3 minute read

FOCUS OP DE OORLOG IN OEKRAÏNE EN DE ENERGIECRISIS

Next Article
Beleidsorganen

Beleidsorganen

Komt na de pandemie, de logistieke crisis, de energiecrisis en de oorlog in Oekraïne productie terug naar hier?

Tijdens ‘corona’ (2020-2022) werd pijnlijk duidelijk dat België en bij uitbreiding ‘Europa’ voor een aantal strategische producten erg afhankelijk was geworden van het Verre Oosten, zoals voor mondmaskers en specifiek medisch materiaal. De internationale supply chains hadden zich in de voorbije decennia zodanig ontwikkeld dat er zich een soort van internationale arbeidsherverdeling heeft voorgedaan. ‘Wij’ in Europa maken andere producten dan ‘zij’ in Azië, en de toeleveringsketens zijn intens met mekaar verbonden. Wij importeren bv. veel grondstoffen, halffabricaten en onderdelen uit het Verre Oosten, maar exporteren ook bv. veel machines, scheikundige producten en andere hoogwaardige artikelen.

Maar wanneer er een kink in de kabel komt, zoals tijdens de coronapandemie, stelt zich een groot probleem van bevoorrading. Daarom werd geopperd, vooral door onze autoriteiten, om bepaalde productie, vooral van strategische goederen, terug naar Europa te brengen en dus terug hier te maken.

Mondmaskers

Illustratief was ‘de paniek’ rond de mondmaskers. Bedrijven werden in de lente van 2020 in allerijl opgeroepen en aangemoedigd om hier mondmaskers en ander medisch beschermmateriaal te gaan produceren. Dat was niet evident, maar sommige bedrijven hebben toch die stap gezet, en produceerden zowel stoffen maskers als chirurgische, tot basislagen in textiel als halffabricaat. Dat gebeurde in bepaalde gevallen met de belofte van een ‘gegarandeerde afname’ door de overheden, om hun ‘strategische stocks’ aan te vullen met producten van eigen bodem.

Wat is de realiteit achteraf? Dat de overheden die beloften zelden zijn nagekomen, en alleszins niet voor de verhoopte hoeveelheden. En dat de meeste bedrijven alweer gestopt zijn met de eigen productie omdat ze niet konden opboksen tegen de goedkope Aziatische (lees vooral Chinese) import.

Hetzelfde geldt voor onze textiel-, houten meubelbedrijven. In de corona-enquêtes van Fedustria werd herhaaldelijk de vraag gesteld of ze voor hun bevoorrading niet beter op zoek zouden gaan naar leveranciers (van grondstoffen, materialen, onderdelen…) dichter bij huis, om de logistieke onderbrekingen uit Azië te vermijden. De antwoorden daarop waren duidelijk: niet één op tien bedrijven die antwoordden op de enquête, overwoog dit. En indien dat al het geval was – zoeken naar leveranciers dichter bij huis – dan was dat vaak zonder succes. Er bleek zelden of nooit een alternatief te vinden in Europa of in de onmiddellijke nabijheid (bv. in de EU, in Noord-Afrika, Oost-Europa buiten de EU, het Midden-Oosten). Soms was de intentie er wel, maar kon geen evenwaardige of kwalitatieve oplossing worden gevonden dicht bij huis.

Re-shoring of nearshoring? Ook deze Covid-pandemie zal niet leiden tot de massale terugkeer van productie naar België of West-Europa

Wensdroom versus realiteit

In de corona-snelenquête van Fedustria van 5 mei 2021 werd o.a. gevraagd naar de verwachting of de bedrijven een deel van hun productie uit het buitenland – indien dat het geval is – zouden terugbrengen. Met andere woorden: re-shoring. Eerste vaststelling: dit is niet van toepassing op bijna zeven van de tien bedrijven. Met andere woorden: zij produceren niet in verre landen. Dus de grote meerderheid van de bedrijven produceren hier, in België of in Europa, niet in Azië of in het verre buitenland.

Van de drie op tien andere bedrijven zegt de helft (16 % van het totaal aantal bedrijven) ‘neen’. Dus de pandemie en de pijnlijke logistieke nasleep zijn geen reden om productie terug te brengen. De overige 15 % is verdeeld over ‘ja’ en ‘weet het niet’. Die ‘ja’ komt van 8 % van de bedrijven. Dit is weliswaar niet ‘nul’, maar is toch niet overweldigend. Bovendien zijn het ‘verwachtingen’. Op dat moment leek dit voor een aantal bedrijven inderdaad een aantrekkelijke gedachte, gelet op de bevoorradingsproblemen. Maar er is nog een grote stap tussen ‘de verwachting’ en ‘de effectieve stap’. En zal die dan echt gezet worden wanneer die logistieke crisis bezworen zal zijn? Er zijn weinig concrete signalen dat dat het geval is.

Dual sourcing voor grondstoffen/ halffabricaten

Een iets ander beeld krijgen we bij de vraag of men dichterbij halffabricaten, grondstoffen of onderdelen zou willen sourcen? De antwoorden vallen in min of meer drie gelijkwaardige groepen uiteen. Een goed derde van de bedrijven (38 %) is er nog niet uit of weet het nog niet. Maar voor één derde is het duidelijk ‘neen’: zij verwachten niet dat een deel van de waardeketen stroomopwaarts, met name grondstoffen en halffabricaten, zal terugkeren. En/of zij zijn niet van plan om dat te gaan onderzoeken. Maar eveneens een (klein) derde van de bedrijven (29 %) ziet dit net wél gebeuren: zij verwachten of gaan zelfs actief op zoek naar grondstoffen/ halffabricaten die ze dichterbij zouden kunnen sourcen. Dat betekent dat één op drie bedrijven een strategie van dual sourcing nastreeft: de bestaande toelevering uit bv. het Verre Oosten verdwijnt niet, maar wordt aangevuld door een alternatief aanvoercircuit, dichter bij de productiesite in België of in Europa. Precies om te vermijden dat in de toekomst er opnieuw leveringsproblemen zouden ontstaan door een verstoring van de internationale logistieke keten. De meeste kansen liggen dan in de landen van Centraal- en Oost-Europa, zowel binnen als buiten de EU.

This article is from: