5 minute read
Risicobereidheid bij deelnemers: in vier S stappen naar het beleggingsbeleid,
Risicobereidheid bij deelnemers: in vier stappen naar het beleggingsbeleid
Door Gosse Alserda
Advertisement
De risicohouding moet straks in het nieuwe pensioenstelsel bepalend zijn voor het risico dat wordt genomen in het beleggingsbeleid. Maar hoe gaat dit er dan in de praktijk uitzien?
Gosse Alserda
Gosse Alserda, Investment Strategist, Aegon Asset Management Pensioenuitvoerders moeten voortaan ten minste eenmaal in de vijf jaar de risicohouding uitvragen bij de deelnemers en deze risicohouding moet ‘bepalend zijn voor de risico’s die de pensioenuitvoerder namens hen neemt met de beleggingen’. Met behulp van de volgende vier stappen kan dit proces worden vormgegeven.
[1] Lifecycles vaststellen: de alternatieven die er zijn Ten eerste moeten er verschillende beleidsopties worden bepaald. In het nieuwe pensioenstelsel komt dit neer op het ontwerpen van verschillende (impliciete) lifecycles. Dit kunnen er een paar zijn, maar ook honderden. De alternatieven worden vastgesteld op basis van de lifecycle-theorie, die grofweg beschrijft hoe lifecycles eruit moeten zien. Daarnaast worden de beleggingsovertuigingen meegenomen. Zo heeft bijvoorbeeld een rentevisie impact op de vast te stellen lifecycles.
[2] Lifecycles doorrekenen: impact voor verschillende groepen deelnemers Vervolgens worden de verschillende lifecycles doorgerekend in een ALM-analyse. Hierbij wordt per lifecycle een groot aantal verschillende scenario’s doorgerekend. Voor elk scenario wordt bekeken wat het uiteindelijke pensioeninkomen is. Dit geeft per lifecycle een verdeling van mogelijke pensioenuitkomsten, wat zowel informatie verschaft over het verwachte pensioen als over de onzekerheid daaromheen. Deze stap wordt herhaald voor verschillende maatmensen om te bepalen wat de impact is voor verschillende groepen deelnemers. Denk hierbij aan jongeren en ouderen, actieven en slapers.
De uitkomsten van deze analyse zijn uiteraard sterk afhankelijk van de gehanteerde aannames. Voordat de lifecycles worden doorgerekend, moet daarom eerst worden stilgestaan bij de ALM-uitgangspunten.
[3] Lifecycles scoren: het vergelijken van lifecycles Het is vervolgens mogelijk om de verdeling van pensioenuitkomsten te vertalen naar een score, zodat verschillende lifecycles eenvoudig met elkaar kunnen worden vergeleken. Dit voorkomt dat verschillende lifecycles over een groot aantal scenario’s moeten worden bekeken. In plaats daarvan wordt de verdeling teruggebracht tot een score die de verwachte uitkomst, het risicoprofiel en/of de verwachte welvaart van elke lifecycle in één getal vangt.
De wettelijke definities zijn een optie om het verwachte pensioen en risicoprofiel samen te vatten. Een andere optie is om het zekerheidsequivalent als score te gebruiken. Het zekerheidsequivalent vertaalt de verdeling van mogelijke uitkomsten naar één getal dat afhankelijk is van de verwachte uitkomst met een afslag voor het aanwezige risico. Hoe hoger de risicoaversie van een deelnemer, hoe groter de afslag voor een bepaalde hoeveelheid risico. Daarmee is het zekerheidsequivalent een indicator voor de verwachte welvaart die volgt uit een lifecycle.
[4] Lifecycle selecteren: risico en rendement afwegen Ten slotte moet er een keuze worden gemaakt tussen de lifecycles. Er zijn verschillende mogelijkheden om dit keuzetraject in te richten. We geven hierna twee opties die ook kunnen worden gecombineerd. Hiervoor gebruiken we de gesimuleerde resultaten van dertig verschillende lifecycles. Voor elke lifecycle vatten we de resultaten samen in een verwachte uitkomst (mediaan) en een ‘slecht weer-uitkomst’ (5de percentiel), beide uitgedrukt als vervangingsratio. Elke stip in Figuur 1 en Figuur 2 geeft een mogelijke lifecycle weer.
FIGUUR 1: SELECTIE OP BASIS VAN WETTELIJKE DEFINITIES RISICOHOUDING (REKENVOORBEELD)
De blauwe stippen geven de inefficiënte lifecycles weer en de gele de efficiënte opties. Het rode vlak geeft het gebied aan waar de maximaal aanvaardbare afwijking (risicohouding, rode lijn) wordt doorbroken of niet wordt voldaan aan de rendementsdoelstelling (groene lijn). Bron: Aegon Asset Management, 2022.
FIGUUR 2: SELECTIE OP BASIS VAN ZEKERHEIDSEQUIVALENT (REKENVOORBEELD)
De lijnen tonen de combinaties van de verwachte uitkomsten en de slecht weer-uitkomsten met dezelfde zekerheidsequivalent. De lifecycles op de groene lijn geven naar verwachting de meeste welvaart. Risicoaversie-coëfficiënt van 5. Bron: Aegon Asset Management, 2022.
Op basis van wettelijke definities Zoals het er nu uitziet, moeten pensioenuitvoerders voortaan de risicohouding vastleggen aan de hand van drie wettelijke maatstaven, waarvan er een alléén relevant is tijdens pensionering. De twee maatstaven voor de opbouwfase zijn het maximaal aanvaardbare risico en het minimaal te behalen rendement.
Lifecycles die boven het maximaal aanvaardbare risico zitten of niet voldoen aan de rendementsdoelstelling kunnen daarom worden weggestreept. Dit is in Figuur 1 weergegeven met het rode gebied.
Van de resterende lifecycles zijn alleen de ‘efficiënte’ lifecycles van belang. Daarmee bedoelen we lifecycles die – gegeven het risicoprofiel – het hoogste verwachte pensioen opleveren. Na het wegstrepen van de inefficiënte opties houden we in dit voorbeeld nog vier opties over. De keuze tussen deze vier varianten kan gemaakt worden op basis van kwalitatieve gronden, maar ook door de zekerheidsequivalenten te vergelijken.
Op basis van zekerheidsequivalent Met behulp van het zekerheidsequivalent is de selectie van de optimale lifecycle relatief eenvoudig. In het zekerheidsequivalent worden alle scenario’s meegenomen en wordt risico gewogen aan de hand van de risicohouding. De lifecycle met het hoogste zekerheidsequivalent levert naar verwachting de meeste welvaart op voor de deelnemers. Zonder verdere restricties zou dit dan ook de optie moeten zijn die geselecteerd wordt.
Het zekerheidsequivalent is weergegeven met de lijnen (in verschillende kleuren) in Figuur 2. Elk van de lijnen vertegenwoordigt de verhouding tussen de verwachte uitkomst en de slecht weer-uitkomst die dezelfde verwachte welvaart geven. Kortom, de lijnen geven aan hoe deelnemers het verwachte pensioen en risico kunnen afwegen.
De optimale lifecycle ligt op de lijn van het hoogste zekerheidsequivalent, in dit geval de groene lijn. Hieruit volgt in ons voorbeeld de lifecycle die is aangeduid met ‘hoogste welvaart’. Er is ook een alternatief dat net onder deze lijn ligt. Omdat het verschil in zekerheidsequivalent zeer beperkt is, zou ook hier de keuze op kunnen vallen.
Wanneer wordt gekozen voor een selectie op basis van het zekerheidsequivalent zal nog steeds moeten worden voldaan aan de vastgelegde wettelijke risicohouding. Hoe strakker de restricties worden vastgelegd, hoe meer lifecycles zullen afvallen. Vanuit het welvaartsperspectief is het daarom wenselijk om de wettelijke risicohouding niet te restrictief vast te stellen.
Conclusie Pensioenuitvoerders moeten in de toekomst kunnen laten zien hoe het beleggingsbeleid volgt uit de risicohouding van de deelnemers. Met de vier stappen beschreven in dit artikel volgt het beleggingsbeleid natuurlijk uit de risicohouding, zodat niet alleen het beleggingsbeleid optimaal wordt ingericht, maar ook aan wettelijke vereisten wordt voldaan.
Disclaimer:
For Professional Clients only and not to be distributed to or relied upon by retail clients. All investments contain risk and may lose value. Aegon Investment Management B.V. is registered with the AFM as a fund (AIFMD and UCITS) manager, and can provide certain investment services. AdTrax: 4151246.1
IN HET KORT
In het nieuwe pensioenstelsel moet de risicohouding ten minste eenmaal in de vijf jaar worden uitgevraagd bij de deelnemers.
De uitkomsten hiervan moeten bepalend zijn voor de invulling van het beleggingsbeleid.
ALM-analyses blijven een belangrijk onderdeel in de vergelijking tussen verschillende beleidsopties.
Er zijn verschillende methodes beschikbaar om beleidsopties te vergelijken. De zekerheidsequivalent is hier een van.