GRASDUINEN VOOR BEGELEIDERS
INLEIDING TOT GRASDUINEN
1
Doel van het educatief pakket Grasduinen van bos tot boer Kinderen leren met Grasduinen zelf verbanden zien tussen wat de boer kweekt, zaait, plant en wat er uiteindelijk op ons bord belandt. Bovendien ontdekken ze zo ook welke producten de natuur en het bos ons bieden en waar ze in de buurt van deze natuur en het landschap kunnen genieten. Uiteindelijk willen we enerzijds meer natuur en landbouw op school brengen en anderzijds scholen aanmoedigen en ondersteunen om landbouwbedrijven en natuur te bezoeken. Het educatief pakket (opgebouwd volgens verschillende bouwblokken) tracht aan de hand van lokale voorbeelden van ecosysteemdiensten aan kinderen van de lagere school aan te tonen hoe landbouw, natuur en landschap met elkaar verbonden zijn en elkaar versterken in een multidisciplinair platteland. Zowel de sectoroverschrijdende benadering als het multidisciplinair partnerschap creëren de unieke waarde van het project. Door bezoeken op landbouwbedrijven, natuurbeheeractiviteiten, landschapsbeleving en activiteiten in de klas zelf bouwen we een ervaringsgericht pakket op. Hierin wordt de beleving van, de band met en het respect voor de leefomgeving versterkt. Zo wordt de meerwaarde van het platteland in de verf zet.
Binnen het kader van het educatief pakket Grasduinen beogen we de volgende leerdoelen en resultaten:
LEERDOEL 1 — De kinderen leren zoeken naar verbanden
tussen wat de boer kweekt, zaait, plant en wat er op ons bord belandt.
LEERDOEL 2 — De kinderen laten ontdekken wat de natuur
en het bos ons bieden. LEERDOEL 3 — De kinderen laten ontdekken waar ze in de
buurt van de natuur kunnen genieten.
LEERDOEL 4 — De kinderen ontdekken de ecosysteem-
diensten.
RESULTAAT 1 — Meer natuur en landbouw tot bij de kinderen
of op school brengen. RESULTAAT 2 — Scholen aanmoedigen én ondersteunen om
boeren te bezoeken en meer de natuur in te trekken.
• 01
2
Ecosysteemdiensten als kern van het pakket Het begrip ecosysteemdiensten staat centraal binnen dit pakket. Maar wat houdt dit juist in? Hieronder kan je een korte intro tot dit onderwerp terugvinden: Wat is een ecosysteem? Het geheel van levende en niet-levende elementen die het samenleven van levende organismen in een bepaald gebied kenmerken. Wat is een ecosysteemdienst? De goederen en diensten geleverd door een ecosysteem die bijdragen tot voordelen (baten) voor de mens. Wat voor soort ecosysteemdiensten bestaan er? Producerende diensten: de producten die uit ecosystemen ontstaan zoals voedsel, vezels en grondstoffen zoals riet, hout, vezels voor textiel, .... Dit zijn dus materiĂŤle producten.
Regulerende diensten: de voordelen die ontstaan uit de krachten van ecosysteemprocessen bv. de regulering van het klimaat, water en sommige menselijke ziektes. Culturele diensten: het vermaak en genot dat mensen putten uit ecosystemen door geestelijke verrijking, cognitieve ontwikkeling, recreatie en esthetische beleving. Ondersteunende diensten: diensten die nodig zijn voor het aanbieden van alle bovenstaande diensten zoals bodemvorming, fotosynthese, voedselkringloop. Hieronder kan je zo enkele voorbeelden terugvinden:
Bron & meer info kan je terugvinden op: www.ecopedia.be/encyclopedie/ecosysteemdiensten
Waarom zijn ecosysteemdiensten zo belangrijk? De wisselwerking tussen mens/maatschappij en ecosystemen heeft rechtstreeks of onrechtstreeks impact op ons welzijn en onze welvaart.
• 02
Hoe kunnen beter zorgen voor ecosysteemdiensten? 3 bouwstenen waar we op inzetten met Grasduinen: Groene-blauwe infrastructuur: welke is er in onze buurt? Hierbij kijken we zowel naar het bos, het landschap, als naar de landbouw. Waardering: hoe kunnen we deze ecosysteemdiensten — die gratis zijn, maar die we niet zomaar kunnen bijkopen in een winkel als ze op zijn — toch een waarde geven? Communicatie: hoe kunnen we helder communiceren over de voordelen van de ecosysteemdiensten?
3
Grasduinen door middel van EDO Hoe gaan we dit samen met de kinderen onderzoeken? We pakken deze thematiek aan via de principes van ‘educatie voor duurzame ontwikkeling’ of kortweg EDO . EDO = leren denken over en werken aan een leefbare wereld, nu en in de toekomst, voor onszelf en
voor anderen, hier en elders op de planeet
Door middel van EDO zetten we niet enkel in op het leren om te weten, maar leren om bewust en geëngageerd te handelen. Inzicht én wil moeten leiden tot actie. EDO is niet leren om ‘slimmer’ te worden, maar om geleerde inzichten vanuit ontwikkelde waarden en bewust ervaren emoties constructief te gebruiken om bewust en geëngageerd te handelen, om iets te veranderen. Nieuwe kennis slaat daarbij niet letterlijk op ‘nieuw’, iets dat we nog niet wisten, maar op een ander soort kennis: kennis die actiegerichtheid is, die je nodig hebt om iets te ondernemen. Even belangrijk — maar een in de praktijk nogal verwaarloosd aspect — zijn waarden & emoties. Die moeten namelijk de drive, de wil creëren om iets te willen ondernemen. Waarden kan je ontwikkelen: je eigen waarden onder woorden brengen, constructief kunnen discussiëren over waarden en kritisch je eigen waardenhiërarchie bijstellen. Emoties kan je bewust ervaren, constructief leren uiten en aanwenden. Anderen kan je ‘emotiveren’, of ook: ‘mensen raken om ze in beweging te krijgen’. Zo kom je bij de vergelijking met de verbrandingsmotor die niet enkel op benzine (kennis, inzichten) kan werken, waar waarden & emoties de spreekwoordelijke zuurstof kunnen zijn om effectief iets in beweging te brengen. En dat er iets beweegt, dat je zoekt, dat je probeert, is het belangrijkste. Of anders gezegd: het proces, het actieonderzoek, het leren actie ondernemen is — tenminste in educatie — belangrijker dan het resultaat. Of in de beeldspraak: belangrijk is dat de motor gaat draaien en dat er iets beweegt, waar je uitkomt zie je achteraf wel. Een waardevolle les voor lesgevers! Dat actieonderzoek zal terug waardevolle kennis opleveren, emoties teweegbrengen en waardenontwikkeling stimuleren.
Meer informatie hierover kan je terugvinden op de website van Departement Omgeving — LNE (leefmilieu, natuur & energie): www.lne.be/educatie-voor-duurzame-ontwikkeling en www.lne.be/wat-is-edo. Op deze laatste site vind je tevens een interessant document dat hier dieper op ingaat (‘De Vlag en de lading’).
• 03
4
Hoe ga je aan de slag met dit pakket? A • Ecosysteemdiensten onderzoeken op kindermaat • •
• • •
•
Dit educatief pakket kan op verschillende manieren ingericht worden, maar het begint steeds met de startmodule samen met de leerlingen. Deze startmodule gaat in op ecosysteemdiensten; spelenderwijs en op het niveau van de leerlingen. Hiervoor wordt gewerkt met de 4 oerelementen AARDE , LUCHT, WATER en VUUR . Deze hebben wij, maar ook andere organismen nodig om te kunnen overleven. Het vijfde element dat centraal staat in dit pakket is dus natuurlijk het LEVEN zelf. Aan elk van deze elementen is een herkenbaar icoontje verbonden zodat ze gemakkelijk terug te vinden zijn over heel het pakket. Bovendien benadrukken we dat deze elementen onderling onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn: ze vormen een netwerk waarop wij een belangrijke invloed kunnen hebben, zowel in positieve als in negatieve zin. Deze elementen worden vervolgens verder uitgewerkt tijdens de uitstappen en in de klas door te Grasduinen van bos tot boer doorheen het hele pakket.
B • Grasduinen in de natuur en bij de boer Wil je met de klas op stap gaan in de natuur en bij de boer? Hiervoor zijn verschillende formules mogelijk, die je kan raadplegen op de website: www.bosplus.be/nl/grasduinen en www.grasduinen.be.
C • Grasduinen voor begeleiders en kinderen Er is een verzameling van modules opgebouwd rond elk van de 4 oerelementen & het centrale element leven. Elk van deze modules gaat gepaard met enerzijds een handige leidraad voor begeleiders en anderzijds een werkboek voor kinderen. Grasduinen voor begeleiders Er zijn 6 modules opgemaakt waarmee je zelf aan de slag kunt: • Je begint steeds met de startmodule zodat de kinderen voldoende context mee hebben in verband met het doel van het pakket. • Vervolgens behandel je de verschillende elementen: AARDE, LUCHT, WATER, VUUR, LEVEN. Elke modules is opgebouwd volgens een vaste structuur: 1• Leeswijzer voor de begeleider: 1•1 Inleiding tot het thema: korte uitleg wat we met dit element bedoelen 1•2 Oplijsting van concepten die aan bod komen 1•3 Materiaal dat je nodig kan hebben in deze module (vb. om te knutselen of om iets te tonen) 1•4 Bronnen: waar hebben wij onze informatie gehaald en waar kan jij meer informatie vinden omtrent dit element. 2• Hoofd — triggers tot het thema voor de leerlingen Doel: Leerlingen laten kennis maken met het element. Wat weet je over dit oerelement? Wie zijn de vrienden van dit oerelement? Hoe ben je dit tegengekomen bij de boeren en in de natuur?
• 04
2• Hoofd — triggers tot het thema voor de leerlingen Doel: Leerlingen laten kennis maken met het element. Wat weet je over dit oerelement? Wie zijn de vrienden van dit oerelement? Hoe ben je dit tegengekomen bij de boeren en in de natuur? 3• Handen — wat hebben wij nodig Doel: Leerlingen iets laten doen om het element beter te begrijpen. Je mag iets doen! Spelletje, knutselen, zoeken, … 4• Hart — wat kunnen we zelf doen Doel: Leerlingen laten nadenken hoe het beter kan. Tijdens dit onderdeel wordt steeds het impactrooster ingevuld (zie verder). Hier kan je je dromen de vrije loop laten gaan! Denk eens na …. hoe kan ik dit element beschermen? Het pakket is zo opgebouwd dat er een flexibele invulling mogelijk is voor: • de locatie: in de klas, in de school, rondom de school, op verplaatsing. • de timing: Je kan er een projectweek van maken, elke week een module opnemen of het spreiden zoals het je uitkomt. De leerlingen doen mee: zie ‘Grasduinen voor kinderen’. In de modules ‘Grasduinen voor begeleiders’ wordt steeds een link gemaakt naar dit werkboek aan de hand van het volgende icoontje:
Grasduinen voor kinderen In het boekje ‘Grasduinen voor kinderen’ kunnen de leerlingen meevolgen met het educatief pakket en zelf dingen noteren, tekenen, knutselen, enz. Bovendien kunnen zij hierin aangeven hoe zij hun omgeving beter gaan maken: welke positieve impact kunnen zij (zijzelf, samen met de klas, met hun gezin) hebben op elk van de elementen. Hiervoor is achteraan in het boekje een samenvattend impactrooster voorzien dat ze systematisch invullen nadat een module afgewerkt is. Ondersteuning door een ervaren Grasduiner? Voel je je niet zeker om zelf aan de slag te gaan met dit pakket? Geen nood! Je kan steeds hulp inroepen van een ervaren Grasduiner om je te ondersteunen. Meer informatie hierover vind je terug op de website www.bosplus.be/nl/grasduinen en www.grasduinen.be.
• 05
www.ec.europa.eu/agriculture www.vlaanderen.be/pdpo www.platteland.limburg.be • 06
GRASDUINEN VOOR BEGELEIDERS
STARTMODULE
1
Leeswijzer voor de begeleider
1•1 Inleiding tot het thema 1•2 Concepten die aan bod komen 1•3 Materiaal 1•4 Bronnen
2
Hoofd — triggers tot het thema voor de leerlingen
2•1 Methode 2•2 Inhoud
3
Handen — wat hebben wij nodig
3•1 Methode 3•2 Inhoud
4
Hart — wat kunnen we zelf doen
4•1 Methode 4•2 Inhoud
• 01
1 1•1
Leeswijzer voor de begeleider INLEIDING TOT HET THEMA Met Grasduinen trachten we — op het niveau van de leerlingen — de ecosysteemdiensten uit te leggen: diensten die de natuur ons en andere levende organismen biedt om te kunnen overleven. Bovendien benadrukken we dat deze diensten onderling onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn: ze vormen een netwerk. Om ecosysteemdiensten op een eenvoudige manier te verwerken in het pakket, vertrekken we van de 4 oerelementen: AARDE, LUCHT, WATER en VUUR. Als vijfde centrale element voegen we hier LEVEN aan toe. Deze elementen worden vervolgens verder uitgewerkt tijdens de uitstappen en op school door te Grasduinen.
1•2
CONCEPTEN DIE AAN BOD KOMEN ecosysteemdiensten evenwicht systeem
1•3
lucht aarde leven water
vuur energie voeding
MATERIAAL Maak een setje kaarten zodat je van elk oerelement een tiental kaartjes hebt (zie bijlage). Je print deze best op stevig papier (of je kan ze ook plastificeren als je ze buiten wil gebruiken). Een glas water. Een beetje aarde (grond). Een groot stuk papier voor een schets van de schoolomgeving.
• 02
2 2•1
Hoofd — triggers tot het thema voor de leerlingen METHODE Onderwijsleergesprek aan de hand van associaties & kaarten.
2•2
INHOUD Toon de leerlingen elk van de elementen en laat hen raden over wat het gaat. We laten de kinderen met elk van de elementen gaandeweg kennis maken aan de hand van enkele vragen: Associatie: Wat is het eerste dat in je opkomt als je denkt aan aarde/ lucht/water/vuur? Locatie: Waar heb je dit al gezien in de klas, thuis, tijdens een wandeling, bij een boer,… ? Toon de overeenkomstige kaart voor elk van de elementen.
AARDE —
Toon het hoopje aarde.
Waar denk je aan?
Locatie?
Voorbeelden zandbak veldweg modder vuil tuin bos veld, ….
Voorbeelden zandbak speeltuin tuin bij mij thuis bij de boer, ….
LUCHT — — —
Adem eens diep in en uit. Vraag aan de leerlingen wat je net deed. (Ademen) Vraag hen wat je net inademde. (Lucht)
Waar denk je aan?
Locatie?
Voorbeelden buiten koud warm blauwe hemel, ….
Voorbeelden buiten overal ook binnen, ….
• 03
WATER —
Toon een glas met water.
Waar denk je aan?
Locatie?
Voorbeelden drinken rivieren zwemmen regen = als de zon weent douchen, ….
Voorbeelden uit de kraan in het zwembad uit de wolken vijver met vissen, ….
VUUR — —
Toon het filmpje: www.youtube.com/watch?v=eyU3bRy2x44 OF Vraag aan de leerlingen hoe je het warm kan krijgen. Geef als tip dat het kan verbranden.
Waar denk je aan?
Locatie?
Voorbeelden zon takken verbranden lucifer haardvuur bosbrand, ….
Voorbeelden buiten aan de hemel in de living, ….
Geef aan dat je vuur ruim kan zien: energie! Dit is dus ook onze verwarming, elektriciteit, …. Vraag wat de kinderen nodig hebben zodat ze energie hebben: kunnen spelen, ravotten, …? Eten!
LEVEN — — — — —
Wijs naar jezelf en naar verschillende leerlingen (en eventueel planten als die in de buurt zijn). Wat doen wij? (spelen, eten, ademen,……) Wat is het verschil tussen ons en de tafel, stoel, …..? Wij en alle dieren & planten op onze planeet LEVEN! Om te leven kunnen overleven hebben we de 4 voorgaande elementen nodig.
• 04
3 3•1
Handen — wat hebben we nodig METHODE Spelvorm aan de hand van een set kaarten waarop de 5 elementen voorkomen. Schattenjacht in en rond de school.
3•2
INHOUD Inleidend spelletje
Het spel gaat als volgt: Neem de set van kaartjes met de 5 elementen. Hou de kaarten met het element LEVEN apart. Schud de rest door elkaar. De leerlingen zelf stellen LEVEN voor. Geef elke leerling een kaart met het element LEVEN erop. Sommige leerlingen zijn een dier, anderen een plant. Vraag de kinderen welk dier of welke plant ze willen zijn en waarom. De kaarten met oerelementen worden worden random verdeeld: OPTIE 1 — er is ruimte beschikbaar Kinderen gaan willekeurig verspreid staan in de ruimte. Kaarten worden rondgegooid in de ruimte. Plant-kinderen nemen de oerelementen in hun buurt (kunnen niet verplaatsen). Dier-kinderen lopen rond en rapen de rest van de kaarten op. OPTIE 2 — in de klas
Kaarten worden willekeurig uitgedeeld over de kinderen. Varieer ook het aantal kaarten dat elk kind krijgt. Sommige kinderen krijgen niets.
Laat de kinderen kijken welke kaarten ze verzameld of gekregen hebben. Leg uit: Een plant of dier kan enkel overleven indien je minstens één kaart van elk element hebt — als je een kwartet kan maken: Water: drinken Aarde: landschap/omgeving om te wonen Vuur: zonlicht/eten Lucht: ademen Laat kinderen die het niet overleefd hebben hun hand opsteken. Bespreek met hen waarom niet. Wat ontbrak er? Optioneel: Vraag aan de kinderen of iemand zeer veel kaartjes van hetzelfde element verzameld heeft. Dit kan ook niet goed zijn: Te veel water: dan kan je verdrinken Te veel zon: dan kan je verbranden
• 05
NABESPREKING MET DE KLAS:
Met dit spel geven we het belang van de samenhang van de elementen weer en het evenwicht hierin. Conclusie: iedereen — alles dat leeft — heeft ze nodig: mens, dier, plant van de regenworm tot de koe in de wei, struiken, bomen, … landbouw/bos/natuur iedereen is hierin gelijk
Schattenjacht op school Maak een schets van de schoolomgeving op een groot stuk papier. Ga op verkenning in en rond de school. Waar komen elementen voor in de schoolomgeving? Duid ze aan op de kaart Hoe kan het beter? Impactrooster invullen voor de school
• 06
4
Hart — wat kunnen we zelf doen
Nu gaan we op ontdekking! We gaan Grasduinen in de natuur en de bossen en bij de boeren in de buurt.
Wat is Grasduinen? Op het gemak en voor het plezier ergens rondsnuffelen … Op zoek naar onverwachte ontdekkingen! Ook wel: rondneuzen, snuffelen, spoorzoeken, …
Wat is een Grasduiner? Dit is iemand die grasduint, iemand die: ontdekt hoe bos en boer verbonden zijn onderzoekt hoe het leven & de oerelementen (aarde — water — vuur — lucht) samenhangen proeft van lokaal lekkers uit het bos en van bij de boer beleeft en op avonturen trekt in het bos en bij de boer droomt om de oerelementen te beschermen DUS: Dat ben jij! (de kinderen)
Hiervoor kan je aan de slag in je eigen Grasduinboek.
www.ec.europa.eu/agriculture www.vlaanderen.be/pdpo www.platteland.limburg.be • 07