16 minute read
Charlotte Gainsbourg
Links De ‘Twin’ van John Galliano LZ 2006. “Tijdens mijn werk, zie ik alle facetten van een show als een creatief proces, van showlocatie tot de perfecte snit van de kleren. Mode is een kunstvorm die al te vaak stiefmoederlijk wordt behandeld. Ik denk niet aan wat zo’n show wel kost.” Rechts The best of all, Martin Margiela’s laatste show in 2010. “Hij wordt vaak de nummer zeven van de Antwerp 6 genoemd. Hij brak met zowat alle codes in de mode.” Fotojournaliste Marleen Daniëls duikt in haar archief. Ze stelt momenteel een boek samen uit 34 jaar modefotografie, dat ze wil financieren met crowdfunding*. “Ik ben nu 62 en begin stilaan terug te kijken. Vanaf mijn vijftigste gingen steeds meer ontwerpers een boek uitgeven en die vroegen dan naar mijn foto’s. In die tijd werkten we nog met dia’s, je geeft die dia’s weg en je ziet ze nooit meer terug. Ik ben daardoor heel veel verloren. Nu wil ik zelf uit mijn archief putten. Bovendien vertel ik graag verhalen. Je moet die kleren willen lezen, je moet erop willen ingaan. Mensen mogen gerust meer breinfood krijgen.”
Tekst Marie Geukens Foto’s Marleen Daniëls
MODEBEELD
Links De eerste backstagefoto bij Karl Lagerfeld in 1993. “Je gaat altijd op zoek naar goede beelden, waarbij het onderwerp eruit springt, de kleuren accorderen, info wordt meegegeven. Als fotograaf moet je echt in je onderwerp gaan.”
Rechts Ann Demeulemeester en Patti Smith op de catwalk in de show LZ 2007. “Nu ik met mijn neus in het archief zit, zie ik weer wat Ann Demeulemeester deed: ze zette een fantastisch sterke vrouw in de wereld.”
Ooit wilde Marleen Daniels (62) de wereld verbeteren door mensen wakker te schudden met haar fotografie (“Nu weet ik dat dat niet kan”). Dus trok ze als prille dertiger in de vroege jaren negentig de wereld in om de oorlog in Bosnië te verslaan. In diezelfde periode groeide de belangstelling voor de modewereld in België, mede dankzij ‘The Antwerp 6’ en durf- al Martin Margiela. De oorlogsfotografie verleidde de jonge ontwerpers om Marleen als modefotografe binnen te halen. “Ik kwam al eens op tv om over de oorlog in Bosnië te vertellen, en toen werd ik wel een beetje meegetrokken door Dries (Van Noten, nvdr), Ann (Demeulemeester nvdr), Dirk Bikkemberghs... Ik kreeg daardoor voor hen nog een beetje meer waarde als fotografe. Mode wil ook heel graag serieus genomen worden, in de maatschappij staan en zich geëngageerd voelen.” De oorlogsverslaggeving en de modereportages groeiden samen. Ze begon in 1987 als catwalkfotografe: “Je had een 300 mm-lens nodig, er was nog geen autofocus. Dus je moest mooi in het midden van de rode loper een plek veroveren. Er zijn ooit klappen uitgedeeld voor vijf cm. Yves Saint Laurent was steevast de laatste dag van de shows in Parijs en begon rond 11 uur, zodat wij soms al om 5 uur op het podium zaten om toch maar dat plekje te behouden. Later betaalden sommige fotografen een mannetje om de plaats te bezetten. Een hele rare wereld. Alles was nog analoog. ‘s Morgens om vijf uur gaf ik mijn filmrollen af in de luchthaven van Milaan, in Brussel werden ze opgepikt en de dag erna stonden ze in de krant. Totaal anders dan nu, het lijken wel de middeleeuwen. En toch werk ik nog steeds liever analoog. Nu heet dat een purist. Ik vind het nog altijd mooier. Plus ik hou van beperkingen. Ik vind het beter om mijn keuze al te beperken in de camera. Het heeft à la limite meer met fotografie te maken.” Het aantal modepagina’s in de magazines nam toe en dat zorgde voor een belangrijk inkomen. Via haar agentschap kwam Daniëls bij de Nederlandse Elle terecht, die interesse toonde in backstagefotografie. “Ik werkte nogal veel voor Dries Van Noten en daar kon ik makkelijk backstage mijn draai vinden. Dat vond ik veel toffer. Ik had de vrijheid om te werken, dichtbij te komen, in mijn onderwerp te gaan en een uniek verhaal te vertellen. In mijn archief zit witzwart, kleur, polaroid. Ik was vrij.” “In 2008 zakte de grandeur van de modesector als een pudding in elkaar. Alles gaat voorbij. We zitten weer op zo’n moment: eerst is de catwalk belangrijk, dan de backstage, dan de celebrities, en nu met de reisrestricties geven video’s een beeld van de mode.”
Links Alek Wek tijdens de fitting bij Yohji Yamamoto LZ 1999. UIteindelijk werd de jurk niet geshowd en Alek Wek liep ook niet mee. Marleen Daniëls stapte in 1999 drie dagen lang ongecensureerd in het zog van Yoshi Yamamoto in Parijs, samen met een journaliste van Elle Nederland en eentje van de New York Times. Rechts Het atelier van het ontwerpersduo Botter. Nadat ze de contest in Hyère hadden gewonnen werden ze het artistieke team achter Nina Ricci. “Zij behoren tot de nieuwe garde ontwerpers die ik graag in de gaten hou.”
STIB-MIVB
MERIEM, BUSCHAUFFEUR ALS JE JE GOED OMRINGD VOELT, GAAT HET VOORUIT!
De MIVB is een bedrijf met mensen, voor mensen. Een kader waarin iedereen zich goed omringd voelt. Als chauff eur (m/v) of veiligheidsagent word jij snel een gekend gezicht voor miljoenen reizigers en zorg je ervoor dat het vooruit gaat op ons net (voor voertuigen en passagiers). Dankzij jou is de stad mobieler en sneller.
9.800 COLLEGA’S VERWACHTEN JE!
surf naar jobs.mivb.be
Wanneer het rustig wiegen van je baby verandert in panisch gesus, waarbij je eigen stem de ingehouden tranen verraadt, dan zit je niet op een roze wolk, maar op een donkergrijze massa. Veel plezier beleef je niet aan je baby, maar dat mag niet hardop gezegd worden. Toch heeft één op vijf moeders het emotioneel moeilijk in de periode rond de zwangerschap en het afgelopen jaar lag dat cijfer nog hoger.
Tekst Florianne Thys m.m.v. Marie Geukens. “De bevalling of zwangerschap is één van de meest invasieve veranderingen in je leven. Het leven van ervoor is voorbij. Je krijgt wel een nieuw leven in de plaats maar er verandert zoveel dat het gepaard gaat met een grote aanpassing en een rouwproces. Mensen zijn zich vaak niet bewust dat een baby krijgen niet enkel rozengeur en maneschijn is, maar dat het ook een serieus hobbelige route kan zijn. Als je moederschap in Google Images ingeeft, dan krijg je enkel de romantische kant van het verhaal te zien. Dat is wat de meeste mensen ook verwachten. Als je dat niet voelt, is het zeer lastig om aan te geven dat je jouw baby maar niets vindt. Je blijft over met een gevoel van falen of het idee een slechte moeder te zijn.” Aan het woord is An-Sofie Van Parys, vroedvrouw, seksuologe en psychotherapeute. Moeders met twijfels en angst over het moederschap, kunnen doorgaans op niet veel empathie rekenen, noch in hun omgeving, noch bij de zorgverleners. Je kan en mag niet door je zwangerschap je plezier, interesses of zelfs je toekomstperspectief verliezen. Een moeder die dit toch ervaart, voelt zich snel geïsoleerd en machteloos in een maatschappij die per se het moederschap wil idealiseren. Het uitspreken van negatieve gevoelens bij nieuw leven is nog een groot taboe. En ook de medische wereld houdt het stigma, zij het ongewild, in stand. Veel zorgverleners - dat weten we ondertussen - hebben geen tijd. “Heel wat professionals zoals vroedvrouwen, gynaecologen of huisartsen durven geen vragen te stellen aan toekomstige of recente moeders. Vragen schieten door hun hoofd als ‘wat moet ik doen als ze beginnen wenen?’ of ‘ik heb maar tien minuten tijd voor mijn consultatie, wat als ze hun hart luchten, dan zit mijn hele wachtzaal vol’”, vertelt An-Sofie Van Parys. Een tekort aan tools en onvoldoende training rond perinatale depressie in de basisopleiding van zorgverleners leidt daarbovenop tot onzekerheid en een gebrekkige aanpak van het probleem. En dan zijn er nog de wachtlijsten voor psychische zorg waardoor moeders afhaken. “Het Belgische zorgland-
VAN DE SERIE HIDDEN MOTHERHOOD, 2019. COURTESY DE ARTIESTE. PERS. VERONIKA, ALENA ZHANDAROVA,
CARMEN WILLE, MEDEOPRICHTER VAN VZW DE VEILIGE DRIEHOEK, WERKT ALS PSYCHIATRISCH VERPLEEGKUNDIGE IN EEN MOBIEL CRISISTEAM, 31 JAAR
“Ik was 35 weken zwanger en had veel stress. Mijn lichaam maakte hoge dosissen cortisol aan, waardoor mijn vliezen braken. De bevalling was traumatisch: ik beviel met een keizersnede, mijn zoontje lag voor een tijd in de couveuse en verbleef vervolgens nog twee weken op de neonatale afdeling. Na de bevalling werd snel duidelijk dat mijn lichaam verschillende signalen gaf: ik was heel moe, at niet meer met smaak en wilde enkel nog slapen. Zowel ik als mijn arts besteedden er geen aandacht aan. Wat me na de bevalling nog het meest verontrustte, was de afwezige band tussen mij en de baby. Ik voelde geen emotionele binding met mijn kind en dat deed bij mij de alarmbellen afgaan.” Carmen was doorheen de zwangerschap heel open naar haar vriendinnen toe. Ze vertelde hun dat ze niet graag zwanger was en dat ze liever had dat niemand haar buik aanraakte. Ze kon niet altijd op begrip rekenen. Maar het moeilijkst om te aanvaarden, waren de schuld- en schaamtegevoelens tegenover haar kind: het baren van een kind werd altijd zo idealistisch voorgesteld. “Omdat de lat zo hoog wordt gelegd voor moeders, wil ik het altijd perfect doen. Terwijl ik denk dat kinderen geen perfecte maar een goede en blije mama zouden moeten hebben. Dit stigma legt een grote druk op moeders, waardoor schuldgevoelens als ‘ik kan het niet aan’ of ‘het lukt mij niet’ de bovenhand nemen.” schap is zo versnipperd op het vlak van mentale gezondheid, dat veel zorgverleners geen idee hebben naar welke gespecialiseerde psycholoog of psychiater ze kunnen doorverwijzen”, zegt Van Parys.
IN HET DIEPST VAN JE GEDACHTEN
Neerslachtige symptomen worden al te makkelijk weggezet als ‘baby blues’. Dat zijn de milde stemmingswisselingen, intense huilbuien, geprikkeldheid en slaapproblemen bij het plots wegvallen van zwangerschapshormonen na de bevalling. Het overnormaliseren van deze symptomen zorgt ervoor dat een pre- of postnatale depressie amper wordt opgespoord, gediagnosticeerd en behandeld. Zo’n depressie graaft immers veel dieper in het mentale welzijn. Partnergeweld, gebruik van alcohol en drugs of een verleden van psychische problemen vormen hoogrisicofactoren. Maar er zijn ook minder beladen oorzaken, zoals een gecompliceerde bevalling, weinig sociale steun of een ongewenste zwangerschap. “Het problematische zit vooral in het dwangmatige van de donkere gedachten, het niet meer onder controle hebben van de angsten”, zegt An-Sofie Van Parys, “dat in combinatie met fysieke klachten als slaaptekort, concentratieproblemen, e.d. kan aanleiding geven tot een pre- of postnatale depressie.” Nadine Struijk, geboortetraumapreventiecoach bij Momcare, spreekt van geboortetrauma’s. Daarbij kijkt ze naar het brede plaatje: “Er zijn zoveel gradaties en uitingen van negatieve gevoelens, elke moeder beleeft ze op een andere manier. De labels baby blues of pre- of postnatale depressie zijn te beperkend, een verminderde zelfwaardering bij de moeder moet je bijvoorbeeld ook in rekenschap nemen. Dat gaat natuurlijk vaak gepaard met depressieve gevoelens. De hechting met je kind is bijvoorbeeld een ander heikel punt dan de geijkte symptomen van een pre- of postnatale depressie. Soms gebeurt het dat er al in het ziekenhuis, na de geboorte, een storing optreedt, bijvoorbeeld wanneer de zorgkundigen je kindje meenemen ter controle en je daar als mama niet mee over kan communiceren. Het kan wel eens een valse start geven voor de hechting tussen moeder en kind met grote mentale schade als gevolg.” Het stigma rond negatieve gevoelens over zwangerschap en bevalling wil Marie Claire mee helpen doorbreken. Drie moedige moeders getuigen.
CINDY BROOTHAERTS, 42 JAAR
“Op een ochtend werd ik wakker en kreeg een krak. Ik was zo van slag en uitgeput dat ik zelf niet meer wist hoe ik groenten moest snijden. Dagenlang weende mijn zoontje en ik wilde maar één ding: dat het eens ophield. Toen ik op een bepaald moment met een kussen boven zijn bed stond, besefte ik dat er iets moest veranderen. Ik ging naar de huisarts die me drie weken antidepressiva voorschreef. Ze hielpen niet. De vroedvrouw die wekelijks langskwam omdat mijn zoontje prematuur geboren is, zorgde ervoor dat ik opgenomen werd bij Centrum Moeder en Baby. Daar verbleef ik samen met mijn kind gedurende vier maanden en twee weken.” Het onbegrip in haar omgeving was duidelijk voelbaar, wanneer ze eerlijk over haar gevoelens durfde praten. Vooral omdat ze al eerder een kindje verloren had. Opmerkingen als ‘Wat zeur jij nu? Je hebt nu eindelijk wat je wilt’ werden naar haar hoofd geslingerd. Dat versterkte alleen haar schuldgevoel en Cindy trok zich volledig terug. “Ik denk dat het taboe rust op het schuldgevoel dat moeders ervaren. Iedereen die op bezoek komt, is euforisch over je baby, terwijl ik als moeder helemaal niet euforisch was, waardoor ik dacht dat ik beter kon zwijgen.”
SUZANNE HUISAMEN, 26 JAAR
“Zwarte ideeën kwamen pas na de geboorte van mijn tweede kindje. Louis was negen maanden oud toen ik zwanger werd van Milo. Tijdens de bevalling voelde ik me machteloos. Ik heb urenlang pijn gehad en toen Milo geboren was, was het alsof ik geen enkele binding had met hem. Ik had niet het gevoel dat ik mijn kindje vast wilde houden. In de dagen erna werd mijn gemoed nog zwarter. Ik dacht eraan om mijn polsen over te snijden, zodat alles voorbij zou zijn. Op dat moment begon Milo te huilen en besefte ik dat ik het niet kon.” Suzanne heeft Zuid-Afrikaanse roots en is gevlucht voor haar familie. Haar slechte herinneringen aan vroeger kwamen tijdens haar tweede zwangerschap terug naar boven en hakten zwaar in op haar mentale welzijn. De prenatale klachten versterkten toen ze na de eerste echo te horen kreeg dat er iets mis was met de nieren van haar baby. Bij de geboorte bleek het kindje ook een extra vingertje te hebben, wat voor nog meer stress zorgde. Suzanne voelde zich eenzaam en kon enkel op haar man terugvallen. “Ik heb geprobeerd om erover te praten met mensen. Ik wikte en woog elk woord en vroeg mezelf af of ik dit wel kon. Het ongenoegen van mensen met reacties als ‘Hoe kan dat? Dat is het mooiste moment van je leven’ jaagden me schrik aan. Het taboe rond depressieve gevoelens voor en na de zwangerschap is een groot probleem. Mensen snappen dat niet.”
Annick Huybrechts, afgevaardigd bestuurder van Travvant, een groot onafhankelijk outplacementkantoor, begeleidt al jaren arbeiders, werknemers en executives na hun ontslag. Een bikkelharde wereld, waar nood is aan warmte. Van opleiding maatschappelijk werkster en haar strepen verdiend in de human resources, zet Annick Huybrechts zich nu in voor mensen die zich helemaal ontredderd voelen. En dat is vaak het geval op het moment dat je je ontslag krijgt. Hoofd, hart én lichaam aanspreken zijn volgens haar de sleutels tot succes. Want een ontslag is ook een kans om jezelf verder te ontwikkelen. Veel mensen kijken positief terug op wat oorspronkelijk een uitzichtloze situatie was.
Hoe krijgt een outplacementbureau een opdracht?
“Bij een collectief ontslag gaan bedrijven op zoek naar de juiste outplacementpartner om hun mensen te begeleiden naar een nieuwe job. Maar dat zijn heel commerciële, bikkelharde discussies. Het gaat over volume, over prijzen en garanties. Ik hamer er dan ook op: het gaat om mensen, zij hebben recht op een zo goed mogelijke begeleiding. De impact van een ontslag is immers groot: mensen worden getroffen in hun persoonlijke identiteit en dat heeft ontzettend veel gevolgen.”
Veel bedrijven gaan hard om met afscheid nemen van medewerkers. Proberen jullie dat te verzachten?
“Tuurlijk. Executives die hun job verliezen zijn niet gediend met kant-en-klare oplos-
ONTSLAGEN? “SPREEK JE HOOFD, HART ÉN LICHAAM AAN”
De coronacrisis heeft nog niet het laatste woord gehad. Nu al worden duizenden mensen met ontslag geconfronteerd of wachten bang af. Gelukkig kunnen outplacementkantoren soelaas brengen.
Tekst Hilde Debackere
singen. Vaak zitten ze in een levensfase, waarin ze zich heel veel vragen stellen. Speciaal voor hen richtten we een nieuwe afdeling op onder de naam ‘Panta Rhei’ (alles vloeit nvdr). Wij willen hen ondersteunen, niet door één coach, maar door een waaier aan experten met een uiteenlopende achtergrond, want wij geloven in group intelligence. En ook door een scala aan activiteiten. Naast opleidingen, verdiepende coaching of communicatietraining, kan wie er altijd al van droomde om eens de Mont Ventoux op te fietsen of een ander sportief doel te bereiken, een coachingtraject volgen bij voormalig triatleet Mark Herreman. We bieden ook stylingadvies aan, want ook dat is belangrijk. Wie blij is met hoe hij of zij eruitziet, straalt meer power uit. We spreken hoofd, hart én lichaam aan.”
Wat zijn volgens jou de grote uitdagingen op dit moment?
“Duurzaamheid is zeker een grote uitdaging. Voor ons betekent dat je grenzen bewaken zodat je veerkrachtig blijft. Neem nu de digitalisering. Een fantastisch gegeven, maar iedereen kan het in deze tijden beamen: al dat telewerken is vermoeiend. Hetzelfde geldt voor mensen die fysieke arbeid leveren. Hoe zorg je ervoor dat het lijf kan blijven volgen? Voor een tiental jaren deed het begrip wellbeing zijn intrede en elk bedrijf heeft wel een of ander programma ter promotie van het welzijn, gelukkig maar. Ook bij outplacement is dat van belang: ondernemen is topsport, leidinggeven is topsport, maar solliciteren is dat ook! In onze outplacementtrajecten is er ook oog voor mentaal en fysiek welzijn. We willen de persoon die bij ons komt aankloppen, oplossingen bieden om helderder te denken, zich mentaal weerbaarder te voelen en fysiek sterk te staan. Ons partnership met voormalig triatleet Mark Herreman is hier een mooi voorbeeld van. Je hebt er geen idee van hoeveel executives jarenlang hun lijf hebben verwaarloosd omdat ze het te druk hadden. Wij bieden hun de kans om tijdens de outplacement volledig te herbronnen, zonder het einddoel te vergeten: een nieuwe job vinden, en liefst zo snel mogelijk.”
Gaan vrouwen anders om met ontslag dan mannen?
“Ja, dat is zo. Het verwerkingsproces is zeer verschillend. We zien dat vrouwen heel vaak de vrijgekomen tijd terug gaan investeren in het gezin. Daar vinden ze tijdelijk veel voldoening in en zo winnen zij sneller aan veerkracht. Bij mannen is dat over het algemeen een pak moeilijker. Een ontslag betekent een flinke deuk in het ego. We zien dat mannen zich heel snel op zichzelf zullen terugplooien, sommigen verzwijgen zelfs voor de buitenwereld dat ze ontslagen zijn.”
Wat zou jij mensen die vandaag kampen met jobonzekerheid aanraden?
“Investeer in je persoonlijke ontwikkeling! Het aanbod is ontzettend groot en laagdrempelig, denk maar aan de quasigratis loopbaanbegeleiding die de VDAB aanbiedt. Op die manier neem je zelf een beetje meer je lot in handen. Daarnaast vind ik het heel belangrijk om zowel je persoonlijk als je professioneel netwerk te onderhouden. Doe dat zeker terwijl je nog een job hebt, en wacht niet tot je wanhopig bent om je netwerk aan te spreken. Ben je ontslagen? Blijf dan niet bij de pakken zitten. Geloof in jezelf, ga in dialoog met de personeelsafdeling en durf hulp vragen. Wanneer je met open vizier je outplacementbegeleiding aanvat, haal je er echt veel meer uit!”