XS VERSIE losse verkoop > 0 00 euro
28 pagina’s
4 e jaargang _nummer
28
mensen, muziek en film speciale tie i d e e l a i spec
Bowers & Wilkins Society of Sound
Mastering Studio Polyhymnia Laatste der Mohikanen
Abbey Road Studios
Een bezoek aan de studio’s in Londen
ID Lounge
Innovatieve kraamkamer Een speciale uitgave van de Hifidelity XS voor Bowers & Wilkins
Society of Sound (pag. 4)
2
Iets vooraf “The best loudspeaker isn’t the one that gives the most, it’s the one that loses the least.” Deze gevleugelde uitspraak komt van John Bowers, samen met Ray Wilkins verantwoordelijk voor de oprichting van één van de bekendste, en meest geprezen, luidsprekerfabrikanten ter wereld: Bowers & Wilkins. Nadat de twee elkaar tijdens de Tweede Wereldoorlog leren kennen in het Britse leger, beginnen ze na WOII een elektronicawinkeltje in het Zuid-Engelse Worthing. Bowers legt zich daarbij steeds meer toe op het bestuderen, ontwerpen en bouwen van luidsprekers. Halverwege de jaren zestig van de vorige eeuw neemt het merk een vlucht. In de speciale editie van Hifidelity die u nu in handen heeft, staan de activiteiten van Bowers & Wilkins centraal. Want het houdt zich met meer bezig dan puur luidsprekers. Innovatie staat hoog in het vaandel bij het bedrijf. Dat is goed terug te zien in het hoofdkantoor van Bowers & Wilkins Benelux in Antwerpen, omgedoopt tot ID Lounge. Een ruimte waar een kleine twintig topmerken een synergetisch platform hebben gecreëerd dat dient als voorbeeld van innovatieve en multifunctionele oplossingen. Dat gebruikers uitermate tevreden zijn over Bowers & Wilkins, blijkt bijvoorbeeld uit het feit dat Abbey Road
al ruim 25 jaar luidsprekers van het bedrijf uit Worthing gebruikt. Bij hoge uitzondering openden de vermaarde studio’s aan de wereldberoemde straat in Londen voor ons de deuren voor een uitgebreide tour door de ruimtes waar sinds 1931 muziekgeschiedenis wordt geschreven. Zoals ook iedere vezel van het pand van Polyhymnia in Baarn muziekgeschiedenis ademt. Het in geluidsopname en –mastering gespecialiseerde bedrijf wordt gezien als absolute wereldtop. Al is het nog slechts één der laatste der Mohikanen, zo vertelt klankregisseur Jean-Marie Geijssen. Dat weerhield Society of Sound, het door Bowers & Wilkins opgerichte muziekplatform, er niet van het Nederlandse bedrijf te benaderen voor een samenwerking. Wat in 2007 begon als platform voor mensen die een passie voor goed geluid delen, is inmiddels uitgegroeid tot een internationaal project waarbij abonnees muziek van zeer hoge opnamekwaliteit kunnen downloaden. Hoog tijd dus voor een kennismaking. Vier zeer verschillende verhalen die op het eerste oog niet zoveel met elkaar te maken lijken te hebben, maar door één en hetzelfde met elkaar verbonden zijn: Bowers & Wilkins. Al ruim 45 jaar één van de meest toonaangevende luidsprekerproducenten ter wereld.
Inhoud I Bowers & Wilkins: 4
Society of Sound
II Polyhymnia: 10
Laatste der Mohikanen
III Abbey Road Studios: 16
Op bezoek bij ‘s werelds bekendste studio’s
IV ID Lounge: 22
Innovatieve kraamkamer voor interactieve kruisbestuiving
3
> re p ortag e
1 Het streven naar perfectie in geluid
Bowers & Wilkins society of sound
Society of Sound Wat: platform Waar: wereldwijd
Wie:
4
Oorspronkelijk bedoeld als platform voor mensen die passie voor goed geluid delen, is Society of Sound vanuit Engeland uitgegroeid tot een internationaal project van Bowers & Wilkins. Niet alleen worden zorgvuldig ontwikkelde luidsprekers van wereldkwaliteit op de markt gebracht, dankzij Society of Sound wordt ook aan het bronmateriaal de nodige aandacht besteed.
Deel I - Bowers & Wilkins: Society of Sound En dat de apparatuur van Bowers & Wilkins behoort tot de beste ter wereld, blijkt wel uit het feit dat de bekendste opnamestudio ter wereld, Abbey Road Studios in Londen, al sinds eind jaren ’80 met apparatuur van B&W werkt. Een passie voor goed geluid die het deelt met het Nederlandse Polyhymnia, waarmee Society of Sound onlangs een samenwerking sloot. De stap vanuit Engeland is daarmee definitief gezet. In deze Hifidelity besteden we aandacht aan muziekplatform Society of Sound en Mastering Studio Polyhymnia, én doen we verslag van ons bezoek aan Abbey Road Studios. Oorsprong Bowers & Wilkins streeft naar de beste geluidskwaliteit en staat erom bekend dat het digitale muziek beter laat klinken dan je ooit voor mogelijk had gehouden, bijvoorbeeld met de veelvuldig bekroonde Zeppelin iPod speaker of de 800 Diamond, het paradepaardje van de Britse luidsprekerbouwer. Dus greep het in 1966 in het Zuid-Engelse Worthing opgerichte bedrijf terug naar een discipline waar het al eerder ervaring opdeed. Was het tussen 1988 en 1996 het eigen platenlabel B&W Music waarmee – vooral jazz, Latin en elektronische – muziek aan de man werd gebracht, in juni 2007 volgde de lancering van Society of Sound. Een online community waar niet alleen geïnformeerd, maar ook gediscussieerd kon worden over digitale muziek van hoge kwaliteit. Een platform waar mensen zich konden laten inspireren, lezen over de nieuwste ontwikkelingen of iets opsteken van mensen die dagelijks bezig zijn geluid naar een hoger niveau te tillen. Al snel mocht Society of Sound enkele prominente kopstukken uit de muziekindustrie tot zijn vrienden rekenen. Onder hen bijvoorbeeld Genesis-oprichter Peter Gabriel, Dave Stewart van Eurythmics, componist James Howard en jazzzangeres Cassandra Wilson. Want net als Bowers & Wilkins, hebben ook veel artiesten een passie voor de best mogelijke geluidsweergave en zagen zij hun zorgvuldig gecomponeerde,
gearrangeerde en geproduceerde muziek in matige kwaliteit aangeboden door digitale downloadportals. Groei en projecten Society of Sound groeide mede door die artiesten al snel uit tot een community voor gelijkstemden en sloot een samenwerking met Peter Gabriel. De Engelsman treedt niet alleen op als curator van de dienst, in zijn Real World Studios worden tevens opnamen in hoge kwaliteit gemaakt. Om deze via Society of Sound weer aan te bieden aan de abonnees. De leden, nu al ruim twintigduizend in getal, kunnen de door Society of Sound aangeboden muziek vervolgens in drie formaten downloaden: Apple Losless voor gebruikers van iTunes en 16-bit FLAC voor mensen die geen gebruikmaken van iTunes. Maar pas echt onderscheidend is de Society of Sound door de introductie van 24-bit FLAC. Heel veel dichter bij het echte studiogeluid, kwam de muziekluisteraar niet eerder in zijn eigen woonkamer. Het principe is simpel. Voor £33,95 (zo’n 43 euro) per jaar hebben abonnees van de dienst niet alleen toegang tot de catalogus van Society of Sound, ze krijgen daarnaast maandelijks twee nieuwe releases aangeboden in de voornoemde drie formaten. De opbrengst van de dienst wordt geïnvesteerd in nieuwe producties en artiesten. Diezelfde artiesten wisten de Society of Sound zoals gezegd al snel te vinden. Maar niet alleen juichten zij het initiatief toe, ze droegen ook gelijk een steentje bij om het tot een succes te maken. Wat te denken van (voormalig) frontman Brett Anderson van de Britse band Suede. Vlak na de start van de Bowers & Wilkins Music Club bood hij zijn tweede soloalbum Wilderness in hoge kwaliteit aan via Society of Sound. Dat gegeven is weliswaar niet zo bijzonder, maar dat hij dat drie weken voordat de langspeler elders verkrijgbaar was deed, natuurlijk wel. Sindsdien hebben ze bij Bowers & Wilkins zeker niet stilgezeten. Op de website van Society of Sound is niet alleen iedere maand nieuwe muziek te downloaden, ook blijft het
tekst Jochem Geerdink en Ben van der Sommen fotografie Bowers & Wilkins, Polyhymnia, Jochem Geerdink en Dré Wouters
5
> r ep o r t a g e
“Niet alleen worden zorgvuldig ontwikkelde luidsprekers van wereldkwaliteit op de markt gebracht, dankzij Society of Sound wordt ook aan het bronmateriaal de nodige aandacht besteed�
6
7
> r ep o r t a g e
“Society of Sound groeide mede door die artiesten al snel uit tot een community voor gelijkgestemden.� 8
zoeken naar nieuwe mogelijkheden en samenwerkingsverbanden. Die vond het in Baarn, bij Polyhymnia. Het bedrijf dat voortkwam uit Philips Classics en internationaal hoog aangeschreven staat voor het op locatie opnemen van klassieke muziek. Polyhymnia is één van de weinige klassieke muzieklabels die nog eigen opnamestudio’s heeft, maar voor de eerste collaboratie uitweek naar het Muziekcentrum Frits Philips in Eindhoven. Daar werd in juni met het vermaarde Berlin Philharmonic String Quintet werk van de Tsjechische componist Antonin Dvořák opgenomen. Voor Polyhymnia een hele eer. “De afgelopen jaren is dit kwintet uitgegroeid tot één van de beste gezelschappen in hun vakgebied”, zegt Jean-Marie Geijsen van Polyhymnia. “Het repertoire op dit album is in veilige handen bij het ensemble, de interpretatie van het werk – zowel muzikaal als vanuit technisch oogpunt – sublime.” Society of Sound en Polyhymnia Luc van der Heyden van Bowers & Wilkins kende het Philharmonisches Streichquintett Berlin, zoals het officieel heet, al wat langer. “Toen ik het voor het eerst hoorde op een privéfeestje een jaar of zes geleden, was ik diep onder de indruk”, blikt de Belg terug. “Dit kwintet kan alles, het heeft het hoogste niveau op het gebied van sonoriteit en muzikaliteit. Sterker, het heeft String Quintet in E flat, Op.97 opnieuw gearrangeerd, mét het gebruik van een double bass en een single viola. Volgens kenners vereist dat niet alleen lef, maar klinkt het nu ook beter dan het origineel.” Niet alleen muzikaal klinkt het beter dan ooit, ook technisch is de opname van het allerhoogste niveau. Precies zoals Society of Sound het graag ziet. “De opnames gingen in nauwe samenspraak met de leden van het kwintet”, vertelt Geijsen. “Ze waren verwonderd over de natuurlijke reproductie van hun instrumenten en de duidelijk hoorbare nuance in het geluid. Nooit eerder hoorden zij dat en ze waren er direct door gegrepen”, klinkt het met enige trots. Daarnaast werd er samengewerkt met PentaTone Classics, het label van PentaTone Music B.V. dat in 2001 opgericht is door drie voormalige werknemers van het vermaarde Philips Classics, één van de klassieke muziek labels van Universal. Opnieuw een belangrijke schakel in het totaalproject. Needless to say dat Geijsen vereerd is met de samenwerking tussen Polyhymnia en Society of Sound. “Ik voel me hooglijk vereerd dat deze productie is toegetreden tot het selecte aantal opnames dat Society of Sound aanbiedt aan haar leden. Zowel de muzikanten als deze productie zijn van het allerhoogste niveau. Het streven naar perfectie sluit naadloos aan op de intenties van Bowers & Wilkins.” De Nederlandse opnamespecialisten van Polyhymnia hopen dat de release van het album Dvořák String Quintet in G, Op.77 door het Berlin Philharmonic String Quintet, dat in januari beschikbaar komt via Society of Sound en hier door één van onze recensenten beschreven wordt, het startschot is van een langdurige samenwerking. Dat vertelde Jean-Marie Geijsen tijdens een bezoek dat HiFi.nl onlangs bracht aan het bedrijf in Baarn. Lees het op de volgende pagina’s van deze Hifidelity Special.
9
> r ep o r t a g e
2
STUDIO POLYHYMNIA Laatste der Mohikanen
Studio Polyhymnia Wat: wereldwijde top Waar: omgeving van Baarn Wie:
10
Deel II - Polyhymnia Het is een villa als zovelen in de rustieke en lommerrijke omgeving van Baarn. Maar dit specifieke pand aan de Prinses Marielaan herbergt Polyhymnia. Niet alleen één van de beste opname- en masteringfaciliteiten van ons land, het behoort tot de wereldwijde top wanneer het aankomt op opnemen op locatie. Om die reden ging muziekplatform Society of Sound van luidsprekerproducent Bowers & Wilkins onlangs een samenwerking aan met het bedrijf. Hoog tijd voor een bezoek dus. De grote, rode letters steken contrasterend af tegen de witte gevel van de statige villa. Samen vormen de tien karakters de naam Polyhymnia. Een bedrijf dat in oktober 1998 werd opgebouwd uit de boedel van Philips Classics, vernoemd naar één van de negen muzen uit de Griekse mythologie. Polyhymnia was de godin van de mimische kunst, de retoriek en de gewijde liederen. Uitstervende soort Muziek dus, en daar weten ze bij Polyhymnia alles van. Niet voor niets staat het bedrijf wereldwijd zeer hoog aangeschreven op het gebied van opname en mastering van klassieke muziek. Al behoort Polyhymnia inmiddels tot een – helaas – snel uitstervende soort. Steeds meer klassieke muzieklabels zijn de laatste jaren gestopt of huren de benodigde technici op projectbasis in. Zo niet bij het Nederlandse bedrijf. Jean-Marie Geijsen is klankregisseur, ook wel balance engineer of Tonmeister, bij Polyhymnia. Eind jaren ’80 kwam hij in dienst bij Philips Classics en was vervolgens tien jaar later één van de zes medeoprichters van Polyhymnia. “We konden het bedrijf overnemen inclusief pand en apparatuur”, vertelt Geijsen in de koffiehoek van het gebouw. De koffiemachine is weliswaar redelijk modern, de rest van de inrichting ademt jaren ’70 en ’80 van de vorige eeuw. In de gang van het pand staan vitrinekasten waarin oude apparatuur uitgestald staat. Het geeft de villa waarin Philips Classics zich in 1973 vestigde een beetje de grandeur van een museum. Akoestiek “Toen wij in 1998 het bedrijf overnamen, was het ons vooral te doen om de postproductieruimtes, de studio’s”, begint Geijsen. “Dat is voor ons het échte gereedschap. Wanneer je niet zulke goede luisterkamers hebt, dan kom je niet ver. Je hoort niet meer dan wat de akoestiek van de kamer toelaat. De twee luisterkamers in dit pand zijn volledig geoptimaliseerd om het laatst mogelijke restje informatie te kunnen horen. Dát stelt ons in de gelegenheid om goede producten te kunnen maken.” Producten voor een kleine, maar wel vrij stabiele markt. “Zowel aan de luisteraars- als opnamekant is het weliswaar stabiel, voor de centen hoeven we het in ieder geval niet te doen. We verdienen hier stuk voor stuk minder dan de
gemiddelde loodgieter. We doen dit uit liefde voor het vak. Liefde voor muziek, maar ook liefde voor de manier van werken. Het bezig zijn met mensen die daar hun hele hart en ziel in leggen. Het is puur de liefde voor het vak en het in stand houden van iets dat in al die jaren is opgebouwd.” Polyhymnia doet namelijk meer dan alleen klassieke muziek opnemen en afmixen, het bewaakt een bijzondere nalatenschap. “Om dit werk te kunnen doen, is know-how van essentieel belang. Het is meer dan even een paar microfoons neerzetten. Je moet partituren kunnen lezen en met de musici op niveau kunnen praten. Kennis van akoestiek is ook belangrijk, net als microfoontechnieken. Je moet overal wat van weten en inzicht hebben om een goedklinkende, hopelijk fantastisch klinkende, opname te kunnen maken.” Laatste der Mohikanen Helemaal uniek is het werk niet, al behoort Polyhymnia inmiddels wel tot de laatsten der Mohikanen. “Op wereldschaal zijn wij één van de grootsten, zo niet dé grootste”, weet Geijsen. “Je hebt bijvoorbeeld nog EBS (Emil Berliner Studios, red.) in Berlijn, dat is voortgekomen uit Deutsche Grammophon, terwijl medewerkers van Decca Classic Sound in Londen zijn begonnen. Maar dat zijn bedrijven van twee à drie personen, terwijl wij bij Polyhymnia met zo’n tien vaste mensen werken. Naast drie balance engineers zijn dat bijvoorbeeld ook een eigen opnameleider en een eigen onderhoudsmonteur.” Samen werken zij jaarlijks aan zo’n honderd tot honderdtwintig projecten, waarvan zo’n zeventig tot tachtig echt opnames. Van Canada tot Scandinavië en van Rusland tot in eigen land. Met altijd hetzelfde uitgangspunt: een opname van de hoogst mogelijk kwaliteit, met een zo natuurgetrouw mogelijk geluid. “Wij zijn geen equalizer, het mag niet onnatuurlijk klinken. De techniek mag van mij niet tussen de artiest en de luisteraar instaan. Onze opdracht is om het klankideaal dat een artiest heeft, zo natuurlijk mogelijk op te nemen en vast te leggen.” Zo ook bij de opnames van Dvořák String Quintet in G, Op.77 door het Berlin Philharmonic String Quintet. Een album dat Polyhymnia speciaal maakte voor leden van Society Of Sound van Bowers & Wilkins en waarvoor het uitweek naar de opnamestudio in Muziekgebouw Frits Philips in Eindhoven. “Een studio die ik zelf heb helpen ontwerpen en bouwen waar we regelmatig opnames maken. Opnemen is trouwens een ander proces dan veel mensen denken. De artiesten spelen een half uurtje en in die tijd zet je de microfoons neer en maak je een klankinstelling. Vervolgens blijf je daar vanaf en ben je een dag of drie alleen met de muziek bezig.” Nautilus Om te laten zien wat hij bedoelt, gaat Geijsen ons voor naar één van de twee luisterruimtes. Beide ruimtes zijn uitgerust met de 801 Nautilus van Bowers & Wilkins, volgens Geijsen “de beste die er zijn”. In het midden van de kamer staat een
11
> r ep o r t a g e
12
“Polyhymnia is niet alleen één van de beste opname- en masteringfaciliteiten van ons land, het behoort tot de wereldwijde top wanneer het aankomt op opnemen op locatie.”
13
> r ep o r t a g e
tafel aan welke, met behulp van een computer, de muziek gemixt wordt. “Alles wordt op aparte sporen opgenomen. Tijdens de opname praat je intensief met de muzikanten over interpretatie en hoe zij vinden dat iets klinken moet. Dat onthoud je, je maakt aantekeningen. Wanneer we hier in de studio een finalemix maken, dan gebruik je die gesprekken om tot een instelling te komen”, vertelt Geijsen,
mensen in contact te komen, die normaal gesproken misschien niet zo snel naar klassiek zal luisteren. Al is het vooral een eer dat wij tot een onze producten mogen tonen en een eer en erkenning voor het werk waar we hiermee bezig zijn.” Society of Sound werd min of meer geboren doordat liefhebbers een platform zochten om digitale muziek in hogere kwaliteit te delen. “Society of Sound is voor mensen die geïn-
“Muziek dus, en daar weten ze bij Polyhymnia alles van. Niet voor niets staat het bedrijf wereldwijd zeer hoog aangeschreven op het gebied van opname en mastering van klassieke muziek.” terwijl hij naar een aantekeningenboekje op tafel wijst. Nadat de klankregisseurs van Polyhymnia een instelling hebben bepaald, wordt deze teruggekoppeld naar de muzikanten. “In het geval van het Berlijnse strijkkwintet waren ze direct helemaal gelukkig. ‘Geweldig, niets meer aan doen. Alsjeblieft niets meer aan veranderen’, zeiden ze. Dat gebeurt niet altijd, maar deze muzikanten, waar we voor het eerst mee werkten, waren direct overtuigd van wat we gedaan hadden. Dat tekent onze jarenlange ervaring. Wij hebben leren luisteren, leren met musici omgaan en weten wat de muziek is.” Om te weten wat de muziek is, vindt Geijsen een conservatoriumopleiding haast een vereiste. Zelf studeerde hij er ook. “Ik speelde daar wat piano en fluit, maar dat mag eigenlijk geen naam hebben. Wanneer je met artiesten in aanraking komt van het niveau waarmee wij werken, dan durf je zelf niet eens meer te spelen. Maar het zorgt er wel voor dat je die mensen begrijpt en dat je de muziek snapt.” De Toekomst Met dik twintig jaar ervaring, blijkt Geijsen tijdens ons bezoek een vat vol prachtige anekdotes. “Iedere opname is anders. Musici zijn tegenwoordig veel beter, al weet je nooit welke interpretatie een muzikant aan een stuk geeft. Ook weet je niet in welke situatie je terecht komt. Zo heb ik eens met emmertjes water lopen slepen omdat het erg droog was in de opnameruimte. Door de vloer blank te zetten, verhoogden we de luchtvochtigheid. Vooral de houtblazers waren daar erg blij mee omdat het riet in hun instrument nu niet opdroogde. En ik was heel blij met het uiteindelijk geluid.” De status van Polyhymnia zorgde ervoor dat het werd benaderd door Society of Sound. “Voor ons is het een heel nieuw platform waarop wij onszelf kunnen presenteren en de consument kunnen laten beleven hoe mooi klassieke muziek is en hoe kwalitatief hoogstaand dat opgenomen kan worden. Het is een mogelijkheid voor ons om met een andere groep
14
teresseerd zijn in hoge kwaliteit, die thuis wellicht een goede installatie hebben staan en op zoek zijn naar goede muziek”, weet Geijsen. “De liefhebbers waar wij ons werk al jaren voor doen, voor wie wij een zo hoog mogelijke geluidskwaliteit nastreven.” Society of Sound is een online community waar niet alleen geïnformeerd, maar ook gediscussieerd kan worden over digitale muziek van hoge kwaliteit. Een platform waar mensen zich laten inspireren, lezen over de nieuwste ontwikkelingen of iets opsteken van mensen die dagelijks bezig zijn geluid naar een hoger niveau te tillen, waaronder engineers, muzikanten en gevierde instellingen als Abbey Road. Met een metafoor illustreert hij de noodzaak van bedrijven als Polyhymnia. “Je kunt het een beetje vergelijken met het produceren van auto’s. Een producent wil graag auto’s maken die tot grootse prestaties in staat zijn. Of dat in de praktijk ook allemaal gebruikt wordt, dat weet je natuurlijk niet. Je moet altijd nastreven voor het hoogst mogelijke te gaan, zo ook in ons vakgebied. Wanneer je al begint met kwaliteit weg te gooien, dan ben je verkeerd bezig.” Al baart de toekomst van Polyhymnia onze gastheer wel zorgen. Het blijkt namelijk lastig ‘vers bloed’ te vinden. “Dat heeft onze dagelijkse aandacht, maar we hebben nog niemand kunnen vinden waarvan we de overtuiging hebben dat hij of zij ons werk kan voortzetten. We zoeken mensen die bereid zijn het vak van ons te leren. Aan de ene kant is het natuurlijk technisch ontzettend ingewikkeld en breed. Tegelijkertijd is Polyhymnia een zelfstandig bedrijf, dus je moet ook nog een beetje ondernemersbloed in je hebben. Bijvoorbeeld op het gebied van acquisitie, klanten zoeken. We krijgen vaak sollicitanten die heel erg vanuit een technische achtergrond komen. Terwijl we juist mensen zoeken die geïnteresseerd zijn in de muziek, want daar draait het uiteindelijk om. De techniek kun jij je eigen maken. Wanneer je niet muzikaal bent, dan houdt het al op.”
15
> r ep o r t a g e
3
ABBEY ROAD STUDIOS Op bezoek bij ‘s werelds bekendste studio’s
Dozijn journalisten Wat: Abbey Road Studios Waar: Londen Wie:
16
Deel III - Abbey Road Studios Het zijn de bekendste opnamestudio’s ter wereld: Abbey Road Studios. Die faam is vooral te danken aan The Beatles, voor wie de studio’s in Londen haast een tweede huis was. Vrijwel alle albums en singles in het bestaan van de band werden er opgenomen. Al was de beatgroep uit Liverpool zeker niet de eerste, en al helemaal niet de laatste, act uit de rijke muziekgeschiedenis die de beroemde studio’s betrad. Op uitnodiging van Bowers & Wilkins, dat al zo’n 25 jaar lang een innige band met Abbey Road heeft, kreeg HiFi.nl een rondleiding. Op welk moment van de dag je er ook komt, er lopen altijd toeristen voor, op en achter ’s werelds beroemdste zebrapad nabij de ingang van de naar de straat waaraan het gevestigd is vernoemde studio’s. Abbey Road Studios, een naam die muziekliefhebbers wereldwijd magisch in de oren klinkt. Zij die een bezoek brengen aan Londen, reizen meestal ook even af naar NW8, de wijk in de Engelse hoofdstad waar de befaamde studio’s gevestigd zijn. Mythische status Toch is de mythische status van Abbey Road amper af te zien aan de voorgevel van het Georgiaans huis dat rond 1830 gebouwd werd. Voor een dusdanig grote naam in muziekland, oogt deze namelijk vrij klein. Wie niet beter weet, zou zo aan het wit geverfde pand met lichtgrijze raamkozijnen voorbij lopen. Bij Abbey Road Studios houden ze duidelijk niet van opsmuk, de naam is slechts in kleine letters boven de ingang af te lezen. Hoe anders is dat bij de muur van het hek om het gebouw. Deze is in de loop der jaren voorzien van enkele honderden ‘tags’. Namen van bands, zangers, zangeressen of gewoon die van de bezoeker zelf. Geschreven met pen, viltstift of zelfs spuitbussen. Want verder dan het hek komen de meeste toeristen niet. Abbey Road Studios is vrijwel alleen toegankelijk voor de medewerkers van het complex, of de artiesten die er komen opnemen. Slechts sporadisch worden buitenstaanders toegelaten. En dan meestal ook niet verder dan de receptie. Daar wordt dan ook raar opgekeken wanneer het dozijn Nederlandse en Belgische journalisten, waaronder HiFi.nl, zich meldt. Vanwege het partnership van Abbey Road Studios met luidsprekerfabrikant Bowers & Wilkins, krijgen zij vandaag een tour door het complex. Redelijk uniek, want op een
korte periode in de jaren tachtig na, worden geen publieke rondleidingen gegeven in de studio. Vandaag wordt een uitzondering gemaakt en zullen tourguides Gareth en Jim ons meevoeren langs tachtig jaar muziekgeschiedenis. Rondleiding Dat de receptionist niet gewend is aan rondleidingen, blijkt wel wanneer één van de journalisten een foto maakt. De man schiet direct in de strenge modus. “Geen foto’s, daar doet EMI nogal jumpy over”, zegt hij. Al sinds de jaren dertig van de vorige eeuw is het Britse platenlabel eigenaar van het pand. Het was destijds Gramophone Company, een voorloper van EMI, dat het huis kocht en ombouwde tot opnamestudio’s. In 1931 werd het geopend met een opname van het door Sir Edward Elgar gedirigeerde London Symphonic Orchestra. Studio One Die opname vond plaats in Studio One, waar onze rondtocht begint. Wie op straat voor Abbey Road Studios staat, kan niet vermoeden dat het pand een studio ter grootte van een flinke sporthal bevat. De ruimte biedt plaats aan een orkest tot zo’n honderd personen. Naast de ontelbare klassieke opnames, diende Studio One sinds begin jaren tachtig ook als locatie waar tientallen film- en game soundtracks het licht zagen. Zo dirigeerde John Williams hier zijn orkest bijvoorbeeld richting de muziek voor vijf van de zes Star Wars-films en werd, meer recent, de soundtrack voor Prometheus er opgenomen. Onze gidsen hebben een rijke historie binnen Abbey Road Studios en zijn daardoor een vat vol anekdotes. Zo vertellen zij over de opnames van de muziek voor Harry Potter And The Deathly Hallows: Part 2. “Nadat de regisseur vlak voor de deadline van de film besloot zijn montage aan te passen, moest ook de muziek veranderd worden. Een orkest werd opgetrommeld en de muziek opgenomen. Vervolgens moest deze nog gemixed en gemastered worden. Slechts enkele uren voordat de film gedistribueerd moest worden, was alles af.” Terwijl Gareth en Jim hun verhaal doen vanuit de controleruimte, wordt Studio One ingericht voor de opname van muziek voor een game. Film- en gamemuziek wordt namelijk steeds meer de core business van Abbey Road Studios, dat twee jaar geleden zelfs enige tijd door EMI in de etalage werd gezet. Door de veranderende, steeds kleiner wordende markt, maar vooral verbeterde technieken, kiezen artiesten en bandjes er steeds vaker voor thuis een studio in te richten. “Kun je thuis een album opnemen? Ja hoor, geen probleem”, zeggen onze gidsen. “Klinkt het dan hetzelfde als in Abbey Road? Nee”, voegen ze er snel aan toe. Niet alleen beschikt Abbey Road Studios volgens de twee
17
> r ep o r t a g e
“Het is niet toevallig dat The Beatles voorbij komt in de presentatie van Gibson. Ruim dertig jaar na zijn dood waart de geest van John Lennon overduidelijk nog rond in Abbey Road Studios.�
18
19
> r ep o r t a g e
20
over een unieke akoestiek, ook biedt het een grote verscheidenheid aan apparatuur. Soms vele tientallen jaren oud. “Maar wel met een erg specifiek geluid.” Als voorbeeld nemen Gareth en Jim de in Studio Two opgestelde Neumann M50 microfoons. “Deze zijn nog steeds erg populair bij onze opnameleiders. Ze gaan zelfs zo ver, dat ze op de lijst met benodigdheden specifieke serienummers noteren. Want iedere M50 heeft zo zijn eigen weergave”, zegt Jim. Niet alleen de engineers, ook de artiesten zijn natuurlijk eigengereide figuren. Al komen ze wel met een duidelijk doel naar Abbey Road. “Om een mooie opname te maken”,
bang bij de introductie van de 800 Series Diamond. Alles is te horen, je kunt je niet verstoppen.” Dat wordt duidelijk tijdens een korte demonstratie van audio restoration engineer Simon Gibson. Al ruim twintig jaar is hij verbonden aan Abbey Road Studios, waar hij oude opnames uit het rijke verleden van de studio oppoetst, digitaliseert, van mono naar stereo transformeert of zelfs voorziet van surround sound. Trots vertelt de Brit over zijn betrokkenheid bij de Grammy Award winnende remastering van de albums van The Beatles. Een project waar Gibson en zijn team vier jaar aan werkten. Ter illustratie laat hij de oude en
“Abbey Road Studios, een naam die muziekliefhebbers wereldwijd magisch in de oren klinkt.” zegt Gareth. Voor sterallures is geen plaats in de befaamde studio’s. “Imago blijft achter bij de voordeur”, lacht de gids. “Artiesten komen hier niet om hun ego te laten masseren, maar om een plaat te maken. Daarvoor betalen zij ons.” Ter illustratie: de kale huur van Studio Two bedraagt 1800 pond (ruim 2200 euro) per dag. Wie door de gangen van het imposante complex loopt, ziet een verscheidenheid aan apparatuur en instrumentarium. Ouderwetse opnameapparatuur, versterkers, luidsprekers of zelfs complete mengpanelen uit vervlogen tijden. “Het mengpaneel daar in de hoek werd in de jaren ‘60 door technici van EMI gebouwd”, vertelt Gareth in de controleruimte van Studio Three. “Wanneer mensen op zoek zijn naar een echte vintage sound, sluiten we deze aan. Want het werkt allemaal nog steeds.” De geest van John Lennon In welke ruimte van Abbey Road Studios je ook komt, overal staan luidsprekers van Bowers & Wilkins. Een partnership die zijn oorsprong eind jaren tachtig vond. Toen besloot de studio de B&W Matrix 801 als referentiemonitor te gaan gebruiken. Bijna 25 jaar later zijn het vooral de kenmerkende vormen van de 800 Series Diamond die we terugzien in de verschillende studio’s. Diverse andere luidsprekers van Bowers & Wilkins staan opgesteld of paraat, hangen aan het plafond of – in het geval van de onlangs gerenoveerde controleruimte van Studio Two – zijn weggewerkt in het plafond. Maar is het nou de kwaliteit van Bowers & Wilkins, of de langdurige relatie met het merk dat ervoor zorgt dat de twee na al die jaren nog steeds samenwerken, vraagt HiFi.nl aan Gareth. “Het is een combinatie van die twee”, begint onze gids. “We hebben in de afgelopen 25 jaar wel andere merken geprobeerd, maar steeds weer komen we terug bij B&W. Sterker, sommige van onze engineers werden een beetje
nieuwe opname horen; het verschil is evident. Het is niet toevallig dat The Beatles voorbij komt in de presentatie van Gibson. Ruim dertig jaar na zijn dood waart de geest van John Lennon overduidelijk nog rond in Abbey Road Studios. Een complex dat tot 1970 ‘gewoon’ door het leven ging als EMI Studios, maar na het succes van het Beatles-album Abbey Road zijn huidige naam kreeg. Dat de studio’s schatplichtig zijn aan het kwartet Liverpudlians, is duidelijk te zien in Abbey Road Studios. Aan de muren in gangen, waar in tegenstelling tot in de studio’s niet gefotografeerd mag worden, hangen dan ook veel foto’s, posters of zelfs gouden platen van Lennon, Paul McCartney, George Harrison en Ringo Starr. Ook tijdens de tour komt The Beatles regelmatig ter sprake. Bijvoorbeeld tijdens het slotstuk van onze bijna twee uur durende rondleiding in de Penthouse Studio. Verreweg de meest moderne studio van het complex, want als enige voorzien van een digitale mengtafel. Het wordt voornamelijk gebruik voor mixen en masteren van digitale (surround) opnames, al kan ook worden opgenomen in een kleine isoleercel. De studio is voorzien van liefst vijf B&W Nautilus 800D speakers. En om te laten horen hoe dat dan klinkt, spelen Gareth en Jim de videoclip van Imagine af. Juist, van John Lennon. Vol enthousiasme vertelden de twee tijdens de tour over hun werk, al maken zij zich tegelijkertijd zorgen over de toekomst. “Hoe de toekomst er uitziet? Geen idee. Een paar jaar geleden was de situatie onzeker en leek de studio zelfs verkocht te worden. Momenteel ziet het er allemaal veel rooskleuriger uit, maar dat kan volgend jaar zomaar ineens anders zijn. Daar houden wij ons echter niet zoveel mee bezig. Wij blijven gewoon doen wat we al die jaren hebben gedaan: zo goed mogelijke opnames maken”, besluiten onze tourguides.
21
> r ep o r t a g e
4
IDlounge Innovatieve kraamkamer voor interactieve kruisbestuiving
Wie:
22
Bowers & Wilkins Wat: ID Lounge Waar: Antwerpen
Deel IV - ID Lounge Aan de Godefriduskaai vlakbij het centrum van Antwerpen gebeuren opwindende dingen. Ooit was het een vervallen havengebied, nu is het een van de trendy hotspots van de bruisende Sinjorenstad. Het imposante Museum aan de Stroom torent hoog boven de jachthaven uit. De gerenoveerde panden stralen kwaliteit, innovatie en design uit. Juist de kenmerken van de wereldvermaarde geluidsgrootmeester Bowers & Wilkins. Op deze markante plek opende Bowers & Wilkins onlangs zijn ID Lounge in een prachtig historisch pand. Een uniek concept waarin Bowers & Wilkins samen met een groot aantal topmerken een synergetisch platform creëert dat als kraamkamer gaat functioneren voor interactieve, zakelijke kruisbestuiving. Erwin van der Putten, Managing Director van Bowers & Wilkins Benelux, is razend enthousiast over de innovatieve en multifunctionele ‘ontmoetingsplek’ die hier op het Eilandje, zoals dit gedeelte van Antwerpen genoemd wordt, gestalte heeft gekregen. “Bowers & Wilkins besloot de activiteiten in de Lage Landen te centraliseren”, legt hij uit. “We moesten dus op zoek naar een plek voor een hoofdkantoor van waaruit we de markt in de Benelux konden bedienen. Antwerpen lag min of meer voor de hand, vanwege de centrale ligging en de spirit die de stad uitstraalt. Hier gebeurt het! Toen ik dit pand dat ooit als postkantoor dienst deed, aangeboden kreeg, heb ik ook geen seconde geaarzeld. Voor ons was dit de ideale plek, temeer omdat ik al geruime tijd met het concept van de ID Lounge actief bezig was. We hebben ingrijpend verbouwd en ervoor gezorgd dat we alle ‘state of the art’-voorzieningen, die een voorwaarde zijn voor het welslagen van dit concept, in huis hadden. Een gedeelte van de ruimte achter hoge glazen wanden gebruiken we als centrale voor onze Bowers & Wilkins-activiteiten. Op ons kantoor werken we met zeven medewerkers dagelijks aan onze drie speerpunten: de core business, in het bijzonder onze wereldvermaarde collectie topspeakers, de new media waarvan de Zeppelin Air met AirPlay technologie een voorbeeld is die voor ons nieuwe markten opent, en de naadloze integratie van onze luidsprekers in de woonomgeving waarin ze praktisch onzichtbaar een plek krijgen en toch een topgeluid genereren. Een werkplek voor het hoofdkantoor was echter slechts een van onze doelstellingen. Binnen het ID Lounge-concept wilden we een multifunctionele woon-, werk- en leefruimte creëren waarin we met een aantal partners participeren. Alle deelnemers kunnen zakelijk gebruik maken van alle voorzieningen.” Complementaire partners “Het idee voor dit concept ontstond tijdens een beurs waar we samen met fabrikanten van verwante apparatuur een stand deelden. Dat bleek naar ons idee in de praktijk niet echt goed te werken. Onze producten kwamen onvoldoende uit de
verf. Luidsprekers zijn geen stand-alone-objecten. Ze passen in een woonomgeving waarin meubilair, open haarden, verlichting en andere elektronica eveneens een plaats hebben. Samen met Bart Altewischer van M-Btion, Marketing en PR Consultancy, ben ik gaan brainstormen en als gevolg daarvan zijn we op zoek gegaan naar partners die complementair voor onze producten zijn. Samen met hen hebben we de laatste twee edities van de Woonbeurs een stand ingericht waarin al die verschillende disciplines aan bod kwamen. Iedere deelnemer was enthousiast over het resultaat van deze synergie. Vervolgens hebben we een aantal van hen ook enthousiast gekregen voor ons idee van deze multifunctionele ruimte in Antwerpen. Grote, internationaal gerenommeerde merken als BTicino (schakelapparatuur), Control4 (integratiesystemen), Sharp (consumer electronics/beeldschermen), Quinze & Milan (design meubels) en Delta Light (innovatieve verlichting), maar ook kwalitatief zeer sterke merken van eigen bodem zoals Bart Hoes (groene architectuur), Eric Kant (architect), Roelfien Vos (interieur en decoratie), Mutrox (akoestische architectuur) en vele anderen maken nu deel uit van de ID Lounge. In totaal zijn het er maar liefst twintig partners! De ID Lounge is voor alle deelnemende partners beschikbaar als ontmoetingsplek met hun relaties, klanten en prospects. Ze kunnen er demonstraties geven, de ruimte gebruiken als tijdelijke werkplek of seminars organiseren. De ruimtes werden zo ontworpen dat ze geen showroomuitstraling hebben, maar uit werkelijk bruikbare modules bestaan, die onze partners de mogelijkheid bieden hun relaties in een realistische setting te ontvangen. In principe kunnen ze bij ons online tijd reserveren voor hun activiteiten. Zelf bruisen we natuurlijk ook van ideeën om de ID Lounge voor onze eigen doeleinden in te zetten. Zo lopen we met plannen rond om hier miniconcertjes te organiseren die we via onze Society of Sound wereldwijd beschikbaar maken voor de liefhebbers. De mogelijkheden zijn bijna eindeloos. Ook door de samenwerking met onze partners zullen nieuwe ideeën ontstaan. Daarvan ben ik overtuigd.” Pronkstukken “Een van de pronkstukken van de synergie tussen de partners, is het unieke meubel van 3,5m bij 3,5m voorzien van een Sharp 70” beeldscherm én liftsysteem. Maar liefst zes partners slaagden erin om dankzij hun expertise een ongekend state of the art-element te creëren. Het design is van de hand van Eric Kant, de bouw nam Gielissen voor zijn rekening, terwijl Bowers & Wilkins en Sharp voor respectievelijk de audio-en beeldapparaten zorgden. Mutrox maakte dat het meubel akoestisch de beste kwaliteit levert. Het liftsysteem werkt naadloos dankzij Audipack en Control4 zorgde voor het centrale besturingssysteem. Het unieke stuk werd ontwikkeld naar een recente trend die steeds meer terrein wint. De vraag naar een perfecte onzichtbare integratie van de audio/video toepassingen maar dan op een zeer hoog niveau, neemt namelijk toe. Als een consument geen gebruik maakt
23
> r ep o r t a g e
24
“Hier gebeurt het! Toen ik dit pand, dat ooit als postkantoor dienst deed, aangeboden kreeg, heb ik ook geen seconde geaarzeld.�
Audipack
Liften en accessoires voor beeld en geluid
Audioquest
A/V Cables en Accessories
Bart Hoes
Groene Architechtuur
Bowers & Wilkins
Luidsprekers
Brain Power Group
Consultancy Netwerk
BTicino
Schakelmateriaal
Classe
A/V Apparatuur
Control 4
Home Automation
Delta Light
Verlichting
Eric Kant
Architecture & Interior Design
Gielissen
Exclusieve Interieur projecten
Grillo
Natuursteen
M-Btion
Marketing & PR Consultancy
Mutrox
Akoestiek
Marantz
A/V Apparatuur
Quinze & Milan
Meubilair
Roelfien Vos
Interiors & Decoration
Rotel
A/V Apparatuur
Sharp
Electronica en TV Monitoren
Het Schouwspel
Openhaarden
Tinello
Keuken en Interieur
25
> r ep o r t a g e
van bijvoorbeeld het beeldscherm, zit dit mooi opgeborgen in een op maat gemaakt meubelstuk dat een meerwaarde biedt aan het interieur. Perfectie bestaat wel degelijk. Een ander heel bijzonder element in de ruimte van de ID Lounge zijn de twee Groene Wanden van Bart Hoes. Deze werden geïnstalleerd in speciale hangende plantenbakken met een automatisch irrigatiesysteem waardoor deze zich perfect lenen voor gebruik in een werkomgeving. Het is midden in de stad niet altijd eenvoudig om groen te creëren, maar behalve dat groen bijdraagt aan een mooier interieur, heeft het ook tal van andere voordelen. Onderzoek van de Vereniging Hoveniers en Groenvoorziening wees namelijk uit dat de aanwezigheid van groen bijdraagt tot de creativiteit en productiviteit van mensen. Interieurbeplanting gaat de negatieve invloed van printers, kopieermachines en computers op de luchtkwaliteit tegen, zorgt voor vijf procent meer luchtvochtigheid en vangt schadelijke stofdeeltjes op. Een goede groeninstallatie op kantoor, midden in de stad zonder mogelijkheden voor een buitentuin, draagt met andere woorden bij tot een betere leef- en werkomgeving.” Sound Tasting “Een onvermoed aspect van onze geïntegreerde geluidssystemen bleek de toepassing in de horeca en in het bijzonder in toprestaurants. ‘Sound Tasting’ draagt bij aan het welbevinden van gasten. Vaak is het in een restaurant heel moeilijk om een goed evenwicht te creëren tussen het stemgeluid van de gasten en het muzikale achtergrondgeluid. De luidsprekers van Bowers & Wilkins zijn vermaard om hun vermogen om ook in het middengebied van het geluid een uitstekende geluidsreproductie te realiseren. Dat zorgt voor rust en een aangename sfeer waarin het prettig tafelen is. Daarom staat er in de ID Lounge een levensechte keukenopstelling, geleverd en geïnstalleerd door Tinello, naar een ontwerp van Eric Kant. De krachtige vormdetails en het materiaalgebruik maken deze keuken heel bijzonder. Typerend zijn de krachtige horizontale belijningen die het keukenblok vijf centimeter diep omkaderen. De zijkanten van het eiland steken buiten het werkblad uit zodat er een cockpit gevoel achter het eiland ontstaat. Uiteraard zijn onze luidsprekers in het totale ontwerp geïntegreerd. De officiële opening van de Bowers & Wilkins ID Lounge hebben we daarom culinair laten verzorgen door sterrenchef en overbuur Viki Geunes. Viki verhuisde een jaar geleden zijn bekroonde restaurant ‘t Zilte naar de nok van het Museum aan de Stroom en al snel vonden Bowers & Wilkins en Viki elkaar. Dit mede omdat Viki zelf een grote fan van de Bowers & Wilkins luidsprekers is. Het was een doorslaand succes.” Toekomst “De aftrap van de ID Lounge vond op 23 mei plaats en vormde de start van een avontuurlijke ontdekkingsreis naar de wellicht onbegrensde mogelijkheden van ‘co-working’ tussen complementaire partners. Ik ben heel benieuwd hoe zich dat in de toekomst zal ontwikkelen en hoe dit unieke concept waarvoor Bowers & Wilkins het voortouw nam, succesvol invulling zal krijgen. De toekomst zal het leren, maar ik ben ervan overtuigd dat we optimaal zullen gaan profiteren van elkaars expertise en innovatieve ideeën.”
26
27
tie i d e e l a i spec
specia
B&W Group Benelux
Godefriduskaai 14 2000 Antwerpen Belgium
T NL: + 31 20 5602940 T BE: + 32 3 2067550 info@bwgroup.nl info@bwgroup.be www.bowers-wilkins.nl