Het GRATIS digitale magazine van de Astro Event Group vzw - Redactie@aegvzw.be - www.aegvzw.be - Jaargang 8 - April 2013
Editoriaal
Info - Patrick Jaecques is, naast grafisch vormgever en hoofdredacteur van dit magazine, ook oprichter en voorzitter van de Astro Event Group vzw uit Oostende. Een door passie gedreven levensgenieter die al meer dan een kwart eeuw lang het brede publiek informeert over de diverse hemelse wonderen...
Guidestar | 04-2013
Patrick Jaecques
De zoektocht naar kennis
002
Voorpagina - De in België gemaakte Proba V (vegitation) satelliet in een baan om de Aarde. Bron: ESA / QinetiQ.
Sinds de opkomst van de allereerste beschaving is er altijd al een rol weggelegd geweest voor geleerden. Denk maar aan de oud Babylonische en Egyptische priesters, meet- en sterrenkundigen. De grote Griekse artsen, wiskundigen en filosofen. De eerste universiteiten en de opkomst van de renaissance. Als heropleving van de verworvenheden van de klassieke oudheid. Met als resultaat de ontdekking van nieuwe continenten, het Copernicaanse stelsel, de drukpers, kompas en buskruit. Een evolutie die zich niet alleen uitte in het denken maar ook het handelen. Waardoor economie een enorme groei kende, en de eerste banken ontstonden. Alsook de middenklasse. En voor het eerst toegang kreeg tot kunst en cultuur. En een boek in regel het meest kostbare bezit was.
hebben geleverd. En snap hoe langer hoe meer waarom de term wetenschapper vervangen wordt door onderzoeker. Net zoals wij burgers ook al eerder consumenten zijn geworden. Het valt me ook op dat in de media de wetenschappers vaker de mist in gaan. Of twijfelachtige uitspraken doen. Voor bijkomende fondsen, roem of ego.
Zo is het me al meermaals opgevallen dat het Amerikaanse ruimtevaartagenschap NASA overhaaste conclusies trekt, en wereldwijd publiceert, uit half onderzochte gegevens. Zoals de zogenaamde bewijzen voor het vroegere leven op Mars teruggevonden in de ALH84001 meteoriet of het bacterologische leven gevonden in de giftige vulkanische Californische Mono poelen. Beiden zaken die Zoals in elke menselijke handeling zit echter door andere, onafhankelijke wetenschappers, ook in deze revolutie een negatieve evolutie. naar de prullemand zijn doorIn de zin dat wetenschappers verwezen. En je aldus de vraag heden vaak te afhankelijk zijn kan stellen of zo'n vermaarde van hun geldschieters. Zijnde organisatie dergelijke blunders banken, universiteiten of over“Never be afraid to eigenlijk wel kan veroorloven. heidsdiensten. En de druk om raise your voice for Want wat met de geloofwaarte slagen in die mate is honesty and truth and digheid op de lange duur ? toegenomen dat fraude bij compassion against ineen blijkbaar steeds groter justice and lying and Ook rond het klimaatvraagwordend deel van de wetengreed. If people all over stuk, dat nu al enkele decenschappers als normaal of the world... would do nia duurt, blijven bewijzen acceptabel wordt bevonden. this, it would change opstapelen dat beide kampen, Zo blijkt althans uit het in EOS the earth." zowel de harde 'believers' als gepubliceerde artikel. Waarin 'non-believers' gegevens veracht procent van de medische William Faulkner zwijgen en / of manipuleren. onderzoekers in België toe geeft gegevens te verzinnen of Ook zien we alsmaar meer dat te 'masseren' om een hypopersberichten vaak klakkeloos worden overgethese te doen kloppen. En bijna de helft zulke nomen. Zonder de inhoud of bron na te zien. frauduleuze praktijken om zich heen ziet Waardoor foutieve gegevens vrij verspreid gebeuren. Naast frauderen blijkt plagiaat worden. Met alle gevolgen vandien. Erger nog trouwens ook gewoon ingeburgerd te zijn. En is dat, wanneer een bewezen fout wordt aanlaat tot 26% van de onderzoekers data, gekaart, de media hierop vaak niet reageert. verkregen bij observaties, gewoon weg omdat En wanneer ze dat wel doen meestal bits en ze volgens hun intuïtie niet juist zouden zijn. geërgerd zijn. En we ons afvragen wat we Daar bovenop ziet 20% van de collega's eigenlijk nog mogen geloven. Zelfs in wetengebrekkige data door de vingers en voegt 69% schappelijke bladen... co-auteurs toe die zelfs geen enkele bijdrage
Inhoudelijk 04 - Voyager 1 lijkt bijna het zonnestelsel te verlaten... 06 - Verslag : Space Night III. 09 - Kortnieuws - Sterrenkunde. 10 - Klimatologische gevolgen. 11 - Drie nieuwe bewoners voor het ISS. 12 - Rubriek - European Southern Observatory (ESO). 15 - Rubriek - Nieuw in de boekenkast - Higgs. 16 - Rubriek - Astrofoto van de maand. 19 - Kortnieuws - Sterrenkunde. 20 - Rubriek - Lancering in de kijker - Amerika lanceert ... 22 - ALMA luidt nieuw tijdperk van ontdekkingen in 24 - Serie - Inleiding in de astronomie (deel 2). 29 - Kortnieuws - Ruimtevaart. 30 - Rubriek - Gadget(s) v/d maand. 31 - Rubriek - Lanceeroverzicht van de maand. 32 - Verslag : Central European Deepsky Imaging Conference. 34 - Rubriek - Woord van de maand - George Lecointe. 37 - Zonnecyclus update : komt er een tweede piek ? 39 - Kortnieuws - Klimatologie. 40 - Rubriek - Space History - Eugene Shoemaker. 42 - Schooltelescoop KTA Brugge Vlaanderens mooiste. 44 - Rubriek - European Space Agency (ESA). 47 - Astronomen ontdekken gigantisch sterrenstelsel. 49 - Kortnieuws - Sterrenkunde. 50 - Massa extincties en (buiten)aards leven. 53 - ESA's Planck satelliet bevestigd standaardmodel. 54 - Belgische bedrijven gaan meewerken aan Zwitserse ruimtependel. 56 - Rubriek - Het AEG nieuws. 59 - Kortnieuws - Sterrenkunde. 60 - Rubriek - Hemelkalender. 65 - Geen sex in de ruimte ? 66 - Rubriek - APOD - Komeet PanSTARRS. 69 - Kortnieuws - Ruimtevaart. 70 - Rubriek - Sateria onder de sterren. 72 - Rubriek - Kennislink - Opgelost : Kosmische straling komt uit ...
Patrick Jaecques Stijn Vanderheiden Div. / Redactioneel IPS / Red. Kris Christiaens ESO / Rodrigo Alvarez Redactioneel Koen van Gorp Div. /Redactioneel Kris Christiaens ESO AndrĂŠ van der Hoeven Div. /Redactioneel Patrick Jaecques Kris Christiaens Andre van der Hoeven Dirk Devlies Tim De Blank Redactioneel Redactioneel Jean-Pierre Grootaerd Redactioneel ASTRON Div. / Redactioneel Erwin Louagie ESA / Red. Kris Christiaens Redactioneel Marc van der Sluys Redactioneel Daily Mail / Red. Rolf Jansen Div. / Redactioneel Filip Feys Roel van der Heijden
Informatief Dit digitale magazine, beschikbaar als PDF en Flash bestand, is een non-profit product van de Astro Event Group vzw uit Oostende en heeft tot doel sterrenkunde, klimatologie en ruimtevaart te promoten bij een zo breed mogelijk publiek. De redactie bestaat uit: Patrick Jaecques (hoofdredacteur en grafisch vormgever), Hendrik De Rycke, Kris Christiaens, Sander Vancanneyt en Joeri De Ro. De vaste rubrieken worden onderhouden door Dirk Devlies, Kris Christiaens, Marc van der Sluys, Filip Feys en Rolf Jansen. Zin om ook een artikel te schrijven en / of rubriek te onderhouden. Contacteer ons dan via redactie@aegvzw.be.
Er is een samenwerkingsverband met diverse websites. Dankzij de steun van de diverse auteurs, de leden en natuurlijk de diverse sponsoren kunnen we deze digitale publicatie gratis verspreiden. Deze digitale publicatie is volledig ontworpen met gratis open-source en / of freeware software zijnde Scribus, Gimp, Foxit Reader, Ink-scape en Paint.net. De 'deadline' ligt steeds vast op de 25e van de maand !
De Astro Event Group vzw, kortweg AEG, is een non-profit sterrenkundige vereniging voor volwassenen uit Oostende die geĂŻnteresseerd zijn in sterrenkunde, klimatologie en / of ruimtevaart. Iedereen met passie voor deze boeiende wetenschappelijke takken is er van harte welkom. Van absolute beginner tot ervaren amateursterrenkundige en dit voor een boeiende, leerrijke en vooral gezellige beleving van z'n hobby. Ook wie niet in de ruime omgeving van Oostende woont heeft baat om lid te worden. Want de vereniging staat ook in voor een resem andere realisaties. Van de diverse boeiende websites, tentoonstellingen, voordrachten, uitstappen, de jaarlijkse StarNights en Space Night evenementen tot dit uitvoerige magazine. Kortom, steun onze vereniging en stort vandaag nog 15,00 euro (of meer) op rekening nummer IBAN: BE84 9730 0675 3759 / BIC: ARSPBE22 met vermelding van "lidgeld" alsook uw naam, adres en e-mail. Wij danken u alvast voor uw steun !
Guidestar | 04-2013
De Astro Event Group vzw, noch enige andere persoon die in zijn naam optreedt, is verantwoordelijk voor het gebruik dat zou kunnen worden gemaakt van de informatie in deze digitale publicatie of voor eventuele fouten die er, ondanks de uiterste zorg bij de voorbereiding van de teksten, nog in zouden staan. Tevens heeft de redactie alle nodige moeite gedaan om te
voldoen aan de wettelijke voorschriften inzake auteursrechten en om contact op te nemen met de rechthebbenden. Elke persoon die benadeeld meent te zijn en zijn rechten wil laten gelden wordt verzocht zich bekend te maken. De redactie heeft het recht ingezonden artikels en / of rubrieken te weigeren die niet relevant en / of discriminerend zijn tegen een individu, groep of organisatie. Ook zaken die indruisen tegen de doelstellingen van de vereniging kunnen verwijderd worden. De redactie, onder leiding van de hoofdredacteur, heeft hierbij steeds het laatste woord !
Foto - Op deze foto zie je sterrenstelsel NGC 4535, in het sterrenbeeld Virgo (Maagd), met een prachtige achtergrond vol vaag zichtbare verafgelegen sterrenstelsels. Door de cirkelvorm is te zien dat we er vrijwel recht bovenop kijken. In het centrum van het sterrenstelsel is een duidelijke balkstructuur zichtbaar met stofbanden die een scherpe bocht maken vlak voordat ze aan het uiteinde van de balk afbuigen. De blauwe kleur van de spiraalarmen wijst op de aanwezigheid van een groot aantal hete jonge sterren. De oudere en koelere sterren geven het gebolde centrum een meer gele kleur. Bron: ESO.
003
Hoofdartikel Patrick Jaecques
Voyager 1 lijkt bijna het zonnestelsel te verlaten... Foto - De interstellaire ruimte is alle ruimte in een sterrenstelsel die niet bezet wordt door sterren en hun planetenstelsels. De materie en straling in de interstellaire ruimte wordt interstellair medium genoemd. Het enige door mensen gemaakte object dat wellicht de interstellaire ruimte heeft bereikt is de ruimtesonde Voyager 1. Bron: NASA.
In 1961 ontdekte de toen 25 jarige wiskundestudent Michael Minovicth, als jobstudent bij het Jet Propulsion Laboratory, dat de passage nabij het zwaartekrachtveld van een planeet dienst kon doen om een ruimtetuig zowel te vertragen als te versnellen. Wat de mogelijkheid bood om ruimtetuigen te sturen naar de buitenste regionen van het zonnestelsel. Zeker wanneer men gebruik zou gaan maken van het gigantische zwaartekrachtveld van de reuzenplaneet Jupiter. Eens deze stelling nauwkeuriger werd onderzocht bleek men al snel tot de conclussie te komen dat in 1977 de buitenplaneten Jupiter, Saturnus, Uranus en Neptunus in een zodanige configuratie aan de hemel stonden dat een gemeenschappelijk bezoek realistisch leek. Een configuratie dat zich overigens slechts om de 176 jaar voor doet.
Als postkaart moesten de sondes ooit in handen vallen van een buitenaardse beschaving. Uiteindelijk werden de beide Voyager sondes in '77 kort na elkaar gelanceerd door middel van een Titan III draagraket. En bereikten ze beiden, twee jaar later, de reuzeplaneet Jupiter waar ze elk zo'n drietal maanden lang tal van ontdekkingen deden. Zoals de zwavelvulkanen op de maan Io, het immense magneetveld van Jupiter en z'n intigerende wolkenformaties. Daarna zette beide sondes hun tocht voort tot aan Saturnus. Waar vele tientallen nieuwe maantjes werden ontdekt en Titan, de grootste van hen, wetenschappers deed verbazen over de dichtheid en samenstelling van z'n atmosfeer. De indrukwekkende pracht van de complexe ringenstructuur van Saturnus was vanzelfsprekend de kers op de taart.
Guidestar | 04-2013
Na het bezoek aan Saturnus door beide sondes vloog Voyager 2 door tot Uranus ('86) en Neptunus ('89) terwijl Voyager 1 zich steeds verder af bewoog van het eclipticavlak in de noordelijke richting. Waar deze, in '90, op zo'n zes miljard kilometer afstand de allereerste composietfoto maakte van het gehele zonnestelsel. Een foto waarop slechts zes planeten te zien zijn daar de binnenplaneten Mercurius en Venus te klein en te veraf stonden om opgemerkt te worden. Zelfs de Aarde staat er slechts op als kleine blauwkleurige pixel.
004
Een buitenkans die men meteen greep en de Pioneer 11 sonde naar Jupiter alsook de Pioneer 12 sonde naar Saturnus lanceerde. En met succes. Zo was de Pioneer 10 sonde de eerste die zich doorheen de toen nog zo goed als onbekende astero誰dengordel vloog en als eerste sonde, op 3 december 1973, de planeet Jupiter bezocht. En waarbij de Pioneer 11 sonde, op 1 september 1979, als eerste sonde de planeet Saturnus bezocht. Toch bleken beide sondes al snel te verdwijnen uit het collectieve geheugen. En herinnert men zich vooral de twee daarop volgende Voyager sondes. Dit is vooral te wijten aan Prof. Dr. Carl Sagan die midden jaren '70 bijzonder populair werd dankzij z'n gedrevenheid waarmee hij sterrenkunde en ruimtevaart bekender maakte bij het brede publiek. Via talloze boeken en natuurlijk het indrukwekkende ' Cosmos ' televisieprogramma. Daarnaast was hij betrokken bij het ontwerp van van zowel de Pioneer, Viking, Mariner en Voyager sondes en introduceerde hij de bekende gouden plaat met daarop tal van gegevens, foto's en geluidsfragmenten.
Op 12 augustus '06 overschreed Voyager 1 de grens van 100 AE of Astronomische Eenheden. En werd bekendgemaakt dat de sonde zich in de grens tussen het zonnestelsel en de interstellaire ruimte zou bevinden. Wat in '10 werd bevestigd door het aantonen van het stagnatiegebied. Een zone waarin de zonnewind terugloopt tot nul en het aantal elektronen dat van buiten het zonnestelsel komt toe neemt met een factor 100. In '13 kwam men uiteindelijk tot de conclusie dat Voyager 1 vermoedelijk in augustus '12 het zonnestelsel had verlaten. Als eerste sonde in onze geschiedenis. En toch blijft er twijfel bestaan. Want recentelijk heeft de sonde opnieuw deeltjes opgevangen die van de Zon zouden komen. En heeft men meer en meer twijfels als zou de zone tussen de invloedsfeer van de Zon en de interstellaire ruimte vast liggen te staan. En er mogelijks een nog niet nader genoemde regio daartussen zou bestaan. Concreet gezien heeft de NASA uiteindelijk beslist dat de Voyager 1 zich dan toch nog niet in de interstellaire ruimte zou bevinden. Maar dit ook zeer moeilijk valt te staven daar dit de enige sonde is die ons gegevens van deze regio kan leveren en daarenboven al bijna de pensioenleeftijd heeft bereikt. En het op deze leeftijd eigenlijk allemaal niet zo veel meer uit maakt...
Guidestar | 04-2013
005
Artikel
Verslag : Space Night III Stijn Vanderheiden
De derde editie van ons Space Night evenement kondigde zich aan als een ‘Belgium in Space’-avond. De drie lezingen brachten een mooi beeld van wat België zoal presteert in de ruimtevaartsector. De Astro Event Group vzw (AEG) had mooie namen kunnen strikken voor het evenement. Zo kwam Jo Bermyn van QinetiQ Space spreken over de Proba V en andere projecten binnen QinetiQ. Johan Stessens van het VITO (het Vlaams Instituut voor Technologische Ontwikkeling) kwam toelichten hoe het VITO meewerkt aan aardobservatietoepassingen binnen de (Europese) ruimtevaartprogramma’s. Kris Capelle is dan weer Lead Mission Director bij de ESA (Europees Ruimtevaartagentschap) voor de ATV’s. Hij kwam ons zowaar vertellen dat er binnenkort een Belgische ATV zal worden gelanceerd. Niet alleen door de gastsprekers beloofde het een boeiende avond te worden. Dankzij de ESA, VITO en QinetiQ Space konden we de bezoekers ook mooie zaken aanbieden. Zo stond er een model opgesteld op ware grootte van de te lanceren Proba V en hadden VITO en ESA heel wat promotiemateriaal geleverd zoals posters, infobrochures, dvd’s, … Foto - Alex z'n zelfbouw telescoop kon op heel wat aandacht rekenen door zowel de eigen leden als de bezoekers. Het is dan ook een fraai staaltje zelfbouw. Bron: AEG.
Guidestar | 04-2013
Meer informatie : www.kijkerbouw.be
006
Vanaf 17u45 kwamen de eerste geïnteresseerden de zaal binnen. Naast de Proba V, had de organisatie ook nog een zelfbouwtelescoop opgesteld (gemaakt door Alex, een AEG-lid, binnen de werkgroep Kijkerbouw van de volkssterrenwacht Armand Pien en AEG vzw) en had de Eurekashop een promohoek ingericht.
Om 18u40 staken we van wal met Jo Bermyn. Als Marketing Director bij QinetiQ Space was hij nauw betrokken bij de bouw van de drie Proba-satellieten. Hij schetste de werking bij QinetiQ en de know-how die daar werd opgebouwd in het samenstellen van kleine satellieten. Deze kennis wordt door grote ruimtevaartspelers als de ESA erkent en zorgt ervoor dat het bedrijf steeds nieuwe opdrachten krijgt voor het bouwen van kleine satellieten.
De laatste opdracht was de bouw van de Proba V. Deze satelliet is een ‘gap-filler’. Tussen twee grote ESA-missies met de SPOTsatellieten zou er enkele jaren geen data verzameld worden met een Vegetationinstrument. Dankzij de technologische ontwikkeling kan op relatief korte termijn een kleine satelliet ontwikkeld worden met een dergelijk instrument. Deze satelliet moet nu dezelfde gegevens aanleveren zoals de Spot4 met het Vegetation-instrument tot een nieuwe grote satelliet het werk opnieuw opneemt. Het Vegetation-instrument op de SPOT 4 was zo groot en zo zwaar als de volledige Proba V nu. Proba V wordt in april vanop Kourou gelanceerd. De vorige Proba-satellieten werden in India (Proba 1) en Rusland (Proba 2) gelanceerd. Jo Bermyn kon zo de verschillende omstandigheden en werking vergelijken tussen Russische, Indiaase en Europese lanceercampagnes.
Op het eind eind keek Jo Bermyn nog naar de toekomst. Een volgend project is de Proba 4, een testvlucht voor formatievliegen met twee satellieten. Het project wordt nu voorbereid, maar heeft nog geen goedkeuring gekregen om uitgevoerd te worden. Wij duimen alvast mee met QinectiQ Space. Johan Stessens van het VITO kwam ons uitleggen hoe dit Vlaamse onderzoeksinstituut werkt met aardobser-vatiegegevens en hoe het VITO de gegevens ontvangt, verwerkt en doorspeelt aan andere partners. Het VITO bouwde ook toepassingen voor deze gegevens, onder meer in de landbouwsector. Zo wordt met tijdsreeksen van het Vegetationinstrument van de SPOT 4 (en later de Proba V) gekeken naar de landbouwopbrengst en worden abnormale waarden in de groei van de landbouwteelten opgevolgd. Zo kunnen overheden hun landbouwers gaan inlichten over het gebruik van extra middelen om de groei te gaan bevorderen (bij abnormale droogte of veel neerslag) of kan vanuit de (landbouw )verzekeringssector hier mee gewerkt worden om landbouwers met slechte oogsten te vergoeden.
Na de pauze stelde Kris Christiaens een nieuw e-boek voor. Het ruimtevaartjaaroverzicht voor 2012 kan perfect dienen als naslagwerk. In het ruimtevaartjaaroverzicht werd een maandelijks overzicht van alle lanceringen opgenomen, met daarnaast ook info over alle bemande ruimtemissies en ruimtewandelingen. Het document wordt gestoffeerd met tientallen spectaculaire foto’s. Een dergelijk overzicht werd nog niet opgemaakt in de lage landen. Het e-boek is te downloaden van onze website www.spacepage.be. Kris Capelle van kwam speciaal uit Toulouse overgevlogen voor een toelichting van de ATV. Het ‘Automated Transfer Vehicle’ van de ESA. De ATV is het grootste ruimtetuig dat momenteel het internationaal ruimtestation ISS kan bevoorraden. De ESA heeft deze ATV ontwikkeld om kennis op te doen voor latere bemande ruimtevluchten richting de maan of Mars. Kris Capelle gaf uitleg over de tocht van de ATV naar het ISS, de procedure voor het aankoppelen (dat automatisch kan gebeuren)
en ook over de functies die de ATV vervult als deze gekoppeld is aan het ISS. Zo brengt een ATV veel voedsel, water, lucht (zuurstof), brandstof en wetenschappelijk materiaal naar het ISS. Eenmaal aangekoppeld zorgt een ATV ook voor bijkomende ‘sturing’ voor het ISS. Zo kan de ATV het ISS hoger brengen boven de aarde of het ISS verplaatsen wanneer er een kans is op een botsing met ruimtepuin. Na een zestal maand wordt het de ATV vol afval gestouwd en afgekoppeld. Daarna brandt deze bijna volledig op in de atmosfeer. Enkel de grootste stukken (van de motor) komen in de Stille Zuidzee terecht.
Momenteel worden de voorbereidingen getroffen om de 4e ATV te lanceren. Deze ATV werd ‘Albert Einstein’ gedoopt. Elke ATV werd genoemd door een lidstaat van de ESA met een grote budgetaire inbreng. Zo hebben Frankrijk (Jules Verne), Duitsland (Johannes Kepler) en Italië (Edoardo Almadi) reeds een naam kunnen kiezen. Zwitserland koos voor ‘Albert Einstein’ en de voorlopig laatste ATV werd door België gedoopt als ‘George Lemaître’, de Belgische geestelijke en natuurkundige die voor het eerst de theorie van de oerknal opperde. De lancering van de Belgische ATV wordt voorzien in april 2014. Daarna eindigt het ATV programma bij de ESA. Voorlopig wordt bij de Europese ruimtevaartorganisatie niet verder gewerkt aan een vrachtcapsule. Zo zal het ISS binnenkort alleen nog door de Russische Soyuz- en Progress-capsules en private Amerikaanse capsules bevoorraad worden. Ruimtevaarders zijn sinds het pensioen van de Space Shuttle aangewezen op de Soyuz.
Foto - ATV vluchtleider Kris Capelle zorgde voor een uitstekende voordracht over de lancering, koppeling en uiteindelijke opbranding van ESA's indrukwekkende ATV ruimtetuig. Met heel wat boeiend beelden videomateriaal. Tot groot genoegen van de aanwezigen. Die tevens met heel wat vragen zaten. Bron: AEG. Meer informatie : www.esa.int
Guidestar | 04-2013 007
De planeet Venus vertoont af en toe een soort 'gasstaart', vergelijkbaar met de staart van een komeet. Dat blijkt uit waarnemingen van de Europese planeetverkenner Venus Express in de zomer van 2010. De resultaten zijn vandaag bekendgemaakt. Venus heeft geen magnetisch veld zoals de aarde. De beweging van elektrisch geladen deeltjes in de zogeheten ionosfeer van de planeet wordt dan ook vrijwel volledig bepaald door de wisselwerking met de eveneens elektrisch geladen zonnewind - een continue stroom van geladen deeltjes van de zon. In augustus 2010 nam de Amerikaanse ruimtesonde Stereo-B een sterke afname in de zonnewind waar: gedurende 18 uur was die ongeveer vijftig maal minder krachtig dan normaal. Metingen van Venus Express hebben nu laten zien dat de ionosfeer van de planeet tijdens die periode sterk opzwelde, vooral aan de nachtzijde van de planeet. Zo ontstond een langgerekte 'staart' van elektrisch geladen deeltjes, enigszins vergelijkbaar met de gasstaart van een komeet. Bron: GS / 01-03-2013. Wetenschappers zijn bijna zover dat ze kunnen concluderen dat het deeltje dat vorig jaar werd gevonden met de deeltjesversneller van het Europese onderzoekscentrum CERN in Genève daadwerkelijk het illustere Higgs-boson is. Dat hebben de wetenschappers woensdag gezegd op een persconferentie in de Italiaanse Alpen, waar de vorderingen van het onderzoek werden toegelicht. Het Higgs-boson is zo belangrijk, dat het ook wel het God-deeltje wordt genoemd. Massa beïnvloedt hoe deeltjes zich gedragen. Higgs-bosonen bepalen dus uiteindelijk wat wij om ons heen zien, van de kleinste levende wezens tot de grootste sterrenstelsels. Vorig jaar juli maakten wetenschappers bekend dat ze met behulp van de deeltjesversneller, de Large Hadron Collider, een deeltje hadden aangetroffen dat erg leek op het Higgs-deeltje. Sindsdien is de wetenschap op zoek naar de bevestiging van de vondst. Het deeltje is vernoemd naar de Britse natuurkundige Peter Higgs, die in 1964 met de theorie kwam dat een dergelijk deeltje moet bestaan. Bron: Novum / 06-03-2013. Astronomen hebben vermoedelijk een nog niet volgroeide planeet ontdekt. Dat staat in het wetenschappelijk tijdschrift Astrophysical Journal. De planeet verzamelt nog materiaal van zijn moederster. Als de ontdekking klopt, is het voor het eerst dat een planeet wordt ontdekt die nog niet compleet is. Dankzij de ontdekking kunnen wetenschappers beter begrijpen hoe een planeet zich vormt. Tot dusver konden daar alleen computerberekeningen over worden gedaan. De babyplaneet staat 335 lichtjaar ver bij de aarde vandaan en is ongeveer zo groot als Jupiter. De planeet draait rond in het zonnestelsel van HD 100546, een nog jonge ster in het sterrenbeeld Vlieg. Bron: ANP / 03-03-2013. Amerikaanse wetenschappers hebben berekend dat er een minieme kans is dat de planetoïde Apophis in 2068 in botsing komt met de aarde. De 325 meter brede planetoïde die in 2029 en 2036 vlak langs de aarde zal scheren, kan onze planeet in theorie in 2068 wel raken. De kans daarop is ongeveer 2,3 op een miljoen. Dat meldt de Italiaanse astronoom Davide Farnocchia in een nieuwe studie. Pas bij een kans die kleiner is dan 1 op een miljoen, kan een inslag volgens astronomen helemaal worden uitgesloten. De nieuwe kansberekening is gebaseerd op een analyse van zogenaamde sleutelgaten, oftewel 'keyholes'. Dat zijn
gebieden in de ruimte waarbinnen de zwaartekracht van een nabijgelegen planeet de baan langs de aarde van een object (zoals een planetoïde) kan veranderen. In de mogelijke baan van Apophis bevinden zich twaalf van deze sleutelgaten. Tot nu toe werd aangenomen dat een eventuele inslag van Apophis waarschijnlijker was in 2029 of 2036. Maar uit de nieuwe analyse blijkt dat de kans alleen in 2068 boven de 1 op een miljoen uitkomt. "Er is een 2 meter breed sleutelgat dat kan leiden tot een botsing met een kans van ongeveer 2,3 op een miljoen", verklaart hoofdonderzoeker Farnocchia. Bron: NU / 03-03-2013. Vier net ontdekte brieven van de natuurkundige Albert Einstein hebben op een Britse veiling omgerekend bijna 9.000 euro opgebracht. Dat is meer dan het dubbele dan waarop was gerekend. Dat schreef de Britse krant The Guardian. De brieven, die dateren van 1954, gingen naar drie verschillende bieders, een uit de Verenigde Staten en twee uit Groot-Brittannië. De Nobelprijswinnaar prijst in zijn brieven de socialistische filosoof Corliss Lamont, die werd belaagd vanwege zijn volgens senator Joseph McCarthy "on-Amerikaanse" uitspraken. Lamont had gezegd dat de VS in contact moesten blijven met de Sovjet-Unie. McCarthy voerde een kruistocht tegen communisten en vermeende linkse figuren in de jaren 50. Lamont verscheen voor de commissie van McCarthy en weigerde daar antwoord te geven op de vragen. In een van de geveilde brieven zei Einstein dat Lamont "het land een belangrijke dienst had bewezen". Bron: The Guardian / 03-03-2013. Een team Belgische wetenschappers dat werkzaam was op de Princess Elisabeth-basis, heeft een meteoriet van 18 kilogram ontdekt. Het gevaarte zat ingebed in de ijskap van de Zuidpool. Volgens de International Polar Foundation gaat het om de grootste meteoriet gevonden in de regio sinds 1988. De vondst werd gedaan door vijf wetenschappers van de ULB en VUB, de Franstalige en Nederlandstalige vrije universiteiten van Brussel. De vijf, die inmiddels weergekeerd zijn, maken deel uit van het Samba-project, de Belgische bijdrage tot het verzamelingsproject van Antarctische meteorieten onder leiding van de VS en Japan. Het team zocht meteorieten op het Nansen Ice Field. Op 28 januari vonden ze de 18 kilogram zware chondriet, een type meteoriet. Alles samen vonden ze 425 meteorieten met een totaal gewicht van 75 kg. De expeditie duurde 40 dagen en vond plaats op 2.900 meter hoogte, 140 kilometer ten zuiden van de Belgische poolbasis. "Deze meteoriet was een zeer onverwachte vondst voor ons, niet alleen omwille van zijn gewicht maar ook omdat we normaal niet zo'n grote meteorieten vinden op Antarctica", zegt ULB-geoloog en teamleider Vincent Debaille in een persbericht. "Dit is de grootste meteoriet die in 25 jaar gevonden is in oostelijk Antarctica." De chondriet is momenteel in Japan voor onderzoek, waar hij aan een speciaal ontdooiingsproces onderworpen wordt. Dat moet ervoor zorgen dat er geen water in het gesteente dringt. "In de toekomst" wordt de steenklomp naar België gebracht. Bron: Belga / 03-03-2013.
Meer up-to-date nieuws : www.spacepage.be
"Vier jaar ononderbroken waarnemingen met de Kepler satelliet – Een goudmijn voor onderzoek naar exoplaneten, dubbelsterren en astero-seismologie " door gastspreker Steven Bloemen (KULeuven). Info: NASA's Kepler satelliet speurt al sinds begin 2009 naar planeten rond verre sterren. Kepler meet hiervoor quasi continu de helderheid van ongeveer 150.000 sterren. Intussen zijn meer dan 2000 kandidaatplaneten geïdentificeerd, waaronder onverwachte exemplaren zoals planeten rond dubbelsterren. We bekijken enkele belangrijke ontdekkingen en bespreken de implicaties van het Kepler-onderzoek op ons inzicht in het aantal planeten dat er in onze Melkweg voorkomt.
Datum - Vrijdag 5 april 2013. 20.30 uur t/m 22.30 uur. Toegang: GRATIS. Locatie - Forum zaal in de Openbare Bibliotheek Kris Lambert. Wellingtonstraat 7 te 8400 Oostende.
Guidestar | 04-2013
Voordracht : Vier jaar ononderbroken waarnemingen met de Kepler satelliet door S. Bloemen
009
Artikel
Klimatologische gevolgen IPS / Redactioneel
Hoge militairen, veiligheidsmensen en Congresleden in de Verenigde Staten maken zich zorgen over de gevolgen van de klimaatverandering voor de veiligheid. In een open brief roepen ze de politiek op tot actie. De klimaatverandering kan onder meer leiden tot gedwongen migratie, ontheemding en gevaren voor de voedselproductie, schrijven ze. "Veel mensen zijn gefrustreerd omdat de politiek kennelijk geen antwoord heeft op de klimaatverandering. Het staat niet op de agenda", zegt Lee Hamilton, voormalig Congreslid en oprichter van Partnership for a Secure America (PSA), die het initiatief nam door de brief.
vier "megatrends" die de wereld komende twintig jaar gaan bepalen.
in
de
Andere megatrends waren grotere macht en welvaart voor het individu, groeiende politieke en economische macht van de ontwikkelingslanden en dramatische veranderingen in demografische patronen, zoals snelle verstedelijking.
De ondertekenaars zijn zowel Republikeinen als Democraten, onder wie twee voormalige ministers van Buitenlandse Zaken (George Schultz en Madeleine Albright), een voormalige directeur van de inlichtingendienst (R. James Woolsey) en zeven generaals.
Guidestar | 04-2013
In het rapport werd benadrukt dat het klimaat grote invloed zal krijgen op de voedselproductie en de wereldwijd groeiende vraag naar voedsel, water en energie. Een wereldwijd groeiende middenklasse zorgt nog voor een versnelling van de consumptie.
010
Foto - De toename van de sneeuwval in gans de noordelijke hemisfeer kan gemakkelijk vergeleken worden met versnelling van het afsmelten van de noordpool. Bron: IPCC.
"Zelfs als je sceptisch bent over sommige onderdelen van de klimaatverandering, moet je constateren dat de combinatie van bevolkingsgroei en toename van de consumptie zal leiden tot een aantal veiligheidsproblemen", zegt Woolsey. Hij doelt daarmee op "miljoenen hongerige en dorstige buren in het Zuiden." Als er geen actie ondernomen wordt, kan de klimaatverandering leiden tot massamigratie, conflicten veroorzaken en uitmonden in een meer onvoorspelbare wereld, waarschuwt de brief. De veiligheidsaspecten van de klimaatverandering kregen in december al veel aandacht, toen een rapport van de Nationale Veiligheidsraad (NIC) uitkwam. Klimaatverandering werd daarin genoemd als één van de
Al deze dingen worden beïnvloed door verstoorde weerpatronen als gevolg van de wereldwijde klimaatverandering. Wetenschappers voorspellen dat natte gebieden nog natter zullen worden, en dat droge regio's droger zullen worden. Afname van neerslag zal vooral plaatsvinden in het Midden-Oosten en Noord-Afrika, en ook in Centraal-Azië, ZuidEuropa, zuidelijk Afrika en het zuidwesten van de Verenigde Staten. "We zullen meer bewijs zien van de klimaatverandering dan alleen maar hogere temperaturen", zegt Jack Goldstone, hoogleraar openbaar beleid aan George Mason University. "Als er meer thermische energie in het klimaatsysteem komt, zullen er meer extreme gebeurtenissen zoals ongewone sneeuwval, overstromingen in Thailand en Pakistan en branden bij Moskou plaatsvinden. Het is vreemd om te zien dat dingen die vroeger eens in de honderd jaar gebeurden, nu elke vijf jaar plaatsvinden."
Artikel
D r ie n ie u w e b e w on e r s v oor h e t I S S
De meer dan zeven ton zware Sojoez TMA08M ruimtecapsule vertrok om 21u43 Belgische tijd vanop de Bajkonoer lanceerbasis en werd in de ruimte gebracht door middel van een bijhorende Sojoez draagraket. Zoals steeds werd het ruimtetuig negen minuten na de start van de lancering uitgezet in een lage baan om de Aarde. Uiteindelijk koppelde de Sojoez TMA-08M zich al om 03u28 Belgische tijd vast aan de Poisk module van het internationale ruimtestation ISS toen beide tuigen met een snelheid van ongeveer 28 000 kilometer per uur boven de kust van Peru vlogen. Enkele uren later werden de toegangsluiken tussen de Sojoez en het ISS geopend waarna de drie ruimtevaarders verwelkomd werden door de huidige ISSbewoners.
Nu de drie ruimtevaarders zich aan boord van het internationale ruimtestation ISS bevinden, gaan zij er deel uitmaken van de Expedition 35 crew. Samen met de huidige ISS-bewoners Chris Hadfield, Roman Romanenko en Tom Marshburn zullen zij de volgende maanden tal van wetenschappelijke experimenten uitvoeren en verschillende bevoorradingstuigen ontvangen. Daarnaast staan er ook zes ruimtewandelingen op het programma. Alles samen zullen Vinogradov, Misurkin en Cassidy zes maanden lang leven en werken aan boord van het ISS.
Deze lancering naar het ISS was uniek en historisch ten opzichte van alle andere Sojoez lanceringen aangezien het ruimtetuig zich al na 5 uur en 45 minuten vasthechtte aan het Russische gedeelte van het internationale ruimtetstation ISS. In het verleden duurde de vlucht van een Sojoez ruimtetuig naar het ISS steeds twee dagen. Ook de Amerikaanse Space Shuttles deden er steeds twee dagen over om het ISS te bereiken. Gedurende de voorgaande reizen van Sojoez ruimtetuigen naar het ISS werd de baan van het ruimtetuig geleidelijk opgetrokken aangezien het ISS in een baan om de Aarde draait op een hoogte van ongeveer 400 kilometer.
De nieuwe, verkorte reis naar het ruimtestation duurt nu vier omwentelingen om de Aarde en is voor de ruimtevaarders aan boord van de Sojoez veel aangenamer aangezien zij geen twee dagen moeten leven in een piepkleine ruimte. Ook voor het Russische vluchtleidingscentrum biedt een korte reis naar het ISS meer voordelen aangezien er veel minder vluchtleiders nodig zijn en men op die manier kosten kan besparen. Tijdens de eerste 90 minuten na de lancering moet de Sojoez wel enkele cruciale baanmanoeuvres uitvoeren zodat het bemande ruimtetuig het ISS snel kan inhalen. Om een snellere bemande reis naar naar het ISS mogelijk te maken, heeft Rusland dit eerst enkele malen getest met onbemande Progress ruimtetuigen.
Foto - De nieuwe ' crew ' die de komende zes maanden zal leven in het internationale ruimtestation ISS. Bron: NASA / Roscosmos. Meer informatie : www.roscosmos.ru
Guidestar | 04-2013
Aan boord van het Sojoez TMA-08M bevonden zich de twee Russische kosmonauten Pavel Vinogradov en Alexander Misurkin en de Amerikaanse astronaut Christopher Cassidy. Voor Pavel Vinogradov is dit al zijn derde ruimtereis. In 1997 vloog Vinogradov naar het Mir ruimtestation waar hij 195 dagen in leefde en werkte. Pavel Vinogradov ging vervolgens in maart 2006 een tweede maal de ruimte in en verbleef toen 180 dagen aan boord van het internationale ruimtestation ISS. Voor de tweede Russische kosmonaut aan boord van de Sojoez TMA08M, Alexander Misurkin, is dit zijn eerste ruimtevlucht nadat hij in 2006 geselecteerd werd als kosmonaut. De Amerikaanse ruimtevaarder en gewezen lid van de Navy SEAL’s Christopher Cassidy werd in 2004 door NASA geselecteerd als astronaut en ging in 2009 een eerste maal de ruimte in aan boord van de Space Shuttle Endeavour. Tijdens deze missie bracht het ruimteveer een bezoek aan het ISS en voerde Christopher Cassidy drie ruimtewandelingen uit.
Korte reis naar ISS
Kris Christiaens
Op donderdag 28 maart 2013 zijn drie ruimtevaarders, vanop de Bajkonoer lanceerbasis in Kazachstan, vertrokken voor een historische reis naar het internationale ruimtestation ISS. Dit was de eerste maal in de geschiedenis van het ISS dat een bemand Sojoez ruimtetuig in minder dan zes uur naar het ruimtestation vloog en er zich vervolgens aan vasthechtte.
011
Rubriek - European Southern Observatory Rodrigo Alvarez
D e g e b oor t e v a n e e n r e u z e n p
Info - De Europese Zuidelijke Sterrenwacht is een Europese organisatie die zich bezighoudt met astronomisch onderzoek. Het hoofdkantoor is gevestigd in Garching, nabij München. De ESO beheert twee sterrenwachten in Chili, een op La Silla, ten oosten van La Serena, de ander op Paranal, ten zuiden van Antofagasta. Op Paranal bevindt zich de Very Large Telescope (VLT). Op dit moment wordt een derde faciliteit gebouwd op de hoogvlakte van Chajnantor, op 5000 m hoogte, in de buurt van San Pedro de Atacama, waar de Atacama Large Millimeter Array (ALMA) zal verrijzen. Meer informatie :
Guidestar | 04-2013
eson-belgium@eso.org
012
Waarschijnlijk hebben astronomen met ESO’s Very Large Telescope voor het eerst een planeet-in-wording waargenomen die nog in een dikke schijf van gas en stof genesteld zit. Indien bevestigd, zal deze ontdekking onze kennis van de vorming van planeten sterk doen toenemen en astronomen in staat stellen om de huidige theorieën aan een waarneembaar object te toetsen. Een internationaal team onder leiding van Sascha Quanz (ETH Zürich, Zwitserland) heeft onderzoek gedaan aan de schijf van gas en stof rond de jonge ster HD 100546, een relatief nabije ster op 335 lichtjaar van de aarde. Tot hun verrassing ontdekten de astronomen daarbij iets wat op een planeetin-wording lijkt. De kandidaat-planeet, die nog ingebed is in de materieschijf rond de jonge ster, zou een gasplaneet van het kaliber Jupiter zijn. 'Tot nu toe is planeetvorming een vraagstuk dat vooral met computersimulaties wordt aangepakt,' zegt Quanz. 'Als onze ontdekking inderdaad een planeet-in-wording is, zullen wetenschappers voor het eerst in de gelegenheid zijn om het planeetvormingsproces, en de interactie tussen een planeet-inwording en zijn kraamkamer in een zeer vroeg stadium te onderzoeken.' HD 100546 is een veelvuldig onderzochte ster. Eerder waren al aanwijzingen gevonden dat er een gasplaneet omheen cirkelt op een afstand die zes keer zo groot is als de afstand zonaarde. De nu ontdekte kandidaat-planeet bevindt zich in het buitengebied van het stelsel, op een afstand die ruim tien keer zo groot is [1]. De detectie van de kandidaat-planeet – een zwak vlekje in de circumstellaire schijf van HD 100546 – is te danken aan het NACOinstrument van ESO's VLT en geavanceerde data-analysetechnieken. De waarnemingen zijn gedaan met behulp van NACO's coronagraaf, die op nabij-infrarode golf-
lengten opereert en het felle licht dat van de ster afkomstig is op de plek van de mogelijke protoplaneet onderdrukt [2]. Volgens de huidige inzichten groeien gasplaneten aan door een deel van het gas en stof op te nemen dat na de vorming van een ster is overgebleven [3]. De astronomen hebben op de nieuwe opname van de schijf rond HD 100546 verschillende details ontdekt die de protoplaneet-hypothese ondersteunen. In de buurt van de gedetecteerde protoplaneet zijn structuren in de stofrijke circumstellaire schijf te zien, die het gevolg kunnen zijn van interacties tussen de planeet en de schijf. Ook zijn er aanwijzingen dat de omgeving van de protoplaneet is opgewarmd door het planeetvormingsproces. Adam Amara, een ander lid van het team, toont zich enthousiast over de ontdekking: 'Het exoplanetenonderzoek is een van de meest opwindende nieuwe onderzoeksterreinen in de astronomie, en het maken van directe opnamen van planeten profiteert sterk van recente verbeteringen van instrumenten en data-analysemethoden. Bij dit onderzoek hebben we data-analysetechnieken gebruikt die zijn ontwikkeld voor kosmologisch onderzoek, wat aantoont dat kruisbestuiving tussen verschillende onderzoeksterreinen tot opmerkelijke vooruitgang kan leiden.' Hoewel de protoplaneet de meest waarschijnlijke verklaring voor de waarnemingen is, vragen de resultaten van dit onderzoek om vervolgwaarnemingen die het bestaan van de planeet kunnen bevestigen en andere plausibele scenario's uitsluiten. Zo is het denkbaar (maar onwaarschijnlijk) dat het gedetecteerde signaal afkomstig is van een achtergrondobject. Het is ook mogelijk dat het recent ontdekte object geen protoplaneet is, maar een volledig ontwikkelde planeet die uit zijn oorspronkelijke omloopbaan, dichter bij de ster, is geslingerd. Maar wanneer het object bij HD 100546 inderdaad een planeet-inwording blijkt te zijn, wordt het een uniek
p la n e e t laboratorium voor het onderzoek van het planeetvormingsproces. Noten [1] De kandidaat-protoplaneet cirkelt om zijn ster op een afstand die ongeveer 70 keer zo groot is als de afstand zon-aarde. Deze afstand is vergelijkbaar met de straal van de omloopbanen van de verre dwergplaneten van ons zonnestelsel, zoals Eris en Makemake. Dat maakt zijn positie omstreden, omdat deze niet strookt met de bestaande theorieën over het planeetvormingsproces. Het is op dit moment onduidelijk of de kandidaat-planeet altijd deze positie heeft gehad of dat hij daar vanuit de binnenste regionen naartoe is gemigreerd. [2] Het team heeft gebruik gemaakt van een speciaal onderdeel dat een geapodiseerde faseplaat wordt genoemd. Deze wordt gebruikt om het contrast van de opname in de buurt van de ster te verbeteren. [3] Om het planeetvormingsproces te onderzoeken, kunnen astronomen niet naar het zonnestelsel kijken, omdat alle planeten in onze omgeving al meer dan vier miljard jaar
geleden zijn ontstaan. Toch werden de theorieën over planeetvorming vele jaren lang sterk beïnvloed door wat astronomen in onze omgeving konden zien – er waren nu eenmaal geen andere planeten bekend. Sinds in 1995 de eerste exoplaneet werd ontdekt, zijn honderden planetenstelsels opgespoord, wat wetenschappers nieuwe mogelijkheden biedt om de planeetvorming te bestuderen. Tot nu toe was echter geen enkele planeet-inwording 'op heterdaad betrapt' terwijl deze nog is ingebed in de schijf van materie rond zijn jonge moederster. Meer informatie
Foto - Deze artist's impression toont de vorming van een grote gasplaneet in de gordel van stof rond de jonge ster HD 10054. Dichter bij de ster bevindt zich waarschijnlijk nog een tweede 'gasreus'. De afstand van de pas ontdekte protoplaneet tot zijn ster is ongeveer zeventig keer zo groot als de afstand aarde-zon. De planeet-inwording is gehuld in een dichte wolk van materiaal die zijn ster bijna aan het zicht onttrekt. Bron: ESO / L. Calçada.
De resultaten van dit onderzoek zijn te vinden in het artikel 'A Young Protoplanet Candidate Embedded in the Circumstellar disc of HD 100546' van S. P. Quanz et al., dat op 28 februari 2013 online verschijnt in Astrophysical Journal Letters. Het onderzoeksteam bestaat uit Sascha P. Quanz (ETH Zürich, Zwitserland), Adam Amara (ETH), Michael R. Meyer (ETH), Matthew A. Kenworthy (Sterrewacht Leiden, Nederland), Markus Kasper (ESO, Garching, Duitsland) en Julien H. Girard (ESO, Santiago, Chili).
Guidestar | 04-2013
Foto - Deze afbeelding bestaat uit een foto van de Hubble-ruimtetelescoop van NASA en ESA (links) en een foto van het NACO-systeem van ESO's Very Large Telescope (rechts). De Hubble-opname toont de schijf van gas en stof rond de ster HD 100546 in zichtbaar licht; de nieuwe infraroodopname van de VLT toont een kandidaat-protoplaneet in de schijf. Beide opnamen zijn gemaakt met een speciale coronagraaf die het felle licht van de ster tempert. De positie van de ster is aangegeven met een rood kruisje; de oranje stip op de Hubble-foto geeft de positie van de protoplaneet aan. Bron: ESO / NASA / ESA / Ardila et al.
013
Rubriek
Nieuw in de boekenkast... Elke maand stellen wij u een digitaal of traditioneel klassiek papieren boek voor dat beslist uw aandacht verdiend zoals...
Door Jim Baggott Het relaas van de belangrijkste ontdekking van de 21ste eeuw. In 1964 al voorspelde onze landgenoot François Englert het bestaan van het higgspartikel. Toch duurde het nog bijna 50 jaar vooraleer het godsdeeltje daadwerkelijk werd gevonden. De 'ontdekking' ervan op 4 juli 2012 was wereldwijd voorpaginanieuws. Maar wat is het higgspartikel, cruciaal voor het standaardmodel van de deeltjesfysica, eigenlijk? Wat zegt dit minuscule deeltje ons over het universum? En waarom was het belangrijk genoeg om er een eeuw lang, met man en macht (en onnoemlijk veel budget) naar te zoeken? Wetenschapsjournalist Jim Baggott gaat op zoek naar het verhaal achter de ontdekking. Taal / pagina's : ..................... Nederlands / 248 ISBN / prijs : ...... 9789081988704 / 24,99 euro
Info - Zin om een door ons aangeleverd sterrenkundig en / of ruimtevaartgericht boek te lezen en kort te bespreken ? Neem dan contact op met onze reactie... Meer informatie : redactie@aegvzw.be
Redactioneel
Higgs
dopplereffect? Waarvoor staat E=mc2? Van energie, beweging, geluid en licht tot elektriciteit en materie, dit boek vertelt u alles wat u moet weten over de natuurwetten die onze wereld bepalen. Het is geschreven in een toegankelijke, humoristische stijl en geeft aan de hand van concrete voorbeelden een overzicht van de belangrijkste fysische wetten, theorieĂŤn en fenomenen. Laat u verrassen door de magische wereld van de natuurkunde! Taal / pagina's : ..................... Nederlands / 192 ISBN / prijs : ...... 9789044734560 / 14,95 euro Ruimtevaart jaaroverzicht 2012 door Kris Christiaens Dit overzichtelijk digitaal boek is een uitgave van de Astro Event Group vzw en werd samengesteld door Kris Christiaens met als doel ruimtevaart dichter bij het grote publiek te brengen. Dankzij dit gratis boek kan iedereen ontdekken wat er zich het afgelopen jaar allemaal heeft afgespeeld op vlak van ruimtevaart.
Majorana Door Luisa Bonolis
Taal / pagina's : ..................... Nederlands / 160 ISBN / prijs : ...... 9789085713944 / 34,50 euro Waarom balonnen stijgen en appels vallen Door Jeff Stewart Waarom vallen, zweven, draaien, versnellen of vertragen dingen? Hoe kan een vaste stof veranderen in een luchtig gas? Wat is het
Het Ruimtevaart jaaroverzicht 2012 kan zowel online bekeken worden via een Flash-versie alsook gratis gedownload worden via de Spacepage website. Mensen die in het bezit zijn van een tablet kunnen een geoptimaliseerde versie van dit boek downloaden. Alvast veel leesplezier! Taal / pagina's : ..................... Nederlands / 50 ISBN / prijs : ............ 0000000000000 / GRATIS
Guidestar | 04-2013
De levensloop van Majorana is even intrigerend als het naar hem genoemde deeltje. Werk en leven van een legendarisch fysicus. In Delft zijn begin 2012 voor het eerst Majoranadeeltjes aangetoond. Een doorbraak in de natuurkunde. Het Majorana-fermion is een deeltje dat zijn eigen antideeltje is. Maar wie was eigenlijk Ettore Majorana, de Siciliaanse fysicus die de deeltjes in 1937 voorspelde? Hij had het vermogen om in volle vaart op de rijdende trein van de natuurkunde te springen. Maar Majorana blijkt bijna even ongrijpbaar als het deeltje. De geniale geleerde verdwijnt op 25 maart 1938 in Palermo voorgoed uit beeld...
015
Rubriek Guidestar | 04-2013
Astrofoto van de maand
016
Info - Sterrenkunde is Koen z'n voornaamste hobby. Z'n interesse hierin begon al vanaf z'n tiende na het lezen van z'n vaders wetenschappelijke magazines ('Natuur en techniek' en 'Kijk'). Kort daarna werd de locale bibliotheek geplunderd en volgde hij de jeugdcursus sterrenkunde bij volkssterrenwacht Urania. Meer informatie : www.koenvangorp.be
Bovenstaande foto is het resultaat van een langdurige belichting van het sterrenbeeld Orion. Vastgelegd door Koen van Gorp op 12 september 2007. Met een Canon EOS 20D camera op ISO 1600 gebruik makend van een Manfrotto 190DB statief. In totaal werden er 477 beelden gemaakt met een duur van 30 seconden (4,3 uur). En bewerkt met Photoshop CS2. Met wat geduld, en een eenvoudige digitale reflexcamera op een degelijk statief, kan iedereen dergelijke ' star trails ' vastleggen. Je hebt daarbij de keuze om één lange foto te maken of, zoals in het geval van Koen z'n uitstekende voorbeeld, een hele reeks korte opnames die men achteraf software matig verwerkt tot één geheel. Dat laatste zorgt voor een grotere leercurve waardoor we aanraden om eerst te beginnen met een lange belichting. Dit van maximaal vijf minuten op ISO 100. Probeer het zelf eens uit !
Wat is Orion ?
Op het noordelijk halfrond is Orion in de winter niet te missen. Hij lijkt op een zandloper met linksboven de heldere ster Betelgeuze, een rode reus, rechtsboven Bellatrix, rechtsonder Rigel, een blauwe superreus en tevens de helderste ster van Orion, en linksonder Saiph. In het midden lopen de drie vrijwel even heldere sterren Alnitak, Alnilam en Mintaka ( , en Orionis) schuin als een riem naar rechts omhoog.
Sirius is na de zon de helderste ster aan de hemel en maakt deel uit van het sterrenbeeld Canis Maior, de grote jachthond van Orion. Mintaka ligt vrijwel op de hemelequator. Net onder de gordel bevindt zich de Orionnevel (M42), een lichte vlek die in donkere nachten met het blote oog te zien is. Dit is een nevel met veel waterstofgas waarin zich veel nieuwe sterren vormen. Deze nevel is het meest opvallende deel van het Orioncomplex, een uitgebreid gebied van nevels en gaswolken dat zich op 1600 lichtjaar in de richting van Orion bevindt.
Guidestar | 04-2013
Orion is een opvallend sterrenbeeld aan de hemelequator, liggende tussen rechte klimming 4u4m en 6u35m en tussen declinatie -11ยบ en +23ยบ. In de Griekse mythologie is Orion een jager die de Plejaden achtervolgt, door Artemis per ongeluk werd gedood en daarna tot sterrenbeeld werd verheven.
Samen worden ze daarom de "Gordel van Orion" of "Jakobsstaf" worden genoemd. Links bevindt zich Sirius, iets onder de verlengde lijn door de riem (dus in oostelijke richting, afbuigend naar het zuiden).
017
De grote 'bel' op deze röntgenfoto is een zogeheten 'superbubble' in de Grote Magelhaense Wolk, op ca. 160.000 lichtjaar afstand. De superbubble, DEM L50 (of N186) geheten, is ontstaan door krachtige sterrenwinden en supernova-explosies van kort levende, zware sterren. Aan de bovenzijde van de superbubble is een kleinere ronde structuur te zien: een 'normaal' supernovarestant. De röntgenstraling van DEM L50 is vastgelegd door het Amerikaanse Chandra X-ray Observatory; op deze foto zijn de röntgenwaarnemingen (roze) gecombineerd metwaarnemingen op zichtbare golflengten. De hoeveelheid röntgenstraling van DEM L50 is ongeveer twintig keer zo groot als verwacht zou worden op basis van theoretische modellen; de extra röntgenstraling is vermoedelijk afkomstig van schokgolven in het gas en van heet gas dat aan de binnenzijde van de schil vrijkomt door 'verdamping' onder invloed van energierijke straling van sterren. Bron: GS / 01-03-2013. Het risico dat de in december 2004 ontdekte asteroïde 99942 Apophis in de toekomst onze planeet raakt, is met een kans van 2,3 op een miljoen uiterst klein. In 2029 en 2036 passeert het hemellichaam de Aarde nog op veilige afstand. Ruimtevaartorganisatie NASA becijferde echter dat er in het jaar 2068 wel degelijk een kans is dat het onding hier inslaat. Zij het een heel kleine kans. Apophis, met een middellijn van 325 meter, krijgt sinds zijn ontdekking alle aandacht van astronomen. 2029 liet zich, aan de hand van waarnemingen tussen 2004 en 2012, als moment van een gevreesde impact al snel wegstrepen. Bij de volgende passages is dat echter niet zo eenvoudig in te schatten. De baan van de asteroïde, welke onder invloed van de zwaartekracht staat, laat zich namelijk lastig voorspellen. De ontmoeting met de Aarde in 2029, op een afstand van zo'n 31.000 kilometer, kan de baan genoeg afbuigen om Apophis op ramkoers te brengen. Let wel... kan. Volgens NASA nog niet in 2036, maar mogelijk in 2068. De onzekerheid is gelegen in een verschijnsel dat het 'Yarkovsky'-effect wordt genoemd, en waarbij de rondtollende ruimtekei zonne-energie absorbeert en weer uitstraalt. Dit effect beïnvloedt de baan van de asteroïde. Om sowieso een probleem op te leveren, zal Apophis in 2029 op een precieze hoogte langs de aardbol moeten scheren. Dit punt wordt een 'keyhole' genoemd. NASA heeft twaalf van dergelijke keyholes in kaart gebracht. Slecht bij één daarvan heeft de asteroïde een kans van meer dan 1 op het miljoen, en dat is een keyhole van 2 meter breed. Alles erboven, of eronder, en Apophis gaat ruim aan ons voorbij. Eigenlijk is die twee meter dus te verwaarlozen op astronomische schaal, maar toch. Bron: AA / 02-03-2013. In de Russische regio Tsjeljabinsk, waar enkele weken geleden een meteoriet neerstortte, wordt volop gewerkt aan een parfum met de geur van meteorieten. Dat meldt het Russische persagentschap Ria Novosti. Sergei Andreyev, een lokale zakenman, heeft de autoriteiten van het dorp Tjerbakoel, het meer waar stukken van de meteoriet werden gevonden, voorgesteld om op basis van de stukjes ruimtepuin een parfum te ontwikkelen. De nieuwe geur wordt toepasselijk de 'Tjerbakoel Meteoriet' gedoopt en zou "metaal- en steentoetsen" hebben. Tjerbakoel zegt expliciet zoveel mogelijk winst te zullen proberen te puren uit de meteoriet, die meer dan 1.500 mensen in de streek verwondde. De regio Tsjeljabinsk kondigde eerder plannen aan om een monument op te richten
om de meteoriet te herdenken. Er zou een wedstrijd worden uitgeschreven voor het beste ontwerp. Bron: AA / 02-03-2013. Een Duits reisbureau legt speciale nachtvluchten in om een komeet vanuit het luchtruim te gaan bekijken. Momenteel is komeet Pan-STARRS enkel in het zuidelijk halfrond te zien, maar in de loop van de week kunnen we hem ook in het noorden bewonderen. Op dit ogenblik bevindt de komeet zich op ruim 160 miljoen kilometer van onze planeet, maar hij komt snel in de buurt van de zon. Daardoor wordt de komeet helderder en morgen moeten we hem ook in het noordelijk halfrond met het blote oog kunnen waarnemen. Zondag zal hij het dichtst langs de zon reizen en vervolgens ijs en stof in een mooie staart achter zich laten. Het Duitse reisagentschap Eclipse Travel wil deze kans niet onbenut laten en verkoopt 88 zitjes aan het raam van een commercieel vliegtuig. De Boeing 737700 zal naar een hoogte van 11.000 meter stijgen, waar het gebrek aan wolken en de dunnere lucht een veel beter zicht zullen garanderen dan hier beneden. Een kaartje voor de twee uur durende vlucht kost ongeveer 350 tot 450 euro. Voor de liefhebbers van kometen wordt 2013 nog mooier, want in de zomer mogen we de komeet ISON verwachten. Die kreeg al de titel 'komeet van de eeuw', omdat hij feller dan de maan zal worden. In het beste geval zullen we hem zelfs bij daglicht kunnen spotten. De komeet komt in augustus aan en zal pieken in november. Tenzij hij de komende maanden uit elkaar zou vallen of uit koers wordt geslagen. Bron: The Huffington Post / 06-032013. Recente luchtverkenningen, uitgevoerd door de U.S. Geological Survey, hebben bevestigd dat een ruim vijf kilometer grote structuur in de buurt van het dorpje Decorah (Iowa) een oude inslagkrater is. De krater zou 470 miljoen jaar oud zijn. Dat de cirkelvormige structuur in het landschap een oude, opgevulde inslagkrater is, werd al langer vermoed. In 2007 ontdekte een lokale geoloog dat sommige boormonsters in de omgeving van Decorah naast schalie ook geschokte kwarts bevatten – verbrijzelde kristallen die vaak door een meteorietinslag zijn ontstaan. Ingetekend op een kaart vormden de vindplaatsen een groot, cirkelvormig bekken. De uitkomsten van de luchtverkenningen, waarbij informatie over de dichtheid en elektrische geleidbaarheid van het gesteente ter plaatse is verzameld, zijn in overeenstemming met de kratertheorie. Berekeningen laten zien dat bij de inslag die zich hier 470 miljoen jaar geleden heeft voltrokken ongeveer honderd keer zoveel energie vrijkwam als bij de recente explosie van een meteoriet boven Rusland. Geschat wordt dat het inslaande object een ongeveer tweehonderd meter grote planetoïde is geweest. Bron: EE / 06-03-2013.
Meer up-to-date nieuws : www.spacepage.be
De Europese Zuidelijke Sterrenwacht ESO bestaat 50 jaar, en dat willen we tijdens deze Astroclub graag even in de kijker zetten. Frank Deboosere schetst in zijn multimediavoorstelling de geschiedenis van dit grootse project. We maken kennis met de grote observatoria in Chili waaronder de beroemde Very Large Telescope die vier reuzentelescopen bevat met elk een spiegel van meer dan acht meter, en we blikken ook al even vooruit naar de gigantische European Extremely Large Telescope met een spiegel van net geen veertig meter! Frank overloopt met ons ook de vele belangwekkende ontdekkingen die in de loop van die vijftig jaar door ESO zijn gedaan, en de fraaiste astrobeelden mogen zeker ook niet ontbreken in de voorstelling.
Datum - Vrijdag 26 april 2013. 19.30 uur t/m 22.30 uur. Toegang: 6 euro. Locatie - Abdijstraat 22 te 1850 Grimbergen (B). Tel. : 02/269.12.80. E-mail : info@mira.be.
Guidestar | 04-2013
Voordracht : 50 jaar ESO door Frank Deboosere
019
Rubriek - Lancering in de kijker Guidestar | 04-2013
Kris Christiaens
Amerika lanceert succesvol waarschuwingssatelliet
020
Info - Kris Christiaens is al sinds jeugdige leeftijd gepassioneerd door ruimtevaart. Door zijn gedrevenheid en kennis over ruimtevaart werd hij enkele jaren terug medebeheerder van de populaire websites Spacepage en Belgium In Space. Daarnaast schrijft Kris Christiaens ook artikelen voor het maandblad van de Vereniging Voor Sterrenkunde en werd hij in 2010 secretaris van de Astro Event Group vzw.
Foto - De satelliet in de 'clean room' ter controle. Lockheed Martin is een vliegtuigfabrikant ontstaan in 1995 door de fusie van Lockheed met Martin Marietta en is het grootste defensieconcern ter wereld, dat zowel vliegtuigen, marineschepen als landmachtvoertuigen en ruimtevaartuigen bouwt en waarvan de producten worden gebruikt in de hele wereld maar hoofdzakelijk door het Amerikaanse Leger. In 2003 was de omzet van Lockheed Martin voor 80% afhankelijk van het Amerikaanse ministerie van defensie en andere Amerikaanse overheidsinstellingen. Bron: Lockheed Martin / United Launch Alliance (ULA) / Wikipedia. Meer informatie : www.lockheedmartin.com
Vanop de Cape Canaveral lanceerbasis in Florida is op dinsdag 19 maart 2013 een Atlas 5 raket gelanceerd met aan boord de tweede militaire Space Based Infrared System (SBIRS) satelliet. Deze kunstmaan zal net als zijn voorganger een zeer belangrijke rol spelen in het Amerikaanse raketafweersysteem. Dit was de 37ste maal dat de Verenigde Staten een Atlas 5 raket lanceerden en was meteen ook de 619de lancering van een Atlas raket sinds deze in 1957 voor het eerst werd gebruikt. De 58 meter lange en 335 ton zware Atlas 5 draagraket, die gebouwd wordt door Lockheed Martin, vertrok om 22u21 Belgische tijd vanop het SLV-41 lanceercomplex op de Cape Canaveral lanceerbasis. Elke Atlas 5 raket bestaat uit een Common Core Booster, die aangedreven wordt door een RD-180 raketmotor, met daarbovenop een Centaur rakettrap. De RD-180 raketmotor werd oorspronkelijk door Rusland ontwikkeld. De rechten op het gebruik van deze krachtige motor kwamen begin de jaren ’90 in handen van het toenmalige General Dynamics Space Systems Division (nu Lockheed Martin) dat deze zou gebruiken voor het Evolved Expendable Launch Vehicle programma. Ongeveer vier minuten na de start van de lancering werd de Common Core Booster afgestoten van de raket waarna de Centaur rakettrap begon aan de eerste van twee ontbrandingen. Iets meer dan 43 minuten na de start van de lancering werd de militaire kunstmaan uiteindelijk losgekoppeld van de Centaur rakettrap. De dagen na de lancering bracht de SBIRS GEO 2 satelliet zich op eigen kracht tot op een geheime positie in een geosynchrone baan om de Aarde op een hoogte van ongeveer 36 000 kilometer boven de evenaar. De 4,5 ton zware SBIRS GEO-2 satelliet is het tweede exemplaar dat deel uitmaakt van een nieuwe constellatie van Amerikaanse militaire waarschuwingssatellieten. Dit netwerk moet Amerikaanse strijdkrachten zeer snel op de hoogte brengen wanneer een vijandige raket, waar ook ter wereld, wordt gelanceerd richting Amerikaans grondgebied. Zo kan het systeem de baan en zijn doel berekenen van een vijandige raket eenmaal deze kort na het lanceren gedetecteerd werd. Alles samen zal het netwerk bestaan uit minstens vier SBIRS GEO satellieten die allemaal in opdracht van de Amerikaanse luchtmacht gebouwd worden door het Amerikaanse lucht- en ruimtevaartbedrijf Lockheed Martin. De infraroodsensoren die deze kunstmanen aan boord hebben, moeten in staat zijn om vanuit een geosynchrone baan om de Aarde de lancering van een vijandige raket op Aarde te detecteren zodra deze tot ontbranding wordt gebracht. Daarnaast kunnen deze satellieten ook specifieke regionen op Aarde in de gaten houden. De Amerikaanse luchtmacht is er dan
ook sterk van overtuigd dat het nieuwe netwerk van ‘waarschuwingssatellieten’ in de toekomst een cruciale rol zal spelen in het verzekeren van de nationale veiligheid. In 2011 bracht het Amerikaanse netwerk van waarschuwingssatellieten zowel nationale alsook internationale strijdkrachten op de hoogte van bijna 200 vijandige raketlanceringen. Het contract voor de bouw van de vier SBIRS-satellieten heeft een prijskaartje van 1,8 miljard dollar. In 2015 is de lancering van de derde SBIRS GEO satelliet gepland.
Het SBIRS-programma moet op termijn het verouderde DSP-netwerk vervangen waarvan de eerste satellieten al begin de jaren '70 in de ruimte werden gebracht. Het idee achter satellieten die vijandige raketten opsporen vanuit de ruimte, een zogenaamd ‘raketafweersysteem’, dateert uit de Koude Oorlog toen Sovjet-raketten gericht stonden op Amerikaanse steden. Nadat men ondervond dat radars op Aarde beperkte mogelijkheden hadden, ontwikkelde de Amerikaanse luchtmacht begin de jaren ’60 een eerste reeks van waarschuwingssatellieten onder de naam Missile Defense Alarm System (MIDAS). Het MIDAS programma demonstreerde vooral de technologie achter het idee dat later zou gebruikt worden bij het Defense Support System (DSP). Uiteindelijk bleek het Defense Support System (DSP) zeer succesvol te zijn en speelde het ondermeer een belangrijke rol tijdens de Golfoorlog toen de satellieten lanceringen van Iraakse Scud-raketten detecteerden. Alles samen werden 23 DSPsatellieten in de ruimte gebracht waarvan de laatste in 2007 gelanceerd werd. Ook Rusland heeft een netwerk van satellieten rondom de Aarde die vijandige raketten detecteren zodra deze gelanceerd worden.
Guidestar | 04-2013
021
Artikel ESO
ALMA luidt nieuw tijdpe Deze maand is, in een afgelegen deel van de Chileense Andes, tijdens een officiële ceremonie de Atacama Large Millimeter / submillimeter Array (ALMA) in gebruik genomen. Dit evenement markeert de voltooiing van alle belangrijke systemen van de reusachtige telescoop en de formele overgang van een bouwproject naar een volwaardige sterrenwacht. ALMA is een samenwerkingsverband tussen Europa, NoordAmerika en Oost-Azië, in samenwerking met de Republiek Chili.
(Portugal); Roger Genet, directeur-generaal onderzoek en innovatie (Frankrijk); Nora van der Wenden, directeur onderzoek en wetenschapsbeleid (Nederland); Bruno Moor, hoofd divisie voor internationale samenwerking bij onderzoek en innovatie (Zwitserland); Beatriz Barbuy, vertegenwoordiger Brazilië; Anne Glover, wetenschappelijk hoofdadviseur van de voorzitter van de Europese Commissie; en de ambassadeurs in Chili van België, Duitsland, Frankrijk, Italië, Japan, Nederland, Oostenrijk, Portugal, de Tsjechische Republiek, Zweden, Zwitserland, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten van Amerika.
Guidestar | 04-2013
De president van Chili, Sebastián Piñera, zei: 'Een van onze vele natuurlijke rijkdommen is de spectaculaire nachthemel van Chili. Ik ben ervan overtuigd dat de wetenschap een onmisbare bijdrage heeft geleverd aan de ontwikkeling die Chili in de afgelopen jaren heeft doorgemaakt. Ik ben zeer trots op onze internationale samenwerkingen in de astronomie, waarvan ALMA het meest recente en grootste resultaat is.'
022
De drie internationale partners van ALMA hebben vandaag meer dan 500 gasten verwelkomd op de ALMA-sterrenwacht in de Chileense Atacama-woestijn om het succes van het project te vieren. Eregast was de president van Chili, Sebastián Piñera, die in hoogsteigen persoon een ALMA-antenne naar de Chajnantor-hoogvlakte hielp verplaatsen. Onder de voorname gasten bij de viering waren Karlheinz Töchterle, federaal minister voor wetenschap en onderzoek (Oostenrijk); Petr Fiala, minister van onderwijs, jeugd en sport (Tsjechische Republiek); Nuno Crato, minister van onderwijs en wetenschap
Bij de ceremonie, die live werd uitgezonden via internet, waren ook vertegenwoordigers van ALMA's internationale partners aanwezig: algemeen directeur van ESO, Tim de Zeeuw; directeur van de Amerikaanse National Science Foundation, Subra Suresh en de eerste viceminister van onderwijs, cultuur, sport, wetenschap en technologie van Japan, Teru Fukui; evenals ALMA-directeur Thijs de Graauw. Ook ALMA-stafleden en -personeel en vertegenwoordigers van naburige dorpen woonden het evenement bij. Thijs de Graauw maakte zijn verwachtingen voor ALMA kenbaar: 'Dankzij de inzet en ontelbare arbeidsuren van wetenschappers en technici in de wereldwijde ALMA-gemeenschap heeft ALMA al laten zien dat zij de meest geavanceerde millimeter / submillimeter telescoop van dit moment is, die al haar voorgangers in haar schaduw stelt. We staan te popelen om astronomen het volledige
erk van ontdekkingen in vermogen van dit prachtige instrument te laten benutten.' 'Dit is een goed voorbeeld van de grootse prestaties die mogelijk zijn wanneer instituten en naties de handen ineenslaan, een strategie die ten grondslag ligt aan het hele ESOprogramma,' voegde Tim de Zeeuw daaraan toe. 'Door dit op mondiale schaal toe te passen, bieden we de astronomen van de ESO-lidstaten de kans om uniek onderzoek te doen dat alleen met ALMA mogelijk is.' Morgen zal een selecte groep gasten de gelegenheid krijgen om de telescoop op de Array Operations Site, die 5000 meter boven zeeniveau ligt, te bezoeken. De assemblage van de ALMA-antennes is onlangs voltooid, al worden de laatste zeven van de in totaal 66 schotelantennes momenteel nog getest. Maar ook met slechts een gedeelte van de volledige array heeft de telescoop al ongekende beelden van het heelal gemaakt.
Het prille begin van de ALMA-sterrenwacht ligt bij drie afzonderlijke projecten die in de jaren tachtig in Europa, de VS en Japan werden opgestart, en in de jaren negentig tot één geheel werden samengevoegd. De bouw startte in 2003. De totale bouwkosten van ALMA bedragen ongeveer 1,4 miljard dollar, waarvan ESO 37,5% voor haar rekening neemt. De schotelantennes van de ALMA-array, vierenvijftig met een middellijn van 12 meter en twaalf van 7 meter, werken samen als één telescoop. Elke antenne verzamelt straling die
Ter gelegenheid van de ingebruikname brengen de ALMA-partners, ESO, de National Radio Astronomy Observatory en de National Astronomical Observatory of Japan de 16 minuten durende film ALMA – In Search of Our Cosmic Origins uit. Daarnaast verschijnen een fotoboek, een boekje over ethnoastronomie in de omgeving van de sterrenwacht en twee brochures. Al dit materiaal kan via onderstaande links worden gedownload. De Atacama Large Millimeter / submillimeter Array (ALMA), een internationale astronomische faciliteit, is een samenwerkingsverband van Europa, Noord-Amerika en Oost-Azië, met steun van de republiek Chili. ALMA wordt in Europa gefinancierd door de Europese Zuidelijke Sterrenwacht (ESO), in NoordAmerika door de National Science Foundation (NSF) van de VS in samenwerking met de National Research Council van Canada (NRC) en de National Science Council van Taiwan (NSC), en in Oost-Azië door de National Institutes of Natural Sciences (NINS) van Japan in samenwerking met de Academia Sinica (AS) in Taiwan. De bouw en het beheer van ALMA worden namens Europa geleid door ESO, namens Noord-Amerika door het National Radio Astronomy Observatory (NRAO), dat bestuurd wordt door de Associated Universities, Inc. (AUI), en namens Oost-Azië door het National Astronomical Observatory of Japan (NAOJ). De overkoepelende leiding en het toezicht op bouw, ingebruikname en beheer van ALMA is in handen van het Joint ALMA Observatory (JAO).
Foto - De Atacama Large Millimeter / submillimeter Array (ALMA) in Chili is het grootste astronomische project ter wereld. Het is een revolutionaire astronomische interferometer, met een totaal van 66 radioschotels variërend van 7 tot 12 meter in diameter. Deze schotels nemen waar op millimeter- en submillimetergolflengtes. De telescoop ligt op het Chajnantor plateau op meer dan 5.000 meter boven zeeniveau, in de Atacamawoestijn van noord-Chili. ALMA begon de eerste wetenschappelijke waarnemingen in de tweede helft van 2011. Op 13 maart 2013 werd het officieel geopend. ALMA is ontworpen om unieke inzichten te geven in de stervorming in de vroegste stadia van het universum. En om nabije stervormingsgebieden en planeet-vormende sterren met zeer hoge resolutie in kaart te brengen. Met een schatting van totale kosten rond de 1,2 miljard Euro is ALMA het meest ambitieuze astronomische project tot nu toe voor waarnemingen vanaf de Aarde. Bron: ESO. Meer informatie : www.almaobservatory.org
Guidestar | 04-2013
Door licht waar te nemen dat onzichtbaar is voor het menselijk oog, zal ALMA ons nooit eerder geziene details kunnen tonen van sterren-in-wording, van babysterrenstelsels in het vroege heelal en van groeiende planeten rond verre zonnen. Ze zal ook moleculen ontdekken en in kaart brengen – vele daarvan essentieel voor het ontstaan van leven – die in de ruimte tussen de sterren ontstaan.
uit de ruimte komt en focusseert deze op een ontvanger. De signalen van de afzonderlijke antennes worden vervolgens bijeengebracht en verwerkt door een speciaal voor dit doel gebouwde supercomputer: de ALMA correlator. De 66 ALMA-antennes kunnen in verschillende configuraties worden opgesteld, waarbij de maximale afstand tussen de antennes kan variëren van 150 meter tot zestien kilometer.
023
Serie - Inleiding in de astronomie André van der Hoeven
Wat zien we aan de hemel ?
Info - André van der Hoeven is docent Natuurkunde aan het Emmauscollege te Rotterdam. Naast zijn werkzaamheden op school is hij ook actief op het gebied van de amateurastronomie en astrofotografie. Hierbij maakt hij gebruik van een 30 cm spiegeltelescoop om de diepten van het heelal op de foto vast te leggen.
1.2 - De Zon en de Maan
1.2.2 - Verduisteringen
1.2.1 - De maanfasen
”En het zal te dien dage geschieden, spreekt de Heere HEERE, dat Ik de zon op den middag zal doen ondergaan, en het land bij lichten dage verduisteren.” Amos 8:9 Oude Testament
Net zoals de zon en de sterren lijkt ook de maan om de aarde te draaien. Als je goed kijkt zie je dat je altijd hetzelfde beeld van de maan ziet (het gezicht van de maan). Je zou geneigd zijn om dus te zeggen dat de maan niet draait terwijl hij om de aarde beweegt, maar dit is niet waar. De maan moet terwijl hij om de aarde draait ook 1x om zijn as draaien (fig. 1.8) om altijd dezelfde kant te laten zien.
Meer informatie : www.astro-photo.nl
Foto - Figuur 1.8: De maan roteert terwijl hij om de aarde draait. Als dit niet zo was zou een punt niet altijd vanaf aarde zichtbaar zijn (links), maar we weten dat we de maan altijd hetzelfde zien (rechts).
Guidestar | 04-2013
Het feit dat de rotatieperiode van de maan zelf en de periode dat hij om de aarde draait hetzelfde is is trouwens geen toeval, maar is te danken aan de universele gravitatiewet waar we later nog kennis mee maken. Als we naar de maan kijken in de loop van de maand zien we het uiterlijk van de maan sterk veranderen. We zien de maanfasen (fig. 1.9), die al vanaf de oudheid verklaard worden door er vanuit te gaan dat dit met de positie van de maan de zon en de aarde te maken heeft. Dit geeft dus aanwijzingen dat de maan om de aarde draait. Ook kunnen we aan de vorm van de schaduw zien dat de maan een bolvorm heeft.
024
Foto - Figuur 1.9: De maanfasen zoals we die vanaf aarde kunnen zien. Dit wordt veroorzaakt doordat de maan vanaf verschillende kanten belicht wordt door de zon. Bron: Chaisson & McMillan.
Info - Deze reeks is al eerder uitgegeven, in boekvorm, door de Nederlandse Onderzoeksschool voor Astronomie. Het boek, dat 126 pagina's telt, kan verkregen worden via www.lulu.com.
Reeds in de bijbel werd melding gemaakt van een zonsverduistering. Dit zijn erg bijzondere verschijnselen die maar zelden waargenomen kunnen worden, daaromook dat dit soort verschijnselen in oude geschriften vaak vermeld zijn. De hier genoemde verduistering is teruggeleid tot een verduistering die plaatsvond op 15 juni 763 v. Chr. Deze datum is bovendien bevestigd door een Assyrisch geschrift welke bekend staat als het Eponym Canon. Hier wordt vermeld: ”opstand in de stad Assur, in demaand Sivan. De Zon werd verduisterd.” Astrologen die in vroeger tijden deze verduisteringen konden voorspellen waren dan ook vaak zeer machtig aangezien aan deze verduisteringen vaak hemelse machten werden toegekend. Wat zijn nu zon- en maansverduisteringen? En waarom zijn zonsverduisteringen zo zeldzaam, terwijl maansverduisteringen vrijwel iedere twee jaar te zien zijn? 1.2.3 - Maansverduisteringen Tijdens zijn omloop om de aarde komt de maan soms in de schaduw van de aarde terecht. Dit noemen we ook wel een maansverduistering. Dit gebeurt echter niet tijdens elke omloop. Waarom niet? Hier zijn een aantal redenen voor te noemen, namelijk: - De zon en de maan zijn klein vergeleken bij hun afstand tot de aarde. De maan is zo’n 30 aarddiameters van ons vandaan. Dus het is vrij
onwaarschijnlijk dat ze zo precies op één lijn staan dat de aarde de maan afschermt van de zon. Vergelijk het maar met een grapefruit in de zon en een ping-pong bal op zo’n vier meter afstand die je in de schaduw van de grapefruit wil leggen. - De kernschaduw van de aarde (ook wel de umbra genoemd ) loopt uit in een punt die van de zon afgericht is (zie fig. 1.10). In deze richting is dus de umbra kleiner dan de aarde. Dit is omdat de bron van het licht, de zon, vele malen groter is dan de aarde. Op de afstand van de maan tot de aarde is de umbra nog maar 3/4 van de aarddoorsnede.
voor (ong. 1x per 2 jaar) voor een willekeurige plaats op aarde. Typen maansverduisteringen De maan kan dus op een aantalmanieren door de schaduw van de aarde gaan, en dit zorgt voor verschillende soorten verduisteringen. In fig. 1.12 worden de verschillende soorten verduisteringen getoond, namelijk: Foto - Figuur 1.12: De verschillende soorten maansverduisteringen.
Foto - Figuur 1.10: De maan tijdens een maansverduistering. Duidelijk zichtbaar zijn de kernschaduw (umbra) en bijschaduw (penumbra).
Een penumbrale maansverduistering waarbij de maan alleen maar door de penumbra beweegt. Deze is te zien doordat de maan iets donkerder wordt dan normaal, maar voor de rest is hij nauwelijks waarneembaar. Een gedeeltelijke maansverduistering waarbij de maan half door de umbra gaat. Je ziet dit doordat de maan maar voor een deel donkerroodvan kleur wordt.
- De maan kan zich ook in de bijschaduw (penumbra) van de aarde bepenumbra vinden. Dan wordt maar een gedeelte van het zonlicht door de aarde tegengehouden. De penumbra is het meest donker dicht bij de umbra en wordt steeds lichter naar buiten toe. Als de maan aan de buitenkant van de penumbra passeert is er vrijwel niets te zien van een eventuele verduistering. - De belangrijkste factor waarom er niet iedere omloop een verduistering is, in tegenstelling tot wat je zou verwachten, is omdat de baan van de maan een hoek maakt met de omloopbaan van de aarde, dit noem je de tilt. De tilt van de baan is ong. 5 ˚. Dit betekent dat de schaduw van de aarde soms boven of onder de baan van de maan terechtkomt (zie fig.1.9). De twee perioden waarin de schaduw de maan kan raken noemen we ook wel de eclipsseizoenen die ieder jaar optreden. Dus maansver- eclipsseizoenen duisteringen kunnen maar in twee korte perioden per jaar voorkomen. Doordat de gehele maan door de schaduw beweegt, is de verduistering echter vrijwel vanaf de gehele aarde waar te nemen. Dit type verduistering komt dus redelijk vaak
Een totale maansverduistering waarbij de maan volledig door de umbra gaat. Hierbij blijft de maan slechts zichtbaar als een donkerrode schijf. Een dergelijke verduistering kan maximaal zo’n 1,5 uur duren.
Guidestar | 04-3013
Foto - Figuur 1.13: De rode kleur van de maan komt door de buiging van het zonlicht door de aardatmosfeer. Het blauwe licht wordt het meest verstrooid en komt niet op de maan terecht. Het rode licht blijft over en dit zorgt voor de dieprode kleur tijdens de verduistering. (Dit is ook de reden waarom zonsondergangen roodgekleurd zijn en de hemel juist blauw is). Bron: Wikipedia.
025
1.2 - De Zon en de Maan 1.2.4 - Zonsverduisteringen
Foto - Figuur 1.16: Overzicht van de eclipszone van de zonsverduistering van 11 augustus 1999 (de donkere lijn in het midden). Bron: NASA / F.Espenak.
normaal gesproken kun je dat niet zien doordat dit licht veel zwakker is dan het licht dat rechtstreeks van de zon af komt.
We hebben gezien dat een maansverduistering optreedt wanneer de maan door de schaduw van de aarde beweegt. Een zonsverduistering treedt op wanneer de maan precies tussen de aarde en de zon door beweegt, zodat de maanschaduw op de aarde valt. Er is echter een wezenlijk verschil tus-sen zon- en maansverduisteringen. De grootte van de aarde is zodanig dat de kernschaduw tot wel zo’n miljoen km de ruimte in gaat, en dus is hij op de afstand van demaan tot de aarde groot genoeg om de gehelemaan te bedekken. De kernschaduw van demaan komt echter maar zo’n 377.000 kmver van de maan af. Vergelijk dit met de afstand van de aarde tot de maan (384.000 km) en je begrijpt dat de schaduw van de maan nooit op de aarde zal vallen. De maan bevindt zich echter niet in een zuiver cirkelvormige, maar in een ietslanggerekte (ellipsvormige) baan. Hierdoor varieert de afstand van de maan tot de aarde tussen de 356.400 en 406.700 km. Dus soms komt demaan dicht-bij genoeg om een schaduw op de aarde te laten vallen. Wanneer dit gebeurtzien we één van de meeste spectaculaire natuurverschijnselen, een gehele zonsverduistering (zie fig. 1.14).
Een totale eclips is werkelijk een zeer bijzondere ervaring en als je ooit de kans hebt om er één op te zoeken kan ik dat zeker aanraden. De eerstvolgende totale verduistering in Nederland is pas in 2135, dus je zult wel een stukje moeten reizen. Een overzicht van wanneer er verduisteringen plaatsvinden is te vinden in fig. 1.18.
Foto - Figuur 1.14: Opname van de zonsver-duistering van 11 augustus 1999 in Noord-Frankrijk. Bron: A. Hendricks. Foto - Figuur 1.17: Opname van de zonsverduistering van 11 augustus 1999 vanuit het MIR ruimtestation. Duidelijk is de umbra van de maan te zien. Bron: CNES.
Er kunnen nog twee soorten zonsverduisteringen plaatsvinden, namelijk:
De maximale breedte van de schaduw die op de aarde valt, wanneer de maan het dichtst bij de aarde is, is ong. 130 km. Dit betekent dat er maximaal een gebied van zo’n 400 km in de schaduwzone kan vallen, afhankelijk van de plaats waar de schaduw op de aarde valt (zie fig. 1.15). Dit gebied noemen we de totale eclipszone.
- Een gedeeltelijke zonsverduistering Deze zie je wanneer je je niet in de kernschaduw, maar in de bijschaduw van de maan bevindt. Het gebied waarin deze verduistering te zien is is vele malen groter dan de totale eclipszone (ongeveer 3000 km). De meest recente gedeeltelijke verduistering in Nederland was in 2008 en de volgende is op 4 januari 2011 te zien bij zonsopkomst. - Als de maan te ver van de aarde staat om de zon volledig af te dekken ontstaat er een ringvormige zonsverduistering . Hierbij zie je de maan voor de zon langs schuiven, maar blijft er rond de maan nog een ring van zonlicht zichtbaar (zie fig. 1.19).
Guidestar | 04-2013
Foto - Figuur 1.15: De breedte van de eclipszone tijdens een zonsverduistering is afhankelijk van de plaats waar de schaduw op de aarde valt.
026
Dit verklaart waarom zo weinig mensen ieder jaar een gehele zonsverduistering kunnen zien. Terwijl de maan langs de hemel beweegt zwiept de schaduw over de aarde. De strip die zo gevormd wordt kan duizenden kilometers lang zijn, en je moet je in deze smalle strook bevinden om de gehele verduistering te kunnen zien (fig. 1.16). De gehele verduistering duurt dan maximaal zo’n 7,5 minuten. Tijdens de verduistering is het donker genoeg om sterren en planeten aan de hemel te kunnen zien staan. Rondom de zon is de gloeiende buitenste atmosfeer, de corona te zien (zie fig. 1.14). Dit is een gaslaag van enkele miljoenen km dik die zich uitstrekt boven het oppervlak van de zon. Door de hoge temperatuur gloeit deze gaslaag, maar
Saros cycli 223 maanden duren vrijwel exact even lang als
18 jaar. Dat betekent dat om de achttien jaar zon, maan en aarde vrijwel dezelfde posities ten opzichte van elkaar innemen, en dat betekent op zijn beurt weer dat zons- en maansverduisteringen zich om de achttien jaar herhalen. Deze periode van achttien jaar, preciezer 6585,3 dagen (= 18 jaar + 10 of 11 dagen), heet Saros. Dit is duidelijk te zien in fig. 1.18 als je bijvoorbeeld kijkt naar de jaren 1999/2017 of 1998/2016. Als de verhouding tussen de duur van jaar en maand exact gelijk zou zijn aan de ideale verhouding 223/18, zouden de verduisteringen zich onbeperkt herhalen. Maar omdat de werkelijke jaar/maand-verhouding iets van die ideale verhouding afwijkt, treden er kleine verschuivingen op, waardoor de reeks verduisteringen uiteindelijk afbreekt.
grenzen aan hun bewegingsvrijheid. Zo zullen ze nooit meer dan een paar graden van de ecliptica af te vinden zijn. Mercurius en Venus hebben nog een beperking. Zij zijn nooit ver van de zon vandaan te vinden. We zien ze alleen vlak na zonsondergang of vlak voor zonsopgang. Mercurius bevindt zich zelfs zo dicht bij de zon dat hij moeilijk te vinden is, zelfs als je weet waar je moet zoeken. Je zal Venus en Mercurius dus nooit midden in de nacht aan de hemel zien staan. Foto - Figuur 1.20: De retrograde beweging van Mars in 2005, zoals voorspeld. Bron: JPL / NASA.
Een reeks bij elkaar horende verduisteringen heet een Saros-cyclus en beslaat een tijdvak van 1226 tot 1550 jaar. In dit tijdvak vindt 69 tot 87 keer een eclips plaats. De saros was al aan de Babyloniërs bekend, met name als een beschrijving van maansverduisteringen, maar hij kan ook zonsverduisteringen voorspellen. In Griekenland ontdekten Meton en Euctemon de Saros in 432 v.Chr. Op ieder moment zijn er zo’n 40 saros-series tegelijk actief. De totale verduisteringen van 1891, 1909, 1927, 1945, 1963, 1981, 1999, 2017, 2035 en 2053 bijvoorbeeld horen allemaal tot saros-145.
Een model voor de beweging van de planeten moet dus niet alleen de retrograde beweging kunnen verklaren, maar ook waarom de planeten zich vlakbij de ecliptica bevinden en waarom Venus en Mercurius zich zo bijzonder gedragen. In het volgende hoofdstuk zullen we kijken hoe hier in de loop van de eeuwen modellen voor gemaakt zijn en welk model uiteindelijk algemeen geaccepteerd is.
Foto - Figuur 1.19: Een spectaculaire foto van de ringvormige zonsverduistering van 4 januari 2011 gezien vanuit de ruimte met de Hinode satelliet. Bron: Hinode / XRT. Foto - Figuur 1.21: Samengestelde foto van opnames van Mars in 2005. Let ook op de verschillen in helderheid op verschillende punten in de baan. Bron: APOD.
1.3 Planeetbewegingen aan de hemel Tot nu toe hebben we eigenlijk alleen nog maar naar de zon en de maan gekeken, en een beetje naar de sterren. We hebben echter nog een belangrijke groep hemellichamen niet behandeld, namelijk de planeten. Met het blote oog kun je vijf planeten als stipjes aan de hemel zien, nl. Mercurius, Venus, Mars, Jupiter en Saturnus. Het woord ’planeet’ komt van het Grieks en ’wandelaar’ betekent, en dat is wat ze doen. Net zoals de zon en de maan bewegen de planeten door de sterren heen langs de hemelbol. De zon en demaan gaan altijd oostwaarts, maar de planeten stoppen soms midden in hun beweging, draaien van richting omen bewegen dan weer terug voor een tijdje. Zemissen de simpele beweging zoals we die van de zon en de maan kennen.
Pluto is overigens sinds 24 augustus 2006 officiëel geen planeet meer, maar een dwergplaneet. Dit is vanwege de nieuwe definitie die op deze datum door de Internationale Astronomische Unie is bekrachtigd, waarbij een planeet de baan waar hij zich nu ook bevindt schoongeveegd moet hebben. Hoewel de planeten ogenschijnlijk willekeurig door de sterrenhemel bewegen, zijn er toch
Voor de rest zijn er natuurlijk ook nog een aantal andere hemellichamen die we waar kunnen nemen die in dit hoofdstuk niet aan bod zijn gekomen, hierbij kun je denken aan: • Kometen, dit zijn brokstukken van ijs die zijn overgebleven bij de vorming van ons zonnestelsel. Af en toe kunnen deze dicht bij de zon komen, waardoor het ijs gaat verdampen. Zij zijn dan herkenbaar aan hun gigantische, altijd van de zon afgekeerde, staart. Deze staart wordt veroorzaakt door de zgn. zonnewind. Vroeger werden kometen vaak gezien als brengers van onheil. • Vallende sterren, dit zijn minuscule rots / ijsfragmenten die verbranden in de atmosfeer van de aarde. Eigenlijk zijn dit dus helemaal geen hemellichamen. • Nevels, dit zijn gaswolken in het heelal, die oplichten door naburige sterren, of die juist sterlicht afschermen. Deze zijn vaak erg moeilijk te zien met het blote oog. In hoofdstuk 4 zal hier meer over verteld worden. • Supernova’s, dit zijn sterren die op het eind van hun leven exploderen. Zo af en toe is er één met het blote oog te zien. In hoofdstuk 6 leren we hier meer over. Ik hoop dat jullie een beter idee hebben gekregen over wat we zoal aan de hemel kunnen zien zonder bijzondere hulpmiddelen. In de volgende hoofdstukken gaan we nu kijken wat voor conclusie’s er zoal uit deze waarnemingen zijn getrokken.
Guidestar | 04-2013
Fig. 1.20 toont het pad dat Mars volgde langs de hemel in 2005. Zo’n beweging noemen we ook wel een retrograde beweging , omdat de beweging tegen de gewone richting in gaat. Deze beweging is kenmerkend voor planeten, incl. de later ontdekte planeet Neptunus en de dwergplaneet Pluto.
1.4 Andere hemellichamen waarneembaar met het blote oog
027
Wetenschappers van de Amerikaanse ruimevaartorganisatie hebben de marsjeep Curiosity moeten stilleggen na een computerpanne. Door de technische problemen zijn alle experimenten tijdelijk stopgezet. De problemen sleepten al een tijdje aan, waarna de backup-computer werd ingeschakeld. Terwijl technici naarstig in de weer zijn om de panne te verhelpen, blijft de Curiosity in een soort van 'safe modus' wel contact houden met de Aarde. De marsjeep was nog volop bezig met stalen van het gesteente op de Rode Planeet te onderzoeken. Op zo'n half jaar tijd heeft de Curiosity al zo'n 750 meter over de oppervlakte van Mars afgelegd en al 50.000 beelden doorgestuurd naar het NASA-controlecentrum in Californië. Bron: K. Hellemans / 03-03-2013. Het private vrachtruimteschip Dragon heeft het Internationaal Ruimtestation ISS bereikt. De capsule brengt onder meer voeding en wetenschappelijk materiaal voor experimenten naar het ISS. De gezagvoerder op het ISS, Kevin Ford, en boordwerktuigkundige Tom Marshburn slaagden erin om de Dragon van de Amerikaanse raketbouwer SpaceX met een gerobotiseerde arm vast te grijpen, zo meldt het Amerikaanse ruimteagentschap NASA. De aankomst van de Dragon was eigenlijk voor gisteren voorzien. Die werd echter met een dag uitgesteld omdat na de succesvolle lancering vanop het Amerikaanse Cape Canaveral, in Florida, het ruimtetuig met motorproblemen kampte. Het gaat om de derde vlucht van de Falcon 9-raket van SpaceX naar het ISS, en de tweede contractueel commerciële bevoorradingsmissie voor de NASA. Op 25 maart bracht de capsule vracht terug naar de aarde. Bron: S. Geukens / 03-03-2013. In 2014 zal er opnieuw een Russin de ruimte in gaan, na een pauze van bijna twintig jaar, zo heeft Aleksej Temerov van het Kosmonautenopleidingscentrum in Sterrenstad nabij Moskou gemeld. De 36-jarige beroepskosmonaute Jelena Serova vertrekt in de tweede helft van volgend jaar, aldus Temerov. Zij zal zes maanden in het Internationaal Ruimtestation ISS vertoeven, voor een gewoon wetenschappelijk programma. Een ruimtewandeling is niet voorzien. Dit jaar viert Rusland het feit dat Valentina Teresjkova op 16 juni 1963 de eerste vrouw in de ruimte werd. Serova zal de vierde Russin in de ruimte zijn. Er waren ook nog Svetlana Savitskaya en Jelena Kondakavo die elk twee keer vlogen. Savitskaja deed dit in 1982 en 1984 (en werd ook de eerste vrouw om in de ruimte te wandelen), Kondakova vijf maanden in 1994-1995, en tien dagen met een Amerikaans ruimteveer in 1997. Ooit was er in de toenmalige Sovjet-Unie een vergevorderd plan om drie vrouwen samen de ruimte in te sturen, maar dit is er nooit van gekomen. Bron: L. Vanaudenhove / 06-03-2013. Miljoenen uitgewerkte kunstmanen, rakettrappen en vooral restanten van explosies en botsingen omcirkelen onze planeet met snelheden tot 30.000 km/h. Zelfs het International Space Station moet zo nu en dan uitwijken voor naderend ruimtepuin. Het probleem lijkt door zijn omvang haast onoplosbaar. Of toch niet? Jonathan Missel van Texas University bedacht samen met zijn promotor een zeer originele benadering die geen enorme investeringen vergt aan materiaal en brandstof: Sling-Sat, een kunstmaan die ruimtepuin opruimt en zich al doende telkens in een baan slingert op weg naar een nieuw stuk afval, aldus een minimale hoeveelheid energie gebruikend. Sling-Sat heeft twee
uitschuifbare armen, met grote vangschotels aan het eind. De satelliet komt in een baan om de aarde en wordt door kleine boordmotoren naar een stuk ruimtepuin gedirigeerd, waarvan de baan precies bekend is. De roterende armen vangen het brokstuk op in een elastische botsing, waarbij de satelliet zelf in een iets andere baan komt. Het puin wordt vervolgens richting aarde geslingerd, om in de atmosfeer te verbranden. De richting wordt vooraf nauwkeurig bepaald en de kracht wordt geregeld door de armlengte van de slinger aan te passen. Door die slingerbeweging krijgt de satelliet een nieuwe impuls,die hem naar een volgend doel brengt, enzovoort. Dankzij dit kosmisch biljart kan de kunstmaan zijn werk doen, terwijl dat vrijwel geen brandstof kost. Ofschoon Missel promoveerde op zijn idee, heeft NASA nog geen concrete belangstelling getoond. Bron: AA / 17-03-2013. Drie bemanningsleden van het internationale ruimtestation ISS zijn terug op aarde. Hun Sojoezcapsule landde iets na 4 uur (Nederlandse tijd) op de steppe van Kazachstan. De terugkeer had 24 uur vertraging opgelopen door slecht weer. Ruim 3 uur voor de landing was de capsule met de Russen Oleg Novitski en Jevgeni Tarelkin en de Amerikaan Kevin Ford losgekoppeld. Ze zakten langzaam uit hun baan rond de aarde, om terug te keren in de dampkring. Hangend aan een parachute daalden ze de laatste kilometers af. Novitski, Tarelkin en Ford waren op 21 oktober de ruimte in gegaan. In het ISS zitten nu een Canadees, een Amerikaan en een Rus. Eind deze maand krijgen ze gezelschap van twee Russen en een Amerikaan. Bron: ANP / 17-03-2013. Na de Amerikanen gaan ook Europa en Rusland zoeken naar sporen van leven op Mars. Samen sturen ze in 2018 een onbemand karretje naar de rode planeet. De verkenner zal gaten van 2 meter diep boren in het oppervlak, op zoek naar antwoorden op de vraag of er ooit leven op Mars is geweest en heel misschien nog steeds is. De ruimtevaartorganisaties ESA (Europa) en Roskosmos (Rusland) hebben donderdag een contract voor de missie ExoMars ondertekend. In 2016 is er een proefvlucht. Europa en Rusland willen daarbij de technieken voor de reis naar en de landing op Mars testen. Ook wordt er dan een satelliet in een baan rond Mars gebracht. Die gaat meten hoeveel gassen zoals methaan er in de dampkring van de planeet zijn. Methaan kan van vulkanen komen, maar ook van microben, minieme organismen die mogelijk onder het Marsoppervlak leven. Rusland levert de raketten voor de beide vluchten naar Mars. Europa ontwikkelt de satelliet en de lander die in 2016 naar Mars gaan en de verkenner die in 2018 gaat rondrijden. Nederland is één van de 14 Europese landen die meedoen aan de missie. De ESA werkte tot nu toe samen met de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA, maar die stapte vorig jaar uit het project. De NASA heeft al enkele verkenners op Mars rondrijden. Een daarvan, de Curiosity, heeft ontdekt dat er ooit leven mogelijk is geweest op Mars. In een rots zijn namelijk de elementen zwavel, stikstof, waterstof, zuurstof, fosfor en koolstof gevonden, maakte de NASA deze week bekend. Die elementen zijn de bouwstenen van leven op aarde. Bron: ANP / 17-03-2013. Meer up-to-date nieuws : www.spacepage.be
De mens is van oudsher geboeid door de sterrenhemel. Laten we het verhaal beginnen in Lascaux, vervolgens bezoeken we Stonehenge, gaan even in op de Babylonische sterrenkunde om dan grondig de kosmologie van de Grieken te bestuderen, in het bijzonder de tradities van Pythagoras, Plato, Aristoteles en Ptolemaios. Uit talrijke vergelijkingen met het latere wetenschappelijke denken zal blijken dat de manier van denken vroeger (Philolaos) nauwelijks verschilt van de wijze waarop vandaag kosmologen (Penrose bvb.) de werkelijkheid beschouwen. Kosmologie is natuurfilosofie...
Datum - Vrijdag 26 april 2013. 20.30 uur t/m 22.30 uur. Toegang: GRATIS. Locatie - Forum zaal in de Openbare Bibliotheek Kris Lambert. Wellingtonstraat 7 te 8400 Oostende.
Guidestar | 04-2013
Voordracht : Astronomie in de oudheid door Gustaaf Cornelis (VUB)
029
Rubriek - Gadget v/d maand Patrick Jaecques
Info - Het woord ‘gadget’ is terug te herleiden naar de 19e eeuw. Het woord wordt in dit geval gebruikt als een vervanging voor de naam van een apparaat die men niet meer heeft kunnen onthouden. In dit geval komt het woord ‘gadget’ terug in het door Robert Browns geschreven boek 'Spunyarn and Spindrift: A sailor boy’s log of a voyage out and home in a China tea-clipper'. Dit is de eerste keer dat het woord voorkomt op papier. Een ander verhaal is dat Gaget, Gauthier & Cie (het bedrijf achter de decoratietechniek in plaatmetaal voor het Vrijheidsbeeld in New York) een klein schaalmodel van het Vrijheidsbeeld uitbracht en het naar het bedrijf vernoemde (Gaget – gadget). Dit was in 1886. Dit zou echter het verhaal tegenspreken dat de term daarvoor al in de volksmond gebruikt werd. Feit is en blijft dat iedereen wel wild is van een leuk gadget, niet ?
Tegenwoordig heeft zowat elk sterrenkundig magazine een rubriek waarin men telescopen en accessoires bespreekt. Dus waarom zouden we hen na doen, zeker wanneer er daarnaast tal van boeiende en leuke sterrenkundige en ruimtevaartgerichte gadgets bestaan...
Magnetisch zonnestelsel Aangetrokken tot de wonderen van het heelal en bereid er een voordracht over te geven op school of in je vereniging ? Dan moet je beslist dit magnetisch zonnestelsel aanschaffen !
Rhino opklapbare stoel Dat een gadget niet persé high-tec moet zijn bewijst deze opklapbare Rhino stoel. Speciaal ontworpen om sterk en compact te zijn. En zelfs de design fanaat kan bekoren...
Bevat de zon, maan, de planeten en de asteroïdengordel. In slijtvaste kunststof. Opgelet: de planeten zijn niet op schaal ! Adviesprijs: 39,50 euro (Eurekashop).
Meer informatie : www.eurekashop.be
Laser stars projector Naast de (bovenstaande) planeten uit het zonnestelsel kan je, met deze laser stars projector, ook de sterrenhemel en gasnevels in je kamer brengen. Ronduit onmisbaar voor wie aan sterrenkunde doet. Handig om laptop of andere accessoires op te plaatsen of om zelf op te zitten of staan bij gebruik van een Dobson telescoop. Maximale draaglast: 135 kg. Adviesprijs: 14,50 euro (Eurekashop). Monopoly night sky
Guidestar | 04-2013
Al doende leren over sterrenkunde en ruimtevaart. Dat kan via de speciale 'night sky' editie van het monopoly bordspel.
030
Ook bijzonder leuk voor in de vereniging of volkssterrenwacht. Ook ideaal als geschenk. Vanaf 8 jaar. Voor twee tot zes spelers. Adviesprijs: 33,50 euro (Stichting De koepel).
De Laser Stars Projector is absoluut de meest indrukwekkende sterren projector die wij al gezien hebben. Hij projecteert namelijk de sterrenhemel en een gasnevel in jouw kamer! Je hoeft dus nooit meer je telescoop te pakken om naar de sterren of het heelal te kijken, want deze komen nu naar u toe. Ook zie je af en toe zelfs vallende sterren op je plafond. De Laser Stars Projector bezit een krachtige groene laser en holografische technologieën. Deze zorgen voor een helder en duidelijk beeld, als nooit tevoren. Ook is de projector voorzien van twee ingebouwde lenzen en transformeert hierdoor zelfs de grootste of kleinste kamers in een prachtig universum. Adviesprijs: 164,50 euro (Eurekashop).
Rubriek - Lanceeroverzicht van de maand
M a a rt 2 0 1 3 Uur (GMT)
Raket
Lanceerbasis
Vracht
Gewicht
Land
Baan
Doel
01-03-2013
16.10 uur
Falcon 9
Cape canaveral
Dragon CRS-2
6650 Kg
USA
LEO
ISS Bevoorrading
19-03-2013
21.21 uur
Atlas 5 (401)
Cape canaveral
SBIRIS-GEO 2 (USA 241)
4500 Kg
USA
GEO
Waarschuiwing
26-03-2013
19.06 uur
Proton-M Briz-M
Bajkonoer
Satmex 8
5474 Kg
Mexico
GEO
Communicatie
28-03-2013
20.43 uur
Sojoez-FG
Bajkonoer
Sojoez TMA-O8M
7150 Kg
Rusland
LEO
ISS crew (exp. 35)
Kris Christiaens
Datum
I
Guidestar | 04-2013 031
Artikel Andre van der Hoeven
Verslag : Central European Deepsky Imaging Conference Foto - CEDIC (Central European Deepsky Imaging Conference) is een twee-jaarlijks evenement ontstaan sinds het internationale jaar van de sterrenkunde (2009). Meer informatie : www.cedic.at
Zo, na twee dagen ondergedompeld te zijn in astrofotografie zit ik nu op het vliegveld van Salzburg en zal proberen een samenvatting te geven van wat ik zoal gezien heb in deze dagen. Op vrijdag 1 maart begon in Linz, Oostenrijk, de CEDIC, oftewel Central European Deepsky Imaging Conference 2013. Deze tweejaarlijkse conventie gaat over alles wat te maken heeft met deepsky fotografie en laat van alles zien van wat er tegenwoordig allemaal mogelijk is. Samen met Jeffrey Jongmans ben ik op vrijdagmiddag vanuit Rotterdam naar Salzburg gevlogen en na een uurtje met de Oostenrijkse HSL (die wel rijdt met sneeuw!) kwamen we in Linz aan. Daar was op vrijdagavond de opening van de conferentie met een presentatie van JP Metsavänio die in de grote filmzaal van het ARS technology centre 3D opnamen liet zien op een 16×9 meter groot scherm. Wow, wat ziet dat er daan mooi uit zeg! Natuurlijk zijn de 3D opnamen wel meer een artistieke versie dan een wetenschappelijk verantwoorde modellering, maar toch is dit wel zeer indrukwekkend. Op zaterdagmorgen begon dan de echte conferentie. In de hal van het ARS waren verschilllende bedrijven vertegenwoordigd, waaronder Teleskop Expres, Atik, Nikon en Officina Stellare met hun Rila 600 telescoop. Wat een monster is dat zeg. Ik heb nog overwogen hem mee te nemen in mijn handbagage, maar helaas ging hij over de bagagelimiet en mijn banklimiet heen….
Guidestar | 04-2013
Optimaliseren van je foto’s
032
De eerste lezing was getiteld ‘How to optimize your imaging performance’ van Wolfgang Promper. Hij bezit een ASA 20’’ cassegrain en maakt daarmee onwaarschijnlijk mooie opnamen. In zijn presentatie kwamen een aantal zaken aan de orde waarvan ik me in ieder geval nooit bewust was. Ghosting Zo sprak hij over ghosting van CCD camera’s waarbij lading die ontstaat door lichtinval op de CCD van heldere lichtbronnen opgeslagen wordt in de bulk silicon layer op de CCD. Deze lading vloeit maar heel langzaam weg en beinvloedt onder andere de darkframes die je maakt. Hij liet een voorbeeld zien waarbij hij met een KAF16803 een opname van de maan maakte, waarna hij ook darkframes maakte. Je kon de hele maan terug zien in de darkframes, tot zelfs meer dan 90 minuten na het belichten. Hetzelfde effect heb je, aldus Promper, dus ook met flatframes als je die voor je opnamen
maakt (wat veel mensen met skyflats doen), waardoor je dus juist effecten introduceert in je opnamen… De oplossing in professionelere camera’s is een zogenaamde RBI flood, waarbij de CCD met een IR bron wordt belicht zodat de bulklaag wordt verzadigd. Doordat de camera ver gekoeld is verdwijnt deze lading heel langzaam en zorg je dus dat er een bias toegevoegd wordt aan je opname, maar deze is dan wel egaal en constant en dus gemakkelijk te verwijderen. Om te kijken of je eigen camera dit effect ook heeft is heel simpel door eerst een maanopname te maken en daarna darkframes te maken en te kijken hoe lang het duurt voordat de maan uit je darks is verdwenen. Voor degenen die geen RBI flood kunnen doen (bijna iedereen, want alleen FLI heeft deze optie) gaf hij nog een aantal tips om dit effect te minimaliseren: - Belicht je camera voor iedere opname met een zaklamp om de hele chip te verzadigen (doe dit dus ook voor dark, flat en light frames!), dit is niet erg elegant en best omslachtig, maar het schijnt je opnamen beter te maken. - Koel je camera niet af bij daglicht. Door lichtlekken in bijv. je filterwiel kunnen er effecten ontstaan die je niet weg kunt krijgen. Het is namelijk zo dat bij hogere temperaturen de lading zo weer wegstroomt, maar als je de camera koelt fixeer je ahw het beeld. - Neem je flats na de opnamen, en niet ervoor. Hiermee voorkom je ghosting effecten. - Warm, als je van object wisselt, eerst de camera op, hiermee laat je de lading ahw resetten, en koel dan de camera weer af. Doe dit ook bij meridian flips… Seeing en sampling Hierna ging hij verder over seeing en sampling. Er wordt vaak beweerd dat 2’’/pixel ideaal is met de seeing zoals bijv. in Nederland. Volgens hem is dit totale onzin. Hij liet tests zien waarbij hij met behulp van binning (van 1×1 tot 4×4) testte wat er gebeurt met de FWHM. Je ziet dan dat bij grotere pixels je slechtere FWHM waarden gaat krijgen en dus eigenlijk data verliest. Zijn stelregel was dat je 3-5x onder de atmosferische seeing moet gaan zitten. Dus bijv. bij 2’’ atm. seeing moet je samplen op zo’n 0,4-0,6’’/pixel. Temperatuur en tube currents Hierna ging hij verder over de effecten van
temperatuur en tube currents. Hij stelde dat een grote spiegel (> 16’’) je in nacht nooit de omgevingstemperatuur zult bereiken. Rear mounted fans zullen de afkoeling wel versnellen, maar niet genoeg omdat je gewoonweg teveel glas hebt. De manier is om fans over de spiegel te laten blazen om de boundary layer weg te blazen die ontstaat net boven de spiegel. Alleen zei hij heel duidelijk dat wat je vaak ziet dat je aan één kant blaast en aan de andere kant de lucht wegzuigt niet voldoende is. Hij liet zien dat je beter de fans tegen elkaar in kunt laten blazen waardoor de lucht naar boven toe wordt weggeblazen. Daarmee ging de FWHM van 1,49” naar 1,3” en dat in enkele seconden. Opvallend was ook dat met het uitschakelen van de fans de seeing binnen enkele seconden weer op het oude niveau was. Hij gaf als tip om dit eens te testen (bij open telescopen) mbv een föhn die koud kan blazen en te kijken wat er dan gebeurt. Narrowband processing De volgende lezing ging over narrowband processing volgens de tonemap methode van JP Metsavänio. Deze lezing liet een aantal van zijn trucs zien om tot de beelden te komen zoals je op zijn site kunt vinden. Zelf vind ik de methoden af en toe net iets verder gaan dan ik zelf zou doen, maar hij haalt er wel erg mooie resultaten mee. Hacienda los Andes Hierna was er een lezing over de Hacienda los Andes door Daniel Verschatse die in Chili een sterrenwacht heeft bij een vakantiehotel waar je kunt gaan waarnemen. Met 300 heldere nachten per jaar (>6h) en de rest met vaak nog enkele uren met een SQM van 21.8-22.0 is dit een soort van ultieme waarneembestemming die goed met bijv. Namibië kan concurreren. Dit soort lezingen maakt je ook depressief als je denkt dat wij de afgelopen 4 maanden misschien 2 nachten hebben gehad met een SQM van sub 18 bijna…
nooit volledig de seeing compenseren, hoewel het voor guiding perfect is! Volgens de spreker is het met een laser en de juiste sensoren tegenwoordig mogelijk om voor €25.000 een echt adaptive optics systeem te bouwen. En hoewel dit voor amateurs nog buiten het bereik ligt kan door voor sterrenwachten dus al bereikbaar zijn, zoals hij liet zien aan de hand van voorbeelden. Dan is het mogelijk om tot 0,1” resolutie te halen… David Malin Verder waren er ook nog twee lezingen van David Malin uit Australië en één van de grondleggers van de moderne astrofotografie. Eén over de historie van astrofotografie en de andere over de kleuren van de nachthemel. Hij vertelde over het feit dat de nachtelijke hemel altijd een wat gelige kleur heeft en hoe dit komt. Namelijk door Natrium in de hogere luchtlagen die door straling vanuit de ruimte aangeslagen wordt. Ik had hier nooit van gehoord, maar het was inderdaad goed te zien op foto’s. Als je dus het groen/geel uit foto’s haalt ben je eigenlijk de werkelijkheid wat aan het veranderen, grappig om dat te weten. Dan waren er nog twee lezingen. De eerste ging over de Chilean Advanced Robotic Telescope 32’’ in Chili, die daar door amateurs in samenwerking met de University of Northern Carolina is gebouwd. Ik kan alleen maar zeggen: kijk op hun site en zie wat dit oplevert. Het is echt ongelooflijk. Bijv. deze opname met een belichting van 15 minuten en 10 minuten RGB. Foto - NGC 253 gemaakt met de 32” telescoop van Chart-32 in Chili. Bron: Chart32. Het Chart32 project is een samenwerking tussen Prof. Dan Reichart en z'n team afkomstig van de Astronomy Department of the University of North Carolina op Chapel Hill samen met leden van het Chart32 team.
CCD-Guide 2013
Meer informatie : http://chart32.de
Een volgende lezing ging over CCD-guide 2013, een initiatief van de Astronomischer Arbeitskreis Salzkammergut. Dit is een planningprogramma voor waarnemingen met databases met 3000 images van de meest populaire objecten. Het programma zag er mooi uit, maar ik denkt dat astroplanner misschien nog wel meer biedt. Adaptive optics Hierna kwam er een lezing over Adaptive optics en de mogelijkheden voor amateurs. Eerst kwam er een inleiding over wat eigenlijk seeing veroorzaakt en daarna wat voorbeelden. Hierbij kwam naar voren dat er in antarctica gemiddeld een seeing is van 0,29” met 10% van de nachten tot wel 0,1”.
Om het echt goed aan te pakken moet je gebruiken maken van Wavefront sensoren en een supersnelle computer en een vervormbare spiegel. Hierbij liet de spreker zien hoe dit gaat bij de grote telescopen waar de secundaire spiegel met tot wel 5000 actuatoren vervormd wordt om de seeing te minimaliseren. Dit kan doordat bij grote telescopen met een kleine FOV wordt gewerkt, maar bij amateurs is dit vaak juist het omgekeerde. De hoek waarbinnen de seeing ongeveer gelijk is is maximaal zo’n 1’ en daarom kan tip-tilt
Daarbij maakte hij gebruik van een aantal technieken om de foto’s te bewerken zodat zowel de sterren als de komeet scherp op de foto komen. Kritiek hierbij was dat je minimaal 4 foto’s moet maken om de sterren te kunnen elimineren in de processing. Hij was ook een pleitbezorger voor het feit dat we al onze opnamen zouden moeten checken op bewegende lichtpuntjes (wat bijvoorbeeld heel gemakkelijk kan in Maximdl), omdat er zo veel kometen ontdekt zouden kunnen worden. Met behulp van de minor planet checker kun je dan snel checken of dit een al bekend object is. Alles bij elkaar was het een zeer geslaagde bijeenkomst waar ik veel geleerd heb. Een echte aanrader voor de astrofotografen!
Guidestar | 04-2013
Dit maakt je echt zo wanhopig… Daarbij kwam naar voren dat je met meer dan 1,0 m diameter echt adaptive optics moet hebben om nog iets te kunnen doen. Bij amateurs gebeurt dit vaak met tip-tilt systemen, maar eigenlijk is dit niet echt het aanpakken van de seeing, aangezien deze over het beeld variëert. Om het echt goed te doen, als je kijkt naar de schaal van de effecten, moet je guidester op max. 4’’ van je object zitten… Met lasers kan men tegenwoordig tot max. 20-30’’ van het object nog werken.
De laatste lezing ging over komeetfotografie door Gerald Rhemann die fantastische komeetfoto’s maakt. Hij gaf een aantal tips die je kunt gebruiken om goede foto’s van kometen te maken. De eerste is het gebruik maken van snelle optiek (f3 of lager), dit omdat de komeet vaak snel beweegt en er ook nog hoogfrequente veranderingen in de staart zijn.
033
Rubriek - Woord van de maand Dirk Devlies
Georges Lecointe Belgisch militair, sterrenkundige, geofysicus en directeur van de Koninklijke Sterrenwacht van België, maar ook poolreiziger. Hij was in al de uitdagingen die hij aanpakte onvermoeibaar en toegewijd. Info - Dirk Devlies is, naast lid van de Astro Event Group vzw, ook actief in de Vereniging Voor Sterrenkunde waar hij zetelt in de raad van bestuur. Zowat elk vrij moment steekt hij in z'n zelfgemaakt sterrenkundig en ruimtevaartgericht woordenboek. Een buitengewoon omvangrijk werk dat al enkele duizenden pagina's telt.
Personalia Hij is geboren in Antwerpen op 29 april 1869. Hij overleed in Ukkel, na een jarenlange en pijnlijke ziekte, op 27 mei 1929. Zijn vader onderwees wiskunde. De laatste jaren van zijn leven ging zijn gezondheid achteruit en hij meed ontmoetingen om hen die hij lief had niet te confronteren met het bedroevend zicht van een aftakelende fysiek. Opleiding Na de basisschool in zijn geboortestad startte hij in 1886 in Brussel een opleiding aan de Koninklijke Militaire School. Hij promoveerde er in 1891 tot onderluitenant artillerie. Nadien volgde hij stage aan een militaire paardenrijschool in Ieper. Op 1 oktober 1894 werd hij aspirant eerste klasse en exact een jaar later promoveerde hij tot buitenlands luitenant. Op 1 oktober 1897 werd hij 'lieutenant de vaisseau' (eerste luitenant) bij het Frans Mediterraans squadron. Eveneens in 1897 werd hij aangesteld als attaché van het Parijse Bureau des Longitudes. Na een wintercampagne in de Andes promoveerde hij in 1900 tot kapitein-commandant in het Belgische Leger.
Guidestar | 04-2013
Werk en leven
034
In 1900 vroeg de Belgische overheid hem, omwille van zijn verdiensten tijdens de poolreis (zie verder), om directeur te worden van de Koninklijke Sterrenwacht van België. Hij aanvaarde de taak pas, en verliet het leger, als hij zekerheid had gekregen over de fondsen waarmee hij zou kunnen werken. Hij was de vierde bewindvoerder van het instituut. Eerst vanaf 11 oktober 1900 van de sterrenkundige dienst en van de hele sterrenwacht van 25 augustus 1913 tot 2 mei 1925. Hij volgde in de functie in oktober 1900 Folie op die drie jaar ad-interim directeur was (en Charles Lagrange die het een maand was). Na zijn ontslag om gezondheidsredenen werd hijzelf opgevolgd door Paul H. Stroobant (Guidestar november 2012). Van de directeurs van de KSB onthoudt men vooral Lecointe die de instelling in 1904 een seismologische dienst gaf en Stroobant, onder wiens leiding een departement voor astrofysica werd opgericht. Hij voerde binnen de sterrenwacht een administratieve hervorming door. De sterrenwacht kon vanaf 1910, dankzij een
schenking van Ernest Solvay, een seismologische dienst uitbouwen die onder haar beheer zou blijven. Aardmagnetisme en atmosferische elektriciteit zouden voortaan afhangen van het nieuwe KMI. In 1913 werd de meteorologische dienst immers omgevormd tot het autonoom Koninklijk Meteorologisch Instituut. Het KMI viert in 2013 trouwens zijn 100e verjaardag! Om dat te gedenken geeft de Koninklijke Munt van België een nieuw muntstuk van twee euro uit. Hij heeft nooit het belang van de astrofysica erkend en blokkeerde vele jaren alle activiteiten op dat vlak. Eerst werkte hij Fiévez (Guidestar april 2012) tegen. Na diens dood en het pensioen van Eugène Spée (werkzaam op de sterrenwacht van 1885 tot 1909) blokkeerde Lecointe voor vele jaren alle spectroscopische onderzoeken. Zelf deed hij waarnemingen van planeten. Hij zorgde ervoor dat België vanaf 1907 deelnam aan het internationaal project om de volledige hemel te fotograferen: Carte du Ciel. Hiervoor werd een speciale astrograaf opgesteld op de terreinen van de sterrenwacht. De sterrenwacht van Ukkel verving in het project de sterrenwacht in Potsdam en was het laatste observatorium dat opnames maakte. In totaal (1887 – 1950) werden wereldwijd 8,6 miljoen fotografische platen belicht, wat resulteerde in gegevens van bijna vijf miljoen sterren. Dit lijkt enorm veel, maar de Europese missie Gaia zal vanaf eind dit jaar in zijn eentje vijf miljard sterren observeren in vijf jaar. Hij trok op de sterrenwacht nieuwe krachten aan waaronder Delvosal, Delporte, Stroobant, Vanderlinden, Casteels, Merlin, Philippot en Van Biesbroeck. Lecointe werd op 15 december 1911 verkozen tot corresponderend lid van de Académie royale des Sciences, des Lettres et des BeauxArts de Belgique. Wegens zijn militaire opleiding en graad werd hij opgeroepen om zijn geboortestad te verdedigen tijdens de Duitse inval in 1914, volgens sommige bronnen deed hij dat vrijwillig. Stroobant was tijdens zijn afwezigheid ad-interim directeur van de sterrenwacht. Na de val van de stad werd hij geëvacueerd naar Nederland en geïnterneerd, waar hij de hele oorlog verbleef. Aan het einde van de oorlog kon hij een korte sterrenkundige reis naar het Verenigd Koninkrijk maken. Op 14 juni 1919 werd hij tot effectief lid van de Academie aangesteld. Dankzij zijn inspanningen werden in juli 1919 in het Brusselse Paleis der Academiën naast andere instellingen de Internationale Astronomische Unie (Guidestar dec. 2010), de International
Guidestar | 04-2013
035
Union of Geodesy and Geophysics en het Bureau international de l'Heure gesticht. Bij de IAU werd hij verkozen tot één van de vier vicevoorzitters. Enkele jaren bepaalde hij in Parijs mee het internationaal protocol om draadloos een tijdsein te versturen (1913 en 1922). De essentiële rol van België bij het herstel van de internationale wetenschappelijke contacten had belangrijke gevolgen voor de oriëntatie van het onderzoek tussen de Wereldoorlogen. Als land met beperkte middelen en met een ongunstig klimaat voor de observatie, ging België zich al gauw richten op internationale programma's en eigen onderzoekers op stage sturen naar het buitenland, eerst in Europa, dan in de Verenigde Staten van Amerika. Als geofysicus deed hij vooral onderzoek in de seismologie en magnetisme en hij deed temperatuurmetingen van de bodem. Uitgelicht: Poolreis. Van 1897 tot 1899 nam hij deel aan de Zuidpoolexpeditie van Adrien de Gerlache de Gomery. Hij was als eerste officier tweede in bevel van het schip Belgica. Naast de vele wetenschappelijke onderzoeken realiseerde de bemanning de eerste overwintering ooit in de poolstreek. Het was echter niet de bedoeling, maar het schip raakte vast in het ijs.
Bijzonder interessant was de officiële publicatie van de wetenschappelijke resultaten van de reis. Deze publicatie bestaat uit negen volumes die verschenen tussen 1901 en 1949. De publicatie draagt de naam ‘Expédition antarctique belge. Résultats du voyage du S. Y. Belgica en 1897-1898-1899 sous le commandement de A. de Gerlache de Gomery. Rapports scientifiques publiés aux frais du gouvernement belge.’. Dit werk bevat geen tekst van de Gerlache zelf en werd samengesteld door meer dan tachtig Belgische en buitenlandse wetenschappers. Het was de eerste grootschalige wetenschappelijke studie over het Zuidpoolgebied ooit. Aanwezig op de reis van de Belgica waren ook de Amerikaan Dr. Frederick Cook (1865 - 1940) en de Noor Roald Amundsen (1872 - 1928) die met latere exploten hun resulteten met de Belgica in de schaduw stelden. Amundsen was de eerste man die de Zuidpool bereikte (in 1911). Hij schreef over zijn reis het boek ‘Au Pays des Manchots’ (In het land van de pinguïns) dat in 1904 verscheen (volgens verschillende bronnen in 1904 of in 1910). Zijn diensten tijdens de reis trokken de aandacht van de Belgische overheid, wat hem een benoeming opleverde als directeur van de KSB. Meer over Antarctica (het leven, het milieu, de verkenning, de onderzoeken en de bases) op http://www.hetlaatstecontinent.be. Prijzen, eerbewijzen en naamdragers Naar hem is de planetoïde 3755 Lecointe genoemd, ontdekt door Sylvain J. V. Arend te Ukkel op 19 september 1950. De naam is voorgesteld door Pâquet en Arend. De Georges Lecointelaan draagt zijn naam, het ligt net als enkele andere ‘sterrenkundige’ straten in de buurt van de Ringlaan in Ukkel. Eredirecteur van de KSB. Hij ontving op 18 juli 1894 de burgermedaille tweede klasse en op 18 juli 1900 de burgermedaille eerste klasse. Hij was correspondent van de Franse wetenschapsacademie. Literatuur en bronnen
Foto - George Lecointe tijdens het uitvoeren van wetenschappelijke observaties. Bron: Belgica genootschap.
Guidestar | 04-2013
Meer informatie : www.belgica-genootschap.be
036
Op 16 augustus 1897 vertrok de Belgica vanuit Antwerpen. Na het overlijden van Emile Danco (1869 – 1898) nam hij diens taak over om het magnetisme van de aarde te meten. Hij deed ook sterrenkundig onderzoek en was daarnaast verantwoordelijk voor het in kaart brengen van de ontdekte gebieden (nauwkeurige positiemetingen) en dieptepeilingen (hydrografie). De sterrenwacht die hij op de Zuidpool opzette zonk in de ijsvlakte.
Hij wordt aangehaald in onder andere ‘De Geschiedenis van de Wetenschappen in België 1815 – 2000’, in de Biografie Nationale (door J. F. Cox, Guidestar maart 2013) en in de Astronomische Gids van België (VVS, 2009). Hij schreef onder andere over de planeten Venus, Mars en Jupiter, maar ook over de verspreiding van de sterren ten opzichte van het Melkwegstelsel. Hij bundelde de waarnemingen van de Mercuriusovergang, zoals waargenomen in Ukkel op 14 november 1907. Niet alleen de waarnemingen, maar ook de gebruikte instrumenten en de details van de waarnemingen zijn uitvoerig besproken. De hoogte van de Zon was bij het maximum 20° boven de horizon. De overgang kon in goede meteorologische omstandigheden waargenomen worden, met af en toe een beetje sluierbewolking. In de Annales de l'Observatoire royal de Belgique beschreef hij waarnemingen met de Repsold meridiaankijker voor de jaren 1901 tot en met 1908. Een lijst van zijn publicaties verscheen van de hand van Cox in Annuaire ARB van 1953.
Zijn bevindingen en die van de Poolse geograaf, oceanograaf en meteoroloog Henryk Arctowski (1871 - 1958) en van de Roemeense zoöloog en botanist Emile G. Racovitza (1868 - 1947) waren het onderwerp van verschillende lezingen voor de Société royale belge de Géographie, die in 1900 werden gepubliceerd in de bundel ‘Expédition antarctique belge. Sous le Commandement de Adrien de Gerlache, 1897-1899.’.
In verband met scheepvaart en de marine schreef hij het belangrijke werk La navigation astronomique et la navigation estimée. Het verscheen in 1897.
Artikel
Z o n n e c y c lu s u p d a t e : komt er een tweede piek ? Pesnell wijst ons op een ander probleem, de laatste van de twee zonnemaxima, rond 1989 en 2001, had niet één piek maar had twee pieken. De zonneactiviteit steeg, daalde dan weer en steeg terug naar een tweede piek. So voltooiden die een mini cyclus die ongeveer twee jaar duurde.
Dean Pesnell van de Goddard Space Flight Center heeft een ander verklaring voor de rust die we nu doormaken. Hij zegt dat we weldegelijk in het zonnemaximum zitten maar dat die er anders uitziet omdat het een maximum zal worden met twee pieken.
Hetzelfde zou nu dus kunnen gebeuren. Zonnevlekken aantallen stegen in 2011, daalden dan weer in 2012 en kunnen opnieuw gaan stijgen in 2013. Persnell is behoorlijk zeker van het feit dat er een tweede piek aan zit te komen in 2013 en zal duren tot in 2014.
Traditioneel wordt gesteld dat de zonneactiviteit heen en weer gaat als een slingerbeweging. Aan de ene kant van de cyclus is er een rustige periode met weinig zonnevlekken en fakkels, aan de andere kant brengt het zonnemaximum hoge zonnevlek aantallen en veel uitbarstingen. Dit ritme herhaalt zich elke elf jaar.
Een ander opvallend iets van de zonnecyclus is dat de zon’s hemisferen niet altijd op het zelfde moment pieken. In de cyclus die we nu doormaken is vooral het noorden de active kant geweest terwijl het zuiden altijd achter bleef. Als er een tweede piek komt dan zou het kunnen dat de zuidelijke hemisfeer dan actief zal worden en zo de actiefste van beiden zal worden. Nu kunnen wij inderdaad stellen uit data die we verkrijgen van poollicht.be of spaceweatherlive.com dat de zuidelijke hemisfeer altijd de minst actieve is geweest, maar de laatste tijd inderdaad actiever aan het worden is, met meer vlekken en fakkels.
De werkelijkheid leert ons dat het toch wat ingewikkelder ligt. Astronomen tellen nu al zonnevlekken sinds eeuwen en hebben opgemerkt dat de zonnecyclus niet perfect regelmatig is. De zon houdt zich als het ware niet aan de cyclus die door ons mensen is opgesteld. Het gebeurd wel eens dat een cyclus voltooid word in tien tot dertien jaar of dat het maximum heel zwak is of net heel sterk.
Foto - De Zonnecyclus van Schwabe is de elfjarige cyclus van zonneactiviteit, en samenhangend daarmee de periode waarin het aantal zonnevlekken op de zon varieert. Gedurende de perioden met de meeste activiteit, bekend als de zonnemaxima, verschijnen zonnevlekken. Perioden met de laagste zonneactiviteit staan bekend als de zonneminima. Het laatste zonnemaximum was in 2001. De zonnecyclus conformeert zich niet precies aan het gemiddelde van elf jaar. Recent zijn er korte cycli van slechts 9 jaar waargenomen, en ook zeer lange van 14 jaar. Bron: Wikipedia.
Tim De Blanck
Zoals iedereen al weet moest in 2013 de piek van de elf jarige zonnecyclus plaatsvinden. Toch nu 2013 aangebroken is blijft de zonneactiviteit relatief laag. Er is in maanden geen sterke uitbarsting meer geweest. Zonnevlekken zijn er wel, maar die zijn in mindere mate aanwezig dan verwacht zou worden.
Meer informatie : www.poollicht.be
Niemand kan met zekerheid zeggen wat de zon in het vervolg zal doen. Maar toch lijkt het waarschijnlijk dat ze aan het einde van 2013 levendiger zal zijn dan aan het begin.
Guidestar | 04-2013 037
Buiten schijnt na een lange en koude winter eindelijk het zonnetje. Voor de meeste mensen is het begin van de lente een verademing. Tegen het einde van deze eeuw moeten we mogelijk niet zo lang meer wachten. Volgens een Amerikaanse studie kan de lente tegen 2100 in het noorden van de VS vijf weken vroeger beginnen en een week vroeger in de zuidelijke staten. Wellicht klinkt dit als muziek in de oren, voor de natuur heeft deze evolutie grote gevolgen. Ons ecosysteem heeft zich immers over enkele duizenden jaren ontwikkeld en nu verandert het hele klimaat in enkele decennia tijd, waarschuwt onderzoeker David Medvigy van Princeton University. De ene soort zal zich vlotter aanpassen dan de andere. Daardoor wordt het verband tussen dieren en hun belangrijkste voedselbronnen verbroken. De evolutie, die de wetenschappers vaststelden door het bestuderen van de eerste bladeren aan de bomen, wordt net als extreem weer beïnvloed door de opwarming van de planeet. Het idee van een vervroegde lente is niet nieuw. Uit studies blijkt dat in de VS de lente sinds 30 jaar geleden al gemiddeld drie dagen eerder van start gaat. Het is echter de eerste keer dat een studie een fenomeen zo grondig behandelt. Met steun en gegevens van de 'National Oceanic and Atmospheric Administration' (NOAA) hebben Medvigy en zijn collega's modellen opgesteld over de invloed van de temperatuur op bladgroei in de laatste negen decennia. Hun conclusie is eenvoudig: wanneer het warmer wordt, zullen de eerste bladeren van het seizoen vroeger verschijnen. Opvallend is dat er grote verschillen tussen bepaalde streken bestaan. Gemiddeld zou de lente twee weken eerder kunnen beginnen, maar op sommige plaatsen gaat het over een maand en elders maar over zeven dagen. Het hangt immers ook van de boomsoorten af. Op termijn zouden noordelijke gebieden veel kenmerken van het zuiden beginnen vertonen en ook de ecosystemen zullen meer overeenkomsten hebben. Hoe dan ook zal het gedrag van veel vogels en insecten veranderen. Een andere vraag is wat er met de herfst zal gebeuren. Als dat seizoen dan ook later zou beginnen, wordt de bloeiperiode nog langer. Ook dat zal ecoystemen weer gaan verstoren. Het is volgens de wetenschappers dan ook belangrijk dat we meer te weten komen over het effect van het klimaat op ecosystemen. Bron: The Huffington Post / 05-032013. wat heeft de temperatuur van de Atlantische Oceaan te maken met een malaria-epidemie duizenden kilometers verderop? Veel, hebben wetenschappers ontdekt. Aan de hand van de temperatuur van het zeewater kunnen ze nu maanden van tevoren een epidemie voorspellen. In het zeer droge noordwesten van India vallen malaria-epidemieën samen met periodes van hevige neerslag. Voor de muggen die de ziekte overdragen, betekent meer water meer kansen om zich voort te planten. Vandaag kan men die neerslagperiodes en dus malaria-epidemieën een maand van tevoren voorspellen. Voortaan zal men die voorspelling nog drie maanden kunnen vervroegen. Dat biedt de autoriteiten meer mogelijkheden om maatregelen te nemen. Een studie in het maandblad Nature Climate Change laat zien dat de temperatuur van het water van de Atlantische Oceaan, duizenden kilometers verderop, de luchtstromen beïnvloedt die de regen naar het noordwesten van India brengen. Indiase, Spaanse, Britse en Amerikaanse onderzoekers bekeken de periode 1985-2010. Ze vergeleken de oppervlaktetemperatuur van de oceanen wereldwijd met gegevens
over malaria-epidemieën in het noordwesten van India en ontdekten een link op een plaats die ze niet meteen verwacht hadden: het zuidelijke deel van de Atlantische Oceaan. Als de watertemperatuur daar in juni en juli sterker zakt dan normaal, dan neemt in India het aantal malariagevallen in oktober en november fors toe. In India worden elk jaar negen miljoen nieuwe gevallen van malaria geregistreerd. Bron: H. Adriaen / 07-03-2013. Na enkele zware overstromingen en stormen is de bezorgdheid van de Britten over het klimaat naar het hoogste niveau in meer dan tien jaar gestegen. Net zoals in de Verenigde Staten blijkt extreem weer het geloof in de klimaatverandering te doen toenemen. Een studie van de universiteiten van Cardiff en Aberystwyth toont aan dat 85 procent van de inwoners van Wales bezorgd tot heel bezorgd is over de risico's van de klimaatverandering. Liefst 88 procent gelooft dat het klimaat aan het veranderen is. Drie jaar geleden bleken de cijfers na een studie in het hele Verenigd Koninkrijk veel lager te liggen. De onderzoekers deden de enquête dan ook op het einde van vorig jaar, net nadat de streek door ernstige overstromingen getroffen was. Ook in de Verenigde Staten merken we dat de bevolking veel meer in de klimaatverandering gelooft wanneer het land door extreme weerfenomenen getroffen wordt. Per graad dat de temperatuur in de voorbije twaalf maanden boven het gemiddelde lag, ging het geloof in global warming met 7,6 procent omhoog. Natuurlijk is het wetenschappelijk niet mogelijk om één extreem weerfenomeen aan de klimaatverandering te linken. Maar zo werkt het wel in de perceptie van de bevolking. En als er een orkaan in het Verenigde Koninkrijk of een hittegolf of extreme overstromingen nodig zijn om in te zien dat de klimaatverandering echt aan het gebeuren is, zal het dan al niet veel te laat zijn? Bron : The Guardian / 05-03-2013. De ijsberen uit de Hudson Bay in Canada jagen op het bevroren zee-ijs op zeehonden. Tijdens de zomermaanden, als het ijs smelt, 'overzomeren' ze aan land. Nu die warmere periodes steeds langer aanhouden, dreigen de beren in de zomer door hun vetreserves heen te raken. Onderzoekers van de British Ecological Society ontdekten dat door klimaatveranderingen het zee-ijs aan de noordpool steeds sneller smelt. Hierdoor moeten de ijsberen langer aan land blijven, waar ze niet het vette voedsel, zoals zeehondenvlees, kunnen krijgen dat ze nodig hebben. Dit heeft volgens de wetenschappers gevolgen voor de gezondheid en voortplanting van de beren. Het onderzoeksteam observeerde de migratiepatronen van vrouwelijke ijsberen tussen 1991 en 1997 en tussen 2004 en 2009. Ze bevestigden halsbanden met een radiozender rond de nek van de dieren. Mannetjes konden niet onderzocht worden omdat hun nek breder is dan hun hoofd, waardoor het toestel zou afvallen. De ijsberenpopulatie neemt al sinds 1990 gestaag af, ook hun algemene gezondheid en het aantel jongen is gedaald. Volgens onderzoeker Dr Seth Cherry komt het nu bij ijsberen op "survival of the fattest" neer. Bron: AA / 18-03-2013.
Meer up-to-date nieuws : www.spacepage.be
In 1992 vloog Dirk Frimout aan boord van het ruimteveer Atlantis 143 keer rond de aarde om de atmosfeer te bestuderen. Na zijn terugkeer werd zijn ruimtewerk beloond met een eredoctoraat van de Gentse universiteit, de graad van Grootofficier in de Leopoldsorde en de adellijke titel van burggraaf. Tijdens deze uiteenzetting maak je op een actuele en wetenschappelijk onderbouwde manier kennis met de fascinerende relatie tussen de mens, de aarde en het heelal!
Datum - Donderdag 18 april 2013. Van 20.00 uur t/m 21.30 uur. Toegang: 2,00 euro. Locatie - De VELINX, Dijk 111 bus 2 te 3700 Tongeren. www.develinx.be
Guidestar | 04-2013
Voordracht : Dirk Frimout - Na Kuifje de eerste Belg in de ruimte
039
Rubriek
S p a c e h i st o r y / 2 8 - 0 4 - 1 9 2 8 Guidestar | 04-2013
Verjaardag Eugene Shoemaker
040
Eugene Merle Shoemaker (Los Angeles Californië), 28 april 1928 – nabij Alice Springs - Australië, 18 juli 1997) was een Amerikaans geoloog, astronoom, kometenjager en aspirant astronaut. Eugene Shoemaker was de eerste die de betekenis van inslagkraters voor de aardse geologie onderkende. Eugene werd geboren in Los Angeles. Op negentienjarige leeftijd studeerde hij af in de geologie aan het California Institute of Technology in Pasadena. Na het behalen van zijn Masters Degree een jaar later ging hij werken bij de USGS, waar hij zich bezighield met het bestuderen van afzettingen van uranium in onder andere vulkaankraters. In 1951 trouwde hij met Carolyn Spellman, met wie hij in 1952 de Barringerkrater in Arizona bezocht, en daar begon in te zien dat
inslagen van meteorieten een grote rol hebben gespeeld bij de vorming van kraters op de aarde en de maan. In 1960 promoveerde hij op dit onderwerp. Hierna hield hij zich bezig met onderzoek naar kratervorming op de maan en startte zelfs de opleiding als astronaut. Om medische redenen kon hij dit niet afmaken, wel bleef hij begeleider en organisator van het geologische gedeelte van de Ranger, Surveyor en Apollo maanprogramma's van de NASA. Behalve in kraters raakte hij ook geïnteresseerd in de objecten die ze veroorzaakten, en zette een langlopend onderzoeksprogramma op. In dit programma bleek zijn vrouw Carolyn een uitzonderlijk talent te hebben voor het ontdekken van kleine verschillen op fotografische platen. Het zoekwerk resulteerde in de vondst van 32 kometen en 40 planetoïden, de meeste met een baan die
Dat Shoemaker als astronaut uit het Apollo programma moest stappen heeft hem persoonlijk zeer geraakt. Het bijzondere - en ook voor anderen hoopvolle - aan zijn leven is dat hij bijna 30 jaar later samen met zijn vrouw en Dr. Levy de komeet ontdekte en daarmee de Jupiterinslag kon voorspellen. Een gebeurtenis die weer teruggreep op zijn promotieonderzoek. Zelf was hij een bescheiden en aimabele man, maar insiders kenschetsen zijn leven als 'larger than life'. Eugene Shoemaker kwam in 1997 om het leven bij een frontale autobotsing tijdens
onderzoekswerk in AustraliĂŤ. De NASA eerde hem door op 6 januari 1998 een capsule met zijn as en een inscriptie mee te nemen op de missie van de Lunar Prospector naar de maan om daar na 18 maanden onderzoek te pletter te slaan.
Guidestar | 04-2013
binnen die van de aarde ligt. Dit zoekwerk vond een spectaculaire bekroning in de ontdekking in 1993 van de komeet Shoemaker-Levy 9 en een jaar later de inslag ervan op de planeet Jupiter.
041
Artikel
Schooltelescoop KTA Brugge Vlaanderens mooiste Jean-Pierre Grootaerd
Door de loop der jaren heen kunnen we rustig de stelling aanhalen dat ‘kijkerbouw op school’ zo stilaan het paradepaardje is geworden van de werkgroep Kijkerbouw VSRUG. In 2009 begon het nog heel kleinschalig met een project in het VTI Oostende, een uitloper van AE2009 : de door de Astro Event Group vzw georganiseerde sterrenkundige en ruimtevaartgerichte beurs in het Openluchtcentrum Duin en Zee te Oostende. Op deze beurs, georganiseerd naar aanleiding van het Internationaal jaar van de sterrenkunde, werd de grondslag gelegd van deze schoolprojecten. Ondertussen, medio 2013, kunnen we zeggen dat in enkele tientallen scholen het gebouw S9 van de campus Sterre UGent ook een begrip is geworden. De thuishaven van de werkgroep kijkerbouw van de Gentse Volkssterrenwacht Armand Pien.
Foto - De KTA Brugge leerkracht die samen met de drie studenten de indrukwekkende telescoop motering hebben ontworpen. Meer informatie : www.ktabrugge.be www.kijkerbouw.be
Schooljaar 2012-2013 : een recordaantal van maar liefst 14 scholen stapten mee in het kijkerbouwproject. Een project dat sinds 2012 ook op de volle steun en medewerking kan rekenen van alle Vlaamse Volkssterrenwachten. Een samenwerkingsverband die na een jaar duidelijk zijn vruchten afwerpt : scholen van over het hele Vlaamse land schreven zich in, samen met enkele Nederlandse.
Van Menen tot Bree en Lochem 14 scholen dus dit jaar, ieder met zijn eigen inbreng. Niet evident om er daar meteen eentje uit te pikken . En toch … Vorige maand kon men hier het verhaal te lezen van twee 16-jarigen uit Lochem die op hun eentje, onder onze begeleiding weliswaar, een 15 cm F6 kofferdobson afwerkten. Puike prestatie ! En ondertussen zijn de meeste scholen dit schooljaar ook al klaar met de bouw van hun dobson. Pien mount Dit jaar introduceerden wij een ‘kleine‘ extra optie in het kijkerbouwproject. Guy Wauters (werkgroepleider kijkerbouw) tekende de plannen uit van zijn Pien Mount. Een vorkmontering die grote en zware telescopen moet aankunnen. Een montering waarop in een volgende fase een GOTO sturing wordt ontwikkeld om feilloos aan deepsky astrofotografie te kunnen doen. Een groots en gewaagd project waarbij de sturing ook wordt ontwikkeld ism mensen van de werkgroep kijkerbouw en astrofotografie VSRUG. Begin dit schooljaar werd het project vrijgegeven aan enkele technische scholen met de melding ‘zie maar of er aanpassingen of vebeteringen kunnen worden aangebracht ‘. KTA Brugge Eén van deze scholen was het KTA uit Brugge. Een zestal studenten en twee leerkrachten hebben, in stilzwijgen, hun schouders onder dit project gezet. Eén groep werkte aan de kijker, en een andere bestaande uit twee jongens en één jongedame, werkten aan de mount. Met op bijgaande foto het resultaat !
Guidestar | 04-2013
Terecht kunnen we dit Vlaanderens mooiste noemen onder de kijkerbouwprojecten. Nietwaar ? Daar kunnen deze mensen echt wel mee voor de dag komen ! Ze kunnen terecht trots zijn…
042
In een volgend stadium wordt op school (2013-2014) gewerkt aan de sturing voor deze montering. Opendeur Ongetwijfeld zal deze telescoop op zijn montering een heuse blikvanger zijn op de opendeurdagen op zaterdag 20 en zondag 21 april in het KTA Brugge. Telkens van 14.00 tot 17.00 uur. Rijselstraat 7 te 8200 Sint Michiels Brugge. Een bezoek meer dan waard ! Vanaf volgend schooljaar komt daar Observatoire Centre Ardennes bij samen met Sterrenwacht Philippus Lansbergen uit Middelburg (NL).
Guidestar | 04-2013
043
Rubriek - European Space Agency ESA
Inhuldiging coördinatiecentr
Info - De Europese Ruimtevaartorganisatie (European Space Agency, ESA) houdt zich in Europees verband bezig met projecten op het gebied van ruimtevaart, onderzoek van de Aarde, ruimteonderzoek, ontwikkeling van op satellietsystemen gebaseerde technologieën en de bevordering van de Europese economie. De ESA is onder andere verantwoordelijk voor de ontwikkeling van de Arianeraketten waarmee kunstmanen in de ruimte worden gebracht.
Guidestar | 04-2013
Meer informatie : www.esa.int
044
Op woensdag 3 april 2013 stellen de Europese ruimtevaartorganisatie ESA en het SolarTerrestrial Centre of Excellence (STCE) een nieuw Europees coördinatiecentrum voor ruimteweerdiensten voor. Het centrum werd opgericht in het kader van het ESA programma ‘Space Situational Awareness’ (SSA).
eindigt om 13.00 uur (deuren open vanaf 10.00 uur).
Het SSA Space weather Coordination Centre (SSCC) is het Europees zenuwcentrum voor ruimteweer. Het bevindt zich op de ‘Space Pole’ in Brussel en omvat de allereerste Europese ruimteweerhelpdesk. Gebruikers krijgen hier eerste hulp van experts inzake het zonneweer, de toestand van de ionosfeer, magnetische verstoringen rondom de Aarde en het gedrag van energetische deeltjes ter hoogte van satellietbanen. Het centrum is het verzamelpunt van nieuwe en bestaande gespecialiseerde diensten en netwerken in Europa.
10.30 uur - Voordracht: Detecting space hazards - strategic objectives of the SSA programme door Thomas Reiter. ESA directeur van human spaceflight and operations.
Het SSCC is een computerkamer waar operatoren de zon, de ruimte en de aarde monitoren naar een mogelijke invloed van het ruimteweer op economisch vitale sectoren zoals de olie- en gaswinning, de elektriciteitsnetwerken en de navigatie, om de nefaste effecten van extreem ruimteweer te beperken, de kosten ervan te drukken en de betrouwbaarheid en diensten voor de burgers te verbeteren. We verwelkomen het hoofd van het Belgisch Federaal Wetenschapsbeleid Philippe Mettens, ESA Directeur Thomas Reiter, Manager van het SSA Programma Nicolas Bobrinsky, Manager van het SSA Ruimteweer segment Juha-Pekka Luntama, en Michel Kruglanski, project manager van het consortium verantwoordelijk voor de implementatie van het SSCC. Aansluitend krijgt u de kans om vragen stellen tijdens de Q&A. Interviews met sprekers en vertegenwoordigers van ESA het STCE zijn eveneens mogelijk. persconferentie begint om 10.30 uur
te de en De en
Programma 10.30 uur - Welkom en introductie door de heer Ronald Van der Linden. Directeur generaal van de Koninklijke Sterrenwacht.
10.45 uur - Voordracht: Space weather services door Philippe Mettens. Voorzitter Belgian science policy office. 10.55 uur - Voordracht: Overview of ESA's SSA programme door Nicolas Bobrinsky. ESA hoofd van de situational awareness programma. 11.05 uur - Voordracht: Space weather impact on critical infrastructures and services door Juha-Pekka Luntama. ESA hoofd van de SSA space weather activities. 11.15 uur - Voordracht: Profile of the SSA space weather service coordination centre door Michel Kruglanski. Solar-terrestrial centre of excellence. 11.25 uur - Vragenronde. 11.35 uur - VIP foto sessie. 11.45 uur - Einde van het formele gedeelte. Mogelijkheden tot het verkrijgen van interviews. 12.00 uur - Buffet. 13.00 uur - Einde. Inschrijven kan via de ESA website of via mevrouw Jocelyne Landeau-Constatin van het ESA / ESOC corporate communications office : esoc.communication@esa.int.
rum voor ruimteweeriensten Vrouwen in de ruimtevaart Van de ruim 500 astronauten die sinds het begin van de jaren 60 een reis naar de ruimte gemaakt hebben, zijn er slechts 56 vrouw. Niet alleen op het gebied van astronauten ligt het percentage vrouwen een stuk lager dan het percentage mannen, maar ook in de rest van de ruimtevaartsector zijn vrouwen ondervertegenwoordigd.
procent van zijn snelheid. Daarna kan de parachute uitgeklapt worden. Deze zorgt ervoor dat de snelheid nog verder terugloopt, naar zo'n 100 kilometer per uur. Wanneer ExoMars op 2 kilometer boven de grond is worden de motoren aangezet om het voertuig nog net wat extra te vertragen zodat hij zachtjes kan landen.”
Lorenzoni is zelf sinds 1999 werkzaam in de ruimtevaart. Zo hielp ze onder andere bij de ontwikkeling van de Mars Reconnaissance Orbiters, een satelliet die sinds 2005 in een baan om Mars draait. Daarnaast werkte ze als ingenieur aan de systemen die ervoor zorgden dat marsrover Curiosity veilig kon landen op Mars. Hetzelfde werk doet ze nu voor ESA, waar ze Entry, Descent and Landing -ingenieur (EDL) is bij ExoMars, de Marsmissie waarbij gezocht gaat worden naar tekenen van leven op onze rode buurplaneet.
Toch kan ze het verschil tussen het aantal mannen en de vrouwen in de sector niet ontkennen. “Ik zie natuurlijk ook dat er hier meer mannen rondlopen dan vrouwen. Maar ik heb het gevoel dat dat met verloop van tijd gaat veranderen. Toen ik zelf bezig was met mijn doctoraat was ik bijvoorbeeld nog de enige vrouw in mijn jaar. Maar als ik naar klassen onder me keek zag ik dat daar al steeds meer vrouwen in zaten. Daardoor zal het percentage vrouwen in de ruimtevaart alleen maar gaan groeien.”
In haar rol als EDL-ingenieur is Lorenzoni verantwoordelijk voor de laatste stappen van de ruimtereis van ExoMars. “Wanneer het voertuig de atmosfeer van Mars binnen komt heeft het een snelheid van zo'n 20.000 kilometer per uur. Mijn taak is om het systeem te ontwikkelen dat ervoor zorgt dat ExoMars veilig kan landen. Dat begint met het gebruik van een hitteschild, dat het voertuig afremt."
De volgende editie van Woensdagmorgen.nl vindt plaats op woensdag 3 april en duurt van 8.30 uur tot 10.30 uur. Naast Lorenzoni zullen ook Mindy Howard van astronauts4hire en Olga Motsyk van de TUDelft met de aanwezigen spreken.
"Tijdens deze Entry -fase verliest ExoMars al 90
Meer informatie: www.woensdagmorgen.nl
Guidestar | 04-2013
Van alle werknemers in de Europese ruimtevaart is slechts 21 procent vrouw. En dat terwijl vrouwen net zo goed werk kunnen verrichten als mannen, vindt Leila Lorenzoni. Ze is een van de sprekers tijdens de tiende editie van de netwerkbijeenkomst Woensdagmorgen.nl, die geheel in het teken staat van vrouwen in de ruimtevaart. “Het is voor vrouwen lastiger om aan het werk te gaan in de sector omdat ze vooral vroeger minder kansen kregen om zichzelf te ontwikkelen dan mannen.”
Tijdens Woensdagmorgen.nl ging Lorenzoni vooral in op haar werk als EDL-ingenieur. “Ik geef het publiek eerst een inkijkje in wat andere landen de afgelopen decennia al gedaan hebben op Mars. Vervolgens vertel ik over ExoMars en over mijn baan.” Dat de tiende editie van de netwerkbijeenkomst in het teken staat van vrouwen in de ruimtevaart wil niet zeggen dat ze zich zal bezighouden met de verschillen tussen de twee geslachten in de sector. “Die zijn er namelijk niet. Of werken in de ruimtevaart iets voor je is heeft vooral te maken met je persoonlijkheid en niet met je geslacht.”
045
Artikel
Astronomen ontdekken gigantisch sterrenstelsel instituten en heeft als doel de hele noordelijke hemel op hele lage radiofrequenties (tussen 30 en 160 MHz) in kaart te brengen. Hierbij wordt een eerste algemene scan gemaakt van de hemel, ter voorbereiding op meer diepgaande waarnemingen.
ASTRON
Een team astronomen, geleid door ASTRONsterrenkundige dr. George Heald, heeft een tot nu toe onbekend, gigantisch radiostelsel ontdekt in beelden van een onderzoek dat de hele noordelijke hemel bedekt. De astronomen vonden het radiostelsel met de krachtige Internationale LOFAR Telescoop (ILT), ontworpen en gebouwd door ASTRON. Met deze telescoop voert het team LOFAR's eerste onderzoek van de hele noordelijke hemel uit, het zogenoemde ‘Multifrequency Snapshot Sky Survey' (MSSS). Met de eerste beelden uit het onderzoek identificeerde dr. Heald een enorme, nieuwe bron met materiaal dat is weggeslingerd uit het centrum van het sterrenstelsel tientallen miljoenen tot honderden miljoenen jaren geleden, en dat zich nu uitstrekt over een afstand van miljoenen lichtjaren in het heelal. Als dit nieuwe stelsel met het blote oog te zien was, zou het groter zijn dan de volle maan.
De gevoeligheid en resolutie van de metingen zijn te vergelijken met eerdere onderzoeken met klassieke radiotelescopen, zoals ASTRON's Westerbork-telescoop, de Very Large Array (VLA) in Amerika en de Giant Metrewave Radio Telescope (GMRT) in India.
Het nieuwe stelsel is onderdeel van een categorie objecten genaamd Giant Radio Galaxies (enorme radiostelsels, GRG's). GRG's zijn extreem groot in omvang, wat erop duidt dat ze ofwel heel krachtig zijn of heel oud. De LOFAR-telescoop, die bestaat uit een netwerk van antennes verspreid over Noord-Nederland en Europa, is heel geschikt om stelsels zoals deze te vinden, omdat de telescoop uiterst gevoelig is voor zulke grote objecten en op lage frequenties opereert die geschikt zijn om oude bronnen op waar te nemen. Het centrum van deze nieuwe bron is onderdeel van één sterrenstelsel van UGC 09555, dat bestaat uit drie sterrenstelsels die door de zwaartekracht aan elkaar verbonden zijn. Het centrum, dat eerder al wel bekend was, is 750 miljoen lichtjaar van de aarde verwijderd. Het heeft een plat radiospectrum, wat betekent dat de felheid van het stelsel niet veel verandert bij grote veranderingen in de waarneemfrequentie. Dit is typisch voor dit soort enorme radiostelsels.
Het MSSS-team bestaan uit vijftig leden van verschillende instituten uit onder andere Nederland, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk, Polen, Frankrijk en Italië.
Foto - De foto laat het enorme nieuwe sterrenstelsel (blauw-witte kleuren) zien bovenop een optisch beeld uit de Digitized Sky survey. De inzet laat het drietal sterrenstelsels zien (bron: Sloan Digital Sky Survey). Het beeld is ongeveer 6.520.000 lichtjaar in doorsnede. Bron: Astron. Meer informatie : www.astron.nl
Guidestar | 04-2013
Het MSSS-onderzoek wordt gedaan in een samenwerkingsverband van verschillende
Het MSSS-onderzoek is uniek omdat het op aanzienlijk lagere frequenties wordt uitgevoerd en daardoor nieuwe bronnen kan ontdekken die in eerdere onderzoeken zijn gemist. De ruime bandbreedte van MSSS is ook nieuw in ‘all-sky'-onderzoeken, en zal worden gebruikt om aanvullende informatie over de waargenomen objecten te verkrijgen.
047
Er is een kleine maar reële kans dat Mars door komeet 2013 A1 Mars volgend jaar in Oktober zal geraakt worden. De kans dat Mars zal geraakt worden staat nu op 1 op de 2000. De kern van de komeet is tussen de èèn en de drie kilometer in diameter en hij komt er snel aan. Met 56 kilometer per seconde ofwel meer dan 200 000 km per sec. Als de komeet Mars raakt zal die een explosie teweeg brengen die gelijk staat aan 35 miljoen megaton TNT. Om even te vergelijken de astroïde die 65 miljoen jaar geleden de Aarde raakte en de dinosauriërs uitroeide was ongeveer 3 keer zo sterk, ofwel 100 miljoen megaton. Een andere vergelijken die we kunnen maken is die met de komeet die boven Rusland explodeerde in februari 2013 die gebouwen beschadigde en mensen omverblies. Bevatte 0,44 miljoen megaton aan energie. De komeet die op Mars af stormt heeft 80 keer meer energie. Een impact betekend niet meteen het einde van NASA’s Mars programma maar het zal het programma veranderen net zoals Mars zelf zal veranderen. We kunnen het zien als een groot klimaat experiment verteld Michael Meyer, hoofdwetenschapper van het Mars exploratie programma van NASA hoofdkwartier. Een impact zal heel was materie in de atmosfeer gooien op Mars, stof, zand, water en een heleboel ander puin, wat kan resulteren in warmer weer, wel worden er dan problemen verwacht met de op zonneenergie aangedreven Mars rover Oppertunity . Curiosity zal er geen probleem door ondervinden omdat die op nucleaire energie werkt. Ook kan het dan voor de satellieten die rond mars draaien lastig worden om het oppervlak te zien totdat het puin begint te dalen en terug op de grond valt. Toch blijft een directe impact onwaarschijnlijk. Er is dan ook nog 1999 op 2000 kans dat de komeet mars zal missen. Maar een scheervlucht van de komeet zou ook al een groot event zijn, want als de komeet heel dicht langs Mars scheert kan Mars zich bevinden in de stoffige gas staart van de komeet. Dan zouden alle ruimtetuigen die momenteel werken op Mars foto’s moeten kunnen nemen van de komeet. Onderzoekers zullen heel geïnteresseerd zijn om te zien hoe de staart van de komeet en de atmosfeer van Mars reageren op elkaar. Er kan een meteoor regen ontstaan of aurora’s op Mars. NASA zend een nieuw ruimtetuig naar Mars dat enkele weken voor de aankomst van de komeet zal aankomen aan Mars om de atmosfeer van Mars te bestuderen. Genaamd Maven, die zal worden gelanceerd in november 2013. Toch zal het ruimtetuig niet volledig operationeel en klaar zijn voor het observeren van de komeet als die Mars bereikt. Bron: Tim De Blanck / 26-03-2013. Het Pan-STARRS project, geleid door de University of Hawaii, lijkt voorlopig gered te zijn door een anonieme particuliere donatie van drie miljoen dollar. Pan-STARRS (Panoramic Survey Telescope and Rapid Response System) is een project waarmee groothoekopnamen van de sterrenhemel worden gemaakt, o.a. om onbekende planetoïden en aardscheerders op te sporen. Oorspronkelijk zou Pan-STARRS uit vier identieke 1,8-meter telescopen gaan bestaan, uitgerust met digitale camera's met anderhalf miljard pixels, maar het project is inmiddels al teruggeschaald tot twee telescopen. De eerste, PS1, is in bedrijf sinds 2010 op de vulkaantop Haleakala op Maui, Hawaii. De bouw van PS2 leek op de helling te staan als gevolg van bezuinigingen van het Amerikaanse Congres. De particuliere donatie maakt het nu mogelijk om de bouw van PS2 toch te continueren. Pan-STARRS 1 heeft tot nu toe 245 nabije planetoïden ontdekt, waarvan er
29 een mogelijke bedreiging vormen voor de aarde. Daarnaast ontdekte Pan-STARRS 19 kometen, waaronder de komeet die de afgelopen weken vooral vanaf het zuidelijk halfrond zichtbaar was. Bron: GS / 22-03-2013. Aan de Britse astrofysicus Stephen Hawking en een team van zeven wetenschappers dat aan de deeltjesversneller van onderzoeksinstituut CERN in Zwitserland heeft gewerkt, is vandaag in het Zwitserse Genève de hoogst gedoteerde wetenschapsprijs uitgereikt. Hawking en het team ontvingen elk de Fundamental Physics Prize ter waarde van 3 miljoen dollar (2,3 miljoen euro) van de Yuri Milner's Fundamental Physics Prize Foundation. Hawking nam de prijs persoonlijk in ontvangst. Zijn dochter begeleidde hem daarbij. Hawking zei zich "zeer vereerd" te voelen. Hij kreeg de prijs voor zijn werk over zwarte gaten en kwantummechanica. Het CERN kreeg de prijs voor onderzoek naar het Higgs-deeltje. Yuri Milner is een Russische technologie-ondernemer die de prijzen in juli van vorig jaar oprichtte. De Amerikaanse acteur Morgan Freeman leidde de prijsuitreiking. Bron: EA / 20-03-2013. ‘Bidden’. Dat is het advies van Nasa aan de mensheid indien er morgen een grote asteroïde op aarde af zou suizen. Het hoofd van Nasa werd ondervraagd door het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden over de mogelijkheid dat een groot brok ruimtepuin de aarde zou vernietigen. Die kans is aanwezig, zei Charles Bolden, en als we een dergelijke asteroïde te laat zien, is er niets meer dat we er aan kunnen doen. In science fiction is een dergelijke dreiging al vaak aan de orde geweest. Meestal wordt de killer asteroïde dan opgeblazen door een groep stoere mannen. Kan zoiets in het echt ook? Het antwoord is nee. De totale kracht die nodig is om een grote asteroïde in twee helften te splijten is vorig jaar berekend op 800 biljoen terajoules. De krachtigste bom op de wereld is Sovjet Tsar Bomba (door de Amerikanen Big Ivan genoemd) die een kracht heeft van 418.000 terajoules. Om de asteroïde om een groot object als de aarde te laten suizen, moet de bom bovendien op meer dan 8 miljard kilometer van de aarde exploderen. Alleen dan storten de brokstukken niet alsnog op aarde. Een dergelijke afstand is alleen af te leggen als je jaren van tevoren aan de reis begint. Bolden vertelde op vragen van politici dat Nasa ‘jaren’ nodig zou hebben om een raket te bouwen die een grote asteroïde tegen zou kunnen houden. ‘Momenteel hebben we dergelijke technologie niet voorhanden’, zei hij. Bron: NASA / 22-03-2013.
Meer up-to-date nieuws : www.spacepage.be
Wil je trainen als een astronaut, leren over ruimtevaart en wetenschap en een superleuke vakantie beleven met leeftijdsgenoten? Een unieke ervaring in Noordwijk aan Zee (StayOkay hostel), dichtbij het technisch onderzoekscentrum (ESTEC) van de Europese ruimtevaartorganisatie ESA met een bezoek aan het officiële ESTEC bezoekerscentrum Space Expo. Veel ruimtevaart en wetenschap maar ook veel andere spelletjes en leuke en leerzame ervaringen, verschillende sporten, vrije tijd, excursies en sociale activiteiten. Het Space Kamp is een volledig georganiseerd kamp maar het is natuurlijk ook mogelijk om je alleen voor de dagactiviteiten in te schrijven...
Datum - 1 t/m 5 mei 2013. Toegang: 350 euro. Locatie - Sterrenlab, Rapenburg 15 te 2311 GE Leiden (NL). www.sterrenlab.com. info@sterrenlab.com.
Guidestar | 04-2013
Kamp : Space Expo - Space Camp 2013
049
Artikel
Massa extincties en ( b u it e n ) a a r d s le v e n ‘Habemus papam’ klonk het in het avondjournaal toen ik aan dit artikel begon...
Erwin Louagie
De kerk heeft de mensheid altijd beschouwd als superieur wezen, die zich in allerlei opzichten boven het dierenrijk verheft. Voor Darwin was de mens echter gewoon het product van een proces wat hij ‘de survival of the fittest’ noemde. Een langzaam uitselecteren van die individuen die zich best hadden aangepast aan hun omgeving en daardoor het meest kans op overleven hadden. Wat zich automatisch vertaalde in een verhoogde kans op voortplanting. Diezelfde positieve eigenschappen werden dus aan de nakomelingen doorgegeven. Op school leerden we dat het dierenrijk zich van primitief tot complex leven had ontwikkeld, van eencelligen tot zeer complexe meercellige wezens. Dat leek de logica zelve. Maar wat als de Aarde nu eens gekoloniseerd was gebleven door procaryoten, eencelligen zonder kern, zoals die ongeveer 3,8 miljard jaar geleden op aarde verschenen ? Misschien zou juist dat het meest logische zijn geweest ? Laten we de evolutie van het leven op Aarde nog eens overlopen. Misschien zal dat betere inzichten geven over hoe het leven op geschikte exoplaneten kan ontstaan en evolueren. Een overzicht... waarbij we in de vroegste periodes op geen 100 miljoen jaar min of meer kijken…
Guidestar | 04-2013
Zo’n kleine 4 miljard jaar geleden moeten dus de procaryoten (eencelligen zonder celkern) op Aarde zijn verschenen. Onder die groep vinden we onder andere de oerbacteriën of archeae, micro-organismen die zich thuisvoelen onder extreme omstandigheden van druk, temperatuur, zoutgehalte en zuurtegraad. Ook de cyanobacteriën, waarvan de afzettingen bewaard zijn gebleven onder de vorm van stromatolieten, behoren tot de procaryoten. Zij zijn 2,5 miljard jaar geleden zuurstof beginnen vormen die zich oorspronkelijk bond aan ijzer in de Aardse gesteenten, maar uiteindelijk massaal in de atmosfeer werd gepompt. 1,5 miljard jaar geleden was de zuurstofrijke atmosfeer een feit.
050
Twee miljard jaar geleden zijn de eerste cellen met kern (eucaryoten) verschenen.
Foto - Grafiek die schematisch de verschillende biologische evoluties op Aarde weergeeft. Bron: Pearson education.
Eén miljard jaar geleden verscheen het lager complex (meercellig) leven, zoals de sponzen, gevolgd door primitief dierlijk leven (bvb miniscule wormpjes van minder dan een millimeter groot). 550
miljoen
jaar
geleden
volgde
de
‘cambrische explosie’, zo genoemd naar het ‘plots’ verschijnen van een exploderende verscheidenheid aan dierlijke fossielen in de geologische sedimentatielaag die afgezet is in het cambrium (540-490 miljoen jaar geleden). Het gekendste fossiel uit die periode is de trilobiet. Van eenvoudig naar complex Waarom evolueert leven in de richting van ‘eenvoudig’ naar ‘complex’, als het leven in zijn eenvoudiger vorm veel moeilijker uit te roeien is ? Zo kunnen veel bacteriën een kort verblijf in de ruimte overleven, maar dat kan geen enkel dier. Is het überhaupt zelfs niet vreemd dat levende wezens van een onvoorstelbaar grote complexiteit (en dat is een spons zeker ook), en dus makkelijk uitroeibaar, zich al een miljard jaar weten te handhaven ? Om het even welke catastrofe de aarde te beurt gevallen is : bacteriën, die vanaf het prille begin aanwezig waren 3,8 miljard jaar geleden, zijn sedertdien niet meer van de aarde verdwenen. Het lijkt gewoon niet logisch iets zo ingewikkeld te maken, als dat voor het voortbestaan niet nodig is of zelfs contraproductief werkt. Complexe wezens hebben gewoon meer kans uit te sterven. Hoe complexer een organisme, hoe nauwer de temperatuurszone waarbinnen het kan leven en hoe juister de chemische samenstelling van de omgeving moet zijn. Hoe is dat te rijmen met een steeds toenemende complexiteit in de aardse evolutie ? Het antwoord ligt hem in de het aantal soorten dat een bepaalde klasse of stam van dieren bevat. Het complexer wordende leven was verplicht zich ‘in te dekken’ tegen verhoogd risico tot uitsterven door het ‘uitvinden’ van heel veel soorten die deel uitmaakten van de zelfde groep. Raar maar waar, ook al zijn bijlange niet alle bacteriën gecatalogeerd, het lijkt er op dat de grote groep van de insekten onnoemelijk meer soorten bevat dan de microben. Bacteriën betrouwen op hun intrinsieke weerstand om te overleven, complex leven vertrouwt op haar grote variatie. En je kan het ook zo zien : massa-extincties selecteren juist die groepen van complexe wezens uit, die neiging hebben een grote variëteit aan soorten te vormen. Biodiversiteit laat complex leven de massa-extincties overleven De laatste 500 miljoen jaar heeft het leven
kennis gemaakt met 5 grote massa-exitincties. Niet toevallig worden de meeste van die massa-uitstervingen genoemd naar de overgang van de geologische periode waarop ze betrekking hebben. Er wordt een duidelijk onderscheid gezien in sedimentaire gesteentelagen voor en na de extinctie : fossielen verdwijnen en nieuwe soorten ontstaan. Het lijkt er op dat een massa-extinctie telkens opnieuw een nieuwe prikkel gaf voor het verschijnen van steeds complexere organismen. Massa-extincties zorgen voor ruimte voor zich ontwikkelende families, zodat er nieuwe soorten kunnen ontstaan maar gaan tegelijkertijd die groepen uitselecteren die meer variatie in soorten geven. Alleen die groepen die een enorme variëteit in soorten bevatten, blijven bestaan. Een illustratie van deze theorie vinden we in de aardse rifsystemen : een héél gevarieerde leefgemeenschap van skeletvormende organismen in ondiep water. Door deze eigenschap van skeletvorming kunnen wetenschappers heel ver terug gaan in de tijd en zien wat er met deze biotopen is gebeurd in het verleden.
Foto - Tijdlijn van koraalriffen en de impact van massa-uitstervingen hierop. Bron: Vernon. Meer informatie : http://coralreef.noaa.gov
Het blijkt dat tijdens de laatste vijf extinctiegolven zo goed als geen enkele soort overleefde op ieder rif aanwezig op aarde. En de verklaring is de volgende : ondanks het feit dat er op een rif een enorme variëteit van soorten bestaat, is bijna elke soort lid van een andere groep of familie. Met andere woorden, iedere overkoepelende groep organismen, heeft slecht een beperkt aantal soorten. Je zou het kunnen vergelijken alsof er bij de groep van de ‘vogels’ slechts twee soorten zouden bestaan : de kip en de struisvogel. Dit maakt ook heden ten dage een rif zo kwetsbaar, ondanks de enorm grote biodiversiteit. In de biologie spreekt men trouwens niet van ‘groep’,maar in afdalende rang van stam, klasse, orde, familie,….Om als complex wezen te overleven moet je tot een familie behoren die op zichzelf heel veel soorten bevat.
Guidestar | 04-2013
En buitenaards leven ?
052
Het lijkt er ook op dat het aardse leven enorm veel geluk heeft gehad : de extinctiegolven waren net zwaar genoeg om de evolutie naar complexer leven te stimuleren zonder het leven te steriliseren. Ook buitenaards leven op geschikte exoplaneten zal dus enorm veel geluk moeten hebben gehad. Naast het feit dat de aarde uniek is door zijn plaats én door zijn vele zelfreguleringssystemen (zie vorige artikels in de guidestar), maakt het de kans op buitenaards complex leven klein. Evolueert buitenaards leven automatisch van eenvoudig naar complex of zijn daarvoor ook catastrofale gebeurtenissen nodig die nieuwe soorten meer ademruimte geven ? En als complex leven automatisch veel soorten betekent, dan is het wellicht ook zo, dat op exoplaneten waar complex leven geëvolueerd is, er niet alleen een populatie groene mannetjes aanwezig zal zijn, maar een heel scala aan soorten en levensvormen. Ook daar moet een enorme biodiversiteit aanwezig zijn. Anders is complex leven gedoemd uit te sterven. En zoals we verder zullen zien : ook buitenaardse wezens kennen het woord ‘sex’. De vijf grote uitroeingscampagnes De massa-extincties hebben dus in heel sterke
mate de evolutie van het leven op aarde beïnvloed. Alhoewel de massa-extinctie van 65 miljoen jaar geleden het meest tot de verbeelding spreekt, door het uitsterven van de dinosauriërs, is hij zeker niet de grootste geweest. Dat was de Perm-Trias extincitie 251 miljoen jaar geleden, ook gekend als ‘the great dying’, waarbij 90% van alle in zee levende soorten en 75% van alle gewervelde landdiersoorten verdween. Maar het verdwijnen van de dinosauriërs, 65 miljoen jaar geleden, heeft wel het tijdperk van de zoogdieren ingeleid, doordat die meer ruimte kregen. Zodat de mens kon ontstaan. De laatste vijf massa-extincties op aarde hebben het volgende gemeen : ze zijn allen te herleiden tot klimaatsveranderingen al dan niet in combinatie met een impact van een asteroïde. Klimaatsveranderingen kunnen door veel factoren getriggerd worden zoals abnormaal hoge vulkanische aktiviteit met extreme C02-emissie of het verschuiven van de continenten. Als we verder kijken dan de laatste 500 miljoen jaar wordt alles wat waziger. Het wordt moeilijker om de puzzelstukjes in elkaar te laten passen, gewoon omdat er door de tand des tijds minder aanwijzingen zijn. De grootste catastrofe aller tijden zal wellicht het verschijnen van zuurstof in de atmosfeer zijn geweest. Een groot aantal bacteriën zal toen van de aardbol zijn verdwenen of zullen zich in de diepten van de aardkorst hebben teruggetrokken. Maar een goede miljard jaar geleden moet het allervroegste primitief dierlijk leven onder de vorm van bijvoorbeeld millimeter grote wormpjes in de zeeën zijn ontstaan. Heeft ook die catastrofe, het verschijnen van ongebonden zuurstof, uiteindelijk aanleiding gegeven tot deze ingewikkelder levensvormen ? 600 miljoen jaar geleden had onze planeet een ander probleem: ze was herschapen in één grote sneeuwbal en indien de vulkanen niet contstant broeikasgassen in de atmosfeer hadden blijven pompen, was dit wellicht tot op vandaag zo gebleven. Ook dit was een tijd van massaal uitsterven van soorten. Ook na die periode kreeg het leven een boost richting meer complexiteit : de cambrische ‘explosie’. Eindelijk : geslachtelijke voortplanting De kwetsbaarheid van complex leven werd dus opgevangen door het feit dat elke groep dieren een groot aantal soorten herbergde. Maar waarom en door welk mechanisme gaan complexe diersoorten nu meer soorten gaan vormen ? Gedreven wetenschappers rusten nooit, want bij ieder antwoord komen er nieuwe vragen bij. Het antwoord op voorgaande vraag ligt hem in de manier van voortplanting. De meeste bacteriën geven hun genetische informatie gewoon onderling aan elkaar door. Indien mensen zich op die manier zouden voortplanten, dan zou het erop lijken alsof iedereen zijn chromosomen kon doorgeven aan iedereen, als een pakketje van hand tot hand. Dit noemt men horizontale genentransfer. Dit verklaart ook hoe makkelijk microben resistentie tegen antibiotica kunnen doorgeven. Eén pot nat, één grote pool van genetische informatie. Onmogelijk te zeggen wie vader of moeder is, laat staan dat we een stamboom kunnen maken via genetisch onderzoek hoe de ene soort microbe uit de andere is geëvolueerd. Dieren doen het anders : nakomelingen krijgen deels genetische informatie van beide ouders. Verticale genentransfer dus, vrij vertaald : geslachtelijke voortplanting. Op die manier kunnen we een stamboom reconstrueren via genetisch onderzoek. Op die manier ontstaan ook concentraties aan genetisch materiaal en onstaan families die afsplitsen in soorten. God heeft ons de geslachtelijke voortplanting niet cadeau gedaan om ons een pleziertje te gunnen… hij wilde ons gewoon laten overleven. Dat zal bij buitenaardse wezens niet anders zijn. Habemus papam.
Artikel
ESA's Planck satelliet bevestigd standaardmodel
De kaart is gebaseerd op gegevens van de Europese satelliet Planck. De kosmische achtergrondstraling is ontstaan toen het heelal nog maar 380.000 jaar oud was. Tot dat moment was de ruimte gevuld met een dichte 'soep' van protonen, elektronen en fotonen (licht) met een temperatuur van ongeveer 2700 °C. Toen de protonen en elektronen zich tot waterstofatomen verenigden, kreeg het licht vrij baan. Door de uitdijing van het heelal zijn deze lichtgolven uitgerekt tot microgolfstraling met een bijbehorende temperatuur van 2,7 graden boven het absolute nulpunt: ruim 270 graden onder nul. De kosmische achtergrondstraling vertoont minimale temperatuurfluctuaties die het gevolg zijn van kleine dichtheidsverschillen in de kosmische 'oersoep'. Uit deze dichtheidsverschillen zijn later de sterren en sterrenstelsels voortgekomen. Tot zover het standaardmodel, dat voorspelt dat de materie in het heelal op grote schaal gezien homogeen is verdeeld en de temperatuur van de kosmische achtergrondstraling in alle richtingen tot op 1/100.000 graad gelijk. Hoewel de nieuwe Planck-kaart in veel opzichten overeenkomt met wat astronomen op basis van dit standaardmodel verwachten, vertoont hij ook enkele subtiele kenmerken die daarvan afwijken. Een van de verrassende
Evenement Voorjaarsbijeenkomst KNVWS werkgroep maan en planeten
De Leidse Sterrewacht is recentelijk uitgebreid gerestaureerd en behoort nu zowel buiten als binnen tot een van de mooiste (historische) sterrewachten in Nederland. Alleen al een bezoek aan de sterrewacht is uw komst op 11 mei meer dan waard!
Afgezien van deze afwijkingen zijn de Planckgegevens echter in zeer goede overeenstemming met het nogal eenvoudige heelalmodel waar astronomen al decennialang gebruik van maken. Op basis van die gegevens kan worden geconcludeerd dat het heelal voor 4,9 procent uit normale materie (sterren, sterrenstelsels) bestaat en voor 26,8 procent uit donkere materie – materie die niet waarneembaar is, maar wel aantrekkingskracht uitoefent. Dat laatste getal ligt bijna drie procent hoger dan eerdere schattingen. Het aandeel donkere energie, de geheimzinnige kracht die het heelal steeds sneller doet uitdijen, is navenant lager: 68,3 procent in plaats van 71,4 procent. Ten slotte hebben de Planck-gegevens ook een nieuwe waarde opgeleverd voor de Hubble-constante, het getal dat aangeeft hoe snel het heelal op dit moment uitdijt. Dat blijkt 67,15 kilometer per seconde per megaparsec te zijn: drie procent minder dan de huidige standaardwaarde. Ook lijkt het heelal iets ouder te zijn dan eerdere schattingen lieten zien: 13,82 miljard jaar.
Jan Adelaar, waarneemleider (voor dit programmaonderdeel worden leden verzocht hun waarnemingsresultaten in de vorm van foto’s, tekeningen en verslagen te zenden aan de waarneemleider Jan Adelaar: foton300@upcmail.nl ) 11.05 uur - Het isoleren van een telescoop, zin of onzin ? Hans Dekker, voormalig directeur Opticon Optics. 12.00 uur - Lunchpauze, voor broodjes en soep zal worden gezorgd!
Het programma
13.00 uur - Lichtvervuiling in Nederland. Wim Schmidt, voorzittter platform lichthinder. 13.45 uur - Rondleiding door de geheel gerestaureerde sterrenwacht. 14.45 uur - Theepauze. 15.15 uur - Jaarlijkse algemene ledenvergadering.
10.00 uur - Ontvangst en koffie. 10.30 uur - Opening en mededelingen door de voorzitter. 10.35 uur - Waarnemingsresultaten.
Datum - Zaterdag 11 mei 2013. 10.00 uur t/m 17.00 uur. Toegang: Onbekend. Locatie - Kaiserstraat 63 te 2311 GP Leiden (NL).
Info - De Planck satelliet werd samen met de Ruimtetelescoop Herschel op 14 mei 2009 door de Europese Ruimtevaartorganisatie met een Ariane 5-raket, succesvol vanaf de lanceerbasis Centre Spatial Guyanais in Kourou in Frans-Guyana in de ruimte gebracht. De satelliet bevindt zich in een baan om het tweede Lagrangepunt. Het doel van deze satelliet is het meten van kosmische achtergrondstraling. Dit is de warmtestraling die kort na het ontstaan van het heelal met de oerknal is uitgezonden en nu pas, meer dan 13,7 miljard jaar later, onze regio van het heelal bereikt. De temperatuur van de achtergrondstraling is in die tijd gedaald tot 3 kelvin. Deze satelliet is vernoemd naar de Duitse natuurkundige Max Planck. Meer informatie : www.esa.int
Guidestar | 04-2013
Namens het bestuur van de KNVWS werkgroep Maan en Planeten heb ik het genoegen u uit te nodigen voor onze voorjaarsbijeenkomst en de algemene ledenvergadering op 11 mei 2013 bij de Sterrewacht Leiden.
ontdekkingen is dat de fluctuaties in de kosmische achtergrondstraling op grote hoekschalen ongeveer tien procent zwakker zijn dan het standaardmodel voorspelt. Daarnaast heeft Planck twee eerdere ontdekkingen, gedaan door zijn Amerikaanse voorganger WMAP, bevestigt. De gemiddelde temperatuur van het zuidelijke halfrond van de hemel blijkt iets lager te zijn dan die van het noordelijk halfrond. En op één plek bevindt zich een opvallend grote koele plek waar nog geen goede verklaring voor is.
ESA / Redactioneel
Wetenschappers hebben vandaag de meest gedetailleerde kaart van de kosmische achtergrondstraling – de 'afgekoelde' straling van de oerknal – gepresenteerd die ooit is gemaakt.
053
Artikel
Belgische bedrijven gaan meewerken aan Zwitserse ruimtependel
Guidestar | 04-2013
Kris Christiaens
Op 13 maart 2013 is het Zwitserse ruimtevaartbedrijf Swiss Space Systems (S3) officieel voorgesteld aan de internationale pers. Swiss Space Systems wil een ruimtependel ontwikkelen en bouwen waarmee het bedrijf kleine satellieten tegen een lage prijs in de ruimte kan brengen. Aan dit ambitieuze project werken ook enkele Belgische bedrijven mee.
054
Het Zwitserse ruimtevaartbedrijf Swiss Space Systems werd in 2012 in Payerne opgericht door Pascal Jaussi en stelt momenteel een twintigtal mensen te werk. Aan het hoofd van het team van experts van Swiss Space Systems staat de Zwitserse astronaut Claude Nicollier. De oprichters van het bedrijf willen in de toekomst martleider worden in het lanceren van kleine satellieten die niet meer dan 250 kilogram wegen.
Foto - De Airbus A300 met op zijn rug de Zwitserse ruimtependel. Bron: S-3. Meer informatie : www.s-3.ch
Swiss Space Systems hoopt vooral om de lanceermarkt van de zogenaamde ‘nanosatellieten’ en ‘CubeSats’ te kunnen domineren aangezien deze steeds vaker gebruikt worden. Dit wil men in de praktijk verwezenlijken door een kleine, onbemande ruimtependel te ontwikkelen die op de rug van een Airbus A300 tot op een hoogte van tien kilometer zal gebracht worden. Eenmaal aangekomen op deze hoogte zal de ruimtependel losgemaakt worden van het vliegtuig waarna het zijn vier raketmotoren tot ontbranding zal brengen. Hierdoor zal de kleine ruimtependel zich tot op een hoogte van tachtig kilometer begeven. Aangekomen op deze hoogte zal de ruimtependel zijn laadruim openen zodat de vracht, samen met een ‘upper stage’
rakettrap, kan uitgezet worden. De rakettrap zal vervolgens de satelliet, of andere vrachten, tot in de juiste baan om de Aarde brengen terwijl de ruimtependel terugglijdt naar de Aarde. De onbemande ruimtependel zal op het einde van missie als een normaal vliegtuig landen op een luchthaven of commerciële ruimtehaven. Swiss Space Systems hoopt de ruimtependel te kunnen ontwikkelen en bouwen met een bedrag van 185 miljoen euro. Voor de ontwikkeling en de bouw van de Zwitserse ruimtependel gaat Swiss Space Systems samenwerken met het Franse bedrijf Dassault, het Britse bedrijf Meggit en de Belgische bedrijven Sonaca en Space Application Services. Sonaca uit Gosselies is vandaag de dag vooral bezig met de fabricage van vliegtuigonderdelen en het in Zaventem gevestigde Space Applications Services is ondermeer gespecialiseerd in de ontwikkeling van software voor de ruimtevaart. Hoofdsponsor van Swiss Space Systems is het Zwisers luxe horlogemerk Breitling. Ook zal het Zwitserse bedrijf in de ontwikkeling van de kleine ruimtependel technologische begeleiding krijgen van ondermeer het Europese ruimtevaartagentschap ESA, de Katholieke Universiteit Leuven en het Belgische Von Karman Institute onderzoekscentrum. Zo hoopt Swiss Space Systems verschillende technologieën over te nemen uit ondermeer het Europese Hermes ruimtevaartprogramma waardoor men minder tijd in ontwikkeling moet steken en hierdoor minder uitgaven heeft. Hermes was een Europees bemand ruimteveer waarvan de ontwikkeling in 1993 werd stopgezet omwille van een te hoog oplopend prijskaartje. Het Zwitserse ruimtevaartbedrijf wil de eerste testvluchten uiteindelijk al in 2017 uitvoeren. Na de testfase wil Swiss Space Systems vrachten lanceren aan acht miljoen euro, wat veel minder is dan de huidige marktprijs. Deze lage prijs kan men verkrijgen als gevolg van het herbruikbare concept van de ruimtependel en het feit dat men veel minder brandstof nodig heeft ten opzichte van een klassieke draagraket. Voor het Belgische Von Karman Institute in Sint-Genesius-Rode heeft Swiss Space Systems al enkele lanceeropdrachten kunnen binnenhalen. Het bedrijf had ook graag tegen 2015 een commerciële ruimtehaven gebouwd in Payerne vanwaar men de vluchten zal uitvoeren. Naast Zwitserland hebben ook Maleisië en Marokko al laten weten dat ze willen samenwerken met Swiss Space Systems om een commerciële ruimtehaven te bouwen.
Rubriek - Het AEG nieuws
Er komen opnieuw heel wat Redactioneel
Kortnieuws Foto - Verleden jaar zocht de stad Oostende een unieke manier om de locale editie van het ' Dag van het park ' officieel te starten. Dus, zo dacht onze voorzitter, waarom niet met een echte countdown ! Bron: AEGvzw. Meer informatie : www.aegvzw.be
Het verslag van de recente bestuursvergadering wordt binnenkort aan de leden overgemaakt. Belangrijkste punt is dat we de komende twee jaar wat minder publieke activiteiten zullen organiseren. Dit wegens de enorme drukte rond de diverse voorbereidingen van onze eigen sterrenwacht. De foto's al gezien van ons ' Space Night ' evenement ? Neen ! Ga dan als de bliksem naar het fotoalbum op onze www.aegvzw.be website. Daar kan je ook het VTM optreden van onze webmaster en ruimteweer specialist Sander V. terugvinden. Samen met letterlijk vele honderden foto's van al onze voorbije activiteiten. Op zaterdag 19 april is er, in het lokaal, de jaarlijkse Algemene Ledenvergadering. Een uitnodiging hiervoor, met programma, wordt nog deze week verzonden. Iedereen is er, zoals steeds, van harte welkom !
Guidestar | 04-2013
Niet vergeten ! Deze maand zijn er uitzonderlijk twee publieke voordrachten voorzien in de Forum zaal van de openbare bibliotheek. Twee absolute aanraders overigens ! Zeg het door !
056
Vanaf deze maand kunnen de twee nieuw aangekochte zonne-telescopen, verkregen dankzij een nieuw projectsubsidiedossier, gratis uitgeleend worden door onze leden. Let wel ! Tijdens publieke activiteiten kunnen deze zonne-telescopen NIET uitgeleend daar we deze zelf nodig hebben. De twee zonne-telescopen zijn : 1 x Coronado PST H-alpha met 7 21 mm oculair op een degelijk statief + 1 x 90 mm refractor met Hershell wedge, Lunt 7 - 21 mm oculair en degelijk statief (zwaar genoeg om ook uw digitale camera aan te hangen). De twee door Gustaaf Cornelis geschonken telescopen zijn, na enig zoekwerk, een authentieke Fullerscope Dobson (1950) op originele montering en een 15 cm f/30 Poppe Cassegrain (1974). Beiden zijn het oerdegelijke
telescopen die echter wel een flinke oppoetsen opknapbeurt verdienen. Samen met de drie zonne-telescopen en de onlangs afgewerkte 15 cm Kutter telescoop zal de vereniging, tegen het einde van dit jaar, met de steun van de werkgroep kijkerbouw, over een flink arsenaal eigen telescopen beschikken. Net zoals verleden jaar als streefdoel werd vooropgesteld zodoende, tijdens publieke activiteiten, de leden hun eigen materiaal niet langer dienen mee te sleuren (vanuit alle windstreken). Deze maand is ons totaal vernieuwde forum gelanceerd. Een professioneel forum voor iedereen die geĂŻnteresseerd is in sterrenkunde en ruimtevaart. In de brede zin. Met mogelijkheid om een eigen fotoboek aan te leggen. En natuurlijk heel wat kennis te verwerven, vrienden te maken, weetjes te ontdekken, enz... Kortom, bezoek en beleef ons vernieuwde forum via : www.astroforum.be ! Doen ! Op zaterdag 26 mei aanstaande is er opnieuw het ' Dag van het park ' te Oostende waaraan we, zoals de traditie het wil, ook opnieuw aan deelnemen. Op onze uitgebreide stand tonen we door middel van diverse telescopen de Zon aan de bezoekers, nemen we hen mee langsheen het planetenpad en maken we vanzelfsprekend reclame voor onze eigen locale werking. We willen dan ook een warme oproep plaatsen bij al onze leden om hierop aanwezig te zijn. Een, zoals je kan zien op bovenstaande foto, zeer leuke en gemoedelijke activiteit. Absolute aanrader ! Er gaan concrete stemmen op om vermoedelijk in september, in eerder beperkte kring, af te zakken naar Toulouse. Voor een viertal dagen om het ESA vluchtleidingscentrum en CitĂŠ l'Espace te gaan bezoeken. De kostprijs zal vermoedelijk rond de 300 euro bedragen. Voor trein, hotel en toegangstickets. Eten niet inbegrepen. Het plan wordt momenteel verder uitgewerkt. Maar wie nu reeds interesse heeft om mee te gaan laat dit het best zo spoedig mogelijk weten !
b o e ie n d e a c t iv it e it e n a a n . . . Activiteitenkalender 05 april - Voordracht - " Vier jaar ononderbroken waarnemingen met de Kepler satelliet – Een goudmijn voor onderzoek naar exoplaneten, dubbelsterren en asteroseismologie " door gastspreker Steven Bloemen (KULeuven). Info: NASA's Kepler satelliet speurt al sinds begin 2009 naar planeten rond verre sterren. Kepler meet hiervoor quasi continu de helderheid van ongeveer 150.000 sterren. Intussen zijn meer dan 2000 kandidaat planeten geïdentificeerd, waaronder onverwachte exemplaren zoals planeten rond dubbelsterren. We bekijken enkele belangrijke ontdekkingen en bespreken de implicaties van het Kepler-onderzoek op ons inzicht in het aantal planeten dat er in onze Melkweg voorkomt. De uiterst nauwkeurige waarnemingen van Kepler zijn uiteraard niet enkel geschikt voor het zoeken naar exo-planeten. We staan daarom ook even stil bij een aantal opzienbarende ontdekkingen op vlak van dubbelsterren en het onderzoek naar het sterinwendige via asteroseismologie. Locatie : Forum zaal in de Openbare bibliotheek Kris Lambert, Wellingtonstraat 7 te 8400 Oostende (B). Van 20.30 uur t/m 22.30 uur (of later). Gratis toegang !
19 april - Geen specifieke activiteit ! 26 april - Voordracht - " Astronomie in de oudheid " door gastspreker Gustaaf Cornelis (VUB). Info: De mens is van oudsher geboeid door de sterrenhemel. Laten we het verhaal beginnen in Lascaux, vervolgens bezoeken we Stonehenge, gaan even in op de Babylonische sterrenkunde om dan grondig de kosmologie van de Grieken te bestuderen, in het bijzonder de tradities van Pythagoras, Plato, Aristoteles en Ptolemaios. Uit talrijke vergelijkingen met het latere wetenschappelijke denken zal
03 mei - Voordracht - " Nieuwe ruimtevaartnaties " door Kris Christiaens. Info : We hebben ongetwijfeld allemaal wel al eens gehoord van ruimtevaartorganisaties als NASA, ESA en Roscosmos. Deze organisaties, en bijhorende landen, zijn al sinds de jaren '50 en '60 intensief bezig met de verkenning van het zonnestelsel en hebben vrijwel permanent mensen in een baan om de Aarde. Naast de drie grote ruimtevaartagentschappen bestaan er ook tientallen andere organisaties, afkomstig uit alle mogelijke landen, die de laatste jaren een bijzondere opmars maken in de ruimtevaart en ruimte-onderzoek. Locatie : Forum zaal in de Openbare bibliotheek Kris Lambert, Wellingtonstraat 7 te 8400 Oostende (B). Van 20.30 uur t/m 22.30 uur (of later). Gratis toegang ! Zie onze website voor alle activiteiten !
Info - Wilt u meer te weten komen over onze boeiende vereniging ? Raadpleeg dan onze website waar u eveneens, in beknopte vorm, alle informatie kan terugvinden in onze downloadbare PDF kleurenfolder. Meer informatie : www.aegvzw.be
Guidestar | 04-2013
12 april - Praktijk en practica. Vandaag werken we verder aan de software database voor op onze Spacepage website. Locatie: AEG lokaal. Van 20.30 uur t/ m 22.30 uur (of later).
blijken dat de manier van denken vroeger (Philolaos) nauwelijks verschilt van de wijze waarop vandaag kosmologen (Penrose bvb.) de werkelijkheid beschouwen. Kosmologie is natuurfilosofie. Docent wetenschapsfilosofie aan de Vrije Universiteit Brussel en de Universiteit Antwerpen. De vakken gaan van inleidingen filosofie, geschiedenis van de wetenschappen, kennisleer, argumentatieleer ... tot mijn favoriet: wijsbegeerte van het kosmologische denken. Mijn ouders gaven mij mijn eerste telescoop toen ik (1966) zowat 6 jaar was - sindsdien wou ik alles van de sterren te weten komen. Ik studeerde sterrenkunde en filosofie aan het RUCA, VUB, UGent en Polytechnische Universiteit van Athene. In 1995 behaalde ik mijn doctoraatsdiploma aan de VUB (over geschiedenis en filosofie van de kosmologie). In 2012 bracht ik mijn boek 'Het geheim van de kosmologie ontrafeld' uit bij ASPeditions. De volgende boeken (klaar in 2014) betreffen 'het denken van Francis Bacon', 'filosoferen over ruimte' en 'eerlijke wetenschap'. Locatie : Forum zaal in de Openbare bibliotheek Kris Lambert, Wellingtonstraat 7 te 8400 Oostende (B). Van 20.30 uur t/m 22.30 uur (of later). Gratis toegang !
057
Op het oppervlak van een komeet kunnen vrij gemakkelijk dipeptides ontstaan. Dat betekent nieuwe steun voor de hypothese dat de essentiële bouwstenen voor het aardse leven zijn ingezaaid door kometen of meteorieten, melden Amerikaanse onderzoekers in het Astrophysical Journal. Wat ze beschrijven is in feite een variatie op het Miller-Urey-experiment, dat ooit moest aantonen dat aminozuren onder aardse condities konden ontstaan. Dit keer simuleerden ze in een lab op Hawaii de condities rond een komeet in de ruimte: een bevroren klont van simpele moleculen zoals koolstofdioxide, ammoniak, methaan, ethaan en propaan, in een extreem hoog vacuüm bij tien graden Kelvin. Die ijsbal wordt blootgesteld aan kosmische straling, nagebootst door een hoogenergetische elektronenbundel, en vervolgens eventjes opgewarmd tot 300 K om de passage rond de zon en/of de entree in de aardse dampkring te simuleren. Na afloop deponeerden collega’s van UC Berkeley het veelgeplaagde ijs in hun Mars Organic Analyzer, een lab-op-een-chip dat speciaal is ontworpen om met behulp van capillair-elektroforese te zoeken naar buitenaardse sporen van aminozuren. Tot nu toe schijnt het nog niet te zijn gelukt om er daadwerkelijk eentje met een Marsexpeditie mee te sturen, maar voor dit soort klusjes is hij prima geschikt. In het ijs trof het instrument minstens 9 van die aminozuren aan. Plus twee dipeptides: een glycinedimeer en een combinatie van leucine en alanine. Waarmee dus min of meer is aangetoond dat zulke complexe bouwstenen zich inderdaad moeten kunnen vormen in de ruimte, en dat dus niet alle bouwstenen voor het leven per se op het aardoppervlak (of liever: in de ocenanen) hoeven te zijn ontstaan. De volgende vraag is hoe lang de aminozuurketens in zo’n komeet precies kunnen worden als je lang genoeg wacht. En nu je het zegt, dat brok steen onlangs in Rusland zal toch niet... Bron: UC Berkeley / 06-03-2013. Ruimtetelescoop Herschel stopt zeer waarschijnlijk eind deze of begin volgende maand met werken: dan heeft de Europese infraroodtelescoop al zijn vloeibare helium opgebruikt, dat nodig is voor zijn observaties. Met een spiegel van 3,5 m doorsnee is de op 14 mei 2009 gelanceerde infraroodtelescoop de grootste en krachtigste ooit die waarnemingen in de ruimte heeft gedaan. Aan boord bevinden zich drie instrumenten: de ver-infraroodcamera’s/spectrometers PACS en SPIRE, en de hogeresolutiespectrometer HIFI, die onder leiding van SRON tot stand kwam. Begin mei wordt Herschel in een stabiele baan om de zon geparkeerd. Bron: AA / 15-03-2013. Slokt een mini-zwart gat de aarde op? Sommige doemdenkers menen van wel. Wetenschappers knallen dagelijks met hoge snelheid deeltjes op elkaar in deeltjesversnellers als de LHC, en daarbij zou weleens iets heel naars kunnen ontstaan, is de gedachte. Een studie door Frans Pretorius en William East van Princeton University wijst uit dat het maken van zo’n mini-zwart gat minder energie kost dat gedacht. Maar dat wil niet zeggen dat we het zomaar even doen. De computersimulaties van Pretorius en East laten zien wat er gebeurt als twee deeltjes met een zo hoog mogelijk snelheid botsen. De energie van beide deeltjes wordt samengebald tot een massa die de zwaartekracht tot zijn limiet duwt. Het resultaat is een mini-zwart gat, is te lezen in Physical Review Letters. Maar geen angst: ondanks dat dit proces 2,4 maal minder energie kost dan gedacht, is het nog altijd
lastig zat om zo’n zwart gat te maken. Deeltjesversnellers zullen miljarden maal zo veel energie nodig hebben als ze nu kunnen maken en gebruiken. En het zwarte gat zal even snel weer verdwijnen als het verschenen is, doordat het zijn massa verliest door het uitzenden van zogenaamde Hawkingstraling. Bron: M. Van Den Berg / 15-03-2013. TNO leverde afgelopen maand de laatste zogenoemde sterrensplitser aan ESO. TNO werkt sinds 2007 aan deze star seperator-technologie, die het mogelijk maakt om twee objecten tegelijkertijd te observeren. De sterrensplitsers zijn bedoeld voor ESO’s Very Large Telescope Interferometer (VLTI) in Chili, waarbij een referentiester gebruikt wordt om te corrigeren voor atmosferische storingen. Het beeld van de referentiester gaat naar de fringe sensor units, waarna de interferometer tot op enkele nanometers nauwkeurig kan worden afgesteld. TNO ontwikkelde in totaal acht sterrensplitsers: vier voor de hulptelescopen en vier voor de grote spiegeltelescopen. Bron: TNO / 14-032013. Tijdens een flyby van ruimtesonde Cassini ontdekten sterrenkundigen een vreemde fluorescente gloei op Saturnusmaan Titan. De gloei was alleen zichtbaar aan dagkant van de maan – de fluorescente kleur ontstaat alleen wanneer zonlicht op de gasmoleculen botst – en was het sterkst te zien op een hoogte van 950 kilometer van het oppervlak van Titan. Om welk gas het gaat, is volgens onderzoekers in Physical Review Letters nog onduidelijk. Een lichtspectrum van Cassini, die alle aanwezig gassen in Titans atmosfeer weergeeft, laat een piek op 3,28 micrometer zien. Die golflengte ligt in de buurt bij die van methaan, die een piek kent die zo sterk is, dat het de onbekende gas tot nu toe verborgen bleef. De onderzoekers gokken dat het gas misschien behoort tot de groep van de polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK). Deze kankerverwekkende stoffen zitten in sigarettenrook en aangebrand voedsel van de barbecue. Verder onderzoek moet de precieze identiteit van het mysterieuze gas onthullen. Bron: M. Van Den Berg / 14-03-2013. De Spanjaarden maken de ballon met cabine en SSBV draagt het besturingssysteem bij dat moet zorgen voor een veilige terugkeer. De zogenoemde bloon maakt gebruik van een heliumballon die de drukcabine voor zes personen naar een hoogte van 36 km brengt. Na een zweefvlucht van enige uren op die hoogte keert de cabine terug aan parachutes, waarbij het besturingssysteem ACRIDS zorgt voor een landing op de gewenste plaats. Bron: AA / 15-03-2013.
Meer up-to-date nieuws : www.spacepage.be
Een astronoom is al lang niet meer die kluizenaar, opgesloten in zijn grote koepel. Het zijn mannen en vrouwen die internationaal samenwerken en met de modernste technieken de hemel afspeuren. Elk stukje van de elektromagnetische puzzel helpt ons om ons beeld van het universum te vervolledigen. Al deze informatie wordt opgeslagen in een astronomisch archief. Ook jij kan dit raadplegen en zo helpen om de mysteries van het universum te ontsluieren. We eindigen de 360° projectie met 'de sterrenhemel van de avond'. Bij mooi weer volgt een bezoek aan de sterrenwacht onder begeleiding van een Astroranger.
Datum - 2 en 6 april 2013. 14.00 en 16.00 uur. Toegang: Onbekend. Locatie - Cosmodrome, Planetariumweg 18-19 te 3600 Genk. www.cosmodrome.be. Info@cosmodrome.be.
Guidestar | 04-2013
Vertoning : We are astronomers
059
Rubriek -Hemelkalender Marc van der Sluys
D e z e m a a n d t e z ie n . . .
Info - Marc van der Sluys is postdoctoraal onderzoeker aan de Radboud Universiteit in Nijmegen. Zijn werk richt zich op de evolutie van compacte dubbelsterren en het waarnemen van gravitatiegolven van witte dwergen, neutronensterren en zwarte gaten met LIGO / Virgo en LISA. Hij geeft regel-matig populaire lezingen en maakt daarnaast de populair wetenschappelijke website. Meer informatie : http://hemel.waarnemen.com
April is een goede maand om het sterrenstelsel NGC4657 waar te nemen. Het sterrenstelsel is te vinden in het sterrenbeeld Jachthonden en zijn schijnbare afmeting bedraagt 1,2’. Het object komt om 16:11 uur op, gaat om 11:24 uur onder en staat om 01:50 uur in het hoogste punt aan de hemel, op 70° boven de horizon. Er is een behoorlijke telescoop nodig om in een zwak en contrastarm hemellichaam als dit sterrenstelsel iets van details te kunnen zien.
de Maan is nu verlicht en de Maan is vooral in de late nacht en vroege ochtend zichtbaar. Rond, en vooral na Laatste Kwartier is een goed moment om het maanoppervlak waar te nemen; Op de grens tussen het verlichte en het donkere deel van de Maan gaat de Zon net onder. De lange schaduwen van de bergen en kraterranden brengen een extra diepteeffect met zich mee en het oppervlak van de Maan krijgt daarmee een driedimensionaal karakter, gezien door een kijker.
Ma. 01 apr. (20.49 uur) - Io in conjunctie met EuropaDe Galileïsche maan Io staat 6,7” ten zuiden van Europa. Voor het waarnemen van de Galileïsche manen is een verrekijker op statief al voldoende.
Do. 04 apr. (21.19 uur) - De Galileïsche maan Io staat op 3,7” ten zuiden van Europa.
Di. 02 apr. (01.16 uur) - Callisto in conjunctie met JupiterCallisto is in bovenconjunctie met Jupiter. De satelliet beweegt vanaf de Aarde gezien achter Jupiter langs, maar wordt niet bedekt. Callisto staat 2,7” ten noorden van Jupiter's noordpool. Di. 02 apr. (04.12 uur) - Mercurius is in het aphelium. De afstand van de planeet tot de Zon is op dit moment groter dan gemiddeld: circa 0,467AE, of zo'n 69,818 miljoen km. Een waarnemer op Mercurius ziet de schijnbare diameter van de Zon ongeveer 2,1 maal zo groot als een waarnemer op Aarde, en de planeet ontvangt circa 4,6 maal meer licht en warmte van de Zon dan de Aarde.
Guidestar | 04-2013
Wo. 03 apr. (06.37 uur) - De Maan is in de fase van Laatste Kwartier. De linker helft van
060
Foto - Een occultatie of bedekking is een astronomische gebeurtenis die men kan waarnemen wanneer een niet-lichtend hemellichaam tussen de waarnemer en een verdergelegen lichaam – lichtend door ofwel straling ofwel weerkaatsing van licht – passeert. Als dit verdergelegen lichaam slechts gedeeltelijk of periodiek wordt verborgen, noemt men dit rakelingse of scherende occultatie (Engels: grazing occultation). Men spreekt van het verschijnsel (immersie) bij het verdwijnen van een ster bij bedekking door de maan, of van een satelliet bij bedekking door de planeet.
Do. 04 apr. (23.45 uur) - Totdat Jupiter laag boven de horizon staat (rond 01:11) zijn van de Galileïsche manen van Jupiter alleen Ganymedes en Callisto zichtbaar. Za. 06 apr. (06.22 uur) De ster 46 Capricorni, een ster van magnitude +5,1 in het sterrenbeeld Steenbok, wordt bedekt door de Maan (zie hieronder). Vanuit Utrecht is alleen het begin van de bedekking zichtbaar; de ster verdwijnt om 06:22 achter de verlichte maanrand, 10° boven de horizon. De Maan is voor 19% verlicht. Za. 06 apr. (20.58 uur) - Europa's schaduw en Ganymedes gelijktijdig zichtbaar op Jupiter's schijfVan 20:58 tot 22:49 uur zijn Europa's schaduw en Ganymedes gelijktijdig zichtbaar op Jupiter's schijf. Jupiter staat in het westen op een hoogte van 31° boven de horizon. De Zon staat 14° onder de horizon. Voor het bekijken van een (schaduw)overgang is een
telescoop met redelijk grote opening nodig. Za. 07 apr. (07.52 uur) - Venus staat 38' ten zuidoosten van Mars (+1.4m). De dichtste nadering vindt in de Lage Landen plaats op een hoogte van 6°, maar bij daglicht. Vanuit onze streken is er van de samenstand niet veel te zien. Venus heeft op dit moment een helderheid van -3,5m. Ma. 08 apr. (06.12 uur) - De Maan staat 5.7° ten noordwesten van Mercurius (+0.3m). De dichtste nadering vindt plaats op 1° onder de horizon en in de schemering. De samenstand is vanuit de Lage Landen vrijwel onzichtbaar. Ma. 08 apr. (23.44 uur) - De Galileïsche maan Io staat 7,1” ten zuiden van Europa. Voor het waarnemen van de Galileïsche manen is een verrekijker op statief al voldoende. Di. 09 apr. - De maand april is zeer geschikt om de bolhoop M53 te bekijken. De bolhoop staat in het sterrenbeeld Haar van Berenice, heeft een magnitude van 7,7m en zijn schijnbare afmeting bedraagt 12,6’. De opkomst van dit object is om 18:04 uur, de ondergang om 09:25 uur en het bereikt zijn grootste hoogte om 01:47 uur, op 56° boven de horizon. Voor het waarnemen van een relatief helder en scherp deepsky-object als deze bolhoop is een verrekijker (op een statief) al voldoende, al geeft een (kleine) telescoop meer details weer. Wo. 10 apr. (11.35 uur) - Het is Nieuwe Maan. Vanaf de Aarde gezien staat de Maan in dezelfde richting als de Zon, zodat de verre kant van de Maan wordt verlicht en de donkere kant van de Maan naar de Aarde gekeerd is. Bovendien is de Nieuwe Maan alleen overdag boven de horizon. Vanwege deze twee oorzaken kunnen we de Maan op dit moment niet waarnemen. Doordat de Maan zowel minimaal verlicht is, als 's nachts onder de horizon staat, zijn de dagen rond Nieuwe Maan een goed moment om deepskyobjecten waar te nemen. Er vindt in onze streken geen zonsverduistering plaats, doordat de Maan 1,6° ten noorden langs de Zon beweegt. Wo. 10 apr. (16.24 uur) - De Maan staat 2.1° ten noorden van Mars (+1.4m). De dichtste nadering gebeurt in onze streken op 37° hoogte, maar bij daglicht. De samenstand is vanuit de Lage Landen vrijwel onzichtbaar. Wo. 10 apr. (20.58 uur) - De Maan staat 2.5° ten noorden van Venus (-3.5m). De dichtste nadering vindt plaats op 2° onder de horizon en in de schemering. Vanuit onze streken is er van de samenstand niet veel te zien. Wo. 10 apr. (21.33 uur) - De planetoïde 27 Euterpe, ize hier beneden, is in oppositie. Het kleine planeetje, in het sterrenbeeld Maagd, heeft nu een schijnbare magnitude van slechts +9,8m. Er is daarom een telescoop met
redelijke opening nodig om het object te kunnen zien. Voor een waarnemer in Utrecht staat Euterpe rond 01:49 uur in het zuiden, op circa 32° boven de horizon. De kaart (zie hiernaast) toont de positie van de planetoïde en sterren tot een helderheid van +10,6m. Zo. 14 apr. - Dit is een goed moment in het jaar om het sterrenstelsel M51, ook bekend als de Draaikolknevel, te bekijken. M51 is te vinden in het sterrenbeeld Jachthonden, heeft een magnitude van 8,4m en een schijnbare afmeting van 11,0’. Het object is circumpolair en staat om 01:44 uur in het hoogste punt aan de hemel, op 85° boven de horizon, dus vrijwel in het zenit. Voor het waarnemen van deepsky-objecten is de precieze datum minder belangrijk dan een donkere, liefst maanloze, hemel. Om detail te kunnen zien in een zwakker en contrastarm hemellichaam als dit sterrenstelsel is een redelijke telescoop nodig. Zo. 14 apr. (00.42 uur) - Van 0:42 tot 0:43 uur zijn Europa's schaduw en Ganymedes gelijktijdig zichtbaar op Jupiter's schijf. Jupiter staat in het westnoordwesten op een hoogte van 3° boven de horizon, dus kies een waarneemplaats met een vrije blik op de horizon. De Zon staat 27° onder de horizon en het is goed donker. Voor het bekijken van een (schaduw)overgang is een redelijk grote telescoop nodig. Zo. 14 apr. (11.14 uur) - De Maan staat 2,7° ten noorden van Aldebaran, de helderste ster van het sterrenbeeld Stier (+0,9m). De dichtste nadering gebeurt in onze streken op een hoogte van 19°, maar bij daglicht. Bekijk de samenstand rond 21:15 uur. De twee objecten staan dan in het westen, op een hoogte van ongeveer 29°, 4,6° van elkaar verwijderd. De Maan is voor 18% verlicht.
Zo. 14 apr. (21.07 uur) - De Maan staat 2,6° ten zuiden van Jupiter (-1,6m). De dichtste nadering gebeurt in onze streken op 33° hoogte boven de westelijke horizon en in de schemering. Bekijk de samenstand rond 21 uur. Het tweetal staat dan zo'n 34° boven de westelijke horizon, 2,6° van elkaar vandaan. De Zon staat slechts 4° onder de horizon. De Maan is voor 18% verlicht. Zo. 14 apr. (21.12 uur) - Van 21:12 tot 0:40 uur (15 april) nemen we alle grote
In 2010 maakte de Verenigde Staten bekend ernaar te streven een bemande vlucht met terugkeer naar de Aarde te maken naar een planetoïde in 2025.
Guidestar | 04-2013
Foto - Planetoïden (of asteroïden) zijn stukken materie die zich evenals planeten en dwergplaneten in een baan om de Zon bewegen. Er zijn er inmiddels ruim 300.000 bekend. Verreweg de meeste hebben banen tussen de planeten Mars en Jupiter. De grootste zijn bijna 1000 km groot, maar de overgrote meerderheid is zo klein als stof. Die laatsten zijn met een telescoop niet waarneembaar, maar ze komen veelvuldig als vallende sterren op aarde. Het materiaal is soms ijs en soms steenachtig, ijzer- of nikkelhoudend.
061
Jupitermanen ten westen van de planeetschijf waar. In toenemende afstand van de planeet staan Io, Europa, Ganymedes en Callisto. Jupiter staat op een hoogte van 18° boven de westnoordwestelijke horizon. De Zon staat 19° onder de horizon en het is goed donker. Om de Galileïsche manen van Jupiter te bekijken is een stabiele verrekijker voldoende. Di. 16 apr. - De maand april is zeer geschikt om het sterrenstelsel M83 te bekijken. Het sterrenstelsel is te vinden in het sterrenbeeld Waterslang, heeft een helderheid van 7,6m en een schijnbare afmeting van 11,2’. De opkomst van dit object is om 22:50 uur, de ondergang om 04:33 uur en het bereikt zijn grootste hoogte om 01:43 uur, op slechts 8° boven de horizon. Een waarneemlocatie met een goede blik op de zuidelijke horizon is daardoor noodzakelijk om het sterrenstelsel waar te nemen. Voor het zien van een relatief helder, maar vaag object als dit sterrenstelsel is een verrekijker (op statief) voldoende, maar een telescoop is nodig om details weer te geven. Zie de pagina M83 voor meer details.
Guidestar | 04-2013
Foto - Het Zuidelijk Windmolenstelsel M83 (Messier 83 / NGC 5236) is een spiraalvormig sterrenstelsel in het sterrenbeeld Waterslang (Hydra). Het is een van de helderste sterrenstelsels aan de hemel, zichtbaar met een verrekijker, en staat op ongeveer 15 miljoen lichtjaar van de Aarde.
062
Di. 16 apr. (00.21 uur) - De Maan staat in het apogeum; het punt van zijn baan om de Aarde dat het verst van de Aarde ligt. De afstand tussen de Aarde en de Maan bedraagt 404862 km. Door de grotere afstand lijkt de Maan nu kleiner aan de hemel te staan dan gemiddeld: 29’30,9”. De Maan is op dit moment wassend, voor 19% verlicht en hij is vooral 's avonds in het zuiden en aan het begin van de nacht in het westen zichtbaar. Het kaartje toont de Maan om 21:14 uur in het sterrenbeeld Stier, op een hoogte van 38° boven de horizon, in het westzuidwesten. Al met een verrekijker,
het liefst op statief, zijn kraters te zien, met name op de grens tussen het verlichte en het donkere deel van de Maan. Wo. 17 apr. - April is een goede maand om de bolhoop M3 op te zoeken. De bolhoop staat in het sterrenbeeld Jachthonden, heeft een magnitude van 6,4m en een schijnbare afmeting van 16,2’. De opkomst van dit object is om 16:46 uur, de ondergang om 10:39 uur en het bereikt zijn grootste hoogte om 01:45 uur, op 66° boven de horizon. Helder weer en een donkere, maanloze hemel zijn belangrijker voor het waarnemen van deepsky-objecten dan de precieze datum. Zoek een donkere waarneemplaats en kijk rond Nieuwe Maan, bijvoorbeeld in de week rond 10 april. Om een donker moment zonder Maan te vinden kunnen de schemerdiagrammen in het hoofdstuk De Zon van pas komen. Voor het waarnemen van een relatief helder en scherp deepsky-object als deze bolhoop is een verrekijker (op een statief) al voldoende, al geeft een (kleine) telescoop meer details weer.
Do. 18 apr. (02.20 uur) - Mars is in conjunctie met de Zon en beweegt vanaf de Aarde gezien er achterlangs. De planeet is hierdoor op dit moment onzichtbaar. Mars, de Zon en de Aarde staan nu op één lijn. De planeet wordt niet bedekt door de zonneschijf, maar beweegt er vanaf de Aarde gezien langs, 0,4° ten zuiden ervan. Dit is een moment waarop een buitenplaneet ver (2,432 AE, ofwel 364 miljoen km) van de Aarde staat en een kleine schijnbare diameter heeft (3,9”). Do. 18 apr. (14.31 uur) - De Maan is in de fase van Eerste Kwartier. De rechter helft van de Maan is nu verlicht en de Maan is vooral in de avond en vroege nacht zichtbaar. Om de Maan waar te nemen door een verrekijker of telescoop is de tijd rond (en met name voor) Eerste Kwartier zeer geschikt. Op de grens tussen het verlichte en het donkere deel van de Maan komt de Zon net op. De lange schaduwen van de bergen en kraterranden brengen een extra diepte-effect met zich mee
en de Maan is daarmee duidelijk meer dan een gladde schijf, gezien door een verrekijker of telescoop. Vr. 19 apr. (21.22 uur) - Tussen 21:22 en 0:25 uur (20 april) nemen we alle grote Jupitermanen ten oosten van de planeetschijf waar. Van binnen naar buiten: Io, Europa, Callisto en Ganymedes. Jupiter staat op een hoogte van 16° boven de westnoordwestelijke horizon. De Zon staat 17° onder de horizon en het is goed donker. Ma. 22 apr. (16.00 uur) - Het maximum van de meteorenzwerm Lyriden (zie hieronder) vindt vandaag plaats. Rond 06:00 uur staat de radiant van de zwerm in het hoogste punt (op
De radiant van de zwerm staat dan ongeveer 71° boven de horizon, in het zuidzuidoosten. De Maan is voor ongeveer 85% verlicht, maar gaat om 04:41 uur onder. De piek van deze zwerm is relatief hoog, maar de duur van het maximum is met 8 dagen vrij kort, waardoor het totaal aantal meteoren in deze zwerm toch niet al te groot is. Meteoren waarnemen kan zonder speciale instrumenten. Wanneer het helder is, volstaat het blote oog, terwijl een ligstoel en warme kleding voor extra
Do. 25 apr. (02.19 uur) - De Maan staat 54' ten zuiden van Spica, de helderste ster van het sterrenbeeld Maagd (+1,0m). De dichtste nadering vindt bij ons plaats op 24° hoogte boven de zuidzuidwestelijke horizon. De Maan is voor 99% verlicht. Do. 25 apr. (21.57 uur) - Het is Volle Maan. De Maan staat tegenover de Zon aan de hemel. We zien hierdoor de Maan vrijwel de hele nacht, en de verlichte kant van de Maan is naar de Aarde gekeerd. Hoewel de Volle Maan veel opvallender is dan iedere andere maanfase, is dit niet het beste moment om de Maan waar te nemen. Doordat het zonlicht op
de Maan ongeveer uit de richting van de Aarde komt zijn er vanaf de Aarde geen schaduwen van kraters en bergen op de Maan te zien, wat ervoor zorgt dat er nauwelijks contrast is op het maanoppervlak. Daar komt nog bij dat de Volle Maan andere, zwakkere hemelobjecten overstraalt, zodat deze niet of nauwelijks zichtbaar zijn. Do. 25 apr. (22.08 uur) - Maansverduistering in de kernschaduw. Het maximum van de eclips gebeurt in onze streken op 9° hoogte boven de zuidoostelijke horizon. Do. 25 apr. (01.54 uur) - De Maan staat 4,4° ten zuiden van Saturnus (+0,3m). De dichtste nadering gebeurt in onze streken op een hoogte van 24° boven de horizon, in het zuiden. De Maan is voor 100% verlicht.
Foto - De bovenstaande hemelkaart toont de sterrenhemel, met planeten, voor de huidige maand. Met dank aan Orion Optics voor het gebruik van deze kaart. Bron: Orion.
Guidestar | 04-2013
71°) aan de hemel. Onder ideale omstandigheden zijn er van deze zwerm zo'n 13 meteoren per uur te verwachten. De meteoren zijn snel en helder. Rond 05:45 uur gaat het schemeren en om 06:28 uur komt de Zon op. Het beste moment om Lyriden waar te nemen is hierdoor rond 05:30.
comfort kunnen zorgen.
063
Vr. 26 apr. (21.35 uur) - Van 21:35 tot 0:05 uur (27/04) staan alle Galileïsche manen ten oosten van Jupiter. Van binnen naar buiten: Io, Callisto, Europa en Ganymedes. Jupiter staat in het westnoordwesten op een hoogte van 13° boven de horizon, dus kies een waarneemplaats met een vrije blik op de horizon. De Zon staat 15° onder de horizon. Om de Galileïsche manen van Jupiter te bekijken is een stabiele verrekijker voldoende. Za. 27 apr. (21.52 uur) - De Maan is in het punt van zijn baan dat het dichtst bij de Aarde ligt: het perigeum. De afstand tussen de Aarde en de Maan bedraagt 362268 km. De schijnbare diameter van de Maan is groter dan gemiddeld (32’59,1”), door de kleinere afstand. De Maan is krimpend, voor 97% verlicht en hij is vrijwel de gehele nacht zichtbaar; 's avonds in het (zuid)oosten en tegen de ochtend in het westen of zuidwesten. Het kaartje toont de Maan om 02:43 uur in het sterrenbeeld Weegschaal, op een hoogte van 19° boven de zuidelijke horizon.
Guidestar | 04-2013
Foto - Het perigeum is het punt in een baan rond de Aarde dat het dichtst bij het zwaartepunt van de Aarde ligt. Op deze plaats beweegt een object (komeet, planetoïde, satelliet) in die baan zich het snelst. Het tegengestelde punt heet apogeum. Een algemener woord is perifocus of periapsis.
064
Zo. 28 apr. (10.27 uur) - Saturnus is in oppositie met de Zon. Voor een waarnemer op Aarde staat de planeet tegenover de Zon aan de hemel. Als gevolg daarvan komt Saturnus op rond zon-sondergang en gaat rond zonsopkomst weer onder. De planeet is hierdoor vrijwel de gehele nacht te zien. Daarnaast staat hij relatief dicht bij de Aarde, zodat hij helder en groot lijkt. Dit zijn ideale omstandigheden om Saturnus waar te nemen. Saturnus is met het blote oog als een heldere “ster” vrij gemakkelijk aan de hemel te vinden. Al met een verrekijker op een statief zijn de beroemde ringen van de reuzenplaneet te onderscheiden. Met een telescoop kunnen meer details, zoals de schaduw van de ring op de planeet en de scheidingen in de ringen worden waarge-nomen, evenals de grootste manen van Saturnus. Zie de maandelijkse slingerdia-grammen voor de manen van
Saturnus. Saturnus staat in het sterrenbeeld Weegschaal. De planeet heeft een helderheid van +0,3m en zijn schijnbare diameter meet 18,9”.
Zo. 28 apr. (23.11 uur) - Van 23:11 tot 23:59 uur staan alle Galileïsche manen ten westen van Jupiter. Van binnen naar buiten: Io, Ganymedes, Europa en Callisto. Jupiter staat in het westnoordwesten op een hoogte van 6° boven de horizon, dus kies een waarneemplaats met een vrije blik op de horizon. De Zon staat 18° onder de horizon en het is goed donker. Di. 30 apr. (04.00 uur) - De meteorenzwerm -Virginiden bereikt zijn maximum. De radiant van de zwerm staat rond 02:30 uur in het hoogste punt aan de hemel, op 31° boven de horizon. Zelfs onder ideale omstandigheden zijn er van deze zwerm slechts zo'n 2 meteoren per uur te verwachten. Rond 05:30 uur gaat het schemeren en om 06:11 uur komt de Zon op. De Maan komt om 01:23 uur op, is voor ongeveer 75% verlicht en kan flink storen; de zwakkere meteoren zullen hierdoor niet zichtbaar zijn. De piek van deze zwerm is relatief laag, maar de duur van het maximum is met 44 dagen vrij lang, zodat in totaal toch nog een redelijk aantal meteoren te zien is. Op zoek naar meer efemiriden, sterrenkaarten, baangegevens, deep-sky objecten, enz... Raadpleeg dan de uitgebreide Deep-sky interactief rubriek op de welbekende Spacepage website.
Artikel
Geen sex in de ruimte ?
Experimenten op planten hebben aangetoond hoe verandering in zwaartekracht cellen beschadigt en zo gevaarlijke ziektes kan uitlokken. 'Zero gravity' zou een grote impact hebben op de lichaamsprocessen die betrokken zijn bij voortplanting, hersenaandoeningen en zelfs kanker. "We weten al langer dat mensen, dieren en planten ontstaan zijn als reactie op de zwaartekracht van de aarde en dat veranderingen voelbaar zijn", klinkt het. Biologen aan de universiteit van Montreal hebben ontdekt dat zwaartekracht het 'wegverkeer' van de cellen regelt die instaan voor de groei en werking van de mannelijke voortplantingsorganen in de stuifmeelbuis van planten. De binnenkant van dierlijke en plantaardige cellen zijn als een stad, met fabrieken (organellen) die zorgen voor energieproductie en afvalverwerking. Een netwerk van snelwegen binnen de cellen zorgt voor communicatie tussen deze fabrieken en vracht die binnen en buiten de cel moet worden gebracht. "Intracellulair transport is bijzonder gevoelig voor storingen, met dramatische gevolgen voor de celfunctie. Hoe groot de impact van een gewijzigde zwaartekracht precies is, is nog niet voldoende onderzocht", verklaart professor Anja Geitmann.
"Net als bij mensen worden de spermacellen tijdens plantseks naar het eitje gebracht via een cilindervormige buis. Anders dan bij zoogdieren, bestaat deze slechts uit ĂŠĂŠn cel en worden er maar twee spermacellen uitgestoten. Onze bevindingen brengen nieuw inzicht in hoe leven evolueert op aarde en hoe een 'file' in het wegverkeer van de cellen, die ook in het menselijk lichaam voorkomen, kanker en ziektes als alzheimer kan veroorzaken", aldus Geitmann. "We zagen dat wijzigingen in de zwaartekracht een verstorende werking had op het transport binnen de cellen. Deze kennis heeft ook een impact op de menselijke gezondheid, aangezien gelijkaardige effecten zeer waarschijnlijk ook in onze cellen zichtbaar zouden zijn, zeker in neuronen, waarvoor intracellulair transport van cruciaal belang is", verklaart collega Youssed Chebli.
Foto - Star Trek (1968) was baanbrekend op allerlei vlakken. Zo Werd in de aflevering 'Plato's stepchildren' de eerste interraciale kus op de Amerikaanse televisie vertoond. Gevolgd door heel wat gelijkaardigs met diverse buitenaardse deernes. Bron: Paramount Pictures.
Hoewel mensen al meer dan 50 jaar in de ruimte varen, blijft het gissen of er sinds de introductie van gemengde bemanningsleden (1983) al vrijpartijen zijn geweest. NASA verbiedt seks niet expliciet, maar roept op om te allen tijde professionele standaarden hoog te houden. Toch is het ondenkbaar dat ruimteseks nooit zal gebeuren, zeker nu de bemande missies naar Mars wellicht jaren zullen duren. Een hoop seksueel gefrustreerde astronauten behoort wellicht niet tot het scenario. Bovendien zou seks ook een natuurlijk deel van het leven worden op een basis op Mars of de maan, zeker als je je bedenkt dat ze streven naar een zelfvoorzienende kolonie. En dan is er nog Virgin Galactic, die toeristische ritjes in de ruimte willen lanceren vanaf volgend jaar. Ze zouden zelfs al een aanbod van 1 miljoen dollar gekregen hebben om een sex-in-space film te maken.
Guidestar | 04-2013
De biologen kozen voor de snelgroeiende stuifmeelbuis omdat het de drager is van mannelijke spermacellen en dus een sleutelrol speelt in de voortplanting. Specifieke structuren binnen de cellen kregen een kleurtje om te zien hoe de componenten
bewegen en hoe alles reageert op veranderingen in de zwaartekracht. Met de technologie van de European Space Agency konden ze hyper- en microzwaartekracht simuleren.
Redactioneel / Daily Mail
Geruchten doen al meer dan tien jaar de ronde dat astronauten seksexperimenten uitvoeren in opdracht van de Russische en / of Amerikaanse overheid. Het bestaan van deze zogenaamde '220-mile-high club' wordt tot op vandaag echter hardnekkig ontkend. Bovendien brengt recent onderzoek slecht nieuws voor kinky ruimtereizigers, want seks zonder zwaartekracht zou wel eens levensbedreigend kunnen zijn.
065
Rubriek
Komeet PanSTARRS Guidestar | 04-2013
APOD - Astronomy Picture Of the Day
066
Info - Rolf Jansen werkt aan de School of Earth and Space Exploration van de Arizona State University (College of Liberal Arts & Sciences) waar hij werkt aan hoge-resolutie Halpha en UV-R beeldmateriaal van nabijgelegen sterrenstelsels verkregen door GALEX, HST en Spitzer. Hij is tevens, sinds 2005, de vertaler van de Nederlandse APOD editie. Meer informatie : www.apod.nl
Misschien heeft u inmiddels de komeet gezien, misschien gooide het weer roet in het eten. Terwijl komeet PanSTARRS zwakker wordt, zouden goed voorbereide waarnemers de verdampende ijsbal kort na zonsondergang nog steeds moeten kunnen vinden boven de westelijke horizon — wellicht zelfs met het blote oog. In de bovenstaande afbeelding werd vorige week de richting gewezen naar komeet PanSTARRS (C/2011 L4) vanaf een heuveltop bij First Encounter Beach in Massachusetts in de Verenigde Staten. De komeet is vernoemd naar de Pan-STARRS astronomische survey van de hemel waarin hij werd ontdekt. Nu de komeet weer op weg is naar de buitendelen van ons Zonnestelsel zal hij nog geruime tijd 's avonds zichtbaar blijven, maar hij zal binnenkort alleen nog met behulp van een binoculair of kleine telescoop zijn te vinden. Foto: Chris Cook.
Wat is een komeet ?
Vaak hebben kometen twee staarten: een plasmastaart en een stofstaart, die allebei van de ster of de zon afgekeerd staan. Het vaste deel van de komeet is de komeetkern en kan een doorsnede hebben van 1 tot 50 kilometer. De lengte van de gaswolk (coma) daaromheen kan sterk variĂŤren: van 100 000 tot 1 000 000 kilometer lang (tot meer dan 150 miljoen kilometer lang). De omlooptijd rond de ster
Men neemt aan dat kometen restanten zijn van de tijd van de vorming van ons zonnestelsel, brokken ijs met afmetingen tussen 1 en 50 km die in de buitenste delen van de zonnenevel gevormd werden. Door gravitationele perturbaties, veroorzaakt door de zwaartekrachtsvelden van de grote planeten, kunnen ze in hun elliptische banen terechtkomen waardoor ze in de binnenste delen van het zonnestelsel kunnen komen. Van kometen met kortere omlooptijden wordt gedacht dat ze uit de Kuipergordel afkomstig zijn (buiten de baan van Neptunus). Kometen met een langere omlooptijd hebben een oorsprong verder van de zon, in de zogenaamde Oortwolk. Ze hebben daarmee een andere oorsprong dan planetoĂŻden.
Guidestar | 04-2013
Kometen zijn relatief kleine hemellichamen die in vaak erg elliptische banen rond een ster draaien en uit ijs, gas en stof bestaan ("vuile sneeuwballen"). Wanneer een komeet dicht genoeg bij een ster komt en warmer wordt sublimeert een deel van de materie waaruit ze bestaat om een zogenaamde coma (een atmosfeer) en/of een komeetstaart te vormen.
kan een paar jaar tot vele duizenden jaren bedragen.
067
Plantenseks verloopt moeizaam wanneer er veranderingen in de zwaartekracht plaatsvinden, zoals in de ruimte. Dat blijkt uit nieuw wetenschappelijk onderzoek. De groei van pollenbuizen, de mannelijke geslachtsorganen van planten, wordt sterk beïnvloed door veranderende zwaartekracht. Ook het transport van stoffen die nodig zijn voor de groei van pollenbuizen verloopt moeizamer in buitenaardse omstandigheden. Dat melden onderzoekers van de Universiteit van Montreal in het wetenschappelijk tijdschrift PLOS ONE. De wetenschappers kwamen tot hun bevindingen door pollenbuizen van een Japanse roos te laten groeien in een centrifuge van de European Space Agency in Noordwijk. Dit apparaat bootste omstandigheden na met meer of juist minder zwaartekracht dan op aarde. De onderzoekers kozen voor pollenbuizen, omdat dit de snelst groeiende cellen in het plantenrijk zijn. Uit het mannelijk stuifmeel van een plant kan binnen enkele seconden een pollenbuis ontstaan wanneer het in contact komt met een stamper, het vrouwelijk seksueel orgaan van bloeiende planten. Uit het experiment in de centrifuge bleek echter dat pollenbuizen bij lagere zwaartekracht veel minder goed groeiden. De diameter van de buizen nam tot acht procent af. Bij hogere g-krachten nam de dikte van de pollenbuis juist toe. Ook binnenin de plantencellen traden er problemen op. Het transport van stoffen die de mannelijke geslachtsorganen laten groeien en functioneren werd ernstig verstoord door de veranderende zwaartekracht. Volgens hoofdonderzoeker Anja Geitmann is het dan ook maar de vraag of de aanleg van bijvoorbeeld een groentetuin op Mars mogelijk is. Meer onderzoek is nodig om uit te zoeken of en hoe bepaalde planten in buitenaardse omgevingen zullen groeien. Maar het onderzoek heeft vanwege het gehinderde transport van stoffen binnen cellen mogelijk ook consequenties voor de gezondheid van menselijke ruimtereizigers. "Onze bevindingen hebben implicaties voor de menselijke gezondheid, omdat vergelijkbare effecten kunnen optreden in menselijke cellen, zoals zenuwcellen waarbij intracellulair transport van stoffen cruciaal is", verklaart Geitmann op nieuwssite ScienceDaily. Bron: NU / 1403-2013. De planeet Mars beschikte in het verleden over omstandigheden die ontwikkeling van leven mogelijk maakten. Dat blijkt uit een chemische analyse van een monster van een Marssteen. De Marsrover Curiosity, een voertuig ter grootte van een personenauto, boorde onlangs een gat in een steen en nam een kleine hap van de boorstof om in zijn ingebouwde laboratorium te analyseren. De steen bevatte kleimineralen die in een omgeving met water zijn gevormd, zeiden wetenschappers van de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie vandaag in Washington. Die omstandigheden kunnen geschikt zijn geweest voor micro-organismen. Daarnaast werden er in het monster sporen van zwavel, stikstof, waterstof, zuurstof, fosfor en koolstof aangetroffen. John Grotzinger van het California Institute for Technology: “We hebben een leefbare omgeving aangetroffen die zo geschikt voor leven was, dat je het water zou hebben kunnen drinken.” Eerder ontstond al hoop op een wetenschappelijk teken van een waterig Marsverleden, toen de rover door een oude rivierbedding reed. De volgende taak van de Curiosity bestaat uit het vinden van koolstofverbindingen, essentiële bouwstenen voor organismen en een nog duidelijkere aanwijzing voor eventueel leven. Bron: AA / 18-03-2013.
De ruimtetrip van de Britse zangeres Sarah Brightman staat op de helling vanwege een mogelijke wijziging in het vluchtschema naar en van het Internationaal Ruimtestation ISS. Dat heeft het Russische staatspersbureau Ria Novosti op gezag van directeurgeneraal Vladimir Popovkin van het Russisch ruimtevaartbureau Roscosmos gemeld. De sopraan zou in 2015 een trip van acht dagen maken. Maar Roscosmos en de Amerikaanse NASA overwegen nu die bezoekende missie naar een maand te verlengen. In dat geval gaat de stoel van Brightman in de Sojoez-capsule naar een beroepsruimtevaarder, om wetenschappelijk onderzoek te doen. Vermoedelijk zal de aanduiding door het Europese Ruimtevaartbureau ESA gebeuren. Popovkin zei niet wanneer de beslissing valt en of de trip van de zangeres op een latere datum zou kunnen doorgaan. Tot nu toe hebben nog maar zes mannen en één vrouw de exclusieve toeristische trip naar de ruimte gemaakt. Brightman zou na een hiaat van enkele jaren de draad weer opnemen. Rusland brak immers het ruimtetoerismeprogramma in 2009 af. De eerste ruimtetoerist in het ISS was de Amerikaan Dennis Tito. Met het op stal zetten van de Amerikaanse spaceshuttle en het voorlopig ontbreken van alle bemand ruimtetransport in de VS staat Rusland alleen in voor het personenvervoer naar en van het ISS. Bron: S. Geukens / 18-03-2013. De Verenigde Staten zijn dit jaar - na een onderbreking van 25 jaar - weer met de productie van plutonium begonnen. Hiermee kunnen ruimtesondes tijdens toekomstige missies van energie voorzien worden, wanneer zonne-energie alleen niet voldoende is. De ruimtevaart gebruikt op grote schaal zonnepanelen voor missies in het binnenste deel van het zonnestelsel. Maar voor bestemmingen verder dan Mars kunnen de panelen onvoldoende energie opwekken door het zwakke zonlicht. Ruimtemissies die dieper de ruimte in gaan, maken al sinds 1970 gebruik van plutonium. De stroom wordt opgewerkt door een hoeveelheid plutonium die door natuurlijk verval warmte genereert. Deze warmte kan met een radio-isotoop thermoelektrische generator worden omgezet in elektriciteit. De voorraad plutonium in de VS raakt echter op. In 1988 stopte het land met de productie. De huidige voorraad plutonium wordt geschat op slechts 16,8 kilogram, meldt New Scientist. Samen met het Amerikaanse ministerie van Energie probeerde NASA sinds een aantal jaar de productie van plutonium weer op te starten, en dat lijkt nu succesvol. In het Department of Energy's Oak Ridge National Laboratory in Tennessee is een paar gram ontwikkeld. De jaarlijkse productie kan daardoor worden opgeschaald tot 1,5 kilogram, aldus NASA. Bron: NASA / 19-03-2013.
Meer up-to-date nieuws : www.spacepage.be
Heb je zin om je handen uit de mouwen te steken en een raket te bouwen die alle records aan diggelen vliegt? Durf je het aan om deel te nemen aan een ‘waterrakettenwedstrijd’? Doe dan mee aan de Rocket Science Launch Day! De Universiteit Hasselt en Cosmodrome Genk dagen jongeren uit het 5e en 6e middelbaar uit om het tegen elkaar op te nemen op woensdagnamiddag 17 april 2013. De leerlingen bouwen op voorhand individueel, in groepjes of in klasverband een waterraket. De basisprincipes uit de fysica centre of gravity en centre of pressure voor het bouwen van een waterraket zijn identiek aan deze voor het bouwen van een echte raket. Datum - Woensdag 17 april 2013. Vanaf 13.30 uur. Toegang: gratis. Locatie - Cosmodrome, planetariumweg 18-19 te 3600 Genk. www.cosmodrome.be. Cosmodrome@genk.be.
Guidestar | 04-2013
Evenement : Rocket science launch day
069
Rubriek -Sasteria onder de sterren Filip Feys
D e r e is v a n T h o r n a a r h e t n o o r d e lijk h a lf r o n d
Info - Geboren in het jaar 1961 te Tielt en opgegroeid in Meulebeke ben ik een West Vlamink in hart en ziel. Mijn schoolperiode heb ik dan ook doorgebracht in omstreken en later ook mijn beroep als hooggeschoold houtbewerker en later als leerkracht aan het VTI te Izegem. Ik ben getrouwd in 1981 met Chantal en samen hebben we een dochter. Sharon is afgestudeerd als Bachelor in Elektro-Mechanica en Chantal is professioneel kunstenares. Reeds meer dan 30 jaar is astronomie een ver doorgedreven hobby voor mij. Gestart met een 50 mm kijkertje en lid van de VVS en later van de werkgroep Deep-Sky en zonwaarneming is mijn hobby veranderd in dagelijkse bezigheid. Bepaalde dromen om iets op te starten en mensen een kans te geven om de sterrenhemel te bewonderen heb ik al tijd in mij gehad. Griekenland lag ons beiden nauw aan het hart en de keuze was vlug gemaakt voor een locatie waar sterren kijken vele nachten verzekerd was. Nu voel ik mij thuis hier op Kreta en ben ik één van de gelukkigen die van mijn hobby een beroep heb kunnen maken.
Guidestar | 04-2013
Meer informatie : www.sasteria.com
070
Wie een donkere zuidelijke hemel bezit, moet zeker de kijker eens richten op Thor’s Helmet. Dit prachtige object ligt circa 15000 lichtjaren ver van ons en is ongeveer 30 lichtjaar in omvang. Deze emissie nevel bestaat uit 2 onderdelen die gezamenlijk een mooi DeepSky object vormen. De NGC 2359 & IC 468 zijn moleculaire wolken die in de buurt liggen van een Wolf-Rayet ster. Deze massieve (+ 20 zon massa’s) sterren bevinden zich in een normaal stadium of hun evolutie. Het bijzondere is dat ze sterke zonnewind ontwikkelen waardoor ze opvallen door hun breed spectrum van heel heldere emissie lijnen. Deze sterren verliezen vlug hun massa en beïnvloeden zo de moleculaire structuur van de bijgelegen gaswolk. Deze sterke winden veroorzaken de indrukwekkende boogvormen en de uitgerekte nevelslierten door immense schokgolven. Eigenlijk zijn deze sterren supernova’s in wording. Maar het bijzonderste voor ons Deep-Skyer's is, hoe het object er zal uitzien onze kijker. Toen ik dit object observeerde in België met de 20” Newton was dit mijn impressie. Een verhouding waar het beeldveld ongeveer 45’ hemel bevat vond ik het best. De nevel is dan ongeveer 20’ groot met gebruik van een OIII filter. Wat mij onmiddellijk opvalt in de heldere nevelstructuren is het nummer 6, deze bevat de ovaalvormige kern en een uitwaaierende nevelsliert richting west. Dit is het helderste deel en bezit ook de meeste details van de nevel. In het circa 4’ grote centrum zie ik een nevelige opening omgeven door concentrische nevelslierten. Een helder exemplaar start aan de heldere Wolf-Rayet ster, HD 56925 en buigt noordwaarts af om dan ten oosten aan te sluiten op het figuur nummer zes. Een tweede nevel sluier omsluit de Wolf-Rayet ster en loopt volledig door westwaarts om het nummer 6 af te baken. Een reeks kleine fonkelende sterretjes scheren langs de oostelijke zijde van de nevelring. Maar wat dit complex mooi maakt, zijn de zwakkere neveldelen die zich in de vier windrichtingen uitstrekken. Om dit te kunnen observeren heb ik moeten wachten op de donkere hemel hier op Kreta. Zelfde kijker met OIII en een beeldveld van 45'. Enorm verschil, het centrum is volledig gevuld met nevelachtige structuren die elkaar kruisen. De openingen tussen deze slierten zijn niet meer overduidelijk aanwezig. Als ook verzinkt de rand van het centrale deel meer in de nevelachtige omkadering. Ten noord westen observeer ik het tweede helderste deel die tamelijk scherp is afgebakend. Dit stuk verhelderd een weinig langs zijn centrale as. Dit moet dan de tweede vleugel zijn op de helm van Thor en behoren tot de IC 468. De arm ten zuid oosten is veel zwakker en vloeit randloos over in de ruimte. Dit kan ook gezegd worden van de andere aansluitende delen van de IC 468. Duidelijk
aanwezig als groot boogvormig object uitvloeiend in de achtergrond noord oostwaarts. Dit deel verbreedt naar het uiteinde toe en verhelderd een weinig. Het oostelijk deel is een fijne nevelband die ver uitstrekt in de ruimte en licht gebogen is. Het valt op dat het helderste deel van deze nevelband volledig aan de noordzijde ligt in de nevelsliert. Voor wie geen GOTO montering bezit kan starten vanaf de M50 (mag:5.9). Vertrek dan Zuidoost en na 3.5°, heb je de NGC 2353 (mag:7.1) dan verder ZZO 3.8°, om te stranden bij de NGC 2374 (mag:8). Eens deze sterrenhoop in beeld dan 1.3°, naar het westen en je hebt Thor’s Helmet in beeld.
Zoals gezegd reizen we noordwaarts naar het sterrenbeeld Gemini. Daar vinden we nog een pluimachtig object voor op de helm van Thor. De IC 443 een SNR overblijfsel die goed gelokaliseerd ligt. Op 45' oostwaarts van de ster Propus. Dit object heb ik meerdere malen kunnen observeren vanuit België, maar was enorm zwak en aan de grens van de 20” Newton met OIII. Zeker waar ik toen woonde in Izegem. In de donkere delen van België, zal het met een 40cm kijker zeker gaan om dit zwak nevelstreepje waar te nemen. Hier op de sterrenwacht is het langwerpig gebogen neveltje onmiddellijk zichtbaar met de LPR filter. Een structuurloos nevelbandje met een zwakke verheldering naar het midden toe. Met de OIII filter komt de ware aard naar boven. Startend ten oosten in een puntvorm en uitwaaierende naar het noordwesten. In het noordwesten verbreedt de nevel, dit op 2/3 van zijn lengte bevindt zich de kop. Daar splits hij zich ook open in twee afzonderlijke zwakke nevelslierten. Tussen beide is er nog steeds een zwakke achtergrond nevel zichtbaar. Een afzonderlijke zwakke verheldering is waarneembaar iets ten zuidwesten in de kop. De totale waargenomen lengte is circa 19' met de breedste zijde circa 5'. Vergeet niet voor de gene met wat kleinere telescopen dat de M35 heel dicht ligt. Een enorme verzameling sterren in een diameter van circa 28' met een magnitude van 5.1. En voor wie iets dieper wil ingaan in dit sterrenrijk gebied. Ga dan 25' zuid westwaarts van de M35 en daar vind je het kleine groepje de NGC 2158. Vergroot genoeg uit en volg een pijlvormige sterren formatie in de M35. Deze wijst je in de richting van een 5' groot sterrengroepje met een magnitude van 8.6. Je zult er een wazig
wolkje zien en al naar gelang de kijker opening een sterrenpatroon in de vorm van een langwerpige pijlvorm. Als ik terug ga in de tijd en tussen mijn waarnemingen op zoek ga, vind ik mijn eerste vermelde beschrijving van de sterrenhoop NGC 2158 op de 1/11/1984. De waarneming werd verricht met de 11cm Newton, mijn eerste spiegeltelescoop. Bij 41x een klein groepje sterren die juist waarneembaar is. Komt over als een ovaal zwak en zilverachtig neveltje. Bij 72x nevelachtig groepje duidelijk aanwezig maar zonder sterren in. Op 28/01/87 met de 25cm F/6 newton bij 72 x valt het groepje onmiddellijk op als een ovalen zilverachtig korreling vlekje. Bij 150x is het neveltje gedeeltelijk opgelost in een 10 a 15 tal sterretjes die in één rij liggen. Op 10 december 93 met de 30cm F5,8 dobson bij 59x komt het neveltje granuleus over als een plat gedrukte bolvorm. 98x circa 10 sterren zijn zichtbaar in een trechtervorm omgeven door een nevel. 141x de trechtervorm is gevuld met fijne fonkelende sterretjes. Bij perifeer waarnemen is er nog altijd een zwakke granuleuze nevel aanwezig. Bij 198x zijn een 20 tal sterretjes zichtbaar met een heel zwakke achtergrond nevel. Al deze waarnemingen zijn gemaakt in België. Dus probeer het groepje op te zoeken en zie wat u kunt ontdekken. Groeten, en wie weet ontmoeten we elkaar hier op het mooie Kreta !
Guidestar | 04-2013 071
Rubriek - Kennislink Roel van der Heijden
Opgelost: kosmische stral Een internationaal team van wetenschappers heeft met de Fermi-ruimtetelescoop ontdekt dat hoogenergetische kosmische straling afkomstig is uit supernova’s. Daarmee lossen ze een mysterie op dat astronomen jarenlang bezig hield. Info - Kennislink startte in 2002 en is uitgebreid van een site met uitsluitend bèta wetenschappelijke (= exacte) kennis naar een site waarop ook de inzichten van alfa wetenschappen zoals taalkunde en gammawetenschappen belicht worden. Het project is een opdracht van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap uitgevoerd door de Stichting Nationaal Centrum voor Wetenschap en Technologie.
Guidestar | 04-2013
Meer informatie : www.kennislink.nl
072
Foto - Samengestelde afbeelding van de resten van supernova IC 443. In zichtbare (geel) en infrarode golflengtes (blauw, cyaan, groen en rood) is de schokgolf te zien. In magenta is gammastraling te zien. Bron: NASA / DOE / Fermi LAT Collaboration, NOAO / AURA / NSF / JPLCaltech / UCLA.
De aarde wordt continu bestookt met straling uit de ruimte. Dat is niet alleen zichtbaar licht of uv-straling van de zon, of de kosmische achtergrondstraling. Ook zit daar kosmische straling bij, voornamelijk protonen die met een extreem hoge energie de dampkring van de aarde binnenkomen. Hoewel er vermoedens bestonden over de bron van deze straling kon dat nooit worden bevestigd. Tot nu, want een groot team van wetenschappers heeft bevestigd dat de resten van supernova’s bronnen van kosmische straling zijn. Hun bevindingen werden vorige week gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Science.
Supernova’s zijn sterexplosies. Ze kunnen ontstaan doordat zware sterren aan het einde van hun leven zonder brandstof (hoofdzakelijk waterstof) komen te zitten en in elkaar storten onder invloed van de zwaartekracht. Wat daarop volgt is juist weer een gewelddadige uiteenspatting van de ster. Daarbij worden geladen deeltjes, waaronder protonen, met bijna de lichtsnelheid het heelal in geslingerd. Samen met zwarte gaten werden supernova’s gezien als mogelijk bronnen voor kosmische straling. Van supernova’s is nu in ieder geval aangetoond dat ze ook daadwerkelijk kosmische straling produceren; wat overigens niet wil zeggen dat zwarte gaten nu uitgesloten zijn als bron. Lastig te detecteren Normaal gesproken is het niet zo moeilijk om bronnen van bepaalde soorten straling aan te wijzen. Astronomen richten hun telescoop op
ling komt uit supernova's de vermoedelijke bron en slaan aan het meten. Bij kosmische straling is dat iets lastiger. Aangezien de ‘straling’ uit geladen deeltjes bestaat wordt deze beïnvloed door magnetische velden in het heelal, in tegenstelling tot straling bestaande uit fotonen (licht). Deze invloed zorgt ervoor dat kosmische straling afgebogen kan worden. Zo kan niet meer achterhaald worden waar de straling vandaan kwam en zien we het op aarde eigenlijk van alle kanten op ons afkomen. De wetenschappers pasten daarom een truc toe. Ze keken niet naar de kosmische straling zelf, maar naar gammastraling. Dat deden ze met de Fermi-ruimtetelescoop van NASA. Op het moment dat de schokgolven van supernova’s namelijk in aanraking komen met interstellaire gaswolken veroorzaakt deze interactie gammastraling, die wel als een directe bron waar te nemen is.
Risico voor astronauten Op aarde hebben we door de dampkring en het aardmagnetisch veld niet zoveel last van kosmische straling. De astronauten in het internationale ruimtestation zijn echter minder goed beschermd tegen het bombardement van hoogenergetische deeltjes vanuit de kosmos. Door deze verhoogde dosis straling lopen astronauten waarschijnlijk een hoger risico op ziektes als kanker. Kosmische straling wordt dan ook als een serieus probleem gezien voor bemande interplanetaire reizen.
Foto - Een 'artist impression' van een ster die supernova gaat. Bron: E. Lick.
Bron: Ackermann, M. et al., Detection of the Characteristic Pion-Decay Signature in Supernova Remnants, Science (15 februari 2013), DOI: 10.1126/science.1231160.
Zie de Kennislink website voor meer boeiende artikels over dit en tal van andere thema's ... Foto - Op grote hoogte neemt de hoeveel kosmische straling toe. Dat kan schadelijk zijn voor astronauten die lange tijd in de ruimte verblijven. Bron: NASA.
Guidestar | 04-2013 073