Incident mei 2008

Page 1

Jaargang 8, nummer 5, 2008

Multidisciplinair vakblad voor hulpverleners

Civiel-militaire samenwerking

The Eye in the Sky

Duikers bij de brandweer

“Ervaring is de grootste vijand”   Brand in rieten dak

Smeulend vuur als paard van Troje


6OOR DE UITBREIDING VAN ONZE ORGANISATIE OP HET GEBIED VAN RESUSCITATIE IN .EDERLAND ZOEKEN WIJ PER DIRECT EEN

B V

'RAl-EDICS IS GESPECIALISEERD IN DIAGNOSTISCHE EN THERAPEUTISCHE APPARATUUR OP HET GEBIED VAN RESUSCITATIE CARDIOGRAlE EN FOETALE BEWAKING )N DEZE EERSTE CATEGORIE ZIJN WIJ INTRA MURAAL MARKTLEIDER 'RAl-EDICS IS VOOR DEZE APPARATUUR BINNEN DE "ENELUX DEALER VAN 0HILIPS (EALTHCARE )N EEN DRUKKE EN INFORMELE WERK OMGEVING STAAN BIJ 'RAl-EDICS SERVICE EN RESULTAATGERICHTHEID EN COLLEGIALITEIT HOOG IN HET VAANDEL

!CCOUNT -ANAGER n $ElBRILLATOREN n %XTRA -URAAL M V HEEL .EDERLAND

5W FUNCTIE s 6ERKOOP EN APPLICATIE VAN MEDISCHE APPARATUUR VOOR DE !MBULANCEMARKT s (ET REALISEREN VAN EEN AANZIENLIJKE GROEI VAN DE OMZET EN CONTINUÕTEIT s 3YSTEMATISCHE EN EFlCIÑNTE BEWERKING VAN DE DOELGROEP s (ET VERZORGEN VAN PRODUCT DEMONSTRATIES s %VALUEREN VAN HET GEBRUIK VAN ONZE PRODUCTEN BIJ AFNEMERS s (ET ONDERHOUDEN VAN BESTAANDE RELATIES EN HET PROSPECTEREN NAAR NIEUWE RELATIES IN DE MARKT s $EELNAME AAN CONGRESSEN WORKSHOPS EN BEURZEN s 2APPORTAGE s (ET VERDER UITWERKEN EN COÚRDINEREN VAN EEN 2ITREGISTRATIE VERSLAGLEGGINGSYSTEEM 5W PROlEL s ("/ WERK EN DENKNIVEAU s !ANTOONBARE WERKERVARING IN DE AMBULANCE MARKT s %RVARING IN EEN VERGELIJKBARE FUNCTIE IS EEN PRÏ s +ENNIS VAN DE %NGELSE TAAL s 7OONACHTIG IN HET MIDDEN VAN HET LAND s 5W BELANGRIJKE KENMERKEN ZIJN COMMERCIÑLE INSTELLING PROFESSIONEEL STERKE DRIVE VISIE RESULTAAT EN SERVICEGERICHT RELATIEBOUWER INZICHT IN COMPLEXE SITUATIES OPLOSSINGSGERICHT TACTVOL CREATIEF OVERTUIGEND /NS AANBOD s 7IJ BIEDEN U EEN UITDAGENDE FUNCTIE BIJ EEN INTERESSANTE EN DYNAMISCHE ORGANISATIE s 5 KRIJGT DE MOGELIJKHEID EEN BELANGRIJKE POSITIE TE VERVULLEN

WAARBIJ U VEEL RUIMTE KRIJGT VOOR EIGEN INITIATIEF EN ONTWIKKELING s 4EGENOVER UW INSPANNINGEN STAAN EEN MARKTCONFORM STARTSALARIS EN UITSTEKENDE SECUNDAIRE ARBEIDSVOORWAARDEN WAARONDER EEN BONUSREGELING EN EEN LEASE AUTO )NTERESSE 'ELIEVE UW MOTIVATIE CURRICULUM VITAE EN SALARISWENS BIJ VOORKEUR TE STUREN NAAR VACATURE GM NL BINNEN TWEE WEKEN NA PLAATSINGSDATUM ADVERTENTIE OF NAAR 'RAl-EDICS B V 4 A V AFDELING 0ERSONEELSZAKEN !MBACHTSMARK %% !LMERE (AVEN +IJK VOOR NADERE INFORMATIE OVER ONS BEDRIJF OP ONZE WEBSITE WWW GM NL


Colofon

8e jaargang nr 5, mei 2008 Incident verschijnt tien keer per jaar, rond de 24e van de maand De juni/juli en augustus/september­ nummers zijn gecombineerd. Vakblad Incident is een uitgave van Incident B.V.

Postadres:

Postbus 221, 3360 AE  Sliedrecht

Vestigingsadres

Stationsweg 109, 3362 HC  Sliedrecht Telefoon: +31 (0)184 750810 Fax + 31 (0)184 750811 info@vakbladincident.nl www.vakbladincident.nl

Redactie

Marcel Debets (hoofdredacteur) redactie@vakbladincident.nl Gerard Pijnenburg (webredacteur) webredactie@incidentonline.nl

Bladmanagement en marketing

Jeroen Zaunbrecher bladmanagement@vakbladincident.nl

Advertentie-exploitatie

Bureau van Vliet B.V. Postbus 20 2040 AA Zandvoort Tel. 023-5714745 Fax. 023-5717680 zandvoort@bureauvanvliet.com

Account managers Mariëlle Groot Ruud F. van Viersen

Ontwerp & Opmaak JB&A Raster, Delft

Druk

JB&A, Wateringen

Aan dit nummer werkten mee:

Rob Jastrzebski, Jan-Willem Kempeneers, Tina Reinders, Martijn Vet

Voortzetting en opzegging

Uw abonnement wordt automatisch ­verlengd aan het einde van jaar. Wilt u uw abonnement opzeggen, dan moet u dat schriftelijk doen, minimaal twee maanden voor het einde van het jaar, naar: Vakblad Incident, Postbus 221, 3360 AE  Sliedrecht. Zodra wij uw opzegging hebben ontvangen, sturen wij u een schriftelijke bevestiging met einddatum van uw abonnement. Dit is uw bewijs van opzegging.

Incident 4-2008

Voorwoord

Rood en zwart D

e kans is groot dat u het exemplaar van Incident dat u nu leest, uitgereikt heeft gekregen in Hardenberg, op de Brandweervakdagen. Daar is weinig voorspellend vermogen voor nodig. Ter gelegenheid van de beurs is de oplage flink uitgebreid en hebben we ons multidisciplinaire blad een overwegend ‘rode’ kleur gegeven; de andere disciplines staan voor even in de wacht, grotendeels althans. Helaas is de kleur van deze Incident ook overwegend zwart. Dat de dramatische gebeurtenissen in De Punt van 9 mei jongstleden hét gespreksonderwerp van deze beurs zijn, ook dáárvoor is geen voorspellende gave nodig. Het brandweervak is een gevaarlijk beroep, daar hoeven we niet moeilijk over te doen. Dat echter drie mannen tegelijk in moeilijkheden komen en het niet na kunnen vertellen, dat komt gelukkig maar zelden voor. De actualiteit is onverbiddelijk. Als het blad nog niet gesloten is, voelen we ons verplicht aandacht te schenken aan zo’n ingrijpende ­gebeurtenis, als hebt u het honderd keer op radio gehoord of op televisie gezien. Zoals vaak bij zulke rampzalige zaken, weet ook ik nog precies wat ik deed toen ik het bericht kreeg van Rob Jastrzebski. Ik stond, heel ­prozaïsch, in het tuincentrum mijn nieuwe planten voor de tuin af te rekenen toen mijn mobiel ging. Heel wrang, vergelijkbaar met wat Egbert Ubels, een van de overledenen, gebeurde op de rampdag: uit het relaas van zijn zoon blijkt dat zijn semafoon afging terwijl hij de weekendboodschappen aan het doen was bij de supermarkt. Wat de andere twee omgekomen mannen deden, Anne Kregel en Raymond Soyer, is niet bekend, maar dat zal niet veel anders zijn geweest. Ook dát is brandwerend Nederland: als vrijwillig lid van de brandweer kun je op de gekste momenten worden opgeroepen. Maar als het gebeurt, dan gá je, want dat is de taak die je op je hebt genomen. Rob Jastrzebski klom meteen in de pen, en leverde voor de tweede keer deze maand een top-column af. De oude houdt u tegoed voor de volgende keer. Zelf haalde ik hoogstpersoonlijk de nieuwspagina’s van de pers – bij wijze van spreken – zodat we een passende terugblik konden plaatsen. Toch nog even zakelijk: nu u toch op de beurs bent, u bent toch onze eigen IVIC niet vergeten? We zitten nu even in een tussenjaar, maar volgend jaar is er de echte lustrumeditie. In de nieuwspagina’s leest u er meer over. Marcel Debets, hoofdredacteur


POL

wegbebakening •

POL

politietechniek •

Uw en onze veiligheid: afzetten waarschuwen verlichten

POL

bewegwijzering


Inhoud

6 Pilots Tweede loopbaantraject brandweer van start

Rob Jastrzebski Dit jaar en volgend jaar vinden in zes gemeenten pilots plaats, gericht op het ontwikkelen van een tweede loopbaanbeleid voor brandweerlieden met een bezwarende functie. De pilots hebben tot doel bestuurders en brandweermanagement inzicht te geven in de consequenties van de tweede loopbaanproblematiek voor de organisatie. Eén van de deelnemende gemeenten is Nijmegen.

10 Duiken: gevaarlijke sport of noodzakelijk beroep?

Jan-Willem Kempeneers Het duikseizoen is nog maar amper begonnen of er zijn in Nederland al twee duikers omgekomen tijdens een duik. Eind maart kwam een duiker in de Grevelingen bij Ouddorp om het leven. Een week later zochten de hulpdiensten dagenlang naar een vermiste duiker op het Zijpe bij Anna Jacobapolder. Tot op heden is deze duiker nog niet gevonden. Bewijst het bovenstaande dat duiken een gevaarlijke sport is, of zijn dit incidenten?

15 Vijf jaar paraat voor catastrofen

21 Een ‘onmogelijke brand’

30 Bestrijden van grote natuurbranden

9 Taskforce nu Taakgroep met nieuwe campagne

13 ‘De risico’s van het vak’

18 Planvorming of ‘okselprocedure’?

25 Collectieve valbeveiliging voor werken op rieten daken

27 The Eye in the Sky

35 Kort Nieuws

Column JSTRZBSK!

Rob Jastrzebski Nederland heeft niets met aardbevingen en heeft nauwelijks operationele ervaring met andere echt omvangrijke (natuur)rampen. Maar als zich ergens in de wereld een catastrofe voordoet waarbij de internationale gemeenschap om hulp wordt gevraagd, dan heeft ons land op hulpverleningsgebied heel wat te bieden. Het Nederlandse ‘Urban Search and Rescueteam’ (USAR. NL) speelt mee in de top van de internationale reddingswereld. Waarin een klein land groot kan zijn.

Rob Jastrzebski Ze komen met enige regelmaat voor; incidenten die ‘eigenlijk’ niet kunnen. Zoals de brand die op 30 maart een monumentale woonboerderij in Woerden verwoestte. Het pand had een rieten dak dat met brandvertragend middel was geïmpregneerd en in het dubbele dakbeschot was brandvertragend isolatiemateriaal aangebracht. Desondanks kon een beginnende brandhaard bij de dakrand uitgroeien tot een vuurzee die de hele boerderij verwoestte.

Tina Reinders Gemiddeld gaat er in de Verenigde Staten ieder jaar zo’n 17 duizend vierkante kilometer aan natuurgebied in vlammen op. De ene keer is het levensbedreigend, de andere keer is het juist goed voor de natuur omdat vuur een natuurverschijnsel is. Maar wat voor natuurbrand het ook is, het moet in ieder geval onder controle gebracht worden. Daar is een gespecialiseerde brandweer met speciaal materiaal voor: de wildland firefighters.

*AARGANG NUMMER

-ULTIDISCIPLINAIR VAKBLAD VOOR HULPVERLENERS

#IVIEL MILITAIRE SAMENWERKING

4HE %YE IN THE 3KY

$UIKERS BIJ DE BRANDWEER

±%RVARING IS DE GROOTSTE VIJAND² "RAND IN RIETEN DAK

3MEULEND VUUR ALS PAARD VAN 4ROJE

Een schijnbaar gebluste brand wordt uiteindelijk toch monumentale boerderij fataal. Foto: Rob Jastrzebski.

Incident 4-2008


Dit jaar en volgend jaar vinden in zes gemeenten pilots plaats, gericht op het ontwikkelen van een tweede loopbaanbeleid voor brandweerlieden met een bezwarende functie. De pilots hebben tot doel bestuurders en brandweermanagement inzicht te geven in de consequenties van de tweede loopbaanproblematiek voor de organisatie. Eén van de deelnemende gemeenten is Nijmegen.

“Maximaal 20 jaar in bezwarende functie en dan iets anders”

Pilots Tweede loop­baan­ traject brandweer van start Door Rob Jastrzebski

K

ern van de Nijmeegse aanpak is dat de ­brandweer gebruik kan maken van de diensten van het ‘Mobiliteitsbureau’ van de gemeente om mensen na 20 jaar repressieve dienst in een geschikte tweede loopbaan te plaatsen. Bij voorkeur binnen de brandweer, maar als daar geen functies beschikbaar zijn bij een andere werkgever. Aspirant-brandweerlieden worden dan ook al bij aanname gestimuleerd om verder om zich heen te kijken dan uitsluitend in de ‘rode kolom’. Hoe zit dat precies, dat tweede loopbaanbeleid? Achtergrond is de afschaffing van de FLO-regeling (Functioneel Leeftijdsontslag) voor repressief brandweerpersoneel. Die regeling hield in dat brandweerlieden na hun repressieve brandweercarrière met 55 jaar de dienst konden verlaten en dan op hun lauweren konden gaan rusten. Een riante maar dure regeling, die daarom door de overheid is afgeschaft. In plaats daarvan komt een ­regeling die voorschrijft dat werknemers in bepaalde beroeps­ groepen die een lichamelijk of geestelijk ‘bezwarende functie’ hebben, deze functie nog maar voor maximaal 20 jaar mogen uitoefenen. Dat voorkomt dat ze opbranden door hun zware werk zodat ze na een bijscholingstraject nog elders inzetbaar zijn op de arbeidsmarkt. Maatschappelijk belang en werknemersbelang gaan dus hand in hand. Hoewel er veel verzet is geweest tegen Projectleider Corné de Swart en plaatsvervangend commandant Steve Kuils

Incident 4-2008

afschaffing van de FLO, is de ingeslagen weg onomkeerbaar. Een repressieve brandweerfunctie is niet langer een baan voor het leven, maar is eindig. De werknemer moet, met steun van zijn werkgever, tijdig voorbereidingen treffen voor zijn tweede loopbaan ná de repressieve dienst.

Mobiliteitscentrum

De pilots die duidelijk moeten maken wat de consequenties zijn van invoering van het tweede loopbaanbeleid, worden behalve in Nijmegen gehouden in Tilburg, Groningen, Hoorn, Hengelo en Maastricht. Een represen­ tatieve mix van kleinere en grotere gemeenten met beroepsbrandweer, verspreid over het land. “Die mix is belangrijk om goed vast te kunnen stellen hoe het beleid voor verschillende typen gemeenten uitpakt”, verklaart Steve Kuils, plaatsvervangend commandant en hoofd repressie van Brandweer Nijmegen. “Er zullen zeker verschillen in aanpak èn mogelijkheden ontstaan. Met name omdat grotere gemeenten meer herschikkings­ mogelijkheden hebben voor personeel dat verplicht de uitrukdienst uitmoet, dan kleinere gemeenten. Èn omdat zij meestal ook meer financiële mogelijkheden hebben.” De werkgevers zijn verplicht om mensen die een bezwarende functie uitoefenen te ondersteunen bij het vinden van een geschikte tweede loopbaan. Hoe zij dit organiseren kan van gemeente tot gemeente verschillen, afhankelijk van de lokale organisatie en mogelijkheden. In Nijmegen kan voor het tweede loopbaantraject een beroep worden gedaan op het Mobiliteitsbureau, formeel een onderdeel van de gemeente Nijmegen, maar werkzaam voor meerdere gemeenten in Gelderland-Zuid. Projectleider Corné de Swart van de pilot tweede loopbaan in Nijmegen, licht toe: “Dit mobiliteitsbureau bemiddelt en ondersteunt werknemers van gemeenten bij het vinden van een nieuwe baan. Het bureau heeft een overzicht van alle beschikbare vacatures binnen de gemeente en in de regio en stelt bovendien faciliteiten beschikbaar om mensen goed te ondersteunen bij hun keuze. Bijvoorbeeld via persoonlijk assessment, waarin wordt vastgesteld wat mensen kunnen. Daar hebben we natuurlijk veel steun aan. Op basis van het Nijmeegse beleidsplan krijgen brandweerlieden op wie de regeling van toepassing is een voorrangs­ positie in de bemiddeling voor een herschikkingstraject.”


Eigen verantwoordelijkheid

Brandweer Nijmegen heeft een repressieve beroepsdienst van circa 80 medewerkers. Begin dit jaar zijn voor alle drie de beroepsploegen informatiebijeenkomsten gehouden, om de medewerkers te informeren over het aanstaande tweede loopbaanbeleid. Acht medewerkers in verschillende stadia van hun loopbaan zijn aangemeld om deel te nemen aan de pilot. Deze brandweerlieden zijn de eersten voor wie een gericht loopbaanbeleidingstraject wordt opgesteld, inclusief de vroegtijdige voorbereiding op een tweede loopbaan na maximaal 20 jaar repressieve dienst. Ook al hebben de werkgevers een verplichting om medewerkers in het kader van het tweede loopbaanbeleid te helpen een geschikte nieuwe functie te vinden; de primaire verantwoordelijkheid voor de invulling van de arbeidstijd na 20 jaar repressieve dienst ligt bij de werknemer zelf. Corné de Swart zegt hierover: “Het moment waarop het voorbereidingstraject voor de tweede loopbaan begint, verschilt van persoon tot persoon. Het gaat om een indivi­ dueel traject, dat afhankelijk is van het moment waarop een werknemer aangeeft zich op een nieuwe loopbaan te willen richten. Daar is natuurlijk de nodige voorbereidingstijd voor nodig, onder andere voor studie en bijscholing. Het is goed om er tijdig mee te beginnen. De werknemer bepaalt dat moment en maakt de uiteindelijke keuzes. De werkgever faciliteert en ondersteunt alleen.” Bewustwording van het nieuwe loopbaanbeleid voor de repressieve brandweerdienst begint in de Nijmeegse aanpak al bij het begin van de brandweercarrière. “Al op het moment dat nieuwe aspirant-brandwachten de organisatie binnenkomen, stimuleren we ze om hun blik te verbreden naar arbeidsterreinen buiten de brandweer”, vervolgt Corné de Swart. “Mensen moeten zich al op het moment dat ze bij de brandweer beginnen realiseren dat een bezwarende repressieve functie maximaal 20 jaar duurt en dat ze tijdig keuzen moeten maken om soepel door te stromen naar een nieuwe functie binnen of buiten de brandweer. Ook in ons selectie- en aannamebeleid houden we al rekening met het niveau waarin mensen geplaatst worden; een MBO-opleidingsniveau. Mensen die deelnemen aan het tweede loopbaantraject worden op dat niveau omgeschoold, omdat ze dan de beste kansen hebben op de arbeidsmarkt. Nieuwe instromers proberen we daarom al op MBO-niveau te selecteren.”

Nijmeegse beroepsbrandweerlieden oefenen voor hun repressieve job, maar moeten ondertussen al nadenken over hun vervolgloopbaan.

sterk verschillen. Sommige mensen zijn na 10 jaar repressieve dienst al opgebrand, terwijl anderen misschien wel 45 jaar kunnen doorgaan. Persoonlijk vind ik het zonde om mensen die het repressieve brandweerwerk nog jaren lang aankunnen weg te sturen, om het simpele feit dat ze na 20 jaar weg móeten. Ik begrijp dat nu in beginsel voor een harde limiet van 20 jaar gekozen is, omdat we de ­consequenties van het op te stellen beleid nog niet goed kunnen overzien. Maar ik kan me ook voorstellen dat op enig moment die harde eis weer wordt versoepeld. Uiteindelijk is het gestandaardiseerd periodiek medisch onderzoek, dat binnenkort landelijk wordt ingevoerd, sowieso bepalend voor de geschiktheid voor de repressieve uitrukdienst. Als die gezondheidstest aangeeft dat ook mensen met 20 of meer dienstjaren in een bezwarende functie nog aan alle eisen voldoen, waarom zou je die mensen dan wegsturen?” Kuils wijst op een recent voorbeeld, waarin drie brandweerlieden van zijn korps die in de eerdergenoemde overgangsregeling zitten, na keuring hebben besloten om door te gaan. “Ik ben blij dat ik nog over die mensen kan beschikken. Het zijn gedreven en gemotiveerde brandweerlieden, met een schat aan operationele kennis en ervaring. Het is dus goed voor de organisatie dat ze doorgaan en het kost mij minder geld en moeite om hen in een nieuwe loopbaan te plaatsen en geschikte opvolgers te vinden.” Zichtbare tekenen van een bezwarende functie.

Het Tweede loopbaanbeleid maakt onderscheid in twee arbeidssituaties, als vertrekpunt voor de loopbaanbegeleiding. Voor medewerkers die na 1 januari 2006 in dienst zijn gekomen geldt zondermeer dat zij na 20 jaar een bezwarende functie te hebben gehad een andere loopbaan moeten kiezen. Voor mensen die na 1949 geboren zijn, maar die minder dan 20 dienstjaren hebben, geldt dat ze mogen kiezen; meedoen aan het tweede loopbaantraject, of doorgaan tot de maximale leeftijd van 59 jaar. Zolang de periodieke medische keuring tenminste aangeeft dat ze aan alle lichamelijke en geestelijke eisen voldoen. Hoe hard is die eis van maximaal 20 jaar repressieve dienst eigenlijk en is die eis terecht? Plaatsvervangend commandant Steve Kuils heeft er wel een opvatting over. “Naar mijn idee zou niet een hard getrokken grens in arbeidsjaren moeten bepalen hoe lang iemand een bezwarende functie mag uitvoeren, maar de vraag of iemand aan alle gestelde eisen voldoet. Dat kan van persoon tot persoon Incident 4-2008

Foto’s RJ

Harde eis of niet?


Handelsonderneming GALJOEN Tel +31(0)223 669951 E-Mail galjoen@quicknet.nl Web-Side www.galjoen.nl Web Winkel www.galjoenwinkel.nl

Producent Galjoen waadpak

NIEUW aan waadpak, is gebruik van Benbecula met Gore-Tex Liner, een trilaminaat van W.L. Gore Associates B.v. Importeur HAIX Brandweerlaarzen en schoenen Importeur Holik brandweerhandschoenen NIEUW Holik THv handschoen Jordan Plus snijbescherming level 5 Importeur Cromwell Rescue & Brandweerhelm ER1 & FR2 Dealer: Procean duikpakken, Fuchshuber Nomex comfort onderkleding en balaclava’s, Helly Hansen, Gerba, Roughnecks, Peli products, Diverse merken Rescue Knives. Galjoen verzorgd ook het bedrukken en borduren van T shirts en polo’s etc.


Voorzitter Hannie van Leeuwen van de Taakgroep ontvangt een folder en een ‘basispakket’ van Frank vergeer van het ministerie van BZK.

De gerichte aandacht voor verminderd zelfredzamen bij incidenten en rampen krijgt stap voor stap meer structuur. Dat bleek op woensdag 16 april uit enkele wapenfeiten tijdens de Supportbeurs in Utrecht, de vakbeurs voor mensen met een functiebeperking en de zorgsector. De beurs bood een ideaal podium voor de start van de nieuwe doelgroepgerichte risicovoorlichtingscampagne ‘Denk vooruit-Niet bang maar voorbereid’. En via een videotoespraak bracht ook minister Ter Horst van BZK goed nieuws. Zij stelt 2,8 miljoen euro beschikbaar aan de Taakgroep Handicap en Lokale Samenleving voor activiteiten om de zelfredzaamheid van mensen met een functiebeperking te vergroten en de hulpverlening aan deze doelgroep te verbeteren.

Taskforce nu Taakgroep met nieuwe campagne

Structurele aandacht voor minder zelf­red­zamen bij rampen Door Rob Jastrzebski

“H

et is voor alle burgers belangrijk om zich goed voor te bereiden op mogelijke ramp- en crisissituaties, zodat zij in voorkomende gevallen adequaat kunnen handelen en zichzelf kunnen redden”, zei minister Ter Horst in haar videoboodschap. “Maar voor mensen met een functie­ beperking, zoals blinden, doven en rolstoelgebruikers, is het extra belangrijk dat zij zich goed voorbereiden, omdat zij zich ten opzichte van burgers zonder ­functiebeperkingen niet of minder gemakkelijk zelfstandig in veiligheid kunnen brengen. Zij zijn dus afhankelijk van mensen in hun omgeving en van adequate reactie door de hulpverlening. Tot nu toe is er op het gebied van de rampenbestrijding weinig aandacht geweest voor deze doelgroep, maar dat gaat veranderen. Daarom steunt mijn ministerie van harte initiatieven en projecten die eraan bijdragen verminderd zelfredzamen weerbaarder te maken bij ramp- en crisissituaties.” De nieuwe campagne ‘Denk Vooruit-Niet bang maar voorbereid’ is een duidelijk signaal dat de overheid de snel groeiende groep verminderd zelfredzamen in de samenleving actiever bij de rampenvoorbereiding betrekt. Maar ook in organisatorische zin is een gestructureerde aanpak van de problematiek van verminderd zelfredzamen voor de komende jaren gewaarborgd. De Taskforce Handicap en Samenleving, die de afgelopen jaren veel missiewerk op dit gebied heeft verricht, heeft een doorstart gemaakt onder een nieuwe naam: Taakgroep Handicap en Lokale Samenleving. Onder voorzitterschap van Hannie van Leeuwen zal de taakgroep de missie van de taskforce drie jaar voortzetten, door verder te werken aan het bevorderen van het risicobewustzijn bij gehandicapten en het stimuleren van lokale en regionale projecten op het gebied van hulpverlening en rampenbestrijding. Bij de uitvoering van de activiteiten van de Taakgroep wordt inhoudelijk samengewerkt met het Veiligheidsberaad, de koepel van voorzitters van de veiligheidsregio’s. Hierdoor kan binnen de veiligheidsregio’s meer gericht aandacht Incident 4-2008

worden besteed aan de problematiek van verminderd zelfredzamen in de hulpverlening. De nu nog verbrokkelde aandacht die het thema in enkele voorlopergemeenten krijgt, kan dan op regionaal niveau in heel Nederland meer worden gestructureerd. Er liggen nog uitdagingen genoeg; zoals het vormgeven van gericht opleidings- en oefenbeleid voor de brandweer en andere hulpverleningsdiensten en het stimu­ leren van regionale en lokale samenwerkings­ projecten met gehandicaptenorganisaties. Ook de positie van het ‘Rvarium’, het interactieve leer- en ervaringsprogramma dat op indringende wijze laat zien met welke problemen mensen met een functiebeperking worstelen bij incidenten, is voor de komende jaren veilig gesteld. Het Rvarium is ook ondergebracht bij de Taakgroep Handicap en Lokale Samenleving. De Supportbeurs in Utrecht trok in enkele dagen tijd circa 23.000 bezoekers; gehandicapten en mensen werkzaam in de zorgsector. Een uitgelezen kans om de nieuwe brochure ‘Niet bang maar voorbereid’ op grote schaal te ­verspreiden en zo een grote doelgroep op eenvoudige wijze te bereiken. Tevens reikte Frank Vergeer, hoofd risico- en crisiscommunicatie, namens het ministerie van BZK de drie eerste ‘basispakketten’ voor zelfredzaamheid in crisissituaties uit; een koffertje met onder andere een ‘slingerradio’ en waterbestendige lucifers. Hannie van Leeuwen, voorzitter van de Taakgroep Handicap en Lokale Samenleving, vice-voorzitter Hans Dijkstal en Winrie de Boer, secretaris van het Veiligheidsberaad mochten deze ontvangen. Een symbolische bezegeling van de nieuwe samenwerking tussen de Taakgroep en de koepel­ organisatie van de veiligheidsregio’s.

Foto’s: RJ


Het duikseizoen is nog maar amper begonnen of er zijn in Nederland al twee duikers omgekomen tijdens een duik. Eind maart kwam een duiker in de Grevelingen bij Ouddorp om het leven. Een week later zochten de hulpdiensten dagenlang naar een vermiste duiker op het Zijpe bij Anna Jacobapolder. Tot op heden is deze duiker nog niet gevonden. Bewijst het bovenstaande dat duiken een gevaarlijke sport is, of zijn dit incidenten?

Dagenlange zoekactie naar duiker in het Zeeuwse Sint Philipsland

Duiken: gevaarlijke sport of noodzakelijk beroep? Door Jan-Willem Kempeneers

S

int Philipsland is een schiereiland in het noordoosten van de provincie Zeeland, behorende tot de gemeente Tholen. Het voormalige eiland is omgeven door water en heeft via de Philipsdam, Slaakdam en de Krabbenkreekdam vaste verbindingen met respectievelijk Zuid Holland, Noord-Brabant en Tholen. Op zondagmorgen 6 april 2008 wordt omstreeks tien voor twaalf de brandweer van Sint Philipsland gealarmeerd, evenals de duikteams van de brandweer uit Tholen en Goes, voor een vermiste duiker in het Zijpe bij Sint Philipsland. Het Zijpe is een zeearm van de Oosterschelde, met plaatselijk grote dieptes tot zo’n 40 meter. Als de blusgroep Sint Philipsland als eerste eenheid ter plaatse komt is al snel duidelijk dat men weinig uit kan richten voordat een boot en duikers te water zijn. De duiker blijkt al sinds half 11 onder water te zijn. Mededuikers hebben eerst nog een reddingspoging gedaan alvorens de hulpdiensten te alarmeren.

Verschillende duikteams

De hulpverlening op de voormalige ­veerhaven op de kop van het eiland komt inmiddels snel op gang. Geronk in de lucht wijst op het naderen van de Rotterdamse ­traumahelikopter. Terwijl deze rondcirkelt boven het water om de omgeving uit te Verschillende hulpdiensten, waaronder vele duikteams,   waren massaal uitgerukt.

De eerste hulpdiensten zijn ter plaatse en wachten op de komst van duikers.

kammen, klinken sirenes van naderende hulpdiensten, waaronder ambulances, duikteams en reddingboten. De Officier van Dienst van de brandweer maakt in samenwerking met de duikploegleiders van de verschillende duikteams een plan van aanpak. De Thoolse duikers gaan te water op de punt van de pier om tot een diepte van acht meter te kunnen zoeken. Het Goesse duikteam gaat aan boord van een brandweervaartuig om verder uit de wal te zoeken tot een diepte van 15 meter. Deze diepte is ook de maximale diepte die een brandweerduiker mag gaan.

Zware opleiding

Het werken als brandweerduiker is een zware taak. Aan de duikers worden dan ook hoge eisen gesteld. De module Brandweerduiker, die gevolgd moet worden alvorens als brandweerduiker opgetreden mag worden, is een

10

Incident 4-2008

aanvullingsmodule op het niveau brandwacht. De opleiding tot duiker bestaat ten eerste uit een theoretische module, waar onder andere aandacht wordt besteed aan de duikmedische begeleiding, de regelgeving en de techniek en tactiek van het brandweerduiken. Verder bestaat de opleiding uit twee praktijkdelen, één in een zwembad en één in een buitenwater. Een brandweerduiker zal jaarlijkse een duikmedische herkeuring moeten ondergaan. Het examenreglement voor brandweerduiker van het NBBE schrijft verder voor dat een duiker pas in aanmerking komt voor verlenging van zijn diploma als deze minstens 20 duiken heeft gemaakt met een totale onderwatertijd van ten minste 600 minuten. Naast deze ureneis moet ook voldaan worden aan vele verschillende onderdelen, zoals het uitvoeren van een oefenduik vanaf een boot of het uitvoeren van noodprocedures.


Ernstig in de problemen

Ondanks de strenge eisen voor brandweer­ duikers is het al enkele keren voorgekomen dat een brandweerduiker tijdens de uitvoering van zijn functie om het leven kwam. Woensdag 12 maart ging het nog mis in het Zeeuwse Terneuzen. Bij de zoekactie naar de auto van de vermiste Aarnout Zegers raakte de 38-jarige Wim Matthijssen van het Terneuzense duikteam ernstig in de problemen. Duikteams uit de hele provincie Zeeland rukten volgens de noodprocedure uit om hun collega te kunnen helpen. Het lukte om de duiker aan de kant te krijgen waar hij werd behandeld door de ambulancedienst en personeel van het medisch urgentieteam uit België. Het slacht­ offer werd vervolgens in kritieke toestand overgebracht naar het ziekenhuis in Gent waar hij later op de dag aan zijn verwondingen overleed. Het Openbaar Ministerie, dat de zaak heeft laten onderzoeken, meldde dat de duiker door verdrinking om het leven is gekomen.

Luchtvaartpolitie

De vermiste duiker op Sint Philipsland is dus inmiddels al enkele uren onder water. Terwijl de duikteams van Tholen en Goes te water gaan en het water uitkammen, arriveren meerdere duikteams uit de regio. De centralist van de Gemeenschappelijke Meldcentrale Zeeland alarmeert ook het duikteam van het Stadsgewest Vlissingen/Middelburg. Dit team is stand-by gaan staan op de brandweer­ kazerne van Goes om de regionale dekking te waarborgen. Zoals gezegd ligt Sint Philipsland op de grens van Zeeland en Brabant. Met enige regelmaat kan het voorkomen dat deze gemeente een beroep doet op Brabantse korpsen. Zo ook nu: duikteams uit Fijnaart en Bergen op Zoom worden gealarmeerd om op Sint Philipsland te zoeken naar de vermiste duiker. Uit Dinteloord komt, via de Krammer en het Mastgat, de reddingsboot Hellegat ter plaatse. Ook de KNRM arriveert met een snelle boot op het Zijpe. Zelfs een helikopter van de dienst luchtvaartpolitie van het KLPD komt van de luchthaven Schiphol om met infraroodapparatuur te zoeken naar het slachtoffer. Omstreeks vier uur die zondagmiddag wordt de zoekactie naar de vermiste duiker gestaakt.

Statistieken

De stichting Duik Ongevallen Statistieken en Analyse registreert het aantal ongevallen met of zonder dodelijke afloop in Nederland en daarbuiten. Van januari tot en met september 2007 hebben in Nederland vijf dodelijke duikongevallen plaatsgevonden, waarvan twee in Zeeland. Daarnaast staan nog enkele tientallen ongevallen geregistreerd die met een sisser zijn afgelopen. Is het duiken, met name in de Oosterschelde echt zo onveilig of nemen de duikers teveel risico’s? Op 22 april Incident 4-2008

Duikers gingen te water en   door­­­zochten het water tot   15 meter diepte.

Ook met boten van de politie en de brandweer werd gezocht naar de vermiste duiker.

Overleg tussen de Officier van Dienst van de brandweer en de verschillende duikploegleiders.

De traumahelikopter uit Rotterdam heeft enige tijd rondgecirkeld boven het water om te zoeken.

Vanaf Schiphol kwam een helikopter van de luchtvaartpolitie met infraroodapparatuur aan boord.

De week na de vermissing heeft de Koninklijke Marine met sonar­ apparatuur gezocht naar de man.

werd in het televisieprogramma Nu aan tafel van Omroep Zeeland aandacht besteed aan het duiken. Onderwatercameraman, en dus ook duiker, Harmen van den Heuvel geeft in dat programma aan dat mensen risico’s gaan nemen als ze denken dat ze 100 procent ervaren zijn. Dikwijls is in de media te lezen dat juist ervaren duikers om het leven komen. “Logisch”, zegt Van den Heuvel, “zij duiken ook veel meer dan minder ervaren duikers. Als je het water in gaat met de gedachte dat je niet zeker weet of je er weer uit komt, moet je het water niet eens in gaan.” Rijkswaterstaat in Zeeland heeft onlangs een folder uitgebracht waarin duidelijk staat waar wel en niet gedoken mag worden. Verder staan in de folder ook de nodige tips voor het beoefenen van de duiksport.

waterpolitie van het KLPD de zaak in handen genomen. De dagen daarna heeft de waterpolitie in samenwerking met de Koninklijke Marine met speciale sonarapparatuur het Zijpe afgezocht. De medewerkers van de ­Duik- en Demonteergroep van de marine zijn opgeleid om op grote dieptes te duiken, wat op het Zijpe noodzakelijk was. Nog vier dagen lang heeft de politie gezocht, waarna de zoekactie beëindigd is zonder resultaat. “We hebben alle gaten, plekken en dieptes gehad, maar zonder resultaat en we moeten nu concluderen dat we hem niet kunnen vinden”, zei woordvoerder Ed Kraszewski van het KLPD toen de zoekactie werd beëindigd. Om te voorkomen dat collega-duikers van de vermiste man zouden gaan zoeken naar hun duikvriend heeft burgemeester Nuis van Tholen een noodverordening ingesteld. Tot het moment dat de man gevonden wordt mag niet meer gedoken worden in het Zijpe bij Sint Philipsland.

Geen resultaat

Toen de bewuste zondagmiddag om vier uur de zoekactie is gestaakt heeft de dienst

11


holmatro number one in the world for a reason

CORE Technology TM

Ontdek de ongekende voordelen van ons één-slang-systeem Nóg veiliger - hogedrukslang binnenin en beschermd door lagedrukslang Gereedschappen verwisselbaar terwijl de pomp loopt - handmatige drukontlasting aan de pomp overbodig Vlakke ‘auto-lock’ koppelingen - eenvoudig schoon te maken, houden het vuil buiten - met één duwende beweging koppelen en borgen - 360o rotatie Koppeling direct op het gereedschap gemonteerd - maakt gereedschappen lichter en compacter - maakt koppelen met één hand mogelijk - koppeling komt niet in contact met de grond Slang met para-aramide versterking - licht en flexibel: knikt niet, rolt gemakkelijk op en af

www.holmatro.com

sneller, gemakkelijker, veiliger

max 25 bar max 720 bar één-slang-systeem

vlakke koppelingen

G E M C O M O B I L E S Y S T E M S B . V. Science Park Eindhoven 5053, P.O. Box 1713, 5602 BS Eindhoven t:040-2643700/f:040-2643690, e-mail:gms@gemco.nl

Holmatro Rescue Equipment - Postbus 33 - 4940 AA Raamsdonksveer T 02 01/29 66 32 - F 02 01/29 66 33 - E info@rescue3000.com incident-gemco 080114.indd 1

14-01-2008 11:30:33


JSTRZBSK!

Safety Equipment bv leverancier van diensten en materialen voor BEDRIJFSHULPVERLENING * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

AED alarm nooduitgang alarmbel anglia evacuatiedoek armbandherkenning bedrijfsnoodplan bedrijfsnoodplankoffer blusdekens brancards brandblustoestellen brandmeldcentrale brandslanghaspel brandwondenkompres break a light cursus BHV cursus brandbest. cursus EHBO deurcontroller eerste hulppaneel eerste hulptas m/cap evacuatiestoel handstaaflantaarns helmen heuptas BHV instructieplaten isolatiedekens keybox kiss of life koolmonoxyde meld. mag charger megafoon metaaldetector micro mask mini-pictogrammen nalichtende borden noodsleutelkastje noodverlichting omikron ontruimingsplattegronden oogspoelhulppost oogspoeldouche ontruimingssticker opbergkast BHV opslagkast chem.stoffen personenzoeksysteem pictogrammen portofoons powerflare rook/vluchtmaskers rookmelders safety firestop signalisatie sirenes sleutelbeveiliging smokeXcape stroboscoopflitser veiligheidsbrillen veiligheidsmes veiligheidsvesten verbandtrommels vluchtladders vluchtweganalyse vluchtwegmarkering vluchtwegplattegronden "wat te doen bij brand"

‘De risico’s van het vak’

Vraag brochure: Safety Equipment bv Bosrand 29 3121 XA Schiedam tel.010-4705354 / fax 010-4490137 E-mail: info@safetyequipment.nl Internet: www.safetyequipment.nl

Incident 4-2008

incident-safety equipment.indd 1

17-01-2007 13:47:36

H

et is zo’n gemakkelijk in de mond liggend zinnetje dat we allemaal wel eens gebruiken: ‘Het zijn de risico’s van het vak’. Ga maar na... Twee Nederlandse ­militairen komen tijdens het uitoefenen van hun taak in Uruzgan om het leven. De natie is geschokt, het kabinet betuigt zijn mede­ leven met de nabestaanden en de publieke opinie staat bol van discussies over de veilig­ heid van Nederlandse militairen tijdens uitzendings­missies. Maar tenminste een deel van diezelfde publieke opinie vindt dat het ‘het risico van het vak’ is. De Punt, vrijdag 9 mei 2008. Drie brandweer­ lieden komen om het leven bij het uitoefenen van hun taak in een brandende scheepswerf. De natie is geschokt, het kabinet betuigt zijn medeleven met de nabestaanden en de publieke opinie staat bol van discussie over de veiligheid van brandweerlieden tijdens de repressieve inzet. Iedereen is verbijsterd over het feit dat dit kon gebeuren, maar onder­ tussen menen velen dat het ‘het risico van het vak’ is... Een schrale troost voor de nabestaanden en de collega’s van het brandweerkorps Eelde, dat in één klap een zesde van zijn mensen kwijt is. Goede mensen, vrijwilligers, die ­belangeloos hun leven in de waagschaal stelden om anderen te helpen. Om te redden en te blussen. Geen van hen zal tijdens de uitruk naar de scheepswerf in De Punt ook maar een seconde gedacht hebben dat het wel eens zijn laatste uitruk zou kunnen zijn. En na de brand, na de schok, na drie uitvaar­ ten met korpseer, komen de onderzoekers. En na de onderzoekers komen de rapporten. En na de rapporten komen vernieuwde en verbeterde procedures, richtlijnen en voorschriften. Zo ging het ook na Haarlem, Enschede, Harderwijk, Amsterdam, Zwolle, Tilburg, Langerak, Uithoorn, Noordwijk, Den Haag... Tien branden sinds 1990 met in totaal 24 doden onder brandweerpersoneel. Tien keer diepgravende onderzoeken, tien stapels rapporten, lessen en aanbevelingen. Maar na iedere geleerde les kwam er ook weer een nieuw ongeval. En zo zal het blijven gaan, zolang er branden en ongevallen zijn en zolang er mensen zijn die ze bestrijden! We kunnen er niet omheen; het is het risico van het vak. Een gevaarlijk vak!

Een lastig te beantwoorden vraag na een dodelijk ongeval met een hulpverlener of militair is: ‘Was het resultaat het offer waard?’ Is het beperken van brandschade aan een scheepswerf drie mensenlevens waard? Is het bestrijden van Talibanstrijders 10.000 kilome­ ter van eigen huis en haard het leven van tien Nederlandse soldaten waard? Of drie? Of één? Wie het weet mag het zeggen! Maar wie veilig langs de zijlijn staat en niet afhankelijk is van acute hulp van soldaten, brandweerlieden of andere hulpverleners in de risicovolle ‘front­ linie’ heeft makkelijk praten. Met de vraag of een hulpverleningsinzet een zo zwaar offer waard is, stel je eigenlijk de vraag: ‘Wat bezielt mensen om zo’n gevaarlijk beroep te kiezen?’ Waarom stellen mensen bewust en vrijwillig hun leven in de waag­ schaal om wildvreemden die zij niet kennen, ver weg of dichtbij, te redden, te beschermen en te helpen? Is het ‘gewoon een job’ om een inkomen te verdienen? Nee, voor de meeste hulpverleners gaat het veel dieper. Het is een roeping. Idealisme! Het geloof dat je als ­individu of groep met je optreden ‘verschil’ kan maken in een wereld vol leed en ellende. Ik vraag me af of degenen die zo ­gemakkelijk roepen ‘Het is het risico van het vak; ze kiezen er zelf voor’ hier wel voldoende bij stil staan. Wat voor wereld zouden we hebben als niemand meer brandweerman, politieagent of soldaat zou willen worden omdat het werk te gevaarlijk is? Wat zouden we moeten zonder ‘bravehearts’ die bij nacht en ontij klaarstaan om onbaatzuchtig medemensen te redden uit onheil dat zij doorgaans zelf veroorzaken? Persoonlijk zou ik niet in zo’n wereld willen leven. Daarom past een diepe respectvolle buiging voor de drie omgekomen brandweerlieden van het korps Eelde. En voor alle andere brand­ weerlieden en andere hulpverleners die dag en nacht klaarstaan om de medemens te redden en te beschermen. De tienduizenden hulpver­ leners die over onze veiligheid waken, zijn stuk voor stuk helden! Niet eens zozeer vanwege hun aantoonbare daden, maar gewoon omdat ze dit werk willen doen! Helden, uit de grond van ons hart, bedankt!

13


Standnummer 249 Brandweer vakdagen Hardenberg

Nieuwe generatie brandweersoftware Alles wat u nodig heeft, is internet Doorgroei van korps naar regio IntuĂŻtieve gebruikersinterface Nog meer functionaliteit Opleiden en oefenen Incidentregistratie Paraatheid

FM6

Brandweermanagement

Cebes: ook voor webbased maatwerk

Solutions you’ve been waiting for

www.cebes.nl/FM6Nieuwsbrief Julianalaan 10 6006 AN Weert Postbus 281 6000 AG Weert Tel: 0495-543211 info@cebes.nl


Nederland heeft niets met aardbevingen en heeft nauwelijks operationele ervaring met andere echt omvangrijke (natuur)rampen. Maar als zich ergens in de wereld een catastrofe voordoet waarbij de internationale gemeenschap om hulp wordt gevraagd, dan heeft ons land op hulpverleningsgebied heel wat te bieden. Het Nederlandse ‘Urban Search and Rescueteam’ (USAR.NL) speelt mee in de top van de internationale reddingswereld. Waarin een klein land groot kan zijn.

USAR.NL in top van internationale rampenteams

Vijf jaar paraat voor catastrofen Door Rob Jastrzebski

H

et specialistische rampenbestrijdingsteam USAR.NL is dit jaar vijf jaar operationeel. Het team werd in 2003 opgericht met een tweeledig doel. Enerzijds het leveren van gestructureerde internationale bijstand bij rampen, onder de vlag van de Verenigde Naties; anderzijds de inzet van specialistische reddingsteams bij bijzondere rampen en ongelukken in eigen land. De directe aanleiding om in navolging van veel andere landen ook in Nederland een Urban Search and Rescueteam op te richten, was de aard­ beving in Turkije in augustus 1999, waarbij 15.000 doden vielen. In heel Nederland stonden hulpverleners destijds in de startblokken om massaal uit te rukken naar de stad Izmit, die vrijwel geheel met de grond gelijk werd gemaakt. Het ministerie van Buitenlandse Zaken, verantwoorde­ lijk voor de uitzending van bijstand en hulpgoederen bij rampen in het buitenland, trapte echter op de rem. Professionele internationale rampenhulpverlening was in Lesje hijstechnieken.

Incident 4-2008

Nederland nog niet georganiseerd en ongecoördineerde hulp door goedwillende maar onvoorbereide hulpverleners zou zonder meer ontaarden in een drama. De ministe­ ries van Buitenlandse Zaken en BZK sloegen de handen ineen en togen met vier grootstedelijke regio’s en diverse specialistische diensten aan de slag om een USAR-team te formeren dat voldoet aan de internationale VN-richtlijnen voor rampenhulpverlening. In 2003 werd USAR.NL formeel gepresenteerd als het paradepaardje van de Nederlandse brandweer, met als taak het redden van mensen bij rampen in binnen- en buitenland.

Internationale top

USAR.NL heeft Nederland wereldwijd op de kaart gezet als hulpverleningsland. Het team heeft in juli 2007 van de Verenigde Naties de accreditatie ‘Heavy Rescueteam’ ontvangen. De hoogste classificatie die USAR-teams

>

De logistiek van USAR.nl.

15


Het stutten van een beschadigd gebouw.

kunnen krijgen. “Dat houdt in dat het team de zwaarste klussen aankan en kan opereren onder de moeilijkste omstandigheden”, verklaart Rob Brons, regionaal comman­ dant van de Hulpverleningsregio Haaglanden en comman­ dant van USAR.NL. “Wereldwijd zijn naar schatting 38 soortgelijke teams actief. Vermoedelijk kunnen er daarvan slechts acht de classificatie ‘heavy’ van de VN verkrijgen. De classificatie wordt bepaald door de organisatie en samen­ stelling van het team, de uitrusting en de taken die het team kan uitvoeren. Het bijzondere van USAR.NL is dat we een multidisciplinair team zijn, waarin diverse specialismen als één geheel opereren. Het team bestaat uit getrainde brandweerspecialisten, verpleegkundigen, speurhondgelei­ ders en elektronische zoekspecialisten. Veel teams kunnen slechts een deel van die taken uitvoeren. We hebben als Nederlandse brandweer, politie en geneeskundige wereld dus echt wel wat neergezet. Daar mogen we trots op zijn.” Tot dusver is USAR.NL pas twee keer internationaal ingezet; bij de aardbeving in Marokko in februari 2004 en de zware aardbeving in Pakistan in oktober 2005. Hoewel het team bij die rampen geen mensen feitelijk heeft kunnen redden, werd in Pakistan wel een groot aantal lichamen onder moeilijke condities uit het puin geborgen. Bovendien kon het Nederlandse team een waardevolle bijdrage leveren aan de gewondenzorg nabij de stad Bagh, waar in het ­basiskamp van de samenwerkende internationale rescue­ teams een geïmproviseerd noodhospitaal ontstond. Het gaf de Nederlandse reddingwerkers een dankbaar gevoel dat ze toch iets voor de Pakistaanse gemeenschap konden beteke­ nen, ook al konden geen levens meer worden gered. Enorme gedrevenheid en motivatie om de hulp te verlenen waarom door de lokale gemeenschap ter plaatse werd gevraagd, gaf de doorslag bij het team om zich daarvoor maximaal in te spannen. Acht dagen lang is het Nederlandse team in Bagh actief geweest en grote dankbaarheid van de lokale ­bevolking was hun deel.

In Nederland heeft USAR.NL tot dusver ook één echte inzet gehad. In september vorig jaar rukte het team uit naar Beek in Limburg, waar in een kolossale opslagloods een heftruck met chauffeur werd bedolven onder een ingestorte magazijnstelling met 1500 ton tegels. Helaas kon na een 27 uur durende megaklus het slachtoffer niet meer levend worden geborgen. Het incident is volgens USAR-commandant Rob Brons wel een kenmerkend voorbeeld van gebeurtenissen in Nederland waarbij het team zijn meerwaarde kan bewijzen. “Hoewel Nederland geen aardbevingsrisico kent, waarbij gebouwen massaal instorten, komen incidentele instortingen wel met enige regelmaat voor. Behalve in de tegelfabriek in Beek zijn de afgelopen jaren op meer plaatsen in Nederland grote magazijnstellingen ingestort. De instorting van een werksteiger in het ketelhuis van de Amercentrale in Geertruidenberg in september 2003 was operationeel ook een moeilijke klus. Als USAR.NL op dat moment al inzet­ baar was geweest, waren we daar zeker in actie gekomen. Voor dat type calamiteiten zijn de brandweerregio’s qua kennis, materieel en uitrusting simpelweg niet toegerust.”

Jaarlijkse oefencyclus

Een intensief oefenschema zorgt ervoor dat het neusje van de zalm van de Nederlandse rampenbestrijding paraat en getraind blijft, om bij alarmering als een geoliede machine geroutineerd in beweging te komen. Jaarlijks worden voor elk van de vier reddingsgroepen twee tweedaagse ­oefeningen georganiseerd. Eén tech­ nische training, gericht op het onderhouden van vaar­ digheid in het werken met de diverse materialen en één scenariotraining. Ook voor de ondersteuningsgroep, de commandogroep, de verpleegkundig medewerkers, de speurhondengeleiders en de zoekspecialisten worden aparte oefeningen gehouden. En ieder jaar gaat een volle­ dig 65 man sterk USAR-team ­meerdere dagen op oefening

Chirurgen structurele partner in USAR.NL In maart is een samenwerkingsovereenkomst ondertekend tussen USAR.NL en het Medisch Centrum Haaglanden. Dankzij de overeenkomst kan het team tijdens missies te allen tijde over een eigen chirurg beschikken. De medisch specialist heeft net als de verpleegkundigen in het team als primaire taak het behandelen van teamleden van USAR.NL bij een eventueel ongeval. Maar chirurg en verpleegkundigen adviseren ook bij de redding van gewonden uit het puin en verrichten levensreddende handelingen bij bevrijde slachtoffers. Tijdens de hulpmissie in Pakistan in 2005 maakte ook al een chirurg deel uit van het team. Door de samenwerkingsovereenkomst met het MCH is deze functie nu structureel ingevuld en juridisch goed geborgd. Het MCH kan de chirurgische capaciteit bij uitzendmissies leveren zonder de taakuitvoering in het ziekenhuis te belemmeren, omdat het MCH een zogenaamd ‘relatieziekenhuis’ is, waar de detachering van medisch personeel van Defensie voorziet in extra specialistische reservecapaciteit.

16

Incident 4-2008


Organisatie USAR.NL De personele invulling van USAR.NL wordt verzorgd door brandweerlieden uit de regio’s Haaglanden, Rotterdam-Rijnmond, Hollands-Midden en Zuid-Holland-Zuid, het KLPD en het ministerie van Defensie. Een pool van 150 hulpverleners garandeert een continue paraatheid van een volledig USAR-team van 65 man. USAR.NL bestaat organiek uit een commandogroep, een stafgroep, een ondersteuningsgroep en vier reddingsgroepen.

Het terrein van het THW nabij Wesel is een ideale oefenlocatie voor USAR.nl.

Tijdens de oefeningen blijkt duidelijk dat de leden van het USAR-team over een grote mate van flexibiliteit beschikken en dat specialisatie en generalisatie hand in hand gaan. “Ieder team van tien man bestaat uit reddingswerkers, verpleegkundigen, speurhondgeleiders en zoekspecialis­ ten”, legt instructeur Jaap Molenaar van het NIFV uit. “Stuk voor stuk vakspecialisten op hun eigen terrein, maar in het team moeten ze alle werkzaamheden kunnen uitvoeren. Ook een speurhondgeleider moet een betonzaag kunnen hanteren en de verpleegkundigen graven even hard mee in het puin. Het team is een echte eenheid.” Zoekspecialist René Verkerk bevestigt deze woorden: “Toen USAR.NL net was opgericht waren de verschillende bloedgroepen nog duidelijk van elkaar te onderscheiden. Iedereen deed zijn eigen ding en er was nog niet veel samenhang. Maar in de loop der jaren zijn we een hechte eenheid geworden, waarin de mensen weten wat ze aan elkaar hebben. Zonder die hechte eenheid red je het niet tijdens een echte inzet in een rampgebied waar je van alle luxe verstoken bent. Gedurende een inzettijd van maxi­ maal tien dagen moet je het met elkaar zien te redden en moet je elkaar maximaal steunen. Dat lukt alleen als je onvoorwaardelijk op elkaar kan bouwen.”

Met gevoelige sensoren kunnen slachtoffers onder puin worden opgespoord.

Incident 4-2008

Foto’s RJ

in het buitenland. Eind mei is weer zo’n grote operationele ­oefening gepland. In de week van 14 tot 18 april togen de reddingsgroepen van de regio’s Rotterdam-Rijnmond en Haaglanden voor hun tweedaagse technische training naar het Duitse Wesel. Op een regionaal oefenterrein van de Duitse rampenbestrijdingsorganisatie ‘Technisches Hilfswerk’ (THW) bekwaamden de reddingsgroepen zich twee dagen lang in ondermeer het werken met hefkussens, slijp- en boorgereedschap, het stutten van ruïnes, het takelen van gewonden vanaf hoogte en het bedienen van ­elektronische zoekapparatuur. Het lokaliseren van slachtoffers onder puin is een combi­ natie van de inzet van speurhonden en de toepassing van hightech apparatuur. Als een speurhond een signaal geeft dat mogelijk een slachtoffer is gevonden, kan met behulp van ultragevoelige geluidssensoren die op het puin worden geplaatst, meer gericht worden gezocht naar de plaats waar het slachtoffer vermoedelijk ligt. Ook een minicamera op een uitschuifbare negen meter lange lans met ledver­ lichting kan via openingen in het puin naar binnen worden gebracht, om zo holle ruimten af te speuren. Specialistisch werk dat grote concentratie vraagt. Èn stilte op de zoek­ locatie, want de geluidssensoren zijn zo gevoelig dat de geringste trilling in de nabijheid van de locatie het zoeken naar levenstekenen kan verstoren.

Met een telescopische minicamera kan het team een blik werpen onder het puin.

17


Elke repressieve brandweerinzet begint met een plan. Maar wie denkt dat het gestructureerd toepassen van aanvalsplannen en bereikbaarheidskaarten binnen de Nederlandse brandweer gemeengoed is, komt bedrogen uit. Niet zelden baseren bevelvoerders en officieren van dienst zich in hun besluitvorming op ‘parate kennis’ en blijft de met veel zorg en energie geproduceerde bereikbaarheidskaart ongelezen in het kaartenboek zitten.

“Objectkaarten geven schat aan informatie voor besluitvorming”

Planvorming of ‘okselprocedure’? Door Rob Jastrzebski

OVD wilt weten heeft u in één oogopslag onder handbereik in de vorm van een grafisch overzichtelijke plattegrond van het object met makkelijk herkenbare symbolen. Maak gebruik van die kracht van een bereikbaarheidskaart!”

Object Informatiekaart

B

ureau TBTA, gespecialiseerd in het tekenen van aanvalsplannen en bereikbaarheidskaarten, consta­ teert regelmatig dat brandweerkorpsen niet of nauwelijks gebruik maken van aanvalsplannen. Samen met advies­ bureau Artesis ontwikkelde het bedrijf een cursus plan­ vorming voor brandweerkorpsen, om zo het bewustzijn van nut en meerwaarde van repressieve planvorming te vergro­ ten. De cursussen blijken in een grote behoefte te voorzien. Op 8 april jongstleden verzamelden circa vijftien bevel­ voerenden van brandweerkorpsen uit district 4 van de regio Brabant-Noord zich in de brandweerkazerne van Veghel. Een leerzame avond over het belang van planvorming stond op het programma. Of liever: een avond over het belang van het lézen van plannen, voorafgaand aan en tijdens de repressieve inzet. Want veel korpsen steken wel veel geld en energie in het vervaardigen van aanvalsplannen en bereikbaarheidskaarten, maar de implementatie in de operationele praktijk is een ander verhaal. “En dat terwijl u uit zo’n plan een schat aan informatie kunt halen voor uw operationele besluitvorming”, hield Guido van Noppen van Artesis zijn gehoor op de cursusavond voor. “Aanrijroute, toegang tot het object, waterwinplaats, bijzondere risico’s en aandachtspunten, afsluiters van nutsvoorzieningen, de omgeving van het object. Alles wat u als bevelvoerder of

18

Incident 4-2008

De cursisten doen inspiratie op.

Foto’s: RJ

Penny van Dijk vertelt welke nuttige informatie de bevelvoerder uit een object informatiekaart kan halen.

De lesavond kreeg als prikkelende titel mee: Planvorming of ‘Okselprocedure’? Ofwel; gaat u als bevelvoerder welover­ wogen en goed geïnformeerd door de beschikbare plannen aan de slag? Of blijft het boek met ­bereikbaarheidskaarten ongebruikt onder de arm? Guido van Noppen en zijn collega-instructrice Penny van Dijk van TBTA, namen de Brabantse bevelvoerders mee langs een serie fictieve ­incidentscenario’s, om zo de kracht van een goede bereikbaarheidskaart spelenderwijs te leren ontdekken. Overigens spreken de GIS-specialisten van TBTA liever over een ‘object informatiekaart’. Het gaat immers om veel meer dan alleen bereikbaarheid en toegankelijkheid van een object. Aan de hand van achtereenvolgens een brand­ scenario in een bouwmarkt, een brand in een school en een ammoniak­lekkage in een koekfabriek werd gediscus­ sieerd over de meerwaarde van een object informatiekaart voor de operationele besluitvorming. “Wat wilt u weten? Welke gegevens heeft u nodig om uw inzet goed voor te bereiden?”, vroeg Penny van Dijk aan de deelnemers van de cursusavond. “Gedegen informatie is niet alleen van belang om een effectieve inzet te doen, maar ook om eventuele risico’s waaraan u en uw ploeg kunnen worden blootge­ steld tijdig te signaleren. Benut daarom de tijd van het


aanrijden naar het incidentadres om de object informatie­ kaart te ­bestuderen. En oefen er ook regelmatig mee. Als u zo’n plan pas op de plaats van het incident voor het eerst ziet, is er in de pre­paratie iets niet goed gegaan.”

Behoefte

Inmiddels hebben TBTA en Artesis de in eigen beheer ontwikkelde cursus diverse keren verzorgd. De brandweer­ korpsen van Schaijk, Lisse en Noordwijkerhout gingen Veghel voor. Aan de avond in Schaijk namen ook bevelvoer­ ders van enkele andere korpsen deel. De cursus is een extra stimulans voor de korpsen om de producten, die door TBTA onder de titel ‘Mapping Solutions’ op de markt worden gebracht ook daadwerkelijk in de operationele praktijk te gaan gebruiken. Volgens oefencoördinator Jan Verstegen van Brandweer Veghel voorziet de cursus in een grote behoefte onder bevelvoerders. “Van bevelvoerders van de korpsen in Brabant-Noord krijgen de instructeurs en oefenleiders herhaaldelijk de vraag om meer aandacht te besteden aan operationele planvorming. De korpsen Veghel, Boekel, Uden en Landerd, die één regiodistrict vormen, hebben het initia­ tief genomen om dit gezamenlijk te doen, omdat we op het gebied van operationele voorbereiding nog nauwer willen gaan samenwerken. Zo willen alle vier de gemeenten met uniforme objectkaarten gaan werken.” Veghel heeft circa 200 risico-objecten in zijn verzorgings­ gebied, waarvoor object informatiekaarten moeten worden getekend. Na enkele jaren is ruwweg een derde deel van de plannen opgeleverd. Sinds 2004 besteedt het korps het feitelijke tekenwerk uit aan TBTA. “Dat neemt ons veel werk uit handen”, vervolgt Jan verstegen. “Als korps leveren we wel alle benodigde gegevens aan, maar het echte teken­ werk laten we over aan mensen die daar goed in zijn; een goede samenwerkingsformule!” Een belangrijk knelpunt met betrekking tot aanvalsplan­ nen en object informatiekaarten is volgens Verstegen het feit dat ze in de praktijk maar weinig gebruikt worden: “Die kaarten worden opgesteld voor risico-objecten, maar hoe vaak heb je nou echt een incident in zo’n pand? Om toch routine te krijgen in het lezen van objectkaarten, willen we ze als samenwerkende korpsen standaard in onze oefen­ programma’s gaan verwerken.”

Virtuele werkelijkheid

De cursusleiders hadden wel een waarschuwing voor de deelnemers in petto. Namelijk: vertrouw nooit blindelings op de gegevens op een object informatiekaart. De kaarten zijn namelijk een ‘momentopname’ van het moment waarop ze getekend zijn. Na verloop van tijd kan in een gebouw echter veel veranderen als gevolg van bouwkun­ dige aanpassingen of veranderingen in de gebruiksfunctie. Het regelmatig actualiseren van het bestand aan plannen is daarom absolute noodzaak. “Daarbij is ieder plan een ­virtuele weergave van de werkelijkheid”, aldus instructeur Guido van Noppen. “Het is een houvast, een gids voor het bepalen van uw inzet. Maar in de praktijk zult u altijd aanvullende informatie nodig hebben van mensen die ter plaatse bekend zijn; zoals een bedrijfsleider of bedrijfs­ hulpverlener. Check bij deze personen of de informatie op uw object informatiekaart klopt, om onaangename ­verrassingen tijdens uw verkenning te voorkomen en ­eindeloos te blijven zoeken naar bijvoorbeeld een deur die er helemaal niet meer is.” Incident 4-2008

Met een object informatiekaart is zo’n risicobron in het pand snel te traceren.

Een compacte object informatiekaart is misschien handiger...

De toekomst: digitalisering

Tijdens de cursusavond kregen de deelnemers ook een doorkijkje naar de toekomst, waarin moderne informatie­ technologie de toepassing van aanvalsplannen en object informatiekaarten nog beter kan ondersteunen. Informatie die nu bij de meeste korpsen nog in dikke boekwerken zit, zal weldra veel sneller en effectiever via een handzame tablet-PC of mobiele dataterminal in het voertuig op te roepen zijn. De opmars van digitale informatiesystemen die onderweg en op locatie alle benodigde operationele ­informatie op aanvraag ophoesten, is niet meer te stuiten. Veel brandweerkorpsen beschikken inmiddels al over mobiele dataterminals voor hun uitrukvoertuigen. Ook Veghel heeft een begin gemaakt met de implementatie en heeft er inmiddels al twee voertuigen mee uitgerust. De object informatiekaarten van Mapping Solutions zijn de nieuwste functionaliteit die met de terminals kan worden opgeroepen. Maar ongeacht of object informatiekaarten op papier of digitaal beschikbaar zijn, meerwaarde hebben ze pas als ze in de operationele praktijk daadwerkelijk worden toege­ past. Het moet voor leidinggevenden routine worden om bij iedere uitruk naar een risico-object optimaal gebruik te maken van alle beschikbare planvorming over het bewuste object. Die routine moet worden gekweekt door oefening en bovenal door herkenning van nut en meerwaarde. De deelnemers aan de cursusavond in Veghel hebben via het behandelen van de diverse scenario’s op een praktische en interactieve manier kunnen kennismaken met die meer­ waarde.

19


Ter versterking van onze afdeling Technical Support Rescue zijn wij op zoek naar een fulltime:

Technical Support Engineer Rescue (m/v) - een veelzijdige commerciële MTS’er -

De functie Als Technical Support Engineer ben je verantwoordelijk voor de technische ondersteuning van zowel de afdeling Verkoop Rescue als van Rescue dealers wereldwijd. Onder je takenpakket vallen verder opmaak en beheer van technische documentatie, het bedenken en verwerken van klantspecifieke aanpassingen aan standaard producten en andere technische en technisch-commerciële activiteiten in de breedste zin van het woord. Het profiel Om succesvol te kunnen functioneren als Technical Support Engineer beschik je over een afgeronde MTS-opleiding Werktuigbouwkunde met enkele jaren ervaring. Kennis van SolidWorks is een pré. Je bent zelfstandig, klantvriendelijk, flexibel en stressbestendig. Je beschikt over commerciële talenten en handelt doel- en resultaatgericht. Daarnaast beschik je over een uitstekende beheersing van de Nederlandse en Engelse taal in woord en geschrift. Arbeidsvoorwaarden Holmatro biedt een afwisselende baan in een dynamische en solide organisatie. Naast een passend salaris, kun je rekenen op goede secundaire arbeidsvoorwaarden. Voorbeelden daarvan zijn een winstdelingsregeling en uitstekende mogelijkheden tot scholing ter ondersteuning van je functioneren. Voor meer informatie kun je tijdens kantooruren contact opnemen met Erik Heemskerk (Afdelingshoofd Technical Support Rescue). Als je geïnteresseerd bent, stuur dan je reactie met motivatie en CV per brief naar: Holmatro Rescue Equipment B.V., t.a.v. Alfred Versteeg, Hoofd P&O of stuur een e-mail naar pz@holmatro.com Tevens zijn wij op zoek naar een: - Product Ontwikkelaar Industrie - CNC Frezer/Draaier - Monteur Marine Voor meer informatie over deze vacatures verwijzen wij u naar onze website.

Holmatro ontwikkelt, produceert en verkoopt hydraulische gereedschappen en systemen voor brandweer, reddingsdiensten, industriële bedrijven en jachtbouwers over de gehele wereld. Dit gebeurt vanuit de drie divisies die het bedrijf telt: Rescue Equipment, Industrial Equipment en Marine Equipment. Holmatro investeert voortdurend in onderzoek en ontwikkeling van nieuwe producten en staat wereldwijd bekend als specialist in hogedrukhydrauliek: de technologisch hoogwaardige producten worden alom gerekend tot de beste die in de markt verkrijgbaar zijn. In Nederland werken circa 200 medewerkers. Naast het hoofdkantoor in Nederland heeft de onderneming ook vestigingen in Polen en de Verenigde Staten. Een uitgebreid dealernetwerk draagt zorg voor de wereldwijde verkoop en service van de producten.

Holmatro Rescue Equipment BV Postbus 33 4940 AA Raamsdonksveer T 0162 589 200 F 0162 518 718 E pz@holmatro.com I www.holmatro.com

Acquisitie n.a.v. deze advertentie wordt niet op prijs gesteld.


Ze komen met enige regelmaat voor; incidenten die ‘eigenlijk’ niet kunnen. Zoals de brand die op 30 maart een monumentale woonboerderij in Woerden verwoestte. Het pand had een rieten dak dat met brandvertragend middel was geïmpregneerd en in het dubbele dakbeschot was brandvertragend isolatiemateriaal aangebracht. Desondanks kon een beginnende brandhaard bij de dakrand uitgroeien tot een vuurzee die de hele boerderij verwoestte.

“Niet blussen is in strijd met eergevoel brandweerlieden”

Een ‘onmogelijke brand’ Door Rob Jastrzebski

O

m tien over half acht in de ochtend van zondag 30 maart rukte het Woerdense korps uit naar een melding van een boerderijbrand aan Kievitstraat. De in een lommerrijk park gelegen woonboerderij was een rijks­monument, dat in 2003 is gerenoveerd. De bewoners, gelukkig tijdig gewekt door de rookmelders, ontdekten dat een deel van de daklijst en een rand van het rieten dak aan de achterzijde van het pand in brand stond. Zij ondernamen zelf nog bluspogingen, maar moesten die al snel staken.

Onzichtbare brand

Bij branden in rieten daken in de regio Utrecht kan een beroep worden gedaan om bijstand van een drietal korpsen die in de bestrijding van dit type branden is ­gespecialiseerd. In dit geval werd de brandweer van Kockengen naar het brandadres gestuurd. De procedure bestaat uit het maken van brandsleuven in het riet, om de brand zijn ‘voedsel’ te ontnemen, terwijl ondertussen het vuur met zoveel mogelijk water beheersbaar wordt gehou­ den. Gelet op de aanvankelijke brandontwikkeling leek het bij de Woerdense boerderij een routineklus te worden, maar het liep anders. Commandant Jan-Pieter Duhen: “Wat we aantroffen was een relatief beperkte brand in de houten daklijst en de onderste rand van het riet. Met enkele stralen lage druk hadden we het vuur er snel af en daarna kwam het aan op het zo snel mogelijk maken van brandsleuven in het dak en het uithalen en afblussen van het smeulende riet.” De brandweerlieden van Kockengen gingen met hun mate­ rialen het dak op en begonnen ter hoogte van de schoor­ steen, ongeveer halverwege de boerderij, het riet weg te halen. Daar was al forse rookontwikkeling uit de nok zichtbaar. “Maar toen gebeurde er iets vreemds”, vervolgt Duhen. “Want toen zij het riet tot op het houten dakbe­ schot hadden verwijderd, troffen ze helemaal geen vuur aan. Wel hevige rookontwikkeling die tussen de houten dakplaten vandaan perste. Ondertussen hadden onze ploegen ook een binnenaanval in het pand gedaan om te controleren op branddoorslag naar binnen. Op de zolder stuitten onze mensen echter wel op veel rookontwikkeling en intense hitte, maar ook daar was geen zichtbaar vuur. Incident 4-2008

We hadden dus te maken met een forse brandhaard, die noch van buiten af, noch van binnen uit was te lokaliseren.”

Isolatieparadox

De bevelvoering trok de conclusie dat het vuur zich moest hebben genesteld in het dubbele dakbeschot. Dat leek vreemd, want tussen de binnenbekleding van gipsplaten en het houten dakbeschot waarop het rietpakket was geschroefd, was brandwerende folie en brandvertragend isolatiemateriaal aangebracht. Ondercommandant Hans Burger constateert dat dergelijke materialen onder bepaalde omstandigheden kennelijk toch afwijkend brand­ gedrag kunnen vertonen. “Het gebruikte isolatiemateriaal is als zodanig bewezen brandvertragend. Als je een stukje probeert aan te steken, dooft het vanzelf. In dit geval zat het materiaal echter samengeperst tussen twee lagen plaatmateriaal. Ons idee is dat het materiaal is gaan ‘uitgassen’ en dat die hete verbrandingsgassen zich tussen de platen hebben opge­ hoopt en zo toch een verbranding in stand hebben gehou­ den. De les die we hieruit trekken is dat ­materialen op zich wel goede brandvertragende eigenschappen kunnen hebben, maar in combinatie met andere ­materialen en afhankelijk van de wijze van aanbrengen niet het gewenste effect hebben.”

Blussen of laten branden?

De brand in de Woerdense boerderij liet zich niet gemakke­ lijk klein krijgen. De rook- en hitteontwikkeling op de zolder werden dermate groot, dat de leiding het niet verantwoord vond om nog brandweerlieden binnen te laten werken. De enige beproefde inzettactiek die overbleef was een massale inzet van stralen vanaf de buitenzijde. Brandweer Woerden kreeg hiervoor assistentie van de korpsen Harmelen en Linschoten, zodat uiteindelijk vijf tankauto­ spuiten konden worden ingezet. De enorme massa bluswater maakte echter weinig indruk op de hardnekkig voortwoekerende brand, die ook vat kreeg op de zolderetage. Op een gegeven moment moest de operationele leiding daarom een moeilijk besluit nemen. >

21


Jan-Pieter Duhen: “De massa water die we op het pand gooiden, had geen enkel effect, omdat we simpelweg niet bij de brandhaard konden. Daarom hebben we na zorgvuldige afweging en in goed overleg met de bewoner besloten de blussing te staken. Het vuur zou dan door het dakbeschot heen branden, waarna een schonere verbranding zou ontstaan, we gemakkelijker bij de brandhaard konden komen en er minder half verbrand restmateriaal over zou blijven. Het pand was niet meer te redden, dat stond vast. Dit was dus de beste optie, om een doorbraak in de ontwikkeling van de brand te forceren. Maar het was wel een moeilijk besluit. Een pand laten uitbranden en niet blussen is in strijd met het eergevoel van brandweerlieden. Ze zijn immers bij de brandweer gegaan om een brand uit te maken. Je moet zo’n besluit dus goed overdenken en heel goed kunnen uitleggen. Ook naar de eigenaar, de media en het publiek. Daar zijn we gelukkig in geslaagd.”

Leerzame lessen

Om tien over elf, drieënhalf uur na het uitbreken van de brand, kon het nader bericht ‘brand meester’ worden gegeven. Had die inzettijd verder

22

Incident 4-2008

kunnen worden bekort en was het effect van de inzet anders geweest als in een eerder stadium was gekozen voor een andere tactiek? Al eerder besluiten om de blussing te staken? Of, naar Amerikaans voor­ beeld, een meer offensieve aanval door het dakbeschot te openen en zo de brand ‘naar buiten te halen’? “Die vraag hebben wij ons natuurlijk ook gesteld”, antwoordt onder­ commandant Hans Burger. “Feit is dat zo’n ‘Amerikaanse’ strategie niet past in onze inzetprocedures. Die zijn gebaseerd op elementen als een snelle verkenning, binnenaanval met hoge druk, flashoverbeheersing, ventileren en afblussen. In brandsituaties die daarvan afwijken moeten we improviseren. Overschakelen op de ‘Amerikaanse tactiek’ betekent dat je veel mensen op een gevaarlijke plek bovenop de brandhaard moet inzetten. Daar zitten grote veiligheidsrisico’s aan. Bovendien moet dan het hele stelsel van opleiding, training en inzetprocedures worden aangepast. Dat is nogal een omslag in ons systeem van opleidingen en procedures.”


Foto’s: RJ

De brand leverde hoe dan ook leerzame lessen op voor het Woerdense korps. Lessen die Jan-Pieter Duhen graag met collega’s binnen en buiten de regio wil delen. “De brand was leerzaam op brandpreventief gebied en op het gebied van tactiek. Een vraag die ik mij stel is: ‘Hoeveel soortgelijke bouwkundige constructies hebben we in ons verzorgingsgebied?’ Rietenkapbranden zijn van nature lastig te blussen, maar zijn in een groot deel van de gevallen wel routine. De combinatie met het geïsoleerde dakbeschot in meerdere lagen, waardoor de vuurhaard niet was te lokaliseren, heeft ons in dit geval parten gespeeld. Ik wil in mijn gemeente alle panden met rieten daken laten inventariseren en onderzoeken in hoeveel van de gevallen afwijkingen op de standaard voorkomen, waar je als brand­ weer last van kan hebben als er eenmaal brand uitbreekt. Daarnaast gaan we ons beraden op mogelijke alternatieve inzettactieken voor dit soort lastige branden. Want geloof me, het is heel onbevredigend voor brandweerlieden als je met zo’n grootschalige inzet een brand die in het begin beperkt lijkt niet uit krijgt en het pand alsnog moet opgeven. We moeten dus iets met deze leerervaringen.”

Incident 4-2008

23


Kom jij ons team versterken? Wij zijn op zoek naar BHV-docenten

Bedrijfshulpverlening, meer dan een wettelijke verplichting... Kijk snel op www.bhv.nl voor meer informatie over deze vacature adv. 190-135mm.indd 1

06-05-2008 11:35:58

Harstra Instruments

voor het veilig reinigen en drogen van uw ademluchtmaskers, - toestellen en kleding Kleding droogkasten hebben als voordeel t.o.v. trommeldroging dat er gĂŠĂŠn beschadigingen ontstaan aan de reflecterende banden op uw kleding. Met de nodige accessoires is deze uitvoering tevens geschikt voor het snel en veilig drogen van uw handschoenen, schoenen en/ of ademlucht apparatuur. Kleding droogkasten gebruikt u niet alleen na een wasbeurt maar ook juist na een actie of buitenwerkzaamheden in de regen. Onze droogkasten werken volautomatisch of op tijdbasis, tevens kunt u een 2de temperatuur instellen of alleen ventileren. De ideale oplossing voor het snel en veilig drogen van uw motorjacks, kleding, bluskleding, werkkleding, jassen en broeken.

Wij leveren diverse modellen en accessoires. Vraag onze documentatie aan, of nog beter: bezoek onze stand op de Brandweer Vakdagen te Harderberg op 27,28 en 29 mei 2008! Postbus 186, 3890 AD Zeewolde, Nederland Tel. 036 522 2142 Fax. 036 522 2152 www.harstra.nl info@harstra.nl


De Veiligheidsregio Utrecht gaat samen met de brandweerkorpsen van Cothen, Werkhoven en Kockengen en de bedrijven Altrex en Tekoriet een ‘collectieve valbeveiliging’ invoeren voor brandbestrijding op rieten daken. Een staand hekwerk dat achter de binddraden in het riet wordt gehaakt, fungeert als barrière, die moet voorkomen dat brandweerlieden tijdens de inzet bij een uitglijder van het dak vallen. Het systeem was al op de markt voor de rietdekkersbranche, maar was nog nooit aan een praktijktest onderworpen. Voor toepassing in de brandweerpraktijk heeft de Veiligheidsregio Utrecht het systeem laten testen door Aboma + Keboma, een onafhankelijke keuringsinstantie.

Collectieve valbeveiliging voor werken op rieten daken Door Rob Jastrzebski

randweer Utrechts Land, onderdeel van de VRU, kent drie brandweerkorpsen die zijn gespecialiseerd in ­rietendakbrandbest rijding. De korpsen Cothen, Werkhoven en Kockengen worden vanwege hun ervaring met grote regelmaat door collega’s elders in de regio te hulp geroepen in geval van een rieten­ kapbrand. De inzet op een brandend rieten dak is echter niet zonder risico’s. Het houvast op het door bluswater gladde riet is beperkt en door de hevige rookontwikkeling kan de situatie onoverzichtelijk zijn. De korpsen beschikken weliswaar over speciale rietdekstoeltjes, die in het riet geklonken kunnen worden, maar de Arbowet en regelgeving vraagt een meer structurele waarborg voor het veilig werken op hoogte. In feite zijn brandweerlieden bij het werken boven een bepaalde hoogte verplicht te werken met een valbeveiliging, zelfs wanneer zij vanuit een autoladder of hoog­ werker opereren. Rietendakbrandbestrijding is een arbeidsinten­ sief proces, waarbij vaak meerdere ploegen op een dak aan het werk zijn. Hun taak is het maken van brandsleuven om de brandhaard in te sluiten en het verwijderen en ­afblussen van brandend en smeulend riet. Het is ondoenlijk om al het ingezette personeel van een indi­ viduele valbeveiligingslijn te voorzien. Jan de Bie van Brandweer Cothen, zelf rietdekker van beroep, vond dat brandweerlieden bij hun werk op rieten daken beter beschermd moesten worden tegen een val. Hij atten­ deerde de VRU op het voor de rietdekkersbran­ che ontwikkelde systeem; een collectief bevei­ ligingssysteem in de vorm van een staand hekwerk, dat met haken achter de ijzeren binddraden in het rietpakket kan worden gehaakt. Het hek, dat kan worden opgebouwd Incident 4-2008

uit meerdere segmenten tot een lengte van maximaal zes meter, moet een val van een persoon van gemiddeld 75 kilogram vanaf een hoogte van vijf meter kunnen breken. Op 25 maart vond op het bedrijf van Jan de Bie in Cothen een eerste technische beproeving van het systeem plaats. Op het terrein was een testopstelling in de vorm van een gedeeltelijke rieten kap gebouwd. Adviesbureau Aboma + Keboma voerde de test uit en beoordeelde of het valbeveiligingssysteem aan de daarvoor geformuleerde veiligheidsnormen voldeed. Een rolgewicht van 75 kilogram, dat vanaf vijf meter hoogte werd losgelaten, deed dienst als ‘pseudo-brandwacht’. Na enkele tests bleek het systeem nog niet volledig aan de eisen te voldoen. Na het aanbrengen van enkele extra steunen om via een tweede

ijzerdraad in het riet extra grip te krijgen, werd enkele dagen later een tweede testserie uitgevoerd. Bij die tests voldeed het systeem wel. De test werd uitgevoerd op een testdak met een hellingshoek van 60 graden, wat vrij fors is. Vijfennegentig procent van de daken heeft een hoek van circa 45 graden, wat aan­merkelijk lager is dan de nu geteste ‘worst case’ configuratie. De Veiligheidsregio Utrecht gaat naar aanlei­ ding van de bevindingen van de test de procedure voor het werken op rieten daken aanpassen en het personeel van de drie ‘rietendakkorpsen’ bijscholen en trainen in het werken met de collectieve valbeveiliging. Hoe de logistiek rond de inzet van het materiaal wordt geregeld, is nog onderwerp van studie.

Het testen van de collectieve valbeveiliging werd kritisch gevolgd door de aanstaande gebruikers.

Foto’s: RJ

B

25


Galvanibaan 1-3 | 3439 MG Nieuwegein | Postbus 1533 T: 030 600 50 50 | F: 030 600 04 27

| 3430 BM Nieuwegein

| www.acertys.nl | info.nl@acertys.com

certain to care

Iets recht te zetten? De hoogste kwaliteit voor de laagste prijs Dubbelwandige vacuümspalken met stevige kunststof buitenwand en een separate binnenzak van nylon. De binnenzak heeft een compartiment verdeling en is gevuld met tempex korrels. Fixatie geschiedt door middel van velcro banden welke gestikt en gesealed aan de spalk zijn vastgemaakt. De

Deze zomer ontvangt u

30% korting op

alle

spalken

en

spalkensets van Germa

spalken zijn röntgendoorlaatbaar en eenvoudig te reinigen. Zijn geschikt voor het fixeren van alle fracturen.

Deze actie is geldig t/m 31 augustus 2008

Alleen geldig voor de Orange Line Spalken. Prijzen op aanvraag bij onze verkoopafdeling. Deze actie is eind april per post naar alle ambulancediensten verstuurd. Heeft u deze brief gemist? Neem dan contact op met onze verkoopafdeling, zodat wij u een nieuw formulier kunnen toesturen.

De nieuwe oplossingen van DatAction voor mobiele informatievoorzieningen.

ARMOR X10 ultra-robuuste Tablet PC

Mobiele informatievoorziening, overal ter plaatse. Bij calamiteiten is er behoefte aan zoveel mogelijk informatie. Gegevens over gebouwen, terreinen, voertuigen, brandkranen en gevaarlijke stoffen

TRUX700 OF TRUX800

dienen binnen enkele minuten gevonden te worden. DatAction biedt

vaste voertuigcomputer

totaaloplossingen voor de brandweer gebaseerd op de robuuste mobiele Tablet PC Armor X10 en de vaste voertuigcomputers Trux700 en Trux800, waarin het touchscreen en de complete PC in één apparaat ondergebracht zijn. Bel ons voor meer informatie of om een afspraak te maken voor een vrijblijvende demonstratie. DatAction bv Produktieweg 18 8251 KE Dronten Telefoon: (0321) 314 220

www.dataction.com


Civiel-militaire samenwerking: de kracht van de ‘groene kolom’ De Nederlandse krijgsmacht is hoofdzakelijk actief bij vredesmissies in het buitenland, maar Defensie heeft ook een aantal structurele nationale taken. Het leveren van militaire bijstand aan de civiele rampenbestrijding is één van die taken. Tot enkele jaren geleden had Defensie op dit terrein een ondergeschikte rol, maar die situatie is drastisch veranderd. In maart 2005 is een convenant gesloten tussen de ministeries van Defensie, BZK en Justitie. Doel is een gegarandeerde inzet van militair personeel en materieel te verzekeren ter ondersteuning van de civiele rampenbestrijding en crisisbeheersing. Het project ‘Intensivering Civiel-Militaire Samenwerking’ is een uitvloeisel van dit convenant. In een serie artikelen willen we u inzicht geven in de kracht van de ‘groene kolom’ van de rampenbestrijding. Op 9 april vond boven de Veluwe een unieke luchtreis plaats. Een zogenaamd ‘Unmanned Air Vehicle’ (UAV) van de krijgsmacht vloog vanaf het Artillerieschietkamp in ’t Harde naar Harskamp en weer terug. Dat dit voor inlichtingendoeleinden ontwikkelde onbemande toestel vloog was op zich niet bijzonder. Defensie gebruikt ze al jaren om militaire eenheden op de grond van informatie voor tactische besluitvorming te voorzien. Bijzonder was dat dit de eerste vlucht was buiten afgesloten militair terrein (en luchtruim). Een oefening om de coördinatie tussen de vele betrokken instanties, variërend van de nationale luchtverkeersleiding tot de overvlogen gemeenten, eens te beoefenen met het oog op een mogelijke inzet ter ondersteuning van de civiele rampenbestrijding.

Onbemande verkenning­ stoestellen als civiele luchtsteun

‘The Eye in the sky’

De UAV wordt gereed gemaakt voor lancering.

Door Rob Jastrzebski

‘T

he eye in the sky’. Voor crisisteams kan het heel nuttig zijn om bij ramp- en crisissituaties ogen in de lucht te hebben. Voor een beter overzicht over het rampterrein, om de ontwikkeling van een incident zoals een natuurbrand of overstroming te kunnen volgen, voor crowd-control of bewaking van ontruimde gebieden. Tot dusver is de Dienst Luchtvaartpolitie van het KLPD de steun en toeverlaat van de hulpverlening als het gaat om het verzorgen van video­ beelden of luchtfoto’s bij calamiteiten of andere veilig­ heidsoperaties. Maar in navolging van het convenant civielmilitaire samenwerking kan vanaf nu ook de aanvullende inzet van militaire middelen worden overwogen.

UAV en mini-UAV

Majoor Koos Willemsen, commandant van de 101 RPV-batterij.

Incident 4-2008

De catalogus Civiel-Militaire samenwerking biedt een inzet­ garantie voor onbemande vliegtuigen met camera vanaf 1 januari 2008. Formeel gaat het om zogenaamde ‘miniUAV’s. Die toestellen zijn echter pas medio volgend jaar beschikbaar. De toestellen waarover Defensie nu beschikt, de Sperwers, zijn door hun omvang en lanceermethode minder flexibel inzetbaar, zeker als het rampterrein relatief beperkt van omvang is. De testvluchten van twee Sperwers boven de Veluwe op 9 maart moeten dan ook niet worden gezien als een operationele inzetoefening, maar als een oefening van alle procedures en veiligheidsmaatregelen die aan de orde zijn als zo’n onbemand toestel daadwerkelijk boven dichtbevolkt civiel gebied wordt ingezet. De onbemande vliegtuigen worden beheerd door de 101 RPV-batterij van de Koninklijke Landmacht in ’t Harde;

een van de specialistische eenheden van de Nederlandse krijgsmacht die zich bezighoudt met het vergaren van ­inlichtingen ter ondersteuning van de tactische besluit­ vorming bij militaire operaties. Het huidige type UAV, de Sperwer, is een robuust toestel, dat met een mobiele lanceerinstallatie in de lucht moet worden gebracht. De 101 RPV-batterij beschikt over 12 van deze onbemande toestel­ len met benzinemotor, die een vleugelspanwijdte hebben van ruim vier meter, een gewicht van 330 kilogram en die met een maximale vlieghoogte van 3000 meter en een maximale vliegduur van vier uur een actieradius van circa 90 kilometer hebben. “We verwachten dat we in september de beschikking krijgen over 25 kleinere toestellen’”, verklaart majoor Koos Willemsen, commandant van de eenheid. “Toestellen met een spanwijdte van anderhalve meter en een gewicht van vijf kilogram en die circa vijftig minuten in de lucht kunnen blijven. Het operationele voordeel van deze kleinere toestel­ >

27


5F LPSU BBO CSBOEXFFSQFSTPOFFM 1FSTPOFFM WPPS BnPTTJOH CJK OBCMVTXFSL[BBNIFEFO 5PF[JDIU CJK FWFOFNFOUFO 6JUWBM WBO EF CSBOENFME PG TQSJOLMFSJOTUBMMBUJF 3FHJP4BGF IFFGU FSWBSFO CSBOEXFFSQFSTPOFFM NFU WFSTDIJMMFOEF DPNQFUFOUJFT CFTDIJLCBBS WPPS [PXFM LPSUF BMT MBOHF UFSNJKO

'JSF 3FTDVF

3FHJP4BGF JT VVS QFS EBH CFSFJLCBBS FO CFTDIJLCBBS

XXX CSBOEXBDIUFO OM

RegioS_adv.189x131.indd 1

Betalux

t #SBOEXFFSEJFOTUFO FO QFSTPOFFM t #SBOEXBDIUFO t &)#0 EJFOTUFO t /BCMVTXFSL[BBNIFEFO t *OUFSWFOUJFUFBN t 7FSIVVS CSBOEXFFSNBUFSJFFM

06-05-2008 14:34:02

BETALUX TM VLUCHTWEGSIGNALERING

TM

BETALUX™Signs worden verlicht door middel van met Tritiumgas gevulde buisjes van borosilicaatglas. De buisjes zijn aan de binnenzijde voorzien van fluorescentiepoeder, dat door de ioniserende straling van het Tritiumgas continu oplicht. (131.000 uur). Het geheel is te vergelijken met een TL lamp, waarbij de stroom door de TL lamp vervangen is door Tritiumgas. Daarom is er geen elektrische aansluiting nodig.

vluchtweg signalering

Deze vorm van vluchtwegsignalering wordt al meer dan 50 jaar toegepast als vluchtwegsignalering in vliegtuigen, waar betrouwbaarheid voorop staat. De laatste jaren worden ze echter steeds meer toegepast in gebouwen. Waar worden BETALUX™ signs toegepast. BETALUX™ signs worden gebruikt voor vluchtwegsignalering in hotels, banken, musea, ziekenhuizen, kantoorgebouwen, schoolgebouwen, restaurants, bioscopen, werkplaatsen en gevangenissen, kortom overal waar in noodgevallen evacuatie van mensen aan de orde is. Ook worden ze toegepast in zwembaden, aan boord van schepen, in treinen, petrochemische industrie, langs snelwegen en in tunnels. Niet alleen in nieuwbouw, maar ook in bestaande gebouwen zijn de voordelen van BETALUX™ signs groot. BETALUX™ signs vergen geen kostbare hak- en breekwerkzaamheden, geen lelijke leidingen langs de muren en blijven branden waar alle andere noodverlichting ophoudt! Een zeer geruststellende gedachte. Betalight b.v. is een officiÍle sponsor van Amnesty International , Amnesty International draagt net als BETALUX™ signs bij aan een veiliger wereld.

x Beegtsiganlaulering met

44%

vlucht

w

saftrek tering s e v in (EIA) Energie

Deze vorm van vluchtwegverlichting is in Nederland toegelaten volgens de regeling bekendmaking gebruik van ioniserende straling van 18 december 2002 ministerie van VROM reg. nr. SAS/2001144917 nr. I.A.9.

geen accu's

geen leidingen

geen lampen

Betalight b.v. Postbus 115 3880 AC Putten Tel: 0341 - 491 231 info@betalight.nl www.betalight.nl


Berging van de UAV op de landingslocatie.

Vanuit het grondstation wordt de vlucht geleid.

len is dat ze vanuit de hand gelanceerd kunnen worden en vanwege hun kleinere omvang sneller en makkelijker op iedere gewenste plek in Nederland inzetbaar kunnen zijn, afhankelijk van de situatie.” Beide typen toestellen beschikken over videocamera’s met een hoge resolutie, zowel voor daglicht als in het infrarood­ bereik. Met die observatiecamera’s kan een groot aantal bewakings- en surveillancetaken worden uitgevoerd, zoals het toezicht houden op geëvacueerde gebieden, en het detecteren van brandhaarden en vermiste personen. Een groot voordeel van onbemande observatietoestellen is volgens Willemsen dat ze kunnen opereren op plaatsen die voor bemande vliegtuigen of helikopters te gevaarlijk zijn. Dat geldt voor militaire inlichtingenmissies boven vijandelijk gebied, maar evengoed voor ramp- of crisis­ omstandigheden met een hoge gevaarsfactor of onge­ zonde omstandigheden, zoals gaswolken, radioactieve besmetting of dreigende explosies.

Strenge regelgeving

De inzet van Unmanned Air Vehicles is aan strenge lucht­ vaartwetgeving onderworpen, om incidenten te voorko­ men. Reden is dat toestellen zoals de Sperwer volgens van tevoren ingegeven vluchtprogramma’s vliegen, met GPS als navigatiebaken. De ‘piloten’ in het grondstation kunnen de toestellen wel handmatig opdrachten geven om naar een bepaalde locatie te vliegen of boven een gebied naar keuze te blijven cirkelen, maar hebben zelf geen visueel zicht op het toestel en zijn omgeving. “Er moet dus op de grond heel wat worden geregeld en afgestemd om veilig met zo’n UAV te kunnen vliegen, zeker boven Nederland, waar zowel het luchtruim als de grond behoorlijk vol is”, vertelt Flight Safety Officer Eric Stomp. “Om die reden hebben we in Nederland uitsluitend toestemming om te vliegen boven restricted area’s’, waar geen burgerluchtverkeer is en ook geen bebouwing op de grond voorkomt. In de praktijk komt het erop neer dat we

Foto’s RJ

Brandweercommandant Klaas Noorland van Elburg bekijkt de live-camerabeelden van de UAV in een tent op het lanceerterrein.

Incident 4-2008

alleen oefenvluchten uitvoeren boven het artillerieschiet­ kamp op de noordwestelijke Veluwe.”

Praktijktest

Op 9 april werd op deze restricties een uitzondering gemaakt. Om praktijkervaring op te doen met het vliegen in civiel luchtruim, werden onder strenge randvoorwaarden twee oefenvluchten uitgevoerd, volgens een ingeprogram­ meerde route van het Artillerieschietkamp in ’t Harde naar het Infanterieschietkamp bij Harskamp. De oefening vond plaats in samenwerking met de Koninklijke Luchtmacht, de Militaire Luchtvaartautoriteit en diverse civiele luchtvaart­ instanties en werd bijgewoond door tal van genodigden uit de militaire en civiele sector. De oefening maakte indruk. Alleen al de lancering van een Sperwer is een indrukwekkende gebeurtenis. Die lancering wordt uitgevoerd met een grote mobiele katapult op lucht­ druk, die op een vrachtwagen is gemonteerd. Als de propel­ ler van het toestel op volle toeren draait, wordt het toestel letterlijk ‘weggeschoten’, om het de juiste snelheid te geven om in de lucht te blijven. En eenmaal in de lucht, vervolgt het zijn weg op de eigen propeller, die een maximale vlieg­ snelheid van 180 kilometer per uur toelaat. Ook de landing van een Sperwer is een verhaal apart. Het toestel heeft geen landingsgestel en kan dus niet op reguliere wijze landen. Op het terrein van het Artillerie Schietkamp is daarom een speciale ‘landingszone’ aange­ wezen, waar de toestellen na hun missie aan een ­parachute landen en door middel van speciale airbags worden beschermd tegen beschadiging. Onder de genodigden tijdens de test waren ook verte­ genwoordigers van de Veiligheidsregio Noord- en OostGelderland en de brandweer. Welke meerwaarde verwach­ ten zij van de militaire onbemande observatietoestellen bij rampomstandigheden? “Het belang van luchtbeelden voor incidentenbestrijding is evident”, zei brandweercommandant Klaas Noorland van Elburg na afloop van de test. Hij is tevens lid van de inter­ regionale commissie natuurbrandbestrijding op de Veluwe. “De vraag is of de inzettermijn van de UAV’s van Defensie niet te lang is voor onze doelstellingen. Defensie garandeert voor deze toestellen vooralsnog een reactietermijn van 48 uur. Onder gunstige omstandigheden kán het sneller, maar wij hebben voor onze operationele taken, zeker bij grote natuurbranden, al in de eerste uren van een calami­ teit behoefte aan luchtbeelden. Ik vind het wel een goede ontwikkeling dat Defensie zijn middelen aanbiedt. Zeker bij langduriger en grootschaliger crisissituaties kunnen we er baat bij hebben. Nu zijn we in hoofdzaak afhankelijk van het KLPD, maar als hun Teleheli niet beschikbaar is, is het goed als we een alternatief hebben, waarop we een beroep kunnen doen. We zijn vooral benieuwd naar de mogelijk­ heden van de kleinere toestellen waarover Defensie de beschikking krijgt.”

29


Gemiddeld gaat er in de Verenigde Staten ieder jaar zo’n 17 duizend vierkante kilometer aan natuurgebied in vlammen op. De ene keer is het levensbedreigend, de andere keer is het juist goed voor de natuur omdat vuur een natuurverschijnsel is. Maar wat voor natuurbrand het ook is, het moet in ieder geval onder controle gebracht worden. Daar is een gespecialiseerde brandweer met speciaal materiaal voor: de wildland firefighters.

Gespecialiseerde firefighters zorgen voor wildland vuurbestrijding

Bestrijden van grote natuurbranden Door Tina Reinders

W

ildfires komen overal ter wereld voor. Noodzakelijk voor een echt grote natuurbrand is in de eerste plaats een groot natuurgebied. Maar ook het klimaat speelt een belangrijke rol: het moet vochtig genoeg zijn zodat er voldoende bomen en struiken groeien. Tegelijker­ tijd moet het gedurende een langere periode droog genoeg zijn om het vuur te verspreiden. Wildfires ontstaan vaak door blikseminslag en vulkaanuitbarstingen, maar ook door onzorgvuldig gedrag en brandstichting.

Draaiboeken

Afhankelijk van wat voor soort vuur het is, bestaan er draaiboeken voor welke methode en welke apparatuur gebruikt wordt. De Amerikaanse brandweer deelt de natuurbranden in op het soort brandstof – gras, bomen, struiken – en op de grootte en de complexiteit. Het ­kleinste vuur is een type 5 waar maar een tankautospuit voor nodig is, het grootste een type 1 waar soms duizen­ den brandweerlieden bij betrokken zijn.

Er bestaan drie verschillende manieren waarop het vuur zich verspreidt: via het struikgewas, ‘crown fire’ waarbij de toppen van de bomen in brand staan en ‘jumping fire’ waarbij de wind brandende takken vervoert. Vooral bij de laatste twee gaat het vuur harder dan mens en dier het kunnen ontvluchten. Bij sterke wind kunnen bosbranden in Californië zich verspreiden met een snelheid van zestig km per dag. Een natuurbrand kan in wezen op twee manieren ­bestreden worden. Enerzijds door het te blussen en anderzijds door te zorgen dat er geen brandstof is. Gewoonlijk passen wildland firefighters beide methoden tegelijker­tijd toe. Voor het bluswerk worden brandweer­ wagens, ­helikopters en vliegtuigen ingezet. De voertuigen ­verschillen overigens wel van de in Nederland gebruike­ lijke tankautospuiten. Wildfire voertuigen zijn speciaal ontwikkeld voor deze taak en zijn zware wagens met vierwielaan­drijving en speciale hoge wielen zodat ze ook op onverharde bergwegen kunnen rijden. De helikopters hebben tanks of waterzakken die gevuld kunnen worden in meren of rivieren.

Chemicaliën

De vliegtuigen waren jarenlang bommenwerpers uit de Tweede Wereldoorlog, maar tegenwoordig worden vaker speciaal voor dit doel gebouwde vliegtuigen gebruikt of kleine vliegtuigen die gewoonlijk landbouwgebieden besproeien. Ook worden vaak watervliegtuigen ingezet die hun tanks op het water kunnen vullen. Helikopters en vliegtuigen gooien niet altijd water op het vuur, soms zijn het brandvertragende chemicaliën waarmee ze het vuur blussen. In het verleden werd vooral boraatzout gebruikt, totdat duidelijk was dat dit erg slecht is voor het milieu. Tegenwoordig zet men dan ook liever ammoniumsulfaat of ammoniumpolyfosfaat in. Aangedikt met magnesiumrijke klei werkt dat na de brand als kunstmest.

30

Incident 4-2008


Tegelijk met het bluswerk leggen speciale teams brand­ stroken aan waarbij ze alle mogelijke brandstof zoals struiken en bomen verwijderen. Om deze stroken te maken gebruiken de teams groot materieel zoals bulldozers en graders. Daarbij kan besloten worden gecontroleerde tegenvuren aan te steken die de brandstof voor het wilde vuur verteren.

Speciale teams

Speciale teams goed getrainde ‘firefighters’ worden op bijzondere wijze worden ingezet: In het Amerikaans worden deze teams standaard ‘crew’, ‘bemanning’ genoemd. “Zelf heb ik allerlei werk gedaan,” vertelt James Gannon uit Californië. Op de voertuigen voor het echte bluswerk, op de pompen die het water naar de locaties brengen en ook op teams die werken aan de gecontroleerd aangestoken vuren. Het is allemaal heel verschillend werk, maar het mooiste is het werken in een Interagency Hotshot Crew. Dan trekken we een zomer lang door het hele land om branden te blussen. Twee weken non-stop doorwerken, twee dagen vrij en dan weer verder. De Hotshot hand­ crew is een rij mensen die brandstrook graaft die het vuur moet tegenhouden. We halen dan de struiken en bomen, de brandstof voor het vuur weg, waardoor het vuur ­uiteindelijk uit gaat. De ‘Hotshots’ zijn een elite groep brandweermensen die te hulp geroepen kunnen worden in noodgevallen. Bijzonder is dat het nationale teams zijn, terwijl in Amerika de brand­ weer per stad, per regio of per staat georganiseerd is. Bij grote vuren verblijven de Hotshot Crews in speciaal opge­ zette kampen, voorzien van eten, douches en tenten. Andere teams die de brandweer kan inzetten zijn de ‘fast-attack teams’, Helitack crews’ en ‘smoke-jumpers’. Ieder team heeft zijn specialisme, maar wat ze gemeen hebben is dat helikopters de teams naar afgelegen plekken brengen waar door blikseminslag brand is ontstaan. Wanneer de helikopter niet kan landen abseilen ze naar de grond of springen met een parachute. Op de grond aange­ komen gebruiken ze kleine handpompen om het vuur te blussen en maken met de hand een brandstrook om het vuur tegen te houden. Ze gebruiken daar onder andere een ‘pulaski’ voor, een speciaal voor dit doel ontworpen stuk gereedschap dat het midden houdt tussen een bijl en een houweel. Nadat het vuur geblust is wandelen ze terug naar de bewoonde wereld.

Geografische Informatiesystemen

Kritiek punt bij alle wildland fires is kennis en commu­ nicatie. De brand speelt zich af op een groot gebied en verspreidt zich snel. Zowel voor het plan van aanpak als voor de veiligheid van de bevolking en de brandweermen­ sen, is het noodzakelijk om van minuut tot minuut te weten waar de brand is. Tegenwoordig gebeurt dat met moderne technologie: firefighters gaan het veld in met kleine handcomputers voorzien van GPS en navigatiekaar­ ten. Tom Patterson was brandweercommandant in het Joshua Tree National Park en is nu wildland fire specialist bij ESRI: “Tijdens de beginfase van een natuurbrand was het vaak moeilijk om nauwkeurige informatie te krijgen. Met GIS heb ik binnen een paar seconden de precieze

Gemiddeld gaat er in de Verenigde Staten ieder jaar zo’n 17 duizend vierkante kilometer aan natuurgebied in vlammen op. afmetingen van het vuur op mijn computer. Die informa­ tie kan komen vanuit een helikopter of vanuit voertuigen ter plaatse. De kaarten in de computer geven daarbij alle informatie over wegen, huizen en speciale risico’s. Al die informatie is van levensbelang bij het aansturen van de brandweermensen. Bij een van de eerste branden waarbij ik de computer gebruikte zag ik op mijn computer dat het vuur al de berg afkwam, terwijl de commandant op zijn kaart nog had staan dat het nog bovenop de berg was.” Inmiddels zijn alle voertuigen en helikopters complete commandoposten, uitgerust met laptops en internet­ verbinding. Op die manier kunnen zij de meest recente informatie in realtime doorgeven aan de kleine GPS ontvangers van de mannen in het veld.

Gecontroleerde branden

Natuurbranden zijn een wezenlijk onderdeel van natuur­ bescherming. In vroeger tijden bluste de Amerikaanse brandweer alle natuurbranden, maar nu laten ze deze soms doorbranden. Sommige zaden van planten en bomen hebben juist vuur, rook en verkoold hout nodig om te ontkiemen. De reuzensequoia boom in Californië is een van de bomen waarvan vuur een wezenlijk onderdeel maakt van de levenscyclus. In de tijd dat alle branden geblust werden groeide er geen enkele jonge boom. Uit oogpunt van milieubeheer maar ook ter preventie van spontaan uitbrekende wildfires , steekt de brandweer regelmatig zelf vuren aan. Natuurlijk zijn dit controleerde branden onder ideale weersomstandigheden. Ook zijn van te voren bomen gekapt om een brandstrook te creëren om het vuur weer tijdig te stoppen. Incident 4-2008

31


MLS

Medicall Life Support

Verbandkoffer service • EHBO/BHV materialen • AED • Eerste Hulp artikelen • Opleidingen Watertas nu incl: bidon en spons

Verbandkoffers en Tassen BHV/Eerste Hulp artikelen BHV/EHBO/Kinder EHBO opleidingen Beschermingmiddelen Farmaceutische middelen AED systemen PBLS-BLS en AED trainingen AMBU reanimatie poppen Etc.

incl: - pleisters - wondsnelverband - blarenprikkers - schaartje - reddingsdeken - etc.

- voor bevestiging a/d broekriem

Ons leveringprogramma omvat o.a: * * * * * * * * *

Walker de Luxe

AED set-aanbieding!!!

Safeset

(nieuw) incl. veiligheidsvest - beademingsmasker - schaar - handschoenen - doekje - snelle inzet kaart

Nu een wel zeer complete aanbieding!!!! bel 0488-484350, voor de voorwaarden

Voor actuele prijzen, zie onze website Wij leveren onze produkten en diensten aan bedrijven, scholen, instellingen, zorgpraktijken, huisartsen, EHBO vereningingen, etc. Ook particulieren zijn bij ons welkom.

Medicall Life Support, vof - Hogedijkseweg 20 - 4041 AW - Kesteren -Tel: 0488-484350 - Fax: 0488-484924 E-mail: info@medicalllifesupport.nl - www.medicalllifesupport.nl


A

D

V

E

R

T

O

R

I

A

L

Brandweerkorps Amsterdam gebruikt FM6 van CEBES

Personeelsmanagement via het web 2007 was een stormachtig jaar voor de brandweer. Vooral de regionalisering gaat met flinke stappen vooruit. Om daarop aan te sluiten, heeft CEBES een op het web gebaseerde opvolger van zijn personeelsmanagementsysteem FireMan gebouwd, FM6.

E

en personeelsmanagementsysteem voor brandweerkorpsen en hulpverlenings­ diensten moet aan speciale eisen voldoen. Zo wil het management zicht hebben op opkomstpercentages bij oefeningen en de aanwezigheid van de nodige uitrukbezetting. CEBES is al ruim achttien jaar actief op de brandweermarkt, onder andere met het personeelsmanagementsysteem FireMan. Dit systeem is inmiddels bij meer dan 200 plaat­ selijke brandweerkorpsen in gebruik. Naast het moederbedrijf in Weert is er een vestiging van CEBES in Indonesië, waar een team van ontwikkelaars de nieuwe software realiseert. De brandweermarkt is de laatste tijd sterk in beweging. Harrie van den Nieuwenhuijzen, directeur van CEBES Nederland: “Door de regionalisering van de brandweerkorpsen is behoefte aan een gemeenschappelijke infra­ structuur. Internet is daarbij onvermijdelijk. Vandaar dat we hebben besloten een op het web gebaseerde versie van FireMan te maken: FM6. Eind 2007 is de eerste versie opgeleverd en het brandweerkorps Amsterdam werkt er sinds begin dit jaar mee.”

Geen formulieren

“Eind 2006 werden we benaderd door de brandweer Amsterdam, of we een webbased

applicatie konden maken voor incidentregistratie als uitbreiding op FireMan. Deze ontwikkeling had een versnelde ontwikkeling van FM6 tot gevolg.” FM6 is volledig op het web gebaseerd. Dat betekent dat geen extra software hoeft te worden geïnstalleerd: een internetaanslui­ ting is voldoende. Vanzelfsprekend ziet de gebruiker alleen die informatie waarvoor hij is geautoriseerd en kan iedereen alleen de acti­ viteiten uitvoeren waartoe hij gerechtigd is. Van den Nieuwenhuijzen: “De manier waarop de gegevens worden ingevoerd, is flink onder handen genomen. Het invullen van formulie­ ren is uit de tijd. Het systeem werkt met intel­ ligente vragenlijsten, die rekening houden met eerder gegeven antwoorden of met gegevens die al bekend zijn. Afhankelijk van de rol die de gebruiker heeft, verschijnen de juiste vragenlijsten. Een bevelvoerder of een officier heeft weer andere informatie dan een adviseur gevaarlijke stoffen. Bij de meldkamer is bekend wie betrokken is bij het incident. De vragenlijsten zijn bovendien afhankelijk van het soort incident waarbij de medewerker is betrokken: de vragen bij een brand zijn anders dan voor een hulpverlening.” De vragenlijsten bieden nog meer mogelijk­ heden. Zo kan bij elk antwoord worden aangegeven dat een e-mailbericht moet worden gestuurd, bijvoorbeeld als een brand­ weerman gewond is geraakt. In dat geval kan direct een mail worden verstuurd aan de personeelsfunctionaris of aan iemand die over de veiligheid gaat. “Incidenten registre­ ren is van niemand een hobby. Amsterdam is dan geen korps van vrijwilligers, maar ook hier is het wel zo prettig als je de administratieve lasten kunt beperken. Een brandweerman zit er niet op te wachten na een incident allerlei

formulieren te moeten invullen. Nu kan hij vanaf een pc de gegevens gemakkelijk invul­ len.” aldus Harrie van den Nieuwenhuijzen. De basisinformatie over de incidenten is afkomstig uit het Gemeenschappelijk Meldkamer Systeem (GMS). Incidenten die in dat systeem zijn afgesloten, worden door een intelligent mechanisme op een vaste plaats neergezet of komen via e-mail binnen. Daarna worden ze automatisch door FM6 opgepikt en in de database geïmporteerd.

Samenwerking

FM6 bestaat, net als FireMan, uit verschil­ lende onderdelen, waaronder de modules Oefenen en Opleiden. Hiervoor is CEBES een samenwerking aangegaan met de KSD groep. Het samenstellen van opleidingen en ­oefeningen kan geheel worden afgestemd op de bestaande behoefte. Het systeem houdt zelf in de gaten of docenten, materialen en locaties beschikbaar zijn. Deelnemers kunnen zich via internet aanmelden voor een oefening of opleiding. Harrie van den Nieuwenhuijzen: “Met 20 jaar ervaring op het gebied van software voor planning en organi­ satie van opleidingen heeft de KSD groep zich in de markt ruimschoots bewezen.” In de loop van dit jaar zal FM6 worden uitgebreid met aanvullende modules.


is_az_nl_incident_08

30.01.2008

10:04 Uhr

Seite 1

Voor uw veiligheid:

SPIROGUIDE het bewakingssysteem

SPIROGUIDE controleert met een speciale Start-Up-Check alle vitale toestelfunkties. Automatisch, snel, betrouwbaar en overzichtelijk. Ouk tijdens de inzet.

Adv. Artesis

> Adembescherming boven water > Adembescherming onder water

w w w. i n t e r s p i r o . n l

DLS levert maatwerk. Als dé expert op het gebied van Allison transmissies ondersteunen wij u bij de keuze van de juiste transmissie voor uw specifieke toepassingsgebied.

*",/ 1,ÊÛ> \

Enthousiaste medewerkers, moderne bedrijfsmiddelen en een flinke dosis kennis en ervaring staan continu tot uw beschikking. Geavanceerde computer programma’s selecteren voor elk voertuig de juiste automatische transmissie en maken complete prestatie berekeningen.

ÕÃ >

Drive Line Systems bv (DLS) is de officiële Distributor van Allison Transmission voor de Benelux. Al ruim 40 jaar verzorgt DLS de verkoop, engineering en service van Allison automatische transmissies. Inmiddels mogen we gerenommeerde voertuigbouwers als Terberg Benschop, Ginaf Trucks, DAF, Rosenbauer, Volvo, Scania, Iveco en Mercedes tot onze vaste klantenkring rekenen.

DLS beschikt over een uitstekend geoutilleerde werkplaats en een ruime voorraad gereviseerde transmissies en originele onderdelen. Getraind personeel draagt zorg voor inbouw, onderhoud en service. Uiteraard kunnen wij ook op locatie snel en adequaat service verlenen. Indien gewenst verzorgt DLS bovendien producttrainingen of gebruiksinstructies. 1/" / Ê /,

iÀÜi`iÃÌÀ>>ÌÊn{Ê ÎΣÎÊ -Ê À`ÀiV ÌÊ

- -- "

/i °ÊΣʭä®Çn ÈÎÓÎÈ ä >ÝÊΣʭä®Çn ÈÎÓÎÈ £

Ü Ü Ü ° ` Ã L Û ° DLS adv Incident 189 x 131.indd 1

11-04-2008 10:25:24


Kort Nieuws Drie leden vrijwillige brandweer komen om in De Punt Het is inmiddels uitgebreid in het nieuws geweest en heel hulpverlenend Nederland heeft er kennis van kunnen nemen via radio, televisie, internet en soms via bekenden. Toch vind Vakblad Incident dat het niet om deze rampzalige gebeurtenis heen kan. Daarom op deze pagina nog een samenvatting van de op het moment van ter perse gaan bekende feiten.

Bij een grote brand op een scheepswerf in het Drentse De Punt zijn vrijdag 9 mei drie brand­ weermensen om het leven gekomen. Egbert Ubels (38), Raymond Patrick Soyer (29) en Anne Kregel (48) waren lid van de vrijwillige brand­ weer Tynaarlo post Eelde. Een zwarte dag voor hulpverlenend Nederland en de vrijwillige brandweer van deze post in het bijzonder. Wat er precies gebeurd is, is niet bekend. De drie brandweermannen gingen geheel volgens de regels de loods binnen, zo is ver­klaard. Mogelijk waren zij in de veronderstelling dat de eigenaar van de werf zich nog in de loods bevond en gered zou moeten worden. Omwonenden reageerden geschokt op het drama. Op de plaats van de brand liepen de emoties hoog op. Buurtbewoners en familie en vrienden van brandweermensen verzamelden zich daar in groten getale. De spaarzame informatievoorziening en onduidelijkheid over de identiteit van de slachtoffers leidde tot radeloosheid en grote spanning onder de toeschouwers. Veel mensen liepen huilend rond bij de verwoeste scheepswerf. Incident 4-2008

,,Vreselijk, er is een gat geslagen in het brandweerkorps,’’ zegt een aangeslagen buurt­bewoner. De verslagen collega’s van de slachtoffers waren nauwelijks aanspreekbaar. Met gebogen hoofd en steun zoekend bij elkaar verwerkten ze het verlies. Maar niet

alleen in het korps is een gapend gat geslagen. In Eelde en De Punt kent iedereen wel iemand die bij de brandweer werkt. “Het is een zwarte dag voor het dorp”, verklaart een man die zijn emoties nauwelijks de baas blijft. Scheidend burgemeester Jan Rijpstra van Tynaarlo onder­ brak zijn vakantie in Zwitserland en reageerde geschokt. Op een persconferentie betuigde loco-burgemeester Kosmeijer de nabestaan­ den zijn diepste medeleven. “Deze tragische gebeurtenis grijpt diep in in het dorp, maar met name bij het brandweerkorps is de verslagen­heid onmetelijk groot. Voor de leden is een bijeenkomst belegd om uiting te geven aan het enorme verdriet.” Over de oorzaak van de brand is op het moment van afsluiten van deze Incident nog niets bekend. Het technisch onderzoek is wel meteen begonnen, nog op de avond na de brand, na het nablussen. Het vuur bij scheepswerf Beuving, langs het Noord-Willemskanaal, op een kilometer van de A28 Groningen-Assen, brak rond twee uur uit in een loods. Binnen enkele minuten hing in de hele omgeving een dichte, zwarte rook. Korpsen uit de wijde omgeving verleenden bijstand. Omdat de rook mogelijk gevaarlijke stoffen als asbest bevatte, kregen omwonen­ den het advies ramen en deuren dicht te houden.

Website

Op de onofficiële website van het vrijwillige brandweerkorps Tynaarlo post Eelde stromen de condoleances binnen. Steunbetuigingen van andere korpsen, medeleven van dorpsbe­

Een van de omgekomen brandweermannen is de maker en webmaster van de website van de vrijwillige brandweer Tynaarlo post Eelde, Egbert Ubbels. Zijn zoon Nick heeft op de site van zijn vader feilloos zijn eerste gevoelens beschreven die hem overvielen nadat hij het verschrikkelijke nieuws te horen kreeg: ‘s Morgens loop je met je vader door de Albert Heijn, je bent je boodschappen aan het doen en opeens gaat de pieper. Je dumpt je karretje bij een medewerker en je rent de AH uit. Je vader gaat naar de brand, en wij lopen naar onze oom. Om daar te wachten op je moeder. Je haalt het karretje op en gaat verder met je boodschappen. Eenmaal thuis bel je op dat je iets later komt op kamp. Je zet de tv aan en dan zie je: 3 brandweermensen vermist. Even later komen je Opa en Oma met het nieuws dat je vader er misschien één van is! Je zit dan te janken op de bank! En dan vertelt je oom die gebeld is en vertelt dat het ECHT je vader is, en omgekomen is. Je gaat dan weer op de bank zitten janken! Maar je kan het gewoon niet geloven dat het ECHT je vader is. Het is gewoon verschrikkelijk! Zijn liefhebbende zoon, Nick

35


MAR300806112

31-08-2006

12:39

Pagina 1

MARELKO SIGNALERINGSSYSTEMEN KOM JE OVERAL TEGEN! Marelko benelux garandeert de levering van: • Kwaliteitsproducten & deskundige adviezen • Eigen technische dienst & uitstekende service • In- en opbouw en service van de apparatuur zowel op locatie als in eigen werkplaats

Leveringsprogramma: Daksets, draailampen, flitslampen, sirenes, handlampen, black boxen, veiligheidsmarkering, verkeersvideo apparatuur, ademanalyse apparatuur.

Importeur van:

Daksets uit te voeren met o.a.: - LED lampen - draailampen - luidsprekers - flitslampen - 3-lens optiek lampen - verlicht middenstuk - hoogtes van 90 mm, 117 mm, - zijlichten 130 mm en 138 mm. - werklichten - lengtes van 150 mm tot 2550 mm - richtingaanwijzers

Marelko, dat zit safe Postbus 2674, 6026 ZH Maarheeze Tel: + 31(0)495-592290, Fax: + 31(0)495-591014 info@marelkobenelux.nl www.marelkobenelux.nl

E8E Efad_ 8[dWÌ YZf[`Y Egbbadf

7W` g`[W] TWVd[\X [` VW TdS`ViWWdeWUfad

GVcYffc

haWdfg[YW` T^geba_bW` W` TdS`ViWWd_SfWd[S^W`

GVc\``a 8E Efad_ 8[dWÌ YZf[`Y Egbbadf 4H E 6[`fW^iWY *+ %#+* >4 7gdabaadf DaffWdVS_ FW^WXaa` , "#*# &') "#" 8Sj , "#*# &') "#+ 7 _S[^ , [`Xa2eXe Th `^ ;`fWd`Wf , iii eXe Th `^

bT_Ãe _SfWd[S^W` W` YWdWWVeUZSbbW`

DVcgZTVd

fdS`ebadf _a`fSYW [`ebWUf[W a`VWdZagV dWbSdSf[W W` fdS[`[`Y


woners en anonieme opmerkingen staan in het gastenboek genoteerd. De condoleances worden achtergelaten op www.egbertsbrandweersite.nl. Vrijdag rond 22.30 uur ging het al om meer dan zevenhonderd reacties, oplopend tot ruim over de vierduizend na een week. “Verschrikkelijk wat jullie is overkomen”, schrijft de brandweer Opheusden. “Helden waren het, helden zijn het en als helden zullen ze herinnerd worden”, aldus de brandweer Kerkrade. En ook: “Hiervoor bestaan geen woorden. Ik zal voor julie bidden”, van een betrokken burger.

In een eerste reactie schrijft de NVBR:

De NVBR is diep geschokt door het nieuws dat drie brandweerlieden tijdens het uitoefenen van hun werk zijn omgekomen. Het ongeval gebeurde bij Yde de Punt (gemeente Tynaarlo). De verslagenheid bij de brandweer is groot. “We weten dat ons werk gevaarlijk is en grote risico’s met zich meebrengt. Het is verschrikke­lijk wat hier is gebeurd en leven intens mee. Onze medeleven gaat uit naar de ­nabestaanden, de directe collega’s en

korpsen.” Aldus Caroline van de Wiel, voorzitter NVBR, in een eerste reactie.

En de vakbond voor brandweervrijwilligers schrijft:

Hier past stilte en geen rumoer, hier past terughoudendheid en geen nieuwsgierigheid en hier past geen vlotte conclusie maar bedachtzaamheid. Juist nu in deze periode, direct na het ongeval, is een stille rouwtijd noodzakelijk om tot onszelf in te keren en als Brandweer Nederland te beseffen dat er tijdens ons operationeel optreden slechts een dunne rode lijn loopt tussen leven en dood.

Het bestuur van de VBV wacht in alle terughoudendheid de resultaten van de komende onderzoeken van Arbeidsinspectie en andere onderzoeksinstanties af. Zij hoopt dat de resultaten daadwerkelijk zullen gaan bijdragen aan een veiliger optreden tijdens noodhulp aan burger en bedrijfsleven. Gerard Pijnenburg en Marcel Debets

Alle medewerkers en de redacties van IncidentOnline.nl en Vakblad Incident wensen de families, vrienden, kennissen en collega’s van de omgekomen brandweermensen veel kracht en moed toe bij het verwerken van dit zware verlies. Een onuitwisbare en zwarte dag voor hulpverlenend Nederland en de vrijwillige brandweer van Tynaarlo post Eelde in het bijzonder.

2009: Lustrum-editie IVIC/IVVP

Hekkenwerk! Waar het normaal gesproken een koe of paard in de sloot betreft, of soms een kat die de boom niet meer uitdurft, was er voor de brandweer van Cothen op Koninginnedag wel een heel bijzondere uitdaging. Aangekomen in een boomgaard troffen ze een kalf aan met een metalen hek rond z’n nek. Het beestje had al enige tijd zo rondgelopen en wist zich geen raad meer. Zelfs in de toegesnelde brandweermannen had het geen vertrouwen en het ging, met hekwerk en al op de loop. Gelukkig konden de brandweermannen het dier snel te pakken krijgen en bevrijden uit de benarde positie. Bijdrage en foto: Paul Groeneveld.

Incident 4-2008

Voor mei 2009 staat weer de volgende editie van de IVIC/IVVP op het programma. Deze multidisciplinaire beurs viert dan zijn eerste lustrum. De precieze datum staat nog niet vast en ook is de organisatie nog bezig met betrekking tot de locatie. “We onderhandelen nog met diverse potentiële toplocaties”, zegt Jeroen Zaunbrecher van de IVICorganisatie. “Vast staat wel dat de lustrum-editie groter en spectaculairder dan ooit zal worden.” Volgens Zaunbrecher zal IVIC 2009 in ieder geval de marktleidende positie als vakbeurs voor de hulpverleningsdiensten in Nederland meer dan waar maken. Als – onafhankelijk - lijfblad van de IVIC volgt Incident zoals gebruikelijk de ontwikkelingen op de voet. Als u onze kolommen blijft lezen, dan blijft ook u op de hoogte en hoort u als eerste wanneer en waar de volgende IVIC zal worden gehouden.

37


"%7*&4 7&3,001 7&3)663 4&37*$&

.PCJFMF XFSLQMFLLFO

Rampenoefening in Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond Op een nog onbekende datum in de periode dinsdag 13 mei tot en met woensdag 11 juni 2008 zullen de hulpverleningsdiensten (politie, brandweer en de geneeskundige hulpverlening) en gemeenten van Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond een rampenoefening houden. De oefening moet een verrassing zijn voor de hulpverleners en hun bestuurders; daarom blijft de precieze datum tot het laatste moment geheim. Op het moment van sluiten van deze editie was de oefening nog niet gehouden. Dat zou dus wel het geval kunnen zijn als u dit leest. Over de plaats van de nagespeelde ramp is alleen bekend dat het incident in ĂŠĂŠn van gemeenten Rotterdam, Rozenburg, Vlaardingen of Ridderkerk zal plaatsvinden. In het echt weten de hulpverleningsdiensten namelijk ook niet wanneer en waar zich een ramp gaat afspelen. De oefening wordt georganiseerd door de Inspectie Openbare Orde en Veiligheid,

een onderdeel van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Tijdens de oefening worden de hulpverleningsdiensten onverwachts geconfronteerd met een in scène gezette ramp, een simulatie. Daarop moeten zij gezamenlijk een organisatie neerzetten en beslissingen nemen om de ramp te bestrijden. Het gaat hierbij niet om het oefenen door de operationele diensten, maar om het oefenen van bestuurders en leidinggevenden. Ambulances, brandweeren politie-auto’s die met gillende sirenes en zwaailicht uitrukken, zijn dan ook niet te zien. Wel zal er in de regio mogelijk enige activiteit van hulpverleners zichtbaar zijn. Belangrijk is dat de hulpverleningsdiensten goed zijn voorbereid op eventuele rampen. De Inspectie OOV bekijkt daarom of de hulpverleningsdiensten van alle regio’s in Nederland een ramp het hoofd kunnen bieden. In de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond heeft de Inspectie OOV al in 2007

t /BVXLFVSJH (14 t 1SPGFTTJPOFMF 1%" T t 3PCVVTUF 5BCMFU 1$ T

t )BOEIFME DPNQVUFST t (14 IFSTUSBMFST WPPS CJOOFO

t %BUB JOXJOOJOH FO OBWJHBUJF

#&- XXX HFPNFUJVT OM

gekeken hoe het met de plannen van de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond op dit gebied staat. Op basis van de uitkomsten heeft de regio waar nodig verbeteringen uitgevoerd. Het naspelen van een echte ramp is bedoeld om te kijken of de (verbeterde) plannen in de praktijk ook echt werken.

Intersafe Groeneveld B.V. is toonaangevend marktleider op het gebied van persoonlijke beschermingsmiddelen.

>>Ă€Â˜>>ĂƒĂŒĂŠÂœÂ˜`iĂ€ĂƒĂŒiĂ•Â˜iÂ˜ĂŠĂœiĂŠÂœÂ˜âiĂŠÂŽÂ?>Â˜ĂŒiÂ˜ĂŠLˆÂ?ĂŠÂ…Ă•Â˜ĂŠ>Ă€LÂœLiÂ?iˆ`ĂŠ ­, E ]ĂŠ ÂœÂ˜ĂƒĂ•Â?ĂŒ>˜VÞÊiÂ˜ĂŠ"ÂŤÂ?iˆ`ˆ˜}i˜Ž°ĂŠ

In verband met groeiambitie zijn wij op zoek naar een:

Technisch Service Medewerker m/v (fulltime)

38

De afdeling De afdeling Rental & Services en Intersafe Mobile Safety Services verhuren diverse beschermingsmiddelen. Het verhuurpakket bestaat uit o.a.: UĂŠ `i“LiĂƒVÂ…iĂ€Â“ÂˆÂ˜}ĂƒÂ“Âˆ``iÂ?i˜ UĂŠ6>Â?LiĂ›iˆÂ?ˆ}ˆ˜}ĂƒÂ“Âˆ``iÂ?i˜ UĂŠ >Ăƒ`iĂŒiVĂŒÂˆiĂŠ>ÂŤÂŤ>Ă€>ĂŒĂ•Ă•Ă€ UĂŠ Â?Ă•ĂƒÂ‡ĂŠiÂ˜ĂŠ "ĂŠÂ“Âˆ``iÂ?i˜ UĂŠ Â…i“ˆiĂŠÂŽÂ?i`ˆ˜} UĂŠ œœ``ÂœĂ•VÂ…iĂƒ

Wij vragen: UĂŠ,iÂ?iĂ›>Â˜ĂŒiĂŠ "ĂŠÂœÂŤÂ?iˆ`ˆ˜}Æ UĂŠ,ˆÂ?LiĂœÂˆÂ?ĂƒĂŠ ĂŠ­LˆÂ?ĂŠ`iâiĂŠvĂ•Â˜VĂŒÂˆiĂŠÂ…ÂœÂœĂ€ĂŒĂŠiiÂ˜ĂŠLi`Ă€ÂˆÂ?vĂƒ>Ă•ĂŒÂœÂŽĂ† UĂŠĂŠ iÂ˜Â˜ÂˆĂƒĂŠiÂ˜ĂŠiÀÛ>Ă€ÂˆÂ˜}ʓiĂŒĂŠ>`i“LiĂƒVÂ…iĂ€Â“ÂˆÂ˜}ĂƒĂŠÂ“Âˆ``iÂ?iÂ˜Ă† UĂŠ ÀÛ>Ă€ÂˆÂ˜}ĂŠÂœÂŤĂŠiiÂ˜ĂŠĂ›>Â˜ĂŠ`iĂŠ>˜`iĂ€iĂŠ}iLˆi`iÂ˜ĂŠÂˆĂƒĂŠiiÂ˜ĂŠÂŤĂ€jÆ UĂŠĂŠ,iÂŤĂ€iĂƒiÂ˜ĂŒ>ĂŒÂˆiv]ĂŠvÂ?iĂ?ˆLiÂ?]ĂŠVÂœÂ“Â“Ă•Â˜ÂˆV>ĂŒÂˆiv]ĂŠÂˆÂ˜ÂˆĂŒÂˆ>ĂŒÂˆivĂ€ÂˆÂ?ÂŽĂŠiÂ˜ĂŠ âiÂ?vĂƒĂŒ>˜`ˆ}°

De functie Wordt uitgevoerd op de eigen servicelocatie en op locatie bij klanten in de industrie in Nederland. Het brede werkpakket bestaat uit: UĂŠĂŠ"˜`iĂ€Â…ÂœĂ•`ĂŠiÂ˜ĂŠÂŽiĂ•Ă€ÂˆÂ˜}ĂŠĂ›>Â˜ĂŠVÂœÂ“ÂŤÂ?iĂ?iĂŠ>`i“LiĂƒVÂ…iĂ€Â“ÂˆÂ˜}ĂƒÂ‡ middelen; UĂŠ iĂ•Ă€ÂˆÂ˜}ĂŠĂ›>Â˜ĂŠĂ›>Â?LiĂ›iˆÂ?ˆ}ˆ˜}ĂƒÂ“Âˆ``iÂ?iÂ˜ĂŠiÂ˜ĂŠÂ‡ĂƒĂžĂƒĂŒi“iÂ˜Ă† UĂŠ*iĂ€ÂˆÂœ`ˆiÂŽĂŠÂœÂ˜`iĂ€Â…ÂœĂ•`ĂŠiÂ˜ĂŠÂŽ>Â?ˆLĂ€>ĂŒÂˆiĂŠĂ›>Â˜ĂŠ}>Ăƒ`iĂŒiVĂŒÂˆiĂŠ>ÂŤÂŤ>Ă€>ĂŒĂ•Ă•Ă€Ă† UĂŠ ÂœÂ&#x;Ă€`ˆ˜>ĂŒÂˆiĂŠiÂ˜ĂŠĂ€i}ÂˆĂƒĂŒĂ€>ĂŒÂˆiĂŠĂ›>Â˜ĂŠ`iĂŠĂ›iÀ…ÕÕÀÆ UĂŠĂŠ ˜Vˆ`iÂ˜ĂŒiiÂ?ĂŠÂŽ>Â˜ĂŠÂ…iĂŒĂŠĂ•ÂˆĂŒĂ›ÂœiĂ€iÂ˜ĂŠĂ›>Â˜ĂŠÂ“iĂŒÂˆÂ˜}iÂ˜ĂŠÂˆÂ˜ĂŠÂŤĂ€Âœ`Ă•VĂŒÂˆi‡]ĂŠ kantooromgevingen en de industrie deel van het werk uitmaken. Dit betekent onder meer het nemen van chemische en/of “ˆVĂ€ÂœLˆœÂ?Âœ}ÂˆĂƒVÂ…iĂŠÂ?Ă•VÂ…ĂŒÂ‡ĂŠiÂ˜ĂŠĂœ>ĂŒiĂ€Â“ÂœÂ˜ĂƒĂŒiĂ€Ăƒ°

Solliciteren iÂ˜ĂŠÂ?iĂŠĂŒÂœiĂŠ>>Â˜ĂŠiiÂ˜ĂŠÂ˜ÂˆiĂ•ĂœiĂŠĂ•ÂˆĂŒ`>}ˆ˜}œÊ >ˆÂ?ĂŠ`>Â˜ĂŠiiÂ˜ĂŠLĂ€ÂˆivʓiĂŒĂŠ 6ĂŠ >>Â˜ĂŠÂ“iĂ›Ă€ÂœĂ•ĂœĂŠ °7°ĂŠ*iÂ?ĂŠ­*E"ÂŽ]ĂŠi‡“>ˆÂ?\ĂŠi°iÂ?JÂˆÂ˜ĂŒiĂ€Ăƒ>vi‡…œÂ?`ˆ˜}°Â˜Â?°

Incident 4-2008

6ÂœÂœĂ€ĂŠÂ“iiĂ€ĂŠÂˆÂ˜vÂœĂ€Â“>ĂŒÂˆiĂŠÂœĂ›iÀÊ`iâiĂŠvĂ•Â˜VĂŒÂˆiĂŠâˆiĂŠÂœÂœÂŽĂŠÂœÂ˜âiĂŠĂœiLĂƒÂˆĂŒi\ĂŠ ĂœĂœĂœ°ÂˆÂ˜ĂŒiĂ€Ăƒ>vi‡}Ă€Âœi˜iĂ›iÂ?`°Â˜Â?°ĂŠ


Abonneer nu en ontvang Incident tot eind 2008 voor slechts € 20,00*! Naast deze korting krijgt u een exclusieve leren GSM- tas met

Ambulance- of Brandweerlogo (t.w.v. e 29,95)

gratis!

* CC-abonnement

Incident wordt in Nederland en België verspreid in controlled circulation; een engelse term voor het in besloten kring verspreiden. Dat betekent in dit geval dat Incident tegen lage verzend- en administratiekosten verkrijgbaar is voor uitsluitend particulieren werkzaam in de hulpverlening, bij hulpverlenende organisaties (waaronder ook bijvoorbeeld adviesbureaus, opleidingsinstituten), in de toeleverende industrie of aanverwante ­bedrijven.

Bedrijfsabonnement

Wilt u Incident ontvangen op het adres en/of op rekening van uw organisatie, kazerne, bureau of gemeente in Nederland of België? Dat kan na het afsluiten van een bedrijfs­ abonnement. Dit kost e 72,40 inclusief BTW per jaar en u ontvangt hiervoor een factuur. Het aanvraagformulier vindt u op ­ www.vakbladincident.nl.

Groepsabonnement (v.a. 10 personen)

Voor hulpverleningsorganisaties uit Nederland en België is het mogelijk tegen een aantrekkelijk tarief een groepsabonnement af te sluiten. Hiervoor kunt u contact opnemen met de abonnementenadministratie. Telefoon: +31 (0)184 – 750 810.


Abonneer nu en ontvang Incident tot eind 2008 voor € 20,00 en ontvang een leren GSM-tas met ambulance- of brandweerlogo gratis CC Aanvraagformulier

Let op! Leest u svp onderstaande instructies aandachtig door alvorens het formulier in te vullen: Invul instructies • Vul het formulier volledig in en gebruik blokletters of schrijf duidelijk leesbaar • Persoonsgegevens met een * dient u verplicht in te vullen • Vergeet het formulier alstublieft niet te ondertekenen • Het volledig ingevulde formulier dient u te retourneren naar: Vakblad Incident, t.a.v. lezersregistratie, Postbus 221, 3360 AE Sliedrecht, Fax: +31 (0)184 – 750 811

JA!

Voorwaarden • Voor ontvangst van vakblad Incident op uw privé-adres betaalt u als ­individuele hulpverlener alleen de per kalenderjaar vastgestelde admini­stratie­kosten. • Voor het jaar 2008, geldend vanaf april 2008, zijn de administratiekosten vastgesteld op � 20,00 incl. portikosten voor Nederland en BTW. Bij deze actie ontvangt u gratis een GSMtas met logo t.w.v. � 29,95. • Met het afgeven van een door­lopende machtiging geeft u ons toestemming om per kalenderjaar de vastgestelde administratiekosten van uw privé bank- of girorekening af te schrijven.

• Afgegeven machtigingen zijn door­lopend en worden éénmalig in januari van enig kalen-

derjaar geïncasseerd. • Het opzeggen van een afgegeven machtiging dient vóór 1 november van enig kalenderjaar schriftelijk aan ons te geschieden. • Na ontvangst van uw schriftelijke opzeg­ging voor 1 november van enig kalenderjaar wordt met ingang van 1 januari van het volgende kalenderjaar de automatische incasso gestopt en vindt geen toezending van vakblad Incident meer plaats. • Verzendkosten voor België bedragen  25,00 voor een heel jaar.

• Bij tussentijdse opzegging vindt geen restitutie plaats van betaalde ­administratiekosten. • Toezending van het vakblad Incident vindt alleen plaats naar het privé-adres van de ontvanger (=geadresseerde), incasso uitsluitend via de privé-rekening van de ontvanger. • BELANGRIJK: helaas kunnen wij uw aanvraag niet honoreren als: 1. de gegevens niet compleet zijn 2. de handtekening ontbreekt 3. u niet tot onze doelgroep behoort 4. u geen privé bank- of gironummer invult en wij dus geen automatische incasso kunnen uitvoeren.

Ik wil graag vanaf nu Incident ontvangen! Tot december 2008 betaal ik slechts � 20,00 (incl. portikosten voor Nederland en BTW). Ik geef toestemming aan Incident b.v. om tot wederopzegging d.m.v. automatische incasso de per kalenderjaar verschuldigde ­administratiekosten van mijn privé-rekening te mogen afschrijven. Bij deze actie ontvang ik een leren GSM-tas met logo. brandweer-uitvoering    ambulance-uitvoering    alleen met Incident logo      Kruis aan: Merk Telefoon: Type aanduiding: I.v.m. de handmatige productievan deze GSM- tas kan de levertijd bij afwijkende telefoontypen of minder gangbare typen/merken minimaal 3 weken bedragen, na ontvangst van uw formulier.

Persoonsgegevens Dhr. *

Mevr.*

Hoogst genoten opleiding:

Voorletters*:

Universitair

Achternaam*:

HBO

MBO

LBO

Middelbaar

Privé adres (tevens toezend adres) Straatnaam*:

Huisnummer*:

Postcode*:

Woonplaats*:

Telefoon*:

E-mail:

Specifiek 1. Waar(in) bent u (vrijwillig) werkzaam?

code

(niet invullen a.u.b.)

2. Wat is uw functie/specialisatie?

code

(niet invullen a.u.b.)

3. Wat is uw rang? (indien van toepassing)

code

(niet invullen a.u.b.)

Betaling Voor Nederland Bank

Giro

Plaats (Post-)Bank:

Voor Nederland én België

Voor België (toeslag van  25,00 voor een heel jaar i.v.m. extra portikosten) Abonnees uit België ontvangen na aanmelding een factuur, omdat incasso op een Belgische bankrekening voor ons niet mogelijk is. Toezending van de GSM tas vindt uitsluitend en pas plaats nadat een betaling van de toegezonden factuur binnen 30 dagen door ons is ontvangen. Bij het niet binnen 30 dagen betalen (na factuurdatum) van de ontvangen factuur, vervalt het recht op deze aktie alsmede het recht op toezending van de gekozen GSM tas.

Privé rekening nummer: Naam rekeninghouder: Datum:

40

Handtekening:

Belangrijk: Dit controlled circulation abonnement kan uitsluitend op persoonlijke titel worden afgesloten en alleen worden betaald via een privé rekening van de abonnee. Toezending van Incident naar een organisatie, kazerne, bureau of gemeente enz. is uitsluitend mogelijk via een bedrijfsabonnement ( 72,40 incl. BTW, na toezending van een factuur). Voor de aanvraag van een bedrijfsabonnement kunt u contact opnemen met de abonnementenadministratie, tel. +31 (0)184 – 750 810 of info@vakbladincident.nl Indien u niet in aanmerking komt voor een cc abonnement ontvangt u hiervan schriftelijk bericht en vervalt automatisch uw machtiging. Uw gegevens worden vastgelegd in de database van Incident. Te allen tijde kunt u een overzicht opvragen van uw gegevens in onze database. Uw gegevens kunnen door Incident en haar adverteerders gebruikt worden voor promotionele activiteiten. Indien u hier bezwaar tegen heeft kunt u contact met ons opnemen.

Incident 4-2008


Buster boten voor professionals. Oersterk en door-en-door betrouwbaar.

POWERED BY YAMAHA BUITENBOORDMOTOREN.

www.yamaha-marine.nl

strip Nijmegen wil loze brandmeldingen verminderen De gemeente Nijmegen wil het aantal loze brandmeldingen via brandmeldinstallaties in de komende vijf jaar met 25 procent terugbrengen. In 2007 was bijna 97 procent van de meldingen loos. Via voorlichting en in het uiterste geval met dwangsommen moet dat percentage omlaag. In Nijmegen rukte de brandweer vorig jaar 1068 keer voor niets uit. Dat leidt tot onnodig hoge kosten, risico’s voor de verkeersveiligheid, geluidsoverlast en verminderde beschikbaarheid van de brandweer op andere plekken waar de inzet wel echt nodig is. De gemeente en de veiligheidsregio willen eigenaars van brandmeldinstallaties bewuster maken van die problemen. In eerste instantie door voorlichting. Als dat niet werkt volgen schriftelijke afspraken of uiteindelijk bestuurs­ rechtelijke maatregelen in de vorm van bijvoorbeeld een dwangsom.

Incident 4-2008

Daarnaast vindt er een onderzoek plaats naar de mogelijkheden om de kans op een loze brandmelding te verkleinen. Het plan van aanpak besteedt ook aandacht aan de rol van installateurs en branddetectie­ bedrijven. Het hoge aantal loze brandmeldingen komt onder meer door de soms gebrekkige kwaliteit van brandmeldinstallaties, slecht onderhoud en ondeskundig gebruik. Ook de toename van het aantal brandmeldinstallaties met een automatische doormelding naar de meldkamer van de brandweer zorgt voor meer valse alarmeringen. In Nijmegen zijn 275 objecten voorzien van een brandmeldinstallatie die is aangesloten op de Gemeenschappelijke Meldkamer Gelderland-Zuid. De nieuwe maatregelen stemmen overeen met de door de Veiligheidsregio Gelderland-Zuid aanbevolen aanpak van loze meldingen.

41


Wilt u hier ook

VER

uw bedrijfsgegevens

HUUR

plaatsen?

-VERKOOP-ONDERHOUD ING (Ex)PORTOFOONS & TRUNK

www.flash-services.com

Voor tarieven en reserveringen

Ascent Safety bv

kunt u contact opnemen met:

Siliciumweg 61A 1812 SW Amersfoort

Werken Op Hoogte Hoogteredding

De Brandweer-Winkel

T F E i

+31 (0) 334480680 +31 (0) 334480490 jeroen@ascent.nl www.hoogwerk.nl

www.hollemanmachine.nl Paltrokstraat 35 1508 EJ Zaandam tel. 075-6123272 fax 075-6123272

tel 023-5714745 e-mail m.groot@bureauvanvliet.com

waterkanonnen

De BrandweerWinkel

Holmatro Rescue Equipment

Van der Takstraat 70 3071 LM  Rotterdam T F E I

Mariëlle Groot

Postbus 33 4940 AA Raamsdonksveer

(010) 4863201 (010) 4233056 info@brandweerwinkel.nl www.brandweerwinkel.nl

T F E I

P. v. Midd. Gelderland rood 15 6666 LS  HETEREN

(0162) 589200 (0162) 422482 info@holmatro.com www.holmatro.com

Leverancier van o.a. afzet­­­materiaal, handlampen, voertuiguitrusting, signa­lering, onderzoeksmateriaal

Mag-Lite Peli ATEX

Nijverheidswerf 37 1402 BV  Bussum Importeur van o.a.

Specialistisch wassen vraagt om de aandacht van een specialist. Electrolux Laundry Systems Wisselwerking 52 1112 XR Diemen Tel: 020-5692911 Fax: 020-5692239 www.dewas.nl

T. 010-4379233 info@Lambert-co.com • www.Lambert-co.com

Uw (bedrijfs) veiligheid ! Onze Zorg ! Voor meer informatie kijkt u op www.eme.nl

42

Peelmanserf 10 5706 JZ Helmond Tel : +31 (0) 492 - 590 591 Fax : +31 (0) 84 - 7470 140 GSM : +31 (0) 6 - 5496 3793 E-mail: info@eme.nl

Rondven 4 Postbus 2674 NL-6026 ZH  Maarheeze ) +31 (0)495 - 59 22 90 2 +31 (0)495 - 59 10 14 info@marelkobenelux.nl www.marelkobenelux.nl

(035) 6914476 (035) 6915474 info@safety-lux.nl www.safety-lux.nl

Mierloseweg 30b 5666 KA Geldrop Mapping Solutions ®

Signaleringsapparatuur Verkeersvideoregistratie

T F E I

Ademanalyse-apparatuur Handlampen

(040) 2801837 (040) 2801838 info@tbta.nl www.tbta.nl

VanDoClean

Stevenshof 21 5109 TX  ’s Gravenmoer (NB) Voor brandwachten en beveiliging!

T F E I

Tel. 0297 - 230590 www.paraatveiligheidsdiensten.nl

Adverteerders index

advParaatVeiligheidsdiensten.indd Acertys BV 26 Geometius 1B.V. Artesis 34 GrafiMedics BV Betalight B.V. 28 Haagen Fire Training BHV.nl 24 Harstra Instruments Brandweertrainingen.nl 44 Holmatro Cebes 14 Holmatro DatAction B.V. 26 Intersafe Groeneveld Drive Line Systems BV 34 Interspiro B.V. Galjoen Handelsonderneming 8 Marelko Benelux Gemco Mobile Systems 12 Medicall Life Support

Incident 4-2008

T F E I

TBTA bv

Eme Prevent & Rescue International

Gespecialiseerd in de levering van: • ReFra © Deurcontroller (Ambulance, BHV, Brandweer, Politie) • Aed - & Zuurstofkoffers • Aed - & Zuurstoftraining • Aed Diefstalpreventie (RVS kast met codeslot) • Instructeursopleidingen (Aed, Bhv, Ehbo...Zuurstof)

(026) 4790111 (026) 4790112 politietechniek@pol.nl www.pol.nl

Safety-Lux Nederland bv

Lambert & Co. Safety Flashlights / Cases

De Heze 21, NL-4824 BW BREDA T: +31(0)76 888 65 18, F: +31(0)84 745 90 79 M: +31(0)655 33 42 14 E: info@ctasafety.nl I: www.ctasafety.nl

T F E I

38 2 4 24 12 20 38 34 36 32

(0162) 370390 (0162) 370392 info@vandoclean.nl www.vandoclean.nl

Poll Politietechniek Regio IJsselvecht Regiosafe Safety Equipment B.V. Storm Firefighting Support Veiligheidsregio Zeeland Vonk

19-12-2007 08:57:07

Yamaha Motor Nederland

4 43 28 13 36 4 32 41


De Regio IJssel-Vecht voert voor de deelnemende gemeenten o.a. taken uit op het gebied van de veiligheid. Het GHOR-bureau maakt deel uit van de Regio IJsselVecht en is een geneeskundige netwerkorganisatie. Het bureau werkt samen met veel organisaties binnen de geneeskundige keten: huisartsen, regionale ambulancevoorziening, ziekenhuizen, RIAGG, Rode Kruis en GGD’en. De taak van het bureau is om deze als één GHOR-organisatie te laten samenwerken. Vanaf 1 januari 2009 maakt het GHOR-bureau geen deel meer uit van de Regio IJssel-Vecht, maar van de Veiligheidsregio IJsselland. Dit kan van invloed zijn op het takenpakket en de werkplek van medewerkers. Bent u een HBO’er met een visie op opleiden? Bent u niet bang om met uw voeten in de klei te staan? Lees dan verder, want voor het GHOR-bureau (Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen) zoeken wij een

Opleidingscoördinator

m/v

(36 uur per week) Twaalf gemeenten, ruim 420.000 inwoners en belangrijke onderdelen van overheidszorg zoals veiligheid en gezondheid waar zij met grote inzet haar actiepijlen op richt, dat is de Regio IJssel-Vecht.

Functie-inhoud

van opleiding en ervaring maximaal # 3.345,-

In samenwerking met bovengenoemde

bruto per maand (schaal 9, salarisbedragen 1

ketenpartners stelt u jaarlijks het opleidings-

juni 2007 bij een werkweek van 36 uren). De

en oefenplan op. U organiseert opleidingen

Regio is een aantrekkelijke werkgever die naast

en oefeningen en treedt daarbij op als oefen-

een leuke baan een goed salaris en een pretti-

leider. U werkt nauw samen met uw collega

ge werkomgeving biedt. Ook heeft de Regio

oefencoördinatoren van politie en brandweer.

een uitgebreid arbeidsvoorwaardenpakket.

Naast uw taak als opleidingscoördinator verDe Regio IJssel-Vecht richt zich op de toekomst. Betrokkenheid, deskundigheid, kwaliteit en klantgerichtheid vormen hierin de sleutelbegrippen. Vanuit verschillende invalshoeken en door een planmatige aanpak zet de organisatie de lijnen uit. Onmisbaar daarbij zijn flexibele medewerkers die open communicatie en samenwerking belangrijk vinden en die anticiperen op de vraag van de klant.

richt u ook andere operationele taken. Tot

Informatie

slot heeft u bij ongevallen en rampen een

Voor meer informatie kunt u contact opne-

operationele taak, zij het op afstand en dus

men met de heer J.A. Blom, hoofd team

niet op straat.

GHOR, telefoon 038-4281606 of mevrouw K. Spijkerman, Personeel & Organisatie,

Functie-eisen

telefoon 038 - 428 14 06. Of u bezoekt de

U heeft een afgeronde opleiding op HBO-

website www.rijv.nl.

niveau en bij voorkeur kennis van en ervaring met vergelijkbare werkzaamheden. U heeft

Sollicitatieprocedure

een visie op opleiden. Daarnaast bent u een

Schriftelijke reacties kunnen tot uiterlijk maan-

rasechte netwerker. U houdt van project-

dag 26 mei 2008 worden gericht aan de Regio

matig werken en u beschikt over goede

IJssel-Vecht t.a.v. mevrouw K. Spijkerman,

mondelinge en schriftelijke vaardigheden.

Personeel & Organisatie, Postbus 1453, 8001

U bent bereid om ook buiten kantooruren te

BL Zwolle. Bij voorkeur ontvangen wij uw solli-

werken. Tot slot bent u bereid om eventueel

citatie per e-mail: sollicitatie@rijv.nl. De ge-

aanvullende opleidingen te volgen.

sprekken vinden plaats op maandag 2 juni

www.rijv.nl

2008. Een assessment kan deel uitmaken van Arbeidsvoorwaarden

de sollicitatie-procedure. Deze vacature wordt

Benoeming vindt plaats voor een periode van

in- en extern gelijktijdig verspreid, waarbij bij

een jaar, met bij goed functioneren, uitzicht op

gelijke geschiktheid de voorkeur uitgaat naar

een vaste aanstelling. Het salaris is afhankelijk

een interne kandidaat.

Acquisitie naar aanleiding van deze advertentie wordt niet op prijs gesteld.


WIJ BLIJVEN DE ZAAK HELDER ZIEN...

Vooral bij brand!!! Stand 108 dagen

vak Brandweer berg Harden

BOEK NU BIJ ONS DE COMPLETE CURSUS WARMTEBEELDCAMERA t 7&3)&-%&3&/% -&4#0&, t %"(%&&- 5)&03*& t %"(%&&- 13",5*+,53"*/*/( t "--& .0(&-*+,)&%&/ &/ 0/.0(&-*+,)&%&/ 7"/ 8&3,&/ .&5 8"3.5&#&&-%5&$)/*&,

Samen sterk...

www.brandweertrainingen.nl Brandweertrainingen.nl Postbus 28 7220 AA Steenderen

T (0575) 438 590 F (0575) 438 599 E info@brandweertrainingen.nl

Graag informeren wij u over de oefenmogelijkheden voor uw organisatie. Wilt u meer weten? neem dan vrijblijvend contact op met ons secretariaat, telefoon: (0575) 438 590 of via e-mail: info@brandweertrainingen.nl


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.