woord en beeld de vriend van de bruidegom 3e zondag van advent Johannes zei: ‘Jullie kunnen van mij getuigen dat ik gezegd heb: “Ik ben de messias niet, maar ik ben voor hem uit gezonden.” De bruidegom krijgt de bruid; de vriend van de bruidegom staat te luisteren en is blij dat hij de stem van de bruidegom hoort. Dat vervult mij met grote vreugde.’ Johannes 3
Woorden in liederen, woorden van het gebed, woorden uit de Schrift: gedichten zijn het, geloofspoëzie, om te zeggen wat onzegbaar is en om wat onnoembaar is toch naam te geven. Zo ook de woorden over Jezus uit de mond van Johannes de Doper, de vriend van de bruidegom. Het zijn weg en wegen wijzende woorden, die we vooral moeten koesteren, niet moeten verspelen of inruilen voor de vele weinig zeggende, snel verwaaiende wanen van de dag, welke dan ook. ‘Een gedicht’, aldus Cor Jellema kort voor zijn dood, ‘een gedicht mag.’Hij noemde een gedicht een vrijplaats voor woorden die je in een redelijke, stap voor stap gevolgde redenering niet eens zou durven gebruiken, als iemand je zou vragen: meen je dat nou echt, gelóóf je dat? ‘Maar in het gedicht’, vervolgde Jellema, ‘in het gedicht mag ik spijbelen —of liever, het gedicht zelf spijbelt voor mij. Het beschouwt zichzelf als een vrijplaats voor intuïties, voor onverdedigbare noties, niet te beargumenteren beseffen’ In januari 2001 maakte Jellema een bootreis naar het noorden van Noorwegen. En op een avond, een ijzig koude avond, zag hij het Noorderlicht, vanuit een dekstoel onder dikke dekens. Die overrompelende ervaring heeft hij verwoord in het gedicht ‘Aurora borealis’. Geen foto kon dat vastleggen. Alleen de verbeelding met weldoordachte woorden. Ook in deze regel: ‘...want geloven, dat geeft van een soort van eeuwigheid een glimp’. Een fragment: Nee, foto’s Heb ik niet willen maken, want geen sluiter, denk ik, Hoe lang ook open vangt een lichtgeboorte zo In den beginne op, je zult het met het woord Zelf moeten doen en dan je voorstelling daarbij, Al deelt niemand die met je, maar geloven: dat Geeft van een soort van eeuwigheid een glimp.
Dit is het laatste schilderij van Leonardo da Vinci. Twee dingen vallen op: de hand die naar de hemel wijst en het glimlachende gezicht van Johannes dat ons recht aan kijkt. Verder is niets verbeeld, de rest is donker. Maar die glimlach is even innemend en geheimzinnig als die van de Mona Lisa, Leonardo’s meest beroemde werk. Die wonderschone glimlach danken we aan een schildertechniek die Leonardo als eerste toepaste: schaduwen rond de mondhoeken. Johannes zegt niets, maar die glimlachende blik suggereert meer dan duizend woorden.
Cor Jellema
samenstelling: Bettina van Santen en Kees Wijnen / december 2008 tekst - Huub Oosterhuis
misschien wel woorden van de vriend over de bruidegom