CONTAINERVELDEN | BOOMSTELLINGEN | FOLIEKASSEN | RENOVATIE
Oude containervelden en bevloeiingsmatten: scheurtjes, dichtgeslibd (algen, vuil) … Op een zeker moment zijn ze écht toe aan vervanging
Is dat moment nu? Dan doet Vonder Montage Staphorst u een aanbod: een korting van 10% en méér
Hoe? Kijk snel op www.vondermontage.nl/actie
- 10%
4 Commentaar: Bewogen jaar 4 Entente Florale verder zonder financiering door Economische Zaken 6 Uiteenlopende reacties op onderzoek duurzame inkoop gemeenten 8 Ondernemersvragen: Wat moet ik met wetgeving over datalekken? 14 De gebeurtenissen die 2016 kleurden 19 Schrijvende vakgenoot Jan de Vries over Hét groene handboek 20 Op bezoek bij Engelse rozenautoriteit 24 De laatste kerstloodjes 26 Oppotten rozenstruiken vereist kennis en kunde 32 Teeltadvies: Zorg voor voedsel voor de bodembiologie 34 Inzetten op weerbare Buxus-planten 40 Exporteur Hamiplant belevert álle marktsegmenten 42 Markt & Afzet: Prima jaar voor Picea glauca ’Conica’ 45 Hoe loopt ‘t? 46 LTO Nederland Vakgroep Bomen en Vaste planten 47 Vaktaal en Agenda 9 Kerst-exodus Poolse medewerkers is geen probleem voor de boomkwekerij 12 ’In Nederland werk ik aan een betere toekomst in Polen’ 22 ’Voor nieuwkomers is het eerste jaar het moeilijkst’ 28 ’Overal is het goed, maar het is thuis het best’ 36 ’Ik denk dat ik in Nederland blijf’
klimaatneutraal natureOffice.com | NL-215-704490
gedrukt
„Nee. EZ is heel duidelijk geweest. Vorig jaar is gezegd: we doen het nog één jaar. We hebben er dus op kunnen anticiperen. Iedere euro wordt zorgvuldig uitgegeven, zodat we in 2017 aan alle verplichtingen kunnen voldoen. Daarnaast zijn we met een aantal organisaties in gesprek, om te kijken of we wat meer vlees op de botten kunnen krijgen. Onze kosten zijn laag dankzij de inzet van vrijwilligers. We hebben een hoop mensen met het groene hart op de goede plek, zoals de juryleden en bestuursleden. Dat is onze grootste schat. Daarnaast heeft Entente inkomsten uit een aantal activiteiten. Zo betalen de gemeenten die deelnemen aan de groencompetitie een bijdrage. De Nationale Groendag die jaarlijks wordt georganiseerd, wordt gesponsord
door de winnaars van het voorgaande jaar. We organiseren masterclasses. Tot slot zijn er nog diverse partners waaronder partijen als Staatsbosbeheer, Groenkeur, Stadswerk en KMTP. Deze partners betalen een bijdrage aan de activiteiten van Entente.”
„Ondanks het wegvallen van het Productschap Tuinbouw in 2013 en nu de financiering van EZ bestaan we nog steeds. We zijn een onafhankelijke organisatie met ideële inhoud, namelijk het belang van groen in de stedelijke ontwikkeling. Entente en Operatie Steenbreek - waarmee de stichting secretariaatswerkzaamheden deelt focussen nu op de Floriade 2022. Het doel is om daar een wijk te realiseren waarin groen de meest bepalende factor is. Daarmee hebben we in een economisch lastige tijd groen op de
agenda weten te zetten, ook internationaal. Voor de komende periode ligt het accent op ’verbindend groen’. Het doel is om ook andere partijen dan gemeenten bij te laten dragen aan openbaar groen. Er zijn immers diverse partijen die hier baat bij hebben, zoals waterschappen in verband met opvang van regenwater. Er zijn al voorbeelden van, zoals in Capelle aan den IJssel waar het waterschap heeft bijgedragen aan het groen in het centrum. Als alles goed gaat, moet in 2022 de groene boodschap bij overheden, burgers en bedrijven tussen de oren zitten. De groensector heeft hier een enorme impuls door gekregen, terwijl we dit al jaren ’om niet’ hebben gedaan. Het zou mooi zijn als het groene bedrijfsleven zich dat ook realiseert.” <
„Een farce?”, reageert Henk Raaijmakers, voorzitter van de LTO Vakgroep Bomen en Vaste planten. „Dat vind ik een teleurstellende conclusie voor een grote groep kwekers die zich al jaren inspant om duurzaam te kweken en erin investeert omdat gemeenten dat zouden vragen.”
Container Centralen peilt tot maart reacties op de invoering van de nieuwe stalen platen, CC Solid. Via de site newshelves.eu en informatiesessies kunnen klanten kiezen tussen twee scenario’s. In scenario 1 kan de stalen plaat de houten plaat op termijn vervangen. In scenario 2 wordt de houten plaat nog naast de stalen plaat gebruikt. CC repareert houten platen nog wel, maar steeds minder volgens je contractvolume.
Een aantal ondernemers heeft een cursus voor het behalen van de spuitlicentie in het Roemeens opgezet, in samenwerking met Lentiz Cursus & Consult. Er bestaat al langer een cursus in het Pools, maar de behoefte aan zo’n opleiding voor Roemeense medewerkers was nog niet ingevuld. Vooralsnog zal het een eenmalige cursus zijn die begin 2017 wordt gehouden. Aanmelden is mogelijk via agro@vanoers.nl.
De kentekenplicht voor trekkers is alsnog van de baan; een krappe meerderheid van de Tweede Kamer stemde tegen het wetsvoorstel van minister Schultz om het in te voeren. Volgens brancheorganisatie Cumela is dit een grote tegenvaller voor de verkeersveiligheid. Nederland is nu het enige land in Europa zonder die plicht. Trekker mogen niet harder rijden dan 25 km/uur. De Kamer wil dit wel verhogen naar 40 km/ uur, maar het kenteken was daarvoor juist een voorwaarde, aldus de minister.
Cultus Agro Advies opent in maart een nieuwe onderzoekslocatie op het voormalige Floriadeterrein in Venlo. De locatie wordt onderdeel van de Brightlands Campus Greenport Venlo. Cultus huurt er 1.700 m2 kasruimte en pakt er onderzoek breed aan. „De boomkwekerij zal het speerpunt zijn”, aldus teammanager Dirand van Wijk.
Gemeenten zouden streven naar 100% duurzaam inkopen vanaf 2015, maar het is nooit een opgelegde verplichting geweest. „Het inkoopbeleid is te vrijblijvend, en dat demotiveert juist de voortrekkers van verduurzaming van onze sector. Ze hebben meer verdiend”, aldus Raaijmakers. De verdienste moet volgens hem een voorkeursbehandeling zijn. En een hogere prijs voor de producten. „Veel gemeenten kiezen toch nog steeds voor de laagste prijs, zonder rekening te houden met extra investeringen die kwekers hebben gedaan.” Ook Hans de Swart, directeur van Mart van Dijk Boomkwekerijen, noemt het inkoopbeleid vrijblijvend. „Gemeenten leggen zelf hun duurzame regels op. Ze mogen 100% duurzaam inkopen, maar kunnen zelf anders beslissen. Misschien kopen ze balpennen 100% duurzaam in, maar laten ze bij groen de regels varen, omdat het om groen gaat?” Mart van Dijk is Groenkeur-gecertificeerd. Daarmee kan De Swart het duurzaam kweken wel aantonen bij gemeenten, maar hij houdt zich bijna
Interpolis verhoogt per 1 januari voor alle boomkwekerijgewassen de premie van de hagelverzekering met 100%. Hierdoor zou een kweker al bijna €3.750 meer moeten betalen. De verhoging is volgens Interpolis noodzakelijk om de gewassen te kunnen blijven verzekeren. De afgelopen jaren keerde de verzekeraar meer en hogere vergoedingen uit vanwege hagelschade.
In de gemeente Alphen aan den Rijn vragen veel ondernemers voor hun agrarische bedrijfswoning de status plattelandswoning aan. Volgens Rogier Noorhoff van de gemeente worden de meeste verzoeken ingewilligd. Inmiddels is voor de eerste 25 woningen de toezegging gedaan dat deze worden omgezet. Per 1 januari wordt ook de ’tweede ronde’ van verzoeken in behandeling genomen. Hiervoor zijn tot nu toe 32 aanvragen binnen gekomen.
niet meer bezig met inschrijvingen. „Dat is met onze kwaliteit gewoon lastig, want we komen dan niet weg met onze prijs.” De Swart richt zich daarom nu meer op de groothandel en de export. In plaats van inkopen volgens regels, zouden gemeenten volgens De Swart moeten inkopen op basis van feiten over de waarde van groen. „Daar moeten we ze mee om de oren slaan: dat mensen in een groene omgeving minder ziek zijn, dat huizen meer waard zijn dankzij groen, noem maar op.”
Bij Van den Berk Boomkwekerijen zijn verschillende ervaringen met duurzaam inkopen door gemeenten. „Soms is het een eis, soms een gunningscriterium”, zegt algemeen directeur Pieter van den Berk. „Het verschilt per afnemer en ook per aanbesteding. Er is nog geen uniformiteit aan eisen. Nederland loopt wel voorop met inkoop van duurzame producten, ik denk dat die hier structureel meer worden gevraagd dan in het buitenland.” Qua duurzaam kweken zijn volgens Van den Berk al grote slagen gemaakt in de sector. Ook zijn bedrijf kan die productiewijze
aantonen met een certificering. Eerst was dat Milieukeur, nu Groenkeur. „Onze meeste leveranciers kweken ook onder Groenkeur of Milieukeur. Het besef van een certificering behalen, is er wel bij bedrijven.”
Er zijn ook zeker wel gemeenten die bij de inkoop rekening houden met een duurzame productiewijze, aldus Henk Westerhof. De voorzitter van handelsbond Anthos nuanceert de conclusie van Greenpeace dat duurzaam inkopen een farce is. „Het beeld dat wordt geschetst door Greenpeace, dekt niet helemaal de lading. Maar het zal wel druk in de markt zetten, zoals je dat nu ook bij tuincentra ziet na het middelenonderzoek door Greenpeace.” Westerhof verwacht dat gemeenten die nog achterlopen bij de doelstelling van 100% duurzaam inkopen, uiteindelijk wel stappen in die richting zullen zetten. „Ze moeten ook wel, want de maatschappij vraagt om verduurzaming. De knop moest in 2015 niet omgaan naar 100% duurzaam inkopen; het is een voortgaand proces en je kunt altijd een nieuwe doelstelling omschrijven.” Na tuincentra heeft Greenpeace nu ook
LTO Glaskracht Nederland, de Vereniging van Groothandelaren in Bloemkwekerijprodukten (VGB) en Royal FloraHolland hebben het Platform Duurzame Sierteelt opgericht. Het platform wil verdere verduurzaming van de sierteeltsector bereiken door betere samenwerking in de keten. Het platform nodigt overheden, kennisinstellingen, certificerings- en maatschappelijke organisaties uit om bij te dragen.
„Het grote aantal keurmerken dat we nu kennen frustreert richting retailers de transparantie qua middelengebruik.” Dat zei Henk Westerhof, voorzitter van Anthos tijdens hun nieuwjaarsreceptie op 15 december. Hij waarschuwde dat afnemers straks onmogelijke eisen qua middelengebruik kunnen gaan stellen. „In het ergste geval willen ze onze producten helemaal niet meer in het schap.”
gemeenten op de korrel, maar waar het volgens Westerhof om gaat op de markt, is transparantie van een productiewijze. Om dat aan te tonen zijn diverse certificeringsprogramma’s mogelijk. De handelsvoorman vraagt zich daarbij af of afnemers wel de verschillen ertussen zien. „De veelheid aan certificeringen komt de transparantie niet ten goede.” <
Tijdens de viering van tien jaar Laanboompact, 15 december, overhandigde voorzitter Hans Keuken (links) een boekje over de samenwerking tussen bedrijfsleven en overheden aan Frans Moree, mede-initiatiefnemer van het pact. Dankzij de samenwerking zijn tal van zaken bereikt ten bate van laanboomregio Opheusden, waaronder de opzet van het Agro Business Centre.
Met ingang van 14 december is de keuringsplicht voor apparatuur voor de professionele toepassing van gewasbeschermingsmiddelen uitgebreid. Voortaan moeten ook granulaat- en poederstrooiers, mechanisch voortbewogen onkruidstrijkers en neerwaartse spuitapparatuur met een spuitboom kleiner dan of gelijk aan 3m worden gekeurd. De NVWA roept bedrijven op deze alsnog zo snel mogelijk te laten keuren.
Het inkomen van boomkwekers is wat hersteld in 2016. Dat stelt Wageningen Economic Research in een inschatting van de bedrijfsresultaten. Gemiddeld verdienden boomkwekers nu €74.000 per arbeidsjaareenheid, €20.000 meer dan in 2015. Dat is te danken aan hogere prijzen voor producten. Die betere prijzen zijn te verklaren uit betere afzet op belangrijke exportmarkten als Duitsland en het Verenigd Koninkrijk.
Als kweker heb je weleens last van een lekkage en vaak betreft dit dan water; een leiding springt of bij een hele heftige regenbui stromen de dakgoten over. Dit is op te lossen door het te repareren, maar vrolijk wordt je er niet van. Je kunt ook te maken krijgen met een datalek. Wat is dat eigenlijk? Eerst de officiële definitie: bij een datalek gaat het om toegang tot of vernietigen, wijzigen of vrijkomen van persoonsgegevens bij een organisatie zonder dat dit de bedoeling is. Onder een datalek valt dus niet alleen het vrijkomen (lekken) van gegevens, maar ook onrechtmatige verwerking van de gegevens. We spreken over een datalek als er inbreuk is op de beveiliging van persoonsgegevens (zoals bedoeld in artikel 13 van de Wet bescherming persoonsgegevens).
Om het duidelijker te maken een aantal concrete voorbeel-
den. Data kan lekken door een USB-stick met persoonsgegevens kwijt te raken of een laptop wordt gestolen. Het kan ook een inbraak in een databestand door een hacker zijn. Maar ook over een mailing die je verstuurt aan je klanten en waarbij je dan per ongeluk alle adressen bij ’aan’ of bij ’cc’ zet in plaats van in ’bcc’ en iedereen dus kan zien aan wie het bericht is verzonden. Maar ook een brief of fax die per ongeluk naar een verkeerd adres of nummer is verzonden is met daarop persoonsgegevens hoort in het rijtje thuis. Kortom, het is zeker niet onmogelijk dat dit ook op uw bedrijf voorkomt.
Wanneer u een van de bovenstaande gevallen constateert, wat dan? Vanaf 1 januari 2016 is de wet meldplicht datalekken van kracht en hierdoor is het beveiligen en bewaken van persoonsgegevens nog
belangrijker geworden. Als er sprake is van een datalek die leidt tot de aanzienlijke kans op ernstig nadelige gevolgen voor de bescherming van persoonsgegevens, dan dient u dit volgens die nieuwe wet onverwijld te melden bij de Autoriteit Persoonsgegevens. U krijgt hiervoor 72 uur de tijd, inclusief weekends en/of feestdagen. Niet of onvoldoende naleven van de wet kan leiden tot boetes en reputatieschade (en dat is misschien nog wel belangrijker). Zorg dus dat u op de hoogte bent van deze wet voor uw onderneming. Want het is anders dan een gesprongen waterleiding en de kopzorgen die het oplevert kunnen wel eens groter zijn. Wanneer u zich verder wil verdiepen in deze materie en of een melding moet doen dan kunt u meer lezen op de website van de Autoriteit Persoonsgegevens (autoriteitpersoonsgegevens.nl). <
In de afgelopen dagen hebben veel Poolse medewerkers hun boeltje bij elkaar gepakt en zijn met een busje of per vliegtuig vertrokken naar hun geboorteland. Kerst is niet zomaar een feest, voor veel Polen is het het belangrijkste feest van het jaar. Voor Polen die in het buitenland werken, is kerst dan ook hét moment om hun familie weer op te zoeken. Voor de gemiddelde boomkweker vormt de massale uittocht van Poolse medewerkers geen probleem. Zij hebben het in deze periode toch meestal rustig. Ook voor uitzendbu-
reaus die actief zijn in de boomkwekerijsector is het grote aantal verlofaanvragen niet onoverkomelijk. „Als uitzendbureau moeten we wel moeite doen om tijdens de kerstperiode alles door te laten draaien. Maar dat komt meer door andere sectoren waarin we actief zijn, dan door de boomkwekerij”, zegt Ben Rommens van uitzendbureau @AllIn in Roosendaal. „We hebben veel mensen werken in de vleesindustrie. Daar is het juist in aanloop naar kerst het drukst. Voor Polen die daar werken is het niet altijd mogelijk om
met kerst vrij te nemen.” Hij noemt het van belang om vooraf goede afspraken te maken met de Poolse medewerkers. „We willen niet voor verrassingen komen te staan, want dat gevaar is er. Polen zijn over het algemeen introvert en zeggen ook wel eens ’ja’ terwijl ze dat eigenlijk niet bedoelen. Kerst is zo’n belangrijke periode, dat veel mensen in die periode weg willen. We maken het wel mee dat een medewerker aangeeft te willen werken tijdens kerst, maar dan plotseling toch naar Polen is vertrokken. Een beetje onder
>
overleg komen zij er prima uit wie wanneer vrij is. Bovendien is het voor boomkwekers rond kerst ook makkelijker om scholieren in te zetten om het vertrek van Polen op te vangen. Ik merk wel dat het aantal mensen toeneemt dat rond Pasen terug naar Polen wil. Dat heeft geen religieuze achtergrond, maar heeft er meer mee te maken dat het in het voorjaar lekkerder weer is om vakantie te vieren.”
het motto van ’als we terugkomen zien we wel weer’.” Bij personeelsvoorziener AB Brabant, meldt Ad Kouwenberg, leidt de kerstperiode zelden tot discussie met medewerkers of boomkwekers. „Boomkwekers hebben rond kerst weinig werk en veel van onze payroll-medewerkers werken al jaren bij dezelfde bedrijven. In onderling
De boomkwekerijsector blijkt qua werkverdeling over het jaar, en de mogelijkheden die dit Polen biedt om af en toe naar huis te gaan, een prima bedrijfstak om in te werken. Maar er is nog een belangrijk voordeel dat de boomkwekerij heeft ten opzichte van andere sectoren. „Werken bij een boomkweker is veel gevarieerder dan bijvoorbeeld het werken in de vleesindustrie, waar het werk voor uitzendkrachten zonder ervaring meestal uit lopendebandwerk bestaat. Bovendien maak je bij een boomkweker door het jaar heen de verschillende seizoenen mee. Dat is toch heel wat anders dan wanneer je binnen jaarrond hetzelfde doet”, aldus Rommens. Voor de boomkwekerij is – en
volgens Rommens en Kouwenberg misschien wel meer dan voor andere beroepen – een goede selectie van werknemers van belang. Kouwenberg: „We proberen mensen te werven die in Polen een groene opleiding hebben gedaan en zoeken daarbij naar sterke, actieve mensen. Wat we zien is dat mensen die eenmaal buiten werken, dat ook graag blijven doen. Zij switchen niet graag naar bijvoorbeeld de glastuinbouw.” Kouwenberg heeft eigenlijk geen idee welke imago de boomkwekerij heeft onder uitzendkrachten, maar Rommens is explicieter. „De laatste jaren willen steeds minder mensen in de boomkwekerij werken. Wij zijn ook voorzichtig om mensen die in de boomkwekerij werken vervolgens een tijdje binnen inpakwerkzaamheden te laten doen. Dan lopen we namelijk echt de kans dat ze niet meer terug willen naar de boomkweker waar ze voorheen werkten.”
Volgens Rommens compenseren de verschillende seizoenen en de afwisseling in werk lang niet alles. „Niemand vind het leuk om in de regen te werken. Nederlanders niet, maar ook Polen niet. Het valt veel uitzendkrachten sowieso al tegen wanneer
ze buiten moeten werken. Wij houden daar uiteraard rekening mee. Het heeft geen zin om iemand naar een boomkweker te sturen waarvan je weet dat hij of zij eigenlijk niet buiten wil werken.” Kouwenberg spreekt in dat verband ook van ’dierenmensen’ of ’groenmensen’, verwijzend naar de sectoren waarin AB Brabant met name actief is. „Medewerkers hebben vaak affiniteit met groen óf dieren. Tussen die sectoren wordt door de meeste werknemers niet vaak geswitcht.”
Beide uitzendbureaus hebben het idee dat ze momenteel meer inspanningen moeten leveren om goede mensen binnen te krijgen. En bovendien lijkt het erop dat mensen in de toekomst vaker uit bijvoorbeeld Letland of Litouwen zullen komen, zodat het aandeel van Polen iets afneemt. „Qua mentaliteit verschillen de mensen uit Litouwen niet veel van Polen, maar ze spreken vaak wel beter Engels. Wij zullen de komende jaren onze werving dan ook in ieder geval naar Litouwen uitbreiden.” Rommens vindt dat de mentaliteit van de Polen de laatste jaren is
veranderd. „De mensen die zo’n tien jaar geleden binnenkwamen, hadden niet al te veel voorkennis en pakten alles aan. Nu zie ik ook steeds vaker mensen komen met een verkeerd beeld van het werken in Nederland. Zij gaan ervan uit dat ze direct goed verdienen, dat het werk makkelijk is en dat ze altijd binnen kunnen werken.” Hij merkt ook dat jonge Polen minder binding hebben met een uitzendbureau of met het bedrijf waar ze werken. Internet en smartphonegebruik zijn hier volgens Rommens mede debet aan. „Jongeren zijn beter geïnformeerd en kunnen via internet makkelijker ander werk vinden. Ik denk dat uitzendbureaus nu en in de toekomst beter hun best moeten doen om mensen binnen te halen en te houden.”
En of de economische vooruitgang in Polen hierbij een rol speelt? De economie in Polen lijkt volgens AB Brabant en @All-In zeker redelijk te draaien, maar de uitzendbureaus merken niet dat dit gevolgen heeft voor de instroom van Polen naar Nederland. Qua salaris is volgens
hen het verschil tussen wat mensen in Polen of in Nederland kunnen verdienen nog altijd groot. „Geld blijft de belangrijkste drijfveer om naar Nederland te komen”, zegt Rommens. „En met een minimumloon van zo’n €300 per maand in Polen blijft Nederland een aantrekkelijk land om te werken.” Daarbij geven sommige Polen die in Nederland werken nog een reden waarom Nederland hen bevalt: zij noemen de werkmentaliteit in Nederland prettiger dan in Polen. Of zoals Monica Kopytowska, die bij boomkweker Ron van Opstal werkt, het verderop in dit vakblad zegt: „In Polen stelden leidinggevenden zich arrogant op en werd er naar me geschreeuwd. In Nederland gaan leidinggevenden en werknemers gelijkwaardiger met elkaar om.” Het is voor Kopytowska een van de redenen waarom zij ervoor kiest om definitief in Nederland te blijven. Maar kerst viert zij net als de meesten van haar landgenoten in Polen. „Ik mis mijn broer en mijn ouders. Ik ben echt blij om ze straks weer te zien.” Kopytowska verwoordt hiermee het gevoel van veel Polen die in Nederland werken, maar met hun hart regelmatig in Polen zitten. <
Het is vrijdagmiddag en al zeker een half uur donker als Horbacki en vier andere medewerkers van de rooiploeg terugkomen op de hoofdlocatie van Combinatie Mauritz in Opheusden. Het is eind november: voor laanbomen piekt de rooitijd en daarmee ook de hoeveelheid werk voor Horbacki. Als zzp’er maakt hij nu de meeste uren om zodoende straks weer extra dagen vrij te kunnen nemen. „Als zzp’er ben ik niet gebonden aan een bepaald aantal vrije dagen per jaar. Ik geniet van mijn vrijheid en ga dan ook vier of vijf keer per jaar terug naar Polen. Als ik op een gunstig tijdstip boek, kan ik voor €80 vanaf Eindhoven naar Katowice vliegen.” Deze kerst gaat Horbacki ook terug. „Mijn familie is belangrijk voor me. Mijn enige zus woont met haar man in België en komt ook met kerst naar huis. Het is meestal de enige keer per jaar dat we als gezin compleet zijn. Mijn vader en moeder wonen nog in Polen en hebben ons liever altijd in de buurt, maar zij begrijpen ook dat het voor onze toekomst beter is als we niet in Polen blijven, maar in Nederland of België werken.” Horbacki kijkt uit naar het eten dat zijn moeder voor kerstavond gaat maken. Om middernacht gaat de hele familie naar de kerk. „Geen gewone kerkdienst, maar een die wel 2,5 uur duurt en waarbij veel gezongen wordt.”
Horbacki heeft nog geen vastomlijnd plan hoe zijn toekomst eruit moet zien. „Ik vind het ook moeilijk om hierover een beslissing te nemen, maar ik wil op termijn wel terug naar
Polen. Ik heb geen vriendin en ben dus vrij om te gaan en staan waar ik wil, maar ik blijf om geld te verdienen voorlopig nog wel een paar jaar in Nederland.” Ook heeft hij geen idee wat hij in Polen zou moeten gaan doen. „Ik heb op school de richting metaalbewerking gedaan, maar daar heb ik in Polen weinig mee gedaan. Ik ben al snel naar Nederland gekomen en werk nu al weer een jaar of tien bij boomkwekers. En boomkwekerijen zijn er niet in het gebied waar ik vandaan kom. Wel mijnbouw, maar daarmee heb ik niet zo veel.”
Horbacki woont in Opheusden. „Tien minuutjes fietsen en ik ben thuis.” Hij woont daar met een paar andere landgenoten en ook in zijn vrije tijd gaat hij met name met landgenoten om. „Soms gaan we vissen op snoek of baars. Vissen is populair in Polen en veel Polen doen dat ook hier.” Het werk bij boomkwekers bevalt hem wel. „Ik heb veel vrijheid, de mensen met wie ik werk zijn aardig, en door het jaar heen doe ik veel verschillende dingen. In de zomer bestaat het werk bijvoorbeeld uit tangen, binden en snoeien. Wat ik doe als iemand uit Polen aan mij vraagt of hij ook naar Nederland zal komen om te werken? Dan zal ik antwoorden: ’waarom niet? Je moet het gewoon proberen.’” Ook al hoort Horbacki ook hier en daar wel minder goede verhalen van landgenoten. „Niet iedereen die in Nederland is komen werken, is tevreden. Ik hoor zowel goede als slechte geluiden. Maar ík ben hier gelukkig.” <
Business as usual
Salix Buy British Salix
media
„Het is puur een klantenboek, die zodoende veel te weten kunnen komen over de gebruikstoepassingen van het sortiment.” Daarmee geeft De Vries van Boot & Dart aan ook het brede aanbod in de boomkwekerij onder de aandacht te willen brengen. Doelend op de verschraling van het sortiment, terwijl het boek de lezer juist veel keus probeert te bieden. Het handige boek is bedoeld voor beheerders of inrichters van openbaar groen, zoals hoveniers, landschapsarchitecten of overheden. De Vries: „Alle gebruikstoepassingen worden op een rijtje gezet, ook met tabellen voor het overzicht. Dan gaat het onder meer over biodiversiteit, verschil tussen kust en binnenland, natte en droge gebieden, hoogte van een gewas of bloeitijden. We brengen alle gewasgroepen in beeld: van vaste planten, heesters, rozen, coniferen, bos en haag tot laanbomen.”
Hij benadrukt het praktische nut van ’Hét Groene Handboek’, dat ook prijzen vermeldt. „We zijn een van de weinigen die het zo aanpakken. Vaak gaat het bijvoorbeeld over één gewas(groep). Neem die prijzen: een gemeenteambtenaar kan zo gemakkelijk weten hoeveel beplanting kost, voor een beslissing over een inrichtingsplan. Of neem de tuinarchitect, die wil graag in één oogopslag een reeks aan variëteiten zien van bijvoorbeeld Hydrangea. Dat kan met behulp van onze catalogus.” De grote boomkwekerij ververst de catalogus geregeld. De huidige editie dateert uit 2013, voor €34,95 bij Boot & Dart zelf verkrijgbaar, en wordt waarschijnlijk volgend jaar vernieuwd. „In vergelijking met vroeger staan er in deze editie meer foto's, hebben de tekstpagina's kleur en zijn de tabellen aangepast. Bij dat laatste kun je denken aan biodiversiteit, die belangrijker is geworden.” Wat er voor de komende editie gaat veranderen? „Het zal in de Boot & Dart-stijl zijn. Daarnaast is er een aantal nieuwigheden. We moeten rekening houden met gezonde planten. Dus als planten vatbaar zijn voor nieuwe varianten van meeldauw dan komen ze niet in het handboek. En ze moeten in het openbaar groen zonder enige bestrijdingsmethodiek kunnen. We nemen verbeterde varianten op, maar een plant skippen uit het sortiment doen we niet gauw.” Gebruiksvriendelijkheid blijft de leidraad voor het
maken van de catalogus. „Als je het boek open slaat, blijft die goed liggen op de pagina die je wenst,” vervolgt de directeur van Boot & Dart. „Daarnaast is het boek herkenbaar en duurzaam met een harde kaft. Het kan voor langere tijd mee. We vinden het echt een goed boek, ook omdat bij mijn weten er niet zo'n boek is over het hele sortiment. En een op een kun je het aanbod in ons boek ook digitaal inzien op onze site. Dus de een leest het op tablet, de ander in het boek.” De catalogus heeft een oplage van 5.000 stuks in het Nederlands en in het Engels. Volgens De Vries slaat het aan bij de klanten. „Elke week sturen we er op aanvraag nog een aantal op.” ‘Hét Groene Handboek’ staat niet op naam van een auteur maar is het werk van een grote groep mensen, maakt De Vries duidelijk. Gelet op de omvang en het streven naar volledigheid niet verwonderlijk. „Behalve schrijvende experts, ook van onze afdeling Research en Development, zijn er ook diverse lezers. Dat is niet alleen intern, zoals de afdeling verkoop, maar ook extern om te weten of het taalkundig ook in orde is.” <
Kasten vol vakliteratuur zijn er verschenen. In deze serie laten wij vakgenoten aan het woord over een aansprekend boek van hun hand.
rozen. Daarom begon hij in 1969 zijn eigen kwekerij.” De weg naar succes duurde nog langer. De doorbraak kwam in 1983 toen David Austin Graham Thomas introduceerde op de Chelsea Flower Show. „Vanaf dat moment groeiden we enorm met onze Engelse rozen. Nu zijn ze over de hele wereld bekend, tot in de Verenigde Staten, Zuid-Korea en Japan.”
„Iedereen verwacht dat rozen blijven doorbloeien”, begint Michael Marriott zijn verhaal bij David Austin Roses in Albrighton, bij Birmingham. „En rozen moeten gewoon mooi zijn. Andere veredelaars zeggen dat ze een nieuwigheid hebben. Maar op Chelsea ziet die er gewoon lelijk uit: een nieuwe plant met vlekken erop!” Marriott heeft vandaag, een dag in eind september, vakgenoten op bezoek die lid zijn van de International Plant Propagators Society (IPPS). Dat zijn vooral kwekers en landscapers van de Britse eilanden, maar ook leden van het continent en nog verder weg uit Amerika.
Met grote interesse luisteren de bezoekers naar Marriott, die sinds 1985 bij David Austin Roses de productie leidt. Een kijkje nemen bij de beroemde rozenveredelaar, die kans wordt niet vaak geboden. David Austin wordt hier op handen gedragen, zeker door de Engelsen. Dat was anders toen hij lang geleden de veredeling opstartte en de eerste nieuwe rozen won. „Er waren toen veel rozenkwekers in Engeland, maar niemand had interesse in zijn Engelse
Marriott vertelt dat het succes te danken is aan continue kwaliteit. „We houden altijd onze kwaliteit hoog: David Austin Roses zijn kwaliteitsproducten.” Het bedrijf laat veel rozen elders op contract kweken, maar het heeft ook veel eigen productie. Die neemt volgens Marriott zelfs toe, in een tijd dat kwekers op het continent juist moeten inkrimpen. „We oculeren nu anderhalf miljoen rozen per jaar; dat aantal neemt toe omdat de vraag stijgt.” De IPPS-groep kan de rozenpercelen niet zien omdat die verder weg liggen en omdat de excursie beperkt is tot de hoofdlocatie van David Austin Roses. Uiteindelijk is men vooral nieuwsgierig naar de veredelingskassen, de rozentuinen en de rozenwinkel in Albrighton. Marriott gaat de groep voor naar de kassen. Binnentreden is er niet bij, maar door de ruiten heen is toch een indruk te krijgen van de veredeling. „We hebben een van de grootste veredelingsprogramma’s ter wereld”, vertelt de Engelsman, waarna hij enkele aantallen noemt. „Per jaar maken we 160.000 kruisingen. Daar komen 350.000 zaden uit die we uitzaaien, waarna de helft kiemt.”
De Engelse rozen van David Austin zijn kruisingen tussen oude, moderne, grootbloemige en trosrozen. Weinig te vergelijken met theehybriden van vroeger. „Die zijn heel vatbaar voor ziekten, en ze krijgen alleen bloemen in de
top.” Bij de veredeling en selectie, waarmee vijftien medewerkers fulltime bezig zijn, ligt de nadruk op schoonheid. „Wij zijn altijd op zoek naar mooie rozen. Maar geur en gezondheid zijn bij ons absoluut cruciaal.” Het maken van kruisingen gebeurt nog steeds zoals David Austin dat in de jaren 60 deed. „Het is zo makkelijk om te bestuiven met een klein borsteltje”, vindt Marriott, hoewel hij zich niet distantieert van moderne veredeling. „Merker-geassisteerde veredeling vinden we interessant.” Het bijhouden van kruisingsgegevens gaat wel op moderne wijze. De ouderplanten in de kas hebben labels met barcodes erop. „Toen ik hier in 1985 begon noteerden we alles met de hand. Nu is gelukkig alles gedigitaliseerd.” De zaailingen worden in een andere kas uitgeselecteerd. Dat gaat vrij zwart-wit, luisterend naar Marriott. „Is dat een mooie bloem of een saaie bloem?” De mooiste rozen worden daarna op het veld geoculeerd. Altijd op ’Laxa’. „Andere onderstammen? Nee, want ’Laxa’ werkt voor ons het best. Wildopslag is niet slecht.” Na schoonheid vindt selectie op geur plaats. „Als een nieuwe roos niet geurt, dan moet hij wel hele goede andere eigenschappen hebben, willen we ermee doorgaan.”
Is de roos vervolgens onderscheidend genoeg voor David Austin, dan komt deze op de internationale markt.
Het bedrijf heeft al vele rozen geïntroduceerd en vernoemd naar bijvoorbeeld legendarische Engelse personen. Zo is de perzikkleurig bloeiende Roald Dahl nieuw dit jaar. David Austin zelf is ook al legendarisch. De IPPSgroep wandelt door de rozentuinen als plots een oude heer voorzichtig nadert. Het blijkt de befaamde veredelaar in eigen persoon te zijn. Vanuit de groep stijgt bijna een gejuich op. „Wat een eer, hij is een legende!” Austin, koninklijk onderscheiden met de titel Officier van de Orde van het Britse Rijk, is 90 jaar. „En ik loop hier nog steeds rond, ik veredel nog steeds.” Voor de IPPSgroep wordt de excursie nog meer memorabel, want de veredelaar nodigt de leden uit om ook zijn privétuin te bewonderen. Die is normaliter gesloten voor bezoekers. Jongere generaties hebben dezelfde passie: een zoon en kleinzoon van de veredelaar zitten in het bedrijf. De legende van David Austin duurt dus voort. <
Een week voor Kerstmis wordt bij Van Lint in Boskoop Helleborus in pot gezet en van kerstdecoratie voorzien en verlaten de laatste Denen met kerststukken het pand. Van half november tot half december beleefde het handelsbedrijf topdrukte en draaide alles uitsluitend om de kerst. De productie van de kerststukken gebeurt sinds dit jaar overigens vanwege de kostprijs bijna uitsluitend in Polen. De producten voor de Nederlandse, Belgische, Franse en Engelse markt komen vervolgens naar Nederland om vanuit Boskoop verder te worden gedistribueerd. Klanten in bijvoorbeeld Duitsland worden direct vanuit Polen beleverd.
Veel gerooide rozenstruiken worden rond of na de jaarwisseling opgepot, zodat ze in de loop van het voorjaar als visueel aantrekkelijke potrozen kunnen worden verhandeld. Dit klinkt eenvoudig, maar het kweken van potrozen vereist kennis en kunde. Zo kent het traject van rooien, verwerken en oppotten de nodige aandachtspunten. Allereerst is het van belang dat een roos tijdens het rooien voldoende is afgehard. De hardheid verschilt per cultivar; het is dus belangrijk om eerst de soorten te rooien die zover mogelijk zijn afgerijpt. Ook het weer speelt een belangrijke rol. Als het najaar droog verloopt, zijn de rozen eerder rijp dan wanneer het nat is en de rozen grondscheuten blijven maken. Daarmee is het rooien dus niet afhankelijk van de kalender, maar vooral van het weer.
De meeste kwekers rooien in november of december en leggen de rozen vervolgens een week of zes bij ongeveer -3°C in de vriezer. Volgens Dirand van Wijk van Cultus Agro Advies heeft dat een positieve invloed op de aanleg van ogen. „Wel is het van belang dat er niet teveel blad mee de koelcel ingaat, omdat dat kan gaan rotten.” Patrick Bisschops uit Swalmen is in november begonnen met het rooien van wortelgoed. Het merendeel daarvan wordt opgepot. Bisschops vertelt dat hij de planten minimaal een dag of tien in de schuur legt, voordat ze de vriezer ingaan. „Zodat het laatste blad eraf kan vallen. Anders komen er in de vriezer ethyleengassen vrij, waardoor de kans bestaat dat de rozen gaan rotten.” Voordat de rozen de koelcel ingaan, snoeit hij de takken en wortels op maat. Vervolgens worden de rozen in plastic verpakt en bij -2,5°C ingevroren. „Voordeel is dat de planten helemaal tot rust komen en volgend jaar geleidelijker uitlopen. Je krijgt dan een egaler gewas.” Ook bij Frank Coenders Kwekerijen in Grubbenvorst verdwijnen de meeste vollegrondsrozen in pot. Volgens Coenders is het van belang dat de rozen tijdens het rooien niet verdrogen, maar ook niet te nat naar binnen worden gehaald. „Bij voorkeur rooien we niet bij vochtig weer.” Omdat opslag in de schuur voor Coenders geen optie is,
gaan de rozen direct van het land de koelcel in. „We slaan de rozen niet direct hartstikke koud op; we laten ze eerst een beetje afharden.” Tijdens de opslag haalt Coenders de rozen uit de koelcel om ze te snoeien. „We doen dat niet van tevoren, omdat er dan nog teveel blad aan zit”, verklaart hij. Van Wijk geeft aan dat het in dit geval belangrijk is om zo snel mogelijk te handelen. „Als je de rozen uit de vriezer haalt, kunnen de ogen heel snel gaan zwellen.”
Feit is in ieder geval dat de wortels in negen van de tien gevallen worden gesnoeid. Hoeveel er wordt gesnoeid, hangt onder andere af van de dikte van de wortels en de potmaat. Belangrijk is in ieder geval dat er zoveel mogelijk haarwortels aan de wortels blijven zitten. Deze geven bij hergroei een betere aanslag. Bisschops licht toe dat hij meer aan de wortels moet snoeien dan veel collega’s. „Als ik rozen bijkoop bij collega’s die op zandgrond kweken, hebben deze vaak een fijner wortelgestel. Doordat wij op zwaardere grond kweken, hebben onze planten grovere wortels en dus moeten wij meer snoeien.”
De meeste rozen komen in januari en februari uit de vriezer en worden dan opgepot. Het weer speelt daarbij een belangrijke rol. Zo is het belangrijk dat de rozen niet worden opgepot als het hard vriest, omdat de planten dan kunnen verdrogen. Ook is het van belang dat de net opgepotte rozen nog dezelfde dag water krijgen. Mocht het vervolgens hard gaan vriezen, is het verstandig de rozen af te dekken met plastic of vliesdoek. De grootste kans op vorstschade ontstaat op het moment dat de knoppen gaan schuiven.
Niet alle onderstammen zijn even geschikt om in pot door te kweken, omdat ze bijvoorbeeld te grove wortels hebben of het gewoon niet zo goed doen in pot. Hoewel er verschillende onderstammen worden toegepast, staat nog altijd 95% van de struikrozen op ’Laxa’. En dat is volgens Van Wijk niet vreemd. „’Laxa’ heeft geen doorns, geeft weinig opslag en is makkelijk te oculeren. Elke andere onderstam werkt kostprijsverhogend.” Wel merkt Van Wijk op dat ’Laxa’ een penwortel kan
hebben die slechter vertakt dan andere onderstammen. „In extreme weerssituaties zie je dat een penwortel nadelig is voor de aanslag. Maar als je een roos in het voorjaar oppot en voldoende vocht geeft, kan hij wel wat hebben.” Bisschops en Coenders hebben allebei andere onderstammen geprobeerd, maar komen toch uit op de oude vertrouwde ’Laxa’. Bisschops: „Buitenlandse rozen staan soms op een andere onderstam. Deze rozen bloeien wat eerder en worden net wat langer, maar hebben veel meer wildscheuten. Dat brengt meer werk met zich mee.” Coenders zaait zijn eigen ’Laxa’. „We zitten hier op zandgrond, waardoor de onderstammen mooie, fijne wortels geven. De aanslag is gewoon goed en daarom blijven we ’Laxa’ gebruiken.” <
Guzowski maakte heel wat omzwervingen door Europa. Hij zegt inmiddels zo’n zeven jaar ’onderweg’ te zijn zonder echt langere tijd op één plek te hebben gezeten. Blijkbaar kwam er de afgelopen jaren geen bedrijf op z’n pad waar hij wilde blijven hangen. Gevraagd naar een verklaring hiervoor vertelt Guzowski: ,,In Engeland werkte ik in de vleesindustrie. Het werk was wel leuk en ik had ook veel werk waardoor ik goed verdiende. Maar ik moest zoveel werken dat ik moeilijk vrij kon krijgen, zodat ik zelden Polen kon bezoeken.’’
In Duitsland werkte hij ’s nachts in winkels om barcodes te scannen en in Italië bouwde hij kermissen op. ,,Maar bij die laatste twee werkgevers was er niet altijd voldoende werk, waardoor ik juist weer te weinig verdiende om regelmatig naar Polen te kunnen.’’ Verder werkte hij bij een komkommerkweker en maakte hij kippenstallen schoon. ,,Slechte ervaringen heb ik onderweg niet gehad, als je je aanpast aan de omstandigheden heeft ieder werk z’n voordelen.’’ Sinds een maand werkt Guzowski via personeelsvoorziener AB Brabant bij Boomkwekerij De Hilver in Hilvarenbeek. Het werk op de boomkwekerij bevalt hem wel. ,,Ik werk graag buiten en het werk is afwisselend. Misschien dat ik nu wel de goede combinatie heb gevonden van werk en daarnaast vrije tijd om terug te kunnen naar Polen.’’ Want dat laatste is ook wat hij uiteindelijk wil: definitief terugkeren naar Polen. Hij heeft er zelfs in de afgelopen jaren zijn appartement
aangehouden. Maar vooralsnog is van een terugkeer geen sprake. ,,De combinatie van een goede baan en een goed loon is nu in Polen onmogelijk. Ik hoor ook nog geen geluiden dat het beter gaat. Veel mensen uit de regio Wroclaw – waar ik vandaan kom – werken dan ook in Nederland.’’
,,Natuurlijk ga ik met kerst naar Polen’’, zegt Guzowski. ,,Dat doet iedereen, behalve degenen die echt geen vrij kunnen krijgen.’’ Voor hem wordt kerst dan ook een weerzien met z’n naaste familie, ooms, tantes, nichtjes en neefjes die uit half Europa naar Polen terugkeren. ,,Onze familie is uitgewaaierd over Denemarken, Engeland, Oekraïene en Nederland. Tijdens kerst praten we veel over hoe het werk bevalt in de verschillende landen en wat het leven ons dit jaar heeft gebracht.’’ Guzowski gaat met een bus heen en weer naar Polen. ,,Dat brengt mij voor €80 enkele reis van deur tot deur. Dus vanaf mijn huis in Hilvarenbeek tot aan mijn huis in Wilków. Een voordeel van reizen met een bus is dat je meer mag meenemen dan in een vliegtuig. Op de terugweg neem ik, net als veel andere Polen, tassen vol met Poolse lekkernijen mee. Vooral vlees.’’ Het eten is echter niet het enige uit Polen dat Guzowski hier mist. ,,In Polen liggen mijn wortels. Ik ben er geboren, veel familie woont er, en ik heb geen vriendin dus ook wat dat betreft kan ik nog makkelijk terug. Voor mij staat het dan ook voor 100% vast dat ik ooit terugga. Want al heb ik het tot nu toe overal goed gehad, thuis is het toch het best.’’ <
TreeCommerce
Hét digitale communicatie platform voor de boomkwekerij.
De officiële dealer van Mayer
and ederl N n i elgië. & B
Meld u aan en vergroot uw verkoopkansen! Volg TreeCommerce ook via twitter: @Treecommerce
www.visser.eu/potmachines www.treecommerce.com
Hulpstoffen voor gewasbescherming Hasten, Elasto G5 en Atplus verbeteren de effectiviteit van gewasbeschermingsmiddelen en groeiremmers SURfaPLUS BV, Wageningen tel: 0317-451217 e-mail: info@surfaplus.com www.surfaplus.com/trading
Compleet in teeltvloeren Telefoon: 0182 - 351144 • Bergambacht info@houdijkdenboer.nl • www.houdijkdenboer.nl
+ '( %$..(5
( ;3(57,6(%85($8
Specifieke boomkwekerij schade-expertise bij: • schade aan plantopstanden • schaderegeling • onteigening • planschade • LRGD geregistreerd deskundige • NIVRÉ Register-Expert • Lid N.V.A.E. • Tevens uitgave Prijzenregister Boomkwekerijproducten De Akker 100, 2743 DP Waddinxveen bakkerexpertise@planet.nl
www.bakkerexpertise.nl
com
Aan- en verkoop, onteigeningen, taxatie en bedrijfsbegeleiding van boomkwekerijen Engelandlaan 58 2391 PN Hazerswoude-Dorp I ITC Boskoop T: 0172 - 53 48 79 W: www.vdsm.nl E: info@vdsm.nl
Wij werken met grondmonsters voorgeschreven op de methode van Albrecht, zo wordt de uitwisselingscapaciteit bepaald maar ook de organische stof en pH. Daarnaast wordt de bezetting van de verschillende kationen aan het klei-humuscomplex weergegeven. Hieruit komen de verhoudingen naar voren tussen de verschillende kationen in de bodem. Deze verhouding is belangrijk om te weten welke mineralen er aangevoerd dienen te worden om de grond te balanceren. Wanneer deze verhoudingen goed zijn, zullen andere elementen beter worden opgenomen en zal de bodembiologie makkelijker floreren. Daarnaast wordt aangegeven welke andere hoofd- en sporenelementen de grond tekort komt. Naast deze chemische analyse zijn er ook een aantal bodembiologische analyses zoals een bioscan en een chroma. Een chroma geeft een beeld over de kwaliteit en structuur van een bodem en met een Bioscan wordt de kwaliteit van het bodemleven weergegeven.
Er zijn verschillende manieren om uw grond ontvankelijk te maken voor uw bodembiologie. Belangrijkste is dat de verschillende
bodemorganismen voedsel nodig hebben om te groeien. Dit voedsel bestaat vaak uit vers materiaal wat we op de grond aanbrengen door middel van mulchen. Dit kan gebeuren met minder uitgerijpte groencompost, maar ook door afmulchen met blad. Door deze materialen op de grond, of licht in de bovenlaag te houden, is dit een enorme voedselbron voor uw organismen. Wanneer er groenbemesters op uw perceel staan, kan die ook heel goed de winter blijven ’overliggen’. Deze groenbemester blijft licht groeien, maar voedt ook het bodemleven door het uitscheiden van suikers door de wortels. Daarnaast houdt de groenbemesters mestelementen vast waardoor die minder uitspoelen. Vorstgevoelige groenbemesters vallen wel in elkaar bij vorst, maar geeft wel voldoende bescherming bij hevige neerslag waardoor de structuur van de grond niet aangetast wordt. De groenbemesters kunnen in het voorjaar een maand voor het planten geklepeld worden en al dan niet worden ondergewerkt. Klepelen en direct onderwerken is niet zo handig: voor de vertering in de grond van ’vers’ materiaal is zuurstof nodig, bij veel vers materiaal onderwerken kan dat structuurschade veroorzaken. <
De onkruidbestrijding in het eerste teeltjaar kan prima mechanisch, met aan- en afaarden en eggen, mits het niet te nat is. Belangrijk is op tijd starten, bij klein onkruid. Wordt er aangeaard in de winter, dan is een winterbespuiting niet altijd nodig. Op percelen waar niet aangeaard wordt of die nog erg vuil zijn, is het raadzaam om in decemberjanuari Kerb Flo toe te passen. Voeg Chloor IPC toe op de wat vuilere percelen, voor verbreding van contactwerking op gras en muur. In maart kunt u dan spuiten met Wing P. Dit middel mag tussen 1 november en 1 april en alleen onderdoor toegepast worden. Als er geen Kerb Flo is gespoten in de winter, is het aan te bevelen om Kerb alsnog toe te voegen aan Wing P, vanwege de goede duurwerking op onder andere grassen. Eind mei/begin juni kunt u dan vervolgen met de eerste rijenbespuiting, met Springbok, Linuron en eventueel Finale. In augustus kunt u een tweede rijenbespuiting met Dual Gold plus Linuron, en eventueel ook Basta, uitvoeren. Mogelijk kan later nog, aan het eind van het groeiseizoen, een derde rijenbespuiting met Dual Gold en Basta worden uitgevoerd,
daar waar nog ruimte tussen de rijen is. In plaats van Springbok kunt u ook werken met Sultan of Butisan S. Let bij al deze middelen goed op de maximale dosering: 1,0 kg/ ha metazachloor over een periode van drie jaar op hetzelfde perceel. Door deze beperking mag u producten met metazachloor nu ook in grondwaterbeschermingsgebieden toepassen. Het voordeel van Springbok is dat het ook dimethenamid-P bevat en dus breder werkt dan Butisan. Zoals het er nu naar uitziet mag Linuron in 2017 nog worden opgebruikt. Als contactmiddel kunt u, afhankelijk van de situatie, onderdoor werken met Finale, Basta of Radicale. Daarnaast hebben de middelen Asterix, Corzal en Kontakt op basis van fenmedifam een toelating in de rozenteelt. Kontakt mag alleen in de zaailingen. Neem tot slot een monster van nieuw aan te planten percelen. Zeker als u over eigen grond beschikt, neem in uw rotatieplan dan de mogelijkheden van groenbemesters mee. Zo ook het inpassen van compost, champost of vaste stalmest voor een optimaal bodembeheer op lange termijn. <
Problemen met wateroverlast zijn deels terug te voeren op calamiteiten. Er zijn echter ook duidelijke verschillen tussen percelen in bodemstructuur, ontwatering en organische stof. De basis is een goede ontwatering door zaken als een goede hoogteligging, brede greppels, goede functionerende drainage en goede structuur. Als drainage aanwezig is, controleer dan of deze goed functioneert. Zorg dat eindbuizen niet met gras overgroeid zijn of bedekt met grond. Bij ijzerrijk water is het belangrijk ijzerafzetting bij de eindbuizen te verwijderen. Doorspuiten kan nodig zijn om verstoppingen als gevolg van gronddeeltjes en ijzerafzetting te voorkomen. Andere voorkomende problemen zijn een slechte bodemstructuur, storende lagen door verslemping, natuurlijke verstoring of doordat de grond is dichtgereden. Met het graven van een profielkuil krijg je inzicht. Of je kunt een bodemadviseur laten meten met een penetrologger. Met dit apparaat meet je de bodemweerstand waarmee je inzicht krijgt in verdichtingen. Met bodemverbeterende maatregelen kan dit worden opgelost.
Het uitvoeren van bekalking is nodig om de juiste pH in de bodem te realiseren. De pH beĂŻnvloedt de vorm waarin nutriĂŤnten in de bodem aanwezig zijn en daarmee de beschikbaarheid ervan. Bekalken van kleigronden zorgt ervoor dat de bodem beter verkruimelbaar wordt en minder gevoelig voor slemp en verdichting. Kijk op uw grondmonster hoe hoog de pH is om de gewenste kalkgift te bepalen. Optimaal voor de meeste boomkwekerijgewassen is een pH tussen 5,0 en 6,5. Dit kan per grondsoort en per gewas iets verschillen. Let op: Eurofins Agro meet dit als een pH-KCL. Andere laboratoria vermelden op hun bemestingsverslagen soms een pH-water. Deze waarden liggen 0,5 tot 1 pH-eenheid hoger. Het effect van bekalken op de bezetting van het adsorptiecomplex (CEC) met calcium, magnesium en kalium kan een rol spelen bij de meststofkeuze. Zandgronden hebben vaak een lage magnesiumtoestand; dan kunt u bekalken met een magnesiumhoudende kalkmeststof. Kies op kleigronden voor kalkmeststoffen met een hoog aandeel calcium, of voor gips (bevat calciumsulfaat). <
Of ik het naar m’n zin heb op dit bedrijf? „Ja hoor, orders klaarmaken, potten schoonmaken: het is prima werk en zwaar is het niet”, zegt Kopytowska. Het werk bij boomkweker Ron van Opstal in Zundert is voor haar dan ook een van de redenen waarom ze het goed naar haar zin heeft in Nederland. Maar dat is volgens haar niet vanaf het begin zo geweest. „Het eerste jaar werkte ik hier met het idee dat ik op termijn weer terug naar Polen zou gaan. Het tweede jaar twijfelde ik, maar nu na drie jaar denk ik dat ik in Nederland blijf”. Kopytowska besloot naar Nederland te komen omdat er op een bepaald moment geen werk te vinden was in Polen. Ze werkte in haar geboorteland eerder als kassière en als baliemedewerkster. „Op zich was dat werk wel goed, maar ik verdiende er, met zo’n €250 per maand, niet veel.” In Polen kwam ze via internet in contact met uitzendbureau @All-In in Roosendaal. Zij konden haar een baan voor een paar maanden garanderen, waarop Kopytowska afreisde. Zo kwam ze terecht bij boomkweker Ron van Opstal en werkt daar nu alweer drie jaar.
Een van de redenen waarom ze niet in het eerste jaar naar huis is gegaan, is omdat de werkmentaliteit van de mensen in Nederland haar beter bevalt dan in Polen. „In Polen waren mijn leidinggevenden een stuk ouder dan ik en zij stelden zich vaak arrogant op en schreeuwden naar me. In Nederland gaan werknemers en leidinggevenden op een meer gelijkwaardige manier met elkaar om”, zegt Kopytowska in gebrekkig Engels,
waardoor het gesprek merendeels door een werknemer van het uitzendbureau vanuit het Pools naar het Nederlands wordt vertaald. Kopytowska woont in Roosendaal in een huis van het uitzendbureau met vier andere mensen uit Polen. Een ieder heeft z’n eigen kamer en er is een gezamenlijke keuken. „Mijn medebewoners zijn allemaal leuke mensen en ik heb het idee dat zij het ook allemaal naar hun zin hebben in Nederland. Of ik weet hoeveel Polen uiteindelijk weer voorgoed teruggaan naar Polen? Misschien de helft, maar eigenlijk heb ik geen idee.” Ze vermoedt dat er nog steeds veel Polen naar Nederland komen, ondanks de geluiden dat het in Polen beter gaat met de economie. „Het gaat misschien wat beter, maar nog niet goed genoeg voor mensen om daar te blijven of om vanuit Nederland terug te keren.”
Terugkeren doet Kopytowska wel, maar vooralsnog alleen in de zomer en met kerst. „Uiteraard met kerst. We werken hier met vijf Polen en iedereen gaat met kerst terug. Vanaf 20 december ben ik voor zes weken in Polen. Gelukkig kan dat op dit bedrijf omdat er in die periode niet veel werk is. Ik mis mijn ouders en broer, en ben straks weer echt blij om ze te zien. Kerstavond breng ik thuis met hen door en ook ooms en tantes komen langs. We eten de hele avond en maken het gezellig. Ook eerste kerstdag vier ik met mijn familie. Tweede kerstdag is voor mijn vrienden: waarschijnlijk gaan we naar een restaurant. <
ELAEGNUS EBBINGEI - ‘OLIJFWILG’ ‘Olijfwilg’ met grijs-groen leerachtig blad en hangende crèmekleurige bloemen van oktober tot december. Groenblijvend. Kan erg goed tegen strooizout en is wintervast tot -18 °C. Zon, halfschaduw Hagen, parken, bosranden 100cm tot 300cm hoog Bel voor meer informatie met Pieter de Jong: (06) 47 48 55 49 | Meerlandenweg 65a, Amstelveen
Hamiplant viert dit jaar het dertigjarige bestaan. Volgens Leon Buskermolen, nu vijf jaar algemeen directeur bij dit handelsbedrijf, wordt het tijd dat het bedrijf gaat uitdragen waar zij anno 2016 precies voor staan. Door de jaren heen is er een verschuiving opgetreden. Dertig jaar terug beleverde het bedrijf, als opsplitsing van Hamifleurs, alleen de groothandel met planten. Toen in 2010 Joba Plantenservice werd overgenomen, is de grootschalige retail een belangrijke klantgroep geworden. Dit heeft zich elk jaar uitgebreid, tot meer dan 50% van het volume nu. Hamiplant levert direct aan bouw- en supermarkten en grote tuincentrumketens. Ook voorziet
het retail-bloemenbedrijven binnen Dutch Flower Group van planten. Sinds de overname van het klantenportfolio van Vida Verda twee jaar geleden, zijn ook de leveringen aan de vakhandel en individuele tuincentra toegenomen. „Wij beleveren eigenlijk alle marktsegmenten. Dit gaat prima samen binnen één bedrijf, maar het vereist een andere organisatie dan voorheen”, meent Buskermolen.
Hamiplant werkt vanuit verschillende units: de groothandel, bouwmarkten, supermarkten en vakhandel worden apart van elkaar bediend. „De vakhandel koopt meer via webshops in. Met retailers heb je hele andere gesprekken en gaat het over categoriemanagement”, verklaart Buskermolen de opsplitsing. Om de grootschalige retail goed te kunnen beleveren is daarnaast een afdeling ’supply chain management’ opgericht. Deze afdeling managet het proces tussen het moment van orderen tot aan het afleveren van het product bij het depot van de klant. „Voortdurend bekijken we hoe we deze lijnen efficiënter kunnen laten verlopen. Klanten bestellen kleinere hoeveelheden en willen zo weinig mogelijk voorraadrisico lopen. Wij moeten deze stromen in goede banen te leiden en een steeds betere prestatie neerzetten, vanuit een steeds fijnmazigere logistiek. Digitalisering helpt daar enorm bij.”
speelt in de fysieke stromen voor Hamiplant. De rol van de veiling zit ’m volgens hem meer in het zorgen voor een goede en betrouwbare digitale informatiestroom.
Buskermolen spreekt van een grote dynamiek binnen de organisatie. Dit hebben zij proberen te vangen in een nieuwe huisstijl. Het dertigjarige jubileum was volgens hem een mooi moment om het logo te vernieuwen. De verschillende kleuren binnen het blaadje in het logo, staan voor de verschillende specialismen en de verbinding daartussen. De geïntroduceerde slogan van Hamiplant luidt: ’We bring vitality’. Dit kan op twee manieren worden uitgelegd. Het product dat Hamiplant levert, draagt bij aan de vitaliteit in de leefomgeving van de consument. Tevens zegt het volgens Buskermolen iets over de organisatie en de omgang die zij met kwekers hebben.
Bij de inkoop wordt er vanuit productspecialisme gewerkt. Zo is er een team voor de bloeiende, groene en tuinplanten. „Wij werken vanuit specialismes. We weten wat er aan komt qua aanbod, welke kweker wat heeft staan en hoe kwaliteit en prijs zich verhouden”, legt Buskermolen uit.
Meer dan 90% van de handel komt direct bij kwekers vandaan. Er is een intensieve samenwerking met een groep kwekers. Vijftig telers leveren circa 70% van het volume. Die andere 30% van het aanbod betrekt Hamiplant bij zo’n 650 kwekers. „Je snapt dat wij voorstander zijn van minder kwekers in onze sourcing,
vanuit de gedachte van grootschaligheid. Dat werkt veel efficiënter”, stelt Buskermolen. Hamiplant probeert kwekers en klanten zo veel mogelijk aan elkaar te koppelen. Volgens de directeur gaan in- en verkopers met klanten langs kwekers om te kijken op wat voor punten winst te behalen valt. „We proberen het maximale uit onze partners te halen, dát is de insteek. We gaan bijvoorbeeld in overleg met kwekers of zij het sortiment kunnen aanpassen, zodat zij ook meer volume kunnen leveren aan onze andere klanten. Niet alleen de retail hoeft voordeel te halen uit de schaalgrootte, dat kunnen andere marktsegmenten net zo goed.” Buskermolen stelt dat Royal FloraHolland nauwelijks meer een rol
Hamiplant gelooft in schaalgrootte en zet de komende jaren dan ook in op verdere groei. De jaaromzet neemt in 2016 met zo’n 5% toe en gaat richting de €110 miljoen. Komende jaren prognosticeren zij verdere groei. Volgens Buskermolen zal deze groei voortkomen uit de ontwikkeling van bestaande klanten en de acquisitie van nieuwe klanten. Bij de groothandel is er weinig meer mogelijk. „Dit zal de komende jaren stabiliseren. Winkeliers kopen meer rechtstreeks in en bezoeken minder vaak een groothandel”, verwacht hij. Bij de retail en tuincentra is er volgens hem wel winst te behalen. „Als we maar vertellen waar we voor staan. Dat is noodzakelijk. Want net als onze kwekers bewegen wij ook mee met de marktkansen.” <
Picea glauca ’Conica’ wordt als tuinplant verkocht maar de piek van de afzet zit toch vooral richting kerst. Bij Groen-Direkt merkte mededirecteur Gert Koert dat het aanbod van ’Conica’ naar kerst toe steeds schaarser werd. „Veel aanbodregels waren op en dat is voor kwekers natuurlijk een gezonde situatie.” Bij Royal FloraHolland kwam de aanvoer tot half december zo'n 7,5% hoger uit ten opzichte van het jaar er voor. De prijs steeg daarbij met 10%.
Bij Van Lint plants&more in Boskoop noemt Jeroen van Gils de handel ’enorm goed’. „We zijn 10 november begonnen met leveren en dit jaar gaan er meer weg dan vorig jaar in aanloop naar kerst. Die stijgende lijn zien we al een aantal jaar.” Hij merkt daarbij dat de vraag naar potgekweekte planten toeneemt. „Dit jaar verkopen we voor het eerst meer potgekweekte planten dan potgedrukte.’ Grote retailers willen volgens hem geen risico lopen dat potten op de winkelvloer loslaten van de plant, en kiezen daarom voor potgekweekte planten.” Ook bij Royal FloraHolland stijgt volgens productcoördinator Michel Verbeek de vraag naar potgekweekte planten. Bij De Buurte zegt Henry Nooteboom dat de verkoop goed heeft
gelopen. Bij het bedrijf gaat zo'n 20% van de ’Conica’ weg als tuinplant terwijl zo'n 80% in de laatste twee maanden in aanloop naar kerst wordt verkocht. „Ook richting het voorjaar leveren we straks weer ’Conica’. Het is voor ons dus niet alleen een kerstartikel.” <
De belangrijkste omzetmaker in november is Helleborus. De aanvoer in stuks liet een forse stijging zien van 18%. De middenprijs per stuk daalde in die maand van €2,65 vorig jaar, naar €2,61 dit jaar. Volgens betrokkenen is de vraag eind november traditioneel wat minder, om na Sinterklaas pas weer toe te nemen. In combinatie met een relatief grote aanvoer zorgde dit voor lagere prijzen in november. Bij Skimmia kwam de middenprijs
met €2,89 €0,32 hoger uit dan in dezelfde maand vorig jaar en dat verbaast kweker Roland van der Werf toch enigszins. „Ik heb het idee dat er wat partijen op de markt zijn gekomen die kwalitatief wat minder waren. In combinatie met een hogere aanvoer vallen de prijzen wat mij betreft mee.” Van Buxus blijft de omzet en aanvoer in stuks dalen. De middenprijs stijgt daarbij wel fors: van €2,75 in 2015 naar €3,58 in november dit jaar.
Volgens kweker Adrie van Dun komt met name doordat er in verhouding meer grote maten worden geveild dan vorig jaar. „Onverkochte partijen planten groeien door waardoor er meer grote maten op de markt komen.” Dat de aanvoer achterblijft komt in ieder geval niet doordat Van Dun al is gestopt. „In november hebben we nog volop aangevoerd en dat doen we ook komend voorjaar nog”, aldus de kweker die zijn Buxus-teelt aan het afbouwen is. <
De meeste handel van Thuja occidentalis ’Brabant’ gaat misschien nog wel steeds naar Duitsland toe, maar de geproduceerde aantallen zijn de afgelopen jaren ten koste gegaan van de populariteit van ’Smaragd’. Ook Duitsland zou zich nu vooral op ’Smaragd’ concentreren. Die cultivar was al het meest gevraagd in landen met koudere winters, zoals Polen (hoewel Thuja occidentalis ’Columna’ daar een grote concurrent is), Rusland en Oekraïne.
De vraag naar ’Smaragd’ groeit alleen maar. Er is kennelijk nog genoeg ruimte op de Europese markt voor meer aanbod, want diverse bedrijven geven aan dat ze de vraag niet aankunnen. Dat zijn niet alleen productiebedrijven die stekken of opkweken, maar ook cash-and-carry’s die hoveniers beleveren. Het tekort op de markt draait nu hoofdzakelijk om lengtematen vanaf 1,4 m. Bedrijven moeten afwegen of ze de grotere ’Smaragd’ verkopen, of behouden om er bijvoorbeeld stek van te halen. In de verkoop hebben vaste klanten de voorkeur boven handelaren die de beperkte voorraden willen opkopen. ’Brabant’ wordt wel minder gekweekt dan ’Smaragd’, maar de verkoop was er afgelopen jaar niet minder om. Bij verschillende bedrij-
zijn uit de crisis.” „Dit zijn sowieso topweken voor ons, maar de omzet ligt dit jaar een stuk hoger dan vorig jaar. De gemiddelde bestedingen zijn gegroeid en men geeft het geld eindelijk weer uit met een lach. De kranten schreven het al, maar we merken het nu ook echt: we
„Erica, Festuca glauca, Gaultheria, Skimmia, Nandina en Helleborus zijn nu topproducten. En uiteraard de kerstbomen; omdat tegenwoordig elke super- en bouwmarkt wel kerst-
ven deden alle soorten en cultivars van Thuja voor hagen het goed. De vraag was (en is) wel landenspecifiek. In bijvoorbeeld Noorwegen en Zweden vraagt men meer naar ’Brabant’, terwijl de afzet in Engeland vooral draait om Thuja plicata – waarvan ’Martin’ en ’Excelsa’ beter lijken te verkopen dan ’Atrovirens’. <
bomen slijt, bieden wij alleen AAkwaliteit. In onze fraai aangeklede kerstafdeling staan ook gedraaide en pompon-coniferen met kerstverlichting. Veel klanten pakken die mee, we hebben ze zelfs moeten bijbestellen.”
„We zien dat veel jonge stellen hun kleine tuintjes eerst dichtstraten en daarna opbouwen met vaste bakken voor groen. Dat groen moet niet te veel snoei- en knipwerk vragen en jaarrond mooi zijn. Carex is bijvoorbeeld heel gewild.”
„Het grootste deel koop ik online bij Arie Bouman Tuinplanten en Gasa Germany. Zij hebben de beste kwekers al geselecteerd en ik krijg drie keer in de week mijn producten franco thuis bezorgd, voorgestickerd en al. Bijzondere bomen, heesters en struiken koop ik van onze luxe huiskweker Koningstuin.” <
Jaarkalender 2017
Dit is Bogota van kwekerij Gebroeders Van Velden in ’s-Gravenzande. Een rode amaryllis, net als de overbekende Red Lion, alleen net even anders. Ietwat excentrieker. Je kan zien dat het sap van de wilde amaryllis nog door haar aderen stroomt. Kenners zien direct dat het typische cybister is, dus geen kleinbloemige, dubbelbloemige, spinvormige of... Het sortiment is breed bij een amaryllis.
Oktober
2017 Grootouderdag
Halloween
€17,50
Proflora, Bogota, Colombia: 4 - 7 oktober
Januari
Dag van de Leraar (Nl)
Vanwege de grote produc tie in China is aldus Winco de markt voor Cactussen in de echinocactus Rijnsburg. Desaln wege de naam: Grusonii sterk iettemin blijft Schoonmoed afgenomen, het een fascine erszetel. rende plant. Alleen al van-
Juni
WEEK
Pinksteren
Nationale Tulpendag
BESTELLEN
Grootmoederdag (Po) Dutch Lily Days: 6 - 9 juni
IFTEX, Nairob i, Kenia: 7 - 9 juni
Nieuwjaar
2017
Chinees nieuwjaar FlowerTrials: 13 - 16 juni
Salon du Vegeta l: Nantes, 20 22 juni
WEEK
21-03-16 13:40 11-10-16 12:16
Veteranendag (Nl)
Pinksteren
KC_Maand_A3_Ma andag.indd 6 Kalender 2017.indd 7
WEEK
„De handel op Oost-Europa werd half december al minder, want daar zaten ze toen al in de vorst. Ook in Oostenrijk en Zuid-Duitsland merkte je al dat de langere winterstop er weer bijna was. In andere delen van Duitsland, zoals het Roergebied bij ons over de grens, gingen veel klanten nog door. Zo ook in Nederland, België en Engeland. Over het algemeen is de hele najaarshandel beter dan vorig jaar, maar nog niet op het niveau van
enkele jaren terug. De start was wel goed met de eerste orders, dat was positief. Maar daarna heeft de handel niet echt goed doorgezet. Het ging ook met horten en stoten. Het ene moment liep het hartstikke goed, het andere moment was het tam. Dan schrik je wel even; ’is het nu al minder’? De handel gaat op en neer en daar moet je maar mee leren leven. Maar zolang klanten kunnen planten zal er handel zijn. Bart Faassen en Faassen-Hekkens zijn nu nog twee aparte bedrijven, maar we doen sinds dit najaar al veel samen. We zitten al bij elkaar op kantoor in Tegelen, onze hoofdlocatie met loods om te verladen. We delen onze logistiek. En we hebben nu ook meer te bieden. Bart Faassen kweekt bijvoorbeeld zelf meer bos- en haagplantsoen, Faassen-Hekkens meer
drie keer verplante laanbomen. Onze klanten hebben alleen maar baat bij onze samenvoeging. Dat merken we. Voor projectleveringen in de regio, in Nederland en Duitsland, leggen klanten een complete order het liefst bij één bedrijf neer.” <
„Ik merk dat kerst in de lift zit als afzetperiode. De consument kiest er voor om de ellende in de wereld even te vergeten en in deze periode wat extra’s te besteden aan genot en gezelligheid. En dus ook aan tuinplanten. Voor ons was de omzet in aanloop naar kerst weer beter dan vorig jaar. Helleborus was een megasucces-artikel en doet nog altijd sterk mee. Andere producten die de lijsten nu aanvoeren zijn mini-kerstboompjes als ’Ellwoodii’ en ’Conica’. Ilex en Skimmia doen in de zijlijn nog mee, voor Gaultheria zit het erop. Die was al eerder uitverkocht dan gebruikelijk. Ook ’Conica’ was op bepaalde momenten schaars, maar door onze vaste lijnen hadden we daar geen
last van. Het is een goed teken dat er weer af en toe tekorten zijn. Het duidt erop dat de markt weer gezond wordt. Maar het blijft een dun draadje waarop we balanceren. Terugkijkend op 2016, hebben we het organisatie-breed goed gedaan. Ons outdoorsegment is daarbij duidelijk het hardst gegroeid en er valt nog heel wat uit het tuinplantensegment te halen door samen met out-ofthe-box oplossingen te komen voor presentatiewijzen en doelgroepenbenadering. Daar liggen nog veel onbenutte kansen. Van een productgroep die het goed doet, komt het jaar erop doorgaans weer meer op de markt. Dat is op zich niet verkeerd, als het maar met beleid en strategie gebeurt. Dat geldt ook voor nieuwe producten en concepten. Als je bij een introductie niet eerst hebt nagedacht over een specifieke doelgroep en hoe je die gaat bereiken met jouw product, zal je het steeds moeilijker krijgen. De nieuwe generatie moeten we daarbij zeker niet uit het oog verliezen. Het is een generatie die nu eenmaal weinig
affiniteit heeft met tuinieren. Verzin dus iets wat hen kan verleiden voor jouw product te kiezen. Duurzaamheid zal zich in 2017 als een steeds hardere eis blijven ontwikkelen vanuit het eindsegment. Ook daar zullen we met passende antwoorden moeten komen, juist ook in het tuinplantensegment. Tevens zullen we moeten blijven focussen op de automatisering en digitale orderverwerking. Het is essentieel dat we ons op dit gebied met elkaar toekomstgericht opstellen.” <
Xylella
Xylella Xylella
Xylella
â&#x20AC;&#x2122;Familiebedrijven, de kunst van het succesvol overdragenâ&#x20AC;&#x2122; is het thema voor de officieuze nieuwjaarsreceptie van de tuinbouw in Nederland op 11 januari in de Keukenhof in Lisse, aanvang 14 uur. Op deze bijeenkomst wordt ook de Tuinbouw Ondernemersprijs uitgereikt. Ondernemers in de tuinbouw - dus ook boomkwekers - kunnen de bijeenkomst bijwonen. Daar vertellen Prof. Purcey Heugens van Erasmus University, Joyce Lansbergen van LG Flowers, Erwin van der Lans van Lans en Dirk Ebben van Boomkwekerij Ebben hoe zij met hun familie de opvolging regelden. Meer informatie en aanmelden: tuinbouwondernemersprijs.nl.
Loofbomen zijn van oudsher intiem verbonden met het landschap. Dit boek beschrijft meer dan 250 loofboomsoorten en hybriden die o.a. belangrijk zijn voor openbaar groen. Aan bod komen herkenning, toepassing, ecologie en beheer. Een standaardwerk voor liefhebbers en vakmensen. Met veel achtergrondinformatie en rijk geïllustreerd.
Bestel nu voor €49,90!
• Meer dan 250 soorten loofbomen, hybriden en variëteiten • Herkenning, toepassing en beheer • Geschiedenis van het boomgeslacht en standplaatsen • Lijst van collecties van boomgeslachten en monumentale bomen • Met meer dan 1500 kleurenfoto’s
Het boek is te bestellen voor €49,90 (incl. btw, excl. verzendkosten) door een mail te sturen naar info@hortipoint.nl.