2015 12 17 dvhn lc noord

Page 1

DEcember

ik kan soms een nette hufter zijn Falko zandstra


ADVERTENTIE

02

Gastgever

Juist in luisteren ligt de waarde „Het moet anders, maar hoe?” Herkent u die vraag ook? Jan Hut van Gastgever in Leek wordt regelmatig met die vraag geconfronteerd. Door directeuren, door eigenaren van bedrijven, door mensen die voelen dat hun bedrijf ‘vast’ zit en die toch graag een stap naar verandering willen zetten.

Bij een net overgenomen en nog zieltogende dorpswinkel werden klanten uitgenodigd om in de winkel te komen praten en hun verwachtingen te komen vertellen. De ondernemer wist op die manier met ruim dertig mensen een goed gesprek te hebben en heeft nu dertig ambassadeurs, een lekker lopende winkel en een goede samenwerking met het dorp, met steeds meer klanten die waardering hebben voor de dorpswinkel. De eigenaar van een partybedrijf liet Jan en Ursula met stijgende verbazing naar zijn eigen mensen luisteren. De man wilde dat Jan het begrip ‘klantvriendelijkheid’ beter onder zijn personeel zou brengen en had daarvoor tien tips van internet gehaald. Een uitgebreid gesprek met alle werknemers leverde net zo veel tips op, maar die kwamen nu uit de mensen zelf en waren niet van bovenaf opgelegd. „En dat is veel waardevoller dan het aan je mensen voorlezen van die tips vanaf papier.” De groepen waarmee Jan Hut aan de slag gaat, zet hij als het even kan graag in een cirkel bij elkaar. „Als je mensen naar elkaar wilt laten luisteren en met elkaar in gesprek wilt laten gaan, is het het beste als ze elkaar kunnen aankijken op ooghoogte, een cirkel creëert gelijkwaardigheid en dat is de beste basis om samen gesprekken te voeren.”

„Ga met elkaar in gesprek”, zegt Jan Hut die na 30 jaar ervaring bij grote ondernemingen zeven jaar geleden startte met zijn bedrijf Jan Hut Advies; twee jaar geleden is hij samen met Ursula Appolt het initiatief Gastgever gestart. „Door de tijd te nemen, met elkaar te praten en te luisteren, kun je de prestaties van je bedrijf sterk verbeteren. Wij nodigen mensen uit met hart en ziel aanwezig te zijn en deel te nemen aan het voeren van goede gesprekken. Dat is zowat de moeilijkste oefening voor ons als mens. Als je gesprekken in groepen analyseert, hoor en zie je dat de conversatie vaak wordt gedomineerd door maar een paar mensen. Het lijkt dat de mensen die het meest aan het woord zijn, het grootste gelijk hebben.” Gezamenlijk belang „Wij denken daar anders over. Juist de mensen die minder aan het woord zijn, weten vaak precies hoe de verhoudingen zijn. Zij luisteren immers meer dan ze spreken. Wij willen graag die mensen uitnodigen om deel te nemen aan het gesprek door hun kennis in te brengen. Zeker als het gaat om onderwerpen die van ons allemaal, van het bedrijf, van de vereniging of van een project zijn.” Jan Hut benadrukt dat het voor bedrijven van groot belang is dat medewerkers met elkaar in gesprek te gaan; het omgekeerde is ook het geval. „Vaak wordt vergeten dat medewerkers een groot belang hebben bij

een gezond bedrijf.” Met elkaar in gesprek gaan, heeft dus een gezamenlijk belang om verder te komen. Om de gesprekken met de groepen optimaal te kunnen voeren en in goede banen te kunnen leiden, werkt Jan samen met collega Ursula. Jan Hut gelooft in de grote waarde van „gesprekken die ons verder brengen. De kennis zit in mensen, dus als je een nieuwe weg in wilt slaan met je bedrijf of vereniging of wijk, als je verandering wilt, als je wilt begrijpen hoe mensen denken, als je wilt weten wat mensen beweegt, als je mensen plezier wilt laten hebben in hun werk, dan moet je met elkaar in gesprek. In mensen zit kennis, zit de kracht om verandering tot stand te brengen. Betrek je mensen bij je bedrijf, bij je vereniging, bij je organisatie. Pas als mensen samen een verandering dragen, komt die tot stand.” Kunst van het luisteren Jan Hut kan de boodschap niet vaak genoeg vertellen en herhalen: hoe meer en beter je mensen betrekt bij wat ze doen, hoe meer je aan ze hebt. „Door met elkaar in gesprek te gaan, leer je van elkaar wat mensen bezig houdt, wat mensen drijft.” De inhoud is voor Jan Hut niet van belang, het gaat om het proces. „Of het om de mensen van een garage gaat, een automatiseringsbedrijf of de dorpswinkel, dat maakt niet uit. Het gaat om de kunst van het luisteren, leren luisteren naar elkaar.”

Het argument telt Mensen meer bij het bedrijf of een organisatie betrekken, gaat wat Jan Hut betreft veel verder. „Geef mensen de kans om zelfsturend te worden.” Het is de keus voor een meer Rijnlands model in plaats van het veel gehanteerde Angelsaksische model. „Het gaat uit van de kennis en de kracht van mensen binnen het bedrijf.” Uitgaan van gelijkwaardigheid brengt mensen verder; net zoals het sociocratische principe dat stemmen in een groep niet gaat op basis van meerderheid, maar op basis van het recht dat iedereen het recht heeft ergens tegen te zijn, zo lang het maar op basis van argumenten is. En een besluit, vervolgt Jan „neem je als iedereen akkoord is, iedereen heeft een vetorecht.” Gastgever Jan Hut, het klinkt mooi, maar waar komt dat vandaan? „De term gastgever komt eigenlijk uit Duitsland, iemand die mensen uitnodigt om gastvrij te zijn…” Kennis maken met Jan en Ursula betekent in gesprek gaan. En luisteren naar elkaar „want dat zijn we vergeten. En juist in luisteren ligt de waarde van iemands woorden.”

www.gastgever.nl


03

DE ANALOGE ONDERNEMER N

oord gaat feitelijk over de toekomst van de ondernemer in Noord-Nederland.

Hoe lang kan een ondernemer zich veroorloven op de oude voet verder te gaan? Hoe lang kan hij of zij nog analoog blijven opereren, terwijl Ziggo in de huiskamer al digitaal is doorgebroken. Vanuit verschillende gezichtspunten trachten we in deze bijlage die nieuwe en soms ook onzekere toekomst te belichten. Dat levert voor ondernemers misschien wat houvast op en voor de lezers mooie verhalen. We hebben een paar noordelijke ‘speurneuzen’ in beeld gebracht, bedrijven die op internet een specialisatie hebben gevonden waarmee ze door bijvoorbeeld veiligheidsdiensten worden ingeschakeld. Dat zijn mooie verhalen. Het gaat in noord niet alleen over techniek, ook over personen. Ondernemen is vooral Het citaat ‘Ik kan soms een nette

een persoonlijke vaardigheid. En dat is iets heel anders dan besturen of managen, al

hufter zijn’ op de voorpagina van

zijn er uitzonderingen. U komt ze in deze editie van noord tegen.

deze ondernemersbijlage is een uitspraak van ondernemer en oud-topschaatser Falko Zandstra. Het is terug te vinden op pagina 10 van deze bijlage.

colofon

Inhoud

noord is een ondernemersbijlage

04 Speurneuzen ze zoeken en vinden

van NDC mediagroep

Met internet criminaliteit bestrijden

07 Column Nick Stevens Samenstelling: Bouke Nielsen Eindredactie: Roel Snijder Art direction: Initio Vormgeving: Marc Bos Fotografie: Pepijn van den Broeke

Eerst alles vergeten wat we weten

08 Zoals Van Gend en Loos het al deed Geen revoluties in wegvervoer

10 Schaatser Falko Zandstra als ondernemer Altijd het zelfvertrouwen dat-ie het redt

12 Op is op meer en meer Reacties: e-mail bijlagen@ndcmediagroep.nl, telefoon 0 50-5844256 / 058-2845477

Het echte oogsten moet zelfs nog beginnen

16 Het gouden kwartaal Decemberdrukte in winkels: laveren tussen gevoel en data

21 Innovatie: minder overbodig keukenafval Volg noord ook online op het blog www.noordblog.nl

Reductie afval begint met inzicht in afvalstromen

23 Veendam online Adult-sites van EDC Internet domineren

24 Het magische moment van een start-up De worsteling van reisbeginneling TripTrek

28 Geen zachte heelmeesters Jong en oud durven te zeggen waarop het staat

31 Column Willem van Reijendam We weten na het meten niet wat we weten


04

SPEURNEUZEN ZE ZOEKEN EN VINDEN Met camera’s, met intelligente

zoekmachines, met slimme software. Big Brother is watching you. Niet alleen de overheid doet dat. Heel wat bedrijven leggen zich toe op zoeken en vinden, op het in beeld brengen van geboefte. De speurneuzen aan het werk. Door Jean-Paul Taffijn

bouwatch Nee, ze laten meestal liever niet het achterste van hun tong zien. Ze zitten niet zelden in een rat race met kwaadwillenden, die ook niet op hun achterhoofd gevallen zijn. „We moeten constant innoveren om bij te blijven”, zegt Jelle Anema van BouWatch in Assen. Iedereen kent de opvallende masten die op bouwplaatsen staan. De lampen en camera’s zijn goed te zien. Toch lieten meer dan 300 dieven zich dit jaar al betrappen door het spiedende oog. Anema: „Onze centrale meldkamer in Apeldoorn heeft een live-verbinding met de politie. Agenten kunnen met één druk op de knop meekijken. De pakkans is daardoor zo’n 99 procent.” Hoe slim de masten (er staan er in Nederland meer dan 1000) van binnen zijn, weten weinigen. En dat moet vooral zo blijven. Wat iedereen wel mag weten: een GPS-signaal leidt politie of beveiliging direct naar de juiste plek. De meldkamer kan de camera’s bewegen en laten inzoomen. De software achter de camera’s, die het mogelijk maakt dat verdachten snel ontdekt worden, is ontwikkeld door het Israëlische leger. Bouwplaatsbeveiliging dus. Maar BouWatch doet veel meer met zijn technologie. Tijdens de G8-top in Den Haag stond de stad vol met masten waaraan software was gekoppeld die individuen herkent. Bij evenementen wordt het bedrijf ook steeds meer ingeschakeld. Voor crowdcontrol, om het in goede banen leiden van verkeersstromen. Anema: „Wij leveren de apparatuur. Daar kan de opdrachtgever zelf software aan koppelen.” Herkenning van kwaadwillenden bijvoorbeeld. ››› 06


05


06

04 ›››

Horus

ziuz

Horus View and Explore in Bedum is ook bezig met camera’s en

Hoe groot de impact van criminele sites op personeel kan hebben,

software. De politie maakt al gebruik van de slimme ogen die

weet Gerrit Baarda als geen ander. Zijn in Gorredijk (en New York)

haarscherpe, 360 graden beelden maken. De inlichtingendiensten

gevestigde Ziuz speurt het web af op zoek naar kinderporno. De door

weten Horus ook te vinden. „Zo snel mogelijk zo veel mogelijk

Ziuz ontwikkelde software herkent kinderporno. Maar daarvoor

informatie geven. Dat is in feite wat onze systemen doen”, vertelt

moest de software eerst wel aan het denken worden gezet, op basis

eigenaar René Bolhuis. Horus is in feite een softwareplatform dat

van veel voorbeelden van kinderporno. „Zeker in die fase was het

af en toe uitstapjes maakt in de ‘hardwarewereld’. „Wij bedienen

geen overbodige luxe dat we psychische hulp geregeld hadden voor de

klanten die een duidelijk probleem hebben, maar ook middelen en een

medewerkers die er mee bezig moesten. Dat gaat echt niet in je koude

innovatiebehoefte. Als er een specifieke vraag is naar een apparaat en

kleren zitten.”

dat bestaat niet, dan maken we het zelf.”

Het succes van Ziuz’ software is groot. De Nederlandse politie werkt er

De politie bijvoorbeeld heeft auto’s met camera’s die beelden van alle

mee, net als – via Interpol – tal van opsporingsinstanties wereldwijd.

kanten streamen, inclusief audio. Dat gaat rechtstreeks naar het bureau,

De basis is een manier om beelden tot de kern samen te vatten, wat

of naar de ME-commandant als dat nodig is. Bolhuis: „Als iemand

speurders ongelooflijk veel tijd scheelt. Machine learning haalt er

tijdens een demonstratie iets vernielt, kan er meteen een snapshot naar

vervolgens de uittreksels uit waar waarschijnlijk kinderporno op staat.

een stille agent, die de dader even later in de kraag vat.”

De relatie met politie en diensten heeft Ziuz ook op andere sporen

„Onze software koppelt verschillende bestaande apparaten.

gebracht: het samenvatten van beelden uit observatiecamera’s. En sinds

De mogelijkheden zijn groot, maar alles werkte los van elkaar.

kort bouwt het bedrijf ook zelf camera’s die met heel weinig licht heel

Daar hebben wij een oplossing voor bedacht. Nachtcamera’s, GPS,

heldere beelden kunnen maken. Beelden waaraan opsporingsdiensten

streaming, zoomen, snapshots maken, 360-beelden, beeldstabilisatie,

ook echt iets hebben. En die diensten willen de apparatuur maar wat

schotdetectie en veel meer. Met ons platform kies je wat je allemaal

graag hebben. Bijvoorbeeld om het Openbaar Ministerie betere kansen

nodig hebt en met een paar muisklikken werkt het samen.”

van slagen te geven in strafzaken.

De producten van Horus vallen ook in het buitenland steeds meer op. In het Midden-Oosten wordt de apparatuur ingezet voor grensbewaking. Een gevangenis in Saudi-Arabië heeft net een order geplaatst. „Kijk, je bedient alles met consoles van een Playstation.” Voor defensie maakt Horus apparaten die herkennen uit welke richting schoten komen.

openindex Voor defensie is ook Openindex uit Groningen in de weer. Voor de Amerikaanse defensie zelfs: DARPA, de Defense Advanced Research Projects Agency brengt knappe koppen samen, vooruitstrevende bedrijven die het Amerikaanse leger van dienst kunnen zijn. „Dat is nogal wat, als je gevraagd wordt mee te doen”, zegt CEO Jack Bos. De opdracht: samen met een handjevol andere bedrijven wereldwijd een systeem bouwen om mensensmokkelaars op te sporen. DARPA kwam uit bij Openindex, omdat het Groningse bedrijf, een verbijzondering van Buyways, expert is in webcrawling. „Dat is een

PSYCHISCHE HULP GEEN OVERBODIGE LUXE VOOR PERSONEEL

stukje van internet downloaden, waarna je er gericht in kunt zoeken, er software voor het verkrijgen van statistieken op kunt loslaten enzovoort”, legt manager Jan Albert Jonker uit. „Periodiek crawlen we tussen de 20 en 40 miljoen overheidspagina’s om de content op van alles en nog wat te kunnen onderzoeken.”

forensicon

Openindex crawlt en bouwt zoekmachines, vooral voor het doorzoeken

En de andere kant in de rechtszaal dan? Die bedient Marco

van websites. Een perfecte combinatie voor het opsporen van verdachte

Bosmans graag. De eigenaar van Forensicon in Leeuwarden is

sujetten. Maar dat is zeker niet de core-business van het bedrijf.

de verpersoonlijking van de speurneus. Zijn Forensicon is een

„Wij zijn een commerciële partij en werken vooral voor commerciële

forensisch instituut voor de privésector. Wat het NFI doet voor het

bedrijven. Als DARPA langskomt, dan zeg je niet nee. Het heeft ons aan

Openbaar Ministerie, doet Forensicon voor de partijen die niet

het denken gezet. Zou dat een richting moeten zijn die we op willen?

rechtstreeks naar het NFI kunnen. „DNA-onderzoek, ballistisch

Het kan. Met onze software kunnen we mensensmokkelaars vinden.

onderzoek, bloedanalyse… Wij kunnen alles dankzij een netwerk van

En we zouden ook andere kwaadwillende partijen kunnen vinden.

gecertificeerde deskundigen en partnerorganisaties”

De techniek is niet wezenlijk anders. Maar het betekent nogal wat”,

Zoekt en gij zult vinden. „Alternatieven in ons geval. Ons onderzoek

zegt Bos. „Onze mensen hebben er niet voor gekozen om criminaliteit

heeft al geleid tot andere uitspraken van rechters in hoger beroep

op te sporen. Je richten op de ‘dark side’ heeft nogal een impact.”

zaken, tot het oplossen van langlopende zaken.” Het is een kwestie van

Voorlopig wil Openindex zich bezig houden met geavanceerde

de juiste vragen stellen en weten wat de antwoorden voor betekenis

oplossingen voor klanten als Beslist.nl. Min of meer dezelfde

hebben. En geldt dat eigenlijk niet voor alle speurneuzen?

technieken, maar andere zoekproblemen. Die problemen worden overigens groter en groter. Jonker: „Er worden steeds meer gegevens opgeslagen, de hoeveelheid data neemt nog steeds enorm toe. Wij focussen ons op het structureren van ongestructureerde data, waarbij we steeds vaker keuzes moeten maken wat we wel en niet onderzoeken. Dat geldt voor de lichte en de duistere kant van het internet.”


07

ndernemerschap en start-ups zijn momenteel veelbesproken onderwerpen, maar hoe zit het eigenlijk met alle grote bedrijven die al langer bestaan?

„Over tien jaar zal 40 procent van de grote bedrijven geen noemenswaardige rol meer spelen.” Dit is de boodschap van John Chambers, de CEO van Cisco, fabrikant van netwerkhardware, aan duizenden seniormanagers en directeuren over de hele wereld. De voorspelling gaat verder: „Van de 70 procent van deze bedrijven die een digitale trans­ formatie nastreeft, zal slechts 30 procent daarin slagen.” We weten ook dat grote bedrijven in de toekomst minder mensen in dienst zullen hebben dan hun traditionele tegenhangers dankzij het gebruik van technologie, of dat nu gaat om software, robots, of kunstmatige intelligentie. Misschien roepen deze voorspellingen een beangstigend beeld op bij iedereen die afhankelijk is van een groot bedrijf als het gaat om werk en een inkomen; maar betekent dit nu dat we allemaal straks geen werk meer zullen hebben? Ja, nee en misschien zijn de mogelijke antwoorden op die vraag. Hierom ben ik heel erg pro ondernemerschap en help ik mensen die bekwaam genoeg zijn om zelfvoorzienend te worden en/ of nieuwe bedrijven op te zetten met nieuwe banen. Dat ik geloof in ondernemerschap wil echter niet zeggen dat ik tegen de Reuzen ben. Deze grote bedrijven zijn nog steeds een belangrijk onderdeel van de economische en sociale ecosystemen waarin we leven. Dus rest ons de vraag hoe deze grote bedrijven ervoor gaan zorgen dat zij bij degenen horen die gaan overleven. Net als start-ups proberen deze Reuzen nieuwe manieren uit te vinden, meestal door middel van producten en diensten, waarop ze van waarde kunnen zijn voor hun klanten. De snelle opmars van technologie heeft het leven voor start-ups makkelijker gemaakt. Maar de Reuzen zouden beter in staat moeten zijn hier hun voordeel mee te doen.

EERST ALLES VERGETEN WAT WE WETEN

Bijvoorbeeld omdat zij al toegang tot geld en mensen hebben, maar ook het vermogen hun winst te vergroten zonder (of met een minimale) bijkomende stijging van de bedrijfskosten. Deze voordelen brengen echter ook uitdagingen met zich mee doordat ze meerdere lagen van complexiteit toevoegen. En die verminderen het vermogen van het bedrijf om snel en flexibel te zijn. Verder zijn veel van de instrumenten en technieken die deze bedrijven hebben gebruikt, om te komen waar ze nu zijn, niet geschikt om hen verder te brengen. Om te overleven moet elk bedrijf zichzelf veranderen in een

ecosysteem van eeuwige innovatie en het beste van de Reuzen en de start-ups combineren. Drie punten verdienen extra aandacht bij de creatie van dit ecosysteem. Allereerst de organisatie. Als eerste moet elk bedrijf opnieuw vaststellen wat zijn doel is en begrijpen welke rol het zal spelen in de toekomst, om daarna een strategie te creëren voor het verwezenlijken van die ambitie. Dit moet niet licht opgevat worden – als een radicaal resultaat nodig is, dan moeten er radicale acties ondernomen worden – daarom is lef hebben van het

nick stevens

hoogste belang.

Expert op het gebied van start-ups

omgeven moeten worden door andere inspirerende mensen, maar ook dat het bedrijf een cultuur

Ten tweede gaat het om de cultuur. Eén van de voordelen die de Reuzen hebben, is toegang tot mensen. Echter, om zo’n radicale overgang te overleven is het essentieel dat deze mensen kunnen werken in een omgeving waarin ze niet simpelweg overleven, maar floreren. Dit houdt in dat ze

nastreeft die medewerkers autonomie, meesterschap en het gevoel een doel te hebben biedt als

@Clogish

motiverende factoren. Tenslotte gaat het om processen. Het vinden van de juiste strategie en de juiste mensen alleen is niet genoeg voor een succesvolle transformatie van het bedrijf. Nieuwe processen en manieren van werken zullen moeten worden geïmplementeerd om het bedrijf flexibel genoeg te houden om te kunnen omgaan met de voortdurende onzekerheid. Hoe het uiteindelijk ook gaat aflopen, het is duidelijk dat de overgangsfase de grootste uitdaging voor ons allemaal zal vormen. Misschien moeten we eerst alles wat we weten vergeten om te kunnen ontdekken hoe fantastisch de toekomst zou kunnen zijn.

COLUMN

O


08

Hoe ziet de nabije toekomst eruit in een branche of sector? We raadplegen een expert. In dit geval Gerrit Hes, directeur-eigenaar van Reining Transport en voormalig directeur van transportorganisatie TLN.

ZOALS VAN GEND EN LOOS HET AL DEED

een zelf­r ijdende truck? En dan heb ik het nog niet eens over de regelgeving en verzekerings­k westies.” Er is volgens de Reining-directeur dan ook niet al te veel reden nu al te anticiperen op de komst van de autonoom rijdende vrachtauto. De Hoogezandster vervoerder is er zelf ook helemaal niet mee bezig. Reining heeft juist een investering van 16 miljoen euro in honderd nieuwe vrachtauto’s afgerond, de laatste wordt in januari geleverd. Een tweede investering in nog eens veertig nieuwe auto’s komt eraan. „Die vrachtwagens schaffen we voor tien jaar gebruik aan. En ik voorzie in die periode weinig veranderingen.” Hij schetst het dilemma: „Je wilt ook niet te vroeg zijn met vernieuwingen. Wanneer je als early adapter de verkeerde keuze maakt, dan ga je ten onder. Dat kunnen wij met onze 350 vrachtwagens echt niet maken.” Hoe het wegtransport er over een x-aantal jaren uitziet is niet alleen een zaak van voertuigtechniek of aanpassing van wegen en verkeerssituaties. Regelgeving of politieke belangen zetten eveneens een rem op vernieuwing. Hes noemt als voorbeeld de Lange Zware Vrachtwagencombinatie (LZV) die in Duitsland de weg niet op mag omdat spoorvervoerder Deutsche Bahn via de politiek de concurrentie van de lange trucks heeft weten te dwars­bomen. Jammer, vindt Hes, want deze extra lange vrachtwagencombinatie is heel geschikt om mee over de Duitse snelwegen te

Door Loek Mulder

rijden. „We hebben het in de transport niet zo op revoluties. Die leveren helemaal niks

Een stap verder dan de LZV, maar iets minder futuristisch dan de zelfrijdende

op.” Directeur Gerrit Hes van Reining Transport in Hoogezand ziet wel ontwikke-

truck is het konvooirijden of platooning, waarbij vrachtwagens in een elektronisch

lingen die de sector serieus van karakter kunnen veranderen, maar die gaan in een

gekoppeld treintje rijden. Alleen de voorste chauffeur stuurt, de rest kan met losse

tempo van een truck die volbeladen de Brennerpas omhoog rijdt. „Zoals Van Gend

handjes nummer één volgen.

en Loos het veertig jaar geleden deed, zo gaat het nu eigenlijk nog steeds.”

Prachtig idee, vindt Hes en geschikt voor vervoer over lange afstanden door heel

Het wegtransport dat goederen van plek a naar plaats b brengt is in zijn aard een

Europa, maar het zal volgens hem voorlopig de experimentele fase amper ont­

uiterst traditionele bedrijfstak, zegt Hes. Een auto, een product in de laadbak,

stijgen omdat wegen, wetten en andere randvoorwaarden volledig zijn ingericht op

asfalt en uiteraard de chauffeur, dat zijn de vier transportingrediënten. Niet meer

de traditionele transporteurs.

en niet minder.

„Iedereen doet heel stoer over veranderingen in het wegtransport, maar voorlopig

Vernieuwing, aldus Hes, betekent meestal gewoon meer efficiency. Zo slurpt een

gaat het nu nog net zo als Van Gend en Loos het veertig jaar geleden deed. Veel is

vrachtwagen al lang niet meer 1 liter diesel op 2 kilometer, maar kan die er bijna

oude wijn in nieuwe zakken. Neem de distributiecentra waar aan de rand van de

een keer zo ver mee rijden. Slimmere laad­systemen, satellietnavigatie, comfor­

stad vervoerders hun goederen afleveren die vervolgens met busjes de stad in

tabeler cabines.

worden gebracht. Vroeger had je daarvoor het ‘bode­

Niet dat daar iets mis mee is, aldus Hes, het zijn alle-

terrein’. Nu doen we er een ict-sausje overheen en

maal heel belangrijke vernieuwingen, maar ze zetten de zaak niet op hun kop, het zijn geen wezenlijke aan­passingen. „Echte innovaties in de transportsector zijn zeldzaam. In de af­gelopen decennia zijn er eigenlijk maar twee geweest: de introductie van het pallet en de komst van de container. Beide hebben enorme veranderingen in de vervoersketen in gang gezet.” Deel de transportketen op in drie stukken en dan

we hebben het in de transport niet zo op revoluties

vinden we het geweldig.” Maar het is niks nieuws onder de zon, aldus Hes. Meer dan naar vernieuwing op technisch vlak gaat de aandacht van Hes uit naar anticiperen op de ontwikkeling van vervoersstromen. „Economische ontwikkeling concentreert zich meer en meer langs de as Londen - Milaan. Industrieën clusteren en mensen trekken naar de steden. Onze klanten zijn

wordt duidelijk waar de vernieuwing wel zit.

grote Europese onder­nemingen die in meerdere

Dat is vooral aan het begin en het einde ervan, in

landen productie- en verkoopvestigingen hebben.

de distributie­centra en opslagloodsen van fabri-

Die factoren bepalen onze markt. Wij moeten

kanten en pakket­vervoerders. Daar heeft een ware ict-revolutie plaatsgevonden.

opereren als een Europees bedrijf dat daarop inspeelt. Zo moeten we ook kúnnen

Volautomatische order­verwerking, sorteersystemen en magazijnrobots maken

werken.”

mensen­handen zo goed als overbodig. In het middengedeelte, waar de vervoerders

Met dat laatste doelt Hes op de arbeidsmarkt. Regels en cao-verplichtingen die

als Reining het over­nemen, daar ziet Hes dergelijke veranderingen niet. Ook de

gelden voor bijvoorbeeld de inzet van buitenlandse chauffeurs bemoeilijken

komende jaren niet.

volgens hem het concurreren.

Wel loert er op de achtergrond een ontwikkeling die het in zich heeft de transport­

Macro-economische ontwikkelingen en de situatie op de arbeidsmarkt zullen de

sector flink op te schudden, verklaart Hes: de introductie van de zelfrijdende

komende jaren meer bepalend zijn voor de transportsector dan de introductie van

truck. Maar volgens Hes zullen we die hier voorlopig niet op het asfalt tegen­

nieuwe technieken, meent Hes. Zodra die op de markt komen zijn ze bovendien

komen. Niet omdat die truck niet functioneert, maar omdat de hele verkeers­

voor alle vervoerders beschikbaar. „Overleven op de EU-markt doe je niet omdat

infrastructuur en ook de laad- en loslocaties er op aangepast moeten worden.

je een auto hebt die concurrenten ook bezitten. Maar wel omdat je de wagen net

„De vrachtauto kan wel rijden zonder bestuurder, maar de wegen zijn er niet

iets slimmer weet in te zetten en net iets meer gericht bent op service, bijvoorbeeld

klaar voor. En onze opdrachtgevers zijn er volledig op ingericht dat het laden

door personeel uit meerdere landen in dienst te nemen en zo verschillende cultu-

en lossen door de chauffeurs gebeurt. Wie neemt die taak voor zijn rekening bij

ren en manieren van zaken doen te combineren.”


09


10


11

Sportlui ondernemen ook. Altijd maar weer gaat het om

het resultaat. Die mentaliteit neem je mee in het ondernemen, weet oud-wereldkampioen schaatsen Falko Zandstra.

SOMS EEN NETTE Door Bouke Nielsen

Ach, als het aan vader Zandstra had gelegen dan was Falko

Willen winnen is ook zo’n eigenschap die hij meeneemt in

een sportzaak begonnen. „Je moet je naam gebruiken,

het ondernemen. „Dat gaat zelfs zo ver dat ik moeite heb nee

vond hij”, zo blikt de oud-topschaatser terug. Een week later

tegen een opdracht te zeggen terwijl dat soms echt beter is”,

wist Zandstra het; hij ging in daken en wanden, net als vader

weet Zandstra. Niet willen verliezen. „Er wordt wel eens

vroeger. Falko Zandstra (43) moest juist los van de sport zien

tegen me gezegd: laat die opdracht toch lopen. Maar dat zit

te komen, wist hij.

niet in me. Ik heb nu ook zware jaren gekend. Moet ik er dan

Een sportzaak was voor Falko Zandstra: zaterdag werken,

mee stoppen? Kom nou. We draaien alweer twee jaar een

zondag de boekhouding, maandag de inkoop enzovoort.

plusje. Dan denk ik: zie je wel. Ik kijk verder niet achterom

„Je moet je ook verdiepen in alle sporten. Ik weet wat van

hoor, want dat levert nooit wat op.”

schaatsen, maar de rest interesseert me niet zo. Ik wilde

Prestatiedrang is er nog steeds. Volop. En bezetenheid.

eigenlijk hetzelfde doen als mijn vader, maar hij had net z’n

„Ik had als schaatser natuurlijk talent, maar je moet keihard

bedrijf verkocht.”

trainen. Anders kom je er niet. Al ging ik er wel luchtig mee om. Als schaat-

sneeuwballen gooien tussen de wedstrijden door

Snelle analyse, snelle conclusie. Dat is des sportmans.

ser was ik wel een beetje een fliere-

Toch ook wel op eigen gevoel durven af te gaan. Falko Dak

fluiter. Sneeuwballen gooien tussen de

en Wand werd het. In Heerenveen. Er werken op dit moment

wedstrijden door.”

drie man. Een paar jaar geleden waren dat er acht, maar de

Hij vindt het nog steeds leuk over

crisis heeft ook Falko Dak en Wand niet onaangetast gelaten.

schaatsen te praten. Is voor hem ook

„Ik ben er zo in gerold, niet wetend wat het allemaal inhield.”

een makkelijke binnenkomer, want

De eerste klus was de Viking-schaatsfabriek in Almere.

aan netwerken heeft hij een broertje

„In het begin hoorde ik nog wel eens: ‘Je kunt beter schaat-

dood. Het past bij zijn eigenzinnig-

sen’. Dan zei ik: ‘Ja, jij kon natuurlijk vanaf het begin het-

heid. „Ik ben niet iemand de met alle

zelfde als je nu kunt’. In de sport heb ik geleerd van me af te

winden meewaait. Ik zeg waar het op

bijten.”

staat, ik kan soms een nette hufter

Want bij het schaatsen heeft hij veel meegemaakt. Tot aan

zijn.”

voetballen tegen de huidige koning. „Een keer per jaar

Nog iets wat hij meeneemt uit de

voetbalden we tegen de prinsen van Oranje. Dat zijn dingen

sport: zelfvertrouwen. „Ik heb de laat-

die een ander op jonge leeftijd niet meemaakt. Je wordt er

ste jaren veel voor de kiezen gehad en ben echt wel eens in de

zekerder van en leert makkelijker praten.”

war geweest, maar op de een of andere manier was er altijd

Ondernemen en schaatsen ervaart hij beide als topsport.

het vertrouwen dat ik het zou redden.”

Hij somt de overeenkomsten op. Schaatsen vergt veel trainings­uren, het is het fundament voor de prestatie. Het is

Een nadeel kleefde wel aan de topsport. Schaatsen is indivi­

vooral fysiek. Ondernemen is het voorbereiden van een goed

dueel. Dat paste Falko Zandstra heel goed, maar heeft wel

eindresultaat. Dat is vooral geestelijk. Alle struikelpunten

een keerzijde. „Je bent altijd met jezelf bezig en thuis wrong

worden geëlimineerd voor het eindresultaat. En alles moet

dat wel eens. Dat is geen goede eigenschap als je ook nog eens

top zijn. „Komt een klant bij me voor schroeven, dan krijgt-ie

kinderen hebt. Ik heb moeten leren dat het niet alleen om mij

die, maar wel de beste.”

draait.”


12

Filialen nummer 110, 111 en 112 openden afgelopen

weken in Rotterdam, Amersfoort en Breda. Op=Op Voordeelshop gaat als een raket, terwijl in deze branche het nieuws de laatste jaren juist bepaald werd door faillissementen van ketens, sluitingen van winkels en leegstand in stadscentra. De keten die zijn oorsprong heeft in Klazienaveen doet iets heel goed.

OP IS OP MEER EN MEER Door Jean Paul Taffijn

Ja, Vincent Alkema knijpt zich ook nog wel eens in zijn arm. De 35-jarige Emmenaar heeft tegenwoordig een ruim kantoor in Peize, in het voormalige distributiecentrum van Coop. Smalle ruiten, van plafond tot vloer, geven een inkijk in het magazijn. Rijen en rijen met stellingen zijn er te zien, van top tot teen gevuld met producten voor de winkels van Op=Op Voordeelshop. Voor zijn winkels. Op=Op Voordeelshop. Het is misschien niet de meest sexy klinkende naam, het verhaal erachter windt wel op. Een verhaal over een winkel in Klazienaveen tot aan de almaar uitdijende keten van nu. En alle pieken en dalen die daartussen liggen. Een verhaal over onstuimige groei, over een schaatsploeg, over een rechtszaak van ontevreden franchisers. Ook vooral een verhaal over het zien en grijpen van kansen. „Tja, het is hard gegaan. We openen zo ongeveer elke week een zaak. Wij vinden het zelf ook nog steeds bijzonder dat het zo’n vaart heeft genomen.” Met ‘wij’ bedoelt Alkema zichzelf en zijn compagnon Jos Venema. Samen begonnen zij zes jaar geleden aan de bouw van hun imperium van winkels met A-merken (drogisterijartikelen, wasmiddelen, zepen) voor een lage prijs.

Het pand in Peize wordt nog verbouwd na de verhuizing. Op=Op ging van een complex met vier ruimtes van totaal 8000 vierkante meter in Nieuw-Buinen naar een gebouw in Peize dat bijna drie keer zo groot is. Alkema: „Ons eerste doel is 200 winkels. Dan hebben we een goede dekking in Nederland. Daarvoor hebben we in dit distributiecentrum ruimte genoeg. En daarna? Zien we dan. België misschien.” Maar we hebben toch een diepe crisis gehad, een dal waar we nog niet eens volledig uitgeklommen zijn? De detailhandel is toch zwaar getroffen met faillissementen, winkelsluitingen en meer ellende als gevolg? Welk geheim hebben Venema en Alkema dan ontrafeld? De twee tekenden nota bene een paar maanden voor de recessie intrad voor de overname van de keten. „Dat was maar goed ook. Ik weet niet of de bank ons later zo vanzelfsprekend een lening had gegeven. Dat de crisis hard was toegeslagen toen we echt gingen beginnen, heeft ons absoluut niet tegengehouden. Wij hadden er geloof in. Wie niet waagt, die niet wint.”

De formule. Zo simpel is het eerste antwoord op de vraag: hoe kan dit? „Wij bieden A-merkproducten aan voor een aanmerkelijk lagere prijs dan andere winkels. De crisis heeft ons goed beschouwd de wind in de zeilen gegeven. De mensen gingen beter nadenken over hun uitgaven en kwamen daardoor bij ons uit. Daar komt nog bij dat de huur van winkelruimtes flink naar beneden ging. Wij konden onze winkels als gevolg daarvan op mooie plekken in stads-, dorps-, en wijkwinkelcentra vestigen.” „Het gaat bij ons niet alleen om de prijs. Onze winkels zien er veel netter uit dan die van prijsvechters. Laagdrempelig willen we zijn. Iedereen moet er graag heen willen, ook als hij in een rolstoel zit. Het is ››› 14



14

12 ››› absoluut geen schande om bij ons iets te kopen. Vergelijk het maar met Lidl, inmiddels een volledig geaccepteerde supermarkt.” Alkema werkte voor de oorspronkelijke eigenaar van de eerste winkels. „Ik was fran­ chiser van Op=Op Voordeelshop in Emmen. En was op het laatst zijn rechterhand. Toen ik begreep dat hij van zijn formule af wilde, omdat het hem te groot werd, hebben Jos Venema en ik onze kans gegrepen. Jos was leverancier van de winkels. Ideaal, want zo hadden we de bevoorrading meteen voor een groot stuk voor mekaar.” Alkema en Venema zagen dat de franchiseformule (Op=Op had toen 20 winkels, beheerd door franchisenemers, en de eigen zaak in Klazienaveen) niet de hunne was. „Om sneller nieuwe dingen door te voeren en uit te proberen en om beter de vinger aan de pols te houden, kun je beter eigen winkels hebben. Van de 110 winkels nu worden er 25 door franchisenemers aangestuurd. Ja, die rechtszaak in 2012 heeft ons besef dat eigen zaken beter zijn zeker gesterkt, al willen we de franchise niet helemaal los laten. De 25 fran­ chisewinkels die er nu zijn zullen blijven. Daar zitten gewoon goede ondernemers op.” In dat jaar maakte een groepje franchisenemers de gang naar de rechter. De winkeliers eisten miljoenen van het moederbedrijf omdat dat te hoge kosten zou rekenen voor de levering van producten. „Dat sloeg echt nergens op. Uit wrok geboren, denken wij. Dat bedrag ook. Een onmogelijk hoog getal. Uiteraard hebben wij die rechtszaak gewonnen,

HET ECHTE OOGSTEN MOET NOG BEGINNEN maar het doet wel iets met je. Vanaf nu alleen eigen winkels erbij, hebben we toen gezegd.” Op=Op Voordeelshop heeft voor 70 procent een vast assortiment. De overige 30 procent is variabel. Dat zijn de restpartijen die in feite aan de basis lagen van het ontstaan van de keten. „We hebben vaste leveranciers. Personal care en home care noem ik hun pro­ ducten.Voor de rest vinden we interessante partijen voor leuke acties. Tablets bijvoor­ beeld. Bij die producten geldt ook echt: op is op.” Maar hoe kan het dat ze shampoo, zeep en wat dies meer zij voor minder kan aanbieden dan de concurrentie? „We hebben een platte organisatie met weinig overhead. We ver­ kopen heel veel dus kunnen we voor minder inkopen. En we doen amper aan marketing. Dat scheelt heel veel. Die schaatsploeg? Ja, dat is de uitzondering. We zijn één jaar sponsor geweest toen we net begonnen. Vooral om aan onze landelijke naamsbekendheid te werken. Wij hebben het gevoel dat het zeker geholpen heeft.” Dus het werk is bijna af? „Welnee. We zitten nog steeds in de opbouwfase. We investeren veel in het openen van nieuwe winkels. Nee, we zijn nog aan het zaaien. Het echte oog­ sten moet nog beginnen.” Die oogst moet nog positiever uitvallen door een nieuwe winkel die binnenkort open gaat, veruit de grootste winkel van de keten. „We zijn bezig een deel van het magazijn hier schoon te vegen voor onze nieuwe tak: een webshop. Binnenkort kun je alle produc­ ten uit onze winkels ook thuis laten bezorgen.” Vincent Alkema studeerde Small Business & Retail in Enschede. Met Small Business heeft zijn bedrijf niets meer van doen. „We zijn al weer aan de volgende ronde bezig: we hadden eerst gedacht dat onze winkels met 150 vierkante meter toe zouden kunnen. Die ondergrens ligt nu op 300 vierkante meter. De eerste verhuizingen hebben al plaats­ gevonden.”


Innovatieve softwarebouwers Arox is een logistieke IT-dienstverlener in Hoogezand, waar elf man dag in dag uit bezig zijn met het vinden van oplossingen om logistieke processen beter, sneller, efficiënter en veiliger te laten verlopen. Ze nemen en krijgen de ruimte om de wereld af te speuren naar nieuwe technologie, om na te denken over de mogelijkheden en de kracht van nieuwe ontwikkelingen te benutten voor hun klanten. Het levert Arox unieke eigen softwareproducten op voor voorraadbeheer, transportbeheer en financieel beheer, die vooral bij­ dragen aan tijdwinst en kostenbesparing. „Wil je in logistieke processen iets verbeteren, dan moet je begrijpen hoe het werkt”, zegt Arno Bruining van Arox. „Mijn hele familie zit in de logistiek. Dus dat heb ik in de genen, maar heb zelf vooral wat met computers. Ik combineer die twee werelden. Ik vind het gaaf om samen met klanten te studeren op het verbeteren van hun processen en als de klant tevreden is over de op­ lossing, dan zijn wij het ook.” En dat lukt kennelijk goed want z’n bedrijf heeft inmiddels niet alleen klanten in Nederland, maar ook in Zweden, de Verenigde Staten en Canada. „We willen ons onderscheiden van anderen, we willen innovatief zijn. Voortdurend kijken we welke techno­ logische ontwikkelingen er zijn en wat wij daar concreet mee kunnen in logistieke processen. We vertellen geen mooie verhalen, we bieden wel concrete oplossingen. Met de bestaande Smartglass-bril bijvoorbeeld zijn we een jaar bezig geweest; we hadden al snel het idee dat we daar goeie dingen mee konden doen en zagen dat ook wel voor ons, maar het kost tijd om dat idee om te zetten in een product dat je in de praktijk waar kunt maken. De software om de bril mee aan te sturen hebben we zelf ontwikkeld op de bestaande bril.” Tijdswinst in het magazijn Arno Bruining laat me het Arox-filmpje zien van de Smartglass in de logistieke werkelijkheid; in een distributie­centrum is een vorkheftruckchauffeur uit­gerust met een Smartglass en rij je als kijker mee met de chauffeur en kijk je door zijn ogen en Smartglass-bril. Door koppeling van logistieke systemen aan de Smartglass-functies krijgt de chauffeur directe informatie over waar de pallet naar toe moet, hoe ver de afstand tot de stelling of het dock nog is, in welke stelling of wagen de pallet moet. Het is fascinerend te zien welke mogelijkheden en tijdwinst behaalt kan worden en hoe ogenschijnlijk eenvoudig de Smartglass de ogen van de chauffeur volgen en wat de chauffeur er mee kan, hij scant alles met z’n ogen. „En het is niet alleen veel sneller, het is ook veel veiliger,” zegt Bruining. Waar nu nog overal chauffeurs met een barcodescanner in de hand in het rond rijden en met één hand sturen, rijden straks de chauffeurs keurig met twee handen aan het stuur en zijn ze seconden per logistieke handeling sneller en is er meer waarborg vanuit het systeem op iedere handeling. Zou een chauffeur een handeling niet bevestigen zoals hem gevraagd wordt te doen, dan kan hij niet verder, legt

ADVERTENTIE

15

Arox Logistics IT

Gaaf om logistieke processen te verbeteren Hij komt uit een logistieke familie, heeft bedrijfskunde gestudeerd en kan ook nog software bouwen. Arno Bruining, logistiek procesverbeteraar. Wat hem betreft kunnen logistieke processen en prestaties beter, sneller, efficiënter en zijn de mogelijkheden van ‘zijn’ slimme brillen eindeloos. Scannend met je ogen in recordtijd veilig door het magazijn.

Bruining uit. Door ja of nee te knikken, begrijpt de bril wat de chauffeur bedoelt. De proeven hebben aan­ getoond dat er zo’n vijfentwintig procent tijd bespaard wordt. „Dit is het begin, het is het topje van de ijsberg. We weten nog lang niet welke mogelijkheden het biedt, maar dat we er in logistieke processen veel mee kunnen, is duidelijk.” Het past in de filosofie van Arox om bedrijfs­prestaties te verbeteren door het werk te vereenvoudigen en het werk efficiënter te laten doen. Het leidt tot meer resultaat en meer tevreden klanten. Waar ligt het verschil met allerlei andere software pakketten? „Logistiek is een omvangrijk en complex proces, waarbinnen verschillende bedrijven en sectoren hun eigen wensen hebben. Wij zijn in staat om onze software aan te passen aan de wensen van de klant, we leveren maatwerk voor iedere klant. Die flexibiliteit onderscheidt ons.” Doen wat je belooft De mogelijkheden van de technologie zijn een uitdaging voor de denkers en doeners van Arox. „We geloven in de mogelijkheden die technologie kan bieden; het gaat er om de technologie goed toe te passen en net zo lang te werken aan een product tot het goed is. We kijken mee met onze klanten, we willen weten wat we voor ze kunnen betekenen. De Smartglass en de software moeten nog geperfectioneerd worden. We denken nu aan uitbreiding van de Smartwatch met een toetsenbord. En we moeten ook nog een oplossing vinden voor het gebruik van de Smartglass in bijvoorbeeld vries-

huizen, want door de temperatuurverschillen ontstaat condens.” De Smartglass mag in eerste instantie succesvol zijn, toch wil Arno Bruining vooral met beide benen op de grond blijven staan. „Het gaat er om dat je je woorden in daden kan omzetten, doen wat je belooft.” Ontwikkelingen concreet voor je klanten kunnen toepassen in een voor de klant op maat gemaakte oplossing, dat is wat hij wil. En systemen bouwen die de klant ook volledig worden gebruikt. „Wat heb je aan dure systemen waarvan je maar dertig procent gebruikt? Wij bouwen maatwerk voor onze klanten zodat zij hun logistieke processen beter kunnen uitvoeren. We houden van eenvoud en zo richten we onze software ook in; alle producten zijn makkelijk in gebruik, toegankelijk en zorgen voor het efficiënt inrichten van processen. Ook dat scheelt weer tijd en houdt het werk leuk en bespaart tegelijk kosten. Dat maatwerk te leveren voor je klanten is gaaf en dat blijven we doen.”

www.arox.nl


16


17

HET GOUDEN KWARTAAL Het is de tijd van samenzijn, bezinning en reflectie. Maar niet in de

detailhandel. Daar gaat in de laatste maanden van het jaar alle aandacht uit naar verkoopcijfers, omzetten en andere exponenten van consumentisme en materialisme. Het is het golden quarter, het gouden kwartaal voor de winkeliers.

Door Loek Mulder

Winkels draaien topomzetten in de eindejaarsperiode en de

omzet, is volgens de cijferaars van het CBS naar schatting 1,3 miljard euro

uitverkoopweken in januari. Alle zeilen worden bijgezet om het winkelend

toe te schrijven aan de feestdagen. We hebben het over stenen winkels en

publiek in de watten te leggen en te verleiden.

webwinkels tezamen.

De term golden quarter is allerminst overdreven. Speelgoedwinkels

Een beetje voorbereiding kan geen kwaad, wil een winkel profiteren van

bijvoorbeeld scoren in november en december een derde van hun

de bestedingsdrift. Want nee-verkopen worden door de consument echt

jaaromzet. Maar ook de drankenwinkels, supermarkten en verkopers van

niet meer gepikt. Voorraden moeten op orde zijn, evenals de marketing,

electronica beleven gouden tijden. Per huishouden wordt in de periode

logistiek en de beschikbaarheid van personeel. Stress, spanning en

van Sint, Kerst en oud- en nieuw voor ongeveer 170 euro extra geshopt.

zenuwen dus? Nou nee, roepen de ondernemers in koor. Ze vertrouwen op

Het CBS heeft dat vorig jaar berekend.

hun ervaring, hun cijfers of op hun yin en yang-achtige bedrijfsfilosofie.

Van de bijna 21 miljard euro die de detailhandel in november en december

Twee web-ondernemers en twee warenhuis-directeuren aan het woord.

Ben je relaxed, dan kom je in een flow Nicolaas Vanderveen

We hebben onze jaarplannen waarin we voor alle

onze samenleving en hoe ik die maatschappelijke

directeur van Warenhuis Vanderveen in Assen,

momenten de acties met de zes p’s hebben vastgelegd:

stromingen en ontwikkelingen kan vertalen naar

het op twee-na-grootste warenhuis van het land.

product, prijs, promotie, plaats, persoon en presentatie.

onze bedrijfsvoering. De trend richting een circulaire

Een database met verkoopcijfers is belangrijk, maar ik

economie bijvoorbeeld moet daarom doorklinken in de

,,Het zijn hoogtijdagen, maar voor mij is het heel

hoed me voor cijferfetisjisme. Ik weet zo ook wel dat

keuze van de partners die zich onder ons dak vestigen.

logisch dat een winkelier in deze periode relaxed is.

het weekend voor Sinterklaas het drukste weekend van

Dat moeten bedrijven zijn met oog voor duurzaamheid

Zolang je het goed voorbereidt, beleef je een fijne tijd.

het jaar is. Daar heb ik geen data-analist voor nodig.

en oprechte aandacht voor klanten.

We staan in dit warenhuis relaxed in het leven. Het

Wij doen het met ervaringscijfers vanaf 1897, het jaar

is net als met tennis, met een ontspannen slag kun

waarin mijn overgrootmoeder het warenhuis begon.

Ik wil niet denken in termen van groei. Ik kijk liever

je het hardste slaan. Ik hecht veel waarde aan die

Als het bijvoorbeeld op de zondag in het weekend voor

naar wat nodig is. Het is de tijd van nut en noodzaak.

houding. Ben je relaxed, dan kom je in een flow. Ben je

sinterklaas slecht weer is, dan kunnen we redelijk goed

De tijd van de snelle jongens die een quick buck willen

krampachtig, dan lukt dat niet.

voorspellen wat de omzet wordt en hoeveel mensen we

maken is hopelijk over. Mij gaat het niet om een

moeten inzetten. Je kunt alles in cijfers uitdrukken,

procentje meer of minder verkopen. Wat telt is dat

Je kunt me eigenlijk net zo goed vragen naar een

maar je kunt je ook op de filosofie achter de cijfers

klanten goed worden bediend, dat ze zich prettig voelen

willekeurig andere periode in het jaar. We bereiden ons

richten. Het is als yin en yang.

in de winkel en dat ze met sinterklaas precies de goede

namelijk iedere dag voor op een volgende periode.

Ik vind het belangrijk te weten wat er speelt in

sjoelbak hebben kunnen vinden.” ››› 19


ADVERTENTIE

18

Stopaq

Verbinding zoeken en samenwerken vanuit kennis Samenwerken vanuit kennis en kunde, versterking van de noordelijke regio en geloof in eigen kunnen om ergens te komen. Doen is het motto, zegt Frits Doddema van Stopaq in Stadskanaal. „We zijn bruggenbouwers van oudsher, laten we dat in eigen huis ook vaker doen.”

Weet waar je vandaan komt en gebruik die kracht om ook op andere terreinen die kennis en kunde in te zetten, laat Frits Doddema niet na te benadrukken. Het wordt niet altijd begrepen, terwijl het voor de hand ligt. „Toen ik de oproep las dat er in de regio werd gezocht naar oplossingen bij de aardsbevingsproblematiek, heb ik me meteen gemeld. Ik denk echt dat we kunnen bijdragen aan het aardsbevingsbestendig maken van gebouwen. Samen met andere productiebedrijven uit de regio zoals Dynaplak in Veendam, kunnen we kennis inzetten. Ik kreeg als eerste antwoord terug dat we niet in de aardbevingsregio zaten….” Denken buiten je eigen keten, buiten een van oudsher bekend kader, het is en blijft moeilijk, zegt Doddema. “Wij zijn met onze producten ook geneigd de hele wereld over te gaan, terwijl we hier om de hoek ook op andere terreinen dan de olie-en gasindustrie onze kennis kunnen inzetten.” Veilig voor mens en milieu Windparken bijvoorbeeld, zegt de geboren Groninger, zijn een betrekkelijk nieuw en nog onontgonnen gebied. Als ergens bescherming tegen corrossie een rol speelt, is het bij windmolens, zeker op zee. Stopaq is gewend te werken in een klimaat waarin de combinatie van zout, zand, water en extreme temperaturen hun verwoestende invloed op leidingen uitoefenen. „De aloude combinatie van stralen en verven om staal te beschermen, heeft niet alleen het nadeel van hoge en terugkerende kosten; wij kunnen onshore minstens zestig procent besparen op dat onderhoud.” „Werken aan een schone en veilige omgeving staat bij ons voorop. Koppelen van de levensduur van windmolens aan veiligheid voor mens en milieu zou het uitgangspunt moeten zijn. Betrek bedrijven uit de regio erbij, hier zit veel kennis op het gebied van bescherming tegen zout en water en op het vlak van waterbestendige lijmen, laat ze samenwerken om oplossingen te bedenken. Dat is wat die bedrijven gewend zijn en wat ze bewezen hebben in hun eigen sectoren.”

Hij breekt een lans voor de Groningse cultuur van een stevige maakindustrie en de waarde van kennis en kunde die er in de regio is. Neem die twee componenten als uitgangspunt om de samenwerking in de regio te versterken. De letterlijke en figuurlijke betekenis van ‘verbinding’ is hem op het lijf geschreven. Overal ter wereld wordt de visco-elastische pasta van Stopaq toegepast. Het zorgt voor levenslange afdichtingen om leidingen en installaties te beschermen tegen corrossie, waterproblemen en tegen kou of warmtebehoud. Het wordt vooral toegepast op olie- en gasleidingen en door de bewezen werking en garanties ook steeds vaker op allerlei andere leidingen zoals bijvoorbeeld transmissie waterleidingen en zelfs op complete on-offshore boor- en gasinstallaties. Frits Doddema gelooft in samen doen. Samenwerken zit in het Groningse bloed, evenals doen. „Wij gaan de hele wereld over en daardoor vergeet je soms in je naaste omgeving te kijken. De olie- en gasindustrie waar we van oudsher sterk in zijn, is sterk internationaal. In het Midden-Oosten zijn we sterk, daar hebben Nederlanders een naam in water en engineering. Bruggenbouwers zijn we, letterlijk en figuurlijk. Met die achtergrond kunnen we samen veel meer, niet alleen elders, maar ook hier.”

Kennisdelta De brug over de Ems tussen Nieuweschans en Leer die twee weken geleden ter hoogte van Weener kapot gevaren werd, komt ter sprake. Hoe is het mogelijk dat we er in berusten, vraagt Doddema zich af? „Vijf jaar geen treinverbinding voor enkele duizenden mensen per dag? Als we willen, kan dat probleem toch worden opgelost? Wat we elders kunnen, kunnen we hier ook.” Het brengt ons gesprek op de nabij gelegen Duitse regio met haar sterke maakindustrie. Offshore, scheepvaart, maar ook de investeringen in nieuwe vormen van energie. We kunnen er wat van leren zegt Doddema: „En het is een mooie regio om mee samen te werken. Kennis zullen we meer en beter moeten delen. Als we zo sterk inzetten op topsectoren als water, agri, Healthy Ageing, sensortechnologie en energie, laten we dan ook sterker het onderwijs er bij betrekken.” Doddema verwijst naar de gas-engineering kennis die is opgebouwd binnen het Energy Delta Institute, een voorbeeld van internationale samenwerking om de kennis in de energiewereld te verbreden en te verdiepen. „De naam Delta is niet voor niets gekozen, het is een naam die bij Nederland past, we zijn een delta, en we weten al eeuwenlang onze voeten droog te houden.” Verwijzing naar die historische achtergrond komt regelmatig terug in het gesprek.

Waarde toevoegen De huidige, wereldwijde crisis in de olie- en gasindustrie is van een enorme omvang; miljarden aan investeringen zijn stopgezet en honderdduizenden mensen zijn hun baan verloren. Het verklaart mede waarom Frits Doddema met Stopaq meer succes heeft in het beschermen van olie- en gasinstallaties bovengronds. De bewezen kennis en kunde van het bedrijf, de bewezen besparing van onderhoudskosten van behandelde materialen, de vertrouwdheid met bescherming van staal met zelfherstellend vermogen, het bedenken van oplossingen waarmee mensen veilig en schoon kunnen werken, zijn uitgangspunten die elders ook goed toegepast kunnen worden. „We zijn nu niet zichtbaar voor mensen. Wie weet dat wij onder de grond gasleidingen van Enexis of leidingen bij benzinestations beschermen?” Die onbekendheid, die onzichtbare bijdrage zichtbaar maken, is de uitdaging om daarmee de samenwerking in de regio te versterken. „De verbinding kunnen maken, dat is wat we gewend zijn. Juist het willen en kunnen bewijzen van kwaliteitsclaims voor je producten, dat is waar het om gaat. Samen met andere bedrijven oplossingen bieden vanuit die kennis en kunde, is een stap die we graag zetten: denken omzetten in doen en waarde toevoegen aan de regio.”

www.stopaq.com


19

17 ›››

Data geven rust Benjamin Derksen

de enige waarheid. Als ondernemer van deze tijd moet

We konden voor dit jaar dus exact voorspellen dat

commercieel directeur en mede-eigenaar van Experty

je dus sturen op cijfers. Dat biedt rust en zekerheid.

het vanaf het weekend van 18 november weer flink

in Groningen. Heeft 320 specialistische webshops en

Alles leggen we digitaal vast. Daarmee zijn we

druk zou worden, met een piek na 25 november. Dat

behoort tot de snelst groeiende bedrijven van het land.

begonnen vanaf het moment van oprichting van

is dan de Sint-periode. We weten dat dan de lijn een

Experty in 2008; hoe snel een medewerker een product

beetje daalt, om na 10 december weer – bam – de

,,In deze periode leun ik relaxed achterover. Stress

van de stelling haalt, hoe snel hij het inpakt, hoeveel

lucht in te gaan. En dan tot 22 december blijft het

omtrent de vraag of alles wel goed loopt heb ik niet.

tijd het kost om het toe te voegen. We moeten zeer

knetterdruk. Ieder jaar gaat het zo en wanneer je nou

Het enige waar ik nog wel eens over inzit is het

streng zijn op die efficiency want we zitten in een

de groei van het bedrijf goed inschat, dan kun je daar

gevaar van offline gaan. Dat is voor onze business

business met veel competitie en lage marges.

exact de inzet van mensen, de voorraad product en de

serieus killing. En het is natuurlijk spannend of we

Ook uit de gegevens van de verkopen kunnen we

magazijnruimte op calculeren.

de verwachte omzetten halen. Maar dat is een fijne

een jaarlijks vast patroon afleiden. Januari, februari

Maar je kunt nog zoveel van tevoren bedenken, vorig

spanning.

en maart zijn de opstartmaanden, in de maanden

jaar gingen er op een zeker moment zoveel pakjes de

Ik kan redelijk ontspannen zijn omdat we de

erna zien we de groei wat toenemen. In september

deur uit dat er niet genoeg plek in de busjes was. Daar

bedrijfsprocessen goed onder controle hebben, vooral

en oktober kakt de verkoop in om daarna skyhigh te

sta je dan met je planning. Dat hebben we dit jaar dus

dankzij alle data die we beschikbaar hebben. Data zijn

eindigen.

beter voor mekaar.”

Als een geoliede machine Eric Bos

Het hoofdkantoor bepaalt en geeft ons weken

Voor mij is dit de mooiste tijd van het jaar. We halen

directeur V&D-vestiging in Groningen

van tevoren gedetailleerde draaiboeken voor alle

in deze twee maanden ongeveer een kwart van onze

afdelingen. Dat gebeurt voor de Schoolcampus, maar

jaaromzet binnen. En het resultaat dat we boeken is

,,Alles moet kloppen in deze periode. Dat geldt nu

ook voor de kerst. Daarin staat exact welk product en

significant hoger want de vaste kosten blijven min of

nog sterker dan op andere momenten in het jaar.

in welke hoeveelheden beschikbaar is. Alles wordt dus

meer gelijk, terwijl de omzet stijgt.

De hele planning moet van a tot z zijn voorbereid.

gepland, de winkel moet als een geoliede machine zijn.

Je moet alles dichtzetten, net als met schaken. Ikzelf

De grootste fout die je kunt maken is afwijken van de

Ook de medewerkers moeten er zin in hebben. Een

ben in dat proces de dirigent die zwaait met het

structuur die je hebt vastgelegd.

werknemer die dat niet heeft, zit niet in het juiste vak.

stokje. Maar al ben ik eindverantwoordelijk, ik wil dat

Een valkuil kan zijn dat mijn floormanagers en ik in

Personeel hoort met een gemeend vrolijk gezicht in de

verantwoordelijkheidsgevoel vooral overdragen naar

deze periode niet scherp genoeg zijn. Ze moeten niet

winkel te staan, hoe druk het ook is. Mensen trappen

mijn mensen. Hun wil ik het vertrouwen geven.

alleen weten hoeveel personeel ze nodig hebben, maar

niet in een nepglimlach. Ook bij een inpakafdeling waar

Het Groningse filiaal is natuurlijk maar een radertje in

ook anticiperen en voldoende medewerkers achter de

ze vijfhonderd cadeautjes per dag inpakken moeten ze

het geheel van de enorme organisatie die V&D is.

hand hebben.

blijven smilen. Anders klopt het plaatje niet.”

In januari begint het afkicken Jacco Oosterhof

wijn. Daarvan gaan er in de drie weken voor kerst zeker

wij weer meer flessen kunnen sorteren.

directeur van Wijnvoordeel.nl, onderdeel van de

één miljoen over de toonbank. Dat levert een gezonde

De zomerperiode is eigenlijk veel spannender. Wijn

handelsonderneming Baarsma Wines in Gorredijk.

stress op. We bestaan nu zestien jaar dus we weten

is een natuurproduct, dus je moet maar afwachten

redelijk goed wat we kunnen verwachten en hoe we de

hoe de oogsten zijn. En we hebben te maken met

,,Het startmoment van ons seizoen is 1 oktober, met

drukte moeten voorbereiden en aanpakken. Daarvoor

allerlei ontwikkelingen op de wijnmarkt. Zo kochten

een piek na Sinterklaas. De drukste dag van het jaar is

liggen de draaiboeken in september al klaar: welke

de afgelopen jaren Chinezen enorme hoeveelheden

zonder uitzondering de zaterdag voor de kerst.

wijnen gaan we doen, wat zijn de prijzen, wat worden

wijn, waardoor wij maar moeilijk goede aanbiedingen

Dat is ook het weekend van de last-minute bestellers

de acties.

konden krijgen. Dan hebben wij stress omdat we niet weten wat we als eindejaarsknaller moeten inkopen.

die er op de valreep achter komen dat ze nog geen wijn in huis hebben voor de kerstdis. Wij draaien dan

Zeker de acties moeten goed worden gepland.

op volle bezetting met rond de vijftig mensen in ons

Het gaat dan om enorme hoeveelheden die we

Deze periode is voor ons genieten. Het is druk, maar

servicecentrum. Die hebben we rond die dagen hard

afhandelen. Daarover hebben we afspraken met post.nl

mensen zijn vrolijk en iedereen wordt blij van een

nodig, ook omdat er veel mensen bellen om een wijn-

dat een deel van de werkzaamheden overneemt in het

glaasje wijn. En dan komt januari. De maand van de

en spijsadvies.

sorteercentrum in Leeuwarden, de adresbestickering

goede voornemens, waarin we de verkopen zien dalen.

Jaarlijks verkopen we ongeveer tien miljoen flessen

bijvoorbeeld. Dat levert ons tijdwinst op waardoor

Dat is altijd even afkicken.”


ADVERTENTIE

20

Domus Aegis

Regionaal en lokaal zijn we zelf aan zet Of Stadskanaal het decor vormt voor gesprek, Leeuwarden of Onno van der Kuip van Domus Aegis brengt z’n enthousiasme, kennis en bereidheid tot delen altijd mee. Waar staan we in de transitie en welk perspectief biedt het ons, vroeg ik de kenner van marktontwikkelingen en duurzaamheidsvraagstukken.

„We moeten leren het kaf van het koren te scheiden”, zegt Van der Kuip als we verschillende ontwikkelingen onder de loep nemen. Ons denken wordt in hoge mate nog bepaald door wat we de afgelopen decennia hebben gedaan en geleerd en het loont om daar afstand van te nemen. „Hoe je het ook bekijkt, we zullen versneld afscheid moeten nemen van fossiele brandstoffen zoals olie en gas en de daaraan gerelateerde grondstoffen, omdat ons leefmilieu er in toenemende mate door wordt vervuild, door de uitstoot van broeikasgassen. Het is de topic bij de klimaatconferentie COP21 in Parijs, die nu gehouden wordt. We moeten versneld het roer om­gooien.” Geen noodzaak „Dat biedt kansen, maar we moeten wel blijven kijken waarom we iets wel of niet doen. Waar investeren we nog in, waar niet? Waarom doen we dat, waarom niet, hoe liggen de belangen?” De investeringen in de laatste kolencentrales bijvoorbeeld, waren die wel zo handig? En waarom verschuift de investeringsbehoefte van pensioenfondsen als ABP van fossiel naar andere bronnen? De kennis en de techniek is vaak al verder dan ons handelen; de auto-industrie bijvoorbeeld zal ook anders moeten. Waarom nog langer gebruik maken van verbrandingsmotoren die zijn ingesteld op enorm vermogen en veel uitstoot? Er zijn al verbrandings­ motoren die gebruik kunnen maken van waterstof; het is een kwestie van doen. Dat laten we nu vaak nog na, er is op veel gebieden nog geen noodzaak, geen schaarste, om te schakelen naar alternatieven.” Om dichtbij huis te blijven, is het volgens Van der Kuip goed als we ons weer meer gaan verdiepen in de band met de Duitse regio. Een band die er van oudsher al is geweest ten tijde van de Hanzesteden. „Die gezamen­ lijke Hanzesteden hadden een grotere betekenis en omzet dan de VOC; we hebben die band van oudsher, ondanks de culturele verschillen tussen bijvoorbeeld Nederland en Duitsland.” En juist in die verschillen ziet van der Kuip kansen. „We vullen elkaar eigenlijk heel

goed aan. Duitsers zijn meer van de inhoud, kennis en kunde. Nederlanders zijn vooral de verkopers, wij zien markten en kunnen handelen. Laten we die eigenschappen en ambities maar eens vaker bundelen en kijken wat we voor elkaar kunnen betekenen.” Europa van Regio’s De aandacht voor een grote noordelijke de regio waar Van der Kuip op doelt, past in het streven op Europees niveau om meer dan in het verleden de aandacht te richten op regio’s die ook over grenzen gaan, het Europa van regio’s. „Meer samen doen kan lonen. Een mooi voorbeeld daarvan kan bijvoorbeeld Leeuwarden zijn, dat in de aanloop naar Culturele Hoofdstad in 2018 goede mogelijkheden heeft niet alleen de culturele banden aan te gaan met andere Culturele Hoofdsteden, maar deze ook economisch te verbinden. Het is een kwestie van creatief omgaan met de kansen die je hebt om te verbinden op het juiste moment.” Van der Kuip pleit voor het sneller schakelen naar alternatieven, ook op energiegebied. Ook daar geldt, dat technisch al veel mogelijk is. „Nu denken we nog vanuit de gedachte, dat we centrales nodig hebben die voor een enorm groot gebied de energie leveren via een enorm leidingnetwerk om het naar de gebruikers te brengen. Straks gaat het veel meer om de vraag, wat heb je waar nodig en wat kun je ter plekke opwekken aan energie, het wordt kleinschaliger. Niet voor niets zie je in Duitsland veel lokale en regionale initiatieven van energie-opwekking. Waar we hier geneigd zijn tot protest tegen windmolens, pakken ze aan de andere kant van de grens de kans om zelf te gaan investeren in alternatieven voor energie, waarbij ze dan ook zelf delen in de opbrengst. Juist die kleinschaligheid zie je in Duitsland op grote schaal ontstaan de laatste paar jaar.” Opmars geothermie „We zijn lokaal en regionaal een zet, zeker met alle mogelijkheden die er zijn voor kleinschalige energievoorziening. Zo zijn er al initiatieven om op het boeren­

erf energie op te wekken uit bijvoorbeeld koolzaad dat door de boer geteeld wordt. Net als vroeger zou dan een deel van de eigen oogst omgezet worden in brandstof, toen voor het paard en nu voor de machines. Uitgaan van de vraag wat nodig is voor jezelf en je directe om­ geving, biedt veel kansen voor allerlei bedrijven. De discussie onlangs in België, dat heeft besloten om twee kerncentrales nog tien jaar open te houden, blijkt een keerzijde te hebben. „Er ligt een plan om alleen al in Vlaanderen maar liefst 99 geothermie centrales te gaan bouwen; kleinschalig en decentraal dus. Als eerste draait een proef in Mol, waar met behulp van onder andere Europees EFRO-geld de start is gemaakt om op 4 kilometer diepte naar heet water te boren en naar boven te halen. Als je om die transitie mogelijk te maken nog een aantal jaren gebruik blijft maken van bestaande kerncentrales, wat is daar dan op tegen?” Ook in eigen land begint geothermie aan een voor­ zichtige opmars, vertelt Van der Kuip. „In het Westland werken we aan een plan om met een coöperatie van tuinders een aantal geothermie centrales van de grond te krijgen, waarbij de gemeente de concessiehouder is.” De toekomst in energievoorziening ligt in de combinatie, denkt Van der Kuip. „Zonne-energie, windenergie, geothermie en misschien ook nog wel andere vormen, zoals met inzet van waterstof. Technologie zal een grote ondersteunende rol spelen in het vooral op kleinschalig niveau energievoorziening mogelijk te maken. Regionaal en lokaal zijn we zelf aan zet.”

www.domusaegis.nl


MINDER OVERBODIG KEUKENAFVAL

21

DoorLoek Mulder

Mike Tiggeler klantmanager bij afvalverwerker Rotie in Rotterdam en specialist organisch afval

„ Natuurlijk is in de loop van de tijd wel wat aan de aloude rolcontainer veranderd. Ze hebben luchtdichte deksels gekregen, de ergonomie is wat beter geworden, ze hebben een frisser kleurtje, maar het blijft een container met al z’n nadelen. Anders kijken naar afvalstromen levert nieuwe inzichten op. Greenpoint Solutions is er zo in geslaagd de container buitenspel te zetten.

Het systeem vermindert transportbewegingen. Minder containers betekent minder

INNOVATIE

transport binnen maar ook buiten het bedrijf.

Verzamelen en verwerken van keukenafval

Daarmee kan een bedrijf haar CO2-uitstoot reduceren.

VAN Greenpoint Solutions in Zuidhorn.

Het inzamelingssysteem van het keukenafval is aardig uitontwikkeld. De winst zit nu in verder ontwikkelen van het gebruik van de

WIE

afvalstroom. Ook kan afvaltransport nog wat

Anco Wieringa, directeur van Greenpoint Solutions.

efficiënter, door het over water te vervoeren bijvoorbeeld.”

„Onze installatie is misschien niet revolutionair, maar functioneert wel volgens een heel ander idee dan andere, veel meer gebruikte systemen waarmee keukenafval wordt verwerkt. Die bestaan meestal uit een vermaler waar etensresten en keukenafval ingaan, en een ontwateringsinstallatie die vocht uit het vermalen afval haalt. Wat er overblijft kiepert keukenpersoneel dan meestal handmatig in de container. Met ons systeem gaan de etensresten in een storttafel waarna ze met een vacuümsysteem rechtstreeks naar een afvaltank worden weggezogen. Dat scheelt enorm in gesleep met afval, wat tijd en menskracht kost en de

Doede Binnema lector Hanzehogeschool, Life Science Technology

hygiëne niet ten goede komt. Bovendien zijn keukens af van de storingsgevoelige vermalers en wordt verontreinigd restwater niet meer geloosd in het riool.

„Greenpoint Solutions draagt bij aan een

De techniek van ons systeem is niet bijster ingewikkeld, de echte intelligentie ervan zit in de gedigitaliseerde

duurzame maatschappij door meer te doen

monitoring van het afval. Sensoren meten telkens de inhoud van de tank en sturen de gegevens door naar

dan alleen afval inzamelen. Dat wordt gecom-

een portal. Dankzij die gegevens weet een bedrijf precies hoeveel afval er wordt geproduceerd, wat er wordt

bineerd met een webportaal dat de onderne-

afgevoerd en wat er wordt verspild. Dat maakt vergelijking van de afvalproductie tussen vestigingen mogelijk.

mer inzicht biedt in zijn afvalproductie. In een

Bedrijven zoals Van der Valk en Ikea gebruiken onze systemen op die manier om gerichter en nauwkeuriger in

maatschappij waar nog steeds een belangrijk

te kopen voor hun restaurants.

deel van ons voedsel niet wordt geconsu-

Afvalproductie houdt deels verband met de bedrijfsvoering - waar bijvoorbeeld veel buffetten worden ge-

meerd, maar als afval verdwijnt, versterkt die

serveerd blijft er ook veel over - maar het is ook een gevolg van houding en gedrag. Daarop sturen drukt de

koppeling bewustwording. Reductie van afval

kosten. Wat organisaties nogal eens weerhoudt van aanschaf van onze installaties is de investering. Maar het is vrij simpel uit te rekenen dat het na een jaar of zes tot zeven al voordeel oplevert.

begint bij inzicht in de eigen afvalstromen. Doordat Greenport Solutions organisch afval

De inhoud van de volle tank wordt door een afvalinzamelaar naar een verwerkingsbedrijf gebracht waar het

vacuüm inzamelt worden afbraakprocessen

wordt vergist. 1000 kilo keukenafval levert zo’n 200 kubieke meter biogas op. Het is rijk materiaal en momen-

beperkt. Dit biedt mogelijkheden voor tot

teel onderzoeken we of nog meer waardevols zoals enzymen en eiwitten uit het afval kunnen halen. Zo zetten

bioraffinage waarbij ingrediënten worden

we telkens een stapje vooruit.”

teruggewonnen uit de afvalstroom.’’


ADVERTENTIE

22

Verbion vloeren

Ook varend kun je vloeren leggen Na veertig jaar vloeren leggen, weet je wel wat het is en hoe het moet. „Maar vervelen doet het nooit”, zegt een enthousiaste Egbert Kruize van Verbion Vloeren. En het mooie is dat Verbion zelfs vloeren varend kan leggen.

Onze kennismaking was op de afgelopen Promotie­ dagen, waar een onvermoeibare Kruize het lekker druk had. Hij is een man van het eerste uur en heeft er nooit spijt van gehad dit vak te hebben gekozen, ook al is het nu niet meer zo als in vroeger dagen. „Echt stapels opdrachten schrijven zoals je vroeger deed, dat gebeurt niet meer. Het is anders geworden, maar ik word er nog iedere keer vrolijk van. De mensen die je leert kennen, toch ook weer opdrachten die je er uithaalt, de mensen die je weer tegenkomt…, ik vind het iedere keer weer een mooi moment.” Geen ongevallen Toen Egbert Kruize in 1975 als zestienjarige leerling het vloerenbedrijf binnenkwam, legde hij zelf eerst tien jaar lang vloeren voor hij doorschoof naar het kantoor. Ook daar was het weer ervaring opdoen, vooral het leren calculeren, en dat is vooral een kwestie van ervaring hebben op de werkvloer, kennis hebben van producten, materialen en ’n goeie inschatting van de omstandigheden. Producten kwamen en gingen en wer­ den vooral verbeterd. „En dat is maar goed ook, want de vloeren van nu zijn vele malen beter voor de mensen die ze moeten leggen.” Arbo, milieu en omgeving zijn een steeds grotere rol gaan spelen; wat niet veranderd is, is de zorg voor de mens. Kruize is er terecht trots op dat Verbion al jaren een omgevallenfrequentie van nul heeft. Is duurzaam­ heid ook in de vloeren te bekennen? Kruize stelt ons gerust. De industrie werkt hard aan het steeds meer duurzaam produceren van materialen en dat stelt Verbion nu al in staat om volledig met materialen te werken die niet schadelijk zijn voor het milieu. Na zijn uitgebreide kennismaking In 1992 werd Kruize

mede-eigenaar en sinds 2012 is hij volledig eigenaar van het Winschoter vloerenbedrijf. Met tien man in de vloeren, tien mensen die ook allemaal al jaren bij Verbion werken. „Je weet inmiddels wat ze kunnen, ik kan op ze vertrouwen en dat geeft rust.” Vakmensen zijn het die met plezier vloeren leggen. Ze zijn allemaal opgeleid binnen het bedrijf „want dit vak kun je op school niet leren.” De kennis van decennialange ervaring dragen ze met zich mee als ze de slijtvaste, vloeistofdichte, chemisch bestendige en decoratieve vloeren aanbrengen. Wat zeker veranderd is is het aantal mogelijkheden voor vloeren; voor iedere ondergrond is er een goede vloer te vinden. Coatingvloeren, giet-, imitatiebeton-, sier­ grind-, troffel-, marmer-, PVC Tegel-, bitumenvloeren, u vraagt het maar. En ook de nanotechnologie heeft z’n weg gevonden in de vloeren, want inmiddels verwerkt Verbion regelmatig biocoatingvloeren, die er voor zorgen dat een vloer ondoordringbaar wordt voor vuil, vloeistof en micro- organismen. Naar Mexico! En dat vertrouwen kan Kruize goed gebruiken want de laatste jaren worden de opdrachten steeds specialer. Vloeren leggen op schepen, niet alleen in het dok, maar zelfs ook al varend. Zo hadden ze een complete gietvloer met plinten aangebracht op een schip voor een pijpen­ leggersbedrijf in de Golf van Mexico, ook niet naast de deur, maar de goeie klant is koning en een goede bekende uit de eigen omgeving die je graag een mooie dienst bewijst. „Dus je brengt je mensen naar Schiphol met materiaal en al. En toen ze in de Golf op de pijpen­ legger Audacia die daar in de haven lag, klaar waren en weer geland op Schiphol, konden ze vrij snel daarna op

een schip onderweg naar Schotland aan de slag. Dus heb ik ze weer weggebracht naar het vliegveld en het enige dat ik heb gezegd is ‘wat gebeurt, gebeurt, als je maar zorgt dat die vloeren klaar zijn als je in Schot­ land aan­gekomen bent.” En dat zei Kruize niet tegen de dovemans­oren van z’n vakmensen, want tijdens de drie weken durende reis, hadden de mannen genoeg tijd om de vloeren te gieten op de op dat moment redelijk rustige Atlantische Oceaan. „De laatste anderhalve dag hebben ze gebruikt om de laatste puntjes op de í te zetten.” Hij grijnst er bij, want het is natuurlijk een mooie stunt, een verhaal om te vertellen. Zo nuchter als hij het vertelt, zo tevreden is hij ook. Is het varend vloeren leggen de nieuwe koers van Verbion? „Nee hoor, het is een bijzaak, maar wel een hele mooie.” Na een aantal projecten voor Niestern Sander in Delfzijl, vloeren op de veerboten Rottum en Monnik (Lauwersoog-Schiermonnikoog) en Sier (Holwerd-Ameland) en een project op een baggerschip in Maleisië terwijl het daar in het dok lag, is ook Kruize benieuwd wat er volgt.

www.verbionvloeren.nl


23

VEENDAM ONLINE websites uit veendam (948)

Door Bouke Nielsen

verdeling bedrijven

De fysieke en online bedrijvigheid in Veendam zijn twee totaal verschillende werelden. Wat er fysiek gebeurt is zichtbaar. Grote bedrijven als Nedmag en Groningen Railport (Husa en IMS) kent iedereen, het winkelaanbod ook. Maar wie kent de honderden webshops van EDC Internet? EDC Internet domineert het online-leven in Veendam. EDC staat voor webwinkels op het gebied van erotiek, ofwel ‘adult’. Directeur-eigenaar Eric Idema schat dat hij tussen de 1.000 en 1.200 webshops heeft. „Maar er zijn op dit moment 894 actief”, weet hij. Die komen niet allemaal vanuit

726 bedrijfssites (77%)

adult (30,4%) home & garden (9,2%) work (7,7%)

Veendam. Maar ook zijn ze voor een deel ‘niet zichtbaar’, zegt Dataprovider, omdat de site dan samenwerkt met een andere partij vanuit een andere plaats.

Internationale sites

bedrijven met een socialmedia-proFIel op hun site

internationaal (16%)

socialmedia-proFIel (35%)

Op de webshops van EDC gebeurt verreweg het meest in Veendam. Topper is gaytime.nl. Maar volgens Idema is easytoys.nl de online-winkel die de meeste omzet draait. Het is booming business, zo blijkt, want Idema begon acht jaar geleden op een zolderkamer en moest al snel op zoek naar een grotere locatie. Die werd gevonden in Veendam. „En hier zijn we nu al voor de vierde keer uitgebreid”, zegt Idema. EDC betrekt binnenkort een loods van 7.000 vierkante meter en er werken inmiddels 50 man. Het bedrijf in ‘speelgoed voor volwassenen’ heeft de klanten vooral in Nederland en België, maar de groei komt vanuit Duitsland. Idema: „Dat vraagt veel aandacht.”

Facebook is met 30,7% het populairst

De top 5 veendam 1. flashveendam.nl

Gegevens van Dataprovider

De site van de plaatselijke volleybalclub Flash wordt in

De gegevens voor Veendam Online komen van Dataprovider uit Groningen. Het bedrijf indexeert

Veendam het best bezocht. De eerste teams spelen landelijk.

maandelijks 145 miljoen sites en verzamelt gegevens over bedrijven. Aan de hand van een aantal

Scoort qua activiteit hoger dan de topsites van EDC,

variabelen kan Dataprovider de ‘economic footprint’ van een bedrijf bepalen, hetgeen een

maar vast niet qua omzet.

betrouwbare indicatie is voor de activiteit in een webshop maar niet verward moet worden met werkelijke omzet.

2. gaytime.nl Deze site van EDC scoort het hoogst qua activiteit. Hoe Veendam het online doet ten opzichte van andere plaatsen: 3. glasjumbo.nl Websites

Bedrijven

Webshops

Bedrijven met webshops

Groningen

9.079

6.696

976

848

Leeuwarden

3.875

2.823

321

282

4. erotischegroothandel.nl

Assen

2.346

1.770

242

209

Een van de vele ‘adult-shops’ van EDC Internet.

Emmen

2.015

1.579

209

197

Speelgoed voor volwassenen is de waar die verkocht wordt.

Drachten

1.601

1.251

194

164

Sneek

1.390

1.072

132

118

veendam

948

726

317

293

Delfzijl

275

190

12

10

Site voor speciaalglas. Glas voor ramen, figuurglas, isolatieglas, monumentenglas, veiligheidsglas en spiegels, het is er allemaal te krijgen.

5. gay2day.nl Ook een site met speeltjes voor de gay-scene. Uiteraard ook van EDC Internet.

Plaats


24

HET MAGISCHE MOMENT VAN EEN STARTUP Een idee pitchen is één, het uitwerken

tot een werkbaar verdienmodel is twee. En als het allemaal in 54 uur moet, wordt het helemaal lastig. Maar dat is wel de problematiek waarmee jonge ondernemers zich vrijwillig opzadelen tijdens een Startup Weekend in Groningen.

gemeenschappelijk probleem: iedereen kan de ruimte nemen om het op te lossen. Het bleek te werken, al was er hulp van een paar coaches nodig om focus en richting te krijgen. Aan het eind van de middag heette Travelgoeroe ineens TripTrek en was helder hoe de startup zal moeten opereren: vanuit reizen die al eens gemaakt zijn. Die reizigers plaatsen een kort verhaal op TripTrek, vertellen over de hoogtepunten en de kosten en op basis van dat verhaal kun je dezelfde of bijna dezelfde reis boeken. Een reis wordt als beleving verkocht. Maar hoe verdien je er daarna geld mee? En hoe vul je je eigen rol in? Vraag je geld aan iemand die een reis boekt? En ga je degene die een verhaal plaatst ook belonen? En ga je zelf reizen regelen of doe je het via een reisbureau? Vragen, vragen, vragen. En die waren niet in de beperkte tijd van een weekend op te lossen. Het idee werd in het weekend wel steeds getoetst aan de praktijk. Een paar man gingen vanuit The Big Building (waar Startup Weekend werd gehouden) de Groningse stationsperrons op om reizigers te bevragen. Ook was er contact met reisbureaus. Er kwamen steeds maar weer positieve reacties op het idee. Er was zelfs contact met een personal assistent van een

Door Bouke Nielsen

bekende noorderling over de vraag hoe iemand met weinig tijd en voldoende geld z’n vakantie regelt. Daarbij speelde op

Advocate Maaike de Vries (BENK Advocaten in Groningen) waagt zich op die manier

de achtergrond het idee om eventueel de ‘grootvermogenden’

op het ondernemerspad. Met 51 anderen pitcht ze een idee: na vruchteloze avonden op

van reizen te voorzien.

internet vond ze niet de vakantie die ze wilde, waarna het reisbureau in één keer de

Maar hoe anders was het de uren vóór dat magische moment

uitkomst bood. Probleem en oplossing verbinden; dat moet een fundament zijn voor een

op het eind van de zaterdagmiddag. Het was worstelen

bedrijf, dacht ze. Travelgoeroe zou het heten.

met een idee dat bij het vijlen en slijpen gaandeweg zo dun

Dat was op vrijdagavond. Twee dagen later, op zondagavond, was ze die illusie kwijt,

werd dat een mislukking dreigde. Goed voor het verhaal

maar wel een businessmodel rijker. Want dat doet Startup Weekend: slijpen en vijlen aan

trouwens, want om heel eerlijk te zijn, de reden om TripTrek

verkeerde aannames, jonge ondernemers bij de enkels afbreken, maar ook helpen als je

te volgen was vooral vanwege de vooraf al aanwezige kans op

wilt luisteren. Kill and kiss, schoppen en aaien.

mislukking.

En zo kon het gebeuren dat Maaike en haar teamgenoten – Luuk Hartsema en Noë

Niet vanwege het drama. Nee, Startup Weekend gaat om

Snaterse (beiden ontwikkelaar van Spindle), Han Berrelkamp (internetconsultant

leren ondernemen. En daarbij hoort ook het besef dat lang

van Dotsimpel), Jaap-Albert Dam (ideeënjager van beroep), Bianca Burema

niet alles een succes wordt. Nick Stevens, betrokken bij

(marketingcommunicatie) – op zondag TripTrek, de AirBnb voor reizigers, konden

diverse Startup Weekends in de wereld (van Kuala Lumpur

presenteren.

tot Groningen, va Teheran tot Skopje), zegt: „Als het fout

Maar dat ging niet vanzelf. Bepaald niet. Op zeker moment, ergens op de zaterdag,

››› 28

hadden ze het gevoel dat ze bezig waren met de 100 meter vlinderslag in een badkuip. Ineens, ergens diep in de zaterdagmiddag, brak de lach door bij Maaike de Vries. De mondhoeken reikten tot de oren bij elk voorstel, want ineens was het helder waar Travelgoeroe zijn geld mee moet verdienen. Dat is dat ene magische moment van Startup Weekend. Het moment dat alles verandert. Zo’n moment dat ondernemers ineens het licht zien en de geldboompjes al zien groeien. Bingo. Kassa. Eureka. Nog geen uur eerder zei een groepslid: „Ik vind dat we wel heel erg breed bezig zijn.” Maaike, zonder op te kijken: „Eens.” En daar bleef het wat haar betreft bij. Twee uur eerder had een ander geroepen: „Er moet een concept komen.” Maaike, weer even strak als gelijkmoedig: „Mee eens.” Ze vertelde met die houding heel simpel dat het niet alleen haar probleem is, maar een

kill and kiss, schoppen en aaien


25


26

vergeet het resultaat, geniet van het proces 26 ››› gaat, is dat niet slecht.” En een deelnemer zegt: „Vergeet het

En langzaam viel het kwartje bij TripTrek. Maaike lachte

resultaat, geniet van het proces.”

en straalde, het magische moment was daar: geloof in de

De eerste uren na de pitch op vrijdagavond vloog het alle

formule. Vermoeidheid was er ineens niet meer, al werden er

kanten op het met De Vries’ reisagentschap. Er gingen veel

veel uren gemaakt. Na een gewone werkdag op vrijdag ging

ideeën over tafel. „Wat willen we nu anders doen dan de

iedereen door tot ’s nachts twee uur, zaterdag maakten de

andere reisbureaus”, vroeg Berrelkamp. Het is de dynamiek

meesten 17 uur en zondag kwam er nog eens 15 uur bij.

van de onzekerheid, meer vragen dan antwoorden.

Maaike de Vries: „De omslag kwam doordat we vanuit de

Stefan Wobben (mede-eigenaar van Concept7), een van de

reiziger gingen denken en niet meer vanuit het reisbureau.”

ervaren coaches tijdens het weekend, kwam zaterdag even

Jaap-Albert Dam: „We gingen vanuit het hele vage naar iets

langs. De coaches stelden gerichte vragen en gaven micro-

concreets.” En Luuk Hartsema: „We kregen daarna nog een

cursussen. Het doel was dat de deelnemers ‘focus plus

paar adviezen van coaches, maar hoe goedbedoeld ook,

kennis’ opbouwen, maar het ontsloeg ze niet van de plicht om

we wisten wat we wilden.”

zelf keuzes te maken. Wobben is een van de bedenkers van

TripTrek viel niet in de prijzen want op zondagavond was het

het succesvolle reisconcept srprs.me en kent de reiswereld.

verdienmodel op z’n zachtst gezegd nog karig te noemen.

Wobben stelde een serie scherpe vragen en praatte hen bij

Dat telde mee in de beoordeling.

over de reiswereld. „Wat wil je verdienen op een 1000euro-

En nu, dik een maand later, is er nog steeds geen helderheid.

reis?”, vroeg hij. Hij vertelde over hoe srprs.me ontstond.

Maar TripTrek bestaat nog wel. Luuk Hartsema gaat wat

Hij had een collega gevraagd iets voor hem te boeken en hem

modelletjes uitwerken en gaandeweg hopen ze tegen ideeën

pas op het vliegveld te vertellen waar-ie heen zou gaan.

aan te lopen.

Voor de grap. En het beviel, waarna dat model is

TripTrek heeft nóg een magisch moment nodig.

psychologisch gewogen en aangescherpt. Er zijn dit jaar al meer dan 10.000 mensen met srprs.me op reis geweest. Maaike de Vries vond de voorpret van een vakantie juist heel belangrijk. En ze hamerde op maatwerk voor de klant. Wobben: „Onze voorpret is: niet weten waar je heen gaat. En maatwerk is voor een reisbureau minder belangrijk. Men verkoopt liever de vaste pakketjes en als jij tevreden bent, is het maatwerk.” Wobben hamerde op focus: „Want jullie zijn veel te breed bezig.” En hij vertok. Aan de wand hing een affiche van Business Model Canvas, een instrument om een bedrijfsmodel neer te zetten. Allerlei thema’s moesten worden ingevuld, waardoor een beeld ontstond van de richting die moest worden genomen. Er ontstond gaandeweg het idee om reizen op te zetten aan de hand van de slogan ‘deel je mooiste reis’: wie een mooie reis heeft gemaakt kan die bij TripTrek op de site zetten en TripTrek regelt die reis voor geïnteresseerden. Maaike de Vries hield ruggespraak met een reisbureau: „In feite doen we hetzelfde als andere partijen, maar door het verhaal is de beleving wel beter. En in korte tijd krijg je een reis waarop je kunt vertrouwen dat je die krijgt.” TripTrek kreeg tussendoor les van een coach in het scherp krijgen van de klantprofielen. En Wobben kwam een tweede keer langs. Vroeger had je Brittanica, zei hij, en nu Wikipedia. „Vroeger had je Lonely Planet, nu worden jullie mijn Lonely Planet.” Maaike de Vries wilde vaart maken. Wobben sprak de wijze woorden: „Neem de tijd. Een plan dat rammelt, vult zich niet vanzelf in. Als je de wereld in 24 uur moet redden, gebruik je ook 23 uur om na te denken.”


ADVERTENTIE Wilko Huyink

27

Groningen Bereikbaar

Zo slecht doen we het nog niet… Onlangs werd op de Groninger Promotiedagen het digitale systeem Life Traffic Groningen feestelijk in gebruik genomen door Groningen Bereikbaar. Het was een heugelijk moment dat de kracht van samenwerking in de stad symboliseert. De directeur van Groningen Bereikbaar, Wilko Huyink,vertelt met gepaste trots.

De samenwerkingsorganisatie Groningen Bereikbaar zorgt voor het brede overleg tussen de diverse weg­ beheerders, ProRail, het bedrijfsleven en de stad gedurende de uitvoering van verschillende infrastruc­ turele werken. Door de één loket-gedachte kan een hoop irritatie voorkomen worden. Want hoe houd je de stad bereikbaar tijdens het werken aan met name de twee grote infrastructurele projecten AanpakRing Zuid en Groningen Spoorzone? En hoe en op welke wijze com­ municeer je dat? Groningen Bereikbaar is een samen­ werkingsorganisatie die als een oliemannetje in weer en wind z’n werk doet; met een tijdelijke status voor de duur van deze omvangrijke projecten. Tijdelijk heeft overigens wel de lengte van jaren, want de projecten duren beide ongeveer tot en met 2021. Voor de bereikbaarheid van stad en regio is een mil­ jard euro uitgetrokken en dus is er alle reden om de samenwerking en communicatie naar alle betrokkenen zo goed mogelijk te borgen. Grote ingrepen als deze gaan nu eenmaal niet zonder nadelige gevolgen, zoals vertragingen en extra belasting van de omgeving. Af­ stemming en coördinatie is van het grootste belang en dus brengt Groningen Bereikbaar de werkzaamheden in kaart en stemt ze af, probeert invloed uit te oefenen op het gedrag van de weggebruiker en coördineert de communicatie. Samen loont Samenwerking is de sleutel om de projecten in goede banen te leiden. En communicatie. Vanzelfsprekend is dat zeker niet, vertelt Wilko Huyink. „Kijk maar naar eerdere jaren en andere steden hoe het ook kan gaan. Verkeer houdt zich nu eenmaal niet aan bestuurlijke grenzen, mensen zoeken zelf graag hun weg in het

verkeer, iedereen heeft z’n reden. Er komt veel bij kijken om er voor te zorgen dat het vlot blijft verlopen.” Het in november in gebruikgenomen Life Traffic Groningen staat symbool voor de zo belangrijke doorstroming. Het biedt alle weggebruikers actuele en betrouwbare verkeers- en parkeerinformatie, versnelde afhandeling van pech en ongevallen op de belangrijke wegen en optimale doorstroming op kruispunten en trajecten. Een aparte samenwerking is er ook met het onderwijs in de studentenstad Groningen waar dagelijks 25.000 studenten een kleine 14.000 scholieren onderweg zijn. In de spits zijn de treinen en bussen al overvol, dus loont het te kijken naar oplossingen. „We kijken of studenten op een andere manier kunnen reizen, bij­ voorbeeld per e-bike. We hebben daar een proef mee gehouden onder 170 studenten, die met een speciaal GPS- tracking systeem gevolgd werden. De pilot heeft uitgewezen dat de e-bike een goed alternatief kan zijn voor het OV en dus gaat een aantal onderwijs­ instellingen straks verder met verschillende proeven. Ook zijn we in gesprek met scholen om het lesrooster beter af te stemmen op de dienstregeling en andersom en zien we kansen in ‘leren op afstand’, waarbij je les krijgt via internet. Nuchtere ondernemers Groningen Bereikbaar is een succes door de brede samenwerking, zegt Huyink. „Niet alleen door weg­ beheerders, ProRail en juist de ondernemers uit de stad aan tafel te hebben, kunnen we slagen maken. Vergeet niet dat in 2009 ondernemers in stad en regio al heb­ ben aangegeven dat een overlegmodel goed zou zijn met het oog op deze twee grote projecten voor de stad. Over­heden, zeker als het er meer zijn, willen nog wel

eens met elkaar de strijd aan gaan en we hebben hier te maken met twee provincies, Groningen en Drenthe, en natuurlijk met de gemeente Groningen. Onder­ nemers staan daar nuchter tussen en kunnen zorgen voor middeling en oplossingen. Het helpt het proces en de ondernemers hebben de sleutel in handen om bij te dragen aan oplossingen. Door hun personeel bijvoor­ beeld voor te bereiden op andere vervoersmomenten, door hun klanten te adviseren over de bereikbaarheid. We hebben een wederzijds belang bij elkaar.” Waar is nu dat ene moment geweest laatste tijd waar je trots op was? „Toen we laatst met een hele delegatie op excursie waren in Utrecht en Amsterdam om ons te laten informeren over de infrastructuurprojecten daar, was er zo’n moment. Wij hebben verteld hoe we het in Groningen aanpakken met onze samenwerking en ik kan je vertellen dat ze daar van stonden te kijken. De samenwerking moet daar nog beginnen, ze konden zich het nauwelijks voorstellen dat wij daar zo ver in waren. Toen stapte ik in de bus met dat gevoel van ‘we doen het zo slecht nog niet’.” Dat understatement is een mooie afsluting en wie meer wil weten over de bereikbaarheid, over verschillende projecten, over de samenwerkingen en pilots, kan terecht op groningenbereibaar.nl

www.groningenbereikbaar.nl/


28


29

DE VINGER OP DE ZERE PLEK zet een jonge en een oudere ondernemer bij elkaar en

het gaat snel over onder­nemen. Maar ze praten wel vanuit een andere achtergrond, het is enigszins digitaal tegenover analoog.

Door Bouke Nielsen

Jong is wat uitgesprokener en oud is meer van de smeerolie. Jong is in dit geval Antje Meindersma (35), afkomstig uit een Drachtster ondernemersfamilie. Het gaat over ondernemerschap. „Daarmee is het niet geweldig gesteld in Noord-Nederland. Ik mis de ambitie en durf om iets door te zetten.” Zegt Meindersma. Harm Post: „En toch is de jongere veel ondernemender dan vroeger. Ondernemerschap is tegenwoordig zelfs een vak op school.” Harm Post is (62) in dit geval de oudere. Directeur van havenbedrijf Groningen Seaports en stammend uit een dokters­familie. Hij weet nog dat hij in zijn jeugdjaren heel ondernemend was en des­ ondanks boswachter wilde worden. Zijn ouders lieten hem vrij. Het werd uiteindelijk

hoe leg ik dit thuis uit?

de vervoersacademie in Tilburg. Antje Meindersma wilde absoluut geen ondernemer worden. Haar vader heeft een water­ zuiveringsbedrijf, de familie is bovendien gelieerd aan beschuitfabriek Van der Meulen. Ze zag hoeveel tijd iedereen aan het bedrijf kwijt was. Altijd aan het werk, niks voor haar. En daarom weet ze nog heel goed hoe ze dan toch nog ondernemer werd. Ze werd door twee partners tijdens een fietstocht gevraagd mee te doen in Alledaags. Nee, geen tijd en te veel risico was haar antwoord, ze had bovendien net een dochtertje. Meindersma: „En even later zitten we aan tafel en ik hoor mezelf ineens zeggen: ‘Hoe gaan we het doen?’ En weer even later had ik het volgende probleem: hoe leg ik dit thuis uit?”

Uitbundig gelach. Met haar bedrijf Alledaags in Groningen maakt ze voor bedrijven, vooral mkb’ers, digitale producten. Antje houdt niet zo van zachte heelmeesters. Zo maakt ze een bedrijf bijvoorbeeld duidelijk dat digitalisering van de administratie misschien wel meer dan een miljoen euro aan kosten scheelt en krijgt ze te horen dat het bedrijf bij de oude methode blijft: ‘Want we doen het altijd al zo’. Dan denkt ze: oké, succes ermee, maar straks niet zeuren als je concurrenten wel tegen lagere kostprijs kunnen leveren. Ze vertelt dan over het bedrijf van haar vader: „Dat gaat ten onder op het moment dat hij stopt. Er is geen ››› 30


30

29 ››› op­volger.” Post: „Er is voor veel bedrijven geen opvolging. De ondernemer weet het bedrijf te verkopen of gaat uit­ eindelijk toch naar z’n villa in Portugal. En in het laatste geval bloedt het bedrijf dood.” Post stelt vast dat veel ondernemers ‘heel binair’ naar hun bedrijf kijken. Tweeledig betekent dat, in twee oplossingen; of dit of dat. Familiebedrijven vergeten daarom wel eens te verjongen. De eigenaar stopt op een gegeven ogenblik en heeft in de loop der jaren allemaal mensen van eigen leef­ tijd om zich heen verzameld. Dus heeft niemand belang het bedrijf over te nemen. Dat zou anders geweest zijn als er jongeren in het bedrijf waren geweest. In dat geval zouden de jongeren en de eigenaar een gemeenschappelijk belang hebben. Post heeft vertrouwen in de ondernemingszin van de jon­ geren. Hij heeft ervaring met Store Support, dat heel snel

DAN BEN JE OP JE 35STE VERDER DAN IK

groeide. „Die vroegen uit zichzelf vier ervaren mensen om hen op weg te helpen en ik was daar een van. Het ging soms

elkaar van de Commercieele Club Groningen waarvan Post voorzitter is.

om heel eenvoudige zaken zoals: hoe tuig je een loongebouw

Meindersma: „Ik durf daar aan anderen te zeggen dat ik iets niet weet over loon­

op. We zijn allemaal heel goed in het benoemen van waar we

belasting en vraag dan meteen hoe het werkt.”

goed in zijn, maar de consequenties aanvaarden van onze

Post: „Mijn generatie is niet zo sterk in het tonen van de eigen kwetsbaarheid.

minder sterke punten…”

Dat wordt als verliezen ervaren. Ik heb bij Seaports wel eens gezegd dat ik iets niet

Meindersma: „Daar mag ik dan graag tegen aanschoppen.”

goed gedaan had. Die bekentenis leverde tot mijn eigen verbazing waardering op.”

Post: „Als er daarna maar weer verbinding is.” Meindersma: „Soms zeg ik ronduit: ‘Als je zo doorgaat, wordt het niks’.

Het gesprek gaat nog even over veranderingen. Antje Meindersma helpt bedrijven

Ik kan redelijk de vinger op de zere plek leggen.” Post: „Dan

te veranderen. „Soms kom je er niet doorheen, maar dan denk ik: nee is ook een

ben je op je 35ste verder dan ik.” Meindersma: „Ik heb altijd

keuze. Prima dan. Kijk, verandering is een proces dat van twee kanten moet

een brede blik gehad. Van kleins af vraag ik me altijd af: hoe

komen. Er is juist gezien alle digitale ontwikkelingen ook geen tijd meer voor

zit het?”

een gulden middenweg.” Post: „Ik ben juist van de kleine veranderingen.”

Inzichten zijn bij Post veranderd gedurende zijn loopbaan.

Meindersma: „Dat doen wij ook wel. Maar daarna moet je wel snel succes laten

Hij geloofde heel lang dat mensen te veranderen zijn.

zien, dan werkt het snel en goed.”

Hij heeft echter ingezien dat frustraties het bedrijf kunnen

Post verhaalt dan van een bijeenkomst met jonge ondernemers waar Theo Pouw,

verlammen. „Ik ben ten aanzien van personeel daarom veel

ondernemer uit Utrecht met een vestiging in de Eemshaven, zou komen spreken.

harder geworden, soms kunnen mensen beter iets anders

Fantastische ondernemer, volgens Post, maar hij staat niet te juichen als hij ergens

gaan doen”, bekent Post, die dus ook geen zachte heelmeester

moet spreken. Wat gebeurt? Pouw meldt in een van zijn eerste zinnen dat hij geen

meer is. En wijzend naar Antje Meindersma: „Jullie generatie

elektromonteurs kan vinden.

is heel goed in het inspelen op resultaten.” Meindersma: „Ja,

Post ziet dan dat drie jongeren op de eerste rij meteen on­geïnteresseerd in hun

als me iets niet lukt, ga ik wat anders proberen. Met andere

smartphone gaan zitten te turen. Hij is nijdig en spreekt het drietal er na afloop op

woorden: dan doe ik iets wat wel lukt.”

aan. Post: „Ze zetten grote ogen op. Wat bleek? Ze waren voor Pouw aan het zoe­

Post bewondert de openheid van Meindersma. Ze kennen

ken geweest naar elektromonteurs. Dat is de nieuwe tijd. Snap je?” Meindersma: „Dat is hoe het werkt.” Niettemin, jonge en oude ondernemers vallen ook terug in oude patronen. Lid worden van de Commercieele Club was best een stap, bekent Meindersma. Post: „Dit soort clubs zijn belangrijk. Als ondernemer ervaar je in je eentje heel grote problemen. Totdat je bij een club gaat en je de problemen deelt, want daar hebben anderen al hetzelfde beleefd. En bestuursfuncties zijn ook van grote waarde.” En dan, in alle overtuiging, vult Post aan: „Je hebt er je hele leven wat aan. Alleen, je weet dat nu nog niet.”


31

ls een koor van engelen ons één dezer dagen vanuit de hemel zou toeroepen: ‘Spoedt u naar Bartlehiem, daar treft u in een fietsenhok een wiegje aan waarin de nieuwe Verlosser ligt’, dan zouden we wantrouwig naar boven staren en een melding doen bij de Kinderbescherming. Zo’n blijde boodschap wordt, in ons tijdsgewricht en in onze contreien, een beetje ongeloofwaardig gevonden, zeker als er geen wetenschappelijke onderbouwing bij zit. We zijn niet meer zo naïef als die herdertjes en die wijzen uit het Oosten indertijd. Twintig eeuwen en één Verlichting later verlaten we ons niet meer op geloof, maar op wetenschap. Cijfers en feiten. De vraag is alleen of dat wel zo’n stevig fundament is.

Als bijvoorbeeld een koor van wetenschappers ons de blijde boodschap brengt dat het misschien wel een beetje meevalt met de risico’s van de gaswinning, springen de bewoners van het aard­ bevingsgebied geen gat in de lucht. Zelfs niet als die boodschap geschraagd wordt door schriftjes vol met cijfers.

Integendeel, ze reageren wantrouwig en melden het bij een Kamerlid, dat daar dan weer vragen over stelt. Daar zit wat in, want de opdrachtgever van de wetenschappers, meestal de NAM, is een stuk minder belangeloos dan de Grote Opdrachtgever van die engelen. Ook cijfers zijn blijk­ baar een geloofskwestie.

Of het nu gaat over de klimaatdiscussie, de bankencrisis of de ontelbare misrekeningen van overheden en bedrijfsleven: ze gingen en gaan altijd uit van harde

METEN OF WETEN

cijfers. Als ergens maar een bedrag of een berekening bij staat, wanen bestuurders zich veilig. Zo kon de Groningse gemeenteraad klakkeloos akkoord gaan met een miljoeneninvestering in een kansloos Info­ versum, een luchtkasteel op financieel drijfzand.

Zo zaten er bij de banken zulke briljante wiskundigen dat het hele systeem erdoor ontwricht werd. Zo ging de klimaattop onder meer over de vraag of we de aarde 1,5 dan wel 2 graden laten opwarmen. Alsof de gigantische optelsom die daaraan voorafgaat niet vol kan zitten met verkeerde aannames en rekenfouten. De waarheid is meer dan de som der getallen.

Ook in ons eigen leven laten we ons steeds meer leiden door de schijn­ zekerheden die getallen ons bieden. We ontwikkelen sensoren die onze greep op de werkelijkheid moeten verstevigen. Die alles registreren, van het suikergehalte in ons bloed tot aan de lichtste aardschok.

Kastjes meten hoeveel publiek er door de winkelstraten loopt, opdat winkeliers weten hoe laat ze hun personeel met lunchpauze kunnen sturen.

willem van reijendam Zelfstandig journalist en tekstschrijver

We lopen rond met hartslagmeters en weegschaaltjes om onze gezondheid nauwkeurig bij te houden. En daar worden we dan zo gestresst van dat we er een hartkwaal aan over houden. We hebben een zorgvuldig uitgestippeld pensioenplan voor de toekomst maar voor hetzelfde geld komt er weer een crisis en is de pensioenkas ineens leeg. We raken wat verkrampt door al die cijfers.

@vanreijendam

We denken dat meten weten is, maar we weten niet wát we dan precies weten. De herdertjes hadden daar indertijd geen last van. Ze hadden geen facts and figures nodig om zich naar Bethlehem te spoeden, op het gevaar af dat de hele tocht voor niks is. Hun geloof won het van de feiten. Kom daar nu nog maar eens om. De enigen die zich nog naar Bartlehiem spoeden zijn Elfstedenrijders.

Of die Elfstedentocht ooit nog eens komt? De klimaatrapporten zeggen van niet. Toch blijven we erin geloven.

COLUMN

A


ADVERTENTIE

32

Dijkstra Draisma

„Over tien jaar staat er misschien geen Bouwgroep meer op de gevel.” Biense Dijkstra zegt het vaak in z’n bedrijf, om aan te geven dat er in de bouwwereld veel verandert. Stabiliteit en flexibiliteit zijn in het Friese bouwbedrijf Dijkstra Draisma goed verenigd. Het leverde de Friese bouwer voor de zesde keer op rij de titel in Best Managed Companies van Nederland op.

Je wordt afgerekend op je falen Hoe flexibel is uw businessmodel? Dat was het centrale thema dit jaar voor de groep Best Managed Companies, waarvan 97 bedrijven in het hele land door de selectie kwamen. Dijkstra Draisma staat stevig genoteerd in de lijst van Gold Members in de verkiezing die ieder jaar wordt georganiseerd door Deloitte , ING , Erasmus universiteit en Management Team. „Natuurlijk zijn we er trots op, ”zegt algemeen directeur Biense Dijkstra van de Bouwgroep. „Het begon jaren geleden met een bedrijfsscan die laat zien of je bedrijf in balans is, in welke fase je ook zit. Er wordt gekeken naar de vijf pijlers van strategie, organisatie en processen, bestuur en beheer, ICT en natuurlijk mensen en cultuur. Het hemd wordt je van het lijf gevraagd, de beoordelaars gaan het hele bedrijf door en alles wordt onder de loep genomen. Het draagt bij aan professionalisering en ik kan het iedereen aanraden.” Dijkstra is er trots op dat ook bij de Verkiezing van Friese Onderneming van het jaar – waarvan hij bestuurslid is – de BMC-methode van beoordeling gaat gelden. „De finalisten krijgen een professionele bedrijfsscan waar het veel plezier van kan hebben.” Aardbevingsbestendig „Het thema van dit jaar, flexibiliteit van je businessmodel, past ons goed. Zeven jaar geleden hebben we de koers verlegd, stenen stapelen is van een andere tijd. Het gaat niet om de vraag of je kunt bouwen, het gaat er om wat je kunt op het gebied van ontwerp, bouw, onderhoud en energie. En om de belofte aan je opdrachtgever

om het goed te doen. We zijn aanbieder geworden van producten, bijvoorbeeld in de sociale woningbouw, om mensen langer en comfortabel zelfstandig thuis te laten wonen. We zijn verantwoordelijk voor onze eigen producten die we foutloos moeten opleveren. Je wordt nu afgerekend op je falen en zo hoort het ook. Dijkstra Draisma heeft een sterke focus op flexibiliteit, om zich aan te passen aan de veranderende markt en het lukt goed. Het afgelopen jaar hebben we van de 120 miljoen omzet maar liefst 90 miljoen gehaald uit de mix van

ontwerp, bouw en onderhoud en energie.” „We hebben eigen concepten ontwikkeld, bijvoorbeeld Nul op de meter-woningen die zelfs energieleverend zijn. En we bouwen in Groningen als eerste in het land veertig woningen die Nul op de meter én aard­ bevingsbestendig zijn. Mensen staan er voor in de rij en de banken financieren het graag. De huizen worden verwarmd door middel van een warmtepomp die werkt op elektriciteit, die geleverd wordt door zonnepanelen. Iedereen roept het, wij doen het.”

“Flexibel ondernemerschap; wij dragen de titel Best Managed Company wederom met trots!” Bouwgroep Dijkstra Draisma

Voor de zesde keer op rij Best Managed Company, sinds twee jaar met de status Gold Member Het thema van dit jaar ‘Hoe flexibel is uw business model?’ past ons uitstekend.

Markten veranderen sneller dan ooit en er komen steeds meer technologische ontwikkelingen. Dat heeft ingrijpende gevolgen. De tijd van stenen stapelen is voorbij. Een beetje bouwer denkt in concepten, biedt (woon)comfort en energieneutrale gebouwen. Een innovatieve en duurzame benadering van de bouw, waarin wij vol overtuiging investeren. Begrip in de bouw; Dijkstra Draisma heeft het, is het en toont het. BGDD.NL B O L S WA R D De Marne 120, 8701 MC Bolsward T (0515) 33 40 00 / D O K K U M Bocksmeulen 23, 9101 RA Dokkum T (0519) 22 99 99


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.