TEL_08-2015

Page 1

8 Vakblad voor de groenvoorziening | 37e jaargang | 9 april 2015

Gezond groen Generatietuin als ontmoetingsplaats Gezondheidsfuncties van groen Ziekenhuis wordt healing environment

Voorplaat.indd 1

02-04-15 15:15


587726_.indd 2

2-4-2015 11:45:42


Inhoud

Nummer 8 | 9 april 2015

Themanummer Groen en gezondheid In Tuin en Landschap 8 is het themanummer Groen en gezondheid opgenomen. Naast onderzoek naar de effecten van groen op onze gezondheid, vindt u artikelen over een groene inrichting rond ziekenhuizen, over de combinatie groen en zorg en over gezondheidsfuncties van groen.

Nieuws 4 5 28

6 7 8

Veel belangstelling voor Buxus-symposium Studie noemt glyfosaat ’kankerverwekkend’; Monsanto roept op tot intrekking Richtlijnen duurzaam onkruidbeheer aangepast Europa op zoek naar groene oplossingen voor stedelijke problemen Tuin en Landschap Online

Groen en gezondheid

34

10 14 18 20 22 28 30 32 34 40 44

50

46 50 54 58 62

De natuur als vluchtheuvel van de geest Gezondheidsfuncties van groen Website beter in het groen ontsluit groene zorg ‘We moeten van ziekte en zorg naar gezondheid en gedrag’ Food for Good: goed voor mens en maatschappij Zorg en groen, een kansrijke combinatie voor gemeenten Groene omgeving zet bewoners aan tot bewegen Almere gaat met TEEB Stad gezondheidsproblemen te lijf Speelmoestuin brengt buurt bijeen 'Niet achter de geraniums maar ertussen' Nature Assisted Health Foundation koppelt praktijk aan onderzoek ’Joen Toen’ is er voor jong en oud Tuin bij Hospice biedt troost Struinen door de natuur na ziekenhuisbehandeling Meander Medisch Centrum als healing environment Groen is wezenlijk onderdeel van Isala ziekenhuis

Service

Foto voorplaat Christian van der Kooy

70 Agenda en cursussen 71 Groene Gast: Rachelle Eerhart

Inhoud.indd 3

62

TuinenLandschap | 8 | 2015

3 02-04-15 15:15


Nieuws

Veel belangstelling voor Buxus-symposium Het symposium vond plaats op Paleis het Loo waar de vervanging van Buxus door Ilex crenata ’Dark Green’ momenteel in volle gang is. Hoofd Tuindienst Willem Zieleman gaf tekst en uitleg over de beweegredenen om de 28 km Buxus-haag in de paleistuin te vervangen door Ilex. Foto Peter Bennink

Zo’n negentig belangstellenden bezochten maandag 30 maart het symposium over Buxus dat was georganiseerd door de Vereniging van Erfgoedhoveniers. Het thema van de dag was de schimmelziekte Cylindrocladium. De bezoekers werden bijgepraat over de stand van zaken door experts uit wetenschap en praktijk.

Belangstellenden bekijken Ilex-haagjes die de Buxus bij het Loo vervangen.

Vervanging was volgens Zieleman nodig omdat vanaf 2009 de Buxus in de paleistuin te lijden had onder Cylindrocladium. De keuze ging uiteindelijk tussen de minder gevoelige Buxus ’Green Velvet’ en Ilex crenata ’Dark Green’ waarbij de keuze ’nipt’ in het voordeel van Ilex uitpakte. Nu de Ilex twee jaar in de tuin staat zegt hij: „De uitstraling komt redelijk in de buurt van Buxus - veel bezoekers denken zelfs dat het Buxus is - maar het is een oplossing met ’mitsen en maren’.’’ Hij noemde als nadelen van Ilex de gevoeligheid voor wortelrot en de sterkere groei. Door dat laatste moet Ilex twee keer per jaar worden gesnoeid tegen Buxus een keer per jaar. Ook is Ilex minder bodemvaag en daardoor ongeschikt voor kleigronden. De Belgische Buxus-kweker Didier Hermans vertelde over het geslacht Buxus en de eigenschappen van en verschillen in vatbaarheid voor Cylindrocla-

dium tussen een aantal van de meer dan honderd Buxussoorten. Vooral Buxus microphylla biedt aanknopingspunten voor het kweken van ziekteresistente Buxus. Hermans verwacht de eerste resistente hybrides op Groot Groen Plus 2016 te presenteren. Na presentaties van kweker Adri van Dun over bladmeststof TopBuxus Health mix, en groenjournalist Emiel van den Berg over alternatieven voor Buxus, was het de beurt aan onderzoeker Kurt Heungens van het Belgische ILVO. Volgens Heungens is correcte naam voor Cylindrocladium buxicola door nieuwe inzichten inmiddels Calonectria pseudonaviculata. Verder blijkt uit onderzoek dat er twee soorten van deze schimmel zijn, die in wisselende mate op funghiciden reageren. Uit praktijkproeven bleek dat Buxus microphylla ’Belvedere’ en Buxus harlandii het minst aangetast werden. <

Commentaar

Groene pionier De mens heeft een natuurlijke behoefte om zich te omgeven met natuur. En die behoefte wordt groter in een snelle samenleving waar je gebombardeerd wordt met informatie. Natuur maakt de mens vitaler zowel fysiek als mentaal. Dat blijkt inmiddels uit allerlei wetenschappelijk onderzoek. De groene vakman wist dat natuurlijk allang. Ervaringsdeskundig als hij is. Werkend aan een duurzame groene omgeving heeft hij goud in handen. Vraag aan een willekeurig persoon wat het belangrijkste in zijn leven is en deze zegt: ’mijn gezondheid’. De gezondheid- en welzijnssector is bezig de natuur als partner te herontdekken, de participatiemaatschappij doet zijn intrede, de samenleving is in transitie. De groensector is naarstig op zoek naar mogelijkheden om zijn diensten beter te vermarkten. Dat lukt nog onvoldoende. Want hoewel er sluitende businesscases zijn te maken, blijkt het ontzettend moeilijk om intiatieven op het snijvlak

4

TuinenLandschap | 8 | 2015

NieuwsPag_4-5_B.indd 4

van groen en gezondheid te verzilveren. Of om de baathouders van de openbare ruimte er financieel medeverantwoordelijk voor te maken. Dat heeft alles te maken met vastgeroeste overtuigingen, de complexe systemen waarin we onze maatschappij hebben georganiseerd, en domweg tijd. Toch liggen er kansen en daarvan zijn steeds meer voorbeelden te zien: groene schoolpleinen, natuurlijke spelplekken, restoratieve tuinen bij ziekenhuizen en zorginstellingen, en gemeenschappelijke moestuinen in buurten. Ook hier is geen sprake van een ruime pot met geld en blijft groen geregeld sluitpost. Maar er is veel mogelijk als je over de eigen grens heen kijkt, dwarsverbanden creëert, allianties smeedt en de fondsen in Nederland in het vizier houdt. In de wereld van groen en gezondheid zou het waardevol zijn als de groene vakman pionier wordt in plaats van hekkensluiter te zijn. Wendy Bakker hoofdredacteur

02-04-15 15:15


Studie noemt glyfosaat ’kankerverwekkend’; Monsanto roept op tot intrekking Monsanto, producent van onkruidbestrijdingsmiddel Roundup, roept de Wereld Gezondheids Organisatie op om een studie naar glyfosaat in te trekken. Volgens Monsanto is het gebaseerd op ’rommel-onderzoek’. Het Internationaal kankeronderzoekscentrum IARC, onderdeel van de Wereld Gezondsheidsorganisatie, concludeerde onlangs dat glyfosaat 'waarschijnlijk kankerverwekkend' is. Het onderzoek is gepubliceerd in medisch tijdschrift The Lancet Oncology. Na uitvoerig literatuuronderzoek heeft het IARC een aantal bestrijdingsmiddelen, waaronder glyfosaat, als kankerverwekkend aangemerkt. Het IARC onderscheidt twee groepen stoffen, ’waarschijnlijk kankerverwekkend’ (groep 2A)

en ’mogelijk kankerverwekkend’ (groep 2B). Glyfosaat, de werkzame stof in Roundup, valt in de eerste groep. Ook twee insecticiden, malathion en diazinon, zijn door het IARC aangemerkt als ’waarschijnlijk kankerverwekkend’. Deze stoffen zijn echter niet meer toegelaten in Nederland. De insecticiden tetrachlorvinphos en parathion werden als 'mogelijk kankerverwekkend' aangemerkt. Ook deze stoffen zijn niet in Nederland toegelaten.

Bewijs Er is volgens het IARC beperkt bewijs dat glyfosaat een rol speelt bij non-Hodgkin lymfklierkanker. Dit bewijs is afkomstig uit Amerikaanse, Canadese en Zweedse studies naar agrarische toepassingen. Daarnaast is er volgens het

IARC overtuigend bewijs dat glyfosaat kanker kan veroorzaken in proefdieren. Het IARC rapporteert haar bevindingen, maar de conclusies zijn niet bindend. Het is volgens het IARC aan overheden om eventuele maatregelen te nemen op basis van de wetenschappelijke gegevens.

Woedend Monsanto is woedend over het rapport van het IARC. Volgens het Amerikaanse bedrijf is er geen sprake van nieuw onderzoek en worden de conclusies van het IARC niet ondersteund door wetenschappelijk bewijs. Monsanto beschuldigt het IARC ervan met vooropgezette conclusies onderzoek te hebben bedreven, en alleen studies te hebben gebruikt die aansluiten bij deze conclusie.

Gebruiksverbod Ondanks een aangenomen motie die oproept tot een verbod op glyfosaat op verhardingen, is er in Nederland nog steeds geen verbod op het onkruidbestrijdingsmiddel. Staatssecretaris Mansveld denkt dat een verkoopverbod voor particulieren niet haalbaar is en zet daarom in op een gebruiksverbod. Tuincentra denken echter dat een gebruiksverbod omslachtig is en niet te handhaven. VHGdirecteur Egbert Roozen roept in zijn column in Tuin en Landschap (pag. 7) Mansveld op om particulieren en professionals gelijk te behandelen. „Het valt niet uit te leggen, dat professionals een verbod opgelegd krijgen en dat particulieren lekker door mogen klooien.”

Zilverlinde slachtoffer van lentestorm Foto Foto Persbureau Noordoost, Alex J. de Haan

De piketploeg van gemeente De Friese Meren ruimt in Terherne de stormschade op. Een zestigjarige zilverlinde sneuvelde in de lentestorm op de laatste dag van maart. Het bekende gezegde ’Maart roert zijn staart’ deed zijn naam dit jaar eer aan. Een westerstorm geselde Nederland en veroorzaakte veel overlast. Hoewel de bomen nog niet in het blad zitten, gingen er toch heel wat grote exemplaren om als gevolg van de storm en de daarmee gepaard gaande rukwinden. De hevige wind zorgde niet alleen voor veel omgevallen bomen, maar ook voor materiële schade. De meeste schade werd gemeld in het Noorden, de kustregio's en Midden-Nederland. <

TuinenLandschap | 8 | 2015

NieuwsPag_4-5_B.indd 5

5 02-04-15 15:15


Nieuws

Richtlijnen duurzaam onkruidbeheer aangepast

De belangrijkste aanpassingen hebben betrekking op: ▸ De specifieke toepassing van middelen op basis van glufosinaat-ammonium op verhardingen (’permanent onbeteelde terreinen’) van niet-openbare terreinen is niet meer toegestaan. ▸ De verplichting dat toepassing van glyfosaat op verhardingen uitsluitend onder certificaat moet worden uitgevoerd is vervallen. ▸ De bepaling dat in uitzonderlijke gevallen mag worden afgeweken van het maximum glyfosaat verbruik wanneer veiligheidsvoorschriften

aantoonbaar verplichten tot bestrijding en chemische bestrijding de enige mogelijkheid is, geldt alleen nog voor open verhardingen. ▸ In grondwaterbeschermingsgebieden is het gebruik van onkruidbestrijdingsmiddelen op alle typen verhardingen niet toegestaan. SMK zal de aanpassingen overnemen in het certificatieschema Barometer Duurzaam Terreinbeheer niveau Brons en ’Toepassing glyfosaat’.

MCPA Voor MCPA loopt momenteel een herevaluatieprocedure. MCPA wordt gebruikt als onkruidbestrijdingsmiddel tegen eenjarige en overblijvende tweezaadlobbige onkruiden. Mochten de resultaten leiden tot wijzigingen in de toelating met betrekking tot het gebruik van MCPA op verhardingen dan worden de DOB richtlijnen daarop aangepast. <

Foto Miranda Vrolijk

De DOB 2.0 richtlijnen voor duurzaam onkruidbeheer op verhardingen zijn aangepast. Dat meldt Plant Research International (PRI). De aangepaste richtlijnen gelden vanaf 1 april 2015. De aanpassingen zijn afgestemd met het Ctgb.

Klimles op Frans landgoed Onder leiding van docent Michiel Boerman proberen studenten van het Terra MBO in Groningen het boomklimmen uit. De tweedeklassers van de opleiding Tuin, Park en Landschap waren van 28 maart tot en met 3 april op werkweek in Frankrijk. De twintig studenten logeerden op het Château de la Trousse dat zo’n 80 km van Parijs ligt. Het 18 ha grote landgoed van het kasteel ligt er door hen weer netjes bij. De werkzaamheden waren onder meer: motorkettingzagen in het bos, het afsteken van de grasparterres, perziken en peren snoeien, frambozen planten en borders voorjaarsklaar maken. <

c o l u m n

Pitamientjes Zeker een paar keer per week nuttig ik bij het ontbijt een lekker verse (nou ja, het is op tijd uit de vriezer gehaald) bruine boterham, roombotertje er op en subtiel afgemaakt met een dun laagje ’echte’ pindakaas. Het ons zo wel bekende product waar wij Nederlanders groot van worden, en het kan niet anders dan dat dat kleine jochie met petje nu een boom van een vent is geworden. Niet dat ik mijzelf zie als een verslaafde op het niveau van die nieuwe onzinnige serie ’Bizarre eters’. Nee, ik ben namelijk juist van en voor variatie, zelfs veel variatie als het op voedsel aankomt. Kook ook graag zelf. Maar op reis stop ik altijd wel zo’n klein potje met smeuïge inhoud in de koffer. Hoe dan ook, de aandacht voor gezond leven en eten is nu hotter dan ooit. Zelfs wij zijn thuis enige tijd geleden begonnen met het kweken en houden van nutsgroenten en kruiden in grote potten op het

6

terras. Mooie potten, dat wel, want het oog wil ook wat. En hoewel mijn eigen tuin maar bescheiden van omvang is, straalt het een warme en ingetogen sfeer uit. Een stijlvolle en afgewogen compositie van steen, water, vaste planten, grassen, hagen en een tweetal bomen. Klinkt bijna als de volmaakte Feng Shui-tuin. Voor ons voelt het althans wel als een ruimte die in balans is en afgaande op familie en vrienden is dat ook zo. Ik wil maar zeggen: eten en leven in een groene omgeving. Het verhoogt ons welzijn en daarmee onze gezondheid. Dus als het maar even kan, eet buiten je eigen keukendeur. Het staat garant voor meer dan voldoende pitamientjes (PS: de pindaplant Arachis hypogaea is een leuk plantje waar prima eigen pinda’s mee gekweekt kunnen worden).

Jack van Haperen ontwerper/hovenier Bart Hoes tuinontwerper Ruud Vermeer hovenier

Bart Hoes info@barthoes.nl TuinenLandschap | 8 | 2015

NieuwsPag_6-7-8.indd 6

02-04-15 15:15


Europa op zoek naar groene oplossingen voor stedelijke problemen

Foto Miranda Vrolijk

De Europese Commissie heeft het eindrapport gepubliceerd van het onderzoeks- en innovatieprogramma ’Nature Based Solutions in Re-naturing the Cities’. Het nieuwe programma gaat de komende vijf jaar innovaties en toegepast wetenschappelijk onderzoek stimuleren in groene oplossingen in de stad. VHG-directeur Egbert Roozen werkte op verzoek van de Europese Commissie als expert mee aan het programma. Hij ziet grote mogelijkheden voor de groene sector in dit nieuwe programma. Zo staan het VHGconcept De Levende Tuin en de activiteiten van De Groene Stad als voorbeelden in het eindrapport vermeld. Op dit moment woont 73% van alle Europeanen in steden. In 2050 zal dit ruim 82% zijn, wat betekent dat er 36 miljoen nieuwe stedelingen in de komende decennia bij zullen

Deze column valt onder redactionele verantwoordelijkheid van vhg.

komen. Daarnaast staat de leefbaarheid in de stad onder druk als gevolg van klimaatverandering. Korte en hevige regenbuien leveren steeds meer overlast op. Als gevolg van het hitte-eilandeffect treedt in de zomer hittestress op. Roozen: „Tegen de achtergrond van deze ontwikkelingen staan we voor de grote uitdaging om de stad van de toekomst leefbaar en gezond te houden. De kernvraag in dit nieuwe programma is hoe we oplossingen die uitgaan van de principes van de natuur hiervoor kunnen gebruiken. Het gaat in dit programma niet alleen om oplossingen in milieu en leefomgeving, maar ook om groene innovaties die bijdragen aan sociale en economische doelstellingen.”

Samenwerkingsvormen Roozen denkt dat er nieuwe samenwerkingsvormen en ver-

dienmodellen tussen sectoren kunnen ontstaan als resultaat. „Dat is ook uitdrukkelijk de bedoeling van dit nieuwe programma. Het bedrijfsleven speelt hierin, naast overheid en kennisinstellingen, een enorm belangrijke rol. De opgedane kennis en ervaring lenen zich voor toepassingen elders in de wereld en dragen bij aan de positie van Europa als marktleider in natuurlijke groene oplossingen.”

Vier kerndoelen Het programma Nature Based Solutions in Re-naturing the Cities richt zich op vier kerndoelen. Het gaat om duurzame stedelijke ontwikkeling, herstel van beschadigde ecosystemen, ontwikkelen van oplossingen in het kader van klimaatverandering en klimaatbestendigheid, en het verbeteren van risicomanagement bij extreme weersomstandigheden.

NieuwsPag_6-7-8.indd 7

Projecten indienen De Europese Commissie stelt in oktober de mogelijkheid open om projecten in te dienen. De komende maanden wordt het programma verder uitgedragen binnen en buiten de Europese Commissie. Het eindrapport is te downloaden via www.vhg.org onder ’Kennisbank’, ’Duurzame Oplossingen’. <

vhg

Onkruid Afgelopen week schreef de Volkskrant dat tuingif langzaam uit beeld aan het verdwijnen is. Gemeentelijke groendiensten doen deze middelen in de ban, zo schrijft de redacteur, maar particulieren kunnen er nog steeds het grondwater mee vervuilen. Dit is inderdaad een kromme situatie. Het onderwerp ’onkruidbestrijding op verhardingen’ staat al lange tijd op onze agenda. De concentratie glyfosaat in het oppervlaktewater is zodanig, dat er problemen in de drinkwaterbereiding ontstaan. We kunnen het ons als groene branche niet laten aanleunen hiervoor verantwoordelijk te zijn. Er moet iets gebeuren. Vanaf het begin hebben we het streven naar een verbod onderschreven, maar dan wel dat bedrijven de

Egbert Roozen directeur vhg e.roozen@vhg.org

Roozen: „De Europese Commissie wil innovatieve showcases op deze gebieden ondersteunen met subsidie en toegepast wetenschappelijk onderzoek. Interessant zijn daarbij groene oplossingen om het welzijn van de bewoners in de stad te verbeteren, groene stedelijke herontwikkeling, groen en wateropvang, groen als grondstof en groen als economisch model in bijvoorbeeld verzekering en investering.”

tijd hebben om gedane investeringen af te schrijven en zich voor te bereiden op de nieuwe glyfosaatvrije situatie. Tot aan het verbod zijn spuitlicentie en DOBmethode verplicht. Ook vanaf het begin hebben we er sterk voor gepleit, dat als er een verbod komt op professioneel gebruik, datzelfde ook moet gelden voor particulier gebruik. Het valt niet uit te leggen, dat professionals een verbod opgelegd krijgen en dat particulieren lekker door mogen klooien. Staatssecretaris Mansveld heeft dat goed begrepen, maar durft die stap juridisch nog niet aan. Wat ons betreft is het gelijke monniken gelijke kappen. Daar zullen we haar aan blijven herinneren.

TuinenLandschap | 8 | 2015

7 02-04-15 15:15


Tuin en landschap o

nline

www. tuinenlandschap. nl

Van onderstaande berichten staat een uitgebreide versie op de site van TuinenLandschap

Franse regering verplicht groene daken Nieuwbouw in Franse commerciële zones moet voortaan gebruikmaken van een dakbedekking die bestaat uit groenaanplantingen of zonnepanelen. Dat heeft de Franse regering beslist.

Green Deal Nieuwe stedelijke natuur in de maak NL Greenlabel werkt samen met de VNG, Platform 31, De Vlinderstichting en het ministerie van Economische Zaken aan de Green Deal Nieuwe stedelijke natuur. Het voornemen is deze deal in de zomer van 2015 te sluiten.

beterinhetgroen.nl @beterinhetgroen Stress, overspannen, burn-out? @BoFit_BS: ’’in 8 tot 16 actieve sessies in de natuur weer klachtenvrij en arbeidsgeschikt.’’ Thom Ummels @ThomUmmels Tuinherstel vandaag en morgen.. Zó geen zin in! Al mijn harde werk van de afgelopen maand is keihard weggeslagen door de #westerstorm :(

Eerste drijvende plantsoen te water gelaten

OneWorld Water @OneWorld_Water Tegels eruit, plantjes erin. De lente is begonnen en om droge voeten te houden zetten wij wat handige tips op een rij bit.ly/1xEumwi

In de Rotterdamse Nieuwe Maas is het eerste drijvend plantsoen te water gelaten. Dit is ontwikkeld door Urban-Green. Doel is de oude havens, die steeds meer in gebruik worden genomen voor woningbouw, te verfraaien.

Olaf Molenaar @olafmolenaar Achterhoekse landschapsarchitect @NicoWissing @NLgreenlabel pimpt Keukenhof voor miljoenen

Europees rapport voor nieuwe agenda groene steden De Europese Commissie heeft het eindrapport gepubliceerd van het onderzoeks- en innovatieprogramma ’Nature Based Solutions in Re-naturing the Cities’. Het nieuwe programma wil de komende vijf jaar innovaties en toegepast wetenschappelijk onderzoek stimuleren in groene oplossingen in de stad.

Walnotenbomen aangeplant voor Floriade 2022

on

Foto Kwekerij De Smallekamp

Ab

Kwekerij De Smallekamp uit Nunspeet heeft walnotenbomen aangeplant voor de Floriade 2022. De bomen komen op het eiland Utopia in Almere. Hier zijn de Urban Greeners bezig met de aanleg van een voedselbos. In 2022 zal het eiland vol staan met bomen, struiken en planten die vruchten geven.

Glyfosaat ’waarschijnlijk kankerverwekkend’ tuinenlandschap.nl IARC heeft glyfosaat aangemerkt als ’waarschijnlijk kankerverwekkend’. Wat vindt u, meteen stoppen met dit onkruidbestrijdingsmiddel of wacht u een wettelijk verbod af? Discussieer mee in de tuinenlandschap-groep

95% zei ja tegen de stelling: ’Opnieuw uitstel rond besluit middelenverbod. Het kabinet moet nu snel duidelijkheid geven.’ Stem mee over de volgende peiling:

’Franse regering verplicht groene daken. Dat zouden ze hier ook moeten doen.’

nee

r

Ni u op de Bij sommige artikelen in dit blad staan icoontjes, deze verwijzen naar extra informatie op de website eu Tuin Foto’s Filmpjes Dossiers Documenten en links naar websites Praat mee ws enL bri ands ef chap 8 TuinenLandschap Landschap | 8 | 2015

NieuwsPag_6-7-8.indd 8

02-04-15 15:16


587736_.indd 9

2-4-2015 11:46:19


Tekst Wendy Bakker | Beeld Max Tack, Carve, Hein van den Heuvel

De natuur als vluchtheuvel van de geest Waarom maakt natuur ons vitaal? Omdat natuur voldoet aan basisbehoeften van ons brein. Natuur fascineert, activeert hersengebieden die een rol spelen bij zingeving en opent het zenuwkanaal waarin ons vermogen tot sociale interactie zetelt. Wetenschapsjournalist Mark Mieras volgt al jaren het hersenonderzoek en weet inmiddels: „Een beetje natuur heeft grote invloed.”

I

n een woelige wereld die continu informatie over ons heen stort wordt een zwaar beroep gedaan op onze mentale energie. Elke seconde worden we blootgesteld aan prikkels waaruit we beslissingen moeten nemen. „Voor de hersenen is dat bombardement een beproeving”, zegt wetenschapsjournalist Mark Mieras. „Er is onderzoek gedaan waarin proefpersonen gedwongen werden om honderden kleine keuzes te maken. De onderzoekers ontdekten dat hun vermogen halveerde om

te kiezen en door te zetten. En als je geen keuzes meer kunt maken, dan word je nog eens extra speelbal van je omgeving. Tegen de middag is de productiviteit op.” De mens heeft rustgevende activiteiten nodig om zich weer op te laden, zoals naar kunst kijken en verblijven in de natuur. „Tussen de middag een half uur in het park wandelen, verhoogt je beslissingsvermogen, je werkgeheugen en je productiviteit. Mieras ziet de natuur als een vluchtheuvel van de geest. Een

Kinderen klimmen en klauteren over de brug tussen De Speeleilanden van het Amsterdamse bos, een ontwerp van Carve. Elke dag de natuur in zorgt ervoor dat zij beter functioneren, minder prikkelgevoelig zijn en socialer worden.

10

vluchtheuvel die voorkomt dat mensen gestrest en uitgeput raken, hierdoor de controle over zichzelf kwijtraken en als gevolg daarvan ongezond gedrag gaan vertonen met alle welvaartziekten van dien.

Fascinatie Ongeveer 7 jaar geleden werd Mieras gevraagd een hoofdstuk te schrijven over kunst en educatie. De kunstsector stond aan de vooravond van grootschalige bezuinigingen en de vraag ’waartoe dient kunst’ werd relevant. Mieras verdiepte zich in de invloed die kunst heeft op de werking van de hersenen. Kijken naar kunstuitingen of het uitoefenen van kunstvormen verhoogt de vitaliteit van mensen, leert het onderzoek. Verleden jaar benaderde het IVN de journalist met een soortgelijke vraag, maar dan gericht op de relatie natuur en het brein. Hij vermoedde dat er eenzelfde relatie zou zijn als bij kunst. „Er is verwantschap tussen kunst en natuur. Kunstenaars laten zich inspireren door de natuur en vanuit de natuursector wordt de cultuur opgezocht, denk daarbij alleen al aan beeldentuinen. Beide verschaffen ons veel plezier.” Zowel kunst als natuur roepen fascinatie op. „Hersenen zijn extreem gevoelig voor patronen. Wat de hersenen voortdurend doen is de complexiteit

TuinenLandschap | 8 | 2015

Vluchtheuvel-Mieras.indd 10

02-04-15 15:36


Samen bewegen in het groen, zoals hier Tai Chi in het Oranjepark in Apeldoorn, is niet alleen gezond voor het lijf maar zet ons brein ook in de sociale modus.

van die patronen terugbrengen tot een onderliggend principe. Dat maakt de wereld voorspelbaar. Zo kunnen we succesvol overleven.” Natuur voldoet optimaal aan dit verlangen. Je ziet in een boom dezelfde structuur terug in de vertakkingen van het wortelgestel, in de takopbouw van de kroon en de nerven van het blad. Wiskundigen noemen dat fractale patronen; patronen die zich op verschillende schaal herhalen. „Voor de ogen is zo’n patroon complex maar voor de hersenen is het eenvoudig, wanneer ze de code eenmaal hebben gebroken. Dat is wat onze hersenen fascineert. In een kunstwerk of een muziekstuk zit precies dezelfde wetmatigheid. Wordt die behoefte van het brein bevredigd, dan ontstaat er rust.” Of we kiezen voor ruige of gecultiveerde natuur, dat is volgens de wetenschapsjournalist een kwestie van persoonlijke voorkeur. Net zoals de een van een blijspel houdt en de ander van een toneelstuk van Shakespeare. Wel is een bos met weinig variatie minder boeiend

voor de hersenen dan gevarieerde natuur die niet in een keer is te overzien, zoals bijvoorbeeld in de Engelse landschapstuinen. „Het is voor de hersenen bevredigend om die diversiteit tot eenvoud terug te brengen en dat te doorzien.”

Aandachtssystemen Als het een sport voor de geest is om eenvoud te herkennen in complexiteit waarom is de stad dan zo veeleisend voor het brein? „Dat komt”, zegt Mieras, „doordat een stad fundamenteel chaotisch van aard is. Het is overzichtelijk voor het oog, maar niet voor de hersenen. Er is geen basisidee.” Ondanks dat stedenbouwkundigen en architecten samenhang proberen aan te brengen, is de stad volgens Mieras veel meer dan de natuur, een samenraapsel dat voortdurend verandert door vele invallende factoren. Er zit weinig diepte in de ervaring. „Daarom moeten hersenen veel meer informatie verzamelen om de stad te doorgronden. Gestuurd door al die prikkels schieten de

ogen er rusteloos heen en weer.” De hersenen kennen twee belangrijke aandachtssystemen die elkaar beconcurreren. Het ene is dat van de gerichte aandacht, het andere dat van de onvrijwillige aandacht. „De gerichte aandacht helpt ons plannen en doelen te verwezenlijken, bijvoorbeeld je verslag schrijven, een studieboek lezen. De onvrijwillige aandacht is er om gevaar te identificeren. Het stelt ons in staat om te overleven. Deze aandacht wordt gestuurd door prikkels van buitenaf: geluiden, kleuren, vormen, beweging… De onvrijwillige aandacht verstoort de gerichte aandacht. Nadenken over jezelf en over anderen, kennis tot je nemen wordt bemoeilijkt zolang de onvrijwillige aandacht je hersenen in de ban houdt.” Mieras vermoedt dat dit ook verklaart waarom kinderen die uitkijken op kale straten en gebouwen minder goed met sociale stress omgaan. Het rustpunt ontbreekt om pijnlijke ervaringen te verwerken. „Het lijkt erop dat een enkele boom in het uitzicht, of een kunstwerk aan de

TuinenLandschap | 8 | 2015

Vluchtheuvel-Mieras.indd 11

<

11 02-04-15 15:36


muur, muziek, een sterke positieve invloed heeft om de gerichte aandacht een rustpunt te geven. Zo blijven we vitaler."

Kinderen Kinderen met ADHD zijn extreem gevoelig voor prikkels van buiten. Onderzoek heeft uitgewezen dat deze kinderen beter functioneren, en soms zelfs geen medicatie meer nodig hebben, als je ze elke dag een dosis natuur geeft. „Dat is een stevige bevestiging van de functie van de natuur als vluchthaven”, zegt de wetenschapsjournalist. Hij is van mening dat een grotere groep kinderen er baat bij zou hebben, want de symptomen van ADHD lijken een uitvergrote vorm van een strategie die de hersenen van elke stedeling ontwikkelt. Hij schrijft in de factsheet ’Beetje natuur, grote invloed’ van het IVN dat ’kinderen in de stad de grootste behoefte hebben aan natuur, maar het minste geneigd zijn die op te zoeken. Hun hersenen zijn immers gericht op prikkels. Een stadskind laat zich daardoor gemakkelijker meeslepen in een levenspatroon vol drukte’. Kinderen die in de stad opgroeien lijken sterker te reageren op sociale spanning. „Niet vreemd: in de stad moet je immers altijd op je hoede zijn voor sociale aanvaringen. De hersenen van de stedeling hebben zich aangepast om extra rekening te houden met hun omgeving, zo lijkt het. Je ziet veel activiteit in het ’oeps-centrum’. Deze reageert sterk op kritiek: ’Oeps, er gaat wat verkeerd: sorry, sorry’. Dorpskinderen zijn minder gevoelig maar wel weer gevoeliger dan plattelandskinderen voor kritiek.” Behalve dat natuur fascineert en ontspant, nodigt die ook uit tot bewegen. „Omdat ook de hersenen een fysiek systeem vormen, is bewegen zowel goed voor het bewegingsapparaat en het hart als voor onze geest.” Bewegen kan overal maar door de ruime oppervlakte en het aangename decor van park, duin of bos is de prikkel hier groter dan op straat en in binnenruimte. „De natuur is nu eenmaal de meest uitgestrekte vluchtheuvel die je kunt verzinnen”, legt Mieras uit. Kinderen moeten kunnen spelen in een omgeving die hen fascineert en

12

Mark Mieras Wetenschapsjournalist, Mark Mieras, verdiept zich al 15 jaar in het wetenschappelijk onderzoek naar de werking van de hersenen. Hij ziet het als zijn primaire taak om deze wetenschappelijke bevindingen te vertalen voor de samenleving, zodat iedereen weet hoe het daarboven in het hoofd werkt. Mieras schrijft onder meer voor de Volkskrant en heeft een column in het tijdschrift van de Hersenstichting. Hij geeft lezingen over onderwerpen als kindertijd, pubertijd, neuromarketing en creativiteit. Tijdens het theaterseizoen 2014/2015

uitnodigt tot bewegen, onderzoeken, reflecteren en dagdromen. Dat lukt beter in een gevarieerde natuurlijke omgeving dan op een betegeld plein. „Als je ze vertrouwd maakt met en hun interesse opwekt voor de natuur kunnen ze gezonder en succesvoller opgroeien in een stedelijke omgeving.”

Sociaal Natuur doet nog iets met het brein van kinderen en volwassenen. Het activeert gebieden – het pallidum, de caudatus en de precunius – waar respectievelijk de (vrije) beweging, het gevoel van waarde en het zelfbewustzijn en reflectie zetelt. „Dat klopt met wat mensen ervaren: als je in de natuur bent, denk je meer over de wezenlijke dingen na en over je eigen rol in het leven. In de stad zijn we meer bezig met succes. Dan komen we in een andere belevingsmodus.” Een groene omgeving opent in de hersenen ons sociale kanaal, de ventrale vagus. Deze 10e zenuw speelt een belangrijke rol bij het vermogen tot communicatie, spel en toenadering. „Wordt de ventrale vagus geactiveerd dan komen we in een sociale toestand. Een ander waardepatroon wordt opgeroepen. Onze stem wordt melodieuzer, onze gezichtsuitdrukking zachter en we worden hulpvaardiger.” De ventrale vagus verhoogt de plasticiteit van de hersenen, activeert ons immuunsysteem, verbetert het

brengt hij de lezing ’De spelende mens’ op de bühne. Deze gaat over de kunst om te overleven in een veranderende wereld. Daarnaast heeft Mieras drie boeken gepubliceerd over de werking van de hersenen: ’Ben ik dat?’, ’Liefde, wat hersenonderzoek onthult over de klik, de kus en over al het andere’ en ’Heftige Hersens’, over het tienerbrein. Vanwege zijn brede kennis over de werking van de hersenen wordt hij met regelmaat gevraagd voor praat- en opinieprogramma’s op televisie en radio.

hartritme en onze serotoninehuishouding (waardoor we lekkerder in ons vel komen te zitten) en zorgt voor een betere verwerking van traumatische ervaringen. „Natuur maakt ons socialer. De Ecologische hoofdstructuur is zo ook een sociale hoofdstructuur. We zouden natuur meer als natuurlijke partner moeten zien.” Mieras denkt dat de sociale component van natuur te versterken is als je mensen er een plek en een verantwoordelijkheid in geeft. „De inrichting van de groene openbare ruimte moet uitnodigen tot sociaal zijn. Dat kan natuurlijk met een bankje maar het effect is groter als je vanaf het begin burgers betrekt bij het ontwerp. Als je ze mede-eigenaar laat worden, en liever nog: als je ze fysiek laat bijdragen. Ik zie dit gebeuren bij de stads(moes)tuinen, en bij de inrichting en het beheer van openbare groenstroken waar bewoners samen aan werken. Zulke projecten versterken de sociale samenhang van een buurt.” Mark Mieras voegt hier aan toe: „De groene vakman is vaak vooral gericht op een ordelijk beheer van openbaar groen. Er is dan meestal niet veel oog voor de sociale component, voor de kansen die ontstaan als je stadsbewoners begeleidt zich te verbinden met het groen en met de ander. Die menselijke component is belangrijk..., en we zijn daarin allen ervaringsdeskundige. Die ervaring koppelen aan de professionaliteit kan het groene vak verrijken. Zo worden we uiteindelijk met z’n allen vitaler.” <

TuinenLandschap | 8 | 2015

Vluchtheuvel-Mieras.indd 12

02-04-15 15:36


<

TuinenLandschap | 8 | 2015

Vluchtheuvel-Mieras.indd 13

13 02-04-15 15:36


Gezondheidsfuncties van groen Dat natuur een heilzame werking heeft, is al eeuwenlang bekend. Toch staat de groene zorg nog in de kinderschoenen. Omgevingspsychologe Agnes van den Berg deed onderzoek naar het aanbod aan activiteiten en koppelde dit aan verschillende gezondheidsfuncties van de natuur. De activiteiten zijn divers, net als de doelgroepen. Maar er is nog te weinig bekend over de effecten.

Tekst Wendy Bakker | Beeld Ingimage

14

E

en spel- en beweegprogramma voor kinderen in achterstandswijken, wandelcoaching in het bos en groene ruimten in en om ziekenhuizen. De relatie tussen groen en gezondheid kent vele uitingsvormen. Wat deze vormen van groene zorg gemeen hebben is dat ze uitgaan van het rustgevende en vitaliserende effect van een groene omgeving op de mens: de natuur als heelmeester. Hierbij wordt onder natuur zowel bossen, heide, meren, strand, weilanden als ook een plantsoen of een park verstaan. In opdracht van De Friesland Zorgverzekeraar heeft omgevingspsychologe Agnes van den Berg een inventarisatie gemaakt van het aanbod aan groene zorg

TuinenLandschap | 8 | 2015

Gezondheidsfuncties.indd 14

02-04-15 15:16


in Nederland. Deze quickscan maakt onderdeel uit van het overkoepelende project ’Natuur als therapie’ waar ook de grootschalige publieksenquête ’Buiten is Gezond’ toebehoort. Uit deze enquête blijkt dat acht op de tien Nederlanders denkt dat de aanleg van meer natuur in en rond woonwijken tot besparing op de zorg- en verzuimkosten leidt. Van de bevolking vindt 79% dat een behandelmethode in de natuur meerwaarde heeft ten opzichte van behandeling in praktijk en sportschool, en 45% zoekt dagelijks of wekelijks de natuur op om gezondheidsredenen. Van den Berg deed voor de verzekeraar eveneens onderzoek naar het effect van mindfulnessoefeningen in de (virtuele) natuur en van wandelcoaching.

Toegenomen aandacht De aandacht voor natuur is vanuit de zorgsector de laatste jaren toegenomen. Dat staat niet op zichzelf. In 2014 werd 13% van het nationaal inkomen besteed aan zorg; in 1972 was dat 8%. De zorgkosten blijven stijgen door het ouder worden van de bevolking en door ongezonde leefgewoonten die leiden tot welvaartziekten als diabetes, hart- en vaatziekten en kanker. Daarbij is er meer aandacht voor preventie om die zorgkosten te verminderen en de kwaliteit van leven te verbeteren. De regie over het eigen leven en gezond gedrag wordt belangrijker. Wat eveneens meespeelt is dat de zorgaanbieder zich, sinds de invoering van de marktwerking, meer wil onderscheiden en zijn klanten wil binden. En de laatste reden is dat de financiering van natuur en groen met publieke middelen onder druk staat. Er wordt gezocht naar mogelijkheden om natuur te kunnen vermarkten. Het klimaat voor meer integratie van natuur en zorg is gunstig en kan leiden tot een win-winsituatie: betaalbare zorg van een hogere kwaliteit en betaalbaar groen voor meer mensen.

Drie vormen van groene zorg De manier waarop groen in de zorg wordt ingezet is divers. Van den Berg heeft de groene zorginitiatieven onderverdeeld in drie categorieën, hoewel deze indeling niet zo strikt is als het lijkt. Zij spreekt

van groen als behandelkamer, groen als fitnessruimte en groen als werkplaats. In groen als behandelkamer zetten artsen en therapeuten de groene omgeving als behandelruimte in. Hierbij gebruiken zij de rustgevende, aandachtverbeterende en pijnverminderde werking van de natuur. Maar ook worden metaforen uit de natuur toegepast om patiënten tot nieuwe inzichten te laten komen. De behandeling van mensen met stressgerelateerde klachten in speciaal daarvoor ingerichte tuinen bij het Vitaliteitscentrum Vitura in Biezenmortel en het Natuurbelevingspad van psycholoog Ad Bergsma voor mensen met een depressie zijn daar voorbeelden van. Net als het onder begeleiding van een coach of psychotherapeut wandelen in de natuur. Een vorm van groene zorg die sterk groeit. In een toenemend aantal ziekenhuizen staan planten in ontvangstruimten en hangen afbeeldingen van natuur in behandelkamers aan de muur. Om het ziekenhuis heen liggen fraaie wandel- en verblijfsruimten met gevarieerd groen. Van het kijken naar groen word je rustiger. De omgeving zelf is al helend. Groen als behandelkamer wordt vooral ingezet voor mensen met depressieve klachten, angststoornissen of stress, kinderen met ADHD en voor mensen die pijnlijke behandelingen moeten ondergaan. Activiteiten die gericht zijn op bewegen in de natuur, vallen onder groen als fitnessruimte. De natuurlijke omgeving vormt een aangenaam en stimulerend decor voor sport en spel. Hierdoor houd je het makkelijker vol en is er minder uitval dan in de sportschool. Programma’s als Gezond Natuur Wandelen en Green Running gebruiken de natuur als sportplek, maar ook rolstoelroutes in natuurgebieden behoren tot deze categorie. De programma’s en interventies zijn gericht op mensen met hart- en vaatziekten, overgewicht, diabetes, luchtwegaandoeningen en aandoeningen aan het bewegingsapparaat. De derde vorm is groen als werkplaats. Deze biedt kwetsbare mensen de mogelijkheid om via het werken in (moes) tuinen, natuurgebieden of op boerderijen te participteren en te re-integreren in de maatschappij. Het betreft mensen met een verstandelijke of lichamelijke beperking, (ex-)gedetineerden, (ex-)verslaafden en langdurig werklozen.

Augie Visser van Mediquest en de website het groenemedicijn.nl kent nog een categorie toe in de onderverdeling van activiteiten op het snijvlak van groen en gezondheid: de Vitale Groene Stad. Hierbij wordt groen niet voor specifieke doelgroepen ingezet maar voor de gezondheid en het welbevinden van iedereen. Denk daarbij aan natuurlijke speelplaatsen, groene schoolpleinen, stadslandbouwprojecten en buurtmoestuinen, maar ook aan goed toegankelijke en aantrekkelijke parken en uitloopgebieden.

Bewijs van effectiviteit Van den Berg constateert dat groene zorg veel potentie heeft, maar dat er nog een wereld te winnen is als het gaat om de onderbouwing van de effectiviteit van de programma’s. „Het ontbreekt niet aan praktijkkennis in de groene zorg en er er is veel ondersteuning voor positieve effecten van kortdurend contact met natuur op het emotioneel, cognitief en fysiologisch functioneren van gezonde proefpersonen’’, schrijft zij in de quickscan. „Maar er is nog weinig bekend over de effecten van langdurige (preventieve en curatieve) zorgprogramma’s voor (klinische) doelgroepen.’’ Dit geldt voor alle vormen van groene zorg. Ook is er weinig hard bewijs uit gecontroleerd onderzoek dat bewegen in het groen dubbel voordeel biedt op bewegen in sportschool of sporthal. En dat groen bewegen meer effect oplevert dan de passieve vormen van natuurbeleving, is eveneens nog niet onderbouwd. Hetzelfde geldt voor de zorgtuinen en zorgboerderijen. Die onderbouwing is nodig omdat een uitgebreid en kritisch onderzoek met zoveel mogelijk harde gegevens als ligduur, medicijngebruik en duur behandeling doorvertaald kunnen worden in besparing op zorgkosten en/of een verbetering van kwaliteit van leven. Als dan blijkt dat natuur zoveel bespaart, dan zouden investeringen in de aanleg en het beheer van die natuur voor de hand liggen. Vraag is dan echter wie die investeringen moet doen. Een antwoord daarop lijkt nog ver weg. Desondanks liggen er voor de groene vakman en gemeenten kansen in het koppelen van groen aan zorg, zoals uit dit themanummer blijkt. <

TuinenLandschap | 8 | 2015

Gezondheidsfuncties.indd 15

15 02-04-15 15:16


DCM Duurzame Bodem Concept: dé basis voor een duurzaam groenbeheer

Wist u dat een gezonde bodem dé basis is van een duurzaam groenbeheer? Daarom lanceert DCM het Duurzame Bodem Concept. Dit unieke totaalpakket start met een analyse van de startsituatie en het toekomstig gebruik. Alle fysische, chemische en biologische processen moeten optimaal in balans zijn zodat de bodemvruchtbaarheid gegarandeerd wordt. Bovendien garandeert dit uniek concept de ontwikkeling en stimulans van een rijk en gevarieerd bodemleven. DCM kan u helpen om op een eenvoudige manier een gezonde, duurzame bodem te creëren! Al onze DCM adviseurs zijn op de hoogte van de nieuwste duurzame ontwikkelingen op de markt en formuleren u een advies met de ideale methode en producten voor het optimale slagingspercentage van uw projecten. Bovendien blijft uw DCM adviseur ook na de aanleg of onderhoud nog steeds ter uw beschikking om ook op lange termijn een duurzame bodem te garanderen.

Analyse startsituatie en toekomstig gebruik

Advies en plan van aanpak

Creëeren duurzame bodem

Dichte, groene grasmat met minder onkruiddruk

Minder arbeidsuren en kostenbesparend

Tevreden inwoners die plezier beleven aan het openbaar groen

vervangen, minder renovatie

www.dcm-info.nl

Evaluatie en opvolging om blijvend duurzaam groen te garanderen

Gerrit Klop • Midden Nederland • 06-516 01 208 • g.klop@dcmnederland.com Geert van Kerkvoorde • Noord Nederland • 06-126 71 236 • g.vankerkvoorde@dcmnederland.com Emile Bezemer • Zuid Nederland • 06-220 12 023 • e.bezemer@dcmnederland.com DCM Nederland B.V. • Valkenburgseweg 62a • 2223 KE Katwijk • Nederland • tel: +31(0)71 401 88 44 • info@dcmnederland.com

W1503131_tuin-landschap_duurzaam.indd 1

587727_.indd 16

2/04/15 16:10

2-4-2015 17:11:04


587732_.indd 17

2-4-2015 11:47:01


Website beter in het groen on ts Groen en gezondheid zijn een prima combinatie. Maar… hoe vinden die twee elkaar? Vanaf de zomer gaat Beterinhetgroen.nl daarbij helpen. Zowel burgers als zorgprofessionals kunnen dan makkelijk gezonde activiteiten in het groen vinden: van yoga in het park tot tuintherapie. En passant is dit ook een positieve stimulans voor de groensector.

wicht maar heeft als bijkomend voordeel dat het de sociale contacten vergroot of verbetert. En dat heeft onder andere weer effect op het voorkomen van depressie, eenzaamheid en hart- en vaatziekten.

we nu een start aan het maken om het aanbod op het snijvlak van groen en gezondheid te verzamelen, zoals wandelcoaching, beweegprogramma’s in het park of gezondheidstuinen.” Het hoofddoel is dat meer mensen gaan profiteren van de positieve gezondheidseffecten van het groen in hun directe woon- en werkomgeving. Nevendoel is kostenbesparing want het gebruik van een groene omgeving als onderdeel van een gezonde leefstijl kan (een dure) ziekenhuisopname voorkomen en bijdragen aan een vermindering van het gebruik van genees- en hulpmiddelen. Daarnaast draagt bewegen en ontspannen in een groene omgeving ook bij aan het terugdringen van het ziekteverzuim.

Natuur op recept

Ontsluiten van informatie

Ook de zorgsector raakt er steeds meer van doordrongen dat groen een positieve rol speelt in het genezingsproces en dat het preventief kan werken bij een scala aan lichamelijke en geestelijke klachten. De vraag is of de gemiddelde burger of zorgprofessional inzicht heeft in de mogelijkheden om het groen in de wijk of directe omgeving te gebruiken om beter te worden. Op die vraag komt nu een antwoord. Augie Vissers, senior projectleider en onderzoeker bij MediQuest, heeft het initiatief genomen voor de Green Deal Beteringroen.nl. MediQuest levert sinds 2005 informatie aan zowel patiënten als aan zorgaanbieders, zorgverzekeraars en beleidsmakers. Deze informatie kan hen ondersteunen bij de keuze van de juiste zorg. In de loop der jaren is MediQuest uitgegroeid tot een toonaangevend bedrijf voor dataverzameling, keuze-informatie, online (patiënt)onderzoek en webapplicaties binnen het zorgdomein.„We wilden het gebruik van de groene leefomgeving, met het doel de gezondheid te bevorderen, vergroten. Samen met twaalf partners uit de sectoren natuur, zorg, sport en overheid, hebben we op 1 december 2014 de Green Deal Beterinhetgroen.nl ondertekend”, legt Visser uit. „Na allerlei technische voorbereidingen en het opstellen van de criteria zijn

Vanaf medio april 2015 kan een ieder zijn aanbod in de online database zetten. „Er is nadrukkelijk gekozen”, vervolgt Vissers, „om dit gratis te doen want dan is er meer kans op een aantrekkelijk en gevarieerd aanbod.” Het belangrijkste criterium is dat de aangeboden activiteiten buiten in een natuurlijke omgeving plaatsvinden, van agrarisch natuurgebied tot stadspark en zorgtuin. Verder gaat het om structurele activiteiten en programma’s en om bijzondere voorzieningen voor mensen met een fysieke beperking. „Een sportcomplex of groene fiets- of wandelroute zijn uiteraard ook een belangrijke stimulans voor de gezondheid, maar informatie hierover is meestal al wel goed ontsloten. Het aanbod loopt uiteen van gratis tot betaalde activiteiten, georganiseerd door vrijwilligers of betaalde krachten en zowel voor individuen als groepen. De focus ligt op activiteiten voor mensen die meer willen bewegen en daarbij anderen willen ontmoeten, mensen die weer in balans willen komen na een stressvolle periode en mensen die willen re-integreren of arbeidsmatige dagbesteding willen uitvoeren in het groen.” Een landschapsarchitect of ontwerper die een bijzondere Alzheimer-tuin heeft ontworpen kan zijn project niet aanbieden, maar hij kan wél het betreffende zorgcentrum stimuleren om hun

Tekst Kyra Kuitert | Beeld Tom Offerhaus photography

B

innen de groene vakwereld is iedereen er wel van overtuigd dat groen goed is voor de gezondheid. Wetenschappelijke onderzoeken, zoals het project Vitamine G, beamen dit. Groen zorgt in steden onder andere voor schonere lucht en een beter klimaat. Mensen die regelmatig in het groen zijn voelen zich niet alleen gezonder, ze zijn het ook. Zo komen zij minder vaak bij de huisarts met veelvoorkomende klachten, zoals diabetes, copd, migraine en burn-out verschijnselen. Actief bezig zijn in het groen is niet alleen goed tegen overge-

Green Deal De Rijksoverheid wil met zogenaamde Green Deals bedrijven, maatschappelijke organisaties en andere overheden ondersteunen om duurzamer te gaan werken. Sinds de start in 2011 zijn meer dan 160 Green Deals gesloten. De overheid neemt knelpunten weg door het aanpassen van wet- en regelgeving, het vinden van financiering of door organisaties bij elkaar te brengen. De Hart&Vaatgroep, de Diabetesvereniging, Staatsbosbeheer, de Algemene Nederlandse Bond voor Ouderen, LandschappenNL, het Nederlands Instituut voor Sport en Bewegen, zorgverzekeraar De Friesland, de Beroepsvereniging Groene Zorg, Progrez en Landal Green Parks hebben, op initiatief van MediQuest en samen met de overheid, de Green Deal Beterinhetgroen.nl ondertekend. Het IVN, de Vitale Groene Stad en de NAHF (Nature Assisted Health Foundation, zie elders in dit nummer) zijn sinds begin dit jaar aangesloten als netwerkpartners. Al deze partijen brengen kennis, geld en/of hun netwerk in om de databank en website te ontwikkelen, te vullen en verder bekend te maken.

18

TuinenLandschap | 8 | 2015

Beterinhetgroen.nl.indd 18

02-04-15 15:16


on tsluit groene zorg activiteiten in deze tuin aan te melden. Daarmee snijdt het mes aan twee kanten. Vissers verwacht dat de informatie een oudere of mantelzorger bijvoorbeeld kan ondersteunen bij het kiezen van het passende zorgcentrum, maar dat de tuin ook als goed voorbeeld kan dienen voor zorgcentra elders in het land.

Efficiëntere verwijzing Vanaf deze zomer zal het almaar groeiende aanbod via uiteenlopende websites toegankelijk worden gemaakt. De Beter-

inhetgroen-zoeker wordt namelijk opgenomen in bestaande websites van bijvoorbeeld gemeenten, zorgverzekeraars en patiëntenorganisaties. Een huisarts kan straks met behulp van deze tool zijn cliënten sneller verwijzen of praktische handvatten aanreiken. Dat is vooral van belang voor groepen die bijvoorbeeld niet makkelijk naar een sportschool zullen gaan, maar die mogelijk wel geïnteresseerd zijn in een laagdrempelige activiteit in het groen, zoals begeleid wandelen in het park. De gebruiker van de zoeker kan daarbij zoeken op naam en activiteit

maar ook op doelgroep of postcode. Hoewel Beterinhetgroen.nl in eerste instantie op de zorg is gericht heeft de groensector er wel degelijk profijt van. Het groen wordt er beter door benut. De meerwaarde van een groene omgeving wordt eveneens extra benadrukt. Deze informatie kan weer als onderbouwing dienen om in een stad of wijk extra groen aan te leggen of om een park te behouden. Terreinbeheerders tenslotte kunnen met Beterinhetgroen.nl laten zien dat hun specifieke project bijdraagt aan een gezonde en vitale bevolking. <

Lokale initiatieven als wandelcoaching, runningtherapie maar ook meditatie- en yogalessen in de natuur zijn vanaf half april via de website beterinhetgroen.nl te vinden.

TuinenLandschap | 8 | 2015

Beterinhetgroen.nl.indd 19

19 02-04-15 15:16


Bestuursvoorzitter De Friesland Zorgverzekeraar Diana Mo

’We moeten van ziekte en zorg na Ze groeide op aan een bosrand in Zuid-Limburg. Wilde bioloog worden maar kwam in de zorg terecht. Bestuursvoorzitter van De Friesland Zorgverzekeraar Diana Monissen hoef je niet te overtuigen van de invloed van natuur op de vitaliteit van mensen. Ze vindt het de verantwoordelijkheid van de zorgverzekeraar om daarin zijn maatschappelijke rol te nemen. Maar dan wel in alliantie met overheid, maatschappelijke organisatie, bedrijven én burgers.

Tekst Wendy Bakker Beeld De Friesland Zorgverzekeraar

V

oor Diana Monissen zijn groen en gezondheid aan elkaar verwant. „De natuur biedt ontspanning, je kunt er recreëren en het geeft zingeving. Eind jaren negentig werkte ik als bestuursvoorzitter bij een GGZ-instelling in Amsterdam. We zijn toen begonnen met moestuinieren voor mensen met ernstige psychiatrische problemen. We zagen dat zij plezier hadden in het tuinieren, letterlijk in beweging kwamen en contact kregen met andere mensen. Vooral in stedelijk gebied zie je dat groen een groot effect heeft op de mentale vitaliteit van mensen; angststoornissen en depressieve gevoelens verminderen. Persoonlijk ben ik er heilig van overtuigd dat de natuur een grote bijdrage levert in de preventie van (welvaart)ziekten. Het nodigt namelijk direct uit tot een actievere levensstijl. In elke boekwinkel ligt nu het boek van Erik Scherder, ’Laat je hersenen niet zitten’. Daarin beschrijft hij hoe het brein reageert op lichamelijke

20

beweging. Bewegen houdt niet alleen het lichaam in conditie maar ook de hersenen. Zo blijkt dat met meer beweging het risico op het ontwikkelen van dementie wordt verkleind, maar ook worden kinderen slimmer als ze meer sporten. We hebben als zorgverzekeraar in samenwerking met Staatsbosbeheer en It Fryske Gea in het kader van het Preventieprogramma ’Alles is Gezondheid’ van het ministerie VWS een aantrekkelijk actieve dag georganiseerd in Bakkeveen. Doel was om ouderen meer te laten bewegen. We investeren ook in de jeugd. Samen met Friese gemeenten, scholen

en Sport Fryslân hebben we het programma ’Sport op Bassischolen’ opgezet om de vakleerkrachten daar weer terug te krijgen. Momenteel zijn er 53 ’Sport op Basisscholen’ vakleerkrachten actief in 22 gemeenten. Samen bereiken zij 30.000 leerlingen verspreid over 230 basisscholen in Friesland. Daarnaast geven we ook voedingslessen op basisscholen. We weten inmiddels ook dat mensen met bepaalde oncologische behandelingen baat hebben bij activiteiten in het groen. Het vermindert de stress die deze ziekte onherroepelijk met zich meebrengt. We moeten dan ook in de

TuinenLandschap | 8 | 2015

Interview1 zorgverzekeraar.indd 20

02-04-15 15:16


na Monissen:

g naar gezondheid en gedrag’ zorgsector van ziekte en zorg naar gezondheid en gedrag.”

Baten Als je investeert in groen in het stedelijk gebied word je daar voor beloond, meent de bestuursvoorzitter. „KPMG doet in haar studie (rapport Groen, gezond en productief, TEEB-studie Natuur en gezondheid –red.), op basis van schattingen, de prognose dat 10% extra groen in de wijk € 400 miljoen aan maatschappelijke baten oplevert doordat verzuimkosten verminderen als ook kosten voor diabetes en depressie.” Deze besparing in zorgkosten betekent niet een één-op-ééndoorvertaling naar investeringen in de aanleg en beheer van groen vanuit de zorgverzekeraars. „Dat vind ik een lastige. Er wordt direct naar ons gekeken. Onze eerste taak als zorgverzekeraar is dat we kwalitatief goede en betaalbare zorg bieden, zowel op de korte als op de lange termijn. Onze kleinkinderen hebben hier ook nog recht op. Wel vind ik dat we als zorgverzekeraar een maatschappelijke verantwoordelijkheid hebben op het gebied van duurzaamheid, energie en natuur. Die nemen wij ook, maar ik geef toe dat die visie niet door iedere zorgverzekeraar wordt gedeeld. Het is gek dat ik als enige vertegenwoordiger van een zorgverzekeraar verleden jaar aan tafel zat op de Nationale Groendag in Groningen. We hebben de samenwerking al dichtbij huis opgezocht. Samen met Menzis zijn we begonnen aan de expeditie duurzame zorg. In navolging van een eerdere landelijke expeditie gaan we het nu in het noorden oppakken. Dit wordt breed opgepakt in samenwerking met zorgorganisaties in de cure én care. Positieve gezondheid, circulaire en inclusieve economie zijn de drie uitgangspunten.”

Allianties „Natuur en gezondheid is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van overheden, regionale bedrijven, maatschappelijke organisaties, de groensector en de verzekeraars. Het kan zo zijn dat je

Diana Monissen Diana Monissen is sinds 2009 voorzitter van de Raad van Bestuur van De Friesland Zorgverzekeraar. Daarvoor was zij Directeur-generaal op het ministerie van VWS. Ze heeft verschillende bestuursfuncties in de zorg bekleed, waaronder bij Aegis zorgverzekering, bij Mentrum, een GGZ-instelling voor mensen met ernstige psychiatrische aandoeningen in Amsterdam, en bij Stichting Lichtenvoorde, een zorginstelling voor mensen met een lichamelijke en/of verstandelijke beperking. Monissen is eveneens bestuurslid van het Zorginnovatiefonds Zorgverzekeraars. Ze staat net als vorig jaar op de tweede plaats in de categorie Zorg van de Opzij 100 Machtigste Vrouwen verkiezing. Twee dagen na het interview werd bekend dat Monissen met ingang van half juni stopt bij De Friesland Zorgverzekeraar. Ze wordt voorzitter van de Raad van Bestuur van het Prinses Máxima Centrum voor Kinderoncologie in Utrecht. Persoonlijke betrokkenheid en ervaring met het leed van kinderen met kanker, hebben Diana Monissen gemotiveerd tot deze overstap.

moet investeren, maar dat de baten bij een ander liggen. Dat moet je dan geen probleem vinden, want je werkt samen aan de oplossing van een maatschappelijk probleem waar we als geheel de vruchten van plukken. Het is zaak elkaar daar in te vinden en tot een win-winsituatie te komen. Ik heb bijvoorbeeld al onze samenwerking met Staatsbosbeheer genoemd. Je kunt op verschillende manieren investeren in maatschappelijke thema’s. Klanten van De Friesland kunnen kiezen voor het Groen & Fit collectief. Voor elke klant ontvangt samenwerkingspartner de Waddenvereniging een donatie voor het natuureducatieproject ’Wad in de klas’. Ook hebben we een loyaliteitsprogramma ’Fan van Fit’. Hiermee kunnen klanten meedoen aan activiteiten die hun vitaliteit bevorderen, maar ook doneren aan een project op het snijvlak van groen en gezondheid. Je geeft de mensen een steuntje in de rug richting een gezondere levensstijl en ondersteunt tevens organisaties en bedrijven die deze activiteiten aanbieden. Van belang is om het thema naar de regio of, liever nog, naar de directe omgeving van de mensen te brengen, zodat zij dicht bij huis het groen in kunnen trekken. Met It Fryske Gea, de Waddenvereniging, Het Drentse Landschap, Landschap Noord-Holland, het Flevo-landschap hebben we de campagne ZoBuiten. nl opgezet. Hierin vindt iedereen een

uitgebreid aanbod aan activiteiten in de buitenlucht: van een dagje uit met het gezin tot meditatie. We hebben eveneens de Green Deal beterinhetgroen.nl ondertekend (zie pagina 18-19). Als je als groene sector de gezondheidsfunctie van groen wil vermarkten, dan is het verstandig over de eigen grens heen te kijken en op regionaal en lokaal niveau allianties aan te gaan.”

Interventies Omgevingspychologe Agnes van den Berg heeft in opdracht van De Friesland Zorgverzekeraar een overzicht gemaakt van het groene zorgaanbod in Nederland (zie pagina 14-15). Daaruit blijkt dat er nog weinig bekend is over de langetermijneffecten van groene zorginterventies, hetgeen bekostiging vanuit de verzekering bemoeilijkt. „Dat klopt. Zo ver zijn we nog niet. En zoals ook bij gezondheidsthema’s als roken, bewegen en gezonde voeding, zullen ’early adopters’ daar het voortouw in moeten nemen en het over het voetlicht moeten brengen. Ik denk dat de natuur er nu aankomt, de belangstelling groeit. We zullen moeten onderzoeken welke zorginterventies in het groen welke besparingen opleveren om daarmee maatschappelijke business cases te onderbouwen. Ik denk dat het een kwestie van tijd en van blijven roepen is. Ik zie het als onze taak om er aandacht voor te blijven vragen.” <

TuinenLandschap | 8 | 2015

Interview1 zorgverzekeraar.indd 21

21 02-04-15 15:16


Food for Good: goed voor mens en maatschappij In de Utrechtse buurtmoestuin Food for Good aan de rand van park Transwijk in Kanaleneiland werkt een bonte groep vrijwilligers samen. De tuin levert zowel individueel als maatschappelijk rendement op, maar hoe maak je het ook economisch rendabel? Over dat laatste breekt projectleider Hans Pijls zijn hoofd. Tekst Jacqueline van Wetten | Beeld Hans Pijls

22

TuinenLandschap | 8 | 2015

FoodforGood.indd 22

02-04-15 15:16


Food for Good Locatie Park Transwijk iin Utrecht. Betrokken organisaties: Stichting De Wending, De Stadsbrug en Eilandsteede; samen vormen ze de stuurgroep. Aantal betaalde krachten 3 (tuincoördinator Mariken Heitman, activiteitenmakelaar Melia de Gier en projectleider Hans Pijls). Oppervlakte: 7.000 m2, waarvan 1.500 m2 moestuin. Aantal deelnemers 35 vrijwilligers; daarvan komt een vaste kern van 25 personen minstens 1x per week op de tuin. Kosten Er is een budget voor de eerste drie jaar, afkomstig uit fondsen, sponsoring, gemeentelijke subsidie, zorggelden en de verkoop van producten en diensten. Opbrengsten De vrijwilligers en Resto Van Harte krijgen de geoogste producten gratis. De rest van de oogst wordt verkocht aan diverse restaurants en aan bezoekers van de tuin. Bijzonderheid Groen Dichterbij wees Food for Good in 2013 aan als icoonproject.

graag te willen tuinieren. Pijls en Dijk besloten samen op te trekken en vonden een derde bondgenoot in Eilandsteede, een organisatie van Utrecht Natuurlijk die projecten over natuur, milieu en duurzaamheid begeleidt. Een beleidsmedewerker van de gemeente wees hen op een stuk braakliggend terrein aan de rand van park Transwijk. „Hier lagen vroeger schooltuinen. Toen wij er onze blik op richtten, reikten de braamstruiken tot ver over het terrein’’, vertelt Pijls. De drie initiatiefnemers gingen in gesprek met de gemeentelijke gebiedsmanager. Het leverde een intentieverklaring van de gemeente op: Food for Good mag het perceel voor onbeperkte duur gebruiken. „Het heeft nu een bestemming als park. Het terrein moet openbaar toegankelijk blijven en we kunnen er bijvoorbeeld geen commercieel restaurant beginnen’’, licht Pijls toe. Een commercieel restaurant starten is ook niet de bedoeling. Het belangrijkste streven van Food for Good is dat een gevarieerde groep mensen (bewoners, studenten, ex-verslaafden, werklozen, psychiatrisch patiënten, etc.) uit de omliggende wijk elkaar ontmoet in de tuin, samen tuiniert en oogst.

Praktisch en snel Buurtbewoners en zorgcliënten werken samen in de tuin. Zoals bij het rooien van de aardappelen.

W

aar heb je zin in, Nicole? Zaaien? Houtsnippers kruien van hier naar daar?’’ Tuincoordinator Mariken Heitman vraagt het aan een van de vrijwilligers die donderdagmiddag naar de Utrechtse buurtmoestuin Food for Good is gekomen. Nicole kiest voor zaaien. Heitman haalt een bakje voorgeweekte peulen te voorschijn en een plastic krat met zaaipotjes van hergebruikt krantenpapier. Ze doet voor hoe het moet waarna Nicole een plek zoekt in de voorjaarszon en aan de slag gaat. „Wij zijn een zorgtuinderij en buurttuin ineen. We bieden dagactivering, maar zijn ook een plek voor de wijk’’, legt Hans Pijls van stichting De Wending uit, een organisatie waarmee hij sociale groenprojecten opzet. In 2011 kwam Pijls in contact met Annemieke Dijk die bij De Stadsbrug in Utrecht-Zuidwest werkte. De Stadsbrug begeleidt ex-verslaafden, mensen met een psychiatrische achtergrond en vereenzaamden bij het re-integreren in de maatschappij. Haar klanten gaven aan

Na een jaar van voorbereidingen waarin een bodemonderzoek werd uitgevoerd, samenwerkingsverbanden zijn opgezet, vergunningen aangevraagd en fondsen geworven, werd in oktober 2012 gestart met de ontginning van het perceel. „Er was geen ontwerp. We zijn gewoon begonnen met de aanleg van verharding op die plekken waar dat het meest praktisch was.’’ Er kwam een keet om te schuilen die later vervangen werd door een verwarmd tuinhuis met een keukentje. Een natte hoek van het perceel werd nog verder uitgegraven zodat een natuurlijk ogende poel ontstond. Onder een afdak zijn bijenkassen gezet. Op het hogergelegen gedeelte van de tuin zijn fruitbomen geplant – mispel, walnoot, kweepeer en bijzondere appelen perenrassen – en zaaibedden ingericht, is een kruidenspiraal en is plek voor een platte bak en een kas gemaakt. Helemaal achter in de tuin is een klein bos. Een gemengde bossingel scheidt het terrein van een naastgelegen, drukke weg. Volgens Pijls is het belangrijk om zo snel mogelijk iets neer te zetten. „De meeste mensen komen om te tuinieren. Ze willen doen, samen iets maken en zoeken gezelligheid.’’ De inrichting van de tuin komt in onderling overleg tot stand. „Die kruidenspiraal is bijvoorbeeld een initiatief van een van de vrijwilligers’’, wijst Pijls. „Als daar dan meer mensen aan willen meewerken is dat >

TuinenLandschap | 8 | 2015

FoodforGood.indd 23

23 02-04-15 15:16


prima. Maar compleet je eigen gang gaan, nee dat kan niet.’’ Soms ontstaan er strubbelingen. De platte bak die een vrijwilliger vorig jaar zonder afstemming maakte, zal dit jaar anders worden opgebouwd. Pijls: „Door de stenen muren kon het licht niet goed bij de planten.’’ De bouwer was het daar echter niet mee eens en vertrok. „Jammer, maar dat kan gebeuren.’’ Food for Good wil zoveel mogelijk mensen kennis laten maken met de tuin en heeft van begin af aan ook andere instellingen dan alleen de Stadsbrug benaderd voor het werven van vrijwilligers. Komend seizoen gaat voor het tweede jaar een aantal ouderen van nabij gelegen woonzorgcentra in de tuin aan de slag. Voor die groep wordt nu een verhoogde plantbak gebouwd. Over de samenstelling van de groep vrijwilligers overlegt Pijls met de vrijwilligersvereniging. „Het moet divers blijven zodat zoveel mogelijk mensen zich thuis voelen. We zoeken een balans.’’ Over het algemeen is de onderlinge samenwerking en verbondenheid met elkaar heel goed, vindt hij. „De diversiteit maakt het soms complex, de relaties kunnen ingewikkeld zijn, maar het vangt elkaar op.’’

Samen eten van wat de tuin biedt. Dergelijke activiteiten vergroten het saamhorigheidsgevoel en heeft een positieve invloed op de vitaliteit van mensen.

Kwaliteit en rendement Vrijwilliger Nicole werkt nu voor het tweede jaar bij Food for Good. „Het fysieke, lekker de boel om-

spitten, dat doet me goed. En het is nuttige werk: je ziet hoe de zaadjes die je plant, opgroeien. Ik kom tot rust als ik hier ben en voel me beter.’’ Nicole’s ervaringen worden bevestigd door Babette Engelgeer die voor haar afstudeeronderzoek aan Wageningen Universiteit en Research de gezondheidseffecten van buurtmoestuinen, waaronder die van Food for Good, onder de loep nam. Zij schrijft in haar conclusie: gezamenlijk tuinieren draagt bij aan de kwaliteit van leven en aan sociaal-maatschappelijke participatie. Dat Food for Good het individu en de maatschappij rendement oplevert, is voor Pijls niks nieuws. Waar hij zijn hoofd nu vooral over breekt is over hoe hij Food for Good ook economisch rendabel kan maken. „De verkoop van de geoogste groenten levert te weinig op’’, zegt hij. Door verwerkte producten te verkopen worden de verdiensten wat beter. „Daarom verkopen we nu honing onder de noemer Bee for Good en binnenkort ook kruidenthee: Tea for Good.’’ Maar met alleen de verkoop van producten redt Food for Good het niet. „Eigenlijk zouden we betaald moeten worden voor het maatschappelijk rendement wat we leveren’’, vindt hij. Onderzoek laat zien dat elke euro die in een project als Food for Good wordt geïnvesteerd, de maatschappij vijf euro oplevert. „Maar hoe krijg je het voor elkaar dat die opbrengst weer terugvloeit naar Food for Good?’’, peinst de projectleider. „Alleen dan kunnen we blijven voortbestaan.’’ <

Groen Dichterbij Groen Dichterbij is een platform van IVN, het Oranje Fonds, Buurtlink.nl en SME Advies en wordt financieel ondersteund door de Nationale Postcode Loterij. Mensen en organisaties die een groen buurtproject willen starten kunnen terecht op de site www.groendichterbij.nl waar kennis, een netwerk en praktisch advies is te vinden. In 2013 en 2014 koos Groen Dichterbij een aantal icoonprojecten uit als voorbeeld voor andere initiatiefnemers. Alterra voerde voor Groen Dichterbij een onderzoek uit naar de succes- en faalfactoren en sociale effecten van deze groene buurtprojecten wat resulteerde in de publicatie ’Hoe groen goed doet’. Door groene buurtprojecten worden straten en buurten in Nederland groener en gezelliger en bewoners gezonder en gelukkiger, stelt Groen Dichterbij. <

24

TuinenLandschap | 8 | 2015

FoodforGood.indd 24

02-04-15 15:16


587740_.indd 25

2-4-2015 16:04:55


587741_.indd 26

2-4-2015 16:05:36


587742_.indd 27

2-4-2015 16:51:53


Zorg en groen, een kansrijke combinatie voor gemeenten De komst van de nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning en de Participatiewet maakt de combinatie zorg en groen logisch en kansrijk, vindt Josine van den Bogaard van GGD Rotterdam-Rijnmond. Toch constateert ze dat gemeenten nauwelijks verbindingen leggen. ,,Daar maak ik me zorgen over.’’ Tekst Jacqueline van Wetten | Beeld Jacqueline van Wetten, Stichting Voedseltuin Rotterdam

H

Petra van de Kop (links), Josine van den Boogaard (midden) en Arja Nobel organiseerde de Rotterdamse Werkconferentie ’Slimme combinaties tussen zorg en groen’.

28

otspot hutspot, Tuinman in de wijk, Uit je eigen stad, Dakpark Rotterdam, Tuin op de Pier, Arboretum Pendrecht, het aantal groene stadsprojecten in Rotterdam is enorm. ,,Er wordt hard gewerkt en geëxperimenteerd. Rotterdammers zijn doeners’’, zegt Josine van den Bogaard van GGD Rotterdam-Rijnmond. ,,Maar het is ook ploeteren.’’ Het bestaande gemeentelijk apparaat werkt nog nauwelijks mee om van dergelijke initiatieven een succes te maken. ,,Ik maak me daar zorgen over.’’ Als voorbeeld noemt ze de Voedseltuin op de gedempte Keilehaven in Rotterdam waar vrijwilligers en mensen met afstand tot de arbeidsmarkt groenten en fruit kweken voor de Voedselbank. ,,Dat levert goede dingen op voor de gezondheid van de deelnemers en voor de maatschappij. En het is ook nog eens supergoedkoop: twee deeltijd-coördinatoren op zo’n veertig deelnemers.’’ Toch wordt het initiatief van meerdere kanten bedreigd. ,,Het is niet zeker of op het terrein in de toekomst zal worden gebouwd. De deelnemers komen aanwaaien, maar brengen geen budget mee vanuit bijvoorbeeld de reclassering of een andere organisatie. En als een zorginstelling haar cliënten wil doorverwijzen naar de Voedseltuin dan zou die eerst ISOgecertificeerd moeten zijn. Dat wringt.’’ De combinatie zorg en groen kunnen we als gemeenten gemakkelijker maken, vindt Van den Bogaard. Nu is het moment. Dat groen gezondheidsbaten levert wordt ondersteund door de wetenschap. En met de komst van de nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en de Participatiewet komen de verantwoordelijkheid én de financiële middelen voor langdurige zorg, participatie,

openbare ruimte en groen in één hand, namelijk de gemeente. ,,Dat maakt de combinatie zó logisch en zó kansrijk.’’

In beweging Eind januari organiseerde Van den Bogaard met Petra van de Kop en Arja Nobel de Rotterdamse werkconferentie ’Slimme combinaties tussen zorg en groen’. Er kwamen zo’n honderd mensen op af: ambtenaren van Stadsbeheer en Stadsontwikkeling, Wmo-uitvoerders, mensen van Werk en Inkomen, hoveniers, sociale ondernemers en enkele professionals van zorginstellingen. Van de Kop: ,,Groen verbindt al die lijnen. Het onderwerp leeft enorm.’’ Doel van de bijeenkomst was om de verschillende werelden met elkaar kennis te laten maken, inspirerende voorbeelden te laten zien en samen in beweging te komen. De gemeente Rotterdam deed in de praktische uitvoering al een aantal voorzetten. Zo heeft Rotterdam in de Wmo de publieke buitenruimte benoemd als voorziening, zodat mensen hier terecht kunnen voor vormen van zorg als dagbesteding. En ook in het welzijnsbeleid (het Nieuw Rotterdams Welzijn) heeft groen een plek gekregen: de gemeente erkent niet alleen Huizen van de Wijk, maar ook Tuinen van de Wijk mits zo’n tuin open staat voor de buurt en ruimte biedt aan wijkinitiatieven. ,,De gemeente kan bijvoorbeeld de huur van zo’n tuin op zich nemen of helpen bij de coördinatie als mensen dat zelf niet kunnen’’, legt Van den Bogaard uit. Op dit moment bespreekt het cluster Werk en Inkomen of actief zijn in het groen als tegenprestatie kan tellen voor bijstand of uitkering. Een dergelijke inzet

TuinenLandschap | 8 | 2015

SlimmeCombinaties.indd 28

02-04-15 15:17


Vrijwilligers van de Voedseltuin in Rotterdam verwerken de groenten voor de voedselpakketten die naar de Voedselbank gaan.

van werklozen vergt niet alleen aanpassingen van de gemeente, maar ook van de werkwijze van sociale groenprojecten. Die zullen bijvoorbeeld overeenkomsten met vrijwilligers moeten opstellen of een werkregistratie moeten opzetten. ,,Je kunt zo’n initiatief niet opzadelen met een berg papier’’, erkent Van den Bogaard. ,,Tegelijkertijd moet je als gemeente wel verantwoording kunnen afleggen.’’

Ingewikkeld Het realiseren van dergelijke beleidsveranderingen om groene ruimte, beheer, werk, welzijn, zorg en gezondheid met elkaar te verbinden, gaat niet vanzelf. Zo verraste het Van de Kop dat ambtenaren, maar ook werknemers van zorginstellingen, en anderen die niet in de groensector werkzaam zijn, nog weinig zicht hebben op de baten en mogelijkheden van groen. In Rotterdam worden ambtenaren sinds kort gestimuleerd om stage te lopen, opdat ze ervaren wat er buiten aan groenprojecten gaande is, vertelt Van den Bogaard. Ook zullen gemeentelijke clusters meer samen om de tafel moeten. Dat kan moeilijk zijn. Niet omdat ambtenaren niet willen, maar omdat het soms organisatorisch of juridisch ingewikkeld ligt.

Wanneer Stadsbeheer een groenproject aanbesteedt op basis van social return of investment, dus met inzet van arbeidskrachten van de sociale werkplaats (sw), dan heeft het cluster Werk en Inkomen daar voordeel van, maar pakt het voor Stadsbeheer duurder uit. ,,De aannemer moet de gemeente betalen voor de gedetacheerde sw’ers. En bovendien hebben deze mensen meer begeleiding nodig bij de uitvoering van het werk’’, legt Nobel uit. ,,Het lijkt dan simpel om de geldelijke voordelen over te hevelen van het ene naar het andere cluster, maar dat kan niet zomaar, omdat dit volgens de gemeentewet in de gemeentebegroting aparte onderdelen zijn.’’

Oplossing Je moet je door dergelijke hobbels niet laten ontmoedigen, benadrukt Van den Bogaard. Neemt niet weg dat het soms een lange weg is om te gaan. ,,Die langdurige beleidsprocessen, dat trekken mensen niet’’, verzucht Van de Kop. Het is belangrijk vernieuwende initiatieven soms snel een steuntje in de rug te kunnen bieden. Ook daar heeft Rotterdam een oplossing voor. Van den Bogaard: ,,Wat dan goed werkt zijn de wijkbudgetten. Het

Werkatelier Tijdens de Week van de Openbare Ruimte, op donderdag 23 april, wordt een werkatelier gehouden met de titel ’Slimme combinaties tussen groen en zorg, leren van Rotterdam en zelf aan de slag’. Een impressie van de werkconferentie die eind januari in Rotterdam werd georganiseerd, is te vinden op www.rotterdam.nl/slimmecombinatiesmetzorg.

is voor initiatiefnemers makkelijker om uit zo’n potje geld los te krijgen voor een plek in de wijk, dan dat ze bij een gemeentelijke afdeling aan moet kloppen.’’ Al die positieve voorbeelden, het lijkt een Rotterdams succesverhaal. Dat is het nog niet. Natuurlijk zijn er projecten die mislukken. Van de Kop: ,,Maar we focussen op wat werkt. Dat biedt inspiratie. Want wat in Rotterdam werkt, kan elders misschien ook.’’ De ervaring leert Van den Bogaard dat slimme combinaties met groen alleen tot stand te brengen zijn als betrokkenen de belangen van de mensen die groen nodig hebben voor ogen houden. ,,Je doet het voor hen en voor de stad.’’ <

TuinenLandschap | 8 | 2015

SlimmeCombinaties.indd 29

29 02-04-15 15:17


Wijken kunnen beweegvriendelijker worden gemaakt door het uitbreiden van sportvoorzieningen.

Groene omgeving zet bewoners aan tot bewegen Groene zones in een wijk kunnen het beweeggedrag van mensen stimuleren. Dat blijkt uit onderzoek door VUmc, RIVM, GGD en gemeente Amsterdam. Voor parken, geveltuintjes of groene routes maken bewoners een omweg.

Tekst Kirsten Dorrestijn | Beeld Ing Image

30

TuinenLandschap | 8 | 2015

ParkofPerk_2.indd 30

02-04-15 15:17


D

e afgelopen twee jaar vond in een aantal Amsterdamse buurten het onderzoek ’Park of perk’ plaats (zie kader). Geprobeerd is te achterhalen hoe buurten het best kunnen worden ingericht om mensen te stimuleren vaker te lopen of de fiets te pakken, in plaats van de auto of het openbaar vervoer. Van de Nederlanders beweegt 40% te weinig en dat veroorzaakt veel gezondheidsproblemen. Volgens de Nederlandse Norm voor Gezond Bewegen moeten mensen tenminste vijf dagen per week minimaal 30 minuten matig intensief bewegen. „Gezien het dagelijkse karakter van de norm is het belangrijk dat mensen worden uitgenodigd meer in hun eigen woonomgeving te bewegen”, verklaart Jolanda Maas, senior onderzoeker Omgeving en Gezondheid aan de Vrije Universiteit en ziekenhuis VUmc. De keuze voor het vervoersmiddel laten bewoners vooral afhangen van de afstand tot de bestemming. Binnen 800 meter van het huis lopen zij meestal, voor bestemmingen die verder liggen nemen zij de fiets, openbaar vervoer of de auto. Ook de houding tegenover bewegen speelt mee. Veel jongeren geven aan simpelweg niet van fietsen te houden. Zij nemen liever het openbaar vervoer.

Gezondheid Bij ouderen weegt ook hun gezondheid mee in de keuze van het vervoermiddel; zij voelen zich fysiek soms niet in staat naar hun bestemming te lopen en hebben behoefte aan rustpunten onderweg. „In buurten waar veel ouderen wonen is het dus belangrijk om voldoende bankjes op de routes naar parken, moestuinen en andere bestemmingen neer te zetten”, benadrukt Maas. Bredere wandel- en fietspaden kunnen ook helpen om het wandel- en fietsgedrag te stimuleren. Meestal baseren mensen hun keuze voor de route die ze nemen op de hoeveelheid beschikbare tijd. Naar werk of school nemen ze de snelste, kortste en meest efficiënte wandel- of fietsroute. In hun vrije tijd kiezen mensen eerder voor een mooie, groene route. Ouderen gaan vaak voor een groene route, ook als dit een omweg betekent.

Bestemming Uit het onderzoek blijkt dat mensen eerder gaan wandelen of fietsen als ze

interessante bestemmingen in de buurt hebben. Ook in hun vrije tijd vinden mensen het fijn om een bestemming te hebben. „Groene routes, parken, maar ook winkelvoorzieningen en pleinen worden als interessante bestemmingen beschouwd”, zegt Maas. „Parken zijn een populaire bestemming voor wandel- of fietstochten, met name als daarin faciliteiten worden aangeboden. Parken met een kinderboerderij, speeltuin, pierenbadje of koffietentje worden opvallend hoger gewaardeerd en vaker bezocht dan parken waarin deze faciliteiten niet aanwezig zijn.” In alle onderzochte Amsterdamse buurten wordt het groen als een pluspunt in de wijk ervaren. In de Indische Buurt geven mensen aan dat geveltuintjes de wijk een ‘boost’ kunnen geven. In de meeste buurten zou men niet zo zeer méér groen willen, maar wil men dat het groen anders wordt ingezet of onderhouden. Het mag wel wat gevarieerder, volgens de respondenten, bijvoorbeeld door meer bomen en meer bloemen te planten. Mensen vinden het belangrijk dat het groen goed wordt onderhouden en dat er geen zwerfafval ligt. Zo geeft een van de ondervraagden aan dat ze zich niet geroepen voelt om met de kinderen te gaan picknicken in het park, omdat „het niet onderhouden is en er veel hondenpoep ligt”.

een buurt beweegvriendelijker maken. Voorbeelden van maatregelen rondom groen zijn goed onderhoud van openbaar groen, aanwezigheid van geveltuinen en genoeg straatverlichting. Ook vinden mensen het aantrekkelijk als er iets te doen of te zien is onderweg, als ze ergens koffie kunnen drinken of kunnen kijken of de rozen al in bloei staan.”

Negatief

Leeftijdsgroep

Parken met veel steen en weinig groen worden negatief beoordeeld. Ook is men niet altijd tevreden over de grote bomen in de straat: deze zorgen voor overlast van bladeren en halen zonlicht uit huis weg. Prikkelstruiken in de buurt van het voetbalveld worden ook als onhandig ervaren, hierdoor gaat de bal lek. De respondenten denken zelf dat hun buurt beweegvriendelijker gemaakt kan worden door het uitbreiden van sportvoorzieningen zoals Cruyff Courts, fitnessapparatuur in de buitenlucht, voetbal- en basketbalveldjes, een trimbaan in het park of meer speeltoestellen voor kinderen. Door een buurt beweegvriendelijker te maken, wordt deze tegelijkertijd leefbaarder, concludeert Maas. „Uit het onderzoek blijkt dat verschillende maatregelen rondom winkelvoorzieningen, openbaar groen, sociale veiligheid, speelfaciliteiten en verkeersveiligheid

De manier waarop mensen verleid kunnen worden zich actief te verplaatsen, hangt sterk af van de leeftijdsgroep, blijkt uit het onderzoek. Maas: „Voor elke doelgroep lijkt een andere aanpak nodig. Er moet een balans in maatregelen worden gevonden zodat alle doelgroepen tevreden zijn.” De geanalyseerde gegevens zijn door experts van gemeentes, kennisinstellingen en GGD’s vertaald naar concrete maatregelen. Vervolgens hebben zij de maatregelen getoetst op haalbaarheid en de mate waarin ze het bewegen in en de leefbaarheid van de buurt kunnen vergroten. Twintig van de maatregelen bevorderden volgens de experts het beweeggedrag. „Het mooie is dat het beweegvriendelijk inrichten van buurten een belangrijk speerpunt is in het huidige beleid. De gemeenteambtenaren zullen dus ook echt met de resultaten aan de slag gaan”, besluit Maas. <

Onderzoek Park of Perk Het onderzoek is uitgevoerd in vier Amsterdamse wijken, namelijk de Indische Buurt, Van der Pekbuurt, Buurt 5 en De Punt. In elke wijk hebben ongeveer dertig mensen (tien jongeren, tien volwassenen en tien ouderen) een week lang een GPS-apparaat bij zich gedragen. „De deelnemers zetten ’s ochtends het apparaat aan en namen het mee als ze uit huis gingen”, vertelt onderzoeker Jolanda Maas. „Achteraf hebben we gevraagd waarom ze bepaalde keuzes hadden gemaakt, waarom ze de ene keer de fiets pakten en de andere keer de auto. Nu we weten hoe mensen keuzes maken, hebben we aanknopingspunten om het gedrag te veranderen.” De onderzoekers vroegen ook naar de waardering van de buurt, de tevredenheid met voorzieningen en eigen ideeën om de buurt beweegvriendelijker in te richten.

TuinenLandschap | 8 | 2015

ParkofPerk_2.indd 31

31 02-04-15 15:17


Almere gaat met TEEB Stad gezondheidsproblemen te lijf Almere is een bovengemiddeld groene stad. Toch scoort de stad landelijk slecht op gebied van gezondheid. Met name obesitas, depressies en chronische aandoeningen komen er vaker voor. De gemeente bekijkt nu hoe, met behulp van de TEEB Stad-tool, het groen in de stad beter kan worden benut. Tekst en beeld Dick van Doorn

D

e TEEB Stad-tool geeft inzicht in de waarde van groen en water in de stad, maar laat ook zien wie de baathouders zijn. „Dit kunnen onder andere ziektekostenverzekeraars, wijkbewoners en commerciële bedrijven zijn”, legt Wouter Baack, beleidsadviseur van de gemeente Almere uit. „Als je kijkt naar de gezondheid van bewoners in een wijk, dan zijn er meer baathouders dan alleen de bewoners. Stadsbeheer is de afdeling die traditioneel investeert in groen, maar er zijn wellicht nog andere baathouders die mee kunnen financieren. Deze tool is dan ook bedoeld om met elkaar in gesprek te komen.” De komende tijd wordt de derde fase van TEEB Stad in vier regio’s uitgewerkt, namelijk noordwest, midden, noord en zuidwest. Almere valt onder noordwest. De derde fase is gericht op concrete stedelijke toepassing en inhoudelijke doorontwikkeling. In de regio’s gaan deelnemers aan de slag om concrete casussen uit te werken in zogeheten ’leergemeenschappen’.

Gezondheid en Groen

In de wijk Molenbeek (2.200 inwoners) in Almere levert het toevoegen van groene daken volgens de TEEB-tool €140.000 aan baten op voor gezondheid.

32

Almere ziet hierbij specifiek kansen voor het thema ’Gezondheid en Groen’. Baack: „De keuze voor het thema ’Gezondheid en Groen’ is een zeer bewuste. Zeker als je bedenkt dat we twee maal zoveel groen hebben als andere 100.000+ gemeenten en dat uit cijfers van GGD Flevoland blijkt dat we qua gezondheid onder het landelijk gemiddelde scoren. Uit deze gegevens ontstaan interessante vraagstukken. Hoe kunnen we samen met de gezondheidszorg ons groen beter benutten en welke groene investeringen

dragen bij aan het bevorderen van de gezondheid?”

Tool rekent baten uit De TEEB Stad-tool kan door iedere initiatiefnemer die inzicht wil krijgen in de waarde van groen en water in de stad worden gebruikt. Baack: „Stel je gaat een wijk inrichten waarbij je groene daken kunt aanleggen. Dan kun je daarmee de gezondheid in de wijk bevorderen. Door de TEEB Stad-tool te gebruiken, maak je inzichtelijk dat per 20 m2 groen dak je 0,10 kg fijnstof per jaar af kunt vangen.” De tool rekent vervolgens uit wat de baten voor gezondheid zijn over een periode van 30 jaar en geeft aan wie de baathouders zijn. Een mogelijkheid is om vervolgens de woningcorporatie te vragen om groene daken aan te leggen op hun woningen. Bijvoorbeeld in de wijk Molenbeek (2.200 inwoners) levert het toevoegen van groene daken volgens de TEEB-tool €140.000 aan baten op voor gezondheid. Een optie is om een zorgverzekeraar te betrekken die veel klanten heeft in de wijk, om te kijken of deze de groendaken voor een deel wil financieren. De zorgverzekeraar is immers baathouder; als er minder mensen ziek worden, scheelt dat in kosten. „Het inzicht dat de TEEB Stad-tool oplevert, kan eindgebruikers meer bewust maken van de gevolgen die inrichtingskeuzes hebben”, aldus Baack. En groenondernemers kunnen de tool gebruiken bij de inrichting van gebieden, parken, wijkgedeeltes of grote particuliere tuinen. Verder kan het groen in de wijk wor-

TuinenLandschap | 8 | 2015

TEEB Stad.indd 32

02-04-15 15:18


Almere wil bekijken hoe het groen beter kan worden benut om mensen tot bewegen aan te zetten.

den omgevormd van ’kijkgroen’ naar ’belevingsgroen’. Denk aan groene speeltuinen of stadslandbouw. Door bewoners hierbij te betrekken, kan de gemeente ook inspelen op de noodzaak om het budget voor groenbeheer te verlagen.

Zorgtaken Tijdens de startbijeenkomst van de derde fase van TEEB Stad op 27 februari in Apeldoorn gaf Marian Kuijs, in het dagelijks leven programmaleider transities sociaal domein bij Zorggroep Almere en actief binnen vereniging Buitenstad in Almere, samen met Baack de workshop Groen & Gezondheid. Een van de belangrijkste redenen waarom Kuijs kansen ziet wat betreft TEEB Stad is de landelijke trend om de zorg meer te decentraliseren. Zorgtaken worden steeds meer overgeheveld van de Rijksoverheid naar provincies en gemeentes. Burgers worden aangesproken op hun eigen verantwoordelijkheid voor hun gezondheid en welbevinden. „Er zijn grote verschuivingen gaande in de zorg. Het is lange tijd zo geweest dat de zorg de verantwoordelijkheid voor problemen van mensen overnam. We maken nu de overgang mee naar een tijd

waarin aan mensen gevraagd wordt om in de eerste plaats zelf met een oplossing te komen, en anderen uit hun omgeving daarbij in te schakelen. Tegelijkertijd zien we dat de aandoeningen waaraan de meeste Nederlanders overlijden sterk samenhangen met hun leefstijl.” Juist op die leefstijl hebben mensen volgens Kuijs zelf veel invloed. Het groen kan mensen helpen gezonder te leven doordat ze in beweging komen, gezond

eten kunnen verbouwen, samen activiteiten ondernemen en daarmee een positieve invloed ervaren op hun omgeving. Het project TEEB-stad sluit volgens haar ook goed aan bij de ambities van Growing Green Cities richting de Floriade van 2022. „De vier thema’s van de Floriade zijn deze keer energie, voedsel, vergroening van de stad en gezondheid. Maar liefst drie van de vier thema’s hebben een overlap met TEEB Stad.” <

Almere neemt stokje over van Apeldoorn Na de gemeente Apeldoorn is Almere sinds februari aanjager van TEEB Stad. „Wethouder Henk Mulder heeft het bestuurlijke stokje overgenomen van Olaf Prinsen van de gemeente Apeldoorn”, zegt Jan Klopstra, strategisch adviseur Stadsbeheer van de gemeente Almere. „De waarde van groen in onze gemeente houdt ons al langer bezig. Vandaar dat we een marktverkenning hebben uitgevoerd waarbij we diverse tools de revue hebben laten passeren.” Zo heeft de gemeente gekeken naar i-Tree, MKBA Stadslandbouw en TEEB Stad. Klopstra: „Al deze sporen zijn interessant voor de groene stad Almere. Het is mooi

dat Platform 31 en Almere elkaar rondom het project TEEB Stad hebben gevonden. TEEB Stad is een concreet project dat ons de mogelijkheid geeft om in Almere handen en voeten te geven aan het thema ’waarde van groen’.” Door inzicht in de baten van groen en water helpt de TEEB Stad-tool om beter inzicht te krijgen in de waarde van groen. De tool laat ook zien welke partijen profijt hebben van een project, de zogeheten ’baathouders’. Met de berekeningen uit de tool kan een gemeente, maar ook een groenbedrijf of een andere initiatiefnemer, in gesprek gaan met baathouders.

TuinenLandschap | 8 | 2015

TEEB Stad.indd 33

33 02-04-15 15:18


,,

Speelmoestuin brengt buurt bijeen Het terrein aan het Spieghelplein in Alkmaar lag al vijf jaar braak en leek een vuilstortplaats. Enkele wijkbewoners vroegen de natuurspeeltuinbouwers van De Twee Heren om hulp bij het aanleggen van een speelmoestuin. ,,De manier waarop we dit hebben gedaan, met de buurt en met veel hergebruikte materialen, daar ben ik trots op.’’ Tekst Jacqueline van Wetten Beeld De Twee Heren

Het terrein is ingezaaid met wildmengsels van de Cruydt-Hoeck, o.a. G3, G4, A1 en N2. Maaien gebeurt wat vaker dan hovenier Jan de Vries nodig vindt. ,,De omwonenden willen het wat netter, ik heb het liever wat wilder.’’

34

TuinenLandschap | 8 | 2015

Speelmoestuin.indd 34

02-04-15 15:18


De opening van de speelmoestuin trok veel buurtkinderen en omwonenden. In de speelmoestuin vinden elk jaar activiteiten plaats. Samen met milieuorganisatie NME worden de plantvakken ingezaaid. Ook worden speelmiddagen gehouden.

I

n Oud-Overdie kan niet zoveel, was het idee’’, ,, zegt Wim van Veen, ex-wethouder en voortrekker van de speelmoestuin. ,,Maar dat valt erg mee hoor’’, nuanceert hij meteen. ,,Plantenbakken aan de ketting leggen, zoals sommige mensen wilden, is echt niet nodig. Want je ziet het, de speelmoestuin ligt er toch goed bij?’’ Van Veen richt zich tot Jan de Vries van De Twee Heren uit Grootebroek, die het ontwerp van de moestuin aan het Spieghelplein maakte. ,,Zo vroeg in het voorjaar is het nog wat kaal’’, reageert De Vries. ,,Maar als het zo direct groeit, ziet het er hier heel anders uit.’’ Oud-Overdie oogt momenteel wat rommelig: de wijk wordt vernieuwd. Tegenover de speelmoestuin zijn bouwvakkers druk in de weer met de bouw van een school. Een aantal blokken nieuwbouwwoningen is al klaar, een deel van de oude huizen staat op de nominatie voor sloop of renovatie. Door de crisis lagen de bouwplannen voor het Spieghelplein lange tijd stil. ,,Dit terrein lag al vijf jaar braak’’, vertelt Van Veen. ,,Het zag er niet uit. Het was een vuilstortplaats.’’ Een groep bewoners onder leiding van Van Veen vond dat er iets met het perceel moest gebeuren, ook al was het maar tijdelijk. Ze vonden gehoor bij woningcorporatie Woonwaard en de gemeente, die aanboden om geld beschikbaar te stellen voor het beste idee. Van Veen: ,,Twee ideeën spraken het meest aan: het plan om een moestuin aan te leggen en het idee om een speeltuin voor de kinderen te maken. Door ze te combineren ontstond de speelmoestuin.’’ Over de inrichting is intensief overlegd met omwonenden, van volwassenen tot kinderen. Van Veen wijst op een nieuwbouwcomplex met

’Oranje Huis’ op de gevel - een opvangcentrum voor slachtoffers van huiselijk geweld. ,,Daar wonen veel kinderen. Ook zij zijn bij de inspraak betrokken.’’ De mannen van De Twee Heren, Barry Bimmerman en Jan de Vries, denken met veel plezier terug aan het ontwerpfeest dat ze begin 2013 organiseerden. Er werden broodjes geroosterd boven een vuur, er waren twee lunchwagens van WNK Groen, het bedrijf dat het gemeentelijk groen onderhoudt, en er was een wensenpot. ,,Het leverde veel drukte en ideeën op. Vooral de kinderen kwamen met leuke plannen voor boomhutten, tunnels en zandbakken.’’ De wensen zijn door De Twee Heren gebruikt voor het maken van een schetsontwerp. De meeste ideeën zijn gerealiseerd. ,,Een boomhut is wat moeilijk hier, omdat er geen grote bomen zijn’’, zegt Van Veen. ,,Maar als alternatief hebben we wilgenhutten op de grond gemaakt’’, merkt De Vries meteen op. Het schetsontwerp viel in goede aarde bij de omwonenden. Kritiek was er nauwelijks. De Vries: ,,Natuurlijk komen mensen met vragen over hondenpoep, vandalisme en of zo’n tuin geen hangjongeren aantrekt, maar die kunnen we meestal wel weerleggen.’’ Terecht, want de tuin ligt er nu al een paar jaar en van vandalisme of overlast is geen sprake. De boombanden zijn intact. En het insectenhotel staat nog overeind. Van Veen: ,,Natuurlijk gebeurt er wel eens wat. Er wordt soms wat uit de grond getrokken, maar ik zie dat als speelsheid van de kinderen. Echt vandalisme? Nee, dat heb ik hier nog niet meegemaakt.’’ In april 2013 werd de speelmoestuin aangelegd.

> TuinenLandschap | 8 | 2015

Speelmoestuin.indd 35

35 02-04-15 15:18


Op een zaterdag gingen zo’n twintig vrijwilligers aan de slag. Er werden paaltjes geslagen, geulen gegraven en plantvakken aangelegd, en met een shovel van Woonwaard werd de speelheuvel gemaakt.’’ Omdat het budget beperkt was, werd overal en nergens materiaal gezocht en gevonden. De twee rioolbuizen die in de speelheuvel zijn verwerkt, komen van bedrijventerrein Boekelermeer. Van Veen: ,,Normaal kosten die €400 per stuk. Maar omdat ze daar niet meer als inrijobstakel nodig waren, kregen we ze gratis.’’ De trottoirbanden waarmee de plantvakken zijn afgekaderd komen van de oude straat aan de overkant, net als de klinkers die in de speelheuvel zijn verwerkt. Van de gemeente kreeg de speelmoestuin vijf esdoorns en later werden nog een paar bomen geritseld. ,,Het is een uitdaging om dingen voor elkaar te krijgen en zo ver mogelijk te komen met het budget’’, vindt Van Veen.

Gezellig Aan de kopse kant van het terrein is een speelheuvel van ruim een meter hoog aangelegd. Twee oude rioolbuizen vormen een onderdoorgang. Van Veen: ,,Kinderen raggen er met hun fietsje overheen. Dat is leuk. Veel hoger hoeft het niet te zijn om het spannend te maken.’’

Naast de tweedehands glijbaan ligt een kleine poel waar kinderen met water kunnen knoeien. Van Veen: ,,Het hoeft niet groot te zijn, voor kinderen is zo’n poeltje een enorme waterpartij. Afgelopen winter, toen het gevroren had, zag ik kinderen daar met stokken door het ijs prikken.’’

36

Op het terrein bij de glijbaan staan drie hutten van wilgenhout. Ze zijn een alternatief voor de boomhutten die de kinderen wensten. Wilgenstammen zijn een praktisch en goedkoop bouwmateriaal. In het voorjaar lopen de stammen uit waardoor vanzelf het idee van een hut ontstaat.

Wat later in april en mei werden plantdagen georganiseerd. En hoewel bomen planten best zwaar werk is, was de opkomst groot. De Vries: ,,Iemand maakt hapjes, er is wat te drinken. Het is altijd gezellig.’’ Van Veen vertelt over een oude dame waarmee hij aan het werk was. Haar man was nog niet zo lang overleden en ze was nieuw in de wijk komen wonen. ,,Nu ken ik in één keer heel veel mensen, zei ze, toen we klaar waren met planten.’’ Op 31 mei 2013 werd de speelmoestuin feestelijk geopend. Een groep van zo’n tien mensen zorgt er nu voor dat de speelmoestuin op orde blijft. Eén keer in de maand wordt er opgeruimd en onkruid getrokken. Tussendoor maaien vrijwilligers in het groeiseizoen het gras met de motormaaier die de speelmoestuin inmiddels rijk is. ,,Als je nou op zo’n onderhoudsdag die wilgen bijknipt, gebruik dan de afgeknipte takken om daar die hoek wat op te vullen’’, geeft De Vries als advies aan Van Veen. ,,Dan wordt het daar wat beschutter. En misschien moet ik de haag nog wat inboeten, zodat het wat meer dichtgroeit’’, denkt hij hardop. De Vries mist wat details in het redelijk eenvoudige ontwerp. Zo had hij de twee bankjes - afkomstig uit een oude speeltuin in Beverwijk - graag vervangen door een gemetselde bank rond een vuurplaats. ,,En in het midden van de plantvakken had ik in het ontwerp nog een kruidenspiraal getekend. Het is jammer dat het budget daarvoor te beperkt was, maar de manier waarop we de speelmoestuin hebben kunnen realiseren, daar ben ik trots op.’’ <

TuinenLandschap | 8 | 2015

Speelmoestuin.indd 36

02-04-15 15:19


In het midden van de tuin liggen zeven plantvakken. Eén plantvak is in gebruik als zandbak. De andere bakken zijn gevuld met groenten (o.a. paarse boerenkool, wilde rucola, aardbei), kruiden (o.a. rozemarijn, munt, maggiplant) en bloemen (o.a. tulp, narcis, blaassilene, korenbloem, papaver, ganzerik). Van Veen: ,,Soms schieten de groenten wel eens door, maar ook die bloemen zien er prachtig uit.’’

Speelmoestuin Spieghelplein

>

Locatie Wijk Oud-Overdie, Alkmaar Grootte 30 bij 50 m Start project Eind 2012, openingsfeest 31 mei 2013 Ontwerp De Twee Heren, Grootebroek Uitvoering en aanleg De Twee Heren en vrijwilligers Onderhoud Vrijwilligers Speelattributen Een glijbaan, drie hutten van wilgenhout, een kleine poel, een speelheuvel met tunnel en boomstammen om te klimmen en klauteren. Beplanting De gemeente schonk vijf esdoorns. Rondom staat een gemengde haag met Forsythia, Ribes, beuk, haagbeuk, meidoorn, liguster, vlier en veldesdoorn. Het plantmateriaal komt van biologische kwekerij Valckenhof in Reek. Grote delen van het terrein zijn ingezaaid met diverse bloemenmengsels van de Cruydt-Hoeck. In de plantvakken zijn groenten, kruiden en bloemen geplant. Verder staan er een afgedankte kerstboom en een verdwaalde bamboeplant. Budget €15.000 van Woonwaard, €1.000 van de gemeente Alkmaar plus €4.000 van de regiegroep van de wijk. Kosten De ontwikkeling van de speelmoestuin kostte €16.000, de rest van het budget is besteed aan onderhoud in de eerste twee jaar na aanleg.

N

TuinenLandschap | 8 | 2015

Speelmoestuin.indd 37

37 02-04-15 15:19


587734_.indd 38

2-4-2015 11:47:40


587733_.indd 39

2-4-2015 11:48:55


’Niet achter de geraniums maar ertussen’

De aanleg van een tuin voor dementerenden is fundamenteel anders dan zomaar een mooie tuin bij een bedrijf en instelling. Anke Wijnja van Bureau Fonkel en André Bergsma van Sight Landscaping leggen uit waarmee je rekening moet houden bij het maken van een tuin voor mensen met Alzheimer. Tekst Peter Bennink Tekst Peter Bennink I Beeld SIGHT Landscaping en Bureau Fonkel

40

TuinenLandschap | 8 | 2015

Alzheimertuin.indd 40

02-04-15 15:18


Waterelementen brengen geluid en beweging in de tuin, juist de prikkeling van zintuigen is belangrijk voor dementerende mensen.

Verhoogde plantenbakken brengen de planten dichterbij de mensen zodat ze de bloemen en het groen goed kunnen bekijken, ruiken en aanraken. Het maakt het ook mogelijk voor bewoners om mee te helpen in de tuin. Brede paden maken de tuin goed toegankelijk voor mensen die slecht ter been zijn of in een rolstoel zitten.

E

r is niets meer op maat gemaakt dan een tuin voor de zorg”, zegt André Bergsma project” leider zorgtuinen bij SIGHT Landscaping. Bergsma houdt zich al jaren bezig met het ontwerp en de aanleg van tuinen bij zorginstellingen. „In alles moet rekening gehouden worden met de doelgroep”, legt Bergsma uit. De materialen, de paden, de vorm en hoogte van beplantingen, het sortiment, alles wordt afgestemd op de gebruikers. Daarbij verschilt de doelgroep en daarmee de mogelijkheden van instelling tot instelling en van afdeling tot afdeling. De aannemer overlegt dan ook intensief met de opdrachtgever, die het beste weet wat de bewoners aankunnen. Meestal vindt overleg plaats met meerdere personen zoals afdelingshoofden en fysiotherapeuten. Soms wordt ook de buurt erbij betrokken zodat draagvlak gecreëerd wordt en contact met de buurt ontstaat. Voor een aantal tuinen voor dementerende bejaarden heeft SIGHT samengewerkt met Anke Wijnja van Bureau Fonkel. Wijnja is oorspronkelijk industrieel ontwerpster met een specialisatie in de zorg, maar heeft zich sinds tien jaar toegelegd op het ontwerpen van tuinen voor zorginstellingen.

Daadwerkelijk gebruikt „Het streven bij het maken van een tuin bij een zorginstelling is dat die tuin ook daadwerkelijk gebruikt gaat worden”, licht Wijnja toe. Dat lijkt misschien vanzelfsprekend maar van oudsher bestaat de buitenruimte bij veel instellingen uit een parkeerplaats, een grasveld en een rozenperk. Pas de laatste jaren komt er meer aandacht voor

de behoeften van de bewoners als het gaat om buitenruimtes. Een aantrekkelijke tuin die gemaakt is om te gebruiken kost vaak wat meer geld dan gemakkelijk te onderhouden ’kijkgroen’, maar voor de financiering ervan kunnen instellingen gebruikmaken van allerhande subsidies en potjes. Bergsma: „Fondsenwerving maakt een goed ingerichte tuin vaak haalbaar, er zijn onder meer sportsubsidies en provinciale subsidies beschikbaar en daarnaast kunnen private fondsen zoals het VSB-fonds en andere grotere landelijke fondsen helpen.” Het belangrijkste element in een tuin voor Alzheimerpatiënten vindt Wijnja een goed wandelpad. Dat is een voorwaarde om de tuin daadwerkelijk te kunnen gebruiken, anders blijft het bij kijkgroen. Zo’n pad moet echter wel aan een aantal voorwaarden voldoen. Mensen met Alzheimer zijn vaak erg onzeker, ze vertrouwen niet meer op hun eigen capaciteiten. Dan is het bijvoorbeeld belangrijk dat er regelmatig zitplaatsen zijn. Wijnja: „Als iemand een wandeling wil maken is het geruststellend als diegene ziet dat er al snel een bankje is waarop hij kan gaan zitten. Dat maakt het verschil of iemand wel of niet durft te gaan wandelen.” Oudere mensen, en vooral als ze iets mankeren, zijn ook vaak niet goed in staat om te compenseren. Als er bijvoorbeeld een kuiltje in het pad zit, hebben de mensen niet de flexibiliteit om dat op te vangen, voelen ze zich niet veilig op het pad en kiezen ze ervoor om dan maar niet te gaan wandelen. Een heldere layout is daarbij cruciaal. Doodlopende paden zijn funest volgens Wijnja, mensen

Anke Wijnja, Bureau Fonkel

André Bergsma, Sight Landscaping

> TuinenLandschap | 8 | 2015

Alzheimertuin.indd 41

41 02-04-15 15:18


Mensen met Alzheimer hebben vaak nog het meeste herinneringen aan hun verre verleden. Je kunt hieraan appelleren door ’ouderwetse’ planten te gebruiken zoals korenbloemen, vrouwenmantel, Zeeuws knoopje (foto), lievevrouwenbedstro of seringen.

kunnen daarvan in de war raken en weten niet meer waar ze naartoe moeten, ze moeten een rondje kunnen lopen. Materiaalgebruik kan die heldere layout ondersteunen. Zo kun je het pad maken in een kleur die contrasteert met de omgeving, zodat het voor slechtzienden duidelijk is waar het pad loopt. Er zijn zelfs stenen die in het donker oplichten, zodat een wandeling tijdens de schemering makkelijker wordt. Een bestrating met gemengde kleuren of stenen met een nuance erin werken juist verwarrend. Een goed wandelpad en een mooie tuin maken het voor familieleden en andere visite ook aantrekkelijker om op bezoek te komen. Ze hoeven niet op een bedompte kamer te blijven zitten maar kunnen lekker naar buiten. Een voorwaarde is wel dat de tuin goed bereikbaar is. Honderd meter moeten lopen kan er al voor zorgen dat een tuin niet gebruikt wordt. Leg het pad ook tussen de beplanting door, niet alleen erlangs. Dat geeft mensen de gelegenheid om bijvoorbeeld bloemen van dichtbij te bekijken, te ruiken en aan te raken. Leg om dezelfde reden plantenbakken verhoogd aan. Dat maakt het bovendien makkelijker voor bewoners die willen meewerken in de tuin.

Sortiment

Veel dementerende mensen vinden het prettig als ze omringd worden door planten die de zintuigen prikkelen, zoals Stachys byzantina die erg aaibaar is en zodoende de tastzin prikkelt. Andere planten prikkelen de reukzin, het gehoor of natuurlijk het gezichtsvermogen, kies daarvoor liefst planten met felle kleuren.

42

Mensen kunnen vaak tot op hoge leeftijd meehelpen in de tuin. Vooral moestuinen spreken bewoners vaak aan.

Het sortiment is goed aan te passen aan dementerende mensen. Giftige planten zijn ongewenst en planten met giftige bessen uit den boze. Maar er zijn ook planten die iets extra’s te bieden hebben. Met de sortimentskeuze kunnen de jaargetijden worden geaccentueerd, dat geeft mensen meer grip op de tijd. Plant bijvoorbeeld bollen om de lente in te luiden en fruitbomen die met hun bloesem en vruchtdracht duidelijke tekenen van de seizoenen geven. Daarnaast zijn planten die de zintuigen prikkelen uitstekend geschikt. Stachys byzantina is bijvoorbeeld erg aaibaar en planten als munt, lavendel en tijm ruiken sterk. Ook kunnen bloemen in felle kleuren geplant worden, zodat ook mensen die minder goed zien ervan kunnen genieten. Ratelpopulieren zorgen al bij de minste wind voor geruis in de tuin en prikkelen het gehoor. Een moestuin kan ook van toegevoegde waarde zijn. Zeker als die verhoogd ligt, zodat bewoners erin kunnen meehelpen. De bewoners kunnen hierin worden gestimuleerd door activiteiten vanuit de instelling, meestal ondersteund door vrijwilligers. <

TuinenLandschap | 8 | 2015

Alzheimertuin.indd 42

02-04-15 15:19


Het is van belang dat mensen een rondje kunnen lopen in de tuin. Doodlopende paden scheppen verwarring. Gebruik van fruitbomen accentueert de seizoenen en de kruidentuin geeft geur en beleving.

Toestellen Er zijn verschillende beweegtoestellen speciaal voor in de tuin. Daarmee kunnen mensen eenvoudig oefeningen doen in de buitenlucht. Als je zulke toestellen in samenspraak met bijvoorbeeld een fysiotherapeut uitzoekt, kan bewegingstherapie ook in de tuin plaatsvinden. De inspectie voor de gezondheidszorg hanteert een bewegingsnorm van een half uur per dag matig tot intensief bewegen. Bovendien remt beweging de ontwikkeling van de ziekte van Alzheimer. Een tuin kan geweldig behulpzaam zijn bij het activeren van mensen. Zeker als er beweegtoestellen in staan. Naast bewegingstoestellen zijn er allerhande andere ’attracties’ op de markt waaraan mensen plezier kunnen beleven en die de tuin aantrekkelijker maken om te gebruiken. Zo zijn er tuinxylofoons, ’Music Balls’ (bollen waaruit muziek komt als je aan een slinger draait) en natuurlijk verschillende waterelementen. Speeltoestellen voor kinderen kunnen ervoor zorgen dat bezoekende familieleden eerder de tuin in gaan met hun dementerende familieleden en hun (klein-) kinderen.

TuinenLandschap | 8 | 2015

Alzheimertuin.indd 43

43 02-04-15 15:19


Tekst Kyra Kuitert | Beeld Internet, WJMA Staps

Nature Assisted Health Foundation Bert van Helvoirt.

Een hogere kwaliteit van leven en lagere zorgkosten. Te mooi voor woorden? De Nature Assisted Health Foundation is ervan overtuigd dat een natuurlijke groene omgeving daar aan kan bijdragen. Om dat te bewijzen ondersteunt deze stichting onderzoek en initiatieven op het snijvlak van wetenschap, zorg en (groen) ondernemerschap.

H

oewel steeds meer mensen er van overtuigd zijn dat groen een positieve invloed heeft op de fysieke en mentale gezondheid, blijkt het lastig om te bepalen hoe groen zó kan worden ingezet dat het optimaal bijdraagt aan ons welbevinden en welke interventies leiden tot de beste zorg. De stichting Nature Assisted Health Foundation (NAHF) wil daar een bijdrage aan leveren. Haar missie is het verbeteren van de kwaliteit van leven vanuit de cross-overs van groen en gezondheid en dat doet zij vooral door het initiëren en ondersteunen van samenwerking tussen overheid, ondernemers en wetenschap.

Bert van Helvoirt, eigenaar van Van Helvoirt Groenprojecten, is een van de drijvende krachten achter de NAHF: ,,De sectoren groen en gezondheid blijken twee verschillende werelden met verschillende belangen en zelfs een andere taal. Daarom ligt onze focus op samenwerken en verbinden. Het blijkt verder lastig om iets nieuws, zoals een grotere rol voor groen, duurzaam in te bedden in de Nederlandse zorg zolang er geen ’harde’ bewijzen zijn. Uit gesprekken, onderzoek en netwerkbijeenkomsten van de NAHF blijkt dat er wel algemeen wetenschappelijk bewijs is dat groen goed is voor de gezondheid, maar dat dit er niet is ten aanzien van specifieke aandoenin-

Groen en dementie Volgens het RIVM is dementie op dit moment de tweede duurste ziekte in Nederland en met de toenemende vergrijzing zal deze zelfs op de eerste plaats komen. De NAHF is, samen met een aantal van haar partners, betrokken bij onderzoek naar de vraag in hoeverre groen kan ondersteunen bij het behouden van de kwaliteit van leven van mensen met dementie en tegelijk de zorgdruk dragelijk en de kosten betaalbaar kan houden. De stichting verbindt daartoe bijvoorbeeld zorgprofessionals en bedrijven die tuinen voor dementerende ouderen realiseren om kennis en ervaringen te delen. In de eerdergenoemde dementiewerkdagen wordt gewerkt aan een methodiek om de voorkeuren en behoeften ten aanzien van groen van mensen met verschillende

44

soorten dementie en van uiteenlopende leeftijden in kaart te brengen. Zo doen het UKON, Universitair Kenniscentrum Ouderenzorg Nijmegen, en het VU Medical Center onderzoek naar de beleving van groen bij mensen met dementie. Dit moet leiden tot een voorkeurenlijst voor activiteiten en daarbij behorende omgeving die deze activiteiten mogelijk maakt of stimuleert. Eén van de ideeën is om daar vervolgens een programma of app van te maken voor verzorgenden en mantelzorgers met achtergrondinformatie over het groen (’het verhaal’) en wat je allemaal in het groen kan doen. De onderzoeksuitkomsten kunnen te zijner tijd natuurlijk ook dienen als input voor groenontwerpers die voor deze doelgroep aan de slag gaan.

gen, zoals burn-out of dementie. Maar dit soort bewijzen kun je natuurlijk pas krijgen als je er daadwerkelijk mee aan de slag gaat! Om uit die vicieuze cirkel te komen, hebben we met een aantal partners de stichting NAHF opgezet. Ons streven is om claims met betrekking tot de relatie tussen natuur en gezondheid te onderbouwen met wetenschappelijk bewijs. Op basis daarvan kunnen modellen worden ontwikkeld waarbij het niet alleen gaat om het toetsen van het effect op cliënten of patiënten, maar ook op personeel en mantelzorgers. Verder moeten de modellen bijdragen aan kostenverlaging in de zorg én een gezond verdienmodel bieden aan de betrokken ondernemers. In de praktijk blijkt dat de groene sector al overtuigd is van het belang van groen voor de gezondheid, daarom zetten we vooral in op professionals in de zorg, zoals ziekenhuizen en zorginstellingen.” De NAHF houdt zich onder andere bezig met het ontwikkelen van trainingen en de oprichting van zogenaamde living labs, praktijksituaties waar de inzet van natuur binnen de zorg in de praktijk kan worden toegepast en door de wetenschap gevolgd. Voorbeelden hiervan zijn het Vitura Vitaliteitscentrum in het Brabantse Biezenmortel (stressgerelateerde problemen) en de Wever in Tilburg (ouderenzorg).

De rol van groen in de zorg toetsen De oprichters van de NAHF zijn UPP (een denktank van groenondernemers die innovaties binnen en buiten de groenbranche wil versterken), SHFT-Smart Innovative Concepts en de Zweedse Universiteit van Landbouwwetenschappen SLU. Na vele verkennende gesprekken sloten verschillende zorgorganisaties, overheden, verzekeraars, universiteiten

TuinenLandschap | 8 | 2015

Thema_Special NAHF.indd 44

02-04-15 15:19


ion koppelt praktijk aan onderzoek

en andere kennisinstellingen zich aan. De NAHF is mede mogelijk gemaakt door provincie Noord-Brabant, Productschap Tuinbouw en de Rabobank Hart van Brabant. Van Helvoirt: ,,We willen een open platform zijn waar kennisinstellingen, overheid, zorgbieders en ondernemers hun theoretische en praktische kennis kunnen delen en vergroten.” Hoe ziet een door de NAHF geïnitieerd samenwerkingsverband er in de praktijk uit? Van Helvoirt neemt dementie als voorbeeld. ,,Om de drie weken hebben we een zogenaamde dementiewerkdag. Mensen met zeer uiteenlopende achtergronden, van ondernemer tot student, werken letterlijk een hele dag in dezelfde ruimte, waarbij er één gezamenlijk overleg is maar ook gelegenheid voor bilateraal overleg. Ook geven de deelnemers

elkaar ’huiswerk’ mee waar de volgende werkdag op wordt teruggekomen. De gedeelde onderzoeksuitkomsten, inzichten en praktijkervaringen kunnen dienen als input voor bijvoorbeeld vervolgonderzoek of productontwikkeling. Deze nietlineaire manier van samenwerken blijkt heel inspirerend en efficiënt.”

’Groen voor Grijs’ Van Helvoirt noemt nog een ander project van de NAHF: ,, In het kader van het Topsectorenbeleid van het ministerie van Economische Zaken is, samen met onderzoeksinstituut Alterra, het onderzoeksvoorstel ’Groen voor Grijs’ ontwikkeld, dat zich richt op een wijk in Oisterwijk. Daarbij wordt onder andere gekeken of een groene(re) inrichting

van de openbare ruimte bij kan dragen aan het langer thuis kunnen wonen van ouderen. Als met dit onderzoek kan worden aangetoond dat groen in de wijk maatschappelijke én economische waarde (dalende zorgkosten) kan creëren, zal groen niet langer sluitpost op de begroting zijn, ook niet in tijden van bezuinigingen.” De NAHF zal zich de komende jaren richten op vijf domeinen, waaronder stress en burn-out, oncologie en dementie. De laatste twee thema’s staan nog open, de keuze daarvoor hangt mede af van de partners en de mogelijkheden voor financiering. Het verbinden van ondernemerschap en onderzoek gebeurt overigens ook op Europees niveau omdat Nederland vaak te klein is voor dit soort onderzoeken. <

TuinenLandschap | 8 | 2015

Thema_Special NAHF.indd 45

<

45 02-04-15 15:19


’Joen Toen’ is er voor jong en oud Dit voorjaar rondt Zorgcentrum Olderloug in Slochteren samen met leerlingen van Terra MBO Groningen een gemeenschappelijke Generatietuin af. Deze ’Joen Toen’ komt er voor jong en oud, zorgcliënten en dorpsbewoners. Tegelijk doen studenten van de Hanzehogeschool Groningen onderzoek naar welk effect de tuin heeft op de kwaliteit van leven van ouderen, zowel op fysiek als op mentaal gebied.

Tekst Henk-Jan van der Veen Beeld Henk-Jan van der Veen,

Terra MBO Groningen

De entree van het Zonnehuis Olderloug is heldergroen en gaat vrijwel naadloos over in de kleuren van de heesterbeplanting in de tuin en de openbare groenstroken. Het zorgcentrum ligt op een mooie plek aan de buitenrand van het Groningse dorp Slochteren en biedt verzorging, verpleging en thuiszorg aan ouderen en langdurig zieken. Zij kijken uit op een natuurlijk ogende omgeving met een robuuste eikensingel aan de straatzijde en gazons met bosplantsoenvakken aan de zij- en achterkant van het gebouw. Voor de bewoners van Olderloug – veelal boven de zeventig jaar – is het bepaald geen saaie plek om oud te worden. Toch mag van Marja Venema, hoofd van het zorgcentrum, de tuin best spannender en uitdagender zijn en vooral meer afgestemd op de wensen van bewoners en personeel van het zorgcentrum. Venema: ,,Een deel van de tuin naast het gebouw lag er ongebruikt en wat verloren bij en we zochten naar een zinvolle invulling. Een voor-

Leerlingen leggen met behulp van hoveniersbedrijven uit de regio de tuin aan. Hier bij het lieren in verband met het verwijderen van de bomen voor de paden en de vijver.

46

Marja Venema

stel voor een parkeerplaats en een dierenweide viel al snel af. We wilden een tuin die aantrekkelijk is voor jong en oud. Ik legde deze vraag voor aan het Terra MBO Groningen en zo ontstond het idee van de Generatietuin met de naam ’Joen Toen’. Het is Gronings voor ’uw tuin’, maar tegelijk is Joen de afkorting van ’Jong,Oud, En Noabers’.”

Kleurige contouren Inmiddels liggen er grote hopen zand naast het gebouw. Er is een begin gemaakt met de aanleg van de 2.500 m2 grote Generatietuin, de oplevering is ongeveer eind mei. De tuin kent zes tuinkamers met bloemen, fruitbomen, grasheuvels en vooral veel zit- en rustplekken waar mensen kunnen samenkomen, genieten en ontspannen. Markant punt en trekpleister is de vijver. Het idee was om een verdiept pad door de vijver aan te leggen met glazen zijwanden, zodat de gebruikers van de tuin ook zouden kunnen genieten van het leven onder water. Omdat Slochteren in het aardbevingsgebied ligt is besloten om het plan te wijzigen en het pad over de vijver te leggen.” Even verderop zijn de contouren voor het plein en het pad door de bostuin al goed zichtbaar. ,,Verharding en beplanting zijn geheel afgestemd op onze cliënten. Zo hebben de paden en de bestrating op het plein een heldere gele kleur en zijn ze duidelijk begrensd voor bijvoorbeeld slechtzienden. In de tuin zijn veel kleurige en geurende planten verwerkt die vroeger in boerentuinen voorkwamen.” ,,Voor de vijf leerlingen van Terra MBO Groningen, richting Tuin, Park en Landschap was het ontwerpen van de tuin een geweldige uitdaging. Het afgelopen jaar brachten ze vele uren door in een van onze vergaderruimtes en hebben ze zich verdiept in de belevingswereld van ouderen die extra fysieke of geestelijke zorg nodig hebben. Zo komen er in de tuin verschillende beweegtoestellen waar ouderen zelf en met elkaar in de buitenlucht werken aan hun vitaliteit. Inmiddels is de hele klas bij het project betrokken.” Venema geeft aan dat zij de samenwerking tussen de leerlingen en plaatselijke hoveniers, waaronder Mollema hoveniers uit Hellum en De Kloostertuin hoveniers in Gerkesklooster, en grondverzetbedrijven bijzonder vindt. ,,Leerlingen huren deze bedrijven in voor het aanlegwerk en helpen tegelijk mee. Zo doen ze in een echte werkomgeving ervaring op.”

TuinenLandschap | 8 | 2015

Generatietuin.indd 46

02-04-15 15:19


De contouren van de paden zijn aangebracht. Dit voorjaar wordt de tuin verder aangelegd.

Sociale functie Venema kijkt uit naar het komende groeiseizoen. ,,Ik sta te popelen om met de bewoners kruiden in de plantenbakken te zetten en aardbeien te oogsten. Deze producten uit de tuin kunnen een aanvulling zijn op de maaltijden. Dit is echter niet het enige idee van Venema. Als het aan haar ligt krijgt de tuin een belangrijke sociale functie in het dorp. ,,Onze cliënten komen uit deze streek, hebben hier een groot deel van hun leven doorgebracht en kennen de bewoners in Slochteren. Ons doel is om van de tuin een ontmoetingsplaats te maken voor jong en oud, waar cliënten, bezoekers en dorpsbewoners elkaar kunnen ontmoeten. Dit doen we door activiteiten te organiseren met en voor de dorpsbewoners, bijvoorbeeld een high tea uit onze keuken. Als de tuin klaar is kunnen kinderen van basisscholen er terecht voor biologielessen en kunnen onze bewoners een rol vervullen in het vertellen van verhalen over vroeger. Wij bieden met ’Joen Toen’ meer dan reguliere zorg, en voor zover ik weet zijn wij het eerste verzorgingstehuis in Nederland dat op deze wijze werkt.’’

Hard bewijs Het plan van de Generatietuin behelst echter een veel bredere visie. Groen en natuur zijn niet alleen

om van te genieten, het kan ook bijdragen aan de verbetering van kwaliteit van leven. Studenten van de studierichting Toegepaste Psychologie en Verpleegkunde van de Hanzehogeschool Groningen onderzoeken de effecten van de tuin op de kwaliteit van leven bij de bewoners van het Zonnehuis. Hiervoor doen zij een voormeting, een tussenmeting en een eindmeting omdat zo bepaald kan worden of de tuin een restoratieve werking heeft en bijdraagt aan verbetering van de kwaliteit van leven. In het onderzoek gaan zij in op verschillende domeinen van leven zoals de mate van lichamelijk welbevinden en gezondheid, mentaal welbevinden, participatie en woon- en leefsituatie. De voormeting is afgelopen jaar uitgevoerd. De resultaten zijn in februari gepresenteerd. ,,Uit de eerste meting bleek dat de mensen erg tevreden waren over de huidige groene omgeving.” Binnenkort komen de studenten terug voor de tussenmeting. De eindmeting staat gepland voor komend najaar. ,,Ik merk nu al dat bewoners erg benieuwd zijn hoe de tuin eruit gaat zien. Het zal hun motivatie om te bewegen en naar buiten te gaan alleen maar vergroten. Dit heeft ongetwijfeld een positief effect op hun gezondheid en welzijn maar eind dit jaar kunnen we dat ook met harde feiten aantonen.” <

TuinenLandschap | 8 | 2015

Generatietuin.indd 47

47 02-04-15 15:19


587728_.indd 48

2-4-2015 11:49:10


MCB-E

Q h c s i r t k e l E

✓ Milieuvriendelijk onkruidbeheer ✓ Reiniging

ONKRUIDBEHEER MET HEET WATER

Volg ons

ONKRUIDKOKEN

587735_.indd 49

onkruidkoken.nl

2-4-2015 11:49:27


In de voor- en zijtuin die grenst aan het inloopcentrum loopt de beplanting door tot aan het trottoir. Er is geen erfafscheiding, sierheesters en sterke vaste planten wisselen elkaar af. Zo groeit er onder meer Hydrangea arborescens ’Grandiflora’, Aster ageratoides ’Asran’, Symporicarpos chenaultii ’Hancock’ en Pennisetum alopecuroides ’Hameln’.

50

Naast de entree van het hospice is een kleine tuin aangelegd met kleurige bloemen. Brede hagen van Fagus sylvatica ’omarmen’ de twee banken, van waaruit je over de bloemen naar de voorbijgangers kunt kijken. Twee Prunus sargentii ’Rancho’ zijn in de haag geplant. Deze sierkers valt op vanwege de zuilvormige kroon, de roze voorjaarsbloesem en zijn rode herfstkleur.

TuinenLandschap | 8 | 2015

HospiceCadenza.indd 50

02-04-15 15:20


Frederike van Mierlo-Fransz www.hortiverde.nl

Tuin bij Hospice biedt troost De tuin bij het Cadenza Hospice is door Copijn Tuin- en Landschapsarchitecten met zorg ontworpen om de laatste levensdagen van de bewoners te veraangenamen. Door de tuin maken ze nog steeds onderdeel uit van het dagelijks leven. Het groen biedt afleiding, geborgenheid, maar bovenal troost. „Het groen komt, het gaat en het komt weer opnieuw.’’ Tekst Miranda Vrolijk | Beeld Martin Knol en Copijn Tuin- en Landschapsarchitecten

E

ind 2009 opende toenmalig Koningin Beatrix het Laurens Cadenza Hospice in Rotterdam. Cadenza is met achttien kamers het grootste hospice van Nederland. Mensen die ongeneeslijk ziek zijn en nog maar kort te leven hebben, krijgen in het hospice zorg en ondersteuning om hun laatste levensdagen zo goed en zinvol mogelijk te laten zijn. Hoewel het grootste hospice, is het gebouw kleinschalig van opzet om daarmee een huiselijke sfeer te creëren. Het gebouw heeft veel glas en alle kamers kijken uit op de tuin. De tuin is ontworpen door Copijn Tuinen Landschapsarchitecten in Utrecht. Ontwerper Frederike van Mierlo-Fransz - destijds werkzaam bij dit bureau, maar inmiddels voor zichzelf begonnen (Horti Verde) - legt uit dat Copijn vanaf het begin bij de plannen voor het hospice is

betrokken. „Nog voor er iets stond; toen wij begonnen met ontwerpen was de plek waar zowel het gebouw als de tuin moesten komen, nog één grote grasvlakte.’’ De directie van zorgorganisatie Laurens had dan ook de uitgesproken wens dat het gebouw en de tuin als een eenheid ontworpen zouden worden.

Erbij horen Daarnaast had de directie duidelijke doelen voor de tuin. Enerzijds fungeert de groene buitenruimte als de overgangsruimte tussen het hospice en de ’buitenwereld’. Cadenza bevindt zich aan de rand van de wijk IJsselmonde, naast een school en met aangrenzend een park met een speeltuin. De tuin mocht daarom open zijn, contact mogelijk maken met die buitenwereld – kinderen naar school

zien gaan, mensen in het park zien lopen – en andersom. „Het gaat om erbij horen. In het hospice gebeuren geen enge dingen, de dood is een dagelijks onderdeel van het leven, daar is niks geheimzinnigs aan’’, legt Van MierloFransz uit. Anderzijds moest de tuin ook geborgenheid bieden, een plek waar zowel de bewoners, het personeel als de vrijwilligers zich even terug kunnen trekken en ontspannen, in alle privacy. „Er gebeuren nu eenmaal heftige dingen in het hospice, dan is het fijn om een plek te hebben waar je tot rust kunt komen, waar je jezelf kunt zijn, een plek die net zo voelt als thuis’’, zegt Van Mierlo-Fransz. Die combinatie van enerzijds onderdeel uitmaken van de omgeving en anderzijds geborgenheid bieden, vormt de basis van het ontwerp.

TuinenLandschap | 8 | 2015

HospiceCadenza.indd 51

>

51 02-04-15 15:20


De tuin kent een duidelijke splitsing tussen voor en achter. De voortuin sluit aan op de entree en het inloopcentrum in het gebouw. Bij de entree is een kleine tuin gemaakt waar je kunt zitten en die vanaf het trottoir toegankelijk is. Langs de zijkant van het inloopcentrum ligt een border die doorloopt tot het trottoir zonder erfafscheiding. De achtertuin sluit aan op het Grand Café en het stiltecentrum. Centraal in de achtertuin bevindt zich een rechthoekige verhoogde vijver, deze ligt in het verlengde van het Grand Café en de as van het gebouw. Vanuit binnen kijken de bewoners uit over de vijver naar wat er in het aangrenzende park gebeurt. Om dit uitzicht mogelijk te maken is de beukenhaag die als erfafscheiding dient, in het verlengde van de vijver weggelaten. Aan weerszijden van de vijver zijn terrassen aangelegd. Zowel de rand van de vijver als de verhoogde borders bieden de terrassen ’rugdekking’ en daarmee geborgenheid op deze plekken. Vanaf het grote terras begint een breed pad dat langs de buitenrand van

de tuin via de grote bloementuin naar de stilteplek aan de andere kant leidt. Dit pad loopt door brede borders met afwisselend hoge en lage beplanting die daardoor doorkijkjes bieden. „Omdat de border omhoog komt, ga je echt door de beplanting heen.’’ Langs het pad vind je verschillende losse stoelen en banken. „Die hebben geen vaste plek, bewoners en personeel zijn vrij om te gaan zitten waar ze dat prettig vinden.’’ De gekozen vaste planten in de bloementuin bloeien met opvallende kleuren. Ze zijn in grote groepen met dezelfde soort bij elkaar gezet. „Omdat bewoners ze op deze manier ook vanuit de kamers op de bovenste verdiepingen goed kunnen zien.’’ Rond de stilteplek, die aansluit op het stiltecentrum binnen, is de beplanting ingetogener. Door hun minder opvallende bloemkleur trekken de vaste planten niet veel aandacht. Ook is er meer wintergroen toegepast en de beukenhaag op de erfafscheiding is hoger dan in de rest van de tuin. Verschillende bomen, onder meer een Parrotia persica en Malus ’Sentinel’ versterken de intieme

sfeer. „Dit is echt een plek waar je je gedachten kunt laten gaan.’’ Van Mierlo-Fransz benadrukt dat de seizoensbeleving een belangrijke rol speelt in de hospicetuin, meer dan in andere tuinen. „Het biedt de bewoners troost, het groen komt en het gaat en het komt weer opnieuw.’’ Ze heeft er daarom bij de keuze voor de planten extra opgelet dat ze opvallend veranderen in de seizoenen. Bij de bomen en heesters bijvoorbeeld, waren zowel mooie voorjaarsbloesem als een prachtige herfstkleur belangrijke criteria, zo staat er een sierappel, krentenboom en een Liquidambar styraciflua. In de winter zorgen de grassen, het wintersilhouette van de vaste planten en de bladhoudende heesters voor een mooi beeld. Daarnaast is het belangrijk dat de beplanting leven aantrekt, vogels en vlinders bijvoorbeeld. „Het is ontspannen om naar het te kijken en het leidt af. Bovendien vergemakkelijkt het sociaal contact, je maakt eens wat makkelijker een praatje’’, zegt de ontwerper. „Gewoon net als thuis.’’

Laurens Cadenza Hospice

>

Locatie Rotterdam, wijk IJsselmonde Geopend Eind 2009 door toenmalig Koninging Beatrix Aantal kamers 18 Grootte tuin 1.600 m2 Ontwerp tuin Copijn Tuin- en Landschapsarchitecten, Frederike van Mierlo-Fransz (heeft inmiddels haar eigen ontwerpbureau Horti Verde in Dreumel) Aanleg Copijn Groenaanleg en beheer Beheer Copijn Groenaanleg heeft twee jaar lang vrijwilligers begeleid

N

52

TuinenLandschap | 8 | 2015

HospiceCadenza.indd 52

02-04-15 15:20


In de bloementuin is gekozen voor grote vakken met dezelfde soort planten met opvallende kleuren. „Grotere groepen met dezelfde planten hebben in dit geval de voorkeur boven het door elkaar heen weven, omdat de tuin daardoor ook vanuit de bovenste kamers een herkenbaar, afwisselend en kleurrijk beeld geeft’’, aldus Van Mierlo-Fransz. In de bloementuin groeit onder meer Rudbeckia fulgida ’Goldsturm’, Hemerocallis ’Pardon Me’ en Phlomis russeliana.

De muurtjes van de verhoogde borders langs het grote terras zijn een halve meter hoog zodat je vanuit een rolstoel of bed de beplanting goed kunt zien, voelen en ruiken. Anderzijds bieden ze geborgenheid door de ’rugdekking’ op het terras. De muurtjes zijn opgebouwd van gebroken betontegels. Het terras zelf is verhard met zachtgele betontegels die stroef en goed beloopbaar zijn.

In de vijver zijn koikarpers uitgezet, vanwege hun grootte en opvallende kleur zijn ze ook van wat verder weg goed te zien. Leven - vissen, vogels en insecten - is in deze tuin belangrijk volgens Van Mierlo-Fransz. „Ze zijn leuk om naar te kijken, ze vergemakkelijken sociaal contact en het geeft afleiding.’’ De harde lijnen van de vijver worden verzacht door de beplanting van onder meer Pontederia cordata, Nymphaea ’James Brydon’ en Iris pseudacorus.

De verhoogde vijver is tot dicht op de gevel van het gebouw aangelegd. Ervoor groeien grote pollen Pennisetum alopecuroides ’Hameln’ en Heuchera ’Chocolate Ruffles’. Deze Heuchera behoudt zijn blad in de winter. Van Mierlo-Fransz heeft hier bewust voor gekozen net als voor sommige bladhoudende heesters, zodat niet alles verdwijnt in de winter. Daarnaast zorgen de grassen en sommige vaste planten met hun wintersilhouette voor een mooi winterbeeld.

Het rondgaande pad is verhard met een rode klinker die past bij het gebouw. Het pad is 2,5 m breed zodat rolstoelen en bedden elkaar goed kunnen passeren. Het pad leidt naar de stiltetuin, de beukenhaag is rondom dit gedeelte 1,80 m hoog om meer beslotenheid te creëren. De Parrotia persica is uitgekozen vanwege zijn opvallende herfstkleur. Achter de schutting staat de noodaggregaat van het hospice. <

TuinenLandschap | 8 | 2015

HospiceCadenza.indd 53

53 02-04-15 15:20


Tekst Wendy Bakker | Beeld Gerdien de Nooy en Reinier de Graaf Groep

Struinen door de natuur na ziekenhuisbehandeling Kinderen die in het Reinier de Graaf Gasthuis in Delft in behandeling zijn geweest, krijgen na afloop een herstelpakketje mee. Hiermee kunnen ze op ontdekkingstocht door de natuur in het gebied tussen Delft en Zoetermeer: Buytenhout. Het is het eerste project van het ziekenhuis dat herstel koppelt aan natuur en natuurbeleving. Bij positief resultaat volgen er meer.

T

egenwoordig liggen patiënten, jong of oud, relatief kort in het ziekenhuis. Het herstel gebeurt vooral thuis. ,,We weten uit onderzoek dat natuur heel erg helpt bij het opknappen na een behandeling. Hoe mooi is het dan om kinderen, als ze het ziekenhuis verlaten, een natuurbelevingspakket mee te geven. Het is leuk voor ze om een cadeautje mee te krijgen na een tijd die meestal niet fijn voor ze is geweest. En ze worden samen met hun ouders verleid om naar buiten te gaan en het buitengebied van Delft te ontdekken”, zegt José Postma, coördinator duurzaamheid, mvo en innovaties van het Reinier de Graaf Gasthuis. Zowel kinderen die een ziekenhuisopname hebben gehad als zij die onder poliklinische behandeling van de kinderarts staan, krijgen het pakket mee. ,,Ook kinderen met bijvoorbeeld astma of diabetes profiteren van buiten zijn. We weten dat kinderen veel te weinig buiten komen, soms niet eens een half uur per dag. Dat heeft direct gevolgen voor hun vitaliteit en gezondheid.” Met het herstelpakket hoopt het Reinier de Graaf niet alleen het directe herstel van kinderen te bevorderen, maar ook gezondheidswinst op de lange termijn te kunnen boeken. En dat kun je bereiken door kinderen en hun ouders te laten ervaren hoe leuk en leerzaam de natuur is, is de overtuiging van de coördinator.

Stimuleren van natuurbeleving Het Reinier de Graaf Gasthuis ondergaat momenteel een ware metamorfose. Eind augustus van dit jaar zal het nieuwe gebouw haar deuren openen. De architectuur van het nieuwe ziekenhuis is

54

José Postma, coördinator duurzaamheid, mvo en innovatie van het Reinier de Graaf Ziekenhuis.

open en gaat een verbinding aan met de omgeving. Vanuit de kamers zal er in de toekomst zicht zijn op groene binnentuinen. Het is eveneens een duurzaam gebouw waarbij gebruik wordt gemaakt van bodemwarmte, zonnecollectoren, een eigen afvalstromensysteem Pharmafilter (zie kader) en daken die met Sedum worden beplant vanwege de isolerende werking én het aantrekkelijker uitzicht. Postma is vanuit haar functie al jaren betrokken bij de nieuwbouw van het ziekenhuis. Dat groen daarin een rol zou krijgen was voor haar evident. Maar ze vroeg zich af hoe het ziekenhuis als maatschappelijk verantwoorde onderneming een stap verder kon maken en natuurbeleving bij patiënten zou kunnen stimuleren. Ze kwam vorig jaar in contact met Agnes van der Linden van Natuur en milieucentrum De Papaver van de gemeente Delft en Daphne Teeling, Instituut voor natuureducatie en duurzaamheid (IVN). De drie organisaties startten een werkgroep. ,,Wat we toen als eerste hebben gedaan is het benaderen

van de doelgroepen. De Papaver en IVN hebben ruime ervaring met het in kaart brengen van wensen en behoeften op het gebied van natuurbeleving. Tijdens de Landelijke open dag van de zorg in maart 2014 hebben we aan volwassen bezoekers gevraagd een enquête over dit thema in te vullen. De kinderen tekenden wat ze het liefste zouden willen. Vooral het meenemen van hun huisdier was een grote wens en plantjes.” Ook organiseerde Postma een workshop op de kinderafdeling waar onder andere artsen, pedagogisch medewerkers, een arbodeskundige, een deskundige infectiepreventie, een communicatie-adviseur en verpleegkundigen aan deelnamen. ,,We hebben al de betrokken disciplines bij elkaar gezet en gevraagd: wat vindt jij als medewerker nou belangrijk als het gaat om de verbinding tussen natuurbeleving en je werk?” En tot slot zijn de patiëntjes en hun ouders gevraagd naar hun wensen. Uit alle antwoorden en tekeningen kwamen drie hoofdpunten naar voren: meer groen op de afdeling, uitzicht op groen en het activeren van natuurbeleving. Het eerste concrete idee dat daaruit is ontstaan, is het groene herstelpakket voor kinderen.

Van zoekkaart tot vergrootglas In het natuurpakketje zit een tasje, een potlood, een spiegeltje om bijvoorbeeld de sporen onder de paddenstoel te kunnen zien, een vergrootglas, zoekkaarten dierensporen en paddenstoelen van IVN Scharrelkids, een plakstrip om zaden te verzamelen, een kaart van Buytenhout en van natuur- en recreatiepark Delftse Hout, een activiteitenkaart, kortings-

TuinenLandschap | 8 | 2015

Gezond door natuur.indd 54

02-04-15 15:20


bonnen, een brief aan de kinderen en hun ouders en een ansichtkaart dat eveneens een evaluatieformulier is. ,,De bedoeling is dat de inhoud elk seizoen wordt aangepast. Op dit moment zijn er 250 natuurpakketjes weggegeven. De eerste evaluatiekaarten zijn terug met positieve reacties. Ook enkele kortingsbonnen zijn al ingeleverd bij een uitspanning in Delftse Hout.’’ De provincie Zuid-Holland, de gemeente Delft en het IVN hebben het initiatief gefinancierd omdat ze ervan overtuigd zijn dat natuur en gezondheid hand in hand gaan. Met tien andere steden in Zuid-Holland werken zij samen aan het programma ’Groen doet goed’. De Reinier de Graaf Groep heeft mankracht geïnvesteerd in het project. Als uit de evaluatieformulieren blijkt dat de kinderen daadwerkelijk de natuur zijn ingetrokken, wil het ziekenhuis het initiatief, weliswaar aangepast op volwassenen, uitrollen naar andere afdelingen.

Natuurkoffer en huisdier Ondertussen zitten Postma en haar samenwerkingspartners niet stil. ,,We ontwikkelen nu een natuurkoffer voor de kinderafdeling. Een verrijdbare kast of kist met boeken over planten en dieren, puzzels, knuffels enzovoort. Wat hierbij natuurlijk belangrijk is dat het veilig en

Reinier de Graaf duurzaam José Postma begon twintig jaar geleden haar loopbaan als verpleegkundige bij het Reinier de Graaf Gasthuis waar ze op verschillende afdelingen werkte. Ze ontwikkelde zich tot leidinggevende en daarna tot projectleider en coördinator duurzaamheid, mvo en innovatie. Haar werkgebied is breed: van ICT, efficiënte en kwalitatieve patiëntenzorg tot het afvalstromensysteem Pharmafilter. Een innovatief filter dat in het Reinier de Graaf is ontwikkeld en het enige is op de wereld. Het filter verwerkt bijna al het afval dat bij de patiënt ontstaat. Het hygiënisch is.” Postma denkt zelfs serieus na over een huisdierenproject, want uit de doelgroepenenquête blijkt dat zowel kinderen als ouderen graag bezoek krijgen van hun huisdier. ,,En waarom niet? Uit onderzoek is gebleken dat het aaien van huisdieren stress vermindert. Misschien is het niet hygiënisch om het huisdier naar de afdeling mee te nemen, maar wel kunnen we dicht bij de hoofdingang een ruimte creëren waar de patiënt het huisdier kan ontvangen. De verpleging kan het kind dan naar deze kamer brengen, waar het patiëntje met het dier kan knuffelen.” Postma werkt op dit moment het idee verder uit. ,,De ruimte moet wel goed te reinigen zijn en er zal beleid op moeten worden gemaakt

scheidt het vaste en vloeibare materiaal. Een vergistingsinstallatie zet al het organisch materiaal om in biogas dat wordt omgezet in warmte, hetgeen gebruikt wordt om de installatie draaiend te houden. Via een speciale zuiveringstechnologie worden alle medicijnresten in vijf stappen uit het water verwijderd. Dit water wordt in het ziekenhuis hergebruikt. De ontwikkeling van dit filter heeft niet alleen het aantal afvalstromen drastisch verminderd maar ook het aantal zorghandelingen en het risico op besmetting in het ziekenhuis.

onder welke voorwaarden huisdieren kunnen worden toegelaten.” Verder staat het verfraaien van de behandelkamers met natuurbeelden op haar verlanglijst. ,,Want: ook kijken naar beelden van de natuur bevordert het herstel. Eerst maar verhuizen naar het nieuwe gebouw en dan bekijken hoe we nog meer kunnen vergroenen.” Dat is ook van invloed op het financiële plaatje, want er zal wel geld voor moeten zijn. José Postma denkt liever in mogelijkheden dan in beperkingen. ,,Als we door natuur en natuurbeleving alleen al het medicijngebruik zouden kunnen verminderen, wat een gezondheidswinst, economische winst en milieuwinst zou dat dan opleveren!” <

TuinenLandschap | 8 | 2015

Gezond door natuur.indd 55

55 02-04-15 15:20


587737_.indd 56

2-4-2015 16:06:06


Boomverzorging Onderzoek en Advies Producten voor groeiplaatsen

Symbiose tussen natuur & techniek

larve van de Adalia

Luisoverlast oplossen met een Adaliakuur! Hoe werkt de Adaliakuur? t 6 POUWBOHU BBO IFU CFHJO WBO EF LVVS FFO FFSTUF [FOEJOH MBSWFO WBO EF "EBMJB UXFFTUJQQFMJH MJFWFIFFSTbeestje). t /B XFLFO LSJKHU V FFO UXFFEF [FOEJOH MBSWFO EF FFSTUF [FOEJOH JT OBNFMJKL BBO IFU WFSQPQQFO FO FFU HFFO MVJ[FO NFFS t &GGFDUJFWF LVVS XBBSEPPS MVJ[FO QFSNBOFOU XPSEFO CFTUSFEFO

Bestrijding op maat, wat is dat? t *OEJFO XJK EF MBSWFO VJU[FUUFO [BM CJK EF FFSTUF SPOEF PO[F NFEFXFSLFS FFO SPOEHBOH NFU V NBLFO PN EF NFFTU FGGFDUJFWF BBOQBL UF CFTQSFLFO t "GIBOLFMJKL WBO EF MVJTPWFSMBTU [BM EPPS PO[F NFEFXFSLFS FFO BEWJFT HFHFWFO XPSEFO PWFS IFU BBOUBM [BLKFT MBSWFO EJF VJUHF[FU NPFUFO XPSEFO UJKEFOT EF UXFFEF SPOEF

Wat is het Communicatiepakket? t &YUSB [JDIUCBBSIFJE JO VX HFNFFOUF CJK EF CVSHFS EPPS BGESVL WBO FFO MJFWFIFFSTCFFTUKF PQ EF WFSQBLLJOH t 0O[F MVJ[FOCFTUSJKEFST ESBHFO WFJMJHIFJETWFTUKFT NFU MJFWFIFFSTCFFTUKFT t %JHJUBMF nZFST WPPS CFXPOFST t 0O[F DPNNVOJDBUJFTQFDJBMJTU NBBLU FFO JOUFSWJFX NFU VX XFUIPVEFS WPPS EF MPLBMF NFEJB t ;JDIUCBBSIFJE WFSHSPPU EPPS PQ FMLF MPDBUJF FFO DPNCJ OFTULBTU WPPS MJFWFIFFSTCFFTUKFT CJKFO FO HBBTWMJFHFO PQ UF IBOHFO NFU PQESVL WBO FFO MJFWFIFFSTCFFTUKF

Bestel de Adaliakuur en het communicatiepakket bij BSI Bomenservice:

www.bsi-bomenservice.nl BSI Bomenservice, Wildenburglaan 4, 3744 MK Baarn, Telefoon 035-548 58 88, Fax 035-548 58 77 E-mail algemeen@bsi-bomenservice.nl, Internet www.bsi-bomenservice.nl

587738_.indd 57

2-4-2015 17:18:19


Het groen is in het Meander Medisch Centrum altijd dichtbij, onder meer door de toepassing van veel glas. Veel bestaande bomen in de bosrijke omgeving zijn tijdens de bouw gespaard gebleven, waardoor de omgeving nu al een volwassen, lommerrijke uitstraling heeft. „Bouwer Heijmans ging respectvol met het terrein om, er is zelfs een werknemer die tegen een boom stond te plassen, met een gele kaart van het terrein gestuurd.’’

58

Het houten toegangsplein is ’geplooid’ rondom de bestaande bomen. Hier begint de centrale as van het ziekenhuis die eindigt op de houten vlonder boven de nieuwgegraven waterloop.

TuinenLandschap | 8 | 2015

MeanderMedischCentrum.indd 58

02-04-15 15:20


Fred Booy www.dsla.nl

Meander Medisch Centrum als healing environment Het Meander Medisch Centrum opende in 2013 zijn deuren. Toch bevindt het gloednieuwe ziekenhuis zich al in een volwassen groene omgeving. Diverse ontwerprichtlijnen voor een healing environment uit het Alterra-onderzoek van Agnes van den Berg zijn terug te vinden in het Medisch Centrum. Ontwerper Fred Booy licht toe.

Tekst Miranda Vrolijk | Beeld Meander Medisch Centrum, DS Landschapsarchitecten en Miranda Vrolijk

B

ooy is als landschapsontwerper werkzaam voor DS landschapsarchitecten in Amsterdam, het bureau dat de groene ruimtes van het ziekenhuis ontwierp. Daarnaast heeft hij een kwekerij van snijgroen en solitaire heesters in Boskoop (Fred Booy Boomkwekerij). Het is dan ook niet verwonderlijk dat hij voor het Meander Medisch Centrum in Amersfoort het beplantingsplan maakte. De ontwerper legt uit dat je het Meander Medisch Centrum als healing environment niet los kunt zien van andere aspecten in het verhaal. „Het is onderdeel van een groter geheel.’’ Zo is het ziekenhuis gebouwd op een voormalig militair opslagterrein, dat door verwaarlozing veel natuurwaarde had. Om ondanks de bouw van het ziekenhuis toch ’de groene vinger’ richting de stad - zoals gemeente Amersfoort het noemt -

te behouden, is extra ingezet om zoveel mogelijk bomen te behouden. Daarnaast was het noodzakelijk dat de dijk langs de naburige rivier de Eem werd opgehoogd. Omdat hiervoor juist gekapt moest worden had de gemeente een herplantplicht. DS Landschapsarchitecten greep deze gegevens aan om voor het gehele zogenoemde Maatweggebied een visie te schrijven. Daarin werd de oude meanderende Eem op het terrein min of meer teruggebracht en zou het gebied deels een ecologische verbindingszone vormen en deels recreatief landschap. „Het ziekenhuis als healing environment past prima in dit verhaal.’’ Het ziekenhuis zelf is ontworpen door Atelier Pro, via dit architectenbureau raakte DS Landschapsarchitecten bij het project betrokken. In het onderzoek ’Ontwerpen met groen voor gezondheid’ uit 2006 formu-

leren Agnes van den Berg en Marijke van Winsum-Westra een aantal richtlijnen voor de toepassing van groen in ’healing environments’. Het is bijvoorbeeld belangrijk dat het groen vanuit het gebouw te zien is: er moet zoveel mogelijk ’visuele toegang’ tot het groen verschaft worden, niet te compact worden gebouwd zodat de open ruimten tussen de gebouwen groen kunnen worden ingericht en obstakels die het doorzicht blokkeren, bijvoorbeeld een parkeerplaats, moeten vermeden worden. Volgens Booy is dit in het Meander Medisch Centrum goed gelukt. „Overal in het gebouw is buiten dichtbij.’’ Zo is de centrale laan die toegang verschaft aan de diverse gebouwen volledig van glas. Links en rechts daarvan liggen tussen de gebouwen in patiotuinen. Verder zijn de publieke parkeerplaatsen grotendeels

TuinenLandschap | 8 | 2015

MeanderMedischCentrum.indd 59

>

59 02-04-15 15:20


ondergronds en hebben de parkeerplaatsen buiten een pergola met Wisteria als overkapping gekregen, zodat het uitzicht vanaf de bovenste verdiepingen maximaal groen blijft. „Over vijf jaar moet dat er met al die blauwe regens prachtig uitzien’’, zegt Booy. Een volgend thema uit het onderzoek van Van den Berg is groen als afleiding van ziekte en dood. De fascinerende werking van planten en dieren helpt mensen hun zorgen opzij te zetten. Het is daarom in een healing environment belangrijk dat de groei en bloei van planten zichtbaar zijn en dat de tuinen en parken aantrekkelijk zijn voor vogels en vlinders. Bovendien helpt de seizoencyclus die planten doormaken, mensen om ziekte en dood beter te accepteren. In de grotere patiotuinen is het seizoen duidelijk afleesbaar. Ze zijn ingericht met golvende banen beplanting wat een verwijzing is naar de oude meanderende Eem. Per baan heeft Booy één bol, één vaste plant en één gras gecombineerd. „Één plant heeft zijn hoogtepunt in het voorjaar, het gras is het hele jaar aantrekkelijk en één plant heeft ergens in het seizoen zijn hoogtepunt.’’ Per patio heeft hij drie verschillende

mengsels gebruikt. Zo is een van de tuinen ingericht met de volgende mengsels: een baan met Eragrostis curvula, Anaphalis triplinervis en Narcissus ’Tête à Tête’, een baan met Stipa tenuifolia, Pulmonaria angustifolia en Ipheion uniflorum en de derde baan met Sesleria nitida, Actaea simplex ’Armleuchter’ en Allium sphaerocephalum. Als heester is Styrax japonica ’Pink Chimes’ aangeplant. Bij de aanplant zijn de banen scherp aangelegd. „Dit zal verwateren omdat de planten gaan wandelen door de banen heen, dat mag ook, als de golvende lijn maar grofweg zichtbaar blijft.’’ Bij de keuze voor de planten heeft Booy voor zekerheid gekozen. „De omstandigheden op de patio’s zijn extreem, vanwege de hoge bebouwing liggen sommige plekken de hele dag in de schaduw, andere branden juist weg.’’ Vanwege die hoge bebouwing betwijfelt Booy of de plekken veel vlinders en insecten zullen aantrekken. „Aan de planten zal het niet liggen, maar vlinders komen hier uit zichzelf niet.’’ Op het buitenterrein ligt dat uiteraard anders, daar is bij de keuze aan beplanting extra gelet op aantrekkelijkheid voor insecten en vogels. Het is niet alleen belangrijk dat het groen in de omgeving te zien is in een

healing environment, ook moet het gebruikt kunnen worden. Als ontwerprichtlijnen geeft Van Den Berg onder meer het verbeteren van de bereikbaarheid van de parken en plantsoenen in de omgeving door middel van (groene) corridors en het zorgdragen voor faciliteiten zoals paden, speeltoestellen en therapeutische toestellen die de gewenste activiteiten van de doelgroepen ondersteunen. Beide vind je terug in het Meander Medisch Centrum. Een groot deel van de bestaande bosrijke omgeving is ingericht als openbaar wandelgebied. Aan het einde van de centrale hal door het ziekenhuis loop je zo dit gebied in. Patiënten, bezoekers en personeel worden hier naartoe geleid omdat de as buiten doorloopt naar de houten vlonder die boven de teruggebrachte waterloop is gemaakt. „Zodra het weer het toelaat, kunnen mensen zo naar buiten om te wandelen’’, verklaart Booy. Tot slot is in het wandelgebied een zogenoemde revalidatieheuvel aangelegd: rondom een heuvel zijn in een cirkel boomstammen rechtop in de grond geplaatst. De heuvel bevindt zich dichtbij de fitnessruimte binnen. „De ruimte buiten kan ook gebruikt worden om oefeningen te doen.’’

Meander Medisch Centrum Locatie Amersfoort Architect ziekenhuis Atelier Pro in Den Haag Ontwerp buitenruimte DS Landschapsarchitecten in Amsterdam (projectarchitect Bruno Doedens) Bouw ziekenhuis Heijmans Aanleg groen Grontmij in Arnhem Buitenruimte bestaat uit Patiotuinen, entreepark, waterpark, bomenweide en natuurontwikkeldingsgebied (dit gebied is niet toegankelijk) Projectdatum Ontworpen en aangelegd tussen 2005 en 2013 Beheer Eemfors, Meander Medisch Centrum is opdrachtgever

60

TuinenLandschap | 8 | 2015

MeanderMedischCentrum.indd 60

02-04-15 15:20


De grotere patiotuinen zijn ingeplant met rondgaande banen beplanting waarin de seizoenen te beleven zijn. In deze tuin heeft Booy de volgende mengsels toegepast: Stipa tenuifolia, Brunnera macrophylla en Crocus speciosus ’Conquerer’. Calamagrostis brachytricha, Bergenia ’Wintermärchen’ en Scilla siberica. En een baan met Deschampsia cespitosa ’Goldtau’, Persicaria speciosum en Galanthus nivalis.

Tussen de gebouwen in zijn patiotuinen aangelegd. Deze smalle corridor ligt door de hoge bebouwing voornamelijk in de schaduw. Daarom zijn er de volgende soorten aangeplant: Amelanchier lamarckii, Matteuccia struthiopteris, Briza media, Deschampsia flexuosa, Luzula nivea en Allium sphaerocephalon als bolgewas.

De publieke parkeerplaats is overkapt met een pergola. Op den duur zullen Wisteria sinensis ’Prolific’ en W. sinensis ’Alba’ de parkeerplaats geheel hebben begroeid, waardoor het uitzicht vanuit het ziekenhuis optimaal groen is.

Het gebouw waar het ziekenhuispersoneel parkeert, is verfraaid met boomstammen. Die zijn zo veel mogelijk afkomstig van het terrein zelf. De bomenweide (het wandelgebied) is ingeplant met onder meer Deschampsia cespitosa en D. flexuosa. Daarnaast zijn kruidenmengsels ingezaaid. Omdat het terrein behoorlijk overhoop is gehaald, verwacht Booy dat er vanuit de zadenbank in de grond zich veel soorten zullen vestigen die hier van nature thuishoren.

Aan de achterkant van het ziekenhuis loop je zo het wandelgebied in langs de nieuwe oude Eem. De wandelpaden zijn deels verhard met betonklinkers en deels met houtsnippers.

Langs de boomstammen die de personeelsparkeerplaats verfraaien, zijn klimplanten geplant: Hedera hibernica, Lonicera periclimenum ’Belgica Select’ en Parthenocissus quinquefolia ’Engelmanni’. Op den duur zullen die de gehele gevel hebben begroeid.

TuinenLandschap | 8 | 2015

MeanderMedischCentrum.indd 61

<

61 02-04-15 15:21


62 Isala.indd 62

TuinenLandschap | 8 | 2015

02-04-15 15:21


Langs de buitenkant van het gebouw liggen verschillende waterpartijen die door de brandweer kunnen worden gebruikt, maar tegelijkertijd onderdeel uitmaken van de tuin. De grote basaltblokken zijn op aanwijzing van de landschapsarchitecten door de bouwaannemer (BAM) langs de oever gestapeld.

Naast de tuin rond het gebouw en de binnenbeplanting is er een aantal besloten binnentuinen. Deze liggen half in de open lucht en hebben daardoor een eigen microklimaat. Op de ronde heuvels met beplanting staan onder meer olijven, palmen, bamboe, hazelaar en hulst.

Groen is wezenlijk onderdeel van Isala ziekenhuis Het grootste ziekenhuis van Nederland is zonder twijfel ook het groenste ziekenhuis van Nederland. In nauwe samenwerking met de architect van het gebouw Max van Huut, maakten tuin- en landschapsarchitect J’ørn Copijn samen met Luc van Dam de beplanting van de 4 ha grote tuin en de tachtig plantenbakken binnen. Tekst Peter Bennink | Beeld Christian van der Kooy, Peter Bennink, Luc van Dam, Martin Knol

E

en beterhuis, geen ziekenhuis moest het Isala ziekenhuis in Zwolle worden. Groen moest daarin van architect Max van Huut een prominente plaats krijgen. Van Huut schakelde daarom tuinarchitect J’ørn Copijn in. De twee hadden al vaker samengewerkt, onder andere bij het hoofdkantoor van de NMB (later ING) Bank, het hoofdkantoor van KPMG en het Gasuniegebouw in Groningen. Veel groen sluit naadloos aan bij de organische architectuur van bureau Alberts en Van Huut. Zowel binnen als buiten is groen nadrukkelijk aanwezig. Dat levert volgens Copijn niet alleen een prettige en rustgevende sfeer op, maar ook een betere fysieke luchtkwaliteit:

„De planten vangen veel fijnstof af en zorgen door hun assimilatie voor een hogere luchtvochtigheid.” Voor de invulling van het door hem bedachte concept werkte Copijn samen met techneut Luc van Dam. Toen in 2002 de eerste gesprekken plaatsvonden over de groene invulling van het ziekenhuis, waren Copijn en Van Dam beiden nog verbonden aan Copijn Landschapsarchitecten Utrecht. Toen in 2011 de werkzaamheden begonnen waren ze voor zichzelf begonnen, Copijn had tuinarchitectenbureau Copijn Bruine Beuk opgericht en Van Dam Limes Landschapsadvies. Van Dam vertaalde de ideëen van Copijn naar concrete beplantingsplannen

J’ørn Copijn

Luc van Dam

en maakte de technische uitwerking ervan. Voor de uitvoering van de plannen tekende Hoveniersbedrijf Van der Tol.

Plantenbakken De circa tachtig plantenbakken zijn beplant met zo’n achtduizend planten. De bakken zelf zijn door de aannemer aangebracht als onderdeel van het gebouw. De inhoud van de bakken is bepaald door Copijn en Van Dam. Speciaal voor dit project stelden ze een substraat samen. Copijn: „De directie was in eerste instantie nogal huiverig om echte grond te gebruiken. Gelukkig is het gelukt het idee van hydrocultuur van

TuinenLandschap | 8 | 2015

Isala.indd 63

>

63 02-04-15 15:21


De hoeveelheid grond bepaalt hoe groot de planten uiteindelijk kunnen worden. Hoe groot, en vooral hoe diep de bakken gemaakt konden worden, hing af van de draagkracht van de vloeren. Die ligt tussen 500 en 800 kg/m2, de grootte van de bakken varieert daarmee van krap tot ruim voldoende volgens Van Dam. Water krijgen de planten uit het enorme bassin voor de sprinklerinstallaties dat onder het gebouw ligt. Een voordeel hiervan is dat de planten geen koud water krijgen. Iedere bak heeft zijn eigen toevoer die met een kraantje geknepen kan worden. In totaal zijn er acht beregeningscomputers gebruikt die ongeveer zestig groepen aansturen. Omdat het groen een stelpost is geweest tijdens de bouw, zijn uiteindelijk de afvoeren gesneuveld. Deze besparing heeft helaas een flinke stijging van de onderhoudskosten tot gevolg. Van Dam: „Doordat de bakken geen afvoer hebben, moet het water geven heel precies gebeuren. Als de hovenier te veel geeft, moet hij de bak weer leegpompen.” Niet alleen binnen maar ook buiten is de beplanting erop gericht om toe te kun-

tafel te krijgen, er vormt zich uiteindelijk een slijmlaagje rond de korrels waar een rot lucht vanaf komt, ontstaan door een teveel aan niet opgenome voedingsstoffen. Een gezonde levende grond daarentegen ruikt juist goed en houdt zichzelf grotendeels in stand.” Het substraat heeft een geraamte van lava om volume te behouden. Daarnaast zit er een deel organische stof in voor een snelle aanslag van de planten, en een flinke kleifractie. Van Dam: „Klei is een haast onuitputtelijke bron van voedingsstoffen. Onze ambitie is om het substraat net zo lang mee te laten gaan als het gebouw. Een plant kun je nog wel vervangen maar al het substraat vervangen terwijl het ziekenhuis in bedrijf is, is haast ondoenlijk. Het is dus de bedoeling dat er maar weinig extra voeding hoeft te worden gegeven.” Onder in de bakken zit een drainagelaag die water kan bufferen. De bovenste laag van de bakken, 5 cm, is afgestrooid met een mengsel met wat meer organische stof om de vele bodembedekkers een meer natuurlijke wortelbasis te geven.

nen met een minimum aan onderhoud. Copijn: „In al mijn tuinen heb je naderhand geen hark, schoffel of bats nodig.” De landschapsarchitect bedacht voor het buitengedeelte een tuin met grote stukken bloemenweide. Samen met de Cruydthoek is een geschikt mengsel gekozen voor de schrale grond die rond het gebouw aanwezig is. In de bloemenweides staan veel bomen. Copijn: „Ik heb het dendrologisch benaderd. Zo staan er alleen al wel tien soorten berken. Het is fantastisch om te zien hoe enthousiast de mensen reageren als al die verschillende bomen in het voorjaar uitlopen.” De tuin loopt helemaal rondom het gebouw, de patiënten kunnen dan ook helemaal rond het gigantische gebouw wandelen. Het pad bestaat deels uit halfverharding, met daarnaast een strook grasbeton. Samen is dat breed genoeg voor de brandweer om er met groot materieel omheen te kunnen. Ook voor de brandweer liggen er verschillende bassins in en om het ziekenhuis. Deze zijn aangelegd als vijvers, met een rijke vegetatie van oever- en waterplanten.

Beplantingsplannen

8 1 1 2 170 230 120 10 15 15 10 30

CalZ Fil1 Rap2 Rap3 FR HE SO V1 V2 V3 V4 BE

(verspreid) (verspreid) (verspreid) (verspreid) (verspreid in groepen van 2-7

8 1 5 1 5

SpA Cic2 Cic3 Car1 Car3

2 1

Tets ScAr1

klimdraden langs kolom en bovenliggende etage

V2 (verspreid)

klimdraden

1 3 5 1 3 7 1

Fal2 Crop2 SpC FiL3 Crog SpC ScAb

1 4 1 8 5 1 2 1

klimdra de (boven n spannen boven plantv ak) ramen lan

spannen

Rap2 Rap3 PhiP SpA Crop2 ScAb Crot Fal2

gs

Vak V3.0.957

5 7 5

AntR SpC Crop2

Voor alle tachtig plantenbakken is een gedetailleerd beplantingsplan gemaakt. Daarbij hebben Copijn en Van Dam een opbouw in hoogte gemaakt, zoals ook in de tuin gebruikelijk is. Bodembedekkers onttrekken de druppelleidingen aan het zicht, middelhoge planten zorgen voor de vulling en hoge palmen steken daar weer bovenuit. Op een aantal plekken zijn tegen de muur metershoge rekken geplaatst, in dezelfde organische stijl als de rest van het gebouw, waartegen klimplanten groeien. De precieze invulling van de bakken was lastig te bepalen omdat de hoeveelheid licht niet altijd vooraf duidelijk te meten was, temeer omdat de ramen grotendeels waren afgeschermd om ze te beschermen tijdens de bouw. Uiteindelijk zijn er nog wat planten vervangen en van plaats gewisseld om ze goed af te stemmen op het beschikbare licht.

Isala, Zwolle Bureau Bruine Beuk

Limes Landschapsadvies

Bovenaanzicht plantenbak

64 Isala.indd 64

1 : 100

Bureau Bruine Beuk

Beplantingsplan binnenbeplanting Plantenbak Vlinder 3, niveau 0, bak 3.0.957 A3

Datum : 7-12-2012

Projectnummer :

Formaat :

Schaal : 1 : 100

Tekeningnummer :

Versie :

Jorn Copijn

Copijn@bruinebeuk.nl

Tel. 0346 - 211256

TuinenLandschap | 8 | 2015

02-04-15 15:22


In de plantenbakken zijn ’oerwouden’ gecomponeerd. De beplanting is opgebouwd uit verschillende lagen en afgestemd op de hoeveelheid licht.

De beplanting staat er nu drie jaar in en groeit over het algemeen goed. Het weelderige groen creëert in de gangen van het ziekenhuis een vriendelijke en aangename sfeer.

Ook de parkeergarage is intensief begroend. Aan de gevel hangen bakken, en langs klimrekken groeit onder meer bruidssluier. Ook boven op en in de garage groeien planten.

Langs het gebouw ligt een ’voet’ van grond die bij het uitgraven van de kelder vrijgekomen is. Veel lager gelegen daken zijn met Sedum begroeid. Deze daken zijn door Mostert de Winter aangelegd.

Metershoge en in de geest van het gebouw gevormde rekken geven klimplanten de gelegenheid om zich te ontwikkelen.

Van chemische ongediertebestrijding is geen sprake in het ziekenhuis. De weinige plaagdieren die er te vinden zijn, worden biologisch bestreden.

TuinenLandschap | 8 | 2015

Isala.indd 65

<

65 02-04-15 15:22





Tevreden DCM klant uitgelicht:

www.dcm-info.nl

Naam: Plaats: Assortiment: Website:

StukArt Tuinen Hoofddorp Producten voor de hovenier www.stukart.nl

Ons bedrijf StukArt Tuinen is een hoveniersbedrijf, opgericht 1 maart 1979 door Frans Stukart. Inmiddels uitgegroeid tot een middelgrote organisatie waar kwaliteit en klantvriendelijk denken het belangrijkste is. U kunt bij hun terecht voor creatieve tuinontwerpen, deskundig tuinadvies of vakkundige aanleg van de tuin. De diensten worden zowel zakelijk als particulier aangeboden. StukArt Tuinen u biedt. Waarom kiest StukArt Tuinen voor DCM Onno Kinkel, mede-eigenaar StukArt Tuinen; “Bij de aanleg van een tuin gebruiken wij altijd compleet pakket voor aan. In de afgelopen jaren hebben wij veel positieve resultaten gehad met goede adviezen door de DCM adviseur zijn daarbij een prima ondersteuning. Het zijn kwaliteitsproducten die doen wat ze moeten doen! Welke producten StukArt Tuinen graag gebruikt? Onno: “

. De mengen wij door het plantgat bij aanleg van hagen, bomen etc. De grond wordt hierdoor lekker luchtig maar wel goed gevoed, ideaal voor de wortels dus. ®

®

®

® ®

als voorraad bemesting. De werking van de

Door een goede bemesting bij aanleg hebben wij heel weinig uitval in de tuinen.

Wilt u meer informatie over DCM, neem dan contact op met uw adviseur of ga naar www.dcm-info.nl Noord Nederland

Midden Nederland

Zuid Nederland

Geert van Kerkvoorde • 06-126 71 236 g.vankerkvoorde@dcmnederland.com

Gerrit Klop • 06-516 01 208 g.klop@dcmnederland.com

Emile Bezemer • 06-220 12 023 e.bezemer@dcmnederland.com

W1503137_tuin-landschap_advertorial.indd 1

587739_.indd 69

2/04/15 16:12

2-4-2015 17:10:11


Agenda

Cursussen

Presentatie volop lente en meer 14 t/m 16 april, Boskoop

Inspecteur veiligheid van speelgelegenheden Opfriscursus, 16 april, Delft

▸ www.floralisboskoop.nl

▸ www.keurmerk.nl

Hortulanuswandeling Diverse thema's, 18 april, 14 juni, 12 juli, 16 augustus, 13 september, Rotterdam

European treetechnician Opleiding, 16 april, Arnhem

▸ www.trompenburg.nl

▸ www.ipcgroen.nl

Limburg Bloembollenland Bloembollenfestijn 19, 26 april, 3 mei, Hout-Blerick

Handvatten voor succesvolle sociale wijkteams Tweedaagse masterclass, 16 april, Utrecht

▸ www.decarishof.nl

▸ www.vngacademie.nl

Green Roof Association Congres, 20 en 21 april, Istanbul, Turkije

Beheer bomen in parken en domeinen Cursus, 16 april, Arnhem

▸ www.greenroofworld.com

▸ www.cursuscentrumcambium.nl

Bloemenpaleis Het Loo ’de tuin aangelegd en omgespit’ Expositie, 21 april t/m 30 augustus, Apeldoorn

Succesvolle inrichting van de openbare ruimte Cursus, 16 april, 8 oktober, Amersfoort

▸ www.paleishetloo.nl/bloemenpaleis

▸ www.crow.nl

Week van de openbare ruimte Themadagen, 21 t/m 23 april, Putten

Slim ontwerpen met bomen en infrastructuur Cursus, 16 april, 12 november (2015), Ede

▸ www.weekvandeopenbareruimte.nl

▸ www.crow.nl

Belmonte op z’n best Tuinmarkt, 26 april, Wageningse Berg ▸ www.belmontearboretum.nl

Europees zaagbewijs Cursus, 17 april, Arnhem ▸ www.ipcgroen.nl

Freisinger gartentage Beurs, 8 t/m 10 mei, Freising, Duitsland ▸ www.freisingergartentage.de

Botanical garden in a changing world Tweedaags engelstalig symposium, 17 en 18 april, Leiden

Stone+tec Vakbeurs, 13 t/m 16 mei, Nuremberg, Duitsland

▸ www.hortus.leidenuniv.nl

▸ www.stone-tec.com

Flora- en faunabestendig beheer Hercertificering, 21 april, Arnhem

Jardins & Loisirs Tuinevenement, 14 mei, Chevetogne, België

▸ www.ipcgroen.nl

▸ www.la.fete.de.jardinsetloisirs.be

Bomen en heesters voor bijen Cursus, 21 april, Oosterbeek

▸ www.cursuscentrumcambium.nl

Cursus, 12 mei, Cuijk ▸ www.cursuscentrumcambium.nl

Kwaliteitsregeling gescheperde schaapskuddes Bijeenkomsten en voortgang, 21 april Zoeterwoude, 23 april Nuenen, 28 april Zwolle

Herkennen van zomerkenmerken Cursus, 19 mei, Hilversum, 21 mei, Cuijk

▸ www.schapenvoornatuur.nl

▸ www.cobra-adviseurs.nl

Verzorgen van monumentale bomen Cursus, 22 april, Arnhem

Toepassen van vaste planten, innovatie in het openbaar groen Cursus, 19 mei, Nieuwerkerk a/d IJssel

▸ www.cursuscentrumcambium.nl

Toepassen geluid en elektrische weerstand tomografie en trekproef Cursus, 22 april, Oosterbeek ▸ www.cursuscentrumcambium.nl

▸ www.cursuscentrumcambium.nl

Veiligheid van speelgelegenheden Praktijkcursus, 21 mei, Utrecht ▸ www.keurmerk.nl

Natuursuper Leerlokaal, 23 april Deurne, 29 mei Geldrop, 30 juni ▸ www.natuursuper.nu

Burgerparticipatie in de openbare ruimte Cursus, 21 mei, Delft. ▸ www.crow.nl

Kracht van samenspel in de wijk Tweedaagse training en terugkommiddag, 23 april, Utrecht ▸ www.vngacademie.nl

Tuinarchitectuur Start cyclus 32 weken, 21 mei, Utrecht of Capelle aan den IJssel. ▸ www.ontwerpacademie.nl

Veiligheid van speelgelegenheden Praktijkcursus, 24 april, Sevenum ▸ www.keurmerk.nl

Inspecteur veiligheid van speelgelegenheden Opfriscursus, 25 mei, Zwolle

SketchUp Basiscursus, 24 april, Utrecht

▸ www.keurmerk.nl

▸ www.ontwerpacademie.nl

Actuele insectenaantastingen in bomen Cursus, 1 juni, Arnhem

Kwekerijsafari 12 mei, vanuit Amsterdam

▸ www.cursuscentrumcambium.nl

▸ www.cobra-adviseurs.nl

Kwekerijsafari 2 juni, vanuit Flevopolders

Tuinfotografie Cursus, 12 mei, Utrecht

▸ www.cobra-adviseurs.nl

▸ www.ontwerpacademie.nl

Gemeentelijk speelruimtebeleid Cursus, 3 en 4 juni, Utrecht

Bomen op begraafplaatsen

▸ www.speelruimte.nl

Colofon Tuin en Landschap is een tweewekelijkse uitgave van de Stichting Vakinformatie Siergewassen en BDUmedia, Vak- en Publieksmedia, Issnnummer 016 533 50 Schipholweg 1 Postbus 9324, 2300 PH Leiden www.tuinenlandschap.nl Secretariaat: Linda Laman en Alice Hoogenboom (071) 565 96 78 tuinenlandschap@hortipoint.nl

70

Redactie Bakker hoofdredacteur (071 565 96 55 / wbakker@hortipoint.nl ▸ Peter Bennink vakredacteur (071) 565 96 53 / pbennink@hortipoint.nl ▸ Ralph Mens vakredacteur (071) 565 96 52 / rmens@hortipoint.nl ▸ Miranda Vrolijk vakredacteur (071) 565 96 56 / mvrolijk@hortipoint.nl ▸ Alice Hoogenboom redactie-assistent (071) 565 96 79 / ahoogenboom@ hortipoint.nl ▸ Gerdien de Nooy fotograaf ▸ Jenny Mostert, Carolyne de Vries Lentsch, Jolanda de Wekker bureauredacteuren ▸ Diseno vormgeving ▸ Wendy

Abonnementenservice Aanvraag en wijziging abonnement naar BDUmedia, afdeling Vak- en Publieksmedia Postbus 67, 3770 AB Barneveld T (0342) 49 48 44 F (0342) 41 31 41 abonnementen@bdu.nl Abonnementsprijs per jaar: €240 (excl. 6% btw). Studenten en scholieren €180 (25% korting, excl. btw). Buitenlandse abonnees betalen een toeslag voor portokosten. Abonnementen kunnen op elk gewenst tijdstip ingaan, lopen automatisch door, tenzij uiterlijk 2 maanden voor de vervaldatum is opgezegd bij de abonnementenservice. Dit kan schriftelijk, telefonisch of per e-mail. Ook voor informatie over een lopend abonnement kan contact worden opgenomen met de abonnementenservice. Voor inhoudelijke vragen en opmerkingen en voor vragen aan externe auteurs kunt u contact opnemen met de redactie.

Exploitatie BDUmedia, afdeling Vak- en Publieksmedia ▸ Wiljo Klein Wolterink mba uitgever (0342) 49 42 63 Advertentie-exploitatie BDUmedia, afdeling Vak- en Publieksmedia ▸ Gert-Jan Bloemendal media adviseur (0342) 49 48 07 / g.bloemendal@bdu.nl ▸ Ron van de Hoef verkoopleider (0342) 49 42 63 / r.v.d.hoef@bdu.nl Druk BDUprint

©BDUmedia, 2015 Alle rechten voorbehouden Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande toestemming van de uitgever. Algemene voorwaarden op alle aanbiedingen, offertes en overeenkomsten van BDUmedia zijn van toepassing de voorwaarden, welke zijn gedeponeerd ter Griffie van de Arrondissementsrechtbanken en de KvK. Uitgever en auteurs verklaren dat dit blad op zorgvuldige wijze en naar beste weten is samengesteld; evenwel kunnen uitgever en auteurs op geen enkele wijze instaan voor de juistheid of volledigheid van de informatie. Uitgever en auteurs aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard ook, die het gevolg is van handelingen en/of beslissingen die gebaseerd zijn op bedoelde informatie. Lezers worden met nadruk aangeraden deze informatie niet geïsoleerd te gebruiken, maar af te gaan op hun professionele kennis en ervaring en de te gebruiken informatie te controleren.

TuinenLandschap | 8 | 2015

Agenda_Cursus3kolomTEL8.indd 70

02-04-15 15:21


Foto Gerard-Jan Vlekke

Groene Gast

Rachelle Eerhart U neemt komende tijd een sabbatical, waarom? „Ik ben 4,5 jaar projectleider bij IVN geweest voor het platform Groen Dichterbij. Daar bevorderde ik dat mensen samen aan de slag gaan met groen. Zelf sta je echter op afstand, dat heeft impact op je eigen energie. De komende tijd wil ik weer uitvoerend bezig zijn.”

Weet u al wat u gaat doen? „Eerst ga ik een tijdje freewheelen. Eén mogelijkheid is dat ik een voetreis naar Rome ga maken. Maar ik wil ook leegte toelaten, kijken wat er gebeurt.”

Wat is het belang van groen? „Wanneer mensen samen op een plek iets realiseren, komen Rachelle Eerhart, tot 1 april projectleider Groen meerdere maatschappelijke zaken Dichterbij voor IVN. samen. Bijvoorbeeld wanneer

scholieren moestuinieren, zijn ze bezig met educatie, beweging en voedsel. Door mensen samen dingen te laten doen, herstelt het sociale weefsel. Groen is daarbij een verbindende factor met effecten op verschillende niveaus.”

U werkt met de MAEXchange, wat is dat? „Het is een soort maatschappelijke AEX-index waarmee de baten van buurtinitiatieven in beeld worden gebracht. De wereld is gericht op cijfers waarbij je moet aantonen wat de waarde van een project is. Zo willen gemeenten weten wie de baathouders zijn.Wij willen ook het verhaal vertellen van buurtprojecten. Dat is een manier om steviger in de wereld te zetten hoe leuk deze groene projecten zijn.”

Wat is het effect van uw werk? „Vijf jaar geleden verklaarden mijn vrienden mij voor gek toen ik vertelde dat ik met moestuinieren bezig was. Ik werd toen coördinator bij Eetbaar Park in het Haagse Zuiderpark. Nu zie je dat Albert Heijn met mini-moestuintjes komt. Dat is eigenlijk een kroon op mijn werk. Er is een beweging ontstaan waarbij mensen met tastbare dingen bezig willen zijn dichtbij huis. Mensen hebben behoefte om geworteld te zijn.”

Wat gaat u na uw sabbatical doen? „Ik heb nog geen idee, ik laat het helemaal open. Ik hoop dat het netwerk dat ik heb opgebouwd sterk genoeg is. Het werk is nog niet klaar, we zitten in een transitie naar een duurzame samenleving.” <

TuinenLandschap | 8 | 2015

GroeneGast_1pag.indd 71

71 02-04-15 15:21


587743_.indd 72

2-4-2015 11:52:29


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.