Hoofdstuk 1 Het was ruim na sluitingstijd bij de huisartsenpost van Stoney Creek toen Claire McCall MD1 door de voordeurruit keek en haar zag: bont en blauw, geronnen bloed in haar blonde haar, en met haar blote armen om de nek van de man die haar droeg. Met grote angstogen keek ze de wereld in. Claire zuchtte moedeloos en leunde eventjes tegen de voordeur. Haar hand lag al op het deurslot. Elke avond draaide ze zelf de sleutel om. Dat was een ritueel geworden, een dagelijks momentje voor zichzelf om te vieren dat ze weer een dag had overleefd als plattelandsdokter in een kliniek waar net zo makkelijk iemand met een hartaanval aanklopte als een slachtoffer van een ongeluk met een kettingzaag of een sniffende moeder met een verkoudheidje. Het liefst zou ze de sleutel omdraaien. Dan hoorde ze weer dat heerlijke klikje als de grendel in het slot schoof, het klikje dat het einde van de werkdag aankondigde en het begin van een ongestoorde avond. Of nog beter, de mogelijkheid om een paar uur door te brengen met John Cerelli, de man die haar leven vulde met vrolijkheid en vriendschap en de hoop op de vernieuwing van een verloren liefde. Ze wierp opnieuw een blik door de ruit van de voordeur. Ze wist dat ze de deur weer open zou doen. Ze was de enige dokter in de verre omgeving. Als ze deze patiënt niet behandelde, zou de arme jonge vrouw een urenlange trip moeten maken naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis in Carlisle. Dat was voor veel dorpelingen zo’n lange reis dat ze dan maar besloten om de soms zeer ernstige wonden zelf op te lappen, op de keukentafel, met een rolletje verband en een pleister. ‘Maak de behandelkamer maar klaar voor een paar diepe snij- en schaafwonden, Lucy. En laat het licht in de röntgenkamer ook nog maar even aan.’ 1. MD is in Amerika de titel voor Doctor of Medicine. In Nederland mag Claire McCall zich dus arts noemen. In het zeer afgelegen dorpje Stoney Creek heeft men het natuurlijk gewoon over de dokter.
5