Verdwenen winkels

Herkomst straatnamen

VERDWENEN WINKELS IN UTRECHT Kreymborg aan de Lange Viestraat

Het eerste moderne winkelpand aan de verbrede Lange Viestraat was de modezaak Kreymborg in 1928. Het kubistische gebouw stond op de hoek met de (latere) Sint-Jacobsstraat, waar nu de ingang van de Bijenkorf is. De jaren daarop zou de Viestraat vervolmaakt worden met het glazen torentje van modemagazijn Dijckho en de moderne warenhuizen van Vroom & Dreesmann en Galeries Modernes. Aan de overkant, op de hoek met het Vredenburg, verrees in 1939 de nieuwe C&A.

Tekst: Arjan den Boer / Fotogra e: Het Utrechts Archief

Bij de opening van het winkelpand in maart 1928 sprak oprichter Anton Kreymborg, vergezeld van zijn drie zoons en opvolgers: 'Zoo ik ooit met vreugde en verlangen de opening eener zaak heb tegemoet gezien, is het voor zeker hier, in het centrum van Nederland, de vierde stads des rijks, Utrecht, waar ik als jongeling de meest leerzame ontwikkelingsjaren in het confectiebedrijf heb doorgebracht'. Want ook al was de eerste Kreymborg-winkel in 1905 geopend in Amsterdam, de wortels van het bedrijf lagen deels in Utrecht.

Duitse winkeliers

Anton Kreymborg (1862-1946) uit Lohne in Westfalen was een van de vele Duisters die in de 19e eeuw naar Nederland kwamen om in de kledinghandel te werken of nieuwe winkels te openen. Anton begon in 1882 als winkelbediende bij de Oudegracht 147, een manufacturenzaak die was opgericht door een oud-werknemer van de Win ton Kreymborg de Oudegracht over om te gaan werken bij Peek van Duitse komaf, net als Kreymborg.

Anton Kreymborg schopte het — met zijn kersverse Utrechtse echtgenote Henrica van Beurden Leeuwarden. Bij een reorganisatie geen medeaandeelhouder worden, waarna hij voor zichzelf begon. Zijn confectieatelier had in eerste instantie nog geen eigen winkels, (de familie Brenninkmeijer kwam de Anton z'n eerste winkel aan de Leidsestraat in Amsterdam, al snel gevolgd door vestigingen in an Kreymborg (1864-1911) was in 1891 al een kledingwinkel begonnen in Den Bosch, en de twee broers vormden nu samen een winkelketen, opgedeeld in Noord en Zuid. werd Anton de baas over alle tien vestigingen. ook een winkel in Utrecht: aan als 'Amerikaansch Heerenkleding Magazijn' in een combinatie met twee jaar later was het alleen nog A. Kreymborg die in de advertenties vermeld stond. 'Het cachet van elegance, de deugdelijkheid in het dragen, de scherpe prijzen zijn het gevolg van onze machtige inkoopcombinatie over geheel ons land, jarenlange ervaring en dagelijksche inspanning, de reuzenomzetten en de goede kostenverdeeling. Al zou men ook willen, men kan op den duur niet tegen ons concurreeren', schreef Kreymborg vol zelfvertrouwen.

Nieuwe winkel

len op de Puist van Hagen. Dat was het pand van sigarenmaker Hagen dat als enige was blijven staan bij de verbreding van de noordzijde worden verbreed.) Het duurde nog tot 1927 voor de gemeente er eindelijk in slaagde de vooruitstekende 'puist' te slopen. Kreymborgs nieuwe winkel op deze plek werd 1974) van het Arnhemse architec ontwierp. Het eigentijdse gebouw van baksteen neigde naar het ku element was de robuuste hoektoren. Het geheel maakte 'een voornamen indruk', volgens het UN, het interieur had 'smaakvolle betimmeringen en een spiegelgladde parketvloer'.

De modewinkel op de markante hoek — vanaf 1940 met de nialang druk bezocht, maar moest in 1975 weg vanwege bouwplannen voor de Bijenkorf. Dat warenhuis Door juridisch getouwtrek tussen de gemeente en de Bijenkorf — er was inmiddels een lage noodwinkel met alleen meubels — stond het oude Kreymborg-pand nog tien gesloopt en op die plek opende twee jaar later het winkelcentrum Bijenkorf.

Kreymborg was ondertussen Noord-Brabant (nu Douglas). Maar in de jaren negentig — inmiddels het bergafwaarts met het degelijke Kreymborg. Pogingen om meer jeugdige klanten aan te spreken mislukten, en ook 'koopkrachtige Nederlanders van boven de dertig' als nieuwe doelgroep mochten borg op te bestaan.