Folia Magazine #26

Page 1

FoliaMagazine weekblad voor HvA en UvA

nr. 26 28/03/2012

Startup Award Win vijftigduizend euro startkapitaal Bloggen Niet voor geld of roem Studiekeuze Eerste hulp voor ouders

De hoop van debutanten


(advertentie) (advertentie)

Startu

het platform voor ho


tup Award Jaarlijks reikt Folia een prijs uit aan student(en) met een veelbelovend ondernemingsplan. Deelnemers moeten student zijn of nog geen twee jaar zijn afgestudeerd bij UvA, HvA, VU, Inholland (Amsterdam, Haarlem of Diemen) Finale 6 juni in Pakhuis De Zwijger. Ga voor meer informatie naar www.foliaweb.nl/startupaward

De jury Doekle Terpstra, collegevoorzitter Hogeschool InHolland Gijs Barends, ondernemer Barbara van Beukering, hoofdredacteur Het Parool Mirjam van Praag, directeur Amsterdam Center for Entrepreneurship Marja Ruigrok, ondernemer en gemeenteraadslid Amsterdam Egbert Fransen, directeur Pakhuis De Zwijger Paul van de Water, directeur Stichting Folia Civitatis

ger opgeleid Amsterdam


inhoud #26 Je bent jong en je schrijft wat 10

De boekenmarkt wordt overspoeld met debuten over wissewasjes. ‘De huidige jonge generatie mist een bepaalde urgentie in het leven.’

Geld nodig? 22

Begeleiding, bedrijfsruimte, en vijftigduizend euro startkapitaal: de winnaar van de Folia Startup Award krijgt een vliegende start als ondernemer.

Creëer je eigen wereld 28

Ernst-Jan Pfauth over bloggen op UvA en HvA. ‘Je moet het doen omdat je ergens niet over uitgepraat raakt.’

Kiezen doe je niet alleen 32

Ouders krijgen hulp bij de studiekeuze van hun kind. ‘Er zijn nu tweehonderd richtingen. In mijn tijd waren het er vier.’

College over college 35

Docenten van Domein Onderwijs & Opvoeding over de valkuilen van lesgeven. ‘Als de stof ook maar even wat droger wordt, zitten ze alweer hun mails te checken.’

Maak kennis met Souraya Bouwmans 38 Directeur van het Amsterdam Fashion Institute (Amfi) Souraya Bouwmans wil voor zichzelf het verschil maken.

en verder uitgelicht 6-7 de week/het moment/navraag 8-9 passie 17 opinie 18-20 Robbert Dijkgraaf 19 Fatihya Abdi 20 brieven/promoties 21 objectief 26-27 adviesdienst 40 drift 41 op de tong 43 lezingenladder 44 overigens 45 prikbord 46-47 wasdom 48-49 stage 49 toehoorders 50 de lezer/deining 51

4

FoliaMagazine


redactioneel 10

22 Een goede docent

28

32

In dit nummer vindt u vanaf pagina 35 interviews met drie docenten van het Domein Onderwijs & Opvoeding van de HvA. De docenten zijn onlangs gekozen tot ‘beste’ docenten van dat domein en gaven hun collega’s daarom een minicollege over goed docentschap. In Folia Magazine kunnen we wat mij betreft niet genoeg aandacht besteden aan de docenten, de frontliniewerkers van de HvA. Binnen de hogeschool is het College van Bestuur vrij onbelangrijk, moet het ondersteunend en beheerspersoneel vooral doen waarvoor het is aangenomen – het primaire proces ondersteunen en faciliteren – en moet alles in het teken staan van de docenten en studenten. De vraag die centraal stond in de colleges die de docenten aan hun collega’s gaven is wat iemand tot een goede docent maakt. Het antwoord op die vraag van staatsecretaris Zijlstra – dat elke hbo-docent een academische titel moet hebben – vind ik persoonlijk nogal kort door de bocht. Een academische graad is zeker geen garantie voor goed docentschap. Tijdens mijn studie aan de UvA kreeg ik college van verschillende professoren die fenomenaal waren in hun vakgebied, maar van lesgeven geen kaas hadden gegeten. Natuurlijk moet een docent inhoudelijk goed onderlegd zijn, maar dat is slechts een basisvaardigheid. Een goede docent is een improvisator, presentator, cabaretier en analist tegelijk. Het inhoudelijk verhaal komt aan als het met humor en flair verteld wordt, en de docent ook oog heeft voor studenten die niet inhaken. En natuurlijk moet je niet tien keer hetzelfde lesje afdraaien en is het aantrekkelijk als je verhaal wordt ondersteund door beelden en geïllustreerd wordt met praktijkervaringen en anekdotes. Dat doceren niet voor iedereen is weggelegd, merkte ik in de drie weken dat ik op basisschool de Vier Windstreken in Amsterdam-Noord werkte. Gelukkig zijn redactieleden een stuk makkelijker aan te sturen dan kinderen. Of dat ook voor studenten geldt leest u vanaf pagina 35. Jim Jansen, hoofdredacteur Folia Magazine, jim@folia.nl, @jimfjansen (twitter)

35

FoliaMagazine

5


Eén kaart voor iedereen

Een nieuwe plastic collegekaart vervangt vanaf a ­ ugustus het kartonnen pasje. De kaart voor studenten én medewerkers van de HvA en UvA maakt ook een einde aan de wildgroei aan leenkaarten, toegangskaarten en printpassen. tekst Jeff Pinkster / foto Jan-Maarten Hupkes

6

FoliaMagazine

Afgelopen week reikte waarnemend collegevoorzitter Paul Doop de eerste exemplaren van de nieuwe collegekaart uit aan studenten Lex Sietses (informatica, HvA) en Willem Heutink (geschiedenis, UvA) op het Maagdenhuis. Beide studenten waren als studentenvertegenwoordigers betrokken bij de ontwikkeling van de nieuwe pas. Sietses: ‘Eindelijk zijn we af van dat lelijke flubbertje. Dit is een pas waar we trots op kunnen zijn.’


Op het ontwerp na is de kaart voor studenten en medewerkers van de HvA en UvA identiek. De pas is te gebruiken als identificatiebewijs, printpas en leenpas. En omdat er via een computersysteem rechten zijn toe te kennen aan gebruikers, kan de kaart ook dienstdoen als sleutel voor werk­ruimtes en collegezalen. De nieuwe pas wordt al in augustus rondgestuurd zodat studenten direct gebruik kunnen maken van alle faciliteiten.

De oude passen voldeden niet meer aan de eisen van de tijd: een kartonnen kaartje dat studenten zelf in elkaar moesten vouwen en voorzien van een foto. Bovendien puilen de portemonnees van studenten inmiddels uit aan kaarten die ze op de hogeschool of universiteit dienen te gebruiken: leenkaarten, printkaarten en toegangskaarten. De nieuwe collegekaart maakt daar een einde aan en belooft een stuk minder fraudegevoelig, goedkoper én duurzamer te zijn.

Om fraude te voorkomen is de pas gekoppeld aan het StudentenInformatieSysteem (SIS), het administratiesysteem waarin alle gegevens van studenten worden bijgehouden. Zodra een student zich inschrijft wordt de pas aangemaakt. Vervolgens moet een student een foto uploaden en de pas persoonlijk bij een servicebalie ophalen. Bij uitschrijving wordt de kaart automatisch geblokkeerd.

Op jaarbasis moet de nieuwe kaart de UvA-HvA tonnen gaan besparen. De nieuwe pas kost de UvA-HvA € 1,14 per stuk, terwijl de oude kaart negen euro kostte. Verder besparen de instellingen flink wat geld omdat de kaart niet meer elk jaar opnieuw uitgegeven hoeft te worden en omdat er meerdere functies samengevoegd worden op één kaart. Elke collegekaart is vijf jaar geldig. yyy

FoliaMagazine

7


de week Halbe sloeg drie vliegen en de HvA gaat in de weer met aarde, vuur, water en lucht.

E

en lange stoet van studenten toog afgelopen woensdag naar Den Haag, op de fiets. Uit protest tegen de zoveelste bezuiniging van Halbe Zijlstra op het hoger onderwijs. De staatssecretaris vindt het namelijk een goed idee om het aantal jaren dat een student recht heeft op een ov-jaarkaart flink in te korten. En of dat een goed idee is. Als studenten gedwongen worden massaal de fiets te pakken, levert dat naast een bezuiniging van 200 miljoen euro ook nog eens een fikse vermindering van de CO2-uitstoot op en het pakt direct hun obese bierbuikjes aan. Die Halbe weet wel hoe hij drie vliegen in één klap moet slaan.

Alleen jammer dat hij er zo weinig waardering voor krijgt van de studenten. Naast het fietsprotest trokken ze vrijdag ook massaal naar de Dam uit onvrede over de bezuinigingen. Inmiddels had universiteitsblad ANS in de wandelgangen opgepikt dat de onderhandelaars in het Catshuis de basisbeurs voor de bachelor wilde afschaffen. Op het podium op de Dam was geen ruimte voor politici die hun zegje wilden doen.‘De holle frasen van politici hebben de afgelopen twintig jaar alleen maar bezuinigingen opgeleverd. Alleen voor de bühne tonen zij begrip voor studenten,’ zei Asva-voorzitter Eline Peters. Populisme. Niet alleen in Den Haag hebben ze er kaas van gegeten. Ook de studentenpartij Ons Kritisch Alternatief (Ons) kan er wat van. Tenminste, als je die andere studentenpartij – Mei – moet geloven. Ons besloot onlangs een lijstje op haar website te plaatsen met enkele door de partij behaalde successen, zoals: ‘het terugdringen van onzinnige uitgaven van het raadsbudget van de Faculteit der Geesteswetenschappen’. Maar volgens een Mei-lid viel dit indrukwekkende wapenfeit Ons helemaal niet ten deel. ‘Jammer

8

FoliaMagazine

HvA-medewerkers kregen een gelukskoekje om ze te attenderen op de aanstaande Vitaliteitsweek. Volgens de HvA-website is die week bedoeld om alle medewerkers op een leuke manier kennis te laten maken met verschillende aspecten van vitaliteit en een ieder te laten ervaren wat vitaliteit voor hem of haar kan betekenen. Denk daar maar eens goed over na.

dat jullie overwinningen van anderen aan het claimen zijn,’ liet hij enigszins gekrenkt weten op de website van Ons Kritisch Alternatief. Het bleek het startschot van een digitaal moddergevecht waarin niemand werd gespaard. Nee, het valt niet mee je hoofd koel te houden in hoger onderwijsland. Gelukkig is de redding nabij: de HvA organiseert in april voor alle medewerkers een ‘Vitaliteitsweek’, waarin de geestelijke gezondheid centraal staat. Op het program staat onder andere een workshop waarin medewerkers worden uitgedaagd om middels de elementen water, aarde, vuur en

lucht ‘het bekende of onbekende onbevangen waar te nemen’. Voor wie het Jomanda gehalte hiervan iets te hoog is: u kunt natuurlijk altijd nog de fiets pakken naar Den Haag om uw hoofd te legen. Ook heel vitaal. yyy Eva Rooijers en Gijs van der Sanden

21 maart 2012

tweet van de week @thomasvanaalten thomasvanaalten MIC-studenten #HvA zeuren misschien dat wij ze agitprop opdringen, maar 1ejaars schrijven bijna alleen maar over Ajax (M) en Beauty (V). https://twitter.com/#!/thomasvanaalten/


foto Youri Straver Vervlogen dromen. Daarvoor stonden de zwarte ballonnen symbool die afgelopen vrijdag de lucht ingingen tijdens de studentenmanifestatie tegen de bezuinigingen op het hoger onderwijs. Circa duizend studenten kwamen af op de demonstratie; een groot deel van hen gehuld in rouwkleding. De Asva had daartoe opgeroepen om te benadrukken dat het een zwarte dag voor het onderwijs was. Politici werden tijdens de demonstratie geweerd, wel mocht HvA-rector Jet Bussemaker de studenten toespreken. Zij benadrukte in haar toespraak het grote belang van investeringen in onderwijs. yyy Clara van de Wiel

navraag Ralien Bekkers Premier Rutte naar Rio krijgen, dat is een van de concrete doelen die Ralien Bekkers (20, Future Planet Studies) voor ogen heeft als kersverse Jongerenvertegenwoordiger Duurzame Ontwikkeling. Op 22 maart werd ze benoemd tijdens een vergadering van de Nationale Jeugdraad.

Premier Rutte naar de klimaattop in Rio de Janeiro krijgen. Hoe ga je dat doen? ‘Alle kandidaat-Jongerenvertegenwoordigers moesten een aantal opdrachten volbrengen, een daarvan was een brief schrijven aan premier Rutte. Ik ben nu de campagne ‘Rutte naar Rio’ begonnen, waarbij ik studenten ga vragen waarom Rutte volgens hen naar Rio moet, waarna ik hem een brief ga sturen. Ik heb geen idee of hij zal reageren, maar er komen veel regeringsleiders op die top en hij kan niet achterblijven.’ Waarom ben jij de perfecte kandidate voor deze functie volgens de jongerenorganisaties? ‘Ik heb al veel ervaring in functies in verschil-

lende duurzaamheidorganisaties en -platforms. Dus wat dat betreft heb ik een goed netwerk voor deze functie. Er hadden zich negentien kandidaten aangemeld en uiteindelijk zat ik bij de laatste twee. Ik kreeg de meeste stemmen.’

Duurzaamheid, groen, verantwoord ondernemen: we worden ermee om de oren geslagen. Hoe zorg jij ervoor dat we niet murw raken? ‘Dat is inderdaad nog een klus. Hoe zorg ik dat jongeren gaan denken over duurzaamheid als iets wat heel dichtbij ze ligt? Om het spannend en sexy te maken én te houden wil ik ze ervan doordringen dat het niets met geitenwollensok-

ken te maken heeft, maar met het mobieltje dat ze hebben en de kleding die ze dragen. Het hoeft ook niet allemaal minder; het gaat om béter consumeren.’

Je gaat in juni naar Rio en eind november naar de klimaattop in Qatar. Met het vliegtuig. Niet heel duurzaam. ‘Dat voelt ook best klote. Aan de andere kant sus ik mezelf met het idee dat het geen snoepreisjes zijn maar dat er hard gewerkt moet worden. We kunnen tijdens die bijeenkomsten zo veel verder komen, dat we er echt aanwezig moeten zijn. Maar inderdaad: leg dat vliegen maar eens uit aan je omgeving en de achterban. Niet cool.’ yyy Annemarie Vissers

FoliaMagazine

9


Debutanten moeten

Het literaire landschap verandert. Uitgeverijen laten in de hoop op verkoopsucces de ene

na de andere – in veel gevallen jonge – schrijver debuteren. Critici zeggen dat de boekenmarkt wordt overspoeld. Hoe komt dat? En wat betekent dat voor de literatuur? ‘De schrijvers die het puur doen om het image zullen de tand des tijds waarschijnlijk niet doorstaan.’ tekst Gijs van der Sanden / illustraties Pepijn Barnard

‘A

l die gokkende uitgevers hebben de jongste decennia zó veel onrijpe debutanten opgediend, de ene nog talentlozer, beloftelozer, nietszeggender dan de andere, dat in de dikke, meurende soep die daardoor is ontstaan de smaak van het eventueel goede zich niet meer in de prut onderscheidt en de recensent geen zin heeft om wéér te kotsen.’ Aldus Jeroen Brouwers – schrijver en essayist – in zijn pamflet Sisyphus’ bakens, dat hij schreef na het weigeren van de prestigieuze Prijs der Nederlandse Letteren van de Nederlandse Taalunie die hem in 2007 ten beurt viel. Brouwers, gedreven polemist die hij is, legt uit waarom hij

10

FoliaMagazine

de prijs niet in ontvangst wilde nemen: in de eerste plaats omdat het prijzengeld van 16.000 euro in zijn ogen niet in overeenstemming is met het prestige van de prijs, maar ook omdat het Nederlandse boekenbedrijf volgens hem uit elkaar valt van de wantoestanden. Het overaanbod van middelmatige auteurs, waardoor het steeds moeilijker wordt het kaf van het koren te scheiden, is daar volgens hem een van. Brouwers is zeker niet de enige pessimist in het land der letteren. In zijn Albert Verweylezing rekende P.F. Thomése eind vorig jaar nog af met de mediageilheid van veel jonge schrijvers. ‘Inmiddels zit zelfs de lulligste debutant thuis of op de uitgeverij “iets grappigs” uit te broeden

om de interesse van tv-redacties en winkeletaleurs te wekken,’ sprak hij tijdens zijn rede Het raadsel der verstaanbaarheid, ten overstaan van een volle aula van de Universiteit Leiden. Nieuwe lichting Brouwers en Thomése lijken hier te ageren tegen de nieuwe generatie schrijvers, voor wie de ooit zo absolute grens tussen hoge en lage cultuur niet meer vanzelfsprekend is. Het schrijverschap anno 2012 is een ander métier dan pakweg dertig jaar geleden. Het nostalgische beeld van de gepijnigde romancier die op zijn rokerige zolderkamer in alle eenzaamheid aan zijn magnum opus aan het werken is, heeft plaatsgemaakt voor


n scoren

een nieuwe lichting schrijvers: knappe, jonge mensen die meer films hebben gezien dan ze boeken hebben gelezen en weten hoe ze zichzelf in de markt moeten zetten. Schrijver zijn is sexy geworden, een boek publiceren de droom van velen. Ook in het vluchtige tijdperk van Facebookstatussen en tweets heeft het aloude boek als statusobject niet aan prestige en aanzien ingeboet. Integendeel. De gedachte is nog steeds: als je een boek hebt geschreven, dan tel je mee. Op het eerste gezicht lijkt het een win-winsituatie. Aan de ene kant zijn er de uitgevers die staan te trappelen om jong talent, aan de andere kant zijn er de vele aspirant-schrijvers die dolgraag een boek willen publiceren. Toch is er kritiek. Die richt zich op de uitgeverijen, die met eurotekens in de ogen wel erg naarstig op zoek zouden zijn naar spraakmakende debuten, maar er is ook inhoudelijk commentaar op het werk van die beginnende schrijvers zelf: wat hebben zij ons eigenlijk te vertellen? Welke urgentie spreekt er uit hun werk? Bio-industrie van jonge schrijvers Onder de titel ‘Magere Woorden: de urgentie

van literatuur en het schrijverschap’ organiseert Stichting Literaire Activiteiten Amsterdam (Slaa) op 28 maart een debat over deze kwesties. Slaa-directeur Daphne de Heer: ‘Het onderbuikgevoel dat veel mensen hebben is dat er een soort bio-industrie van jonge schrijvers is ontstaan, waarmee uitgeverijen zo snel mogelijk instant succes willen oogsten. Er is steeds minder ruimte voor de echt goede literatuur. Bovendien

‘De hoogste bazen in ­uitgeversland geven niets om literatuur’ lijken veel jonge mensen uitsluitend uit op roem. Dat roept vragen op. Hoe zien die debutanten zichzelf eigenlijk? Hebben zij enig benul van hun plaats binnen de literaire traditie? En ook: is er echt iets veranderd in de waardering van het schrijverschap, of lijkt dat maar zo?’ De proef op de som. Uit een korte navraag bij de organisatie van de Academica Literatuurprijs – Nederlands grootste prijs voor debutan-

ten – blijkt het onderbuikgevoel dat De Heer signaleert niet uit de lucht te vallen. Tenminste, als je naar de cijfers kijkt. Waren er in 2002 nog 46 aanmeldingen voor de prijs; in 2005 waren dat er 55 en voor de laatste editie – die gaat over de periode oktober 2010 tot en met 30 september 2011 – kwamen er 82 inzendingen binnen. Volgens een medewerker zenden uitgeverijen in principe alle literaire debuten die zij uitgeven in. ‘Het wordt wel eens vergeten, maar ik denk dat het aantal inzendingen aardig correspondeert met het werkelijke aantal uitgegeven debuten.’ In de afgelopen tien jaar is het aantal debuten dus fors toegenomen. Volgens Thomas Vaessens, hoogleraar Nederlandse letterkunde aan de UvA, kan de oorzaak daarvan onder andere gezocht worden in de economische druk waaronder uitgevers tegenwoordig hun vak moeten beoefenen. ‘De hoogste bazen in uitgeversland geven niets om de literatuur, zij zijn vooral geïnteresseerd in de balans van hun mega-onderneming. En misschien ook wel in hun bonus,’ zegt Vaessens. ‘Dat betekent dat ze de uitgevers en redacteuren van cultuurbolwerken als De Arbeiderspers, Meulenhoff of Querido als een

FoliaMagazine

11


(advertentie)

AMSTERDAM SCIENCE

INNOVATION AWARD 2012

Innovative and applicable idea? with a commercial and social value

Submit your idea before Ap ril 6 Jury a ward â‚Ź 5 000 Public aw ard â‚Ź 100 0

For who: employees and students at the Amsterdam Universities, Academic Hospitals, the Amsterdam University of Applied Sciences and companies and Research Institutes at the Science Park Amsterdam Send us your idea: before Friday April 6, 2012 via the website Register: as a visitor for the finals via the button on www.uva.nl/bkt Announcement finalists: May 1, 2012

The 7th Edition of the Amsterdam Science Innovation Award will be held on:

Tuesday May 22, 2012

starting at 3:00 pm at the Science Park Amsterdam

Jury: Louise Fresco (UvA, chair of the Jury), Ben van Dongen (ThirdSight), Kees Donker (IBM), Robert Kirschbaum (DSM), Peter Nijkamp (VU) Committee of recommendation: Jet Bussemaker (HvA), Paul Doop (UvA), Hubertus Irth (VU), Bart Noordam (UvA), Albert Polman (AMOLF)

www.uva.nl/bureaukennistransfer


soort zetbazen behandelen die winst moeten maken, het geeft niet waarmee. Er zijn in de uitgeverij dus conflicterende belangen. En in die situatie zie je literaire uitgevers rare sprongen maken. Onrijpe debuten op de markt brengen, alleen omdat ze denken dat de auteur bij Matthijs van Nieuwkerk uitgenodigd zal worden. Of boeken uitgeven van bekende Nederlanders die amper een pen kunnen vasthouden.’ Wissewasjes Het adagium van uitgeverijen lijkt te zijn: als je twintig boeken uitgeeft, dan zit er vast wel iets tussen wat beklijft. Mai Spijkers, uitgever bij Prometheus, zei onlangs nog in een interview met Vrij Nederland over zijn werkwijze: ‘Ze verwijten me ten onrechte dat ik met hagel schiet. Oké, ik schiet uit de heup, met het lichtzinnige optimisme van de ondernemer. Maar ik gooi geen spaghetti tegen de muur.’ Het is haast onafwendbaar dat die ‘schothagelmethode’ uiteindelijk zijn weerslag heeft op de kwaliteit van al die debuten. Filosoof Maarten Doorman – aan de UvA verbonden als bijzonder hoogleraar journalistieke kritiek van kunst en cultuur en een van de sprekers tijdens het debat van Slaa

‘Literatuur wordt een voortzetting van Facebook’ – heeft de indruk dat literatuur door de nieuwe generatie schrijvers in toenemende mate wordt gebruikt om hun eigen persoon te etaleren. ‘Er spreekt een enorme ichbezogenheit uit het werk van veel nieuwe schrijvers. Daardoor vertonen veel romans van nu een tamelijk platte weergave van de eigen ervaringen en wissewasjes van de auteur. Literatuur wordt daarmee een voortzetting van Facebook, met andere middelen. John Keats zei dat literatuur zich ook op de wereld moet richten. Het lijkt erop dat die waarde op de achtergrond is geraakt.’ Doorman benadrukt dat het hier om een indruk gaat. Hij heeft het niet onderzocht. Als wetenschapper, zegt hij, kan hij het niet hardmaken. Bovendien ligt er een zeker cynisme op de loer. ‘Voor je het weet word

je zo iemand die zegt dat vroeger alles beter was. Dat is niet zo. Er worden nog wel degelijk ontzettend veel goede boeken geschreven. Het probleem is alleen dat die niet altijd worden opgepikt. In het mediacircus vallen zij nauwelijks op.’ Het blijkt nog niet mee te vallen om precies te benoemen waar de discussie nu over gaat. Is het legitiem om je twijfels te hebben bij de motieven van een schrijver die zegt: ‘Ik ben geen lezer, nooit geweest ook. Ik heb geen eens een boekenkast’ (Hanna Bervoets in Folia Magazine)? Worden we inderdaad, zoals Thomése stelde, doodgegooid met auteurs die ludieke acties verzinnen om hun boek aan de man te brengen? Aan de andere kant: zei Harry Mulisch niet over zichzelf: ‘Ik ben een schrijver, geen lezer’? En liet Jan Cremer in de jaren zestig van de vorige eeuw niet de woorden ‘onverbiddelijke bestseller’ op de kaft van zijn debuut Ik, Jan Cremer drukken, nog voordat het überhaupt in de winkels lag? Je kunt je dus ook afvragen: is er eigenlijk wel zo veel veranderd? Luxeprobleem ‘Als er al sprake is van een probleem, dan zou ik het een luxeprobleem willen noemen,’ zegt Arjen van Veelen, redacteur en columnist bij nrc. next. Ook hij zal spreken tijdens het debat van Slaa. ‘De infrastructuur om een boek te publiceren is beter dan ooit: als je een goedgelezen blog bijhoudt, weten uitgeverijen je al snel te vinden. Tuurlijk zit daar een hoop ruis tussen, maar over wat al die debuten per saldo opleve-

ren ben ik optimistisch: de kans dat er een meesterwerk wordt geschreven is statistisch gezien groter dan ooit.’ Die ruis, die wordt volgens Van Veelen veroorzaakt door de wannabe-schrijvers. Hij illustreert dat aan de hand van de surfcultuur. ‘Je hebt de echte surfers die de hele dag op het strand hangen en aan niets anders denken dan surfen. Maar je hebt ook de mensen die niet per se willen surfen, maar een surfer willen zijn: zij dragen de juiste kleren, meten zich de juiste relaxte levenshouding aan en lopen daarmee te koop. Op zich schuilt er geen gevaar in die mensen; ze roepen hooguit irritatie op. De schrijvers die het puur doen om het image zullen de tand des tijds waarschijnlijk niet doorstaan.’ De vraag die overblijft is: waar moeten al deze boeken geplaatst worden? Wat is hun overkoepelende thema? Van Veelen: ‘Ik denk dat het thema van veel literatuur van nu is, heel meta geformuleerd, dat er geen thema is. De huidige jonge generatie mist een bepaalde urgentie in het leven. Dat uit zich in een drang naar bezieling, kijk bijvoorbeeld naar hoe de Occupy-beweging werd aangegrepen door mensen om ook op de barricaden te gaan staan. Het boek dat dat gevoel echt weet te vatten – die zoektocht naar urgentie en geestdrift – moet denk ik nog geschreven worden.’ Zo bezien valt het allemaal wellicht nog mee, met de huidige generatie schrijvers. En Brouwers dan? ‘Brouwers is natuurlijk een brompot, en misschien hoort dat ook wel een beetje zo, in elk geval is het van alle tijden: de ouder wordende schrijver moppert een beetje op de wereld,’ zegt Thomas Vaessens. ‘Het is jammer dat hij de hele nieuwe schrijversgeneratie meent te moeten afserveren als talentloos en nietszeggend. Dat lijkt me schromelijk overdreven.’ 

FoliaMagazine

13


Jonge UvA-debutanten Wordt de Universiteit van Amsterdam erg goed in de gaten gehouden door uitgeverijen, die veelal in Amsterdam resideren, of is zij nu eenmaal een goede leerschool voor schrijvers? Het antwoord ligt waarschijnlijk ergens in het midden. Feit blijft dat veel jonge schrijvers hun opleiding aan de UvA genoten. Een selectie.

Philip Huff Dagen van gras

Martijn Simons Zomerslaap

De Bezige Bij, 2009 Zesde druk Bijzonderheden: Genomineerd voor Grote Jongerenliteratuur Prijs en de Academica literatuurprijs.

De Bezige Bij, 2010 Eerste druk Bijzonderheden: Genomineerd voor de Academica literatuurprijs.

Recensie: ‘Niet alleen de hoofdpersoon van deze debuutroman is onverstoorbaar, maar ook de schrijver ervan. En dat zou wel eens een grote kracht kunnen blijken te zijn.’ – NRC Handelsblad, Ewoud Kieft

14

Recensie: ‘Dankzij de subtiele, secure stijl van Simons blijft Zomerslaap als roman overeind, maar de melancholische bespiegelingen van midtwintigers: die kennen we nu toch wel.’ – 8weekly

Thomas Heerma van Voss De allestafel Uitgeverij Augustus, 2009 Eerste druk Bijzonderheden: Schrijft sinds zijn dertiende ook over hiphop.

Recensie: ‘Deze jongen demonstreert zijn talent door de lezer aan zijn boek gekluisterd te houden.’ – Het Parool, Arie Storm

Ebele Wybenga Galerie onvolmaakt

Maurice Seleky Ego Faber

Eva Meijer Het schuwste dier

De Bezige Bij, 2007 Eerste druk Bijzonderheden: Wybenga werd in de markt gezet als de jongste schrijver van Nederland.

Ambo Anthos, 2010 Tweede druk Bijzonderheden: Ontving de BoArte Cultuurprijs voor zijn debuut.

Prometheus, 2011 Eerste druk Bijzonderheden: Is ook muzikant en kunstenaar.

Recensie: ‘Galerie onvolmaakt […] is op één punt overtuigend: […] het toont de kritiekloze gretigheid en het gebrek aan kwaliteitseisen waarmee cynische handelaren in jeugd een pover talent als Wybenga binnenhalen.’ – Vrij Nederland, Jeroen Vullings

Recensie: ‘Een portret van zijn generatie heeft Maurice Seleky er niet mee gemaakt, wel een meeslepende versie van een verhaal dat zo oud is als de wereld.’ – NRC Handelsblad, Ewout Kieft

Recensie: ‘Veelbelovend debuut. […] Mooie zinnen en rake beelden zijn in dit boek op bijna elke pagina te vinden. Het proza van deze debutante leunt tegen poëzie aan, het dwingt je tot aandachtig lezen.’ – Trouw, recensent onbekend

FoliaMagazine


Anouk Kemper De Almeerse rioolmoorden Lebowski, 2011 Eerste druk Bijzonderheden: Is momenteel bezig aan haar tweede roman, die zich afspeelt in Tokio.

Recensie: ‘De zoektocht van een vader naar zijn moordlustige dochter is spannend, maar De Almeerse rioolmoorden is geen pageturner.’ – crimezone.nl

Daan Heerma van Voss Een zondagsman Uitgeverij Atlas-Contact, 2010 Eerste druk Bijzonderheden: Richtte samen met Reinjan Mulder en Daniël van der Meer de uitgeverij Babel & Voss op.

Recensie: ‘In bijna elke alinea heerst een verpletterende grauwheid en stilte. […] Deze toon volhouden is een stilistische opgave, die Heerma van Voss knap volbrengt. […] Een bijna perfecte stijl en een wereld opgebouwd uit betekenisvolle details.’ – de Volkskrant, Martijn Wallage

Hanna Bervoets Of hoe waarom L.J. Veen, 2009 Eerste druk Bijzonderheden: Won de HvA/ Scriptplus Debutant van het Jaar prijs in 2009.

Renske Jonkman Zo gaan we niet met elkaar om

Sterre van Rossem Een smaak van liefde

Nijgh & Van Ditmar, 2011 Eerste druk Bijzonderheden: Won in 2009 de Lowlands blogwedstrijd.

Prometheus, 2010 Eerste druk Bijzonderheden: Treedt ook regelmatig op als performer bij artiestencollectief Furthur Labelz.

Recensie: ‘Parade van amusante personages en tragikomische herinneringen met een huiveringwekkende climax.’ – Algemeen Dagblad, recensent onbekend

Recensie: ‘Zo gaan wij niet met elkaar om is goed genoeg om te kunnen verwachten dat Renske Jonkman nog eens een echt goed boek gaat schrijven.’ – de Volkskrant, Arjan Peters

Iris Koppe Rosiri

Merijn de Boer Nestvlieders

De Bezige Bij, 2007 Eerste druk Bijzonderheden: Verscheen vanaf oktober 2005 een jaar lang als feuilleton in NRC Handelsblad.

Recensie: ‘Tegen Koppes pretentievrije debuut pleit weinig […] Maar het zoveelste verhaal van een achttienjarige over haar leven, familie en vriendenkring, geconcentreerd in de veilige stadscirkel, moet wel heel bijzonder geschreven zijn wil het de platgetreden paden van dat jongerengenre ontstijgen. Dat is hier nauwelijks het geval.’ – Vrij Nederland, Jeroen Vullings

J.M. Meulenhoff, 2011 Eerste druk Bijzonderheden: Is redacteur bij literair tijdschrift Tirade en ontving de De Lucy B. en C.W. van der Hoogt-prijs voor zijn debuut.

Recensie: ‘Deze verhalen dienen zich volstrekt origineel aan. Sterker nog: op alle mogelijke niveaus – compositie, stijl, perspectief, zeggingskracht, geloofwaardigheid – gaat De Boer aan de haal met de verwachtingshorizon van de lezer. Hij vermomt zich als een oerverhalenverteller.’ – De Groene Amsterdammer, Marja Pruis

Recensie: ‘Stilistisch gezien is het af en toe gewoonweg onder de maat.’ – Passionate Magazine, Vincent Terlouw

Stichting Literaire Activiteiten Amsterdam (Slaa) organiseert in samenwerking met De Optimist het debat ‘Magere Woorden. De urgentie van literatuur en het schrijverschap’. Met Maarten Doorman, Yves Petry, Manon Uphoff, Arjen van Veelen en Arjen Fortuin. Woensdag 28 maart, 20.00 uur, De Balie. Zie www.slaa.nl. Bekijk ook het filmpje dat FoliaTV maakte van de avond op www. foliaweb.nl/videos/auteursdebat.

FoliaMagazine

15


(advertenties)

Deelnemers voor psychologisch

onderzoek gezocht! Schrijf je in via:

Ik wil: • Bijdragen aan de wetenschap • Meer leren over mezelf • Geld verdienen (minimaal € 7,– p/u) • Geen verplichtingen • Zelf mijn tijd indelen • Zelf bepalen hoeveel ik verdien E-mail: subjectpool-psy@uva.nl

www.onderzoekslabpsychologie.uva.nl

Luister naar Radio AmsterdamFM: De stem van de hoofdstad!

Van 07:00 tot 19:00 uur op 103.3 op de kabel, 106.8 in de ether. En 24 per dag op www.amsterdamfm.nl Als het in Amsterdam gebeurt, hoor je het hier!

Radio AmsterdamFM: De stem van de hoofdstad!

is de publieke radio van Amsterdam. Nieuws, kunst en cultuur en politiek: als het in Amsterdam gebeurt hoor je het op AmsterdamFM. Kijk voor meer informatie op www.amsterdamfm.nl

Kijk voor meer informatie op www.amsterdamfm.nl


passie Vinyl

‘Ooit had ik ruim vijftienhonderd platen. Die collectie is gehalveerd door mijn ex, ze heeft zonder mijn medeweten meer dan de helft ervan verkocht aan een platenhandelaar. Gewoon opgebeld en gezegd: “Er staat hier een behoorlijke verzameling, kom maar halen.” Ze had me niet harder kunnen raken. Ik ben geen freak die let op het serienummer van een album of om de originele persing geeft. Ik spaar alleen muziek die ik zelf echt goed vind, al moet ik zeggen dat ik wel kan zwichten voor een mooie hoes. Ik hoor honderden nieuwe albums per maand voorbijkomen voor mijn freelancewerk, maar vinyl is vrije tijd voor me. Ik moet er handelingen voor uitvoeren die zorgen dat ik gedwongen word er echt voor te gaan zitten. Het is een ritueel: de plaat uit de hoes nemen, kijken of-ie schoon is, de naald opleggen. Het voelt dan alsof ik in een andere wereld stap. Ik luister naar mijn platen in een speciale stoel, die ik precies tegenover de boxen geplaatst heb. Die boxen staan bovendien precies goed ten opzichte van de muur, zodat het geluid heel warm en organisch via die muur de ruimte in kaatst. Ik moet absoluut in die stoel zitten als het nummer begint. Het irriteert me mateloos als ik koffie heb gezet, en die dan net klaar is als de plaat begint. Dan moet alles opnieuw. Mijn platen staan gesorteerd op wat voor mood ze me geven, niet op alfabetische volgorde. Artiesten staan dwars door elkaar. Daar raak ik niet zenuwachtig van, zo gestructueerd dat ik complete lijsten bijhoud, ben ik niet meer.’ yyy Annemarie Vissers

FoliaMagazine

17

foto Fred van Diem

Theo Ploeg (43, docent mediasociologie, HvA) wordt door vinyl naar een andere wereld getransporteerd.


opinie

Men moet over alles kunnen spreken Als hij vindt dat over homoseksualiteit niet gedebatteerd zou moeten worden, sluit Jan Eikelboom zijn ogen voor de werkelijkheid, vindt Astrid Zwinkels. illustratie Marc Kolle

D

e heer Jacob Eikelboom spuwt in Folia Magazine 24 (‘De hel bestaat niet aan de HvA’, 14 maart) zijn gal over een discussieavond in Leercentrum Floor, waarin het thema homoseksualiteit ter sprake kwam. Anders dan hij beweert, is de organisator niet Floor, maar zijn dat de Sleutelfiguren Hoger Onderwijs. De HvA bood slechts een podium, waarop wij deze bijeenkomst konden organiseren. Het bevreemdt ons dat de heer Eikelboom zich zo negatief uitlaat over deze discussieavond. Het thema van de bijeenkomst was ‘Seksualiteit en islam’, en er

Waarom zo negatief over deze discussie? is over meer gesproken dan homoseksualiteit alleen. Onze insteek was om studenten van allerlei pluimage bijeen te krijgen om te praten over een zeer actueel thema waarover grote meningsverschillen bestaan. Wij zijn daarin geslaagd: van de 120 aanwezigen was ongeveer de helft islamitisch. Waarom zou een debat over seksualiteit en islam niet thuishoren in een academische omgeving? Dat de HvA seculier is betekent niet dat

18

FoliaMagazine

religie geen thema van onderzoek en debat zou kunnen zijn. In een land waar religie zo’n grote rol speelt moet hier aandacht aan besteed worden. En is het hoger onderwijs niet bij uitstek geschikt om kennis te nemen van bijzondere


Dijkgraaf standpunten? Of moeten we alle stekelige academische debatten bij voorbaat schrappen? Gelukkig maar dat de HvA wel inzag dat het belangrijk is om met elkaar in dialoog te gaan. Wij zien dat studenten uit alle werelddelen bijeenkomen op onderwijsinstellingen, maar vaak gaan de onderlinge contacten niet verder dan een vriendelijke groet en een aantal gezamenlijke werkgroepbijeenkomsten. Op die manier wordt studeren wel erg armoedig. Studenten

‘Wetenschap en geloof zijn niet als water en vuur’ laten zo veel kansen liggen om hun leven te verrijken met ervaringen van anderen. Als iedereen in zijn eigen kleine wereld blijft hangen, blijft het leven erg kleurloos. Wij roepen de heer Eikelboom dan ook op om naast Schopenhauer, Reve en Spinoza ook eens te snuffelen in de Koran en werken van Ibn Rushd, Ibn Sina en Ibn Khaldoun. Wetenschap en geloof zijn namelijk niet als water en vuur. De heer Eikelboom vindt voorts dat aan eenmaal in de wet vastgelegde mensenrechten niet mag worden getornd. Dat oordeel onderschrijven wij. De Nederlandse overheid zal het wel uit zijn hoofd laten om mensenrechten te schenden. Maar dat de wet iets voorschrijft, betekent niet automatisch dat iedere burger zich schikt naar de letter van de wet. Daar is opvoeding voor nodig. Daar is onderwijs voor nodig. Daar is debat voor nodig. Juist om mensen over verschillende standpunten te laten nadenken. Waarom zouden we dat niet toestaan in een vrijdenkersgemeenschap als de HvA of de UvA? Waarom verwijst de heer Eikel-

boom ons voor dergelijke discussieavonden naar kerk of moskee? Wij begrijpen dat de heer Eikelboom pleit voor vooruitgangs- en academisch denken en vrijheid. Idealiter zouden alle jongeren superintelligent, tolerant en ruimdenkend zijn. De werkelijkheid leert echter dat dit niet het geval is en al helemaal niet als het over seksualiteit gaat. Gelovigen in een seculiere omgeving het zwijgen opleggen lost problemen zeker niet op en is tevens niet erg toekomstgericht. Juist als we ruimdenkendheid willen stimuleren, is het belangrijk dat verschillende groepen met elkaar in discussie gaan. Wij nodigen de heer Eikelboom daarom van harte uit om in mei aanwezig te zijn bij onze volgende discussieavond en hopen dat hij zich hier uitgebreid zal mengen in het debat. Wellicht ziet hij dan in dat een open debat, net zo zeer als een opiniestuk, prima past in de academische wereld van 2012. yyy Astrid Zwinkels is student Engelse taal & cultuur aan de UvA. Zij schrijft dit artikel namens de Sleutelfiguren Hoger Onderwijs, een groep van elf studenten afkomstig van UvA, HvA, Vrije Universiteit en Hogeschool Inholland te Amsterdam. Zij organiseren jaarlijks enkele discussieavonden, over uiteenlopende thema’s, met als doel de Amsterdamse studenten in contact te brengen met elkaar, om kennis te nemen van elkaar en om meningen uit te wisselen en daaruit lering te trekken. Zie www.facebook.com/people/SleutelfigurenHoger-Onderwijs.

iPhone 29 We zijn allemaal onder de indruk van de creativiteit en visie van technologiebedrijven als Apple en Google. Keer op keer weten ze nieuwe producten en diensten te bedenken waarvan we niet eens wisten dat ze konden bestaan. Hongerig kijken we uit naar de nieuwste versie. Eenmaal gelukkig met onze iPhone 4, kunnen we niet wachten op de iPhone 5. Maar stel dat we de discipelen van Steve Jobs zouden vragen om de iPhone 29 te ontwikkelen. En om het extra moeilijk te maken, willen we dat dit product morgen te koop is, maar dat de verpakking pas over vijfentwintig jaar opengemaakt mag worden en dat deze telefoon dan probleemloos werkt. De ingenieurs uit Silicon Valley zouden ons uitlachen. Er is geen manier waarop iemand in de wereld de iPhone 29 kan bedenken, laat staan ontwerpen en bouwen. Het is maar helemaal de vraag of over vijfentwintig jaar Apple nog bestaat in de vorm die we nu kennen. Sterker nog, er is geen enkel bedrijf dat iets maakt wat pas over vijfentwintig jaar mag worden uitgepakt en gebruikt. Toch is dat wel de opdracht waar een universiteit voor staat. Jonge mensen moeten worden opgeleid voor een leven dat nog grotendeels bedacht, ontworpen en gemaakt moet worden. Academische waarden, ideeën en vaardigheden die tijdens de studie worden opgedaan, moeten soms jaren wachten om op cruciale momenten in het leven gebruikt te kunnen worden. Zoals een spion die jarenlang onopgemerkt en ondergronds zijn leven leidt om dan plotseling het signaal te krijgen om actief te worden. De belangrijkste producten van een universiteit zijn geen nieuwe uitvindingen, ideeën, formules, producten of diensten. Het zijn jonge mensen. Net als sommige innovatieve bedrijven levert de universiteit iets wat niemand gevraagd heeft. Maar dan iets wat het over vele jaren nog prima doet. yyy Robbert Dijkgraaf

FoliaMagazine

19


opinie

Abdi

Student-voorzitters verdienen de voorkeur

Eenzaam

Opleidingscommissies moeten niet voorgezeten worden door een docent, maar door een student, vindt Bastiaan Bouwman.

O

verweeg je volgend jaar in de opleidingscommissie (OC) van je opleiding te gaan? Dat is mooi; realiseer je je ook dat het mogelijk is om als student voorzitter van de commissie te worden? In de praktijk blijkt het toewijzen van het voorzitterschap van een OC echter een kwestie van routine, waarbij bijna altijd een docent aan het langste eind trekt. Tijdens de eerste vergadering van het jaar wordt dezelfde docent als het voorgaand jaar tot voorzitter benoemd, of hij geeft de functie door aan een van zijn collega’s. Als kersvers student-lid moet je wel heel assertief zijn om niet mee te gaan in de vanzelfsprekendheid van dit ritueel. Als je het huishoudelijk reglement van je OC erop naslaat, lees je daar dat de voorzitter ‘in beginsel’ een docent is. Deze formulering is duidelijk ontmoedigend bedoeld, maar laat wel degelijk ruimte voor student-voorzitters – bij de Faculteit der Geesteswetenschappen bijvoorbeeld zijn er momenteel twee. De impliciete aanname is dat de docent a priori meer gezag heeft dan de student. Maar is dat onderscheid wel legitiem? Het ondergraaft een essentiële premisse van OC’s, namelijk dat alle leden volwaardig en als gelijken kunnen functioneren. Het voorzitterschap moet dus net zo goed openstaan voor studenten als voor docenten, op basis van motivatie en vermogen.

20

FoliaMagazine

Ik wil hier echter nog wel een stapje verder gaan: het student-voorzitterschap moet niet alleen mogelijk zijn maar actief worden aangemoedigd. Er zijn goede redenen voor zowel de docenten als de studenten van een opleiding om een voorkeur te hebben voor student-voorzitters. Ten eerste is student-voorzitterschap voor de hand liggend omdat de OC bij uitstek het orgaan is waar studenten invloed op hun opleiding kunnen uitoefenen. Docenten hebben onderling nog vergaderingen waarin beslissingen over de opleiding worden genomen, studenten niet. De OC is dus dé plek waar de stem van studenten kan worden gehoord, wat betreft de opleiding in het algemeen. Ten tweede speelt het belang van initiatief nemen, of ‘agenda-setting’. Veel docent-voorzitters sturen ‘hun’ OC aan zonder voor de student-leden duidelijk te maken welke keuzes zij daarbij maken. Een student-voorzitter zal daarentegen initiatiefrijker zijn, heeft een onbevangen kijk op de zaken, en zorgt ervoor dat langer zittende leden hun onuitgesproken aannames weer expliciet moeten maken. Laat je als student-lid dus niet omverkegelen bij het toewijzen van het voorzitterschap. De OC, en daarmee de kwaliteit van ons onderwijs, is er bij gebaat dat een student voorzitter wordt. yyy Bastiaan Bouwman doet de onderzoeksmaster geschiedenis en is vicevoorzitter van de opleidingscommissie van diezelfde onderzoeksmaster.

Ik smijt mijn fiets tegen de gevel van het huizenblok waar ik woon. Mijn timing is perfect. Driftig komt mijn buurvrouw aanlopen. ‘Wat ben je aan het doen?’ vraagt ze wantrouwig. Ik kijk haar aan. Volgens mij is het best een taaie tante. Sinds ik hier woon hebben we nog nooit een woord met elkaar gewisseld. Vaak voel ik haar blik in mijn rug branden als ze me nastaart vanachter haar raam. Ze staat vaak voor het raam. Mijn huisbaas vertelde me dat ze na de dood van haar man beroofd is. Door Nigerianen. Haar hele spaarrekening werd leeggehaald. Ze komt op mij altijd eenzaam over. Zo’n verborgen eenzaamheid die in schril contrast staat met een stad als Amsterdam. Dat je al vijf dagen dood bent en niemand het weet of iets kan schelen. ‘Ze heeft een hekel aan buitenlanders,’ waarschuwde mijn huisbaas ooit. Ik denk dat zulke mensen gewoon bang zijn. Bang omdat de wereld om hen heen verandert en zij die niet begrijpen. ‘Dag mevrouw Jonker, ik zet mijn fiets hier even neer. Ik ga me even omkleden, het is warm buiten.’ Ze zet haar boodschappentas neer en wijst naar mijn armen. De diepe groeven in haar gelaat verraden dat ze nogal wat heeft meegemaakt in het verleden. ‘O, is dat zo? Of hunker je iets te veel naar de lente?’ lacht ze naar me. Ik wrijf over mijn blote armen. Kippenvel. ‘Heeft u zin om een keer koffie te drinken?’ vraag ik voorzichtig. Ze pakt haar boodschappentas weer op en loopt me voorbij. ‘Je hoeft me niet te tutoyeren. Ik heet Ellen. Maar kom maar een keer langs.’ Haar deur valt dicht. Ik loop naar boven om me om te kleden. Terwijl ik wegfiets, voel ik weer dat ze me nastaart, maar het voelt niet ongemakkelijk meer aan. Uiteindelijk zijn we allemaal eenzaam, denk ik. yyy Fatihya Abdi


brief

promoties woensdag 04/04 10.00 uur: Don van Ravenzwaaij – Psychologie

Domeinraden

Een bericht op FoliaWeb kort geleden vraagt om een reactie: ‘De Hogeschool van Amsterdam schrijft dit jaar alleen verkiezingen uit voor de Centrale Medezeggenschapsraad. Voor de medezeggenschapsraden van de zeven domeinen en deelraad Staven en Diensten hebben zich te weinig kandidaten aangemeld (…). Voor deze domeinraden hebben zich een gelijk aantal of minder kandidaten aangemeld dan de zetels die er zijn te verdelen. Deze kandidaten komen dus rechtstreeks in de deelraad, waardoor verkiezingen niet nodig zijn.’ Ondanks alle inspanningen en kosten om kandidaten te werven voor de DMR (zie ook Folia Magazine #22, pagina 5 en #24, pagina 8) zijn er ook bij het Domein Media, Creatie & Informatie, waar de opleiding Media, Informatie & Communicatie onder valt, onvoldoende kandidaat-leden om te kunnen kiezen en worden de gegadigden automatisch geplaatst. Hoewel inspraakorganen in het hoger onderwijs nuttig en nodig (kunnen) zijn wordt het mijns

inziens tijd dat de raden eens bij zichzelf te rade gaan over deze ontwikkelingen. yyy Jos Vrolijk, onderwijsmanager MIC, HvA

The Hare or the Tortoise? Modeling Optimal Speed-Accuracy Tradeoff Settings (Agnietenkapel)

11.00 uur: Maayke van Sterkenburg – Geneeskunde

Achilles Tendinopathy. New Insights in Cause of Pain, Diagnosis and Management (Aula)

aanvulling In Folia Magazine 25 (21 maart) is Astrid de Jager geportretteerd door uitspraken van onder anderen oud-HvA-directeur Rob Scheerens. Volgens De Jager is hierbij sprake van een vergissing, want zij en de heer Scheerens kennen elkaar volgens haar niet en hebben nooit met elkaar gewerkt. Zij laat weten dat Scheerens haar waarschijnlijk heeft verward met haar voorganger, Claar Hinlopen.

12.00 uur: Gerben de Vries – Informatica

In een reactie meldt Scheerens ons dat hij zich ‘absoluut niet’ heeft vergist.

12.00 uur: Petr Symersky – Geneeskunde

Kernel Methods for Vessel Trajectories (Agnietenkapel)

13.00 uur: Leimeng Jiang – Tandheelkunde Insights Into Passive Ultrasonic Irrigation (Aula)

14.00 uur: Anaïs Leproux – Geneeskunde

Breast Lesion Detection Using Diffuse Optical Imaging (Agnietenkapel)

donderdag 05/05 10.00 uur: Antoine Klauser – Natuurkunde

Adjacent Spin Operator Correlations in the Heisenberg Spin Chain (Agnietenkapel)

Multidetector-Row Computed Tomography Imaging of Prosthetic Heart Valves: Clinical and Experimental Aspects (Agnietenkapel)

De redactie verwelkomt ingezonden brieven en opiniestukken. We behouden ons het recht voor deze zo nodig in te korten. Vermeld altijd uw naam en relatie tot de UvA/HvA; anonieme reacties worden niet geplaatst. Mail naar redactie@folia.nl.

14.00 uur: Anja van ’t Hoog – Geneeskunde

Tuberculosis Case Finding in a Population with High HIV Prevalence in Western Kenya (Agnietenkapel) Zie voor uitgebreide informatie www.uva.nl/agenda.

(advertenties)

300 vrienden...

We are looking for you! Voor ons Pieces/Vila filiaal te Schiphol zijn wij op zoek naar enthousiaste en gedreven

Shopmanager Verkoopmedewerker We zijn op zoek naar een service gerichte shopmanager en verkoopmedewerker waarbij het verkopen in het bloed zit. Net als onze klanten ben je op de hoogte van de laatste mode trends, je bent spontaan, flexibel en doelgericht. Daarnaast zorg je ervoor dat de klanten altijd de best mogelijke service krijgen. Ben je toe aan een inspirerende werkomgeving waar collegialiteit, zelfstandigheid en plezierig werken voorop staan en waar je conform CAO betaald wordt? Stuur dan een sollicitatiebrief met C.V. naar Doek Retail t.a.v. Human Resources, Proostwetering 107, 3543 AC te Utrecht of mail naar: sollicitatie@doek.nl. Bel voor meer informatie naar 030 – 267 14 24 of kijk op www.doek.nl. Acquisitie n.a.v. deze advertentie is niet gewenst.

folia-doek 120321.indd 1

23-03-2012 10:27:18

1 trainer Op zoek naar een leuke voetbalvereniging? Kom eens kijken bij ons of train een keer mee! T.O.S.-Actief Sportpark Middenmeer, Radioweg 63 020 6928314 / info@tos-actief.nl / www.tos-actief.nl

FoliaMagazine

21


‘ Elke ondernemer krijgt het lastig’

22

FoliaMagazine


Folia Magazine, Het Parool en Snobber, een bedrijf van Gijs Barends en Marc Noët, reiken dit jaar voor het eerst de Folia Startup Award uit. Barends (34), ooit student aan de HvA en nu succesvol ondernemer in New York, geeft de winnaar 50.000 euro startkapitaal. Maar hoe heeft deze Amsterdammer het zelf zover geschopt? ‘Je moet blijven geloven in je eigen idee.’ tekst Anouk Kemper / foto’s Cynthia van Elk FoliaMagazine

23


Folia Startup Award De Folia Startup Award is een initiatief van Folia Magazine, Het Parool en Snobber BV. Studenten van de UvA, HvA, Vrije Universiteit en Hogeschool Inholland hebben tot 14 mei de kans om hun ondernemingsplan te sturen naar startupaward@ folia.nl. Alumni die niet langer dan twee jaar geleden zijn afgestudeerd, mogen ook deelnemen. Een panel van deskundigen van het Amsterdam Center for Entrepreneurship (ACE) zal uit alle inzendingen de zeven beste ideeën selecteren die worden beoordeeld door de jury.

‘S

ucces is subjectief,’ zegt Barends bescheiden, op de vraag hoe hij zelf succesvol is geworden. Toch kon hij moeilijk tijd vrij maken voor het telefonische interview, want: ‘Ik sta op een beurs in New York en het is een stuk drukker dan ik had verwacht.’ Hij klinkt er monter onder. Succes heeft volgens Barends dan ook vooral te maken met je instelling. ‘Je moet er iets voor doen, risico’s durven nemen. Ik ben heus niet veel slimmer dan de rest. Natuurlijk heb je geluk nodig, maar ook de goede omstandigheden.’ Barends begon al tijdens zijn studie boekhandel & uitgeverij, nu media, informatie & communicatie, met het opzetten van bedrijfjes. Samen met zijn studiegenoot Marc Noët, die nu nog altijd zijn partner is. ‘Mijn opleiding zat aan de Herengracht, echt fantastisch. Het was superleuk, je leerde om te leren. We kregen ook veel ruimte voor eigen projecten, daarin hadden we veel vrijheid. Het onderwijs was niet altijd even

‘Het is een illusie dat je aan een plan kunt zien of iets gaat werken’ super. In mijn derde jaar had ik bijvoorbeeld maar drie uur per week college, maar daardoor had ik genoeg tijd voor mijn eigen bedrijfjes.’ Zo begon Barends, samen met Noët Medialand. nl, een online reclamebureau, in samenwerking met een bestaand mediabureau. Ze kochten online reclameruimte in voor adverteerders. Het was 1999, het tijdperk van de internetbubbel. Het tweetal had vrijwel geen ervaring met internetreclame, maar blufte dat ze dat wel hadden. Barends: ‘Daardoor wilde het mediabureau wel in ons investeren. Toen was ik 22 jaar.’ In 2007 hebben ze Medialand.nl verkocht aan Aegis PLC, een Engels beursgenoteerd communicatiebureau.

24

FoliaMagazine


ACE

Het Amsterdam Center for Entrepeneurship (ACE) is een samenwerkingsverband van onder andere de UvA en HvA. Het biedt studenten met ondernemersgeest een mastertrack en een minor, waarin ze in teams een nieuwe start-up bedenken en ontwikkelen. Elk jaar wordt aan het eind van het semester een winnaar uitgeroepen tijdens de kick-out van de minor. Winnaars van de afgelopen jaren zijn de hippe hoofddoek van Støff (2008) en de uit frituurvet vervaardigde Dutch Green Candle (2009). Dit jaar won Twist&Juice, een apparaatje om sinaasappelsap direct uit de vrucht te drinken. Het ACE doet ook onderzoek naar de factoren die succesvol ondernemerschap bepalen.

Momenteel zit Barends alweer enkele tijd in New York, Noët zit in Amsterdam. Ze zijn aandeelhouder van een aantal bedrijfjes. Barends: ‘Maar we zijn het meeste bezig met een startup, dataprovider.com. We downloaden alle websites van een land en maken daar datasets van. Dat houdt in dat we alle sites met dezelfde kenmerken in een lijst zetten. Zo hebben we bijvoorbeeld een lijst van alle online shops in een land. Dat is interessante data voor bijvoorbeeld softwareontwikkelaars en bedrijven in online betaalmethodes. De Yellow Pages (Gouden Gids) in Canada hebben ook interesse. Zij hebben niet van ieder bedrijf de website, wij kunnen die aan hen leveren.’ Het lijkt of Barends het allemaal geleerd heeft door het gewoon te doen. Heeft hij wel iets aan zijn studie aan de HvA gehad? ‘Zeker. Wat ik bij het vak marketing geleerd heb, gebruik ik nu nog steeds. Je moet goed luisteren naar wat klanten nodig hebben. En gewoon de basisvakken, Nederlands en Engels. Ik zat tijdens mijn

studie ook in een html-klasje. Dat was heel simpel, maar toen is wel de interesse gewekt.’ Barends is zeer benieuwd naar de ondernemingsplannen die hem zullen worden toegestuurd. Al zegt hij uit een plan alleen weinig te kunnen opmaken. ‘Het is een illusie dat je aan een plan kunt zien of iets gaat werken of niet. Je kunt niet in de toekomst kijken. Een plan geeft een béétje een beeld, maar veel bedrijven beginnen met A en eindigen op B.’ De presentaties die deelnemende studenten zullen geven, zijn daarom misschien wel belangrijker. ‘Dan krijg ik een beetje een beeld van de mensen. Elke ondernemer krijgt het soms lastig, dan moet je niet weglopen. Je moet blijven geloven in je eigen idee en gepassioneerd zijn.’ Ook bij Barends gingen dingen soms verkeerd. ‘Niet dat ik heel grote blunders begaan heb, maar ik heb bijvoorbeeld absoluut geen richtingsgevoel. Dus wilde ik nog wel eens

verdwalen op weg naar een grote klant. En ik heb wel eens een vent aangenomen, direct op een dure training gestuurd in het buitenland en vervolgens kwam ik er achter dat hij totaal niet spoorde.’ Daar leerde hij uiteraard weer van. ‘Achteraf zou ik meer dingen sneller gedaan hebben; ik had meer risico’s moeten nemen. Nu ben ik veel makkelijker in het aannemen van personeel. Als de markt goed is en je kunt het betalen, dan moet je de knoop doorhakken, ook al heb je misschien nog niet het werk om die persoon de hele tijd bezig te houden. Maar ja, dat durf je beter als je het allemaal al weet.’ Als ervaringsdeskundige heeft Barends wel een aantal tips voor studenten met ondernemingsdrang. ‘Begin al tijdens je studie. Dat is veel makkelijker dan als je al 35 bent, een hoge hypotheek hebt en kinderen. Wacht niet! En nog een voordeel, je hebt nog je e-mailadres van je hogeschool of universiteit. Daarmee kom je overal binnen, want je bent niet verdacht. Je bent jong en fris, dus mensen willen je graag helpen.’ yyy

De jury

Doekle Terpstra collegevoorzitter van Hogeschool InHolland

Gijs Barends ondernemer

Barbara van Beukering hoofdredacteur Het Parool

Marja Ruigrok ondernemer en raadslid gemeente Amsterdam

Egbert Fransen directeur Pakhuis De Zwijger

Paul van de Water directeur Stichting Folia

Mirjam van Praag directeur van het Amsterdam Center for Entrepreneurship

FoliaMagazine

25


objectief Een kippeneindje Een parcours van vijf kilometer: voor een beetje hardloper is dat een kippeneindje. Nog voor je goed en wel op stoom bent is de finish al in zicht. Des te belangrijker was het om warmgelopen aan de start van de Roetersrun bij de economiefaculteit aan de Roetersstraat te verschijnen. Juist op een korte afstand wil je meteen op volle kracht vertrekken, want er is later in de wedstrijd weinig tijd meer om je gemiddelde snelheid nog op te krikken. Winnaar Alwin Groen had dat goed in zijn oren geknoopt. De oud-UvA-student sociale geografie had voor de vijf kilometer maar 15 minuten en 18 seconden nodig. Deze ijzersterke tijd – gemiddeld bijna twintig kilometer per uur – kon echter niet voorkomen dat hij in het donker finishte. Waarom de lopers per

26

FoliaMagazine

se in het donker over de streep moesten komen bleef duister. Precies een week later zou de klok vanwege de zomertijd een uur verzet zijn en was de zon pas om 20.09 uur ondergegaan. Zelfs een trage wandelaar zou voor die tijd – in gemiddeld minder dan vijf kilometer per uur – de race bij daglicht hebben uitgelopen. Toch een stukje veiliger, gezien de stoeptegels die op het rondje Roetersstraat-Plantage Middenlaan-Plantage Muidergracht-Plantage Badlaan-Sarphatistraat her en der omhoogsteken. Aan de andere kant: in het donker zie je de ontsierende bouwput op het Roeterseiland minder goed. En wellicht heeft het streven om tóch voor zonsondergang te finishen het kippeneindje gevoelsmatig nog korter gemaakt. Slimme zet van de organisatie. yyy tekst Luuk Heezen / foto Bram Belloni


FoliaMagazine

27


De bloggende wetenschap Tien jaar geleden werd het een mediarevolutie genoemd, sindsdien heeft iedere internetgoeroe het al twee keer doodverklaard: bloggen. Nergens voor nodig, vindt blogexpert Ernst-Jan Pfauth. Tijdens de boekenweek verscheen zijn digitale gids Gij zult bloggen bij internetboekhandels. Maar hoe doen de UvA en de HvA het in de blogosfeer? ‘Het niveau in Nederland is niet zo hoog, maar dat is hoopvol voor nieuwe bloggers.’ tekst Bob van Toor / foto Fred van Diem

E

rnst-Jan Pfauth (26) begon zes jaar geleden als student communicatiewetenschap met bloggen, op Spotlight Effect en later Dutchproblogger. Steeds meer lezers vonden hun weg naar zijn blogs, en na een aantal succesvolle andere projecten als The Next Web, een blog over startups, belde NRC Handelsblad. Of hij het nieuwe nrcnext.nl wilde helpen opzetten. Anderhalf jaar later deed hij hetzelfde voor NRC.nl. Nog steeds verkondigt Pfauth graag dat alles wat hij bereikt heeft te danken is aan bloggen. Maar wat is een blog eigenlijk, na twintig jaar internet-evolutie? ‘A little slice of digital heaven’, volgens Pfauth. ‘Het is je eigen wereld creëren. Ik kan natuurlijk een Facebookpagina aanmaken, die eruitziet als iedere andere, maar hierbij kan ik alles zelf kiezen. Dat vind ik het belangrijkste: dat iedereen zijn eigen publicatiemogelijkheid heeft. Dat je niet hoeft te wachten tot Folia of NRC zegt: kom

28

FoliaMagazine

iets schrijven, maar dat je gewoon kan beginnen.’ Inmiddels heet Dutchproblogger.nl gewoon Pfauth.com (‘Van die potsierlijke nickname moest ik echt af,’ zegt Pfauth), maar bij een blog draait het in principe niet om de auteur. ‘In het begin gaan lezers een blog volgen om het onderwerp. Nalden is daar een goed voorbeeld van. Die jongen begon ooit te schrijven over hiphop en kleding die hij leuk vond, en dat deed hij zo goed dat hij veel lezers kreeg. Daar zit nu echt een cultus omheen. Ik denk dat je in eerste instantie jezelf moet wegcijferen, daarna kan je wel een persoonlijkheid worden. Zoals Miss Lipgloss, dat is echt een instituut inmiddels. Een klein stukje advertentieruimte op haar blog kost 1200 euro. Zij was niemand, en niemand wilde haar in het begin omdat ze haar niet kenden, nu kan ze niet meer normaal over straat. Dat komt omdat ze goed over make-up schreef.’ Die succesverhalen zijn echter uitzonderingen,

en zeker niet voor iedereen weggelegd. Ook de grote bloggers hebben eerst twee jaar geblogd voor een handjevol lezers. Bloggen vergt dan ook doorzettingsvermogen en een behoorlijke passie voor het onderwerp. Ook Pfauth moest zijn blog lezer voor lezer aan de man brengen. ‘Mijn eerste blog, Spotlight, ging over communicatiewetenschap. Ik schreef bijvoorbeeld verslagen van evenementen die ik naar de organisatie stuurde. Die stuurden het vervolgens aan alle aanwezigen door. Of ik interviewde Matthijs van Nieuwkerk of de hoofdredacteur van nrc. next omdat ik dacht: ik ben nu een tijdschrift, en mensen willen dit lezen. Zo kwam ik in een top 100 van de belangrijkste bloggers op dat gebied, op de drieënnegentigste plaats. Toen dacht ik, hoe kan ik er nou voor zorgen dat al deze bloggers mij kennen? Ik zou iedereen kunnen mailen, maar dat is spam. Toen heb ik de andere negenennegentig geïnterviewd


per mail en een gidsje gemaakt met honderd profieltjes, en dat aan de rest gestuurd. Mensen gingen erover discussiëren en ik vloog omhoog naar de top 10.’ Nieuwe platforms als Tumblr maken het vinden van volgers makkelijker, maar daar zitten dan ook meteen 42 miljoen gebruikers op. En zelfs met duizenden volgers is het niet vanzelfsprekend dat de tijdsinvestering in een blog zich ooit terugbetaalt. ‘Miss Lipgloss heeft haar moeder en nog twee werknemers in dienst, die hebben een goedlopende webshop. iPhoneclub heeft dat ook en een reparatie­ service. In Amerika zijn bloggers hun artikelen al aan het bundelen in e-books en verkopen dat voor een tientje, en zo schrapen ze een beetje

geld bij elkaar. Ik word niet rijk van mijn blog, maar organiseer blogworkshops en breng af en toe een boek uit, en ik geef spreekbeurten. Er komen steeds meer mogelijkheden als Gidsy, een nieuwe service waarmee je activiteiten kunt organiseren en aanbieden. Daar kun je als blogger bijvoorbeeld een workshop aanbieden. Je biedt in principe gratis iets aan op je blog, maar je kunt het ook slim spelen door af en toe net iets meer te bieden tegen betaling. Bijvoorbeeld alles wat ik de afgelopen vijf jaar heb geschreven zo samengevat dat je het in een avond tot je kunt nemen in een e-book. Als je op die manier waarde toevoegt kun je dat best verkopen. Je moet sowieso niet gaan bloggen voor geld of

beroemdheid, want dan geef je het na een halfjaar op. Je komt dan niet door de periode heen waarin je lief en leed erin stopt voor tien lezers, dan haak je af. Je moet het doen omdat je ergens niet over uitgepraat raakt. En dan kan het uit de hand lopen.’  Gij zult bloggen. Een bliksemstart voor iedereen die zich tot het blogevangelie bekeert van Ernst-Jan Pfauth is voor € 3,99 te downloaden bij internetboekhandels. Op 29 maart presenteert Ernst-Jan Pfauth het Eerste Nationale Twittergala in Spui 25. Aanvang 20.00 uur, aanmelden verplicht via www.spui25.nl.

FoliaMagazine

29


Studentenbloggers, docentenbloggers: Ernst-Jan 1

2

peterkerkhof.info

Tip 1 verzin een goede blognaam ‘Wat is het toch grappig dat iedereen automatisch zijn naam bovenaan zet, vooral docenten. Zoals Dr. Peter Kerkhof. Waar schrijft hij over? Een blog als dat van Ruud van Dijk is volstrekt abstract: een standaard layout, en zijn eigen naam groot bovenaan. Hij geeft nu geen enkel haakje waarop je in kunt stappen: een inleiding of iets over wat hem drijft. ‘War and peace and cycling, not necessarily together’, is de ondertitel. Het zal dan wel over fietsen gaan: een leuke niche, maar het vertelt me verder niet veel. Ook Theo Ploeg heeft zijn naam erboven gezet, maar je ziet wel meteen dat het over muziek gaat. Ik snap niet waarom er dan geen ondertitel onder de kop staat: wie is deze man en wat doet hij? Het is het beste als het onderwerp van de blog in de naam terugkomt. Daardoor ben je beter te vinden op Google, en blijft de lezer hangen. Lucas Wenniger heeft al een iets bekendere naam zo te zien, hij was bij De Wereld Draait Door. Maar ik als bezoeker ken die naam niet, de blog heeft echt op zijn minst een ondertitel nodig. Nu moet ik op die blog gaan zoeken waar hij over gaat.’ Tip 2 vind je niche ‘Bij het kiezen van een onderwerp om over te bloggen kun je het best zo specifiek mogelijk zijn. Zeg dus niet ‘auto’s’, maar ‘oldtimers uit de jaren zestig’, daardoor val je meer op bij mogelijk geïnteresseerde lezers. Henk Jan Honing zit in

30

FoliaMagazine

3

ruudvandijk.blogspot.com

4

theoploeg.nl

een enorme niche met Music Matters – a blog on music cognition. Ik weet niet direct wat muziekcognitie is, maar dat is geen probleem. Dit is een prima blog, gemaakt door een vakidioot die zo te zien met liefde over het onderwerp schrijft. Hij blogt niet veel, niet eens een keer per week, maar wel uitgebreid en nauwkeurig. En voor hem is het voordeel dat hij nu gedwongen is te schrijven, het proces van zijn onderzoek met zijn volgers te delen en zijn gedachten te structureren en te verwoorden. The act of writing is what moves things forward: door te schrijven blijf je op de hoogte en zet je dingen in werking. Anne Helmond heeft ook een goede blog. Je ziet waar het over gaat: A new media blog. Ze gebruikt beeld goed, het leest lekker; grote letters, veel wit. Het is niet voor leken, maar dat is haar ambitie ook niet. Wederom een blog waar lange artikelen worden neergezet, er is geen plek voor af en toe een linkje of een filmpje.’ Tip 3 investeer in design ‘Inhoud is belangrijk, maar design komt zeker op de tweede plaats. Ik zou als ik Ruud van Dijk was, dat thema van fietsen en koude oorlog uitwerken met een goede graphic, dat je het meteen ziet als je aankomt. Het beeldgebruik van Theo Ploeg is heel sterk, grote plaatjes, dat is mooi. Vaak wordt beeld alleen maar gebruikt omdat het moet, het nu.nl-syndroom noem ik dat. Briljant dat Peter Vasterman nog een lichtkrant heeft,

5

lucaswenniger.nl

musiccognition.blogspot.com

maar deze man doet niet zijn best om de artikelen aantrekkelijk te presenteren. Meisjesblogs over mode, zoals Saaht, zien er vaak mooi verzorgd uit. De Tumblr I am the visual collector is prachtig. Puur. Eye candy. Geen idee wie het is, daar gaat het ook niet om. Wel fascinerend dat je echt niet ziet wie het is. Onbevredigend, eigenlijk. Je ziet duidelijk de thema’s, hout, leer; knap dat ze zo’n vastomlijnde smaak laat zien. Het lijkt trouwens alsof haar posts heel veel geliked zijn, maar dat is niet per se haar verdienste: als zij een plaatje reblogt krijgt ze alle likes die het al had erbij, maar het werkt wel. Het is mijn wakkerwordritueel: Tumblr openen en plaatjes kijken.’ Tip 4 voeg waarde toe ‘Denk altijd: wat heeft de lezer aan dit blogartikel? Een schrijver volg je om wat hij schrijft, een blogger om zijn expertise of goede selectie. Bij NRC zeg ik ook: als de Volkskrant een primeur heeft, link naar de Volkskrant. Als je een goede gids bent komt de lezer wel weer terug. Het is niet erg als er af en toe een tikfoutje in je blog staat, dat maakt het authentiek. Theo Ploeg en Lucas Wenniger zetten alles wat ze in andere media schrijven op hun blog. Dat kan, als ik ze wil volgen maakt het mij niet uit waar die artikelen oorspronkelijk voor bedoeld waren, maar eigenlijk zijn het ‘papieren’ blogs. Ik probeer altijd ook wel dingen te creëren speciaal voor mijn volgers. Dat kan door expertise, of door goede selectie. Maryketing gaat voor-


Pfauth over UvA- en HvA-blogs 6

7

annehelmond.nl

8

vasterman.blogspot.com

al over wat de schrijfster doet: ze heeft afscheid genomen als uitzendkracht, ze gaat in 2011 beter op haar voedselpatroon letten… De naam is een mysterie. O hier, Marijke Zwaag is aanstormend jongerenmarketeer – maar het gaat niet echt over marketing. Op Bliqk kan ik wel meteen zien dat Sjoerd Zijlstra dit schrijft, maar er is geen link naar een Facebookpagina of Twitter. Het is belangrijk om die link naar verschillende platforms te leggen, om zo veel mogelijk lezers te bereiken. Een share-knop voor Facebook kan wat hijgerig staan, maar ik ben via mijn blog op alle sociale media te vinden. Je moet proberen het midden te

9

newspaperinnovation.com

Tip 5 blijf schrijven ‘Het is cruciaal om regelmatig een stuk op je blog te zetten, liefst elke dag. Bloggen is in Nederland nog niet tot een hoog niveau ontwikkeld, dat geeft hoop. Als je morgen een blog begint en de valkuilen vermijdt, is het heel makkelijk om op te vallen, dan is het alleen een kwestie van volhouden. Kijk naar Piet Bakker, die blogt al jaren op Newspaper innovation. Hier: zijn laatste update was vanochtend. Hij blogt al sinds mensenheugenis, 2004. Daardoor heeft hij ook 3300 volgers: je krijgt door deze blog te lezen het gevoel dat je

10

saaht.blogspot.com

vinden tussen puur persoonlijk en puur feitelijk en je moet een redactionele persoonlijkheid hebben, door bijvoorbeeld mooie koppen te maken. Als je op straat iets fotografeert, een gedachte erover formuleert, en dat kunt verwoorden, dan heb je die blogblik die je blog uniek kan maken.’

iamthevisualcollector.tumblr.com

11

marijkezwaag.wordpress.com

nooit meer iets mist. Hij investeert trouwens totaal niet in layout of externe linkjes – de rest van internet bestaat hier niet. Dat is vast niet per ongeluk, maar ik vraag me af waarom hij daarvoor kiest. De layout van Fungal science is goed, en voor biowetenschappers is het misschien meteen duidelijk waar dit over gaat, maar het wordt gewoon te weinig geüpdatet. Ze hebben laatst nog geschreven, maar de post daarvoor dateert van 2010. Op mijn blog is de laatste post altijd van een paar dagen geleden, hoogstens.’ yyy 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13

Peter Kerkhof (45, hoogleraar Customer Media, UvA) over sociale media Ruud van Dijk (docent geschiedenis, UvA) over fietsen en de Koude Oorlog Theo Ploeg (42, docent mediasociologie, HvA) over popmuziek Lucas Maillette de Buy Wenniger (30, arts-onderzoeker, AMC) over biologie Henkjan Honing (52, hoogleraar muziekcognitie, UvA) over muziekcognitie Anne Helmond (33, docent mediastudies, UvA) over New Media Peter Vasterman (61, docent journalistiek, UvA) over media Piet Bakker (59, onderzoeksinstituut Communication Science, UvA) over gratis dagbladen Suzanne van Heerden (22, Amfi) over mode Tjaja Tilakdharie (Amfi), ‘inspiration blog’ Marijke Zwaag (22, lerarenopleiding Nederlands, HvA) over ‘Marijke + marketing’ Sjoerd Zijlstra (communicatiewetenschap, UvA) over marketingstrategie Onderzoeksgroep FINSysB, o. a. Alice Sorgo (onderzoeker Molecular Biology, UvA) over schimmels

12

13

bliqk.nl

fungalscience.blogspot.com

FoliaMagazine

31


Op zoek naar handvaten Met de workshop ‘studiekeuze voor ouders’ poogt de HvA toekomstige studenten te behoeden voor een verkeerde beslissing. Met hulp van pa en ma, want ‘je bent op die leeftijd gewoon nog niet geschikt om keuzes te maken.’ tekst Bob van Toor / foto’s Fred van Diem

D

e workshop begint om kwart voor negen, maar de eerste moeder scharrelt al om acht uur door de gang van de Leeuwenburg. Ze heeft een tas bij zich die bijna nog groter is dan zijzelf. Ze maakt zich soms wel zorgen om haar kind, vertelt ze op zachte toon. Langzaam maar zeker druppelen meer ouders binnen, in paren of alleen. Meneer en mevrouw Schipper willen hun dochter graag helpen, zeggen ze. ‘Ze is alweer gestopt in Utrecht, dus moeten we opnieuw

32

FoliaMagazine

beginnen.’ Meneer heeft ook wel gezocht, begon als boerenzoon aan de landbouwschool maar eindigde in de ICT. Mevrouw Schipper werkt nog steeds waar ze ooit begon: het zaadbedrijf. ‘Enkhuizen drijft op zaad,’ zegt meneer Schipper. Ze gaan zitten in het collegezaaltje, waar al een blocnootje, een pen en een klein rolletje pepermuntjes voor iedereen klaarliggen. In de huisstijl, net als de powerpoint, die aankondigt dat Daniella Krijger de vraag ‘Hoe help ik mijn kind bij het maken van een studiekeuze?’ gaat

bespreken. Mevrouw Schipper doet haar jas uit. Deze avond geeft hopelijk een handvat,’ vertelt meneer Schipper. Hij doet toch ook maar zijn jas uit; in de Leeuwenburg staat de thermostaat gewoon nog op winter. Mevrouw Schipper neemt een pepermuntje. ‘Ik ben zelf moeder van twee pubers, dus ik weet wel hoe dat kan zijn,’ leidt Daniella Krijger haar verhaal in. ‘Voor u als ouder van een havo-, vwo- of mbo-leerling is de studiekeuze van uw


Meneer en mevrouw Schipper praten nog even na met Daniella Krijger.

kind minstens net zo spannend als voor uw zoon of dochter zelf,’ stond in de aankondiging te lezen. Het staat op de meeste gezichten te lezen als Krijger een rondje vraagt naar de verwachtingen van de ouders. ‘We willen zo veel mogelijk informatie pakken voor onze zoon, die duidelijk moeite heeft. Hij heeft al twee keer zijn studie afgebroken, dus nu wordt het wel echt, ja, spannend,’ zegt een frisse moeder met blonde krullen. ‘Er zijn nu tweehonderd richtingen. In mijn tijd waren het er vier, als je iets technisch wilde doen,’ bromt een vader. ‘Ik hoop daar vanavond wat handvatten voor te krijgen’. Handvatten en handvaten zijn de buzzwords van de avond, met al die ongrijpbare studieverlaters en twijfelaars thuis in Oostzaan of Amstelveen. ‘Het duurt al een tijd en ik dacht: zo eind maart ga ik maar eens zélf wat suggesties doen voor een studie,’ zegt een andere vader kordaat. ‘Hoe groot denkt u dat uw rol is bij de keuze van uw zoon?’ vraagt Krijger aan vader Schipper. ‘Dochter,’ antwoordt hij wat verrast. ‘Wat was de vraag?’ ‘Je rol!’ fluistert zijn vrouw. ‘Ik dacht heel klein,’ geeft meneer Schipper toe, ‘maar nu denk ik toch dat het wel eens groter zou kunnen zijn, dat je wel een duwtje kan geven. Meestal lijkt het haar niet zo veel te doen wat we erover zeggen. Maar toen we vroegen of het haar interessant leek dat we hierheen gingen, of dat het van haar niet hoefde, zei ze: in dit geval wel.’ De rol van de ouders is groter dan ze denken, beaamt Krijger. ‘Als een kind leert lopen geef je geen instructies, of straf als het niet lukt. Hoe

mooi zou het zijn, als we in het dit proces van ons kind ook wat meer vertrouwen zouden kunnen hebben?’ Studiekeuzestress is haar ook niet vreemd, zegt ze; de powerpoint klikt door naar een plaatje van een pauzeknop. Na plannen voor de Hotelschool begon ze toch met Frans, maar dat werd niks. Een pauze van drie jaar

‘Ik mis het vuurtje bij mijn zoon’ om te werken en na te denken bracht haar bij communicatie, dat maakte ze af. Tienduizend leerlingen nemen zo’n pauze. ‘Soms heb je die tijd gewoon eventjes nodig’. Klik: een doorsnee van de hersenen. ‘Want ze zijn gewoon nog niet af!’ zegt Krijger. ‘Er is nog chaos in dat hoofd, en in dat lijf door de hormonen; je bent op die leeftijd nog niet geschikt om keuzes te maken. Daar hebben ze u dus bij nodig.’ Klik: een autospiegel. ‘U zit op de passagiersstoel, als een rij-instructeur. Ze kunnen nog best eens door rood heen rijden als u niet oplet, maar u kunt ze leren sturen.’ Krijger legt, met een rustige toon die haar studie eer aandoet, uit hoe dat moet. ‘Misschien is het een open deur, maar luisteren is een goede manier.’ Er zijn niet veel vragen na afloop. ‘Toch mis ik bij mijn zoon gewoon het vuurtje,’ zegt de frisse moeder. Een vader vraagt naar de mogelijkheden van beroepskeuzetests. Dat blijft een momentopname, zegt Krijger. ‘Ach, er komt

toch nooit wat uit,’ valt meneer Schipper haar bij. ‘Ik zou volgens zo’n test beroepsmilitair worden.’ ‘Eigenlijk is de keuze veel te vroeg,’ concludeert Krijger, ‘het blijft een zoektraject.’ De ouders schuifelen naar buiten. ‘Praten met onze dochter doen we al wel’, vertelt een stel ouders dat helemaal uit Capelle aan de IJssel is gekomen. ‘We hadden gehoopt dat we iets over de school te weten zouden komen – onze dochter wil fysiotherapie doen.’ ‘Dat is niet eens op deze locatie,’ zucht de vader. Ook een tweede moeder had andere verwachtingen: ‘Ik wilde nu wel eens weten hoe het zit met al die studies, en met die master-dingen. Dít wist ik allemaal wel,’ zegt ze lachend. Maar meneer en mevrouw Schipper zijn tevreden. Het blijft een moeilijk traject, zegt mevrouw Schipper. Soms zijn de gesprekken met haar dochter gespannen. ‘Dat heb je toch met pubers. Als je het verkeerde zegt, gaan ze op slot.’ ‘We hopen dat we haar op weg kunnen helpen. Rust en ruimte geven is ook belangrijk’. Ze hebben zeker wat opgestoken vanavond. ‘Ze is 18, bijna 19; je moet je er toch mee gaan bemoeien. Integrale Veiligheidskunde was het niet, nu wil ze iets met economie. Maar nu gaan we wel vragen wat voor beeld ze daar dan bij heeft.’ De lessen gaan mee naar huis op een tiental briefjes, in twee handschriften. ‘Wat is de goede richting, dat is de vraag,’ zegt meneer Schippers. ‘We hebben nu in ieder geval wat handvaten gekregen’. yyy

FoliaMagazine

33


(advertenties)

T! N CE e DO dez tie JE ef ten P Ge ver oor TI ad d

Master Learning & Development 8 mei: Sneak preview met lector Tom Luken

Master Management & Innovation

DOCENTEN WORDEN MASTER* *Met Pro Education en de Lerarenbeurs

Master Social Work & Innovation Master Management & ICT Meer informatie & inschrijven:

www.proeducation.nl/lerarenbeurs

march 29th amsterdam

POST-BACHELOR EN MASTEROPLEIDINGEN

free entree

15h -19h thursday Oudemanhuispoort 4-6 room F2.01C

HVA ONDERWIJSCONFERENTIE 29 MAART 2012 LAAT JE INSPIREREN! VOOR ALLE HVA MEDEWERKERS KIJK OP WWW.HVA.NL/ONDERWIJSCONFERENTIE VOOR MEER INFORMATIE EN SCHRIJF JE IN

master students from UvA & maHKU proudly present

six multidisciplinary data visualization projects & three guest speakers:

Alberto Cairo

Bas Broekhuizen Jan Willem Tulp

thefunctionalart.com basbroekhuizen.nl

tulpinteractive.com CREATING TOMORROW


‘Iemand nog een muffin?’ Er was koffie, er waren muffins en er waren collega’s van de drie docenten van het Domein Onderwijs & Opvoeding die onlangs door studenten verkozen waren tot DOO-Docent van het Jaar. De drie gaven vorige week gastcollege over goed docentschap. Alleen die studenten, die waren er niet. tekst Annemarie Vissers / interviews Catrien Spijkerman / foto’s Bram Belloni

I

n het Kohnstammhuis staan de grote kannen koffie en de schalen vol muffins al klaar. Een batterij lege stoelen staat strak in rijen opgesteld te wachten op publiek. Stipt vijf over halfeen start het eerste gastcollege van Aad Sinke, docent Engels en een van de drie ‘domeinwinnaars’ van de Docent van het Jaarverkiezing. Daarna volgt collega Jurjen Tak (pedagogiek) en als laatste zal Sanne Hiddema (pabo) de toehoorders in een kwartiertje uitleggen wat goed doceren volgens haar is. Waarom juist zij drieën de uitverkorenen vormen, weten ze eigenlijk niet, aldus docent Sinke. ‘Ergens in de cloud zal het vast te achterhalen zijn wat studenten van ons vinden. Maar er wordt geen informatie meer gegeven over de verkiezing. Wij zullen het dus nooit weten.’

slapeloze nacht Het drietal bladert wat papieren door, haalt een vlugge hand door het haar en trekt kleding recht. De man van de techniek kijkt gelaten voor zich uit de zaal in. Die is nog leeg. ‘Blijf nog maar stand-by, we wachten nog vijf minuten. Wil er iemand alvast een muffin? Neem er gerust eentje,’ zegt een licht nerveuze communicatiemedewerker Christine Spelten. In het ‘draaiboek’ dat ze uitreikt staat dat er honderd muffins zijn, voorlopig veel te veel. Een slapeloze nacht heeft Spelten ervan gehad, biecht ze op: ‘Zul je zien, dacht ik, dat er straks niemand komt.’ Niemand is een groot woord, maar met een krappe dertig toehoorders en welgeteld drie

studenten – die gezien hun geschatte leeftijd ook moeiteloos voor ervaren docenten kunnen doorgaan – is de bijeenkomst niet bepaald een doorslaand succes te noemen. Maar domeinvoorzitter Marjan Freriks houdt desondanks de moed erin: ‘We gaan gewoon een feestje vieren. Laten we gaan genieten van reflecties over het docentschap.’ Febodocent Dat docentschap, daar is nogal wat over te zeggen, blijkt uit het Prezi-ondersteunde college van Sinke. Zichtbaar geamuseerd begint hij zijn

‘Zelfs achterlichten repareren is methodisch denken’ verhaal. Met een vergelijking tussen koks en doceren maakt hij zijn punt inzichtelijk voor de zaal. Volgens Sinke zijn er een aantal docenttypen te onderscheiden. Zo is er de Febodocent; populair, maar uit het vakje komt steevast dezelfde hap. ‘Dan is er de magnetrondocent, die probeert iets vers aan te bieden, maar komt uiteindelijk meestal met hetzelfde resultaat aanzetten. Niet per se ongezond, maar makkelijk.’ Daarna volgen nog de verse-ingrediëntendocent en de sterrenrestaurantdocent: ‘Daar voel je je welkom. Het is de docent die na een college aan je vraagt of alles naar wens was. Zo zou doceren eigenlijk moeten zijn.’

Jurjen Tak is zo’n docent die zelfs taaie stof, zoals de bijkans onbegrijpelijke ‘regulatieve cyclus’, met simpele voorbeelden inzichtelijk maakt voor zijn studenten: ‘Maak lesstof concreet. Zo maak ik er met gemak de Cyclus van Tak van en leer ze daarbij dat zelfs achterlichten repareren methodisch denken is: Wat is het probleem? Kun je dat zelf oplossen? Hoe ga je te werk? Duidelijk zijn, daar kom je als docent ver mee.’ Dat een zeldzame enkeling moeite heeft hem te verstaan – er klinkt een drammerig ‘kunt u wat beter ar-ti-cu-leren?’– pakt hij sportief op. ‘Zijn er meer personen die mij niet goed horen?’ Een kritisch antwoord van de student op Sinkes vraag of alles naar wens is geweest, zit er voor het drietal niet in. Dat ‘hun’ studenten schitteren door afwezigheid is jammer, maar ook wel begrijpelijk, zegt Sanne Hiddema, pas anderhalf jaar werkzaam als docent. Als Hiddema haar relaas begint over haar eerste maanden in het onderwijs, valt het stil. Een luisteraar stopt met verveeld kauwen op zijn chocolademuffin, zet zijn koffie weg en gaat rechtop zitten. Hier en daar knikken docenten instemmend. Eerlijk en zichtbaar kwetsbaar vertelt de docente over haar geworstel met lastige leerling Daniel. Herkenning alom spreekt van de gezichten. ‘Natuurlijk had ik mijn college voor hen willen presenteren maar ach, ze moeten al zoveel.’ Docenten ook, blijkt als de zaal in rap tempo weer leeg is. Spelten wijst naar de schalen op tafel. ‘Nog een muffin voor straks? Er zijn er nog genoeg.’ 

FoliaMagazine

35


‘We gaan genieten van reflecties op het docentschap’

Jurjen Tak: ‘Praktijkvoorbeelden en goed ritme’

Jurjen Tak docent hulpverlening bij kinderen ‘Ik wil studenten duidelijk maken hoe belangrijk theoretische kennis is. Zeker op het hbo. Onze studenten hebben vaak een mentaliteit van aanpakken, de theoretische concepten blijven daarbij makkelijk buiten beeld. Om de droge theoretische concepten te laten leven, verbind ik ze aan echte praktijkvoorbeelden. Ik geef al 24 jaar les op de HvA, maar ik heb daarnaast ook altijd in een praktijk gewerkt. Die ervaring weef ik voortdurend door mijn colleges en tentamens heen. Stel je voor: er komt een overspannen moeder aan je opvoedbalie, welke vragen kun je dan het best stellen? Zulke concrete situaties zorgen ervoor dat studenten emotioneel betrokken raken bij de theorie. Aanpakken is namelijk prima, maar het moet wel gebaseerd

36

FoliaMagazine

zijn op kennis en een analyse van het probleem.’ ‘Studenten hebben een kortere aandachtsspanne dan vroeger. Ik doe mijn best een goed ritme in mijn colleges aan te brengen: ik wissel uitleg af met filmpjes, discussie, vragen. De concurrentie is echter groot: studenten zijn voortdurend bezig zichzelf te prikkelen. Als de stof ook maar even wat droger wordt, zitten ze alweer hun mails te checken. Sommige collega’s vinden om die reden dat alle iPhone en laptops daarom verbannen moeten worden uit de collegezaal. Soms zou ik dat ook liever willen, maar over het algemeen denk ik dat je de mogelijkheden die die dingen bieden maar beter kunt benutten. Dus kondig ik om de zoveel tijd duidelijk aan: “Jongens, ik ga nu een samenvatting geven, dus hou je iPhone in de aanslag”. Dan maken ze allemaal een filmpje dat ze later nog eens kunnen terugkijken.‘

Aad Sinke lerarenopleider docent Engels en docent didactiek en klassenmanagement ‘Mijn studenten zijn mijn collega’s. We doen immers hetzelfde werk. Als zij op stage gaan, staan ze net als ik voor de klas. We kunnen onze frustraties en ervaringen delen. Ik heb de waarheid natuurlijk niet in pacht – ik heb hoogstens meer ervaring. De manier waarop ik de dingen doe, hoeft niet hun manier te zijn. Ik kan evengoed veel van hen leren, bijvoorbeeld over taalbeleving. Ik geef Engels, dat is mijn tweede taal, Nederlands mijn eerste. Er zijn veel leerlingen die Arabisch als eerste taal hebben, Frans als tweede, Nederlands als derde, en Engels pas als vierde. Zij hebben een ander uitgangspunt, en leren taal dus op een andere manier.’ ‘Ik maak wel eens


Aad Sinke: ‘Studenten zijn collega’s’

de vergelijking tussen koken en lesgeven. De Febodocent heeft zijn lesmateriaal al jaren in de kast liggen, op dezelfde plank. Hij haalt het te voorschijn, draait zijn riedeltje af, en gaat weer naar huis. Hij vraagt zich niet af of de studenten het wel lusten, of het wel goed voor ze is. De chefdocent wil innoveren, nieuwe smaken ontwikkelen, de studenten van alles laten proeven om te zien of ze het lekker vinden. Tussen die twee extremen zitten veel varianten: docenten die wel verse maaltijden bereiden, maar toch voorgesneden groenten gebruiken, of sausjes uit een zakje. Ik probeer zoveel mogelijk als een chef te werk te gaan. Een enkele keer moet ik door tijdsdruk toch een magnetronmaaltijd voorschotelen. Ik hoop dat studenten het verschil in kwaliteit dan des te meer proeven.’

Sanne Hiddema: ‘Zo leuk mogelijk’

Sanne Hiddema docent Nederlands, lerarenopleider aan Pabo ‘Ik probeer alle namen van mijn studenten uit mijn hoofd te leren. Dat is moeilijk, maar ik vind het belangrijk dat ze weten dat ik oog voor ze heb – ook buiten de collegezaal. Ik groet mijn studenten in de gangen, ik vraag hun hoe het op stage ging. Een school moet een veilige plek zijn waar studenten zich prettig voelen en vrij om vragen te stellen. Veel studenten zijn onzeker over hun Nederlands, met name tweetaligen zien soms tegen het vak en de taaltoets op. Ik laat ze merken dat ik hoge verwachtingen van ze heb. Onuitgesproken verwachtingen bepalen immers het zelfbeeld van de leerlingen. Zelf heb ik nooit scheikunde geleerd omdat mijn middelbare schoolleraar vond dat ik daar te onnozel voor

was. Hij zette me achteraan in de klas, ik telde eenvoudigweg niet mee. Ik hoop dat ik mijn studenten voelen dat ik vertrouwen in ze heb. Als studenten denken “dit vak wordt nóóit wat”, is het de taak van de docent de studenten moed in te praten.’ ‘Ik vind dat een docent zijn best moet doen de lessen zo leuk mogelijk te maken. Gelukkig kan ik voor het vak Nederlands putten uit een enorm archief aan leuke filmpjes. Fragmenten van Van Kooten en De Bie zijn bijvoorbeeld vaak erg geschikt. Aan de andere kant vind ik het een misverstand dat alles maar leuk moet zijn. Studenten moeten het ook kunnen opbrengen zich door taaie stof heen te worstelen. Dat hoort nu eenmaal bij leren.’ yyy

FoliaMagazine

37


Veeleisend voor zichzelf Deze week in Folia maakt kennis: Souraya Bouwmans, directeur van het Amsterdam Fashion Institute (Amfi) van de HvA. tekst Dirk Wolthekker / foto Danny Schwarz

D

at Souraya Bouwmans begin 2011 directeur werd van het Amsterdam Fashion Institute (Amfi) is niet zo heel gek, want met haar mooie kleding – fijne stof, mooie snit – past ze precies op de modeacademie, zeggen de mensen die met haar hebben gewerkt bij haar vorige werkgever, Randstad. ‘Zij besteedt echt zorg aan haar kleding,’ zegt Birgit Viguurs, secretaresse op de afdeling waar Bouwmans werkte als international business development manager. ‘Hoe zal ik het noemen,’ zegt Viguurs. ‘Klassiek-officieel eigenlijk niet, eerder klassiek-zakelijk. Ja, dat is haar kledingstijl. Een mantelpak, zoiets. Zeker geen broek. Hooguit een pantalon, een chique broek dus, mooi gesneden met een mooie pasvorm en vouw. Een statige Belgische dame.’ Amfi-directeur Souraya Bouwmans-Sarraf (Beirut, 1974) is van Libanese komaf. In het religieus-etnisch verdeelde land, dat tussen 1975 en 1990 werd verscheurd door een burgeroorlog, behoorde ze tot de christelijke minderheid. Ze verliet het land en vestigde zich in België, waar ze aan de Vrije Universiteit Brussel geschiede-

38

FoliaMagazine

nis studeerde. Zelf zegt ze dat ze voor die studie koos ‘omdat het een goede academische opleiding is waar je wordt uitgedaagd om kritisch na te denken, goed onderzoek te verrichten en je gedachten op papier te zetten’. Maar uitgestudeerd was ze allerminst: na haar master geschiedenis volgde ze nog een tweejarige MBA-opleiding aan de Nimbas Graduate School of Management, een businessschool

‘Haar ambitie gaat niet over het hoger komen in een organisatie’ waar ze zich specialiseerde in marketing. Van daaruit rolde ze het bedrijfsleven in, waar ze lange tijd werkte in verschillende functies bij uitzendorganisatie Randstad, aanvankelijk de Nederlandse afdeling, later de internationale divisie. Maar ook toen had ze al, zij het zijdelings, met fashion te maken: haar man Ed is werkzaam in de confectie-industrie. ‘Haar huwelijk met iemand uit de modewereld

was het enige directe raakvlak dat zij had met onze opleiding, maar toch wilden wij juist haar hebben,’ zegt René van de Velde, hoofd van de afdeling Fashion & Branding van het Amfi. Hij zat in de sollicitatiecommissie die Bouwmans naar voren schoof als nieuwe baas van de opleiding die officieel ‘technisch-commerciële confectiekunde’ heet. ‘We waren niet op zoek naar iemand die de bestaande onderwijs- en fashionvisie wilde veranderen, maar juist naar iemand die de financiële soliditeit van het Amfi wilde bewaken en verbeteren en onze belangen binnen de HvA zou weten te verdedigen. Die hebben we in haar wel gevonden, denk ik. Ze is fel, zeer gedreven en weet met haar marketingachtergrond het Amfi positief te positioneren. Wat ze nu nog moet doen is haar gezicht, ook naar buiten toe, koppelen aan de reputatie van het Amfi.’ Bouwmans is iemand die er echt voor gaat, zegt ook haar oud-collega Cor Versteeg, managing director operations bij Randstad. ‘Maar haar ambitie gaat niet over het verder en hoger komen in een organisatie, maar over haarzelf. Zij wil voor zichzelf het verschil maken, doelgericht en pragmatisch. “Waar loop je tegenaan, hoe kan ik


Folia maakt kennis

je helpen, hoe komen we samen verder?” Dat zo goed mogelijk doen, daarin schuilt haar ambitie, niet in een strategisch plan om het tot directeur te schoppen. Natuurlijk is ze ook commercieel. Dat moest ze ook zijn in haar functie, maar ze is toch eerder een dienstverlener. Naar de klant, maar ook naar de mensen met wie ze werkt.’ Betrokken bij de dingen die ze doet en bij de mensen met wie ze werkt, dat is Bouwmans ten voeten uit, zegt Birgit Viguurs. ‘Het komt vaak voor dat mensen vrijdag aan je vragen wat je in het weekend gaat doen. Souraya is dan degene die daar maandag op terugkomt door te vragen hoe het weekend was. We gaan nog steeds twee keer per jaar uit eten. Goed dat dit even ter sprake komt nu, ik ga haar er gelijk over mailen.’ yyy Folia Radio zendt op 28 maart een interview uit met Souraya Bouwmans. Het gesprek zal gaan over haar achtergrond, (de toekomst van) het Amfi, haar positie als ‘buitenstaander’ binnen een modeopleiding en de Amfi-store op het Spui. Te beluisteren via Amsterdam FM, in de ether op 106.8 en op de kabel op 103.3, tussen 16.00 en 17.00 uur. Vanaf de volgende dag terug te luisteren via foliaweb. nl/radio.

FoliaMagazine

39


de adviesdienst

Samenwerken?

S

Duidelijk

Leren

Wacht er niet te lang mee om haar te zeggen dat je de opdracht liever niet met haar maakt. Maak het duidelijk dat jullie goede vriendinnen zijn maar heel andere studenten, en dat je liever samenwerkt met iemand die als student meer op jou lijkt. Zorg dat je die twee dingen duidelijk scheidt: jullie vriendschap staat los van de opleiding en komt daardoor ook niet in gevaar. Succes! Ella de Rijke (24, kunstgeschiedenis)

Je kunt tegen haar zeggen dat je een keer wil leren van anderen. Christaan Wiesenekker (HES)

zal trekken. Dat zou natuurlijk zonde zijn. Michael Bosscha (26, Content & Communication)

Zonde

Dicht bij huis

Melden dat je graag ook wil weten hoe het is om met anderen samen te werken, aangezien jullie zo te horen al genoeg samen hebben gedaan. Als je het niet durft zul je uiteindelijk een groot probleem hebben, aangezien zij jou dan hoogstwaarschijnlijk naar beneden

Allereerst lijkt me dat je niet zo’n goede vriendschap met elkaar hebt als je zoiets niet gewoon tegen elkaar kunt zeggen. Zou ze het niet gewoon begrijpen dat het een beetje te dicht bij huis is voor je? Als argument zou je kunnen aanvoeren dat zo’n opdracht ook juist bedoeld

illustratie Pascal Tieman

amen met een van mijn beste vriendinnen volg ik een vak aan de HvA. Bij dat werkcollege moeten we binnenkort duo’s vormen die samen aan een eindopdracht werken. Mijn vriendin gaat er al helemaal van uit dat wij samen gaan werken. Alleen: eigenlijk wil ik liever niet met haar. Ze is echt een ontzettende chaoot, doet alles op het laatste moment en werkt totaal niet goed samen. Hoe maak ik haar duidelijk dat ik liever een andere partner heb voor deze opdracht, zonder dat onze vriendschap onder druk komt? Studente CMV, HvA

is om te leren samenwerken met onbekenden. Aan de andere kant zijn chaotische mensen vaak wel harde werkers. Als je goed communiceert en de taken goed verdeelt, is het misschien nog wel het meest leerzaam om wél met haar samen te werken. Pieter de Jong (19, rechten)

volgende week: familiebanden Ik zit nu ruim een jaar bij een grote studentenvereniging. Dat is erg leuk, maar met studie en baantje in een restaurant ook erg druk. Ik heb een hechte familie, maar nu schiet die er nogal eens bij in. Voor ik ging studeren kwam ik op de verjaardag van iedere tante, en ik vind het nog steeds leuk om iedereen te zien, maar het afgelopen jaar heb ik vaak dingen afgezegd vanwege een bestuursweekend of huisfeest. Laatst vroeg mijn moeder of ik bij het vijftigjarig huwelijk van mijn grootouders ben.

Toen ik zei dat ik dat nog niet zeker wist omdat het in de lustrumweek valt, werd ze heel boos. Ik weet niet of dat gerechtvaardigd is, maar ik zit er wel mee. Hoe stel ik mijn prioriteiten? Johannes (22)

Mail je advies voor Johannes, of een eigen kwestie waarin je geadviseerd wilt worden, aan redactie@folia. De redactie behoudt zich het recht voor bijdragen in te korten.


illustratie Denise van Leeuwen

drift

‘Hij gebruikte ook doordeweeks’

T

aina (21), student literatuurwetenschappen: ‘“Er komt een moment dat je denkt: fuck it, ik ga door die muur. Nu misschien nog niet en dat hoeft ook niet.” Dat zei David een keer tegen me toen we met elkaar in bed lagen. Die woorden kan ik me nog precies herinneren. Hij zag dat ik me soms voor hem afsloot. Ik doe dat nou eenmaal bij jongens die te dichtbij komen. Al snel ga ik twijfelen en durf ik mezelf niet echt te geven. Hij zag dat, en hij ging daar goed mee om; hij was heel open en niet zo krampachtig. We konden zelfs lachen in bed, dat vind ik belangrijk. Bij sommige mensen is dat onmogelijk, dan is het meteen van: “Doe ik iets fout? Waarom lach je?” Ik had David leren kennen in de schoenenwinkel waar hij werkte. Ik vond hem vooral heel erg mooi. Op het eerste gezicht passen we helemaal niet bij elkaar. Ik studeer, en ben echt een meisjemeisje. Hij heeft een neuspiercing, een grote baard en overal tatoeages. Heel extreem. Op een avond toen hij moest draaien – hij werkt ook als dj – realiseerde ik me dat ik verliefd op hem

was. Ik zag hem staan in die enorme club, en ik was echt trots. Hij hoort bij mij, dacht ik. Al snel zagen we elkaar bijna iedere dag. Of eigenlijk vooral ’s nachts, vanwege zijn werk. Het was altijd heel relaxed als we elkaar zagen. Op een gegeven moment begon ik me alleen steeds

‘Er viel geen gesprek met hem te voeren’ meer te ergeren aan zijn drugsgebruik. Als hij moest draaien gebruikte hij standaard. Maar hij deed het ook doordeweeks. Ik zag het meteen aan de blik in zijn ogen; dan was hij heel ergens anders. Er viel geen gesprek met hem te voeren. Achteraf kan ik zeggen dat zijn drugsgebruik één van de redenen was dat ik dacht: dit heeft geen toekomst. Ik werd steeds afstandelijker tegen hem. Op een avond bleef hij maar doorvragen: “Wat is er nou? Waarom doe je zo?” Op het moment dat ik mijn twijfel had uitgesproken wist ik dat ik niet meer terug kon. Hij was teleurgesteld, maar ook wel kwaad. Ik heb hem nooit meer

gesproken sinds die keer. Het deed me heel veel pijn; een aantal weken lang kon ik haast geen hap door mijn keel krijgen. En als ik alleen thuis was voelde ik me zo kut: hij was de enige die mij zag, die mij echt doorhad, dacht ik dan. Ergens had ik spijt. Vier maanden hebben we gedatet; voor mij is dat een half huwelijk. Ik vind het in relaties lastig om me bloot te geven. Ik houd altijd mijn reserves. Dat zie ik vooral in conflictsituaties. Ik heb de neiging om te zeggen: “Dat kan gebeuren. Ik ben niet boos, hoor.” Terwijl ik het dan vanbinnen anders ervaar. David en ik hebben ook nooit ruzie gehad. Al heb ik wel eens een opmerking gemaakt over zijn drugsgebruik: “Je kan wel zeggen dat het meevalt, maar hoezo liggen er dan zakjes met pillen op tafel?” Nu is het klaar. Ik zie het niet meer goed komen. Het klinkt misschien zwaar, maar ik heb er vrede mee. Hij zit hier, in mijn hart.’ yyy Roos Menkhorst De naam van de geïnterviewde is op haar verzoek gefingeerd. Wil je ook meedoen aan deze rubriek, mail dan een korte motivatie naar redactie@folia.nl.

FoliaMagazine

41


(advertenties)

FLOOR AGENDA

HVA ONDERWIJSCONFERENTIE 29 MAART 2012 KOHNSTAMMHUIS, WIBAUTSTRAAT 2-4 | WO 28 MAART - WO 4 APRIL LAAT JE INSPIREREN! TOEKOMST VAN HET HBO 28 maart, 18.00 -19.00, Arena Bespreek met Tanja Jadnanansing (tweede kamerlid PvdA) de actuele kamer voorstellen over het HBO. ONdErwijScONfErENTiE 29 maart, 13.00 -18.30, Arena In de middag zijn er workshops in het Kohnstammhuis. Voor meer informatie kijk op www.hva.nl/onderwijsconferentie lANdElijKE TP dAg 30 maart, 9.30 -17.00, Arena en Kohnstammzaal Congres voor docenten toegepaste psychologie. Thema is ontmoeting. Ontmoeting met elkaar, ontmoeting met de inhoud, ontmoeting met mooie

CREATING TOMORROW

initiatieven, ideeën en dilemma’s. VOOR ALLE HVA MEDEWERKERS

liBrAry cAMP KIJK OP WWW.HVA.NL/ONDERWIJSCONFERENTIE 31 maart, 08.00 -18.00, Kohnstammzaal VOOR MEER Een “unconference” voor iedereen die INFORMATIE EN SCHRIJF JE IN geïnteresseerd is in het moderniseren en transformeren van bibliotheken. ONdErwijS EN gElOOf dEBAT 4 april, 18.00 -20.00, begane grond Debat met Ahmed Marcouch over de stilte ruimte in de HvA. Met voor en tegenstanders, en het vraagstuk moet een onderwijsinstelling ruimte bieden aan geloof. Volg Floor op twitter @floorHvA en Like Floor op www.facebook.com/floorHvA, hier blijf je ook op de hoogte van het laatste nieuws.

CREATING TOMORROW

Folia maakt kennis...

Onderwijsconferentie 2012 - Folia 100x128.indd 1

...met Souraya

Bouwmans Directeur AMFI

Woensdag 28 maart tussen 16.00 en 17.00 uur in de OBA (Oosterdokskade 143) Live te beluisteren op AmsterdamFM (106.8 in de ether en 103.3 op de kabel)

Vanaf 29 maart terug te luisteren op

www.foliaweb.nl

4 april • Asis Aynan (docent HvA en publicist)

Folia het platform voor hoger opgeleid Amsterdam Amsterdam FM.nl de stem van de hoofdstad

01-03-12 14:04


foto Danny Schwarz

op de tong

Aan de Amstel Weesperzijde 42a (Oost)

I

n deze kleine bistro – inderdaad, gelegen aan de Amstel – heerst een gezellige sfeer. Doordat de ruimte vrij smal en lang is, is het aantal tafeltjes met zicht op de Amstel beperkt – gelukkig is de ruimte leuk ingericht. Bij binnenkomst is het rustig en worden we

Stichting Weesperzijde De bewoners van de Weesperzijde zijn actieve mensen. Zij hebben zich verenigd in de Stichting Weesperzijde, die verantwoordelijk is voor Uitgeverij Weesperzijde en Galerie Weesperzijde. Zoals de stichting het op haar site verwoordt: ‘Het is belangrijk dat mensen in een buurt actief betrokken zijn bij hun eigen omgeving. Ondernemerschap, engagement en samenwerking zijn pijlers waar Stichting Weesperzijde voor staat, waarbij we ons richten op culturele en maatschappelijke activiteiten.’

amicaal verwelkomd door de gastheer. Het menu omvat drie voor-, hoofd- en nagerechten waaronder telkens ook een vegetarische optie (driegangenmenu € 35,50). De kleine kaart ‘wisselt vaak, elke drie weken wel’ – als we de site mogen geloven – en biedt genoeg

Cijfers

De samenstelling van de buurt Weesperzijde (4.652 inwoners in 2010) is a-typisch. Zo is ruim de helft van de gezinshoofden in Weesperzijde hoogopgeleid, veel meer dan het stedelijk gemiddelde (32 procent). Het aandeel huishoudens dat uit een persoon bestaat ligt met 60 procent ook ruim boven het stedelijk gemiddelde van 54 procent. Tot slot heeft de Weesperzijde relatief veel bewoners tussen de 23 en 40 jaar (40,8 procent tegenover 31 procent in Amsterdam).

keuzemogelijkheden. Als (semi-)vegetariërs nemen we vooraf de tarte tatin van biet met feta, bloedsinaasappel en hazelnoot- en mierikswortelschuim. Als hoofdgerecht kiezen we voor de ravioli van topinamboer (aardpeer) met pompoencrème en een saus van salie en trompetten de la mort. Leuke gerechten met de inmiddels populaire ‘vergeten’ groenten. Het voorgerecht is een originele smaakcombinatie, maar neigt toch meer naar ‘apart’ dan naar verrukkelijk. Het hoofdgerecht is absoluut wel het laatste. Erbij drinken we een fles Spaanse wijn uit de noordelijke streek Ribera del Duero. Erg lekker voor wie van wijn met een beetje tannine houdt. Als dessert kiezen we het kaasplankje met ‘kaas van het seizoen’, wat niet verkeerd smaakt, in tegendeel zelfs. Desalniettemin kijken we jaloers naar de café gourmand van het tafeltje achter ons (koffie naar keuze, met bonbonnetjes van Sophie en een glaasje huisgemaakte likeur, ook naar keuze). Die nemen we de volgende keer – vooropgesteld dat hij niet van de kaart verdwijnt. Als het eenmaal vol is zit je vrij dicht op het buurtafeltje, dus dit is niet de ideale plek voor intieme gesprekken, maar toch zeker een aanrader. yyy Roelant Stegmann en Marianna van der Stel Folia Magazine ontvangt graag je restaurant­recensie en vergoedt tot € 50,-. Maximaal 270 woorden, (suggesties voor de) kaders zijn welkom, maar niet verplicht. Mail je recensie naar redactie@folia.nl. Stuur je bon naar Folia Magazine, Prins Hendrikkade 189b, 1011 TD, Amsterdam.

Amstel

De Amstel is een illustere rivier. Niet alleen is Amsterdam ernaar vernoemd, ook hebben meerdere schilders de rivier geschilderd, bijvoorbeeld Rembrandt van Rijn (geen nijd tussen de rivieren dus) en Piet Mondriaan. In de Amsterdamse roeisport speelt de Amstel ook een belangrijke rol. Niet alleen zijn roeiverenigingen Nereus, Ric, Poseidon, Willem III en Skøll aan de Amstel gevestigd, ook vinden de Heineken Vierkamp en Head of the River er plaats.

FoliaMagazine

43


lezingenladder

het cultureel studentencentrum van de UvA & HvA

CREA RoeterSeiland Voor eenieder die geïnteresseerd is in lezingen en debatten is er de Folia Magazine-lezingenladder. Wij streven ernaar hierin de meest interessante lezingen en debatten in Amsterdam op één plek te verzamelen.

Magere woorden De Balie WO 28/03, 20.00 uur Avond over de urgentie van literatuur en het schrijverschap. Met Maarten Doorman, Yves Petry, Manon Uphoff, Arjen van Veelen en Arjen Fortuin (presentatie). I.s.m. De Optimist.

Ignite Amsterdam 16 Mediamatic Bank WO 28/03, 20.00 uur Twaalf presentaties van vijf minuten. Met deze keer o.a. Raoul de Jong over zijn dansboek, puur voedsel van ZTRDG en de ideeën van kunstcriticus Koen Kleijn.

Kony2012 De Balie WO 28/03, 20.30 uur De viral Kony2012 is hot, trending, omstreden en vervloekt. Wat zegt dit over onze generatie dat we een campagne als deze zo snel omarmen en weer afstoten?

Eerste nationale twittergala Spui 25 DO 29/03, 20.00 uur Een rijkgeschakeerd gezelschap van schrijvers, journalisten, wetenschappers en mediaspecialisten buigt zich over het zowel verheerlijkte als verguisde fenomeen Twitter. Met o.a. Maartje Wortel.

Hoe krijg ik vrienden? Stadsschouwburg DO 29/03, 9.30 uur Wat heb je als culturele instelling aan leden? Kom Je Ook organiseert het symposium ‘Onze Club’, over lidmaatschappen in kunst, erfgoed en cultuur.

Ontspannen vrijdagmiddagprogramma, met dit keer o.a. filosoof Bas Haring over de ziel en journalist Hans Jaap Melissen over de situatie in Syrië. Presentatie Daphne Bunskoek.

Symbolistische landschappen

De Nieuwe Liefde VR 30/03, 17.30 uur

44

FoliaMagazine

muziek do 29/3 en vr 30/3 20.15 uur CREA Orkest Programma: Stravinsky - Petrouchka, Schubert - 8e symfonie. Plaats: Dominicuskerk Amsterdam. Toegang: E 12,- Kortingsprijs

Frances Fowle, curator Franse kunst, National Galleries of Scotland, over symbolistische landschappen en stille steden. Engels gesproken.

studenten / CJP / 65+/ vrienden van het

Amsterdam in Gesprek Stadsarchief ZO 1/04, 15.00 uur Gespreksserie over de roemruchte Amsterdamse geschiedenis, deze keer over 350 jaar Hogesluisbrug. Met monumentenadviseur Hans Boonstra en architectuurhistoricus Jos Smit.

Wat is wijsheid? De ziel De Nieuwe Liefde DI 3/04, 20.00 uur

CREA Orkest:€E 8,-. Kaartverkoop: alleen aan de deur, drie kwartier voor aanvang concert.

comedy za 31/3 20.00, 21.00 en 22.00 uur

easylaughs

Hilarious improvised comedy by the international group easylaughs. Every Saturday three different shows, all easy, all funny! Come and see one, stay for the second and don’t miss the last! Admission: E 5,- for every show. Reservations: tickets@easylaughs.nl.

Gesprek over de ziel met nrc.next-hoofdredacteur Rob Wijnberg, filosoof en verpleeghuisarts Bert Keizer, en filosoof, schrijver en programmamaker bij de VPRO Roel Bentz van den Berg.

diverSen

What’s Up? #47

tenvereniging ASVA. Studieverenigingen en

Pakhuis de Zwijger DI 3/04, 20.15 uur Interviewprogramma met creatieven. Kunstenares Tinkebell, illustrator Raymond Lemstra en fotografe Aisha Zeijpveld zijn te gast.

di 2/4 17.00 uur Week van de Actieve Student Feestelijke aftrap va de Week van de Actieve Student (WAS), georganiseerd door studenstudentenorganisaties van de UvA en de HvA stellen hun inhoudelijke activiteiten open voor iedereen. Vrije toegang

debat di 2/4 20.00 uur Dubbele nationaliteit Is het hebben van een dubbele nationaliteit wenselijk? Welke rol spelen loyaliteit en identiteit in deze discussie? Ahmed Marcouch (Tweede Kamerlid voor de PvdA)

De Nieuwe Liefde DO 29/03, 20.00 uur

Café de Nieuwe Liefde

Bereikbaar via de Sarphatistraat en de Plantage Muidergracht

Van Gogh Museum ZO 1/04, 14.00 uur

De avond van de vijf zuilen Avond over de vijf plichten die iedere moslim dient na te komen. Met o.a. een minicollege van hoogleraar religiestudies Gerard Wiegers.

Adres: Nieuwe Achtergracht 170

en prof. Hans Ulrich Jessurun d’Oliveira (voormalig hoogleraar Migratierecht UvA) buigen zich over deze en andere kwesties.

U organiseert een lezing of debat en wilt daarmee

I.s.m. SIB. Toegang: gratis voor studenten,

graag op deze pagina staan? Stuur tijdig een mailtje

anderen E 5,-.

naar harmen@folia.nl onder vermelding van ‘Aanmelding lezingenladder’.

WWW.CREA.UVA.NL


overigens

In deze rubriek reflecteren wetenschappers op een actuele stelling.

Nu wetenschappers gedwongen zijn geldschieters te zoeken in het bedrijfsleven is belangenverstrengeling onvermijdelijk. Peter Sloot hoogleraar Computational Science

Jan Willem Duyvedak hoogleraar sociologie

Edith Hooge lector school en omgeving in de grote stad

Peter Sloot ‘Ik vind dat grote onzin. Te stellen dat wij ons laten leiden door de belangen van een geldschieter is betutteling van de wetenschap. Wij werken in een zelfregulerend systeem, dankzij peer review en de eis voor reproduceerbaarheid komen wetenschappers er niet mee weg niet-kloppend onderzoek te publiceren. Mensen die roepen dat de geldschieter bepaalt wat onderzoek uitwijst, hebben geen idee hoe de wetenschap werkt. Een geldschieter kan natuurlijk wel richting geven aan de gekozen onderzoeksvraag, maar heeft geen invloed op de uitkomst. Als je je als wetenschapper laat beïnvloeden in de uitkomst van je onderzoek val je snel genoeg door de mand en nemen collega’s je niet meer serieus. Andersom, als een geldschieter niet tevreden is met de resultaten en daarom de financiering stopzet, zal dat bedrijf moeite hebben om andere wetenschappers bereid te vinden tot samenwerking. Ik denk dat het topsectorenbeleid van de overheid eerder een bedreiging vormt voor de wetenschap, omdat dat de vrijheid van wetenschappers in onderwerpkeuze beperkt.’

Edith Hooge ‘Oneens. Wetenschappers zijn al lang deels afhankelijk van financiering uit private instellingen. Dat gaat meestal goed. Van belangenverstrengeling hoeft geen sprake te zijn, vaak hebben de partijen een gedeeld belang bij gedegen onderzoek. Als wij bijvoorbeeld in opdracht van een kinderdagverblijf onderzoek doen naar hun pedagogische aanpak, dan zijn beide partijen gebaat bij een uitkomst die met de werkelijkheid overeenkomt, ongeacht of die positief is over het project. De HvA en UvA hebben een gedragscode om wetenschappers te helpen hun integriteit te waarborgen. Wanneer je met een geldschieter aan tafel zit, moet je als wetenschapper transparant zijn over je onderzoeksmethode en expliciet maken dat je resultaten niet laat beïnvloeden. Samenwerking met het bedrijfsleven biedt juist grote voordelen. Het versterkt je affiniteit met het werkveld en zorgt ervoor dat je onderzoek relevant is en ergens op slaat. Zeker op de hogeschool, waar we ons toeleggen op praktijkgericht onderzoek, is dat de legitimering van je werk.’

Jan Willem Duyvedak ‘Samenwerking tussen de wetenschap en het bedrijfsleven is niet nieuw, maar de laatste tijd is de tendens dat al het onderzoek economisch rendabel moet zijn. Het is van de gekke dat nota bene de minister van Economische Zaken, Maxime Verhagen, de wetenschappelijke koers bepaalt met zijn topsectorenbeleid en dat NWO daar als een hondje achteraan loopt. Vooral voor gamma- en alfawetenschappen is dat zorgwekkend. Die wringen zich in bochten om te doen alsof ze altijd “toepasbaar” zijn. Vaak kan dat niet en moet je dat niet willen. Wetenschap hoeft zich niet direct uit te betalen. Er moet ruimte blijven voor wetenschap als doel op zich, vooral bij sociale en geesteswetenschappen. Belangenverstrengeling vind ik minder bedreigend dan die verdringing van fundamentele wetenschap. Je kunt wel onderzoek doen in opdracht van het bedrijfsleven, maar dan moet je harde afspraken maken over integriteit. Voor mij is het bijvoorbeeld een voorwaarde dat de geldschieter zich niet bemoeit met de uitkomst en dat resultaten publiekelijk beschikbaar zijn.’ yyy Marieke Buijs

FoliaMagazine

45


prikbord HvA

46

ideëen voor deze rubriek: redactie@folia.nl

DMR Workshop

DEM Nieuwe

De Britse professor en consultant Mick Healey geeft woensdag 18 april een workshop voor medewerkers over de verbinding tussen onderzoek en onderwijs. Ook zal hij ingaan op de vraag hoe studenten bij onderzoek betrokken kunnen worden. De workshop is georganiseerd door de HvA Academie in samenwerking met de HvA Bibliotheek. Healey was tot halverwege 2010 directeur van het Britse Centre for Active Learning. Deelname is gratis, plaatsen zijn beperkt. Van 10.00 tot 16.15 uur in het Kohnstammhuis op de negende verdieping. Aanmelden op intranet.

Studenten en medewerkers mogen meedenken over een nieuwe naam voor gebouw de Fraijlemaborg. De naamgever moet een aansprekende Amsterdammer zijn die in dit geval ook nog raakvlakken heeft met het onderwijs. Met de nieuwe naam wil de HvA de samenhang tussen alle locaties van de hogeschool in de stad vergroten. Om die reden kregen alle gebouwen die samen de Amstelcampus in de Wibautstraat vormen eerder al een naam die de stad en zijn verleden eert. Studenten en medewerkers kunnen hun naam tot donderdag 29 maart indienen op het intranet van het domein.

HvA Wijnberg

DT Bouwen

Nrc.next-hoofdredacteur Rob Wijnberg houdt vrijdag 30 maart om 15.00 uur in de aula van de UvA de dertiende Kohnstammlezing. De lezingenreeks is geïnspireerd door het werk van Philip Kohnstamm, de grondlegger van de wetenschappelijke pedagogiek in Nederland. De voordracht bevindt zich altijd op het snijvlak van het maatschappelijk debat, het wetenschappelijk onderzoek en de praktijk van onderwijs en opvoeding. Donderdag geeft Wijnberg een masterclass over de vrijheid van meningsuiting op de onderwijsconferentie. Zie www.hva.nl/onderwijsconferentie.

Een nieuwe manier van bouwen, ruimtelijke inrichting en financiering. De oude systemen werken niet meer en de nieuwe ruimtelijke opgaven hebben een geheel nieuwe dynamiek. Tijdens het seminar ‘Bouwen aan steden, een nieuw tijdperk’ dat op 11 april wordt georganiseerd, zal hier verder op worden ingegaan. Lector vastgoedeconomie Willem Verbaan presenteert een boek gerelateerd aan dit thema. Aansluitend houdt Verbaan zijn lectorale rede ‘Het fenomeen stad’. Het seminar start om 12.30 en duurt tot 15.00 uur. Aanmelden kan op het intranet.

DG Vitaliteitsweek

DMCI cmd

Vitaliteit heeft alles te maken met bewustwording, gezondheid en een goed evenwicht tussen inspanning en ontspanning. Dit voorjaar organiseert de HvA van 16 t/m 20 april voor medewerkers een Vitaliteitsweek: een week vol activiteiten waarin vitaal zijn en blijven centraal staat. Zo zal het Creatief Laboratorium een twee uur durende workshop organiseren waarin medewerkers worden uitgedaagd het bekende of onbekende onbevangen waar te nemen. In de workshop wordt gewerkt vanuit de eigenschappen van de vier elementen: aarde, vuur, water en lucht.

Afstudeervarianten mogen niet meer worden aangeduid als opleiding en studies moeten voortaan de wettelijke naam voeren. Daardoor gaat de opleiding interactieve media nu al een tijdje door het leven als Communication and Multimedia Design. Het domein streeft er nu naar dat alle studenten en medewerkers vanaf 1 juli alleen nog maar de nieuwe naam gebruiken. De opleiding wordt afgekort als cmd, alleen op twitter mag de naam cmda, waarbij de ‘a’ voor Amsterdam staat, worden gebruikt. Dit om verwarring met bedrijven en personen te voorkomen.

DOO Dyslexie

DBSV Voeding

Als dyslexie een belemmering is tijdens de studie, dan bestaat er de mogelijkheid om gratis de cursus ‘Studeren met dyslexie’ te volgen. Het domein zet in drie bijeenkomsten uiteen hoe je kunt omgaan met dyslexie. Er wordt ingegaan op digitale hulpmiddelen en de regelingen waar studenten zich op mogen beroepen. De cursus beslaat drie middagen, de eerste cursusdag is op 5 april. Kijk voor aanmelding en meer informatie op het intranet. Inschrijven kan via studentendecanaat@hva.nl.

Op Wageningen Universiteit wordt 11 april een lezingen discussieavond georganiseerd over de nieuwste wetenschappelijke inzichten over voeding en kanker. De ziekte raakt 1 op de 3 Nederlanders. Over de rol van voeding en leefstijl en het ontstaan van kanker is veel bekend. Veel minder is er bekend over de rol die voeding en leefstijl spelen na kanker. Welke adviezen zijn er te geven aan mensen die kanker hebben gehad? Verschillende wetenschappers geven de laatste stand van zaken. De avond start om 20.00 uur. Meer informatie op www.klv.nl.

FoliaMagazine

naam

aan steden

en kanker


prikbord UvA

ideëen voor deze rubriek: redactie@folia.nl

FEB Universiteitshoogleraar

Sport Nereus

SER-voorzitter Alexander Rinnooy Kan is per 1 september 2012 benoemd tot universiteitshoogleraar economie & bedrijfskunde met bijzondere aandacht voor veranderingsprocessen op micro- en macroniveau. Hij vertrekt als voorzitter van de SER. Economie en bedrijfskunde leggen van oudsher de analytische basis voor veranderingsprocessen. Complexe onderhandelingen vormen daar vaak onderdeel van. Daarin liggen mogelijkheden voor onderwijs en onderzoek waarmee Rinnooy Kan zich gaat bezighouden. Sinds 2007 is hij al onbezoldigd hoogleraar aan de FMG.

De traditionele Blauwe Wimpels voor de snelste verenigingsachten tijdens de jaarlijkse Head of the River op de Amstel zijn op 18 maart in bezit gekomen van Nereus. Zowel de mannen- als vrouwenploeg van de club zette op de Amstel de beste tijd neer op het acht kilometer lange traject naar Ouderkerk aan de Amstel. Aan deze tachtigste editie van de roeiklassieker namen vierduizend roeiers deel. De Blauwe Wimpel is een onderscheiding die (passagiers)schepen vroeger kregen als ze een snelheidsrecord vestigden bij het oversteken van de Atlantische Oceaan.

FNWI Sustainable

SER Kroonleden

UvA-medewerker Theo van Lieshout heeft op 19 maart de Sustainable University Award 2011-2012 ontvangen voor zijn project ‘Energie uit onverwachte hoek’. Daarbij wordt warmte-uitstraling gebruikt voor de klimaatbeheersing van gebouwen. De prijs werd uitgereikt door universiteitshoogleraar Louise Fresco. In het juryrapport werd het project geprezen ‘om de creativiteit, innovatie en duurzaamheid’. De prijs bestaat uit ondersteuning bij het indienen van een subsidieaanvraag voor verder onderzoek.

De ministerraad heeft drie UvA-hoogleraren benoemd tot Kroonlid van de Sociaal-Economische Raad (SER). Het gaat om econoom Barbara Baarsma, psycholoog Aukje Nauta en jurist Evert Verhulp. Ze zijn per 1 april benoemd voor twee jaar. De SER adviseert kabinet en parlement over de hoofdlijnen van het te voeren sociaaleconomisch beleid en voert bestuurlijke en toezichthoudende taken uit. De SER kent werkgever-, werknemer- en Kroonleden. De laatsten worden benoemd door de regering. Andere UvA-SER-leden zijn onder meer Arnoud Boot, Louise Fresco en Mirjam van Praag.

FNWI Ralien

BC Atlas

Bekkers

Student Future Planet Studies Ralien Bekkers is verkozen tot jongerenvertegenwoordiger duurzame ontwikkeling. Dat hebben verschillende Nederlandse jongerenorganisaties vorige week besloten tijdens een vergadering van koepelorganisatie NJR. De komende twee jaar laat Bekkers de stem van Nederlandse jongeren horen op internationale vergaderingen over duurzaamheid, zoals de Commission on Sustainable Development van de VN. Dit doet ze samen met de huidige vertegenwoordiger Liset Meddens. Beiden zullen ministers toespreken en onderhandelen over verdragen.

Ter gelegenheid van het tweehonderdjarig bestaan van het Koninkrijk der Nederlanden in 2013 laat Bijzondere Collecties een exclusieve facsimile-uitgave drukken van de in haar bezit zijnde Atlas der Neederlanden. In een kleine oplage worden de negen delen opnieuw gedrukt. Conservator Jan Werner maakt speciaal voor deze kopie-atlas een tiende deel, waarin hij ingaat op het ontstaan van de atlas. Totaalprijs: zevenduizend euro. Maar daarvoor heb je meer dan zeshonderd landkaarten. Intekenen kan via www.atlasderneederlanden. uva.nl.

AMC Waardenweb

Cultuur Wetenschapsmonologen

Myra van Zwieten van de afdeling huisartsgeneeskunde heeft de driejaarlijkse NVBe-prijs gekregen voor haar project waardenweb.nl. Van Zwieten won de prijs, ingesteld door de Nederlandse Vereniging voor Bioethiek, ex aequo met een ethiekopleiding uit Nijmegen. Waardenweb.nl is een website voor morele reflectie, die artsen (in opleiding) kunnen gebruiken als hulpmiddel bij het nadenken over ethische dilemma’s. Volgens de jury is waardenweb.nl ‘op dit moment waarschijnlijk wereldwijd de standaard voor ethiekonderwijs op het web’.

De voorstelling De verboden wetenschapsmonologen trekt door het land en doet op 3 april Amsterdam aan. De verboden wetenschapsmonologen is een theatervoorstelling over academici die in hun eigen land vervolgd worden om hun werk en mening. Het Scholars at Risk-project biedt hun een tijdelijke werkplek aan op Nederlandse universiteiten, waaronder de UvA. De waargebeurde verhalen van de gevluchte wetenschappers vormen de basis voor de monologen. Plaats: Stadsschouwburg. Aanvang: 20.30 uur. Zie ook: www.ssba.nl.

FoliaMagazine

47


wasdom Op zoek naar de ontsporing Ronald Snijders Leeftijd: 37 (geboren op 30 maart 1975) Beroep: Absurdist. Ronald was dit jaar te zien in de televisieprogramma’s Wat Als? en Rambam en schreef samen met Fedor van Eldijk onder meer de boeken Een Normaal Boek en Een Ander Boek. Studie: Communicatiewetenschap aan de UvA Docent: ‘Tio Oltean, docent mediastudies en mijn scriptiebegeleider. Hij had een Oost-Europees accent en zag overal wel iets interessants in. Ik herinner me levendig hoe hij vertelde over subgroepen en -culturen, of, zoals hij het zei “soepgroepen” en “soepculturen”.’ Locatie: ‘De Oudemanhuispoort, sowieso heeft het hele Binnengasthuisterrein een bijzondere sfeer.’ Café: ‘Dulac op de Haarlemmerstraat. In mijn studententijd was dat een volstrekt bizarre plek met een geweldig interieur, waar alleen maar triphop werd gedraaid.’ Afknapper: ‘Het vak statistiek, methoden & technieken. Alsof de inhoud nog niet erg genoeg was, hadden we het tentamen in een massale zaal in de Jaap Edenhal.’

48

FoliaMagazine


stage Hij studeerde communicatiewetenschap en werd absurdist: Ronald Snijders.

‘I

tekst Julie de Graaf / foto Bob Bronshoff

k wilde eigenlijk iets met kleinkunst doen toen ik klaar was met de middelbare school, maar ik kon goed leren en mijn ouders moedigden mij aan om naar de universiteit te gaan. Ik vond het leuk om te schrijven, te presenteren en op te treden en wist dat ik later “iets” met media wilde doen. Ik koos voor communicatiewetenschap omdat al die aspecten daarin terugkwamen. De studie stelde vrij weinig voor. Ik had maar twee colleges per week; de rest was zelfstudie. Iets wat ik helemaal niet erg vond, want zo had ik veel tijd voor andere dingen, zoals theater maken. Met vrienden uit Amersfoort, waar ik vandaan kom, had ik een theatergroep waarmee we toerden langs theaters en festivals. Een van de vrienden uit die groep is Fedor van Eldijk, met wie ik tegenwoordig de website normalemensen.nl bestier en boeken schrijf. Sowieso komen veel van de dingen die ik nu doe voort uit het gedachtegoed van die theatergroep en de stichting die we tijdens onze studententijd hebben opgericht: Stichting Absurd Nederland. Hoewel ik communicatiewetenschap voornamelijk als een vangnet beschouwde voor het geval dat mijn ambities in de kleinkunst zouden mislukken, heb ik veel aan mijn studie gehad. Vooral de vakken over inhoudsanalyse waren leerzaam. Daar leerde ik over het ontleden van wat je ziet in de media; iets waar ik mij nu nog steeds mee bezighoudt. Tussen de boodschap die een zender wil overbrengen en de boodschap die een ontvanger tot zich neemt, zit altijd ruis. Ik heb mij volledig op die ruis gestort: op de verstoring, de verwarring, het verkeerd verstaan en het moedwillig mis-informeren. Het mooiste vind ik als een boodschap volledig ontspoord raakt. Na mijn afstuderen is onze theatergroep uit

elkaar gevallen en heb ik een paar jaar gewerkt als redacteur bij televisieprogramma’s. De omslag kwam toen ik in 2003 een soort latenightshow, De Normale Avond Show, in elkaar zette, die ik presenteerde en waarin ik gasten ontving. Het was voor het eerst dat ik als een soort gastheer een show droeg en dat beviel goed. Ik besloot uit loondienst te gaan en voor mezelf te beginnen en me toe te leggen op het schrijven en maken van eigen projecten. Ik heb dat jaar vier Normale Avond Shows gemaakt en trad in cafés en op festivals op met het voorlezen van teksten die ik had geschreven voor mijn website. Naar aanleiding van een van die optredens kregen Fedor van Eldijk en ik de kans om onze stukken te publiceren in boekvorm. Na de presentatie van dat boek, Een Normaal Boek, werden we benaderd door de VPRO met de vraag of we een komisch programma wilden ontwikkelen voor op de late avond. Dat programma werd De Staat van Verwarring, dat ik in 2006 met comedian Pieter Jouke heb gemaakt en gepresenteerd. Het programma heeft honderd uitzendingen op televisie gehad en sinds drie jaar presenteren Pieter en ik een theaterversie. Naast theatershows werk ik mee aan de televisieprogramma’s Rambam en Wat Als? en schrijf ik nog steeds stukken op normalemensen.nl. Samen met Fedor heb ik bovendien een nieuw boek geschreven: Een Ander Boek. Op allerlei niveaus is het een heel vreemd boek geworden, waarbij je tijdens het lezen steeds in een ander boek belandt. Vandaar de titel, al vonden we het ook hoog tijd dat mensen in de boekhandel kunnen vragen om een ander boek.’ yyy Een Ander Boek ligt vanaf 28 maart in de winkel, voor meer info zie: www.facebook. com/normalemensen.

Arjen Swank (26) Studie Bachelor planologie, master bedrijfskunde Stage Shell Verdiensten ‘marktconform voor stage en huisvesting’ Beoordeling JJJJJ ‘Na een netwerkborrel voor humanresources­ professionals liep ik met een Engelse medewerkster van Shell mee naar het station, omdat ze het niet kon vinden. Vijf dagen later hing ze aan de telefoon: of ik geïnteresseerd was in een stage. Toen moest ik nog een brief schrijven, een telefonisch interview en een gesprek doen. Ik heb gewerkt op het hoofdkantoor in Den Haag en bij Projects & Technology in Rijswijk, waar de zeventig grootste projecten van Shell worden ontwikkeld. Bij Shell kun je overal werken op flexplekken, daarvoor kreeg ik een laptop en een telefoon. Toen ik aangaf dat het reizen vanuit Amsterdam me erg veel tijd kostte, kreeg ik van het bedrijf een vergoeding voor huisvesting in Den Haag. Ik heb meegewerkt aan de ontwikkeling van een talent development program, waarmee veelbelovende medewerkers geselecteerd worden en bijvoorbeeld naar het buitenland gestuurd, zodat ze verder kunnen groeien. Ik heb ook een database van medewerkers gemaakt. Ik moest uiteindelijk zorgen dat die werkte, en zat daarom bij vergaderingen met Amerika en het Midden-Oosten. Na een maand was het alsof ik er altijd al had gewerkt, maar dat was ook zwaar: je wordt echt in het diepe gegooid. Ik had na deze stage kunnen kiezen voor een traineeship bij Shell, maar uit mijn assessment kwam naar voren dat mijn interesses daar niet lagen. Daarom ben ik gaan werken voor een kleinere ontwikkelingsorganisatie, waarvoor ik meer mag reizen.’ yyy Bob van Toor

FoliaMagazine

49


FoliaMagaz ine weekblad

toehoorders

voor HvA

en UvA

nr. 26 28/03/201 2

Startup Awar Win vijftigdui d euro startka zend pitaal Bloggen Niet voor geld of roem Studiekeuz Eerste hulp e voor ouder s

cover Pepijn Barnard De hoop van debutante n

Hoorcollege ‘Theoretische Backbone Business’ door Rebecca Breuer, woensdag 21 maart, 11.00 uur Amstelgebouw tekst en foto’s Clara van de Wiel

colofon

Weekblad voor de HvA en

UvA Folia Magazine is in 2011 voortgekomen uit Folia (1948) en

Grote zwarte brillen: 6 Gespotte kleurtrend: poedertinten Aandeel filmfragmenten van lestijd: 40 procent Scrabblewoorden: bricolage, reproduceerbaarheid, simulacra, photoshop-disaster

B

espaar jezelf de kosten van de nieuwe Elle. Benieuwd naar de laatste trends reis je het beste zo snel mogelijk af naar het Amsterdam Fashion Institute (Amfi). Op deze eerste zonnige maartse dag lijkt het gebouw aan de Mauritskade wel een catwalk voor de nieuwe voorjaarsmode. Bij aanvang van het college wordt het eerste exemplaar van de Nederlandse Vogue nog even doorgegeven. Om genadeloos te worden afgeserveerd: ‘Jeetje wat een Libelle-cover!’ Toch speelt mode tijdens het college slechts een bijrol. De ‘branders’ zijn vandaag namelijk met de ‘designers’ samengevoegd om het hele eerste jaar te leren over ‘het belang van beeldcultuur’. ‘Dit college is daarom wat minder business-like dan gebruikelijk,’ legt docente Breuer uit, en luttele seconden later wordt een heus theoretisch kader aan de les toegekend: postmodernisme. Hoewel dat toch niet de eenvoudigste materie is, wordt op de laptops rondom ons nog ijverig de eigen modeblog bijgewerkt en de nieuwe collectie van Marc Jacobs bekeken. Proving the beeldcultuurpoint, zou je kunnen zeggen. Ondertussen volgen de begrippen elkaar in rap tempo op. Intertekstualiteit, het eind van de grote verhalen en de dood van het individu: in vijftien minuten komt het allemaal voorbij. Gelukkig is er ook verpozing, met fragmenten uit films, videoclips en commercials. Van Marilyn via Madonna tot Beyoncé: eigenlijk past die postmoderne pet ons allemaal. Zo uit het zijn van een versnipperd individu zich in de andere outfit die je ’s avonds in café Weber aantrekt. Reproduceerbaarheid van het kunstwerk? Net als bij H&M, die lustig kopieert van Chanel. Ah, daar is de mode gelukkig weer. Maar de beste illustratie van postmoderniteit is misschien dichterbij dan we denken. Met alle fragmenten, verwijzingen en citaten zou Breuer de hele stroming wel eens in één powerpointpresentatie hebben weten te vangen. yyy

50

FoliaMagazine

Wei-Tjang Tang (22, Fashion & Design)

‘Door de verschillende media die gebruikt werden, word je heel goed in de les getrokken. Als er alleen maar tekst is dwaal je makkelijk af, maar deze docent werkt juist heel beeldend. De stof was best filosofisch. Maar in mijn inspiratieboek had ik dat al wel eens gehad, dus ik begreep het wel. En door alle leuke filmpjes was de les eigenlijk heel gezellig.’

Havana (1996). Redactieadres Prins Hendrikkade 189b, 1011 TD Amsterdam, telefoon 020-5253981, e-mail: redactie@folia.nl Hoofdredacteur Jim Jansen Chef redactie Mirna van Dijk Art director Pascal Tieman Redactie (print/web) Marieke Buijs, Luuk Heezen, Wim de Jong, Jeff Pinkster, Eva Rooijers, Gijs van der Sanden, Danny Schwarz, Bob van Toor, Annemarie Vissers, Clara van de Wiel, Dirk Wolthekker Aan dit nummer werkten mee

Wouter Voogsgeerd (22, Fashion & Branding)

‘Ik vond het wel vet. Er werden veel termen gebruikt die volgens mij heel leerzaam zijn. De docent moet wel oppassen dat ze niet te snel te veel dingen achter elkaar wil vertellen. We zijn nog maar eerstejaars. Je kan merken dat ze intelligent is en een universitaire opleiding heeft gedaan, maar daarom gaat ze misschien wat te snel door de stof heen. Soms raak je het overzicht kwijt.’

Fatihya Abdi, Pepijn Barnard, Bram Belloni, Bob Bronshoff, Fred van Diem, Robbert Dijkgraaf, Cynthia van Elk, Julie de Graaf, Jan-Maarten Hupkes, Marc Kolle, Anouk Kemper, Denise van Leeuwen, Roos Menkhorst, Catrien Spijkerman, Youri Straver, Won Tuinema, Tjebbe Venema Eindredactie Harmen van der Meulen Correctie Martien Bos Opmaak Hannah Weis, Carl Zevenboom Uitgever Stichting Folia Civitatis Redactieraad Wouter Breebaart,

Denice Bottse

(21, Fashion & Design) ‘Echt een leuk college. Normaal krijgen wij als designers alleen hoorcolleges over het economische aspect. Dat nu aandacht werd besteed aan de visuele kant, werkt voor mij echt als een eyeopener. Ik vond het niet te snel gaan: de docente heeft gewoon maar weinig tijd en moet veel vertellen. Bovendien is het allemaal te checken op intranet. En ze vertelt heel enthousiast. Ik vind haar een van de betere docenten.’

Simon Dikker Hupkes, Ilse Duijn, Jurriaan Gorter, Jaap Kooijman, Ronald Ockhuysen (voorzitter), Jean Tillie, Sebas Veeke Secretariaat Stephanie Gude (projectbegeleider) Zakelijke leiding Paul van de Water Drukker Roularta Printing, Roeselare België Advertenties Bureau van Vliet, Zandvoort, 023-5714745, zandvoort@bureauvanvliet.nl


deining ‘Ik ga graag met mijn iPod naar het museum. Het is heel boeiend om te kijken naar ‘Judith onthoofdt Holofernes’ van Caravaggio onder de tonen van ‘Machinegun’ van Jimi Hendrix.’ Kunsthandelaar Jan Six doet aan cross-overkunstbeleving, in Het Parool. ‘Was vroeger alles beter? Nee. Maar sommige dingen waren dat wel. Als je Abraham gezien hebt, kun je daarover dan uit eigen ervaring misschien toch net iets adequater oordelen dan degenen die pas decennia later op de wereld zijn komen kijken.’ Historicus Thomas von der Dunk trekt van leer tegen de nieuwe generatie studenten, op vk.nl. ‘Ik heb veel reacties gekregen op het feit dat ik een kort geding heb aangespannen. Zowel positieve als negatieve. Natuurlijk krijg ik liever goede reacties, maar als mensen het niet eens zijn met mijn beslissingen, so be it.’ Turner Jeffrey Wammes laat zich de pis niet lauw maken, in Het Parool. ‘De economiestudenten aan UvA doen mij denken aan De Wereld Draait Door: Amsterdams, Vara, een beetje geïnteresseerd, maar niet té; nonchalant en aardig.’ Filosoof Bas Haring is ‘embedded in een groep economiestudenten’, in de Volkskrant. ‘Daar betalen wij dus voor: ambtenaren die zelfs te dom zijn om informatie te verdoezelen.’ Programmamaker Teun van de Keuken over het mislukte verdoezelen van de geraamde kosten van de Olympische Spelen van 2028, in Het Parool. ‘Trap ze eens onder hun door Red Bull en winegums bol geworden reet.’ Schrijver en docent journalistiek Thomas van Aalten vindt dat ouders geen vrienden van hun kinderen moeten willen zijn, op DeJaap.

de lezer

In de rubriek ‘de lezer’ blikt wekelijks iemand terug op het vorige nummer. Wil jij diegene een keer zijn? Meld je dan aan via redactie@folia.nl.

Jolene Spilt (28), cultureel maatschappelijke vorming, HvA ‘In het redactioneel las ik dat er een heel gedoe was om de foto van de man met de strijkbout op de cover, maar ik had het blad opengeslagen zonder er goed naar te kijken. Ik weet wel wie Rob Wijnberg is, maar het trok me niet zo. Misschien kwam het door de blauwe achtergrond. Toen de cover knalgeel was dacht ik wel: dat Folia Magazine wil ik hebben. Ik lees het blad voor wat afwisseling met de berg literatuur voor mijn opleiding. Die gaat veel over problemen van mensen, het blad is juist lekker luchtig en informatief. Ik lees het niet helemaal door, ik blader en soms blijf ik hangen door een woord dat me opvalt. Nu was dat al op de eerste bladzijden, bij het stuk over de kindertelefoon. Een leuk verhaal, en ik realiseerde me dat ik dat ook kan doen met mijn diploma. Boven de Pizzatest stond een titel over de ‘lekkerste’ pizza. Maar als het hoogste cijfer een 7,2 is en de rest zesjes krijgt, vind ik dat een verkeerde kop: het komt er dus op neer dat de Margherita’s niet te vreten waren. Het stuk over burn-outs was goed. Vooral omdat het over studenten ging: die denken vaak dat er niets met ze aan de hand is. Misschien dat dit stuk ze aan het denken zet. Op de laatste bladzijde van dat stuk stond een kop “Niet meer in de doe-stand”; op de bladzijde ernaast, in “Drift”, stonden ze zeker wel in de doe-stand! Het interview met Wijnberg heb ik uiteindelijk niet gelezen: ik weet verder niks van die man.’ yyy tekst en foto Bob van Toor

volgende week Retrofoto’s Vier studenten leggen hun leven vast. Op polaroidfoto’s.

Supermicroscopen Dagenlang in het donker naar cellen kijken. Voor sommigen is dat een droom.

Wat zeg je?!

Zij gaan erover

Harde muziek in clubs zorgt voor gehoorbeschadiging. En dat kan zelfs na één keer.

Wie zijn er in de Tweede Kamer verantwoordelijk voor het hoger onderwijs?

Opvallende quotes uit de afgelopen week van (voormalig) HvA’ers en UvA’ers. Iets leuks gezien, mail het naar redactie@folia.nl.

FoliaMagazine

51


Folia/floor Debat #04

HvA en Moslims

Een debat met Ahmed Marcouch Onderwerpen Bidden Vrouwen Homoseksualiteit Religie Woensdag 4 april 2012, 18.00-20.00 uur Kohnstammhuis, Wibautstraat 2-4, Amsterdam

Folia het platform voor hoger opgeleid Amsterdam


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.