Hoe treurig dat de elite
Geerten Waling De auteur is historicus en promovendus aan de Universiteit Leiden. Hij stelt dat een ‘kritisch debat’ over een nieuw artistiek en politiek model zoals dat nu wordt gevoerd arrogant en volkomen wereldvreemd is.
ier kunstenaars en vier politici kruipen deze week samen in een tentje ‘op zoek naar commitment’ (V, maandag 2 mei). Met als voorwendsel een ‘kritisch debat’
V
over de bezuinigingen op kunst en cultuur wordt een wedstrijd quasiintellectuele zelfbevrediging gehouden die alleen maar samenvat hoe wereldvreemd onze culturele elite is. Neem allereerst de naam: Allegories of good and bad government, naar de 14de-eeuwse fresco’s van Lorenzetti. Van wie? Lorenzetti, kent u die niet? Schande. Ambrogio Lorenzetti – zoekt u het nog even na – was een Italiaanse schilder die voor Machiavelli een belangrijke inspiratiebron was. Machiavelli? U weet wel, uitvinder van de machtspolitiek. Van de PVV, zeg maar. De Italiaanse titel van zijn werk is naar het Engels vertaald… Want in het Nederlands ga je je als culturele elite natuurlijk niet uitdrukken. Kom nou toch! De Nederlandse identiteit bestaat toch al niet. (Zijn
Henk en Ingrid daar nou nog niet achter?) Het initiatief gaat over de Nederlandse kloof, tussen de Nederlandse politiek en de Nederlandse kunsten. Waarom dan toch een Engelse naamgeving? Belangrijker nog, wie bereikt men met deze titel, en vooral: wie haakt erdoor af? Als er een kloof is tussen kunst en politiek, heeft dat ook te maken met een onvermogen om grote delen van de samenleving te bereiken. Een prangend probleem van de sector, die dat niet alleen volledig negeert – maar zich er zelfs schaamteloos op laat voorstaan, getuige zo’n esoterische titel. Dan de deelnemers. De politiek is vertegenwoordigd door prominenten van PvdA (wethouder Amsterdam), GroenLinks (Tweede Kamer) en D66 (fractieleider Rotterdam). De
in een tentje zichzelf bevlekt oppositie doet dus stevig mee. Als vierde kruipt ook een VVD-wethouder uit het niet onverdienstelijke, doch kleinstedelijke Arnhem in de tent; afgewisseld door de VVD-burgemeester van Bloemendaal. Deelname van de coalitiepartijen beperkt zich dus tot twee brave VVD’ers van beperkte invloed, die samen een luchtbedje delen. Het CDA ontbreekt op het culturele kampeerfeest. De PVV, de meest spraakmakende partij, die toch deze regering mogelijk maakt en het cultuurdebat oppookt, is bewust niet uitgenodigd. Want PVV-ers zijn ‘andersdenkenden’, met wie men niet wil ‘verzanden in het verdedigen van standpunten’. Het is hierin dat de stuitende arrogantie en kortzichtigheid schuilen van onze culturele elite die het debat in een nog veel klemmender
De PVV, de meest spraakmakende partij die het cultuurdebat oppookt, is bewust niet uitgenodigd
wurggreep neemt dan de PVV dat doet. Het doel van het tentenkamp is ‘een eerste cel zijn in een lang proces van vermenigvuldiging’. ‘Een eerste stap van een nieuw artistiek en politiek model, een laboratorium, een platform, waar de grenzen tussen de domeinen opengaan.’ (De Groene Amsterdammer, 20 april) Hier spreekt een zelfingenomenheid die geen enkele grens opent, maar slechts verouderde kaders dikker aanzet. Het deel van de kunstensector dat profiteert van subsidies toont – net als bijvoorbeeld het academische milieu – zijn verlammende onvermogen om zichzelf te verantwoorden aan belastingbetalers. Van de laatsten voelt een grote groep zich vertegenwoordigd door VVD, CDA en ook PVV. Om SP en de kleinere partijen nog maar niet te
noemen. Hoe kan een discussie over het ‘vacuüm tussen kunst en politiek’ gevoerd worden zonder noemenswaardige participatie van de meerderheid van leden van de Tweede Kamer? Het zijn alleen de vertrouwde paarse partijen (met een zeer magere VVD-deelname) die het vier dagen samen eens gaan zitten zijn in een tentje. Met camera’s erop. Net Big Brother. Maar die show had tenminste iets te bieden: daar sloeg de vlam nog weleens in de pan. Van het debat in W139 valt niets anders te verwachten dan een muffe tentlucht. Het is fijn dat de elite bereid is de stap te wagen van de chique hotels naar de ‘camping’. Maar pas als zij het volk echt serieus gaat nemen, zal de elite weer op het vertrouwen van het volk kunnen rekenen.