1 minute read
THUIS IN DE STAD
Wie Bart van Oosterhout (60), zijn vriendin Astrid Verveer (54) en hun honden Frodo (bruin, onder de tafel) en Noa (wit) Wat Een koopappartement van 210 m2 aan het Sarphatipark in De Pijp Hoe Gekocht
Sinds 2008
Advertisement
Opvallend Een groot dakterras van 50 m2 met uitzicht over het park, Zuid en de Zuidas, met een vaste trap, een elektrisch dakluik en een kruidentuintje
Fijnste plek Aa de robuuste zelfgebouwde tafel van 3,5 meter
‘Na mijn scheiding in 2007 kwam ik hier alleen wonen met mijn zoontje van toen 3 jaar. Astrid kwam erbij na twee jaar.
Frodo en Noa zijn geredde straathondjes uit Spanje. Frodo kregen we als pup. Noa kwam bij ons toen de moeder van Astrid overleed.’
‘De plantenbak heb ik zelf gebouwd aan de hand van een YouTube-video. Ik had onderin eerst een kruidentuin met tomaten en aardbeien, maar de hondjes gebruikten de bak als ligplek, dus nu staat er gras. Dat trouwens nodig gemaaid moet worden.’
‘Een dakterras op 14 meter hoogte, daar heb je zeker drie dagen per jaar veel plezier van, zeg ik altijd. Het wordt er erg warm, maar het grootste probleem is de wind. Ik vond eens op straat een parasol – hé, dat lijkt de mijne wel, dacht ik nog. En dat was het ook. Gelukkig heeft-ie niks geraakt. Nu hangt er een zeil. Veel steviger.’
‘Ook de tafel en de bankjes heb ik zelf gebouwd. Een timmerman kwam het hout brengen, maar kwam daarna niet meer opdagen. Toen heb ik zelf maar iets bedacht en in elkaar gezet.’
‘In de ochtend drink ik aan de tafel mijn koffie. Noa volgt me dan altijd en gaat in het lange gras liggen. ’s Avonds doen we er drankjes of we eten er met vrienden. Maar niet zo vaak.’
‘Omdat we aan het park wonen, moet ik ieder jaar het hele dakterras schoonspuiten van groene aanslag, met een hogedrukspuit. De tafel pak ik dan ook mee. Daar kan-ie tegen, de planken zijn minstens zes centimeter dik.’
‘Ik vind het heerlijk om in de daktuin bezig te zijn. Voor de bewatering heb ik zo’n Gardena-systeem met slangetjes, anders droogt de boel heel snel uit.’
Speciaal voor het zomernummer van de Uitkrant schreef Libris-winnaar Rob van Essen een spannend verhaal, over twee jongens, een duister bos en een goddeloze man.