Visser is officieel dealer van Mayer voor Nederland en BelgiĂŤ! Alles rondom Pot Handling
Verkoop en service van Mayer potmachines:
Commentaar: Vertrouwen in Italië Stelling: Er wordt minder geproduceerd; de markt is weer in balans Gedupeerden Baas Plantenservice mogelijk schadeloos gesteld
Fyto-inspectie Lombardije moet export veiligstellen Ondernemersvragen: Is overdracht van mijn onderneming aan een personeelslid een goedeoptie?
Neonicotinoïden vormen een ketenbreed probleem 80.000 te polsen meningen ’FlowerTrials is een must voor kwekers’ Inzet biologische bestrijding wordt lastiger Grootschalig kweken voor groot klantenbestand
Partijen slaan handen ineen tijdens Nationale Hortensiaweek Marktnieuws Hoe loopt 't?
LTO Nederland Vakgroep Bomen en Vaste planten Leveranciersnieuws Vaktaal en Agenda
klimaatneutraal natureOffice.com | NL-215-704490
gedrukt
„Ik ben Jack Goossens, 47 jaar, getrouwd, twee kinderen en ik heb met mijn broer laurierkwekerij Gova bv. Ik heb het voorzitterschap niet gezocht, maar het heeft mij gevonden”. Zo presenteerde Goossens zich op 3 juni aan de leden van Royal FloraHolland tijdens de ALV in Aalsmeer, waar hij later op de avond werd gekozen als voorzitter van de Raad van Commissarissen. Hij is daarmee de opvolger Bernard Oosterom. Goossens ging in op de uitdagingen waar de veiling in de komende jaren voor staat. „We zijn als leden allemaal verschillend, maar ondernemerschap is wat ons verbindt. Als veiling is het aan ons dat, zowel een kweker die zich bezig houdt met verkoopconcepten, als de kweker die zich richt op productieefficiency, voordeel uit de coöperatie kan halen. Als veiling moeten we diensten op maat leveren maar dat
Anoplophora chinensis, Xylella fastidiosa, Erwinia amylovora
Xylella
Anoplophora Xylella
Dryocosmus kuriphilus
Xylella
betekent niet dat voor ieder lid aparte dienstverlening wordt gemaakt. Het betekent ook niet dat de dienstverlening voor ieder lid hetzelfde is. Verder is er het spanningsveld tussen daadkracht en draagvlak. Onze sector staat aan de vooravond van veranderingen en ik vraag me af of de huidige organisatiestructuur van de veiling hiervoor de juiste is. Er wordt al langer gesproken over het spanningsveld tussen de daadkracht die de veiling moet hebben en het draagvlak dat de veiling voor beslissingen zoekt. Zo is er daadkracht nodig voor de ontwikkelingen op het gebied van het nieuwe veilen. Overigens, van alle klokinkopen in Naaldwijk en Aalsmeer vindt al 70% plaats via Kopen op Afstand. Daarmee is er dus feitelijk al sprake van een virtuele klok, alleen noemen we het nog niet zo. Wat aan kwekerszijde echt moet veranderen
is de betrouwbaarheid van aanvoerinformatie. We lopen allemaal met een mobieltje op zak. Hoe moeilijk kan het dan zijn om te zorgen voor betrouwbare productfoto's? En als dat kwekers niet lukt, dan moet de veiling hen daarbij helpen. Ik vraag de directie hiervoor dan ook om te komen met een plan van aanpak. Voor een succesvolle uitrol van FloraHolland 2020 moeten we het tempo erin houden. Het vinden van voldoende draagvlak duurt dan in sommige gevallen misschien te lang. Mijn vraag is dan ook of het huidige bestuursmodel geschikt is om in te spelen op de toekomstige veranderingen. Ik wil dat er binnen een jaar vanuit de RvC een voorstel ligt dat antwoord moet geven op de vraag: moet de huidige corperate governance (behoorlijk ondernemingsbestuur, red.) worden aangepast?â&#x20AC;? <
Dit heeft de rechtbank in Den Haag maandag 30 mei bepaald in een voorlopig vonnis. Door deze uitspraak worden mogelijk alle schuldeisers, waaronder 22 kwekers van boomkwekerijproducten, perkgoed en kamerplanten schadeloos gesteld. De voormalig bestuurder, Ad van de
Wijdeven, moet het bedrag terugbetalen uit privégelden en uit holdings waarvan hij eigenaar is. De rechtbank wees de vordering van curator Guus Berntsen grotendeels toe. Volgens Guus Berntsen heeft Van de Wijdeven ’ernstig verwijtbaar’ en ’onrechtmatig gehandeld’ ten opzichte van schuldeisers. Dit werd in het voorlopig vonnis bevestigd door de rechter.
Van de Wijdeven had – terwijl de toekomst van Baas Plantenservice onzeker was vanwege een dreigend faillissement – grote geldsommen overgeboekt naar holdings waar hij zelf eigenaar van was. Bovendien keerde hij selectief uit aan crediteuren. Eigen holdings die een vordering op Baas Plantenservice hadden, kregen voorrang. Crediteuren waaronder boomkwekers, werden hierdoor gedupeerd. De curator vorderde daarom geld van de voormalige bestuurder – of de bv’s waar hij eigenaar van is – terug. Volgens de advocaat van Van de Wij-
Als de Britten uit de EU stappen, dan verwacht Henk Westerhof hiervan twee nadelen in de export. De voorzitter van handelsbond Anthos denkt als eerste dat het Britse pond zal devalueren. „Dan wordt import voor Britse afnemers duurder, en inkoop van Britse bomen voor hen dus goedkoper.” Tweede nadeel ligt op fytosanitair vlak. „Het kan zomaar dat wij dan tegen strikte fytosanitaire importregels aanlopen.”
In een Frans marketingrapport is een groot sortiment verdeeld over drie consumententrends, om kwekers te helpen daarop in te spelen: Natuur, Romantiek en Grafisch. De soorten zijn onderverdeeld in vijf categorieën: soorten die interessante marges opleveren, klassieke soorten, populaire soorten, bijzondere soorten die te onbekend zijn, en soorten die te duur zijn om te kweken voor de gewone consumentenmarkt.
De toelating van schimmelbestrijdingsmiddelen Merpan Spuitkorrel en Captosan SC zijn uitgebreid. Merpan Spuitkorrel en Captosan SC, beiden op basis van captan, mogen nu ook worden ingezet in de moerbedden van vruchtbomen en struiken, 1e-, 2e-en 3e-jaars teelt van vruchtbomen en in buxus (onbedekte teelt). De uitbreiding is tot stand gekomen door het Fonds Kleine Toepassingen.
Familiebedrijf Willemsen verlaat laanbomencollectief B&P en gaat zelfstandig verder met het nieuwe bedrijf Volentis. „We hebben een verschil van ambitie en de manier waarop we naar de toekomst kijken”, verklaart Marten Willemsen. Gijsbert van Setten, verkoopleider van B&P, betreurt het vertrek van Willemsen. „B&P functioneert al meer dan 25 jaar heel goed; samen sterk. We gaan nu afgeslankt verder.”
De Salon du Végétal wordt volgend jaar niet meer in februari in Angers gehouden, maar eind juni in Nantes. De organisatie heeft dit besloten vanwege twee redenen: de beurslocatie in Angers was te klein geworden, en februari bleek voor de handel geen geschikte beursmaand. De Salon vindt van 20 tot en met 22 juni 2017 plaats in Parc de la Beaujoire, een 4 ha groot complex in een landschapsomgeving.
Stichting Beurshal geeft aan dat de handel in kamerplanten, bloemen, bollen en boomkwekerijproducten in toenemende mate door elkaar heen loopt. Om die reden wil Stichting Beurshal samenwerken met andere deelsectoren binnen de sierteelt op het gebied van naamregistratie en codering. Nu wordt codering binnen de sierteelt door verschillende instanties gedaan. Stichting Beurshal wil meer afstemming.
deven was de toekomst van Baas Plantenservice geenszins onzeker na het faillissement van Praktiker/Max Bahr. Een doorstart lag volgens hem in de rede. Er werd onder meer met FloraHolland en kwekers gesproken over een nieuwe constructie waarmee de continuïteit van het bedrijf gewaarborgd zou worden.
De rechter gaf inderdaad in het tussenvonnis aan dat Van de Wijdeven pogingen had ondernomen om de continuïteit van Baas Plantenservice te waarborgen, zoals een goed ondernemer volgens de rechtbank behoort te doen, maar dat het niet lukte. Volgens de rechter zijn er echter geen evidente kansen geweest om Baas Plantenservice te redden. Daarom had Van de Wijdeven voorzichtiger moeten zijn met diverse constructies zoals het overboeken van geld naar holdings waarvan hij zelf eigenaar is. Tegenover de overboekingen naar de eigen holdings stonden volgens de rechter geen tegenprestaties. Tenslotte vond de rechter ook dat Van de Wijdeven selectieve betalingen aan crediteuren heeft gedaan. Er werden betalingen gedaan aan aanverwante bv’s terwijl andere
schuldeisers onbetaald bleven. De rechter bepaalde dat Van de Wijdeven zo’n €2,1 miljoen aan de boedel van Baas Plantenservice moet terugbetalen. In totaal liggen er volgens curator Berntsen 41 claims. 22 hiervan zijn van boomkwekers, perkgoedtelers en kamerplantentelers. Van de totale claim van €2,8 miljoen zijn kwekers goed voor €2,5 miljoen. Daarnaast is het UWV met €500.000,- een belangrijke schuldeiser.
Berntsen wees er na afloop van de rechtszaak op dat er nog €800.000 in de boedel zit en dat er mogelijk nog geld uit de failliete boedel van afnemer Praktiker/Max Bahr bij komt. Daardoor krijgen alle crediteuren mogelijk hun geld terug. De claims van crediteuren worden nog wel getoetst. Bovendien kan het zijn dat het totale claimbedrag nog oploopt doordat er nieuwe claims worden ingediend nu dit tussenvonnis is uitgesproken. De advocaat van Van de Wijdeven zag na het horen van het tussenvonnis af van een poging om een schikking te treffen met de curator.
FloraXchange voegt haar initiatief Boskoop United en haar vergelijkbare dienst in de regio Venlo samen. Vanaf 1 juni gaan deze beide initiatieven verder onder de naam FloraXchange Services. Sinds september 2015 is Boskoop United actief. Boskoop United stimuleert de handel tussen kwekers in Boskoop en handelaren in Westland. Onlangs is FloraXchange een vergelijkbaar initiatief opgestart in de regio Venlo.
De met Xylella fastidiosa besmette ZuidItaliaanse zone is 20 km groter geworden richting het noorden, zo meldt nieuwssite Xylella Codiro. De bacterie komt nu verspreid voor in de provincies Lecce, Brindisi en Taranto. De fytodienst in Puglia doet volgens de Europese Commissie onvoldoende zijn best om uitbreiding van het quarantaine-organisme tegen te gaan. De dienst zou zich beperken tot Lecce.
Dat het claimbedrag nog zal oplopen, ligt volgens een van de gedupeerde kwekers voor de hand. „Ik ken diverse kwekers die dachten dat een claim toch zinloos zou zijn, maar die nu alsnog met een claim gaan komen”, aldus de kweker die anoniem wenst te blijven. De claims zouden niet alleen gaan om onbetaalde rekeningen, maar ook om het niet nakomen van contracten door Baas Plantenservice. Vooral voor kwekers met meerjarige producten ijlde het faillissement nog lang na. De aantallen die Baas Plantenservice verhandelde waren veelal groot en voor die hoeveelheid kon in het jaar van - en de jaren volgend op - het faillissement niet zomaar andere afzet worden gevonden. Ook waren volgens kwekers de orders die opstonden veelal maatwerk, waarbij Baas Plantenservice extra eisen stelde aan sortiment of verpakking. Dit bemoeilijkte in sommige gevallen voor kwekers de verkoop aan andere afnemers. In de hoogtijdagen draaide Baas Plantenservice een omzet van €100 miljoen. Het bedrijf in Hazerswoude-Dorp ging in februari 2014 failliet nadat haar grootste – en zo ongeveer enige – klant Praktiker/Max Bahr omviel. 20 juni volgt het eindvonnis. <
’Garden of Roses’ is verkozen tot Excellence Rose van het Jaar 2016. Het is een compact groeiende, door- en rijkbloeiende heesterroos van W. Kordes Söhne Rosenschulen. De bloemen zijn vrij groot en pastelroze. ’Garden of Roses’ is opgeplant in De Rozenhof in Lottum en is daar geadopteerd door de Cultuurgroep Rozen en Rozenonderstammen.
Wateroverlast als gevolg van hevige regenval in Limburg en Noord-Brabant leidt tot een roep om maatregelen zoals meer groen in particuliere tuinen en het openbaar groen. „Groen is het meest duurzame dat er is”, zei Egbert Roozen, directeur van branchevereniging VHG onlangs. Hij haalde de City Deal Klimaatadaptatie aan als voorbeeld van een initiatief om op lokaal niveau te werken aan klimaatbestendigheid.
De werkgroep die de vakbeurs Expo TCO organiseert, heeft besloten dat de editie 2016 niet doorgaat. Na een inventarisatie onder potentiële deelnemers is geconcludeerd dat „in de regio Opheusden te weinig draagvlak bestaat om op dit moment een succesvolle vakbeurs te kunnen garanderen”, aldus een persverklaring. De werkgroep bekijkt nu hoe de laanboomteelt in regio Opheusden onder de aandacht kan worden gebracht.
Keurmerk voor duurzame Boomkwekerijproducten Vakmanschap, duurzaamheid, kwaliteit en garantie. Groenkeur ontwerpt kaders en borgt kwaliteit in de groene sector. Wij maken promotie voor ons kwaliteitslabel op beurzen en congressen. Wij zitten aan tafel bij opdrachtgevers vanuit de overheid waardoor Groenkeur als gunningscriterium wordt opgenomen bij aanbestedingen.
â&#x20AC;&#x2DC;Groenkeur voldoet aan de eisen van maatschappelijk verantwoord inkopen en is het selectiecriterium bij aanbestedingen voor groenvoorzieningen.â&#x20AC;&#x2122;
Stichting Groenkeur Postbus 1010 3990 CA Houten T 030 - 659 5663 E info@groenkeur.nl I www.groenkeur.nl
De ERSAF, wat staat voor Ente Regionale per i Servizi all’Agricoltura e alle Foreste, geeft graag openheid over fytosanitaire inspecties. ,,Wij zijn wel open’’, stelt Beniamino Cavagna, verantwoordelijk voor de planning van deze fytosanitaire dienst van Lombardije. ,,Landen van buiten de EU zijn gesloten. Dat is een probleem, want het monitoren van hun planten is dan moeilijk.’’ In Lombardije hebben ze zo hun eigen problemen. De fytosanitaire dienst heeft steeds meer werk te doen als gevolg van quarantaineorganismen die de Noord-Italiaanse regio proberen binnen te komen.
De dienst telt 35 inspecteurs voor de hele groene omgeving van Lombardije. Er is zeker meer werk in de bomen, bevestigt Mariangela Ciampitti, verantwoordelijk voor activiteiten in het openbaar groen en op kwekerijen. ,,Tien jaar geleden kwamen er tien nieuwe organismen op ons af, nu meer dan veertig.’’ Anoplophora chinensis heeft tot nu toe de grootste impact. De Oost-Aziatische boktor was nooit eerder buiten zijn oorspronkelijke omgeving – China, Korea en Japan – gesignaleerd, totdat de boktor in 1999 opdook op een kwekerij in Amerika. In 2000 was de EU aan de beurt. Een student
vond de boktor voor het eerst op een kwekerij in Lombardije, ten westen van Milaan, in het kader van een onderzoeksproject.
De boktor bleek zich toen al te hebben verspreid naar bomen in het stedelijk gebied van Milaan. Ten oosten daarvan was de boktor inmiddels ook ontdekt, in Brescia. Het EU-alarm ging af omdat de boktor veel schade kan aanrichten aan beplanting en natuur, waarna A. chinensis de status van quarantaine-organisme kreeg. Twee jaar later, in 2002, kreeg de
>
kwekerij, waar eerder de boktor was aangetroffen in geïmporteerde Acer. Dat was dus in Boskoop, en dat had verstrekkende gevolgen: rondom de besmetting werd een cirkel van 2 km getrokken, waarna al het waardplantenverkeer in die zone een tijdlang was verboden. Stel dat zoiets ook gebeurt in Canneto sull’Oglio, het grootste kwekerijgebied van Lombardije, met meer dan 2.000 ha aan laanen sierbomen, tussen de boktorzones van Milaan en Brescia in?
Acer palmatum
verwante A. glabripennis (die meereist met verpakkingshout) dezelfde status. Er werden EU-regels ingesteld waaraan Lombardije zich als regio van een EU-lidstaat moest houden: spoor de boktor op en roei hem uit. Tienduizenden bomen in en rond Milaan werden gecheckt op symptomen. Besmette bomen werden vernietigd, maar uitroeien was niet
makkelijk. ,,Het is moeilijk om de levenscyclus van de boktor te stoppen’’, zegt Ciampitti nu, na jaren van onderzoek en ervaringen in de praktijk. Haar team probeerde allerlei middelen uit, maar Milaan kon niet boktorvrij worden verklaard. In 2010 was er in Lombardije opnieuw alarm. Nu vanwege een buitenlandse vondst: er was een larve ontdekt in een singel naast een
De stilgelegde handel in Boskoop was de aanleiding voor de fytodienst van Lombardije om samen met een groep kwekers uit Canneto (kader: Planta Regina) een nieuwe strategie te bedenken. Met welk systeem zijn symptomen van de boktor in een zo vroeg mogelijk stadium te traceren, zodat een uitbraak is te voorkomen en Canneto niet op slot hoeft te gaan? ,,Dan is het belangrijke kwekerijgebied beschermd’’, zegt Ciampitti, ,,en dan kan de economie doorgaan.’’ Een bestaand detectiesysteem was er volgens de fytodienst niet, en er waren ook geen richtlijnen die voor zo’n systeem konden worden gevolgd. Daarom zette het team van Ciampitti in 2011 een eigen methodiek op, gebaseerd op gps en visuele beoordelingen (kader: Zo werkt de boktordetectie). ,,Iedere inspecteur heeft toch al een gps-instrument bij zich om de locatie van een inspectie te checken.’’ Als aanvulling op dat systeem wil Ciampitti ook speurhonden inzetten, omdat die volgens haar heel nuttig zijn bij het opsporen van boktorsymptomen in bomen. Maar in Italië is die inzet nog niet mogelijk. ,,Vanwege problemen met verzekeringen.’’ Met het huidige systeem is Anoplophora chinensis echter al goed onder controle te houden, stellen Ciampitti en haar collega Cavagna. Volgens hen is het systeem uniek in Italië. ,,In andere regio’s hebben ze geen systeem zoals dit’’, aldus Cavagna. Italië heeft wel een nationale fytodienst, maar het land is verdeeld in
21 verschillende regio’s met elk een apart inspectoraat. ,,Daarom kunnen wij, aanvullend op nationale en EUregels, een eigen systeem opzetten.’’
De methodiek in Lombardije is weliswaar gericht op de boktor, maar tijdens de inspecties wordt ook op mogelijke symptomen van andere oprukkende organismen gelet. Zo heeft de fytodienst veel werk aan Popillia japonica. Deze Japanse kever is in 2014 op wilde planten (onder andere Rubus en Rosa) in het noorden van Lombardije gevonden; het was de eerste vondst in de EU. Popillia is aanwezig in het noordwesten van Lombardije, en de kever lust een divers sortiment (waaronder sierbomen en fruitbomen, maar ook maïs). Ook dit organisme is echter te beheersen, stelt Ciampitti. Haar team heeft bijvoorbeeld al ruim vierduizend vallen geplaatst waarin feromoonstoffen van de Amerikaanse fytodienst USDA zitten. ,,De vallen zijn zeer effectief’’, aldus de Italiaanse. ,,Dit jaar gebruiken we op grasland ook een biologisch methode: we
brengen de schimmel Metarhizium anisopliae machinaal in de bodem. Die werkt tegen de larven.’’
De fytodienst van Lombardije is daarnaast druk met monitoring van Xylella fastidiosa. Dat is niet verwonderlijk: in de regio staan olijfbomen, en de grootste uitbraak van de bacterie tot dusver was in Zuid-Italiaanse olijfbomen, in Puglia. ,,Puglia ligt meer dan 1.000 km van ons vandaan’’, relativeert Cavagna in eerste instantie, „en het klimaat is daar heel anders dan in Lombardije; het is hier kouder.’’ Toch zijn er zorgen in Lombardije. Xylella is immers ook al gevonden op sierplanten op Corsica en bij Nice in Frankrijk. Dat komt al dichterbij, want de afstand tot Milaan en Canneto is nog maar 300 km. Bij export ondervinden kwekers uit Lombardije al problemen. ,,Lombardije is vrij van Xylella, maar afnemers maken vaak geen onderscheid tussen verschillende regio’s in Italië. Ze denken: Xylella zit in Italië, dus dan hoeven we geen bomen uit Italië.’’
De fytodienst heeft in Lombardije een netwerk opgezet van plekken waar de meest vatbare waardplanten groeien, inclusief sierplanten zoals Polygala en Lavandula. Al die plekken worden in de gaten gehouden. Ook zijn particulieren opgeroepen om verdachte plekken te melden. Vorig jaar liep Milaan een hoog fytosanitair risico door een internationale parkexpositie waarvoor planten uit de hele wereld werden ingevoerd. ,,We hebben een speciale survey uitgevoerd met 150 instrumenten, om er zeker van te zijn dat het park veilig was’’, vertelt Ciampitti. ,,De bacterie is niet gevonden.’’ De fytodienst houdt niet alleen het netwerk in de gaten, maar ook specifiek twee snelwegen: de A7 vanuit Frankrijk naar Milaan en de A1 vanuit Zuid-Italië. Vectoren van Xylella kunnen zich namelijk via wegtransport verspreiden. Er zijn vallen uitgezet bij vrachtwagenparkeerplaatsen: vangplaten met lijm erop. ,,Als vectoren van de bacterie uit een vrachtwagen komen, blijven ze plakken op de platen.’’ Xylella is nog steeds een groot probleem in Zuid-Italië, aldus Ciampitti. ,,Maar we maken ons meer zorgen om uitbraken in Zuid-Frankrijk.’’ >
bodemmonsters rondom de wortels en sturen de uitslag mee.’’
,,Die is nooit in Canneto gevonden, en dat houden we met het systeem voor vroege detectie zo in stand – ons gebied is vrij verklaard van de boktor. De meeste bomen van ons zijn gekweekt vanuit eigen moedermateriaal; dat is veilig. We kopen wel materiaal in Nederland. In 2011 zijn we het systeem gestart met veel veldcontroles bij Acer uit Boskoop, omdat die planten oorspronkelijk uit China kwamen. Er kwamen hier ook planten rechtstreeks uit China, maar die import is gestopt, want niemand wil het risico op insleep van de boktor lopen.’’
,,Canneto is een bufferzone van bacterievuur, we verkopen waardplanten met code ZP-b2. In Italië is het nationaal vastgesteld dat Lombardije, dus ook Canneto, vrij is van Xylella. Sinds januari leveren we waardplanten van Xylella af met een plantenpaspoort.’’
,,Nee. We zijn een groep van 21 kwekers, samen hebben we 600 ha. Totaal zijn er in Canneto zo’n 100 kwekers met meer dan 2.000 ha. Iedere kweker is natuurlijk wel welkom om lid te worden van Planta Regina, want samen kunnen we meer. Zoals goedkoper materialen inkopen als bindbuis, jute, diesel en meststoffen.’’
,,We hebben nog niet echt specifieke regels opgesteld voor leden. Ze kunnen altijd hun eigen klanten beleveren, maar bij het verkennen van landen voor de export is het wel de bedoeling om dit niet alleen te doen, maar onder de naam Planta Regina. De Turkse markt is bijvoorbeeld nieuw voor ons. In het verleden liep veel van onze handel via Pistoia, maar nu exporteren we meer direct naar klanten. We proberen daarvoor de logistiek te organiseren, dan laden we op vijf of zes plekken in ons gebied.’’
,,Met de controle houden we onze productie veilig voor de export. Sommige klanten hebben ons ook geadviseerd om dat te doen. Daarom zijn we twee jaar geleden bijvoorbeeld met de fytodienst gestart met de controle op aaltjes, omdat we kluiten naar Turkije exporteren. We nemen
,,Op dit moment niet. We laten nu op de factuur zien dat ons gebied onder monitoring valt. Zonodig kunnen we labtesten laten zien waaruit blijkt dat de controle waterdicht is. Bij bacterievuur, de boktor en aaltjes zijn die testen goed mogelijk, en zo ook bij Xylella. Testen kost wel tijd; het is onmogelijk om bomen te testen als je vandaag een order hebt en je ze morgen moet verzenden.’’
,,We houden veel bijeenkomsten met inspecteurs waarin we zaken bespreken, ook met medewerkers erbij. Na een officiële controle op het veld lopen we de bomen ook nog zelf na. We kunnen problemen in bomen herkennen, en als we een symptoom van een organisme zien, nemen we contact op met de autoriteiten. Want het is in ons eigen belang dat de kwekerij schoon en veilig is.’’
,,Op dit moment niets; dat is in ons voordeel want de kwekers hier zijn arm. De overheid van Lombardije betaalt alle kosten omdat ze de controles – op elke kwekerij in Canneto, niet alleen van Planta Regina – belangrijk vindt voor onze economie. De kosten van de boktordetectie worden voor 50% vergoed door Brussel. Als ze in Boskoop ook zo’n systeem als hier gebruiken, kunnen zij ook 50% terugbetaald krijgen.’’ <
Gli Aceri di Omate is simpelweg Italiaans voor ’De acers van Omate’. Met deze naam onderscheidt het bedrijf, gelegen in het dorp Omate (district Agrate), zich van andere Acer-kwekers in de buurt. 80% van de productie is in de vollegrond, op 7 ha. Daarnaast telt het bedrijf 2 ha containerteelt, met 350 l-containers als de grootste maat. Italiaanse kwekers importeerden vroeger soms uitgangsmateriaal uit Amerika, China, Nieuw-Zeeland of Nederland. Zo ook Gli Aceri di Omate. Maar sinds de boktorvondsten in Milaan, Brescia en Boskoop waagt het bedrijf zich helemaal niet meer aan import, zegt woordvoerster Michela Bonalumi. ,,We gebruiken het liefst onze eigen planten, om zaad vanaf te halen en verder te vermeerderen.’’ Door niets te importeren, reduceert het bedrijf het risico op boktorbesmetting, aldus Bonalumi. ,,Met eigen planten houden we ons teeltsysteem gesloten. Maar de kwaliteit van import vinden we ook minder; geënte planten zijn terzijde gezet.’’ Bij Gli Aceri di Omate worden de griffels op onderstammen geplakt, zodat ze volgens Bonalumi mooier vergroeien en daarna sterker doorgroeien in de vollegrond. ,,We verkopen geënte acers in Pistoia en daar hebben ze het liefst jonge sterke planten.’’ De verkoop vond eerst alleen in Italië plaats, maar sinds kort exporteert het bedrijf ook. ,,We verkopen onze plan-
ten nu ook in Frankrijk, België, Slovenië en Slowakije’’, vertelt Bonalumi. Volgend jaar staat Gli Aceri di Omate voor het eerst op de IPM in Duitsland. ,,Om onze kwekerij te promoten voor nog meer export.’’
De boktor is nog niet uitgeroeid in Milaan, hoewel de situatie volgens de fytodienst van Lombardije onder controle is dankzij het detectiesysteem. Klanten van Gli Aceri di Omate hebben nog nooit gevraagd naar de boktor, ondanks het feit dat het bedrijf in de buurt van de stad zit. ,,Nee, nooit’’, stelt Bonalumi. En gebeurt het, dan verwijst ze gewoon naar het EU-plantenpaspoort. ,,Dat zit bij onze acers. We mogen ze verhandelen omdat we niet in de afgebakende zone van Milaan zitten, en omdat onze kwekerij vrij is van de boktor – hier zijn twee inspecties per jaar.’’ De Italiaanse is niet bezorgd om fytosanitaire kwesties, zoals de boktor of andere quarantaine-organismen van buitenaf. ,,Ik ben er vrij ontspannen over, ik vertrouw op ons controlesysteem en ons gesloten teeltsysteem.’’ Xylella is hier helemaal geen issue. „Van Acer is alleen pseudoplatanus een waardplant. Die kweken wij niet.’’ <
In veel gevallen is het overdragen aan het personeel een hele goede optie omdat daarmee de continuïteit van de bedrijfsvoering goed kan worden geregeld. Het personeel kent de klanten en de werkwijze van de onderneming en de beoogde opvolger kent ook de andere werknemers. Hierdoor kan de onderneming op dezelfde wijze worden voortgezet. Ook het overdragen van de onderneming kan vaak geleidelijk gaan.
Om deze vraag te beantwoorden is het nodig te weten welke mogelijkheden er zijn en welke eisen en wensen u aan de opvolger stelt. In een overnametraject zult u goed moeten kijken naar de volgende aspecten: 1. Moet de verkoop de hoogste prijs op leveren? 2. Wilt u de onderneming in 1 keer overdragen of moet dat in termijnen van een aantal jaren? 3. Bent u als verkoper bereid een deel van de overnamesom te financieren? 4. Zijn er andere bedrijven die geïnteresseerd zijn om de onderneming
over te nemen? 5. Heeft het personeelslid voldoende kennis in huis om de onderneming voort te zetten? Zo niet, kan scholing de komende jaren daar een goede voorbereiding op zijn? 6. Heeft het personeelslid ook voldoende ondernemersgeest? 7. Moet de onderneming de komende jaren op dezelfde wijze worden doorgezet of moeten er structurele veranderingen worden doorgevoerd? 8. Is het personeelslid bereid privégeld in de onderneming te stoppen of privé risico’s te dragen bij de overname?
Op het moment dat u zaken wil gaan bespreken kunt u ook verwachtingen scheppen als werkgever. Op het moment dat later blijkt dat de verwachtingen niet uitkomen, is er een behoorlijk afbreukrisico en kan het zijn dat de teleurgestelde medewerker vertrekt. Als er meerdere personeelsleden in aanmerking komen, moet u ook kijken of het een optie als zij de onder-
neming overnemen. Om verkeerde verwachtingen te voorkomen is het nuttig om de beoogde kandidaat of kandidaten te vragen naar hun toekomst over 5 of 10 jaar. Wat ze willen bereiken en hoe ze dat denken te realiseren. Dat kan in het functioneringsgesprek. U kunt dan vele aspecten op een rustige wijze bespreken zonder direct verwachtingen te wekken. Als een persoon ambities heeft voor ondernemerschap, dan kunt u zonder dat u toezeggingen doet de medewerker wel de benodigde opleidingen en coaching geven.
Bij de overdracht van de onderneming gaat het personeel automatisch over naar de opvolgende ondernemer. Een trouw en ouder personeelsbestand met ervaren mensen worden niet altijd als positief ervaren. De overdrachtsprijs van de onderneming wordt hierdoor vaak beperkt. Het laten afvloeien van personeel na overdracht is voor de overnemer geen aantrekkelijke alternatief. Zorg daarom voor een juiste bezetting met voldoende flexibiliteit. <
Steeds meer afnemers in de boomkwekerijsector willen neonicotinoïden-vrije planten. De discussie is in gang gezet door Greenpeace en Intratuin die samen een lijst publiceerden met daarop 9 werkzame stofnamen die vanaf 2020 niet meer op planten mogen voorkomen omdat ze schadelijk zouden zijn voor bijen. In de praktijk zorgt dat voor de nodige vraagstukken, merkt Wilco Dorresteijn, adviseur boomteelt bij Delphy. Hij ziet dat ook andere handelsbedrijven lijstjes met werkzame stoffen rondmailen naar kwekers. „Er is behoefte aan helderheid, allereerst bij de productnamen want die zijn bekender dan de werkzame stoffen. Daarnaast zijn niet alle middelen van het lijstje toegelaten in de boomkwekerij.” De vijf productnamen waar het volgens Dorresteijn specifiek om gaat zijn Admire, Actara, Calypso, Gazelle en Decis. De laatste is overigens geen neonicotinoïde maar staat wel in het lijstje middelen dat volgens Greenpeace moet worden verboden om bijen en andere insecten te beschermen. De metingen van Greenpeace vindt kweker Wilco Overmars dubieus omdat die ook plaatsvonden bij planten uit Italië. Kweker Kees Out sluit zich daarbij aan. „In landen om ons heen is de regelgeving anders, middelen die hier verboden zijn, zijn daar soms gewoon toegelaten.” Dorresteijn vult aan met de opmerking dat de in de planten gevonden residuen ook afkomstig kunnen zijn uit voor irrigatie gebruikt slootwater of achterblijven wanneer een loonwerker tussen het wisselen van kwekerijen zijn spuitmateriaal niet goed schoon maakt. „Kwekers moeten ook voor plantgoed overleggen met de leveranciers.” Hij pleit voor reële, en wettelijke, residunormen zoals bij de groente- en fruitteelt gebeurt. Over de actie van Greenpeace en Intratuin zegt hij ook: „De klant blijft koning. Als afnemers bepaalde wensen hebben, moet je als kweker kijken hoe je hierop kunt inspelen.”
Cruciale vraag bij de problematiek rondom neonicotinoïden is wat haalbaar is wanneer de genoemde middelen wegvallen. Als voorbeeld geeft Dorresteijn de bestrijding van bladluis. Teppeki noemt hij een bruikbaar alternatief dat behoorlijk veilig is voor lieveheersbeestjes. „Maar het
mag maar drie keer per jaar worden toegepast wat bij bladluisbestrijding soms niet voldoende is.” Tegelijkertijd vindt hij het gebruik van enkel Teppeki een risico als het gaat om resistentie. Afwisseling is volgens hem mogelijk met Plenum en bij warm weer met Pirimor. Overmars pakt luizen in de kas biologisch aan, maar spuit buiten nog met Teppeki. „Ik weet dat er volop onderzoek wordt gedaan naar biologische oplossingen voor buiten, de te verwachten resultaten wil ik graag uitproberen.” Biologische aanpak kan een degelijk alternatief zijn. Boomkwekerij Out bestrijdt spint al circa 15 jaar met roofmijt. Het bedrijf is MPS-gecertificeerd en zoekt naar een zo duurzaam mogelijke gewasbescherming. „Je moet het willen en er voor openstaan. Als je goed kijkt, wemelt het soms van de lieveheersbeestjes tussen de planten en laatst in de kas zat er een zwerm kwikstaartjes die zich te goed deden aan bladluizen.” Overmars zet roofmijt in bij bestrijding van de varenrouwmug, de larven ervan bestrijdt hij met aaltjes. „Deze aanpak is zelfs beter dan chemisch. De aaltjes kruipen naar de bodem van de pot terwijl chemische middelen bovenin blijven.” Bij een biologische teelt vindt Dorresteijn het ook be-
langrijk om te zorgen voor een weerbaarder gewas. Overmars doet dat onder andere met Vivisol en vulkaanmeel om zo bijvoorbeeld schimmels in lavendel te voorkomen.
Zonder chemische middelen kweken, is volgens Out echter een utopie. Chemie blijft nodig ter ondersteuning. Als toch gewasbeschermingsmiddelen nodig zijn, kiest hij voor selectieve middelen die de van nature voorkomende biologische vijanden sparen. „Neonicotinoïden zijn daarbij soms noodzakelijk.” Hij haalt specifieke problemen aan met elzen- en wilgenhaantjes en cicaden. “Als helemaal niets meer mag dan hebben we echt een probleem.” Zijn pleidooi is om de norm iets te versoepelen en neonicotinoïden onder bepaalde omstandigheden met mate toe te laten. Volgens Dorresteijn zijn er soms wel alternatieven, maar dan betreft het middelen die in de boomkwekerijsector niet zijn toegelaten. Hij pleit voor meer onderzoek. Kweken zonder neonicotinoïden lijkt ook volgens Overmars onmogelijk. „Over 5 jaar misschien, als we meer ervaring hebben met andere middelen. Tot nu
toe zijn ze nodig om te corrigeren, uiteraard door ze zo min mogelijk te gebruiken.” Dorresteijn wil het onderwerp graag ketenbreed aanpakken. „Een enkele luis in een roos op de verkoopvloer hoeft niet erg te zijn. Eenmaal aangeplant in de tuin komen ze toch, net als het lieveheersbeestje. De gemiddelde klant, maar ook de gemiddelde verkoper wil dit echter niet. Het probleem moeten we met elkaar en met tuincentra bespreken.” Out en Overmars sluiten zich hierbij aan. Overmars vindt dat de consument gewend moet raken aan soms een geel blad of wat luizen en dat kwekers daar onderling mee aan de slag moeten. Out: „Tuincentra en consumenten moeten af van de nultolerantie.” <
TreeCommerce
Hét digitale communicatie platform voor de boomkwekerij.
De officiële dealer van Mayer
and ederl in N elgië. & B
Meld u aan en vergroot uw verkoopkansen! Volg TreeCommerce ook via twitter: @Treecommerce
www.visser.eu/potmachines www.treecommerce.com
Hulpstoffen voor gewasbescherming Hasten, Elasto G5 en Atplus verbeteren de effectiviteit van gewasbeschermingsmiddelen en groeiremmers SURfaPLUS BV, Wageningen tel: 0317-451217 e-mail: info@surfaplus.com www.surfaplus.com/trading
Compleet in teeltvloeren Telefoon: 0182 - 351144 • Bergambacht info@houdijkdenboer.nl • www.houdijkdenboer.nl
+ '( %$..(5
( ;3(57,6(%85($8
VDH Foliekassen BV Specifieke boomkwekerij schade-expertise bij: • schade aan plantopstanden • schaderegeling • onteigening • planschade • LRGD geregistreerd deskundige • NIVRÉ Register-Expert • Lid N.V.A.E. • Tevens uitgave Prijzenregister Boomkwekerijproducten De Akker 100, 2743 DP Waddinxveen bakkerexpertise@planet.nl
www.bakkerexpertise.nl
Voor AL uw boomkwekerijbenodigdheden: • Kluitmaterialen • Tonkinstokken • Bindmaterialen • Gewasbeschermingsmiddelen • etc. etc. Tielsestraat 95 Hoofddealer van: 4041 CS Kesteren tel: 0488 – 483275 fax: 0488 – 482895 info@agrodearend.nl www.agrodearend.nl www.felco.com DE PARTNER met visie voor de kweker!
Tel: 0031 (0) 172 2359 90 Fax: 0031 (0) 172 2359 95 Mail: info@foliekassen.com Web: www.foliekassen.com Frankrijklaan 9 2391 PX Hazerswoude-dorp (NL)
„We houden deze week zo'n 800 enquêtes”, zegt Corina van der Heiden (rechts) van kwekersgroep Addenda vanaf de Libelle zomerweek in Almere. De kwekers van Campanula en Hebe gebruiken de zomerweek onder andere als podium om achter voorkeuren te komen die onder consumenten leven. „Op deze vierde dag is al duidelijk dat de meeste vrouwen het liefst een Campanula in een harde kleur blauw willen. Deze verkiezen ze boven de Campanula met het witte hart”, zegt Van der Heiden. De Libelle zomerweek - die van 15 tot en met 21 mei werd gehouden wordt jaarlijks door ruim 80.000 personen, overwegend vrouwen, bezocht.
De nieuwe voorzitter staat op het standpunt ’hoe meer zielen, hoe meer vreugd’, maar benadrukt dat deelname alleen kan als bedrijven veredelingsactiviteiten in vaste- en perkplanten uit stek of zaad hebben. „FlowerTrials is geen uitgebreide beurs waar Jan en alleman zijn assortiment kan tonen”, vertelt Corless.
De FlowerTrials is niet alleen een feestje van individuele vermeerderaars en veredelaars van vaste- en perkplanten, maar inmiddels een feestweek voor de gehele sector. Zo typeert Gill Corless het evenement. Corless is de nieuwe voorzitter van de FlowerTrials. „Het is een echt succesnummer. Geen enkele deelnemer is ooit afgehaakt of ze moeten zijn gefuseerd of door een collega-bedrijf zijn overgenomen.”
Alhoewel de meeste bedrijven zich presenteren in de regio’s Aalsmeer en het Westland noemt Corless de FlowerTrials absoluut geen Nederlands evenement. „FlowerTrials is een uitstekend podium waarop Nederlandse bedrijven zich kunnen profileren, maar het is niet een exclusief Nederlands evenement.” Van de 52 bedrijven die hun assortiment en noviteiten tonen komen er 14 uit Israël, Japan, Denemarken, Frankrijk, Engeland, België en de Verenigde Staten. Net over de grens in de Duitse regio Rheinland-Westfalen presenteren zich ook nog eens zes Duitse bedrijven. In een recente internationale nieuwsletter van het Vakblad voor de Bloemisterij las Corless dat Franz Hanka van Hanka Gartenbau Duitse bedrijven uit de Duitse regio NederRijn oproept om ook mee te doen.
Dat de FlowerTrials het vooralsnog bij bedrijven houdt die veredelingsactiviteiten hebben in pot- en perkplanten uit stek of zaad, wil niet zeggen dat er geen discussie is om ook bedrijven toe te laten die veredelingsactiviteiten hebben in snijbloemen. Ook hebben verschillende andere evenementen rond week 24 belangstelling getoond om samen te werken met de FlowerTrials. „Ik acht het echter onwaarschijnlijk dat andere segmenten of evenementen onderdeel gaan uitmaken van de FlowerTrials. Het is nu al een sterk groeiend evenement, waarbij het de kunst is niet het overzicht te verliezen”, stelt Corless. De organisatie wil graag de kracht van het FlowerTrials-merk waarborgen voor al haar verschillende deelnemers in de pot- en perksegmenten. Om overzicht te houden, hebben deelnemers een top tien samengesteld van hun assortiment als leidraad voor bezoekers. Dit maakt duidelijk wie een breed assortiment in de aanbieding heeft of een specifiek product en een gerichte bezoek aan de FlowerTrials is dan makkelijk te plannen. Duidelijk, maar waarom kunnen dan wel bedrijven hun bol-op-potassortiment tonen op de FlowerTrials? Het is immers niet veredeld uit stek of zaad. „Klopt, maar daar is de weegschaal doorgeslagen naar potplantenbedrijven met veredelingsactiviteiten”, legt Corless uit. Ook veredelaars van phalaenopsis, potanthurium en potlelies zijn in recente jaren toegetreden.
Vooralsnog wordt vastgehouden aan drie regio’s. Dus niet nog eens een extra regio in West-Friesland, ook al zitten daar enkele grote veredelingsbedrijven. „Natuurlijk is wel eens het verzoek gekomen om andere gebieden, bijvoorbeeld West-Friesland, als aparte regio op te nemen. Uit logistieke en organisatorische overwegingen voor met name bezoekers wordt daar zonder al te veel morren van afgezien. Dus komen meerdere veredelaars bij elkaar over de vloer. Geen probleem onder de huidige leden. Onder hen heerst een grote saamhorigheid”, meldt Corless. Deelnemers zien volgens haar de FlowersTrials niet als een evenement om elkaar de loef af te steken. Op de meeste locaties verwelkomen meerdere deelnemers gebroederlijk bezoekers op een bedrijf. Heel anders dan op een beurs waar de presentatieruimte veel beperkter is. „FlowerTrials is een echt productevenement in tegenstelling tot bijvoorbeeld de Fairs van FloraHolland en de IPM. De focus van beurzen ligt meer op netwerken met een deel van assortiment, voor zover dat in bloei is te tonen”, verwoordt Corless.
Telers vormen een belangrijke doelgroep van de FlowerTrials. 40% van de bezoekers in 2015 registreerde onder de categorie kweker/teler. Een mooi resultaat, maar echter nog een kleine vertegenwoordiging van alle telers in Nederland en Duitsland, meent Corless. Ze weet dat bijna de helft van de bezoekers uit het buitenland (dus niet uit Nederland of Duitsland) komt, waaronder telers en telersverenigingen. Ook jongeplantenbedrijven, zaaddistributeurs en de handel bezoeken FlowerTrials in aanzienlijke aantallen. Toch is het een evenement voor telers. „Veel ondernemers kijken al over de heg, maar nog lang niet allemaal. Terwijl telers op de FlowerTrials steeds meer
Het wegvallen van Steward gooit roet in de biologische bestrijding. Voor de bestrijding van cicade zijn geen natuurlijke vijanden voorhanden, dus moet u spuiten met neonicotinoĂŻden zoals Gazelle (25g/100 l water) of Calypso (25 ml/100 l water). Bij vreterij van taxuskever kan de visuele schade op niet bladverliezende gewassen een probleem worden. In deze situatie kan ook Gazelle of Calypso worden ingezet. Decis mag niet worden gemengd omdat de nawerking op alle roofvijanden 8-10 weken duurt. De larve van de taxuskever is te bestrijden met aaltjes (Heterorhabditis sp). Als Bio1020 (Metarhizium anisopliae) in de pot wordt ingezet, moet er 1x aaltjes worden toegepast in oktober. Zonder Bio1020 moeten aaltjes twee keer worden ingezet; eind juli en oktober. Voor de meest voorkomende spintmijt, de bonenspintmijt, is het inzetten van roofmijten goed te doen. De roofmijten Amblyseius andersoni of Neoseilus californicus kunnen worden gestrooid of door middel van zakjes of linten worden uitgezet. Tijdig inzetten, voordat spintmijten aanwezig zijn, is bepalend voor het succes. De dosering is 20-25 roofmijten strooien of 1 zakje per 2m2 of 1 lint per 3 meter bed. De planten moeten elkaar raken omdat roofmijten niet vliegen en er anders bij uitstrooien te veel verlies
ontstaat van roofmijten die niet op planten terecht komen. Bij overheadberegening is het verstandig om waterafstotende zakjes of linten te kiezen om te voorkomen dat de zemelen beschimmelen. De keuze van de 3 uitzetmethodes is per bedrijf verschillend. Mijn voorkeur gaat uit naar linten of zakjes omdat u 6 -7 weken uitloop van roofmijten hebt in uw gewas. Bij het uitblazen van roofmijten kunt u kleinere doseringen b.v. 10 roofmijten/m2 uitblazen met 2 weken interval. Blijf het gewas goed controleren op aanwezigheid van andere mijten als weekhuidmijten en citrusmijten. Deze worden minder goed bestreden door roofmijten. Bij een snelle signalering kunt u plaatselijk bestrijden met selectieve en effectieve middelen als Scelta (100 ml/100 l water) of Cantak (100 ml/100 l water). Markeer de plekken met aantasting om de ontwikkeling goed te volgen. Bij gewassen waar ook trips voorkomt kunt u Neoseilus cucumeris (100/m2) uitzetten. U kunt uit zakjes, linten of strooimateriaal kiezen. Hang blauwe vangplaten op, daarmee krijgt u inzicht in de ontwikkeling van trips. Het uitzetten van Amblyseius swirskii is minder zeker omdat er weinig ervaring is met deze roofmijten in de boomkwekerij.
De nasleep van de zware buien op 30 en 31 mei is op het moment dat ik dit schrijf nog niet zichtbaar, maar zou vanaf dinsdag 7 juni bladvlekken kunnen laten zien. De basis van deze aantastingen ligt nog in het najaar. In september en oktober zijn de planten lange tijd achtereen niet opgedroogd. Het was moeilijk om de bestrijding destijds tijdig uit te voeren vanwege de regen. Dat heeft geleid tot infecties onderin het gewas: onderin struikjes en pyramides en in de spuitschaduw onder de bollen. Toen we deze aantastingen in het najaar zagen is er op een aantal percelen met veel zorg, soms met extra water, vaak ook onderlangs gespoten met een curatief middel. De percelen waar dat goed is uitgevoerd zijn nu schoon. Percelen waar kwekers de najaarsinfecties niet zo drastisch hebben aangepakt laten nu veel bladvlekken zien. De afgevallen bladeren zijn een nieuwe infectiebron voor dit seizoen. Opnieuw blijken de slecht waarneembare zwarte vlekken die Cylindrocladium onderin de planten veroorzaakt de bron van de problemen. We hebben hierover al eerder
bericht. De vlekken lijken erg op opgespatte grond en verspreiden een veelvoud van het aantal sporen dat de vlekken met gele rand bovenin het gewas produceert. De komende twee weken zullen we bij onze klanten intensief bemonsteren als er een curatieve bestrijding is uitgevoerd. Blad met vlekken dat niet direct schimmelsporen laat zien wordt eventueel op kweek gezet om te kijken of de schimmel echt stil gezet is. De komende dagen lopen we percelen extra na om waar te nemen of de zware regenval van vorige week infecties heeft gegeven. Dit is een intensief traject, maar het zorgt ervoor dat onze klanten de bestrijding nagenoeg alleen met spuitzwavel afdoende kunnen uitvoeren. Spuitzwavel mag in de biologische teelt worden gebruikt, geeft geen resistentie van de schimmel, is goedkoop en levert geen problemen op met residuanalyses. Samen met een gerichte bemesting, met nadruk op calcium, magnesium en sporen en zo min mogelijk stikstof, gaan we proberen de teelt bij onze klanten, binnen de regels, dit seizoen weer in goede banen te leiden.
Omdat de gewassen dit jaar wat langzamer in ontwikkeling kwamen, is het raadzaam om na de regen op korte termijn nogmaals te spuiten. Het gebruik van de nieuwe bodemherbicide Springbok heeft slechts een toelating voor één toepassing per jaar. WingP is tussen 1 april en 1 november niet toegelaten in bos- en haagplantsoen. U kunt nog wel spuiten met Afalon Flow of Datura. Beide middelen mag u één keer per jaar inzetten. Voor opstaand onkruid is de mogelijkheid om te spuiten met Sencor. Dit is dit jaar als KUG (Kleine Uitbreiding Gebruiksgebied) toegelaten in onder andere bos- en haagplantsoen. Volgens toelating zijn drie toepassingen van 0,25 l/ha of één toepassing van 0,75 l/ha mogelijk. Dit middel komt uit de akkerbouw en is verwant aan Simazin. Sencor werkt tweeledig: via het blad, en daarom is het wel belangrijk dat de onkruiden droog zijn op moment van spuiten. En via de bodemwerking: vochtige en bezakte grond is hiervoor wel een vereiste. Om de contactwerking te versterken en om een breder onkruidspectrum te bestrijden, is het raadzaam om Afalon Flow/Datura
erbij te mengen. Bij klein onkruid is het goed mogelijk om een lage dosering in te zetten met een lage dosering Linuron. Het is wel raadzaam om een middel als Codacide toe te voegen, in verband met de duurwerking in de bodem, en het beter vasthouden van de actieve stof in de bovenste grondlaag. De laatste weken is het lastig om de nieuwe opplant mechanisch onkruidvrij te houden. Op de percelen waar kort geleden is geplant, staat het onkruid op dit moment al dusdanig groot, dat bij het eerstvolgend schoffel- of wiedegmoment het onkruid te groot zal zijn. Dan wordt het zeker tussen de planten een lastig verhaal. Mijn advies is om het schoffelen nu even te vergeten en toch chemisch in te grijpen. Kies dan wel voor een middel als Finale of Basta, zodat u na de natte periode alsnog kunt schoffelen. Staat er veel gras, dan kunt u 1 l/ha Centurion Plus aan Finale toevoegen. Centurion Plus heeft een vrijstelling tot 1 juli in bos- en haagplantsoen. Wanneer kleine brandnetel een probleem is, dan is de toevoeging 2 l/ha CIPC een meerwaarde. In proeven zijn hiermee goede resultaten gehaald. <
’Gespecialiseerd en gericht op het draaien van grote aantallen en acties’, zo omschrijft Dick Blom zijn kwekerij. „Vroeger zou ik hebben gezegd ’jong en dynamisch’, maar als je kwekerij al dertig jaar bestaat weet ik niet of je het nog steeds jong kan noemen.” Dynamisch wil de kweker wel blijven. „We zijn gericht op het draaien van grote aantallen, maar afnemers die één karretje willen hebben, kunnen ook bij ons terecht en zijn voor ons uiteindelijk net zo belangrijk.” Uitsluitend grote orders en acties zou wel eenvoudiger zijn, meent Blom. „Het is een luxe die echter niet voor ons is weggelegd, maar waarvan ik ook betwijfel of ik die zou willen. Het maakt je bedrijf kwetsbaar.” Als voorbeeld noemt hij het faillissement van Baas. „Dat was een klant die bijna 10% van onze productie afnam. Het raakt je hard als zo’n klant wegvalt.” Blom wil daarom geen klanten die meer dan 10% afnemen en is blij met de kleinere klanten die hij ook heeft. „Uiteindelijk hebben we meer dan honderd klanten. Dat zorgt voor een goede risicospreiding.”
Zaligmakend is risicospreiding echter ook niet, meent de kweker. „Vroeger kon je met hard werken goed verdienen, tegenwoordig is hard werken en je verstand erbij houden geen garantie dat je kwekerij toekomst heeft.” Blom heeft zelf ook een mindere periode achter de rug. „Een kleine tien jaar geleden heb ik de kwekerij uitgebreid, geïnvesteerd in nieuwe kassen en we namen Pernettya op in ons sortiment. De verkoop van liep minder dan verwacht, we hebben veel leergeld moeten betalen bij de start van Pernettya en als er dan ook nog een belangrijke klant wegvalt, dan valt dat zwaar.” Nu gaat het weer beter. „Je moet voorzichtig zijn met zeggen dat het beter gaat, voor je weet draait het weer om. Maar afgelopen jaar lijkt de verkoop weer wat aan te trekken en waren de planten redelijk vlot verkocht”, aldus Blom. Maar rozengeur is het nog niet. „De prijzen staan sterk onder druk en het is lastig om ’kostprijs plus’ voor je product te krijgen.” De ondernemer vind het belangrijk om de kostprijs goed in beeld te hebben en heeft daarom vorig jaar de kostprijs van zijn verschillende producten laten uitrekenen. „Je hebt natuurlijk wel een idee wat ongeveer de kostprijs is, maar het is goed om dat af en toe te toetsen. Ik zat er met de meeste producten geen stuiver naast, maar in Hydrangea had ik me vergist. Die kost ons meer dan ik had ingeschat.” De vergissing zit hem vooral in de minder efficiënte werkwijze van deze teelt ten opzichte van zijn andere teelten. „We potten Hydrangea met een andere machine op. Deze machine heeft minder capaciteit. Bovendien staan de planten op een perceel waar wij vanwege de ondergrond niet met de vorkheftruck terecht kunnen. Hierdoor worden de planten allemaal met de hand uitgezet. Ondanks dat Hydrangea op onze kwekerij het makkelijkste product is, kost de teelt ons net zoveel als een Cytisus.”
De kweker zet nu in op een verbetering van de efficiëntie om de kostprijs naar beneden te brengen. Komende jaren moet uitwijzen of dat ook lukt.
De kwekerij is gespecialiseerd in grootschalige gewassen. Het sortiment is zeer beperkt, maar helemaal op één paard wedden, wil Blom niet. Tot voor kort werden er drie gewassen gekweekt: Cytisus, Hydrangea en Pernettya. Van alle drie de gewassen, worden meerdere soorten gekweekt. Onlangs zijn Camellia en Ilex crenata ’Dark Green’ in het sortiment opgenomen. „De markt verandert en de vraag naar Cytisus op stam neemt af. Reden om op zoek te gaan naar een nieuw product waarmee ik mijn sortiment kan aanvullen, omdat de basis anders te smal wordt.” Voorwaarde voor het nieuw te kiezen product was dat het net als Cytisus een voorjaarsproduct moest zijn en qua arbeidsplanning moest passen op de kwekerij. „We werken met vier vaste krachten en in beperkte mate met uitzendkrachten. Het moet dus qua werkdruk passen binnen het geheel.” Daarnaast zoekt de kweker bij voorkeur naar een product waar een andere kweker mee stopt, zodat hij in het ontstane gat kan stappen. „Op die manier
ben ik tien jaar geleden met Pernettya begonnen omdat twee kwekers die ieder 100.000 stuks maakten, stopten. Bij Camellia kon ik de teelt van Sjaak van der Voort overnemen.” De eerste 4.000 Camellia zijn dit voorjaar verkocht. „Het was de eerste teelt. Komende jaren groeien we door naar 15.000 stuks per jaar.” Waarom 15.000? „Omdat het de oppervlakte is die ik de komende jaren beschikbaar heb voor de teelt en omdat het overeenkomt met de aantallen die Van der Voort maakt. Als de markt zich vervolgens anders ontwikkelt, kan daar natuurlijk in worden geschoven.” De markt is volgens de kweker sowieso vrij grillig. „Ik heb mijn kwekerij nu dertig jaar, maar de vraag wisselt per jaar. Het ene jaar willen ze allemaal rode Pernettya en het volgende jaar allemaal wit en absoluut geen rood. Dat is lastig. Wij kweken grotendeels uit eigen vermeerdering, waardoor het twee- tot driejarige teelten zijn. Inspelen op jaarlijkse schommelingen is dan moeilijk.” Als de vraag vanuit de markt wijzigt, gaat de kweker schuiven in het sortiment. Uitbreiden is momenteel niet ter sprake. „We zijn in de loop der jaren van 1,5 naar 6 ha gegroeid. Verder groeien heeft geen zin. Als ik het met 6,5 ha niet kan verdienen, ga ik het met 8 ha ook niet verdienen.” <
STEKBEDRIJF G VAN DER LOO BV
Gewortelde stek: Heesters, Coniferen en Siergrassen in pluggen Hooghoutseweg 27, 5074 NA Biezenmortel tel: 0411-643094 fax: 0411-643597 e-mail: infovdloo@stekbedrijf.com
www.stekbedrijf.com
Aangeboden
De Waal Stek Hoeve 25 6851EP Huissen Tel. 06-55322725 www.waalstek.nl
Beworteld Buxus Sempervirens stek 2/cup 160 gaats tray Bossig en gezond, grote en kleine aantallen geen probleem.
„Ik vind het best uniek dat twee bedrijven - die in de basis elkaars concurrenten zijn - de handen ineen hebben geslagen en samen de eerste Nationale Hortensiaweek organiseren”, zegt Maikel Loots die namens PEP Business Creators een van de initiatiefnemers is. Wat hem betreft is dit jaar de opmaat voor een grotere campagne volgend jaar. Volgens hem wordt er al gesproken met andere veredelaars in de hoop dat deze bij een volgende editie zullen aanhaken. Ook denkt hij aan een nauwere samenwerking met distributeurs als Lemkes, PlantCollect en Arie Bouman Tuinplanten.
Dit jaar financieren de bedrijven achter de hortensia van Magical Four Seasons en Forever&Ever de cam-
pagne elk voor 50%. „We hebben een beperkt budget en daarom zien we graag dat volgend jaar nog meer partijen meedoen.” Loots is blij dat het promotieplatform hydrangeaworld. com de campagne ondersteunt. Weliswaar niet met geld, maar wel door middel van verspreiding via sociale
Hydrangea aborescens Hydrangea anomala
Hydrangea macrophylla
Hydrangea quercifolia Hydrangea paniculata
media. Hydrangeaworld.com is een collectief van kwekers aangesloten bij Royal FloraHolland, veredelaars en vermeerderaars. „Alles bij elkaar denk ik dat 70% van de Nederlandse hortensia-kwekers direct of indirect bij de campagne is betrokken.”
Brigitte Hagen is bij Concept Factory verantwoordelijk voor de promotieactiviteiten van hydrangeaworld. com en ondersteunt vanuit dit platform de Nationale Hortensiaweek. Volgens haar heeft hydrangeaworld. com in Nederland op Facebook bijna 9.000 volgers en gedurende het jaar bereiken ze dagelijks zo'n 2.000 mensen, oftewel zo'n 14.000 per week. „Maar”, zegt ze. „Tijdens de Nationale Hortensiaweek zijn we extra actief - we geven onder andere planten weg - waardoor dit aantal fors hoger is. De eerste dag van de campagne
hortensia op de markt en is dus de spinn-off van een campagne mogelijk het grootst.” Maar helemaal vanzelfsprekend vind hij week 22 als gekozen week ook weer niet. „In juli zullen we als promotiewerkgroep deze week evalueren. Wellicht dat eind augustus als promotieweek ook een optie is. De aantallen die op dat moment op de markt komen zijn dan wel kleiner, maar de verkoop kan in die periode juist wel een extra stimulans gebruiken.”
bereikten we ruim 25.000 mensen.” Ook vanuit Forever&Ever vinden consumentenacties plaats zoals het weggeven van Forever&Ever snoeppotten. De campagne kent dit jaar een nationaal karakter, maar Loots zegt dat het doel voor volgend jaar is om uit te breiden naar Duitsland, Engeland en landen in Scandinavië. Op de langere termijn komen ook zuidelijk gelegen landen in beeld.
Als tijdstip voor de Nationale Hortensiaweek is gekozen voor week 22 en daarmee sluit de campagne aan bij het natuurlijke bloeitijdstip van de meeste hortensia. „Begin juni is qua verkoop richting consumenten de beste tijd”, zegt Loots. „De visuele waarde van de meeste hortensia is dan optimaal, eerder in het jaar zitten veel hortensia nog in knop. Bo-
vendien is er vroeger in het jaar nog altijd kans op nachtvorst waardoor planten schade kunnen oplopen bij zowel de consument als de retailer.” Ook commercieel gezien is dit een goede periode, vindt Kees Eveleens, voorzitter van de promotiewerkgroep van hortensia binnen FloraHolland. „Nù komen de grootste aantallen
Het doel van de Hortensiaweek is om de verkoop van hortensia te bevorderen, maar juist over de verkoop hebben kwekers in de afgelopen periode al niet te klagen. „Extra aandacht voor onze productgroep is altijd goed”, zegt Eveleens. „Het ene jaar gaat de verkoop stroever dan het andere. Dat het momenteel goed gaat wil niet zeggen dat een promotieweek niet nodig is.” Of de huidige goede marktsituatie iets te maken heeft met de promotie die door hydrangeaworld.com en andere kwekersgroepen wordt gedaan, is volgens Eveleens moeilijk te meten. „Misschien zit hortensia momenteel sowieso in een opwaartse spiraal, maar hoe meer publiciteit je genereert, hoe beter het is. En helemaal als we dit met zo veel mogelijk partijen doen.” <
De prijsvorming van Buxus laat de laatste jaren te wensen over. Dit had onder andere tot gevolg dat kwekers kleinere bolmaten niet verkochten, maar deze verder kweekten om als een grotere maat later af te kunnen zetten. Kijkend naar dit voorjaar levert dit bij Groen-Direkt en Royal FloraHolland stabiele of hogere prijzen op dan vorig jaar, maar dat beeld kan enigszins vertekend zijn.
De middenprijzen geven geen inzicht in prijzen per potmaat en bij meer aanvoer van grotere potmaten stijgt vanzelfsprekend de middenprijs. Buxus lijkt wel steeds meer een teelt te worden voor specialisten. Het aantal Buxus-aanvoerders bij Royal FloraHolland is de laatste jaren gedaald. Productcoördinator Michel Verbeek van de veiling ziet dat onder andere veel akkerbouwers de laatste jaren met Buxus zijn gestopt. Toch zegt hij ook dat Buxus bij consumenten en retailers onverminderd populair blijft. „We houden de folders van grote retailers in de gaten en zien dat dit voorjaar niet minder Buxus-acties worden gedaan dan vorig jaar”. Bij Groen-Direkt ziet mede-directeur Gert Koert dat het aandeel van Buxus in de totaalomzet van GroenDirekt vorig jaar op 9% uitkwam en
daarmee weer op hetzelfde hoge niveau lag van 2012. In 2013 en 2014 was dit aandeel gezakt tot zo'n 5%. De markt voor Buxus lijkt zich op basis van die cijfers te herstellen maar Koert merkt dit voorjaar dat juist problemen met Buxusmot het optimisme weer tempert. <
Bij Nederlandse tuincentra waren de eerste maanden van het jaar niet geweldig waar het de verkoop van tuinplanten betreft. Door matige verkopen in maart en april lagen veel tuincentra achter op vorig jaar. Mei was echter een goede maand en het gevoel leeft bij tuincentra dat zij sinds eind mei in ieder geval gemiddeld minimaal dezelfde tuinplantenomzet hebben gedraaid als vorig jaar. Maar volgens Brenda Horstra van Tuinbranche Nederland zijn er onder tuincentra aanmerkelijke omzetverschillen. „Ik ken tuincentra die 10% plussen qua tuinplantenverkoop, maar hoor ook geluiden van tuincentra die in de min zitten ten opzichte
van vorig jaar.” Een van de tuincentra waar de tuinplantenverkoop stagneert is GroenRijk Zwanenburg. „Er is een drempel voor klanten om het buitenterrein op te gaan”, constateert bedrijfleider Gerben Lek. „Het weer speelt daarbij tot nu toe een belangrijke rol, vooral op een aantal zaterdagen en zondagen viel het een paar keer tegen.” Deels lost Lek dit op door planten die visueel aantrekkelijk zijn vanaf het buitenterrein binnen te zetten. „Vaste planten en rozen die in bloei staan zetten we binnen om de verkoop te stimuleren.” Het seizoen van Rhododendron en tuinazalea viel volgens Lek ook niet mee. „Vorig jaar was het een goed jaar, maar dit jaar was het veelal regenachtig op het moment dat Rhododendron en tuinazalea op z’n mooist waren”, verklaart hij de tegenvallende tuinplantenomzet. „Ik weet niet of we qua totaalomzet voor of achter lopen op vorig jaar, maar ik zie wel dat onze omzet van eenjarigen en kamerplanten - die we
binnen verkopen - de omzet goed maakt die we buiten laten liggen.” Ook tuincentrumeigenaar Piet van der Meer van het gelijknamige tuincentrum in Oude-Wetering kijkt terug op een matig voorjaar. „Ik word niet vrolijk van de verkoop van heesters en vaste planten. De huizenmarkt mag dan aantrekken, wij merken daar nog niet veel van. Wij zitten dicht tegen een nieuwbouwwijk aan en ik zie daar toch vooral veel schuttingen en straatwerk in de tuintjes komen.” <
Kwekers maken grofweg onderscheid tussen groene en rode cultivars van Acer platanoides, omdat veel klanten dat volgens hen ook doen. Groene cultivars bijvoorbeeld worden ook door elkaar verhandeld, in die zin dat klanten het weinig lijkt uit te maken of ze ’Emerald Queen’, ’Cleveland’ of ’Columnare’ geleverd krijgen. Als de ene cultivar niet meer op de markt is te vinden, voldoet de ander wel als alternatief.
Nu was er afgelopen seizoen echter vrijwel nergens sprake van een tekort. Er was wel de indruk dat bijvoorbeeld de groene ’Columnare’ schaars was, en zo was de rode ’Royal Red’ bij een enkeling uitverkocht waardoor bijkopen noodzakelijk was. Maar bijna overal bleven wel bomen staan, of werden om en om gerooid voor de brandhoop of de versnipperaar. Dat vernietigen is trouwens na ieder voorjaar wel aan de orde. De dunnere bomen, tot en met 12-14 cm, liepen enigszins redelijk. De dikkere bomen waren echter moeilijk aan de man te brengen. Bij diverse kwekers gingen de esdoorns weg voor prijzen onder kostprijsniveau. De rentabiliteit verslechtert. Kwekers pleiten voor hogere prijzen, en verbazen zich erover dat bijvoor-
„Het begin was moeizaam door het slechte weer. Zeker hier in het zuiden van Friesland was het erg nat. Dat begon al in het najaar, dus we hebben een kort seizoen. Het moet echt mooi weer zijn willen de mensen de tuin in gaan. De vollegrond is geweest, nu verkopen we vooral in pot.”
„Mensen willen grote planten. Grote coniferen, grote bomen en heel veel hortensia. Ook willen ze overal grote groepen van. Daarnaast moet het niet te veel onderhoud kosten. Je ziet dan ook veel bodembedekkers, zoals Euonymus in combinatie met wat solitaire rozen of hortensia.”
beeld tonkinstokken wel in prijs zijn verhoogd. De handel in de bolvormige ’Globosum’ bleef vorig seizoen wel aardig goed doorgaan. Behalve particulieren zien ook bedrijven de voordelen in van bomen met niet al te grote kronen. <
„We hebben veel vaste planten verkocht. Mensen willen iets dat bloeit en de tuin lang kleurt, zoals lavendel of Geranium, Buddleja en Rhododendron. Hagen en beuken doen het goed, Buxus is uit door de ziekte die erin zit. Heesters zoals Spiraea verkoop ik nauwelijks meer, bolacacia ook niet. Die hebben plaatsgemaakt voor dakplatanen en leibomen. Ook waterplanten verkopen we veel minder dan tien jaar geleden. Wat mensen in de tuin willen hangt ook af van de tijd die ze eraan willen besteden en hun smaak. Met onze kennis kunnen wij daar gedegen over adviseren.”
„We hebben het smoordruk met het hovenierswerk. Maar een groot deel van de tuin bestaat tegenwoordig uit bestrating. Vroeger leerde ik op de opleiding dat een terras zo’n 10 m² groot moest zijn, nu is 50 à 60 m² normaal.” <
media
„Er zijn nog genoeg projecten, zowel bij private investeerders als ook bij gemeenten. Ja, en dat ondanks dat gemeenten in Duitsland minder geld hebben te besteden. Er is nog steeds een goede vraag naar producten van kwaliteit. Afnemers willen wel scherp inkopen. De vraag was ook de afgelopen maanden goed, en zo ook de afzet. Maar de prijzen waren wel te laag, omdat er teveel aanbod op de markt
was. Ik vermoed dat er nog twee tot drie jaar prijsdruk zal zijn. Hopelijk zullen afnemers blijven investeren zoals ze dat nu doen. Maar dan moet de productie in Europa niet groeien. Vorig jaar hadden we minder jonge bomen voor de opplant ingekocht. We moeten ons rondje langs Nederlandse bedrijven nog maken, dat doen we eind juni. Maar ook dit jaar zullen we niet meer inkopen. De afzet in het buitenland varieerde de afgelopen maanden. De handel op Rusland liep wel, maar was moeilijk door de zwakke roebel. Positief is dat wij van de Russische fytosanitaire dienst een licentie hebben gekregen om een aantal projecten te beleveren. Ik ben pas echt tevreden als de Russische markt weer toeneemt. Ook op de Franse markt was de afzet moeilijk. Als je daar architecten
„Er heerst vooral positiviteit in de markt. Wij verkopen wereldwijd en we zien bijna overal hetzelfde; namelijk dat de stemming bij klanten goed is. Het gaat momenteel vooral om planten die visueel aantrekkelijk zijn zoals bijvoorbeeld begonia, hortensia en vaste planten als lavendel, Salvia en Cosmos. Bij lavendel is de marktsituatie zo goed dat het nu moeilijk is om nog goede planten te vinden. Ik reserveer nu al lavendel voor levering over vier weken, terwijl ik normaal gesproken nooit vooraf producten vastleg. Hetzelfde geldt eigenlijk voor hortensia. Ik kan nog moeilijk hortensia vinden met kleur erop. De laatste weken verkoop ik dan ook naar m’n zin te rauwe hortensia. Deze week leverde
ik op verzoek van een klant hortensia met knoppen met een diamater van een euro. Van het leveren van zo'n kleine maat was voorheen nooit sprake, maar het tekent de goede vraag die er is. Ik heb dan ook het idee dat er een aantal kwekers is dat momenteel zeer goed draait. Wat qua verkoop ver achter blijft, is het gangbare heestersortiment waaronder bijvoorbeeld Potentilla en Spiraea. Ik kan niet zeggen waar dat nou aan ligt. Het lijkt erop dat veel consumenten kiezen voor producten met een apart bloemetje en een kleurtje in plaats van een gewone heester. Als ik naar de afgelopen periode kijk is het alle hens aan dek geweest. Zo druk als het is geweest heb ik lang niet meer meegemaakt. En of we dan qua verkoop van tuinplanten voorlopen op vorig jaar? Daar ga ik wel van uit, maar ik heb nog geen exacte cijfers gezien. Qua inkoop merk ik dat we steeds meer bij Duitse kwekers in het Nederlands-Duitse grensgebied inkopen. Dit vroege voorjaar waren dit
en anderen uit de groene branche hoort, wordt er weinig geïnvesteerd, maar Frankrijk blijft een interessant afzetland voor ons. In bijvoorbeeld Oostenrijk en Engeland liep de handel juist heel goed. Bekijk het positief.” <
met name Erica en Calluna, maar nu zijn dat ook vaste planten in kleinere maten van 1 l- en 1,5 l-container. Bij Nederlandse kwekers koop ik vaste planten dan weer vooral in maten vanaf 2 l-container. Wat logistiek betreft hebben de Duitse kwekers het goed voor elkaar: planten voor 12 uur besteld heb ik de volgende dag vroeg binnen. <
Pratylenchus penetrans
Taxus baccata
Machinebouwer Damcon heeft een nieuwe cultivator beschikbaar voor aanbouw aan smalspoortrekker, en opbouw aan portaaltrekker. De cultivator heet C3V en het ontwerp is gebaseerd op het kleinst bestaande type, C5V. Het nieuwe type kan volgens Damcon op een kleine trekker CAT 1 worden gebouwd, of op de Multitrike van de machinebouwer uit
Vorig jaar heeft Agrifac een vernieuwde Milan ontwikkeld. Milan is een getrokken spuit. De vernieuwde machine is gebouwd volgens het vier E-principe: efficiënt, economisch, ergonomisch en ecologisch. De machine heeft volgens de fabrikant een zeer eenvoudige bediening, minder restvloeistoffen, grote reactiesnelheid, comfort en stabiliteit.
Opheusden. Het frame bevat aanbouwpunten voor verbredingsstukken, torsiewieders of vingerwieders. Meer informatie: damcon.nl.
De vernieuwde spuitmachine rijdt de hele maand juni kriskras door het land en komt desnoods bij de kweker thuis om de veranderingen te laten ervaren. Dagelijks is zij in een van onze provincies te vinden. De tour begint in het noorden van Nederland en gaat via west, naar zuidwest, zuid richting oost. Meer informatie: agrifac.nl/ milan/demo.
Empas introduceert haar nieuwe type spuitwagen Atlanta tijdens GreenTech, de tuinbouwtechniekbeurs van 14-16 juni in Amsterdam RAI. De Atlanta voldoet aan de nieuwste machinerichtlijnen en de moderne eisen die gesteld zijn aan spuitwagens. Zo heeft de machine bijvoorbeeld een geïntegreerde schoonwatertank en een vernieuwd en
geïntegreerd peilglas. De spuitwagen is te leveren in een 200 en 400 l-uitvoering met een plunjer- of membraampomp in combinatie met een benzine- of elektromotor. Verder is de spuitwagen laag opgebouwd zodat deze eenvoudig te bedienen en te vullen is. De machine gaat vanaf half juni in productie. Meer informatie: empas.nl.
Veredelaar en vermeerderaar Florensis in Hendrik-IdoAmbacht viert dit jaar haar 75-jarig bestaan en heeft daarom een nieuwe huisstijl laten ontwikkelen. Op vrijdag 27 mei werd het nieuwe logo op feestelijke wijze onthult in bijzijn van medewerkers en buitenlandse directies. Leo Hoogendoorn, chief operating officer van Florensis: „Het logo
is krachtig en herkenbaar en sluit goed aan bij onze missie om betrouwbaar, innovatief en duurzaam te ondernemen. De kleuren blauw, groen en lila passen goed bij onze bloemen en planten.We kijken met vertrouwen uit naar de komende jaren waarin we verder willen groeien en onze processen nog verder willen verduurzamen.” Meer info: florensis.com.
•
www.belchim.nl
•
•
•
Teppeki® (12757 N – 50% onicamid) is een product van ISK Biosciences Europe S.A. Lees aandachtig het etiket voor gebruik.
:
www.belchim.nl
Milbeknock® (12364 N – 1% milbemectin) is een product van Belchim Crop Protection nv/sa Lees aandachtig het etiket voor gebruik.