Groninger Kerken - oktober 2013

Page 1

Groninger Kerken 2 0 13

GRONINGER KERKEN

STICHTING OUDE

ok tobe r

Heropleving van een oude heilige • Friezen in Visvliet omstreeks 1600 • E e n r a a d s e l ­a c h t i g e m a q u e t t e • ’ t Z e e m a n s m o e i l i j k p a d d e r w o e s t e z o u t e b a r e n


inhoud Elmar Hofman

Heropleving van een oude heilige. Liudger in Groningen in de negentiende en twintigste eeuw

97

De verering van de achtste-eeuwse missionaris Liudger kent een opmerkelijke opleving in de eerste helft van de twintigste eeuw. In verschillende Groninger kerken werden toen beeltenissen van hem aangebracht. In dit artikel wordt dit fenomeen verklaard.

Kees Kuiken

103

Friezen in Visvliet omstreeks 1600

Visvliet was in de zestiende en zeventiende eeuw een rijke handelsplaats met een drukke haven. Het ligt aan de Lauwers, de grensrivier tussen Groningen en Friesland. Kees Kuiken schrijft over de Friese aanwezigheid in Visvliet, naar aanleiding van de Friese grafstenen in de kerk.

109

De Stichting

Interview · Nieuws · De kerk als podium · Excursies · Winkel · Mediatheek · Werk in uitvoering

Teun Juk

117

Een raadselachtige maquette

In de collectie van het Groninger Museum bevindt zich sinds 1891 een maquette in hout van de Mariakerk te Uithuizermeeden. In deze bijdrage wordt dit bijzonder object nader beschreven.

122

Martin Hillenga

’t Zeemans moeilijk pad der woeste zoute baren. Twee grafstenen op het kerkhof van Veendam Twee grafzerken vertellen vier tragische levensgeschiedenissen.

30 / 4 – oktober 2013

Stichting Oude Groninger Kerken opgericht 13 mei 1969 Stichting Der Aa-kerk Groningen opgericht 1 maart 1985

Beschermheer Drs. M.J. van den Berg, Commissaris van de Koning in de provincie Groningen Bestuur en directie G.H. van den Bremen, voorzitter C. Kool, secretaris J. Wolters, penningmeester E.A.M. Bulder, vice-voorzitter J.A. de Vries M. van Zanten P.G.J. Breukink, directeur Adres Coehoornsingel 14 9711 bs Groningen telefoon (050) 312 35 69 telefax (050) 314 25 84 e-mail info@groningerkerken.nl www.groningerkerken.nl abn amro 48 61 14 333 Redactieadres Coehoornsingel 14 9711 bs Groningen e-mail hillenga@groningerkerken.nl Redactie Groninger Kerken Dr. J.E.A. Kroesen, voorzitter Drs. M. Hillenga, secretaris Drs. R.H. Alma E. Hofman MA Dr. K. Kuiken J.F. Oldenhuis Dr. C.P.J. van der Ploeg Katern ‘De Stichting’ Martin Hillenga

Govert Grosfeld en Mark Kremer

Op Hoogte Gedacht. Bij een kunstwerk van Pieter Laurens Mol in Obergum

124

Omslag: Vaandel van de in 1870 opgerichte Ludgerus-mannenvereniging, Wehe-Den Hoorn. Foto Omke Oudeman

Oude Gronin­ger Kerken. Het tijdschrift verschijnt viermaal per Gronin­ger Kerken, ¤ 15,00 per jaar. Nieu­we donateurs ont­vangen Gro­nin­ger Kerken het eerste jaar gratis.

issn 0169 - 3719

Advertenties Informatie en tarieven worden verstrekt door Stichting Oude Groninger Kerken telefoon (050) 312 35 69 contact Gerda Lüürssen, e-mail: info@groningerkerken.nl Drukwerk en verzending Zalsman Groningen, Groningen

Het tijdschrift Groninger Kerken is een uitgave van de Stich­ting jaar. Abonnement, alleen voor dona­teurs van de Stichting Oude

Donateurschap Minimaal ¤ 17,50 per jaar Tijdschrift ¤ 15,- per jaar

Professionele Organisatie voor Monumentenbehoud (POM)

Opmaak en productie Ekkers & Paauw, Groningen


Elmar Hofman

Liudger in Groningen in de negentiende en twintigste eeuw

Heropleving van een oude heilige

In 1989 verscheen een speciaal nummer van Groninger Kerken over de geschiedenis en de restauratie van de kerk in Usquert. Daarin werd veel aandacht besteed aan de heilige Liudger, die samen met de voorheen blinde bard Bernlef in Usquert tot God gebeden zou hebben, nadat hij deze zanger van zijn blindheid had genezen. Dit nummer is nog steeds lezenswaardig en het leven van deze heilige wordt uitstekend beschreven. EĂŠn belangrijk en zeer zichtbaar aspect van Liudger is daarbij onbehandeld gebleven: zijn voortleven in de moderne tijd. Vooral in de eerste helft van de twintigste eeuw doken in verschillende Groninger kerken beeltenissen van hem op. In dit artikel wordt dit verschijnsel verklaard.

Liudger en zijn voortleven in de premoderne tijd Liudger leefde in de tweede helft van de achtste eeuw en is in Nederland vooral bekend vanwege zijn werkzaamheden als missionaris. Tijdens zijn lange carrière bezocht hij vele gebie-

den in Europa, waaronder de Friese landen (destijds grofweg het kustgebied tussen Zeeland en Denemarken). Het christendom had in deze regio nog nauwelijks voet aan de grond gekregen. Eerdere pogingen om het geloof te verspreiden waren geen groot succes, getuige de moord op Bonifatius bij

2 De wierde van Helwerd, waar Liudger de bard Bernlef van diens blindheid zou hebben genezen. Op de achtergrond de kerk van Rottum. Foto Pieter Kuiper.

97


1 ‘Liudger deed Bernlef zien’. Kunstwerk (1998) van Jaap van Meeuwen bij de kerk van Usquert. Foto Omke Oudeman.

98

Dokkum in 754. In tegenstelling tot voorgaande missiona­ rissen was Liudger, een telg uit een Fries aristocratisch geslacht, zelf afkomstig uit deze contreien. In welke mate zijn onderneming een welslagen was, is moeilijk vast te stellen, maar voor tijdgenoten stond zijn vroomheid buiten kijf. Niet lang na zijn dood werden zijn daden vastgelegd in een heiligenleven. In de middeleeuwen werd Liudger in het gebied van de huidige provincie Groningen vereerd. Het staat vast dat zijn beeltenis in verschillende kerken te zien moet zijn geweest. Zo staat hij afgebeeld op de kleinere van de twee luidklokken van de kerk in Zandeweer. Ook op een klok in het Geertruidsgasthuis in de stad Groningen is hij te zien. In beide gevallen is Liudger afgebeeld als een heilige met een nimbus. In Zandeweer heeft hij duidelijk de gedaante van een bisschop met mijter en staf, waarmee verwezen wordt naar de functie van bisschop van Münster die hij op het einde van zijn leven bekleedde. Naast deze beeltenissen was Liudger de patroonheilige van tenminste één kerk in deze regio: de Liudgerkerk (of Sint-Ludgeruskerk) in Oldehove.1 Aan deze verering van Liudger kwam een einde met de Reformatie. Dit betekent niet dat hij volledig in de vergetelheid raakte. In verschillende kronieken werd aandacht aan hem besteed en zijn legendarische ontmoeting met Bernlef bleef voortleven in volksverhalen. Beeltenissen van hem werden echter niet meer geproduceerd en de hoogtijdagen van zijn aanbidding waren voorbij.

Heropleving Rond 1900 maakte Liudger echter een comeback. De heilige werd weer zichtbaar in opschriften en afbeeldingen in katholieke kerken.2 ‘Uit de tweede helft van de negentiende eeuw stammen bijvoorbeeld een houten retabelbeeld in de katholieke kerk van Wehe-Den Hoorn (1867) en een gedenksteen in Helwerd, niet in een kerk maar bij een boerderij, met een referentie aan Liudger (1872).’ In 1902 werd in de katholieke Sint-Willibrorduskerk van Oude Pekela een preekstoel geplaatst met daarop vijf heiligen: de missionarissen Hathebrand, Walfridus, Bonifatius, Willehad en Liudger. Liudger heeft van de maker een baard en een bisschopsmijter gekregen. Hij is zittend afgebeeld en draagt op zijn schoot een boek en een kerkgebouwtje. In de toren van de katholieke Sint-Willibrorduskerk te Klooster­ buren werden in 1914 drie klokken opgehangen. Op een daarvan waren vier heiligen afgebeeld: de evangelist Johannes, Walfridus, Hathebrand en Liudger. Hier zit Liudger op een paard en naast hem loopt een man met een harp onder de arm: Bernlef. Deze klok is in de Tweede Wereldoorlog verdwenen, maar gelukkig waren de mallen nog wel bewaard gebleven, waardoor in 1946 de afbeelding van Liudger weer op de kerkklok kon prijken. In de katholieke Sint-Bonifatiuskerk van Wehe-Den Hoorn staat een groot zandstenen beeld van Liudger. Dit beeld werd in 1927 geplaatst in de zojuist nieuw gebouwde kerk van de parochie. In dit geval heeft Liudger een sobere uitstraling gekregen, als een monnik, met ont-

1 O.D.J. Roemeling, ‘De kerkheiligen’, Groninger Kerken 6 (1989) 54-55, aldaar 54. 2 In de komende twee alinea’s is dankbaar gebruik gemaakt van de inventarisatie van beeltenissen van Liudger door Klaes Sierksma, Ludger Thiadgrimszoon. Leven en voortleven van een Christusprediker (742-809) (Franeker 1995).


3 Gevelsteen in de boerderij Nieuw Helwerd. 4 Afbeelding van Liudger op de preekstoel van de roomskatholieke kerk van Oude Pekela. Foto Elmar Hofman.

99 5 Polychromeerde houten retabelbeeld van Liudger, in 1867 door het atelier Mengelberg vervaardigd voor de rooms-katholieke kerk van Wehe-Den Hoorn. Foto Omke Oudeman.


tholieke kerken van Bedum en Appingedam is de gestalte van Liudger te zien in glas-in-loodramen (respectievelijk uit 1934 en 1947). Ook hier bevindt hij zich in gezelschap van andere heiligen. Het is niet mijn intentie om een volledige opsomming te geven van alle beeltenissen van Liudger die in deze periode het licht hebben gezien. Deze voorbeelden geven een indruk van de manier waarop Liudger is afgebeeld. Twee zaken vallen daarbij op. Ten eerste is er geen vaste gedaante die Liudger kenmerkt; soms is hij neergezet als monnik of missionaris, dan weer als bisschop. Zijn rijke carrière waarin hij verschillende geestelijke functies uitgeoefend heeft, is hier waarschijnlijk de oorzaak van. Ten tweede is Liudger vaak niet alleen afgebeeld, maar maakt hij onderdeel uit van een groep met daarin meer heiligen. Regelmatig zijn deze regionaal, zoals Walfridus, de tiende-eeuwse pleitbezorger van het christendom in Bedum, en Hathebrand, de twaalfde­eeuwse stichter van kloosters in Feldwerd en Thesinge. An­ dere heiligen hebben met de kerstening van de noordelijke gebieden in het algemeen te maken, zoals Bonifatius. Dit laat zien dat de opleving van Liudger niet op zich stond, maar in een bredere ontwikkeling van een stijgende populariteit van regionale heiligen en missionarissen geplaatst moet worden.

Emancipatie katholieken 100

6 Zandstenen beeld van Liudger, in 1927 geplaatst in de nieuwe katholieke kerk van Wehe-den Hoorn. Foto Omke Oudeman.

bloot hoofd. Liudger was weliswaar geen monnik, maar in Werden (nabij Essen, Duitsland) heeft hij wel een belangrijke abdij gesticht. Hij draagt een pij waarachter twee ganzen staan. Liudger is vaker met ganzen afgebeeld, omdat hij eens ganzen die het land teisterden zou hebben verdreven. Evenals bij de vorige beeltenissen staat deze niet op zich. Hier vormt het in het interieur een eenheid met eenzelfde soort beeld van dezelfde maker dat Bonifatius voorstelt. In de ka-

Hoe valt deze ontwikkeling te verklaren? Waarom werd Liudger (samen met andere regionale heiligen) zo vaak afgebeeld aan het eind van de negentiende en het begin van de twintigste eeuw? Een belangrijke rol hierin speelde de emancipatie van de katholieken in Nederland. Na de middeleeuwen, in de tijd van de Republiek, domineerden de protestanten de Nederlandse maatschappij. De katholieken werden niet vervolgd, maar ze mochten niet meer openlijk hun geloof belijden en ze werden gedegradeerd tot tweederangsburgers. Het is begrijpelijk dat in deze periode de openlijke heiligenverering, een katholieke aangelegenheid, weinig voorkwam. Dit veranderde langzaam in de negentiende eeuw. Officieel was na de Franse Tijd iedere burger gelijk, maar onder Koning Willem I werd de oude geloofspolitiek onverminderd doorgezet. Na de grondwetsherziening van Thorbecke kregen de katholieken de ruimte voor de organisatie van hun eigen kerk en in 1853 kwam het definitieve omslagpunt. In dat jaar werd in Nederland de bisschoppelijke hiërarchie hersteld en zagen parochies het licht.3 Dat dit niet zonder slag of stoot ging, bewijst de gewelddadige antikatholieke Aprilstorm in 1853, maar desalniettemin lieten de katholieken vanaf dat moment zich duidelijker zien in het openbare leven, wat vooral zichtbaar was in de vorm van nieuw gebouwde katholieke kerken. De naam Pierre Cuypers is onlosmakelijk verbonden met deze ontwikkeling. In de laatste decennia van

3 Hans Knippenberg, De religieuze kaart van Nederland. Omvang en geografische spreiding van de godsdienstige gezindten vanaf de Reformatie tot heden (Assen 1992) 166-168 en Joris van Eijnatten en Fred van Lieburg, Nederlandse religiegeschiedenis (Hilversum 2005) 278-283.


de negentiende eeuw bouwde deze architect overal in Nederland katholieke kerken, meestal in neogotische bouwstijl. Ook in de provincie Groningen heeft Cuypers dergelijke kerken neergezet, bijvoorbeeld de Sint-Willibrorduskerk (1869) in Kloosterburen, de Sint-Willibrorduskerk (1872) in Sappemeer en de Sint-Jozefkerk (1887) in de stad Groningen. 4 Met de emancipatie van de katholieken werd de heiligenverering ook weer zichtbaar. In de vaak nieuwe katholieke kerken kwamen beelden van heiligen te staan. In de provincie Groningen zaten daar dus opvallend vaak beeltenissen van Liudger bij. De katholieke emancipatie was een voorwaarde voor Liudgers heropleving, maar nog geen afdoende verklaring waarom juist regionale heiligen zoals hij vaak afgebeeld werden.

Regionaal besef Een van de lokale heiligen waar Liudger vaak samen mee afgebeeld stond, was Walfridus van Bedum. Zijn populariteit steeg eveneens aan het begin van de twintigste. Remi van Schaïk legt de oorzaak hiervan voor een deel bij een publica-

tie uit 1898 getiteld Neerlands heiligen in vroeger eeuwen van J.A.F. Kronenburg.5 In dit omvangrijke werk werden de, soms vergeten, verhalen verteld van verschillende heiligen, waaronder Walfridus en Liudger. Volgens Van Schaïk werd Walfridus hierdoor aan de vergetelheid onttrokken en kreeg zijn bekendheid een enorme impuls. Mogelijk geldt dat ook voor Liudger. De afbeelding van Liudger op de luidklok van Kloosterburen komt namelijk precies overeen met de tekening van hem in Kronenburgs boek. Neerlands heiligen heeft in ieder geval het beeld van Liudger van deze klokkenmaker weten te beïnvloeden. Kronenburgs werk kan niet als enige oorzaak aangewezen worden. Liudgers groeiende populariteit valt niet toevallig samen met de opkomst van het regionaal besef in Groningen. Vanaf 1900 kwam een stroom van publicaties over de Groningse taal en cultuur op gang. Kinkende namen als Jan Evert Scholten, Geert Teis (pseudoniem van Gerhard Spitzen) en Kornelis ter Laan trokken bij deze ontwikkeling de kar en waren verantwoordelijk voor enkele initiatieven die menig Groninger bekend in de oren zullen klinken. Zo richtte Schol-

4 Sible de Blaauw, ‘Neogotiek in de provincie Groningen’, Groninger Kerken 9 (1992) 6-29, aldaar 10-16. 5 Remi van Schaïk, Walfridus van Bedum. Een duizend jaar oude Groninger overlevering (Groningen 1985) 86-92.

7 De Sint-Willibrorduskerk in Oude Pekela, gebouwd in 1895-1896

8 Liudger geneest Bernlef. Afbeelding in het boek Neerlands heiligen

naar een ontwerp van Nicolaas Molenaar, een leerling van Pierre

in vroeger eeuwen (1898).

Cuypers. De kruisbasiliek verving een schuurkerk uit 1783. Collectie RHC Groninger Archieven (818-12412).

101


102

ten in 1917 de ‘Vereniging Grönneger Sproak’ op. Twee jaar later werd het ‘Grönnens Laid’, dat in de loop der jaren zou gaan gelden als het Groninger volkslied, geschreven door Spitzen. Ter Laan bracht in 1929 het Nieuw Groninger Woordenboek uit en hij stelde volksverhalenbundels samen, waarin ook Liudger een plek kreeg.6 Dergelijke inspanningen waren talrijk en resulteerden in een grotere bewustwording van de Groningse taal en cultuur en het rijke verleden van de provincie. Het leven van Liudger beschouwde men als een belangrijk onderdeel van deze Groninger geschiedenis. Hij werd gezien als de eerste die het christendom in de Groningse landen bracht en dit leverde hem de naam ‘de apostel van Groningen’ op. In een historische causerie uit 1925 in het Nieuwsblad van het Noorden werden zijn werkzaamheden beschreven als een ‘kamp tusschen duisternis en licht, tusschen het Odin-­ geloof en het Evangelie’.7 Met het christendom zou Liudger beschaving hebben gebracht in dit gebied en daarmee was een nieuw hoofdstuk in de geschiedenis aangebroken. Ook in de landelijke geschiedenis werd Liudger op deze wijze met Groningen geassocieerd. In zijn serie schoolplaten met hoogtepunten uit het vaderlandse verleden had de tekenaar Johan Herman Isings een plaat voor hem gereserveerd getiteld ‘Ludger predikt in de Groninger Gouwen’ (1912), een afbeelding die op zijn beurt een inspiratiebron lijkt te zijn geweest voor het Liudgerbeeld in Wehe-Den Hoorn.

Slot De heropleving van Liudger is een verschijnsel dat niet op zichzelf stond. Ook in andere regio’s werden in dezelfde pe­ riode lokale heiligen weer meer zichtbaar, zoals Plechelmus in Oldenzaal. De openbare verering van deze achtste-eeuwse geloofsprediker stokte na de Reformatie, maar net zoals bij Liudger leefde dit na een paar eeuwen weer op, getuige de negentiende-eeuwse beelden en twintigste-eeuwse glas-­inloodramen van deze heilige in de Oldenzaalse Plechelmus­ basiliek. De verering van Liudger vond op meer plekken in Nederland plaats. Dit waren gebieden waar hij tijdens leven ook actief was, zoals Friesland en de Achterhoek. Liudger was dus niet exclusief Gronings, maar dat heeft een nauwe verbinding tussen Liudger en de Groningers niet in de weg gestaan. De plaatsing van het moderne Liudgerkunstwerk bij de hervormde kerk in Usquert en het feit dat het de Liudgerstichten was die recentelijk de bijbel in het Gronings vertaald heeft, geven aan dat deze band nog steeds bestaat.

Elmar Hofman (elmarhofman@hotmail.com) heeft onlangs zijn onderzoeksmaster Classical, Medieval and Renaissance Studies aan de Rijksuniversiteit Groningen afgerond. Zijn voornaamste interesse ligt bij de vroegmiddeleeuwse geschiedenis en haar overlevering.

6 E.J Huizenga-Onnekes en K. Ter Laan, Groninger volksverhalen (Groningen 1980 [1930]) 178. 7 ‘Historische causeriën. Liudger, de apostel van Groningen’, Nieuwsblad van het Noorden, 9 januari 1925.

9 Schoolplaat ‘Ludger predikt in de Groninger Gouwen’ door J.H. Isings (1912). Collectie Noordhoff Uitgevers, Groningen.


Kees Kuiken

1 De Gangulfuskerk in Visvliet. Foto Omke Oudeman

Friezen in Visvliet omstreeks 16001 Tot 1991 had het nog zijn eigen spoorhalte, midden in de weilanden: Visvliet, nu een Gronings dorp met ruim 350 inwoners, in de zestiende en zeventiende eeuw een rijke handelsplaats met een drukke haven. Het ligt aan de Lauwers, de grensrivier tussen Groningen en Friesland. Geen wonder dat het er een komen en gaan van Friezen was. Ongetwijfeld de bekendste Friese immigrant in Visvliet was Eise Eisinga (1744-1828), de bouwer van het wereldberoemde huiskamerplanetarium in Franeker. Hij was in 1791 voor vijf jaar uit Friesland verbannen omdat hij had deelgenomen aan de mislukte Franeker opstand tegen de Oranjes. Eise verhuisde naar Visvliet, waar hij in 1792 trouwde met een plaatselijke schone. In de Franse tijd werd hij lid van de revolutionaire Friese Staten.2 Ons verhaal gaat echter niet over de Franse tijd in Friesland maar over de Friese aanwezigheid in Visvliet, en vooral over de Friese grafstenen in de kerk die zijn beschreven in het bekende boek van de Groninger archivist Pathuis.

Vroege Friezen in Visvliet De Gangulfuskerk in Visvliet, in 1427 gesticht door de abt van het naburige Gerkesklooster, is een rijksmonument dat sinds 1973 eigendom is van de Stichting Oude Groninger Kerken.3 Pathuis verdeelt de gedenkwaardigheden in en om deze kerk in twee afdelingen: de ‘rooms-katholieke’ tot 1594 en de hervormde na 1594. De oudste gedenksteen (1427) is niet op­ genomen – deze was volgens Pathuis’ criteria niet ‘uit genealogisch en heraldisch oogmerk van nut’ – maar hij noteerde wel een tekst die herinnert aan de hoge roggeprijzen in 1557.4 Bij de restauratie in 1980 is nog een zestiende-eeuws grafschrift gevonden voor een Gertrut Folkerts.

1 Met veel dank aan Redmer Alma voor zijn commentaar op de eerste versie van dit opstel. 2 P. Brood e.a. (red.), Homines novi: de eerste volksvertegenwoordigers van 1795 (Amsterdam 1993) 180-182. 3 Onder meer B. Raangs, ‘De kerk van Visvliet gerestaureerd’, Publicaties Stichting Oude Groninger Kerken 24 (1980) 65-72; A. van Deijk, ‘De kerk van Visvliet’, Groninger Kerken 20 (2003) 52-53. 4 GDW nr. 479; P. Hoppenbrouwers, ‘Juichkreet of uitroep van wanhoop? De herinnering aan het duurtejaar 1557 in twee Groninger kerken’, Groninger Kerken 10 (1993) 137-143. Ook in Friesland is een dergelijk gedenkteken bewaard.


Op de Solex langs de oude Groninger kerken

oude grafschriften in Stad en Lande op te nemen. Na de Bevrijding in

Adolf Pathuis (Winschoten 1907 – Zeist 1997) werkte van 1933 tot

1945 zette hij dit werk voort. Aanvankelijk was hij aangewezen op de

1972 bij het Rijksarchief in Groningen, een van de voorlopers van het

auto van een bevriende collega (Pathuis reed zelf niet). Weldra kocht

Regionaal Historisch Centrum Groninger Archieven. Toen het archief-

hij een bromfiets, merk Solex, waarmee hij tot 1969 ruim 6000 kilo-

werk tijdens de Duitse bezetting vrijwel kwam stil te liggen, begon hij

meter door de Groninger Ommelanden toerde. In hetzelfde jaar werd

naar eigen zeggen per fiets en autobus (en later vooral te voet) de

de Stichting Oude Groninger Kerken opgericht. Met de bestuurders van het eerste uur zoals drs. Harry de Olde (1933-2012) en dr. Regnerus Steensma (1935-2012) had Pathuis veel contact. Steensma werd een van de begeleiders van de boekuitgave van Pathuis’ levenswerk. Het 1080 pagina’s dikke Groninger gedenkwaardigheden kwam in 1977 van de pers.5 Pathuis was niet de eerste die zich met oude Groninger grafschriften bezighield. Al in 1910 gaven de rijksarchivaris jhr. mr. J.A. Feith en anderen een eerste overzicht uit.6 Dat ook Pathuis dit onderwerp ter hand nam, had drie redenen. Om te beginnen beschreven Feith en de zijnen alleen grafschriften, geen andere historische gedenktekenen zoals de tientallen rouwborden, klokken en opschriften die de bouw, verbouwing of vernieuwing van een kerk memoreerden. In de tweede plaats liet het oude standaardwerk katholieke, doopsgezinde, joodse en ook wereldlijke gedenkwaardigheden buiten beschouwing. Tenslotte kwamen bij naoorlogse restauraties van veel oude Groninger kerken, vooral na 1969, tientallen ‘nieuwe’ oude grafschriften aan het licht. Met zijn brede opzet is ‘Pathuis’ een voorbeeld geworden voor vergelijkbaar onderzoek in andere provincies.7 Deze opzet laat zich goed illustreren aan de hand van de dorpskerk van Visvliet. 2 Adolf Pathuis gezeten in zijn werkkamer in het Rijksarchief,

104

jaren 1960. Collectie RHC Groninger Archieven (818-23656). 4 Gedenksteen uit 1557 met vermelding van de hoge roggeprijs in dat jaar en de naam ‘Geradus Wiltinc van Dwingel’, abt van het Gerkesklooster. Foto Regnerus Steensma.

3 (boven) Gevelsteen in de westmuur van de kerk van Visvliet: ‘in ’t jaer ons Her(en) MCCCCXXVII is Visvl(iet)er cerck maeckt’. Foto Omke Oudeman. 5 (onder) Stadshuis van het Gerkesklooster aan de Schoolholm in Groningen. Foto S.J. Bouma, collectie RHC Groninger Archieven (1785-16070).


Tussen 1594 en 1814 vermeldt Pathuis nog tien gedenkwaardigheden in Visvliet. Hij begint met het opschrift van een bronzen klok uit 1630, gegoten door de Neurenberger Hans Falck voor de toenmalige ‘collatoren van Visvli(e)t’: Gedeputeerde Staten van Friesland. Een collator van een kerk mocht de plaatselijke pastoor (na de Hervorming: de predikant) benoemen. In de kerk hadden de Friese Staten het dus omstreeks 1600 voor het zeggen. De namen van de door hen benoemde predikant Klaas Pieters (Nicolaus Petri) en de laatste Friese ‘grietman’ (een soort rechter) jhr. Aulus van Harkema (r. 1618-1637) staan in 1630 eveneens op de klok. Waar ds. Pieters zijn laatste rustplaats vond, is onbekend, maar zijn weduwe is in Visvliet begraven.8 Hoe kwamen de Friese Staten aan hun wereldlijke en kerkelijke macht in Visvliet? We zagen al dat de kerk hier in 1427 was gesticht vanuit het Gerkesklooster. Dat was in de tijd dat dit klooster ten noorden van Visvliet een groot stuk kwelderland indijkte en in pacht uitgaf.9 De abt sprak ook in wereldse zaken recht over de pachters (‘kloostermeiers’). Het Gerkesklooster werd, zoals alle Friese kloosters, in 1580 opgeheven. In 1497 had de toenmalige abt een huis gekocht in de Schoolholm in de stad Groningen. Hier woonden de gewezen kloosterlingen tot ook Groningen in 1594 hervormd werd. Alleen de ex-abt bleef over.10 Het kloosterbezit kwam aan de Friese Staten. In Visvliet was dat niet alleen land, maar ook de kerk. In een Friese rekening uit 1606-1607 staan alle pachters van voormalig kloosterland in Visvliet. Van twee van hen heeft Pathuis grafzerken in de kerk gevonden: Douwe Hanses (Laquart) en Klaas Jans (Oudaan).11 In het voorjaar van 1605 werden in Visvliet kort na elkaar Douwe Hanses Laquart en zijn vrouw Sietske Jans begraven. ‘De haven der rust heb ik gevonden’, zingt hun grafschrift. Hun erfgenamen procedeerden in 1610 voor het Hof van Friesland in Leeuwarden tegen de erven van Joris Arjens en Martje Arjens, die hen nog geld schuldig waren. Joris en Martje Arjens waren pachtboeren in de Friese polder Het Bildt. Hun erfgenamen mochten van het Hof hun schuld voldoen met de overdracht van hun pachtrechten aldaar.12 De Laquarts

behoorden in die tijd tot de Friese bestuurselite. Douwes broer Gijsbert Hanses Laquart woonde in Sneek en was achter-eenvolgens secretaris van twee Friese grietenijen (een soort gemeenten oude stijl).13 Douwes nakomelingen woonden nog ruim een eeuw in Visvliet, waar zij onder meer een bakkerij dreven.14 De tweede grafzerk uit de Friese tijd die Pathuis in Visvliet aantrof, was voor Klaas Jans Oudaan (begraven 1609), zijn vrouw Martje Pieters Bontemans (begraven 1611) en hun dochter Trijntje Klases (begraven 1610).15 Dat zij onder een deftige gebeeldhouwde zerk met familiewapens zijn begraven, wijst erop dat zij evenals de Laquarts tot de welgestelden behoorden. Pathuis vond de wapens op deze steen lastig te beschrijven. Het wapen Oudaan was onherkenbaar en op het wapen Bontemans zag hij ‘misschien: een dwarsbalk, vergezeld van drie rozen’. Het helmteken boven het wapen was volgens Pathuis ‘onherkenbaar, misschien: een plant of boom’. Deze beschrijving doet niettemin sterk denken aan het wapen waarmee Martjes broer Jan Pieters Bonteman in 1583 zegelde als plaatsvervangend grietman van Het Bildt. De ‘rozen’ zijn daarop goed herkenbaar als maansikkeltjes en de ‘plant of boom’ als een kuip met daarin een vederbos.16 Bij nadere inspectie is op het ruitvormige vrouwenwapen van Martje nog zo’n maantje herkenbaar. De stijl en de belettering van deze wapenzerk doet bovendien denken aan het werk van Friese steenhouwers uit die tijd zoals Quirijn Christoffels. Deze uit Delfzijl afkomstige ‘meester-hardhouwer’ werd in 1611 burger van Leeuwarden en was onder meer werkzaam in Het Bildt. De vader van Martje en Jan Bonteman komen we ook tegen in Groninger bronnen. In 1545 pachtten Peter Cornelys Wyllemszen van dat Byll en zijn vrouw land in Middelstum van de grootgrondbezitster Beetke van Rasquert, de weduwe van Wigbold van Ewsum.17 Vanaf 1558 woonde Pieter echter weer in Het Bildt, waar hij in 1578 als Pieter Cornelisz Bonte is aangeslagen in de weeldebelasting.18 Wat zochten notabelen zoals de Bontemans en de Laquarts dan in Visvliet?

5 A. Pathuis, Groninger gedenkwaardigheden: teksten, wapens en huismerken van 1298-1814 (Assen 1977, hierna: GDW) vii-x. 6 J.A. Feith e.a., Grafschriften in Stad en Lande (Groningen 1910). 7 Onder meer H. de Walle, Friezen uit vroeger eeuwen. Opschriften uit Friesland, 1280-1811 (Franeker 2007). 8 GDW nrs. 3888, 3893. 9 J.A. Mol e.a., Achtkarspelen-Zuid/Eestrum: een historisch-geografisch onderzoek voor de landinrichting (Leeuwarden 1990) 35. 10 B.A. Hempenius, Inventaris van het archief van het Cistercienser mannenklooster Jerusalem of Gerkesklooster (Leeuwarden 1972), inleiding; Tresoar, Leeuwarden, Arch. Gerkesklooster, inv.nr. 30; E. van der Werff e.a., Van Anna Varwers Convent tot Zuiderkerk. Gasthuizen & Godshuizen in Groningen (Groningen 2005) nr. 142. 11 P.L.G. van der Meer e.a., Administrative en fiskale boarnen oangeande Fryslân yn de ier-moderne tiid (Leeuwarden 1993) 64-65 nrs. 619, 622; GDW nrs. 3889-3891. 12 Tresoar, toeg. 14 (Hof van Friesland) inv. nr. 16709, fol. 267. Joris Arjens is in Sint Jacobiparochie (Het Bildt) begraven in 1596, zijn vrouw Martje Arjens in 1606 (De Walle, Friezen nr. 6066), beiden onder hun familiewapens. 13 http://home.wanadoo.nl/mpaginae/GrieSecr: Baarderadeel (1573-1577) en Wonseradeel (1580-1606). 14 GDW nr. 3895 (Jan Vincents Laquart, bakker, met twee van zijn kinderen begraven Visvliet 1703). 15 GDW nrs. 3890-3891. 16 W.T. Vleer, De Friese Wassenaars (Drachten 1963) 45 en nrs. V-49 (Jan Pieters Bonteman), V-51 (Martje Pieters). 17 Groninger Archieven, Fam. arch. Van Ewsum, inv.nr. 625 (http://www.cartago.nl/oorkonde/faei625) (vr. med. drs. O.S. Knottnerus). Over Beetke: E. Kloek (red.), 1001 vrouwen uit de Nederlandse geschiedenis (Nijmegen 2013 en www.vrouwenlexicon.nl) nr. 72. 18 Van der Meer e.a., Boarnen 270 nr. 5350 (zie ook Vleer, Wassenaars nr. IV-18).

105


6 Interieur van de Visvlieter kerk. Op de voorgrond de grafzerk van het echtpaar Oudaan-Bontemans. Foto Omke Oudeman. 7 Grafzerk van Klaas Jans Oudaan, zijn vrouw Martje Pieters

106

Bontemans en hun dochter Trijntje Klases. Foto Omke Oudeman.

Brouwers aan de Lauwers De kroniekschrijver Abel Eppens (1534-1590) noemt Visvliet een van de grootste bevolkingscentra in de omgeving van Groningen. Het dorp was in zijn tijd vooral in trek als vestigingsplaats voor kooplieden en neringdoenden.19 Zoals veel handelsplaatsen dankte Visvliet deze kennelijke bloei aan zijn ligging op een kruispunt van land- en waterwegen: de

toen nog goed bevaarbare Lauwers en de hoofdweg tussen Westerlauwers Friesland en de stad Groningen. Sinds 1420 was de grensrivier hier over de zogeheten Gerkesbrug veilig over te steken.20 Waarmee de talrijke nieuwkomers in Visvliet de kost wonnen, is minder duidelijk. Jeroen Benders, die de Groninger economie ten tijde van Eppens grondig heeft onderzocht, vond alleen twee paardenhandelaars.21 Grietman Hemmo Clama maakte in 1595 echter voor de Friese Staten een lijst van inwoners op: 68 huissteden in de ‘binnenburen’ van Visvliet en vier bij de Gerkesbrug. Clama telde in het dorp 5 kleermakers, 4 schoenmakers, 2 brouwers, 2 schippers, 2 wevers, 2 ‘timmermans’ (aannemers), een kramer, een smid, een metselaar, een riemsnijder, een riemslager en een oliemolenaar.22 Een latere beschrijving vermeldt dat omstreeks 1640 in de haven van Visvliet voortdurend schepen lagen ‘die met graan naar Amsterdam varen’.23 Textiel- en leerbewerking waren omstreeks 1600 blijkbaar de belangrijkste neringen in het dorp, maar er werd kennelijk toen ook bier gebrouwen. Uit Eppens’ tijd ontbreken berichten over bierbrouwers in Visvliet. Benders wijt dit aan de macht van de stad Groningen,

19 Aangehaald in W.J. Formsma e.a. (red.), Historie van Groningen Stad en Lande (Groningen 1981) 185. 20 O. Vries, ‘Enen doetslach an de Westvrezen’, in: D.E.H. de Boer e.a. (red.), Het noorden in het midden (Assen 1998) 46. 21 J. Benders, Een economische geschiedenis van Groningen Stad en Lande 1200-1575 (Assen 2011) 264, 267. 22 Tresoar, Arch. Gewestelijke bestuursinstellingen van Friesland 1580-1795, inv.nr. 2804. 23 R.H. Alma, ‘Een beschrijving van Visvliet van ca. 1640’, Gruoninga 37 (1992) 203.


8 Oorkonde van de volmachten van Het Bildt, met het zegel van J.P. Bonteman,

die tot 1576 op het platteland alleen het brouwen voor eigen gebruik gedoogde. In 1576 werd dit verdrag tegen ‘buitenbier’ echter opgezegd. Buiten de stad floreerden toen al enkele grootschalige ‘huisbrouwerijen’.24 Ook in het Gerkesklooster werd bier gebrouwen. Het brouwhuis was zelfs zo royaal bemeten dat het na de Reductie is verbouwd tot protestantse kerk voor het naar het klooster vernoemde dorp. Onduidelijk is of het na 1580 nog als brouwhuis in gebruik was, maar in 1595 telde Visvliet dus zeker twee bierbrouwers. De locatie was daarvoor zeer geschikt. Het benodigde schone water werd er door de Lauwers aangevoerd. De man van Martje Pieters Bontemans, één van de na 1600 in de kerk begraven dorpsnotabelen, woonde in 1595 volgens Clama’s lijst nog niet in Visvliet. Martje stamde zelf uit een rijke Friese brouwersfamilie. Haar Bildtse broer Jan liet in 1612 een brouwhuis na en haar zuster Grietje Pieters was gehuwd met een bierbrouwer in Harlingen.25 De veronderstelling ligt voor de hand dat Martje en haar man in Visvliet letterlijk leven in de brouwerij kwamen brengen. De volgende vraag is waar hun bier dan kan zijn verkocht. Groningen met zijn strenge regels tegen ‘buitenbier’ was ongetwijfeld een brug te ver, maar de Friese dorpen aan de overzijde van de Lauwers vormden mogelijk wel een markt. Helaas ontbreken daarover betrouwbare gegevens.26

gedateerd 18 mei 1583. Collectie Tresoar, Leeuwarden, toeg. 343, inv. B (bijlage). 9 Het huurcontract van Pieter Cornelis Willems van Het Bildt en zijn vrouw uit 1545. Collectie RHC Groninger Archieven, toeg. 696, inv. nr. 625.

107

Visvliet in de frontlinie We zouden bij alle verhalen over de bloei van Visvliet bijna vergeten dat het omstreeks 1600 nog volop oorlog was. Visvliet lag sinds 1580 zelfs op de frontlijn russen het hervormde Friesland en het nog altijd Spaansgezinde Groningen. Om

hun oorlogskas te vullen, gebruikten de Friese Staten hun verpachte landerijen (‘domeinen’) als melkkoe. In november 1637 werd besloten het domeinland in Visvliet en in een deel van Het Bildt te verkopen aan de meestbiedenden. De kopers,

24 Benders, Economische geschiedenis 42. 25 H. Sannes, Geschiedenis van Het Bildt I (Franeker 1951) 279; Vleer, Wassenaars 118 nr. 50. 26 In 1607 staat wel een brouwer te boek in Munnikezijl, eveneens aan de Lauwers (Van der Meer e.a., Boarnen 66).


10 Visvliet gezien van over de grensrivier de Lauwers. Foto Omke Oudeman.

108

van wie we in Het Bildt wel maar in Visvliet geen namen kennen, moesten voortaan samen de toelage van de plaatselijke predikanten betalen, de eigenaars van de grootste percelen het meest.27 De rechtspraak in Het Bildt bleef in handen van een door de Friese Staten aangestelde grietman. De grietmannen in Visvliet werden na 1638 benoemd door de nieuwe eigenaar van de ‘heerlijkheid’: aanvankelijk een Oostfriese edelman en later de Groninger Staten.28 11 Portret van Eise Eisinga, in 1827 geschilderd door W.B. van der Kooi. Afbeelding Koninklijk Eise Eisinga Planetarium, Franeker.

Wie in de kerk van Visvliet de dienst uitmaakte, bleef echter nog jarenlang omstreden. In 1649 verboden de Groninger Staten de grondeigenaars (‘eigenerfden’) in Visvliet zich met de predikantskeuze te bemoeien. Deze Staten zagen zichzelf ook in kerkzaken als de opvolgers van de Friese Staten, die nog in 1630 hun collatierecht in brons hadden laten vereeuwigen. De boze Visvlieters protesteerden hiertegen bij de Friese Staten. Het was in 1637 toch niet hun bedoeling geweest om het stemrecht bij het beroepen van predikanten en andere dorpszaken los te maken van de eigendom van de verkochte landerijen? Wel betalen, niet stemmen: de Visvlieters vonden het niets.29 De door de Groninger Staten benoemde predikant bleef niettemin tot 1662 in functie. De deftige grafstenen van de Laquarts en het echtpaar Oudaan-Bonteman zijn nu de enige zichtbare getuigen van de Friese tijd in Visvliet. Dat Pathuis ruim drie eeuwen later zoveel moeite had om hun wapens te beschrijven, komt vermoedelijk voor rekening van een veel latere Friese immigrant: de Franeker revolutionair Eise Eisinga. Toen zijn ‘patriotten’ in 1795 de macht grepen, moesten alle wapens en andere statussymbolen van de oude elites eraan geloven. Misschien heeft Eisinga wel eigenhandig de wapenzerken in de kerk van Visvliet ‘blindgekapt’. Dr. Kees Kuiken (www.prosopo.nl), historicus en sinoloog, heeft onlangs een proefschrift verdedigd over de cultuur­ geschiedenis van Het Bildt in Friesland. Vanaf dit jaar is hij redactielid van Groninger Kerken, waarin hij eerder schreef over middeleeuwse pastorieën (‘wemen’) en over vroegmiddeleeuwse elitegrafcultuur.

27 G.F. thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg, Groot Placaat en charter-boek van Vriesland V (Leeuwarden 1793) 438. 28 Alma, ‘Beschrijving’ 200; H. Kuipers e.a., De heerlijkheid Visvliet (Zwolle 1979) 19. 29 W.J. Formsma, ‘Het collatierecht van Visvliet’, Groninger Volksalmanak (1990) 28-38.


De Stichting

o k to b e r 2 0 13

In deze aflevering van ‘De Stichting’ leest u over het werk van de Stichting Oude Groninger Kerken en vindt u een selectie van de vele activiteiten in en om de Groninger kerken.

Jur Bekooy over de aard­bevingsschade

‘Liever tijd steken in restauratie, instandhouding en gebruiks­ verbetering dan in scheuren’ De aardbevingen als gevolg van de gaswinning in Groningen zijn ook aanleiding voor zorgen bij de Stichting Oude Groninger Kerken. Twintig kerkgebouwen in het bezit van de Stichting hebben inmiddels in meer of mindere mate schade opgelopen. Bouwkundige Jur Bekooy houdt het hoofd koel. Hij licht toe welke maat­ regelen inmiddels zijn getroffen en blikt vooruit naar de toekomst.

Jur Bekooy, bouwkundige van de SOGK, in de kerk van Krewerd. Foto Dagblad van het Noorden, Anne Marie Kamp


De aardschokken houden niet alleen de gemoederen bezig, maar leggen ook een stevig beslag op de medewerkers en vrijwilligers van de Stichting. Bekooy: ‘Sinds de zware aard­ beving van 16 augustus 2012 zijn wij bij de Stichting Oude Groninger Kerken volop in de weer met de schades aan onze kerkgebouwen. Helaas vergt ons dat veel kostbare tijd. Tijd die wij liever steken in de restauratie, instandhouding en gebruiksverbetering van onze kerkgebouwen en orgels, ver­ enigingsgebouwen, pastorieën en kerkhoven en niet in de aanpak van scheuren. Alles is er op gericht de schades aan onze kerkgebouwen nauwgezet te inventariseren en vervol­ gens passend bij de historische bouwconstructies en mate­ rialen te herstellen.’

Monumentenstatus Bemoeilijkt de ouderdom van de gebouwen het herstel? ‘Uiteraard zijn al onze kerkgebouwen door het rijk bescherm­ de monumenten. We hebben het per slot van rekening veel­al over middeleeuwse kerkgebouwen. Het jongste kerk­ gebouw, de Gereformeerde kerk van Westeremden dateert overigens uit 1934. Deze beschermde status betekent dat wij niet zo maar kunnen overgaan tot herstel. Voorafgaand aan de reparaties moeten we overleggen met gemeenten en rijk over de wijze van herstel. Ieder gebouw wordt nauwkeurig geïnspecteerd, hierop volgt een bouwkundige rapportage en tenslotte een technische beschrijving van het herstel, een zogenaamd bestek. Na eventueel benodigde goedkeuring gaan we over tot uitvoering van het herstel.’

Goede, gedegen planvorming ‘De Stichting Oude Groninger Kerken hecht altijd al veel waarde aan goede, gedegen planvorming. Dat geldt bij res­ tauraties en onderhoud, dat geldt zeer zeker ook bij herstel van aardbevingsschade. Want na een ingreep kan de klok kan niet meer worden teruggedraaid. Je kunt beter eerst Gescheurd toegangsportaal van de kerk van Scheemda.

twee keer nadenken alvorens ons onvervangbare culturele erfgoed aan te pakken. De NAM heeft daarom een aantal restauratiedeskundige adviesbureaus opdracht gegeven de schades aan onze monumentale kerkgebouwen te inventari­ seren en de plannen nauwkeurig uit te werken. Hierna wordt pas overgegaan tot uitvoering van het herstel.’

Omvang en aard van de schade Hoeveel kerken zijn aangetast, en wat is de aard van de schades? ‘Wij hebben de NAM gemeld dat twintig kerken die ei­ gendom zijn van de Stichting Oude Groninger Kerken in meer of mindere mate scheuren vertonen. Dat zijn soms in één oogopslag zichtbare scheuren zoals in pleisterwerk van mu­ ren en gewelven, soms pas bij nadere inspectie omdat ze “keurig” het voegpatroon van het metselwerk volgen. Soms ook lopen de scheuren door de muur- en gewelfschilderin­ gen. Onze meldingen betreffen een groot gebied: van de kerken in Pieterburen en Wehe tot die in Scheemda en Nieuw Scheemda. Het ergst getroffen zijn uiteraard onze kerken in de gemeenten Loppersum, Eemsmond en Ten Boer, zoals die in Uithuizen, Eenum, Oosterwijtwerd, Garmerwolde en Woltersum.

Preventie Is het voorkomen van schade technisch eigenlijk mogelijk? ‘De NAM heeft onze kerk en toren van Woltersum gekozen voor preventieonderzoek. Dit wordt uitgevoerd door Inge­ nieursbureau Arup. Dit kerkgebouw is met een lasercamera in een driedimensionaal computermodel gezet. Doel van dit onderzoek is het constructieve schema van het gebouw vast te stellen en hoe sterk de constructies zijn. Vervolgens wordt gekeken wat de effecten zijn bij bepaalde aardbevingskrach­ ten. Ten slotte wordt geconcludeerd of, en zo ja hoe de con­ structies versterkt moeten worden.’


Nie u w s

Grote verrassing

De kerk van Oosternieland werd begunstigd door een erflater.

In de afgelopen periode hebben diverse donateurs en niet-­ donateurs onze Stichting bedacht met een prachtig legaat of (een deel van) hun nalatenschap. Soms voor onze doelstel­ lingen in het algemeen, soms voor een specifieke kerk, toren of orgel. Zo werden de kerk van Oosternieland en het orgel van Pieterburen door de erflater aangewezen als specifiek doel. Wij hebben deze schenkingen als bijzondere reserve in onze administratie opgenomen. Daarmee is het onderhoud (en dus het behoud!) van deze monumenten ook financieel voor langere termijn verzekerd. Grote verrassing was de toewijzing van een belangrijk deel van een omvangrijke nalatenschap van een donateur uit Hilversum aan drie Groningse instellingen: Het Groninger Landschap, het Groninger Museum en onze Stichting. Een prachtige combinatie die wijst op een grote verbondenheid met onze provincie. Onlangs hebben wij de Actie Kerkbehoud 2013 onder uw aandacht gebracht. Een tweejaarlijks verzoek om ons grote opgaven op het gebied van beheer en onderhoud van onze kerken mogelijk te maken. Wij hopen dat u in de gelegenheid bent hieraan bij te dragen. Bij voorbaat heel veel dank!

De grafzerken van Farmsum In 2012 en 2013 werden tijdens opgravingen in de kerk van Farmsum tientallen grafzerken uit de vijftiende tot en met de achttiende eeuw ontdekt. In één klap werd Farmsum een van de rijkste kerken in de provincie Groningen op het gebied van funerair erfgoed — met uitzicht op nog meer. Het januari­ nummer van Groninger Kerken was geheel aan de bijzondere vondst gewijd. Voor wie nog meer wil weten, schreef Redmer Alma het boek De grafzerken van Farmsum. Spiegel van een heerlijkheid. Winkelprijs: ¤ 15,-, ook verkrijgbaar in de web­ winkel van de Stichting Oude Groninger Kerken.

Eindejaarspakketten Ook dit jaar biedt de Stichting Oude Groninger Kerken de mogelijkheid pakketten samen te stellen voor bedrijven en donateurs. Wilt u uw personeel of een relatie aan het einde van het jaar bedanken? Of zoekt u een passend cadeau voor uw dierbare(n)? Neem contract op met het secretariaat van de Stichting en samen bekijken wij wat de mogelijkheden zijn. Naast artikelen uit onze eigen winkel kunnen ook pro­ ducten van het Hanzehuis toegevoegd worden. Het secretari­ aat is te bereiken op 050-3123569 of via info@groningerker­ ken.nl

Op zoek naar: Inspiratie! De voorbereidingen voor de viering van het 45-jarig bestaan van de Stichting volgend jaar zijn in volle gang. Van juli tot en met september 2014 zullen, in samenwerking met Museum Wierdenland in Ezinge, exposities te zien zijn in het museum en in de kerken in het Reitdiepgebied. Daarvoor zijn nu op zoek naar werk van amateurs. Dit mogen schilderijen zijn, maar ook een gedicht, een wandkleed, een liedtekst of wat dan ook. Enige voorwaarde: het werk moet geïnspireerd zijn door een van de kerken. Daarom horen we ook graag het ver­ haal bij het werk. In het tijdschrift van januari komen we uitgebreid terug op deze jubileumactiviteit van de SOGK. U kunt uw ideeën en vragen nu al kwijt op jubileum2014@groningerkerken.nl


D e k e r k a l s p odium

Tijdens Oktobermaand Kindermaand wordt volop voorgelezen.

Oktobermaand Kindermaand Tijdens Oktobermaand Kindermaand wordt in verschillende kerken voorgelezen, voor 4- tot 10-jarigen. Over de middel­ eeuwen, en over kerken en bouwen. Na de voorleesverhalen praten we verder over de bouw van kathedralen en kerken. Hoe werd er in de middeleeuwen gebouwd? Wat kwam daar allemaal bij kijken? We bekijken verschillende boeken over bouwen in de middeleeuwen, en over hoe het er op de bouw­ plaats aan toe ging. Vervolgens proberen we zelf een boogje

of kerktoren te metselen. Wilt u weten waar we de boeken­ kist openen? Kijk op www.kindermaand.nl voor data, plaat­ sen en tijden.

Dienst voor de broer van God De broer van God woont in een dorp ergens diep in de bos­ sen van Oost-Europa. Op een dag wordt hij gebeld met de boodschap dat God verdwenen is. Hierdoor ontstaan allerlei problemen. Naast dat kraaien zo groot als vrachtwagens mensen van de straat plukken, gebeuren er nog allemaal an­ dere vreemde en onverklaarbare dingen. De broer van God wordt gevraagd om deze problemen op te lossen. ‘Dienst voor de broer van God’, een muzikale theatervoor­ stelling in de vorm van een kerkdienst, is gemaakt door Dou­ we Dijkstra en speelt met thema’s als broederschap, ontker­ kelijking, verantwoordelijkheid en zelfverwezenlijking. Op eerste pinksterdag 2012 ging een eerdere editie van de voorstelling in première in de kerk in Oostum en stond deze onder andere op De Nacht van Kunst en Wetenschap. In het najaar volgt een tour langs zes oude kerken door de provin­ cie Groningen. De bezetting van ‘Dienst voor de broer van God’. Foto Lex Vesseur.


In alle kerken die de Stichting Oude Groninger Kerken beheert, worden bijzondere activiteiten aangeboden. In deze rubriek lichten we een aantal daarvan uit. Voor een compleet en actueel overzicht kunt u terecht op de website www.groningerkerken. nl/agenda. Mocht u geen beschikking over een internetverbin­ ding hebben, dan kunt u contact opnemen met het secretariaat van de Stichting. De medewerkers kunnen u van een papieren agenda voorzien.

Kaarten à ¤ 8,- (Feerwerd: ¤ 7,50) zijn te reserveren op www.dienstvoordebroervangod.nl en te koop aan de deur. Donateurs van de SOGK ontvangen ¤ 1,50 korting per kaart. Speeldata: - 6 oktober: Woltersum | Nederlandse Hervormde Kerk - 13 oktober: Oosternieland | Sint Nicolaaskerk - 20 oktober: Middelbert | Sint Maartenskerk - 3 november: Obergum | Nederlandse Hervormde Kerk - 10 november: Feerwerd | Jacobuskerk - 17 november: Vierhuizen | Nederlandse Hervormde Kerk Deuren open: 15:15 uur, aanvang: 15:30 uur

Muzikale kerkentour in kleine dorpen Op de eerste dag van november begint een deel van de Ne­ derlands/Finse band Town of Saints, samen met het Ameri­ kaanse duo Ian Fisher & the Present, in Feerwerd aan een tour langs dorpen en kleine steden in Noord-Europa. De twee acts treden apart van elkaar op, maar staan in de loop van de avond ook steeds vaker samen op het podium. Naarmate de avond vordert, zal de sfeer veranderen van beschouwend naar uitbundig, van melancholisch naar extatisch. Bereid u voor op een mooie muzikale avond, waarin verhalen verteld worden en het publiek meegenomen wordt naar de roots van de artiesten. Harmen Ridderbos, initiator van het project, is geboren en getogen in Hoogkerk en behoorlijk vergroeid met Groningen, stad en platteland. Zijn liedteksten zijn vaak beschouwend en gaan regelmatig over jeugdherinneringen. Oude kerken en gebouwen hebben hem altijd gefascineerd en hij vind het dan ook een eer om in drie prachtige Groninger kerken te spelen, samen met Heta Salkolahti, als Town of Saints. Salkolahti groeide op in Längelmäki, een klein dorpje mid­ denin Finland, waar de wereld is dichtgeplakt met kranten­ Town of Saints en Ian Fisher & the Present.

Sibrich Veenland, ‘Aardappels’.

papier. Met niets om haar heen dan het grote meer en de uit­ gestrekte bossen, werd de natuur een inspiratie voor het creatieve werk in haar verdere leven. Nu, als jonge Gronin­ ger, blijft het voor haar belangrijk om met haar roots in ver­ binding te blijven staan. Ze is dan ook erg blij dat deze tour naar haar geboortedorp voert. Speeldata in Groningen: - 1 november, Kerk Feerwerd - 2 november, Kerk Breede - 3 november, Kerk Nieuw Scheemda

Expositie Sibrich Veenland In het glazen toegangsgebouw van de Remonstrantse kerk zijn van 7 oktober t/m 24 november verschillende series werk van keramiste Sibrich Veenland uit Rasquert te zien: ‘Ode aan de aardappel’ , een groep op het landschap geïn­ spireerde vrouwfiguren, ‘ Vis op het bord’ en tot slot een se­ rie vogels. Veenlands beelden zijn kenmerkend door de gestileerde organische vorm. Met eenvoudige vormgeving vertellen ze een krachtig verhaal zonder veel detaillering. Zij past ver­ schillende technieken toe en bouwt haar werk hol op met fij­ ne of grove witte chamotteklei. De inspiratie vindt Sibrich op de plek waar zij woont en werkt, een boerderij midden in het weidse Hogeland. Haar beelden zijn vertalingen van dit landschap. Wolken, wind, zon, water, horizon, aarde en geploegd land krijgen vorm. Adres: Glazen toegangsgebouw Remonstrantse kerk, Coe­ hoornsingel 14, Groningen. Open ma t/m vrijdag 9:00 -16:30 uur; graag even aanbellen. Gratis entree.

Lezing Wim Anker Wim Anker is een bekende advocaat die zich helemaal op het strafrecht heeft toegelegd. In de praktijk van het kantoor Anker & Anker worden veel (levens)lang gestraften en men­ sen met TBS bijgestaan. In de kerk van Oosternieland houdt Anker op 24 oktober een lezing over ‘Strafrecht anno 2013’. Meer informatie op www.cultuuroosternieland.nl.


Wink e l Donateurs krijgen 20% korting op alle artikelen uit onze (web) winkel. Bezoek onze webwinkel via www.groningerkerken.nl om het totale aanbod te bekijken.

Sneeuwkaarten

Ook dit jaar hebben wij weer een setje sneeuwkaarten voor u in onze winkel. Het gaat om de kerken van Oosternieland, Nieuw Scheemda, Midwolde, Vierhuizen en Kiel-Windeweer. Omdat het om dezelfde kaarten gaat als vorig jaar, bieden wij ze dit jaar aan voor een gereduceerde prijs. Maar: op = op! Prijs ¤ 5,00 (donateurs 20% korting)

Jelte Hulzebos Voor veel Groningse organisten was het bespelen van het orgel van de Der Aa-kerk de eerste kennis­ making met de klankschoonheid van Arp Schnitger. Onder leiding van Johan Meurs, organist van de Der Aa-kerk tussen 1934 en 1982, hebben generaties jonge organisten op dit unieke instrument hun eerste ervaring opgedaan. Ook Jelte Hulzebos hoorde bij deze enthousiastelingen. De wereldfaam die het orgel in de Der Aa-kerk heeft, is naar de mening van velen niet alleen te danken aan Arp Schnitger maar tevens aan de orgelbouwers die na hem het orgel een klankconcert hebben bezorgd dat vele orgelliefhebbers in verrukking brengt. Voor deze opname met werken van Johann Sebastian Bach heeft Jelte Hulzebos zich uitsluitend gericht op de registers die Schnitger ons naliet. Prijs ¤ 15,00 (donateurs 20% korting)

Het Kerken Boek In Het Kerken Boek komen kerken tot leven. Niet alleen de gebouwen, maar ook de mensen die door de eeuwen heen de kerk gebruiken, krijgen volop aandacht. In circa 350 afbeeldingen en evenzoveel be­ schrijvingen worden alle aspecten van het kerkelijk leven in en om het gebouw belicht. Van de middel­ eeuwen tot het nabije verleden komen architectuur, eredienst, adellijke pronkzucht en de rol van de kerk in de Nederlandse samenleving aan bod. Dit boek is onmisbaar voor iedereen die geïnteresseerd is in de vele aspecten van de kerk. De meest prachtige en bijzondere kerken zijn voor dit boek geselec­ teerd. Wie weet staat uw kerk er wel in! Prijs ¤ 14,95 (donateurs 20% korting)

Midwintertied – Van Suntermeerten tot Lichtmis Midwintertied staat boordevol verhalen, liedjes en informatie in het Grunnegers over de periode 11 november tot aan 2 februari. Alle bekende feestdagen komen in het boek voor. Het boek kwam voort uit de bijzondere samenwerking tussen Annie van Dijken, dichteres en schrijfster van Groninger ver­ halen, en Fré Schreiber, publicist bekend van zijn bijdragen voor RTV Noord en Dagblad van het Noorden. Dit boek is niet zomaar een verhalenboekje, maar echt een aanrader voor de lezers die geïnte­ resseerd zijn in de Groninger cultuur en zeker ook voor mensen die het Grunnegers een beetje willen leren. Prijs ¤ 9,95 (donateurs 20% korting) Zo bestelt u: elders in dit tijdschrift vindt u de bestelkaart van onze winkel. Vul deze in, plak er een postzegel op en doe deze op de bus. U ontvangt uw bestelling dan zo snel mogelijk thuis. Verzend- en administratiekosten zijn ¤ 4,- per bestelling. Bij uw bestelling zit een nota voor uw betaling. De inkomsten komen ten goede aan de Stichting Oude Groninger Kerken. Wanneer u meer informatie wilt over uw bestelling kunt u contact opnemen met het bureau van de Stichting, (050) 312 35 69. Alle uitgaven zijn ook te koop via onze webwinkel: www.groningerkerken.nl/winkel


Kerstwandeling

aanmelding Winterexcursie 2013/2014

do 26 december

(a.u.b. aankruisen)

naam

m v

za 14 december 2013 / za 4 januari 2014 naam

adres

adres

postcode

postcode

woonplaats

woonplaats

e-mail

e-mail

telefoonnummer

telefoonnummer

, van wie  donateurs

Totaal aantal personen en niet-donateurs

Prijs voor donateurs ¤ 5,- (kinderen t/m 11 jaar ¤ 4,-) en voor niet-donateurs ¤ 8,- (kinderen ¤ 6,-)

(a.u.b. aankruisen)

m v

gewenste datum  zaterdag 14 december 2013  bus /  eigen vervoer  zaterdag 4 januari 2014 (alleen per bus)

Totaal aantal personen , van wie donateurs en niet-donateurs  Ik meld mij/ons aan voor de lunch (kosten niet inbegre­ pen)

Kosten voor donateurs ¤ 20,- en voor niet-donateurs ¤ 30,-

bestelkaart

ja, ik word donateur

Ik bestel:

Het behoud van cultureel erfgoed in Groningen is ook mij veel waard. Sneeuwkaarten Prijs ¤ 5,00 (donateurs 20% korting) aantal

Jelte Hulzebos Prijs ¤ 15,00 (donateurs 20% korting) aantal

Het Kerken Boek Prijs ¤ 14,95 (donateurs 20% korting) aantal

Daarom word ik donateur van de Stichting Oude Groninger Kerken. De minimale donatie bedraagt ¤ 17,50 per jaar. Het eerste jaar ontvang ik het tijdschrift Groninger Kerken gratis. Ik wacht met betalen op de nota. (a.u.b. aankruisen)

naam adres postcode woonplaats

e-mail Midwintertied – Van Suntermeerten tot Lichtmis Prijs ¤ 9,95 (donateurs 20% korting) aantal

vul a.u.b. ook de achterzijde in

geboortedatum telefoonnummer

m v


Stichting Oude Groninger Kerken Coehoornsingel 14 9711 bs Groningen

Stichting Oude Groninger Kerken Coehoornsingel 14 9711 bs Groningen

Plak hier uw postzegel

Plak hier uw postzegel

bestelkaart

î Žm î Žv naam

adres

postcode

woonplaats

handtekening

telefoonnummer overdag

Plak hier uw postzegel

Plak hier uw postzegel

Stichting Oude Groninger Kerken Coehoornsingel 14 9711 bs Groningen

Stichting Oude Groninger Kerken Coehoornsingel 14 9711 bs Groningen

e-mail


Me di at he e k De kinderhoek ‘Meer met kinderen’ is een wens van onze medewerker Edu­ catie. Een logisch voortvloeisel daaruit is de uitbreiding van de collectie van de mediatheek met jeugdboeken, waarbij Middeleeuwen en bouwen de invalshoeken zijn. Daarom is in de mediatheek nu een –bescheiden – kinderhoek ingericht. Voor de jongsten (0-6 jaar) zijn er prenten- en voorleesboeken: Aap en mol bouwen een hut - Gitte Spee. De titel zegt het al: dit gaat vooral over bouwen. De luidruchtige middeleeuwen - R. Lloyd Jones. Een prenten­ boek over de veertiende eeuw. Een tijd van edele ridders, machtige kastelen en prachtige kathedralen. Op iedere prent zijn er flapjes aangebracht waarachter meer te ont­ dekken is. Als extraatje is er een geluidsboxje met trou­ badours die spelen, een zingende monnik, een zwaard­ gevecht, de schandpaal, beierende kerkklokken, enzo­ voort. ‘Typisch’ middeleeuwse geluiden. De ruiter in het woud - Hans Petermeijer. Een avontuur dat zich afspeelt in de Middeleeuwen. Een olifant voor de keizer – de tijd van monniken en ridders Gerard Sonnemans. Een prentenboek met een verhaal uit de vroege Middeleeuwen (500-1000) Vanaf 6 jaar zijn er lees- en stripboeken over hetzelfde thema: Van Parcifal tot Beowulf. Verhalen uit de Middeleeuwen - Simo­ ne Kramer. Een eigentijds verhaal over de ridders van de Ronde Tafel en de Heilige Graal, over de tragische gelief­ den Tristan en Isolde, en over de dappere Beowulf die het opnam tegen bloeddorstige monsters. Van Reynaart de Vos tot Sint Brandaan - Simone Kramer. Een verzameling bekende verhalen uit de Middeleeuwen. Nederland in de Middeleeuwen. De CANON van ons Middeleeuws verleden - Jan J.B. Kuipers. Geen ijkpunten, maar een toegankelijke presentatie van onze middeleeuwse ge­ schiedenis. Met vijftig vensters over onder andere platte­ landsleven, ridderideaal, kloosterwezen, ketters en volks­ cultuur. Alle gewesten komen aan bod. De Middeleeuwen - Andrew Langley. Veel beeldmateriaal en korte toelichtende teksten geven een veelzijdige kijk op het alledaagse, én religieuze leven in de Middeleeuwen. Moord in de Middeleeuwen - Bies van Ede. De droom van ieder kind: op vakantie vind je een schat, en daarmee raak je verzeild in een spannend avontuur. Strijd om de kathedraal / Jacques Vriens. Jeugdroman die zich afspeelt in het zuiden van Nederland, rond het jaar 1400. Een spannend verhaal waarin een te bouwen kathedraal centraal staat. Van nul tot nu, deel 1-5: de vaderlandse geschiedenis vanaf de Steentijd tot aan heden - Thom Roep; Co Loerakker. De ge­ schiedenis in stripverhaal. Heel vlot en humoristisch ge­ schreven.

De mediatheek is toegankelijk voor een breed publiek: voor donateurs van de stichting, voor leerlingen of studenten die informatie zoeken voor werkstuk, spreekbeurt of scriptie, voor mensen die monumenten een warm hart toedragen. De catalogus is online raadpleegbaar: http:// catalogus.groningerkerken.nl/

Middeleeuwen - P. Estellon; A. Weiss; C. Zerdoun. De Middel­ eeuwen worden beschreven als een woelige en luidruchti­ ge tijd. Zowel somber (strijd, lepralijders, pest, heksenver­ branding) als schitterend (prachtige kathedralen, schitte­ rend gekleurde manuscripten, kaarslicht in kastelen). Schapenvellen en ganzenveren - Katharina Smeyers. Kijk- en leesboek over het vervaardigen van middeleeuwse hand­ schriften en miniaturen. De kathedraal. Het verhaal van de bouw - D. Macauley. Het ver­ haal van de bouw van de kathedraal in – het fictieve – Chutreaux, Frankrijk. De verhaallijn is eenvoudig, niveau bovenbouw basisschool/onderbouw voortgezet onder­ wijs. Het verhaal wordt inzichtelijk gemaakt door duidelij­ ke tekeningen. Deze geven een mooi beeld van het bouw­ proces van hoge en ingewikkelde gebouwen in de Middel­ eeuwen. En niet te vergeten de boeken van Martine Letterie in de wel­ bekende Focke-serie. Tekening uit Van nul tot nu.


E duc at ie Spreekbeurt in de kerk van Leegkerk Afgelopen 5 juni was de eerste educatieve activiteit in de kerk van Leegkerk. Pleun de Vries, leerling van groep 8 van OBS de Feniks, hield haar spreekbeurt in de kerk. De klas fietste op deze zonnige woensdagochtend van de westrand van de stad naar de kerk aan de Leegeweg. Daar vertelde Pleun vervolgens over de Stichting Oude Groninger Kerken, en over de herbestemming van de kerk van Leegkerk. Ze ging in op historie, bouwstijlen en gebruik. Vervolgens gingen de leerlingen aan de slag met een kijkblad voor kerkbezoek. Er werd afgesloten met een vragenronde, een warm applaus én zeer positieve beoordeling voor Pleun. Wilt u ook met de klas naar Leegkerk? Stuur dan een e-mail naar info@groninger­ kerken.nl.

Nieuwe samenwerking met Wetenschapsknooppunt De Stichting Oude Groninger Kerken is een samenwerking aangegaan met het Wetenschapsknooppunt Noord-Neder­ land (WKNN). Dit organiseert activiteiten voor het basison­ derwijs die een onderzoekende houding bij kinderen stimu­ leren, nieuwsgierig maken en inspireren. Het motto daarvoor is: ‘Talent is overal!’ In het najaar zal de SOGK twee nieuwe educatieve programma’s ontwikkelen in samenspraak met het Wetenschapsknooppunt. Vanaf 2014 kunnen scholen die De spreekbeurt van Pleun in de kerk van Leegkerk.

Educatie is een speerpunt in het beleid van de Stichting Oude Groninger Kerken. We besteden uiteraard veel aandacht aan onze eigen kerken, maar onze inzet voor educatie gaat over alle kerkgebouwen in de provincie Groningen. De Stichting vindt het belangrijk om mensen al jong te informeren over het kerkelijk cultuurhistorisch erfgoed. De educatieve activiteiten sluiten aan bij de tegenwoordige aandacht voor erfgoededu­ catie op scholen. Op deze manier hoopt de Stichting een bouwsteen te leveren voor draagvlak in de toekomst.

bij het WKNN zijn aangesloten meedoen aan deze program­ ma’s, die in het teken staan van bouwen, bouwtechniek en -stijlen en gebruik van Groninger kerken. Meer informatie: www.wknn.nl

Met de klas naar de kerk? In het voorjaar verscheen de folder ‘Ontdek Groninger Ker­ ken!’, waarin vele mogelijkheden voor de inzet van materia­ len en bezoek aan kerken aan bod komen. Wilt u deze folder ontvangen, of wilt u in gesprek over mogelijkheden op maat? Stuur dan een e-mail naar info@groningerkerken.nl U kunt ook mailen als u lesgeeft in het voortgezet onderwijs. Ook voor het voortgezet onderwijs zijn er diverse mogelijk­ heden. Zoals een fietstocht vanuit de Der Aa-kerk in de stad, naar de kerk van Leegkerk, met de nieuwe fietsfolder. Deze folder zoomt in op stedenbouw en landschap van de stads­ rand. Maar ook bezoek aan diverse kerken of inzet van les­ materialen is mogelijk.


E xcursies Kerstwandeling SOGK Ieder jaar blijkt ze weer een schot in de roos te zijn, de kerst­ wandeling van de SOGK. Daarom organiseren we nu alweer voor de derde keer op rij deze begeleide wandeling door Gro­ ningen. Op tweede kerstdag, donderdag 26 december, wan­ delt u onder leiding van een deskundige gids door de binnen­ stad van Groningen in kersttooi. De wandeling start om 14:00 uur in de Remonstrantse kerk aan de Coehoornsingel , de kerk is open vanaf 13:30 uur. Om ca. 15:45 uur wordt u hier weer terugverwacht voor een drankje. Aansluitend volgt om 16:15 uur een kort (kerst)con­ cert. Het programma wordt rond 17:00 uur afgesloten. De kosten voor de wandeling, inclusief het concert, bedra­ gen ¤ 8,- p.p. (kinderen tot en met 11 jaar ¤ 6,-). Donateurs van de SOGK betalen slechts ¤ 5,- (kinderen ¤ 4,-). Het concert kan ook apart bezocht worden; de toegangs­ prijs bedraagt dan ¤ 5,-. SOGK-donateurs betalen dan slechts ¤ 2,50. U kunt zich opgeven voor de wandeling (inclusief concert) via het antwoordkaartje in het middenkatern.

Het kerkorgel van Lellens, begin 18e eeuw gebouwd als kabinetorgel voor de bewoners van het Huis te Lellens. Foto Harm Hofman

Traditionele Winterexcursie

Praktische informatie

De traditionele winterexcursie vindt plaats op zaterdag 14 december 2013, met een herhaling op zaterdag 4 januari 2014. De keuze viel deze keer op de hervormde kerken van Ten Boer, Stedum, Lellens en Zeerijp. De middeleeuwse kerk van Ten Boer stamt uit het derde kwart van de dertiende eeuw en maakte als kloosterkerk deel uit van een benedictijner kloostercomplex. Aan de noordzijde zijn op de begane grond bouwsporen van door­ gangen naar de afgebroken kloostergebouwen te zien; sinds de Reductie van 1594 is de kerk in gebruik bij de Hervormde Gemeente. De Sint Bartholomeus Kerk van Stedum is een grote laat­ romaanse kruiskerk die tussen 1250 en 1275 tot stand kwam. Het interieur heeft onder meer prachtig beschilderde gewelven. Verder is de door Rombout Verhulst ontworpen graftombe voor Adriaan Clant uit 1672 zonder meer een be­ zoek waard. In tegenstelling tot de andere drie kerken van deze excur­ sie, is de kerk van Lellens na de middeleeuwen gebouwd. Lellens werd pas in 1666 een zelfstandig rechtsgebied en in het jaar daarop stichtten de bewoners van de borg te Lellens een hervormde kerk. Een fraai uitgevoerde aanwezige ge­ denksteen uit 1667 herinnert aan de bouw. De kerk van Lel­ lens heeft een prachtig interieur en is onlangs gerestau­ reerd. Het dorp Zeerijp is ontstaan op een van de oudste dijken bij de oude Fivel. De vroeg-gotische aan Sint Jacobus gewijde kruiskerk is rond 1350 gebouwd. Het verrassende interieur herbergt een orgel uit de jaren 1646-1651. De vrijstaande klokkentoren dateert uit het begin van de zestiende eeuw.

Het excursieprogramma kent zowel in december als in janua­ ri een middagpauze waarin tijd is voor een gezamenlijke erwtensoepmaaltijd. Ook is er dan traditiegetrouw weer de gelegenheid om inkopen te doen bij de promotiestand van de Stichting. De bus vertrekt steeds om 10:30 uur bij het hoofdstation in de stad Groningen. Op 14 december wordt de terugkomst aldaar ingeschat om circa 19:15 uur. Op 4 januari zal dat eer­ der zijn, omdat er dan geen concert is. Indien u de excursie op eigen gelegenheid maakt (alleen mogelijk op 14 december), wilt u zich dan wel aanmelden? U krijgt dan de routeplanning thuisgestuurd. Het mapje met kerkbeschrijvingen, dat standaard wordt uitgereikt aan de deelnemers in de bussen, is voor ¤ 7, - door individuele deel­ nemers te verkrijgen in de eerste kerk van de route. De kerken zijn op 14 december 2013 van 10:00-17:00 uur geopend en op 4 januari 2014 alleen zolang de bus voor de deur staat. De kosten voor deelnemers in de bussen bedragen ¤ 20,voor donateurs en ¤ 30,- voor niet-donateurs (inclusief map­ je kerkbeschrijvingen, maar exclusief lunch). Aanmelding kan alleen via de aanmeldkaart in dit blad, te versturen per gewone post. Plaatsing geschiedt op volgorde van binnenkomst. Deelnemers ontvangen per post een be­ vestigingsbrief. De nota voor reizigers in de bus wordt even­ eens per post verstuurd. De organisatie behoudt zich het recht van programmawijzi­ gingen voor, als omstandigheden ter plaatse daar toe nopen.


Werk in uit voering Engelbert en de Actie Kerkbehoud Traditiegetrouw deden wij onlangs een oproep voor onze Ac­ tie Kerkbehoud. De opbrengst van deze wervingsactie hielp projecten zoals de restauratie en de herinrichting van Engel­ bert een stap verder. Een mooi voorbeeld!

Patroonheilige De oorspronkelijke patroonheilige van de kerk van Engel­ bert, waarvan de oudste delen uit de dertiende of veertiende eeuw dateren, is niet bekend. Met terugwerkende kracht zou Antonius van Padua wellicht een goede keuze geweest zijn: deze heilige bekommert zich over verloren voorwerpen. Net als de kerk van Engelbert zelf.

‘Bouwmarktoplossing’ De kerk werd in de jaren 2002-2005 gerestaureerd. Een aan­ tal ingrepen uit de vorige eeuw werd daarbij ongedaan ge­ maakt, zoals de niet functionerende maar wel beeldbepalen­ de afwateringsbuizen – ‘Knapen-syfons’ – in de buitengevel. In het interieur werd de vloer van gewassen grindtegels, een ‘bouwmarktoplossing’ uit de jaren zeventig, vervangen door

houten planken. Ook verdween bij de restauratie de curieuze mobiele preekstoel, in dezelfde tijd vervaardigd door een lokaal landbouwmechanisatiebedrijf. De oorspronkelijke preekstoel was in 1972 overgedaan aan de kerk van Baflo, de oude banken werden toen opgeruimd om losse stoelen te kunnen plaatsen. Wat bleef bij het recente herstel was het schrootjesplafond uit de vroege twintigste eeuw, inmiddels een zeldzaamheid in de provincie.

Leeg De restauratie leverde een lege, sobere kerk. Ideaal voor multifunctioneel gebruik, maar té leeg en te weinig kerk, naar de smaak van de Stichting Oude Groninger Kerken en de gebruikers. Bij het herstel tien jaar geleden was al moeite gedaan om onderdelen die van de kerk vervreemd waren ge­ raakt weer een plaats te geven. Resten van een sacrament­ huisje, bij een moderniseringsslag in de twintigste eeuw ka­ potgeslagen en in een tuin begraven, werden weer op de oorspronkelijke plek aangebracht. Een kaarsenkroon, waar­ van een arm verloren was gegaan, werd gerepareerd. Vier authentieke tegels kwamen als een ‘matje’ in de nieuwe vloer. Door de SOGK werd vervolgens bekeken welke ooit op drift geraakte voorwerpen uit andere kerken in Engelbert een plek konden krijgen.

Logisch

Het interieur van de kerk van Engelbert voor de modernisering van begin jaren ’70. De ‘lege’ kerk na de restauratie van 2002-2005.

Als eerste werd in 2012 de fraaie achttiende-eeuwse roco­ co-preekstoel afkomstig uit de kerk van Heveskes in Engel­ bert geplaatst. Het meubel werd daarvoor eerst gerestau­ reerd; een granaatscherf, een herinnering aan de bevrijding in 1945, bleef daarbij bewust op zijn plaats. Binnenkort wor­ den drie psalmborden, eveneens achttiende-eeuws en af­ komstig uit de afgebroken kerk van Oterdum, na herstel op­ gehangen in de Engelberter kerk. Het uit 1938 daterende Flentrop-orgel, bij de restauratie van 2005 door de verplaat­ sing van de balustrade wat uit het zicht geraakt, wordt weer naar voren gehaald. Zo krijgen geïsoleerde waardevolle voorwerpen, losgeraakt van hun oorspronkelijke context, in Engelbert toch weer een plek en functie, en vormen ze een logisch samenhangend geheel. De preekstoel van Heveskes staat in Engelbert klaar voor montage.

Foto Regnerus Steensma

De Stichting is een uitgave van de Stichting Oude Groninger Kerken. Dit katern verschijnt vier maal per jaar, los en als onderdeel van het tijdschrift Groninger Kerken, voor donateurs van de stichting. • Redactie: Martin Hillenga • Vormgeving en productie: Ekkers en Paauw • Drukwerk en verzending: Zalsman Groningen • Adres: Coehoornsingel 14 • 9711 bs Groningen • telefoon (050) 312 35 69 • e-mail: info@groningerkerken.nl • www.groningerkerken.nl


Teun Juk

Een raadselachtige maquette In de collectie van het Groninger Museum be­vindt zich sinds 1891 een model in hout van de Mariakerk te Uithuizermeeden. Volgens een toelichting in de museumcatalogus zou het gaan om een model uit het laatst van de zeventiende eeuw, gemaakt door Joh. Treccius, de toenmalige predikant.1

In deze bijdrage wordt dit bijzonder

object nader beschreven. Ook wordt een kant­ tekening geplaatst bij de datering en toeschrijving.

1 Groninger Museum, inventarisnummer 0000.0436. In de catalogus staat abusievelijk Ds. Joh. Freccuis geschreven. De auteur dankt het museum voor de mogelijkheid het model te bestuderen en hierover te publiceren.

1 De maquette met geplaatst dak. Het bovendeel van de toren ontbreekt helaas. Collectie Groninger Museum, foto Marten de Leeuw.

De schenking In 1891 schonk notaris mr. R. Driessen ter Meulen uit Zuid­ laren modellen van de kerk en de pastorie van Uithuizermeeden aan het Groninger Museum. Ze werden omschreven als: ‘op verkleinde schaal in hout gesneden; neemt men het dak van beide gebouwen af, dan vindt men inwendig alle meubels, schilderijen, enz.enz. zooals een en ander was in het laatst van de 17e eeuw ten tijde van Ds. Joh. Treccius, die

2 De Mariakerk van Uithuizermeeden, gezien uit het zuidoosten. Foto Omke Oudeman.

117


1670-1692 predikant te Uithuizermeeden was en dit vervaardigde.’ 2 De twee maquettes waren niet de enige in de col­ lectie van het museum, die een molen uit Ruischerbrug, een achttiende-eeuws model van de sluis van Termunterzijl, de Nieuwe Kerk in Groningen, een model van de suikerfabriek en meer omvatte.3 Nadat het Groninger Museum in de jaren veertig en vijftig van de vorige eeuw moderniseerde, belandden de modellen op zolder. Ze raakten (zwaar) beschadigd, en sommige zijn inmiddels domweg weggegooid. Hoe graag was hier ook het model van de pastorie van Uithuizermeeden besproken. Het gebouw zelf viel in 1892 ten prooi aan de slopershamer, de maquette is inmiddels eveneens verdwenen. Gelukkig is de kerk er grotendeels nog wel. 4

Het model De plattegrond van het model komt overeen met die van het huidige gebouw, een kruiskerk met aangebouwde westtoren. Helaas ontbreekt het bovendeel van toren, behoudens de ui die de staaf met meermin draagt. Onduidelijk is of dit bouwdeel voor of na 1891 verloren is gegaan. 2 Verslag Groninger Museum 1891, 25-26. 3 W. Friso ‘Een model van de Termunterzijl’, Stad & Lande 20 (2011) 3, 16-20. Over de oude maquette van de Nieuwe Kerk te Groningen, zie Nieuwsblad van het Noorden d.d. 10-09-1964. 4 In 2013 zijn de losse onderdelen zo veel mogelijk weer vastgezet. Met dank aan Anna D. Knol, Groningen.

118 3 De Mariakerk gezien uit het westen. Foto Omke Oudeman. 4 De maquette met afgenomen dak. Collectie Groninger Museum, foto Marten de Leeuw.


Wat het model zo aantrekkelijk maakt, is dat het dak er af gehaald kan worden zodat van bovenaf een blik in de kerk geworpen kan worden. Overigens kan ook de oostwand van het koor weggenomen worden, waardoor een blik op het in­ terieur wordt verkregen. De maker heeft zich beijverd om de inrichting zo getrouw mogelijk in miniatuur weer te geven. Het model is gemaakt van grenenhout en eenvoudig, zelfs ietwat onbeholpen van opzet. Het werd gemaakt van deels hergebruikt hout. Aan de achterkant staan her en der opschriften in inkt. Daaruit blijkt dat het waarschijnlijk niet door een ervaren modelmaker of timmerman is gemaakt.5 De lengte van het model is 43,5 cm, de breedte van het schip 12 cm en het transept meet 26,5 cm x 10 cm. De modelkerk is gedekt met een doorlopend zadeldak waarop de schilddaken van de zijbeuken op gelijk niveau aansluiten. Hoewel gewelven ontbreken, suggereert de doorsnede naar de twee zijbeuken dat ze er wel zijn. Om constructieve redenen is er een halfronde in plaats van een spitsboogvorm gemaakt. Aan de buitenkant zijn de steunberen er als losse onderdelen aan bevestigd. Vier steunberen zijn in later tijd weggeraakt. Het model is beschilderd. Aan de buitenkant in een roodbruine kleur, die baksteen voorstelt, en aan de binnenkant wit, daarmee bepleistering suggererend.6 De dagkanten van de vensters zijn geelwit geverfd en het meubilair bruin. Het orgel is blauw met op onderdelen bladgoud. De orgelpijpen zijn gemaakt van koperen spijkers, aan beide zijden gepunt. Op het orgel stonden drie witte vazen. De deuren en panelen zijn in zwart uitgevoerd. Ook het benedendeel van de toren is in de roodbruine kleur geschilderd, met drie okergele ver­ ticale banden ter markering van de goten, waterlijsten en in­ gezwenkte schouderstukken. Deze kleurstelling veronderstelt dat het benedendeel van de toren oorspronkelijke niet gepleisterd was. Ook het spaarveld boven het portaal en het portaal met Toscaanse pilasters hebben een kleuraccent gekregen.

Overige bijzonderheden Inwendig is de maquette geschonden en er ontbreken onderdelen. De maker heeft geprobeerd het aantal banken zo ge­trouw mogelijk weer te geven, inclusief de knoppen. De preekstoel is nog aanwezig, maar het klankbord ontbreekt. De vierkante dooptuin staat er nog, evenals het heren­ gestoelte aan de zuidzijde. In de kerkruimte hangen nog vier aanschrijfborden: drie in het schip (zuidwand, vóór het transept en noordwand vóór en na het transept) en één aan de oostwand in het zuiderkruis.

5 De maquette met weggenomen oostwand van het koor. Collectie Groninger Museum, foto Marten de Leeuw.

Op een foto uit 1955 zien we de aanschrijfborden aan de noordwand, in dezelfde positie als in het model. Dankzij andere foto’s weten we dat het kerkgebouw toen zes aanschrijfborden had. Van de oude aanschrijfborden is er één bewaard gebleven ‘op de torenzolder’. Op het koor hingen ten tijde van het maken van het model waarschijnlijk vier rouwborden: twee boven het adelspoortje in de oostelijke koorwand en twee ten oosten van de vensters in de noordelijke en zuidelijke koorwand. De laatste ontbreekt in het model, maar de beschadiging van de wand wijst op de aanwezigheid van dit rouwbord. Tegenwoordig hangt er in de kerk nog slechts één rouwbord, namelijk dat van Willem Alberda, heer van Rensuma († 1786).7 Verder zien we de tombe van Rudolf Huinge († 1574), echter zonder beeld. Ook het huidige tegelpatroon was toen aanwezig. Aan de westkant staat op een galerij het orgel. Gezien de vorm van de galerij en de presentatie van het orgel, in het bijzonder de pedaaltorens, moet dit wel het Hinszorgel uit 1785 zijn. Detaillering in de vorm van beelden op het rug­ positief ontbreekt. Wel worden de contouren van het snijwerk van de vleugelstukken aangegeven. Bovendien reikt het orgel bijna tot aan het plafond. De blauwe kleur is bedoeld als zijnde zeegroen, de originele kleur van het orgel.

5 Dit in tegenstelling tot andere bouwkundige modellen. Zie R.W. Tieskens (e.a.), Het kleine bouwen. Vier eeuwen maquettes in Nederland (Zutphen 1983) of Friso (2011), noot 3 6 Eerst in 1875 is het gebouw bepleisterd. In dat jaar onderging de kerk een gedaantewisseling in neogotische stijl naar een ontwerp van de architect K. Hoekzema. 7 Zie voor de Mariakerk van Uithuizermeeden: T. Juk, ‘De Hervormde kerk, een bijzonder monument’ en ‘De Meister toren’, in: E. de Boer, T. Juk en J. Vink (red.), Meij 650. Een verzameling van bijzonderheden uit de geschiedenis van Uithuizermeeden (Uithuizermeeden 2004) 111137, 139-156.

119


6 Het koor van de maquette, met rouwborden. Collectie Groninger Museum, foto Marten de Leeuw.

7 Rouwbord van Willem Alberda van Rensuma († 1786). Foto Regnerus Steensma.

Merkwaardig is een los bewaard gebleven kruis op een heuveltje, met daarop het getal XI. Dit doet denken aan een onderdeel van de kruisweg. Is dit voorreformatorische kruis misschien nog geruime tijd in de kerk bewaard gebleven? Helaas is de locatie van dit onderdeel niet in de kerk terug te vinden. 120

Datering De laat zeventiende-eeuwse datering in de museumcatalogus is onjuist. De kerk werd pas in 1705 vergroot door het aanbrengen van de twee zijbeuken waardoor de kruisvorm ontstond, de toren kwam pas in 1726 gereed. Voor de datering is ook het orgel van belang. In de periode 1780-1785 is door A.A. Hinsz gewerkt aan het nieuwe instru-

ment. Daarbij werd ook de zoldering aangepast. Kort daarop, in 1791, is geld uitgegeven voor nieuwe banken en lambrisering in de kerk. Ook kreeg de kerk toen een kerkenkroon. Daarmee werd het kerkherstel afgerond. Aangezien de rekeningen meestal een jaar later werden voldaan, zal het kerkherstel in 1790 zijn afgerond. In 1804 is de balustrade van dit orgel nog verfraaid door M. Walles. Zijn classicistische ornamentiek ontbreekt in het model. Ook bij de dooptuin ontbreekt het latere snijwerk van Walles (1810). Dan de rouwborden. De schoolmeester maakt in 1828 melding van één bord in de kerk; het model duidt op vier. Voor Uithuizermeeden zijn in ieder geval zes rouwborden bekend, uit 1574, 1669, 1741, 1753, 1774 en 1786. Alleen het jongste bord bleef bewaard. Wanneer de overige vijf zijn verdwenen,

8 Het mysterieuze kruis:

9 Het interieur van de kerk, omstreeks 1955. Links, aan de noordwand, zijn twee van de aanschrijfborden zichtbaar.

onderdeel van een kruisweg?

Collectie Teun Juk.

Collectie Groninger Museum, foto Marten de Leeuw.


weten we niet. Waarschijnlijk moeten we denken aan de Bataafs-Franse tijd, na 1798. In slechts een beperkt aantal gevallen wisten eigenaren de borden uit de kerk te halen. Mogelijk verdween het oudste bord al in de zeventiende eeuw.8 Opmerkelijk is wel dat alleen het bord van Willem Alberda van Rensuma bewaard is gebleven. Hij overleed in 1786, een jaar nadat het orgel in gebruik genomen was. Zijn naam staat op de cartouche van het instrument. Na zijn overlijden werd een groot rouwbord vervaardigd. Het is de vraag wanneer dit rouwbord voor het eerst in de kerk is gehangen. Heeft het nog geruime tijd op Rensuma gehangen of is het met de andere borden uit de kerk gehaald maar bewaard gebleven? De precieze gang van zaken kennen we niet.9 Dit alles leidt tot de conclusie dat de maquette tussen 1786 en 1798 gemaakt moet zijn.

Tot slot Een maquette spreekt als presentatiemiddel vaak meer tot de verbeelding dan een tekening. We weten niet hoe notaris Driessen ter Meulen in het bezit is gekomen van het schaal-

model van de Mariakerk en hoe lang hij dit thuis heeft bewaard. Evenmin weten we in welke toestand het model zich bevond ten tijde van de schenking in 1891. Het model is honderd jaar jonger dan indertijd werd gemeend. Daarmee vervalt ook de mogelijkheid van dominee Treccius als vervaar足 diger. Waarschijnlijk heeft de maker de nieuwe toestand na het kerkherstel van 1785 of 1790 in beeld willen brengen. Wie dit geweest is, is niet bekend. Wanneer het inderdaad een predikant was, dan komt Christophorus Gronau het meest in aanmerking. Hij stond in Uithuizermeeden van 1751-1797. Er blijft dus sprake van een raadselachtige maquette. En zou het model van de pastorie niet nog ergens zijn?

Drs. T.B. Juk (De Dommel 11, 8051 TA Hattem, 038 - 4443604, e-mail t.juk@solcon.nl) studeerde sociale geografie in Groningen en werkt als adj. directeur bij de gemeente Urk. Zijn bijzondere belangstelling gaat uit naar de geografie en (kerk) historie van de provincie Groningen, waarover hij lezingen verzorgt en regelmatig publiceert.

8 A. Pathuis, Groninger Gedenkwaardigheden. Teksten, wapens en huismerken van 1298-1814 , nrs. 470, 3785, 3786, 3787 en 3788 (Assen/ Amsterdam 1977) 134, 682. 9 De Rensumaborg kwam door vererving in het bezit van een neef van de overledene, Onno Tamminga van Alberda die de eerste jaren na de dood van zijn oom niet op Rensuma woonde. Dit maakt het mogelijk dat het rouwbord langer op de borg is gebleven en pas na de Franse tijd in de kerk is geplaatst.

11 Cartouche aan het orgel, met vermelding van de namen van col10 Het interieur van de Mariakerk met zicht op het in 1780-1785

lator Willem Alberda, heer van Rensuma en predikant

door A.A. Hinsz gebouwde orgel. Foto Omke Oudeman.

Christophorus Gronau. Foto Omke Oudeman.

121


E e n b ijzonde r v e r h a a l

Mar tin Hillenga

Twee grafstenen op het kerkhof van Veendam

’t Zeemans moeilijk pad der woeste zoute baren Wie aan Veendam denkt, wordt niet meteen overweldigd door beelden van een bruisende havenstad. Toch heeft de veenkolonie een indrukkend maritiem verleden. De bloeitijd daarvan ligt rond het midden van de negentiende eeuw. In het jaar 1855 hielden 235 kapiteins van zeeschepen in Veendam domicilie, vier jaar eerder was er een zeevaartschool gesticht.1 De sporen van deze geschiedenis zijn vandaag de dag vooral nog terug te vinden op het ‘oude kerkhof’ bij de hervormde kerk.2

Veenkoloniale zeevaart

122

De Veenkoloniale zeevaart ontwikkelde zich uit de turfvaart. In de achttiende eeuw bevoeren turfschippers al de Waddenzee om hun lading naar Holland en Friesland te brengen. Ook hoorden Duitsland en Denemarken, waar de verveningen nog geen grote omvang hadden bereikt, tot de bestemmingen. Toen in 1784 het Eider-Kanal door Sleeswijk-Holstein werd geopend, was voor de Veenkoloniale schipper ook het Oostzeegebied ontsloten. Na het lossen van de turf werd niet leeg teruggevaren. Als retourvracht werden onder andere hout, graan of stukgoederen meegenomen. De schipperij maakte zich zo allengs meer

los van de turfvaart. Vanaf het begin van de negentiende eeuw waren de Veenkoloniale schippers vooral actief op de ‘wilde vaart’, zeilend tussen vraag en aanbod. Daarbij werden nu ook bestemmingen in (Zuid-)Amerika, Afrika en Azië bereikt.

Smart en wee Eén van deze schippers was de Veendammer Berend Jans Jonker. In 1855-1856 zeilde hij als kapitein van de bark Tasmania, beladen met ‘‘t produkt van Java’s vruchtbaar strand’, van Indië naar Nederland. Over het leven aan boord zijn we goed geïnformeerd dankzij Elisabertus Anne Rudolf Lourens

1 W. van Koldam, H. van der Veen en J.N. Wilkens, Veenkoloniale zeevaart (Veendam 1979). 2 Een digitaal bezoek aan het kerkhof is mogelijk op www.kerkhofveendam.nl

1 De grafzerken van het echtpaar Jonker-Hazewinkel op het oude kerkhof in Veendam. Foto Martin Hillenga.


2 De bark Tasmania, in juli 1856 varend in de haven van Napels. Dergelijke scheepsportretten werden vaak als souvenir door kapiteins meegebracht. Collectie Veenkoloniaal Museum, Veendam.

baron Van Hoëvell (1820-1863). Deze koloniaal ambtenaar en publicist reisde mee als passagier. Ook gaf hij de kinderen aan boord onderwijs, omdat dit ‘in Java’s dreven aan de lieve jeugd niet werd gegeven.’ Over zijn ervaringen op de Veendammer bark schreef Van Hoë­vell een ‘Berijmd verhaal’.3 Godsvertrouwen en de strijd tegen de elementen spelen daarin – verwoord met negentiende-eeuws pathos – een voorname rol. De reis verliep dan ook weinig voorspoedig. Al drie dagen na het vertrek uit Cilacap (Zuid-Java), sloeg op 16 december 1855 het noodlot toe: ‘De dood kwam onder ons als bode van Gods troon De tweede stuurman stierf. De jongeling nog zo schoon Helaas! ’t Bleef niet daarbij. Nog vier der scheepsgezellen Door ziekte aangetast, zag men niet weer herstellen.’4 Ruim een maand na het eerste sterfgeval, inmiddels varend op de Indische Oceaan, liet ook Jantje A. Hazewinkel, de echtgenote van kapitein Jonker, het leven: ‘Moest ook na smart en wee, den dood haar tol betalen! Zij stierf met Christenmoed, na duldeloze kwalen…!’ De kapitein moest er niet aan denken haar net als de eerder gestorven bemanningsleden een zeemansgraf te bezorgen. Volgens Van Hoëvell: ‘Nee, sprak hij, Neerlandsch grond doe ik haar asch beërven Haar lijk, haar dierbaar lijk, breng ik in ’t koele graf, Daar waar zij ’t leven kreeg en mij de Heer haar gaf, Daar ruste zij in vree, daar op dat graf zal ‘k weenen, Totdat het God behaagd mij met haar te hereenen!’

Om dit streven te bewerkstelligen, werd ‘het lijk gekist, in spiritus gedaan.’ Het overlijden van de kapiteinsvrouw werd voor de kinderen aan boord angstvallig verborgen gehouden. Hen werd wijsgemaakt dat ze met een stoomboot vooruit was gezonden, om in Nederland genezing voor haar ziekte te vinden. Op 11 april 1856 kwam de Tasmania behouden aan bij de rede van Texel. Aan het voornemen zijn echtgenote in Veendam te begraven, gaf de kapitein daarna gestalte. Haar uitvoerig grafschrift meldt onder andere: ‘Haar lijk bracht ik naar hier, naar dezen doodenakker. God, hoop ik, maakt mij eens aan hare zijde wakker!’

Nog meer zeemansleed De door Jonker uitgesproken hoop werd niet bewaarheid. Hij bleef op zee, nadat zijn schip, varend tussen Archangel en Amsterdam, op 22 of 24 augustus 1871 verging. De familie liet voor hem wel een zerk plaatsen, naast het graf van zijn gestorven echtgenote, met daarop de tekst: ‘Het mogt hem niet gelukken Aan zijn Ega’s zij te rusten’ Deze zerk doet tevens dienst voor Jonkers zuster Harmina. Zij was weduwe geworden nadat haar echtgenoot Harm Jakobs Schipper in 1855, als ‘gezagvoerder’, in de Noord-Spaanse havenstad Santander overleed.5 Zo werpen deze twee grafstenen niet alleen licht op een bloeiperiode in de Veenkoloniale geschiedenis, maar ook op vier tragische levensgeschiedenissen die daarmee onlosmakelijk verbonden zijn. Martin Hillenga (m.hillenga@online.nl) is historicus.

3 Berijmd verhaal van eene reis van Tjilatjap naar Europa, aan boord van het Nederlandsche barkschip Tasmania, gevoerd door den kapitein B. J. Jonker (Groningen 1856). 4 Deze tweede stuurman was de 22-jarige Rudolf Nanninga uit Uithuizen. Zijn ouders plaatsten een overlijdensbericht in de Groninger Courant van 25 april 1856. 5 Overlijdensregister Veendam 1855, aktenr. 215.

123


Op Hoogte Gedacht

Bij een kunstwerk van Pieter Laurens Mol in Obergum

‘Les Tranches de Vie (12 etudes)’

124

Midden in het dorp ligt op het oude kerkhof dit stille monumentje. Onaf lijkt het, als een hoopje stenen platen die nog in bewerking zijn. Op de zijkanten staan woorden voor de verschillende bewegingen in klassieke muziek. De letters zijn in klassieke stijl uitgehouwen. De voorkanten zijn blanco gelaten. Het zijn maar kleine platen, kleiner dan de grafstenen op het kerkhof, maar groot genoeg voor kindergraven. Is het een monument in opbouw of is het al omgevallen? Voor iemand of voor niemand? Zijn het de woorden voor een hele partituur? In die volgorde? Is er nog te kiezen of is alles al bepaald? Kan iemand stille muziek denken, of een stilstaande beweging? Govert Grosfeld

Pieter Laurens Mols oeuvre is geïnspireerd door de conceptuele kunst, maar wil ook een band met de traditie herstellen. Die combinatie van strevingen komt minder vaak voor en is wat ongebruikelijk, aangezien het min of meer contrasten zijn. Op het kerkhof in Obergum staat een sculptuur die qua vorm de omringende grafstenen weerspiegelt. Twaalf vlakke stenen uitgevoerd in blauw hardsteen leunen tegen elkaar op een fors blok. Het beeld van een cake met plakjes los tegen elkaar, waarop de door het keukenraam naar binnen vallende zon schijnt, was een bron voor het werk. Op de stenen staan aanduidingen zoals ‘op zangerige wijze’, ‘in vaste maat, met bezieling’, ‘opgewekt, niet te langzaam’, ontleend aan instructies voor het spelen van muziek. In deze context worden het karakteriseringen van temperamenten, de aard en de wijze waarop een individu geleefd heeft en voort kan leven in gedachten van nabestaanden. Mark Kremer Pieter Laurens Mol (Breda 1946) woont en werkt in Brussel.

Foto John Stoel


Nieuwbouw Verbouw Renovatie Restauratie

Haven Zuidzijde 7 9679 TD Scheemda Tel. 0597-55 19 09 Fax: 0597-55 29 98 E-mail: info@boerbouw.nl www.boerbouw.nl

Orgel te Tolbert. Gerestaureerd in 2001

Het Lohman-orgel in de Middeleeuwse kerk te Zuidwolde

MENSE RUITER orgelmakers b.v.

Oosterseweg 13 9785 AD Zuidwolde (Gron.) Tel. 050-3010550 - Fax 050-3010560 E-mail: info@menseruiter.nl www.menseruiterorgelmakers.nl


Het succes van automatisering Het klinkt misschien wat vreemd, maar… Het succes van automatiseren begint met koffie drinken bij de klant. Vanaf de start hanteert Arrix Automatisering deze aanpak. Je moet immers eerst een goed beeld vormen van de klantsituatie, voordat er gedacht kan worden aan automatiseren. Naast het persoonlijk contact is klare taal een onmisbaar gegeven. Onze medewerk(st)ers gebruiken geen ingewikkelde ICT-termen, maar communiceren in begrijpelijk Nederlands. De klant staat bij Arrix centraal en wij verplaatsen ons graag in zijn situatie (“Voelen hoe het voelt”). Daarmee creëren wij altijd een win-win-situatie. Meer weten? Kijk op onze website naar onze relatiegedreven aanpak of bel geheel vrijblijvend voor een persoonlijk gesprek. Het succes van automatiseren begint met koffiedrinken… Heideanjer 2, Drachten, T. 0512 - 543 221, Meer weten? www.arrix.nl

UW BOUWPARTNER

VOOR:

NIEUWBOUW RENOVATIE / RESTAURATIE ONDERHOUD VAN: - BEDRIJFSPANDEN - WOONCOMPLEXEN - WONINGEN AAN EN VERBOUW VAN UW WONING

G R O N I N G E N KIELER BOCHT 33  0 5 0 - 5 7 5 7 8 0 0

E M M E N

NAUTILUSSTRAAT 7  0 5 9 1 - 6 5 7 9 0

W W W . B R A N D S B O U W . N L


Postbus 5086 9700 GB Groningen

T 050-2100194 M 06-26888044

www.tomfeith.nl info@tomfeith.nl

Schildersbedrijf  W. Dijkema Noorderstraat 5 9989 AA Warffum telefoon (0595) 42 22 67 Ook leveren wij professionele verven, dubbele beglazing, voorzetramen en alle bijkomende schildersmaterialen

Voor al uw - voegwerken - voegwerkrestauratie - gevelreiniging Noordveenkanaal n.z. 21 7831 aw Nieuw Weerdinge tel. 0591 - 522 258 / 522 770 fax 0591 - 521 016

De Schilder, de beste vriend van je huis


Met een passie voor panden met geschiedenis 050 403 14 83 info@laurenshout.nl www.laurenshout.nl

Timmer- en restauratiewerken AdvLaurenshout_OGK_2013.indd 1

|

Interieur ontwerp en uitvoering

Van Lierop Conserveert & Herstelt Hout | Verdrijft Vocht

Van Lierop Van Lierop

Een gezonde kijk op onroerend goed Houtinsectenbestrijding | Zwamsanering Houtrestauratie met epoxytechniek | Isochips速-kruipruimteisolatie Vochtwering | Kruipruimterenovatie | Constructiedroging Heteluchtmethode | Zuurstofarmeluchtmethode | Microgolvenmethode Onderzoek met de videoscope | Inspectieabonnementen Vestigingen in: Alphen aan den Rijn | Liempde | Echt Heerhugowaard | Assen | Mechelen (B) www.vanlierop.nl Van Lierop

Van Lierop Van Lierop

ISO 9001

gecertificeerd

|

Deskundig in duurzaam (ver)bouwen 23-01-13 10:00


VASTGOED ONDERHOUD

BEGLAZING, WANDAFWERKING, DEALER VAN RUYSDAELGLAS, INDUSTRIEEL SPUITWERK, RESTAURATIE & HOUTRENOVATIE

H O LSTEIN

r es ta uratie architectuur Kantoren Insulinde Bankastraat 42 J 9715 CD Groningen tel.: 050 5770059 fax: 050 5771904 info@holstein-restauratie.nl www.holstein-restauratie.nl Neem contact op met Robert van der Maar op 050-549 41 71 Koldingweg 15 • 9723 HL Groningen • Fax 050-549 46 31 • E-mail info@vdmaar.nl • Website www.vdmaar.nl

Naamloos-2 1

Hoveniersbedrijf Coen Overdevest Leens Wierde 4 tel. 0595-571187

www.overdevesthoveniers.nl VCA gecertificeerd. Groenkeur gecertificeerd bedrijf.

Lid VHG

06-02-12 21:2

Ontwerp, aanleg, onderhoud, (sier)bestrating en complete terreininrichting

Voor: * een compleet tuinontwerp en/of beplantingsplan * complete terreininrichting * de aanleg van uw tuin * onderhoud aan uw tuin b.v.: - renovatie - voor- of najaarsbeurt - maandelijks onderhoud - wekelijks maaien van uw gazon - gazononderhoud zoals bemesten en verticuteren (mosbestrijding) - enz. * snoeien van bomen en heesters * kappen van bomen * plaatsen van schuttingen, pergola’s, tuinhuisjes, bielzen, hekwerken enz. * aanleg van sierbestrating, grindpaden, schelpenpaden, enz. * aanleg van vijvers * het leggen van graszoden * ontwateren v/d tuin d.m.v. drainage * levering van bomen, heesters, coniferen, vaste planten, haagen bosplanten, potgrond, bemeste tuinaarde, gedroogde koemest, kunstmest en alle tuinmaterialen.


www.kleioskoop.nl Kleioskoop, het historisch onderzoeksbureau van Bernardine Beenackers, realiseert grote en kleine cultuurhistorische projecten in opdracht van erfgoedinstellingen, overheden, scholen en particulieren.

Bouwbedrijf W.H. Blokzijl Hoofdweg 154 Blijham Telefoon 0597 - 56 12 25 fax 56 12 83 Utiliteitsbouw Restauratie Particuliere bouw Houtskeletbouw Onderhoud Renovatie Verbouw

Voor al uw bouwwerken


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.