TEL_08-2016

Page 1


Actieperiode: 1 maart t/m 30 juni

2016

,

,

, c , 9W



„Nederland is toonaangevend op het gebied van innovatie”, zo hield Rutte het publiek voor. „Samenwerking bepaalt 70% van de technische innovatie.” Rutte was ook vol lof over de topsectoren die volgens hem enorm goed werken. Toch bekende de premier dat hij er destijds geen voorstander van

was, maar hij heeft zijn mening sindsdien herzien. Tijdens de Innovation Expo, die wegens het Nederlandse EUvoorzitterschap in Amsterdam werd gehouden, bleek maar weer eens dat de overheid een grote aanjager is van innovatie. Dit blijkt alleen al uit de inmiddels meer dan 200 green deals die door het Rijk met private partijen zijn afgesloten.

Zo tekende minister Kamp van Economische Zaken tijdens de expo vijf green deals, waaronder Groene daken fase 2 en Stimuleren van biobased producten voor de openbare ruimte. De green deal Groene daken fase 2 wordt getrokken door lector Christoph Marie Ravesloot van Hogeschool Rotterdam. In eerste instantie was de inzet om met name nieuwbouw van groene daken te voorzien, maar nu wordt de focus verlegd naar bestaande

Innovatie is een van die woorden, net als duurzaamheid, die zo vaak worden gebruikt dat de betekenis ervan verloren dreigt te gaan. Daarom is het goed om alle innovaties waaraan wordt gewerkt, van prototypes en pilots tot producten die zich al in de praktijk hebben bewezen, eens bij elkaar te zien op een overzichtsbeurs. Innovation Expo in Amsterdam was zo’n gelegenheid. Natuurlijk, veel van deze producten zijn al langer bekend, maar om deze vindingen uitgestald te zien wel bijzonder. Groene daken die zelf het regenwater reguleren, bomen die gloeien in het donker, een rugzak met plant om de stad van zuurstof te voorzien, het was er allemaal. De opvallendste bijdrage was echter wat mij betreft het biobased huis waaraan ondermeer NL Greenlabel heeft meegewerkt. Een complete woning, opge-

bouw. De green deal Stimuleren van biobased producten voor de openbare ruimte wordt getrokken door Bert van Vuuren, directeur van Natural Plastics, samen met Vincent van Rijsewijk van PEP Business Creators. Ook Dolmans Landscaping is bij de deal betrokken.

Naast een expositieterrein waarop zowel particuliere als private partijen hun innovaties uitstalden, waaronder opvallend veel groene producten, was er ook de Challenge Stad van de Toekomst waarvoor ruim vijftig ideeën voor stedelijke vernieuwing zijn aangemeld. Winnaar werd Hemel(s)water van Albert Jansen. Dit project draait om het zuiveren van regenwater om het als drinkwater te gebruiken. De publieksprijs ging naar BlueCity010. Voor Gewildgroei was er een gedeelde tweede prijs, samen met Buiksloterham Circulair. <

bouwd uit duurzame, biobased materialen. Rondom de woning beplanting die biodiversiteit stimuleert, stroomopwekkende planten van Plant-e, gevelbegroeiing en bijenhotels. Hier is de som der delen duidelijk groter dan ieder afzonderlijk aspect. Daar zit ook de kracht van innovatie, zo bleek duidelijk tijdens deze expo, in de samenwerking tussen diverse partijen, van Rijksoverheid tot private organisaties en bedrijven. In de woorden van minister Henk Kamp: „Er is geen alternatief voor samenwerking.” Niet voor niets werden tijdens de expo vijf nieuwe green deals ondertekend waarmee het aantal de 200 heeft overschreden. Deze deals moeten leiden tot oplossingen voor maatschappelijke problemen in stedelijke regio’s. Van wateroverlast tot hittestress, van luchtvervuiling tot gezondheid, waarbij groen een rol kan spelen. Een echte eyeopener, deze expo.


Vakblad Binnenlands Bestuur ondervroeg beleidsmedewerkers en leidinggevenden van Nederlandse gemeenten over de bezuinigingen op de openbare ruimte. Het meest genoemd als post waarop wordt bezuinigd is groenbeheer (85%), gevolgd door wegen (70%). Toch zegt in een parallel onderzoek door I&O Research maar liefst 52% van de burgers dat de kwaliteit van het openbaar groen gelijk is gebeleven. Ruim 31% ziet de kwaliteit achteruit gaan, 12% ziet zelfs vooruitgang.

Vergeleken met andere posten zoals wegen, riolering en speelvoorzieningen, springen de bezuinigingen op groen wel het meest in het oog bij de burger. Bij wegen ziet bijvoorbeeld slechts 22% achteruitgang en bij voorzieningen 20%. Volgens de onderzoekers is het onderhoudsniveau van de openbare ruimte blijkbaar nog niet door een kritische grens gezakt. Dit zou echter kunnen kantelen, aangezien veel gemeenten voor de komende jaren een piek in vervangingsinvesteringen verwachten. Met name bij langetermijninvesteringen is nog niet duidelijk hoe groot deze posten zijn.

Om verder te besparen op kosten voor onderhoud volgen

gemeenten verschillende strategieën. Zo wordt het onderhoudsniveau verder verlaagd, wordt het aantal speelplekken teruggebracht of wordt snippergroen verkocht. De gemeente Utrecht is bijvoorbeeld bezig met het uitbreiden van de mogelijkheden voor burgers om snippergroen te kopen naar meer wijken in de stad.

VHG heeft juist deze maand gemeenten opgeroepen om meer te investeren in groen. VHGdirecteur Egbert Roozen schrijft in een brief aan de colleges van burgemeester en wethouders en gemeenteraden: „Groen draagt bij aan de kwaliteit van de leefomgeving, biodiversiteit en gezondheid.” De voorjaarsbrief bevat een aantal concrete suggesties om

aan de slag te gaan met vergroenen en verduurzamen. Zo wordt het concept De Levende Tuin toegelicht, niet alleen voor particulieren maar ook voor de openbare ruimte. VHG heeft hiervoor een handleiding ontwikkeld. Dat geldt ook voor de aanleg van groene schoolpleinen.

Verder doet de VHG suggesties voor burgerparticpatie. Volgens de branchevereniging is samenwerking het sleutelwoord om participatieprojecten een duurzaam karakter te geven. „Door samenwerking tussen bewoners, gemeente en groene ondernemers worden kennis en ervaring gedeeld, wordt sociale cohesie bevorderd en krijgt de buurt een fraaier aanzien.” <


planten. Het is overigens niet ten in staan, veel planten hebben namelijk behalve hun cultivarnaam ook een handelsnaam. nieuwe planten opgenomen. In grote meerderheid zijn dit nieuwe cultivars, maar er zijn ook enkele honderden nieuwe soorten toegevoegd die recentelijk in de handel zijn gekomen. Verder zijn taxonomische namen in samenspraak met bedrijfsleven aangepast.

De boekjes zijn voor het eerst uitgegeven door Naktuinbouw. bouw de rassenregistratie van boomkwekerijgewassen van PPO overgenomen. Naktuinbouw houdt zich al bezig met registratie zoals van fruitrassen en kwekersrecht. De twee nieuwe edities zijn mede met sectorgelden van het voormalige Productschap Tuinbouw gerealiseerd. Ze kunnen via internationalplantnames.com worden besteld, maar kunnen ook worden afgehaald bij Naktuinbouw in Roelofarendsveen of bij plantentuin Esveld in Boskoop. De naamlijst van houtige ge-

zijn ook digitaal verkrijgbaar. Daarnaast is het mogelijk om gratis op internet de digitale database met plantennamen te doorzoeken via internationalplantnames.com. <

Naast ons huis staan al twintig jaar iepen. Deze oerHollandse bomen bloeien elk voorjaar uitbundig wat eindigt met een enorme hoeveelheid zaad. Dit zaad levert elk jaar rond Koningsdag de nodige ergernis op. Bij droog weer dwarrelen de zaden massaal naar beneden en ik kom ze overal in ons huis tegen. Zelfs tot in het doucheputje. Irritant. „Kunt u ons vertellen wat er rond Koningsdag uit de bomen naar beneden valt?” Vijf jaar geleden bellen mij twee creatieve ondernemers. Ik geef een korte les basisschoolbiologie over de iep, windbestuiving, voorjaarsbloeier, meeldraden, stempel én zaad. En de noodzaak van heel veel zaad. Verwondering aan de andere kant van de lijn met direct daarop volgend: „Wij zien dit fenomeen als lentesneeuw en gaan er jaarlijks een festival mee maken.” Heb ik dat goed verstaan? Een festival rond rommel?

Net voor het groeiseizoen weer begint, freest Addie Tielen van Tielen Groenservice uit Someren de wortels door van bomen

door het bos. Als er eenmaal een paar jaar doorheen gefreesd is, is het volgens de groenvoorziener wellicht ook afdoende om er jaarlijks of tweejaarlijks met een tand doorheen te snijden.

Het Springsnow festival Amsterdam viert dit jaar haar eerste lustrum. Lentesneeuw, maar dan internationaal. De twee creatieve ondernemers timmeren penzaad. Een maand lang een ode aan de iep die zo typerend is voor de stad. ’City marketing’. De bekendste bakker van Amsterdam bestrooit zijn gebakjes met verse zaden. Want vers iepenzaad smaakt verdomd lekker. Net een klein walnootje, zo weet ik inmiddels. Door er anders naar te kijken, wordt de wereld een stuk vrolijker. Het vallende iepenzaad zie ik als confetti en als voorbode van een mooie zomer met veel vrolijkheid. Lang leve de Koning en het zaad. Iep, iep, hoera.


In het interview met Gé Peterink over natuurbegraafplaatsen in TenL nr. 4 lonken vooral de voordelen van zo’n begraafplaats. Dat is niet terecht, want als je je echt verdiept in dit onderwerp (en dat doe ik omdat mijn huis tegenover een geplande natuurbegraafplaats ligt, het Hemeltje te Lettele) dan komen er veel nadelen en weinig voordelen naar voren. Als voordeel wordt vooral het belang gezien waarmee de natuur dan geholpen zou kunnen worden. Ook het idee dat de natuur de natuur blijft en niets verandert, wordt als positief ervaren. Volgens mij wordt aan de volgende punten voorbijgegaan. De erfenis die we achterlaten aan onze kleinkinderen omdat

’eeuwige grafrust’ wordt verkondigd en verkocht. De beheerskosten op termijn, geen idee wat het ruimen van zo’n omvangrijk gebied gaat kosten bij noodzakelijke ruimingen vanwege woningbouwen infrastructurele projecten die in de toekomst ongetwijfeld aan de orde komen. De teruglopende opbrengsten van de bosexploitatie. De kosten zullen hoger zijn in verband met de aangepaste manier van werken: grote machines kunnen niet meer gebruikt worden waardoor de opbrengst minder zal zijn. De concurrentie met de normale begraafplaatsen die nu al geen goudmijntjes zijn en vaak door de gemeenten worden geexploiteerd, de burger betaalt dan de rekening.

De enorme ingreep die soms nodig is om natuurbegraven mogelijk te maken, denk aan de infrastructuur voor de bereikbaarheid en het ophogen in verband met te hoog grondwater. De emotionele kant van de zaak waar het gaat om omwonenden en aanwonenden. Waardedaling van vastgoed in de directe omgeving. Hoe mooi is het om in een bos de laatste rustplaats te vinden? Als 10% van de bevolking dat graag wil, dan gaan we dus 1.700.000 graven krijgen de komende vijftig jaar. 50 m2 per graf is zeker nodig als natuur ook nog natuur moet blijven. Dat houdt in 8.500 ha natuur als begraafplaats, is dat waar we ons nageslacht mee willen opzadelen. En dan hebben we

Ik ben trots op de vele initiatieven op het gebied van verduurzaming in onze branche. Verstening is omgeslagen naar vergroening. Het VHG-concept van De Levende Tuin wordt hiervoor vaak als handvat gebruikt. Er worden steeds meer duurzame materialen in de tuin en het openbare groen gebruikt. Duurzame inzetbaarheid van medewerkers staat inmiddels hoog op de agenda in het personeelsbeleid van bedrijven. En wat ik ook mooi vind, is dat bedrijven duurzaamheid gebruiken als een onderscheidend punt in hun communicatie naar (potentiële) klanten. Het lijkt erop, dat duurzaamheid nu behoorlijk ingeburgerd is in onze branche en geen vaag containerbegrip meer is. Ik ben heel benieuwd naar

het nog maar over 10%! We hebben niet voor niets een goed systeem in begraven en cremeren. Ons land is geen Duitsland of Engeland. Als je iemand in ere wilt houden dan kan dat vrij simpel. Een urn kan mee naar huis worden genomen of uitgestrooid worden op bepaalde plaatsen. Op een begraafplaats is een goed beheer mogelijk als je betaalt, dan blijft het graf intact. Als men dat er niet meer voor over heeft, stopt het grafrecht, zo eerlijk als wat. Zie ook: www. geendodenindenatuur.nl. Bas van Swigchem, Grip op Groen

wat de volgende stap op duurzaamheid zal zijn. Gisteravond was op een bijeenkomst over bioeconomie. Kort gezegd komt het erop neer, dat er in nieuwe ketens geen afval meer bestaat. Alle reststoffen zijn grondstoffen voor iets nieuws. Ik zag daar mooie voorbeelden van groenafval in nieuwe producten. Dat zou een prachtige businesscase voor onze branche kunnen zijn. Ons groenafval wordt een gevraagde grondstof iets waarvoor de tijd steeds rijper wordt. Ik ga kijken waar ik nieuwe verbindingen kan leggen en deze kans naar onze branche toe kan trekken.


De onderhandelingen voor de cao voor het Hoveniersbedrijf hebben een principeakkoord opgeleverd. De nieuwe cao heeft een looptijd van 1 juli 2016 tot en met 28 februari 2018.

Rooftop Revolution, het allereerste crowdfunding- en crowdsourcingplatform voor groene daken ter wereld is met vijf Amsterdamse dakprojecten van start gegaan. Het is de bedoeling om samen een enorm dak-natuurgebied verspreid over de daken aan te leggen.

Begin van deze maand zijn de eerste larven van de eikenprocessierups weer uit hun eitjes gekomen. Het moment van ei uitkomst is voor veel boombeheerders een trigger om nog snel beheermaatregelen te organiseren.

Het Europees Parlement heeft ingestemd met een nieuwe toelating van glyfosaat voor een periode van zeven jaar. De voor glyfosaat wordt genomen op 18-19 mei door het Standing Committee on Plants, Animals, Food and Feed (PAFF).

Van den Berk Boomkwekerijen uit Sint Oedenrode heeft drie Gleditsia triacanthos ’Skyline’ met een stamomtrek van 20-25 cm geschonken aan de Gabrie Mehenschool in Amersfoort. De bomen, die bijen aantrekken, zijn op Nationale Grootouderdag geplant door een opa met zijn kleinkinderen. <



Hortus Bulborum:


e Hortus Bulborum in het NoordHollandse Limmen is begin april voor de 88ste keer opengegaan. De collectie van de Hortus is er voor de liefhebbers van de oorspronkelijke soorten, maar belangrijker: als genenbank voor de veredelaars van narcissen, tulpen, hyacinten, krokussen en fritillaria. Krijgt Keukenhof rond de één miljoen bezoekers per jaar, in Limmen zijn het er tegen de vijfduizend. En dat is maar goed ook, want de Noord-Hollandse bloembollentuin is helemaal niet bestand tegen zoveel toeristisch geweld. Voor wat betreft de bestrijding van ziekten en plagen zou de historische tuin die bezoekers eigenlijk kunnen missen als kiespijn. „We doen eigenlijk alles verkeerd”, zegt bestuurslid Max Nuyens van de Stichting Hortus Bulborum. „Het begint al met de beukenhagen in en rond de tuin. Pure cultuurhistorie. Vroeger werden ze geplant tegen het stuiven van zand.

Maar luizen doen het ook goed op luwe plekken en die brengen virussen over’’, legt hij uit. „Het is hier een museum, we hebben veel soorten die gevoelig zijn voor ziekten en plagen, maar we laten de bloemen zo lang mogelijk bloeien, want de mensen moeten ervan kunnen genieten. Dat houdt wel in dat de verspreiding van virussen optimaal is. Zeker als je ook nog met vijfduizend mensen tussen de bedden gaat lopen.” Bij elkaar beslaat de Hortus Bulborum anderhalve hectare, waarvan 6.000 m2 in teelt is. De rest van de kavel ligt te rusten. „We moeten rouleren en braak laten liggen’’, zegt Nuyens. „Hooguit dat je een groenbemester gebruikt, zoals gerst, bladrammenas of afrikaantjes. Het aaltjesprobleem hebben we daarmee aardig onder de knie. Vroeger was er veel chemische ondersteuning nodig, maar we gebruiken al zeker tien jaar vrijwel alleen groenbemesters.’’ Luis wordt in

de hortus mondjesmaat bestreden met minerale olie en soms ook met gewasbeschermingsmiddelen. „Je kunt het risico niet nemen dat je soorten kwijtraakt. Ze zijn nergens te koop.’’

Hoofdonderwijzer Pieter Boschman van de openbare school in Limmen is de oprichter van de Hortus Bulborum. Hij zag in 1924 hoe de bloembollensoorten waar even geen vraag naar was, uit beeld raakten en uiteindelijk helemaal verdwenen. Boschman begon te verzamelen en scharrelde de historische rassen weer bij elkaar. Toen de tuin van de schoolmeesterswoning vol raakte, mocht hij een perceeltje bollengrond gebruiken van de bollenkwekers Van Hof & Blokker. De hortus verhuisde met dit bedrijf in 1988 mee naar Heiloo. Vijf jaar later was de Hortus Bulborum weer terug in Limmen. Het bestuur van de Hervormde kerk (uit 744)

>


had nog een perceel bollengrond achter de kerk beschikbaar en zag er liever bloembollen dan nieuwbouwwoningen.

De hortus richt zich op de botanische soorten – ’vindsoorten’ zeggen ze in Noord-Holland - en de eerste kruisingen, zoals Tulipa ’Duc van Tol Red and Yellow’ uit 1595. De Hyacinthus orientalis is een van de paradepaardjes van de hortus. Daaraan kun je goed zien dat de veredelaars erin zijn geslaagd dikkere stelen en vollere bloemen tot tien keer zoveel nagels te kweken. Er zijn drie soorten Hyacinthus orientalis: blauwe, witte en roze. „Uit deze drie komt het hele sortiment hyacinten zoals we het nu kennen’’, legt Piet Apeldoorn uit. Hij is voorzitter van de Hortus Bulborum en tevens voorzitter van de Raad van Commissarissen van Keukenhof.

Nuyens: „De bollenkwekers van toen en nu telen wat er gevraagd wordt. Waar geen vraag naar is, verdwijnt. Maar je hebt ’oud bloed’ nodig om de nieuwe soorten te kruisen.’’ De hortus koestert zeventien soorten van de oudste tulp ’Duc van Tol’. „Het is een hele familie. Mooi dat we die nog hebben. Het bewijst ook dat het een oersterke tulp is. Heel goed bestand tegen ziekten. Ga maar na, dat hij al 420 keer gerooid en weer geplant is. Je snapt dat veredelaars graag een beetje van dat stuifmeel hebben om nieuwe soorten te kruisen.’’ De hortus heeft 1.000 verschillende narcissen; 2.700 tulpen; ruim 100 verschillende hyacinten; 100 soorten krokussen en 25 fritillaria’s. Samen ruim 4.000 verschillende soorten. Ter vergelijking: alleen al van de tulpen zijn op dit moment 6.000 soorten en kruisingen in de handel. Er is wereldwijd belangstelling voor de grillig gekleurde Rembrandttulpen en de gefranjerde parkiettulpen. Dit zijn virusgeïnfecteerde tulpen waar de hortus voorzichtig mee omspringt. Hoe mooi het gebroken effect van de Rembrandttulpen ook is, het virus blijft altijd latent aanwezig, waardoor de tulpen ook relatief slecht groeien. De Rembrandttulpen worden op veilige afstand van de


rest van de collectie geteeld om infectie te voorkomen. De bollen worden elk najaar door veertien vrijwilligers met de hand gerooid. Alleen de narcissen blijven staan, want die kunnen, net als thuis in de tuin, drie seizoenen in de grond blijven. Dan worden ze ook mooier.

„We hebben de museumcollectie en de handelscollectie”, zegt Nuyens. „De museumcollectie bestaat uit de individuele soorten. Daarnaast hebben we soorten waar we uit verkopen, want je wilt de tent natuurlijk ook draaiend houden. Met de entree van de bezoekers alleen komen we niet uit.’’ Goede klanten van de hortus zijn Keukenhof, waar dichtbij de ingang de historische tuin te vinden is en Paleis Het Loo in Apeldoorn. „Maar ook Slot Charlot-

tenburg in Berlijn plant elk jaar onze historische bolgewassen’’, zegt Nuyens. Moderne ontwerpers als Jacqueline van der Kloet, Modeste Herwig en Carien van Boxtel zijn kind aan huis in de Hortus Bulborum. Door het werk van deze tuinontwerpers is het idee geboren om de enigszins verwaarloosde voortuin van de hortus opnieuw te beplanten met een combinatie van heesters zoals Cornus sanguinea ’Midwinter Fire’ en Euonymus fortunei ’Emerald Gaiety’, vaste planten zoals Pennisetum alopecuroides, Actaea simplex ’White Pearl’ en Geranium ’Rosanne’ en uiteraard historische bollen. Jeanine Jonker, hovenier en docent aan het Clusius College in Alkmaar tekende voor het beplantingsplan en voor de uitvoering. Derdejaars studenten aan de MBO Hoveniersopleiding hebben de tuin deze winter gerenoveerd en voeren het beplantingsplan in mei uit. <

<


D

e inheemse smeerwortel (Symphytum officinale) is een algemene wilde plant van rijkere, vochtige bodems, waar ze groeit in ruigtes, graslanden, bermen en slootkanten. Die groeiomstandigheden gelden in grote lijnen voor alle soorten; voedselrijke, vochtige grond zijn belangrijk, sommige soorten verdragen beter schaduw dan andere. Als aan deze bodemeisen wordt voldaan, zijn alle soorten Symphytum onverwoestbare planten. De bodembedekkende soorten zijn dan ook absoluut onkruidonderdrukkend. Weinig onkruiden kunnen op tegen dit geweld. Smeerwortel kun je prima toepassen in lichte schaduw onder bomen en heesters, en bij voldoende vocht ook in de volle zon.

Het geslacht kent ongeveer 35 soorten en een verspreidingsgebied van NoordwestEuropa tot de Kaukasus. Veel soorten lijken op elkaar en kruisen onderling gemakkelijk: hierdoor is de naamgeving soms verwarrend. In Oost-Azië en Noord-Amerika komt het op Symphytum lijkende geslacht Mertensia voor, als ware het de tegenhanger van Symphytum. In bloei bieden de verschillende soorten een goede nectarbron voor hommels en (wilde) bijen. Hommels ’breken in’ door aan de zijkant van de bloem een gaatje te bijten om zo bij de nectar te komen. Honingbijen maken dankbaar gebruik van deze sluiproute.


>



<


1. Wat houdt het gebruiksverbod in? Met ingang van 31 maart mogen professionele gebruikers geen gewasbeschermingsmiddelen op verhardingen meer toepassen. Per 1 november 2017 wordt het verbod uitgebreid naar niet-verhardingen. Dit betekent niet dat gewasbeschermingsmiddelen zoals glyfosaat nu verboden zijn. Alleen is het gebruik ervan door professionals niet meer toegestaan. 2. Kent het gebruiksverbod een uitzondering voor laagrisicomiddelen? Nee. Er wordt in het besluit geen uitzondering gemaakt voor middelen met een laag risico. Volgens het besluit zijn er op dit moment nog geen gewasbeschermingsmiddelen met een laag risico beschikbaar op de markt. Middelen zoals Ultima en Cito vallen dus ook onder het gebruiksverbod. 3. Zullen laagrisicomiddelen over enkele jaren wel worden toegestaan? Op dit moment worden op Europees niveau criteria uitgewerkt die bepalen of een gewasbeschermingsmiddel kan worden aangemerkt als laagrisicomiddel. In het besluit staat echter dat er ook in de toekomst geen uitzondering komt voor laagrisicomiddelen. Volgens het RIVM kan namelijk het gebruik van laagrisicomiddelen op grote schaal voor een te grote belasting van het oppervlaktewater zorgen. Wel wordt waarschijnlijk bij uitzonderingssituaties als voorwaarde gesteld dat laagrisicomiddelen worden gebruikt. 4. Wat valt er allemaal onder verhard terrein? Onder verhard oppervlak wordt onder meer verstaan bebouwing (bouwwerken, gebouwen), wegen, pleinen, parkeer-

plaatsen, bedrijfsterreinen en andere infrastructuur. Dit zijn niet alleen stenen verhardingen; ook verhardingen met andere materialen vallen hieronder, zoals paden van schelpen, verharde klei of steenslag (grind). Op de bodem aangebrachte organische materialen zoals houtsnippers of zaagsel vallen buiten de

5. Welke uitzonderingssituaties gelden voor het gebruiksverbod op verhardingen? Gewasbeschermingsmiddelen kunnen nog steeds worden toegepast in bepaalde situaties. Zo blijft bestrijding van onkruid en mos toegestaan op: > Locaties waar het gebruik van open vuur of draaiende motoren niet is toegestaan. > Start-, landings- en taxibanen van vliegvelden. > Spoor-, metro- en trambanen, zowel het ballastbed als de inspectie- of schouwpaden. > Locaties waar scherpe munitie of explosieven in de bodem aanwezig kunnen zijn. Denk aan defensieterreinen. Ook uitgezonderd is de behandeling van stobben in, op of langs weg- en waterbouwkundige constructies, indien door mechanisch verwijderen de stabiliteit van deze constructie in gevaar komt. Daarnaast mogen gewasbeschermingsmiddelen selectief en pleksgewijs worden gebruikt voor bestrijding op verhardingen van: > Japanse duizendknoop (Fallopia japonica), Sachalinse duizendknoop (Fallopia sachalinensis), Bastaard duizendknoop (Fallopia x bohemica), Afghaanse duizendknoop (Persicaria wallichii) en kruisingen. > Ambrosia (Ambrosia species).

6. Wat zegt het gebruiksverbod over onverhard terrein? Gewasbeschermingsmiddelen mogen tot november 2017 worden gebruikt op onverhard terrein. Onverharde oppervlakken zijn alle gronden die niet als verhard worden aangemerkt. Dit zijn, naast natuurlijke ondergronden van zand en gras, ook grondoppervlakken met onverharde materialen zoals bodemoplegging met houtsnippers of gruis. Het gaat dan om terreinen zoals parken, bermen, bossen, sportvelden en gazons. 7. Gelden er ook uitzonderingen voor onverhard terrein? Na november 2017 blijft een uitzondering gelden voor: > Sportvelden voor het in georganiseerd verband beoefenen van sport, inclusief het terrein daaromheen dat voor het beoefenen van de sport nodig is; > Recreatieterreinen die niet door de overheid worden beheerd, zoals bungalowparken, groepsaccommodaties, campingterreinen en jachthavens. Voor deze toepassingen wordt via green deals tussen overheid en bedrijfsleven gekeken hoe gebruik van gewasbeschermingsmiddelen kan worden gereduceerd. 8. Mogen hoveniers gewasbeschermingsmiddelen gebruiken in particuliere tuinen? Een hovenier die bij een particulier werkzaam is, is een professionele gebruiker. Deze mag dus geen gewasbeschermingsmiddelen op verhardingen meer gebruiken. Vanaf november 2017 mogen professionele gebruikers helemaal geen gewasbeschermingsmiddelen meer toepassen, behoudens uitzonderingssituaties. Tot november 2017 mag een hovenier nog wel gewasbeschermingsmiddelen in borders van particuliere tuinen gebruiken. 9. Mogen hoveniers middelen gebruiken die voor particulieren zijn bedoeld? Nee. Deze middelen mogen alleen door particulieren worden gebruikt. Gewasbeschermingsmiddelen voor professionele en particuliere gebruikers kennen daarom ook andere etiketten en voorschriften. Alleen als een hovenier in zijn eigen tuin als particulier werkt, mag hij


deze middelen gebruiken. Particulieren mogen namelijk voorlopig nog wel gewasbeschermingsmiddelen gebruiken, op verhardingen en in de border. 10. Mogen hoveniers middelen zoals azijn, zout of chloor gebruiken tegen onkruid? Het gebruik van huis-, tuin- en keukenmiddelen als alternatief voor gewasbeschermingsmiddelen is niet toegestaan. Middelen als azijn, zout en chloor kunnen daarbij ongewenste effecten hebben zoals verzilting of verzuring van de bodem. Ook kan het leiden tot extra mosgroei. 11. Vallen ook andere soorten middelen onder het gebruiksverbod? Middelen om groene aanslag te verwijderen kunnen tot november 2017 worden

gebruikt voor tuinmeubelen, muren of schuttingen, maar niet op verhardingen. Bestrijding van schimmels, engerlingen en emelten in gazons is eveneens tot november 2017 toegestaan. Vanaf november 2017 zijn alle gewasbeschermingsmiddelen verboden voor professioneel gebruik. 12. Geldt er een opgebruiktermijn voor reeds gekochte middelen? Nee. Een opgebruiktermijn is alleen van toepassing wanneer de toelating van middelen wordt ingetrokken of eindigt. Dat is hier niet het geval. Het gebruiksverbod is per direct van kracht, zonder overgangsperiode. 13. Wat gebeurt er met lopende onderhoudscontracten? In overleg met de opdrachtgever kan

het contract worden opengebroken. De opdrachtgever maakt vervolgens een aangepast bestek waarin rekening wordt gehouden met het nieuwe beleid en geeft de opdrachtnemer de kans hier opnieuw op te offreren. Komt men er niet uit, dan kan het contract worden beĂŤindigd. <



olgens de nieuwe Wet Deregulering Arbeidsrelatie (DBA) zijn opdrachtgevers en opdrachtnemers samen verantwoordelijk voor de arbeidsrelatie en eventuele aanspraken achteraf. Om vooraf zekerheid te hebben of er geen sprake is van een dienstbetrekking, kunnen partijen gebruikmaken van een modelovereenkomst. Opdrachtgevers wehoeven in te houden of te betalen. In samenwerking met belangenorganisaties stelt de Belastingdienst een stelsel van modelovereenkomsten op en beoordeelt overeenkomsten van branches, opdrachtgevers of hun intermediairs en individuele opdrachtnemers. De modelovereenkomsten zijn op de website van de Belastingdienst te vinden. Opdrachtgevers en zzp’ers die conform de modelovereenkomsten werken, hebben en voor een periode van vijf jaar. Partijen zijn overigens niet verplicht een modelovereenkomst te gebruiken. Het werken met modelovereenkomsten is eenvoudiger dan met de VAR. Met

een modelovereenkomst kan een zzp’er direct aan de slag. De overeenkomst hoeft niet eerst aan de Belastingdienst te worden voorgelegd en hoeft zelfs niet ondertekend te worden. Zolang de opdrachtgever en zzp’er maar met elkaar afspreken, bijvoorbeeld per e-mail of in de opdrachtbevestiging, volgens welke modelovereenkomst zij werken. Met de nieuwe wet is meer helderheid ontstaan over de voorwaarden waaronder een zelfstandige kan werken. Als volgens een modelovereenkomst wordt gewerkt, hoeft een opdrachtgever geen Een zelfstandige is dan niet verzekerd voor de werknemersverzekeringen (WW, ZW en WIA). Hij krijgt dus geen uitkering als hij werkloos, ziek of arbeidsongeschikt wordt. Let wel: het werken volgens een modelovereenkomst zegt alleen iets ondernemerschap van een zelfstandige. Opdrachtgevers en zelfstandigen kunnen gebruikmaken van algemene overeenkomsten en overeenkomsten voor branches en beroepsgroepen. Algemene

modelovereenkomsten zijn bedoeld voor iedereen die volgens de voorwaarden van de algemene overeenkomst werkt. Het soort werk of branche is dan niet van belang. Voorbeeldovereenkomsten voor branches en beroepsgroepen zijn bedoeld voor iedereen die werkt volgens de voorwaarden van een branche of beroepsgroep.

Om alle partijen aan het nieuwe systeem te laten wennen, geldt een transitieperiode tot 1 mei 2017. Die periode bestaat uit twee delen: de voorbereidings- en de implementatiefase. De voorbereidingsfase loopt tot 1 mei 2016 en is gericht op het geven van voorlichting. Zo ontvangen alle VAR-houders binnenkort een brief van de Belastingdienst en organiseert de Belastingdienst chatsessies en webinars voor zzp’ers en opdrachtgevers. De implementatiefase loopt van 1 mei 2016 tot 1 mei 2017. Dit jaar biedt opdrachtgevers en -nemers voldoende tijd en gelegenheid om hun werkwijze aan te passen. <


n Markelo zaten de burgers aan het stuur, de wethouder zat even op de achterbank.” Zo om” schreef wethouder Harry Scholten de kern van het open participatieproces naar een nieuwe invulling van het terrein van de Coberco-kaasfabriek. Samen met de Markeloërs is, onder begeleiding van Landschapsontwerper Iljitsj IJsebrands en bouwkundig architect Gerard ter Hofte, een plan voor de locatie gemaakt, PlanMooiMarkelo (zie artikel ’Burger op de bok in overheidsparticipatie’ nr. 1 2016, p. 20). Uit bijeenkomsten en ontwerpsessies, waaraan zo’n 230 Markeloërs hebben deelgenomen, is een programma van eisen naar voren gekomen. De bewoners wensten een open, multifunctioneel plein dat gelegenheid biedt aan verschillende recreatieve activiteiten zoals een speeltuin, in de winter een ijsbaan, een jeu de boulesbaan, een klimwand als ook een buitenbioscoop. Het plein moet een groen karakter krijgen en als buffer tussen het Markelose plein en de achtergelegen fabriek ABZ diervoeding zouden de gebouwen van de kaasfabriek deels behouden moeten blijven. De bewoners wensten eveneens dat het plein de entree zou vormen tot de winkels die eromheen liggen en dat er een centrale plek gecreëerd wordt die als ontmoetingsplaats dient, met onder meer een podium of muziekkoepel.

De architect en landschapsontwerper gingen met de aangedragen bouwstenen aan de slag. Eerst keken zij naar welke ruimten geschikt konden worden gemaakt voor de verschillende functies. Dit resulteerde in een vlekkenplan. De fabriek in uitgeklede vorm is de basis en de achtergrond van het plein. Daar zijn ook de belangrijkste functies te vinden als spelen, ontmoeten, recreëren en ondernemen. IJsebrands en Ter Hofte waren er zelf groot voorstander van zoveel mogelijk te behouden en daar nieuwe functies aan te koppelen. In het ontwerp

is uiteindelijk toch 80% van de fabriek gesloopt om het plan haalbaar te maken. Wat behouden blijft, is een groot deel van het pakhuis, constructiedelen en een aantal muren die wind- en waterkerend worden afgewerkt. Het zijn karakteristieke elementen die verwijzen naar vervlogen tijden. In hun werkwijze benaderden de ontwerpers het gebouw als een beeldhouwwerk. Ze haalden eerst op papier weg wat echt niet kan blijven, vervolgens snijlijnen tussen sloop en behoud bepaalden. In het nieuwe plan blijven de pakhallen op de grens met de ABZ-diervoederfabriek als groot >



volume behouden. Op de begane grond loopt een gang die in de fabriek naar beide zijden toegang gaf tot verschillende ruimten. In het nieuwe ontwerp blijft de gang behouden als entree naar vijf ruimten. Aan de zijde van het te slopen gedeelte blijven de toegangen in de muur intact. Zo ontstaat een overdekte galerij met daaraan grenzende ruimten voor bijvoorbeeld winkels en een galerie. De pakhallen kunnen eveneens worden gebruikt voor opslag voor het dorpsfeest of door maatschappelijke instellingen en bedrijven. Door de pakhallen te sparen is een buffer ontstaan tussen ABZ en het centrumplein. De ontwerpers onderzoeken nog of het dak van de hallen te gebruiken is voor het leggen van zonnepanelen of in te richten is als sedumdak voor waterberging.

Haaks op het gebouw blijven de oude pekelbaden liggen. Hierin werden voorheen de kazen gezouten. Deze baden, zo groot ontwerp opgenomen als waterbassins en kunnen een recreatieve, natuurlijke en/of educatieve functie vervullen. Het hemelwater van de parkhallen zou in deze vijvers afgevoerd kunnen worden wordt of het mogelijk is de betonnen pijlers en liggers, die de eerste verdieping ondersteunen, te bewaren. Zo ontstaat een grote pergola boven de pekelbaden

die het ruimtelijk beeld versterkt en verbinding maakt met de parkhallen. Een muur aan de achterzijde van de baden vormt de fysieke grens van de fabriek. De ramen in de muur laten een glimp zien van het achterliggende winkelgebied. De oude liftschacht is in het schetsplan verhoogd en omgebouwd naar uitkijktoren. Vanaf dit punt is Markelo en de landschappelijke omgeving te aanschouwen. Een mozaïek van het Markelose ’Melkmannetje’ dat eerder de zijwand van de fabriek sierde komt eveneens terug in het plan, want de muur waarop dit mozaïek is ingemetseld blijft staan. Het verbindt de uitkijktoren met het deel van de pakhallen. In de schegvormige hoek die hierdoor ontstaat kun je in de zomermaanden heeft enkele hoge uitsparingen om zicht te bieden op het daarachtergelegen pleindeel met verhoogd sportveldje. Naar wens van de bewoners krijgt het plein een parkachtige uitstraling. Een groen plein dat uitnodigt om te verblijven. Op grote ovale, iets verhoogde grasvlakken kunnen de Markeloërs heerlijk in de schaduw van een boom luieren. De betonnen rand om de grasheuvels heen biedt zitplekken en de mogelijkheid om de ander te ontmoeten. De bomen die nu op het terrein staan, zijn opgenomen in het ontwerp. ,, Met deze volwassen bomen creëren we direct volume en hoogte, legt Ter Hofte uit.

De ontwerpers wilden op het centrumplein een soort coulissenlandschap creëren verwijzend naar het Twentse landschap. Dat zien de burgers immers als een belangrijke kwaliteit van Markelo, maar het biedt ook mogelijkheid om verschillende plekken te maken met een eigen functie en beleving.” Het nieuwe plein wordt uitdagend en spannend door het bewaren van een deel van het gebouw en elementen als muren, de liftschacht en karakteristieke constructiedelen. Er ontstaan verschillende plekken met elk een eigen sfeer en functionaliteit; van gewoon zitten en ontmoeten, tot het organiseren van grote en kleine evenementen. Door de toepassing van de muren in verschillende hoogten, al dan niet met uitsparingen, ontstaat een stedelijk landschap dat niet in een keer is te overzien en uitnodigt om te ontdekken en te beleven. ,,We hebben daarbij goed gekeken naar de omgeving. Wat wil je wel zien of juist aan het oog onttrekken. Hoe kijk je naar het ’nieuwe’ gebied en gebouw, welke plek heeft dat in het stedenbouwkundig geheel. Op deze plek moet wat je maakt bijdragen aan het geheel en niet op zichzelf staan”, zegt IJsebrands. ,,Op papier is dat aardig gelukt. Tijdens de sloop moet nu blijken of alles uiteindelijk ook echt haalbaar is. Want de eindstabiliteit moet voldoende zijn om de restanten veilig te kunnen handhaven.” <


AQUA XP waterdoorlatend voegen

Zwart

Voorkom onkruid

Basalt

Verbeterde formule Steengrijs

Goudgeel

AQUA XP

Naturel

• Verwerkbaar op natte stenen • Verbeterde formule • Optimale hechting • Sterk en duurzaam • Aantrekkelijk geprijsd

Normeco introduceert de nieuwe Aqua XP. Voegen zoals u gewend bent maar dan nóg beter. De verbeterde formule zorgt voor een 30-40% snellere droogtijd. Dit geeft een optimale hechting aan de bestrating. Aqua XP is verkrijgbaar in emmers van 12,5 kg of verpakking van 2,5 kg. De professionele hovenier werkt al jaren met kant-en-klare voegproducten. Een logische keuze want er kan met zowel zon als regen worden gevoegd. Hierdoor kan het project direct afgerond worden en is het terras eerder gebruiksklaar. Met Aqua XP kiest u voor een eenvoudige verwerking en een beter eindresultaat. Met als voordeel een zeer aantrekkelijke consumenten prijs en een ruime marge voor de vakman. Normeco gaat uw eerste project met Aqua XP ondersteunen door het u gratis aan te bieden. *Vraag naar de voorwaarden

Neem nu contact met ons op en profiteer van deze actie.

normeco ECOLOGIC SOLUTIONS

www.normeco.nl

+31 (0)6 45 60 56 29

Test nu Aqua XP en uw eerste project is gratis! * Niet tevreden, geld terug!


iloah biedt zorg aan mensen met een beperking. De locatie in Bodegraven bestaat uit een groot dagactiviteitencentrum - De Dorsvloer en vijf woningen - De Akker. Toen de Dorsvloer enkele jaren geleden werd uitgebreid, besloot Siloah om het gehele terrein een facelift te geven. Daarvoor werd Jos van de Lindeloof tuin- en landschapsarchitectenbureau uit Delft ingeschakeld. Ontwerper Els van der Weijde van het bureau legt uit dat het veilig maken aan de basis stond van het ontwerp. „De opdrachtgever wilde dat het verblijven op het terrein weer belangrijker werd dan het vervoer.’’ Tussen De Dorsvloer en de De Akker is het een komen en gaan van mensen. De woningen van De Akker bieden onderdak aan 8 groepen met in totaal ruim 45 bewoners. Een deel van hen gaat overdag naar het naastgelegen activiteitencentrum. Zij zijn te voet en in rolstoelen, sommigen slechtziend, anderen niet goed horend. Ook komen er van elders mensen naar het centrum, waardoor in totaal dagelijks tachtig mensen in De Dorsvloer hun dag besteden. Voorheen konden taxibusjes en auto’s gewoon het terrein op rijden

tot bij de voordeur van de woningen. Voor een kwetsbare groep mensen als die van Siloah geen ideale situatie. Een ander probleem waarmee het woonzorgcentrum kampte, was de enorme verzakking van het terrein. De slappe veengrond klinkt jaarlijks in, waardoor op sommige plekken het hoogteverschil inmiddels 90 cm bedroeg. Omdat de verharding traditioneel was verdeeld tussen weg en stoep waren er allerlei extra obstakels - trappen en drempels - ontstaan voor rolstoelers. Wanneer je nu het terrein oploopt - ruim twee jaar nadat het is vernieuwd - voelt het als een woonerf. En dat was precies de bedoeling van het ontwerpteam van Van de Lindeloof. Niet de weg was richtinggevend voor het ontwerp, maar het lijnenspel van de tuinen rondom de woningen. „Die hebben we eerst vormgegeven’’, zegt Van der Weijde. „De restruimte die overbleef tussen de tuinen, is uiteindelijk de weg geworden.’’ De tuinen van de woningen zijn omheind door lage hagen van Acer campestre. Ze zijn laag gehouden zodat het terrein overzichtelijk blijft. De beplanting in de tuinen en de borders rondom de gebouwen, bestaat uit bomen, heesters en vaste planten, allen niet-giftige soorten. De vaste planten zijn met oog op het beheer in grote groepen aangeplant. „Dat begrijpt iedereen en is makkelijker te beheren.’’ Het groen wordt namelijk grotendeels door vrijwilligers uitgevoerd. Het specialistische werk doet de Koninlijke Van Ginkel Groep, dit bedrijf heeft het terrein ook aangelegd.


Het terrein is nu vrij van obstakels. Hiervoor was het nodig het gehele terrein op te hogen. De oplossing vond het ontwerpbureau in het Aqua-

-

de verharding vlak en rolstoelvriendelijk aangelegd kon worden. Ook de gebruikte bestrating - rode gebakken klinkers en grijze parkstenen zijn waterpasserend.

voelen, een geurentuin en een doetuin waarin -

-

-

-

ingrepen te kunnen hebben. „Iedereen kan daar-



en niet-alledaags resultaat voor zowel hun tuin als hun huis, daar streefden de eigenaren naar. Het jonge stel met twee kinderen uit Beek-Ubbergen benaderde in 2014 architect Ton Hubbers voor de verbouwing van de jaren zestig-bungalow en op hetzelfde moment werd Jaap Sterk aangetrokken voor de renovatie van de 1.500 m2 grote tuin. De architect en de tuinontwerper werkten in het verleden al veel samen en kennen elkaar goed. In samenspraak met de eigenaren werden bewuste keuzes voor huis en tuin gemaakt. „Zo ging de geplande vide niet door omdat er anders niet genoeg budget voor de tuin meer was’’, zegt Jaap Sterk. Kenmerkend voor de locatie zijn de grote hoogteverschillen. „Je zit hier op de helling van een stuwwal tussen het laaggelegen Beek en het hooggelegen Berg en Dal’’, legt Sterk uit. De op het zuidoosten gelegen achtertuin wordt van de achterburen afgeschermd door een stevige bosrand die vijf meter lager ligt dan het huis. „Vaak wordt besloten om dan alles vlak te maken, maar daarmee wordt zo’n tuin alleen maar kleiner. Ik vond het juist leuk om dat hoogteverschil uit te buiten. Het loopt hier echt in een kom, perfect om er een huis is nu het uitkijkpunt vanwaar de bewoners zicht hebben op de centraal gelegen zwemvijver met de bosrand als achtergrond. Voor het terras gebruikte Sterk robuust beton. Twee vrachtwagens voerden 800 kg zware betonplaten aan met een dikte van 12 cm en een lengte van 2,40 m. Met een kraan werden de platen de tuin in gehesen. „Tegels met een dergelijk formaat kun je alleen leggen in een grote tuin en bij een groot huis. De verhoudingen zijn heel belangrijk.’’ De randen van het terras zijn bewust niet recht afgewerkt. „Enerzijds is dat vanuit praktisch oogpunt, je zou anders alles moeten zagen en dat is best veel werk. Maar buiten dat, vind ik het mooier

als de randen verspringen. Ik hou van strakke lijnen, maar die mogen niet dominant zijn.’’ De terrasplaten vormen een trap naar de blikvanger lager in de tuin: de zwemvijver waar de kinderen in de zomer heerlijk kunnen spelen. De luxe jacuzzi ligt vanuit het huis gezien, rechts van de zwemvijver, hij gaat verscholen achter een aantal nieuw aangeplante Rhododendron en een meerstammige Koelreuteria paniculata die uit de oude tuin werd behouden.

tuin contrasteert met de inrichting van de voortuin. Sterk schonk op deze plek veel aandacht aan het bedenken van een nieuwe routing. Omdat de garage onder het huis werd verbouwd tot kantoor wilde hij dat de oude afrit naar de garage niet meer zichtbaar was. Dat lukte door evenwijdig aan elkaar en aan de straat twee muurtjes te metselen. Met enkele functioneel geplaatste betonplaten maakte Sterk een trap naar het lagerliggende kantoor. De voortuin werd verder bedekt met Meskalith-split. „Een halfverharding die ideaal is om te gebruiken in glooiende tuinen omdat je geen rare aansluitingen krijgt.’’ Door de kleur van het split, de her en der toegepaste plukken Carex morrowii ’Variegata’ en een grote, bestaande Carpinus heeft de voortuin een sfeer zoals je die ook op een zomerse dag op een Frans plein wel treft. „Sommige mensen zullen dit geen tuin noemen, maar deze eigenaren vinden het juist fantastisch.’’ De tuinontwerper realiseert zich dat hij de tuin in Beek-Ubbergen heeft kunnen maken omdat de opdrachtgevers meegingen met zijn ideeën. „Ik hoef mijn keuzes minder te verdedigen dan toen ik 35 jaar geleden begon. Mijn werk wordt erkend en daar ben ik heel blij mee. Het winnen van De Tuin van het Jaar-prijs draagt daar aan bij.’’

>





e groep van de koolwitjes overleeft de winter als pop. In de plantengroei, tegen paaltjes of aan een tak. Daarom

dan zijn korte pootjes en kan daar onmogelijk grote afstanden

maar ook zeker niet de laatsten! Omdat de vlinders namelijk al

en look-zonder-look met voldoende bloemen en bloemknoppen, -

belangrijk dat graslanden, bermen en bosranden met pinksterbloem en look-zonder-look niet te vroeg worden gemaaid. We

lijk maar twee plantensoorten waar ze erg goed op overleven:

de oranje Koningsvlinder. <


ONTWIKKELD VOOR HET NIEUWE B+E Iveco 35C17 3,0 L / 125 KW 5,1 T trekgewicht

Veldhuizen Semi-Dieplader bakmaat 7,50 x 2,20 mtr. laadvermogen 3,6 T

Groenekan T. 0346 25 96 00 | Zwolle T. 0529 46 94 00 | www.veldhuizen.nl | info@veldhuizen.nl


e eikenprachtkever Agrilus biguttatus is 8-13 mm lang, groen metallic van kleur met twee witte stippen achter op de dekschilden. De kever vliegt in juni en legt haar eitjes in de schorsgroeven. De eitjes komen twee weken later uit en de larfjes boren zich in de cambiale zone. Wanneer de eiken nog vitaal zijn, mislukken de inboringen en ontstaan er handbrede, zwarte, vochtige plekken op de stam. De tot 4 cm lange, witte, pootloze larven hebben een gesegmenteerd lichaam. De larven knagen lange, zigzag slingerende gangen, vaak aan de warme zonzijde van de boom. De sapstroom stagneert en de boom gaat dood. De larven overwinteren in de schors om er in het voorjaar te verpoppen. De jonge kevers verlaten de boom via een typisch half-

cirkel- of D-vormig gaatje van ongeveer 4 x 3 mm. In een volwassen eik kunnen tientallen tot honderden larven zitten. Ze worden belaagd door spechten en parasitaire sluipwespen maar een snelle beĂŤindiging van de plaag is hierdoor niet te verwachten. Amerikaanse eiken (Quercus rubra) worden niet aangetast.

Als men zware eiken plant, kunnen die door de plantschok erg gevoelig worden voor de eikenprachtkever en eikenspintkever. In een aantal bosgebieden zoals in de Achterhoek, liggen er ondoorlatende leemlagen vlak onder de oppervlakte. Wanneer het water daar in natte zomers blijft staan, kunnen de boomwortels door

langdurig contact met het grondwater, langzaam afsterven. Ook in deze situatie verzwakken de eiken en worden ze gevoelig voor secundaire organismen zoals honingzwam en eikenprachtkever. In sommige landgoederen wordt juist een opzettelijke vernatting van verdroogde bossen uitgevoerd ten behoeve van natuurontwikkeling. In alle gevallen moeten beheerders beseffen dat grondwaterverhoging ten koste kan gaan van de vitaliteit van bomen. Een tip is om een noodzakelijk geachte grondwaterstijging zeer geleidelijk en verdeeld over een aantal jaren, door te voeren om eiken de kans te geven hun wortelsysteem aan te passen. Beschaduwing van eikenstammen door struiken lijkt de warmteminnende eikenprachtkever te hinderen. <


Voor een snel dichtgroeiend plantvak

Myco-Siertuin

• Betere opname van o.a. fosfaat = sterke wortelgroei

Bij aanplant

SNELLER DICHT = MINDER ONKRUID

• Vitale en weerbare planten

= minder ziekten en plagen

• Betere vochtopname

= minder droogtegevoelig

• Betere voedingsopname

= snel dichtgroeien van plantvakken.

Na 7 weken

3 maanden na aanplant

www.ecostyle.nl


Kinderkoppen straten is geen alledaagse hoveniersklus meer. Zeker niet wanneer het gaat om 900 m2 in een particuliere tuin. Hoewel kinderkoppen historisch bestratingsmateriaal zijn, verwerken de hoveniers ze op moderne wijze. Op een puinbaan brengen ze een laag aan van 10 cm drainagemortel zodat overtollig regenwater weg kan lopen. Vervolgens voegen ze de bestrating met een waterdoorlatend voegmateriaal.

Het straatwerk loopt tonrond af naar de zijkanten voor een goede afwatering bij hevige regen. De drie buitenste rijen stenen vormen een molgootje dat overtollig regenwater naar kolken in het straatwerk leidt. Deze komen uit op een ondergronds reservoir met een pomp erin, zodat het water weer gebruikt kan worden voor de beregening van de tuin.


ij een kettingstokzaag met een benzinemotor moet de energie voor de aandrijving van de ketting via draaiende onderdelen van de benzinemotor door de stok naar boven worden gebracht. Bij de accu-uitvoering gaat de energie voor de zaagbeweging via draden omhoog naar een elektromotor. Het kettingwiel is rechtstreeks op de as van de elektromotor gemonteerd. Er is op die manier dus geen enkel energieverlies door tandwieloverbrengingen of koppeling. Bijkomend voordeel van dat laatste is dat door de stok geen draaiende as loopt en dus lichter is en telescopisch uitschuifbaar te maken is. Het trillingsniveau van de machine is bovendien veel lager. Je houdt geen constant trillende benzinemotor in je handen en wordt dus minder snel moe. Daarbij telt natuurlijk ook nog het voordeel van het lagere geluidsniveau en het ontbreken van uitlaatgassen.

Je hebt bij de accu-stokzaag twee mogelijkheden: een accu in de machine of met een accupakket op je rug, geïntegreerd in het draagstel. Ook als je de energie uit de rug gedragen accu haalt moet er in de machine een dummy-accu. Dat is voor extra gewicht om de balans bij het hanteren van de stokzaag te behouden, anders zou je die 1,3 kg van de accu daarbij missen. Die dummy dient er tevens voor om het accupakket op je rug via een snoer met de machine te verbinden. Je kunt kiezen uit accu’s met verschillende capaciteit waarvan de BLi150 met 4.2 Ah de krachtigste is en een werktijd tot max. 60 minuten oplevert in de SaveE economy-stand. Bij het rugpakket zijn ook meer opties: de BLi520X met 14.4 Ah en de BLi940X met 26.1 Ah. De ruggedragen accu weegt 7,1 kg en daar kun je prima een hele dag mee werken. <



DE NIEUWE STANDAARD IN REGISTREREN

' systems

URENBRIEF

HET NIEUWE DIGITALE URENBRIEFJE !

www.timin.eu info@timin.eu STAMGEGEVENS

TE DOEN KLANTEN

FACTUUR MEDEWERKER

www.buiterbeton.nl


Advies | Onderzoek | Beleid | Beheer Detachering | Vergunningsaanvraag

Stedelijk groen | Landschap Flora | Fauna | Bomen Van Pallandtlaan 10 | 6998 AW | Laag-Keppel Tel 0314-642221 | info@foreestgroenconsult.nl

www.foreestgroenconsult.nl

Daktuincentrum • Verkoop drainagematerialen • Daktuinsubstraat Terra Top in 30 liter zakken • Kwekerij sedumpluggen XL • Dakgrind en daktegels

Alles is op voorraad! 1e Mientlaan 11, 2223 LG Katwijk T: 071 3646111 E: info@ugbv.nl


Tel. Web. E-mail

0229-279840 www.medigran.nl info@medigran.nl

zaden van inheemse planten en kruidenmengsels

WWW.GEDRAGSCODEGROEN.NL Postbus 112 9780 AC Bedum T: 0343 481 348


n een interview in TenL 17/18 van 2012 presenteerde bosecoloog en mycoloog Gerrit Jan Keizer al zijn concept van Mycological Tree Assessment (MTA). Nu is daar dan het handboek Mycological Tree Assessment: geen bomen zonder zwammen. Het boek is het resultaat van 35 jaar veldwerk in een groot deel van Europa. zigheid van verschillende paddenstoelen en zwammen (macrofunghi) kunnen zeggen over de toestand van een boom. Natuurlijk wordt bij het beoordelen van bomen al langer gekeken naar de aanwezigheid van zwammen, maar vooral naar indicatoren van gevaar, zoals de reuzenzwam, tonderzwam of zwavelzwam. Keizer tilt dit onderdeel van het bomenvak echter naar een hoger plan. Hij kent als geen ander de relatie tussen boom en zwam en weet precies wat de aanwezigheid of afwezigheid en de verschijningsvorm van schimmels bij een levensfase betekent. Daarbij gaat het niet alleen om de aanwezigheid van gevaarlijke zwammen, maar bijvoorbeeld ook om pioniersymbionten bij volwassen bomen als aanwijzing voor de aanwezigheid van adventiefwortels die op hun beurt weer een aanwijzing kunnen zijn voor dreigend windworpgevaar. Keizer borduurt in Mycological Tree Assessment voort op zijn concept van het ’boomsoorteigen ecosysteem’, beschreven in het boek ’De Verborgen Boom’ (2012). Het boomsoorteigen ecosysteem wil zeg-

gen dat bij iedere boomsoort een samenhangend geheel van levensvormen zoals bacteriën, insecten, schimmels en talrijke andere micro-organismen hoort. De boom onderhoudt zo relaties met talloze organismen. De rol die ectomycorrhizasymbionten en parasitaire en saprotrofe macrofunghi hierin spelen vormt de basis van MTA. Het boek bestaat uit een aantal delen. In de eerste plaats wordt het concept van het boomsoorteigen ecosysteem uitgelegd. Vervolgens het concept MTA en de verschillende indicatoren waarmee je daarbij rekening moet houden, zoals verschillende soorten houtrot, noodbloei van zwam en/of boom, de aanwezigheid van spechten, vleermuizen, of struiken aan de stamvoet, wurgwortels en paddenstoelen en zwammen die met de vorming van adventiefwortels geassocieerd zijn. Daarna volgen meer dan tweehonderd bladzijden met soortbeschrijvingen van paddenstoelen en zwammen met onder

meer duidelijke foto’s, aantastingspatroon, eventuele bestrijding en bijzonderheden. Dan volgt het meest indrukwekkende deel van het boek, Keizer laat aan de hand van drie praktijkgevallen zien hoe hij de relatie tussen verschillende bomen en de bijbehorende paddenstoelen ontrafelt en verklaringen vindt voor de toestand van bomen die met conventionele onderzoeksmethoden waarschijnlijk niet gevonden zouden worden. Vervolgens is een aantal tabellen opgenomen met de plaats van vruchtlichamen op de boom, de gevaarzetting van verschillende zwammen op verschillende bomen en een overzicht van de saprotrofe en parasitaire zwammen per boomsoort. Dit handboek wordt gebruikt bij cursussen, maar is ook van grote waarde voor bijvoorbeeld boombeheerders en boomveiligheidscontroleurs. Voor ETT’ers en andere boomprofessionals op hoger niveau is dit boek een must read. <


De Bio Based gietrand van Greenmax combineert de kracht van polyethyleen met duurzame grondstoffen. De basis van dit product is restafval van suikerriet. De gietranden zijn 2 mm dik en net zo sterk als gietranden van HDPE. Door de UV-stabiliteit zijn ze voor meerdere plant-

seizoenen herbruikbaar en volledig recyclebaar. Steeds vaker wordt per plantseizoen een andere kleur gietrand gekozen, waardoor de bomen beter in kaart te brengen zijn. De Bio Based gietrand is bruin en daarom een aanvulling op het bestaande assortiment gietranden in zwart en groen.

De UltraKnee is een kniebeschermer met een gepatenteerde kunststof ’insert’. Dit maakt hem langdurig comfortabel. Hoe kniebeschermers beschermen is afhankelijk van het gewicht van de gebruiker en de drukverdeling in de beschermer. Waar andere kniebeschermers met schuim of rubber

tijdelijk comfort bieden totdat het schuim is ingedrukt, biedt UltraKnee langer bescherming. De druk wordt niet minder, maar het wordt over de hele knie verdeeld. Hierdoor is er minder druk op de gevoelige delen van de knie en kan er langer zonder klachten op de knie gewerkt worden.

Barenbrug komt met Mow Saver, een grasmengsel met trage groei voor toepassing in het openbaar groen. Na inzaai vormt Mow Saver snel een goed gesloten grasmat. Daarna blijft hij kort en produceert het weinig biomassa (maaisel), dankzij LMT (Less Mowing Technology). Tijdens

meerjarige proeven op meerdere locaties zijn kwekers van Barenbrug er in geslaagd rassen te ontwikkelen die in minder optimale omstandigheden vocht en mineralen uit de bodem opnemen. De rassen worden gekenmerkt door een laag groeipatroon en de oplevering van een mooie grasmat.

Megasmooth is een lichtgewicht tegel van groot formaat van Stone&Style. Door de zachte afwerking is de tegel geschikt voor gebruik op terrassen, buitenveranda’s en bij het zwembad. Voor het ontwerpen van de tegel is inspiratie opgedaan in industriële omgevingen,

waar beton in zijn meest pure vorm wordt gebruikt. Door de aangepaste dikte van de tegel, 4 in plaats van 6 cm, is Megasmooth ook toepasbaar op dakterrassen. De gewichtsbesparing is met deze aanpassing 33%. Het lichtere gewicht maakt de tegels ook eenvoudiger te hanteren.


JEE-O pure 09 is een vrijstaande douche die zowel buiten als binnen geplaatst kan worden. Door de All weather frost free optie heeft hij buiten geen last van vorst. Door de vorstvrije optie is het met deze douche mogelijk het hele jaar buiten te douchen. JEE-O pure 09 is vervaardigd van roestvaststaal en verkrijgbaar met een geborstelde of

Greensales heeft het bedrijf overgenomen waar voorheen kwekerij Gaasterland van Empatec in Balk gevestigd was. Greensales verkoopt tuinplanten uit eigen kwekerij en van andere kwekers.

Dacks heeft tuinmeubelen van het merk Loll in het assortiment opgenomen. Met motto van Loll is recycle & relax, de comfortabele meubelen zijn vervaardigd van 100% gerecycled kunststof.

BVOR is verhuisd naar het PlusUltra gebouw op de campus in compost, biomassa en andere biobased producten. Het PlusUltra gebouw huisvest bedrijven rond de thema’s food en biobased.

opvalt is de ring en het ontbreken van traditionele knoppen of temperatuurregelaars. De kenmerkende ring is de aan- en uitknop en een warmen koudwaterregelaar.

BVOR | www.bvor.nl Zitteninjetuin.nl heeft Noah in het assortiment opgenomen, een collectie tuinmeubelen van de combinatie massief teakhout en roestvaststaal. De producten zijn online verkrijgbaar.

siamerk Forever & Ever. BON wil woon- en leefomgeving mooier, gezonder en aantrekkelijk maken.

EcoTe levert ecologisch en economisch verantwoorde eindproducten uit gerecycled kunststofafval. Een van deze producten is een compostbak voor de tuin. Module 100/100 of 100/120, respectievelijk 100x100 cm of 100x120 cm, zijn modulaire compartimenten. Met meer-

dere modules is de compostbak uit te breiden. Omdat de onderste planken wegneembaar zijn, is het altijd mogelijk bij al het compost te komen. Dit kan nodig zijn voor het omscheppen van de compost, wat het rottingsproces versnelt. Optioneel is de bak te voorzien van een dak.

Borek introduceert Pasturo, een rope-collectie in de nieuwe kleur ijzergrijs. De ronde vormgeving geeft de modellen in de collectie een vrolijk en zwierig uiterlijk. Pasturo is volgens de leverancier oerdegelijk. Vervaardigd van gecoat roestvaststaal en hoogwaardige Ardenza Rope

kan het meubilair tegen een stootje. In de collectie zijn een stoel, loungestoel, tweezits sofa en daybed opgenomen. Het daybed is royaal en houdt het middel tussen een comfortabele loungestoel en een ligbed. Pasturo wordt geleverd met een weersbestendig kussen in de kleur Sooty.


klimaatneutraal natureOffice.com | NL-215-373384

gedrukt


„Voordat ik startte met WestFriesland Plant was ik inkoper bij Intratuin Hoorn en had een hoveniersbedrijf. Ik kon moeizaam de juiste producten bemachtigen en ontdekte dat in Noord-Holland behoefte bestond aan groene kwaliteitsmaterialen. Daarom heb ik de stap genomen deze te gaan verhandelen.”

„Als voormalig inkoper ben ik bekend met de markt en kan ik redelijk inschatten waarin we moeten voorzien. Dit gebundeld met een passie voor groen, een brede kennis als bijna botanicus, een groot direct leverbaar assortiment en een team enthousiaste collega’s.”

„We hebben een vaste klantenkring van zo'n 300 hoveniers, de meesten uit Noord-Holland. Voor 75% zijn het kleine zelfstandigen, daarnaast doen wij zaken met overheden en recreatiebedrijven.”

„Ja, je ziet dat de markt steeds meer naar het voorjaar verschuift, doordat het in het najaar in WestFriesland te nat is om te planten. Dit is het moment om gewas met kluit en blote wortel te planten.”

„Over het algemeen zijn de budgetten gekrompen en wordt er scherp op prijzen gelet. Gelukkig blijven er uitschieters. Het blijft een uitdaging om voor elk budget passend te handelen.”

„De webshop wordt weinig gebruikt. Hoveniers bellen vaak vanuit hun bus. Ook wordt er veel gemaild door vaste klanten. In het begin was dat 10%, maar inmiddels 60%. Men wil het wel ’nu’ hebben, want morgen is er weer iets anders.”

„Het plan is om verder te groeien, maar dan in professionaliteit. Kennis vergroten en delen via workshops, en inspelen op de behoeften. In februari hebben we met toeleveranciers en producenten een vakbeurs voor buiten georganiseerd. Samen proberen we de juiste producten in de markt af te zetten om onze capaciteit en omzet per vierkante meter te vergroten.” <



Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.