Reportaje
ARAGÓN
FIETSEN PARADIJS DOOR HET
Ver weg van spoor- en snelwegen herbergt het zuidoosten van Aragón het lieflijke paradijs Matarraña. Zo off the beaten track dat je er een halve dag over de mooiste route van Spanje kunt fietsen zonder een mens tegen te komen. TEKST EN FOTO'S: HARRY VAN DOORN
67
Reportaje
‘H
ola, Garrie.’ Een kleine vrouw loopt me tegemoet en schuift met een routineus gebaar haar oversized zonnebril van neus naar kruin. Ze geeft me twee luchtkussen en stelt zich voor: ‘Eli.’ We staan op een verlaten perron in Tortosa, een stadje aan de Ebro in het zuiden van Catalonië. Eli legt haar rechterhand op haar linker onderarm en bestudeert een eveneens buitenmaats horloge. Ze kijkt me schalks aan en zegt: ‘Je hebt me tot acht uur, wat wil je doen?’ Het is een zondagmiddag in november en de thermometer wijst 33 graden aan. Dat is zelfs hier het gesprek van de dag, al zijn op dit tijdstip de Spanjaarden in geen velden of wegen te bekennen. In haar Golf met sportvelgen - maar zonder airco - zoeven we met open ramen over de lege, perfect geasfalteerde T333, langs de uitlopers van de Cardó El Boix en Els Ports, de bergen die Catalonië en Aragón scheiden.
Lost world Eli is vertegenwoordiger van de Comarca de Matarraña, een samenwerking van achttien Oost-Aragonese gemeenten verspreid over twee keer de oppervlakte van Texel in de provincie Teruel. De 8700 inwoners vinden hier rust en ruimte. Eigenlijk een wonder dat deze vruchtbare streek zo dunbevolkt is. In de rivierdalen tieren perziken, amandelen, olijven en wijnranken welig. Met de gekartelde toppen van Els Ports als onverzettelijke bewakers voelt dit paradijselijke landschap met zijn milde klimaat als een lost world. Aan Eli de schone taak om Matarraña uit de vergetelheid te halen, want het land mag dan gul zijn, boeren is ook hier geen vetpot. Alle pijlen op het toerisme dus, bij voorkeur met eigen vervoer, want de minihoofdstad Valderrobres ligt 50 kilometer van de stations waar nog een trein stopt. Ooit had Valderrobres een eigen station aan het spoor dat Tortosa met
Alcañiz verbond, maar daar rijden al veertig jaar geen treinen meer. Op de spoorbedding ligt nu een van de mooiste fietsroutes van Spanje, maar die bewaar ik voor morgen.
Río Matarraña Eli is een van de 603 inwoners van Beceite. Beter gezegd: Beseit, want in deze hoek van Aragón is het Catalaans de bergen overgestoken, maar anders dan in Catalonië is er weinig politiek sentiment over wie wat spreekt. ‘We verstaan elkaar goed,’ zegt Eli, terwijl ze haar hand op blijft steken tegen dorpsgenoten die nieuwsgierig staren naar de lange man aan haar zijde. Het kleine dorp heeft een paar oude papiermolens die beetje bij beetje worden opgeknapt en opvallend veel hotels. Niet voor dat ene mooie uitzicht op de Río Matarraña in het dorpshart, maar vooral voor de schitterende natuur op de hellingen van Els Ports. We lopen een stuk van de Desfiladero
del Parrisal, een zijriviertje van de Matarraña, waar je over boomstammen en smalle paden of gewoon stroomopwaarts door het water omhoog klautert naar de vergezichten en gieren van de Moletes d´Arañy (1228 meter). Eli plaatst haar ballerina’s behoedzaam tussen de scherpe keien, houdt plots de pas in en legt haar hand op mijn arm: ‘Cabra montés!’ Ze wijst, maar ik zie aanvankelijk niks. Dan ontwaar ik ze ook: twee kleine steenbokken op een boomtak. Nooit geweten dat ze zó goed kunnen klimmen.
Onstuitbare vooruitgang Het is tijd voor een caña bij bar La Plaza in Valderrobres. Het miniplein is het enige vlakke stukje van het oude centrum. Op dit tijdstip is het er een drukte van belang. Opvallend veel nozems op knetterende scooters en dorpsbewoners die auto’s behendig door de middeleeuwse straatjes sturen. Eli ziet mijn frons en zegt: ‘Het
ALS HALVERWEGE VOETSTAPPEN VAN DE ANDERE KANT KLINKEN, GAAT DE ADEMHALING IN EEN HOGERE VERSNELLING is al zo vaak geprobeerd om deze kant van de brug autovrij te maken, maar niemand heeft zin om de steile straatjes te voet te doen.’ Een ironische grijns trekt over haar smalle gelaat: ‘Vooruitgang, die laten we ons niet afpakken.’ Als het bier op is, doen we wat de locals niet willen: wandelen naar de hooggelegen burcht. Het drama dat de naastgelegen Parroquía Santa
María la Mayor trof, komt tot leven als gids Antonio dienst heeft. Je voelt zijn pijn als hij zuchtend vertelt hoe goedbedoelende dorpelingen de wederopbouw na de guerra civil zo voortvarend ter hand namen dat een deel van de geschiedenis van de kerk is verzaagd, verpulverd of domweg weggegooid. Enkele reis Tortosa El Sarmentero heette de trein die tussen 1942 en 1973 de verbinding Æ
Reportaje
VIA TUNNELS, KLOVEN EN VIADUCTEN BEREIKEN WE EEN KLOOSTERCOMPLEX MET RESTAURANT EN WARMWATERBRON
tussen Tortosa en La Puebla de Híjar (130 kilometer) verzorgde. De eerste 30 kilometers tussen La Puebla en Alcañiz werden reeds in 1891 opgeleverd, maar daarna verzandde de bouw in geldgebrek en politieke vertraging. Pas tijdens de Guerra Civil werd het spoor doorgetrokken naar Tortosa omdat de nationalisten van Franco militaire voordelen zagen. Republikeinse krijgsgevangenen werden als dwangarbeiders ingezet. In de zomer van 1939 probeerden Catalaanse republikeinen een corridor te forceren naar de strijdmakkers van het zwaar belegerde Valencia. Bij deze Batalla del Ebro veranderden de tunnels bij Benifallet in bloedige veldhospitalen. Behalve een monument bij El Pinell de Brai is er weinig dat aan deze duistere episode uit de Spaanse geschiedenis herinnert. Sterker nog, vanaf de spoordijk, die de weg van de minste weerstand zoekt, oogt het landschap zo mogelijk nog lieflijker dan vanaf de weg.
Economisch fiasco De dichtstbijzijnde dorpen liggen op 1,5 tot 6 kilometer van de voormalige stations. Daarmee werd de spoorlijn ook economisch een fiasco. De beoogde reizigers namen liever de bus. De 45 tunnels die voor de trein werden uitgehakt, bleken weggegooid geld. De laatste 25 kilometer naar de haven van Sant Carles de la Ràpita zijn om die reden nooit aangelegd, maar vorig jaar raapte de Generalitat zes miljoen euro bijeen voor de Vía Verde de las Terres de l’Ebre, die
70
het vergeten spoortracé befietsbaar maakt en een verbinding verzorgt met de Vies Ciclistes del Delta de l’Ebre, een bijzonder landschap van rijstvelden, lagunes en een droom voor vogelaars. Aragón is inmiddels begonnen om van de 28 deels moeilijk begaanbare kilometers tussen La Puebla en Valdealgorfa ook een echte vía verde te maken.
Voetstappen in het duister De huidige vía verde tussen Valdealgorfa en Tortosa is 85 kilometer lang en heeft in de beste traditie van regionaal navelstaren in elke comarca een andere naam: Val de Zafán in Matarraña, vervolgens Terra Alta en Baix Ebre in de gelijknamige comarcas in Catalonië. Bij elke grens andere bordjes langs het pad van gravel en (soms) asfalt. De enige spelbreker zijn de tunnels, voor wie geen licht op de fiets heeft. De meeste tunnels hebben wel verlichting, maar erg betrouwbaar is die niet. De zonnepanelen die voor de power moeten zorgen, zijn geliefd bij dieven. Meteen bij de start net voorbij de ruïne van station Valdealgorfa ligt de langste tunnel van de route: meer dan 2 kilometer zonder licht. Het speelgoedbatterijlampje verliest het algauw van het duister en de gang door de tunnel wordt een beklemmend avontuur dat alleen stapvoets tegemoet kan worden getreden. Als halverwege voetstappen van de andere kant klinken, gaat de ademhaling in een hogere versnelling. De verbazing is groot als het langzaam naderende silhouet een gekromd oud
vrouwtje blijkt te zijn dat me vriendelijk groet en murmelend haar weg vervolgt. Het zal de enige ontmoeting met een mens zijn die ochtend. Bij Cretas op de grens met Catalonië verandert het pastorale landschap in het ontoegankelijke maar spectaculaire bergdecor dat de Terra Alta heet. Via tunnels, kloven en viaducten, met af en toe fraaie doorkijkjes, bereiken we een kloostercomplex met een restaurant genoemd naar de warmwaterbron die de rivier hier opwarmt tot 28 graden. Het is hier fijn wandelen en poedelen.
Sinaasappels Na de enerverende doorsteek van Terra Alta brengt de brede Ebro-vallei nieuwe vergezichten. Baix Ebre. Hier groeien de sinaasappels. Door het steeds vlakker wordende land voert het spoor terug naar Tortosa, waar de oude spoorbrug voor fietsers en wandelaars is gereserveerd. Ik laat het bisschoppelijk paleis, de kathedraal en het Suda-kasteel op de heuvel links liggen. Tortosa moet wachten. Er lonken nieuwe spoorfietskilometers in het zuiden. Op het perron aan de andere kant van de brug staat de dieseltrein richting Valencia ronkend klaar. De dieseldampen vormen pilaren in de zinderende lucht. Het is november en de thermometer wijst nog steeds 33 graden aan. Op de taxistandplaats staat een kleine vrouw met grote zonnebril tegen een Golf met sportvelgen geleund. Dit keer geen luchtkussen, maar een hartelijke abrazo. ‘Adiós, Eli, hasta la próxima.’
Reportaje
SABER MÁS ARAGÓN Barcelona Matarraña Madrid
REIZEN
heden voor vergelijkbare bedragen. De
Vliegen vanaf Amsterdam, Rotterdam of
drie vakantiehuizen van La Catalina zijn
Eindhoven naar Barcelona (2 uur, vanaf
zonder ontbijt, maar met eigen kookge-
€35 met Vueling). Naar Valencia (2.20 u,
legenheid (€20-25 p.p., vanaf 2 nachten).
vanaf €55 met Transavia) gaan minder
Valderrobres Hier kun je voor €50 over-
rechtstreekse vluchten. Vanaf Barcelona
nachten in de eenvoudige Fonda de la
fortabele kamers voor €39 p.p. met
met de trein naar Tortosa (2.20 u, vanaf
Plaza met haar schitterende gevel, recht
ontbijt. Kamperen kan ook: €15 p.p. met
€12) of Caspe (3.30 u, vanaf €22).
in het hart van het stadje. Voor €90 zit je
ontbijt! Halfpension €12 extra. Uitgebrei-
Boek tickets voor de snelle en comforta-
even verderop in het magnifieke sfeer-
de fietsvoorzieningen.
bele AVE-treinen zo vroeg mogelijk op
volle La Casa de Sebastián. Antiek decor
Zo’n 3 kilometer van het begin/eindpunt
www.renfe.com voor kortingen tot meer
en een schitterend dakterras.
van de vía verde is het goed overnach-
dan 50%. De laatste 60 kilometer vanaf
Ongeveer halverwege de vía verde is
ten in de bijzondere Casa Rural Torre
Caspe of Tortosa naar de comarca-
het station van Torre del Compte om-
del Prior op een steenworp afstand
hoofdstad Valderrobres kan alleen per
gedoopt tot Parada del Compte, een
van de route en de oever van de Ebro.
taxi (€50-60). Een auto huren op het
stijlvol viersterrenlogement met speciale
Ruime moderne kamers in een luisterrijke
vliegveld is algauw voordeliger (vanaf
arrangementen voor fietsers (€120-135
historische setting met zwembad (vanaf
€20 per dag) en is in het van goed ov
halfpension voor 2 personen). Ze verzor-
€80 inclusief ontbijt). In Tortosa zelf is in de
verstoken Matarraña ook handig.
gen desgewenst huurfietsen en transport
burcht de Parador de Tortosa een mach-
van en naar een beginpunt. In station
tige plek om te overnachten. Koninklijk
OVERNACHTEN
Cretas opent dit voorjaar een jeugdher-
uitzicht tegen pauperprijzen (vanaf €95
Beceite Raco del Tosca met comforta-
berg met BTT (MTB)-centrum (prijzen nog
zonder prijzig ontbijt).
bele kamers in een hacienda aan de
niet bekend).
snelstromende Río Matarraña voor €65
Vlak voor de bergen plaatsmaken voor
KAART & WEBSITES
inclusief ontbijt. In hetzelfde dorp is een
de Ebro-vallei kun je overnachten in het
www.bit.ly/ZafanKaart
keur aan andere overnachtingsmogelijk-
Antiga Estació de Benifallet. Vier com-
www.multiurl.com/ga/ZafanVV
71
8
VALENCIA
VAN DE ZWARTE OGEN NAAR DE WITTE STAD
De onlangs overleden Vlaamse charmezanger Eddy Wally stak een kwarteeuw geleden reeds de loftrompet: ‘Valencia, ’k zou zo graag weer in de mooiste stad van Spanje willen zijn.’ Een aandoenlijke ode, maar helemaal raak: ‘Van die donkere ogen, het vurige Spaanse bloed, wat is het leven goed.’ TEKST EN FOTO’S: HARRY VAN DOORN
9
Reportaje
MAAR WEINIG STEDEN HEBBEN ZO’N BREED STRAND EN MOOIE ZEEPROMENADE
E
ddy Wally leende, net als vele anderen, de paso doble uit 1925 van de Spaanse componist José Padilla en ja, de uitvoering van Plácido Domingo is beslist mooier, maar dan mis je zinnen als ‘Valencia, waar de sinaasappelen groeien in de gloeiend hete zon’. Wally beschrijft het gulle landschap rond de stad, maar neemt een loopje met de werkelijkheid. Het is juist de temperende werking van de Middellandse Zee - veel zon, maar niet te heet - die het perfecte sinaasappelklimaat schept.
Wondere witte wereld Aan de strofe ‘Valencia, stad van mijn dromen, bij jou is het leven een feest’ is niks gelogen. Vanaf de laatste zondag in februari tot diep in maart dompelt iedereen zich onder in de Fallas. Bijna drie weken domineren praalwagens, falleras, mascletás en heel veel vuurwerk het leven. Of Valencia de mooiste stad van Spanje is, zoals Wally kwinkeleert, is een kwestie van smaak. En aan smaak geen gebrek in Valencia. Dit is de stad van het goede leven. Je hoeft niet naar een van de vijf sterrenrestaurants om hier een goddelijk maal te genieten. Maar weinig steden hebben zo’n breed strand en mooie zeepromenade. En het is stijlvol flaneren in het stadspark van de Turia (‘Waar verliefde paartjes dromen bij een glaasje rode wijn’), dat uitmondt in de door Valencia’s eigen enfant terrible Calatrava geschapen wondere witte wereld van La Ciudad de las Artes y las Ciencias, een contemporain statement zonder weerga.
Een spoor van zwarte ogen ‘Bij die señorita’s daar voel je meteen al de gloed. Van die donkere ogen, het vurige Spaanse bloed.’ Met bijna 180 kilometer (straks 200!) is de Vía Verde de Ojos Negros de langste spoorfietsroute in Spanje en
een van de langste in Europa. De ojos negros (zwarte ogen) refereren aan de zwarte plekken die de ijzermijnen in het landschap achterlieten. De route volgt dan ook het spoor van de mijntrein naar de kust bij Sagunto, 30 kilometer boven Valencia. Uniek is dat parallel aan de fietsroute een nieuwe spoorlijn ligt, waardoor je vier keer per dag naar het huidige beginpunt bij Santa Eulalia kunt treinen of naar een van de zes andere haltes aan de route. Teruel is een aanrader, een prachtige stad. Barracas is de ideale startplek voor een eendaagse tocht over het mooiste en makkelijkste deel van de route (65 kilometer relaxed dalen). Onderweg passeer je twintig tunnels (meestal automatisch verlicht) en de machtige viaducten van Albentosa en El Chispo. Tussen Santa Eulalia op 1038 meter en het iets lager gelegen Barracas gaat de vía verde over de Puerto (pas) de Escandón (1223 meter). Het kan hier tot 10 graden kouder zijn dan aan de kust. In de winter sneeuwt het regelmatig en wordt er geskied op de nabijgelegen hellingen. Tegelijkertijd kan de hete zomer dit land teisteren, waardoor alleen de taaiste vegetatie standhoudt. Het barre en versteende land heeft een prachtige roestrode kleur. De leegte doet de nabijheid van Don Quijote vermoeden.
Westerndorp Ondanks de geringe stijgingspercentages is het zwoegen op de lange helling van halfwegstation Albentosa naar Barracas. Op de vlakte voorbij dit westernachtige dorp regeert de wind. En weer waait de geest van Don Quijote voorbij. Die kan hier zijn lans slijpen aan een woud van stalen windmolens. Dan begint de 70 kilometer lange afdaling richting de Middellandse Zee. De wind gaat liggen en je zou zweren dat er een warm briesje voor in de Æ
10
TIPS VAN EEN LOCAL Valencia is hot. Landgenote en stads-
riet, cadeaus, vintage, keukengerei
gids Eline van de Heuvel geeft tips die
en snuisterijen. In sommige ateliers
nog niet in alle reisgidsen staan.
kun je handwerkers in actie zien.
FIETS
PLAYA
Valencia heeft 120 kilometer aan fiets-
Net geopend aan het begin van het
paden! Huur een fiets en maak een
Malvarrosa-strand op een super-
tocht door de drooggelegde bedding
locatie bij de Marina Real Juan Car-
van de Río Turia. Tussen het Parque
los I, de tropisch aandoende Marina
de la Canaleta en La Ciudad de las
Beach Club met zwembad, poolbar,
Artes y las Ciencias fiets je 10 kilome-
strandstoelen en restaurant.
ter dwars door de stad, maar autovrij en in het groen. Vanaf daar kun je
KATTENPARADIJS
nog 15 kilometer doorfietsen langs het
In de Calle Museo in het hippe stads-
strand naar het natuurpark Albufera.
deel Carmen bouwde een dierenlief-
Allemaal fietspad.
hebber een als minihuis vermomd kattenluik in een blauwe muur. Ver-
RESTAURANT
derop, vlak bij de stadspoort Torres de
Van zijn looks moet Arroceria
Quart is een botanische tuin (€2,50)
L´Estibador in El Saler het niet hebben,
met cactussen, kassen én opvang
maar van de omgeving des te meer:
voor straatkatten.
bos, duinen, uitzicht op strand en zee en het waterrijke vogelparadijs Albufe-
MUSEUM
ra op loopafstand. Binnen heerst een
Het grootste museum in zijn soort: het
maritieme sfeer. Paella valenciana en
L’Iber, Museo de los Soldaditos de
andere rijstgerechten zijn de speciali-
Plomo heeft een leger van meer dan
teit, maar ook van alles uit zee.
85.000 tinnen soldaten - en andere miniaturen - uit alle windstreken.
SOUVENIRS Hecho en España. Bijzondere lokale
ACHTERLAND
producten bij Simple (Calle Cajeros
Een mooie tweedaagse route gaat via
2b, vlak bij de Lonja). ‘Geen massa-
het Romeinse theater en kasteel van
productie maar originele ontwerpen
Sagunto naar de grotten van San José
en bijzondere vormen. Van houten tol
in Vall D´Uixó en dan landinwaarts
tot leren wijnzak.’
naar het puntgave ommuurde stadje Morella in de provincie Castellón.
BAZAAR In de Calle del Músico Peydró, achter
BURCHT
de Mercado Central, zetten de win-
Terug naar de kust bij het oude
keltjes en ateliers hun koopwaar op
Peñíscola op een rots in het water,
straat als een oosterse bazaar. Veel
met kronkelende winkelstraatjes en
handgemaakte producten uit hout en
een burcht met fijn uitzicht.
11
Reportaje
IN NAVAJAS KLATERT DE SALTO DE LA NOVIA 30 METER OMLAAG
12
plaats komt. De toendra maakt plaats voor mediterraan groen. De vía verde slingert zich een weg door een afwisselend klovenlandschap en komt bij het rafelige Caudiel (mooie Iglesia Parroquial) weer in de bewoonde wereld. De volgende halte is het levendige en kleurrijke Jérica (Moorse toren met uitzicht). In Navajas klatert de Salto de la Novia (de waterval van de verloofde) 30 meter omlaag in de Río Palancia, en vlak voor de sinaasappelboomgaarden het land overnemen, trekken de witte trappen naar de Ermita de Sant Antoni i Calvari opvallende zigzaggen in de heuvels achter Sot de Ferrer.
Olijven en bier De route eindigt abrupt bij de rotonde van de Autovía Mudéjar, net voorbij het station van Algimia. Ook de routebordjes zijn op. In het volgende dorp tref ik een groepje racefietsers op het terras. Het is 11 uur ’s ochtends en het tafeltje staat vol met olijven, literflessen bier en rijkelijk belegde bocadillos. Ik vraag de weg naar de Vía Verde de Xurra, die mij in Valencia moet brengen. Ze
weten de weg, en zullen hem wijzen ook, maar eerst moet er gedronken worden. Er wordt een schoon bierglas gevonden en de schaaltjes olijven en pinda’s schuiven mijn kant op. Er wordt belangstellend geïnformeerd naar het wel en wee van de Wallen en andere Amsterdamse aangelegenheden. Voor de fietsen worden bestegen, moet er nog een carajillo gedronken (espresso met goedkope brandy) en de junior van het gezelschap krijgt de opdracht voor el holandés te betalen. Eenmaal op de fiets transformeren de terrastijgers in fanatieke coureurs die ik met mijn zware fietstassen met moeite kan volgen. De Vía Verde de Xurra begint 15 kilometer verderop en is maar 15 kilometer lang. In het laatste wiel vlieg ik eroverheen. Sinaasappelgaarden links ontnemen het zicht op de zee en de oprukkende suburbs aan de andere kant blokkeren de bergen. Eigenlijk niet zoveel aan. Binnen het uur bereiken we Valencia. En Eddy Wally schalt van gene zijde: ‘Je hart zingt een lied vol amore. Je voelt je als herboren. Wat is het leven goed.’
SABER MÁS VALENCIA Madrid
Valencia
REIZEN
Sorolla, een kilometer verderop. Beide
Transavia vliegt vijfmaal per week (vanaf
stations zijn met shuttlebus verbonden.
mei dagelijks) in 2,5 uur van Schiphol
Naar het startpunt van de spoorfiets-
naar Valencia. Retourtickets vanaf €100
route Vía Verde de Ojos Negros bij Santa
(schaars); meer aanbod voor €200. Ook
Eulalia gaat drie of vier keer per dag een
gerestaureerd antiek decor is opgeno-
vanaf Eindhoven, maar minder frequent
trein vanaf Valencia Cabanyal of Estació
men. Vriendelijke en flexibele staf. Prijzen
en duurder. Vueling heeft vergelijkbare
del Nord. Reistijd 2.45-3 uur. Vlak voor het
vanaf €55 (tweepersoonskamer zonder
prijzen, maar de vluchttijden zijn minder
eind van de route kun je vanaf Algimia
ontbijt).
gunstig en de aanbiedingen schaars.
vijf keer per dag naar Valencia treinen
Bubuflats - stijlvolle comfortabele stads-
KLM is optie drie voor een rechtstreekse
(40 kilometer/50 minuten). 15 kilometer
appartementen met balkon bij de Jardín
vlucht.
doorfietsen naar Sagunto verbetert de
Botánico. Vanaf €70 (2 personen, geen
Metrolijnen 3 (rood) en 5 (groen) rijden
ov-opties enorm.
ontbijt).
om de 10 minuten in 20 minuten van het
Fietsen in de stad huur je bij Valencia
vliegveld naar Xàtiva (Estació del Nord)
Bikes, www.valenciabikes.com
ETEN Vijf Valenciaanse restaurants hebben
of Colón aan de rand van het centrum. Lijn 5 eindigt aan het strand (Neptú). Een
SLAPEN
een Michelinster: RiFF, La Sucursal, Ricard
enkeltje (2 zones) kost €4 (+ eenmalig €1
Vía Verde La Puebla de Val Verde: La
Camarena, Vertical en El Poblet. Menu’s
voor de kaart). Een tienrittenkaart is €21.
Fonda de la Estación - schitterend geres-
beginnen bij €50. Voor de smallere beurs
Meerdere personen kunnen op dezelfde
taureerd en sfeervol ingericht landhuis
is de Canalla Bistro van Ricard Cama-
kaart reizen. Binnen zone A (centrum
vlak bij het station. Vanaf €65 met ontbijt
rena een avontuurlijke introductie van
en strand) kost een tienrittenkaart €8,20
voor 2 personen.
de sterrenkeuken (menu €26). Als subtop
(inclusief ov-chiptoeslag).
Navajas Altomira camping - bungalow-
gelden Quintana, Duna, La Salita, Saiti,
Negen buslijnen hebben een halte aan
park, fietsverhuur. Kamperen: 2 volwas-
.BDFMrMVN 1BOPSBNB 4BNTIB 2 EF
Plaza de la Reina in het hart van de
senen + tent €15-20. Bungalows zijn erg
Barella, Askua en Kaymus. Meer traditio-
ciutat vella. Maar met ongeveer 2 kilo-
basic, maar doordeweeks in het laag-
neel: El Canyar, El Timonel, La Marcelina,
meter doorsnee is de oude stad goed te
seizoen voor €30 (1 nacht, 2 personen)
Les Graelles en Bodega Casa Montaña.
belopen.
het overwegen waard.
Estació del Nord is het hoofdstation voor
Valencia Hotel Ad Hoc Monumental -
KAART & WEBSITES
alle treinverkeer behalve de AVE (HSL),
sfeervol klein stadshotel waar modern
www.bit.ly/ValenciaKaart
die begint en eindigt op Estació Joaquín
comfort onzichtbaar in een zorgvuldig
www.multiurl.com/g/oRH
13
Reportaje
Vitoria-Gasteiz
ELEGANT SPORTIEF
&
ONWEERSTAANBAAR
Futuristische rolbanden voeren je van het verstilde centro histรณrico naar het culinaire paradijs van de Baskische hoofdstad Vitoria-Gasteiz. Alleen in Spanje weten ze dat dit de beste plek is om te wonen. We nemen de proef op de som en worden betoverd. TEKST EN FOTO'S: HARRY VAN DOOREN & BASQUETOUR
16
Reportaje
V
itoria-Gasteiz is een gracieuze dame van onduidelijke leeftijd met een onweerstaanbare charme. Haar looks mogen er wezen, maar de betovering schuilt in haar verfijnde gangen en haar lust tot leven. Neem haar elegante voorkomen met de belle-époquehuizen en die typische overhangende glazen erkers (miradores) rond haar bruisende hart: de Plaza de la Virgen Blanca. Pak een loopband naar de middeleeuwen, want in de oude bovenstad komt Vitoria tot rust. Tot de avond valt, want dan begint het spektakel in meer dan honderd culinaire theaters waarmee ze elke bezoeker betovert. Hier gaat de liefde door de maag.
HET TOVEREI Vitoria is een broedplaats van culinair talent en de grootste concentratie daarvan zit tussen het station en de trappen van de kerk San Miguel. Hier lijkt iedereen te kunnen toveren met een eitje. Vaandeldrager Asador Sagartoki bakt de lekkerste tortilla de patatas van Spanje. Aardig, maar het ziet eruit als een tortilla de patatas. Gewoontjes. Wat meester-kok Senén González doet met de huevo frito (gebakken ei) is echter ware kunst. Voor het ‘ei van Sagartoki’ wordt alleen de dooier gebruikt. Die wordt met bijna doorzichtige pancetta omwikkeld, heel voorzichtig ingepakt in een envelopje van flinterdun gedroogde
aardappelpuree en dan heel even in de frituur gelegd. Het eten ervan vereist geduld en enige behendigheid, zoals naast mij aan de bar blijkt. Een gulzige heer negeert het advies van de ober om het gloeiend hete pakketje even te laten rusten, brandt zijn mond en kan het eigeel van zijn shirt vegen.
PINTXO POTE De Baskische cultuur is er een van uitersten. Van eeuwenoude sporten voor stoere mannen met baarden - waarbij bomen worden gekliefd en keien worden versleept - tot de zeer verfijnde keuken. Vitoria werd in 2014 gekroond tot Gourmethoofdstad van Spanje. Een smakelijke en budgetvriendelijke manier om daar kennis mee te maken is het volgen van een van de twintig pintxo pote-routes. Van woensdag tot en met zaterdag serveren de koks van meer dan honderd barretjes en restaurants een pintxo (tapa) en een pote (kleintje pils of een glas rioja) voor maximaal €2. Elke barrio heeft zijn eigen avond. Baskische koks proberen elkaar te overtroeven met nieuwe gerechtjes die niet alleen een sensatie op de tong zijn maar ook een lust voor het oog. De trotse Bask spoelt zo’n lekkernij niet weg met een anonieme tafelwijn, maar met een ‘eigen’ Rioja Alavesa, joven als het moet, crianza als het kan. Er is één uitzondering: de uitbater die meer dan €2 voor een glas rioja durft te vragen, wordt geboycot. ‘Of tapt alleen nog maar bier,’ grin-
nikt mijn gids Íñigo. Dat verklaart mede waarom uit eten gaan hier zo goedkoop is. Zelfs zonder happy hour kosten een hapje en drankje zelden meer dan €5. Hoewel Vitoria welvarend oogt, is het met de Baskische economie tobben geblazen. Al decennialang. Pintxo pote is dan ook een crisismaatregel uit het begin van deze eeuw die de Basken moest verleiden om de lokale horeca te spekken. Grote omzet met kleine marges, maar een succesformule die navolging krijgt in andere steden.
CULINAIRE SAFARI Samen met ‘import-Bask’ Íñigo ga ik op culinaire safari. We beginnen bij Tximiso Taberna, vlak bij het station. Het is een rustig restaurant net buiten de loop, waar uitbater Jon Eguia een echt buurtcafégevoel creëert. Hij serveert de huisspecialiteiten - waarin uiteraard eieren een hoofdrol spelen - met zwier en vaak met een grap. Uiterlijk is het wat gewoontjes, maar de smaakvolle royale porties hebben een excellente prijs-kwaliteitverhouding. Perretxico (vrij naar de lokale paddenstoelensoort perretxiko) is een staalkaart van de moderne Baskische keuken. Een grote zaak met een eigentijds rustiek decor en een grote vitrine met oogverblindende miniatuurtjes. Helaas smaakt niet alles even goed als het eruitziet en heeft onze camarero zijn avond niet. Gemiddelde prijzen. Sagartoki maakt zijn faam helemaal
DE BASKISCHE CULTUUR IS ER EEN VAN UITERSTEN: VAN HOUTHAKKERSWEDSTRIJDEN VOOR STOERE MANNEN TOT DE ZEER VERFIJNDE KEUKEN 18
waar. Er komen meer kunstwerkjes uit de keuken dan de eerder beschreven gouden eieren. Dat trekt nieuwsgierigen van heinde en ver. Geroutineerde obers zorgen met flair én air dat de vreemde gasten snel worden bediend. Geen straf, maar wel nadrukkelijk omzetgedreven. Hoe anders is dat bij Izartza op de stille Plaza España. Een klein terras onder de arcaden en een handvol tafels binnen. De eerste twee keuzes van de kleine kaart blijken niet voorradig. Wat ze wel kunnen aanbevelen? De tataki de atún, zegt de serveerster gedecideerd. Blijkt een toptip. Een subliem stukje rauwe tonijn met twee knapperige grillkantjes opgevrolijkt met een bordtekening van sesam-sojacrème. Aan La Malquerida aan de voet van de San Miguelkerk kunnen we vanwege de uitdagende naam niet voorbij. Wat serveert de ‘impopulaire’? De kaart belooft geen hemelbestorming en de presentatie mist het raffinement van de benedenstad, maar wat een topsfeer en -bediening in deze roodgekleurde minibar. In het met prijzen overladen Toloño is het moeilijk kiezen. Oogverblindende creaties spatten van de kaart. Ik kies de Irlandés, een whiskyglas gevuld met romige laagjes paddenstoelencrème en eidooier. Met een beetje fantasie kan je hier een Irish coffee in zien. Het strakke interieur en de yuppige clientèle zullen niet iedereen bevallen, maar ik wil de hele kaart leegeten. We sluiten de avond af in de bovenstad. In de Cuchillería Kalea zitten de cafés waar studenten, kunstenaars en locals als Íñigo graag komen. Hier wordt gedronken, gediscussieerd of naar voetbal gekeken. De pintxos zijn simpel en wie honger heeft bestelt een ración of een plato. ‘Echt eten,’ meent Íñigo, die de liflafjescultuur maar zozo vindt. Tegen tien uur nemen Æ
MIND YOUR STEP Om de bereikbaarheid van de autoluwe oude stad intact te houden, bedachten dappere bestuurders deze geruisloze gemotoriseerde oplossing. Het protest was hevig, maar de overdekte glazen rupsen trekken nu een markant spoor langs de oude huizen en brengen je in twee minuten boven. In de avond verandert de rups in een schitterende glimworm. Functionele kunst.
Reportaje
HET FIETSPAD VOERT LANGS RUWE KLEIAKKERS, BOSSEN EN DALEN MET AF EN TOE EEN SLAPERIG BASKISCH DORPJE
we afscheid. Morgen zitten we vroeg op de fiets.
FIETSREVOLUTIE De fiets is onderdeel van de groene revolutie van Vitoria. De hele stad kan veilig worden doorkruist over fietspaden, die vaak door de parken gaan. Een van de interessantste tochten in deze regio is de tot fietspad omgebouwde Ferrocarril Vasco-Navarro. Van de oorspronkelijke 120 kilometer spoorlijn is tweederde omgebouwd tot vía verde. De noordelijke tak is door de snelweg en de bouwput van de hogesnelheidstrein geen must maar de 75 kilometer tussen Vitoria en Estella behoren tot de mooiste spoorroutes van Spanje en voeren door het dunbevolkte Baskenland langs ruwe kleiakkers, bossen en dalen met af en toe een slaperig dorpje. Een paar kilometer na de start even buiten Vitoria heeft het station van Andollu een symbolisch tweede leven gekregen. Het is nu een gesloten opvang waar ontspoorde meisjes hun zaakjes weer op de rails moeten krijgen. Harde muziek klinkt van achter de betraliede ramen. Hier takt de route af naar Nuestra Señora de Estíbaliz, een heiligdom op de heuvel waar pelgrims kunnen overnachten. ‘Een populaire trouwplek,’ vertelt Íñigo. Dat zal niet vanwege de afzichtelijke betonnen cripta zijn waar je vanaf het bordes van de romaanse kerk op uitkijkt.
SCHILDERACHTIG DORPJE Het akkerland verandert in bos en de Alavese bergrug kartelt het uitzicht. Diepe voren in het landschap beperken de hoogteverschillen voor trein en fiets. Bij de met hekken versperde Laminoriatunnel loopt het spoor dood. Volgens de routebeschrijving ‘door overstroming en instorting niet meer begaanbaar’. De routemakers adviseren een omweg van 8 kilometer
20
met stijgingspercentages tot 17%! ‘Gaan we niet doen,’ bromt Íñigo. We nemen de zandweg die ook wordt gebruikt door de vrachtwagens van de groeve. ‘Half zo lang en minder steil.’ In het fraai gerestaureerde station van Maeztu zetelt tegenwoordig de gemeente. De volglazen sportschool ernaast biedt een schitterend uitzicht over de vallei. Maar in geen van de panden is enig teken van leven. Andere fietsers komen we op deze doordeweekse dag ook niet tegen. Bij het schilderachtige heuveldorpje Antoñana bezoeken we het Centro de interpretación de la vía verde del vasco navarro y turismo montaña Alavesa. In de oude trein waarin het centro is gevestigd leren we dat de spoorwegmaatschappij veel vrouwen op belangrijke posities zette. ‘Had niks met emancipatie te maken,’ schampert Íñigo. ‘De directeuren - allemaal mannen - gingen ervan uit dat vrouwen harder werken en minder zuipen. En ze zeurden niet over de lange werkdagen.’
CHAGRIJN TER VERMAAK Bar La Plaza in Santa Cruz de Campezo is een van de schaarse lunchmogelijkheden en route. Het is een klassiek Spaans restaurant op de eerste etage met tl-verlichting en plastic op de tafels. Prima eten. Het chagrijn van de bediening ligt er zo dik bovenop dat het entertainment wordt. Ongemerkt zijn we Navarra binnengefietst. Nog 30 kilometer naar eindpunt Estella. De pelgrim- en wijnstad heeft een paar fraaie oude straten, bruggen, kerken en veel Camino de Santiago-gangers op slippers. Het oude station aan de rand van het centrum is tevens vertrekplek voor de bus terug naar Vitoria. Maar eerst een biertje met een flink stuk tortilla de patata. Want een ei hoort erbij.
SABER MÁS VITORIA-GASTEIZ
Vitoria-Gasteiz
Madrid
MINIWIKI Van de Baskische hoofdstad Vitoria-
€90). Ze vliegen ook vanaf Rotterdam
Gasteiz is in het buitenland weinig
(vanaf €150) en af en toe vanaf Eind-
bekend. San Sebastián, Bilbao,
hoven. De hogesnelheidstrein AVE,
VERBLIJF
Guernika en Rioja zijn de bekende
die de drie grootste Baskische steden
In Vitoria sliepen we in het NH Cancil-
troeven. Wie naar Vitoria wil, moet van
verbindt, zal niet eerder dan in 2019 in
ler Ayala op 500 meter van de Plaza.
het gebaande pad af.
Vitoria aankomen. Tot die tijd is een
Onaantrekkelijke gevel, fijne kamers
Vitoria sleepte als eerste Spaanse stad
busrit van 2 uur (€7-10) vanaf het vlieg-
aan de achterkant met uitzicht op de
in 2012 de titel Green Capital of Europe
veld van Bilbao de meest voor de hand
bergen. Slapen kun je er al vanaf €56.
binnen. De stad is letterlijk omringd
liggende route (overstap in Bilbao).
Ontbijten doe je beter in een barretje
(Anillo Verde) en dooraderd met groen.
Met een taxi ben je er binnen het uur
om de hoek. Halverwege de fietsroute
De in andere Spaanse steden zo aan-
(€60-80).
zijn twee overnachtingsopties:
wezige verkeershectiek lijkt te ontbre-
Met een hotel in het centrum zijn alle
Rurale luxe in Hotel Mendi Green in het
ken. Er is zelfs ruim baan voor de fiets.
bezienswaardigheden binnen loop-
bergdorpje Bujanda vlak bij Antoñana.
De licht oplopende Plaza de la Virgen
afstand. Om de Anillo Verde of de
Tweepersoonskamer €50; driepersoons-
Blanca is het middelpunt. Vanaf hier
Salburua-wetlands te verkennen is
appartement €55. Ontbijt €7 p.p.;
zijn de meeste bezienswaardigheden,
een fiets fijn. Actívate en Álava (zie
halfpension €25.
musea, winkels, bars en restaurants bin-
webadressen) verhuurt ze vanaf €7 per
Iets eenvoudiger, maar nog steeds
nen loopafstand, meestal over autovrije
dag. Dit is ook het adres voor andere
uitstekend comfort in kleurrijke kamers
boulevards en boetiekrijke straatjes.
sportieve uitstapjes in de wijde
in Hotel Restaurante Los Roturos. Twee-
omgeving. Er gaan dagelijks drie 'snelle'
persoonkamers inclusief ontbijt €55.
VERVOER
bussen tussen Estella en Vitoria: 8.30,
In het pelgrim- en wijnstadje Estella (aan
Vitoria-Gasteiz ligt op anderhalf uur
16.15 en 20.45 uur (duur 1.15 uur). De fiets
het einde van de route) viel ons oog
rijden van de Franse grens op de weg
mag gratis mee als er plek is (normale
op Hospedería Chapitel naast de San
naar Burgos, Valladolid en Salamanca.
bagage gaat voor).
Miguelkerk. Tot in de puntjes gerestaureerd met veel historische details. Vier
Drie kilometer ten noorden van het
sterren. Vanaf €80.
stadshart is een gratis camperplaats.
WANNEER
KLM, Iberia en dochter Vueling vliegen
In Vitoria-Gasteiz en de provincie Álava
in 2 uur rechtstreeks op Bilbao en vanaf
zijn de temperaturen aangenaam tus-
INFORMATIE
Bilbao rijd je in drie kwartier naar Vitoria-
sen mei en oktober. In de winter kan het
Voor meer informatie en een
Gasteiz. Vueling is vanaf Schiphol met
koud zijn en ook sneeuwt het er regel-
interactieve kaart:
prijzen vanaf €90 per retour de goed-
matig. Noordwest-Spanje is beduidend
www.bit.ly/AlavaBici
koopste (met ruimbagage €120; fiets +
natter dan de rest van het land.
www.multiurl.com/ga/ArteDeHuevo
21
Ruta
Andalusië
FIETSEN LANGS HET
OLIESPOOR
22
De bus van Córdoba naar Jaén bromt langs dorre akkers en verschroeide berghellingen. Achter die bergen bracht ooit El Tren del Aceite olijfolie naar de haven van Málaga. Op de oude spoorbedding ligt nu een fietspad. Een vinkje op mijn bucketlist. Maar in de bloedhete bus slaat de twijfel toe: 119 kilometer door de grootste olijfboomgaard ter wereld in de ‘koekenpan’ van Spanje, waar de temperatuur zomers wekenlang boven de 40 graden piekt... Gekkenwerk! TEKST EN FOTO’S: HARRY VAN DOOREN
23
Ruta
WE FIETSEN DOOR EEN ZEE VAN OLIJFBOMEN, AF EN TOE ONDERBROKEN DOOR EEN WIT DORP
H
et is eind oktober en nog steeds 30 graden in Jaén, de enige stad aan de route. De airco in het hotel trekt het niet, maar in de fraai gerestaureerde baños árabes in de kelders van het Palacio de Villardompardo is het goed toeven, net als in de volumineuze kathedraal, die de omliggende bebouwing tot kabouterhuisjes doet verschrompelen. Verder is het arme Jaén vooral een stad van de gemiste kansen. De tram die het door auto’s gedomineerde centrum moest verbinden met de buitenwijken, werd na drie weken proefdraaien in mei 2011 stilgelegd om nooit meer te rijden. Een bittere overwinning voor protesterende buschauffeurs die voor hun baan vreesden.
Olijvenzee Het drama sluit aan bij mijn missie: het spoor volgen van de trein-die-nietmeer-rijdt. El Tren del Aceite maakte zijn eerste rit van Jaén naar Málaga in 1893. Dertig gloriejaren met vele tonnen staal en olijfolie volgden, waarna het langzaam bergafwaarts ging met de olietrein. Met zijn snelheid van slechts 30 kilometer per uur was het geen groot succes bij reizigers en vanaf de jaren zeventig nam het gras het spoor langzaam over. Sinds 2001 is het spoor weer in gebruik voor fietsers en wandelaars. Hoewel oude spoorroutes nooit steil zijn, omdat een trein boven de 3% stijging wagons dreigt te verliezen, is de rijrichting wel een puntje van aandacht. De grondstoffen werden meestal vanuit het binnenland naar de kust vervoerd. In Spanje is dat bijna per definitie van berg naar dal. Beginnen bij de bron betekent dus hoofdzakelijk dalen. Starten bij de haven is meer iets voor trainingsbeesten. Vanaf de start net buiten Jaén gaat de eerste 20 kilometer omhoog en wordt meteen duidelijk waar de route zijn naam aan ontleent: een zee van olijf-
bomen, af en toe onderbroken door een wit dorp. De eerste 54 kilometer in de provincie Jaén heet dan ook Vía Verde del Aceite, ontleend aan het Arabische woord voor olie: az-zayt. De eerste bezienswaardige stop is Martos, het centrum van de olijventeelt in de provincie, en dat ruik je. Hier staat een raffinaderij waar de laatste waardevolle stoffen uit olijvenpitten worden gewonnen. Het proces verspreidt een bedwelmende geur van verbrande olijfolie in de wijde omtrek. Het centro histórico van Martos is een omweg waard, maar fietsend nauwelijks te doen. Het oude stadshart ligt op de uitlopers van de eenzame Jabalcuz, met ruim 1600 meter de hoogste top en route.
Meccanobruggen Ondanks de monocultuur verveelt het uitzicht geen moment. Zoekend naar de weg van de minste weerstand, kronkelt de route door het heuvelland, immer geflankeerd door een decor van scherp gekartelde bergwanden van de Sierra Subbética, waarop om de zoveel kilometer de resten van een van de vele wachttorens zijn te ontwaren. Vier goed verlichte tunnels - waarvan de langste 333 meter - zorgen steevast voor change of scenery. De andere hindernissen die de trein moest overbruggen, zijn de ruige rivierkloven. Volgelingen van Eiffel bouwden negen meccanoachtige stalen viaducten die tot 80 meter boven de in dit jaargetij iele stroompjes uittorenen. Het geïmproviseerde wegdek van tegen elkaar geschoven spoorbielzen vereist enige stuurmanskunst en zitvlees. Tegenover het stationnetje van Alcaudete ligt de haciënda van het Mesón Rural La Vía Verde del Aceite als een paradijselijk eiland in de olijvenzee. De betoverende gastvrouw Lorena brengt je naar comfortabele appartementen rond het zwembad. Een echte oase. Vanuit hier is het 4 kilometer Æ
24
25
Ruta
STEEDS MEER KWEKERS LANGS DE ROUTE BIEDEN EEN OLIJFBOOM TER ADOPTIE AAN
klimmen naar het welvarende adelaarsnest Alcaudete met burcht, kerk en stijlvolle hoofdstraat. Alles piekfijn gerestaureerd.
Vleermuizengrot Lunchen op het perron Dag twee brengt ons in de provincie Córdoba, waar de route verdergaat onder de naam Vía Verde de la Subbética. We volgen hetzelfde spoor, maar het landschap wordt gevarieerder. Er is ineens water in overvloed met het stuwmeer van Vadomojón en de lagunes van Honda, Cinche en Conde o Salobral. In de winter is dit een paradijs voor vogelaars. Met de stadjes Luque, Zuheros, Doña Mencia, Cabra en Lucena is er ook aanmerkelijk meer leven langs het spoor. Diverse stations zijn omgebouwd tot horecagelegenheid, museum of ontmoetingspunt. Het station van Luque is een prima plek voor een almuerzo op het overdekte perron. De levendige bar in de hal is tevens winkel en verkoopt olijfolie uit de buurt. In de hangar ernaast is een informatiecentrum over olijfolie. De sleutel kun je aan de bar vragen.
Bevlogen spraakwaterval Op de kruising met de CO-6209 naar Zuheros ontmoeten we de schilder Francisco Poyato, een lokale beroemdheid die in het voormalige VVV-gebouwtje zijn museo-estudio tot de nok toe heeft volgestouwd met eigen werk. Naast schilderijen ook veel beeldhouwwerk. Autodidact Poyato laat zich niet vastpinnen in een bepaalde school en dat leidt tot een kleurrijk en eclectisch overzicht. De zelfingenomen en bevlogen spraakwaterval leidt je graag rond en doet als een reporter verslag van zijn ontwikkeling en werk in de derde persoon. Het pittoreske bergstadje Zuheros, even verderop, wordt uiteraard getooid door de ruïne van een burcht. Om daar te komen moeten we weer vol op de pedalen. Drie bejaarde
26
dorpsbewoners op het bankje van het burchtplein monsteren de bezwete fietsers meewarig.
Zo’n 4 kilometer verderop liggen de Cuevas de los Murciélagos. De druipsteengrotten huisvesten een van de grootste vleermuiskolonies van Andalusië. Een kwart van de 2 kilometer diepe grotten is toegankelijk voor publiek. Met 700 traptreden goed voor een sportief uurtje. Terug op de route raken de olijfbomen steeds vaker vermengd met andere vegetatie en in Doña Mencia vinden we zelfs de eerste sherrybodega en een wijnmuseum. Bezoek en proeverij zijn te organiseren via de hartelijke fietsverhuurders van Subbética Bike’s Friends in het station, waar ook regionale producten te koop zijn.
Olijventeelt: slow growth Ruim 200 miljoen olijfbomen tooien de schrale heuvels in het binnenland van Andalusië. De taaie olijfboom is een van de weinige soorten die de verschroeiende zomerhitte (40 graden en meer) en lange periodes van droogte verdragen. Geef de olijfboom de ruimte en wacht geduldig. In voorbije eeuwen duurde het zo’n veertig jaar voor een boom een topopbrengst gaf, maar veredelingstechnieken hebben de weg naar volwassenheid ingekort tot een jaar of vijf. Nog altijd tamelijk slow. Na een dramatische ingreep van het Francoregime in de jaren zestig, waarbij vele hectares oliveras sneuvelden ten gunste van dorstige soja, maakt de Andalusische junta werk van het herstel van de olijventeelt. Alle bomen zijn in kaart gebracht met unieke gps-coördinaten om te voorkomen dat sjoemelaars houten hekwerken meetellen voor subsidie.
Spaans karakter Dat Spanje wereldkampioen olijventeelt is - en de provincie Jaén met 70%
van de productie hofleverancier - zie je in de Nederlandse supermarkten niet terug. Spaanse olijfboeren mopperen graag op de veel succesvollere Italianen, die miljoenen tonnen Spaanse olijven opkopen, persen, van een Italiaans etiket voorzien en de exportprijs verdubbelen. Daar komt langzaam verandering in. Net als wijn wordt de betere olijfolie voorzien van een denominación de origen (DO). Steeds vaker zie je ook de olijvensoort op het etiket staan. Olie met karakter heet aceite de oliva virgen en daarvan is de Extra de meest smakelijke. Een indicatie voor de kwaliteit is de zuurgraad, die altijd op het etiket staat. Tussen de 0,2 en 0,4% is top en tussen 0,4 en 1% goed. Virgen-olie met een hogere zuurgraad kun je beter laten staan.
Madrid
Jaén Málaga
SABER MÁS ERNAARTOE
versnellingen op zitten om een paar
De Vías Verdes del Aceite & Subbé-
korte steile stukken te overbruggen.
tica verbinden Jaén met Estación de
Omdat het spoor letterlijk de
Campo Real net buiten Puente Genil
makkelijkste weg zoekt, is het meestal
over een afstand van 119 kilometer.
klimmen naar de hoger gelegen
Helpen plukken
Aanbevolen startpunt is Jaén, goed
dorps- en stadskernen.
De grote commerciële telers bieden allerlei faciliteiten voor olijftoerisme. Van een bezoek aan de pers, een rondleiding door de boomgaard tot daadwerkelijk helpen plukken. Oleícola San Francisco (www.oleicola sanfrancisco.com) en Cortijo Spíritu Santo (www.cortijoespirtusanto.com), zo’n 50 kilometer ten noordoosten van Jaén, organiseren dit soort activiteiten. Reken voor een bezoek met proeverij op €6 per persoon. Direct langs de route zijn geen bedrijven die dagelijks open zijn voor voorbijgangers, maar via de overnachtingsadressen op onze onlinekaart is meestal wel een bezoek te regelen. Een grappige trend die steeds meer kwekers omarmen, is het verpachten of adopteren (apadrinar) van een olijfboom. Je wordt dan voor een vaste periode en een vast bedrag ‘beschermer’ van een boom en krijgt in ruil een gegarandeerde opbrengst in olie uitgekeerd. Via Subbética Bike’s Friends kun je een bezoek boeken bij Apadrinar un Olivo in Rute, zo’n 20 kilometer ten zuiden van Lucena, dat aan de vía verde ligt.
bereikbaar per bus of trein vanuit steden in de omgeving (Córdoba,
WANNEER
Granada). Het frequentst bevlogen
De wintermaanden vormen het
vliegveld in de buurt is dat van Mála-
olijvenseizoen. Herfst en lente zijn
ga (vanaf €50; Ryanair, Eindhoven). De
de beste tijden om te fietsen. De
reis van Málaga naar Jaén duurt met
zomermaanden kunnen ongenadig
de bus zo’n 4.20 uur en kost €16-25. De
warm zijn.
trein (€48-60) is even snel, maar op een deel van het traject (AVE) mogen
VERBLIJF
geen fietsen mee, tenzij gedemon-
Langs de route zijn diverse stijlvolle en
teerd en verpakt als bagage.
comfortabele rurale hotels waar je voor zo’n €50-60 kunt overnachten.
FIETSVERHUUR EN -VERVOER
Jaén heeft voor zijn omvang een
Fietsen mogen doorgaans wel mee
bescheiden hotelaanbod, maar
op de bus, maar of je ervoor moet
wel een topper: de Parador op de
betalen en of de wielen eruit moeten,
berg net buiten de stad, waar de
kan per chauffeur en maatschappij
goedkoopste nachten €100 kosten.
verschillen. Met eigen (huur)auto
Er is niet veel reden om in Puente
halveert de reistijd. De beste site
Genil aan het eind van de route te
voor transport in Spanje is www.
verblijven. Antequera of Málaga zijn
rome2rio.com. Voor fietshuur ter plekke
interessantere bestemmingen met een
is Subbética Bike’s Friends in Doña
ruim aanbod aan onderkomens. De
Mencia de beste optie (€14 per dag
enige officiële camping in de buurt ligt
www.subbeticabikesfriends.com).
25 km ten zuiden van Lucena bij het
In Jaén zit Ciclos Boyer (vanaf €18 per
stuwmeer van Iznájar.
dag, www.ciclosboyer.com). De route zelf is grotendeels onverhard,
Zie voor een interactieve kaart en
maar het wegdek is prima en met elk
andere nuttige webadressen
type fiets te doen, mits er voldoende
www.espanje.nl
27
Más español Oefen je Spaans met deze ing samenvatt
LA VÍA VERDE DEL ACEITE
LA RUTA DEL ACEITE EN BICI
El autobús de Córdoba a Jaén ronronea entre campos áridos y laderas tostadas por el sol. Hace muchos años detrás de esas montañas el ‘tren del aceite’ transportaba el aceite de oliva al puerto de Málaga. El antiguo cimiento de la línea ferroviaria se ha acondicionado como carril bici. ¡Ya puedo tachar algo más de mi lista de deseos! Pero en el calor asfixiante del autobús me asaltan las dudas: 119 kilómetros por el olivar más grande del mundo, en la sartén de España, donde las temperaturas en verano superan los 40 grados… ¡Vaya locura! Hago el trayecto del Tren Que Ya No Pasa. El trein del aceite hizo su primer viaje de Jaén a Málaga en 1893. Le esperaban treinta años de gloria, con el transporte de muchas toneladas de acero y aceite de oliva, tras lo cual poco a poco entró en declive. Con su velocidad de apenas 30 kilómetros por hora, no se ganó precisamente el aprecio de los viajeros y a partir de los años setenta la maleza empezó a invadir el carril. Desde 2001 la línea vive una segunda vida y es recorrida ahora por ciclistas y senderistas. Desde su inicio en las afueras de Jaén, los primeros 20 kilómetros el trazado va ascendiendo paulatinamente, y rápidamente queda claro a qué debe su nombre: estamos rodeados de un mar de olivos, salpicado de algún que otro pueblo blanco. Los primeros 54 kilómetros en la
28
provincia de Jaén se conocen como la Vía Verde del Aceite, vocablo este último derivado de az-zayt, que significa aceite en árabe.
Puentes mecanos A pesar de la monocultura, el paisaje no resulta para nada aburrido. Buscando el camino de la menor resistencia, la ruta serpentea por cerros, flanqueada sin tregua por las escarpadas paredes de la Sierra Subbética, en la que se divisan cada cierto tiempo los restos de antiguas torres de guarda. Tras cada uno de los cuatro túneles bien iluminados - el más largo de 333 metros - se abre un paisaje distinto. Otros obstáculos que el tren tenía que superar son los escabrosos desfiladeros. Seguidores de Eiffel construyeron nueve viaductos mecanos de acero que se erigen hasta 80 metros por encima de los riachuelos, casi secos en esta época del año. El firme improvisado de traviesas colocadas unas al lado de otras requiere cierta destreza al manillar y un buen trasero.
Concurso
WIN EEN WEEK IN SPANJE! Blader door dit nummer van ESpanje! en geef je antwoorden op de vragen via actie@espanje.nl. Onder de goede inzenders verloten we een week in de heerlijke Finca La Tierra in Andalusië.
1 02 03
Hoe heet de leider van Podemos?
04
Hoe wordt chorizo op smaak gebracht?
05
Op welk plein in Barcelona kun je in de winter schaatsen?
06 0 07
Wat is de titel van de nieuwste roman van Santiago Roncagliolo?
08
Wat is Vicente Amigo’s lievelingsgerecht?
09 10
Waar reed de Tren del Aceite?
Hoeveel inwoners telt Sóller? Hoe heet het natuurpark bij Benidorm?
Hoeveel kilometer piste is er in de Sierra Nevada?
Wat is het verschil tussen ser guapa en estar guapa?
DE PRIJS Een verblijf van zeven nachten in Finca La Tierra in Mijas in Andalusië. Binnen een kwartier rijden vind je hier acht golfbanen. Finca La Tierra ligt in een prachtig groene zone met fruit en olijfbomen, op slechts 10 minuten van het strand van Fuengirola en 20 minuten van Málaga. Ook voor natuurliefhebbers is er een scala aan mogelijkheden, zoals een bezoek aan El Chorro, bekend vanwege de Caminito del Rey, een van de meest spectaculaire wandelpaden in Europa. Ook Ronda, Granada, Córdoba en Sevilla zijn een bezoek waard. Maar je kunt natuurlijk ook gewoon lekker relaxen aan het zwembad en ‘s avonds heerlijk eten in Mijas. Gastvrouw Monique geeft je graag tips voor leuke adresjes. Zie ook www.fincalatierramijas.com
Verblijf in een tweepersoonskamer inclusief ontbijt. Op basis van beschikbaarheid. Prijs is niet in te wisselen voor contanten en is exclusief vlucht en huurauto. Inzenden voor 10 januari 2016. De winnaar en de oplossing worden bekendgemaakt via www.facebook.com/espanaymas.
29
24
Reportaje
TUSSEN DE PYRENEEËN EN DE COSTA BRAVA Fietsen met sterren
De Vía Verde del Carrilet volgt de oude spoorlijn van Olot naar de Costa Brava. Een schitterende fietsroute van de voet van de Pyreneeën naar de Mediterranée, langs de vulkanen van Garrotxa en het elegante Girona. Onderweg liggen maar liefst zeven Michelinsterren voor het oprapen. TEKST: HARRY VAN DOORN
H
et centro histórico van Olot ligt in de schaduw van de vulkaan Montsacopa. De top piekt op een kwartiertje wandelen van het Plaça Major en beloont de inspanning met een 360 gradenuitzicht over het drukke stadje, de vulkanen van Garrotxa en de Pyreneeën. Een handvol modernistische huizen, Parc Nou - met het vulkaanmuseum - en de Moixina ‘wetlands’ aan de zuidoostkant nodigen uit tot een paseo. In restaurant Les Cols schijnen de
eerste twee Michelinsterren voor de goedgevulde portemonnee.
Wind mee Olot ligt in de streek Garrotxa aan de voet van de Pyreneeën en is omringd door veertig vulkanen, gemiddeld zo’n 600 meter hoog, met uitschieters naar 1500 meter. Voor de sportievelingen begint net voorbij Les Preses de 5 kilometer lange klim door de bossen naar de Puig Rodó (900 meter). De laatste hoogtemeters naar het uitzichtpunt Mirador dels Volcans kunnen alleen te voet worden
afgelegd. Buiten dit inspannende ommetje is fietsen over de Vía Verde del Carrilet niet al te ingewikkeld. Je daalt over de voormalige spoorlijn tussen Olot en Sant Feliu de Guíxols van de bergen naar de Costa Brava. Dat voelt als windje mee. Af en toe een beetje vals plat en een enkel kort klimmetje. Fietsersparadijs.
Station Olot De start van de route is bij het oorlogsmonument achter het dichtgetimmerde station. Op de parkachtige uittocht richting Les Preses laten de Æ
25
Reportaje
DE ROUTE EINDIGT NA EEN VENIJNIG KLIMMETJE AAN DE KUST TUSSEN DE ZEILBOTEN VAN SANT FELIU DE GUÍXOLS
Catalanen zich van hun sportiefste kant zien, maar voorbij het Parc de Pedra Tosca is het gedaan met de drukte en heb je het gravelpad voor jezelf. Het spoor krult om het hooggelegen centrum van het slaperige dorpje Sant Esteve d’en Bas (met gelijknamige fraaie romaanse kerk) heen. De Col d’en Bas is goed te doen en in de afzink lonkt het terras van La Casilla, waar een eenvoudige doch voedzame lunch met uitzicht op de bergen een aanrader is. Ook de paradijselijk gelegen sfeervolle bed & breakfast La Rectoria de Sant Miquel de Pineda is een stop waard, zelfs als je er niet overnacht. Verlaat in Sant Feliu de Pallerols gerust de route om even door het dorpshart te wandelen en een blik van de brug te werpen. Voort gaat het langs Amer (verstild, met arcaden omringd Plaça de Vila). In het zorgvuldig gerestaureerde station zetelt tegenwoordig een fietsenverhuur en informatiecentrum. Even buiten Amer kunnen de sportievelingen de doorgaande weg vermijden door af te steken over een geaccidenteerd parcours met hellingen van 14 procent! Het lijkt ons bij 30 graden geen goed idee, en zo druk is de C63 ook weer niet.
Rafelig stadje De Vía Verde passeert Anglès aan de noordkant en dat is jammer, want het op het eerste gezicht wat rafelige stadje herbergt een prachtig oud centrum met kinderkopjes, poortwoningen, kleurrijke gevels en een toprestaurant: L’Aliança, waar je ook voor een tapa en vermout kunt aanschuiven. Na de brug over de Riu Ter verandert het landschap. Bos en weide maken plaats voor hoge rietkragen, boomgaarden en groenteakkers. Tussen Anglès en Bescanó loopt de route een kilometer of acht grotendeels parallel aan de doorgaande weg. Die
is tijdens de siësta redelijk rustig. Voorbij Bescanó heb je de keuze om een fietspad dwars door de Gironese voorstad Salt te nemen of het veel aangenamere pad door huertas en parken tussen Salt en de rivier.
Minderwaardigheidscomplex Wie de transportinformatie van het vliegveld van Girona checkt, kan maar zo tot de conclusie komen dat er in de stad niets te beleven is. Hoe je in Barcelona komt, is het enige wat telt. Een onbegrijpelijk minderwaardigheidscomplex van het elegante Girona. Mocht Barcelona toch je doel zijn, dan is Girona een serieus alternatief voor de overnachting. Nette hotelkamers voor €40 en echt leuke adressen zijn er al vanaf €60. De AVE snelt in 38 minuten naar de Catalaanse hoofdstad. De goedkoopste tickets kosten €10. Nog beter is het om de toeristenhordes van Barcelona te mijden en de tijd te nemen voor het historierijke Girona. Trek voor het oude stadshart met zijn fraaie Joodse wijk op de oostoever van de Onyar minimaal een halve dag uit. De imposante kathedraal boven aan de trappen staat te boek als een van de zeven wonderen van Catalonië, met het grootste schip na de Sint-Pieter in Vaticaanstad. Iets noordelijker liggen de Baños árabes uit de 12e eeuw. Een mooi uitzicht over de stad heb je vanaf de muren die over een lengte van meer dan een kilometer zijn te bewandelen. ’s Ochtends, als het licht helder is en de toeristenbussen er nog niet zijn, heb je de muren voor jezelf.
Hangende huizen De gekleurde ‘hangende’ huizen aan weerszijden van de rivier vormen het bekendste plaatje van Girona. Museum Casa Masó zit in zo’n hangend huis. De drukke westoever is het winkel- en horecahart. Tussen de Pont de Pedra en het Plaça de la Æ
26
27
Reportaje
Indepèndencia is een wandeling door de chique Carrer de Santa Clara ook voor non-shoppers interessant. Veel winkels geven een gedecoreerd doorkijkje naar de rivier.
Sterren in de stad Het plaça heeft cafés en restaurants voor elke smaak en beurs. Boira in de noordwesthoek heeft een interessante kaart met redelijke prijzen, veel Catalaanse wijnen en een fijn terras. Voor de fijnproever met ruime beurs is wereldtopper El Celler de Can Roca (drie Michelinsterren) in het stadsdeel Germans Sàbat een ware pelgrimage. Massana moet het met één ster doen, maar prijst zich met een menu van €100 een beetje uit de culinaire markt. Het moderne en minimalistische Nu in het oude stadshart is een satelliet van Can Roca en serveert haute cuisine voor een veel toegankelijker budget. De nieuwste hobby van de Roca-broertjes is een keten van ijssalons zoals je nog nooit zag: Rocambolesc. De Gironese salon zit aan de Carrer de Santa Clara. Romantici pakken een tafeltje bij Le Bistrot op de trappen van Pujada de Sant Domènec. Eenvoudige smake-
28
lijke gerechten met excellente wijnen. Vanaf Girona volgen we de Riu Onyar, een zijtak van de Ter. Al vlot rijden we bij La Creueta de velden in. We staan even stil bij het mooi gerestaureerde ministation van Quart. Voorbij het afgebladderde Cassà de la Selva is het genieten in met bergruggen omgeven weiden. De machtige Sant Feliu-kerk van Llagostera wenkt de fietser. Het is een verraderlijk klimmetje naar het Plaça del Castell, maar het uitzicht is prachtig. Niet eerder zagen we een kerk waar je voor een euro de lichten kunt ontsteken om door een luikje in de deur het binnenste te mogen aanschouwen. Een paar trappen lager is in het gemeentehuis een kleine expositieruimte (gratis).
Op naar het strand Op weg naar de kust maken riet en weiland plaats voor mediterrane vegetatie. Sla voorbij het station van Castell-Platja d’Aro links af voor een bezoek aan het mooie centro histórico, getopt met - de naam verraadt het een kasteel. We buigen zuidwaarts af. Na 4 kilometer eindigt de vrij liggende Carrer de la Vía del Tren op
een rotonde. Strandliefhebbers slaan hier links af naar de beschutte baai van de Sant Pol. De route eindigt - na een venijnig klimmetje - 3 kilometer verderop tussen de zeiljachten van Sant Feliu de Guíxols. Tijd voor een terras en een arròs a la cassola a la manera dels pescadors.
Stationsrestauratie In de 10 kilometer tussen Llagostera en Santa Cristina d’Aro rijgen de interessante lunchadressen zich aaneen. Het terras van Hostal El Carril naast het station (dat tegenwoordig een infocentrum is) met uitzicht op het park is een goede budgetoptie. Prijziger en avontuurlijker is het ecologische slowfoodrestaurant Ca la Maria, of schuif aan bij het met een ster gekroonde Els Tinars, waar een driegangenlunchmenu met wijn voor €39 wordt geserveerd. Maar ook La Font Picant in een stijlvol opgeknapt stationsgebouw is een aanlokkelijke stop. Natuurlijk kun je ook doorrijden naar het eindpunt in Sant Feliu de Guíxols, waar het huiskamerachtige traditionele visrestaurant Cau del Pescador een aangename verrassing is tussen de toeristenfuiken.
Reportaje
Digitale routekaart www.bit.ly/ carrilet
SABER MÁS VIA VERDE DEL CARRILET ROUTE
menten voor deze vía verde: transfers
tuin; 6 kleurrijke stijlvolle kamers. €88.
De Vía Verde del Carrilet (I en II) is 93 km
naar begin en vanaf eindpunt, over-
www.hotelcangaray.com
lang. Het deel tussen Girona en de
nachtingen, kaart, routebeschrijving en
Girona Hotel Peninsular Centraal
kust (II) wordt ook VV de Costa Brava
pechservice: vanaf €110 p.p. Optioneel:
gelegen, met veel authentieke details
genoemd. De verbinding met de 12 km
prima huurfiets voor €26. Je kunt ook al-
en modern comfort. Fietsvriendelijk.
lange VV del Ferro i del Carbó (ijzer en
leen hun fietstaxiservice gebruiken. Van
Goed ontbijt. €85.
kolen) tussen Ripoll en Sant Joan de les
vliegveld naar Olot €90 en van de Costa
www.novarahotels.com
Abadesses is nog niet af, waardoor je
terug naar Girona €65. Prijs geldt voor
Bed & Breakfast Bells Oficis Sfeervolle
zo’n 25 km over de geleidelijk dalende,
1-4 personen. www. cicloturisme.com
comfortabele kamers met balkon in
maar drukke N260 fietst. Over de rustige
Voor de terugreis is de rechtstreekse bus
karaktervolle stadswoning. Hartelijke
en pittoreske GI521 moet je eerst de Col
tussen Sant Feliu en het vliegveld een
ontvangst. €73. www.bellsoficis.com
de Sentigosa bedwingen.
snelle en betaalbare optie: 4x per dag,
Llagostera Hostal El Carril Eenvoudig
Kaart, adressen en route
30 minuten, fiets mag mee.
maar comfortabel onderkomen naast
www.bit.ly/Carrilet
Fietsen van het vliegveld naar begin-
het voormalige station. Direct aan de
Relevante websites
punt Olot is, hoewel licht stijgend, goed
fietsroute. €64. www.hostalcarril.com
www.multiurl.com/g/plu
te doen (55 km, 3,5 uur) maar betekent
Sant Feliu de Guíxols Ilunion Caleta
wel dat je een flink deel van de vía
Park Groot hotel aan het mooie strand
VLIEGEN & FIETSEN
verde in twee richtingen doet. Voor de
van Sant Pol. Superlocatie. Vanaf €77;
De laagste retourtarieven met hand-
terugtocht uit Sant Feliu geldt hetzelfde:
strandzicht €92.
bagage naar Girona biedt Ryanair
33 km, dik 2 uur.
www.ilunioncaletapark.com
vanaf Eindhoven (€34) en Maastricht
Hotel Hostal del Sol Stijlvol modernistisch
(€40). Transavia vliegt vanaf Schiphol
SLAPEN
herenhuis met tuin en zwembad op
(€90) en Rotterdam (€105).
(Prijzen voor 2 personen incl. ontbijt)
500 meter van het strand. Vanaf €63.
Bussen naar Girona-centrum (13 km)
Olot Hotel Can Blanc Rustig gelegen in
www.hostaldelsol.cat
rijden elk halfuur (30 minuten, €3-5).
Moixinapark. Chaletstijl. Zwembad. €90.
Campings Les Preses Natura (dicht bij
Vanaf daar kun je 1x per uur overstap-
www.canblanc.es
Olot, www.campingnatura.cat)
pen op de bus naar Olot (1,5 uur, €8).
Sant Feliu de Pallerols B&B La Rectoria
Can Toni Manescal (9 km van het
Het busstation ligt naast dat van de
de Sant Miquel de Pineda Rustieke luxe
centrum van Girona bij Quart,
treinen (excellente verbinding met
naast kerkje, omringd door rust. €110.
www.campinggirona.com). Aan de
Barcelona).
www.larectoriadesantmiquel.com
Costa zijn diverse mogelijkheden,
Cicloturisme op 200 meter van het
Les Planes d’Hostoles Hotel Can Garay
waarvan El Pinell in S’Agaro de mooiste
station heeft meerdaagse arrange-
Schitterend modernistisch landhuis met
ligging heeft voor strandliefhebbers.
29