GLAMCULT // ISSUE 09 // NOVEMBER 2012

Page 1

“Kapow!”

FREE Issue 9, november 2012 Jaargang 9

Glamcult Independent Style Paper




Campaign for Wool

concept Martijn wNekoui photography Pieter Jan Boterhoek styling Victor Alex Chavagne hair & make-up Charlotte at oOzaga products by Ellis Faas


November 5th - 11th

wool week amsterdam 2012 www.campaignforwool.nl

PATRON: HRH THE PRINCE OF WALES


Issue 9

Cult

Update

Platform

Kim Hospers

8 12

Special

Maison Martin Margiela with H&M 29 Visual Essays

Interviews

Nicolas Andreas Taralis Jan Duursema Léa Seydoux Maya Vik MS MR Ghost Loft Christophe Lemaire My Tiger My Timing

14 20 24 26 28 37 38 42

Fuck today... 46 Not if anything... 52 Live

Converse Nights 58 Update

Film Albums Stuff

Plus

60 61 62

Colofon Uitgever Hoofdredacteur Rogier Vlaming rogier@glamcult.com

Grafisch Ontwerp Glamcult Studio: Isabelle Vaverka Suzie Wempe

Chef- en Eindredactie Joline Platje joline@glamcult.com

Sales Sarah Johanna Eskens sarah@glamcult.com

Redactie Mode Steffie Henderson steffie@glamcult.com

Aan deze editie werkten mee: Anna Nita, Claire van den Berg, Dorothy Vrielink, Fay Breeman, Georgette Koning, Jorieke Abbing, Leendert Sonnevelt, Lisa den Oudendammer, Matthijs van Burg, Niels Wiese, Rikke Maas, Sander van Dalsum, Sharda Fähmel, Thomas Stevens, Vanessa Groenewegen

Redactie Film Maricke Nieuwdorp maricke@glamcult.com Creative Director Rogier Vlaming Art Director Marline Bakker marline@glamcultstudio.com

Fotografen Cherrelle Lubbe & Yaël Temminck, Duy Quoc Vo, Inez van Lamsweerde & Vinoodh Matadin, Jouke Bos, Maarten Alexander, Paul Scala, Sarah Bradham, Taufiq Hosen, Tom Cockram, Valentina Vos

Cover Fotografie: Jouke Bos —Witman Kleipool Styling: Alex van der Steen Haar: Siko van Berkel—Sebastian Make-up: Suzanne Verberk voor MAC Cosmetics—NCL Representation Model: Fleur—Paparazzi Models Assistenten fotografie: Thomas Born en Fleur Bult Assistent styling: Jolijn de Wilde Assistent haar: Magdalena Loza Harnas: Jeroen van Tuyl Top: River Island Blouse: Maison Martin Margiela

Distributie JAM Pers en Communicatie Cream PR Opgave en vragen over abonnementen Abonnementenland Postbus 20, 1910 AA Uitgeest Tel. 0900  -   A BOLAND of 0900  -   2 26 52 63 (€ 0,10 per minuut) Fax 0251 31 04 05 www.bladenbox.nl voor abonneren of www.aboland.nl voor adreswijzigingen en opzeggingen.

Opzeggingen dienen schriftelijk uiterlijk 6 weken voor het aflopen van de abonnementsperiode in bezit van Abonnementenland te zijn. Adreswijzigingen uiterlijk drie weken vooraf schriftelijk doorgeven aan Abonnementenland. Prijswijzigingen voorbehouden. © Copyright: Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen en/of vermenigvuldigd zonder de schriftelijke toestemming van de uitgever en de andere auteursrechthebbenden.

Kapow! Uitgever Glamcult Studio B.V. Postbus 14535, 1001 LA Amsterdam T 020 419 41 32, F 020 419 66 54 info@glamcult.com www.glamcult.com

Abonnementsprijs bedraagt € 37 per jaar (10 nummers). Abonnementen binnen Europa € 59,50, buiten Europa € 79,50 per jaar. Een abonnement kan bij iedere editie in­g aan; het wordt afgesloten voor minimaal een jaar en wordt stilzwij­ gend verlengd tot wederopzegging.

De uitgever is niet verantwoordelijk voor schade opgelopen door onjuiste verwerking in het blad. Glamcult, ISSN 1874  -   1 932



Cult

1

Collectie A/W 12

Sculptuur uit de serie Wolf, Foto: Ravi Sidhu

2

Arran Gregory

Thomas Tait

5

3

Keyhole 2, onderdeel van The Keyhole, 2011. Ter beschikking gesteld door Flatland Gallery, Utrecht

Origami, 2012

A Triptych of Questions, 2011, ter beschikking gesteld door Patrick Painter Inc.

4

Kumi Yamashita

Rinus Van de Velde 1

Dat Central Saint Martins in Londen een ware goudmijn voor ontwerptalent is moge duidelijk zijn. Ook de Canadese Thomas Tait behaalde er twee jaar geleden zijn master in womenswear. En wel als jongste student in de historie van de modeopleiding ooit. Meteen na het afronden van zijn studie startte hij op zijn 22 e zijn zelfgetitelde label op, en presenteert inmiddels al vier seizoenen zijn collecties tijdens London Fashion Week. Met zijn autumn/winter 2012 collectie laat Tait zijn naar eigen zeggen meest technische collectie tot nu toe zien. Hij experimenteerde erop los met leer en fluweel in een opvallend herfstig palet van warmgeel, mosgroen, nachtblauw en zwart. Opvallend zijn de perfect gesneden lange jassen van melton, de leren coltruien en de tulpvormige rokjes en taillebroeken. Zijn inspiratie voor de collectie? Workwear, cowboys en Buffy the Vampire Slayer. www.thomastait.com

Erwin Olaf 2

Het Britse popduo AlunaGeorge bracht enige tijd geleden het nummer Your Drums, Your Love uit. De video bij deze track werd opgenomen in een Londense galerie. Aluna en George bewegen zich, met hun dansers, tussen tekeningen van beren, papegaaien en spiegelende sculpturen van wilde dieren. Kunstenaar Arran Gregory is het veelzijdige talent achter deze creaties. In 2009 studeerde hij af als illustrator aan het Chelsea College of Art and Design in Londen. Sindsdien werkte hij voor opdrachtgevers als Urban Outfitters, Coca-Cola en Jaguar Shoes. In Gregory’s meest recente expositie, Wolf, stelt hij door middel van geometrisch gevormde dieren verschillende ideeën aan de orde, met als overkoepelend thema het primitivisme in een digitale wereld. De door Gregory geschapen dieren bevinden zich tussen eenvoud en complexiteit. De kunstenaar onderzoekt op deze manier de relatie tussen mens en natuur.

3

De vertellingen van Rinus Van de Velde (1983) gaan over een imaginair leven dat hij heeft geleid buiten zijn werkplaats in Antwerpen. Biografieën en foto’s van kunstenaars en wetenschappers vormen het uitgangspunt voor zijn grote houtskooltekeningen, waarop fragmenten uit het leven van zijn fic­­­­tieve personage te zien zijn. De beelden staan op zichzelf, maar vertellen samen ook een groter verhaal. Lange teksten op de werken voegen nog een extra laag toe, zodat het geheel op meerdere niveaus ervaren kan worden. Het resultaat is een geordend spiegeluniversum, dat wordt bevolkt door heldhaftige alter ego’s, die de wereld rondom hen in kaart brengen. Van de Veldes artistieke praktijk wordt niet alleen gekenmerkt door een persoonlijk verlangen naar zelfverwezenlijking, controle en structuur. Het toont ons ook dat fictie en realiteit elkaar nodig hebben en elkaar zelfs veronderstellen. www.rinusvandevelde.com

4

De Japanse, maar in New York wonende en werkende kunstenaar Kumi Yamashita is onbetwist een opmerkelijk portretkunstenaar. Soms spant ze een draad over spijkers op een houten paneel, dan weer haalt ze doelmatig weefsel uit denimstof. Telkens levert het unieke beel­­ tenissen van uiteenlopende—vaak anonieme—mensen op. Het heeft haar wereldfaam opgeleverd, ge­ tuige ook de lijst aan kunst­p rijzen die ze door de jaren heen won. In haar laatste serie Light & Shadow weet ze simpele object­e n op zo’n wijze te positioneren dat met de juiste lichtinval intrigerende, en herkenbare schaduwbeelden tot leven komen. Zij doet dit met behulp van uit hout gekerfde cijfers of gebogen aluminium platen. Ook gekleurd ori­g amipapier vouwt en kreukt Yamashita zo dat vanuit een bepaalde hoek gezichts­p rofielen of lichaamssilhouetten zichtbaar worden. Al voegt ze daar aan toe dat het haar nog niet echt lukt om mannen met baarden te portretteren.

www.arrangregory.com

5

Na een wervelende zomer waarin Erwin Olaf (1959) zijn zeer geslaagde Black Pool Party op het Milkshake festival gaf, een kiss-in organiseerde na een dubieus conflict met een snackbarhouder en zich terugtrok als ‘ambassadeur voor hoffelijkheid’, nadat hij een GeenStijl-journalist in het gezicht spuugde, zou je bijna ver­ geten wat een fantastisch fotograaf de man is. Deze herfst kunnen we gelukkig genieten van dat waar Olaf werkelijk in uitblinkt: prachtig gestileerde foto’s maken van onderwerpen die vaak onbesproken blijven. Het MMKA laat de komende maanden nieuw werk zien in de tentoonstelling Regressive, waarvoor Olaf zich liet inspireren door het interbellum. De jaren 20 en 30 vertonen volgens de kunstenaar veel gelijkenis met de huidige tijd. Hij richt zich op de macht van het kind in tijden waarin het culturele leven zindert van naderend onheil. Tevens is Olafs installatie The Keyhole te zien, die een serie foto’s laat zien van personen die het hoofd beschaamd van de kijker afwenden.

www.kumiyamashita.com 27 okt t/m 27 jan 2013, MMKA www.erwinolaf.com www.mmkarnhem.nl

8


Cult

8

6

Crossing Border

Collectie Universal, Foto: Asha Mines

Bare Light, Foto: Åbäke en Martino Gamper

Daughter, Foto: Stacey Hatfield

7

Martino Gamper

Thamanyah 10

Zonder titel, 2012

Nanna van Blaaderen, Collectie A/W 12, Foto: Pablo Delfos

9

Wool Week Martina Hoogland Ivanow

6

Songteksten zijn niet altijd even literair. Omgekeerd klinkt niet elke interessante tekst als muziek in de oren. De juiste combinatie tussen deze disciplines wordt gezocht op het literatuur- en muziekfestival Crossing Border. Er zijn optredens van onder meer Spilt Milk, Daughter, Poliça en het Brandt Brauer Frick Ensemble. Auteurs als Saul Williams, Peter Buwalda en de jongens van Literaturfest geven tussendoor voordrachten en interviews. Sommige avonden worden gevuld met crossovers tussen schrijvers, dichters en muzikanten. Nieuw is het programma­ onderdeel Graphic Novels, waarvoor Tim Enthoven en andere tekenaars een rondleiding geven in hun wereld. Naast bekende namen wordt er veel aandacht gegeven aan opkomende bands en debuterende schrijvers. Het festival vindt dit jaar voor de 20 e keer plaats en breidt met deze editie de vaste locaties Den Haag en Antwerpen uit naar Enschede. In elke stad dienen poppodia en stadsschouwburgen als locatie en heb je met één ticket toegang tot alle zalen.

7

Martino Gamper (1971) houdt zich bezig met het ontwerpen van expositieruimtes, interieur en meubels voor massaproductie. De in Italië geboren Gamper werd in 2007 internationaal bekend met zijn project 100 Chairs in 100 Days. Voor dit project gebruikte hij verschillende elementen van bestaande stoelen om nieuwe, karakteristieke meubels te creëren. Een van zijn meest recente werken is het straatmeubilair voor de Park-to-Park-verbinding van het Victoria Park naar het Olympic Park in Londen. Gamper heeft als designer een eigenzinnige stijl ontwikkeld; ontwerpen met zachte, ronde lijnen worden gemixt met grafische prints of andere eigentijdse bewerkingen voor een moderne look. Hij is geïnteresseerd in het sociale aspect van meubelontwerp. Ongebruikte ruimtes moeten in zijn optiek worden opgevuld en afgedankte meubels worden, vaak op een humoristische en innovatieve manier, gebruikt voor nieuwe ontwerpen.

8

Het Parijse modelabel Thamanyah werd in 2011 opgericht door Ahmed Abdelrahman (1981). De ontwerper, afkomstig uit de Verenigde Arabische Emiraten, noemt zijn ontwerpen modern en anticonformistisch. Thamanyah betekent acht in het Arabisch, maar de invloed van Abdelrahmans achtergrond beperkt zich niet enkel tot de naam van het label. Zijn autumn/winter 2012 collectie, Universal, is grotendeels gebaseerd op de kandura, het officiële kledingstuk voor mannen in de Verenigde Arabische Emiraten. De ontwerper neemt elementen uit dit tradi­ tionele gewaad en combineert deze met Italiaans maatwerk. Het resultaat is een verrassend, maar toch klassiek silhouet. Abdelrahman, die ook wel bekend staat als protegé van Rick Owens en Michèle Lamy, stelt in al zijn collecties vragen met betrekking tot religie, ras en gender. www.thamanyah.com

www.martinogamper.com

9

Schapenwol roept nostalgische ge­ voelens op, maar wol is veel meer dan het verleden, bewijst The Campaign­­ for Wool. Dit wereldwijde initiatief heeft als doel om de natuurlijke wolvezel onder de aandacht te brengen, en organiseert daarom dit jaar de eerste Nederlandse Wool Week. Van 5 tot en met 11 november zal op verschillende plaatsen in Amsterdam aandacht worden gegeven aan de “vezel van de toekomst”. Toonaangevende Neder­l andse ontwerpers als Winde Rienstra, Jan Taminiau, Hyun Yeu en vele anderen zullen bij Droog Design hun ontwerpen tonen tijdens de expo­ sitie 21 wool masters. Ook krijgen alumni van verschillende academies de kans om hun wollen ontwerpen te tonen. The Campaign for Wool benadrukt de duurzaamheid en het veelbelovende toekomstperspectief van wol. Het lijkt dan ook niet meer dan logisch dat steeds meer bedrijven en ambassadeurs de comeback van wol steunen. 5 t/m 11 nov, diverse locaties in Amsterdam www.campaignforwool.nl

14 t/m 17 nov, Den Haag, Antwerpen en Enschede www.crossingborder.nl

10

Haar werk voelt als een duister sprookje; nostalgisch en schilderachtig, maar altijd met een donkere, melancholische laag. Door te spelen met schaduw krijgen de beelden een apocalyptische uitstraling, alsof er ieder moment een ramp staat te gebeuren. Fotograaf Martina Hoogland Ivanow werd geboren in Stockholm en verhuisde op haar 18 e naar Parijs om daar aan de kunstacademie te gaan studeren. Een paar jaar later vertrok ze naar New York, waar ze aan Parsons The New School for Design haar degree in fotografie behaalde. Naast haar modewerk voor bladen als AnOther Magazine, Dazed&Confused en The Face, richt Hoogland Ivanow zich voornamelijk op haar vrije werk. Zo reisde ze voor haar project Far Too Close zeven jaar lang over de wereld (van Siberië tot Vuurland) en combi­ neerde in de serie foto’s van afgelegen landschappen, familieportretten en interieurs om zo het verschil tussen eenzaamheid en nabijheid te ervaren. Gallery at Hermès, een van de zes expositieruimtes van modehuis Hermès, exposeert de komende maand Far Too Close. t/m 24 nov, Gallery at Hermès, New York www.martinahooglandivanow.com

9

Gc Update


Cult

Door Thomas Stevens

11

Collectie A/W 12, Foto: Keving K. Wong

Vigin Lo

11

Waar de meeste meisjes zich vooral interesseren voor het spelen met poppen en het uit- en aantrekken van jurkjes in de kleur roze, was mannenmode­ ontwerper Vigin Lo vroeger juist gefascineerd door de technische kant van dingen. “Ik ben nooit een meisjesmeisje geweest, eerder one of the guys. Ik was altijd bezig met hoe iets in elkaar stak. Hoe haal ik iets uit elkaar om er vervolgens compleet nieuw leven in te blazen?” Ondanks, of misschien wel dankzij deze bèta voorliefde, begint de van oorsprong Chinese Vigin haar loopbaan als grafisch ontwerper. En met succes. Ze zit niet bepaald om werk verlegen als ze in 2010 het roer drastisch omgooit en, na flink wat ervaring opgedaan te hebben als assistent ontwerper voor mega merken als Puma en Nike, Hong Kong verruilt voor Londen om daar haar masterdiploma Fashion Design & Technology Menswear te be­h alen aan de University of

Arts. “Dit bleek niet alleen de beste beslissing voor mijn carrière; het heeft mijn hele horizon verbreed. Londen leerde me schoonheid te ontdekken in het vervaardigen van kleding, de kunst van het ontleden. Ik ben nog steeds verliefd op het moment dat alle losse delen zich tot een eenheid vormen.” Iets wat maar al te goed van pas komt op het gebied van menswear. Ze knikt instemmend. “Op het eerste oog is mannenkleding minder uitbundig, maar het vergt een stuk meer technische knowhow en oog voor detail dan vrouwenkleding. Dat is precies wat me zo aantrekt. Een broek zal altijd twee pijpen hebben, wat dat betreft zal het wiel niet snel opnieuw uitgevonden worden. Maar binnen die begrenzing is er wel immens veel ruimte voor ontwikkeling. Ik merk ook dat er langzaam iets verandert en dat mannen steeds meer durven dragen. Ze zijn lang niet zo conservatief als men denkt en stellen

vaak juist meer eisen aan de pasvorm van hun kleding dan, zeg, hun vriendin.” Lachend vervolgt ze: “Het fijne aan mijn ontwerpen is dat ze door beiden gedragen kunnen worden.” En dat is precies wat het werk van de jonge Vigin kenmerkt, een hedendaags modebeeld dat zich uit in een uniseks stijl. Maar wat steekt er nog meer achter haar creaties? “Het ontwerpproces zelf is iets wat me mateloos fascineert, met name de research voorafgaand aan het daadwerkelijk vervaardigen van een kledingstuk. Mijn meest recente collectie is gebaseerd op de verhouding tussen zintuiglijke waarnemingen in de menselijke communicatie, zowel verbaal als non-verbaal. Zo experimenteer ik bijvoorbeeld met materialen die veran­ deren wanneer ze in aanraking komen met de huid.” Het moge duidelijk zijn dat Vigin conceptueel te werk gaat en een diepere betekenis zoekt in de constructie van haar kleding.

10

Dit verklaart ook waarom ze zich zo verwant voelt tot Yohji Yamamoto. “De plek die het patroon inneemt in zijn werk is bewonderenswaardig. De bijna holistische manier waarmee hij platte, tweedimensionale patronen tot leven wekt op de contouren van een lichaam verheft knippen tot kunst. Ook is hij fanatiek voorstander van het behouden van traditionele, historische en technische vaardigheden tijdens het ontwerpen. Dat heb ik zelf ook hoog in het vaandel staan. Hij weet die affiniteit met handvaardigheid over te brengen op nieuwe generaties ontwerpers. De manier waarop hij ‘luistert’ naar zijn ontwerpen, zorgt ervoor dat hij niet alleen creëert voor het oog, maar ook voor de ziel.” Vigins bijna filosofische benadering van haar werk laat zich sterk beïnvloeden door de combinatie van Aziatische en Westerse invloeden, twee ogenschijnlijke uitersten op het gebied van schoonheidsidealen.

“Je kunt niet vooruitkijken zonder rekening te houden met het verleden, dat zou een vorm van heiligschennis zijn. Geen enkele creatieve gedachte staat op zichzelf, alles staat in verhouding tot wat er tot nu toe is gedaan. Die kennis bepaalt mede hoe we alles bekijken.” Dat betekent niet dat regels niet gebroken mogen worden. Integendeel, Vigin zoekt graag de grenzen op tussen cultureel beladen termen als mannelijkheid en vrouwelijkheid en is ervan overtuigd dat de ontleding van die termen tot een nieuwe benadering zal leiden—een sterk ontwikkelde nieuwe sekse, die gevormd wordt door the best of both worlds. Iemand die zich niet makkelijk in een hokje laat plaatsen. Net zoals het werk van Vigin dat ook niet doet. www.viginlo.com

Gc Update


©AirWair International Ltd. 2012. All Rights Reserved.

WWW.DRMARTENS.COM

TEL: +31 (0)30 6879200


Wie kijkt naar de tekeningen van Kim Hospers, ziet vrijwel altijd screenshots van televisie. Deze maakt hij zelf, met zijn fotocamera in de aanslag achter de buis. “Televisie is ontzettend tijdelijk; het moment dat je naar een frame kijkt, is het eigenlijk alweer verdwenen. Ik neem de vrijheid om daar foto’s van te maken en ze op die manier te vereeuwigen.” Hospers’ illustraties maken deel uit van een serie. Gezamenlijk vormen ze een stroom van beelden, die doet denken aan de informatie die televisiekijkers over zich heen krijgen. Met name het spektakel op televisie fascineert Hospers.

“Neem zo’n programma als Sterren Springen. Dat wordt tot enorme proporties opgeblazen, maar waar zitten we nou eigenlijk naar te kijken?”, vraagt hij zich hardop af. Toch wil Hospers met zijn werk geen waardeoordeel geven over het medium. “Het gaat er niet om wat ik ervan vind. Ik signaleer iets en reproduceer dat. Meer niet. Ik bedoel niet dat mijn werk nergens over gaat, ik wil alleen niet belerend overkomen.”

Channel 121, Tegelverkoper

“Hier zien we een tekening van een reclame, maar ik weet niet meer precies waarvoor. Commercials zijn eigenlijk spektakels in puurste vorm; ze laten iets sensationeels zien, alleen om iets te verkopen! De producten in reclames zijn altijd het allerbeste, het allermooiste en hebben eigenschappen die bijna niet te geloven zijn. Het meest zie je dat terug in programma’s als Tell Sell.

Gelukkig koop ik zelf niet van die producten, die ongetwijfeld niet werken. Anders had ik me ook vast laten verleiden tot de aanschaf van dingen die ik helemaal niet nodig heb. In de serie fungeert deze tekening als een reclame­b lok tussen de rest van de beelden. Je bent als het ware ook tussen de tekeningen aan het zappen.”

“Of dit ook een afbeelding van een spektakel is? Ja, dat vind ik wel. Mij kan het niks schelen dat André Kuipers naar een ruimtestation is geweest, maar ik werd er wel een hele tijd mee doodgegooid. In principe doet die

man ook maar gewoon zijn werk. Aan de andere kant vind ik het weer heel stoer dat een Nederlander de ruimte in is gegaan én weer levend is teruggekomen. Juist dat bijzondere element maakt dit schouwspel.”

“Op deze tekeningen zien we een neergeschoten bendelid. Het komt geloof ik uit een serie over gangs in Amerika. Dit beeld heb ik vooral ge­s electeerd vanuit esthetisch oogpunt. Dat geldt tevens voor het beeld van André Kuipers, dat is natuurlijk ook heel mooi

qua licht en compositie. Ik vind dit een fantastisch plaatje; een prachtige auto en een dode jongen die half in de sneeuw ligt—dat verzin je bijna niet! En wij zitten gewoon met een bakje chips op de bank naar deze gruwelijke beelden te kijken.”

Channel 133, André

Foto genomen tijdens Amsterdam Drawing in Galerie Ron Mandos

Door Lisa den Oudendammer Portret: Taufiq Hosen

Kim Hospers Wie de televisie aanzet wordt over­ laden met een stortvloed aan beelden. Deze vormen de voornaamste inspi­ ratiebron voor illustrator Kim Hospers. Zappend langs de kanalen maakt hij reproducties van wat hij ziet. “Ik wil geen waardeoordeel geven over het medium televisie, maar de beelden waaraan we worden blootgesteld zijn bijna altijd spectaculair.”

www.kimhospers.nl

Channel 111, Webcamwhore on T.V.

Channel 136, Shot Gangmember

“Toevoegingen aan televisiebeelden komen regelmatig terug in mijn werk. Ik fotografeer het liefst direct van televisie, zodat ik die extra’s bloot kan leggen. We kijken niet meer op van een logo in een hoekje, van ondertitels, vervormingen en een ‘weggepixeld’ gezicht. Hoewel je weet dat het beeld er niet echt zo uitziet, valt het nauwelijks meer op. Deze toevoeging roept wel meteen associaties op; je weet dat dit geen zuivere koffie is. Anders was ze wel herkenbaar in beeld geweest.”

12

Gc Platform


Interviews 14 Nicolas Andreas Taralis bouwt met zijn collecties een eigen universum.

20 Jan Duursema: “Superhelden zijn onze hedendaagse goden.”

24 De Française Léa Seydoux weet met haar jongensachtige charme rol na rol binnen te slepen. 26 Maya Vik: “Op het podium vergeet ik soms dat ik de zangeres ben.”

28 Het popduo MS MR weet eigenlijk zelf niet precies wie nou de miss of de mister is.

37 De warme elektronische sound van eenmansband Ghost Loft is het resultaat van een geëvolueerde gameverslaving.

38 Modeontwerper Christophe Lemaire: “Eigenlijk ben ik een gefrustreerde muzikant!”

42 De Londense band My Tiger My Timing maakt onschuldige popliedjes met een donker randje.


Door Leendert Sonnevelt Fotografie: Valentina Vos—Witman Kleipool

Styling: Amber Myhre Bosch Hair & make-up: Liselotte van Saarloos voor Laura Mercier—House of Orange Model: Ann—Paparazzi Models Assistent fotografie: Milou van Hoof Assistent styling: Ricardo van Lachterop Alle kleding: Nicolas Andreas Taralis Alle sieraden: Baobab


Nicolas Andreas Taralis

De Canadese Nicolas Andreas Taralis (1975) studeerde in New York, Wenen en Parijs. Zijn ontwerpen worden echter gekenmerkt door hun vele Aziatische invloeden. Taralis laat zich onder andere inspireren door het modernisme, de Japanse film en zijn dag足 dromen over de ruimte. Glamcult sprak de bedachtzame ontwerper, die zichzelf liever omschrijft als architect. 15

Gc Interview



Nicolas Andreas Taralis

Nicolas Andreas Taralis groeide op in Toronto. Als kind raakte hij gefascineerd door vormen en structuren. Lange tijd twijfelde hij of hij zijn beroep wilde maken van architectuur, zijn grote interesse. Mode had echter ook zijn hart. Toen Nicolas op zijn 15 e naar Europa reisde, werd hij naar eigen zeggen langzaam verleid door de mode. “Of”, vervolgt hij mijmerend, “misschien wel door vrouwen in het algemeen.” In 1993 werd Taralis toegelaten tot de Parsons New School for Design in New York. Twee jaar later verhuisde hij naar Wenen om daar vier jaar lang te studeren onder het toeziend oog van Helmut Lang. Een wereld van verschil, volgens de ontwerper. “Wenen in de jaren 90 betekende voor mij complete

vrijheid. Mijn opleiding in Amerika was verschrikkelijk schools. Misschien heb ik in Europa niet eens zoveel geleerd op het gebied van mode of techniek, maar er gebeurde daar zoveel op het gebied van cultuur. Kijk bijvoorbeeld naar de elektronische muziek! In zekere zin liep Wenen een beetje achter, maar tegelijkertijd was de stad heel vernieuwend. Mijn herinneringen aan Wenen zijn een soort levensles. Ze hebben de esthetiek van mijn ontwerpen in ieder geval voorgoed bepaald.” Nadat Taralis vanaf 2000 Hedi Slimane assisteerde bij Dior Homme, begon hij in 2003 zijn eigen label. Twee collecties later werd hij echter gevraagd om artistiek directeur te worden van Cerruti. “De mogelijkheden die ik daar

kreeg waren geweldig. Helaas bleek de artistieke richting van het huis onduidelijk. De omstandigheden waren uiteindelijk te gecompliceerd om daar te blijven werken.” Het einde van Taralis’ positie bij het Italiaanse modehuis, betekende ook het herrijzen van zijn eigen label. Opvallend is dat de ontwerper zich niet beperkt tot womenswear. “In mijn beleving zijn mannen en vrouwen gelijk. Ik begrijp dat fashion week een commercieel concept is. Mannen- en vrouwen­ kleding gaan niet naar dezelfde markt, en worden dus aan een ander publiek gepresenteerd. Maar waarom zouden mannen en vrouwen wel samen kunnen leven en niet op dezelfde catwalk mogen lopen? Mijn werk speelt zich altijd af op de grens, dat maakt mijn esthetiek

17

spannend. I don’t like the term androgyny, but I do like ambiguity”, legt hij uit. Taralis ontwerpt niet voor een bestaande muze of een daadwerkelijk voorbeeldfiguur. De kracht achter zijn collecties beschrijft hij liever als evolutie, een term die onlosmakelijk verbonden is aan zijn vroege liefde voor architectuur. “Het gedachtegoed achter mijn kleding is dat van een architect, niet van een modeontwerper.” Wel heeft Taralis een ideale vrouw, die hij beschrijft als sterk en recht door zee, met masculiene trekken. De ontwerper neemt regel­ matig elementen uit de herenmode en incorporeert deze vervolgens in zijn vrouwenlijn. Geïnspireerd door grote, modernistische architecten als Frank Lloyd Wright, bouwt Taralis realistische

Gc Interview


Nicolas Andreas Taralis

vormen met speciale aandacht voor gedetailleerde textuur en nauwkeurig maatwerk. Het liefst schuwt Taralis alle vorm van kleur. Zwart, grijs en wit hebben de overhand in zijn collecties. “Dat had je vast wel door!”, lacht hij. “Zoals andere ontwerpers met kleur omgaan, werk ik met een verscheidenheid aan materialen. Ik speel vooral met de textuur en het gewicht van de stof. De structuur van een bepaald soort materiaal is naar mijn mening subtieler dan de kleur. Of het nu matte, glimmende, reflectieve of doorzichtige stoffen betreft—voor mijn gevoel zit daar de poëzie.” Transparante stoffen komen vaak terug in Taralis’ autumn/winter 2012 collectie. “Wanneer je een zwarte, doorschijnende

stof draagt, is er in zekere zin sprake van kleur. De huid blijft namelijk te zien, al wordt die op subtiele wijze verstopt achter de stof.” Wie Taralis’ ontwerpen bekijkt, ziet onmiddellijk zijn herhaaldelijke gebruik van leer. “I love the feel of skin! Soms gebruik ik mijn ontwerpen om te bedekken, en soms juist om te onthullen. Leer is eigenlijk een tweede huid.” Zijn stem klinkt dromerig. “Er is sprake van een paradox; leer verleidt en beschermt tegelijkertijd. Het is materiaal met hele prikkelende kwaliteiten. Daarmee werken heeft iets sensueels.” “Kurosawa meets Blade Runner” —zo omschrijft Taralis zijn collectie voor spring/summer 2012. “Kurosawa’s films zijn rauw en direct, maar ook heel dramatisch en sprookjesachtig. Dat

contrast vind je terug in mijn ontwerpen.” Taralis houdt van Azië. En dan met name van de Japanse film. Wat is het dat hem zo boeit? “Tja, waarom houd ik zoveel van wijn en chocolade? Ik kan het moeilijk definiëren. Het visuele aspect inspireert me. Toen ik zeventien of achttien was, kwam ik voor het eerst in Japan. Ik viel voor de vorm van de daken en de kleuren van de natuur. Je vindt er minder chromatiek en veel meer grijs.” Niet alleen Azië was een inspiratiebron voor de S/S 12 collectie. Een jas van glimmend aluminium en losse stukken op de knieën en ellebogen doet denken aan karakters uit een science­f ictionfilm. Toch laat Taralis zich niet makkelijk uit over de betekenis van deze accenten. “De referenties spreken voor zich,” antwoordt

18

hij kort. Het blijft even stil, en dan vervolgt hij met zachte stem: “Ik droomde over sterrenstelsels en andere planeten, eigenlijk alles buiten de plek waar we ons nu bevinden. Zoals filmmakers een eigen wereld scheppen, zo creëer ik mijn eigen universum. Waar de ene collectie eindigt, daar begint de volgende. Dat is mijn werk: evolutie.” www.nicolasandreastaralis.com



Door Jorieke Abbing


Jan Duursema

Modeontwerper Phillip Lim liet zich voor zijn autumn/winter 2012 collectie inspireren door stripboeken die zich afspelen in een grimmige, stadse wereld (denk: Sin City en Batman). Zijn collectie was daarom niet compleet zonder een heus comic book, waarin de helden zijn ontwerpen dragen. Voor de uitvoering van dit plan vroeg hij niet de minste. Illustrator Jan Duursema is een van de grootste striptekenaars van deze tijd, onder andere verantwoordelijk voor vele Star Wars-episodes. 21

Gc Interview


Jan Duursema

Jan Duursema (1954) begon ooit als kind met het natekenen van Wonder Woman, niet wetende dat ze vele jaren later haar geld zou verdienen als originele illustrator van de sexy heldin met haar karakteristieke sterretjesbadpak. Voor Lim, creëerde ze samen met schrijver en trouwe collega John Ostrander een ultrakort stripboek vol intriges en haute couture, getiteld Kill the Night. Met haar man en twee kinderen woont ze in Californië. Het huis doet aan als een groot, vrolijk atelier, omdat zowel manlief Tom Mandrake als dochter Sian Mandrake (vernoemd naar een stripheldin!) net als Duursema striptekenaar zijn. “Mijn man en ik helpen elkaar vaak met het tekenen en inkleuren van de plaatjes. Sian is recent afgestudeerd aan dezelfde school als waar Tom en ik hebben gestudeerd, The Kubert School. Dit is de enige studie in de VS die gericht is op deze vorm van illustratie. Joe Kubert, zelf ook striptekenaar, richtte deze school in 1976 op”, vertelt ze. “Officieel hebben we drie studio’s in huis”, gaat Duursema verder, “één

voor elk van ons. Maar als ik eerlijk ben is het hele huis gewoon één grote studio. Op de vreemdste plekken duiken de leukste kunstwerkjes op. Mijn zoon kan ook goed tekenen, maar hij geeft de voorkeur aan taekwondo. Gelukkig vindt hij onze tekengekte geen probleem en is hij nooit te beroerd om voor één van ons te poseren!” Ik vertel Jan dat ik vroeger erg graag strips las. Zo pikte ik de Star Wars-strips van mijn broer, en hij mijn Franka’s. Franka is de sexy roodharige undercoveragent met hondje en feministische inborst, die misdaden in de kunst- en modewereld oplost. Veel verkleedscènes met kittige lederen outfits. Strips lezen voelde als iets wat niet mocht. Misschien kwam dit doordat de avonturen van de Jedi’s in een galaxy far, far away zo sappig waren. En ook de erotische lading in de strips van Franka zorgden voor een fijn schuldgevoel. Bovendien werd het een vriendin verboden om stripboeken te lezen. Dan moest het lezen van stripboeken wel iets ‘fouts’ hebben! In de aangename

mailwisseling met Duursema vertelt ze dat ze dit gevoel herkent. “Ook ik had vrienden die geen stripboeken mochten lezen van hun ouders. Gelukkig lieten de mijne me boeken lezen die ik zelf uitzocht. Het grappige is dat ik juist door het lezen van stripboeken een boekenwurm ben geworden! Het lezen van strips was voor mij een opstapje naar literatuur. Ik herinner me een zomer waarin ik een grote tas met stripboeken naar het huis van mijn neefjes sleepte. In de zomerzon zaten we in de tuin en lazen we al die boeken in één dag uit, zonder iets anders te ondernemen. Strips en boeken, zo heb ik altijd ervaren, zijn je trouwe metgezellen.” Afgelopen jaar werd Duursema benaderd door het team van mode­ ontwerper Phillip Lim, die een comic book wilde maken naar aanleiding van zijn laatste collectie. Deze lijkt rechtstreeks uit de zwartgrijze wereld van strips als Sin City en Batman te komen. Duursema: “Het klonk als een zeer interessant project en het was een compleet nieuwe ervaring voor mij. Ik had nog nooit eerder

22

samengewerkt met een modeontwerper. Voor het schrijven van het plot en de dialogen heb ik schrijver John Ostrander benaderd. Wij werken al vele jaren samen. Het mondde uit in een prettige samenwerking tussen ons drieën. Phillip wist in grote lijnen waar hij naar op zoek was, dus schetste hij ons een beeld van hoe het eruit moest komen te zien en welke intriges hij graag in het plot verwerkt wilde zien. Als voorbereiding bezocht ik zijn kantoor om een beeld te krijgen van de collectie en de sfeer die deze ademde. Samen met Phillip creëerden we de fashionable hoofdpersonages Dolly en Hutch. Daarna was het aan John en mij om al deze elementen samen te voegen in dit korte verhaal— Kill the Night telt slechts veertien pagina’s. Overigens, mijn dochter Sian kleurde mijn tekeningen en heeft precies de vinger weten te leggen op het grimmige gevoel dat we zochten.” Op de vraag of veertien pagina’s niet wat weinig is om een spannend en intrigerend verhaal te vertellen, antwoordt Duursema: “Ik houd erg van


Jan Duursema de kunst van het korte stripverhaal. De meeste stripboeken bevatten misschien juist wel teveel spanningsbogen en plotjes. Soms zijn er zelfs meerdere cliffhangers. De meest memorabele strips die ik heb gelezen zijn juist de simpele, korte verhalen. Ik vind dat ook een uitdaging. Zo is het mij gelukt om meer dan 100 plaatjes te tekenen in een stripboek dat slechts 22 pagina’s telt!” Voor Duursema was het zaak dat ze de hoofdpersonages in kleding van 3.1 Phillip Lim tekende. Hoe werkte deze combinatie van mode en illustratie voor haar? Duursema: “Strips en mode gaan erg goed samen, besefte ik tijdens het maken. De modewereld is grotesk en vol met iconische personages. Supermodellen worden superhelden als je ze in stripvorm giet. De outfits van personages zijn in dit geval een groot deel van de verleiding. Phillip maakt prachtige stukken die zich makkelijk laten illustreren, het was geweldig om ze te gebruiken in mijn werk.” Als je Jan Duursema googlet, stuit je onder andere op een quirky foto uit 1982. Samen met vijf andere vrouwen, allen met ernstig gezicht en sommigen met dorky brillenglazen, zit ze aan een tafel die is versierd met een goudgeel doek, bevestigd met punaises. Het betreft het Women in Comics-panel. Duursema zit in het midden, jong, mooi, met een keurige bloemetjesblouse en schuchtere blik met haar vingers aan de tafelrand te pulken. Is ze nu nog altijd een van de weinige vrouwen in de stripwereld? “Toen ik net begon werd de industrie vooral bepaald door mannen. Zo was ik de enige vrouw in mijn klas op The Kubert School. Maar sekse is absoluut geen issue in de stripwereld. Dat geldt ook voor mij. Op een gegeven moment wist ik dat tekenen, schilderen en het vertellen van verhalen het enige was dat ik werkelijk wilde doen. Voordat ik de opleiding tot illustrator ging volgen, had ik mijn bachelordiploma in de beeldende kunsten al behaald. Dat betekende alleen niet zoveel voor me. Toen ik The Kubert School vond, wist ik welk pad ik wilde bewandelen.” Behalve van de harige goedzak Chewbacca uit Star Wars is Duursema ook de maker van appetijtlelijkere figuren. Denk hierbij aan viriele mannen met staalblauwe ogen, stevige kuiten en blond Vikinghaar dat wappert door een intergalactische wind. Ook Duursema’s heldinnen zijn meer dan eens van buitenaardse schoonheid, bedeeld met ste­ vige borsten en billen, lange benen en prachtig golvend haar. Plus het handige tasje voor de dolk om de slanke bovenarm. Is seks een belangrijk thema in comics? “Stripheldinnen lijken inderdaad soms op playmates, en de mannen zijn enorme hunks. Toch gaan dit soort strips niet per se over seks. Zeker, de sex appeal van de personages trekt onze basale aandacht. Maar voor mij zijn superhelden onze hedendaagse goden. In strips worden mannen en vrouwen afgebeeld zoals de Grieken

en Romeinen hun goden afbeeldden —als betere versies van henzelf. Alles is uitvergroot in dit soort strips, de helden zijn het ultieme goed en de vijanden het ultieme kwaad”, legt ze uit. “Wonder Woman”, vervolgt ze, “is sinds mijn kinder­t ijd een belangrijk deel van mijn leven. Ik las haar avonturen al toen ze nog wat meer stof droeg dan alleen haar sterretjesbadpak. Daar lag ook de aantrekkingskracht voor mij. Die blauwe spandex legging! Die witte jumpsuit! Die rode cape! En die sterretjestiara! Wonder Woman had de beste outfits en kon ook nog eens kungfu. Diana Prince (Wonder Woman heeft dus een naam!) is zowel mens als godin. Als kind vond ik die elementen van fantasie en werkelijkheid zeer interessant. Door het lezen van Wonder Woman begon ik haar na te tekenen. Daar is het begonnen. Je kunt wel zeggen dat ik veel aan haar te danken heb!” Toch boekte Duursema vooral met het illustreren van Star Wars-verhalen veel succes. “Werken aan Star Wars was als een roller coaster ride. John en ik hebben hard gezwoegd, maar ook veel lol gehad. Zo hadden we eens een karakter geschapen met de naam Aayla. John besloot echter dat Aayla geen lang leven zou hebben, dat ze op een of andere manier gedood zou moeten worden. Toen mijn dochter, die toen ongeveer negen jaar oud was, hier lucht van kreeg, zat John in de problemen. Heel stellig zei ze dat we Aayla niet konden doden, omdat ze een coole vrouwelijke Jedi was en je die te weinig zag in Star Wars. John, niet opgewassen tegen een paar grote groene ogen, liet Aayla uiteindelijk drie episodes blijven.” In comic-kringen is Duursema inmiddels een fenomeen. “Ik draag het label van ‘stripnerd’ met trots. Veel van mijn vrienden en fans zijn ook nerds. Samen hebben we iets prachtigs gemeen. Ik denk dat nerds gepassioneerde mensen zijn. Maar ik heb ontdekt dat stripboeklezers heel diverse mensen zijn. In mijn optiek zijn het over het algemeen intelligente, gretige lezers—mensen met een levendige verbeelding die de kunst van tekst en beeld verstaan.” Komt er eigenlijk een vervolg op het Dolly en Hutch-avontuur? Een Kill the Night 2? “Ik heb geen glazen bol, maar je weet maar nooit. We hebben dit verhaal laten eindigen met een cliffhanger. Als het aan mij ligt zeker! Ik ben erg nieuwsgierig naar wat er gebeurt tussen Hutch en Dolly. En naar hun nieuwe outfits natuurlijk!” www.janduursema.com www.31philliplim.com

23

Gc Interview


Door Maricke Nieuwdorp Fotografie: Inez van Lamsweerde en Vinoodh Matadin

LĂŠa Seydoux

24


Léa Seydoux Léa Seydoux blijkt verrassend jongensachtig. En heel charmant bovendien, precies zoals alleen beeldige Françaises dat kunnen zijn. Deze it-girl du jour werkte met filmgrootheden als Woody Allen en Quentin Tarantino en stond voor de lenzen van Steven Meisel en Ellen von Unwerth. Glamcult ontmoette de actrice tijdens het filmfestival in Berlijn.

Bijna elk interview met een filmster wordt tijdens een festival met een handjevol journalisten gedeeld. En steevast zitten daar ongeïnteresseerde heren van middelbare leeftijd tussen die alleen wakker schrikken om een vraag te stellen over naakt- c.q. seksscènes. Hoe het is om met blote borsten op een bomvolle set rond te lopen? Wat denk je zélf?! Er is vandaag zelfs een botte journalist die beweert dat je een erotisch scenario niet op inhoud alleen kan afkeuren. “Well… er stond letterlijk in beschreven dat ik een mes in mijn reet kreeg, dus dat ik niet in die film wilde spelen, wist ik daarom gelijk al.” Bam! De nu 27-jarige actrice zegt zelf heel verlegen te zijn, maar is dat eigenlijk allerminst. Nee, ze is geen vlotte prater, maar ze weet wel waarover ze spreekt. We ontmoeten de Française twee keer tijdens het filmfestival. De eerste keer is ze duidelijk ziek; ze zit bleekjes sniffend met opgetrokken benen en een dikke trui aan in een grote stoel. Ze spreekt met zachte stem. Veel komt er niet uit. Ook omdat haar Engels nog niet zo sterk is. Er volgen veel halve zinnen en ze zoekt naar woorden. Een good sport is het wel; ze had ook onder de wol kunnen kruipen. De tweede keer ontmoeten we haar een paar dagen later, naar aanleiding van Sister (L’enfant d’en haut). De film won het afgelopen jaar in Berlijn een Zilveren Beer, is de Zwitserse Oscar­ inzending voor beste niet-Engelstalige film en draait vanaf deze maand in Nederland in de bioscoop. In goeden doen blijkt Léa juist heel energiek, bijna jongensachtig. Ze is beweeglijk en gooit voortdurend haar lange haar in de war. En ze heeft, heel aandoenlijk, de avond ervoor in haar hotel geëxperimenteerd met de bordeauxrode

nagellak die overal op het festival werd uitgedeeld. Het so called glamorous bestaan van een ster die gepamperd wordt door stylisten en visagisten, wordt duidelijk schromelijk overdreven. Bovendien draagt ze tijdens de interviews totaal geen make-up. Al jong raakte Seydoux in de ban van cinema. Ze is een telg uit een echte filmfamilie. Zo was haar opa directeur van Pathé, is ze een achternicht van de directeur van een van Frankrijks oudste filmproductiebedrijven en ook haar ouders zitten in de bizz. Niemand uit de familie Seydoux is daarom erg onder de indruk van haar succes. Seydoux: “Nee, mijn ouders zijn geen ‘fans’. Als ik mijn spullen pak voor opnames van Mission Impossible 4 in Dubai, zegt mijn moeder gewoon: ‘Prima. Wanneer ben je weer terug?’” Hoewel de blondine opgroeide in een fortuinlijke omgeving en ze op een ‘dure’ school zat, drukte het protestantisme van de familie toch een beetje op ieders gemoed. Want terwijl zij juist graag, net als de rest van de klas, Cacharel had gedragen, kocht haar moeder van de weeromstuit tweedehands kleren voor haar dochter. En het huis stond vol vreemde, Afrikaanse beelden. Seydoux was jaloers op de ‘normale’ huishoudens van haar vrienden, zonder allerhande sterren over de vloer. To name a few, als kind schudde ze thuis de hand van Mick Jagger en Lou Reed. Daarom voelde ze zich eigenlijk overal een beetje de vreemde eend in de bijt. Toch was één ding al vroeg duidelijk: ze moest en zou actrice worden. Omdat ze, zo legt ze uit, een echte rebel is, liep die weg niet via de toneelschool. “School is niets voor mij. Ik ben veel te opstandig en ik heb weinig op met Franse opleidingen. Zodra ze gaan

roepen: “Féél the emotion”, denk ik gelijk: ‘Wat een bullshit!’”, lacht ze. Ook onzin vindt ze het feit dat iedereen denkt dat ze model is. Want ondanks dat die omschrijving overal op internet staat—zelfs op haar IMDbpagina—en ze bovendien ingeschreven staat bij modellenbureaus, heeft ze geen idee waarom mensen dat denken. “Ik heb nooit mijn geld verdiend als model!”, roept ze. Ze werd pas voor covers, cosmeticacampagnes en modereportages gevraagd nádat ze in diverse films had gespeeld. Niet door de minsten overigens, want fotografen als Steven Meisel en Ellen von Unwerth schoten haar portret. “Toch was mijn eerste baan die van acteur.” Ondanks haar jonge leeftijd werkte ze al met heel wat grootheden uit Frankrijk en Amerika. Zo speelde ze in Inglourious Basterds onder regie van Quentin Tarantino—een man die ze lachend “geobsedeerd door film” noemt. Ook was ze te zien in het met prijzen overladen Lourdes, speelde een rol in Ridley Scotts Robin Hood en werkte met Woody Allen voor Midnight in Paris. En terwijl die laatste erom bekend staat nauwelijks een woord met zijn acteurs te wisselen tijdens opnames, bleek hij voor de blonde Française juist een innemend gesprekspartner. “We bespraken allerlei levenszaken, we lijken enorm op elkaar”, vertelt ze. Tot nu toe hoefde Léa weinig te doen om haar balboekje met mooie namen te vullen; ze werd steeds gespot zonder screentests te hoeven doen. Tot haar eigen verbazing overigens. Zo werd ze out of the blue gebeld voor haar rol van sexy huurmoordenaar in kaskraker Mission Impossible 4. Ook voor Les adieux à la reine en Sister deed ze geen auditie. Er werd simpelweg

25

koffie gedronken met de makers, gesproken over de scripts en de knopen werden doorgehakt. Over regisseur Benoît Jacquot (Les adieux à la reine) zegt ze: “Hij kwam met twee scripts. De eerste stond vol met veel te seksueel getinte scènes (zie hierboven, red.). Dat weigerde ik dus. Maar ik was wel geïnteresseerd in de film. Ik weet dat hij andere actrices ontmoet had, maar hij zei later dat hij na onze ontmoeting gelijk al voor mij had gekozen.” Seydoux staat niet alleen garant voor een beeldig plaatje, ze kan ook indrukwekkend goed acteren. Ze zet haar hele fysiek in voor verschillende rollen. “Ik sta er altijd bij stil hoe iemand staat of beweegt als ik in de huid van een nieuw personage kruip.” Louise, haar personage in Sister, is daarvan een mooi voorbeeld. “Louise loopt heel snel, houdt steeds haar jas aan en is altijd klaar om weg te rennen. Ze toont haar gevoelens nooit en je begrijpt niet wat haar drijft. Dan moet je haar dus op een andere manier een karakter geven.” Ook in het dagelijks leven gebruikt ze haar talent. “Ik kan mezelf heel goed onzichtbaar maken. Als ik in Parijs op straat loop, word ik nauwelijks herkend.” Aangezien ze in rap tempo mooie rollen blijft scoren, is het maar de vraag hoe lang dat haar nog gaat lukken. Sister draait vanaf 11 november in de bioscoop. Voor meer informatie zie onze filmpagina (p.60).

Gc Interview


Pak Peet Dullaert, top Wolford, oorbellen Topshop

Door Leendert Sonnevelt Fotografie: Paul Scala

Styling: Sonny Groo Haar: Tom Berry voor Bumble and bumble Make-up: Thom Ticklemouse voor Chanel Cosmetics Assistent fotografie: Phillipe Bradley

Maya

Vik

26


Maya Vik

In de buurt van Bergen (Noorwegen) groeide Maya Vik op in een klein platte­ landsdorp. Daar kwam ze als tiener in aanraking met muziek. “Er was niet zoveel te doen in mijn dorp. Je kon zingen in het koor of met de cool guys in een band.” De keuze was duidelijk. Op haar vijftiende begon Maya een all girl rock band. Ze tekende een internationaal contract, stond met de meiden van Furia onder andere op Eurosonic en verhuisde naar Oslo. Daar werd in 2006 de progressieve indiepop van Montée geboren. Een ongebruikelijke rolver­ deling volgde; Maya werd bassist én het gezicht van de band. “Het was nogal moeilijk om het meisje met de krullen te negeren. We waren met z’n drieën, dus het was geen bewuste keuze. Nee, echt, het waren mijn krullen!”, zegt ze. Tijdens de laatste tour van Montée ontstonden Maya’s eerste eigen nummers. Funky en grotendeels elektronisch, met onmiskenbare invloeden van Prince ­— Maya’s grote voorbeeld. “Het begon in de studio met een paar glazen wijn. Zingen maakte me bang en blij tegelijk. Die angst ben ik inmiddels kwijt, want de muziek die ik nu maak staat voor wie ik ben. Het verraste me, maar het was tijd om mijn eigen artistieke weg in te slaan.” Maya tekende een solocontract bij Oslo Records. De drummer en toetsenist van Montée staan echter nog steeds met haar op één podium. “Na zoveel jaar samen touren, kan ik me geen betere band wensen. Samen spelen voelt heel natuurlijk”, vertelt ze. En vervolgt met een lach: “Het enige nadeel is dat ik ze nu moet betalen!”

Pak Stella McCartney, top Wolford

Een middagje googlen op Maya Vik levert bar weinig op: een paar Scandinavische blogs en een ontelbaar aantal foto’s van blonde afro’s. De big haired Noorse speelde tien jaar lang bas­gitaar en synthesizer in ver­ schillende bands, maar dankzij haar opvallende uiterlijk was zij degene die het imago van iedere groep bepaalde. Toch koos Maya vorig jaar voor zich­ zelf. “Het moeilijkste aan een solocarrière? Zingen! Op het podium vergeet ik soms dat ik de zangeres ben.” Afgelopen zomer stond Maya op het toonaangevende Øya Festival in Oslo, naast namen als Purity Ring, Feist en Lindstrøm. Ondanks haar jarenlange ervaring met het grote festival vertelt Maya er vol enthousiasme over, alsof het haar eerste festivalervaring is. “Als soloartiest op dat festival staan is iets geweldigs. Het voelde wel een beetje vreemd in deze nieuwe opstelling, maar toch heel goed. De grootste teleurstelling van Øya was Frank Ocean. Hij deed drie geweldige nummers en moest daarna stoppen vanwege stem­ problemen. Björk gaf het mooiste concert dat ik ooit heb gezien. Maar Jessie Ware heb ik gemist—so annoying!” Niet alleen in Noorwegen gaat het Maya voor de wind. Opvallend is haar succes in Japan. Tijdens een korte tour werd in Tokio de video voor On It (Kapow!) geschoten. “De sfeer van een stad sluit vaak aan bij bepaalde muziek. Tokio is hectisch, kleurrijk en vibrant. Net als mijn nummers. De regisseur, visagist en ik hadden van tevoren bepaald waar we de video zouden opnemen, maar dat werkte dus niet. Je moet een stad op je af laten komen en vervolgens in je opnemen. Op het moment ben ik aan het nadenken over mijn volgende video. Ik vraag me af of Londen daar de geschikte stad voor zou zijn”, mijmert ze. Maya neemt voor iedere vraag ruim de tijd. Met een steeds drukker wordend schema is de vraag hoe lang dat haar nog lukt. “Morgen vlieg ik naar Engeland voor London Fashion Week. Ik kijk vooral uit naar de show van Acne. Ik houd van dat merk! Het is edgy en

toch klassiek.” De liefde tussen Maya en het label is wederzijds. “Toevallig werkt een van mijn vrienden, afkomstig uit hetzelfde dorpje als ik, voor Acne. Dankzij hem word ik nu door het merk gesponsord. Ik zou heel graag nog vaker met Acne samenwerken in de toekomst.” De coöperatie met het Zweedse label doet Maya duidelijk goed, ook al weet ze een reclamepraatje behendig te vermijden. “Muziek is meer dan wat er klinkt. Het beeld—hoe ik eruit zie op het podium—moet dat ondersteunen.” Bummer Gun is de naam van Maya’s tweede soloalbum. “Oorspronkelijk wilden we een EP maken. In de studio bleek dat daar veel te veel materiaal voor was. Misschien ben ik wat ongeduldig, maar ik wil heel graag dat mensen mijn nieuwe muziek horen”, zegt de zangeres met een klein stemmetje. Binnen een maand werden er vier singles uitgebracht. “Mijn eerste album werd op de traditionele manier uitgebracht, maar wel met een uitgebreide expositie. De vier singles van Bummer Gun liggen in het verlengde daarvan. Elk nummer heeft een eigen cover, een uniek beeld. Mensen horen heel veel muziek en er is veel concurrentie. Een zangeres die op haar eigen manier werkt valt hopelijk op.” De titeltrack is het meest elektro­ nische nummer van het album. “Bummer Gun is volgens mij het meest geschikt voor in clubs. Ik werk graag samen met mensen uit de elektronische scene. Ik stel het ook heel erg op prijs als mensen mijn nummers remixen. Het is een makkelijke manier om het publiek in contact te brengen met mijn muziek. Mijn geluid

27

is echt niet alleen funky; er zitten ook veel elektronische elementen in. Het optreden tijdens London Fashion Week is zelfs zonder band, net als in de disco. Dat is nieuw voor me!” Maya is muzikant in hart en nieren, haar Twitteraccount luidt I slappadabass!. Op YouTube eindigt een zoektocht naar Maya bij een shout-out van Raphael Saadiq. Een steunbetuiging van bassist tot bassist. “Dat was ik alweer vergeten! We raakten bevriend via zijn platenmaatschappij en ik stond in zijn voorprogramma. Mijn God, hij is legendarisch”, jubelt ze. Toch is de zangeres alles wat je niet van een bassist verwacht; ze is uitbundig en charmant met een vleugje ’90s Kylie Minogue. Een tegenstelling? “Absoluut niet. Funk is niet iets dat je jezelf kan aanmeten. Eigenlijk is het net als bij Prince. Iets dat zó goed voelt, is gewoon sexy!” www.mayavik.com

Gc Interview


Door Leendert Sonnevelt Fotografie: Valentina Vos Een paar uur voor hun show in Paradiso is het nog onduidelijk wie de miss en mister van MS MR eigenlijk zijn. “Wij weten ook niet hoe ze heten”, meldt de promotor van hun platenmaatschappij. De deur gaat open en een goed gekleed tweetal stapt naar binnen. Enthousiast stelt de zangeres, niet te missen door haar paars met roze kapsel, zich voor: “Lizzy met een y!” Met de wat rustigere Max aan haar zij praat ze honderduit, terwijl hij af en toe een bedachtzame pauze laat vallen. “We willen graag dat mensen zich richten op onze muziek. Als je popsongs maakt, gaat het al snel om je imago of persoonlijkheid. Daarom probeerden we zo lang mogelijk anoniem te blijven”, vertelt hij. In het voorjaar gaf MS MR voor het eerst een concert. De mysterieuze identiteit in stand houden bleek onmogelijk. “We vinden het nog steeds moeilijk om te vertellen wie we zijn. Het voelt een beetje alsof we uit de kast komen.” Het begon allemaal in 2010. Alexander en Elizabeth, oftewel Max en Lizzy, ontmoetten elkaar tijdens hun studie in een typisch Amerikaans dorpje. Beiden hadden een internationale achtergrond. Lizzy werd geboren in Londen en Max leefde een groot deel van zijn leven in Zuid-Amerika. Het klikte tussen de twee, en ook op muzikaal gebied vonden ze elkaar. “Op dat moment kwam Time Of My Life van Patrick Wolf uit. We wilden heel graag samenwerken en dat nummer raakte ons.” Tevreden met het resultaat van hun cover begonnen ze aan een eigen nummer—Bones was het begin van een

MS MR De Tumblr-pagina van MS MR is op het eerste gezicht mier­ zoet. Een tweede blik laat echter een compleet ander beeld zien. Wurg­slangen, verminkte lichaamsdelen en lugubere teksten als “Sex after death” prijken op de pastelkleurige achtergrond. Het geheimzin­nige duo uit New York—sinds enkele maanden de hit van de blogosfeer—is vrolijk en en­thou­siast. Toch zijn Max en Lizzy niet bang voor hun minder optimis­tische eigenschappen. “Music is the release of the darkest in our­selves.” project dat dit jaar MS MR zou gaan heten. Al anderhalf jaar werken Max en Lizzy nu aan eigen materiaal. Maar het is pas sinds kort dat ze zichzelf als serieuze band zien. En bij een band hoort natuurlijk een naam. “We wilden graag iets formeels. Alexander en Elizabeth klinkt bijna koninklijk, toch? We dachten na over verschillende voorvoegsels en titels. MS MR was enigszins logisch, en bleek grafisch ook nog eens heel sterk.” Maar wie is nu eigenlijk MS en wie MR? “Dat verandert dagelijks!”, roept Lizzy. Max kan het niet laten om daar een kant­ tekening bij te plaatsen. “Oorspronkelijk dachten we dat we veel met gender zouden gaan spelen. Ik ben degene die op mannen valt, maar eigenlijk is Lizzy the queer one!” De zangeres, die er piekfijn uitziet, haakt hierop in. “Ik mag er dan wel uitzien als een meisje, eigenlijk ben ik een tomboy. Ik voel me erg op mijn gemak bij mannen en ik houd wel van een drankje. Ja, de rol van mister past me wel. En als ik moet kiezen, is Max ook de diva van ons twee!” MS MR is een relatief jong project. Lizzy is echter geen onbekende in de muziekwereld. Haar platenlabel Neon Gold Records bracht muziek uit van onder andere Passion Pit, Ellie Goulding en Marina and the Diamonds. Met laatstgenoemde gingen Max en Lizzy voor het eerst op tour. Behalve een collega, is Marina ook een vriendin. “Ze was een van de eersten die Bones te horen kreeg. Ze was zo bang dat ze ons teleur zou moeten stellen, dat ze bijna niet durfde te luisteren!” Gelukkig

viel het mee. “Ik kreeg gelijk een telefoontje. Ze was bijna in tranen. ‘Lizzy, ik wist niet eens dat je kon zingen! Wanneer gaan we samen touren?’, gilde ze door de hoorn. MS MR werd een band en toen Marina and the Diamonds naar Amerika kwam, was de timing voor onze eerste show perfect.” Max vervolgt: “Haar fans vormen een soort sekte. Tijdens onze eerste concerten stonden we gelijk voor uitverkochte zalen. Het was geweldig om daar even deel van uit te mogen maken.” Lizzy, met een lach: “Hopelijk hebben we er zelf ook wat fans aan over gehouden!” In september kwam de eerste EP van MS MR uit. De titel—Candy Bar Creep Show—representeert de uitersten waar het duo voor staat. Lizzy legt uit: “Onze muziek heeft een duister onderbuikgevoel. Die zwartgallige thematiek, hoe obscuur ook, verpakken we in popnummers.” Max vult aan: “Op het eerste gezicht zijn we blij en bubbly—geen duistere goths. Toch heeft iedereen zo’n kant. Wij zoeken de juiste balans.” Niet alleen in de muziek, maar ook in de visuals keert de combinatie van licht en donker terug. Tumblr speelt daarbij een belangrijke rol. “Voor Max en mij is onze blog een soort moodboard”, stelt Lizzy. “De foto’s en video’s zijn culturele referenties met een vleugje nostalgie. Het geeft een beeld aan onze nummers en zo worden ze deel van onze identiteit. Daarnaast is Tumblr een geweldig platform om met je fans in contact te blijven.” Volgens Max werkt een album maken op eenzelfde manier. “Je schrijft meer dan 25 nummers, en uiteindelijk kies

28

je er maar elf. Zo gaat het online ook. Uit duizenden beelden kies je de beste.” De Candy Bar Creep Show werd ook via hun blog uitgebracht. Stuk voor stuk verschenen de nummers online, inclusief remix van een bekende artiest. Ook plaatsten ze de stems van de tracks online, zodat mensen deze naar harten­ lust konden remixen. “Alles wat wij maken is een product van twee mensen. Daar willen we niet te zuinig op zijn. Onze muziek bij iemand anders neerleggen zorgt voor nieuwe perspectieven. Ook is het een gebaar van erkenning naar de artiesten waar we van houden. Waarom zou je elitair doen als er zoveel getalenteerde muzikanten zijn?” Het duo is weg van de Twin Shadow-remix. Lizzy is vooral ook van de man achter deze band gecharmeerd. “Als hij gaat zingen, mijn God! He’s such a hunk!” MS MR is klaar voor een debuutalbum. Het duo’s bezoek aan Nederland is een eerste kennismaking met het publiek. Lizzy: “Verwacht geen intieme setting. MS MR is groots en over the top.” Wanneer het album uitkomt? “Ergens volgend jaar!” De band schept hoge verwachtingen, die niet alleen op de indie­ blogs worden opgemerkt. Zelfs Jay-Z kan het duo waarderen, blijkt uit een recente video op zijn blog. Max denkt gelijk een paar stappen verder. “Jay-Z is oké, maar wat dacht je van Beyoncé?” Lizzy schaterlacht: “Ja, wij denken alleen maar: ‘One step closer to the B!’” www.msmrsounds.com

Gc Interview


Maison Martin Margiela

with H&M


Maison Martin Margiela with H&M

Fotografie: Duy Quoc Vo Styling: Maarten Spruyt

Voor autumn/winter 2012 presenteren H&M en Maison Martin Margiela een vernieuwde uitvoering van ico­nische stukken van het modelabel. Deze synopsis van de geschie­ denis van het merk bestaat uit kleding en accessoires voor dames en heren. De bijzon­ derste archief­stukken zijn opnieuw uitgevoerd, in hedendaagse vormen en materialen. Alle kledingstukken zijn voorzien van een uniek label waarop staat aangegeven uit welk seizoen het ontwerp dateert, vanaf de oprichting van het modehuis 23 jaar geleden tot op heden. Margaretha van den Bosch, de drijvende kracht achter de samenwerkingsprojecten tussen H&M en modelabels, beschrijft de stukken alsof ze vandaag de dag ontworpen zouden kunnen zijn. “De collectie tilt recente trends naar een hoger niveau. Zo ontstaan er nieuwe silhouetten uit klassiekers— ver­nieuwend, jong en een tikkeltje brutaal.” Glamcult sprak met de ontwerpers van Maison Martin Margiela.

De collectie van Maison Martin Margiela with H&M bevat enkel unieke items. Hoe werken de ontwerpers om deze stukken tot stand te laten komen? Een van de oorspronkelijke principes van Maison Martin Margiela is dat wij als creatief team samenwerken. We presenteren dus niet het werk van één designer. In het Maison krijgen verschillende ideeën alle ruimte. Zo worden radicale concepten ook werkelijk kledingstukken. De collecties van Maison Martin Margiela worden vaak beschreven als garderobes, bestaande uit speciale stukken. Geldt dit ook voor de samenwerking met H&M? Voor de samenwerking met H&M hebben we, zoals gezegd, de klassiekers uit ons archief geselecteerd. Deze vormen samen een complete wintergarderobe.

De vrouwencollectie bevat veel tailor made stukken. Is dit een belangrijke trend? Maatwerk en het toepassen van technieken uit de herenmode zijn sinds het begin twee van onze belangrijkste thema’s. We verwerken deze methoden in ontwerpen voor het vrouwelijk lichaam. Dat zullen we ook altijd blijven doen. Je ziet dit bijvoorbeeld in het patterncut jacket en het biker jacket. Hetzelfde scherp gesneden silhouet lijkt ook bij de mannen een terugkerend thema. Wat is hier de gedachte achter? Maatwerk is een van de belangrijkste thema’s in al onze herencollecties. We verkennen het kleermakersproces en veranderen zo de constructie van de stukken. Deze collectie bevat een heruitgave van het driedelige pak, beschikbaar in nude en zwart. Ook is er een

stuk waarin het double-breasted jacket en een mirror ball tuxedo jacket samensmelten. Sommige stukken in de collectie zijn elegant, terwijl andere ontwerpen juist vooruitstrevend zijn. Is dat een tegenstelling? Absoluut niet. Een elegant ontwerp kan net zo goed verrassend zijn. Kijk bijvoorbeeld naar de horizontally worn dress! In al onze ontwerpen ligt de nadruk op het uiteindelijke kledingstuk. Zelfs het eindproduct van ons meest radicale concept moet draagbaar zijn. De duvet coat en het circular shirt zijn daar een goed voorbeeld van. Wat is het idee achter de vele oversized vormen? Er zijn verschillende redenen waarom wij geïnteresseerd zijn in oversized kledingstukken. Soms levert het een interessant nieuw silhouet op, bijvoorbeeld bij de pea coat

of de jeans. Een oversized ontwerp kan zich ook transformeren. Zo kan een te grote trui worden gedragen als jurk en ook de candy clutch kan op verschillende manieren worden gebruikt. Oversizen transformeert bestaande objecten en kledingstukken tot interessante, vernieuwende ontwerpen. Kan je meer vertellen over de accessoires in de collectie? Ook alle accessoires zijn heruitgaven van klassieke Maison Martin Margiela-stukken. Ze bevinden zich allemaal binnen de thematiek van transformatie, ambiguïteit en oversizing. Er zijn grote stukken, zoals de keyring necklace en bracelet, en de enlarged watch frame bracelet. Van handschoenen hebben we portemonnees en handtassen gemaakt, terwijl van schoenen en laarzen juist de hak is afgehaald. De pump met de onzichtbare hak is een perfect


Maison Martin Margiela with H&M



Maison Martin Margiela with H&M

voorbeeld van een trompe l’oeil, onmiskenbaar een van onze belangrijkste tradities. Hoe zou je een perfecte wintergarderobe voor mannen omschrijven? Essentiële stukken moeten individueel, maar ook in combinatie met elkaar, een aantal variërende looks kunnen vormen. De perfecte garderobe bevat topstukken uit het verleden en mixt deze met nieuwe ontwerpen, net zoals in deze collectie gebeurt. Veel ontwerpen zijn een deconstructie van of aanpassing op een oorspronkelijk kledingstuk. Hoe is dat aangepakt? We verkennen altijd de functie en draagbaarheid van onze ontwerpen. In de damescollecties veranderen we regelmatig het silhouet. De focus van de heren­ collecties is echter meer naar binnen gericht; aanpas-

singen blijven binnen de perken van het oorspronkelijke silhouet. De reversed denim jeans en het denim jacket zijn bijvoorbeeld binnenstebuiten gekeerd. Alleen de zomen en details zijn naar buiten gekeerd, zoals normaal het geval is. Ook de schouderstukken van de Fair Isle sweater zijn omgekeerd, zodat de steken aan de buitenkant te zien zijn.

Wat inspireerde de supporter’s scarves sweater? Deze trui komt oorspronkelijk uit een collectie, waarin we bestaande kleding­ stukken en objecten transformeerden tot iets totaal nieuws. Sjaals van voetbalsupporters werden toen samengevoegd tot een trui. De sweaters in deze collectie zijn, net als voorheen, gemaakt van voetbal­ sjaals.

Bevat de mannencollectie ook accessoires? Ja! Er is een volledig assortiment aan accessoires, waarin de belangrijkste thema’s van Maison Martin Margiela terugkomen. Zo is er een oversized heuptas, die groot genoeg is om over het hele bovenlichaam gedragen te worden. De transformatie van bruikbare objecten resulteerde in de faceless watch bracelet, de open clasp watch bracelet en de guitar cover weekend bag. Ook zijn er laarzen, schoenen en riemen die met de hand wit zijn geverfd. De kenmerkende trompe l’oeil ambiguïteit zie je terug in de high top sneakers. Voor wie is deze collectie bedoeld? Fans van Maison Martin Margiela of mensen die nog nooit van het label gehoord hebben? De collectie is voor iedereen! Sinds het begin van Maison Martin Margiela geloven we in

democratische mode. We willen onze concepten en ontwerpen dan ook graag met zoveel mogelijk mensen delen. Er zullen vast veel jonge mensen zijn die nog niet eens geboren waren toen de originele ontwerpen werden uitgebracht. We zijn blij dat zij nu een kans krijgen om de stukken alsnog te dragen. Tegelijkertijd zijn er anderen die nooit de kans hebben gekregen om onze kledingstukken te kopen. En wat dacht je van vaste klanten die de ontwerpen eerder hebben gemist?

Op 15 november vind je de collectie van Maison Martin Margiela with H&M in de geselecteerde winkels en online. www.hm.com www.maisonmartinmargiela.com


Maison Martin Margiela with H&M

Fotografie: Duy Quoc Vo Styling: Maarten Spruyt—House of Orange Haar: Hester Wernert voor Sebastian en Balmain Hair—House of Orange Make-up: Kathinka Gernant voor Chanel—House of Orange Modellen: Sylvia—Paparazzi Models, Marc Madeleyn—Republic Models Assistent fotografie: Lotte van Raalten Assistent styling: Roosmarijn van Kessel Assistent haar: Magdalena Loza Alle kleding: Maison Martin Margiela with H&M




Door Fay Breeman Fotografie: Sarah Bradham

Ghost Loft Als je het zwoele geluid en de hiphopbeats van Ghost Loft hoort, verwacht je niet direct dat het begin van Danny Chois muzikale carrière bij kindertelevisie ligt. Toch is niets minder waar; Choi maakte zijn eerste officiële track voor Nickelodeons Yo Gabba Gabba! en schaarde zich daarmee tussen een indrukwekkende lijst artiesten.

Danny Choi, de man achter Ghost Loft, maakt al muziek sinds hij acht is. Eerst speelde hij piano, toen klarinet en later knutselde hij beats in elkaar op zijn computer. Nooit was zijn muziek echter bestemd voor andere oren dan de zijne. Dat veranderde toen hij op zijn werk werd gevraagd een remix te maken. Choi was muziekcoördinator bij Nick­e l­­o deons Yo Gabba Gabba!, een programma dat er in eerste instantie uitziet als de Teletubbies, maar stiekem meer raakvlakken heeft met Later... with Jools Holland. In iedere aflevering danst een aantal felgekleurde schuim­ rubberen beesten onder leiding van DJ Lance Rock op liedjes die gaan over handenwassen, vliegen als een vogel en superhelden. Aan het einde van elk programma wordt zo’n nummer geremixt door een band of artiest, en dat zijn niet de minsten. Zo werkten onder andere MGMT, Ladytron, Cut Copy en Chromeo mee aan het programma. Choi werd dus—nog voordat hij ooit iets had uitgebracht—ook gevraagd om zo’n remix te maken. Geen slecht begin van een muzikale carrière, dacht hij. Afgelopen januari stopte hij daarom bij televisie, om al zijn tijd aan muziek te kunnen besteden. Ghost Loft is een eenmansonderneming. Choi doet alles zelf; hij zoekt zijn eigen samples, bouwt daar vervolgens een beat en melodie omheen en neemt ook de vocalen voor zijn rekening. Eigenlijk is die werkwijze uit nood

geboren. “Ik zou me liever focussen op het produceren van een nummer, waarbij iemand anders de zangpartij inzingt. Iemand die daar goed in is. Ik ben eigenlijk niet zo op mijn gemak met mijn eigen stem. Vroeger wilde ik altijd al in een band, maar dat is nooit gebeurd. Ik ben niet opgegroeid met mensen die ook muziek maakten. Daarom heb ik besloten om het allemaal zelf te doen.” Bij de remixen die Choi maakt, hoeft dat natuurlijk niet. “Dat is makkelijker, want je weet al waar je mee gaat werken. De vocalen zijn er al. Ik vind het leuk om een liedje in een andere richting te sturen.” Choi werkt momenteel aan twee nieuwe remixen. Nummers van Icky Blossoms en JJ zijn al eens overgoten met zijn zwoele Ghost Loft-saus. De vraag wat zijn broeierige, maar tegelijk heerlijk slicke sound beïnvloed en gevormd heeft, kan Choi maar moeilijk beantwoorden. Het was in ieder geval niet zijn studie Interdisciplinary Computing and the Arts aan UC San Diego. “Mijn opleiding was helemaal niet wat ik ervan verwachtte. Ik dacht dat ik bijvoorbeeld zou leren hoe ik als technicus in een studio zou kunnen werken, maar dat was niet het geval. Het was juist een erg theoretische studie. Deze ervaring zorgde ervoor dat ik niet echt een voorstander van studeren ben. Als ik in die vier jaar dat ik gestudeerd heb, aan mijn vaardig­h eden en mijn ambacht had gewerkt, zou ik wellicht beter en verder zijn.” De muziek

die Choi in zijn jeugd luisterde (The Beatles, The Rolling Stones en The Beach Boys) is ook niet echt terug te horen in zijn ietwat gepolijste, warme nummers. Misschien kan Ghost Loft het beste gezien worden als een geëvo­ lueerde hobby. “Op de middelbare school was ik een echte gamer. Totdat ik FruityLoops (een computerprogramma waar muziek mee gemaakt kan worden, red.) ont­d ekte en ik daarmee aan de slag ging. Dit verving geleidelijk aan de computerspelletjes.” Choi lacht een beetje besmuikt als hij vertelt hoe hij als tiener beats maakte en die destijds zelf erg goed vond. “Als ik ze nu terugluister, zijn ze echt vreselijk!” Even later schiet Choi nog een andere grote invloed te binnen: het wonen in Los Angeles. “Het weer is steevast mooi en de zon schijnt altijd. Dat maakt waarschijnlijk dat de muziek zo relaxed klinkt. Het is een reflectie van de om­g eving waarin ik me bevind.” In dat zonnige L.A. werkt Choi nu aan zijn eerste EP. “Waarschijnlijk worden het ongeveer vijf nummers, die ik momenteel aan het afmaken ben. Wanneer je ze kan horen? Goede vraag. Dat weet ik nog niet. Ik hoop dat ik alles in november af kan krijgen. Maar als het om het uit­ brengen ervan gaat, hebben we het denk ik over begin volgend jaar. Ik ga ze niet weer online zetten, zoals ik tot nu toe heb gedaan. Ik ben op zoek naar een label en ik geloof dat dat soort dingen wat tijd kosten.” Verder is Choi

37

bezig met het maken van een videoclip voor zijn eerste ‘single’ Seconds. Die zal ge­m aakt worden door Daniel Iglesias en Zack Sekuler die recentelijk een clip voor The Neighbourhood maakten. “We zullen vooral met archief footage gaan werken. Ik weet niet wan­n eer het klaar zal zijn, maar waarschijnlijk binnen nu en twee maanden.” We zullen dus nog even moeten wachten tot we iets nieuws van Ghost Loft kunnen zien of horen. Gelukkig doet Seconds het goed op repeat! www.ghostloft.com

Gc Interview


Door Georgette Koning Fotografie: Cherrelle Lubbe en Yaël Temminck

Styling: Poul Brouwer Haar en make-up: Severine van Donkelaar voor M.A.C Cosmetics—House of Orange Model: Senna—De Boekers Alle kleding: Hermès autumn/winter 12 Kruk: Tholix, RAW Materials Met dank aan No6 studio


Christophe Lemaire

Het gaat Christophe Lemaire voor de wind. Zijn eigen mannenlijn is succesvol, hij pre­sen­ teerde sinds lange tijd zijn vrouwencollectie weer tijdens Paris Fashion Week, en ook de dames­lijn die de Parijzenaar sinds 2001 ont­ werpt voor het luxelabel Hermès wordt goed ontvangen. Glamcult sprak met de ontwerper die de modewereld lang sceptisch bekeek, en die zijn kritische mening nog steeds niet onder stoelen of banken steekt. “Mode lijkt wel oorlog!” 39

Gc Interview


Christophe Lemaire

Een supercarrière in de mode, laat staan roem, streefde Lemaire nooit na. Na de middelbare school ontdekte Christophe Lemaire interieurvorm­ geving en industrieel ontwerp, maar wat hem vooral boeide was muziek. “In de jaren 80 zat ik middenin de new wave-stroming met groepen als The Cure, Joy Division, Japan met David Sylvian en later Talking Heads. Actief in de muziek was ik alleen niet. Van muziek houd ik nog altijd veel. Zo ben ik erg gebrand op de muziek voor mijn shows, winkels en website. Eigenlijk ben ik een gefrustreerde muzikant.” Indirect, via de muziek, was hij in deze jaren echter wel bezig met mode. Die typische eighties look, met strenge outfits, volgde hij op de voet. In Parijs, waar hij opgroeide, speelde mode natuurlijk ook een grote rol. Zijn moeder

en oma waren fervente dragers van Yves Saint Laurent (waar Lemaire later stage liep), en een oom was directeur van de Franse Vogue. Ondanks een gebrek aan het heilige modevuur, dong de creatieve 18-jarige Lemaire in 1990 mee naar de L’Andam, een internationale modeprijs. Tot zijn grote verbazing won hij. Van het prijzengeld maakte hij een kleine collectie die hij vervolgens presenteerde op een Parijse modebeurs. Het was begin jaren 90, een tijd waarin Japanners nog gretig zochten naar vers mode­talent. “Ze vroegen of ze mijn collectie in Japan mochten distribueren”, ver­telt Lemaire nog steeds verbaasd. “‘Ach ja, natuurlijk’, zei ik maar.” Zijn prille modecarrière verliep met ups en downs. “Ik sprong het diepe in zonder dat ik kon zwemmen.” Hij voelde zich ongemakkelijk in de

modewereld en in 2003 trok Lemaire de stekker uit zijn bedrijf. “Ik was naast jong en totaal onervaren, eigenlijk gewoon nog te onvolwassen. Ik had te weinig zelfvertrouwen.” De jaren die volgden schetst hij als moeilijk. “Ik stelde mezelf diepe vragen. Of ik bijvoorbeeld wel geschikt was als ontwerper en bla, bla, bla.” Toch bleef de passie voor stijl en modeontwerpen er. Lemaire worstelde vooral met de stereotiepe modecultuur. “Ik was geen homo, ik was niet geob­ sedeerd door topmodellen, en al die glossy modeblaadjes vond ik maar nep.” Vanwege zijn sceptische houding tegenover het modecircus, kostte het Lemaire moeite om er echt voor te gaan. “Lange tijd bekeek ik mode van een afstandje. Weet je, voor een ontwerper is het hebben van een visie en talent

40

niet voldoende. Het is ook noodzakelijk om een geweldig team om je heen te hebben, ook dat neemt tijd.” Later, in 2006, waren het weer de Japanners die bestellingen plaatsten bij Lemaire en investeerden in een herstart. Dat ‘feest’ duurde echter niet lang. De samenwerking liep spaak en orders bleven uit. Inmiddels is Lemaire onafhankelijk, en dat bevalt hem toch het best. Ook al moest hij dat ontdekken door schade en schande. Sinds een poos is hij weer “really happy”. Dat zit zo, legt hij uit: “Ik realiseer me dat wat er ook gebeurt, je altijd trouw aan je overtuiging moet blijven. En geduld moet opbrengen. Dat werkt. Het zijn de grootste lessen die ik heb geleerd. Ik heb zo veel tijd verloren aan onzekerheid.” Beschikte hij wel over voldoende zelfvertrouwen toen hij in 2010 gebeld werd door


Christophe Lemaire Pierre-Alexis Dumas, artistiek directeur van Hermès? “Dat zeker, maar ik was wel erg verrast.” Net als de hele modewereld overigens, want vergeleken bij voorgangers Jean Paul Gaultier en Martin Margiela was Lemaire een onbekende naam. “Het was inderdaad een gedurfde zet van Hermès”, beaamt hij. “Ik heb geluk gehad, en vind het dapper én slim van ze. Uiteindelijk hebben ze de goede keus gemaakt!”, lacht hij. De zes collecties die Lemaire elk jaar presenteert (twee Hermès vrouwencollecties en twee seizoenen van zijn eigen mannen- en vrouwenlijn) getuigen stuk voor stuk van een constante stijl, waarvan de rode draad elegant, neutraal en tijdloos is. Wat Lemaire betreft, hoeft een vrouw niet iedere zes maanden haar complete garderobe te verversen om zich goed te voelen. “Vreemd genoeg hield ik er al heel jong een uitgesproken levensfilosofie op na. Die houdt in dat het dagelijks leven draait om eenvoud, helderheid en kwaliteit in alles—van eten, literatuur en kleren tot relaties”, legt hij uit. “Waar ik wel moeite mee heb gehad, is het zoeken naar de waarheid.” Lemaire is een van de weinige ontwerpers die zich durft te uiten over het modesysteem waar hij zich nooit helemaal in heeft kunnen vinden. Hij vindt het bovendien verontrustend dat anderen zich hier niet over uitspreken. “Ik weet dat veel mensen problemen hebben met het huidige modesysteem. Ik hoor verhalen over de corruptie, de hysterie, het dwingende ritme en de extreme competitie in de mode. Het lijkt soms wel oorlog! Maar in het openbaar houdt iedereen zijn mond!”, zegt hij opgewonden. En vervolgt: “Eng hoor, dat niemand uit de industrie hier openlijk over praat. Zijn ze bang hun baan te verliezen, vrezen ze druk van investeerders? Mensen moeten eens zeggen wat ze denken en zichzelf vragen stellen. En zich er niet vanaf maken met de gedachte: ‘Ach, zo is het nu eenmaal en we gaan weer door’. Daar ben ik het echt niet mee eens.” Vorige maand presenteerde Lemaire na een lange afwezigheid zijn eigen vrouwenlijn tijdens Paris Fashion Week. Dat dit er niet eerder van kwam wijdt hij aan geldgebrek en de druk die het werk met zich meebrengt. Maar nu was hij er dus na lange tijd weer klaar voor. De ontwerper koos daarvoor niet voor een geijkte show, maar voor een intieme presentatie in een appartement. Modellen speelden de rol van een vrouw die thuis is en doet wat ze altijd doet: iets te drinken pakken, schoenen aantrekken en oorbellen uit doen. Wat de eenvoudige en sophisticated ontwerpen betreft, zoekt Lemaire—net als altijd—naar de essentie van kleding. “Ik houd niet van referenties en letter­ lijke invloeden. Ik probeer zo tijdloos mogelijk te zijn en wil gewoon goede kleren maken.” Hij omschrijft zijn ont­ werpen als jolie, wat in het Frans niets anders dan ‘mooi’ of ‘aardig’ betekent. “Klopt,” geeft hij toe, “dat klinkt luchtig

en licht. Maar ik houd daarvan. Het huidige probleem in de mode is dat juist iedereen interessante en krachtige kleren probeert te maken. Of sterker nog, een statement. Ik ben helemaal oké met jolie. Ik heb niks met postmoderne ideeën over dat kleding gothic moet zijn, of cool. Ik ben ook helemaal klaar met die fake rock-‘n-roll-cultuur, waarin het beeld wordt geschetst dat het cool is om een punkrocker of drugsverslaafde te zijn. Belachelijk!” Duidelijk, Lemaire houdt meer van de intieme kant van mode. Al benadrukt hij geen probleem te hebben met ‘spec­taculaire mode’, behalve dan met de enorme toename ervan. “Kleding draag je dagelijks, het hoort een ‘vriendje’ te zijn. Met kleding hoef je geen indruk te maken, het moet je helpen je vertrouwd en begeerlijk te voelen.” Of hij zelf in maart 2013 opnieuw tijdens Paris Fashion Week wil showen, weet hij nog niet. Dat beslist hij binnenkort. Die druk wil hij in elk geval niet voelen. Dat mensen onder de indruk waren van de alternatieve wijze waarop hij zijn spring/summer 2013 collectie presenteerde, vindt hij goed om te horen. “Er is veel conformisme in de modeindustrie. Ontwerpers met een collectie met een sterke uitstraling denken bijvoorbeeld dat daar een agressieve show met harde muziek en gewilde modellen bij hoort.” Ook over de grote shows van Hermès denkt hij erover om het anders te doen. “We maken prachtige kleren en showen al best intiem, maar soms helpt de traditionele show de boodschap om zeep.” Bij Hermès hebben ze trouwens liever niet dat Lemaire zich al te controversieel opstelt. En dat begrijpt hij. “Mijn taak is ontwerpen, niet het etaleren van mijn eigen visie.” Toch legt zijn openheid Hermès bepaald geen windeieren. Mensen die de collecties van het Franse luxehuis kopen, waarderen zijn eigenzinnige weg en hebben niets met ontwerpers die elk seizoen overweldigen met een compleet nieuw en ander modebeeld. Lemaire is al jaren trouw aan zijn stijl. “Dat is mijn werkwijze, ik zou anders niet kunnen ontwerpen. Ik ben gelukkig bij Hermès, het is een integer label met een duidelijke ethiek. Hoewel esthetiek en ethiek gelinkt zijn, vergeten mensen dit tegenwoordig vaak. Voor mij is het de basis van mijn werk, van ontwerpen. Dat zou anders betekenisloos zijn.” Relativerend vervolgt hij: “Ik bedoel niet dat je over alles doodserieus moet doen. Maar dat wat je doet moet wel ergens op slaan. Anders wordt het vulgair. Dat begint als je gaat doen wat mensen van je verwachten. Ontwerpers staan tegenwoordig onder hoge druk, het modestysteem dwingt ze om te volgen wat verondersteld wordt dat de trend is. Maar ik wil en kan daar niks mee!” www.christophelemaire.com www.hermes.com

41

Gc Interview


Door Fay Breeman Fotografie: Tom Cockram

My Tig e r

g n i m i T y M

42


My Tiger My Timing Hoe maak je een popgeluid dat zowel fris als donker is? Je neemt een broer en zus met muzikale opvoeding (James en Anna Vincent), je voegt hun beider punkbandjes die bestaan uit gezamenlijke vrienden bij elkaar, je telt daarbij op een gedeelde liefde voor alternatieve popmuziek et voilà: My Tiger My Timing.

My Tiger My Timing is de band van broer en zus James en Anna Vincent en diens vrienden Jamie Harrison, Gary Drain en Sebastian Underhill uit Zuid-Londen. Ooit ontstaan uit de wil om melodische popliedjes te maken. Hun eerste langspeler Celeste kwam dit jaar uit op hun eigen label Snakes & Ladders. Het uitbrengen van een album op een eigen label was een combinatie van een bewuste keuze en noodzaak. Zangeres/toetsenist Anna vertelt dat zij en de band wel met een aantal labels hebben gesproken toen hun debuutalbum Celeste bijna af was. “Maar als je met grotere bedrijven in zee gaat, duren dingen vaak langer. En wij wilden het album graag snel uitbrengen. Je kan tegenwoordig zoveel zelf doen. Toen we onze opties overwogen, bleek het doe-het-zelven bovendien veel voordelen te hebben! Ons eigen label bestaat overigens al langer dan My Tiger My Timing. Op dat label brachten we ook al muziek uit met onze vroegere bands.” Door ervoor te kiezen het heft in eigen hand te nemen en te houden, was de weg naar het uitbrengen van een eerste plaat wel wat langer. In ruil daarvoor hadden Anna en de rest van de band alle vrijheid om hun eigen keuzes te maken wat betreft productie, artwork, videoclips en merchandise. Bovendien leverde het bij ieder succes een extra trots gevoel op. Op de vraag of ze het opnieuw zo zouden aanpakken, antwoordt Anna: “Volgens mij denk je bij elk creatief proces achteraf: ‘Dat hadden we effectiever kunnen doen.’ Maar dat weet je niet op het moment dat je het doet. Bovendien hoort dat ook wel een beetje bij een debuutplaat. Dus hoewel er altijd dingen zijn die beter kunnen, had ik het achteraf niet anders willen doen. Ik wil het de volgende keer gewoon beter doen en alles wat we nu geleerd hebben meenemen. We zijn al begon-

nen met het schrijven van liedjes voor het volgende album en ik denk dat we het volgende album, door de kennis de we nu hebben opgedaan, al vrij snel uit zullen kunnen brengen.” My Tiger My Timing is een echte DIY-band en dat komt niet alleen terug in hun manier van muziek uitbrengen. De videoclip voor hun meest recente single The Gold Rush werd namelijk gemaakt met videomateriaal van fans en vrienden. De band had een oproep op Facebook en Twitter geplaatst en uit een groot aantal inzendingen selecteerden ze het beste materiaal om daarmee hun video te maken. Anna: “Het was heel leuk om te zien hoeveel werk mensen in hun opnames hadden gestoken en hoe goed ze erover hadden nagedacht. Daarom denken we er nu aan om nog een keer zoiets te doen, maar dan met remixen. Er zijn zo veel creatieve mensen en we zien graag hoe andere mensen zich laten inspireren door onze muziek.” De naam My Tiger My Timing stamt uit het prilste begin van de band. Anna: “De eerste maanden dat we samen waren, oefenden we in een pakhuis. We wilden graag optreden, maar daarvoor hadden we een goede naam nodig. Dat was ingewikkeld, want iedereen heeft daar zo zijn eigen gedachten over. En als je het dan ein­ delijk ergens over eens bent en je die naam googlet, is hij vaak al bezet! In die tijd luisterden we met de band veel naar Arthur Russell. We genoten van de manier, waarop hij elektronische popmuziek maakte, vanuit een artistieke, experimentele insteek. My Tiger My Timing is de titel van een van zijn nummers. We weten niet echt wat het betekent, maar het heeft op een abstracte manier wel iets daadkrachtigs.” De titel van het onlangs uitgebrachte album is weer een ander verhaal. Celeste is niet vernoemd naar een van de liedjes. De naam komt zelfs in geen van de songteksten voor. Anna:

“We hebben er wel aan gedacht om het album naar een nummer te vernoemen, maar er was geen titel die de lading van alle nummers samen dekte. James had eerder al de foto voor de cover van het album gevonden. Het is een jeugdfoto van onze gezamenlijke vriendin Celeste. We vonden het een mooi beeld—een klein meisje dat een geweer vasthoudt, een echt geweer nota bene. Het is een mix van iets onschuldigs en moois, en iets donkers. Dat is ook de tegenstelling die onze muziek in zich draagt. Toen we het niet eens konden worden over een naam voor het album, opperde Sebastian deze naam. Hoe langer we erover nadachten, hoe meer het ons aanstond. Door het album deze naam te geven, werd het een beetje onze baby. Iets dat wij op de wereld hadden gezet. Bovendien ontstond er een personage. Iemand die zich eigenlijk nog een klein meisje voelt, maar zich wel met volwassen zaken moet bezighouden.” NME beschreef het geluid van My Tiger My Timing als tribal electro. Anna: “Het is altijd interessant als iemand anders je muziek beschrijft. Ik denk dat het tribal uit de omschrijving refereert aan onze eerste singles (Endless Summer en Written in Red, red.). Ik de vroege dagen van de band iets probeerden we iets te maken dat vrij uitgekleed en erg ritmisch was. Dat zou je zo kunnen noemen. Het electro gedeelte vind ik interessant. Want hoewel er elektronische elementen in onze muziek zitten, zijn we toch vooral een live band. We gebruiken wel synthe­ sizers, maar we spelen niet met een opname mee zoals veel bands tegenwoordig doen. We zijn live erg energiek en onvoorspelbaar, terwijl electro juist bekend staat als afstandelijk en gecontroleerd.” Een beschrijving die Anna eens hoorde en haar meer aansprak was experimental pop with a dark heart. Toch omschrijft ze het geluid van My Tiger My Timing zelf simpeler met

43

new wave pop. “Popmuziek is een hele brede term, maar voor ons was popmuziek vooral een focus op de melodie en het ritme. Die hebben we bewust opgezocht. Maar door onze punk­ achtergrond benaderen we het wel vanuit een experimenteel en artistiek perspectief.” Over de aankomende show in Amsterdam zegt Anna: “Het wordt ons eerste optreden in Nederland. Het is extra spannend en leuk voor mij en James, want onze opa komt uit Amsterdam. We kennen de stad erg goed, dus het zal een beetje voelen als thuiskomen. Jammer genoeg is onze opa er niet meer, maar als we in Paradiso spelen, denk ik dat we wel zullen voelen dat hij erbij is.” 17 november treedt My Tiger My Timing op in Paradiso. www.mytigermytiming.com

Gc Interview


FOR MORE INFORMATION PLEASE CHECK: WWW.PARADISO.NL OR DOWNLOAD THE PARADISO IPHONE APP


Visual Essays

46 Fuck today,

it’s tomorrow. Fotografie: Jouke Bos

52 Not if anything to say about it I have.

Fotografie: Maarten Alexander


Rechts Jurk en broek Chanel, rok Mada van Gaans, schoenen Iris van Herpen x United Nude

it’s tomorrow.

Fuck today,

Links Colbert Ann Demeulemeester, jurk Miriam de Waard, blouse Avelon, broek Sage and Ivy, schoenen Iris van Herpen x United Nude



Links Jurk Miriam de Waard, blouse Jil Sander

Midden Jas S’NOB de Noblesse, top en rok River Island, blouse 3.1 Phillip Lim

Rechts Top Sage and Ivy, top Diesel Black Gold, blouse Monki



Links Jas Issey Miyake, broek Mada van Gaans, schoenen Iris van Herpen x United Nude

Rechts Alle kleding Ilona Putkaradze


Fotografie: Jouke Bos—Witman Kleipool Styling: Alex van der Steen Haar: Siko van Berkel—Sebastian Make-up: Suzanne Verberk voor MAC Cosmetics—NCL Representation Model: Fleur—Paparazzi Models Assistenten fotografie: Thomas Born en Fleur Bult Assistent styling: Jolijn de Wilde Assistent haar: Magdalena Loza


Not if anything to say about it

Jas Issey Miyake, rok Niels Tol, obi Van hier tot Tokio, oorstukken Bjørg, ketting van stylist

I have.


Armband als hoofdaccessoire en oorstukken Bjørg


Jurk en pantalon Maison Martin Margiela, handschoenen So Takayama, schoenen Jan Jansen x Marga Weimans


Top Claes Iversen, rok So Takayama, sjaal Won Hundred, oorbellen Bjørg


Top en armstukken Niels Tol, oorbellen Bjørg


Jas Acne, top Tony Marcus Sacharias, riemen Niels Tol, japanse stof Van hier tot Tokio, armstuk en schoenen van stylist

Fotografie: Maarten Alexander—House of Orange Styling: Lisa Anne Stuyfzand Haar: Ilona de Leeuw voor Kevin Murphy en Chi Tools—Angelique Hoorn Make up: Yokaw voor Laura Mercier—Angelique Hoorn Model: Pauline—Dominique Models Assistent fotografie: Maxim Asscherman Assistent styling: Pilou Verwiel Met dank aan Schram Studio’s


Converse Nights Dat Converse en muziek simpelweg onaf­ scheidelijk zijn moge duidelijk zijn! En om deze wederzijdse liefde te vieren vinden binnenkort de Converse Nights plaats —vier speciale avonden in verschillende pop­podia door Nederland en België, waar opkomende en toonaangevende artiesten uit beide landen zullen optreden. Glamcult maakte een overzicht van zes veel­belovende acts.

Bandjes vinden het vaak lastig om muziek een naam te geven of in een bepaald genre te plaatsen. Voor drummer Linda en gitarist Mathias van Bombay Show Pig is dat niet zo moeilijk. “Muziek moet nou eenmaal getypeerd worden. Wij maken gewoon indierock!” Het duo, dat nu ongeveer drie jaar bestaat, bracht in mei hun eerste album uit. Vulture / Provider is geïnspireerd door artiesten als Beck, Arcade Fire en The Kills. Live benaderen de twee hun muziek op een andere manier dan op de plaat. “Het is leuk om een band te zien die tijdens de show hun nummers niet precies hetzelfde speelt. Je creëert zo een totaal nieuwe dimensie.” Bombay Show Pig was de laatste tijd op het podium te vinden in onder andere Zuid-Afrika en op de Balkan. “We willen onze basis graag nog verder uit­ breiden en in de rest van Europa en Amerika spelen. Zo kom je nog eens op vette plekken. Tijdens Converse Nights spelen we in Nederland en voor het eerst in België!”

Imaginary Family

Fotografie: Joost Vandebrug

www.bombayshowpig.com

Bombay Show Pig

Interviews, fotoshoots en optreden met een voltallige band—het is allemaal nog een beetje wennen. “Rock’n-roll? Nee, dat ben ik absoluut niet!” Joanna, de 26-jarige zangeres van Imaginary Family maakt nog maar drie jaar muziek. Of, zoals ze het zelf liever ziet, Joanna vertelt nog maar drie jaar verhalen. Haar vriendelijke folkpopliedjes hebben een vertrouwd, bijna nostalgisch gevoel. “De perfecte plek om naar mijn muziek te luisteren is een lege trein die door de nacht

SKIP&DIE Londen, Berlijn, Parijs, Milaan—het tour­ schema van SKIP&DIE getuigt van steeds meer internationale allure. Onlangs bracht de band hun debuut Riots In The Jungle uit, dat met lovende kritieken werd ontvangen. Frontvrouw Cata.Pirata omschrijft het album als: “Een avontuurlijke luisterplaat, zeer geschikt voor je volgende roadtrip!” De mix van afrobeats, hiphop, electro en dub resulteert in tropical bass. “Misschien zegt het genre je niet zoveel”, lacht ze. “Het is in ieder geval een uitlaatklep. Door muziek leer ik mezelf op een creatieve manier beter kennen.” Op het podium voelen de extravagante performer en haar mannen zich helemaal op hun plek. De opzwepende beats, maar ook de songteksten, hebben een multicultu­ rele achtergrond. Veel nummers vinden hun oorsprong in Zuid-Afrika, het thuisland van Cata.Pirata. De zangeres en producer Jori Collignon werkten daar samen met verschillende lokale muzikanten. Het kan je bijna niet ontgaan zijn: SKIP&DIE wil de wereld veroveren. Bereid je voor op een Love Jihad. www.skipndie.com

58

raast”, vertelt de singer-songwriter uit Gent. “De combinatie van muziek en treinen vind ik fijn. En ik houd heel veel van het tikkende geluid van een oude typemachine. Waarom weet ik eigenlijk niet. Ik heb nooit een typemachine gehad, maar toch heeft het geluid iets bijzonders.” Imaginary Family staat voor klein en innemend. Minuscule anekdotes, die betoveren door detail. www.imaginaryfamily.com


Converse Nights Wanneer vier jongens hun favoriete geluid omschrijven als een ufo die op de aarde landt, is het tijd om even op te letten. De leden van Oscar & the Wolf ontmoetten elkaar ongeveer twee jaar geleden op school in Gent. Max en Filip spraken af om samen te gaan jammen, wat tot hun eerste eigen nummer leidde. Roland en Claudio kwamen er al snel bij. “Duistere folkrock”, noemen de mannen hun muziek. “Je kan er het beste naar luisteren aan het water, in een tram of in Californië. Weet je wat nog mooier is? Onze muziek op een bruiloft die plaatsvindt in een tram in Californië!” Hoe vrolijk de jongens van Oscar & the Wolf zelf ook moge zijn, hun muziek is dat allesbehalve. Het stemgeluid van frontman Max bevindt zich ergens tussen dromerig, warm en melan­ cholisch. Ooit deed hij mee aan het Eurovisie Songfestival voor kinderen. Maar gelukkig is daar niets meer van terug te horen. www.oscarandthewolf.com

Oscar & the Wolf

Grenzen zijn er om overschreden te worden—dat is zo ongeveer het motto van Kroons. Zangeres Lula Ross en MC Unannounced Guest werden zo’n zes jaar geleden een duo. Aan genre doet het tweetal uit Amsterdam en Deventer liever niet. “Muziek laat zich niet begrenzen, je moet het horen! Het leven wordt zo vaak opgedeeld in hokjes. Dat willen we juist los te laten.” In hun liveshows probeert de groep een verhaal te vertellen. “Het kind in jezelf de ruimte gunnen, daar gaat het om”,

vertelt de enthousiaste Lula. “Er zitten allerlei elementen in onze nummers, van hiphop en triphop tot pop met een rauw randje. Maar ook die termen proberen we los te laten.” Gelukkig zorgt het eclectische duo op hun Facebookpagina wel voor een duidelijke definitie. “Kroons—a playful state of sexual or emotional excitement, often leading to one or more intense outbursts of raw energy.” Dat belooft wat. www.kroons.nl

Drive Like Maria Van alle artiesten die optreden tijdens Converse Nights heeft Drive Like Maria hoogstwaarschijnlijk de meest bizarre ontstaansgeschiedenis. Gitarist Nitzan en zanger Bjorn ontmoetten elkaar in 2005. Met wat vrienden (latere bandleden) trokken de twee naar Amsterdam om daar deel te nemen aan de voorronde van Global Battle of the Bands. De groep won, vertegenwoordigde Nederland vervolgens tijdens de finale in Londen en werd daar tweede. “We liepen net die 100.000 dollar mis! Maar we speelden wel in Mexico City”, vertelt Nitzan. “Ineens hadden we een band!” Drive Like Maria is van het hardere werk. “We noemen het meestal alternatieve rock of stonerpop.” Wellicht heeft het onheilspellende element in de muziek van Drive Like Maria iets te maken met Nitzans waardering voor storm. “Ik houd van de dreiging in donder. Ja, storm vind ik echt heerlijk.” Muziek staat voor de leden van Drive Like Maria boven andere ambities. “Natuurlijk willen we graag veel mensen bereiken, maar mooie muziek maken is ons ultieme doel.”

Kroons Converse Nights brengt jong en oud muziektalent uit België en Nederland bij elkaar. Kaarten kosten €5 per persoon. Behalve toegang tot de concerten krijg je een goodiebag en een speciale toureditie van de Converse mixtape. De beelden die fotograaf Joost Vandebrug maakte van de deelnemende acts, zullen bovendien worden geëxposeerd. Meld je aan op Facebook via www.facebook.com/conversemixtape. Daar vind je ook Converse Mixtape Vol. 5! www.converse.nl/mixtape www.converse.be/mixtape

Donderdag 22 november —Effenaar, Eindhoven Handsome Poets (NL), Imaginary Family (BE) Zaterdag 24 november —Charlatan, Gent Bombay Show Pig (NL), Oscar & the Wolf (BE) Donderdag 29 november —Trix, Antwerpen Kroons (NL), SKIP&DIE (NL), AKS (BE) Zaterdag 8 december —Tivoli de Helling, Utrecht Drive Like Maria (NL), Drums Are For Parades (BE)

www.drivelikemaria.com

59

Gc Live


IDFA

Traditiegetrouw tippen we jaarlijks een paar films die wat ons betreft de moeite waard zijn om te gaan zien tijdens het International Documentary Film Festival Amsterdam dat van 14 tot en met 25 november op verschillende locaties in Amsterdam plaatsvindt. The Queen of Versailles Ex-miss Jackie heeft het mooi voor elkaar; als trophy wife van een puisant rijke hotelmagnaat die haar vader had kunnen zijn, heeft ze te weinig uren in de dag om al hun geld uit te kunnen geven. Privéscholen voor de kinderen, de klassieke roedel kleine rashondjes en een pluk personeel om de villa op orde te houden—het past helemaal in haar gedroomde plaatje. En dat wordt nog mooier, want het gezin, dat de ware American Dream leeft, verhuist binnenkort naar hun zelfontworpen versie van Versailles in Florida. Maar dan dient de kredietcrisis zich aan. De kids moeten naar een openbare school, reizen met lijnvliegtuigen (“Wat doen al die mensen in ons vliegtuig?”) en Jackie moet met kortingsbonnen winkelen. Bovendien wordt manlief met de dag ongezelliger. Gelukkig voor ons mocht de documentairemaker, die het fortuinlijke gezin portretteerde, hen blijven filmen. Wat volgt is een meer dan smeuïg drama, waarin de financieel neerwaartse spiraal de verhoudingen pijnlijk blootlegt. The Imposter In Texas verdwijnt de 13-jarige Nicholas spoorloos. Ruim drie jaar later duikt er in Spanje een jongen op die zegt dat hij diezelfde Nicholas is, ontvoerd door een internationaal opererende organisatie die op grote schaal kinderen gijzelt

Film

en misbruikt. Althans, dat beweert hij. Dan doet de betreffende ‘jongen’—een volwassen man—openhartig uit de doeken hoe en waarom hij op zeer doortrapte wijze in de huid kroop van de Amerikaanse jongen. Hij voorzag, zo legt hij uit, niet helemaal hoe goed zijn plan om iemand anders te worden zou lukken. En ondanks het feit dat hij op geen enkele manier op de verdwenen Nicholas lijkt, wordt hij door diens familie als de verloren zoon in de armen gesloten. Waarom? Deze razend spannende film is opgebouwd uit een bizarre mix van oude opnames, interviews en nagespeelde situaties. De puzzelstukjes—en dat zijn er veel! —vallen langzaam in elkaar en laten je van begin tot eind op het puntje van je stoel zitten. The Act of Killing Hoeveel films je ook gezien mag hebben, een dergelijke productie zag je gegarandeerd nog nooit. De filmmaker volgde een groep gangsters die vanaf de jaren 60 in Indonesië verantwoordelijk waren voor het vermoorden van ontelbare ‘communisten’ die door het heersende regime als gevaarlijk werden bestempeld. Eigenlijk zonder enige vorm van overtuiging, moordden de heren jarenlang, en genoten ze van de macht die ze erdoor kregen. Nog altijd zijn ze niet opgepakt—laat staan veroordeeld—voor hun daden. In deze verbijsterende film doen ze hun verhaal. Ze mochten zelf kiezen in welke vorm ze dat wilden gieten. De heren, zelfbenoemde filmfans, kozen voor een nagespeelde versie van hun levens en—in hun ogen—winnende heldendaden. Niets minder dan ronduit bizar en ontluisterend.

Vanaf 25 oktober Regie: Thomas Vinterberg. Acteurs: Mads Mikkelsen, Thomas Bo Larsen, e.a. De Deense Thomas Vinterberg levert steengoede films af en doet dat met verhalen die je als een stomp in de maag raken. Wie Festen (1998) of Submarino (2010) gezien heeft, kan die pijn nog voelen. Ook dit drama is weer een emotionele knock-out. Lucas (Mads Mikkelsen) is begeleider bij een kinder­ dagverblijf in een kleine gemeenschap, alwaar hij een hechte vriendengroep heeft. Ook de kleintjes waar hij op moet passen zijn dol op de enige man die het verblijf rijk is. Klara, het engelachtig ogende dochtertje van Lucas’ beste vriend Theo, zit ook op het verblijf. Haar thuissituatie is soms wat

chaotisch en bij de rustige Lucas voelt ze zich fijn. Sterker nog, ze is een beetje verliefd op hem. Als het onzekere meisje zich door hem afgewezen voelt, verzint ze dat hij zijn piemel aan haar heeft laten zien. Hoewel de kleuter nauwelijks beseft waar ze hem van beschuldigt, vullen de volwassenen in rap tempo in wat voor gruwelijks haar overkomen moet zijn. Het duurt niet lang of Lucas is zijn baan kwijt en wordt door iedereen met de nek aangekeken. Vinterberg weet met zijn ijzersterke acteurs angstaanjagend goed voelbaar te maken hoe een onhandig leugentje van een kind als een sneeuwbaleffect iemands leven kan verwoesten. Niet in de laatste plaats door kortzichtige, volwassen betrokkenen die misschien beter zouden moeten weten. Als het kleintje

al snel toegeeft dat ze gelogen heeft, luistert niemand meer naar die bekentenis; ze schreeuwen simpelweg te hard om haar te kunnen of willen horen. Het is tegelijkertijd begrijpelijk dat ouders zich als leeuwen voor hun welpjes werpen om hen te beschermen tegen het kwaad, zelfs als een onschuldige man daardoor in een mum van tijd de geslagen hond is. Een zeer gelukt en ook nog prachtig gefilmd sociologisch drama, dat je langer dan je zou willen blijft achtervolgen. Drama

60

Sister

Vanaf 8 november Regie: Ben Affleck Acteurs: Ben Affleck, John Goodman, e.a.

Vanaf 8 november Regie: Ursula Meier Acteurs: Kacey Mottet Klein, Léa Seydoux, e.a.

Op 4 november 1979 wordt de Amerikaanse ambassade in Teheran ingenomen door militante rebellen, op het hoogtepunt van de Iraanse revolutie. Zes ontsnapte medewerkers vinden tijdelijk onderdak in het huis van de Canadese ambassadeur. Het is aan de CIA om hen weer veilig thuis te krijgen. Deze op ware gebeurtenissen gebaseerde film van Ben Affleck is niet alleen een spannende politieke thriller, maar tegelijkertijd een ver­ rassend komische, Hollywoodiaanse satire. De reddingsactie die CIA-ers bekokstoven is namelijk zó vergezocht, dat je een dergelijk plot enkel verwacht in een film! Affleck heeft zichzelf na The Town en Gone Baby Gone als regisseur overtroffen, hoe­w el er wel degelijk kanttekeningen te plaatsen zijn. Zo worden de Iraanse revo­ lutionairen, die gezien de geschiedenis terecht woedend waren, namelijk neergezet als eendimensionale, slechte terroristentypes. Dat is niet fair, gezien de rol die Amerika in Iran speelde— en nog altijd speelt. Die kritiek terzijde, zijn Afflecks acteurs degelijk, het production design mooi en de opbouw nagelbijtend spannend. Thriller

Simon is een handige ritselaar. Tegen wil en dank overigens, want in het armoedige flatje dat het joch met zijn oudere zus deelt, moet brood op tafel komen. Hij reist elke dag vanuit het kale dal naar de sneeuwwitte pistes, waar hij rijke vakantiegangers hun ski-uitrustingen afhandig maakt. De gloednieuwe ski’s en jassen weet hij, eenmaal beneden, slim door te verkopen. Zijn zus Louise wordt ondertussen aan de lopende band ontslagen en kiest steevast verkeerde mannen uit. Zo moet Simon, bij gebrek aan ouder­ figuren, zorgen voor zichzelf én Louise, om wier liefde en goedkeuring hij smeekt. Omdat Louise steeds afhankelijker wordt van Simons handeltje, veranderen de verhoudingen. Dit prachtige drama won de Zilveren Beer tijdens het filmfestival in Berlijn en is de Zwitserse inzending voor de Oscar voor beste niet-Engelstalige film. Niet zo gek, want Meier weet niet alleen het beste uit haar twee jonge acteurs te halen, maar schreef een sterk drama dat, hoewel schokkend, nergens sensationeel wordt. Drama

Sinister

Door Maricke Nieuwdorp

Jagten

Argo

Le Magasin des Suicides

Vanaf 15 november Regie: Scott Derrickson Acteurs: Ethan Hawke, Juliet Rylance, e.a.

Vanaf 29 november Regie: Patrice Leconte Acteurs: Bernard Alane, Isabelle Spade, e.a.

Een sterk openingsshot kan kijkers direct een verhaal in sleuren. In dit geval wordt dat gedaan met een luguber beeld, geschoten op een beschadigd Super 8-filmpje. Eng, intrigerend en mysterieus tegelijk. Een true crime-auteur (Hawke) betrekt met zijn gezin een villa met tuin om er zijn volgende boek te schrijven, over een vermist meisje uit datzelfde huis. Op zolder treft hij een doos oude homevideo’s aan met gruwelijke inhoud. De vondst lijkt hem inhoudelijk op weg te helpen, maar blijkt een grotere dreiging dan hij had kunnen vermoeden. Die zogenaamde found footage-filmpjes vormen dankbare griezelmomenten. Want hoewel de grofkorrelige beelden antiek (en echt) ogen, kunnen die tege­ lijkertijd prima digitaal bewerkt zijn. En dat is bij deze horror dan ook verdomd goed gedaan. Hoewel de schrik­ momenten natuurlijk precies plaats­ vinden op het te verwachte moment, kun je je toch niet helemaal voorbereiden op de impact van sommige beelden. Dat de auteur ongeloofwaardige relatieproblemen heeft, neem je voor lief, want Sinister is los daarvan gewoon een lekkere scary popcornfilm. Horror

Dit is de eerste keer dat Leconte zich waagt aan animatie—en daar deed hij goed aan. Het absurde plot, geleend van het gelijknamige kinderboek van Jean Teulé, had nooit zo leuk gewerkt met acteurs. Het verhaal gaat als volgt: in een naargeestig ogende stad, waar de inwoners niets liever willen dan zich van kant maken, drijft de familie Tuvache sinds jaar en dag een zelfmoordwinkel. Je vindt er alles, dus het loodje leggen wordt een eitje. Zelf zijn Mishima, Lucrèce en hun twee kinderen gepast treurig. Niemand is gelukkig—en daar hebben deze verkopers baat bij. Hun schrik is dan ook groot wanneer er een derde telg geboren wordt die—shock en horror—lácht! En zeer aanstekelijk zelfs. Is zijn gelukkige staat het begin van hun einde? Dit aangenaam ongepolijste, handgetekende animatieavontuur is in een maffe musicalvorm gegoten. Hoewel het ooit geïnspireerd is op een verhaal voor kinderen, is deze lekker incorrecte film stiekem vooral leuk voor volwassenen. Animatie


Allah-Las

Cold Showers

Albums

Land of Light

Tamaryn

The Van Jets

Allah-Las V2 Records

Love And Regret Dais Records

De L.A. boys van Allah-Las (een knipoog naar The Shangri-Las) mixen ‘60s rock-‘n-roll en Californische surf met verfijnde (Beach Boys-)harmonieën. Deze oude stromingen heeft de band uiterst goed laten samenvallen, want hoewel de sound modern klinkt, hebben de mannen de ruwe materie in ere gehouden. Geen effecten en synths dus. Het album heeft een aangenaam relaxed gevoel, veroorzaakt door het easy gitaargeluid en de ruige, doch rustgevende mannenstem van Miles Michaud die duidelijke (maneigen) boodschappen overdraagt als: “I wanna be your man” en “Tell me what’s on your mind.” Hoewel de nummers redelijk cool klinken, staat het album volledig in het teken van hartenleed. Alle relaties liepen tijdens het maken van dit album op de klippen. Dat maakt het album niet alleen ruig, maar ook eerlijk en kwetsbaar. Luistertip gebaseerd op sound en thema: speel deze plaat op een brakke zondag met (emotionele) kater. Door Anna Nita

Oktober is de maand waarin dagen van regenbuien, waarbij iedere druppel door harde wind en temperaturen onder de 5 oC voelt als een ijs­p egel, moeiteloos kunnen worden afgewisseld met prachtig zonnige dagen met een strakblauwe lucht, aangename temperaturen en de geur van herfstbos. Deze elementen worden door Cold Showers (meteorologisch bruggetje, sorry) samengepakt in één sound. De band uit L.A. combineert feilloos kille new wave met gruizige shoegaze elementen zonder daarbij enig moment een montere melodie te missen. Je kunt tegenwoordig al redelijk wegkomen met een te gek klinkende retrosound die 30 jaar geleden nog beter werd uitgevoerd, maar wanneer je net als Cold Showers ook nog de songs schrijft die kwalitatief dik aan zijn door eigengereidheid en finesse, dan zijn de befaamde sterretjes onder deze recensie gerechtvaardigd. Love And Regret is dé plaat voor deze herfst. Door Matthijs van Burg

Susanne Sundfør Prince Rama

Halo Belvédère Records / PIAS

Land of Light ESP Institute

“Belgische glamrock!”, riep ik al zonder The Van Jets te kennen. Wat het precies zo Belgisch maakt, is me onduidelijk. De combinatie van synths met strakke gitaarriffs? De mix van harde rock met opbeurende melodieën? Of is het de gelijkenis in de stem van zanger Johannes Verschaeve met de zanger van Absynthe Minded? De muzikale heren zijn op zoek gegaan naar een ‘nieuw’ geluid en vonden dat in een samenwerking met producer Jeroen ‘Papillon’ De Pessemier van The Subs. Waar dat voor de meeste nummers (na even wennen) uiteindelijk aanstekelijk werkt—het vrolijke Here Comes The Light, het opzwepende Danger Zone, het krachtige en spannende Short Notes en het zoete Cherry—werkt de synthrock bij Mystify of Bankers tegen het einde juist op de zenuwen. Live moet dit een spektakel zijn en ook al ben ik niet ontzettend gecharmeerd, de klik is er. Door Dorothy Vrielink

Het Schotse duo dat zichzelf Land of Light noemt, maakt geen muziek. De twee mannen creëren sferische, gedragsveranderende luisterkuren of moderne, misschien wel hippere versies van New Age-albums die bij een uitheemse kruidenier verkrijgbaar zijn. Ver uitgestrekte synthesizers, langzaam kabbelende trommels en een zalig gebrek aan vocalen. Wees gerust! Voordat u zich zorgen gaat maken over de inname van allerlei geest­ verruimende substanties, raden wij u aan eerst gewoon op play te drukken. Languit op de bank. Of tijdens de afwas. Probeer de associaties met softporno soundtracks en Blade Runner te negeren. Of doe dat niet als u zich hierbij prettig voelt. Dit is tenslotte een product dat volledig gericht is op het tot uzelf komen. Door Sander van Dalsum

Melody’s Echo Chamber

Tender New Signs V2 Records Het in San Francisco gesitueerde duo bestaande uit zangeres Tamaryn en producer Rex John Shelverton weet de shoegaze snaar op een juiste manier te raken. De band creëert vloeiende melodieën die het onderbewustzijn pakken, en ervaringen en herinneringen kunnen laten overvloeien in gevoel en verbeelding. Dit klinkt vaag, maar dat is wel het effect wat de dreampop van Tamaryn kan bewerkstelligen als je er goed induikt. Al eerder wist de band deze sound te vangen op The Waves, en nu opnieuw op tweede album Tender New Signs. Je oren worden getrakteerd op a lot of reverb van zowel de dominerende gitaar als de zang. In hun nummers, die de kille eenzaamheid omhelzen en het kalme bestaan bekronen, voelen de vocals van de Nieuw-Zeelandse Tamaryn ijzig intiem. Dit album zou je zomaar tot nieuwe inzichten kunnen laten komen over de weerbarstigheid van het leven. Door Anna Nita

Egyptian Hip Hop Main Attrakionz

The Silicone Veil Grönland / Munich Records

Top Ten Hits Of The End Of The World Paw Tracks

Melody’s Echo Chamber V2 Records

Good Don’t Sleep R&S Records / Bertus

Bossalinis & Fooliyones Young One Records

Susanne Sundfør is een even getalenteerd zangeres als componist. Op The Silicone Veil—haar vijfde album en het vervolg op meesterwerk The Brothel (2011)—bouwt de Noorse enorme soundscapes, vol onverwachte wendingen en ongebruikelijke combinaties van elektronische en akoestische instrumenten. Susannes stem, die niet altijd prettig in het gehoor ligt, laat zich soms heel even vangen. Dan neemt de zangeres je mee naar een wereld vol meeslepende melancholiek, om je vervolgens verward achter te laten tussen dissonante strijkers, zwaar dreunende synths en kille teksten. Het is de complexiteit die Susanne zelf omschrijft als “apocalypse, death, love and snow.” In Among Us bezingt ze, scherp en afschrikwekkend, de verhouding tussen een moordenaar en zijn slachtoffer. Begeleid door krakende drumcomputers transformeert haar stem zich op subtiele wijze tot aan de prachtige finale, die bijna liturgisch aandoet. Waarschijnlijk kost het wat moeite om door The Silicone Veil heen te dringen. Daarna ben je echter in Susanne Sundførs heilige der heiligen. Door Leendert Sonnevelt

Volgens Prince Rama is het einde van de wereld nabij. De ultieme gele­ genheid voor een verzamelalbum, dachten de twee bandleden. Op Top Ten Hits Of The End Of The World kruipen de dames in de huid van een tiental denkbeeldige bands. Het resultaat? Niet hun gebruikelijke ragapop! Een van de vertolkte groepen is I.M.M.O.R.T.A.L.I.F.E.. Deze Londense sekte probeerde in haar laatste dagen het libido van de leden te bevorderen met behulp van discomuziek. Hun motto “those who live for love will live forever” wordt door Prince Rama omgezet tot een aanstekelijk synthpopnummer. Het is een stuk toegankelijker dan het duo’s gebruikelijke materiaal en zou daardoor prima als ‘Prince Rama voor dummies’ kunnen dienen. Nummers als So Destroyed laten meer horen van wat we van de meisjes gewend zijn. Het apocalyptische thema zorgt voor de cohesie, die door de uiteenlopende muzikale genres helaas ook wordt gemist. Boven alles is deze ‘verzamelaar’ een interessante poging van de band om zichzelf te vernieuwen. Prince Rama krijgt zo nieuw leven ingeblazen, mocht de wereld toch blijven bestaan. Door Leendert Sonnevelt

Een krautpsych zuchtmeisje, hoe leuk is dat?! En dan heet ze ook nog Melody! De in Parijs woonachtige, klassiek geschoolde altviolist, deed voor het produceren van haar debuutalbum een beroep op Tame Impala’s frontman Kevin Parker. Dat leidde tot een boeiend klinkende cross-over van ouwe hippierock en blurry slaapkamerpop. De zoete zang schuurt op songs als I Follow You en Crystallized lekker met de breed uitgespeelde, ruizig galmende gitaarpartijen. Melody (achternaam Prochet) gooit er af en toe warme synthmelodieën tegenaan, waar menig ‘80s artiest jaloers op zou zijn (Endless Shore). Maar het allerleukst wordt het natuurlijk als ze Frans zingt. Zoals in het verleidelijke Bisou Magique (en die willen we allemaal wel van haar). Naar het einde toe helaas toch wat missers: een licht op de zenuwen werkende instrumental (IsThatWhatYouSaid) en afsluiter Be Proud of Your Kids, met kinderen. Tja, dat is toch een genre waar enkel Karen O en Karen Carpenter zich aan mogen wagen. Door Vanessa Groenewegen

In 2010 werd Egyptian Hip Hop gebuzzd als de Bijenkorfs Drie Dwaze Dagen waarbij NME, The Guardian en Pitchfork dan ook als hysterica’s over elkaar heen doken om te schreeuwen dat de band the next big thing was. De door Hudson Mohawke geproduceerde EP Some Reptiles Grew Wings deed inderdaad iets vermoeden. Een vermoeden dat nu pas wordt bevestigd met Good Don’t Sleep. Egyptian Hip Hop is laidback pop met de P van psychedelica; een wonderbaarlijke bassound, vervliegende gitaargeluiden, zuchtige zang en eleverende elektronica. Soms hoor je heel in de verte Ariel Pink, Wild Beasts en invloeden van heinde en vooral verre. SHY is krautrock met (on)duidelijk ritmegevoel. Yoro Diallo, vernoemd naar een Malinese zanger, heeft die (West-)Afrikaanse dansbare on- én off-beat gitaarsound. The White Falls doet dissonant downtempo en Snake Lane West is LSD-proof. Dit debuut is GOOD! Door Matthijs van Burg

Iedereen moet toch wel in ieder geval één plaat in de kast hebben staan met een hoes als deze van Bossalinis & Fooliyones. Heb je die niet al lang in de nineties aangeschaft, dan doe je er goed aan nu het debuut van Main Attrakionz te halen. De hoes verraadt direct wat je van dit duo uit Oakland kunt verwachten: pure hiphop. Op het eerste gehoor lijkt het super cliché te zijn, van het type dat alleen geschikt klinkt als je stoned bent. Maar laat je niet van de wijs brengen door je eerste oordeel, want wat een goede plaat is dit. Meer dan aangenaam om deze funky Californian sound van de jonge Squadda B en MondreM.A.N. te horen tussen die van hun ‘nieuwe generatie’ collega-rappers. Ergens lijkt Main Attrakionz op Outkast van begin jaren 90 (totaal niet erg, moge dat duidelijk zijn). De heren zijn de pioniers van de zogenaamde cloud rap. Niet weer het zoveelste sub-sub-sub-genre, maar een nieuwe sterke sound waarbij de nadruk ligt op de productie. De frisse beats op Bossalinis & Fooliyones zijn dan ook gemaakt door bijna evenveel producers als dat er tracks zijn. Door Niels Wiese

61

Gc Update


Stuff Glamstuff winnen? Stuur een mailtje met je naam, adres en telefoon­ nummer naar glamstuff@glamcult.com. Laat ook duidelijk weten in het onderwerp welke prijs jij graag zou willen winnen! Winnaars krijgen per email bericht. My Tiger My Timing

Celeste 3 CD’s

Melody’s Echo Chamber

Melody’s Echo Chamber 3 CD’s

Maya Vik

Bummer Gun 3 CD’s

Susanne Sundfør

The Silicone Veil 3 CD’s

The Story of Film: An Odyssey

Swatch

Kill The Night

Blue Jeans

3 DVD-boxen Mark Cousins neemt je in deze 15delige documentaire over de filmgeschiedenis mee op een internationale reis, vanaf de stomme film tot de meest recente digitale ontwikkelingen.

Voor de Swatch & Art Tattoo collectie heeft de Zwitserse kunstenaar Emmanuelle Antille twee horloges ontworpen, gebaseerd op een patroon van de tattoo artist Filip Leu. Glamcult geeft 2 x het model Dark Graft weg.

Phillip Lim lanceerde zijn autumn/winter 2012 collectie door middel van een comic, geïllustreerd door Jan Duursema. Glamcult geeft 5 van deze speciale stripboeken weg.

5 x 2 vrijkaarten voor de tentoonstelling Blue Jeans. Vanaf 24 november in het Centraal Museum in Utrecht. Winnaars ontvangen ook de bijbehorende catalogus.

Allah-Las

Allah-Las 3 CD’s

Verkoopinfo 3.1 Phillip Lim www.31philliplim.com

Claes Iversen www.claesiversen.com

Hugo Boss www.hugoboss.com

Maison Martin Margiela www.maisonmartinmargiela.com

Swatch www.swatch.com

Acne www.acnestudios.com

Converse www.converse.nl

Ilona Putkaradze www.ilonaputkaradze.nl

Marga Weimans www.margaweimans.com

Tony Marcus Sacharias www.tonymarcussacharias.blogspot.nl

American Apparel www.americanapparel.net

David Laport www.davidlaport.com

Issey Miyake www.isseymiyake.com

Nicolas Andreas Taralis www.nicolasandreastaralis.com

Topshop www.topshop.com

Ann Demeulemeester www.anndemeulemeester.be

Diesel www.diesel.com

Jan Jansen www.janjansen.com

Peet Dullaert www.peetdullaert.com

Van hier tot Tokio www.vanhiertottokio.com

Bjørg www.bjorgjewellery.com

Dr. Martens www.drmartens.com

Jeroen van Tuyl www.jeroenvantuyl.com

Sage and Ivy www.sageandivy.com

Wolford www.wolford.com

Chanel www.chanel.com

Hennes & Mauritz www.hm.com

Jil Sander www.jilsander.com

S’NOB de Noblesse www.snobdenoblesse.com

Won Hundred www.wonhundred.com

Christophe Lemaire www.christophelemaire.com www.hoteldroog.com

Hermès www.hermes.com

Mada van Gaans www.madavangaans.com

Stella McCartney www.stellamccartney.com

Yohji Yamamoto www.yohjiyamamoto.co.jp

62

Gc Plus


Ja, ik wil Glamcult! Ontvang Glamcult 10 keer per jaar voor € 37,- en loop voortaan geen enkele editie mis! Ga naar www.glamcult.com en klik op subscription om je in te schrijven.

ma 5 nov wo 7 nov vr 9 nov vr 9 nov di 13 nov

THE HEAVY SAM SPARRO ROYAL REPUBLIC NOSAJ THING @ HOAX ARIEL PINK'S HAUNTED GRAFFITI

za 17 t/m IDFA @ MELKWEG za 24 nov Muziekdocumentaires en wo 28 nov vr 30 nov do 6 dec do 6 dec

optredens van o.a. EFTERKLANG en EDDY DE CLERCQ SÉBASTIEN TELLIER RARA AVES INVITES PLANET TURBO CRYSTAL CASTLES RUDIMENTAL

LET OP! DIT IS SLECHTS EEN SELECTIE VAN HET PROGRAMMA, HET VOLLEDIGE PROGRAMMA VIND JE OP WWW.MELKWEG.NL



Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.