SCHOOLGIDS ‘Het Lichtschip’ Sportweg 24 8307 AN ENS Tel. 0527 – 251712 e-mail: het.lichtschip@scpo-nop.nl website: www.hetlichtschip.nl twitter: @HetLichtschip www.scholenopdekaart.nl Directeur: Kees Verhagen Tel. 0527 – 251712 (school) Tel. 0527 – 650656 (privé) kees.verhagen@scpo-nop.nl
Schooljaar 2014-2015 Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
Voorwoord De basisschool ….. een stukje van je leven. Deze gids is bedoeld voor ouders die nu kinderen op onze school hebben en voor ouders van toekomstige leerlingen. Als uw kind vier jaar wordt, betekent dit: voor het eerst naar de basisschool. De basisschool is een stukje van je leven. Voor de kinderen en voor u. Jarenlang is er diezelfde weg van huis naar school en terug. In de loop der jaren vertrouwt u uw kind zo’n 7600 uren toe aan de zorg van de juffen en meesters van de basisschool. Dat is een belangrijk deel van een kinderleven. Een basisschool kies je dan ook met zorg. Scholen verschillen steeds meer in werkwijzen, sfeer en resultaten. Dat maakt het kiezen steeds moeilijker. Daarom vraagt de overheid aan basisscholen een schoolgids te maken. Deze gids moet helpen bij het bewust kiezen van een basisschool. Deze schoolgids is bedoeld om u duidelijk te maken wat voor soort school ‘Het Lichtschip’ is. Wij hopen dat u onze schoolgids met plezier zult lezen. Vanzelfsprekend bent u altijd welkom voor een toelichting.
Namens het team van ‘Het Lichtschip’, Kees Verhagen, directeur Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
SCHOOLJAAR 2014-2015
Inhoudsopgave Voorwoord 1. Het Lichtschip 1.1 De naam 1.2 SCPO 1.3 Grondslag SCPO 1.4 Doel en middelen 1.5 Organisatie SCPO 1.6 Scholen SCPO 1.7 Ouderbetrokkenheid 1.8 Klankbordgroep en panels 1.9 Medezeggenschapsraad 2. Waar staat Het Lichtschip voor 2.1 Identiteit 2.2 Passend onderwijs 2.3 Schoolondersteuningsprofiel 2.4 Een fijne school 2.5 Personeel 3. De inhoud van ons onderwijs 3.1 Groepen 1 en 2 3.2 Groepen 3 en 4 3.3 Groepen 5 t/m 8 3.4 ICT 3.5 Godsdienstige vorming 3.6 Methoden 3.7 Leergebied overstijgende vakken 4. Aanmelding 4.1 Bijna 4 jaar 4.2 Ouder dan 4 jaar 4.3 Toelating en verwijdering 4.4 Aanmelding en zorgplicht 5. Organisatie 5.1 Organisatie van de school 5.2 Samenstelling team 5.3 Schooltijden 5.4 Vakantietijden 5.5 Schoolverzuim 5.6 Gymtijden 5.7 Niet lesgebonden activiteiten 5.8 Buitenschoolse activiteiten 5.9 Regels
6. De leerkrachten 6.1 Vervanging 6.2 Contact met de leerkrachten 6.3 Stagiairs 6.4 Scholing leerkrachten 7. De zorg voor onze kinderen 7.1 Het leerlingvolgsysteem 7.2 Onderbouwd 7.3 Het lln.volgsysteem gedrag 7.4 Leerling- en groepsbesprekingen 7.5 Verslaglegging 7.6 Contact ouders over welbevinden en leervorderingen 7.7 Pesten 7.8 Speciale zorg 7.9 Verlenging of versnelde overgang 7.10 Meer- en hoogbegaafden 7.11 Speciaal onderwijs 7.12 Zieke kinderen 7.13 Medische handelingen 7.14 Intern Begeleider 7.15 Samenwerkingsverbanden 7.16 Logopedie 8. De groepen 8.1 Groep 1 en 2 8.2 Groep 2, na de kerst 8.3 Overgang groep 1 naar groep 2 8.4 Overgang groep 2 naar groep 3 8.5 Groep 8, begeleiding v.o. 9. School en gezin 9.1 Betrokkenheid 9.2 Informatie 9.3 Medezeggenschap 9.4 Activiteitencommissie 9.5 Tussenschoolse opvang 9.6 Opgave 9.7 Verantwoordelijkheid voor en na schooltijd 9.8 Overleg leraar/ouders 9.9 Ongewenste omgangsvormen 9.10 Klachtenregeling 9.11 Ouderbijdrage 9.12 Aansprakelijkheid
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
10. Ontwikkeling van het onderwijs 10.1 Werken aan kwaliteitsverbetering 10.2 Resultaten van het onderwijs 10.3 Uitstroomgegevens 10.4 Overige resultaten 10.5 Het schoolplan 10.6 De schoolinspectie 10.7 Schoolbegeleiding 11. Algemene zaken 11.1 Open morgen 11.2 Open dag voor belangstellenden 11.3 Kleding kleuters 11.4 Projectgeld 11.5 Sponsoring 11.6 Verjaardag 11.7 Schoolarts 11.8 Voor- en naschoolse opvang 11.9 Schoolveiligheidsplan 11.10 Luizen pluizen 11.11 Oud papier 11.12 Leerlingenvervoer 11.13 Tegemoetkoming vervoerskosten 11.14 Afkortingen Bijlage 1: Schoolverzuim Bijlage 2: Toelating en verwijdering
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
1. HET LICHTSCHIP 1.1 De Naam Een lichtschip is een lichtbaken op volle zee, op de plaats waar eigenlijk een vuurtoren zou moeten staan, maar waar dat niet mogelijk is. Een lichtschip ligt vaak in de omgeving van een zandbank of op een andere, voor de scheepvaart, gevaarlijke plaats. De lichtsignalen die een lichtschip afgeeft zijn vergelijkbaar met die van een vuurtoren. Het zijn unieke lichtsignalen die oriëntatie, koers, houvast en daarmee veiligheid bieden. Zo willen we dat onze school herkenbaar is aan haar eigen lichtsignaal, dat onze school een veilige plek kan en mag bieden aan onze kinderen die op school komen om te leren en te leven. We hopen dat zij door ons christelijk onderwijs datgene leren dat in hun verdere leven kan dienen als lichtschip, als lichtsignaal om de juiste koers te blijven behouden. 1.2 SCPO Het Lichtschip is één van de dertien scholen van de Stichting voor Christelijk Primair Onderwijs in de Noordoostpolder; afgekort: SCPO. Deze stichting zet zich in voor christelijk primair onderwijs in de gemeente Noordoostpolder. Ze telt dertien basisscholen die met elkaar zijn verbonden, maar daarnaast allemaal een ‘eigen gezicht’ hebben. 1.3 Grondslag SCPO De stichting heeft als grondslag de Bijbel en laat zich in haar werkzaamheden inspireren door de kracht van het Evangelie van Jezus Christus, zulks met respect en begrip voor levens- en maatschappijbeschouwingen van anderen. Onderwijs en opvoeding in de van de stichting uitgaande scholen worden in deze geest en vanuit deze inspiratie gegeven. 1.4 Doel en middelen De stichting stelt zich ten doel de bevordering van het christelijk primair onderwijs in de gemeente Noordoostpolder. Zij werkt voortdurend aan het realiseren van haar missie: het geven van goed onderwijs
vanuit een christelijke levensvisie. Bijbelse waarden en normen zijn hierbij het uitgangspunt. 1.5 Organisatie SCPO De SCPO wordt bestuurd door het College van Bestuur: de heer L.A. (Adriaan) van Hove. Het College van Bestuur legt op hoofdlijnen verantwoording af aan de Raad van Toezicht. Dit is een onafhankelijk orgaan dat toezicht houdt, met name op het functioneren van het College van Bestuur. Het College van Bestuur werkt vanuit het bestuurskantoor in Emmeloord en coördineert en/of stuurt veel zaken van hieruit aan. De Raad van Toezicht bestaat uit minimaal vijf leden en maximaal zeven leden. Eén van hen wordt benoemd op voordracht van de GMR. De Raad van Toezicht bestaat uit: Dhr. A. Leijenaar (voorzitter) Mevr. K. Benchaïb Dhr. V.A.M. Corjanus Dhr. J. Jongejan Mevr. J. Lammers-van Engen Dhr. M. Oijevaar Dhr. B. Philipsen De Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) voert namens ouders en personeel overleg met het College van Bestuur. Daarbij heeft zij instemmings- en adviesbevoegdheden. Voorzitter van de GMR is de heer R. (Ruud) Reijenga. 1.6 Scholen SCPO De directeuren zijn integraal verantwoordelijk voor hun school op basis van het managementstatuut van de SCPO. Hierbij ligt het accent op onderwijskundig leiderschap. De schooldirecteuren komen regelmatig bijeen in het kader van beleidsvoorbereiding, onderlinge afstemming en deskundigheidsbevordering. Deze bijeenkomsten noemen we het directeurenberaad. Scholen van de SCPO bedenken niet zo maar hun eigen plannen. Veel zaken zijn wettelijk voorgeschreven of binnen de SCPO afgesproken. Dit laatste wordt gedaan om de missie, de visie en de doelen van de SCPO te kunnen verwezenlijken.
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
1.7 Ouderbetrokkenheid Ouders zijn voor de SCPO erg belangrijk. Met name op schoolniveau komt dit sterk naar voren door diverse vormen van ouderbetrokkenheid. We onderscheiden: • de ouder die meeleeft (met je kind, met de groep waarin je kind zit en met de leden van het schoolteam); • de ouder die meedoet (met het team of de groep waarin je kind zit, als overblijfmoeder, als leesvader of hoe dan ook); • de ouder die meedenkt en meebeslist (als lid van de medezeggenschapsraad of als lid van de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad); • de ouder die toezicht houdt (als lid van de Raad van Toezicht Natuurlijk verwachten we dat alle ouders meeleven met de kinderen en de school. En eigenlijk zouden we het ook erg prettig vinden wanneer ouders willen meehelpen. Gelukkig doen ook veel ouders dit. Al deze hulp wordt gecoördineerd door de activiteitencommissie. Het meedenken en meebeslissen kan door lid te zijn van de MR en/of de GMR. Maar er zijn meer mogelijkheden om mee te denken: deelname aan de klankbordgroep en/of een ouderpanel. 1.8 Klankbordgroep en panels Als schooldirecteur heb je met veel personen en belangen te maken: de kinderen, hun ouders, de personeelsleden, het College van Bestuur en collega-directeuren. Behalve deze personen en hun belangen is er ook veel vakliteratuur voorhanden. Telkens weer sta je als schooldirecteur voor de keuze: doen wij de goede dingen? Om over die vraag na te denken en hierop feedback te krijgen vanuit de ouders is door de directeur een klankbordgroep samengesteld die periodiek bijeenkomt. Er is ook nog een andere vraag: doen wij de dingen goed? Ook dat willen we graag rechtstreeks horen. Vandaar dat op alle scholen van de SCPO periodiek een oudertevredenheidspeiling wordt georganiseerd. We bestuderen zorgvuldig de uitslag. Waar u tevreden over bent, proberen we te borgen. En zaken waarvan u als ouders hebt aangegeven dat u daar minder tevreden
over bent, willen we graag met u bespreken. Dat doen wij door het instellen van een ouderpanel. Een ouderpanel is een groep ouders, die over één te verbeteren punt van gedachten wisselt met de school. We nodigen ouders die belangstelling hebben voor het genoemde verbeterpunt uit om op school bij elkaar te komen en ons nog duidelijker aan te geven wat verbeterd zou moeten worden. Dan verkennen we met hen wat de mogelijkheden zouden kunnen zijn. Ook de mening van de leerlingen op de scholen van de SCPO vinden we erg belangrijk. Vandaar dat we naast ouderpanels ook leerlingenpanels organiseren. Een leerlingenpanel is een groepje leerlingen uit de groepen 5 t/m 8 dat met de schooldirecteur spreekt over wat hen bezig houdt. Meestal neemt de schooldirecteur de uitslag van de leerlingtevredenheidspeiling als uitgangspunt, maar het kan ook over andere aspecten van het schoolleven gaan, zoals de schoolregels, de inrichting van het schoolplein, de lessen of de omgang met de leerkrachten.
1.9 Medezeggenschapsraad Iedere school heeft een Medezeggenschapsraad. Deze kent twee geledingen: ouders en personeelsleden. De MR heeft instemmings- en/of adviesrecht ten aanzien van beleidszaken op schoolniveau. Beleidszaken die voor meer scholen van de SCPO Noordoostpolder van belang zijn worden besproken in de Gemeenschappelijke Medezeggen-schapsraad. Postadres van de SCPO: SCPO Postbus 50 8300 AB Emmeloord
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
2. WAAR STAAT HET LICHTSCHIP VOOR 2.1 Identiteit Het Lichtschip is een open protestants christelijke basisschool. Ons handelen wordt geïnspireerd door de Bijbel. Geloof is een levensovertuiging en heeft dus te maken met het leven van alledag en met de vraag hoe we met elkaar omgaan. Wij zijn een ‘open’ school, waarmee we willen zeggen dat in principe alle kinderen welkom zijn, ongeacht hun levensovertuiging. Identiteit betekent in de praktijk voor ons het volgende: * Dagelijks moeten de kinderen zich welkom en veilig voelen in onze school. Kinderen dienen een gevoel van geborgenheid en vertrouwdheid te hebben. Daarom is het ook belangrijk dat we als team alert zijn op discriminatie en pesten en er alles aan doen om dit te voorkomen. * We willen kinderen verwonderd leren kijken naar de wereld, de schepping, en het leven om hen heen. We gaan daarom met de kinderen naar buiten: de natuur in, bezoeken brengen aan boerderijen en andere gelegenheden. * We vertellen Bijbelverhalen. In de eerste plaats omdat we de Bijbel zien als Woord van God, dat ons leert hoe te leven en te geloven. * Muziek en zang binden samen. Het stimuleert niet alleen de muzikale ontwikkeling, maar ook de sociale verhoudingen en het samenspel. * We leveren kwaliteit. De kwaliteit van onze school komt tot uiting in de goede sfeer die er heerst en in de vak-bekwaamheid van de leerkrachten. Er is aandacht voor elk kind en we kennen de kinderen ook. We vinden het belangrijk dat onze kinderen veel leren en een goede basis krijgen voor het vervolgonderwijs en voor hun leven in onze complexe maatschappij.
Het Lichtschip, daar vaar je wel bij, nu en in de toekomst.
2.2 Passend onderwijs Op 1 augustus 2014 is de wet Passend Onderwijs van kracht geworden. Passend Onderwijs is de nieuwe naam voor hoe we binnen het onderwijs ervoor zorgen dat alle kinderen de ondersteuning krijgen die ze nodig hebben. De bedoeling van Passend Onderwijs is dat kinderen zoveel mogelijk dicht bij huis, op de eigen basisschool. Onderwijs krijgen dat bij hen past. Hoe we op onze school kinderen, die dat nodig hebben, extra hulp en aandacht geven leest u in hoofdstuk 7 van deze gids. Wanneer we specialistische hulp nodig hebben bij de begeleiding van een leerling, kunnen we een beroep doen op het expertisecentrum Noordoostpolder. Vanuit dit centrum werken orthopedagogen en andere specialisten op o.a. het gebied van dyslexie, hoogbegaafdheid en gedrag. Ook een specialist op het gebied van leer- en gedragsproblemen van de school voor speciaal basisonderwijs ‘De Klimboom’ werkt vanuit het expertisecentrum voor de basisscholen. Wanneer we specialisten van buiten onze school willen inschakelen gebeurt dat overigens altijd in overleg met u als ouders. Deskundigen vanuit het speciaal onderwijs kunnen we eveneens gemakkelijk om advies vragen. Met alle basisscholen in de polder (en op Urk) werken we namelijk samen met de scholen voor speciaal onderwijs, binnen het Samenwerkingsverband Passend Onderwijs Noordoostpolder-Urk. Alle informatie over Passend onderwijs in de Noordoostpolder vindt u op de website van het samenwerkingsverband: www.passendonderwijsnu.nl. Soms heeft een leerling meer ondersteuning nodig dan onze school kan bieden. Mogelijk kan een andere basisschool dat wel. Samen met u als ouders verkennen we dan de mogelijkheden voor een overplaatsing naar een andere basisschool. Soms heeft een leerling intensieve ondersteuning nodig die alleen op het speciaal (basis)onderwijs geboden kan worden. Met instemming van u als ouders melden we de leerling dan aan bij de Toewijzingscommissie van het samenwerkingsverband. De
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
Toewijzingscommissie beslist vervolgens of de leerling toelaatbaar is op het speciaal (basis)onderwijs. Als een kind naar een speciale (basis)school gaat, wordt regelmatig bekeken of de intensieve ondersteuning van de speciale (basis)school nog nodig is voor de leerling. Als de leerling weer voldoende heeft aan de ondersteuning die de basisschool kan bieden, gaat de leerling terug naar de basisschool. Dit vanzelfsprekend altijd in goed overleg met de ouders én alleen wanneer duidelijk is dat de leerling tot en met groep 8 op zijn / haar plek zal zijn op de basisschool. Meer informatie over de scholen voor speciaal (basis)onderwijs en over de Toewijzingscommissie vindt u eveneens op www.passendonderwijsnu.nl. 2.3 Schoolondersteuningsprofiel Onze school heeft een schoolondersteuningsprofiel (SOP) opgesteld. Dit is een wettelijk voorschrift bij de invoering van passend onderwijs. Een SOP biedt informatie over de kwaliteit van de basisondersteuning en over wat de school verder aan ondersteuning biedt. Het legt vast waar onze school voor staat. De ondersteuningsprofielen van alle scholen van het samenwerkingsverband, waarbinnen onze school participeert, vormen de basis van de dekkendheid van voorzieningen in de regio. Op die manier is er voor alle kinderen een plek om onderwijs en ondersteuning te krijgen die zij nodig hebben. Ons profiel bestaat uit: 1. een korte typering van de school 2. de kwaliteit van de basisondersteuning 3. de deskundigheid voor extra ondersteuning waarover onze school beschikt 4. de voorzieningen die we hebben om leerlingen extra ondersteuning te bieden. Voor inzage in het SOP kunt u zich melden bij de IB-er, Rianne Sikma. 2.4 Een fijne school Wij vinden een goede sfeer in de groepen en op school van essentieel belang. Om je te ontwikkelen en open te staan voor de lesstof moet je immers goed in je vel zitten. Ondanks de aandacht voor plagen, pesten en discriminatie wil dit echter niet zeggen dat deze zaken niet voorkomen op onze school.
We blijven in gesprek met de kinderen om de sfeer in de groep of een groepje optimaal te houden. We werken aan een goede relatie met de kinderen, zodat zij zich beschermd weten. Belangrijke trefwoorden hierbij zijn: thuis voelen – veiligheid – rust – vertrouwen. Op Het Lichtschip maken wij gebruik van de Soemo-kaarten. Deze kaarten voor de sociaal-emotionele vaardigheden helpen leerlingen bij hun sociale weerbaarheid en emotionele ontwikkeling. Anderzijds leren leerlingen zich ‘te gedragen’: welk gedrag past bij welke situatie? Welk gedrag kan door anderen als hinderlijk en kwetsend worden ervaren? Welk gedrag is juist positief en wordt ook als zodanig opgemerkt en bekrachtigd door de leerkracht en de klasgenoten? Het team van ‘Het Lichtschip’ wil, in samenwerking met de ouders, streven naar een veilige en fijne school. Goed gedrag kun je leren. Om dit doel te bereiken zullen de leerkrachten een schoolbreed programma, dat gericht is op het verbeteren van gedrag in de school en in de klas, gaan volgen. De ouders zullen hierbij intensief betrokken worden. 2.5 Personeel Directeur: Kees Verhagen Kennemerlandlaan 33 8302 NC EMMELOORD Tel: 0527-251712 (school) Tel: 0527-650656 (privé) kees.verhagen@scpo-nop.nl Leerkrachten: Linda Kwakkel Silene 47 8265 HN KAMPEN linda.kwakkel@scpo-nop.nl Freerk Postmus Steiger 25 8325 HB VOLLENHOVE freerk.postmus@scpo-nop.nl Rianne Sikma Lichtwachter 23 8307 CE ENS rianne.sikma@scpo-nop.nl
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
Gerrie den Toom Vollenhoverweg 17b 8316 PW MARKNESSE gerrie.den.toom@scpo-nop.nl Diana de Visser Warande 41 8316 CL MARKNESSE diana.de.visser@scpo-nop.nl Daniëlle Winter Bisschopstraat 37a 8325 HB VOLLENHOVE daniëlle.winter@scpo-nop.nl Janneke Wolfs E.P. Seidelstraat 77 8307 CC ENS janneke.wolfs@scpo-nop.nl Janneke Zuidhof Educalaan 11a 8251 GC DRONTEN janneke.zuidhof@scpo-nop.nl Overig personeel: Secretariële ondersteuning: Annet Oosting (op woensdag) Klusjesman: Henk Kruijer Tuinonderhoud: André Louws Schoolschoonmaak: Gerda Beintema in dienst van ANICO
3. DE INHOUD VAN ONS ONDERWIJS Wat leert mijn kind op Het Lichtschip? 3.1 Groep 1 en 2 Op onze school maken we in de groepen 1 en 2 gebruik van de kleutermethode ‘Onderbouwd’, een methode die bestaat uit tastbare, kleutereigen materialen waarmee kinderen spelend en handelend kunnen leren. Door middel van het spel kan het kind de beoogde leerdoelen behalen, op een ontspannen manier wordt kennis vergaard die de kleuters in de volgende groepen nodig hebben om de leerstof te kunnen begrijpen. Het speels, bewust en doelgericht stimuleren van de ontwikkeling van de kinderen vormt de basis van ‘Onderbouwd’. We maken gebruik van het drieslag leersysteem: 1. Aanbieden van het doel in de grote kring 2. Verwerken van het doel binnen de werkles 3. Controleren of het doel is behaald In de kring wordt het ontwikkelingsmateriaal aangeboden met de handpop. Op de leerkaart staan spelideeën die elke kringactiviteit tot een plezierig en betrokken geheel maken. In de werkles spelen de kinderen met de aanwezige materialen van de themapakketten. Tijdens Sinterklaas ga je ‘rekenen met pepernoten’, op andere momenten met bijv. eieren. Tijdens het controlemoment wordt gekeken of de leerling het spel goed begrepen heeft. Wanneer het kind het controlemoment heeft gehad, mag er een stempel worden gezet op de stempelkaart. Kinderen die het doel niet bereikt hebben, krijgen later een herhaling van dit doel. 3.2 Groepen 3 en 4 In deze groep moeten de kinderen zo vlot als mogelijk is zelf leren lezen. Daarbij is er veel aandacht voor woordenschat en begrijpend lezen. Net als in de groepen 1 en 2 wordt gezorgd voor een rijke en stimulerende onderwijsomgeving waardoor kinderen het verband leren begrijpen tussen lezen, schrijven en rekenen en het gebruik in de werkelijkheid.
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
3.3. Groepen 5 t/m 8 De leerlingen van de groepen 5 t/m 8 krijgen naast de basisvakken als taal, lezen en rekenen ook de wereldoriënterende vakken aangeboden. Er wordt een steeds groter beroep gedaan op de zelfstandige verwerking van de leerstof en op het begrijpend lezen van zakelijke teksten. 3.4 ICT Maatschappelijk gezien is Informatie en Communicatie Technologie niet meer weg te denken. De mogelijkheden m.b.t. informatievoorziening en communicatie zijn de afgelopen jaren explosief gegroeid. In alle beroepen is de computer tot een “onmisbaar” stuk gereedschap geworden. Vanuit dit perspectief willen wij bij ons op school niet achterblijven. We zullen de kinderen ook op dit terrein redzaam moeten maken. Daarnaast is het een prachtig hulpmiddel om maatwerk op de onderwijsbehoefte van elk kind te kunnen aanbieden. Op onze school hebben we zo’n 30 werkplekken in een netwerk draaien. Dat is ruim 1 computer per 4 leerlingen. 3.5 Godsdienstige vorming Methode ‘Kind op maandag’ De godsdienstige vorming bij ons op school is erop gericht dat de leerlingen vanuit hun leefwereld een ontmoeting aangaan met de Bijbel als bron van het christelijk geloof. Vanuit deze bron leren de kinderen God kennen. De godsdienstige vorming komt tot uiting in de Bijbelverhalen, de christelijke feesten, in reflectie over levensvragen en in een appèl tot leven in verantwoordelijkheid voor de gehele schepping. Daartoe nemen de leerlingen onder meer deel aan godsdienstige gebruiken en vieringen. Zij leren de religieuze taal van de Bijbel kennen. En zij leren ontdekken wat de christelijke traditie kan betekenen voor de samenleving.
3.6 Methoden Rekenen en Wiskunde: ‘Pluspunt’ Met de rekenmethode Pluspunt leren kinderen op onze school evenwichtig rekenen: de kinderen verwerven inzicht én oefenen hun vaardigheden. De lesstof wordt in duidelijke, kleine stappen aangeboden en regelmatig herhaald. Zorgvuldig opgebouwde leerlijnen Structureel oefenen en herhalen staan centraal in Pluspunt. De kinderen doen dat zowel zelfstandig als samen. Eén oplossingsstrategie Tijdens de instructie is er veel interactie door het uitwisselen van ideeën en oplossingsstrategieën. Voor rekenzwakke kinderen geeft Pluspunt één duidelijke oplossingsstrategie. Kerndoelen en leerlijnen Pluspunt voldoet aan alle kerndoelen en tussendoelen, sluit aan op de Cito-toetsen en heeft doorlopende leerlijnen. In groep 8 wordt eerder behandelde lesstof herhaald, zodat de kinderen optimaal op de brugklas worden voorbereid. Zo geeft Pluspunt kinderen een solide rekenbasis voor hun verdere ontwikkeling. Nederlandse taal: ‘STaal’ De leerlijn ‘taal’ kent vier onderdelen: woordenschat, taal verkennen, spreken & luisteren en schrijven. Het jaarprogramma bestaat uit acht thema’s van vier lesweken. In de eerste twee weken leren de kinderen nieuwe stof die ze nodig hebben om het eindproduct in week 3 te maken. In die derde week passen ze de opgedane kennis toe. Week vier is voor de toets, het remediëren, het herhalen en/of verrijken. Na de toets maken de kinderen voor de domeinen woordenschat en taal verkennen opdrachten op drie niveaus: drempelniveau, basisniveau en verrijkingsniveau. STaal spelling: de methode gebruikt de spellingsmethode “Zo leer je kinderen lezen en spellen”, een methode die we reeds enkele jaren gebruiken. Onze nieuwe taalmethode
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
combineert spelling en grammatica in één methode. Ook voor spelling hebben we blokken van 4 weken. In week 1,2 en 3 wordt nieuwe leerstof aangeboden en eerder geleerde stof herhaald. In week 3 wordt ook de toets afgenomen. Week 4 is voor de herhaling. Lezen: ‘Zo leer je kinderen lezen en spellen’ In alle groepen wordt ‘Zo leer je kinderen lezen en spellen’ gebruikt voor het technisch leesonderwijs. Bij technisch lezen en spellen doen zich vaak problemen voor als: gebrekkige letterkennis, vastzitten van globaalwoorden, niet goed kunnen analyseren, de eerste letter vergeten, te lang spellend lezen of globaal lezen, problemen met het lezen van lange woorden, problemen met het schrijven van open en gesloten lettergrepen en andere nietklankzuivere woorden. Het doel van ‘Zo leer je kinderen lezen en spellen’ is de effectiviteit van het lees- en spellingsonderwijs te vergroten door het gebruik van een preventieve instructiemethodiek zodat bovenstaande problemen voorkomen worden. De methodiek richt zich op zowel de inhoud en vorm van instructie als op het modelgedrag van de leerkracht. Begrijpend Lezen: ‘Nieuwsbegrip’ Nieuwsbegrip is begrijpend lezen met actuele, informatieve teksten. Er wordt gericht gewerkt aan woordenschat- en begrijpend leesstrategieën. Nieuwsbegrip wordt gebruikt in de groepen 4 t/m 8. Incidenteel kiezen we ervoor een onderwerp niet aan te bieden in groep 4, wanneer dit onderwerp niet past binnen de belevingswereld van het kind. Schrijven: ‘Handschrift’ Met Handschrift leren kinderen goed schrijven. Handschrift besteedt veel aandacht aan schrijfhouding en beweging. Kinderen leren letters schrijven op het moment dat dit schrijfdidactisch verantwoord is. Engels: ‘Groove me” ‘Groove me’ is een revolutionaire digibordmethode voor het onderwijs in ‘Engels leren door muziek’.
De lessen voor de groepen 7 en 8 zijn opgebouwd rond dezelfde popsong, met naar keuze Nederlandstalige of Engelstalige uitleg op het digibord. Het idee daarachter is dat je de les klassikaal kunt starten en vervolgens de leerlingen zelfstandig aan de slag kunt laten gaan met verschillende werkbladen. Leerlingen met een basisniveau werken met worksheet 3a en leerlingen die meer aan kunnen met worksheet 3b. Wereldoriëntatie
We laten de leerlingen op veel verschillende, nieuwe en verfrissende manieren werken aan geschiedenis, aardrijkskunde, natuur en techniek. Voor deze wereldoriënterende vakken hebben we gekozen voor nieuwe methoden: Aardrijkskunde: Grenzeloos Geschiedenis: Eigentijds Natuur en techniek: Binnenstebuiten Bij deze methoden is het digibord de basis. Naast de lessen op het digibord zijn er werkbladen en een bronnenboek. Het begin van elke les is erop gericht kinderen nieuwsgierig te maken naar de lesstof: eerst prikkelen en raken. Vervolgens gaan de leerlingen zelf op onderzoek uit om een centrale vraag van de les te beantwoorden: ontdekkend leren. Elke les eindigt met een conclusie op het digibord waarin de essentie is samengevat: samenvatten en controleren.
Sociale redzaamheid en verkeer Onder sociale redzaamheid verstaan we dat kinderen in staat zijn zelfstandig een weg te vinden in een gecompliceerde samenleving; onafhankelijk, weerbaar en mondig worden. In de groepen 1 en 2 gaat het om het bevorderen van de zelfstandigheid. Dit heeft
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
te maken met wassen, aankleden, veters strikken e.d. Verder wordt aandacht besteed aan het veilig omgaan met materialen. Wat het verkeer betreft gaat het specifiek om de veiligheid in de directe omgeving. Hiervoor hanteren we de volgende methoden: ‘Stap Vooruit’, verkeerskrant – gr. 4. ‘Op Voeten en Fietsen’, verkeerskrant – gr. 5 en 6. ‘Jeugd Verkeerskrant’ – gr. 7 en 8. In groep 8 leggen de kinderen het theoretisch en praktisch verkeersexamen af. Creatieve vakken en techniek: ‘Moet je doen’ en ‘Binnenstebuiten’ Moet je doen bestaat uit twee praktische modules: muziek en dramatische expressie. Voor kunst, cultuur en beeldende vorming maken we gebruik van diverse bronnen. Binnenstebuiten is de methode voor natuur en techniek. Techniektorens Dit zijn centrale kasten met materialen voor onder-, midden- en bovenbouw voor techniek. Bewegingsonderwijs: ‘Basislessen bewegingsonderwijs’ Het gymonderwijs wordt door de leerkrachten zelf gegeven. De kleuters krijgen gymnastiek in het speellokaal. Er worden geen zwemlessen gegeven. 3.7 Leergebiedoverstijgende vakken Dit zijn gebieden die de vakken overstijgen, die geïntegreerd zijn in andere vakken. We denken dan aan: Werkhouding De kinderen moeten plezier krijgen in het leren van nieuwe dingen, zij moeten informatie kunnen opzoeken en gebruiken, zij moeten een bepaalde mate van doorzettingsvermogen hebben. Welbevinden en betrokkenheid stimuleren de positieve werkhouding van het kind. Werken volgens plan Met name bij wereldoriëntatie leren de kinderen te werken volgens een plan: doel formuleren, oriëntatie op het onderwerp, het werk stap voor stap indelen en de resultaten presenteren in de vorm van een toelichting,
een spreekbeurt, een werkstuk of een expositie. Gebruik van uiteenlopende strategieën Repeteren, hoofdgedachten onderstrepen, hoofdlijnen aangeven, geheugensteuntjes, aantekeningen maken e.d. Doel: goed leren leren! Zelfbeeld Stimuleren van zelfvertrouwen, durven opkomen voor jezelf, dat is werken aan een positief zelfbeeld. Sociaal gedrag We willen dat kinderen respectvol met de andere kinderen omgaan. Respect voor andere levensbeschouwingen en culturen, voor de meningen en wensen van anderen. Maar ook durven uitkomen voor je eigen standpunt. Dit kan wanneer in de groep vragen gesteld worden over ethische vraagstukken. Het gaat dan over waarden en normen waaruit het kind moet kiezen. 4. AANMELDING 4.1 Bijna vier jaar De meeste nieuwe leerlingen die wij op Het Lichtschip mogen verwelkomen zijn vierjarigen die naar groep 1 komen. Ouders die geïnteresseerd zijn in onze school als basisschool voor hun kind(eren) kunnen altijd een afspraak maken met de directeur voor een gesprek en een rondleiding ( 0527-251712). Na inschrijving en enkele weken voor de vierde verjaardag van uw kind zal de groepsleerkracht contact met u opnemen en een afspraak maken om uw kind enkele ochtenden in de toekomstige groep mee te laten draaien. Uw vierjarig kind is nog niet leerplichtig. Kinderen van vijf jaar en ouder zijn dat wel! Als uw kind bij ons op school komt verwachten wij dat hij/zij: • zelf naar het toilet kan • de handen kan wassen en de neus kan snuiten • zichzelf met enige hulp kan aan- en uitkleden. N.B. Op woensdag 18 maart 2015 hebben we een open morgen voor nieuwe ouders.
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
4.2 Ouder dan vier jaar Voor kinderen ouder dan vier jaar bestaat er de mogelijkheid een dagdeel op bezoek te komen en de sfeer te proeven. Wanneer een kind van school wisselt, wordt altijd contact opgenomen met de huidige basisschool van het kind. Inschrijven van kinderen die van een andere basisschool afkomstig zijn, is pas mogelijk na het uitschrijven van het kind op de andere school. De inschrijving wordt definitief na ontvangst van het onderwijskundig rapport van de school van herkomst.
school om bij het Samenwerkingsverband een toelaatbaarheidsverklaring aan te vragen. Met deze verklaring heeft de leerling recht op plaatsing op het SBO van het SWV of SO in heel Nederland.
4.3 Toelating en verwijdering Zie bijlage 2. Het beleidsplan ‘Toelating en verwijdering van leerlingen’ is op school verkrijgbaar.
Zorgplicht en verhuizing van een kind Bij verhuizingen buiten de regio gelden dezelfde regels van plaatsing. Ouders melden hun kind aan op de school van hun voorkeur. Deze school bekijkt of ze het kind een passende plek kan bieden. Kan de school uw kind niet toelaten, dan biedt ze binnen 6 weken een plek aan op een andere school waar het kind wel geplaatst kan worden. De school mag deze termijn 1 keer met maximaal 4 weken verlengen. Verder blijft uw kind ingeschreven op een school totdat een andere school bereid is hem of haar in te schrijven. Dus: Zorgplicht gaat in bij schriftelijke aanmelding op de nieuwe school.
4.4 Aanmelding en zorgplicht Op het moment dat een leerling schriftelijk wordt aangemeld bij een basisschool met het verzoek om toelating gaat voor deze school de zorgplicht in. Binnen 6 weken na deze aanmelding dient het bevoegd gezag van de school te beslissen over de toelating. Dit geldt ook voor SBO- en SO-scholen als de leerling nog niet op een andere (basis)school staat ingeschreven.
Een leerling mag pas geweigerd worden als de school aan de zorgplicht (zie hierboven) heeft voldaan. Een andere reden kan zijn dat er op de school van aanmelding geen plaatsruimte is of als de ouders weigeren te verklaren de grondslag van het onderwijs van de school te respecteren.
De aanmelding moet dus altijd schriftelijk en kan worden gedaan vanaf de dag waarop het kind 3 jaar is maar zo mogelijk uiterlijk 10 weken vóór de datum waarop de toelating tot de school wordt gevraagd. Ouders dienen bij de aanmelding aan te geven of zij hun kind ook bij een andere school en zo ja welke school hebben aangemeld. Dit betekent dat de (basis)school van aanmelding verantwoordelijk is voor de zorg van deze leerling. Mocht de (basis)school niet in staat zijn de leerling op de eigen school voldoende te begeleiden dan is het de plicht van de school om samen met ouders een andere (reguliere) basisschool te zoeken die wel aan de onderwijsbehoefte van de leerling voldoet, aan de hand van de ondersteuningsprofielen. De termijn hiervoor is 6 weken. Dit kan in sommige gevallen éénmaal verlengd worden met 4 weken. Voor een plaatsing op het SBO of SO is het aan het bevoegd gezag van de
5. ORGANISATIE 5.1. De organisatie van de school Onze school kenmerkt zich door een gematigd leerstof-jaarklassen-systeem. Er wordt zowel klassikaal, in groepen, als individueel gewerkt. Om ervoor te zorgen dat alle leerlingen zich optimaal ontwikkelen en de vastgestelde doelen behalen, is het van belang te differentiëren. Er wordt doelgericht onderwijs gegeven opdat alle leerlingen in de groep in elk geval de gestelde minimumdoelen voor de basisvaardigheden bereiken. Alle leerlingen volgen daarom de
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
groepsinstructie en een aantal kinderen krijgt verlengde instructie en begeleid inoefenen om zo om te gaan met de verschillen tussen leerlingen. Kenmerkend is dat de les met de hele groep wordt gestart en afgesloten, dat zwakke leerlingen verlengde instructie krijgen en meer tijd voor oefening en dat alle leerlingen feedback krijgen. Als voorwaarde geldt dat er duidelijke regels en routines zijn voor zelfstandig werken. De meerbegaafde leerling wordt uitgedaagd door verrijkings- en verdiepingsstof. Deze bestaat o.a. uit opdrachten die door onze methodes worden aangeboden voor de meerbegaafde leerlingen. Bij de invoering van de wet passend onderwijs zal meer rekening gehouden moeten worden met hoogbegaafde leerlingen. Hiervoor is een motie aangenomen die de regering vraagt om voor 1 oktober 2013 te komen met een voorstel, gericht op het tijdig ondersteunen van hoogbegaafde leerlingen ter voorkoming van psychische of gedragsproblemen en op het bereiken van een ondersteunings-kwaliteit die tegemoet komt aan de onderwijsbehoeften van deze categorie leerlingen.
5.2 De samenstelling van het team Groep 1/2: Linda: ma-di Daniëlle: woe-do-vr Groep 3/4: Rianne: ma-vr Diana: di-woe-do Linda: ½ vr. ondersteuning Groep 5/6a: Gerrie: ½ ma-do-vr Janneke: ½ ma-di-woe Groep 6b/7: Janneke Zuidhof Groep 8: Freerk Intern begeleider: Rianne: di Directeur: Kees: ma-di-woe-do
5.3 Schooltijden Groep 1 ma.mo. ma.mi. di.mo. di.mi. woe. mo. woe.mi. do.mo. do.mi. vr.mo. vr.mi.
08.45 – 12.00 u. Vrij 08.45 – 12.00 u. 13.00 – 15.15 u. 08.45 – 12.30 u. vrij 08.45 – 12.00 u. 13.00 – 15.15 u. 08.45 – 12.00 u. vrij
Groep 2, 3 en 4 ma.mo. ma.mi. di.mo. di.mi. woe. mo. woe.mi. do.mo. do.mi. vr.mo. vr.mi.
08.45 – 12.00 u. 13.00 – 15.15 u. 08.45 – 12.00 u. 13.00 – 15.15 u. 08.45 – 12.30 u. vrij 08.45 – 12.00 u. 13.00 – 15.15 u. 08.45 – 12.00 u. vrij
Groep 5 t/m 8 ma.mo. ma.mi. di.mo. di.mi. woe. mo. woe.mi. do.mo. do.mi. vr.mo. vr.mi.
08.45 – 12.00 u. 13.00 – 15.15 u. 08.45 – 12.00 u. 13.00 – 15.15 u. 08.45 – 12.30 u. vrij 08.45 – 12.00 u. 13.00 – 15.15 u. 08.45 – 12.00 u. 13.00 – 15.15 u.
Inlooptijden We hebben dezelfde inlooptijden voor alle groepen. De leerlingen mogen ‘s ochtends van 08.30 tot 08.40 uur naar binnen om alvast aan een taak te beginnen of nog even met elkaar en/of de leerkracht te praten. ’s Middags mogen leerlingen die niet overblijven vanaf 12.45 uur op het schoolplein en gaat iedereen met de eerste bel om 12.55 uur naar binnen, zodat we dan ook weer op tijd kunnen beginnen. Pauze De pauze is voor de groepen 3 t/m 8 van 10.15 - 10.30 uur op maandag, woensdag en vrijdag. Op dinsdag en donderdag van 10.30 - 10.45 uur.
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
In- en uitgang De in- en uitgang voor groep 1 en 2 is aan de E.P. Seidelstraat. De kinderen van groep 3 t /m 8 komen en gaan door de ingangen aan de Sportweg. 5.4 Vakantierooster Basisonderwijs Herfstvakantie Kerstvakantie Voorjaarsvakantie Goede Vrijdag en Pasen Koningsdag Meivakantie Pinksteren Zomervakantie
van 13-10 22-12 23-02 03-04 27-04 04-05 25-05 06-07
tot en met 17-10 02-01 27-02 06-04
15-05 14-08
5.5 Schoolverzuim Als uw kind door ziekte of om andere redenen moet verzuimen, graag even een schriftelijk of telefonisch berichtje v贸贸r 08.30 uur. ( 25 17 12) Wilt u een bezoek aan dokter of tandarts zoveel mogelijk buiten de schooltijden of in de vakantie laten plaatsvinden? Voor alle andere gevallen gelden wettelijk bepaalde regels. Zie bijlage 1.
5.6 Gymtijden Gymzaal: Evert van Benthemhal E.P. Seidelstraat 2 8307 BL ENS 25 31 54 De groepen 1 en 2 hebben de beschikking over een eigen speel- en gymlokaal waar volgens rooster dagelijks gebruik van wordt gemaakt. Voor de hygi毛ne dragen alle kinderen gymschoenen, liefst schoenen zonder veters. De groepen 3 t/m 8 gaan tweemaal per week naar de gymzaal.
Gymschoenen, sportbroek en shirt (evt. turnpak) zijn voorgeschreven. Op de volgende dagen wordt er als volgt gegymd: Groep: 6b/7 8 5/6a 3/4 5/6a 8 6b/7
Dag: maandag maandag maandag maandag woensdag woensdag woensdag
Tijd: 08.45-09.30 u. 09.30-10.15 u. 10.30-11.15 u. 11.15-12.00 u. 09.30-10.15 u. 10.30-11.15 u. 11.45-12.30 u.
5.7 Niet lesgebonden activiteiten Schoolreis/schoolkamp Aan het eind van elk schooljaar worden de schoolreizen gehouden voor de groepen 1 en 2, 3 en 4 en 5 t/m 7. Groep 8 gaat in de laatste week van het schooljaar drie dagen op kamp op Schiermonnikoog. De kosten voor deze reizen worden via de Brulboei bekend gemaakt. Sportdag/ Koningsspelen Ook in dit schooljaar worden door de drie scholen van Ens de koningsspelen georganiseerd voor de kinderen van de groepen 1 t/m 8. De koningsspelen vinden plaats op 24 april 2015. Vorig schooljaar bezocht onze koning persoonlijk de koningsspelen. Culturele vorming Eenmaal per jaar bezoeken alle groepen het Muzisch Centrum voor een theatervoorstelling. Een culturele commissie komt met een aanbod van voorstellingen waaruit de leerkrachten kunnen kiezen. Verkeersproef In de periode april/mei leggen de leerlingen van groep 8 een theoretisch en praktisch verkeersexamen af onder toezicht van Veilig Verkeer Nederland. Hieraan is een diploma verbonden. Het praktisch examen wordt afgenomen in Emmeloord. 5.8 Buitenschoolse activiteiten Sport- en andere wedstrijden Onze school neemt zoveel mogelijk deel aan diverse sporttoernooien als schoolvoetbal en scholencross. Sportverenigingen organiseren buiten de schooluren toernooien voor de leerlingen. Ouders zijn actief als begeleiders
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
van de teams. Deelname wordt betaald vanuit de ouderbijdrage. Ook doen groepen mee aan verschillende wedstrijden die in de loop van het schooljaar georganiseerd worden. Voorlezen Zowel binnen de school als daarbuiten wordt aandacht besteed aan het voorlezen. Buiten de school dingen we mee naar de titel van voorleeskampioen van onze gemeente en provincie. Er wordt zo mogelijk zelfs een gooi gedaan naar de landelijke wedstrijd. 5.9 Regels • Met elkaar zorgen wij ervoor dat het Lichtschip een fijne school is voor iedereen. • We laten elkaar rustig spelen en werken • We spelen met eerlijke spelregels en afspraken en luisteren naar elkaar. • We spelen binnen afgesproken grenzen. • We zijn zuinig op de materialen en ruimen alles weer netjes op. • We lossen ruzies op door overleg. Eventueel met behulp van andere kinderen of een volwassene. • We laten in ons gedrag zien dat we respect hebben voor elkaar en elkaar accepteren. Basisregels: - Je komt op tijd binnen. - Je luistert naar de juf of meester. - Je luistert naar elkaar. - Je bent rustig. - Je helpt elkaar. - Je stoort elkaar niet, je pest elkaar niet. - Je lost ruzies op door met elkaar te praten. 6. DE LEERKRACHTEN Voor namen en adressen van de leerkrachten: zie H. 2.5. 6.1 Vervanging Bij afwezigheid van een leerkracht wordt getracht deze te vervangen. Op onze school is een lijst aanwezig waarop een aantal leerkrachten staat op wie wij een beroep op kunnen doen als er sprake is van ziekte of anderszins. Indien er niet voor vervanging kan worden
gezorgd, worden er andere mogelijkheden om tot een oplossing te komen overwogen: • verschuiving; • ruilen; • verdelen. Bieden bovenstaande maatregelen geen aanvaardbare oplossing, dan wordt de betreffende groep, volgens de richtlijnen van de hoofdinspectie, naar huis gestuurd, met daarbij de volgende afspraken: • in principe niet de eerste dag; • alleen in uiterste noodzaak; • ouders worden, zo mogelijk, schriftelijk of per mail op de hoogte gesteld; • voor leerlingen die geen opvang hebben wordt binnen de school opvang geregeld. De directeur is in principe niet voor vervanging beschikbaar, tenzij verschuiving van zijn ambulante tijd mogelijk is en zijn geplande werkzaamheden die verschuivingen toestaan. Bij afwezigheid van de directeur zijn Rianne Sikma en Freerk Postmus aanspreekpunt voor directiezaken. 6.2 Contact met de leerkrachten Wilt u iets met een van de leerkrachten bespreken dan kan dit. Na schooltijd is er vaak wel een moment om even te praten. Wilt u iets bespreken dat meer tijd vraagt, maak dan even een afspraak. 6.3 Stagiairs Elk jaar nemen we stagiairs aan van de Pabo’s Windesheim Zwolle en de Gereformeerde Hogeschool Zwolle. De stagiairs van het MBO (Friese Poort te Emmeloord en Deltion College in Zwolle) zijn vaak een geheel jaar in een bepaalde groep aanwezig. De stagiairs van de Pabo zijn in periodes aanwezig en wisselen daarbij van groep. 6.4 Scholing leerkrachten Dit schooljaar zal het team zich gaan verdiepen in PBS (Positive Behavior Support) Het doel van PBS is het creëren van een veilig en voorspelbaar onderwijsklimaat voor alle kinderen, dat het leren bevordert. We willen het gedrag van kinderen positief bevorderen en probleemgedrag ombuigen waardoor een positieve band met kinderen en ouders ontstaat. Daarnaast willen we de communiatie met de
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
ouders bevorderen. Hiervoor is een studiedag belegd op 12 september 2014. De nieuwe methodes, die we in het vorige schooljaar hebben aangeschaft, moeten geïmplementeerd worden. Dit betekent dat de nieuwe methode ingevoerd moet worden zoals hij bedoeld is. Voor het schooljaar 2016-2020 moet een nieuw schoolplan geschreven worden. De voorbereidende werkzaamheden hiervoor zullen in dit schooljaar plaatsvinden o.a. door met elkaar te spreken over de visie van de school voor de komende jaren. 7. DE ZORG VOOR ONZE KINDEREN Ieder kind is uniek in zijn of haar mogelijkheden en beperkingen. Het onderwijs op onze school wordt zo georganiseerd dat elk kind zoveel mogelijk krijgt, wat hij of zij nodig heeft. De groepsleerkrachten begeleiden de kinderen zo optimaal mogelijk in hun ontwikkeling. Daarom worden de eisen m.b.t instructie, tempo en hoeveelheid leerstof aangepast aan de verschillende mogelijkheden en onderwijsbehoeften van de kinderen. Iedere leerkracht houdt de vorderingen van de leerlingen bij door te observeren, te corrigeren en te evalueren. 7.1 Het leerlingvolgsysteem De ontwikkelingen van de kinderen worden ook bijgehouden d.m.v. methodegebonden toetsen en via het CITO-leerlingvolgsysteem. Dit systeem bestaat uit landelijke toetsen, die twee maal per jaar worden afgenomen. Hiermee kunnen we op een overzichtelijke manier de vorderingen van elk kind, en elke groep, vastleggen en onze hulp daarop aanpassen. • In groep 1 en 2 gebeurt dit d.m.v. de toetsen “Taal voor kleuters”en “Rekenen voor kleuters”. Deze toetsen geven informatie over de ontwikkeling van een kind op (voorbereidend) taal- en rekengebied. • Vanaf groep 3 worden rekenen, technisch en begrijpend lezen en spelling getoetst. • Eind groep 7 (of, wanneer de situatie er naar is, begin groep 8) nemen we de CITO-Entreetoets af. De leerkracht van groep 8 krijgt zo extra informatie
•
over de leerstof die de kinderen al of niet beheersen en kan daarop inspelen. Tevens kan CITO een verwachte score op de centrale Eindtoets formuleren a.d.h.v. de toetsscores. Deze score wordt meegenomen in de gesprekken die de leerkracht van groep 8 met de ouders voert, maar is niet bindend. In april maakt groep 8 de CentraleEindtoets basisonderwijs, waarvan de ouders in mei de uitslag krijgen.
7.2 Onderbouwd In de kleuterbouw (groepen 1 en 2) werken we met de methode ‘Onderbouwd’. (Zie ook H. 3.1) De onderbouwd-registratie en de werkkaartenset geven de mogelijkheid het ontwikkelingsmateriaa l doelgericht en kindvriendelijk aan te bieden. Ook wordt het kind aan de hand van het registratiesysteem gevolgd en naar onderwijsbehoefte ingedeeld in het groepsplan. Zie ook onze website onder ‘schoolgids’ en ‘Onderbouwd’. 7.3 Het leerlingvolgsysteem voor gedrag Wij hebben ook een leerlingvolgsysteem voor gedrag en werkhouding voor de groepen 3 t/m 8: EGGO+. Hierbij gaat het niet alleen om het gebruik van het leerlingvolgsysteem voor gedrag, maar ook om het vervolg in de vorm van diagnosticeren en speciale gedragsbegeleiding. De leerlingen worden twee keer per jaar gescoord: in november/december en in april/mei. De scoring geschiedt volgens aangegeven scorevoorschriften voor een objectief resultaat. In de groepen 7 en 8 wordt de SAQI-test afgenomen. Deze test, die de kinderen zelf invullen, vraagt naar het welbevinden en de motivatie van de leerlingen. Gesteund door de uitslagen van al deze observaties en toetsen kan dan aan het eind van de basisschool voor elke leerling een
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
weloverwogen advies voor het voortgezet onderwijs gegeven worden. 7.4 Leerling- en groepsbesprekingen Tweemaal per jaar, in november en april, worden leerling- en groepsbesprekingen gehouden, waarbij de intern begeleider de ontwikkeling van de kinderen met de leerkracht bespreekt. Hier wordt ook besproken welke maatregelen er getroffen moeten worden voor hulp aan individuele leerlingen of voor bepaalde groepen. Als er sprake is van individuele hulp wordt dit met de betreffende ouders doorgesproken. Daarnaast vindt gedurende het hele schooljaar collegiaal overleg plaats over die leerlingen die onze extra zorg nodig hebben. 7.5 Verslaglegging Alle gegevens die door de leerkracht worden verzameld, worden zowel in de klassenmap als digitaal bijgehouden in ParnasSys. De gegevens van het leerlingvolgsysteem worden verzameld in de computer, zodanig dat in de loop van de jaren een goed beeld is te geven van de ontwikkeling van een leerling voor een bepaald vakgebied. Dit alles is bedoeld voor intern gebruik in school. Alleen ouders, leerkrachten en vervolgscholen hebben recht van inzage. 7.6 Contact met de ouders over het welbevinden en de leervorderingen Het spreekt vanzelf dat u als ouder regelmatig op de hoogte wordt gehouden van de ontwikkeling van uw kind op school. Twee keer per jaar komt er een plakboek of rapport mee, waarin u kunt lezen over de vorderingen van uw kind en welke lesstof aan de orde is. De resultaten van de genormeerde toetsen worden na iedere toetsperiode op een apart formulier aan u doorgegeven. Behalve bij groep 1 en 2, waar de resultaten op het 10 minuten gesprek worden besproken. Op de drie spreekavonden kunt u van gedachten wisselen met de leerkracht over de ontwikkeling van uw kind. Ook kan het zijn, dat de leerkracht tussentijds contact met u opneemt om het een en ander door te spreken en natuurlijk kunt u zelf ook langskomen of een afspraak maken met de leerkracht. Op de eerste spreekmiddag/-avond verwachten we iedereen.
De tweede en derde zijn facultatief of op verzoek van de leerkracht.
7.7 Pesten Wij zijn alert op discriminatie en pesten. Door goed op te letten, door pleinwacht, observaties binnen de groep en gesprekken proberen we het pesten te voorkomen. We nemen het gepeste kind serieus en we proberen hem/haar te helpen. Zie ook het anti-pestprotocol. 7.8 De speciale zorg voor kinderen met specifieke behoeften Ouders en school hebben overleg over een kind als er problemen zijn rond leren en/of gedrag. Natuurlijk is niet elk kind hetzelfde. Dat hoeft ook niet. Sommige kinderen kunnen meer aan dan de normale lesstof en anderen hebben juist extra begeleiding nodig. Ieder kind is uniek en mag zijn, wie hij/zij is. Het kan zijn dat uw kind: - minder goed mee kan komen in de groep waarin het zit; - voor enkele vakken slechte resultaten behaalt; - vaak niet goed oplet (concentratie, werkhouding); - de stof te gemakkelijk vindt; - zich lastig gedraagt; - meer uitdaging nodig heeft; - geen zin meer heeft om naar school te gaan; - steeds klaagt over andere kinderen of de sfeer in de groep; - zich heel erg verveelt op school. - ……………. Aarzel niet om er over te praten met de leerkracht van uw kind. Er zijn kinderen die, soms tijdelijk, soms langdurig, extra zorg nodig hebben. Gewoon om te kunnen leren wat het kan. Of om het leerplezier te verhogen en te voorkomen dat
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
hij/zij nog meer achter raakt. De groepsleerkracht kan dan (indien nodig) de hulp inroepen van de intern begeleider en er wordt in overleg met leerling en ouders een individueel plan van aanpak opgesteld. Mocht de extra hulp niet het gewenste resultaat opleveren, dan kunnen we, met toestemming van de ouders, de schoolbegeleidingsdienst (IJsselgroep) inschakelen voor een onderzoek naar de oorzaken met de daarbij horende hulp en adviezen. 7.9 Verlenging of versnelde overgang Er zijn veel zorgmogelijkheden op onze school en ondanks dat zal het zo nu en dan toch voorkomen, dat een kind een jaar extra in een groep blijft of versneld naar een volgende groep gaat. We spreken dan niet over zitten blijven, maar noemen het ‘verlenging’ of ‘drie jaar over twee groepen doen’. We spreken ook niet over een groep overslaan, maar versnelde overgang. Dit gebeurt niet alleen op grond van zwakke leerprestaties of juist uitmuntende. Er zijn altijd meerdere factoren die medebepalend zijn. Kinderen doen niet allemaal op dezelfde leeftijd dezelfde dingen en ontwikkelen zich niet allemaal in het zelfde tempo. Ook zijn niet alle kinderen even oud als ze naar een volgende groep gaan. Er zit soms een vol jaar verschil tussen kinderen uit een zelfde groep, door het tijdstip van geboorte. Of er kan sprake zijn van een combinatie van leer- en sociaal-emotionele problemen. Ons belangrijkste argument om tot verlenging of versnelling te beslissen is, dat een kind zich lekker moet voelen in zijn/haar groep, zodat het geen leer- of faalangst krijgt, of de juiste uitdaging mist. ‘Verlenging’ betekent niet dat kinderen dat wat zij goed kunnen, weer opnieuw moeten doen: bij één of meerdere vakken kunnen ze dan doorgaan op het niveau waar ze gebleven zijn. ‘Versnelling’ houdt ook niet in dat er wat overgeslagen wordt: ze krijgen die vakken, die zich daarvoor lenen, versneld aangeboden. Hoewel de ouders altijd betrokken worden bij de extra zorg om hun kind, beslist uiteindelijk de leerkracht, in overleg met de directeur en de intern begeleider of een kind naar een volgende groep kan of niet.
7.10 Meer- en hoogbegaafden We spreken van meer- en hoogbegaafde leerlingen wanneer de leerling op school uitzonderlijke prestaties levert of in staat wordt geacht om uitzonderlijke prestaties te leveren. De begaafde leerlingen hebben: - Hoge scores op alle leervakken - Een hoog werktempo en een goede concentratie - Weinig behoefte aan instructie - Weinig behoefte aan herhalings- en oefenstof - Een opvallend brede algemene kennis en interesse - Vanuit zichzelf de motivatie om te leren - Creativiteit en flexibiliteit om op originele wijze tot oplossingen voor problemen te komen. De signalering en diagnose van de hoogbegaafde leerling kan plaatsvinden in overleg met de groepsleerkracht en de intern begeleider. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van het Sidi-R protocol en de VersnellingsWenselijkheidLijst (VWL) Centraal staat: wat doet de school? We spreken niet te snel over hoogbegaafdheid. Tot de leeftijd van zes jaar spreken we van een ontwikkelingsvoorsprong. Pas bij kinderen vanaf zes jaar en ouder kan een IQtest worden afgenomen om te zien of er werkelijk sprake is van hoogbegaafdheid. In het beleidsplan meer- en hoogbegaafden staat welke maatregelen genomen worden om de meerbegaafde leerling zo goed mogelijk te begeleiden. In het kort: In de gebruikte methoden voor de basisvakken zijn pluslessen opgenomen. Door compacten (het indikken van opgaven), verdiepen en verrijken wordt aangesloten bij het snellere leervermogen van het kind. Versneld door de leerstof kan op verschillende manieren en vindt plaats indien het duidelijk in het belang van de leerling is. Het is zaak om de maatregelen regelmatig te evalueren met alle betrokkenen: leerling, leerkracht, ouders en eventuele begeleiders. Op bovenschools niveau is er de mogelijkheid gebruik te maken van de KOM-groep en de 8+
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
klas in Emmeloord. Dit geldt voornamelijk voor de leerlingen van groep 7 en 8. KOM = Kijk Op Mijzelf. 7.11 Speciaal onderwijs Soms lijkt, na uitgebreide observatie, hulp en onderzoek, een kind het beste op zijn/haar plek op een school voor speciaal (basis)onderwijs. Dat gaat echter niet zomaar. De school moet dan een toelaatbaarheids-verklaring aanvragen bij het samenwerkingsverband. De toewijzingscommissie (TC) bespreekt met toestemming van de ouders, aan de hand van alle gegevens óf en welke vorm van speciaal onderwijs voor dit specifieke kind het beste is. Zonder toestemming van de ouders en van de TC kan nooit sprake zijn van een verwijzing naar het speciaal (basis)onderwijs. 7.12 Zieke leerlingen Als uw kind ziek is, dient u dat zo spoedig mogelijk te melden bij de leerkracht. 25 17 12 Als blijkt dat uw kind door een ernstige ziekte voor langere tijd niet naar school kan komen, is het van belang dat u dit aan de leerkracht kenbaar maakt. De leerkracht kan dan samen met u bekijken hoe wij het onderwijs aan uw kind toch kunnen voortzetten. Het is niet alleen onze wettelijke plicht om voor elke leerling, ook als hij/zij ziek is, te zorgen voor goed onderwijs, wij vinden het minstens zo belangrijk dat een leerling van onze school, ook als hij/zij ziek is, een goed contact heeft met de klasgenoten en de leerkracht. Zeker een leerling die voor langere tijd niet op school kan komen moet weten en ervaren dat hij/zij ook dan meetelt en erbij hoort. Bij (langdurige) ziekte van een leerling kan door school en / of ouders ondersteuning gevraagd worden bij de Consulenten Onderwijsondersteuning Zieke Leerlingen van de IJsselgroep 0320-22 50 60. Als u meer wilt weten over onderwijs aan zieke kinderen kunt u informatie vragen aan onze intern begeleider Rianne Sikma.
U kunt ook informatie hierover vinden op de website van Ziezon; het landelijk netwerk van ziek-zijn & onderwijs, www.ziezon.nl. 7. 13 Medische handelingen en/of medicijnverstrekking bij ziekten en allergieën Steeds meer en steeds vaker wordt er door ouders aan de school gevraagd medische handelingen te verrichten bij leerlingen of medicijnen te verstrekken aan leerlingen. Hierover zijn afspraken gemaakt die gelden voor alle scholen van de SCPO. Het uitgangspunt is dat de verantwoordelijkheid voor het onderwijs aan leerlingen, ziek of niet ziek, altijd bij de school ligt waar het kind staat ingeschreven. De ouders van een leerling zijn verantwoordelijk voor het algehele welzijn, waaronder de medische situatie en het functioneren van hun kind. De school voelt zich natuurlijk verantwoordelijk voor het welbevinden en voor een zo optimaal mogelijke voortgang van het onderwijs aan alle leerlingen, ook als deze een handicap hebben of ziek zijn. Echter, de school is bijzonder terughoudend over het eventueel overnemen van taken van ouders. Dit kan de school slechts doen op basis van vrijwilligheid. De SCPO heeft bepaald, dat medewerkers geen voorbehouden handelingen mogen uitvoeren. Dit zijn handelingen die door ondeskundige uitvoering een aanmerkelijk risico voor de patiënt vormen. Deze handelingen zijn uitsluitend voorbehouden aan medisch bevoegde personen. Als voorbeeld van een voorbehouden handeling noemen we het toedienen van een insulineinjectie. De niet voorbehouden handelingen kunnen wel door een medewerker van de school zonder medische scholing worden verricht, maar uitsluitend als diegene dat zelf wil. De school en de ouders leggen schriftelijk vast hoe en door wie de benodigde medische zorg wordt verleend. Als voorbeeld van een niet voorbehouden handeling noemen we het geven van een vingerprik. Medewerkers van de SCPO mogen deze niet voorbehouden handelingen weigeren. Zij zijn immers hiertoe niet geschoold, dus niet bevoegd tot medisch handelen. Levensreddende handelingen vallen buiten de gestelde regels van de SCPO inzake
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
medische handelingen en/of medicijnverstrekking. In dat geval zijn de afspraken van toepassing die gemaakt zijn over de bedrijfshulp-verlening. Allergieën: De school wil graag door de ouders worden geïnformeerd over eventuele allergieën bij de leerlingen en hoe hiermee omgegaan dient te worden. Wij bewaren deze informatie in het leerlingendossier. U kunt hierbij denken aan een voedselallergie, een wespensteek of bijv. huismijt. 7.14 Intern begeleider Rianne Sikma is onze intern begeleider. Dat betekent dat zij verantwoordelijk is voor de leerlingenzorg en de daaraan verbonden contacten. 7.15 Samenwerkingsverband Om elk kind een passende onderwijsplek te bieden, gaan scholen samenwerken in regionale samenwerkingsverbanden. Het samenwerkingsverband krijgt in de wet passend onderwijs veel taken. De belangrijkste taak is het maken van een ondersteuningsplan (zie SOP H. 2.3) Binnen onze school proberen we zoveel mogelijk hulp op maat te geven.
Hoe doen we dat? • We volgen cursussen en studiedagen om ons verder te scholen in het beter leren omgaan met verschillen; • We volgen de ontwikkeling van de kinderen met behulp van een leerlingvolgsysteem; • We houden regelmatig leerlingbesprekingen; • We werken met andere scholen samen om ons verder te oriënteren; we doen dit door project-bijeenkomsten te volgen op verschillende terreinen; • Wanneer het, ondanks alle inspanningen, niet lukt om een leerling op school te houden, wordt in overleg met de ouders deze leerling aangemeld bij de Commissie Leerlingenzorg. In die commissie wordt nog eens precies nagegaan welke mogelijkheden er nog meer zijn voor de leerling; • We plegen collegiale consultaties.
7.16 Logopedie Informatie preventieve logopedie GGD Flevoland Noordoostpolder Een logopedist houdt zich bezig met meerdere aspecten van communicatie (spreken en verstaan): taal, spraak, stem, mondgedrag en gehoor. In het dagelijks leven is communicatie onmisbaar. Om te spreken is het nodig goed te kunnen horen, denken en begrijpen. Spreken betekent: gedachten onder woorden brengen, goede zinnen maken en de klanken goed uitspreken. Een goede taal- en spraakontwikkeling is belangrijk voor de totale ontwikkeling van uw kind. Het vroegtijdig herkennen van taal-, spraak- en gehoorproblemen kan leerstoornissen op latere leeftijd helpen voorkomen. In de NOP komt op elke basisschool een logopedist. Rond hun vijfde verjaardag kunnen de kinderen door de logopedist bekeken worden. De ouders ontvangen vooraf een vragenlijst/toestemmingsformulier. Kinderen die in behandeling zijn of onder controle staan bij een vrijgevestigde logopedist, worden niet meer op school gescreend. Het is niet nodig een afspraak te maken voor deze screening. De logopedist neemt de screening individueel af op school. De screening duurt ongeveer 20 minuten. Tijdens deze screening wordt gelet op: - articulatie (uitspraak) - mondelinge taal (woordenschat en zinsbouw) - het taalbegrip (begrijpen van gesproken taal) - het geheugen voor gesproken taal (opdrachten onthouden, zinnen nazeggen) - gebruik van adem en stem - het gehoor en het luisteren - mondgedrag (zuigen op duim, vingers of speen, ademen door de mond). Na de screening bespreekt de logopedist de resultaten met de leerkracht. De leerkracht kan namelijk aanvullende informatie geven
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
over het functioneren van het kind in de klas. Hierdoor kan de logopedist een vollediger beeld vormen van het kind. Daarna zal de logopedist telefonisch of schriftelijk contact opnemen met de ouders. In het gesprek of in de brief worden de resultaten besproken/beschreven en geeft de logopedist een advies met betrekking tot het vervolgtraject. Het vervolg kan zijn: advies om behandeling te gaan starten bij een vrijgevestigde logopedist gerichte adviezen voor u met betrekking tot het ondersteunen van uw kind thuis of het advies een andere discipline, bv. huisarts of jeugdarts, te raadplegen Ouders ontvangen een verslag van het resultaat van de screening en de school ontvangt een kopie van dit verslag voor in het leerling dossier. Bij eventuele vragen kunt u terecht bij de schoollogopedist. Op school is bekend wie dit is. Ook kunt u voor vragen bellen naar GGD Flevoland Afdeling Jeugdgezondheidszorg / Logopedie telefoonnummer: 088 0029920.
8. DE GROEPEN 8.1 Groepen 1 en 2, extra informatie Inloop De school gaat om 08.30 uur open. Vanaf dat moment kunnen de kleuters door hun (groot)ouder(s) gebracht worden. De tassen worden in de daarvoor bestemde manden gezet. Vervolgens worden de jassen aan de kapstok gehangen. In het klaslokaal kunnen de kinderen hun stoel zoeken in de kring. Er is tijd om even een boekje te lezen. Wanneer iedereen aanwezig is en de tweede bel is gegaan, is het
de bedoeling dat de juf gaat beginnen met de les. Ouders worden dan geacht het klaslokaal te verlaten. Dringende bijzonderheden kunt u altijd doorgeven! Even bijpraten doen we het liefst ná schooltijd. Fruit eten Elke morgen houden we, zo rond de klok van 10.30 uur, even pauze. In de kring hebben de kinderen dan gelegenheid om iets te eten en /of te drinken. U kunt hiervoor bijv. melk, vruchtensap, fruit, een boterham o.i.d. meegeven! (Niet te veel meegeven en zeker geen snoep). Graag de naam van het kind op bakje en beker. Kleurplaten Wanneer een kind zelf graag een kleurplaat of tekening wil maken voor de verjaardag van papa, mama, opa of oma, is dat mogelijk. De kinderen mogen hier zelfstandig mee aan de slag. U hoeft als ouder geen briefje mee te geven. We willen graag dat de kleuters hier zelf het initiatief in nemen. Bewegingsonderwijs Als het mooi weer is krijgen de kleuters hun beweging buiten op het plein. Bij minder goed weer in het speellokaal in de school. De kinderen gymmen binnen in hun ondergoed. Ter voorkoming van voetwratten willen we graag dat uw kind een paar gymschoentjes mee naar school neemt, liefst met rubberen zolen en zonder veters. Wilt u wel de naam van uw kind in beide schoenen vermelden, evenals in de laarzen? Schoolreisje Eén keer per jaar wordt er voor de kinderen in groep 1 en 2 een schoolreisje georganiseerd. Dit kan zijn een klein reisje naar de Voorst of naar Emmeloord. Hier zijn kosten aan verbonden. Via de Brulboei hoort u hier meer over. 8.2 Groep 2 … na de kerstvakantie De kinderen van groep 2 mogen gestimuleerd worden zelfstandig de klas in te gaan. Wanneer een kind daar nog niet aan toe is, kunt u als ouder alsnog meelopen tot in het lokaal. Maar, blijf wel stimuleren!
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
Extra middagen: De kinderen van groep 2 gaan ook de maandagmiddagen naar school. Dit is noodzakelijk om aan voldoende lesuren te komen in de onderbouw, maar vooral ook om groep 2 extra aandacht te geven. 8.3 Overgang van gr. 1 naar gr. 2 Door te werken met een combinatiegroep 1/2, is er de mogelijkheid beter aan te sluiten op de onderwijsbehoefte van groep 1 en/of groep 2 kleuters. Groep 1 kleuters hebben hierdoor o.a. de mogelijkheid mee te doen aan bepaalde activiteiten van groep 2, wanneer hun ontwikkeling daarom vraagt. Hoewel de scheiding tussen groep 1 en groep 2 hiermee vervaagt, is het toch belangrijk te weten in welke groep een kleuter het meest op zijn plaats is, om iedere kleuter een adequaat onderwijs- aanbod te kunnen bieden, Om een goede beslissing over de overgang van groep 1 naar groep 2 te nemen, maken we gebruik van: • het Onderbouwd registratiesysteem • Cito-toetsen • systematische schriftelijke observaties van de leerkracht. • Ervaringen van de peuterspeelzaal Het signaal N.a.v. de scores van het Onderbouwd registratiesysteem, de uitslagen van de Citotoetsen die in maart en april zijn afgenomen, en natuurlijk de observaties van de leerkracht, hebben we goed in beeld of een leerling, qua ontwikkeling al toe is aan het programma van groep 2. Per leerling wordt bekeken of de kleuter het volgende schooljaar mee naar groep 2 kan. Bij twijfel over de overgang van groep 1 naar groep 2, zal de leerkracht de ouders/verzorgers in april uitnodigen voor een gesprek om dit mee te delen. Tijdens dit gesprek, kan afgesproken worden om het kind mee te laten gaan naar groep 2, maar dat er twijfel is of het aan het eind van groep 2 wel klaar is voor de overgang naar groep 3. Op deze manier krijgt het kind toch het onderwijsaanbod van groep 2 aangeboden, wat de basis is voor een succesvolle overgang naar groep 3.
De kinderen die na december instromen in groep 1, gaan in het volgende schooljaar alleen mee naar groep 2 wanneer de scores van Onderbouwd, Cito en observaties van de leerkracht boven gemiddeld zijn. Ook dit wordt weer per kleuter bekeken. In dit geval moet deze versnelling ook in de maand april met de ouders besproken worden. Aan de hand van de laatste scores zal de school definitief beslissen waar het kind het volgende schooljaar het beste tot zijn/ haar recht komt. De leerkracht zal de ouders dan nogmaals uitnodigen voor een gesprek om de beslissing te bespreken. 8.4 Overgang van groep 2 naar groep 3 Het traject Een kleuter moet zich maar liefst 86 vaardigheden eigen maken om op een verantwoorde manier door te kunnen gaan naar groep 3. Deze vaardigheden kunnen worden behaald in twee jaar. Het verkrijgen van deze vaardigheden verloopt schoksgewijs. Soms behaalt een kind wel vier vaardigheden in een week en af en toe laat de ontwikkeling op zich wachten. Onderbouwd geeft een eenvoudig antwoord op deze grilligheid in ontwikkelingstempo. Door een kindvriendelijk en helder registratiesysteem verkrijgt niet alleen de leerkracht maar ook het kind zelf inzicht in de wel of niet behaalde vaardigheden, waardoor voortgang en keuze direct op het ontwikkelingstempo afgesteld kunnen worden. De ervaringen / ontwikkelingen in gr. 1 We geven in het gesprek met de ouders aan wat we gaan doen om de ontwikkeling van het kind te stimuleren en op welke wijze men daar thuis eventueel aan zou kunnen bijdragen. We volgen de ontwikkeling van november tot april en als het beeld hetzelfde blijft, delen we de twijfels in april weer aan de ouders mee. Vervolg (april) In april geven we (nogmaals) in een gesprek met de ouders onze twijfels aan over de ontwikkeling van hun kind. We bespreken wat we nog meer gaan doen om de ontwikkeling van het kind te stimuleren en op welke wijze men daar thuis bij aan zou kunnen sluiten. We geven de ouders tevens
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
aan wanneer we de definitieve beslissing gaan nemen over het vervolg van de schoolloopbaan van hun kind. Bij jonge kinderen doen we dat zo laat mogelijk om de kans op een goede beslissing te kunnen verhogen. Gekoppeld aan de beslissing geeft de leerkracht aan hoe het kind bij de groep 2 verlenging begeleid zal gaan worden. Daarbij kan het gaan om het geven van ontwikkelingsgelegenheid, het bieden van speciale begeleiding en het bieden van bijvoorbeeld leesbegeleiding aan kinderen die in de loop van dat jaar toe zijn aan lezen. De beslissing (april/mei) Het nemen van de beslissing ten aanzien van het schoolloopbaanvervolg van het kind doen we aan de hand van het Onderbouwd registratiesysteem. Naar aanleiding hiervan wordt een verantwoorde beslissing genomen. Bij ernstige twijfels of een leerling over kan naar de volgende groep is het advies van de leerkracht – in het belang van het kind - bindend. Voor deze bindende beslissing hebben we drie redenen: • we gaan er van uit, dat wij een verantwoorde beslissing kunnen nemen op grond van observatie en registratie • op grond van onze kennis van kind en onderwijs; • wanneer een kind naar groep 3 gaat en daar eigenlijk niet hoort betekent dat toch, dat de leerkracht van groep 3 het kind niet aan zijn/haar lot over zal laten en het extra en speciaal gaat begeleiden. Daarbij wordt tijd onttrokken aan kinderen die bijvoorbeeld na een groep 2verlenging recht hebben op extra begeleiding. Dit geldt ook voor kinderen met stoornissen, ontwikkelingsproblemen en kinderen die met de hakken over de sloot naar groep 3 gaan. Dit is een beslissing op grond van onderzoek en observatie van het kind. Dit betekent, dat wij ervan uitgaan, dat de ouders één verantwoordelijkheid hebben ten aanzien van het wel en wee van hun kind. De school heeft echter twee verantwoordelijkheden, namelijk die van het kind maar ook die van
de andere kinderen. De beslissing wordt vastgelegd in een verslag, dat door de ouders en de school ondertekend wordt. Nazorg In oktober van het hierop volgende jaar zal nagegaan worden hoe het kind zich ontwikkelt.
8.5 Groep 8, de begeleiding naar het voortgezet onderwijs Als uw kind in groep 8 zit, wordt het tijd om samen na te denken welke vorm van voortgezet onderwijs het meest geschikt is voor hem of haar. In de eerste periode van groep 8 ontvangt u een informatiepakket over het voortgezet onderwijs. In november/december wordt een informatieavond voor de ouders van groep 8 gehouden. De scholen van VO presenteren zich bij toerbeurt in een van de drie basisscholen in Ens. De leerkracht van groep 8 gaat in deze periode op huisbezoek om de keuze voor het VO met ouders en leerling te bespreken. April is de maand van de Centrale Eindtoets, dit schooljaar op 21, 22, en 23 april (week 17). De rapportage kunt u verwachten in week 21. Wanneer er veranderingen plaatsvinden die verband houden met het wetsvoorstel rond de invoering van een centrale eindtoets, dan informeren wij u daarover! De Cito-eindtoets wordt op school afgenomen en geldt mede als basis voor de toelating tot het voortgezet onderwijs. Het advies van de groepsleerkracht weegt eveneens mee in de keuze van het vervolgonderwijs. Na aanmelding door de ouders, via de basisschool, volgt dan bericht over plaatsing van uw kind op de door u gekozen vorm van v.o. Na deze berichtgeving kunt u in
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
eventueel voorkomend geval van onvrede met de vastgestelde keus nog nader onderzoek aanvragen. Ook kunt u naar het spreekuur van de brugklascoördinator en/of directeur van de door u gewenste school gaan om nadere toelichting te vragen over de keuzebepaling.
9. SCHOOL EN GEZIN 9.1 Betrokkenheid Een goed contact tussen school en thuis is heel belangrijk. Wij doen ons best om u zo goed mogelijk over alle belangrijke gebeurtenissen op school te informeren. Wij stellen het ook op prijs als u ons van belangrijke gebeurtenissen thuis op de hoogte houdt. Ook zullen we regelmatig als school een beroep op u doen om deel te nemen aan activiteiten in de school en om te helpen met de organisatie. 9.2 Informatie Door middel van deze schoolgids willen wij u een eerste indruk geven van onze school. Elke week ontvangt u op maandag digitaal ons informatieblad ‘De Brulboei’. (een brulboei is een zeeboei die een dof, luid klinkend geluid doet horen.) Hiermee houden wij u op de hoogte van zaken die op dat moment van belang zijn. Wekelijks wordt onze website bijgehouden met foto’s en laatste nieuwtjes. www.hetlichtschip.nl . We zijn ook te volgen op Twitter via @HetLichtschip 9.3. Medezeggenschapsraad Iedere school heeft een medezeggenschapsraad (MR). Deze kent twee geledingen: ouders en personeelsleden. Via de MR en de GMR hebben ouders en leerkrachten invloed op het schoolrespectievelijk stichtingsbeleid. De MR functioneert vergelijkbaar met bijv. een ondernemingsraad in een bedrijf of instelling. Hierbij is natuurlijk rekening gehouden met de specifieke kenmerken van een school. U kunt hierbij denken aan de belangen van leerkrachten als werknemer van de stichting en kinderen/ouders met hun belang bij een zo goed en plezierig mogelijke vorming en onderwijs. Het is dan ook zo dat zowel ouders als leerkrachten zitting hebben in de (G)MR. De bevoegdheden (advies of
instemming) kunnen afhankelijk van het onderwerp verschillen. In formele zin zijn school en directies de gesprekspartners van de (G)MR. De MR kan gevraagd en ongevraagd advies geven over schoolse zaken en daarmee beleid toetsen en beïnvloeden. De MR van Het Lichtschip bestaat uit twee leerkrachten en twee ouders, zij vergaderen zes keer per jaar waarvan minimaal twee maal in aanwezigheid van de directeur. De directeur kan zich overigens, als daar aanleiding voor is, vaker laten uitnodigen dan wel uitgenodigd worden. Onderwerpen die het afgelopen schooljaar zijn gepasseerd waren bijvoorbeeld: Begroting, schoolontwikkeling, schoolplan, formatie, leermethodes etc. U als ouder (of leerkracht) kunt zowel een vergadering, voor zover niet in strijd met vertrouwelijkheid, bijwonen alsook op verzoek een specifiek onderwerp agenderen en zonodig toelichten. Als MR willen we u van harte uitnodigen uw mening over “schoolse zaken” te geven. Naast eerder genoemde “formele” route kunt u ook een MR lid via het hier onderstaande emailadres benaderen. Wij als MR hebben uitgesproken de activiteiten op en door het Lichtschip op een positief-kritische manier te volgen, om daarmee een bijdrage te leveren aan een goed en plezierig leer- en werkklimaat. MR Het Lichtschip Arja Heerspink, ouder/voorzitter 24 09 94 Hugo Tempelman, ouder/ lid Janneke Zuidhof, leerkracht/ secretaris via school Freerk Postmus, leerkracht/lid via school e-mail: mrhetlichtschip@hotmail.com Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad: Henry Dam
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
9.4 Activiteitencommissie Een moderne basisschool kan niet zonder ouderhulp. De AC is vooral een denk- en doecommissie. We denken dan aan: • organisatie van allerlei activiteiten als ‘Live Lichtschipshow’, fotograaf, schoolschoonmaak e.d. • hulp bij spel- , sportdagen en vieringen. De AC bestaat uit een (vaste) groep ouders en leerkrachten. 9.5 Tussenschoolse opvang (TSO) De school geeft kinderen de gelegenheid tussen de middag op school te eten. De verantwoordelijkheid voor en de organisatie hiervan is in handen van de onze stichting SCPO. Het overblijven moet plaatsvinden in een veilige en kindvriendelijke ruimte. Echter; de ouders blijven verantwoordelijk voor de bekostiging van de tussenschoolse opvang. Zij krijgen wel via de MR de mogelijkheid om mee te beslissen over de organisatie en de financiën ervan. Het overblijven is als volgt geregeld: • •
• •
•
•
•
•
De kinderen eten onder leiding van vaste overblijfouders. Als de lessen om 12.00 u zijn afgelopen, wordt er even kort buiten gespeeld, waarna de kinderen zich rond 12.05 u verdelen over de 3 overblijf-groepen: kleuters, middenbouw (groep 3 t/m 5) en bovenbouw (gr. 6 t/m 8). We proberen het eten, net als thuis, voor de kinderen gezellig te maken. Vlak voor de vakantie worden de kinderen verrast met een smakelijke traktatie. De maaltijd wordt begonnen en afgesloten met een gebed, lied en/of een gedichtje. We gaan er van uit dat de kinderen het brood dat ze mee krijgen, op eten. Wilt u daarom genoeg, maar niet te veel brood mee geven? Het drinken graag in goede bekers! Blikjes (drinken) vinden wij niet gepast evenals andere koolzuurhoudende drankjes. Snoepen en eten past volgens ons niet bij elkaar. Over één snoepje na het
•
• •
•
• •
eten doen we niet moeilijk, maar geen repen snoep, chocola, e.d. meegeven. De regels die tijdens het overblijven gelden, (behalve bij de kleuters) hangen in de overblijfruimtes. Na het eten hebben de kinderen, vanaf groep 4, om de beurt corvee. Bij de kleuters wordt na het eten eerst voorgelezen. daarna gaan ze buiten spelen. Er is speciaal speelgoed voor het overblijven. Hiermee mogen de kinderen, na het eten, spelen. Spelen: bij mooi weer buiten, bij slecht weer binnen. Voor de jongste groepen staat bij slecht weer af en toe een dvd klaar. Hebt u vragen of opmerkingen, neem dan gerust contact op met de overblijfouders.
Voor de onderbouw: Jeanet v.d. Streek, 25 35 31 Voor midden-en bovenbouw: Annet Dierkes (coördinator) 25 30 88, De kosten voor het overblijven Structureel: € 1,00 per dag (vast jaarbedrag) Incidenteel: * met strippenkaart, € 15,00 voor 10 x, € 30,00 voor 20 x * per keer contant betalen, € 2,00 Wijze van betalen: Structureel: *via automatische incasso. Hiervoor dient een doorlopende machtiging getekend te worden. * via een factuur. Na ontvangst van de factuur dient het verschuldigde bedrag per bank/giro overgemaakt te worden op de schoolrekening van Het Lichtschip, NL84 RABO 0114 2992 69. Incidenteel: * met een strippenkaart. Deze ontvangt u na overmaking bedrag op rekeningnummer. NL84 RABO 0114 2992 69 o.v.v. strippenkaart en naam van uw kind. * contant. U maakt gebruik van de incidentele overblijfvorm en betaalt contant. Wanneer een strippenkaart vol is krijgt uw kind deze mee naar huis, zodat u weet dat u weer een nieuwe kaart dient te kopen.
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
9.6 Opgave Ouders melden hun kind aan door middel van een inschrijfformulier. Dit formulier is te verkrijgen bij de overblijfmoeders en bij de directie van de school. Hier kunt u het ingevulde formulier ook weer inleveren. Ieder schooljaar en bij een wijziging dient er een nieuw inschrijfformulier ingevuld te worden. U kunt uw kind opgeven voor 1, 2, 3, of 4 dagen per week. (dit hoeven geen vaste dagen te zijn) 9.7 Verantwoordelijkheid voor en na schooltijd Ouders zijn en blijven verantwoordelijk voor hun eigen kind(eren) voor en na schooltijd. Onder schooltijd is de school verantwoordelijk voor de leerlingen. Over het algemeen mogen de leerlingen een kwartier voor aanvang van de schooltijd aanwezig zijn. De school draagt dan een medeverantwoordelijkheid met de ouders. Na schooltijd is de school ook maximaal een kwartier medeverantwoordelijk voor de leerlingen, zolang de leerlingen zich op het schoolterrein bevinden. Het vervoer van en naar huis valt onder de verantwoordelijkheid van de ouder(s). Ditzelfde geldt ook voor de plek waar de kinderen naar toe gaan en door wie de kinderen worden weggebracht of opgehaald. Bij de kleuters houden we nog wel een oogje in het zeil, maar dat moet gezien worden als extra service. De schoolongevallenverzekering is na schooltijd van toepassing totdat de leerling thuis is; onder voorwaarde dat de leerling rechtstreeks naar huis gaat. 9.8 Overleg leraar en ouder(s) Wanneer uw kind op school komt is overleg tussen ouders en leerkracht erg belangrijk. Bij de 1e kennismaking/wenochtend van het kind mogen ouders meedraaien. N.a.v. deze eerste kennismaking kan een gesprek gepland worden, bijvoorbeeld na de eerste week school, om ervaringen, vragen en opmerkingen te bespreken en de eerste schoolweek van het kind te evalueren. Daarnaast vinden er 10 minuten-gesprekken plaats voor de groepen 1 t/m 7. Mocht u naast het 10 minutengesprek een gesprek met de leerkracht van uw kind
willen hebben, maak dan een afspraak. Wanneer u iets te zeggen of te vragen hebt over uw kind of over de gang van zaken op school, kunt u, na schooltijd, altijd even binnen lopen bij de groepsleerkracht. Groep 8: zie H. 8.5 9.9 Ongewenste omgangsvormen Scholen hebben de verplichting de leerlingen en de medewerkers te beschermen tegen ongewenst gedrag. Er moeten afspraken gemaakt worden hoe de school op ongewenst gedrag reageert: hoe kan het worden voorkomen en wat te doen als er zich een situatie voordoet. Naast de aandacht die onze school hier intern aan besteedt, neemt het bestuur een abonnement af van de Hulpverleningsdienst Flevoland (HVDF), Bureau Kindermishandeling (VKM) voor het inzetten van externe vertrouwenspersonen en ondersteuning van het team in voorkomende situaties. Onder ongewenste omgangsvormen wordt verstaan: seksuele intimidatie, pesten, discriminatie, agressie en geweld tussen leerlingen onderling en leerlingen en leerkrachten of andere medewerkers binnen de school zoals conciërges, stagiairs, klassenassistenten, hulpouders etc.
De vertrouwenspersoon: • De vertrouwenspersoon neemt zelf contact op met de ouders en/of de leerling voor het maken van een afspraak. • Ondersteuning van de leerling en de ouders bij de ontstane situatie • Advisering indien hulpverlening gewenst of noodzakelijk is. • Helderheid verschaffen over de mogelijkheden en gevolgen van wel of geen aangifte doen bij de politie. • Ondersteuning bieden indien de ouder/leerling een klacht wil indienen bij de klachtencommissie.
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
Rapportage naar de contactpersoon en/of directeur en advisering t.a.v. mogelijke vervolgstappen en preventieve maatregelen. Wat kan de opvoeder/leerling doen? Het beste is dat de leerling of de ouders direct naar de contactpersoon (zie 9.9) van de school gaan, maar er kunnen zich situaties voordoen waarbij dit niet de gewenste route is. • Ouders, leerlingen, medewerkers kunnen ook zelf contact opnemen met een vertrouwenspersoon van bureau VKM, 0320-27 62 11 • Tijdens dit gesprek worden afspraken gemaakt hoe verder te gaan met de gegeven situatie en omstandigheden. • Ook kunt u zich rechtstreeks wenden tot de vertrouwens-inspecteur via het Advies- en meldpunt Vertrouwenszaken. 0900-111 3 111. Voor meer informatie: www.ppsi.nl •
9.10 Klachtenregeling Op school gaat veel goed. Dat mag ook verwacht worden van een professionele organisatie. Toch komt het voor dat een verschil van mening/inzicht ontstaat tussen ouders en school over een bepaald onderwerp. Dat kan bijv. zijn over het spelen van de kinderen op het plein, de gang van zaken in de groep, hoe tegen pesten wordt opgetreden, de informatie die ouders (niet) ontvangen, enz. Een verschil van mening/inzicht kan geen kwaad als er maar over wordt gesproken met de juiste personen. Klagen is niet alleen maar kritiek, maar ook een kans om het voortaan beter te doen. Als school zijn we gericht op open communicatie en op goede samenwerking. Vandaar dat we klachten serieus behandelen. Dat doen we aan de hand van een wettelijk verplichte klachtenregeling. Onze school heeft een klachtenregeling en is aangesloten bij de Landelijke Klachtencommissie van de Besturenraad. We onderscheiden klachten die gaan over de gang van zaken in de groep en op school, bijv. het lesgeven, communicatie school/ouders, contact ouders en leerkrachten en klachten die gaan over ongewenste omgangsvormen
(met mogelijk strafrechtelijke gevolgen). Klachten over de algemene gang van zaken in de groep/en school, enz. Hoe te handelen bij een klacht over de algemene gang van zaken in groep/school? 1. Ga in eerste instantie met uw klacht naar degene die de klacht aangaat (bijv. de betrokken leerkracht) en probeer samen een oplossing te vinden. 2. Indien u er samen niet uitkomt of wanneer stap 1 onbevredigend is verlopen neem dan contact op met de schooldirecteur. Ook bij deze stap wordt getracht in onderling overleg een oplossing te vinden. 3. Wanneer in stap 2 geen bevredigende oplossing wordt gevonden kunt u contact opnemen met het College van Bestuur van de SCPO. Na oriëntatie en één of meerdere gesprekken met alle betrokkenen probeert deze tot een bevredigende oplossing te komen. 4. Als na stap 3 er nog steeds geen oplossing is gevonden kunt u contact opnemen met de externe vertrouwenspersoon. De externe vertrouwenspersoon bemiddelt en probeert een oplossing te vinden. 5. Wanneer na het inschakelen van de externe vertrouwenspersoon en na gesprekken met alle betrokkenen er geen oplossing voor de klacht is dan is er sprake van een ernstig conflict. U kunt uw klacht dan voorleggen aan de landelijke klachtencommissie waar de SCPO bij aangesloten is. De externe vertrouwenspersoon begeleidt de klager bij de klachtenprocedure. Begripsomschrijvingen Contactpersoon: De contactpersoon is het aanspreekpunt binnen de school voor ieder die een klacht heeft. De contactpersoon kan u adviseren met wie u moet spreken of u in contact brengen met de externe vertrouwenspersoon. Externe vertrouwenspersoon: De externe vertrouwenspersoon is een onafhankelijk persoon van buiten de school. Deze gaat bij een ingediende klacht eerst na of het mogelijk is door bemiddeling een oplossing te bereiken of dat er aanleiding is om formeel een klacht in te dienen. Als dit
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
laatste het geval is, begeleidt de vertrouwenspersoon de klager bij de verdere procedure Klachten over ongewenste omgangsvormen De school moet een veilige omgeving zijn voor leerlingen en medewerkers. Op schoolniveau zijn afspraken gemaakt om ongewenste omgangsvormen te voorkomen. In het Protocol Klachtenregeling staat dit precies vermeld. Dit protocol is op school verkrijgbaar. Echter…… er kunnen zich situaties voordoen waarbij het niet gewenst is deze route te volgen: • Ouders, leerlingen en medewerkers kunnen ook zelf contact opnemen met de externe vertrouwenspersoon 0320 - 27 62 11 • Tijdens dit gesprek worden afspraken gemaakt hoe verder te gaan met de gegeven situatie en omstandigheden. • Ook kan rechtstreeks contact gezocht worden met de vertrouwensinspecteur via het Advies- en Meldpunt Vertrouwenszaken, 0900 – 111 3 111 De contactpersonen van onze school zijn: Jessie Prins-Cornegoor (ouder) en Annie van Zwol (leerkracht). De externe vertrouwenspersoon van onze school is te bereiken via: 0320-27 62 11 Het adres van de Landelijke Klachtencommissie Besturenraad: Mevr. A.C. Melis- Gröllers, Postbus 82324, 2508 EH Den Haag. Telefoonnummer: 070 - 3861697 (09.00 – 15.00 uur) Faxnummer: 070 - 3020836 Email: info@klachtencommissie.org
geld besteed aan het afsluiten van een scholierenongevallen-verzekering bij buitenschoolse activiteiten. U ontvangt jaarlijks een overzicht van de gelden die ontvangen zijn en die uitgegeven zijn. De hoogte van de vrijwillige ouderbijdrage is als volgt vastgesteld: € 17,00 per kind. Kinderen, die na december op school komen betalen de helft, namelijk € 8,50. De ouderbijdrage is een vrijwillige bijdrage. Dit betekent, dat de betaling niet van invloed is op de toelating van leerlingen of het mogen meedoen aan activiteiten. De oudergeleding van de Medezeggenschapsraad heeft expliciet aangegeven in te stemmen met de hoogte en de bestemming van de vrijwillige ouderbijdrage. De bijdrage voor schoolreis en schoolkamp kunt u ook op onderstaande wijze betalen o.v.v. de naam van de kinderen en het doel. We innen/ontvangen deze betalingen een maand van tevoren, omdat wij vaak een voorschot moeten betalen. Via de Brulboei wordt u van tevoren ingelicht. U kunt de ouderbijdrage overmaken d.m.v. automatische incasso of zelf betalen per bank of per giro. Een machtigingsformulier kunt u bij de directeur opvragen. Bankrekeningnummer NL84 RABO 0114 2992 69 t.n.v. SCPO/Het Lichtschip Omschrijving: naam van kind(eren). We innen/ontvangen deze bijdrage in oktober. Via de Brulboei wordt u van tevoren hierover ingelicht.
9.11 Ouderbijdrage Aan het begin van elk schooljaar wordt van de ouders een vrijwillige bijdrage gevraagd voor het schoolfonds. Het schoolfonds wordt beheerd door de directeur van de school. Uit het schoolfonds worden die kosten betaald die niet voor vergoeding door de overheid in aanmerking komen. Te denken valt o.a. aan: evenementen, feesten, kerkelijke vieringen zoals Kerst en Pasen, attenties en consumpties. Ook wordt een deel van het Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
9.12 Aansprakelijkheid Veel ouders hebben zich verzekerd voor diverse risico’s die zij en hun kinderen lopen. Op school worden verschillende activiteiten ondernomen die op hun beurt risico’s met zich meebrengen. Om bepaalde schaden te kunnen vergoeden heeft de SCPO Noordoostpolder de volgende verzekeringen voor de scholen afgesloten: • een aansprakelijkheidsverzekering voor onderwijsinstellingen; • een schoolongevallenverzekering. Aansprakelijkheidsverzekering voor onderwijsinstellingen Deze verzekering dekt de aansprakelijkheid van de school dan wel van de SCPO voor schade die wordt veroorzaakt door iemand waarvoor de school dan wel de SCPO verantwoordelijk is. Onder schade wordt, in dit geval, verstaan: • lichamelijk letsel, al dan niet met dodelijke afloop; • beschadiging, het teniet of verloren gaan van zaken; en de daaruit voortvloeiende gevolgschade. Let op! Ouders zijn aansprakelijk voor schade veroorzaakt door hun kinderen. U kunt hierbij denken aan een kind dat een ander kind laat struikelen of een bal die door de schoolruit wordt geschoten. Voor dit soort risico’s dienen ouders zelf een particuliere aansprakelijkheidverzekering af te sluiten. Schoolongevallenverzekering Voor ongevallen van leerlingen die zich tijdens schoolactiviteiten voordoen, biedt deze verzekering een dekking. Dit geldt ook voor ongevallen die zich voordoen tijdens het komen naar en gaan van school binnen één uur voor en na de schoolactiviteiten. De verzekering dekt (tot een maximumbedrag), na een ongeval, het volgende: •
• •
kosten tandheelkundige behandeling, geneeskundige kosten; uit te keren geldbedrag bij blijvende invaliditeit; uit te keren geldbedrag bij overlijden.
De verzekering dekt schade in verband met lichamelijk letsel die ontstaat ongeacht of hiervoor iemand aansprakelijk is. Let op! Schade aan materiële zaken zoals brillen, kleding, vervoermiddelen, enz. is niet meeverzekerd. Schademelding Een eventuele schademelding moet zo spoedig mogelijk na de gebeurtenis schriftelijk worden gemeld bij de directeur.
10. ONTWIKKELING VAN HET ONDERWIJS IN DE SCHOOL 10.1 Werken aan kwaliteitsverbetering Steeds nieuwe inzichten komen het onderwijs binnen en vragen om aanpassingen en vernieuwingen. • Het verbeteren van ons onderwijsaanbod door zeer specifiek te kijken naar de oorzakelijke verbanden tussen achterblijvende resultaten en ons aanbod. • Het analyseren van toetsgegevens en onderzoeken van de onderwijsbehoeften van de kinderen. • Het schrijven van groepsplannen voor technisch lezen, spelling en rekenen. • Invoering van een nieuwe taalmethode • Invoering van een nieuwe methode voor wereldoriëntatie • Invoering van een nieuwe methode voor Engels • Implementatie van Onderbouwd en uitbreiding met Onderbouwd Motoriek Deze onderwijskundige ontwikkelingen hebben we vastgelegd in ons “Schoolplan 2011-2015”. Dit meerjarenplan is niet statisch, maar een werkplan dat we voortdurend aanpassen aan de omstandigheden. In het plan is de koers uitgezet die “Het Lichtschip” wil varen. Verder zien we dat steeds meer kinderen extra zorg nodig hebben. Dat vergt veel van de leerkracht. We willen zoveel mogelijk aan elk kind onderwijs geven, aangepast aan de individuele onderwijsbehoefte. (Passend Onderwijs, zie H 2. 2 en 2.3) “Zelfstandig werken” kan binnen de klassenorganisatie ruimte geven voor nog meer aandacht en begeleiding.
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
10.2 Resultaten van het onderwijs Bij resultaten van het onderwijs kijken we niet alleen naar resultaten van CITO en andere toetsen en naar welke school voor Voortgezet Onderwijs de leerlingen gaan. Resultaten zijn bij ons ook: • dat we erin slagen, door extra zorg, kinderen op de reguliere basisschool te houden; • dat kinderen groeien naar een steeds grotere mate van zelfstandigheid (autonomie); • dat kinderen sociaal vaardig worden, zelfvertrouwen krijgen; • dat kinderen zich veilig en geaccepteerd voelen. Deze laatste resultaten zijn echter veel moeilijker zichtbaar te maken. Het boeken van (tussen) resultaten heeft steeds onze aandacht. Het is een onderdeel van het kwaliteitsproces binnen onze school. Als middelen om de resultaten te bepalen, gebruiken we: • het leerlingvolgsysteem; • het Onderbouwd registratiesysteem (gr. 1/2) • de leerling- en groepsbesprekingen; • methodegebonden toetsen; • rapporten, entreetoets groep 7 en Centrale Eindtoets voor groep 8; • observaties. 10.3 Uitstroomgegevens leerlingen groep 8 naar het voortgezet onderwijs:
VSO BB KB GL TL Havo VWO Totaal
2012 1 4 2 15 3 10 35
2013
2014
1 9 5 3 18
4 2 1 8 3 5 23
VSO = Voortgezet speciaal onderwijs BB = BasisBeroepsgerichte Leerweg KB = KaderBeroepsgerichte Leerweg GL = Gemengde leerweg TL = Theoretische leerweg H/V = Havo VWO = Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs zoals Atheneum en Gymnasium.
Wij blijven onze schoolverlaters volgen, vooral om te zien of de aansluiting met het voortgezet onderwijs goed verloopt. 10.4 Overige resultaten Kinderen komen op school om zo veel mogelijk te leren. Drie elementen zijn belangrijk: de capaciteiten van het kind, de thuissituatie en de kwaliteit van de basisschool. Zowel op de basisschool als in het voortgezet onderwijs moet uw kind optimaal tot zijn recht komen. Dat is iets anders dan streven naar VWO voor alle kinderen. De voortgang van de kinderen vermelden wij twee keer per jaar in het rapport dat wij met u bespreken. Ons leerlingvolgsysteem bestaat uit landelijk genormeerde toetsen, waarbij de score wordt uitgedrukt in I t/m V (van goed naar zwak). Daarbij is onze streefnorm I + II wordt behaald door 65% van onze leerlingen en I + II + III door 85%. In groep 8 maken de leerlingen de Centrale Eindtoets. Deze toets meet de prestaties van ieder kind in taal, rekenen, informatieverwerking en wereldoriëntatie. De toets wordt afgenomen in april ! Ter voorbereiding op de Eindtoets maken de leerlingen een kennismakings-toets en de CITO-eindtoets van het vorig schooljaar. Opzet is om de leerlingen met de wijze van toetsen vertrouwd te maken. De toetsuitslag wordt weergegeven in een standaardscore. De standaardscores lopen van 500 t/m 550. Het landelijk gemiddelde van de standaardscore van alle deelnemende scholen ligt tussen de 534 en 535. De afgelopen drie jaren hebben we de volgende scores behaald: 2012: 535 2013: 539,3 2014: 534,3 10.5 Het schoolplan Het schoolplan is een vierjarig beleidsdocument waarin de plannen m.b.t. de kwaliteit van het onderwijs beschreven staan. Het schoolplan 2011-2015 ligt ter inzage op school. In het huidige schooljaar zal een nieuw schoolplan geschreven worden voor de periode 2016-2020.
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
10.6 De schoolinspectie Alle scholen staan onder toezicht van een inspecteur die met regelmaat de scholen en het team bezoekt om te praten over bepaalde onderwerpen, lessen bij te wonen, het schoolplan en de schoolgids te beoordelen en de kwaliteit van de school te bewaken. Onze inspecteur is dhr. drs. E. Biesta www.onderwijsinspectie.nl
10.7 Schoolbegeleiding Bij het proces van onderwijs-vernieuwing worden we ondersteund door schoolbegeleidingsdiensten. In het schooljaar 2014 - 2015 worden we voor het onderwerp ‘bevordering ouderbetrokkenheid’ begeleid door de IJsselgroep. Deze zelfde dienst staat ons ook bij in de begeleiding van onze leerlingen en voor advies en verwijzing. www.ijsselgroep.nl Pabo Windesheim schoolt ons op het gebied van ‘bevordering positief gedrag van onze leerlingen’. (PBS)
11. ALGEMENE ZAKEN 11.1 Open morgen In de periode vanaf de herfstvakantie tot eind mei is op dinsdag- of donderdag-ochtend voor de ouders gelegenheid mee te draaien in de groep van hun kind. Wilt u van tevoren wel even afspreken wanneer u wilt komen, zodat er niet meer dan twee ouders tegelijk zijn.
11.2 Open dag voor belangstellende, nieuwe ouders Op woensdag 18-03-2015 staat de school open voor nieuwe ouders. Een leerkracht en de directeur geven de ouders informatie over de school. Kinderen van groep 8 houden de meegebrachte kinderen bezig. Wilt u niet wachten op een open dag? Neem dan gerust contact met ons op, u kunt altijd een vrijblijvende afspraak maken om een kijkje te nemen in de school. U krijgt dan een uitgebreide rondleiding van de directeur en al uw vragen zullen beantwoord worden. 11.3 Kleding kleuters Wilt u kledingstukken zoals mutsen, handschoenen, laarzen e.d. waar mogelijk voorzien van de naam van het kind? Wanneer u nieuwe kleding en/of schoenen aanschaft, wilt u er dan op letten dat uw kind zichzelf kan redden? Dat wil zeggen: kleding/schoenen die gemakkelijk aan- en uitgetrokken kunnen worden. U doet uw kind en de leerkracht hier een groot plezier mee. 11.4 Projectgeld
Iedere maandagmorgen kan uw kind geld meenemen voor een door de school uitgekozen project. Ook dit jaar is dat: Home Sweet Home. 11.5 Sponsoring Binnen onze stichting hebben we afgesproken om een terughoudend beleid te voeren t.a.v. aanvaarding van materiële of geldelijke sponsoring, zeker als daar verplichtingen aan verbonden zijn. Binnen deze grenzen wil “Het Lichtschip” gebruik gaan maken van sponsoring m.b.t. specifieke (deel)projecten, zoals: project- en themaweken, ICT, het schoolplein, etc. Wij lenen ons niet als een commercieel distributiecentrum voor tijdschriften, boeken, cursussen etc.
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
11.6 Verjaardag Bij een verjaardag hoort een traktatie. Traktaties als kaas, worst, rozijntjes, appel, mandarijn, zoutjes o.i.d. hebben onze voorkeur. Wij rekenen hierbij op uw medewerking! Voor de leerkracht hoeft u echt niets speciaals te doen. Wilt u uitnodigingen voor een feestje niet op school of bij het hek uitdelen. Dit om pijnlijke situaties te voorkomen. 11.7 Schoolarts Het onderzoeksschema van de jeugdarts en de jeugdverpleegkundige Mathilde Pelder ziet er als volgt uit: Groep 2 en 7 periodiek onderzoek: Preventief gezondheidsonderzoek. Hiervoor wordt het kind samen met de ouders uitgenodigd. Er worden vragen gesteld over het lichamelijke en sociaal-emotioneel functioneren van het kind. Vervolgens wordt het kind onderzocht: de zintuigen worden gecontroleerd, de groei en houding bekeken en de motoriek beoordeeld. De ouders ontvangen voor het onderzoek nog extra informatie. Tijdens de schoolonderzoeken worden geen “prikjes” gegeven. Groep 5 /6: In het jaar dat uw kind 9 jaar wordt ontvangt u een aparte uitnodiging voor de inentingen. Verder is de verpleegkundige, indien noodzakelijk, aanwezig bij een leerlingbespreking, voor begeleiding en advies m.b.t. risicokinderen. Mocht dit uw kind betreffen, dan wordt u hier vanzelfsprekend van op de hoogte gebracht. Mochten er tussentijds problemen ontstaan, dan kunt u zelf een onderzoek aanvragen met de arts of verpleegkundige. Ook wanneer u vragen heeft over de ontwikkeling van uw kind, een extra controle van bijvoorbeeld de zintuigen, of wanneer u met hen van gedachten wilt wisselen over de aanpak van een bepaald probleem met uw kind.
Het adres van de Jeugdgezondheidszorg: GGD Flevoland Afdeling Jeugdgezondheidszorg Kometenlaan 1 8303 CN Emmeloord 0900-0400001 Postadres : Postbus 1120 8200 BC Lelystad 11.8 Voor- en naschoolse opvang Schoolbesturen in het primair onderwijs hebben de verplichting de mogelijkheden van vóór- en/of naschoolse opvang bij de ouders bekend te maken. In de Noordoostpolder hebben de SCPO en de Stichting Aves afgesproken om dit gezamenlijk op te pakken door de zg. makelaarsrol op zich te nemen. Dit betekent, dat zij overeenkomsten met kinderopvanginstanties hebben gesloten. De Colleges van Bestuur hebben met drie kinderopvangorganisaties een dergelijke overeenkomst gesloten, te weten: - Stichting Kinderopvang Noordoostpolder te Emmeloord (SKN) http://www.sknop.nl/ - Stichting Kinderopvang Flevoland te Emmeloord (SKF) http://www.kinderopvang-flevoland.nl/ - Kids Centre te Ens http://www.kidscentre.nl/ Aanmelden Voor alle duidelijkheid: u dient zelf contact op te nemen met de kinderopvangorganisaties om met hen een persoonsgebonden contract af te sluiten. 11.9 Schoolveiligheidsplan Elke school van de SCPO heeft een schoolveiligheidsplan. Het schoolveiligheidsplan bevat informatie over zowel fysieke als sociale veiligheid. U kunt hierbij denken aan de afspraken die zijn gemaakt voor een ontruiming van het schoolgebouw, maar ook aan pestbeleid. Op de scholen zijn allerlei regels en afspraken over veiligheid gemaakt.
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
11.10 Luizen pluizen Het is een goede en intussen landelijk ingeburgerde gewoonte, om school-kinderen regelmatig te controleren op hoofdluis. Dit gebeurt iedere eerste woensdag na een vakantie. Bij ons wordt de controle uitgevoerd door vaste pluisouders, volgens een door de GGD opgezet protocol. Op de Brulboei wordt het luizen pluizen aangekondigd. Het is de bedoeling dat de kinderen deze dag hun haar los dragen, zodat de ouders er gemakkelijk bij kunnen. Op luizenpluisdag dus geen vlechtjes, bandjes en strikjes in het haar! Wanneer bij kinderen hoofdluis geconstateerd wordt, krijgt u persoonlijk bericht. 11.11 Oud papier Uw oude kranten en ander papierafval worden door ons bijzonder op prijs gesteld. De opbrengst hiervan komt ten goede aan de school en wordt gebruikt voor de aanschaf van materialen die buiten de normale exploitatiekosten vallen. U kunt de oude kranten en ander papierafval, goed gebundeld of verpakt in dozen op school afleveren. Liefst zoveel mogelijk thuis bewaren tot de papiercontainer komt, omdat wij maar beperkte opslag mogelijkheid hebben in de buitenberging aan de E.P. Seidelstraat. Via “de Brulboei� of de agenda van de website verneemt u wanneer de papiercontainer weer bij school staat. Ook kunt u aangeven of u via de mail op de hoogte wilt worden gebracht van de data
Leerlingenvervoer vastgesteld. Met dit protocol wordt beoogd voorschriften te geven aan het personeel, ouders c.q. vrijwilligers en andere partijen die het leerlingenvervoer verzorgen, teneinde daarmee de verkeersveiligheid van leerlingen zoveel mogelijk te waarborgen. Dit Protocol Leerlingenvervoer is op school opvraagbaar. Ouders van onze school die helpen bij het vervoeren van kinderen naar een bepaalde activiteit kunnen een declaratie inleveren. 11.13 Tegemoetkoming vervoerskosten Ouders kunnen in aanmerking komen voor een vergoeding op basis van kosten openbaar vervoer, indien het kind een school bezoekt voor basisonderwijs en de afstand van de woning naar school meer dan 6 km bedraagt. De ouders moeten dit aanvragen bij de gemeente. Men moet altijd de inkomensgegevens overleggen bij de gemeente, dit in verband met het eventueel heffen van een eigen bijdrage. 11.14 Afkortingen SCPO = Stichting voor Christelijk Primair Onderwijs in de Noordoostpolder. CvB = College van Bestuur LIO = Leraar in opleiding VO = Voortgezet onderwijs TC = Toewijzingscommissie S(B)O = Speciaal (Basis) Onderwijs SWV = Samenwerkingsverband
11.12 Leerlingenvervoer Als school zijn we vaak aangewezen op ouders die willen helpen bij het begeleiden en vervoeren van leerlingen naar bepaalde activiteiten. Uw hulp is hierbij onmisbaar. We denken aan bezoeken aan het Muzisch Centrum en excursies. Wij vinden dat bovenstaande activiteiten een meerwaarde bieden aan ons onderwijs en we horen dat kinderen hieraan dikwijls veel plezier beleven. Daarom vragen wij de ouders om hieraan hun medewerking te blijven verlenen. Het vervoer van leerlingen is een verantwoordelijke aangelegenheid. Daarom heeft de SCPO een Protocol
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
Bijlage 1 Schoolverzuim In onze samenleving zijn afspraken gemaakt ter bescherming van onszelf en van de ander. We hebben dus te maken met regels en verplichtingen. Ook in school hebben we hiermee te maken. Eén van die verplichtingen is de leerplicht. “De leerplicht begint op de eerste schooldag van de maand volgende op die waarin het kind de leeftijd van 5 jaar bereikt en eindigt aan het eind van het schooljaar waarin de jongere de leeftijd van 16 jaar heeft bereikt.” Toch is deze wet niet voor iedereen even duidelijk. Daarom willen we in een paar woorden enkele zaken onder uw aandacht te brengen. Wanneer een kind leerplichtig is geworden, moeten de ouders (of verzorgers) het kind aanmelden bij een school voor primair onderwijs. Het kind is verplicht de school op gewone schooltijden te bezoeken. Natuurlijk zijn hiervoor uitzonderingen. De bekendste zijn de schoolvakanties en het ziekteverzuim. Een uitzondering op de vakantieregeling kan worden gemaakt wanneer er gewichtige omstandigheden zijn waardoor het kind verlof krijgt. We denken hierbij aan het bijwonen van een huwelijk, een huwelijksjubileum of een begrafenis in de naaste familie. Een aanvraag voor dit verlof wordt gedaan bij de directeur van de school. De directeur kan hiervoor verlof verlenen voor één of maximaal twee schooldagen. De groepsleerkrachten van de school zijn hiertoe niet bevoegd. Daarom zullen zij u doorsturen naar de directeur. Een aanvraag voor extra vakantieverlof of voor andere gewichtige omstandigheden wordt ingediend bij de directeur. Hij beslist, eventueel in samenspraak met de leerplichtambtenaar, of u, op grond van de motivatie van uw aanvraag, recht heeft op aangevraagd verlof. Er worden nogal wat aanvragen voor extra vakantieverlof ingediend. Ook de aanvragen voor verlenging van het weekend met 1 of 2 dagen behoren tot het extra vakantieverlof.
Wanneer kan nu verlof verleend worden voor een extra vakantie van maximaal 10 dagen?
•
•
•
Dit is alleen mogelijk indien: Eén van de ouders vanwege de specifieke aard van het beroep niet binnen de zomervakantie op vakantie kan gaan. Een werkgeversverklaring wordt overlegd waaruit blijkt dat geen verlof binnen de zomervakantie mogelijk is. De aanvraag voor het extra verlof minimaal 2 maanden van tevoren wordt ingediend.
Dit zijn duidelijke regels. Hieraan hebben wij ons te houden. Ook wij als school kunnen hier niet omheen; hoe graag we u ook een extra dag gunnen. We behoren ons op school te houden aan de door de overheid gestelde regels. Vriendelijk verzoeken wij u: vraag eerst via school verlof aan, voordat u (financiële) verplichtingen aangaat. Denk niet: op zo’n laatste dag voor de vakantie doen ze op school toch niets meer, want elke schoolactiviteit, hoe in- of ontspannend ook, heeft zijn waarde. Voor de volledigheid willen wij u verwijzen naar de Richtlijnen verlof buiten de schoolvakanties zoals die zijn opgesteld door de Gemeente Noordoostpolder. Deze zijn te downloaden van de website van de gemeente Noordoostpolder.
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
Bijlage 2 Toelating en verwijdering van leerlingen. Wanneer zijn kinderen toelaatbaar tot scholen van de SCPO ? Met inachtneming van de wettelijke bepalingen en de inhoud van de statuten van de SCPO zijn kinderen toelaatbaar op de scholen van de SCPO wanneer ouders verklaren in te stemmen met de levensbeschouwelijke, pedagogische en onderwijskundige uitgangspunten van de school dan wel deze respecteren en daartoe het programma van de school ondertekenen èn als de school in staat is het aangemelde kind die zorg en begeleiding te bieden die het nodig heeft. Er zijn in feite twee voorwaarden voor toelating: 1. ouders dienen in te stemmen met de uitgangspunten van de school of aan te geven deze te respecteren door het ondertekenen van het programma van de school 2. de school moet in staat zijn het kind die zorg en begeleiding te bieden die het nodig heeft. Conform het managementstatuut van de SCPO is de directeur van de school belast met de in- en uitschrijving van leerlingen. Hij/zij doet eveneens voorstellen inzake het schorsen en verwijderen van leerlingen. Dit alles met in achtneming van de door het College van Bestuur vastgestelde kaders en de wettelijke voorschriften. De Regeling Leerlinggebonden Financiering (LGF) maakt het mogelijk dat ouders van een kind met een handicap, dat is geïndiceerd voor het speciaal onderwijs, hun kind aanmelden voor het (speciaal) basisonderwijs . Het overheidsbeleid is gericht op integratie. De leerling gebonden financiering zorgt ervoor dat dit mogelijk is. De LGF stelt ook: “Uiteindelijk zal voor elke leerling afzonderlijk moeten worden vastgesteld of het onderwijs zo ingericht kan worden dat het aansluit op de behoefte van de leerling”. (§ 3.1. van de regeling).
Basisscholen kunnen dus een eigen afweging maken. In schoolplan en schoolgids maken scholen duidelijk welke mogelijkheden ze hebben voor kinderen met een handicap. Daarbij gaat het steeds om een positiebepaling binnen de spanningsvolle verhouding die er is tussen aan de ene kant de maatschappelijke en wettelijke vastgelegde opdracht aan de school om een grote bandbreedte aan leerlingen op te kunnen vangen en anderzijds het gegeven dat er grenzen zijn aan de zorg die binnen de context van een school redelijkerwijs nog kan worden geboden. Per individuele aanmelding worden de volgende uitgangspunten gehanteerd: - een evenwichtige balans tussen zorgleerlingen en niet-zorgleerlingen, waarbij de aspecten cognitieve, sociaal-emotionele ontwikkeling en didactische achterstanden de beoordelingscriteria vormen; - de realisatie van kwalitatief goed onderwijs in de groep; - de verstoring van rust en veiligheid; bij bepaalde gedragsproblematiek is het niet mogelijk (ondanks extra middelen en ondersteuning) om binnen de (speciale) basisschool de noodzakelijke groepsgrootte en structuur aan te bieden. Daarbij komt zowel het gehandicapte kind als de groep te kort; - de mate waarin verzorging vereist is; door de noodzakelijke verzorging van het kind kan het geven van onderwijs aan de groep in het gedrang komen; - de verstoring van het leerproces van andere kinderen; - de groepsleraar kan op normale wijze zijn taak, als omschreven in de taakkarakteristiek, vervullen. Kortom het gaat om de vraag: “Kunnen wij dit kind in onze situatie helpen?” Verwijderen van leerlingen Verwijderen van een leerling is een zware maatregel die de school niet lichtvaardig zal toepassen. De school kan uiteindelijk tot de conclusie komen dat het niet langer verantwoord is een leerling op school te laten blijven. Dit als gevolg van het niet (meer) kunnen voldoen aan de zorgbehoefte van de leerling. Of als gevolg van het zich
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
herhaaldelijk voordoen van wangedrag dat tot ernstige verstoring van de rust, de onderwijskundige voortgang of veiligheid op school heeft geleid. Verwijdering is een laatste maatregel. Voor tot verwijdering van een leerling op een school van de SCPO wordt overgegaan worden twee minder vergaande ‘stop’ maatregelen voorgesteld die aangeven dat de grens voor de school bereikt is: timeout en schorsing. Dit zijn beide ‘stop’ maatregelen die voor korte tijd kunnen gelden. Ze hebben geen basis in de onderwijswetgeving. Time-out De time-out maatregel kan worden toegepast bijv. bij herhaald overtreden van de schoolregels, agressief gedrag, pesten, verstoren van de orde, enz. In geval van timeout wordt de leerling voor de rest van de dag de toegang tot de groep of school ontzegd. De ouders worden, voor zover mogelijk , onmiddellijk over de aanleiding van de timeout gemotiveerd op de hoogte gebracht. Verwijdering Bij verwijdering van een leerling wordt het volgende onderscheid gemaakt: - verwijdering op grond van de zorgbehoefte van de leerling. De school is handelingsverlegen en kan niet (meer) aan de zorgbehoefte van de leerling voldoen. Verwijdering is pedagogisch, onderwijskundig dan wel organisatorisch ingegeven; - verwijdering op andere gronden, zoals ernstig wangedrag van de leerling en/of ouders. Verwijdering van leerlingen is een bevoegdheid van het College van Bestuur. Verwijdering is altijd pas mogelijk nadat het College van Bestuur zich gedurende acht weken ingespannen heeft om een plaats op een andere school te vinden. Verwijdering is een ingrijpende maatregel, zowel voor de school als voor de leerling en diens ouders. Het College van Bestuur staat op grotere afstand van de dagelijkse praktijk en kan vanuit die positie de voorgestelde verwijdering beoordelen. Daarom beslist niet de directeur over de verwijdering, maar het College van Bestuur. Dit bevordert een zorgvuldige besluitvorming.
Voordat een besluit tot verwijdering wordt genomen, dient het College van Bestuur het voornemen tot verwijdering schriftelijk (aangetekend) en gemotiveerd aan de ouders kenbaar te maken. Het College van Bestuur hoort de ouders, de directie en betrokken leerkracht(en) over dit voornemen. Na het horen neemt het College van Bestuur een definitief besluit over de verwijdering. Definitieve verwijdering van een leerling kan niet plaatsvinden dan nadat het College van Bestuur ervoor heeft zorg gedragen, dat een andere school voor (speciaal) basisonderwijs dan wel een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs, bereid is de leerling toe te laten. Alleen indien aantoonbaar gedurende acht weken zonder succes is gezocht naar een andere school waar de leerling wordt toegelaten, kan tot definitieve verwijdering worden overgegaan. Het College van Bestuur zal dus aan de ouders moeten kunnen aantonen vanaf welk moment welke serieuze pogingen zijn gedaan om een school te vinden voor de te verwijderen leerling. Verwijdering kan voor leerling en ouders verstrekkende gevolgen hebben. De leerling verlaat een vertrouwde omgeving; er is een breuk in het ontwikkelingsproces. Daarbij bestaat het risico van een terugval op de verdere ontwikkeling van de leerling. Het is dan ook van groot belang dat het College van Bestuur in het verwijderingbesluit duidelijk aangeeft hoe een afweging heeft plaatsgevonden tussen het belang van de school en het belang van de leerling. Die belangen kunnen per geval verschillen. De zorgbehoefte van een leerling kan zich dusdanig ontwikkelen, dat de school ondanks alle inspanning niet meer in de zorgbehoefte kan voorzien. Het is dan voor de leerling beter naar een school te gaan waar wel adequaat kan worden voldaan aan de zorgbehoefte van de leerling. Dit kan een andere basisschool binnen het samenwerkingsverband zijn (horizontale verwijzing). Het kan ook een overgang naar het speciaal (basis)onderwijs of een cluster 3 of 4 school betreffen. Daarvoor geldt een vaste procedure. Deze is vastgelegd in het ondersteuningsplan van het
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
samenwerkingsverband Noordoostpolder – Urk. In samenspraak met alle betrokkenen zal meestal een zorgvuldige overgang plaatsvinden naar deze adequate voorziening voor de leerling. Er kunnen zich echter problemen voor doen van de volgende aard: - de school heeft duidelijke aanwijzingen dat de leerling in het speciaal (basis) onderwijs thuishoort en wijst de ouders hier gemotiveerd op. De school is van mening, dat de ouders de leerling moeten aanmelden voor een extern onderzoek naar de problemen van de leerling. De ouders weigeren echter zo’n onderzoek; - de ouders weigeren na zo’n onderzoek de TC om advies respectievelijk beschikking te vragen; - de ouders weigeren na een advies respectievelijk beschikking de uitspraak van de TC op te volgen; Ook komt het voor, dat de school voor speciaal onderwijs geen plaats heeft en de leerling op een wachtlijst wordt geplaatst. In al deze gevallen kan de grens voor handhaving op de basisschool bereikt worden. Hierdoor kan de (speciale) basisschool zich genoodzaakt zien de verwijderings-procedure op grond van pedagogische, onderwijskundige dan wel organisatorische redenen in gang te zetten. Daarbij wordt gewerkt volgens de verwijderingprocedure van de SCPO Noordoostpolder. Terugplaatsing. Het samenwerkingsverband werkt met so- en sbo-toelaatbaarheidsverklaringen met een beperkte geldigheid. Op basis van de onderwijsbehoeften van de leerling wordt de geldigheidsduur bepaald. De geldigheidsduur is minimaal een volledig schooljaar en maximaal twee volledige schooljaren. De soen sbo-scholen blijven gedurende de plaatsing actief samen werken. In uitzonderingsgevallen kan de TC beslissen over eventuele verlenging van de toelaatbaarheidsverklaring. Het beleidsplan Toelating en verwijdering van leerlingen is op school verkrijgbaar.
Het Lichtschip: Doelgericht-Betrokken-Samenwerkend-Zelfontdekkend
Het Lichtschip, Sportweg 24, 8307 AN Ens Tel. 0527 – 251712 e-mail: het.lichtschip@scpo-nop.nl website: www.hetlichtschip.nl twitter: @HetLichtschip