0663

Page 1

Overstappen

Roem

Ontslagen

Opvoeden

Van wo naar hbo

Hans ‘Noord/Zuid’ Gerson

bij Kohnstamm Instituut?

Volgens Carine Ex

Weekblad voor de Universiteit van Amsterdam Jaargang 63 02-10-2009

Nummer 06

Intensieve samenwerking


Nes 71 1012 KD Amsterdam een theater om lief te hebben

Problemen met studeren in verband met een functiebeperking?

open bak

Heb jij talent? Meld je dan aan voor de Open Bak!

De Open Bak is hét open podium voor professionele artiesten en mensen die voor het eerst voor publiek optreden. Bijna alles kan in de Open Bak, als het maar niet langer dan een kwartier duurt. Het Open Combo speelt tussen de acts door en begeleidt deze op verzoek. Toegang is € 9,50 en € 8 met de speciale liefhebberskorting van de Engelenbak. Elke dinsdag > aanvang 20.30 uur > deur open 19:00 uur. Voor meer informatie of om je op te geven is Ben Lansink te bereiken op 020-3301184 of via openbak@engelenbak.nl Kaarten voor de Open Bak zijn ook online verkrijgbaar via www.engelenbak.nl of bel 020-3202007.

bijna alles mag elke dinsdag

in oktober ‘09 wordt de Open Bak gepresenteerd door 6 oktober > Ivo de Wijs – thema ‘Dieren’ Heb jij iets met dieren? Meld je dan aan en bedenk een beestachtig leuke act voor deze speciale Open Bak, gepresenteerd door dierenvriend Ivo de Wijs. Ivo de Wijs is presentator en tekstschrijver voor radio- en televisieprogramma’s. Door zijn herkenbare, lichte en vaak ironische toon de meester van ‘light verse’.

13 oktober > Wijnand Stomp Wijnand Stomp oftewel ‘Mister Anansi’ is theatermaker, standup storyteller en presentator. Als oprichter en artistiek leider van Kalebas Producties maakte hij meer dan 20 ( jeugd)theatervoorstellingen. Daarnaast was Wijnand te zien op televisie in o.a. Klokhuis en Telekids. Momenteel toert hij met zijn nieuwste show ‘Anansi goes Teevee’.

20 oktober > Alkemade & Bloemen Alkemade & Bloemen Leo Alkemade en Roel Bloemen studeerden samen op de Koningstheaterakademie en wonnen in 2000 zowel de jury- als de publieksprijs op het Groninger Studenten Cabaret Festival. Het zijn cabaretiers, acteurs, maar ook vaste tekstschrijvers voor het wekelijkse radioprogramma Spijkers met Koppen.

Voor informatie over studeren met een functiebeperking kun je terecht bij: www.studerenmeteenfunctiebeperking.nl De UvA studentendecanen: www.uva.nl/studentenzaken of 020-5258080 De HvA studentendecanen: www.sz.hva.nl/decanaat of 020-5951463

27 oktober > Emmelie Zipson Emmelie Zipson is een veelzijdige actrice en zangeres. Ze studeerde aan de Amsterdamse Toneel & Kleinkunst Academie en speelde in muziektheatervoorstellingen zoals Carmen en televisieseries als Goudkust, Finals en Juliana. In september 2009 gaat Emmelie met haar nieuwe zangprogramma “Queen of Hearts” op tournee.

Wat extra geld verdienen en tegelijkertijd de democratie een dienst bewijzen?

adv_folia_okt.indd 1

22-09-2009 11:25:01

StudiJob maakt werk van je studie! Voor een bureau in Direct Marketing is StudiJob op zoek naar meerdere

Sales Marketeers (16-40u p/w) die een jong nieuw bedrijf willen helpen groeien. Je gaat als sales marketeer aan de slag waardoor jouw carrière met het bedrijf kan meegroeien. Namens het bedrijf vertegenwoordig jij verschillende A-merken waarvoor jij hele scherpe en unieke acties mag verkopen. Verder werk je in een klein team waar een zeer ongedwongen sfeer hangt. Je bent verantwoordelijk voor de telefonische verkoop van producten en/of diensten. Je benadert klanten commercieel, vriendelijk en volwassen. Je adviseert klanten over de mogelijkheden, vervolgens vertaal je de wensen van de klant in een order. Ben jij 18 jaar of ouder en minimaal 20 uur per week beschikbaar waarvan minimaal twee avonden? Heb jij verkoopervaring, een enthousiaste commerciële instelling en beschik je over goede mondelinge en schriftelijke uitdrukkingsvaardigheden? Dan zijn wij op zoek naar jou! Wat hebben we je te bieden? • • • • •

Een aantrekkelijk salaris Flexibel in te delen werktijden Een sfeervolle werkomgeving met leuke collega’s Ruimte voor eigen initiatieven en persoonlijke ontwikkeling Verkooptraining en coaching

Interesse? Neem dan snel contact op met Esther Jonker: 020-535 3468 of mail je CV met een korte motivatie naar esther@studijob.nl.

• StudiJob is geopend van 09.00 - 17.15 uur. • Voor meer informatie kun je ook bellen naar 020 535 34 60. • www.studijob.nl

Meld je aan als stembureaulid in stadsdeel Oud-Zuid t.b.v. de Gemeenteraad- en Stadsdeelraadverkiezingen op 3 maart 2010. De vergoeding voor een lid is  225 en voor een voorzitter  250. Stuur een mail naar verkiezingen@oudzuid.amsterdam.nl of bel Bureau Verkiezingen 020-2521707 en vraag naar Irma Bongers of Marisca Eikelhof.

Studenten nu 50% korting op

korting Studenten nu 50% op 6 dvd-box de Volkskrant + gratis de Volkskrant + gratis Buurman & Buurman 6 dvd-box Buurman & Buurman Ben je uitwonend student en niet ouder dan 27 jaar, dan betaal je slechts € 13,45 per maand voor Ben je uitwonend student en niet ouder dan een Volkskrant-abonnement.

27 jaar, dan betaal je slechts € 13,45 per maand Meer informatie: volkskrant.nl/studenten. voor een Volkskrant-abonnement. Meer informatie: volkskrant.nl/studenten.

De actie t/m 31 oktober De actie loopt t/mloopt 31 oktober 2009 2009


inhoud UvA en HvA

Op bladzijde 20-21 de feiten over de samenwerking op een rijtje. Op bladzijde 19 de kritische analyse van scheidend HvA-directeur Jeroen Knigge.

Au!

Overstappen

Roem

Ontslagen

Opvoeden

Van wo naar hbo

Hans ‘Noord/Zuid’ Gerson

bij Kohnstamm Instituut?

Volgens Carine Ex

De harde knip is erdoor.................................... blz. 4

nieuws

Leuk Is sms’en tijdens een college nog leuk als het erbij hoort?.............................. blz. 4

Weekblad voor de Universiteit van Amsterdam Jaargang 63 02-10-2009

Nummer 06

Ethiek De businesstudent van vandaag is de graaier van morgen.................................. blz. 5

Kohnstamm Instituut Bedenkingen bij privatisering........................... blz. 8

Interview

Intensieve samenwerking

Cover: Magda Rinkema

Carine Ex, opvoeder van opvoeders..................blz. 10

Dalen op de maatschappelijke ladder Studenten die van UvA naar het hbo overstappen.......................................blz. 14

Win: premièrekaarten Natuurlijke Selectie

Weekgast Hoe de FNV een oratie kwam verstoren.............blz. 17

Noord/Zuidwethouder Hans Gerson in Roem..................................... blz 23

En verder: Nieuws/Prikbord/Promoties 4-7, Opinie/Scriptie 8-9, Film/Het beste 12, Uit/Eten 13, Annonces 22, Dijkgraaf & Fresco/Puzzel/Spekkie Big 24

Colofon

Op vrijdagavond 16 oktober gaat in het Planetarium van Artis de gloednieuwe fulldomeshow Natuurlijke Selectie in première, voorafgegaan door een wetenschapscafé met een discussie over evolutie (i.s.m. The British Council). Folia mag 10 x 2 toegangskaarten weggeven. Ga om te winnen naar www.folia.nl/prijsvraag

Folia: Weekblad voor de Universiteit van Amsterdam, Vendelstraat 2, 1012 XX Amsterdam, Tel. 020-5253981, Fax 020-5253980, redactie@folia.uva. nl, Website: www.folia.nl, Uitgever: Stichting Folia Civitatis, Redactie: Floor Boon, Mirna van Dijk (eindredacteur), Jim Jansen (hoofdredacteur), Anne Koeleman, Harmen van der Meulen, Margot Riedstra (secretariaat), Dirk Wolthekker, Medewerkers aan dit nummer: Jaron Beekes, Bob Bronshoff, Martien Bos (correctie), Louise O. Fresco, René Glas, Julie de Graaf, Cees Heuvel, Marc van der Holst, Bas Kocken, Arjan Roodink, Won Tuinema, Tjebbe Venema, Tim Verlaan, Fen Verstappen, Hans van Vinkeveen. Folia is aangesloten bij het Hoger Onderwijs Persbureau (HOP) en werkt samen met Havana, het weekblad van de Hogeschool van Amsterdam, Havana redactie: Jobien Groen, Wim de Jong, Thijs den Otter, Annemarie Vissers, Paul van de Water (hoofdredacteur), Redactieraad: Simon Dikker Hupkes, Albert Goutbeek, Lief Keteleer (voorzitter), Amanda Kluveld, Kathusha Sol, Bert Vuijsje, Bladmanagement: Impressum, Zoetermeer, Lay-out: Carl Zevenboom, Amsterdam, Druk: Dijkman Offset, Diemen, Advertentiewerving: Bureau van Vliet bv, Zandvoort, Tel. 023-5714745, Fax 023-5717680, zandvoort@bureauvanvliet.com, Abonnement: E46,90 per jaargang. Opgave: 020-525 3981, ­mededelingen@folia.uva.nl of www.folia.nl

Maagdenhuis Toen ik nog als student stond ingeschreven bij de UvA had ik geen idee wat het Maagdenhuis was en waar het gebouw stond. Voor de studenten onder u: het Maagdenhuis is het bestuurlijke centrum van de universiteit en ligt aan het Spui, net om de hoek van de Kalverstraat. In het Maagdenhuis worden alle belangrijke beslissingen genomen en ook heeft het een ceremoniële functie. Een jaar of acht geleden kwam ik voor het eerst in het Maagdenhuis en nu – als hoofdredacteur van Folia – bezoek ik het meer dan wekelijks. En ik kan u zeggen; ik kom er graag. In het Maagdenhuis zitten niet alleen het College van Bestuur en een aantal stafdiensten; hier hebben alle universiteitshoogleraren een eigen kamer en komen de zeven decanen bijna wekelijks langs. Het Maagdenhuis is het symbool van de UvA, en alle borrels bij belangrijke gebeurtenissen – de Dies, de opening van het academisch jaar, relevante afscheidsbijeenkomsten – vinden hier plaats. Zonder UvA geen Maagdenhuis en zonder Maagdenhuis geen UvA zou je bijna denken. Jeroen Knigge, tot deze week de baas van de Hogeschool van Amsterdam, heeft daarover een andere mening en pleit ervoor om de belangrijkste UvAlocatie van de hand te doen. In het interview op bladzijde 19 zegt hij dat de HvA en UvA pas écht samenwerken als er een gezamenlijk nieuw hoofdkantoor wordt gezocht. Een losse flodder van een gek? Zeker niet. Knigge is een zeer vooraanstaand persoon in onze organisatie die deze week op zijn afscheid door ondermeer door de burgemeester werd toegesproken; naar hem moet dus wel degelijk geluisterd worden. Het interessante van Knigges uitspraak is dat hij je aan het denken zet. Stel: je verkoopt het Maagdenhuis, dan is wellicht de weg vrij voor een fusie tussen UvA en HvA. Daarnaast is deze triple a-locatie zo veel geld waard, dat de UvA in een klap niet meer hoeft te bezuinigen. Tevens zal de verkoop van het Maagdenhuis ertoe leiden dat het gapende gat tussen het bestuur en de werkvloer wordt verkleind doordat het CvB zich noodgedwongen moet vestigen op een plek waar wél studenten komen, zoals Roeterseiland of het Science Park. Toch twijfel ik ook; daarom luidt mijn vraag aan u: Maagdenhuis verkopen, gek of geniaal idee?

Jeroen Knigge pleit ervoor om de belangrijkste UvA-locatie van de hand te doen

Jim Jansen, jfj@folia.uva.nl

Folia 06 | 3

Foto: Bob Bronshoff

Illustratie: Magda Rinkema

Is het een gedwongen huwelijk? Of een match made in heaven? Voor wie het ontgaan is: de UvA werkt sinds 2003 ‘intensief’ samen met de Hogeschool van Amsterdam.


Onduidelijkheid voor ZMA-personeel >ZMA-personeel overgeplaatst naar Leiden, maar over de condities bestaat nog onduidelijkheid. Nu minister Plasterk dertig miljoen euro ter beschikking heeft gesteld voor de realisering van het Nederlands Centrum Biodiversiteit (NCB), komt het einde van het Zoölogisch Museum Amsterdam (ZMA) in zicht. Dat museum, onderdeel van de UvA, zal samen met vergelijkbare musea in Leiden en Wagening opgaan in het NCB, dat wordt gevestigd in het nationaal natuurhistorisch museum Naturalis in Leiden. Het weten-

schappelijk en ondersteund personeel van het ZMA zal meeverhuizen naar Leiden. In 2014 zal de nieuwbouw ter plekke naar verwachting gereed zijn, maar uit een recente nieuwsbrief van het NCB blijkt dat ‘de UvA-medewerkers mogelijk al in 2010 overkomen naar Leiden’. De UvA blijft wel ‘tot 2014’ verantwoordelijk voor de kosten van haar medewerkers en collecties. De voorwaarden waaronder het ZMA-personeel naar Leiden over zal gaan, zijn vooralsnog onbekend. ‘Wel of niet detacheren, de keuze voor welke CAO, reiskosten, bijzonder maatwerk per persoon of per groep – het zijn allemaal vragen die nog beant-

woord moeten worden,’ schrijft projectleider Emmy Meijers van Naturalis in een mail voor bezorgde ZMA-personeelsleden. ‘Ik schat in dat medio 2010 over deze zaken de besluiten gaan vallen.’ Het bestuur van het NCB in oprichting wil in 2010 reeds starten met de integratie van de diverse collecties, ook al is de noodzakelijke nieuwbouw in Leiden dan nog lang niet gerealiseerd. Naast het eenmalige bedrag van dertig miljoen heeft het kabinet vorig jaar een structureel bedrag van vijf miljoen euro per jaar toegekend aan het NCB, dat zowel een publieksfunctie als een wetenschappelijke functie krijgt. (DW)

Sms’en in de collegezaal >Als eerste faculteit van de UvA zet de FMG de mobiele telefoon in voor collegedoeleinden. >Studenten kunnen vragen beantwoorden door het sturen van een sms. Bij de opleiding communicatiewetenschap hoef je tijdens een groot hoorcollege niet langer je vinger op te steken als je het antwoord wilt geven op een door de docent gestelde vraag, maar stuur je eenvoudigweg een sms’je met het antwoord. Gedurende een paar minuten worden al die antwoorden verzameld en vervolgens op een scherm gepresenteerd. ‘Het is heel interactief,’ zegt Willem Kox, informatiemanager van de Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen (FMG). ‘Studenten en de docent zien hoe de gesms’te antwoorden zich gedurende die paar minuten opbouwen in geprojecteerde staafdiagrammen. Als blijkt dat een groot deel van de studenten het foute antwoord heeft gegeven, kan hij direct ingrijpen en de stof opnieuw of anders uitleggen.’ Het systeem is niet alleen didactisch verantwoord, maar ook pedagogisch, meent Kox. ‘Op deze manier houd je studenten letterlijk bij de les. Veel studenten dommelen na twintig minuten een beetje in, op deze manier betrek je ze weer bij het college. Uit onderzoeken van andere

Jaron Beekes universiteiten waar het systeem al is ingevoerd, is gebleken dat studenten het waarderen dat op deze manier hun aandacht wordt vastgehouden.’ Tot nu klagen UvA-docenten nog niet over het systeem, maar op andere universiteiten heerst, naast positieve ervaringen, ook scepsis. Kok: ‘Het kan onrust geven als iedereen steeds moet sms’en en het kost tijd. Iedere docent maakt voor aanvang van het college een plan wat hij aan bod wil laten komen, maar als het opeens

Harde knip definitief >Kamer verlangt tweede instroom­ moment, maar Plasterk wil instellingen daartoe niet verplichten. De Tweede Kamer is vorige week akkoord gegaan met de invoering van de ‘harde knip’ tussen de bachelor en de master. Dit betekent dat studenten eerst hun bachelor moeten hebben afgerond, voordat ze mogen doorstromen naar een masteropleiding. De Kamer vroeg minister Plasterk wel om een tweede instroommoment. Nu kunnen veel studenten maar één keer per

4 | Folia 06

jaar beginnen met hun master, meestal in augustus. Als ze dat niet halen, levert dat direct studievertraging op. De minister heeft toegezegd zo’n tweede instroommoment (bijvoorbeeld in januari) wel te willen stimuleren, maar hij wil instellingen daartoe niet verplichten. Volgens hem zullen studenten hun gedrag aanpassen wanneer er maar één instroommoment is. Plasterk heeft wel beloofd dat er uitzonderingen gemaakt kunnen worden als er bijzondere persoonlijke omstandigheden zijn. De ‘harde knip’ is per 1 september 2010 van kracht. (DW)

foute antwoorden regent, moet hij zijn plan laten varen en opnieuw op de stof ingaan.’ (DW)

Wellicht einde basisbeurs Minister van Financiën Wouter Bos sluit niet uit dat de basisbeurs wordt omgezet in een lening, zegt hij in een gesprek met NU.nl. Sommige landen kennen al een studiefinancieringssysteem waarbij studenten alleen lenen, zegt Bos. ‘Daar zie je dat studenten na een gewenningsperiode vrij snel genezen van leenangst. Het is juist prettig dat er een systeem is waarbij je alles kunt lenen en niet alles hoeft bij te verdienen. Bovendien kun je vervolgens jaren doen over het aflossen, waarbij de termijn ook weer afhankelijk is van het inkomen.’ Het afschaffen van de basisbeurs mag jongeren er volgens Bos niet van weerhouden te gaan studeren. ‘Als een nieuwe vorm van studiefinanciering ervoor zorgt dat studeren alleen nog toegankelijk is voor de elite, dan zal ik daar nooit voor zijn.’ (HOP)

doctor

nieuws Check www.folia.nl voor een dagelijkse update van al het UvA-nieuws

Susanne de Kort onderzocht de ethische kant van behandelmethoden van uitgezaaide kanker. Wat een verdrietig onderwerp... ‘Ik heb er niet echt voor gekozen; eigenlijk heb ik gewoon op deze baan gesolliciteerd. Maar omdat ik zowel geneeskunde als filosofie heb gestudeerd, ligt dit onderwerp precies in mijn interessegebied.’ Wat heb je onderzocht? ‘Ik heb gekeken naar de actieve behandeling van mensen met uitgezaaide kanker, waarbij genezing niet meer te bereiken is. Mijn vragen waren “Wat is dan eigenlijk het doel van de behandeling?” en “Wat is goed gebruik van de behandeling?”’ Dat lijkt me moeilijk te onderzoeken. ‘Klopt, het viel me op dat er maar weinig expliciet over dat doel wordt nagedacht en gesproken. In de praktijk blijkt het meestal om levensverlenging te gaan, maar ook het “iets doen om maar iets te doen” is zeker aan de orde. In eerste instantie geven professionals het niet graag toe, maar als je nog eens doorzaagt over waarom ze nou kiezen voor een actieve behandeling met lage slagingskansen, zoals een chemokuur, dan zeggen ze: “We vinden het moeilijk om met lege handen te staan.” Eigenlijk is het niet zo verrassend, maar nu is het tenminste een keer echt bevonden.’ Dat klinkt bijna alsof de behandeling meer voor de gemoedsrust van de dokter is dan voor de patiënt. ‘Nee, dat is zeker niet zo. De patiënt wil vaak heel graag doorbehandeld worden. Dat brengt de dokter in een moeilijk pakket, want hij wil geen ineffectieve behandeling geven, zeker niet als het bij de patiënt zo veel schade kan aanrichten dat het misschien de levensduur zelfs verkort. Maar de dokter wil de patiënt ook niet in de kou laten staan. Chemotherapie is alleen niet altijd een adequate oplossing.’ Pijnstillers zullen toch weinig schade aanrichten? ‘Alleen pijnstillers wil de patiënt meestal niet. De dokter vertelt wel dat er geen kans op genezing is, maar de actieve behandeling biedt hen hoop. Ook de familie wil vaak graag dat er wat gedaan wordt. Als de patiënt uiteindelijk overlijdt, hebben ze het gevoel dat tenminste alles geprobeerd is.’ Heb je zelf te maken gehad met iemand die ­behandeld is, buiten je werk? ‘Ik denk dat iedereen wel mensen kent die te maken hebben gehad met kanker en de actieve behandeling, soms met mensen die er echt aan overlijden. Dat maakt dit een aansprekend onderwerp.’ Susanne de Kort promoveert op 2 oktober op het proefschrift Aims and Reasons, Ethical Questions about Palliative Systemic Anticancer Therapy.


kort

nieuws

Na kanker opnieuw problemen >Driekwart van de kinderen die genezen van kanker krijgen later alsnog gezondheidsproblemen. >Dit constateert epidemioloog Mathilde Cardous-Ubbink in het proefschrift dat ze op 25 september verdedigde. Kinderen die kanker krijgen en genezen, lopen niettemin de kans in hun latere leven opnieuw kanker te krijgen. Ook hebben ze later kans op ernstige hartproblemen, psychische klachten of verminderde vruchtbaarheid. Dit blijkt uit het onderzoek van epidemioloog Mathilde Cardous-Ubbink van het Emma Kinderziekenhuis, waarop zij op 25 september promoveerde. Vooral kinderen die met radiotherapie (be-

straling) zijn behandeld, lopen risico. Van hen krijgt 55 procent opnieuw gezondheidsklachten. Kinderen die zijn geopereerd of een chemo-kuur hebben ondergaan, hebben respectievelijk 25 en 15 procent kans op nieuwe problemen. Zij lopen ook 25 jaar na diagnose van de aanvankelijke tumor nog steeds een sterk verhoogd risico om te overlijden. Vooral kinderen die botkanker hebben overleefd, blijken een verhoogd risico te lopen, namelijk van 64 procent. Kinderen die een niertumor of leukemie hebben gehad lopen naar verhouding het minste risico: 12 procent. Ondanks de verhoogde risico’s zijn volgens Cardous de overlevingskansen voor kinderen met kanker enorm gestegen. Veertig jaar

500

geleden bleef ongeveer dertig procent van de kinderen na genezing nog vijf jaar of langer leven. Tegenwoordig ligt dat percentage bij kinderen tot veertien jaar op 75 procent. Cardous verwacht dat de negatieve ‘vervolgeffecten’ van de kanker de komende jaren zal afnemen, omdat de bestralingsmethoden beter zijn dan vroeger en de chemotherapie in lagere doseringen wordt toegediend. In 1996 startte het AMC in Amsterdam met de Polikliniek Late Effecten Kindertumoren om overlevenden van kinderkanker de beste zorg te bieden en de late gevolgen van behandelingen tegen kanker te inventariseren. Intussen hebben alle zeven kinderoncologische centra in Nederland een dergelijke poli. (DW)

Vijfhonderd studenten demonstreerden op 22 september in Den Haag tegen bezuinigingen in het hoger onderwijs. ‘Te lang is het onderwijs het ondergeschoven kindje geweest bij opeenvolgende kabinetten,’ sprak LSVb-voorzitter Gerard Oosterwijk. ‘Nu is het tijd voor daden. Behoed Nederland voor een kenniscrisis!’ Achter hem op het podium stond een groot bord met een dalende rode lijn die de investeringen per student in de afgelopen decennia aangeeft. Als het aan de organisatoren ligt, ‘gaat die lijn vanaf nu weer omhoog.’ De studenten kregen bijval van collegevoorzitter Karel van der Toorn, die ook naar Den Haag was getogen. ‘Het water staat ons tot aan de lippen.’ Plasterk zei dat hij het uitblijven van bezuinigingen ‘niet precies’ kon garanderen. (HOP)

Meer ethische vorming van studenten bepleit

Een derde van de Nederlandse bedrijven vindt dat de ethische vorming van studenten aan hoger onderwijsinstellingen tekortschiet. Dat blijkt uit onderzoek van accountantsorganisatie KPMG onder 172 bedrijven met meer dan 250 werknemers. De onderzoekers spraken met Human Resourcemanagers en loopbaanbegeleiders. Bijna veertig procent van de respondenten gaf aan dat jonge managers hun taak onvoldoende serieus nemen als het gaat om ethische vraagstukken. Onderzoeksleider

De poll op folia.nl ging afgelopen week over de noodzaak of nutteloosheid van bestuurders die de kranten vol schrijven. De stelling luidde: Opinies in dagbladen zetten geen zoden aan de dijk. Laat mensen als Karel van der Toorn aan het werk gaan, in plaats van de kranten vol te schrijven. • Onzin, opinies in kranten kunnen zorgen voor medestanders, en het publieke debat aanzwengelen – 84,2% • Helemaal mee eens, als hij het systeem wil veranderen zit hij toch in een uitermate bevoorrechte positie – 6,4% • Mee eens, grote beslissingen worden toch nog in achterkamertjes genomen, laat hem daar zijn mening spuien – 2,3% • Niet mee eens, het is goed dat hij aangeeft wat er moet veranderen, al zeggen daden meer dan woorden – 7,1% Totaal aantal respondenten: 171

en hoogleraar accountantscontrole Philip Wallage: ‘De respondenten zijn waarschijnlijk zelf ouderen, de uitkomsten betreffen dus niet henzelf.’ Ruim veertig procent van de onderzochte bedrijven gaf zelfs aan de afgelopen twee jaar afscheid te hebben genomen van high potentials als gevolg van een gebrek aan de juiste normen en waarden. Om wat voor ethische vraagstukken, en normen en waarden het precies gaat blijft enigszins vaag.

Homoborrel

‘Het is de perceptie van de respondenten, het gaat dus om bedrijfsgebonden ethiek en normen en waarden,’ aldus Wallage. KPMG ontwikkelde samen met de MBAopleiding van de UvA een toolkit voor ethiekonderwijs voor managers in spe. In vier modules wordt ingegaan op alle ethische zaken waar studenten in hun verdere loopbaan tegenaan kunnen lopen. Wallage: ‘We moeten af van de “Wir haben es nicht gewußt”-mentaliteit.’ (HvdM)

Vanaf 2 oktober zal elke eerste vrijdag van de maand een homoborrel worden georganiseerd in het Atrium-café. Het evenement is bedoeld voor zowel studenten als medewerkers en wordt georganiseerd door UvA Pride. UvA Pride is een nieuwe stichting die zich inzet voor homobelangen binnen de universiteit. ‘Wij bieden een platform aan iedere homo of lesbienne die verbonden is aan de universiteit,’ zegt voorzitter Kristiaan Schimmel. ‘Een borrel lijkt ons daarvoor een zeer geschikte en gezellige methode.’ UvA Pride hoopt samen te werken met het College van Bestuur (CvB), om het percentage homo’s aan de universiteit dat zich gediscrimineerd voelt, te verlagen. Om elkaar beter te leren kennen, hebben de leden van het CvB een persoonlijke uitnodiging voor de borrel gekregen. De borrel begint om 17 uur. Iedereen is welkom en het eerste drankje is gratis. (AK) Foto: Tjebbe Venema

>UvA-hoogleraar Philip Wallage deed samen met accountantsorganisatie KPMG onderzoek. >‘Wir haben es nicht gewußt-mentaliteit’ moet verdwijnen.

Door Chinese ogen Om te laten zien wat China nu echt is en hoe het leven van de ‘gewone Chinees’ is veranderd, organiseert de Association of Chinese Students and Scholars in the Netherlands (ACSSNL) een fototentoonstelling, getiteld Transition of China: Through My Own Eyes. Meer dan zevenduizend studenten studeren of doen onderzoek in Nederland. Op basis van hun persoonlijke ervaringen laten de Chinezen in zelfgemaakte foto’s zien hoe China de afgelopen jaren is veranderd en daarmee ook de levens van de Chinezen. De expositie was op 28 en 29 september te zien in de E-hal van de Faculteit Economie en Bedrijfskunde aan de Roetersstraat 11. Aan het eind van de week reist de tentoonstelling verder naar de Universiteit Groningen (1 en 2 oktober), de Universiteit Twente ( 5 en 6 oktober), de Technische Universiteit Eindhoven (8 en 9 oktober), Wageningen University (12 en 13 oktober), de Erasmus Universiteit Rotterdam (15 en 16 oktober) en de Haagse Hogeschool: 19 en 20 oktober. Op de foto links vooraan Zhang Jun, de Chinese ambassadeur in Nederland. Achter hem FEB-decaan Tom Wansbeek (met baard) en CvB-voorzitter Karel van der Toorn. Daarnaast Miao YU, voorzitter van ACSSNL, en Jia Yang Li, voorzitter van de Amsterdamse tak van ACSSNL. (DW)

Vrouwen Het glazen plafond is in de wetenschap nog steeds intact. Er zijn nog altijd weinig vrouwelijke hoogleraren en ze verdienen minder dan hun mannelijke collega’s. Hoe groot de verschillen zijn zal deze week blijken uit de ‘Monitor Vrouwelijke Hoogleraren 2009’, die op 1 oktober wordt gepresenteerd. De teller in de nieuwe monitor staat op twaalf procent vrouwelijke hoogleraren. Dat is lager dan in de landen om ons heen en nog niet de helft van de Lissabon-doelstelling van 25 procent. Het aandeel vrouwelijke universitair docenten en hoofddocenten stijgt sneller: van respectievelijk 24 en 14 procent in 2003 tot 31 en 18 procent in 2008. De situatie aan de UvA is min of meer in lijn met de landelijke cijfers: aan de UvA is 16,3 procent van de hoogleraren vrouw. Van de universitair docenten en hoofddocenten is 34,2 respectievelijk 19,8 procent vrouw. De promovendi doen het beter: 45,9 procent is van de vrouwelijke kunne. (HOP/DW)

Folia 06 | 5


Foto: Arjan Roodink

in beeld

In het Tropenmuseum vond op 22 september de Grand Opening plaats van het Amsterdam University College (AUC). Er waren toespraken van onder anderen Knaw-president Robbert Dijkgraaf (foto), burgemeester Job Cohen, AUC-decaan Marijk van de Wende en hoogleraren van UvA en VU. Dijkgraaf ging tijdens zijn rede in op de rol van bètaonderwijs en het belang van het aansluiten van bètaonderwijs op andere disciplines. ‘Grote vraagstukken zoals energie, klimaat en duurzaamheid kunnen alleen worden bestudeerd vanuit een interdisciplinaire aanpak.’ (DW)


promoties

prikbord Nieuws voor deze pagina? Mail naar: redactie@folia.uva.nl

FGw

DINSDAG 06/10

Ganzenveer Stichting De Gouden Ganzenveer heeft haar archief overgedragen aan de Bijzondere Collecties (BC) van de UvA. De Gouden Ganzenveer is een prijs die toegekend wordt aan een persoon of instituut vanwege zijn of haar grote betekenis voor het geschreven en gedrukte woord in Nederland. Het archief dat BC nu heeft verkregen bevat correspondentie, notulen, foto’s, publicaties en andere stukken en documenten met betrekking tot de Gouden Ganzenveer. De Gouden Ganzenveer werd voor het eerst uitgereikt in 1955, bij het 75-jarig bestaan van de Koninklijke Nederlandse Uitgeversbond. Laureaten van de Gouden Ganzeveer zijn onder meer Michaël Zeeman, Jan Blokker, Joost Zwagerman en Adriaan van Dis.

Voskuil-wandeling J.J. Voskuil, Nederlands volkskundige en schrijver, en het Meertens Instituut staan op vrijdag 2 oktober centraal tijdens de themamiddag ‘Voskuil, volk en taal’ van de Illustere School van de UvA. De middag begint met een Voskuil-wandeling. Daarna geeft hoogleraar Gerard Rooijakkers een lezing over Voskuil en volkscultuur, en spreekt hoogleraar Hans Bennis over J.J. Voskuil taalnormering. De Voskuil-wandeling gaat van het voormalig Meertens Instituut (op de Keizersgracht) naar Voskuils woonhuis op de Herengracht. De wandeling gaat vervolgens verder naar het Trippenhuis, op de Kloveniersburgwal 29. Achter het Trippenhuis was namelijk tot 1969 het Instituut voor Dialectologie, Volks- en Naamkunde in de voormalige Anna Visscherschool gevestigd. Zie ook www.uva.nl/illustereschool

AMC Open dag Op zaterdag 4 oktober houdt het AMC open huis tijdens de wetenschapsdag. Met als thema ‘reis naar het onbekende’ begint de zoektocht naar de geheimen van het menselijk lichaam. Er zijn lezingen over onder andere overgevoeligheid, experimenten, kinderlezingen en op de wetenschapsmarkt presenteren onderzoeksgroepen hun bevindingen en geven ze uitleg over de werking van nieuwe apparatuur. Ook kunnen bezoekers leren bloedprikken in een neparm. De wetenschapsdag vindt plaats in het ziekenhuis tussen 12 en 17 uur. Fellowship Het AMC heeft dit jaar twee van de zeven beschikbare Klinische Fellowships verworven van ZonMw, de Nederlandse organisatie voor gezondheidsonderzoek en zorginnovatie. Nicole Juffermans (intensive care) en Katja Wolthers (medische microbiologie) vielen in de prijzen en ontvangen van de Raad van bestuur van het AMC een eenmalige persoonsgebonden extra promotieplaats voor hun prestatie.

FNWI Einstein Prof.dr. Anne Kox, bijzonder hoogleraar History of Physics aan het Instituut voor theoretische fysica, heeft met de andere teamleden van het Einstein Papers Project de Wheatley Medal ontvangen voor de publicatie The Collected Papers of Albert Einstein Volume 11. Het project A. Einstein bundelt en publiceert documenten van Einstein zelf en van anderen over zijn werk.

Dijkbewaking moet overstromingen voorkomen

Dijk­bewaking Software die is ontwikkeld door informatici van de UvA en een aantal bedrijven maakt supercomputers nu direct inzetbaar bij aanstaande rampen. Tot nu toe speelden supercomputers nauwelijks een rol bij overstromingen. De onderzoekers plaatsten verspreid over Europa speciale waarnemingsapparatuur (sensoren) op vulkanen, scheuren in de aardkorst en op (te) zwakke dijken en bruggen. Deze apparatuur stuurt via internet informatie naar computersystemen die conclusies kunnen trekken over het aanstaande gevaar. Bij een aanzienlijke dreiging wordt vervolgens een supercomputer ingeschakeld die snel verschillende scenario’s kan doorrekenen. Speciale aandacht gaat uit naar dijkbewaking. Bij dreigende situaties kan de waarnemingapparatuur risicovolle dijken snel identificeren en de dreiging nauwkeurig vaststellen. Het bewaken van echte dijken is onderdeel van de proef.

FMG 450.000 euro Psycholoog Saskia van der Oord heeft samen met Hilde Geurts, Pier Prins en Marije Kuin van ZonMW, de Nederlandse organisatie voor gezondheidsonderzoek en zorginnovatie, een subsidie van 450.000 euro gekregen voor onderzoek naar de effectiviteit van een behandeling voor pubers met ADHD die problemen hebben met plannen en organiseren. De door Kuin en Van der Oord ontwikkelde training is de eerste behandeling die specifiek is ontwikkeld voor deze groep jongeren. Voor pubers met ADHD is de behandeling tot nu toe lastig: medicatie werkt bij hen niet zo goed als bij jonge kinderen, de therapietrouw is veel geringer, en de trainingen voor volwassenen zijn voor hen te weinig toegespitst op de leeftijdsspecifieke problematiek.

USC Bier en bitterballen Op zes oktober wordt gevierd dat de nieuwbouw van het universitair sportcentrum (USC) op het Science Park zijn hoogste punt bereikt. ‘Dat is toch wel zo’n zestien meter boven het maaiveld,’ zegt USC-directeur Theo van Uden. Het feest begint om drie uur ’s middags. Vice-collegevoorzitter Paul Doop verricht de officiële handelingen. ‘Verder zijn er natuurlijk bier en bitterballen voor de bouwers, er zal ook nog wel een hotemetoot van Ballast Nedam voorbijkomen en zelf gaan we een dansje maken,’ zegt Van Uden. Een dansje? ‘Ja, we gaan wat aerobics doen. Dat is onze core business.’

FEB Herman Karel Tijdens de traditionele nieuwjaarsborrel van de Faculteit Economie en Bedrijfskunde (FEB) op 5 januari 2010 zal de Herman Karel Nieuwenhuisprijs worden uitgereikt. Herman Karel Nieuwenhuis was een alumnus van de faculteit. Na zijn overlijden werd een fonds ingesteld dat periodiek een prijs toekent aan studenten die een economische of bedrijfskundige scriptie van uitmuntende kwaliteit hebben geschreven. De prijs, ter waarde van €2250,- wordt door een deskundige jury toegekend aan een of meerdere studenten. De scriptie wordt beoordeeld op zaken als wetenschappelijk niveau, originaliteit, leesbaarheid en maatschappelijke relevantie. Studenten van wie de scriptie in het academisch jaar 2008-2009 werd beoordeeld komen in aanmerking als zij zich voor 15 november 2009 aanmelden bij de afdeling marketing en communicatie van de FEB. Het is niet altijd mogelijk de rechthebbenden van de foto’s op de prikbordpagina te achterhalen. Rechthebbenden van het beeldmateriaal kunnen zich bij Folia melden via: redactie@folia.uva.nl.

10.00 uur: Wilfried Jonkers - Biologie The Role of the F-box Protein Frp1 in Pathogenicity of Fusarium Oxysporum. Promotor: Prof.dr. B.C.J. Cornelissen. (Agnietenkapel) 12.00 uur: Maxim Hardziyenka - Geneeskunde Heart Failure Secondary to Chronic Pulmonary Arterial Hypertension: Cardiac Imaging and Electrophysiologic Characteristics. Promotor: Prof.dr. J.M.T. de Bakker. (Agnietenkapel)

WOENSDAG 07/10

12.00 uur: Marina Konstantinova - Slavische letterkunde Changes in the Russian Literary Field During and After the Perestroika (1985-1995). Promotor: Prof.dr. W.G. Weststeijn. (Aula) 14.00 uur: Aart Oxenaar - Geschiedenis van de bouwkunst P.J.H. Cuypers en het gotisch rationalisme. Architectonisch denken, ontwerpen en uitgevoerde gebouwen 1845-1878. Promotor: Prof.dr. M. Bock. (Aula)

DONDERDAG 08/10

10.00 uur: Julie Castonguay Rechtsgeleerdheid Benchmarking Carrots and Sticks. Developing a Model for the Evaluation of Work-Based Employment Programs. Promotor: Prof.dr. E. Verhulp. (Agnietenkapel) 12.00 uur: Paul Tjon Sie Fat - Sociologie Chinese New Migrants in Suriname; The Inevitability of Ethic Performing. Promotor: Prof.dr. J.M. Baud. (Agnietenkapel) 14.00 uur: Kimberley Benschop - Geneeskunde Clinical and Molecular Insights into Human Parechovirus Infection. Promotoren: Prof.dr. M.D. de Jong en mw. prof.dr. C.M.J.E. Vandenbroucke. (Agnietenkapel)

VRIJDAG 09/10

10.00 uur: Robert Minnee - Geneeskunde Surgical Aspects of Renal Transplantation. Promotoren: Prof.dr. D.A. Legemate en mw. prof.dr. R.J.M. ten Berge. (Agnietenkapel) 12.00 uur: Rogier Determann - Geneeskunde Biomarkers for Infection and Pulmonary Inflammation in Critically Ill Patients. Promotoren: Mw. prof.dr. M.B. Vroom en prof.dr. M.J. Schultz. (Agnietenkapel) 14.00 uur: Marina Dyakonova - Taalwetenschap A Phase-Based Approach to Russian Free Word Order. Promotor: Prof.dr. P.C. Hengeveld. (Agnietenkapel)

ORATIE VRIJDAG 09/10

14.30 uur: Mw. prof.dr. C.J.M. de Vries, hoogleraar Medische Celbiochemie Vaatwerk. (Aula) Promoties, oraties en afscheidscolleges vinden in de regel plaats in of de Aula van de UvA, Lutherse Kerk, Singel 411 of de Agnietenkapel, Oudezijds Voorburgwal 231. Voor uitgebreide informatie zie www.uva.nl/ agenda

Folia 06 | 7


opinie

Oog voor diversiteit Het is op z’n zachtst gezegd opmerkelijk dat culturele diversiteit aan de UvA niet gezien wordt alsof het ergens goed voor is, vindt Nadine ’t Zand. teit in managementfuncties bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken; media- en diversiteitsbeleid bij het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap; een beeldvormingscampagne gericht op toegevoegde waarde van divers talent bij het Ministerie van Sociale Zaken en Welzijn; de Community of Talents van het Ministerie van Economische Zaken. Het is slechts een greep uit de vele initiatieven van de rijksoverheid om

de toegevoegde waarde van diversiteit in kleur en cultuur aan te geven en te stimuleren. Dit is ook zichtbaar op provinciaal en gemeentelijk niveau. Diversiteit is goed voor gewiekste promotie­slogans van bedrijven: TNT Post: ‘Ruimte voor diversiteit!’ IBM: ‘Diversiteit bij IBM, een kwestie van goed mixen!’ ING: ‘Equal Opportunity & Diversity’. Diversiteit is

Illustratie: Cees Heuvel

Diversiteit is goed voor een flinke pot subsidies in allerlei takken. Deze subsidies vloeien naar diverse commissies en adviesgroepen ten behoeve van de ontwikkeling en versterking van diversiteitsthema’s. Naast de commissies bestaat er ook een waaier aan werkgroepen diversiteit. Diversiteit is goed voor diverse beleidsinitiatieven vanuit de verschillende ministeries. Extra inspanning voor etnische diversi-

De hete adem van ontslagdreiging in de nek Tegen de privatisering van het contractonderzoek van het SCO-Kohnstamm Instituut zijn grote bedenkingen, betogen Yolande Emmelot en Iris Breetvelt. Met de deze week te voltooien privatisering van het contractonderzoek van het SCO-Kohnstamm Instituut, het aan de UvA gelieerde instituut voor onderwijsonderzoek, krijgt het derdegeldstroomonderzoek een plaats tussen een bonte verzameling bedrijven, variërend van biotechnologie tot GGZ-behandelingen. Het wetenschappelijk personeel, dat in totaal dertien bezwaren heeft ingediend tegen de met de privatisering gepaard gaande opheffing van functies, heeft grote bedenkingen bij deze privatiseringsoperatie, in gang gezet door de voormalig decaan van de Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen (FMG), tegenwoordig rector magnificus, Dymph van den Boom. Hoewel het betrokken personeel z’n ambtelijke aanstelling behoudt tijdens permanente detachering bij de onderzoeks-BV, zal geen sprake zijn van terugkeer in geval de BV failliet gaat. De internationale visitatiecommissie van het onder-

8 | Folia 06

zoek prees in 2007 de goede publicaties van het onderwijskundige programma, die voortkomen uit de sterke link van het onderzoeksprogramma met het contractonderzoek. Het motief van het College van Bestuur dat toegepast onderzoek niet zou passen in de missie van de UvA als researchuniversiteit, is dan ook ongeloofwaardig. In hun brief aan decaan en CvB wezen hoogleraren onderwijskunde erop dat het derdegeldstroomonderzoek van het SCO-Kohnstamm Instituut juist uitstekend past binnen de intentie van het Instellingsplan 2007-2010 om de inkomsten uit tweede- en derdegeldstroomonderzoek met tien procent te verhogen. Bovendien richtte de UvA intussen zelf een instituut voor onderwijsonderzoek op (het Top Institute for Evidence Based Educational Research) dat qua doelstelling en dienstverlening sterk lijkt op het SCOKohnstamm Instituut. Andere instituten voor toegepast sociaal wetenschappelijk onderzoek (ASSR, Imes,

Amidst) worden niet geprivatiseerd, maar samengevoegd in één researchinstituut sociaalwetenschappelijk onderzoek. Tot ongenoegen van het personeel is er gedurende het reorganisatieproces nauwelijks sprake geweest van een gedachtewisseling: op diverse stukken waarin het wetenschappelijk personeel zijn visie naar voren bracht is door bestuurders niet gereageerd. De ingehuurde procesbegeleider, professor Driehuis, constateert dat het van een discussie tussen het bestuur van de FMG en de medewerkers niet is gekomen, en zelfs dat van enige argumentatie inzake de overname geen sprake lijkt te zijn. Er is veel gesteggeld over het selectiecriterium voor personeel dat betrokken is bij deze reorganisatie. Aanvankelijk heette het de ‘divisie toegepast onderzoek’, waarvoor de reorganisatie gold. Bij inspectie van het centraal register organisatie-een-


scriptie

Foto: Bob Bronshoff

Waarom investeert de UvA niet meer in het ontplooien en stimuleren van kleur en diversiteit binnen de organisatie?

Job Boodt

ook goed voor een scala aan nieuwe functies binnen diezelfde (en andere) organisaties: diversiteitsmanagers; coaches diversiteit, diversiteitsconsultants en meer van soortgelijke functienamen waar je diversiteit voor of achter kunt zetten. Alsof dit alles nog niet genoeg is aan beweging worden er ook diverse pogingen ondernomen om in collectief verband meer te leren over de voordelen van culturele diversiteit, om het allemaal nog beter, winstgevender en ‘diverser’ te maken. Een greep uit de evenementen van het afgelopen jaar: DiversityJoy; Dutch­Versity; het Nationaal Diversiteitscongres; de Echo Awards, de expertmeeting Gelijkheid versus Culturele Diversiteit; Diversiteitscongres Op naar de top; Diversiteit werkt!, en last but not least was er eind 2008 het Asva-diversiteitscongres. Diversiteit is blijkbaar iets heel erg goeds. In de Nederlandse samenleving zijn kennelijk heel veel mensen – individueel en in georganiseerd verband – het erover eens dat culturele diversiteit het waard is om in te investeren. Men heeft de illusie dat investeren in diversiteit uiteindelijk iets ontzettend goeds gaat opleveren. Ik persoonlijk vond het op z’n zachtst gezegd dan ook opmerkelijk dat culturele diversiteit aan dé Universiteit van Amsterdam niet gezien wordt alsof het ergens goed voor is. Anders zou men wel meer investeren in het ontplooien en stimuleren van kleur en diversiteit

binnen de organisatie, althans dat zou je verwachten. Als raadslid voor de Centrale Studentenraad ’08/’09 koesterde ik als vertegenwoordiger van partij UvASociaal de portefeuille Diversiteit. Naast lobbyen op het Maagdenhuis bestond mijn takenpakket vooral uit het verkopen en verdedigen van het belang van culturele en etnische diversiteit, zowel binnen als buiten de studentenraad. Aandacht voor diversiteit is namelijk niet alleen maar kijken naar hoeveel maanden studievertraging allochtone studenten hebben, maar ook samen zoeken naar waar we als gemeenschap kunnen profiteren van het versmelten van verschillende culturen en achtergronden. De UvA moet haar ogen openen en deze kansen omarmen, dit is niet alleen winstgevend maar ook onontkoombaar. De openheid en tolerantie die de UvA kenmerken bieden een vruchtbare bodem om diversiteit actief op te pakken ten behoeve van innovatie op het gebied van onderzoek, onderwijs en cultuur aan de universiteit. Gelukkig ziet onze rector Dymph van den Boom, dit in. Na een jaar intensief lobbyen en praten heeft zij, in samenspraak met het college, toegezegd zich op de korte termijn actief te gaan inzetten voor culturele diversiteit. Ik kijk uit naar haar oog voor diversiteit! l Nadine ’t Zand is Bsc en was vorig studiejaar ’08/’09 raadslid in de CSR voor UvASociaal.

Het argument dat toegepast onderzoek niet zou passen in de missie van de UvA, is ongeloofwaardig heden van de UvA blijkt deze divisie als organisatieeenheid niet bestaat. Ook naar takenpakket is er geen duidelijke tweedeling in ‘toegepast onderzoekers’ en ‘fundamenteel onderzoekers’. Omdat een uitgewerkt bedrijfsplan nog niet klaar is, is op dit moment nog geen reële kostprijsvergelijking tussen de huidige en de geprivatiseerde situatie mogelijk. Het is dus nog niet duidelijk of er sprake is van positieve ondernemersverwachtingen. De uitwerking van het opgelegde maar slecht doordachte privatiseringstraject komt nu vooral neer op management en personeel van het onderzoeksinstituut. Met de hete adem van ontslagdreiging in de nek moeten de werknemers wier functie is opgeheven kiezen tussen detachering, in dienst treden bij de BV of een herplaatsingsinspanning met onzekere afloop. De eerste keuze lijkt voor het zittend personeel tot de minste rechtspositionele schade te leiden. Keuze voor herplaatsing

zou vanwege het bestaan van de beide andere alternatieven, in geval van mislukking zelfs kunnen leiden tot verwijtbare werkloosheid en daarmee verlies van uitkeringsrecht. Een addendum bij de detacheringsovereenkomst maakt tijdelijke tewerkstelling bij de universiteit voor bijvoorbeeld onderwijstaken mogelijk. Al zijn wij blij dat dit jarenlange en onaangename privatiseringstraject achter de rug is en al zullen wij ons blijven inzetten voor de wetenschappelijke kwaliteit van het (contract)onderzoek, deze reorganisatie en de privatisering blijven ongerechtvaardigd en brengen zowel rechtspositionele als wetenschappelijke schade toe aan het instituut en zijn medewerkers. l Iris Breetvelt en Yolande Emmelot zijn onderzoekers bij het SCO-Kohnstamm Instituut. Deze bijdrage hebben ze geschreven namens het merendeel van de betrokken werknemers.

Job Boodt (22) studeert archeologie en schrijft zijn scriptie over de archeologische beroepspraktijk. ‘Iedereen denkt altijd dat er geen werk te vinden is in de archeologie, maar in Nederland is de archeologie gecommercialiseerd. Dat betekent dat bij elk bouwproject het wettelijk verplicht is om een archeologisch onderzoek uit te laten voeren. Deze regeling is in 1993 ontworpen en in 2007 van kracht geworden. Het aantal beroepsarcheologen is in die tijd enorm gestegen en er is nu een grote arbeidsmarkt. Veel vastgoedbedrijven zien archeologen echter nog steeds als geitenwollensokkentypes. De archeologen voelen zich verplicht om snel en efficiënt te werk te gaan, maar op die manier wordt het wetenschappelijke rendement van hun onderzoek naar achter geschoven. Er wordt binnen een bepaalde tijdslimiet opgegraven, dan moet er snel een rapportje komen en de leuke onderwerpen worden maar naar de universiteit gegooid in de hoop dat er een student naar kan kijken. Mijn scriptie gaat over hoe er verbeteringen kunnen worden gemaakt in dit systeem, zodat het meer om de wetenschap gaat en minder om efficiëntie en geld. Ook wil ik onderzoeken wat de huidige status van die wetenschap is. Het is een vakgebied dat snel vooruit gaat en er zijn constant nieuwe bevindingen en opgravingen. De vraag is alleen of je dit terugziet in de rapporten die beroepsarcheologen schrijven voor al die vastgoedprojecten. Ik ben bij dit onderwerp gekomen omdat ik zelf veel opgravingen heb gedaan tijdens mijn studietijd. Na een veldcursus met docenten ben ik naar het Amsterdams Archeologisch Centrum gestapt om te vragen of ik mee mocht op een echte opgraving. Daar leerde ik de realiteit van de beroepsarcheologie kennen. Ik stond midwinter ergens in de klei bij een keet zonder stromend water of elektriciteit, met hele vieze koffie. Ik heb toen veel met beroepsarcheologen gepraat en hoorde een enorme onvrede. Met mijn scriptie hoop ik bij te dragen aan verbeteringen in het werkveld. Ik wil niet alleen de problemen constateren, maar ook oplossingen aandragen. Er is naar mijn mening een grote stap te zetten in de inrichting van een archeologisch kantoor. Zo zou ik bijvoorbeeld zo min mogelijk aparte kamers gebruiken zodat archeologen met elkaar moeten overleggen en kennis blijven uitwisselen. Als je iemand die gespecialiseerd is in dierbegravingen in de middeleeuwen neerzet bij een ander die zich verdiept in hutten in de bronstijd, dan ontstaat er een heel breed referentiekader en blijf je de wetenschap prikkelen.’ (Julie de Graaf )

Folia 06 | 9


interview

Leegte leren inbouwen Door Floor Boon

Wetenschappelijke inzichten over opvoeding zijn tot nu tot voorbehouden aan een klein publiek. De tweede reeks opvoedcolleges die vorige week is begonnen, kan daarin verandering brengen. Initiatiefneemster Carine Ex vertelt. Wist je dat de manier waarop hersenen zich ontwikkelen al voor een groot deel is vastgelegd in de baarmoeder? Dat ouders van jongens vaker opvoedproblemen hebben dan ouders van meisjes? En dat ieder kind een periode heeft waarin hij liegt? ‘Er is echt behoefte aan meer informatie over opvoeden,’ meent Carine Ex, ontwikkelingspsycholoog en initiatiefnemer van de collegereeks over opvoeden. Door de reeks – vorig jaar door de Volkskrant uitgeroepen tot ‘opvoedcolleges’ – niet alleen toegankelijk te maken voor studenten, wordt het ‘kennisbolwerk’ dat universiteit heet opengebroken en biedt het ruimte voor een nieuw en breder publiek. De colleges zijn bedoeld voor studenten, professionals en ouders en worden ook in die volgorde van grootte bezocht. Ex: ‘Hoewel de verhalen worden verteld door wetenschappers, geven zij ook veel praktische handvatten.’ Het woord hoewel is in dit kader interessant, want wat is er eigenlijk wetenschappelijk aan opvoeden? ‘Opvoeden is niet wetenschappelijk,’ is het simpele antwoord van Ex. ‘Voor een deel zit het in ons en moeten we het in de praktijk leren. Maar wetenschap kan wel kennis aandragen door te laten zien hoe de ontwikkeling van kinderen werkt. Het maakt inzichtelijk wat kinderen gemiddeld genomen nodig hebben en hoe ouders dat gemiddeld genomen kunnen stimuleren. Kennis van feiten helpt om het intuïtieve proces van opvoeden in banen te leiden.’ G rip op opvoeden

Maar wetenschap kan niet alles. Opvoeden is en blijft een proces van uitproberen en afstemmen op het individuele kind. Dat maakt het ook moeilijk. ‘Wetenschap kan per definitie maar een deel van de werkelijkheid belichten, omdat er meer verhalen over de werkelijkheid zijn dan de wetenschap kan vertellen. Ik denk dat wetenschap ook nooit helemaal grip op het opvoeden zal krijgen. Het blijft ten slotte een kwestie van individuele ontwikkeling, en die is bij iedereen anders. Sommige kinderen zijn heel angstig aangelegd, terwijl anderen van nature aanleg hebben voor agressief gedrag. Een deel is terug te brengen tot de genen, voor een deel speelt omgeving juist wel een rol. De vraag die ik nog steeds niet heb kunnen beantwoorden is: wat is nu de opdracht voor de hedendaagse ouder? Dat is een heel moeilijke vraag. Ook mijn boek geeft daar geen antwoord op.’ Dat boek is Opvoeden, wat kun je?, een verzameling interviews met achttien wetenschappers die van-

10 | Folia 06

uit verschillende disciplines bezig zijn met ontwikkeling en opvoeding van kinderen. Orthopedagoog Susan Bögels komt aan het woord, evenals neurobioloog Dick Swaab, communicatiewetenschapper Patti Valkenburg en Marianne Riksen-Walraven, ontwikkelingspsycholoog. Deze hoogleraren op verschillende gebieden laten aan de hand van eigen onderzoek of voorbeelden zien hoe kinderen zich ontwikkelen, waar de knelpunten liggen bij opvoeden en welke rol de opvoerder daarin speelt. Zij zijn tevens de hoofdrolspelers in de collegereeks. Iedere week komt er een andere spreker aan bod.

we tot de nok toe vol na een artikel in de Volkskrant. Als mensen tijdig op de hoogte zijn, blijkt de belangstelling groot. De reacties waren lovend, juist van hoogopgeleide grachtengordelouders die behoefte hebben aan een ander soort kennis.’ Ook de professionals, mensen die werken bij instellingen als Bureau Jeugdzorg of Steunpunt Opvoeding, hebben baat bij de colleges. ‘Zij hebben vaak drukke banen, op deze manier kunnen ze in korte tijd veel leren over de nieuwste ontwikkelingen van gerenommeerde wetenschappers.’ N eutrale positie

V roege ervaringen

Zo betoogt gezinspedagoog Louis Tavecchio dat jongens een andere opvoeding nodig hebben dan meisjes, legt kinderpsychiater Frits Boer het belang uit van vroege ervaringen, en heeft de opvoeder volgens hersenonderzoeker Dick Swaab bijna niets in de melk te brokkelen, omdat de belangrijkste ontwikkelingen van de hersenen vooral in een heel vroeg stadium plaatsvinden. Volgens Swaab wordt de bouw en functie van de hersenen voorgoed georganiseerd door alles wat we als kind meemaken, zien en denken. De tijd in de baarmoeder en de eerste jaren daarna zijn daarom het belangrijkst, waardoor opvoeders hun kunnen al gauw overschatten. Ex: ‘Dat soort inzichten zijn belangrijk als opvoeder. Het helpt als je weet dat de driftbuien van een tweejarige, die behoorlijk gênant kunnen zijn midden in een supermarkt, bij het kind horen. Dat het kind dat niet doet om jou te pesten of dwars te zitten, maar dat het in het teken staat van de ontwikkeling van zijn autonomie. En moeilijk gedrag van pubers is makkelijker te accepteren wanneer je begrijpt dat er enorme veranderingen plaatsvinden in hun hersenen en lichamen waardoor ze in disbalans kunnen raken.’ B omvolle zaal

Toch is het opvallend dat de collegezaal tijdens het introductiecollege vooral is gevuld met vrouwelijke studentes, van zowel de UvA als de HvA, die op het eerste gezicht nog ver van het ouderschap vandaan staan. ‘Dat is voor een deel ook pragmatisme,’ denkt Ex. ‘Deze colleges gaan niet over hoe je moet opvoeden, maar geven inzicht in de ontwikkeling van kind en ouderschap.’ Veel studenten komen uit de pedagogiek of psychologie en vorig jaar zaten er ook geneeskunde- en biologiestudenten in de zaal. Ook wijt Ex het aan de publiciteit. ‘Vorig jaar zaten

Ex studeerde psychologie aan de UvA, maakte een uitstapje naar Nijmegen voor haar promotie en keerde terug naar Amsterdam waar ze nu vooral aan de HvA is verbonden. Ze heeft opvallend genoeg zelf geen kinderen – ‘het is niet zo gelopen en soms is dat jammer’ – maar naar eigen zeggen wel een enorm gevoel voor ouderschap ontwikkeld. Voor haar dissertatie onderzocht ze het moederschapsbeeld van meisjes, wat haar veel kennis opleverde, ze paste frequent op haar neefjes en maakte de bevalling van haar zusje mee. ‘Ik vermoed dat ik meer zou putten uit eigen ervaring als ik zelf ouder was, maar het heeft ook voordelen om minder persoonlijk betrokken te zijn bij het onderwerp. Ik neem een neutrale positie in en spreek de zaal niet toe vanuit mijn eigen ouderschap.’ I deale situatie

Tijdens het eerste college laat Ex een filmpje zien, een fragment uit een documentaire over achtjarigen in Japan. Het toont de moed van een paar kinderen die het ten overstaan van de leraar opnemen voor hun klasgenootje. Omdat hij had gekletst, mag hij van de leraar niet meevaren op de vlotten die de klas gezamenlijk met elkaar heeft gemaakt. De leraar hoort het betoog aan en geeft de kinderen gelijk. Ex is gefascineerd door het filmpje en neemt het als voorbeeld voor een ideale situatie. ‘Het feit dat die kinderen opkomen voor hun klasgenootje laat zien dat ze geleerd hebben hun eigen gevoel serieus te nemen en erop te vertrouwen. Dat is heel mooi om te zien.’ Hoe je dergelijke waarden kunt bijbrengen aan kinderen vindt Ex dan ook intrigerend, net zoals de vraag op welke manier en in welke vensters de opvoeding maatschappelijk gezien moet plaatsvinden. ‘Opvoeding vindt niet in een vacuüm plaats, maar is cultuurgebonden,’ concludeert ze in haar boek. ‘Tegenwoordig speelt tijd een belangrijke rol. We


‘ Hoogopgeleide grachtengordelouders hebben behoefte aan een ander soort kennis’

gunnen onszelf te weinig leegte. Iedere ouder herkent het beeld dat als ze de krant willen lezen terwijl hun kind speelt, het kind juist gaat jengelen. De praktijk leert dat als je maar niets wilt als ouder, een kind helemaal in zijn spel kan opgaan. Die leegte moeten ouders leren inbouwen.’ Ex is verheugd met het succes van de colleges en ziet mogelijkheden om deze reeks uit te breiden en te specificeren op thema. Over pubers bijvoorbeeld, of de invloed die het krijgen van een kind heeft op je leven. Ook ziet zij brood in het meer ‘verhalend’ maken van de wetenschap, zoals het bundelen van interviews, opgeschreven op een toegankelijke manier. Voorlopig geeft ze les aan de HvA en begeleidt ze scripties aan de UvA. De thema’s die haar bezighouden blijven nog verborgen, al doet het idee aan het verfilmen van de interviews haar ogen even glinsteren. Uiteindelijk blijft de vraag of opvoeden iets is wat je kunt leren. ‘Tja,’ zegt Ex vertwijfeld, ‘kun je kunst leren? Ouderschap is uiteindelijk iets waar je in meegroeit. De wetenschap kan wel kaders en kennis bieden om mensen bewuster te maken van hun eigen ouderschap.’ l Carine Ex: Opvoeden, wat kun je? Wereldbibliotheek Amsterdam, 2007. Prijs: €15,90

CV Carine Ex 1960: geboren in Made (Noord-Brabant) 1988: studie ontwikkelingspsychologie UvA 2000: promotieonderzoek naar moederschaps­ beelden bij meisjes aan de Radboud Universiteit Nijmegen 2003: senior-onderzoeker Verwey-Jonker Instituut 2007: publicatie van het boek: Opvoeden, wat kun je? 2008: eerste reeks opvoedcolleges in samenwerking met het Instituut voor Interdisciplinaire Studies (IIS) 2009: tweede reeks opvoedcolleges in samenwerkunde 2005-2009: docent Pedagogische en Onderwijs­ kundige Wetenschappen aan de UvA 2009-heden: docent Pedagogiek en Onderwijskunde aan de HvA

Foto: Bob Bronshoff

king met de afdeling Pedagogiek en Onderwijs-

Carine Ex

Folia 06 | 11


het beste

Jurassic Park Bastiaan Koster (22), student celbiologie:

Lastig te verteren Happy End; premiere: 26 september Met Happy End sluit de inmiddels 71-jarige regisseur Frans Weisz een filmtrilogie af die twintig jaar geleden begon met Leedvermaak. Leedvermaak was een drama over een Joodse familie die worstelt met haar Holocaustverleden, gebaseerd op Judith Herzbergs gelijknamige toneelstuk. In 2001 volgde Qui vive waarin dezelfde acteurs de familie grofweg tien jaar later speelden. In Happy End zien we dezelfde gezichten weer tien jaar later. Worstelen doet de familie nog altijd, ditmaal met kinderen en kleinkinderen die groot zijn geworden. Om duidelijk te maken hoe de verhoudingen tussen de uitdijende groep personages liggen, opent Happy End met een proloog. Flashbacks naar de vorige films en flashforwards naar ontwikkelingen die nog gaan volgen moeten de kijker weer op het spoor zetten. Voor diegenen die Leedvermaak en Qui vive hebben gezien, is het wellicht een welkome toevoeging, voor de nieuwkomer is de proloog onnodig verwarrend. De suggestie wordt gewekt dat voorkennis over de voorgaande films onmisbaar is. Gedurende de film wordt het gevoel dat je als kijker iets mist niet weggenomen. Pater familias Simon (Peter Oosthoek) ligt op zijn sterfbed en de inmiddels versplinterde familie komt samen om het over zaken als euthanasie en testamenten te hebben. Waarom het ene familielid (kind/stiefkind/ex/enzovoort) nu boos is op het andere, en wie waarom het mededogen verdient van de kijker, blijft deels giswerk voor nieuwkomers. Er is natuurlijk niets mis met continuïteit in een trilogie. De overweldigende

12 | Folia 06

hoeveelheid personages en hun onderlinge wel en wee maken Happy End niettemin lastig te verteren als individuele film. De over elkaar buitelende trauma’s, geheimen en bekentenissen worden dik aangezet met een soundtrack die vanaf de eerste minuten al treurnis voorspelt. Dat Happy End hierdoor niet aanvoelt als een soap voor gevorderden komt door het bovengemiddelde acteurwerk van met name de oudere garde acteurs. Het ensemble dat Weisz in zijn trilogie heeft verzameld, onder wie Pierre Bokma, Catherine ten Bruggencate, Edwin de Vries, Kitty Courbois en Rijk de Gooyer, is en blijft indrukwekkend. De uiteindelijke climax van de film en dus de trilogie verrast meer dan hij bevredigt, en niet alleen door de opvallende plotwending. Happy End laat uiteindelijk zoveel verhaallijnen open liggen dat je haast een ‘wordt vervolgd’ verwacht tijdens de aftiteling. Uit de korte epiloog blijkt dat dit het toch echt is. (René Glas) Happy End (Nederland, 2009) Regie: Frans Weisz Met: Pierre Bokma, Catherine ten ­Bruggencate, Peter Oosthoek

Tv: Walking with Dinosaurs, een documentaire waarbij het is alsof je miljoenen jaren geleden op aarde rondwandelt te midden van totaal andere wezens, fantasiebeesten bijna. Ik zat toen op de lagere school, raakte hierdoor erg geïnteresseerd in de geschiedenis van de aarde en wilde geoloog worden.’

Foto: Hans van Vinkeveen

film

Muziek: ‘The Gregorians, ze zingen op een monnikachtige manier popsongs van bands als Evanescence en Within Temptation, waaronder ook godslasterlijke liedjes als “Ave Satani”. Dat geeft een heel vreemd effect.’

Bastiaan Koster

Film: ‘Jurassic Park, vooral door de manier waarop in het verhaal de uitgestorven dieren tot leven worden gewekt. Het heeft mijn interesse voor genen en DNA geprikkeld. Ik studeer systeembiologie, een vakgebied waarin je dingen probeert te begrijpen door ze na te maken en niet uit elkaar te halen. We knutselen met stukjes DNA om uit te zoeken hoe ze zich gaan gedragen. Ik verwacht dat we binnen vijftig jaar dinosauriërs weer tot leven kunnen wekken. Daaraan zou ik wel willen meehelpen. Het is voor god spelen, maar dit zit mijn geloof, ik ben christen, niet in de weg. Misschien is genetische manipulatie wel dé manier om zorg te dragen voor onze planeet. De natuur is volgens sommigen de slechtste moeder die er is.’ Boek: ‘De serie Aardkinderen van Jean Auel, waarin een homosapiensmeisje door prehistorisch Europa trekt en woont bij allerlei stammen als de Neanderthalers. Het komt heel waarschijnlijk over: de rituelen en jachten uit die tijd. Misschien omdat de schrijfster

eerst onder ijstijdomstandigheden is gaan leven.’ Afknapper: ‘Ivanov van Tsjechov door het Nationaal Toneel, ik zat toen op de middelbare school. Spelers deden alsof zij dronken waren, vrouwen gooiden hun kleren uit. Ik dacht: Als dit een serieus stuk is, ga ik wel Monty Python kijken. Het was mijn eerste en tevens mijn laatste theaterbezoek.’ Game: ‘Final Fantasy 7, omdat het een heel complex verhaal is, waarvoor om het te snappen veel devotie nodig is. Het gaat over de manipulatie van na de dood voortlevende zielenstromen door harde wetenschappers. Waaronder geschifte figuren die een god willen worden. Die fusie van religieuze en zweverige concepten met harde wetenschap vind ik mooi.’ Stokje: ‘Ik geef het stokje aan student literatuurwetenschap Martijn Teerlinck. Hij heeft de bizarre gewoonte om gedichten te schrijven en hiermee nog prijzen te winnen ook.’ (Hans van Vinkeveen)


‘Single zijn is ok!’ Theatervoorstelling Dansen voor alleenstaanden, het Zonnehuis Aan een alleenstaande status kleeft – Sex and the City ten spijt – nog steeds een wat hopeloos imago. Zo ondervond ik in ieder geval persoonlijk in één van de talrijke hiaten die mijn inmiddels meer dan veertien jaar durende relatie rijk is. Nog geen drie weken nadat mijn toenmalige ex en ik de foto’s verdeeld, de inboedel verpatst en het koophuis verloot hadden, vond ik op de deurmat (‘nog voor je verjaardag, liefs!’) een presentje waarvan kennelijk verondersteld werd dat me dat, op dat vrolijke moment in mijn leven, het allerhardst van pas zou komen. Namelijk de Singlegids. Toch is deze Singlegids me inderdaad al op veel manieren van pas gekomen. Om een ingekakt etentje leven in te blazen. Om een schrijfblokkade mee op te heffen. Of om een zojuist gedumpte vriendin opbeurend toe te spreken. Zeker, je hebt het hartstikke kut, maar je hebt in ieder geval de Singlegids niet geschreven! Met informatieve teksten als ‘Single zijn is ok!’, ‘Single zijn is: kaarsjes aan? Zelf weten!’ en ‘Single zijn is zelf weten naar

welk feestje je gaat, hoe laat je aankomt, hoe lang je blijft, met wie je praat en wat je aantrekt,’ reduceert de auteur van de Single­ gids De Alleenstaande tot een apathische idioot die zich binnen een relatie graag laat dicteren met wie er op een feestje wel of niet gesproken mag worden. Ik zou bij dezen Jakobien Groeneveld willen dicteren nooit meer in de buurt van een uitgever te komen. Hoe dan ook, met de opkomst van het individualisme is het aantal alleenstaanden toegenomen. Een ontwikkeling die via alle denkbare wegen onderzocht, bekritiseerd en bejubeld wordt. (Zelfhulp-) boeken, films, tv-series, en nu dan ook een theatervoorstelling. Ingrid Kuijper, artistiek leider van theatergroep Golden Palace, heeft zich gespecialiseerd in ‘de humor van het ongemak’ en legt op dit moment samen met twaalf studenten van de mime-opleiding aan de Amsterdamse Theaterschool de laatste hand aan de voorstelling Dansen voor alleenstaanden. Eerdere voorstellingen van Golden Palace worden geroemd omdat er ‘met een minimum aan tekst en een maximum aan fysieke actie (…) glimlachend de vinger op de zwakke plekken van de menselijke soort gelegd wordt’. Dat kan niet anders dan een heerlijk pijnlijke voorstelling worden. (Fen Verstappen)

Dansen voor alleenstaanden, in het Zonnehuis, Zonneplein 30, Amsterdam-Noord, van 6 tot en met 10 oktober om 20:30 ( op 7, 9, 11 oktober ook een middagvoorstelling om 15:30). Kaartjes: € 5,- voor studenten, € 8,- voor niet-studenten, bestellen via het Uitbureau of via mail@goldenpalace.nl. Zie ook www.goldenpalace.nl

Foto: Won Tuinema

Foto: Henk Thomas

fen is uit

eten

Monumentale snor Shah Jahan, Eerste Anjeliersdwarsstraat 18 De Eerste Anjeliersdwarsstraat kun je bereiken als je vanaf de Westerstraat tussen nummer 111 en Café Nol naar het zuiden loopt; mijn restaurant is dan aan je rechterhand. Ik ben helemaal geen kenner van eten uit India. Ik koos dus mijn menu min of meer op goed geluk. Het viel bijzonder lekker en overvloedig uit; het omvatte een kop gele linzensoep (gekruid met koriander, (E 2,50) en vervolgens een portie Lamb Saag: NieuwZeelands lam gestoofd met spinazie en daarbij saffraanrijst (E 14). Daarnaast bestelde ik Mushroom Bhaji, een saus van uien en paddenstoelen (E 6,-). Ook nam ik er Indiase thee bij met melk (chai geheten, E 3,-). Zonder extra betaling kwamen er ‘van het huis’ twee papierdunne krokante Papadums, flinterdunne pannenkoekjes met twee sauzen die naar tamarinde en munt smaakten. De eigenaar, meneer Jeet Singh (45), is een sikh die in 2002 uit de stad Jammu in Kashmir naar Nederland is gekomen en die, behalve door zijn pahari-tulband ook wordt gesierd door een monumentale snor. Hij leidt sinds begin 2009 dit bijvoorbeeld op vrijdagavonden drukbezochte restaurant. Hij vertelde mij dat studenten op vertoon van collegekaart een korting krijgen van 10 procent op hun rekening. Ik vroeg meneer Singh wat hij zelf zijn beste specialiteit vindt. Omdat nummer 17 van het menu hem het meest herinnert aan zijn stad Jammu is dat zijn favoriet: Chicken Tikka Tandoori (dat wil zeggen uit de klei-oven); E 13,50. Ik

nam tijdens een ander bezoek de proef op de som van dit gerecht en het werd me duidelijk dat meneer Singh een meester is in het marineren met Indiase kruiden. Op het menu komen diverse vegetarische schotels voor. Bij Shahjahan zijn ze niet van de blauwe knoop; er worden onder meer wijn en (bijvoorbeeld Indiaas) bier geschonken. Het restaurant (ongeveer 25 zitplaatsen, met op mooie dagen nog ongeveer acht zitplaatsen op straat) is zeven dagen per week open van 17.00 -24.00 uur. Chef Singh heeft vier assistenten, onder wie zijn echtgenote. (Burchard Pennink, 73, UvA-alumnus) Prijzen: erg schappelijk Eten: zeer smakelijk Sfeer en bediening: prima Verlichting: niet overvloedig, sommigen zouden zeggen: romantisch

OPROEP Ben je betaalbaar uit eten geweest (maximaal E25,- per persoon)? Schrijf dan een recensie en stuur die op naar redactie@ folia.uva.nl. Als je recensie wordt geplaatst, krijg je de kosten van het etentje tot een bedrag van E50,- vergoed.

Folia 06 | 13


achtergrond

Minder status, meer plezier Door Tim Verlaan

Schakelprogramma’s, doorstroomminors, oriëntatiejaren; kosten noch moeite worden gespaard om de ambitieuze hbo’er te laten aarden op de universiteit. Maar er zijn ook studenten die tegen de stroom in bewegen en de universiteit voortijdig verlaten voor de hogeschool.

Foto’s: Won Tuinema

Net als Merel wist Arie Pappot (24) al snel dat de universiteit, waar hij na het gymnasium aan een studie Russisch begon, toch niets voor hem was. ‘Mijn verwachtingen van de universiteit kwamen totaal niet overeen met de realiteit.’ Opvallend genoeg was het juist de schoolse manier van werken die Pappot het meest tegenstond. ‘Voor mij was het wetenschappelijk onderwijs vooral een voortzetting van het middelbaar onderwijs; schools met weinig tijd en nauwelijks de ruimte om je eigen interesses te ontwikkelen. Ik was zo geschrokken van het universitaire klimaat dat ik ook niet direct een andere wo-studie heb overwogen.’ Uiteindelijk koos Pappot voor een hbo-opleiding metaalrestauratie. Mist hij de diepgang van een universitaire studie daar niet? ‘Natuurlijk is het niveau van toetsing lager en word je minder breed opgeleid. Maar ik denk dat je ook prima je kennis bij kunt spijkeren door boeken en kranten te lezen, en zo nu en dan een museum te bezoeken.’ Het in de praktijk kennis toepassen is wat hem het meest bevalt. ‘Laatst heb ik het koorhek van de Nieuwe Kerk mogen restaureren.’

Merel Mooijen, van psychologie naar hbo-Facility Management: ‘Aan de universiteit ben je een nummer’

Merel Mooijen (20) voelde zich vanaf het begin al niet thuis bij de opleiding psychologie, vooral door de massaliteit van het onderwijs en het geringe aantal contacturen. ‘In mijn lichting zaten 365 eerstejaars en bij veel hoorcolleges schoven 500 studenten aan. Je was een nummer. Daar kwam bij dat er maar weinig “doe-opdrachten” werden gegeven. Ik kan heus wel 900 bladzijden uit mijn hoofd leren en dan een tentamen maken, dat is niet de uitdaging. Ik wilde kennis omzetten in de praktijk, iets doen met wat ik in de boeken las.’ De kloof tussen theorie en praktijk in het wetenschappelijk onderwijs is een veelgehoorde klacht van ‘terugstromers’, studenten die van de UvA naar een hbo-opleiding overstappen. Hoewel studieadviseurs studenten met dit bezwaar vaak op het meer praktijkgerichte hbo-onderwijs wijzen, besluit maar een relatief klein deel de overstap daadwerkelijk te maken. Uit cijfers van de HBO-raad blijkt dat bij aanvang van het studiejaar 2008-2009 landelijk 1,4 procent van de eerstejaars een – doorgaans onafgemaakte – universitaire vooropleiding had. Op de HvA had in het studiejaar 2008-2009 een verwaarloosbare 0,2 procent van de eerstejaars naar eigen zeggen in het verleden een UvAstudie gevolgd.

14 | Folia 06

Navraag bij studieadviseurs van de drie grote UvA-faculteiten met een HvA-equivalent, rechten, psychologie en economie, leert dat een hbo-advies door het merendeel van de studenten wordt afgewimpeld. Anne Heldring, adviseur bij rechten: ‘De reactie van studenten is vaak “Het hbo? O nee, niets voor mij.” Men kiest bij een negatief studieadvies liever voor rechten aan de VU of een andere universitaire opleiding; er zijn op jaarbasis misschien een of twee studenten die voor de HvA kiezen. De manier van werken op het hbo staat hen niet aan, of ze schatten het onderwijsniveau in als te laag.’ Volgens Rosemarijn Franses, adviseur bij pyschologie, speelt er nog iets anders mee: ‘Studenten vinden het zonde om met hun vwo-diploma een hbo-opleiding te gaan doen.’ ‘ D it was weer school ! ’

Merel Mooijen kreeg na haar negatieve ervaringen met het wetenschappelijk onderwijs ook het hbo voorgeschoteld als alternatief, een advies dat zij wel gewillig opvolgde. Mooijen: ‘De opleiding Facility Management die ik ben gaan doen was uiteindelijk meer een keuze voor het hbo dan voor de studie an sich. Ik voelde me er meteen thuis; dit was weer school! Het contact met docenten en studenten is zoveel intensiever en persoonlijker.’

‘ I k ben geen echte wetenschapper ’

Waar Merel en Arie hun studie voortijdig afbraken, rondde Bodil Stelwagen (22) eerst een bachelor culturele antropologie af. Ze is dit studiejaar begonnen met een opleiding interactieve media aan de HvA, vooral als praktische kennisuitbreiding. ‘Mijn keuze lag niet van tevoren vast. Integendeel; mijn aanvankelijke plan was om een master filosofie te volgen. Theoretischer kan bijna niet. Tegen het einde van mijn bachelor kreeg ik echter het gevoel geen echte wetenschapper te zijn. In combinatie met een drang om dingen te maken, dingen te doen, deed dit gevoel me kiezen voor een studie interactieve media.’ Stelwagens onbehagen over haar wetenschappelijke potentie had vooral betrekking op het academische discours. ‘Ik wilde niet al mijn papers volgens strikte argumentatieregels en structuurvoorschriften opbouwen, ik miste de vrijheid van creatief schrijven. Daarnaast was ik moe van de universiteitscultuur waarin alles en iedereen bekritiseerd dient te worden. Op het hbo is de onderwijsomgeving veel minder kritisch; iedereen is aardig en gezellig.’ Vrienden en familie reageerden gematigd positief op haar keuze. ‘Natuurlijk zegt iedereen dat je moet doen wat je leuk vindt, maar ik heb nog altijd het gevoel dat ik mijn keuze moet verantwoorden.’ In de sociale omgeving van Mooijen en Pappot werd


Arie Pappot, van Russisch naar hbo-metaalrestauratie: ‘Ík schrok van het universitaire klimaat’

hun keuze ook niet altijd met enthousiasme ontvangen. Pappot: ‘Mijn tien jaar jongere zusje noemt me plagend het sufferdje van de familie.’ Mooijen: ‘Het is niet meer van deze tijd om te denken dat het wo beter is dan het hbo. Een universiteitsdiploma geeft geen baangarantie meer zoals vroeger. wo’ers vergaren kennis door te lezen, hbo’ers door te doen: het zijn twee verschillende manieren van studeren.’ ‘ M ensen denken dat de universiteit het W alhalla is ’

Mooijen sluit met haar verdediging aan bij de visie van Doekle Terpstra, voorzitter van de HBO-raad. ‘De perceptie bij vooral ouders is dat wanneer je het vwo hebt gedaan, je per definitie geschikt bent voor de universiteit. Het wetenschappelijk onderwijs is maatschappelijk gecultiveerd tot het hoogste goed. Echter, er is geen hiërarchisch onderscheid te maken tussen beroepsgericht en wetenschappelijk onderwijs. Studenten moeten voor zichzelf uitmaken waar hun talent het best tot ontwikkeling komt.’ Terpstra ziet het statusverschil tussen hbo en universiteit als een onterecht, maar moeilijk weg te nemen cultureel vooroordeel. ‘Het zit tussen de oren van de mensen. In plaats van het idee te bestrijden, proberen wij als HBO-raad vooral uit te gaan van de kracht van onze eigen agenda. Hogescholen worden steeds populairder en het arbeidsmarktperspectief van de studenten alleen maar rooskleuriger. Uiteindelijk zal dit resulteren in een gelijkwaardige, eerlijke beoordeling van de hogeschool.’

stige maatschappelijke status leidt dan het beroep van hun ouders. Als kind van een advocaat is het moeilijk om even succesvol als je vader te worden met een hbo-opleiding. Wanneer je vader echter administratief medewerker is, zal je eerder tevreden zijn met een hogeschooldiploma in het vooruitzicht.’ Dit verklaart ook waarom veel wo-studenten, die nog steeds overwegend uit de hogere sociale milieus komen, ook bij een negatief studieadvies vasthouden aan de universiteit. ‘Het hbo zal ook met alleen maar zessen voor examens geen alternatief zijn omdat het voor studenten een potentiële daling op de sociale ladder betekent.’ ‘ V asthouden aan beroeps­ ori ë ntatie in hbo - onderwijs ’

In vergelijking met de ons omringende landen doen de hogescholen in Nederland het volgens Van de Werfhorst zowel qua status als opleidingsniveau prima, maar hij voorziet in de toekomst wel de nodige problemen. ‘Werkgevers verwachten in onze postindustri-

ële samenleving steeds meer algemene vaardigheden van hun werknemers, waarbij het niet gaat om wat je geleerd hebt, maar om hoeveel je geleerd hebt. Dit brengt het hbo-onderwijs in een lastige spagaat; vasthouden aan de beroepsoriëntatie, of de kennisconcurrentie aangaan met het wo? Ik denk dat de hogescholen zich juist met die beroepsoriëntatie positief onderscheiden van de universiteiten, en dit onderscheid vooral moeten vasthouden.’ De verhalen van Mooijen, Pappot en Stelwagen bevestigen het idee van Van de Werfhorst. Merel Mooijen: ‘De studenten zijn hier veel nuchterder en weten dat ze straks gewoon aan het werk moeten. Daarom besteedt de opleiding ook veel aandacht aan voorbereiding op de arbeidsmarkt, daar zou de UvA zelfs nog wat van kunnen leren.’ Bodil Stelwagen: ‘Op het hbo wordt de theorie benoemd, maar niet uitgewerkt. Dat vind ik heel prettig. In plaats van zelf deel te nemen aan een discussie wil ik mensen met mijn interactieve projecten onderling tot discussie bewegen.’ Arie Pappot heeft een duidelijk advies om het terugstromen verder terug te dringen. ‘In de laatste klas van de middelbare school zou in plaats van enkel te focussen op de Citotoets ook aandacht moeten worden geschonken aan de verschillen tussen hbo en wo, dan had ik deze dwaling wellicht ook niet gemaakt.’ l

‘ S tudenten willen niet dalen op de sociale ladder ’

Onderwijssocioloog Herman van de Werfhorst, werkzaam aan de UvA, plaatst de nodige vraagtekens bij die gelijkwaardigheid. ‘Het verschil tussen universiteit en hogeschool is wel degelijk hiërarchisch te ordenen; ik vind het krampachtig om dat te ontkennen. Zo verdienen afgestudeerde wo’ers gemiddeld achttien tot twintig procent meer dan hbo’ers, een belangrijke reden waarom de terugstroom zo gering is.’ Volgens Werfhorst is er ook een meer sociologische verklaring. ‘Recent onderzoek toont aan dat mensen rationele keuzes maken in het onderwijs. Dit houdt in dat studenten niet willen dalen op de sociale ladder door een opleiding te kiezen die tot een minder gun-

Bodil Stelwagen, van culturele antropologie naar hbo-interactieve media: ‘Ik werd er moe van dat alles en iedereen bekritiseerd moest worden aan de UvA’

Folia 06 | 15


Ingezonden mededeling

Very Short Introductions Competition Georganiseerd door Spui25, Athenaeum Boekhandel en Folia

Verwoord in vijf minuten je passie voor de kern van je vakgebied en win een weekend naar Oxford voor twee personen! Waar draait het om in jouw vak? Wat raakt je? Wat zijn de kernvragen en waarom houden die je harstochtelijk bezig? Leg het ons uit in een mail van maximaal 250 woorden en wellicht word je uitgenodigd om op 29 oktober a.s. op het podium van Spui25 je Very Short introduction live te geven, in 5 minuten, in woord en beeld. Kijk voor meer informatie op www.Spui25.nl of www.folia.nl.

AthenAeum BoekhAndel

Academisch-cultureel centrum

Weekblad voor de Universiteit van Amsterdam

Check je foto en al het UvA-nieuws vanaf morgen op www.folia.nl

Folia visite.indd 1

25-08-2009 13:12:01


39

Foto’s: Tjebbe Venama

weekgast

Margo Trappenburg (1962) bekleedt aan de UvA een bijzondere leerstoel ‘Sociaal-politieke aspecten van de verzorgingsstaat’, ook wel de Dreesleerstoel genoemd. Op donderdag 24 september hield zij haar oratie, tevens de Drees-lezing 2009. Maandag 21 september De laatste dagen veel mailtjes van mijn promovendi. Of ik al zenuwachtig ben. Het moet natuurlijk niet gekker worden. Promovendi horen zelf zenuwachtig te zijn. Een promotie is bloedstollend, dat weet iedereen die ooit gepromoveerd is. Mijn eigen promotie (in 1993) staat me nog scherp voor de geest. Een hele reeks hoogleraren in indrukwekkende toga’s achter de groen beklede tafel van de Leidse senaatskamer (een prachtige zaal, maar dat is op zo’n moment niet aan je besteed). En al die hoogleraren mochten een thuis voorbereide vraag voorlezen van papier, terwijl ik mijn antwoorden ter plekke moest bedenken. Een oratie is daarbij vergeleken een eitje. Goed, het is een vreemd genre. Drie kwartier voorlezen voor een publiek bestaande uit: collega’s (tussen de 24 en de 64), prof. dr. W.B. Drees (55, kleinzoon van Drees sr., zoon van Drees jr.), mijn zoon (11), mijn nichtje (16; ‘Gaat het over de verzorgingsstaat? Daar heb ik een onvoldoende voor gehaald op school!’), mijn neefje (13) en mijn schoonvader (77). ‘Ik verdring de zenuwen,’ mail ik aan mijn promovendi. Maar verdringen is niet eenvoudig als je ondertussen publiciteit moet organiseren voor je verhaal, herinneringsmailtjes moet sturen aan genodigden en het oratieprotocol moet doornemen met de pedel.

Dinsdag 22 september Ik ben het grootste deel van de week hoofddocent bij de opleiding bestuurskunde van de Universiteit Utrecht. Eerder was ik al een paar jaar bijzonder hoogleraar aan de Erasmus Universiteit. Toen ik in Rotterdam mijn eerste master-afstudeerders kreeg, bleek dat ze daar werk-

ten met afstudeergroepjes van drie of vier studenten, in plaats van met individuele begeleiding. Ik heb dit in Rotterdam uitgeprobeerd en ik doe het nu in Utrecht nooit meer anders. Omgekeerd draag ik elders de Utrechtse praktijken uit. Ons belangrijkste pluspunt is een vaste instroom van negentig eerstejaars, dankzij een numerus fixus en een toelatingsprocedure. Dat bevordert het rendement, het leidt tot stabiliteit in de opleiding en het houdt het aantal bestuurskundigen beperkt. Er wordt in dit land te veel bestuurd. Hoe dan ook: vandaag bereid ik gewoon mijn colleges voor. Voor mijn cursus in Utrecht en voor die in Amsterdam. Ook heb ik mij voorgenomen een begin te maken met een lezing voor het jubileum van de Borstkanker Vereniging Nederland.

het partijbestuur van de PvdA. De FNV schijnt van plan te zijn om de Drees-lezing aan te grijpen om te protesteren tegen de verhoging van de AOW-leeftijd. Zij zullen leuzen gaan schreeuwen en spandoeken meevoeren waarop staat dat Drees zich zou omdraaien in zijn graf. ‘Wil jij de UvA waarschuwen?’ Ik krijg een visioen van een zaal vol herrie en rondvliegende tomaten. Ik stuur een mailtje naar de pedel en trek vervolgens mijn nette pak aan. Van de demonstratie buiten het hek krijg ik tijdens mijn oratie niet veel mee. De pedel vertelt dat ze twee beveiligers heeft laten neerzetten en blijkbaar was dat voldoende om de orde te bewaren. Wie geïnteresseerd is in de inhoud van mijn verhaal: in NRC Handelsblad van zaterdag 26 september stond de ingekorte versie.

Woensdag 23 september

Vrijdag 25 september

De mevrouw van de Borstkankervereniging (mijn vorige leerstoel ging over patiënten en patiëntenorganisaties) stuurt een zorgelijke mail. Of ik het wel weet te vinden volgende week. Of ik op tijd kom. Of ik er wel aan denk om ook iets aardigs te zeggen over mannen met borstkanker. Of ik een vervanger voor mijzelf weet voor als ik onverhoeds verhinderd ben. Een vervanger? Ik ben toch geen bewindspersoon die op elk moment naar de Kamer kan worden geroepen en die voor dergelijke gevallen een ambtenaar achter de hand heeft? Nee, maar ik kan Mexicaanse griep krijgen. Dat risico gaan we maar nemen, besluit ik. Van de weeromstuit af en toe niezen. Laat ik er alsjeblieft aan denken morgen een zakdoekje in de mouw van mijn toga te proppen. De rest van de dag besteed ik aan het maken van een aangepaste versie van mijn lezing voor de krant. Eerst schrijf je een uitgebreide versie van zo’n verhaal. Wetenschappelijk verantwoord, met allerlei voetnoten. Dan maak je een spreekversie, die veel en veel korter is. Die kort je weer in tot een derde daarvan voor de krant. Er komt een moment dat je het allemaal in één enkele alinea kunt samenvatten. ‘Heb je misschien een soundbite voor de UvA-website?’ vroeg de mevrouw van de communicatieafdeling. Het kan altijd nog korter.

Donderdag 24 september

Na de oratie is iedereen erg aardig. Er zijn Amsterdamse collega’s, Utrechtse collega’s, Rotterdamse promovendi en zelfs onderzoekers uit Groningen, met wie ik zo nu en dan onderzoek doe. Mijn Leidse vriendinnen hebben een koektrommel gekocht met biscuitjes, naar de bekende anekdote over Drees, die in 1947 twee hoge Amerikaanse ambtenaren op bezoek kreeg in zijn woning aan de Haagse Beeklaan. Mevrouw Drees zou bij die gelegenheid mariakaakjes hebben geserveerd en dit had de doorslag gegeven bij de Amerikaanse afwegingen over Marshallhulp voor Nederland. Een land waarvan de premier zo zuinig leefde, moest zeker worden geholpen. Het was een anekdote van langjarig minister van Buitenlandse Zaken Joseph Luns en de kleinzoon van Drees (die ’s avonds naast mij zit tijdens het diner) betwijfelt of het mariakaakje-overleg werkelijk heeft plaatsgevonden, maar het verhaal is te mooi om uit het collectieve Nederlandse geheugen te verdwijnen. Tussen de receptie en het diner heb ik tijd om bij te praten met mijn naar Hoogezand en Wommels (onder Bolsward) geëmigreerde vriendinnen. Bij thuiskomst zijn er de stapels nieuwe boeken die ik heb gekregen, lieve kaarten, lieve mailtjes, prachtige nieuwe oorbellen van mijn familie (als tegenwicht voor de foute toga en het saaie broekpak), en bloemen. Heel veel bloemen. Die ga ik nu allemaal in mooie vazen zetten. l

De secretaris van het bestuur van de Stichting Willem Drees-lezing (de instantie die mijn leerstoel in stand houdt) heeft een verontrustend telefoontje gekregen van

Volgende Weekgast: Jesse Klaver, voorzitter CNV­jongeren

Folia 06 | 17


[ingezonden mededeling]

Peper Nieuwsbrief van de

www.ASVA.nl

ASVA eist investeringen in hoger onderwijs Bij de studentenmanifestatie in Den Haag heeft ASVA zich hard gemaakt voor investeringen in het Hoger Onderwijs. Het Hoger Onderwijs is al jarenlang een ondergeschoven kindje. Jaar in jaar uit wordt er minder geld voor uitgetrokken en dat baart ASVA veel zorgen. Nederland verkeert in een grote economische crisis. Om daar sterker uit te komen is investeren in kennis absoluut noodzakelijk. Niet alleen bevriest de studiefinanciering, al eerder werd het collegegeld met 200 euro verhoogd. Collegezalen barsten uit hun voegen en op persoonlijke aandacht hoeven studenten al lang niet meer te rekenen. Dit kan niet langer zo doorgaan. Dave van der Pol, voorzitter van ASVA: “Het is teleurstellend dat de minister geen toezeggingen kon doen. Het wordt tijd dat het kabinet daad bij het woord voegt. Voor een kenniseconomie zijn investeringen in het Hoger Onderwijs noodzakelijk.”

Karel van der Toorn, voorzitter van het College van Bestuur van

Prostitueren om te studeren: Onderwijs moet voor

Studenten eisen dat het onderwijs wordt

de UvA, met de bokshandschoen van ASVA: “Ik vecht met jullie

iedereen toegankelijk zijn, niet alleen voor mensen

uitgezonderd van alle bezuinigingen. Minister

mee.”

met rijke ouders.

Plasterk: “Dat kan ik niet garanderen.”

Een uitgave van de ASVA studentenunie. Vendelstraat 2 1012 XX Amsterdam. Reageren? peper@asva.nl | Foto’s: Victorine van Alphen


interview

‘ De samenwerking moet duidelijker gestuurd worden’ Door Jim Jansen

Jeroen Knigge is sinds 2006 algemeen directeur van de Hogeschool van Amsterdam. Zijn vertrek, officieel per 1 oktober – maar hij zit feitelijk al enkele maanden thuis – komt niet als een verrassing. Vorig studiejaar kwam hij meermaals in botsing met het College van Bestuur – in casu Karel van der Toorn, Paul Doop en Dymph van den Boom – omdat er onduidelijkheid bestond over de precieze machtsverdeling binnen het HvA-UvA-bestuur. De samenwerking kon Knigge niet snel genoeg gaan, terwijl het CvB voor bepaalde zaken juist uitgebreid de tijd nam. Wrijvingen waren daardoor onvermijdelijk. Uw functie houdt per 1 oktober op te bestaan. ‘Dat klopt. We wisten altijd dat het een tijdelijke functie zou zijn, maar ik zou doorgaan tot 1 september 2010. Ik heb het gevoel dat het CvB in zijn maag zat met de functie van algemeen directeur. Dat snap ik best en achteraf hadden we het wellicht ook anders moeten doen. Oplossingen komen echter tot stand door met elkaar het gesprek te voeren. Als je dat niet doet, gebeurt er niets.’ En er werd niet gepraat? ‘Wat mij betreft te weinig over de te volgen koers en waar je naar toe wilt met de UvA-HvA combinatie. En als je niet “echt” met elkaar praat dan snap je op den duur niet meer wat de ander bedoelt. Laat niet het beeld ontstaan dat ik een hekel heb aan bepaalde mensen uit de organisatie. Dat is zeker niet zo. Wel ben ik allergisch voor sommige kenmerken van mensen. Mensen die niet oprecht zijn. Dat heb ik soms ervaren. Nee, ik noem geen namen. Het CvB wil de volledige verantwoordelijk hebben voor de HvA en dat is zijn

Foto: Bas Uterwijk

Als algemeen directeur van de Hogeschool van Amsterdam (HvA) was Jeroen Knigge de motor achter de samenwerking tussen de UvA en HvA. Noodgedwongen nam hij deze week afscheid.

Jeroen Knigge: ‘Ik zou blijven tot september 2010’

het bord van het CvB dat het mijns inziens verstandiger is sommige zaken op hoofdlijnen te volgen en je nadrukkelijker met de strategie en de kwaliteit van het onderwijs bezig te houden.’ Zegt u dat het CvB zich met de verkeerde dingen bezighoudt?

‘ Het CvB wil vaandeldrager van de HvA zijn, maar de span of control is te groot’ goed recht. Zij zijn de baas. De tijd zal leren of dit de beste keuze is geweest.’ U zou in september 2010 weggaan. Waarom is er niet gewacht? ‘Het CvB wil uitdragen dat zij de vaandeldrager van de HvA zijn. Men wil nadrukkelijk zelf verantwoordelijkheid dragen, maar met de 60.000 studenten die we hebben vraag ik me oprecht af of the span of control niet te groot is.’ Het CvB was wel op de hoogte van uw zorg? ‘Men weet hoe ik erover denk. Er ligt dermate veel op

‘Je moet keuzes maken. Ik geef aan dat het voor de beide organisaties van eminent belang is om te weten waar we naartoe gaan. Welke visie hebben we als UvA-HvA, met welke snelheid gaan we het een en ander realiseren, hoe komen we daar? Nu leeft bij menig medewerker nog het idee dat het wel los zal lopen met de samenwerking. Dat vind ik, maar ook het CvB, een slechte zaak.’ Wat is het grootste probleem van deze samenwerking? ‘Er wordt veel gesproken, als je praat dan hoef je niets te doen. We roepen het wel, maar we zwalken. Er moet duidelijker gestuurd worden op de samenwerking.

Natuurlijk realiseer ik me dat het lastig is. Vooral voor de UvA, omdat wetenschappelijk onderwijs iets anders is dan hoger beroeps onderwijs.’ En om het onderwijs is het allemaal begonnen. ‘Onderwijs en onderzoek moeten bij beide instellingen op orde zijn; en de rest is, zo zou je kunnen zeggen, bijzaak. Daar wordt nu te weinig op gestuurd. Daarom waardeer ik de benadering van Dymph van den Boom, die continu blijft hameren op de kwaliteit van het hoger beroepsonderwijs. We roepen wel dat het onderwijs van de HvA een hoge kwaliteit heeft, maar daar hebben we nog een slag te slaan.’ Een deel van de UvA-gemeenschap neemt de HvA niet serieus. ‘Dat weet ik en sterker nog: ik snap het. Omdat men niet weet wat er gebeurt in het hbo en omdat er angst is. We moeten af van meer en minder. We zijn niet beter of slechter. Je moet kijken naar de capaciteiten van de mensen. Maar ik realiseer me wel: er is een lange weg te gaan.’ Wat komen we tegen op die weg? ‘Het CvB heeft een marketingprobleem. Ze werken vijftig procent van de tijd voor de hogeschool en ze blijken nog niet voldoende te worden vereenzelvigd met de HvA. Dat zit in kleine dingen. Aanwezigheid op open dagen en, hoe lullig het ook klinkt, bij recepties. Een klein triviaal voorbeeld. Er wordt een uitnodiging gestuurd voor de Dam tot Damloop met een foto van Karel. Wat staat er op zijn shirt? Universiteit van Amsterdam! Ze moeten uitdragen dat ze ook van de hogeschool houden. Dus een beetje fotoshoppen helpt voor het grote doel: de UvA-HvA-combinatie.’ Hoe ver moeten ze daarin gaan? ‘Het zou helemaal geen slecht idee zijn om het Maagdenhuis te verlaten. Als ik gasten ontvang, zien ze het Maagdenhuis als het hoofdkantoor van de UvA. Als je echt een signaal wilt geven, zoek je gezamenlijk naar een nieuwe locatie.’ l

Cv Jeroen Knigge Jeroen Knigge (53) studeerde opvoedkunde aan de UvA en deed jarenlang onderzoek naar de belevingswereld van kinderen die opgegroeid zijn in de Amsterdamse Tuindorpen Oostzaan en Watergraafsmeer. Daarna heeft hij les gegeven op de Coop-Heao en was hij werkzaam bij de Universiteit en Hogeschool van Amsterdam (UHA). Voordat hij Algemeen Directeur van de HvA werd was hij secretaris van het CvB van de HvA.

Folia 06 | 19


Vragen over de samenwerking

UvA en HvA

Door Floor Boon, Jim Jansen en Harmen van der Meulen

Zijn de UvA en de HvA gefuseerd? Nee. Wel bestaat er sinds 2003 een zogenaamde ‘personele unie’ tussen de besturen van UvA en HvA, en is er dus een gezamenlijk College van Bestuur. Er zijn nog wel aparte Raden van Toezicht, maar die hebben dezelfde voorzitter: Niek Urbanus. De jaarrekeningen en jaarverslagen zijn gescheiden. De bekostiging van het onderwijs is namelijk voor hbo’s anders geregeld dan voor het wo.

Wanneer is het allemaal begonnen? Op 24 juni 1997 publiceren de colleges de beleidsnotitie UvA-HvA: Institutionele Samenwerking. Hierin kondigen de twee instellingen vergaande samenwerking aan. Grote aanjagers waren Jankarel Gevers, tot zijn plotselinge dood in 1998 bestuursvoorzitter van de UvA, en Simon Korteweg, tussen 1990 en 2002 voorzitter van het College van Bestuur van de HvA.

Artikel 8.1 WHV De complete fusie waar de initiators op aanstuurden bleek al snel onhaalbaar, omdat de verwachte wetswijziging uitbleef. In het plan van aanpak Naar een intensieve en blijvende samenwerking tussen de UvA en HvA uit 2002 staat: ‘artikel 8.1 van de WHW [wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, red.] opent de mogelijkheid samenwerkings­ instituten op te richten tussen twee instellingen voor hoger onderwijs’.

4 juli 2002 Vertegenwoordigers van de Raden van Toezicht en Colleges van Bestuur van beide instellingen tekenen het samenwerkingsprotocol.

1 januari 2003 Het eerste gezamenlijke College van Bestuur. Wie zaten daarin (en wat doen zij nu)? Rob Scheerens, vicevoorzitter. Hij kon niet goed overweg met de andere CvB-leden en lag, als enige HvA-vertegenwoordiger in het CvB, überhaupt slecht bij de UvA. Na zijn gedwongen vertrek in 2006 zocht hij zijn heil in de melkhandel in China. Paul van der Heijden, rector magnificus. Nu bestuursvoorzitter en rector magnificus van de Universiteit van Leiden. Ankie Verlaan, algemeen lid en verantwoordelijk voor organisatieontwikkeling. Nu voorzitter van de Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties. Sybolt Noorda, bestuursvoorzitter. Nu voorzitter van de Vereniging van Universiteiten VSNU.

Wat is er sinds 2003 concreet veranderd? De HvA heeft haar organisatiestructuur aangepast aan die van de UvA. De universiteit is verdeeld in zeven faculteiten die ieder worden bestuurd door een decaan. De HvA had een groot aantal (kleine) instituten, maar die zijn opgegaan in zeven ‘domeinen’ die worden bestuurd door domeinvoorzitters.

20 | Folia 06

Waarom is samenwerking gunstig voor UvA en HvA? Er zijn vele redenen genoemd, waarvan sommige – zoals schaalvoordelen – voor de hand liggen, maar een van de belangrijkste redenen is ‘de student zo spoedig mogelijk in haar of zijn studieloopbaan op de juiste plek te krijgen.’ In plaats van te concurreren om studenten zouden UvA en HvA zich door samenwerking meer onderscheiden, om er zo voor te zorgen dat minder studenten minder vaak voor een verkeerde studie zouden kiezen.

Wat doen UvA en HvA samen? Vrij veel. Er zijn banden tussen verwante opleidingen, bijvoorbeeld op het gebied van economie, rechten, opvoeding en onderwijs, en ICT. Er zijn er gemeenschappelijke instellingen als het Medialab en de Taalwinkel. Verder is er Case, het centrum voor ondernemerschap waar naast HvA en UvA ook de VU aan meewerkt; bij de opleiding Forensic Science is dat ook het geval. Medio 2010 moet het nieuwe gezamenlijke sportcentrum af zijn. Medewerkers van de HvA kunnen nu al met korting sporten bij het Universitair Sportcentrum (USC) en tegen gereduceerd tarief cursussen volgen bij Crea. In de Kenniskring, een platform gericht op versterking en betere benutting van de aanwezige kennisinfrastructuur, werken UvA, HvA en VU samen.


Kan de UvA niet beter samenwerken met de VU? Dat gebeurt al. Bijvoorbeeld in Case, maar ook bij het Amsterdam University College en de Amsterdam Graduate School of Science (AGSS) met daarin de bètaopleidingen op mastergebied van beide universiteiten. Ook bij natuur- en scheikunde wordt samengewerkt, net als in Acta, het Tinbergeninstituut, de economische graduate school en onderzoekscentrum en het Spinozacentrum voor Neuroimaging.

Wat gaat er in de toekomst gebeuren? Zoals Karel van der Toorn ooit zei: ‘We geloven in deze samenwerking en werken volgens overtuiging. Ophouden is dus geen optie.’

Is er nog hoop op een echte fusie? Karel van der Toorn pleitte onlangs voor grote hervormingen van het hogeronderwijsstelsel, dus hij lijkt die mogelijkheid open te houden. Ook aangezien minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap ­Ronald Plasterk heeft aangegeven het binaire stelsel van universiteiten en hogescholen aan te willen passen, lijkt het laatste woord over deze kwestie nog niet gesproken te zijn.

Zijn er ook tegenstanders van de samenwerking? Ja, maar weinig die openlijk kritisch zijn. Economiedecaan Tom Wansbeek is een van de weinigen. Hij vertrouwde Folia toe: ‘Het overleg met de HvA verloopt allerhartelijkst, maar we kunnen niet heel veel van elkaar profiteren.’

Over welke eenheden van grootte hebben we het hier eigenlijk? Zijn de UvA en de HvA de enige universiteit en hogeschool die met elkaar samenwerken? Nee. Vrijwel alle universiteiten hebben samenwerkingsverbanden met een of meerdere hogescholen. De Vrije Universiteit en Hogeschool Windesheim hadden ook een gezamenlijk bestuur, maar dat wordt weer gesplitst. Het boterde niet, zei men in de wandelgangen, maar de officiële verklaring luidde dat het gezamenlijke bestuur ‘te breed en te weinig gefocust’ was, en dat men ‘intensiever en explicieter’ zou gaan samenwerken – maar dan dus wel met een gescheiden bestuur.

Financiële cijfers 2008 Eigen vermogen Totaal activa Ontvangen collegegeld Personeelskosten Huisvestingskosten

UvA 273 miljoen 534,1 miljoen 44 miljoen 309,3 miljoen 37,3 miljoen

HvA 87,9 miljoen 307,9 miljoen 55 miljoen 165,4 miljoen 26,9 miljoen

Personen cijfers 2008 Aantal studenten Eerstejaars Medewerkers

UvA 28.331 9.568* 4.963

HvA 38.624 13.724 2.787

*(Bachelor+master+premaster, exclusief AMC)

Wie staan er nu aan het roer? Doorstroom van HvA naar UvA was in 2006 (laatste cijfers) 7,3 % van de afgestudeerden.

Beeld: Pascal Tieman

CvB-voorzitter Karel van der Toorn is de grote trekker van de samenwerking, terwijl Paul Doop (vicevoorzitter) en Dymph van den Boom (rector magnificus) steevast melden evenveel tijd aan de HvA als aan de UvA te besteden. Algemeen directeur van de HvA Jeroen Knigge, die leiding gaf aan de domeinvoorzitters, is bedankt voor de bewezen diensten. Sinds zijn vertrek heeft de HvA geen centrale leiding meer.

Terugstroom van eerstejaars van UvA naar HvA was in datzelfde jaar 9,4%. Cijfers afkomstig uit de jaarverslagen 2008 van UvA en HvA.

Folia 06 | 21


annonces CULTUUR Van Byrd to Britten en Tallis tot Tavener: Amsterdams koor Canticum Anglicum staat weer open voor nieuwe leden. Repetitie elke woensdagavond in de Pijp. Voor meer informatie, e-mail info@ canticumanglicum.nl of ga naar www.canticumanglicum.nl Speel jij klarinet, trombone, bariton of een ander blaasinstrument? Symfonisch Blaasorkest ATH is op zoek naar muzikanten die op niveau muziek willen maken. Check: www.tramharmonie.nl

Annonces zijn advertenties zonder winstoogmerk, bestemd voor de particuliere aanbieder. Annonces kunnen worden geplaatst in Folia én op de website www.folia.nl. Aanbieden van annonces kan op www.folia.nl via Folia Weekblad. Daar vindt u ook alle informatie over de tarieven e.d.

is Steve Ballmer, de opvolger van Bill Gates, te gast bij het tv-programma Nova College Tour. Samen met presentator Twan Huys kunnen studenten Steve Ballmer interviewen. En jij kan daarbij aanwezig zijn! Stuur een e-mail naar college.tour@nps.nl met je naam, leeftijd, telefoonnummer, studie en vraag aan Steve Ballmer. Het college vindt plaats om 13.00 uur op de Erasmus Universiteit Rotterdam.

STUDENTEN SPORT CENTRUM USC

Activiteiten • AAA Cycle Zondag naar de kerk? De Aerobics Academy Amsterwww.studentenekklesia.nl dam van het USC is een solide ae11.00 uur - De Rode Hoed robicsinstructeursopleiding. In Keizersgracht 102 - Amsterdam januari 2010 start de basisopleiMEDEZEGGENSCHAP ding, tot die tijd kun je workshops Studeren met een doel? Word en specialisatiemodules volgen. bestuurslid bij Niños de GuateVoor ieder die de AAA basic- of allmala. NDG zet zich in voor de round opleiding heeft gevolgd en toekomst van kansarme kindeieder met gedegen lesgeefervaring ren in Guatemala door hen onder- in groepsfitness. Op 10 november wijs te bieden. Dit project wordt start de cyclemodule, die bestaat ondersteund vanuit Nederland, uit 6 lessen met veel aandacht voor en voor deze Nederlandse stichde techniek van cycling en de fysiting zoekt NDG een bestuurslid ologie van trainen. Dinsdag 19.30promotie en studentenzaken. De 22.00 uur. Studentenprijs E 80, functie neemt 8 uur per week in overigen E190. beslag. Kijk op www.schoolbou• Kom je ook schaatsen? wen.nl, stuur een mailtje (info@ 11 oktober starten de nieuwe USC/ ninosdeguatemala.org) of bel met Skits schaatslessen op de Jaap Davey Meelker, 06 4767 7328. Eden ijsbaan. Flexibele lestijden (je kunt elke dag, behalve zaterdag, NOVA COLLEGE TOUR terecht), voor elk niveau en lage taHeb je altijd al de CEO van Micro- rieven. Schrijf je nu in bij de USCsoft willen ontmoeten? Een man sportbalie. die 15 miljard dollar heeft verdiend • En garde! als werknemer van dit bedrijf… Dit Altijd al willen leren schermen? In is je kans! Op donderdag 8 oktober de introductiecursus schermen,

6 lessen van het USC in Het Marnix leer je de basistechnieken. Start 26 oktober. Maandag 21.30-23.00 uur. Studentencursusprijs E18,50, UvA-medew. E 40. • Zweven tussen hemel en aarde 19 oktober start de beginnerscursus indoorklimmen van het USC. Plaats: Klimhal Amsterdam. 5 lessen voor E42,50 (studentenprijs). UvA-medew. E 54. • Cursus Pool Kom leren poolen in Club 8. Vanaf 26 oktober elke maandag 18.30-20.00 uur. 9 lessen. Studentencursusprijs E65, UvA-medew. E 90. Check voor al deze activiteiten www.usc.uva.nl

WONEN Kamer met geld toe aangeboden. Wie heeft er zin om in het mooie Durgerdam (12 km van de VU) aan het IJsselmeer te wonen in een eigen dijkwoning in ruil voor max. 20 uur oppas en kleine werkzaamheden. Naast het gebruik van de woning wordt een salaris betaald almede een snorfiets ter beschikking gesteld. Wij hebben drie leuke en gehoorzame kinderen van 7, 5 en 3 jaar oud. Bel met 470 3686 of mail ninamuntinga@gmail.com Iets te verhuizen? Ik kom met een grote bus voorrijden. Studentenverhuizingen binnen A’dam. Van stoep tot stoep: E35. Ook met verhuismannen en touw en blok. Ook buiten A’dam mogelijk. Bel Taco: 06 4486 4390; www.vrachttaxi.nl

DIVERSEN Vrijwilligers gezocht met

Studenten Services

Is Nederlands niet je moedertaal?

Taalhulp Gilde Amsterdam helpt. Moeite met Nederlands schrijven?

huisstofmijtallergie en weleens benauwdheid of piepende ademhaling. Ruime vergoeding! Contactpersoon: Marieke Berger, arts-onderzoeker AMC (m.berger@amc.uva.nl)

Meld je aan via onze site, we helpen je graag op weg. www.gildeamsterdam.nl

Seminar Nature for Peace. 27 Oktober 2009, 9.30-18.00 uur op de Prinses Juliana kazerne, Den Haag. Voertaal: Engels. Registratie: http://www.iucn.nl/ platform_1/workinggroups/ ecology_and_development

www. proefschriften.nl

De Spermabank van het AMC is op zoek naar spermadonoren. Onkosten worden vergoed. Nadere informatie tel. 020 566 3090, spermabank@amc.uva. nl of www.spermadonoren.nl

www.phd-thesis.nl

Doemaarduurzaam.nl (DMDZ) op de site, doe dan gelijk onze is een multimediaal initiatief van nieuwe test (hoe groot is jouw de gehele publieke omroep.Naamloos-1 Het CO2­voetafdruk?) en plaats jouw 11 Naamloos-33 wordt uitgevoerd door de NCRV commentaar op de site zelf of via en LLiNK. Alles wat met duurde mail! www.doemaarduurzaam. zaamheid te maken heeft en is nl, (redactie@doemaarduurgeproduceerd door een van de zaam.nl), http://www.youtube. omroepen uit het publieke bestel com/user/doemaarduurzaam komt uiteindelijk op DMDZ teBUREAU recht. Daarnaast bieden we relevant nieuws en maken we eigen OMBUDSMAN UvA relevante filmpjes én kunnen geStudenten met een klacht over de bruikers hun eigen weblog aanUvA kunnen terecht bij de Ombudsmaken. Mensen zoals jij, die het man Studenten, Christel Holtrop, belang van een duurzame weombudsman@uva.nl, tel. 525 3798, reld inzien en daar ook werkelijk www.student.uva.nl/ombudsman. iets tastbaars mee doen, worden Medewerkers met een klacht over van harte uitgenodigd om een de UvA kunnen terecht bij de Omblog aan te maken en hun kenbudsman Personeel, Anneke Vijgenis en ervaring met anderen te delen. Hiervoor hebben we de kri- boom, ombudsman-personeel@ uva.nl, tel. 525 5548, www.uva.nl/ tische blik van studenten nodig! ombudsmanpersoneel. Gebruik jouw kennis, kijk eens

Het Bureau Ombudsman is gehuisvest op Oude Turfmarkt 151, 1012 GC Amsterdam. 25-09-2009 27-03-2009 10:37:52 09:26:06

STUDENTENZAKEN Op www.uva.nl/studentenzaken staat alle informatie over de afdelingen van Studentenzaken – Studentendecanen, Bureau Studentenpsychologen, Loopbaan Advies Centrum, Bureau Internationale Studentenzaken, Trainingscentrum en het Service & Informatiecentrum. Studentenzaken is ook bereikbaar via tel. 020 525 8080.

Verdienen Gezocht student Klassieke talen die mijn zoon, die in de 6e van het Gymnasium zit, bijles Grieks wil geven. Tarief €15 per uur. mailto:e.a.voorthuysen@uva.nl

CREA CREAisisde deculturele cultureleorganisatie organisatievan vande deUvA UvAen enHvA. HvA.Turfdraagsterpad 17, 0205251400 Turfdraagsterpad 17, 1012 XT Amsterdam, 020 5251400.

Collegekaart Uva 2009-2010 Drie a vier weken nadat je inschrijving is afgerond (controleer de status van je inschrijvingsverzoek via www.uva.studielink.nl) ontvang je de collegekaart per post. Je inschrijving én de betaling (of machtiging voor automatische incasso) van het collegegeld moeten vóór 1 september 2009 zijn ontvangen door de universiteit. Inschrijven met terugwerkende kracht is niet mogelijk. Als de inschrijving en betaling niet op tijd zijn, betekent dit dat je pas op 1 oktober of later ingeschreven wordt hetgeen nadelige consequenties voor de studiefinanciering kan hebben.’

WorkShop onderhandelen

di

6

okt.

14 -17

Magie in de

deel 1

21ste eeuw

programma over magie en moderniteit

Hekserij in Afrika over de moderne fascinatie voor het occulte

UUr

ma 5 okt 20.00

Haal eruit wat erin zit! Na deze workshop ben je bekend met de do’s en don’ts van het onderhandelen. Met de zelf ingebrachte casus wordt ruimschoots geoefend. Meer informatie en inschrijven via: www.uva.nl/trainingscentrum

BeUrzen voor SUrinaamSe StUdenten De Universiteit van Amsterdam stelt in 2010 wederom maximaal vijf beurzen van € 250,- per maand ter beschikking aan studenten met de Surinaamse nationaliteit, die niet in aanmerking komen voor studiefinanciering. De formulieren kunnen worden opgehaald bij het Service & Informatiecentrum (Binnengasthuisstraat 9) en moeten vóór 2 november 2009 geretourneerd worden. Meer informatie op: www.uva.nl/studentenservices

De moderne samenleving heeft haar modern-zijn altijd beschouwd als het tegenovergestelde van zogenaamd primitieve denkbeelden over magie,

Met deze maand optredens van

The Daddy Longlegs Lunation Phoenix Park Plug & Play is het CREA poppodium, waar je iedere eerste donderdag van de maand kunt genieten van nieuw talent. CREA Muziekzaal, toegang gratis

westerse beeld van magie is een ‘heruitvinding’

di 6 oktober 20.00

die vervolgens geëxporteerd werd naar de rest

‘V’ for Vendetta

van de wereld. Wat zijn de gevolgen daarvan voor Afrika, en welke vormen kent de fascinatie voor het occulte op dit moment?

spreker

dr. Peter Pels, hoogleraar Culturele antropologie (Universiteit Leiden)

plaats

www.uva.nl/studentenservices

do 1 okt 20.30

hekserij en andere occulte praktijken. Maar dit

aanvang

Studentenservices is er voor studenten, afgestudeerden en promovendi van de UvA en HvA. Binnengasthuisstraat 9, 1012 ZA Amsterdam 020 - 525 8080

Plug & Play

toegang

20.00 uur CREA Theater gratis voor studenten, 5,- anderen

James Mc Teigue, 2005 In V for Vendetta strijdt de gemaskerde burgerwachter ‘V’ eenzaam tegen een fascistische totalitaire overheid. De film is gebaseerd op een graphic novel (stripboek) van Alan Moore en David Lloyd. Losjes geinspireerd op 1984 van George Orwell wordt vooral vrijheid, en het streven daarnaar, gepropageerd. CREA Theater, toegang gratis voor studenten

www.crea.uva.nl/agenda


roem

Contract Door Dirk Wolthekker

We spreken wethouder Hans Gerson op het moment dat de gemeentelijke enquête naar wat er mis ging bij de bouw van de Noord/Zuidlijn in volle gang is. ‘Ik word niet ondervraagd, want de enquête richt zich op wat er voor mijn wethouderschap is gebeurd met de in aanbouw zijnde nieuwe metrolijn,’ zegt de wethouder op zijn werkkamer op de vijfde verdieping van het stadhuis. Niettemin wil hij wel iets zeggen over de metrobouw. ‘Het is een groot project. Dat maakt het per definitie complex en ingewikkeld. Als de bouw dan op onderdelen anders verloopt dan gepland, dan heeft dat zijn uitwerking op het grote geheel. Er worden bovendien nieuwe technieken gebruikt, waarmee we geen ervaring hebben. Ik ben tien jaar directeur geweest van het gemeentelijk grondbedrijf, maar dat was betrekkelijk eenduidig: grond aankopen, bouwrijp maken en zorgen dat er op die grond wordt gebouwd. Zo overzichtelijk gaat de bouw van een metrotunnel niet.’ Hans Gerson (1947) is sinds april dit jaar wethouder verkeer, vervoer en infrastructuur, volkshuisvesting, monumenten en archeologie. Hij zegt ‘een Japanse carrière’ te hebben gemaakt, want evenals de gemiddelde Japanner heeft Gerson zijn hele leven een en dezelfde werkgever gehad: de gemeente Amsterdam. Naast directeur van het gemeentelijk grondbedrijf is hij negen jaar directeur van de haven geweest. ‘Binnen de gemeente heb ik steeds kansen gehad nieuwe dingen te doen en als ouderwetse sociaaldemocraat heb ik de overheid altijd een mooie werkgever gevonden. Sociaaldemocraten zijn eerder dan bijvoorbeeld liberalen geneigd bij de overheid te gaan werken. Vandaar ook dat er zoveel PvdA’ers in de gemeentehuizen werken. Na het gymnasium ging ik eerst een jaar naar het Bowdoin College in de Amerikaanse staat Maine. Een liberal arts college, waar ik allerlei colleges volgde, onder meer in de economie, een vak dat toen nog niet op het gymnasium werd gedoceerd en dat ik dus niet kende. Toen ik die colleges eenmaal had gevolgd, dacht ik: economie, dat wil ik studeren. Als je de maatschappij wilt verbeteren, is het goed om te weten hoe die in elkaar zit. Toen ik uit Amerika terugkwam, was mijn vader

Foto: Bob Bronshoff

Hij studeerde economie en planologie en werd wethouder: Hans Gerson, verantwoordelijk voor de NZ-lijn.

Hans Gerson

net benoemd tot hoogleraar kunstgeschiedenis in Groningen, maar ik besloot hem niet te volgen. Ik ging naar Amsterdam. Ik heb een dubbel doctoraal gedaan, want na mijn kandidaats economie begon ik ook nog aan planologie, een studie die aanvankelijk niet als aparte studie bestond. Met wat andere studenten, onder wie de latere actievoerder Saar Boerlage – met wie ik zelfs mijn scriptie over de negentiende-eeuwse wijken van Amsterdam heb geschreven – hebben we de planologie min of meer bij elkaar verzonnen in een soort vrije studierichting onder leiding van hoogleraar Willem Steiginga. Van de toen al beroemde welvaartseconoom Pieter Hennipman leerde ik dat welvaart en economie over veel meer gaan dan alleen over geld. We hadden bijvoorbeeld belangrijke discussies over wat een rechtvaardige inkomensverdeling is en hoe dat samenhangt met de economie. Lid van het corps was ik niet. Ik was lid van het alternatievere Olofspoort. Daar zat ik in het dispuut Habakuk, niet een dispuut dat al honderd jaar bestond en

veel tradities kende, maar een zelfbedacht dispuut. Meer een vriendenclub met mensen die ik nu ook nog geregeld zie. De Maagdenhuisbezetting heb ik gemist, want toen was ik bij mijn vader, die een gasthoogleraarschap vervulde in Berkeley. Maar al was ik niet bij hem geweest, dan nog had ik niet tot de bezetters behoord, want zo’n enorme activist ben ik niet. Aan het einde van mijn studietijd was ik klaar met de wetenschap. Zo briljant was ik nu ook weer niet geweest en ik had het gevoel dat mijn vader al genoeg voor de wetenschap had gedaan. In mijn huidige functie heb ik weer geregeld met de universitaire wereld te maken, omdat ik verantwoordelijk ben voor de studentenhuisvesting. Sinds kort weet ik daarom ook wat een “campuscontract” is. Ik vind dat een goede vorm van huisvestingsregulering. Als je toch al tot de top 10 van de samenleving behoort, kunt gaan studeren en ook nog huisvesting kunt krijgen, dan is het niet onredelijk dat je daarvoor een huurcontract voor de duur van je studie krijgt en daarna je studentenwoning moet verlaten.’ l

Folia 06 | 23


Foto’s: Henk Thomas

dijkgraaf & fresco

Zomaar, in een collegezaal Zomaar, een avond in september, in het gebouwencomplex op het Roeterseiland. Het gebouw vormt een Escheriaans labyrint van gangen en trappen die naar niets lijken te leiden en waarvan de nummering door een autistische binnenhuisarchitect is verzonnen. Gelukkig word ik opgewacht, want het is me nog geen enkele maal gelukt om mijn collegezaal in één keer te vinden. Vol enthousiasme klimmen we naar de aangewezen plek en wachten op de sleutel. De deur opent zich: het schelle neonlicht onthult een slagveld van propjes, koffiebekertjes, halfopgedronken yoghurtpakken, morsige collegebanken en een volgeschreven schoolbord. De projectiecomputer ontbreekt, net als het verlengsnoer waaraan een inderhaast opgetrommelde pc van een aardige studente zou moeten worden gekoppeld. Na enige tijd wordt duidelijk dat de technische dienst al naar huis is en ook de portier geen hulp kan bieden. Dan maar zonder PowerPoint? Of toch elders onderdak zoeken? Met een lange rij studenten zwerven we door het gebouw op weg naar een andere zaal, waarvan niemand weet waar hij zich bevindt. Gelukkig heeft men de plattegrond zo goed verstopt dat we onze rechter- en linkerhersenhelften naar hartelust kunnen testen. Om u gerust te stellen: het college vindt uiteindelijk wel plaats, in een keurige leegstaande colloquiumruimte die niet voor ons bestemd is. Ik zwijg maar over precedenten: een college voor dezelfde studenten dat voor hun en mij als docent een bezoeking werd door een hinderlijke, niet uit te schakelen brom in de microfoon. Ik zwijg ook maar over andere collegezalen die lijken op verhoorkamers waar geen blind paard schade kan doen. Of over de geur van krolse katten in de toiletten. En over de rondslingerende papieren troep in de gangen. Hoe lukt het ons om er collectief zo’n rommeltje van te maken? Iedereen heeft hier boter op zijn hoofd: degene die de zaal heeft gebruikt en niet de moeite nam om het bord schoon te vegen; de schoonmaakdienst en wie weet degenen die de arbeidsvoorwaarden bepalen; de studenten die te beroerd zijn om hun afval in de prullenmanden te deponeren; degene die voor de apparatuur verantwoordelijk is; diegenen die dit gebouw zo liefdeloos ontwierpen en inrichtten – en eigenlijk alle gebruikers. ‘Ach,’ zei een van de studenten, ‘dit is nu eenmaal de UvA.’ Maar het kan anders, zie de nieuwe gebouwen van FNWI. Het moet dus echt anders! Louise O. Fresco is universiteitshoogleraar duurzame ontwikkeling.

Woordzoeker

De gegeven woorden zijn -in alle richtingen- in het diagram verborgen. Sommige letters zijn meer dan een keer gebruikt. De resterende letters vormen de oplossing van deze puzzel. AD FORUM, AFSTUDEREN, ASVL, BACHELOR, CARRIERE, CREA, DECAAN, ECONOMIE, GENEESKUNDE, INFORMATIE, INSCHRIJVEN, LOOPBAAN, MASTER, MENSA, ONDERWIJS, OPLEIDING, PROMOVEREN, RESEARCH, SSRA, STAGE, STUDENTENRAAD, STUDIELINK, TALENT, TANDHEELKUNDE, WERKCOLLEGE, WETENSCHAP, WONEN. Helemaal ingevuld? Mail de oplossing (o.v.v. naam en huisadres) uiterlijk dinsdag 6 oktober naar mededelingen@folia.uva.nl en maak kans op twee toegangskaartjes voor bioscoop Kriterion, www.kriterion.nl.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.