Folia 28#1.indd

Page 1

UvA-Virenze Jan Six

PoĂŤzie

roem

Trainingen voor ouders en kids

Favoriete dichtregels

Ronny Naftaniel

Archeoloog en Amsterdammer

Extra

Masters

pecial

Weekblad voor de Universiteit van Amsterdam Jaargang 62 10-04-2009

nummer 28

de gimmicks van Zwagerman


Voor kleine verhuizingen en of vervoer naar een bestemming met koffer of andere benodigdheden bent u bij mij aan het goede adres.

Dé carrièrebeurs voor hoogopgeleide vrouwen en hoogopgeleid multicultureel talent (m/v).

www.diversityworks.nl

Al uw spullen ‘’u zelf“ snel en veilig verhuisd en vervoerd. Tevens kunt u gebruik maken van mijn kennis en twee rechterhanden voor het repareren van uw fietsen of (scooters.) Voor informatie of een prijsopgave kunt u contact opnemen via email of telefoon.

Denny Welvaadt Denny_welvaadt@hotmail.com 06-42170598

bij ons ben je verzekerd van ondersteuning, belangenbehartiging en professionele hulp bij problemen info www.ac-hop.nl ‘s werelds eerste condoomspeciaalzaak CONDOMERIE zoekt voor verkoop en condomologie: Pientere Medewerksters! Vanaf 21jr, 1 a 2 dg p/w. Leuke bijbaan, soepel rooster voor studenten UvA, VU, HvA, AHK. Brief + cv: Warmoesstr 141, 1012JB of condoms@condomerie.com www.condomerie.com

Studenten 50% korting Neem een abonnement ■ Surf naar volkskrant.nl/studenten (dit aanbod geldt alleen voor uitwonende studenten t/m 27 jaar)

volkskrant.nl/studenten

081020 Vk_stud abo zw 235_173.indd 1

Naamloos-9 Naamloos-8 1 1

folia 090410.indd 1

20-10-2008 14:20:00

28-11-2008 09-10-2008 09:01:51 13:34:35

03-04-2009 10:29:50


0:29:50

inhoud

Illustratie: Barbara Stok

Masterspecial

ZMA Moet zsm opkrassen ....................................... blz. 4

nieuws

Center for Politics and Communication ‘Wilders is een verrijking’ ..................................blz. 4

Afvoer

UvA-Virenze Jan Six

Poëzie

Roem

Trainingen voor ouders en kids

Favoriete dichtregels

Ronny Naftaniel

Archeoloog en Amsterdammer

Nieuwe route ontdekt van cholesterol door het lichaam ............................................ blz. 5

BG-terrein

Extra

Mastersp

ecial

Weekblad voor de Universiteit van Amsterdam Jaargang 62 10-04-2009

Nummer 28

Het vandalisme van de UvA ............................. blz. 8

Interview Met Susan Bögels, directeur van UvA-Virenze ...blz. 10

Coververhaal Joost Zwagerman: twintig jaar na Gimmick! ...... blz. 32

Jan Six

De gimmicks van Zwagerman

Cover: bas kocken

Tentoonstelling over een kleurrijk archeoloog ...blz. 34

Denkend aan de week van de poëzie… Vroeg Folia naar uw favoriete dichtregels ......... blz. 36

En verder: Nieuws/Promoties 4-7, Opinie/Brief/Stage 8-9, Film/Het beste 30, Fen is uit/Eten 31, Weekgast 35, Annonces 38, Roem 39, Dijkgraaf & Fresco/Puzzel/ Spekkie Big 40

Colofon

WIN Folia geeft tien jubileumedities van Gimmick! weg en tien luisterboeken waarbij het verhaal door Joost Zwagerman zelf wordt voorgelezen. Om te winnen ga je naar www.folia.nl/prijsvraag

Folia: Weekblad voor de Universiteit van Amsterdam, Vendelstraat 2, 1012 XX Amsterdam, Tel. 020-5253981, Fax 020-5253980, redactie@folia.uva. nl, Website: www.folia.nl, Uitgever: Stichting Folia Civitatis, redactie: Nadine Böke, Mirna van Dijk (eindredacteur), Jim Jansen (hoofdredacteur), Anne Koeleman, Harmen van der Meulen, Margot Riedstra (secretariaat), Dirk Wolthekker, Medewerkers aan dit nummer: Jaron Beekes, Bram Belloni, Floor Boon, Martien Bos (correctie), Bob Bronshoff, Louise O. Fresco, René Glas, Julie de Graaf, Cees Heuvel, Bas Kocken, Henk Thomas, Won Tuinema, Tjebbe Venema, Tim Verlaan, Fen Verstappen, Hans van Vinkeveen, Joke de Wolf. Folia is aangesloten bij het Hoger Onderwijs Persbureau (HOP) en werkt samen met Havana, het weekblad van de Hogeschool van Amsterdam, havana redactie: Jobien Groen, Wim de Jong, Thijs den Otter, Annemarie Vissers, Paul van de Water (hoofdredacteur), redactieraad: Simon Dikker Hupkes, Albert Goutbeek, Lief Keteleer (voorzitter), Amanda Kluveld, Kathusha Sol, Bert Vuijsje, bladmanagement: Impressum, Zoetermeer, lay-out: Carl Zevenboom, Amsterdam, druk: Dijkman Offset, Diemen, Advertentiewerving: Bureau van Vliet bv, Zandvoort, Tel. 023-5714745, Fax 023-5717680, zandvoort@bureauvanvliet.com, Abonnement: E46,90 per jaargang. Opgave: 020-525 3981, mededelingen@folia.uva.nl of www.folia.nl

1april In de vroege ochtend van de eerste april hingen er verschillende mails in mijn postvak met onderwerpen als ‘urgent’ en ‘hier moet Folia iets mee doen’. Een van de mails was van een student rechten die net te horen had gekregen dat hij een behaald tentamen moest overdoen. Een andere mail ging over het feit dat docenten geen aanwezigheidsplicht meer zouden hebben bij colleges van geesteswetenschappen. Nu krijg ik vaker mails met een dergelijke strekking – het CvB functioneert niet, het eten bij Sorbon is slecht en de computers zijn zo langzaam – en als redactie gaan wij daar zeer serieus mee om. Nieuws is namelijk de reden van ons bestaan; daarmee wordt een groot deel van de kolommen van Folia gevuld. Op mijn reply naar geesteswetenschappen kreeg ik onmiddellijk een antwoord: ‘1 april,’ zonder dat de lolbroek zich met naam meldde. Later belde ik naar de decaan van FdR en ook hier betrof het een 1 aprilgrap, overigens niet door hem zelf bedacht. Persoonlijk heb ik helemaal niets met 1 aprilgrappen, maar wellicht ben ik een eenling in dezen. Dat anderen er wel lol aan beleven – de huismeester van Crea liet het voltallig personeel naar een bepaalde ruimte komen om de nieuwe kledinglijn te aanschouwen, alwaar een bordje 1 april hing – vind ik prima. Over de grollen van de Crea-huismeester moet je niet zeuren, vooral niet toen ik zag dat hij zelf verreweg de meeste lol had. De 1 aprilgrappen bij geesteswetenschappen en recht waren van een ander niveau, en juist in deze tijd bijzonder stuitend. Geesteswetenschappen is de faculteit die, zonder dat ze daar zelf wat aan kan doen, in de hoek zit waar de klappen vallen. Het Maagdenhuis heeft de faculteit forse bezuinigingen opgelegd en de decaan aldaar probeert bezuinigingen op onderwijs en onderzoek zo veel mogelijk te voorkomen. Grappen over minder contacturen zijn in deze tijd dan ook misplaatst. Bij rechten maakten ze er helemaal een potje van. Het gros van de hoogleraren van die faculteit halen alleen nog maar de krantenkolommen omdat ze te belabberd zijn om te verhuizen naar het Roeterseiland, en anonieme grappenmakers jagen studenten de stuipen op het lijf door leugens te vertellen over niet-gehaalde tentamens. Een schande!

Bij rechten maakten ze er helemaal een potje van

Jim Jansen, jfj@folia.uva.nl

Folia 28 | 3

Foto: Bob Bronshoff

Een bijzondere bijlage, verzorgd door de gezamenlijke hogeschool- en universiteitsbladen: een special over masters. Met onder meer een interview met minister Ronald Plasterk over mobiliteit, de bama en de harde knip, de uitslagen van een landelijke enquête over doorstromen, en tips bij het vinden van een kamer in de studentenstad van je keuze. blz. 13-29


nieuws kort

Check www.folia.nl voor een dagelijkse update van al het UvA-nieuws

Vertrek ZMA ‘komt stadsdeel goed uit’

BG-terrein

Stadsdeel Oost-Watergraafsmeer heeft grootse plannen met het Oosterpark, maar die zijn alleen te realiseren als het Zoölogisch Museum Amsterdam (ZMA), onderdeel van de UvA, ‘zo snel mogelijk’ verkast. Dit bleek op 1 april tijdens een door het stadsdeel georganiseerde inloopavond over de plannen die het stadsdeel heeft met het Oosterpark. De in de panden Mauritskade 57 en 61 ondergebrachte natuurhistorische collecties moeten wat het stadsdeel betreft zo snel mogelijk elders worden ondergebracht, zodat de UvA de panden en de bijbehorende grond kan verkopen ten behoeve van de realisering van het project Verdubbeling Oosterpark, waarbij het park vooral aan de noordkant helemaal op de schop gaat, er meer groen komt, voorzieningen worden opgeknapt en er een ondergrondse parkeergarage komt. ‘Zowel de collecties als de medewerkers van het ZMA zullen uitgeplaatst moeten worden. Ik kan me voorstellen dat dit voor

Foto: Henk Thomas

>Project ‘Verdubbeling Oosterpark’ toegelicht tijdens inloopavond. >Stadsdeel beoogt nieuwe inrichting van noordzijde Oosterpark en wil de daar aanwezige kinderopvang herhuisvesten.

Het Zoölogisch Museum aan de Mauritskade

waarin het ZMA is gevestigd toch al verlaten en haar collecties elders onderbrengen. Dat komt ons goed uit. De UvA doet niet veel meer dan het volgen van rijksbeleid, waarbij de universitaire natuurhistorische

‘We hopen dat de UvA de collecties van het ZMA zo snel mogelijk elders weet onder te brengen’ veel medewerkers van het ZMA niet prettig is, maar strikt genomen is dat onze zaak niet,’ zei Lidy Schoon, programmamanager van het stadsdeel. ‘De UvA wilde de panden

collecties op één plek worden geconcentreerd, namelijk in Museum Naturalis in Leiden.’ Kinderdagverblijven De Vlieger en Ti-

taantjes, gelegen op grond van de UvA en onderdeel van de voormalige UvA-kinderopvang Skuva, gaan verdwijnen, zei Lidy Schoon. ‘We zullen kijken of we die opvang elders, maar in de buurt, kunnen herhuisvesten.’ Bedoeling is dat het hele Oosterparkplan in september wordt voorgelegd aan de Stadsdeelraad. Voor de vrijkomende UvA-panden hebben Hotel Arena en het Tropeninstituut KIT belangstelling getoond. Schoon: ‘Maar eerst moet de universiteit daar weg. De realisering van het hele plan hangt af van het vertrek van de UvA.’ Over de financiële haalbaarheid van het Oosterparkplan is nog geen duidelijkheid. (DW)

‘Europese verkiezingen worden heel interessant’ >Op 20 april opent het Center for Politics and Communication met een debat over de Europese Unie. >Directeur Claes de Vreese: ‘Deelname Wilders aan Europese verkiezingen is een verrijking.’ Met een debat over de komende Europese verkiezingen in juni zal op 20 april het Center for Politics and Communication (CPC) officieel haar deuren openen. ‘Met het CPC willen we al onze kennis over politieke communicatie bundelen en ook aan het buitenland laten zien wat we in huis hebben qua kennis. Die kennis is nu nogal versnipperd en niet voor een groot publiek toegankelijk. Dat moet veranderen,’ zegt Claes de Vreese, directeur van het CPC en hoogleraar politieke communicatie. ‘Er wordt veel beweerd over wat de wederzijdse invloed zou zijn van de media op de politiek, maar negentig procent van die beweringen is nergens op gebaseerd. Daar willen we duidelijkheid in brengen.’

4 | Folia 28

Rond de opening van het CPC zal in alle 27 landen van de EU een groot onderzoek van start gaan, waarbij de berichtgeving door de media over de Europese verkie-

zingen zal worden geanalyseerd. Die verkiezingen vinden plaats van 4 tot en met 7 juni. De Vreese verwacht dat de verkiezingen ‘heel interessant’ zullen worden omdat ook de uiteinden van het politieke spectrum, SP en PVV, mee zullen doen. De Vreese: ‘Dat Wilders meedoet is een verrijking voor de verkiezingen. Er zal een echte discussie ontstaan en een ruime keuze zijn voor de kiezers. Ik verwacht dat de opkomst in Nederland, die traditioneel laag is, zal stijgen en dat de partijen met een duidelijk Europa-verhaal – SP, PVV en D66 – het goed zullen doen.’ Hoe goed, dat zal blijken op donderdag 4 juni, als de Nederlandse stembureaus open zijn. Drie weken daaraan voorafgaand gaat het CPC dagelijks peilingen houden in Denemarken (De Vreese is Deens), Nederland, Duitsland en Engeland. Daarnaast zullen voorafgaand en na de verkiezingen in 21 van de 27 EU-landen duizend mensen per land worden ondervraagd over Europa, de verkiezingen en de berichtgeving erover. (DW)

‘Als we als stadsdeelraad nu opnieuw zouden moeten stemmen over de plannen van de UvA met het BG-terrein en de bouw van een nieuwe bibliotheek op die plek, denk ik dat we en masse zouden tegenstemmen.’ Dit zegt stadsdeelraadslid Bruno van Moerkerken (D66), naar aanleiding van de vergadering van de commissie bouwen, wonen en stedelijke ontwikkeling van Stadsdeel Centrum op 2 april jongstleden. Daar werd gepraat over de bibliotheek die de UvA op het BG-terrein wil bouwen. Veel tegenstanders van dat plan willen de bieb verplaatsen naar het in de toekomst leeg te komen pand van Fortis op het Rokin. ‘Een ander plan zou kunnen zijn om het Fortispand af te breken en op die plek een nieuwe bibliotheek te bouwen,’ zei Dingeman Coumou (GL). De GroenLinksfractie is tegen sloop van de monumentale panden op het BGterrein. Van Moerkerken schat inmiddels in dat het overgrote deel van de stadsdeelraad tegen sloop van de monumenten is: ‘Ik denk dat bij een herstemming alleen de VVD en de eenmansfractie Opheffen. nu nog voor sloop zouden zijn. Ik zou het chique vinden als het stadsdeelbestuur de deelraad zou vragen opnieuw over de UvAplannen te stemmen.’ (DW)

Darmcellen Het is mogelijk vanuit één darmstamcel volwassen darmweefsel te laten groeien in het laboratorium. De gekweekte ‘darm’ vormt zich vanzelf als de darmstamcel de juiste groeistoffen toegediend krijgt en blijft bovendien doorgroeien als een normale dikke darm. Onderzoekers van het Hubrecht Instituut voor ontwikkelingsbiologie en stamcelonderzoek, onderdeel van de KNAW, beschrijven deze doorbraak in Nature van 29 maart. ‘Alles zit op de juiste plek. Blijkbaar vormt de darm zich als zelforganiserende structuur vanuit een stamcel,’ aldus hoofdonderzoeker Hans Clevers. Het is voor het eerst dat onderzoekers erin zijn geslaagd darmcellen met een echte darmstructuur zo lang in kweek te houden. ‘Het kweeksysteem is uniek,’ vertelt Clevers. ‘We laten volwassen darmweefsel gedurende vele maanden groeien. Elke week vervijfvoudigt het weefsel zich, maar het blijft naar alle maatstaven normaal.’ (AK)

Schoolkrant De door de UvA en HvA georganiseerde Nationale Schoolkrantdag werd afgelopen zaterdag gewonnen door schoolkrant Menciade van het Mencia de Mendoza Lyceum uit Breda. De school won ook de prijs voor de beste vormgeving. De beste schoolkrant van Nederland won met de uitverkiezing een bedrag van 2500 euro. De Nationale Schoolkrantdag werd dit jaar voor de dertiende keer georganiseerd. (DW)


‘Geen tweespalt binnen personeel’ >Verkiezingen ondernemingsraden van 2 tot en met 9 april. >Otto Scholten weer beschikbaar als voorzitter van de Centrale Ondernemingsraad. Op alle faculteiten zijn op 2 april de driejaarlijkse verkiezingen voor de ondernemingsraden begonnen. De belangrijkste partijen die aan de verkiezingen meedoen zijn de AbvaKabo en de Vawo. Op enkele faculteiten doen ook vrije lijsten mee. Ook

nieuwe ondernemingsraad. Na de verkiezingen, die duren tot en met 9 april, zal ook de Centrale ondernemingsraad (COR) opnieuw worden samengesteld. De COR heeft zestien leden, waarvan de helft bestaat uit afgevaardigden van de zeven faculteiten en de GDE. De andere helft wordt later dit voorjaar direct gekozen door kiesgerechtigde UvA-medewerkers. ‘Er zijn geen enorme tegenstellingen binnen het personeel. Van een vinnige verkiezingsstrijd tussen de partijen is dan ook

‘Twistpunt tussen de COR en het CvB zijn de moderne loonslaven die van contractje naar contractje gaan’ medewerkers die werken bij de Gemeenschappelijke dienstverlenende eenheden (GDE), zoals het facilitair centrum en de bestuursstaf, kiezen de komende week een

geen sprake,’ zegt Otto Scholten (AbvaKabo), de huidige voorzitter van de COR. Hij doet namens de Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen opnieuw

mee met de verkiezingen. ‘En ik ben ook weer beschikbaar als nieuwe voorzitter van de COR,’ zegt Scholten. ‘Al zal ik de volle termijn van drie jaar dan niet volmaken, want ik ga tussentijds met pensioen.’ Kwesties die de komende jaren zullen spelen binnen de ondernemingsraden zijn volgens Scholten de financiering van de universiteit vanuit de eerste geldstroom, en hoe de universiteit daarmee om weet te gaan. ‘Daarnaast het personeelsbeleid dat eindelijk langzamerhand van de grond komt. Een voortdurend twistpunt tussen de COR en het College van Bestuur (CvB) is de aanwezigheid van veel moderne loonslaven die van contractje naar contractje gaan. Daar moet nog veel aan gebeuren.’ De uitslag van de verkiezingen wordt bekend gemaakt op 15 april. De COR zal op 26 juni in de nieuwe samenstelling bijeenkomen. Naar verwachting zal dan ook een nieuwe voorzitter worden gekozen. (DW)

Bèta’s zijn man, oud en werken fulltime >Werknemers met een bètaopleiding werken niet in bètaberoepen. >Qua werk zijn bèta’s het slechtst af in het onderwijs: het salaris is laag en de carrièremogelijkheden gering. Mensen die een wetenschappelijke bètaopleiding hebben gevolgd zijn maar in 53 procent van de gevallen werkzaam in een bètaberoep, terwijl 93 procent van de nietbètaopgeleide werknemers werkzaam is in een niet- bèta beroep. Verder zijn werknemers met een bètaopleiding vaker man, werken ze vaker fulltime, en zijn ze gemiddeld ouder dan werknemers zonder bètaopleiding. Dit staat in de Bèta-loopbaanmonitor 2008, uitgevoerd door SEO Economisch Onderzoek in opdracht van onder meer het Platform Bèta Techniek. Het onderzoek is gebaseerd op de Loonwijzer-enquête van de UvA, waaraan dertigduizend werknemers deel hebben genomen. Bèta’s met minder harde

opleidingen als informatica, geografie en biologie verdienen het minst: 22 euro bruto per uur. Het meest verdienen bèta’s uit de natuur en techniek, met studies als technische scheikunde, econometrie en technische bedrijfskunde: 25 euro bruto per uur. Het onderzoek richtte zich ook op extra arbeidsvoorwaarden, carrièremogelijkheden, arbeidstraining en door werkgever betaalde training. Qua branche scoort het onderwijs op vrijwel alle kenmerken het slechtst, het loon is er beduidend lager met gemiddeld zo’n 15 euro per uur. Slechts 35 procent van de werknemers in de onderwijsbranche ervaart de carrièremogelijkheden als goed. Bèta’s zijn over het algemeen tevreden over in hoeverre het niveau van hun baan aansluit op het niveau van hun opleiding: bij niet-bèta’s vindt 30 procent van de ondervraagde werknemers het baanniveau te laag tegen 19 procent bij bèta’s. (HvdM)

Het middel Flecaïnide blijkt hartritmestoornissen te kunnen verhelpen bij patiënten met CPVT (Catecholaminerge Polymorfe Ventriculaire Tachycardie). Dit blijkt uit de resultaten van een studie die deze week is gepubliceerd in Nature Medicine. AMC-hoogleraar cardiologie Arthur Wilde deed mee aan dit grootscheepse, internationale onderzoek, en werkte als enige met patiënten. CVPT is een zeldzame erfelijke aandoening waarbij de elektrische activiteit van het

hart is verstoord. De verschijnselen uiten zich vrijwel altijd bij inspanning en stress. Behandeling van CPVT bestaat normaal gesproken uit het dagelijks gebruik van medicijnen (bètablokkers). Soms werken die onvoldoende, waardoor de patiënt ernstige hartritmestoornissen houdt. Een alternatief is een defibrillator, een kastje dat elektrische schokken geeft, maar deze gaat soms onterecht af. ‘Dat voelt alsof je je vingers in het stopcontact steekt,’ aldus Wilde, ‘en dat levert stress op die juist de ritmestoornissen kan veroorzaken.’ Vanwege de problemen met de behandeling van CPVT is in Amerika een model van muizen met dezelfde afwijking gemaakt, waarop verschillende medicijnen zijn getest. Flecaïni-

Astrid van der Velde (1980) ontdekte dat cholesterol niet alleen via de lever en de gal wordt uitgescheiden, maar ook direct via de dunne darm. Er is altijd veel ophef over cholesterol, is het echt zo bedreigend? ‘Bedreigend is een groot woord, maar te veel opgeslagen cholesterol is goed fout. Een overschot kan leiden tot slagaderverkalking, atherosclerose en uiteindelijk tot een hartinfarct. Het is dus wel echt van belang dat cholesterol afgevoerd wordt.’ En u heeft een nieuwe ‘afvoer’ ontdekt? ‘Het is al sinds begin 1900 bekend dat er nog een route moest zijn. In een onderzoek bij honden werd gezorgd dat de gal, waarmee cholesterol wordt afgescheiden, niet meer in de maag of de ontlasting terechtkwam. Maar ondanks de gal-aftapping bleek dat de honden in twee jaar een kilogram meer cholesterol uitscheidden dan je zou verwachten. Er moest dus nog een andere afvoer zijn, en die route hebben wij nu gevonden.’ Draagt deze directe route veel bij aan de uitscheiding? ‘De route die wij hebben ontdekt blijkt bij muizen zelfs een belangrijkere manier te zijn om cholesterol af te scheiden dan de lever-gal-route. We hebben aangetoond dat deze directe route bij mensen ook bestaat, maar of deze significant bijdraagt aan de uitscheiding van cholesterol, is op dit moment nog niet bekend.’

Jaron Beekes

Alternatief medicijn tegen hartziekte CPVT >Flecaïnide kan fatale hartritmestoornissen bij erfelijke hartziekte CPVT voorkomen. >AMC testte het medicijn op patiënten in levensgevaar.

doctor

nieuws

de bleek goed te werken. ‘Het voordeel is dat het om een middel gaat dat we al goed kennen,’ zegt Wilde. Flecaïnide speelt een belangrijke rol in de behandeling van verschillende andere ritmestoornissen. ‘We kennen de bijwerkingen en weten wanneer we het kunnen toedienen en wanneer niet. Bovendien snappen we het mechanisme achter de werking bij CPVT: flecaïnide remt direct de calciumkanalen in het hart.’ Bij de behandeling van een twaalfjarig ging de behandeling buitengewoon goed, vertelt Wilde: ‘Na twee, drie weken waren de hartritmestoornissen helemaal weg.’ Binnenkort start het AMC met een groter patiëntenonderzoek. (AK)

Menselijk onderzoek is dus de volgende stap? ‘Ja, maar het is niet zo makkelijk dat te onderzoeken. Bij muizen hebben we darmperfusies uitgevoerd, waarbij we de buikwand openleggen en vloeistof door de darm sturen. Dat soort onderzoek ligt bij mensen natuurlijk heel lastig. Daar zou je moeten kijken naar de cholesteroluitscheiding in ontlasting, maar dat is nooit een directe meting van de weg die het cholesterol genomen heeft.’ Wat zijn de klinische implicaties van dit onderzoek? In muizen hebben we nu een farmacologische stof gevonden die de uitscheiding van cholesterol via deze route stimuleert. Nu moet er onderzocht worden of de route in mensen ook een rol speelt. Zo ja, dan moet gekeken worden of we met die stof , of met een andere methode, deze route in mensen kunnen stimuleren. Als de route gestimuleerd kan worden is het heel goed mogelijk dat dit tot nieuwe medicijnen leidt die de ophoping van cholesterol kunnen voorkomen.’ (AK) Astrid van der Velde, Novel Insights in Cholesterol Excretion, promotie: 24 april

Folia 28 | 5


Foto: Henk Thomas

in beeld

Studievereniging Machiavelli bestond vorige week 45 jaar. Ter gelegenheid daarvan vond er een voetbalwedstrijd plaats tussen politicologiestudenten en -docenten op het veld van voetbalvereniging DVVA in de Watergraafsmeeer. Acte de prĂŠsence gaven onder meer de docenten Paul Aarts, Maarten Poorten, Uwe Becker, Martijn van Tol en Rachid Azrout. Eindstand: 3-1 in het voordeel van de studenten. (DW)


promoties

nieuws

Zoeken naar Renate >Hans Goedkoop werkt al tien jaar aan de biografie van schrijfster Renate Rubinstein, vertelde hij in Spui25. ‘Om als biograaf recht te doen aan renate rubinstein, moet ik én buiten de geijkte chronologische volgorde blijven, én het idee loslaten dat er een absolute werkelijkheid is naast het personage. Maar ik weet nog steeds niet hoe.’ Hans Goedkoop, bekend van het tv-programma Andere Tijden, verdiept zich naast zijn televisiewerk ook in schrijverslevens. Na zijn proefschrift – de biografie van toneelschrijver Herman Heijermans – is Goedkoop naar eigen zeggen al ‘ongeveer tien jaar’ bezig met de biografie van de in 1990 overleden schrijfster Renate Rubinstein (1929 - 1990). En dat gaat moeizaam, zo vertelde hij onlangs in Spui25: ‘Heijermans was altijd dezelfde persoon, een held in wording. Op zijn twaalfde schreef hij ge-

steins leven. ‘Ze schrijft het heel duidelijk in haar dagboeken: ze is “te veel van alles”, met name in de liefde; ze heeft talloze minnaars [waaronder een langdurige geheime relatie met schrijver Simon Carmiggelt, red.], maar geen langdurige liefdes. Ze is namelijk op zoek naar het onmogelijke: haar gestorven vader. Ook de felheid die uit haar geschriften sprak, die uiterste

dichten, op zijn vijftiende een toneelstuk, en zijn boodschap bleef zijn hele verdere leven vrijwel onveranderd. Maar de koningin van de column, iemand bij wie altijd herrie in de hut was, is heel moeilijk in één verhaal te vatten. Rubinstein werd pas op haar 42ste de schrijfster zoals we haar kennen.’ Rubinstein werd in de jaren zestig en zeventig bekend met haar columns in Vrij Neder-

Koningin van de column bleef levenslang op zoek naar het onmogelijke: haar gestorven vader land, die ze onder de naam ‘Tamar’ schreef. Het verlies van haar vader, die aan het begin van de oorlog werd weggevoerd, maar van wie pas in augustus 1945 bekend werd dat hij was omgekomen, heeft volgens Goedkoop een zwaar stempel gedrukt op Rubin-

scepsis, zijn daar een gevolg van. Hoe te leven in een wereld waar je vader zomaar kan verdwijnen? Die complexiteit moet ik verpakken in een leesbaar boek. Dat is me nog niet gelukt. Maar het boek gaat er komen.’ (Joke de Wolf )

Weer bonje tussen Knigge en Doop >Competentiestrijd tussen CvB en HvAdirectie gaat door. >Managementletter HvA niet ondertekend door eigen directeur. Er is een nieuw conflict ontstaan tussen de vicevoorzitter van het Cvb Paul doop en hvA-directeur Jeroen knigge. Aanleiding is het feit dat de ‘managementletter’ van de hvA niet is ondertekend door de eigen directeur. binnen het Cvb zit de managementletter in de portefeuille van doop. Een managementletter is een rapport van een externe accountant van een bedrijf over de bedrijfsvoering van een organisatie. Het is een controle-instrument van de toezichthouder, waarmee deze zijn toezichthoudende rol kan vervullen. De managementletter voor de UvA-HvA werd dit jaar voor het eerst

van de managementletter ‘interessanter’ vindt dan de kwestie tussen Doop en Knigge. ‘Maar het proces had zorgvuldiger gemoeten. Dat gaan we dus evalueren. Uiteindelijk heeft iedereen, ook Knigge, zijn invloed kunnen uitoefenen.’ De functie van Knigge zal medio 2010 verdwijnen. De HvA krijgt dan niet langer een directeur, maar een algemeen secretaris. Van der Toorn: ‘Dat is allemaal in overleg met Knigge gegaan en hij heeft ook het profiel van de nieuwe secretaris opgesteld. Momenteel zijn we aan het kijken of we voor hem iets kunnen vinden in een van de twee organisaties.’ Doop en Knigge geven geen commentaar, maar Knigge hecht er wel aan te melden dat hij geen reden ziet zijn functie voortijdig neer te leggen. (JJ/PvdW)

opgesteld door het accountantsbureau PriceWaterhouseCoopers (PWC). Tot ongenoegen van Knigge is hij niet gehoord door de accountants van PWC, terwijl dat volgens hem wel voor hand lag. Kringen rond het Maagdenhuis melden dat dit ‘tot een nieuwe botsing tussen Knigge en Doop heeft geleid’. Eerder hadden de twee ook al bonje door onenigheid over ieders competenties en verantwoordelijkheden. Collegevoorzitter Karel van der Toorn in een eerste reactie: ‘Qua persoonlijkheid en hartelijkheid is er niets mis tussen Knigge en Doop. Feit blijft dat vanuit het CvB Doop verantwoordelijk is voor financiën, bedrijfsvoering en huisvesting, precies ook de gebieden van Knigge op de HvA. Daar moeten dus goede afspraken worden gemaakt en dat vergt alertheid.’ Van der Toorn laat weten dat hij de inhoud

Foto: Henk Thomas

Foto: Won Tuinema

De poll op folia.nl ging afgelopen week over de studentenraadsverkiezingen. De vraag luidde: April is campagnemaand voor de studentenraadsverkiezingen van mei. Wat vind je van die verkiezingen?

Afgelopen week vierde Congo, de studievereniging van studenten biologie, medische biologie en psychobiologie, haar negentigjarig bestaan. Er was een borrel, een feest, een congres, een roeiwedstrijd, een toneelavond en als afsluiting een waanzinnig gala met als thema ‘back to black’. Er was een optreden van de band de biet, naar eigen zeggen ‘de beatsensatie uit Amsterdam-Oost’. (dW)

• heel belangrijk, ik ken de programma’s van de deelnemende partijen uit mijn hoofd – 42,0% • Heel goed, maar om de opkomst te verhogen moet de stemplicht worden ingevoerd op straffe van verhoging van je collegegeld – 32,1% • Huh? Welke verkiezingen? Waar heb je het over? – 15,2% • Afschaffen die verkiezingen. De opkomst is maar 20 procent en de raden hebben nauwelijks beslissingsbevoegdheid – 10,7 % Totaal aantal respondenten: 112

WOEnSdAg 15/04 10.00 uur: liesbeth van leeuwen geneeskunde Male reproduction and HIV-1 infection. Promotor: Prof.dr. F. van der Veen en prof.dr. P. Reiss. (Aula) 12.00 uur: kees-Jan Ponsen - geneeskunde Experimental and clinical studies on pelvic ring injury. Promotor: Prof.dr. D.J. Gouma en prof.dr. ir. C.J. Snijders (EUR). (Aula) 14.00 uur: inge huibregtse - geneeskunde Antigen-specific oral tolerance for the treatment of inflammatory and allergic diseases. Promotor: Prof.dr. J.F.W..M. Bartelsman. (Aula)

dOndErdAg 16/04 10.00 uur: Claudine Colnard - Sterrenkunde Ultra-high energy neutrino simulations. Promotor: Prof.dr. G. van der Steenhoven (UT). (Agnietenkapel) 12.00 uur: Elian brenninkmeyer geneeskunde Atopic and atopiform dermatitis. Promotor: Prof.dr. J.D. Bos. (Agnietenkapel) 14.00 uur: nadia Sonneveld - Culturele antropologie Khul’ Divorce in Egypt. Public Debates, Judical Practices, and Everyday Life. Promotoren: Mw. prof.dr. A.C.A.E. Moors en prof.dr. L.P.H.M. Buskens (RUL). (Agnietenkapel)

VriJdAg 17/04 10.00 uur: Matthijs lok - geschiedenis Windvanen. Napoleontische bestuurders in de Nederlandse en Franse Restauratie (1813 - 1820). Promotor: Prof.dr. N.C.F. van Sas en prof.dr. I. de Haan (UU). (Agnietenkapel) 12.00 uur: remko detz - Scheikunde Triazole-based P,N Ligands. Discovery of an enantioselective copper-catalyzed propargylic amination reaction. Promotor: Prof.dr. H. Hiemstra. (Agnietenkapel) 14.00 uur: Arnout van hattem - geneeskunde Juvenile polyposis. Aspects of molecular genetics and histology on the pathogenesis of a precancerous syndrome. Promotoren: Prof.dr. F.J.W. ten Kate en prof.dr. G.J.A. Offerhaus (UU). (Agnietenkapel)

OrAtiE VriJdAg 17/04 14.30 uur: Oratie mw. prof.mr.dr. b.M. Oomen, bijzonder hoogleraar rechtspluralisme Universele rechten, lokale gevechten: over de werking van het rechtspluralisme. (Aula) Promoties, oraties en afscheidscolleges vinden in de regel plaats in of de Aula van de UvA, Lutherse Kerk, Singel 411 of de Agnietenkapel, Oudezijds Voorburgwal 231. Voor uitgebreide informatie zie www.uva.nl/agenda

Folia 28 | 7


opinie

Alle hetero’s de boot op! Omdat er aan het beeld dat jongeren hebben van homo’s en lesbo’s nogal eens wat wringt, geven Sterre Leufkens en Yair da Costa namens het COC voorlichting op middelbare scholen. delbare scholen homoseksualiteit ter sprake brengen. Regelmatig gaan we nu naar klassen toe om te praten over wat zij denken van lesbo’s en homo’s. Hoewel Folia in dit geval dus een mooie rol heeft ver-

Illustratie: Cees Heuvel

Opeens heb je het: je wordt voorlichter. Natuurlijk lag het niet zo simpel toen wij in Folia een advertentie van het COC zagen. Onder het kopje ‘vrijwilligerswerk’ lazen we dat het COC voorlichters zocht die op mid-

vuld bij het bespreekbaar maken van homoseksualiteit in het onderwijs, valt er op dit gebied nog veel te verbeteren. De column over de Canal Parade van hoofdredacteur Jim Jansen (Folia 18, 23-01-2009) liet dat onlangs nog goed zien – een stukje vol vooroordelen die wij in onze voorlichtingen uit de wereld proberen te helpen. Na onze aanmelding bij de voorlichtingsgroep kregen we een intakegesprek en leerden we de kneepjes van het vak. Niet lang na de introductie gaven we onze eerste voorlichting als aspiranten, uiteraard begeleid door ervaren voorlichters. Het is de bedoeling dat er voorlichting wordt gegeven door zowel een man als een vrouw. Dit zorgt ervoor dat jongeren een vollediger beeld krijgen van homoseksualiteit. In de klassen waar wij voorlichting geven, horen we het maar al te vaak: ‘Het is prima als een man verliefd wordt op een man, maar twee mannen die zoenen, dat hoef ik echt niet te zien.’ Dergelijke beweringen horen

UvA, vandaal van de binnenstad Het is, gezien de bouwplannen van de UvA op het BG-terrein, zeer de vraag of Amsterdam wel voorbeeldig genoeg is om op de Werelderfgoedlijst te komen, aldus Gerrit Vermeer. Begin dit jaar ging de aanvraag naar de Unesco in Parijs voor de plaatsing van de grachtengordel (met de middeleeuwse binnenstad als beschermde bufferzone) op de Werelderfgoedlijst. De Universiteit van Amsterdam heeft de aanvraag als een van de stakeholders van het gebouwde erfgoed ondersteund met een schriftelijke verklaring. Een van de hoofdpijndossiers in de aanvraag vormen de bouwplannen van de UvA op het Binnengasthuisterrein. Ongeveer tien jaar geleden begon deze stakeholder met de voorbereiding van de bouw van een letterenbibliotheek in deze historisch uiterst waardevolle en gevoelige omgeving. bESChErMd StAdSgEZiCht

Aanvankelijk wilde de UvA de hele bibliotheek van het Singel naar deze locatie overbrengen, maar al gauw bleek het terrein daarvoor veel te krap. In 2001 verleende de Gemeente Amsterdam goedkeuring voor een nog altijd gigantische letterenbibliotheek. Uit meerdere ontwerpen koos een commissie in het najaar van 2002 voor de plannen van Ortiz y Cruz. Zij ontwierpen een gebouw met een frommelige bladvorm en diepe spleten, die de massiviteit van het gebouw iets moesten verzachten. Ondertussen kwamen zowel het Zusterhuis en de Tweede Chirurgische Kliniek (later Theaterschool), die voor de bibliotheek moesten wijken, op de Rijksmonumentenlijst te staan. Dit bracht de UvA niet op andere

8 | Folia 28

gedachten, ondanks dat het plan ook niet bij benadering aan het bestemmingsplan en de eisen van het beschermd stadsgezicht voldeed. Monumentenorganisaties tekenden bezwaar aan en kregen gelijk. De bouw van de bibliotheek, zo gaf de Raad van State aan, zou een te zware aantasting betekenen van de eeuwenoude hovenstructuur. In de zomer vorig jaar vroeg de universiteit opnieuw een bouw- en monumentenvergunning aan voor de iets gewijzigde plannen, de sloop van de rijksmonumenten en de inbreuk op het beschermde stadsgezicht. De belangrijkste deugd van het gebouw bestaat eruit dat het er redelijk goed in slaagt weg te duiken en vanuit de rest van de binnenstad onzichtbaar te zijn. De plannen kregen van de Rijksdienst Archeologie, Cultuur en Landschap een uitgesproken negatief advies. Op basis daarvan hebben monumentenorganisaties met veel kans op succes opnieuw bezwaar aangetekend tegen de plannen. Gelukkig maar. VErniEtiging hiStOriSChE diMEnSiE

Het Binnengasthuisterrein ligt er weliswaar verwaarloosd bij, maar het bestaat niet voor niets bijna uitsluitend uit rijksmonumenten. De hovenstructuur op het terrein heeft een eeuwenoude geschiedenis. Na de alteratie in 1578 betrokken de Amsterdamse gasthuizen de twee vrouwenkloosters op dit terrein en concentreerde zich hier de opvang van armlastige zieken. Het klooster

van de Nieuwe Nonnen, dat in de Franse tijd overging naar de voorloper van de Nederlandsche Bank, staat nog altijd achter het vroegere gebouw van de Nederlandsche Bank, het huidige Allard Pierson Museum. Het klooster van de Oude Nonnen vormde de kern van het Binnengasthuis. In Nederland bleef de ziekenzorg tot ver in de negentiende eeuw plaatsvinden in dit soort gasthuizen. Pas vanaf ongeveer 1870 vonden overal de al lang noodzakelijke moderniseringen plaats. Het Binnengasthuisterrein voerde de nieuwbouw uit in fasen over een langere periode, waardoor de vroegere Kraamkliniek en het Vrouwenziekenhuis aan de Grimburgwal, het Klinische Ziekenhuis met zijn twee paviljoens (ertussen staat nu de studentenmensa) en de Tweede Chirurgische Kliniek samen een overzicht vormen van de ontwikkelingen in de ziekenhuisbouw in de laatste decennia van de negentiende eeuw. Door fasering in de bouw, gedeeltelijk buiten het oude kloosterterrein (de strook langs de Grimburgwal hoorde daar niet bij) bleef de open hovenstructuur van het binnenterrein wonderwel bewaard. De omtrek van Tweede Chirurgische Kliniek volgt zelfs de loop van de vroegere sloot om de Pestafdeling uit 1582 en bewaart zo een eeuwenoude rooilijn. Op deze complexe bouwgeschiedenis van het terrein gaat het ontwerp van Ortiz y Cruz op geen enkele manier in. Het gebouw betekent een vernietiging van de historische dimensie van het gebied.


stage

Foto: Bob Bronshoff

Zoenende vrouwen zijn geil, maar een man in string is vies

Joost van Bree

we van allerlei scholieren: van vmbo tot en met gymnasium, van West tot Oost, en van Noord tot Zuid. De ene keer zijn de voorlichtingen makkelijk, de andere keer weer niet. Soms hebben de leerlingen geen probleem met homo’s en lesbo’s. Soms juist wel. Er werd op een school eens geschreeuwd dat homo’s dood moesten. Maar op dezelfde school wilden twee meisjes met een hoofddoek met een voorlichter een Turkse pizza gaan eten. Je hoort soms aangrijpende verhalen van jongeren die zelf iemand in de familie hebben die homoseksueel is. Een andere keer geef je voorlichting aan het neefje van Gordon. De norm van de scholieren is vaak: mannen bekijken vrouwen. Twee zoenende vrouwen vinden – vooral de jongens – ‘geil’, maar een man in string vinden ze ‘vies’. Homo’s oké, maar zo expliciet? Dat doen normale mensen toch ook niet? Wij zagen het anders, en daarom leek het alsof we de enigen waren. De voorlichting die ik zelf (Yair) ooit kreeg, heeft me enorm

veel geholpen met het accepteren van mezelf. Ik was niet meer de enige. Het is prachtig dat ik (Sterre) in ons land met mijn vriendin mag zoenen zonder dat dat strafbaar is, maar als zoenen betekent dat we worden nagefloten of dat mannen vragen of ze ‘mogen meedoen,’ is dat recht minder betekenisvol. Daarom vinden wij dat homoseksualiteit niet alleen in theorie geaccepteerd moet zijn, maar ook overal vrij uitgedragen moet kunnen worden. Homo’s kunnen dat recht niet zomaar afdwingen, ze kunnen slechts zichtbaar zijn. Dat proberen wij met onze voorlichtingen. Lijkt het je wat om dat ook te doen? Stuur een mailtje naar voorlichting@cocamsterdam.nl En voor de hetero’s: ga zelf ook eens na waarom het wringt om een halfblote homo te zien. Kom op UvAhetero’s, de boot op! l Yair da Costa is student tandheelkunde en Sterre leufkens is student linguistics

Op de complexe bouwgeschiedenis van het terrein gaat het ontwerp van Ortiz y Cruz op geen enkele manier in Daarbij tast het ook de samenhang tussen de resterende gebouwen aan. U VA l A At k A n S E n l i g g E n

Bij een monumentenstad als Amsterdam horen grote instellingen die in de binnenstad willen blijven handig en creatief gebruikmaken van de grootschalige gebouwen die vrijkomen. Deze zijn, door het vertrek van banken en andere grote bedrijven uit de binnenstad, ruim voorhanden. Sinds kort staat de Fortisbank aan het Rokin leeg. Hier valt heel wat eer te behalen aan

brief Twitter Leuk dat er ook in Folia een stukje stond over Twitter (27-3-2009). Jammer dat David Nieborg daarin een mening over Twitter formuleert, terwijl er andere docenten van nieuwe media zijn die zich wel op Twitter durven te vertonen en daar te schrijven. Als je daar niet een tijdje rondhangt valt er nauwelijks een mening over te geven. Een deel van de tweets kan misschien gaan over nietszeggende bezigheden zoals de dage-

het verbeteren van het straatbeeld. Het kantoor is groot genoeg en verder kan met dit gebouw alles, omdat het niet bekend staat als een schoonheid. Hart hebben voor een monumentenstad betekent ook het benutten van dit soort mogelijkheden. Ouderwetse vormen van vandalisme als grootschalige nieuwbouw in de binnenstad zouden voor een letterenfaculteit van de UvA ondenkbaar horen te zijn. l gerrit Vermeer is docent architectuurgeschiedenis en monumentenzorg lijkse behoefte aan koffie, maar dit valt wel weer te visualiseren middels externe applicaties. Veel tweets zijn ook nuttige kleine berichten die aangeven wat de status is van bijvoorbeeld een onderzoek. Ik doe onderzoek naar Twitter-implicaties en schrijf daar mijn masterscriptie over (zie http://twesis.info). Naast de externe applicaties, waarvan er bijna dagelijks nieuwe bijkomen, houd ik mij bezig met de praktijk van het volgen en gevolgd worden en ook het gebruik van taal. Misschien is het iets voor Folia om als zichzelf en over zichzelf te twitteren? Er zitten namelijk ook de nodige (nieuwe media) studenten op Twitter. l

Joost van bree (27) studeert strafrecht en loopt stage bij het ressortsparket in Amsterdam. ‘Het ressortsparket is een onderdeel van het Openbaar Ministerie (OM) dat bij het gerechtshof hoort en zaken in hoger beroep behandelt. Soms gaat het OM in hoger beroep, en soms de verdediging, maar wij verdedigen hoe dan ook het belang van de maatschappij. Ik ben al bijna drie maanden bezig en ben tegelijk begonnen met een andere stagiair. Al op de eerste dag kregen we allerlei dikke dossiers en mochten we zelf alles gaan uitzoeken. Eigenlijk zijn we op een leuke manier in het diepe gegooid. We hadden meteen verantwoordelijkheid en het werk was echt inhoudelijk. Nu, na een paar maanden, werk ik steeds zelfstandiger en merk ik dat de complexiteit van de zaken die ik behandel toeneemt. In het begin ging het vooral over winkeldieven of bolletjesslikkers. Simpele zaken waar het bewijs vaak helemaal rond is en er bekentenissen zijn. Dan gaat het erom dat het dossier secuur wordt uitgewerkt, zodat het op de zitting snel behandeld kan worden en er niets over het hoofd wordt gezien. Bij de meer ingewikkelde zaken waar ik nu aan werk, moet er juist wel nog een keer goed naar het bewijs gekeken worden. Elke zaak heeft een behoorlijk dik dossier. Op de zitting wordt het woord gevoerd door de advocaat-generaal, dat is een officier van justitie in hoger beroep. Hij heeft niet de tijd om het hele dossier zelf uit te zoeken. Het is mijn taak om de hoofd- en bijzaken te scheiden en te zorgen dat er goede samenvatting komt met alle relevante details die op de zitting ter sprake kunnen komen. Sommige zaken zijn zo klaar als een klontje, maar juist de grensgevallen maken het interessant. Dat het bijvoorbeeld gaat over subtiele verschillen, die bepalen of iets moord is of doodslag. Ik zoek dan zo veel mogelijk raakvlakken in de literatuur en jurisprudentie en schrijf daar een mooie argumentatie bij die naar de advocaat-generaal gaat. Als stagiair mag je mee naar je eigen zaken, dus ik zit vaak in de rechtszaal. De zaken die dan behandeld worden ken ik van binnen en buiten. Het is heel leuk als de advocaat-generaal iets overneemt uit mijn voorbereiding. Nog leuker is het als dan twee weken later datzelfde argument terugkomt in het vonnis van de rechter. Dan weet je dat je echt een wezenlijke bijdrage geleverd hebt.’ (Julie de Graaf )

hannah biemold, student nieuwe media

Folia 28 | 9


interview

‘Opvoeden doe je vanuit je hart’ Door Floor Boon

Op 16 april opent UvA-Virenze, een nieuw academisch behandelcentrum voor ouder en kind. Op basis van wetenschappelijk onderzoek worden gedragsstoornissen bij ouders en kinderen op een innovatieve en experimentele wijze behandeld. Directeur Susan Bögels over opvoeden, onderzoek en meditatie. ‘Meditatieruimte’ staat op het bordje dat toegang geeft tot een ruime zaal met in het midden een groot, appelgroen vloerkleed. Aan de muren hangen zwarte en witte krukjes, zo opgehangen dat het net kleine hertenkopjes lijken. Dit is een van de ruimtes in het nieuwe academisch centrum voor ouder en kind, UvA-Virenze, aan de Plantage Muidergracht. Er is een speelruimte, een groepsruimte en een laboratorium en allemaal zijn ze hoog en licht. De directeur van het opvoedcentrum, Susan Bögels, komt gehaast aanlo-

doeningen waarvoor ouders en kinderen kunnen worden behandeld. Er zijn steeds meer opvoedcentra in Nederland. Is opvoeden moeilijker geworden? ‘Dat weet ik niet, maar het is wel een hele klus. Onze maatschappij is veel complexer geworden. Dat heeft opvoeden zeker bemoeilijkt. Kinderen worden op jonge leeftijd met allerlei dingen geconfronteerd, zoals alcohol en drugs. Daar werd ik zelf als moe-

‘Alle behandelingen hier zijn gebaseerd op wetenschappelijk bewijs, óf ze zijn innovatief en we doen er onderzoek naar’ pen. Deze ochtend is haar computer gehackt – en dat terwijl ze nog zo veel moet regelen. Ze vertrekt naar de Verenigde Staten voor een congres, er moet een subsidieaanvraag de deur uit en de opening van het centrum komt eraan. Kortom: stress. Precies een van de aan

Susan Bögels (1960) studeerde klinische psychologie in Groningen. Ze promoveerde en werkte in Maastricht, waar ze ook in contact kwam met het landelijke Virenze, een grote eerste- en tweedelijns praktijk voor geestelijke gezondheidszorg voor met name kinderen en jeugdigen. Virenze betekent ‘het ontluikende kind’. In 2006 werd Bögels als hoogleraar orthopedagogiek aangesteld aan de UvA. Bögels wilde altijd al een combinatie maken van werken als therapeut, onderzoek doen en onderwijs geven. Ze startte met het opzetten van een laboratorium voor babyonderzoek. Daarna begon ze met het oprichten van een academisch behandelcentrum. Bögels kreeg steun van de UvA en de UvA-Holding en zocht contact met Virenze in Maastricht. Een samenwerkingsverband was geboren. Het is het eerste centrum in Nederland dat de wetenschap op zo’n directe manier met de praktijk combineert. Voor meer informatie zie www.uva-virenze.nl.

10 | Folia 28

der ook totaal door verrast. Ik had geen idee hoeveel er werd gedronken en hoe ik daar met mijn kinderen mee om moest gaan. Ik heb het idee dat kinderen steeds autonomer worden. Veel ouders hebben het gevoel dat ze hun kinderen, vooral in de puberteit, niets meer te bieden hebben, terwijl kinderen hun ouders dan juist hard nodig hebben. Als ervaringsdeskundige, als coach, als gezagsdrager. Vroeger hadden we veel duidelijker grenzen, regels en gebruiken. Nu weten ouders niet meer hoe ze ermee moeten omgaan. Beschermend of juist los? Ouders ervaren veel stress in het opvoeden van hun kinderen. En stress heeft een enorm negatief effect op de ouderlijke vaardigheden. Ons doel is om de ouders meer vaardigheden te geven, waarmee ze zich steviger voelen in de opvoeding van hun kind. Om te begrijpen aan welke dingen hun kind blootstaat. Hoe functioneert het puberbrein, hoe kun je er als ouder op inspelen? Door ouders kennis te geven over dat soort zaken, kunnen ze veel beter hun ouderlijke taak vervullen.’ Wat voegt UvA-Virenze toe aan de schijnbare wildgroei van opvoedcentra? ‘UvA-Virenze is een wetenschappelijk centrum. Dat is uniek in Nederland. Bijna alle behandelingen die wij hier aanbieden zijn ofwel gebaseerd op wetenschappelijk bewijs, of ze zijn innovatief en we doen er meteen onderzoek naar. Ons doel is om kinderen en ouders te behandelen rondom onderwerpen waar wij academi-

sche vragen over hebben. Ook zijn de meeste opvoedcentra eerstelijns, wat betekent dat er vooral ouders komen met gewone opvoedvragen. UvA-Virenze richt zich op de wat zwaardere problematiek. Gezinnen waar een van de ouders of het kind duidelijke psychische problemen heeft, zoals een depressie, ADHD of een angststoornis. Op dit moment doen we bijvoorbeeld veel onderzoek naar mindfulness.’ Mindfulness, dat klinkt wat zweverig. Is dat wel een wetenschappelijke behandelmethode? ‘Mindfulness is een verwesterde vorm van meditatie. Het is geen zweverige transcendente meditatie [wat Tibetaanse monniken doen, red.]. Er wordt veel wetenschappelijk onderzoek gedaan naar wat mediteren doet met het brein. Er begint nu steeds meer bewijs te komen dat je met mediteren een verandering in het brein kunt bewerkstelligen, waardoor je dingen anders gaat waarnemen. Veel psychische problemen hebben te maken met een vertekening in de waarneming. Ik zal een voorbeeld geven. Een man krijgt kinderen. Hij is door zijn eigen ouders altijd erg bekritiseerd, waardoor hij het gevoel heeft dat hij niks goed doet. Hij heeft meerdere depressies gehad. Zo iemand heeft een automatische manier van reageren op zijn kinderen, eigenlijk zoals hij dat van zijn ouders heeft geleerd. De man kan opnieuw depressief worden, omdat hij vindt dat hij het als vader ook niet goed doet. Deze problemen kun je met psychotherapie behandelen. Dat is een lang proces. Ik denk dat de parental mindfulness training een kortere weg is naar verandering. Het zijn korte therapieën van acht bijeenkomsten. Ouders leren door het mediteren om niet meer automatisch te reageren op hun kind. Ze leren objectiever te reageren op het moment dat er iets gebeurt en niet meer volgens ingesleten patronen. En de resultaten zijn veelbelovend. Het blijkt dat ouders veel minder negatief op hun kinderen reageren nadat ze deze training hebben gehad.’ Worden kinderen ook met meditatietrainingen behandeld? ‘We zijn net begonnen met trainingen voor kinderen met ADHD, dat is nog heel experimenteel. We hebben het eerst met pubers gedaan, van twaalf tot achttien jaar. De resultaten waren heel goed. Daar heb ik al over gepubliceerd. Nu doen we het bij kinderen van acht tot twaalf jaar. We leren kinderen met ADHD om tien seconden op hun meditatiekussen te zitten en de ogen te sluiten. Dan laten we een belletje horen. Het is voor hen al een hele prestatie om tien seconden de ademha-


ling te volgen. Dat bouwen we uit tot een minuut. We leren ze stapje voor stapje om te mediteren. Een jongetje dat hier de training volgt, had al tegen een heel druk klasgenootje gezegd: “Weet je wat je dan moet doen? Dan moet je gewoon op je ademhaling letten.” Hij heeft in korte tijd al geleerd hoe het moet.’ Hoe zijn de eerste resultaten van dit experiment? ‘We zijn net begonnen met ons eerste groepje. Maar wij, en ook de ouders, zien al na drie keer duidelijk effect. Het is een training van aandacht, van focus. We vragen de kinderen wat ze in hun lijf voelen als ze heel druk zijn, en waar ze dat voelen. Zo gaan ze dat langzaam van zichzelf herkennen. Ze worden zich ervan bewust wat hun geest met hun lijf doet. En dat ze het kunnen beïnvloeden. We proberen de diagnose van ADHD ook positief te maken. Van veel succesvolle mensen, zoals Winston Churchill, is achteraf vast komen te staan dat ze ADHD hadden. Het is een handicap, maar het is een kracht tegelijk. Zo werken we er ook mee. Bovendien denk ik dat niet alleen kinderen met ADHD, maar alle kinderen kunnen profiteren van een meditatietraining.’

Welk advies wilt u, als opvoeddeskundige, toekomstige ouders meegeven? ‘Opvoeden doe je vanuit je hart. Maar als je een hond koopt, krijg je er een hondentraining bij. Als er een hele goede opvoedcursus zou bestaan, zou ik eigenlijk willen dat iedereen met interesse die kan volgen. Maar uiteindelijk weten de meeste mensen intuïtief wel hoe ze hun kinderen goed moeten opvoeden. Heeft een kind of ouder psychische problemen, dan kunnen ouders er soms hulp bij gebruiken. Werk zal er daarom altijd zijn voor mij. Daar maak ik mij niet zo’n zorgen over.’ l

Foto: Bob Bronshoff

Zijn er ook steeds meer kinderen met psychische en gedragsproblemen of lijkt dat maar zo? ‘Er heeft zojuist in de krant gestaan dat ADHD enorm is toegenomen, vooral onder meisjes. De vraag met dit soort cijfers is altijd of het echt is toegenomen of dat het beter wordt onderkend. Het kan ook zijn dat, door de manier waarop het onderwijs nu wordt aangeboden, kinderen die druk zijn minder goed in een gewone klas passen. Of is het zo dat onze drukker wordende maatschappij kinderen steeds drukker maakt? Daar doen ADHD-deskundigen nu onderzoek naar. Maar de realiteit is wel dat er steeds meer ADHD-diagnoses worden gesteld. De vraag naar andere medicatie en nieuwe vormen van behandelingen neemt toe.’

Susan Bögels

Folia 28 | 11


Studentenzaken Workshop: ondernemerschap (di. 21 april 9.30 - 13.00 uur) Als je overweegt voor jezelf te beginnen! Een interactieve bijeenkomst waar je inzicht krijgt in je eigen ondernemerskwaliteiten en wordt geinspireerd door het verhaal van een ervaren ondernemer. Vooraf wordt er een E-scan Ondernemerstest gemaakt, een wetenschappelijk onderbouwde test. De workshop wordt georganiseerd door het Loopbaan Advies Centrum van de UvA in samenwerking met CASE (Centre of Amsterdam Schools for Enterpreneurship). *

studeren met dyslexie (Workshop 16 april / training vanaf 11 mei) Hoe kun jezelf het studeren vergemakkelijken

jOUw scriptie is geld waard

Workshop: informatie over studeren met dyslexie en over de regelingen van de UvA waarvan je gebruik kunt maken. Maak kennis met digitale hulpmiddelen die het studeren kunnen vergemakkelijken. Training: leer je eigen sterke/zwakke kanten bij het studeren kennen en ga actief aan de slag met het toepassen van strategieën op het gebied van leren, lezen en schrijven. Hierdoor kun je beter leren studeren met dyslexie.*

solliciteren voor starters anno 2009 (22-23 april 17.00 - 19.00) Voorlichtingsbijeenkomst

Uva-scriptieprijs 2009

Je zit in de eindfase van je studie en je vraagt je af hoe de huidige economische crisis gevolgen heeft voor het vinden van je eerste baan. Het is realistisch te verwachten dat het lastiger wordt en langer kan duren. Alle redenen om je goed te informeren over hoe je het slim aan kan pakken. Kom naar één van de voorlichtingsbijeenkomsten, ervaren loopbaanadviseurs van het Loopbaan Advies Centrum van de UvA geven je handige tips en adviezen. *

EEn 8,5 of hogEr voor jE mastEr- of doctoraalscriptiE en afgestUdeerd tUssen 5 mei 2008 en 6 mei 2009 ? ZEnd dan jE scriptiE in voor dE Uva-scriptiEprijs En maak kans op € 3.000, € 2.000 of € 1.000.

* Meer informatie over de inhoud en het inschrijfformulier van deze workshops vind je op: www.uva.nl/trainingscentrum. Studentenzaken is er voor studenten, afgestudeerden en promovendi van de UvA en HvA. Binnengasthuisstraat 9, 1012 ZA Amsterdam 020 - 525 8080

www.uva.nl/uva-scriptieprijs Dat u M P r i J S u i t r e i K i n g Universiteitsdag 6 juni 2009 // l o c at i e Oudemanhuispoort t o e g a n g gratis voor recent afgestudeerden (na 5 mei 2008) i n f o r M at i e e n i n S c h r i J v i n g u n i v e r S i t e i t S Dag www.uva.nl/universiteitsdag

www.uva.nl/studentenzaken

M e e r i n f o r M at i e e n r e g l e M e n t e n

Folia 28.indd 1

31-3-2009 14:55:12


& Weekblad voor de Universiteit van Amsterdam Jaargang 62 10-04-2009

bijlage bij nummer 28

Masterspecial


Een dag uit je leven A 10.00 Aan het werk bij ASVA

10.30 Gratis juridisch advies bezorgen

11.30 Interview voor AT5

14.00 Fietsen met de W

11.00 Studenten voorlichten

13.00 Debatteren met stadsbestuurders

15.00 Overleg met Ka

W

G * De ASVA studentenunie is niet aansprakelijk voor minder spannende dagen. Resultaten uit het verleden bieden geen garantie voor de toekomst.

K


n als ASVA-bestuurslid* 17.00 In de zon voor het ASVA-kantoor 16.00 Overleg met verenigingen

et de Wethouder

19.00 Uit eten met het ASVA-bestuur

met Karel van der Toorn

22.00 Met je collega’s op het ASVAlentijnsfeest

Word ASVA-bestuurslid! Goede beurs | Relevante werkervaring | Opkomen voor je medestudenten

Kijk op www.ASVA.nl/nieuwbestuur


VERDIEPEN IN MILIEU, KLIMAAT OF DUURZAME OMGEVING?

RESEARCH MASTERS IN PSYCHOLOGY AT VU UNIVERSITY AMSTERDAM ARE YOU AN INQUISITIVE STUDENT WITH A PASSION FOR RESEARCH?

Onze studenten en wetenschappers houden zich hier dagelijks mee bezig. Meer weten over jouw mogelijkheden binnen deze vakgebieden? Kijk op www.mywu.nl en meld je dan aan voor de Voorlichtingsdag op 17 april.

We have the perfect programmes for you: a 2-year research master in Cognitive Neuropsychology (Prof. Erik Scherder) and a 2-year research master in Social Psychology (Prof. Paul van Lange) at the faculty of Psychology and Education of VU University Amsterdam We offer:

Climate Studies | Environmental Sciences | Forest and Nature Conservation | Geo-Information Sciences | Geographical Information Management and Applications | Hydrology and Water Quality | International Land and Water Management | Landscape, Architecture and Planning | Leisure, Tourism and Environment | Meteorology and Air Quality | Soil Science | Urban Environmental Management | Water Technology

The only 2 research masters of this kind

International, English-taught

Small groups (max. 25)

Great research facilities & opportunities

Excellent start to an exciting scientific career

INTERESTED???? Then come to the William James Graduate Symposium on

www.mywu.nl

April 24 for more information on these and other programmes.

Questions?

Contact Carla Heldens Tel. 020 - 598 7285 e-mail: wjgs@psy.vu.nl www.williamjames.nl

Master of Science in Management

Werken of doorstuderen? 16 maanden intensief studeren en ondernemen Specifieke Bachelor niet vereist Bedrijfskunde Master van hoge kwaliteit Een netwerk van 11.000 Nyenrodianen wereldwijd Sterke link met het bedrijfsleven

meer weten? Kom naar de Informatie Sessie op zaterdag 16 mei a.s. (aanmelden op www.nyenrode.nl/msc)


Inhoud masterspecial

Ronald Plasterk: ‘Niet stoppen met studeren’

Enquête: Hoe mobiel is de student? Aan overstappen zitten haken en ogen

25

22

Kamerjacht Ins en outs per studentenstad

Doorstromen De minor sociologie voor hbo’ers

27

Colofon Deze bijlage over de masters in het hoger onderwijs is een gezamenlijk initiatief van de hogeschool- en universiteitsbladen, verenigd in de Kring van Hoofdredacteuren in het Hoger Onderwijs. De productie wordt meegenomen in zeventien bladen: Ad Valvas (VU Amsterdam), Cursor (TU Eindhoven), EM (Erasmus Universiteit), Folia (Universiteit van Amsterdam), Havana (Hogeschool van Amsterdam), hskwin’ (Windesheim), Mare (Universiteit Leiden), Observant (Universiteit Maastricht), Profielen (Hogeschool van Rotterdam), Punt (Avans), Sax (Saxion), Sensor (Hogeschool Arnhem Nijmegen), Trajectum (Hogeschool Utrecht), Ublad (Universiteit Utrecht), UK (Rijksuniversiteit Groningen), en UT nieuws (Universiteit Twente). Coördinatie: Jim Jansen (Folia), Bert Westenbrink (hskwin’) Medewerkers aan dit nummer: Ries Agterberg, Floor Bal, Bas Belleman, Martien Bos (correctie), Mirna van Dijk (eindredactie), Tom van Nuenen, Kees Rutten, Karel van der Toorn, Tim Verlaan, Carl Zevenboom (lay-out). Cover: Barbara Stok Advertenties: Bureau Van Vliet, Zandvoort tel. 023-5714745 Druk: Dijkman Offset, Diemen. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt d.m.v. druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

Foto: Dirk Gillissen

18

‘Die brede oriëntatie geeft een waardevolle kwalificatie voor de arbeidsmarkt’

Omarm de bama

D

e UvA heeft de bachelor/masterstructuur direct omarmd als een kans om de mogelijkheden en het perspectief voor studenten te vergroten. Wij hebben niet de bestaande studies in twee stukken geknipt, maar echt gekeken naar twee afzonderlijke programma’s met een zogenoemde ‘harde knip’. De bachelor is aan de UvA een academische opleiding met veel keuzemogelijkheden: interdisciplinair studeren, honoursprogramma’s, minors buiten je vakgebied en programma’s bij partneruniversiteiten in het buitenland. Die brede oriëntatie geeft al een waardevolle kwalificatie voor de arbeidsmarkt. Een master geeft een extra kwalificatie: je kunt je specialiseren, of juist – door een master in een ander vakgebied te volgen – een heel persoonlijk profiel creëren. Vanwege onze samenwerking met de Hogeschool van Amsterdam hebben we bovendien veel ervaring met de overstap van een hbo bachelor naar een universitaire master. Een bijzondere categorie vormen de researchmasters, een opstap naar een promotieplaats of een loopbaan in onderzoek – iets wat steeds meer ook buiten de universiteit plaatsvindt. Veel masters aan de UvA zijn Engelstalig, waarmee je niet alleen meer kans maakt op de globaliserende arbeidsmarkt, maar ook daadwerkelijk in de collegezaal kennismaakt met dat fenomeen. De UvA trekt door dit aanbod namelijk studenten van zo’n 150 nationaliteiten aan. Ook veel Nederlandse studenten die elders hun bachelor hebben gedaan, zien daarom Amsterdam als interessante optie voor een master in een internationale omgeving. Een kwart van onze masterstudenten komt van buiten de UvA. Het is natuurlijk wel zaak al die mogelijkheden goed in kaart te brengen voor de student, en een goede begeleiding te geven bij de vele keuzemomenten. Een interactieve opleidingenzoeker op de website bevat informatie over instroomeisen en doorstroommogelijkheden. We verwachten echter ook activiteit en ambitie van studenten. Je kunt een standaardprogramma doen en een aansluitende master. Wie meer wil en kan, moet zijn kansen grijpen. Want kansen zijn er genoeg. u Karel van der Toorn, voorzitter College van Bestuur


Ronald Plasterk: ‘Hbo’ers zijn zonder master niet minder stoer’

‘Stapelen, daar zijn we tegenwoordig weer helemaal voor’

Door Bas Belleman/HOP Foto: Kees Rutten

Van grote Europese onderwijsidealen kan hij niet worden beschuldigd. En aan internationale streefcijfers heeft hij een broertje dood. Minister Plasterk vindt het al prachtig dat de invoering van het bachelor-masterstelsel zo ver is gevorderd.

M

et enige bewondering spreekt minister Ronald Plasterk van OCW over de onderwijsrevolutie die zijn Europese voorgangers tien jaar geleden in gang zetten: de invoering van het bachelor-masterstelsel. ‘Vergeet niet dat vroeger alleen de doctorstitel internationaal vergelijkbaar was. Zelfs de doctorandus en de ‘ing’ bestonden alleen in Nederland. Ieder land verzon zelf namen voor zijn diploma’s.’ Toegegeven, er is nog steeds geen garantie dat een bacheloropleiding natuurkunde in Boedapest naadloos

18 | Masterspecial

aansluit op een masteropleiding in Helsinki. Maar met een diplomasupplement, waarin staat beschreven wat de opleiding waard is, kom je volgens Plasterk al een heel eind. Het gaat hem om de grote lijn. ‘In principe kun je nu naar Rome om een masteropleiding te volgen,’ spiegelt hij voor. ‘In heel Europa is gekeken of de instellingen niet alleen maar een nieuw bordje op de deur hebben geplakt, maar of ze werkelijk bachelor- en masteropleidingen aanbieden. Je kunt in één minuut uitleggen wat de bedoeling is, maar het was ongelofelijk veel werk om op bezoek te gaan bij al die instellingen en te zeggen: “Dat beweert u nu wel, maar mogen wij uw leerboeken eens zien?”’

Streefcijfers en inputtargets En nu moet Europa stapje voor stapje voorwaarts. Binnenkort spreekt de minister zijn collega’s op een internationale conferentie in Leuven en dan hoopt hij samen weer iets verder te komen. ‘Nederlandse studenten kunnen hun studiefinanciering tegenwoordig meenemen naar het buitenland. We lopen daarmee al een tijdje voorop. Ik zou het op prijs stellen als andere landen dat ook mogelijk gaan maken. Kijk, zoiets zou je Europees kunnen afspreken.’ Verder verwacht hij weinig van Europese afspraken. Hij ziet niets in internationale streefcijfers. ‘Je moet geen dingen aan de horizon definiëren. Ik ben al helemaal allergisch voor inputtargets. We moeten niet met

andere landen gaan vastleggen hoeveel procent van ons bruto binnenlands product wij aan dit-of-dat gaan besteden. Daar gaat het nationale parlement over. En politiek verantwoordelijk is de bewindspersoon. We kunnen ons daarin nooit door het buitenland laten binden.’ Bovendien: ‘Als de targets lager zijn dan onze bestedingen, hebben we er niets aan. En als ze hoger zijn, ook niet. In het verleden werkten zulke doelstellingen hooguit als hefboom. Ministers konden elkaar gebruiken als argument in debatten met collegabestuurders in eigen land.’ Hij herinnert aan de Lissabon-conferentie, waar de Europese landen beloofden dat ze veel geld in de kenniseconomie zouden pompen. ‘We hebben daar afgesproken dat de industrie twee procent van het bbp [bruto binnenlands product, red.] aan research gaat besteden. Dat gebeurt niet. En nu? Jozias van Aartsen heeft die afspraak destijds gemaakt als minister van Buitenlandse Zaken. Moeten we hem nu ontslaan? Of iemand anders? Zoiets geldt ook voor de overheidsuitgaven.’ Kortom, Plasterk wil zich nergens op vastpinnen. Zolang de Europese trein maar de goede kant op rijdt. Het bama-stelsel is wat hem betreft vooral ingevoerd om de mobiliteit van studenten te vergroten en daaraan wil hij graag meewerken. Maar verwacht geen beloftes. Tegenwoordig stapt één op de negen Nederlandse studenten over van de ene naar de andere universiteit; dat mogen er best iets meer worden, maar vraag niet of dat aantal misschien moet verdubbelen of


verdrievoudigen. ‘Zolang studenten maar een bewuste keuze maken,’ antwoordt hij stoïcijns. Hetzelfde geldt voor studeren in het buitenland. ‘Ik raad het iedereen aan. Een jaar of een halfjaar in het buitenland is een verrijking van je leven.’ Maar hoopt hij dan ook dat iedereen zijn raad zal opvolgen? ‘Studenten zijn volwassen mensen en als ze om wat voor reden ook besluiten dat ze niet naar het buitenland willen of kunnen, dan ga ik hier in mijn werkkamer niet zitten hopen. Wel wil ik er van mijn kant alles aan bijdragen om het mogelijk te maken.’

De knip: heroverwegingsmoment De harde knip tussen bachelor- en master moet er volgens Plasterk komen, omdat studenten dan beter gaan nadenken over hun vervolgopleiding. ‘Met een bachelordiploma op zak kun je nu eenmaal beter om je heenkijken. De realiteit is nu dat veel jongeren van zeventien jaar zich bij de bachelorkeuze door allerlei triviale overwegingen laten leiden: de stad, de woonruimte, de afstand tot het ouderlijk huis. Als ze er drie jaar later om inhoudelijke redenen voor kiezen om in dezelfde plaats verder te studeren, dan is dat natuurlijk prima. Maar als ze dat alleen doen omdat ze daar al met hun ‘doorstroommaster’ kunnen beginnen voordat ze hun laatste bachelorpunten binnen hebben, vind ik dat minder geslaagd.’ Studenten zouden ook kunnen besluiten om te stoppen met hun opleiding en bijvoorbeeld een eigen bedrijf te starten. ‘Maar het is dus niet, wat eerder wel eens het beeld was, mijn bedoeling dat mensen ophouden met studeren. Helemaal niet.’ Nu zijn er al flink wat opleidingen met een harde knip. Is de mobiliteit daar groter? Dat is de verkeerde vraag, meent Plasterk. ‘De harde knip is een systeemeigenschap. Je moet bereiken dat er een heroverwegingsmoment komt en dat moet geleidelijk zijn beslag krijgen in de hoofden van mensen. Ik ben het met de studentenbonden eens dat je niet kunt zeggen: aan deze universiteit is de harde knip ingevoerd en een jaar later was er meer mobiliteit.’ Hij wil ook best nadenken over voorwaarden en uitzonderingen op de harde knip. ‘Het zou kunnen dat iemand zijn studie perfect gepland heeft en op het kritieke moment zijn been breekt, waardoor hij één tentamen mist. Als dat het enige bezwaar is, dan lijkt me dat inderdaad een geval voor de hardheidsclausule.’ Zolang het maar geen gewoonte wordt. ‘Het is lastig om individuele “hardheid” in regels vast te leggen. Stel dat iemand een kind heeft, dan hoeft dat niet per se tot problemen te leiden, want er zijn mensen die goed kunnen studeren met een kind. Maar een zwangerschap zou de studie wel zodanig kunnen doorkruisen dat je zegt: nu moeten we de regels maar even tussen haken zetten.’

Het binaire stelsel De hardste knip in het bachelor-mastersysteem zit vooralsnog tussen hbo en universiteit, zou je kunnen zeggen. En hbo’ers laten zich bepaald niet afschrikken. Mogelijk de helft van alle universitaire masterstu-

denten bestaat straks uit hbo’ers die een academische kroon op hun studie willen zetten. Ook als ze daar eerst een intensieve schakelcursus voor moeten volgen. Veel hogescholen vinden dat eigenlijk verspilling: zou je hun niet beter beroepsgerichte masters in het hbo kunnen aanbieden? Nee, zegt Plasterk. We hebben nu eenmaal beroepsgericht onderwijs aan de ene kant en academisch onderwijs aan de andere kant. Daar moet je niet aan tornen. En op wat uitzonderingen na horen de meeste masters bij het universitaire onderwijs. ‘We hechten allemaal aan het binaire stelsel. Daarin spelen universiteiten en hogescholen ieder hun eigen rol.’ Plasterk vindt het ‘op zichzelf prima’ als hbo’ers voor een masteropleiding kiezen. ‘Ik zou alleen willen voorkomen dat er een misplaatst automatisme ontstaat. Hbo’ers moeten niet denken dat ze zonder master “minder stoer” zijn, laat staan “minder afgestudeerd”. Ze volgen vier jaar lang een serieuze hogeronderwijsopleiding en hebben als ze zijn afgestudeerd een prima positie op de arbeidsmarkt. Ze hebben zelfs een grotere kans om snel aan een goede baan te komen dan wo-afgestudeerden. Waar zijn we dan met z’n

allen mee bezig als we het hbo per se willen optuigen met masteropleidingen?’ Wie weet raken perfectionistische hbo’ers dan beter geschoold in hun vakgebied? Plasterk is niet overtuigd. ‘Ik weet niet of hbo-masters daaraan bijdragen,’ antwoordt hij. Dus hbo-masters dragen niet bij aan betere scholing? De minister glimlacht: ‘Nee, u probeert me dingen in de mond te leggen. Ik weet niet of het verstandig is om ongebreideld overal hbomasteropleidingen bovenop te zetten. Want nogmaals, die hbo-bacheloropleidingen doen het perfect.’ De minister vindt het ‘binaire stelsel’ belangrijk, maar is het dan niet raar dat hbo-bachelors die een master willen volgen een ‘anti-binair’ bochtje moeten nemen door over te stappen naar de universiteit? Plasterk zit er niet mee. ‘Dat heet stapelen, daar zijn we tegenwoordig weer helemaal voor. In het verleden is het stapelen als “inefficiënt bochtje” weggezet en afgeschaft.’ Dat gebeurde overigens door zijn partijgenoot, de voormalige PvdA-minister Ritzen, die tegenwoordig de Universiteit Maastricht bestiert. ‘Wij vinden dat achteraf niet verstandig en proberen het nu te herstellen.’ u

De geschiedenis van de bama Het bachelor-mastersysteem mag dan wel nieuw zijn, het streven naar een open Europese hoger-onderwijsruimte is dat niet. In de middeleeuwen trokken studenten van de eerste Europese universiteiten het continent rond, en wisten de beste instellingen onderzoekers uit heel Europa aan zich te binden. Met de explosieve groei van het hoger onderwijs ging die mobiliteit verloren. Ten onrechte, vonden de onderwijsministers van Frankrijk, Italië, Groot-Brittannië en Duitsland. In de verklaring van Sorbonne (1998) maakten ze zich sterk voor de harmonisering van het Europese hoger onderwijs. Ze stelden een tweeledig onderwijssysteem voor, met een duidelijk onderscheid tussen een undergraduate en graduate fase. Een gemeenschappelijk onderwijsbestel moest het Europese hoger onderwijs weer één gezicht geven, en de mobiliteit onder studenten en werknemers van universiteiten vergroten. Een jaar later zetten 29 ministers van onderwijs hun handtekening onder de verklaring van Bologna. Het gezamenlijke Europese onderwijsbestel zou inderdaad twee cycli krijgen: een undergraduate of bachelorfase, en een graduate of masterfase. In 2003 kwam daar met de promotie een derde cyclus bij. De bachelorfase moest minstens drie jaar duren, spraken de ministers af, de master zeker één jaar. Intussen onderschrijven 45 landen de principes van Bologna. De verklaring is overigens niet bindend: ieder land vertaalt de doelstellingen naar een eigen wettelijk kader. In Nederland ging de ministerraad in 2001 akkoord met het wetsvoorstel voor de invoering van de bachelor-masterstructuur. Hbo-opleidingen werden omgezet in vier jaar durende professionele bachelors en in het wo verving het bama-stelsel het oude kandidaats-doctoraalsysteem. De propedeuse verdween. Er ontstonden bacheloropleidingen van drie jaar, en masteropleidingen van één of twee jaar. Toch is volgens sommigen het Nederlandse bama-stelsel nog niet het systeem waar in Bologna voor werd getekend. Want een harde knip tussen bachelor en master is er aan de meeste universiteiten niet. Volgens Bologna mag een student pas na afronding van een bacheloropleiding aan een master beginnen, maar veel Nederlandse instellingen houden het bij een ‘zachte knip’: ze laten hun studenten al aan de doorstroommaster beginnen voordat ze hun bacheloropleiding hebben voltooid. Ook de hbo-masters blijven een knelpunt. In principe mag het hbo haar eigen master-diploma’s afleveren. Maar omdat deze – op wat uitzonderingen na – niet door de overheid bekostigd worden, komt de hbo-master nog niet van de grond. Elke twee jaar komen de Europese ministers van onderwijs bijeen om te praten over de voortgang van het Bologna-proces, waaronder de invoering van de bachelor-masterstructuur. In 2007 gebeurde dat voor het laatst in Londen. In april, tien jaar na Bologna, is Leuven aan de beurt. (Ianthe Bato/HOP)

Masterspecial | 19


Je master doen

Meet the Masters! Maak kennis met de master die naadloos aansluit bij jouw ambitieniveau. Hoe hoog dat ook is. Overtuig jezelf!

in Leiden? www.mastersinleiden.nl Kom op woensdag 13 mei naar de Masteravond van de faculteiten: • Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde • Sociale Wetenschappen Informatie en inschrijven: www.vu.nl/masteravond

Universiteit Leiden. Universiteit om te ontdekken.

Meer perspectief

“ Na de crisis en mijn studie aan de TU/e kon ik als ingenieur overal aan de slag”

Thom de Kort MSc, 2015

technietofwel.nl Ervaar het zelf: kom naar onze Masteravond op 11 mei a.s. Meld je aan op www.tue.nl/masterdag. Wie nog twijfelt of techniek gezien de huidige crisis wel de juiste studiekeuze is, kijkt op www.technietofwel.nl

BESTE TECHNISCHE UNIVERSITEIT VAN NEDERLAND Keuzegids Hoger Ond erwijs 2009 en onderzoek Elsevier : ‘De beste studies 2008’


Erasmus School of Law Spot on! Nieuwe masters:

Informatiebijeenkomst Togamaster!

Nieuwsgierig? Stel je vragen op hoog niveau in onze

Strafrecht

Rotterdamse Faculty Club aan prof.

Togamaster Privaatrecht

Mevis, prof. Van Mierlo en Damsteegt. Mail voor één van de 40 exclusieve plaatsen naar: damsteegt@frg.eur.nl

• 14 mei, start 15.00u, Rotterdam

International and European Public Law Bedrijfsrecht Recht van de Gezondheidszorg Generalistische variant Individuele variant Fiscaal recht Commercial Law Financieel recht Aansprakelijkheid en verzekering Criminologie

Nieuwsgierig?

Ontvang het informatiepakket: mail naar masterav@frg.eur.nl

Generalistische variant Recht in de multiculturele samenleving Master’s in Justice and Safety & Security Staats- en bestuursrecht Arbeidsrecht

Op www.frg.eur.nl/master vind je alles wat je wilt weten én de video’s! E R A S M U S S C H O O L O F L AW ERASMUS UNIVERSITEIT ROTTERDAM


22 | Masterspecial


Wat wil de student? Enquête onder 1200 hbo- en universitaire studenten Door Ries Agterberg Illustratie: Bas Kocken

De mooie theorie van de vrije onderwijsmarkt is in de praktijk weerbarstig, zo blijkt uit een recente enquête onder 1200 studenten.

U

niversitaire studenten zien een master als logisch vervolg op hun bachelor. Inhoud, kwaliteit en beroepsperspectief zijn de voornaamste criteria bij de keuze. Veelal blijven de studenten op de eigen universiteit. Mobiliteit wordt belemmerd door gebrek aan voorlichting, toelatingseisen en extra kosten. Dat blijkt uit een enquête onder vijfhonderd hbostudenten en zevenhonderd universitaire studenten, uitgevoerd door de hogeschool- en universiteitsbladen in Nederland. De universitaire studenten ervaren de master als een logisch vervolg op hun opleiding. Ruim 90 procent vindt het volgen van een master horen bij een academische opleiding, 83 procent weet zeker dat ze een master gaan doen. Slechts 16 procent weet het nog niet zeker en 1 procent wil niet doorgaan. Bij het hbo ligt dat anders. De helft van de studenten weet gewoon nog niet of ze door zullen gaan. Een kwart zegt genoeg te hebben aan de hbo-opleiding. Het grootste deel van de universitaire studenten geloven niet dat ze met een bachelordiploma de arbeidsmarkt op kunnen. Ook voor het ministerie is de master het eindpunt van een academische opleiding. Minister Plasterk wil wel dat de keuze voor een master een bewuste keuze is: blijven, vertrekken, tijdelijk gaan reizen of wellicht gaan werken? ‘Voor het bachelor-masterstelsel bestond een opleiding uit vier jaar. Studenten vinden dat ze die vier jaar nodig hebben voor een volwaardige opleiding,’ meent Lisa Westerveld, voorzitter van de landelijke studentenvakbond LSVb. Haar bond verzet zich dan ook tegen mogelijke crisisplannen om het collegegeld voor de masteropleiding hoger te maken. Ook de universiteitenkoepel VSNU vindt dat studenten na de bachelor een master moeten kunnen volgen zonder dat ze daar extra voor hoeven te betalen.

Mooie theorie, weerbarstige praktijk Na een bachelordiploma mag je opnieuw kiezen. Fijn, zegt 85 procent van de studenten. Je kunt de bestaande opleiding nog een keer tegen het licht houden en kijken of deze voldoende bij jou past. De voornaamste vragen die de studenten zichzelf stellen

Mobiliteit wordt belemmerd door gebrek aan voorlichting, toelatingseisen en extra kosten

als ze op zoek gaan naar een masteropleiding: is deze interessant, is de kwaliteit goed, wat is het beroepsperspectief en sluit deze goed aan bij mijn bacheloropleiding? In theorie ligt de wereld open. Je kunt naar een andere master op de eigen universiteit, elders in Nederland en zelfs naar het buitenland. Dat buitenland is helemaal niet populair, zo blijkt. Slechts 2 procent zegt dat van plan te zijn. Bijna 40 procent blijft op de eigen universiteit, een kleine 40 procent twijfelt waar ze naar toe zullen gaan. Slechts 4 procent weet zeker dat ze elders in Nederland gaan doorstuderen.

Harde knip Mobiliteit is een probleem. Minister Plasterk heeft recent al aangegeven dat hij vindt dat studenten zich meer moeten oriënteren op het aanbod en op grond daarvan een keuze maken. Waarom gebeurt dat nu niet? De enquête geeft daar wel wat antwoorden op. Zo wordt een overstap niet makkelijk gemaakt. Niet op de eigen universiteit, ook niet op de universiteit waar de student naar toe wil. Elke bachelor heeft een zogenoemde doorstroommaster. Hier kun je zonder extra eisen terecht. En vaak zijn er nog soepele overgangsregelingen, waardoor de studenten makkelijker blijven hangen op de eigen universiteit. Plasterk wil daar vanaf. Hij wil een ‘harde knip’, wat wil zeggen dat de hele bachelor moet zijn afgerond alvorens je aan een master mag beginnen. Dat zou de mobiliteit vergroten. Toch geeft de enquête dat niet als enige probleempunt aan. Zo is er veel behoefte aan voorlichting. En met name willen studenten weten wat het beroepsperspectief van de masters is. Daarnaast zijn de eventuele verhuizing en mogelijke extra kosten een enorme drempel. Ook noemen studenten de verplichting een premaster te moeten volgen of toelatingsvakken te doen als obstakels. Lisa Westerveld: ‘Studenten gaan voor kwaliteit. Het probleem is echter dat je weet wat de kwaliteit van de opleiding is waar je zit en niet weet hoe het op de andere universiteit gaat. Bovendien is het veel regelwerk om je elders in te schrijven. Je leeft vaak lang in onzekerheid of jouw opleiding toereikend is voor die master. En bovendien speelt het kostenaspect zeker ook een rol, zoals de enquête aantoont.’ De VSNU ziet de mobiliteit als een logisch vervolg. Hoofd communicatie Aly Oldersma: ‘Het systeem is nu nog een stelsel in ontwikkeling. Je ziet al een toename van studenten die elders hun master gaan volgen. Nu zijn er nog wel obstakels, maar de universiteiten kijken samen hoe ze van elkaar kunnen leren en hoe die problemen het best overwonnen kunnen worden.’ Ook de minister denkt dat het beter moet. ‘Van de

universiteiten verwachten we dat ze meer werk maken van inzicht in de toelatingseisen en de voorlichting daarover,’ laat de minister via een woordvoerder weten. Aan de Tweede Kamer is toegezegd dat de toelatingseisen tot de master in 2009 en 2010 gemonitord zullen worden. Diezelfde eis stelt de minister als het gaat om voorlichting. Die kan volgens hem beter.

Eigen universiteit eerst Universiteiten bekleden een dubbele positie in de ‘vrije markt’ van het onderwijs. Ze willen graag studenten van elders verleiden bij hen verder te studeren, maar over het algemeen proberen de eigen studenten binnenboord te houden. De Tilburgse universiteit liet recent een Bachelor’s Loyalty Benchmark-onderzoek uitvoeren om erachter te komen wat studenten na hun bachelor willen gaan doen en hoe ze de eigen universiteit daarbij ervaren. In dit onderzoek worden de motieven onderverdeeld in gewin, gemak, genot en gewoonte. De resultaten komen in grote lijnen overeen met de uitkomsten van deze enquête. Er is ook gekeken hoe de studenten informatie verzamelen. Zij blijken zich toch voornamelijk te oriënteren op de masters binnen de eigen universiteit. Dat is ook te zien aan de opkomst bij mastervoorlichtingsdagen: naast hbo-studenten zijn het toch voornamelijk de eigen studenten die erop af komen. Dezelfde dubbelzinnige houding is ook merkbaar uit de houding van universiteiten ten aanzien van adverteren. Ruim een jaar geleden hebben de universiteiten binnen de VSNU afgesproken niet bij elkaar te adverteren, maar die afspraak is onhoudbaar gebleken omdat steeds meer universiteiten wel reclame willen maken voor hun voorlichtingsdagen. Alleen Radboud Universiteit Nijmegen en de Universiteit van Tilburg houden vast aan het verbod in hun universiteitsbladen masteradvertenties van andere universiteiten op te nemen. Oldersma: ‘Adverteren is iets heel anders dan voorlichting geven. De universiteiten verzorgen zelf de voorlichting, maar er zijn wel afspraken om de informatie daarover af te stemmen. Wij spelen daarin een faciliterende rol. Zo kun je op de website van de VSNU vinden wanneer de universiteiten hun voorlichtingsdagen hebben en hebben we een gemeenschappelijke mastersite. Die laatste gaat waarschijnlijk stoppen wanneer al die informatie in voldoende mate te vinden is op de site studiekeuze 123.’ En daarmee zijn we weer terug bij het begin. De bachelorstudenten kiezen hun vervolgopleiding op basis van kwaliteit, beroepsmogelijkheid en interesse. Ze willen kunnen achterhalen welke master het best bij hen past. u

Masterspecial | 23


English and Dutch-taught Master’s Programmes | Summer Programmes

EVIDENCE BASED PRACTICE MSc/Drs Tweejarige universitaire deeltijd masteropleiding tot klinisch epidemioloog (medisch wetenschappelijk onderzoeker) voor (para)medici en verpleegkundigen Bridging healthcare and science ■ ■ ■

Broad range of Master’s and Research Master’s in the Social Sciences

www.graduateschoolsocialsciences.nl

een eersteklas carrièrestap als startpunt naar een hoog wetenschappelijk niveau modern en actueel onderwijs met een multidisciplinaire benadering (inter)nationaal gerespecteerd en NVAO geaccrediteerd

Locatie

Faculteit der Geneeskunde (AMC) start 8e academisch jaar 3 september 2009

Voor contact, voorlichtingsdata, informatie en aanmelding:

www.amc.nl/masterebp

? wetenl r e e M w.ou.n ww

Leer van gisteren, droom van morgen, studeer vandaag. Combineer werken en studeren bij de Open Universiteit! Studeren bij de Open Universiteit: flexibel, doelgericht en op academisch niveau.

5609160


Masterverkassen Een jaar op kamers in een andere stad

Door Floor Bal en Maren Groven

Wie een master in een andere stad gaat doen, heeft een nieuwe kamer nodig. Voor corpsleden in Leiden is dat geen probleem en studenten in Maastricht kunnen goedkoop in België ‘op kot’. Alles wat je moet weten per stad. Groningen Wie actief zoekt, kan binnen een paar maanden een kamer hebben. Al moeten studenten die van ver komen aan het begin van elk studiejaar nog wel eens hun tent opslaan op de Stadscamping. Woningbouwvereniging Lefier beheert 3500 kamers in de stad: http://stadgroningen.lefier.nl. Bij problemen helpt het huurteam van de Groningse studentenbond: www.groningerstudentenbond.nl. Amsterdam Iedereen wil een kamer in Amster-

dam. De meeste kans maak je bij een hospita. Op www.studentenwoningweb.nl schrijf je je in voor de meeste studentencomplexen in de stad. Let op: voor veel kamers krijg je een campuscontract, zes maanden nadat je uitgeschreven bent bij een onderwijsinstelling moet je verhuisd zijn. Studentenvakbonden Asva (www.asva.nl) en SRVU (www.srvu.org) bemiddelen bij kamerverhuur en geven advies bij huurconflicten. In Amstelveen ligt de studentencampus Uilenstede waar 3200 mensen wonen. Het complex heeft een eigen eetcafé, een cursuscentrum en een theater. In de rest van de stad wonen studenten ook in containerwoningen, een oud-asielzoekerscentrum en op een voormalig cruiseschip.

Utrecht Een kamer zoeken in Utrecht is een drama, een leuke of betaalbare kamer vinden helemaal. SSH Utrecht (www.sshu.nl) heeft tienduizend studentenhuurders. USF studentenbelangen biedt juridische hulp: www.usfstudentenbelangen.nl. Bijzonderheden: Het nieuwe gebouw Casa Confetti op universiteitscampus De Uithof kwam in 2008 in het nieuws vanwege de doorzichtige plafonds in de

gangen. Studentes met een rokje aan krijgen ongevraagd inkijk.

Rotterdam De helft van de lokale studenten blijft lekker thuis wonen, dus er is geen groot gebrek aan kamers. Bij studentenhuisvester Stadswonen is de wachttijd afhankelijk van je eisen tussen de vier en acht maanden. Wie langer dan anderhalf uur moet reizen, kan een urgentieverklaring krijgen via: www. stadswonen.nl. Met problemen kun je terecht bij het huurteam Rotterdam. www.huurteamrotterdam.nl. Bijzonderheden: Nette en flexibele studenten tussen de 19 en 26 jaar kunnen antikraak wonen via Alvast. De huurprijs ligt rond de 150 euro, de opzegtermijn is twee weken: www.alvast.nl. Delft Niet zo erg als in andere steden, maar het vinden van een kamer is zeker niet makkelijk. Inschrijven bij studentenhuisvester Duwo: www.duwo.nl. Het VSSD Studenten Steunpunt geeft juridisch advies en organiseert elk jaar de Kamerzoekdagen: www.vssd.nl. Bijzonderheden: huurders van Duwo mogen zelf hun huisgenoten uitzoeken. Leiden Moeilijk. Bijna overal moet gehospiteerd

worden. Tegelijkertijd komen particuliere verenigingshuizen minder snel vol. De bewoners delen liever de huur van de leegstaande kamers dan dat ze het huiskarakter aantasten door een niet-corpslid aan een kamer te helpen. Bij problemen helpt de Leidse rechtswinkel: www.leidserechtswinkel.nl. Inschrijven is niet nodig, je kunt reageren op de site van woningbouwvereniging SLS Wonen: www.slswonen.nl. Let op: in de periode van 1 juli tot 1 november krijgen alleen eerstejaars een kamer via SlS Wonen. Masterstudenten die nieuw in Leiden zijn, hebben dan pech. De flats Pelikaanhof, de Klikspaanweg en De Barakken zijn berucht vanwege het slechte onderhoud.

Tilburg Het aanbod neemt toe. De gemiddelde

huurprijs is sinds vorig jaar met 15 procent verhoogd, maar ligt nog steeds 54 euro onder het landelijk gemiddelde van 345 euro. Woningcorporatie WonenBreburg verhuurt via kamerpunt.nl studentenkamers. Bij de Rechtswinkel Tilburg geven rechtenstudenten gratis advies over huurrecht: www.rechtswinkeltilburg.nl. Bijzonderheden: Voormalige houten barakken waar asielzoekers woonden, vormen nu Campus Stappegoor.

Enschede Vanaf maart is er een lichte leegstand doordat de studenten die met hun studie gestopt

zijn, dan al vertrokken zijn. In augustus is alles weer verhuurd. Het loont dus om voor die maand op zoek te gaan. De tweeduizend kamers op de campus zijn van verhuurder Acasa. Op www.acasa.nl staat het kameraanbod. Er moet gehospiteerd worden. Op de site van Student Union worden ook kamers aangeboden. www.studentunion.utwente.nl/kamers.

Nijmegen Wie de lat niet hoog legt, moet vrij snel woonruimte kunnen vinden. SSHN (www.sshn.nl) geeft in complexen Hoogeveldt en Vossenveld voorrang aan studenten die nieuw zijn in Nijmegen en langer dan anderhalf uur per dag moeten treinen. De rechtswinkel van studentenvakbond AKKU (http:// akkuweb.com/rechtswinkel) helpt bij problemen. Sinds de kredietcrisis steeg het kameraanbod van particuliere verhuurders in Nijmegen met 8 procent. Huiseigenaren die hun woning niet kunnen verkopen, maken daar een studentenhuis van, mensen met een krappe beurs knappen de zolder op. Eindhoven Geen kwantitatief kamertekort, eerder

een overschot. Wie op tijd begint met zoeken en niet al te hoge eisen heeft, kan in het nieuwe studiejaar verhuizen. Bij studentenhuisvester Vestide is inschrijven gratis. Wie hemelsbreed verder dan 35 kilometer van de stad afwoont, kan voorrang krijgen: www. vestide.nl. Wie helpt je bij problemen? Het advocatencollectief Trias heeft een vestiging in Eindhoven: www. advocatencollectieftrias.nl.

Maastricht Geen probleem. Al kan natuurlijk niet iedereen in het centrum wonen. Schrijf je in bij Kamerburo (www.kamerburo.net), een initiatief van de Universiteit Maastricht. Bij problemen helpt het studenten rechtsbureau Maastricht: www.studentenrechtshulp.nl. Veel studenten die in Maastricht studeren, wonen voordelig in België ‘op kot’. Qua afstand maakt het niets uit of je in een buitenwijk van Maastricht of in Kanne, Vroenhoven, Smeermaas of Veldwezelt woont. Wageningen Met Enschede een van de goedkoopste steden voor kamers. In 2008 daalde de huurprijs daar zelfs met 6,9 procent. Zoek via studentenvakbond WSO: www.wso.wur.nl/kamerbalie en bij studentenhuisvester Idealis: www.idealis.nl. Wend je bij problemen tot studentenvakbond WSO. In 2008 was er door woningsloop en studenteninstroom tijdelijk een kamertekort in Wageningen. Studenten die zich te laat hadden ingeschreven bij Idealis, bivakkeerden tijdelijk op camping de Wielerbaan. u Masterspecial | 25



Sociale mobiliteit voor sociologen doorstroomminor

Door Tim Verlaan Foto’s: Bram Belloni

De HvA biedt in samenwerking met de UvA de doorstroomminor ‘sociologie van de arbeid’ aan. Het onderwijsprogramma stoomt hbo’ers klaar voor een eventuele master sociologie.

H

et voortbestaan van de minor is ‘allesbehalve zeker’ volgens onderwijscoördinator Myrtille Hellendoorn. Ondanks die onzekere toekomst lijkt de minor een succes; de eerste lichting bestond uit 23 studenten, voor het merendeel afkomstig van de opleiding Human Resource Management. Zes van hen stroomden uiteindelijk door naar de universiteit. Toch is dat niet het enige doel van de minor. Hellendoorn: ‘We willen studenten een breder maatschappelijk en sociologisch kader aanbieden, en hen tegelijkertijd kennis laten maken met academische vaardigheden. Of men met deze kennis dan uiteindelijk doorstroomt naar de master sociologie aan de UvA is een persoonlijke keuze; niet iedereen acht zich geschikt voor de academische wereld.’ Het onderwijsprogramma is opgezet in het kader van de HvA-UvA samenwerking. Een aantal HvAstudenten was naarstig op zoek naar verdieping. Hellendoorn: ‘Veel mensen beginnen aan de HvA met een vwo-diploma vanuit het idee dat zij praktijkgericht onderwijs willen volgen. Soms komen zij daar in een later stadium van hun studie op terug. Het is deze kleine groep mensen die we een uitbreiding van het curriculum willen bieden.’ De minorcoördinator, zelf sociologe, streeft met het vakkenpakket echter ook haar idealen na. ‘Door hbo’ers de kans te geven door te stromen naar de universiteit, dragen we bij aan een vergroting van de sociale mobiliteit in Nederland.’ Omdat de minor nog in een experimentele fase verkeert, onderhoudt Hellendoorn intensief contact met de studenten. ‘De lichting van ’07-’08 was in zekere zin een kolonie proefkonijnen. Het blijkt dat onze studenten veel moeite hebben met het bedenken en opzetten van een eigen onderzoek, wat ook een kwestie van lef is. Aan het hbo worden studenten daarin veel meer bijgestaan en gestuurd. Wel merken we dat onze studenten vaak beter zijn in presenteren en statistiek.’ De ervaringen van de hbo’ers in het contact met universitaire studenten zijn over het alge-

meen positief, uitzonderingen daargelaten. ‘Er heerst onder enkele universitaire studenten de angst dat onze studenten het niveau omlaaghalen. Ergens begrijp ik die angst wel. Maar de minor is niet opgezet om maar zo veel mogelijk hbo’ers naar de universiteit door te sluizen; het is een bijzonder intensief programma dat studenten die niet geschikt zijn voor een academische studie juist ook kan afschrikken.’ De houding van universiteitsstudenten is echter niet waarom de liefde bekoelt in de samenwerking tussen de HvA en de UvA. Zoals altijd speelt geld de grootste rol. Hellendoorn: ‘Omdat het programma zo intensief is wordt er van docenten – altijd promovendi en vaak afkomstig van de UvA – veel begeleiding verwacht. Dat kost geld, en voorlopig is het de HvA die daarvoor opdraait. Maar de HvA heeft al aangegeven de

geldkraan op een gegeven moment dicht te draaien.’ Dat maakt een overstap van de HvA naar de UvA schier onmogelijk, beweert Hellendoorn. ‘De UvA soebat al jaren over het opheffen van de schakeljaren. Als deze minor wordt wegbezuinigd én het schakeljaar verdwijnt, blijven er weinig opties over voor studenten die willen doorstromen.’ Een bijkomende reden waarom de UvA niet zo happig is op instromers ligt in de overvolle collegezalen bij de opleiding sociologie. Juist hier ziet Hellendoorn kansen voor de minor. ‘Er wordt met de minor voorkomen dat hbo’ers een heel schakeljaar volgen, en je laat studenten eerst kennis maken met het academisch curriculum, zodat zij niet onbezonnen aan de bachelor of master sociologie beginnen. Het zou mooi zijn wanneer ook de UvA dat inziet.’ u

‘De minor is niet opgezet om zo veel mogelijk hbo’ers naar de universiteit door te sluizen’ Voor Nicole Holla (23) biedt de universiteit een intellectuele uitdaging. Toch wil ze later ‘gewoon’ in het bedrijfsleven werken: ‘Aan het hbo miste ik een breed theoretisch kader met de grote namen uit de sociologie; Durkheim, Marx, Weber. Aan de universiteit worden we uitgebreid onderricht in de theorieën van deze grote denkers; een aanzienlijke studieverzwaring. De hogeschool en de universiteit zijn echt werelden van verschil; je leert anders denken, schrijven, lezen. Een pluspunt van de universiteit vind ik de keuzevrijheid bij het samenstellen van een vakkenpakket. Een minpunt is het summiere contact met andere studenten; aan de HvA volg je vanaf het eerste jaar met dezelfde groep mensen een bachelor, aan de UvA volg je de hoor- en werkcolleges met steeds weer anderen. Je bouwt minder snel een band op.’

Voor Raisa Ter Smitte (23) was de minor een bevrijding van het praktijkgerichte denken aan het hbo: ‘Ik werd op de hogeschool duidelijk klaargestoomd voor de beroepspraktijk. Er was weinig ruimte voor eigen interpretatie van de theorie. In het geval van een sollicitatie werd je bijvoorbeeld aangeleerd zo veel mogelijk vanuit een bedrijfsprofiel te denken. Je moest je altijd afvragen of een sollicitant van toegevoegde waarde was voor het bedrijf, in plaats van je gevoel te laten spreken. Dit benauwde me af en toe; in vergelijking met het hbo laat de universiteit je veel meer vrij in het denken. Er worden meerdere invalshoeken geboden dan alleen de rationele en koele blik van het bedrijfsleven, een blik die op het hbo toch de basis vormt van je opleiding.’

Masterspecial | 27


UVAMASTERS Een master volg je aan de UvA ■ ■

■ ■

De UvA biedt ruim 180 masterprogramma’s, waarvan 80 in het Engels. Veel masters zijn een afspiegeling van toponderzoek. Bijna elk vakgebied heeft een onderzoeksmaster. Dat is uitzonderlijk in Nederland. Volgens de laatste Times Higher Education Ranking is de UvA de beste universiteit van Nederland. Vanuit de hele wereld kiezen studenten voor een master aan de UvA. Amsterdam is hét centrum van cultuur en media en een internationaal knooppunt van bedrijven. De juiste locatie voor de start van jouw toekomstige loopbaan.

Bestel nu!

Vraag nu de UvA Mastergids aan of bekijk het complete masteroverzicht, via

www.uva.nl/masters The Faculty of Human Movement Sciences will be offering two master programmes per September 1st 2009 informatie: www.mse.tudelft.nl aanmelden: m.janssen@tudelft.nl

A one-year (60EC) programme titled “Human Movement Sciences: Sport, Exercise & Health”, which teaches students how to collect, develop and apply knowledge of human movement in relation to sport, exercise and health, and prepares students for jobs in these fields, including teaching jobs. A two-year (120EC) research master programme titled “Fundamental and Clinical Movement Sciences”, which teaches students to conduct cuttingedge research on basic and clinical problems related to human movement, and prepares students for research positions in industry, health, sport and academia.

Master Materials Science & Engineering

For further details see www.fbw.vu.nl

Meer perspectief



het beste

Amos Oz resianne Smidt Van gelder-Fontaine, docent hebreeuwse en joodse studies:

Rock-’n-roll-boot The Boat That Rocked – première: 16 april Begin jaren zestig van de vorige eeuw was popmuziek, toen vooral rock, lastig te vinden via de ether. Immers, ‘Hilversum 3 bestond nog niet’. De met name jeugdige liefhebbers konden niettemin terecht bij Radio Veronica, toen een piratenzender die, toepasselijk, haar uitzendingen maakte vanaf een schip in de Noordzee. Conservatief omroepland zal zich lichtelijk hebben geërgerd aan het buiten de wet (want buiten de juridische landgrenzen) opererende Radio Veronica. Als we The Boat That Rocked mogen geloven, een muziekkomedie over een Britse piraatzender-op-zee in de sixties, dan ging de Britse overheid echter geheel door het lint over de Britse evenknie van radio Veronica. The Boat That Rocked is de eerste nietromantische komedie van Richard Curtis, de schrijver/regisseur achter superhits als Four Weddings and a Funeral, Notting Hill en Love Actually. Alles lijkt erop dat het zijn persoonlijke ode is aan de dj’s die zijn jeugd voorzagen van popmuziek. De fictieve radiozender Radio Rock is dan ook losjes gebaseerd op Veronica’s Britse collega-piraat Radio Caroline. Curtis brengt zijn ode met net zoveel kwajongenspassie als die waarmee de radiopioniers destijds radio maakten op hun schepen. De rode draad van het verhaal is de constante en onafwendbare dreiging van overheidsingrijpen, maar wat eromheen gebeurt is weinig coherent. Het seksuele wel en wee van het jongste bemanningslid, een uit de hand lopende vete tussen twee macho-dj’s, overheidsspionage

30 | Folia 28

aan boord: melige situaties zijn een grotere drijfveer voor plotontwikkeling dan de personages zelf. En mocht Curtis’ boodschap over de pracht van rock- en popmuziek en de ondeugende heroïek van vroege popradio na de Titanic-achtige climax nog niet duidelijk zijn, volgt er tijdens de aftiteling ook nog eens een samenvatting van een paar decennia Britse popmuziek. De lijn tussen warme nostalgie en uitgesponnen sentiment is dun. Het fraaie van The Boat That Rocked, naast de daverende soundtrack, is de uitstekende ensemblecast waaronder Philip Seymour Hoffman, Bill Nighy, Rhys Ifans, Nick Frost en Chris O’Dowd. Iedereen heeft zichtbaar plezier in zijn rol, de een speelt een nog kleurrijker personage dan de ander. Alle dj’s en andere bemanningsleden komen ruim aan bod en hun eigenaardigheden blijven inzet van ludieke onderbroekenlol. Kenneth Brannagh als de stramme Britse minister mag op zijn beurt villein overacteren met zijn afkeer van Radio Rock. De vrouwen komen er wat bekaaid vanaf als dellerige groupies, aseksuele lesbiennes of gekke oude ‘swingers’ (met Emma Thompson in de laatstgenoemde categorie). Ze laten zich niettemin door Curtis’ enthousiasme meeslepen. Alles voor de rock-’n-roll. (René Glas) The Boat That Rocked (GB/Duitsland, 2009) Regie: Richard Curtis Met: Bill Nighy, Philip Seymour Hoffman, Kenneth Brannagh

Website: ‘Weeronline, voor het weer in Jeruzalem. Ik houd van die stad met zijn oude geschiedenis. Er loopt zo veel geleerdheid rond. En nergens vind je zo’n concentratie van godsdienstige stromingen. Je hoort kerkklokken luiden en een oproep tot gebed vanuit de moskee. Er gaan religieuze joden op weg naar de Klaagmuur. En daar komen regelmatig ruzies van.’

Foto: Hans van Vinkeveen

film

Muziek: ‘Bob Dylan, om de teksten in combinatie met die doordringende stem. Wat heel erg is is dat je zijn muziek, die een protestuiting was van een generatie, hoort in een supermarkt. Dat voelt als een degeneratie. Ik heb dan de neiging om weg te lopen.’

Resianne Smidt Van Gelder-Fontaine

Humor: ‘NRC-columnist Frits Abrahams. Hij heeft een droge, licht spottende stijl die heel raak is. Reagerend op een stuk van Dick Swaab over Alzheimer: “Het liet zich lezen als een soort stappenplan, door de duivel zelf bedacht.” Humor hang voor mij samen met taalgevoel en woordgrappen.’ Boek: ‘Een verhaal van liefde en duisternis van Amos Oz. Over de liefde voor zijn familie, de wetenschap en cultuur. Over de kennismaking in zijn jeugd met bekende schrijvers en dichters, in de stijl van deze schrijvers. Maar het is ook een tragisch verhaal over de zelfmoord van zijn moeder toen hij dertien jaar was en de teleurstelling van de generatie van zijn ouders. Kosmopolitische Europeanen die in de jaren dertig nergens in Europa welkom waren, naar Palestina emigreerden en daar teleurgesteld raakten.’ Film: ‘Das Leben der Anderen, dat prachtig laat zien hoe mensen

kunnen veranderen. Een Stasiagent, een onbetekenende ambtenaar die ingebakken zit in het systeem, ontwikkelt een menselijke kant. Ik denk omdat hij verliefd raakt op de vrouw die hij bespioneert.’ Afknapper: ‘Romeo en Julia onder regie van Ola Mafaalani, een combinatie van het klassieke verhaal met tango, was een aanfluiting. Het ergst was een engel, gespeeld door Adelheid Roosen, die jammerend heen en weer banjerde over het podium.’ Kunst: ‘Picasso, ik bewonder zijn enorme veelzijdigheid in kunstuitingen en stijlen. Grappig is dat hij steeds aan iets nieuws begon als hij verliefd werd.’ Stokje: ‘Ik geef het stokje aan docent Slavische talen Janneke Kalsbeek. Ik ben benieuwd of haar professionele interesse een weerslag heeft in haar culturele voorkeuren.’ (Hans van Vinkeveen)


Schaamteloos lachen Easylaughs – Crea muziekzaal Over wat grappig is lopen de meningen flink uiteen. Er zijn mensen die lachen om Belgenmopjes. Mensen die lachen om dieren met feestmutsen op. Er zijn mensen die lachen om andere mensen die hard over stoepranden struikelen of tegen lantaarnpalen aanwandelen. Ik behoor tot deze laatste soort. Ik bescheur me wanneer iemand onhandig klem raakt tussen twee sluitende tramdeuren en je kunt me wegdragen als iemand onbedoeld met zijn mouw een hele rij jampotten over de supermarktvloer heen zwaait. Omdat ik nooit zo goed begreep waarom ik dit soort pijnlijke momenten toch altijd zo geweldig grappig vind, deed ik kortgeleden een provisorisch onderzoekje via internet. Daar kwam ik tot de weinig charmante ontdekking dat dergelijke ‘humor’ zijn oorsprong vindt in afgunst en een laag zelfbeeld. Het lachen om iemand anders’ leed zou voortkomen uit de troost die je jezelf daarmee biedt zo waardeloos nog niet te zijn. Sindsdien ga ik, wanneer ik weer lach om een onhandige enkelzwik op veel te hoge hakken, in een hoekje staan om mij diep te schamen. Zomaar een bron van plezier waarvoor je je een stuk minder zou hoeven schamen, is gelegen in het improvisatietheater. Centraal bij deze vorm van theater staat het communicatieve aspect; het is de bedoeling dat de acteurs spontaan en interactief spelen.

We kennen dit natuurlijk van programma’s als Whose Line is it Anyway, Saturday Night Live en van de drukbezochte voorstellingen van Boom Chicago. ‘Improv’ is hartstikke populair. Daar kunnen de spelers van Easylaughs over mee praten. Het gezelschap dat vijf jaar geleden ontsproot aan een vruchtbare improvisatiecursus besloot enige tijd terug een tweede show toe te voegen op hun vaste avond in Crea. Daar spelen ze nu iedere vrijdagavond twee shows in de muziekzaal. De shows worden steeds door zes acteurs ingevuld en er is bovendien ruimte voor gastspelers en een open podium. Zeker voor studerende improvisatiefans een interessante optie, want de toegangsprijzen zijn erg schappelijk. Behalve dat Easylaughs natuurlijk een ad rem, spitsvondig en komisch improvisatiegezelschap is, zijn haar spelers ook van bijzonder diverse oorsprong (onder meer uit Groot-Brittannië, de Verenigde Staten, Canada, Australië en Nederland). De voertaal tijdens de shows is dan ook Engels. Ik ga mijn geweten schonen, mijn aura reinigen, mijn karma boenen. Ik ga vrijdag naar Easylaughs. (Fen Verstappen) Easylaughs, elke vrijdag in de Crea muziekzaal; 20.30 uur €10/€ 9, 22.30 uur € 5, beide shows € 12/€10 www.easylaughs.nl

Foto: Won Tuinema

Foto: Henk Thomas

fen is uit

eten

Eten voor het goede doel happietaria Amsterdam – keizersgracht 566 Op het moment dat we aan komen fietsen zet de serveerster net een bord buiten met de tekst ‘Kom eten voor het goede doel’. Happietaria is een tijdelijk restaurant dat sinds 19 maart in de Keizersgrachtkerk gevestigd is. Het personeel werkt er vrijwillig, de ingrediënten worden gesponsord door bedrijven en de opbrengst gaat naar goede doelen, lazen we van tevoren op internet. Beetje lullig om zoiets af te gaan zeiken in een recensie als het tegenvalt, is ook een van onze eerste gedachtes. Als we binnenkomen is het vrij leeg en zit er iemand veel te hard piano te spelen. Een lieve student brengt ons de kaart en schenkt een prima rood wijntje in (E 3,-). De kruidige Indiase currysoep die we allebei wel graag hadden gewild, is er vandaag niet. In plaats daarvan neemt Camille een courgettesoep en Kirsten beenham met ‘friszoete compote’ (voorgerecht E 5,50). Drie (!) minuten later staan de borden voor ons. De stevige courgettesoep blijkt verrassend smaakvol en ook nog vrij pittig. De beenham was niet helemaal wat Kirsten ervan had verwacht: 5 koude plakken op een wit kantinebordje. Nu we eens om ons heen kijken: eigenlijk heeft de hele ruimte wel iets weg van een kantine. Of een condoleanceruimte, maar dat komt misschien ook doordat we in een kerk zitten. Het duurt iets langer voordat we het hoofdgerecht (E 9,50) krijgen, gelukkig maar. De groentespiesjes van Camille vallen wat tegen, de aubergine is iets te rauw, maar het knoflook-peterseliesausje maakt veel goed. Kirstens lamsstoofpotje met couscous gaat er goed in: voedzaam en smakelijk. Camille is een beetje jaloers.

Terwijl we eten wordt het buiten donker, stroomt het vol met mensen en daarmee geroezemoes en lijkt de pianist zachter te spelen. Bij nader inzien heerst er best een intieme sfeer, een beetje zoals we ons herinneren van het kerstdiner op de basisschool. Bij de koffie smaakt de brownie van Gary’s goed, maar de cheesecake hebben we in betere varianten geproefd (nagerecht E4,50). De E51,- die we samen kwijt zijn wordt met 2,47 vermenigvuldigd door Icco & Wilde Ganzen. Dat bedrag gaat naar projecten in India en Pakistan. Tevreden fietsen we weer weg: hoeveel magen zouden we met dit avondje uit gevuld hebben? (Kirsten Dorrestijn en Camille Verhaak) Prijs: schappelijk, vooral omdat het naar het goede doel gaat Publiek: mensen met een goed hart Bediening: lieve (meisjes-)studenten Let op: Het restaurant is nog maar tot 17 april geopend, maar komt volgend jaar waarschijnlijk weer terug op een andere locatie.

OPROEP ben je (betaalbaar) uit eten geweest (maximaal €25,- per persoon)? Schrijf dan een recensie en stuur die op naar redactie@ folia.uva.nl. Als je recensie wordt geplaatst, krijg je de kosten van het etentje tot een bedrag van E50,- vergoed.

Folia 28 | 31


interview

Terug naar Gimmick! Door Jim Jansen

Twintig jaar geleden verscheen Gimmick!, de geruchtmakende grootstedelijke sleutelroman van voormalig UvAstudent Joost Zwagerman. Hoe staat de schrijver nu tegenover zijn bejubelde bestseller en de wilde jaren tachtig? beschouwd lastig met al die aandacht omgaan. Het was zo overweldigend. Directe consequentie was dat ik me niet meer in het openbaar in de horeca kon begeven zonder aangesproken te worden. Aan de andere kant zat ik in de kunstenaarsscene, waar ik ook een buitenbeentje was, omdat ik niet internationaal bezig was en amper drugs gebruikte.’ Mede door de rol van drugs was de stijl van Gimmick! – voor die tijd – snel, rauw en Amerikaans. Een bewuste keuze van Zwagerman. ‘Ik maakte mijn eerste reis door Amerika en las boeken als Less Than Zero van Brett Easton Ellis en Bright Lights, Big City van Jay McInerney. Ik werd gegrepen door de manier van schrijven en de thematiek. McInerney is de meester in humor en het beschrijven van het yuppieachtige leven in New York.

‘Je bent vijfentwintig, student aan de UvA en opeens heeft iedereen het over je boek’ boek al een hype. Niet eerder was er in de Nederlandse literatuur zo authentiek over muziek, drugs en seks geschreven. Ook niet eerder waagde een auteur het om zo veelvuldig uit videoclips, reclame en popmuziek te citeren. Zwagerman: ‘De hoofdfiguur was een jonge jongen die ontzettend nieuwsgierig was naar de stad. Maar in die stad is hij ook uiteindelijk ten ondergegaan. De gretigheid van Raam voel je in iedere zin; dat heb ik bewust gedaan, want zo was ik zelf ook toen ik in Amsterdam aankwam. Door het verloop van de tijd lees ik Gimmick! nu in een sfeer van ‘We Were Young and Innocent’, terwijl het bij verschijning juist als heftig en ontzettend grensverleggend werd beschouwd.’ Joost Zwagerman groeide op in Alkmaar als kind van twee onderwijzers en geheel in de familietraditie rondde hij met succes de plaatselijke pabo af. Al tijdens zijn studie aan de Pedagogische Academie schreef hij veel, en frequenteerde hij steeds vaker Amsterdam. In de hoofdstad zoals die in Gimmick! beschreven wordt, komt de housescene langzaam op en begeeft de hoofdrolspeler zich in befaamde uitgaansgelegenheden als de Gimmick! (geënt op de Roxy). ‘Ik was vijfentwintig, student aan de UvA en opeens heeft iedereen het over je boek,’ blikt de schrijver terug. ‘Ik was echt nog jong en ik kon achteraf

In Less Than Zero voeren de landerigheid en het nihilistische de boventoon. Gimmick! is een mix van deze factoren gecombineerd met een grappige en snelle stijl. Ik wilde het Nederlandse antwoord geven op deze Amerikaanse literatuur.’ Was dat de enige reden waarom je Gimmick! hebt geschreven? ‘Zeker niet. We zaten in de yuppentijd eind jaren tachtig en daar had nog niemand over geschreven. Ook was nog nooit eerder geschreven over de doomsfeer van begin jaren tachtig. Elk moment kon er een nucleaire oorlog uitbreken en de Mazzo werd bevolkt door in zwart geklede, boos kijkende mensen met lijntjes onder hun ogen. Ik wilde een roman schrijven die zich op dat grensvlak bevond en het moest tevens een boek zijn dat ik zelf graag op de middelbare school zou willen lezen.’ Twintig jaar later kan je stellen dat je idee briljant was. ‘Zo heb ik het nooit beschouwd en voor mij was het niet meer dan vanzelfsprekend. Ik was zelf jong en ik wilde zo graag iets lezen over mijn tijd en mijn leven hier. Dus besloot ik het zelf te doen.’ Klopt het verhaal dat je ’s avonds schreef terwijl je overdag hier op de UvA in de collegebanken zat? ‘Daar is niets aan gelogen. Ik studeerde Nederlands en zo ongeveer iedereen in mijn jaar zei dat hij schrijver

was. Het grappige is dat ik in 1986 daadwerkelijk mijn eerste roman De houdgreep publiceerde. Dat boek bleef onder mijn studiegenoten bijna onopgemerkt. Tijdens het schrijven van Gimmick! had ik een ijzeren discipline. Overdag volgde ik werkgroepen bij Frans de Rover of Anthony Mertens en ’s avonds zat ik aan mijn bureau in de Van Ostadestraat te schrijven.’ Met de hand? ‘Ik had toen nog geen pc, laat staan een laptop, en ik heb het grootste gedeelte van het boek geschreven op lichtgroene A4’tjes die ik van iemand had gekregen omdat ik geen geld had om fatsoenlijk papier te kopen. Ik heb die groene vellen later cadeau gedaan aan het letterkundig museum.’ Hoe kon je de sfeer van Gimmick! zo feilloos typeren als je zo veel tijd thuis en op de UvA doorbracht? ‘Ik hoefde niet dezelfde persoon te zijn als waar ik over schreef. Ik ging veel om met beeldend kunstenaars en artiesten en kwam natuurlijk in de kraakpanden aan de Nieuwzijds en in tenten als de Roxy, de Richter of Het Paleis. Daar keek ik om me heen en luisterde ik naar de gesprekken. Ik wilde de opgefokte machotaal van de jaren tachtig zien te grijpen.’ Hoe werd er in de scene tegen je aangekeken? ‘Ze vonden me een watje. Ik ging als eerste naar huis en deed nooit echt mee met de drugs. Soms een beetje, maar heel weinig. Ik werd in die tijd ‘een zestiende

Foto: Peter de Boer

Joost Zwagerman (1963) hoeft niet lang na te denken over de vraag in welke setting hij Gimmick! anno 2009 zou laten afspelen. ‘In de wereld van de financiele markten en de beleggers waar zelfoverschatting en patserigheid hoogtij vieren. Compleet met advocaten, makelaars en andere Zuidastypes.’ Een extreem contrast met de hoofdrolspelers van het echte Gimmick!, dat in 1989 het levenslicht zag en zorgde voor de definitieve doorbraak van Zwagerman. Daarin draait het om hoofdrolspeler Walter van Raamsdonk – in het boek steevast Raam genoemd – een niet bijster succesvolle schilder die liefdesverdriet heeft om zijn ex Sammie en intussen ziet dat zijn kunstenaarsvrienden Eckhardt en Groen wel succesvol zijn. Nog voor het daadwerkelijk verschijnen van Gimmick! was het

2009

32 | Folia 28


Foto: Gerrit Serné 1989

Zwagerman’ genoemd. Waar doorsnee gebruikers een lijntje nemen, had ik voldoende aan een zestiende lijntje. Daarnaast ben ik niet alcoholminded.’ In Gimmick! wordt veelvuldig geciteerd uit de toen moderne popmuziek. Dat lijkt me niet bepaald jouw smaak. ‘Gimmick! is wat dat aangaat een popboek en daarin past de muziek van Madonna, Prince, Michael Jackson. Qua muziek vond ik juist dat gedeelte van de jaren tachtig niet bijster interessant. Ik had meer met de groepen uit begin jaren tachtig als U2, The Sound, Comsat Angels en natuurlijk Echo and the Bunnyman. Op het feest in Paradiso komt onder anderen Moke spelen, de succesvolste band van nu, en gitarist Phil Tilly liet doorschemeren dat ze misschien iets van Echo and the Bunnyman gaan spelen. Zo wordt een bruggetje gemaakt tussen verleden en heden.’ Met Gimmick! werd het laatste grote creatieve tijdperk in Amsterdam afgesloten. ‘Amsterdam was het mekka voor bandjes en kunstenaars met een do-it-yourselfmentaliteit. Daarnaast waren de Roxy en andere clubs hot en kwam de house op. Er gebeurde heel veel. In de stad hing een sfeer van stellige, authentieke en autonome creativiteit. Mensen als Rob Scholte, Peter Klashorst en Peter Giele waren

natuurlijk fenomenen. Giele zorgde ervoor dat de Roxy veel meer was dan een gewone nachtclub. Hij zorgde voor happenings, performance, bizarre aankleding en de flyers die onder zijn leiding zijn gemaakt, zijn gewoon kunst.’ Maar aan alles komt een eind. ‘Natuurlijk. En om het met zware symboliek te zeggen: toen de Roxy afbrandde was het tijdperk al een tijdje voorbij. Maar die tijd was al voorbij in het jaar dat de granaat onder de auto van Rob Scholte ontplofte. Wat is het grootste verschil tussen 2009 en 1989? ‘Amsterdam is niet meer die broedplaats die het toen wel was en in 1989 dachten we dat de geldgerichtheid van de yuppen maximaal was. Het is echter allemaal veel erger, harder en schaamtelozer geworden dan we ooit hebben kunnen bedenken. De patserbakken in de PC Hooftstraat; de wansmaak die wordt gedicteerd door de Quote 500-types en het ergste is: het wordt ook nog interessant gevonden. Dat hebben we toen nooit kunnen voorzien. De knipoog is verdwenen.’ Gimmick! heeft een open einde. Hoe groot is de verleiding om twintig jaar na dato een vervolg op het boek te schrijven? ‘Die is heel lang heel groot geweest. En nog steeds denk ik er vaak over. Maar er is in de tussentijd wel

heel veel gebeurd. De mensen zijn ouder geworden, hebben kinderen gekregen en eigenlijk moet je niet aan iets komen wat heel goed was. Het blijft tot op heden bij mijmeringen en opschrijfsels.’ En een verfilming? ‘Wijlen Theo van Gogh en ik zijn daar heel lang mee bezig geweest en er lag uiteindelijk ook een script, waar we niet helemaal tevreden over waren. Daarna kreeg Theo ruzie met de uitvoerend producent, waardoor het op de lange baan werd geschoven. Momenteel is Katja Schuurman bezig om te kijken of het boek toch verfilmd kan worden.’ Met haarzelf als Sammie? ‘Misschien, maar Katja is inmiddels ook dertig. Op de avond in Paradiso is ze er wel en Katja gaat ook een fragment over het supermeisje Sammie voorlezen. Hadewych Minis en Sophie Hilbrand doen dat ook en ik vind het geweldig dat zij erbij zijn. Net zoals Matthijs van Nieuwkerk die meteen na De Wereld Draait Door als een gek naar Paradiso moet, omdat hij de avond presenteert. En het mooie is: bijna iedereen doet het voor niets of voor een symbolisch bedrag. Ook voor Katja en Matthijs is het honorarium: lekker feesten en twintig consumptiebonnen.’ l

Folia 28 | 33


tentoonstelling

Jan Six, vader van de Amsterdamse archeologen Door Nadine Böke

Vanaf 8 april is bij Bijzondere Collecties een tentoonstelling te zien over de man die archeologie groot heeft gemaakt aan de UvA. De collectie-Jan Six laat zien hoe archeologie zich ontwikkelde van schatroverij naar wetenschap.

Jan Six was de pupil en opvolger van Allard Pierson, de bekendste en eerste hoogleraar archeologie aan de UvA. Six was nauw betrokken bij de universiteit: behalve dat hij hier lang als docent en hoogleraar werkte, werd hij in 1919 rector magnificus. Het

instituut dat de voorloper vormde van het huidige Amsterdams Archeologisch Centrum was vernoemd naar Six. En het was de collectie vazen die Six schonk, samen met zijn collectie archeologieboeken die de universiteit aankocht, die een eerste aanzet gaf tot de prachtige archeologische collecties. Beide collecties waren bedoeld als studiemateriaal en bleken onmisbaar voor de universiteit. Dijstelberge: ‘Studenten konden in Six’ tijd niet zomaar een halfjaar naar Zuid-Italië om ter plekke opgravingen bij te wonen. Dus gebeurde het onderwijs aan de hand van voorwerpen en prenten. De boekencollectie van Six vormt de hoofdmoot van de tentoonstelling in de Bijzondere Collecties. Zij geven een beeld van hoe het onderwijs destijds plaatsvond. Maar ze laten ook zien hoe de archeologie zich als wetenschappelijke discipline ontwikkelde. Dijstelberge: In de begintijd kwam archeologie feitelijk neer op schatgraven en grafroven. De opgegraven voorwerpen uit de klassieke oudheid werden verkocht aan de paus of meegenomen naar het thuisland. Op onze tentoonstellingposter is bijvoorbeeld te zien hoe Lady Hamilton – nu nog vooral bekend als de minnares van Admiraal Nelson – toekijkt op het leeghalen van een archeologische vindplaats. Die stukken bevinden zich nu in het British Museum. Pas in de loop van de 18e eeuw werd er op een meer weten-

Portret van jhr. Jan Six uit 1921, door Georg Rueter (Collectie UvA)

Lady Hamilton aanschouwt het leeghalen van een archeologische vindplaats (Collectie UvA)

Jan Six, wie kent hem niet? Nee, niet de bekende Amsterdamse burgemeester Jan Six die bevriend was met Rembrandt. En ook niet zijn hedendaagse nazaat, kunstkenner Jan Six, die werkzaam is bij Sotheby’s en in 2007 een onbekend portret van Rembrandt ontdekte. Het gaat hier om een andere telg uit het beroemde geslacht, namelijk de Jan Six (1857-1926) die heeft geholpen archeologie tot een volwaardige discipline te maken aan de UvA. Bij Bijzondere Collecties opent op 7 april een tentoonstelling over deze Six en zijn werk. Paul Dijstelberge is adjunct-conservator bij Bijzondere Collecties en heeft de tentoonstelling mede samengesteld. Hij licht toe: ‘Het Allard Pierson Museum bestaat 75 jaar en viert dat met een tentoonstelling over topstukken uit de collectie. Het leek ons leuk om vanuit onze boekencollectie ook een tentoonstelling over archeologie te maken. Bovendien zijn alle museale collecties van de UvA tegenwoordig samengevoegd. Met deze tentoonstelling willen we dit verband benadrukken.’

34 | Folia 28

schappelijke manier met archeologische vondsten omgegaan. Rond 1900 was archeologie echt een wetenschap. Hoewel het toen ook nog een hoog Indiana Jonesgehalte had.’ Een deel van de tentoonstelling bestaat uit negentiendeeeuwse foto’s van monumenten en opgravingen. Ook deze foto’s schafte Six aan als materiaal voor zijn studenten. Goedkoop was dat zeker niet: op een bonnetje is te zien dat Six ruim 130 gulden betaalde voor een mapje foto’s. Dat was evenveel als het jaarsalaris van een dienstmeid. Ook te zien is een schattig boekje met kleine bloemetjes op de kaft, waarin Six liefdesgedichten voor zijn vrouw schreef. Er zijn foto’s waarop een jonge Six te zien is met dispuutgenoten van het corps. De voorwerpen en beelden scheppen een beeld van Six als een vriendelijke en gevoelige man. Ook het proefschrift en de bul van Six zijn aanwezig – met uiteraard de handtekening van Allard Pierson. l de tentoonstelling Jan Six de archeoloog. Een bijzondere Amsterdammer is tot en met 14 juni te zien op werkdagen tussen 10.00 en 17.00 en in weekenden en op feestdagen van 12.00 tot 17.00 uur. Voor studenten, UvA-medewerkers en alumni is de toegang gratis, anderen betalen € 6,50. bijzondere Collecties, Oude turfmarkt 129

Professor Six in zomerse dracht op weg naar zijn college in de Oudemanhuispoort (Collectie familie Six)


14

Foto’s: Bram Belloni

weekgast

Clara Mulder is hoogleraar demografie en ruimte, verbonden aan het Amsterdam institute for Metropolitan and International Development Studies (AMIDSt). Maandag 30 maart Het wordt een bijzondere week. Donderdag en vrijdag is hier in Amsterdam het kleine congres Family, Migration and Housing, dat door mijn onderzoeksgroep wordt georganiseerd. Er zijn een stuk of veertig onderzoekspresentaties gepland, voor een deel met de hele groep, voor een deel in twee parallelsessies. Ik zie er erg naar uit. Ik verkeer in de luxepositie dat ik het organisatiewerk aan jongere collega’s heb kunnen overlaten en zelf alleen de openings- en slotsessie verzorg, een sessie voorzit en in een sessie discussant ben, wat wil zeggen dat ik de discussie over de presentaties open. Internationale congressen zijn de krenten uit de pap van het werk van een wetenschapper (die pap zelf smaakt ook prima trouwens). Voorafgaand aan het congres komen vandaag al twee collega’s, Paul Boyle en Tom Cooke, een Brit en een Amerikaan. Ik heb al eerder met ze samengewerkt, en daar zijn verschillende publicaties uit voortgekomen. We gaan deze drie dagen gebruiken om te brainstormen over mogelijk nieuw gezamenlijk werk. Ik heb al wel een paar ideeën, maar stap er verder tamelijk blanco in. Ik ben reuze benieuwd.

Dinsdag 31 maart Tom en Paul zijn gearriveerd gisteren. We hebben twee praatsessies gehouden om ideeën te ontwikkelen voor een artikel. Het zal iets met verhuizen of binnenlandse migratie te maken hebben en/of de gevolgen daarvan, een specialiteit van ieder van ons. Vier ideeën zijn de revue gepasseerd. We zouden iets kunnen doen met de stevige daling van de verhuisgeneigdheid in de VS de laatste tien jaar, mogelijk in vergelijking met andere landen; iets met wie bij wie intrekt bij paarvorming, vooral als dat gebeurt door middel van een verhuizing op lange afstand, en wat de gevolgen zijn voor de beide partners voor hun beroepscarrière op de korte en langere termijn;

iets met verhuizen na echtscheiding; iets met lifetime immobility (levenslang blijven wonen op één plek). De eerste twee ideeën lijken voorlopig het meest kansrijk. Tussendoor is Tom bezig geweest met het downloaden van gegevens, om te proberen een snel beeld te krijgen van wat er mogelijk is te realiseren van onze ideeën. Vanmorgen weer verder gepraat. Tom en Paul hebben beiden de (voor mij) ideale mix van theoretische scherpte, gevoel voor relevantie van onderzoeksvragen, kennis van eerder onderzoek en data en methoden, cut-the-crapdirectheid, efficiëntie en kritische houding. Ronduit heerlijk om op deze manier te werken.

Woensdag 1 april Vandaag verder gewerkt aan het idee iets te doen met wie bij wie intrekt. Je zou denken dat hier gegevens over moeten bestaan, maar het blijkt niet eenvoudig gegevens te vinden waar we mee kunnen wat we zouden willen. Zo gaat dat vaak. Toch hebben we nu een gegevensbestand gevonden waar we een eind mee moeten kunnen komen. Als gastvrouw van buitenlandse collega’s voel ik me ook enigszins verantwoordelijk voor het sociale gebeuren rondom werk en congres en zelfs een beetje voor het weer. Dat laatste gaat goed. De Amsterdamse lente is gisteren losgebarsten en voor morgen en overmorgen wordt nog beter weer verwacht. Gisteren prima gegeten met Tom en Paul. Plancius serveerde lamshaas met een stamppotje van raapstelen. Lente-achtiger en Hollandser kan het nauwelijks, en het viel goed in de smaak. Daarna met Paul nog een biertje gedronken bij Eik en Linde, een vermaarde Amsterdamse kroeg waar het sinds het rookverbod prima toeven is. We raakten ogenblikkelijk in gesprek met een biljarter die een tijd in Engeland had gewoond en maar al te graag aan Paul, zelf ooit fervent poolbiljarter, de regels van ‘onze’ biljartvarianten uitlegde. Vanavond eten we met een deel van de congresgangers bij Pasta e Basta.

Donderdag 2 april Even thuis tussen de laatste presentatiesessie van vandaag en het congresdiner door. Wat een prachtige dag vandaag, in vele opzichten. De organisatie van het congres verliep vlekkeloos. Erg fijn dat ik dit helemaal uit handen kon geven. Daardoor kon ik mij vrijwel geheel

met de inhoud bezighouden. Interessante presentaties gehoord en discussies meegemaakt. En de congresgangers genoten in de pauzes van het mooie weer en de omgeving rondom de Rode Hoed. De presentatie die het meest tot nadenken zette was die van Bill (William A.V.) Clark. We hadden hem gevraagd het hele gezelschap toe te spreken voordat we uiteengingen in twee parallelgroepen. Een goede keus. Bill is een begaafd spreker, hij heeft enorme kennis van de woningmarkt (een van de onderwerpen van het congres) en hij weet altijd iets nieuws te vertellen, of een nieuwe draai te geven aan bestaande kennis. Zijn boodschap van vandaag was, kort samengevat, dat de kredietcrisis ons leert dat we eigenwoningbezit vooral niet moeten zien als een investering. Dat kan op de lange termijn niet goed gaan. In de Verenigde Staten is de huizenprijszeepbel nu uiteengespat. Het wachten is nu op wat er in Nederland gaat gebeuren: een zachte landing van de prijzen of een instorting. Dat wordt spannend.

Vrijdag 3 april Ik verkeer nog helemaal in congressfeer en misschien denk ik er maandag anders over, maar op dit moment durf ik te beweren dat dit het is waar ik het allemaal voor doe, het werken aan een universiteit: het af en toe mogen ervaren van zo’n inspiratieboost, zo’n gevoel van verbondenheid met een community van wetenschappers, zo’n combinatie van intellectuele uitdaging en pure gezelligheid en vriendschap, als op dit congres. En nog mooier: mijn indruk is dat ook de andere deelnemers er erg van hebben genoten. Marjolein en Annika, de promovendi die de organisatie op zich hebben genomen, zijn overladen met complimenten en ook ik kreeg niets anders dan enthousiaste reacties. Net als gisteren is vandaag alles vlekkeloos verlopen. Weekend nu, tijd voor andere dingen. Morgen de hele dag muziek maken, zondag een beetje klussen bij een vriendin die aan het verhuizen is, en maandag begint het gewone leven weer. Maar vanavond mag ik nog nagenieten van deze bijzondere week. l de volgende weekgast, in Folia 29 (verschijnt 22 april), is Claes de Vreese, directeur van het op 20 april te openen Centre for Politics and Communication

Folia 28 | 35


poëzie

Van moordenaars en nachtegalen Door Anne Koeleman en Harmen van der Meulen

In de week van de poëzie lichten UvA’ers hun favoriete dichtregels toe.

Kirsten Dorrestijn (1984), hoofdredacteur Asva, masterstudent Nederlandse taal en cultuur heel in de verte hoor ik het toeteren van auto’s en ik denk aan jou tussen de huizen en pratend of langs de mensen heenlopend. Hans Lodeizen, fragment titelloos gedicht, Het innerlijk behang, (Van Oorschot 1949)

Foto’s: Tjebbe Venema

‘Toen ik op de middelbare school een werkstuk over poëzie moest maken raadde mijn vader Hans Lodeizen aan. Ik vond poëzie eerst een beetje eng, maar dit was poëzie die ik begreep. Het is heel toegankelijk, je hoeft niet veel van poëzie te weten om dit te kunnen begrijpen. Mijn broer Jesse heeft trouwens gedichten van Lodeizen op muziek gezet en toert daarmee door het land. Kijk op www.myspace.com/jessezingthanslodeizen.’

Gaston Franssen (1977), universitair docent moderne Nederlandse literatuur tzu tzu tzu tzu tzu tzu tzu tzu tzu tzi quorror tioe squa pipiquisi zozozozozozozozozozozozo zirhading! H.H. ter Balkt, ‘Het lied van de nachtegaal tegen de nacht’, Anti-canto’s en De Astatica (De Bezige Bij 2004) ‘Mijn favoriete dichtregels veranderen zo ongeveer met de week – a professional hazard, maar deze regels hebben me de laatste tijd beziggehouden. De titel van dit gedicht wijst erop dat het moet gaan om de weergave-in-woorden van de zang van een nachtegaal. Maar het is geen sentimentele natuurlyriek. Ter Balkt is een geëngageerde dichter, die opkomt voor alles wat geminacht, vergeten of verwaarloosd wordt – of dat nu de natuur is, zoals in dit geval, de cultuur, of het individu. Daarom schrijft Ter Balkt gedichten: teksten die ontsnappen aan de tirannie van het nut, de transparantie en de winstmaximalisatie, en waarin ogenschijnlijk betekenisloze klanken als deze een onderkomen kunnen vinden. Gelukkig maar, want wie zou niet zo willen zingen?’

36 | Folia 28

Maarten Doorman (1957), dichter en bijzonder hoogleraar journalistieke kritiek van kunst en cultuur O, roept de zee in de kwal. De zee in de kwal roept o o o Tonnus Oosterhoff , ‘In de kwal roept de zee’, (Robuuste tongwerken,) een stralend plenum (De Bezige Bij 1997) ‘Dit is echt een enorm grappige regel! Ik zie door die o’s meteen de kwal voor me, met van die ringetjes erin. De kwal “roepdrinkt” zijn “o” twee zinnen later, in die rare kwallenzwembeweging. Dat maakt het o-zeggen van de “zwevende mond” tegelijk het spreken van de dichter. Al zwemmend roept de kwal zijn gedicht. Mooi is ook dat je die o’s ook kan zien als die van de naam Oosterhoff. Zo gebeurt er heel veel tegelijk in dit gedicht, dat zo mooi begint.’


Daan Doesborgh (1989), stadsdichter van Venlo en student Nederlandse taal en cultuur

Matthijs Engelberts (1958), universitair docent Franse letterkunde Tu compterais dans tes lits Plus de baisers que de lis Et rangerais sous tes lois Plus d’un Valois! Kussen tellen zou je mond meer dan leliën je spond meer dan één Valois had voor jouw wet gehoor! Charles Baudelaire, ‘A une mendiante rousse’, Les Fleurs du mal, 1857, (vertaling Petrus Hoosemans, Historische uitgeverij, 1995):

Paul van Ostaijen, ‘Moordenaars’, De feesten van angst en pijn, facsimile-uitgave van het handschrift ontstaan in 1918-1921 (Vantilt 2006) ‘Het gedicht doet mij denken aan de openingsscène van Once Upon a Time in the West, waar vier boeven iemand opwachten. Dezelfde sfeer van wachten om toe te kunnen slaan hangt in het gedicht, er zit zo veel suspense in. Ik houd van brute poëzie, en dit gedicht heeft een body count van vier, dat is best veel voor poëzie. Stille scènes worden afgewisseld met scènes waarin iemand vermoord wordt, dat is heel goed gedaan.’

‘Wat me vooral opvalt aan deze zin is dat wat er instaat níet waar is. Het meisje met het rode haar dat Baudelaire beschrijft bedelt, draagt versleten kleren en vindt zeker géén lelies in bed, of koningen uit het huis van de Valois. Maar Baudelaire kijkt naar haar, de jonge bedelares, en ziet de jonge vrouw die aan het hof de rol van begeerde adellijke prooi met glans zou kunnen vervullen. Baudelaire spuwt hier zijn gal over wat hem afstoot in het Parijs van het midden van de negentiende eeuw. Die wereld is niet de onze, maar zijn verontwaardiging kan ook in deze tijd nog vaak van pas komen. Wij zouden alleen niet meer zo snel zijn vormvaste rijmschema’s en metriek gebruiken. Maar die hadden ook bij hem al een ironische bijklank.’

Nadine Verhoeven (1988), redacteur Expreszo en bachelorstudent literatuurwetenschappen De zon praat elke dag met waslijnen. “Jonge touwen, reis niet naar nekken. Blijf hier hangen.” Al Galidi, ‘De zon’, De herfst van Zorro, (Meulenhoff | Manteau 2006) ‘De hele dichtbundel van Al Galidi is mooi, maar deze zin springt eruit. Niet alleen om de korte en bondige stijl die hij graag gebruikt, maar dit keer echt om de inhoud. In de hele bundel vertelt Zorro van alles, zonder schaamte, over verdriet en verbittering en twijfel, maar hij praat niet over de zon. Daarover zegt hij in zijn gedichten dat het een ander, groter gedicht moet zijn. In de proloog geeft hij al aan: “-in een ander gedicht / zal ik zeker over de zon vertellen.” Dat komt in de bundel herhaaldelijk terug. En in het slotgedicht doet hij het dan eindelijk, geeft hij zijn verhaal van de zon.’

Folia 28 | 37


Annonces zijn advertenties zonder winstoogmerk, bestemd voor de particuliere aanbieder. Annonces kunnen worden geplaatst in Folia én op de website www.folia.nl. Aanbieden van annonces kan op www.folia.nl via Folia Weekblad. daar vindt u ook alle informatie over de tarieven e.d.

annonces ATTENTIE Folia verschijnt niet in de week na Pasen (woensdag 15 april) en in de eerste week van mei (woensdag 6 mei).

CULTUUR Studentenkamerfestival (Stukafest) zoekt bestuurders! Wil jij het leukste culturele festival van Nederland organiseren? Stuur voor 14 april je sollicitatie naar amsterdam@stukafest.nl. Check www. stukafest.nl voor meer info. Geïnteresseerd in Amsterdams nieuws? Altijd al radioprogramma’s willen maken over politiek, muziek, cultuur of sport? Wordt dan vrijwilliger bij Amsterdam FM. Kijk voor meer informatie op www.amsterdamfm.nl Zondag naar de kerk? www.studentenekklesia.nl 11.00 uur - De Rode Hoed Keizersgracht 102 - A’dam

STUDENTENPASTORAAT vE90 Op 16 april om 20.00 uur open podium waar amateurs en (semi) profs musiceren. Opgave bij A. Fox, 020 673 1335, of andre@ve90.nl. Luisteraars ook welkom! Zie: www.ve90.nl

SPORT Intensiefcursus karate voor beginners. 6 weken 2 x per week voor E 30 (niet-studenten E 40). Gra-

tis proeflessen op ma. 20 en wo. 22 april 18.30-20.00 uur. Shotokan Karate Centrum Amsterdam, Palmstraat 13 (Jordaan), info@skca.org, www.skca.org Donderdag 9 april gaat om 17.30 uur De Roetersrun van start! Inschrijven kan nu via www.inschrijven.nl Het veldseizoen is weer begonnen! Kun jij het nog? Kom meetrainen op woensdagavond 20.30 uur bij Studenten Korfbal Vereniging Amsterdam. Info: www.skvamsterdam.nl of 06 1470 7856.

STUDENTEN SPORT CENTRUM USC Sportduiken Start 14 april. In deze cursus leer je de beginselen van het duiken. Hiervoor werkt het USC samen met Duikvereniging Expres, die voor instructie en materiaal zorgt. Studentenprijs E35. Introductie vechtsporten Start 15 april. In 10 lessen maak je kennis met alle facetten van de door het USC aangeboden vechtsporten: judo, jiu jitsu, aikido, karate, boksen, kickboksen, taekwondo, wushu, capoeira en krav maga. Studentenprijs E21. Omgaan met agressie Start 15 april. In deze uitgebreide cursus van 10 lessen word je getraind in technieken uit di-

Alphonse Muambi ons in zijn nieuwe boek mee op zijn reis door Congo, waar hij in 2006 de verkiezingen waarnam. Hij beschrijft niet alleen de politieke verhoudingen, maar vertelt meeslepend over het alledaagse leven van de gewone Congolees. Uit het leesrapport van het Fonds voor de Letteren: ‘Het is een boeiend, waardevol reisverhaal over een cruciale episode uit de Congolese geschiedenis.’ ‘Zijn persoon is uitdrukkelijk aanwezig in de tekst, maar dat leidt nooit tot ijdelheid.’ ‘Dat de auteur verslag doet van die stembusgang vanuit het standpunt van een tot Nederlander genaturaliseerde Congolees maakt het alleen maar boeiender: hij heeft daarmee het zeldzame voorrecht van een insider/outsider-positie.’ Lezing 16 april in het Amsterdams Vredescafé, MFC De Coenen-Lydia, Roelof Hartplein 2, A’dam. Aanvang 20.00 uur, toegang gratis. Info: www.alphonsemuambi.nl; www.vredescafe.nl

verse vechtsporten en wordt gewerkt aan de juiste uitstraling en het vergroten van het zelfvertrouwen. Studentenprijs E 26. Check voor deze cursussen www.usc.uva.nl

VERDIENEN Gezocht: buddy/oppas. Looking for a sitter for a young man (19) with Down syndrome. Tweetalig Ned./Eng. Tijdens zomervakantie 2 hele dagen per week en vrijdagavond van 6 tot 9 uur. Af en toe een hele avond. I’m looking for someone long-term, flexible and loving. Wit, en goed betaald (PGB). Interested? Call Robin, 06 2848 9440, tussen 7 en 8 ’s avonds.

VRIJWILLIGERSWERK, STAGES, e.d. Aandacht over? Word buddy voor daklozen of verslaafden bij De Regenboog Groep! Zie www.aandachtover.nl of bel 020 531 7600.

Paul Scheffer, bijzonder hoogleraar op de Wibautstoel. Dinsdag 21 april in de Aula (Singel 411), aanvang 20.00 uur. Gratis, reserveren: www.uva.nl/ adamreeks of 020 525 4791.

STUDENTENZAKEN Op www.uva.nl/studentenzaken staat alle informatie over de af-

“Tijdens mijn Leidse master ontwikkelde ik een brede kijk op IT”

De Spermabank van het AMC is op zoek naar spermadonoren. Onkosten worden vergoed. Nadere informatie tel. 020-566 3090, spermabank@amc.uva. nl of www.spermadonoren.nl

WONEN Iets te verhuizen? Ik kom met een grote bus voorrijden. Studentenverhuizingen binnen A’dam. Van stoep tot stoep: E35. Ook met verhuismannen en touw en blok. Ook buiten A’dam mogelijk. Bel Taco: 06 4486 4390; www.vrachttaxi.nl

Jorge Osorio, IT management trainee bij KLM, deed zijn master in Leiden.

OMBUDSMAN AMSTERDAMLEZING Lodewijk Asscher – De ontsluierde stad. Derde Amsterdamlezing in reeks met als thema ‘400 jaar Amsterdam - New York’. Gastheer is

DIVERSEN Democratie kun je niet eten In Democratie kun je niet eten neemt

delingen van Studentenzaken – Studentendecanen, Bureau Studentenpsychologen, Loopbaan Advies Centrum, Bureau Internationale Studentenzaken, Trainingscentrum en het Service & Informatiecentrum. Studentenzaken is ook bereikbaar via tel. 020 525 8080.

ICT in Bussiness of Computer Science in Leiden? Kom naar de voorlichtingsdag op 16 april en 28 mei. Kijk voor het programma op www.mastersinleiden.nl Universiteit Leiden. Universiteit om te ontdekken.

Heb je dyslexie en belemmert dit je bij het studeren?

CREA is de culturele organisatie van de UvA en HvA. Turfdraagsterpad 17, 1012 XT Amsterdam, 020 5251400.

do 9 april 20.30

Theater:

CREA Open Podium

Met optredens van: Margot Stam/ Singer Songwriter; Farid Rislani/ Singer Songwriter; Vincent Geers/ Cabaretier; Juliette Berkhout/ Singer Songwriter; Raymon Rodenburg/ Cabaretier; Gregory Limon/ Nederlandstalige rap; Victor Sam/ Singer Songwriter. Plaats: CREA Muziekzaal. Toegang gratis. Reserveren niet mogelijk.

vr 10, za 11 april 20.30

Theater:

Goedkoop Cabaret

Voor € 6,50 zie je drie beginnende professionals die een half uur van hun programma try-outen. Elk tweede weekend van de maand in het CREA Theater in Amsterdam. Met op vrijdag Jochen Otten, Bas Maree en Johan Hoogeboom, Roemer van der Steegh en op zaterdag Carolien Borgers, Daniel van Veen, Kees van Amstel en Rob Urgert. Plaats: CREA Theater. Toegang: € 6,50. Reserveren: 525 1400.

di 14 april 20.00

i.s.m. SIB - Conflictgebieden (1)

De toekomst van de Noordpool

Spreker: Louwrens Hacquebord (hoogleraar Arctische en Antarctische studien, Rijksuniversiteit Groningen). Nu de Noordpool sneller smelt dan voorspeld, geniet zij de warme belangstelling van vele partijen: Canada,

Volg dan de gratis training Studeren met dyslexie. In 4 bijeenkomsten leer je meer over voorzieningen, (ICT)hulpmiddelen, je sterke en zwakke kanten en lees- leer- en schrijfstrategieën. Meer informatie en je aanmelden? Ga naar je studentendecaan of studieadviseur of kijk op: www.studerenmeteenfunctiebeperking.nl

Rusland, Denemarken, Noorwegen en de Verenigde Staten. Wat zijn de (toekomstige) geopolitieke implicaties van de bewezen en onbewezen olievoorraden die er worden gevonden? Plaats: CREA Theater. Toegang: gratis voor studenten en medewerkers UvA/€ 5,- alle anderen. Inlichtingen: 525 1420.

wo 15 april 19.00

IFMSA:

Masterclass Millennium Development Goals

IFMSA, een vereniging van Medische Studenten, organiseert in samenwerking met Move Your World acht masterclasses over de millennium doelen. De masterclasses bestaan uit lezingen, workshops, debatten en documentaires. Kijk voor meer informatie op www.ifmsa.nl of www.moveyourworld.nl Plaats: CREA Theater. Toegang gratis. Reserveren niet mogelijk.

w w w. c r e a . u v a . n l 38 | Folia 28


roem

Gotspe Door Dirk Wolthekker

Politieagenten opgepast! Mocht u Ronny Naftaniel op de bon slingeren, wees dan zeker van uw zaak en zorg dat de bekeuring terecht is en op de juiste manier is opgesteld, want Naftaniel heeft er naar eigen zeggen ‘aardigheid in’ om te kijken of de bekeuring wel klopt. ‘En als ik denk dat dit niet zo is laat ik de zaak rustig voorkomen. Ik heb altijd een zwak gehad voor het recht en voor het maatschappelijk kader waarbinnen dat recht opereert. Dat heeft niets te maken met mijn joodse achtergrond of met de Holocaust, maar ik ben soms gewoon een beetje dwars, ik wil vragen stellen die anderen niet stellen.’ Voor de goede orde: we hebben hier niet te maken met een jurist, maar met een econoom. ‘Maar wel een met juridische belangstelling.’ Ronny Naftaniel (1948) is directeur van het Centrum informatie en documentatie Israël (Cidi). Hij is het gezicht van het Cidi, waar hij sinds 1976 werkt en sinds 1980 directeur is. Voorafgaand aan zijn baan bij het Cidi werkte hij aan een sociale academie, waar hij als werkstudent zijn studie deels moest verdienen. ‘Ik was docent statistiek, niet echt een populair vak op die school. Het waren de jaren waarin het marxisme hoogtij vierde in het onderwijs, en een marxist ben ik niet. Toen men er ook nog de Internationale ging zingen, had ik er genoeg van.’ Twee jaar later studeerde hij cum laude af in de bedrijfseconomie. ‘Ambitie was het niet, als ik ambitie had gehad was ik waarschijnlijk binnen vijf jaar afgestudeerd, maar ik heb er acht jaar over gedaan. Het is denk ik toeval dat ik cum laude ben afgestudeerd, al heb ik dat toeval wel een handje geholpen. Voor het mondeling tentamen belastingrecht bij Van der Zijpp haalde ik een zeven, waarna ik tegen hem zei dat ik door die ene zeven niet cum laude kon afstuderen. “Goed, dan zal ik je nog wat extra vragen stellen,” zei hij. Toen haalde ik wel een acht en was ik cum laude geslaagd. Dat ik economie ging studeren had te maken met mijn leraar economie op het Amsterdamsch Lyceum, Victor Halberstadt, die later hoogleraar werd in Leiden. Hij maakte mij nieuwsgierig naar hoe de economie in elkaar zit door veel aandacht te schenken aan de poli-

Foto: Bob Bronshoff

Hij studeerde economie en werd pleitbezorger van Israël: Ronny Naftaniel.

Ronny Naftaniel

tieke kant van de economie en de rol van de overheid in de economie. Omdat ik toen al politieke belangstelling had, sprak die invalshoek mij erg aan. Over de VU werd gezegd dat het er allemaal nogal stijfjes aan toe ging, dus koos ik voor de UvA, waar ook veel vriendjes naar toe gingen, maar waar het achteraf wel behoorlijk chaotisch was. Veel contacten heb ik niet aan mijn studentenleven overgehouden. Dat kwam deels omdat ik uit Amsterdam kwam en al veel mensen kende, maar ook omdat ik misschien wel de verkeerde keus had gemaakt door lid te worden van studentensociëteit Olofspoort. Die sociëteit werd namelijk al na anderhalf jaar opgeheven en omdat ik in steeds meer joodse organisaties verzeild raakte, kwam het er ook niet van om van een andere vereniging lid te worden. Ik werkte in die tijd in het joodse café Gotspe op de Zeedijk. Er werd vooral gegeten en weinig gedronken. En aangezien een kroeg het vooral van de drankomzet moet hebben, ging Gotspe al snel failliet.

Van de hoogleraren herinner ik mij Henri van der Schroeff het best. Dat was echt een grootheid. Hij gaf fascinerende colleges en was een echte didacticus. De boeken hoefde je niet te lezen, je had voldoende aan zijn colleges. In de latere fase van mijn studie heb ik goed les gehad van professor Boukema, die recht gaf. Mijn scriptie heb ik ook over een juridisch onderwerp geschreven. Het was de tijd van de boycot van het blanke minderheidsregime in het toenmalige Rhodesië. Dat inspireerde mij tot het schrijven van een scriptie over de handelsboycot. Dat onderwerp is na mijn afstuderen door blijven rollen toen ik het boek De Arabische boykot en Nederland schreef, een zwartboek over Nederlandse bedrijven die dociel de Arabische eisen volgden om geen handel met Israël te drijven. Arabische staten verlangden van Nederlandse bedrijven een verklaring dat hun personeel niet-joods was. Ik heb toen een verandering van de wetgeving weten af te dwingen in de Tweede Kamer.’ l

Folia 28 | 39


Foto’s: Henk Thomas

dijkgraaf & fresco Paaspuzzel

Studentenkamerplanten Over het genot van huisdieren hadden we het al een vorige keer. Maar nu de lente eindelijk schoorvoetend Nederland betreedt, en de iepen aan de grachten – of wat daarvan over is – beginnen uit te lopen, kunnen we die andere, stille huisgenoten niet over het hoofd zien. Geen studentenkamer of er staat wel een plant. Een met treurige bladloze Ficus benjamini (of F. benjamina – ja, lieve redactie, dit moet met een hoofdletter gevolgd door een kleine letter en altijd cursief ), een vergeelde geranium die de winter op het aanrecht heeft overleefd, een papyrus drijvend in een emmer bruin drab, een verkreukelde varen op de rand van het bad. En dan heb ik het niet over die keurige, niet van namaak te onderscheiden en maandenlang bloeiende roze orchideeën. Kamerplanten zijn er meestal om niet gezien te worden, of doordat ze zo groot worden als een meubelstuk, model kamerlinde, of doordat ze wegkwijnen bovenop de boekenkast. Eens in de zoveel tijd komt er wel een nieuwe huisgenoot met groene vingers, of een biologiestudent die geen weerstand kan bieden aan het experiment en zijn planten ziet als voedingsbodem voor schimmels, in plaats van als doel op zichzelf. Het lot van de kamerplant is hard, maar de studentenkamerplant is gehard. Laten we eerlijk zijn, het uitgangsmateriaal (lees: de vaderlandse kweektechniek) is uitstekend. De gemiddelde plant kan dus een stootje hebben en je moet als student wel erg veel gekkigheid uithalen om je planten dood te krijgen, zeker nu de mogelijkheid van nicotinevergiftiging steeds meer not done is. Totale droogte of volledige overstroming helpt, maar bieden geen garantie, omdat er altijd wel weer een teerhartige bezoekster is (plantenredders zijn altijd vrouwen) die zich moet manifesteren door de plant eens lekker een badje te geven of te verpotten. Weg experiment. Blijft over de enige, definitieve manier om van planten af te komen: ze op te eten. Dat laatste biedt in het licht van de crisis een heel nieuw perspectief. Waarom zouden we het telen van groenten en fruit in potten niet meer aanmoedigen? Worteltjes van eigen aanrecht, klaar om te worden geoogst, aardbeitjes uit de zonovergoten dakgoot, aubergines in plaats van bruidssluier bij de voordeur? Het kan allemaal. Theoretisch. Er zijn wel wat beren op de weg, in de vorm van slakken en ander ongedierte, en huisdieren. Zaaizaad voor studenten als onderdeel van de basisbeurs in het crisisplan! louise O. Fresco is universiteitshoogleraar duurzame ontwikkeling.

Van links naar rechts: 1 gekleurd en gekookt vogelproduct - 5 gestold vleesnat - 6 takje - 8 tegenover - 9 plaats in Noord-Holland - 12 getijde - 14 verenigingsgebouw - 15 ondernemingsraad - 16 Franse sterkedrank - 18 groente - 19 doelpunt - 21 afgemat - 22 oogholte - 23 zoete stof - 25 boom - 27 vervoermiddel - 29 ruilmiddel - 31 achter - 33 landbouwwerktuig - 34 Verenigde Staten - 36 bolgewas - 37 dierengeluid - 38 graafwerktuig - 40 dunne, ronde wafeltjes - 43 bron - 44 Engelse pastei - 45 inborst - 46 drank - 47 voorzetsel - 48 titel - 49 voegwoord - 51 wijnsoort - 53 inhoudsmaat - 54 noot - 55 Franse N.V. - 57 boom - 58 Vaticaanstad (internet) - 59 boom - 61 drank - 64 deel van een schip - 65 Engelse titel - 67 kenteken - 68 fijn weefsel - 69 niveau - 70 voedsel - 71 hoofddeksel - 72 titel - 73 geneesheer - 75 deel van de bijbel - 76 grond om boerderij - 77 zuidvrucht. Van boven naar beneden: 1 onmeetbaar getal - 2 biersoort - 3 water in Utrecht - 4 voorzetsel - 5 gebladerte - 7 sportploeg - 8 heildronk - 10 temperatuur boven nul graden - 11 rijstdrank - 13 voedsel - 14 groente - 17 klein vertrek - 19 vlakgom - 20 vogeleigenschap - 22 mogelijkheid - 23 palmmeel - 24 sprookjesfiguur - 26 gemalen graan - 28 noot - 30 Chinese munt - 32 drank - 34 nagerecht 35 Engelse titel - 37 dronken - 39 houding - 41 drankgelegenheid - 42 plaats in Gelderland - 43 verstandig - 47 drank - 48 drinkgerei - 50 ontkenning - 52 luchtig gebak - 55 stemming 56 afslag van autoweg - 60 groente - 62 voorzetsel - 63 persoonlijk voornaamwoord - 64 tweestemmig gezang - 66 oude munt - 68 vis - 73 gereed - 74 El Salvador (internet). Helemaal ingevuld? Mail de oplossing (o.v.v. naam en huisadres) uiterlijk dinsdag 07 april naar mededelingen@folia.uva.nl en maak kans op twee toegangskaartjes voor bioscoop Kriterion, www.kriterion.nl


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.