GLAMCULT // ISSUE 9 // NOVEMBER 2013

Page 1

FREE Issue 9, november 2013 Jaargang 10

“Age considers, youth ventures.”

Glamcult Independent Style Paper


#dieselreboot

dieselreboot.tumblr.com





Issue 9 Update

Cult 8 Platform

Elisa van Joolen Interviews

12

Thom Browne 14 Philip-Lorca diCorcia 20 Nicola Formichetti 26 Wenda Harmsen 28 Holly Herndon 34 Sean Nicholas Savage 36 Factory Floor 38

Visual Essays

I wanna... 40 Are you in need... 46 Update

Film 52 Albums 53 Plus

Stuff 54 Special

Résidence de la Mode

56

Colofon Hoofdredactie Joline Platje joline@glamcult.com Redactie Mode Antoinette Degens antoinette@glamcult.com

Creative Director Rogier Vlaming Art Director Marline Bakker marline@glamcultstudio.com

Redactie Film Maricke Nieuwdorp maricke@glamcult.com

Grafisch Ontwerp Glamcult Studio: Beau Bertens Suzie Wempe

Redactie Leendert Sonnevelt leendert@glamcultstudio.com

Creative Projects en Communicatie Saba Babas-Zadeh saba@glamcultstudio.om

Stage May Putman Cramer stage@glamcult.com

Sarah Johanna Eskens sarah@glamcult.com Sales sales@glamcult.com

Aan deze editie werkten mee: Alice Nell, Anna Nita, Britte Kramer Daniëlle van Dongen, Fay Breeman Georgette Koning, Gregory Mensinga Lisa den Oudendammer, Marjolein Stormezand, Matthijs van Burg, Natasja Admiraal, Niels Wiese, Sander van Dalsum, Vanessa Groenewegen Fotografen Klaas Jan Kliphuis, Maria Karas, Nicky Onderwater, Paolo Colaiocco, Suzy Poling, Taufiq Hosen, Valentina Vos Cover Fotografie: Nicky Onderwater Styling: Maaike Staal Haar en make-up: Ingrid van Hemert voor Balmain, Bumble & Bumble en Clinique—House of Orange Model: Hiu—SPS Modelmanagement Assistent fotografie: Maxime Cardol Assistent styling: Hendrik Samuel Jurk: Wenda Harmsen Ketting: Lynn Ban via Stylebop Age considers, youth ventures. —  Rabindranath Tagore

Uitgever Glamcult Studio B.V. Postbus 14535, 1001 LA Amsterdam T 020 419 41 32, F 020 419 66 54 info@glamcult.com www.glamcult.com Distributie Citydogs Pers en Communicatie Cream PR Opgave en vragen over abonnementen Abonnementenland Postbus 20, 1910 AA Uitgeest Tel. 0900  -   A BOLAND of 0900  -   2 26 52 63 (€ 0,10 per minuut) Fax 0251 31 04 05 www.bladenbox.nl voor abonneren of www.aboland.nl voor adreswijzigingen en opzeggingen. Abonnementsprijs bedraagt € 37 per jaar (10 nummers). Abonnementen binnen Europa € 59,50, buiten Europa € 79,50 per jaar.

Een abonnement kan bij iedere editie in­g aan; het wordt afgesloten voor minimaal een jaar en wordt stilzwij­ gend verlengd tot wederopzegging. Opzeggingen dienen schriftelijk uiterlijk 6 weken voor het aflopen van de abonnementsperiode in bezit van Abonnementenland te zijn. Adreswijzigingen uiterlijk drie weken vooraf schriftelijk doorgeven aan Abonnementenland. Prijswijzigingen voorbehouden. © Copyright: Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen en/of vermenigvuldigd zonder de schriftelijke toestemming van de uitgever en de andere auteursrechthebbenden. De uitgever is niet verantwoordelijk voor schade opgelopen door onjuiste verwerking in het blad. Glamcult, ISSN 1874  -   1 932


shop.swatch.nl


Cult

Unter anderer Bedingung, 2008, Foto: Roman März, ter beschikking gesteld door Johann König

1

3

2

We Are the Revolution, 2011, 
ter beschikking gesteld door Esther Schipper, Berlin

Special Relativity, A/W 13 collectie

Alicja Kwade

4

Alan Taylor

5

Untitled #4, uit de serie Dancer, 2010

Baltimore MD, uit de serie The Last House Standing, 2010-2013

The Temptation of AA Bronson

Alexey Kiselev Ben Marcin 1

Met haar kinderlijk enthousiasme voor natuurwetenschap en de nieuwsgierigheid van een aagje is het niet wonderbaarlijk dat Alicja Kwade zich richt op concepten zoals transformatie, illusie en deceptie. Haar projecten verschillen, maar ze probeert altijd de hersenen uit te dagen door met onze alledaagse interpretatie te spelen. Ze wil haar toeschouwers anders naar de wereld doen laten kijken om deze te her­ interpreteren. Kwade maakte in dat licht bijvoorbeeld de installatie Bordsteinjuwelen waarin op straat ­g evonden stenen in de vorm van edelstenen werden geslepen. Met als ­a chterliggend idee dat wij door de herkenbare vormen waarde toekennen aan iets dat we normaal gesproken links zouden laten liggen. Ook gal­va­n i­ seerde ze spiegels en spiegelde ze bureau­l ampen, zodat deze alledaagse voorwerpen hun oorspronkelijke functie verloren en kunstobjecten werden. www.alicjakwade.com

2

3

AA Bronson is een invloedrijk kunstenaar, curator, healer en sjamaan. In de ­s ixties verliet hij de universiteit om een vrije school, een commune en een ­u nderground krant op te richten. Later startte hij de kunstenaarsgroep General Idea, waarmee hij onder andere het magazine FILE uitbracht. Witte de With, Center for Contemporary Art in Rotterdam presenteert nu The Temptation of AA Bronson, waarvoor de in Berlijn en New York woonachtige Canadees zowel kunstenaar als curator is. Bronson presenteert in de tentoonstelling solowerk, maar ook samenwerkingen met jongere kunstenaars en vrienden. “Body, spirit, sex, religion, community, death, ritual and magic” komen samen in wonderlijke zegels, kristallen, spiegels en naakten. Naast eigen werk biedt Bronson ruimte aan twee projecten die hij zelf cureerde: Queer Zines (met meer dan honderd queer zines van het punktijdperk tot nu) en Ancestors (een persoonlijk archief van boeken en spullen).

De Ierse modeontwerper Alan Taylor zoekt naar de vernieuwing van klassieke menswear door silhouet en materiaal te herconstrueren en doet dat pretty damn well. Tijdens zijn bacheloropleiding mode aan het National College of Art and Design in Dublin, deed hij ervaring op bij Alexander McQueen. Na zijn afstuderen in 2010 werd hij benaderd door Simone Rocha en vertrok naar Londen. Na drie seizoenen startte hij in 2011 zijn eigen label. In zijn eerste twee collecties was de kilt al aanwezig—en zo ook in zijn autumn/winter 2013 collectie Special Relativity, waarvoor Taylor (net als voor zijn vorige collecties) samen met de Ierse tweedfabrikant Magee werkte. De collectie is geïnspireerd op een theorie over de 4 e dimensie, waarin mensen, als 4D wezens, elke kant van een object tegelijkertijd zouden kunnen zien. Dit lijkt ons bij het dragen van een kilt soms wel wat onhandig of in ieder geval pikant, maar goed, dat doet natuurlijk geen afbreuk aan de looks.

t/m 5 jan 2014, Witte de With, Center for Contemporary Art, Rotterdam www.wdw.nl

www.alantaylordesign.co.uk

8

4

Het was een doodnormale herfstdag toen Alexey Kiselev besloot fotograaf te worden. De getalenteerde Rus liep wat doelloos rond door zijn geboortestad Yekaterinburg, zonder geld, werk en vooruitzichten, toen hij zijn laatste centjes aan een Zenit (de Russische Canon, zeg maar) en een Photoshoptijdschrift uitgaf. En zo ging hij te werk, met alleen zichzelf en een camera. Met random snapshots en amateuristische close-ups legt Kiselev zichzelf en zijn helden vast. Met ‘grootheden’ als zijn vrienden, voorbijkomende vreemdelingen en huisdieren wil hij een nieuwe manier van contempleren laten zien. Hij probeert het publiek te betrekken bij het privéleven van de gefotografeer­ de(n) en zo een band tussen ze te ­c reëren. De DIY-fotograaf bezit de gave om mensen te overtuigen om zich open te stellen, met soms verbluffend kwetsbare portretten en mooie, tastbare narratieven tot gevolg.

5

De fotograaf Ben Marcin, is geobsedeerd door achtergebleven rijtjes­ huizen. In steden langs de Amerikaanse oostkust bestaan er veel van dit soort spookachtige schoonheden, die hij in de serie Last House Standing vastlegde. Vroeger vulden de aaneengeregen 19 e -eeuwse huizen volledige stadsbuurten, maar door drastische demografische veranderingen, en het verrotten van de gebouwen, moesten soms hele rijen gesloopt worden. Zo af en toe werd er één gespaard, maar verloor wel letterlijk alle contact met de buren. Eenzaampjes en verlaten lijken de stoïcijnse woningen niet op te willen geven. Marcin wijst de kijker door het seriële karakter van de foto’s op dit poëtische fenomeen, maar laat ons achter met de slepende vraag: waarom mochten deze huizen wel blijven staan? www.benmarcinphotos.com


Cult

8

Still uit de film La Grande Bellezza

6

7

A/W 13 collectie

LIFF

10

Theo Wesselo van de serie Papercuttings, 2010

Mr. Gentleman

9

Juul Kraijer, Untitled, 2013

A/W 13 collectie

Kuin Heuff

pushBUTTON

De herontdekking van de wereld 6

Het nieuwe label Mr. Gentleman bestaat uit de Japanse ontwerpers Takeshi ­O sumi en Yuichi Yoshii. De samensmelting van deze twee creatievelingen zorgde voor dit verrassende en vernieuwende Japanse menswear label, dat pas sinds de zomer van 2012 meedraait. Zowel Osumi als Yoshii zijn naast Mr. Gentleman druk bezig met andere projecten. Zo is Osumi designer voor het populaire merk PHENOMENON en heeft Yoshii de touwtjes in handen bij The Contemporary Fix, een keten van boetieks gevestigd in Tokio, Kioto en Hong Kong. Na hun autumn/winter 2012 collectie, komt het duo nu met iets nieuws voor de nazomerse periode. De twee streven met New Yours een herontdekking van het zelf in de drager te bewerkstelligen. En waarom niet? Door Mr. Gentleman te dragen ontdek je misschien wel iets nieuws in jezelf. De looks van het label ogen basic, maar worden door de ontwerpers zelf omschreven als “postmodern”.

7

Kuin Heuff studeerde schilderkunst aan de Willem de Kooning Academie in Rotterdam en mode aan ArtEZ. Ze is schilder, maar eigenlijk (dus) nog veel meer. Heuff creëert beelden, om die vervolgens gedeeltelijk uit te wissen. In de jaren 90 schilderde ze mannen­ gezichten waarvan ze vervolgens de expressie vervaagde. Later maakte ze een reeks dia’s van dia’s, met als doel de details weg te nemen. Deze conceptuele werkwijze ligt ook ten grondslag aan haar meest recente serie Papercuttings, waarvoor Heuff acrylportretten op papier maakte, die ze daarna geheel ‘verknipte’. Heuff bestudeerde de verflagen en kwaststrepen en ontleedde haar geschil­ derde subjecten nadien met een afbreekmes. Al snijdend reduceerde ze haar schilderingen tot luchtige en ruimtelijke portretten, die doen denken aan houtsnijwerken. Van een afstand zie je de kern en het karakter van het gelaat, van dichtbij verdwaal je echter in de grillige structuren.

8

De Amerikaanse indie cinema begint weer te bloeien en daar kunnen wij lekker van gaan genieten. Tijdens het Leiden International Film Festival (LIFF) gaat een erg aantrekkelijk programma, de American Indie Competition, van start, waarin nieuwe, kleine, onafhankelijk geproduceerde films samenkomen en allemaal kans op de publieksprijs maken. Zo komen de masterminds achter deze verhalen, de regisseurs van de toekomst, de nieuwe Tarantino’s, een stapje dichterbij de poort van Europa. Naast deze innovatoren en grote beloftes, kun je tijdens het festival net als voorgaande jaren opvallende films uit de hele wereld zien, waarin de grens tussen art-house en mainstream opgezocht wordt. 1 t/m 10 nov, diverse locaties in Leiden www.leidenfilmfestival.nl

www.mrgentleman.jp

9

De kracht van fotografie berustte ooit in het vastleggen van de werkelijkheid. Maar hoe gebeurt dat in een samenleving waarin de meeste processen onzichtbaar zijn? Het vernieuwde, en in oppervlak verdubbelde Huis Marseille opende haar deuren met De herontdekking van de wereld. Veertien fotografen vullen er ieder een zaal met werk waarin zij onderzoeken hoe onze waarneming werkt en in hoeverre deze de werkelijkheid juist weergeeft. In ­E ddo Hartmanns serie Hier woont mijn huis, bijvoorbeeld, kijkt hij welke impact het terugzien van zijn ouderlijk huis heeft op zijn herinnering ervan. Ilona Plaum experimenteert met pointilleren met fotografische middelen. En Juul Kraijer laat wel dertig foto’s zien die zich lijken te bevinden buiten de materiële realiteit, en direct in haar hoofd en verbeelding. Alle werken vormen samen met de tentoongestelde serie Subversions des Images (1929) van de Belgische surrealist Paul Nougé een krachtig bewijs van het medium fotografie als kunstvorm.

www.kuinheuff.nl

10

Rijke Chinese vrouwen liepen er een paar jaar geleden graag bij als reclamezuil voor Gucci of Louis Vuitton. No longer! De jongere klasse koopt ­l iever iets van Aziatische ontwerpers, en op dit moment is alles uit Zuid-­ Korea helemaal hip. Goed nieuws voor pushBUTTON, een Koreaans modelabel dat al in 2003 werd opgericht. Met quirky ontwerpen was het merk lokaal snel bekend en sinds een paar jaar showt het dan ook tijdens Seoul Fashion Week. Waar pushBUTTON eerst vooral voor de crazy fashion minded was, is het bereik tegenwoordig breder en wordt het ook in Europa goed ontvangen. De autumn/winter 2013 collectie is gebaseerd op de realisatie dat modetrends vaak terugverwijzen naar het verleden, en dat (mode)mensen eigenlijk erg gehecht zijn aan vroeger. Het resulteerde in stukken die enerzijds inderdaad wat oubollig aandoen, maar door nylon materialen en fel­ gekleurde zigzagpatronen juist ook erg back to the future zijn. www.pushbutton.co.kr

t/m 8 december 2013, Huis Marseille in Amsterdam www.huismarseille.nl

9

Gc Update


Cult

Say Lou Lou voor Topshop

Gus & Stella 11

Gus & Stella leerden elkaar kennen op de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten in Gent, waar ze samen fotografie studeerden. Ze werkten er geregeld samen en dat klikte zo goed—de twee zijn inmiddels een koppel—dat ze dit ook na hun studie zijn blijven voortzetten. Het duo verhuisde zo’n drie jaar geleden naar Londen. “Je moet haast wel verhuizen naar een grote stad als Londen, als je wilt doen wat wij voor ogen hebben. Gent is een hele mooie stad, maar is er niet mee te vergelijken. De dynamiek van Londen is ongelooflijk. Het is hier één creatieve hub; stylisten, kunstenaars, iedereen komt hier naartoe”, legt Gus uit. De stad is daarnaast een grote inspiratie voor het duo, alleen al door de overvloed aan exposities en de drukte op straat. “Naast het assisteren van anderen was het voor ons erg belangrijk om aan ons portfolio te blijven werken. Daardoor ontmoetten we ook steeds nieuwe mensen en van het een kwam het ander”, vertelt Gus. Zo kregen de twee naast opdrachten voor bladen als Tank, Esquire en de Russische Vogue ook een opdracht van Topshop. “Deze samenwerking is eigenlijk voortgekomen uit persoonlijke postkaarten die ik heb ontworpen voor kerstmis. Ik stuurde er eentje naar Kate Phelan, de creative director van Topshop, en een maand later spraken we met haar af. We hadden er allemaal meteen een heel goed gevoel bij”, zegt Stella. Het duo vloog voor de shoot naar New York. Iets dat ze al langere tijd wilden. Ze hadden een moodboard gemaakt voor vrij werk dat perfect overeenkwam met een van de collecties. “Dat was een heel raar toeval, maar het klopte wel meteen. We kregen alle ruimte om met onze eigen ideeën te komen en die uit te werken”, vertellen de twee. Vergelijkbare modereportages zijn kenmerkend voor het duo. Ze maken gebruik van zowel fotografie als film en collages. Hun eigen stijl omschrijven blijkt echter nog niet zo makkelijk. “Ons handschrift? Dat is moeilijk!”, zegt Stella. “Ja, alsof we naar onszelf in retrospec-

Gems Away voor Topshop

Door Lisa den Oudendammer

11

10

tief kijken”, vult Gus aan. “Het is een mix van media. De focus ligt wel duidelijk op fotografie, waarbij we ons richten op het dagelijks vastleggen van de wereld rondom ons. We proberen onze observaties met mode te combineren tot een geloofwaardig verhaal. We werken heel erg met ons gevoel, vanuit de buik. Inspiratie kan echt overal vandaan komen. Dat kan iets nieuws zijn op straat, een expositie, een film die we net hebben gezien, maar ook juist klassiekers, zoals het werk van documentairefotografen Garry Winogrand en Robert Frank.” Omdat inspiratie voor de twee blijkbaar in een klein hoekje kan zitten, nemen Gus & Stella altijd een film- of fotocamera mee, zodat alles kan worden vastgelegd. Het opereren binnen verschillende disciplines is volgens Stella mogelijk, omdat ze gezamenlijk werken. “Omdat we met z’n tweeën zijn, is dat makkelijker. Modellen zijn zich soms heel bewust van hoe ze eruit zien en als de camera dan van twee kanten komt, weten ze niet hoe ze moeten poseren en raken ze gedesoriënteerd. Wij zijn juist op zoek naar die spontaniteit.” Onderling is er geen sprake van een specifieke rolverdeling. Ze filmen en fotograferen beiden, voornamelijk met analoge camera’s. “Deze voorliefde is ontstaan op de academie, omdat we daar nog echt met dat materiaal hebben leren werken. Wij weten bijvoorbeeld hoe je zelf een film moet ontwikkelen, maar de lichting na ons is hoofdzakelijk digitaal opgeleid”, vertelt Gus. De collages, die vaak als nabewer­ kingen worden gebruikt, zijn echter het domein van Stella. “Ik heb altijd al collages gemaakt, maar het is nog niet zo lang geleden dat we ze besloten te gebruiken voor ons werk. Met eigen beelden iets heel anders maken is een zeer creatieve en inspirerende werkwijze.” www.gusandstella.com


Painted White! voor The Wild Magazine

Bonjour les Bobos

Persoonlijk werk, zonder titel

Cult

11

Gc Update


Door May Putman Cramer Fotografie: Taufiq Hosen

Elisa van Joolen Denker slash ontwerper Elisa van Joolen maakt het met haar collectie 11”x17”—of onderzoeksproject zoals ze het zelf graag noemt—mogelijk om bestaande mode opnieuw te bekijken. Ze werkte haar originele en conceptueel inhoudelijke plan uit tot een eindresultaat dat even slim als mooi is.

“Op het moment ben ik een boek aan het schrijven, om 11”x17” in een sociaal-economisch kader te plaatsen. Verschillende mensen schrijven er vanuit hun eigen vakgebied over. Zo kijkt journalist Lynn Berger bijvoorbeeld naar de geschiedenis van de samplecultuur in de hiphopscene.”

“Toen ik alleen al op gesprek mocht komen bij grote bedrijven zoals Converse was ik blij. Kleding krijgen zou mooi meegenomen zijn. Opeens stond mijn hele atelier vol met dozen, kledinghangers en rekken!”

De merken die ze benaderde zijn op de markt concurrenten, maar toch wilde Elisa met al deze verschillende labels het gesprek aangaan. Het gaat haar om de samenwerking tussen alle mensen binnen de modewereld. “Uiteindelijk is deze collectie een ontmoetingsplek.”

Als jonkie was knippen en plakken al een kleine obsessie van Elisa van Joolen, en daar is eigenlijk weinig aan veranderd. Na het behalen van haar Bachelor Mode aan de Gerrit Rietveld Academie bleef ze op zoek naar meer, en belandde uiteindelijk voor twee jaar in New York. “Het is een heel intense stad. Het is net alsof overal een vergrootglas op gelegd wordt. Alles is er mooier, grappiger of lelijker.” Het is de stad die nooit slaapt en je hoeft maar met je ogen te knipperen of al het oude is vervangen door iets nieuws. De creatieveling woonde er twee jaar en bedacht er haar project 11”x17”, vernoemd naar de standaardafmeting van Amerikaanse tabloids. Dit formaat, net zo bekend als het A4’tje, is het terugkerend motief in de collectie die ze bij thuiskomst in Nederland ‘ontwierp’. Met 11”x17” onderzoekt Elisa hoe verschillend kledingmerken nu helemaal van elkaar zijn. Elk label lijkt tegenwoordig een standaard aantal basics

in de collectie te hebben opgenomen, denk maar aan de crewneck sweater. De toegewijde designer plaatste deze welbekende truien van verschillende brands naast elkaar en verwisselde onderling de details. Het uitgekozen formaat gaf haar de mogelijkheid om alle stukken op een gelijke manier te behandelen. Elke trui werd in stukken van 11”x17” uitgesneden, zonder daarbij rekening te houden met de identiteit van de labels. Of het nou om een exemplaar van moniquevanheist, G-Star of tweedehandsje ging. Elisa trekt gangbare waarde­ systemen in de mode-industrie in vraag, en bedacht dit concept in de hoop dat het zou bijdragen aan een minder hiërarchische mode-industrie. “We leven op deze wereld met z’n allen naast elkaar. Uiteraard zijn er overeenkomsten, maar ieder mens is uniek. Zo zie ik kledingstukken ook. Voor mij is een designerstuk net zo bijzonder als iets van O’Neill. In onze kast hangen allerlei

verschillende merken toch ook naast elkaar?”, mijmert ze. Dit roept de vraag op wat een collectie eigenlijk is, en vooral van wie. Met dit in gedachten maakte ze Invert Footwear, een lijn van binnenstebuiten gekeerde sneakers. Ze besloot om de stiknaden, die normaal aan de binnenkant van de schoen verwerkt zijn, zichtbaar te maken, om zo het werk van de fabrieksarbeider te tonen. “Hun aandeel treedt zo op de voorgrond en het gevoel van massa­p ro­d uctie verdwijnt naar achteren.” www.elisavanjoolen.com

12

“Deze schoenen bieden ruimte voor nieuwe perspectieven, want wanneer is iets handwerk, en wanneer niet? En wat maakt dat het één meer waard is dan het ander? Ik hoop ze uiteindelijk zo te kunnen ontwikkelen dat je er langdurig op kunt lopen.”

Gc Platform


Interviews

14 Fashion designer Thom Browne: “De mode volg ik niet echt.” 26 Nicola Formichetti: “Wie slim is zet zichzelf op de juiste manier in de markt.”

20 Fotograaf Philip-Lorca diCorcia: “De meest provocerende werken zijn vaak het minst inhoudelijk.” 28 Wenda Harmsen ontwerpt sexy kleding, maar liever niet te bloot en strak.

34 De jonge componist Holly Herndon leeft voor onconventionele muziek36 experimenten. Sean Nicholas Savage balanceert tussen 38 verfijnde humor Factory Floor laat als en sentimentele ware lopendebandlevenslessen. arbeiders industriële sounds uit hun muziekfabriek rollen.


Door Georgette Koning Fotografie: Maria Karas

Styling: Alex van der Steen Grooming: Edward Cruz voor Oribe Haircare—See Management Model: Joe Collier—NewYork Models Assistent fotografie: Naoko Takagi en John Alston Retouch: Lukas Strociak Alle kleding: Thom Browne autumn/winter 2013 menswear


Thom Browne Het gaat modeontwerper Thom Browne voor de wind; na dik een decennium kop­loper te zijn geweest in de mannenmode, lanceerde hij vorig jaar zijn vrouwencollectie met idem succes. Een bijzondere prestatie voor iemand die naar eigen zeggen “de mode niet echt volgt”. 15

Gc Interview


Thom Browne

16


Thom Browne

Thom Browne bezoekt in juli 2009 als een van de exposanten de Mode Biënnale Arnhem. Het is prachtig weer, Brown luncht buiten, samen met Piet Paris, de curator van het mode-evenement. De Amerikaan—afgetraind sportlichaam —is gekleed in een van zijn eigen typisch ‘gekrompen’ klassieke pakken met over­d reven korte mouwen en korte, krappe broekspijpen. Piet Paris draagt een Maison Martin Margiela-pak waarvan hij de mouwen en pijpen heeft laten inkorten, want een peperduur Thom Browne-pak kan hij niet betalen. Terwijl Browne en Paris praten over het telkens verzinnen van alsmaar nieuwe dingen, wat Browne best lastig vindt, poept er een musje op Brownes design-

pak. “Dat brengt geluk”, lacht hij. Of het vogelpoepje geluk bracht? “Ja”, antwoordt hij vanuit New York. Over de aard van dat geluk deelt hij niets mee, wel dat hij momenteel erg tevreden is. Daar heeft Browne dan ook alle reden toe; Michelle Obama droeg onlangs een jas uit zijn nieuwste vrouwencollectie. “Zoiets is echt een unieke ervaring.” Maar eigenlijk mag Browne al járen niet klagen. Zo besluit de Council of Fashion Designers of America in 2006 dat hij de beste ontwerper van mannenmode is, en beloont hem met de CFDA Menswear Award—de Oscar van de modewereld. Thom Browne (1965) studeert in 1988 af als econoom aan de universiteit van Notre Dame in de Amerikaanse staat

Indiana. Hij gaat vervolgens iets heel anders doen; hij vertrekt naar Hollywood en gaat acteren. Tot in 1997 de mannenmode trekt. Browne verhuist naar New York en gaat een jaar in de leer bij een kleermaker. Zijn grote liefde is maatwerk. Net als Piet Paris ooit zijn MMM-pak customizede, doet Browne dat in het begin met vintage pakken van het legendarische Amerikaanse label Brooks Brothers. “Ik groeide ermee op, net als mijn vader en broers.” In 2004, drie jaar nadat hij een winkel heeft geopend in New York, lanceert Browne zijn readyto-wear-lijn die al snel wordt verkocht bij Colette in Parijs, en alle warenhuizen in New York. Van het succes kijkt hij niet op. “De mannenmode zat al tijden

17

muurvast, ik kwam met iets compleet anders.” Of hij beseft dat hij met zijn pakken modegeschiedenis heeft geschreven, net als Dior met zijn uitbundige New Look, reageert Browne bescheiden: “Dat is niet aan mij om te zeggen.” Als Anna Wintour hem in 2005 vraagt of er bedrijven zijn waar hij voor zou willen werken, noemt hij Brooks Brothers. “Dankzij haar werd de samenwerking mogelijk”, mailt Browne. Inmiddels ontwerpt hij ook voor de Gamme Bleu-lijn van het skimerk Moncler. Spraakmakend zijn Brownes mannenshows waarbij de bezoeker het idee krijgt in een rariteitenkabinet te zijn beland, waarin extreem uitgedoste modellen als cartoonkarakters een

Gc Interview


Thom Browne

toneelstukje opvoeren. Browne legt uit waarom hij niet houdt van de traditionele catwalk. “Het is voor mij belangrijk om te showen in een bepaalde context, en om een ervaring te bieden aan het publiek, dat is in dit geval de pers en inkopers. De shows spelen een cruciale factor en hebben ertoe geleid dat mijn klassieke, grijze pak interessant is geworden.” Showen doet Browne ieder half jaar in Parijs, en niet in Milaan. Maar wacht eens, is Milaan niet de place to be voor mannenmode? “Moncler Gamme Bleu wordt sinds 2008 wel getoond in Milaan. Maar dat ik mijn eigen mannenlijn in Parijs presenteer, is zowel een creatieve als een zakelijke beslissing. De Paris Fashion Week omarmt innovatie,

en vanuit zakelijk oogpunt kan ik daar de collectie eerder verkopen. Bovendien komen er meer inkopers vanuit de hele wereld naar Parijs, zij slaan New York over.” Thom Browne werkt in New York met een naar eigen zeggen “erg klein team”, waarmee hij momenteel bezig is met nieuwe collecties. Sinds juni 2012 ontwerpt hij ook dameskleding. Hij doet dat volgens dezelfde benadering als voor zijn mannenlijn. “Bij beide ligt de focus op pasvorm en vakmanschap.” Over inspiratie vertelt Browne dat het werk van de Japanse Rei Kawakubo van Commes des Garçons hem altijd heeft gefascineerd. Zijn excentrieke collecties doen niet onder voor de vaak

extreme mode van dit label, maar daar is hij het totaal niet mee eens. “Ik vind geen van de outfits die ik ontwerp absurd!” Wellicht heeft deze reactie te maken met het feit dat hij nooit aspecten heeft afgeleid van Kawakubo’s ontwerpen, of van welke designer dan ook. “Ik doe altijd mijn uiterste best om vanuit mezelf iets nieuws te ontdekken.” Hoe kijkt hij dan eigenlijk tegen de modewereld aan? Is hij het bijvoorbeeld eens met Suzy Menkes, die onlangs een artikel schreef over the new speed of fashion, waarin ze stelt dat de industrie veel druk legt op ontwerpers, omdat klanten steeds meer en sneller producten willen? “Niet direct op de manier zoals zij het zegt, maar het

18

tijdschema waarbinnen alle collecties moeten worden ontworpen is soms wel verpletterend. Toch ben ik erg gelukkig met dit beroep.” Opmerkelijk is dat de vooruitstrevende Browne zelf weinig op heeft met mode. Laat staan dat hij er door geobsedeerd is. “Nee, de mode volg ik niet echt. Ik draag alleen mijn eigen ontwerpen. Het enige wat ik koop zijn hardloopspullen, zoals schoenen en broekjes.” www.thombrowne.com


19

Gc Interview


Door Britte Kramer

Juliet Ms. Muse, 2004, ter beschikking gesteld door David Zwirner, New York / London


PhilipLorca diCorcia In korte broek en op Birckenstocks stapt hij door het Tilburgse museum De Pont. ‘Hij’ is Philip-Lorca diCorcia, 62 jaar, Amerikaans en fotograaf. Een grote vent, een invloedrijk kunstenaar, een regisseur in hart en nieren en een mysterieuze prater; norsig, dromerig, wat afwezig bijna, maar tegelijkertijd bedacht­zaam en vol intelligente humor. 21

Gc Interview


Head #23, 2001, ter beschikking gesteld door David Zwirner, New York / London

Philip-Lorca diCorcia

Het is een dag voor de opening van Philip-Lorca diCorcia’s overzichtsexpositie in De Pont. Er heerst enige stress, maar niet bij de fotograaf zelf. Hij maakt zich vooral druk over zijn haar; het moet geschoren, want hij wordt straks gefilmd. Een dag eerder had hij aan een man van ARTtube, die door het museum liep, gevraagd of hij niet een barbier wist. “Ja, hoor”, had de man gezegd. “Ik weet wel wat goeie kappers in de omgeving.” Maar diCorcia antwoordde: “Nee, ik wil geen goede. Doe mij maar een slechte.” Waarop de man grapte: “Is goed, dan doe ik het morgen wel.” En zo komt het dat Philip-Lorca, ofwel PL, midden tussen zijn werk én twee wachtende journalisten, als een koning in de kappersstoel zit. Met een handdoek om zijn nek. “Lijkt net zo’n oud-Hollands kraagje.” En zoals dat hoort in zo’n stoel praat hij volop, hoewel langzaam, want hij “praat altijd uiterst simpel Engels tegen buitenlanders.” Over hoe vreemd het is om zo tussen zijn eigen werk te zitten, bijvoorbeeld. “Er hangt zoveel van mijn verleden

hier. Iedereen leeft in zijn eigen, kleine wereld. Het is best heftig om zo geconfronteerd te worden met je geschiedenis. Het herinnert me aan fouten die ik heb gemaakt, aan dingen die niet meer zijn”, mijmert hij. Maar diCorcia herinnert zich ook de Siciliaanse barbier die al jaren de eer heeft hem te kortwieken en die hij, ondanks zijn Italiaanse roots, niet kan verstaan. Hij mompelt wat over zijn ex-vrouw en over zijn zoon, en als de knipbeurt klaar is zegt hij, zonder eerst te voelen: “Op dit plekje heb ik je vibrerende mes niet gevoeld. Volgens mij ben je hier iets vergeten.” En inderdaad. Deze man mag een dromer lijken, je houdt hem niet voor de gek. Overal in het museum wordt nog druk geklust. Zo staat zijn assistent al uren Polaroids te stickeren. Duizend stuks, om precies te zijn, genomen tussen 1975 en 1999. Samen vormen ze het werk Thousand. Zorgvuldig, associatief geordend staan de foto’s op ooghoogte langs de wand. Om ze te bekijken moet je heel wat meters zigzaggen door het

gebouw. “Ik wilde het op deze manier, zodat mensen het echt zouden volgen. Als ik alles bij elkaar zou hangen, zou je er minder goed naar kijken.” Daar zit wat in natuurlijk, en de beloning is de afgelegde meters waard. Thousand is als een visueel dagboek; het toont gecomponeerde fotografische hoogstandjes, zoals testshots en stillevens, maar ook het backstage gebeuren, en een blik in diCorcia’s persoonlijk leven. “Ik ben de protagonist in dit werk. En toch probeer ik het nooit over mij te laten gaan. Als je iets duidelijk over jezelf laat gaan, dan wordt het saai”, aldus de fotograaf. Oneerbiedig gezegd, maar met toestemming van de meester: eigenlijk deed diCorcia met Thousand wat wij nu massaal met Instagram doen. Over sociale media gesproken, diCorcia vindt het maar niks. “Ik haat die onzin!” Achter deze emotie zit overigens wel een reden. Ooit moest hij voor de rechter verschijnen, omdat een man in zijn serie Heads—een reeks die bestond uit

22

toevallige voorbijgangers op Times Square, die middels een ingenieus ­b elichtingssysteem nietsvermoedend haarscherp werden gefotografeerd— hem aanklaagde. Het feit dat daar zo’n heisa over werd gemaakt, terwijl hij nu zelf met telefoontjes zo regelmatig gesnapshot wordt en niemand daar moeilijk over doet, vindt hij belachelijk. “Ik zorg er in ieder geval nog voor dat de mensen op mijn foto’s er goed uitzien”, meent hij. Het is opvallend hoeveel contradictie er kleeft aan alles wat diCorcia is en doet. Hij laat regie en toeval continu afwisselen, en combineert deze factoren voor elke serie tot weer een andere strategie. Voor sommige series kiest hij zijn modellen met enorme precisie uit, hoewel ze tegelijkertijd heel inwisselbaar zijn. Een voorbeeld hiervan is de serie Hustlers, die hij maakte in de tijd dat HIV massa’s slachtoffers in de VS maakte. Met dit fenomeen als uitgangspunt besloot diCorcia een serie te maken over mannen in de seksindustrie. Maar in


Eddie Anderson, 21 years old, Houston, Texas, $20, 1990-92, ter beschikking gesteld door David Zwirner, New York / London

Marilyn; 28 years old; Las Vegas, Nevada, $30, 1990-92, ter beschikking gesteld door David Zwirner, New York / London

Philip-Lorca diCorcia

23

Gc Interview


Ike Cole, 38 years old, Los Angeles, California, $ 25, 1990-92, ter beschikking gesteld door David Zwirner, New York / London

Hong Kong, 1996, ter beschikking gesteld door David Zwirner, New York / London

Philip-Lorca diCorcia

24


New York, 1993, ter beschikking gesteld door David Zwirner, New York / London

Philip-Lorca diCorcia

plaats van documenterend te werk te gaan, startte hij met een esthetisch doel voor ogen. Hij zocht zorgvuldig een ­ locatie, plantte zijn assistent in een evenzo uitgedachte pose en nam een Polaroid. Vervolgens ging hij de straat op om de jongen te vinden die perfect in zijn geregisseerde plaatje paste. Geen model, nee. “Het ging juist om de rauwheid, de echtheid, het schrijnende. Bovendien was het heel makkelijk om echte prostituees te vinden. Ik reed in mijn auto over Santa Monica Boulevard en liet ze op me afkomen. Als ik het raampje opendraaide vroegen ze wat ik wilde, dus dat vertelde ik. Dat ik een foto wilde maken. Ik nam ze mee naar de locatie, nam de foto, en gaf ze hetzelfde bedrag als ze voor seksuele handelingen zouden krijgen.” Dat bedrag staat, evenals de volledige namen en leeftijden van de jongens, prominent onder elke foto. Je weet alles, maar tegelijkertijd weet je niks. “Omdat dat ook helemaal niet uitmaakt. Het gaat niet om die specifieke persoon. Ik wist ook niets van ze. Natuurlijk, ik bracht tijd met ze door, maar

levensverhalen? Nee, daar was het me totaal niet om te doen. En sowieso, ze liegen. Het zijn tenslotte hustlers.” Het doet Philip-Lorca diCorcia pijn om de ziel van de kunst te zien verdwijnen. “De meeste musea nemen tegenwoordig het entertainen van mensen als uitgangspunt. De kunstenaars van nu maken niet echt wat in hun hart zit. Ze maken wat populair is, waar mensen zin in hebben. In feite werken ze als filmproducers. Voor ons was dat nooit de intentie. ‘Hoe controversiëler, hoe populairder’, lijkt nu de norm te zijn. Musea gaan daarin mee. Ik zie het totaal anders. De meest provocerende werken zijn naar mijn idee de meest lege”, stelt hij. Sowieso neigt diCorcia lichtelijk naar een algeheel gevoel van ‘vroeger was alles beter’. Hoewel deze veteraan ook de digitale camera niet schuwt, heeft hij een ontembare liefde voor het analoge. De appelboom die hij fotografeerde voor zijn serie East of Eden, schoot hij dan ook met film. Slechts twee negatieven had hij. Ernaar starend, bijna bewonderend, zegt hij: “Deze foto nam ik omdat

de serie East of Eden heet. Ik heb niets met appels, maar het paste in het thema. Toch is de foto niet zo toevallig als deze lijkt. Die appels zijn later met een computer bewerkt.” De expositie Philip-Lorca diCorcia —Foto’s 1975-2012 in De Pont is zijn grootste ooit. “Dat komt voornamelijk door Thousand natuurlijk”, zegt hij met een Mona Lisa-smile. En inderdaad, een project van 1000 Polaroids toevoegen, tikt lekker aan. De expositie toont verder werk uit diCorcia’s belangrijkste fotoseries: A Storybook Life (1975-1999), Hustlers (1990-1992), Streetwork (1993-1999), Heads (2000-2001), Lucky 13 (2004) en de in 2008 begonnen, nog niet voltooide, reeks East of Eden. De thema’s in vrijwel al deze series zijn vaak grimmig en intens, maar vallen voor de verleiding van sensatie doet deze man niet. Het is juist de integriteit die de foto’s zo krachtig maakt. Dat, plus zijn focus op de gelaagdheid van het medium zelf. Net zoals Jeff Wall en Cindy Sherman deden, probeert hij de rol van de fotografie te herdefiniëren. Hij acht het namelijk niet

25

mogelijk om met fotografie een waarheidsgetrouwe en eenduidige afspiegeling van de werkelijkheid te geven. Het maakt benieuwd naar wat de fotograaf zelf aan zijn muur heeft hangen. Het antwoord is: niets. “Er zijn geen foto’s in mijn privéleven. Helemaal geen kunst trouwens, überhaupt niet. Alleen een foto van mijn zoon, een portret dat Nan Goldin van hem maakte. Om de een of andere reden geven mensen mij altijd foto’s cadeau, maar ik hang ze niet op. Dat heeft twee redenen. Eén: ik ben niet geïnteresseerd in dingen aan mijn muur. En twee: als mensen bij je thuis komen en ze zien hun cadeau nergens terug, dan voelen ze zich beledigd. Als er helemaal niks hangt, dan kunnen ze zich ook niet gekwetst voelen.” De expositie Philip-Lorca diCorcia— Foto’s 1975-2012 is nog tot en met 19 januari te zien in De Pont, museum voor hedendaagse kunst, in Tilburg

Gc Interview


Door Antoinette Degens en Natasja Admiraal

Nicola

Formichetti

26


Nicola Formichetti Als je de styling voor Lady Gaga mag verzorgen, fashion director bent bij Vogue Hommes Japan en wordt aangesteld als artistiek directeur bij Thierry Mugler dan heb je het behoorlijk gemaakt in de modewereld. Intussen is Nicola Formichetti aan een nieuw avontuur begonnen; hij zwaait sinds kort de creatieve scepter bij modehuis Diesel. Zijn geheime succesfactor? “Ik volg mijn gevoel, onverschrokken en vastberaden.”

Het is een midzomeravond, 23.30 uur om precies te zijn. Nicola ligt in Romeinse houding op een gigantische poef in de jachthaven van Triëst, een glas rode wijn in zijn hand. Een relaxt gezicht— alhoewel hij in werkelijkheid bekaf is, geeft hij toe. Nu hij officieel te boek staat als dé artistiek directeur van Diesel wil plotseling iedereen de man spreken. Zijn slopende reisschema is om spontaan duizelig van te worden en als jurylid is hij dit jaar nauw betrokken bij de modewedstrijd ITS (International Talent Support) samen met een schare internationale juryleden. Maar nu ligt hij hier ogenschijnlijk kalm met zijn drankje— de man die Lady Gaga betoverde en memorabele editorials creëerde voor de meest felbegeerde magazines in de creatieve industrie. “Mijn god, ik ben zó gewoon en normaal. Nou ja, meestal dan”, reageert hij lachend. “Geef mij maar een jeans en T-shirt, meer heb ik niet nodig.” Voor zijn werk reist de stylist de hele wereld over, woont overal en nergens en lijkt een soort zigeunerbestaan te leiden. Dat is hij niet anders gewend. Als kind van een Italiaanse vader en een Japanse moeder is hij veel op reis met zijn ouders, en woont hij afwisselend in hun geboortelanden. Zijn tienerjaren brengt hij door in Londen met het plan te gaan studeren. Maar daarvan is het nooit gekomen. Londen is hip en happening, en Nicola stort zich volledig op de clubscene om daar zijn lifestyle van te maken. Ondertussen raakt hij geobse-

deerd door tijdschriften als Interview en The Face en droomt hij van designerkleding. Bij gebrek aan geld verzamelt hij zijn garderobe op vlooienmarkten. Als stylist werkt hij zich een tijdlang een slag in de rondte, maar er blijkt geen droog brood mee te verdienen. New York is were the money is en dus verhuist hij naar Amerika. Tegenwoordig is zijn agenda dusdanig gecompliceerd dat hij letterlijk all over the place werkt. Anderen zouden overweldigd worden door zo’n bestaan, maar Nicola houdt zijn hoofd koel. Hij houdt van mensen, reizen en krijgt energie van zijn omgeving. “Mijn geheim is dat ik kan me aanpassen aan iedere situatie. Ook mijn stijl kan ik als een kameleon veranderen als ik dat wil. Onderweg heb ik fantastische mensen en vrienden ontmoet met wie ik nu samenwerk. Ik volg mijn instinct. Zo heb ik mijn wereld en netwerk op­ gebouwd. Ik ben een dromer met een enorme fantasie. Maar ik blijf altijd gefocust en verlies nooit het grote plaatje uit het oog. Work hard, play hard!” Dat hij nu verbonden is met het ‘huis Diesel’ vindt hij zowel enerverend als spannend. “Geloof me, het is heel intens en ik ben nog maar net begonnen. Ik ben super gelukkig! Ik krijg veel ruimte om mijn eigen ding te doen. Tijdens mijn eerste ontmoeting met Renzo (Rosso, oprichter van Diesel, red.) zei hij: ‘Kom op, is dit alles wat je kunt?’ Ik mag zo gek en wild doen als ik zelf wil. Eerlijk gezegd doe ik nu vooral onderzoek om alle ins and outs van het bedrijf te weten

te komen, dat kost even tijd. Maar het voelt nu al als de perfecte match. Ik kan me geen beter bedrijf voorstellen om voor te werken.” De eerste uiting waarmee hij zijn stempel op het merk drukt, is de pas verschenen campagne Diesel Reboot die hij zelf omschrijft als “eenvoudig, out-of-the-box en helemaal Diesel”. We kennen allemaal hun weirde artsy advertenties van eind jaren 90 nog wel. Zijn doel was om de wonderbaarlijke geschiedenis van het merk te om­ armen, én vernieuwen. Als een stukje verleden in een digitaal jasje. In plaats van professionele modellen fungeren ‘echte’ gezichten in de campagne. Via Tumblr en Instagram is hij op zoek gegaan naar de nieuwe helden van de huidige generatie, digitaal invloedrijke en creatieve figuren. Sociale media vormen voor hem de belangrijkste kanalen om onderzoek te doen. Het is nog wel even wachten op zijn ontwerpen; zijn eerste officiële show staat gepland in maart. Maar daarover hoeft Nicola Formichetti zich vanavond nog even niet druk te maken. Nu is hij met zijn hoofd nog vooral bij de ITS-competitie en de “verbluffende finalisten.” “Ze zijn allemaal zeer getalenteerd, het is echt inspirerend om hier te zijn. De kids zien er wel wat overweldigd uit, in gedachten probeer ik ze op hun gemak te stellen zodat ze kunnen focussen op wat relevant is. Het valt immers niet mee om plotseling je creatieve visie te moeten uitleggen aan een panel ernstig kijkende,

27

elitaire modeprofessionals!” Aan het einde van de rit moeten de ideeën van de kandidaten duidelijk zijn en hun collecties een helder concept communi­ ceren. Is er toekomst voor deze nieuwe lichting studenten in het huidige, lastige modeklimaat? Volgens Nicola alleen als hun werk realistisch is en een commerciële waarde heeft, van ontwerp tot productie, tot op de plank. “Kleding moet verkopen”, zegt hij stellig. Afgestudeerde ontwerpers wordt vaak aangeraden om na hun studie eerst een stage te gaan volgen om zoveel mogelijk werkervaring op te doen voordat zij een eigen label starten. Maar Nicola vindt dat geen must, hij heeft meegemaakt dat goede vrienden van hem zichzelf verloren en volledig vastliepen bij grote merken of als assistent van een ontwerper. Zoals met alles kost het veel tijd en toewijding om ver te komen. Maar als het op ambities aankomt, heeft hij een duidelijke opinie: “Wie slim is zet zichzelf op de juiste manier in de markt en gaat voor een eigen merk!” Zelf heeft hij nooit gedroomd van een celebritystatus en voor de camera staan. Hij zakt achterover in de grote poef en lacht: “Maar ik denk dat het daar nu te laat voor is.” www.nicolaformichetti.com

Gc Interview


Door Marjolein Stormezand Fotografie: Nicky Onderwater

Styling: Maaike Staal Haar: Ingrid van Hemert voor Balmain en Bumble & Bumble—House of Orange Make-up: Ingrid van Hemert voor Clinique—House of Orange Model: Hiu—SPS Modelmanagement Assistent fotografie: Maxime Cardol Assistent styling: Hendrik Samuel Alle kleding: Wenda Harmsen


Zonnebril Mykita, kistjes Van Dijk & Ko

Wenda Harmsen Er zijn modeontwerpers die al tijdens hun kinderjaren weten dat ze voorbestemd zijn om te creÍren. Ze nemen op jonge leeftijd plaats achter de naaimachine van familie­ leden en schetsen al een droomwereld als de rest nog met de contouren van huis en boom bezig is. Anderen komen via een omweg bij hun eindbestemming, net zoals Wenda Harmsen. 29

Gc Interview


Ketting Zipper, stoel Neef Louis

Wenda Harmsen

Geboren in Amsterdam en getogen in Bussum, was het met twee ouders werkzaam als tandarts enigszins logisch dat ze na het VWO koos voor een gedegen universitaire studie. Welke studie precies, wist Wenda niet, ze zocht naar iets dat haar een goede basis zou geven. Ze voelde zich thuis in Parijs. De Franse taal en cultuur trokken haar, dus na de middelbare school vertrok ze voor vier maanden naar een gastgezin. Eenmaal terug in Nederland restte de vraag waar ze zich dan voor zou inschrijven. Hoewel ze ook een studie modevormgeving overwoog, werd het een studie Franse taal en cultuur aan de Universiteit van Amsterdam. Na het behalen van haar

masterdiploma bleef er een onbevredigd verlangen, waardoor ze zich alsnog inschreef voor een deeltijd studie aan de Gerrit Rietveld Academie. Harmsen: “In de anderhalf jaar dat ik op de Rietveld zat, kreeg ik les in allerlei disciplines binnen de autonome kunst. Ik tekende, schilderde, leerde beeld en geluid monteren, maar het onderdeel mode ontbrak. En dat was nou juist iets waar ik me zo tot aangetrokken voelde.” Ze onderzocht na anderhalf jaar welke modeopleiding het beste bij haar paste, en dat bleek die aan de HKU te zijn. “De Rietveld was me als academie iets te heftig. De HKU voelde meteen heel goed. Het gebouw is licht, de mensen zijn er

geaard. Het leek me er vrijer”, legt ze uit. Al tijdens haar 2 e leerjaar liep Harmsen stage bij Jan Taminiau. “We moesten een keuzevak kiezen en ik wilde heel graag in de praktijk aan de slag, om zo snel mogelijk werkervaring op te doen. Bij hem deed ik vooral heel veel handwerk.” Het bleek een goede beslissing, want na de stage mocht ze nog aan een aantal projecten voor Jan werken. In het 3 e jaar koos ze voor een stage bij Conny Groenewegen. “Ik werkte er vooral aan korte projecten, en leerde er veel over het ontwerpproces. Dat het goed is om fouten te maken, bijvoorbeeld. Dat je er niet bang voor hoeft zijn, maar dat ze je beter maken.

30

Ik raakte er zelfverzekerd over mijn kunnen.” Toch was het grootste leer­ moment het afstuderen zelf. “Dan haal je het meeste uit jezelf.” Haar afstudeercollectie The P..... Collection begon met het schilderij Oculus Rift van Shannon Finley. Tijdens een bezoek aan New York zag ze het schilderij in een galerie. “Het was het eerste schilderij dat ik wilde kopen, dat ik wilde bezitten. Het was zo mooi, zoiets had ik eigenlijk nog nooit eerder gevoeld.” Ze besloot in de huid van de schilder te kruipen en experimenteerde met een schilderachtige benadering van stof. Ze begon met de kleur. Hoe kon ze bijvoorbeeld de parelmoerglans


Kousen Falke, schoenen Underground, kraagje Bjørg, kistjes Van Dijk & Ko


Ketting Bjørg, kousen Falke, schoenen Underground, stoel Neef Louis


Ketting Lynn Ban via Stylebop

Wenda Harmsen

het beste weergeven? En hoe kon ze de structuur van het doek, en het gevoel dat het doek haar gaf, vertalen in de materiaalverwerking? In deze volgorde werkt Harmsen altijd. Eerst de kleur en het materiaal, daarna pas de vorm. Ze begint nooit uit het niets met schetsen. Haar beeldtaal is kleurrijk, hoewel er altijd een soort rust in zit. Afstandelijkheid, noemt ze het zelf. Ze houdt niet van voor de hand ­l iggende materialen. Ze wil de stof manipuleren maar wel op zo’n manier dat er een balans in zit. Hoewel haar collectie een bepaalde vrouwelijkheid bezit, is deze niet kwetsbaar. De schoenen, waarvan de hakken vervangen zijn door

rubberen zolen, zijn daarvoor een mooie metafoor. Harmsen legt uit dat ze een haat-liefdeverhouding heeft met hakken. Ze staan voor een ultiem vrouwelijk beeld, maar door ze te dragen, word je kwetsbaarder, omdat je beperkt wordt in je bewegingsvrijheid. “Ik voel me daar zelf helemaal niet prettig bij. Sexy hoeft niet te zitten in dit soort geijkte elementen. Je hoeft niet in een blote, strak zittende jurk te lopen. Het kan ook anders. Dat wil ik bestuderen.” Ze werkt het liefst thuis, met de muziek van Nick Cave, PJ Harvey en Radiohead op de achtergrond. Maar haar inspiratie haalt ze vaak uit de literatuur. Op dit moment leest ze graag

boeken van Douglas Coupland. “Zijn hoofdfiguren zijn altijd antihelden. Ik voel met daar tot aangetrokken. Op straat kijk ik ook graag naar de ‘gewone man’. Ik vind het prettig om me bezig te houden met mensen die niet in de spotlight staan.” Momenteel is Harmsen vooral bezig met het perfectioneren van haar portfolio en het uitzoeken waar ze naartoe wil. “Ik heb een specifieke visie, maar ik vind het moeilijk om te definiëren wat ik daarmee moet doen. Waarom zou ik in godsnaam nog iets willen toevoegen aan het huidige modeklimaat? Ik wil nu eerst kijken of het mogelijk is om de stukken van mijn afstudeercollectie ergens te verkopen. Om het hele proces

33

mee te maken, van ontwerp tot productie.” Maar ook het buitenland lonkt. “Ik merk dat ik in Amsterdam geneigd ben om mensen in hokjes te plaatsen. Om te groeperen. Als ik op een onbekende plek ben, heb ik dat niet.” Hoewel het met haar kennis van de Franse taal en cultuur logisch zou zijn om in Parijs aan de slag te willen, trekt Londen haar toch meer. “De kleding is er minder feminien. Ze durven er naar mijn mening afstand te nemen van het klassieke idee over mode en ‘vrouwelijkheid’. Ik kan me daar beter in verplaatsen.” www.wendaharmsen.nl

Gc Interview


Door Sander van Dalsum Fotografie: Suzy Poling

Holly Herndon

34


Holly Herndon Opgegroeid in Tennessee, op uitwisseling naar Berlijn, en uiteindelijk geland in San Francisco’s Bay Area—Holly Herndons levensreis langs het platteland, een dancemetropool en een van de techno­ logiehoofdsteden van de wereld heeft haar tot de muzikant gemaakt die zij nu is. Met zowel zeer complexe composities, die je modern klassiek zou kunnen noemen, als ritmische dance floor fillers, experimenteert de jonge componist er met elektronica en haar stem op los.

Degenen die eind vorig jaar kennis hebben gemaakt met Holly Herndons debuut Movement, hebben hun geduld grondig getest. Mocht je de hele rit hebben uitgezeten en het album zelfs nogmaals hebben afgespeeld, dan beschik je over stalen zenuwen. Zeven ‘liedjes’ lang komt er welgeteld geen enkel conventioneel fragment muziek voorbij, en viert het minimalisme haar zegen. Stoten van adem, zeeën van ruis en baslijnen uit de iconische Roland TB303 synthesizer zijn slechts een greep uit dit muzikale palet. Holly zingt, maar haar stem blijft niet ongedeerd nadat verschillende effecten er een hypnotiserend geheel van hebben gemaakt. “Waarom zou ik iets doen dat al gedaan is? Ik zie daar het punt niet van in”, legt Holly uit als men beweert dat haar muziek niet altijd even makkelijk is. De uiteenlopende invloeden van Holly’s muziek vinden hun oorsprong in de plekken die ze in de loop der jaren bezocht. Het landelijk gebied van Tennessee en de Berlijnse clubs kunnen op papier alleen maar met elkaar botsen. En hoewel dit relatief vaak gebeurt op Movement, vormt het in praktijk juist een smaakvol geheel. “Zingen heb ik geleerd aan het kampvuur met mijn

f­ amilie, waar we wekelijks in een kring samenkwamen. Ook zat ik bij verschillende koren in de kerk, dit kun je nog steeds in mijn muziek horen.” Voordat Holly op uitwisseling ging naar Berlijn, had ze dan ook nog niet echt kennis gemaakt met muziek van buiten haar staat. “Pas toen ik in Duitsland ging wonen, hoorde ik elektronische muziek. Zoiets had ik echt nog nooit eerder gehoord.” Na het luisteren volgde dj’en, en later ook produceren. De verhuizing naar San Francisco’s Bay Area plakte haar vocale kunsten aan de liefde voor elektronica, met als lijm de vooruitstrevende technologische ontwikkelingen in haar omgeving. “Het is raar, als ik in The Bay Area ben, voelt het niet alsof ik bewust bezig ben met technologie. Maar zodra ik er een stap buiten zet, weet ik dat ik geobsedeerd ben”, vertelt ze aan Glamcult. Zodra een muzikant met een laptop op het podium staat, wordt deze door puristen en door hardware geobsedeerde musici vaak afgedaan als lui, ongeïnspireerd en onecht. Holly ziet haar laptop juist als een van de intiemste instrumenten op aarde, en vermoedt dat de acceptatie van, bijvoorbeeld een gitaar, komt doordat

mensen dit ‘kennen’. “Dagelijks heb ik gesprekken op Skype en stuur ik mails naar mensen die ik ken en minder goed ken. Alle emotionele gebeurtenissen uit mijn leven komen voorbij in die gesprekken en daarom voelt geen enkel apparaat meer ‘van mij’.” Op dit moment schrijft Holly een boek, waarin ze deze overtuiging verdedigt. “Door al mijn ­l opende muziekprojecten, mijn studie en een druk tourschema heb ik er bijna geen tijd meer voor, maar ik ben bezig met een boek over de kracht van laptop performances. Ik ben nog altijd op zoek naar manieren om deze optredens kleiner te maken. Ik ben al aardig op weg. Er komt een heel bijzonder project aan, maar hier horen jullie snel meer over.” De experimentele electro-niche waarin Holly zich bevindt, wordt, niet heel verrassend, al jarenlang gedomineerd door mannen. Hoewel de kenners vast tientallen invloedrijke meisjes kunnen noemen, zijn er statistisch gezien in de media toch minder female powerhouses in deze scene. “Het is een stroming die geregeerd wordt door blanke mannen. Dit is op zich geen probleem, maar als er zo nu en dan een vrouw opduikt, wordt ze meteen vergeleken met andere vrouwen”, zegt Holly. “Zelfs als mijn

35

muziek klinkt als die van een mannelijke ‘collega’, wordt er nog eerder verwezen naar een vrouw die een totaal andere sound heeft. Het is zo vermoeiend om te zien dat dit seksistische fenomeen nog zo actief plaatsvindt.” Hoewel Movement nog vers in het geheugen ligt, is Holly alweer aan het investeren in de opvolger. Dezelfde routine volgen als vorige keer, zit er niet in. “Binnenkort zal er een single verschijnen waarbij je ook een app kunt downloaden. Iedereen met opnamesoftware zal met deze applicatie zijn of haar stem kunnen bewerken door middel van ritme en patronen, zoals ik dat deed op Movement”, licht Holly alvast een tipje van de sluier op. Om de vergelijking met r&b zanger T-Pain, die bekend staat om zijn vaste aanwezigheid van autotune, kan Holly gelukkig wel lachen. “Voor hem werkt het, dus waarom voor mij niet?” www.hollyherndon.com Holly Herndon treedt tijdens REWIRE Festival in Den Haag op 8 november op en tijdens Le Guess Who? in Utrecht op 30 november.

Gc Interview


Tekst en fotografie: Leendert Sonnevelt

Sean Nicholas

Savage

36


Sean Nicholas Savage Er zijn weinig artiesten die als twintiger tien albums op hun naam hebben staan. Sean Nicholas Savage heeft dat daarentegen wel, en niet de minste. In Amsterdam deelden we een biertje met ­Seany, zoals de moderne crooner zichzelf noemt. Aan bod kwamen zwaar­wichtige onderwerpen als depressie en het overlijden van zijn grootmoeder. Maar wees niet bang, in zijn werk vindt Sean een wonderlijk optimisme, waardoor hij ketchup met de zin van het leven durft te vergelijken.

Schijn bedriegt, dat bewijst het voor­ komen van Sean Nicholas Savage maar weer. Al is de zanger tegenwoordig— samen met muzikale vrienden als Grimes en Doldrums—het gezicht van de uiterst productieve scene van Montreal, zijn jeugd bracht hij door in Edmonton, een Canadese stad omringd door uitzichtloze prairies en olievelden. Als kind was Sean druk in de weer met het maken van films, totdat hij op 12-jarige leeftijd de gitaar ontdekte. “I just fell in love with it”, vertelt hij. “Tegelijkertijd kwam ik erachter dat ik kon zingen én heel makkelijk liedjes schreef.” Seans geboorteplaats hield hem echter gevangen. “Edmonton is een heel frustrerende plek, alles draait er om handel. Natuurlijk kom je overal leuke mensen en goede muziek tegen, maar wat is een economie zonder kunst? Helemaal niets!” Het enige wat Sean nu nog aan de stad bindt is zijn familie en de leren veter die onder zijn boord vandaan piept. Voor tieners en creatieve geesten mag er dan weinig te beleven vallen, voor kinderen bevindt inspiratie zich gelukkig overal. “Op de kleuterschool hadden we ’s middags altijd nap time”, vertelt de zanger lachend. “De docenten speelden dan Pachelbels Canon in D, telkens opnieuw. Bij zoiets prachtigs val je toch niet in slaap?” Toen Sean eenmaal de twintig was gepasseerd, verhuisde hij naar het noorden. “Ik kon kiezen tussen Vancouver en Montreal”, legt hij uit. De keuze was eenvoudig. “Montreal is een stuk goedkoper dan Vancouver. Samen met andere

muzikanten woonde ik in betaalbare lege ruimtes. Veel van mijn huisgenoten touren nu over de hele wereld, eigenlijk net als ik.” Een vaste band heeft Sean niet. “De jongens die me vergezellen (en op de achtergrond over de Wallen fantaseren, red.) zijn mijn goede vrienden. Soms speel ik alleen, soms met een andere zanger. Hoe dan ook, mijn show is altijd minimaal met veel ruimte voor nuances.” In wat hij “een moeilijke periode” noemt, ontstond Seans meest recente album, Other Life. “Heavy, mid-twenties kind of stuff”, aldus de muzikant. “Vanuit artistiek oogpunt vind ik het niet mijn beste album. Tegelijkertijd is het wel de eerste plaat waarvoor ik heel professioneel te werk ging.” Lachend: “Nee, niet alleen in financieel opzicht. Waarschijnlijk had ik als afwasser meer spaargeld dan nu!” Een ode aan het gebroken hart, zo omschrijft Sean de plaat. Tegelijkertijd is het veel meer dan dat. “Other Life gaat over perspectief en overwinning. Ik bevond me tijdens het schrijven op een dieptepunt. Je kunt jezelf dan niet voor de gek houden of een gemaakte glimlach opzetten. Gelukkig kon ik wel aan de situatie ontsnappen met behulp van mijn fantasie. Om te overleven moest ik de advocaat van de duivel zijn. Other Life bevat daarom vooral een boodschap aan mezelf: ‘Seany, it’s not so bad.’” Wie Sean ooit heeft zien en horen zingen, weet dat zijn performances prettig onnavolgbaar zijn. De ene journalist noemt hem een van kleur veran-

derende kameleon, de ander omschrijft hem als kleinkind van John Waters. Beide vergelijkingen doen echter tekort aan de manier waarop Sean, breekbaar in letterlijke en figuurlijke zin, zijn hart uitstort in zijn werk. “Het podium is een vreemde plek”, mijmert hij. “Het is ook een surrealistische plek. Iedere keer bevind ik me weer in een nieuwe positie, tegenover een vreemd publiek. Ja, dan voel ik me soms heel alleen.” Het moge duidelijk zijn: een alter ego heeft Sean Nicholas Savage niet. Artiesten die een onderscheid maken tussen persoon en performer, daar begrijpt hij niets van. “In mijn familie wordt bijna niet gezongen”, vertelt hij. “Een paar jaar geleden besefte ik me dat ineens. Ik ben de enige met een stem die wordt opgenomen en gedocumenteerd! Mijn grootmoeder lag destijds op sterven, dus ik schreef meteen een nummer voor haar vanuit het perspectief van opa Savage. My Girl, heet het. Een tijdloos nummer is het niet. Mijn grootvader houdt wel van muziek, maar mijn liedjes doen hem volgens mij niet zoveel. Ik weet zelfs niet of hij mijn ode aan grandma ooit heeft gehoord.” Balancerend tussen verfijnde humor en uiterst serieuze levenslessen maakt Sean duidelijk dat hij de moeilijke tijd achter zich heeft gelaten. “Het gaat goed met me”, zegt hij opgelucht. “Ik leef zonder vastigheid, reizend van plek naar plek. Soms blijf ik ergens een paar weken. En wanneer het moeite kost om daar weg te gaan, weet ik dat het te lang voor me was. But that’s just Seany.”

37

Waar de zanger wel in thuis is, is het werk dat hij treffend omschrijft als zijn kunst. “Daarin vind je mijn enige roots, het is het allerbelangrijkste voor me. I’m not really connected. Wanneer het goed gaat met zijn kunst is Seany blij.” Disconnected, dat is Sean Nicholas Savage ten voeten uit. “Ik hoop niet dat mijn muziek deprimerend is”, concludeert de singer-songwriter met een glimlach. “Het leven gaat nou eenmaal niet om the fun. Het leven gaat om een tevreden gevoel. Hoewel, misschien is tevreden niet het juiste woord, maar is vertrouwen de juiste term. Vertrouwen dat iets goed is, dat vind ik een volwassen gevoel. Fun is funny too, je hebt er altijd een klein beetje van nodig. Net als hot sauce op een burger. Op zichzelf is het niet genoeg, net als ketchup! Misschien is ketchup wel de zin van het leven.” Disconnected? Geef ons nog maar wat Seany. Met ketchup s’il vous plaît.

Gc Interview


Door Joline Platje Fotografie: Valentina Vos

Factory Floor Het mechanische, kille feestgedreun van Factory Floor wordt gefabriceerd door een drietal dat het podium ziet als een lopende band, zichzelf als de arbeiders, en de muziek als het eindproduct. Glamcult sprak met de Londense band over hun machientje dat momenteel op volle toeren loopt.

Luisterend naar de rauwe, industriële, repeterende ritmes en melodieën van Gabriel ‘Gabe’ Gurnsey, Dominic Butler en Nic Colk Void, die gedrieën Factory Floor vormen, waan je je onmiddellijk op een rave in een kil en bedompt Londens warehouse. Maar een echte Londense band is Factory Floor niet. Gabe (drums) komt oorspronkelijk uit het noorden van Engeland, Nic (zang en gitaar) uit het oosten en Dominic (synth) uit het zuiden. Wel bracht de stad het trio bij elkaar en voedde het. “Ik ontmoette Gabe en Dominic een keer tijdens een van hun optredens in Londen. Ze vroegen mij of ik hun EP wilde inzingen in The Premises. (De beroemde studio in East London, waar zo’n beetje iedere respectabele muzikant lijkt te hebben gewerkt. Van Amy, Adele, Florence en Duffy tot de jongens van Hot Chip, Bloc Party en Blur, red.) Ik woonde om de hoek en na twee maanden hadden we onze eerste gezamenlijke gig”, begint Nic een beetje terughoudend. Zo snel als het samenstellen van de band ging, zo lang duurde het voordat de drie een debuutalbum uitbrachten. “We waren simpelweg niet blij met wat we deden. We speelden al op heel veel festivals, maar de nummers die we uitbrachten voelen als snapshots, die we releasten terwijl we druk bezig waren

met het ontwikkelen van nieuwe nummers op het podium”, vertelt Gabe. Nic vult aan: “We hebben in de afgelopen vier jaar ook onze eigen studio gebouwd, dat kostte veel tijd. En terwijl we daarmee bezig waren, vervulden we een residency aan The Institute of Contemporary Arts, waardoor we ook vaak aan andere projecten werkten.” De drie gebruikten de kunstgalerie om te experimenteren en vroegen daarvoor verschillende muzikanten om met ze samen te werken, zoals de New Yorkse, progressieve componist Peter Gordon. Hun onderzoeksplek bij het artistieke platform vertelt veel over de ­m anier waarop Factory Floor door velen wordt gezien: als een van de meest opwindende, vooruitstrevende bands op aarde, die kunstliefhebbers en muziekjunkies weet te verenigen. Ze gaan veel verder dan het nabootsen van hippe ’80s geluiden en duistere stamptechno. Zelf zijn ze minder uitgesproken, blijkt al gauw uit het gesprek met de drie tamelijk schuchtere muzikanten. Want hoewel Factory Floor gelouterd wordt om hun briljante en forward-thinking sounds, zijn de lievelingsgeluiden van de band­ leden de volgende: “claps” (Gabe), “mijn gitaar” (Nic) en “het geluid van regen” (Dominic). Opeens barst Gabe in lachen uit: “Niet het geklap van het publiek,

natuurlijk. Gewoon, drum claps.” Geen overdreven of spiritueel gedoe voor deze Britten dus, deze klaarblijkelijke rasmuzikanten die hun muziek zelf enkel omschrijven als “primitief”. Afgelopen september was het dan zo ver, een self-titled langspeler lag in de schappen. Uitgebracht door DFA Records, onder muzikanten beter bekend als de DFA family. “Overal waar we spelen worden we warm onthaald door onze ‘neefjes’ en ‘nichtjes’. Het is een feestelijk label. It’s all about fun”, bevestigt Gabe serieus. Fun, niet echt het eerste waar je aan denkt, als je naar de machinale, hypnotiserende loops van Factory Floor luistert. De mechanische drums van Gabriel, de vervreemdende stem en gitaaruithalen van Nic en de uitwaaierende, stalen arpeggio’s van Dominic kunnen je dezelfde chills geven als Joy Division ooit deed. Ware het niet dat Factory Floor in de loop der jaren een stukje feest heeft weten te inte­ greren. “Onze muziek is eigenlijk heel upbeat. Mensen zijn vaak verbaasd hoe party wij zijn”, zegt Dominic droogjes. Het trio nam de plaat heel toepasselijk op in hun inmiddels in gebruik genomen studio, een omgebouwde oude fabriek. De drie zijn duidelijk dol op montageprocessen en industriële omgevingen, want zowel Nic als Gabe

38

woonden in een fabriek. “Op het podium voelt het voor ons ook alsof we aan een lopende band staan”, legt Nic uit. ­“Onze muziek is het product dat Factory Floor maakt.” Dominic grapt: “We controleren graag ieder biscuitje dat voorbij komt!” De cadans van Londen draagt bij aan dit ‘product’. “Als je het continu in en uit the tube stappen van zoveel ­m ensen visualiseert, snap je hoe de herhalende, gritty patronen in onze muziek zijn geslopen”, stelt Nic. Gabe: “De mens is zeer ontvankelijk voor zijn omgeving. Wij vragen ons dan ook weleens af wat er zou gebeuren als we een 2 e album op een totaal verlaten plek zouden ­o pnemen.” Een gezellig kampvuuralbum van Factory Floor? Dominic: “Nou, nee. De natuur vertoont ook zeer specifieke, zichzelf herhalende patronen. En kan bovendien, op een andere manier, net zo wreed zijn als de stad.” Factory Floor treedt op 30 oktober op in Bitterzoet in Amsterdam.

Gc Interview


Visual Essays

40 I wanna remember us just as we are now. Fotografie: Klaas Jan Kliphuis

46 Are you in need of any assistance today, sir? Fotografie: Paolo Colaiocco


Overhemd, jas en schoenen Carven, broek Burberry Prorsum, sjaal H&M

I wanna remember us just as we are now.



Links Jas Burberry Prorsum, pak Hugo Boss, sjaal Drake’s, riem Drykorn, sokken Bresciani, schoenen Prada

Rechts Trui Topman, broek H&M, sjaal H&M




Links Jas Hermès, blazer Hugo Boss, broek H&M, schoenen Burberry

Rechts Jas en laarzen Chanel, trui Diesel, sjaal H&M

Fotografie: Klaas Jan Kliphuis Styling: Xaviera Aubri—Angelique Hoorn Management Haar en make-up: Suzanne Verberk voor M.A.C. en Balmain hair—NCL Representation Model: Fleur—Paparazzi models Assistent fotografie: Lucas Verdonk Assistent styling: Babette van Tielrooij Met dank aan: GVB Amsterdam


Links Trui Vivienne Westwood, overhemd Levi’s, bril Lotho, vlinderdas Cor Sine Labe Doli

Rechts Trui Levi’s, broek Vivienne Westwood, bretels en sokken Gallo, schoenen Car Shoe


Are you in need of any assistance today, sir?


Links Jumpsuit Caruso, trui Vivienne Westwood, schoenen Car Shoe, sokken Gallo, hoed Borsalino, bril Montblanc

Rechts Jas Diesel, overhemd Vivienne Westwood, hoed Borsalino, vlinderdas Cor Sine Labe Doli



Links Jas Woolrich, trui Corneliani, overhemd en broek Levi’s, hoed en sokken Gallo, schoenen Fratelli Rossetti, bril Lotho

Rechts Colbert Woolrich, trui Nike, overhemd Vivienne Westwood, broek Levi’s


Fotografie: Paolo Colaiocco Styling: Alessia Caliendo Haar en Make-up: Consuelo Cardella Model: Paulo—Urban Milano


Film IDFA

Blood Ties

The World’s End

De heftigste, mooiste en extreemste verhalen vinden we nog altijd in de werkelijkheid. Glamcult tipt daarom enkele toppers uit het programma van de aankomende editie van het International Documentary Film Festival Amsterdam, dat van 20 november tot 1 december plaatsvindt op diverse locaties in, ja, Amsterdam dus. Ukraine Is Not a Brothel Een kijkje achter de schermen van de omstreden Oekraïense feministische protestgroep Femen, die het afgelopen jaar regelmatig de voorpagina’s haalde. Vanwege de vele blote borsten, maar ook omdat (nota bene) een mán de scepter bleek te zwaaien. Hoe zit het nu echt? Cutie and the Boxer Hartverwarmend verhaal over een in New York wonende Japanse kunstenaar met een groots ego… en een drank­ probleem. Zijn vrouw stond als zijn muze altijd op de achtergrond, maar nu ze allebei op leeftijd zijn, ontdekt ze dat ze zelf óók een volwaardig kunstenaar is. First To Fall Twee in Canada studerende Libiërs besluiten in 2011, gewapend met camera’s en geweren, naar hun moederland af te reizen om te strijden in de revolutie. Ze hebben echter nog nooit een lijk gezien, laat staan dat ze weten hoe ze in een leger moeten functioneren. Moedig, knettergek—of allebei?

Door Maricke Nieuwdorp

Douwe Bob: Son of a Fool Als winnaar van De Beste Singer-Songwriter van Nederland lijkt niets het muzikale succes van Douwe Bob Posthuma in de weg te staan. Maar deze zoon van de legendarische Simon Posthuma ziet aan zijn vader dat succes een keerzijde kan hebben. Supermensch: The Legend of Shep Gordon Voordat men in de Amerikaanse entertainmentindustrie had bedacht hoe je artiesten in de markt zet, had manager Shep Gordon al uitgevonden wat je kon bereiken met een slecht imago, veel seks en dode kippen. Beroemde artiesten vertellen de meest fantastische verhalen over deze levende legende.

Omar

Vanaf 21 november Regie: Hany Abu-Assad Acteurs: Adam Bakri, Leem Lubany, e.a. Het is even stil geweest rondom de Palestijns-Nederlandse filmmaker Hany Abu-Assad, die met eerdere films zowel discussies als lof oogstte. Dat eerste vooral nadat bekend werd dat enkele cruciale momenten uit zijn documentaire Ford Transit (2002) in scène gezet/ nagespeeld werden. Desondanks maakte zijn film over de problematiek in de Palestijnse bezette gebieden diepe indruk. Zijn speelfilm Paradise Now (2005), over de laatste dag van twee zelfmoordterroristen, was eveneens een voltreffer. Ook met Omar keert Abu-Assad terug naar de regio. Dit keer met een volledig lokale cast

en crew, waardoor Palestina dit drama begrijpelijkerwijs besloot in te zenden voor de Oscar voor Beste Niet-Engelstalige film. Het bestaan van twintiger Omar speelt zich af rondom de ­s cheidingsmuur op de Westelijke ­J ordaanoever. Werk en thuis bevinden zich aan de ene zijde, zijn liefde en vrienden aan de andere. Dagelijks ontwijkt hij Israëlische muurbewakers en klimt hij via een geïmproviseerde touwladder naar zijn bestemming. De door Israël gebouwde muur knaagt aan de gefrustreerde Palestijnse vriendengroep, die daarom besluit tot een verzetsdaad die alras jammerlijk uit de klauwen loopt. Omar is de enige die na een wilde achtervolging ge­ arresteerd wordt. Vele bikkelharde verhoren later zwijgt hij nog altijd. Toch

wordt het duidelijk dat hij voor zijn vrijheid en zijn nog op te bouwen toekomst een hoge prijs zal moeten betalen. Opnieuw grijpt een film van Abu-Assad je keihard naar de keel. Naast de treffende emotionele lading is ook op beeldniveau niet beknibbeld; Omar is gevuld met mooie omgevingsshots en geloofwaardig gefilmde achtervol­ gings­­s cènes. De regisseur—tevens scenarist—heeft er bovendien goed aan gedaan veel alledaagse en ­h umoristische dialogen te schrijven. Nee, ook deze keer zul je de zaal niet verkwikt of opgeruimd verlaten, maar dit drama is vanwege diverse redenen te belangrijk om mis te lopen. Drama

52

Vanaf 31 oktober Regie: Guillaume Canet Acteurs: Clive Owen, Marion Cotillard, e.a. Sjacheraar en beroepscrimineel Chris (Owen) wordt na een jarenlange gevangenisstraf vrijgelaten. Het is 1974 en Brooklyn is nog een ruige wijk. Frank (Billy Crudup), politieman en Chris’ jongere broer, staat Chris met de nodige argwaan aan de poort op te wachten. Zal zijn oudere broer eindelijk het rechte pad bewandelen? Chris lijkt zijn best te doen, maar het verleden is moeilijk te ontlopen. Aanpassen aan de burgermaatschappij blijkt voor hem bovendien verdomde moeilijk; het foute geld lonkt. Met de grote beslissingen die Chris in louche clubs maakt, zet hij niet alleen zijn eigen toekomst, maar ook de carrière van Frank op het spel. Hoewel deze an sich aardige misdaadfilm al na kritiek in Cannes met twintig minuten werd ingekort, blijft Blood Ties helaas nog altijd te lang. Het production design is prachtig, de acteurs spelen prima, maar de verhaallijnen blíjven maar komen. Had de Franse Canet voor een paar plotwendingen minder gekozen, dan was deze film top geweest. Misdaad

Vanaf 14 november Regie: Edgar Wright Acteurs: Simon Pegg, Nick Frost, e.a. Hoewel er plannen waren deze 3 e film uit een trilogie van de Britten Pegg, Frost en Wright straight to dvd uit te brengen, pleitten de fans voor een bioscooprelease. Wel zo aardig; hun maffe komedies Shaun of the Dead en Hot Fuzz kregen ook die kans. Een groep gezapige veertigers keert, min of meer gedwongen door de ooit populaire, maar nu aan lager wal geraakte Gary (Pegg), terug naar hun geboorteplaats voor een megakroegentocht. De heren krijgen al snel het gevoel dat er iets niet klopt in het kleine stadje en dat blijkt nogal zacht uitgedrukt. Het is niet de vraag hoe groot hun kater zal worden, maar of ze überhaupt deze wilde nacht zullen over­ leven. Over male bonding gesproken… Wie het fantastisch van de pot gerukte zombieavontuur Shaun of the Dead kent, weet dat je álles van deze Britten kan verwachten. The World’s End is niet zo verrassend of hilarisch als die eerste, maar met een beetje goede wil en veel drank achter de kiezen is hij goed te doen. Komedie

The Way Way Back

Grand Central

Vanaf 7 november Regie: Nat Faxon, Jim Rash Acteurs: Steve Carell, Toni Collette, e.a.

Vanaf 28 november Regie: Rebecca Zlotowski Acteurs: Tahar Rahim, Léa Seydoux, e.a.

De eerste vakantie van de onzekere puber Duncan (Liam James) met zijn stiefvader Trent (Carell), lijkt er één from hell te gaan worden. Op weg naar het strandhuis, kan Trent het al niet laten om Duncan in te peperen dat hij ‘nog lang geen 10 is’. Een zesje komt dichter in de buurt. De toon is gezet. Terwijl Duncans moeder (Collette) dolverliefd is op haar nieuwe minnaar, tekent de overduidelijk lijdende Duncan in stilte de dagen af. Dan stuit de 14-jarige stomtoevallig op een zwemparadijs in de buurt, waar een coole manager (Sam Rockwell) de dienst uitmaakt. Het wordt al snel Duncans vluchthaven. Ondertussen laat Trent thuis zien wat een ongelofelijke eikel hij is; niet alleen tegen stiefkinderen, maar ook als geliefde, vriend en in zijn algemeenheid blijkt die titel op hem van toepassing. Een aangenaam tragikomische film, ge­ regisseerd door de schrijvers van het Oscarwinnende scenario van The ­D escendants. Een lief coming-of-ageverhaal met soms wat conventionele oplossingen. Gelukkig vol milde humor en geweldige acteurs. Drama

Hoewel Zlotowski mocht rekenen op twee van de nu hotste acteurs uit Frankrijk, is de locatie en het daaruit voortkomende drama veruit het sterkst. Grand Central speelt zich af rondom een kerncentrale. Gary (Rahim) tekent er voor een baantje, wat hem zowel geld oplevert als het risico van een overdosis radioactiviteit. De kleine gemeenschap van werknemers die rondom de centrale is neergestreken, is zich daar maar al te zeer van bewust. Daarom werken ze hard, maar feesten ze evengoed tot ’t gaatje. Ze voelen allemaal dat ze aan de afgrond staan. Omdat Gary smoorverliefd wordt op de aanstaande vrouw van zijn collega, verliest hij alle veiligheid uit het oog— binnen de kerncentrale en daarbuiten. Om niet van haar gescheiden te raken, liegt Gary over het stralingsniveau waaraan hij is blootgesteld. De sfeer van dreiging en het bijna buitenmaatschappelijk bestaan van de personages wordt mooi overgebracht, maar het niveau van andere Franse producties als La vie d’Adèle en Un prophète haalt dit drama helaas niet. Drama


4 Guys From The Future

Kelela

Albums

Kwes.

Icona Pop

Omar Souleyman

Adagio

Cut 4 Me

This is… Icona Pop

ilp

Wenu Wenu

Tambourhinoceros

Fade To Mind

Warner Music

Warp Records / V2 Records

Domino / V2 Records

Mocht je vorig jaar bij een concert van Choir Of Young Believers zijn geweest, dan is Adagio wellicht niet helemaal nieuw voor je. Als voorprogramma van deze band speelde Bjarke Porsmose, frontman van 4 Guys From The Future, meerdere malen in Nederland. Adagio is het 2 e album van zijn Deense groep. De creatieve bron van het viertal beperkt zich in werkelijkheid tot Bjarke zelf; de muzikale basis, maar ook de teksten nam de zanger voor zijn rekening. Emotionele chaos, daar draait Adagio om. Zoals de titel al aangeeft weet het kwartet dit thema op verrassend comfortabele wijze te vertolken. Qua genre kleuren de mannen weinig buiten de lijntjes; elementen uit vier à vijf generaties popmuziek worden gerecycled tot een volwassen mix van geruststellende altpop en herfstachtige Krautrock. Het resultaat is een weldoordachte en gedetailleerde plaat, iets dat overigens geldt voor heel de stal van Tambourhinoceros. (Was er maar een award voor het platenlabel met de allerallerallerbeste naam!) Door Leendert Sonnevelt

Jam City, Girl Unit, Nguzunguzu, en Kingdom hebben de laatste jaren met hun releases op Fade To Mind en Night Slugs furore gemaakt door dansvloermuziek uit elkaar te trekken, op te rekken, en eigenzinnig weer in elkaar te zetten. Met deze labels achter de knoppen van je eerste mixtape, loop je al flink wat stappen voor op het overschot aan r&b-zangeressen die de afgelopen jaren de elektronische muziek veelvuldig domineerden. En dit is ook precies hoe het debuut van Kelela klinkt: futuristisch en bombastisch. Met zulke uit­ gesproken producties zou je bijna denken dat een stem geen schijn van kans maakt, maar dit gaat niet op voor Kelela, die een nu-al-iconische stem heeft waar je meteen meer van wilt horen. Met een laptopspeaker of goedkoop dockingsysteem doe je haar dan ook tekort—de subbassen van de dertien liedjes complimenteren de uithalen van vocalist en creëren zo een zeer complexe, maar toch makkelijk verteerbare club banger. Door Sander van Dalsum

Bij de ’90s bitches van Icona Pop gaat het niet om subtiliteit of elegantie; het Zweedse popduo gaat liever met een schorre keel naar huis. Schaamteloos zingen de twee Sisqo’s Thong Song tijdens een karaokesessie voor Pitchfork TV. Icona Pop pretendeert niets, maar maakt gewoon plezier. Op debuut This is… Icona Pop wordt duidelijk dat de twee de muziek-als-uitlaatklepfilosofie aanhangen; het is een album vol uitbundige powerpop waar je op wil, nee móét dansen, joggen of eh… stofzuigen. Megahit I Love It (die overigens geschreven werd door Charlie XCX) schoot als een speer de wereld over en kwam niet voor niets terecht in de nu al legendarische serie Girls. This is… Icona Pop balanceert op de lijn tussen goed en fout. Het is daardoor geen plaat die je op elk moment van de dag wil opzetten. Maar zéker wel als je een wilde avond tegemoet gaat. Door Anna Nita

Tijdens het beluisteren van ilp bemerk je binnen no time dat je te maken hebt met een buitengewoon getalenteerde jongeman. Deze jongeman werd geboren als Kwesi Sev in Londen. Zijn (muzikale) opvoeding inspireerde hem tot het creëren van een soort pop waarbij experimentele soundscapes, verstilde elektronica, dubritmes, jazz-onberekenbaarheid en r&b-finesse de ingrediënten vormen. Kwes. zelve definieert deze uitkomst als freepop, muziek waarbij het binnen een song alle kanten op mag gaan, van ondefinieerbare beats tot commerciële refreintjes en klassieke piano-ouvertures. Zeg maar via Darkstar naar Brain Eno en terug naar TV On The Radio. Elke track barst van vernuftige vondsten (het epische cablecars bijvoorbeeld), de verhalen zijn persoonlijk (36 gaat over zijn opa en oma) en zijn stijl is uniek. ilp mag dan een eersteling zijn, als producer werkte Kwes. al met onder anderen Damon Albarn, The xx en Micachu. Dit blijken slechts vingeroefeningen te zijn geweest voor dit debuut met hoofdletter D. Flabbergasting goed. Punt. Door Matthijs van Burg

Hij wordt aangekondigd als de man die alle bruiloften in het Midden-Oosten deed veranderen. Een geknutseld hippe albumtrailer bewijst echter dat Omar Souleyman zich met Wenu Wenu op de westerse wereld richt. Aan de basis van zijn oeuvre ligt de dabke, een Arabische volksdans waarin volop gestampt en geklapt wordt. Souleyman versnelde de dans en gaf hem een elektronische boost, met een ware hype tot gevolg. Onder groot gejuich ijsbeert hij tegenwoordig over festivalpodia en zelfs Bj������������������������� ö������������������������ rk onderging een succesvolle Arabische behandeling. Voor Wenu Wenu dook Souleyman voor het eerst de studio in. Syrische, Koerdische en Irakese elementen mixte hij met eigentijdse genres, van electro en moombahton tot (!) techno. De producerende hand werd verleend door Four Tet, ook al is het album naar eigen zeggen “bijna live”. En daar bevindt zich een probleem. Zonder festivalgangers, geestverruimende middelen en het beeld van de charismatische zanger verliest het oosterse sprookje een stukje charme. Gelukkig bevat Wenu Wenu ook genoeg booty shaking potentie om het tegendeel te bewijzen. Door Leendert Sonnevelt

Lily & Madeleine Lizzo

Lorde

Museum of Bellas Artes

Vatican Shadow

LIZZOBANGERS

Pieces

Lily & Madeleine

Pure Heroine

Remember Your Black Day

Totally Gross National Product

Force Majeure / Best Fit Recordings

Asthmatic Kitty/Konkurrent

Universal Music

Hospital Productions

Mocht het zo zijn dat de bangers van Lizzo je geen ene reet doen, ga je dan maar ergens stilletjes in een hoekje zitten afvragen what’s wrong. Want damn, Lizzo grijpt je zoals je al een tijdje niet gepakt bent. De manier waarop deze MC uit Minneapolis haar rhymes spit, is niet per se verrassend; Missy Elliott ging haar voor. Maar laat één ding duidelijk zijn, deze meid staat haar mannetje. Fris, onbevangen, zelfverzekerd en overtuigend is het debuut LIZZOBANGERS. De plaat is het resultaat van de synergie tussen vier personen; Lazerbeak (beats), Ryan Olson (productie) en Cliff Rhymes (vocalen) stonden haar bij. Lichte waarschuwing vooraf, Lizzo’s dikke sound laat je dansen zoals je sinds de nineties niet gedaan hebt! Door Niels Wiese

In een andere tijd en op een andere plek was Museum of Bellas Artes misschien een power rockband geweest. Maar het trio komt uit hedendaags Stockholm. En dus wordt hun hang naar het barokke (de instrumentale openings­ track Fantasia begint als een Andrew Lloyd Webber-musical) vermengd met sferische, bedwelmende europop die het label epic niet misstaat. In 2009 had het trio al succes met een bouncy cover van de ’60s hit Who Do You Love van The Sapphires. De releases die volgden, ambient en dromerig, plaatsen hen met name in de hoek van jj en consorten. Nu, vier jaar later, is er dan het gewaagde debuutalbum Pieces, waarmee een nieuwe weg wordt ingeslagen. Minder super catchy disco, en juist meer goth, postpunk en Americana-invloeden. Alice Luther Näsholms fraai gekwelde stem—ergens tussen Zola Jesus en Neko Case in—is daarbij een sterke troef. Ondertussen mag de synth gelukkig blijven schitteren. Hit Bear Cubs (met Blondie-rifje) vormt een mooie brug tussen oud en nieuw werk. Op repeat ermee. Door Vanessa Groenewegen

Twee harmonieus glijdende stemmen met een beetje twang, gitaar en/of piano, wat strijkers, tamboerijn en een goeie dot melancholie. Een beproefd muzikaal recept dat ons dit najaar wordt geser­ veerd door de zusjes Lily en Madeleine Jurkiewicz uit Indianapolis, die optreden onder de naam Lily & Madeleine en hun debuutalbum eveneens zo genoemd hebben. Baanbrekend is het allemaal niet, maar waarom zouden er ook nieuwe wegen bewandeld moeten worden als de aloude paden ons langs zoveel prachtigs kunnen leiden? Uitschieters kent dit album ook niet echt, het kabbelt heerlijk door en zo hebben we het graag. Dus als je op een herfstige zondag weer eens op zoek bent naar een cd’tje met meerstemmig zingende, weemoedige meis­ jes voor bij je kopje thee, dan kun je Alela Diane, Jessica Lea Mayfield en First Aid Kit veilig in de kast laten liggen en Lily & Madeleine de namiddag van wat sfeer laten voorzien. Door Fay Breeman

Een intrigerend lage stem, eigenzinnige teksten en een nieuwsgierig makende persoonlijkheid—het is nogal bewonderenswaardig voor een beginnend artiest uit geboortejaar 1996. De NieuwZeelandse Ella Yelich-O’Connor—stage name Lorde—dwingt de luisteraar zich te verdiepen in haar verhaal, gehuld in sierlijke lange jurken. Geen getwerk in te kleine plastieken broekjes; als een echte dame betreedt ze de podia van Jools Holland en Jimmy Fallon. Daar kwam ze terecht door single Royals, een catchy nummer dat haar in een mum van tijd internationale allure opleverde. Debuut Pure Herione is niet, zoals je waarschijnlijk denkt, van éénhitje-en-dan-snel-even-een-stuk-oftien-nummers-erbij-verzinnen-kwaliteit. Al vanaf haar 13 e (sinds ze tekende bij Universal Music) heeft Lorde in samenwerking met meerdere schrijvers gewerkt aan deze plaat. Pure Heroine toont aan dat Lorde nogal wat in haar mars heeft, een individualist met een liefde voor electropop en r&b. Hopelijk blijft ze eigenwijs genoeg om haar eigen verhaal te continueren! Door Anna Nita

Een waslijst aan pseudoniemen sieren Dominick Fernows discografie—de ene alias neemt nog meer mythische proporties aan dan de ander. Een oplettend oog heeft hem vast voorbij zien komen op een persfoto van synthpopband Cold Cave, maar zijn soloprojecten zijn tot op de dag van vandaag alleen weggelegd voor liefhebbers. Hoewel de naam Vatican Shadow religieuze complottheorieën doet opwekken, is dit project volgens Fernow enkel en ­a lleen gebaseerd op de militaire interventies van de Verenigde Staten. En dan nu de million dollar question: hoe vertaal je dit naar muziek? De repetitieve black metal gitaarriffs, langzaam kabbelende techno en filmische strings doen uitstekend werk in het neerzetten van een uitzichtloze sfeer, maar echt de terreur van oorlog uitbeelden? Nee. En juist daarom is de missie van Remember Your Black Day geslaagd, en moet deze moeilijk uitspreekbare muziek het hebben van haar donkere, ongrijpbare karakter. Door Sander van Dalsum

53

Gc Update


Stuff Glamstuff winnen? Stuur een mailtje met je naam, adres en telefoonnummer naar glamstuff@glamcult.com. Laat ook duidelijk weten in het onderwerp welke prijs jij graag zou willen winnen! Winnaars krijgen per email bericht. Omar Souleyman

Wenu Wenu 3 CD’s

Lorde

Pure Heroine 3 CD’s

Icona Pop

This Is... Icona Pop 3 CD’s

Omar

Oh Boy

5 x 2 bioscooptickets voor Hany Abu-Assads drama, waarin Omar, een jonge bakker, de scheidingsmuur tussen Israël en de Westelijke Jordaanoever beklimt op zoek naar zijn grote liefde.

Een humoristisch drama van Jan Ole Gerster waarin de hoofdpersoon zich realiseert dat hij niet langer alleen op zijn goede uiterlijk kan vertrouwen en toch volwassen moet worden. Zelfs een kopje koffie bestellen lukt niet. 5 DVD’s

Museum of Bellas Artes

Oh Land

3 x 2 vrijkaarten voor het concert van Oh Land in de Botanique in Brussel op 15 nov.

Pieces 3 CD’s

Lizzo

LIZZOBANGERS 3 CD’s

Jessy Lanza

2 x 2 vrijkaarten voor het concert van Jessy Lanza in OT301 in Amsterdam op 4 dec.

Le Guess Who?

De 7 e editie van Le Guess Who? vindt dit jaar plaats van 28 nov t/m 1 dec. Vier dagen lang klinkt er muziek in de Utrechtse binnenstad van onder andere Braids, Oneohtrix Point Never, Glasser, Visionist, Diana, Wampire en METZ. Glamcult geeft 3 passe-partouts weg!

54

Gc Plus


Ja, ik wil Glamcult! Ontvang Glamcult 10 keer per jaar voor € 37,- en loop voortaan geen enkele editie mis!

Ga naar www.glamcult.com en zoek op ‘abonnement’ om je in te schrijven. Verkoopinfo American Apparel www.americanapparel.net

Drake’s www.drakes-london.com

Nike www.nike.com

Bjørg www.bjorgjewellery.com

Drykorn www.drykorn.com

Peet Dullaert www.peetdullaert.com

Borsalino www.borsalino.com

Falke www.falke.com

Prada www.prada.com

Bresciani www.bresciani.it

Fratelli Rossetti www.fratellirossetti.com

Stylebop www.stylebop.com

Burberry www.burberry.com

Gallo

Swatch www.swatch.com

Car Shoe www.carshoe.com Caruso www.carusomenswear.com Carven www.carven.com Chanel www.chanel.com Converse www.converse.nl www.converse.be Corneliani www.corneliani.com Cor Sine Labe Doli www.corsinelabedoli.com Diesel www.diesel.com

H&M www.hm.com Hermès www.hermes.com Hugo Boss www.hugoboss.com Levi’s www.levis.com Lotho www.lotho.fr Lynn Ban www.lynnban.com Montblanc www.montblanc.com Mykita www.mykita.com Neef Louis www.neeflouis.nl

Thom Browne www.thombrowne.com Topman www.topman.com Underground www.underground-england. co.uk Van Dijk & Ko www.vandijkenko.nl Vivienne Westwood www.viviennewestwood.co.uk Wenda Harmsen www.wendaharmsen.nl Woolrich www.woolrich.eu Zipper www.zipperstore.nl

Gc Update


RÉSIDENCE DE LA MODE VIJFJARIG JUBILEUM

Tijdens het vijfjarig jubileum van Résidence de la Mode staat van 1 tot 10 november de binnenstad van Den Haag wederom geheel in het teken van mode en creatie. Dit publieksevenement geeft inwoners en bezoekers van de stad al vijf jaar lang de kans om zich op elegante wijze te laten verleiden door mode van Nederlandse bodem. Een route door het centrum van Den Haag leidt mode­ liefhebbers langs verschillende pop-up stores en exposities van jonge ontwerpers. Hoogtepunt van de route is Le Magasin de la Mode, de conceptstore waar menig gevestigd ontwerper zijn of haar collectie verkoopt of exposeert. Le Magasin de la Mode biedt je de unieke gelegenheid om te genieten van Nederlands design, om het te voelen en te ervaren. Bovendien is het de plek bij uitstek om je te laten informeren over het publieksprogramma en kun je er terecht met al je vragen over Résidence de la Mode.


RÉSIDENCE DE LA MODE VIJFJARIG JUBILEUM

Foto: Philip Gentis

Dutch Fashion Foundation is de crea­ tieve motor achter het initiatief. ­Angelique Westerhof benadrukt het belang van het tiendaagse mode eve­ nement: “Als we ruim tien jaar terug in de tijd kijken, was er een collectieve blinde vlek voor mode en lifestyle.

Foto: Petrovsky & Ramone

De gemeente Den Haag geeft al vijf jaar haar toegewijde steun voor de orga­ nisatie van het evenement. Niet alleen heeft de stad een overeenkomstige visie op het highlighten van Nederlandse mode, ook ziet zij de mogelijkheden van internationalisering en profilering van de stad als bloeiende modekern in Nederland. Bovendien is Den Haag al vier jaar lang het thuis van de Dutch Fashion Awards, het evenement waar­ bij jonge Nederlandse talenten de kans krijgen hun collecties aan een inter­ nationale standaard te meten. Marjolein de Jong, wethouder van Cultuur, ­Binnenstad en Internationaal: “Met het mode-event Résidence de la Mode zet Den Haag tien dagen lang mode­

liefhebbers en talenten in de spotlights. Den Haag heeft ambacht en creatie hoog in het vaandel staan.” Door haar anticyclische handelingen op het gebied van mode weet de stad zich te onder­ scheiden van andere Nederlandse steden binnen het domein fashion. “De boetieks, grote winkelformules én de rijke modetraditie maken Den Haag tot ‘the place to be’ voor desig­ ners om hun ontwerpen te presente­ ren aan het nationale en internationale publiek.” Waar individuele inzet en collectieve inspanningen samenvallen, daar kunnen ambities werkelijk worden gemaakt. Ook Angelique Westerhof, directeur van Dutch Fashion Foundation, is zich daarvan bewust: “Wij voelen dat deze stad onderdeel is van wat wij willen bereiken.”

Foto: Philip Gentis

Résidence de la Mode 2013, het Haagse publieksevenement, is na vijf succes­ volle jaren toe aan haar jubileumeditie. De drie partijen die nauw betrokken zijn bij de organisatie kijken met veel geloof en trots uit naar wederom tien dagen waarin de Nederlandse mode door nationale en internationale bezoe­ kers gevierd zal worden.

I­nmiddels is het mode­bewustzijn in Nederland aanzienlijk gegroeid, mede dankzij initiatieven als de Dutch Fashion Awards, Résidence de la Mode en de verbetering van het modeonderwijs. De huidige status die mode nationaal heeft weten te bemachtigen proberen we constant verder te sturen en te kanaliseren. Résidence de la Mode is dan ook het uitgelezen event om het grote publiek kennis te laten maken met Nederlandse modetalenten.” Winkelman Van Hessen, het communi­ catieadviesbureau dat medeorganisator is van Résidence de la Mode, is zich bewust van het belang van gebundelde krachten en de resultaten die hieruit kunnen voortvloeien. Hanneke Verburg, directeur van Winkelman Van Hessen: “Résidence de la Mode geeft ons de unieke gelegenheid om het Nederlandse modetalent te presenteren en boven­ dien bezoekers te verbinden aan deze opkomende en gevestigde ontwerpers. Als directeur van Winkelman Van Hessen ben ik trots dat wij samen met de gemeente Den Haag en de Dutch

Fashion Foundation op deze manier een positieve bijdrage kunnen leveren aan de discipline.” Met Résidence de la Mode hopen de gemeente Den Haag, Dutch Fashion Foundation en Winkelman Van Hessen het publiek aan te moedigen zich te verbinden met Nederlands modetalent, zodat de ambities van de afgelopen vijf jaar voortgezet kunnen worden. Voor de jonge ontwerpers is dit de uitgelezen kans om uit hun vertrouwde ateliers te stappen en de ontmoeting aan te gaan met pers en publiek. Ook gevestigde namen zullen vertegen­ woordigd zijn met hun collecties. Met vele pop-up stores en exposities is de moderoute door de binnenstad van Den Haag, Parcours de la Mode, de rode draad die de bezoeker het verhaal vertelt van de ambities en doelstel­ lingen van zowel de ontwerpers als de organiserende partijen. Kom naar Den Haag en beleef mode van Nederlandse bodem tijdens Résidence de la Mode 2013!


Foto: Jip Broeks

PARCOURS DE LA MODE

Foto: Kyle Tryhorn

Foto: Lisandro Suriel

Loekie Mulder

Christa van der Meer

Anne de Grijff

Parcours de la Mode Parcours de la Mode is een moderoute die door de binnenstad van Den Haag loopt. Op deze route bevinden zich onder andere de grote conceptstore Le Magasin de la Mode en tijdelijke pop-up stores en expositieruimtes van een diverse groep getalenteerde Nederlandse modeontwerpers. 1. Le Magasin de la Mode Prinsestraat 2d—Le Magasin de la Mode is het hart van de route, waar werken van diverse modeontwerpers getoond en verkocht worden. In deze ‘huiskamer’ kun je een drankje drinken en meer informatie krijgen over het programma van de gehele Résidence de la Mode. Het zal een ontmoetings­ plek zijn waar poëtische beleving en visuele proeverij centraal staan. In Le Magasin de la Mode e ­ xposeren

bijzondere talenten hun werk, zoals Anne de Grijff, Esther Boskaljon en Lidewij Corstiaans. Anne de Grijff Sinds 2008 richt designer Anne de Grijff zich op de creatie van minima­ listisch design met een unieke snit en innovatieve elementen. Vorig jaar werden haar creaties beloond met een Dutch Touch Paris Award tijdens de Dutch Fashion Awards 2012. De soberheid van haar kleurenpalet en de voorkeur voor rechte lijnen geeft haar collectie een androgyne uitstraling. Esther Boskaljon Continuïteit en sensualiteit met een androgyne uitstraling, zijn de kern­ begrippen van Esther Boskaljons ont­ werpen. De expositie draait om haar collectie Continuum en is geïnspireerd

door een fotograaf uit de vroege 20e eeuw die zich richtte op de pure esthetische vormen van de natuur. In Le Magasin de la Mode vind je enkele van haar creaties. Lidewij Corstiaans Lidewij Corstiaans presenteert een van haar nieuwste projecten: Nomadic Frames. Deze collectie bestaat uit mobiele houten raamwerken waarop textielontwerpen zijn gespannen die tot stand zijn gekomen in samen­ werking met Ugo Tonneijck. 2. The Hague Talents Prinsestraat 2b—Tijdens Résidence de la Mode wordt er dit jaar ook aandacht besteed aan de jongste modeontwer­ pers van Nederland: de studenten van de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag. Merel

Bos, Nienke Smeulders, Nikki Duijst en Sonny Roffel vertegenwoordigen deze nieuwe generatie met werk uit hun tweede en derde jaar aan de academie. 3. The Hague Talents Prinsestraat 4a en 4b—Jonge ontwer­ pers zijn goed vertegenwoordigd in de route, ook hier op de Prinsestraat. Loekie Mulder, Christa van der Meer en Anouk van Klaveren studeerden allen in 2013 af aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag. Hun diverse collecties representeren de haat-liefdeverhouding voor schoonheid, het contrast tussen het buitengewone en het menselijke, en de liefde en fascinatie voor portretten. Ook worden op dit adres realiteit en waarneming lijnrecht tegenover elkaar gezet door modeontwerper Tessa van


Foto: Valentina Vos

Foto: Jacob van Rozelaar

PARCOURS DE LA MODE

Anne van den Boogaard

4. The Barbershop & Co Torenstraat 35a—The Barbershop & Co is een nieuwe conceptstore in het centrum van Den Haag, waar flexibele bedrijfshuisvesting wordt aangeboden aan starters in de creatieve sector. The Barbershop & Co presenteert tijdens Résidence de la Mode up and coming talent. +MickKeus Een jeans is een onmisbaar item in ieders kledingkast en daarom een goede reden om eens langs te gaan bij jeansmerk +MickKeus. Het label ontwikkelt spijkerbroeken zo dat ze op een natuurlijke wijze kunnen slijten, om ze karakter en een authentieke, rauwe uitstraling krijgen. Allan Vos In deze tijdelijke pop-up expo zal Allan Vos zowel zijn nieuwste herencollectie als items uit zijn voorgaande dames­ collecties presenteren. De Haags ge­ schoolde ontwerper staat bekend om zijn avant-gardistische collecties die een fijne mix tussen dandy en sporty te noemen zijn.

Dorhout Mees De collecties van Esther Dorhout Mees komen tot stand vanuit een fascinatie voor de rol die kleding speelt in het dagelijks leven van vrouwen. De voort­ durende wisselwerking tussen het lichaam en het materiaal, tussen bedekken en blootleggen, is een terugkerend element in haar ontwer­ pen. De expositie in de etalage van het pand staat in het teken van materiaal en structuur. New Talents Ieder jaar wordt er door de organisatie van Lichting een selectie gemaakt van ’s Nederlands meest getalenteerde afgestudeerde modestudenten van het afgelopen studiejaar. Maak hier kennis met hét nieuwe talent van 2013: Anne van den Boogaard, Katrien Baaij, Maartje van Hooij en Wenda Harmsen, die dit jaar onder­ deel van Lichting 2013 uitmaken.

Foto: Mart Tebbens

der Meerendonk, die in haar collectie 10|90 gebruikmaakt van optische illu­ sies. Ontwerper Dewi Bekker zoekt de grenzen op in haar collectie I would like to drink beer high among the Aesir. Het gebruik van felle kleuren en oncon­ ventionele materialen zorgt voor een surrealistische sfeer, die de zoektocht weergeeft naar de balans tussen fanta­ sie en het alledaagse. Beide ontwerpers zijn afgestudeerd aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag, Tessa in 2012 en Dewi in 2013.

Dorhout Mees

Tessa Wagenvoort Handgemaakte prints en bijzondere printtechnieken, daar staat womenswear ontwerper Tessa Wagenvoort voor. Haar ontwerpen komen op ­natuurlijke wijze tot stand door het gebruik van oude ambachtstechnieken en moulage. De unieke prints en drie­ dimensionale designs zijn vertalingen van natuurbeelden en ambachten die ze ontdekte tijdens haar reizen. Vanharten Annemarije van Harten exposeert met haar label vanharten als onderdeel van Parcours de la Mode enkele items uit haar collectie Wear/Ware. De collectie geeft een nieuwe betekenis aan klassieke elementen en vervaagt de grenzen tussen mode en homeware.

Maartje van Hooij


PARCOURS DE LA MODE

Foto: Lonneke van der Palen

Michael Barnaart van Bergen Boetiek

Warmenhoven & Venderbos

vanharten

5. Het Nutshuis: Pieter van den Boogert Riviervismarkt 5—Het Nutshuis is een onafhankelijk podium voor kunst, cultuur en maatschappij in Den Haag en zal tijdens Résidence de la Mode de fotopresentatie van Pieter van den Boogert presenteren. Zijn project What We Wear visualiseert een trilo­ gie over de productie in Bangladesh, de consumptie in Nederland en recy­ cling van kleding in Ghana. Hierin wordt duidelijk dat Westerse rijkdom onlosmakelijk verbonden is met slechte werkomstandigheden en wereldwijde marktmechanismen. 6. Marije de Haan Kerkplein 4a—De expo van Marije de Haan bestaat uit een verzameling van foto’s, tekeningen en stukken uit haar collectie, Oh, god! Did you eat all that acid?, die de bezoeker meeneemt

naar de setting waar de collectie­ presentatie tot stand is gekomen: de droge woestijn van Black Rock City in Nevada. 7. Michelangelo Winklaar Haagsche Bluf 39—Met inspiratie uit de sculpturen van de Duitse kunstenaar Karin van de Walle en elementen uit het Victoriaanse tijdperk ontwerpt Michelangelo Winklaar collecties die de natuurlijke vrouwelijke vormen van het lichaam accentueren. De unieke stukken worden elk met de hand gemaakt. 8. Sis Josip Hoogstraat 9—Galerie Sis Josip pre­ senteert kunst en mode met onder andere Christa van der Meer, Fenny Faber en Nata Ryzh. Op zondag, maandag en dinsdag bent u van harte welkom tussen 13.00 en 17.00 uur.

9. Michael Barnaart van Bergen Boetiek Papestraat 1b—Als voormalig mode­ ambassadeur van de stad Den Haag mag de winkel van Michael Barnaart van Bergen niet ontbreken in Parcours de la Mode. Onlangs is een van zijn jurken opgenomen in de collectie van het Gemeentemuseum. Zijn laatste collectie kan omschreven worden als seventies glam gemaakt voor de krachtige femme fatale. 10. Omar Munie Noordeinde 43t—De tassen van Omar Munie zijn exclusief en handgemaakt, met een mondiale uitstraling en worden veelal gezien als de perfecte combi­ natie van functionaliteit en design. Door het hanteren van verschillende stijlen is het aanbod veelzijdig en bo­ vendien exclusief. Na het openen van zijn eerste winkel in Rotterdam, heeft

hij dit jaar ook zijn deuren geopend voor het Haagse publiek. 11. Warmenhoven & Venderbos Noordeinde 45—Warmenhoven & Venderbos staan bekend om hun stijl­ volle en vrouwelijke prêt-à-porter collecties in minimalistisch design met een onderscheidende visie en unieke snit. Hun collectie is tijdens Résidence de la Mode exclusief te koop in de tijdelijke pop-up store gevestigd aan het Noordeinde. 12. Eudia Denneweg 65—Onder leiding van ontwerper Evelien Gentis-Smit staat Eudia sinds 2010 bekend om haar hoeden die, elegantie en zelfvertrou­ wen uitstralen op een speciale gelegen­ heid of gewoon op straat. Als jong ondernemer combineert Evelien haar


Foto: Kevin Rijnders

Foto: Philip Gentis

PARCOURS DE LA MODE

Eudia

Sjaak Hullekes

passie voor hoeden met haar oog voor mooie en bijzondere elementen uit de wereld. Vele jaren van ervaring en opleiding in zowel Amsterdam als Buenos Aires hebben gezorgd voor het ontstaan van unieke en eigentijdse ontwerpen.

14. KABK STOOR Herengracht 38—De STOOR van de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten is het verkooppunt voor exclusieve handgemaakte producten gemaakt door studenten en alumni van de KABK. 15. Django Steenbakker Anna van Buerenplein 48, New Babylon, Unit 12—Met zijn innovatieve kijk op proporties, verhoudingen en combinaties van texturen zet Django Steenbakker een strikte, doch speelse nieuwe collectie neer. In de expositie zijn enkele outfits van zijn laatste couture collectie te bewonderen in het zojuist geopende, eigentijdse winkelcentrum New Babylon, dat net naast het Centraal Station in Den Haag gelegen is.

Foto: Petra Pijlgroms

13. Sjaak Hullekes Denneweg 116—Sjaak Hullekes haalt de inspiratie voor zijn menswear collec­ ties uit nostalgische herinneringen, waarmee hij de romantische kijk op het verleden vertaalt naar een jong en verfrissend hedendaags beeld. Zijn exquise stofkeuze en snit werden in 2009 beloond met een Mercedes-Benz Dutch Fashion Award. Dit jaar werd de tweede Sjaak Hullekes store officieel geopend in Den Haag.

Django Steenbakker


Le Magasin de la Mode 2011

Impressie Le Magasin de la Mode 2011

Impressie Le Magasin de la Mode 2012

Parcours de la Mode Dimitry Frenko Krul

De Mode Salon 2, 3 en 5 november, om 20.00 uur (op zondag) of 15.00 uur Een avant-gardistische salon met thee, sweet sensations en Haute Couture-shows. Kunst en mode met onder anderen Christa van der Meer, Fenny Faber en NATA RYZH. Toegang kost €45,- (maximaal 15 personen per keer). Wilt u dit meemaken reserveer dan via contisis@gmail.com. Galerie SIS JOSIP, Hoogstraat 9

publiek van Résidence de la Mode of vrouwen die ook van mannenmode houden. Verschillende prestigieuze menswear labels en ontwerpers zullen het winkelpubliek voorzien van vrij­ blijvend stijladvies. Deelnemende labels zijn onder andere Sjaak Hullekes, Travelteq, Measyou en Esther Boskaljon. Vrij toegankelijk. Concept store Le Magasin de la Mode, Prinsestraat 2d

Les Soeurs Rouge Workshop Create Your Own Fashion 3 november, 11.00 uur tot 14.30 uur Hier proef je van patroontekenen, leer je een rok op eigen maat ontwerpen en vervaardigen onder begeleiding van de zusjes Dorrith en Marlous de Roode. Toegang is gratis. Kaarten reserveer je via www.residencedelamode.nl of haal je in Le Magasin de la Mode in de Prinsestraat 2d. Atelier Les Soeurs Rouge, Binckhorstlaan 36 unit M3/50

Women’s Wear Event 07 november, 17.00 uur tot 21.00 uur Een avond speciaal voor het dames­ publiek dat graag goed gekleed door het leven gaat. Verschillende prestigi­ euze womenswear labels en ontwer­ pers zullen het winkelpubliek voorzien van vrijblijvend stijladvies. Deel­ nemende labels zijn onder andere Marcha Hüskes, Jennifer de Bruyckère, Youasme en Warmenhoven & Venderbos. Vrij toegankelijk. Concept store Le Magasin de la Mode, Prinsestraat 2d

Men’s Wear Event 5 november, 17.00 uur tot 21.00 uur Een avond speciaal voor het mannelijke

Chanel: De legende 12 oktober 2013 tot 2 februari 2014 Chanel: De legende vertelt het fasci­

nerende verhaal van Gabrielle ‘Coco’ Chanel (1883—1971) en haar befaamde modehuis. De tentoonstelling toont diverse topstukken zoals originele ­ontwerpen uit de jaren 20 en 30, man­ telpakjes uit de jaren 60 en creaties gedragen door beroemdheden zoals Marlene Dietrich, Romy Schneider en koningin Paola van België. Uiteraard wordt ook de rol van Karl Lagerfeld belicht. Gemeentemuseum Den Haag, Stadhouderslaan 41, www.gemeentemuseum.nl Slow Fashion 7 november, 20.00 uur tot 24.00 uur Slow Fashion is een event met catwalk­ shows van vier ontwerpers, een talkshow, speeddates en een film­ programma—allemaal rond het thema eerlijke en duurzame mode. Geënga­ geerde ontwerpers tonen hun werk en experts gaan in gesprek over de opkomst van de ethische mode-­ industrie. Deelnemende labels zijn ­Elsien Gringhuis, Marjanne van Helvert, Natalie de Koning en Niki Milioni. Toegang kost €7,50 in de voorverkoop of €10,- aan de deur. Kaarten reserveer

BRON VAN INSPIRATIE

je via www.nutshuis.nl of haal je in Le Magasin de la Mode in de Prinsestraat 2d. Het Nutshuis, Riviervismarkt 5 November Expat Route 1 oktober Next to the official route during the event of Résidence de la Mode, the Parcours de la Mode, there will be a special route set out for expats, who are eager to learn more about The Hague and Dutch design. The route will take you through the city centre to visit The Hague’s most interesting and inspiring fashion hotspots, inclu­ ding several Résidence de la Mode pop-up stores and the conceptstore Le Magasin de la Mode at Prinsestraat 2d. When joining one of the group tours, with a storyteller and stylist as your guide, Le Magasin de la Mode will be your final stop. Here you can receive style advice and shop your ultimate Dutch design outfit. For more information visit www.residencedelamode.nl

POËTISCHE BELEVING

HART VAN RÉSIDENCE DE LA MODE

MAGASIN DE LA MODE EN PROGRAMMA


PLATTEGROND No or

KAART 2

de in de

11 10

oik

De

ho

eg

Sc

ew

we

nn

eu

e

Ni

ind

e

de

ad

or

KAART 1

Ho

12 13

RICHTING KAART 2

No

Koninklijk Paleis Noordeinde

ols t ra at

ns

t ra

at

nn

ew

eg

eu

es

t ra

at

aat

rn

st r

ho

aa st r

Sc

og

we

Ho

ze Ka

uin in T

De

s Vo

ole

Ni

M

ols

t

t ra at

Pr

ra

at

a ra

st

st t

er

se

et

in

Pi

9 at

Pr

in

se

st

ra a

t

No Pr

in

se

st

at

lst

raa

aa

tr

t

t

An

3

na

st

ra

at

KAART 3

RICHTING KAART 3

8

n Ko

en er st

15 Anna van Buerenplein 48 / New Babylon Unit 12 Django Steenbakker

t

14 Herengracht 38 KABK STOOR

a ra

KAART 3

Bu

13 Denneweg 116 Sjaak Hullekes

n

12 Denneweg 65 Eudia

va

KAART 2

Anna van Buerenplein

na

11 Noordeinde 45 Warmenhoven & Venderbos

15

at

10 Noordeinde 43T Omar Munie

in

t ra

4 Torenstraat 35A / The Barbershop & Co +MickKeus Allan Vos Anne van den Boogaard Dorhout Mees Katrien Baaij Maartje van Hooij Tessa Wagenvoort vanharten Wenda Harmsen

9 Papestraat 1B Michael Barnaart van Bergen

ple

ns

l

3 Prinsestraat 4A,B Anouk van Klaveren Christa van der Meer Dewi Bekker Loekie Mulder Tessa van der Meerendonk

8 Hoogstraat 9 SIS JOSIP Christa van der Meer Fenny Faber NATA RYZH

ge

7 Haagsche Bluf 39 Michelangelo Winklaar

eg

2 Prinsestraat 2B Merel Bos Nienke Smeulders Nikki Duijst Sonny Roffel

6 Kerkplein 4A Marije de Haan

in

5 Riviervismarkt 5 / Het Nutshuis Pieter van den Boogert

w

5

1 Prinsestraat 2D Conceptstore Le Magasin de la Mode Anne de Grijff Esther Boskaljon Lidewij Corstiaans

ns

7

KAART 1

te

k

Grote Kerk

te

in

re

ar

ple

He Ke r

ui

k Ker

Gr ote

Zw

at

de

eb

ra

Ron d

6

ht

nj

st

ac

ra

14 r ng

O

en

na

Den Haag Centraal

Grote Halstr aat

2 To r

i

lia

Rij

1

ing

u nJ

An

4

ra

be

es

st raat

p Pa

Hoog

t

t ra

ra a

at

ols

st

t ra

M

se

Ju

as

de

in

Id

Ou

Pr

w ou ffr



Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.