Marjolein Visser
Restmens
Uitgeverij Podium Amsterdam
9789057592799.indd 3
18-02-20 14:18
ZONDAG
9789057592799.indd 7
18-02-20 14:18
Uitzending pim fm. Tijd: 11.17 uur. Hallo beste luisteraars! Wat leuk dat jullie er allemaal weer zijn bij jullie vaste presentator: Pim. Vandaag komt de leukste uitzending die jullie ooit gehoord hebben. Ik heb namelijk heel bijzonder nieuws: ik zit bij de club! Hiervoor had ik maar vijf andere taken: 1) Deze radioshow. 2) Mijn A en alles wat daarbij hoort. 3) Op school werken met de ongeveer – ikweetditniet – anderen van mijn klas. Ik weet dit niet omdat ik niet weet of ik dat tel met dat ik er ook bij ben. 4) Of vijf. Ik weet niet meer bij welk punt ik ben. Ik denk bij vijf. 5) Niet huilen. is alles anders. Papa en mama namen me even en toen kwam het. Ik zit bij de Club. Het is een geweldig gevoel. Ik heb een rondje om het huis gerend en wilde het meteen aan jullie allemaal vertellen – helemaal daarom heb ik nu een uitzending. Er zijn heel veel clubs, dames en heren, maar dé Club is de eerste club van de echte grote mensen waar ik bij zit. Mama en papa zitten erin en verder zit er ongeveer niemand bij de Club. Het is heel moeilijk om erbij te mogen. Het voelt zoals toen ik bij de scouting mocht voor de proef, met een logboek en jongens – dat was echt een heerlijke dag. Maar
nu
apart
9
9789057592799.indd 9
18-02-20 14:18
Ik weet nu al dat ik er heel veel om wakker ga liggen. Wakker liggen is heel anders dan wakker zijn. Dan gaat mijn hoofd heel veel dingen denken die ik zelf niet echt snap. Dat kinderen die bijvoorbeeld pas negen zijn wel in de achtbaan mogen en ik niet. Terwijl zij niet durven en ik wel. Maar het maakt niet meer uit want ik zit nu bij de Club en zaterdag – nog maar zes nachtjes – hebben we de Grote Clubpresentatie en het hele feest eromheen en daar gaan we laten zien wat voor een goede Club we zijn. De Club is het allerbelangrijkste in mijn leven.
D. Nog 7 dagen. Als er een robot zou worden gemaakt met een perfect redenerend brein, dan zou die een deel van de mensen uitroeien. Er zijn nu eenmaal mensen van wie het simpelweg niet logisch is dat ze leven. Ze zijn stelselmatig ongelukkig, maken hun omgeving ongelukkig en het steeds weer halen van het einde van de dag kost ze te veel moeite. Ik zou sowieso zelf bij deze selectie zitten, zoals ook veel andere bewoners hier en vermoedelijk ook sommige medewerkers. Een van de eersten die door de robot een corrigerende tik richting de rand zouden krijgen, is zonder twijfel Anneke. Iemand die zegt dat anderen over haar zeggen dat ze een engel is, is het leven niet waard. Een engel die je tijd doodt met irritaties over haar hersendodende vrijwilligersactiviteiten. Iemand die haar enkele volger volgt en elke dag haar vagina insmeert om haar droge kut meer bij haar lichaam te betrekken. ‘Ik doe het graag,’ zegt Anneke aan de andere kant van de lijn. Ik kijk naar het briefje aan mijn moeder dat ik in mijn koude rechterhand vasthoud. 10
9789057592799.indd 10
18-02-20 14:18
‘Aan jou lag het niet’ staat er. En daaronder heel veel witregels. Of lag het toch een beetje aan haar? ‘Ik ben eigenlijk nog even bezig,’ zeg ik. Ik leg mijn pen neer en probeer de steken in mijn hand te verzachten door mijn handen elkaar te laten schudden. Eerst zacht en dan met knijpen. Anneke zegt dat we met z’n allen tot de wekelijkse wandelingen besloten hebben. ‘Dat weet je best, David.’ Ik druk haar weg en kijk in mijn oproepgeschiedenis. Behalve de verzekeringsmaatschappij die nogmaals belde, zijn er de afgelopen maand slechts gemiste oproepen van Anneke en Katinka, van de scriptiestudent, de psycholoog en mijn moeder. Eefje kwijt zijn was draaglijker geweest als er niet steeds vrouwen om me heen waren die me aan haar herinnerden door anders te zijn dan zij. Ik mis haar in alle vrouwen. ‘Bijna te laat,’ zegt Anneke als ik kom aanrollen. Het is haar vaste openingszin, alsof dat het wachtwoord is om te mogen deelnemen aan ons geheim genootschap. Even zit ze aan haar grijzende paardenstaart en doet haar rugzakje goed. Ik knik. Anneke pakt mijn handvatten vast en terwijl ze me langs de vijver voor het zorgcentrum rolt, begint ze over hoe ze bij Katinka is gaan klagen over de uren die zij officieel aan de Zorgmarkt moet besteden op de Nationale Patiëntendag. Dat het haar zelf op zich niet veel uitmaakt – met haar rug kan ze sowieso niet lang in een kraam staan en ze kunnen het haar dus überhaupt niet vragen – maar dat bijna alle vrijwilligers het zeggen. Dat het in zijn geheel onethisch is: vier uur onbetaald oliebollen bakken. Dat ze van veel mensen hoort dat ze zich niet gezien voelen. Dat iedereen zich überhaupt zorgen maakt over de 11
9789057592799.indd 11
18-02-20 14:18
gezondheidszorg op dit moment. Dat ze dit tegen Katinka heeft gezegd en dat die het moeilijk vond om te horen, maar dat eye-openers altijd een beetje pijn doen. Dat heeft ze ook tegen Katinka gezegd. Anneke is een vrouw die als ze op een familieweekend een huurfiets krijgt zonder bel – ook al verdient ze de beste huurfiets, ze heeft immers haar rug – ‘tring tring’ roept naar tegenliggers. En dan zegt ze het: ‘Nog even over zondag. We hebben het besproken en besloten je weigering te weigeren.’ Anneke lacht: ‘Veertig worden we maar één keer. Hier vieren wij de dingen.’ Ze gaat voor mijn rolstoel staan, kijkt me indringend aan en knipoogt. ‘Van het huis.’ Ik krijg het warm. Het begint te steken in mijn handen en ik voel een versneld getik in mijn borstkas. Sinds mijn ongeluk gebeurt dat minstens één keer per dag, maar toch schrik ik iedere keer weer. ‘Wij doen het taartje en de groepsfoto.’ En dan knijpt ze haar ogen samen. ‘En nog belangrijker: wij komen. Jij hoeft alleen maar wat mensen te bellen. Je moeder en Eefje heb ik vandaag al even een bericht gestuurd.’ Eefje. En dan begint mijn hart ontembaar hard te bonzen. ‘Ik zie je sowieso van tevoren nog even. Woensdag haal ik je op voor het vrijwilligersdiner en zaterdag voor handvaardigheid,’ zegt Anneke terwijl ze me afzet voor mijn aanleunwoning. Ik voel de stekende pijn door mijn handen naar mijn armen razen en daarna zachtjes knijpen in mijn nek. Dan verandert het geknijp in geduw. Ik begin met diep ademhalen maar nog niet halverwege stokt mijn adem al en slaat me in het gezicht. ‘Denk er niet over om terug te komen,’ zou ik haar willen toebijten. Ik zie voor me hoe Anneke zou stoppen met het overhevelen van sultana’s van mijn rolstoelzak naar 12
9789057592799.indd 12
18-02-20 14:18
haar rugzakje en een tijdje naar beneden zou kijken. ‘Je wilt het wel,’ zou ze zacht zeggen terwijl achter haar de vogels gaan fluiten en ik weer energie in mijn lichaam krijg. ‘Jíj wilt het,’ zou ik antwoorden, ‘dat is heel iets anders.’ Anneke zou me aankijken als een peuter die uit zijn moeders blik probeert op te maken of een val huilwaardig is. En dan, fantaseer ik, begint ze oorverdovend te huilen. Terwijl ze de sultana’s in haar rugzakje laat zakken, snikt ze: ‘Ik doe zo mijn best.’ Ik zou rustig knikken. ‘Ik ben een klootzak.’ En dat is ook zo. Ik ben een klootzak. Ik was het altijd al. Ik kan best, zoals zoveel mensen die onverwachts een wrak zijn, ongericht vriendelijk gaan doen omdat ik de kracht niet meer heb om een lul te zijn, maar dat vind ik hypocriet. ‘Wij zijn familie David,’ zou Anneke zeggen. ‘Ook al is dit mijn werk – ik word er dan wel niet voor betaald, maar het is toch werk – ik voel me als je naaste.’ En daar heeft Anneke gelijk in. Als er maar lang genoeg amper wat aan je werkt, worden getrainde professionals naasten en naasten getrainde professionals. ‘En toch moet je optiefen,’ zou ik beheerst willen zeggen. ‘Rot op.’ Een van de vrijwilligers zwaait naar ons. ‘Dank je wel en tot woensdag,’ prevel ik. Ik klop op Annekes hand. Dat doet pijn. Alles doet altijd pijn. Anneke knikt en loopt dan weg op haar tenen, met haar rugzakje evenwichtig door beide schouders gedragen. Ik kijk naar de vijver, naar de lisdodden eromheen en naar mijn grijze aanleunwoning aan het eind van een van de lanen van het zorgcentrum. De tachtig aanleunwoningen zijn allemaal identiek, of op z’n minst gespiegeld. Ze staan in cirkels om de grote entreehal met balie heen, als ramptoeristen om een ongeluk. De aanleunwoningen hebben een schuin grijs dak en een voorpaadje met grind, 13
9789057592799.indd 13
18-02-20 14:18
alsook een achterdeur die je via gangen bereiken kunt. Nergens een lekker wijf te bekennen. Dan zie ik de vrijwilligers het baliekantoortje in trekken voor een lange koffiezit. Ik rol een tijdje heen en weer over het trottoir, voel mijn handen steken en mijn adem stokken. Ik span mijn handen om mijn wielen, waardoor het gesteek zich uitbreidt richting ellebogen, romp. Vanaf daar steekt de pijn verder naar beneden, naar een ver en eindeloos ‘onder’, dat allang niet meer bij mijn lichaam hoort, net zomin als ik. Ik draai mijn rolstoel. Voor me ligt nu de vijver, in de vorm van een zwaan met daaromheen de rij lisdodden. En dan geef ik een hengst aan mijn wielen. Alles begint te draaien. Alles behalve ik. Nooit meer muren van rook. Nooit meer deuren die niet opengaan. Nooit meer deuren die ontbreken, die opgaan in muren van vlammen. Nooit meer niemand. Mijn stoel glijdt als vanzelf naar beneden over het gras, richting het diepe water. Hard. Dan ineens voel ik dat ik rem. En zweet.
Uitzending pim fm. Tijd: 21.04 uur. We hadden vandaag meteen onze eerste vergadering, want: 1) Morgen ga ik voor het eerst onder de mensen sinds oma’s dood. 2) Omdat we met z’n drieën de Club hebben natuurlijk! Na de vergadering gingen we als gezin op de bank zitten voor de tv. Ik hou ervan als we de dingen doen als gezin, dat is veel leuker dan normaal. Er was voetbal op: nec tegen fc Twente. Ik zat in mijn kleurboek te kleuren. Ik tekende mijn A-diploma na – dat heb ik pas gehaald – en ook een echt Clubhuis. Iemand kreeg geel. 14
9789057592799.indd 14
18-02-20 14:18
‘Wat is neuken?’ vroeg ik. Het was even stil. Ik keek naar papa – de Voorzitter – en mama – de Vieze Voorzitter. Mama keek naar papa. Papa legde een handje pinda’s terug in het bakje naast hem. Hij bleef naar de tv kijken. Even zat hij aan zijn neus. ‘Dat leg ik in de rust wel uit,’ zei hij toen. Mama schudde haar hoofd. ‘Dan moet hij al in bed liggen,’ zuchtte ze. Het waren de eerste woorden die ze sinds de start van de Club tegen hem zei. Papa bleef naar de tv kijken. Bij de tweede geel zei mama: ‘Bedankt,’ en ze liep weg. Snel pakte ik mijn kleurboek en mijn A-diploma en liep achter haar aan. Toen ze mijn mond verder opendrukte bij het tandenpoetsen zei ze: ‘Als een volwassen man en een vrouw met een eigen auto veel van elkaar houden, dan kan het gebeuren dat ze hun kleren soms even uit willen doen.’ Ze keek naar haar handen. Toen ging ze fluisteren en de kraan aanzetten en op haar vingers tellen. ‘Wat?’ vroeg ik toen ze de kraan weer dicht had gedraaid. Maar ze keek maar naar de andere kant zoals altijd als ze me iets uitlegt. Ze ging heel lang door met het verhaal en toen ik in bed lag zei ze: ‘En via dat gat komt hij haar lichaam binnen, laat er wat zaad achter en van dat zaad kan er dan een baby groeien als het eitje van de vrouw helemaal druk aan het koken is voor een grote groep.’ Dat was duidelijk het einde voor haar. Haar hoofd was rood. Ze kwam op mijn bed zitten. Normaal stopt ze me in, nu niet. ‘Wat denk je?’ vroeg ze. Ze keek alsof ze net ruzie had gehad en hoopte dat het weer goed kwam. ‘Ach,’ zei ik, ‘dat lukt natuurlijk toch nooit.’ Mama is heel lief, maar ik vind dat ze soms te veel denkt aan din15
9789057592799.indd 15
18-02-20 14:18
gen die heel moeilijk zijn. ‘Schrijf jij dit in het logboek van de Club?’ vroeg ik. Dat was een goed ideetje, want iets opschrijven maakt voor haar altijd alles weer goed. ‘Dat doe ik,’ antwoordde ze zacht. ‘Geef mijn A eens aan, ik wil er nog gezellig naar kijken,’ zei ik om haar op te vrolijken. Die heb ik gehaald na heel lang oefenen en met de haak. Rik kreeg daarna een zak snoep van zijn grote broer uit de grote stad. Die vroeg of wij weleens aan neuken dachten en toen lachte hij heel hard en daarna kreeg ik van mama een boterham met Tevredenheid, want dat vult pas echt. Mama gaf mijn diploma aan met een rood gezicht. Om haar nog meer op te vrolijken las ik toen de letters voor van mijn diploma: a-b-a-s-i-s-n-i-v-e-a-u. Mama keek voor zich uit. Toen pakte ze mijn schooltas, om die alvast beneden klaar te zetten voor morgen. p-i-m d-e z-o-n-n-e- s-t-r-a-a-l v-o-o-r-t-g-e-z-e-t s-p-e-c-i-a-a-l o-n-d-e-r-w-i-j-s staat er heel groot op. Na deze nacht is het zover. Ik weet niet of ik wel kan slapen. De eerste schooldag nadat je lid bent geworden van de Club is geen gewone dag, en zeker niet als die dag morgen is. Want morgen, luisteraars, morgen en ook verder de hele week, moet ik: 1) Met mensen praten die langskomen op school en in het ziekenhuis speciaal voor de Grote Clubpresentatie van zaterdag. Dat was het. Ik ga daarom nog heel even gillen, luisteraars. Zo hard dat oma in de hemel het ook kan horen. Ik doe dat nu al sinds ze dood is, al tien nachten, luisteraars. Het is een erg goed ideetje waar ik rustig van word. Ik begin er nu mee. 16
9789057592799.indd 16
18-02-20 14:18
D. Nog 7 dagen. ‘Misschien moet je ook eens iemand ontmoeten die er niet voor wordt betaald,’ oppert mijn psycholoog op mijn zwijgen na haar vraag hoe de klik met Anneke is. ‘Anneke wordt er niet voor betaald,’ zeg ik schor en kijk naar de tv. ‘Je snapt wel wat ik bedoel,’ antwoordt mijn psycholoog. Ze kijkt me aan met haar halflange lichtbruin geverfde haar en haar ikwerkookweleensopzondagenvoormijisgeenwerktenederigmentaliteit, die ervoor zorgt dat ze dagelijks in dit zorgcentrum lapjes over aanrechten van de beperkte medeburger haalt terwijl ze dingen zegt als: ‘Een opgeruimd hoofd woont in een opgeruimd huis.’ Ik zie mezelf hier zitten met mijn psycholoog. Het is de saaie inleiding van het sociologische verjaardagsonderzoek waar ik deze week mee bezig moet. Dat zal leiden tot een onderzoeksessay waaruit ik veel alinea’s zou moeten verplaatsen naar de appendix die niemand leest. Bijvoorbeeld wat er nu gebeurt: mijn psycholoog wil in deze vijftigste sessie met me praten over mijn gewone leven, en dat wil ik ook, op z’n minst voor haar. Tijd heeft macht. Wanneer je maar lang genoeg op je rug ligt, krijg je vanzelf een keer ‘Blackbird’ van The Beatles in je hoofd, en zo krijg je na bepaalde tijd nadat je in brand hebt gestaan, vanzelf een keer therapie die niet gaat over hoe het allemaal zover heeft kunnen komen, maar over wie er zal komen op je veertigste verjaardag en hoeveel drinken je daarvoor bestellen moet. En mijn feestje is een Big Deal. Daarom praten we er nu ook over op haar vrije dag en aan het begin van de avond omdat ze komende dagen niet kan en ze vindt dat ik dit verdien. Ze glimlacht naar me. Ze glimlacht heel makkelijk, ze 17
9789057592799.indd 17
18-02-20 14:18
lijkt altijd blij om me te zien, en aangezien ik dat soort mensen per definitie wantrouw, bevestigt ze niks. Mijn psycholoog verandert haar glimlach naar een subtielere variant. ‘Probeer het idee van goed of fout los te laten zondag.’ Dat zegt ze me vaak, dat er geen goed of fout is. En ook dat ik me bij haar niet groot hoef te houden en ze me wil kennen zoals ik ben, met al mijn kanten, dat het belangrijk is dat we mensen in ons leven hebben die ons waarderen om alles wat we zijn en dat zij graag zo iemand voor me wil zijn. Toch heb ik haar cruciale dingen van voor mijn ongeluk onthouden. Bijvoorbeeld dat ik een keer gezoend heb met de vriendin van mijn collega en vriend Pascal. Pascal, die me bij de universiteit had binnengehaald als vriendendienst. Dat ik voor mijn bekroonde sociologische onderzoeksessays het onderwerp ‘migranten/vluchtelingen’ had gekozen, puur en alleen omdat dat subsidiebommen waren waarvoor je al je reisjes vergoed kreeg (ik was een van de eersten die inclusie interpreteerden als modewoord). Dat naast de prijscommissie geen hond mijn essays gelezen heeft (dat zie je: ze zijn amper gedownload), maar dat ik wel meer dan tweehonderd online-felicitaties kreeg, die ik soms aanvulde met zelfverzonnen reacties. Dat ik in plaats van twee keer bijna, twee keer helemaal vreemdging op Eefje, zelfs de dag voordat ik Eefje trots aan mijn moeder ging voorstellen. Dat een jaar ware liefde al te lang voor me was. Hoe Eefje voor mijn moeder was opgekomen. Hoe erg ik gehoopt heb dat Eefje mijn moeder en mij weer bij elkaar zou brengen. Ze mij weer bij elkaar zou brengen, misschien. En hoe ik na mijn ongeluk al mijn hoop verloor.
18
9789057592799.indd 18
18-02-20 14:18
Ik belast mijn psycholoog alleen met abstracte familieverhalen, reflectief genoeg om haar werk voldoening te geven. Bovendien weiger ik mijn psycholoog niks, vooral de dingen waar ze niet om vraagt omdat ze me vertrouwt, weiger ik haar nooit. Een frisse kamer bijvoorbeeld als ze hier binnenkomt, mijn verjaardagsfeest, ook al heeft ze vijf keer gezegd dat het hier wel een vrolijk gebruik is om dat soort dingen vanuit het zorgcentrum te regelen, maar dat het niet hoeft als ik geen zin heb. Ik antwoord dan dat het niet echt een weigering was vorige week bij Anneke, dat ik gewoon even twijfelde, maar dat ik haar werk waardeer en op waarde schat. Dat ik morgen wat mensen ga berichten over mijn verjaardag, dat ik daar ook zin in heb en dat deze therapie echt wat doet. Ze glimlacht weer naar me met de lieve blik die voor de verveelde patiënt alles mag betekenen. Ik stel me haar halflange lichtbruine haar voor: niet meer achter haar oren nu, maar in zweterige slierten op mijn kussen, terwijl ik haar saaie rok strak om haar billen omhoog heb gewreven en haar nu van achteren neem, mijn benen het ineens weer doen en zij kreunt om meer terwijl ik haar met mijn handen om haar keel doorlopend fluisterend tot nog meer geile bevestiging dwing. Ik hijg de naam die tijdens open middagen op een badge op haar opgeprikte badge staat. ‘Priscilla. Lager, Priscilla.’ Ze is meer dan tien jaar ouder dan ik, maar dat heeft me in mijn fantasie nog nooit tegengehouden. Mijn psycholoog maakt koffie voor me, glimlacht weer en bedankt me voor de kamillethee waarvan ik speciaal voor haar een nieuw doosje heb laten aanrukken. Dan zegt ze wat zachter dat zo’n verjaardag niet niks is, hoe kleinschalig die ook gevierd wordt. Dat het iets markeert. Dat ze graag wil dat ik deze week met haar praat over wie uit te nodigen en vervolgens: hoe. Mensen van mijn uni19
9789057592799.indd 19
18-02-20 14:18
versiteit bijvoorbeeld, dat waren toch twee mooie jaren, dat weet ze. Dat ik haar deze week mag bellen, ook al is ze afwezig. Terwijl ze vanuit het keukentje tegen me praat, speelt voor mij geluidloos nec tegen fc Twente. Terwijl ze me op verschillende manieren vertelt hoe belangrijk de ander in je leven is en dat je ijkpunten moet markeren, wordt er twee keer geel gegeven en één keer gescoord. Ze zeggen dat verliezers gezelschap krijgen. Dat is een leugen. Winnaars krijgen gezelschap. Na een goal springen de teamleden op elkaar en is er niet meer te zien wie nu eigenlijk de goal maakte. De verliezers lopen alleen rond. ‘Ik kom zondag misschien ook,’ zegt ze en lacht, ‘als mijn man het voetbalcorvee wil overnemen.’ En dan dat hun zoon is toegelaten tot de selectie en dat ze erg trots zijn en dan dat er nog een paar mensen wachten vanavond. Ze loopt mijn kamer uit en sluit per ongeluk bijna mijn tussendeur. Mijn hart begint weer versneld te kloppen. Dan voel ik hoe mijn lichaam tintelt. Ik moet zo mijn medicatie innemen. Je moet de ergste pijn voor zijn, anders is er geen houden meer aan.
20
9789057592799.indd 20
18-02-20 14:18