10 minute read
editor's pick
from KIEKIE no. 33
Claire Felicie 34
Claire Felicie is een geëngageerde fotografe en heeft tal van mooie projecten en boeken op haar naam staan zoals Here are the Young Men (portretten van mariniers voor, tijdens en na hun missie naar Afghanistan in 2010) en Only the Sky Remains Untouched (foto’s van vijftien veteranen die lijden aan een posttraumatische stressstoornis, 2016). De Amsterdamse fotografe probeert in haar werk zichtbaar te maken wat onzichtbaar is. De Coronacrisis was de onmiddellijke aanleiding voor haar nieuwe fotoboek Falling Man. In tweeluiken stelt ze seks, dood en religie tegenover elkaar. Die tweeluiken combineert zij met de zogenoemde Memento Mori portretten. De foto’s nodigen uit om na te denken over de eigen sterfelijkheid.
Advertisement
Waar gaat het fotoboek Falling Man over? “Sinds 2017 maak ik portretten van mensen, vrienden en familie, met hun ogen gesloten. Ik noemde die portretten de Memento Mori portretten - gedenk dat je sterfelijk bent. Al een hele tijd voor ik tot het maken van deze portretten overging, vroeg ik me af of wij in onze cultuur nog wel kunnen omgaan met ziekte, lijden en dood. Wanneer het noodlot toeslaat, hebben we dan nog wel iets in handen om daarmee om te gaan? Ons antwoord op het Coronavirus en de maatregelen, maakte die vraag voor mij nog eens extra urgent.” Wat was de aanleiding om dit project te starten? “De Coronamaatregelen waren de aanleiding om met mijn fototoestel naar de Wallen te gaan. Dit normaal zo drukke gebied was nu stil en verlaten. We moesten op anderhalve meter van elkaar blijven en als je daar de uiterste consequentie van doordenkt, dan is dat, dat er geen seks meer mogelijk is.
De oerdriften seks en dood (Freud: Eros en Thanatos) kwamen op in mijn gedachten maar ook wat het voor consequenties heeft dat wij religie en het idee van een hiernamaals grotendeels achter ons hebben gelaten. Ik stelde mezelf de vragen: Verlamt de angst voor de dood zodanig dat we niet meer durven te leven? Is het omdat wij het idee van een hiernamaals grotendeels hebben verlaten, dat wij er alles aan doen om de dood te vermijden, terwijl het de enige zekerheid is die wij in het leven hebben? En kan de dood ook niet juist zin aan ons leven geven? Of zoals beeldend kunstenaar Jan Wolkers het formuleert: "Zonder dood zou er waarschijnlijk geen seksueel genot zijn, want zonder dood zouden wij ons niet hoeven voort te planten." Zijn wij kortom, in onze reactie op het virus, niet meer met overléven bezig dan met léven?” Hoe gaat het fotoboek tot stand komen en wie helpen je daarbij? “Als ik een boek wil maken wend ik mij allereerst tot Sybren Kuiper, de vormgever waar ik twee eerdere boeken mee heb gemaakt. Het is wonderbaarlijk hoe snel hij begrijpt wat ik wil zeggen met een serie en hoe hij dit vervolgens briljant in boekvorm weet te gieten. Vervolgens heb je een lithograaf, drukker en binder nodig, en die worden verzorgd door Jos Morree van Wilco Art Books. Zo ontstaat er een hele fijne groep mensen die het allerbeste en mooiste boek van jouw serie willen maken. Vervolgens moet het boek natuurlijk gefinancierd worden, en dat is een uitdaging op zichzelf want een mooi boek maken is gewoonweg heel erg duur. Vandaar dat ik besloot een crowdfund op Voordekunst te doen om in ieder geval het grootste deel van de kosten bekostigd te krijgen. En dat is gelukt, iets waar ik enorm blij en dankbaar om ben!”
Het boek is tzt te bestellen via clairefelicie.com. In januari zal het te koop zijn bij o.a. boekhandel Athenaeum met een begeleidende expositie verzorgd door Fotolabkiekie.
clairefelicie.com @clairefelicie
Falling Man 34
Kiekie fine art 36
01
EVA VELDHOEN Play at MIMIK Deventer
De in Twello geboren en getogen fotograaf liet zich inspireren voor PLAY door de abstracte LEGO-bouwwerkjes van haar 5-jarige zoon Oscar. MIMIK biedt met tentoonstellingen een podium aan professionele kunstenaars uit Deventer en nabije omgeving. Op de lange muur, tegenover de ingang van de theaterzaal zijn het hele jaar exposities van verschillende kunstenaars te bewonderen.
Kiekie verzorgde de matte fine art prints op dibond
03
DOMINIQUE PANHUYSEN 40 jaar Tetterode at De Hallen, Amsterdam
Op een steenworp afstand van De Hallen vind je het grootste woon-werkcomplex van Amsterdam. Veertig jaar geleden voorkwamen krakers de sloop van de voormalig lettergieterij gelegen tussen de Bilderdijkstraat en de Da Costakade. Sindsdien is het pand uitgegroeid tot een creatief bolwerk. Speciaal voor het 40-jarig bestaan van Tetterode legde fotograaf Dominique Panhuysen – zelf onderdeel van de leefgemeenschap sinds 1990 – het pand en haar bewoners vast.
Voor dit project maakte FotoLabKiekie de fine art matte prints van maar liefst 350 cm lang
― Onze Giclée Fine Art Printing-service is waar we bekend om zijn geworden. We voorzien van advies van begin tot het eind en zorgen voor een perfect eindresultaat. Of het nu gaat om één print of een hele expositie. Hier een overzicht van onze samenwerkingen op het gebied van Fine Art de afgelopen tijd. Exhibitions 36
04
SUPRATIM BATTACHARJEE KADIR VAN LOHUIZEN, CYNTHIA VAN ELK at Global Centre on Adaptation Rotterdam
Het Global Center on Adaptation (GCA) zet zich sinds 2018 in om landen, organisaties en bedrijven te stimuleren klimaatbestendig te worden. Het hoofdkantoor van het GCA bevindt zich sinds 2021 in het Floating Office Rotterdam, het grootste drijvende kantoorgebouw ter wereld. De fotografen Supratim Bhattacharjee, Kadir van Lohuizen en Cynthia van Elk brengen op geheel eigen wijze de gevolgen van de klimaatverandering in beeld.
In opdracht van het multidisciplinaire ontwerpbureau Kummer&Herrman hebben wij de giclée prints en finishing op dibond verzorgd voor het Global Center on Adaption.
02
NEELTJE DE VRIES at ÂIME, Brussel
Neeltje de Vries (1976) was grafisch vormgever voordat ze een carrière in de fotografie begon. Haar werk, dat wordt gekenmerkt door sterke lijnen en vormen van het vrouwelijk lichaam, wordt duidelijk geïnspireerd door haar grafische achtergrond. Maar ook door haar lange geschiedenis van het kijken naar vrouwen.
Voor de expositie in ÂIME mocht FotoLabKiekie de fine art prints en baklijsten verzorgen
Caroline Kist is fotograaf en student aan de Fotoacademie in Amsterdam en lanceerde de afgelopen maand haar eerste fotoboek Het was niet mijn oorlog samen met een prachtige expositie. Deze persoonlijke fotoserie gaat over de visuele zoektocht naar de familiegeschiedenis van Caroline. We vroegen haar over het ontstaan van de serie en de creatie van het fotoboek.
carolinekist.nl
@carolinekist
Caroline Kist 38
Het was niet mijn oorlog 38
Wanneer is het boek uitgekomen?
"Het was niet mijn oorlog heb ik op 6 oktober gepresenteerd in galerie KochxBos in Amsterdam. Een overweldigende mijlpaal na vier jaar werken aan dit verhaal."
Je studeert aan de Fotoacademie. In welk jaar zit je momenteel?
"Ik zit nu in het derde jaar van de Fotoacademie. Net over de helft."
Kun je jouw stijl van fotograferen omschrijven?
"Oog voor het verborgene en kwetsbare. Ik houd ervan het niet concreet te maken, in het midden te laten wat een beeld zou moeten of willen zeggen. Dat zou je poëtisch kunnen noemen. Ik laat graag ruimte voor twijfel en interpretatie van de kijker. Tegelijkertijd leg ik mezelf nog niet vast qua stijl. De Fotoacademie is voor mij een fijne plek om te ontdekken waar precies mijn vertelkracht ligt."
Hoe ben je op het idee gekomen voor het project 'Het was niet mijn oorlog'? En waarom juist nu?
"Mijn vader heeft als klein jongetje gevangen gezeten in een Japans interneringskamp in voormalig Nederlands-Indië. Dit was voor mij een gegeven en geen geheim. Vier jaar geleden las ik het levensverhaal van mijn vader dat hij jaren eerder had geschreven. Inmiddels zelf moeder van een zoon van 6 jaar, precies de leeftijd waarop mijn vader het kamp verliet, raakte de passages over zijn vroege jeugd mij intens. Toen dacht ik: dit verhaal wil ik vertellen. Uit bewondering voor mijn vader, grootmoeder en grootvader (de laatste heeft de oorlog niet overleefd). Voor wie en wat mijn vader ondanks zijn trauma geworden is. Maar ook vanuit een meer persoonlijke én universele gedachte: wat is het effect van trauma op volgende generaties? Gaandeweg het project merkte ik dat het mij aan tools ontbrak om het naar een hoger plan te tillen. Dus heb ik me eindelijk definitief aangemeld bij de Fotoacademie, een lang gekoesterde wens. Ik durf zonder enige terughoudendheid te zeggen dat dit de keuze van mijn leven blijkt. Alles vind ik op de Fotoacademie. Bedding, verdieping, geestverwantschap en expertise."
Waarom gebruik je dit project niet voor je eindexamen?
"Wat dit project betreft heb ik bewust niet gewacht tot het eindexamen van de Fotoacademie. Het is zo uiterst persoonlijk en precair én ik was hier al twee jaar voor mijn start aan de Fotoacademie mee begonnen. Ik wilde het niet in die context beoordeeld hebben. Ik wilde vooral vrij kunnen maken. Maar niet zonder Vesna Vidakovic, mijn docente in mijn eerste jaar. Zij is echt vormend geweest wat betreft mijn durf om te maken en te uiten. En niet zonder de zo essentiële inzichten van mijn mentor Nicole Segers. Zij heeft mij meegenomen op het pad van eigenheid. Op het pad van ‘wat wil jij zeggen’ en vooral ‘laten zien wat je voelt’. VIER JAAR GELEDEN LAS IK HET LEVENSVERHAAL VAN MIJN VADER DAT HIJ JAREN EERDER HAD GESCHREVEN. INMIDDELS ZELF MOEDER VAN EEN ZOON VAN 6 JAAR, PRECIES DE LEEFTIJD WAAROP MIJN VADER HET KAMP VERLIET, RAAKTE DE PASSAGES OVER ZIJN VROEGE JEUGD MIJ INTENS. TOEN DACHT IK: DIT VERHAAL WIL IK VERTELLEN.
Dankzij Nicole heb ik binnen dit project een connectie kunnen maken tussen mijn hoofd en hart."
Waar bestaat het project uit en waar gaat het inhoudelijk over?
"Het is een visuele zoektocht naar de intergenerationele effecten van een vroege jeugd in een Japans interneringskamp in voormalig Nederlands-Indië."
Hoe fotografeer je een trauma uit het verleden?
"Met die vraag startte voor mij het project. Teruggaan naar de plek waar het plaatsvond? Dat wilde mijn vader niet opnieuw. Hij had die reis naar Indonesië al zo’n 25 jaar eerder gemaakt met mijn moeder. Ik ben gestart met het fotograferen van plekken die voor mijn vader essentieel zijn geweest in het eerste jaar na zijn terugkomst uit Nederlands-Indië. Van de Javakade in Amsterdam tot de boomgaard van zijn grootouders in de Betuwe. Het samenzijn op de plekken die voor hem verbonden waren aan zijn traumatische verleden, was voor ons erg intens. Het zorgde ervoor dat ik onbewust sferen en emoties begon te fotograferen. Ik ging mijn vader als klein jongetje visualiseren. Toen heb ik besloten om mijn zoontje Pim bij het project te betrekken. Pim leek, ondanks zijn jonge leeftijd, precies te begrijpen wat ik zocht. Het ging volledig vanzelf en bijna organisch. Alsof hij de ernst, en op sommige momenten juist de overgave, zelf ook voelde."
Kun je me vertellen hoe je de vormgeving van het fotoboek hebt aangepakt?
"Op een gegeven moment besefte ik dat de beste vorm voor dit verhaal een fotoboek zou zijn. Ik houd van de intimiteit en ook de tijdloosheid die een boek kan hebben. Ik was best ver in het proces van vormgeving. Maar gaandeweg bleek dat ik door mijn beperkte expertise op dat gebied, niet precies kon vatten of overbrengen wat ik wilde duiden met Het was niet mijn oorlog. Gelukkig kwam grafisch vormgever Asja Keeman op mijn pad. En dat was love at first sight. Asja begreep precies de essentie van mijn verhaal. En toen zij mij destijds haar eerste opzet liet zien, was ik tot tranen geroerd. Zij maakte het rond. Het verdere proces met Asja liep ook zeer soepel, van het kiezen van papiersoort tot drukker, Asja nam mij mee in deze nieuwe wereld. Het fijnste was dat we beiden elk detail op waarde schatten. Alle keuzes hebben we weloverwogen en met aandacht gemaakt."
En hoe heb je de financiering aangepakt?
"Nadat ik de vormgeving op orde had ben ik een crowdfunding begonnen; wat voor mij compleet nieuw was. Mies Koppelmans van Voordekunst heeft mij zó goed begeleid in het proces, later aangevuld met tips van fotograaf Martijn van de Griendt (zeer ervaren in het crowdfunden). Ook hierin bleek het voor mij een kwestie van duwtjes qua durven en gaan. Mies zei regelmatig: “duik in het hoofd van de donateur; waarom zou iemand willen bijdragen aan jouw boek; ze moeten weten wie je bent”. Het werd al snel duidelijk dat verschuilen geen optie was.