Wijnaldum & Vd Horst: aanvoerders op kampioenskoers

dubbel-interview

dubbel-interview

Georginio Wijnaldum (PSV) en Robert van der Horst (Oranje Zwart)

Aanvoerders

op kampioenskoers TEKST: EDDY JANSEN, FOTO’S: GERARD VAN HAL

Normaal gesproken worden PSV en Oranje Zwart dit jaar kampioen van Nederland. PSV in april, Oranje Zwart in mei. De laatste keer dat beide teams gelijktijdig de nationale titel grepen, was precies tien jaar geleden, in 2005. De aanvoerders van beide teams, Georginio Wijnaldum en Robert van der Horst, reageren exclusief voor FRITS op een aantal stellingen.

040

041

dubbel-interview

dubbel-interview

de tegenstander bezig is, maar meer met het eigen team. Concurrenten of kleintjes; ik wil alle wedstrijden winnen. Dan heb je de meeste punten en dan word je kampioen. Alle jongens in ons team willen weer kampioen worden. Wat dat betreft is er geen sprake van verzadiging. Maar kampioen kunnen we alleen worden als we steeds de focus op de eerstvolgende training en op de eerstvolgende wedstrijd kunnen houden.”

Dit seizoen verloopt tot dusver zoals wij dat voor ogen hadden.

Georginio: „Ja en nee. Wij spelen bij vlagen goed, en omdat de concurrentie steeds maar punten verliest, is het verschil op het ogenblik erg groot. Natuurlijk was onze doelstelling aan het begin van het seizoen om kampioen te worden, maar dat het verschil negen wedstrijden voor het eind van de competitie zó groot zou zijn, hadden wij niet verwacht.”

Robert: „Wij startten dit seizoen als regerend landskampioen, en dat is gevaarlijk. Je merkte dat in het begin van het seizoen: er hing een bepaalde vorm van verzadiging over het team. We hebben te weinig echt goede wedstrijden gespeeld, maar we wonnen ze wel allemaal. We doen mee om de titel, en in die zin verloopt het seizoen wel zoals we gehoopt hadden. Maar er zit nóg meer in dan we tot

042

nu toe hebben laten zien. De nederlaag tegen Amsterdam begin maart ervaren we als een wake-up call.”

Wij zijn dit seizoen echt de sterkste.

Georginio: „Ik vind van wel, ja. Van de ene kant omdat wij in de wedstrijden met onze onderlinge concurrenten goed spelen. Oké, wij verliezen van Ajax, maar waren in de wedstrijd de betere ploeg! Maar ook omdat wij wedstrijden waarin het niet zo loopt, tóch winnen. Ik denk ook dat dát de winst is ten opzichte van het vorige seizoen. We zijn dit seizoen niet zo vaak door de ondergrens gezakt, terwijl dat vorig seizoen wel vaker gebeurde.”

Robert: „In de breedte zijn wij de sterkste, ja.

Wij hebben de beste selectie met alleen maar internationals. Drie jaar geleden is OZ met

ervaren spelers en een zeer ervaren coach, Michel van den Heuvel, een nieuwe weg in geslagen. Ten opzichte van vorig jaar zijn wij ook weer sterker geworden. Kampong is onze grootste concurrent. Ook zij hebben een fantastische ploeg, maar een minder brede selectie. Dat kan aan het einde van de competitie een rol spelen.”

Je wordt kampioen door juist tegen de kleintjes geen punten te laten liggen.

Georginio: „Ja, je kunt wel alle wedstrijden van je directe concurrenten winnen, maar als je vervolgens punten tegen de relatief kleinere clubs laat liggen, heeft het allemaal geen nut gehad. Wedstrijden tegen die clubs zijn vaak moeilijker dan wedstrijden tegen toppers.”

Robert: „Ik ben het type dat niet zoveel met

Aanvoerder zijn, brengt veel extra’s met zich mee. Ze hebben mij gekozen omdat…

Georginio: „Ik één van de meest ervaren spelers in deze groep ben. Ik zit van allemaal het langst bij PSV. Stijn Schaars was ook een goede aanvoerder, maar die is nu langere tijd geblesseerd. We sparren samen wel veel over het aanvoerderschap. Ik ben een eerlijke en directe aanvoerder. Ik zeg tegen iedereen waar het op staat, maar ik blijf altijd rustig. Ik ben geen schreeuwerig of luidruchtig type. Ik ben niet geforceerd aanvoerder, maar dat heb ik wel moeten leren. Ik heb wel het gevoel dat ik door iedereen volledig geaccepteerd ben.”

Robert: „Ik ben inmiddels dertig jaar, en dus ook vanwege mijn leeftijd en dus ervaring gekozen. Ik ben niet alleen bij Oranje Zwart, maar ook in het Nederlands elftal aanvoerder.

Ik denk dat aanvoerder zijn, betekent dat je niet alleen met jezelf bezig bent, maar ook met de andere jongens: waar zijn ze mee bezig, waar willen we met het team naar toe, hoe is de verhouding met de coach? Dat soort dingen. Ik hou ervan om daarbij betrokken te worden en ik voel die verantwoordelijkheid ook. Vind ik ook leuk!”

Ik ben in het veld ook een verlengstuk van de trainer.

Georginio: „Absoluut. De trainer betrekt mij ook heel vaak bij dingen. Natuurlijk bepaalt hij de opstelling, maar hij toetst wel eens zijn mening over de wijze van aanpak of de manier van spelen tegen een tegenstander.

Hij wil dan weten hoe ik daar tegenaan kijk.

Of hij overlegt met mij om een training te schrappen, omdat sommige jongens moe ogen. De trainer wil altijd vol kwaliteit trainen. Ik vind dat overleg fijn. Daar voel ik mij heel prettig bij.”

Robert: „Ja, ik ook, zeker! Ik zit nu in een fase van mijn hockeycarrière dat ik zelf ook nog wel beter kan worden, maar dat ik vooral jongere jongens kan helpen om beter te worden.

Daar krijg ik heel veel energie van. De lijn die ik met Michel van den Heuvel bij OZ heb, en met Max Caldas bij het Nederlands team heb, is behoorlijk aanwezig. Ik ben ook vaak een vangnet voor spelers richting de staf en andersom. Die rol ligt mij wel.”

Ik ben, denk ik, wel een goede aanvoerder.

Georginio: „Ik ben niet de baas omdat ik toevallig aanvoerder ben. Zoals ik al zei; ik ben eerlijk en direct. Maar ook ík ben coachbaar, want ook ík maak fouten op het veld. Dus ik sta als aanvoerder open voor kritiek van mijn medespelers. Ik denk dat ze mijn eerlijkheid en directheid accepteren en waarderen. En aanvoerders die denken de baas te zijn... Je moet altijd in het teambelang denken en dat doe ik als aanvoerder ook.”

Robert: „Vind ik moeilijk om over mezelf te zeggen. Ik ben rustig, heb ervaring, ik ben geen voorstander van een al te zwart-wit hiërarchie in de kleedkamer. Ik hou van de sociale context, waarin iedereen een soort democratisch besef heeft. Net als Georginio voel ik mij ook niet de baas in de kleedkamer.

Van dat soort hiërarchie hou ik niet. Ik ga niet tegen iedereen vertellen wat ze moeten doen, maar ik neem wel vaak het woord. Als de zaak in de rust even opgepept moet worden bijvoorbeeld. Georginio is met z’n 24 jaar een stuk jonger. Knap om dan al aanvoerder te zijn.”

Het gevaar ligt op de loer dat het aanvoerderschap ten koste gaat van mijn eigen spel.

Georginio: „Ja, dat risico zit er inderdaad in.

Ik ben daar zelf ook nog erg mee bezig, om daar een goede middenweg in te vinden. Ik ben ook al eens eerder aanvoerder geweest, en destijds kostte het mij wat meer moeite dan nu. Je hebt als aanvoerder nu eenmaal allerlei taken, van de toss tot en met het televisie-interview direct na afloop. Je moet er zelf voor zorgen dat dat niet ten koste gaat van je eigen focus op een wedstrijd.”

Robert: „Daar ben ik het ook wel mee eens.

Ik ben ook al eens aanvoerder geweest toen ik 22 was. Maar ik was toen nog veel te onstuimig. Ik was net gekozen tot het ‘talent van de wereld’ en voelde mij het mannetje.

Zo van: kom maar! Maar nu ben ik inderdaad op trainingen wel eens teveel bezig

met anderen en minder met mezelf. En buiten het veld geldt dat voornamelijk bij het Nederlands team. Daar ben ik vorig jaar veel bezig geweest met links en rechts brandjes blussen. En dan moet je inderdaad uitkijken dat het niet te koste gaat van het eigen spel. Ik speelde toen persoonlijk een slecht toernooi.

Je moet het aanvoerderschap ook niet groter maken dan jezelf.”

De druk wordt groter nu een kampioenschap dichterbij komt.

Georginio: „Wij creëren zelf geen druk. Dat doet de buitenwacht. Supporters praten al over de titel, de kranten schrijven er over.

De voorsprong op Ajax is groot, en dan is het risico aanwezig dat je er te gemakkelijk over gaat denken. Het is ook mijn taak als aanvoerder om daar in de kleedkamer extra op te wijzen. Gemakzucht ligt op de loer, en daar wil ik voor waken. Wij hebben thuis van Ajax verloren, dat was een tegenvaller, maar dat moet niet omslaan in extra druk.”

Robert: „Naar buiten toe is het inderdaad verstandig om niet al te vroeg over het kampioenschap te praten. Intern moet je jezelf natuurlijk wel doelen stellen. En dat doel is: we willen weer kampioen worden.

De druk bij Oranje Zwart is wel minder dan bij het Nederlands elftal. Daar heerst veel meer het heilige móeten. Ik denk dat daar ook een verschil met PSV zit. Daar zijn de zakelijke belangen veel groter. PSV móet kampioen worden. Wij mógen het. Bij wijze van spreken.”

Openlijk over het aankomende kampioenschap spreken is not done!

Georginio: „Dat laten wij aan de buitenwereld over. Wij zijn daar als spelersgroep nog helemaal niet mee bezig. Onze focus ligt op de eerstvolgende wedstrijd. Die willen wij winnen, en daarna komt de volgende wedstrijd. En die willen wij ook weer winnen.

Voor ons gaat het kampioenschap pas spelen als de wedstrijd eraan komt waarin het kan gebeuren. En als we het straks eenmaal zijn, zullen we het ook elke dag hardop zeggen.

Maar nu nog even niet!”

Robert: „Ons eerste doel is: de play-off ’s halen. Pas daarna komt een eventueel kampioenschap in beeld. Wij willen zoveel mogelijk wedstrijden winnen om onze doelstelling te halen. Ambities mag je best uitspreken.

De club heeft ambities, wij als team hebben ambities.”

043

dubbel-interview

Kampioen word je in een reguliere competitie, niet via play-off’s.

Georginio: „Als je na 34 wedstrijden bovenaan staat, ben je kampioen. Ik heb geen enkele ervaring met play-off ’s. In de eredivisie speel je alleen play-off ’s om Europees voetbal of om degradatie. Maar ik vind dat het landskampioenschap in een reguliere competitie behaald wordt. En niet via een nacompetitie, zoals dat ook in België het geval is. Van de andere kant; als je in de hockeycompetitie vierde bent geworden en je seizoen was niet zo best, dan kun je dat toch via play-off ’s nog goedmaken. En zelfs nog kampioen worden!

Maar ik kan mij niet voorstellen dat dit in de eredivisie ook zou gebeuren. Ik hou van een normaal seizoen. En wie aan het einde bovenaan staat is kampioen. Wij staan nu elf punten voor. Stel je voor dat we nog play-off ’s zouden moeten spelen!”

Robert: „Het is een heel dubbel gevoel. Ik snap Georginio als hij zegt dat de ploeg die aan het einde van de competitie bovenaan

dubbel-interview

staat kampioen is. Want de afgelopen vijf jaar is de ploeg die na de reguliere competitie bij ons op één stond uiteindelijk géén kampioen van Nederland geworden. Maar play-off ’s horen inmiddels bij de hockeysport. Onze reguliere competitie duurt minder lang; wij hebben geen achttien maar twaalf teams in de hoogste klasse. Dat zijn twaalf wedstrijden mínder dan de voetballers in de eredivisie spelen. Bovendien zijn de play-off ’s in de hockeysport een verdienmodel voor de clubs.

Dat soort wedstrijden trekt veel publiek, dat zijn de wedstrijden waar wij het voor doen.

Bovendien spelen wij in de beste competitie van de wereld. Ik vind zelfs dat de beste acht ploegen moeten meedoen aan de play-off ’s.”

Wij volgen de prestaties van de ander op de voet.

Georginio: „Nee, helemaal niet. Maar het is wel grappig dat twee ploegen uit Eindhoven nu bovenaan staan, en bijna tegelijkertijd

kampioen van Nederland kunnen worden.

Ik volg hockey nauwelijks. Ik zie het soms op televisie. Ik vind het wel héél knap hoe je met een stick en bal kunt dribbelen of een pass over dertig meter kunt geven. En dat zo’n bal vervolgens ook gewoon gecontroleerd wordt.

Dat vind ik mooi om te zien. Het vergt misschien wel méér concentratie dan voetballen.

En als Robert met Oranje Zwart wéér Nederlands kampioen wordt, is dat heel erg knap.”

Robert: „Ik volg PSV, maar ik zie ze te weinig spelen. Een vriend van mij heeft twee seizoenkaarten op de eretribune. Ik ga wel eens met hem mee. Vroeger – in de tijd van Luc Nilis – stond ik altijd op de Jongensrang, in de hoek. Dit seizoen heb ik nog maar één wedstrijd live gezien: PSV-Feyenoord. Wat een wedstrijd was dat! Vaak ontbreekt de tijd om te gaan kijken. Wij spelen veel tegelijkertijd, bijvoorbeeld op zondagmiddag. Ik was graag naar PSV-Ajax gaan kijken, maar wij speelden zelf tegen Rotterdam. Maar twee, drie keer per jaar zie ik PSV wel.”

Georginio Gregion Emile Wijnaldum Rotterdam, 11 november 1990 Positie: Aanvallende

middenvelder Bijnaam: ‘Gini’ Twitter: @GWijnaldum Carrière: 2007-2011 Feyenoord 2011-heden PSV Interlands: 16 (2 goals), deelname aan WK Brazilië

Robert Adriaan van der Horst Eindhoven, 17 oktober 1984 Positie: Centrale

verdediger Bijnaam: ‘Horst’ Twitter: @Horst24 Carriere: 2000-2009 Oranje Zwart 2009-2012 HC Rotterdam 2012-heden Oranje Zwart Interlands: 204, deelname aan Olympische Spelen Londen (2012) en Beijing (2008), WK 2014 (Ned.) en 2010 (India)

044

045