MVO-verslag 2012 Koninklijke FrieslandCampina N.V.
Bijschrift bij cover: In deze installatie in de productielocatie van FrieslandCampina in Workum wordt wei ingedikt tot droge stof. Dit gebeurt met ‘omgekeerde osmose’, een proces waarbij de wei onder hoge druk wordt gefilterd. De techniek die hiervoor wordt gebruikt bespaart enorm op energie. Bovendien wordt het water dat hierbij vrijkomt opnieuw gebruikt.
Toelichting In dit MVO-verslag doet Koninklijke FrieslandCampina N.V. verslag van de resultaten en de belangrijkste ontwikkelingen op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) in 2012. Het MVO-verslag 2012 is opgesteld volgens de richtlijnen van het Global Reporting Initiative (GRI) en de criteria van de Transparantiebenchmark. Het verslag voldoet aan level B (self declared). Het MVO-verslag en de bijbehorende GRI-index zijn tevens te vinden op www.frieslandcampina.com. Het MVO-verslag is, evenals het jaarverslag 2012, opvraagbaar bij de afdeling Corporate Communication van FrieslandCampina en te vinden in de App Store. Vragen, opmerkingen of suggesties naar aanleiding van dit MVO-verslag ontvangen wij graag op het volgende adres: corporate.communication@frieslandcampina.com.
Volg ons op:
Inhoud Woord vooraf
Royal FrieslandCampina in een oogopslag
4
6
Kerncijfers MVO
De MVO-strategie van FrieslandCampina
14
Belangrijkste MVO-ontwikkelingen 2012
12
16
MVO Missie, visie en strategie Voedingswaarde & gezondheid
Efficiënte en duurzame productieketens
Ontwikkeling lokale melkveehouderij in Azië en Afrika
Duurzame melkveehouderij
Tekort aan nutriënten terugdringen
Grondstofgebruik verbeteren
Kleine melkveehouders in Azië en Afrika verder helpen
De standaard bepalen
CSR Governance Board – Vier MVO-implementatieteams MVO-maatstaven – Jaarlijkse rapportering – Dialoog met belanghebbenden - Partnerships Betrokkenheid medewerkers en leden-melkveehouders – MVO-trainingprogramma's – Jaarlijkse MVO-Team Award Duurzaamheidsrichtlijnen voor leveranciers – Gedragscode – Foqus kwaliteitssysteem – Beleidsdocumenten
Voedingswaarde & gezondheid
Efficiënte en duurzame productieketens
Ontwikkeling lokale melkveehouderij in Azië en Afrika
20
28
34
Duurzame melkveehouderij
Betrokkenheid van medewerkers
Het fundament: borging van het MVO-beleid
40
49
53
Uitdagingen en ambities
Bijlagen
60
62
4
Woord vooraf
Woord vooraf Geachte lezer, Bijgaand treft u het MVO-verslag 2012 aan van Koninklijke FrieslandCampina N.V.. Naast de rapportage over resultaten, dilemma’s en onvermijdelijk ook tekortkomingen hebben we tot mijn vreugde in 2012 een stevig fundament onder het MVO-beleid gelegd: de corporate purpose. De missie van FrieslandCampina, vertaald en relevant gemaakt naar onze stakeholders. Dat geeft intern richting, overtuiging en inspiratie rond het thema verantwoord ondernemerschap en duurzaamheid. Dagelijks voorziet FrieslandCampina 1 miljard consumenten in meer dan 100 landen van zuiveldranken, baby- & kindervoeding, kaas, boter, yoghurts en desserts. Daarbij streeft FrieslandCampina naar een verantwoorde productie van zuivel, van gras tot glas. Samen met onze leden-melkveehouders (tevens onze aandeelhouders), medewerkers, leveranciers, klanten en maatschappelijke partners creëren we op verschillende terreinen shared value; meerwaarde waar FrieslandCampina ledenmelkveehouders, onze klanten èn de samenleving van profiteren. Passend in de coöperatieve traditie van bijna anderhalve eeuw. Als zuivelonderneming met bijna 20.000 leden-melkveehouders streven we naar lange termijn continuïteit voor onze leden en laten we ons niet leiden door korte termijn denken. Duurzaamheid is daarom een integraal onderdeel van onze groeistrategie route2020. Niet alleen omdat steeds vaker consumenten, klanten en de samenleving daarom vragen, maar ook omdat wij onze verantwoordelijkheid richting diverse stakeholders serieus nemen, de continuïteit van onze eigen organisatie willen borgen en ons verdienmodel weerbaar willen maken tegen toekomstige duurzaamheidsuitdagingen. Denk aan schaarste aan land, water, grondstoffen, energie en andere natuurlijke hulpbronnen. De komende tijd zien we drie maatschappelijke uitdagingen waaraan FrieslandCampina als zuivelonderneming een relevante bijdrage kan leveren: Allereerst is er de uitdaging van voedselzekerheid of misschien beter gezegd: nutriëntenzekerheid. In 2030 bestaat de wereldbevolking uit 8 miljard mensen, waarvan de meerderheid in steden leeft. Dat betekent dat er over 17 jaar al 50% meer voedsel en energie beschikbaar moet zijn en 30% extra schoon drinkwater. Er ontstaat een enorme behoefte aan voedzame en betaalbare levensmiddelen die zo duurzaam mogelijk zijn geproduceerd. Met onze producten kunnen wij voorzien in deze behoefte. Een tweede uitdaging ligt in de toenemende vergrijzing van boeren. Wereldwijd zijn 750-900 miljoen mensen afhankelijk van de melkveehouderijsector voor hun voedselvoorziening en inkomen. Wij kunnen daarin een rol spelen door jonge boeren
toekomstperspectief te bieden in de regio’s waar we actief zijn, zowel in Europa als in Azië en Afrika. Dit doen we onder meer met het Dairy Development Programme waarbij meer dan 40.000 lokale boeren in de melkveehouderij – dus buiten onze eigen coöperatie – betrokken zijn. De derde uitdaging heeft te maken met het verduurzamen van onze keten en het toegroeien naar een meer circulaire economie. De toenemende schaarste aan land, water en andere natuurlijke hulpbronnen dwingt ons om onze CO2-uitstoot te reduceren, nog efficiënter om te gaan met energie, water en grondstoffen, duurzame energie op te wekken in onze eigen keten, mineralenkringlopen te sluiten en natuur en biodiversiteit te beschermen. Afval – van food waste in de productieketen tot verpakkingen – moet worden voorkomen en hergebruik gestimuleerd. Drie grote uitdagingen die we een plek hebben gegeven in onze corporate purpose en het MVO-strategiehuis. Nu zijn we volop bezig om het duurzaamheidsbeleid uit te voeren en medewerkers en leden-melkveehouders hierbij te betrekken. Ik ervaar dat dit proces goed op schema ligt en besef tegelijk dat er ook nog een aantal fikse uitdagingen zijn. Binnen onze cultuur zie je de verandering plaatsvinden en dat stemt mij positief. Ik denk dat we gezamenlijk met onze leden-melkveehouders en medewerkers de business case van duurzaamheid aan het bouwen zijn. Als dat lukt dan maken we daar echt het verschil mee in de markt en in de samenleving. Cees ’t Hart CEO Koninklijke FrieslandCampina N.V.
Woord vooraf
Geachte lezer, Duurzaamheid met als doel het borgen van de continuïteit van je activiteiten en organisatie zit in de kern van onze coöperatie. Wij zijn al 6.000 jaar actief in de veehouderij in ‘de lage landen’, waarbij we goed gebruik maken van optimale klimaatomstandigheden, uitstekend grasland en een rivierendelta met overvloedig water. We willen er de komende tijd ook nog graag zijn. Die permissie moet je echter wel ‘verdienen’ bij je lokale stakeholders. Dat begrijpen we heel goed. De lange termijn focus van een coöperatie maakt het makkelijker om duurzaamheid in ons eigen DNA op te nemen. Net als het vermogen van een coöperatie om aan de verwachtingen van klant, consument en samenleving te blijven voldoen. We voelen de verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat de melkveehouderij in Nederland kan blijven voortbestaan en komende generaties boeren consumenten kunnen blijven voorzien van gewaardeerde en voedzame zuivelproducten. Vanaf 1 januari 2012 is Foqus Planet geïntroduceerd op de melkveehouderijen. In dit allesomvattende duurzaamheidsprogramma voor de melkveehouderij hebben leden-melkveehouders ruimte om in de uitvoering flexibel te schakelen tussen verschillende onderdelen om hun doelen te halen de komende jaren. Ik ben trots op het feit dat we breed draagvlak hebben gerealiseerd onder onze leden voor dit duurzaamheidsprogramma en de manier waarop we nu vooruitgang boeken. Dit eerste jaar van de uitrol is succesvol verlopen. Zo zien we bijvoorbeeld dat de dalende trend van weidegang dit jaar is gestopt, de energie efficiency wordt verbeterd, er volop investeringen plaatsvinden in groene
5
energie en er hard wordt gewerkt aan de reductie van antibiotica en verdere verbetering van dierenwelzijn en -gezondheid. Onze uitdaging is om de vooruitgang die we nastreven te koppelen aan de vraag van de markt en maatschappij. Een duurzamere melkveehouderij en de investeringen die ledenmelkveehouders doen, moeten een meerwaarde geven aan melk en zuivel en dus vertaald worden naar waardecreatie in de markt. Een mooi voorbeeld is de samenwerking met Unilever en Danone waarbij we aantoonbaar duurzaamheidsresultaten halen en tegelijk een goede verwaarding van meer volume melk realiseren die ook ten gunste komt van onze leden. Bijzondere samenwerkingen die in 2012 zijn gestart, zoals met CRV en Agriterra, leveren hele concrete resultaten op. Agriterra brengt lokale boeren in Azië en Afrika in contact met onze leden-melkveehouders en dat werkt beide kanten op. Enerzijds helpen wij lokale melkveehouders met hun bedrijfsvoering, zorg voor de dieren en kwaliteitsbeheer, anderzijds beseffen leden-melkveehouders wat we gezamenlijk kunnen betekenen en welke maatschappelijke bijdrage we leveren. Voor de naaste toekomst hoop ik dat we op de inspanningen rondom mest en mineralenkringloop net zo positief kunnen terugkijken als op weidegang. Deze onderwerpen zijn nu onderdeel van het politiek en maatschappelijk debat. Dat biedt een prachtige kans om te laten zien dat onze leden en onze sector een verbeterslag kunnen maken en dat we de mineralenkringloop optimaal organiseren. Dat betekent winst voor de circulaire economie die we in Nederland nastreven. Piet Boer Voorzitter bestuur Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.
6
Royal FrieslandCampina in een oogopslag
Royal FrieslandCampina in een oogopslag Elke dag voorziet Royal FrieslandCampina circa 1 miljard consumenten verspreid over de wereld van voeding die rijk is aan waardevolle voedingsstoffen. Met een jaaromzet van 10,3 miljard euro behoort FrieslandCampina tot de vijf grootste zuivelondernemingen in de wereld. FrieslandCampina levert consumentenproducten als zuiveldranken, baby- & kindervoeding, kaas en desserts in een groot aantal Europese landen, in Azië en in Afrika. Ook worden producten geleverd aan professionele afnemers, waaronder room- en boterproducten aan bakkerijen en horecabedrijven. Daarnaast produceert FrieslandCampina ingrediënten en halffabricaten voor producenten van baby- & kindervoeding, de voedingsmiddelenindustrie en de farmaceutische sector wereldwijd.
10,3 miljard omzet
19.946 medewerkers
Export naar meer dan
Vestigingen in
28
euro
landen
landen
19.487
100
NL
DE
BE
leden-melkveehouders zijn de eigenaren van de onderneming
1,0 miljard
consumenten
Royal FrieslandCampina in een oogopslag
7
Kerngegevens 2012 Netto-omzet in miljoenen euro’s
482
10.309
2012
9.626 8.972 8.160
2011
miljoen euro
2010 2009
bedrijfsresultaat stijgt met 19,6%
Bedrijfsresultaat in miljoenen euro’s 2012
482
2011
403
2010
434 258
2009
274
Bedrijfsresultaat in % netto-omzet
miljoen euro
winst stijgt met 26,9%
in procenten 2012
4,7
2011
4,2
2010
4,8 3,2
2009
Winst
423
in miljoenen euro’s
miljoen euro
investeringen
2012
274
2011
216
2010
285
2009
182
Operationele kasstroom in miljoenen euro’s
842
2012
36,24
508 444 786
2011 2010 2009
euro
melkprijs voor leden daalt met 6,5%
Melkprijs in euro’s per 100 kilogram, excl. btw 2012 2011 2010 2009
36,24 38,77 34,35 27,34
8
Royal FrieslandCampina in een oogopslag
FrieslandCampina
›
De uitdagingen
FrieslandCampina wil bijdragen aan het oplossen van maatschappelijke vraagstukken
De uitdaging van voedselzekerheid • De
groeiende wereldbevolking voeden: 7 tot 9 miljard mensen in 2050 waarvan 70 procent in steden
De uitdaging voor melkveehouders • Toenemende
vergrijzing van boeren wereldwijd melkveehouders toekomstperspectief bieden
• Voedselzekerheid,
nutriëntenzekerheid en betaalbare voeding
• Jonge
• Wereldwijd
zijn 750-900 miljoen mensen afhankelijk van de melkveehouderijsector
De uitdaging van duurzaamheid • Minder CO2-uitstoot en meer hernieuwbare energie •
•
oedselveiligheid en V consumentenvertrouwen
oenemende schaarste T aan land, water en andere natuurlijke hulpbronnen
• Natuurbehoud
en zorg voor diversiteit flora en fauna (biodiversiteit)
Royal FrieslandCampina in een oogopslag
Ondernemen met meerwaarde
›
Aspiratie
De wereldbevolking groeit en daarmee ook de behoefte aan voedsel. Deze wereldwijde ontwikkeling heeft implicaties voor de gezondheid van mens en dier én voor het milieu. Hoe wordt voldoende nutriëntrijke en energierijke voeding geproduceerd? Wat zijn hiervan de gevolgen voor het milieu? En zijn er nog wel voldoende boeren die voedsel produceren en daarmee voor zichzelf een reëel inkomen realiseren? Mensen wereldwijd voorzien van de juiste voedingsstoffen is dé uitdaging. Het is de ambitie van FrieslandCampina om mensen en de gemeenschappen waarbinnen zij leven verder te helpen. Dat doet FrieslandCampina door voedingsrijke zuivelproducten aan te bieden en door de wijze waarop de onderneming werkt en onderneemt, als bedrijf met een lange coöperatieve traditie. Ouders in staat stellen hun kinderen betrouwbare en voedingsrijke zuivelproducten te geven is de motivatie van de leden-melkveehouders en medewerkers van FrieslandCampina. Dat doet het bedrijf al meer dan 140 jaar. Een miljard consumenten waarderen iedere dag opnieuw onze innovatieve en smaakvolle zuivelproducten.
Mensen wereldwijd voorzien van essentiële voedingsstoffen uit natuurlijke zuivel
FrieslandCampina brengt het beste van twee werelden samen door het vakmanschap en ondernemerschap van de leden-melkveehouders te combineren met de kennis van de medewerkers en haar klantgerichte en wereldwijd opererende onderneming. Hiermee wordt de groei geborgd in zowel consumenten- als industriële markten. FrieslandCampina committeert zich in de totale keten – ‘van gras tot glas’ – aan hoge standaarden op het gebied van kwaliteit, veiligheid, duurzaamheid en transparantie. Daarmee wordt de basis gelegd voor het vertrouwen van afnemers en consumenten in de producten en wordt de continuïteit verzekerd, die zo kenmerkend is voor de coöperatie. FrieslandCampina gelooft in gedeelde waarden (shared value): het gelijktijdig realiseren van een goed inkomen voor de leden-melkveehouders, medewerkers perspectief bieden én het realiseren van waarde voor klant en consument. Tegelijkertijd wil FrieslandCampina een meerwaarde betekenen voor de samenlevingen waarin zij actief is. Zo worden kansen gecreëerd en perspectieven geboden voor alle belanghebbenden.
De meest aantrekkelijke zuivelonderneming voor leden-melkveehouders
›
9
10
Royal FrieslandCampina in een oogopslag
route2020: groei én waardecreatie
›
Onderscheidend
Melk: voedingsrijk van nature
Van gras tot glas: kwaliteit in de gehele keten geborgd
• Groeicategorieën • Inspelen op behoeften • Vaardigheden • Fundament Coöperatieve traditie: continuïteit en duurzame groei
Royal FrieslandCampina in een oogopslag
›
Meerwaarde
Onze manier van werken: investeren in de groei en ontwikkeling van mensen
Duurzaamheid en verantwoordelijkheid: op een duurzame en transparante manier meerwaarde creëren
Wereldwijde speler in agro-food: bijdragen aan voedselzekerheid met een lokale focus
Gedeelde waarden (shared value) creëren voor: • leden-melkveehouders • klanten • consumenten • (potentiële) medewerkers • investeerders • samenlevingen
11
12
Belangrijkste MVO-ontwikkelingen 2012
Belangrijkste MVO-ontwikkelingen 2012 • Succesvolle start van het Foqus planet programma voor duurzame melkveehouderij in Nederland, België en Duitsland, onder andere door het vastleggen van diverse duurzaamheidsmaatregelen op melkveebedrijven en actieve bijdragen van ledenmelkveehouders tijdens workshops over weidegang of verantwoord diergeneesmiddelengebruik.
• Om energie- en watergebruik in de productielocaties inzichtelijk te maken, zijn er drie uitgebreide impact-assesments uitgevoerd op de FrieslandCampina locaties in Borculo (Nederland), Lummen (België) en Samaron (Thailand).
• De doelstelling om één miljoen kinderen effectief te bereiken met voorlichting over gezond eten en leven is ruimschoots gehaald. Dat is onder andere te danken aan het schoolmelkprogramma en activiteiten rondom Wereldmelkdag.
• FrieslandCampina heeft in 2012 een grootschalig voedingsonderzoek, genaamd South East Asia Nutrition Survey (SEANUTS), afgerond. De resultaten zijn tijdens wetenschappelijke congressen gedeeld met gezondheidsprofessionals.
• Suikerreductieprogramma opgestart voor Maleisische producten om in totaal 2.700 ton suiker te reduceren in deze producten.
Belangrijkste MVO-ontwikkelingen 2012
• Ten behoeve van het Dairy Development Programme is een samenwerkingsverband gesloten met Agriterra. Door middel van inzet van leden-melkveehouders en medewerkers van FrieslandCampina starten verschillende projecten die lokale melkveehouders ondersteunen. Zo wordt de productiviteit per koe in Azië en Afrika geoptimaliseerd.
• FrieslandCampina is vanwege haar MVO-inspanningen door Unilever geselecteerd als ‘preferred supplier’.
• Meer dan duizend ledenmelkveehouders hebben de energiescan uitgevoerd om meer inzicht te krijgen in het energieverbruik van hun bedrijf. Met behulp van de scan zijn zij in staat om besparingen te creëren.
• Uitbreiding van het assortiment zuivelproducten met weidemelk naar onder andere Milner, Vifit, Goedemorgen! en Optimel.
• Voor inspanningen op het gebied van inkoop van duurzame palmolie ontving FrieslandCampina twee onderscheidingen: de Task Force Duurzame Palmolie Award en de Productschap MVO-pluim 2012.
13
14
Kerncijfers MVO
Kerncijfers MVO Voedingswaarde & gezondheid
Producten met het Vinkje/Choices-logo
2012
2011 2010
181
157
Efficiënte en duurzame productieketens 1 2012
CO2-uitstoot (kton CO2) Energieverbruik (TJ) (direct) Waterverbruik (x 1.000 m3) Afval (ton) Gevaarlijk afval (ton)
2011
1.256 15.706 26.229 75.015 703 2
1.376 15.910 26.463 68.957 393
Δ% -9% -1% -1% 9% 79%
Medewerkers 2011
2012
Medewerkers (gemiddeld aantal fte's) Van wie mannen Van wie vrouwen Deelnemers FrieslandCampina Academy, wereldwijd Aantal uren besteed door medewerkers aan FrieslandCampina Academy trainingen Gemiddeld aantal programma’s FrieslandCampina Academy Ongevallenratio per 200.000 gewerkte uren (LTA Rate)
19.946 14.760 5.186 2.897 46.352 254 1,0% 3
Medewerkers per business group 2012
Medewerkers naar regio 2012
(gemiddeld aantal fte's)
(gemiddeld aantal fte's)
Cheese, Butter & Milkpowder 2.331
Ingredients 2.680 13%
Corporate & Support 778 4%
Azië en Oceanië 6.089
12%
19.946 Consumer Products International 7.516
38%
Afrika en het Midden-Oosten 5% 1.010
33%
Consumer Products Europe 6.637
19.036 14.230 4.713 3.019 60.000 260 1,5%
Noord- en ZuidAmerika 1% 150
33% 30%
Nederland 6.580
19.946 9% 22%
Rest van Europa 4.331
Duitsland 1.786
Vanwege een kwaliteitsverbetering in de dataverzameling, zijn de gegevens zoals gerapporteerd in het MVO-verslag 2011 aangepast. Wijzigingen in gevaarlijk afval in verband met incidentele afvoer van onder andere loog en afgewerkte olie. De LTA rate van 1,0 is 33% lager dan 2011 en bovendien onder de doelstelling van 1,35%. Deze LTA rate is exclusief de verworven bedrijven (DFE India, Alaska Milk Filippijnen en Yoko Cheese).
1 2 3
Kerncijfers MVO
Energieverbruik (TJ)
CO2-emissies (kton CO2)
24.000 21.000 18.000
15.910
15.706
1.000
12.000
800
9.000
600
6.000
400
3.000
200
2010
warmte
2011
elektriciteit
0
2012
stookolie
1.256
1.200
15.000
0
1.376
1.400
16.611
aardgas
2011 elektriciteit
2012 stookolie
aardgas
Overige emissies
Waterverbruik
(ton)
(x 1000 m3)
35.000
940
1000
27.923
30.000
900
26.463 26.229
861
800
25.000
700
20.000
600
797
500 15.000
400 300
10.000
200
5.000
100
0
2010
2011
grondwater
0
2012
2010
2011
NOx
SO2
leidingwater
Gemiddelde leeftijd medewerkers per business group 2012
2012
Leeftijdsopbouw medewerkers 2012 (gemiddeld aantal fte's)
(gemiddeld aantal fte's)
Corporate & Support 44
42
19.946 44 Ingredients 45 Cheese, Butter & Milkpowder
>60 4%
Consumer Products Europe
15% 50-59
37
20-29
21%
19.946 Consumer Products International
32% 30-39 28% 40-49
15
16
De MVO-strategie van FrieslandCampina
De MVO-strategie van FrieslandCampina FrieslandCampina voorziet een uitdagende toekomst voor de wereldvoedselvoorziening. De snelle groei van de wereldbevolking heeft grote invloed op de beschikbaarheid van voedsel en grondstoffen. Melk is van nature één van de meest rijke voedingsbronnen, vormt de basis van een breed scala zuivelproducten en is een bron van ingrediënten voor andere voedingsmiddelen. Met haar producten levert FrieslandCampina een bijdrage aan de wereldvoedselvoorziening, in het bijzonder op het gebied van nutriëntenzekerheid.
MVO Missie, visie en strategie Voedingswaarde & gezondheid
Efficiënte en duurzame productieketens
Ontwikkeling lokale melkveehouderij in Azië en Afrika
Duurzame melkveehouderij
Tekort aan nutriënten terugdringen
Grondstofgebruik verbeteren
Kleine melkveehouders in Azië en Afrika verder helpen
De standaard bepalen
CSR Governance Board – Vier MVO-implementatieteams MVO-maatstaven – Jaarlijkse rapportering – Dialoog met belanghebbenden - Partnerships Betrokkenheid medewerkers en leden-melkveehouders – MVO-trainingprogramma's – Jaarlijkse MVO-Team Award Duurzaamheidsrichtlijnen voor leveranciers – Gedragscode – Foqus kwaliteitssysteem – Beleidsdocumenten
De MVO-strategie van FrieslandCampina
17
Shared value
Van borging naar implementatie
MVO gaat bij FrieslandCampina verder dan alleen het verduurzamen van de productieketen en de productieprocessen. Uitgangspunt is het creëren van ‘shared value’, oftewel meerwaarde voor zowel FrieslandCampina als de maatschappij. Dit vertaalt zich concreet in drie verschillende waardes: • Financiële waarde voor leden-melkveehouders • Klantwaarde • Maatschappelijke meerwaarde
In 2012 heeft de onderneming zich volledig toegespitst op de implementatie van het MVO-beleid in de gehele organisatie, nadat 2011 in het teken stond van het vaststellen en borgen van het MVO-beleid in de organisatie. Het expliciete commitment van CEO Cees ‘t Hart, zowel in- als extern uitgesproken, voor het volledig integreren van MVO in de onderneming heeft hieraan bijgedragen. Rode draad in 2012 was het contact met stakeholders. Een dialoog met stakeholders over voeding en gezondheid, de online start van het platform The Milk Story, een hernieuwde overeenkomst met Stichting Natuur en Milieu, Solidaridad en het Wereld Natuur Fonds over duurzame soja en ondertekening van het Convenant Weidegang. Het zijn enkele belangrijke voorbeelden van de actieve aanpak van FrieslandCampina in de zoektocht naar stakeholdercontact voor feedback op haar activiteiten.
In het MVO-beleid is deze shared value leidend, zodat niet alleen de continuïteit van FrieslandCampina gewaarborgd blijft, maar ook de gezondheid van de mens, het milieu en de toekomst van de melkveehouderij.
MVO-strategiehuis Het integrale MVO-beleid van FrieslandCampina bestaat uit diverse elementen die samen het MVO-strategiehuis vormen. Centraal staan vier prioriteitsgebieden: • Voedingswaarde & gezondheid • Efficiënte en duurzame productieketens • Ontwikkeling lokale melkveehouderij in Azië en Afrika • Duurzame melkveehouderij (Nederland, België en Duitsland) Het fundament van het strategiehuis zorgt ervoor dat het MVO-beleid wordt geborgd binnen FrieslandCampina: • een organisatie bestaande uit de CSR Governance Board, het MVO-coördinatieteam, alsmede vier stuurgroepen voor de vier prioriteitsgebieden. Zij zijn samen verantwoordelijk voor de implementatie van het MVO-beleid; • betrokkenheid van stakeholders; • een beleid met doelstellingen voor 2020, geborgd door de ISO 26000-richtlijn. Dat is erop gericht de medewerkers en leden-melkveehouders zo optimaal mogelijk te betrekken bij duurzaam ondernemen; • een samenstel van afspraken, commitments, gedragscodes, beleidsdocumenten, convenanten, rapportages en certificeringen waarin MVO en duurzaamheid binnen FrieslandCampina worden geborgd.
Alle relevante bedrijfsonderdelen en betrokkenen zijn aangesloten op de plannen en activiteiten van FrieslandCampina, van de leden-melkveehouders tot en met de marketeers. In 2012 zijn in vier landen ‘MVO-roadshows’ georganiseerd waarbij werknemers uit alle Europese locaties betrokken waren. De roadshows bestaan uit trainingen en workshops, maar richten zich ook op het gezamenlijk genereren van ideeën die helpen het MVO-beleid op landenniveau vorm en impact te geven. Bij deze roadshows is naast de milieu- en voedingskundige aspecten ruime aandacht voor verantwoorde marketing.
Van corporate social responsibility naar brand social responsibility MVO is bij FrieslandCampina een wezenlijk onderdeel van de strategie route2020 van de onderneming. Het doel voor de komende jaren is om MVO ook te koppelen aan de verschillende merken. In 2012 heeft FrieslandCampina hiervoor een workshopmethodologie ontwikkeld. Die is specifiek bedoeld voor doorvertaling van de doelen en uitgangspunten van het overkoepelende MVO-beleid naar de specifieke merken en naar de klanten. In 2013 zal deze aanpak van start gaan.
18
De MVO-strategie van FrieslandCampina
Doelstellingen voor het jaar 2020 FrieslandCampina heeft voor de vier prioriteitsgebieden doelstellingen voor het jaar 2020 geformuleerd. Op basis van deze doelstellingen zijn actieplannen voor de komende jaren ontwikkeld.
Voedingswaarde & gezondheid
Efficiënte en duurzame productieketens
Ontwikkeling lokale melkveehouderij in Azië en Afrika
Duurzame melkveehouderij (in Nederland, België en Duitsland)
Verminderen van suiker, zout en vetten in FrieslandCampina producten.
Het gebruik van energie, water en afvalwater in 2020 met twintig procent reduceren ten opzichte van 2010 (per kilo). Dat kan door jaarlijks twee procent efficiëntie te realiseren.
Betrokken melkveehouderijen van lokale melkveehouders aansluiten op FieslandCampina’s wereldwijde kwaliteitsstandaard Foqus planet.
Klimaatneutrale groei van FrieslandCampina faciliteren door maatregelen op de melkveebedrijven door te voeren.
Ontwikkelen van een bedrijfsstandaard voor etikettering en consumenteninformatie.
Honderd procent gebruik groene elektriciteit in 2020.
Het jaarlijks gezinsinkomen van betrokken melkveehouders ruim boven de door de VN vastgelegde armoedegrens brengen.
Handhaven van het huidige niveau van weidegang van 75-80 procent van de bedrijven van leden-melkveehouders.
Hulp bieden bij de aanpak van ondervoeding.
Duurzame productie (volgens internationale criteria) van alle ingekochte (landbouw) grondstoffen.
De productiviteit per koe in Zuidoost-Azië en Nigeria ten opzichte van 2011 met vijftig procent verhogen.
Verbeteren van de gezondheid en het welzijn van dieren op de boerderijen.
Per jaar tien miljoen kinderen effectief bereiken met voorlichting over gezonde voeding.
De MVO-strategie van FrieslandCampina
19
Maatschappelijke waardering voor het MVO-beleid Maatschappelijk draagvlak voor de Nederlandse zuivelsector en FrieslandCampina is essentieel voor de continuïteit van de Nederlandse zuivelsector en groei van de onderneming. FrieslandCampina is in handen van een coöperatie van ledenmelkveehouders met ruim 140 jaar geschiedenis en ervaring. Dat de inspanningen op het gebied van MVO gewaardeerd worden, blijkt uit de volgende erkenningen: Duurzame reputatie Naast inhoudelijke awards en toekenningen voor inspanningen op MVO-vlak geeft FrieslandCampina’s MVO-beleid ook haar reputatie de nodige glans. Zo is FrieslandCampina als tweede geëindigd in het jaarlijkse reputatieonderzoek van het Reputatie Instituut onder de dertig grootste Nederlandse ondernemingen. Zowel op het gebied van innovatie als maatschappelijk verantwoord ondernemen heeft FrieslandCampina hoge scores behaald. Ook is een tweede plek in de wacht gesleept bij de Sustainable Image Index 2012, een jaarlijks onderzoek van MT Management Team naar de duurzaamste bedrijfsimago’s. Ruim duizend mensen hebben hun oordeel gegeven over hoe de veertig sterkste merken van Nederland omgaan met milieu en energie, hun medewerkers, hun strategie en bestuur. Daarnaast hebben zij hun mening gegeven over hoe duurzaam het product en de dienst is. Een pluim voor duurzame palmolie FrieslandCampina heeft twee onderscheidingen ontvangen voor het inkoopbeleid van duurzame palmolie: de Task Force Duurzame Palmolie Award en de Productschap MVO (Margarine, Vetten en Oliën)-pluim 2012. FrieslandCampina preferred supplier van Unilever Unilever heeft FrieslandCampina geselecteerd als ‘preferred supplier’ voor de inkoop van zuivel en zuivelingrediënten. Het duurzaamheidsprogramma van FrieslandCampina was een belangrijke doorslaggevende factor om tot deze samenwerking over te gaan. Transparant over MVO Het MVO-verslag van FrieslandCampina wordt ieder jaar opgenomen in de Transparantiebenchmark. Deze benchmark, een initiatief van het ministerie van Economische Zaken, zorgt voor transparantie in de maatschappelijke verslaggeving van de grootste Nederlandse ondernemingen. Met 169 punten uit het maximale aantal van 200 nam FrieslandCampina in 2012 de 33e plaats in op de ranglijst. Hiermee maakt de onderneming deel uit van de top vijf in de categorie ‘Voedsel en drank’. De mate van betrouwbaarheid van de maatschappelijke verslaglegging, beoordeeld op basis van externe verificatie van de MVOinformatie, is een belangrijk aandachtspunt voor 2013.
Onderscheiding van Indonesische overheid voor milieubeleid FrieslandCampina Indonesia is door de Indonesische overheid onderscheiden voor haar milieu-inspanningen. Twee productiebedrijven in de regio Jakarta zijn getoetst op hun prestaties als het gaat om afvalbeheer, afname en beheer van de uitstoot van gevaarlijke stoffen, waterzuivering, vermindering van energieverbruik, opslag van gevaarlijke stoffen en een niet-rokenbeleid. De overheid in Indonesië kent een strenge milieuwetgeving en stimuleert bedrijven om de wetgeving te volgen, waar mogelijk wordt de lat zelfs iets hoger gelegd.
Award voor duurzame verbeteringen FrieslandCampina DMV in Veghel heeft afgelopen jaar de TPM Excellence Award ontvangen van het toonaangevende Japanese Institute of Plant Maintenance. FrieslandCampina DMV krijgt de award omdat het erin is geslaagd medewerkers op de werkvloer te stimuleren om met elkaar ketenbreed duurzame verbeteringen te realiseren. Daarbij gaat het onder meer om besparing op energieverbruik, verbetering van machinerendementen, vermindering van storingen, terugdringen van grondstofverspilling, maar ook om verbeteringen op het gebied van informatievoorziening. Sinds de start van het programma in 2007 is er op deze manier al meer dan 10 miljoen euro aan structurele verbeteringen gerealiseerd. Deli XL kent duurzaamheidsprijs 2012 toe aan FrieslandCampina FrieslandCampina Out of Home, onderdeel van Consumer Products Europe, heeft van Foodservice bedrijf Deli XL de Deli XL MVO-award ontvangen voor het meest vooruitstrevende MVO-beleid en haar inspanningen om de gehele keten te verduurzamen.
Voedingswaarde & gezondheid Tekort aan nutriënten terugdringen
“Een partnership als deze genereert aandacht voor onze missie en stelt ons in staat ons werk te doen als hulpverlener. Tegelijkertijd kan FrieslandCampina haar MVO-beleid implementeren en kennis en ervaring opdoen in de landen waar wij actief zijn. Die synergie, dat is de shared value waar we altijd naar op zoek zijn.” Frank Asser – Manager Corporate Partnerships bij het Nederlandse Rode Kruis
“MVO is goed verankerd in de organisatie. Het doel voor de komende jaren is om MVO te koppelen aan de verschillende merken. In 2012 is hiermee een start gemaakt, zoals met Campina voor 3FM Serious Request.” Franc Reefman – Corporate Director Global Marketing FrieslandCampina
22
Voedingswaarde & gezondheid
Voedingswaarde & gezondheid Een aanzienlijk deel van de wereldbevolking kampt met ondervoeding en een tekort aan voedingsstoffen. Met haar producten levert FrieslandCampina een bijdrage aan de wereldvoedselvoorziening, in het bijzonder op het gebied van nutriëntenzekerheid. Daarnaast wil de onderneming helpen bij het terugdringen van het groeiend aantal mensen met obesitas. Dat kan door de productsamenstelling te verbeteren en de keuzes in gezonde voeding voor consumenten gemakkelijker te maken. Dit laatste doet FrieslandCampina onder meer door eenduidige voedingsinformatie, meaningful marketing, mede-initiatiefnemer van de Stichting Ik Kies Bewust en voorlichting over gezonde voeding en een gezonde leefstijl. Doelstellingen 2020
Resultaten 2012
Ambities 2013
Verminderen van suiker, zout en vetten in FrieslandCampina producten.
Voedingskundige richtlijnen ontwikkeld, inclusief actieplannen voor productverbeteringen voor 7 landen.
Voedingskundige richtlijnen ontwikkelen inclusief actieplannen, voor Consumer Products International.
181 producten beschikken over het Vinkje/Choices-logo. Het ontwikkelen van een bedrijfsstandaard voor etikettering en consumenteninformatie.
Hulp bieden bij de aanpak van ondervoeding.
Per jaar tien miljoen kinderen effectief bereiken met voorlichting over gezonde voeding.
Bedrijfsstandaard etikettering en communicatie ontwikkeld, inclusief actieplannen voor communicatieverbeteringen voor 8 landen.
Bedrijfsstandaard etikettering en communicatie ontwikkelen inclusief actieplannen, voor Consumer Products International.
Gecommitteerd aan EU Pledge en Singapore Advertising code ten behoeve van verantwoorde marketing gericht op kinderen.
Richtlijnen voor verantwoorde marketing gericht op kinderen uitbreiden op basis van EU Pledge buiten Europa.
SEANUTS voedingsonderzoek afgerond en resultaten gedeeld.
Wetenschappelijke publicaties van de uitkomsten van het SEANUTS onderzoek. Strategie maken voor het ontwikkelen van producten en voorlichtingsmaterialen om de voedingsstatus bij kinderen in Maleisië, Vietnam, Thailand en Indonesië te optimaliseren/verbeteren.
Vijfjarige samenwerkingsovereenkomst met het Nederlandse Rode Kruis gestart.
Samenwerkingsovereenkomst met het Nederlandse Rode Kruis intensiveren, een internationaal karakter geven en de mogelijkheden onderzoeken voor productontwikkeling.
Ruim één miljoen kinderen bereikt via onder meer Wereldmelkdag, schoolmelk, JOGG en lokale gezondheidscentra.
Tien miljoen kinderen bereiken via onder meer Wereldmelkdag, schoolmelk, JOGG en lokale gezondheidscentra.
De doelstelling opgehoogd naar tien miljoen kinderen.
Voedingswaarde & gezondheid
23
Suikerreductie in Maleisië FrieslandCampina committeerde zich in 2012 aan een grootschalig suikerreductieprogramma voor haar Maleisische producten om de suikerinname terug te dringen. Inmiddels zijn verschillende producten geïntroduceerd met een lager suikergehalte, zoals Dutch Lady Drinking Yoghurt met 25 procent minder suiker.
De relevantie van deze pijler
Betrekken van stakeholders
Inmiddels hebben meer dan 1,4 miljard volwassenen en veertig miljoen kinderen onder de vijf jaar overgewicht (bron: WHO). Dit terwijl ongeveer één op de zeven personen niet genoeg voeding heeft om een gezond en actief leven te leiden (bron: GAIN). Zuivel levert op beide uitdagingen een positieve en belangrijke bijdrage, omdat melk per calorie relatief veel essentiële voedingstoffen, zoals vitaminen, mineralen en eiwitten, bevat. Gezondheidsautoriteiten over de hele wereld bevelen zuivel dan ook aan als basisonderdeel van een gezonde voeding. FrieslandCampina’s aanpak op nutriëntenzekerheid richt zich zowel op emerging markets (in Azië, het Midden-Oosten, Afrika) als Europa.
FrieslandCampina betrekt stakeholders bij haar MVOactiviteiten om beleid te toetsen en de impact van acties te vergroten. Om de juiste strategie en acties op het gebied van voeding en gezondheid te blijven ontwikkelen, heeft FrieslandCampina in juni 2012 een stakeholderbijeenkomst gehouden. Hieruit bleek onder meer dat er draagvlak is vanuit maatschappelijke organisaties en voedingswetenschappers om nutriëntendichtheid en overgewicht een duidelijke rol te geven in het MVO-beleid van FrieslandCampina.
Shared value De wereldwijde aanpak van ondervoeding en overgewicht is een vraagstuk waaraan FrieslandCampina een bijdrage kan leveren. FrieslandCampina kan meerwaarde creëren, zowel voor de samenleving als het bedrijf zelf. Door participatie in een groot voedingsonderzoek in Zuidoost-Azië (SEANUTS) zijn wetenschappelijke inzichten ontwikkeld die gebruikt kunnen worden voor adviezen en producten, bedoeld om ondervoeding in deze regio tegen te gaan. Via samenwerking met het Rode Kruis en deelname aan het Amsterdam Initiative against Malnutrition (AIM) zoekt FrieslandCampina naar innovatieve oplossingen en producten waar mensen die lijden aan ondervoeding baat bij hebben. De onderneming ondersteunt de ontwikkeling van producten met een goede voedingskundige samenstelling en voorlichting over een gezonde leefstijl. Bijvoorbeeld, in Nederland steunt FrieslandCampina de strijd tegen overgewicht door middel van participatie in het programma Jongeren op Gezond Gewicht (JOGG). In Indonesië werkt de onderneming samen met lokale gezondheidscentra, gericht op de ontwikkeling van jonge kinderen.
Resultaten 2012 Doelstelling 2020. Verminderen van suiker, zout en vetten in FrieslandCampina producten. Het Vinkje & Choices FrieslandCampina is één van de oprichters van Stichting Ik Kies Bewust en Choices International Foundation. Dit zijn initiatieven om consumenten door middel van een logo te helpen bij het maken van een gezondere keuze. In Nederland en tal van andere landen staat het Vinkje of Choices-logo op producten die minder zout, toegevoegd suiker en (verzadigde) vetten bevatten. Dankzij deze logo’s kunnen consumenten eenvoudig de gezondere keuze vinden in de desbetreffende productgroep. FrieslandCampina beschikte in 2012 over 181 producten in Nederland die voldoen aan de criteria van het Vinkje. Voedingskundige richtlijnen In 2012 zijn FrieslandCampina-brede voedingskundige richtlijnen opgesteld voor verwen-, basis-, gezondheidsen kinderproducten. Voor deze productgroepen zijn verschillende ambities vastgelegd voor de reductie van suiker, vet en zout en het behoud van goede voedingsstoffen.
24
Voedingswaarde & gezondheid
Verlagen suikergehalte in producten Sinds 2009 werkt FrieslandCampina actief aan het verlagen van het suikergehalte in haar producten. Het terugbrengen van de hoeveelheid suiker in producten is een impactvolle manier voor FrieslandCampina om haar producten gezonder te maken. Minder suiker is belangrijk vanwege de nog steeds groeiende groep kinderen en volwassenen met overgewicht. Het doel dat hierbij gesteld is, werd dit jaar behaald: Sinds 2012 voldoen alle gezondheidsproducten (Optimel, Vifit, GoedeMorgen!) en alle kinderproducten (Fristi, Yoki, Taksi) aan de criteria van het Vinkje (maximaal 5 gram toegevoegd suiker per 100ml). Belangrijk hierbij is dat suiker niet wordt vervangen door kunstmatige zoetstoffen, zodat consumenten altijd de keuze hebben tussen wel en niet consumeren van zoetstoffen. Bovendien is een zorgvuldige aanpak essentieel, omdat een minder zoete smaak kan leiden tot een lagere smaakwaardering. Daardoor bestaat de kans dat consumenten overstappen naar varianten met een hoger suikergehalte. Gerealiseerde suikerverlagingen variëren van 13% in Goedemorgen! tot aan 43% in Fristi. Suikerreductieprogramma in Maleisië Maleisiërs staan in de top tien van suikerconsumptie wereldwijd. FrieslandCampina committeerde zich in 2012 aan een grootschalig suikerreductieprogramma voor haar Maleisische producten om de suikerinname terug te dringen. De campagne richt zich op verhoging van het bewustzijn onder consumenten. Hiermee ondersteunt FrieslandCampina de inspanningen van de lokale overheid om de suikerconsumptie in het land te verminderen. Inmiddels zijn verschillende producten geïntroduceerd met een lager suikergehalte, zoals Dutch Lady Drinking Yoghurt met 25 procent minder suiker. Zoutreductie in kaas FrieslandCampina is al een aantal jaren bezig om het zoutgehalte in kaas te verlagen. Dat gebeurt stapsgewijs: in 2015 zullen alle halfharde Goudse 48+ kazen gemiddeld tien procent minder zout bevatten in vergelijking met de samenstelling in 2010. Einde 2012 was vijf procent van deze reductie gerealiseerd, onder andere door het verder standaardiseren van de pekelduur. FrieslandCampina is nu bezig met vervolgstappen. Naast de toepassing van bestaande technieken, zoals minder lang pekelen, werkt FrieslandCampina aan de ontwikkeling van een nieuwe technologie voor zoutreductie. Verminderen vetten in producten Uit de Voedselconsumptiepeiling 2007-2010 blijkt dat kaas in het Nederlandse voedingspatroon één procent bijdraagt aan de inname van verzadigde vetzuren. Binnen de zuivelsector is ingezet op productinnovaties om een bredere productportfolio
met een verscheidenheid aan vetgehaltes te kunnen bieden. FrieslandCampina speelt daarin een actieve rol. Ook is FrieslandCampina voorstander van het stimuleren van de gezondere keuze. Daarom promoot de onderneming actief producten met een lager vetgehalte, zoals 30+kaas. Doelstelling 2020. Het ontwikkelen van een bedrijfsstandaard voor etikettering en consumenteninformatie. Standaard voor etikettering en informatie In 2012 heeft FrieslandCampina een standaard ontwikkeld voor etikettering en (consumenten)informatie. Daarin is vastgelegd welke vaste en optionele onderdelen op de verpakkingen van FrieslandCampina te vinden zijn en hoe voedingskundige feiten richting consumenten gecommuniceerd worden. De standaard omvat onder meer richtlijnen voor voedingswaardedeclaratie op de voor- en achterkant en het gebruik van logo’s zoals het Vinkje/Choices. Zo kunnen consumenten gemakkelijk de gezonde keuze maken. Verantwoorde marketing voor kinderen Afgelopen jaar heeft FrieslandCampina de EU Pledge en Singapore’s Advertising Pledge ondertekend. Hiermee heeft FrieslandCampina vastgelegd dat zij reclame gericht op kinderen onder de twaalf jaar beperkt tot producten die aan strikte voedingskundige eisen voldoen. Voor alle andere producten wordt geen kinderreclame ontwikkeld.
Van richtlijn naar implementatie: actieplannen In 2012 zijn samen met de werkmaatschappijen voor Nederland, België, Duitsland, Hongarije, Roemenië, Griekenland en Groot-Brittannië doelen en actieplannen opgesteld voor productverbeteringen. Die zijn in lijn met de nieuwe voedingskundige richtlijnen en de implementatie van de etiketteringsen informatiestandaard. De actieplannen moeten in 2015 uitgevoerd zijn.
Voedingswaarde & gezondheid
Doelstelling 2020. Hulp bieden bij de aanpak van ondervoeding. SEANUTS voedingsonderzoek In 2012 hebben FrieslandCampina, wetenschappers, NGO’s en universiteiten het voedingsonderzoek SEANUTS (South East Asia Nutrition Survey) afgerond. Dit is het eerste grootschalige onderzoek naar de huidige voedingsstatus van bijna 17.000 kinderen in Maleisië, Indonesië, Thailand en Vietnam. Er is onder meer gemeten welke voedingskundige tekorten in deze doelgroep voorkomen. Inzicht in de voedingskundige status en eventuele voedingstekorten is van groot belang om advies, onderzoek en producten beter te kunnen afstemmen op de voedingsbehoeften. Juist in ontwikkelingslanden ontbreekt deze cruciale informatie vaak. Met SEANUTS is samen met belanghebbende partijen een kennisgat gedicht ten behoeve van een kwetsbare doelgroep: opgroeiende kinderen. Voor hen is goede voeding van cruciaal belang. De resultaten zijn gedeeld met gezondheidsprofessionals en overheden tijdens vier wetenschappelijke congressen in Maleisië, Thailand, Vietnam en Indonesië. Deze resultaten kunnen gebruikt worden voor adviezen en producten die helpen om ondervoeding tegen te gaan.
25
Doelstelling 2020. Per jaar tien miljoen kinderen effectief bereiken met voorlichting over gezonde voeding. Per jaar wil FrieslandCampina meer dan tien miljoen kinderen bereiken met voorlichting over gezonde voeding en leefstijl. Aanvankelijk was het de bedoeling dat in 2020 één miljoen kinderen zouden zijn bereikt. In 2011 is die doelstelling zo vastgesteld. Maar omdat in 2012 al snel een vinkje achter dit streven geplaatst kon worden, is de ambitie voor 2013 opgehoogd naar tien miljoen kinderen. Wereldmelkdag is een uitgesproken moment om voorlichting te geven. De FAO houdt deze dag sinds 2001 jaarlijks op 1 juni. FrieslandCampina steunt dit initiatief met activiteiten die de goede eigenschappen van melk bij consumenten wereldwijd onder de aandacht brengen. In 2011 is FrieslandCampina gestart om geleidelijk in alle 28 landen waar de organisatie actief is Wereldmelkdag-activiteiten te organiseren. Verder zijn wereldwijd Goodness of Dairy-campagnes opgezet om consumenten bewust te maken van de goede voedingstoffen die zuivel bevat.
In 2013 zullen wetenschappelijke publicaties van de uitkomsten van het SEANUTS-onderzoek uitgebracht worden. Tevens werkt FrieslandCampina aan een strategie voor de ontwikkeling van producten en voorlichtingsmaterialen. Die zijn bedoeld om de voedingsstatus bij kinderen in Maleisië, Vietnam, Thailand en Indonesië te optimaliseren en verbeteren. Amsterdam Initiative against Malnutrition Sinds 2012 is FrieslandCampina betrokken bij het Amsterdam Initiative Against Malnutrition (AIM), een publiek-private samenwerking die is gericht op het tegengaan van ondervoeding in ontwikkelingslanden. AIM bestaat uit verschillende Nederlandse bedrijven, NGO’s en de overheid die samen innovatieve oplossingen bedenken om ondervoeding te bestrijden. Door de krachten te bundelen versterken de organisaties elkaars activiteiten. FrieslandCampina wil de kennis uit AIM inzetten in de landen waar ze actief is: Vietnam, Indonesië, Maleisië, Thailand en Nigeria.
Voedingsadviezen bij Indonesische gezondheidscentra In Indonesië ondersteunt FrieslandCampina samen met lokale gezondheidscentra de ontwikkeling van jonge kinderen (twee tot vijf jaar). FrieslandCampina biedt centra de helpende hand met onderzoek, advies, melk en educatieve materialen. Daarnaast ondersteunt FrieslandCampina 47 lokale gezondheidsklinieken waar moeders advies krijgen over de opvoeding van hun kinderen. In totaal gaat het om ruim achtduizend kinderen.
26
Voedingswaarde & gezondheid
Schoolmelk In Aziatische landen is zuivel niet altijd beschikbaar voor jonge kinderen, terwijl zij de voedingstoffen hard nodig hebben. Via schoolmelkprogramma’s voorziet FrieslandCampina kinderen van melk en worden ook ouders en leraren voorgelicht over de goede eigenschappen van zuivel. Het Maleisische schoolmelkprogramma bijvoorbeeld bereikt ruim dertienhonderd scholen. Daardoor hebben ongeveer driehonderdduizend kinderen tussen de zeven en twaalf jaar de beschikking over melk. Op 26 september 2012 is in meer dan veertig landen de Wereld Schoolmelkdag gevierd. In Nederland is Wereld Schoolmelkdag een initiatief van ‘Melk op School’, een campagne van de Nederlandse Zuivel Organisatie (NZO). Met een quiz en een bezoek van olympisch kampioene Naomi van As werd aandacht besteed aan het belang van melk voor schoolgaande jeugd. Een ander initiatief waaraan FrieslandCampina in 2012 heeft meegewerkt is het Nationaal Schoolontbijt. Het Nationaal Schoolontbijt onderstreept het belang van een goed ontbijt. Dit landelijke ontbijtevenement bereikt jaarlijks honderdduizenden kinderen, ouders en leerkrachten. Ook verse zuivelproducten zoals halfvolle melk zijn onderdeel van een goed ontbijt.
Jongeren op Gezond Gewicht (JOGG) FrieslandCampina is in Nederland landelijk partner van JOGG, een initiatief dat de stijging van overgewicht bij jongeren (nul tot negentien jaar) wil omzetten in een daling. Binnen de JOGG-aanpak werken publieke en private partijen nauw samen om gezond eten en bewegen te bevorderen. Dat gebeurt onder meer via aandacht voor voeding en beweging op school, betere sport- en speelfaciliteiten en voorlichting aan ouders. In 2012 heeft FrieslandCampina samengewerkt met de gemeente Amersfoort aan het B.Slim-project. B.Slim streeft naar vijf procent minder Amersfoortse kinderen (nul tot negentien jaar) met overgewicht in 2014 ten opzichte van 2005. Speciaal op de wijk en doelgroep afgestemde activiteiten zorgen voor een zo effectief mogelijke aanpak. Zo was FrieslandCampina afgelopen jaar medeorganisator van de melktoer met rapper Nega, die op Wereldmelkdag drie basisscholen bezocht. FrieslandCampina wil daarnaast haar schoolmelkprogramma in de B.Slimprobleemwijken introduceren. Naast deelname aan B.Slim leverde FrieslandCampina een bijdrage aan verschillende organisaties in Amersfoort, allemaal gericht op jongeren, gezondheid, beweging en sport. Eén daarvan is Stichting Marathon Amersfoort, die door het jaar heen loopclinincs en wedstrijden organiseert.
Waar FrieslandCampina aan werkt
Peak milk, hét melkmerk in Nigeria, vierde Wereldmelkdag met de campagne: Drink milk everyday. Het goede van melk krijgt hierin volop aandacht: als belangrijk onderdeel van het dagelijkse dieet en als bron van belangrijke voedingsstoffen zoals eiwitten, mineralen en vitaminen. FrieslandCampina Hellas zet zich ook in om Wereldmelkdag onder de aandacht te brengen in Griekenland. Om Wereldmelkdag te vieren én aandacht te vragen voor de samenwerking met het Rode Kruis, deelde het merk NOYNOY via Facebook gratis producten uit. Naast de actie rondom deze bijzondere dag, ondersteunt FrieslandCampina Hellas verschillende lokale weeshuizen, opvangcentra en kwetsbare groepen zoals ouderen door hen te voorzien van zuivelproducten.
Door combinaties van slimme innovaties en geleidelijke suikerverlaging maakt FrieslandCampina het technologisch mogelijk minder suiker te gebruiken zonder dat dit afdoet aan smaak. In combinatie met consumentenvoorlichting creëert FrieslandCampina met deze aanpak ook draagvlak bij consumenten. De voortdurende zoektocht naar technologische mogelijkheden is uitdagend. Met name in het verleden was het simpelweg niet altijd mogelijk om de hoeveelheid suiker in producten te reduceren met de beschikbare technologie. Een voorbeeld van succesvolle suikerreductie is FrieslandCampina’s nieuwe creamer van het merk Kievit. Daarmee kan het suikergehalte in kant-en-klare dranken, zoals cappuccino’s en chocoladedranken, tot veertig procent omlaag worden gebracht, zonder dat de zoete smaak verloren gaat of het gebruik van zoetstoffen noodzakelijk is.
Voedingswaarde & gezondheid
27
Samenwerking met het Nederlandse Rode Kruis FrieslandCampina en het Nederlandse Rode Kruis hebben in 2012 een vijfjarige samenwerkingsovereenkomst gesloten. In de samenwerking wordt gezocht naar shared value. Daarbij gaat het in dit geval om bestaande of nieuwe producten die aansluiten bij de behoeften van slachtoffers wereldwijd aan nutriëntrijke voeding. De drie ambities: • Bestrijden van honger en nutriëntentekort ten behoeve van mensen in nood • Bijdragen aan voedselzekerheid • Versterken van de weerbaarheid van kwetsbare gemeenschappen De kennis en ervaring van beide partijen zijn hier complementair. De kennis en het netwerk van FrieslandCampina worden bijvoorbeeld ingezet voor het weerbaarder maken van kwetsbare gemeenschappen. De samenwerking heeft al een aantal tastbare resultaten opgeleverd door de inzet van medewerkers en leden-melkveehouders. Zo is er met 3FM Serious Request 288.059,13 euro opgehaald door bijdragen van medewerkers en leden-melkveehouders en door de verkoop van Campina-producten. Daarnaast hebben medewerkers van FrieslandCampina via sponsorlopen en fondsenwerving bijgedragen aan het Nederlandse Rode Kruis. Een goed voorbeeld is het charityontbijt dat in 2012 in Maleisië is georganiseerd voor weeskinderen en oudere
mensen. Ook in Thailand zijn initiatieven gestart in de vorm van productdonaties. In 2013 wordt gekeken hoe de samenwerking een internationaler karakter kan krijgen en hoe verschillende merken ingezet kunnen worden. Partner Het Nederlandse Rode Kruis levert wereldwijd noodhulp en komt direct na een ramp in actie. Daarnaast helpt het gemeenschappen met de voorbereiding op eventuele calamiteiten en maakt het de lokale bevolking weerbaarder tegen rampen. Het Rode Kruis is met ruim 97 miljoen vrijwilligers in 186 landen de grootste humanitaire hulpverleningsorganisatie ter wereld. Aard van de samenwerking Gezondheid, veiligheid en weerbaarheid, nationaal en internationaal, zijn leidende thema’s in deze samenwerking. Beide partijen zetten geld, kennis, medewerkers, faciliteiten en publiciteit in om naast fondsenwerving samen te werken op het gebied van noodhulp en het weerbaarder maken van gemeenschappen. Duur Vijf jaar
Efficiënte en duurzame productieketens Grondstofgebruik verbeteren
“FrieslandCampina is meteen na het maken van afspraken aan de slag gegaan met het rechtstreeks inkopen van duurzame palmolie. Daarmee laat het bedrijven ver achter zich die niet verder komen dan het uitspreken van een commitment.” Sandra Mulder – Senior Adviseur Markets Palmolie en Soja bij het Wereld Natuur Fonds
“We zijn al sinds 2009 bezig met het duurzaam inkopen van grondstoffen waaronder palmolie. In 2012 hebben we onze zogenoemde ‘kritische spend’ onderzocht om te kijken hoe we 100% duurzaam ingekochte grondstoffen kunnen realiseren. We betrekken de category managers hierbij om zo binnen elke categorie stappen te maken.” Joost van de Rakt – Director Corporate Supply Chain FrieslandCampina
30
Efficiënte en duurzame productieketens
Efficiënte en duurzame productieketens FrieslandCampina streeft naar efficiënte en duurzame productieketens. Dat begint bij een duurzame melkveehouderij (zie hoofdstuk ‘Duurzame melkveehouderij’) en de inkoop van duurzame grondstoffen, maar ook bij productielocaties door het terugdringen van gebruik van energie, water en afvalwater. FrieslandCampina wil groei op een klimaatneutrale manier realiseren. Dat kan door het gebruik van duurzame energie, bij voorkeur geproduceerd door leden-melkveehouders. Via groencertificaten stimuleert FrieslandCampina leden-melkveehouders groene energie op te wekken via windmolens, zonnepanelen of biogas. Doelstellingen 2020
Resultaten 2012
Ambities 2013
Het gebruik van energie, water en afvalwater in 2020 met twintig procent reduceren ten opzichte van 2010 (per kilo). Dat kan door jaarlijks twee procent efficiëntie te realiseren.
Verbetering van de energie-efficiëntie met 3,9 procent ten opzichte van 2011.
Uitbreiden van het aantal impactassesments op productielocaties.
Honderd procent gebruik groene elektriciteit in 2020.
In Nederland is 40 procent van het elektriciteitsgebruik in de productielocaties duurzaam geproduceerd door ledenmelkveehouders.
Verbetering van de waterefficiëntie met 3,5 procent ten opzichte van 2011.
In België wordt 100 procent duurzame elektriciteit ingekocht.
Uitbreiden hoeveelheid groene elektriciteit certificaten (GVO’s) van leden-melkveehouders naar 60 procent. Starten met de aankoop van certificaten voor aardgas.
In Duitsland is 25 procent van de elektriciteit duurzaam. Duurzame productie (volgens internationale criteria) van alle ingekochte (landbouw)grondstoffen.
Palmolie – bijna 100 procent fysiek duurzame olie. Cacao – 10 procent van de inkoop is duurzaam. Drankkartons – 72 procent van de Europese inkoop is duurzaam. Karton – 56 procent van de inkoop is duurzaam.
In 2013 zal de afdeling Inkoop zich focussen op de inkoopcategorieën: • tropisch fruit • verpakking (papier/karton en tinplate) • soja (zie hoofdstuk ‘Duurzame melkveehouderij’) • cacao
Efficiënte en duurzame productieketens
31
Impactscans FrieslandCampina voert impactscans uit bij de productielocaties. Deze scans geven inzicht in de hoeveelheid water en energie die op een productielocatie wordt gebruikt. De resultaten van deze impactscans worden gebruikt om te bepalen waar besparingsmogelijkheden liggen.
De relevantie van deze pijler Het energiegebruik en de emissie van broeikasgassen krijgen veel aandacht in de zuivelsector. De melkveehouderijen, de productielocaties en het transport verbruiken een aanzienlijke hoeveelheid energie die zorgt voor uitstoot van broeikasgassen. Met haar 25 productielocaties in Nederland en 14.000 leden-melkveebedrijven heeft FrieslandCampina een groot effect op het energiegebruik en de CO2-uitstoot in Nederland. Daarom heeft FrieslandCampina zich gecommitteerd aan klimaatneutrale groei. Dit betekent dat de productiehoeveelheid toeneemt, maar het energiegebruik en de CO2-uitstoot gelijk blijven of afnemen. Van het totale energiegebruik van FrieslandCampina is ongeveer 70 procent toe te schrijven aan de verschillende productielocaties en vindt 30 procent plaats bij onze ledenmelkveehouders, deze verdeling geldt voor zowel Nederland als wereldwijd. Milieuwinst kan dan ook behaald worden door het gebruik van energie en water op deze locaties te verminderen en door het opwekken van duurzame energie door leden-melkveehouders. FrieslandCampina kan bovendien een wezenlijk verschil maken bij de inkoop van verpakkingen en grondstoffen als cacao en palmolie. Landbouwgrondstoffen vormen een kwart van de totale inkoop van FrieslandCampina. Door duurzaam gecertificeerde grondstoffen in te kopen weet FrieslandCampina zeker dat deze grondstoffen zijn geproduceerd met aandacht voor mens en milieu.
Shared value Productie van duurzame energie door onze ledenmelkveehouders is een mooi voorbeeld van het creëren van shared value. Via zonnepanelen, windmolens en biogas wekt een aantal leden-melkveehouders op een milieuvriendelijke
manier energie op. Voor deze groene energie ontvangen zij groencertificaten die zij kunnen verkopen aan FrieslandCampina. Hiervoor ontvangen zij de energieprijs, vermeerderd met een prijs voor de groencertificaten. Naast het positieve effect van opwekking van duurzame energie op het milieu en de melkveehouder is het gebruik van duurzame energie goed voor het imago van de zuivelsector. Daarnaast draagt het bij aan de realisatie van FrieslandCampina’s doelstelling om in de toekomst honderd procent groene elektriciteit te gebruiken.
Betrekken van stakeholders Bij de realisatie van duurzame en efficiënte productieketens werkt FrieslandCampina onder andere samen met haar ledenmelkveehouders. Door gebruik te maken van de energie die op hun erf wordt geproduceerd kan de ambitie om klimaatneutraal te groeien verwezenlijkt worden. Ook werkt de onderneming samen met haar afnemers. Zij stellen steeds vaker eisen aan duurzaamheid. Voor een groot deel komen deze overeen met de ambities van FrieslandCampina. Door samen te werken en bestaande kennis en middelen bij elkaar te brengen, kan een grotere impact gerealiseerd worden in het verduurzamen van de productieketen. Bovendien wordt op deze manier de afzetzekerheid vergroot. In 2012 hebben FrieslandCampina en Unilever een samenwerkingsovereenkomst getekend. Die heeft betrekking op de ontwikkeling, innovatie en promotie van duurzame productie, verpakking en logistiek. Dit is een direct gevolg van het feit dat Unilever FrieslandCampina heeft geselecteerd als preferred supplier voor de inkoop van zuivel en zuivelingrediënten. Ook Danone, een andere afnemer, wil duurzaamheid in de productieketen stimuleren. Daartoe hebben FrieslandCampina Domo en Danone een carbon pact gesloten waarin is afgesproken om samen te werken aan verlaging van de uitstoot van broeikasgassen in de productieketen.
32
Efficiënte en duurzame productieketens
Resultaten 2012 Doelstelling 2020. Het gebruik van energie, water en afvalwater in 2020 met twintig procent reduceren ten opzichte van 2010 (per kilo). Dat kan door jaarlijks twee procent efficiëntie te realiseren. Circa 70 procent van het energieverbruik in de zuivelketen van FrieslandCampina vindt plaats bij de verschillende productielocaties. FrieslandCampina heeft daarom een energie- en waterbesparingprogramma dat zich specifiek richt op de productielocaties. In 2012 heeft FrieslandCampina drie zogeheten impactscans uitgevoerd op locaties in Borculo (Nederland), Lummen (België) en Samaron (Thailand). Deze locaties zijn samen verantwoordelijk voor ongeveer tien procent van het productievolume en water- en energiegebruik. Op de locaties is gekeken naar de water- en energiehoeveelheid die wordt gebruikt en naar besparingsmogelijkheden. FrieslandCampina volgt bij de onderzoeken drie lijnen: allereerst is onderzocht hoe bestaande processen efficiënter ingericht kunnen worden. Daarnaast wordt bij het vervangen van apparaten/systemen voor de meest duurzame variant gekozen. Ten slotte worden, waar mogelijk, technologische innovaties ingezet om het energie- en waterverbruik te verminderen. Bij de drie locaties bleek het mogelijk om tien procent te reduceren door bestaande processen efficiënter in te richten. In totaal bedraagt het verbeterpotentieel bij de onderzochte locaties tussen de veertig en vijftig procent. In 2012 heeft FrieslandCampina goede resultaten behaald op het gebied van energie- en waterreductie. Ten opzichte van 2011 daalde het relatieve energieverbruik met 3,9 procent. Het watergebruik in onze productielocaties is in dezelfde periode met 3,5 procent afgenomen. Dit is ruim boven onze doelstelling van 2 procent efficiëntieverbetering per jaar. In 2013 gaat FrieslandCampina door met de impactscans en worden de uitkomsten ervan meegenomen in investeringsoverwegingen. Het doel is om eind 2014 op tachtig procent van de productielocaties zowel een impact-assesment uitgevoerd te hebben als verbeterprogramma’s gemaakt te hebben. Doelstelling 2020. Honderd procent gebruik groene elektriciteit in 2020. In 2012 heeft FrieslandCampina ongeveer dertig procent groene elektriciteit gebruikt (van de totale benodigde elektriciteit). Van de elektriciteit die de Nederlandse productielocaties gebruiken, hebben de leden-melkveehouders zo’n veertig procent als groene stroom aangeleverd. In het hoofdstuk ‘Duurzame melkveehouderij’ leest u meer over de manier waarop leden-melkveehouders worden gefaciliteerd bij het opwekken van duurzame energie.
Doelstelling 2020. Duurzame productie (volgens internationale criteria) van alle ingekochte (landbouw) grondstoffen. Melk staat aan de basis van de producten van FrieslandCampina, maar het is niet de enige grondstof. Zo gebruikt FrieslandCampina eveneens grondstoffen als palmolie, tropisch fruit en cacao voor de eindproducten en papier en karton voor verpakkingen. In het streven naar duurzame en efficiënte productieketens richt FrieslandCampina zich daarom ook op het inkopen van duurzame grondstoffen. Daarnaast koopt het bedrijf soja in als basis voor veevoer. Meer informatie over duurzame soja leest u in het hoofdstuk ‘Duurzame melkveehouderij’. Duurzame palmolie FrieslandCampina is sinds 2007 lid van de Round Table on Sustainable Palm Oil (RSPO), een initiatief om de productie van palmolie te verduurzamen. Palmolie is een grondstof die wordt gebruikt in bijvoorbeeld koffiecreamers en vetpoeders voor de voedingsmiddelenindustrie. In 2011 besloot FrieslandCampina volledig om te schakelen naar duurzame palmolie. Sinds 1 augustus 2012 zijn alle producten van FrieslandCampina Kievit RSPO-gecertificeerd. Tropisch fruit FrieslandCampina Fruitbased heeft zich als doel gesteld de eerste Nederlandse fruitsappenproducent te zijn met een complete duurzame toeleveringsketen. Om dit te realiseren is FrieslandCampina terug in de keten gegaan, tot aan de fruitteler. Hierbij is gebruik gemaakt van de kennis en expertise van Solidaridad. Zij hebben geholpen bij het maken van een risicoanalyse per fruitsoort, toegespitst op duurzaamheid. Uit deze analyse bleek dat sinaasappels voor FrieslandCampina de meeste prioriteit hebben. In november 2012 is daarom samen met Solidaridad een aftrapbijeenkomst gehouden in Brazilië voor de drie grootste sinaasappelsapproducenten ter wereld. In 2013 staat een soortgelijke bijeenkomst op de agenda, maar dan voor passievrucht-, banaan- en mangotelers. Uiteindelijk streeft FrieslandCampina naar een volledig duurzame inkoop van tropisch fruit. Duurzame cacao FrieslandCampina maakt alleen gebruik van duurzame cacao die voldoet aan de criteria van UTZ Certified. UTZ Certified is een wereldwijd certificeringsprogramma voor verantwoorde koffie, thee en cacao. Vanaf 2012 dragen alle verpakkingen van Mona’s chocoladetoetjes dit keurmerk. In totaal gaat het om dertien verschillende toetjes. Sinds 2010 maakte Chocomel al gebruik van UTZ Certified-cacao.
Efficiënte en duurzame productieketens
Duurzame verpakkingen In 2012 heeft FrieslandCampina afspraken gemaakt met leveranciers om vanaf 2013 alleen nog maar duurzame kartonnen omverpakkingen (dozen en zogenaamde wrap arounds en trays) voor de West-Europese markt in te kopen. Voordat dit besluit werd genomen was al tachtig procent van het gebruikte karton voor de secundaire verpakkingen voorzien van een FSC (Forest Stewardship Council)-keurmerk. Met de volledige omschakeling is een grote stap gezet op weg naar een honderd procent duurzame inkoop van álle kartonnen verpakkingssoorten.
Waar FrieslandCampina aan werkt Investeren in technologische innovaties Om klimaatneutrale groei te realiseren, moet FrieslandCampina op termijn investeren in nieuwe technieken die het mogelijk maken om nog meer energie en water te besparen. Door de snelheid waarmee technologische innovaties zich aandienen, is het soms lastig in te schatten wat de beste investering is. Zelf ontwikkelen van duurzaamheidsstandaarden Om te bepalen of de grondstoffen die FrieslandCampina inkoopt duurzaam zijn, maakt ze zo veel mogelijk gebruik van internationaal erkende standaarden. Helaas bestaan niet voor alle producten die worden ingekocht duurzaamheidsstandaarden. Voor die grondstoffen moet FrieslandCampina in samenwerking met haar leveranciers en maatschappelijke organisaties bepalen wat het gewenste duurzaamheidsniveau is. Eveneens moet er een manier gevonden worden om dat te borgen. FrieslandCampina heeft in 2012 een eerste stap gezet om duurzaam inkopen meer richting te geven, De onderneming is binnen het Sustainable Agriculture Initiative (SAI) Platform, samen met het Global Dairy Platform begonnen om een duurzaamheidsstandaard te ontwikkelen voor de zuivelsector. Het SAI Platform is een initiatief vanuit de levensmiddelensector dat zich focust op de verduurzaming van de landbouw wereldwijd. Op dit moment zijn veertig wereldwijde voedingsbedrijven bij dit initiatief aangesloten.
33
Samenwerking met Wereld Natuur Fonds voor verantwoorde soja en palmolie Als participant in de Round Table on Responsible Soy (RTRS) en Round Table on Sustainable Palm Oil (RSPO) werkt FrieslandCampina samen met onder meer het Wereld Natuur Fonds (WNF) aan verantwoorde productie van soja en palmolie. Hoewel soja(meel) een beperkt bestanddeel vormt in het veevoer voor koeien, heeft soja wel een grote impact op de biodiversiteit. Uitbreiding van de sojateelt in Zuid-Amerika gaat namelijk vaak ten koste van waardevolle natuur. Bij de productie van palmolie spelen issues als de ontbossing van tropisch regenwoud in Zuidoost-Azië en de onteigening van grond. De samenwerking met het WNF is voornamelijk bedoeld om markten voor verantwoorde palmolie en soja te vergroten. Het WNF heeft onder meer gezorgd voor bewustwording bij FrieslandCampina. In 2012 heeft FrieslandCampina besloten uitsluitend duurzame palmolie in te kopen en werd FrieslandCampina verschillende keren onderscheiden, onder meer met de Task Force Duurzame Palmolie-award. Anneke Assink, category manager voor de inkoop van palmolie bij FrieslandCampina Kievit, sprak tijdens de tiende jaarlijkse rondetafelconferentie voor duurzame palmolie (RSPO) in Singapore over het inkoopbeleid van duurzame palmolie van FrieslandCampina. Een volgende stap is om naast palmolie en soja te kijken naar andere grondstoffen. De samenwerking kan zich bijvoorbeeld gaan richten op palmpitmeel, een restproduct van palmolieproductie dat in veevoer voor melkkoeien wordt gebruikt. Partner Het World Wide Fund for Nature (WWF), waarvan de Nederlandse tak WNF heet, is een mondiaal opererende organisatie die streeft naar een wereld waarin de mens leeft in harmonie met de natuur. Het Wereld Natuur Fonds voert een tweesporenbeleid waarin ze enerzijds de belangrijkste leefgebieden van planten en dieren beschermt. Anderzijds pakt ze de bedreigingen aan en werkt ze samen met burgers, overheden en bedrijven aan oplossingen voor een verantwoord en duurzaam gebruik van natuurlijke hulpbronnen. Aard van de samenwerking FrieslandCampina heeft de verantwoordelijkheid om de rest van de zuivelsector mee te krijgen, niet alleen in Nederland maar ook internationaal. Daarbij kan gebruik gemaakt worden van het internationale netwerk van het WNF, ook om samenwerkingen met andere bedrijven op te zetten. Duur De sojaovereenkomst, waarbij ook Solidaridad en Stichting Natuur en Milieu een rol spelen, loopt tot en met 2013.
Ontwikkeling lokale melkveehouderij in Azië en Afrika Kleine melkveehouders in Azië en Afrika verder helpen
“Dankzij de samenwerking met FrieslandCampina linken we kennisvragen in Afrika en Azië met kennisaanbod in Nederland.” Cees van Rij – Teammanager Agribusiness bij Agriterra
“In 2012 is een professionaliseringsslag gemaakt binnen het Dairy Development Programme. Binnen het programma staat het verhogen van de kwaliteit van de melk voorop. Samen met Agriterra koppelen we ledenmelkveehouders aan lokale boeren om zo kennis tussen de landen en regio’s uit te wisselen.” Sybren Attema – Regional Dairy Development Programme Manager FrieslandCampina
36
Ontwikkeling lokale melkveehouderij in Azië en Afrika
Ontwikkeling lokale melkveehouderij in Azië en Afrika FrieslandCampina is al meer dan 140 jaar actief in de wereld van melkveehouderij en zuivel en benut de opgedane kennis en ervaringen om de lokale melkveehouderij in Azië en Afrika verder te ontwikkelen. Via het Dairy Development Programme stelt FrieslandCampina melkveehouders in staat hun bedrijf zo goed mogelijk te leiden en de zuivelproductie kwalitatief en kwantitatief op een hoger niveau te brengen. Methodes die toegepast worden, zijn onder meer kennisuitwisseling via trainingen, uitwisselingsprogramma’s en het opzetten van lokale melkdistributiesystemen, passend bij de lokale cultuur. Op deze manier kan FrieslandCampina de productie van voldoende nutriëntrijk voedsel op peil houden. Dit is belangrijk voor de groeiende wereldbevolking. Doelstellingen 2020
Resultaten 2012
Ambities 2013
etrokken melkveehouderijen van B lokale melkveehouders aansluiten op FieslandCampina’s wereldwijde kwaliteitsstandaard Foqus planet.
In elk land is een roadmap ontwikkeld om lokale melkveehouders aan te laten sluiten op FrieslandCampina’s wereldwijde kwaliteitsstandaard.
Implementatie van een geautomatiseerd kwaliteitsbepalingen melkafrekeningsysteem in Vietnam welke ook toegepast kan worden in andere landen van het Dairy Development Programme.
Het jaarlijks gezinsinkomen van betrokken melkveehouders ruim boven de door de VN vastgelegde armoedegrens brengen.
Milk collection points opgericht in Nigeria voor betere afzetmogelijkheden.
Start van twee grote PPP-projecten (Public-Private Partnerships) in Indonesië en Vietnam, gericht op het verder uitbouwen van het Dairy Development Programme in deze landen.
Start van farmer groups in Vietnam.
Implementatie van cooling tank programma in Vietnam en Indonesië. Door dit programma verbetert de kwaliteit van melk waardoor de boer een hogere melkprijs krijgt. De productiviteit per koe in Zuidoost-Azië en Nigeria ten opzichte van 2011 met vijftig procent verhogen.
Een interne consultancy pool om kennis te delen in Afrika en Azië. Veertiendaagse training van vijftien Dairy Development Programme officers in Nederland. Samenwerkingsverband gesloten met Agriterra om verschillende projecten op te starten om de productiviteit per koe te optimaliseren.
Uitbreiding van consultancy pool. Uitwisseling van vijftien ledenmelkveehouders via Agriterra.
Ontwikkeling lokale melkveehouderij in Azië en Afrika
37
Bezoek Ben Knapen in Vietnam In oktober 2012 heeft toenmalig staatsecretaris van Buitenlandse Zaken, Ben Knapen, een bezoek gebracht aan een modelboerderij en de productielocatie van FrieslandCampina in het zuiden van Vietnam. Hij was onder de indruk van de manier waarop FrieslandCampina erin is geslaagd om met lokale melkveehouders de productie van verse melk in Vietnam te laten stijgen.
De relevantie van deze pijler
Betrekken van stakeholders
De ontwikkeling van de lokale melkveehouderij past bij de ambitie van FrieslandCampina om voldoende nutriëntrijk voedsel te kunnen blijven leveren voor de groeiende wereldbevolking. Het is in het belang van zowel FrieslandCampina als de samenleving om in te spelen op deze toenemende vraag. Daarnaast vindt een aanzienlijk deel van de activiteiten plaats in regio’s in Zuidoost-Azië en Afrika, met name Indonesië, Thailand, Vietnam, Maleisië en Nigeria. In deze regio’s kan FrieslandCampina dus daadwerkelijk een verschil maken en de melkveehouderij naar een hoger plan tillen. Tegelijkertijd speelt verduurzaming een rol.
Met het Dairy Development Programme levert FrieslandCampina een bijdrage aan de lokale economie van Vietnam, Maleisië, Indonesië, Thailand en Nigeria. Dat is ook één van de redenen dat lokale melkveehouders en de overheid de onderneming als buitenlandse partij accepteren. FrieslandCampina gelooft niet in het opzetten van grootschalige melkveehouderijen in die landen, maar veel meer in het stap voor stap doorontwikkelen van melkveebedrijven. Dat betekent een nauwe samenwerking met lokale melkveehouders en overheden. Het is belangrijk hen te betrekken in de plannen. Zo zorgt FrieslandCampina ervoor dat de activiteiten goed aansluiten bij de behoefte van melkveehouders in Azië en Afrika.
Shared value Met het Dairy Development Programme creëert FrieslandCampina meerwaarde voor lokale melkveehouders, overheden, leden-melkveehouders en de lokale samenleving. Lokale melkveehouders krijgen ondersteuning bij de bedrijfsvoering. Daardoor kunnen ze de melkkwaliteit en -productie verhogen en hebben zij de garantie dat ze hun melk kunnen afzetten tegen een marktconforme prijs. Dit betekent een impuls voor de lokale vraag naar zuivel en voor de lokale economie. Het verbeterde inkomen voor de melkveehouders zorgt ervoor dat het platteland zich verder kan ontwikkelen en de trek naar grote steden vermindert. Voor leden-melkveehouders en medewerkers biedt het Dairy Development Programme de mogelijkheid om kennis uit te wisselen met melkveehouders in Azië en Afrika.
38
Ontwikkeling lokale melkveehouderij in Azië en Afrika
Resultaten 2012 Doelstelling 2020. Betrokken melkveehouderijen van lokale melkveehouders aansluiten op FieslandCampina’s wereldwijde kwaliteitsstandaard Foqus planet.
Doelstelling 2020. Het jaarlijks gezinsinkomen van betrokken melkveehouders ruim boven de door de VN vastgelegde armoedegrens brengen.
Verhogen melkkwaliteit FrieslandCampina heeft het afgelopen jaar in Vietnam, Thailand, Maleisië, Indonesië en Nigeria een roadmap ontwikkeld om de melkkwaliteit de komende drie jaar te verbeteren. De verbeteringen richten zich met name op verlaging van de hoeveelheid bacteriën in melk en het terugdringen van het antibioticagebruik bij koeien. Het eerste doel is om toe te werken naar de Good Dairy Farming Practices, zoals voorgeschreven door de Wereldvoedselorganisatie van de Verenigde Naties, de Food and Agriculture Organisation (FAO). Als dat niveau is bereikt, brengt FrieslandCampina in kaart welke melkveehouders klaar zijn voor de volgende stap: omschakeling naar het eigen kwaliteitsmanagementsysteem Foqus planet.
Efficiëntere melkcollectie in Nigeria In Nigeria is FrieslandCampina het project Milk collection points gestart. Doordat de lokale melkveehouders hun koeien vaak in uitgestrekte gebieden weiden, zijn de afstanden die melkveehouders met hun vee moeten afleggen groot. Door de drie Milk collection points vergroten de afzetmogelijkheden voor melkveehouders, waardoor ze meer melk kunnen leveren en meer inkomen ontvangen.
Koeling van melk Koeling van melk zorgt voor een hogere kwaliteit. Daarom brengt FrieslandCampina mogelijkheden in beeld om de koeling van melk bij lokale melkveehouders en milk collection centers te verbeteren. Dat gebeurt op een manier die past bij de lokale situatie. In Vietnam is een cooling tank programma gestart. Veertig procent van de melk van lokale melkveehouders wordt direct na het melken gekoeld. Dit programma wordt in 2013 verder uitgerold. Door de hogere kwaliteit van de melk ontvangt de boer een beter inkomen en kan hij weer meer investeren in zijn bedrijf.
Training voor buitenlandse medewerkers Een andere manier waarop FrieslandCampina heeft bijgedragen aan verbetering van de productiviteit per koe is de medewerkerstraining. Medewerkers uit Nigeria, Maleisië, Indonesië, Thailand en Vietnam maakten intensief kennis met de Nederlandse melkveehouderij. Het AfrikaansAziatische gezelschap bestond voornamelijk uit adviseurs van lokale melkveehouders en specialisten op het gebied van melkkwaliteit. Tijdens de training is ingegaan op thema’s als melkkwaliteit, diergezondheid en voeding en liepen de medewerkers mee op een melkveebedrijf in Nederland.
Farmer groups in Vietnam In Vietnam zijn dit jaar farmer groups gestart. Door kleine melkveehouders in een groep te laten samenwerken krijgen ze een bonus voor de kwantiteit van melk en korting op de aankoop van onder andere veevoer. Deze groepen kunnen uiteindelijk uitmonden in een coöperatie. Doelstelling 2020. De productiviteit per koe in ZuidoostAzië en Nigeria ten opzichte van 2011 met vijftig procent verhogen. Inzet van interne experts In 2012 is een consultancy pool opgericht, bestaande uit medewerkers van FrieslandCampina die veel verstand hebben van melkproductie. FrieslandCampina zet deze experts in om melkveehouders en coöperaties in Azië en Afrika te ondersteunen en zo de kwaliteit van melk en de productiviteit per koe te verbeteren. Op jaarbasis zijn vijf tot zeven medewerkers beschikbaar voor deze consultancy pool.
Ontwikkeling lokale melkveehouderij in Azië en Afrika
39
Samenwerking met Agriterra voor een sterke melkveehouderij in Afrika en Azië In 2012 ondertekenden FrieslandCampina en Agriterra een samenwerkingsovereenkomst met als doel versterking van boerenorganisaties en coöperaties in ontwikkelingslanden. Dat kan door de inzet van kennis vanuit de Nederlandse agrisector. Daarnaast geeft de samenwerking met Agriterra vorm aan het MVO-beleid van FrieslandCampina en komen er aantrekkelijke projecten voor werknemers uit voort. Het afgelopen jaar zijn voor meerdere coöperaties bedrijfsplannen ontwikkeld die in aanmerking komen voor financiering. Ook is in Kenia een fusietraject tussen twee naburige zuivelcoöperaties in gang gezet om zo een sterkere marktpositie te verkrijgen. In 2012 hebben vijftien medewerkers van FrieslandCampina een adviesmissie bij Agriterra klanten in Azië en Afrika uitgevoerd. Dat het partnership wordt gewaardeerd blijkt uit het winnen van de NuZakelijk Business Development Award. Het partnership wordt geroemd omdat de expertises en activiteiten van FrieslandCampina en Agriterra elkaar goed aanvullen. In het kader van de strategie route2020 van FrieslandCampina zal Agriterra in 2013 de uitzending verzorgen van vijftien ledenmelkveehouders. De uitzending is bedoeld voor advies aan collega’s in Thailand, Indonesië, Maleisië, Vietnam en Nigeria.
Partner Agriterra zet zich in voor economische ontwikkeling van het platteland in ontwikkelingslanden. De organisatie ziet de landbouwsector als de motor van de economie en ondersteunt daarom ondernemende boeren en tuinders en hun organisaties. Op die manier werkt Agriterra aan groei en ontwikkeling en daarmee aan armoedebestrijding. Aard van de samenwerking Agriterra maakt coöperaties interessanter voor financiers door deze te versterken, maar ook door sterke punten te vergroten en kansen te benutten. FrieslandCampina adviseert hierin. Het is immers ook in het belang van FrieslandCampina dat de zuivelmarkt in ontwikkelingslanden groeit. Duur Sinds 2010 werken FrieslandCampina en Agriterra samen en in 2012 is de samenwerking geformaliseerd en verder uitgebreid naar Zuidoost-Azië en Nigeria.
Waar FrieslandCampina aan werkt Vergroten inzicht in productiviteit Op dit moment beschikken lokale melkveehouderijen in Zuidoost-Azië en Afrika niet over meetsystemen die de productiviteit per koe inzichtelijk maken. FrieslandCampina heeft alleen inzicht in de productiviteit per melkveebedrijf. Daar komt bij dat het grootste deel van de melk afkomstig is van coöperaties die hun melk ook aan andere afnemers verkopen. Om dit te adresseren heeft FrieslandCampina in Vietnam melkveehouders geselecteerd die advies en ondersteuning krijgen bij kleine investeringen om de productiviteit en de meting ervan te verbeteren. Als tegenprestatie registreren zij een jaar lang alle gegevens en delen ze hun kennis met collega-melkveehouders. Op deze manier vergroot FrieslandCampina haar inzicht in de prestaties van melkveehouders en leren ze van elkaar. Daardoor belandt de zuivelproductie op een hoger niveau.
Lokaal landgebruik Een andere uitdaging vormt het lokale landgebruik in de landen in Zuidoost-Azië en Afrika waar FrieslandCampina actief is. Zeker in landen waar vruchtbare grond schaars is, moet men keuzes maken in het gebruik van de grond. Zo heeft het gewas rijst in Vietnam de grootste claim op de beschikbare grond. Dat betekent dat er relatief weinig grond geschikt is voor melkveehouderijen. FrieslandCampina gaat daarom samen met lokale overheden, organisaties en melkveehouders in gesprek om tot oplossingen te komen waar alle betrokkenen baat bij hebben.
Duurzame melkveehouderij De standaard bepalen
“Een koe die langer meegaat is gezonder, zal meer melk produceren, gaat naar een grotere levensproductie en zal minder CO2 produceren per kilo melk. Daarin kunnen we elkaar vinden en instrumenten ontwikkelen om dat transparant te maken, zodat veehouders daar ook op kunnen sturen. Dat is shared value voor ons, voor FrieslandCampina en voor onze (gezamenlijke) leden.” Ate Lindeboom – Directeur Operations and Development bij CRV Holding BV
“In het Foqus planet programma zijn de workshops een belangrijk middel voor de leden-melkveehouders om kennis uit te wisselen hoe we op praktische wijze kunnen werken aan een duurzame(re) melkveehouderij. De kennis van CRV helpt ons bij de invulling van verschillende workshops om zo onze leden beter te kunnen ondersteunen. Hiermee maken we management tools voor de melkveehouderij operationeel. De positieve waardering van leden-melkveehouders stimuleert ons om op deze route verder te gaan.” Atze Schaap – Director Co-operative Affairs FrieslandCampina
42
Duurzame melkveehouderij
Duurzame melkveehouderij FrieslandCampina vindt het belangrijk dat melk en andere grondstoffen die nodig zijn voor de productie van zuivelproducten op duurzame wijze tot stand komen. Daarbij gaat het om methoden voor landbouw en melkveehouderij die zo min mogelijk impact op het milieu hebben, diervriendelijk zijn en een bijdrage leveren aan maatschappelijk draagvlak voor de melkveehouderij. Via het kwaliteits- en duurzaamheidsprogramma Foqus planet, op 1 januari 2012 van start gegaan, ondersteunt FrieslandCampina haar leden-melkveehouders. De hulp richt zich op verdere verduurzaming van de bedrijfsvoering en daarmee op verdere verduurzaming van de melkveehouderij. Dit betekent dat de ruim 19.000 ledenmelkveehouders van de coöperatie aan de slag zijn met actieplannen voor het verder verduurzamen van hun bedrijfsvoering. Doelstellingen 2020
Resultaten 2012
Ambities 2013
Duurzaamheidsprogramma Foqus planet volledig geïmplementeerd.
Ontwikkelen en implementeren van plannen voor de eerste cyclus van drie jaar van 2012-2014.
Melkveehouders continueren leerroutes. Diepgaande evaluatie en update strategie.
• Energie en klimaat Jaarlijks twee procent energieefficiëntie (klimaatneutrale groei).
Duizend leden-melkveehouders vulden de energiescan in met een advies voor energiebesparing.
Drieduizend leden-melkveehouders vullen de energiescan in.
• Duurzame energie Reductie van broeikasgassen door productie van duurzame energie zoals wind, zon en biomassa.
33 workshops over energie gehouden.
70 workshops houden over energie.
40 procent van de elektriciteit van de productielocaties is aangekocht bij leden-melkveehouders.
Starten van een pilot met 80 leden-melkveehouders om elektriciteitsneutraal te worden middels energie besparing en opwekken van energie met zonnepanelen.
Klimaatneutrale groei van FrieslandCampina faciliteren door maatregelen op de melkveebedrijven door te voeren.
Stimuleren van duurzame energie door aankoop van GVO’s (garantie van oorsprong) voor vergroening elektriciteit.
• Fosfaat en mest Invulling bestaande wetgeving en afspraken: voorkomen nieuwe regelgeving.
60 procent van de elektriciteit van de productielocaties wordt aangekocht bij leden-melkveehouders. De studie naar de KringLoopWijzer is gereed. Deze wijzer brengt eenvoudig de mineralenkringlopen voor een specifiek bedrijf in beeld en geeft de melkveehouder inzicht om de mineralenkringloop te sluiten.
Pilot van workshops met vier voorlopersgroepen over de KringLoopWijzer.
Duurzame melkveehouderij
43
Doelstellingen 2020
Resultaten 2012
Ambities 2013
Handhaven van het huidige niveau van weidegang op 75-80 procent van de bedrijven van ledenmelkveehouders.
74 procent van de ledenmelkveehouders doet aan weidegang.
74 procent van de ledenmelkveehouders doet aan weidegang.
23 workshops (zeventien in Nederland, zes in Duitsland) over weidegang gehouden.
Vijftig workshops houden over weidegang.
Zestien stagedagen (veertien in Nederland, twee in Duitsland) bij leerbedrijven georganiseerd.
Vijftig stagedagen bij leerbedrijven organiseren.
Verplichte introductie van bedrijfsgezondheidsplan, bedrijfsbehandelplan, registratie van diergeneesmiddelengebruik en geborgde dierenarts in Foqus planet.
Best practices op het gebied van innovatie op het terrein van diergeneesmiddelengebruik delen met leden-melkveehouders.
Verbeteren van de gezondheid en het welzijn van dieren op de boerderijen.
• Antibiotica Gebruik terug naar niveau 1999.
Voorlichtingsprogramma over verantwoord antibioticagebruik. Ruim 4.000 leden–melkveehouders namen deel aan workshops over verantwoord diergeneesmiddelengebruik.
500 leden-melkveehouders nemen deel aan workshops over verantwoord diergeneesmiddelengebruik.
Zeventien workshops (zeven in Nederland en tien in Duitsland) over uiergezondheid gehouden.
150 workshops over uiergezondheid houden.
Zestig workshops (vijftig in Nederland, tien in Duitsland) over klauwgezondheid gehouden.
Tachtig workshops over klauwgezondheid houden.
• Landschap Erkenning rol melkveehouders in beheer van natuur en landschap.
Enquête gehouden onder alle ledenmelkveehouders over biodiversiteit, natuur- en landschapsbeheer.
Voorlopersgroepen die inzetten op het gebied van onderhoud van natuur en landschap ondersteunen bij publiciteit en promotie.
• Duurzame inkoop soja Honderd procent duurzame inkoop van soja in 2015.
12.000 ton soja duurzaam ingekocht. Via Stichting Ketentransitie Verantwoorde Soja en in samenwerking met Solidaridad circa 52.000 ton duurzaam geproduceerde soja ingekocht (42 procent van de totale hoeveelheid soja die ledenmelkveehouders verwerken via voer).
Minstens 42 procent van de totale hoeveelheid soja die de ledenmelkveehouders verwerken via voer, duurzaam inkopen via Stichting Ketentransitie Verantwoorde Soja en Solidaridad.
• Uiers en klauwen Klinische mastitis en klinische kreupelheid terug naar de natuurlijke niveaus.
Nieuw managementsysteem voor het registreren van klauwgezondheid per dier lanceren.
44
Duurzame melkveehouderij
Foqus planet Via het duurzaamheidsprogramma Foqus planet, op 1 januari 2012 van start gegaan, ondersteunt FrieslandCampina haar leden-melkveehouders bij het verder verduurzamen van de melkveehouderij. Eén van de onderdelen van Foqus planet is klauwgezondheid. Zo zijn er 80 workshops gehouden voor leden-melkveehouders over dit thema.
De relevantie van deze pijler De zuivelsector staat in nauwe verbinding met de samenleving en daarbij speelt een aantal maatschappelijke thema’s. Enerzijds genieten melkveehouders waardering voor hun rol in en bijdrage aan het cultuurlandschap. Anderzijds draagt de sector significant bij aan de uitstoot van broeikasgassen en verbruikt energie. Om melk te kunnen blijven produceren, verwerken en verkopen moet FrieslandCampina samen met melkveehouders voldoen aan de toenemende eisen en wensen van afnemers, overheden, burgers en consumenten. Die concentreren zich vooral op energievermindering, verlaging van de broeikasgassen en weidegang. Samen met de ledenmelkveehouders kan en wil FrieslandCampina hieraan een positieve bijdrage leveren. Daarom heeft FrieslandCampina Foqus planet ontwikkeld. Dit programma is bedoeld om de milieuvoetafdruk van zuivel te verkleinen, maatschappelijke waardering voor de sector te vergroten en om kansen te genereren voor haar leden-melkveehouders.
Shared value Een duurzame melkveehouderij is in het belang van iedereen: de samenleving, de leden-melkveehouders en FrieslandCampina. Slimme energiebesparingen, het opwekken van duurzame energie en het gebruik van een kwaliteitssysteem, met veel aandacht voor duurzaamheid, dragen bij aan het terugdringen van de milieu-impact van
de zuivelsector. Tegelijkertijd creëren ze een meerwaarde voor leden-melkveehouders. De samenleving en ledenmelkveehouders profiteren ook van gezonde koeien die grazen in de wei.
Betrekken van stakeholders Koeien in de wei zijn een kenmerkend onderdeel van het Nederlandse cultuurlandschap en spelen een grote rol bij de maatschappelijke waardering voor melk en de melkveehouderij. Met de jaarlijkse Campina Open Boerderijdagen biedt FrieslandCampina consumenten de mogelijkheid om een kijkje te nemen bij de bedrijven van haar leden-melkveehouders. Daarnaast stellen de Campina Open Boerderijdagen consumenten in staat vragen te stellen over de gang van zaken op de boerderij. Ruim tachtigduizend mensen hebben in 2012 aangesloten bedrijven bezocht. Consumenten konden zelf ervaren hoeveel zorg er uitgaat naar koeien. Met The Milk Story (www.themilkstory.nl) biedt FrieslandCampina een online stakeholderplatform voor een dialoog over maatschappelijke aspecten van de zuivelproductie en -consumptie. Op het platform worden thema’s als weidegang besproken en vraagt FrieslandCampina om feedback van haar stakeholders, waaronder consumenten, melkveehouders, kennisinstellingen, het bedrijfsleven, de overheid en belangenorganisaties.
Duurzame melkveehouderij
45
Resultaten 2012 Kwaliteits- en duurzaamheidsprogramma Foqus planet volledig geïmplementeerd. Op 1 januari 2012 zijn leden-melkveehouders samen met FrieslandCampina voortvarend aan de slag gegaan met het kwaliteits- en duurzaamheidsprogramma Foqus planet. Foqus planet is een middel om de kwaliteit te waarborgen en duurzamere melkveehouderij bij de leden-melkveehouders te stimuleren. Het programma bestaat uit vier pijlers: melk, koe, productieproces en omgeving. Het hart van het programma wordt gevormd door kennisuitwisseling in workshops, via Leerbedrijven, via Melkweb en met behulp van de website voor leden-melkveehouders van FrieslandCampina. Foqus planet is erop gericht leer- en verbetertrajecten te stimuleren bij leden-melkveehouders. Afhankelijk van het prestatieniveau dat een melkveehouder wil realiseren, kan hij één van de vijf leerroutes kiezen (verantwoord diergeneesmiddelengebruik, uiergezondheid, klauwgezondheid, weidegang en energiebesparing). Elke leerroute is opgebouwd uit een aantal instrumenten. Voorbeelden zijn: workshops, stagedagen, actieplannen en scans/wijzers.
Doelstelling 2020. Klimaatneutrale groei van FrieslandCampina faciliteren door maatregelen op de melkveebedrijven door te voeren. Energie en klimaat Met haar 25 productielocaties in Nederland en veertienduizend leden-melkveebedrijven heeft FrieslandCampina een groot effect op het energiegebruik en de CO2-uitstoot van Nederland. Daarom heeft FrieslandCampina zich gecommitteerd aan klimaatneutrale groei. Dit betekent dat de productiehoeveelheid toeneemt, maar het energiegebruik en de CO2-uitstoot gelijk blijven of afnemen. Dat komt onder andere door de uitbreiding van de productie van duurzame energie. In aanvulling daarop heeft de Nederlandse zuivelsector zichzelf als doel gesteld in de Meerjarenafspraak energiebesparing (MJA-3) en het Convenant Schone en Zuinige Agrosectoren om jaarlijks minimaal twee procent verbetering in energie-efficiëntie te bereiken. Het Convenant Schone en Zuinige Agrosectoren bestaat uit een aantal afspraken die FrieslandCampina in NZOverband heeft gemaakt met de Nederlandse overheid. Centraal daarin staan doelstellingen voor energiebesparing, reductie van broeikasgassen en de productie van duurzame energie. Hiervoor zijn ook besparingsmaatregelen op de bedrijven van leden-melkveehouders noodzakelijk.
Samenwerking met CRV voor een duurzamere melkveehouderij FrieslandCampina en Coöperatie Rundveeverbetering Holding (CRV) bundelen sinds 2012 hun krachten om melkveehouders te ondersteunen in de verduurzaming van hun bedrijfsvoering. Hierbij onderzoeken beide coöperaties welke hulpmiddelen ze melkveehouders kunnen bieden op het gebied van verantwoord diergeneesmiddelengebruik, uiergezondheid, klauwgezondheid en mineralenbenutting. Deze hulpmiddelen zijn de instrumenten van het programma Foqus planet. Kennisuitwisseling tussen de twee partners stelt FrieslandCampina in staat om melkveehouders beter te ondersteunen bij Foqus planet. De expertise van CRV komt van pas bij workshops over weigang en klauw- en uiergezondheid. Daarnaast wordt gewerkt aan het verminderen van de CO2-uitstoot op bedrijfs- en koeniveau. Met de ervaringen van ledenmelkveehouders kan CRV aanpassingen maken in onder andere het fokprogramma van melkkoeien. Partner CRV Holding BV is een internationale onderneming op het gebied van rundveeverbetering. Het gaat
hierbij om de ontwikkeling, productie en verkoop van genetische producten en informatieproducten, maar ook om dienstverlening, zoals fokkerijbegeleiding, melkproductieregistratie en kunstmatige inseminatie. Aard van de samenwerking Kennisuitwisseling leidt tot managementsystemen voor een duurzamere bedrijfsvoering, betere voorlichting via workshops, benchmarks op belangrijke thema’s en eventueel aanpassingen in het fokprogramma. Hierdoor kunnen leden-melkveehouders zich beter voorbereiden op de toekomst en de wensen van de zuivelmarkt. Duur De intentieverklaring die in februari 2012 is getekend staat voor een langdurige samenwerking.
46
Duurzame melkveehouderij
Energiescans en energieworkshops Om de leden-melkveehouders bewust te maken van energiebesparing heeft FrieslandCampina het afgelopen jaar een energiescan en energieworkshops aangeboden. De energiescan is een vragenlijst over het energieverbruik van het melkveebedrijf, eventueel in combinatie met een vergelijking van het energieverbruik met dat van collega-bedrijven. Aan deze vergelijking is een verbeteradvies gekoppeld. In 2012 hebben meer dan duizend leden-melkveehouders deze energiescan ingevuld. De energieworkshops – kleinschalige studiebijeenkomsten op melkveebedrijven – maken duidelijk waar op een bedrijf concrete besparingsmogelijkheden liggen. Mogelijkheden zijn: de melkmachine, melkkoeling, stalverlichting en drinkwatervoorziening. De workshops brengen verschillende leden-melkveehouders samen waardoor ze van elkaar leren. Afgelopen jaar hebben 33 energieworkshops plaatsgevonden. Opgave duurzame energie FrieslandCampina wil honderd procent duurzame energie gebruiken in 2020, bij voorkeur geproduceerd op bedrijven van eigen leden-melkveehouders. Om dit te stimuleren kunnen leden-melkveehouders die groene energie produceren groencertificaten aan FrieslandCampina verkopen. Daarmee ontvangen zij een meerprijs ten opzichte van de reguliere energieprijs. Ook kunnen leden-melkveehouders ondersteuning krijgen bij bijvoorbeeld mestvergisting of het aanbrengen van zonnepanelen. In 2013 wil FrieslandCampina innovaties op het gebied van energiebesparing en duurzame energie stimuleren bij koplopers onder de leden-melkveehouders. Dat doet FrieslandCampina via de volgende pilots: • Voor tachtig leden-melkveehouders faciliteert FrieslandCampina de aanschaf van zonnepanelen. De leden-melkveehouder voert een energiescan uit en op basis daarvan volgen energiebesparende maatregelen. Tegelijkertijd onderzoekt men hoeveel zonnepalen nodig zijn om een elektriciteitneutrale onderneming te worden. FrieslandCampina faciliteert de inkoop, de plaatsing, het beheer en het onderhoud van zonnepanelen voor de tachtig leden-melkveehouders. • FrieslandCampina voert een pilot uit om de mogelijkheden om ’melkauto’s en vrachtauto’s op groen gas te laten rijden te onderzoeken. Bij voorkeur neemt de onderneming hiervoor groen gas af bij haar leden-melkveehouders.
Fosfaat en mest Het maatschappelijk debat over de aanscherping van het mestbeleid is de afgelopen tijd opgelaaid. Eerder dit jaar hebben de Nederlandse diervoederindustrie en de Land- en Tuinbouw Organisatie (LTO) het fosfaatconvenant afgesloten. Zij hebben met de overheid afgesproken dat veehouders hun eigen verantwoordelijkheid nemen en hun eigen aanpak kunnen kiezen, zolang het mestoverschot aantoonbaar wordt verlaagd. FrieslandCampina stimuleert de leden-melkveehouders om met de KringLoopWijzer aan de slag te gaan en daarmee de fosfaaten stikstofefficiëntie te verbeteren. De KringLoopWijzer, in 2012 ontwikkeld vanuit het Innovatieprogramma Koeien en Kansen, brengt op eenvoudige wijze de mineralenkringlopen voor een specifiek bedrijf in beeld. De KringLoopWijzer geeft inzicht in de benutting van mineralen op het bedrijf en daarmee een beeld van milieuprestaties als ammoniakemissies en stikstof- en fosfaatoverschotten. In 2013 organiseert FrieslandCampina vier studiebijeenkomsten met voorlopersgroepen om leden-melkveehouders te ondersteunen. Daarbij gaat het vooral om het opstellen van een actieplan voor een betere mineralenbenutting op het bedrijf.
Milner, Vifit, Goedemorgen! en Optimel van weidemelk Het assortiment zuivelproducten met weidemelk is de afgelopen jaren uitgebreid met merken als Milner, Vifit, Goedemorgen! en Optimel.
Duurzame melkveehouderij
Doelstelling 2020. Handhaven van het huidige niveau van weidegang op 75-80 procent van de bedrijven van ledenmelkveehouders. Een melkveehouder kan een weidegangtoeslag ontvangen als melkkoeien gedurende minimaal 120 dagen per jaar, ten minste zes uur per dag in de wei grazen. De toeslag is met ingang van 2012 verhoogd van 0,05 naar 0,50 euro per 100 kilogram melk. Daarnaast is een regeling ontwikkeld voor deelweidegang. Deze geldt voor melkveehouders die niet voldoen aan de normen voor weidemelk, maar wel een kwart van de koeien, op het bedrijf aanwezig, minimaal 120 dagen per jaar in de wei laten grazen. FrieslandCampina vindt het belangrijk dat ledenmelkveehouders zelf de keuze kunnen maken om te weiden en de mate waarin dat gebeurt. FrieslandCampina respecteert daarbij alle gemaakte keuzes. Zo’n 74 procent van de leden-melkveehouders in 2012 weidt koeien (exclusief deelweidegang). Daarnaast hebben 54 ondertekenaars in het afgelopen jaar het Convenant Weidegang getekend. Naast FrieslandCampina bevinden zich onder de ondertekenaars andere zuivelondernemingen, organisaties van melkveehouders, erfbetreders, retail, kaashandelaren, maatschappelijke organisaties, terreinbeherende organisaties, overheid, onderwijs en wetenschap. Daarin committeren zij zich om koeien zo
47
veel mogelijk weidegang te bieden en het huidige aantal melkveebedrijven met weidegang minimaal te behouden. Daarvoor zet ieder zich vanuit zijn eigen rol in. Biologische zuivel FrieslandCampina biedt verschillende biologische zuivelproducten aan, afkomstig van zo’n 120 biologische melkveehouders. De productielocatie in Limmen produceert sinds 1980 biologische zuivel en brengt deze onder verschillende merken op de markt. Het merk Groene koe is verkrijgbaar bij de supermarkt en bedrijfsrestaurants, Zuiver Zuivel is het merk voor de natuurvoedingsspeciaalzaak en Ecomel Industrieel is het merk voor industriële verwerkers. Het merk Boerenland is verkrijgbaar in de supermarkt als (drink) yoghurt, melk en karnemelk. FrieslandCampina wil dit aanbod verder uitbreiden. Doelstelling 2020. Verbeteren van de gezondheid en het welzijn van dieren op de boerderijen. Antibioticagebruik reduceren FrieslandCampina’s voorlichtingsprogramma over verantwoord diergeneesmiddelengebruik richt zich op het terugdringen van het gebruik naar het niveau van 1999. Daarvoor organiseert FrieslandCampina workshops
48
Duurzame melkveehouderij
voor haar leden-melkveehouders over verantwoord diergeneesmiddelengebruik, stimuleert bewustwording en stelt strenge eisen daar waar nodig. Voor de gezondheid van mensen en dieren is het belangrijk dat in de dierhouderij antibiotica minder én beter wordt gebruikt zodat resistentie van ziekteverwekkende bacteriën tegen antibiotica vermindert. Vanwege het grote belang dat de zuivelsector hecht aan vermindering van de antibioticaresistentie zijn in samenwerking met andere ketenpartijen in 2012 de nodige acties op dit terrein in gang gezet. De melkveehouderij heeft in de eerste helft van 2012 belangrijke vooruitgang geboekt in de reductie van het antibioticagebruik. Volgens de halfjaarlijkse rapportage van het Landbouw Economisch Instituut (LEI) ligt de dierdagdosering in de melkveehouderij op 4,2 in 2012. Dat was in 2009 nog 5,8. Kortom: een reductie van bijna dertig procent. Rol leden-melkveehouders in beheer van natuur en landschap Biodiversiteit is een belangrijk onderdeel van duurzame melkveehouderij. In dit licht heeft FrieslandCampina een steekproef gehouden onder circa duizend ledenmelkveehouders over agrarisch natuurbeheer en biodiversiteit. Zo wilde zij inzicht krijgen in de huidige situatie. Uit de steekproef blijkt dat 94 procent van de ledenmelkveehouders in het voorjaar weidevogels op het land heeft. Het overgrote deel hiervan houdt rekening met de vogels door nesten te ontzien. Meer dan 70 procent neemt maatregelen waarvan 35,5 procent een weidevogelcontract heeft. In 2013 zal FrieslandCampina voorlopersgroepen, die zich inzetten voor het onderhoud van natuur en landschap, ondersteunen bij publiciteit en promotie. De resultaten van de enquête zijn waardevol voor de verdere ontwikkeling van FrieslandCampina’s beleid op biodiversiteit en ondersteuning van leden-melkveehouders. Samenwerken aan verantwoorde soja FrieslandCampina is lid van de Round Table for Responsible Soy en werkt hierin samen met het WNF, het Initiatief Duurzame Handel, Solidaridad en de Stichting Natuur & Milieu. Doel is om de sojaproductie in landen als India, Argentinië en Brazilië te verduurzamen. De sojaschroot wordt gebruikt voor veevoer voor de leden-melkveehouders van FrieslandCampina. Samen met andere bedrijven in de sector streeft FrieslandCampina ernaar dat in 2015 100 procent van de soja die in veevoer wordt toegepast RTRS-gecertificeerd zal zijn. In 2012 werd de eerste lading soja (12.000 ton), afkomstig van een door FrieslandCampina ondersteund project in India waar 10.000 kleine boeren bij betrokken zijn, gecertificeerd volgens de criteria van RTRS. Bovendien kocht FrieslandCampina via Stichting Ketentransitie Verantwoorde Soja en in samenwerking met Solidaridad zo’n 52.000 ton duurzaam geproduceerde soja in.
Waar FrieslandCampina aan werkt Een grote uitdaging waarvoor FrieslandCampina en haar ledenmelkveehouders staan is vermindering van de milieu-impact van zuivel. Naast de productielocaties van FrieslandCampina hebben ook de koeien, hun voer en het energieverbruik van de leden-melkveebedrijven hun effect. Het is dus zaak om alle leden-melkveehouders bewust te maken van het belang van energiebesparing en hen zo veel mogelijk te helpen verbeteringen door te voeren. Er is een aantal koplopers, maar onder de ruim veertienduizend melkveebedrijven bevinden zich ook bedrijven die nog stappen kunnen zetten. FrieslandCampina probeert alle leden-melkveehouders mee te krijgen door energiebesparing op te nemen in Foqus planet en door een energiescan en –workshops aan te bieden.
Betrokkenheid van medewerkers
49
Betrokkenheid van medewerkers FrieslandCampina is met bijna 20.000 medewerkers één van de grootste zuivelondernemingen ter wereld. Om de ambities van route2020 waar te maken is een wereldwijde Human Resources-strategie ontwikkeld waarin MVO een belangrijke plek heeft. Dat betekent dat FrieslandCampina haar verantwoordelijkheid neemt om een goede werkgever te zijn, en dat medewerkers de belangrijkste schakel zijn bij het realiseren van de MVO-ambities.
wordt deelgenomen aan een ‘community investment’project, waarbij iedereen zich inzet voor een duurzaam ontwikkelingsproject. • Naast deze programma’s zijn de wereldwijde managementopleidingen ‘Leading Self’, ‘Leading People’ en ‘Leadership in Business’ ontwikkeld die managers ondersteunen met het ontwikkelen van de benodigde competenties.
Goed werkgeverschap Goed werkgeverschap betekent voor FrieslandCampina onder meer het bieden van de juiste carrièremogelijkheden, optimale ontwikkelingsmogelijkheden en passende primaire en secundaire arbeidsvoorwaarden. Daarnaast wordt er continu gestreefd naar een veilige en gezonde werkomgeving en de juiste cultuur.
FrieslandCampina faciliteert ‘Short Term Assignments’ (312 maanden) en ‘Long Term Assignments’ (1–5 jaar) waarbij medewerkers naar een ander land worden uitgezonden om een opdracht uit te voeren of een functie te vervullen. In 2012 waren er 115 ‘Long Term Assignments’, verspreid over 24 landen en zijn er 13 nieuwe ‘Short Term Assignments’ gestart in 7 landen. In 2013 zal FrieslandCampina veel aandacht besteden aan de ‘Short Term Assignments’ als onderdeel van de persoonlijke ontwikkeling van vooral jonge talentvolle medewerkers.
Opleidingen en ontwikkelingsmogelijkheden Via de FrieslandCampina Academy wordt een breed pakket aan opleidingsprogramma’s geboden voor medewerkers van FrieslandCampina. In 2012 hebben bijna 3.000 medewerkers een opleiding van de Academy gevolgd. Veelal betrof dit een opleiding op het gebied van projectmanagement, zakelijke vaardigheden, managementvaardigheden of een inhoudelijke opleiding in bijvoorbeeld Sales, Marketing, Human Resources of Supply Chain. Het aanbod van de Academy wordt ieder jaar aangepast en sluit aan bij de strategie van FrieslandCampina. FrieslandCampina vindt het belangrijk dat medewerkers hun kennis en vaardigheden kunnen ontwikkelen. Daarom worden veel programma’s aangeboden in een gecombineerde vorm, bijvoorbeeld een combinatie van e-learning, workshop en een werkgerelateerde opdracht. Afgelopen jaar stond in het teken van talentontwikkeling waarbij samen met medewerkers is gekeken naar hun carrièrepad en vervolgstappen. Naast de Academy biedt FrieslandCampina een aantal programma’s gericht op leiderschapsontwikkeling waarbij deelnemers kennis en vaardigheden ontwikkelen op het gebied van leiderschap. MVO maakt deel uit van deze programma’s en krijgt sinds 2012 bewust meer aandacht, bijvoorbeeld via bepaalde opdrachten en ‘business challenges’ die deelnemers uitvoeren. Voor alle leidinggevenden zijn programma’s beschikbaar: • De top twee managementlagen van de organisatie nemen deel aan leiderschapsprogramma’s die specifiek voor FrieslandCampina zijn ontworpen. Deze programma’s vinden plaats in Lausanne in samenwerking met IMD, een gerenommeerde business school. • Voor jonge talenten met minder dan 10 jaar werkervaring zijn, in samenwerking met de internationale Business School Ashridge in het Verenigd Koninkrijk, de programma’s ‘Leading to Succeed’ en ‘Taking the Lead’ ontwikkeld. Als onderdeel van dit 12-18 maanden durende programma
FrieslandCampina investeert in goede en gemotiveerde medewerkers en een stimulerende en inspirerende omgeving. Het HR-beleid van FrieslandCampina met betrekking tot MVO wordt gevisualiseerd door middel van een klavertje vier. De vier blaadjes staan voor de vier HRgebieden die gezamenlijk leiden tot betrokken medewerkers die succesvol bouwen aan een duurzame onderneming:
Bouwen aan een groene werkplek
Medewerkers als vrijwilligers
Goed werkgeverschap
Activiteiten met ondernemingen en organisaties op het gebied van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen
50
Betrokkenheid van medewerkers
Vitale collega’s FrieslandCampina hecht veel belang aan een goede vitaliteit van haar werknemers. Zo heeft het fit4work2020 programma in Nederland als doel medewerkers vitaal en gezond te houden; niet alleen fysiek maar ook mentaal. Het programma bestaat uit vier pijlers: preventiebeleid, arbobeleid, verzuimbeleid en re-integratiebeleid. In 2012 is hoofdzakelijk achter de schermen gewerkt om de organisatie goed in te richten voor acties en maatregelen op deze vier pijlers. Er is veel aandacht besteed aan de re-integratie van langdurig zieke medewerkers. Dit heeft geleid tot een verlaging van het ziekteverzuim in Nederland van 4,8 procent naar 3,9 procent. Daarnaast hebben HR-collega’s ‘best practices’ verzameld en oplossingen gezocht voor belangrijke gezondheidsthema’s als vitaliteit. In 2013 worden medewerkers op de hoogte gebracht van het fit4work2020 programma en zal FrieslandCampina een pilot rondom vitaliteit gaan starten, waarbij gewerkt wordt volgens een geïntegreerde aanpak op zowel de fysieke, mentale als emotionele vitaliteit. Daarnaast worden decentraal al diverse initiatieven ontplooid om meer inzicht te krijgen in de gezondheid van medewerkers en deze te verbeteren. Denk bijvoorbeeld aan Periodiek Medisch Onderzoek, til-cursussen, preventief advies en hardlooptraining. Werken aan duurzame inzetbaarheid van medewerkers In 2011 is er in Nederland een project gestart genaamd ‘fit4work2020’ dat als doel heeft medewerkers duurzaam inzetbaar te houden. Dit betekent dat medewerkers het vermogen en de bereidheid hebben om gedurende hun loopbaan gezond en functioneel te werken. Dit is een gedeelde verantwoordelijkheid: de medewerker is zelf deels verantwoordelijk en ook wil FrieslandCampina ruimte geven
Een veilige werkomgeving staat bij FrieslandCampina hoog in het vaandel. Afgelopen jaar ontvingen vijf productielocaties een onderscheiding omdat er een jaar lang geen enkel ongeval met verzuim heeft plaatsgevonden. Sinds het uitreiken van deze onderscheidingen zijn er alweer twee productielocaties (in België en de Verenigde Staten) bijgekomen.
zodat de medewerker op een gezonde en veilige manier zijn werk kan doen. Dit geldt voor alle bedrijfsonderdelen van FrieslandCampina. Binnen het project wordt gekeken naar de kwantitatieve en kwalitatieve benodigde bezetting in de productiebedrijven. Als gevolg van de huidige gemiddelde leeftijd van medewerkers en het verwachte natuurlijke verloop in de productie zal in de jaren tot 2020 een aanzienlijk aantal medewerkers uitstromen. Ook worden er tekorten verwacht van goed geschoold technisch personeel. Om hier tijdig op in te spelen en de opgebouwde zuivelkennis en ervaring te borgen voor de toekomst, is een samenwerking opgezet met andere zuivelbedrijven en met opleidingsinstituten. De fundamenten zijn gelegd voor de operator Academy en de opleiding voor teamleiders, monteurs en laboranten. Deze opleidingsprogramma’s worden in 2013 gestart. Daarnaast wordt actief gewerkt aan het verstevigen van de samenwerking met scholen en het werken met stagiaires. Op deze manier wil FrieslandCampina studenten de kans geven hun opleiding succesvol af te ronden en in vroeg stadium talenten te werven. Veilige werkomgeving Goed ondernemerschap begint bij een veilige werkomgeving. FrieslandCampina voert audits uit om te kijken hoe de verschillende locaties scoren op veiligheid. Elke locatie brengt de grootste risico’s in kaart en draagt oplossingsrichtingen aan. In 2012 is 75 procent van alle locaties ge-audit en 35 procent voor de tweede keer. Bij de herhaalaudits waren direct grote verbeteringen zichtbaar. In 2011 is FrieslandCampina begonnen met een programma om het veiligheidsbewustzijn in de organisatie te verhogen. In 2012 hebben veel medewerkers dit programma doorlopen. Daarnaast
Betrokkenheid van medewerkers
zijn de FrieslandCampina top 70 en de locatieteams getraind op veiligheid. De locatieteams voerden in 2012 observatierondes uit op de verschillende locaties en gingen daar in gesprek over veiligheid. Dit alles draagt bij aan een hogere mate van veiligheid en minder ongevallen. Zo is het aantal ongevallen met verzuim tot gevolg in 2012 met 33 procent gedaald. De ongevallenratio per 200.000 gewerkte uren (LTA rate) was 1,0 procent in 2012. De LTA rate is bovendien onder de doelstelling van 1,35 procent. Helaas konden deze inspanningen niet voorkomen dat de onderneming in 2012 te maken kreeg met een ongeval met dodelijke afloop in de Filippijnen. Een dergelijk ongeval benadrukt dat het belangrijk is om ook onderaannemers mee te nemen in de veiligheidsinspanningen. Het onderwerp veiligheid blijft dan ook in 2013 hoog op de agenda staan. Aandacht voor diversiteit Bij het werven van nieuwe medewerkers én de ontwikkeling van huidige medewerkers wordt rekening gehouden met de diversiteit van het medewerkersbestand. Dit geldt zowel voor het aandeel vrouwen in de onderneming als de nationaliteit van de medewerkers. Op het central office in Amersfoort werken meer dan 15 nationaliteiten in verschillende lagen van de organisatie. In 2012 is veel aandacht besteed aan diversiteit. Er is een onderzoek gedaan om diversiteitthema’s die spelen onder medewerkers in kaart te brengen. Zo zijn alle vrouwelijke medewerkers uit de top 70 samengekomen om te spreken met een aantal jonge vrouwen die potentieel hebben om door te groeien naar de top van de organisatie. Hieruit blijkt dat met name het verstevigen van de positie van vrouwen in de organisatie aandacht behoeft. Het percentage vrouwen in de top van de organisatie is nog relatief beperkt: 10% in de top 70 en 15% in de daaraan rapporterende managementlaag. In 2013 start FrieslandCampina verschillende initiatieven op het gebied van diversiteit om bewustwording te vergroten en zullen vrouwelijke leiders beter begeleid worden in hun ontwikkeling. Bouwen aan een groene werkplek Naast goed werkgeverschap maakt ook een groene werkplek onderdeel uit van het HR-beleid voor medewerkers. Het gaat erom dat medewerkers zich realiseren dat duurzaam gedrag bij henzelf begint. Daarnaast komt FrieslandCampina met een aantal handvatten om dit duurzame gedrag te faciliteren. Zo heeft FrieslandCampina een kortingsregeling op treinabonnementen van de Nederlandse Spoorwegen voor haar medewerkers. Duurzame nieuwbouw Een mooi voorbeeld van een groene werkplek is het FrieslandCampina Innovation Centre in Wageningen. Bij het ontwerp is er rekening mee gehouden dat energieverbruik zichtbaar gemaakt kan worden. Daarnaast worden nieuwe technieken toegepast waardoor het energiegebruik tot een
51
minimum wordt beperkt. Ook wordt rekening gehouden met ontwikkelingen op het gebied van toekomstige mobiliteit zoals elektrisch vervoer. Het FrieslandCampina Innovation Centre wordt in 2013 geopend. Groen leaseautobeleid In januari 2012 is in Nederland een nieuw leasebeleid geïmplementeerd. Met dit nieuwe beleid wil FrieslandCampina duurzaam vervoer voor medewerkers faciliteren. In overleg met alle betrokken partijen is gekeken welke mogelijkheden er waren. FrieslandCampina heeft medewerkers zuinigere auto’s aangeboden en daarnaast reizen met openbaar vervoer gestimuleerd door een NS Business Card aan te bieden. Met dit nieuwe leasebeleid worden tonnen in euro’s en in CO2-uitstoot bespaard. Zo zijn in 2012 25 procent van de 800 medewerkers met leaseauto’s overgestapt naar een zuinigere auto waarmee in totaal 60.000 liter benzine en 135.000 kg CO2-uitstoot is bespaard. Dit staat gelijk aan het gemiddelde jaarverbruik van 15 huishoudens (bron: MilieuCentraal). De volgende stap in het leasebeleid is om te kijken naar elektrische auto’s, waarmee FrieslandCampina in 2013 start middels een pilot. Initiatieven in de hele organisatie Naast het nieuwe leaseautobeleid, zijn er door de hele organisatie maatregelen genomen voor een groenere werkplek zoals recyclinginitiatieven in het Midden-Oosten en ZuidoostAzië en meer aandacht voor bewust printen en afval in België, Griekenland en Hongarije. In Maleisië is in 2012 een groene campagne gestart om medewerkers op een leuke manier bewuster te maken van duurzaamheid in en om het kantoor. Zo is er een ceremonie gehouden waarbij medewerkers ‘groene beloftes’ deden, is stilgestaan bij Earth Hour en is een boom gebouwd van gerecycled materiaal. Kleine en grote stappen die samen de onderneming steeds groener maken. Frisse ideeën van trainees In 2012 is in het traineeprogramma van FrieslandCampina een uitdaging over duurzame energie opgenomen. De jonge medewerkers uit het traineeprogramma werken aan ideeën en oplossingen rondom het vraagstuk duurzame energie, met oplossingen voor zowel FrieslandCampina als onderneming als richting de leden-melkveehouders. In 2013 leveren zij hun ideeën op. Medewerkers als vrijwilligers Op allerlei fronten zijn medewerkers actief als vrijwilliger bij maatschappelijke projecten over de hele wereld. Betrokken bij boeren in Azië en Afrika Via vrijwilligerspools kunnen FrieslandCampina medewerkers hun kennis en expertise inzetten om melkveehouders in Afrika en Azië te helpen. Veelal wordt dit gedaan in samenwerking met het Rode Kruis of Agriterra. Deze medewerking kan
52
Betrokkenheid van medewerkers
bestaan uit overdracht van kennis, maar ook uit directe hulp bij het bouwen van stallen of het opzetten van de administratie. FrieslandCampina en Agriterra hebben de ambitie jaarlijks 15 leden-melkveehouders uit te zenden naar Azië of Afrika. In het hoofdstuk ‘Ontwikkeling lokale melkveehouderij in Azië en Afrika’ staat meer over deze bijzondere samenwerking. Lokale Green Teams Een groep jonge medewerkers (tot 35 jaar) binnen FrieslandCampina, de Youngstars, heeft het initiatief genomen om MVO meer bekend te maken bij medewerkers. Green Teams zijn actief binnen verschillende vestigingen en brengen zo op lokaal niveau MVO onder de aandacht. De Green Teams bestaan naast Youngstars uit een lid uit de ondernemingsraad en de directeur van de vestiging. De eerste resultaten zullen in 2013 zichtbaar worden. 3FM Serious Request Eén van de eerste initiatieven van de Green Teams was het genereren van aandacht, publiciteit en donaties voor 3FM Serious Request. Deze actie, in samenwerking met het Nederlandse Rode Kruis, was een mooie afsluiter van een jaar vol initiatieven. Leden-melkveehouders en medewerkers hebben veel verschillende acties opgezet en daarmee geld ingezameld. Op www.kominactie.nl/frieslandcampina staat een
overzicht van deze acties. In totaal heeft FrieslandCampina een bedrag van € 288.059 overhandigd aan 3FM Serious Request. Activiteiten met ondernemingen en organisaties op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen FrieslandCampina en het Nederlandse Rode kruis hebben in 2012 een samenwerkingscontract van vijf jaar getekend. In die vijf jaar zal FrieslandCampina zowel nationale als internationale projecten van het Rode Kruis ondersteunen. Medewerkers van FrieslandCampina hebben zich het afgelopen jaar flink ingezet voor het Rode Kruis. Door sponsoracties te organiseren als de Zevenheuvelenloop in Nederland of fondsenwerving in Griekenland dragen medewerkers van FrieslandCampina hun steentje bij. Daarnaast heeft FrieslandCampina in Maleisië voorlichting gegeven over verantwoorde voeding aan 250 kwetsbare kinderen in Maleisië en een donatie gedaan. In aanvulling hierop heeft FrieslandCampina Maleisië twee Vrijwilligersteams opgericht, ‘the Blue Brigade’ en ‘Dutch Ladies Doing Good’. Activiteiten variëren van het organiseren van workshops en trainingen voor kinderen over de goede eigenschappen van melk, tot aan het faciliteren van een online forum (‘Working Mothers Forum’) voor werkende moeders in Maleisië waar zij hun ervaringen kunnen uitwisselen.
Over2you medewerkersonderzoek In 2012 hield FrieslandCampina voor het eerst een internationaal medewerkersonderzoek. Alle medewerkers waren uitgenodigd om deel te nemen om te toetsen of de organisatie op de goede weg is wat betreft management en strategie maar ook in omgang met klanten en MVO. Uiteindelijk heeft 81% van de medewerkers de vragenlijst ingevuld, waarmee het responspercentage hoger scoort dan de benchmark en er goede conclusies getrokken kunnen worden. FrieslandCampina scoorde hoog op duurzame betrokkenheid, werkomgeving en sturing en richting geven. Bij duurzame betrokkenheid is gemeten in hoeverre medewerkers zich betrokken voelen bij de organisatie, beschikken over de juiste middelen om hun werk uit te voeren en hoe ze over hun werk denken, bijvoorbeeld over werkdruk. Aandachtsgebieden waar in 2013 aan gewerkt zal worden, zijn het tempo van veranderingen (soms sneller beslissingen nemen, goed kijken naar de tijd die nodig is om veranderingen door te voeren) en de managementstijl (bijvoorbeeld duidelijker prioriteiten stellen en meer feedback geven). Het streven is om iedere twee jaar een medewerkersonderzoek te houden, zodat FrieslandCampina de vinger aan de pols blijft houden en continu kan blijven verbeteren.
Het fundament: borging van het MVO-beleid
53
Het fundament: borging van het MVO-beleid Het MVO-beleid van FrieslandCampina heeft een stevig fundament, dat zich kenmerkt door de volgende aspecten: • een organisatie bestaande uit de CSR Governance Board, alsmede vier teams die verantwoordelijk zijn voor de implementatie van het MVO-beleid; • betrokkenheid van stakeholders en regulier overleg; • een beleid, geborgd door de ISO 26000-richtlijn; • een samenstel van afspraken, commitments, gedragscodes, beleidsdocumenten, convenanten, rapportages en certificeringen. Daarin wordt MVO binnen FrieslandCampina geborgd.
Governance en implementatie Het MVO-beleid van FrieslandCampina valt onder de verantwoordelijkheid van de afdeling Corporate Sustainability en de CSR-board. De afdeling Corporate Sustainability is onder andere verantwoordelijk voor: • het opzetten en actueel houden van de MVO-strategie en het MVO-beleid; • het opstellen van beleid op het gebied van milieu en arbeidsveiligheid; • het coördineren van de uitvoering van het MVO-beleid en faciliteren van implementatie; • het communiceren van het MVO-beleid met externe belanghebbenden. Eind 2009 heeft FrieslandCampina een Corporate Social Responsibility (CSR)-board opgericht. Deze board geeft invulling aan de MVO-strategie en de bijbehorende doelstellingen. Samenstelling CSR-board: • Cees ’t Hart, CEO en voorzitter • Thom Albers, Corporate Director Strategy • Bas van den Berg, Managing Director FrieslandCampina Branded The Netherlands/Belgium • Werner Buck, Corporate Director Public & Quality Affairs • Heidi van der Kooij, Corporate Director General Counsel & Company Secretary
• Frank van Ooijen, Corporate Director Communication & Sustainability Affairs • Jaap Petraeus, Manager Corporate Environment & Sustainability • Franc Reefman, Corporate Director Global Marketing • Atze Schaap, Corporate Director Co-operative Affairs • Jaap de Vries, Corporate Director Human Resources • Erwin Wunnekink – Lid bestuur Zuivelcoöperatie FrieslandCampina Samen met de CSR-board is de afdeling Corporate Sustainability verantwoordelijk voor het informeren over de voortgang van het MVO-beleid. De afdeling geeft vooral terugkoppeling aan de executive board en het management van de business groups en werkmaatschappijen. De business groups, werkmaatschappijen en medewerkers zijn verantwoordelijk voor de implementatie van het MVO-beleid.
54
Het fundament: borging van het MVO-beleid
Materialiteitsanalyse op MVO FrieslandCampina heeft in 2012 de materialiteitsanalyse over het MVO-verslag 2011 geactualiseerd. Deze analyse is gemaakt om de belangrijkste thema’s voor het MVO-verslag te bepalen en resulteerde in een prioritering van verschillende maatschappelijke issues voor FrieslandCampina. Dit zijn thema’s die spelen in de sector, binnen FrieslandCampina of onder haar stakeholders en waarvan uit de analyse blijkt dat die relevant/belangrijk zijn voor FrieslandCampina. De analyse heeft als doel om het MVO-verslag compleet en volledig te maken en om te bepalen of FrieslandCampina’s doelstellingen voor 2020 aanscherping behoeven. In 2013 zal FrieslandCampina de aanbevelingen uit deze analyse meenemen in haar doelstellingen.
Onderzoek naar duurzaamheid onder medewerkers Het Partnerships Resource Centre van de Erasmus Universiteit Rotterdam heeft in 2012 onderzoek gedaan onder 270 medewerkers van FrieslandCampina en gevraagd naar hun mening, visie en standpunten als het gaat om duurzaamheid van de organisatie. Ook is gevraagd hoe FrieslandCampina zich moet inzetten voor onderwerpen als afvalmanagement, water, energie en sociale aspecten als arbeidsomstandigheden, vrijwilligerswerk en diversiteit. De resultaten van dit onderzoek geven doorgaans antwoord op drie vragen: • Welke thema’s vinden medewerkers belangrijk? • Op welke thema’s willen zij dat de onderneming een positieve bijdrage levert? • Hoe bekend is het MVO-beleid onder medewerkers?
Betrokkenheid van stakeholders FrieslandCampina hecht veel waarde aan een goede relatie en dialoog met alle stakeholders. Zo wordt meer inzicht verkregen in maatschappelijke ontwikkelingen en in de relatie van belanghebbenden met FrieslandCampina. Met deze relatie beoogt FrieslandCampina verbetering van de bedrijfsvoering te realiseren. De dialoog met stakeholders speelt ook een belangrijke rol in de visie op ketenbeheer. Door middel van contacten met stakeholders kan FrieslandCampina haar visie overbrengen en kennisnemen van de verwachtingen die deze belanghebbenden op hun beurt weer van FrieslandCampina hebben. FrieslandCampina streeft naar een juiste balans tussen haar prestaties en de verwachtingen van de ledenmelkveehouders, consumenten, medewerkers, industriële afnemers, partners, (lokale) overheden en maatschappelijke organisaties. Bij de uitwerking van de strategie van het MVObeleid zijn nagenoeg alle groepen stakeholders betrokken.
FrieslandCampina gebruikt de resultaten onder meer voor communicatie naar medewerkers over MVO. Meer structuur in de dialoog In 2011 is The Milk Story opgericht om zo meer structuur te geven aan de stakeholderdialoog. Dit on- en offline platform voor een goede dialoog is een initiatief van FrieslandCampina en maatschappelijk communicatiebureau Het Portaal.
Mate van betrokkenheid stakeholders bij duurzaamheidsthema’s:
Voedingswaarde & gezondheid
Efficiënte en duurzame productieketens
Medewerkers
Leden-melkveehouders
Klanten
Consumenten
Overheden
Leveranciers
Ontwikkeling lokale melkveehouderij in Azië en Afrika
Duurzame melkveehouderij
NGO’s
Koepelorganisaties
Het fundament: borging van het MVO-beleid
55
The Milk Story The Milk Story levert een constructieve bijdrage aan de transitie naar een duurzamere toekomst en houdt zich bezig met vier thema’s: Voeding & gezondheid, Duurzaamheid, Cultuur & maatschappij en Over de grens. The Milk Story maakt zichtbaar wat er al gebeurt, agendeert belangrijke vraagstukken en zoekt naar oplossingen. Door stakeholders met uiteenlopende standpunten actief te betrekken wordt het debat over de maatschappelijke aspecten van melk en zuivel evenwichtig gevoerd. Deelname aan The Milk Story biedt FrieslandCampina de mogelijkheid om actief de dialoog aan te gaan. FrieslandCampina gebruikt de bijdrage van stakeholders om daarvan te leren en voor de aanscherping van haar MVO-beleid. Resultaten 2012 Via de website publiceert The Milk Story inhoudelijke bijdragen van diverse stakeholders over de maatschappelijke aspecten van melk en zuivel. Met behulp van social media (zoals Twitter en Facebook) zoekt de organisatie op een laagdrempelige manier de interactie met een breed publiek. Daarnaast organiseert The Milk Story offline activiteiten om de verschillende thema’s en stakeholders te verbinden. Voorbeeldenactiviteiten zijn de verschillende wandeltochten door het (zuivel)landschap van Nederland. De activiteiten van The Milk Story moeten een brug slaan tussen de behoeften van onder meer burgers, overheid, boeren en de markt. Partner Het Portaal zet zich in voor duurzame ontwikkeling door middel van communicatie en activering. Vanuit een multistakeholderfilosofie betrekt zij relevante spelers om zo duurzame, maatschappelijke en economische ontwikkeling mogelijk te maken.
Aard samenwerking ‘Vanuit de maatschappij is veel enthousiasme en ontvankelijkheid om kleine en grote uitdagingen voor het voetlicht te brengen. Veel onderwerpen worden actief door stakeholders aangedragen, maar er zijn ook majeure thema’s die nog worden veronachtzaamd. Wij brengen de belangrijke spelers bijeen om hierover oplossingen aan te dragen. FrieslandCampina, als één van de belangrijkste stakeholders in de Nederlandse zuivelsector, is daarvoor essentieel. Maar de onderneming heeft ons ook nodig om een open dialoog te voeren. Bovendien hebben we samen een groter bereik.’ – Rien Bongers, directeur Het Portaal. Belangrijk uitgangspunt van The Milk Story is dat de dialoog onafhankelijk wordt gevoerd en daarmee open staat voor alle belanghebbenden in de zuivelsector. Het Portaal voert de redactie van The Milk Story en FrieslandCampina treedt op als één van de stakeholders. Duur Sinds 2011 werken FrieslandCampina en Het Portaal samen, The Milk Story is sinds september 2012 actief.
56
Het fundament: borging van het MVO-beleid
Afspraken, commitments, convenanten De mate van betrokkenheid en de invloed die stakeholders uitoefenen op het MVO-beleid zijn weergegeven in het volgende overzicht.
Stakeholder
Verwachtingen
Vorm van dialoog
Rol in MVO-beleid
Leden-melkveehouders
• Winstgevendheid • Acceptabele vergoeding voor geleverde melk • Betrouwbare partner • Rol in realiseren MVO-doelstellingen
• Managementinformatie • Workshops • Speciale website • Magazine • Ledenbijeenkomsten, districtsraden en ledenraden
• Leveranciers van hoogwaardige, betrouwbare grondstoffen • Maatschappelijk geaccepteerd zijn • Leveren belangrijke bijdrage aan uitvoering MVO-beleid • Medeverantwoordelijk voor houding en gedrag ten opzichte van FrieslandCampina
Consumenten
• Verbetering aanbod producten • Producten die aansluiten bij de behoeften • Voedselveiligheid, betrouwbaarheid
• Consumentengedrag • Marktonderzoek • Consumentenserviceafdelingen • Informatie via voedingskundigen
• Belangrijke afnemers • Beïnvloeden aankoop producten tegen acceptabele prijzen
Medewerkers
• Veilige werkomgeving • Aantrekkelijke arbeidsvoorwaarden • Carrièremogelijkheden • Werksfeer
• Werkoverleg • Intranet, personeelsmagazine • Training en opleiding
• Belangrijkste uitvoerders MVO-beleid
Industriële klanten
• Maximale waardegroei
• Klantcontacten • Beurzen • Account management
• Belangrijke afnemers • Beïnvloeding kwaliteit en prijsstelling producten
Overheden
• Welzijn van nationale en lokale gemeenschappen
• Partner in diverse samenwerkingsverbanden
• Samenwerkingsvormen op het gebied van natuurbehoud • Samenwerking op het gebied van ontwikkeling melkveehouder • Partner in het ontwikkelen van wet- en regelgeving • Verstrekken subsidies
Maatschappelijke organisaties
• Welzijn van gemeenschappen en specifieke doelgroepen
• Partner in diverse samenwerkingsverbanden
• Uitwisseling van kennis, delen van verantwoordelijkheid • Kenniseigenaar
Leveranciers
• Waardecreatie
• Procurement • Regelgeving voor leveranciers • Internet, beurzen
• Onderdeel van de keten
Koepelorganisaties
• Welzijn van aangesloten leden
• Partner in samenwerkingsverbanden
• Uitwisseling van kennis • Partner in regelgeving en convenanten
Het fundament: borging van het MVO-beleid
De vele vormen waarop FrieslandCampina het contact met stakeholders invult, staan beschreven op de website van FrieslandCampina. Zie ook de bijlage ‘Externe vertegenwoordigingen’. Global Dairy Agenda for Action on Climate Change De internationale zuivelsector heeft diverse duurzame initiatieven genomen. Zo is de Global Dairy Agenda for Action on Climate Change opgesteld. Grote zuivelorganisaties over de hele wereld hebben deze agenda ondertekend, inclusief de International Dairy Federation waarbij FrieslandCampina via de NZO en het SAI Platform is aangesloten. De deelnemers zijn actief aan de slag gegaan met onder meer onderzoek en kennisdeling om verdere reductie van bijvoorbeeld CO2 te realiseren. In april 2010 kwam uit een rapport van de Wereldvoedselorganisatie FAO naar voren dat 2,7 procent van de mondiale CO2-uitstoot is toe te schrijven aan de zuivelproductie. In een green paper zijn inmiddels 330 best practices verzameld die laten zien hoe continu wordt gewerkt aan verbeteringen in de keten. Meer informatie is te vinden op www.dairy-sustainability-initiative.org. Afspraken met overheid en branche De milieuwetgeving van nationale en/of EU-organen en overige voorschriften en specifieke eisen van verschillende landen vormen het uitgangspunt voor de aanpak van FrieslandCampina. Door middel van convenanten maakt FrieslandCampina meerjarenafspraken met de overheid en de branche om verbeteringen op milieugebied te bereiken. Deze afspraken kunnen verder gaan dan wettelijke verplichtingen. Convenanten In Nederland wordt deelgenomen aan de Meerjarenafspraak energiebesparing (MJA-3) en het Convenant Schone en Zuinige Agrosectoren. Het doel van de MJA-3 is om jaarlijks minimaal twee procent verbetering in energie-efficiëntie te bereiken, waarvan 1,5 procent op productielocaties en 0,5 procent door maatregelen in de keten. Daarvoor formuleert FrieslandCampina elke vier jaar nieuwe milieuenenergiedoelstellingen die per vestiging nadere invulling krijgen in een bedrijfsenergie- en milieuplan. In 2012 hebben alle Nederlandse locaties een nieuw plan gemaakt voor de komende vier jaar en dit ingediend bij de overheid. De vergunningverlenende overheid beoordeelt het plan en controleert de uitvoering via monitoring. Het Convenant Schone en Zuinige Agrosectoren bestaat uit een aantal afspraken die FrieslandCampina in NZO-verband heeft gemaakt met de Nederlandse overheid. Centraal daarin staan doelstellingen voor energiebesparing en de productie van duurzame energie. In België neemt FrieslandCampina deel aan het Benchmarkingsconvenant en het Auditconvenant. In beide convenanten is overeengekomen in 2012 de wereldtop te bereiken wat betreft efficiënt energiegebruik.
57
Verduurzamen Nederlandse melkveehouderij In Nederland heeft de zuivelsector verschillende afspraken gemaakt met de overheid en andere partijen om te komen tot een duurzame productie en melkveehouderij. Daartoe behoren: • Uitvoeringsagenda Duurzame Veehouderij • Actieprogramma Duurzame Zuivelketen • Convenant Weidegang Uitvoeringsagenda Duurzame Veehouderij In mei 2009 heeft FrieslandCampina zich via de NZO gecommitteerd aan de Uitvoeringsagenda Duurzame Veehouderij. Daarbij gaat het om zes speerpunten: innovatieve stal- en houderijsystemen, het welzijn en de gezondheid van dieren, maatschappelijke verbinding, energie en milieu, markt en ondernemerschap, en verantwoord consumeren. Binnen deze Uitvoeringsagenda werkt FrieslandCampina samen met onder meer de Dierenbescherming, Natuur & Milieu, LTO, Interprovinciaal Overleg, het ministerie van Economische Zaken en organisaties vanuit de vleesverwerkende industrie. Actieprogramma Duurzame Zuivelketen In juli 2008 heeft FrieslandCampina zich geschaard achter de ambities van de NZO en LTO, zoals verwoord in het actieprogramma Duurzame Zuivelketen. De ambities zijn uitgewerkt in drie thema’s: • Energie en klimaat: vermindering broeikasgassen, energieneutrale productie van de zuivelketen • Diergezondheid en dierenwelzijn: het stimuleren van weidegang en verhogen van de gezondheid en het dierenwelzijn van melkkoeien • Biodiversiteit en milieu: bedrijfsontwikkeling zorgvuldig inpassen in de natuurlijke omgeving van het melkveebedrijf en verantwoorde teelt van diervoedergrondstoffen Convenant Weidegang In 2012 was FrieslandCampina één van de 54 ondertekenaars van het Convenant Weidegang. De ondertekenaars van het Convenant Weidegang willen koeien weidegang bieden en zien een gezamenlijke verantwoordelijkheid om tenminste het huidige niveau van melkveebedrijven met weidegang te behouden. In het convenant staat dat weidegang bepalend is voor het Nederlands landschap. Het initiatief voor het convenant is genomen door de Duurzame Zuivelketen. Diergezondheidsmonitor Om de gezondheid van koeien te monitoren, maakt FrieslandCampina gebruik van de ContinueDiergezondheidsMonitor (CDM), onderdeel van het FrieslandCampina-kwaliteitssysteem Foqus planet. De monitoring vindt plaats op basis van gegevens over diergezondheid. CDM is samen met melkveehouders en deskundigen op het gebied van diergezondheid ontwikkeld en levert melkveehouders veel praktische informatie voor
58
Het fundament: borging van het MVO-beleid
het monitoren van de diergezondheid. Op dit moment maken ruim 5.100 melkveehouders van FrieslandCampina gebruik van CDM. Richtlijnen voor borging van het MVO-strategiehuis ISO 26000-richtlijn met externe beoordeling Het MVO-beleid bij FrieslandCampina is gebaseerd op de ISO 26000-richtlijn. Dit is een internationale richtlijn voor MVO: een instrument voor bedrijven en andere organisaties voor de implementatie van MVO. De implementatie van de ISO 26000 criteria aan de hand van een zelfverklaring zijn extern beoordeeld door Lloyds Register. Lloyds heeft verklaard dat de ISO 26000 op de juiste wijze is geïmplementeerd. De ISO 26000-richtlijn is ingevoerd voor alle bedrijven van FrieslandCampina. De zelfverklaring en de toetsingsmatrix is publiekelijk beschikbaar op de website van FrieslandCampina: www.frieslandcampina.com/iso26000. Gedragscode Om correct en integer gedrag van medewerkers te bevorderen heeft FrieslandCampina haar Code of Conduct (gedragscode) in 2010 en 2011 vernieuwd. Hierin is opgenomen dat FrieslandCampina de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens van de VN als universele standaard beschouwt. Verder gaat de gedragscode in op onder meer het uitsluiten van corruptie, kinderarbeid, gedwongen arbeid en discriminatie van medewerkers (richtlijnen International Labour Organisation) en het respecteren van de rechten van medewerkers om zich te organiseren in vakbonden. Medewerkers in de top van de organisatie van FrieslandCampina hebben in 2012 een traject doorlopen om te toetsen of zij voldoende kennis hebben van de gedragscode en handelingsperspectieven. Alle managing directors en corporate directors hebben tevens een compliance statement ondertekend waarmee ze de gedragscode onderschrijven. De executive board is er verantwoordelijk voor dat alle medewerkers de gedragscode begrijpen. Naleving wordt jaarlijks gemonitord en gerapporteerd aan de auditcommissie van de raad van commissarissen. Medewerkers wordt verzocht overtredingen van de gedragscode te melden. In 2013 wordt de gedragscode opnieuw onder de aandacht gebracht van medewerkers, onder andere door praktijksituaties onder de loep te nemen. Dit is een cyclus van twee jaar, waarin de gedragscode wordt geëvalueerd en beoordeeld. Klokkenluidersregeling Om transparantie en integriteit te bevorderen heeft FrieslandCampina naast de gedragscode ook een klokkenluidersregeling. Voor meer informatie, zie www.frieslandcampina.com/klokkenluiders.
FrieslandCampina moedigt haar medewerkers aan hun bezorgdheid te uiten als men vermoedt of weet dat in strijd met de gedragscode wordt gehandeld. De regeling dient als leidraad voor het uiten van bezorgdheid en sluit strafmaatregelen tegen of oneerlijke behandeling van klokkenluiders uit. De klokkenluidersregeling is in 2009 ontwikkeld en in de loop van 2010 en begin 2011 geïmplementeerd. Alle medewerkers zijn geïnformeerd over de regeling en in elk onderdeel van de organisatie is een lokaal vertrouwenspersoon aangewezen en geïnstrueerd. Er is een corporate integriteitscommissie geïnstalleerd, bestaande uit een lid van de executive board, de secretaris van de executive board en de corporate compliance officer. De integriteitscommissie is verantwoordelijk voor de juiste procedures voor het melden van overtredingen. Verder toetst, onderzoekt en behandelt de integriteitscommissie gemelde zaken. De executive board rapporteert de activiteiten van de integriteitscommissie jaarlijks aan de auditcommissie van de raad van commissarissen. Voedselveiligheid en -kwaliteit FrieslandCampina maakt haar producten op zeventig productielocaties wereldwijd en sommige producten worden op meer dan één locatie vervaardigd. Voor de consument mag dat geen verschil maken. Die moet altijd kunnen rekenen op dezelfde hoge mate van veiligheid van het product en kwaliteit. Voedselveiligheid en voedselkwaliteit hebben bij FrieslandCampina dan ook de hoogste prioriteit. Kwaliteitssysteem Foqus Food Safety & Quality Om voedselveiligheid en voedselkwaliteit te borgen heeft FrieslandCampina Foqus Food Safety & Quality (FS&Q). Dat is een breed kwaliteitssysteem dat zowel van toepassing is op de bedrijven van leden-melkveehouders als op de productieen distributielocaties van FrieslandCampina (‘van koe tot consument’). De basis bestaat uit nationale en internationale wetgeving, Codex-normen en wensen van afnemers en de maatschappij in het algemeen. Foqus Food Safety & Quality is de leidraad van FrieslandCampina bij de ontwikkeling van een steeds robuuster productieproces. Ook moeten alle locaties een extern getoetst HACCPcertificaat hebben. Verder omvat Foqus FS&Q de volgende onderdelen: • doelvoorschriften met een duidelijke verantwoordelijkheidsverdeling, bijvoorbeeld voor verandermanagement en crisismanagement; • middelvoorschriften met duidelijke en gedetailleerde eisen, bijvoorbeeld voor microbiologie en hygiëne; • uitgebreide auditlijst gebaseerd op de verbetercirkel van Deming (Plan, Do, Check, Act); • richtlijnen en best practices.
Het fundament: borging van het MVO-beleid
59
FSC-keurmerk FrieslandCampina heeft afgelopen jaar met haar leveranciers afgesproken om vanaf 2013 alleen nog maar FSC-gecertificeerde kartonnen omverpakkingen (dozen en zogenaamde wrap arounds en trays) voor de West-Europese markt in te kopen. Al sinds 2011 dragen bijna alle primaire drankenverpakkingen van FrieslandCampina op de WestEuropese markt het FSC-keurmerk.
De werkmaatschappijen kunnen de auditstandaard gebruiken om hun productielocaties te beoordelen. Daarnaast wordt de standaard gebruikt door het interne auditteam dat alle productielocaties bezoekt en beoordeelt. In 2012 is een internationale auditronde van twee jaar afgerond, in totaal zijn 84 fabrieken beoordeeld. Op basis van deze audits zijn doelstellingen per businessgroep opgesteld voor de volgende audits om zo continu te verbeteren. FrieslandCampina heeft bewust gekozen voor een intern auditteam: de auditors zijn afkomstig uit diverse disciplines (QA, plant management, operations) en vervullen hun audittaak naast hun andere werkzaamheden. Deze aanpak levert meer diepgaande audits op en heeft tot gevolg dat de auditors kennis opdoen die ze kunnen toepassen en verspreiden in hun eigen werkomgeving. In 2012 is een trainingsprogramma opgericht voor QA officers en auditors. Foqus Milieu, Arbo en Brandpreventie Op alle productielocaties van FrieslandCampina wordt gebruik gemaakt van een milieu- en arbeidsveiligheidmanagementsysteem dat voldoet aan de eisen van ISO 14001 en OHSAS 18001. FrieslandCampina heeft hiervoor een eigen interne standaard ontwikkeld: het Foqus SHE managementsysteem. Een gestandaardiseerde risicoanalyse brengt de milieu- en arbeidsveiligheidsrisico’s op alle locaties in beeld. Alle locaties rapporteren jaarlijks over de milieu- en arbeidsveiligheidsresultaten die zijn behaald. Het milieu- en arbeidsveiligheid-managementsysteem wordt
geborgd door middel van interne en externe audits. Alle bedrijven zijn ISO 14001- en OHSAS 18001-gecertificeerd of hebben een verklaring dat het milieumanagementsysteem voldoet aan de vereisten van ISO 14001. Verbeterprogramma’s FrieslandCampina heeft een aantal programma’s waarmee wordt gewerkt aan het verbeteren van de prestaties en de bedrijfscultuur. Momenteel werken vijftig locaties met een verbeterprogramma als Continu Verbeteren, Total Productive Management (TPM) en/of World Class Operations Management (WCOM). Doel voor 2012 is om bij alle locaties een verbeterprogramma te implementeren. WCOM bestaat uit een ‘gereedschapskist’ met verschillende methoden waarmee verbeterteams aan de slag gaan. Als lid van deze teams zijn operators volop betrokken bij het uitvoeren van verbeteringen. Ze denken mee over het verhelpen van problemen en optimale afstelling van machines. TPM kent een andere werkwijze, maar stelt dezelfde doelen centraal — minder verliezen, minder stilstand van machines en betere resultaten. Crisis- en issuemanagement In het kader van issuemanagement wordt proactief gekeken naar zaken die mogelijk gevolgen kunnen hebben voor de voedselveiligheid en de kwaliteit van de producten. Risicoanalyse, onderzoek en monitoring spelen hierbij een belangrijke rol. FrieslandCampina hanteert verder een crisismanagementsysteem dat door middel van audits en evaluaties regelmatig op adequaatheid wordt gecontroleerd.
60
Uitdagingen en ambities
Uitdagingen en ambities
“Je wilt de hearts & minds van de medewerkers en ledenmelkveehouders van FrieslandCampina raken, zodat men het belang van MVO ziet, voelt en erkent. Dat doe je vooral van onderop, vanuit de grass roots van de organisatie. Maar tegelijkertijd besef je dat de commitment, marsroute en de structuur voor MVO-executie vanuit de top georganiseerd moet worden. Anders gaat het nooit echt werken. Dat is best een dilemma geweest.” Frank van Ooijen – Corporate Director Communication & Sustainability
Ons MVO-strategiehuis staat nu zo’n twee jaar en is robuust genoeg om externe dynamiek in de sector, in ons stakeholderveld of in de thema’s duurzaamheid en gezondheid op te vangen. FrieslandCampina vaart haar eigen koers, kent haar eigen missie, milieu-issues en verantwoordelijkheden en weet hoe haar kerncompetenties een positieve maatschappelijke bijdrage kunnen leveren. Voor de komende jaren zie ik een aantal uitdagingen voor FrieslandCampina op het gebied van MVO: • Het internationale karakter van onze coöperatieve zuivelonderneming brengt ons veel diversiteit, kracht en kansen, maar het betekent ook dat er tussen de regio’s verschillend over MVO wordt gedacht. In Europa staat MVO met thema’s als klimaat, energie en dierenwelzijn over het algemeen hoog op de agenda. In Afrika en Azië is duurzaamheid minstens zo belangrijk. Denk aan duurzame palmolie, soja, cacao, verantwoord omgaan met water, kennis overdragen aan lokale melkveehouders, ondervoeding aanpakken onder kinderen of hulp bieden bij rampen samen met het Rode Kruis: dat is ook verantwoord ondernemerschap en duurzaamheid! We werken daarom aan een meer concrete vertaalslag van onze MVO-strategie naar de lokale situatie, zodat MVO voor collega’s in Europa, Afrika en Azië nog tastbaarder wordt en bij hen beter resoneert. • Om ervoor te zorgen dat MVO een vanzelfsprekend onderdeel wordt van de taken, verantwoordelijkheden en dagelijkse werkzaamheden willen we medewerkers en
leden-melkveehouders nauwer betrekken bij duurzaamheid. Dus geen speciale behandeling of afdelingen voor MVO, maar ervoor zorgen dat dit integraal onderdeel wordt van onze bedrijfsprocessen. Om dit te realiseren, is onder meer geïnvesteerd in training en opleiding en hebben we duurzaamheid een plaats gegeven in het leadership development programma voor enkele honderden senior managers en future leaders op de business schools IMD en Ashridge. Dat helpt om een beter begrip te krijgen, collega’s te mobiliseren en nieuwe ideeën los te weken. • Ervaring leert dat een succesvol MVO-programma begint bij de top van de organisatie. Committent van de directie, het leiderschapsteam en future leaders is een belangrijke voorwaarde voor succes. De uitdaging is om het MVO-beleid niet alleen topdown te implementeren, maar ook gebruik te maken van de kracht en bezieling van de medewerkers door de gehele organisatie heen. Dit jaar werken we daarom aan een duo-aanpak. Zo laten we de structuur, doelen, executie en focus van bovenaf landen in de organisatie en van onderop werken Green Teams per werkmaatschappij aan concrete MVO-activiteiten en nieuwe groene ideeën, met onze corporate purpose en het MVO-strategiehuis in de hand.
Uitdagingen en ambities
61
Nudge Leadership Challenge Afgelopen jaar hebben 3 medewerkers en een melkveehouder deelgenomen aan de Nudge Leadership Challenge 2012. Jonge talentvolle medewerkers uit tal van Nederlandse bedrijven en instellingen lieten zien dat ze daadkracht, visie en moed hebben om de juiste beslissingen te nemen als het gaat om duurzaamheid. Nils den Besten, een van onze ledenmelkveehouders eindigde bij de beste tien.
Naast deze uitdagingen zie ik drie manieren waarop MVO nog een stap verder geïntegreerd kan worden in de organisatie. • M VO krijgt verplicht een plaats in de balanced business plans van alle operating companies wereldwijd. Elke locatie gaat haar eigen afgeleid MVO-plan maken en doelen stellen in lijn met de vier focusgebieden en 12 doelen uit het MVO-strategiehuis. • Onze MVO-rapportage naar een nog hoger kwaliteitsniveau trekken. Als FrieslandCampina een geïntegreerd jaarverslag wil gaan uitbrengen dan moet die MVO-rapportage absoluut waterdicht zijn. Daarnaast werken we momenteel aan het integreren van MVO-data in nieuwe datasystemen. • F rieslandCampina werkt ook aan het vertalen van het MVO-beleid naar de consumentenmerken: van Corporate Social Responsibility naar Brand Social Responsibility. Als je erin slaagt MVO voor je eigen mensen èn voor je consumentenmerken een goede plek te geven, krijgt duurzaamheid vleugels. Zo heeft het merk Campina zich niet alleen verbonden aan weidegang, maar heeft het ook aan consumentenactivatie gedaan rondom 3FM Serious Request en de geldinzameling voor het Rode Kruis eind 2012. We kijken nu wat we kunnen doen met de groene energie van onze eigen leden-melkveehouders. Daarnaast hebben we met het merk Boerenland een lijn 100% biologische zuivel die we uitbreiden met Boerenland kaas. Inspirerende voorbeelden!
De vele leden-melkveehouders en medewerkers die zich wereldwijd enthousiast hebben ingezet om een meer duurzaam FrieslandCampina te bouwen, verdienen een pluim voor hun acties in 2012. Ik ben ervan overtuigd dat we met dezelfde inzet en betrokkenheid van nog meer collega’s en leden de uitdagingen en ambities voor de toekomst aan kunnen! Frank van Ooijen Corporate Director Sustainability & Communication
62
Bijlagen
Bijlagen
Verwerking van de rapportage en betrouwbaarheid van gegevens Milieu- en arbeidsveiligheidgegevens De productielocaties in Nederland verzamelen al ruim tien jaar milieu- en energiegegevens. Deze gegevens worden gerapporteerd aan de overheid, als onderdeel van convenantafspraken. De productielocaties in Duitsland en BelgiÍ rapporteren sinds 2004 de milieugegevens aan de overheid. Ook de productielocaties in Rusland, Thailand en de Verenigde Staten rapporteren milieugegevens aan de overheid. Het centrale milieudatasysteem van FrieslandCampina vormt de basis van de rapportage. Dit is ontstaan doordat na de fusie de databases van beide ondernemingen zijn samengevoegd. In totaal zijn 70 productielocaties opgenomen in deze database. Voor het verslagjaar 2012 hebben alle 70 productielocaties de relevante data gerapporteerd. Op basis hiervan zijn schattingen gemaakt in dit verslag (waar schattingen zijn gemaakt is dit aangegeven). De komende jaren wordt het milieu- en arbeidsveiligheidregistratie- en rapportagesysteem verder verbeterd. Nauwkeuriger dataverzameling is hiervan het resultaat. Omdat eerst wordt gewerkt aan het verbeteren van het systeem is onafhankelijke verificatie nu niet aan de orde. Personeelsgegevens Het aantal fte’s is gebaseerd op gegevens uit de financiÍle systemen. De gegevens over ziekteverzuim en diversiteit (leeftijd, geslacht, regio) zijn apart opgevraagd en verzameld. De gerapporteerde data dekken 98 procent van het personeelsbestand. De komende jaren wordt het personeelregistratie- en rapportagesysteem verder verbeterd. Nauwkeuriger dataverzameling is hiervan het gevolg.
Jaarlijks MVO-verslag In dit jaarlijkse MVO-verslag zet FrieslandCampina haar strategie, het beleid en de voortgang op het gebied van MVO uiteen. Door het gebruik van kwantitatieve data wordt het steeds beter mogelijk trends in kaart te brengen en hierop te sturen in het MVO-beleid. Met de gegevens kunnen de prestaties voor elk MVO-thema worden beoordeeld. In 2010 is begonnen met dataverzameling op een aantal terreinen. In 2011 is het aantal doelstellingen verder uitgebreid. Om tegemoet te komen aan de informatiebehoefte van belanghebbenden hanteert FrieslandCampina bij het opstellen van het MVOverslag als leidraad de GRI-richtlijnen en de criteria van de Transparantiebenchmark van het ministerie van Economische Zaken. Beide instrumenten zijn tot stand gekomen door een uitgebreid consultatieproces met het bedrijfsleven, maatschappelijke organisaties en diverse instanties van over de hele wereld. Het MVO-verslag en bijbehorende GRI-index zijn te vinden op www.frieslandcampina.com. Meer informatie over de GRI-richtlijnen is te vinden op www.globalreporting.org.
Bijlagen
63
Externe vertegenwoordigingen FrieslandCampina is lid van of neemt actief deel aan de volgende overlegorganisaties: • ABA/Detic (Belgische Aerosol Vereniging) • APIYCNA (Asia Pacific Infant and Young Child Nutrition Association) • APRIL (Romanian Dairy Association) • Asosiasi Industri Pengolah Susu (AIPS) Indonesia • Asosiasi Perusahaan Produk berNutrisi untuk Ibu dan Anak, • APPNIA (Association 0f Indonesian Infant Food Manufacturers) • Association for the Food Industries of Particular Nutritional Uses of the European Union (IDACE) • Association of International Juice Manufacturers (AIJN) • ATLA (French Dairy Association) • Belgische Confederatie Zuivelindustrie • Centraal Orgaan Kwaliteitszorg Zuivel (COKZ) • Chinese Dairy Federation • Choices International Foundation • Codex Alimentarius Hungaricus Dairy Commission • Dairy Campus • Dutch Sustainable Growth Coalition • Eigen Vervoerders Organisatie (EVO) • EQCS (European Quality Control Systems for Juices, Nectars and Juice containing Soft drinks) • EU Pledge • Eucolait (European Association of Dairy trade) • European Chamber of Commerce in Vietnam • European Dairy Association (EDA) • European Whey Producers Association (EWPA) • Fachverband der Milchwirtschaftler in Niedersachsen und • Sachsen-Anhalt e.V. • Fachverband Westdeutscher Milchwirtschaftler e.V. • Federatie Nederlandse Levensmiddelen Industrie (FNLI) • Federation of Hungarian Food Industries • Fenedex • Fevia (Belgische Voedingsmiddelen Federatie) • FMM (Federation of Malaysian Food Manufacturers) • FoodDrinkEurope • Food Industry Asia (FIA) • Förderung der Milchwirtschaft NRW e.V. • Forum Komunikasi Lintas Asosiasi (FORKAN) • Gabungan Pengusaha Makanan Minuman Indonesia (GAPMMI) • Gemeenschappelijk Zuivelsecretariaat (GEMZU) • Global Dairy Platform • Hungarian Dairy Association • Infant and Pediatric Nutrition Association of the Philippines (IPNAP) • Initiatief Duurzame Handel (IDH) • Initiatief Duurzame Soja
• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
International Dairy Federation (IDF) International Infant Food Association (ISDI) International Life Science Institute (ILSI Europe) Land- en Tuinbouworganisatie (LTO) Milch Industrie Verband (MIV) Duitsland Milch-Verwertungs-GmbH NRW Milchprüfring Baden-Würtenberg e.V. Milchwirtschaftlicher Verein Baden-Würtemberg e.V. Molkerei-Fachberat NRW Nationale Coöperatieve Raad Nederlands Nationaal Comité van de Internationale Zuivelbond Nederlands Normalisatie Instituut Nederlandse Vereniging Frisdranken, Waters en Sappen (FWS) Nederlandse Zuivel Organisatie (NZO) Nedvang Productschap voor Zuivel (PZ) Regulier Overleg Warenwet (ROW) Rheinischer Landwirtschaft- Verband e.V. Round Table for Responsible Soy Round Table on Sustainable Palm Oil Russian Dairy Federation Sale of Infant Food Ethics Committtee Singapore (SIFECS) SEPTE (Federation of Greek Baby Food Industries) SEVGAP (Federation of Greek Dairy Industries) SEVT (Federation of Greek Food Industries) Stichting Food Valley Stichting Ik Kies Bewust Stichting RMO controle Stuurgroep UTZ cacao Sure Global Fair Sustainable Agriculture Initiative (SAI) Platform Task Force Duurzame Soja Top Institute Food and Nutrition Verband Lebensmittel ohne Gentechnik Vereniging Nederlandse Fabrikanten Kinder- en Dieetvoeding (VNFKD) VLM ( Vereniging Logistiek Management) VNO-NCW World Cocoa Foundation
Deze lijst is niet geheel uitputtend.
64
Bijlagen
Verklarende woordenlijst Auditconvenant Een convenant dat erop is gericht dat zo veel mogelijk industriële eindgebruikers van energie vooraanstaand worden en blijven op gebied van energie-efficiëntie in België.
JOGG In 2010 is in Nederland het Jongeren Op Gezond Gewicht-initiatief (JOGG) gelanceerd, waaraan FrieslandCampina actief bijdraagt. Door de JOGGaanpak moeten voldoende bewegen en gezonder eten de norm worden.
CDM Continue DiergezondheidsMonitor (CDM) is een ‘continue’ monitoring van de diergezondheid op basis van bestaande gegevens over de gezondheid van dieren. Het systeem levert veehouders veel praktische informatie op voor het monitoren van de diergezondheid.
LTA Rate De Lost Time Accidents Rate (LTA), ofwel de ongevallenfrequentieverhouding, geeft aan hoeveel ongevallen er zijn geweest per 200.000 gewerkte uren.
Codex De Codex Alimentarius Commission (Codex) is een internationaal forum dat internationale normen voor voedselproducten ontwikkelt, met als doel de internationale volksgezondheid te beschermen en de eerlijkheid van de handel in voedselproducten te bevorderen. Convenant Schone en Zuinige Agrosectoren Afspraken met verschillende partijen over energiebesparing, gebruik en productie van duurzame energie en broeikasgasreductie in Nederland. CSR Corporate Social Responsibility (CSR) oftewel maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO). Dutch Sustainable Growth Coalition Samenwerkingsverband tussen belangrijkste Nederlandse ondernemingen. FNLI De Federatie Nederlandse Levensmiddelen Industrie (FNLI) is de koepelorganisatie van bedrijven en brancheorganisaties in de Nederlandse levensmiddelenindustrie (food en non-food). Foqus planet Duurzaamheidsprogramma voor de melkveehouderij. Foqus SHE Het FrieslandCampina-milieu- en veiligheidsmanagementprogramma. Fte Fulltime equivalent: aantal medewerkers op basis van een fulltime dienstverband. GRI Global Reporting Initiative (GRI) is de internationale richtlijn voor het rapporteren over duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen. GVO Garantie van Oorsprong HACCP Hazard Analysis and Critical Control Points (HACCP) is een managementsysteem gericht op voedselveiligheid door middel van een analyse en controle van biologische, chemische en fysieke gevaren van de productie van grondstoffen, inkoop en verwerking tot productie, distributie en consumptie van het eindproduct.
LTO De Land- en Tuinbouw Organisatie (LTO) is een Nederlandse organisatie voor collectieve belangenbehartiging, individuele dienstverlening en groepsgerichte activiteiten voor Nederlandse agrarische ondernemers. MJA-3 De meerjarenafspraken energie-efficiency zijn overeenkomsten tussen de Nederlandse overheid en bedrijven en instellingen over het effectiever en efficiënter inzetten van energie. NGO Non Governmental Organization. NZO De Nederlandse Zuivel Organisatie (NZO) is de brancheorganisatie voor de Nederlandse zuivelindustrie. OHSAS 18001 Een richtlijn in de Occupational Health and Safety Assessment Series. RSPO De Round table on Sustainable Palm Oil (RSPO) is een not-for-profit associatie die belanghebbenden verenigt uit zeven sectoren van de palmolie-industrie voor het ontwikkelen en uitvoeren van wereldwijde normen voor duurzame palmolie. RTRS De Round Table on Responsible Soy (RTRS) is een international platform waarin sojaproducenten, sojahandel, verwerkende industrie, banken en maatschappelijke organisaties samenwerken om duurzaamheidscriteria voor de mondiale sojateelt te ontwikkelen en te implementeren. SAI Platform Het Sustainable Agriculture Initiative (SAI) is een platform opgericht door de voedingsmiddelenindustrie om wereldwijd te communiceren over en actief te ondersteunen van de ontwikkeling van duurzame landbouw waar verschillende belanghebbenden van de voedselketen bij betrokken zijn. Uitvoeringsagenda Duurzame Veehouderij Een samenwerking tussen vier agrarische koepelorganisaties, twee natuur- en milieuorganisaties, een bank, provincies en het Nederlandse Rijk voor duurzame en diervriendelijke veehouderij. UTZ Certified Een wereldwijd certificeringsprogramma voor verantwoorde koffie, thee en cacao.
IDH Initiatief Duurzame Handel (IDH). Deze Nederlandse organisatie bundelt krachten in de samenleving en brengt koplopers uit bedrijfsleven, vakbonden, milieuorganisaties, ontwikkelingsorganisaties en overheid samen in daadkrachtige coalities.
VNO-NCW VNO-NCW is de grootste ondernemingsorganisatie van Nederland. De aangesloten bedrijven en (branche)organisaties — tezamen zo’n 115.000 ondernemingen — vertegenwoordigen 90 procent van de werkgelegenheid in de Nederlandse marktsector.
ISO 9001 Een norm die eisen stelt aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie en de manier waarop de organisatie met het kwaliteitsbeleid omgaat.
WBCSD De World Business Council for Sustainable Development (WBCSD) is een wereldwijde organisatie op het gebied van management- en sustainability vraagstukken.
ISO 14001 Een van de normen van de ISO 14000-serie. Deze norm wordt wereldwijd toegepast om milieumanagementsystemen op te zetten en te certificeren.
Weidemelk Melk van koeien die gedurende minimaal 120 dagen per jaar, ten minste 6 uur per dag, van voorjaar tot najaar in de wei lopen.
ISO 26000 Een richtlijn met verschillende doelstellingen die erop gericht is organisaties te ondersteunen bij de implementatie van MVO.
WHO De World Health Organisation (WHO) ofwel de Wereldgezondheidsorganisatie is een gespecialiseerde organisatie van de Verenigde Naties.