succesvolle bedrijfsleider in moeilijke sector

Joep de Jong - Drukkerij Em. de Jong

In de herfst van 1978 vernamen wij dat drukkerij Haseldonckx in Hoogstraten van plan was om met de uitgave van het weekblad Gazet van Hoogstraten te stoppen. Voor veel mensen die actief waren in het verenigingsleven was dat slecht nieuws want zij zouden dan een belangrijk communicatiemiddel verliezen. Het laatste nummer van de Gazet van Hoogstraten verscheen in de laatste week van december 1978. Maar in november gingen wij al op zoek naar enkele medewerkers om samen een nieuw weekblad voor Hoogstraten en omstreken te maken. Drukkerij Haseldonckx was niet echt geïnteresseerd in ons project en daarom moesten we op zoek naar een andere drukkerij. Zo kwamen wij na enig zoekwerk bij drukkerij Em. de Jong in Baarle-Nassau.

Joep de Jong

Na het verdwijnen van Gazet van Hoogstraten kwam er een nieuw weekblad, De Hoogstraatse Gazet. Het eerste nummer verscheen al op woensdag 7 februari 1979. Een samenwerking tussen uitgeverij De Hoogstraatse Pers en drukkerij Em. de Jong van meer dan dertig jaar, is toch wel een goede reden voor een uitvoerig gesprek, dachten wij.

Aangename kennismaking

Op een zondagnamiddag in december 1978 bespraken wij de praktische regelingen met Joep de Jong (°1944) aan de Nassaulaan in Baarle.

Joep de Jong: Wij hebben elkaar leren kennen eind jaren zeventig, op een ogenblik dat ons bedrijf een belangrijke stap had gezet. Boek- en papierhandel de Jong uit 1906, uitgever van een krant en drukkerij, was eind zestiger jaren in een stroomversnelling gekomen met een belangrijke uitbreidingsfase wat de productie van drukwerk betreft.

Ik heb het bedrijf in 1968 van mijn vader overgenomen. Het drukken van levensmiddelenfolders werd een echte specialisatie. De groei, het aantal, vroeg om een andere wijze van produceren. Daarom gingen we investeren in het rotatiedrukken. Maar we dachten niet alleen aan folders, maar ook aan onze eigen krant. De traditionele werkwijze was te kostbaar geworden en veel te arbeidsintensief. Ik had toen net de eerste stap gezet om een rotatiepers in huis te halen voor gemengd gebruik: vier dagen folders drukken en één dag kranten.

Als op dat moment iemand uit Hoogstraten een verhaal komt vertellen over het drukken van een krant voor Hoogstraten, is dat heel prettig om te horen. Zo is onze eerste kennismaking tot stand gekomen en voor ons ook op het juiste ogenblik.

Dorps- en streekkranten

Einde 19de eeuw en begin 20ste eeuw had elke stad en elk dorp van enige allure in de Kempen een eigen krant, meestal in de vorm van een weekblad. Toen wij begonnen met De Hoogstraatse Gazet, weekblad voor de Noorderkempen, waren er nog een vijftigtal in heel Vlaanderen. Vandaag kun je ze waarschijnlijk op één hand tellen.

Joep de Jong: Er is altijd een verschil geweest tussen dorps- en streekkranten in België en in Nederland. In België heeft er al vroeg een kaalslag plaats gehad waardoor bijna al die kranten zijn verdwenen. In Nederland had op dat tijdstip haast elk dorp nog zijn eigen krant. Anders dan in België was de inhoud van die kranten veel meer gericht op het brengen van nieuws terwijl in België het steeds meer een advertentieblad werd met weinig of geen nieuws. Dat was het grote verschil.

Ook in Nederland was er in 1978 wel een verandering aan de gang. De kleine uitgevers kregen het moeilijk en gingen op in grotere uitgeverijen van huis-aan-huis-bladen. In Nederland heb je ook een sterke ontwikkeling van regionale dagbladen.

Het was precies in die jaren dat ik als uitgever van een eigen krant, in Baarle en omliggende dorpen, daar wel heel intens mee bezig was. Onze krant “Ons Weekblad” is nog steeds een abonnementenblad maar dat is eigenlijk vandaag wel een uitzondering op de regel. Maar iets gratis, is ook niet zo vanzelfsprekend.

1985 - Annus horribilis en annus gratiae

In het voorjaar van 1985 beslist het bestuur van uitgeverij De Hoogstraatse Pers om te stoppen met De Hoogstraatse Gazet. De uitgave van het weekblad - voor een redelijke abonnementsprijs - is voor ons onbetaalbaar. Joep de Jong, onze drukker, stelt voor om het weekblad te vervangen door een maandblad: minder werk, minder tijdsdruk en vooral goedkoper. Na heel wat overleg en niet zonder enige twijfel kiest men voor een maandelijks magazine. Woensdag 20 maart 1985 verschijnt de laatste editie van De Hoogstraatse Gazet en ruim een maand later ontvangen de lezers het maandblad, eerste jaargang, nr. 1, mei 1985. De nog openstaande rekeningen bij de drukkerij mogen we later betalen.

Joep de Jong: Met bewondering heb ik het enthousiasme gezien waarmee De Hoogstraatse Gazet is opgestart. Mijn voorstel voor een maandblad kwam er omdat ik een mooi voorbeeld zag in Merksplas, De Nieuwe Spetser. Zo’n blad is toch een belangrijke vorm van dienstverlening aan de gemeenschap. Het verdwijnen van zo een uitgave is echt een verarming. Ik dacht: als dat in Merksplas kan, waarom dan niet ook in Hoogstraten. Ik heb altijd veel sympathie gehad voor de inzet van deze vrijwilligers. Als uitgever van een krant kan ik de gehechtheid aan en de gevoelens voor zo’n blad heel goed plaatsen. Het blijkt toch dat we het samen goed hebben gezien. Een kwart eeuw later zien we dat de gekozen formule - De Hoogstraatse Maand - toch succesvol is geweest.

Wat morgen, overmorgen en daarna?

Veel betalende dorps-, stads- en streekkranten zijn verdwenen of werden vervangen door gratis advertentiebladen. Wat brengt de toekomst nu ook veel informatie langs digitale weg wordt verspreid?

Joep de Jong: Wij hebben zelf als Uitgeverij de Jong de voorbije twintig jaar een ontwikkeling gekend naar een tiental weekbladen in een aaneengesloten gebied en die kunnen in deze tijd nog steeds een belangrijke rol vervullen. Het zijn geen louter advertentiebladen maar ook nieuwsbladen met een formule. Elk dorp, elke gemeenschap heeft recht op zijn eigen blad. Ook in het digitale tijdperk hebben die echt wel een functie. Daarom geloof ik ook nog in de toekomst van zulke uitgaven.

Baarle-Nassau, woensdag 7 februari 1979 ’s avonds rollen de eerste exemplaren van De Hoogstraatse Gazet van de pers in drukkerij de Jong. (V.l.n.r.) Jos Versmissen (drukkerij), Joep de Jong, José Fransen, Leo Hermans, personeelslid drukkerij, Fons Goos, Jef Schellekens en Jan Michielsen beoordelen het nieuwe weekblad en drinken de aangeboden champagne uit een plastic bekertje.
Elke gemeenschap heeft recht op zijn eigen blad.

Wij drukken elke week hier in Baarle nog meer dan twintig weekbladen van ongeveer hetzelfde genre. Ons bedrijf is in de jaren tachtig enorm gegroeid en we hebben nu verschillende vestigingen in Nederland. Zo drukken wij o.a. in Gennep 120 weekbladen en twee gratis dagbladen. Voor mij is het duidelijk dat deze bladen in Nederland nog een toekomst hebben. Maar de situatie is wel anders dan in België. Hier kennen we een aantal zelfstandige uitgevers van weekbladen die drie, vier of vijf kranten of meer met veel succes uitgeven. Die markt is er!

Van Roosakker naar Visweg

Vanaf 1979 kwamen wij wekelijks enkele keren in de drukkerij aan de Roosakkerstraat. Maar we zagen ook dat de werkvloer groeide en steeds voller werd. Waar ging dat eindigen?

Joep de Jong: Begin jaren tachtig was het duidelijk dat we niet langer midden in het dorp konden blijven. We moesten steeds uitbreiden maar de beschikbare ruimte was volledig opgebruikt. Voor een nieuwe pers was er geen ruimte meer, hier in het centrum van Baarle aan de Roosakkerstraat. We waren heel geleidelijk volledig uit onze jas gegroeid en moesten op zoek gaan naar een nieuwe vestigingsplaats.

We hebben ook wel even aan het industrieterrein De Kluis in Hoogstraten gedacht toen het gebouw van drukkerij Van Poll (nu brandweerkazerne) te koop kwam. Van Poll was in Roosendaal de uitgever van een regionaal dagblad en kreeg de kans om in België een dagblad te drukken. Daarom bouwde men een nieuwe drukkerij in Hoogstraten voor Belgische én Nederlandse kranten. Maar dat project is niet echt van de grond gekomen. Dan is Van Poll daar begonnen met het drukken van folders. Folders in rotatie drukken was natuurlijk hetzelfde werk als wij hier in Baarle deden. Maar ook dat liep niet zoals men had gehoopt en er kwam een einde aan. Op zo’n moment denk je wel eens: In Hoogstraten, waarom niet?

Maar de wortels met Baarle waren toch altijd heel hecht en die laat je niet zomaar los. Daarom is Hoogstraten als nieuwe vestigingsplaats maar heel even in gedachten geweest. In deze jaren heb ik ook gedacht aan een verhuizing naar de plaatselijke industriezone, maar de mogelijkheden waren toen nog erg beperkt en ik wilde me zowel in Nederland als in België vestigen, dus één terrein met Nederlandse én Belgische grond, hier in Baarle. Op dat moment was die enclave op het industrieterrein nog niet beschikbaar. Bovendien wilde ik een plek waar nooit meer ruimtegebrek zou zijn. We hadden die problemen ondervonden in het centrum van het dorp.

We hebben wat geduld gehad. In 1986 zaten we wel op het industrieterrein. Op dit ogenblik hebben we hier 4,5 ha waarvan 3 ha is bebouwd. Het volledige huidige terrein is nu benut. Maar we hebben al enkele stappen voor de toekomst gezet en hier aan de overkant van de Visweg 3,5 ha bijgekocht en er komt in Baarle-Hertog/ Nassau een rondweg en dan zal die grond ook industrieterrein worden. Indien nodig hebben we dan ook nog uitbreidingsmogelijkheden. Maar niet vergeten dat de grafische industrie een zeer moeilijke bedrijfstak is.

Het kantoorgebouw van de Koninklijke Drukkerij Em. de Jong aan de Visweg in Baarle.

2006 – Koninklijke drukkerij

Drukkerij en uitgeverij de Jong pakken uit met twee prachtige boeken, ‘Baarle in druk 1906-2006’ en ‘Druk in Baarle 1906-2006’, naar aanleiding van 100 jaar Drukkerij Em. de Jong.

Joep de Jong: Ik heb altijd gedacht dat het voor mij niet belangrijk zou zijn, maar dat predicaat ontvangen heeft me toch wel iets gedaan. Ik ben daar trots op, voor onze mensen en voor het bedrijf want het is niet vanzelfsprekend dat je dat krijgt. Koninklijke staat voor een bedrijf dat 100 jaar bestaat, niet in buitenlandse handen is en betekenisvol is voor de bedrijfstak waarbinnen het werkzaam is. Koningin Beatrix is hierin erg principieel en daarom zijn we heel blij met deze erkenning. Het geeft ook een toetsing want men krijgt het voor een periode van 25 jaar. Daarna bekijkt men opnieuw of je het kroontje mag behouden. Maar we zullen er ons best voor doen.

Een echt familiebedrijf

Joep de Jong en zoon Stijn (l.) zorgen dat de drukkerij een familiebedrijf blijft.

Personeelsleden worden soms in de bloemen gezet, familie van personeelsleden worden al eens uitgenodigd, kinderen van de werknemers krijgen een Sinterklaasfeest, enz.

Joep de Jong: Het is altijd een familiebedrijf geweest en dat is zo stilaan verder gegroeid. Het is een evolutie van een heel klein bedrijf met enkele mensen naar een bedrijf met 350 mensen, tenminste hier in Baarle-Nassau. In het gehele bedrijf van drukkerij de Jong werken dubbel zoveel mensen. De geest van het familiebedrijf is altijd gebleven. Ik vind de intermenselijke relaties binnen het bedrijf heel belangrijk. Je wilt dicht bij de mensen staan en hen stimuleren voor een goede wisselwerking tussen werkgever en werknemer. Natuurlijk is mijn afstand tot de dagelijkse werkvloer in de loop der jaren groter geworden o.a. omdat ik ook nog andere activiteiten heb binnen en buiten de grafische sector. Maar ik hoor toch van iedereen die hier komt werken dat ze die speciale sfeer nog proeven en daar ben ik heel blij om. Het blijft een familiebedrijf, zeker nu mijn zoon Stijn hier werkt en een belangrijke rol speelt in de dagelijkse leiding. Ik denk dat hij het precies op dezelfde wijze ziet als ikzelf.

Binnen de Baarlese gemeenschap

Regelmatig zie je een sportploeg met een truitje van drukkerij de Jong, of ontmoet je mensen uit het verenigingsleven die activiteiten organiseren met de steun van... Drukkerij De Jong.

Joep de Jong: Toen in 1986 de verhuis uit het dorp aan de orde was, heb ik een studie laten uitvoeren door de BOM (Brabantse Ontwikkelingsmaatschappij) over de toekomst van het bedrijf, omvang en locatie. Het antwoord kende ik eigenlijk al. Onze plaats is hier in Baarle en het blijft in Baarle. In die tijd hadden we al een zestigtal werknemers uit België. Dat had natuurlijk alles te maken met de grafische opleidingen in Turnhoutse scholen. Afscheid nemen van die mensen, van de mensen van Baarle en omgeving, was absoluut niet aan de orde. Mijn band met Baarle is heel sterk en het bedrijf is sterk geworteld in deze gemeenschap.

Uiteraard wordt dan regelmatig vanuit deze gemeenschap een beroep op je gedaan voor sponsoring. Dat was zo in het verleden en dat is vandaag nog steeds. Natuurlijk wordt niet altijd ja gezegd op elke vraag. Maar als sponsor zijn wij hier in Baarle en ook elders goed aanwezig.

Kunst in het bedrijf

Wie uit de auto stapt op de parkeerplaats voor de ingang van het kantoorgebouw van de drukkerij wordt onmiddellijk geconfronteerd met een prachtig groot beeld. Ook binnen in de gangen en lokalen zie je overal kunstwerken. Je kunt er echt niet naast kijken, zoveel is er te zien.

Joep de Jong: Ik houd van mooie dingen, maar zonder grote kennis van zaken. Toen wij ons hier in de jaren tachtig kwamen vestigen heb ik van de gelegenheid gebruik gemaakt om het bedrijf te verfraaien met hedendaagse kunst. Kunst moet hier herkenning geven, zowel voor de bezoekers als voor de mensen die hier werken. Bij de keuze heb ik ondersteuning gekregen van een plaatselijke galerijhouder en kunsthandel. Sommige werken lijken misschien wat onheilspellend, bij andere spatten de kleuren eraf, maar ze brengen wel iets over bij de kijker. Ik weet dat ik te veel tijd in mijn werk stop en daarom moet ik mij laten begeleiden, maar ik maak wel zelf de keuze. Zo heb ik o.a. een grote bewondering voor het werk van de Finse schilder Mikko Paakkola wiens ‘geest stroomt naar vergeten streken’ of het ‘magisch realisme’ van de Belgische kunstenaar Dominique Ampe. Voor mij moet een werkomgeving ook iets uitstralen. Het is geen willekeurige keuze maar wel volgens een plan. Nu hangt het bedrijf haast vol maar het plan wordt door mij afgewerkt.

Toekomst

Wat is de toekomst van dit bedrijf dat al meer dan honderd jaar bestaat? En wat met zijn algemeen directeur?

Joep de Jong: Ik heb ook nog een aantal andere activiteiten. Maar ik geloof in het gedrukte product, het papier, in de komende jaren. Voor mij is heel belangrijk de continuïteit van het bedrijf, ook op de langere termijn als familiebedrijf. Om dat mogelijk te maken heb ik de structuren aangepast. In de jaren negentig werd het heel duidelijk dat de grafische industrie maar kon overleven door schaalvergroting. Daarom heb ik de nodige initiatieven genomen. We hebben dan een aantal bedrijven overgenomen. De Drukkerij de Jonggroep telt nu vier bedrijven in Nederland en we hebben in België ook een aantal verbindingen. Onze vier Nederlandse bedrijven samen maken onze groep toch tot de tweede speler in de Nederlandse grafische industrie. Onze locatie hier in Baarle-Nassau is de grootste grafische locatie van Nederland en België. We hebben vertrouwen in de toekomst. Mijn zoon Stijn is straks de vijfde generatie werkzaam in de drukkerij. Ik hoop dat we zo verder kunnen werken in deze heel moeilijke markt. Ons bedrijf heeft een locale, nationale en internationale functie en dat kan perfect samen. We drukken nog steeds met veel enthousiasme familiedrukwerk, kleine en grote boeken, en met nog meer enthousiasme dorps- en streekkranten. Een uitgave als De Hoogstraatse Maand is dan ook nu nog hier van harte welkom. Stop ikzelf nooit met werken? Jawel, ik heb ook mijn hobby’s zoals bridge, elke maandagavond al 25 jaar. Zelfs het werk moet wijken voor mijn maandagavond. (js)

© De Hoogstraatse Maand

This article is from: