1 minute read

Letsels

b. Leg bij elkaar welke materialen bedoeld zijn voor: oppervlakkige (schaaf)wonden:

een verzwikking of verstuiking:

een brandwond:

een flinke, bloedende wond:

c. Maak een foto en schrijf erbij waar de materialen voor bedoeld zijn.

Als medewerker sport en recreatie kun je in aanraking komen met ongevallen waarbij er sprake is van letsel. Er zijn allerlei soorten letsel mogelijk. De meestvoorkomende letsels zijn: • actieve bloedingen • beten en steken van insecten • blaren • brandwonden • elektriciteitsletsel • hyperventilatie • kneuzing/verstuiking • letsels aan spieren/pezen • oogletsels • shock • zonnebrand • beroerte • bijtwonden • botbreuken • chemischebrandwonden • flauwte • kleine wonden • letsels aan neus/oor • ontwrichting

• oververhitting • vergiftiging.

Ook al hoef je niet precies te weten hoe je al deze letsels moet behandelen, toch is het wel nuttig dat je kunt herkennen wat er mogelijk aan de hand is. En wat je in die situaties het beste kunt doen. Daarom volgt hier een korte beschrijving van de meest voorkomende letsels. Waarschuw altijd een bhv’er om de situatie te beoordelen. Dat hoeft natuurlijk niet als de situatie niet ernstig is. Een pleister plakken kun je best zelf.

Opdracht 26 Een pleister plakken

This article is from: