Eerste Hulp bij Sportongevallen

Page 1

s

ui

Kr

Ee rs Sp te or H to ulp ng b ev ij al le n

n a r O e j


n a

r

Kr

ui

s

Ee rs Sp te or Hu to lp ng b ev ij al le n

O

e j

Leerstof voor het certificaat Eerste Hulp bij Sportongevallen, samengesteld in opdracht en onder toezicht van het bestuur van de Stichting Koninklijke Nationale Organisatie voor Reddingwezen en Eerste Hulp bij Ongelukken ‘Het Oranje Kruis’ en goedgekeurd door het College van Deskundigen


auteur Helmi Langenhorst redactie M+ Redactie & Communicatie, Amsterdam vormgeving binnenwerk Neon, Amsterdam opmaak binnenwerk Bite Grafische Vormgeving, Amsterdam omslagontwerp Neon, Amsterdam omslagfoto Lighthouse, Breda

Over ThiemeMeulenhoff ThiemeMeulenhoff is dé educatieve mediaspecialist en levert educatieve oplossingen voor het Primair Onderwijs, Voortgezet Onderwijs, Middelbaar Beroepsonderwijs en Hoger Onderwijs. Deze oplossingen worden ontwikkeld in nauwe samenwerking met de onderwijsmarkt en dragen bij aan verbeterde leeropbrengsten en individuele talentontwikkeling. ThiemeMeulenhoff haalt het beste uit élke leerling. Meer informatie over ThiemeMeulenhoff en een overzicht van onze educatieve oplossingen: www.thiememeulenhoff.nl of via de Klantenservice 088 800 20 16 ISBN 978 90 06 92067 3 Tweede druk, negende oplage, 2013 © ThiemeMeulenhoff, Amersfoort, 2005 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16B Auteurswet 1912 j° het Besluit van 23 augustus 1985, Stbl. 471 en artikel 17 Auteurswet 1912, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan Stichting Publicatieen Reproductierechten Organisatie (PRO), Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp (www.stichting-pro.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet) dient men zich tot de uitgever te wenden. Voor meer informatie over het gebruik van muziek, film en het maken van kopieën in het onderwijs zie www.auteursrechtenonderwijs.nl. De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden.

Deze uitgave is voorzien van het FSC®-keurmerk. Dit betekent dat de bosbouw voor het gebruikte papier op een verantwoorde wijze heeft plaatsgevonden.


Woord vooraf In het kader van de modulaire opbouw van het onderwijs in de Eerste Hulp is de module Eerste Hulp bij Sportongevallen ontwikkeld. Deze module kan worden gezien als de opvolger van het boekje EHBO bij sport. Officiële handleiding tot het verlenen van eerste hulp bij sportongevallen, waarvan de eerste druk in 1991 is verschenen. Deze eerste druk bevatte de leerstof voor de op het eenheidsdiploma EHBO aansluitende Sportaantekening EHBO. De tweede druk bevat de leerstof voor het certificaat Eerste Hulp bij Sportongevallen – de opvolger van de Sportaantekening – alsmede de eindtermen voor dit certificaat. De module en het daarbij behorende certificaat zijn bestemd voor bezitters van het diploma Eerste Hulp en het certificaat Verbandleer en Kleine Ongevallen. De inhoud van de 24e druk van het Oranje Kruis Boekje en de eerste druk van het boekje Verbandleer en Kleine Ongevallen wordt als bekend verondersteld. Deze wordt in dit boekje dan ook niet herhaald. Waar dit van toepassing is, wordt naar de betreffende uitgaven verwezen. De eerste concepttekst is, in nauw overleg met het Centraal Bureau, geschreven door Helmi Langenhorst, in het dagelijks leven beleidsmedewerker Strategie en Beleid bij het NOC*NSF. De uiteindelijke tekst heeft de goedkeuring verkregen van het College van Deskundigen. Het bestuur van Het Oranje Kruis hoopt en verwacht dat deze nieuwe druk in een behoefte zal voorzien. R.H.A.M. Vrenken, arts voorzitter

mevrouw mr. M. Cohen de Lara secretaris

Overal waar ‘hij’, ‘hem’ of ‘zijn’ staat, kan ook ‘zij’ of ‘haar’ gelezen worden. Ter wille van de duidelijkheid staat de hulpverlener op de foto’s vaak naast het slachtoffer. Zo kunt u de techniek van de eerstehulphandeling goed zien. In werkelijkheid zal de hulpverlener steeds voor het slachtoffer staan.



Inhoud Inleiding

1

Waarom Eerste Hulp bij Sportongevallen? 1 De overheid 2 Wetgeving 2 Veiligheid en preventie 3 BloedhygiĂŤne 3

1 Sportletsels

5

1.1 Aantal sporters, aantal sportletsels 6 1.2 Risico’s per tak van sport, samenhang tussen letsel en tak van sport 8 1.3 De meest voorkomende sportletsels 8 1.4 Oorzaken van sportletsels 9

2 Vijf belangrijke punten bij het verlenen van eerste hulp bij sportongevallen 13 3 Stoornissen in het bewustzijn 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5

17

Schedelhersenletsel 18 Hersenbloeding en beroerte 19 Epilepsie 20 Diabetes mellitus of suikerziekte 22 Stoornissen in het bewustzijn als gevolg van uitputting 25

4 Stoornissen in de ademhaling 4.1 Astma, COPD en sport 28

27


5 Stoornissen in de bloedsomloop 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6 5.7

Stilstand van de bloedsomloop 32 Ernstig uitwendig bloedverlies 33 Shock 33 Plaatselijke doorbloedingsstoornissen door afknellen 33 Afsluiten bloedvaten in de benen 34 Acuut logesyndroom 36 Steken in de zij 38

6 Letsels van de huid 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5 6.6 6.7

31

39

Uitwendige wonden 40 Bijtwonden 41 Verwondingen aan het gezicht 42 Insectensteken 42 Tekenbeet 42 Blaren 43 Blauwe nagel 47

7 Letsels van spieren en pezen

49

7.1 Spierletsels 52 7.2 Peesletsels 59

8 Letsels van botten en gewrichten 8.1 8.2 8.3 8.4 8.5 8.6

65

Kneuzing en verstuiking 68 Twee vaak voorkomende sportletsels 72 Meniscusletsel 79 Botbreuk en ontwrichting 80 Enkele vaak voorkomende ontwrichtingen 80 Enkele bijzondere botbreuken 83


9 Letsels aan het hoofd 9.1 9.2 9.3 9.4 9.5 9.6

89

Schedelletsel 90 Oogletsels 92 Breuk van het jukbeen 95 Oorletsels 96 Neusletsels 100 Kaak- en gebitsletsel 102

10 Warmteletsels 11 Koudeletsels

105

109

11.1 Onderkoeling 110 11.2 Bevriezing 110 11.3 Door het ijs zakken 112

12 De organisatie van de Eerste Hulp bij sportevenementen 113 12.1 Zaken die in een draaiboek aan de orde moeten komen 114

13 Overzicht beschermende materialen per sport 119 14 Verband- en hulpmiddelen

123

14.1 Inhoudsopgave kits voor het verlenen van Eerste Hulp bij Sportongevallen (sportverbanddozen) 124 14.2 Andere materialen 127


Bijlagen 1 Eindtermen voor het certificaat Eerste Hulp bij Sportongevallen 133 2 Relatie met de Arbo-Wet 140 3 Sportspecifieke regelgeving 142 4 Handvest bloedhygiĂŤne in de sport 143 5 KNVB-uitgave over hersenschudding 145

Noten 147 Register 149


Inleiding Waarom Eerste Hulp bij Sportongevallen? Sporten is op zich een gezonde activiteit: sporters melden zich minder vaak en minder langdurig ziek en sporters leven langer dan niet-sportende mensen.

Toch krijgt een aantal sporters onvermijdelijk met sportletsels te maken. In Nederland beoefenen 7.3 miljoen mensen een of meer sporten. Van deze 7.3 miljoen sportende Nederlanders lopen per jaar 1.4 miljoen mensen een sportletsel op. Dit zijn 1.200.000 acute en 200.000 chronische sportletsels. Hiervan worden er 600.000 medisch behandeld. 150.000 mensen komen op een afdeling Spoedeisende Hulp van een ziekenhuis terecht en 6.800 mensen worden in het ziekenhuis opgenomen. De sportletsels vari毛ren van een blaar tot een botbreuk 1. De eerstehulpverlener heeft een belangrijke functie bij het beperken van de schade die sporters tijdens het sporten op kunnen lopen. Goede eerste hulp kan erger voork贸men.

Inleiding | 1


Om adequate eerste hulp te kunnen verlenen is het belangrijk inzicht te hebben in de specifieke sportsituatie. De letsels die sporters krijgen, verschillen in beginsel niet van letsels die in andere dagelijkse situaties ontstaan. Maar de omgeving van het sporten, de oorzaken van de letsels én het gedrag van de sporter, maken vaak een aangepaste benadering noodzakelijk.

De overheid De overheid is van mening dat het stimuleren van sporten de gezondheid bevordert. Gezonde mensen doen minder vaak een beroep op de gezondheidszorg en besparen de gemeenschap daarmee veel geld. Macro-economisch gezien levert de sport de Nederlandse economie € 725 miljoen op. De kosten van blessures vallen in het niet bij de baten die door gezondheidswinst ontstaan. De overheid wil de medische preventie en veiligheid vergroten. Om de toepassing van de sportmedische expertise in de sport te bevorderen, zal de overheid de sportsector voorstellen om een basismodule te ontwikkelen op het gebied van sport en gezondheid. Binnen deze basismodule wordt het verplicht een module Eerste Hulp op te nemen2.

Wetgeving Maatregelen op het gebied van de Eerste Hulp komen ook voort uit verplichtingen die uit de Arbo-wet voortvloeien. Om de werkplek voor de werknemers zo veilig mogelijk te houden, zijn alle werkgevers in Nederland vanuit de Arbo-wet verplicht een Risico Inventarisatie & Evaluatie (RI & E) op te stellen. Deze verplichting geldt ook voor vrijwilligersorganisaties zoals sportverenigingen. Uit die RI & E volgt de verplichting de risico’s die op de werkplek bestaan zoveel mogelijk uit te sluiten. Niet alle risico’s zijn binnen de sportsituatie te vermijden. De kans op een sportletsel blijft ondanks veiligheids- en blessurepreventieve maatregelen altijd aanwezig. Om dit zogenaamde restrisico af te dekken, is ook de sportvereniging verplicht Bedrijfs Hulp Verlening (BHV) op te zetten en in stand te houden. Een van de vaardigheden die een bedrijfshulpverlener moet bezitten, is het kunnen verlenen van eerste hulp 3.

2 |


Veiligheid en preventie Preventie wordt vaak onderverdeeld in de volgende drie fasen: • primaire preventie: het voorkómen van een sportletsel • secundaire preventie: het voorkómen van erger, waarbij goede eerste hulp een zeer belangrijke maatregel is • tertiaire preventie: het voorkómen van herhalingen In deze module geven we waar mogelijk aan welke preventieve maatregelen er zijn om herhaling van het letsel te voorkómen. Daarbij schenken we met name aandacht aan die preventieve maatregelen waarop de eerstehulpverlener de sporter kan wijzen.

Bloedhygiëne Veel sporten hebben regelgeving over bloedhygiëne. Zorg dat u op de hoogte bent van deze regels. Zie ook het Handvest bloedhygiëne in de sport (bijlage 4) of vraag de folder Eerste Hulp en infectieziekten 4 op.

Inleiding | 3



Hoofdstuk 1

Sportletsels


Een sportletsel is een letsel dat iemand oploopt tijdens of als gevolg van het sporten. Bij het beoordelen van de ernst van een letsel dat tijdens het sporten ontstaat, moet u als eerstehulpverlener met diverse voor de sport specifieke omstandigheden rekening houden. De sporter en de mensen om hem heen willen vaak niets liever dan zo snel mogelijk weer verdergaan met sporten. Op dat moment vindt men de sportprestatie mogelijk belangrijker dan de gezondheid. Vaak bent u dan de meest deskundige die op het sportveld aanwezig is. U moet de situatie op objectieve wijze beoordelen en de vereiste eerstehulpmaatregelen toepassen. Wanneer u van mening bent dat het niet verantwoord is om door te sporten of als u twijfelt, moet u dat duidelijk aan het slachtoffer en de mensen om hem heen uitleggen en uw mening goed onderbouwen. Hier eindigt uw verantwoordelijkheid.

1.1 Aantal sporters, aantal sportletsels Bijna de helft van de Nederlandse bevolking, om precies te zijn zo’n 7,3 miljoen, doet aan sport. Onder sport wordt verstaan: ‘Iedere vorm van lichamelijke beweging, uitgezonderd schoolsport. Zwemmen, wandelen en fietsen zijn alleen als sport geregistreerd als ze bedreven worden omwille van de sport. Zwemles en het lopen of fietsen naar school of werk vallen er bijvoorbeeld niet onder.’

6 |


Hoofdstuk 1

In de periode 2000–2002 raakten er in totaal 1,4 miljoen sporters per jaar geblesseerd. Hierbij ging het in 1,2 miljoen gevallen om acute blessures (zie ook paragraaf 1.4). Het aantal Nederlanders dat sport neemt gestaag toe, terwijl het aantal sportletsels gelijk blijft. Dat is dus gunstig. Met name in de categorie vrouwen van 55 jaar en ouder is het aantal sporters gestegen. In de categorie jongeren is de sportdeelname de afgelopen jaren gedaald. Bij welke sport kunt u als eerstehulpverlener het vaakst letsels tegenkomen? Het antwoord op deze vraag is natuurlijk afhankelijk van veel factoren, maar op basis van het aantal deelnemende sporters is de kans logischerwijs het grootst bij de sporten die het meest beoefend worden. We kunnen twee soorten blessures onderscheiden: een acute blessure en een overbelastingsblessure. Een acute blessure ontstaat in één keer en is een duidelijk gevolg van een ongeval. Een overbelastingsblessure ontstaat geleidelijk.

Toptien van meest beoefende sporten 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

fitness, conditietraining zwemmen veldvoetbal buitentennis hardlopen, joggen aerobics turnen, gymnastiek fietsen volleybal paardensport

Toptien van sporten met het hoogste absolute aantal sportletsels 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

veldvoetbal zaalvoetbal volleybal skiën, snowboarden hockey hardlopen, joggen buitentennis turnen, gymnastiek veldhockey fitness, conditietraining

De eerste ranglijst geeft de toptien aan van de meest beoefende sporten. Volgens deze lijst zijn fitness, conditietraining en zwemmen de meest beoefende sporten. De tweede ranglijst geeft de rangorde in het absolute aantal sportletsels per sporttak aan. Het ligt voor de hand dat een sport die door heel veel mensen beoefend wordt, ook veel sportletsels oplevert. Maar als u de twee lijsten met elkaar vergelijkt, ziet u dat de rangorde in beide lijsten heel anders is. Zo komt zwemmen in de tweede ranglijst helemaal niet voor en staan fitness en conditietraining er pas op de tiende

Sportletsels | 7


Weet u wat u moet doen als een jogger zijn knie verdraait? Als een schaatser met zijn hoofd tegen een brug botst? Of als een tennisser een bal op zijn oog krijgt? In Eerste Hulp bij Sportongevallen leert u in woord en beeld wat u moet doen als iemand tijdens het sporten geblesseerd raakt, hoe u dat moet doen en waarom. Deze uitgave bevat de leerstof voor het certificaat Eerste Hulp bij Sportongevallen en sluit aan op het Oranje Kruis Boekje, de officiĂŤle handleiding tot het verlenen van Eerste Hulp, en het boekje Verbandleer en Kleine Ongevallen.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.