FREE Issue 3, april 2013 Jaargang 10
That’s a pretty f*cking good milkshake.
Glamcult Independent Style Paper
THE CONVERSE ALL STAR WELL WORN COLLECTION
Issue 2 Update
Cult 10 Glamcult loves M˚BA 13 14
Visual Essays
Platform
Borre Akkersdijk 16
I want to be... Who are you...
40 46
Update
Interviews
Mattijs van Bergen Mykki Blanco Linder Sterling
Rhye 32 MØ 34 The Soft Moon 36
18 24 28
Film 52 Albums 53 Plus
Stuff 54
Colofon Uitgever Hoofdredacteur Rogier Vlaming rogier@glamcult.com
Grafisch Ontwerp Glamcult Studio: Isabelle Vaverka Suzie Wempe
Chef- en Eindredactie Joline Platje joline@glamcult.com
Sales Sarah Johanna Eskens sarah@glamcult.com
Redactie Mode Antoinette Degens antoinette@glamcult.com
Aan deze editie werkten mee: Anna Nita, Danielle Hielckert, Daniëlle van Dongen, Dorothy Vrielink, Leendert Sonnevelt, Matthijs van Burg, Natasja Admiraal, Niels Wiese, Sander van Dalsum, Sharda Fähmel, Vanessa Groenewegen
Redactie Film Maricke Nieuwdorp maricke@glamcult.com Creative Director Rogier Vlaming Art Director Marline Bakker marline@glamcultstudio.com
Fotografen Duy Vo, Isolde Woudstra, Jouke Bos Lotte van Raalte, Marco van Rijt, Pablo Delfos, Taufiq Hosen
Cover Fotografie: Marco van Rijt —Eric Elenbaas Styling: JeanPaul Paula Haar en make-up: Yokaw Pat —Angelique Hoorn Artiest: Mykki Blanco Assistent fotografie: Humphrey Khouw Top: T By Alexander Wang Plastic riem en halsband: Zana Bayne Ketting: Ek Thongprasert That’s a pretty f*cking good milkshake. —John Travolta in Pulp Fiction Uitgever Glamcult Studio B.V. Postbus 14535, 1001 LA Amsterdam T 020 419 41 32, F 020 419 66 54 info@glamcult.com www.glamcult.com
Distributie JAM Pers en Communicatie Cream PR Opgave en vragen over abonnementen Abonnementenland Postbus 20, 1910 AA Uitgeest Tel. 0900 - A BOLAND of 0900 - 2 26 52 63 (€ 0,10 per minuut) Fax 0251 31 04 05 www.bladenbox.nl voor abonneren of www.aboland.nl voor adreswijzigingen en opzeggingen. Abonnementsprijs bedraagt € 37 per jaar (10 nummers). Abonnementen binnen Europa € 59,50, buiten Europa € 79,50 per jaar. Een abonnement kan bij iedere editie ing aan; het wordt afgesloten voor minimaal een jaar en wordt stilzwij gend verlengd tot wederopzegging.
Opzeggingen dienen schriftelijk uiterlijk 6 weken voor het aflopen van de abonnementsperiode in bezit van Abonnementenland te zijn. Adreswijzigingen uiterlijk drie weken vooraf schriftelijk doorgeven aan Abonnementenland. Prijswijzigingen voorbehouden. © Copyright: Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen en/of vermenigvuldigd zonder de schriftelijke toestemming van de uitgever en de andere auteursrechthebbenden. De uitgever is niet verantwoordelijk voor schade opgelopen door onjuiste verwerking in het blad. Glamcult, ISSN 1874 - 1 932
SHOP ONLINE HUGOBOSS.COM
HUGO BOSS BENELUX B.V Phone +31 20 6556000
Cult
1
Lady Galore, 2013
Collectie Dystopian Summer, S/S 13
2
Luca Knegtering
Bodybound 4 Foto uit het archief van Guy Bourdin, January 1978, uit het boek A Message For You uitgegeven door Steidldangin
3 Guy Bourdin: A Message For You
Collectie S/S 13
Installatie van Reinier Kurpershoek, Foto: Jeroen de Wilde
5
TransVormers Festival
1
Kim Choong Wilkins, hoofdontwerper van modelabel Bodybound, heeft een duidelijk doel voor ogen. Samen met Pliny Champion vormt hij een symbool van weerstand tegen rustige, gereserveerde mannenmode. Masculiniteit en lust zijn de uitgangspunten van hun tegenreactie, een opvallende protestmars op de catwalk. Wilkins studeerde in 2005 af aan Central Saint Martins, waarna hij twee jaar voor Alexander McQueen werkte. Vervolgens behaalde hij een mastersdiploma in menswear aan het Royal College of Art in Londen. De Bodybound spring/summer 2013 collectie, die getoond werd tijdens Singapore Fashion Week en gebaseerd is op Brave New World, wordt gekenmerkt door ruitpatronen en metaalkleuren. Nauwsluitende stukken, uitgevoerd in onconventionele stoffen van goud, zilver, zwart en brons, worden versterkt met fetisjistische sieraden en shirts ingelegd met studs. Uiteraard kunnen compleet transparante jassen niet ontbreken—Bodybound moet evenzeer onthullen als bedekken.
Claire Barrow 2
She travels the world and the seven seas. Iedereen is op zoek naar iets, volgens de songtekst van deze jaren-80-hit. Voor modefotograaf Luca Knegtering zijn het onalledaagse onderwerpen en meer diepgang in de modewereld. Na haar afstuderen aan de Willem de Kooning Academie nam ze de benen naar Seoul en studeerde daar aan de Korean National University of Arts. Hierna volgde Indonesië, waar Knegtering stage liep bij Nylon Magazine. Haar fotoreportages met een modieuze draai en editorials met een journalistieke inslag laten zien dat modefotografie tot meer kan aanzetten dan consumptie. Knegterings werk kenmerkt zich door contrasten. Beeld je een kamer in die in een staat van verval verkeert, maar wel voorzien is van lieflijk bloemetjes behang. Op Bali schoot ze de reportage woMAN, die het dubbelleven van lokale drag queens vastlegt. Samen met Kiki Verschuuren, cultureel antropoloog in spé, documenteert de fotograaf inmiddels de levens van travestieten over de hele wereld, van Amsterdam tot Havana en overal daartussen.
3
Op 13 april staat het Volkskrantgebouw, dat binnenkort een nieuwe bestemming krijgt, voor de laatste keer in het teken van kunst, film, theater, muziek en dans. Aan dit trieste feit wordt door de 5 e editie van het multidisciplinaire TransVormers Festival een feestelijke draai gegeven. In de kelder, op de begane grond en in Canvas op de 7 e wordt de afstand tussen de kunstenaar, het werk en de bezoeker zo klein mogelijk gemaakt. ‘Stedelijke transfor matie’ luidt het thema. Als het aan de muziek ligt, wordt het feest op deze locatie afgesloten with a bang. Naast singer-songwriters en bandjes zullen onder anderen San Proper en de dj’s van Les Animaux optreden. De totale opbrengst van het festival (waarvan de entree slechts 5 euro bedraagt) wordt evenredig verdeeld over alle deelnemende acts. 13 apr, Volkskrantgebouw Amsterdam www.volkskrantgebouw.nl
4
Guy Bourdin (1928-1991) stond bekend om zijn progressieve modefotografie in de jaren 70 en 80. Hij tastte de grenzen van het absurdisme af en brak met de conventies binnen de commerciële fotografie uit die tijd met behulp van zijn oneindige perfectionisme en gevoel voor humor. Het is alom bekend dat Bourdin bij leven niet wilde dat zijn foto’s werden gebundeld en gepubliceerd, maar inmiddels zijn er met goedkeuring van zijn zoon, die de beelden beheert, de afgelopen jaren toch een aantal boeken met verzameld werk uitgekomen. Het nieuwste boek A Message For You bestaat uit twee delen. Volume I is gewijd aan bijna vergeten en zeer zeldzame beelden die Bourdin schoot van model Nicolle Meyer—voor 30 van zijn beroemde campagnes voor Charles Jourdan en voor iconische editorials voor French Vogue. En Volume 2 is als een road trip door het visuele landschap van de grote Franse kunstenaar, waarin onder andere polaroids, gedichten en schetsen staan.
5
De gang van Claire Barrow stampte de catwalk op tijdens London Fashion Week. De 22-jarige ontwerper nestelde zich in 2008 in Londen, waar zij aan de University of Westminster mode studeerde. Direct na haar afstudeercollectie had de Evening Standard haar in het papieren vizier, en al snel volgden de modebladen. Barrows hele collectie ademende de fifties. En een vleugje alcohol; elk stuk verwees naar een alcoholische versnapering. Zo stond de zijden kimono voor bourbon en gaf tequila de genadeklap in de vorm van een papieren rok. Prijkte in het punktijdperk nog met de hand beschilderde bandnamen op de iconische leren jacks, Barrow bekladde ze met expressieve illustraties en portretten. De monochrome zwarte, grijze of witte stukken waren rechttoe rechtaan, met de lakleren mannentuinbroek als subliem voorbeeld. De broeken waren lekker hoogwater, wat het geheel weer een eigentijdse feel gaf. www.clairebarrow.com
www.guybourdin.org www.steidlville.com
www.bodybound.net www.lucaknegtering.com
10
Cult 6 8
Foto uit de serie Balloon’s Man Last Walk, 2013
Installatie Everything In The Studio (Destroyed) 2012
Foto uit de serie The Silence of Dogs in Cars
7
Martin Usborne
Viktor Gårdsäter
Sara Cwynar 10
Fobe House, Foto: Jean-Marie Monthiers
Now The Field Is Open, Foto: Jean-Yves Colomb
9
Spring Performing Arts Festival Guilhem Eustache
6
Met een overkill aan katten op het internet, is het aangenaam om eens een uitgebreide blik te werpen op de ultieme tegenhanger van dit dier. Op jonge leeftijd kreeg Martin Usborne een ondefinieerbare band met honden. Rond dezelfde tijd werd de Londenaar in een auto achtergelaten, terwijl zijn ouders boodschappen deden. Het waren slechts vijftien minuten, die de 4-jarige als een eeuwigheid ervoer. Hoewel kinderen niet zo snel op parkeerplaatsen worden achtergelaten, is een hond alleen in een voertuig nog altijd een klassiek beeld. Usborne heeft een serie foto’s geschoten die de stilte en isolatie van zo’n moment vastlegt. The Silence of Dogs in Cars verbeeldt op indrukwekkende wijze de controle die mensen over dieren hebben, maar ook de angst van afzondering. t/m 27 apr, The Little Black Gallery www.martinusborne.com www.thelittleblackgallery.com
7
De Canadese Sara Cwynar (1985) maakt fotografische installaties en collages die ontstaan vanuit het dwangmatig bewaren, toe-eigenen en herschikken van beeld. Haar installatie Everything in the Studio (Destroyed) in het jongtalent-programma van Foam, Foam 3h, begint met een tekst van Andy Warhol; Cwynars project heeft hetzelfde uitgangspunt als de kunstenaar. Namelijk: het idee dat de waarde van een archief voor een kunstenaars werk groot is, maar ook overweldigend en verstikkend kan zijn. Startpunt voor de installatie was een digitale plattegrond die Cwynar ontwierp door alles in haar atelier te verzamelen en documenteren. Al snel moest ze dit idee loslaten, omdat beelden en objecten niet aansloten op haar herinneringen. Ze besloot alles te vernietigen. Het enige wat nu resteert van al het (destroyed) materiaal in haar atelier is het beeld daarvan. Haar tentoonstelling in Foam is haar eerste Europese solo-expositie.
8
Inspiratie kent vele gestalten, zoals een Perzische man op leeftijd met een ballon in de hand. In een buitenwijk van Stockholm liep fotograaf Viktor Gårdsäter hem tegen het lijf. De taalbarrière maakte dat de vraag “Waarom een ommetje met ballon?” onbeantwoord bleef. De modeserie Balloon Man’s Last Walk— die wel de look and feel heeft, maar afwijkt van doorsnee shoots—kwam eruit voort. De man spendeert zijn laatste dag op aarde met een nostalgische wandeling langs plekken die herinneringen uit zijn leven vormen. Gårdsäter waardeert de schoonheid van gepubliceerde modeseries, maar mist de gelaagdheid en interactie met de kijker. Weinig van zijn werk is in de studio g eschoten; vaak dienen natuurlijke landschappen of echte gebouwen en rauwe straten als achtergrond. Terwijl zijn werk door het kleurgebruik en belichting juist bijna surrealistisch wordt. www.gardsater.se
22 mrt t/m 16 mei, Foam www.saracwynar.com www.foam.org
9
Spring op, pluk de dag, pluk de lente, komt dat zien bij Spring Performing Arts Festival. Spring is ontstaan uit Springdance en Festival a/d Werf, en vindt in mei voor de eerste keer plaats in de binnenstad van Utrecht. Het festival belooft de meest recente ontwikkelingen in dans, theater en cross-overs te laten zien. Zo staat in het tweede weekend H, an incident geprogrammeerd. Deze voorstelling is gemaakt door de Vlaamse beeldende kunstenaar en theatermaker Kris Verdonck en de IJslands danseres en muzikant Ema Ómarsdóttir, en vertelt over het leven en het werk van de dissidente Russische schrijver Daniil Harms (die bekend werd dankzij zijn humoristische en gewelddadige verhalen). Theatercollectieven De Warme Winkel en Dood Paard spelen samen het stuk Paradijs, en de NoorsIraanse choreograaf Hooman Sharifi brengt een hiphopcrew, Perzische m uzikanten en moderne dansers samen op het podium. In totaal zijn er meer dan 50 voorstellingen te zien in verschillende theaters en enkele bijzondere locaties.
10
Bij het overbelichten van een foto verdwijnen in één flits alle details en schaduwen op een gezicht. Toen architect Guilhem Eustache een opdracht kreeg van de Belgische filmmaker Dimitri de Clercq, ging hij uit van hetzelfde principe. Met de woestijn nabij Marrakech als locatie, hadden de felle witte objecten dan ook geen enkele verfijning nodig. Het Fobe House bestaat uit vier hoekige constructies, bestaande uit de woonruimte van De Clercq, een garage, een pool house en privéruimte voor de suppoost. De gaten in de muren duwen het licht in een natuurlijk framework. ’s Nachts lijkt de creatie van Eustache op een futuristische Marokkaanse post— mede door het neonlicht dat het huis onderscheidt van de omliggende w ildernis. www.guilhemeustache.com
16 t/m 26 mei, Utrecht www.springutrecht.nl
11
Gc Update
Cult 11
draait het ook niet om.” Woorden als systeem en standaardmaten wekken de indruk dat het werkproces van Van Bergen via een vast draaiboek verloopt en dat de ruimte voor spontane creatie niet groot is. Echter, dit proces verloopt nooit via een vast (tijds) schema. “Er gaan soms jaren overheen voordat ik überhaupt verder ga met een idee. Als ik een idee heb voor een model, begin ik met de ontwerpfase waarin ik met de hand schetsen maak. Daar vloeit een hele serie teksten en tekeningen uit voort. Als ik eenmaal concreter begin te werken aan een model, zet ik de meer gedetailleerde schetsen om in een 3D-programma. Zo kan ik zien wat ik eigenlijk aan het doen ben”, lacht Van Bergen. Voor de fragiele schaalmodellen, die meestal bestaan uit karton of hout, maakte hij verpakkingen die uiteindelijk ook onderdeel werden van zijn werk. “Ik zag eerst gewoon een kist als transportmiddel. Daarna diende deze als sokkel, ook om de verhoudingen tussen het model en de kist te accentueren. Nu speel ik weer met het openklappen van de kist, waardoor deze het kader vormt waarbinnen je het werk kan zien.” Het gebruik van het toilet modulair komt deels voort uit zijn verwondering over verplichte maten waar een huis aan moet voldoen. “Ik vind dat vreemd. We leiden eigenlijk een leven dat compleet is gestandaardiseerd. Dat is niet echt bevorderlijk voor mijn vrijheidsgevoel.” Het maken van modellen is een vorm van kritiek op de maatschappij waarin regels de boventoon voeren. Door het gebruik van de verplichte standaardmaten van het toilet laat hij zien dat hier nooit iets nieuws uit voort kan komen. Zijn schaalmodellen geven een complexe en indrukwekkende wereld weer, maar zijn in wezen een opeenstapeling van continu hetzelfde. Werk van Jeroen van Bergen is t/m 7 april te zien in SCHUNCK* (Heerlen) en vanaf 27 maart heeft hij een vaste i nstallatie in de Jan van Eyck Academie (Maastricht).
Barrio de Chabolas 001
Torencompositie 003
Door Daniëlle van Dongen
11
Techniek en hogere wiskunde deden het hart van kunstenaar Jeroen van Bergen niet bepaald harder kloppen. De kunstenaar die in 1979 in Heythuysen het levenslicht zag zocht wat meer spanning in zijn leven. Na zijn studie Bouwkunde ging hij daarom naar de Kunstacademie in Maastricht (ABKM). Gezien de mathematische aard van architectuur en het spontane karakter van kunst leek dit een vreemde aansluiting op zijn eerdere studie. Maar deze stap blijkt een logische wanneer Van Bergen uitlegt dat het binnen de architectuur om de functie en de leefbaarheid van een ruimte draait. En daar was het Van Bergen juist niet om te doen. “Het ging mij alleen om de ruimte, ik wijs ruimtes ook geen functie toe.” De bouwsteen die Van Bergen continu toepast in zijn werk is het toilet modulair. Een systeem dat is gebaseerd op de kleinst mogelijke leefruimte in een gebouw: het toilet. In het Nederlands Bouwbesluit zijn de maten van het standaard toilet vastgelegd, deze moet minimaal 110cm breed, 90cm lang en 260cm hoog zijn. Deze ruimte vormt telkens het uitgangspunt voor de schaalmodellen die hij maakt. “Het dient voor mij als een klein kader waarbinnen ik werk, en waarmee ik vervolgens vormen zo groot mogelijk probeer uit te beelden.” Het is een beperking die Van Bergen zichzelf heeft opgelegd. “Het maakt het voor mij allemaal wat overzichtelijker.” De uitspraak van Jules Deelder “Binnen de perken zijn de mogelijkheden even onbeperkt als daarbuiten”, is dan wellicht wel van toepassing op zijn werkwijze. De Limburger voelt zich binnen die beperking juist prettig; binnen die kleine afmeting kan hij zijn gedachten de vrije loop laten. “Ik zie het zelf niet zozeer als een limitatie, maar wanneer ik iets nieuws ga maken, merk ik dat die er wel is. Toch ontstaat er steeds als ik denk dat alle mogelijkheden de revue hebben gepasseerd weer iets nieuws. Het is interessant om te kijken hoe ver je kunt gaan, terwijl je jezelf een beperking hebt opgelegd.” Zijn werk is strak en zorgvuldig uitgekiend maar dat wil niet zeggen dat hij zelf in een huis zonder voorzieningen woont. “In mijn dagelijks leven is het één grote chaos. De ruimtes die ik maak zijn ook niet leefbaar, en daar
Jeroen van Bergen
12
Gc Update
Aniek Zinken
Collectie Toile-de-Luxe, Foto: Sanja Marusic
Glamcult loves M˚BA 13 M˚BA 13 komt eraan! De vierdejaars modestudenten van ArtEZ showen tijdens deze expo hun afstudeercollecties— en het ontstaan hiervan—tijdens deze 5e editie van de Arnhem Mode Biënnale. Glamcult is mediapartner van M˚BA 13 en laat je de komende drie maanden kennismaken met deze aanstormende talenten.
Collectie Toile-de-Luxe, Foto: Sophie de Vos
Joris Suk Hoe ben je begonnen aan je afstudeercollectie? Het begint bij mij met een onderbuikgevoel. Dat gevoel krijgt gaandeweg vorm, en daaruit vloeit een concept voort. Ik probeer altijd mijn ratio uit te schakelen en keuzes te maken die intuïtief goed voelen. Welke materialen heb je gebruikt? Denim, jersey, wollen satijnbindingen en veel katoen in platbindingen. Maar ik kies materiaal nooit specifiek. Het ligt eraan wat mijn collectie nodig heeft op dat moment.
Wat was jouw inspiratiebron voor het maken van deze collectie? Ik wilde graag naar een oplossing zoeken voor het creëren van een groot silhouet zonder veel hulpmiddelen te moeten gebruiken. Klederdrachten in Nederland en de rituelen daarachter hielpen me daarbij.
Hoe beschrijf je jouw afstudeercollectie? Mijn collectie staat in het teken van het versmelten van paradoxen in ons bestaan. Hieruit is een collectiebeeld ontstaan waarbij de voor- en achterkant van een kledingstuk los van elkaar benaderd zijn, maar op zo’n manier zijn vormgegeven dat ze niet zonder elkaar kunnen en één geheel zijn geworden.
Glam cult loves M ˚ BA 13
Hoe zou je een ontwerp van jouw hand omschrijven? Ik wil man en vrouw als gelijken benaderen omdat ik niet geloof in een verschil tussen die twee. Ik noem mijn ontwerpen daarom sekse-loos. Draagt je collectie een bepaalde boodschap uit? De modellen hebben geen identiteit, gender en gezicht. Dit staat voor de vraag waar de seks zich bevindt als het geslacht er niet meer toe doet.
Welke materialen heb je gebruikt in je eindcollectie? Veel zijden, katoenen en wollen stoffen, maar daarnaast ook stoffen met plastic coatings en bijvoorbeeld harige materialen. Ik ben vooral zelf veel bezig geweest om stoffen te bewerken en samen te brengen. Welke technieken heb je gebruikt? Ik heb oude smoktechnieken gebruikt en uitvergroot. Daarnaast heb ik delen van de ontwerpen verstevigd, waardoor er grotere volumes konden ontstaan. Hoe zou je een ontwerp van jouw hand omschrijven? Een ontwerp van mij bevat historische elementen. Vaak gebruik ik een bekend silhouet, dat ik invul met elementen uit het nu.
Jet Teunis Wanneer wist je dat je modeontwerper wilde worden? Al vrij jong was ik druk bezig met dingen maken. Als ik een idee in mijn hoofd had, ging ik gewoon beginnen. Als kleuter wilde ik graag een mozaïek maken van gekleurd glas. Ik heb toen mijn moeder om bierflesjes gevraagd die ik stuk wilde slaan. Uiteraard eindigde dit in tranen, want daar waren mijn ouders het natuurlijk niet mee eens. Hoe hebben de afgelopen vier jaar jou gevormd als ontwerper? Het experimentele eerste jaar was niet mijn ding. Daarom ben ik me in het tweede jaar meer gaan richten op de draagbare sector. Aan het eind van het derde jaar heb ik voor kinderkleding gekozen, waarin ik me verder heb ontwikkeld tijdens mijn stage op de jongensafdeling van de HEMA.
Met welk materiaal werk je het liefst? Sterke, stevige natuurlijke materialen. Ik werk voornamelijk met katoen en linnen. Hoe ben je begonnen aan je afstudeercollectie? Ik heb me gefocust op wat kinderkleding volgens mij zou moeten zijn. Mijn doel is om kleding weer echt voor kinderen te ontwerpen in plaats van volwassen kleren in mini-formaat te maken. Wat vormde de inspiratiebron voor het maken van deze collectie? De aan elkaar geknoopte en te grote kinderkleding die tijdens de crisis in de jaren 30 van (grote) broer tot (kleine) broer werd overgedragen.
14
Collectie Toile-de-Luxe, Foto: Karin jonkers
Door Daniëlle van Dongen
Waar heb je stage gelopen? Bij Louise Gray in Londen. Het was goed om te zien hoe haar collecties tot stand komen en hoe duidelijk haar handschrift constant terug te vinden is in haar werk.
Glamcult loves M˚BA 13
Henriette Tilanus
Hoe zou je een ontwerp van jouw hand omschrijven? Mijn ontwerpen hebben een nonchalante en pure uitstraling met een scheve elegantie. Met kleine ingrepen laat ik een vorm ontstaan en combineer deze met elementen van verleiding en vervreemding.
Christina Engsig
Wat zijn jouw inspiratiebronnen geweest bij het maken van deze collectie? Ik werd geïnspireerd door elementen die een continue ontwikkeling doormaken, zoals oxiderende koperen daken. Collectie Toile-de-Luxe, Foto: Sophie van de Perre
Collectie Toile-de-Luxe, Foto: Fabian Landewee
Hoe zou je jouw afstudeer collectie beschrijven? Nonchalant gecreëerde plooien en fragiele opengesneden vlakken die tot leven komen door beweging. De beweging onthult de verborgen effecten en contrasten tussen extreem matte en glanzende materialen. Welke technieken heb je gebruikt? Door het toevoegen van bijzondere glanzen aan natuurlijke materialen heb ik geprobeerd een spanningsveld te creëren. Ik heb daarvoor papier en metaal verwerkt in breisels en weefsels.
Hoe hebben deze afgelopen vier jaar jou gevormd als ontwerper? Ik heb geleerd om mijn eigen wereld uit te diepen en daar soms ook uit te durven stappen.
Hoe heb je het proces ervaren? Het is ontzettend fijn geweest om me te verdiepen in de wereld om me heen, en in mijn ontwerpen. Ik geniet ervan om dagen lang te experimenteren met zeef d rukken en te mouleren op een pop.
Sarah van Ours Hoe hebben deze afgelopen vier jaar jou gevormd als ontwerper? Ik ben erachter gekomen dat ik liever voor mannen ontwerp, en ik durf meer. Maar als ontwerper stopt het proces van ontwikkeling nooit.
Heb je een favoriete ontwerper? Tao Kurihara roept met haar poëtische collecties een bijna melancholisch gevoel bij mij op. Zo mooi!
Wie vormde de inspiratie voor het maken van deze collectie? Dame Edith Sitwell en haar omgeving in de jaren 20. Haar liefde voor kunst, maar ook haar gekte en eenzaamheid. Het beeld waarop zij in een geborduurde jas, op een zwart-witte tegelvloer met een grote bos bloemen in haar hand ligt, is de sfeer die ik met mijn collectie wil oproepen.
Heb je een materiaal waar je het liefst mee werkt? Eerder met de technieken achter de materialen. Borduren (ook op plastic), machinaal breien, weven, stof uit elkaar trekken of met de hand beschilderen.
Draagt je collectie een bepaalde boodschap uit? Een ode aan de versiering, maar op een donkere, gevoelige manier! De prints heb ik geborduurd op plastic alsof de stof is vergaan, de strepen een beetje uitgelopen en de bloemen verschoten.
Piet Caarls
Collectie Toile-de-Luxe, Foto: Landa Penders
Wat zijn de inspiratiebronnen geweest voor het maken van deze collectie? Met de ene voet sta ik in de jaren 50 en met de andere in de jaren 90. Hierbij heb ik gekeken naar iconen zoals Kurt Cobain, die ook een inspi ratiebron is voor mijn dessins. Ook heb ik gekeken naar bepaalde kledingstukken en silhouetten, zoals de taillebroeken en sportbroekjes van de man in de fifties. Welke materialen heb je gebruikt? Ik werk voor het grootste deel met natuurlijke stoffen zoals zijde en wol. Binnen deze collectie zijn de wollen vrij zwaar en de zijdes daarentegen heel licht en fragiel, bijna transparant. Ook heb ik glanzend leer in de kledingstukken verwerkt.
Collectie Toile-de-Luxe, Foto: Luka Karssenberg
Hoe zou je een ontwerp van jouw hand omschrijven? Ik neem vaak klassieke elementen uit een bepaalde cultuur, of kijk naar een klassiek kledingstuk en geef er mijn eigen draai aan.
Wanneer wist je dat je modeontwerper wilde worden? Ik ben op jonge leeftijd al begonnen met het maken van ‘TMF-awards-pakjes’. Zo noemde ik mijn creaties, omdat de vj’s vaak absurde en meestal bloedo rdinaire creaties aan hadden. Heb je een favoriete ontwerper? Ik ben een Phoebe Philo-fan. Wat zij voor Céline doet, vind ik geniaal. Ze is zo vernieuwend in haar ontwerpen en materialen en maakt zelden een misstap.
Is je collectie gemaakt met een bepaald type persoon in gedachte? De moderne man die plezier heeft in het dragen van mijn kleding, maar vooral ook durf heeft.
Hoe beschrijf je jouw afstudeercollectie? Als vrouwelijke sculpturale vormen losgelaten op het klassieke mannenpak. Als een contrast op mijn Toile-de-Luxe collectie die juist erg klassiek en vrouwelijk was.
15
Heb je gebruik gemaakt van een speciale of vernieuwende techniek? Voor de styling ben ik bezig met applicaties van keramiek om op accessoires te bevestigen. Alleen is keramiek zeer fragiel, dus ik doe nog onderzoek naar een sterker materiaal dat ook gietbaar is. Wat ga je na je afstuderen doen? Ik wil aan het werk gaan bij een label waar ik me kan focussen op vormonderzoek en op patronen. Ik heb de afge lopen jaren geleerd dat moulage, het driedimensionaal vormgeven met stof op een lijf, mijn sterkste punt is en daarom my main focus.
Gc Update
Door Daniëlle van Dongen Fotografie: Taufiq Hosen
Borre Akkersdijk Borre Akkersdijk is geen modeontwerper. Althans, not the average one. Hij ziet zichzelf meer als iemand die textiel ontwikkelt en het een functie wil geven. Hij heeft geen miljoenenbudget zoals de big boys, maar wel een bodemloze put aan creativiteit en materiaalkennis. Akkersdijk hoopt dat mensen zien dat het hem niet te doen is om geld en roem. Met een aanstekelijk enthousiasme en een zekere bescheidenheid praat hij met Glamcult over zijn label byBorre.
Het gaat Borre Akkersdijk, die in 2009 afstudeerde aan de Design Academy Eindhoven om the bigger picture. Hoe je letterlijk iets in elkaar zet, vindt hij niet zo interessant. “Mijn hart heeft altijd bij mode gelegen, maar het gaat me vooral om materiaalkennis en conceptueel ontwerpen.” De Design Academy Eindhoven bleek de perfecte plek om hier kennis in op te doen. “Na het 3 e jaar ben ik tussendoor naar het Fashion Insitute of Technology in New York gegaan. Daar heb ik geleerd ook te kijken naar het technische gedeelte.” Voor zijn afstudeercollectie Ready Made maakte Akkersdijk gebruik van een door hemzelf ontwikkelde techniek, waarbij hij patroondelen in een rondbreimachine zette, om ze
“Dit was mijn eerste doek. Ik had veel stof over en daar heb ik kussens van gemaakt.”
Foto genomen tijdens Flat: byBorre in Gallery 33
“Dit zijn spoelen met garen. Het beeld van bovenaf hoorde bij The First Cycle-collectie en staat voor de cirkel in het logo van mijn label. De ronde vorm staat voor mijn werkwijze waarin het proces voor mij net zo belangrijk is als het eindproduct en waarvoor het byBorre-team en ik een complete cirkel vormen. Op elke uitnodiging staat nu iets ronds wat daarbij hoort.”
v ervolgens uit te knippen en aan elkaar te bevestigen. Een machine die door textielfabrikant Innofa wordt gebruikt om omtrekstof voor matrassen te produceren vormde de inspiratie. “Ik vind het niet helemaal fair dat we met z’n allen opperen dat we alles moeten verbeteren, terwijl we niet eens teruggaan naar het productieproces en vanuit daar kijken hoe we nieuwe d ingen kunnen ontwikkelen. Dat vind ik belangrijk en vooral leuk.” In 2010 ging hij met Lidewij E delkoort, bij wie hij stage liep in Parijs en daarna bleef werken, naar Tokio en belandde op de verjaardag van zijn grote held, Issey Miyake. Van hem kreeg hij die avond het grote com pliment dat zijn werk een nieuwe stap
in de door hem ontwikkelde A-POC- methode was. “Het verschil is dat ik met vulling werk. Normaal gesproken valt deze er uit, maar door de manier waarop ik mijn ontwerpen afwerk, blijft hij zitten.” “Mijn eerste echte collectie, The First Cycle, begon als een collectie opdracht voor het Textielmuseum, maar eindigde als mijn eerste modeshow in Parijs. Iets wat ik nog nooit had gedaan en ik had dan ook geen idee hoe ik zoiets moest aanpakken. “Bij de Ready Made-collectie ging het om het textiel en niet om de vorm. Nu had ik de materialen en de kennis hoe deze goed gebruikt konden worden en wilde ik er echt shape mee creëren.”
“Deze jas is gemaakt met een rondbrei machine, die ervoor zorgt dat er een dubbel doek ontstaat, waar ook nog vulling in zit. Bij elke kleurovergang die je ziet moet ik de machine stopzetten en alle kleuren omknopen. Met 24 of meer garenspoelen die je dan moet verwisselen, maak je er bijna weer handwerk van. Dat heen en weer schuiven van materialen is iets wat onbewust altijd in mijn ontwerpen terugkomt.”
“Dit is een prototype dat ik heb ontwikkeld voor Moncler. Het is helaas nooit uitgevoerd, omdat deze grotendeels vanuit mijn eigen techniek was bedacht. Moncler zou daarvoor de hele fabriek van Innofa, waar ik produceer, nodig hebben gehad. Het prototype voor Moncler was groen, maar voor dit doek ben ik toch weer gaan spelen met kleurovergangen.”
“Dit zijn doeken waar sjaals uit zijn geknipt. In mijn werk zitten best veel verwijzingen naar mijn familie. Op de achterste sjaal zie je het patroon van een Afrikaanse kelim van mijn tante.”
16
Gc Platform
Interviews
18 32 Mattijs van Bergen: Rhye: “Ik vind de “Ik ben over álles hiërarchische bescheiden, behalve rolverdeling tussen over mijn werk.” mannen en vrouwen in popmuziek walgelijk!” 24 Rapper, dichter, 34 performance artiest Mø: “Wij jongeren en anarchist Mykki Blanco houdt in de westerse wel van een beetje wereld zijn zo damn choqueren. confused.” 28 Linder Sterling: “I often make things right by making them wrong.”
36 Het brein achter The Soft Moon blijkt ondanks zijn apocalypsobsessie geen doemdenker.
18
Door Natasja Admiraal Fotografie: Pablo Delfos—Manja Otten
Styling: Amber Myhre Bosch Assistent styling: Ricardo van Lachterop Alle kleding MATTIJS
Top S/S 13, rok S/S 13, riem vanaf 2012, armbanden S/S 09
Mattijs van Bergen Modeontwerper Mattijs van Bergen gaat zelden voor de makkelijke weg. Hij verkiest een fijn handsteekje boven een machinaal stiksel, laat zijn kleuren flink clashen en is a ltijd op zoek naar het perfecte silhouet. Glamcult zocht de ontwerper op in zijn atelier in Amsterdam en ontdekte dat zijn werk een afspiegeling is van zijn persoonlijkheid. “Bescheidenheid is bij mij geen verlegenheid.” 19
Gc Interview
Colbert en broek S/S 10, brede en dunne riem en armband vanaf 2012
Mattijs van Bergen
Terwijl zijn assistenten en stagiairs ijverig aan het werk zijn, kijkt Mattijs van Bergen van een afstandje lachend toe. Een geschilderde versie van hem althans. Het kleurrijke portret aan de muur is gemaakt door een bevriend kunstenaar uit Londen. De gang van de voormalige Amsterdamse meisjesschool dient als opslagplaats voor zijn indrukwekkende verzameling tijdschriften. We wijken uit naar een wat rustigere plek: de pas verbouwde keuken die hij deelt met andere creatieve ondernemers. Mattijs (wollen grijze kabeltrui, rossige baard) maakt een relaxte indruk. Toch plaatste hij nog geen jaar geleden een oproep op internet, omdat hij financiële hulp zocht. Het was twee weken voor zijn grote show in Londen en plotseling had de sponsor afgezegd. Met behulp van crowdfunding kon het uiteindelijk toch doorgaan. Eind november won hij de M ercedes-Benz Dutch Fashion Award én de International Fashion Incubator Award 2012. De jury prees het joie de v ivre dat uit zijn collectie sprak en noemde hem de vaandeldrager van de N ederlandse mode. “Een springplank voor de internationale markt”, vindt Mattijs. “Dankzij deze prijs heb ik mijn werk kunnen presenteren op buitenlandse beurzen in Parijs en Milaan, daar zijn goede bestellingen uit voortge komen. Zelf heb ik echt het gevoel dat ik mijn manier van werken gevonden heb, het is fijn om die bevestiging ook van anderen te krijgen.” Na de Dutch Fashion Awards werd zijn werk goed verkocht bij Margreeth Olsthoorn en vanaf deze winter is de collectie onder andere verkrijgbaar in Hong Kong en Peking. Voor de collectie waarmee hij de Dutch Fashion Awards won, gebruikte hij materialen die hij nog in zijn atelier had liggen: een rol Yves Saint Laurent-stof met panterprint (ooit gekocht in Londen), uitbundig glimmende carnavalsstoffen die hij had meegenomen uit Aruba en zijde met een ikatprint uit Turkije. “De collectie kwam vooral voort uit mijn verzamelwoede; ik ben gek op mooie stoffen. Als het geen crisis was geweest, had ik deze collectie misschien ook wel
20
gemaakt.” Voor autumn/winter 2013 werkte hij eveneens met stoffen uit zijn voorraad. Bepaalde items zijn daardoor gelimiteerd, maar veel boetieks vinden die exclusiviteit een meerwaarde. Dat met weinig middelen de mooiste dingen ontstaan, bewijst ook zijn autumn/winter 2009 collectie Blanco. Bij gebrek aan budget gebruikte hij daarvoor proefkatoen dat hij vervolgens bewerkte met een balpen. Een onconventionele techniek die desondanks net zo arbeidsintensief bleek als borduren. “Wekenlang hebben we met het hele team de vlakken ingekleurd. Het inktblauw is prachtig en de fijne lijntjes geven de collectie een coutureg evoel.” Zijn moeder is edelsmid en vertaalde de geplisseerde stoffen naar koperen sieraden. Mattijs is liefhebber van niet voor de hand liggende opl ossingen en handwerk. “Kun je dat niet met de machine doen?”, wordt hem regelmatig gevraagd. “Ja, maar dat handsteekje vind ik juist zo mooi”, a ntwoordt hij dan—ook al kiest hij daarmee voor de moeilijke weg. Hij is naar eigen zeggen een combinatie van een perfectionist en een chaoot. “Het chaotische zit ’em in mijn instinctieve werkwijze en in het feit dat ik me moeilijk aan schema’s kan houden. Bij gebrek aan urgentie, schuif ik gerust iets drie weken voor me uit. Het perfectionisme uit zich in het handwerk. Op Central Saint Martins heb ik geleerd nooit tevreden te zijn.” Hoewel academies hun studenten vaak stimuleren om vanuit een concept te werken, begint het ontwerpproces voor Mattijs bij het materiaal. “De stof vertelt mij wat ik moet doen. Veel stoffen koop ik onbewerkt en laat ik plisseren in een Engelse fabriek. Zij hebben een scala aan fantasieplissés die ik nog nooit uitgeprobeerd heb, maar meestal ga ik voor de eenvoudige versie. Interessant is dat door het plisseren de textuur van de stof verandert, het geeft diepte aan een kledingstuk. Dat is wat ik met mijn ontwerpen wil bereiken: beweging en souplesse”, legt de ontwerper uit. Zijn collecties zitten vol interessan-
Rok A/W 10, bolero en riem vanaf 2012
Jas, riem en armbanden vanaf 2012, oorbellen S/S 10
Mattijs van Bergen
21
Gc Interview
Jasje S/S 09, blouse A/W 12, sieraden S/S 13, riem vanaf 2012
Mattijs van Bergen
zetten.” De taal spreekt hij al, want toen Mattijs vijf maanden door Brazilië reisde, leerde hij Portugees. Met zijn vriend Marcus is hij er nog een keer geweest en toen gingen zijn lookbooks van hand tot hand. “Waarom kunnen we dat hier niet krijgen?”, riepen al zijn vriendinnen. Geboren in 1980 is Mattijs echt een eighties kind. “Enerzijds ben ik sterk beïnvloed door mijn ouders: de vrijheid, de rommelige kleding, het hippiegevoel. Aan de andere kant hebben de jaren 80 mij gevormd. Mijn vader is reclameontwerper en had een heleboel edities van modetijdschrift Avenue. Daar stonden schitterende foto’s in van vrouwen met grote jassen op ijsschotsen!” Hoewel Mattijs integer en bescheiden overkomt, draait hij zijn hand niet om voor dramatische silhouetten. Bescheidenheid is bij hem geen verlegenheid. Want zoals Fong Leng ooit omschreef: “Ik ben over álles bescheiden, behalve over mijn werk.” Zo heeft ook Mattijs geleerd trots te zijn op wat hij doet. “Ik krijg veel waardering en dat is vast niet voor niets. Mijn
grote kracht is dat ik weet wat vrouwen willen: sterk zijn, verleiden en mooi gevonden worden. Wie ik graag nog eens in mijn ontwerpen zou willen zien? De Amerikaanse actrice Julianne Moore— dat is helemaal mijn type. Ik heb een zwak voor rood haar en voor sterke vrouwen. Zoals ook mijn vriendin Jolanda van den Berg, die haar achttien talenten voor 100 procent inzet. Heel inspirerend. Ze helpt mij nu met de verkoopkant van mijn bedrijf en draagt mijn kleding graag. Het staat haar prachtig.” Met zijn ‘gouden handen’ is Mattijs beslist een publiekslieveling, voor veel stylisten is het een droom om met hem te werken. Toch is Nederland eigenlijk te klein voor hem. Om echt succesvol te kunnen worden, heeft hij een groter speelveld nodig. “De steun die ik hier krijg is fantastisch! Mijn werk wordt op de rode loper gedragen en ik krijg veel media-aandacht. Van buitenaf lijkt het daardoor misschien of ik al lange tijd heel succesvol ben, maar in werkelijkheid gaat dat niet altijd gelijk op.” Toen hij vorig jaar zijn oproep op internet
22
wilde plaatsen, raadde zijn omgeving hem dat sterk af. “Maar waarom zou ik de schijn ophouden als ik hulp nodig heb? En het werkte; de reacties waren heel positief. Misschien verlies je een aantal klanten die enkel geld willen uitgeven aan merken waar een zweem van sjiek omheen hangt. Maar de vraag is: wil ik hen wel als klant? Het idee van ‘succes volgt vanuit succes’ vind ik zo ouderwets. Ik geloof in openheid en volg mijn hart.” www.mattijsvanbergen.com
Blouse, rok en ketting S/S 10, brede riem vanaf 2012, sneaker Converse
te details: ruches, plooien, een bijzondere mouwinzet. Het ontwerpen van accessoires gaat hem ook goed af. Hij maakt sieraden en schoenen in samenwerking met United Nude. Bang voor kleur is Mattijs niet. Zo kwamen er al eens een fuchsiaroze kokerrok en een kobaltblauwe maxijurk voorbij. “Sommige mensen moeten het hebben van een kleurtrendanalyse, maar ik kies mijn kleuren instinctief. Vaak klopt het ook nog eens precies met wat er dat seizoen in de lucht hangt! Ik houd niet van veilig en laat kleuren juist clashen: rood met roze of fuchsia met zwart, typisch jaren 80. Als ik schets, bedenk ik ook direct kleuren. Ik droom ook in kleur.” Dat zijn collecties goed aanslaan in zuidelijke landen is geen toeval. “Hoe noordelijker je gaat, hoe donkerder men zich kleedt. Daarnaast doen mijn metallic stoffen het goed in combinatie met zonlicht. Het is mijn wens ooit een show in São Paulo te geven. Mijn verloofde is Braziliaans en heeft daar een netwerk. Een show alleen is niet genoeg, ik wil dan ook meteen mijn label goed in de markt
23
Gc Interview
24
Pet New Era, trui en shorts Alexander Wang, schoenen Dr. Martens, ketting Ek Thongprasert
Door Sander van Dalsum Fotografie: Marco van Rijt—Eric Elenbaas
Styling: JeanPaul Paula Haar en make-up: Yokaw Pat—Angelique Hoorn Assistent fotografie: Humphrey Khouw
Mykki Blanco Anime Angel Spice, Loco Motherfucker, Black Sailor Moon, Young Castro, Black Jew Prince, Betty Rubble en natuurlijk Mykki Blanco. Het aantal namen en persoonlijkheden dat Michael David Quattlebaum Jr. aan zichzelf heeft toegekend loopt nog altijd op. De rapper, ofwel performance artiest, houdt niet van restricties. “Ik kan zijn wie ik wil, en dat geeft mij onbeperkte vrijheid.� 25
Gc Interview
Top en broek Kenzo
Mykki Blanco
comfortabel bij te voelen.” Deze uiting resulteerde in Michaels eerste publicatie, die werd uitgegeven door OHWOW— een creatief platform voor ( jonge) kunstenaars. “In From the Silence of Duchamp to The Noise of Boys omschrijf ik mijn e rvaringen als tiener in New York. Je zou het mijn coming of age kunnen noemen.” De gedichten in dit boekwerk werden live opgevoerd door Michael, die hiervoor de industrial punk-act No Fear oprichtte. Dit bleek zijn eerste stap richting muziek. Rond dezelfde tijd startte Michael een ander project, waarin hij zich verkleedt als tienermeisje en een videodagboek opneemt achter zijn webcam. Het personage dat in deze video’s al rappend haar hart uitstort heet Mykki Blanco. Michael liep al enige tijd over straat in vrouwenkleding, maar het is op dit moment dat zijn identity shift vorm gaat nemen. “Vrienden vertelden mij dat ik best aardig kon rappen, en dat ik er meer mee moest doen. Mykki Blanco werd toen langzaam mijn stage name.” Het personage dat bestond op het p odium in de band No Fear en de ui tingen van transgender Mykki Blanco fuseerden en gaven Michael meer vrijheid dan voorheen. “Ik put veel creativiteit uit het spelen van een ander personage. Als kind was ik al acteur en deed veel aan theater. Dit talent
gebruik ik nu tijdens mijn concerten en het opnemen van videoclips. Mykki Blanco is hierdoor een begrip geworden in New York.” Sinds afgelopen jaar lijkt het erop dat de mensen buiten de New Yorkse underground scene zijn muziek ook o ppikken. Het grimmig visuele en muzikale werk Join My Militia, waarin Mykki gehuld in lingerie en een pruik over een zandvlakte kruipt, lokte online een hoop verbaasde reacties uit. “Ik houd van shockrock. Ozzy Osbourne beet de kop van een vleermuis af, en ik stop een inktvis in mijn mond. Muzikanten moeten een bepaalde mythologie om hun werk heen creëren. Hierdoor krijgt je muziek een verhaal en blijft het meer hangen.” De mysterieuze songtitels en bijnamen van Blanco geven in elk geval genoeg om op te bouwen. “Mijn mixtape heet Cosmic Angel: The Illuminati Princess, maar er zit geen samenzwering achter de titel, zoals het misschien doet vermoeden. Hoe cool zou dat zijn? Kijk naar de Wu-Tang Clan en de hele martial arts-folklore daarachter, daar hebben mensen het nóg over!” De producties van Mykki Blanco bevatten geen typische hiphopbeats. Daarnaast is vooral het opvallende u iterlijk van de rapper niet gebruikelijk voor de heersende machocultuur in de wereld van rap. Toch kent Michael
26
een grote schare liefhebbers. “Mijn publiek is altijd energiek en heel divers. Gisteren bij mijn optreden waren er hipsters, hiphoppers, kunstacademielui en punkers aanwezig. Ik heb nog nooit a fkeurende blikken gekregen t ijdens een concert. Ik ben mij gaan kleden als een meisje, omdat het me vrijheid geeft. Met elk personage kan ik op een andere manier rappen, en de meeste van mijn typetjes zijn nu eenmaal vrouwelijk. De rap game kan mij niets interesseren, want het is niet de wereld waarin ik mij wil begeven. Ik heb geen acceptatie nodig van bepaalde groepen. Als het er is, mooi meegenomen. Zo niet, jammer dan. Op dit moment reis ik de hele wereld over, dus blijkbaar doe ik iets goed.” www.mykkiblancoworld.com Muts Marc by Marc Jacobs, jas Komakino, trui, overhemd om middel en broeklegging 3.1 Phillip Lim, sokken American Apparel, schoenen Nike
“Een artiest zijn kost geld, heel veel geld.” Toen Michael wegliep van huis om een ander bestaan op te bouwen in New York, kwam de jonge punker er al snel achter dat de stad niet was wat hij er zich van had voorgesteld. Van familieproblemen was geen sprake. Michael was de veilige omgeving zat en wilde, net als in de boeken die hij las, het avontuur opzoeken. Na een korte periode van zelfontdekking en constant blut zijn, moest Michael terug naar NoordCarolina. De 16-jarige anarchist werd opgespoord door een privéd etective, die was ingehuurd door zijn ongeruste moeder. Michael bleef echter terug keren naar New York, en besloot in 2008 definitief te verhuizen naar de stad. “Toen ik in New York ging wonen, wilde ik nog steeds kunstenaar worden. Ik was into installatiekunst en videokunst, maar ik kwam er geleidelijk achter dat ik een dergelijk bestaan helemaal niet kon betalen. Je hebt er materialen voor nodig. En als je die al hebt, heb je nog een ruimte nodig. Dit vraagt een hoop geld en energie!” Michael had een realistische kijk op de situatie, maar liet zich er niet door ontmoedigen. “Creativiteit is vrij en niet materialistisch. Ik begon me te concentreren op schrijven. Het enige wat je daarvoor nodig hebt, is pen en papier, of een computer. Ik schreef mijn ervaringen op en bleek me er heel
Mykki Blanco
27
Gc Interview
Zonder titel, 1977
Door Danielle Hielckert
Linder Sterling “Vanaf de dag dat ik geboren ben, voelt het leven tegenstrijdig en intens. Ik heb me nooit thuis gevoeld in mijn eigen huid of het gevoel gehad ergens bij te horen.” De opkomst van punk maakte dat Linder Sterling een manier vond om zichzelf uit te drukken. Glamcult praat met de feministische kunstenaar over haar ontwikkeling en de iconische werken die nu te zien zijn in een retrospectief in het Musée d’Art Moderne de la Ville in Parijs. 29
Gc Interview
advertenties. In haar werk speelt ze met genderrollen of zoals ze zegt: “I often make things right by making them wrong.” Zo combineert ze pornografische beelden met reclamebeelden van huishoud artikelen, vooral tijdschriften uit de jaren 50 en 60 inspireren haar. “Als je naar beelden uit het verleden kijkt, is het heel makkelijk om aan de ene kant vooruitgang en vrijheid voor zowel mannen als vrouwen te zien, maar dat aan de andere kant de hang naar seksespecifieke verwachtingen blijft bestaan. En zo is het nog steeds. We putten onszelf uit door te proberen te voldoen aan het verwachtingspatroon van anderen. En zo zal het nog wel even blijven voordat we een neutrale samenleving hebben.” Toch is er ook wel wat veranderd, bijvoorbeeld in de kunstwereld. De meeste overzichtstentoonstellingen die de afgelopen eeuwen weergeven waren voor het overgrote deel altijd aan mannen gewijd. Tegenwoordig worden er steeds meer vrouwelijke kunstenaars in de collecties opgenomen. “We hebben ook vrouwelijke rolmodellen uit het verleden nodig om onszelf te kunnen projecteren in de toekomst. Een besef van onze geschiedenis is belangrijk, als dit ontbreekt dan creëer je werk zonder basis. Het is nodig om ergens aan te kunnen refereren. Bij de meeste musea voor moderne kunst is de balans al veel beter, waardoor de druk bij andere musea ook toeneemt. In Engeland lopen ze hierin enigszins achter!” Omdat Linder altijd bezig is met het creëren dan wel doorbreken van identiteit, is zij zelf ook vaak het object van haar eigen werken. Ze houdt ervan om aan beide kanten van de camera
Zonder titel, 1978
Linder vertelt dat haar ogen op haar 16 e door het feminisme geopend werden. “Ik zag dat alles wat natuurlijk leek, dat bijna nooit was, maar geconstrueerd.” Op haar 18 e begon ze zichzelf creatief te uiten. “Als je kunst en feminisme met elkaar combineert, dan kun je niet verlegen zijn. Je kunt niet aan de zijlijn gaan staan fluisteren en verwachten dat iemand je hoort. Maar je kunt ook niet alleen maar controversieel zijn, daarmee houd je niemands aandacht lang vast. Dus ik gebruik glamour, schoonheid en seks, net als in reclamecampagnes. Maar dan anders.” Een van Linders meest bekende werken is de albumcover van Orgasm Addict van de Buzzcocks. Linder ontmoette de bandleden in 1976 bij een concert van The Sex Pistols en zij vroegen haar of ze het niet leuk vond om ook wat voor hen te doen. “In die tijd ging het allemaal makkelijker, iedereen kende en hielp elkaar”, vertelt ze. “Daarnaast waren de tabloids zo druk bezig met het belachelijk maken van alle aspecten van de punkscene, dat deze bands wel alle covers sierden. Zo bereikte de stroming ook jongeren die hier anders niet mee in aanraking waren gekomen.” Linder maakte samen met Jon Savage in reactie hierop het fan zine The Secret Public, omdat zij vonden dat wat dat tijdperk echt reflecteerde helemaal niet te zien was in mainstream media. “Ik denk dat punk de laatste, echte underground stroming was die én muziek én mode én film én literatuur bevatte.” Linders meest iconische werken zijn haar collages. Ze probeert te breken met en te laten zien hoe identiteit geconstrueerd is in bijvoorbeeld tijdschrift
Troïka, 2008
Linder Sterling
te staan. “Door zowel subject als object te zijn is er sprake van een psychologische ontwrichting, die ik mezelf aandoe. Maar ik denk dat heel veel vrouwen dit zichzelf sowieso aandoen. We creëren iemand die we denken te willen zijn. En zijn ons daar vervolgens erg bewust van.” Maar soms wil ze gewoon verdwijnen, niet zelf het onderwerp van controverse zijn en laat ze, zoals ze zelf zegt, elegante dummies het woord doen. Zelf vindt ze de meeste vrijheid in beeldende kunst. Vanwege de mogelijkheid om te kunnen improviseren, maar ook vanwege de vluchtigheid. Het is er in het hier en nu en daarna niet meer. Maar vrijheid is voor Linder een relatief begrip. “Ik word niet in mijn creativiteit beperkt, niemand houdt een pistool tegen mijn hoofd en verbiedt me iets. In het westen zijn er geen echte culturele of religieuze problemen die beperkingen veroorzaken. Ik kan werken met beelden van hardcore pornografie en die combineren met een ballet van Léonide Massine zonder me druk te hoeven maken over mijn veiligheid. In andere delen van de wereld worden vrouwen gemarteld als ze ook maar iets van creativiteit uiten.” Voor de opening van de tentoon stelling Linder: Femme / Objet ontwierp ze het ballet The Ultimate Form. Samen met choreograaf Kenneth Tindall creëerde ze dit stuk binnen een dag. De muziek liet ze achteraf door Stuart McCallum maken, die deze componeerde als filmmuziek. Ook de kleding werd pas ontworpen (door Pam Hogg) nadat de choreografie af was. “Ik was ontzettend geïnteresseerd in klassiek ballet, maar wilde dit uit de normale
30
context halen. Het laten doen wat het niet zou moeten doen. Door het creatieve proces door de war te schoppen, heb ik een extra dimensie toegevoegd. De verschillende componenten hebben zich niet mét elkaar ontwikkeld, maar los van elkaar. Daardoor horen ze bij elkaar, maar zijn ook opzichzelfstaand. Dit zorgt voor een mooie mix tussen vervreemding en samenhang.” Haar ballet is veel minder choquerend dan bijvoorbeeld haar optreden met haar band Ludus in 1982 in The Hacienda in Manchester. Haar managers deelden daar hapjes uit, die verpakt waren in pornomagazines en de club was gedecoreerd met in verf gedompelde tampons. Toch vindt ze niet dat ze milder is geworden. “Juist het tegenovergestelde. Ik voel me zo zeker dat ik mezelf niet meer hoef te bewijzen door middel van controverse. Ik ben nu op een punt dat ik weet waar ik vandaan kom en waar ik heen ga.” Later dit jaar exposeert ze ook in Los Angeles. Een hele logische stap volgens Linder, want wat is een betere plek dan Hollywood voor een tentoonstelling over glamour, identiteit en genderrollen? “Een tentoonstelling in Parijs was mijn droom; het Musée d’Art Moderne de la Ville is altijd mijn lievelingsmuseum geweest. En van Parijs naar L.A. is haast zoals het verder hoort te gebeuren, omdat het voor mij als een sprookje in de 20 e eeuw voelt. Mijn eigen happy ending.” Linder: Femme / Objet is t/m 21 april 2013 te zien in het Musée d’Art Moderne de la Ville in Parijs. www.mam.paris.fr
Zonder titel, 1979
Linder Sterling
31
Gc Interview
Rhye
32
Door Leendert Sonnevelt
Rhye Wie er achter de soulvolle klanken van het mysterieuze Rhye schuilgaat, was voor velen een verrassing. Wellicht zal ook dit interview sommige luisteraars verbazen. Niet Sade, niet Tracey Thorn, maar Michael Milosh is de man met de prachtige stem. Samen met Robin Hannibal bracht hij onlangs het debuutalbum Woman uit. We spraken de veelzijdige muzikant over het ontstaan van Rhye, zijn wonderlijke stem en de definitie van authentieke muziek.
In het voorjaar van 2012 verscheen Open op het internet. Rhye’s eerste EP, met daarop een subtiele mix van disco en soul, werd gepresenteerd met de afbeelding van een vrouwenrug—een mysterieuze hint naar de titel van het duo’s eerste album. De foto was enigszins misleidend, want Rhye bleek te b estaan uit twee mannen. “Het was nooit onze bedoeling om anoniem te blijven”, vertelt Milosh. “Onze namen staan duidelijk op het album, we wilden destijds dan ook niets verbergen. Wel kozen we ervoor om als Rhye naar buiten te treden om een simpele reden: niet teveel over jezelf vertellen zorgt ervoor dat mensen hun eigen ervaring kunnen hebben met muziek.” Rhye is een eenheid, aldus M ilosh. Maar wie zijn de gezichten achter deze entiteit? Milosh werd in Toronto groot gebracht door muzikale ouders. “Mijn v ader is violist”, vertelt hij. “Op hele jonge leeftijd begon ik met het bespelen van de cello, en op mijn 9 e stuurde mijn ouders me naar art school. Daar leerde ik niet alleen musiceren in een orkest, maar ook zingen, dansen en acteren. Aan de universiteit richtte ik me op jazz, drums en zang.” Al snel hield Milosh het daarmee voor gezien. “Die richting vond ik echt niets. Elektronische producties en sound design waren veel interessanter!” Na de universiteit werkte de veelzijdige muzikant als solo-artiest. “Terwijl ik in L.A.
aan een van mijn eigen albums werkte, ontmoette ik Robin. We besloten om iets samen te doen, een side project.” Wat als bijzaak was bedoeld, werd door het platenlabel buiten gewoon enthousiast ontvangen. “We lieten drie nummers horen, maar ze wilden een heel album!”, lacht Milosh. Woman werd de titel van de gracieuze plaat. “Ik zie het album als een dagboek”, vertelt de zanger. “De teksten zijn gebaseerd op ware gebeurtenissen.” Wie de lyrics schreef, houdt Milosh liever voor zichzelf. “Alles is een product van Rhye als duo. Op die manier wordt de muziek niet verbonden aan Robin of mij, maar aan de luisteraar.” Zowel Milosh als Hannibal putte inspiratie uit verscheidene genres. “Robin en ik zijn vooral gefascineerd door de productietechnieken van elektronische muziek. Ook luisteren we veel naar Motown en klassieke composities, vooral die van Beethoven”, vertelt Milosh. Dat elementen uit deze muziek op hun album te horen zijn, valt niet uit te sluiten. “Waar je naar luistert en waar je mee opgroeit, is wat je vervolgens produceert. Je zou het kunnen vergelijken met de manier waarop ieder mens anders praat. Ik kan niet ontkennen dat ik de eerste helft van mijn leven cello heb gespeeld, it’s a part of me.” Toch proberen de mannen van Rhye hun nummers zo natuurlijk mogelijk te laten ontstaan.
“Wanneer ik een melodie hoor, spreek ik daar meestal zachtjes een tekst overheen. Daar is Woman het perfecte voorbeeld van. Mijn woorden kwamen als vanzelf tot leven. Ik zing in het hele nummer slechts één woord, maar de herhaling van dat ene woord is als een toverspreuk.” “I’m a fool for the shake in your thighs, I’m a fool for that sound in your sighs.” Op YouTube verscheen na een officiële video voor Open—inclusief waarschuwing voor ‘ongepaste inhoud’ —ook een huiskamerversie. In het filmpje draagt Milosh het nummer bij kaarslicht op aan de vrouw die tegenover hem zit. Bang om teveel van zichzelf te laten zien, is hij niet. “Ik probeer daar niet teveel bij stil te staan. Muziek is voor mij geen commercieel product, maar iets van mezelf. Hoe zou ik me goed kunnen voelen bij werk dat niet oprecht is?” Nadenkend vervolgt hij: “Als artiest moet je juist kwetsbaarheid en intimiteit kunnen tonen. Kunst is geen kunst als de maker niet oprecht is.” De veelbesproken stem van Milosh roept uiteraard vragen op. Dit doet hem weinig. “Het is onmogelijk om over jezelf te oordelen”, stelt hij nuchter. “Maar objectief gezien zing ik niet zo hoog.” Lachend: “Neem Thom Yorke bijvoorbeeld, die zingt een stuk hoger!” Dat de vocalen van Rhye nog regelmatig als die van een vrouw worden omschreven,
33
heeft volgens de zanger ook te maken met de zachtheid van de stem. “Die klank wordt verward met iets vrouwelijks. Op het moment dat mijn muziek wordt uitgebracht, laat ik het echter los. Ik moet het publiek dan ook vrij laten in hun b eleving ervan.” Niet alleen Rhye’s sound, maar ook de bezongen onderwerpen maken veel reacties los. “Helaas wordt van mannen nog steeds een traditionele benadering van vrouwen verwacht”, zucht Milosh. “Dat voelt heel ouderwets, alsof mannen een vaste rol moeten aannemen in hun relatie met vrouwen. Veel popnummers bevatten nog steeds die traditionele, hiërarchische rolverdeling. Ik vind dat walgelijk. Bovendien geloof ik er niets van; volgens mij willen de meeste mannen en vrouwen op precies dezelfde manier geliefd worden.” Toch gaat Rhye volgens de zanger niet in tegen de huidige cultuur. “Nee, absoluut niet!”, stelt hij beslist. “Maar in zekere zin is het wel een reactie op commerciële en populaire muziek. Rhye gaat over gevoelens, de werkelijke versie van de maatschappij.” www.rhyemusic.com
Gc Interview
Door Leendert Sonnevelt Fotografie: Lotte van Raalte
MĂ˜
34
MØ Als het aan haar overtuigende “Holler, holler, holler!” ligt, komt Karen Marie Ørsted rechtstreeks uit Brooklyn. Toch is de zangeres, beter bekend als MØ, afkomstig van het Deense platteland. Vergelijkingen met Grimes, waar menig journalist haar mee introduceert, slaan de plank mis. “De enige overeenkomst die ik kan bedenken is onze politieke voorkeur”, aldus MØ. Wat die voorkeur precies inhoudt? “Heel links natuurlijk, maar ik praat liever over muziek!”
“Als kind was ik gek op de Spice Girls, als tiener luisterde ik naar punk en daarna werd het hiphop. Nu maak ik een combinatie van alles. Of misschien wel niets.” MØ denkt hardop. Een interview afleggen in het Engels kost de 24-jarige artiest uit Kopenhagen soms wat moeite. “Progressive? Ik weet niet wat dat betekent”, lacht ze. “Maar het zal vast de juiste term voor mijn muziek zijn. Als mensen vragen wat voor soort nummers ik maak, beschrijf ik ze meestal als mix van indiepop, soul, street vibes en electro.” Pilgrim, MØ’s eerste single, verscheen een half jaar geleden op YouTube. In de bijbehorende video worden vintage filmbeelden afgewisseld met webcamshots van de zangeres. “Ik probeer zoveel mogelijk zelf te doen. Die video maakte ik bijvoorbeeld met een goede vriendin. Ook maak ik veel flyers en collages, maar de laatste tijd is het daar bijna te druk voor. Ik ben nu aan het touren en MØ wordt steeds groter”, legt ze bescheiden uit. “Een paar maanden geleden kende niemand me. Ik had 400 likes op Facebook en schreef nog al mijn updates in het Deens. Inmiddels is dat onmogelijk, zo snel gaat het. Soms lijkt het net alsof ik er zelf niet bij ben. Dat voelt heel raar, in a good way though!” Een terugkerend onderwerp in het gesprek met MØ is haar land van herkomst. “Ik denk niet dat je mijn achter grond kan scheiden van mijn muziek”,
stelt ze. “Ik kom uit een heel klein dorpje op het eiland Funen. Toen ik heel jong was, maakte ik liedjes achter de piano. Dat was iets therapeutisch. Misschien ligt het aan mij, maar ik hoor in mijn nummers nog steeds de vrijheid en de ruimte van het platteland.” Niet alleen Denemarken, maar ook New York heeft invloed gehad op de zangeres. “Voordat ik MØ begon, was ik lid van een punkduo. Tijdens een uitwisseling van de art school waar ik toen naartoe ging, reisden we naar New York om JD Samson te assisteren. Dat was geweldig!” De invloed van deze feministische electropunker was, bijna logischerwijs, heel groot. “Haar persoonlijkheid, haar leven en de dingen waar ze voor staat—I love her!” Waar geen enkele artiest onderuit komt, zijn vergelijkingen in de media. In MØ’s geval zijn Santigold, Lana Del Rey en Grimes veelgenoemde namen. “Ik houd me niet zo bezig met nieuwe muziek”, reageert de zangeres. “De enige band waar ik heel veel naar luister is Sonic Youth.” Lachend: “Sorry, ik ben niet zo goed op de hoogte. Grimes wordt heel vaak genoemd, maar we klinken totaal verschillend. Iemand vertelde me pas dat onze carrière op dezelfde manier is begonnen, maar ik weet niet eens of dat echt zo is.” Na een korte stilte vervolgt ze: “Begrijp me niet verkeerd, ik vind het een eer om in hetzelfde rijtje genoemd te worden. Toch is de enige overeenkomst die ik
kan bedenken onze politieke voorkeur.” Wat die voorkeur precies inhoudt? “Heel links natuurlijk, maar ik praat liever over muziek!” Achter het handgeklap, de blazers en het aanstekelijke refrein van Pilgrim schuilt een zwaarmoedige tekst. MØ’s biografie, in de vorm van een gedicht, deelt deze lading: “The snow nation is eating your brain and your young heart— dark as the apocalypse. So just go perish in the snøw, mø mø mø MØ MØ MØ.”
echter ergens anders. “Helaas!”, lacht ze. “Het maken van mijn eerste album staat op nummer één. Ook dat voelt als een hele grote, wazige bezigheid. Ik denk dat we nu op de helft zijn.” Vanaf de achtergrond valt haar manager haar in de rede. “Zeg maar dat we nu op 75 procent zitten!” De blik van de zangeres verraadt twijfel. “Als hij erin gelooft, kan ik het slechts beamen”, concludeert ze lachend. moendoftheworld.tumblr.com
Het stukje poëzie is een weerspiegeling van onze hedendaagse cultuur, aldus de zangeres. “Ja, zo klinkt het wel heel donker”, glimlacht ze. “Maar de westerse wereld maakt je rusteloos. We hebben alles wat we nodig hebben. Toch willen we meer, en weten we niet wat we met onze tijd aan moeten. Pilgrim gaat over dat opgesloten gevoel, being young and so damn confused.” De tekst van MØ’s eerste nummer is heel persoonlijk. Ook hierin wordt gerefereerd aan de vrijheid van thuis. “Ik ben een onrustig persoon”, vertelt ze eerlijk. “Op pelgrimstocht zou ik de stad en all the plastic loslaten, om mezelf te kunnen vinden. Misschien is dat gevoel wel iets universeels. Vaak zou ik naar de bergen willen rennen en daar een maand lang naar de hemel turen.” MØ’s prioriteiten liggen momenteel
35
Gc Interview
The Soft Moon
36
Door Sander van Dalsum Fotografie: Isolde Woudstra
The Soft Moon “Een oorverdovend, alles vernietigend geluid. De omgeving scheurt in duizend stukken en wolkenkrabbers storten in elkaar.” Een synopsis voor een rampenfilm of de voorspelling van een gevallen profeet? De dromen van Luis Vasquez zouden beide kunnen zijn, maar de frontman van The Soft Moon gebruikt ze op geheel andere wijze. Glamcult sprak de doemdenker over zijn donkere kant.
Na een maand van op en neer reizen door Europa zit Luis een biertje te drinken in een lege kleedkamer. Zijn bandleden zitten een ruimte verderop, in de kantine van het Utrechtse Tivoli de Helling. Voor iemand die zo lang onderweg is, geeft hij een erg energieke indruk. Tijdens wat small talk over hotelbedden, drumcomputers en het naderende einde van de wereld (het einde van de Mayakalender nadert op dat moment), wordt Luis zeer enthousiast over het laatste onderwerp. “Het komt wel erg dichtbij nu, hè? Al sinds ik een kind was, heb ik dromen—of visioenen—van apocalyptische gebeurte nissen. Het is sindsdien ook een van mijn grootste fascinaties. De meeste zijn zo schitterend—ik heb al honderden buiten aardse invasies meegemaakt met de mooiste lichten die je ooit hebt gezien.” In het thuisland van Luis leven een hoop mensen die soortgelijke ideeën hebben. In Amerika houden miljoenen zogenaamde doomsday preppers zich dagelijks bezig met het voorbereiden op het einde der tijden. Luis moet hier om lachen. “In tegenstelling tot in mijn dromen, ben ik in het echte leven totaal niet voorbereid. In mijn visioenen verwelkom ik het einde alsof het er al lang zat aan te komen. Zoals met veel voorspellingen, zal er dit keer waarschijnlijk weer niks gebeuren. En dat is maar goed ook. Toen de wereld zou vergaan met de komst van het nieuwe millennium hebben vrienden en familie van mijn ouders al hun spullen verkocht om vervolgens naar
the middle of nowhere te verhuizen. Dat is achteraf natuurlijk best grappig, maar het is ook zorgwekkend hoe goedgelovig sommige mensen zijn.” De muziek van The Soft Moon is niet bepaald kleurrijk. Dit valt niet alleen op wanneer je naar de muziek luistert; de inktzwarte textuur vind je terug in a lles: de videoclips, de albumhoezen en de live visuals. De oorsprong van deze esthetiek bevindt zich wederom in Luis’ apocalypsobsessie. “Mijn eerste plaat was niet zo conceptueel als het nieuwe album. Zeros gaat over vernietiging. Het begint bij het einde. Je hoort mijn adem en hartkloppingen. Stilte. Dan begint de muziek, en wanneer deze voorbij is, stappen we terug in de rea liteit.” De vraag of Luis overtuigd is van een naderende apocalyps blijft hiermee onbeantwoord. De plaat die recentelijk werd uitgebracht door Captured Tracks klinkt een stuk agressiever dan zijn voorganger. De composities van synthesizers, gitaren en elektronische percussie zijn enorm opgevoerd, terwijl de minimale ruimte waarin het zich afspeelt niet is gegroeid. “Ik heb het gevoel dat ik steeds meer last krijg van sociale angst. Dit heeft zeker invloed gehad op mijn opnameproces. Ik was niet blij met mijn leven op dat moment. Dat paranoïde gevoel is zeker terug te horen op Zeros.” Na zijn eerste Europese tour besloot Luis met een meisje te gaan samenwonen. Was hij daar niet blij mee? Na
een lichte vorm van twijfel in zijn ogen, doet hij er toch een boekje over open. “Het is misschien te veel informatie, maar ik denk dat wij niet bij elkaar hoorden. Ik probeerde uit een situatie te ontsnappen en ik denk dat de overduidelijke claustrofobie daar vandaan kwam. Tijdens het opnemen van het eerste album woonde ik alleen, ik had alle vrijheid om te doen wat ik wilde. Als ik muziek wilde maken, hoefde ik met niemand rekening te houden.” De eerlijkheid van Luis lijkt geen grenzen te kennen. Wanneer hem gevraagd wordt waarom zijn teksten niet te verstaan zijn, antwoordt hij: “Ik heb mijn hele leven al moeite met mezelf uiten. Woorden zijn gewoon verschrikkelijk!”, zegt Luis lachend. “Ik kan er moeil ijk over praten en dat zet ik op een soortgelijke manier over in muziek. Op dit moment heb ik effecten nodig om te kunnen zingen. Maar wie weet word ik in de toekomst wel zekerder en kan ik mijn techniek veranderen. Voor nu concentreer ik me op het geluid en het gevoel erachter.” Hoewel The Soft Moon een soloproject is, bestaat de crew uit maar liefst vijf mensen. Naast de drie mannen die Luis muzikaal bijstaan, is er bij elk concert ook een vj aanwezig. Luis’ obsessie met vormen en beeld zal zich in de nabije toekomst nog verder ontplooien. “Er is een film waar ik aan werk. Ik kan nog niet vertellen met wie ik dat doe, maar de regisseur komt uit Polen en
37
werkt op dit moment in Los Angeles. Die stad is overigens ook het onderwerp. Verwacht veel achtervolgingen en explosies. En, oh ja, waarschijnlijk speelt Christopher Walken een grote rol.” Met nog een aantal uur te gaan voor showtime is het tijd om Luis nog even alleen te laten. Snel naar het hotel om nog wat uurtjes in te halen van het slopende tourschema. “We spelen vanavond pas om 03.00 uur ’s nachts. Dat is wel interessant, want dan ben ik een keer niet de enige in de zaal die al dronken is!” www.thesoftmoon.com
Gc Interview
Yep Collection Geheel in stijl ontstond het idee voor de e-store Yep Collection via Skype. Yep Collection is opgericht door de Zweedse Ted Bergcrona Wallenius, en Min Jung Kim uit Zuid-Korea. Ted was op reis in Japan, terwijl Min daar de kunst van moleculair eten bestudeerde. Samen vertelden ze aan Glamcult het verhaal achter hun webwinkel voor Koreaanse ontwerpers en Europese labels.
“Er is een officieel en een officieuze versie”, begint Ted. Na wat geheimzinnig gelach besluiten ze de light version van het inofficiële verhaal te vertellen. “In een Japanse bar ontmoette ik een jongen uit Zweden. Ik herkende hem uit Göteborg, mijn woonplaats, en hij nodigde me uit voor een feestje de volgende avond. Daar hing ik met een vriend aan de bar toen ik Min zag. Ik vond haar er leuk uit zien en liep naar haar toe, waarna de gastheer net aan kwam lopen met drankjes. ‘Ah, je hebt mijn vriendin al ontmoet’, zei hij. Jammer natuurlijk. Hij praatte vervolgens de hele avond met die andere vriend van me, dus Min en ik raakten ook in gesprek.” Er gebeurt verder niets, en een tijd later verhuist Ted naar Amsterdam. Twee jaar lang hebben Ted en Min contact via Skype, en zo worden ze verliefd. Wanneer het uitgaat tussen Min en haar vriend, komt ze bij Ted op bezoek in A msterdam. “It took five seconds...” Zuid-Korea is erg gemoderniseerd, maar over het huwelijk hebben
ze soms nog traditionele opvattingen. Meisjes moeten trouwen met een Koreaanse jongen die van dezelfde stand is. Ongehuwd woont een meisje bij haar ouders, en eenmaal getrouwd wordt ze huisvrouw. Wanneer haar schoonouders oud worden, is het haar plicht voor hen te zorgen. Yep Collection werd in eerste instantie opgestart om Min zelfstandiger te maken, en het was een goede reden om naar Europa te verhuizen. Tegenover Mins ouders doet Ted zich nu nog voor als Mins vriendelijke zakenpartner. “Mins broer is ook betrokken bij het bedrijf. Hij regelt alles in Zuid-Korea; alles gaat daar heel anders. Ten eerste wordt er veel gekopieerd. High end mode wordt nagemaakt, en ook beginnende designers imiteren elkaar. Daarnaast wordt er amper met seizoens collecties gewerkt. Als het warm wordt, ontwerpen ze gewoon een top, sturen die naar een fabriek en binnen een paar dagen kunnen er 60 stuks geleverd worden. Dit maakt het voor ons moeilijk,
want wij moeten het product eerst vinden, kopen, verschepen, fotograferen en dan pas kunnen we het verkopen. Tegen die tijd is de productie van het item al weer gestopt.” Kleine ontwerpers richten zich alleen op de Koreaanse markt. Daarom heeft Yep Collection ook het eigen merk YC:XX. “We vonden allerlei jonge ontwerpers die we wilden verkopen, maar die hebben zo’n slechte branding! Ze noemen hun label Morning Glory, Earl Grey of een rare verbastering van Stella McCartney, ze hebben geen lookbooks en geen communicatie in het Engels. Deze ontwerpers brengen we onder in YC:XX. Dit doen we niet om ze geheim te houden. Zodra iemand een sterk merk heeft, kan hij daarmee in Europa naar buiten treden. We willen deze ontwerpers zo juist hierheen halen.” De liefde leidde tot een gedurfde onderneming, en na een lastige start begint het balletje nu echt te rollen. “We hebben in de Elle gestaan, op nytimes. com en we werken veel samen met
bloggers. Als zij een item dragen, raakt het direct uitverkocht! Het idee is om in elk land met een blogger samen te werken. Belangrijk is het visuele aspect, maar het hoeft er niet perfect uit te zien. We houden van mensen die plezier b eleven aan mode, en een soort droomwereld creëren. Zonder al te veel na te denken over de technische aspecten, kun je dit op een hele mooie, romantische manier doen. Dat is wat wij willen laten zien.” www.yepcollection.com
Visual Essays
40 I want to be plastic. Fotografie: Jouke Bos
46 Who are you to crash my party with your mediocre blues? Fotografie: Duy Vo
I want to be plastic.
Links Denim shirt G-Star, body H&M, beha Pleasurements, rok Tom Ford via Azzuro, blazer Jil Sander via Four, kettingen, armbanden en ring Otazu
Rechts Bustier en rok Azzedine Ala誰a, vintage blazer Donna Karen via 足S PRMRKT, choker Givenchy, armbanden en kettingen Otazu
Links Denim jurk Diesel, jurk H&M, riem Azzedine Ala誰a, kettingen, armbanden en ring Otazu
Midden Jurk Givenchy, choker Givenchy, ketting, armbanden en ring Otazu
Rechts Jasje JanTaminiau, jurk Herve Leger via Azzuro, handschoen Emporio Armani, kettingen en oorbellen Otazu
Links Jack Ann Demeulemeester, top Claes Iversen, armbanden en kettingen Otazu
Rechts Jurk H&M, vintage leren jack via 1953 Retro & Chic, body American Apparel, zilveren ketting Chanel, ketting Otazu, choker Givenchy, sandalen A zzedine Alaïa
Fotografie: Jouke Bos—Witman Kleipool Styling: Ekaterina Razgonova—Eric Elenbaas Haar: Siko van Berkel voor Sebastian—House of Orange Make-up: Anita Jolles voor Bobbi Brown en Kevin Murphy—House of Orange Assistent fotografie: Fleur Bult Assistent haar: Magdalena Loza
Who are you to crash my party
Pak Jan Boelo, hoed De Hoedenmaker
with your mediocre blues?
Links Jack met plexiglas Natalie de Koning, jack Calvin Klein, broek Dries Van Noten
Rechts Trui By Malene Birger, catsuit JanTaminiau, blouse Saint Laurent
Pak Peet Dullaert, blouse Tony Cohen, jack Jan Boelo
Jurk Iris van Herpen, blouse Givenchy
Fotografie: Duy Vo Styling: Alex van der Steen Haar: Siko van Berkel voor Sebastian—House of Orange Make-up: Chiao-Li Hsu voor Clinique—House of Orange Assistenten styling: Maaike Peek, Jolijn de Wilde en Anne-Marleen Cornelissen Assistent haar: Cynthia Schippers
Film The Place Beyond the Pines
Hysterische filmwijven Bijna 30 jaar oud is het cultfilmfestival Imagine inmiddels. En ook deze 29 ste editie belooft het weer griezelig en waanz innig te worden in Eye, waar Imagine zich tegenwoordig afspeelt. Naast een lijst van zo’n 70 horror-, thriller- en fantasy titels programmeert het festival een speciaal t hemaprogramma rondom vrouwelijke neuroses in horror- en exploitationfilms, met behulp van de Canadese Kier-La Janisse. Deze journalist kampte jarenlang met depressie en psychoses en ontdekte tot haar verrassing dat ze zichzelf verdomd vaak herkende in hysterische filmpersonages. Ze besloot het onaangename met het nuttige te verenigen en schreef er een boek over: House Of Psychotic Women (2012). Ze analyseerde er een groot aantal genrefilms in en Imagine liet zich hierdoor inspireren. Het resultaat is een programma vol thema’s als wederzijdse afhankelijkheid of obsessie, de doppelgänger, rape & revenge, huisvrouwen en alcohol, zelfverminking, de geografie van de angst en vrouwelijke solidariteit. Kier-La Janisse zal zelf ook op het festival zijn, om verschillende films uit dit programma in te leiden. Denk aan oude en nieuwe titels als The Mafu Cage (1978), Possession (1981), American Mary (2012), Excision (2012) en The Tall Man (2012). Op zondag 15 april o rganiseert het festival rondom het themaprogramma een symposium over vrouwelijke neuroses in horror- en exploitationfilms. Vanaf 12.00 uur in Eye. Toegang gratis. Meer weten?
Door Maricke Nieuwdorp
Check www.imaginef ilmfestival.nl voor het complete programma.
Spring Breakers
Vanaf 11 april Regie: Harmony Korine Acteurs: James Franco, Selena Gomez, e.a. Vier Amerikaanse studentes willen hun spring break Project X-stijl vieren aan het strand. Liefst met zoveel mogelijk drank en drugs achter de kiezen. Bij gebrek aan liquide middelen beroven ze een lokale snackbar, waarna het feest kan beginnen. Eenmaal ter plaatse trekken al die puriteins opgevoede kids hun kleren uit en laten ze zich, binge drinkend, naaien door de eerste die toehapt. Dit alles wordt begeleid door een soundtrack vol obligate getto hiphop en house. Wanneer de dames een nachtje de bak in draaien na een drugsfeestje, worden ze vrijgekocht door de lokale drugsman annex
reggaezanger Alien (Franco), die deze verveelde meiden maar al te graag voor zijn criminele karretje spant. Voor wie denkt naar een Project X-film meets Girls Gone Wild te gaan: dat klopt. Als je dat erin wilt zien tenminste. Want wie Harmony Korine’s werk kent, weet dat hij een wel heel vette knipoog maakt naar de Amerikaanse dubbele moraal. De regisseur debuteerde op 19-jarige leeftijd glansrijk met zijn script voor Kids (1995). Twee jaar later regisseerde hij Gummo, waarin hij op geheel eigen wijze een licht schijnt op de verveelde, deels ontspoorde redneckjeugd in een door een tornado getroffen dorp. Het werd prompt een culthit. In 2009 ging hij met Trash Humpers qua vormexperiment nog verder. Daarin filmt hij, in een minimalistische VHS-look, een groep
Vanaf 4 april Regie: Derek Cianfrance Acteurs: Ryan Gosling, E va Mendes, e.a.
Vanaf 11 april Regie: Chan-wook Park Acteurs: Mia Wasikowska, Nicole Kidman, e.a.
De openingsscène van dit misdaaddrama opent veelbelovend: we volgen de immer megacoole Gosling van op de rug. Hij is, als motorstuntrijder Luke, op weg naar zijn circusachtige voorstelling. Luke reist er, als vrije jongen, het hele land mee door. Maar als hij ontdekt een kind te hebben verwekt na een kortstondige fling met Romina (Mendes), wil hij zich vestigen. Hij wil zijn zoon onderhouden, maar geld of een baan heeft hij niet. Banken beroven blijkt hij echter waanzinnig goed te kunnen. Tot dit punt in de film is het wat ons betreft thumbs up. Maar dan pakt Cianfrance een tweede verhaal op, over de lotgevallen van politieman Avery (Bradley Cooper), gevolgd door een derde verhaal, gelieerd aan beide personages. Hoewel de drie rode lijnen wel degelijk met elkaar te maken hebben, heb je het gevoel naar drie verschillende films te kijken. En da’s een verdomd lange zit. Het hoogtepunt vormt zonder meer deel één, waarin Cianfrance, net als in Blue Valentine, geslaagd een breekbare sfeer neerzet. Drama
Na de dood van haar geliefde vader blijft India (Wasikowska) achter met haar ijskoude moeder (Kidman). Direct bij de begrafenis duikt de jongere broer van de overledene op, om moeder en dochter bij te staan. Met zijn gladde glimlach, complimentjes en culinaire hoogstandjes pakt hij India’s moeder vrijwel direct in. Maar India vertrouwt deze nieuwe oom— niemand wist van zijn bestaan—voor geen meter. Chan-wook Park levert van de eerste tot de laatste scène een reeks beeldschone plaatjes. Alles klopt visueel: van de locatie tot de inrichting, de casting en de beeldige shots. Zelfs de platgebotoxte Kidman komt hier tot haar recht als ijskoningin. Het enige minpunt aan deze toch suspensevolle film is het feit dat het nergens eng wordt. Geen moment. De scènes zijn prachtig, maar het is moeilijk om op plotniveau emotioneel geraakt te worden. Het al dan niet bewust statische acteerwerk draagt bij aan die ervaring. Toch belooft deze eerste Engelstalige productie van de Koreaanse Park (Oldboy) qua stijlvisie veel voor de toekomst. Met een sterker script kan hij ver komen. Mysterie/thriller
Kid
‘bejaarde’ mafkezen die er een opmerkelijke levensstijl op nahouden. Als je Spring Breakers naast dit werk plaatst, dan wordt duidelijk dat Korine niet alleen losgeslagen tieners in een super slick gefilmd studentenavontuur filmt, maar op zijn eigen, absurdistische manier ook kritiek levert op de oppervlakkige, Amerikaanse jongerenc ultuur. Juist door Disney-prinsessen als Selena Gomez en Vanessa Hudgens te casten —die op hun beurt wel een edgy carrièreswitch konden gebruiken. Komisch misdaaddrama
52
Stoker
Dead Body Welcome
Vanaf 18 april Regie: Fien Troch Acteurs: Bent Simons, Maarten Meeuwsen, e.a.
Vanaf 11 april Regie: Kees Brienen Met: Kees Brienen, Big Mama Amma Ongel, e.a.
Opmerkelijk: de Vlaamse Fien Troch is in real life een goedlachse, spontane vrouw vol verhalen. Maar haar films, denk aan Een ander zijn geluk (2005) en Unspoken (2008) zijn juist heel ingetogen, soms treurig, melancholisch en rauw. Omdat ze volslagen geloofwaardig zijn, toont het aan hoeveel empathie deze filmmaker in huis heeft. Dat bewijst ze ook weer in dit plattelandsdrama. Kid en zijn broer Billy wonen met hun moeder op een boerderij. Deze worstelt met geldzorgen, maar probeert haar zoontjes toch een warm nest te geven. Wanneer zij wegvalt, staat het jonge duo er alleen voor. Troch castte bijna iedereen uit de d irecte omgeving waarin het drama zich afspeelt. Alle locaties zijn kaal, net zoals er in haar shots nergens extra poespas voorbij komt. De jongetjes— met name de eigenwijze Kid—krijgen alle ruimte. Wederom presenteert Troch een sterk arthousedrama dat méér van de kijker vraagt dan achterover leunen. Wat doet een trauma met een kind? En waarom kan het ene kind beter met de nieuwe situatie dealen dan het andere? Drama
Kees Brienen programmeert sinds jaar en dag allerhande filmprogramma’s en hij maakte zelf verschillende experi mentele korte films. Dead Body Welcome is zijn eerste lange productie, die bijzonder als verhaal blijkt, en bijzonder in vorm. Jaren geleden sprak Brienen met zijn beste vriend af in Ghana, om daar samen de zonsverduistering te bekijken. Daar aangekomen, bleek zijn toen 35jarige vriend te zijn overleden. Brienen moest opeens zorg dragen voor de laatste reis van zijn beste maatje. Dead Body Welcome is een visuele vertelling van die tocht. Een film over de dood, maar ook over vriendschap. Het verhaal is niet heel letterlijk, de plaats van handeling is India en de omstandig heden zijn een beetje anders. Maar Brienen speelt in zijn experimentele low budget roadmovie, vrijwel zonder tekst, wel gewoon zichzelf. Hoewel hij geen acteur is, weet hij de emoties die hij ooit gevoeld moet hebben, helder over te brengen. Vooral de scène waarin hij zijn hand legt op het (in laken gewikkelde) lijk van zijn vriend, terwijl hij ermee in de auto zit, is—gek genoeg —hartverwarmend. Kunstzinnig drama
ADR
Albums Vondelpark
Laura Mvula Lapalux
Tropical Popsicle
Chunky Monkey
Seabed
Dawn of Delight
Nostalchic
Sing To The Moon
Hippos In Tanks
R&S Records / Bertus
Munich Records
Brainfeeder / PIAS
Sony Music
Na enkele filmische albums te hebben uitgebracht als Gatekeeper, laat Aaron David Ross de kolossale—met acid doordrenkte—IMAX-composities voorlopig even achter zich. Onder de afkorting ADR herleeft de New Yorker de tijden van MTV’s Chill Out Zone, en beperkt de bombastische uitspattingen tot een minimum. Liefhebbers van Massive Attack en Portishead zullen hun hart ophalen wanneer de triphopinvloeden zich in High Definition-kwaliteit een weg banen door je 22 e -eeuwse speakers. Want Chunky Monkey is niet alleen één van de betere smaken van Ben & Jerry’s, het is ook letterlijk toekomstmuziek. Waar de albumcover aan verbeelding nog wat te wensen overlaat, visualiseert de inhoud gedurende de hele zit een dystopische loungebar. Een kunstmatige ervaring die je niet mee zou kunnen maken tenzij cryogeen experimenteren je ding is. Door Sander van Dalsum
Seabed is the ultimate bedroom listen. Tenminste, dat is hoe Vondelpark dit debuut bedoeld heeft. En tja, daar is het wel goed in geslaagd. Vondelpark heeft dat geluid dat je hard kan draaien, zonder dat het, al te snel, te luid wordt. Seabed komt uit op R&S Records, het label waar collega James Blake ook bij zit. Niet vreemd, want Vondelpark is met gemak in hetzelfde hokje te plaatsen—zij het wat minder zwaar, minder intens. Gewoon wat vlakker. Dit is in het geval van deze drie Londenaren (Ja, u leest het goed, Vondelpark is tegen de verwachting in geen Nederlandse band!) overigens niet negatief bedoeld. De plaat verveelt geen moment! Op Seabed wordt een mooie mix gemaakt tussen electronica en de zogenaamde band sound. Dat Vondelpark volwassen is geworden, hoor je bizar goed terug in California Analog Dream. Vergelijk deze track maar eens met de versie op de eerste EP Sauna (2010). Meer dan een prima plaat, dus trek die speakers je slaapkamer in en waarschuw de buren. Door Niels Wiese
Tropical Popsicle is een band uit sunny San Diego die zomerse klanken van West Coast ’60s-pop met een donker postpunkgeluid samenbrengt. Collega recensenten zijn gelukkig al creatief met taal geweest en hebben het beestje de naam ‘beach goth’ gegeven. Waarvoor dank, want het klopt. Luister naar Dawn of Delight en ergens in je hersenpan ontstaan associaties als The Horrors aan de margarita’s en The Byrds met zwarte mascara op. Tropical Popsicles debuut stopt duistere jaren 80 synths, rammelende garagerock en psychedelische orgels in songs als The Beach With No Footprints en The Omni Present Heart Shield. En dat vangen van deze genregolven doet Tropicle Popsicle op een zeer behendige wijze. Door Matthijs van Burg
Oké, toegegeven. Bij het zien van het label Brainfeeder schoten er meteen fragmenten van gedateerde, glitchy hiphop en dubstep door het hoofd. Het spierwitte, Engelse gezicht dat op de persfoto’s doodserieus in de lens kijkt, deed denken aan een bomvolle tram gevuld met Ajax- en Feyenoordsupporters die elkaar niet kunnen luchten. Tijdens het luisteren van Nostalchic— ook esthetisch niet de mooiste naam— werd het al snel duidelijk dat die eerste indruk er flink naast zat. Lapalux maakt muziek die niet te definiëren is. Zonder ook maar in één track een ritme vast te leggen, knipt en plakt de Brit op intelligente wijze muzikale collages in elkaar. Het lijkt alsof de nummers proberen dansbaar te zijn, om vervolgens op het moment suprême weer in diggelen te breken. De manier van componeren doet denken aan de gestoorde werkwijze van Brainfeeder-collega Mr. Oizo. Lapalux blijkt geen wanproducer / hooligan, maar een verstrooide p rofessor. Door Sander van Dalsum
De Britse singer-songwriter Laura Mvula, heeft een warme stem met een eigenzinnig randje. Deze doet, net als haar korte kapsel, denken aan Nina Simone. Als receptioniste van het City of Birmingham Symphony Orchestra droomt Mvula van het maken van haar eigen composities. Op het conservatorium in B irmingham leert ze componeren. Verveeld door haar werk achter de toonbank e-mailt ze een GarageBandhuiskamer-demo rond. Totaal onverwacht resulteert dat in de EP She, een nominatie voor de Critics’ Choice Award van de BRIT Awards en een vierde plek in de longlist van BBC’s Sound of 2013. De arrangementen op Sing To The Moon klinken als een mix van pop, soul en hernieuwde jaren-50-filmmuziek met strijkers, blazers, belletjes en koortjes. De aparte productie die wordt omgeschreven als Billie Holiday meets The Beach Boys lijkt daarmee een nieuw muzikaal genre; deze eclectische combo valt logischerwijs nergens in te passen. Een bijzondere prestatie voor een nieuwkomer. Door Anna Nita
The Knife
Daughter
Willy Moon Bleached
Woodkid
Shaking The Habitual
Ride Your Heart
If You Leave
Here’s Willy Moon
The Golden Age
Rabid Records / V2 Records
Dead Oceans / Konkurrent
4AD / Beggars Group
Universal Music
Universal Music
Afgezien van Tomorrow, In a Year, de opera uit 2010, is het alweer zeven jaar geleden dat The Knife een eigen studioalbum uitbracht. Shaking The Habitual, het einde van de stilte en het vervolg op Silent Shout, is een anderhalf uur durende verkenning van de grens tussen kunst- en popmuziek. De altijd terug kerende vraag of deze scheiding wel bestaat, beantwoordt The Knife met een kwetsbaar en stormachtig “Nee!”. Het duo is weer even mysterieus als recht door zee. “I got the urge for penetration”, klinkt de prachtig verwrongen stem van Karin Dreijer Andersson in Wrap Your Arms Around Me. De eerste single, Full of Fire, is overtuigend in al zijn seksuele en muzikale verwarring. “Let’s talk about gender baby, let’s talk about you and me.” Shaking The Habitual is een vervolg. The Knife zou The Knife echter niet zijn zonder volop te experimenteren. Nummers met een radiovriendelijke speelduur zijn vervangen door tergende soundscapes van 9, 10 of zelfs 19 minuten. Als na zeven jaar je geduld is opgeraakt, gaat dit album dan ook aan je voorbij. Juist de stilte blijkt een cruciale eigenschap van The Knife anno 2013. Wachtte je stiekem op een herhaling? Think again. Als het aan dit duo ligt—en ja, dat ligt het!—kondigt zelfs een panfluit de toekomst aan. Door Leendert Sonnevelt
Vernoemd naar hun liefde voor gebleekte spijkerbroeken en dito haar, bestormen de zusjes Jessica and Jennifer Clavin als Bleached hipstertown. Zo verzorgden ze afgelopen New York Fashion Week de muziek voor Chloë S evigny’s catwalkshow. De ex–leden van het vrolijke Californische riot grrrlbandje Mika Miko specialiseren zich in effectieve rechttoe rechtaan punk. Origineel? Nee. Lekker? Jaaa. De dames hebben aan vier zinnen tekst ruim voldoende om hun punt te maken en rammelen er twaalf nummers lang (uh kort… want het zijn natuurlijk korte nummers) lustig op los. Knap is dat ze elke track een geheel eigen signatuur mee weten te geven, van vertraagd sepia-zonnig West Coast (Dreaming Without You) en verheffende postpunk (Ride Your Heart) tot ronduit neurotisch (Waiting By The Telephone) of een weirde combi van zoet en psychedelisch (When I Was Yours). Samen met hun fraaie songwriting skills (”I keep on living for the dead boy that I love”) levert dit een verrassend sterk plaatje op. Door Vanessa G roenewegen
Daughters zwarte fucked-up-folk ontstaat in 2010, wanneer de Londense zangeres Elena Tonra met enkel een gitaar oren doet spitsen. Het gaat vlot. Een jaar later brengt ze samen met g itarist Igor Haefeli EP His Young Heart uit. Daarop volgt eind 2011 weer een EP, The Wild Youth, waarop drummer Remi Aguilella aan de band wordt toegevoegd. Na deze twee bewonderenswaardig mooie plaatjes levert de jonge formatie een debuut dat gelijk door grote spelers geproduceerd (Rodaidh McDonald—The xx, Adele) en gemixt (Ken Thomas—Sigur Rós, M83) werd. Het gevoel dat Daughter overbrengt is even slikken, zo direct en dichtbij. Tonra intrigeert vanwege haar intense teksten over duistere thema’s als verstikking en de dood. Ook haar stem is subliem. Deze klinkt net zo aangrijpend als zangeressen Enya, Björk en Sinéad je eerder konden meeslepen. Tel daar een galmende distortie gitaar, een subtiele laag electronica en pittige drums bij op en je moet concluderen dat dit a lbum elke luisteraar stil krijgt. Door Anna Nita
Willy Moon is een geval apart. Zijn strak gepolijste jaren-50-uiterlijk is een verschijning op zich, zijn muziek is nog meer ‘anders dan anders’. Hij stopt zo’n beetje al het (on)denkbare bij elkaar, en dat klinkt nog ook. Van funk en soul tot rock-’n-roll en van bigband tot hiphop en treinsignalen. Het resultaat doet je aan van alles denken, maar deze jonge excentriekeling is moeilijk in een hokje te plaatsen. Wat hij doet, doet hij echter goed. Moon zet met zijn opzwepende funky stem-met-rauwrandje de toon in elk nummer, ook al lijkt de Nieuw-Zeelandse muzikant overbewust als retro-act te zijn gepositioneerd. Zijn imago en stijl maken dit plaatje compleet: vroeger in een modern strak jasje. Natuurlijk gecombineerd met energieke beats en melodieën. Op Here’s Willy Moon genoeg aanstekelijke tracks (Get Up en Yeah Yeah). Plus een track met hiphopinvloeden en blaasinstrumenten (I Put A Spell On You), een oldschool track met een dubbeat (She Loves Me) en een cover van Nancy Sinatra’s Bang Bang. Veertien originele nummers van elk twee à drie minuten om bij weg te swingen naar de fifties. Door Dorothy Vrielink
Hij bezorgde Lana Del Rey, Rihanna en The Shoes enorme YouTube-hits, en ook zijn eigen videoclips werden miljoenen keren bekeken. Je zou bijna vergeten dat Yoann Lemoine als Woodkid tot nu toe slechts één EP uitbracht. Een recensie van The Golden Age, zijn debuutalbum, strandt al snel in oeverloze vergelijkingen met zijn skills als regisseur. Jazeker, de overeenkomsten zijn eindeloos. Woodkid gaat voor groots en theatraal, een doordenderend spektakel à la The Da Vinci Code. Maar hoe prachtig en meeslepend de nummers los van elkaar ook moge zijn, titels als The Golden Age, The Great Escape, Conquest of Space en Stabat Mater doen in hetzelfde rijtje alarmbellen rinkelen. Lemoine doet waar hij goed in is: het combineren van zijn breekbare stem met een driedubbel shot percussie, blazers en strijkinstrumenten. De opeenstapeling van mo dulatie na modulatie, melancholische teksten en aanzwellende koren is echter wat veel van het goede. Men neme deze plaat dan ook met een flinke dosis nuchterheid. Of, zoals ondergetekende er alsnog van kon genieten, afgewisseld met het subtiele en uitgeklede gefluister van The xx, ofziets. Door Leendert S onnevelt
53
Gc Update
Stuff Glamstuff winnen? Stuur een mailtje met je naam, adres en telefoonnummer naar glamstuff@glamcult.com. Laat ook duidelijk weten in het onderwerp welke prijs jij graag zou willen winnen! Winnaars krijgen per email bericht. Woodkid
The Golden Age 3 CD’s
Populaire
5 DVD’s Franse romantische komedie geregisseerd door Régis Roinsard die zich afspeelt in de fifties.
Tropical Popsicle
Dawn Of Delight 3 CD’s
Autre Ne Veut
2 x 2 vrijkaarten voor het concert van Autre Ne Veut in de Nieuwe Anita op 20 april.
The Knife
Shaking The Habitual 3 CD’s
Now&Wow Fest IV
2 x 2 vrijkaarten voor de vierde editie van Now&Wow Fest in de Maassilo Rotterdam op 13 april.
Lapalux
Nostalchic 3 CD’s
Keith Edmier
Bleached
Ride Your Heart 3 CD’s
Magneet Kick Off
2 x 2 vrijkaarten voor de solotentoonstelling van de Amerikaanse beeld houwer Keith Edmier in De Hallen Haarlem die t/m 26 mei loopt.
2 x 2 vrijkaarten voor de kick off van het Magneet Festival op 31 maart.
Verkoopinfo 1953 Retro & Chic 3.1 Phillip Lim www.31philliplim.com Agent Provocateur www.agentprovocateur.com Alexander Wang www.alexanderwang.com American Apparel www.americanapparel.net Ann Demeulemeester www.anndemeulemeester.be Azzedine Alaïa www.alaia.fr Azzuro www.azzurrofashiongroup.nl By Malene Birger www.bymalenebirger.com Calvin Klein www.calvinklein.com
Chanel www.chanel.com
Four www.f-o-u-r.com
Kenzo www.kenzo.com
Saint Laurent www.ysl.eu
Claes Iversen www.claesiversen.com
G-Star www.g-star.com
Komakino www.komakinodesign.com
SPRMRKT www.sprmrkt.nl
Converse www.converse.nl
Givenchy www.givenchy.com
Marc Jacobs www.marcjacobs.com
Tom Ford www.tomford.com
De Hoedenmaker www.dehoedenmaker.nl
H&M www.hm.com
Mattijs van Bergen www.mattijsvanbergen.com
Tony Cohen www.tony-cohen.com
Diesel ww.diesel.com
Herve Leger www.herveleger.com
Natalie de Koning www.nataliedekoning.nl
Triumph www.triumph.com
Donna Karan www.donnakaran.com
Hugo Boss www.hugoboss.com
New Era www.neweracap.com
Winde Rienstra www.winderienstra.com
Dries Van Noten www.driesvannoten.be
Iris van Herpen www.irisvanherpen.com
Nike www.nike.com
Yep Collection www.yepcollection.com
Dr. Martens www.drmartens.com
Jan Boelo www.janboelo.nl
Otazu www.rodrigootazu.com
Zana Bayne www.zanabayne.com
Ek Thongprasert www.ekthongprasert.be
JanTaminiau www.jantaminiau.com
Peet Dullaert www.peetdullaert.com
Emporio Armani www.armani.com
Jil Sander www.jilsander.com
Pleasurements www.pleasurements.com
54
Gc Plus
DE HALLEN HAARLEM
WWW.DEHALLEN HAARLEM.NL
Ja, ik wil Glamcult! Ontvang Glamcult 10 keer per jaar voor € 37,- en loop voortaan geen enkele editie mis!
Ga naar www.glamcult.com en zoek op ‘abonnement’ om je in te schrijven.
9 MAART – 26 MEI 2013
Keith Edmier Beverly Edmier, 1967, 1998. Courtesy de kunstenaar en Petzel, New York