Diagnostiek van
persoonlijkheid en persoonlijkheidsstoornissen in de praktijk
• Persoonlijkheidsonderzoek: NEO-3 • Vragenlijst over boosheid: STAXI-2 en meer
Waarom loopt deze cliënt steeds tegen dezelfde problemen aan?
Hoe kan ik een werkrelatie met mijn cliënt aangaan, op een manier die prettig is voor ons allebei?
Welke therapievorm sluit aan bij de behoeften van deze cliënt?
In welke omgeving zal deze cliënt zich prettig voelen en zijn of haar talenten kunnen ontplooien?
Hoe kan ik deze cliënt helpen zijn of haar zelfkennis te vergroten?
Inzicht in de persoonlijkheid van een cliënt kan op verschillende manieren het diagnostisch en behandelproces versoepelen en antwoord bieden op vele vragen. Het Big Five-model is bij uitstek geschikt voor het in kaart brengen van persoonlijkheid. In dit model staan vijf persoonlijkheidseigenschappen centraal: Neuroticisme, Extraversie, Openheid, Altruïsme en Consciëntieusheid.
NEO-PI-3 en NEO-FFI-3 Persoonlijkheidsvragenlijsten Om de Big Five persoonlijkheidseigenschappen in kaart te brengen worden wereldwijd de NEO Persoonlijkheidsvragenlijsten gebruikt. Dit zijn zelfrapportagelijsten waarop de cliënt aangeeft in hoeverre hij of zij het eens is met stellingen over zichzelf, zoals ‘Ik houd mijn spullen netjes en schoon’. Recentelijk is de nieuwste versie van deze persoonlijkheidsvragenlijsten verschenen: de NEO-3. De NEO-3 is voorzien van up-to-date normen en is geschikt voor cliënten tussen de 16 en 70 jaar. Omdat de vragen niet al te complex geformuleerd zijn, kan de NEO-3 gebruikt worden voor cliënten van verschillende opleidingsniveaus: van lager tot wetenschappelijk onderwijs. De NEO-3 is de nieuwe standaard voor het in kaart brengen van persoonlijkheid.
Hoe werk ik met de NEO-3 persoonlijkheidsvragenlijsten? De NEO-3 bestaat uit twee vragenlijsten: De NEO-PI-3 en de NEO-FFI-3, de kortere variant. Beide brengen de Big Five persoonlijkheidseigenschappen in kaart. Bij de NEO-PI-3 wordt elk van deze eigenschappen ook nog onderverdeeld in zes facetten. Hieronder zijn de eigenschappen en facetten schematisch weergegeven. Neuroticisme
Extraversie
Openheid
Altruïsme
Consciëntieusheid
Angst
Hartelijkheid
Fantasie
Vertrouwen
Doelmatigheid
Ergernis
Sociabiliteit
Esthetiek
Oprechtheid
Ordelijkheid
Depressie
Dominantie
Gevoelens
Zorgzaamheid
Betrouwbaarheid
Schaamte
Energie
Veranderingen
Inschikkelijkheid
Ambitie
Impulsiviteit
Avonturisme
Ideeën
Bescheidenheid
Zelfdiscipline
Kwetsbaarheid
Vrolijkheid
Waarden
Medeleven
Bedachtzaamheid
De NEO-PI-3 bevat 240 vragen; invullen duurt ongeveer 45 minuten. De NEO-FFI-3 bevat 60 vragen en invullen duurt wat korter: ongeveer 10 minuten. Zowel de NEO-PI-3 als de NEO-FFI-3 kunnen op twee manieren worden afgenomen: op papier of digitaal in het vernieuwde Hogrefe Test System (HTS5).
Hans Hoekstra Filip De Fruyt
NEO-PI-3
e versie: Oorspronkelijk Paul Costa Robert McCrae
Persoonlijkhe
Hans Hoekstra Filip De Fruyt Oorspronkelijk e versie: Paul Costa Robert McCrae
NEO-FFI-3 Persoonlijkhe
Vragenboekje
idsvragenlijst
idsvragenlijst
Vragenboekje
AMsteRDAM · BeRn · FiRenze · Göttin Gen · Helsinki · køBen HAVn ·
PARis · PRAHA · stOCkH HAVn · OxFORD · Gen · Helsinki · køBen · FiRenze · Göttin AMsteRDAM · BeRn
OlM · Wien
OxFORD · PARis · PRAHA
· stOCkHOlM · Wien
Hoe worden de resultaten van de NEO-3 persoonlijkheidsvragenlijsten gepresenteerd? Bij een afname van de NEO op papier vult de cliënt de vragen in op een doordrukformulier. De scores kunnen daarna eenvoudig worden verwerkt en worden ingetekend op het profielformulier of stijlgrafiek. In de digitale versie gebeurt dit alles automatisch. • Persoonlijkheidsscores De persoonlijkheidsscores zijn per eigenschap (en voor de NEO-PI-3 ook per facet) te bepalen. U kunt hiermee uw cliënt vergelijken met de passende normgroep op basis van geslacht en opleidingsniveau. Voor de NEO-PI-3 zijn er ook normgroepen op leeftijd.
• Stijlgrafieken In de stijlgrafieken wordt zichtbaar welke persoonlijkheidsstijlen bij specifieke scorecombinaties passen. De emotiebeleving van een extravert, neurotisch persoon, is bijvoorbeeld heel anders dan die van iemand die even extravert is, maar minder neurotisch. Specifieke combinaties van persoonlijkheidseigenschappen worden zo in verband gebracht met persoonlijkheidsstijlen op het gebied van leren, omgaan met heftige gebeurtenissen, sociale relaties aangaan, enzovoort. De beschrijvingen bij de stijlgrafieken maken de link naar de dagelijkse werkelijkheid kleiner. Bruikbaar voor zowel de NEO-PI-3 als de NEO-FFI-3.
• Profielformulieren De scores op alle eigenschappen en facetten van de NEO-PI-3 zijn in één oogopslag te overzien op het profielformulier. De profielformulieren zijn los te bestellen en eenvoudig in te tekenen.
Digitale rapporten Bij een digitale afname van de beide NEO-3 persoonlijkheidsvragenlijsten kunt u een basisrapport downloaden. Daarnaast kunt u bij de NEO-PI-3 kiezen voor een klinisch rapport. In het basisrapport vindt u de automatisch berekende persoonlijkheidsscores, en voor de NEO-PI-3 ook het ingevulde profielformulier. Daarnaast vindt u de omschrijving van hoge en lage scores op elke eigenschap en elk facet. De items met bijbehorende scores worden ook weergegeven.
De meest complete optie: het klinisch rapport van de NEO-PI-3 In het klinisch rapport vindt u de persoonlijkheidsscores en de stijlgrafieken.
Klinisch rapport - Persoonlijkheidsscores
In het klinisch rapport vindt u bovendien een passende persoonlijkheidsbeschrijving van de cliënt, op basis van de scores. Dit voorkomt eventuele interpretatiefouten, en bespaart u veel tijd bij het opstellen van uw verslag.
- Stijlgrafieken - Interpretatie van de persoonlijkheidsscores - Checklist voor verhoogde risico’s
Daarnaast bevat het klinisch rapport een unieke checklist voor verhoogde risico’s, die aanknopingspunten biedt om mogelijke problemen nader uit te vragen. De checklist is uiteraard afgestemd op de scores van de cliënt.
De checklist voor verhoogde risico’s: een voorbeeld Een cliënt met een bijzonder hoge score op Altruïsme zou in de problemen kunnen komen door een beperkte weerbaarheid, bijvoorbeeld ten opzichte van collega’s of een werkgever. Dit hóéft natuurlijk niet zo te zijn, bijvoorbeeld omdat de cliënt zelf manieren heeft ontwikkeld om met zijn of haar kwetsbaarheid om te gaan. Met de checklist kunt u dergelijke vragen eenvoudig bespreken met de cliënt.
STAXI-2 Vragenlijst over boosheid Vanwege het internationale succes is de STAXI-2 nu ook vertaald naar het Nederlands, inclusief Nederlandse normen. Heeft uw cliënt te maken heeft met agressieregulatieproblemen of opgekropte frustraties? Is de boosheid een obstakel voor zijn of haar gezondheid? Staat de boosheid de behandeling in de weg? Boosheidsregulatie is belangrijk voor de geestelijke en lichamelijke gezondheid. Problemen met boosheid komen voor bij uiteenlopende psychiatrische stoornissen (PTSS, autisme, ADHD) en persoonlijkheidsstoornissen. Bovendien zorgen problemen met de expressie en regulatie van boosheid voor beperkingen op het gebied van sociale relaties en werk, maar ook in de behandelsetting, bij het stellen van doelen en het aangaan van een behandelrelatie. Of de boosheid nu onderdeel is van de aanmeldingsreden of niet: het kan essentieel zijn om eerst zicht te krijgen op dergelijke emoties bij uw cliënt. De STAXI-2 is een vragenlijst over boosheid, voor jongeren en volwassenen (vanaf 16 jaar), die door de cliënt zelf wordt ingevuld. De afname duurt ongeveer 10 minuten, evenals het scoren. De STAXI-2 bevat meerdere schalen voor een compleet beeld van de boosheid van uw cliënt:
Ernst en aard van de boosheid Boosheid in het algemeen (trait) Boosheid op een specifiek moment (state) Het startpakket van de STAXI-2 bevat: - Handleiding - Vragenlijsten (per 20) - Profielformulieren (per 20)
Boosheidsexpressie Heeft de cliënt de neiging zijn of haar boosheid te uiten met fysieke of verbale agressie, of juist de boosheid te onderdrukken? Boosheidsregulatie Reguleert de cliënt de gevoelens van boosheid? En lukt het de cliënt ook zichzelf te kalmeren?
DAPP-BQ Assessment van persoonlijkheidspathologie
DAPP-BQ
W. John Livesley Douglas N. Jackson : Nederlandse bewerking Dirk van Kampen Edwin de Beurs
Inclusief DAPP Screening Handleiding
· stocKHoLm · WiEN · oxforD · pAris · prAG GöttiNGEN · KopENHAGEN AmstErDAm · BErN ·
De DAPP-BQ brengt het hele spectrum aan persoonlijkheidsstoornissen in kaart. • Zelfrapportage voor volwassenen vanaf 18 jaar • Zowel op papier als digitaal beschikbaar. • Vier domeinen: emotionele disregulatie, niet-sociaal gedrag, inhibitie en compulsiviteit • De domeinen zijn onderverdeeld in 18 dimensies (bijvoorbeeld narcisme, geslotenheid, onderdanigheid) • Uitgebreide versie (290 vragen, 45 minuten) of screening (136 vragen, 25 minuten) • Gemakkelijk te vertalen naar interventies
Lezen over persoonlijkheidsstoornissen bij ouderen
€ 37,50
Big Five bij kinderen: HiPIC
HiPIC Ivan Mervielde Filip De Fruyt Barbara De Clercq
Persoonlijkheidsvrage
nlijst
Handleiding
· stoCKHolM · WIen · oxForD · pArIs · prAG GöttInGen · KopenHAGen AMsterDAM · Bern ·
Met de HiPIC kunt u ook bij kinderen (6-12) inzicht verkrijgen in de Big Five persoonlijkheidseigenschappen. Deze worden onderverdeeld in 18 onderliggende facetten. Een ouder of verzorger vult de vragenlijst in, die bestaat uit 144 vragen. Afname duurt ongeveer 25 minuten. De HiPIC is zowel op papier als digitaal beschikbaar.
De digitale testomgeving: HTS5 • Het Hogrefe TestSystem is het digitale systeem waarmee tests en vragenlijsten van Hogrefe worden afgenomen • De nieuwste versie heet HTS5. • Keuze uit meerdere rapporten, zoals het klinisch rapport van de NEO-PI-3 • Nu ook voor Apple en tablets! • Gebruiksvriendelijk • Tijdwinst: automatisch scoren
Op onze website vindt u een overzicht van al onze producten met actuele prijsinformatie. Daar kunt u ook tests bestellen. Hogrefe Uitgevers Weteringschans 128 1017 XV Amsterdam info@hogrefe.nl www.hogrefe.nl