4 Commentaar: Factsheets 4 Opinie: Ondertekenen van Groene Stad Charta is niet vrijblijvend 6 Vooral zaailingen verloren door nachtvorst 9 Ondernemersvragen: Is het bedrijf na huwelijk van ons beiden? 10 Feiten over meerwaarde van groen helder in kaart gebracht
14 ’Weerbaarheid plant werkt, maar is geen wondermiddel’ 16 Succesvol gestart tijdens crisis 18 Vakgeluiden; kwekers vertellen over teelttechnische zaken 20 Extra drukte voor moederdag 22 Thuja blijft belangrijk als haag- én dwergplant 26 Teeltadvies: Denk goed na over keuze groenbemester
28 Afzetproblemen van Buxus vallen mee 30 Met prestatiegroen het klimaat verbeteren 34 Markt & Afzet: Corylopsis, kleinschalig product maar goed verkocht 37 Hoe loopt ’t?
38 LTO Nederland Vakgroep Bomen en Vaste planten 39 Vaktaal en Agenda
klimaatneutraal natureOffice.com | NL-077-331716
gedrukt
„De Groene Stad Charta wil bedrijfsleven en overheden binden aan vergroening van onze steden. Door het ondertekenen van deze charta geven de partijen aan dat ze duurzaamheid serieus nemen en zich committeren aan vergroening.”
„Deelnemers worden onderdeel van een groen platform dat samenwerking bevordert om te komen tot vergroening. Zij krijgen toegang tot recente wetenschappelijke kennis en worden uitgenodigd voor groene bijeenkomsten. Bovendien kunnen zij zich door ondertekening van de Groene Stad Charta naar buiten toe als ’groen’ profileren. Maar ondertekening betekent ook dat ze een tegenprestatie moeten leveren.”
„Nee, zeker niet. We willen per deelnemer bepalen hoe we hun bijdrage willen invullen. Als we na ondertekening niets meer van zo’n partij horen gaan we rond de tafel. Ook is het niet vrijblijvend omdat we een jaarlijkse financiële bijdrage vragen. Voor een bedrijf tot 25 werknemers is dit € 1.000 en voor bijvoorbeeld een grote gemeente is dit € 5.000.”
„Nee, dat is het niet. De huidige kennis zoals we die onlangs via factsheets (zie artikel op pag. 14, red.) naar buiten hebben gebracht is bijvoorbeeld inderdaad vrij toegankelijk. Maar als we deze kennis willen doorontwikkelen of als we bijvoorbeeld zelf onderzoek willen doen, is hiervoor geld nodig.”
„Het is moeilijk om onze toegevoegde waarde te bewijzen en er zijn nog geen partijen die getekend hebben. Hierin ligt voor ons een uitdaging. Als er een schaap over de dam is volgen er hopelijk meer.”
„De komende jaren worden spannend. We hebben nog geld beschikbaar vanuit het opgeheven PT en een bijdrage vanuit het topsectorenbeleid. Maar beide zijn eindig. Inmiddels loopt ook een Europese subsidieaanvraag, maar ook daarvoor geldt dat er altijd een deel privaat geld moet worden ingebracht. Dat private deel hebben we. Maar willen we voor de lange termijn succesvol blijven, dan moet het charta ons uitkomst bieden.” <
Eigenlijk was het maar één nacht met best strenge vorst. In de nacht van 19 op 20 april zakte de temperatuur in de regio Zundert naar circa -8°C. Die koude is verschillende kiemplanten van bos- en haagplantsoen funest geworden. Op zaaibedden is overal in die regio wel schade te zien. De mate
van schade hangt af van het stadium van de zaailingen en de bescherming middels doek. Meeste schade is op bedden die in oktober zijn ingezaaid. Met name beukennootjes zijn toen de grond ingegaan. Door het warme weer in maart zijn die relatief snel gaan kiemen en uitgroeien. Tijdens de nachtvorst lag er bij Hergo Boomkwekerij doek op. „Jaren is het goed gegaan, tja, en nu bij twee uurtjes strenge vorst dus niet”, zegt Styen Herijgers van het bedrijf. „We hebben nu een kostenpost. De natuur grijpt in: het is het risico van ons vak.”
Het is nog afwachten welke zaailingen helemaal als verloren beschouwd moeten worden. „Als de top eruit is, heb je er niks meer aan bij soorten die recht omhoog moeten groeien”, zegt Arno Domen van De Rutven in Wernhout. Ook op zijn zaaibedden is schade. Ondanks dat die tijdens de nachtvorst afgedekt waren met doek. Sommige bedden zelfs met dubbel
B&Q laat vanaf februari 2018 als eerste Britse retailer geen bloeiende planten meer toe waarop neonicotinoïden zijn gebruikt. „We waren toch al geen grootverbruikers van neonicotinoïden, omdat die fundamenteel niet goed zijn en teelten voor ons zoveel mogelijk biologisch worden beheerst”, aldus hoofdinkoper Tim Clapp. B&Q promoot het bij-vriendelijk maken van tuinen in zijn campagne The Nature of Gardens.
De Duitse boomkwekersbond BdB heeft het Duitse parlement een schadefonds voorgesteld dat bedrijfsschade door quarantaineorganismen moet dekken. Het fonds is bedoeld om gedupeerde bedrijven te redden van een economische ondergang, aldus de BdB. Volgens de bond moet het fonds gevuld worden met meer dan € 50 miljoen, opgehoest door zowel het bedrijfsleven als de federale Duitse overheid.
Een Amerikaanse boomkweker deed mee aan een rondetafelgesprek met president Donald Trump. Daarin werden hoofdissues uit de Amerikaanse agrosector besproken: oplossen arbeidsprobleem, internationale handel vergroten, lastendruk verminderen en infrastructuur verbeteren. „Het was een interessant gesprek met president Trump”, aldus kweker Tom Demaline. „Hij luisterde naar onze behoeften, wil vooruit en zoveel mogelijk problemen oplossen.”
Fair Flowers Fair Plants (FFP) stopt aan het einde van dit jaar. In de afgelopen jaren heeft FFP zich volgens het bestuur niet sterk genoeg ontwikkeld om het probleem van een te klein assortiment en beperkte vraag te overwinnen. De uitbesteding van de marketing en communicatie aan stichting MPS eind 2012 heeft ook niet geholpen het probleem op te lossen.
Treeport en de ZLTO-afdeling ZundertRijsbergen gaan meer samenwerken. Beide partijen zien meerwaarde als ze activiteiten, die nu door een van de organisaties wordt georganiseerd, openstellen voor leden van beide organisaties. In eerste instantie zijn dit de Treeportcafé’s, de Tuinavonden en de fietstocht van ZLTO langs diverse bedrijven.
De handelsstemming was voor Duitse boomkwekers in 2016 overwegend positief. Dat zegt de branchevereniging voor Duitse boomkwekers, Bund deutscher Baumschulen, in haar jaarrapport 2016/2017. Zowel de bouwsector als de consumentenmarkt liet in 2016 een stijging zien. Voor bouwprojecten, zowel van overheidswege als particulier, hebben Duitse boomkwekers, net als voorgaande jaren, in 2016 te maken met forse buitenlandse concurrentie.
doek. „Dan is schade echt frustrerend.” Domen heeft schade aan diverse soorten, maar denkt dat 70-80% van zijn nieuwe teelten is behouden. „Als het half mei zo streng had gevroren, was de schade veel groter geweest.” Net als Herijgers schaart Domen schade onder ondernemersrisico. „Dat risico hoort erbij, het is gewoon niet anders.” Ook in België is de schade met name aan de bosbouwsoorten het grootst, hoewel deze relatief dicht bij de kust worden gekweekt waar de nachtvorst het minst was. Met name zaailingen die voor de winter waren gezaaid zijn dusdanig bevroren, dat ze ondanks het afdekken met doek als verloren moeten worden beschouwd. „Met name in beuk is veel schade”, vertelt Luciën Verschoren, voorzitter van de vakgroep boomteelt van de AVBS. „Maar ook het jonge schot van soorten als Castanea, Juglans en sommige eikensoorten waaronder Quercus petraea zijn bevroren. Daardoor maken ze niet meer de recht opgaande vorm die wel gewenst is.”
Op boomkwekerijen elders in Nederland is ook schade. In de Achterhoek was het die ene nacht -10°C geweest. Albert Leemreize
uit Ruurlo maakt zich zorgen over zijn jonge plantgoed in de grond. „Magnolia en Styrax hebben flink op hun donder gekregen. Maar ja, de planten kwamen uit een best warme kas. Achteraf bezien heb ik ze te vroeg uitgeplant.” Maar ook in tunnels is schade geconstateerd. „Magnolia die aan de buitenkant staat, is bruin geworden.” Bij Leemreize kleuren ook delen van grote opgeplante Magnolia, Acer palmatum en Tilia bruin. Zo ook andere bomen. „Cercidiphyllum bevriest meteen, dus vorstschade verbaast me daar niet. Maar ik heb ook schade gezien op de stam van Acer japonicum.” De kweker blijft er toch nuchter onder. „De bomen zien er nog niet uit, en de schade zal groei kosten, maar ik verwacht wel dat die zich zullen herstellen. Het komt goed.” Ook in België melden de laanboomkwekers schade aan bomen. Het schot op Robinia is helemaal zwart verkleurd. Maar ook aan Platanus, Tilia, Magnolia, Davidia, Paulownia, Pterocarya en Carya is vorstschade zichtbaar. Dat de vorst voor flinke groeiachterstand gaat zorgen dit voorjaar, is duidelijk. Wel stellen de kwekers dat het nog te vroeg is aan te geven wat de werkelijke schade is. Komende weken wordt duidelijk in hoeverre de schade op de langere termijn gevolgen heeft.
Vanaf dit voorjaar komen nazaten van de Anne Frankboom beschikbaar. De bomen zijn vermeerderd door Van den Berk Boomkwekerijen uit Sint-Oedenrode. In augustus 2010 bezweek de paardenkastanje in de tuin van het Achterhuis aan de Prinsengracht. Anne Frank schreef in haar dagboek diverse malen over de boom. Om de nagedachtenis aan Anne Frank levend te houden, zijn de bomen door Van den Berk in het sortiment opgenomen.
Volgens Royal FloraHolland bedroeg de consumptie van tuinplanten in Europa in 2016 zo’n € 12,6 miljard. Het grootste deel van de consumptie, ruim 20%, komt voor rekening van Duitsland. Daarna volgen het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk. Nederland heeft een aandeel van nog geen 3%. In Nederland is de koopbereidheid wel groter dan in het VK en Frankrijk.
In Buxus signaleren kwekers ook zichtbare schade door de vorst. Veel struiken toonden in april witte groeitoppen door de vorst. Verwacht wordt echter dat de planten zich goed zullen herstellen. „Ach, het scheelt het nodige snoeiwerk”, grapt een kweker. In de vaste planten is met name vorstschade zichtbaar in de vroege soorten als Paeonia, Hosta, Epimedium en Dicentra. „Bij ons hebben met name de eenjarige pioenen te lijden gehad onder de vorst”, vertelt Marcel Lucassen van vasteplantenkwekerij Mts Lucassen in Afferden. „Maar de schade is beperkt, de planten groeien er wel overheen. Niet iets om wakker van te liggen.”
De vollegrondsteelt van rozen in Lottum heeft geen schade opgelopen, denkt Arno Vullings van Gebr. Seuren Rozenkwekerijen. „Ik heb er niets van gehoord, en ook bij ons is geen schade te zien. De oculaties beginnen pas te groeien als de nachttemperatuur boven de 10°C is. Dat is nog niet echt geweest.” Ook in de potrozen is geen schade. „Wij hadden die nacht beregend tegen de vorst.” <
De Monsterbus van Royal FloraHolland heeft begin mei zijn laatste rit gemaakt. De veranderde markt en de verminderde belangstelling onder kwekers zijn voor de veiling redenen om na tien jaar met deze dienst te stoppen. De kosten en baten zijn volgens de veiling niet in balans. Hans van der Molen was jarenlang het gezicht van de Monsterbus.
Er is een vrijstelling toegekend voor de groeiregulator Dazide Enhance voor de onbedekte pot- en containerteelt van Hydrangea, Viburnum, azalea, aster en chrysant. Dazide Enhance op basis van de werkzame stof daminozide mag van 15 mei tot en met 11 september worden toegepast op basis de verleende vrijstelling. Uiteraard moeten bij toepassing de gebruiksvoorschriften worden nageleefd.
De Technische Commissie Techniekbeoordeling heeft de lijst met driftarme doppen en alternatieve technieken uitgebreid met de Munckhof MAS 3-rijen boomgaardspuit en H.S.S. CF boomgaardspuit. Afhankelijk van de spuitdoppen op de machine, komen ze in aanmerking voor de 75 of de 90% driftreductieklasse. De actuele lijst met toegestane doppen en technieken is te vinden op helpdeskwater.nl. <
Bestel nu voor â&#x201A;¬49,90!
LRRIERPHQ ]Ä&#x17D; Q YDQ RXGVKHU LQWLHP YHUERQGHQ PHW KHW ODQGVFKDS 'LW ERHN EHVFKUÄ&#x17D; IW PHHU GDQ ORRIERRPVRRUWHQ HQ K\EULGHQ GLH R D EHODQJUÄ&#x17D; N ]Ä&#x17D; Q YRRU RSHQEDDU JURHQ $DQ ERG NRPHQ KHUNHQQLQJ WRHSDVVLQJ HFRORJLH HQ EHKHHU (HQ VWDQGDDUGZHUN YRRU OLHIKHEEHUV HQ YDNPHQVHQ 0HW YHHO DFKWHUJURQGLQIRUPDWLH HQ UÄ&#x17D; N JHÃ&#x152;OOXVWUHHUG
â&#x20AC;¢ 0HHU GDQ VRRUWHQ ORRIERPHQ K\EULGHQ HQ YDULÃ&#x2C6;WHLWHQ â&#x20AC;¢ HHUNHQQLQJ WRHSDVVLQJ HQ EHKHHU â&#x20AC;¢ GHVFKLHGHQLV YDQ KHW ERRPJHVODFKW HQ VWDQGSODDWVHQ â&#x20AC;¢ LÄ&#x17D; VW YDQ FROOHFWLHV YDQ ERRPJHVODFKWHQ HQ PRQXPHQWDOH ERPHQ â&#x20AC;¢ 0HW PHHU GDQ NOHXUHQIRWRpV
HHW ERHN LV WH EHVWHOOHQ YRRU b LQFO EWZ exFO YHU]HQGNRVWHQ GRRU HHQ PDLO WH VWXUHQ QDDU LQIR#KRUWLSRLQW QO
Waarschijnlijk treedt per 1 januari 2018 nieuwe wetgeving over huwelijksvermogensrecht in werking. Trouwt u na de inwerkingtreding van die wet, dan krijgt u te maken met het nieuwe huwelijksvermogensrecht. Voor bestaande huwelijken wijzigt er niets.
Wanneer u nu trouwt, zonder het maken van huwelijkse voorwaarden, worden alle bezittingen en schulden gemeenschappelijk. Dit geldt zowel voor de bezittingen en de schulden die u tijdens het huwelijk verkrijgt, als voor de bezittingen en schulden die u voor het huwelijk had. Ook schenkingen en erfenissen ontvangen tijdens het huwelijk vallen in principe onder de gemeenschap van goederen. Wanneer u onder de nieuwe wet trouwt, ontstaat er wel een gemeenschap van goederen, maar deze wordt beperkt tot de bezittingen en schulden die tijdens het huwelijk
ontstaan. Alle bezittingen en schulden die de echtelieden al hadden, blijven van hen privé. Ook de schenkingen en erfenissen die tijdens het huwelijk worden verkregen, blijven privévermogen van de partner die deze heeft verkregen. Gemeenschappelijke bezittingen of schulden van voor het huwelijk, die bijvoorbeeld tijdens de samenlevingsperiode zijn verkregen of ontstaan, vallen ook in de beperkte gemeenschap van goederen. Werden deze bezittingen of schulden voor het huwelijk in een andere verhouding dan 50/50 gehouden? Dan worden deze door het huwelijk gemeenschappelijk en dus voor 50/50 verdeeld.
Wanneer u al een onderneming heeft voordat u in het huwelijk treedt, dan valt deze onderneming buiten de beperkte gemeenschap. Er moet wel een redelijke vergoeding aan de gemeenschap worden
gedaan voor de kennis, vaardigheden en arbeid die de partner voor de onderneming aanwendt. Wat een redelijke vergoeding is laat de wetgever aan de praktijk en waarschijnlijk de rechtspraak over. Voor ondernemers die onder de nieuwe wetgeving in het huwelijk treden, is het dus raadzaam om op dit punt huwelijkse voorwaarden op te maken, om onduidelijkheid op dit punt te voorkomen. Start u tijdens het ’nieuwe’ huwelijk een onderneming? Dan valt de onderneming, net als onder de huidige wetgeving, in de gemeenschap van goederen. Wanneer dit niet gewenst is, dan moet u ook onder de nieuwe wetgeving huwelijkse voorwaarden opmaken. Ook onder de nieuwe wetgeving is het dus raadzaam om uw huwelijk niet alleen door uw roze bril te bekijken, maar ook administratief alert te blijven. <
„Als ik ergens over groen mag spreken kan ik altijd rekenen op veel sympathie voor dit onderwerp”, aldus Egbert Roozen, directeur van branchevereniging VHG, tijdens de bijeenkomst Groene Verstedelijking op 18 april in het Provinciehuis in Den Haag. Tijdens deze bijeenkomst werden de factsheets gepresenteerd die als onderdeel van de Groene Agenda tot stand zijn gekomen. „Maar met een goed gevoel omtrent groen zijn we er nog niet. Om groen uit de softe hoek te halen hebben we feiten uit wetenschappelijk onder-
zoek nodig. En die hebben we nu met deze factsheets overzichtelijk in handen”, zei Roozen.
Want de kern van de boodschap die het Provinciehuis te horen was, was dat er in het verleden al veel onderzoek is gedaan, maar dat deze informatie nog nooit overzichtelijk in kaart is gebracht zodat de groene branche er ook mee aan de slag kan. Dat kan volgens de betrokkenen nu wel: zo moeten bijvoorbeeld boom-
kwekers, hoveniers en landschapsarchitecten met deze factsheets onder hun arm klanten of potentiële klanten makkelijker kunnen overtuigen van de waarde van groen. Diverse sprekers refereerden aan de groei van steden en uitten hun zorg over hoe deze steden leefbaar moeten worden of blijven. Zo noemde Gielijn Blom, senior-beleidsmedewerker afdeling Ruimte, Wonen en Bodem van de Provincie Zuid-Holland, het een uitdaging om de komende jaren in de provincie voor zo’n 200.000 tot 250.000 huishoudens een woning te bouwen. „De Vinex-wijken zoals we die ken-
nen zijn hiervoor niet de oplossing. Die wijken zijn te eenzijdig en zijn niet aantrekkelijk genoeg. We moeten meer in de stad gaan bouwen maar dit wel koppelen aan een groene opgave.” Over twintig jaar moet er volgens hem sprake zijn van groene, levendige steden. Hoe precies? „Dat is voor ons ook nog echt een verkenning waar we nu mee bezig zijn.” Ook Henk Westerhof, voorzitter van Anthos en stichting De Groene Stad, zei dat veel gemeenten zoeken naar een manier waarop ze groen moeten invullen. „Bijna alle gemeenten vinden groen belangrijk, maar in de praktijk
geeft toch 50 tot 60% van de gemeenten prioriteiten aan andere dingen.”
Roozen bespeurt echter duidelijk een veranderende tendens en daarin liggen kansen voor de groene sector. „Tot nu toe werd er vaak eerst gebouwd en moest als laatste nog groen worden ingepast. Deze werkwijze is aan het veranderen en ik ben er zelfs van overtuigd dat we aan de vooravond staan van een omslag. Veel vaker zal groen al in een vroegtijdig stadium worden meegenomen in de bouwplannen.” <
>
„Op de wortels van alle planten, zowel in de natuur als in de kas, worden vaak goedaardige bacteriën aangetroffen. De plant scheidt stoffen uit die deze bacteriën aantrekken. Het blijkt dat de bacteriën op hun beurt de afweer van de plant stimuleren. De plant wordt weerbaarder tegen ziekten en plagen, niet alleen in de wortels, maar ook in de bovengrondse delen.”
„In de natuur heeft een plant jarenlang de tijd om de juiste micro-organismen om zich heen te verzamelen. In de tuinbouw wordt de plant echter in een bodem gezet waar hij nog nooit is geweest. Hij heeft dus een achterstand en niet de maximale afweercapaciteit. Hij moet eerst een relatie met micro-organismen aangaan. Dat duurt wel een paar jaar.”
„Daar is wereldwijd veel onderzoek naar gedaan. Er zitten duizenden soorten op de wortels. Met name Pseudomonas fluorescens en Bacillus subtilis, maar ook schimmels als Mycorrhiza en Trichoderma.”
„Echt schadelijke micro-organismen zijn er heel weinig. Maar als ze de kans krijgen, kunnen ze veel schade aanrichten. Zeker als alle planten genetisch hetzelfde zijn. We creëren omstandigheden waaronder de plant heel hard groeit, zoals een warme omgeving met veel mest. We maken het de ziekteverwekkers wel heel makkelijk.”
„Ja. Dat weten we door het verschijnsel van weerbare gronden. Die komen over de hele wereld voor. In de VS wordt bijvoorbeeld tarwe in enorme monoculturen geteeld. In het begin treedt veel ziekte op door de tarwehalmdoder, een beruchte schimmel. Deze verdwijnt echter na een paar jaar. Dat gaat gepaard met een toename van de bacterie Pseudomonas. Deze concurreert de schimmel weg en vergroot de weerbaarheid van de planten. Blijkbaar zijn er micro-organismen die de plant beschermen tegen schimmels. We weten nu ook dat het
afweersysteem van de plant zelf wordt geactiveerd. Deze weerbare gronden zijn op allerlei plekken in de wereld gevonden. Het hangt erg af van het gewas.”
„We weten niet exact wat er in de wortels gebeurt. In de wortels wordt een signaalmolecuul geproduceerd, dat zich verspreidt door de plant, ook in de bovengrondse delen. Dit is tien jaar geleden ontdekt. Dit signaal brengt de plant in een verhoogde staat van paraatheid. Het activeert niet direct de afweer. Dat is gunstig, want een geactiveerde afweer kost de plant veel meer energie dan een stand-by. Maar zodra een infectie optreedt, heeft de plant een versnelde afweerrespons, waardoor hij de ziekteverwekker beter in toom kan houden.”
„Wij doen fundamenteel onderzoek. Onze hoofdvraag is: wat gebeurt er in de plant als hij zijn wortels laat koloniseren door gewasbeschermingsbacteriën? Dat principe willen we begrijpen. Daarvoor gebruiken we de zandraket, een plant waar veel over bekend is en waarvan het hele genoom in kaart is gebracht. Voor het onderzoek worden de planten geïnfecteerd met verschillende pathogenen, waaronder Botrytis en valse meeldauw. Daarna laten we ze ziek worden. Dan kijken we welke bacteriën de plant te hulp roept rond zijn wortelstelsel. Een zandraket die geïnfecteerd is met valse meeldauw recruteert drie soorten bacteriën tegelijk. Als we deze drie bacteriën toedienen aan gezonde planten, blijken die later veel minder ziek te zijn, en beter beschermd te zijn. Zo proberen we te leren van de natuur.”
„Plantweerbaarheid biedt geen 100% garantie tegen pathogenen. Het is geen wondermiddel. En we weten nog niet hoe we biologie het beste kunnen inzetten. Op middellange termijn zal een combinatie van chemische en biologische gewasbescherming nodig zijn. Een volledige omslag naar biologisch wordt lastig. Het kan wel helpen om het gebruik van chemische middelen sneller terug te dringen. Multinationals als Monsanto en Bayer investe-
ren er in. Dat is een teken dat er perspectief in zit.”
„Het onderwerp leeft sterk bij kwekers. Ik ben al een keer of vijf gevraagd om in een studieclub te komen praten. Dit is het geschikte moment om door te pakken. Kwekers willen er graag mee aan de slag en zijn bereid om daar energie in te steken. Ze willen een snelle aansluiting tussen de kennis en de werkzaamheid in de praktijk. Daar zit echter nog een flink gat.”
„We moeten meer kennis hebben hoe biologie werkt. En handvatten krijgen om verschillende producten op hun werking te onderzoeken. Dat is onderdeel van een project met Wageningen UR Glastuinbouw. Het is mogelijk dat producten in een laboratorium zijn getest, in de praktijk anders werken. Omgevingsfactoren hebben een grote invloed, meer dan bij chemie. Nu is het meestal nog een kwestie van ’spray and pray’. Daar hopen we via het onderzoek verandering in te brengen.” <
Meer dan 90% van alle aangeplante bomen en struiken in Nederland is niet inheems. Meidoorns kwamen lange tijd uit Italië, veel bomen uit het Zwarte Woud. Zulk uitheems materiaal doet het hier vaak niet zo goed en er slaan steeds nieuwe ziekten toe, constateerde Floris Komen. Hij begon stek en zaad te winnen op plekken waar nog echt autochtone bomen groeien. Dat was de start van Floris Natuurlijke Bomen, naast zijn toenmalige baan als rentmeester. Met zijn initiatief sloot hij perfect aan bij de tijdgeest. „Er was duidelijk belangstelling bij afnemers, maar ik kon niet meteen grote partijen leveren. Anderen, zoals Bronnen, namen het over”, vertelt hij. Daarop stapte hij over op de kweek van fruitbomen, tot dan een bijactiviteit. Toen dat begon te lopen, koos hij midden in de crisis niet voor de zekerheid van een vast contract bij zijn werkgever. Tegelijk liep de aanstelling van zijn partner Judith Both bij het toenmalige ministerie van LNV af. Een echte sprong in het diepe, gedreven door een grote passie voor een natuurlijke manier van kweken. „We hadden uitgerekend hoeveel we moesten verkopen, en schatten in dat het wel moest lukken. Daarop hebben
we onze website gemaakt en het SKAL-keurmerk aangevraagd”, vertelt Komen. Hij begon op 1 ha van zijn ouders in het Brabantse Den Dungen. Inmiddels liggen overal in de wijde omgeving percelen, beplant met een grote diversiteit aan soorten, rassen en boommaten. Komen kweekt zelf onderstammen, ent ze (veelal met oude rassen) en kweekt ze op tot leverbare bomen. Daarnaast handelt hij in volwassen fruit- en laanbomen en bos- en haagplantsoen. In het verleden deed hij ook aan boomverzorging, maar daar is steeds minder tijd voor. Hij werkt bij uitstek voor een nichemarkt. „Veel particulieren, natuurorganisaties, sommige gemeenten en semi-overheidsprojecten, zoals de aanleg van plukroutes of voedselbossen. We hebben een aantal vaste contacten.”
Komen teelt biologisch met een geheel eigen invulling. Zijn manier van telen is erop gericht de boom zo sterk te maken dat zijn natuurlijke weerstand ziekten en plagen aankan. De kennis daarvoor verwerft hij in gesprekken met collega’s die op een soortgelijke lijn zitten, praktijkervaringen en proeven om iets nieuws uit te proberen. „Ruim vóór het planten bemesten we met behoorlijk wat ruwe stalmest en compost. Daar hebben de bomen een paar jaar voldoende aan. Als de groei eruit gaat, krijgen ze kippenmest en compost erbij en verder sporenelementen op het blad”, vertelt hij. Inmiddels is het bemestingsniveau wat teruggeschroefd omdat de bomen snel groeiden en daardoor last kregen van luizen en rupsen. Daarom kweekt hij ze nu langzamer op. „Een hoogstam bijvoorbeeld groeit hier vier tot vijf jaar in plaats van de gebruikelijke drie tot vier jaar.” Opvallend is de grote hoeveelheid ondergroei op de
kwekerij. Aanvankelijk hield Komen het onkruid strak in toom en werkte hij met kale stroken. Maar hij zag juist bij bloemrijke ondergroei minder plagen, waarschijnlijk omdat natuurlijke vijanden profiteren van de diversiteit aan kruiden.
Ook is Komen anders tegen grasstroken gaan aankijken. „Er wordt altijd gezegd: gras kost 20% groei. Maar wij hebben gemerkt dat de boom sterker wordt als hij tegen gras en onkruid moet concurreren. Daarom planten we nu op een nieuw perceel juist in het gras. Dat heeft in de zomer grote voordelen. Het gras heeft een bufferfunctie: het houdt het vocht vast en voorkomt hittestress.” Het eerste jaar groeien de jonge bomen onder deze omstandigheden moeilijk, aldus de kweker. „In het tweede jaar komen ze op gang en in het derde zie je een heel goede groei. We helpen ze door hoog te enten, zodat ze snel boven het onkruid uitkomen. Alles kaal houden is helemaal niet goed voor je grond. We zijn heel zuinig op de bodem. We proberen bodemverdichting zoveel mogelijk te voorkomen, door alleen met lichte machines te rijden en dan zo weinig mogelijk”, vertelt hij. Het enige echte ziekteprobleem is schurft: sommige perenrassen hebben er last van. De kweker ziet dat het
perceelsafhankelijk is en kan door schuiven met vatbare rassen, de zaak onder controle houden.
De afgelopen jaren is de kwekerij steeds gegroeid. In het begin was het huisperceel strak georganiseerd, maar omdat veel particulieren maar een paar bomen kopen, vallen er steeds gaten die met iets anders opgevuld worden. „Floris is de enige die er nog de weg weet”, geeft zijn partner Both aan. „De uitdaging is om alles meer te stroomlijnen en te organiseren. De nieuwe percelen worden daarom strakker aangelegd.” De hoofdlocatie van de kwekerij is toevallig ontstaan omdat hier 1 ha grond van Komens ouders lag. Maar als je uit marketingoogpunt zou moeten verzinnen waar dit type kwekerij het best tot zijn recht komt voor de goede uitstraling, zou je precies hier uitkomen. De klanten vallen volgens Komen allemaal voor de idyllische uitstraling van de kwekerij op een prachtige plek: het kleinschalige landschap bij de ringdijk die Den Dungen vroeger beschermde tegen overstromingen. Vervolgens zorgt de begeleiding en het advies van Komen ervoor dat iedere klant tevreden met de nieuwe aanwinsten vertrekt. „Keerzijde van onze aanpak is wel dat het persoonlijke advies veel tijd kost.” <
’Spannend hoe het met de nieuwe soorten loopt’
De laatste Hydrangea paniculata gaan komende
Hydrangea uitgebreid. Op de kwekerij staan dit
te kopen in plaats van het zelf te maken. „Dat
week de pot in. „Daarna is Hedera aan de beurt
jaar vier tot vijf nieuwe soorten, waarvan twee
komt doordat we nu minder tijd hebben om
om opgepot te worden. Dat zijn dan voorlopig
onder de Forever&Ever-vlag. Zo is Stolwijk de
zelf stek te maken. Maar ook omdat we nu wat
de laatste planten die opgepot worden. In de
enige die komend jaar Forever & Ever Lime
meer nieuwe licentiesoorten in ons sortiment
zomermaanden wordt weer het nodige op-
aanbiedt. „Dat is wel weer spannend hoe dat
hebben. Een deel van de licentievrije soorten
gepot, daar starten we begin juli weer mee”,
loopt, alhoewel de soort voor ons niet nieuw
komt dit jaar nog uit eigen stek.”
vertelt Frank Stolwijk.
is. Teelttechnisch hoeven we dus geen rare
De stekken die dit jaar worden opgepot zijn deels ingekocht. Voor het bedrijf is het werken met ingekocht stek relatief nieuw. Voorheen gebeurde het stekken veelal op het bedrijf zelf. Met de intrede van zoon Frank in het bedrijf is de koers echter wat gewijzigd. Het sortiment is wat aangepast. Op de kwekerij is het deel
De eerste ervaring met het ingekochte stek
dingen te verwachten.”
is goed. „De kwaliteit was erg goed. Gezonde
In totaal heeft het bedrijf komend jaar vier Hydrangea paniculata Forever&Ever. „Uiteindelijk wil ik op termijn graag het sortiment Hydrangea nog verder uitbreiden. Dit moet ten koste gaan van onder andere Cotoneaster, maar dit is meer iets voor de langere termijn, waar we stapsgewijs naar toe werken.” Maar niet alleen het sortiment is veranderd. Er is dus de keuze gemaakt om stek deels in
stekken, met een mooie bossige groei.” In de keuze voor een stekbedrijf liet Stolwijk zich leiden door ervaringen van collegakwekers en bezoeken van stekbedrijven. „Goed contact is belangrijk voor het afstemmen van onze wensen op hun mogelijkheden. Dat is uiteindelijk goed gelukt. Ook tijdens de teelt van het uitgangsmateriaal zijn we nog een keer op het stekbedrijf geweest.” <
Begin mei zit bij Van Ostaayen het meeste zaad in de grond. Veel was al in het najaar gezaaid, deels dit voorjaar. Wat nu nog de grond in moet, zijn de fijne zaden van bijvoorbeeld els en berk, evenals het naaldhout. „We zaaien alles zelf, breedwerpig met de hand. Dan is de verdeling op het bed het mooist. Daarna strooien we nog af met Maaszand.”
’Breedwerpig met hand zaaien geeft mooiste verdeling’
Eerder ingezaaide bedden zijn afgedekt met doek. Gevoelige soorten als kastanje, beuk en es hebben geleden van nachtvorst. Ook jong schot van Taxus was wat bevroren. „Het is nog afwachten welke schade zich zal herstellen.” Het verplanten is klaar. Van Ostaayen heeft al de eerste keer met de wiedeg gereden. Het is nog een traditionele wiedeg. Een hydraulische variant is in aantocht. „Die wordt nu gemaakt, binnen een paar weken is hij klaar.” Als er veel onkruid staat, is het de bedoeling om in dezelfde werkgang twee constructies te combineren. „Voorop de tractor schoffelen, achterop eggen.” Vroeger reed zijn vader vooral met de wiedeg. „Daarna liet hij het onkruid komen, en dan spuiten. Nu moet je meer mechanisch doen. Ik wil het spuiten zo lang mogelijk uitstellen.” <
Harald Leuveld is nog druk bezig met zowel het rooien voor leveren als het planten. „Door het relatief koudere weer van de afgelopen weken leveren we nog volop.” Momenteel gaan vooral planten uit de vollegrond de deur uit, later deze maand schakelen ze over naar planten in containers. „Deze planten hebben we in januari en februari gerooid en opgepot. De potten staan nu door te wortelen.” Het aandeel containerplanten groeit jaarlijks op het bedrijf. Inmiddels staat er bijna 10 ha containerplanten. „Enerzijds zorgen de containerplanten voor een langer afleverseizoen, maar het is ook ingegeven uit arbeidsspreiding. Januari en februari zijn rustige maanden met wisselvallig weer. Door dan te rooien en in de werkhal op te potten, kan ik de vaste mensen aan het werk houden ongeacht het weer.” Momenteel wordt er ook volop geplant. Het koele, grijze en vochtige weer is daarvoor ideaal. Direct na het planten voert Leuveld een bespuiting uit met een bodemherbicide om het onkruid er onder te houden. „Eerder dit seizoen moesten we dan beregenen, maar de grond is nu voldoende vochtig om de bodemherbicide zijn werk te laten doen.” <
’Het aandeel containerplanten wordt ieder jaar wat groter’
Bij Sjaak van Schie in Maasdijk maakt een medewerker een Moederdag-order Hydrangea klaar die via leverancier Allgreen naar de Duitse supermarktketen Dehner gaat. „Juist voor nieuwere soorten die we onder de merknaam Hy-pe op de markt brengen doen we extra ons best om ze in bloei te verkopen. Zo zijn ze het mooist en leren klanten ze ook het beste kennen”, zegt verkoper Karel Hooyman. Het gangbare sortiment kan volgens hem momenteel met moeite met een puntje kleur worden geleverd. „De markt is graag, alle aantallen zijn in aanloop naar Moederdag fors verhoogd en in de daghandel zijn we tijdelijk uitverkocht.” <
De twee belangrijkste soorten bij Thuja zijn T. occidentalis en T. plicata. De eerste is het meest winterhard, maar de (vaak) bronsbruine winterkleur wordt als nadeel gezien. De tweede behoudt zijn groene kleur in de winter, maar is vorstgevoeliger. Voor de Oost-Europese landen is dit de belangrijkste reden waarom de keuze op cultivars van T. occidentalis valt. Van de opgaande groeiers van T. occidentalis kent de meest gekweekte ‘Brabant’ enkele nadelen. De bruine winterverkleuring is er een. ‘Smaragd’ heeft daar veel minder last van, maar die heeft weer als nadeel dat planten in een haag niet goed in elkaar groeien. Een tweede nadeel van ‘Brabant’ is de oppervlakkige wortelgroei waardoor hij gevoeliger is voor droogte dan bijvoorbeeld T. plicata ‘Atrovirens’ die een penwortel vormt. ‘Columna’
lijkt wat op ‘Brabant’ maar groeit losser en heeft een doffere kleur. Na de introductie van ‘Brabant’ verdween deze naar de achtergrond. Nieuwkomers binnen de groep haagplanten zijn bescheiden, de gele ‘Jantar’ lijkt aan bekendheid te winnen. Zonverbranding is echter vaak het struikelblok zoals bij ‘Filips Magic Moments’ – een gele variant van ‘Smaragd’ – die zelfs in de volle grond nog gevoelig is. Sterker is ‘Yellow Ribbon’ die al jaren meegaat maar een lossere groei heeft.
Bij de dwergcultivars ontstaat nieuw sortiment door zaailingen en heksenbezems. De ontwikkelingen staan niet stil. Het accent ligt met name op geelbladige cultivars die geen last hebben van zonnebrand – ook niet tijdens de opkweek – en op variatie in loof. Zo worden draadvormige twijgen, bekend van ‘Filiformis’, als interessante meerwaarde gezien. Bij de dwergen staat ‘Danica’ qua bekendheid bovenaan. Er zijn wat varianten op de markt gekomen die nog compacter groeien of een lichtere bladkleur hebben. ‘Mirjam’ heeft een vergelijkbare habitus met geelachtig loof. Bij vorst kleurt de plant brons. De recent geïntroduceerde ‘Dawid’ behoudt zijn gele kleur in de winter. Geel lijkt bij de groep dwergcultivars meer geaccepteerd dan bij de haagplanten. De bekende ‘Rheingold’ doet nog altijd redelijk mee in het sortiment, vaak in 2 l-mixen waarbij de mix belangrijker is dan de cultivars waaruit die mix bestaat. ‘Rheingold’ is echter zonnebrandgevoelig, de kleiner blijvende ‘Golden Tuffet’ is de verbetering. Opmerkelijk is dat compacte groeiers steeds vaker worden gebruikt als alternatief voor Buxus. Daarnaast benadrukken tv-programma’s vaker de vele toepassingsmogelijkheden met kleine coniferen. Volgens diverse kwekers heeft dat laatste een positief effect op de vraag. <
TreeCommerce
Hét digitale communicatie platform voor de boomkwekerij.
De officiële dealer van Mayer
and ederl in N elgië. & B
Meld u aan en vergroot uw verkoopkansen! Volg TreeCommerce ook via twitter: @Treecommerce
www.visser.eu/potmachines www.treecommerce.com
Yo u r A d j u v a n t S p e c i a l i s t
Hulpstoffen voor gewasbescherming Hasten, elasto G5 en atplus verbeteren de effectiviteit van gewasbeschermingsmiddelen en groeiremmers SURfaPLUS BV, Wageningen tel. 0317-451217 E-mail: info@surfaplus.com www.surfaplus.com
+ '( %$..(5
( ;3(57,6(%85($8
Specifieke boomkwekerij schade-expertise bij: • schade aan plantopstanden • schaderegeling • onteigening • planschade • LRGD geregistreerd deskundige • NIVRÉ Register-Expert • Lid N.V.A.E. • Tevens uitgave Prijzenregister Boomkwekerijproducten
De Akker 100, 2743 DP Waddinxveen bakkerexpertise@planet.nl
www.bakkerexpertise.nl Plantarium 23-26 Augustus 2017
com
VDH FOLIEKASSEN BV
Compleet in teeltvloeren Telefoon: 0182 - 351144 • Bergambacht info@houdijkdenboer.nl • www.houdijkdenboer.nl
Aan- en verkoop, onteigeningen, taxatie en bedrijfsbegeleiding van boomkwekerijen Engelandlaan 58 2391 PN Hazerswoude-Dorp I ITC Boskoop T: 0172 - 53 48 79 W: www.vdsm.nl E: info@vdsm.nl
Leverancier van:
Floramat teeltvloeren · Licht en sterk · Gemakkelijk te verwerken · Uitstekende drainage eigenschappen www.mastop.nl
Tel. 0172-235990 | www.foliekassen.com
Wanneer de grond wat vochtiger is en de temperaturen voldoende hoog zijn, vergroot dit de kans op een snelle kieming en onkruid krijgt dan minder ruimte. De keuze van de groenbemester hangt af van wat u er mee wilt bereiken. Wanneer er weinig last is van schadelijke aaltjes en er opbouw en herstel van de bodem gewenst is, kan er gekozen worden voor soedangras. Daarnaast hebben we de laatste jaren goede ervaringen met het zaaien van een mengsel van onder andere rammenas, vlas, zomerwikke, Phacelia, zonnebloem, Japanse haver en klaver. Deze soorten hebben de volgende eigenschappen: doorgronden van bodemlagen, verbeteren van de doorlaatbaarheid, stikstofvastlegging vanuit de lucht, humusopbouw, activeren bodembiologie en binden van mineralen. Is er een serieus probleem met vrijlevende wortellesieaaltjes dan is het zinvol om Tagetes of Japanse haver te zaaien. Bij een probleem met wortelknobbelaaltjes is het weer beter soedangras te zaaien. Een goede levende bodem bevat altijd veel aaltjes, niet alleen schadelijke maar ook veel overige en saprofage aaltjes. Hoe hoger de aantallen van deze laatste, hoe gunstiger omdat de kans op problemen met aantastingen een stuk kleiner is. Maak dus een goede afweging welke groenbemester u kiest, overleg
met uw adviseur wat hierin de beste strategie is. Voor het zaaien van een groenbemester is het zaak om een goede grondbewerking te doen. Hierbij is het goed loswoelen, diepte afhankelijk van eventueel aanwezige stoorlagen, het belangrijkst. Corrigeer voor het zaaien van de groenbemester bemesting en bodembiologie, zodat er direct na de groenbemester in het najaar of voorjaar, zonder veel grondbewerking, geplant kan worden.
Veel bladhoudende heesters en coniferen worden nu aangeplant. Vaak kan het rond deze tijd droog en schraal weer zijn. Om te voorkomen dat het jonge schot van stek of plantgoed uit de kas schade oploopt na uitplanten, kan het van te voren behandeld worden met een anti verdampingsmiddel. Dit middel legt als het ware een extra waslaagje op het blad waardoor tijdelijke verdamping wordt geremd. Een andere combinatie die de plant bij droogte â&#x20AC;&#x2122;ontstrestâ&#x20AC;&#x2122; is het spuiten van middelen op basis van zeewierextracten en aminozuren. Ook een behandeling met natuurlijke eiwithoudende bladmeststoffen over uw stek of plantgoed kan latere stress buiten voorkomen. <
De rozen worden normaal gesproken vanaf begin mei getopt. De scheuten zijn dan vaak 15 cm of langer en door het toppen komt er een betere vertakking. Deze vertakking moet ervoor zorgen dat de roos van A-kwaliteit gaat worden. Niet alleen de gewasgroei loopt achter, maar we zien ook dat de plagen later komen. Dat geldt bij rozen voor luizen, rupsen en kevers. Het jonge schot heeft met name last van de rozenkever en de groene lapsnuitkever. Voor de bestrijding van de luizen is het advies zo min mogelijk met Decis te werken. Gebruik tegen luizen met name Teppeki of Gazelle. Gebruik met name Calypso als er problemen zijn met kevers. Nadelen van Calypso zijn de geldende restricties: buiten mag dit middel maximaal drie keer toegepast worden met gebruik van 90% driftreducerende doppen en zestig dagen als tijd tussen behandelingen. Bij aantasting van kevers ligt die tijd te ver uit elkaar, maar andere goede opties zijn er niet.
Bij de rozen in pot zien we de laatste jaren meer problemen met roest. Deze problemen komen vooral voor bij overjarige gewassen. Daar zit nog oud blad aan. Juist op dat blad zien we vaak de eerste aantastingen. Voor de behandeling tegen roest zijn diverse opties. Het probleem wordt echter steeds groter omdat het aantal middelen waarover je kunt beschikken, steeds kleiner wordt. Afgelopen jaar is de toelating van Folicur (poeder en vloeibaar) vervallen. Er zijn diverse middelen tegen roest, maar specifiek voor de rozen is er alleen Topaz mogelijk. Dit middel heeft een toelating in onbedekte teelten voor twee toepassingen per jaar, en voor bedekte niet-grondgebonden teelten voor vier toepassingen per jaar. Raadpleeg voor verdere info altijd de website van het Ctgb (ctgb.nl) of uw adviseur. Verder geldt natuurlijk dat voorkomen beter is dan genezen. Zorg er dus voor dat uw bodem goed op orde is: voordat de teelt start in de vollegrond. In de containerteelt is regelmatige controle en bijsturing nodig voor een egale en goede groei. <
Het uitgelopen schot is bevroren; sommige geschoven knoppen geven bij het uitlopen ook een schadebeeld te zien. Deze schade lijkt nu groter dan de werkelijkheid, maar in veel gevallen zien we dat nieuwe zijknoppen (slapende ogen) nu beginnen te schuiven: de bomen lopen opnieuw uit. Ondanks deze hergroei is er wel groeiachterstand en schade van kwaliteit. Bij soorten die normaal op de topknop moeten doorgroeien en een scheut hadden van 2-10 cm, moet je nu een zijtak gebruiken als top. Voor kleinere bomen is dit een verlies van kwaliteit. Een cultivar van bijvoorbeeld Fraxinus excelsior waarbij de top op 1,5 m is bevroren, geeft namelijk een vergroeiing in de stam op die hoogte: mogelijk wordt die boom niet meer leverbaar. Bij dunnere soorten zoals Davidia is deze vergroeiing minder zichtbaar en dus minder erg. Op diverse plekken zien we ook dat dikkere bomen schade hebben. Dit beeld zijn we al vaker tegengekomen en wordt meestal pas zichtbaar na één tot twee jaar. Deze schade is vaak groter dan gedacht, vooral omdat het nu nog niet te zien en te meten is. Zelfs
bomen van 25-30 stamvang of meer hebben er last van. De schade is bij de bomen waar de sapstroom op gang is gekomen. Op de bast ontstaan na een jaar ingezonken of dode plekken. Daar komen vaak secundaire Phythophthora-verschijnselen bij. Vaak is deze schade aan één kant van de boom. Om voldoende groei te houden is het verstandig om de groei te stimuleren. Geef een extra gift stikstof om een snelle hergroei te krijgen. Daarnaast is het erg belangrijk om te zorgen dat de gehalten sporenelementen in de bodem in orde zijn. Een plant die nu alles bij moet zetten om te herstellen en te groeien, heeft meer nodig dan normaal. Daarom zien we ook een beter herstel bij een evenwichtig bemeste grond, in tegenstelling tot een grond die te kort heeft aan sporenelementen en een hogere bemestingswaarde heeft van hoofdelementen. Bij soorten die gevoelig zijn voor taksterfte en schurft is het belangrijk om deze voldoende preventief te beschermen tegen schimmels. Let daarnaast op luizen; de luizendruk neemt vaak toe in soorten waarin deze druk normaal niet begint. <
aandeel gedaald naar 45%. Koert legde uit dat Groen-Direkt heeft geprobeerd de omzetdaling een halt toe te roepen door bij kwaliteitsproblemen strenger op te treden tegen leveranciers en juist soepel om te gaan met klachten van afnemers. Maar echte resultaten hiervan bleven volgens hem uit. „Consumenten ervaren nog altijd veel problemen met Buxus en tuincentra die klant zijn bij ons, hebben hier nauwelijks een antwoord op”, zei hij.
Tijdens het Buxuscafé, dat door vakblad De Boomkwekerij is georganiseerd, ging een aantal sprekers in op de afzet en afzetproblemen van Buxus. Deze afzet staat al een aantal jaar onder druk, door met name problemen rondom Cylindrocladium en buxusmot. Zowel Gert Koert, mede-directeur van Groen-Direkt als Michel Verbeek, Productmanager Buxus van Royal FloraHolland lieten aan de hand van cijfers zien dat het aantal Buxus-kwekers de laatste jaren fors is gedaald. Verbeek spreekt in dat geval zelfs van een halvering in de laatste tien jaar: het aantal kwekers in Nederland nam af van 848 in 2006 tot 426 in 2016. Door schaalvergroting gaat de daling van het areaal minder hard, maar in 2016 verdween volgens Verbeek opnieuw 150 ha waardoor er op 1 januari 2017 nog zo’n 1.200 ha Buxus over is.
Bij Groen-Direkt steeg het aantal Buxus-kopende klanten – met name tuincentra – de laatste jaren van 530 naar 580, maar dat aantal stijgt minder hard dan de stijging van het totale klantenbestand van Groen-Direkt. In 2010 kocht dan ook nog 60% van de klanten Buxus, is 2016 was dit
Jeroen van Gils, accountmanager bij handelaar en kweker Van Lint bv, constateerde dat er de laatste jaren veel negatieve publiciteit rondom Buxus is geweest, maar dat hun klanten desondanks toch meer hebben afgenomen. De klanten van Van Lint zijn grootschalige retailers waaronder veel discounters. „Onze klanten zijn wel strenger gaan controleren en hebben naar aanleiding van problemen met Cylindrocladium ook hun kwaliteitseisen opgeschroefd. Maar uiteindelijk is er maar één klant in ZuidDuitsland geweest die gestopt is met Buxus en zijn er maar weinig orders qua aantal naar beneden bijgesteld”, aldus van Gils. Wel hebben sommige klanten volgens hem angst om in de zomermaanden, wanneer de ziektedruk het hoogst is, acties te draaien. „Maar uiteindelijk blijken onze klanten toch vooral gewoon door te willen draaien, onder andere omdat er geen alternatieven zijn waarmee dezelfde omzet kan worden gehaald.” Een vergelijkbaar geluid was te horen uit de mond van Chris Campbell, manager van handelaar Javado UK. Tijdens het Buxuscafé is een eerder opgenomen interview met hem vertoond. Campbell zei dat in Engelse tuinen veel problemen zijn geweest met zowel Cylindrocladium als de buxusmot. Toch heeft de tuincentrumverkoop van Buxus hier volgens hem niet onder geleden. „De juiste display en prijspromoties zijn effectief gebleken en hebben
gezorgd voor een betere verkoop bij tuincentra. Slechte publiciteit vergeten consumenten al weer snel.” Hij gaf nog een ander voorbeeld van een positieve ontwikkeling. In 2015 had een van de tuincentra en de bijbehorende tuin van de Royal Horticultural Society (RHS) te maken met ernstige aantasting door buxusmot. Hierop besloot de RHS om in 2016 in haar vier tuincentra geen Buxus meer te verkopen. Maar nadat in 2016 in de omgeving geen sprake meer was van een aantasting door buxusmot is de RHS op die beslissing terug gekomen. „Dit voorjaar kopen ze weer volop Buxus. Een belangrijke reden hiervoor is dat ze er achter zijn gekomen dat ze de Buxus-omzet in hun tuincentra niet willen missen.”
Paul Klein Gunnewiek, tuinbaas van Kasteel Middachten, was uitgenodigd om te vertellen over de instandhouding
van de historische Buxus-tuin van het kasteel. In de tuin werd in 2015 de eerste schade met Cylindrocladium vastgesteld. Volgens Klein Gunnewiek hebben de producten van Topbuxus er voor gezorgd dat de schade beperkt is gebleven en de Buxus-haagjes weer grotendeels zijn hersteld. „Een alternatief voor Buxus, zoals bijvoorbeeld Ilex crenata, is bij mij nooit in beeld geweest. In deze historische tuin hoort gewoon Buxus. Ik ben bovendien lid van een tuinbazenclub en ook onder collega's van andere kasteeltuinen proef ik dat zij - ondanks de keuze van Paleis het Loo voor Ilex crenata - toch vooral willen vasthouden aan Buxus.” Alles bij elkaar waren er tijdens het Buxuscafé, naast de geluiden over krimp in areaal en aantal kwekers en omzetdaling, relatief veel positieve geluiden over Buxus te horen. Zoals grote retailers die acties blijven draaien, Engelse tuincentra die de Buxus-omzet niet willen missen en een tuinbaas die zeker weet dat er over tien jaar nog steeds Buxus in de historische tuin staat. <
Vakblad de Boomkwekerij organiseert opnieuw een Buxuscafé, op 7 september in Kasteel Middachten, Gelderland. U kunt zich nu al aanmelden op hortipoint.nl/ buxuscafe
Typischer kan het haast niet. De Green Belt Factory ligt onder de rook van Schiphol en Amsterdam, tussen Amstelveen en Aalsmeer, en produceert klimaatadaptieve gewassen (zie kader Voorbeelden) die een natuurlijke prestatie kunnen leveren: bijvoorbeeld het zuiveren van vervuilde lucht boven stedelijk gebied of een luchthaven.
De ondernemer achter de Green Belt Factory is Ton van Oostwaard, tevens senior adviseur visie en ontwikkeling bij gemeente Amstelveen. Het is dezelfde man die een ambitieus plan wil uitvoeren langs de Stelling van Amsterdam, de 135 km lange en historische verdedigingslinie in een wijde boog om de hoofdstad heen:
maar liefst 25.000 ha aanleggen met prestatiegroen. De megabeplanting langs de linie van forten en waterwerken is gedoopt tot de Stelling 2.0. „Het wordt een groene gordel”, vertelt Van Oostwaard, waarmee hij gelijk de Engelse naam van zijn fabriek verklaart. Onder een concept getiteld MyEarth probeert de initiatiefnemer zijn plan
ook in het buitenland te bewerkstelligen. „Rond steden langs de nulmeridiaan van Hamburg naar Tanger in Marokko.”
Voorlopig staat verwezenlijking van het plan rond Amsterdam voorop. „We geloven steeds meer dat ons plan echt gaat slagen”, zegt Van Oostwaard, „want allerlei partijen komen nu op ons af.” Die partijen zijn bijvoorbeeld de ministeries van Economische Zaken en Infrastructuur en Milieu, wethouders van Amsterdam en omliggende gemeenten. Bouwbedrijf Dura Vermeer. Ondernemersorganisatie VNO-NCW. „Mensen van al die partijen heb ik in mijn netwerk gekregen. Er zit ook een hoogleraar grootstedelijke problemen in. Allemaal bereid om mee te werken.” Begin april zijn alle partijen aan tafel gegaan met Van Oostwaard. Hij
vliegveld dat wordt uitgebreid. Dan kunnen er evenementen worden gehouden waarvoor Zandvoort of Assen te klein is.”
verwacht dat betrokken gemeenten zullen bijdragen aan de financiering van 25.000 ha prestatiegroen. Andere partijen hebben ook interesse getoond. „Het Amsterdams Klimaat & Energiefonds wil er ook graag in investeren, want prestatiegroen levert gewoon rendement op.”
Op andere plekken in Nederland timmert MyEarth inmiddels ook aan de weg. Zo zijn er al klimaatadaptieve soorten geplant tegen geluidsschermen langs de Brabantse rijksweg N279 die wordt vernieuwd. MyEarth is ook nauw betrokken bij de ontwikkeling van NSE Lelystad (Nationaal Sport- en Evenementenpark): 2.100 ha naast Airport Lelystad, inclusief een 5,4 km lang racecircuit voor bijvoorbeeld Formule 1. „Om het circuit komt een 12 m hoge wal met aan de buitenkant
beplanting, en aan de binnenkant schanskorven: als tribunes”, legt Van Oostwaard uit. „De wal is dan een geluidsreducerend pakket en maakt het gebied fijnstofneutraal.” Het plan staat ook in de belangstelling bij TU Delft. „Die heeft een waterstof-raceteam en wil er duurzaam en schoon racen.” Het gebied binnen de wal kan daarnaast nog een andere functie krijgen. „Het kan evacuatiegebied worden voor de Flevopolder, mochten er ooit overstromingen komen.” Voor de bouw van het NSE is nog geen groen licht. „Lelystad en de provincie Flevoland vinden het plan vreselijk ambitieus, maar ze zijn er niet op tegen”, zegt Van Oostwaard. Hij denkt wel dat het plan doorgaat. „Het is een voordeel dat de infrastructuur er al ligt: de A6, en het
Drie jaar geleden is Van Oostwaard begonnen om partijen warm te krijgen voor het concept MyEarth. Twee jaar geleden is hij alvast zelf de productie gestart van klimaatadaptieve gewassen (zie kader Productie). Het gekweekte prestatiegroen is vooral bedoeld voor institutionele afzet, maar MyEarth richt zich nu ook op consumenten. „Het is ook voor hen geschikt. We openen een webshop met klimaatensembles voor de tuin.” Het is niet de bedoeling van Van Oostwaard om bijvoorbeeld vakken met slechts één soort aan te leggen. „Nee, in ons concept gaat het om een gemixt sortiment: 50% bos- en haagplantsoen, 25% groenblijvers zoals Taxus baccata, en 25% klimaatadaptieve soorten zoals Quercus suber.” Zo’n gemengd sortiment levert niet alleen meer op in de zin van bijvoorbeeld: afvangen van fijnstof en produceren van biomassa. Het kost volgens Van Oostwaard ook minder onderhoud. „Een vak met alleen Berberis kost €4 per vierkante meter per jaar aan onderhoud. Ons sortiment kost €1,50 per vierkante meter per jaar. Vergelijk het met onderhoudskosten van bermen.” <
hebe thuj a
buxus erus junip mus y euon
Smidstraat 1, 6691 ES Gendt, Nederland www.wilbertstek.nl
aris aecyp cham ilis b o n s lauru dula lavan psis o j u th
prun us rosm arin us thym us taxu s ilex
Jaarrond leverbaar Heesters, kruiden en vaste planten o.a. Cotoneaster Euonymus Hedera Hydrangea Lavandula Rosmarinus Sedum 0031 (0) 172 587403 www.djhendriksen.nl
Uitgebreid assortiment in laanen sierbomen, fruitbomen, spillen, dakplantanen en leilindes (vormbomen).
ZOWEL IN DE VOLLE GROND ALS IN CONTAINER Het juiste adres voor de beste kwaliteit! Kijk op onze website voor meer informatie:
WWW.MABO.NL
STEKBEDRIJF G VAN DER LOO BV
Gewortelde stek: Heesters, Coniferen en Siergrassen in pluggen Hooghoutseweg 27, 5074 NA Biezenmortel tel: 0411-643094 fax: 0411-643597 e-mail: infovdloo@stekbedrijf.com
www.stekbedrijf.com
Achterstraat 12 | 6668 AA Randwijk T +31 488 49 1271 | F +31 488 49 1342 E info@mabo.nl | I www.mabo.nl
De afzet van Corylopsis profiteerde dit vroege voorjaar optimaal van het mooie meer. Bij Groen-Direkt resulteerde dat in een stijging van 30% van het aantal verkochte stuks, terwijl de prijs gemiddeld 2% hoger lag. „Het is een mooi artikel, maar de populariteit blijft beperkt”, zegt mede-directeur Gert Koert van Groen-Direkt. „In de tuin is de plant redelijk lang visueel aantrekkelijk, maar in de kas bij de kweker of in het tuincentrum is dit maar een korte
periode. Toch is bij ons vanaf 2012 jaarlijks een lichte stijging in de afzet te zien.” Voor het iets meer dan een handjevol kwekers dat Corylopsis kweekt, is het maar een klein product. Kweker Cees Koemans vindt dat ook niet zo gek. „De plant is moeilijk te kweken en ook de vermeerdering is lastig. En als de plant op z’n mooist is kan de handel op z’n gat liggen omdat alles in het ijs zit. Ze zijn dit jaar goed weggelopen, maar ik twijfel of Corylopsis voor mij een blijvertje is. Ik moet het steeds meer hebben van grotere kopers die een beperkt sortiment voeren en daar past Corylopsis niet bij. Aan de andere kant: met de huidige digitale aanbodsbanken weten kopers een klein product als dit toch ook wel weer te vinden.” Kweker Ron van Opstal zegt ge-
profiteerd te hebben van het mooie voorjaar. „Deze plant moet het echt hebben van z’n bloei, als kaal product verkoopt het niet. Dit voorjaar was de handel gretig. Alleen jammer dat de laatste planten die we nog hadden staan, vorstschade hebben opgelopen.” <
De omzet van tuinplanten (totaal van klok en directe verkoop) kwam bij Royal FloraHolland in april bijna 8% lager uit dan in dezelfde maand vorig jaar. De omzetdaling komt met name door een daling van de aanvoer in stuks van ruim 13%. De middenprijs steeg ruim 6%. Het verschil met maart is groot: in die maand viel nog een omzetplus van ruim 26% te noteren. Het aangevoerde sortiment tuin-
planten is deze maand flink gewijzigd. De top drie van vorige maand bestond uit Viola, Citrus en Buxus. Die zijn in april alle drie uit de top verdwenen. De belangrijkste omzetmakers in de maand april zijn Pelargonium, Osteospermum en Overig perkplanten. Opvallend is het prijsherstel van Rosa. Na een aantal jaren met forse prijsdruk is nu duidelijk sprake van prijsherstel. Volgens kweker Eric
Mulders liggen de prijzen eindelijk weer eens op een aanvaardbaar niveau. „Ik heb tot nu toe vooral kaal, doorworteld product geleverd, maar de marktsituatie geeft ook voor planten in grotere potten – waarvan het seizoen eigenlijk nog moet beginnen – reden tot optimisme.” Buxus laat nog altijd een forse omzetdaling zien. De omzet kwam in april bijna 25% lager uit dan in dezelfde maand vorig jaar. <
In laanboomregio Opheusden, waar Acer platanoides tot de grootste artikelen behoort, zijn de tweemaal verplante bomen tot maat 10-12 zo goed als op. Het is het gevolg van teruggeschroefd aanbod in de afgelopen jaren, terwijl de vraag afgelopen seizoen voorzichtig is toegenomen. De markten in Polen en Rusland trekken bijvoorbeeld aan. Dat de dunnere bomen qua aantallen goed zijn weggegaan, betekent simpelweg dat er minder onverkocht
blijven staan en volgend seizoen zouden kunnen concurreren met driemaal verplante bomen. Een prijsverhoging zat er afgelopen seizoen nog niet in, maar volgend seizoen mogelijk wel, zo is de verwachting in de sector. Binnen het sortiment waren zoals gebruikelijk wel verschillen in de vraag. Jonge vollegrondsbomen van een rode cultivar als ’Royal Red’ zijn bijvoorbeeld op in de regio Opheusden. Groene cultivars staan er nog wel, maar daarover wordt daar niet geklaagd. De markt voor ’Acer plat’ lijkt beter in evenwicht te geraken dan de markt voor Tilia. Door de snelle grote order uit China die begin dit jaar veel lindes omvatte, steeg dit voorjaar namelijk ook plots de vraag naar zetstammen voor nieuwe lindes. In de
„Hedera hibernica. Verder hebben we ontzettend veel winterharde tuinpalmen verkocht zoals Trachycarpus en Chamaerops. En daarnaast dakplatanen, leilindes en lei-Photinia. En van Hydrangea arborescens ’Strong Annabelle’ verkopen we er wekelijks wel zestig.”
„Ja, maart was heel warm en toen zijn al veel planten verkocht. Mensen geven veel makkelijker geld uit. Als dit zo doorzet zijn we ontzettend tevreden. Nadeel was dat het hier onlangs tot -9ºC was, met veel vorstschade aan het jonge schot tot gevolg, maar dat herstelt wel weer.”
sector is goede hoop dat de Chinezen ook komende jaren terugkomen voor lindes. Dat moet nog wel blijken. Voor nieuwe ’Acer plat’ zijn dit voorjaar echter niet plotseling meer zetstammen uitgeplant. Na jaren van mindering hebben sommige kwekers wel meer besteld, maar anderen houden vast aan dezelfde productie. <
„Ja, voor Carpinus betulus en Fagus sylvatica. En de zuilvormen, de vraag daarnaar neemt in de particuliere markt gigantisch toe. Mensen willen een mooie struik die niet al te veel ruimte inneemt en die het hartstikke mooi doet. Dat geldt ook voor zuilconiferen, die we uit Italië importeren. Dat is ook een echte runner.”
„Nieuwbouwwijken hebben vaak prachtige huizen, maar met postzegeltuintjes. Een zuilvorm is een leuke blikvanger en neemt niet te veel plaats in.”
„Er is meer vraag naar natuurlijke afscheidingen. Daarvoor worden ook weer coniferen gebruikt zoals Thuja occidentalis ’Brabant’ en Cupressocyparis leylandii. En de eetbare tuin, de markt daarvoor blijft groeien.” <
Maatwerk in de
groene branche
Managementbegeleiding
Effectievere bedrijfsvoering en rendementsverbetering Continu inzicht in uw toekomstige liquiditeitspositie
Verantwoorde voorraadgroei, voorraadwaardering en voorraadfinanciering
Kan uw
bedrijfsrendement
nog groeien?
Meer informatie: Post Sierteeltmanagement • Keukelenberg 20 • 7421 EA Deventer T 06-55730229 • info@sierteeltmanagement.nl
www.sierteeltmanagement.nl
„De handel loopt matig, maar laten we hopen dat de handel wel zo doorgaat, want we hebben dit afzetseizoen nog zeker twee maanden te gaan. In juli maken we weer de balans op. Tot op heden hebben wij best gedraaid, beter dan voorgaande jaren. Ik denk dat het ook voor kwekers een beter seizoen zal zijn. Sommige soorten bos- en haagplantsoen zijn al op. Dat zijn soorten die de laatste jaren toch al minder zijn gekweekt. Misschien zijn er toch
weer kwekers die inspringen op die soorten, nu er weer meer vraag is, want het sortiment verschraalt enorm. Voor een handelsbedrijf als het onze is het echt zoeken om het sortiment nog bij elkaar te krijgen. Laurier is bijvoorbeeld al op. Ook Ligustrum ovalifolium is overal op, maar L. vulgare en L. vulgare ’Atrovirens’ zie ik nog bij andere bedrijven op voorraadlijsten staan. We krijgen die lijsten gelukkig wel binnen, zodat we weten wat er nog zit. Bij ons is het nu daghandel. Het is een kwestie van vraag en aanbod, opzoeken en vragen of je mag leveren. Maar mijn ervaring is dat bijna iedereen nog erg op prijs inkoopt. Dat moet je zelf eigenlijk ook doen, anders kom je niet goed mee in de markt. Maar het zou wel goed zijn als prijzen algemeen stijgen.
De handel met Britten loopt wel. De duurdere euro is nog steeds nadelig voor ons. Nu staat de koers van het pond op € 1,18: dat is niet verkeerd. Toen vorig jaar was gestemd voor Brexit, zakte de koers onder € 1,10: dat is niet goed voor de handel.” <
„De laatste twee weken is het minder druk geweest dan de weken daarvoor. Veel klanten van ons verkopen nu veel perkgoed, en dat is bovendien door hen ook nog eens goedkoop op de klok in te kopen. Ook wij verkopen wel wat perkgoed, maar het is zeker niet meer dan 5% van omzet. Boomkwekerijproducten lopen eigenlijk het hele voorjaar al goed. Producten als Ceanothus, Pieris en Rhododendron zijn al zo’n beetje op en dat is veel eerder dan andere jaren. Er is over de hele linie veel minder prijsdruk en niemand van de kwekers is in paniek. Het zijn allemaal tekenen dat de handel goed loopt. Ik merk dan ook dat veel kwekers beter
in hun vel zitten dan voorheen. Dat er hier en daar schaarste is aan aanbodzijde, betekent dat wij als inkoop ook goede afspraken met onze verkopers moeten maken. We willen de producten zo eerlijk mogelijk onder onze klanten verdelen. Dat betekent dat we schaarse producten bijvoorbeeld niet aan klanten aanbieden die graag grote aantallen draaien. Een aantal producten, zoals Ilex crenata ’Dark Green’, hebben we op voorhand vastgelegd. Daarvan hebben we nu profijt, maar ook daarvoor geldt dat we moeten zorgen dat we alle klanten tevreden houden door de producten gelijkmatig te verdelen. In aanloop naar Moederdag hebben we onze klanten een – zoals wij die noemen – pareltjeslijst gestuurd. Dit is een lijst met een aantal visueel aantrekkelijke producten die goed als cadeau-artikel verkocht kunnen worden. Hierop staan bijvoorbeeld eenjarigen, grote schalen met eenjarigen en vaste planten, alsmede voorgetrokken hortensia. We besteden dit jaar extra aan-
dacht aan producten die geschikt zijn om bij tuincentra in een koude kas te zetten. In de kas voorgetrokken hortensia is daar een voorbeeld van. Voorheen verkochten we alleen buitengekweekte hortensia. De vorst van een tijdje geleden heeft hier en daar onverwacht toch voor wat schade gezorgd. Bijvoorbeeld bij tuincentra die de voorgetrokken hortensia verkopen, maar ook Buxus en Taxus die net waren uitgelopen, hebben bij sommige kwekers schade opgelopen. <
Tijdens de FlowerTrials presenteren 59 deelnemende bedrijven hun noviteiten en toekomstige ontwikkelingen in de vaste planten en pot- en perkplanten. Tijdens dit vierdaagse evenement hebben kwekers de mogelijkheid om al dan niet met hun klanten veredelaars en vermeerderaars te bezoeken om zicht te krijgen op het sortiment voor volgend jaar. Naast aandacht voor het nieuwe sortiment, presenteren de bedrijven ook nieuwe concepten en presenteren zij de laatste trends. De 59 deelnemende bedrijven liggen verspreid over de regioâ&#x20AC;&#x2122;s Westland, Aalsmeer en Rheinland-Westfalen. Meer informatie en inschrijven: flowertrials.com