18 Vakblad voor de groenvoorziening | 36e jaargang | 28 augustus 2014
540 m groene wand 2
Zomerbloeiende Phlox Groningen strijdt tegen verstening Buurttuin met ruimte voor privacy
Inhoud Nieuws 4 5 6 7 8 9
Geen verlenging verlaagde btw na 31 december 2014 Gouden tijden voor Vlaamse tuinaannemers Veel overlast door uitzwermende berkenwantsen ’Groen inzetten voor stedelijk watersysteem’ ’Maak nieuwe wijken in Rotterdam ten minste voor de helft groen’ Tuin en Landschap online
Sortiment Foto voorplaat Peter Bennink
10 Hoge Phlox 12 Phlox combineren 10
Bedrijf en Organisatie 16 Groningen gaat strijd aan met verstening 18 Netwerk Groene Bureaus richt blik naar buiten toe 21 Zo zit dat: Is verlenging tijdelijk contract na toezegging verplicht?
Ontwerp en Inrichting 16
22 Eén tuin voor vier huizen 26 Groene volkscultuur in Openluchtmuseum
Aanleg en Onderhoud 32 Groene wand van 540 m² 37 Werk in uitvoering: Snoeien laanbomen
Machines en Gereedschap 38 QTRAK 1200 stabiele vier-wielgestuurde wiellader
Service 26
43 44 46 47
Gespot: Lichte glasoverkapping Leveranciersnieuws Agenda Groene Gast: Han Fleuren
38
TuinenLandschap | 18 | 2014
3
Nieuws
Kleurrijke strepen tussen Noord-Hollandse akkers Foto Loek Londo
Geen verlenging verlaagde btw na 31 december 2014
Aan de randen van hun akkers hebben boeren in Noord-Holland dit jaar in totaal twintig kilometer bermen ingezaaid met een bloemrijk kruidenmengsel. Die staan momenteel volop in bloei. De bloemranden verbeteren de waterkwaliteit van de sloten, omdat ze nuttige insecten aantrekken die bijvoorbeeld bladluizen bestrijden waardoor de boeren minder gewasbeschermingsmiddelen hoeven te gebruiken. Bovendien vormt de kleurrijke berm een buffer tussen het gewas en de sloot. Het inzaaien van bermen wordt gestimuleerd door het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier en de vereniging Water, Land & Dijken. <
Staatssecretaris Wiebes van Financiën ziet geen aanleiding om de verlaagde btw op arbeidskosten bij renovatie en onderhoud na 31 december 2014 voort te zetten. Dat schrijft hij in een brief aan de VHG. Volgens de staatssecretaris was de maatregel nadrukkelijk tijdelijk om de woningmarkt en de bouwsector een impuls te geven. Hoewel uit onderzoek is gebleken dat de maatregel een positief effect op de werkgelegenheid heeft, ziet Wiebes geen aanleiding voor verlenging. VHG gaat de komende periode vervolgacties opzetten. Zo wordt een gezamenlijke lobby met MKB Nederland gevoerd. Deze lobby is gericht op de fracties in de Tweede Kamer, waarbij wordt ingestoken op het begrotingsoverleg. Ook worden fractievoorzitters van VVD, PvdA, D66, Christenunie en SGP benaderd. Tevens loopt er een gezamenlijke actie met buitenlandse
brancheverenigingen. VHGdirecteur Egbert Roozen: „We hebben een brief voorbereid gericht aan de minister van Financiën, waarbij een position paper is gevoegd over de toepassing van de btw op hoveniersdiensten in Europese lidstaten en de effecten van de tijdelijk lage btw in Nederland.” Volgens Roozen heeft staatssecretaris Wiebes in zijn reactie laten weten dat er nog weinig duidelijkheid in Europa bestaat over de aanpassing van de btwtariefstructuur. Volgens Wiebes is er bij de lidstaten weinig animo voor een uitbreiding van het verlaagde btw-tarief. Zodra de Europese Commissie in de nieuwe samenstelling van start gaat, zal ook de lobby op dat niveau weer worden voortgezet. Nederlandse leden van het Europese Parlement hebben onlangs een kennismakingsbrief van VHG ontvangen, waarin de permanente lage btw is aangestipt. <
Co mentaar
Imago Alles draait om imago. Het lijkt een open deur, maar op vakantie realiseerde ik mij weer hoe waar dit is. Ik was voor familiebezoek in Lima, de hoofdstad van Peru. Wat mij opviel is dat tuinmannen er een heel andere status hebben dan in Nederland. Lima telt behoorlijk wat parken en tuinen die regelmatig moeten worden getrimd en gesnoeid. Je zou dus zeggen dat de tuinman hoog in aanzien staat, aangezien hij de door uitlaatgassen vervuilde stad van het broodnodige groen voorziet. Niets is echter minder waar. Tuinmannen zijn in Lima de enigen die een fiets gebruiken. Hun grasmaaier, hark en ander gereedschap zeulen ze zo mee. De tweewieler wordt in Peru alleen gebruikt door mensen die zich geen auto kunnen veroorloven. Armoe troef dus, die groenbranche. Qua status ontstijgt het maar net het niveau van de straatveger die alles lopend moet doen. Hoe anders is dit in België. De afgelopen jaren is
4
TuinenLandschap | 18 | 2014
daar campagne gevoerd onder het motto ’Een tuin is keihard genieten!’ Dit heeft tot flink wat extra werk voor de hoveniersbranche geleid. Veel tweeverdieners en 60-plussers laten tuinen aanleggen. Het wordt gezien als specialisme waarvoor je een vakman nodig hebt. Je vraagt je af waarom in Nederland de tuinaanleg zo is achtergebleven de laatste jaren. Natuurlijk speelt de crisis een rol en is de woningmarkt in België stabieler gebleven. Maar zou het ook te maken hebben met het imago dat in Nederland aan de hovenier kleeft? Hebben we ons te veel toegelegd op stratenmaken tegen de laagste prijs? Met De Levende Tuin is de sector op de goede weg, maar aan bekendheid van deze campagne ontbreekt het nog wel. Misschien kan de Nederlandse hovenier een voorbeeld nemen aan de Peruaanse tuinman en voortaan op de fiets komen bij de klant. Wel zo groen. Ralph Mens vakredacteur
Gouden tijden voor Vlaamse tuinaannemers Vijftien tuinaannemers mogen zich sinds vrijdag 22 augustus bronzen, zilveren of gouden prijswinnaar van De Vlaamse Tuinaannemer noemen. Het promotieproject voor tuinaanleg is 18 jaar geleden opgericht om het beroep op de kaart van de consument te zetten. Daarin lijkt het geslaagd. De tuinaannemers beleefden de afgelopen jaren gouden tijden, ook al is de top nu wel bereikt.
Prijswinnaars In de categorie klein ontving Arte Verde uit Zottegem de gouden titel voor een stillistische relaxtuin, Duo Verde uit Brasschaat werd beloond met goud voor een duurzame, lommerijke tuin en Tuinen Bert Daenekindt uit Moeskroen leende het landschap voor zijn architectonische tuin en daarmee viel het goud in de grootste categorie hem ten deel. Querill uit Evergem kreeg de titel Jong Talent en Watelle BVBA werd gewaardeerd voor het gebruik van een veelzijdig assortiment. Daarin stelden de prijswinnaars op een enkeling na enigszins teleur. Het sortiment was eenzijdig, met weinig aandacht voor de sei-
zoensbeleving en met gebruik van veel vormgesnoeide Buxus.
Gloriejaren De Vlaamse Tuinaannemer en de promotiecampagne ’Een tuin is keihard genieten!’ hebben er mede voor gezorgd dat het imago van tuinaannemer de laatste jaren is toegenomen. De groenaannemers zitten ook goed in het werk, ondanks jaren van economische neergang. Yves Heirman, directeur van de Belgische Federatie Groenvoorzieners en Filip Goossens voorzitter van AVBS, de sierteelt- en groenfederatie wijten dat aan een aantal factoren. In België is 70% van de bevolking in het bezit van een eigen huis en kent België geen huizencrisis zoals in Nederland. Degenen die in België door de crisis zijn geraakt behoren tot de middenklasse en dat is niet de doelgroep die een tuinaannemer in de arm neemt. Vooral
de jongere generatie tweeverdieners zonder groene vingers en de zestigplussers laten een tuin aanleggen. Daarbij is de tuin een technisch hoogstandje geworden die een vakman noodzakelijk maakt. De beide voormannen plaatsen wel kanttekeningen bij de groei. De cijfers kennen een vertraging van twee jaar. De vraag in de particuliere markt is groot maar de marges worden minder door hoge personeelskosten en administratieve, wettelijke verplichtingen. De top van de groei is bereikt. Verder staan bedrijven in de institutionele markt onder druk door overheidsbezuinigingen en lijkt er sprake van verdringing door tewerkstelling van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt en mensen uit de voormalig Oostbloklanden. Dit laatste is echter op basis van vermoedens, er is geen onderzoek naar gedaan. < Foto De Vlaamse Tuinaannemer
„Een bekroning voor een knappe kop en een krachtig lijf”, zo noemde juryvoorzitter en groenjournalist Ivo Pauwels de laureatenhuldiging in het Belgische Kasterlee, doelend op het complexe samenspel tussen denkwerk en fysieke inspanning bij de aanleg van een tuin. De vijftien laureaten werden gekozen uit 45 kandidaten die zich hadden ingeschreven voor de wedstrijd. De verdeling van de bronzen, zilveren en gouden titel gebeurt
naar oppervlakte-categorie. Daarbij wordt er een prijs voor ’jong talent’ en voor ’groen kleurt’ vergeven.
De vijftien tuinaannemers die in de prijzen vielen, met de wedstrijdorganisator Rit van Geel (in het rood) en juryvoorzitter Ivo Pauwels (helemaal rechts). TuinenLandschap | 18 | 2014
5
Nieuws
Veel overlast door uitzwermende berkenwantsen
Kleine berkenwantsen zijn tot ongeveer een halve centimeter groot en afhankelijk van de leeftijd, groen tot roodbruin van kleur. Ze worden wel aangezien voor teken, maar zijn voor de volksgezondheid volkomen ongevaarlijk. Wel verspreiden ze een onaangename geur, vooral als ze beschadigd worden. Henry Kuppen van Kuppen Boomverzorging is een aantal keren ingeschakeld door gemeenten, woningbouwverenigingen en campingeigenaren om de insecten te bestrijden: „Het vervelende
o l
Foto Sylvia Hellingman
Door de zachte winter is het een bijzonder goed jaar voor wantsen. De kleine berkenwants, Kleidocerys resedae, die normaal gesproken pas in de herfst zwermt, komt daardoor deze maand al zo massaal voor dat er op veel plaatsen sprake is van overlast. De wantsen zijn op verzoek van gemeenten en particulieren op verschillende plekken bestreden.
De berkenwantsen komen in groten getale op diverse tuinplanten voor, zoals Buxus maar ook Malus.
van de wantsen is dat ze de huizen binnendringen. Ik ben op slaapkamers geweest waar de kozijnen zwart zagen van de wantsen, de mensen hadden er echt last van.” Kuppen bestrijdt de wantsen met nematoden en met een biologisch contactmiddel op basis van vetzuren. De zware regenval van de
afgelopen tijd heeft de overlast nauwelijks doen afnemen. Nog vorige week werd Kuppen nog drie keer ingeschakeld om de wantsen te bestrijden. De verwachting is wel dat dit de laatste generatie is van dit seizoen. Kuppen: „De wantsen ontwikkelen zich in de katjes. Een
paar weken geleden zaten die nog vol met nimfen, maar inmiddels niet meer. De generatie die nu voor overlast zorgt zal dan ook overwinteren als volwassen wants.” De plaag zal vermoedelijk steeds minder worden en nog hooguit een paar weken duren.” <
m n
De digitale factuur Ik had potten besteld. En, ja hoor! De dag erna kwam er weer een: een digitale factuur. Nou heb ik sowieso al een pesthekel aan facturen, maar aan digitale facturen helemaal. Wat een armoede! Moet je zelf de factuur gaan uitprinten. Lekker klantvriendelijk ook. Ik vind dat een leverancier zijn klanten hiermee minacht. Dus stuurde ik een mailtje waarin ik meldde dat wij geen digitale facturen accepteren. En met reden: „Ons bereiken regelmatig spookfacturen en berichten met bijlagen die met virussen zijn geïnfecteerd. U zult begrijpen dat wij uw mail meteen hebben verwijderd.” Ik bleef vrolijk wachten op een fysieke factuur. Maar die kwam niet. Er kwam een herinnering. Die kwam per mail uiteraard. Ik liet opnieuw weten de mail niet te accepteren. Ik kreeg het volgende bericht: „Ons systeem is per 1 januari aangepast naar enkel digitaal factureren. Dit is milieuvriendelijk en effici-
6
TuinenLandschap | 18 | 2014
ent. Wanneer u hiervoor nog niet klaar bent, vragen wij u vriendelijk om de factuur zelf te printen.” Met andere woorden: ik ben ouderwets, milieuonvriendelijk en inefficiënt. Dat was wel een telefoontje waard. De secretaresse van de pottenboer was blijkbaar ook geautomatiseerd want ze herhaalde opnieuw de zin die ook in haar mail stond: „Ons systeem is per 1 januari aangepast naar enkel digitaal factureren. Dit is milieuvriendelijk en efficiënt. Wanneer u hiervoor nog niet klaar bent, vragen wij u vriendelijk om de factuur zelf te printen.” Ik probeerde haar uit te leggen dat het voor het milieu niets uitmaakt waar de factuur wordt geprint. En voor mij is het ook echt niet efficiënter om de facturen die ik krijg zelf te moeten printen. „Ons systeem is per 1…”, begon ze weer. Ik flikkerde de hoorn erop. „Snel betalen en nooit meer iets bestellen”, besloot ik voor mezelf. Jammer, ik had net een leuke order voor ze.
Bart Hoes tuinontwerper Jack van Haperen ontwerper/hovenier Ruud Vermeer hovenier
Jack van Haperen sales@formaverde.nl
H y d r o l o o g To i n e V e r g r o e s e n :
De recentelijke piekneerslag heeft in het stedelijk gebied nogal wat waterschade veroorzaakt. Volgens Toine Vergroesen, hydroloog bij Deltares, is de overdaad aan verharding in de stad een van de boosdoeners.
Er is te weinig groen in de stad om de neerslag op te vangen? „Je kunt beter spreken van een overdaad aan verharding, waardoor er meer en sneller water afstroomt dat door het riool moet worden opgevangen. Over het gehele jaar gerekend valt er dagelijks gemiddeld 1mm meer regen dan dat er verdampt, dat kan het riool gemakkelijk aan. Als er 100 mm in twee dagen valt, zoals eind juli, dan houdt de verdamping dat niet bij en stromen de riolen over.”
de stad. Omdat groen meer reliëf heeft dan een traditionele verharding - asfalt, klinkers of tegels - stroomt het water langzamer af en blijft er meer water achter. Het kan langzaam in de bodem zakken. Bovendien zullen de planten het water gebruiken door het te verdampen waardoor in de grond ook weer sneller ruimte is om méér water te infiltreren. Bij waterdoorlatende verharding bijvoorbeeld, dat ook een alternatief is voor een standaard verharding, duurt het langer voordat er weer ruimte is om meer water te infiltreren omdat er dan geen of nauwelijks verdamping optreedt. Bovendien ben je het water daarmee kwijt, je kunt het niet meer op een later moment hergebruiken.”
Wat is daarvoor de oplossing? De verharding daarom vervangen door groen? „Ja, daarmee vergroot je het infiltrerend vermogen van
„Het beste is om het teveel aan neerslag vast te houden daar waar het valt. Ik pleit voor een totaaloplossing bij de verbete-
ring van het stedelijk watersysteem. Je kunt wel overal meer groen aanleggen, maar wanneer het na de piekneerslag twee maanden droog is, staan de planten te verdorren. Daarom moet je het teveel aan water bufferen, zodat het op een later moment ingezet kan worden om bijvoorbeeld hittestress te verminderen waarmee steden óók te kampen hebben. Groen is hiervoor een goed middel, omdat planten door hun verdamping energie en dus warmte uit de lucht halen. Maar daarvoor hebben ze natuurlijk wel water nodig.”
Zoekt Deltares daarom samenwerking met stedenbouwers? „Ja. Door steden groener in te richten zien ze er ook veel leefbaarder uit. Stedenbouwers kunnen dat veel beter ontwerpen dan wij. Daarom ontwikkelen we nu samen met hen een tool waarmee berekend kan worden wat bepaalde groene of
Foto Deltares
’Groen inzetten voor stedelijk watersysteem’
Toine Vergroesen
blauwe maatregelen bijdragen aan het watersysteem in de stad. Voor zulke maatregelen is natuurlijk ruimte, geld en tijd nodig; het is belangrijk dat steden niet kiezen voor de zo goedkoop mogelijke oplossing, maar de ruimte beter gaan gaan inrichten. Door mee te liften met nieuwbouw- en herstructureringsprojecten en renovatie van riolen en straten, kunnen de kosten flink worden gereduceerd. Dat is een proces van tientallen jaren, maar de klimaatverandering gaat ongeveer net zo langzaam.” <
Geiten houden gras Fort Pannerden kort Foto VidiPhoto
Bestuurslid Jo Ubbink geeft de geiten op Fort Pannerden in het Gelderse Doornenburg wat extra krachtvoer. Sinds twee maanden houden zes landgeiten het gras in de gracht kort. Het fort heeft de geiten in bruikleen van de landelijke fokkersvereniging voor landgeiten. Het liefst zou Ubbink de geiten ook op het fort zélf, dat begroeid is met gras, laten grazen omdat dit een flinke financiële besparing oplevert. Of dat gaat lukken is twijfelachtig omdat er ook planten groeien die op de Rode Lijst staan. Aardige bijkomstigheid voor het fort is dat de geiten extra publiek trekken. <
TuinenLandschap | 18 | 2014
7
Uitgesproken
’Maak nieuwe wijken in Rotterdam ten minste voor de helft groen’
Het Rotterdamse college wil de komende periode 6.000 eengezinswoningen met een tuin bouwen. Hierdoor kunnen meer gezinnen en mensen uit de midden- en hogere inko-
Niet het belang van projectontwikkelaars, maar leef baarheid van de wijk staat voorop
mensgroepen zich in Rotterdam vestigen. Gezinnen en starters kiezen nog te vaak voor randgemeenten, omdat de leefomgeving daar aantrekkelijker is. Het CDA in Rotterdam wil gezinnen in de stad houden en daarom moeten woonwijken met veel groen en speelmogelijkheden worden aangelegd. Niet het belang van projectontwikkelaars om zo veel mogelijk woningen op een stuk grond neer te zetten, maar de leefbaarheid van de wijk voor gezinnen staat voorop. Daarom moet er een ’groenquotum’ komen voor alle nieuwbouwprojecten. Concreet willen wij dat de verhouding tussen groene ruimte en bebouwde ruimte ten minste 50% is. ’Groene ruimte’ is de combinatie van openbaar groen en tuinen. In sommige wijken, zoals
de Rotterdamse wijk Terbregge, wordt die norm al gehaald. Wij willen dat deze norm voor alle nieuwbouwprojecten in Rotterdam gaat gelden. Groen in wijken heeft tal van voordelen. Groen verbetert de kwaliteit van de leefomgeving op verschillende manieren. Gezinnen vinden het prettig om in een groene omgeving te wonen. Kinderen horen in een gezonde omgeving te spelen en op te groeien.
Foto CDA Rotterdam
„Rotterdam krijgt als eerste Nederlandse stad een groenquotum. Dit staat in het coalitieakkoord dat Leefbaar Rotterdam, D66 en CDA onlangs hebben gepresenteerd. De coalitiepartijen willen meer parken, meer groen in bestaande wijken en grijze plekken vergroenen. In nieuwe wijken wordt een groenquotum geïntroduceerd. Het groenquotum is een initiatief van de Rotterdamse collegepartij CDA.
Henri Bontenbal Steunfractielid CDA Rotterdam
Groen in de wijk kan daarnaast voor fijnstofreductie zorgen, ongewenste hittevorming verminderen en een rol spelen in de opvang van water (klimaatadaptatie). Meer groen zorgt er ook voor dat de waarde van vastgoed toeneemt. Meer groen in de wijk is dus in veel opzichten een goede zaak.”
www.tuinenlandschap.nl
vhg
Deze kolom valt onder redactionele verantwoordelijkheid van vhg.
Meerjarenplan De afgelopen maanden is door de vijf vakgroepen van VHG hard gewerkt aan hun vakgroepplan 2015-2017. Het is voor de eerste keer dat er nu plannen voor meer jaren tegelijk worden gemaakt. Voorheen deden we dat per jaar afzonderlijk. Als je de plannen nu ziet, dan ontdek je meteen een heldere lijn. Bovendien worden de activiteiten voor meer jaren geborgd. Als een rode draad loopt het thema ’ruimte geven aan professioneel groen ondernemerschap’ door alle vakgroepplannen heen. Bijvoorbeeld door politieke lobby en alles wat daarvoor nodig is. Of met een stevige marketing en promotie naar consumenten en zakelijk opdrachtgevers.
8
TuinenLandschap | 18 | 2014
Opvallend vind ik ook de aandacht voor de instroom van jonge mensen in ons vak. De economie komt weer op stoom en we zullen de jongeren keihard nodig hebben in de toekomst. De vakgroepplannen zijn de plannen van de leden. Zij hebben aangegeven wat zij belangrijk vinden voor gezamenlijke activiteiten binnen VHG en voor de individuele ondersteuning van de ondernemers in het groen. Met de blik naar buiten, een stevig profiel van professionaliteit en met de inhoud die onze groene ondernemers eigen is. Ik ga nu aan de slag met de benodigde budgetten te organiseren. De Ledenraad zal de vakgroepplannen dan in november definitief vaststellen.
Egbert Roozen directeur vhg e.roozen@vhg.org
Tuin en landschap o
nline
www. tuinen andschap. n
Van onderstaande berichten staat een uitgebreide versie op de site van TuinenLandschap
Boom van het jaar 2015 in teken van ’welkome exoot’
Herborika @Herborika In klaslokalen is luchtkwaliteit vaak slecht met negatieve invloed op leren. Planten zuiveren lucht. @IntoGreenNL
Mensen in de groensector worden uitgenodigd bomen voor te dragen voor de verkiezing van de Boom van het Jaar 2015. Deze keer staat de verkiezing in het teken van exoten die het landschap en het straatbeeld verrijken.
Directplant @DirectplantNL Fruitbomen zijn decoratief in de tuin, ze bloeien in het voorjaar en later in het jaar dragen ze lekkere vruchten.
Meer zadelzwam door essentaksterfte De zadelzwam profiteert van de ellende van de es. Dat meldt de Nederlandse Mycologische Vereniging op de website Natuurbericht.nl. De paddenstoelen met een hoed van soms wel 60 cm groeien op dood hout waar ze witrot veroorzaken.
Carla Oldenburger @oldenburgerc Vakgroep Groen Erfgoed is opgericht. Zie de website vakgroepgroenerfgoed.nl
Arnhem plant eerste ’stadsklimaatboom’
Wilde Weelde @wildeweelde Zomerse #wateroverlast in je tuin voorkomen door deel te beplanten. Advies nodig? wildeweelde.nl
Arnhem heeft in de wijk Sonsbeekkwartier een ’stadsklimaatboom’ geplant. Het Sonsbeekkwartier is een wijk die kampt met hitteproblemen, het zogenoemde ’urban heat island effect’.
Flynth @Flynthtweets MKB ziet krachtenbundeling als grootste innovatietrend 2014
Agrotechniek Holland volgeboekt Met ruim 3.000 landbouwmachines van meer dan 450 merken is de derde editie van AgroTechniek Holland volgeboekt. Van 10 tot en met 13 september tonen 260 fabrikanten, importeurs en dealers in de landbouwmechanisatie hun waren op het grootste outdoor agro-evenement van Nederland.
Groen is oplossing voor schade piekbuien tuinenlandschap.nl Gemeenten kunnen schade door piekbuien voorkomen door minder verhardingen en meer groen aan te leggen. Hier ligt een kans voor de groensector.
Sander Boom wint NK Sculptuurzagen 2014
Discussieer mee in de tuinenlandschap-groep Sander Boom is winnaar van het NK Sculptuurzagen 2014, gehouden op 17 en 18 augustus in Lage Vuursche. Een recordaantal deelnemers figuurzaagde drie kunstwerken. Boom’s zuil met een sierlijke adelaar won overtuigend.
56% zei ja tegen de stelling: ’Tegenhouden van invasieve exoten middels Europese verordening is dweilen met de kraan open’ Stem mee over de volgende peiling:
Foto Dolmar
’Afschaff ing tijdelijke lage btw heeft weinig invloed op groensector’
ap
an
Bij sommige artikelen in dit blad staan icoontjes, deze verwijzen naar extra informatie op de website Foto’s
Filmpjes
Dossiers
Documenten en links naar websites
h dsc
Praat mee
nL ine
f
ie r b s uo eer euw n on Ni Ab e pd
Tu
Landschap | 18 | 2014
9
Sortiment
Hoge Phlox De zomerbloeiende Phlox, met grote trossen geurende bloemen in wit, roze, rood of paars, is een veelzijdige borderplant. Dankzij het uitgebreide kleurenpalet, de hoogte en de lange bloei in de zomer en nazomer kan er uitgebreid gecombineerd worden, ook in eigentijdse beplantingen. Recente cultivars zijn sterk en resistent tegen ziekten. Phlox ’Barci’ (Miss Pepper). De vrij kleine, lichtroze bloemen met een felroze ring in het hart zitten in een losse tros, waardoor ’Barci’ goed past in een natuurlijk ogende beplanting. Hoogte 90-100 cm, bloei juli-september, 5-7 per m2.
Tekst en beeld Modeste Herwig
M
et de Nederlandse naam vlambloem, flox of herfstsering, is Phlox een plantengeslacht uit Noord-Amerika. Er zijn hoge zomerbloeiers en lage soorten die in het voorjaar bloeien. In borders worden voornamelijk de hogere soorten gebruikt, daarbij gaat het vooral om cultivars uit de Paniculatagroep. De bloemen hebben een typische vorm: gedraaid in de knop, ingedeeld in vijf kroonblaadjes en een gaatje in het midden, vaak met een donkerder ring er omheen. Ze zitten in pluimvormige trossen en geuren. De eerste cultivars bloeien afhankelijk van het weer begin juli. Tot in oktober is er te genieten van de geurige bloemen van de Phlox. De bloemen trekken vlinders aan en zijn geschikt als snijbloem. Grote groepen Phlox in de border, dat is misschien wat ouderwets. Door de bloemen in kleinere hoeveelheden te mengen met luchtige planten zoals Veronicastrum, Verbena, Perovskia en siergrassen, ontstaat een eigentijds beeld. Ook cultivars met wat kleinere bloemen passen goed in de hedendaagse tuinstijl, bijvoorbeeld Phlox ’Hesperis’ en Phlox ’Barci’. Vlambloemen
gaan ook goed samen met Eupatorium, Echinacea, Monarda, Salvia en Kalimeris. Phlox is een sterke, zeer winterharde vaste plant die jarenlang op dezelfde plek kan blijven staan. De vlambloem is niet kritisch, maar een vooral in de zomer niet te droge, doorlatende en voedselrijke grond voldoet het best. Natte grond in de winter wordt slecht verdragen. Zorg voor volle zon of lichte schaduw. Geef jaarlijks compost en mest. De bloei kan verlaat worden door in juni de stengels ongeveer 10 cm terug te knippen. De plant blijft tevens steviger. Eventueel slechts de helft van de pol terugknippen voor spreiding van de bloei. Sommige cultivars zijn gevoelig voor meeldauw op het blad en voor stengelaaltjes. In het laatste geval wordt het blad aan de onderzijde bruin, dit kan echter ook door watergebrek komen. Zet enkele halfhoge planten voor de floxen om het lelijke blad te camoufleren. Regelmatig delen (om de 4-5 jaar) in het voorjaar houdt de planten gezond. Phlox is gevoelig voor concurrentie, zorg vooral in het voorjaar voor voldoende ruimte rond het jonge blad. <
Phlox ’Flamingo’. Een al wat oudere cultivar met een speciale ’flamingo’-roze tint, bijzonder om mee te combineren. De bloemen zijn gesierd met een donkere ring rond het hart. Hoogte 80-90 cm, bloei juli-augustus, 7 per m2.
Soorten en cultivars ▸ Phlox carolina. Lijkt op een kleinere Paniculata-cultivar, een rijke bloeier die geen last heeft van stengelaaltjes. ’Bill Baker’ is paars, ’Miss Lingard’ heeft witte bloemen. Hoogte 50-75 cm, bloei 6-8, 7-9 per m2. ▸ Phlox Maculata-groep. Sterke, rechte stengels met rode vlekken en dik, enigszins glimmend blad.
10
TuinenLandschap | 18 | 2014
Phlox ’Neubert’. Ook ’Newbird’ genoemd. Een cultivar met fel rozerode bloemen. Het jonge blad en de bloemstelen zijn donker getint. Effen bloemkleur. Hoogte 90-100 cm, bloei juli-september, 7 per m2.
Phlox ’Casablanca’. Op kwekerij Coen Jansen Vaste Planten gevonden, kleine stervormige witte bloemen. Lichtgroen blad, geeft zonder terug knippen een tweede bloei in de nazomer. Hoogte 80-90 cm, bloei juni-september, 7 per m2.
Phlox ’Uspech’. Tweekleurige bloemen: helder paarsviolet met in het hart een witte ster. Een compact groeiende, middelhoge cultivar uit Rusland die zeer gezond is. Hoogte 70-80 cm, bloei juliseptember, 7 per m2.
Phlox ’Utopia’. Een cultivar van Coen Jansen Vaste Planten. De lange stengels dragen zeer grote pluimen vol lichtroze bloemen. Iets wit-roze gevlamde bloemblaadjes Gezond en meeldauwvrij. Hoogte 140-160, bloei juli-september, 5-7 per m2.
Phlox ’Blue Paradise’. Volgens Hans Kramer van kwekerij De Hessenhof de mooiste blauwe, vooral ’s morgens vroeg en bij koel weer is de bloemkleur (bijna) blauw. Donker getint smal blad. Hoogte 80-90 cm, bloei juli-september, 5-7 per m2.
Phlox ’Hesperis’. Kleine paarsviolette bloemen in een vrij dichte, slanke pluim. Deze vlambloem heeft een natuurlijke uitstraling, altijd makkelijk herkenbaar. Hoogte 120-140 cm, bloei juli-september, 5-7 per m2.
Lijkt sterk op de Paniculata-groep maar bloeit iets eerder. Heeft minder last van stengelaaltjes. Er zijn slechts enkele cultivars, waaronder ’Alpha’ (lichtpaars) en ’Delta’ (wit met een roze oog). Hoogte 100-130 cm, bloei juliaugustus, 7 per m2. ▸ Phlox paniculata. De echte soort met kleine lichtpaarse bloemen,
zeer gezond. ’Alba’ is wit. Hoogte 140 cm, bloei juli-augustus, 7 per m2. ▸ Phlox Paniculata-groep. ’Blue Ice’ (100 cm) is wit, in de knop lichtpaars. ’David’ (130 cm) is een hoge witte met grote bloemen, volgens Coen Jansen een van de beste witte. ’Herbstwalzer’ (120 cm) bloeit door tot in oktober,
warmroze bloemen en zeer gezond blad. ’Le Mahdi’ (90 cm) is een oud ras met fel violette bloemen. ’Peppermint Twist’ (60 cm) heeft zeer opvallende roze met wit gestreepte bloemen. ’Pink Attraction’ (60 cm) is fel rozerood, bloeit vroeg en geeft nabloei. Bij de Phlox uit de Feeling-serie bestaan de bloemen
uit groepjes gekleurde schutbladen in een pluimachtige bloeiwijze. De kleur is minder fel dan bij andere vlambloemen, maar blijft behouden tot in september. ’Fancy Feelings’ is paars, ’Natural Feelings’ is roze-groen, ’Red Feelings’ is rozerood.
TuinenLandschap | 18 | 2014
11
Sortiment Tekst en beeld Modeste Herwig
Phlox combineren Phlox voor de vorm Bij het samenstellen van een beplanting is de vorm (habitus) van een plant belangrijk. Afwisseling van vorm, kleur en grootte maakt een border aantrekkelijk. De Phlox (Paniculata-groep) ’Fancy Feelings’ zorgt hier voor een duidelijk vorm tussen de veel losser groeiende lichtroze Saponaria officinalis en Perovskia ’Blue Spire’. Het is daardoor duidelijk de blikvanger, een prima structuurplant. De vorm van een pol Phlox komt nog mooier uit als de beplanting er omheen lager wordt gehouden of bestaat uit ’transparante’ soorten zoals Stipa en Verbena. Locatie: Wisley Gardens
Phlox in grote groepen In een grote border geeft een forse groep Phlox’s zomers veel effect. De witte bloemtrossen van Phlox (Paniculata-groep) ’Snow Hare’ vormen samen een duidelijk ’kleurvlek’ die al vanaf een grote afstand opvalt. Ook de andere planten zijn hier voornamelijk in grote groepen toegepast. Het kleurenschema is eenvoudig en licht gehouden door alleen wit en roze te gebruiken. De planten zijn in deze border gesteund met rijshout. Een tegelpad tussen het gazon en de border zorgt er hier voor dat het gazon geen last heeft van overhangend blad. Locatie: Wisley Gardens
www.tuinenlandschap.nl
Namen van soorten en cultivars op deze foto’s
12
TuinenLandschap | 18 | 2014
Phlox tussen siergrassen Vanwege de maat van de bloemtrossen is Phlox een goede keuze voor een beplanting met veel fijne planten, zoals siergrassen. De diep paarse Phlox (Paniculata-groep) ’Düsterlohe’ steelt de show in dit ontwerp op de Hampton Court Palace Show. De forse bloemtrossen contrasteren met fijne siergrassen en veel kleinere bloeiwijzen van Allium sphaerocephalon ’Drumstick’ en Agapanthus africanus ’Albus’. ’Düsterlohe’ is een al wat oudere cultivar, die indruk blijft maken vanwege de kleur. De opvallende volle paarse tint steekt hier fraai af tegen het donkere blad van Pennisetum setaceum ’Rubrum’. Ontwerp: Alexandra Noble. Locatie: Hampton Court Palace Show.
TuinenLandschap | 18 2014
13
Watermanagement in uw eigen tuin!
Iedereen wil water in de tuin: in de vijver, op bloemen, planten en het gazon. Maar wateroverlast? Daar is niemand blij mee! Steeds meer tuinen hebben een ruim terras om heerlijk van te genieten. Intensieve of langdurige regenbuien kunnen in de tuin wateroverlast veroorzaken. Dit vraagt om oplossingen. ACO EasyGarden helpt met functionele, duurzame en esthetische oplossingen voor het watermanagement in de particuliere tuin! www.aco-easygarden.nl
ACO EasyGarden Regenwater verdient beter!
Bedrijf en Organisatie
Groningen gaat strijd aan met De verstening van particuliere tuinen neemt steeds verder toe. Dit leidt tot problemen met afvoer van regenwater en zorgt voor hittestress. De gemeente Groningen onderzocht samen met een student in hoeverre de verstening in de stad toeneemt en hoe dit kan worden tegengegaan.
Tekst Wendy Venhorst | Beeld Kadaster - Plaatwerk Fotografen
G
ebouwen, straten, pleinen, stoepen, terrassen. Steden bestaan uit steeds meer verharding en dat heeft gevolgen. Zo heeft het onder meer invloed op de afvoer van regenwater: hoe meer verharding, des te meer water moet worden afgevoerd naar het riool. Daarnaast heeft verharding ook invloed op de temperatuur in de stad. Doordat versteende oppervlakten zonnewarmte opnemen en vasthouden, warmen steden sneller op dan het platteland. Dit wordt het hitte-eilandeffect genoemd. Gevolg is dat inwoners in warme zomers, als de stad ’s nachts onvoldoende afkoelt, last krijgen van ’hittestress’. Dit zorgt onder kwetsbare groepen voor problemen en kan zelfs leiden tot sterfgevallen. Tot slot heeft verharding ook invloed op de biodiversiteit: de soortenrijkdom van planten en dieren neemt af.
Geen exact beeld Voor de gemeente Groningen reden genoeg om te onderzoeken hoe het is gesteld met de particuliere verharding in Groningen en wat de effecten daarvan zijn op de waterafvoer en hittestress. Wout Veldstra, stadsecoloog bij de gemeente Groningen, boog zich samen met Cirsten Zwaagstra, student Energie en Milieu aan de Rijksuniversiteit Groningen, over deze vragen. Veldstra: „Gevoelsmatig weten we dat particuliere tuinen veel meer terrassen zijn geworden, maar we hadden er geen exact beeld van. Daarnaast wilden we nadenken over het bereiken van de burgers om verdere verstening tegen te gaan.”
16
TuinenLandschap | 18 | 2014
Het onderzoek werd opgedeeld in drie delen. Allereerst moest boven tafel komen hoe groot het probleem daadwerkelijk is. Daartoe werden drie stadswijken geselecteerd: een gewone wijk, een villawijk uit de jaren ’30 en een wijk die werd gebouwd tussen ’60 en ’70. Op basis van luchtfoto’s van het Kadaster uit 1998 en 2013 bekeek Zwaagstra hoeveel procent van de particuliere tuinen de afgelopen vijftien jaar is versteend. Daarnaast heeft ze aan de hand van rekenmodellen proberen te achterhalen wat de invloed van de verstening is op de waterafvoer naar het riool en de temperatuur. Deze resultaten zijn vergeleken met de ervaringen van de bewoners in de wijk.
Resultaten Uit de analyse van de luchtfoto’s bleek dat de Groningers de afgelopen vijftien jaar ongeveer 3 tot 8% meer verharding in hun tuinen hebben aangebracht. „Dat is niet echt schokkend”, geeft Veldstra toe. „Maar er zitten wat verstorende factoren in het onderzoek, waardoor het werkelijke percentage waarschijnlijk hoger ligt.” Zo wijst hij erop dat het onderscheid tussen openbare en particuliere grond niet altijd even goed te maken is. „Ook vermoeden we dat de onderzochte wijken al best wel versteend waren, omdat het redelijk oude wijken zijn”, vult Zwaagstra aan. „Bovendien heeft het Kadaster de voortuinen niet meegenomen, wat het beeld natuurlijk ook beïnvloedt.” Ook Zwaagstra had verwacht dat de percentages hoger zouden uitvallen. Ze wijst op een vergelijkbaar onderzoek dat
is uitgevoerd in het Engelse Leeds. „Dat onderzoek is weliswaar uitgevoerd over een periode van dertig jaar, maar leverde een vergroting van het versteende gebied in de tuin op van ruim 100%. Meer dan een verdubbeling dus.” Dat meer verstening voor meer waterafvoer naar de riolen zorgt, werd volgens Zwaagstra bevestigd door de modellen. „Maar de resultaten zijn heel situatiespecifiek. Hoe groot het probleem is, hangt heel erg van de wijk af.” Verder bleek uit haar onderzoek dat verstening invloed heeft op de stedelijke opwarming. In welke mate was volgens Zwaagstra lastig meetbaar met de beschikbare modellen. „We hebben geen afdoende model kunnen vinden dat met alle factoren rekening houdt.”
Groene oplossing Neemt niet weg dat zowel Veldstra als Zwaagstra een trend signaleren die met de klimaatverandering alleen maar grotere gevolgen zal hebben. Veldstra: „Gemeentes willen en kunnen al die investeringen niet meer doen. Dat vraagt dus om een oplossing. Groen draagt op veel manieren bij aan die oplossing. Zo is het warmte-effect van een groene tuin veel minder groot. Groen verdampt water, waardoor de omgeving afkoelt. Bovendien nemen bomen en planten veel water op, waardoor minder naar het riool wordt afgevoerd. Daarnaast is groen natuurlijk ook positief voor de biodiversiteit. Meer groen levert immers meer biotopen op voor allerlei soorten.” Het is volgens Veldstra van belang om duidelijk te maken hoe prettig een natuurlijke tuin is en dat je daarin echt niet alleen maar hoeft te werken. „We moeten een positief verhaal vertellen om mensen te overtuigen hun tuinen te vergroenen. Belangrijk daarbij is om een relatie te leggen met de ervaringen van de bewoners zelf. Ze onthouden wel dat de boel onder water staat, maar realiseren zich niet dat ze zelf de oorzaak zijn.”
Opschalen Veldstra geeft aan dat gaandeweg het
verstening idee ontstond om het onderzoek op te schalen naar een landelijk project. Inmiddels hebben zich al een paar steden - Amersfoort, Eindhoven, Leeuwarden en Den Haag - en verschillende onderzoeksen natuurorganisaties aangesloten. „We willen alle ervaringen bij elkaar vegen”, licht Veldstra toe. Hij vertelt dat er plannen zijn om in het najaar in Groningen een congres te organiseren. „Dat wordt de officiële start van het project, dat de naam ’Steenbreek’ heeft gekregen. We hopen dan een stand van zaken te kunnen geven en het startschot te geven voor een brede publiciteitscampagne, waarin de effecten van verstening inzichtelijk worden gemaakt.
Goede voorlichting Ook willen we mensen handvaten geven om de verstening terug te draaien en ze enthousiast maken voor meer natuur in de tuin. Uit eigen ervaring weet ik dat een natuurlijke tuin ook onderhoudsarm kan zijn. Dat soort verhalen moet meer verteld worden. We moeten proberen om de trend van stenen tuinen te beïnvloeden.” Veldstra verwacht dat er binnen nu en vijf jaar resultaten zullen zijn. „Ik heb een beetje ervaring met de manier waarop verschillende organisaties reageren. Er is bijna niemand die zegt: ’Het hoeft van mij niet.’ Bijna iedereen zegt: ’Het wordt tijd om er iets aan te doen.’ En daarom moeten we nu actie ondernemen.” <
Hoe krijg je de burger zover dat hij zijn tuin niet betegelt? Volgens Cirsten Zwaagstra, student Energie en Milieu aan de Rijksuniversiteit Groningen, kunnen tuinprogramma’s op tv, maar ook hoveniers en tuincentra, veel bereiken door goede voorlichting. Stadsecoloog Wout Veldstra denkt dat een verplicht groenquotum geen oplossing is. „Verplichtingen werken niet; je moet mensen inspireren. In Nederland laten wij ons niet door regeltjes beperken; dat is onze mentaliteit niet.” Volgens de stadsecoloog moeten mensen inzicht krijgen in de effecten en kosten. „Bewustwording is een belangrijke stap. Mensen hebben nu een houding van: ik bepaal zelf wel hoe ik mijn tuin inricht. Maar vaak weten ze niet welk effect het heeft als ze hun tuin verharden.”
Student Cirsten Zwaagstra (voorgrond) en stadsecoloog Wout Veldstra onderzochten de mate van verstening in Groningse tuinen. TuinenLandschap | 18 | 2014
17
Bedrijf en Organisatie
Netwerk Groene Bureaus richt blik naar buiten toe Het Netwerk Groene Bureaus (NGB) is de brancheorganisatie voor groene adviesbureaus. Terwijl zich onder de leden van het netwerk diverse grote en bekende namen bevinden, is de vereniging zelf landelijk minder bekend. Voorzitter Johan Burger wil hier verandering in brengen. „We moeten onze specialiteiten naar buiten toe meer bekendheid geven.”
Tekst Ralph Mens Beeld Arthur Vahlenkamp
H
oe komt het dat NGB nog relatief onbekend is bij het grote publiek?
„NGB komt voort uit NLingenieurs, voorheen ONRI. De groene adviesbureaus voelden zich daar onvoldoende vertegenwoordigd. Een aantal initiatiefnemers heeft toen het netwerk opgericht waarbij het vooral om de inhoud draaide. Het was eigenlijk een intercollegiaal netwerk, gericht op informele kennisuitwisseling. Ondanks dat de leden commerciële bedrijven zijn, is kennisuitwisseling nog steeds een belangrijk onderdeel van onze activiteiten. De laatste jaren richten we ons echter meer naar buiten toe en reageren we op wetgeving, zoals recentelijk bij de nieuwe natuurvisie van staatssecretaris Dijksma. We zoeken ook nadrukkelijk de samenwerking met organisaties als VHG, Cumela en NLingenieurs. Op thema’s waar je raakvlakken hebt, moet je proberen samen
18
TuinenLandschap | 18 | 2014
NGB-voorzitter Johan Burger: „Samen optrekken.” op te trekken en elkaar tijdig zien te vinden.”
U bent voorzitter sinds 2011. Wat trok u in deze functie? „Ik kom zelf niet uit de groene sector, maar uit de civieltechnische hoek. Nadat mijn eigen bedrijf Kuiper & Burger was gefuseerd met AquaTerra, ontdekte ik wat een prachtclub NGB is. De vereniging heeft zeventig leden en de bijeenkomsten kennen een hoge opkomst met veel inhoudelijke discussies. Tegelijk merkte ik door te luisteren naar het radioprogramma Vroege Vogels dat ecologen en biologen elkaar voortdurend afbrandden,
bijvoorbeeld over zaken als ecoducten. Dat leek mij niet handig voor het imago van de branche. Ook zag je onder staatssecretaris Bleeker dat bezuinigingen op natuur eenvoudig konden worden doorgevoerd, aangezien de branche niet met één mond sprak. Er was geen eenheid. In mijn optiek moest de vereniging meer naar buiten treden, en was de organisatie daar ook rijp voor.”
Hoe zou u de leden van NGB typeren? „Alle grote multidisciplinaire bureaus zoals Arcadis, Royal HaskoningDHV en Antea Group zijn bij NGB vertegenwoordigd, maar ook middelgrote bureaus en één-
„Groene bureaus staan tussen de partijen. Als ecoloog ben je ook een halve jurist. Dit komt doordat wetten op natuurgebied veelal raamwerken zijn die worden ingevuld door jurisprudentie. Dat is niet goed voor het imago, omdat dit betekent dat regelgeving meestal tot stand komt via conflicten. De discussie gaat veelal over wat er niet mag en over rodelijstsoorten. Bureaus kijken binnen de wetgeving naar wat mogelijk is. Belangrijk daarbij is om niet de randen op te zoeken, dat staat ook in onze gedragscode omschreven. We hebben een strenge gedragscode en een eigen klachtenregeling. De laatste drie jaar zijn er echter geen externe klachten binnengekomen. Dat wil niet zeggen dat er nooit eens iets mis gaat. De meeste klachten spelen echter tussen bureaus onderling en richten zich vooral op de inhoud.”
Hoe kijkt NGB aan tegen de Natuurvisie van staatssecretaris Dijksma?
pitters. Deze zijn ook allemaal vertegenwoordigd in het bestuur. Verder hebben we mensen met juridische achtergrond, maar voornamelijk veel mensen met een natuurhart. We zijn geen natuurbeschermers, maar vaak zijn onze leden ook actief als vrijwilligers. Toch hebben we als vereniging weinig vrienden. Natuurorganisaties kijken met een schuin oog naar ons, omdat we in hun optiek degenen zijn die projectontwikkelingen en bouwactiviteiten mogelijk maken.”
Uit de beschrijving van NGB komt het beeld naar voren van een soort Rijdende Rechter, klopt dit?
„Als branche worden we soms geridiculiseerd om verhalen over een zandhagedis of korenwolf die hele bouwprojecten stilleggen. Wij willen juist naar een managementplan en naar instandhouding van soorten op gebiedsniveau. Belangrijk daarbij is de vraag wat het leefgebied is van een bepaalde soort, dit wordt beschreven in zogeheten soortenstandaards. Hierin staat hoe een bepaalde soort leeft, hoe deze moet worden onderzocht en beschermd. Dit maakt het ook mogelijk om soorten te verplaatsen naar een plek waar ze van nature voorkomen. Wat dat betreft sluit de Natuurvisie goed aan bij de visie van de branche. We moeten naar bescherming van soorten op populatieniveau. Tegelijk waarschuwen we ervoor om de bescherming van individuelen niet volledig te laten vallen. Ook zien we een trend binnen de overheid waarbij natuur alleen beschermd wordt wanneer deze voor mensen interessant is, een pragmatische economische kijk op natuur. Alsof natuur geen waarde op zichzelf heeft.”
NGB heeft onlangs contact gezocht met VHG. Wat kunnen jullie voor elkaar betekenen? „Er zijn plannen om een gezamenlijke bijeenkomst op regionaal niveau te organiseren. Dat moet een inhoudelijke
bijeenkomst worden over gemeenschappelijke thema’s. Bijvoorbeeld over beheer en onderhoud, over de intrinsieke waarde van groen en over eigenaarschap. Ook zijn wij bezig met zaken als burgerparticipatie en tijdelijke natuur. Wat doe je als groenbeheerder wanneer de burgers ermee stoppen, of wat gebeurt er wanneer tijdelijke natuur wordt beeëindigd? Zowel hoveniers als ecologen hebben veel kennis die ze onderling kunnen uitwisselen. Waar loop je in de praktijk tegenaan? De leden van NGB hebben bijvoorbeeld veel kennis over het maken van beheerplannen, terwijl hoveniers en gemeenten hier juist weinig kennis over hebben.”
VHG is ook in Europees verband actief. Hoe zit dat bij NGB? „Dat is een ander punt van aandacht. De meeste van onze leden opereren op internationaal niveau, maar NGB zelf niet. En dat terwijl de rol van groene bureaus steeds belangrijker wordt. Duurzaamheid en maatschappelijk ondernemen zetten steeds verder door, wat dat betreft zouden we ook binnen Europa op één lijn moeten zitten. Maar het werk binnen NGB blijft voor het grootste deel vrijwilligerswerk, alleen het secretariaat is professioneel. Alle aangesloten bedrijven betalen in tijd en dragen in gelijke mate bij aan de werkgroepen. Dat betekent dat we een afweging moeten maken wat we wel en niet oppakken. Het is vooral een kwestie van heel gericht reageren.”
Wat zijn jullie plannen voor de nabije toekomst? „NGB is redelijk stabiel qua ledenaantal, maar er is geen groei. We zouden met name de éénpitters meer bij de vereniging willen betrekken. Voor sommige lijkt de contributie nu te hoog. Verder moeten we kijken hoe we de verschillende specialiteiten van de diverse bureaus ook naar buiten toe meer bekendheid kunnen geven. We zijn allemaal actief op hetzelfde vakgebied, maar daarbinnen bestaan verschillende specialiteiten, van vis tot vlinder. Als NGB willen we een rol spelen als wegwijzer naar opdrachtgevers toe. Elke specialiteit is binnen NGB te vinden, het is eigenlijk een samenhang van superdeskundigen. Deze zijn allemaal zeer betrokken bij inhoudelijke zaken, maar moeten zich nog nadrukkelijker ook naar buiten toe richten.” <
TuinenLandschap | 18 | 2014
19
Zo-zit-dat
Is verlenging tijdelijk contract na toezegging verplicht? Hovenier Albert de Krom* heeft in februari 2014 een gesprek met een van zijn medewerkers, Bob, waarbij verlenging van zijn arbeidsovereenkomst aan de orde is geweest. Bob is op 1 juni 2013 voor bepaalde tijd, tot uiterlijk 15 mei 2014, in dienst getreden. In maart meldt Bob zich ziek. Er ontstaat een geschil over de vraag of het contract nu verlengd is. Tekst Tessa Viragh | Beeld Peter Moorman
A
lbert heeft per brief op 9 mei aan Bob laten weten dat de arbeidsovereenkomst na het verstrijken van de overeengekomen periode niet zal worden verlengd en zal eindigen op 15 mei. Bob stelt dat het contract is verlengd. Immers, Albert heeft tot twee maal toe aangegeven dat alle contracten voor bepaalde tijd zouden worden verlengd. Zijn collega’s bevestigen dat in een verklaring. Bob geeft bovendien aan dat overeenstemming was bereikt over zijn pensioenvoorziening en de hoogte van zijn reiskostenvergoeding. Alleen over het salaris waren zij nog in onderhandeling. Bob schakelt de kantonrechter in en vordert doorbetaling van zijn loon. Albert heeft tijdens de zitting niet weersproken dat hij tijdens het gesprek in februari heeft toegezegd dat alle tijdelijke contracten in principe worden verlengd. Dat overeenstemming over een aantal arbeidsvoorwaarden is bereikt, wijst hier ook op. Daarmee staat volgens de kantonrechter vast dat de arbeidsovereenkomst niet van rechtswege is geëindigd op 15 mei.
Op grond van de wet (art.7:668) geldt dat als de arbeidsovereenkomst zonder tegenspraak wordt voortgezet, wordt aangenomen dat zij voor dezelfde tijd, doch maximaal voor een jaar, op de oude voorwaarden is verlengd. In de arbeidsovereenkomst is een mogelijkheid van tussentijdse beëindiging voor zowel werkgever als werknemer met een opzegtermijn van één maand opgenomen. Nu Albert per brief op 9 mei heeft opgezegd, kan worden vastgesteld dat een regelmatige opzegging pas op 30 juni had kunnen plaatsvinden zodat hij schadeplichtig is. De kantonrechter bepaalt dan ook dat Albert het salaris tot deze datum moet doorbetalen en veroordeelt hem tot betaling van de proceskosten. Opmerkelijk is dat de rechter eraan voorbij gaat dat normaal gesproken een ontslagvergunning nodig is voor (tussentijdse) beëindiging. Kennelijk ging de rechter ervan uit dat beëindiging voor de hand lag. Naar mijn mening had hij de arbeidsovereenkomst ook kunnen verlengen. Dan had Albert het
contract met (de zieke) Bob nog een jaar moeten voortzetten.
Conclusie Op het moment dat u een toezegging doet een (tijdelijke) arbeidsovereenkomst te verlengen, is niet eenvoudig op die toezegging terug te komen. Zeker als de toezegging aan meerdere medewerkers is gedaan en als zich bijkomende feiten en omstandigheden voordoen, zoals in dit geval overeenstemming over een aantal arbeidsvoorwaarden. Met ingang van 1 januari 2015 krijgen werkgevers er – bij het al dan niet verlengen van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd – nog een verplichting bij. Een werkgever moet vanaf dan minimaal één maand voordat het dienstverband van rechtswege eindigt, aan de werknemer laten weten of, en zo ja onder welke voorwaarden, hij het dienstverband na afloop ervan wil voortzetten. Dit wordt de ’aanzegtermijn’ genoemd. Als de werkgever dit niet doet, dan kan de werknemer een boete eisen van één maandsalaris. <
Tessa Viragh is juridisch adviseur bij Grant Thornton, E Tessa.viragh@gt.nl
Hoe-zit-dat?
* Deze naam is fictief
Heeft u vragen of problemen die geschikt zijn voor bespreking in de rubriek Zo-zit-dat, laat het de redactie weten. Met behulp van een deskundige trachten wij het juiste antwoord of de juiste aanpak van uw probleem te vinden. TuinenLandschap | 18 | 2014
21
Ontwerp en Inrichting
1
2
Een rij knotwilgen, een kastanjehouten hek met grillig gevormde palen van Robinia-hout en een grondkering van hetzelfde materiaal omzomen de tuin. Ze schermen de gezamenlijke tuin enigzins af van nieuwsgierige blikken vanaf de dijk.
22
TuinenLandschap | 18 | 2014
Het tuingedeelte dat bij Stichting Agrodome hoort, is het meest natuurlijk. De planten zijn hier gemengd aangeplant en zaailingen krijgen alle ruimte. Het terras is gemaakt van natuurvriendelijke houtsnippers. Het water van het dak van de schuurtjes rechts wordt afgevoerd naar de vijver en loopt van daar in de grindbedding.
Annique Lelie www.lelie-tuinen.nl
Eén tuin voor vier huizen Samen met de bewoners van de huizen langs de Rijn in Wageningen ontwierp hovenier Annique Lelie een gezamenlijke tuin. Een bloemrijke grindgeul verbindt de vier tuindelen. Ogenschijnlijk heeft de gezamenlijke tuin daardoor geen kavelgrenzen meer, toch heeft Lelie ook de privacy van de verschillende bewoners bewaakt. Tekst Annique Lelie | Beeld Gerdien de Nooy
W
at een aparte tuin, maar dat is toch niet één huis?’ zo luidde het commentaar van een wandelaar, lopend over de dijk die de Rijn buiten de stad Wageningen moet houden. Vanaf de dijk heb je mooi zicht op de relatief grote, natuurlijke tuin bij de Stichting Agrodome. Stichting Agrodome geeft informatie en voorlichting over biobased bouwmaterialen. Het gebouw van de stichting is zelf haar grootste voorbeeld. Herbruikbare materialen als hout, vlaswol en een groen dak zijn de meest opvallende elementen. De stichting deelt de tuin met drie gezinnen die in dezelfde duurzame huizen wonen. Dit heeft grote voordelen: meer ruimte en meer uitzicht. Eén van de bewoners had al ervaring met een gezamenlijke tuin. Zij heeft de anderen weten te verleiden om hierover na te denken. Samen met ecologisch ho-
venier Annique Lelie uit Renkum werden enige jaren geleden twee bijeenkomsten georganiseerd met alle bewoners en een vertegenwoordiger van de Stichting Agrodome om de mogelijkheden te bespreken. Daarnaast sprak Lelie alle bewoners apart over hun individuele wensen voor de tuin. De meeste bewoners vonden hun tuin te klein: alledrie waren het smalle, schuinlopende pijpenlaatjes van 60 tot 80 m2. Het postzegelgevoel werd bovendien versterkt doordat de tuinen naar achteren toe afliepen. Dit heeft Lelie opgelost door de tuin in het midden te verdiepen en de vrijgekomen grond te gebruiken om de tuin naar achter toe op te hogen. Door het ophogen sloot de tuin beter aan op de Rijndijk vlak achter de huizen. Vanuit hun woonkamer kijken de bewoners tegen de dijk aan, vanaf de eerste
verdieping zien zij natuurlijke uiterwaarden met een nevengeul van de Rijn, wilgen, elzen en veel bloemrijk grasland. ’Een bloemrijke nevengeul’ was al snel de centrale gedachte voor het tuinontwerp. Omdat een van de gezinnen nog een kleine jongen had, werd in plaats van water een bedding met grof grind aangelegd. Die doorsnijdt en verbindt de vier tuinen. De grindbedding wordt omzoomd door watersuggererende planten als hoge grassen, Thalictrum, Hosta, Iris, Sanguisorba officinalis en Lythrum salicaria. Over de grindbeek zijn bruggetjes gemaakt om het waterrijke karakter verder te versterken. Alle bruggetjes zijn anders, passend bij de stijl en wensen van de bewoners, maar wel allemaal van robuust hout waardoor het toch een eenheid blijft. Achter de grindbeek ligt een oplopende, bloemrijke border met siergras>
TuinenLandschap | 18 | 2014
23
sen die door lijkt te lopen over alle percelen. Líjkt, want er moesten wel wat paden doorheen naar het pad achter de tuinen. De paden zijn vrijwel horizontaal aangelegd waardoor ze de verhoogde border doorsnijden. Een Robinia-houten keerwand houdt de grond langs het achterpad op zijn plek. Langs de tuinpaden zijn verschillende vormen van grondkering toegepast, zoals stapelmuurtjes en hout. De achterrand van de tuin is met knotwilgen beplant. De bomen zorgen voor eenheid en afscherming voor nieuwsgierige ogen vanaf de dijk, waar veel wandelaars en fietsers voorbijkomen. Ook verbinden de wilgen de tuin met de uiterwaarden aan de andere kant van de dijk. Het gedeelte vóór de grindbeek is door de bewoners zelf ingevuld met een gazon, een bloemenweitje of lage beplanting. Ook enkele laagstamfruitbomen zijn hier geplant, als verwijzing naar de Betuwe aan de overzijde van de Rijn. Enkele jaren later is de tuin verrijkt met een kleine vijver aan het begin van de grindbeek. De kleine jongen kon in-
middels voldoende zwemmen. De grindbeek eindigt in een moerassig gedeelte op het laagste punt. Het water van het dak van de schuurtjes wordt afgevoerd naar de vijver en loopt van daar in de grindbedding.
Bloemrijke grassenborder Ieder stuk van de bloemrijke grassenborder heeft een eigen karakter gebaseerd op de wensen van de bewoners: grote vlakken, niet te veel kleur, juist wel kleurrijk, zo natuurlijk mogelijk. Om de eenheid te versterken laat Lelie bepaalde soorten telkens terugkomen, maar wel in verschillende cultivars, die zijn afgestemd op de kleur- en sfeerwensen van de bewoners. Zo komt Miscanthus in vier cultivars terug en Calamagrostis in twee varianten. De lichtste bloeiaren en bladeren beginnen aan één kant van de grote border en worden langzaam donkerder naar de andere kant waar de tuin het meest natuurlijk is. Herfstanemonen, cultivars van Persicaria amplexicaulis en Sedum ’Herbstfreude’ komen in
de hele border terug, soms in donkerder, dan weer in lichtere tinten. Daartussen bevinden zich vaste planten en kleine heesters die passen bij de wensen van de bewoners. Ook in de wijze van beplanten is gekozen voor een verloop: aan één kant grote vlakken, zoals deze bewoner graag had, naar een gemengde, natuurlijke wijze van beplanten aan het andere eind bij de Stichting Agrodome. Zaailingen krijgen in dit laatste gedeelte alle kansen waardoor het hier in het voorjaar geel is van de primula’s. Een blauwpaars lint van krokussen lijkt wel als een tweede beek door de tuin te stromen en zorgt in het voorjaar voor verbinding en dynamiek. De kavellijnen zijn in het ontwerp niet helemaal genegeerd. Hogere planten zorgen voor enige visuele, maar minimale scheiding tussen tuingedeelten en ook voor privacy, bijvoorbeeld op de achterterrasjes. Eén van de paden ligt precies op de scheiding tussen de tuinen en wordt dan ook door twee huizen gebruikt. Een hout- en kippenhok zijn elk ook op een kavellijn gezet. <
Stichting Agrodome Locatie tegen Rijndijk in Wageningen Aangelegd 2009 en 2013 (schuurtjes plus vijver) door eigenaren en hovenier Grootte 400 m2 Ontwerp Annique Lelie samen met de eigenaren Functie privétuin en showtuin van Stichting Agrodome (die verzorgt er rondleidingen) Beheer eigenaren en Annique Lelie (gedeelte bij Stichting Agrome) Meer info www.lelie-tuinen.nl, www.agrodome.nl
www.tuinenlandschap.nl
24
TuinenLandschap | 18 | 2014
4
De verschillende tuinpaden die de terrassen voor de huizen verbinden met het pad achter de tuin doorsnijden de verhoogde achterborder. Daardoor lijkt het alsof die border geen grenzen kent. Het hoogteverschil is op verschillende manieren opgevangen, met ruwhouten planken en keermuren van oude dakpannen bijvoorbeeld.
3
Op het laagste punt van de tuin is in 2013 een kleine vijver aangelegd die wordt gevoed met water dat op het dak van de schuurtjes wordt opgevangen.
6
In de zomer verdwijnt de grindbeek half onder het gebladerte van de bloemenrijke grassenborder. Door inheemse planten zoals wilde Bertram (Achillea ptarmica) en pimpernel (Sanguisorba officinalis) sluit de tuin aan bij de omgeving en vinden veel insecten hem aantrekkelijk. Ook ’echte’ tuinplanten ontbreken niet in de border: Acanthus mollis, Anemone japonica, Alchemilla mollis, Persicaria amplexicaulis en Helenium ’Moerheim Beauty’ bijvoorbeeld.
5
Dit pad is verhard met schelpen en stapstenen. Lelie had graag gezien dat die stenen grillig van vorm zouden zijn, de bewoners kozen echter voor vierkante. Het gedeelte vóór de grindbeek is door de bewoners zelf ingevuld met een gazon, een bloemenweitje of lage beplanting. Ook enkele laagstamfruitbomen zijn hier geplant, als verwijzing naar de Betuwe aan de overzijde van de Rijn.
7
Achterin de tuin is op één van de kavellijnen een een kippenhok gemaakt. Dit grenst aan een terras. Op deze schaduwrijke plek is het met name ’s zomers goed toeven.
TuinenLandschap | 18 | 2014
25
Ontwerp en Inrichting
Op de glooiing richting de Delftse stadsmolen worden 65 historische cultuurgewassen geteeld.
Naast het brouwhuis is een hoptuin aangelegd die de moderne takken die samen een soort wigwam vormen.
Groene volkscultuur in Openluc Waarom werd er vroeger meekrap geteeld? Hoe werd de rogge geoogst? En waarom oogt de tuin achter de Watersnoodwoning zo kaal? Sinds een aantal jaar richt het Nederlands Openluchtmuseum in Arnhem zich niet alleen op historische gebouwen maar vertelt ook onze groene geschiedenis. Dit betekent dat de tuindienst allang niet meer alleen de omgeving onderhoudt, maar actief meedenkt over de inrichting van historische sier- en moestuinen en de verwerking van de producten die het groen oplevert. Tekst en Beeld Miranda
Vrolijk
26
TuinenLandschap | 18 | 2014
E
n zo kun je de hele dag eten op het Openluchtmuseum’’, Rob Plomp, hoofd van de elfkoppige “ tuindienst heeft net een meiknolletje (Brassica rapa) geschild. Het witte vruchtvlees smaakt verrassend lekker. Het is een van de 65 oude cultuurgewassen die het museum op de heuvel richting de oude stadsmolen in productie heeft. Behalve meiknolletjes vind je er schorseneren, pastinaken, suikerbieten en tabaksplanten, maar ook veel minder bekende gewassen met vaak poëtische namen als meekrab, wouw, wede en huttentut. Bij elk gewas staat uitgelegd waarvoor het vroeger werd gebruikt, veelal als voedsel, maar bijvoorbeeld ook om te roken of voor de verfindustrie. „Als ik een rondleiding geef, dan laat ik bezoekers altijd wat proeven, eerst de meiknolletjes, dan de gewone biet en daarna de suikerbiet waar wel 16% suiker inzit, dat maakt het leuk.’’ Ernaast liggen uitgestrekte velden met gelig
vlas en witbloeiend boekweit, de rogge is er net vanaf. „Helaas met de klepelmaaier’’, verzucht Plomp. Er zat te veel wikke in waardoor het met de Zelfbinder – de eerste gemotoriseerde maaimachine – onmogelijk was om de rogge te oogsten. Liever nog had hij alles gezeist, een nog ouder historisch gebruik, maar om genoeg zeisers op korte termijn te krijgen is een hele opgave. „Daarvoor zijn er te weinig vakbekwame zeisers in Nederland.’’ In september vindt overigens het Nationaal Kampioenschap zeisen plaats in het museum. „Maar dat is veel te laat voor de rogge.” De boekweit moet er binnenkort ook af, een vrijwilliger van het museum gaat nu toch proberen om genoeg vakmannen te vinden voor het zeisen. Plomp werkt sinds acht jaar in het Openluchtmuseum. De tuindienst waaraan hij leiding geeft, onderhoudt 25 ha van het groen. Daaronder vallen de siertuinen (bijvoorbeeld een drachtplantentuin en een Zaanse overtuin) en de moestuinen, maar bijvoorbeeld ook de bleekvelden, het heggendoolhof, de moerbedden van de kwekerij én de botanische kruidentuin die al in 1927 is aangelegd (zie kader ’Botanische tuin’). Ook de oude cultuurgewassen worden door de tuindienst onderhouden.
Verlevendiging museum Daarnaast denkt de tuindienst actief mee over de inrichting van de historische sier- en moestuinen en de verwerking van de producten die het
Botanische tuin Het Openluchtmuseum is een botanische tuin. Voorheen vanwege de themacollectie geneeskrachtige planten in de kruidentuin, tegenwoordig valt het hele museumterrein onder de titel van botanische tuin. In de geneeskruidentuin zijn de planten verdeeld in 26 groepen op basis van het (vroegere) gebruik van de plant bij een bepaald ziektebeeld. Zo zijn er planten die helpen tegen jicht en vetzucht, Berberis vulgaris en Erica tetralix bijvoorbeeld, goed zijn tegen koorts, zoals Geum urbanum en Cornus mas, of reumatiek en spierpijn verzachten, neem Borago officinalis en Colchium autumnale.
Naast de geneeskrachtige planten heeft het museum inmiddels ook de grootste collectie oude graangewassen verzameld. Van de genenbank in Wageningen heeft het bijvoorbeeld zaden van de Thoolse zesrijige gerst gekregen. Ook via het netwerk ’Eeuwig moes’ heeft Plomp zaden en belangrijke teeltinformatie verzameld. In de zomer organiseert de tuindienst avondwandelingen langs de 65 oude cultuurgewassen met uitleg over de teelt en het gebruik van de gewassen. Ook vinden er rondleidingen plaats in de kruidentuin, momenteel onder andere langs de expositie ’Gemene planten’.
hopteelt laat zien, maar ook de historische teelt langs
htmuseum groen oplevert. Dit vloeit voort uit de zogenoemde ’verlevendiging’ waarmee het museum vijftien jaar geleden is begonnen. Dit betekende dat het museum niet alleen historische huizen, boerderijen, bedrijven, winkels et cetera toont, maar ook de manier waarop die gebouwen gebruikt werden. Dus staat er in de wasserij uit het Noord-Hollandse Overveen een wasvrouw de stampkuip te bedienen, zit voor de kleine boerderij uit Vierhouten een ’boerin’ met een breiwerkje en laat een andere werkvrouw zien wat de zogenoemde ‘eekschillers’ in de bossen op de Veluwe uitvoerden compleet met functionerende veldkeuken. Die ’verlevendiging’ betekende ook dat er inmiddels allerlei dieren – varkens, koeien en kippen – op de boerderijen rondlopen én dat er moestuinen en boomgaarden zijn aangelegd. Allemaal om te laten zien hoe de boerderijen vroeger in bedrijf waren en wat er op de erven gebeurde. Plomp wijst op de boerderij die oorspronkelijk in Varik, de Betuwe stond: „Zo wil je het hebben, scharrelende kippen, varkens in de stal, de mestvaalt en composthoop in bedrijf en bruine bonen en tabaksbladeren die onder de overhangende kap te drogen hangen.’’ Net alsof er nog geleefd wordt op de oude boerderij.
In de kruidentuin staat een stenen stadspomp in rococostijl uit Zwolle. In 1727 is de pomp op het kleine kerkhof naast de grote kerk geplaatst.
Stroopkokerijen Volgens Plomp kan het museum qua ’verlevendiging’ nog wel een stapje verder gaan. Met de
>
Blikvanger in de kruidentuin is de zonnewijzer met de in cijfers gesnoeide buxushagen.
TuinenLandschap | 18 | 2014
27
productie die de moestuinen en boomgaarden opbrachten, werd namelijk tot een paar jaar geleden maar weinig gedaan. De sla stond door te schieten op het veld en de gerooide aardappels verdwenen in de kelders om doorgeschoten in het voorjaar tevoorschijn te komen. „Een boerin van weleer liet zich dat natuurlijk niet gebeuren’’, legt de hovenier uit. Inmiddels worden de aardappels – onder meer onder druk van Plomp – na een speciale rooidag verkocht en de groenten – sla, boontjes, noem maar op – gaan via het winkeltje Zus en Jet van de hand. Eveneens is het Plomp na zo’n drie jaar steggelen gelukt om een deel van de appels die van de fruitbomen af komen te laten verwerken in de historische stroopkokerij van het museum. „Vroeger had elk Brabants dorp wel drie stroopkokerijen om de appeloogst te verstropen, en wat is
er nu leuker om dat proces te laten zien met onze eigen appels?’’ Die vlieger ging echter niet meteen op. „Omdat we volgens de stroopkoker niet de juiste appels hadden. Uiteindelijk is er buiten bezoekuren om wel van onze appels een heerlijke stroop gekookt. Ik verwacht dat dat de komende jaren met al onze overgebleven appels en peren gebeurt.’’ Dit voorjaar heeft Plomp ook een hoptuin aangelegd om te laten zien hoe hop geteeld wordt voor het brouwen van bier. Naast het historische brouwhuis kwam door het kappen van de populieren ruimte vrij. Voor de inrichting van de tuin liet Plomp zich adviseren door de Stichting Hopoogsfeest in Schijndel, dat bekendstaat om zijn historische hopteelt. Samen met de tuindienst heeft hij 1,8 km draad gespannen waarlangs de hopplanten groeien. Om er zeker van te zijn dat de hopbellen ook daadwerkelijk gebruikt kunnen worden door de museumbrouwer, is Plomp op zijn advies op zoek gegaan naar Humulus lupulus ’Tettnanger’ en H. lupulus ’Magnum’. Een leverancier in Duitsland kon de planten in mei leveren. „Met tweehonderd planten in negen kisten kwam onze vrijwilliger ermee terug uit Beieren.’’ Dat lang niet iedereen weet dat voor het produceren van bier hop nodig is, laat staan hoe die planten eruit zien, blijkt uit de vele vragen die de museummedewerkers over de hoptuin krijgen. „Ze hebben al gesmeekt om er alsjeblieft bordjes bij te zetten, omdat ze gek van de vragen worden’’, grinnikt Plomp.
’Blauw los hoes’ De coniferen in de tuin van de pas aangeschafte Pemberton-caravan houdt Plomp klein,º net zoals de voormalige eigenaren dat deden.
Achter het Noorse Watersnoodhuisje oogt de tuin kaal, dat was in 1955 ook het geval toen het huis gebouwd werd.
28
TuinenLandschap | 18 | 2014
Behalve meer aandacht voor het (historisch) produceren en verwerken van gewassen, let het museum er ook meer op of de inrichting rondom de tentoongestelde huizen – de tuinen en de erven – klopt met de tijd waaruit ze stammen. Hier ligt eveneens een taak voor Plomp en zijn tuindienst. Voor het ’blauwe los hoes’ bijvoorbeeld, de kleine boerderij uit Harreveld die dichtbij de hoofdentree van het museum staat, is hij samen met een wetenschappelijke medewerker het archief van het Openluchtmuseum ingedoken. Zijn vermoedens dat de inrichting van de tuin niet klopte, bleken juist. Aan de hand van oude zwartwit foto’s heeft hij de kleine voortuin nu ingericht met een combinatie van sier- en moesgewassen. Als afscheiding is een gemengde haag van liguster, beuk en buxus aangeplant. „En de appelboom hebben we vervangen door een kers. Het blijft natuurlijk een beetje gokken, want de blik van de fotograaf was destijds toch veelal op het gebouw gericht en niet op de
Rob Plomp tussen de tabaksplanten (Nicotiana tabacum)
Na bestudering van oude zwartwitfoto’s is de tuin voor het ’blauw los hoes’ heringericht.
tuin. Desondanks was wel duidelijk dat er geen appelboom heeft gestaan, maar een kersachtige’’, verklaart Plomp. Twee recente aanwinsten van het museum zijn de Noorse Watersnoodwoning en de Pembertoncaravan. Die laatste is door ene Rob en Karin van der Werf in 1988 gekocht om daarmee hun vakanties op Camping De Tol in Nunspeet door te brengen. In 2013 verhuisde de stacaravan naar het Openluchtmuseum. „Om te laten zien dat mensen vanaf de jaren zeventig meer vrije tijd kregen’’, legt Plomp uit. De hovenier is vorig jaar ter plekke de tuin gaan inmeten die de familie Van der Werf bij hun caravan had aangelegd. „Dat bleek een typisch coniferentuintje te zijn waarin alles werd gesnoeid en onder controle gehouden.’’ De tuin is door Plomp bijna één op één gekopieerd naar het museum. „Inclusief het bankje, een onoogelijk klein rond vijvertje en het vogelhuisje dat nu aan de boom hangt.’’ Ook hij houdt de coniferen klein, net zoals Rob en Karin dat deden.
het jaar 1955 gekozen. „Tja, zo vlak na de ramp groeide er natuurlijk nog niks’’, verklaart Plomp. Het enige waaraan de bewoners wel al waren begonnen was een moestuin en er was een ligusterhaagje aangeplant; de rest lag braak. De tuin in het museum is daarom ook ingericht met een moestuin in aanleg, wat haagjes en ruig gras. „Ik ga natuurlijk geen grond braak laten liggen’’, zegt Plomp. Of hij de tuin bij het Watersnoodhuisje tot in lengte van dagen zo kaal houdt, daarover is hij nog niet uit. „Groen evolueert per definitie, dat hou je niet tegen. Wat dat aangaat zijn gebouwen relatief gemakkelijker te conserveren.’’ <
www.tuinenlandschap.nl
Watersnoodwoning Bij de tweede recente aanwinst, de Noorse Watersnoodwoning, is helemaal goed te zien dat Plomp nastreeft om ook de bijbehorende tuin zo waarheidsgetrouw mogelijk in te richten. „Rekeninghoudend met de beperkingen van de omgeving in Arnhem’’, benadrukt het hoofd van de tuindienst. Het blauwgroene huis is door de Noorse regering in 1954 aan Nederland geschonken nadat door de watersnood vele huizen waren verwoest. Voor de inrichting van het huis is door het museum
De ’verlevendiging’ in optima forma: een eekschiller legt uit hoe zij de schors van eikentakken en jonge eikenbomen verwijdert. De schillen werden vroeger gebruikt door de verfindustrie.
TuinenLandschap | 18 | 2014
29
Symbiose tussen natuur & techniek
Boomverzorging - Onderzoek en Advies - Producten voor groeiplaatsen
www.bsi-bomenservice.nl
GROEN-Direkt Boskoop BV, Nederland Noorwegenlaan 37, Hazerswoude
Grote maten Tot 20 meter en hoger Tevens kleinere bomen
Kunstgras, een ideale oplossing voor het aankleden van dakterrassen en een stuk goedkoper dan bijvoorbeeld vlonders. Onderhoudsvriendelijk en altijd mooi!
EasyLawn is een vertrouwde fabrikant en leverancier van kunstgras en bijproducten. Met verschillende hoogtes, vormen en kleuren maken wij kunstgras dat natuurgetrouw is en heel zacht aanvoelt. Als partner staan wij voor u klaar met snelle service, installatietrainingen, T. +31 23 30 400 18 info@easylawn.nl www.easylawn.nl www.tigerturf.nl
reclamemateriaal, prima garantievoorwaarden, verkoopleads en een hele goede marge. EasyLawn levert niet direct aan particulieren. Alle aanvragen brengen wij onder bij onze dealers. Bel of mail voor een afspraak om ons kunstgras te bekijken en ons gratis partnerprogramma te bespreken. U zult ervaren dat u met ons de juiste kunstgraspartner heeft gevonden.
Retailprijs
Adviesverkoopprijs
Retailprijs
Adviesverkoopprijs
Retailprijs
Adviesverkoopprijs
Retailprijs
Adviesverkoopprijs
€ 20,98
€ 33,02
€ 14,50
€ 18,97
€ 12,77
€ 17,77
€ 14,02
€ 20,66
(excl. btw)
(excl. btw)
(excl. btw)
(excl. btw)
(excl. btw)
(excl. btw)
(excl. btw)
(excl. btw)
Aanleg en Onderhoud
Groene wand van 540 m
2
Schadenberg Combi Groen legde bij het Arcus College in Heerlen en groene wand aan van 540 m2. De wand loopt binnen en buiten door en beslaat, in de vorm van een vierkant, twee binnenwanden en twee buitenwanden.
Tekst Peter Bennink Beeld Schadenberg, Peter Bennink
32
TuinenLandschap | 18 | 2014
Alles aan de nieuwbouw van het Arcus College in Heerlen is groot. Het hele project beslaat zo’n 6 voetbalvelden er komen 6 gebouwen te staan waar zo'n 8.500 mbo-studenten les moeten gaan krijgen. En dus ook de groene wand van het nieuwe Arcus college is groot, met een totale oppervlakte van 540 m2 en op sommige plaatsen 6,5 meter hoog. Schadenberg Combi groen tekende voor het ontwerp en de uitvoering van de wand. Het Noordhollandse bedrijf is relatief onbekend maar heeft al veel daken gevelgroenprojecten gerealiseerd. Voor groene gevels ontwikkelde het bedrijf samen met het Franse Inventae Vert en het Duitse Gelsenrot een systeem dat zowel losstaand als tegen een gevel geplaatst kan worden. De ’verticale tuin’ bestaat uit metalen staanders waartussen verzinkt metalen boxen/schanskorven van 100x25x50 cm gestapeld worden. De boxen zijn bekleed
met doek en gevuld met een speciaal substraatmengsel bestaande uit Porlith, Hardtorf en Sinterlava. De met substraat gevulde boxen hebben een geluidsdempende werking tot 14 dB. Over elke box loopt een bevloeiingsslang die te koppelen is aan de boxen ernaast. Bemesting gebeurt weinig, zo eens in de twee jaar met minerale meststoffen via het watergeefsysteem. Het verticale tuinsysteem is ook in Duitsland toegepast, onder andere op de IGS in Hamburg en voldoet aan de normen van de FBB. Dat wil onder meer zeggen dat het systeem net als een normale gevel een verwachte levensduur moet hebben van 40 jaar. Voor de bevloeiing van de planten buiten wordt gebruik gemaakt van hemelwater dat wordt opgevangen in twee opvangtanks van 4 m3. De bevloeiing van de binnenwanden gebeurt met leidingwater. Plangroep Heggen uit Born en Maastricht maakte het beplantingsplan. <
Montage
Kamerplanten
De boxen worden compleet met beplanting geplaatst tussen de stalen T-profielen. Bij een losstaande wand worden ze in H-profielen geschoven. Bij deze constructie waarbij de wand onder een hoek geplaatst wordt is dat niet nodig en werkt een T-profiel makkelijker. De stalen steunvoeten zijn door de architect getekend en door het bouwbedrijf aangebracht.
Stalen afdekprofielen werken de randen van de boxen af. Op de binnenwanden groeien een stuk of 10 soorten kamerplanten. Het zijn vooral bladplanten en planten die niet al te 'topzwaar' worden. Onder meer verschillende soorten Asplenium, Ficus pumila, Anthurium sierra en Marantha leuconeura.
Substraat
Bevloeiing
Het substraat bestaat uit 2 delen porlith, 1,5 deel sinterlava en 1,5 deel harttorf (een fossiele alg). Deze combinatie van elementen is vormvast, betrekkelijk licht en heeft een wateropnemend vermogen van 50-55%. Wanneer het substraat verzadigd is van vocht, blijft nog steeds 5% lucht over.
De wand buiten krijgt zandgefilterd regenwater. Een Dosatron voedingsdoseersysteem kan zonodig vloeibare mest toevoegen. Het systeem voor binnen is via een break tank aangesloten op de waterleiding. Bevloeiing gebeurt met een tijdklok, in de toekomst mogelijk op vochtsensoren die al in de wand aanwezig zijn.
TuinenLandschap | 18 | 2014
>
33
34
Beplantingsplan
Sterke soorten
Het beplantingsplan dat door Plangroep Heggen is gemaakt bestaat uit grote geometrische vlakken met steeds één soort planten. Naast vaste planten staan er ook flink wat heesters in de buitenwand, zoals Prunus laurocerasus ’Polster’, Berberis ’Tiny ’n’ Spiny’, Berberis buxifolia ’Nana’, Cotoneaster dammeri ’Major’, Euonymus fortunei ’Emerald Gaiety’, Hedera helix ’Arborescens’ en Viburnum davidii.
In de verticale tuin staan vooral soorten waarvan uit ervaring is gebleken dat ze uitstekend gedijen op groene wanden, bijvoorbeeld sterke Geraniumcultivars zoals Geranium macrorrhizum ’Spessart’ en Geranium cantabrigiense ’Cambridge’. Heuchera presteert verticaal zelfs beter dan horizontaal onder meer omdat de planten in de grond vaak te lijden hebben onder de vraat van taxuskevers.
Puntjes op de i
Bijzonder effect
Voor de oplevering worden de puntjes op de i gezet. Planten die door opslag of transport beschadigd zijn worden vervangen. Schadenberg verzorgt het onderhoud aan de wand nog tenminste drie jaar.
De groene wand die van binnen naar buiten doorloopt geeft een bijzonder effect. Doordat de wand schuin staat krijgen ook de planten onderin volop licht.
TuinenLandschap | 18 | 2014
BILLY GOAT
QUIET VAC QV WERELD STILSTE BLAD- EN GROFVUILZUIGERS t Duw of zelfrijdende modellen t 5.5 pk of 9.0 pk Honda t Cycloonfilter reduceerd stof uitwerp t 6 bladige verkleiningswaaier t Gigantische zuigkracht t Hoogte traploos instelbaar Model SP met stuurbekrachtiging t Hydrostatisch aandrijving (SP) OPTIES t On-board kit t Zuigsl g 3
De Korten Bruggert 5 - 4266 ER Eethen Telefoon (0416) 35 57 70 - Fax (0416) 35 57 79 info@lankhaartechniek.nl
www.lankhaartechniek.nl
DĂŠ vakbeurs voor tuin, park en retail The Experience Shop / E-commerce in tuinbranche (Edwin Meijer) / Toekomst Garden Phyto (Phytofar) / Omnichannel in retail: antwoord op e-commerce (Gino Van Ossel) / Garden Center Awards
Bestel uw
21 I 22 I 23 september 2014
GRATIS ticket
op www.green-expo.be met promocode: 201
Flanders Expo Gent
Gezocht winnaar STONEdesign Award! Green Expo t de komende editie de Stone Design 2014 voor de tuinarchitect, tuinaannemer en de producent/leverancier van verhardingen. U kan zich gratis inschrijven met een creatief project of realisatie waarbij de focus ligt op t ti of verharding die een mooie combinatie vormt met het aanwezige groen.
@GreenExpo2014
Green-Expo
SCHR JF IN VIA WWW GREEN EXPO BE EVENTS n
j
n
Werk in uitvoering
Wat Wie
Tekst Peter Bennink Beeld Gerdien de Nooy
Zelf een bijzondere aanlegof onderhoudsklus voor deze rubriek? Mail naar
pbennink@hortipoint.nl
Snoeien laanbomen Copijn/Gemeente De Bilt Op een vrijwel lege weg is Copijn Boomspecialisten doende bomen langs wegen in de gemeente De Bilt te snoeien. Het gaat om regulier onderhoud aan vooral zomereiken en Amerikaanse eiken. De doorgaande wegen worden helemaal afgezet omdat de kronen daar veelal over beide weghelften groeien. Toch blijft het goed opletten op fietsers, wandelaars en omwonenden. Het snoeien van het totale bomenbestad zal
ruim een half jaar duren. Om de overlast voor het verkeer zoveel mogelijk te beperken is ervoor gekozen om de werkzaamheden langs de hoofdwegen in de zomervakantie uit te voeren. Van 07.00 tot 19.00 wordt er gewerkt met twee hoogwerkers, en twee grondmannen. Medewerkers van de gemeente De Bilt zorgen voor het afzetten van de wegen en het opruimen van het snoeisel met de knijpwagen. <
37
Machines en Gereedschap
QTRAK 1200 stabiele vier-wiel De pittige QTRAK heeft een star frame en is speciaal ontwikkeld als tegenhanger voor de knikbestuurde wielladers en shovels omdat je met de grotere stabiliteit van een star frame met een machine met dezelfde afmetingen wat meer gewicht kunt heffen.
Tekst en beeld Marein Kolkmeijer
38
TuinenLandschap | 18 |2014
H
et voordeel van een shovel met een vast frame ten opzichte van een kniklader is dat het contragewicht en de ballast altijd even ver uit elkaar blijven. Bij een kniklader draaien die gewichten naar elkaar toe in een bocht en wordt de machine aan een zijde zwaarder. Intussen draaien ook de wielen naar elkaar toe juist aan de zwaarste kant. Zo wordt de machine dus instabieler. Een vier-wielbestuurde machine in dezelfde vermogenscategorie met een frame uit ĂŠĂŠn geheel kan daarom zwaarder belast worden en zal minder gemakkelijk omkantelen bij manoeuvreren met ballast. QTRAK heeft twee series de 1200 serie en de 1500 serie. De machines in de 1200 serie zijn het meest geschikt voor de groensector. Ze zijn een stuk lichter en kunnen nog op een aanhanger worden getransporteerd. De 1200 machines hebben vier onaf-
hankelijke hydraulische wielmotoren aan een vast frame. Daardoor liggen deze machines lager bij de grond en zijn ze feitelijk stabieler dan de veel zwaardere QTRAK1550. In de 1200 serie zitten de 1235 de 1240 en de 1240 DV. De 1235 heeft 25 kW/33 pk vermogen, de 1240 30 kW/40 pk. De DVuitvoering heeft twee snelheden en kan daarmee tot 25 km/u rijden. De QTRAK 1235 rijdt tot 20 km/u. Dankzij de directe vier-wielbesturing, en aandrijving, hebben de machines drie manieren van besturing en aandrijving waaruit je kunt kiezen al naar gelang de arbeidsomstandigheden: voorwielbesturing en -aandrijving, bij transportsnelheden hoger dan 20 km/u het veiligst, vier-wielaandrijving en -besturing voor werk op moeilijk terrein. De derde optie is de hondengang, waarbij de vier wielen parallel blijven.
Onderhoud Met open geklapte motorkap is de motor gemakkelijk bereikbaar voor onderhoud. De inhoud van de brandstoftank is 56 liter. Daarmee is de machine lange tijd inzetbaar. Mede dankzij het lage brandstofgebruik doordat al bij een laag toerental goed wordt gepresteerd.
Hondengang Een aardige eigenschap van de QTRAK is dat hij in hondengang kan rijden. Het voordeel hiervan is dat je dan niet in het eigen spoor rijdt met de achterwielen. Dat geeft meer grip en beperkt schade op nat terrein. Bovendien kan het makkelijk zijn bij het manoeuvreren in kleine ruimtes.
Telescooparm De QTRAK is ook leverbaar met een telescooparm. Deze kost € 4.000 extra terwijl de arm er nauwelijks 30 cm langer door wordt. Maar hij werkt wel heel goed. De onderzijde van de bak is op zijn hoogst met standaardarm: 2.645 mm en met telescooparm: 2.977 mm.
gestuurde wiellader QTRAK 1240 DV Motor watergekoelde 3-cil. Yanmar Vermogen 30 kW/40 pk bij 3.000 rpm Kiplast 1.600 kg Rijsnelheid tot 25 km/u Afmetingen incl. bak l 3,90 x b 1,24 x 2,05 m Machinegewicht 2.140 kg Prijs excl. btw vanaf € 37.380
Cabine optioneel De machine wordt standaard zonder cabine geleverd, dat wil zeggen dat er geen ramen en deuren in het frame zitten. Mét cabine betekent dat het frame gesloten wordt met al dan niet scharnierende glazen panelen en dat er verwarming in komt. Airco is in de 1200 serie geen optie.
Bediening De drukknoppen van de hydraulische bediening zitten allemaal op één pook bij elkaar. Op een lcdscherm houd je alles in de gaten. Het vrij kleine stuurwiel stuurt vooral prettig en snel met de knop die erop zit. De stuurkolom is instelbaar evenals de ergonomische stoel. ▸ Zwienenberg, Markelo ▸ www.zwienenbergmarkelo.nl
TuinenLandschap | 18 |2014
39
BRANCHEWIJZER Afhaalcentrum
Automatisering
Automatisering
Beregening
CALCULEREN EN MEER! Een volledig calculatieprogramma dat aansluit bij het ideale beeld van u als hovenier en ondernemer; practisch en doeltreffend.
Probeer vrijblijvend een gratis proefperiode met support wanneer het bij u uitkomt.
www.espalier.nl info@espalier.nl 0413 - 26 09 37
EĂ? TPGUXBSF WPPS VX CFESJKG
ZZZ WVG QO Daktuinsystemen Eenvoudig meer controle
JOGP!JUHTPGUXBSF OM
Beton
ALLES VOOR UW TUIN
INFOGROEN Software BV T +31 (0)172 23 54 44 www.groenvision.com/hovenier Powered by
Ruim 30 jaar ervaring in: - Siertegels
Complete software oplossingen voor de hovenier en groenvoorziener
- Gebakken stenen - Sierbestrating - Natuursteen - Muur-/Stapelelementen - Voor ieder budget
Buiter Beton, verrassendâ&#x20AC;Ś veelzijdig... flexibel !!
www.buiterbeton.nl
Bel of mail voor meer informatie over advertentiemogelijkheden: tel: 0342-494889, fax: 0342-494299, e-mail: svstraffic@bdu.nl
592620.indd 40
25-8-2014 11:36:43
BRANCHEWIJZER D ktui
t m n
r
l at
terin
M t t ff n
O
g
WWW.EKOGRAS.COM ZIE ONZE NIEUWE WEBSITE
MET HOVENIERSUPPORT www.tfi4000.nl info@tfi4000.nl
t 035-5770970 f 035-5770971 m 06-10961851
EEN HOGER RENDEMENT WWW.HOVENIERSUPPORT.NL
OOK VOOR SEDUMROLL MATTEN
n
telefoon: 06 1029 2513 email: info@ekogras.com
Leverancier GROENE gevels en daken. Diverse substraten in 50 ltr. zakken. Professioneel advies voor hoveniers. Kom naar: Afhaalcentrum en kwekerij de Mient 1e Mientlaan 11 • 2223 LG Katwijk T 071 3646111 • E info@ugbv.nl
o n r ntm
ro
-
l at n
hting
Silva Cell Groeiplaatsconstructie Wortelschermen Boombakken Boomverankering Boomstambescherming Beluchting en Bewatering en diverse aanverwante producten
Duurzaam groen begint met een goede basisinrichting van het plantvak
www.greenmax.eu
n h n el
KWALITEIT, VAKMANSCHAP EN GARANTIE Het onafhankelijke keurmerk voor groene kwaliteit Geaccrediteerd door de Raad voor Accreditatie Aangesloten bij de Geschillencommissie Groen Vermeld op Consuwijzer
h ne Stichting Groenkeur T 030 - 659 5663 F 030 - 659 5655
O
E info@groenkeur.nl I www.groenkeur.nl
rg
ONDERHOUD BERMEN, GAZONS EN SPORTVELDEN BESTRIJDING EIKENPROCESSIERUPS MAAIEN OPENBARE RUIMTE VERREIKER VERHUUR EN MACHINES Bedrijvenpark Twente 417a 7602 KM Almelo / 0546 - 572111
www.grootgroener.nl
Bel of mail voor meer informatie over advertentiemogelijkheden: tel: 0342-494889, fax: 0342-494299, e-mail: svstraffic@bdu.nl
Gespot
▸Glasoverkapping/kasveranda ▸Ontworpen door Sander Stam van Stam Tuinvormgeving in Veenendaal ▸Bestaand uit hout, glas en staal ▸Op maat te maken ▸Meer info: www.stamtuinvormgeving.nl
Lichte glasoverkapping Met glas en houten spanten heeft Sander Stam uit Veenendaal een lichte overkapping ontworpen. Hij speelt daarmee in op de trend dat er steeds meer veranda’s in tuinen worden gemaakt. „Maar die pakken vaak donker uit.” Zijn kasveranda is in elk gewenste maat leverbaar.
Tekst Miranda Vrolijk Beeld Stam Tuinvormgeving
S
tam is zowel tuinontwerper als hovenier; in Veenendaal runt hij zijn bedrijf Stam Tuinvormgeving. Hij heeft een fascinatie voor oranjerieën en kassen „maar die laatste zijn meestal lelijk vormgegeven.” Daarnaast vindt hij dat de veranda’s die momenteel veel in tuinen worden gemaakt, vaak donker uitpakken. Daarom besloot hij om zelf een lichte overkapping te ontwerpen, die qua vormgeving veel weg heeft van een kas. Op de beurs Fleurig in juni van dit jaar presenteerde hij de overkapping voor het eerst. Het concept is minimalistisch. De spanten waartussen het glas wordt bevestigd, zijn van hout. „Dat zorgt voor een warme uitstraling terwijl de overkapping zelf heel licht is.” Stam gebruikt het liefst onbehandeld Douglas/Larix-hout omdat deze soort mooi verweert en lang meegaat. Het
is ook mogelijk om een andere houtsoort te gebruiken, zolang het hout maar niet geverfd wordt. „Want dan kun je net zo goed de gebruikelijke stalen spanten gebruiken.” Volgens Sander Stam is de bouw van de overkapping niet erg ingewikkeld: „Is het eerste spant in de gewenste maat gemaakt, dan is het daarna een kwestie om die te dupliceren in het benodigde aantal. Je zou kunnen zeggen dat de kas eenvoudig prefab te produceren is.’’ Met behulp van staal wordt tussen het hout het gelaagde glas bevestigd. De overkapping is in elke gewenste maat leverbaar. Zo bouwt Stam momenteel bij een bloemist in Veenendaal een overkapping die bijna 14 m lang is, 4 m diep en 5 m hoog. Die wordt tegen een blinde muur geplaatst, zodat het meer de sfeer van een serre of oranjerie oproept. „Maar dan zonder de klassieke vormgeving, mijn ontwerp is heel strak’’, benadrukt Stam. De overkapping kan op verschillende manieren worden ingericht. Tijdens de beurs had de tuinontwerper er kasten ingemaakt voor het uitstallen van foldermateriaal, maar je zou er ook een maatwerk loungebank in kunnen maken of zoals in het geval van de bloemist, winkelschappen. De prijs voor de overkapping hangt uiteraard af van de afmetingen, Sander Stam schat dat de kasveranda die hij voor de beurs heeft gemaakt, zo’n 2.500 euro heeft gekost. <
TuinenLandschap | 18 | 2014
43
Leveranciersnieuws De informatie in deze rubriek is verstrekt door de leveranciers
Berschermd in de zon Het blootstellen aan ultraviolette straling is een risico van veel buiten werken. Werkkleding met een uv-factor biedt bescherming. Naast het smeren met zonnebrandcrème vormt bedrijfskleding voor werknemers die veel buiten werken een belangrijk wapen tegen
schadelijken gevolgen van de zon. HaVeP biedt met Titan een kledinglijn aan met de UPF-factor 40-50. Volgens de fabrikant blokkeert deze factor 97,5 tot 99 % van de totale uv-stralen. De kledinglijn bevat werkbroeken, (Amerikaanse) overalls, korte jassen en vesten.
▸ Van Puijenbroek Textiel | (013) 531 32 33 | www.vptex.com
Spiel-Bau Nederland Begin dit jaar is een zelfstandige Nederlandse vestiging geopend van het Duitse bedrijf Spiel-Bau. De Nederlandse vestiging levert naast eigen producten outdoor-muziekelementen van Percussion Play en de speelelementen van Hand Made Places. Spiel-Bau maakt speeltoestel-
len met de basismaterialen roestvrijstaal en hout, waarbij bij het gebruik van hout altijd de keuze tussen Robinia en Douglas is. De fabrikant gaat flexibel om met klantenvragen. De productie vindt plaats in eigen huis, waardoor onderscheiden met eigen ideeën en kleuren geen probleem is.
▸ Spiel-Bau Nederland | (0570) 60 66 76 | www.spiel-bau.nl
Radiografisch bestuurbaar jj Dabekausen heeft drie modellen radiografisch bestuurbare machines van McConnel toegevoegd aan het gamma: Robomow, Robozero en Robopower. McConnel Robomow is een vereenvoudigde uitgave van de Robocut. Omdat hij één rijsnelheid heeft, geen extra dubbelwerkende functies en geen Cleanfix systeem, ontstaat een prijsvoordeel van 10%
44
TuinenLandschap | 18 | 2014
ten opzichte van de Robocut. Robomow is voorzien van een 33 pk-dieselmotor. De Robozero van McConnel is een op afstand bedienbare zero-turnmaaier met optioneel een cirkelmaaidek of een klepelmaaier. Deze machine kan taluds aan met een stijging tot 33 graden en is aangedreven met een 33 pk-dieselmotor. Robopower is onderdeel van de nieuwe
generatie onbemande tractoren die de veiligheid van de productiviteit verbeteren door het weghalen van de bestuurder uit de gevarenzone. Deze machine is uitgevoerd met een 140 pk-dieselmotor, een front- en achterhef met PTO. ▸ jj Dabekausen | (0475) 488 70 21 | www.dabekausen.com
Kort
onderwijs
Kees van der Spek Tuinmachines is aangesteld als exclusief distributeur van Kaaz producten in Nederland. Kaaz is een Japanse fabrikant van gras- en gazonmachines, standaard voorzien van cardanaandrijving en een mesremkoppeling.
De Nationale Gazondemodag zoomt in op bodem. De praktijkdag voor hoveniers en gemeentelijke groenvoorzieners wordt gehouden op 24 september en heeft het motto ’Een gezonde bodem is het halve werk’. Toegang is, na voorinschrijving, gratis.
▸ Kees van der Spek Tuinmachines | (0182) 34 25 90 | www.keesvanderspek.nl
▸ Nationale Gazondemodag | 24 september | Eemnes | www.nationalegazondemodag.nl
Collé Rental & Sales is nu ook importeur van de groene Kramer machines. Deze groene lijn machines zijn speciaal ontwikkeld voor doeleinden in de agrarische en tuin- en parksector en bestaat uit wielladers, teleladers en verreikers.
Louis Nagel is de nieuwe Yanmar Agriculture importeur voor de Benelux. Yanmar wil in de komende vijf jaar zijn assortiment landbouwmachines verbreden, met onder andere een tractorserie met verschillende tractoren tot en met 100 pk.
▸ Collé Rental & Sales | (046) 457 41 00 | www.colle.eu
▸ Louis Nagel | www.luisnagel.com
Metropolitane Landschapsarchitectuur - Stedelijke parken en landschappen heeft onlangs de René Pechère Prijs ontvangen, een literaire prijs voor het beste Nederlandstalige boek over tuinkunst en landschapsarchitectuur. Het boek is in 2011 verschenen en geschreven onder eindredactie van Clemens Steenbergen en Wouter Reh. ▸ ISBN 978-90-6868-595-6 | www. bvrp.net
Iris Strijd is de nieuwe marketingmanager van Husqvarna Benelux. Ze was al werkzaam bij Gardena en Husqvarna en is nu verantwoordelijk voor alle marketingactiviteiten van o.a. de merken Husqvarna, Gardena en McCulloch.
Nordwin College start met Leidinggeven in de Groene sector, een opleiding voor het middenmanagement. In dertig cursusdagen, verspreid over anderhalf jaar, versterken de deelnemers hun sturende en leidinggevende vaardigheden. De opleiding start in september 2014. ▸ Nordwincollege | (058) 284 65 54 | www.nordwincollege.nl
In het kader van het Instellingsplan 2014-2017 heeft Hogeschool VHL Harry Ankoné aangesteld als hun nieuwe directeur Water & Land/Natuur. VHL heeft als ambitie internationale groene kennisinstelling te zijn o.a. op het gebied van watermanagement, natuurontwikkeling en landschapsinrichting.
▸ Husqvarna Benelux | (036) 521 00 35 | www.husqvarnagroup.com
▸ VHL | hogeschoolvhl.nl
De overgang van fossiele brandstoffen naar hernieuwbare energie is een van de grootste uitdagingen van de eenentwintigste eeuw. Het boek Landschap en energie gaat over het effect van deze transitie op onze omgeving. De opties en keuzes voor het komende ’postfossiele tijdperk’ zijn uitgewerkt in ontwerpvoorbeelden op verschillende schaalniveaus.
In de Atlas voor gemeenten worden jaarlijks de vijftig grootste gemeenten van Nederland op vijftig punten met elkaar vergeleken. Het thema van 2014 is Economie en arbeidsmarkt, een actueel thema gezien de participatiewet. Moeten gemeenten in staat worden geacht de locale economie te versterken en de arbeidsparticipatie te vergroten?
▸Landschap en energie | ISBN 978-94-6208-112-3 | €65
▸Atlas voor gemeenten 2014 | €59 | www.voc-uitgevers.nl
Boeken Jaarlijks selecteren Nederlandse ontwerpopleidingen op het terrein van architectuur, stedenbouw en landschapsarchitectuur hun beste afstudeerplannen. Het boek Archiprix Nederland 2014 introduceert de laatste lichting aanstormend talent en is een voorspeller van toparchitecten van de toekomst. In het boek worden vier projecten uitgelicht. ▸Archiprix Nederland 2014 | ISBN 978-94-6208-144-7 | €24,50
In het praktische Zakboekje voor de moestuin geven deskundigen van de Royal Horticultural Society gebaseerd op expertise en ervaring antwoorden op vragen als ’welke soort is geschikt voor mijn moestuin’ of ’wanneer moet ik zaaien of planten’. Ook informatie over grondsoorten, ziekten en plagen is in het boekje te vinden. ▸Zakboekje voor de moestuin | ISBN 978-94-91853-07-4 | €17,95 (tot 1 januari 2015 €14,95)
TuinenLandschap | 18 | 2014
45
Agenda
Cursussen
Landschapstriënnale Evenement, t/m 21 september, Elst.
Boomsoorten, bomenontwerp en oplossen van bomenproblemen Combi-cursus, 2 september, Eindhoven.
▸ www.landschapstriennale.nl
Bomen voor de toekomst voor boomkwekerij en groenvoorziening Innovatiedag, 11 september, Cuijk. ▸ www.dlvplant.nl
Planten uit de oertijd Tentoonstelling t/m 1 oktober, Leiden.
▸ www.bomenkennis.nl
▸ www.hortus.leidenuniv.nl
Het landschap van de vooruitgang Symposium, 5 september, Elst.
Franciscus en de natuur Tentoonstelling, t/m 12 oktober, Uden.
▸ www.landschapstriennale.nl
▸ www.museumvoorreligieuzekunst.nl
Veiligheid van speelgelegenheden Praktijkcursus, 8 september, 16 oktober, diverse locaties.
Urbane natuur - Praktisch natuurbeheer voor levensgemeenschappen Workshop, 11 en 23 september, Noord-Brabant en Utrecht.
▸ www.keurmerk.nl
▸ www.ravon.nl
Kunstduinen - Praktisch natuurbeheer voor levensgemeenschappen Workshop, 9 en 25 september, Noord- en Zuid Holland.
Inspecteur veiligheid van speelgelegenheden Opfriscursus, 11 september, 2 oktober, diverse locaties.
Kroonjuwelen Tentoonstelling, t/m 31 december, Amsterdam. ▸ www.dehortus.nl
Demo 29 en 30 augustus, Lienden. ▸ www.donselaar-groen.nl
Tuinfair 29 en 30 augustus, Dwingeloo. ▸ www.harrieboerhof.nl
Wilde Weelde Wereld Belevingsdag, 30 augustus, Appeltern. ▸ www.wildeweelde.nl
Saltex Mechanisatiebeurs, 2 t/m 4 september, Windsor, Engeland. ▸ www.iogsaltex.com
Agrotechniek Holland 10 t/m 13 september, Biddinghuizen. ▸ www.agrotechniekholland.nl
GardenExperience Groen congres, 12 september, Apeldoorn. ▸ www.gardenexperience.nl
▸ www.hogeschoolvhl.nl
▸ www.cobra-adviseurs.nl
▸ www.keurmerk.nl
▸ www.ravon.nl
Gladheidsbestrijding voor wegbeheerders Cursus, 10 september, Ede, 11 november, Zwolle. ▸ www.crow.nl
Meet & Green over project Schoon Water 10 september, Zundert.
Groen onderwijs naar de toekomst Symposium, 11 september, Boxtel. ▸ www.helicon.nl
Benchmarken gemeentelijk groen Studiedag, 15 september, Hoogeveen ▸ www.stadswerk.nl
▸ www.cultus.nl
Groen verbindt in een energieke samenleving Nationale groendag, 10 september, Groningen.
Bomenbeheer van A tot Z Zesdaagse cursus, 16 september, Hoeven. ▸ www.ocbor.nl
▸ www.nationalegroendag.nl
Waterproof en klimaatbestendig ontwikkelen Masterclass, 10 en 18 september, Elst. ▸ www.landschapstriennale.nl
Pimp jouw carrière 12 september, Larenstein.
Kwekerijsafari 11 september, Regio Flevopolders.
Heide en hoogveen - Praktisch natuurbeheer voor levensgemeenschappen Workshop, 16 september en 2 oktober, Noord-Brabant en Overijssel. ▸ www.ravon.nl
Bomen voor heesters en bijen Cursus, 10 september, Oosterbeek. ▸ www.cursuscentrumcambium.nl
Trends en ontwikkelingen openbare ruimte Vierdaagse cursus, 16
september, ’s-Hertogenbosch. ▸ www.haskennistransfer.nl
Hergebruik van bomen in een stedelijke omgeving Cursus, 16 september, Bleskensgraaf. ▸ www.cursuscentrumcambium.nl
Communicatie met bewoners en belanghebbenden Cursus, 16 september, Arnhem. ▸ www.cursuscentrumcambium.nl
Herkennen van bomen, zomerherkenning Cursus, 16 en 17 september, Wageningen. ▸ www.cursuscentrumcambium.nl
Bomen en recht Basiscursus, 18 september, Cuijk. ▸ www.cobra-adviseurs.nl
Rivierenlandschap - Praktisch natuurbeheer voor levensgemeenschappen Workshop, 18 september en 3 oktober, Noord-Brabant, Zuid Holland en Gelderland. ▸ www.ravon.nl
Beheer van bomen in parken en domeinen Cursus, 23 september, Arnhem. ▸ www.cursuscentrumcambium.nl
Inrichten en verbeteren groeiplaatsen met moderne groeiplaatsoplossingen Cursus, 23 en 24 september, Wolfheze. ▸ www.cursuscentrumcambium.nl
Natuurlijk spelen en het WAS Cursus, 24 september, Delft. ▸ www.keurmerk.nl
Colofon Tuin en Landschap is een tweewekelijkse uitgave van de Stichting Vakinformatie Siergewassen en BDUmedia, Vak- en Publieksmedia, Issnnummer 016 533 50 Schipholweg 1 Postbus 9324, 2300 PH Leiden www.tuinenlandschap.nl Secretariaat: Linda Laman en Alice Hoogenboom (071) 565 96 78 tuinenlandschap@hortipoint.nl
46
Redactie Bakker hoofdredacteur (071 565 96 55 / wbakker@hortipoint.nl ▸ Peter Bennink vakredacteur (071) 565 96 53 / pbennink@hortipoint.nl ▸ Ralph Mens vakredacteur (071) 565 96 52 / rmens@hortipoint.nl ▸ Miranda Vrolijk vakredacteur (071) 565 96 56 / mvrolijk@hortipoint.nl ▸ Alice Hoogenboom redactie-assistent (071) 565 96 79 / ahoogenboom@ hortipoint.nl ▸ Gerdien de Nooy fotograaf ▸ Jenny Mostert, Carolyne de Vries Lentsch, Jolanda de Wekker bureauredacteuren ▸ Diseno vormgeving ▸ Wendy
TuinenLandschap | 18 | 2014
Abonnementenservice Aanvraag en wijziging abonnement naar BDUmedia, afdeling Vak- en Publieksmedia Postbus 67, 3770 AB Barneveld T (0342) 49 48 44 F (0342) 41 31 41 abonnementen@bdu.nl Abonnementsprijs per jaar: €240 (excl. 6% btw). Studenten en scholieren €180 (25% korting, excl. btw). Buitenlandse abonnees betalen een toeslag voor portokosten. Abonnementen kunnen op elk gewenst tijdstip ingaan, lopen automatisch door, tenzij uiterlijk 2 maanden voor de vervaldatum is opgezegd bij de abonnementenservice. Dit kan schriftelijk, telefonisch of per e-mail. Ook voor informatie over een lopend abonnement kan contact worden opgenomen met de abonnementenservice. Voor inhoudelijke vragen en opmerkingen en voor vragen aan externe auteurs kunt u contact opnemen met de redactie.
Exploitatie BDUmedia, afdeling Vak- en Publieksmedia ▸ Wiljo Klein Wolterink mba uitgever (0342) 49 42 63 Advertentie-exploitatie BDUmedia, afdeling Vak- en Publieksmedia ▸ Gert-Jan Bloemendal media adviseur (0342) 49 48 07 / g.bloemendal@bdu.nl ▸ Ron van de Hoef verkoopleider (0342) 49 42 63 / r.v.d.hoef@bdu.nl Druk BDUprint
©BDUmedia, 2014 Alle rechten voorbehouden Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande toestemming van de uitgever. Algemene voorwaarden op alle aanbiedingen, offertes en overeenkomsten van BDUmedia zijn van toepassing de voorwaarden, welke zijn gedeponeerd ter Griffie van de Arrondissementsrechtbanken en de KvK. Uitgever en auteurs verklaren dat dit blad op zorgvuldige wijze en naar beste weten is samengesteld; evenwel kunnen uitgever en auteurs op geen enkele wijze instaan voor de juistheid of volledigheid van de informatie. Uitgever en auteurs aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard ook, die het gevolg is van handelingen en/of beslissingen die gebaseerd zijn op bedoelde informatie. Lezers worden met nadruk aangeraden deze informatie niet geïsoleerd te gebruiken, maar af te gaan op hun professionele kennis en ervaring en de te gebruiken informatie te controleren.
Foto Ank van Lier
Groene Gast
Han Fleuren Wat zijn dat voor fruitboompjes op de foto? „Dit zijn MiniTrees, kleine, smalle appelboompjes die weinig onderhoud vergen. De MiniTree komt uit de koker van onze vruchtboomkwekerij, maar valt inmiddels onder een apart bedrijf, gerund door mijn vrouw en zus. Als kwekerij werken wij al jaren aan een smalle, onderhoudsvrije en ziekteresistente boom voor de professionele fruitteelt. Deze boom is er nog niet, maar onze zoektocht bracht in 2009 wel de MiniTree voort.”
Waar worden deze kleine fruitboompjes toegepast?
Han Fleuren is eigenaar van Boomkwekerij Fleuren in Baarlo.
„De particuliere afzet is het belangrijkst: veel mensen maken een fruithaag van de MiniTrees, of geven een MiniTree cadeau. Met name onze deelname aan de Floriade, in 2012, heeft de afzet
een impuls gegeven. De toepassing in openbaar groen is nog beperkt, maar wel groeiende. In Amsterdam zijn MiniTrees bijvoorbeeld aangeplant als afscheiding van een voetbalveld, om de sportende jeugd in contact te brengen met fruit.”
Jullie liften mee op de toenemende belangstelling voor eetbaar groen? „Absoluut. Mensen willen steeds meer beleving in hun tuin, hun zintuigen moeten geprikkeld worden. Naast mooie vormen, kleuren en geuren, voeg je met eetbaar groen nog een dimensie toe aan de tuin: proeven. Daarnaast vergroot eetbaar groen de aantrekkingskracht van een tuin. En daar is ook de hovenier bij gebaat. Ik ben ervan overtuigd dat de opmars van eetbaar groen nog niet ten einde is.”
Welke rol ziet u hierin voor de hovenier? „Hoveniers kunnen een bijdrage leveren aan een gezondere leefwijze van mensen, door meer fruit en groenten toe te passen in tuinen. Zij kunnen een schakel zijn tussen de fruitteler en de consument. En dat is belangrijk, ook in het licht van de Russische boycot.”
Welke rol speelt de MiniTree nog in uw dagelijkse werkzaamheden? „Ik ben directeur van een vruchtboomkwekerij, dus het kweken en verkopen van bomen voor de professionele fruittelers is mijn belangrijkste taak. Maar ik ben ook nog steeds een belangrijke ambassadeur van de MiniTree. Gewoon, omdat ik hier blij van word.” <
TuinenLandschap | 18 | 2014
47
Boomrooierij Weijtmans méér dan bomen rooien
Diverse vrachtauto’s inzetbaar
Veilig snoeien m.b.v. een hoogwerker
Leveren van houtsnippers aan locale centrales
Bomen rooien Bomen snoeien Stobben frezen / rooien Transport Hijswerk In- en verkoop van hout Advies In-/verkoop van houtsnippers Afvoeren van snoeihout en blad
Boomrooierij Weijtmans beschikt over goed opgeleide treeworkers en tree technicians, zodat ieder karwei een honderd procent tevreden klant oplevert. Uniek zijn onze telescoopkranen, waarmee we tot een hoogte van 32 meter takken vast kunnen pakken en afzagen, voor veilig en gecontroleerd rooien van bomen. Onze derde telescoopkraan is in bestelling. Onze opdrachtgevers zijn particulieren, bedrijven, instellingen en de overheid. Wij zijn tevens leerbedrijf en gecertificeerd iepen verwijderaar. Erbo erkend, VCA**, NEN, ISO 9001 en Groenkeur gecertificeerd. Natuurlijk komen wij graag bij u langs om de situatie en eventuele obstakels vakkundig te beoordelen.
Telescoopkraan met werkhoogte van 42 meter
Wij melden u met gepaste trots dat wij als eerste boomrooierij in Nederland onze audit voor de CO2 prestatie ladder niveau 3 met goed gevolg hebben doorstaan. Dit is voor ons een bevestiging dat we op de goede weg zijn en voor u het bewijs dat u met de juiste partner in zee gaat. Graag tot uw dienst, Kees Weijtmans
Uw juiste partner is u graag van dienst
Kreitenmolenstraat 175
Tel. 013-51114 83
algemeen@weijtmans.nl
5071 BD Udenhout
Fax 013-511 43 73
www.boomrooierijweijtmans.nl