Ways To Sea
WAY S T O S E A
DEC 2019 NUMMER 4
ARE WAYS TO SEE
Havengildediner 2019
Mastworp basis voor meer samenwerking
Klaar voor de energie van de toekomst Vopak verder onder de naam EVOS
70 jaar scheepsreparatie Damen Oranjewerf jubileert
1
07
Havengildediner 2019 Verslag van de 74ste editie in Hotel Okura Amsterdam
Nieuw Havenmeester Milembe Mateo schaakt liefst op meer borden
COLOPHON Ways to Sea #4 december 2019
gemeentebesturen in de Metropoolregio
Hoofd- en eindredactie
Aan dit nummer werkten mee
Ways to Sea is het magazine van
Amsterdam, politici, particulieren,
Roel Mostert
Bart Banning, Dieuwke de Boer,
Amports iedereen die werkzaam is en
ondernemers en belangenverenigingen.
zich betrokken voelt bij havens van
Goed voor circa 10.000 lezers.
Paulette Mostart, Rob Schoemaker en Ontwerp en art-direction
Cees Visser.
Saiid & Smale
Amsterdam. Het magazine biedt nieuws
42
Seamen’s Centre Luisterend oor in de haven voor zeelieden
05
06
Preview Annemarie Manger: Havengildediner verbreedt de zichtbaarheid van de haven
Short Sea Ligging en goede infrastructuur Amsterdam biedt haven kansen
Havenpenning Amsterdam Tjeerd Schulting emotioneel door toekennen onderscheiding
70 jaar Damen Oranjewerf Dokbezetting van bijna 100%
32
Havenbedrijf Twee pilots richting schoner en emissieloos varen
20
EVOS voorheem Vopak Klaar voor de energieopslag van de toekomst
Column Schone scheepvaart
Advertentie-acquisitie
en achtergronden over onderwerpen
Adres
die actueel zijn in de havensector
Stichting Amports
Opmaak
Amports
van Amsterdam, Zaanstad, Beverwijk
Ruijterkade 7
Saiid & Smale
E-mail: amports@amports.nl
en IJmuiden. De focus ligt daarbij op
1013 AA Amsterdam
Rob Donders Grafisch ontwerp
Tel.: 020-627 3706
mensen, bedrijven en organisaties in en
Tel.: 020 - 627 3706
rond het Noordzeekanaalgebied. Ways
E-mail amports@amports.nl
Fotografie
Druk
Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk of welke andere wijze dan ook zonder
to Sea komt uit in een oplage van 3.500
Twitter: @Amports
Anko Stoffels, Paul Daumas,
Aeroprint, Ouderkerk aan de Amstel
voorafgaande toestemming van de uitgever. Hoewel aan het samenstellen en het tot stand komen van deze uitgave de grootst mogelijke
exemplaren en wordt gratis verspreid
www.amports.nl
Benjamin Kotek, Port of Amsterdam,
zorg is besteed, kan de afwezigheid van (druk)fouten, onjuistheden, onvolkomenheden en/of onvolledigheden niet worden gegarandeerd
Machiel Kraaij
en zijn de auteur(s), de redacteuren en de uitgever niet aansprakelijk hiervoor, noch voor de gevolgen hiervan.
onder participanten van Amports,
Inhoud
04
Passengers Terminal Amsterdam Ziet het aantal aanlopen na 2021 groeien
P
Passenger Terminal Amsterdam (PTA) aan de Zuidelijke IJ-oever heeft sinds de opening in 2000 al ruim 3,8 miljoen passagiers ontvangen op de terminal. Passagiers komen van over de hele wereld naar Amsterdam gereisd om de Nederlandse hoofdstad te bezoeken. De
WAY S T O S E A
meest voorkomende nationaliteiten aan boord van de schepen zijn Engels, Duits, Amerikaans en Nederlands. Vanaf de opening deden in totaal ruim 2.100 schepen PTA aan. Dit totaal bestaat uit twee verschillende soorten aanlopen: transit calls
en turn arounds. Bij een turn around is PTA het begin of eindpunt voor een cruisepassagier. Bij een transit call gaan dezelfde passagiers na hun bezoek weer terug aan boord en varen zij verder naar een volgende haven.
Volgens planning komt het aantal aanlopen in 2020 uit op 116 (117 in 2019). In 2018 bedroeg het aantal aanlopen in Amsterdam nog 181 cruiseschepen. De PTA heeft er bij monde van managing director Dick de Graaff alle vertrouwen in dat de groei vanaf 2022 verder doorzet.
PREVIEW
Zichtbaarheid In het laatste nummer van 2019 kijken we uitgebreid terug op de 74ste editie van het Havengildediner. Niet voor niets is het evenement uitgegroeid tot hét moment van het jaar voor iedereen die werkzaam is of zich betrokken voelt bij de havens van het Amsterdam. Hier ben je zichtbaar voor politiek, bestuur, ondernemers en organisaties die iets van je ‘vinden’. En dat we dan uitpakken zoals dit jaar, maakte zichtbaar indruk op alle aanwezigen. Ook op onze hoofdgasten; de burgemeester van Amsterdam, Femke Halsema, en havenwethouder Victor Everhardt. Laatstgenoemde smaakte het genoegen de Havenpenning Amsterdam te mogen uitreiken aan Tjeerd Schulting, de bevlogen managing director van Damen Shiprepair Amsterdam. Zichtbaar geëmotioneerd nam hij de onderscheiding in ontvangst. Ondernemers als Tjeerd zijn van onmisbaar belang bij het in de toekomst loodsen van onze haven. Hij zorgt dat we zichtbaar zijn en belangrijk worden gevonden.
‘We kunnen niet vaak genoeg benadrukken hoe belangrijk de havens zijn voor de Amsterdam metropoolregio’
Voorafgaand aan het Havengildediner hadden we bij verschillende organisaties om input gevraagd. Welke zaken verdienen onze aandacht? ‘Ruimte’, was een unaniem, luid en duidelijk antwoord. De roep om het behoud en uitbreiding van ruimte. Fysieke ruimte, om te kunnen blijven ondernemen. De stad rukt op, er is een grote woningbouwbehoefte en tegelijkertijd bestaat het havengebied bij de gratie van genoeg ruimte. En die raakt in het gedrang. Het moet ook gaan over infrastructuur: genoeg rails voor distributie naar het achterland, genoeg doorvaart-, aanleg- en ligmogelijkheden voor cruiseschepen, en genoeg beschikbaarheid en doorvoermogelijkheid van energie. Goede timing dat burgemeester Halsema ‘entre nous’ tegemoet kwam aan de twijfels die leven in de haven over de beoogde woonwijk Haven-Stad: de in dit gebied gevestigde bedrijven mogen daar nog tot 2040 blijven! De belofte leverde haar een goedkeurend applaus op. Als ook de opmerking dat het stadsbestuur bij de grote maatschappelijke opgaven die op ons afkomen soms te snel voorbij gaat aan wat dat voor de haven betekent. Als ik om mij heen de meningen pols en tegelijkertijd de positieve berichten op social media turf, dan ben ik overtuigd dat het Havengildediner meer dan andere evenementen de thermometer is die toont hoe we er in de haven voorstaan. Dat maakt het een onmisbaar fenomeen in ons aanbod en het ultieme middel om de zichtbaarheid van de havencommunity op peil te houden. Prettige feestdagen en een zeer voorspoedig 2020! Annemarie Manger Voorzitter Amports
4
5
WAY S T O S E A
die afgelopen weken het (haven-) nieuws domineerden. Deze en meer artikelen zijn in hun volledige lengte terug te vinden op onze website www.amports.nl. Ook met een artikel in Trending? Neem contact op met de redactie.
CJHendriks Group breidt uit Nieuwe loods (6500 m2) voor verpakte gevaarlijke stoffen CJHendriks Group heeft een nieuw warehouse voor verpakte gevaarlijke stoffen van 6.500 m2 in gebruik genomen. Met een loods breidt het bedrijf de opslag van deze stoffen flink uit. In de regio rond Amsterdam en Schiphol is een beperkte capaciteit aan opslag voor zogenoemde PGS15-stoffen. Deze gevaarlijke stoffen zijn stoffen die in de automobiel en chemische industrie worden gebruikt, maar ook in verzorgingsproducten en voedingsmiddelen voorkomen. De opslag vindt historisch veelal plaats rondom Rotterdam, maar met de komst van deze nieuwe loods is er sprake van een flinke uitbreiding van de capaciteit in de regio Amsterdams/Schiphol. Verbetering vestigingsklimaat De uitbreiding wordt door Femke Brenninkmeijer (director Energy, Cargo & Offshore Port of Amsterdam) aangemerkt als een verbreding van de logistieke dienstverlening in de regio die zorgt voor het verbeteren van het vestigingsklimaat. “Met de nieuwe PGS15 loods faciliteert CJHendriks Group de toenemende vraag naar specialistische opslag in onze regio.” De nieuwe loods wordt door het bedrijf aangemerkt als ‘state-of-the-art’. Het gebouw is klimaatneutraal en flexibele ingericht. De uitbreiding is voorzien van een CO2-blussysteem. Lees verder op www.amports.nl
Onderzoek WSP en Panteia wijst uit: Amsterdam heeft potentie als short see haven Amsterdam heeft door haar ligging in combinatie met haar goede logistieke infrastructuur goede kansen om haar positie als container-
6
Feeder diensten aantrekken Met de nieuwe sluis liggen er kansen voor grotere containerschepen (15.000 - 18.000 TEU). Het deep sea-volume heeft ook potentie om feeder diensten aan te trekken, om op deze manier andere havens te bedienen. Een groei in feeder volume zou ook mogelijkheden creëren om meer short sea-verbindingen op Amsterdam aan te kunnen bieden. Daarnaast is er vanuit het achterland ruimte voor verdere groei van containers die per binnenvaart naar Amsterdam worden vervoerd. Dit volume wordt gevormd door de bestaande binnenvaartstromen tussen de zeehavens van Rotterdam en Antwerpen en de binnenvaartverbindingen van Amsterdam met Noord- en Midden-Nederland en Duitsland.
Samenwerking als basis voor succes
Havengildediner
74
STE
Trending In trending nemen wij een selectie op van de artikelen
haven verder uit te bouwen. Onderzoeksbureaus WSP en Panteia geven aan dat het zeezijdige volume op Amsterdam sterk kan uitgroeien. Een quick-win hierbij is het verder doorontwikkelen van de short sea-verbindingen op Amsterdam. Op dit moment wordt 109.000 TEU ingevuld met de huidige short sea-diensten van onder andere Samskip. Verder zien de onderzoekers een mogelijke stijging in deep-sea overslag met de komst van de nieuwe zeesluis.
EDITIE
29 NOV Toename containerstromen De verwachting is dat de containerstromen per binnenvaart over het IJ daarmee flink toe zullen nemen. Voor directe containershuttles per spoor is er potentieel voor Amsterdam bij verbindingen met Duitsland. Voor containershuttles per spoor met Italië en Frankrijk liggen er ook kansen; Amsterdam ervaart hierin sterke concurrentie. Om het potentieel van Amsterdam als containerhaven waar te maken moeten belangrijke misconcepties in de markt over de 4de haven van Europa zoals vertraging door zeesluis, voorrang voor olietankers, onvoldoende besef van competitiviteit met betrekking tot kosten worden weggenomen. Lees verder op www.amports.nl
2019
Spanning, óntspanning. In die volgorde tekende zich een lijn af op het gros van de gezichten aanwezig op de 74ste editie van het Havengildediner. De thermometer van de haven trok ruim vijfhonderd havenbaronnen, maritieme dienstverleners en bestuurders, onder wie burgemeester Femke Halsema en havenwethouder Victor Everhardt. De avond werd aan elkaar gepraat door Jort Kelder; huiscabaratier Micha Wertheim ‘grillde’ de haven community. 7
WAY S T O S E A
O
Om de bijzondere avond van vrijdag 29 november 2019 in de Grand Ballroom van Hotel Okura Amsterdam een label te geven: samenwerking. Of zo u wilt, de wíl tot samenwerking. Treffend daarvoor was het moment dat spreekstalmeester Jort Kelder zich hardop afvroeg of er nog ‘zeelieden’ in de zaal waren, ‘mannen van staal’ die hupsakee, een ouderwetse mastworp of paalsteek konden leggen. Voordat koen overtoom goed en wel zijn mond opendeed, zag hij zich geconfronteerd met de ontblote onderarm van Kelder waarna de directeur Havenbedrijf Amsterdam niets anders restte dan met een fraaie mastworp (waar kwam dat touw opeens vandaan?) vakkundig voor heel even de mond van Kelder te snoeren. Samenwerking? Ja, want die is hard nodig wil de Amsterdamse havenregio zich oprichten naar de toekomst. Die boodschap steeg zonder uitzondering op uit de stoet sprekers die het over het podium trok, niet in de laatste plaats in de speech van de Amsterdamse burgemeester én eregast Femke Halsema. De GroenLinks-politica riep op om elkaar de komende jaren op te zoeken, te versterken en steunen, ‘ten dienste van de inwoners van de metropool Amsterdam’. De burgemeester hield de zaal bovendien voor dat er alle reden is om met zelfvertrouwen naar de toekomst te kijken. ‘Want met Schiphol, Flora Holland en onze trotse haven vormen we een ijzersterke regio. Daar wil ik met u aan blijven werken’, aldus Halsema. Samenwerken dus. Oram-voorzitter Paul Wevers kon zich prima in die woorden vinden. Volgens hem zei Halsema heel duidelijk dat als Amsterdam van werelddorp naar wereldstad wil, wij daar de hele regio bij moeten betrekken. ‘Ik deel die mening. Amsterdam komt niet vanzelf. We mogen op tal van gebie-
8
den dan wel stoere plannen hebben - wonen, werkgelegenheid, mobiliteit, duurzaamheid – we kunnen het niet alleen. Dat is een regionale kwestie. Wat? Een nationale kwestie. En dat snapt Halsema.’ Waardering voor de regio, het is koren op de molen van Jeroen Verwoort, wethouder gemeente Velsen. Van hem kan het niet vaak genoeg gezegd worden dat het belang van het Noordzeekanaalgebied voor de nationale en regionale economie groot is. Hij hecht er daarnaast belang aan dat vanavond is uitgesproken dat de innovatiekracht uit de
Samenwerking is hard nodig wil de Amsterdamse havenregio zich oprichten naar de toekomst
haven komt, onder meer op het gebied van de energietransitie. ‘Stad en haar regio hebben de haven keihard nodig om de krachtige vitale regio te blijven die we nu zijn’, zegt Verwoort. Ook in de toespraak van Amports-voorzitter Annemarie Manger Klonken woorden van gelijke strekking door. Volgens haar liggen de kansen in samenwerking met de stad en andere overheden en zelf initiatieven nemen. ‘De vraag is dan’, aldus Manger, ‘wat kunnen wij als haven doen om die kansen te verzilveren?’ Haar antwoord: méér van onszelf laten zien.
9
WAY S T O S E A
Haven en stad (bewoners en bestuur) staan te ver uit elkaar. Daarom moeten we ons naar beide groepen profileren
Bespiegeling Toen had Micha Wertheim allang en breed geïnformeerd naar enkele trefwoorden (‘Telstar!’), waarmee hij het slotakkoord kon aankleden, een even hilarische al rake bespiegeling op de havenregio. De Havenpenning ging deze editie – terecht - naar Tjeerd Schulting, directeur Damen Shiprepair, maar mocht er zoiets als een tweede prijs te vergeven zijn, dan klopt Wertheim op de deur. Immers, de cabaretier mag dan geen ondernemer of bestuurder zijn, hij levert wel op geheel eigenwijze een bijzondere bijdrage aan de Amsterdamse havenregio.
Foto boven. Bestuur en dagelijks team Amport bijeen (vlnr): Gerben Matroos, Yasemin Demirtas, Paul Wortelboer, Annemarie Manger, Roel Mostert en Harm Winkeler
10
Terug naar de zaal, waar zich ook Jurriaan Blom ophoudt, zittend aan een tafel met drie oud-Amports-voorzitters. Ook de baas van Container Terminal Beverwijk ervaart een positieve en ‘ook wel optimistische sfeer’. Gevraagd naar welke boodschap hij heeft gehoord, wendt hij zich tot zijn tafelgenoten: ‘Haven en stad (bewoners en bestuur) staan te ver uit elkaar staan en daarom moeten ons naar beide groepen beter profileren. Ook de huidige voorzitter benoemde dat in haar speech waaruit blijkt dat het niet lukt of dat we aan beide zijden onvoldoende ons best doen.’
11
WAY S T O S E A
Het Havengildediner werd begeleid
Annemarie Manger: ‘samenwerking
door Jort Kelder en op de hak
met de stad en andere overheden
genomen door Micha Wertheim
en zelf initiatieven nemen, daar liggen de kansen’
Team Okura voorzag 540 aanwezigen van een uitstekend 3-gangen diner en een grand dessert in de vorm van het Noordzeekanaalgebied. Een prestatie van formaat
Ook is Blom onder de indruk van de speech van de burgemeester, voor alles omdat zij onderkende dat de relatie tussen haven en stadsbestuur niet geweldig is, waarbij Halsema ook de hand in eigen boezem stak. Blom: ‘Verder benoemde ze het belang van de haven en het havenbedrijfsleven voor de stad waarbij ze onderkende dat de geografische ligging daar onlosmakelijk mee verbonden is. Dit kan bijdragen aan het slechten van de kloof en droeg volgens mij bij aan de positieve en optimistische sfeer.’ Elders in de immense zaal vermaakt zich Dennis Kessen, werkzaam als manager international forwarding bij VCK Logistics. Prijst hij de aanwezigheid van de burgermeester, nog mooier vindt hij dat zij de in de 2010 gemaakte afspraak inzake woningbouw rond de Coen- en Vlothaven ‘gewoon tot 2040’ gestand wil doen, in weerwil van de door de gemeente gewenste woningbouw. Trouwens, als het aan Kessen ligt, mogen alle partijen nog even goed kijken naar het plan van Damen voor woningbouw rond hun werf in Noord. ‘Een mooi plan, waar industrie en wonen goed samengaan, dat zeker aandacht verdiend.’ Luisterend naar deze avond van toenemende harmonie en eensgezindheid is het tij er geschikt voor. 12
13
WAY S T O S E A
Amports Young Professionals: ‘Grachtengordel als laatste wijk over op 100% stroom uit het havengebied’
Martijn Schaeffer (Oiltanking).
Gastheer Jort Kelder test de
Niet praten over maar werken aan
maritieme vaardigheden van
energietransitie in de haven
Havenbedrijf CEO Koen Overtoom. Hij legde een perfecte mastworp
14
15
WAY S T O S E A
Tjeerd Schulting, managing director Damen Shiprepair, onderscheiden met Havenpenning
‘Die zag ik even niet aankomen’ Het ontvangen van de Havenpenning maakt bij de betrokkene kennelijk veel los. Zie de geëmotioneerde reactie van Tjeerd Schulting. De directeur van Damen Shiprepair ontving de onderscheiding tijdens de 74ste editie van het jaarlijkse Havengildediner uit handen van de kersverse havenwethouder Victor Everhardt (D66). Een dag later een gesprekje.
‘De eerste minuten na de bekendmaking word je even geleefd. Toen ik weer bij mijn tafel stond, had ik me weer herpakt’
Nog steeds in een toestand van verwondering? ‘Ik was écht heel verrast. Nu viel het me wel op dat de tafel waaraan ik zat dichter dan ooit bij het podium stond. Nee hoor, geen procentje in mij dat in de gaten had dat de penning mijn kant op zou komen. Ze hebben het allemaal goed verborgen weten te houden.’ Wat was het moment in de aanloop naar de uitreiking dat het kwartje viel? ‘Toen er woorden vielen als ‘oog voor het managementteam’, kreeg ik het warm. Ik ben ruim twintig jaar bij de werf betrokken, ken iedereen daar persoonlijk en beschouw de leden van het team om me heen als vrienden. Juist dat emotioneerde mij ook.’ Dat zagen we, en dat was mooi om te zien. ‘Je ziet dat bij veel havenbedrijven; wij zijn met z’n allen dag en nacht met die haven bezig. Werken, promoten, altijd maar zeggen dat die haven heel belangrijk is voor Amsterdam. Dat kost ontzettend veel energie. Als je dan opeens de erkenning daarvoor krijgt, dan komt dat wel even binnen. Nogmaals, ik zag die penning even niet aankomen.’
16
Nog een mooi moment was dat Ron Davio - die vorig jaar als voorzitter van AYOP de Havenpenning in ontvangst mocht nemen jou feliciteerde, waarna je hem stevig omhelsde. ‘Ja, natuurlijk! Ook Ron komt rechtstreeks van de NDSM-werf en is een scheepsbouwer in hart en nieren. We komen elkaar weleens tegen. Hij zei zoiets als ‘je hebt het verdiend’ en ‘fantastisch dat we de scheepsbouw op deze manier kunnen promoten’.’ Je klom even later voor de tweede keer het podium op om het woord te nemen. Was je wat vergeten? ‘De eerste minuten na de bekendmaking word je even geleefd. Toen ik weer bij mijn tafel stond, had ik me weer herpakt. Omdat ik wel wat te zeggen heb en er geen moeite mee heb om dat in het openbaar te doen, heb ik Jort een seintje gegeven. ‘Be prepared, gaan we regelen’, zei hij. En toen stond ik er weer. Ik wilde vooral de wisselwerking benadrukken tussen Amsterdam en de haven. Die wisselwerking moet er zijn en daar heb je verbinders voor nodig. Met deze penning op mijn borst wil ik daarin mijn verantwoordelijkheid nemen.’
Zie je de onderscheiding als een opdracht? ‘Toen ik ‘s avonds thuiskwam, heb ik er eens goed naar gekeken. Mijn naam staat erop en, naar mijn initialen, ‘Toekomstgericht Samenwerken’. Dat is voor mijn gevoel waar ik voor sta. De stad en de haven die met elkaar moeten samenwerken. Met het oog op de toekomst en met het oog onze concurrentiepositie. Daarom was ik ook blij verrast door de woorden van Halsema. Met historisch besef, waarin ze uitlegde hoe de relatie tussen stad en haven altijd gepaard ging met veel protest. Maar als je dan nu eens kijkt waar we samen nu zijn. Halsema stipte ook aan hoe de haven van toegevoegde waarde is voor de stad en dat we elkaar dus niet uit het oog moeten verliezen. En ze haalde aan dat de bedrijven in het havengebied die dat willen en tot die tijd contracten hebben, kunnen blijven zitten tot 2040. Ze zei het op een manier waaruit ik veel hoop put. En ook dat ontroerde me.’
Foto boven. Tjeerd Schulting (links) ontvangt de Havenpenning Amsterdam uit handen van wethouder Victor Everhardt Foto rechtsonder. Ron Davio feliciteert de winnaar. Nu hebben beiden een Havenpenning
17
WAY S T O S E A
Het Havengildediner 2019 werd mede mogelijk gemaakt door Dessertbuffet in de vorm van en met de verschillende smaken van het Noordzeekanaalgebied
Sticker Ovaal 120x80 mm.
From PDF
corps van
VLETTERLIEDEN V.O.F.
HD COTTERELL BV
PORT TOWAGE A M S T E R D A M
Unique terminal in Europe: weatherproof stevedoring Simplifying logistics.
Waterland Terminal Elbaweg 10 1044 AD Amsterdam The Netherlands +31 (0)20 448 06 20 waterlandterminal@vcklogistics.com www.vcklogistics.com
18
19
WAY S T O S E A
Damen Oranjewerf viert jubileum met dokbezetting van bijna 100%
Zeventig jaar scheepsreparatie aan het IJ Al zeventig jaar ligt op een schitterende locatie in Amsterdam-Noord de Oranjewerf. In 1949 opgericht door de KNSM en werf Verschure & Co en sinds 1989 onderdeel van Damen Shiprepair. Als directeur Ronald Otten vanaf het drijvende dok uitkijkt over het IJ ziet hij aan de overkant de plek waar ooit de KNSM zetelde en links daarvan de ingang van het Amsterdam-Rijnkanaal. Hoe lang nog? Vraagt hij zich weleens met enige weemoed af, want de Amsterdamse woningbouwers rammelen aan de poort en het is zeer de vraag of Oranjewerf na 2023 nog vanaf deze locatie opereert.
20
21
WAY S T O S E A
Trends in scheepsreparatie Veel werk voor de werf komt voort uit nieuwe regelgeving die leidt tot aanpassingen aan de schepen. Natuurlijk geldt dat voor de zeevaart rond emissie-uitstoot (scrubbers), maar ook de binnenvaart zal daar mee te maken krijgen zoals bij het installeren van katalysatoren. Otten: “Er zijn ook trends die niet bepaald werkbevorderend uitpakken. Door digitalisering is van steeds meer schepen op afstand in een laptop aan wal te zien of er iets mis is en kan daar gericht op gerepareerd worden. Dat betekent dat onderhoudsintervallen langer kunnen duren. Daar staat tegenover dat het personeel aan boord steeds minder deskundig is, zodat ze toch op ons aangewezen zijn.”
Damen Shiprepair Oranjewerf Adres: Nieuwerdammerdijk 542 Amsterdam Aantal werknemers: 35 Afmetingen drijvend dok: 135 x 22,50 x 7 meter Dwarshelling : 100 x 12 meter Kade: 522 meter. Bij Damen Shiprepair Amsterdam zijn in totaal 105 vaste medewerkers actief. Het bedrijf telt naast Oranje-
A
“Aan de orderbezetting van onze werf zal het niet liggen. Dit jaar hadden we een dokbezetting van bijna 100%,” zegt commercieel manager Jeen van der Werf. “In het onverhoopte geval dat we moeten vertrekken zullen we elders westelijker in de Amsterdamse haven een plek vinden waar wij onze veelzijdige portfolio van klanten in de riviercruise, de offshore, baggerwereld, visserij, sleepvaart, ponten, jachten, binnenvaart tot aan woonboten kunnen bedienen. De Amsterdamse haven heeft voor (spoed-)reparaties simpelweg een reparatiewerf nodig met ons, zeer snelle, drijvend dok. ”
werf nog een werf aan de Tt. Melissaweg 15. Daar beschikt Damen over vier gegraven dokken van 140 tot 250 meter en een kade van 1170 meter.
22
Orderbezetting is onvoorspelbaar “Klanten weten ons steeds beter te vinden,” vult Otten aan. “Al valt er soms geen peil te trekken op de behoefte van diverse branches. Tot een paar jaar terug hadden we veel werk uit de offshore voor hun platform supply vessels en dat is na het inzakken van de olieprijs fors teruggelopen. Maar nu met offshore-wind komen ze weer terug. Hetzelfde geldt voor de binnenvaart. Die biedt ook een wisselend beeld. Onze orderbezetting is dermate onvoorspelbaar, ook vanwege spoedreparaties, dat wij vaak niet verder dan drie, vier weken vooruit kunnen plannen. Dat houdt je wel scherp.”
Alleen varend verdiend geld
Riviercruise reparaties booming Steeds belangrijker wordt de riviercruise. Die is booming in Amsterdam, vertelt Van der Werf. “Amsterdam telt jaarlijks al zo’n goeie 2400 riviercruise calls. In het hoogseizoen hebben we veel werk aan ééndaagse dokkingen van schepen en dat houdt veelal het wisselen van een schroef, thruster of boegschroef in. Snelheid is cruciaal in de cruise want die schepen varen in een strak schema. Een spoedreparatie ronden wij in ons drijvend dok van 135 x 22,50 x 7 meter met een hefvermogen van 6000 ton binnen de zes uur af. Als zo’n schip ’s ochtends in Amsterdam aankomt, varen ze zodra de passagiers van boord zijn naar ons toe. Afhankelijk van wat moet gebeuren, stappen onze mensen ook wel bij de ligplaats op terwijl de passagiers nog aan het ontbijt zitten. Aan het eind van de middag ligt het schip weer op zijn plek aan de kade bij het Centraal Station.” Otten: “Ons handelsmerk is netjes en snel werken, afspraak is afspraak. Korte lijnen. En… de goodwill die we bij de cruiserederijen opgebouwd hebben door hun zorgen weg te nemen, is een goede basis om ook het reguliere onderhoud in de winter dat pakweg tussen Kerst en Pasen plaatsvindt naar ons toe trekken. Dat doen we in samenwerking met Damen Shiprepair Amsterdam (DSA),
de andere, veel grotere, Damen-vestiging die bij de voormalige NDSM-werf vier gegraven dokken tot zijn beschikking heeft. Daartoe moeten we de rederijen wel winterligplaatsen kunnen aanbieden en we zijn met omliggende gemeentes in gesprek om dit te bewerkstelligen.”
Tot besluit zegt Van de Werf: “De onvoorspelbaarheid van de repair business is niet altijd even makkelijk. Maar leuk is dat er altijd druk op staat. Het heeft altijd haast. Alleen varende schepen verdienen immers geld. Geregeld kom je bij onderhoud of modificaties onverwachte dingen tegen. En daar dan snel en goed een oplossing voor verzinnen… Cruciaal daarbij is: we hebben goede mensen.”
35 vaste mensen Damen Oranjewerf werkt met 35 vaste mensen. Van der Werf: “Echt vaste mensen, geen jobhoppers, gemiddelde leeftijd ergens tussen de 40 en 50, en met een flexibele instelling en multifunctioneel inzetbaar.” Daarnaast kan de Oranjewerf in tijden van drukte putten uit de nationale Damenpool met flexibel inzetbare technici. Daarnaast bestaan er langdurige verbintenissen met onderaannemers zoals Braspenning (coating, verven). “Technisch personeel vinden is een probleem,” erkent Otten. “We werken samen met het Nova-college en JINK voor stageplekken en om zij-instromers te enthousiasmeren en op te leiden. Onbekendheid bij de jeugd met wat we eigenlijk doen op onze werf en hoe leuk en uitdagend dat is, speelt ons parten. Eigenlijk onbegrijpelijk, voor veel mensen is handwerk de toekomst en goedbetaald; we kunnen niet allemaal op de Zuidas werken.”
23
WAY S T O S E A
State-of-the-art stevedoring and warehousing Simplifying logistics.
Scandia Terminal Valreep 13 1042 AN Amsterdam The Netherlands +31 (0)20 587 78 77 scandiaterminal@vcklogistics.com www.vcklogistics.com
WAY S T O S E A
Milembe Mateyo
Juiste vrouw juiste plek
Milembe Mateyo is sinds 1 november 2019 havenmeester van Amsterdam, Rijkshavenmeester Noordzeekanaal en directeur Centraal Nautisch Beheer. Haar taak in een notendop: zorgen voor een vlotte, veilige en duurzame afwikkeling van het scheepvaartverkeer in het steeds drukker wordende Noordzeekanaal. Een uitdaging die ze met beide handen aangrijpt.
Milembe Mateyo is sinds 1 november 2019 havenmeester van Amsterdam, Rijkshavenmeester Noordzeekanaal en directeur Centraal Nautisch Beheer
26
Milembe Mateyo volgde een opleiding tot stedenbouwkundige, werkte jarenlang in de ruimtelijke ordening en kwam een aantal jaren geleden eigenlijk toevallig bij het Havenbedrijf terecht. De aanleiding voor de overstap was een gesprek met Astrid Kee, de toenmalige Rijkshavenmeester. “Astrid en ik hadden een ontzettend leuk gesprek, waarna ze me vroeg mijn CV op te sturen. Voor ik het wist kon ik aan de slag als groepsmanager bij de verkeersleiding in IJmuiden. Ik voelde me meteen thuis. Mijn hart ligt bij de mensen die er 24/7 voor zorgen dat de scheepvaart veilig door het Noordzeekanaal gaat en veilig door de sluizen wordt geschut. Ze verbinden zich met
27
WAY S T O S E A
‘SAIL 2020 vergt een enorme inspanning. Je kunt de haven niet een paar dagen stilleggen’ Milembe Mateyo
hart en ziel aan dit doel en zorgen er onder andere voor dat grote evenementen als SAIL veilig verlopen en dat een zeecruiseschip in de Amsterdamse haven veilig een bocht van negentig graden kan maken terwijl er nog drie pontjes oversteken en vier binnenvaartschepen aan komen varen. Ik vind het heel boeiend om deze ingewikkelde operaties samen met hen in goede banen te leiden”, zegt Mateyo.
Energietransitie Mateyo begint op een goed moment, want er zijn uitdagingen genoeg. Neem SAIL, dat in 2020 weer plaatsvindt. “Het vergt een enorme inspanning van onze mensen om zo’n groot evenement rondom de reguliere vrachtvaart te organiseren, want je kunt de haven niet een paar dagen stilleggen”, zegt ze. Dat geldt ook voor de bouw van de grootste zeesluis ter wereld in IJmuiden, die begin 2022 open gaat. “Omdat er straks grotere schepen door de sluis kunnen, moeten we nu alvast nadenken over wat dat betekent voor de scheepvaart en de havens.” Vanzelfsprekend ligt er de komende jaren ook een grote nadruk op duurzaamheid. “We zijn bijvoorbeeld bezig om alle binnenvaart binnen de ring, inclusief riviercruiseschepen, aan de walstroom te krijgen. Op internationaal niveau lobbyen we om dat ook voor zeecruiseschepen voor elkaar te krijgen”, vertelt Mateyo. Ook wordt het gebruik van Liquefied Natural Gas (LNG) gestimuleerd. “Voor LNG gelden andere veiligheidsafstanden, waar ligplaatsen op moeten worden ingericht. Daarnaast moeten we onze infrastructuur aanpassen om schepen die op LNG varen in de havens van brandstof te kunnen voorzien.” Het eigen representatievoertuig gaat ook mee in de energietransitie: de MS Havenbeheer gaat in de toekomst namelijk op waterstof varen.
Op zoek naar verbinding Een heet hangijzer op politiek-bestuurlijk gebied is er ook: een nieuwe oeververbinding over het IJ, één van de belangrijkste Europese vaarwegen. “De gemeente Amsterdam zou graag een brug aanleggen, maar wij steken niet onder stoelen of banken dat we voor28
stander zijn van een tunnel.” Twijfel over de noodzaak voor een nieuwe verbinding over het IJ is er overigens niet. “Wij begrijpen als geen ander dat langzaam verkeer in de steeds drukker wordende stad ook behoefte heeft aan een verbinding van Noord naar Zuid en andersom. Wel willen we samen op zoek gaan naar een oplossing die zowel voor de stad als voor het scheepvaartverkeer optimaal is.” De havenmeester voelt zich thuis in het dynamische politiek-bestuurlijke speelveld. “Ik houd ervan om continu te schakelen tussen verschillende schaakborden met wisselende spelers.” Maar hoe kom je dan tot een optimale oplossing? Mateyo’s sleutelwoord: samenwerking. “Ik zoek op voorhand de partijen op met wie we de klus moeten klaren. Wat speelt er, waar zitten de gevoeligheden,
waar wordt het spannend en waar vinden we elkaar wel of niet? Ik ben voortdurend in overleg met mijn eigen mensen, het Centraal Nautisch Beheer (CNB) en de vier gemeenten die daarin vertegenwoordigd zijn, Rijkswaterstaat, de veiligheidsregio’s, de nautische dienstverleners, de binnenvaartbranche en de zee- en riviercruisebranche en alle andere partijen die ideeën hebben over de ontwikkelingen in het Noordzeekanaal.” Mateyo wordt dan ook een verbinder genoemd. Haar geheim? De juiste balans zien te vinden tussen de focus op inhoud en relatie. En luisteren, héél goed luisteren. Want om verbindend te kunnen zijn, moet je de ander eerst goed begrijpen.
Eervolle baan Mateyo vindt het een eer om havenmeester te mogen zijn in ‘haar’ stad. “Na mijn benoeming stuurde mijn Rotterdamse collega me een appje: “Gefeliciteerd, je hebt de op één na leukste baan van Nederland”. Ik kon er wel om lachen, maar ik ben het natuurlijk niet met hem eens”, lacht ze. En dan de laatste vraag, want waar komt haar naam eigenlijk vandaan? “Milembe is Swahili: ik ben geboren in Tanzania, waar mijn ouders destijds woonden en werkten. En Mateyo is de achternaam van mijn Zambiaanse echtgenoot. Zambia is een land zonder havens, dus het was best ingewikkeld om in het Engels aan mijn schoonfamilie uit te leggen wat ik precies doe”, besluit Mateyo.
Milembe woont al dertig jaar in Amsterdam, is getrouwd en heeft twee kinderen. In haar vrije tijd staat ze langs het voetbalveld om haar zoons aan te moedigen, doet ze aan bikramyoga en speelt ze accordeon en viool in een jazzband.
29
Uw sector is ons vertrekpunt.
Als ondernemer wilt u graag een bank die aandacht heeft voor uw sector. Onze sectorspecialisten denken graag met u mee. Zij zijn op de hoogte van de actuele ontwikkelingen binnen de sector transport en logistiek. En weten wat nu nodig is om uw plannen op korte en lange termijn te realiseren. Voor meer informatie: abnamro.nl/transport
WAY S T O S E A
Port of Amsterdam partij in twee pilots
Schoner en emissieloos varen Ook in de scheepvaart wordt serieus werk gemaakt van duurzaamheid. Zo stelt IMO 2020 wereldwijd eisen aan het zwavelgehalte in de stookolie. Ook zijn er afspraken gemaakt om methaan- en CO2-uitstoot terug te dringen. In dit licht worden de mogelijkheden van alternatieve brandstoffen als waterstof en methanol onderzocht op technisch en vergunningsniveau. Port of Amsterdam doet mee aan twee pilots gericht op H2 en groene methanol als bunkerbrandstof. Onder meer door het nieuwe representatieschip Havenbeheer op waterstof te laten varen. 32
“Schonere emissies of zelfs emissieloos door alternatieve brandstoffen als LNG, groene methanol en groene waterstof in te zetten. Ook de scheepvaart wil daarnaartoe,” zegt Jan Egbertsen, innovatiemanager bij Port of Amsterdam. “Maar of dat zich nu voltrekt door LNG, waterstof of groene methanol in de tanks te stoppen; bij de introductie spelen altijd overeenkomstige problemen. In de eerste plaats technische: zijn kleine aanpassingen aan de motoren en tanks aan boord van het schip voldoende of moeten er nieuwe worden geïnstalleerd? In de tweede plaats in de regelgeving. Zijn deze alternatieve brandstoffen al toegelaten als bunkerbrandstof voor schepen? Voor de binnenvaart betekent dit dat de schepen gecertificeerd moeten zijn en dat wordt in Straatsburg beslist. Voor de zeevaart loopt dat via onder meer Lloyds Register.”
ook in Amsterdam – zijn er bunkerfaciliteiten ingericht. Voor de nu actuele wegbereiding van waterstof en methanol als brandstof zijn er twee projecten opgezet en in beide participeert Port of Amsterdam. Egbertsen: “Voor waterstof is dat het Europese project H2Ships met daarin drie pilots in Oostende, Parijs en Amsterdam. In Amsterdam gaan wij een nieuw representatieschip, de Havenbeheer bouwen voorzien van een elektromotor met een batterijenpakket en een waterstofunit. Waterstof kent drie verschijningsvormen met een uiteenlopend risicoprofiel: in gas, opgeslagen in een onder druk staande tank zoals de meeste stadsbussen gebruiken; vloeibaar – diepgekoeld – en in vaste vorm. Voor de Havenbeheer wordt uit het poeder natriumboorhydride (NaBH4) na toediening van zuiver water waterstof gewonnen.”
Parijs, Oostende en Amsterdam
Het doel van deze H2Ship-pilots is lessen leren. Het betreft een driejarig Europees project onder de paraplu van Interreg NorthWest Europe. Hoe moet de supply chain van het maken van NaBH4 en andere vormen van
Het doel van deze H2Ship-pilots is lessen leren
Project van drie jaar Circa tien jaar geleden zijn havens en marktpartijen begonnen met het opzetten van een bunkerinfrastructuur voor LNG. In tal van Europese zee- en binnenhavens – natuurlijk
33
WAY S T O S E A
waterstof, het transporteren en uiteindelijk het inrichten van een netwerk aan bunkerfaciliteiten eruitzien? Wat kom je tegen bij het waterstofgeschikt maken van de schepen? En wat voor advies geef je de EU voor de weten regelgeving? Port of Amsterdam wil met de Havenbeheer plus de aan waterstoftoepassing gelieerde faciliteiten een goed voorbeeld geven aan de marktpartijen zodat die wellicht zelf overstappen op schone brandstof als waterstof. Kritische factoren zijn niet alleen het aanpassen van de scheepsmotoren, maar daarnaast speelt de hoeveelheid ruimte die waterstof in een tank aan boord inneemt een rol. Waterstof vraagt zeker in gasvorm om grotere brandstoftanks dan de huidige mariene brandstof.
Kip of ei discussie De uitdaging is niet alleen welke type schepen het meest geschikt zijn voor waterstof in verband met de eisen aan de motor en de brandstoftanks. Maar ook het vaargedrag speelt een belangrijke rol. Het is altijd “de kip of het ei discussie”. Reders zijn terughoudend om op waterstof te gaan varen als er weinig havens zijn met een bunkerfaciliteit. Als er weinig schepen op waterstof varen, zullen er ook weinig bunkerplaatsen zijn in de havens. De kans voor de eerste pilots is dan ook het grootst in de binnenvaart, kustvaart (met vaste vaarroutes) en ferrydiensten.
Groene methanol Een tweede project waarin Port of Amsterdam participeert is Green Maritime Methanol, een nationaal consortium van onder meer kennisinstituten, scheepseigenaren, scheepsbouwers, motorfabrikanten, havens en methanolleveranciers. De bedoeling van dit tweejarige project is om kennis van al deze partners bijeen te brengen om concrete mogelijkheden te onderzoeken voor de inzet van groene methanol als maritieme transportbrandstof voor zowel nieuwbouwschepen als conversies. “Ook groene methanol biedt een aantrekkelijk alternatief als brandstof,” legt Egbertsen uit. “Het kan uit biologische afvalproducten worden gewonnen, de zogenaamde bio-methanol. Dan wel uit H2 en CO2 de zogenaamde synthetische methanol. Groene methanol is schoner als diesel en makkelijker op te slaan als LNG en H2 en in te zetten in een verbrandingsmotor.” 34
Pilots met bestaande schepen Het consortium gaat in zeven pilots blauwdrukken van verschillende typen schepen naar grootte, functie en vaargebieden ontwikkelen, die met groene methanol kunnen varen. Het zijn zowel nieuwe ontwerpen en nieuwbouwschepen als bestaande schepen van onder meer Boskalis, Van Oord, Koninklijke Marine en Wagenborg. De gekozen schepen variëren in lengte van 40 tot 160 meter, in tonnage van 300 tot 23.000 dwt en in geïnstalleerd vermogen van 1 tot 12 MW.
Tijdig diverse partijen erbij halen “Er zijn veel dezelfde vragen als bij waterstof,” zegt Egbertsen. “Wat is per schip nodig om met groene methanol te varen en hoe valt dat schip dan te certificeren? Voorts hoe is een infrastructuur van groene methanol voor bunkering in de diverse havens te ontwikkelen? Het is daarbij zaak tijdig alle partijen erbij te betrekken, zodat met de eisen en wensen van diverse partijen als keuringsinstanties, brandweer en omgevingsdiensten rekening kan worden gehouden.”
Jan Egbertsen Port of Amsterdam “Net als bij waterstof geldt dat methanol meer tank-ruimte vraagt in vergelijking tot traditionele marine brandstoffen. Het lijkt daarom dat ook methanol met name geschikt is voor de kortere afstanden zoals voor binnenvaart, shortsea en ferries.”
Ook groene methanol biedt als brandstof een aantrekkelijk alternatief
TOWAGE & SALVAGE
always going TOWAGE & for the perfect SALVAGE connection
always going for the perfect connection
Iskes Towage & Salvage is a professional maritime service provider. The vibrant port of IJmuidenIskes Towage & Salvage is a Amsterdamprofessional is our homebase. We maritime service deliver services in six key areas: provider. The vibrant port of IJmuidenAmsterdam is our homebase. We deliver services in six key areas:
- harbour towage harbour towage - deep sea- towage deep sea services towage - offshore -support - offshore support services - salvage and emergency response - salvage and emergency response - simulator- training and port simulator training andconsultancy port consultancy
• Mooring, unmooring and shifting of sea-going vessels in the Amsterdam port area • Marine consultancy • Supplying of complementary deck crew • Boat rental with licensed skipper • Transport and storage of provisions - bonded stores spares - hazardous goods • Temperature controlled refrigeration and freezing storage facility • Customs services
THE SHIPPING INDUSTRY COUNTS ON US. 24/7
• Emergency response
Looking for the perfect connection. Contact us at: Iskes Towage & Salvage Monnickendamkade 19 D-E | 1976 EC IJmuiden | T: +31 (0) 255561900 | E: office@iskestugs.nl
Iskes advertentie_230x300.indd 1
Capriweg 30, 1044 AL Amsterdam Phone : +31 20 44 870 90
E-mail Internet
: info@dekoperenploeg.nl : www.dekoperenploeg.nl
- DUTCH PILOTS -
06-12-18 13:13
PORT TOWAGE A M S T E R D A M
Call us 24 hours a day: +31 255 82 00 80
Mooring / Tender services in port area IJmuiden The Cooperative Association of Vletterlieden provides the transport of persons, packages and supplies to ships at the anchorage and to offshore wind farms. Besides communications (water taxi) the boatmen assist in mooring, unmooring and shifting of maritime-, river- and fishing boats in the port area of IJmuiden, Velsen and Beverwijk. We operate closely together with pilots, tugs and port authorities.
Monnickendamkade 19C www.towageamsterdam.com 1976 EC IJmuiden info@towageamsterdam.com
Email: cvv@vletterlieden.nl Tel 24/7: +31 (0)255 515354 Tel office: +31 (0)255 521796 www.vletterlieden.nl
WWW.LOODSWEZEN.NL
WAY S T O S E A
Vopak verder onder de naam EVOS
Klaar voor de energie van de toekomst De voormalige Vopak-terminal in Amsterdam Westpoort heeft een nieuwe eigenaar. Sinds 1 oktober is het bedrijf onderdeel van First State Investments, een grote wereldwijd opererende investeringsmaatschappij. Vopak gaat verder onder de naam EVOS Amsterdam. Ways to Sea vroeg Ramon Ernst, managing director van EVOS, naar het hoe en waarom van de overname.
38
39
WAY S T O S E A
mix van brandstoffen gaat verschuiven en dat zal op termijn ook invloed hebben op onze business. Er is sowieso een positie voor ons, ook in de toekomst.
Hoe zit het met jullie CO2 besparing?
‘Wij stoten hier geen CO2 uit, tenminste bijna niet’ Ramon Ernst, managing director van EVOS
40
Vopak heeft een lange geschiedenis als zelfstandig bedrijf, hoe voelt deze over stap? Het voelt wel goed. First State Investments (FSI) gaat uit van een lange horizon en belegt in belangrijke infrastructuur, zoals windmolenparken, pijpleidingen en energiebedrijven, maar ook in logistieke bedrijven. Ze hebben een langetermijnvisie, iets wat ook interessant is in het kader van de energietransitie. FSI was al een tijdje op zoek naar partners in de tankopslag business en Vopak lag als wereldwijde markleider met een goede reputatie voor de hand. Als zeer goed draaiende, gloednieuwe terminal (pas in 2011 is de terminal in bedrijf genomen) zijn we meegegaan, samen met een Duitse en Spaanse Vopakterminal. Als onderdeel van Vopak waren we gewend aan een hoge kwaliteitsstandaard, dat willen we behouden, maar het is ook mooi om met een nieuwe partij te kunnen gaan ondernemen. We kunnen ons bedrijf nu inrichten zoals we het willen en zelfstandig beslissen wat goed is voor onze Amsterdamse terminal en de andere EVOS-terminals.
Wat gaat er veranderen? Uiterlijk niet veel, los van het logo en de naam natuurlijk. We blijven hameren op betrouwbaarheid en veiligheid, dat verandert niet, maar er komt alleen iets bij, we krijgen extra ruimte om aan business development te doen. Daardoor kunnen we sneller doorpakken als het gaat om het ontwikkelen van dit bedrijf en het maken van volgende stappen. De markt is aan het veranderen en dat heeft vooral met de energietransitie te maken. In Europa hebben we het dan vooral over CO2 besparing, maar er zijn ook andere energietransities in de wereld gaande. Denk aan ontwikkelingslanden die voor het eerst toegang krijgen tot energie of grote steden in Azië waar de transitie vooral te maken heeft met luchtkwaliteit. Binnen de wereldwijde energieketen worden wij beïnvloed door al die verschillende transities. Onze producten bestaan nu vooral uit fossiele brandstoffen, maar die worden nauwelijks in Nederland of West-Europa gebruikt. Dit is vooral voor de export want in Noord en Zuid-Amerika, Afrika en delen van Azië stijgt de vraag naar energie nog steeds. Maar de
Als bedrijf dat werkt met fossiele brandstoffen worden we vaak verondersteld een hoge CO2 uitstoot te hebben, maar dat is niet zo. Wij stoten hier geen CO2 uit, tenminste bijna niet. Onze terminal met 41 tanks en 1,2 miljoen kuub opslagcapaciteit is in 2011 volgens de laatste internationale standaarden opgeleverd. We zijn een zeer schoon bedrijf. Onze CO2 footprint is marginaal. Het hele kleine beetje emissie komt van dampen die vrijkomen bij het op- en overslaan van de producten, en dat behandelen we zeer efficiënt. Meer dan 99% vangen we af en we maken er weer vloeistof van. Voor een heel klein deel dat we niet kunnen omzetten gebruiken we steungas om het te verwerken, en dat bepaalt onze CO2 footprint, die is dus minimaal. De oproep om mee te werken om de CO2 uitstoot in Nederland te verminderen is voor ons dus lastig, want we stoten bijna niets uit. Wat we wel kunnen doen, is meegaan in de ontwikkeling om nieuwe soorten brandstoffen op te slaan die een CO2-reductie kunnen gaan opleveren.
Hoe ver is EVOS met die ontwikkelingen? Lange tijd is onze branche een beetje afwachtend geweest, om een aantal redenen. Allereerst slaan we geen eigen producten op, maar die van de klanten. En dat zijn nu nog fossiele brandstoffen. Als de klant besluit om een ander product op te slaan, dan veranderen wij mee. Verder is er nog behoefte aan fossiele brandstoffen. Ook is het lastig te voorzien welke nieuwe energie-initiatieven de toekomst zullen gaan bepalen. Toch denk ik dat we langzamerhand naar een meer positieve en proactieve benadering toe moeten. Er gebeurt al heel veel in Amsterdam op het gebied van hernieuwbare energie: de offshore windparken die in aanleg zijn, Tata Steel, Nouryon en Havenbedrijf Amsterdam die een studie doen naar een grote elektrolyse-fabriek voor de productie van groene waterstof. En dan heb je nog de synthetische brandstoffen van
niet-fossiele oorsprong, een markt die ook in ontwikkeling is. Onze infrastructuur kan gebruikt worden voor de opslag van nieuwe energie. We hebben de ervaring, de kennis en de investeringsmogelijkheden. Wij zijn klaar om die stap te zetten, we kunnen nu al synthetische brandstoffen, bio producten en energie-houdende producten als methanol opslaan en we kijken serieus naar waterstof.
Amsterdam heeft in de toekomst veel energie nodig. De haven kan fungeren als batterij
Zijn daar veel aanpassingen voor nodig? Voor een aantal producten niet, voor een aantal wel. Waterstof kun je niet in de huidige tanks opslaan, daar is speciale infrastructuur voor nodig. Dat is niet alleen zeer kostbaar, er is ook expertise voor nodig. Er moeten belangrijke beslissingen worden genomen. Welke ondersteunende infrastructuur gaan we aanleggen? Daar moeten we het met Havenbedrijf, de gemeente Amsterdam, de provincie en andere partners over hebben. Waterstof heeft absoluut de toekomst als onderdeel van de energiemix, zowel als direct energiehoudend product, maar ook als energieopslagmiddel. En dan heb ik het nog niet over alle vloeibare producten waarin we waterstof kunnen vervoeren en opslaan. Er is ontzettend veel aan de gang.
De energietransitie biedt dus mogelijkheden voor EVOS? Zeker, en we zijn ontzettend gemotiveerd om die kansen te pakken. We zien onszelf echt als onderdeel van de oplossing, omdat wij een grote bijdrage kunnen leveren aan het opslaan en overslaan van nieuwe energiehoudende producten. Belangrijk is wel dat we met elkaar een gemeenschappelijke visie ontwikkelen en dat we daarin ook meegenomen worden als partner. De Amsterdamse gemeenteraad denkt nu nog te gemakkelijk dat ze zonder ons soort bedrijven kunnen. Er wordt soms te negatief naar ons gekeken en dat is jammer omdat wij nodig zullen zijn. Amsterdam zal in de toekomst heel veel energie nodig hebben, de haven zou als een soort batterij van de stad en nieuwe-energiehub kunnen fungeren. Laten we samen een ondernemersklimaat creëren waarin het mogelijk is om stappen te maken met elkaar.
41
WAY S T O S E A
Seamen’s Centre Amsterdam
Luisterend oor in de haven Met een stijging van het aantal bezoekers van 7000 naar 16.000 jaarlijks bewijst het Seamen’s Centre aan de Radarweg eens te meer zijn bestaansrecht als een veilige, betaalbare en gezellige huiskamer. Een plek voor zeelieden om contact met huis te hebben, collega’s te ontmoeten en ook om hulp bij problemen te krijgen.
42
Chris Burgemeester, beheerder van het Seaman’s Centre in de haven van Amsterdam
“Inderdaad een forse stijging in de toeloop,” zegt beheerder Chris Burgemeester die samen met acht andere medewerkers en vrijwilligers van vier uur ’s middags tot 11 uur ’s avonds het Seamen’s Centre bestiert. “De haven kent natuurlijk 12 procent meer aanlopen en wij zijn efficiënter gaan halen en brengen met ons gratis busje, dat overigens gesponsord wordt door de International Transport Federation (ITF), maar het geeft ook aan dat wij voor veel zeelieden de enige en zeker de eerste plek zijn waar ze terecht kunnen. Daarnaast is de sfeer goed en komt men ook graag even langs.
Geen geld voor de bus Onze breng- en haalservice is heel belangrijk en binnenkort komt er gelukkig een tweede transportbusje bij. De absurde situatie doet zich namelijk voor dat nabij veel terminals wel een ov-bushalte is, maar dat zeelieden niet mee kunnen omdat ze met contant geld of hun creditcard in de bus geen kaartje kunnen kopen – standaard accepteren chauffeurs geen cash. Gelukkig laten sommige buschauffeurs ze weleens gratis meerijden – dit leest nu even niemand, hè – en ook zijn er wel eens andere passagiers die bereid zijn een kaartje voor ze te kopen. Het alternatief om een taxi
te nemen is voor de meesten onbetaalbaar. Ze zijn dus op onze bus aangewezen. Want het zijn natuurlijk niet de best verdienende werknemers ter wereld. Onze bezoekers zijn 60% zeevaarders van de Filipijnen, 25% Indiërs en de rest komt overal vandaan. Overigens verwelkomen wij niet alleen de laagste rangen maar zien we vaak genoeg ook de officieren. Voor ons en bij ons is iedereen gelijk; ongeacht rang, nationaliteit, ras of geloof. ”
Seamen’s Centre bewijst bestaansrecht met 16.000 bezoekers per jaar
Contact met thuis “Ons centrum biedt gratis uitstekende glasvezel-wifi voor contact met thuis. Ook kunnen
43
WAY S T O S E A
lichter maar daarmee vermindert de werkdruk niet. Steeds kortere tijd in havens waarbij de terminals ver weg van de steden liggen. Ook varen er minder mensen aan boord; op de meeste schepen maximaal 20 man en dan in ploegendiensten. De eenzaamheid kan dan weleens toeslaan en pesten komt soms harder binnen. Daarom is Seamen’s Centre ook zo belangrijk. Mensen kunnen even hun verhaal kwijt en voelen zich gewaardeerd. Extra zorg verlenen wij vanuit het centrum als schepen aan de ketting komen te liggen, zoals twee jaar terug met de Sea Pioneer. Dat is voor de bemanning gelukkig goed afgelopen en ze hebben allemaal hun geld gehad. Echt hartverwarmende steun toen van de gehele havengemeenschap en we hebben zo nu en dan nog steeds contact met de bemanning. Nog altijd zijn ze dankbaar.”
Sponsors
ze bij ons tegen inkoopprijs die telefoonkaarten kopen die het meest voordelig zijn om in Europa of daarbuiten te gebruiken. Verder werkkleding, schoenen, etcetera. Natuurlijk komen ze ook voor een hapje en een drankje en voor een luisterend oor. Dat oor vinden ze bij collega’s maar ook bij ons. Als er problemen zijn proberen wij te helpen. Meestal draait het om geldtekort thuis. We wijzen de weg om via Western Union snel geld over te maken. Port chaplain Leon Rasser kan zelfs in noodgevallen à la minute geld overmaken. Nog altijd is het zo dat zeelieden alleen in havens contact met thuis kunnen krijgen. Als er echt iets aan de hand is kunnen ze aan boord van de satelliettelefoon gebruikmaken maar dat is schreeuwend duur. Vodafone is bezig met wifi in de haven maar dat is nog toekomstmuziek.”
Problemen “De problemen waar zeelieden mee kampen zijn niet anders dan in de tijd dat ik nog zelf voer,” denkt Burgemeester. “Geld, relatie, zorgen om de kinderen. Nieuw is misschien angst voor piraterij. Het leven aan boord is de laatste decennia anders geworden. Technische hulpmiddelen maken het werk fysiek
44
Qua bezoekers zijn Oiltanking, Evos (ex-Vopak), Eurotank en daarna OBA hofleveranciers. Natuurlijk loopt de bar goed met al die bezoekers,” zegt Burgemeester, “ maar het zal nooit voldoende kunnen zijn om geheel self-supporting te draaien. Elke steun is daarom welkom.” Noodzakelijke geldstromen komen dan ook van sponsors. Het Havenbedrijf Amsterdam en een aantal bedrijven rond het hele Noordzeekanaal dragen daar trouw aan bij. Burgemeester: “Het moet toch gezegd dat het maar een klein aantal bedrijven is dat zich verantwoordelijk voelt voor de mannen en vrouwen die daadwerkelijk de schepen onze havens binnen brengen. Wij denken na over een plan om ook andere bedrijven zich daarvan bewust te maken.”
Kerst “Kerst is altijd een bijzondere periode,” zegt Burgemeester tot besluit. “Het gemis van thuis, eenzaamheid en kwetsbaarheid zijn dan het meest schrijnend. Op 24 december houden wij onze traditionele kerst mis en dan is het hier afgeladen vol met wel 125 man. Dat gaat in samenwerking met port chaplain Rasser en met het Duitse missiehuis. Wij en zij zorgen dan voor een cadeautje. Dit jaar is het een mok. Ja, een mok. Het is natuurlijk niet meer dan een gebaar, maar hoe blij kun je iemand maken.”
Op 24 december houden wij onze traditionele kerst mis. Dan is het hier afgeladen vol met wel 125 man.
45
COLUMN
Schone scheepvaart
Maritieme sector zet nieuwe koers in
De thema’s duurzaamheid en circulariteit zijn fors gestegen op strategische agenda’s van overheden en bedrijven. Er is een dringende behoefte aan innovaties die ons leiden naar een beter milieu. Dat geldt ook voor allen die betrokken zijn bij de maritieme sector.
De eerste maatregel staat voor de deur. Vanaf 1 januari 2020 treedt de IMO Low Sulpher Regulation in werking
46
Tot veler verrassing werd in 2015 tijdens de Klimaattop in Parijs de scheepvaart, naast de luchtvaart, buiten het historische landenakkoord gehouden. Met als argument dat de uitstoot van scheepvaart niet natiegebonden is. Dat klopt weliswaar, maar maakt de urgentie niet geringer. Immers, berekeningen tonen dat als de scheepvaart een land zou zijn, het in de mondiale top tien zou staan qua uitstoot van broeikasgassen. Tegelijkertijd is de scheepvaart een onmisbare schakel in de internationale handel. Voldoende redenen een nieuwe koers uit te zetten naar een schonere scheepvaartsector. De Internationale Maritieme Organisatie IMO heeft die handschoen opgepakt. Op 13 april 2018 zijn afspraken gemaakt die moeten leiden tot een absolute reductie van broeikasgassen van minstens 50% in 2050 ten opzichte van 2008. De Green Deal die in juni 2019 in Nederland is afgesloten gaat nog een stap verder en spreekt van 70% reductie. Recentelijk kondigde Commissie-voorzitter Ursula von der Leyen aan alle sectoren voor uitstoot moeten gaan betalen, wellicht via
een CO2 emissie systeem. Samenvattend, de politieke druk om de transitie te versnellen neemt verder toe. De eerste maatregel staat voor de deur. Vanaf 1 januari 2020 treedt de IMO Low Sulphur Regulation in werking. Dit betreft nieuwe regels voor de toegestane hoeveelheid zwavel in brandstof voor scheepvaart. De zwavellimiet op bestaande fossiele bunkerbrandstoffen moet worden teruggebracht van 3,5 % tot 0,5%. Rederijen kunnen overstappen op een laagzwavelige, maar veel duurdere brandstof, of overgaan tot de installatie van uitstoot beperkende systemen (open of closed loop scrubbers). Een derde variant is het in de vaart nemen van nieuwe schepen met LNG aangedreven motorisering. Rederij Antony Veder is een voorloper op het gebied van LNG, volgens de jury een van de redenen waarom CEO Jan Valkier verkozen is tot nieuwe Havenman van het jaar Rotterdam. Voor 2020 zullen schippers en rederijen in verreweg de meeste gevallen kiezen op laagzwavelige brandstof te gaan varen. Dit zal leiden tot stijgende vrachtprijzen die door verladers zullen moeten worden gedragen.
Naast bovenstaande maatregel die dus al over een paar weken ingaat helpt technologie de scheepvaart verder op weg om de duurzame transitie vorm te geven. Nederland heeft als maritiem land een hoge reputatie op te houden, ook als het gaat om innovatie. En we laten dat zien. De afgelopen periode zijn al meerdere hybride aandrijvingsvarianten (diesel-elektrisch) in de vaart genomen, met als meeste recente wapenfeit het elektrische containerschip Sendoliner. Dit schip heeft in november het prestigieuze Maritime Award ‘KNVTS Schip van het jaar’ gewonnen. Om nieuwe technologieën te kunnen faciliteren wordt ook naar de rol van havenbedrijven gekeken, met name op gebied van bunkering faciliteiten. Met de doop van de FlexFueler001 heeft de haven van Amsterdam een mooie stap gemaakt naar het efficiënt bunkeren LNG voor de binnenvaart. Mooie voorbeelden waarin de maritieme sector als eco systeem samen optrekt in nieuwe oplossingen voor de scheepvaart.
Een laatste technologische innovatie, weliswaar met een iets langere horizon, is waterstof aandrijving. Dat het echter niet enkel meer verre toekomstmuziek is blijkt uit de aankondiging in juli 2019 van NPRC samen met Nouryon en Lenten Scheepvaart. Zij hebben de intentie een binnenvaartschip te bouwen dat 100% op waterstof gaat varen. Ook de haven van Amsterdam is actief op dit front met hun deelname aan het consortium MissieH2 en het samenwerkingsverband Hydroports.
Bart Banning Sector Banker Transport & Logistiek ABN AMRO | Sector Advisory & Sustainability
Technologische innovaties zijn noodzakelijk om richting te geven aan de koers van de maritieme sector naar een duurzame scheepvaart. Dat geldt ook voor het samenspel tussen overheid, rederijen, verladers, havens én financiers. Immers, lange termijn investeringen vragen een passend rendement, ook dat is voorwaardelijk voor toekomstbestendig ondernemen. Als we samen vanuit ieders expertise de schouders eronder zetten is de verduurzaming van de vloot in zicht. Op naar die volgende stap in 2020.
47
DEC 2019 NUMMER 4
Ways To Sea
Havengildediner 2019
Mastworp basis voor meer samenwerking
Klaar voor de energie van de toekomst Vopak verder onder de naam EVOS
70 jaar scheepsreparatie Damen Oranjewerf jubileert
ARE WAYS TO SEE