Afscheid
Roem
Luie student Autisten
van Joan Hemels
Minister Ernst Hirsch Ballin
Of te hoge verwachtingen?
Weekblad voor de Universiteit van Amsterdam Jaargang 62 20-03-2009
Nummer 25
Artis Digitalis
Studeren ook aan de UvA
IDEEËN PRIJSVRAAG 2009
HEB JIJ EEN GOED IDEE?
innovatief, origineel én uitvoerbaar met een commerciële en/of maatschappelijke waarde inschrijven vóór 30 maart 2009 prijsuitreiking 12 mei 2009 deelnemers studenten en onderzoekers van FNWI UvA, AMOLF, CWI, Nikhef, SARA en bedrijven op Science Park Amsterdam jury Robbert Dijkgraaf (president KNAW), Tom Schwarz (fondsmanager LSFA), Mirjam van Praag (hoogleraar ondernemerschap UvA), Jan Post (Kennisambassadeur UvA), Harry van Dorenmalen (General Manager IBM Benelux) informatie www.scienceparkamsterdam.nl/prijsvraag
www.bureaukennistransfer.uva.nl
SCHRIJ JE NU I F N M
AAK KA VOLGEN NS OP DE DE PRIJ ZEN: ONDER ZOEKER S€ STUDEN
PUBLIE
TEN € 2
3000,-
000,S € 1000 ,-
KSPRIJ
BUREAU KENNISTRANSFER UVA AMC
SPA_260x325_IdeeFolia.indd 1
04-03-2009 11:05:38
5:38
inhoud
Foto: Bram Belloni
De wereld draait door Voor een autist is de wereld soms geen pretje. Te veel indrukken, te veel geluid, te veel sociale conventies, te veel drukte en te veel gevoel. Niemand begrijpt je, dus kun je maar beter voor jezelf houden dat je een autistische stoornis hebt, anders wordt je meteen ‘Rain Man’ genoemd. Gesprek met drie autistische studenten op blz.20
Afscheid
Roem
Luie student Autisten
van Joan Hemels
Minister Ernst Hirsch Ballin
Of te hoge verwachtingen?
Studeren ook aan de UvA
Er is reden tot ongerustheid
nieuws
Zegt SCP-directeur Paul Schnabel..................... blz. 4
Chromosoom 7q36 ‘Fout’ DNA veroorzaakt hartdood .................... blz. 5
Weekblad voor de Universiteit van Amsterdam Jaargang 62 20-03-2009
Nummer 25
Laat de goudkarretjes weer rijden Allard Pierson Museum wil verleden terug ........ blz. 7
Studenten zijn lui
Artis Digitalis
of het grote rendementsdenken ....................... blz. 8
Mislukt of geslaagd? Lezersreacties op de Folia Vrouwenspecial ............ blz. 8
Cover: Artis Bibliotheek, Bijzondere Collecties van de UvA
Emeritus Joan Hemels Interview met de krantenman .........................blz. 10
Onderweg Mag een zoekmachine alles vinden? ................blz. 14
Best cynisch, voor een twintiger Het nieuwste boek van Rob Wijnberg ..............blz. 15
Cover Magistrale natuur ..........................................blz. 17
En verder: Nieuws 4-7, opinie/brieven/scriptie 8-9, Film/Het beste 12, Uit/Eten 13, Weekgast 19, Annonces/Promoties/22, Roem 23, Dijkgraaf & Fresco/Puzzel/Spekkie Big 28
Colofon
Win: Cd-pakket Sonic Connections Sonic Connections is een driedaags festival van 2 t/m 4 april in de Brakke Grond, waar het nieuwste uit de pop- en rockwereld van Vlaanderen en Nederland te horen is. Folia mag een cd-pakket weggeven met cd’s van The Moi Non Plus, Motek en Dijf Sanders. Om te winnen ga je naar www.folia.nl/prijsvraag
Folia: Weekblad voor de Universiteit van Amsterdam, Vendelstraat 2, 1012 XX Amsterdam, Tel. 020-5253981, Fax 020-5253980, redactie@folia.uva. nl, Website: www.folia.nl, Uitgever: Stichting Folia Civitatis, Redactie: Nadine Böke, Mirna van Dijk (eindredacteur), Jim Jansen (hoofdredacteur), Anne Koeleman, Harmen van der Meulen, Margot Riedstra (secretariaat), Dirk Wolthekker, Medewerkers aan dit nummer: Jaron Beekes, Bram Belloni, Martien Bos (correctie), Bob Bronshoff, Robbert Dijkgraaf, René Glas, Julie de Graaf, Irene Hemels, Cees Heuvel, Marlous Mollee, Henk Thomas, Won Tuinema, Fen Verstappen, Hans van Vinkeveen. Folia is aangesloten bij het Hoger Onderwijs Persbureau (HOP) en werkt samen met Havana, het weekblad van de Hogeschool van Amsterdam, Havana redactie: Jobien Groen, Wim de Jong, Thijs den Otter, Annemarie Vissers, Paul van de Water (hoofdredacteur), Redactieraad: Simon Dikker Hupkes, Albert Goutbeek, Lief Keteleer (voorzitter), Amanda Kluveld, Kathusha Sol, Bert Vuijsje, Bladmanagement: Impressum, Zoetermeer, Lay-out: Carl Zevenboom, Amsterdam, Druk: Dijkman Offset, Diemen, Advertentiewerving: Bureau van Vliet bv, Zandvoort, Tel. 023-5714745, Fax 023-5717680, zandvoort@bureauvanvliet.com, Abonnement: E46,90 per jaargang. Opgave: 020-525 3981, mededelingen@ folia.uva.nl of www.folia.nl
Soms is het lastig om te bepalen wat nou precies wel of niet wetenschappelijk is. Toen ik zelf nog hier aan de UvA studeerde had ik het vak theorievorming en daarin werd me uitgelegd dat wetenschap in principe de waarheid is, totdat deze waarheid weerlegd wordt. Een omschrijving waar ik zelf redelijk mee uit de voeten kon. Binnen universiteiten wordt sinds mensenheugenis van alles onderzocht, maar af en toe twijfel ik aan het wetenschappelijk gehalte van bepaald onderzoek. Onlangs kreeg ik een persbericht van het Meertens Instituut met het nieuws dat ze onderzoek verrichten naar de oudste Nederlandse mop. Op zich vind ik het al een grap dat juist het Meertens Instituut, bekend van Voskuils Bureau, onderzoek doet naar humor. In de duizenden bladzijdes Voskuil wordt namelijk geen enkele grap gemaakt en ook niet één keer gelachen. Maar met dank aan het Meertens Instituut heb ik geleerd dat de oudste mop ter wereld dateert van een kleine vierduizend jaar terug, gevonden is bij de Soemeriërs en handelt over een scheet. In Engeland, volgens velen de bakermat van de humor, waren ze drieduizend jaar later. Daar handelde de eerste grap over iets wat langs het dijbeen van een man bungelt en in een gat wil worden gestoken. Clou: een sleutel. Ik vind deze grappen eigenlijk bijzonder flauw en ze hebben mijns inziens een wetenschappelijk gehalte van niets. Net zoals ik het wetenschappelijk dubieus vind dat je vanaf volgend jaar een masteropleiding over The Beatles kan gaan volgen. Niet bij de UvA, maar bij de Liverpool Hope University. De invloed en de status van The Beatles zijn wat mij betreft onomstreden en The Beatles is de meest belangrijke band uit de geschiedenis. Zonder The Beatles geen Oasis, Coldplay, Pink Floyd of David Bowie, allemaal muzikanten en groepen die naar eigen zeggen zwaar beïnvloed zijn geweest door the Fab Four. Maar The Beatles blijft gewoon een popgroep, met leuke liedjes waarnaar je luistert om vermaakt te worden, zonder échte wetenschappelijke relevantie. In Liverpool denken ze daar genuanceerder over en de nieuwe masteropleiding zal vier vakken en een scriptie beslaan. Ik ben benieuwd met welke masteropleiding de UvA binnenkort op de proppen komt. Suggesties kunnen naar onderstaand mailadres worden gestuurd.
’s Werelds oudste mop handelt over een scheet
Jim Jansen, jfj@folia.uva.nl
Folia 25 | 3
Foto: Bob Bronshoff
Mop
nieuws kort
Check www.folia.nl voor een dagelijkse update van al het UvA-nieuws
Bangst voor de tandarts >De fobie voor tandheelkundige behandelingen is de meest voorkomende fobie in Nederland, blijkt uit onderzoek van Acta. >Wie bang voor de tandarts is komt vaak in een spiraal van angst terecht, waardoor de angst nog groter wordt. Ongeveer twaalf procent van de Nederlandse bevolking lijdt aan een fobie, een extreme vorm van angst die ertoe leidt dat mensen situaties gaan mijden die tot die angst kunnen leiden. Dat vermijdgedrag heeft een negatieve invloed op het dagelijks leven. Van alle fobieën komt de fobie voor een tandheelkundige behandeling het meest voor, zo blijkt uit onderzoek van het Academische Centrum Tandheelkunde Amsterdam (Acta). Onderzoekers Ad de Jongh, bijzonder hoogleraar angst en gedragsstoornissen in de tandheelkundige praktijk, en Floor Ooste-
rink deden representatief onderzoek onder tweeduizend respondenten. Daaruit bleek dat 3,7 procent van hen leed aan een fobie voor een tandheelkundige behandeling. Op de tweede plaats kwam de hoogtefobie (3,1 procent) en de spinnenfobie (2,7 procent). De Jongh en Oosterink schrijven erover in het aprilnummer van het tijdschrift European Journal of Oral Sciences. De wetenschappers deden ook onderzoek
LOI lopen (27,2 procent). Ongeveer een kwart van de Nederlanders is bang voor een tandheelkundige behandeling. Door het onderzoek is volgens De Jongh en Oosterink aangetoond dat angst voor de tandheelkundige behandeling door Nederlanders als de ernstigste angst wordt ervaren. Dat tandartsangst op die manier naar voren komt – en een fobie voor de tandarts zo vaak voorkomt – wordt volgens hen waarschijnlijk
Collegevoorzitter Karel van der Toorn is bang dat universiteiten een soort LOI worden als het kabinet besluit tot forse bezuinigingen op het wetenschappelijk onderwijs. ‘Ik vind het onverstandig als er nu weer op onderwijs gekort wordt en denk juist dat er geld bij moet,’ aldus Van der Toorn op folia.nl. ‘Kijk naar wat er nu in Amerika gebeurt. Daar wordt fors geïnvesteerd in onderwijs en wij zouden dat voorbeeld moeten volgen. We zijn al vijftien jaar de eindjes aan elkaar aan het knopen.’ Van der Toorn vindt het vooral triest dat het onderzoek getroffen wordt. ‘Als universiteit geef je onderwijs en doe je onderzoek. Studenten zijn er altijd. Die geef je dus onderwijs, waardoor onderzoek al snel in de hoek komt te staan. Dan knaag je aan de kern van de universiteit, want onderwijs is geweldig, maar het is de directe voeding voor het onderzoek. Als we dat loslaten, dan kunnen we net zo goed de LOI worden.’ (JJ)
Ongeveer een kwart van de Nederlanders is bang voor een tandheelkundige behandeling naar angstresponsen in het algemeen. Daaruit kwam naar voren dat van alle angsten de angst voor slangen in Nederland het meest voorkomt (34,8 procent). Deze angst wordt gevolgd door hoogtevrees (30,8 procent) en vrees om een lichamelijke verwonding op te
verklaard door het feit dat het om een angst gaat die zeer moeilijk te vermijden is. Angst voor de tandheelkundige behandeling leidt vaak automatisch tot een spiraal van vermijding, tandbederf, pijn, schaamte en een verdere toename van de angst. (DW)
De toekomst wordt kleiner >SCP-directeur Paul Schnabel verwacht langdurige recessie. >Juist de middenstand is volgens hem kwetsbaar. Volgens Paul Schnabel, directeur van het Sociaal en Cultureel Planbureau, gaat Nederland van een kredietcrisis naar een echte, langdurige recessie. ‘Ik ben bang voor de “L-curve”: een snelle val en dan een lange periode zonder op te krabbelen,’ zei Schnabel op 11 maart tijdens de lezing ‘Toekomst in het klein. Van kramp naar krimp’. Hij hield de lezing in het kader van de honoursmodule Toekomst in het groot. Schnabel: ‘Op dit moment groeit de toekomst niet, maar wordt
standig ondernemers begint de “onzichtbare werkeloosheid” al, met minder uren en minder werkdagen. Juist de middenstand is kwetsbaar, met zijn hoge hypotheek en te weinig flexibiliteit om goedkoper te wonen. Ik ben daar niet gerust op, ons sociale zeker-
KNAW bezuinigt De Koninklijke Nederlandse Akademie voor Wetenschap (KNAW) gaat bezuinigen. Het gaat om fondsen die afhankelijk zijn van opbrengsten uit belegd vermogen. Door de crisis staan die rendementen op dit moment onder druk. Volgens de KNAW blijft de schade beperkt. Toch werd besloten tot een bestedingsstop. De fondsen van de Akademie die afhankelijk zijn van de opbrengsten uit vermogen, besteden in totaal ongeveer zeven ton per jaar. ‘Dat is ook het bedrag dat bezuinigd moet worden,’ zegt een woordvoerder. Fondsen die getroffen zijn, zijn onder meer de Dr. J.L. Dobberke Stichting voor vergelijkende psychologie, het Schure Beijerinck Popping Fonds voor ecologisch veldonderzoek, en nog tien andere fondsen. Omdat er al enkele toezeggingen werden gedaan, zal de KNAW dit jaar toch nog zo’n honderdduizend euro uitgeven aan prijzen en subsidies. (HOP/DW)
heidsstelsel is daar niet op ingericht. Dit kan tot politieke en sociale onrust leiden.’ Toch heeft hij nog een sprankje hoop voor de nabije toekomst: ‘Misschien biedt de vergrijzing nog wat ruimte op de plekken waar nu geen arbeidsplaatsen meer bijkomen.’ (AK)
hij kleiner, al is het niet mogelijk nu al de precieze effecten in kaart te brengen van de kredietcrisis. Mensen zijn bezig zichzelf dingen aan te praten die nog helemaal niet aan de hand zijn.’ Over het vertrouwen van burgers in de politiek was Schnabel ronduit negatief: ‘Er is nu een echte vertrouwenscrisis in politici. Kiezers schieten door het hele politieke landschap. Door de ontzuiling zijn ze niet langer gebonden aan één partij. Politieke partijen hebben inmiddels overigens allemaal een overeenkomst, die van het modern conservatisme. We willen behouden wat we hebben gewonnen in de tweede helft van de twintigste eeuw: de verzorgingsstaat en onze vrijheid ons leven in te richten zoals we dat willen.’ Dat conservatisme wordt volgens Schnabel gevoed door de angst dat alles minder zal worden. Dat vreest hij zelf ook. ‘Onder zelf-
4 | Folia 25
Foto: Marlous Mollee
‘ Dit kan tot politieke en sociale onrust leiden’
Gebak bij eerste colleges FNWI Op maandag 9 maart vonden de eerste twee colleges plaats van de nieuwe Faculteit Natuurkunde, Wiskunde en Informatica (FNWI) in de nieuwbouw op het Science Park. Studenten van biomedische wetenschappen en psychobiologie beten het spits af. Onderwijsdirecteur Kees de Groot trakteerde alle studenten op gebak. Halverwege de bijeenkomst ging het brandalarm af en moesten de ongeveer honderd aanwezigen het pand verlaten. De ontruiming verliep snel en de brandweer gaf na twintig minuten aan dat iedereen kon terugkeren naar koffie, taart en college. Het Science Park is een van de vier toekomstige UvA-locaties volgens het zogenoemde Vlekkenplan, waartoe ook het BG-terrein/Oudemanhuispoort, het AMC en het Roeterseiland behoort. Naast de FNWI verhuist ook het Universitair Sport Centrum naar het Science Park, en wordt het Amsterdam University College (AUC) er gerealiseerd. Er komen bovendien 1200 studentenwoningen. (JJ)
Goed salaris Bijna twee op de drie hoogopgeleide werknemers zegt zich geen zorgen te maken over de economische crisis. Toch verwacht 40 procent dat het bedrijf waar ze werken in de problemen komt en kijkt 80 procent om zich heen. 17 procent is actief op zoek naar ander werk en 7 procent is bang voor ontslag. Dit blijkt uit een enquête onder 950 hoogopgeleide lezers tussen de twintig en vijfenveertig van het weekblad Intermediair. Een ‘goed salaris’ staat volgens het blad op nummer twee van de belangrijkste voorwaarden waaraan een baan moet voldoen. Zo hoog op de wensenlijst heeft het salaris volgens Intermediair lange tijd niet meer gestaan. Wel moet werk nog steeds leuk zijn, want anders gaat 76 procent van de geënquêteerden ergens anders solliciteren. (HOP)
doctor
nieuws
Onverklaarbare hartdood verklaard >Cardioloog Arthur Wilde ontdekt genetische afwijking die plotselinge hartdood veroorzaakt. >Mensen bij wie familiair hartfalen op jonge leeftijd voorkomt, zouden zich moeten melden.
Waarom was het nodig opnieuw naar de grondslagen van de ontslagvergoeding te kijken? ‘Er was eigenlijk nog nooit echt naar deze grondslagen gekeken. Er wordt erg veel gediscussieerd over de ontslagvergoeding, maar daarbij gaat het eigenlijk nooit over de grondslagen, oftewel het waarom van de vergoeding. Dit was dus een uitgesproken kans om onderzoek te doen naar een open plek binnen een veelbesproken onderwerp.’
Foto: DWBA
Een groep onderzoekers onder leiding van cardioloog Arthur Wilde van het AMC heeft een genetische afwijking ontdekt die samenhangt met plotselinge hartdood op jonge leeftijd. Dankzij deze ontdekking kunnen mensen met de aandoening, die voluit familiar idiopathisch ventrikelfibrilleren heet, nu preventief worden behandeld. De resultaten van het onderzoek zijn deze week gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift American Journal of Human Genetics. In families waarin de erfelijke afwijking voorkomt, sterft ongeveer een kwart van de familieleden voor hun vijftigste of zelfs veertigste levensjaar aan spontane hartritmestoornissen. Dit gebeurt zonder waarschuwing vooraf: vaak zijn de mensen om wie het gaat kerngezond en was er geen enkele medische afwijking bij hen te vinden. Met het ontdekken van de genetische afwijking, een stukje ‘fout’ DNA op het chromosoom genaamd 7q36, kan nu met zekerheid worden vastgesteld of iemand aan deze aandoening lijdt.
Alexandra van zanten-Baris (1979) promoveert bij rechten op de grondslagen van de ontslagvergoeding.
Omdat er tot nu toe geen enkele manier was om aan te tonen dat iemand aan deze aandoening lijdt of leed, is het niet duidelijk hoe wijdverbreid de aandoening is. De betrokken artsen hopen dat mensen bij wie er in de familie veel hartfalen op jonge leeftijd voorkomt, zich zullen melden. Als blijkt dat zij
inderdaad de genetische afwijking hebben, kunnen zij preventief behandeld worden. Dit gebeurt door de implantatie van een inwendige defibrillator. Zodra er hartritmestoornissen optreden, kan deze defibrillator met behulp van kleine elektrische schokjes het hartritme weer normaal maken. (NB)
Leerstoel Nederlandse cinema >Op initiatief van het Filmmuseum en de UvA komt er een bijzondere leerstoel Nederlandse cinema en filmcultuur. >Tot het onderzoeksveld behoren filmbeleid, publieksreceptie, de geschiedenis van Nederlandse filminstituten en historiografische thema’s. Het Nederlands Filmmuseum en de UvA gaan een bijzondere leerstoel instellen voor de bestudering van de Nederlandse film en filmcultuur. Doel van de leerstoel is het bevorderen van wetenschappelijk onderzoek naar de Nederlandse film en het versterken van het Filmmuseum als filmhistorisch en cultureel kenniscentrum. De leerstoel wordt ondergebracht bij de af-
deling mediastudies van de Faculteit der Geesteswetenschappen. De nog te benoemen bijzonder hoogleraar heeft als opdracht onderwijs en onderzoek te verzorgen op het terrein van de Nederlandse film en cinema, zowel in relatie tot het filmerfgoed als de hedendaagse filmcultuur. Het Filmmuseum en de UvA willen met de bijzondere leerstoel de relatie tussen de academie en het Filmmuseum op het niveau van staf en studenten versterken. Tot het onderzoeksveld behoren filmbeleid, publieksreceptie, de geschiedenis van Nederlandse filminstituten en historiografische thema’s. Ook zal aandacht worden gegeven aan technologische en esthetische aspecten van de Nederlandse cinema en filmcultuur. De bijzon-
Reacties op de site DNB terug naar Oude Turfmarkt ‘Het idee dat een gebouw zijn geschiedenis moet ademen is goed. Ook een idee voor andere UvA-gebouwen, bijvoorbeeld het Maagdenhuis! Een opstelling in de hal over de geschiedenis ervan (weeshuis) zou top zijn!!!’ (Joke)
Meer initiatieven van deze aard zijn welkom! Gewoon één plan, mensen!’ (Sjoerd) ‘O ja? En wat als de decaan dan advies vraagt over het afschaffen van herkansingen? Wat doe je dan? Natuurlijk zijn veel plannen van partijen onhaalbaar, dat geldt ook voor de “grote” politiek. Nou en.’ (David R.)
Studentenpartij focust op één issue: een beter inschrijfsysteem ‘De meeste studentenpartijen hebben idiote, overspannen, niet-realiseerbare en te veel plannen, dus dit is een prima initiatief.
Vogelboek markeert start digitaliseringsproject ‘Prachtig, het boek van Freriks. Groot gelijk dat de UB haar project aan zo’n boek koppelt! Vaker doen.’ (Jozien)
der hoogleraar zal tevens een rol spelen in de ontwikkeling van toegepast onderzoek door het Filmmuseum op het gebied van restauratie, conservering en programmering. (DW)
De poll op folia.nl ging afgelopen week over de nauwe samenwerking tussen UvA en VU op het gebied van het aanbieden van bètaopleidingen. De stelling luidde: Het zou een goed plan zijn als de bètafaculteiten van UvA en VU zouden fuseren. • Dat wordt een massafaculteit met alle inhoudelijke gevolgen van dien. Niet doen! – 56,3% • Dat gaat nooit lukken, want de bedrijfsculturen van de UvA en VU zijn te verschillend. – 22,9% • Zeer goed plan, want zo kun je in één faculteit ‘the best of both worlds’ combineren. – 12,5% • Zeker, want twee faculteiten die dezelfde opleidingen aanbieden is weggegooid geld. – 8.3% Totaal aantal respondenten: 96
U bestudeerde de verschillende grondslagen die in de loop der tijd zijn aangevoerd voor de ontslagvergoeding. Wat bleken de belangrijkste? ‘Dat zijn er drie. De eerste is de ongelijkheidcompensatie. In het arbeidsrecht worden de werkgever en werknemer gezien als ongelijk aan elkaar; de werknemer staat economisch zwakker. Die ongelijkheid kan enigszins worden weggenomen door een drempel op te werpen voor ontslag, bijvoorbeeld in de vorm van een ontslagvergoeding. De tweede grondslag is vergoeding van immateriële en materiële schade als gevolg van het ontslag. En de derde, volgens mij de belangrijkste, is de kansengrondslag. Die draait erom hoeveel kansen iemand na het ontslag heeft op de arbeidsmarkt.’ Een van uw aanbevelingen is dat er binnen het ontslagrecht meer aandacht moet komen voor employability. Leg eens uit? ‘Employability is een term die erg “in” is onder mensen die zich met arbeidsrecht bezighouden. Ik heb de term gedefinieerd als de inzetbaarheid van werknemers op de arbeidsmarkt. Employability is in mijn ogen belangrijk omdat vrijwel alle grondslagen van de ontslagvergoeding hierop zijn terug te voeren. Schade bijvoorbeeld slaat meestal op toekomstige inkomensschade. Als een werknemer goed inzetbaar is, en snel een andere baan kan vinden, is vergoeding van deze schade niet nodig.’ Hoe zou dit in de praktijk vorm kunnen krijgen? ‘Er zou bij het vaststellen van de hoogte van de ontslagvergoeding kunnen worden gekeken naar de inspanningen die verricht zijn om de inzetbaarheid van de werknemer op peil te krijgen en te houden. Bijvoorbeeld in de vorm van scholing en cursussen. Als een werkgever veel heeft gedaan aan scholing, zou er een lagere ontslagvergoeding kunnen worden toegekend. Je kan het rekening houden met employability zien als een corrigerend element dat bovendien werkgevers en werknemers kan stimuleren om iets te doen op dit vlak.’ (NB) Alexandra van zanten-Baris, De grondslagen van de ontslagvergoeding, promotie: 11 maart.
Folia 25 | 5
Foto: Henk Thomas
in beeld
Twee lampen in de stijl van de Amsterdamse School worden gerestaureerd in het atelier van het Allard Pierson Museum (APM). De lampen stonden vanaf 1910 aan weerszijden van de toegangstrap van De Nederlandsche Bank, die vroeger in het pand was gevestigd. Beide lampen waren verdwenen, maar werden twee jaar geleden op het Waterlooplein aangetroffen en teruggekocht door toenmalig APM-directeur Robert Lunsingh Scheurleer. Elektricien en metaalrestaurator Frank Moolhuizen (foto) is anderhalf jaar bezig geweest met de restauratie. Begin april, als het APM haar 75-jarig bestaan viert, staan de lampen weer op hun oorspronkelijke plek, voorzien van spaarlampen. (HT)
promoties
nieuws
DNB terug naar Oude Turfmarkt ‘Ik wil De Nederlandsche Bank terug op de Oude Turfmarkt,’ zegt Wim Hupperetz, de nieuwe directeur van het Allard Pierson Museum, het archeologisch museum van de UvA. Tot 1968 was De Nederlandsche Bank (DNB) gevestigd in het pand waarin nu het museum is gehuisvest. Toen DNB verhuisde naar het Frederiksplein werden het meubilair en de inventaris meegenomen, met als gevolg dat er niets meer herinnert aan de banktijd van het pand. ‘En dat is vreemd,’ zegt Hupperetz. ‘Dit gebouw is gebouwd als bank, maar als je hier loopt, is er niets dat aan de geschiedenis ervan herinnert. Dat moet anders.’ Hupperetz heeft inmiddels een afspraak gemaakt met de directie van DNB om te kijken wat de bank nog heeft aan oude inventaris waar het museum zijn voordeel mee kan doen. In het museum is nog een aantal ruimtes die stammen uit de banktijd, daaronder de huidige directiekamer, toentertijd de bibliotheek en griffie van de bank, waar stukken konden worden geraadpleegd. Ook de kluizen zijn nog aanwezig. Hupperetz weet niet of er in het museum nog rails lopen waarover karretjes met goudstaven reden
Foto: Cas Oorthuys. Overgenomen uit A.F. Kamp, ’s Konings oudste dochter
>Nieuwe directeur Allard Pierson Museum wil deel vroeger bankmeubilair en inventaris in het museum opstellen.
Karretjes met goudstaven rijden door DNB.
van de entree van de bank naar de kluizen. ‘Maar als die rails nog onder tapijten liggen, wil ik ze graag weer zichtbaar maken en er een museale opstelling omheen bouwen.’ De entree van de bank is in het museum steeds onveranderd gebleven, behalve dat er ooit twee lampen in de stijl van de
Amsterdamse School naast de trap stonden. Die zijn in de loop der tijd verdwenen, maar werden enige jaren geleden op het Waterlooplein gevonden en teruggekocht. Momenteel worden ze gerestaureerd in afwachting van plaatsing op hun nog bestaande sokkels. (DW) Zie ook pagina 6.
Studentenpartij voor beter inschrijfsysteem
Foto: Henk Thomas
>Gevestigde studentenpartijen krijgen concurrentie van one-issuepartij ‘Verbeter het inschrijfsysteem’. >’Digitale inschrijving leidt tot irritatie en benadeelt studenten met traag internet.’ De gevestigde studentenpartijen aan de Faculteit der Geesteswetenschappen krijgen bij de studentenraadsverkiezingen in mei concurrentie van de one-issuepartij ‘Verbeter het inschrijfsysteem’, opgericht door geschiedenisstudent Paul Korver. ‘Inschrijven voor cursussen verloopt aan onze faculteit altijd ontzettend moeizaam en met deze partij willen we in één jaar één van de grootste irritatiepunten bij studenten aanpakken,’ zegt Korver. Hij ergert zich naar eigen zeggen telkens weer aan het inschrijvingssysteem, en merkte dat zijn ergernis wordt gedeeld door medestudenten. ‘Inschrijving gaat nu doorgaans digitaal via studieweb, volgens het principe wie het eerst komt, die het eerst maalt. Hierdoor wil iedereen tegelijk inschrijven en raakt het systeem regelmatig overbelast, waardoor studenten niet in de werkgroep naar keuze terechtkomen. Dat levert veel irritatie op.’ Korver is er nog niet exact uit hoe hij het probleem gaat aanpakken, maar wil in ieder geval af van het huidige systeem. ‘Studenten met een trage internetverbinding worden nu gedupeerd en komen in een voor hun studie irrelevante werkgroep, wat demotiverend
is voor zowel student als docent. Een goede oplossing is wellicht een systeem waarin studenten één dag de tijd krijgen om in te schrijven, waarbij zij verschillende werkgroepvoorkeuren aan kunnen geven.’ Naast een verbetering van de inschrijvingsprocedure wil Korver vooral duidelijkheid en efficiëntie uitstralen naar de kiezers. ‘We
doen een duidelijk voorstel naar de student om ons een jaar lang voor de inschrijvingsprocedure in te zetten. In tegenstelling tot de andere partijen willen we één punt dat al jaren speelt grondig aanpakken. Het realiseren van een uitgebreid partijprogramma is meestal toch niet haalbaar in één jaar.’ (Tim Verlaan)
DINSDAG 24/03
12.00 uur: Chris Loth - Geneeskunde From cram care to professional care. Promotor: Prof.dr. G.M. Schippers. (Agnietenkapel) 14.00 uur: Riekelt Houtkooper - Geneeskunde Cardiolipin metabolism in Barth syndrome. Promotor: Prof.dr. R.J.A. Wanders. (Agnietenkapel)
WOENSDDAG 25/03
14.00 uur: Gemma Janssen - Sterrenkunde High precision radio pulsar timing. Promotor: Prof.dr. M.B.M. van der Klis. (Aula)
DONDERDAG 26/03
10.00 uur: Przemek Krawczyk - Geneeskunde DNA double strand breaks and cancer. Promotoren: Prof.dr. C.J.F. van Noorden en prof.dr. R. Kanaar (Erasmus MC). (Agnietenkapel) 12.00 uur: Liesbeth Hesselink - Geschiedenis Genezers op de koloniale markt. Inheemse dokters en vroedvrouwen in Nederlands Oost-Indië, 1850-1915. Promotoren: Mw. prof.dr. F. Gouda en prof.dr. H. Beukers (UL). (Agnietenkapel) 14.00 uur: Robert-Jan Sanders - Geneeskunde Studies on the ω-oxidation of very long-chain fatty acids in relation to X-linked Adrenoleukodystrophy. Promotor: Prof.dr. R.J.A. Wanders. (Agnietenkapel)
VRIJDAG 27/03
12.00 uur: Salvatore Minissale - Natuurkunde Optical properties of Er-doped Si-based media. Promotor: Prof.dr. T. Gregorkiewicz. (Agnietenkapel) 14.00 uur: Rik Mellenbergh Rechtsgeleerdheid Bedrijfsovername en milieurecht. Een onderzoek naar juridische aspecten van bedrijfsovername en milieu. Promotoren: Prof.dr. N.S.J. Koeman en prof.dr. H.J. de Kluiver. (Agnietenkapel) Promoties, oraties en afscheidscolleges vinden in de regel plaats in of de Aula van de UvA, Lutherse Kerk, Singel 411 of de Agnietenkapel, Oudezijds Voorburgwal 231. Zie ook: www.uva.nl/agenda.
“In mijn Leidse master leerde ik al tot de kern te komen.” T.A.C. Bensdorp Digitaal ondertekend door T.A.C. Bensdorp DN: cn=T.A.C. Bensdorp, o, ou=UFB / GrafiMedia, email=t.a.c.bensdorp@ufb.leiden univ.nl, c=NL Datum: 2009.03.06 09:37:44 +01'00'
Hans-Willem van Oort, managementtrainee bij ABN AMRO, deed zijn master in Leiden.
Ook je master doen in Leiden? Kom naar de mastervoorlichting. Programma en data www.mastersinleiden.nl
Jaron Beekes
Universiteit Leiden. Universiteit om te ontdekken.
Folia 25 | 7
opinie
Studenten zijn lui! Studiesucces zou minder over rendement moeten gaan, en meer over academische ontplooiing van studenten, vinden Selma Janssen en Jennifer Schijf. denten leert kennen. Op je eerste studiedag loop je met honderden medestudenten de collegezaal in, allemaal volslagen onbekenden. Niet zo erg, want volgens je docent zie je je buurman en buurvrouw over een paar weken toch niet meer terug. Hoe motiverend. S uccesvol studeren
Helaas is dit geen vertekening van de werkelijkheid: wanneer je als student niet intrinsiek gemotiveerd bent voor het vakgebied, wordt er weinig aan gedaan je dit wel te maken. Had je je maar niet moeten laten verleiden door die wervelende praatjes en flitsende flyers. Maar het kan natuurlijk anders: waarom vin-
den er niet bij al deze grote studies studiekeuzegesprekken plaats? Tijdens dit soort gesprekken kan de opleiding haar verwachtingen van de student uitspreken en wordt ook de student in de gelegenheid gesteld zijn verwachtingen kenbaar te maken. Op deze manier krijgen studenten een realistisch beeld van de studie. Vervolgens is het zaak om in het eerste jaar te starten met een inspirerend en aansprekend college, of nog beter:0 een kleinschalige en intensieve werkgroep, met een gepassioneerde docent die het leuk vindt om kennis over te brengen en studenten te activeren zich in de stof te verdiepen. Succesvol studeren aan een universiteit, betekent dat niet dat je
Illustratie: Cees Heuvel
De boodschap uit de samenleving is duidelijk: als er niet harder gestudeerd gaat worden, kunnen de universiteiten voorlopig niet rekenen op meer geld. Het bindend studieadvies, aanwezigheidsplicht en meer toetsen vormen het palet aan maatregelen dat aan de orde van de dag is bij verschillende studies. Maar gaan studenten daar wel beter van studeren? Stel je eens voor, je meldt je aan bij een grote opleiding, zoals economie of rechten. Je krijgt een informatiepakketje thuisgestuurd waarin wordt vermeld dat je colleges beginnen op 1 september. Met een beetje geluk wordt er een informatiemiddag gehouden of neem je deel aan de Intreeweek, zodat je wat medestu-
brieven Jammer Als trouwe Folia-lezer las ik deze week het Grote Vrouwennummer. Leuk en interessant: UvA-topvrouwen komen aan het woord en er wordt gepleit voor een vrouwelijke variant van het old boys network. Hoera! Toch ontkomt Folia er niet aan ook stereotiepe beelden van vrouwelijkheid neer te zetten. Hiermee worden normen herhaald en sociale verwachtingspatronen bevestigd. In de beeldvorming van de studenten wordt het vrouw-zijn gekoppeld aan zorgzaamheid, uiterlijkheid en seksualiteit. De
8 | Folia 25
modereportage toont de lezer zes studentes. Opgemaakt, opgepimpt. In uitnodigende posities showen de studentes hun favoriete kledingsstuk. Model voor een dag? Het bevestigt het aaibare plaatje van de jonge vrouw: wel geĂŤmancipeerd, niet feministisch. Vrouwenemancipatie is in dit beeld verworden tot louter seksuele ontplooiing, ‘zelfstandig zijn’ tot mooie kleren en gadgets kopen. Binnen genderstudies worden dit soort stereotiepe aannames bevraagd en bekritiseerd. Studenten maken kennis met de geschiedenis van het Nederlands feminisme en gender-gerelateerde sociale vraagstukken, zoals de spanning tussen multiculturalisme en westers feminisme. Gender verwijst naar verschillen tussen mannen en vrouwen en de manier waarop deze verbonden zijn met machtsposities, net zoals etnische, klasse- of godsdienstige verschillen
samenhangen met posities van relatieve macht en onmacht. In een artikel over feminisme in de Verenigde Staten wordt gerefereerd aan de onzichtbaarheid van genderstudies binnen de UvA. Maar met twintig gendercursussen bij de faculteit FMG en de ISHSS, is er wel degelijk sprake van een vertegenwoordiging van genderstudies binnen de Universiteit van Amsterdam. Er bestaat een minor-en-masterprogramma, waaraan studenten uit verschillende disciplines deelnemen. Jammer dus dat jullie alvorens dit nummer uit te brengen niet even langs zijn gekomen om enkele vragen rondom vrouwelijkheid en mannelijkheid aan ons voor te leggen. Ik ben overigens wel een feminist, maar een van deze tijd. Ik bijt niet en draag ook geen tuinbroek. Feminisme is multi-interpretabel, zo blijkt maar weer.
uitgedaagd wordt om je te verdiepen in datgene waar je geïnteresseerd in bent en om jezelf te ontplooien? Studiesucces, het modewoord van dit moment, lijkt dit immers te impliceren. H oger studierendement
Echter, de term studiesucces wordt veel vaker gebruikt als eufemisme voor studierendement. Studiesucces wordt (noodzakelijkerwijs) door universiteiten benaderd als netjes binnen vier jaar je bachelor- en masterdiploma behalen. Vooruit, een jaartje uitloop mag, maar de landelijke doelstelling is toch dat 70 procent van de studenten binnen vier jaar afgestudeerd is. De universiteiten worden hier ook toe aangemoedigd: zij worden uitbetaald per behaald diploma. Om er dus voor te zorgen dat de studenten zo snel mogelijk afstuderen worden er maatregelen ingesteld zoals het bindend studieadvies (BSA). Een minimaal aantal van 30 of 40 EC per jaar moet worden behaald om niet van de opleiding te worden gegooid – om nooit meer terug te kunnen komen. Echter, onderzoeken naar de effectiviteit van BSA zijn niet eenduidig, reden genoeg om een dergelijke maatregel niet in te voeren. Is het daarnaast
Misschien een leuk onderwerp voor een ander Folianummer? Of is Folia geen kritisch studentenblad meer, maar slechts een van de vele glossy magazines: hip, glanzend en oppervlakkig? Maruja Bobo Remijn, docent genderstudies, afdeling politicologie m.l.g.boboremijn@uva.nl
Vrouwen en de UvA Allereerst: complimenten voor Folia’s Grote Vrouwennummer. De hele discussie rond het ‘glazen plafond’ mag wat mij betreft best met wat meer humor worden benaderd. Jullie themanummer gaf een prima mix van aansprekende voorbeelden van vrouwen aan de top en thema’s die de moderne vrouw (en man!) interesseren. Graag wil ik terugkomen op de kritiek dat er dit jaar alleen mannen voorgedragen waren voor docent van het jaar. Dit is mijns inziens een goed teken. Waarom? Uit de geschiedenis blijkt dat typische mannenberoepen hoog in aanzien staan; zodra er vrouwen bijkomen daalt de status van het beroep. Denk hierbij bijvoorbeeld aan onderwijzers in het lager onderwijs, die vroeger een belangrijke positie in de maatschappij innamen. Of recenter, de huisarts en artsen in andere medische disciplines. Het feit dat er dit jaar alleen mannen genomineerd waren voor docent van het jaar is in dit verband dus puur positief – de status van de docent zal er in ieder geval niet onder lijden.
niet veel belangrijker dat studenten de kans krijgen zich te ontwikkelen in een tweede studie, het bestuursen verenigingsleven of het volgen van een verdiepende onderzoeksstage? Jawel. Kortom, benader studiesucces als de succesvolle academische ontplooiing van de student. Investeer in goede studiebegeleiding, betrek studenten en docenten bij de academische gemeenschap en daag studenten uit om het beste uit hun studietijd te halen. Alleen zo wordt de intrinsieke motivatie verhoogd en zullen studenten met meer plezier en beter studeren. Verbeter de kwaliteit van het onderwijs, en maak dit de sleutel tot een hoger studierendement. Idealistisch? Studentenpartij mei vindt van niet. Helemaal mee eens of oneens? Discussieer donderdag 19 maart mee met politicus Jasper van Dijk, onderwijsdirecteur Klaas Visser en hoogleraar Meindert Fennema over het thema ‘Studenten zijn lui!’ Aanvang: 20.00 uur in CREA muziekzaal, Turfdraagsterspad 17, A’dam. l Selma Janssen en Jennifer Schijf zijn respectievelijk bestuurslid onderwijs en bestuurslid pr en leden werving van Studentenpartij mei.
De nominatie van alleen mannen was mijns inziens overigens toeval – net zo goed als het toeval is dat dit jaar 16 van de 21 deelnemers van het management development-traject van de UvA vrouw zijn. Deze ‘high potentials’ die de UvA wil stimuleren in hun ontwikkeling zijn geselecteerd zonder positieve discriminatie. Annette Langedijk, (IC, deelnemer aan het UvA MD-traject 2008-2009)
Poëziehoekje Het voortreffelijke artikel over Emma Brunt door uw medewerker Dirk Wolthekker in het Vrouwen nummer van Folia inspireerde mij tot het maken van het volgende versje: Na het feest We dronken de jenever onverdund, want het ijs was op bij Emma Brunt. Ik geloof niet dat ik ooit iets als een poëziehoekje in uw blad heb aangetroffen, maar ik stuur het u toch maar even op, eventueel voor op het prikbord naast het bureau van Dirk Wolthekker. Arthur Belmon, schrijver-vertaler
scriptie
Foto: Bob Bronshoff
Had je je maar niet moeten laten verleiden door die wervelende praatjes en flitsende flyers
Leonie Hangoor
Leonie Hangoor (23) studeert kunstgeschiedenis en schreef haar scriptie over de positie van muziekvideo’s in de kunst. ‘Precies een jaar geleden zag ik in het Museum voor Moderne Kunst in Parijs de tentoonstelling ‘Playback’, over muziekvideo’s. Dat was zo interessant dat ik besloot om daar mijn scriptie over te schrijven. Ik heb altijd al wat gehad met kunst en muziek en vond het bovendien leuk om onderzoek te doen naar een onderwerp dat niet specifiek met kunstgeschiedenis is verbonden. Ik heb die tentoonstelling als casestudy genomen en onderzocht hoe muziekvideo’s de afgelopen twintig jaar een plaats in de kunst hebben gekregen. De manier waarop wij met muziekvideo’s omgaan is erg veranderd. Vroeger waren ze alleen op tv te zien en nu juist op alle andere media. Technisch gezien is het niet eens meer een video, want alles is digitaal en in pixels. Ook de ervaring van het kijken is in de loop der jaren veranderd. In plaats van thuis voor de tv kijken veel mensen tegenwoordig muziekvideo’s op hun telefoon of computers. Een andere grote ontwikkeling is de manier waarop musea muziekvideo’s hebben opgepikt en tentoonstellen. Hieruit blijkt dat muziekvideo’s ook onder kunst kunnen vallen. Een goed voorbeeld is regisseur Chris Cunningham. In mijn scriptie vormt hij eigenlijk het breekpunt tussen wel of geen kunst, omdat hij al in 2001 met een video te zien was op de Biënnale van Venetië. In die context werd hij dus kunstenaar in plaats van regisseur. Bij de tentoonstelling draaide het ook om de context. Het museum had allerlei verschillende settings gebouwd van plaatsen waar mensen normaal gesproken muziekvideo’s zien. Zo was er een sportschool, compleet met loopbanden en tv-schermen, maar ook een karaokehokje en een woonkamer met een Ikeabank. Als je daartussen loopt, ga je vanzelf nadenken over wat er nu eigenlijk gebeurt in dat museum. Want wat is het verschil tussen het kijken van muziekvideo’s op de Ikeabank in het museum, of op je eigen Ikeabank thuis? Het museum geeft toch een bepaalde lading mee. Juist in die context krijgt de muziekvideo gewicht en is het kunst. Dat verschil wilde ik graag in mijn scriptie benadrukken. Veel mensen, en zeker kunsthistorici, zijn vaak sceptisch over muziekvideo’s. Maar ik denk dat nu het moment gekomen is om opnieuw naar muziekvideo’s te kijken. Het is namelijk al lang niet meer een promoclipje op MTV.’ (Julie de Graaf )
Folia 25 | 9
interview
Communicatie is Hemels Door Harmen van der Meulen
Volgens hem is alleen vrijen leuker dan communicatie, en leer je het meeste on the job. De rode kaart voor de opleiding communicatiewetenschap in 2000 geldt als zijn persoonlijke dieptepunt, maar heeft hem niet cynisch gemaakt. Gesprek met een bevlogen man. Joan Hemels begon zijn loopbaan als leerling-journalist, studeerde geschiedenis en promoveerde op een proefschrift dat de afschaffing van het dagbladzegel behandelde. Nu sluit hij zijn carrière af als hoogleraar van een studie die hij zelf heeft helpen opzetten. U heeft zich tientallen jaren beziggehouden met communicatie en journalistiek. Weet u nog op welk moment u voor het eerst gegrepen werd door communicatie? ‘Door de schoolkrant op de middelbare school in Zwolle, De Ganzenveer. Wij hadden een jonge school, en ook nog niet zo lang een schoolkrant. Een heel enthousiaste leraar Nederlands die als journalist gewerkt had bij De Maasbode gaf ons heel veel zelfstandigheid, en dat heeft me wel gegrepen.’ Voordat u geschiedenis ging studeren haalde u gelijktijdig een diploma journalistiek in Nijmegen en werkte u als leerlingjournalist in Zwolle. Hoe ging dat in zijn werk? ‘Ik werkte doordeweeks bij de Provinciale Overijsselsche en Zwolsche Courant, en elke zaterdag studeerde ik de hele dag in Nijmegen. Het was dus een mix tussen praktijk en theorie. Ik kon tussen die twee sporen niet goed kiezen. Mij trok de journalistiek heel erg. Maar bij de krant werd ik heel erg gestimuleerd te blijven studeren, daar zeiden ze: “Wat je kunt leren moet je gaan leren.” Zelf hadden ze meestal niet gestudeerd.
Joan Hemels (1944) is sinds 1986 hoogleraar communicatiewetenschap, in het bijzonder communicatiegeschiedenis. Op 20 maart neemt hij afscheid van de UvA. Joan Hemels begon in de jaren zestig als leerling-journalist op de redactie van de Provinciale Overijsselsche en Zwolsche Courant, en volgde een studie aan de (huidige) Radboud Universiteit Nijmegen in geschiedenis en publicistiek, gecombineerd met de opleiding journalistiek van het Katholiek Instituut voor de Journalistiek. Hij publiceerde uitvoerig over (massa-)media, persgeschiedenis en communicatie. Professor doctor Joan Hemels verklaart zijn aparte naam: ‘Ik ben vernoemd naar een jongen uit een adellijke familie bij wie mijn moeder kindermeisje was. Die heette Joannes van Voorst tot Voorst en overleed vlak voor mijn geboorte. Toen heeft de mevrouw van die familie gevraagd of mijn moeder mij naar hem wilde vernoemen. Aldus geschiedde. Die Joan ligt hier in de buurt begraven en ik loop weleens langs het graf. Dan knik ik even naar mijn naamgenoot.’
10 | Folia 25
Het was een generatie die in de oorlog vaak pech had gehad dat er geen geschikte opleiding was, en na de oorlog naar Indië moest voor militaire dienst. In Zwolle zeiden ze ook: “Als het midden oktober is dan ga je maar weer naar Nijmegen, dan kom je in maart april maar weer terug.” Dat kon toen nog. Officieel
gesteld, maar al heel gauw ontdekken ze dan iets anders wat ze kunnen. Wat nu bij advocatenkantoren en consultancybureaus gebeurt, dat jonge mensen als trainees in ontwikkelingsprogramma’s opgenomen worden; dan is pas na een jaar duidelijk waar ze verder in gaan. Ze worden opgevangen en begeleid. Men is nu veel
‘ Er is geen jonge studierichting waarin zo veel geïnvesteerd is door de docenten als bij communicatiewetenschap’ begonnen de colleges op 1 oktober, maar de eerste week viel alles nog uit en de tweede week moesten alle studenten nog hun kamer inrichten en dat soort dingen. Met Pasen verdween ik weer, dan ging ik weer werken in Zwolle. Dan werd ik ingedeeld in het rooster van de vakanties. Dan kon ik allerlei ervaringen opdoen zodat ik ook ontdekte wat ik niet goed kon.’ Hoe ging dat leerproces dan in zijn werk? ‘Heel veel on the job. Ik werkte bijvoorbeeld op de provincieredactie, en als ik dan ’s ochtends om zeven uur was begonnen met wat bonenstaaknieuws van de correspondenten te bewerken dan kwam de chef naast me staan. Dan keek hij over mijn schouder en zei hij: “De dominee heeft niet gepreekt rondom het thema zo en zo. Het is rondom de kerk, en rond het thema.” Zo leerde ik fouten te vermijden. In Nijmegen kregen we veel schrijfopdrachten. Dan zei de docent op zaterdagmiddag dat we een tekst voor een brochure over Nijmegen moesten schrijven. Dat moest dan een tekst zijn die je tegenwoordig citymarketing zou noemen, voor de VVV. En dat moest je dan maandag of dinsdag uiterlijk op de post doen, en op zaterdag besprak je het.’ U bent een voorstander van praktijkervaring? ‘Je leert in de praktijk allerlei sociale vaardigheden die wij je niet kunnen leren. Studie werkt wat mij betreft het beste in combinatie met praktijkervaring. Gemiddeld studeerde je vroeger veel later af, dan was je vijf-, zesentwintig. Nu moeten die jonge mensen vaak al bij tweeëntwintig de arbeidsmarkt op, dan hebben ze de studie achter de rug. Dat is helemaal niet erg, vooral omdat ze bij ons nog stage lopen. Dan komen ze er vaak achter dat wat ze als ideaalbeeld voor ogen hadden, het in de praktijk toch niet is. Dan zijn ze misschien even teleur-
zorgvuldiger met het ontdekken van wat iemand kan, waarvoor hij geschikt is.’ Waarom is communicatiewetenschap nodig? ‘Om synergie te krijgen. Ik vind dat communicatie zo veel invalshoeken heeft dat je het niet vanuit één invalshoek kan benaderen. We hangen als samenleving van communicatie aan elkaar. Communicatie is de leukste bezigheid op een na. Vrijen is natuurlijk leuker.’ U was nauw betrokken bij de ontwikkeling van de studierichting communicatiewetenschap aan de UvA, hoe ging die in zijn werk? ‘Er was een vrije studierichting geschiedenis van de pers, propaganda en openbare mening, GPPOM, en die was formeel ondergebracht bij letteren. Je moest eerst een kandidaatsexamen letteren gedaan hebben en dan kon je in de sociaal-culturele faculteit afstuderen in GPPOM als vrije studierichting. Dus die studenten kwamen in het examenboek bij letteren, maar het onderwijs kregen ze bij ons. In 1991 veranderde die situatie, want toen kregen we een eigen propedeuse. Dat hield wel in dat je toen in de eigen faculteit moest beginnen. Toen kon je niet meer met een propedeuse letteren overstappen. Toen begon letteren met culturele studies, daar heb ik ook nog aan meegewerkt, met Europese Studies en uiteindelijk met media en cultuur. Dan zie je dat het helemaal uit elkaar groeit.’ In 2000 ging het fout, communicatiewetenschap kreeg de rode kaart van de visitatiecommissie. De UvA werd zelfs aangeklaagd door studenten. Hoe heeft u dat ervaren? ‘Dat is het enige moment geweest dat ik het echt niet meer zag zitten. Dat solidariteit niet bestaat. Dat het volstrekt beneden alle peil was dat een werkgever je dan als afdeling zo laat hangen. Er is geen een jonge
Foto: Bob Bronshoff
studierichting waarin zo veel geïnvesteerd is door de docenten als bij communicatiewetenschappen, dat durf ik echt vol te houden. We hadden zo ons best gedaan. Maar we zaten met één docent per tweeënnegentig studenten. Dat staat ook allemaal in dat visitatierapport van toen. Iedere keer als wij bij het College van Bestuur kwamen, werden we teruggestuurd naar de faculteit. Die moest het oplossen maar die deed het niet. Daar hadden wij geen invloed. Daar waren de politicologen, de psychologen en de sociologen de baas. Punt is natuurlijk wel, we hadden nooit in 1991 moeten beginnen met een eigen propedeuse. Dat was veel te vroeg.’ In uw boekje De gouden eeuw van het dagblad uit 1999 schrijft u over de ontwikkeling van de krant. Is de rol van de krant hetzelfde als vroeger? ‘Nee, de vertrouwensband die mensen vroeger met hun krant hadden is er niet meer. Er zijn in Nederland nog wel heel veel abonnees, maar dat zijn de ouderen. De jongeren worden geen lid meer van verenigingen zoals wij gewend waren. Die vinden ook het wisselen van een krant interessant, proberen het een en het ander. Voor hen is een abonnement een veel grotere drempel dan het voor ons was. Toen ik ging studeren kwam er een vertegenwoordiger van dagblad De Tijd langs op de sociëteit en die bood ons een vat bier aan. Aan het eind van de avond had hij ons allemaal abonnee gemaakt.’ Leest u bijvoorbeeld de krant die uw ouders lazen? ‘Wij lazen thuis een regionaal dagblad, maar toen ik naar de middelbare school ging wilde ik een landelijk dagblad. Dat werd ook gestimuleerd door school. Dat werd toen de Volkskrant, omdat mijn vader dat ook een fijne krant vond. Maar toen ik ging studeren ben ik vrijwel meteen lid geworden van De Tijd, en ik vond het dan ook heel jammer dat die verdween. Toen ben ik overgestapt op het NRC Handelsblad, aangezien er nogal wat mensen van De Tijd overstapten naar het NRC.’ In De gouden eeuw van het dagblad schrijft u dat u dacht dat ‘de jongere generatie journalisten zich vanuit een bepaalde mensvisie en visie op de samenleving met opiniejournalistiek bezig zou gaan houden.’ Is die verwachting uitgekomen? ‘Ja, gelukkig wel. Met name denk ik dan aan alles wat met religie te maken heeft. De laatste tien jaar zie je dat dankzij de islam, en het debat naar aanleiding van de moorden op Fortuyn en Van Gogh, er weer nagedacht wordt over godsdienst. En dan niet kerkelijke zaken, maar de betekenis van religie in een cultuur. Dat vind ik een geweldige vooruitgang, dat daar weer een antenne voor is.’
Joan Hemels
Wat houdt opiniejournalistiek precies in volgens u? ‘Dat je mensen buiten hun eigen denkraam laat denken, dat je ze prikkelt om het eens op een andere manier te bekijken dan ze uit gewoonte, uit routine of uit luiheid willen.’ U heeft veel geschreven over journalistieke onafhankelijkheid. Hoe denkt u over ‘embedded gaan’ van journalisten, oftewel het verschijnsel dat journalisten voor hun veiligheid afhankelijk zijn van het leger waarover ze schrijven? ‘Het onderwerp van mijn afscheidsrede gaat daar ook over, maar dan ten tijde van de Eerste Wereldoorlog. Toen had je het ook al, maar toen zei men het niet. Dan mocht men een paar weken bij het front zijn, en dan werd alles gecensureerd. Daar kwam geen enkele lezer achter. Wat er nu gebeurt is dat journalisten worden getraind voordat ze überhaupt met het leger op stap mogen, en ze krijgen kogelvrije vesten. Dat vind ik allemaal goed. Ik zou als verantwoordelijk hoofdredacteur nooit iemand anders dan ‘embedded’ wegsturen.
En dan zou ik de beperkingen die dat heeft, voor lief nemen.’ Wat gaat u nu doen, na uw afscheid? ‘Eerst mijn studeerkamer opruimen, en mijn bibliotheek, dat is een ramp. Ik had een appartement in Amsterdam, daar woont mijn dochter nu. Een paar jaar geleden zijn daarvandaan allemaal dozen met boeken deze kant opgekomen en die pak je dan niet uit en na een tijd weet je niet meer wat waarin zit. Die ga ik opruimen, weggeven en uitzoeken wat ik wil houden. En ik wil nog schrijven, en gastcolleges blijven geven in het buitenland. Ik heb al een aanbieding uit Wenen. En ik wil reizen, ik ben nooit buiten Europa geweest, behalve een paar jaar geleden naar China. Dat heb ik toch wel gemist, besefte ik toen. Schrijven wil ik doen als het slecht weer is. Een overzicht van vier eeuwen Nederlandse krant wil ik nog maken, en een vervolg op De krant in bedrijf, uit 1984. Daar is ook alweer een kwart eeuw aan toe te voegen. Dat heeft hoge prioriteit.’ l
Folia 25 | 11
het beste
Kevin Smith Oskar Glasbergen (20), tweedejaars Engelse taal en cultuur:
Game-docu Beyond The Game; première: 19 maart Manuel Schenkhuizen zit met zijn ogen dicht te wachten tot de kwartfinale van de wereldkampioenschappen begint. Alleen zijn ademhaling is te horen: hij is in een staat van opperste concentratie. Als zijn ogen opengaan zwelt ook het geluid aan. Duizenden juichende fans hebben zich verzameld voor ‘Grubby’ – zijn bijnaam – en zijn Chinese tegenstander. Tientallen camera’s flitsen. De wedstrijd begint. De scène hierboven lijkt uit een sportfilm te komen. Dat klopt, en toch ook weer niet. Jos de Putters nieuwste documentaire beschrijft een tak van sport die volgens de buitenwereld eigenlijk helemaal geen sport is. Beyond The Game volgt een aantal professionele spelers van Warcraft III, een populair strategisch computerspel waarin fantasiewezens het tegen elkaar opnemen. Maar al te vaak neemt de media een standpunt in van waaruit een beetje lacherig of huiverig wordt gedaan over ‘cybersport’ of vergelijkbare fenomenen uit de game-subcultuur. Beyond The Game presenteert professioneel Warcraft III spelen eerder als een volkomen geaccepteerde competitieve sport. En dat is het ook voor miljoenen spelers, zeker in landen als China en Zuid-Korea. De film laat de kijker niet eens weten dat een speler als de tweeëntwintigjarige Schenkhuizen volledig gesponsord is en meer dan 160.000 dollar aan prijzengeld op zijn naam heeft staan. Nee, De Putters interesse ligt elders. De regisseur geeft zichzelf de ruimte om zich te concentreren op de spelers zelf. Ook hun directe omgeving komt
12 | Folia 25
aan bod, zoals ongeruste ouders of vriendinnen die met het bijzondere succes van hun vriendje om moeten gaan. Het levert een aantal intieme portretten op waaruit blijkt dat het niet meer over ‘zomaar een spelletje’ gaat. Het is pure, levensveranderende ernst. Het Aziatische perspectief in het bijzonder is fascinerend. Waar Schenkhuizen in Nederland alleen bekend is onder een selecte groep gamers, zijn collega’s in landen als China supersterren met wie hordes meisjes op de foto willen. Voor Schenkhuizens tegenstander Li ‘Sky’ Xiaofeng is Warcraft III niet zomaar een uit de hand gelopen hobby. Het is dé manier om zijn leven in een ingeslapen, arm Chinees plattelandsstadje te ontvluchten. Natuurlijk is er een schaduwzijde. Zo leren we dat het Xiaofeng bijna niet lukte om de Warcraft III wereldtop te halen, waarna hij een zelfmoordpoging deed. Het is tekenend voor de impact van cybersport in deze landen. Na het zien van de enorme aandacht die succesvolle spelers op de grote toernooien krijgen, begrijp je hun drijfveren wel beter. Juist door cybersport en zijn topspelers volkomen serieus te nemen trekt Beyond The Game zich op naar een hoger niveau. (René Glas) Beyond The Game (Nederlands, 2009) Regie: Jos de Putter
Hebbeding: ‘Drumsticks, ik heb ze altijd bij me voor het geval dat. Ik ben een drumstokslet. Speel met alles wat van hout is zolang het geen absurde bezemstelen zijn. Het maakt voor het geluid niet uit, omdat ik technisch onderlegd ben. Drummen is eerder natuurkunde dan inspanning: je gebruikt de zwaartekracht en de terugslag van de stok.’ Muziek: ‘Rolf, de band waarin ik drum. We spelen op onze eerste cd Pure liefde Nederlandstalige punkska. Dat is steeds drie minuten op ons allerhardst spelen, naadjestrak beuken. Nu zijn we muzikaler en zetten een groove neer, er is meer samenspel.’ Boek: ‘The Uncomfortably Candid Diary of Kevin Smith, het dagboek van de gelijknamige cultregisseur. Het staat vol zelfspot, verwijzingen naar films en vergelijkingen die nergens op slaan. Hij is heel open over zichzelf: problemen met zijn vrouw, lichamelijke ongemakken. Als hij jurylid is, ontdekt hij dat hij een anusfistel heeft en bijna niet kan zitten. “Het bracht me in een intense staat van shit hole torture. Denk aan de beroemde scène in Un Chien Andalou, waarin een scheermes in een oog wordt gedreven. Zo voelde ik me ook, behalve dat mijn oog bruin was.”’ Film: ‘Dogma van dezelfde Kevin Smith. Veel gevloek en dick and fart jokes als een rubberen poepmonster dat uit een wc komt, maar ook onwaarschijnlijk sterke
Foto: Hans van Vinkeveen
film
Tv: ‘Onderweg naar morgen, een van mijn grote geheimen. Schandalig hoe laat ik er achtergekomen ben dat het zo slecht is. Ik ben er gelukkig bijna vanaf.’
Oskar Glasbergen
dialogen en een omstreden thema als religie. Twee engelen, die uit de hemel zijn verbannen, proberen terug te keren maar worden tegengehouden door de dertiende apostel. Er is veel ophef over geweest: hatemails en demonstraties van de Catholic League die het aanstootgevend vonden. Smiths reactie: “Het is maar film.”’ Humor: ‘Freek de Jonge, zijn laatste shows hebben een hoge grapdichtheid. Ontzettend droog is een conference die begint met een sjoelbak met schansjes in plaats van poortjes.’ Afknapper: ‘Crazy Frog, Het meisje met de prei en andere ringtonemeuk. Dat wil je toch niet op je telefoon hebben staan.’ Stokje: ‘Ik geef het stokje aan student Arabische taal en cultuur Yasser Ibrahim. Hij is lekker uitgesproken en ziet eruit als een relaxte metal dude uit de jaren tachtig.’ (Hans van Vinkeveen)
Gewone iconen Richard Avedon: Photographs 1946-2004, Foam Er schijnen mensen te zijn die in de rij staan leuk vinden (ik denk aan mensen die op warme zomervakantiedagen heel veel geld betalen voor de Efteling), maar ik ben niet een van hen. Om die reden toog ik al twee keer naar Foam voor de overzichtstentoonstelling van fotograaf Richard Avedon (1923-2004), om me bij het zien van zoveel meters mensen voor de deur weer om te draaien. Voor de derde poging kies ik een maandagochtend vol harde wind en koude regen. Dat helpt. De naam Richard Avedon doet waarschijnlijk niet meteen een belletje rinkelen. De populariteit van de tentoonstelling laat zich dus eerder verklaren aan de hand van de namen van hen, die aan de andere kant van Avedons camera stonden. Dat zijn namelijk bepaald niet de minsten. Als revolutionair mode- en portretfotograaf legde Avedon onder anderen Patti Smith, The Kennedy’s, Brigitte Bardot, Pablo Picasso, The Beatles en Janis Joplin vast. De foto’s van deze sterren zijn inmiddels wereldberoemd. En Avedon wordt nog steeds alom geprezen om zijn capaciteit in
portretten de persoon achter het icoon te kunnen vatten. Wanneer ik door de expositieruimte loop, merk ik dat dit bij mij tot een prettige verwarring leidt; het overduidelijke besef dat de afgebeelde mensen je bekend zijn, maar dat je ze bij lange na niet kent. Een ingetogen Marilyn Monroe, een duivels kijkende Charlie Chaplin en de gehavende torso van onaantastbare Andy Warhol; Richard Avedon is de eerste fotograaf die ik zo sterk de paradox van het publieke figuur zie uitdrukken. Het blijkt overigens niet zijn enige speerpunt. Er wordt in de tentoonstelling ook ruimschoots aandacht besteed aan de vernieuwingen die Avedon binnen de naoorlogse modefotografie doorvoerde. Supermodellen, rock-’n-rollsterren, iedereen van Warhols studio The Factory, schrijvers en politici: een wandeling door de wereld van Richard Avedon is er een door de wereld van de high society. Opvallend genoeg merk ik, wanneer ik na anderhalf uur de regen weer in loop, dat het niet de stormvloed aan sterren is die me voor de geest blijft. Het is de serie portretten van gewone mensen waar een aparte ruimte mee ingericht was. Gevat binnen Avedons naakte kader verworden juist zij – een mijnwerker,een imker, of zomaar een mollig meisje met sproeten en rood haar – tot iconen. (Fen Verstappen) Richard Avedon: Photographs 1946-2004, te zien tot 13 mei 2009 in Foam, Keizersgracht 609, dagelijks geopend van 10.00-18.00, do/vr van 10.0021.00 uur, toegang normaal € 7,50, studenten € 5,00 (voor de tentoonstelling van Richard Avedon geldt een toeslag van €1,50)
Foto: Won Tuinema
Foto: Henk Thomas
fen is uit
eten
Malse biefstuk Smit en Voogt, Plantage Kerklaan 10 Maandelijks eet de Roedel, een club van vijf gezworen vriendinnen, gezamenlijk buiten de deur. We zijn luidruchtig, veeleisend en kieskeurig, maar geven wel altijd een fooi. Vandaag is er een ziek en eten we met z’n vieren. Smit en Voogt is een zaakje op de hoek tegenover het Wertheimpark. Vroeger zat daar eetcafé de Bamboeseur, waar ik nooit kwam omdat het op mij een zeer onaantrekkelijke indruk maakte. Smit en Voogt zit er nog niet heel lang, sinds zomer 2008 zo’n beetje. De eigenaar is ook de uitbater van café Stevens op de Nieuwmarkt, dus hij kent het klappen van de zweep. Ervaring met studenten heeft hij ook; daarom is er een daghap voor E10 (toen wij er waren was dat een karbonade met pesto, mozzarella en rucolastamppot) en zijn er spelletjesavonden met allerhande bordspellen. Smit en Voogt is een fris, klein tentje met een bar beneden en een entresol waar een stuk of zes tafels staan. Veel plek is er dus niet, maar binnenkort komt daar het terras bij. Op de woensdagavond dat wij er zijn is het niet druk, een toeristenechtpaar zit aan een daghap en een oudere heer neemt een soepje (voorgerechten kosten tussen E 4,50 en E 7,-) terwijl zijn hond bedelend toekijkt. ‘Brand of Heineken?’ vraagt de barman als we bier bestellen. We laten de keus aan hem, dus wordt het Brand. Een Roedellid dat een vieux bestelt (je moet er maar van houden) heeft mazzel: de fles wordt in haar glas leeggeschonken en ze krijgt veel meer dan een maatje. Een ouderwetse gewoonte waaraan men de ambachtelijke barman herkent. Twee Roedelaars kiezen kaasfondue (E 14,50), die als aardige bijkomstig-
heid heeft dat er naast brood een flinke bak rauwkost bij geserveerd wordt en dat hij echt naar gruyère en emmentaler smaakt, zoals het hoort. Iemand neemt de maaltijdsalade geitenkaas (E14,50) die royaal gevuld is en waarop twee behoorlijk dikke plakken kaas liggen. Ik twijfel tussen de dagvis (kabeljauw met gebakken rijst en daggroente voor E13,50) en de biefstukjes met daggroente en aardappelgratin (E16,50). Het wordt het laatste – en daar krijg ik geen spijt van. De biefstuk is niet alleen heel mals, maar bovendien perfect gebakken: een prachtig donkerbruin korstje en rood van binnen, de sperzieboontjes zijn knapperig en de gratin is precies zoals die moet zijn. Hier wordt de Roedel blij van: prima eten voor een goede prijs en aardige, professionele bediening. Met ettelijke glazen (goede) huiswijn, extra frieten, stokbrood met (echte) kruidenboter, en koffie toe (plus een gigantische appeltaartpunt met ijs en slagroom die we zelfs met zijn vieren niet opkrijgen), zijn we exclusief fooi precies 106 euro kwijt. (MvD) Prijs: goed te doen Eten: erg lekker Sfeer: ongedwongen café Bediening: aardig en professioneel
OPROEP Ben je (betaalbaar) uit eten geweest (maximaal €25,- per persoon)? Schrijf dan een recensie en stuur die op naar redactie@ folia.uva.nl. Als je recensie wordt geplaatst, krijg je de kosten van het etentje tot een bedrag van E50,- vergoed.
Marilyn Monroe, foto: Richard Avedon (1957)
Folia 25 | 13
onderweg
Het recht van de zoekmachine Door Nadine Böke
Joris van Hoboken onderzoekt juridische facetten van informatievrijheid op internet. Zijn werk bracht hem onder meer op de prestigieuze Harvard universiteit.
Illustratie: Pascal Tieman, Foto: Henk Thomas
‘Ik wilde nooit aio worden. Of eigenlijk had ik het nooit serieus overwogen. Tot deze plek vrijkwam. Ik vond dit instituut interessant, en het onderwerp uitdagend.’ Joris van Hoboken (1978) is promovendus bij het Instituut voor Informatierecht (IViR). Hij kwam hier via een omweg: ‘Ik heb eerst aan de UvA wiskunde gestudeerd, en in mijn propedeusejaar ook natuurkunde. Maar toen ik daarmee klaar was wilde ik graag iets doen met meer maatschappelijke relevantie. Wetenschap kan een fuik zijn, zeker bij een vak als wiskunde. Je raakt steeds nauwer gespecialiseerd en dat begint al snel. In het vierde studiejaar kan je al bijna niet meer met je studiegenoten praten, omdat zij een heel andere specialisatie hebben. Ik heb er toen voor gekozen om rechten te gaan doen; dit leek me maatschappelijker gericht en ik dacht dat ik baat zou hebben bij mijn analytische achtergrond.’ H andige b è ta - kennis
Het promotieonderzoek van Van Hoboken heeft een duidelijke maatschappelijke link, maar ook een met zijn bèta-achtergrond: hij doet onderzoek naar zoekmachines op internet vanuit het perspectief van communicatievrijheid. ‘Ik werkte tijdens mijn rechtenstudie als junior jurist voor de HvA. Daar merkte ik dat er interessante juridische vraagstukken zijn rondom grondrechten en de omgang met informatie, bijvoorbeeld op het gebied van privacy. Ik ben toen afgestudeerd op informatierecht en heb een poos gewerkt voor de digitale burgerrechtenbeweging Bits of Freedom. Tot deze plek vrijkwam. Ik heb binnen dit onderwerp ook veel aan mijn bèta-achtergrond. Het is bijvoorbeeld heel handig dat ik begrijp hoe communicatietechnologie werkt.’ Een voorbeeld van een belangrijk vraagstuk waar Van Hoboken zich nu op richt is in hoeverre zoekmachines aansprakelijk zijn voor de content die zij weergeven. ‘Een zoekmachine zoals Google indexeert informatie automatisch en biedt deze vervolgens ook automatisch aan. Daarbij kan er juridisch problematische informatie worden geïndexeerd. Bijvoorbeeld informatie die inbreuk maakt op het auteursrecht of merkenrecht, of uitingsdelicten zoals discriminerende teksten. Op welk moment wordt een zoekmachine aansprakelijk voor het ontsluiten van zulke informatie? En wat moet een zoekmachine doen als deze hierop wordt aangesproken? Het is van belang dat een zoekmachine ook niet te restrictief wordt.
14 | Folia 25
Dan heb je kans dat er ook legale informatie wordt tegengehouden.’ L e z en , schrijven , netwerken
Zijn werk bestaat voor een groot deel uit lezen. Van Hoboken: ‘Ik doe veel literatuuronderzoek naar rechtspraak, wetgeving en achtergrond bij wetgeving. En dat alles op Europees en internationaal niveau, om niet te veel te blijven hangen in nationale details. Een groot deel van het lezen doe je in je vrije tijd. Daar moet je wel rekening mee houden als je aio wilt worden. Onder werktijd kan je dingen globaal scannen of kortere artikelen lezen; maar het echte van-begin-tot-eind-lezen doe je toch thuis. Het is ook belangrijk om dit te doen. Als je begint aan een promotieonderzoek zitten er veel gaten in je kennis. Het is goed om die gaten zo snel mogelijk op te vullen.’ Verder geeft hij af en toe les, ‘Maar niet zo veel als sommige andere aio’s’, en schrijft hij veel. Van Hoboken: ‘Op het moment schrijf ik vooral veel voor mijn proefschrift. Alinea’s opstellen, notities uitwerken. Bij sommige wetenschappen moet je een x-aantal artikelen publiceren in een belangrijk wetenschappelijk tijdschrift. Dan gaat daar een kaft omheen en dat is het proefschrift. Maar hier bij het IViR is het proefschrift meestal een echt boekwerk. Artikelen publiceren is minder belangrijk; het
proefschrift is het diepgaande, wetenschappelijke werk waarop je wordt afgerekend.’ Een tip die Van Hoboken graag wil meegeven aan toekomstige promovendi is om naast je al snel goed in te lezen in je onderwerp ook snel te beginnen met het leggen van contacten. ‘Ik ben al vrij vroeg begonnen met kijken wie er op de wereld nog meer met mijn onderwerp bezig zijn. Wie heeft wat te zeggen? Wie heeft er goede ideeën? Ik kwam er toen achter dat er in de VS een paar mensen zitten die heel goed zijn. Dus wilde ik graag met hen in contact komen. Ik kwam privé al vaak in de VS, en heb toen geprobeerd af en toe met deze mensen af te spreken. Dat leidde ertoe dat ik steeds vaker ook werd uitgenodigd om dingen te doen, zoals presentaties geven op conferenties. En vorig jaar heb ik vier maanden in de VS gewerkt, als visiting researcher op Harvard. Ik was op bezoek bij een onderzoeksinstituut dat wereldwijd leider is op dit vakgebied. Ik ben deels aan die plek gekomen vanwege de goede contacten van het IViR, maar ook vanwege de contacten die ik zelf in de VS had gelegd.’ l Onderweg is een onregelmatig verschijnende serie interviews met promovendi die ongeveer halverwege hun onderzoekstraject zijn.
recensie
Boeiende betogen voor een ongeïnteresseerd publiek Door Nadine Böke
Rob Wijnberg is filosoof en essayist bij NRC Next. In zijn nieuwe boek laat hij zien dat diepgaande journalistiek en filosofie helemaal niet langdradig en taai hoeven te zijn. Het publieke debat in Nederland wordt steeds oppervlakkiger. Zowel de journalistiek als de politiek proberen de aandacht van het verveelde publiek te vangen met snelle, simpele boodschappen. En door het gebrek aan diepgang neemt de neiging om te reflecteren bij iedereen af. Nee, dit zijn niet de beweringen van een cynische zestiger. Het is de kern van het betoog waarmee de twintiger Rob Wijnberg (1982) zijn nieuwe boek Nietzsche & Kant lezen de krant begint. Wijnberg verwierf twee jaar geleden enige faam met zijn pamflet Boeiuh!, waarin hij verwoordde wat hedendaagse jongeren beweegt. Wijnberg studeerde filsofie aan de UvA, kwam terecht op de opinieredactie van NRC Handelsblad en schrijft sinds november 2007 wekelijks een filosofisch essay op de pagina’s ‘Zin’ van NRC Next. Die essays zijn nu gebundeld in het genoemde boek.
‘Zijn regels wel regels?’ weet Wijnberg prima helder te maken dat hoewel Verdonks beroemde onliner op het eerste oog zeer rechtvaardig lijkt, het hier in feite weinig met te maken heeft. Want rechtvaardigheid is een kwestie van interpretatie en context. Zo is te hard
BERICHTGEVING EN MACHT
D I E P G A N G E N H O U VA S T
Wijnberg wil met zijn essays de samenleving iets van de diepgang en reflectie bieden die volgens hem zo vaak ontbreken. Hij doet dit door hedendaagse kwesties te beschouwen vanuit de theorieën van zowel moderne als meer klassieke filosofen. Dat klinkt misschien alsof de essays taai en ingewikkeld zijn. De filosofie staat tenslotte niet bekend om haar toegankelijkheid. Maar het tegendeel is waar: Wijnbergs analyses zijn scherp, bondig en vlot geschreven. Hij laat ermee zien dat de journalistiek prima diepgang kan bieden zonder te vervallen in betogen van duizenden woorden. En tegelijk dat filosofie een prima houvast kan bieden voor alledaagse maatschappelijke kwesties. Zelf schrijft Wijnberg dat hij met zijn essays niet hét antwoord wil leveren, maar vooral mensen wil aanzetten tot denken. En dat lukt. Een mooi voorbeeld is Wijnbergs essay over de populariteit van politieke partijen als Trots Op Nederland van Rita Verdonk en Wilders’ PVV. Oké, deze partijen zijn populair omdat ze ‘laten horen wat het volk wil horen’. Maar wat wil het volk dan precies horen? En waarom eigenlijk? Dat weet Wijnberg prima te verwoorden. En in het essay
bestaat niet, volgens hen; wat elke opvatting reduceert tot ‘slechts’ een mening. Niemand heeft de definitieve of ware visie op de wereld in pacht. Dit denkbeeld is de afgelopen eeuw sterk geworteld in de westerse samenleving. Nietzsche zelf waarschuwde er echter al voor dat deze opvatting kan leiden tot desinteresse, cynisme en nihilisme.
rijden verboden. Maar als je een boete krijgt omdat je om drie uur ’s nachts, op een doodstille weg, een paar kilometer per uur te hard reed, wie zou dat dan nog rechtvaardig noemen? Ook voor het gebrek aan diepgang in onze huidige samenleving heeft Wijnberg een filosofische verklaring. Volgens hem komt dit mede door de denkbeelden van Kierkegaard en Nietzsche. Dé waarheid
Nihilisme keert, bijna als een rode draad, regelmatig terug in het boek. Zo speelt het een belangrijke rol in het betoog ‘De krant van Joris Luyendijk zou niemand lezen’. Luyendijk schreef enkele jaren terug het populaire boek Het zijn net mensen waarin hij kritiek leverde op de journalistiek en de media. Volgens hem zouden de media vaker moeten laten zien vanuit welk perspectief hun berichtgeving plaatsvindt, en dat alle berichtgeving subjectief is. Maar een medium dat dit doet, zou zijn eigen machtspositie ondermijnen, aldus Wijnberg. Door te laten zien dat alles slechts een perspectief is, dreigt nihilisme. Wie gelooft de media dan nog? Natuurlijk zijn niet al Wijnbergs essays even sterk. Persoonlijk ben ik er echter maar één tegengekomen waarmee ik het ronduit oneens was. Dat is het stuk waarin Wijnberg beweert dat de term ‘wetenschappelijk aangetoond’ helemaal niets betekent. Hij haalt hierin onder meer de filosoof Hume aan, die heeft gezegd dat causale relaties op z’n hoogst waarschijnlijk zijn, maar nooit a priori (zonder ervaring) waar en dus nooit zeker. Natuurlijk is wetenschap feilbaar; maar dat maakt niet gelijk elk wetenschappelijk onderzoek waardeloos. Wijnberg gaat in dit betoog wel heel makkelijk voorbij aan diverse wetenschapsfilosofen en de consensus die er bestaat over wat wetenschap tot goede wetenschap maakt, bijvoorbeeld in de vorm van de wetenschappelijke methode zoals die is omschreven door Karl Popper. In dit essay neigt Wijnberg dus misschien zelf een beetje te veel naar nihilisme. l Rob Wijnberg: Nietzsche & Kant lezen de krant De Bezige Bij, 280 blz., E18,90
Folia 25 | 15
Lange Voorhout 62 2514 EH Den Haag
Wil jij een baan die jou uitdaagt om urgente problemen op te lossen? Wil jij werk doen waaraan de samenleving iets heeft? Ben jij de juridische professional die ervoor zorgt dat besluiten haalbaar en houdbaar zijn? Wil een goedbetaalde baan en een gedegen opleiding? Meld je dan aan voor de selectie van de Academie voor Overheidsjuristen!
telefoon (070) 312 98 30 email academie@acwet.nl
Overheidsjurist? Een prachtbaan! Werken en studeren Op 1 september 2009 start de opleiding tot overheidsjurist bij de Academie voor Overheidsjuristen. Tijdens deze tweejarige opleiding brengen uitstekende docenten jou de kennis en vaardigheden bij die je nodig hebt om een effectieve overheidsjurist te zijn. Jij leert hoe je de Staat vertegenwoordigt in procedures, hoe je juridische adviezen geeft en hoe je besluiten maakt die juridisch in orde zijn. En het blijft niet bij leren: als trainee moet je ook meteen het geleerde in de praktijk brengen bij een onderdeel van de rijksdienst.
Het nieuwe seizoen
09/10
Toelating tot het traineeship Er is een strenge selectie van de kandidaten voor het traineeship. Je moet, als (bijna) afgestudeerd jurist of fiscalist, een sollicitatieformulier invullen, deelnemen aan een tweedelige psychologische test, een schrijfproef afleggen en spreken met selectiecommissies. Als je wordt geselecteerd, word je aangesteld bij een organisatie van de rijksoverheid. De aanstelling loopt vanaf september 2009 en geldt voor de duur van twee jaar.
Met o.a.
Mahler Symfonie nr. 3 Nederlands Philharmonisch Orkest Concertgebouw
Solliciteer vóór 6 april! Kijk voor het sollicitatieformulier op onze website www.academievooroverheidsjuristen.nl. Daar vind je ook meer informatie over het traineeship en de sollicitatieprocedure.
Beethoven Missa Solemnis
Nog meer vragen? Neem contact op met Bert Langeveld (tel. 070-3129 838, e-mail: b.langeveld@acwet.nl).
Nederlands Philharmonisch Orkest Concertgebouw
www.academievooroverheidsjuristen.nl
Integrale Mozart Vioolconcerten Nederlands Kamerorkest Concertgebouw
Verdi Requiem Nederlands Philharmonisch Orkest Concertgebouw
Naamloos-9 Naamloos-8 1
28-11-2008 09-10-2008 09:01:51 13:34:35
Jongeren tot 27 jaar betalen slechts € 10,- voor elk concert. Bestel nu en krijg de beste plaatsen! Bekijk nu de nieuwe brochure met alle concerten en series op
www.orkest.nl
Prenten: Artis Bibliotheek, Bijzondere Collecties van de UvA La grande barge rousse, ofwel de grutto
De quagga, een uitgestorven zebra. Het laatste levende exemplaar is in 1883 onder de Artisbibliotheek overleden. Daar waren vroeger de zebrastallen.
Dieren kijken Samenstelling: Dirk Wolthekker In het kader van het nationale digitaliseringsprogramma ‘Het geheugen van Nederland’ wordt de komende jaren een grote verzameling van Nederlandse illustraties, foto’s, teksten, films en audiofragmenten gedigitaliseerd. Ook de prentenverzameling Iconographia Zoologica van de Artisbibliotheek, onderdeel van Bijzondere Collecties, wordt in dat kader gedigitaliseerd en online gezet. Deze maand is begonnen met de digitalisering van twintigduizend prenten van zoogdieren en vogels. De prenten werden eerder, onzichtbaar voor het grote publiek, bewaard in dozen. Het Amsterdams Universiteitsfonds heeft 200 duizend euro gedoneerd voor de digitalisering van de collectie. Naast tekeningen en aquarellen bevat de Iconographia Zoologica vooral prenten in uiteenlopende technieken, gemaakt door de belangrijkste illustratoren en kunstenaars van hun tijd. Dankzij de digitalisering wordt de collectie wereldwijd toegankelijk, en kunnen de originele prenten bovendien goed worden geconserveerd.
Eidereend, in vroeger tijden ook ‘oye à duvet’ (donsgans) genoemd
Dodo
De simia nigra: een ‘zwarte aap van middelmatige grootte’
27 maart 2009
CosĂŹ fan tutte World of Delights is een groeiende internationale retailorganisatie met meer dan 40 verkooppunten op met name luchthavens. Reeds 50 jaar zijn wij actief op de luchthaven Schiphol. Van oudsher als delicatessen-specialist; sinds juli 2008 echter ook als concessionaris van Souvenirs, Toys, Sport, Gifts & Swarovski. Voor onze winkels zijn wij op zoek naar:
Jonger dan 30? Nog nooit een opera gezien? Laat je verleiden tot een
Verkoopmedewerkers (m/v) (minimaal 16 uur per week)
Voldoe jij aan de volgende eisen:
s s s s s
GOEDE BEHEERSING VAN DE .EDERLANDSE EN %NGELSE TAAL GEEN BEZWAAR TEGEN WERKEN OP ONREGELMATIGE TIJDEN EEN OPEN GASTVRIJE EN REPRESENTATIEVE UITSTRALING WOONACHTIG BINNEN EEN STRAAL VAN KM VAN 3CHIPHOL MINIMAAL DAGEN OF DAGDELEN PER WEEK BESCHIKBAAR STUUR DAN EEN BRIEF MET #6 NAAR
7/2,$ /& $%,)'(43 3#()0(/, " 6 T A V MEVR ,INDA %LI¤NS 0ERSONEELSFUNCTIONARIS 4OKYOSTRAAT 2" ,IJNDEN /F E MAIL L ELIENS WORLDOFDELIGHTS COM 4EVENS BESTAAT DE MOGELIJKHEID OM OP ONZE WEBSITE WWW WORLDOFDELIGHTS COM een sollicitatieformulier in te vullen. Voor telefonische informatie: 020-6587452. Acquisitie n.a.v. de advertentie wordt niet op prijs gesteld. 0RE EMPLOYMENT SCREENING KAN DEEL UIT MAKEN VAN DE SOLLICITATIEPROCEDURE
15 euro voor
opera, rondleiding, pauze-sandwich en cocktailontvangst
Scriptie schrijven in goed Nederlands
Koop een kaart!
Kassa: Het Muziektheater Amstel 3, Amsterdam Info: 020 625 54 55 WWW.operaflirt.nl WWW.dno.nl
Is Nederlands niet je moedertaal en heb je daarom moeite met scripties e.d. schrijven? Gepensioneerde academici/ HBO-ers ondersteunen je hiermee graag. GRATIS! www.gildeamsterdam.nl
Naamloos-10 11 Naamloos-3
09-10-2008 08:52:33 13:51:20 07-11-2008
Medewerker Publieksservice & Sales (oproepkracht kassa) Je bent werkzaam in de kassa, bij de kaartcontrole, het Planetarium en de ledenadministratie. Tot je taken behoren o.a. verkoop van dagkaarten, lidmaatschappen en de Artisgids, het verstrekken van informatie en toegangscontrole. Artis is 365 dagen per jaar open en daarom zoeken we mensen die zowel doordeweeks als in het weekend beschikbaar zijn. Wil je een flexibele baan die je kunt combineren met je studie en waar je 16 tot 20 uur per week kan werken? (in de vakantie meer) en zijn de onderstaande steekwoorden op jou van toepassing: flexibel, praktisch, nauwkeurig, stressbestendig, sociaalvaardig en teamspeler dan horen we graag van je. Stuur je motivatiebrief en CV naar Rianne Luurs via kassa@artis.nl
folia 090320.indd 2
13-03-2009 11:02:09
1:02:09
11
Foto’s: Ewa Scheifes
weekgast
Ewa Scheifes (21) studeert media en cultuur en woont tijdelijk in Australië om journalistiek te studeren aan de University of Sydney. Maandag 9 maart Ik heb voor een halfjaar mijn thuis verhuisd van Amsterdam naar Sydney. Hier ga ik journalistieke vakken volgen en hopelijk mijn praktische kennis verbeteren. Na een maand laat mijn inburgering nog te wensen over. Zo kijk ik nog steeds de foute kant op tijdens het oversteken, en blijf ik elk Hey, how are you? netjes beantwoorden. Gelukkig heb ik een deel van de inburgering afgelopen zaterdag volbracht tijdens het jaarlijkse gayfestijn Mardi Gras. Ik dacht dat ik het wel gezien had na de Gay Pride maar Mardi Gras blijkt de overtreffende trap te zijn. In plaats van op boten vindt de parade plaats op wagens, eigenlijk een soort gay carnaval. Een geweldige stoet van travestieten, veren, leer en dansende mensen trok voorbij, gevolgd door bizarre afterparties. Na al dit gefeest heb ik de aankomende week uitgeroepen tot SuperStudieweek, want de studie is hier nu serieus begonnen: planningen, assessments en presentaties. Ik heb een maand van de zon kunnen genieten, maar deze week gaat het hier ook regenen. Zelfs in de zonnige stad in Verweggistan kan het gieten. Goede reden om een paar studiepunten te gaan verdienen.
Dinsdag 10 maart Terwijl in Amsterdam er al jaren wordt gesleuteld aan de Noord/Zuidlijn, lijken ze het hier iets beter voor elkaar te hebben. Met zo veel mogelijkheden op het gebied van suburbans, metro’s, goedkope taxi’s en bussen raakte ik in het begin lichtelijk in de war. Gelukkig begin ik het nu door te krijgen. Het enige probleem is dat ze hier geen overzicht geven van alle mogelijke stops. Dus, inderdaad, het is altijd een gok waar je eruit moet. Doordat ik een enorm slechte gokker ben, ben ik al menigmaal bij de foute stop uitge-
stapt om vervolgens een paar haltes terug te moeten nemen. De laatste weken gaat het echter al veel beter dus ik begin een beetje te genieten in het openbaar vervoer. Omdat ik dicht bij Bondibeach woon zou ik eigenlijk ook iets over surfen moeten vertellen. Het nieuws van alle haai-aanvallen daar houdt me een beetje tegen. Als goede surfer ben je op de plank misschien wel veilig, maar als beginnende peddelaar in het water betwijfel ik het. Gelukkig hebben ze hier surfkampen die een paar uur van Sydney af worden gegeven dus daar gaat het binnenkort gebeuren: ik ga leren surfen. Zonder haaien op een wit strand. Wat een zwaar leven.
Woensdag 11 maart Vanwege de ‘studieweek’ heb ik gisterenmiddag rondgedwaald in het meest fascinerende uitgaanscentrum van Sydney: Kings Cross. Kort gezegd is dat een buurt die ’s avonds afgeladen is met jongeren die in hun auto’s rondrijden om gezien te worden. Verder zijn er meisjes met rokjes ter grootte van een brede riem, straatmuzikanten, schreeuwende mensen en hoeren. Jawel, die zijn overal. Met name het fenomeen van de rondrijdende jongeren die hun auto’s showen is bizar. De hele zaterdagavond rijden ze rondjes. En dat is het. Omdat ik voor mijn televisiejournalistiekklas een filmpje moet maken leek me dit een goede kans om eens dieper in de wereld van de partybeesten van Kings Cross te duiken. Dus ga ik mee in de auto met een van deze jongeren om te kijken wat er nu precies zo enorm tof aan is om rond te rijden. Daarnaast heb ik een gezellig praatje gevoerd met een boze taxichauffeur die zijn werk niet meer kan doen omdat het hele verkeer vastligt door de autoshows. Ik ben heel benieuwd naar het eindresultaat. Gelukkig voor mij zijn er nog vele andere (en leukere) uitgaansbuurten met jazzbars, clubs en mooie pubs. Hoe fascinerend Kings Cross ook is, mijn uitgaan is het niet.
zijn er twee duidelijke groepen, al moet ik nog even kijken bij welke van de twee ik me aansluit. Zo is er hier de duidelijke health freaksgroep. Ze lijken altijd te sporten, eten cornflakes met extra multivitaminen erin, zijn megabruin en ‘lekker actief ’. Dan is er de andere groep, iets minder actief: de sportkijkers. Deze groep kijkt vooral graag, het liefst in de pub met een liter bier in de hand. Op het eerste gezicht ziet het er niet naar uit dat ze al eens een gym van binnen hebben gezien... Omdat ik natuurlijk niet achter kan blijven was gisteren mijn gymontmaagding hier bij Fitness First. Inderdaad, die hebben we ook in Amsterdam. Dus zat ik tussen de health freaks bij de Body Jam. Of beter gezegd: huppelen op muziek. Ik voel me nu al iets beter tussen de actievelingen en ik denk dat ik dat maar vol ga houden. En dan daarna een biertje drinken; the best of both worlds.
Vrijdag 13 maart
Donderdag 12 maart
Op mijn eerste dag in Sydney kreeg ik een getoaste croissant. Ik kwam er pas later achter dat ze hier alles toasten als je niet uitkijkt en ik ben van mening dat we dat in Nederland ook maar moeten gaan doen. Dit in verband met verbeterde knapperigheid. Een ander enorm positief eetpunt hier is dat de sushi bijna gratis is. En dat past prima in het schema van de health freak. Kortom, Sydney is echt een superstad want ze hebben echt alles hier; zon, strand, sushi, goede koffie, enorme parken, festivals en veel live muziek. Het enige wat ze ontberen zijn fietspaden. Hoewel heimwee nog niet naar boven is gekomen lijkt het me heerlijk om even op mijn omafiets over de grachten te gaan, het liefst met een zonnetje erbij. Ik weet het, het is een luxeprobleem maar mijn waardering voor fietsen is echt gestegen. Fietsen gaat hier namelijk als volgt: op een mountainbike met felgekleurde helm en met gevaar voor eigen leven. Niet op de paden maar tussen de auto’s door zigzaggen. Ik denk dat ik het fietsen nog even uitstel en maar ga genieten van alle andere attracties van de Grote Stad. l
Bij Bondi Junction, waar mijn huisje staat, kun je niet om sport heen. Overal waar je kijkt lopen mensen hard, lopen mensen in sportkleren naar de gym of ze zitten in de pub naar sport te kijken. Maar volgens mij
Volgende weekgast: Rutger Top, student geneeskunde en deelnemer aan het Nederlands Studenten Snowboard Kampioenschap in La Joue du Loup, Frankrijk.
Folia 25 | 19
achtergrond
Wel autistisch, geen Rain Man Door Irene Hemels
Er zijn twintig UvA-studenten met een autistische stoornis. Voor zover bekend, want ze lopen er niet graag mee te koop. ‘Mensen denken dat we niets voelen.’
E en uitlaatklep in de chaos
Een keer in de week praat Aafje met een studiebegeleider van de UvA. Dan maken ze een tijdsplanning; dat helpt haar om zich op de studie te blijven focussen. Ook Daniël en Lucas praten regelmatig met een studiebegeleider. Dat hebben de drie autistische studenten
Wat is autisme? Met autisme word je geboren en je komt er nooit vanaf. Verder laat het zich niet eenvoudig omschrijven. Het komt in verschillende vormen voor en uit het type stoornis is niet op te maken of het gaat om een lichte of zwaardere vorm van autisme. Voor mensen met asperger en PDD-NOS geldt vaak dat ze wel sociale vaardigheden hebben, maar dat alles wat moeizamer gaat. Ze willen graag contact met anderen, maar lopen tegen problemen op. Mensen met asperger zijn vaak ook verbaal heel sterk, terwijl mensen met klassiek autisme veel moeite hebben met zichzelf uitdrukken. Volgens de meest recente schatting heeft 1,19 procent van de Nederlandse bevolking een vorm van autisme, wat neerkomt op ongeveer 190.000 Nederlanders. De UvA kent 20 studenten met autisme. Studeren met autisme is best bijzonder omdat veel mensen met autisme (veel) moeite hebben met zelfstandig functioneren. Zie ook: www.autisme.nl
20 | Folia 25
met elkaar gemeen: de behoefte aan een uitlaatklep, even dat extra steuntje en duwtje in de rug, om als het ware op het ‘rechte spoor’ te blijven. Zelfvertrouwen is bij alle drie een wankel evenwicht, het is geen vanzelfsprekendheid. Daniël: ‘In periodes dat het goed gaat, heb je niemand nodig, maar als het wat minder gaat is het een prettig idee dat er iemand is met wie je kunt bespreken wat je dwars zit. Iemand die een beetje op je let en meekijkt met wat je aan het doen bent, is eigenlijk al voldoende om goed te functioneren.’ Lucas: ‘Bij
Aafje komt er recht voor uit dat ze zich geregeld alleen voelt: ‘Voor mijn gevoel heb ik met mijn meeste medestudenten geen echte klik. Ik heb van alles geprobeerd om er echt bij te passen. Ik ben met mijn studievereniging op sjouw geweest, ik heb in de studentenraad gezeten. Steeds liep ik tegen mijn eigen grenzen aan. Ik mis het makkelijke contact met mensen wel, maar volgens mij geniet ik er niet zo van als zij dat doen. Dat enorme sociale verkeer kost me heel veel energie. Al dat gepraat om me heen is voor mij hard lawaai. Ik
‘ Dat ik contact lastig vind, wil beslist niet zeggen dat ik geen contact wíl’ de UvA zijn veel zaken chaotisch geregeld. Ik vind het moeilijk om mijn weg daarin te vinden, dan is het wel prettig dat er iemand is die zegt bij wie ik terechtkan, of die helpt om iets te regelen.’
kan het moeilijk filteren. Als ik in een café ben, dan wil ik binnen vijf minuten weer weg.’ Ondanks dat ze samenwoont met haar vriend is ze erg op zichzelf. ‘Ik ben snel eenzaam omdat het me moeite kost om sociale contacten te onderhouden.’
B uitenbeentje of E in z elg ä nger
Als ze aan bekenden vertellen dat ze autisme hebben, zijn de reacties meestal verbaasd. ‘Voor de meeste mensen is het onverwacht,’ legt Daniël uit. ‘Mensen verwachten het niet, ze zijn soms zelfs verbaasd als ze horen dat ik autistisch ben. Dat voelt heel positief, omdat je overkomt als normaal.’ Aan de andere kant is dit nu juist vaak een probleem bij autisme: aan de buitenkant is niet te zien dat je het hebt, zeker niet bij (hoog-)begaafde autisten. Elke autist is anders. Over het algemeen hebben mensen met autisme behoefte aan structuur in hun dagelijks leven en hebben ze soms moeite met veranderingen. Veel autisten zijn snel overprikkeld en keren zich in zichzelf om zich af te sluiten of raken juist over hun toeren. Veel autisten zijn ook overgevoelig voor bijvoorbeeld licht en geluid, waardoor concentreren lastig is. Sociaal een beetje onhandig is misschien nog wel het meest opvallende kenmerk. Daniel: ‘Ik kan moeilijk contact maken. Dat vond ik vroeger niet zo erg. Ik was er zelfs wel een beetje trots op een einzelgänger te zijn en niet bij de massa te horen. Binnen de universiteit kan ik een heel normaal gesprek voeren met iemand, hoewel dat vaak wel oppervlakkig is en meestal over studiezaken gaat.’ Verplichte presentaties zijn een bron van frustratie is. ‘Dat is voor mij echt vervelend, de stress vooraf is enorm. Daar mag best meer rekening mee gehouden worden.’
S trategie ë n om staande te blijven
Aan zelfinzicht ontbreekt het Aafje, Lucas en Daniël niet. Lucas: ‘Ik kan me moeilijk inleven in sommige situaties. Als iemand een slechte dag heeft en daarover loopt te mopperen. Dan zeg ik: niet zeuren, dat is voorbij. Dat is niet zo sociaal van me.’ Hoeven mensen bij hem niet aan te kloppen voor medelijden, voor praktische hulp kunnen ze prima bij hem terecht. ‘Ik doe veel voor andere mensen. Sta voor ze klaar als ze iets nodig hebben. Ik speel gitaar en weet veel van muziek. Als iemand een nieuwe gitaar nodig heeft dan adviseer ik hem, of ik zet andere elementen op de oude gitaar. Ik help met websites bouwen, en studioen geluidbewerkingen doe ik ook nog wel eens voor mensen.’ Leven met autisme betekent strategieën ontwikkelen om je staande te houden. Jezelf motiveren en stimuleren, soms met behulp van anderen, om je steeds weer aan te passen aan je omgeving. Dat lijkt de rode draad voor studenten met autisme. Dat kost veel energie, en gaat met vallen en opstaan. Daniël woont nog bij zijn ouders thuis, maar zit nu tijdelijk in onderhuur in het huis van een neef. ‘Hoe meer ik moet regelen, hoe sneller ik in paniek kan raken. Als ik de deur uitga, moet ik bedenken dat ik mijn tas inpak, mijn sleutel meeneem en zo nog wat meer. Wat voor een ander vanzelfsprekend is, is dat
Foto: Bram Belloni
‘Ik was echt een probleemkind, druk en onhandelbaar. Ik had geen overzicht van de wereld om mij heen, was snel gefrustreerd en in paniek.’ Sinds 2006 weet Aafje Haaksma, student Nederlands, dat ze asperger heeft, een vorm van autisme. Dat felle reageren is er nu ze 26 is wel een beetje vanaf. Maar behoefte aan een overzichtelijke, gestructureerde wereld heeft ze nog steeds. ‘Als het ergens een zootje is, word ik onrustig. Ik heb structuur nodig om de week door te komen. Als er geen colleges zijn, is dat lastig. Ik mis dan houvast. Als een vast ritme in de week ontbreekt, ga ik thuis als een gek opruimen. Ik ben nu bezig met mijn scriptie en het is best moeilijk om aan de slag te blijven. Ik heb dan sterk de neiging om andere dingen te gaan doen. Ik mis een automatische drive om precies te doen wat er wordt verwacht.’ Daniël (22), student economie, en Lucas (22), ook UvA-student, weten sinds de basisschool dat ze autistisch zijn. Zij wilden alleen anoniem aan dit artikel meewerken en niet herkenbaar op de foto.
Foto: Bram Belloni
Lucas (l), Daniël en Aafje
voor mij niet. Ik moet daar net iets meer bij nadenken. Laatst was de verwarming stuk en de koelkast deed het niet. Als veel dingen op me afkomen, raak ik het overzicht kwijt. Dat is voor mij echt heel vervelend. Ik ben er net iets minder flexibel in dan mensen zonder autisme.’ Voor alle drie geldt dat ze niet gauw bij de pakken zullen neerzitten. ‘Autisme is net zoiets als het hebben van maar één been. Dan moet je ook mee leren leven,’ vat Lucas het samen. Hij heeft wel een bijzondere aanpak ontwikkeld om zich staande te houden: doen waar je niet goed in bent, is zijn motto. ‘Mensen met een fobie worden ervan af geholpen door hen te overspoelen met de indrukken waar ze bang voor zijn. Iemand die bang is voor kippen, wordt in een hal met kippen gezet, net zo lang totdat het niet eng meer is.’ Over zichzelf zegt Lucas dat hij bang is voor afwijzende reacties van mensen (‘Dat gevoel komt eerder voort uit onvermogen dan uit onwil’) en daarom niet makkelijk contacten legt. Met zijn bijbaan als baliemedewerker in een grote zorgorganisatie heeft hij zichzelf expres in het diepe gegooid. ‘Ik word zo gedwongen contact te hebben met heel veel mensen. Ik kan dichtklappen – maar daar heeft niemand wat aan – of mijn mond
opendoen. Ik leer hier veel van: ik moet heel direct vragen stellen en mensen te woord staan.’ R ain M an en andere hokjes
Van autisme kom je nooit meer af, weten ze alle drie. Hoe moet dat straks na de studie op de arbeidsmarkt? Daniël: ‘Ik hoop via een stageplek uit te zoeken wat ik leuk vind en of ik het aankan. Leuke mensen om mij heen vind ik misschien wel belangrijker dan de inhoud van het werk. Ik wil in elk geval niet in een competitieve organisatie werken. Dat is hectischer, gejaagder en drukker en roept veel spanning op.’ Aafje hoopt als docente Nederlands aan de slag te gaan en Lucas ziet zichzelf wel als studiotechnicus: ‘Je werkt wel in een team, maar het is niet echt een mensenbaan.’ De vraag of ze tegen veel vooroordelen aanlopen is een lastige, want vertellen dat ze autisme hebben doen ze niet tegen iedereen. Dat is voorbehouden aan een select gezelschap dat veelal vindt dat het wel meevalt en er alle begrip voor heeft. Toch zijn er nog wel drempels te slechten. Aafje: ‘Ik heb moeite om me in een ander te verplaatsen, maar ik kan een heel normaal gesprek voeren. Dat ik contact onderhouden lastig
vind, wil beslist niet automatisch zeggen dat ik geen contact wil. Als mensen zich realiseren dat we contact wel leuk vinden, maar dat misschien soms wat onhandig aanpakken, zijn we al heel erg geholpen. Ik waardeer het bijvoorbeeld enorm om sommige mensen om me heen te hebben, maar ik zal niet vaak zelf bellen. Dat is niet omdat ik iemand stom vind, maar omdat ik dat moeilijk vind. Ik ben geen wereldvreemde Rain Man die niet geïnteresseerd is in de buitenwereld,’ zegt ze met een verwijzing naar de Amerikaanse kaskraker uit de jaren tachtig waarmee Dustin Hoffman als autistische hoofdrolspeler een Oscar won. Dat is volgens Aafje een compleet achterhaald beeld. Lucas: ‘Mensen zijn snel met vooroordelen en denken makkelijk in hokjes.’ Bijna niemand in zijn omgeving weet dat hij autisme heeft en dat wil hij graag zo houden. ‘Mensen denken al gauw: die voelen niets en zijn niet sociaal. Ik denk dat we juist sterker voelen, alle indrukken komen sterker binnen en dat roept veel onzekerheid op en maakt dat je wat banger bent voor contacten.’ l Op verzoek van de geïnterviewde is de naam ‘Lucas’ gefingeerd.
Folia 25 | 21
Annonces zijn advertenties zonder winstoogmerk, bestemd voor de particuliere aanbieder. Annonces kunnen worden geplaatst in Folia én op de website www.folia.nl. Aanbieden van annonces kan op www.folia.nl via Folia Weekblad. Daar vindt u ook alle informatie over de tarieven e.d.
annonces CULTUUR Geïnteresseerd in Amsterdams nieuws? Altijd al radioprogramma’s willen maken over politiek, muziek, cultuur of sport? Word dan vrijwilliger bij Amsterdam FM. Zie: www.amsterdamfm.nl Zondag naar de kerk? www.studentenekklesia.nl 11.00 uur - De Rode Hoed Keizersgracht 102 - A’dam
Op 01/04 om 20.00 uur zal aarden levenswetenschapper prof. Van Straalen ingaan op vragen m.b.t. het thema ‘schepping of evolutie?’. Zie: www.ve90.nl
SPORT Ouderkerk korfbal zoekt selectiespelers. Voor ons jonge, gemotiveerde en gezellige 1e team (4e klasse) zoeken wij per direct enthousiaste korfballers die ons willen komen versterken. Meer info op www.ouderkerkkorfbal.nl of mail naar svouderkerk.korfbal@gmail.com
verhuizingen binnen A’dam. Van stoep tot stoep: €35. Ook met verhuismannen en touw en blok. Ook buiten A’dam mogelijk. Bel Taco: 06 4486 4390; www.vrachttaxi.nl
Bommen bij het USC Heb je een USC-sportkaart van welke sport dan ook dan ben je iedere maandag van 17.00 tot 18.00 uur welkom bij het uur Bommen in USC De Boelelaan. Een heerlijke, gezellige warming-up voor de rest van je sportavond.
ingezonden mededelingen
ATTENTIE Folia verschijnt dit voorjaar niet in de week na Pasen (woensdag 15 april) en in de eerste week van mei (woensdag 6 mei).
Check voor al het bovenstaande www.usc.uva.nl
DIVERSEN
VRIJWILLIGERSWERK, STAGES, e.d.
MSc Biology doen in Leiden?
Gezocht: Robot! 2 astronauten zijn druk op zoek naar hun ontsnapte Vrijwilligerswerk buitenland. Voor muzikale robot! Hij is nodig voor korte of lange termijn vrijwilligers- muziekfestival Sonic Connectiwerk in het buitenland doen? Kom ons 2009. Mail astronauten@live. zaterdag 4 april naar de informanl met zoektips en win een ticket! Get Carried Away with Sex and the STUDENTEN SPORT tiemarkt van SIW Internationale Sciences! Lees nu over seks en we- CENTRUM USC Martial Arts Convention Vrijwilligersprojecten! De KarMet de opzwepende leus ‘Amtenschap in het interdisciplinair gadoor, Oudegracht 36 Utrecht, sterdam is going ape’ organitijdschrift Blind op www.ziedaar.nl Dinsdag 7 april, 19.00-22.30 uur: USC’s jaarlijkse Martial Arts Con- 13.30-17.00 uur. www.siw.nl seert het Wereld Natuur Fonds op vention. Dé kans om kennis te donderdag 2 april 2009 de eerSTUDENTEN maken met het omvangrijke USC- Aandacht over? Word buddy voor ste editie van het festival in de EN STUDIE vechtsportaanbod met demo’s en daklozen of verslaafden bij De Westerunie / Westerliefde in AmHeb jij psychische problemen en workshops van o.a. Braziliaans jiu Regenboog Groep! Zie www.aansterdam. WildLive belooft een komt je studie in het gedrang? Of jitsu, capoeira, karate, kickboksen, dachtover.nl of bel 020 531 7600. muzikale avond te worden waarzou je graag met een andere stukrav maga en nog veel meer. De op extra aandacht gevraagd wordt Kijk voor het programma op VERDIENEN dent meer activiteiten onderneMAC is voor iedereen, student en voor de bedreigde mensapen. Studentenbaantje/Job - De Unimen? Meld je dan aan voor een niet-student, gratis toegankelijk. Kijk op www.wildlive.nl voor www.mastersinleiden.nl versitaire Sportvereniging zoekt studiemaatje bij de Amsterdamse meer informatie en... go ape! voor haar Sporthal Wibaut een Vriendendiensten! Zie www.vrien- Cursussen schoonmaker/cleaner na afloop dendiensten.nl of: 020 683 9260. - Kanoën. Start 30 maart. In deze De Spermabank van het AMC is van de sportactiviteiten. De werkafwisselende cursus van 10 lesop zoek naar spermadonoren. tijden zijn: 23.30-01.30 uur voor sen leer je een vele facetten van Onkosten worden vergoed. Universiteit Leiden. Universiteit om te ontdekken. STUDENTEN4-5 dagen in de week. Informahet kanovaren. Studentencursus Nadere informatie: 020-566 3090, PASTORAAT vE90 tie? Bel of mail Cok Oostveen: prijs €67. spermabank@amc.uva.nl of Do. 26 maart om 20.00 uur delingen van Studentenzaken 020 662 8546, cokos@dds.nl ken, Trainingscentrum en het - Cursus inlineskaten. Start 31 www.spermadonoren.nl spreekt dr. Bart Voorsluis in het – Studentendecanen, B ureau Service & Informatiecentrum. maart. Geef je op voor deze leuWONEN STUDENTENZAKEN Filosofisch Café in vE90 over de Studentenpsychologen, LoopStudentenzaken is ook bereikke cursus van 5 lessen waarin Iets te verhuizen? Ik kom met een Op www.uva.nl/studentenzaken betekenis van het begrip postbaan Advies Centrum, B ureau baar via tel. 020 525 8080. je leert hoe het echt moet. Stustaat alle informatie over de afmodernisme. Zie: www.ve90.nl 18-02-2009 Internationale Studentenzadentencursusprijs €21,50. advert2_v3:advert 15:56 Pagina 1grote bus voorrijden. StudentenItaliaans leren bij Dante Amsterdam? Op 4 april start de Intensieve vakantiecursus. Kijk op www.dante-amsterdam.nl
Kom naar de mastervoorlichting op 3 april
‘
Mercator Sapiens Official UvA Merchandise
(1Gb) (normaal € 8,95)
Turfdraagsterpad 17, 1012 XT Amsterdam, 020 5251400.
do 19 maart 20.00
Aanbieding: UvA USB stick
CREA is de culturele organisatie van de UvA en HvA.
€ 7,50
tegen inlevering van deze advertentie bij Selexyz Scheltema, Roetersstraat 41 (actie loopt tot en met 31 maart 2009)
i.s.m. Turkije Instituut:
‘Turkey in the Global Economy: Rising Tiger or IMF Failure?’
Speaker: Erinc Yeldan (Professor at Bilkent University, Ankara). During the last few years, Turkey has been described by some commentators as an ‘Anatolian Tiger’. However, Erinc Yeldan predicts a course for Turkey similar to that of Argentina, another country that seemed to be prospering under IMF rules until the ‘bubble burst’ in the nineties. Plaats: CREA Theater. English spoken. Toegang: gratis voor studenten en UvA-medewerkers /€ 5,- alle anderen.
do 19 maart 20.00
i.s.m. MEI:
Debat: Studenten zijn LUI
Sprekers: Jasper van Dijk (lid van de Tweede Kamer voor de SP), Klaas Visser (onderwijsdirecteur Psychologie en voorzitter van de UvA-werkgroep ‘studiesucces’), Meindert Fennema (hoogleraar Politieke Theorie van Etnische verhoudingen). Gespreksleider: John Bijl (trainer, publicist en onderwijskundige). Waar komt het beeld van de luie student eigenlijk vandaan? Klopt het wel dat studenten eeuwen over hun studie doen? Plaats: CREA Muziekzaal. Toegang: gratis voor studenten/€ 5,- alle anderen.
vr 20 maart 20.30
Theater:
Placebo Theatersport
Placebo speelt een thuiswedstrijd, heeft verwend publiek en zal proberen gaten te vinden in de defensie van de Buren uit Rotterdam. Wie gaat er met de hoofdprijs aan de haal? Plaats: CREA Theater. Toegang: € 7.50 / € 5,-. Reserveren: 525 1400.
za 21 maart 20.30
w w w. m e rc a t o r s a p i e n s . n l Roetersstraat 35, 1018 WB Amsterdam tel. 020-525 6159 info@mercatorsapiens.nl
22 | Folia 25
Theatersport Vereniging Amsterdam:
Improfiësta
TVA brengt een afwisselende avond met improvisatietheater. Korte snelle scènes zullen zich in hoog tempo afwisselen. Het publiek geeft suggesties voor de inhoud en op basis daarvan wordt ter plekke geïmproviseerd. Vrolijk, lichtvoetig en vol verrassingen. Plaats: CREA Theater. Toegang: € 8,-. Reserveren: 525 1400.
w w w. c r e a . u v a . n l
roem
Barendse Door Dirk Wolthekker
Eerlijk is eerlijk: zelden worden we zo joviaal begroet voor een interview als door de minister van Justitie Ernst Hirsch Ballin. De minister komt breed grijnzend aangebeend door de gang die leidt naar zijn werkkamer op het departement van Justitie. ‘Heren, welkom.’ Even later zitten we aan tafel bij de minister, die inmiddels voor de derde keer de justitiepost in een kabinet bezet: één keer onder leiding van Ruud Lubbers, twee keer onder Jan Peter Balkenende. De minister pendelt heen en weer tussen de politiek en de wetenschap. ‘Wat ik ook doe, het is nooit een definitieve breuk met het verleden.’ De minister is naar eigen zeggen een man van de wetenschappelijke reflectie, maar ook van de juridische praktijk en die kunnen elkaar afwisselen, versterken en beïnvloeden. ‘Als rechtswetenschapper kun je het juridisch beleid beïnvloeden en andersom. Dat maakt het interessant wat ik doe.’ Ernst Hirsch Ballin (1950) werd geboren in Amsterdam, waar hij aan het Amsterdams Lyceum het gymnasium afrondde. ‘Daar zat ik in allerlei politieke en maatschappelijke clubjes waarin we debatteerden over de kwesties van die tijd. Mijn collega, milieuminister Jacqueline Cramer zat er ook, evenals Ronny Naftaniel, nu directeur van Centrum voor Informatie en Documentatie Israël. In die tijd ontstond aanvankelijk het idee om iets met sociologie of letteren te gaan studeren.’ Zijn vader, Ernst Denny Hirsch Ballin, was in die tijd aan de UvA verbonden als hoogleraar auteurs- en uitgeversrecht en recht van de industriële eigendom. ‘Op een gegeven moment lag het boek Beginselen van het Nederlands staatsrecht van hoogleraar Belinfante op het bureau van mijn vader. Ik begon erin te lezen en raakte gefascineerd door het vakgebied. Het werd dus geen letteren of sociologie, maar rechten. Dat ik in Amsterdam zou gaan studeren was voor mij niet meer dan logisch. Ik had ook naar de VU kunnen gaan, maar voor mij was er geen bijzondere reden om naar een gereformeerde universiteit te gaan. Ik kwam in 1968 aan als eerstejaars en werd lid van
Foto: Bob Bronshoff
Hij studeerde rechten en wisselt zijn loopbaan in de wetenschap af met de politiek: minister van Justitie Ernst Hirsch Ballin.
Ernst Hirsch Ballin
Unitas, maar zo’n gezelligheidsvereniging is toch niet zo veel voor mij. Ik wilde vakinhoudelijk bezig zijn en werd lid van de faculteitsvereniging JFAS. Decaan van de faculteit was toen hoogleraar Scholten. Het was de tijd van de Maagdenhuisbezetting en Scholten meende dat de JFAS wel een bemiddelende rol kon spelen tussen de bezettende studenten en het universiteits bestuur. We zijn naar het Maagdenhuis geweest om de temperatuur daar eens op te meten. Vanuit een tegenoverliggend pand gingen we via een loopbrug over de steeg naar het Maagdenhuis, maar er was geen sprake van dat we konden bemiddelen, daar hadden de bezetters helemaal geen behoefte aan. De beste herinnering bewaar ik aan professor B.A.M. Barendse, bijzonder hoogleraar vanwege het episcopaat der roomskatholieke kerk en lid van de orde der dominicanen. Hij had als leeropdracht het doceren van de thomistische wijsbegeerte, dat wil zeggen de filosofie van de Italiaanse theoloog en kerkleraar Thomas
van Aquino. Barendse wist op een doorleefde, inspirerende manier verbindingen te leggen tussen de dilemma’s waar Van Aquino zich mee bezighield. Dilemma’s die te maken hadden met gezag en autoriteit en de kracht daarvan. Barendse speelde met dergelijke dilemma’s. Hij was een gelovige op zoek naar inzicht en dat was ik zelf eigenlijk ook. In mijn studententijd ben ik toegetreden tot de rooms-katholieke kerk en Barendse heeft daarin zeker een rol gespeeld. Na mijn afstuderen ben ik als wetenschappelijk assistent staatsrecht direct doorgegaan met een promotieonderzoek, een onderzoek naar het functioneren van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid. Daarna ben ik als hoogleraar overgestapt naar de Universiteit van Tilburg. Daar heb ik veel promovendi onder mij gehad, uit wie ik steeds heel veel inspiratie uit putte en van wie ik veel leerde. Een van mijn dierbare en getalenteerde studenten uit die tijd is Adrienne de Moor-van Vugt, inmiddels hoogleraar aan de UvA.’ l
Folia 25 | 23
foto’s: Henk Thomas
dijkgraaf & fresco
Woordzoeker
Crisisverdriet Kent u de drie goede redenen om een borrel te nemen? De eerste is om een feestelijke gebeurtenis te vieren. De tweede is om je verdriet te verdrinken. En de derde is om een dag waarin verder niets gebeurd is wat kleur te geven. Kortom, iedereen die nu, “juist nu”, terwijl de wereldeconomie instort, pleit voor extra geld voor de universiteiten laadt de verdenking op zich van een flinke verslaving of op z’n minst een goedkoop gelegenheidsargument. Toch is er een gevaarlijke ontwikkeling te zien. Landen die al veel aan kennis uitgaven vóór de crisis, zoals Zweden en de Verenigde Staten, zijn ook precies de landen die nu extra geld voor onderwijs en onderzoek inzetten om de economie te stimuleren. Zo worden de verschillen alleen maar groter. Maar hier in Nederland moeten we eerder hopen en bidden dat ons geen grote bezuinigingen treffen. Terwijl u dit stukje leest, weet u waarschijnlijk meer dan ik nu ik het schrijf, maar extra investeringen lijken onwaarschijnlijk. Het geluid vanuit Den Haag is eerder: Jullie moeten niet klagen. Er is nog nooit zo veel geld naar de universiteiten gegaan. Inderdaad, dat is waar. Maar alleen als je minstens zes zaken over het hoofd wenst te zien. Telt u even mee? Eén, de inflatie. Het leven is duurder geworden. Twee, de groei van onze economie zoals uitgedrukt in het bruto binnenlands product. Langs die as gemeten laat Nederland als enig Europees land de afgelopen tien jaar nul-komma-nul procent groei zien. Les Pays-Bas: zéro points. Nummer 27 van de EU-27. De laatste plaats. Drie, de toename van het aantal studenten. Per student zijn de uitgaven de afgelopen twintig jaar ruwweg gehalveerd. Vier, de stijging van de kosten van onderzoek. Dankzij de vooruitgang van de wetenschap hebben we duurdere apparaten nodig om ingewikkelder dingen preciezer te kunnen meten. Vijf, de stijgende uitgaven in de ons omringende landen. Uiteindelijk telt alleen maar hoe we het relatief ten opzichte van de concurrentie doen. Kampioen van Nederland zijn telt niet echt mee als ze je buiten de landsgrenzen niet kennen. En dan zes, in mijn ogen het allerbelangrijkste argument dat iedere politicus pleegt te vergeten. Het enorme belang van wetenschap, juist nu achter de economische crisis de ‘echte’ crises van energie, klimaat, voedsel en gezondheid aan de horizon verschijnen. Ach, wat moet een mens met zo veel onbegrip… Hoogste tijd voor een borrel! Robbert Dijkgraaf is universiteitshoogleraar mathematische fysica
De gegeven woorden zijn -in alle richtingen- in het diagram verborgen. Sommige letters zijn meer dan een keer gebruikt. De resterende letters vormen de oplossing van deze puzzel. BIGGETJES, BLOEMBOL, BLOEMENKRANS, EIEREN, FIETSTOCHT, GROEN, HEMELVAARTSDAG, KIEMEN, KOEKOEKSEI, KOEKOEKSJONG, KONINGINNEDAG, LARVE, LENTEBODE, LENTEFEEST, LENTEZON, MAARTSE BUI, MADELIEFJE, MEIBOOM, MEST, NAAR DE BOLLEN, SNEEUWKLOKJE, SPREEUW, TUINIEREN, TUINSTOEL, VEULEN, WIND.
Helemaal ingevuld? Mail de oplossing (o.v.v. naam en huisadres) uiterlijk dinsdag 24 maart naar mededelingen@folia.uva.nl en maak kans op twee toegangskaartjes voor bioscoop Kriterion, www.kriterion.nl