BKW_05-2014

Page 1

7 maart 2014

5

Vruchtbomen in ItaliĂŤ 22 Kwekers bieden alternatief voor Trade Fair 6 Groningse kweker start logistiek centrum 14 Wijzigingen in het middelenpakket op een rij 32



Inhoud

Omslag: Arno Engels

18 Waterkwaliteit aanpakken

Nieuws 4 Commentaar: Kwekerondernemer 4 Opinie: ’The Green Connection wordt platform voor samenwerking’ 5 Stelling: Zelf afzet regelen is een vak apart 6 Tuinplantenbeurs biedt kwekers alternatief voor Trade Fair

Bedrijf 10 Organisaties moeten zich aanpassen aan kleiner ledenaantal 12 Treeport gaat verder als coöperatie 14 Groningse boomkweker start logistiek centrum

30 Je onderscheiden met veredelingen

16 Ondernemersvragen: Wat verandert er met het nieuwe ontslagrecht? 17 Plants of the World wint STIP 2014 18 Werken aan schoon water loont

Teelt & Gewas

22 Aziatische fruitmarkten liggen nog te ver voor Italianen 24 Bijzondere Bibaumen kweken 26 Mazzoni verwerkt alles massaal 28 Focus op schurftresistentie 29 RAG-substraat voldoet aan strenge onkruidnorm 30 Van massa naar specialisme

42 Vos: ’Ik houd van grote uitdagingen’

32 Wijzigingen in middelenpakket op een rijtje 36 Teeltadvies: Let op onkruidbestrijding in oculaties

Markt & Afzet

42 ’Ik heb het gevoel dat we aan iedereen proberen toe te geven’ 44 Marktnieuws

Service

46 LTO Nederland Vakgroep Bomen en Vaste planten 47 Vaktaal en Agenda

De onderstaande icoontjes bij de artikelen hebben de volgende betekenis en zijn te vinden op de website deboomkwekerij.nl:

colofon Redactie

Schipholweg 1, Postbus 9324, 2300 PH Leiden E-mail: boomkwekerij@hortipoint.nl Website: deboomkwekerij.nl Hoofdredactie Wim du Mortier (071) 565 96 82 Vakredactie Arno Engels 565 96 86 Ketura Haveman 565 96 83 Ron Barendse 565 96 84 Bureauredactie Marrit Molenaar, Jenny Mostert, Carolyne de Vries Lentsch, Jolanda de Wekker Vormgeving Bert Hassing, John Jennissen Fotografie Gerdien de Nooy Directie Elbert van den Berg 565 96 78 Secretariaat Linda Laman Alice Hoogenboom

Exploitatie

Koninklijke BDU Uitgevers B.V., Afdeling Vak- en Publieksmedia, Postbus 67, 3770 AB Barneveld Uitgever: Wiljo Klein Wolterink MBA T (0342) 494 263, F (0342) 413 141 Verkoopleider: Ron van de Hoef T (0342) 494 263 M 06 51 80 63 25 E r.v.d.hoef@bdu.nl Advertentie-exploitatie Media adviseur: Gert-Jan Bloemendal T (0342) 49 48 07 E g.bloemendal@bdu.nl, Internet: bdu.nl Verkoopleider: Ron van de Hoef T (0342) 494 263 M 06 51 80 63 25 E r.v.d.hoef@bdu.nl Abonnementenservice Aanvraag (ook via website deboomkwekerij.nl) en wijziging abonnement naar Koninklijke BDU Uitgevers, afdeling Vak- en Publieksmedia, Postbus 67, 3770 AB Barneveld, T (0342) 494 844, F (0342) 494 299, E abonnementen@bdu.nl. Op werkdagen telefonisch bereikbaar van 8.30 – 14.00 uur

Filmpjes –

Foto’s –

Abonnementen kunnen op elk gewenst tijdstip ingaan. Opgave via deboomkwekerij.nl of bij de abonnementenservice. Abonnementen lopen automatisch door, tenzij uiterlijk twee maanden voor vervaldatum bij de abonnementenservice wordt opgezegd. Dit kan schriftelijk, telefonisch of per e-mail. Ook voor informatie over een lopend abonnement kan contact worden opgenomen met de abonnementenservice. Jaarabonnement: €236,65 (exclusief 6% btw). Studenten en scholieren krijgen 25% korting. Buitenlandse abonnees betalen een kleine toeslag.

Documenten en linken naar website

Druk Koninklijke BDU Grafisch Bedrijf B.V. 25ste jaargang ISSN-nummer: 0923-2443 De Boomkwekerij is een uitgave van de Stichting Vakinformatie Siergewassen en de Koninklijke BDU Uitgevers B.V. Uitgever en auteurs verklaren dat dit blad op zorgvuldige wijze en naar beste weten is samengesteld, evenwel kunnen uitgever en auteurs op geen enkele wijze instaan voor de juistheid of volledigheid van de informatie. Lezers worden met nadruk aangeraden deze informatie niet geïsoleerd te gebru ken, maar af te gaan op hun professionele kennis en ervaring en de te gebruiken informatie te controleren. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande toestemming van de uitgever. Algemene voorwaarden: op alle aanbiedingen, offertes en overeenkomsten van Koninkijke BDU Uitgevers B.V. zijn van toepassing de voorwaarden, welke z jn gedeponeerd ter Griffie van de Arrondissementsrechtbanken en de KvK.

De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

3


NIEUWSINTERVIEW

Pieter Heynen, bestuurslid The Green Connection

’The Green Connection wordt platform voor samenwerking’ Onlangs staken belanghebbenden de koppen bij elkaar om de toekomst van The Green Connection tegen het licht te houden. De voorlopige uitkomst is dat The Green Connection het platform blijft waarin diverse kwekersorganisaties uit de Euregio gaan samenwerken.

Pieter Heynen

de verschillende kwekersorganisaties in de Euregio nog beter kan. Nu hebben Boomkwekerij Support Venlo (BSV), Plantregio Rhein-Maas (PMR), de Vakgroep Bomen- en Vaste planten van de LLTB en de diverse studieclubs veel initiatieven waarbij onderling te weinig afstemming is. Die afstemming willen we binnen The Green Connection oppakken.”

vooral op Duitse klanten waaronder Landgard. Samenvoeging van deze organisaties is onder andere door het cultuurverschil niet zo eenvoudig. Kwekers kunnen kiezen op basis van hun klantenbestand van wie ze lid willen worden. Maar je kunt ook van allebei lid zijn. Zo ben ik bijvoorbeeld van drie van de eerdergenoemde organisaties lid.”

Wat betekent dat concreet?

Hoe ontwikkelt het aantal leden zich

„We gaan in ieder geval drie tot vier keer per jaar met vertegenwoordigers van de vier organisaties om de tafel zitten waarbij we de initiatieven naast elkaar leggen en met elkaar ideeën uitwisselen. We moeten voorkomen dat we dingen dubbel doen.”

van de Euregio-organisaties?

Daarover gesproken. Doen BSV en The Green Connection bestond toch al

PMR niet een beetje hetzelfde?

als platform?

„Het klopt dat beide organisaties zich richten op afzetbevordering, maar BSV doet dat met name richting FloraHolland-kopers en PMR richt zich

„Jawel, maar dat platform trad de laatste tijd niet zo naar buiten. We denken dat de samenwerking tussen

COMMENTAAR

„Het aantal ondernemers daalt structureel en dat zien we in de ledenaantallen terug. Ook freeriders zul je altijd blijven houden. Maar hoe meer kwekers meebetalen, hoe meer er kan worden bereikt. Ik hoop dan ook dat er meer kwekers in de toekomst bij een van de organisaties zullen aansluiten.” <

Meer informatie over de open dagen op de boomkwekerij.nl

PEILING

Kwekerondernemer Op Facebook poste een kweker met een bedrijf met een breed sortiment onlangs een fotootje van een bedrijf van een collega met een monocultuur. Hij schreef er bijna met afgrijzen bij blij te zijn dat hij niet zo'n bedrijf heeft. Als de wereld simpel in elkaar zou zitten, zou je kwekers in twee groepen kunnen opdelen. De ene groep zijn échte kwekers: altijd met de vingers in de grond, veel verstand

FloraHolland moet het ledenbeleid voor boomkwekers aanpassen.

van planten en teelttechniek, pas gelukkig met veel verschillende mooie bloemen en planten. De andere groep zijn échte ondernemers: goed met een rekenmachine, op kostprijs en rendement gericht. Maar de wereld zit zo eenvoudig niet in elkaar. Er zijn Wim du Mortier Hoofdredacteur

niet alleen maar kwekers met óf een breed óf een smal sortiment. En de markt is al even verschillend: er worden niet alleen maar producten tegen lage prijs gevraagd en evenmin alleen maar exclusieve nieuwe bomen of planten.

Eens 71%

Oneens 29%

Al jaren is er een beweging in de boomkwekerij en vasteplantenteelt naar grotere bedrijven, en de verscheidenheid aan producten op die bedrijven neemt af. Specialisatie en schaalgrootte moeten leiden tot lagere kosten per eenheid product. Dat is ook wat de bank wil, niet waar? In die ontwikkeling zijn het vooral de kleinere, minder gespecialiseerde kwekerijen die afhaken. Toch zou er wel eens een bui tegenin kunnen komen. De recente geschiedenis leert ook dat een smal sortiment grote risico’s voor de continuïteit van het bedrijf kan opleveren. Het spreiden van risico beleeft een herwaardering, zou je kunnen stellen, afgewogen tegen rendement en lage kostprijs. Misschien gaan banken dat stukje risicospreiding

De nieuwe peiling luidt:

Boomteeltonderwijs is voldoende praktijkgericht.

wel van u verlangen. In het volgende nummer van De Boomkwekerij wordt uitgebreid ingegaan op bedrijfsrisico’s.

4

De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

Stem mee op deboomkwekerij.nl.


Opinie

De inhoud van geplaatste lezersbrieven valt buiten de verantwoordelijkheid van de redactie. Zonder opgaaf van redenen kunnen brieven worden geweigerd of ingekort.

Ingezonden brief

Column coen dekkers

Freeriders?

Timing

De productschappen zijn verdwenen. Gelukkig

’Heb jij nog een karretje van die witte, die ik vorige week ook had?’

ligt nu de weg open voor private initiatieven

’Ja hoor, ik kan ze vanavond meegeven’. ’Wacht even, want die prijs,

waarbij bedrijven op vrijwillige basis kunnen

vind je dat niet wat veel voor zo’n klein plantje?’ ’Nou... nee’. ’Oké dan

meedoen. Een voorbeeld daarvan is Perennial

doe maar een karretje’. Ik schiet in de lach om die redenering. Want als alles precies goed valt, als alles

Power. Middels dit promotieproject wil een aan-

klopt, dan is de prijs blijkbaar het sluitstuk.

tal kwekers samen met organisaties collectieve

Wat een mooi vak hebben we toch. Maar moeilijk. Ik denk echt dat er niet veel jobs moeilijker zijn.

reclame organiseren. Een ambitieus initiatief

Ga maar na. Eerst proberen we een plantje te kweken dat aan alle kanten aangevallen wordt door

waarvan men zich in alle eerlijkheid kan afvra-

schimmels en insecten. Vervolgens, tijdens het kweken, proberen we dat plantje ook nog te verkopen.

gen of er behoefte aan is. Laat de toekomst

En dat valt niet altijd mee. We hebben hier in ons kwekersland namelijk zoiets als daghandel. Elke dag

uitwijzen hoe het zal gaan. Wat wij bijzonder

andere handel.

kwalijk vinden, is dat in de eerste publicaties in

Deze witte waren nu erg mooi. Op hun mooist denk ik. Logisch dat de klant nog een karretje wil

dit vakblad de niet-deelnemers worden neerge-

hebben. En die zijn ook mooi hoor. Maar als hij ze mooi vindt, zijn er nog meer klanten die ze mooi

zet als freeriders, een net woord voor profiteurs.

vinden. Dus zijn ze zo op. En hoe kweek ik dan zo snel, of zo langzaam, die plantjes af, dat dat een

Dit is natuurlijk niet de bedoeling en getuigt van

beetje gelijke tred houdt? Mission impossible. Of wat nog erger is. Soms zijn ze zo mooi dat je ervan

zéér weinig respect. Het staat eenieder vrij om

gaat watertanden. Zo mooi, dat je wangen er van gloeien. Dat is dus altijd het moment dat er geen

zaken te organiseren, maar laat dan de keuze

daghandel is.

om wel of niet deel te nemen ook geheel, en

En ja, ik weet het. Je kan niet alles laten afhangen van de waan van de dag. Dus verkoop ik soms al

zonder stigma, vrij. Deelname aan dit project

vroeg wat partijen. Zelfs al voor het stekken. Maar die moeten altijd op een afgesproken dag volgens

kost jaarlijks tussen de 750 en 1.250 euro. Ons

de afgesproken ’specs’ geleverd worden. Zal ik nu vertellen dat die witte dit jaar met dezelfde produc-

bedrijf geeft per jaar vele malen meer uit aan

tiedatum als die van vorig jaar 6 weken eerder goed waren? Ja, 6 dus hè. Daar past een hele school-

wereldwijde vasteplantenpromotie waarvan

meestersvakantie in. En die is lang. Mission impossible 2 dus.

alle vasteplantenkwekers profiteren. Wij vin-

Het is wel een mooi spel hoor. Een uitdaging. Elk jaar ga ik er weer van uit dat mijn aanpassingen naar

den dat geen enkel probleem, maar hebben

aanleiding van het vorig jaar succesvol worden. Elk jaar denk ik dat mijn timing weer beter is geworden.

wel zonder schroom besloten om niet deel te

En daar draait het natuurlijk om. Timing is alles. Het juiste plantje op de juiste tijd op de juiste plek voor

nemen aan collectieve promotie.

de juiste prijs. Klinkt heel makkelijk.

Directie Ditoplant export bv

stelling

Zelf afzet regelen is een vak apart Harry Schrama,

Willem Torn Broers, Torn

Rob Fokkens, Fokkens

Vruchtbomenkwekerij Mts

Broers Boomkwekerijen,

Coniferen BV, Wijster:

Schrama, Biddinghuizen:

IJzendoorn:

„Daar ben ik het 102% mee

„Afzet regelen is sowieso een

„Afzet regelen is een vak

eens, voor verkopen zijn niet

vak apart, bij een vragende

apart, zeker tegenwoordig

zo veel mensen in de wieg

markt gaat het vaak van-

met zoveel concurrentie. Je

gelegd, denk ik. Als verko-

zelf, mensen zoeken je dan.

moet alles uit de kast halen om je bomen te

pende partij moet je het ook helemaal niet

De kunst is naderhand om een goed contact

kunnen verkopen. Snelle levering en goede

relevant vinden wát je verkoopt, als er maar

op te bouwen en daar energie in te steken.

kwaliteit is vanzelfsprekend, je daarmee

handel in zit. Het zit in het bloed of het zit

Bij het markt bewerken van begin af aan, zul

onderscheiden is moeilijk. Schaalvergroting is

niet in het bloed. Mijn vrouw zegt altijd: ’Rob

je jezelf moeten bevragen of dat wel je vak

steeds meer een trend. Op dit moment vraag

zit in de planten omdat daar handel in zit’. Ik

is. Ben je niet liever kweker? Het kost in het

je je af of je daarmee op de goede weg zit. We

verkoop zelf, maar heb ook een verkoper in

begin ook erg veel tijd, dus schakel je iemand

hebben allemaal een overschot aan bomen.

dienst die verkoopt aan de mensen aan wie

in of niet? Je bouwt wel je eigen afzetmarkt

Om ze kwijt te raken, dumpen we ze voor prij-

ik niet kan verkopen. Hij heeft een andere

op wat via de handel niet direct zal gebeuren

zen waar de hele sector niet vrolijk van wordt.

benadering en een andere uitstraling en kan

en dan het gevolg geven aan wat de klant wil.

Met duurzaamheid en milieubewustzijn zou

daarom andere mensen bedienen. De klant is

Soms moet je daar zaken voor aanpassen en

je je kunnen onderscheiden, zeker bij recht-

altijd een afspiegeling van jezelf, anders is hij

hoever ga je dan? Dat evenwicht vinden is op

streekse afzet aan de institutionele markt. Ook

geen blijvende klant.”

zich al een kunst. Houd je aan de regels als je

naar de particulieren toe is het toch belangrijk

iets afspreekt en kom het na. Er is een lange

om te laten zien dat we niet milieubelastend

adem nodig.”

bezig zijn, maar er juist ook alles aan doen om een eerlijk product op de markt te zetten.”

De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

5


Foto’s: Arno Engels

Tuinplantenbeurs biedt kwekers alternatief Central Point Brabant organiseert van 19 tot en met 21 maart, voor de eerste keer de Tuinplantenbeurs. Het samenwerkingsverband doet dit om een alternatief te bieden aan boomkwekers die niet op de FloraHolland Seasonal Trade Fair mogen staan.

Vanaf dit jaar mogen op de FloraHolland Seasonal Trade Fair alleen nog kwekers staan die lid of aspirant-lid zijn van de veiling. Dat is een gevolg van het nieuwe beleid van de veiling waarbij leden voorrang krijgen boven niet-leden. Voor boomkwekers die contactzender zijn, is op de beurs van

FloraHolland dit jaar dan ook geen plaats meer. Voor Central Point Brabant was dit een reden om - in eerste instantie voor zijn leden, maar ook voor andere geïnteresseerde kwekers - een alternatieve beurs in de buurt van de voorjaarseditie van de Trade Fair in Naaldwijk op te zetten.

Beurs in De Lier

Dit jaar mogen op de FloraHolland Seasonal Trade Fair alleen nog kwekers staan die lid of aspirant-lid zijn van de veiling.

De Tuinplantenbeurs wordt gehouden in De Lier, op een paar kilometer afstand van de Trade Fair. Een pendeldienst zorgt voor het vervoer van bezoekers tussen de beide beurzen. Op de Tuinplantenbeurs komen kwekersstands en daarnaast zal organisator Central Point Brabant met een monsterbeurs aanwezig zijn. Jeroen Erven van Central Point Brabant zegt dat zich tot nu toe (28 februari, red.) dertig boomkwekers hebben ingeschreven terwijl een zelfde aantal ook deelneemt aan de monsterbeurs. „De termijn waarbinnen we de beurs organiseren is wat kort, maar bij kwekers is duidelijk behoefte aan

kort MBO keert terug in Boskoop

Geen behoefte aan smartphone

Namen overtreders openbaar

Greenport Boskoop, het Wellant College en AB Bedrijfsverzorging bekijken de mogelijkheid om een opleiding boomteelt op MBO-niveau in Boskoop te starten. Het is de bedoeling dat de leerlingen één dag in de week naar school gaan en vier dagen op bedrijven in de praktijk leren. De opleiding moet augustus 2014 starten. Leerbedrijven worden nu gezocht.

Ongeveer de helft van alle boomkwekers heeft geen smartphone of tablet en is ook niet van plan er een aan te schaffen. Dat meldt marketingbureau AgriDirect. 40% van alle boomkwekers heeft wel een slimme telefoon en 29% een tablet. Boomkwekers lopen achter bij andere boeren en tuinders als het gaat om het aanschaffen van moderne electronica. Marketingbureau Prosu meldt bijvoorbeeld dat de helft van alle glastuinders inmiddels een tablet gebruikt.

Minister Asscher van Sociale Zaken werkt aan een wetsvoorstel die het mogelijk maakt de naam van bedrijven die illegalen inzetten openbaar bekend te maken. Het is een van de maatregelen die de minister wil nemen bij de aanpak van schijnconstructies. De wet wordt waarschijnlijk nog dit jaar naar de Tweede Kamer gestuurd.

Risico voor omgeving onderzocht Het kabinet volgt het advies van de Gezondheidsraad en start een onderzoek naar de risico’s voor de leefomgeving bij het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. Het RIVM zal het onderzoek in 2015 en 2016 gaan uitvoeren. Het kabinet erkent dat er alleen teeltvrije zones zijn ingesteld met het oog op watergangen. Het kabinet vindt het wenselijk dat zulke zones ook ingesteld gaan worden voor woningen en scholen.

6

De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

DNB-leden naar Groenkeur Tijdens een bijeenkomst van Duurzame Boomkwekers Nederland hebben de aanwezige leden de intentie uitgesproken direct of zodra het mogelijk is te gaan overstappen van Milieukeur naar Groenkeur. Groenkeur heeft een beoordelingsrichtlijn voor boomkwekers gemaakt. Die is te raadplegen op de website www.groenkeur.nl.

Schoeiingsplank telt mee De schoeiingsplank wordt meegerekend bij de afstand die moet worden aangehouden bij de teeltvrije zone in de Boskoopse boomkwekerij. De afstand die moet worden aangehouden, is afhankelijk van de situatie, bijvoorbeeld welk type driftarme spuitdop wordt gebruikt. Voor de teeltvrije zone gold voor vollegrondsbedrijven nog een overgangstermijn in het gebied van Rijnland. Op 1 januari 2015 komt daar een einde aan en moeten alle bedrijven de teeltvrije zone aanhouden.


Nieuws

voor Trade Fair deze beurs. Ik heb er nog geen zicht op welk aantal kwekers we uiteindelijk zullen halen”, zegt Erven, die merkt dat ook handelaren behoefte hebben aan deze nieuwe beurs.

Volledig sortiment op Trade Fair Henk Weijs, teamleider Accountmanagement van FloraHolland zegt dat het aanbod van boomkwekers op de FloraHolland Seasonal Trade Fair niet veel verschilt ten opzichte van het aanbod van vorig jaar. Volgens hem staan er wel een paar kwekers minder, maar zal er toch een volledig sortiment boomkwekerijproducten te zien zijn. Veel kwekers die vorig jaar contractzender waren, staan volgens hem nu als aspirant-lid op de beurs. Het aantal deelnemende boomkwekers ligt volgens hem rond de tachtig en daarnaast zijn er ook nog zo’n twintig bedrijven die op de grens van boomkwekerij en bloemisterij zitten. „Desalnietemin vinden we het jammer dat door het onstaan van de beurs in De Lier het beursaanbod versnipperd wordt gepresenteerd. De kracht van een beurs zit hem in de concentratie van aanbod”, aldus Weijs. „De totstandkoming van de Tuinplantenbeurs is een gevolg van de discussie over het boomkwekerijbeleid van FloraHolland.

De boomkwekers hebben aangegeven dat ze constructief met de veiling in gesprek willen en daarom vindt er binnenkort een gesprek plaats.” Leenders Plants uit het Limburgse Helden is een van de kwekers die aan de Tuinplantenbeurs deelneemt. Paula Leenders is blij met de mogelijkheid die Central Point Brabant haar bedrijf biedt. Ze legt uit dat van Leenders Plants ongeveer de helft van de productie bestaat uit coniferenplantgoed in P10,5 voor de Oost-Europese markt. Omdat dat plantgoed veelal naar klanten gaat zonder veilingnummer, zit een lidmaatschap van de veiling er niet in.

Geweldig initiatief Maar voor Leenders’ leverbare planten is de veiling wel interessant. „FloraHolland heeft ons de mogelijkheid ontnomen om op de Trade Fair te staan. Ik vind het initiatief van Central Point Brabant dan ook geweldig. De Tuinplantenbeurs biedt ons de mogelijkheid om ons product toch onder de aandacht van klanten te brengen. Ik denk dat kwekers dan ook in de rij staan om aan deze beurs deel te nemen.” Ook van handelaren hoort Leenders positieve geluiden over de nieuwe beurs. „Zij zien dat wij als kwekers door de veiling

in de hoek worden gedreven. Zij vinden het mooi dat zij op hun beurt hun klanten een breed sortiment tuinplanten kunnen laten zien. Omdat kopers enthousiast zijn over de Tuinplantenbeurs, verwacht ik er dan ook veel van”. Simon de Boer is inkoper bij OZ Planten in Aalsmeer. Hij vindt de Tuinplantenbeurs een goed initiatief. „Wij doen veel zaken met Central Point Brabant en op de Tuinplantenbeurs zullen veel kwekers staan waar wij zaken mee doen. Het is goed dat kwekers die niet op de Trade Fair mogen staan op een andere locatie terecht kunnen.” Maar De Boer zag de kwekers liever allemaal op de Trade Fair. „Ik snap het beleid van de veiling ook wel waarbij ze leden voorrang willen geven, maar voor de traditionele boomkwekerij betekent dit een gemiste kans.” <

De Tuinplantenbeurs wordt gehouden aan de Jogchem van der Houtweg 84a, 2678 AG, De Lier. Openingstijden: 19 en 20 maart van 9.00 tot 17.00 uur, 21 maart van 9.00 tot 14.00 uur. Inschrijven voor de beurs kan nog tot ongeveer een week voor aanvang. Informatie: Jeroen Erven, Central Point Brabant, telefoon (06) 1083 8281, e-mail jeroen@centralpointbrabant.nl.

Coördinatie beleid kleine teelten

Frans goud voor ’Start'in box’

De Europese Commissie wil graag dat de lidstaten met elkaar gaan overleggen over het verkrijgen van toelatingen van middelen voor kleine teelten. De commissie steekt daarom €350.000 per jaar in het opzetten van een Europees coördinerend orgaan. De commissie doet dit omdat het groot belang hecht aan de kleine teelten die staan voor 22% van de agrarische productiewaarde in de EU.

Het vasteplantenconcept ’Start’in box’ van het Franse bedrijf Jeanne de Laval won tijdens de Franse beurs Salon du Végètal goud in de categorie Commerciële innovaties. Oude moederplanten van Agapanthus en Paeonia krijgen een tweede leven in een composteerbaar houten bakje. Goud was er ook voor Eucalyptus gunnii ’Rengun’ (France Blue) van Pepinière Renault.

Werklozen naar baan leiden

Duitse Plantregio lonkt naar Nederlandse kwekers

Boot & Co laat Diamant-groep Groen Xtra 200.000 potten opkweken en circa 900.000 stek oppotten. Diamant-groep biedt passend werk en ontwikkeling aan zo’n 3.000 mensen die moeilijk werk vinden op de arbeidsmarkt. Boot & Co ziet de samenwerking als een manier om invulling te geven aan maatschappelijk verantwoord ondernemen door mensen naar een reguliere baan te leiden.

Het samenwerkingsverband Plantregio Rhein-Maas nodigt Nederlandse kwekers uit om lid te worden van haar organisatie. De Nederlandse organisatie The Green Connection en haar Duitse evenknie hebben beide als doel de Euregio als boomkwekerijgebied op de kaart te zetten. Beide organisaties hebben herhaaldelijk aangegeven samen te willen werken.

Correctie In Teeltadvies in De Boomkwekerij 4 op pagina 19 werden Flint, Ortiva en Kenbyo EBR's genoemd. Dit zijn echter strobilurines. Folicur en Signum zijn wel EBR’s.

Weinig kassen gebouwd Vorig jaar zijn voor 48 ha vergunningen voor nieuwe kassen afgegeven, meldt het CBS. Nog niet eerder is dat zo weinig geweest. De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

7




Tekst: Wim du Mortier

Organisaties moeten zich aanpassen De belangenbehartiging voor de boomkwekerij moet de bakens verzetten. Noodgedwongen, want met minder leden is er ook minder budget om het werk te doen. De LTO Vakgroep Bomen en Vaste planten heeft nu een voorstel gemaakt hoe dit is op te lossen. De teneur is: meer met minder.

De ZLTO en LTO Noord zijn stevig aan het bezuinigen. Bij beide organisaties wordt het aantal medewerkers met zo’n derde verminderd. De aanleiding is het krimpend aantal leden. Dat houdt direct verband met het feit dat het aantal boeren en tuinders al sinds jaren met gemiddeld 3% per jaar afneemt. De gewesten stonden voor een keuze: of de contributie verhogen of eerst de organisatie zo doelmatig mogelijk inrichten. Voor dat laatste is gekozen. In de boomkwekerij is het niet anders. Voorman Peter Bontekoe maakte onlangs bekend dat nog minder dan 1.000 boomkwekers lid zijn

Mening

Voorstel nog in beraad Voorzitter van de Cultuurgroep voor Vaste Planten Aad Vollebregt kan inhoudelijk nog niet reageren op het voorstel van de Vakgroep Bomen en Vaste planten. Het voorstel is nog in beraad, de procedure om een plan vast te stellen is nog gaande. Wel zegt hij dat de bezuinigingen bij de LTO gewesten consequenties kunnen hebben voor alle geledingen. „Ik hoop dat dit leidt tot de samenvoeging van de ZLTO, LLTB en LTO Noord want dan kan er bezuinigd worden op directies

van LTO. Met een dalend ledenaantal neemt ook het budget af dat beschikbaar is om het belangenbehartigende werk te doen. Boomkwekers zeggen hun lidmaatschap op omdat ze stoppen met het bedrijf of in sommige gevallen omdat ze het niet meer kunnen betalen, vertelt Bontekoe. „We hebben minder leden, dus we zullen wat moeten doen.”

Specialisten Bij de reorganisatie van LTO is de keuze gemaakt minder mankracht in te zetten op secretarieel werk: het maken van verslagen, organiseren van bijeenkomsten, enzovoorts. Bontekoe: „Daar staat tegenover dat we binnen LTO een netwerk aan specialisten tot onze beschikking hebben. Bij elkaar zo’n tien tot twaalf man. Dat zijn mensen die veel kennis hebben op een bepaald terrein. Dus per saldo verandert er niet zo veel.” Die specialisten hebben kennis van zaken en de contacten die nodig zijn om het beleid te beïnvloeden. Zij werken voor alle sectoren. De belangen tussen sectoren lopen niet altijd parallel. Welk belang verdedigen zij dan in de buitenwereld? Volgens Bontekoe betekent dit dat de boomkwekerijbestuurders er voor moeten zorgen dat die specialisten goed op de hoogte zijn en aan het werk gaan voor de boomkwekerij.

en voorzitters.” Voor zijn cultuurgroep zegt Vollebregt dat hij hoopt de organisatie op niveau te kunnen houden. Ook Bart Faassen van de Cultuurgroep Bos & Haagplantsoen doet nu nog geen uitspraken over het voorstel en wacht de verdere besprekingen af.

10

De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

Aan de lat „De veranderingen betekenen dat we zelf meer moeten gaan doen”, vat Bontekoe samen. „Dat geldt ook voor de cultuurgroepen en de kringen. De

tijd is voorbij dat er veel ondersteuning beschikbaar was. We staan nu zelf aan de lat. Je zult zien dat we ook dan succesvol kunnen zijn.” De vakgroep wil het budget voor de cultuurgroepen op een andere manier verdelen. Het voorstel is om de helft daarvan in een centrale pot te stoppen om daarmee ledenactiviteiten te organiseren zoals de Vaste Plantendag of bijeenkomsten voor boomkwekers. Daarnaast blijven de cultuurgroepen geld krijgen om kosten te betalen en bestuurders te vergoeden. Daarbij wordt het solidariteitsprincipe gebruikt: kleine en grote cultuurgroepen krijgen evenveel geld. Het is wel zo dat straks misschien meer cultuurgroepen dat budget onderling moeten verdelen. Want de cultuurgroep voor siergewassen wordt wellicht opgesplitst en zomerbloementelers gaan mogelijk een nieuwe cultuurgroep vormen. De voorzitter vindt dat de cultuurgroepen de spin in het boomkwekerijweb moeten zijn. Hij stelt vast dat de afgelopen jaren organisaties te veel als eilanden hebben geopereerd. Om dat te voorkomen is een nieuw overleg opgestart. Daarbij komen de bestuurders van de LTO vakgroep, LTO specialisten, de cultuurgroepen en kringen een aantal keer per jaar bijeen. „En daar wordt de agenda voor de vakgroep bepaald”, legt de voorzitter uit. Regio’s en teelten krijgen dus invloed op waar de LTOvakgroep zich in de belangenbehartiging op richt. Het voorstel wordt nog met de cultuurgroepen besproken. Bontekoe verwacht dat de meeste cultuurgroepen er in mee zullen gaan. „Het is een redelijk voorstel”, zegt hij.

Collectieven De Vakgroep Bomen en Vaste planten wil de belangenbehartiging verder moderniseren door goed zichtbaar te maken wat het voordeel is voor de leden. Nieuw is dat de vakgroep binnen LTO Nederland pleit om collec-


Belangenbehartiging

Bron Agrimatie nl

aan kleiner ledenaantal

Het aantal boeren en tuinders neemt gestaag af. Ook het aantal leden van LTO Nederland.

tief lidmaatschap mogelijk te maken. Een voorstel is in de maak voor kring Opheusden; die zou één bedrag aan LTO gaan betalen. „Waarbij een minimale bijdrage per lid moet worden betaald. Opheusden zelf kan dan een verdeling toepassen naar rato van de grootte van het bedrijf, wat gebruikelijk is in de kringbijdrage”, legt Bontekoe uit. Maar binnen LTO is deze strijd nog niet gestreden. De organisatie kent alleen individueel lidmaatschap. „Maar ik vind dat het wel moet, want inspelen op collectieven past in deze tijd”, zegt Bontekoe. Hij wijst op het initiatief van vasteplantenkwekers om promotie op te pakken en het ontstaan van regionale studie- of ondernemersclubs. De vakgroep wil die nieuwe verbanden belangenbehartigend bijstaan.

1.500 leden Bontekoe hoopt dat deze aanpak, zoals hij het zegt, ’een aanzuigende kracht gaat opleveren’ en kwekers weer lid zullen willen worden van LTO. „We gaan voor 1.500 leden. Maar laten we eerst maar weer eens terug naar de duizend gaan. Als we er niet in slagen leden te winnen, dan raakt de organisatie verder verzwakt en gaat het licht langzaam uit voor de boomkwekerij.” „Het is een cultuuromslag. We moeten niet meer denken in oude patronen. Maar er zijn zoveel ondernemers met veel enthousiasme, dat ik er heilig in geloof dat we onze positie kunnen behouden, maar op een andere manier dan we gewend waren. Want met enthousiasme kom je verder dan met geld.” < De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

11


Tekst en Foto: Ron Barendse

Treeport gaat verder als coöperatie De leden van Treeport hebben tijdens de Algemene Ledenvergadering op 13 februari gekozen voor de omvorming van Treeport van een vereniging naar een coöperatie. Onder de leden is hiervoor voldoende draagvlak, maar meer leden zullen hun mouwen binnen de coöperatie moeten opstropen om de ambities van de nieuwe organisatie te kunnen waarmaken. Zo’n 100 bezoekers waren afgekomen op de Algemene Ledenvergadering van Treeport in het Cultuur Centrum van Zundert. Het belangrijkste agendapunt was de stemming over de omvorming van Treeport van een vereniging naar een coöperatie. In aanloop naar deze vergadering had het bestuur zijn huiswerk al gedaan en de leden middels diverse keukentafelgesprekken en Treeportcafé’s bijgepraat over de gewenste organisatiewijziging. De stemming leverde dan ook de door het bestuur

verwachte meerderheid op. Ook werd gekozen voor een nieuwe naam: Treeport Zundert eo. Daarmee is de naam van Zundert weer terug in de naam van de organisatie. Onder de leden lijkt er voldoende draagvlak voor de coöperatie, maar bestuurslid Marc Lodders deed ook een nadrukkelijke oproep aan de leden om zich aan te melden voor de diverse functies die nodig zijn om de nieuwe coöperatie handen en voeten te geven. En dat is nodig ook.

Ledenraad formeren Van de huidige zes bestuursleden hebben er vier aangegeven uiterlijk 1 oktober te zullen stoppen. Ook is de coöperatie nog op zoek naar een voorzitter en daarnaast moet er nog een ledenraad worden geformeerd. Deze raad gaat waarschijnlijk bestaan uit zes of zeven leden, maar hiervoor hebben zich een week na de ledenvergadering nog geen kandidaten gemeld. Daarnaast is ook het aantal medewerkers van Treeport

teruggebracht van acht naar vier. Voor het huidige bestuur betekent het inrichten van de nieuwe coöperatie dan ook nog een flinke klus in aanloop naar 1 oktober. Volgens programmamanager Gerard de Baaij komt het wel goed. „Ik maak me geen zorgen over de invulling van de functies. We hebben nog even de tijd en bovendien hebben we een aantal mensen op het oog.” De reden dat mensen niet in de rij staan om een functie te vervullen komt volgens De Baaij met name door tijdsdruk. „De meeste leden hebben een eigen bedrijf en vinden het moeilijk om voor bestuursfuncties tijd vrij te maken.” Op een vraag uit het publiek hoeveel tijd er ongeveer in een ledenraadfunctie gaat zitten antwoordde Lodders dat je dan toch wel rekening moet houden met 15 uur per week. „Ik wil het niet mooier voorspiegelen dan het is”, zei hij na afloop van de vergadering. „Het zijn serieuze functies die behoorlijk wat leeswerk met zich meebrengen.”

Louis van den Broek (rechts) schrijft zich onder toeziend oog van bestuurslid Marc Lodders als eerste in voor de nieuwe coöperatie Treeport Zundert eo.

12

De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)


Samenwerking (Advertentie)

Lodders benadrukt wel dat het budget van het majeur project Treeport in totaal €6 miljoen bedraagt, terwijl de nieuwe begroting van de coöperatie zo'n €200.000,- zal zijn. „We gaan werken met een kleiner programma en daardoor verwacht ik dat de werkdruk wat minder wordt. Die 15 uur per week kan op termijn waarschijnlijk ook wel naar 15 uur per maand.” Om de totstandkoming van de coöperatie te vieren tekenden Marc Lodders namens Treeport en Stef Mol namens Rabobank De Zuidelijke Baronie een sponsorcontract. Daarnaast schreef Louis van den Broek, oud-voorzitter van Treeport, zich als eerste in als lid van de nieuwe coöperatie. De Baaij zei te verwachten dat zo'n 180 van de huidige 200 leden zullen volgen.

60% tijdbesparing op orderinvoer én foutloos uitleveren? Kies ook voor het gemak van Match-Online bedrijfssoftware!

Nieuwe projecten De redenen dat Treeport is omgezet van een vereniging in een cooperatie zijn volgens De Baaij vooral fiscaal en juridisch van aard. De nieuwe coöperatie biedt volgens hem betere mogelijkheden om bestaande projecten voort te zetten. Maar daarnaast is het de bedoeling dat, al naar gelang de behoefte van de leden, ook nieuwe projecten worden gestart. Voor deze projecten zal de coöperatie voor de financiering ervan bij de leden aankloppen. Vervolgens zullen werkgroepen worden geformeerd die de projecten gaan uitvoeren. De Baaij: „De werkgroepen bestaan uit leden en worden ondersteund door medewerkers van Treeport. Daarnaast wordt per project bekeken of er externe medewerkers moeten worden aangetrokken”. Op potentiële nieuwe projecten wil De Baaij nog niet vooruit lopen. „Nieuwe initiatieven gaan we eerst met de leden bespreken. Maar met bestaande projecten als NL Greenlabel, Treerun en Business Center Treeport gaan we zeker door. Landelijke of Europese belangenbehartiging heeft geen prioriteit, maar wellicht dat we op projectniveau aan belangenbehartiging zullen doen.” <

Match-Online voor kwekers is stap-voor-stap in gebruik te nemen. Dus geen investering ineens, maar wel de voordelen van een geïntegreerde totaaloplossing. Bel 0297 28 88 73 en vraag Eric van ’t Boveneind naar overtuigende argumenten en referenties.

www.match-online.nl M atc h - O n l i n e i s d e e n i g e g e ï n t e g r e e r d e tOta a lO p lO s s i n g vOOr sneller werKen, betere Marges en Meer inzicht

De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

13


Tekst en foto: Sandra Sanders

Groningse boomkweker start logisti Je zit in noordoost-Groningen, volgens sommige klanten ‘het einde van de wereld’, en groeit uit je jasje. Wat doe je dan? Boomkwekerij ’t Mannetje bundelde de krachten met andere boomkwekers uit de regio en zette op eigen terrein een logistiek centrum op. Dat moet meer handel naar de regio trekken, maar dat is niet het enige. Er zijn meer voordelen.

Eind 2012 werd de vergunning aangevraagd, een jaar later staat bij Boomkwekerij ’t Mannetje in Bellingwolde een verwerkingshal van 25 bij 50 m. Naast de nieuwe hal is een groot geasfalteerd plein aangelegd, zodat vrachtwagens de ruimte hebben om te laden, lossen en te keren. Eigenaar Arjan ’t Mannetje liet de hal in eigen beheer neerzetten. De totale kosten bedroegen zo’n €900.000. Aan subsidiegelden kan hij €100.000 tegemoet zien (zie kader). Boomkwekerij ’t Mannetje teelt op 100 ha Buxus, Prunus laurocerasus en daarnaast Taxus en andere coniferen. Onder 2 ha glas staat voornamelijk Prunus laurocerasus. ’t Mannetje heeft daarnaast een akkerbouwbedrijf van 400 ha. De boomkwekerijactiviteiten zijn in zes jaar tijd gegroeid van 8 naar 80 ha. „Die snelle groei veroorzaakte een enorm ruimtegebrek”, vertelt ’t Mannetje. „De locatie was

te klein voor de afhandeling van de orders.” Daar kwam nog iets bij. Bellingwolde ligt in noordoost-Groningen. „Klanten hebben het gevoel dat wij aan het andere eind van de wereld zitten. Dat merken wij niet alleen, ook collega’s in de buurt.” Door een logistiek centrum en opslag voor Noord-Nederland op te richten, maakt ’t Mannetje het voor bestaande en nieuwe klanten interessanter om naar Groningen af te reizen. „We willen de regio op de kaart zetten en hier meer handel naartoe halen.”

Samen doen Behalve meer handel aantrekken, willen ’t Mannetje en collega-kwekers uit de buurt ook de eigen transporten combineren. „Als we allemaal een klant in het zuiden hebben, kunnen we eenmaal rijden. Iedereen zegt

Achtergrond

Hoe kwam de subsidie tot stand? Manja Loeffen (Manjadvies) onderzocht de subsidiemogelijkheden. Zij richtte zich tot het Plattelandshuis Oost-Groningen. Daar kunnen inwoners, ondernemers en organisaties in die regio terecht voor de Europese subsidie LEADER (Liaison Entre Actions de Développement de l’Economie Rurale). LEADER ondersteunt initiatieven die de leefbaarheid en de economie op het platteland versterken en verder ontwikkelen. Via het Plattelandshuis kwam Loeffen ook uit bij de subsidieregeling ‘Innovatieve Kwaliteitssprongen in de landbouw’ van de provincie Groningen. Beide subsidieaanvragen zijn gehonoreerd, waarmee in totaal €100.000 is gemoeid. Loeffen brengt subsidie en project met elkaar in overeenstemming, stelt de aanvraag op en dient deze namens de klant in. De hoogte van een subsidie kan een maximum bedrag zijn, een percentage van de kosten of een combinatie. Loeffen houdt bij de aanvraag ook rekening met wat de subsidiegever belangrijk vindt. Een aantal telers uit de omgeving tekende een ondersteuningsverklaring. „Dat valt goed bij de subsidiegevers. Voor de subsidie ‘Kwaliteitssprongen’ is draagvlak in de keten zelfs een harde vereiste.” Draagvlak vond ’t Mannetje ook bij een vervoerder, Gemeente Vlagtwedde, LTO Kring Noord, FloraHolland en een klant.

14

De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

wel ’we moeten het samen doen’, maar iedereen regelt het voor zich.” Het logistiek centrum met de nieuwe verwerkings- en verzendhal biedt ’t Mannetje in meerdere opzichten perspectief op verdere groei van het bedrijf. Ten eerste wil de boomkweker samen met collega-kwekers uit de regio met een gezamenlijk boomkwekerijaanbod komen. Collegakwekers kunnen hun producten bij ’t Mannetje afleveren, zodat klanten op één plek ook de producten van de collega-kwekers uit de buurt kunnen laden. ’t Mannetje kan die producten voor hen ook op een kar zetten, al dan niet samen met zijn producten of die van andere telers. Sommige klanten willen een combinatie van producten. Door producten met elkaar te combineren, kunnen mixkarren worden samengesteld. „Een bouwmarkt wil bijvoorbeeld een haagplantsoenpak-


Logistiek

ek centrum aantal losse krachten is ’oneindig’. De flexibiliteit die dit biedt is groot. „We kunnen schuiven in het werk.” Dat maakt de weg vrij voor nog een nieuwe activiteit. „Andere kwekers brengen hier bijvoorbeeld een halffabricaat en wij maken het klaar.” Als voorbeeld noemt hij vormsnoei. „Dat is een extra mogelijkheid die de nieuwe hal biedt.”

Verbinding met Duitsland

Arjan 't Mannetje investeerde €900.000 in een nieuwe loods. Het bedienen van echt grote klanten moet van hieruit makkelijker worden.

ket. Wij hebben Buxus-bollen en een ander heeft Buxus-kegels. Winkels hebben soms liever niet te veel van één product. In principe wordt het hier zo klaargemaakt dat het direct de winkel in kan worden gereden. We hebben nu de stap gemaakt dat we veel meer producten winkelklaar kunnen maken en daardoor kunnen we veel meer klanten bedienen.” ’t Mannetje levert aan de grootgroenmarkt, bouwmarkten en grote supermarkten: in kisten, op karren, ’alles wat gevraagd wordt’. Zo’n vijf kwekers uit de regio doen al mee, maar er is ruimte voor meer producten, geeft ’t Mannetje aan.

Grote uniforme partijen Met het logistiek centrum kunnen ook echt grote klanten veel gemakkelijker worden beleverd. Grote uniforme partijen passen goed bij

’t Mannetje. „Maar zeker als je grote orders met een korte levertijd moet draaien, is het handig dat kwekers samenwerken. Hoe groter de klant, hoe sneller het pakket bij elkaar moet komen. Als een klant driehonderd winkels heeft en voor elk twee karren nodig heeft, dan moeten er zeshonderd karren klaarstaan. Wij kunnen continuïteit garanderen. Dat maakt langjarige contracten met klanten mogelijk. Met het logistiek centrum gaat in feite alles beter, zowel het bedienen van kleine als grote klanten.”

Oneindig veel losse krachten De logistiek en de organisatie zijn op de mogelijkheden van het nieuwe centrum aangepast. Ook de arbeidsbehoefte is gedekt. ’t Mannetje kan putten uit „een grote pool met werkers”. Tien zijn er in vaste dienst, het

Bellingwolde ligt vlak bij de A7 tussen Groningen en de Duitse grens, en de Duitse A31. Dat is gunstig voor de Noord-Europese markt, zegt ’t Mannetje, voor wie de Duitse afzetmarkt erg belangrijk is. „Wij hebben al veel Duitse klanten. En 90 km over de grens ligt Oldenburg. Dat is een belangrijk Duits boomkwekerijgebied en voor ons heel dichtbij. Daar zit veel handel omdat er veel boomkwekerijbedrijven geconcentreerd zitten. Er zitten veel sortiments- en handelskwekerijen. Die zoeken aanvulling van het sortiment, want ze kunnen niet alles zelf produceren. Wij kunnen die sneller en gemakkelijker beleveren dan vanuit Boskoop of Brabant.” Samenwerking met een transporteur is er nog niet.

Extra klanten vinden Het logistiek centrum staat op het punt operationeel te worden. ’t Mannetje: „Nu is er de ruimte voor de volgende stap: extra klanten vinden.” Daar gaat hij verschillende middelen voor inzetten. Zo komt er op 15, 16 en 17 januari een openingsbeurs in de nieuwe hal, wordt de site www. tmannetje-boomkwekerij.nl gelanceerd, en huurt hij een dag per week een persoonlijk verkoper (PV) van FloraHolland in voor de promotie en de verkoop. Verder doet ’t Mannetje het zelf, onder meer via persoonlijke benadering van nieuwe klanten. Daarnaast hoopt hij dat mond-tot-mondreclame haar werk zal doen. < De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

15


Ondernemersvragen

Illustratie: Studio Moor

Wat verandert er met het nieuwe ontslagrecht? Ik heb via de media gehoord dat er nieuw ontslagrecht in aantocht is. Wat betekent dit voor mij als werkgever en wanneer wordt het van kracht?

Margot van Herwerden Houthoff Buruma, Amsterdam m.van.herwerden@ houthoff.com

Stuur uw vragen of suggesties naar Postbus 9324, 2300 PH Leiden. U kunt ook bellen of mailen met (071) 565 96 82, boomkwekerij@hortipoint.nl

16

Het wetsvoorstel Werk en zekerheid brengt een groot aantal veranderingen met zich. Een aantal wijzigingen, met name de verminderde mogelijkheid tot flexibele inzet van werknemers, is ongunstig voor werkgevers. Wel gunstig is dat het ontslaan van werknemers goedkoper wordt.

Opeenvolgend De mogelijkheid om 3 opeenvolgende contracten voor bepaalde tijd te sluiten binnen een periode van 3 jaar waarbij de tussenpozen niet langer zijn dan 3 maanden (de zogeheten 3x3 regel) wijzigt. Het plan is dat de tussenpoos waarbinnen contracten als opvolgend worden gezien, wordt verlengd van 3 naar 6 maanden. Hiervan kan niet in de cao worden afgeweken. Ook wordt de maximumtermijn teruggebracht van 3 naar 2 jaar. Hiervan kan onder voorwaarden in de cao worden afgeweken. De regering stelt voor om bij afloop van contracten van 6 maanden of langer een wettelijke ’aanzegtermijn’ van 1 maand op te nemen. De werkgever moet de werknemer dan uiterlijk 1 maand voor het einde van het contract schriftelijk informeren over het al dan niet voortzetten ervan.

De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

Ontslag Ontslagen die verband houden met bedrijfseconomische redenen of met langdurige arbeidsongeschiktheid worden vooraf getoetst door het UWV. Voorgenomen ontslagen vanwege vermeend disfunctioneren, verwijtbaar handelen of nalaten van de werknemer, andere in de persoon van de werknemer gelegen redenen of vanwege een verstoorde arbeidsverhouding, worden voortaan getoetst door de kantonrechter. Een werkgever kan dus niet langer kiezen tussen UWV of de kantonrechter. Na een afwijzing van het UWV kan ontbinding worden verzocht bij de kantonrechter, na een toewijzing van het UWV kan de werknemer herstel van de dienstbetrekking vorderen bij de kantonrechter. Een naar mijn mening gunstige wijziging voor werkgevers is dat in de cao kan worden geregeld dat het mogelijk is af te wijken van het afspiegelingsbeginsel. Dit biedt ruimte om (meer) op kwaliteit te selecteren.

Vergoeding Bij het eindigen van de arbeidsovereenkomst of een contract voor bepaalde tijd is de werkgever een

transitievergoeding verschuldigd, als de arbeidsovereenkomst ten minste twee jaar heeft geduurd. De vergoeding is over de eerste 10 jaar gelijk aan 1/6 van het maandsalaris voor elke periode van 6 maanden dat de arbeidsovereenkomst heeft geduurd en gelijk aan 1/4 van het maandsalaris over elke daaropvolgende periode van 6 maanden. De transitievergoeding wordt gemaximeerd op een bedrag van € 75.000. De transitievergoeding is niet verschuldigd als het ontslag het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werknemer. Voor werknemers die bij ontslag 50 jaar of ouder zijn geldt een overgangsmaatregel. Wel kan de kantonrechter aan de werknemer ook nog een billijke vergoeding toekennen, indien de ontbinding het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werkgever.

Wanneer van kracht? De voorgenomen wijzigingen in het arbeidsrecht ter versterking van de positie van flexwerkers gaan, als het parlement akkoord gaat, 1 juli 2014 in. De hervorming van het ontslagrecht wordt 1 juli 2015 van kracht. <


Prijswinnaar

Tekst: Ron Barendse Foto: Gerdien de Nooy

Plants of the World wint STIP 2014 Bremmer Boomkwekerijen bv uit Waddinxveen heeft de STudieclub Innovatie Prijs 2014 gewonnen met het concept Plants of the World. „Ik vind het belangrijk om aan storytelling te doen”, zegt eigenaar Paul Bremmer. Gefeliciteerd met je prijs. Waarom heb je gewonnen?

„Rondom veel planten zijn verhalen te vertellen en deze verhalen geven meerwaarde aan het product. Sinds een tijdje ben ik met deze vorm van storytelling rondom planten bezig en de jury vond dat ik dat op een leuke manier doe. Volgens hen zijn het verhalen die consumenten graag horen en waardoor ze tot aankoop worden verleid.” Wat is het concept Plants of the World?

„Bij Plants of the World gaat het om relatief bekende planten uit ons sortiment die - door er een verhaal bij te vertellen - toch in staat zijn om consumenten te triggeren. Bij de inzending voor de STIP hebben we het verhaal rondom Juniperus communis, ofwel jeneverbes, verteld. De bessen zijn geschikt om gerechten op smaak te brengen en deze eigenschap hebben we gebruikt om een presentje te maken bij deze plant. In een waterdicht zakje zitten enkele bessen en een boekje over het gebruik van jeneverbessen. Dit wordt aan een Plants of the World-etiket gehangen.” Over welke planten vertel je nog

Waarom ben je deze verhalen gaan vertellen?

„Ik wil op deze manier meer planten verkopen en daarnaast de naamsbekendheid van mijn bedrijf vergroten. Maar ik ben ook liefhebber en vind het leuk te weten welke verhalen er achter de planten zitten en om deze door te vertellen.” Wie wil je ermee bereiken?

„Ik richt me met het concept op consumenten maar of ik ze ermee bereik, is moeilijk te zeggen. Ik kreeg bijvoorbeeld tijdens IPM vooral van vrouwen veel positieve reacties op het concept.”

meer een verhaal?

„Behalve de jeneverbes zijn dat er nog drie. De Araucaria araucana heet in het Engels ’Monkey puzzle’ en leveren we met een klein puzzeltje. Van Ginko biloba benadrukken we de geneeskrachtige werking en van Taxus baccata vertellen we over de uitgebreide mogelijkheden van vormsnoei en de medicinale werking van de plant.”

Hoe bereik je de consument?

„Dat is nog wel een belangrijk punt van aandacht en is voor mij een beetje onontgonnen gebied. Zo moet onze website bijvoorbeeld beter vindbaar zijn via Google. Ook oriënteer ik me of ik meer kan doen met sociale media en of ik misschien moet adverteren in vrouwenbladen. Ik volg de cursus Conceptontwikke-

ling van Kennis en Innovatie Impuls Regio Boskoop en in die cursus werk ik het concept de komende tijd verder uit.”

Paul Bremmer showt de STudieclub Innovatie Prijs 2014. Hij won deze onder andere voor het verhaal achter de Juniperus communis.

Welke hulp krijg je nog meer?

„Ik bedenk de ideeën vooral zelf en het bedrijf Designstar maakt vervolgens het promotiemateriaal. Wat ik in de afgelopen periode heb geleerd is dat je met een concept niet zo snel klaar bent. Ik ben leuk op weg, maar je moet blijven schaven.” Is je verkoop door het concept al gestegen?

„Dat gaat moeizaam. De meerprijs per plant is ongeveer €0,35 en op consumentenniveau is dat al snel €1. Het is niet makkelijk om handelaren van de meerwaarde te overtuigen.” Waarom deed je niet mee met de Colour your Life Award IPM 2014?

„Ik had me aangemeld, maar er is iets misgegaan. Ik heb van de organisatie excuses gekregen, maar spijtig blijft het.” < De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

17


Tekst: Ketura Haveman Foto: Treeport

Werken aan schoon water loont Nergens in Europa is het oppervlaktewater zo sterk vervuild als in Nederland, zo blijkt uit Europees onderzoek. Ook in boomkwekerijconcentratiegebieden laat de waterkwaliteit te wensen over. Reden voor waterschappen om samen met kwekers te zoeken naar oplossingen en dat blijft niet zonder resultaat. Afgelopen jaren werd in zowel Zundert als Boskoop door de boomkwekerij actief gewerkt aan het verbeteren van de waterkwaliteit. In Zundert gebeurde dat in het project Schoon Water in de Boomteelt, in Boskoop in het project Slootgerichte aanpak. In december werden beide projecten afgesloten en de eerste geluiden over het behaalde resultaat zijn positief. Aafke Krol van Hoogheemraadschap Rijnland: „Het eindrapport ligt er nog niet, dus cijfers kan ik nog niet noemen maar dat het resultaat heeft gehad, dat is zeker.” Het belangrijkste resultaat is volgens Krol vooral de inzet en betrokkenheid van de kwekers geweest. „Ik vond het uniek dat je met elf kwekers uit één straat een dergelijk project kan draaien. Er is veel ervaring uitgewisseld en tijdens de bijeenkomsten is heel open gesproken over knelpunten en problemen waar ze tegenaan liepen.”

In Zundert heeft het Waterschap Brabantse Delta inmiddels wel cijfers van de resultaten en die zijn positief. In 2006 en 2011 heeft het waterschap grootschalige metingen gedaan, waarbij talrijke overschrijdingen van de waterkwaliteitsnorm werden aangetroffen. Probleemstoffen bleken Linuron, pirimor, Simazine en Admire. Bij de laatste meting bleek alleen de fungicide azoxystrobin nog een probleem.

Diverse stappen In Zundert bestond het project uit elf deelprojecten die heel divers waren qua opzet. Er zijn infiltratiegreppels aangelegd, grasranden ingezaaid en middelenkasten opgeschoond om emissie van middelen te voorkomen. In de deelprojecten zijn ook enkele concrete problemen aangepakt, zoals de bestrijding van de beukentopgalmug en de onkruidbestrijding.

Achtergrond

Kaderrichtlijn Water niet haalbaar in 2027 In Brussel hebben de lidstaten afgesproken dat alle lidstaten in 2027 moeten voldoen aan de Europese Kader Richlijn Water (KRW). Uit Europese meetgegevens afgelopen jaar blijkt dat met name Nederland nog een lange weg te gaan heeft omdat de kwaliteit van het oppervlaktewater er hier het slechts aan toe is. Lidstaten die in 2027 niet aan de KRW voldoen, kunnen flinke boetes opgelegd krijgen door de Europese Commissie. De vervuiling is te wijten aan mest en gif, beide hoofdzakelijk afkomstig uit de land- en tuinbouw. De Unie van Waterschappen zouden het liefst zien dat er voor een standstill-beleid wordt gekozen. Dat wil zeggen dat er geen gewasbeschermingsmiddelen en mest meer zou mogen worden gebruikt. Zelfs met een dergelijk beleid wordt volgens de Unie in 2027 de norm niet gehaald omdat de in de grond aanwezige stoffen geleidelijk vrijkomen. Bovendien zijn de economische belangen van de agrarische sector te groot, waardoor een dergelijk beleid niet reëel is. Met de 2e Nota Duurzamen Gewasbescherming probeert de overheid echter om de land- en tuinbouw te dwingen om alles te doen wat in hun vermogen ligt om de normoverschrijdingen alsnog terug te dringen binnen de afgesproken grenzen.

18

De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

„De afzonderlijke resultaten van de deelprojecten zijn niet altijd even zichtbaar voor de leden, maar ze zijn wel belangrijk voor het totale resultaat van het project”, aldus Vicky Clarijs, vanuit Treeport betrokken bij het project. Een van de onderdelen waarbij wel gelijk resultaat zichtbaar was, is de opschoning van de middelenkasten. Bij deze bezemactie werden kwekers gratis en anoniem in de gelegenheid gesteld om met een adviseur hun middelenkast door te lopen waarna alle inmiddels verboden middelen konden worden afgevoerd. Doorgaans is dit lastig omdat er veel onduidelijkheid is over waar kwekers de verpakkingen met oude middelen kunnen inleveren. Veel milieustraten weigeren de gewasbeschermingsmiddelen. In Boskoop deden tweehonderd kwekers mee aan de actie die ge-


Gewasbescherming

Ook in Zundert is een aantal kwekers op eigen initiatief verder gegaan met het mechanische onkruidbestrijdingsproject. Komend jaar wordt de machine doorontwikkeld onder begeleiding van het project Schoon Water. „Als Treeport volgen we het nog wel, maar we laten het nu ook een beetje los. Dat is toch het doel van het project, dat kwekers uiteindelijk zelfstandig verder werken aan waterkwaliteit.”

Toolbox

Kwekers werken samen aan de ontwikkeling van een nieuwe machine voor de mechanische onkruidbestrijding.

zamenlijk 1.900 kilo aan middelen inleverden. Rijnland was erg blij met het resultaat. Immers iedere ingeleverde kilo stof komt niet meer in het oppervlaktewater terecht. Enkele maanden later was Zundert aan de beurt. Daar werd bijna 1.500 kilo aan middelen ingeleverd. Maar de actie had daar nog een extra pluspunt. In de gemeente kwam de problematiek ook bij de wethouders onder de aandacht. Dat zorgde voor een duidelijk afspraak, zodat kwekers nu gewoon tijdens openingstijden van de milieustraat restantverpakkingen van gewasbeschermingsmiddelen in kunnen leveren.

Het vervolg Er zijn afgelopen jaren grote stappen gemaakt door de boomkwekerij, maar de waterkwaliteit is nog niet op het niveau waar het uiteindelijk

moet komen. In Zundert heeft het waterschap daarom besloten dat zij nog tot oktober doorgaan met het gratis aanleggen van infiltratiegreppels en het inzaaien van grasranden. Hoe het probleem van de azoxystrobin moet worden opgelost is nog niet duidelijk. „Treeport is wel in nauw overleg met het waterschap. Momenteel loopt er geen project voor een emissiebeperking van deze fungicide, maar het heeft natuurlijk wel de aandacht van Treeport en het waterschap. De winst van de projecten ligt echter volgens de waterschappen ook in een gedachtenverandering bij kwekers. Knol: „Het is super om te zien dat de kwekers nu in een Praktijknetwerk verder zijn gegaan omdat ze zelf actief willen blijven werken aan het verbeteren van de waterkwaliteit en omdat ze de opgedane kennis ook willen delen met collegakwekers.”

Landelijk wordt momenteel voor de hele land- en tuinbouwsector ook actie ondernomen. Nefyto, Unie van Waterschappen, Agrodis en LTO Nederland hebben gezamenlijk de Toolbox Emissiebeperking ontwikkeld. De Toolbox moet kwekers bewust maken van de emissieroutes op hun bedrijf en hen laten zien wat zij kunnen doen om emissie te verminderen. Reden voor het ontwikkelen is de 2e Nota Duurzamen Gewasbescherming. Daarin wordt gesteld dat de normoverschrijdingen in het oppervlaktewater in 2018 met 50% moet zijn gereduceerd en in 2023 moet dit zelfs 90% zijn. In de Toolbox zitten zeventien verschillende informatiekaarten met praktische maatregelen. Iedere kaart bestaat uit een A4 met voor en achterkant. Iedere kaart heeft een eigen onderwerp met daarin de beschrijving van de risico’s en een aantal praktische oplossingen die kwekers kunnen uitvoeren om deze vorm van emissie te voorkomen of te verminderen. De kaarten zijn voor de hele land- en tuinbouw ontwikkeld, waardoor niet alle kaarten betrekking hebben op situaties die bij een coniferenkweker of laanboomkweker voorkomen. De Toolbox wordt komende periode verspreid door ZLTO, LLTB en LTO Noord. De kaarten zijn ook te raadplegen of downloaden via toolboxwater.nl. <

De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

19


DCM is een producent van organische meststoffen. De gebruikte grondstoffen voor de DCM meststoffen zijn allang niet meer alleen kippen- of koemestkorrels. Voor de samenstelling van DCM MIX 5 kan DCM een beroep doen op meer dan 40 verschillende grondstoffen o.a. beendermeel, vleesbeendermeel, haarmeel, hoefmeel, cacaodoppen, druivenpitten, vinasse-extract etc. Waarom een menging van deze grondstoffen? Omdat al deze grondstoffen een verschillende werking en voedingswaarde hebben voor de bodem en de plant. Voor de vollegronds boomkwekerij is DCM MIX 5 ideaal qua basisbemesting.

samengestelde organisch-minerale meststof NPK 10-4-8 (3)

www.dcm-info.com

Waarom DCM het zo goed doet in de boomkwekerij?

DCM MIX 5

NPK 10-4-8 + 3 MgO TECHNOLOGY en korrel Complete basisbemesting met lange werkingsduur 36% organische stof Optimale productie Sterkere en aantrekkelijkere planten Extra magnesium voor het goed op kleur komen van de bladeren

Aldert Engelsman • Zuid-Holland, Zeeland • 06-236 89 287 a.engelsman@dcmnederland.com Mark Van Dulmen • Noord-Holland, Groningen, Friesland, Drenthe, Overijssel, Gelderland, Flevoland . 06-513 10 492 • m.vandulmen@dcmnederland.com Michel Jongenelen • Noord-Brabant, Limburg, Utrecht • 06-105 56 403 m.jongenelen@dcmnederland.com toepasbaar in rijbemesting

continue en gelijkmatige groei

stimuleert bodemleven

DCM Nederland B.V. • Valkensburg 62a • 2223 KE Katwijk • Nederland tel: +31(0)71 401 88 44 • info@dcmnederland.com


De Keij ideale partner voor betonplaten

De Keij Betonplaten in Opheusden (Betuwe) is specialist in de in- en verkoop van betonplaten. Vanaf de vrachtwagen ter plekke afgeleverd en gelegd! De Keij Betonplaten en Bestratingen Tolsestraat 8 • 4043 KB Opheusden T + 31(0) 488 44 33 24 • F + 31(0) 488 44 37 29 info@dekeij.nl • www.dekeij.nl


Tekst: Arno Engels Foto: Griba Baumschule

Aziatische fruitmarkten liggen nog Italiaanse vruchtboomkwekers willen wel zakendoen in China en India, maar geld verdienen is er nog niet of weinig bij. De Italianen stuiten in de export namelijk op allerlei moeilijkheden. Eén Italiaan kweekt bomen in India, maar heeft er spijt van.

Op de grootste fruitbedrijven in de regio Ferrara wordt niet geheimzinnig gedaan over zakelijke contacten met Chinezen en Indiërs. „We hebben bezoekers uit China”, vertelt Michelangelo Leis, directeur van Vivai Mazzoni. „Het zijn Chinezen met private bedrijven; veel van zulke bedrijven willen nu zakendoen buiten China.” Bij Salvi Vivai zijn nog geen Chinezen geweest, maar Indiërs proberen er wel binnen te komen. „We hebben enkele verzoeken gehad uit India”, aldus exportassistent Claudia Rizzati.

Fytoregels en taalprobleem Het opzetten van export naar China en India heeft echter geen hoge prioriteit. Salvi heeft zich verdiept in de afzet in India, maar heeft geconcludeerd dat het verre van makkelijk zou gaan. „Je loopt tegen fytosanitaire regels aan”, geeft Rizzati als

Griba heeft deze kwekerij in India jaren geleden opgezet. Dat is niet vanzelf gegaan, omdat India een ander land is dan Italië, met andere omstandigheden en een ander beeld van kwaliteit.

voorbeeld van moeilijkheden. Mazzoni is nog bezig met het verkennen van exportmogelijkheden naar China. „Als we er geld mee kunnen verdienen, waarom zouden we dan niet exporteren?”, vraagt Leis zich hardop af. „Maar we hebben nog een lange weg te gaan, want met Chinezen valt niet makkelijk omzet te maken. Het moeilijke begint al in

SECTOR

Italiaanse markt is hoofdzaak De belangrijkste afzetmarkt voor Italiaanse vruchtbomen is de Italiaanse markt. Zeker Zuid-Tirol hoort immers bij de wereldtop van de fruitteelt. Er wordt nog altijd geïnvesteerd in nieuw plantmateriaal, maar niet meer dan anders: volgens Italiaanse kwekers is de nationale markt voor vruchtbomen stabiel (dit in tegenstelling tot de markt voor sierbomen, die zou volgens kwekers gehalveerd zijn in de laatste jaren). Een deel van de Italiaanse vruchtbomen is bestemd voor export. Bij Mazzoni betreft dit bijvoorbeeld 15% van de miljoen bomen die het bedrijf per jaar kweekt. Belangrijkste exportlanden zijn omliggende landen. Mazzoni, en ook Salvi en Griba, zien hun export vooral groeien in Balkanlanden en vroegere Sovjetstaten. Die afzet is echter niet consistent. „De ene dag hebben ze geld om honderden hectares aan te leggen, de andere dag hebben ze niets”, karakteriseren de Italianen.

22

De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

gesprekken: je weet nooit zeker of je met elkaar over hetzelfde praat.” Bij Mazzoni weten ze inmiddels ook dat Chinezen niet komen voor plantmateriaal. „Ze bezoeken ons voornamelijk voor onze knowhow”, zegt Leis. „En dan vooral onze kennis op het gebied van fruit, want de meeste Chinezen die ons bezoeken, zitten in het fruit.”

Bij toeval in India Er is één Italiaans bedrijf dat al daadwerkelijk in Azië zit: Griba. Deze coöperatie van veertien vruchtboomkwekers uit Zuid-Tirol beschikt over een kwekerij in het noorden van India. Die is er eigenlijk bij toeval gekomen, zegt Günther Mahlknecht, directeur van Griba. „We leerden iemand kennen in India die boomgaarden wilde opzetten met buitenlandse bomen. Maar bomen uit Europa of Amerika vond hij te duur.”


Vruchtbomen in Italië

te ver voor Italianen van de coöperatie hebben duidelijk gestemd voor voortzetting van de Indiase productielocatie. Maar de directeur zegt verschillende keren: „Met de informatie die ik nu heb van de Indiase fruitmarkt, zou ik het niet meer doen. Want het is een avontuur dat veel geld kost.” De Indiase fruitmarkt lijkt volgens Mahlknecht lucratief omdat India enorm veel inwoners heeft (met 1,2 miljard iets minder dan de 1,3 miljard van China) die veel eten. Volgens Leis van Mazzoni neemt de Indiase fruitconsumptie ook snel toe. Maar het Aziatische land is verre van zelfvoorzienend. „Appels voor India komen uit Nieuw-Zeeland, Australië, Zuid-Afrika en de Amerikaanse staat Washington”, weet Mahlknecht.

Weinig gebieden geschikt

Mahlknecht kwam erachter dat ook andere Indiërs het importeren van bomen te duur vinden. Dat begrijpt de Zuid-Tiroler ook wel, gezien de afstand tussen Europa en India. „Als je bomen over duizenden kilometers moet verplaatsen, is het transport zo duur, dat Indiërs het geld er niet voor over hebben.” Bomen aanplanten die in India zelf zijn gekweekt, dat is een ander verhaal. Het transport is dan niet alleen beter betaalbaar, maar het duurt ook veel korter waardoor het risico dat er onderweg iets mis kan gaan, minder groot is. Griba besloot daarom om in het Aziatische land zelf een kwekerij op te zetten. „We zijn er zeven, acht jaar geleden mee begonnen.”

Door te reizen in India heeft Mahlknecht gezien dat intensieve appelteelt, zoals deze in westerse landen wordt bedreven, in slechts weinig gebieden van India mogelijk is. „In subtropische gebieden is het te warm voor appelteelt, in andere gebieden is het te droog. Klimatologisch gezien is de teelt wel mogelijk in hoger gelegen gebieden, tegen de Himalaya aan, maar de hellingen zijn er steil en er is weinig infrastructuur.” De kwaliteit van de Indiase teelt ligt bovendien op een ander niveau. Bomen staan bijvoorbeeld niet op een type van ’M 9’, maar het zijn zaailingen die hooguit kwaliteits-

klasse 5+ hebben. Deze andere interpretatie van kwaliteit maakt kweken in India er niet eenvoudig op. De kwekers van Griba produceren in Zuid-Tirol gezamenlijk meer dan 2 miljoen bomen per jaar. De directeur wil niet zeggen hoe groot de productie in India is, maar over het sortiment geeft hij wel openheid. „Voor de Indiase markt zijn de traditionele rode rassen het belangrijkst; de eerste appel die vanuit Engeland in India kwam, was Red Delicious. Maar groene rassen zijn er ook gewild.”

Illegale vermeerdering De coöperatie kweekt er in ieder geval geen beschermde rassen, zoals Kanzi (’Nicoter’) waarvan Griba licentiehouder is in Italië. „Beschermde rassen kweken in India is onmogelijk”, stelt Mahlknecht, omdat de kans op illegale vermeerdering nog te groot is. India is namelijk nog geen lid van de UPOV, de internationale organisatie voor bescherming van plantenrassen. „India wil volgens mij wel dit jaar of later lid worden.” Communiceren gaat in India beter dan in China, omdat veel Indiërs door de vroegere Engelse overheersing Engels spreken. Maar dat zou dan een van de weinige voordelen zijn van India ten opzichte van China. Mahlknecht denkt dat er op de Chinese fruitmarkt meer mogelijk is. „In China kan je wel duizenden hectares fruitteelt aanleggen. Dat zie ik niet in India gebeuren.” <

SPECIAL

Ontwikkelingen in Italiaanse vruchtbomen Nederlandse vruchtboomkwekers willen zich focussen op verre afzetgebieden als China en India, maar ze moeten daar rekening houden met meer sterke concurrentie uit het buitenland. De Chinezen zouden bijvoorbeeld al bij vruchtboomkwekers in Italië zijn geweest. De Italianen hebben inderdaad al lijntjes met China en India,

Een duur avontuur Ieder jaar komt Griba een stapje verder met het kweken in India. „Het loopt”, zegt Mahlknecht, en de leden

bevestigen ze op deze pagina’s, maar het zakendoen in Azië valt hen nog niet mee. Op de volgende pagina’s worden nog meer ontwikkelingen beschreven in de Italiaanse vruchtbomen. Mazzoni laat allereerst zijn productie groeien van een unieke boomvorm: de Bibaum. Het bedrijf verwerkt niet alleen bomen, maar alles uit de fruitketen massaal. En samen met andere kwekers investeert het in schurftresistente rassen. De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

23


Tekst en Foto’s: Arno Engels

Bijzondere Bibaumen kweken Mazzoni produceert steeds meer bomen met twee hoofdtakken volgens het eigen Bibaum-systeem. De vraag vanuit de internationale fruitteelt blijft namelijk stijgen, aldus Michelangelo Leis van de boomkwekerij in Ferrara. En als twee hoofdtakken niet slagen, wordt de boom gewoon met één leider gekweekt en verkocht.

Een groep fruittelers uit Zuid-Tirol bezoekt het perceel waar Mazzoni bomen aan het rooien is. Dat is even buiten Concamarise, een dorpje op de Povlakte tussen Ferrara en Verona in. Na de winter, als de fruittelers in hun berggebied gaan planten, krijgen ze partijen bomen geleverd die Mazzoni met twee hoofdtakken heeft gekweekt. De fruittelers willen deze zogeheten Bibaumen nogmaals bekijken. Afgelopen zomer waren ze hier ook. „We gebruiken nu voor 90% bomen met dubbele harttak”, zegt een van de fruittelers. Zes jaar geleden heeft hij de eerste boomgaard met Bibaumen aangelegd, van de appelrassen Fuji, Gala en Golden Delicious. Over de oogst van de laatste seizoenen is de Zuid-Tiroler tevreden. „Ze leveren grote appels van goede kwaliteit: gemiddeld vijftig appels per boom en zes appels per kilo.” Michelangelo Leis, directeur van de boomkwekerij, vertelt dat een Bibaum uniformere vruchten geeft dan een standaard Italiaanse boom die opgekweekt is met één

Mazzoni kan steeds meer Bibaumen rooien en verzenden naar fruittelers.

24

De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

hoofdtak (ook wel sprintboom genoemd) en de knipboom: min of meer de internationale standaard die lang geleden oorspronkelijk door Fleuren in Nederland is ontwikkeld. De vruchten van een Bibaum zijn qua vorm meer gelijk, en ook qua kleur en mate van rijping, aldus Leis. Dit is volgens hem allemaal toe te schrijven aan de boomvorm met twee hoofdtakken. „Er valt meer licht in de boom, waardoor het fruit beter groeit en maximaal kleurt. Het fruit van knipbomen is verschillend van kwaliteit.” De Bibaum is hard op weg om de standaardboom van Mazzoni te worden. Van de één miljoen bomen die de boomkwekerij jaarlijks produceert, wordt inmiddels 60% opgekweekt als Bibaum. „Rond de 600.000 bomen”, rekent Leis simpel uit. „Ieder jaar komt er meer vraag, niet alleen uit Italië maar ook uit Oost-Europa, dus we gaan nog meer bomen met dubbele harttak kweken.”

Machinaal te onderhouden Beter fruit is volgens Leis wel een voordeel van de Bibaum, maar dat was voor Mazzoni niet de belangrijkste reden om de aparte boomvorm te ontwikkelen. Het bedrijf heeft de Italiaanse fruitteelt, waarin de productie van Zuid-Tirol domineert, als grootste afzetgebied. Telers wensen een boomgaard die makkelijk te onderhouden is. De Bibaum komt daaraan tegemoet, aldus de directeur. „Hij is machinaal te snoeien en te dunnen.” Telers willen bovendien bomen die vegetatief niet te hard groeien, omdat ze anders generatief minder kunnen presteren of moeilijker te plukken zijn. Ook aan deze wens voldoet de boom van Mazzoni, zegt Leis. „Twee leiders op één boom groeien samen minder snel dan

Michelangelo Leis is de bedenker van het Bibaum-systeem.


Vruchtbomen in Italië

Vivai Mazzoni, Tresigallo (Ferrara) Sortiment:

vruchtbomen,

vooral appel, daarnaast peer en kers Afzet: hoofdzakelijk Italiaanse fruittelers Oppervlakte: 80 ha vruchtbomen en 35 ha moerbedden Personeel: 600 medewerkers op alle kwekerijen (niet alleen van vruchtbomen maar ook van aardbeiplanten) Website: mazzonigroup.it

Dankzij twee hoofdtakken leveren Bibaumen beter fruit en een rustigere groei op dan standaardbomen, aldus Mazzoni.

één leider alleen, dus de totale groei is rustiger, terwijl je alleen korte takken hebt met fruit. Een standaardboom heeft wel meer volume, maar de diameter is kleiner dan de totale diameter van een boom met twee leiders.” De twee hoofdtakken moeten dan wel gelijkwaardig zijn, want als de een sterker is dan de ander, ontstaat er een onevenwichtige boomvorm en daarmee geen uniforme boomgaard en fruitkwaliteit. Bij de Bibaum groeit iedere tak uit één oculatie, dus feitelijk is de boom gemaakt van twee oculaties. „Maar voor de juiste balans tussen de takken is het wel heel belangrijk dat de oculaties recht tegenover elkaar worden gezet.”

Vijf jaar geïnvesteerd in teelt Het maken van een Bibaum klinkt eenvoudig: zet niet één maar twee oculaties op een onderstam. Bij stamrozen is het immers gemeengoed om drie of soms wel vier oculaties op de stam te zetten, ten behoeve van een evenwichtige kroon. Maar een dubbele oculatie op een vruchtboom is kennelijk toch wat anders. „We hebben vijf jaar geïnvesteerd voordat de Bibaum groeit zoals nu”, zegt Leis. Nieuw zijn bomen met dubbele harttak niet; de directeur van Mazzoni vertelt spontaan dat die al 200 jaar geleden in Italië bestonden. „Maar niemand was in staat om de bomen in productie te nemen op een kwekerij.”

Niemand anders mag ook Bibaumen kweken zonder toestemming van Mazzoni, want Mazzoni heeft Europees en Amerikaans patent op het teeltsysteem. De teeltcyclus van Bibaumen is dezelfde als van standaardbomen. Ook de gebruikte onderstammen zijn veelal dezelfde, zo worden appelrassen op ’M 9’ gezet. Naast appel kweekt Mazzoni peer en kers als Bibaum. En het is niet zo’n probleem als een van de twee oculaties niet goed slaagt, meestal als gevolg van onderlinge concurrentie. „Dan houden we de zwakke hoofdtak over en wordt het een standaardboom”, legt Leis uit. „We kunnen zo’n boom dan toch nog verkopen.” Bibaumen slagen inderdaad niet altijd, dat is te zien op het perceel. In iedere rij staat om de zoveel bomen met twee hoofdtakken wel een boom met één hoofdtak. Tijdens het rooien worden standaardbomen apart gehouden van Bibaumen, door de bundels extra in te gazen. De boomvorm van Mazzoni is in onderzoek bij fruitteeltproefstations wereldwijd. Daar blijken de voordelen van de twee hoofdtakken, in elk geval bij appel. Telers verwonderen zich bovendien over de snelle productiefase waarin de Bibaum komt. Ze kunnen de oogst ook makkelijk inschatten omdat alle appels zichtbaar zijn dankzij de boomvorm. Leis: „Voor fruittelers kost onze boom wel minder en geeft beter fruit, maar qua productie is er geen groot verschil met de standaardboom.” < De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

25


Tekst en Foto’s: Arno Engels

Mazzoni verwerkt alles massaal Mazzoni is veel meer dan een vruchtboomkwekerij. Het is een groep bedrijven die actief zijn in de hele fruitketen. De Italiaanse gigant verwerkt massa’s vruchtbomen, onderstammen, aardbeiplanten, appels en ander fruit. En dat gebeurt met een grootse, maar efficiënte logistiek.

Mazzoni is een familiebedrijf dat vlak na de Tweede Wereldoorlog begon als een exportbedrijf van groenten en fruit. In de loop van de decennia heeft Mazzoni een enorme groei doorgemaakt, zowel in de aantallen en tonnen verhandelde producten, als in het aantal bedrijfsonderdelen. Tegenwoordig behoort de Mazzoni Groep tot de grootste private bedrij-

De zoveelste vrachtwagen verlaat de hoofdvestiging van Mazzoni. Voor het transport van en naar de kwekerijen beschikt het bedrijf over eigen trucks en trailers. Het vervoer naar afnemers in heel Europa wordt door expediteurs gedaan.

ven in de Italiaanse agrosector. De hoofdvestiging van Mazzoni is in Tresigallo (Ferrara). De gebouwen waren vroeger van een papierfabriek en het waren de eerste in Italië van beton. Mazzoni heeft ze aangepast voor zijn activiteiten. Zo zijn diverse hallen ingericht voor de verpakking van groenten en fruit, zowel verse als ingevroren producten. De belangrijkste fruitproducten zijn appels en peren. Bij de groenten gaat het vooral om wortelen, aardappelen, knoflook, tomaten en meloenen. Op jaarbasis wordt er ongeveer 130.000 ton verpakt en verzonden naar afnemers in heel Europa. Dat zijn supermarktketens waaronder het Britse Tesco, maar Mazzoni levert bijvoorbeeld ook aan Unilever. Per jaar produceert Mazzoni een miljoen vruchtbomen. Daarnaast heeft de bedrijvengroep onder andere 200 ha aardbeiplanten en meer dan 200 ha fruitteelt. In totaal zijn er 1.200 medewerkers in dienst. Hiervan werkt de helft op de kwekerijen van bomen en planten. <

Voor het rooien van miljoenen aardbeiplanten heeft Mazzoni deze getrokken machine laten bouwen, een eenvoudig maar bedrijfszekerder alternatief voor twee zelfrijdende rooiers die buiten beeld bezig zijn op het perceel.

26

De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

Een perceel vruchtbomen wordt met twee van zulke tea len. De machine sleept een ingaassysteem mee. Elders

In een fabriekshal op de hoofdvestiging maken vrouwen uit Oost-Europa onderstammen klaar voor de vruchtboomteelt: knippen, sorteren, bundelen en stapelen op pallets. In een andere hal verwerken 400 vrouwen aardbeiplanten.


Vruchtbomen in ItaliĂŤ

Bekijk filmpjes van de logistiek op deboomkwekerij nl

Met trailers als deze haalt Mazzoni gerooide bomen van percelen af. Elke trailer wordt leeggedraaid dankzij kettingbanen erop. Zodoende hoeft de heftruck de pallets alleen maar vanaf de achterkant van de trailer te pakken.

ams tegelijk gerooid. Vijf man staan achter op de klembandrooier om te sorteren en te bundeis nog een trekker met schudploeg bezig.

Om over moerbedden te kunnen rijden, zoals hier bij het afaarden, zijn trekkers op vier hoge wielen gezet. Het zagen van de bedden, maar ook het rooien van bomen, wordt gedaan met klembandmachines van de regionale machinebouwer Oliver.

Een hal van de voormalige papierfabriek waar Mazzoni is gevestigd, bleek ideaal om om te bouwen tot koelruimte. Hier worden gerooide bomen koel en onder hoge luchtvochtigheid gehouden, totdat ze naar de fruitteelt gaan.

Mazzoni sorteert en verpakt per jaar tonnen aan groenten en fruit, waaronder hier op de voorgrond MelaPiĂš (Italiaanse naam van een Fuji-selectie) en links op de rollerbaan Pink Lady. De kistjes komen uiteindelijk in supermarkten door heel Europa te liggen. De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

27


Vruchtbomen in Italië

Tekst en Foto: Arno Engels

Focus op schurftresistentie Vruchtboomkwekers in Italië halen nieuwe rassen uit diverse landen, maar drie grote kwekers investeren ook binnen een consortium in veredeling. De laatste jaren komen hier vooral nieuwe appelrassen uit voort die resistent zijn tegen schurft. Italianen hebben in 2007 het eerste ras, een kruising tussen Liberty en Gala, op de markt gebracht onder de merknaam Modì. Het is een rode appel die een week eerder rijp is dan Golden Delicious. De andere vijf schurftresistente rassen zijn als serie op de markt gekomen, genaamd Sweet Resistant. Het zijn de volgende appels: Fujion (rood, drie dagen eerder rijp dan Fuji), Gaia (rood, groter dan Gala en twee dagen later rijp), Gemini (rood, ook groter dan Gala, acht dagen later rijp), Renoir (geelgroen, zeven dagen eerder rijp dan Renetta) en Smeralda (groen, dertig dagen eerder rijp dan Granny Smith).

Modì rolde als eerste uit het veredelingsprogramma van de Italiaanse kwekers. Appels zijn volop in de Italiaanse handel.

Bij de veredeling van nieuwe appelrassen focust het Centro Innovazione Varietale (CIV, zie kader) sinds een jaar of twintig hoofdzakelijk op schurftresistentie. Aanleiding hiervoor vormen de hoge spuitkosten in de fruitteelt, zegt Michelangelo Leis, directeur van Mazzoni die in CIV participeert. „Fruittelers spuiten

ACHTERGROND

Kwekers financieren onderzoek Sinds 1982 draait in Ferrara een veredelingsstation volledig op kosten van slechts drie boomkwekerijen uit dezelfde provincie: Vivai Mazzoni, Salvi Vivai en Tagliani Vivai International. Het station heet Centro Innovazione Varietale (CIV) en in een ander CIV is

in een seizoen wel veertig tot vijftig keer tegen schurft. Schurftresistentie is daarom een plus voor telers om het spuiten te verminderen.” Op resistentie tegen vruchtboomkanker wordt minder goed geselecteerd. „We weten dat kanker een probleem is in Nederland, maar hier in Italië is het niet zo’n groot probleem”, zegt Leis. „We testen er wel op, maar het is niet gemakkelijk om rassen te vinden die resistent zijn.” De fruitkwaliteit van een nieuw ras moet bij voorbaat net zo goed zijn, of liever nog beter, dan de kwaliteit van bestaande rassen. Consumenten kopen volgens Leis immers alleen maar appels die er goed uitzien en die lekker smaken.

de samenwerking vastgelegd: Consorzio Italiano Vivaisti. De bedrijven zijn alledrie groot: ieder kweekt rond één miljoen vruchtbomen per jaar. Mazzoni en Salvi hebben daarnaast ieder honderden hectares aardbeiplanten en fruitteelt en ze vermarkten ook nog eens fruit van anderen. De kwekerijen kunnen nieuwe rassen uit CIF (vooral appel- en aardbeirassen) dan ook grootschalig in eigen praktijk brengen. Ook geven ze aan andere bedrijven licenties uit (zoals van Rubens). Het CIV geeft bovendien zelf vermeerderingsmateriaal uit van de rassen.

28

De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

Zes nieuwigheden Het veredelingsprogramma heeft inmiddels zes nieuwe appelrassen opgeleverd die volgens het CIF schurftresistent zijn. Dat is al of wordt nog getoetst op fruitteeltproefstations over de hele wereld. De

‘Concurrenten voor Elstar’ De komende jaren zullen nog eens twee schurfresistente appelrassen op de markt komen, vertelt Leis. De Italiaanse verwachtingen zijn hoog. „De twee nieuwe kunnen concurreren met Elstar. De appels zijn groot, ze zijn heel knapperig en smaken heel goed.” De eerste proeven liggen volgens Leis nu in Duitsland en bij PPO in Randwijk. Fruittelers in Italië oogsten sinds enkele jaren volop Modì-appels. Rassen uit de serie Sweet Resistant komen nu in productie; de bomen zijn geleverd door de kwekerijen Mazzoni, Salvi, Tagliani en kwekerscoöperatie Griba. Het CIF is niet de enige veredelaar van schurftresistente appels, er zijn er meer. Sommige appels hebben bovendien geen traditioneel wit, maar rood vruchtvlees. Gruber Genetti is vooralsnog de enige Italiaanse kweker die bomen van zo’n bijzondere appel produceert: Redlove, veredeld door Kobelt in Zwitserland. <


Kwaliteitszorg

Tekst: Rob Scholman (RAG) Foto: RHP

RAG-substraat voldoet aan strenge onkruidnorm Voor aanvulgronden en bodemverbeterende materialen met het RAGkeurmerk gelden strenge onkruideisen. De grondstoffen voldoen aan een onkruidnorm die is opgesteld door fabrikanten en kwekers. Boomkwekers stellen hoge eisen aan hun aanvulgronden en bodemverbeteraars. Deze eisen hebben veelal betrekking op de fytosanitaire eigenschappen. Veilige grond is immers de basis voor iedere teelt. Door zo schoon mogelijk te werken en een frequente onkruidbestrijding uit te voeren, voorkomt u dat onkruiden zich massaal gaan vermeerderen. In de afgelopen jaren is het belang van onkruidarme substraten groter geworden in relatie tot schadelijke aaltjes en plagen. Vaak zijn onkruiden in de teelt immers een groot probleem. Ze concurreren met het gewas om bijvoorbeeld licht en water en hebben daardoor een negatief effect op kwaliteit en teeltopbrengst.

Rol van waardplanten Veel soorten onkruiden zijn waardplanten voor schadelijke aaltjes. Door de aanwezigheid van deze onkruiden kan het effect van een gewaswisseling of een braakperiode teniet worden gedaan. Het wortellesieaaltje (Pratylenchus penetrans) heeft bijvoorbeeld waardplanten zoals: klein kruiskruid, straatgras, akkerkers, akkerdistel, kleine brandnetel, herderstasje en knopkruid. De RAG beoordeelt substraten onder andere op schade die zulke onkruiden kunnen veroorzaken. Als bij controle de aanwezigheid van zo’n onkruid wordt aangetoond, is dit de indicatie dat er schadelijke aaltjes aanwezig kunnen zijn.

Bij de beoordeling is ook onkruidbestrijding een belangrijk criterium. Onkruiden die lastig te bestrijden zijn, worden zwaarder beoordeeld dan onkruiden die relatief makkelijker te bestrijden zijn. Bepaalde onkruiden zijn daarnaast schadelijke invasieve exoten, zoals knolcyperus en Japanse duizendknoop. Zulke onkruiden vermeerderen zich snel en verdringen inheemse vegetatie. Vanuit internationale wet- en regelgeving moet verspreiding van deze planten daarom worden tegengegaan. Ook hierop controleert de RAG.

Beschrijving test De substraten worden getoetst met een onkruidtest. Met deze test worden door bemesting en bekalking gunstige omstandigheden gecreëerd voor het kiemen van onkruidzaden. Dat gebeurt bijna het gehele jaar in een kas: twee bakken met hetzelfde grondmonster worden op een tafel onder transparant plastic geplaatst bij 18-20°C. Na zes weken worden de onkruiden geteld en gedetermineerd.

Daarna worden ze in drie groepen ingedeeld waaraan een bepaalde weging is toegekend: weinig schadelijke onkruiden (aantal keer 0,25), schadelijke onkruiden (aantal keer 1) en zeer schadelijke onkruiden (aantal keer 2). Door de onkruiden van twee bakken op te tellen en te vermenigvuldigen met twee, wordt het aantal onkruiden/m2 verkregen. <

Japanse duizendknoop is een schadelijke invasieve exoot. Als een substraat dit bevat en de onkruidnorm overschrijdt, wordt het afgekeurd onder het RAG-keurmerk.

ACHTERGROND

RAG: veiligheid en kwaliteit De certificering achter het RAG-keurmerk (beheerd door RHP) is een ketentraject, waardoor in een vroeg stadium risicofactoren worden uitgesloten. De certificeringseisen zijn gebaseerd op EUnormen die door diverse laboratoria worden uitgevoerd. RAGgecertificeerde substraten voldoen bovendien aan eisen uit het Besluit Bodemkwaliteit. De certificering houdt het volgende in: > onafhankelijke ketencontrole van grondstoffen; > toetsing op onder andere hoeveelheid kiemkrachtige onkruidzaden. Bij overschrijding van de onkruidnorm wordt het substraat afgekeurd onder het keurmerk; > actueel analyseverslag, op te vragen bij leveranciers; > toekenning keurmerk aan producenten, handelaren en importeurs van grondstoffen en substraten. De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

29


Tekst en foto’s: Wendy Venhorst

Van massa naar specialisme Paul van den Broek (43) runt een spillenbedrijf in het Brabantse Hilvarenbeek. Op 6 ha kweekt hij handveredelde laanboomspillen. Hoe anders was dat tien jaar geleden, toen hij nog op grote schaal coniferen en heesters kweekte. Hij is overgestapt omdat hij genoeg had van massateelt, waaraan volgens hem niets valt te verdienen. Met veredelingen zegt Van den Broek zich te kunnen onderscheiden.

Aan het begin van het jaar heerst er een gemoedelijke sfeer op het bedrijf van Paul van den Broek. De hoge temperatuur zorgt voor een voorjaarsgevoel, de kwekerij ligt er netjes bij en een medewerker is rustig aan het werk. Alleen de hond des huizes dribbelt zenuwachtig heen en weer. Als de kweker een houten balk achter de foliekas verplaatst, wordt duidelijk dat een muis de aanleiding is. De hond grijpt zijn kans en bijt het beestje dood. Dan wordt ook het gat in de foliekas zichtbaar, het gevolg van de jacht op de kleine muis. Van den Broek lijkt er niet mee te zitten en de hond ook niet – die springt weer vrolijk tussen de spillen door. De kas staat vol met enten. De ondernemer vertelt dat er per jaar zo’n 40.000 bomen worden geënt, waarvan er 20.000 worden verkocht als ent en 20.000 bestemd zijn voor de eigen opplant. Het enten wordt zowel in de zomer als winter gedaan, waarbij zo’n 90% in de zomer wordt geënt. „We maken dan met z’n tweeën zo’n 1.000 enten per dag. Het is een secuur werkje, maar ik vind het leuk

Het veredelde sortiment is afgestemd op de lichte zandgrond en de vraag.

30

De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

om te doen. Ook na een maand nog”, zegt de kweker lachend.

‘Coniferen gingen te makkelijk’ Het enten is heel wat anders dan wat Van den Broek voorheen kweekte. Hij begon in 1996 met zijn kwekerij, nabij de boerderij waar hij opgroeide. Daarvoor volgde hij de tuinbouwvakschool in Vught en deed ervaring op bij een coniferenkweker. Uiteindelijk kweekte hij ongeveer tien jaar lang haagconiferen en heesters, zoals ’Columnaris’, Buxus en laurier. In de beginjaren ging dat erg goed. „Eigenlijk ging het veel te makkelijk. We kregen 4,5 gulden per conifeer en bestellingen werden al twee jaar van tevoren vastgelegd”, licht hij toe. „We kweekten op 25 ha en leverden per jaar 600.000 coniferen af. Er werd al gekocht voordat ik ze in de grond had gestopt.” Door de komst van machines gingen de ontwikkelingen echter snel. Het aanbod groeide en de marges werden steeds kleiner. „Op een gegeven moment was er geen boterham meer in te verdienen.” Daarop besloot Van den Broek in 2007 over te stappen op de teelt van veredelde laanboomspillen. Hij wilde geen massateelt meer, maar een mooi product dat met zorg moet worden gekweekt. Een product waar hij zijn passie voor het vak beter in kwijt kon. „En ik wilde niet blijven werken en niets verdienen. Ik wilde iets gaan doen wat niet iedereen doet en kan: iets waarmee ik me kan onderscheiden.” De kweker had al ervaring met entwerk want in het verleden had hij veel Salix geënt. Ook hoefde hij niet veel extra investeringen te doen voor de omschakeling, omdat hij al twee tunnels had. Het laanbomenvak maakte hij zich eigen via (teelt)adviseurs. „Achteraf is het misschien

Door een clip over de ent te plaatsen, groeit deze beter rechtop uit.


Laanbomen

Boomkwekerij Paul van den Broek, Hilvarenbeek Sortiment:

handveredelde

laanboomspillen, van 6-8 tot 10-12 Afzet: 70% wordt afgezet aan collegakwekers in Nederland; de rest gaat naar collega’s in Duitsland, België en Polen Oppervlakte: 6 ha Personeel: Naast de ondernemer één vaste medewerker Website:

kwekerijvanden-

broek.nl

Paul van den Broek kan zijn passie voor het kwekersvak beter kwijt in handveredelde spillen dan in gestekte haagplanten.

fout geweest dat ik nooit bij een laanboomkweker heb gewerkt. Ik heb het vak met vallen en opstaan geleerd.”

‘Enten waar vraag naar is’ Inmiddels kweekt de ondernemer een-, twee- en driejarige spillen, waaronder soorten van Acer, Aesculus, Carpinus, Quercus, Gleditsia en Liquidambar. Hij zoekt bewust naar soorten die goed groeien op lichte zandgrond, veredeld moeten worden en waar vraag naar is. Momenteel is er volgens Van den Broek vooral vraag naar Aesculus, omdat er de laatste jaren weinig kastanjes zijn opgekweekt. Maar er blijft ook altijd vraag naar soorten die moeilijk te vermeerderen zijn, zoals Liquidambar en Gleditsia. Wel is de kweker voorzichtig met ziektegevoelige soorten. Zo plant hij in verband met de essentaksterfte dit jaar geen Fraxinus. „Ik riskeer het niet, ik sla gewoon een jaar over. Ze zijn snel genoeg gemaakt.” In de toekomst wil Van den Broek een breder sortiment en verder investeren in kwaliteit. Zo maakt hij sinds twee jaar naar volle tevredenheid gebruik van clips die het rechtop groeien van de ent bevorderen. Hij pakt een potje met een ent en laat zien wat het effect is. De kweker gebruikt deze Toptreeclips voor soorten als Acer en Quercus. En hoewel de clips wel wat kosten (25 cent inclusief arbeid) noemt hij het „een superervaring. Enerzijds ver-

hoog je de kwaliteit, doordat je een mooi en recht product krijgt. Anderzijds kan de arbeid beter gespreid worden. De clips kunnen namelijk in de winter worden bevestigd, waardoor de werkdruk in het voorjaar afneemt.”

Goed gevoel bij overstap Van den Broek vindt het nog te vroeg om te zeggen of de overstap een goede keuze is geweest. „Ik heb er op zich een goed gevoel bij. Het plezier is toegenomen en het werk is beter te plannen: de pieken zijn minder groot, de aantallen kleiner en het afleveren minder hectisch. Maar net als andere kwekers hebben ook wij last van de crisis.” In de loop van de jaren leerde hij om meer soorten en minder aantallen te kweken. „We gingen van 500.000 naar 1.000 stuks, dat was wel even wennen. Maar de producten moeten binnen vier jaar verkocht zijn.” Uiteindelijk wil Van den Broek groeien naar 10 ha. Iets wat volgens hem op termijn ook noodzakelijk is in verband met de vruchtwisseling. Een goed product begint immers bij een goede grond. Daarnaast gaat de zoektocht naar een onderscheidend sortiment verder. „De gemakkelijkste weg kiest iedereen al. Wij blijven zoeken naar veredelde soorten die niet iedereen kweekt. En dan maar hopen dat we in de toekomst wel een goede boterham kunnen verdienen.” < De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

31


Tekst: Wilco Dorresteijn, DlV Plant Foto’s: Ketura Haveman

Wijzigingen in middelenpakket op Ieder jaar zijn er wijzigingen in het gewasbeschermingsmiddelenpakket. DLV Plant heeft voor de boomkwekerij weer de belangrijkste op een rijtje gezet.

Voor de start van het gewasbeschermingsseizoen is het verstandig de inhoud van de middelenkast te controleren.

Het is verstandig jaarlijks de gewasbeschermingskast te controleren zodat de middelen in de kast ook daadwerkelijk een toelating hebben. Van veel gewasbeschermingsmiddelen waarvan afgelopen jaar de expiratiedatum verliep, is de toelating gewoon verlengd door het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen (Ctgb). De expiratiedatum is de datum waarop het Ctgb toetst of toegelaten middelen aan de huidige wettelijke eisen voldoen. Dat was afgelopen jaar het geval bij bijvoorbeeld Cantack, Envidor, Flint en Fenomenal. De toelating van deze middelen is verlengd en er is een nieuwe expiratiedatum vastgesteld. Van een aantal gewasbeschermingsmiddelen is de toelating ver-

32

De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

vallen of gewijzigd. Deze middelen mogen niet meer worden gebruikt of er geldt nog slechts een opgebruiktermijn (zie tabel). Dit komt doordat de middelen niet voldoen aan de huidige wettelijke eisen of omdat een fabrikant niet kan bewijzen dat het middel voldoet aan de huidige eisen. De eisen die aan het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen worden gesteld, worden namelijk steeds strenger. Met name bij middelen die al lang zijn toegelaten is het toelatingsdossier soms verouderd. Wanneer een fabrikant nieuwe onderzoeken moet laten uitvoeren om een toelating te behouden zal de fabrikant een afweging maken hoe rendabel dit is. Zo mag de remstof daminozide (Alar) vanaf 1 januari dit

jaar nog alleen onder glas worden toegepast. Dit heeft onder andere te maken met het feit dat het Ctgb voor de buitenteelt tegenwoordig bepaalde vogeltoxstudies eist waaruit blijkt dat het middel niet schadelijk is voor vogels. Knelpunt is dat daminozide al een oud middel is en er een vogeltoxdossier ontbreekt. Telers van de beshulst Ilex verticilllata en Syringa kijken nu onder leiding van LTO samen met de fabrikant of er mogelijkheden zijn om daminozide terug te krijgen voor de buitenteelt.

Nieuwe middelen Afgelopen jaar zijn een paar nieuwe middelen op de markt gekomen zoals Signum, Karma en Luna Pri-


Gewasbescherming

een rijtje Belangrijke wijzigingen voor de boomkwekerij en vaste plantenteelt Admire, Kohinor

wordt gemaakt van minimaal 75% driftreduce-

de binnenteelt worden toegepast.

Het etiket van Admire en Kohinor is afgelopen

rende spuitdoppen. Het middel mag niet meer

jaar eerst aangescherpt in verband met de bij-

Rhizopon A

endiscussie en recent vanwege kans op schade

De toelating van Rhizopon A poeder en Rhizo-

aan waterorganismen. Beide middelen mogen

pon A tabletten is met terugwerkende kracht

Luna Privilege

na 1 mei 2014 nog alleen in de binnenteelt wor-

ingetrokken. Rhizopon adviseert als alternatief

Luna Privilege is een nieuw middel op basis

den gebruikt.

Rhizonpon AA te gaan gebruiken.

van fluopyram. Het is toegelaten als schimmel-

Actara

Steward

Ook het etiket van Actara is aangescherpt in

Syngenta heeft de rechten voor de ontwikkeling

boomonderstammen) van appel en peer en de

verband met de bijendiscussie. Toepassing van

en verkoop van de werkzame stoffen indoxa-

bedekte teelt van siergewassen.

Actara is alleen toegestaan na de bloei of op

carb (Steward) voor boomkwekerij overgeno-

gewassen die op het veld niet tot bloei komen.

men van DuPont. Als gevolg daarvan wordt door

Karma

DuPont vanaf 30 september 2013 geen Steward

Karma op basis van de werkzame stof kalium

(taxuskever) meer verkocht met sierteelt of

waterstofcarbonaat werkt tegen schurft en

De toelating voor boomkwekerijgewassen was

boomkwekerij op het etiket. Toeleveranciers

echte meeldauw. Het middel was al toegelaten

ingetrokken maar is weer terug.

hebben nog wel volop product op voorraad. Het

in de teelt van vruchtbomen (appel). De toela-

Ctgb heeft een aflevertermijn tot 8 mei 2014

ting is onlangs uitgebreid. Het middel mag nu

vastgesteld en een opgebruiktermijn tot 8 mei

ook in de teelt van rozen.

Fusilade Max

Daminozide

opwaarts worden toegepast in de laanbomen.

bestrijdingsmiddel in de onbedekte teelt van vruchtbomen en –struiken (inclusief vrucht-

Alar is nog alleen toegelaten voor bloemisterij-

2015. Syngenta werkt hard aan een nieuwe toe-

gewassen en boomkwekerijgewassen onder

lating van indoxacarb tegen taxuskever. Dit kost

Signum

glas. Andere producten op basis van damino-

echter tijd.

Signum is toegelaten in boomkwekerijgewas-

zide zoals Holland Fytozide en Imex Daminozide

sen en vaste planten. Signum is een waterop-

zijn alleen toegelaten in bloemisterijgewassen

Decis

onder glas.

Bij de herregistratie is het wettelijke gebruik-

pyraclostrobin als werkzame stof. Het is een

voorschrift van Decis aangepast. De neerwaart-

preventief werkend fungicide tegen onder an-

se toepassing blijft toegestaan mits op perce-

dere Cylindrocladium, bladvlekken, Botrytis en

len die grenzen aan oppervlaktewater, gebruik

echte meeldauw.

Daconil Daconil mag sinds 1 januari 2014 nog alleen in

vilege. Steeds vaker gaat het om middelen die al zijn toegelaten in andere teelten en dan een uitbreiding krijgen voor boomkwekerijgewassen en vaste planten. Fabrikanten kunnen namelijk op drie manieren een toelating registeren: via de gangbare toelating, via wederzijdse erkenning of via de KUG (Kleine Uitbreiding Gebruikersgebied). Bij een gangbare toelating gaat het vaak om nieuwe werkzame stoffen. De fabrikant maakt een compleet toelatingsdossier waaruit blijkt dat het product voldoet aan de wettelijke eisen wat betreft veiligheid voor mens, dier en milieu, veiligheid voor de toepasser en dat de effectiviteit en gewasveiligheid is bewezen. In veel gevallen lift de boomkwekerij

als kleinere sector dan mee op het algemene dossier van andere teelten. Een gangbare toelating is echter een langdurig en kostbaar traject. Dit geldt in het bijzonder voor herbiciden vanwege de grote variatie in gewassen in de boomkwekerij en risico’s op schade. Als een middel in een ons omringend land in de boomteelt is toegelaten en het dossier is recent beoordeeld dan kan een fabrikant via een wederzijdse erkenning ook een toelating in Nederland krijgen. Dit is goedkoper en kost minder tijd, maar kan alleen als het dossier op orde is. Daarnaast vraagt Nederland vaak aanvullende gegevens voor specifieke omstandigheden in ons land. De makkelijkste oplossing is via de

losbaar granulaat (WG) en bevat boscalid en

KUG. Een fabrikant hoeft voor een uitbreiding van een bestaand etiket met een kleine teelt geen effectiviteitdossier en fytotoxdossier aan te leveren. Dit bespaart tijd en geld. De kleine teelt moet dan wel vergelijkbaar zijn met een toepassing die al wel op het etiket staat. Een kleine teelt is gedefinieerd als minder dan 5.000 ha voor buitenteelt en minder dan 1.000 ha voor binnenteelt. De bedekte teelt in de boomkwekerij is minder dan 1.000 ha. Middelen die een toelating krijgen in de bedekte teelt van bloemisterijgewassen, kunnen via een KUG ook een toelating krijgen voor boomkwekerijgewassen en vaste planten onder glas. Voor onbedekte teelt is dat lastiger omdat de onbedekte teelt van boomkweke-

>

De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

33


Gewasbescherming

In de middelenkast mogen alleen middelen staan met een toelating.

rijgewassen in Nederland meer dan 5.000 ha is. Er zijn wel opties als een probleem in specifieke gewasgroepen voorkomt. Zo is Karma toegelaten voor vruchtbomen via de verkorte procedure voor kleine toepassingen.

Gevolgen De wijzigingen in het middelenpakket heeft gevolgen voor de bestrijding van ziekten en plagen in 2014. Een belangrijke wijziging is het feit

dat Daconil niet meer mag worden toegepast in de buitenteelt. Daconil werd veel ingezet als breedwerkend bedekkingsfungicide tegen diverse bladvlekkenziekten in boomkwekerijgewassen en vaste planten. Captan is een alternatief. Daarnaast kunnen ook middelen als Switch, Mirage Plus, Spirit, Ortiva, Flint worden ingezet en is Signum nieuw toegelaten. Daarnaast wordt de middelenkeuze tegen meeldauw beperkter door het wegvallen van Exact en moeten

Overzicht van verlopen middelen Afgelopen jaar* (1-1-2013 t/m 31-12-2013) is van de volgende middelen de toelating vervallen of de opgebruiktermijn verstreken. Verwijder het middel uit de gewasbeschermingsmiddelenkast en lever het in bij een depot voor chemisch afval. Middel Aamix Admire O-TEQ Budget Chloorthalonil Brabant 2,4-D/Dicamba Brabant Mixture Decis Micro Dimilin vloeibaar Exact Plus Kohinor MASAI 25 WP Rhizopon A poeder Rhizopon A Tabletten Steward Torque Torque-L

Nr 12346 N 12942 N 12654 N 5582 N 5089 N 8388 N 10604 N 11222 N 13363 N 11781 N 6282 N 6283 N 12371 N 6525 N 7037 N

Werkzame stof 2,4-D en dicamba en MCPA imidacloprid chloorthalonil 2,4-D en dicamba 2,4-D en dicamba en MCPA deltamethrin diflubenzuron triadimenol nimidacloprid febufenpyrad indolylazijnzuur indolylazijnzuur indoxacarb fenbutatinoxide fenbutatinoxide

Expiratiedatum 30-12-2013 08-10-2013 31-12-2012 30-12-2013 30-12-2013 1-7-2012 9-9-9999 9-9-9999 30-9-2013 31-12-2013 9-9-9-9999 9-9-9999 30-9-2013 31-12-2013 31-12-2013

Aflevertermijn 01-07-2014 geen 31-12-2012 01-07-2014 01-07-2014 1-7-2012 1-1-2014 31-1-2014 geen 01-07-2014 geen geen 8-5-2014 01-07-2014 01-07-2014

Opgebruiktermijn 01-07-2015 geen 1-1-2014 01-07-2015 01-07-2015 1-7-2013 1-1-2015 31-1-2014 geen 01-07-2015 Geen geen 8-5-2015 01-07-2015 01-07-2015

De lijst is samengesteld op basis van gegevens van het Ctgb. DLV Plant en De Boomkwekerij zijn niet verantwoordelijk voor eventuele fouten of onvolkomenheden in de tabel. Aan deze publicatie kunnen geen rechten worden ontleend.

34

De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

laanboomtelers op zoek naar een duurzaam alternatief voor Decis. In het algemeen vallen de wijzigen voor 2014 echter mee. Het jaar 2015 wordt waarschijnlijk een lastiger jaar. Alle gewasbeschermingsmiddelen krijgen namelijk een nieuw etiket. De wettelijke gebruiksvoorschriften (WG) en gebruiksaanwijzingen (GA) worden omgezet naar een nieuwe WG. De omzetting voor herbiciden is afgerond. De gebruiksvoorschriften van insecticiden, acariciden en fungiciden worden komende periode aangepast. Nieuw is dat er op het wettelijk gebruiksvoorschriften een maximale dosering per hectare komt en een maximaal aantal toepassingen. Diverse onkruidmiddelen mogen volgens het nieuwe etiket nog maar 1 Ă 2 keer per seizoen worden toegepast (zie ook boomkwekerij nr 2). Dit is een flinke beperking die in de praktijk kan leiden tot knelpunten. Fabrikanten mogen hun herbiciden echter nog tot en met l juli 2014 afleveren met het oude gebruiksvoorschrift. Voor gebruikers geldt een opgebruiktermijn voor herbiciden met het oude etiket tot 1 juli 2015. Het zou mooi zijn als tegen de tijd het middelenpakket is uitgebreid met enkele nieuwe onkruidmiddelen, zodat een effectieve onkruidbestrijding mogelijk blijft. <



Foto: Jan van Lavieren

Let op onkruidbestrijding in oculaties De hoge temperaturen van de afgelopen winter hebben ertoe geleid dat er al flinke gewasactiviteit te bespeuren is. Onkruidbestrijding in oculaties vraagt daardoor voorzichtigheid.

Jan van Lavieren AgruniekRijnvallei j.vanlavieren@agruniekrijnvallei.nl

De oculaties zijn in de meeste gevallen afgeknipt en de knoppen vertonen al activiteit. Bij behandelingen met onkruidbestrijdingsmiddelen tussen de oculaties moet worden voorkomen dat de knoppen worden geraakt. Over het gewas spuiten kan dus niet meer, spuiten met kappen is hier het advies. Als er nog geen onkruidbestrijding in de oculaties is uitgevoerd, probeer dit om op korte termijn te doen. De bodemtemperatuur is hoog voor de tijd van het jaar en het onkruid kiemt al volop. Als de onkruidbezetting laag is, kan er gekozen worden voor Kerb, eventueel gecombineerd met Butisan. Bij een matige onkruidbezetting kan hieraan Finale of Basta worden toegevoegd. In oculaties geen glyfosaat gebruiken in verband met kans op (blijvende) schade. Bij een forse onkruidbezetting alleen kiezen voor Finale of Basta. Kerb en Butisan kunnen op een later moment worden ingezet, als de grond nagenoeg vrij is van onkruid.

Verzuipen van oculaties In jaren met vergelijkbare vroege ontwikkeling kan op met name lichtere klei- en zandgronden het zogenaamde verzuipen van het geoculeerde soort plaatsvinden. Bij

36

De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

Sorbus, Malus, Tilia en Acer kan dit het geval zijn. De onderstammen vertonen al volop activiteit en hebben een behoorlijke worteldruk, terwijl het soort nog blad heeft, om deze worteldruk de verwerken. Bij zware onderstammen op lichte (warme) gronden kan er nu al voor gekozen worden om een wortelsnoei uit te voeren om de worteldruk te verminderen met als doel het verzuipen te voorkomen. Dit kan pleksgewijs met een schop of met een Koutermes achter de tractor. Afstand tot de onderstam aanhouden van 15 tot 20 cm.

Bemesting Door het natte weer is de onderhoudsbemesting in veel gevallen nog niet uitgevoerd. Met name kalium en magnesium zijn de elementen die aangevuld kunnen worden in de winter bij een tekort in de bodem. Dit kan nog altijd, echter is het advies om de hoeveelheid per hectare te verlagen tot maximaal 250 kg per hectare en gericht op plantenvoeding. Een te hoge gift zal de verhoudingen in het bodemvocht te veel gaan be誰nvloeden wat ten koste gaat van andere elementen. Benodigde calciumgiften, in welke vorm dan ook, kunnen het beste worden uitgesteld tot komend najaar. <


Teeltadvies

Zorg voor een goede basis In praktijknetwerken wordt veel kennis opgedaan over verschillende manieren van bemesten. Bemesten met uitsluitend dierlijke mest volstaat niet.

Hans Smeets DLV Plant h.smeets@dlvplant.nl

In het verleden werd door boomkwekers vaak alleen gekeken naar de belangrijke hoofdelementen. Afgelopen jaren zijn bij enkele vruchtboomkwekers praktijkproeven opgezet waarbij naast kalkmeststoffen ook steenmeel ingebracht werd voor de aanplant van de bodem. Steenmeel is een zeer fijn gemalen gesteente rijk aan mineralen. Vaak is er een groot tekort aan voor de plant zeer belangrijke mineralen zoals koper, borium, mangaan en ijzer. Maar denk ook aan silicium, kobalt en seleen. Deze mineralen zijn net zo belangrijk als sommige hoofdelementen. Alleen toedienen van dierlijke mest zorgt dus niet voor de juist voeding van de plant. Er is meer nodig. Het maken van een goed bemestingplan en het opstellen van een bemestingsstrategie voor de twee- of driejarige teelt is vakwerk. De basis begint bij het maken van een goede grondanalyse waarbij gekeken wordt naar de enerzijds in de bodemvoorraad aanwezige voedingselementen en de voor de plant beschikbare elementen. Op veel landbouwpercelen zie je vaak hoge fosfaatgehalten in de grond. Fosfaat

is een voor de plant belangrijke voedingsstof, maar ook hier geldt overmaat schaad. Fosfaten kunnen een binding aangaan met elementen zoals zink, ijzer en calcium waardoor deze voedingselementen niet meer opneembaar zijn voor de planten. Tijdens het seizoen kan op basis van bladmonsters gemeten worden of er voldoende voedingselementen in het blad zijn. Op basis van deze gegevens kan via het blad de noodzakelijke voedingselementen bijgemest worden. Afgelopen jaren is er in het praktijknetwerk duurzame aanpak van ziekten, plagen en onkruiden veel ervaring opgedaan met het op maat toedienen van bladmeststoffen. Indien de balans gevonden wordt tussen de hoofd- en sporenelementen, dan is gebleken dat het mogelijk is om planten te kweken waarbij het gebruik van fungiciden en insecticiden sterk verminderd kan worden. In 2014 gaan een aantal vruchtboomkwekers samenwerken in het praktijknetwerk steenmeel om meer ervaring op te doen met een nieuwe en innovatieve manier van bemesting. <

Ga niet gehaast van start Voor het seizoen begint, is het tijd om vooruit te kijken en na te denken over hoe we problemen door een te snelle start kunnen voorkomen.

René Jochems Groeibalans rene@groeibalans.nl

Doordat de natuur er een vroeg jaar van lijkt te maken, zijn we gemakkelijk geneigd om haast te maken met het gereedmaken van de gronden om te gaan planten en zaaien. Dit mag echter nooit een haastklus worden. De grond is vaak nog nat en koud en maakt grondbewerkingen gevaarlijk als die te vroeg worden ingezet. Grond die te nat is, geeft sneller structuurbederf, verlies aan organische stof en daarmee mogelijke groeiproblemen tijdens het seizoen of zelfs in meer groeiseizoenen bij langdurige teelten. De beste machine om grondbewerkingen mee uit te voeren is daarom ook ’geduld’. Probeer kerende grondbewerkingen te mijden, niet-kerende grondbewerkingen bouwen bodembiologie mee op en voorkomen beschadigingen. Een goed opgebouwde bodembiologie geeft meer groei en ziekteweerbaarheid. Het is dan wel zaak om eventuele gewasresten eerst te verkleinen, zodat deze de zaai- en plantmachines niet in de weg kunnen zitten. Een andere manier om ziekte en plagen te voorkomen is een goed onderbouwde voorraadbemesting. Vaak zijn de verhoudingen

van de hoofdelementen verstoord en wordt er aan de vooraf teveel K (kali) en NO3 (nitraat) in de bodem gewerkt. Teveel nitraat zorgt voor insectendruk en schimmelaantastingen en teveel kali maakt dat de planten slecht Ca (calcium) en Mg(magnesium) opnemen. Deze twee laatstgenoemde zijn belangrijke hoofdelementen die een grote rol spelen bij stevigheid, ziekteweerbaarheid en fotosynthese. De vorm waarin de organische grondstoffen aangeboden worden, speelt hierbij een grote rol. Wij werken zelf graag vanuit Albrecht-methode (bodembalansanalyse), waarbij de organische basis wordt gelegd met behulp van kwalitatief goede groencompost en goede rijpe stalmest. De verhoudingen tussen de mineralen zijn tijdens de teelt moeilijk bij te sturen, dit dient aan de vooraf te gebeuren. Een goede verhouding tussen de mineralen geeft ook de meeste kans op een goede bodemvruchtbaarheid en bodembiologische ontwikkeling. Met zorg klaargelegd land is de basis voor een gezonde teelt met minder ziekten en plagen. < De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

37






Tekst: Arie-Frans Middelburg Foto: Gerdien de Nooy

Nieuwe algemeen directeur FloraHolland Lucas Vos:

’Ik heb het gevoel dat we aan iedereen proberen toe te geven’ Hij is er nog maar net en krijgt al heel wat te verduren, de nieuwe directeur van FloraHolland Lucas Vos (46). Stakende werknemers, een vertroebelde relatie met de handel en een bedrijf dat een moeilijke tijd doormaakt. „Ik ben een gevoelsmens, maar ik ben ook iemand die houdt van grote uitdagingen. En die zijn groter geworden.” Officieel is hij al sinds 1 januari in dienst van FloraHolland. Tot voor kort werkte hij vooral op de achtergrond, verdiepte hij zich in de sector en de veiling en bracht bezoeken aan kopers en kwekers. Onlangs trad hij gedwongen door de staking voor het eerst in de schijnwerpers. Een vuurdoop. „Ja, persoonlijk was het voor mij niet leuk”, zegt Vos. „Ik wist niet precies waar het over ging en kreeg heel veel over me heen. Wat wel heel goed was, is dat ik veel gesproken heb met en geluisterd heb naar medewerkers tijdens de zogenoemde koffiemomenten. Ik heb goed kunnen horen wat er speelt. Ik sta zo in het leven dat ik mezelf zie als een dienstverlenend luisteraar en ook wat met de onvrede van de medewerkers moet doen.”

’Hoe sterker onze klanten zijn, hoe beter het is voor onze kwekers’

Volgens de handel en stakers ontbrak het aan gevoel en luisteren bij FloraHolland. Wat kunt u daar in uw eentje aan doen?

„Ik zal het voorbeeld moeten stellen. Intern hebben we sociale media die Yammer heet. Sinds ik erop zit is er plots veel meer activiteit. Dus de voorbeeldfunctie werkt al. Daarnaast willen we de koffiemomenten en de lunches met medewerkers breder neerzetten. Wat me opvalt is dat FloraHolland een heel mannelijk bedrijf is. Luisteren en empathie tonen, zijn - denk ik - onderontwikkeld.” Ook zijn er aanvaringen met de kopers. Bent u niet heel erg geschrokken de afgelopen weken?

„Ja het woord ’geschrokken’ heb ik ook letterlijk gebruikt naar medewerkers toe. Niet alleen medewerkers, maar ook klanten vragen: waar wil FloraHolland naar toe? Wat is de visie en strategie? Klanten vertellen mij dat ze bepaalde acties van de veiling niet kunnen plaatsen. Met die aantekening dat we een heel breed assortiment klanten hebben. Belangrijk is dat we naar de klant achter de klant kijken. Hoe kunnen we samen sterker zijn.” Wie zijn we?

„De klanten, kwekers en wij die faciliteren. Het is me wel helder dat een bedrijf niet kan overleven als het geen goede relatie heeft met de klant.”

42

De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

U bent op ’tournee’ geweest langs kwekers en kopers. Wat viel u op?

„Wat me opvalt is dat iedereen dit bedrijf nodig heeft. Het is een logistiek zwaartepunt, een uniek samenkomen van vraag en aanbod. De kennis die hier zit is fenomenaal. Momenteel maken we door eigen toedoen niet duidelijk wat mensen van ons kunnen verwachten. Daarom vindt ook iedereen iets van ons en verwacht iedereen wat anders van ons. Sommigen vinden dat we salesactiviteiten moeten verrichten. Anderen vinden juist van niet. Sommigen vinden dat we internationale kwekers moeten binden, anderen niet. Ik heb het gevoel dat we aan iedereen proberen toe te geven en daardoor geen focus hebben.” Blijft er een rol voor FloraHolland?

„Absoluut. Maar we moeten onze rol wel goed kennen. We moeten faciliteren en niet uit macht, maar uit kracht handelen. We moeten veel meer erover nadenken hoe we de logistieke en financiële functie en kennis beter kunnen uitbuiten voor de sierteelt. Voor mij is het heel belangrijk dat we het kwekersbelang dienen door klantgericht te gaan denken. Het gaat om de klant. Als we hen beter bedienen is het ook goed voor onze kwekers. Maar ik zeg daar wel bij: als de klanten de kwekers niet verder mee de keten in nemen, hebben ze een probleem. Ze moeten zorgen dat kwekers zicht krijgen op wat de consument wil. Zodat ze hun product kunnen aanpassen. Als klanten een gordijn optrekken, krijgen ze het moeilijk met mij.” Is verbinden uw belangrijkste opdracht?

’Klanten moeten zorgen dat kwekers zicht krijgen op wat de consument wil’

„FloraHolland was op zoek naar een verbindend persoon. Maar mijn belangrijkste opdracht is het verdienmodel in orde te maken. Iedereen ziet dat het verdienmodel onder druk staat door de verschuiving van klok naar Connect. Tegelijkertijd vragen telers om toegevoegde waarde. Ik heb het antwoord hier nog niet op. Maar ik ga wel luisteren naar de behoeften van de klanten. Hoe sterker onze klanten zijn, hoe beter het is voor onze kwekers.” U bent een gevoelsmens. Is het goede gevoel er nog bij FloraHolland?

„Ja, natuurlijk. Ik ben een gevoelsmens, maar ik ben ook iemand die houdt van grote uitdagingen, en die zijn groter geworden. Ik heb wel het idee: ’jee, waar moet ik beginnen?’ Ik ben zeker enthousiast. Alle dingen die recent zijn gebeurd, hebben ook tot verbroedering geleid. We hebben ook heel veel loftuitingen gehad. De sierteelt heeft een gigantische grote toekomst voor zich. Belangrijk is dat we dingen samen doen. Dan kunnen we Nederland op de kaart houden, maar dan moeten we niet te veel kissebissen.” <


Veiling

De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

43


Foto’s: Arno Engels, Tuincentrum Boers, R&G - Export bv

p ro d u c ta n a lys e

Wisselende geluiden over handel in Taxus baccata De meningen van kwekers over de verkoop van Taxus baccata lopen uiteen. De een kijkt terug op een goed jaar, terwijl de ander vindt dat er sprake is van forse prijsdruk. Maten boven 1 m vinden in ieder geval beter aftrek dan planten onder 1 m.

Kweker Karel van Oirschot van Gebr. Van Oirschot Tuinplanten noemt de verkoop van Taxus baccata ’altijd goed’ en dat was volgens hem vorig jaar weinig anders. De geluiden van prijsdruk in de maten onder 1 m kent hij ook, maar hij zeg er niet zoveel last van te hebben gehad. „Wij leveren een totaalpakket van planten aan hoveniers en grootgroenvoorzieners. Het kunnen leveren van dit totaalpakket is voor hen belangrijker dan de scherpste prijs in iedere maat.”

cm niet was uitverkocht. „En dat was voor het eerst in de afgelopen tien jaar”, zegt hij. „Maar dit voorjaar heb ik het idee dat de handel aantrekt.” Ook Henk Dijkhof van De Buurte Kwekerijen denkt dat het dit voorjaar wel goed komt: „We hebben al behoorlijke aantallen vastgelegd.” <

handelsstemming

hoe loopt het?

Frankrijk blijft markt voor de lange adem

’Veel is al uitverkocht’

Tijdens onlangs gehouden beurs Salon du Végètal in het Franse Angers was de handelsstemming volgens Nederlandse standhouders niet slecht, maar ook niet goed. Frankrijk blijft voor Nederlandse bedrijven geen markt die je even verovert. „Fransen doen toch vooral graag zaken met Fransen”, aldus een van hen.

Voor veel Fransen blijkt het spreken van een andere taal dan Frans een behoorlijke opgave. Voor Nederlandse bedrijven die er voet aan de grond willen krijgen, is Frans spreken dan ook een voorwaarde. Treeport koos daarom dit jaar voor een nieuw beursconcept. Dit bestond er uit dat acht kwekers uit Zundert en omgeving hun product op tafels presenteerden zonder dat ze hierbij zelf aanwezig waren. Twee Frans sprekende handelaren - SAP Holland en About Plants - konden deze producten aan hun klanten laten zien. Peter Vriends van About Plants kijkt met tevredenheid terug op de Franse beurs. „We proberen al jaren voet aan

44

Ook kweker Arno van Nunen kijkt tevreden terug op 2013. „Vorig voorjaar is alles weggegaan wat weg moest. Van de productie van het afgelopen najaar is in de maten tot 1.25 m nog voldoende leverbaar, maar hiervan is voor komend voorjaar veel gereserveerd.” Kweker Marcel Michels zag dat vorig jaar de maten 50-60, 60-80 en 80-100 flink onder druk stonden en eigenlijk nog steeds staan. „Ik heb het idee dat sommige kwekers een beetje in paniek zijn en daardoor hun planten zeer scherp aanbieden. Het aanbod in Taxus baccata is zeker toegenomen. Vooral Prunus laurocerasus en haagconiferen zijn door kwekers de laatste jaren vaker ingeruild voor Taxus.” Voor Michels betekende dit dat hij vorig voorjaar voor de maten tot 80

De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

de grond te krijgen in Frankrijk en van lieverlee leveren die inspanningen resultaat op. Dat dit tijd kost is eigenlijk hèt verhaal van zaken doen met Franse klanten.” Vriends, die vooral kwekers en handelaren belevert, noemt de stemming op de Franse markt slecht. „Vorig jaar was de handel door het koude voorjaar slecht en deze winter was het nat en dat is het eigenlijk nog steeds. Maar voor ons geldt dat alle handel die we op Frankrijk doen ’meegenomen is’. Daarom ben ik toch best tevreden over de beurs.” Fons van Wezel van handelaar SAP Holland vond de opzet van de Treeport-stand prima. „Door de openheid tussen kwekersaanbod enerzijds en handel anderzijds blijft iedereen in z’n eigen rol.” Hij vond de handelsstemming op de beurs redelijk positief maar deze is volgens hem ook moeilijk te peilen. „Fransen zijn wat stabieler in hun gevoel. Het gaat nooit geweldig maar er heerst ook nooit een negatief sentiment.” <

Handel in week 8

Jos Denissen, Boomkwekerij Denissen

’Voorjaarshandel losgebarsten’ Handel in week 9

Hans Koster, R&G - Export bv

Lees elke week beschouwingen over hoe de handel loopt op de boomkwekerij.nl


Markt & Afzet p ro d u c ta n a lys e

Afzet Salix beperkt maar wel goed In verhandelde aantallen maakt Salix slechts een paar procent van het bomensortiment uit, maar kwekers raken ieder seizoen hun wilgen toch wel kwijt. Er blijft vraag naar met name S. alba. In de handel wordt hier echter van alles onder verstaan. Onbekendheid in soorten en cultivars lijkt vooral de afzet van de knotwilg parten te spelen. Want ondanks dat er op bedrijven onderscheidende cultivars van S. alba staan, zoals ’Liempde’ en ’Belders’, vraagt de handel volgens kwekers gewoon om S. alba. De wilgen worden soms ook afgezaagd geleverd. Er is zelfs vraag naar deze bomen met kluit, terwijl staken van wilgen al gewoon wortelen in vochtige grond. Wat misschien bijdraagt aan de onbekendheid, is dat de officiële naam-

geving van het sortiment door de jaren heen is veranderd. Er bestaan synoniemen voor diverse Salix. Zo heet S. alba ’Tristis’, de gele treurwilg, tegenwoordig officieel S. x sepulcralis ’Chrysocoma’. Beide namen kom je tegen in catalogi, en ook wel eens S. alba ’Chrysocoma’ – terwijl het telkens om dezelfde wilg gaat. De aantallen die worden verkocht, zijn lang niet meer zo groot als vroeger. De teruggang is voornamelijk te wijten aan de watermerkziekte, waarvoor Salix gevoelig is. Om de ziekte te voorkomen levert een aantal kwekers de wilgen pas af na volledige bladval. Andere kwekers handelen ook zo, maar niet puur vanwege de ziekte. Als er bij het verplanten nog blad aan zit, zouden wilgen zichzelf namelijk leegtrekken.

De ziekte komt meer bij S. alba voor. Desondanks is de vraag naar (cultivars van) bijvoorbeeld S. babylonica of S. caprea beperkt. Deze bomen worden meestal per stuk verkocht, hooguit met een tiental tegelijk. <

langs de kassa

Peter Boers:

’Helleborus heeft enorme groeispurt gemaakt’ Naam bedrijf:

Tuincentrum Boers Locatie:

Maasdijk Medewerkers:

15-20

U heeft net verbouwd? „Ja, het binnengedeelte beslaat nu in totaal 4.000 m² - en we hebben de uitstraling aangepast aan de eisen van deze tijd. Vorige zomer stonden veel van onze tuinplanten nog op het parkeerterrein, nu staat alles weer op de juiste plek. We hebben voor tuinplanten ruim 2.500 m² beschikbaar.”

Is het drukker dan vorig jaar? „Toeval of niet, toen de Olympische Spelen waren afgelopen en de schaatseuforie over was, werd het ineens druk in de winkel. Het zonnetje hielp natuurlijk ook mee. De consument werd weer actief en enthousiast, eindelijk zagen we weer volle karren bij de kassa.”

Wat verkoopt nu goed? „Bij de vaste planten zijn Iberis, Ceanothus, Camellia, Saxifraga en Buxus nu hardlopers. Waar de consument vroeger nog wel een kale Forsythia meenam in maart, willen ze die nu alleen als die al in bloei staat. Alles moet meteen bij aankoop op zijn mooist zijn. Opvallend vind ik verder dat Helleborus zo’n enorme groeispurt heeft gemaakt. Het aanbod is uitgebreid en verbeterd en dat heeft de vraag weer een boost gegeven.” Zijn Westlanders extra kritische consumenten? „Dat zijn ze, ja. Iedereen heeft wel een neef, een broer of een kennis met een tuinbouwbedrijf en dus met verstand van zaken. Dat maakt veel van onze afnemers extra kritisch. Westlanders zijn ook meer gefocust op tuinen en tuinieren dan veel stadsmensen. We hebben dus te maken met echt geïnteresseerde klanten en dat is toch heel prettig.” <

De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

45


Het geheim van goed werkgeverschap

We komen naar u toe dit voorjaar

Goed werkgeverschap. Het klinkt zo mooi. En ook zo logisch. Wat is het geheim? In uw bedrijf wilt u dat uw medewerkers op een positieve manier in de organisatie staan: gemotiveerd, betrokken, fysiek en mentaal in conditie en loyaal. Als werkgever heeft u een

En waarom komen we naar u toe ? Het project bacterievuur staat voor een grote uitdaging. Zoals iedereen ongetwijfeld weet is de bijdrage vanuit het productschap komen te vervallen. Vandaar dat de bedrijven die meededen aan deze regeling afgelopen jaar te maken kregen met een fikse verhoging van de kosten. Terecht wordt de vraag gesteld ’is het mij dit wel waard?’

taak om hiervoor de randvoorwaarden te scheppen. Hoe is uw beleid over zaken als variatie en uitdaging in het werk, arbeidsomstandigheden, secundaire arbeidsvoorwaarden en ontwikkelingsmogelijkheden? Zijn uw medewerkers hier tevreden over? Immers: een tevreden werknemer heeft een positieve uitstraling naar de omgeving. Op 18 februari is het landelijke netwerk Goed Werkgeverschap Boomkwekerij gestart met tien ondernemers of hun personeelsfunctionaris vanuit het hele land. Doel van het netwerk is bedrijven met elkaar in contact te brengen om ervaringen, tips, meningen en kennis uit te wisselen. Leren met én vooral van elkaar om het geheim van Goed Werkgeverschap te ontrafelen. Daarbij kunnen gastsprekers worden uitgenodigd. Zo leverde Michèle van de Bijllaardt van Summit Health op 18 februari een waardevolle bijdrage. Voor aanmelding (ook niet-LTOleden) of informatie kunt u contact opnemen met Marian de Klerk van Projecten LTO Noord via (06) 139 257 49 of mdklerk@projectenltonoord.nl. Het project Gezond Beleid wordt mogelijk gemaakt door een bijdrage van Colland Arbeidsmarktbeleid.

Wijziging collectieve cafetariaregeling Per 1 januari 2014 wijzigen de bedragen die in het kader van de collectieve cafetariaregeling van LTO Nederland mogen worden uitgeruild voor extra kosten levensonderhoud. LTO Nederland en de Belastingdienst hebben daarom een vernieuwde versie van de brochure cafetariaregeling uitgegeven, die u kunt downloaden op www.kennisbankarbeid.nl. De cafetariaregeling mag worden toegepast bij buitenlandse seizoenarbeiders die tijdelijk (maximaal negen maanden) in Nederland verblijven. De extra kosten die zij maken voor huisvesting, levensonderhoud en de reiskosten van het thuisland naar Nederland, kunnen op een fiscaal gunstige manier worden verrekend

D B m

46

V

n

De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

V

m

met hun overuren. Het resultaat is dat de werkgever minder sociale premies en belastingen hoeft te betalen over de gemaakte overuren. De buitenlandse werknemer betaalt minder werknemerslasten en inkomstenbelasting over de overuren. Een voorwaarde om van de cafetariaregeling gebruik te mogen maken, is dat de werkgever lid is van LTO Noord, ZLTO of LLTB, of van een met LTO samenwerkende vaktechnische organisatie (NFO, KAVB en LTO Glaskracht Nederland). Bij vragen over de cafetariaregeling kunt u contact opnemen met de Werkgeverslijn land- en tuinbouw via (088) 888 66 88 of info@werkgeverslijn.nl.

(073 217 31 83

m

LTO V @ n

Eerst een klein stukje historie. Toen dertig jaar geleden bacterievuur in Nederland werd geconstateerd, dacht men zelfs dat perenteelt in Nederland niet meer mogelijk zou zijn. Door gezamenlijke inspanningen en het instellen van bufferzones is deze ziekte onder controle te houden. Inspecties en maatregelen hebben het aantal besmettingen drastisch verminderd. We hebben zelfs afgelopen jaar de Noorse NVWA kunnen overtuigen dat het systeem zoals we dat in Nederland gebruiken, heel goed werkt en controleerbaar is. In samenwerking met Naktuinbouw, NVWA, Anthos en LTO hebben we het voor elkaar gekregen dat de grenzen voor waardplanten van bacterievuur met Noorwegen open zijn gegaan. Maar nu het vervolg: we komen naar de bufferzones om samen met LTO, NVWA, Anthos, Naktuinbouw, de fruitteelt, de deelnemers en afvaardigingen van terrein beherende instanties te bespreken hoe het nu verder moet. Mogelijkheden zouden kunnen zijn: het uitbreiden van de zones voor andere ziekten en plagen, meer zelfwerkzaamheid, andere manieren van inspecteren, verkleinen/vergroten van de zones et cetera. Eén ding wil ik nog wel heel duidelijk stellen: het is niet alleen de directe export van bacterievuurgevoelige gewassen die in het geding komt, maar ook het totale exportpotentieel. Immers, als wij als Nederland geen volledige zending compleet kunnen krijgen, dan zullen andere landen dit direct overnemen. Jan Veltmans

Bestuurslid LTO Vakgroep Bomen en Vaste planten


Service

Foto’s: Wendy Venhorst, Haifa

bedrijfsnieuws

vaktaal

Plant Health ’Care’ wordt ’Cure’ Plant Health Care gaat voortaan door het leven als Plant Health Cure. Het is slechts één letter verschil, maar het is voldoende om de naam te wijzigen omdat het zo mooi de nieuwe benadering in het werk uitdrukt, legt het bedrijf uit. „Wij dragen bij aan het voorkómen van plantenziekten door omstandigheden rond de plant te creëren voor een optimale gezondheid. Niet alleen met een goede zorg (care), maar ook door herstel (cure) van de capaciteit om ziekten en aantastingen te weerstaan.” Plant Health Cure is ook verhuisd naar Oisterwijk en is nu gevestigd aan de Veldweg nummer 7. Meer informatie: www.phc.eu.

Lowie Weerts aan de slag bij Haifa Lowie Weerts (29) ging 1 februari aan de slag bij Haifa als teeltspecialist voor de boomkwekerij. Weerts heeft gestudeerd aan HAS Den Bosch en de afgelopen zes jaar gewerkt bij een leverancier van gewasbeschermingsmiddelen, potgrond en meststoffen. Bij Haifa gaat hij toeleveringsbedrijven, potgrondbedrijven en kwekers technisch ondersteunen bij bemestingsvraagstukken. Hij is bereikbaar via telefoonnummer 06 10 99 56 36.

agenda Binnenland t/m 9 maart Garden Event

Assen, TT-hall

8 en 9 maart Themaweekend helleborusdagen Eenrum, De Kleine Plantage 11 en 12 maart Lagenbeurs Ede, Plantion 12 maart Boomfeestdag Landelijk evenement 12 maart, 9 april Lagenbeurs Ede, Groencentrum Plantion 19 t/m 21 maart Verkoopbeurs sierteelt, o.a. Seasonal Trade Fair Naaldwijk, FloraHolland 5 en 6 april Themaweekend rozen, clematis en zaden Eenrum, De Kleine Plantage 5 en 6 april Kom in de kas Landelijk

Buitenland t/m 9 maart Tuinbouwvakbeurs Ortogiardino

Italië, Pordenone

t/m 9 maart, 14 t/m 16 maart, 21 t/m 23 maart Tuinbeurs Gartenträume Luxemburg (t/m 9 maart) Duitsland: Bremen (14 t/m 16 maart), Rheinberg (21 t/m 23 maart) 12 t/m 16 maart Tuinbeurs Giardina Zwitserland, Zürich 12 t/m 18 maart Tuintentoonstelling Garten München Duitsland, München 13 t/m 16 maart Beurs House and Garden Rusland, Moskou 14 t/m 16 maart Beurs Flora Slovenië, Celje 19 t/m 23 maart Sierteeltvakbeurs Flower Spring Bulgarije, Plovdiv 20 t/m 23 maart Vakbeurs For Garden Tsjechië, Praag

Bijdragen Meer informatie op: deboomkwekerij.nl/agenda

Bijdragen voor de service-pagina’s kunnen worden gestuurd naar Redactie ‘De Boom­kwekerij’, Postbus 9324, 2300 PH Leiden, e-mail: boomkwekerij@hortipoint.nl.

Johan ten Elsen Leeftijd: 31 Opleiding: Mtus Almelo Bedrijf: Boomkwekerij Ten Elsen

Jullie kweken vooral oude rassen? „Ja, we kweken ongeveer 15.000 hoogstambomen per jaar, met name vergeten rassen als de Notarisappel, Bellefleur en Bonne Louise. We leveren veel aan natuur- en landschapsinstanties, maar ook aan gemeenten, kwekers, handelaren en particulieren. Naast de bekende oude rassen kweken we nog vele soorten voor de liefhebber.” Hoe is de vraag naar oude rassen? „Die groeit. In 2013 hadden we 30% meer omzet dan het jaar ervoor. Door de toenemende aandacht voor oude rassen, maar ook doordat we inmiddels een redelijke naam hebben opgebouwd. Er zijn niet veel kwekers die 120 tot 130 verschillende fruitrassen kweken.” Jullie kweken volgens Milieukeur? „Ja, sinds 2010. Maar we schakelen de komende jaren om naar de biologische teelt. Een aantal grote klanten vraagt daar specifiek om. Maar eigenlijk kweken we al heel lang duurzaam, er hing alleen geen keurmerk aan. Mijn vader heeft dertig jaar bij een vruchtboomkweker gewerkt en in die tijd een spuitvergiftiging opgelopen. Met jarenlange klachten tot gevolg. In de jaren negentig is hij voor zichzelf begonnen, maar dan wel zonder bestrij-

Plaats: Neede Sortiment: breed sortiment vruchtbomen Oppervlakte: 5 ha

dingsmiddelen. Dat gaat prima en hoeft zeker niet duurder te zijn.” Hoe ziet het bedrijf er nu uit? „In 2005 ben ik in het bedrijf gekomen en in 2007 hebben we een hal en kantoor gebouwd. Een jaar later overleed mijn vader. Ik was toen 25 en stond er ineens alleen voor. Maar inmiddels heb ik een vaste medewerker, en drukke periodes vangen we op met oproepkrachten.” Is de Facebook-pagina nuttig? „Je krijgt er niet direct meer klanten door, maar je kunt wel makkelijk aangeven wie je bent en wat je doet. Ook kun je eenvoudig foto’s, aanbiedingen en tips plaatsen. Daarnaast is het een leuke manier om je als jongere generatie te onderscheiden. Zo is de fax hier inmiddels de deur uit. Die heeft laatst het loodje gelegd en ik heb ‘m niet meer vervangen. Via de mail gaat alles veel sneller.” Wat is jullie kracht? „We onderscheiden ons met een divers sortiment en onze duurzame manier van kweken. Klanten waarderen dat. In de Achterhoek hebben meer bedrijven een duurzame insteek. Ze kweken niet voor een certificaat, maar gaan echt voor de filosofie erachter. Dat vind ik mooi!” De Boomkwekerij 5 (7 maart 2014)

47


Vermako designs, produces and constructs custommade greenhouses Every greenhouse is a challenge for us to provide you with a better product, an opportunity to innovate and to adapt so as to better serve your needs All required demands will be taken into account for your crop Careelstraat 11 - 8700 TIELT - T +32 51 40 10 44 - www.vermako.com - vermako1@vermako.com


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.