weekblad voor de Universiteit van Amsterdam jaargang 64 03/09/2010 nummer 01
+
=
Per jaar raken in Amsterdam 400 fietsers betrokken bij een verkeersongeval. Folia zocht uit waarom.
UvA-pabo
De juf wordt lekker slim
Asva
Onbetaalbaar of overbetaald?
UB = vol
Hier studeer je in alle rust en ruimte
Mercator Sapiens Official UvA Merchandise
ww w.me rc ato rs a pie ns .nl Roetersstraat 35, 1018 WB Amsterdam, tel. 020-525 6159, info@mercatorsapiens.nl
Sloterdijk
Zeeburg I
A8
s118
A10
A10
s116 s101
Piarcoplein 1 1043 DW afrit S102
200 P+R plekken
Sloterdijk Sloterdijk
Bos en Lommer
228 P+R plekken
Zuiderzeeweg 46 1095 KJ afrit S114
s103
Zeeburg II
Amsterdam Noord
Westerpark
A10
Het IJ
Bos en Lommer
Centraal Station
Jordaan Wallen
s104
Zeeburg I & II
DAM
Amsterdam Centrum
A10 Leeuwendalersweg 23b 1055 JE afrit S104 / S105
100 P+R plekken
s106
s100
Dappermarkt
Vondelpark
A10
Albert Cuyp
stel
Am
Olympisch Stadion
RAI
A4
s110
s112
Gaasperplas
Diemen
Duivendrecht
Zuideramstel
s113
!
s108
A1
Amstel
s107
G eo pe
nd
A10 Gaasperplas Amstelveen
A2
Bijlmer ArenA
Amsterdamse Bos
Koningin Wilhelminaplein 13 1062 HH afrit S106
400 P+R plekken
Zuiderzeeweg 4 1095 KJ afrit S114
World Fashion Centre
De Pijp
World Fashion Centre
s114
Artis
ArenA
250 P+R plekken
Loosdrechtdreef 4 1108 AZ afrit S113
320 P+R plekken
s211
Olympisch Stadion
ArenA
Met grati open s b verv aar oer. Olympisch Stadion 44 1076 DE afrit S108
250 P+R plekken
Burg. Stramanweg 130 500 1101 EP afrit A9/A2 Ouderkerk P+R plekken
,9 3 5 DGY WEY VWXGHQWHQB [ LQGG
WEG MET D JOSER Groepsrondreizen op maat naar: Afrika, AziĂŤ, Midden-Oosten en Latijns-Amerika
Spaans en Nederlands in Amsterdam (de Pijp). Snel en leuk Spaans leren in groepen of privĂŠ. Cursussen en materiaal Nederlands speciaal voor Spaanstaligen. Zeer geschikt voor het basisexamen.
Vraag een offerte aan via djoseropmaat.nl
Kijk op www.spaans-bij-animo.nl of www.cursosdeholandes.nl voor alle informatie of bel 06-23546698.
inhoud #01
Opzij, opzij, opzij
Amsterdam is een fietsstad en fietsers zijn er de baas. Nog even snel overcrossen voor het verkeer optrekt, telefoon aan het ene oor, muziek in het andere. Wie doet je wat? Nou, auto’s bijvoorbeeld. Of vrachtwagens. De fietsgevaren en -overlevingstips op een rij. 26
Capaciteitsprobleem
Het Science Park kan de toestroom van studenten nu al niet meer aan. Wat te doen, inschikken of bijbouwen? 10
Vakbond
Ooit gevreesd door machthebbers, nu een vereniging op drift: de Werdegang van de Asva 12
Topuniversiteit
Tijdens de intreeweek organiseert Folia een debat over ‘de ideale universiteit’. Alvast wat schoten voor de boeg 18
Juf Extra
HvA en UvA werken samen in de Universitaire Pabo van Amsterdam, die dit studiejaar begint 20
Studiezaal
Studeren moet wel leuk blijven, dus vijf tips: mooie locatie, goede koffie, prachtig uitzicht 22
En verder:
nieuws 5-9, opinie/scriptie 10-11, in beeld 16-17, Fen is uit/het beste/eten 29, lezingen 31, Fresco/Moerbeek/ overigens 32
Nieuwe opleiding In Utrecht waren ze er al een tijdje mee begonnen en sinds een september heeft Amsterdam er ook eentje: een universitaire pabo. Het is een goede zaak dat een van de belangrijkste opleidingen van ons land een kwaliteitsimpuls krijgt. Waarom de pabo de belangrijkste opleiding is lijkt me evident: iedereen in Nederland zit acht jaar van zijn leven op een basisschool en krijgt dus direct te maken met mensen die hun opleiding gevolgd hebben aan de pabo. En als je op een slechte basisschool hebt gezeten, dan heb je daar in de meeste gevallen de rest van je leven erg veel last van. En daar school het probleem de afgelopen jaren. Keer op keer werd duidelijk dat het droevig gesteld was met het niveau van de pabo’s, en dat het in Amsterdam ronduit beroerd was. Het ministerie heeft een aantal onafhankelijke onderzoeken uitgevoerd en verschillende malen is ook naar de mening van studenten gevraagd; de uitkomst was steeds identiek. De pabo is qua niveau en uitstraling een veredelde mbo-pleiding. Daar is op zich niets mis mee, maar noem het dan geen hoger beroepsonderwijs. Iets minder dan twintig jaar geleden studeerde ik aan de pabo en in vergelijking met nu was het een prima opleiding. Dat had vooral te maken met het aantal contacturen dat ik als student had. Ging ik in 1991 braaf vijf dagen per week naar school, dan mogen studenten nu blij zijn met tien uur college per week. En dat is een van de problemen. Lesgeven leer je doordat je zelf inspirerende docenten hebt die laten zien hoe je iets overbrengt en die aandacht hebben voor didactiek en inhoud. Daarom ligt de lat hoog voor de nieuwe universitaire pabo. Het niveau moet omhoog, en behalve feitenkennis moet er veel aandacht zijn voor de wetenschappelijke analyse. Daarnaast moet er voldoende tijd zijn voor stage en reflectie. Als dit goed geregeld is, dan heeft de opleiding ruime kans van slagen. Jim Jansen, jfj@folia.uva.nl cover Pascal Tieman
weekblad
voor de Universiteit van jaargang 64 03/09/2010 Amsterdam nummer 01
+ Per jaar raken
colofon
=
in Amsterda m 400 fietse rs betrokken ersongev al. Folia zoch t uit waar om.
bij een verke
UvA-pabo De juf
wordt lekker
slim
Asva
Onbetaalbaa r of overbetaald?
UB = vol
Hier studee r je in alle rust en ruimte
Folia: Weekblad voor de Universiteit van Amsterdam, Vendelstraat 2, 1012 XX Amsterdam, tel. 020-5253981, fax 020-5253980, redactie@folia.uva.nl website: www.folia.nl uitgever: Stichting Folia Civitatis redactie: Floor Boon, Mirna van Dijk (eindredacteur), Jim Jansen (hoofdredacteur), Maud Janssen, Marit van Kooij, Margot Riedstra (secretariaat), Henk Thomas, Dirk Wolthekker medewerkers aan dit nummer: Bram Belloni, Martien Bos (correctie), Bob Bronshoff, Carlijn van Donselaar, Louise O. Fresco, Julie de Graaf, Jan-Maarten Hupkes, Marc Kolle, Monique Kooijmans, Harmen van der Meulen, Kimon Moerbeek JeRoen Murré, Arjan Roodink, Floor Schrijvers, Won Tuinema, Tjebbe Venema, Fen Verstappen, Hans van Vinkeveen redactieraad: Wouter Breebaart, Simon Dikker Hupkes, Albert Goutbeek, Lief Keteleer (voorzitter), Jaap Kooijman, Lennart Verhoef, Bert Vuijsje zakelijke leiding: Paul van de Water art direction: Pascal Tieman opmaak: Carl Zevenboom druk: Dijkman Offset, Diemen advertentiewerving: Bureau van Vliet bv, Zandvoort, tel. 023-5714745, fax 023-5717680, zandvoort@bureauvanvliet.com abonnement: € 46,90 per jaargang opgave: 020-525 3981, mededelingen@ folia.uva.nl of www.folia.nl. Het is niet altijd mogelijk de rechthebbenden van de foto’s op de prikbordpagina te achterhalen. Rechthebbenden van het beeldmateriaal kunnen zich bij Folia melden via: redactie@folia.uva.nl.
Folia 5
nieuws
Informatica
meer actueel nieuws op www.folia.nl
Massaontslag bij economische faculteit zz Zowel wetenschappelijk als ondersteunend personeel kan zijn baan verliezen; er verdwijnen zestig fte’s. zz Ondernemingsraad noemt maatregel ‘onvoorstelbaar radicaal’. Eric Fischer, decaan van de Faculteit Economie en Bedrijfskunde (FEB) heeft een reorganisatie aangekondigd van de in zwaar weer verkerende faculteit. Er moet de komende jaren veertien miljoen euro op tafel komen om van de FEB weer een ‘gezond’ bedrijf te maken. Om dat te bereiken zullen er zestig fulltime banen (fte’s) verdwijnen: 35 wetenschappelijke banen, 25 ondersteunende functies. De faculteit telt in totaal 350 fulltime banen, bijna een zesde zal dus verdwijnen. Dat er een reorganisatie aan zat te komen
was al enige tijd bekend, maar dat dit gepaard zou gaan met zo veel gedwongen ontslagen was niet verwacht. Het bedrag van veertien miljoen bestaat voor de helft uit het wegwerken van een exploitatietekort en voor de andere helft uit het opbouwen van eigen vermogen, lees: een reserve. Elke faculteit moet een reservekapitaal hebben of dat binnen drie jaar hebben opgebouwd. Roel van der Voort, programmadirecteur van de Amsterdam Business School en lid van de facultaire ondernemingsraad, noemt het voorgenomen ontslag ‘heel dramatisch’. Van der Voort: ‘Het gaat niet om het exploitatietekort, want ik verwacht dat dit aan het eind van het jaar weggewerkt zal zijn. Waar het om gaat is het opbouwen van het eigen vermogen. Dat moet in 2012 weer zijn opgebouwd en dat
lukt alleen met deze maatregel. Maar als we meer tijd zouden krijgen, dan zou een dergelijke ontslaggolf niet nodig zijn.’ Jan Bergstra, voorzitter van de Centrale Ondernemingsraad, spreekt van ‘massaontslag’ en een ‘zeer draconische maatregel’ die ‘onvoorstelbaar radicaal’ is. De ontslagen zullen worden verdeeld over alle afdelingen van de faculteit, waarbij ook goed draaiende afdelingen en afdelingen die gelden als ‘facultair zwaartepunt’, zoals de Finance Group, niet zullen worden ontzien en dat is jammer, zegt Van der Voort. ‘We zouden moeten kijken of er niet gedifferentieerd gesneden kan worden. Dat betekent dat andere afdelingen dan een hogere prijs betalen voor de reorganisatie, maar als je daarmee kunt overleven is het misschien toch het overwegen waard.’ (DW)
Weer onderzoek naar sloop BG-terrein zz Rechtbank wil extra onderzoek naar bouwplannen Binnengasthuisterrein. zz ‘Potentiële rijkdom van de bodem onder het BG-terrein is vermoedelijk erg groot.’ Het stadsdeel Centrum en de UvA moeten voor 15 september nieuwe bewijsstukken aandragen om de noodzaak te onderbouwen voor de sloop van de Tweede Chirurgische Kliniek (tegenwoordig Crea2) en van een groot deel van het voormalige Zusterhuis aan de Nieuwe Doelenstraat. Sloop zou volgens het stadsdeel en de UvA nodig zijn om op het BG-terrein, waarvan de panden onderdeel uitmaken, een nieuwe bibliotheek geesteswetenschappen te bouwen. De rechtbank is van die noodzaak niet overtuigd. Ze zegt dat het onderzoek dat de UvA en het stadsdeel hebben verricht naar de noodzaak tot sloop en nieuwbouw ‘niet volledig’ is geweest. Ook wil de rechtbank weten of de door het stadsdeel gevolgde procedure bij het verlenen van de sloopvergunning de juiste is geweest. Zolang het aanvullende onderzoek niet is verricht doet de rechtbank geen uitspraak. De argumenten van de tegenstanders van
Crea2 / foto Arjan Roodink
sloop zijn cultuurhistorisch van aard – het karakter van de zeventiende-eeuwse grachtengordel zou er door worden aangetast – maar ook juridisch: er is slechts een sloopvergunning afgegeven voor de twee panden, terwijl die deel uitmaken van een heel complex dat een eigen zogenoemd ‘monumentennummer’ heeft. Voor dat complex is geen sloopver-
gunning afgegeven. De besluiten waarin de twee panden en het BG-terrein tot rijksmonument werden verklaard zullen nu in het onderzoek worden betrokken. Ook vraagt de rechter zich af of het stadsdeel de ‘potentiële archeologische rijkdom van de bodem onder het BG-terrein’ heeft meegenomen in zijn afweging de sloopvergunning te verlenen. (DW)
Van der Toorn en Doop herbenoemd zz ‘Goed leiderschap is de komende jaren noodzakelijk’. De Raden van Toezicht van UvA en HvA hebben Karel van der Toorn en Paul Doop per 1 september voor vier jaar herbenoemd tot respectievelijk voorzitter en vicevoorzitter van de beide instellingen. Voor de manier van leidinggeven van Van der Toorn en Doop bestaat binnen de Raden van Toezicht 6 Folia
grote waardering, zo laten zij in een persbericht weten. En goed leiderschap is volgens de raden noodzakelijk voor de komende jaren, die veel zullen vergen van de ‘creativiteit, deskundigheid, communicatievaardigheid en het doorzettingsvermogen’ van beide bestuurders, te meer omdat maatschappij en politiek ‘terecht veel van de UvA en de HvA verwachten’. Karel van der Toorn werd in september
2006 benoemd tot collegevoorzitter. Daarvoor was hij onder meer vijf jaar decaan van de Faculteit der Geesteswetenschappen. Paul Doop, ook in 2006 benoemd, was tussen 1999 en 2005 partner bij multinational Deloitte. Ook vervulde hij directiefuncties op het gebied van vastgoed en financiën bij het ministerie van OCW. In het verleden was hij lid van de programcommissie van het CDA. (TdO)
Een internationale evaluatiecommissie heeft het informaticaonderzoek dat aan negen Nederlandse universiteiten wordt verricht, waaronder de UvA, beoordeeld als ‘zeer goed’. Het onderzoek werd beoordeeld op vier criteria: kwaliteit, productiviteit, relevantie en haalbaarheid. Alle acht onderzoeksgroepen van het Instituut voor Informatica (IvI) van de UvA scoren op de verschillende beoordelingscriteria goed, zeer goed of excellent. Twee groepen, te weten Information and Language Processing Systems en Intelligent Sensory Information Systems, worden op alle criteria beoordeeld als ‘excellent’. De commissie oordeelt dat het onderzoeksprogramma van het IvI ‘een goede balans kent tussen fundamenteel en toegepast onderzoek’. Vrouwelijke onderzoekers zijn echter zwaar ondervertegenwoordigd, vooral op seniorniveau. Ook noemt de commissie het onderzoek aan de UvA gefragmenteerd en pleit ervoor dat het IvI en het Institute for Logic, Language and Computation meer gaan samenwerken. (DW)
Geroyeerd Een corpsstudent van het Amsterdamsch Studenten Corps (ASC), die in februari op de sociëteit een medeverenigingslid in het gezicht trapte, moet een schadevergoeding betalen van 2200 euro. Dit bepaalde de rechter op 23 juni. De schadevergoeding is lager dan de 4500 euro die het slachtoffer had geëist. Tijdens een feest in het verenigingsgebouw van het ASC in de Warmoesstraat ontstond een vechtpartij. Het slachtoffer, dat op dat moment achter de bar van zijn dispuut stond, werd getrapt nadat hij de andere student had weggestuurd. Hij werd hierbij verwond in het gelaat en liep blijvende gebitsschade op. Het slachtoffer deed aangifte. De dader gaf toe dat hij het slachtoffer had getrapt, maar deed dit naar eigen zeggen om zich te verdedigen. Het ASC heeft naar aanleiding van het incident de dader geroyeerd. (DW)
Ondernemer Hoogleraar orthopedagogiek Susan Bögels is uitgeroepen tot de ‘meest ondernemende sociale wetenschapper’ van Nederland. Bögels kreeg de toekenning op 8 juni bij de uitreiking van de prijs voor de ‘meest ondernemende wetenschapper’. Daar werd ze overigens derde bij. Willem de Vos, hoogleraar microbiologie aan de Wageningen Universiteit, kreeg de eerste prijs, de tweede was voor Michel van Tooren (TU Delft). De prijzen werden uitgereikt door Science Alliance, de organisatie die de samenwerking en kennisoverdracht tussen universiteiten en externe partijen bevordert. De rectoren en decanen van alle Nederlandse universiteiten hadden veertien kandidaten genomineerd. De prijs voor de ‘meest ondernemende wetenschapper van Nederland’ heeft als doel wetenschappelijk ondernemerschap te stimuleren en te waarderen. (FB)
Studentenhotel
8-8-4 voor iedereen behalve FGw zz Nieuwe indeling collegejaar UvAbreed ingevoerd in september 2010. zz Faculteit der Geesteswetenschappen krijgt twee jaar uitstel. De Faculteit der Geesteswetenschappen (FGw) krijgt twee jaar uitstel om het ‘8-8-4 systeem’ in te voeren. Dat nieuwe systeem, waarbij het collegejaar op een andere manier wordt ingedeeld, is aan de rest van de UvA ingevoerd per 1 september 2011. Na veel protesten van zowel studenten als medewerkers heeft de FGw uitstel gekregen tot 1 september 2013. In het 8-8-4 systeem bestaat een semester uit drie blokken van acht plus acht plus vier weken, waarin steeds één of twee modules van zes of twaalf punten worden aangeboden. Tot nu toe is gewerkt met vijf- of tienpuntsvakken. Het onderwijs wordt derhalve opnieuw gestructureerd, wat volgens studenten ‘een zeer ingrijpende, tijdrovende en uitermate kostbare operatie’ is. In de nieuwe opzet van het semester is de maand januari, waarin voorheen tentamens werden gedaan, een collegemaand. Deze als efficiencyslag bedoelde ingreep is voor studenten uit het buitenland lastig, want elders in Europa is januari wel een tentamenmaand, waardoor het dus moeilijk is om aan de UvA een collegeblok te volgen. Buitenlandse studenten krijgen het ook lastig als het gaat om hertenta-
Stapenning Studenten protesteren bij het Maagdenhuis tegen het 8-8-4-systeem, december 2009
mens: in het nieuwe systeem gaan die plaatsvinden in de zomermaanden, terwijl die nu plaatsvinden in hetzelfde semester. Ook zal de nieuwe indeling van het semester het lastig maken voor de FGw om mee te doen aan het plan Duurzame Geesteswetenschappen, waarbij wordt samengewerkt met andere geesteswetenschapfaculteiten in Nederland om ‘kleine studies’ levensvatbaar te houden. De verschillende maatvoering in Leiden, Utrecht en Amsterdam zal deze samenwerkingsplannen bemoeilijken.
Decaan José van Dijck heeft afgelopen jaar meermalen gezegd ‘niet blij’ te zijn met het nieuwe systeem. ‘De FGw kent 78 opleidingen. Voor al die opleidingen moet een heel nieuw curriculum komen, wat een forse verhoging van de werkdruk betekent. Ik begrijp dat het College van Bestuur een uniform systeem wil invoeren aan de hele UvA, maar ik had graag een uitzondering gezien voor de FGw,’ zei ze in december 2009. Die uitzondering is nu gemaakt, maar het systeem wordt ingevoerd. (DW)
Honing als basis voor antibiotica zz Microbioloog Paul Kwakman promoveerde op honingonderzoek. zz Naast suiker en waterstofperoxide zorgt ook een klein eiwit voor de helende werking van honing. Onderzoekers van de afdeling medische microbiologie van het AMC hebben voor het eerst de antibacteriële werking van honing ontrafeld. Een ontwikkeling voor nieuwe antibiotica die op de huid kunnen worden gesmeerd, is hiermee in gang gezet. De resultaten zijn gepubliceerd in het AMC Magazine. Microbioloog Paul Kwakman promoveerde op 1 juli op het honingonderzoek. Dat honing de eigenschap heeft om bacteriën te doden, is al lang bekend. ‘De volkswijsheid klopt,’ zegt Kwakman. ‘Alleen was niet helemaal duidelijk waarom honing die eigenschap heeft.’ De hoge suikerconcentratie in honing (ongeveer tachtig procent) speelt een rol. Sommige bacteriesoorten kunnen daar niet tegen. Daarnaast breekt een enzym in honing suiker af, waarbij enige waterstofperoxide ontstaat. Niet schadelijk voor de huid, maar genoeg om sommige bacteriën te doden. Maar zelfs als de honing wordt gemengd met een stof die de vorming van waterstofperoxide blokkeert, heeft hij nog
Het voormalige Elseviercomplex aan de Jan van Galenstraat zal door aannemer BAM omgebouwd worden tot een studentenhotel. Daarnaast komt er zesduizend vierkante meter nieuwbouw. Het Britse bedrijf City Living, dat al eerder een studentenhotel opende in het Belgische Luik, gaf de opdracht voor de metamorfose van het in onbruik geraakte gebouw. Studenten kunnen per week een kamer huren. De kamers zijn gemeubileerd en beschikken over een eigen badkamer en gratis wifi. De prijzen liggen tussen 95 en 150 euro per week, afhankelijk van het soort kamer. Als welkomstcadeau krijgt elke bewoner een gratis fiets. City Living wil ook studentenhotels openen in Utrecht en Groningen. (MvK)
een sterke antibacteriële werking. Voor zijn onderzoek scheidde Kwakman honing, onder meer op de grootte van de deeltjes in de honing en de lading van de deeltjes. Steeds keek hij welk fractie van de honing actief was. Na veel monnikenwerk vond hij een klein eiwit waaraan de resterende antimicrobiële werking kan worden toegeschreven. De hoop is dat uit
honing stoffen kunnen worden gewonnen die bruikbaar zijn als antibioticum. De mogelijkheden van het gebruik van complete honing zijn beperkt tot toepassing op de huid. Kwakman: ‘De werkzame eiwitten in honing worden in het lichaam snel afgebroken, dus honing eten om van een infectie af te komen, werkt niet, op de huid smeren kan wel.’ (DW)
- advertentie -
verhuurt Ben je op zoek naar (tijdelijke) woonruimte in Amsterdam? Kijk dan op www.ymere.nl en schrijf je in voor een studentenwoning.
Sander Bais heeft bij zijn afscheid als hoogleraar theoretische fysica de Stapenning van de Universiteit van Amsterdam gekregen. Rector Dymph van den Boom reikte de penning uit na afloop van de afscheidsrede van Bais op 16 juni. Bais ontvangt de onderscheiding vanwege zijn bijzondere verdiensten voor de UvA als wetenschapper, docent en bestuurder. Tijdens zijn promotieonderzoek in de theoretische natuurkunde aan de University of California (Santa Cruz, VS) raakte Bais in het nabij gelegen Stanford Linear Accelerator Center geïnspireerd tot onderzoek in de fysica van elementaire deeltjes. Binnen dit vakgebied ontwikkelde hij zich tot specialist op het gebied van verschijnselen gerelateerd aan topologie, zoals magnetische monopolen. Buiten zijn wetenschappelijke taken was hij ook vakgroepvoorzitter en zeven jaar directeur van het Instituut voor Theoretische Fysica. Ook heeft hij een belangrijke bijdrage geleverd aan de Nederlandse inbreng in het Cern in Genève. (DW)
ILO Een landelijke onderzoeksvisitatie langs de lerarenopleidingen van de UvA, de RUG en de UU heeft de lerarenopleiding (ILO) van de UvA uitermate positief gewaardeerd. Daarmee staat de UvA boven aan de ranglijst van de gevisiteerde lerarenopleidingen. Het ILO scoorde goed op relevantie, kwaliteit en productiviteit van de opleiding. De commissie waardeerde daarnaast het leiderschap van het ILO-onderzoek en de sterke samenwerkingsverbanden die de opleiding heeft met andere lerareninstituten in het binnen- en buitenland. Ook het vermogen tot fondsenwerving maakte indruk. Het ILO is per 1 januari 2010 als interfacultair instituut opgeheven en maakt nu deel uit van de Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen. (MvK)
Folia 7
nieuws meer actueel nieuws op www.folia.nl
Jens Arnbak wint UvA-Scriptieprijs zz Rechtenstudent Jens Arnbak schreef de beste scriptie van het jaar. zz Twee genomineerden wonnen – ex aequo – de tweede prijs. Rechtenstudent Axel Arnbak won afgelopen studiejaar de UvA-Scriptieprijs 2010. De prijs werd op 12 juni uitgereikt tijdens de Universiteitsdag, de jaarlijkse ‘terugkomdag’ voor UvA-alumni. De tweede prijs ging – ex aequo – naar de medicijnenstudente Charissa Jagt en naar studente medische informatiekunde Marieke Schoutsen. Arnbak won de prijs met zijn scriptie Alles onder controle? over de invoering van de bewaarplicht voor telecommunicatiegegevens, een onderwerp dat hem met de paplepel is ingegoten: hij is de zoon van telecomexpert en oud-baas van telecomwaakhond Opta Jens Arnbak. Er waren twaalf scripties genomineerd, alle van ‘geweldig niveau’, zei juryvoorzitter en FMG-decaan Edward de Haan
tijdens de bekendmaking van de prijswinnaars. ‘We merken dat studenten steeds meer moeite doen om te excelleren. Daarbij viel op dat de genomineerden geen van allen exclusief op hun studie gefixeerd waren geweest, integendeel. Het zijn erg breed georiënteerde studenten die veel naast hun studie deden. Arnbak schreef een zeer actuele scriptie waarin hij reflecteerde op de Wet bewaarplicht telecomgegevens, een Europese richtlijn die bepaalt dat telecom- en internetgegevens van alle burgers in de EU bewaard moeten worden. Arnbak staat daar zeer kritisch tegenover. Arnbak: ‘In september 2010 zal de richtlijn worden geëvalueerd. Gelukkig begint er steeds meer kritiek op de wet te ontstaan, want die is echt een brug te ver. De wet is volgens mij in strijd met artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, die de Europese burgers het recht geeft op eerbiediging van hun privé-, familie- en gezinsleven. We kunnen en moeten niet
V.l.n.r. Axel Arnbak, Marieke Schoutsen en Charissa Jagt / foto Bram Belloni
alle mensen willen controleren. Honderd procent veiligheid bestaat niet.’ Arnbak
won drieduizend euro. Schoutsen en Jagt kregen ieder tweeduizend euro. (DW)
Nieuw mailsysteem broodnodig zz Er wordt veel geklaagd door medewerkers die niet kunnen mailen en bakken vol spam ontvangen. zz ‘De vervanging van de huidige mailinfrastructuur heeft helaas vertraging opgelopen.’ ‘Onlangs was het weer zover: webmail lag er drie dagen uit. Wie van huis uit wilde werken kon dus niet bij zijn mail komen. Wie hoopte via zijn eigen hotmailaccount te kunnen communiceren met UvA-collega’s had het mis: hotmail blokkeerde alle mail die was verzonden vanaf UvA-mailadressen omdat er grote hoe-
veelheden spam vanaf die adressen wordt verzonden. Vakantievierende collega’s die hun zakenrelatie willen laten weten “out of office” te zijn hebben zelfs al maanden een probleem omdat het systeem door de spam niet meer werkt.’ Louise Elffers, promovendus bij de afdeling onderwijskunde, komt het de neusgaten uit: het mailsysteem van de UvA werkt niet of slecht. Ook medewerkers op andere afdelingen hebben er last van, blijkt uit klachten die bij Folia binnen komen. ‘De UvA heeft inderdaad last van grote hoeveelheden spam,’ zegt Mark Moen van de afdeling servicemanagement van het Informatiseringcentrum (IC).
‘De huidige mailinfrastructuur is in veel gevallen adequaat, maar als we alle spam zouden afvangen, dan zouden we intensiever moeten scannen op de inhoud van de mail, met als gevolg dat veel “goede” mail in de spambox terecht komt.’ Moen zegt dat het IC veel van de problemen in de toekomst kan verhelpen, maar dat UvA-medewerkers ook eens de hand in eigen boezem moeten steken. ‘Een tijdje terug vulden in een week tijd tien UvA-medewerkers zomaar hun account op een website in. Met die gegevens hebben Nigeriaanse hackers spam verstuurd. Ook de “out of office reply” wordt mis-
bruikt door hackers. En dat kunnen we nu nog niet oplossen.’ Het spamprobleem is niet alleen een technische kwestie, zegt Moen, maar het zit ook in de aard van de organisatie. ‘De academische vrijheid brengt met zich mee dat je het netwerk niet helemaal kan en wil dichtzetten. Maar het vinden van een balans tussen vrijheid van werken en een veilige digitale omgeving is een ingewikkelde zoektocht. We zijn bezig de huidige mailinfrastructuur te vervangen door een nieuwere en robuustere versie, maar dat project heeft vertraging opgelopen: het zal nog tot het eind van dit jaar duren voor het nieuwe systeem zal zijn ingevoerd.’ (DW)
Immuuntherapie tegen huidkanker veelbelovend zz Uitgezaaide huidkanker bestreden door het opwekken van huidziekte vitiligo. zz Promovendus ontwikkelt therapie met huidbleekmiddel monobenzon, die bij muizen zeer effectief blijkt. Uitgezaaid melanoom, een agressieve en moeilijk behandelbare vorm van huidkanker, kan men in principe bestrijden door kunstmatig een andere huidaandoening op te wekken: vitiligo. Vitiligo is een kwaal waarbij de huid en het haar pigment verliezen, waardoor witte plekken op de huid kunnen ontstaan, zoals bijvoorbeeld het geval is bij albino’s. De pigmentcellen die kleur geven aan normale huid, ontbreken geheel of gedeeltelijk in een vitiligohuid. Bij vitiligo valt de eigen
8 Folia
afweer pigmentcellen (melanocyten) in het lichaam aan. Die worden afgebroken en er ontstaan witte vlekken op de huid. Bij melanoom is sprake van woekering van pigmentcellen; afbraak daarvan is dan ook gunstig. Met behulp van het huidbleekmiddel monobenzon kan deze afbraak door het immuunsysteem worden gestimuleerd. Dit blijkt uit het proefschrift waarop AMC-promovendus Jasper van den Boorn op 6 juli promoveerde. Van den Boorn bedacht een nieuwe vorm van immuuntherapie – MIC – die bij muizen met melanoom goede resultaten opleverde. Bij die therapie combineerde hij monobenzon met twee immuunstimulerende verbindingen (Imiquimod en CpG). De muizen met melanoom reageerden goed op de nieuwe behandeling: bij vijfentach-
tig procent van de testmuizen belette MIC de tumorgroei en steeg de levensduur aanzienlijk. Meer dan zestig procent van de proefdieren bleef na afloop van de behandeling tumorvrij. In de toekomst moeten klinische trials uitwijzen of MIC
zich ook leent voor behandeling van mensen. Melanoom ontstaat uit pigmentcellen die het lichaam beschermen tegen schadelijke invloeden van zonlicht. Daardoor zijn ze echter ook relatief ongevoelig voor chemotherapie en bestraling. (DW)
ideëen voor deze rubriek: redactie@folia.uva.nl
Vluchtelingen
prikbord
Twee Iraanse wetenschappers die in Iran worden bedreigd met vervolging, hebben een tijdelijke werkplek gevonden aan de UvA. De Universiteit Tilburg en de Rijksuniversiteit Groningen huisvesten respectievelijk een wetenschapper uit Bhutan en uit Iran, de TU Delft vangt een wetenschapper uit Irak op. De Stichting voor Vluchteling-Studenten UAF heeft hierin bemiddeld. In samenwerking met de Amerikaanse stichting Scholars at Risk (SAR), een internationaal netwerk van ruim tweehonderd universiteiten en wetenschappelijke instituten in 26 landen, biedt UAF een nieuw perspectief voor deze geleerden. Het idee is om de komende tien jaar dertig wetenschappers aan Nederlandse universiteiten op te vangen. (FB)
FdR Chinees
recht
Het nieuwe Netherlands China Law Centre verzorgt vanaf dit studiejaar onderwijs en onderzoek over recht en regulering in China. Het is het eerste onderzoekcentrum in Nederland dat gespecialiseerd is in Chinees recht en het enige centrum wereldwijd dat zich specialiseert op reguleringsvraagstukken in China. Het vakgebied richt zich op de vraag hoe recht een bijdrage kan leveren aan maatschappelijk verantwoord ondernemen in het autoritaire en zich snel ontwikkelende China. Hoofdonderwerpen zijn milieuregulering, arbeidsomstandigheden, voedselveiligheid, grondgebruik en intellectueel eigendom. Het centrum staat onder leiding van hoogleraar Benjamin van Rooij. Zie ook: www. jur.uva.nl/nclc
Alle faculteiten
Sint Pieter
FGw Slavernij Stephen Small is benoemd tot bijzonder hoogleraar Nederlands slavernijverleden en erfenis. Small is verbonden aan de Universiteit van Californië in Berkeley. Het Nationaal instituut Nederlands slavernijverleden en erfenis (NiNsee) nam het initiatief voor de benoeming. Dat de leerstoel niet naar een Nederlander is gegaan vindt NiNsee-directeur Artwell Cain geen probleem: ‘Waarom een Nederlander? We zijn er in Nederland pas de laatste jaren mee bezig. Nederland heeft lang de slavenhandel gebagatelliseerd. Dan heb je iemand nodig die een andere kijk op de zaken heeft. Small heeft boeken en essays geschreven over het zwarte tegenover het witte perspectief. Hij kent alle invals hoeken.’ Zie ook www.ninsee.nl
AUP Boek
Geen plek ter wereld is zo vol herinneringen als de Sint Pieterskerk in Rome. Aanvankelijk was de plaats aan de voet van de Vaticaanse heuvel vooral een keizerlijke lieu de mémoire. Gaandeweg kreeg het graf van Petrus meer accent in verbinding met de pausen. Nog wat later, vanaf de Renaissance, raakte de herinnering meer verweven met architecten en kunstenaars. Intussen bleven pelgrims en gelovigen toestromen, waarbij zich ook de toeristen voegden, katholieken, protestanten, agnosten en atheïsten. Ten slotte is de Sint Pieter onderwerp geworden van wetenschappelijk onderzoek. De hoogleraren Bram Kempers, Lex Bosman en Arnold Witte vertellen erover op 15 september in een bijeenkomst in Spui25. Zie ook www.spui25.nl
Oud-minister van OCW, tegenwoordig collegevoorzitter van de Universiteit Maastricht Jo Ritzen, legt in zijn nieuwe boek A Chance for European Universities uit hoe Europese universiteiten hun concurrentiepositie kunnen verbeteren door meer autonomie en private financiering. In zijn boek zet Ritzen uiteen hoe Europese universiteiten in zijn ogen de strijd om talent verliezen. De scores op de wereldranglijst zijn (op het Verenigd Koninkrijk na) niet goed en door een constante uitstroom van toptalent naar de Verenigde Staten dreigt een tekort aan goed opgeleide mensen op de arbeidsmarkt. Ritzens oplossing: universiteiten moeten meer private financieringsbronnen aanboren om de begrotingstekorten te vullen en meer autonomie en handelingsvrijheid krijgen om innovatie en vernieuwing mogelijk te maken.
FMG Terrorisme
FEB Diploma
Op de studiedag Ethiek & Effectiviteit van inlichtingen op 10 september wordt stilgestaan bij de centrale rol van inlichtingen voor het contraterrorisme. Vooraanstaande deskundigen op het gebied van inlichtingen en contraterrorisme reflecteren samen met ervaringsdeskundigen uit de praktijk van terrorismebestrijding op de periode sinds 9/11. Tijdens de studiedag reflecteren gezaghebbende sprekers, waaronder UvA-filosoof Pieter Pekelharing, ook over de toekomstige rol van inlichtingen in het kader van terrorismebestrijding. Zie ook www.nisa-intelligence. nl/conferences.htm
Vanaf 1 september kunnen studenten pas hun diploma aanvragen op het moment dat ze aan alle verplichtingen hebben voldaan. Dit betekent dat alle resultaten van de vakken op je goedgekeurde studieprogramma behaald en zichtbaar zijn in Studieweb (niet op Blackboard). Ook dient je studieprogramma goedgekeurd te zijn door de examencommissie. Wanneer aan alle verplichtingen is voldaan, dien je in diezelfde maand je diploma aan te vragen bij de onderwijsbalie. Neem een paspoort of Nederlandse ID-kaart mee. De onderwijsbalie checkt, samen met de student, of alles in orde is. Vervolgens wordt het diploma aangevraagd. Als diplomadatum geldt de laatste vrijdag van de maand waarin je je diploma hebt aangevraagd. Je moet ingeschreven staan voor de juiste opleiding op die datum.
APM Alexanders
FEB Marketingbaas
erfenis
In samenwerking met de Hermitage Amsterdam organiseert het Allard Pierson Museum vanaf 17 september de tentoonstelling ‘Alexanders erfenis, Grieken in Egypte’. De tentoonstelling richt zich vooral op de erfenis van Alexander de Grote (356-323 voor Christus) in Egypte: daar smelten in de driehonderd jaar na zijn dood Griekse, Egyptische en oosterse elementen samen en komen wetenschap, literatuur en schonen kunsten tot grote bloei. Tegelijkertijd is in de Hermitage de tentoonstelling ‘De onsterfelijke Alexander de Grote. De mythe, de werkelijkheid, zijn reis, zijn erfenis’ te zien. Zie ook www.allardpiersonmuseum.nl
Mervin Bakker, hoofd marketing en communicatie aan de FEB, is gekozen tot voorzitter van de Professional Section Marketing & Recruitment van de European Association for International Education (EAIE). De EAIE is een non-profit organisatie bestaande uit verschillende professionele secties, met als doel het stimuleren en professionaliseren van internationalisering in het hoger onderwijs in Europa en daarbuiten. De Marketing & Recruitment sectie van de EAIE biedt een forum voor discussie en streeft ernaar een kenniscentrum te zijn voor marketingprofessionals en hoger management bij universiteiten. Mervin Bakker wordt in september 2010 voor een periode van twee jaar geïnstalleerd.
2,8 miljoen Het feest dat de Raad van Bestuur van het AMC op 26 juni aanbood aan het personeel kostte 2,8 miljoen euro. Er kwamen meer dan tienduizend mensen op het feest af, dat dus 280 euro per persoon kostte. Voor het feest was de RAI afgehuurd en er trad een keur van artiesten op, onder wie Marco Borsato, Karin Bloemen, Ali B. en Liesbeth List. Er was binnen het AMC van tevoren veel gedoe over het kostbare feestje in tijden van bezuinigingen. ‘Daar zijn inderdaad vragen over gesteld, maar uiteindelijk is het feest door iedereen enorm op prijs gesteld,’ zei een woordvoerder van het ziekenhuis tegen Het Parool. ‘Andere bedrijven sturen hun personeel elk jaar naar een grote dinershow. Dan ben je ongeveer hetzelfde kwijt. Eigenlijk heeft het AMC een slechte traditie wat feesten betreft. Dit was de eerste grote partij in 25 jaar. Toen werd het AMC-gebouw in fasen door de diverse afdelingen betrokken. Om dat te vieren besloot de Raad van Bestuur drie jaar terug om vast wat geld opzij te zetten om al het personeel eenmalig te fêteren.’ Informeel kon ook al vast afscheid genomen worden van RvB-voorzitter Louise gunning, die per 1 september voorzitter van de Gezondheidsraad wordt. (DW)
Asva-bestuur Lodewijk Berkhout, vijfdejaars bètagammastudent met een major biologie, is de nieuwe voorzitter van de Asva. Samen met vicevoorzitter Charlotte Dijkstra (VU), penningmeester Lex Sietses en secretaris Maarten Markus (HvA) en Frans van Heest, tweedejaars geschiedenis aan de UvA, zal hij het nieuwe bestuur van de Asva vormen. Berkhout is medeoprichter van studentenpartij Lief (Lijst Interdisciplinair en Facultair) en deed bestuurservaring op als raadslid namens die partij van de FSR FNWI. Sietses en Markus zaten eerder als vrijwilliger in de commissie huisvesting van de Asva. Berkhout: ‘Huisvesting zal daarom een centrale plaats krijgen in ons beleid. Als je aan een student vraagt wat Asva moet doen, is dat wat ons betreft huizen regelen.’ (FB)
Folia 9
opinie
Koud opgeleverd en nu al te klein Het gloednieuwe Science Park kampt nu al met een capaciteitsprobleem, en dat belooft alleen maar erger te worden. De oplossing ligt niet in strakkere roostering, meent Brent Huisman.
M
et ingang van aankomend collegejaar zullen de laatste restjes van de Faculteit Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica (FNWI) volledig verhuizen naar de nieuwe locatie in de Watergraafsmeer, het Science Park . Daarmee is de eenwording van de FNWI een feit. Wat niet iedereen weet is dat achter het Science Park een strategie van ruimtelijke ordening schuilgaat. Niet alleen huisvest de UvA hier haar bètafaculteit, ook is het de bedoeling meer kennisgerichte bedrijven naar het gebied toe te trekken en de internationale samenwerkingsverbanden te versterken. Lang geleden is besloten om de FNWI samen te brengen onder één dak in de Watergraafsmeer, om deze mooie gedachte een fysieke plaats te geven waar bedrijven, onderzoeksinstellingen en de FNWI elkaar in een atmosfeer van creativiteit, innovatie en kruisbestuiving tot grotere hoogten zullen stuwen. Het Science Park is nu bijna af, en het resultaat mag er zijn. Een modern gebouw, een treinstation en binnenkort een
Dat het CvB nu geen plannen heeft klaarliggen om dit probleem aan te pakken, is onbegrijpelijk hotel en aansluiting op de A10. Prachtige studieplekken, het Universitair Sport Centrum, overal draadloos internet en zalen vol technologische snufjes sieren de locatie. Helaas is inmiddels ook duidelijk dat er veel beter kan. Sinds vorig jaar is al een groot deel van het gebouw in gebruik genomen, waarbij studenten en medewerkers tegen die tekortkomingen opliepen. Zo vallen werkplekken voor medewerkers 10 Folia
erg tegen (zie ook Folia 36, 2009) en zijn de studieverenigingen hun bar en recreatieruimte verloren. Onderzoeksgroepen klagen over de kleinere ruimten die ze toegewezen krijgen en zijn niet altijd in staat hun volledige werkzaamheden voort te zetten. De kantine was afgelopen jaar al vol terwijl het gros van de FNWI’ers pas na de zomer voltijds op het Science Park zal zitten. Het kanon van Dymph van den Boom is rokende: de vorig jaar ingezette groei van studentenaantallen vertoont geen teken van stoppen. Waar men in het verleden doorgaans op een stabiele 300 tot 400 eerstejaars per jaar kon rekenen is dit aantal vorig jaar gegroeid naar 600 en worden er dit collegejaar zelfs 1100 eerstejaars studenten verwacht. Deze enorme groei kan het nieuwe gebouw niet aan, zelfs niet wanneer er tot in de avond wordt doorgeroosterd. In de omgeving wordt gezocht naar extra lokalen (tot het Muziekgebouw aan ’t IJ aan toe) en men denkt er serieus over om minder practica te geven. Het is duidelijk dat de UvA zowel het idee van iedere FNWI’er onder één dak als de kwaliteit van het onderwijs heeft moeten laten varen. Het nieuwe FNWI-gebouw is te klein en ondanks het voornemen van het faculteitsbestuur er het beste van te maken, ligt de portefeuille gebouwbeheer bij het College van Bestuur (CvB), en lijkt het erop dat zij ‘penny-wise, poundfoolish’ is geweest. De plannen voor de nieuwbouw zijn al decennia oud, en keer op keer is besloten geld te besparen door het gebouw iets kleiner te maken. Dat de bouwplannen toch zijn doorgezet om het project geen verdere vertraging op te laten lopen is begrijpelijk, maar dat het CvB nu geen plannen heeft klaarliggen om dit probleem aan te pakken, is onbegrijpelijk. Bètastudies zitten in de lift, en dat is
illustratie Marc Kolle
aan de FNWI maar al te duidelijk. Het is de gedachte achter het Science Park dat de locatie elke bètageïnteresseerde aan zich bindt en zo een prachtige sfeer van samenwerking, kennisoverdracht en innovatie schept. Het is een gemiste kans als het Science Park door een te krap gebouw verwordt tot een halfzachte oplossing waarin geen plek is voor een aanzienlijk deel van de studenten. Als het CvB haar
eigen ambities serieus neemt en passende huisvesting voor een groeiende FNWI neer wil zetten, dan is ‘strakker roosteren’ volgens de studentenraad FNWI geen structurele oplossing. Het vergroten van de capaciteit door bijbouwen is de enige reële eindoplossing. yyy Brent Huisman, namens de FSR FNWI 09-10.
scriptie
Alert blijven op ontsporingen van ons rechtsbestel Dit najaar wordt het bestaan gevierd van veertig jaar sociale rechtshulp en 25 jaar Wetwinkel Amsterdam. Mies Westerveld legt uit waarom beide nog steeds hard nodig zijn.
E
ind jaren zestig kwam vanuit de VS het begrip access to justice overwaaien. Het recht werd ontdekt als motor tot sociale verandering, de advocatuur werd ontmaskerd als een bolwerk dat mensen die het meeste last hebben van sociale onrechtvaardigheid in de kou liet staan. Rechtenstudenten verenigden zich in rechtswinkels, gingen in oude wijken spreekuren draaien en daar rechtsbijstand verlenen aan iedereen die zich met een juridisch probleem aanmeldde. Of nee, niet iedereen, sociale rechtshulp is selectieve rechtshulp: werkgevers en verhuurders die van hun werknemer of huurder afwilden werden de deur gewezen. Rechtswinkels
Meer nog dan vroeger kunnen kleine procesfoutjes fatale gevolgen hebben zijn er voor mensen in een maatschappelijke achterstandspositie. We zijn nu veertig jaar verder en er is veel veranderd. De Orde heeft de eenzijdig partijdige advocaat in de armen gesloten, de overheid onderkent het belang van rechtshulp aan mensen die de markconforme prijs van advocaten niet kunnen betalen en de toegang tot de rechter staat als mensenrecht in het EVRM. Maar ook de sociale context is veranderd. De burger van nu is door de bank genomen mondiger en beter op de hoogte van in elk geval de hoofdlijnen van het recht. De wetgever heeft hierop ingespeeld door stukje bij beetje de compensatie van procesongelijkheid uit het rechtsstelsel te verwijderen. In het consumentenrecht is de argeloze koper vervangen door de alerte wederpartij die óók op zijn tellen moet passen. In het bestuursrecht heeft de bevoegdheid van de rechter om de onervaren burger een handje te helpen in zijn gang door het bestuursprocesrecht plaatsgemaakt voor een lijdelijke, overwegend passieve rol. Meer nog dan vroeger kunnen kleine procesfoutjes daardoor fatale gevolgen hebben. Tegelijk verhoogt de overheid dit jaar de competentiegrens van de kantongerechten, zodat mensen in nog meer geschillen zonder tussenkomst van een advocaat naar de rechter kunnen stappen. Dat is goed nieuws voor hun portemonnee, maar misschien minder goed nieuws voor hun kansen om het recht dat hun toekomt ook te krijgen. De kans dat dit het geval zal zijn neemt immers navenant af als mensen voor een goede presentatie van hun case en voor het nemen van alle processuele hobbels geheel op zichzelf zijn aangewezen. Wat ook gebleven is, zijn de rechtswinkels in allerlei
soorten en maten. Nog altijd bevolkt door gemotiveerde studenten, nog altijd gericht op het helpen van mensen die het recht in de kou laat staan, of die door hun maatschappelijke positie een gemakkelijke prooi zijn voor partijen met meer kennis van zaken of met geld om die kennis te kunnen inkopen. Ook de banden tussen rechtswinkels en (sociale) advocatuur zijn gebleven. Rechtswinkels zijn voor veel advocaten de plek waar het allemaal begon: het opdoen van de eerste praktijkervaring, de kennismaking met de werkelijkheid achter de casus of het arrest dat ze als student kregen voorgelegd. Maar rechtswinkels zijn ook een motor tot politieke bewustwording. In de begintijd van de rechtswinkels kwam dit tot uitdrukking in discussies over de vraag of rechtshulp niet beter ‘structureel’ of activistisch kan zijn.1 Door problemen bij de wortel aan te pakken, kan namelijk veel individuele ellende voorkomen worden. Die vraag is nog altijd actueel, zeker in deze grimmige tijden waarin grote bezuinigingen op ons af zullen komen. Ook daarom is het goed dat de UvA nog altijd zoveel springlevende rechtswinkels kent.2 Om de vraag waar het recht voor staat of voor zou moeten staan te blijven agenderen; om de gevestigde orde – met een hoofd- en een kleine letter – alert te houden op ontsporingen van ons rechtsbestel. En last but not least, om als nieuwe toetreder het élan binnen de balie te helpen hooghouden. Om dit allemaal te vieren, worden dit najaar twee feestjes gehouden. De aan de UvA verbonden rechtswinkels organiseren in samenwerking met de Amsterdamse Orde van Advocaten en de Vereniging Sociale Advocatuur Amsterdam een symposium, getiteld ‘Veertig jaar Amsterdamse sociale rechtshulp’. Dit symposium vindt plaats op 3 september. Een week later viert de Wetwinkel Amsterdam zijn 25-jarig bestaan met een discussiemiddag gewijd aan de verhoging van de competentiegrens. yyy
Oorlogsjournalistiek Rianne Buls (24)
is net afgestudeerd bij communicatiewetenschap. Ze schreef haar scriptie over het effect van embedded journalism op Nederlandse oorlogsverslaggeving. ‘Embedded journalism is een vorm van oorlogsjournalistiek waarbij journalisten met het ministerie van Defensie meereizen naar een oorlogsgebied. In het bijzonder heb ik gekeken naar de missie in Uruzgan, Afghanistan, omdat daar momenteel het meest gebruik wordt gemaakt van embedded journalism. Voor mijn scriptie heb ik de invloed van deze vorm van verslaggeving op de berichtgeving in Nederlandse kwaliteitskranten onderzocht. Daarbij heb ik gekeken naar de verslaggeving in NRC Handelsblad, de Volkskrant en Trouw en heb ik met oorlogsjournalisten gesproken over hun ervaringen. Ik heb onder meer gekeken naar de vraag of embedded journalism leidt tot positievere berichtgeving over het defensiepersoneel en het overheidsbeleid in vergelijking met de verslaggeving van journalisten die zelfstandig naar een oorlogsgebied afreizen. Dit bleek inderdaad het geval te zijn. Journalisten die unembedded en dus op eigen houtje reizen, maken vaker gebruik van een humaninterestinvalshoek – waarbij ze schrijven over de situatie van de lokale bevolking. Toch zijn de verschillen in de berichtgeving niet heel groot. Alle journalisten, embedded of niet, maken gebruik van bronnen buiten defensie. Bovendien proberen journalisten die embedded zijn altijd wel even buiten de poorten te gaan om zelfstandig met mensen te spreken. Uit mijn gesprekken met oorlogsjournalisten bleek dat ze zich zeer bewust zijn van de kans dat je minder objectief bent als je met defensie meereist, en dat ze daar rekening mee houden. De kritiek op embedded journalism is dat het een negatieve invloed zou hebben op de pluriformiteit en onafhankelijkheid van de media. Uit mijn onderzoek kwam een tegenovergestelde conclusie: het media-aanbod is juist pluriform omdat kranten over het algemeen een combinatie gebruiken van embedded en unembedded journalism. Zo krijg je zowel de kant van defensie te zien als het verhaal van de lokale bevolking. Op die manier krijg je, naar mijn idee, een beter beeld dan wanneer er slechts een van de journalistieke vormen gebruikt wordt. Tijdens mijn studie kwam embedded journalism niet echt aan bod in de vakken die ik volgde, terwijl ik het wel heel interessant vond. Met mijn scriptie kreeg ik de kans om me een halfjaar op dit onderwerp te richten. Sowieso spreekt oorlogsjournalistiek mij zeer aan. Niet alleen om onderzoek naar te doen, maar ook om een keer in de praktijk te ervaren.’ (Julie de Graaf)
Mies Westerveld is bijzonder hoogleraar sociale rechtshulp
1 Over beide begrippen is vooral onder rechtswinkeliers veel gediscussieerd. De grote lijnen van het debat en de gedachtevorming worden geschetst in het boek 35 jaar sociale advocatuur, dat begin dit jaar is uitgekomen bij de SDU. 2 Behalve de Rechtswinkel en de Wetwinkel Amsterdam zijn dit de Rechtswinkel Migranten, de Rechtswinkel Bijlmer, de Belasting winkel, De Kinder- en Jongerenrechtswinkel en de Clinic, een rechts winkel op het gebied van technologie, media en communicatie.
Folia 11
Asva
vakbond of fietsverkoper? In 65 jaar veranderde de Asva van dienstverlener in actievoerende belangenbehartiger en weer terug. Al die jaren zegt de vereniging zich in te zetten voor alle Amsterdamse studenten. Maakt de vereniging de tweeënhalve ton subsidie waar die zij jaarlijks krijgt? Floor Boon en Maud Janssen
‘D
e Asva? Dat is geloof ik een soort vakbond voor studenten.’ (Stefan Hennis, 22, student wijsbegeerte) ‘De Asva probeert de huisvesting voor studenten te verbeteren. En ze verkopen natuurlijk fietsen.’ (Jesse Schreurs, 22, student Europese studies) ‘De naam Asva zegt me wel iets, al heb ik geen idee wat ze precies doen. In ieder geval iets met goedkope fietsen.’ (Gert-Jan Wijburg, 23, student sociologie) Van de Asva hebben de meeste studenten ‘wel eens gehoord’ en op de vraag wat de Asva doet, antwoorden studenten met ‘geen flauw idee’, ‘een soort studentenvakbond’, ‘van die goedkope fietsen’ of ‘doen die niet iets voor huisvesting?’ Een enkeling noemt Kersvers (intreedagen van de HvA) als verdienste van de vereniging, maar dat de Asva van oudsher ook de belangen van studenten behartigt, is bij veel studenten minder bekend. Dit jaar bestaat de Asva 65 jaar. Wat begon als een club van verzetslieden groeide uit tot een ideologische club studentenactivisten die opkwam voor de belangen van studenten. Is dat anno 2010 nog steeds zo? Hoe legitimeert de vereniging zichzelf na al die jaren? En zijn haar activiteiten in overeenstemming met de hoeveelheid geld die ze krijgen? Want dat de Asva veel geld krijgt, is zeker (zie kader). Van de UvA krijgt de vereniging zo’n 200 duizend euro exclusief huisvesting, computers en telefoons ter waarde van 100 duizend euro. De HvA doet daar nog 20 duizend bovenop. Volgens Frank van Kampen, hoofd studentenzaken van de UvA, staat dat bedrag niet ter discussie. ‘Ik voer wel gesprekken met de Asva waarin ik niet zelden zeg dat de vereniging meer diensten moet leveren voor hun geld. Maar kwalitatief wordt er niet getoetst.’ Ter vergelijking: middelgrote studieverenigingen als Machiavelli (van politicologie, ruim duizend leden) ontvangen zo’n vijfduizend euro; grote verenigingen als de Sefa (economie, 3500 leden) ontvangen zo’n zesduizend euro per jaar. De Algemene Studenten Vereniging Amsterdam (Asva) werd in 1945 opgericht en komt voort uit het studentenverzet. De 12 Folia
toenmalige beweegredenen: een grote verbrokkeling in het studentenleven en een hevige onderlinge concurrentie tussen wat daar nog van over was tijdens de oorlog. In een manifest stelden de oprichters dat de vereniging zich vooral zou bezighouden met de behartiging van de gemeenschappelijke belangen van alle studenten. Kamers, gezondheidszorg en kortingen waren de voornaamste aandachtspunten waarmee de vereniging van start ging. In de jaren zestig maakte de Asva naam vanwege het activistische karakter dat de vereniging aannam – met als hoogtepunt de vijfdaagse Maagdenhuisbezetting in 1969 waarbij studenten inspraak eisten in het universiteitsbestuur van de UvA. Vanaf dat moment werd de Asva geassocieerd met links anarchistisch gedachtegoed. Tot halverwege de jaren negentig maakte de vereniging dat beeld ook waar, maar daarna veranderden een aantal gebeurtenissen de Asva ingrijpend. Ten eerste werd in 1997 de Universiteitsraad opgeheven, het belangrijkste medezeggenschapsorgaan van de universiteit waarin
‘In vergelijking met andere verenigingen krijgen ze ongelooflijk veel geld’ de Asva een actieve politieke rol speelde. In datzelfde jaar fuseerde Asva met de Organisatie voor Belangenbehartiging van de Amsterdamse Student (Obas). In 1999 was er de fusie met de Stichting Studentenunie, wat de naam Asva Studentenunie opleverde. Sindsdien is de Asva terug waar ze begon: dienstverlening aan de Amsterdamse student. Het verlenen van diensten, zoals het aanbieden van kamers en fietsen, het geven van juridisch advies en het doen van onderzoek, heeft de Asva volgens betrokkenen altijd goed gedaan. De Asva bestaat uit een club gemotiveerde mensen met de allerbeste bedoelingen die proberen goede dienstverlening voor studenten en verenigingen aan te bieden. Zo organiseert de vereniging een studieverenigingenoverleg, cursussen voor nieuwe besturen van verenigingen, zo nu en dan een debat in samenwerking met Crea en
komt de Asva in actie als ze het niet eens is met landelijke thema’s als bezuiniging op de studiefinanciering. Toch heeft de Asva de laatste jaren steeds meer kritiek gekregen, zowel uit eigen gelederen als van onder andere Frank van Kampen en Sjoerd Jans, directeur van Crea, de culturele organisatie van de UvA. De zelfverklaarde belangenbehartiging voor alle Amsterdamse studenten zou te wensen overlaten en de input van geld niet te rijmen met de output die de vereniging levert: de organisatie is met stip de beste gefinancierde studentenvereniging van Amsterdam, maar de Asva heeft met een kleine drieduizend leden niet veel draagvlak onder de ruim dertigduizend studenten die er alleen al op de UvA rondlopen. Volgens ingewijden is het gros van de leden toegetreden om een fiets van de Asva te kunnen kopen. Voor de Algemene Ledenvergadering (ALV), het belangrijkste besluitorgaan van de Asva, komen meestal niet meer dan twintig mensen opdagen. Volgens Sjoerd Jans is die legitimeringskwestie geen typisch Asva-probleem: ‘Het is iets van deze tijd. Mensen sluiten zich minder snel aan bij een vereniging.’ Wel zegt Jans te merken dat de Asva zich ook realiseert dat ze weinig draagvlak heeft onder studenten. ‘Dat is goed om te zien, maar tegelijkertijd maakt de vereniging geen keuze. De Asva hinkt al jaren op twee gedachten: de ene groep zegt dat er dingen moeten veranderen, de andere groep zegt dat het ook een probleem is van grotemensenvakbonden, en berust daarmee in de status quo.’ Ook Stefan Titus, zelfverklaard voormalig ‘meubelstuk’ van de vereniging, ziet twee kampen binnen de Asva. ‘Sommigen vinden dat de Asva meer als belangenbehartiger moet optreden, met de vuist op tafel moest slaan. Anderen willen meer concrete voorzieningen voor studenten.’ Titus maakte de Asva tussen 2000 en 2008 van dichtbij mee als medewerker van het rechtsbureau, voorzitter van het presidium en lid van de Raad van Advies. ‘De discussie tussen de twee kampen is in het afgelopen decennium nooit beslecht. Ik heb niet het idee dat er veel is veranderd.’ Op het gebied van belangenbehartiging en lobbywerk bij de gemeente is de Asva
nog steeds actief. Voormalig wethouder van studentenhuisvesting Tjeerd Herrema bevestigt dat: ‘De gemeenteraad overlegt over huisvesting meestal apart met de Asva en als dat niet is ingepland, regelt de Asva dat alsnog.’ Wat Herrema betreft zou de Asva wel meer van de UvA mogen vragen. ‘De UvA heeft veel panden in bezit die meestal worden verkocht aan de hoogste bieder, terwijl sommige van de panden geschikt zijn voor studentenhuisvesting.’ Wel is het de Asva volgens Herrema zo’n vier jaar geleden gelukt om campuscontracten te laten invoeren. ‘Ze hebben afgedwongen dat afgestudeerden hun studentenkamer binnen bepaalde tijd moeten verlaten om ruimte vrij te maken voor andere studenten.’ David Rozema, lid van de CSR in 2002 en 2005 en bestuurslid van het Interstedelijk Studentenoverleg (ISO) in 2004, heeft echter niet het idee dat de Asva veel bereikt voor studenten. ‘Ik vraag me af of de Asva wel echt verantwoordelijk is voor die campuscontracten. Wat betreft belangenbehartiging is de Asva al jaren een weifelende
‘Ze zijn steeds minder goed in het mobiliseren van mensen’ organisatie. Ze zijn vaak ook veel minder succesvol dan andere clubs.’ Rozema doelt op de landelijke acties tegen onderwijsbezuinigingen waarin de Asva wel een rol speelde, maar waarvan ze meestal niet de voortrekker was. ‘Ze zijn steeds minder goed in het mobiliseren van mensen.’ In 2008 schreef Rozema een opiniestuk in Folia, waarin hij betoogde dat de Asva het met een kwart van de huidige subsidie kan doen. Die mening heeft hij nog steeds. ‘De Asva krijgt ongeveer evenveel geld als de landelijke organisaties ISO en de Landelijke Studentenvakbond (LSVb). Maar uiteindelijk worden organisaties minder creatief van veel geld krijgen. Iedereen die iets voor de Asva doet wordt betaald.’ Bij de geldstroom die naar de medewerkers van de Asva gaat, zet niet alleen Rozema vraagtekens. Vrijwel alle zegslieden bestempelen die bezoldiging als ‘onnodig’. Jans: ‘Dat mensen betaald krijgen voor
illustratie JeRoen Murré
hun diensten is een verkeerde incentive. Natuurlijk moeten studenten geld verdienen, maar bij geen enkele andere vereniging worden medewerkers betaald.’ Titus: ‘Het heeft grote implicaties voor de cultuur die je creëert. Het gaat dikwijls niet meer om de wil iets te doen, maar om het schrijven van uren.’ Jans: ‘Vierenhalve ton is ongelooflijk veel geld. In vergelijking met wat andere verenigingen krijgen, steekt het grof af.’ Rozema: ‘Het College van Bestuur zou zich wel eens kunnen afvragen of het collegegeld van 170 studenten, dat ze feitelijk aan de Asva geeft, wel doelmatig wordt besteed.’ Titus: ‘Ik kan me voorstellen dat een bedrag als dit gerechtvaardigd kan zijn. De output die de Asva levert, doet me echter twijfelen
of het geld wel op een handige manier wordt besteed.’ Hoewel het moeilijk blijkt om grootschalige veranderingen door te voeren, is de Asva zich bewust van de situatie waarin ze verkeert en heeft het vorige bestuur een reorganisatie voorgesteld. Dave van der Pol, de vorige voorzitter van de Asva: ‘We willen eigenlijk dat medewerkers van Asva voor iedere vier uur die ze werken twee uur vrijwillig iets doen voor Asva.’ Wat betreft de financiering die de Asva krijgt, is de vereniging het niet eens met de kritiek. Van der Pol: ‘We krijgen wel veel geld, maar niet te veel geld. We doen er ook heel veel goede dingen van.’ In het beleidsplan 2010 steekt het bestuur de hand wel in eigen boezem en constateert
zij ‘dat het de organisatie ontbreekt aan de nodige dynamiek en dat zij soms nog te veel naar binnen gekeerd is.’ Of deze eigen signalering de legitimiteits- en bekendheidsproblemen van Asva zal oplossen, blijft de vraag. Jans: ‘Asva worstelt al jaren met zichzelf. Zo van: we zijn heel belangrijk, maar niemand weet het.’ yyy
De Asva
De Asva ontvangt jaarlijks bijna 200 duizend euro algemene subsidie (175 duizend van de UvA en 20 duizend van de HvA), plus ruim twaalfduizend euro aan bestuursbeurzen. Ook betaalt de universiteit huisvesting, computers en
telefoons voor de Asva ter waarde van zo’n 100 duizend euro. In 2009 kreeg de Asva in totaal 460 duizend euro binnen, een optelsom van subsidies en eigen inkomsten, waarvan 35 duizend euro niet werd uitgegeven. De rest werd onder andere besteed aan evenementen (141.000) waaronder Kersvers (112.000), personeelskosten (ruim 77 duizend); voor onder meer de studentenbalie (21.000), de medewerkers van het onderzoeksbureau (15 duizend) en marketeers (bijna 9.000). Aan communicatie, promotie en media-activiteiten gaf de Asva 37.000 euro uit. Op de post ‘evenementen’ is het meeste verlies geleden; zo’n 23.000 euro. Tot slot valt op dat de Asva 3.600 euro aan rente ontving.
Folia 13
Studieboeken Simpel besteld Snel geleverd Scherp geprijsd
De nieuwe, snuggere studieboekenwinkel heet studystore (voorheen selexyz). Ga naar studystore.nl of stap binnen in het filiaal bij jou in de buurt. Tot snel.
Wil je twee avonden per week van World of Delights is een groeiende internationale retailorganisatie met inmiddels meer dan 40 verkooppunten op met name luchthavens. Reeds 50 jaar zijn wij actief op de luchthaven Schiphol. Van oudsher als delicatessenspecialist; sinds juli 2008 echter ook als concessionaris van Souvenirs, Toys, Sport, Gifts & Swarovski. Voor onze winkels zijn wij op zoek naar:
17.00 tot 21.00 uur werken in een mooi pand
Verkoopmedewerkers (m/v)
En ook nog eens goed verdienen
• • • • •
aan het Vondelpark? In een motiverende en een prettige werksfeer?
(minimaal 16 uur per week)
(€ 9,18 (excl.8% vakantiegeld) voor
Voldoe jij aan de volgende eisen:
23 jaar en ouder plus een individuele èn een
goede beheersing van de Nederlandse en Engelse taal; geen bezwaar tegen werken op onregelmatige tijden; een open, gastvrije en representatieve uitstraling; woonachtig binnen een straal van 30 km van Schiphol; minimaal 4 dagen of dagdelen per week beschikbaar. stuur dan een brief met CV naar:
WORLD OF DELIGHTS SCHIPHOL B.V., t.a.v. mevr. Linda Eliëns, Personeelsfunctionaris New Yorkstraat 3-7, 1175 RD Lijnden Of e-mail: l.eliens@worldofdelights.com Tevens bestaat de mogelijkheid om op onze website www.worldofdelights.com een sollicitatieformulier in te vullen. Voor telefonische informatie: 020-4037043.
Acquisitie n.a.v. de advertentie wordt niet op prijs gesteld. Pre-employment screening kan deel uit maken van de sollicitatieprocedure.
groepsbonus? Dan is deze functie bij het callcenter van de Goede Doelen Loterijen misschien wel de ideale bijbaan voor jou! Woon of studeer je in Amsterdam en ben je een serieuze, commerciële, competitieve doorzetter met minimaal MBO-niveau en vind je het een uitdaging om telefonische verkoopgesprekken te voeren? Neem dan contact op met ons op het nummer 020 - 6776805.
ELKE DAG VANAF 12:00 UUR 50% KORTING OP CABARET THEATER & CONCERTEN CHECK HET AAN DAGELIJKS OP BOD MOBIEL: M.AU JE B.NL
LEIDSEPLEIN 26 (TERRASZIJDE) OPEN: MA-ZA 12:00 - 19:30 UUR ZO 12:00 - 18:00 UUR adv Folia juni 2010.indd 1
17-06-2010 12:24:17
16 Folia
in beeld
Carrousel
foto Jan-Maarten Hupkes
De nieuwbouw van het Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam (Acta) is klaar. Afgelopen maanden zijn verhuizers druk bezig geweest met inpakken aan de Louwesweg in Slotervaart, waar het oude pand van Acta inmiddels leegstaat, en uitpakken op de Gustav Mahlerlaan, vlak naast het medisch centrum van de VU op de Zuidas. Afgelopen jaren heeft Acta in haar nevenvestiging in Almere uitgebreide testen gedaan met een nieuwe onderwijsopstelling van de tandartsstoelen, de zogenoemde ‘carrouselopstelling’. De testen in Almere zijn zo goed verlopen dat een dergelijke opstelling nu ook in Amsterdam in gebruik is genomen ‘Tot nu toe waren de tandartsstoelen altijd in rijen opgesteld, maar deze opstelling is voor zowel studenten als de docent veel beter,’ zegt Acta-woordvoerder Erik Weber. ‘De docent is omringd door zijn studenten en dus veel meer dan voorheen het epicentrum van de les. De lijn tussen student en docent is veel korter.’ De carrousels staan op de eerste tot en met vierde verdieping, waar met ‘echte’ patiënten wordt gewerkt. Op elke etage staan minimaal zes carrousels, de meeste bestaan uit zes stoelen. Vanaf het tweede jaar werken studententen in de carrousel. Eerstejaars werken in de prekliniek op de vijfde verdieping, waar ze de tandartspraktijk simuleren op een tandartsmachine, de zogenoemde Simodont. Acta heeft dit jaar in totaal negenhonderd studenten, waarvan 125 eerstejaars. De officiële opening van het nieuwe Acta-gebouw is op 25 november. Twee dagen later vindt er een grote open dag plaats. (DW)
Folia 17
Een tuin van rust om na te denken Aan de hand van een aantal stellingen discussiëren bestuurders, studenten en wetenschappers tijdens de Intreeweek over actuele kwesties die de kwaliteit van de universiteit bepalen. Vijf opiniemakers vertellen alvast hoe hún ideale universiteit eruit zou zien.
Culinaire hoogstandjes in de mensa van Oxford University (Groot-Brittannië) versus kleffe gaarkeukenmaaltijden van huiscateraar Sorbon
Vincent van Rossem bijzonder hoogleraar monu menten en stedenbouwkundige vraagstukken:
‘Toen ik studeerde, in 1975, werkte het simpel. Aan het begin van het semester kregen studenten een flinke boekenlijst en aan het eind een pittig tentamen. Later zijn de werkgroepen ingevoerd, waar ik mijn bedenkingen bij heb. Ik vraag me af wat het rendement is van de werkgroepen, veel studenten lopen de kantjes er vanaf en zijn niet bijzonder geïnteresseerd in een en hetzelfde onderwerp. Ik heb een keer een excursiegroepje begeleid van studenten naar Londen. Ik gaf een lijst met essentiële literatuur op aan de studenten, om enig inzicht te kunnen krijgen in een stad met zo’n rijke geschiedenis. De meest ambitieuze student had maar drie van de twaalf opgegeven boeken gelezen. Voor een kunsthistoricus is belezenheid essentieel. Studenten aansporen om veel te lezen is belangrijk, ik geef dan ook eindeloos 18 Folia
veel titels op, maar studenten hebben vaak veel andere activiteiten, zoals bijbaantjes. De studie zou wat mij betreft ook wel een à twee jaar langer mogen duren dan in het huidige bachelor-mastersysteem. Ik heb zelf negen jaar over mijn studie gedaan en die tijd ook echt gebruikt om te lezen. Verder vind ik het belangrijk dat studenten bij docenten aan kunnen kloppen. Nu kan je tijdens kantooruren een kanon afschieten op de kunsthistorische faculteit, iedereen zit zogenaamd thuis te werken maar eigenlijk op z’n kinderen te passen en wordt daar liever niet bij gestoord. Voor studenten is het juist belangrijk dat zij persoonlijk contact kunnen hebben met hun docenten. Sommige hebben meer hulp nodig dan anderen. Nu zijn er echter wel steeds meer studenten, een toelatingsexamen invoeren kan volgens mij ook geen kwaad. En voor letteren is gymnasium geen onterechte ingangseis. Gymnasiasten steken vaak boven de rest uit. Ik heb zelf geen gymnasium gedaan
en ik heb dat ervaren als intellectueel mankement voor een kunsthistoricus.’ (MMJ)
Sander Breur student Particle and Astro particle Physics en voorzitter van de LSVb:
‘Aan mijn ideale universiteit studeren studenten die weten wat ze willen voordat ze met studeren beginnen en weten wat ze van een studie kunnen verwachten, welke vakken ze kunnen volgen en wat ze bij die vakken kunnen leren. Mijn ideale universiteit laat studenten vrij de vakken te kiezen die zij willen, aan extra keuzevakken moeten geen kosten worden verbonden. Docenten moeten aan het begin van het semester duidelijk maken wat zij van de student verwachten en dit ook op een persoonlijke manier brengen. Dat schept duidelijkheid en een prettige meester-gezel relatie. Ook zijn veel college-uren be-
langrijk, waarbij studenten gestimuleerd zouden moeten worden om diep de stof in te duiken. Ook eerstejaarsstudenten moeten college krijgen van vooraanstaande professoren, ook al komen die studenten nog maar net kijken. Daarmee geef je aan dat ook eerstejaarsstudenten belangrijk genoeg zijn voor colleges van topdocenten en worden studenten enthousiast gemaakt voor hun vakgebied. In het College van Bestuur van mijn ideale universiteit zou een student zitting moeten krijgen met medebeslissingsrecht. Bestuurders hebben zelf vaak lang geleden gestudeerd en hun beeld van wat een student meemaakt is dus anders dan in de praktijk. Tot slot zou mijn ideale universiteit een ruimhartig openingstijdenbeleid moeten voeren ten aanzien van de studiecentra. Die openingstijden worden aan de UvA nu beperkt, terwijl die juist zouden moeten worden uitgebreid. Ik heb zelf natuurkunde en filosofie gestudeerd. Natuurkunde vond ik geschikter voor de vroege morgen, terwijl filosoferen zich beter leent voor de avonduren. De ideale universiteit heeft daarom ruime openingstijden, zodat ieder type student op de universiteit kan studeren.’ (MMJ)
Louise O. Fresco universiteitshoogleraar en (onder meer) kroonlid van de SER: ‘Wat voor mij de ideale universiteit zou zijn heb ik verwerkt in de diesrede die ik in 2007 hield onder de titel “Het einde van de universiteit (volgens een rapport van de universiteit van Oeloemia)”. In die rede, in de vorm van een parabel, laat ik een buitenlandse commissie de UvA bezoeken en hun kritiek uiten op het wetenschappelijk onderwijs dat vaak “geen hoger doel lijkt na te streven dan jonge mensen te helpen het televisienieuws te volgen en een curriculum vitae te schrijven”. De rede eindigt met het beeld van een ommuurde tuin: mijn ideale universiteit is als een tuin van rust waar wordt nagedacht. De universiteit moet een intellectueel vormingsinstituut zijn waar studenten leren nadenken en analyseren om kennis tot hun eigen gedachtegoed te maken. De paradox van de universiteit is dat er veel aandacht is voor onderzoek, maar dat het merendeel van de studenten nooit in het onderzoek werkzaam zal zijn. Onderzoek is een essentiële manier om te
Imponerende en inspirerende bibliotheek van Harvard University (VS) versus Ikea-bibliotheek van de UvA
leren denken, maar het is niet voldoende. Daarom moet de universiteit ook brede, intellectuele vorming bieden, waarmee je ook buiten de universiteit terecht kunt. Door meer mentoren in te zetten – en dat hoeven niet allemaal hoogleraren te zijn – zouden we meer individuele vorming kunnen aanbieden. Studenten moeten in hun ontwikkeling gevolgd worden en ook op die leerdoelen afgerekend worden. De ideale universiteit toetst van te voren of studenten echt intellectuele ambities hebben of niet. Er vallen nu te veel studenten af en dat teleurstellend en kostbaar. Individuele begeleiding kan ook bij grote aantallen, als je het maar goed organiseert. In mijn ideale universiteit moet ook de fysieke omgeving worden aangepast met zitjes, leeshoeken en vooral schone ruimtes met veel glas en mooi licht, liefst buitenlicht. Daar ontbreekt het vaak aan. Daarom ben ik zo blij dat in de hal van het Maagdenhuis nu tafels staan waar mensen kunnen zitten en praten. Nu nog de tijdschriften.’ (DW)
Jan Truijens Martinez student literatuurwetenschap en winnaar van de UvA Essaywedstrijd 2010:
‘Als het aan mij ligt, is de ideale universiteit een instituut van kennis. Nu is de structuur te veel verwant met het bedrijfsleven: het gaat om rendement, regels en succes. Zo’n structuur beperkt kennis, want hoe kun je kennis vergaren als alles is vastgelegd in kaders? Ik zal een voorbeeld geven: veel docenten, zeker bij geesteswetenschappen, hebben veel en vaste uren waarop zij onderwijs geven, waardoor er weinig ruimte overblijft om onderzoek te doen. Dat is jammer voor zowel studenten als docenten, want studenten leren niet veel meer dan het opdreunen van teksten, omdat docenten hun eigen kennis nauwelijks ontwikkelen en daardoor terugvallen op oude routines. Er moeten nieuwe wegen worden ingeslagen op de ideale universiteit en één manier om dat te doen is samenwerkend onderzoek. Een docent moet zijn onderwijsuren kunnen gebruiken om samen met studenten onderzoek te doen. Het gaat niet altijd om het ontwikkelen van meer of betere kennis, maar het gezamenlijk ontwikkelen van kennis. Wanneer studenten gestimuleerd worden op elkaars werk te reageren,
leren ze te formuleren waarom ze het niet eens zijn met anderen en worden ze gedwongen hun eigen kennis beter te verdedigen. In mijn ervaring is de universiteit nu te veel een plaats van consensus waar iedereen dezelfde mening vormt en er weinig ruimte is voor tegenstrijdigheid en debat. Op de ideale universiteit leren studenten hun eigen mening te vormen onafhankelijk van de groep en is juist het vormen van die mening een belangrijk onderdeel van het instituut van kennis. Om dat te bewerkstelligen, moet dat ideaal natuurlijk wel maatschappelijk worden ondersteund. De waarde van kennis is immers moeilijk in te schatten. Grote inzet van studenten is daarom vereist om de ideale universiteit te creëren en het belang van kennis over te dragen op de rest van de gemeenschap.’ (FB)
Mark Harbers lid van de Tweede Kamer voor de VVD en woordvoerder hoger onderwijs:
‘Mijn ideale universiteit heeft een sterk profiel, met een focus op een of meerdere faculteiten van wereldniveau.
Kijk bijvoorbeeld naar de Universiteit van Wageningen. Iedereen weet: als je iets met voeding of leefomgeving wilt doen, dan moet je daar zijn. Niemand die daar aan kan tippen. Ik heb economie aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam gestudeerd. We hadden tot en met het derde jaar alleen maar multiplechoicetentamens in de grote zaal van Ahoy. Het was erg massaal. Ik mistte het persoonlijke contact met de hoogleraren en universitaire docenten. De student gaat niet naar de universiteit om vervolgens les te krijgen van een student-assistent. Studenten, docenten en hoogleraren zouden makkelijker ideeën moeten kunnen uitwisselen. Studenten moeten kunnen sparren met de hoogleraar. Dat is natuurlijk een kwestie van budget, maar ook van slim organiseren. Er zijn nu al universiteiten die twee manieren van onderwijs aanbieden bij de massale en verplichte vakken. De student kan kiezen of ze het vak als een verplicht nummer zien of dat ze dieper op de stof in willen gaan. Voor de eerste groep is dan een massaal college beschikbaar. Het geld wat de universiteit daarmee uitspaart, wendt ze
aan om voor de tweede groep intensiever onderwijs in kleinere groepen te organiseren. Slim. De universiteit wordt nu beloond als studenten afstuderen. Dergelijke financiële prikkels wakkeren massaliteit aan en verlagen meestal de kwaliteit van het onderwijs. Mijn ideale universiteit zou die financiële prikkels niet hebben, of anders gezegd, er niet op zo’n manier op reageren. Een universiteit doet meer dan alleen mensen klaarstomen voor de arbeidsmarkt, het gaat ook om een stukje persoonlijke vorming. Mijn ideale universiteit geeft de student elke dag een reden om naar de universiteit te gaan. Aan het eind van de rit moet de student niet alleen een diploma op zak hebben, maar ook veranderd zijn in een academisch wezen.’ (MvK) yyy Op 2 september staat de Intreeweek in het teken van de Studentenbeurs, dé informatiemarkt van de Intreeweek. Het event vindt plaats in de Passagiers Terminal Amsterdam, waar ook een groot debat zal plaatsvinden met als thema ‘de ideale universiteit’. Zie ook: www.intreeweek.nl
Schitterende ingang en torens van Cambridge University (Groot-Brittannië) versus de, okee, prachtige toegang van de Oudemanhuispoort
Folia 19
De nieuwe juf kan meer Dit studiejaar start in Amsterdam de zesde academische pabo van Nederland. Daar worden vwo’ers opgeleid tot ‘nieuwe’ juffen en meesters, die hun hand niet omdraaien voor een onderzoek of een pedagogische diagnose. Het perfecte samengaan van hbo en wo? Carlijn van Donselaar / illustratie Marc Kolle
D
e afkorting UPvA zal velen niets zeggen, het volledige Universitaire Pabo van Amsterdam net zo min. Niet vreemd: het is de naam van een nieuwe opleiding die in september start. Een primeur, want het is de eerste fusie op opleidingsniveau tussen HvA en UvA. Het curriculum van de UPvA is samengesteld door medewerkers van de pabo en pedagogische wetenschappen. De doelgroep: studenten met een vwo-diploma die een baan voor de klas én wetenschappelijk scholing willen. Alle veertig eerstejaars plekken zijn inmiddels vervuld. Het idee achter de opleiding komt niet uit de koker van HvA en UvA zelf. Hoogleraar onderwijskunde Theo Wubbels was zes jaar geleden een van de bedenkers van het concept. ‘We merkten dat veel aankomende studenten die graag voor de klas willen staan het zonde vinden met een vwo-diploma op zak voor een hbo-opleiding te kiezen. Al deze mensen gingen verloren voor het basisonderwijs.’ De oplossing vond Wubbels in een academische pabo. Toen hij het idee aan basisschoolbesturen voorlegde, merkte hij dat ook in het werkveld behoefte aan academisch geschoolde docenten bestaat. Wubbels: ‘Een van de bestuurders zei dat ze het te gek voor woorden vond dat haar docenten niet precies wisten welke methoden leesonderwijs er zijn. Van verschillende kanten hoorde ik de roep om meer docenten met een innoverend, analytisch en onderzoekend vermogen.’ Meerwaarde Inmiddels is Wubbels voorzitter van het landelijk overleg van academische pabo’s en betrokken bij de opleiding in Utrecht, die al twee jaar bestaat. Na Utrecht sloegen ook in Nijmegen, Groningen en Leiden pabo’s en universiteiten de handen ineen. In Amsterdam startte de VU vorig jaar al een academische pabo, in samenwerking met Inholland, Ipabo en Hogeschool Windesheim. Carien Nelissen is als opleidingsmanager pedagogische wetenschappen verbonden aan de academische pabo van de Universiteit Leiden en Hogeschool Leiden. De meerwaarde van academisch geschoolde
20 Folia
pabostudenten voor het basisonderwijs is volgens haar groot: ‘Docenten met een wetenschappelijke achtergrond kunnen allerlei leer- en ontwikkelingsproblemen sneller herkennen en diagnosticeren. Bovendien weten ze globaal waar ze de verklaringen moeten zoeken, dat heeft groot praktisch nut voor het bedenken van oplossingen.’ Docenten die van een academische pabo komen, zijn op de hoogte van de laatste wetenschappelijke kennis. Hierdoor wordt volgens Nelissen voorkomen dat ze zich blindstaren op populaire, maar niet altijd effectieve oplossingen voor problemen. ‘In de pedagogische wetenschap is in toenemende mate aandacht voor neurobiologische factoren. Hierdoor ontstaan nieuwe inzichten over wat in het hoofd van kinderen gebeurt tijdens bijvoorbeeld het leren lezen. Voor de onderwijspraktijk betekent dit dat op termijn de begeleiding van kinderen met leerproblemen verbeterd kan worden.’ Het idee van academisch geschoolde docenten sluit volgens pabodocent Remy Wilshaus goed aan op het huidige debat over functiedifferentiatie binnen het basisonderwijs. Wilshaus: ‘Vanuit verschillende hoeken wordt gepleit voor docenten die meer kunnen dan lesgeven. De UPvA speelt hier op in door een nieuw soort docent op te leiden. Die kan naast lesgeven onderzoek doen in opdracht van de directie, bijvoorbeeld naar leerprestaties.’ Ineke Schaveling, opleidingsmanager van de UPvA, vindt dat de UPvA medeverantwoordelijk is voor de integratie van de studenten binnen de teams van docenten op basisscholen. ‘Onze studenten zijn straks waarschijnlijk de enige docenten met een pabo- en een academisch diploma. De stagebegeleiding vanuit de UPvA en de betreffende basisscholen moeten met elkaar in de gaten houden of en hoe dit de relatie met collega’s beïnvloedt.’ Cultuurverschillen De markt van de academische pabo’s lijkt te groeien. Niet alleen neemt het aantal opleidingen toe, ook het aantal eerstejaars stijgt. Wubbels kijkt positief terug op de eerste twee jaar in Utrecht: ‘De prestaties van eerste- en tweedejaars zijn indrukwekkend. En de opleiding
zelf is met vijftig eerstejaars in het begin naar honderd nu ook snel gegroeid.’ Een tip voor de Amsterdamse concurrent heeft hij wel: ‘Neem de tijd om eventuele cultuurverschillen tussen beide onderwijsinstellingen op elkaar af te stemmen. Binnen universiteiten ligt het primaat op onderzoek, binnen hogescholen op de praktijk. Hierdoor kan onbegrip ontstaan. In Utrecht hebben we geleerd hoe belangrijk is het belang van elkaars inbreng niet te onderschatten.’ Maar van cultuurverschillen tussen HvA en UvA is volgens Ineke Schaveling, opleidingsmanager van de UPvA, helemaal geen sprake. ‘Zo’n gezamenlijk CvB scheelt natuurlijk ook. Hierdoor had iedereen het gevoel dat het wel goed zat, van wantrouwen en onbegrip over of weer heb ik niets gemerkt.’ Wilshaus, als pabodocent betrokken bij de samenstelling van het curriculum, bevestigt dit: ‘Het gezamenlijke doel was echt iets nieuws creëren. Niemand wilde een kopie van de eigen opleiding vastplakken aan die van de ander.’ Als voorbeeld noemt hij het vak inleiding pedagogiek: ‘Onze studenten volgen bij dat vak hetzelfde hoorcollege als studenten pedagogische wetenschappen. Maar het practicum is volledig aangepast aan het basisonderwijs. Stof uit het hoorcollege wordt hier vertaald naar de eigen praktijk. De theorie achter verschillende opvoedingsmethoden, bijvoorbeeld, wordt in de practica benaderd vanuit de vraag hoe je verschillen tussen ouders kunt herkennen en hoe je het zelf kunt aanpakken.’ Amsterdamse scholen De start van de UPvA in september volgt op anderhalf jaar voorbereiding door medewerkers en docenten van HvA en Uva. Schaveling: ‘Eerst is binnen een projectgroep een schets gemaakt van de doelgroep en competenties waar afgestudeerde studenten over moeten beschikken. Op basis hiervan hebben docenten vervolgens het curriculum samengesteld.’ Het resultaat is volgens Schaveling een gelijkwaardige mix tussen de twee opleidingen: ‘In elk vak komt het karakter van beide opleidingen terug, al verschilt per vak waar het accent ligt. De uiteindelijke puntenverdeling is volledig samsam.’ Behalve beide onderwijsinstellingen zijn ook de gemeente en een aantal Amsterdamse basisscholen bij de UPvA betrokken. Schaveling: ‘Wij leiden op voor het Amsterdamse basisonderwijs, daar zijn we heel duidelijk in. Met vijf schoolbesturen uit het netwerk van de pabo zijn we een samenwerkingsverband aangegaan. We denken dat dit de meest interessante leeromgeving is voor onze studenten. Kinderen groeien hier op te midden van veel verschillende nationaliteiten en dat is uniek. De gemeente heeft aangegeven het belangrijk te vinden dat docenten al tijdens hun opleiding worden voorbereid op een grote culturele diversiteit.’
Met de UPvA boren de HvA en UvA volgens Schaveling een hele nieuwe doelgroep aan: ‘Tijdens de selectie zagen we veel mensen die anders nooit voor pedagogische wetenschappen of de pabo zouden hebben gekozen.’ Een van hen is Lisa Harrevelt. De pabo leek haar altijd al leuk, maar ze vreesde dat die opleiding te weinig uitdaging zou bieden. ‘Toen ik van het bestaan van deze opleiding hoorde, heb ik me meteen opgegeven voor de selectie.’ Na het voeren van een toelatingsgesprek en het doen van een paar testen, dezelfde als bij de reguliere pabo, werd Lisa toegelaten tot de UPvA. Ze hoopt de komende jaren inzicht te krijgen in het gedrag van kinderen: ‘Ik wil kunnen zien waarom ze dingen doen en zich op een bepaalde manier uiten.’ Alleen vwo’ers Net als bij de andere academische pabo’s biedt alleen een vwo diploma toegang tot de UPvA. ‘Wij denken dat het programma inhoudelijk te zwaar is voor havisten. Een vak als statistiek bijvoorbeeld, vereist toch een bepaald niveau aan voorkennis,’ verklaart Schaveling. Jessie van den Worm is tweedejaars aan de academische pabo in Leiden. Het eerste jaar vond ze inhoudelijk niet heel zwaar. Wel intensief: ‘Met stagelopen en colleges volgen was ik vorig jaar zeker veertig uur per week kwijt. En daar kwam dan nog reistijd bij.’ Van de 48 eerstejaars die vorig jaar in Leiden begonnen, vielen er tijdens het jaar twintig af. Dit wijkt nauwelijks af van het landelijk gemiddelde. Van den Worm: ‘Omdat we de eerste lichting zijn, was er veel ruimte voor onze feedback. Ik geloof dat het volgende jaar iets minder intensief wordt.’ Jessie is tevreden over haar opleiding: ‘Door de drukte leerden we prioriteiten stellen. En het was een enorme uitdaging om na drie weken al voor de klas te staan. Al die werkervaring zou ik met een studie pedagogische wetenschappen niet hebben opgedaan.’ Wie de vierjarige UPvA afrondt, krijgt twee diploma’s: een bachelor pabo en een vrije bachelor pedagogische wetenschappen. De keuze voor een eventuele master is volgens Schaveling aan de studenten zelf. Maar: ‘Vanuit de UPvA raden we aan eerst een paar jaar werkervaring op te doen, doorstuderen kan altijd nog.’ Ook Wubbels pleit ervoor dat de studenten na hun afstuderen vooral voor de klas gaan staan. Niet alleen om zelf ervaring op te doen, ook om hun sporen te verdienen binnen het al bestaande team van docenten. Wubbels: ‘Het zou onverstandig zijn om als beginnend docent naast het lesgeven meteen onderzoek te doen naar bijvoorbeeld de lesmethoden van collega’s. Eerst maar eens laten zien dat je zelf kunt lesgeven.’ yyy www.universitairepabovanamsterdam.nl
Folia 21
Studeren kun je overal Artikelen lezen terwijl je uitkijkt op af- en aanmerende cruiseschepen of blokken voor je tentamen in een volledig uitgestorven bibliotheek: Folia ging op zoek naar alternatieve studieplekken in Amsterdam. Floor Schrijvers / foto’s Tjebbe Venema
I
n de tentamenweken strijkt studerend Amsterdam massaal neer in de UB of de faculteitsbibliotheken. De wat avontuurlijkere student fietst wel eens naar de OBA of neemt zijn laptop mee naar de Coffee Company om de hoek. Niet echt inspirerende plekken, vooral niet als je dagen achtereen moet werken. Vaak is het ook vechten om een stukje tafel en een stoel. Genoeg reden dus om te onderzoeken welke andere, minder bekende studieplekken Amsterdam te bieden heeft. Vijf plekken zijn door studenten getest op studeerbaarheid, de aanwezigheid van koffie en draadloos internet en natuurlijk de kans op een leuke flirt. Want studeren moet wel leuk blijven.
marmeren zuilen terechtkomt, verwacht je elk moment de vraag ‘wat doet u hier?’ In plaats daarvan word je hartelijk onthaald door de vrouwen achter de receptie, die blij lijken dat hier iemand komt. Nadat je je naam hebt laten opschrijven krijg je een pasje en wordt er speciaal voor jou een deur opengedaan naar de eerste verdieping. Hier bevindt zich helemaal achterin de bibliotheek: een achthoekige ruimte met hoge ramen waar alleen het gefluit van vogels doordringt en je de komende uren door niemand zal worden gestoord. Mocht je een passie hebben voor genderstudies of ons koloniale verleden: de aanwezige boeken kun je als student gratis lenen.
Urenlang moederziel alleen
Getest door Werner de Valk (21), bachelor psychologie ‘De verleiding is groot om de hele tijd om je heen te kijken. Het plafond is heel mooi en de houten beelden boven de boekenkasten zijn volgens mij heel knap gemaakt. Toen ik vanmiddag binnenkwam zat hier nog een oude man, maar sinds hij weg is zit ik hier moederziel alleen. Als ik hier op de grond zou gaan liggen om een dutje te doen, zou het denk
Bibliotheek Koninklijk Instituut voor de Tropen Mauritskade 63 Als je via de rode loper het bordes bent opgeklommen en in de prachtige hal met
ik een uur duren voordat ik door iemand wakker zou worden gemaakt. Minstens. Ik kan me hier minder goed concentreren dan in de UvA-gebouwen. Als ik met andere studenten in een ruimte zit, voel ik de druk om ook te gaan werken. Hier maakt het niet uit wat je doet, niemand ziet je. Ik word ook veel te relaxed door de rust en het uitzicht op de bomen. Deze bibliotheek is vlakbij Roeterseiland, dus als het daar helemaal vol zit, zou ik hierheen gaan. Maar dan zou ik wel een paar vrienden meevragen.’ Internet: ja, de code staat op een bord bij de ingang van de bibliotheek. Koffie: nee. Aanstaarfactor: als je eenmaal je pasje hebt bemachtigd word je helemaal met rust gelaten. Publiek: geen. Flirtfactor: mócht je gezelschap krijgen en het ís de liefde van je dromen, dan is dit wel een heel romantische locatie voor de eerste flirt. Budget: je kunt hier niets kopen, dus goed voor je portemonnee. Openingstijden: ma van 12.00 tot 17.00, di van 10.00 tot 17.00, do van 10.00
Werner de Valk in de bibliotheek van het Koninklijk Instituut voor de Tropen
22 Folia
tot 18.30 en vr van 10.00 tot 14.00 uur. Tip: Voor wie van plan is lange dagen te maken, is dit de ideale plek voor een ongestoorde powernap.
Relaxed lezen met een lekker broodje Studio K Timorplein 62 Veel studenten kennen Studio K van de /K met Perenfeesten of van de films die er worden vertoond. Overdag is Studio K ook zeer aan te bevelen voor wie hard aan de bak moet, en dat graag doet in een ontspannen sfeer. Binnen vind je banken waarin je lekker onderuit kunt zakken en op de achtergrond klinkt rustige muziek op precies het juiste volume. Bij mooi weer kun je ook buiten op het terras zitten. Door de muziek, de tijdschriften die overal liggen en de tekeningen aan de muur (gemaakt door Rietveldstudenten, sommige zijn te koop) krijg je het gevoel in een huiskamer te studeren. Een minpunt: het internet valt regelmatig weg. Deze plek is dus vooral geschikt voor lees- en schrijfwerk. Getest door Rosanne Koppert (23), master Discourse and Argumentation Studies ‘Studio K is ideaal als je niet houdt van doodstille studieruimtes. Het café is iets te relaxed als je echt moet stampen, maar perfect voor het lezen van een artikel. Ik heb in een uur ongeveer vijftien pagina’s gelezen. Als je even afleiding wil, kan je een tijdschrift pakken of buiten op het terras gaan zitten, lekker in de zon. Ik heb net ook geprobeerd daar te studeren, maar mijn papieren waaiden steeds weg. Echt heel fijn dat je hier kunt eten en drinken, want ik krijg altijd honger als ik studeer. De broodjes zijn trouwens zeer aan te bevelen! Een nadeel is dat er af en toe etensgeuren langs waaien, het is moeilijk om niet de hele tijd aan eten te denken.’ Internet: ja, de code kun je opvragen bij de bar. Koffie: zeker, en een uitgebreide lunchkaart. Aanstaarfactor: niemand let op je. Publiek: jong of voelt-zich-nog-jong. Veel studenten en yuppen en incidenteel een groep verdwaalde dagjesmensen. Flirtfactor: dit hangt helemaal van jou af. De verleiding is groot om te kijken wie er binnenkomt en dan is oogcontact snel gemaakt. Budget: de bediening staat niet steeds naast je om te vragen of je nog wat wilt drinken, dus je kunt gerust een uur over je koffie doen.
Rosanne Koppert in Studio K
Openingstijden: ma t/m do en zo van 11.00 tot 01.00, vr en za van 11.00 tot 03.00/04.00 uur. Tip: blijf hier de hele dag studeren en beloon jezelf met een uitgebreide lunch of een maaltijd en een film.
Centraal en toch intiem Bibliotheek Filmmuseum Vondelstraat 69-71 Of nee, pardon: bibliotheek van ‘EYE – Film Instituut Nederland’, zoals het Filmmuseum tegenwoordig heet. De vrouw achter de balie corrigeert menig bezoeker met tegenzin: ‘Wij zijn er ook niet blij mee.’ De bibliotheek zit in een statig gebouw aan de linkerkant van het museum. Binnen vind je een uitgebreide collectie boeken, tijdschriften en cd’s over film en twee studieruimtes met uitzicht op het Vondelpark. De bibliotheek lijkt een goed bewaard geheim, want binnen is het erg rustig. Een buitenlandse student werkt aan haar scriptie over films met als thema de Tweede Wereldoorlog en verscholen in een hoekje zitten drie giechelende meisjes achter hun laptop. Toch zit het volgens de baliemedewerkster soms wel vol: ‘Er komen vaak meisjes met dikke wetboeken, die stuur ik weg als het te druk wordt.’ Getest door Demmy Honoré de Vries (24), master Business Studies ‘Voor mij is dit geen goede studieplek. Terwijl je aan het werk bent kijk je uit op het terras van Vertigo, waar mensen lekker in het zonnetje zitten en een biertje drinken. Niet echt een goede stimulans om te studeren of aan je scriptie te zitten. Door de kleine ruimtes en het hoge plafond is het hier vrij gehorig, vandaar dat ik niet in de andere studieruimte ben gaan zitten waar al enkele meiden aan het werk waren. Deze plek is wel geschikt voor filmstudenten. Die zijn waarschijnlijk uren zoet met de filmboeken en kunnen hier anderen met dezelfde interesses ontmoeten. Niet dat ik niet van
een filmpje houd, maar ik voel me wel een beetje een vreemde eend in de bijt met mijn zakelijke studie. Dus voorlopig houd ik het nog bij Roeterseiland, dat is ook dichterbij. Wel ideaal aan deze plek is dat je er pas vanaf 1 uur ’s middags terecht kan: voor de nachtvlinders onder ons een mooi excuus om het de avond ervoor flink laat te maken. Internet: ja, geen code nodig. Koffie: nee. Aanstaarfactor: je kan gewoon naar binnen lopen. Het is wel handig om een boek uit een van de kasten te trekken, omdat je anders misschien in de wetboekcategorie valt. Publiek: cinefielen van alle leeftijden. Flirtfactor: je raakt hier makkelijk met elkaar in gesprek door de intieme studieruimtes, dus de kans op een flirt is aanwezig. Budget: als je een beetje achteraf gaat
zitten kun je ongestoord je boterhammetjes opeten. Openingstijden: ma, di en do van 13.00 tot 17.00 uur. Tip: spreek om 17.00 uur met vrienden af op het terras van Vertigo, zodat je iets hebt om naar uit te kijken.
Tussen de toeristen met uitzicht op het IJ Passenger Terminal Amsterdam Piet Heinkade 27 De Passenger Terminal is alleen open als er een cruiseschip staat aangemeerd. Dankzij de gemiddelde afmetingen
van deze schepen is dit al vanaf een flinke afstand te zien. Ook kun je op de website een ‘cruisekalender’ vinden. Als je binnen de borden met departures en arrivals volgt, kom je terecht in een grote hal die nogal surrealistisch aandoet. Verspreid over de grotendeels lege ruimte zitten toeristen aan een tafeltje, aan het werk op hun laptop of verveeld hangend in hun stoel. Hiertussen staan een paar kraampjes van ‘Thinking of Holland’, waar je stroopwafels, pluchen oranje klompen en koelkastmagneten met molens kunt kopen. Verder is geprobeerd de kale ruimte op te fleuren met gigantische foto’s van tulpen en een vloerschaakbord. Je kunt tussen de toeristen gaan zitten, maar de beste studieplekken vind je op de tweede verdieping. Hier staan leren chaises longues met uitzicht op het IJ, waarin je kunt wegdromen bij de gedachte aan een luxe bootreis naar de Cariben. Getest door Tina Hoenderdos (20), bachelor literatuurwetenschap ‘Het is hier heel rustig, waardoor ik me goed kan concentreren. Ik heb net mijn essay voor taalfilosofie afgeschreven. De Terminal doet me een beetje denken aan Schiphol, alleen minder hectisch. Eerder vliegveld Eindhoven. Ik zat eerst beneden, maar daar is het vrij donker. Ik vond de toeristische kraampjes zonder klandizie ook nogal deprimerend. Hierboven is het veel lichter. De stoelen zitten
Demmy Honoré de Vries in de bibliotheek van EYE - Film Instituut Nederland (voorheen: Filmmuseum)
Folia 23
Tijd om je...
Problemen met studeren in verband met een functiebeperking?
...punt te maken Voor informatie over studeren met een functiebeperking
Op zoek naar een leuke voetbalvereniging? Kom eens kijken bij ons of train een keer mee!
kun je terecht bij: www.studerenmeteenfunctiebeperking.nl De UvA studentendecanen: www.uva.nl/studentenzaken of 020-5258080 De HvA studentendecanen: www.sz.hva.nl/decanaat of 020-5951463
T.O.S.-Actief Sportpark Middenmeer, Radioweg 63 020 6928314 / info@tos-actief.nl / www.tos-actief.nl
Op kamers in Amsterdam? Kom naar duwo! Huur bij duwo,de grootste studentenhuisvester van Nederland. duwo is actief in Amsterdam, Amstelveen,Hoofddorp, Haarlem, Den Haag, Delft en Leiden, steden met een tekort aan studentenwoningen. Openingstijden: maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 17.00 uur.
Kijk op www.duwo.nl Uilenstede 108 • Amstelveen T (020) 543 11 00 • E amsterdam@duwo.nl adv_244x169_kamers-A'dam.indd 1
08-06-10 21:43
Tina Hoenderdos in de Passenger Terminal Amsterdam
heel lekker en je bent in een paar stappen buiten, als je even wilt pauzeren in de zon. Handig aan deze plek is dat je hier geen bekenden zult tegenkomen en je dus ook niet wordt afgeleid. En het is een fijne afwisseling van de UvA-gebouwen en de Openbare Bibliotheek. Als ik tot laat wil studeren en de UB is dicht of vol, zou ik hier heengaan.’ Internet: ja, de code kun je opvragen bij de receptie. Koffie: nee, je zult zelf een thermoskan moeten meenemen. Aanstaarfactor: geen, er hangen wel overal veiligheidscamera’s maar deze zijn goed te negeren. Publiek: Britse en Duitse toeristen. Veel shorts met sandalen dus. Flirtfactor: nul. Budget: behalve de ‘traditionele’ stroopwafels is er nog de Subway. Je kunt ook zelf eten en drinken meenemen en een minipicknick houden op de houten vlonder buiten. Openingstijden: van 7 uur ’s ochtends tot 12 uur ’s nachts, mits er een cruiseschip staat. Ideaal voor zowel ochtend- als avondmensen. Tip: trek iets te korte shorts aan en sjouw een zware koffer mee, dan kun je uren onopvallend rondhangen.
voor zich en lijkt daar helemaal in te zijn opgezogen. Je gaat vanzelf zachtjes lopen om niemand uit zijn concentratie te halen. Als je naar achteren doorloopt en de trap bij het kopieerapparaat opgaat, kom je in een gang met een paar prachtige kamers waarvan de hoge wanden volledig zijn bedekt door boeken. In de kamer Rosenthaliana werkt normaal gesproken de archivaris, maar als hij er niet is kun je hier stilletjes gaan zitten. Dit is de ideale studeerkamer: veel licht en een enorme tafel waarop je veel papieren kwijt kunt. Getest door Joan Panhuyzen (26), bachelor Spaanse taal en cultuur ‘Bij de introductie van Spaanse taal en cultuur had ik al gehoord over de Bijzon-
dere Collecties van de UvA, maar ik was er nog nooit geweest. Ik voel me hier wel een beetje onwelkom. Toen ik vanochtend binnenkwam, werd ik erg aangestaard door de mensen van de balie. Ze stuurden me eerst naar de kluisjes om mijn tas weg te zetten. Toen ik voor de tweede keer binnenliep vroegen ze of ik wel echt voor de collectie kwam en gaven ze me een formulier met ‘huisregels’. Ik was ook heel vroeg, daardoor viel ik waarschijnlijk meer op. BC is tien minuten fietsen van waar ik woon, dus ik denk dat ik hier wel vaker ga studeren. Het is heel rustig en er zijn veel verschillende hoekjes waar je kunt gaan zitten. Ik vind de bibliotheek ook wel inspirerend: ik heb het gevoel dat je hier overal schatten kunt vinden.’ yyy
Internet: ja. Koffie: nee, maar beneden zit een fijn en stijlvol café. Aanstaarfactor: hoog. Publiek: zeer geconcentreerd lezende studenten en grijsaards. Flirtfactor: alleen als je van uitdagingen houdt. Budget: niet echt, de prijzen in het café zijn aan de hoge kant. Openingstijden: ma t/m vr van 09.30 tot 17.00 uur. Tip: loop hier naar binnen als iemand die hier perfect de weg weet, dan word je gewoon met rust gelaten.
Schatzoeken in doodse stilte Bijzondere Collecties, kamer Rosenthaliana Oude Turfmarkt 129 De bibliotheek van de Bijzondere Collecties is heel geschikt als je lange tijd geconcentreerd moet werken. Rijen en rijen boekenkasten, geheimzinnige apparaten waarmee oude fiches kunnen worden bekeken en een bijna beklemmende stilte: hier zal je niet de neiging krijgen uren voor je uit te staren of onbeantwoorde e-mails bij te werken. Iedereen die hier zit heeft een stapel boeken
Joan Panhuyzen in de bibliotheek van Bijzondere Collecties
Folia 25
Toeristen Je herkent ze van ver en leert ze al snel te ontwijken: zwalkende toeristen op de herkenbaar felgekleurde fietsen. Voor toeristen is de Amsterdamse fietser een hele verschijning. Drie kinderen in een bakfiets, twee vrienden achterop, in maatpak naar het werk en bloemen, kratten met honden en boodschappen aan het stuur. En dat allemaal zonder helm. De fiets is onderdeel van het Amsterdamse imago. Niet voor niets is de fietsflat bij het Centraal Station een van de meest gefotografeerde objecten van Amsterdam.
Sterven op het stalen ros De bierfiets, de fietstaxi, de bakfiets. Amsterdam is een stad waar alles op de fiets lijkt te kunnen. Toch zijn fietsers vaker betrokken bij verkeersongevallen dan andere verkeersdeelnemers. Lang niet overal is het verkeer van Amsterdam goed ingesteld op de fietser. Marit van Kooij
H
et is half drie ’s middags en je staat met je fiets voor een rood stoplicht op de Amstelveenseweg. Je hebt voorgesorteerd om bij groen licht over te steken en links de Zeilstraat in te slaan. Achter je staan minstens twaalf auto’s ongeduldig te ronken. Het licht springt op groen. Terwijl je het kruispunt oversteekt, volg je de aangegeven lijnen op het wegdek en ben je blij dat je de door rood rijdende taxi’s, de kuilen in de weg en de trambanen effectief weet te ontwijken. Je haalt opgelucht adem. En knalt vervolgens bijna tegen een geparkeerde auto op. Je zwengelt aan je stuur. Een toeterende auto scheert rakelings langs je en weet je nog net te ontwijken. Je fiets door en kijkt verbaasd achterom. Dan zie je waarom het bijna misging: het aangegeven fietspad eindigt in een strook geparkeerde auto’s. Een vreemde fout van de gemeente? Boris Amsterdam is, hoewel zelfverklaarde fietshoofdstad van de wereld, nog lang niet veilig genoeg om onbezorgd te kunnen fietsen. Er komen per jaar ongeveer twaalf tot vijfentwintig mensen om het leven in het verkeer van Amsterdam. Fietsers zijn nog altijd het vaakst slachtoffer van verkeersongevallen in Amsterdam, soms met tragische afloop. Gemiddeld komen er acht fietsers per jaar om. Het aantal fietsers dat in het hoofdstedelijke verkeer gewond raakt, schommelt rond de vierhonderd slachtoffers per jaar. De Amsterdamse politiek werd in 2009 wakker geschud na het overlijden van de 12-jarige Boris. De jongen stond met zijn fiets te wachten voor een kruispunt in de Marnixstraat en werd toen op klaarlichte dag aangereden door een vrachtwagen. De chauffeur had hem over het hoofd gezien. De bewoners,
26 Folia
die al meerdere keren het gevaar van de Marnixstraat bij de gemeente hadden aangekaart, waren woedend en begonnen uit protest zelf de wegbelijning aan te passen. Het had in hun ogen allemaal te lang geduurd. De inmiddels afgetreden wethouder van verkeer en vervoer Hans Gerson gaf aan de aanpak van gevaarlijke verkeerspunten te willen intensiveren en hij trok 400.000 euro meer uit voor de aanpak van verkeersveiligheid. In 2010 en 2011 heeft het college hier jaarlijks gemiddeld €1.100.000 voor gereserveerd. Maar het gaat veel Amsterdammers te langzaam. Op internet zijn lijsten beschikbaar van onveilige routes in de stad. Straten (zie kader) die al jaren niet aangepakt worden en waar het, volgens forumbezoekers en bewonerscomités, net als bij de Marnixstraat, wachten is op het volgende slachtoffer. Blackspots Het kruispunt Zeilstraat-Amstelveenseweg is een zogenoemde blackspot, een kruispunt waar in drie opeenvolgende jaren minstens zes verkeersdeelnemers bij een ongeluk betrokken zijn. De Werkgroep Blackspots Amsterdam (WBA) van de Dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer (DIVV) komt sinds 2001 twee keer per maand bijeen om de blackspots te evalu-
De meeste ongelukken worden veroorzaakt door alcohol of door rood licht fietsen eren. In de groep zitten beleidsmedewerkers, afgevaardigden van het Amsterdams Ingenieursbureau, mensen van de politie, vertegenwoordigers van de stadsdelen en stoplichtenexperts. Vandaag evalueert de WBA enkele dodelijke ongevallen en
bespreekt zeven blackspots, waaronder het kruispunt Zeilstraat-Amstelveenseweg. Het verbeteren van gevaarlijke kruispunten ligt soms voor de hand (het aanscherpen van de wegmarkering, speciale wegvlakken voor fietsers, het plaatsen van spiegels die de dode hoek verkleinen), maar is vaak een kwestie van keuzes maken. Een blok beton dat voetgangers voor rechtsafslaand verkeer moet beschermen kan opeens een gevaar zijn voor de fietsers die vanaf de overkant komen. Ook de Zeilstraat illustreert dit. In de spits geldt daar een stopverbod om meer ruimte op de weg te creëren. Fietsers kunnen dan de parkeerplaatsen van de auto’s als weghelft gebruiken. Buiten de spits, als de auto’s wel mogen parkeren, levert dit een uiterst verwarrende verkeerssituatie op. Een ander voorbeeld is het dodelijk ongeval dat de werkgroep bespreekt. Een fietser, naar later blijkt de 22-jarige student Tonio van der Heijden, de zoon van de schrijvers A.F.Th. van der Heijden en Mirjam Rotenstreich, komt in botsing met een auto op de kruising van de Hobbemastraat en de Stadhouderkade en overlijdt. ‘Het kruispunt heeft enkele onvolkomenheden’, merkt iemand op. Zo staat de Stadhouderskade, een drukke straat waar de auto’s de neiging hebben om hard door te rijden naar de verbinding met de Overtoom, nogal verdekt opgesteld achter de gebouwen. Het ongeval vond ’s nachts plaats toen de stoplichten uitgeschakeld waren. ‘Moeten we overwegen om de stoplichten de hele nacht aan te houden?’ vraagt men aan de stoplichtenexpert. Hij twijfelt: ‘Een rood stoplicht is ’s nachts bij weinig verkeer erg ongeloofwaardig. Je loopt dan het risico dat mensen het verkeerssignaal juist negeren en ook nog eens minder opletten.’ Kwetsbaar De Stichting Wetenschappelijk Onderzoek
Verkeersveiligheid (SWOV) heeft in kaart gebracht bij welke overtredingen de meeste doden en ziekenhuisgewonden vallen. Het blijkt dat de meeste ongelukken veroorzaakt worden door alcoholgebruik of het negeren van rood licht. ‘Het is natuurlijk de vraag waar de verantwoordelijkheid van de gemeente ophoudt en die van de fietser begint,’ zegt Wytse de Lange, beleidsmedewerker Hoofdnetten en ook aanwezig op de Werkgroep Blackspots Amsterdam. De blackspot Molukkenstraat-Insulindeweg kent veel verkeersslachtoffers die het rode licht genegeerd hebben. ‘Moeten we daarom maar degene die door rood rijden gaan faciliteren?’ vraagt iemand zich tijdens de werkgroep af. ‘Fietsers zijn kwetsbare verkeersdeelnemers,’ vertelt Manja Prijs, hoofdinspecteur van politie
Blackspots
Dode hoek
Het aantal blackspots in Amsterdam ligt rond de zestig, waarvan er opvallend veel in Zuid liggen. ‘Zuid kent een sterke verkeerstoestroom vanaf de Zuidas richting het centrum. Bovendien worden veel kruispunten opgeknapt, waardoor verkeersituaties onoverzichtelijker worden,’ legt Rob van den Ban van de Werkgroep Blackspots Amsterdam uit. Andere gevaarlijke straten: de Vijzelstraat, de Stadionweg, de Kinkerstraat, de Stadhouderskade, de Marnixstraat en de Bilderdijkstraat.
Het SWOV (Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid) heeft berekend dat 41 procent van de ongevallen in de dode hoek dodelijke gevolgen heeft. De fietser wordt vaak overvallen door de rechtsafslaande vrachtwagen en kan geen kant meer op. De vrachtwagenchauffeur heeft niets in de gaten. Toen de 27-jarige dochter van Anna Enquist in 2001 overleed nadat ze was overreden door een vrachtwagen, ondernam de dichteres actie. Sinds 2003 hebben daarom alle vrachtwagens verplicht dodehoekspiegels. Inmiddels wordt gedacht aan verbetering door het plaatsen van camera’s en een vooruitkijkspiegel.
foto ANP
Amsterdam-Amstelland. Door rood rijden is daarom geen goed plan, aldus Prijs. ‘De stoplichten staan er omdat ze nodig zijn. De politie handhaaft dit streng, met name op de blackspots.’ Met behulp van boetes probeert de politie de fietser op zijn of haar verantwoordelijkheid te wijzen. Door rood gereden? Zestig euro boete. Geen licht? Vijfendertig euro boete. Ook als je fietsbel of remmen niet goed werken, kan je een boete krijgen. Je bent dan respectievelijk twintig en vijfendertig euro armer.
dam is men geen fan van de apparaatjes. Manja Prijs drukt zich wat genuanceerder uit: ‘Het is niet verboden om muziek te luisteren of te bellen tijdens het fietsen. Voor je eigen veiligheid zou ik echter zeg-
Oogcontact Een politieofficier in Australië waarschuwde fietsers ‘tijdens het fietsen nooit naar hun mp-3speler te luisteren tenzij zij een diepe doodswens koesteren’. Ook in de wereld van verkeersveilig Amster-
gen: doe dat niet. Je hoort en ziet letterlijk minder van wat er in je omgeving gebeurt. Bovendien kan je met een telefoon aan je oor minder goed manoeuvreren en kan je geen richting aangeven. Als je de verkeersveiligheid door jouw gedrag in
‘We moeten soms de hevig slingerende fietsers tegen zichzelf in bescherming nemen’
gevaar brengt, kan je daar voor vervolgd worden.’ Prijs wijst ook op het gevaar van de dode hoek. ‘Vrachtauto’s zijn gevaarlijk, vooral als ze rechts afslaan en jij als fietser rechtdoor moet. Je belandt dan snel in de dode hoek van de vrachtauto die jou daardoor uit het zicht verliest. Je hebt in dit soort situaties voorrang, maar je kan beter wachten tot de vrachtauto is afgeslagen. Als je wel voorrang neemt, zorg er dan voor dat je oogcontact met de bestuurder hebt gehad.’ Alcohol is een van de meest voorkomende oorzaken van verkeersongelukken. Na een avond stappen springt de gemiddelde student op zijn fiets waardoor ze zonder boetes thuis kunnen komen. Toch? Helaas. De wet kenmerkt fietsers als bestuurders en die mogen niet onder invloed rijden. Maar
hoe streng controleert de politie hierop? Manja Prijs legt uit: ‘De pro-actieve politiecontrole op alcoholovertredingen richt zich op gemotoriseerd verkeer. Wanneer de politie een dronken fietser aanhoudt, is er meestal meer aan de hand. Dan heeft er bijvoorbeeld al een aanrijding plaatsgevonden. De politie controleert dan alle bestuurders op het gebruik van alcohol. Botsen is blazen. Maar wij moeten soms de hevig slingerende fietser tegen zichzelf in bescherming nemen.’ Voor fietsers geldt dezelfde alcoholgrens als voor automobilisten: een promillage van 0,5. En dat is slecht nieuws voor de alcoholminnende student, want dat niveau bereik je al als je meer dan twee alcoholconsumpties in één uur drinkt. Fietsen in Amsterdam. Het is oppassen geblazen. yyy
Folia 27
Infoover overde de Educatieve Educatieve CoAssistent Info CoAssistent(ECA) (ECA) StudiJob Uitzendbureau: voor alle tijdelijke, vaste en flexibele oplossingen voor personeel! StudiJob staat voor kwaliteit, zorg en persoonlijke betrokkenheid. Met de focus op het bemiddelen van studenten, begeeft StudiJob zich voornamelijk binnen de onderwijssector en de zakelijke dienstverlening.
Op zoek naar personeel? StudiJob biedt: -
Een passende match; Intelligent, snel inzetbaar en betrouwbaar personeel; Een partnerschap, waarbij StudiJob graag meedenkt in personele kwesties; Een persoonlijke benadering.
Op zoek naar werk? StudiJob heeft: - Kennisinhoudelijke functies, bij voorkeur gerelateerd aan de studie; - De mogelijkheid tot het opdoen van relevante werkervaring; - Een persoonlijke benadering waarbij de consulent meedenkt in je ontwikkeling; - Boeiende opdrachtgevers. Loop binnen bij onze vestiging, of neem contact op met een van de consulenten.
• Studijob is geopend van 09.00 - 17.15 uur. • Voor meer informatie kun je ook bellen naar 020 535 34 60. • www.studijob.nl
Studeer Amsterdam, Diemen Haarlem aan een van de voor instelStudeer je je in in Amsterdam, Diemen of of Haarlem aan een instelling lingen voor hoger onderwijs (hogeschool of universiteit) en sta je niet hoger onderwijs (hogeschool/universiteit) en sta je niet ingeschreven bij ingeschreven bij een lerarenopleiding, dan is misschien een bijbaantje een lerarenopleiding, dan is een bijbaantje in het voortgezet onderwijs in het voortgezet onderwijs iets voor jou!!! misschien iets voor jou! 1 Het komende schooljaar loopt in Amsterdam en omstreken het project 1 Het komende schooljaar loopt in Amsterdam en omgeving project educatieve coassistent, kortweg ECA genoemd, waaraanhet middelbare educatieve coassistent,Deze kortweg ECAbieden genoemd, waaraan een groot scholen deelnemen. scholen studenten een goed betaald 2 aantal scholen deelnemen. scholen studenten een goed bijbaantje (van minimaal 4Deze uur per weekbieden ). betaald bijbaantje (van minimaal 4 uur per week2). Het kan dan gaan om het begeleiden van leerlingen bij: kan • dan huiswerk, zelfwerkzaamheid Het gaan om het begeleiden van leerlingen bij: • • huiswerk, praktische opdrachten zelfwerkzaamheid • • praktische practicaopdrachten • profielwerkstukken • practica maar ook: • profielwerkstukken • het assisteren bij lessen (bijvoorbeeld het begeleiden van maar ook: werkgroepjes) assisteren bij lessen (bijvoorbeeld het begeleiden van • • het betrokken zijn bij ontwikkeling/introductie van nieuwe werkgroepjes) leerstof of onderwijsmethoden zijn bij ontwikkeling/introductie van nieuwe leerstof of • • betrokken een leraar in staat stellen de lessen anders in te richten onderwijsmethoden Combineer je dit met een educatieve minor, daninkun je er mogelijk ook • een leraar in staat stellen de lessen anders te richten studiepunten.
Combineer je dit met een educatieve minor, dan kun je er mogelijk ook Kortom, in de rol van een ECA kun je verkennen of het onderwijs een studiepunten meeverdienen. aantrekkelijke werkgever kan zijn. Je doet werkervaring op, die je later altijd van pas kan komen. Kortom, in de rolgeld van en eenmogelijk ECA kunstudiepunten! je verkennen of het onderwijs een Èn je verdient aantrekkelijke werkgever kan zijn. JeKijk doet werkervaring op, die je later altijd van pas kan komen! eens op de website www.apostartendedocenten.nl Èn je verdient geld en mogelijk studiepunten! 2010/2011 is opop jaarbasis (40 weken) KijkDit eens de website www.apostartendedocenten.nl 1 2
VK_1_2p_STUDcamp_244x169_AMSTERD:Opmaak 1
18-06-2010
11:54
Pagina 1
1 2
2010/2011 Dit is op jaarbasis (40 weken)
Alleen voor studenten:
50% korting
op de Volkskrant
+ gratis trendy fiets
De Volkskrant heeft een superaanbieding voor studenten. Neem nu voor een jaar een studentenabonnement op de Volkskrant en je krijgt 50% korting en een supertrendy fiets. Je betaalt slechts € 13,45 per maand en krijgt een Johnny Loco beachbiker cadeau. Ga nu naar volkskrant.nl/fiets om gebruik te maken van dit tijdelijke aanbod!*
*Alle info en voorwaarden op vk.nl/fiets
vk.nl/fiets
Fen is uit
het beste
eten
De blije boodschap
Huub van der Lubbe
Frisse vis
Gospelfestival Heineken Music Hall
Noor Spanjer (28) masterstudent filmstudies:
Kyoto Café Damrak 44
Mijn oma zingt in een kerkkoor. Zij doet dit al jaren en ze krijgt het er bovendien steeds drukker mee, omdat de vraag naar optredens evenredig groeit met het aantal gemeentelijke sterfgevallen – en omdat de vergrijzing zelfs in Geldrop haar top nog niet bereikt heeft. Nu schaam ik me een beetje om het te zeggen, maar: ik ben nog nooit naar een optreden van mijn oma geweest. En dat terwijl ik, nota bene zelf muzikant, weet hoe ontzettend fijn en egostrelend het is wanneer vrienden en familie af en toe naar je komen luisteren. Dat heeft niets te maken met de geijkte excuses die men doorgaans ten aanzien van grootouders aanvoert. Ik vind mijn oma geen verbitterde ouwe tang. Ik vind mijn oma geen tweederangs gesprekspartner die niet weet wat er in de wereld speelt. Ik vind het niet onoverkomelijk tegen vrienden te moeten zeggen dat ik een middag in Geldrop ben geweest en ik heb het niet te druk. (Of nou ja, eigenlijk wel. Maar dat is dan weer geen excuus.) Nee, de reden dat ik tot op heden nog geen stap in de dorpskerk van Geldrop gezet heb is vooral gelegen in deze dorpskerk zelf. Of genuanceerder; in de wijze waarop deze gemeenschap zich muzikaal pleegt uit te drukken. Het is een open deur, dat weet ik ook wel, maar teringjantje wat zijn christelijke kerkdiensten in Europa toch vaak onvoorstelbaar saai, benepen, fantasieloos, melodramatisch, oninspirerend en modisch volstrekt onverantwoord. Daar verandert mijn zeker-wel-leuke oma, vrees ik, maar weinig aan. Toen ik een jaar geleden in New York was, zag ik hoe ook het anders kan. Hoe het evangelie, dat nota bene ‘blije boodschap’ betekent, ten minste passend blij verpakt kan worden. De gospel die door de kerken van Harlem schalde was allesbehalve benepen en fantasieloos en op geen enkele manier saai en melodramatisch. Zij galmde, knalde en swingde als een tiet. Ik heb ook geen grijze kokerrokken kunnen ontdekken. Ik zou er goud voor geven mijn oma eens in die hoedanigheid te kunnen aanschouwen. Misschien dat 18 september inspirerend gaat werken. yyy
Humor: ‘Arjan Ederveen: Theo en Thea, Creatief met kurk, en nu het toneelstuk Lang en gelukkig. Een compilatie van bekende sprookjes die net even anders lopen en waar ik me helemaal stuk om heb gelachen.’
Met sushi kan veel mis zijn. De rijst plakt niet of juist te veel, is te koud of te warm, de rollen zijn te groot of te klein, de sushi is te standaard of te experimenteel. Het is dus ook niet zo vreemd dat een bezoek aan een Amsterdamse sushibar vaak uitloopt op een deceptie en je de sushi liever zelf maakt, ook al hang je dan minstens een halfuur boven een pan met rijst te wapperen met een oude krant om het perfecte plakgehalte te realiseren. Het kwam mij ter ore dat er een sushibar in Amsterdam is die zowel op internet als van kenners (de gevreesde Johannes van Dam van Het Parool gaf het restaurant een 8-) goede recensies krijgt. Toen ik ook nog op de site zag dat je er onbeperkt sushi kan eten voor slechts € 20,80, was ik verkocht. Ik haastte me richting Damrak. Want daar, op de onvoorstelbaar ongezellige ‘Rode Loper’ van Amsterdam, bevindt zich sushibar Kyoto. Eens kijken of de geruchten kloppen. Het concept van Kyoto kom je niet vaak tegen in de gemiddelde all you can eat-zaak: er is geen tijdslimiet, geen buffet, geen formulieren en geen boetes voor niet opgegeten gerechten. We nemen het basisarrangement, wat meer dan genoeg is als je alleen voor de sushi komt. We beginnen met een misosoep die naar mijn smaak iets te zout is en iets te veel lijkt op de poederpakjes die je bij elke toko kan kopen. De volgende ronde nemen we de Californian rolls die knapperig zijn en een goede balans hebben tussen de surimi en de komkommer. De spicy tuna, de avocado-zalm en eigenlijk alle sushi die we daarna proberen zijn duidelijk vers gemaakt, met malse vis en rijst op goede temperatuur. We wisselen het geheel af met gefrituurde garnalen, avocado-nigiri en salade. Het leuke aan Kyoto is dat je alles kan proberen. Altijd al eens ‘salmon belly sushi’ willen eten? Of rodebonenijs als dessert? Zeewierslade als bijgerecht? Hoewel het wel gewaardeerd wordt als je netjes je bord leegeet, kan je het bij Kyoto allemaal proberen. De bediening is vandaag erg goed. Uit niets blijkt dat ze ons, hoewel de zaak propvol is, snel weg willen hebben. Dat kan een momentopname zijn, want op internet is niet iedereen even lovend over de rondrennende meisjes. Na twee uur verwisselen we de frisheid van Kyoto voor het dampende en stinkende Damrak. Advies: kom uitgehongerd, want Kyoto is een dag hongerlijden zeker waard. yyy Marit van Kooij
Fen Verstappen
Zaterdag 18 september 2010 Vanaf 13.00 (zaal open om 12:00) tot 23:15 uur Entree 32,50 euro Heineken Music Hall Meer info op www.gospelfestival.nl
Boek: ‘Meneer Ibrahim en de bloemen van de koran van Eric-Emmanuel Schmitt. Een actueel verhaal over een wijze Arabier die een joods jongetje bij de hand neemt en dat groot is in elk opzicht: tolerantie tussen religies, vriendschap tussen jong en oud. Geert Wilders en alle figuren die star tegen andersdenkenden aankijken zouden dit voor straf dertig keer moeten lezen.’ Film: ‘Rare paradijsvogels en vooral twee vrouwen die sterk, autonoom en in control zijn: Bagdad Café uit 1987. Mijn eindscriptie gaat over vrouwelijke heldinnen. Zo’n krachtig vrouwelijke representatie zie je zelden in populaire cinema. Het overheersende beeld is dat vrouwen willen zorgen en in de armen genomen worden. Maar dat is een vanuit de cultuur gestuurd beeld.’ Afknapper: ‘Vanuit mijn feministische hart: Stout, het boek van Heleen van Royen en Marlies Dekkers. Om het platte beeld daarin van vrouwen: de geile, lustobject achtige pop. Al die onechte, gefotoshopte foto’s, het heeft niets met de verbeelding van krachtige vrouwen te maken.’ Tijdschrift: ‘Linda. Absoluut niet academisch en lichte kost, maar een ontzettend goedgemaakte wegleesglossy met vernieuwende en confronterende foto’s (vrouwelijke bodybuilders) en lekker voor op het strand.’ Muziek: ‘Mijn held Huub van der Lubbe met Concordia. Hij is een poëet met sublieme teksten, die je pas echt begrijpt als je zelf meemaakt waarover hij zingt. O, dat bedoelde Huub dus over de liefde in “Iemand als jij.” En natuurlijk ben ik stiekem verliefd op hem.’ Tv: ‘‘t Schaep met de 5 pooten. Een grandioos spelende cast, een setdresser die losgaat bij de aankleding van decors en acteurs, en ook de liedjes voegen iets toe.’ Kunst: ‘De tekeningen van Leo Vroman zoals het zelfportret waarbij de hand waarmee hij de spiegel vasthoudt verdwijnt in de spiegel. Hij is inmiddels 95 jaar en scherp als een mes: dichter, wetenschapper, kunstenaar. Hij ontwerpt ook nog computerprogramma’s!’
Eten: heerlijk Prijs: prima Bijzonder: mogelijkheid tot karaoke-arrangement
Stokje: ‘Ik geef het stokje aan student wiskunde Apo Cihangir, een bescheiden jongen die heel charmante e-mails schrijft waarin hij altijd heel duidelijk uitlegt wat hij bedoelt.’ yyy Hans van Vinkeveen
Folia 29
[ingezonden mededeling]
Peper Nieuwsbrief van de
www.ASVA.nl
ASVA verlicht je studententijd Het nieuwe studiejaar staat weer voor de deur! Dit betekent weer zwoegen op opdrachten en hard leren voor tentamens. Om jouw studietijd tot een succes te maken is het erg belangrijk om een goede studieomgeving te hebben. Als centrale belangenbehartiger van de Amsterdamse studenten zet ASVA zich hiervoor in. Om jouw studentenleven zo soepel mogelijk te laten verlopen signaleert ASVA problemen en denkt ASVA na over creatieve oplossingen. Daarnaast zet ASVA zich in voor goed onderwijs en lobbyt zij voor meer studentenhuisvesting in Amsterdam. Zo zijn de containerwoningen een idee van ASVA. Verder verkoopt ASVA iedere donderdag de goedkoopste legale fietsen van de stad. Deze fietsverkoop vindt plaats op het Binnengasthuisterrein. Ook biedt ASVA voordelige studentenverzekeringen aan. Het Platform is er om je te helpen bij het opzetten van projecten en evenementen. Heb je ruzie met je huisbaas of problemen met de DUO dan kan je bij het rechtsbureau van ASVA gratis juridisch advies inwinnen. Kortom, tijdens jouw studententijd is ASVA er voor jou.
De cijfers
Kijk wat ASVA jou te bieden heeft op:
www.ASVA.nl
Lid bij ASVA Als ASVA-lid kun je gebruik maken van al onze diensten en profiteer je van aantrekkelijke kortingen. Voor slechts 15 euro per jaar ben jij lid van ASVA. Ben je lid van één van onze partnerverenigingen dan ontvang je nog eens 5 euro korting op het lidmaatschap. Je kunt ook op vele manieren actief worden binnen ASVA, bijvoorbeeld door actief te worden in één van onze commissies. Kijk op www.ASVA.nl hoe jij actief kunt worden bij ASVA.
ASVA in het kort: • Gratis rechtshulp • Kamerbemiddeling • Voordelige verzekeringen • 2 X per jaar cursusweek • Hulp bij het opzetten van projecten en evenementen • Onze studentenbalie in het Studenten Informatie Centrum helpt je met al je vragen over het studentenleven • Goedkoopste legale fiets van de stad (alleen voor leden)
Een uitgave van de ASVA studentenunie. Vendelstraat 2 1012 XX Amsterdam. Reageren? peper@asva.nl
- advertentie -
f
#01 het cultureel studentencentrum van UvA & HvA
GOED VOORBEREID HET DONKER IN.
CREA Cursussen
FILMTIP VAN HET JAAR CINEVILLE.NL
DÉ SITE VOOR DE AMSTERDAMSE FILMLIEFHEBBER
lezingenladder
Voor iedereen die is geïnteresseerd in lezingen, debatten en congressen, is er de Folia Lezingenladder. Iedere week vind je hier een selectie van de meest interessante evenementen in Amsterdam. Kijk voor een compleet overzicht op www.folia.nl/lezingenladder. Ter introductie een overzicht van locaties om in de gaten te houden.
De Balie
Op Cineville.nl vind je de complete filmagenda van de 13 Cinevilletheaters, met uitgebreide info over elke film. Als Cineville Bewoner hou je via je eigen profielpagina contact met al je vrienden. Check welke films ze bezoeken, schep op met je bezoekhistorie en nodig iemand uit voor die ene film op je wishlist. In het Cineville Magazine kun je meediscussiëren over het laatste filmnieuws, interessante bespiegelingen en nog veel meer. Een Cinevillepas is niet nodig, maar wel gemakkelijk online aan te vragen: onbeperkt naar de film voor maar €17,50 per maand! Lees meer op Cineville.nl.
CREA biedt jaarlijks zo’n 500 cursussen aan, in het najaar, in het voorjaar en in de zomer. Je kunt hier alles doen wat je kunt verzinnen: acteren, modelboetseren, streetdancen, schilderen, zingen, elektronische muziek maken, mode fotograferen, broadcast designen... De najaarscursussen starten eind september, inschrijven kan via de website.
Uit bij CREA
NU OP CINEVILLE.NL
Kleine-Gartmanplantsoen 10, 1017 RR Amsterdam 020 5535151 info@balie.nl / www.debalie.nl
Felix Meritis
Keizersgracht 324, 1016 EZ Amsterdam 020 626 23 21 (kantoor) / 020 623 13 11 (kassa) Felix@felix.meritis.nl / www.felixmeritis.nl
Pakhuis de Zwijger Piet Heinkade 179, 1019 HC Amsterdam 020 788 44 40 info@dezwijger.nl / www.pakhuisdezwijger.nl
CINEVILLE BEWONERS CLAIM NÚ JE EIGEN PLEK IN DE FILMSTAD!
De Rode Hoed
Als Cineville Bewoner heb je toegang tot een eigen profielpagina. Hier vind je een Wishlist met alle films die je nog wilt zien, lees je de Berichten van je cinefiele Vrienden en hou je je persoonlijke filmagenda bij. Cinevillepashouders krijgen hier nog een extraatje bij: hun Bezoekhistorie, een overzicht van alle films die ze bezochten met hun pas. Als Cineville Bewoner plan je gemakkelijk een avondje filmkijken met de Filmplanner: binnen vijf klikken met de muis ontvangen je vrienden een uitnodiging en staat de afspraak in je Agenda. Lees meer op Cineville.nl.
In het CREA Theater en in de CREA Muziekzaal kun je iedere dag naar debatten, concerten, lezingen of voorstellingen, vaak zelf geproduceerd. Zo is er natuurlijk CREA Debat, ons wekelijkse programma van debatten, lezingen en documentaires, maar er is ook CREA Plug & Play (nieuwe bands), CREA Open Podium, CREAtions (anything, als het maar cultureel is) en CREA Klassiek. Ook zijn studentenorganisaties altijd welkom met hun producties. De agenda staat elke week hier in Folia, en op onze website.
CREA Café ZOEK JE NOG EEN DAK BOVEN JE HOOFD?
GA ONBEPERKT NAAR DE FILM VOOR MAAR €17,50 PER MAAND ALLE DERTIEN FILMHUIZEN VAN AMSTERDAM DOEN MEE VRAAG NU JE PAS AAN OP CINEVILLE.NL/PAS
CREA Café is dè plek om in de pauze van je cursus of na je college bij te praten en wat te drinken. Het café fungeert tevens als foyer van het CREA Theater en de CREA Muziekzaal. Er is een uitgebreide kaart met broodjes, tosti’s en (huisgemaakte) soep, yoghurt, zelfgebakken taart en cake en betaalbare weekschotels (pasta’s!).
CREA steunt ONBEPERKT NAAR DE FILM VOOR MAAR €17, PER MAAND 50
Timorplein 62 (in Oost) Tram 14 of bus 22 en 41 Info/reserveringen: 6920422 Restaurant dagelijks geopend Combineer Eten + Film www.studio-k.nu
Wie iets cultureels wil ondernemen, moet bij CREA zijn: voor goedkope studio’s of theaters, voor hulp en advies, of voor subsidie van het CREA Fonds. Nieuwe ideeëen zijn altijd welkom!
www.crea.uva.nl
Keizersgracht 102, 1015 CV Amsterdam 020 6385606 info@rodehoed.nl / www.rodehoed.nl
Spui25
Spui 25-27, 1012 WX Amsterdam 020 525 8142 spui25@uva.nl / www.spui25.nl
VUConnected
Veelvoorkomende debatlocaties: Amsterdam Bright City. Claude Debussylaan 2-8, 1082 MD Amsterdam Hoofdgebouw VU, Aula, De Boelelaan 1105, 1081 HV Amsterdam Bezoekadres: VU-Uilenstede, Prof. E.M. Meijerslaan 2, 1183 AV Amstelveen, 020 5989292 email via www.vupodium.nl/contact / www. vuconnected.nl U organiseert een lezing of debat en wilt daarmee graag op deze pagina staan? Stuur een mailtje naar folialezing@gmail.com onder vermelding van ‘Aanmelding lezingenladder’.
Fresco
Moerbeek
Het onverwachte
De laatste zomer
Daar sta je dan, in Amsterdam, een van de meest begeerlijke steden in de wereld. Studeren is een voorrecht, inderdaad. Je mooiste jaren, de echte vrijheid, jezelf ontdekken, vriendschap, en de wetenschap erbij – het kan niet op. Als je dat voorrecht misschien nog niet besefte, dan is een blik op het minder bedeelde deel van de wereld genoeg om te weten dat wie studeert, straks meer verdient, gelukkiger wordt en gezonder blijft. En als je nog niet had bedacht dat studenten in Nederland tot de meest bevoorrechte behoorden, denk dan even aan landen waar je wel mag studeren als je goed bent, maar vaak niet je vak mag kiezen en niets anders kan doen dan de hele dag studeren, om de lening te betalen die je familie heeft afgesloten. Amsterdam herbergt tientallen musea en theaters met een veelzijdig programma dat zich kan meten met Parijs, Londen en New York (waarvoor je als student nog korting krijgt ook). Ook dat is een voorrecht, want hoeveel mensen studeren er
niet in grauwe industriesteden waar niets te beleven valt? Dus buit je voorrechten uit. Doe meer dan colleges en practica lopen, een vakantiebaantje, gezellig uit en de krant op het internet scannen – dat doet iedereen al. Doe het andere, het onverwachte. Ga naar concerten en musea, doe mee aan discussiegroepen, doe vrijwilligerswerk. En bovenal: lees! Doe dingen die je verplaatsen naar een andere wereld: luister naar klassieke muziek juist als je daar niet van houdt, neem een poes als je een hekel hebt aan huiselijkheid, lees over mensen en landen die op geen enkele manier op jou lijken, ga naar de Bijlmer als je daar tegen opziet en ga naar een museum ook al denk je dat het niets voor jou is. Zoek het onverwachte, datgene wat je dwingt tot nadenken. Van het verkennen van het onverwachte zul je net zoveel van het leven leren als van studeren. yyy Louise O. Fresco
De zomervakantie voordat ik begon aan mijn studie sociologie was ik op bezoek bij mijn vader in Athene. Ik was daar naartoe gegaan om wat dingen op een rijtje te zetten. Op studievlak had ik al een teleurstellende periode achter de rug. Ik vond er werkelijk geen zak aan. Tja, moet je ook geen bedrijfswetenschappen aan de VU gaan doen. Ik was dus in Athene en het was heet. In een spirituele bui dacht ik, laat ik een berg beklimmen met op de top een Grieks-orthodox kerkje. Daar vind ik vast antwoord op mijn vragen. Spiritueel of niet, met 35+ in de volle zon door de smoglaag van Athene een berg beklimmen is geen feest. Hevig zwetend sjokte ik langs uitgedroogde cactussen en liet de daken van de Griekse huizen steeds verder onder mij. In de verte kon ik de Egeïsche zee zien liggen en iets dichterbij de Acropolis. Ergens daar tussenin moeten op dat moment hoge ambtenaren hebben zitten grinniken om de poets die ze de EU aan het bakken waren. Toen werd het zwart voor mijn
ogen. Ik stond op het punt flauw te vallen en werd bij mijn arm gegrepen. Ik keek om, recht in de twinkelende varkensoogjes van een vadsige rossige orthodoxe priester. ‘You are looking for something my friend!’ Ik keek hem verward aan en dacht vooral aan ijskoude cola. Wat bazelde die gast? ‘I can see it’. Hij giechelde een beetje en leunde met zijn immense lichaam in zijn zwarte gewaad op een houten wandelstok. Ik murmelde wat. ‘You just keep on searching, and you will find your way, don’t worry.’ Dat advies heb ik de afgelopen paar jaar maar in gedachte gehouden. En nu ik op het punt sta af te studeren lijkt het me de beste tip die ik aan eerstejaarsstudenten kan meegeven. (Op de terugweg van die berg heb ik trouwens gewoon het treintje genomen). yyy Kimon Moerbeek Dit is de laatste column van Kimon Moerbeek.
Peter Sloot hoogleraar Computational Science
Frank van Vree hoogleraar journalistiek en cultuur
overigens
Mirjam van Praag hoogleraar ondernemerschap en organisatie
Door het toenemende aantal studenten gaat de kwaliteit van onderwijs achteruit en stelt een universitaire titel steeds minder voor. Peter Sloot: ‘Absoluut mee oneens. Wel moet de stelling ontkoppeld worden. Meer studenten leidt niet direct tot kwalitatief slechter onderwijs. Het eerste element, groeiende studentenaantallen, moeten we alleen maar stimuleren. Hoe meer, hoe beter. We leven in een ongelooflijk complexe wereld en de problemen die we in de schoot geworpen krijgen, worden met de dag groter. Er zijn steeds andere banen nodig om die problemen het hoofd te bieden; banen waarvan we zes jaar geleden niet hadden kunnen bedenken dat we ze nu nodig hebben. Ook is de wereldwijde competitie moordend met grootmachten als China die enorm veel getalenteerde studenten voortbrengen. Als we nog wat willen betekenen over een paar jaar, moeten we nu iets doen. Wat betreft de kwaliteit van het onderwijs hoeven we ons niet zo’n zorgen te maken. Multidisciplinair onderwijs heeft 32 Folia
de toekomst en als we het aantal studenten kunnen verspreiden over de huidige middelen, kunnen we ons potentieel efficiënter inzetten en zullen studenten kwalitatief beter en breder worden opgeleid.’ Mirjam van Praag: ‘Als meer studenten betekent dat het studenten zijn die eerder geen toegang hadden tot hoger onderwijs, dan zou deze stelling niet opgaan. Maar met het egalitaire systeem dat Nederland kent waarbij vrijwel iedereen gelijke toegang heeft tot hoger onderwijs, betekent het dat een groeiend aantal studenten zeer waarschijnlijk een verlaging van de kwaliteit van onderwijs met zich meebrengt. Zeker in onze cultuur van rendementsverhoging, waarbij alles erom draait studenten zo snel en efficiënt mogelijk te laten afstuderen, betekent de instroom van meer studenten óf dat er meer geld moet komen, óf dat er
moet worden bespaard op de kwaliteit van onderwijs. En dan komt het Nederlandse financieringsstelsel in beeld. Het geld dat universiteiten per student krijgen, loopt altijd twee jaar achter. Dat is belachelijk en zorgt ervoor dat de kwaliteit van onderwijs bij groeiende studentenaantallen nooit gelijk kan blijven. Met de huidige groei is het daarom belangrijk dat dat stelsel eens goed onder de loep wordt genomen.’ Frank van Vree: ‘Er bestaat geen causaal verband tussen meer studenten en minder kwaliteit in het onderwijs. Bij grote opleidingen als geneeskunde zou niemand zoiets accepteren. Het probleem moet anders worden geformuleerd: de vraag is of het aantal medewerkers en het onderwijsprogramma kunnen meegroeien met het aantal studenten. Als voorzitter van een grote afdeling heb ik gezien dat de arbeidspro-
ductiviteit enorm is gestegen. Dat moest ook: sinds 2006 is het aantal studenten bij geesteswetenschappen enorm toegenomen, terwijl het personeel in omvang gelijk is gebleven. Er komt een moment dat je als instelling moet kiezen. De ene optie is een verdunning van je onderwijsprogramma – minder begeleiding, meer zelfstudie en hoorcolleges – maar een zelfde normering. Dat is de situatie bij economie en rechten, waar door extensief onderwijs veel studenten afvallen. De andere optie is kiezen voor rendement, met als gevolg een verlaging van het onderwijsniveau. We hebben nog geen beslissing hoeven nemen, maar deze hangt als een zwaard van Damocles boven ons. Universiteiten staan voor een onmogelijke keuze.’ yyy Floor Boon In deze rubriek reflecteren wetenschappers op een actuele stelling.