IZB Tijding 3, 2019

Page 1

tijding. Ledenblad van de IZB, jaargang 81, nr. 3

Missionair initiatief in Rotterdamse wijken Bospolder en Tussendijken Impressies van de Dabarzomer 2019 OMG, misschien wel de meest experimentele pioniersplek ‘Je bent wat je lief is’


Adem COLUMN

Aan het eind van de dag hadden we 900 meter hoogteverschil overbrugd. We waren op vakantie in de Alpen en maakten verschillende bergwandelingen. Als je in een iets te enthousiast marstempo aan zo’n tocht begint bekruipt je na een paar honderd meter al het gevoel dat je jezelf hebt overschat. Waar zijn we aan begonnen? Hoe lang gaan we dit nog volhouden? Je voelt je lichaam protesteren: wat doe je nu? Het kost tijd om het juiste ritme te vinden en om het vertrouwen te krijgen dat het gaat lukken. Kies een tempo waarbij je niet buiten adem raakt en je hart niet op hol slaat. Die bergwandelingen lijken wel wat op taken in het nieuwe kerkelijk seizoen. Je begint er enthousiast aan, er wordt wat van je gevraagd. Maar misschien heb je na korte tijd wel de gedachte: Oef, ik kan dit niet, ik raak nu al achter m’n adem. Gaandeweg blijkt ook nog eens dat de bestemming iets verder weg ligt dan je dacht en dat de klim steiler is dan je had ingeschat. Niet forceren, luidt het devies. Let op je ademhaling. Zorg ervoor dat je niet meer zuurstof verbruikt dan je naar binnen haalt. Let op je hart: laat het niet op hol slaan. Zorg voor een gezond geestelijk ritme, waarin je Gods Geest kunt inademen. Een morgenlied omschrijft het mooi: De kalme gang, de kleine taak, zijn ruim genoeg voor Godes zaak. Onszelf verliezen in ’t gebod brengt daag'lijks nader ons tot God. Als je de cadans vindt, krijg je vroeg of laat mooie vergezichten te zien. Ds. Sjaak van den Berg Directeur IZB

Geloven in BoTu

‘Geloven in BoTu’. Het klinkt als het verslag vanuit een Afrikaanse nomaden stam, maar het is zo Rotterdams als de Euromast. ‘BoTu’ is de codenaam voor Bospolder en Tussendijken, twee wijken die landelijk bekendheid genieten dankzij hun hoge notering op de lijst probleembuurten. Uitgerekend daar start Nico van Splunter, buurt pastor van Geloven in Spangen, samen met de IZB een missionair pioniersproject.

Op de lijst met twintig armste postcodegebieden in Nederland vind je Bospolder op 5, Tussendijken op 2. De twee wijken, samen 14.000 inwoners, zitten in de top van allerlei zorgwekkende statistieken. Meeste werklozen, meeste uitkeringen, karige huisvesting; een hoog percentage bewoners zit in de schulden of de schuldhulpverlening. Er zijn relatief veel een-oudergezinnen; 20% van de bevolking is jonger dan 15 jaar. Nico: ‘In de afgelopen jaren hebben we ons vanuit Geloven in Spangen ingezet voor ‘Goed bezig!’ een gezamenlijk initiatief met maatschappelijke organisaties gericht op taalonderwijs, sociale cohesie, gezonde voeding, meer beweging, etc. Nog onlangs heeft onafhankelijk onderzoek van de Vrije Universiteit van Brussel aangetoond dat onze aanpak een schoolvoorbeeld is van hoe je van grote betekenis kunt zijn voor deze bevolking. Mede dankzij dat project hebben we al veel contacten in BoTu.’ In het voorbijgaan voegt hij er aan toe: ‘Je merkt dat ‘Geloven in Spangen’ de echte pioniersfase voorbij is.’ Met een twinkeling in de ogen: ‘We hebben weliswaar nog geen 150 leden en ook geen drie ton op de bank, maar vanuit onze gemeente zien we allerlei mogelijkheden om in de aanpalende wijken te gaan pionieren.’ Géén plan Met dezelfde aanpak, dat wil zeggen: niet vóór, maar samen met de bewoners plannen maken. Terwijl we vanuit het ontmoetingscentrum ‘Tussen hemel en aarde’ een rondje lopen richting BoTu, vertelt Nico met smaak hoe allerlei hulpverleningsinstanties én vrije vogels hun plannen voor de probleemwijken mochten komen presenteren. ‘De meesten wisten de wijk alleen maar te vinden dankzij hun goede TomTom’, schampert hij. ‘Snelle jongens en meisjes, die met hippe powerpoints hun ideetjes kwamen presenteren. Veelal gebaseerd op een top-down-aanpak, achter het bureau bedacht. Na tientallen sessies was ik aan de beurt. “Beste mensen” begon ik, “ik heb géén plan”. Je zag ze denken: wat is dat voor malloot? Ik zei: Plannen maken wij sámen met de bewoners. Bij ‘Goed bezig!’ deden we dat ook en daardoor heb ik de levens van tientallen mensen zien veranderen. Niet wij gaan investeren, zíj moeten gaan investeren in hun wijk. En dan bereik je pas echt iets…’ Synergie Op eenzelfde manier als indertijd Geloven in Spangen begon, denkt Nico ook in BoTu van start te gaan. ‘Feitelijk is onze uitgangspositie zelfs beter; we hebben al een geschikt pand op het oog, in het hart van de wijk, waar we kunnen beginnen met kinder- en jongerenclubs, bijbelstudie-bijeenkomsten en kleinschalige meetings. De aanwezigheid van Geloven in Spangen, letterlijk op loopafstand, geeft synergievoordelen: je hebt één kringleiderstraining, je kunt twee diensten na elkaar houden, je kunt kinderwerk en catechese-activiteiten combineren, etc.’ Via het Marconiplein lopen we door de ‘winkelstraat’ die Bospolder van Tussendijken scheidt. ‘Met de leiding van deze Nicolaasschool zijn al goede contacten; kunnen we zo terecht.’ Dwars over het marktplein belanden we in het ‘Huis van de wijk’, een inloopcentrum, waar we niet wegkomen zonder eerst een bak koffie te hebben aangepakt. Twee straten verder schieten we weer een locatie binnen – de wijk

2

3


Waar de meeste mensen een gesprek over nalatenschap graag uit de weg gaan, geldt dat uiteraard niet voor de notaris. Mr. Gijsbert van der Heiden, notaris in Streefkerk, adviseert regelmatig ouderen over de bestemming van hun erfenis. ‘Ik ben er een groot voorstander van om óók goede doelen op te nemen in het testament. Dat zegt iets over hoe je in het leven stond.’

lijkt wel één groot dorp, waarvan Nico alle inwoners in zijn adresboek heeft staan. Tonny en Wilma, de leiding van dit vroegere vrouwencentrum zitten net een zelfgebakken frietje te verorberen. ‘We zijn aanvullend aan het gewone welzijnswerk en helpen bewoners bij hun persoonlijke ontwikkeling. Dat kan van alles zijn: begeleiding naar een baan of hulp bij een ingegroeide teennagel.’ Helder. Capaciteit Buiten klampt een jonge vrouw ons aan voor een foto (‘app ‘m nog effe’) en in no time achterhaalt de buurtpastor welke van zijn parochianen tot haar kennissenkring behoren. Bij het parkje (‘die speeltoestellen zijn hufterproof; hebben wij nog geregeld’) worden de voorbereidingen getroffen voor een gezellige picknick. Even handjes schudden en kletsen met de stadsambassadeur. Eén ding maakt het wandelingetje door de wijk wel duidelijk: er gebeurt al veel voor de bewoners. ‘Maar vergis je niet: 14.000 bewoners op of onder de armoedegrens, dat vraagt ook om veel capaciteit. Los daarvan: ik zie dagelijks de toegevoegde waarde van de diaconale betrokkenheid vanuit een christelijke gemeenschap. Neem alleen dit: drie gemeenteleden van GiS liggen op dit moment in het ziekenhuis. Daar helpt geen inloophuis bij; maar vanuit de gemeente krijgen ze dagelijks bezoek.’ We zijn intussen vlakbij de Mathenesserbrug. Door de glazen pui koekeloeren we naar de ruimte die Nico voor zijn BoTuavontuur op het oog heeft. Hij heeft een plan geschreven om in het nieuwe pand via sociaal ondernemerschap een pannenkoekhuis te starten. Dat genereert aanloop en inkomsten, en het geeft wijkbewoners gelegenheid om werkervaring op te doen. Voor de opstart van het werk in BoTu kan Nico rekenen op de actieve inzet van twee vrijwilligers, die hun waarde hebben bewezen tijdens de projecten van ‘Goed Bezig!’, Maureen Buitenhuis en Moenne van La Parre, krachtige persoonlijkheden met een breed netwerk in de wijk. Deel het leven Zo op het eerste gezicht lijkt ‘Geloven in BoTu’ louter een diaconaal project te worden, maar dat is dan een vertekend beeld, zegt Nico. ‘Onze visie is: deel het leven. Niet: deel het evangelie. Maar omdat we het leven delen – héél het leven - delen we óók het evangelie. Niet vaag, maar expliciet. Ik moet niets hebben van een verborgen agenda. We maken gebruik van de vrijheid om ronduit voor onze opvatting uit te komen. Zo goed als wijkbewoners de vrijheid hebben om de boodschap naast zich neer te leggen. In Spangen heb ik de zegen gezien van die ‘holistische aanpak’. Dan zie je dat iemand eerst als vrijwilliger bij de open maaltijd in de soep komt roeren. En na verloop van tijd – het kan een paar maanden zijn, of een paar jaar – klinkt opeens de vraag: ‘Zeg, zou ik ook gedoopt kunnen worden?’ Koos van Noppen

4

Notaris Gijsbert van der Heiden adviseert over nalatenschappen

‘Van geven word je rijker’

Gijsbert, oud-Dabarmedewerker en actief in het plaatselijke missionaire werk, draagt de IZB een warm hart toe. In zijn kantoor, tegenover de dorpskerk, maakt hij een uurtje vrij om ons te spreken. ‘Eén mijn cliënten, een zakenman, had als devies “Van geven word je rijker”. Daardoor lag hij ook geregeld in de clinch met zijn boekhouder, want er kwam veel binnen, maar hij gaf ook veel weg. Als dat je levensmotto is geweest, is het mooi om dat ook tot uitdrukking te laten komen in het testament.’

komt het voor dat de relatie met de kinderen zo slecht is, dat ouders de kerk of een ander goed doel als enige erfgenaam aanwijzen. Van der Heiden: ‘Ik gun de kerk en de goede doelen ruime inkomsten, maar liever niet via deze constructie. Het toekennen van de erfenis – of een deel daarvan - aan je kinderen, is een blijk van erkenning, het heeft grote emotionele waarde. Je kinderen onterven gaat wel heel ver. Zelfs als één van de kinderen hele andere wegen is ingeslagen, bijvoorbeeld drugsverslaafd is geworden en je wilt niet dat je geld wordt uitgegeven aan verdovende middelen. Dan nog moet je niet te lichtvaardig denken over de impact van het onterven. Hoe doe je recht aan alle kinderen? Wat is een eerlijk testament? Als notaris heb je een sturende invloed in een adviesgesprek over de erfenis, door de vragen die je stelt. Dat gaat niet alleen over de juridische constructies en de financiële afhandeling, maar ook over menselijke relaties, zegt Gijsbert. ’Als ik de Bijbel niet had gekend, had ik dit aspect van mijn beroep een stuk lastiger gevonden. Daardoor weet je hoe funest het voortrekken van één van de kinderen – Jozef bijvoorbeeld – kan uitpakken. Je weet hoe wrok mensen kan verteren, wat onverzoenlijkheid teweeg kan brengen; je weet van de complexiteit van het leven. Dat leer je niet op de universiteit, maar is van groot belang bij de uitoefening van het werk.’

De meeste mensen die bij Gijsbert aankloppen voor advies en goede doelen willen opnemen in hun testament, hebben zelf al een of meer goede doelen geselecteerd. ‘Vertrouwelijkheid is de basis van het gesprek. Cliënten moeten er van op aan kunnen dat wat zij zeggen met niemand wordt gedeeld. Tenslotte gaat het over potentieel gevoelige zaken, de onderlinge relaties in het gezin en de financiële positie.’

Gijsbert van der Heiden benoemt in de loop van het gesprek een aantal tips voor mensen die een goed doel willen opnemen in hun testament: • 1: Denk vooraf goed na over wat u echt belangrijk vindt. Wat wilt u in uw testament tot uitdrukking brengen? • 2: Raadpleeg een notaris, die kan adviseren over een juridische en financiële constructie om een deel van de erfenis - een percentage of een bepaald bedrag – na te laten aan een goed doel. • 3: Als u een goed doel gedenkt in uw testament kunt u daarbij ook een ‘wens’ laten opnemen waaraan het geld moet worden besteed. Zo kunt u nog specifieker kiezen voor een stuk werk dat uw hart heeft. • 4: Stel een executeur aan en wees daar open over, dat maakt de afwikkeling een stuk soepeler.

In de beeldvorming draait het bij de verdeling van de erfenis vaak om geld, maar het gaat in de eerste plaats om emotie en erkenning, stelt Gijsbert. ‘Hoe je de erfenis verdeelt, heeft emotionele waarde. Als er kinderen zijn, is het ook van groot belang om die gelijk te behandelen. Stel dat de vader altijd dol is geweest op zijn oldtimer en die aan één van zijn zoons wil nalaten. Ik stel daar dan vragen bij. Want het bevoordelen van één van de kinderen, geeft al gauw scheve gezichten. Of Soms

De IZB in uw testament? Als u betrokken bent op de voortgang van het evangelie in ons land, geven we u graag in overweging om de IZB op te nemen in uw testament. Bijvoorbeeld voor de ondersteuning van een bepaalde werktak van de IZB (Impact, Dabar, Focus of Areopagus). U kunt daarvoor vrijblijvend en vertrouwelijk contact opnemen met Michaël Boon, Hoofd Relatiebeheer. Hij is te bereiken op telefoonnummer 06-45863991 of m.boon@izb.nl. Uiteraard kunt u uw voornemen ook rechtstreeks met uw notaris overleggen.

5


‘Het is begonnen met bidden voor de stad’, zegt Ron van der Spoel, als gebedspastor verbonden aan de IZB. Zes maanden geleden verhuisde hij naar Zuid-Limburg. Vorige maand opende een inloophuis annex tweedehandskledingwinkel. ‘Meet and Greet’, in het centrum van Maastricht is ontstaan in samenwerking met het Leger des Heils. ‘In de gebedstoerusting zeg ik vaak dat God bidders inschakelt bij de verhoring van hun gebeden. Ik reed vaak biddend door de stad. Op een dag werd ik gebeld door het Leger des Heils. Ze hadden plannen voor het inloophuis. Ik heb die kans met beide handen aangepakt, ook al omdat ik heb ontdekt dat ‘goed doen’ een belangrijke schakel is voor het contact met de lokale bevolking hier.

Meet & Greet geopend in Maastricht 6

Als je zegt dat je predikant bent, kijken ze je glazig aan. Als je zegt dat je protestants bent, zeggen ze: ‘Oh, wij zijn christen; alsof je lid bent van een obscure sekte. Maar kom je van het Legers des Heils, dan roep je een positief gevoel op.’ Op twee doordeweekse dagen en op zaterdag is het inloophuis open. Onder hetzelfde dak zit het maatschappelijk werk van het Leger des Heils; er kan naar elkaar worden doorverwezen. De vrijwilligers van het inloopcentrum komen uit alle kerken van de stad. Ook de protestantse studentenvereniging draagt een belangrijk steentje bij. Ron: ‘We werken onder het motto van het Leger: “Als je echt luistert naar de bezoekers, luisteren ze ook naar jou.”

7


Campingpastors Bertus en Martine Fortuijn

‘De mensen komen vanzelf op je pad – soms heel letterlijk’ Praatpaal zijn. Dat wil zeggen: vooral luisteren en dan pas praten. Zo zouden Bertus (74) en Martine (73) Fortuijn hun rol als campingpastors willen samenvatten. Ruim een halve eeuw geleden leerden ze elkaar kennen tijdens een evangelisatie-actie; missionair bezig zijn is hun lust en hun leven. Ze gaven onder meer Alpha-cursussen en leidden jarenlang een kring voor lezers van het blad Echo die over de inhoud wilden doorpraten. Martine: ‘Toen we vorig jaar in Tijding een verhaal lazen over het campingpastoraat, trof ons dat meteen. We zeiden tegen elkaar: Zou dat iets voor ons zijn?’ Nog hetzelfde jaar konden ze aan de slag en ook afgelopen zomer fungeerden de Fortuijns twee weken als campingpastorsechtpaar in Diffelen. ‘We vullen elkaar mooi aan’, aldus Bertus. ‘Martine heeft een open gezicht, maakt makkelijk contact met mensen. Ik ben een techneut, dat straal ik ook wel een beetje uit’, voegt hij er met enige zelfspot aan toe.

‘Hier krijgen de kinderen iets mee!’ Een stralende woensdagochtend op camping ‘t Mölke bij Rijssen. Vol overgave zijn tientallen kinderen in de witte Dabartent in de weer met wc-rolletjes, schaar, lijmstiften en stickers. Ze hebben zojuist een bijbelverhaal te horen gekregen– en bepaald niet het makkelijkste.

Het ging over de Heilige Geest, die net als de Vader en zijn Zoon ook God is. Ga er maar aan staan, als je een jaar of 7 bent en je kennis van het christelijk geloof zich beperkt zich tot een paar liedjes van Elly en Rikkert en een handvol gelijkenissen. De jongelui van het Dabarteam hebben vast niet de illusie dat ze alle kinderen de dogmatische vertaalslag kunnen laten maken, maar ze doen desondanks een dappere poging. Het bekende trucje met water/ijs/stoom laat in elk geval ondubbelzinnig zien dat iets één kan zijn en toch drie. Van de Heilige Geest via Pinksteren naar vuur zijn maar een paar kleine stappen – en dus mogen de kinderen een waxinelichtjeshouder in elkaar knutselen. Een ambitieuze doelstelling, die die dan ook veel geduld en inspanning vergt.

8

Geen vechtscheiding Sommige ouders vergezellen hun kroost tijdens het kinderprogramma, zoals Patrick*. Hij houdt het creatieve gedeelte al snel voor gezien en posteert zich voor de ingang van de tent om te genieten van de zon. Patrick is hier samen met zijn twee kinderen, Geoffrey (8) en Tess (5). Zijn partner en hij zijn nog maar een paar weken geleden uit elkaar gegaan. Geen vechtscheiding hoor, verzekert Patrick. ‘Mijn ex en ik gaan als vrienden met elkaar om, de kinderen zijn ook met haar al op vakantie geweest, we hebben een prima omgangsregeling.’ Hij realiseert zich dat dat zou kunnen veranderen wanneer een van beiden een nieuwe relatie krijgt. Daar moet hij zelf nog even niet aan denken. En trouwens – hij houdt de

mogelijkheid open dat het toch nog in orde komt tussen hem en zijn ex. Vooral aan Geoffrey zijn de Dabar-activiteiten goed besteed. ‘Hij heeft zoveel vragen. Soms ligt hij ’s nachts in bed te piekeren, dan is hij bang om dood te gaan en wil hij weten wat er daarna gebeurt.’ Dat is niet zo vreemd, hij heeft in korte tijd een paar heftige sterfgevallen meegemaakt. Een juf op school, de vader van een buurjongetje. En het meest ingrijpende: een leeftijdgenootje is overleden aan hersenkanker.

‘Mijn kracht zit in het overhalen van mensen’, vertelt Martine bescheiden. ‘Bijvoorbeeld om naar de avondsluiting te komen. Dat is voor sommigen best een hele stap, maar je ziet toch dat iemand dan even komt luisteren. Een keer zou er een spel worden gedaan, getiteld “Beste gezinnen”. Ik nodigde een vrouw uit, en meteen bleek dat alleen die titel al verkeerd viel. Toen ik uitlegde dat het helemaal niet om modelgezinnen ging, maar dat het net zo goed een andere naam kon zijn, ontdooide ze.’ Soms was dat overhalen niet eens nodig. ‘Aan een meisje van een jaar of 9 vroeg ik of ze ook zin had om naar het kinderprogramma te komen. Daar werden liedjes gezongen. Maar wel christelijke liedjes hoor, zei ik er voor de zekerheid bij. “O, ik doe niets liever dan liedjes over God zingen!”, riep ze stralend uit.’ Vooroordelen Af en toe droegen ze een badge, met hun functietitel: Campingpastor. ‘Soms was het handig, dan spraken mensen je aan omdat ze wisten dat ze bij ons met hun verhaal terechtkonden.

Iets meegeven Trots vertelt Patrick dat Geoffrey veel liedjes die hier gezongen worden, kent van school. Ja, hij heeft zijn kinderen bewust op een christelijke school gedaan, ‘want je wil ze toch iets meegeven.’ Zelf gelooft hij ook wel, maar niet dat hij naar de kerk gaat of zo. Gelukkig komen de kinderen via school toch twee keer per jaar in de kerk, daar is hij blij mee. ‘En dat ze hier op de camping iets meekrijgen, dat vind ik heel belangrijk!’ *In verband met de privacy gebruiken we gefingeerde namen.

9


Maar we merkten ook wel eens dat het juist drempelverlagend werkte als we níet zichtbaar waren als pastor.’ De ‘tactiek’ die ze hanteerden was even simpel als doeltreffend: Een rondje over de camping lopen en maar zien wat er gebeurt. Bertus: ‘Natuurlijk gaat het gebed daaraan vooraf. De Heilige Geest leidt ons naar een gesprek.’ Martine: ‘En dan komen er vanzelf mensen op je pad. Soms heel letterlijk.’ Zo ontmoetten ze tijdens een van de rondjes over de camping een vrouw die haar hart uitstortte vanwege problemen in de familiesfeer. Een ander zat zelf in een relatiecrisis en worstelde met de vraag hoe ze daar als christen mee om moest gaan. ‘We zijn natuurlijk geen professionele hulpverleners. Een enkele keer hebben we ook doorverwezen.’ Bertus: ‘Je moet bij dit werk beseffen dat mensen vooroordelen hebben over kerk en geloof. Er wordt nogal eens met een negatieve blik naar christenen gekeken. We hebben geleerd ons daar niets van aan te trekken. Gewoon vriendelijk blijven, en open staan voor een gesprek als de Heilige Geest daar ruimte voor maakt. Willen mensen echt niet – ook goed.’ Al met al hebben ze heel wat gesprekken gevoerd. ‘Soms hoorden we wel twee heftige verhalen op één dag’, blikt Bertus terug. ‘Als ouderling ben ik heus wel wat gewend, maar daarbij is het meer gedoseerd.’ Cadeautje Kwamen ze zelf eigenlijk aan vakantie toe? ‘Elke dag gingen we even van de ‘We hebben camping af’, vertelt geleerd ons niets Martine. ‘Een uurtje fietsen, boodschappen aan te trekken van doen in Hardenberg. Dat vooroordelen’ was ons moment om even afstand te nemen.’ Dat deden ze ook op die dag waarop ze precies vijftig jaar getrouwd waren. Dat hadden ze overigens tegen niemand verteld. Bertus: ‘Ter onderbreking van ons fietstochtje gingen we even op een bankje zitten. Daar ontmoetten we een vrouw die het Pieterpad aan het lopen was. We raakten aan de praat; ze zat er om allerlei redenen behoorlijk doorheen en we nodigden haar uit om wat te drinken. Toen heeft ze ons haar hele levensverhaal verteld. Aan het eind zei ze opgewekt: “Ik ben helemaal niet meer moe!” Kijk, dat was nu een cadeautje op onze huwelijksdag, als een voorschot op de viering met familie en vrienden later. En het betrof niet eens een campinggast. ‘Zomaar’ een voorbijganger.’

Jezus’ liefde laten zien, door een fiets weg te geven… Impressies van Dabar in Diffelen Wim Ephraïm (22) uit Espel (Noordoostpolder) is derdejaars student agrarische bedrijfskunde. Afgelopen zomer leidde hij een Dabarteam op camping De Vechtvallei in Diffelen, bij Hardenberg. De camping wordt vanouds vooral bezocht door mensen met een christelijke achtergrond. ‘Dat kon je ook wel merken: de animo voor kinderprogramma’s bijvoorbeeld was hoog. Veel ouders stuurden hun kinderen erheen, en waren ook zelf heel betrokken. Ze hielpen mee, bleven erbij. Dat kwam ons ook goed uit, want de eerste dag verschenen er maar liefst tegen de 60 kinderen – we hadden op een stuk of 30 gerekend – dus het was aanpoten. Extra handen waren daarom meer dan welkom!’ Ook voor mensen die gepokt en gemazeld zijn in de kerk kan Dabar iets betekenen. Wim: ‘Geloven kan soms iets vanzelfsprekends hebben. De kinderen kennen de liedjes, het is voor die categorie allemaal heel normaal. Maar juist ook voor hen is het belangrijk dat ze zien wat de liefde van Jezus in de praktijk betekent.’ Bingo De liefde van Jezus laten zien – daar kreeg dit team op de meest onverwachte momenten de gelegenheid voor. Bijvoorbeeld bij de bingo die op de camping werd georganiseerd. ‘Op de een of andere manier wint het Dabarteam altijd heel veel prijzen’, lacht Wim. ‘Deze keer was de hoofdprijs een fiets. Drie mensen hadden tegelijk een volle kaart, onder wie twee leden van het Dabarteam. De prijs ging uiteindelijk naar Ramon, een van de teamleden van Dabar. Voor een meisje dat ook in de race was voor de hoofdprijs, was dat best sneu; dat was ook duidelijk te merken. Ramon aarzelde niet en besloot spontaan de fiets aan haar te geven. Kijk, ook zo kun je laten zien dat je christen bent. We hebben de fiets overigens de rest van de week nog wel even bij ons gehouden, dat kwam goed uit. En aan het eind hebben we hem bij het bewuste meisje gebracht. Heel mooi was dat haar moeder de laatste avond aanwezig was bij de avondsluiting. We hadden een fijn gesprek met haar. Ze zei: Ik heb een heel andere visie op veel dingen, maar ik waardeer wel wat jullie doen!’ God op nummer 1 Een bijzonder contact was er met een christelijk Pakistaans meisje van begin twintig, Khain. ‘Ze was nog maar drie maanden geleden naar Nederland gekomen, gevlucht vanwege haar geloof. We ontmoetten haar tijdens een kerkdienst in Hardenberg. Na afloop vroeg ze aan ons of ze misschien kon helpen want in het AZC waar ze verbleef, was niet zo veel te doen. Ze is inderdaad een paar dagen naar de camping gekomen en heeft het een en ander uit haar leven gedeeld met de tieners. Niet iedereen bleek bekend te zijn met vluchtelingen, dus dat was een eyeopener. De manier waarop ze over God sprak, zo vrij, maakte veel indruk. God kwam voor haar duidelijk op nummer 1. En wat zo mooi was: ook al had ze heel weinig te besteden, ze kwam wél met een hele maaltijd voor het team aanzetten.’ Anneke Verhoeven

10

Als we de geestelijke klimaatveranderingen willen doorstaan…

De afgelopen twee zomers hebben ons eens te meer duidelijk gemaakt dat het klimaat in Nederland verandert. De veranderingen maken dat alles wat er leeft in Nederland zich moet aanpassen. We hebben de klimaatverandering niet in de hand; al heeft ons gedrag er zeker invloed op. In dat opzicht is er een parallel met de veranderingen in het geestelijke klimaat van ons land. Net als bij weersverschijnselen constateren we regionale verschillen, maar in het totale plaatje zien we een duidelijke tendens dat we ons moeten aanpassen omdat we anders niet overleven. Secularisatie maakt dat de meest invloedrijke verhalen in onze cultuur niet langer gedragen worden door waarden van het evangelie. Een veelvoud aan geluiden en verhalen trekt aan ons hart en concurreert met het evangelie. Je kunt je onmogelijk voor al die invloeden afsluiten. Daarom komt het er des te meer op aan om de bedreigingen te onderkennen, te zorgen voor een goede weerstand. Dieper wortelen in het evangelie is het devies, willen we de geestelijke klimaatveranderingen doorstaan. Theocentrisch Het boek Je bent wat je lief is, van James K.A. Smith geeft hiervoor goede aanzetten. De auteur is professor filosofie aan Calvin University in Grand Rapids (VS) en laat zich onder anderen inspireren door Augustinus. Kenmerkend is ook dat hij vaak een theocentrische invalshoek kiest, wat inspirerend werkt. Uiteraard hebben de voorbeelden in het boek een

duidelijk Amerikaanse kleur. Smith schroomt ook niet om stevig stelling te nemen in allerlei discussies. Soms moet je al lezend de neiging onderdrukken om hem in de rede te vallen. Maar dit laat onverlet dat hij een aantal invalshoeken te berde brengt die van grote waarde zijn in een zoektocht om klimaatresistent te worden. Twee daarvan onderstreep ik. Vorming Een belangrijk begrip voor Smith is ‘vorming’. Veel van wat kerken aanbieden, schrijft hij, lijkt uit te gaan van de het idee dat mensen ‘hersenen op stokjes’ zijn: vooral het verstand wordt aangesproken. En omdat dat nogal een beperkte en onbevredigende kijk op mensen is, wordt in kerkelijke activiteiten als aanvulling ook bewust ingespeeld op emotie. Dan moet de kerkdienst bijvoorbeeld ook een goed gevoel geven. De belangrijke Bijbelse gedachte dat een mens wordt gekenmerkt door het hebben van een hart heeft veel minder invloed op de praktijk van gemeentezijn, terwijl dat minstens zo belangrijk is. Veel van onze keuzes worden immers niet bepaald door verstandelijke overwegingen, maar door onbewuste verlangens. De vraag of je ‘klimaatbestendig’ bent wordt niet alleen bepaald door je orthodoxe gedachten, maar minstens zoveel door datgene waarnaar je verlangt, door dat waar je hart naar uitgaat. Om het hart te veranderen is vorming nodig. Vorming heeft te maken met leren van inspirerende voorbeelden, het aanleren van goede reflexen, het wekken van verlangen. Daarbij moet je meer denken aan het atelier of het gilde, in plaats van de

11


basisschool. Het gaat eerder om de verhouding meester-gezel, dan leraar-leerling. Met zijn accent op vorming houdt Smith kerken in Nederland een spiegel voor. Vorming is meer dan het doen van een goede bijbelstudie, of het horen van een goede preek, hoe belangrijk beide ook zijn. Het vergt je hele leven. Voor predikanten betekent het: als je gemeenteleden wilt vormen, gebeurt dat niet alléén tijdens de preek of in de kerkdienst. Het gaat om je totale gedrag, wat je tussen de regels laat lezen doet dat nog veel meer. Liturgie Een ander begrip dat Smith veelvuldig gebruikt, is liturgie. Liturgie vieren is aanbidden. Natuurlijk vindt die plaats in de kerk. De belangrijkste actor is God. Hij oefent ons in Woord, liederen, gebeden en sacramenten. De wijze waarop wij de liturgie invullen is daarom niet om het even. De belangrijkste vraag is niet wat wij aangenaam en relevant vinden, maar hoe God het beste aan ons kan handelen en ons hart kan aanraken. Dat is wel een gedachte om op je in te laten werken, als het onderwerp liturgie aan de orde komt op een kerkenraadsvergadering.

Bovendien beïnvloeden gewoontes je verlangens. Ze worden erdoor misvormd. De ondertitel van Smiths boek luidt niet voor niets De spirituele kracht van gewoontes. Dit inzicht vindt naadloos aansluiting op de vele waarschuwingen in de Schrift tegen geld als Mammon en tegen het feit dat we van de buik onze god kunnen maken. In positieve zin formuleert Smith hier een uitnodiging om het hele leven in te leren vullen vanuit de liturgie in de kerk. Bezie je dagelijkse maaltijd als een afschaduwing van het avondmaal; de gesprekken die we voeren als voortzetting van het gesprek dat God met ons voert in de kerk en op andere momenten van omgang met Hem.

Experimentele pioniersplek OMG zoekt contact met twintigers en dertigers

Rust, ruimte en richting

Het boek verdient het om gelezen en besproken te worden op kringen. De uitgever heeft online een studiehulp beschikbaar gesteld voor kring(leiders). Naar aanleiding van: James K.A. Smith, Je bent wat je lief is. De spirituele kracht van gewoontes, Utrecht, KokBoekencentrum 2019. Dr. Sjaak van den Berg

Het begrip liturgie gebruikt Smith ook om allerlei handelingen in het leven te duiden. Als liturgie het aanbidden is van wat je lief is, dan heeft de gang naar het winkelcentrum, het je verlekkeren aan reisplannen of allerlei nieuwe producten ook een liturgische lading. Het laat zien waar je hart naar uitgaat.

‘De liturgieën in ons huis moeten voortkomen uit de vormende liturgie van Woord en Tafel en die versterken. … Die liturgische vorming “karakter-iseert” ons: het verweeft ons met het verhaal van God in Christus en geeft zo vorm aan ons karakter.’ (p. 143).

Toerustingsochtend ‘Als kinderen andere wegen gaan’ De redactie van ‘Lichtspoor’, een uitgave van de IZB, verzorgt zaterdag 2 november in de Nieuwe Kerk in Amersfoort (Leusderweg 110) de jaarlijkse toerustingsochtend voor vrijwilligers die werkzaam zijn in het (ouderen)pastoraat. Belangstellenden zijn hartelijk welkom. Drs. Margriet van der Kooi, zielzorger en auteur van enkele boeken op het gebied van pastoraat, zal een lezing verzorgen over het thema ‘Als kinderen andere wegen gaan’. In het tweede deel van het programma kunnen bezoekers

12

kiezen uit enkele workshops: over eenzaamheid (ds. H.G. de Graaff ), over adviezen voor het pastorale gesprek (A. Peters), over omgaan met mensen die lijden aan dementie – en hun mantelzorgers (ds. H. de Jong) en over de vragen rond ‘voltooid leven’ (dr. A.A. Teeuw). De toerustingsochtend duurt tot 12.45 uur en is gratis toegankelijk; wel is er een collecte. Aanmelden: info@izb.nl

Hoe leg je contact met twintigers en dertigers uit de creatieve sector; zinzoekers, die zeer bewust in het leven staan, maar weinig op hebben met een reguliere kerk? Arte Havenaar is vertrouwd met die vraag. Sinds een half jaar is hij de gangmaker van de missionaire pioniersplek OMG in Rotterdam. Zonder vast honk heeft het veel van een pop-up community, misschien wel de meest experimentele van alle missionaire experimenten. ‘Rust, ruimte en richting – daar draait het hier om.’

Arte was tot begin dit jaar missionair werker bij Perron Zoetermeer. ‘Ik had in Friesland een bootje gekocht en tijdens de vaartocht naar Bleiswijk belde Sjaak van den Berg of ik niet wilde praten over een overstap naar Rotterdam. Liesbeth en ik waren net getrouwd, we hadden een huisje gekocht en ik had zelf gedacht nog een aantal jaar in Zoetermeer verder te gaan. Maar OMG past wel erg bij ons. We zijn zelf twintigers, we leiden eenzelfde soort leven als de doelgroep, we houden van muziek en kunst (Liesbeth deed de kunstacademie, red.), kennen dezelfde levensvragen. En een pioniersplek zoals Perron kun je over 25 jaar nog coördineren, maar OMG kun je alleen doen als je zelf middenin die leeftijdscategorie zit.’ In een wonderbaarlijk tempo werd het huis weer verkocht en een nieuw onderkomen gekocht, aan de noordkant van de Rotterdamse binnenstad.

Millenials Aan de basis van OMG ligt een onderzoek onder ruim 100 jongeren uit de plaatselijke Gereformeerde Kerk (vrijgemaakt), blijvers en afhakers. Tijding schreef er eerder over, twee jaar geleden. De afhakers zeiden de kerk te hebben ervaren als een ‘bubbel’, met regeltjes en wetten, en een vastomlijnd levenspatroon. Ze hadden het gevoel precies in een mal te moeten passen. Zo niet, jammer dan. Het merendeel van de afhakers bleek best nieuwsgierig naar God en geloof en de betekenis daarvan voor hun leven. Ze hadden alleen nooit geleerd om God te zoeken, omdat het geloof hun was gepresenteerd als een logisch, glashelder verhaal. In samenwerking met ds. Niels de Jong (Noorderlicht) ontstond OMG, Oh my God, een experimentele pioniersplek, voor jonge geslaagde en gesjeesde Rotterdammers. Millenials, die hun

13


droom najagen en mensen wier leven in de berm is beland – en alles wat daar tussen zit. Fluïde Een half jaar werken in de Maasstad heeft Arte een aardig beeld opgeleverd van de fluïde doelgroep. Hij somt op wie hij zoal in zijn agenda voorbij ziet komen. ‘Een graffiti-artiest die met geestverwanten van gedachten wil wisselen; een twintiger die opgroeide in een refo-milieu maar zich ongemakkelijk voelde in de kerk sinds hij uit de kast is gekomen; een stel - ‘hij gelooft-zij niet’ - voor wie OMG toegankelijker is dan een meer gesettelde pioniersplek als Noorderlicht; een kunstenares, een jonge moeder met een kerkelijke achtergrond, maar nooit echt geworteld; kortom, een gezelschap van diverse pluimage. De kern van OMG is de ‘community’ van zo’n 30 jonge stadsbewoners, die in wisselende samenstelling samenkomt, om te eten en met elkaar te spreken. De locatie wisselt, de uitnodiging komt via Whatsapp. Sommige bezoekers gaan nog weleens naar een kerk, anderen hebben nooit binding gehad met de christelijke traditie, maar zijn in voor gesprek. Arte bereidt de avonden voor. ‘Het thema wordt vooraf bekendgemaakt. Onlangs hadden we een avond over duurzaamheid. Dan delen we ervaringen en inzichten. Door vragen te stellen lever ik mijn bijdrage en ik voeg als gesprekspartner perspectieven vanuit de Bijbel in. Het is niet een soort veredelde catechisatie; we ontmoeten elkaar op basis van gelijkwaardigheid.’ Relaties Méér dan bij een reguliere pioniersplek, met een wekelijkse zondagse meeting, komt het bij OMG aan op netwerken en investeren in relaties. ‘De prioriteit stijgt met de tijd’, zegt Arte. ‘Je hebt je werk of je opleiding, dan je relaties en vrienden, je sport en je hobby en daarna Arte met z’n OMG. Het is zaak om in de loop van de tijd hoger in de ranking te komen. Elke goeie avond draagt daar aan bij.’ In aanvulling op de ‘community’ werkt OMG aan een online presentie, via blogs, podcasts, berichten. ‘Wekelijks willen we bijdragen online zetten, van en voor de doelgroep. Dat kan geïnteresseerden voor OMG op het spoor brengen. En voor anderen, voor wie de drempel naar de community te hoog is, biedt het toch een mogelijkheid van betrokkenheid.’ En dan zijn er nog de ‘events’, die op dit moment nog in de brainstormfase verkeren. Het zijn grotere happenings, een paar keer per jaar. ‘Dan moet je denken aan een muziekfestival, of een expositie van Rotterdamse kunstenaars over een thema dat gelieerd is aan het christelijk geloof.’ Aanwakkeren ‘Rust, ruimte en richting – daar draait het om bij OMG’, denkt Arte hardop. ‘Het is een rustplek in de hectiek van de stad; een plek die iets heeft van wat in Ps. 84 staat: ‘onbevangen op weg zijn’. Er is ruimte om jezelf te ontwikkelen, om trage vragen te stellen. En OMG geeft richting – we willen Jezus volgen. Hoe dat praktisch vorm krijgt, wordt hier wel gekleurd door de context. Als je een tijdje oploopt met de mensen hier,

14

dan ontdek je dat er eigenlijk niets nieuws onder de zon is. Hun vragen zijn in de kern de vragen van mensen van alle tijden. Dat heeft ook iets ontspannends. De christelijke traditie biedt veel om hen tegemoet te komen in hun zoektocht. Het is alleen wel zaak dat goed te doen, toegesneden op hun context.’

GAST COLUMN

‘Aanwakkeren’ is vanaf het eerste moment een kernwoord geweest bij OMG. Zoals je smeulende kolen aanblaast, tot ze opvlammen. Op een dergelijke manier willen we smeulende vragen aanblazen.’

Ik geloof dat ik het als kind al had: een fascinatie voor de kleine dingen. ’s Ochtends als ik de gordijnen opendeed: een vastgevroren sneeuwvlok op het raam. Een opa die me na een storm aan zee leerde om stuivers en dubbeltjes te zoeken in het zand. En de vreugde als ik een oud en verroest muntje vond. Of de manier waarop ik een mier een grasspriet zag opklimmen. Stuk voor stuk kleine wonderen.

Kleine dingen…

Koos van Noppen En nu ik een man ben geworden… heb ik dat nog steeds niet afgelegd. Gelukkig.

Timo Hagendijk missionair pionier in Zoetermeer Timo Hagendijk (38) uit Ede is begonnen als missionair pionier bij Perron Zoetermeer. Hij volgt Arte Havenaar op, die de overstap maakte naar Rotterdam. Timo was de afgelopen 12 jaar docent op een basisschool in Veenendaal. In dezelfde periode deed hij ruime ervaring op als voorganger in missionaire diensten en in reguliere kerkdiensten; op allerlei plaatsen, in diverse kerkverbanden. ‘Via het Dabarwerk heb ik kennisgemaakt met relatiegericht Volgens mij moet relatiegericht zonder koppelteken missionair werk; dat is een heel vormende ervaring voor me geweest, waar ik tot op de dag van vandaag de vruchten van pluk’, vertelt hij. In de afgelopen jaren studeerde hij HBO-theologie in Ede. ‘Aanvankelijk had ik het plan om naast mijn werk in het basisonderwijs als interkerkelijk werker aan de slag te gaan, in de PKN en daarbuiten. Voorgaan in diensten, kinderenen jongerenwerk, visie-ontwikkeling en het begeleiden van gemeenten met een specifieke vraag zouden dan mijn hoofdtaken zijn. Het is verrassend om te zien dat die zaken allemaal terugkeren in de nieuwe functie bij Perron.’ Het missionaire project in de Vinexwijk Oosterheem in Zoetermeer is een volgende fase ingegaan, nu het pionierswerk onderdak heeft gekregen in de recent gebouwde Oosterkerk. Terwijl de lopende activiteiten doorgaan, wordt de periode tot maart 2020 ook benut om plannen te smeden voor de komende jaren.

Twee voorbeelden. We noemden de Bijbelpodcast van de IZB en de EO Eerst dit. Een knipoog naar de uitspraak van Jezus: ‘Zoek eerst het koninkrijk van God’. Maar hoe werkt het in de praktijk? Nu, bijvoorbeeld zo. Vorige week vertelde een twintigjarige luisteraar me hoe het voor hem werkt. Elke ochtend in de trein is het z’n gewoonte om Whatsapp te openen en al z’n berichtjes van de vorige dag eens door te scrollen. Totdat hij bij ‘Eerst dit’ aankomt: ‘Oh ja natuurlijk: Eérst dit’. Nog een ander voorbeeld. De plaatselijke protestantse gemeente, de Rooms-katholieke Sint Bartolomeüsparochie en de baptistengemeente zijn in Teylingen onlangs gezamenlijk met een missionaire pop-up winkel en sociaal café begonnen. Alle drie vanuit het verlangen om iets van Christus zichtbaar te maken in de omgeving. Afgelopen vrijdag ontmoette ik daar een moeder en dochter uit Leiden. Wat bracht hen hier? Dit: als vrijwilligers zamelen zij de stompjes(!) van kaarsen in die ze omsmelten. In plaats van de restanten weg te gooien, maken ze er, samen met een groep verstandelijk beperkten, nieuwe kaarsen van; duurzame kadootjes die je binnenkort weer in onze missionaire winkel kunt kopen. Hip verpakt en voor een mooi prijsje. En natuurlijk met een prachtig verhaal erachter. Je moet het maar bedenken. De ‘kleine dingen’ blijven me fascineren. Hoe de Geest mensen inspireert om met iets eenvoudigs – de naam van een podcast, afgedankte stompjes kaarsvet - iets groots te kunnen doen in het Koninkrijk van God. Ds. Wilfred van Rijn, Baptistenpredikant in Warmond Redactielid van Eerst dit

COLOFON

81e jaargang nr. 3 – augustus 2019 Tijding is een gratis kwartaal-uitgave van de IZB – vereniging voor zending in Nederland en wordt toegezonden aan de leden. IZB-lidmaatschap: aanmelden bij de IZB. De contributie is € 10,- per jaar. Opzegging lidmaatschap voor 1 november. De IZB is een missionaire organisatie binnen de Protestantse Kerk in Nederland en stimuleert, adviseert en ondersteunt gemeenten en gemeenteleden in het evangelisatiewerk door middel van toerusting, materialen en missionaire werkers. Raad van Toezicht Kernleden Ds. Marco Batenburg, Gouda, voorzitter Mr. Jelly Posthumus, Amersfoort, secretaris Ds. Martin van Dam, Baarn Drs. Inez Jansen-Smit, Geldrop Drs. Bram van der Kooy, Den Hoorn Dr, Bert de Leede, Amersfoort Bart van Lunteren, Houten Voice-leden Gert van den Bos, Assen, Nienke Freije, Nijmegen Ds. Anthon van Lingen, Nieuw-Lekkerland Alexander Pleizier, Nijkerk Ds. Giel Schormans, Voorburg Netty Toes-Groenendijk, Rotterdam Ds. Hans van Walsum, Alblasserdam Directeur Dr. Sjaak van den Berg, Amersfoort IZB Breestraat 59-61 3811 BH Amersfoort Tel.: (033) 461 19 49 E-mail: info@izb.nl Internet: www.izb.nl IBAN: NL26 RABO 0302 2061 91 BIC: RABONL2U Uw steun Steun de zending in Nederland door uw gebed, door uw IZB-lidmaatschap of door een gift. U kunt de IZB ook op laten nemen in uw testament. Graag willen we u helpen om dat te regelen. U kunt hiervoor vrijblijvend een afspraak maken via tel. (033) 461 19 49 of info@izb.nl. Redactie Afd. Communicatie IZB Fotoverantwoording Jean-Pierre Geusens, 6 en 7. Anneke Verhoeven, 8 en 9. Liesbeth Oosterom, 13. Willem-Jan de Bruin, 15 Koos van Noppen, pag. 1, 2, 3, 4, 16. Overname artikelen Overname van artikelen is toegestaan met bronvermelding.

15


Mini-symposium over ‘Oplichtende woorden’ van Andries Zoutendijk ‘Geloven is dat je gaat wandelen in de wereld van de woorden van God. En dat je dan gaat luisteren en kijken’, zegt ds. Andries Zoutendijk in ‘Oplichtende woorden’, een bundel met preken van de Utrechtse emeritus-predikant. Dinsdag 8 oktober om 14.00 uur vindt in de Jacobikerk in Utrecht een mini-symposium plaats naar aanleiding van de verschijning van het boek. Sprekers zijn ds. Leneke Marchand (Voorburg), ds. Pieter Versloot (Groningen) en Andries zelf. Toegang vrij, aanmelden is niet noodzakelijk. Toen Zoutendijk vorig jaar met emeritaat ging, was hij 28 jaar verbonden geweest aan de Jacobikerk in Utrecht. Menig predikant heeft in zijn/haar studententijd onder zijn gehoor gezeten. Eerder diende hij de gemeenten in Noorden (19781982) en Groningen (19802-1990). In al die jaren is de prediking een cruciaal onderdeel van zijn ambtswerk geweest. Hij heeft er regelmatig op gereflecteerd, in IZB-Areopagus-verband. Onder redactie van Beatrice de Graaf, (lid van de wijkgemeente Jacobikerk, hoogleraar in Utrecht), Barbara Lamain (voormalig lid van de gemeente, nu gemeentepredikant) en Koos van Noppen (IZB) zijn de ’15 mooiste preken’ uitgegeven. De preken van Zoutendijk kenmerken zich door een lyrische, maar ook directe taal. Ze dagen uit tot eigen reflectie en toepassing.

eindstation dat domweg onontkoombaar is’, schreef het Tjerk de Reus (Friesch Dagblad) in een recensie. ‘Ze vormen eerder een ‘ruimte’ waar iets nieuws kan beginnen. Waar het tekort onder ogen wordt gezien, kan een nieuw perspectief opbloeien.’ Zoutendijk neemt zijn hoorders mee naar de bijbelse tijd, schrijven Beatrice de Graaf en Barbara Lamain, in het voorwoord. ‘Hij doet zijn best om die bijbelse tijd uit te tekenen, beeldend te maken. Er moet namelijk wel iets gebeuren om luisteraars van nu die vreemde verhalen van toen binnen te halen. Jezus sprak in gelijkenissen voor de mensen uit het Israël van rond het jaar nul, maar zijn narratief creëert een tijdsdimensie die ook op onze situatie slaat. Het gaat over nu; het gebeurt nu. Het bijbelse verhaal is in zichzelf sterk. Daar kunnen we op vertrouwen. Om dat te leren, is het heel belangrijk om niet meteen dat verhalende proces van de Bijbel, of het nu om de gelijkenissen van Jezus, of om de verhalen van de Oude Testament gaat, te onderbreken met ‘moderne’ vragen. Hoe zit het, hoe kan het, wat moeten wij hiermee? We moeten de verhalen van toen niet meteen gaan toepassen op de mensen nu; het kan ook omgekeerd. Wat Zoutendijk juist doet is dat hij de luisteraars van nu terugbrengt naar die bijbelse tijd.’ De bundel ‘Oplichtende woorden’ (143 pagina’s, € 12,99) is uitgegeven door KokBoekencentrum, in samenwerking met de IZB.

De hoorder wordt serieus genomen als weldenkend mens van de 21e eeuw en wordt tegelijk aangesproken in zijn fundamentele menszijn. ‘Twijfel en wanhoop zijn bij Zoutendijk niet een

Bevestigings- en intrededienst Kees van Ekris Dr. Kees van Ekris zal zondag 29 september worden bevestigd als predikant voor bijzondere werkzaamheden ten behoeve van het werk van IZB-Areopagus. De bevestigings- en intrededienst die plaatsvindt in de Adventkerk, Ringweg Kruiskamp 74 in Amersfoort, begint om 18.30 uur. Voorgangers zijn dr. Sjaak van den Berg, algemeen directeur van de IZB en ds. Hendrik Mosterd, predikant van wijkgemeente Adventkerk en dr. Kees van Ekris. Na afloop van de dienst is er gelegenheid om Kees en Arianne en hun kinderen persoonlijk te groeten.

Eerst dit! Enkele kerken in Vriezenveen hebben de startzondag aangegrepen om ‘Eerst dit’, de Bijbelpodcast van de IZB en de EO, onder de aandacht te brengen van kerkgangers. Ze deelden na afloop van de kerkdienst deurhangers uit. In gemeenten elders in het land is het initiatief overgenomen. Zolang de voorraad strekt zijn er nog gratis uitdeelexemplaren beschikbaar. Interesse? Mail even naar info@izb.nl.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.