MagUZA april 2012

Page 1

zorgMagaziNe vaN heT Uza – apriL 2012 – #88

Afgiftekantoor Antwerpen X, Maguza 88, Tijdschrift – kwartaalblad, apr – mei – juni 2012, v.u. Johnny Van der Straeten, Universitair Ziekenhuis Antwerpen, Wilrijkstraat 10, 2650 Edegem

dossier klinische studies

kankerbehandeling Langer leven dankzij doelgerichte medicatie

osteoporose Nog een glaasje melk?

supplementen ‘Dokter, waarom betalen wij?’

Leukemie

een warm hart kan levens redden WWW.MAGUZA.BE


advertentie

Haal de zon in huis met een Health Mate® infraroodcabine

www.amcogroup.be

DE BESTE KWALITEIT INFR AROODC ABINES - VAN 1 TOT 5 PERSONEN

“ Herbron uzelf met Health Mate®!” Een klassieke sauna kan deugd doen,

Een Health Mate® infraroodsessie kan

maar is lang niet zo efficiënt als een

bijzonder heilzaam zijn bij tal van

infraroodcabine van Health Mate .

ongemakken*:

®

Verbetert uw algemene conditie

Surf naar www.healthmate.be voor meer

De temperatuur in een Health Mate

Verzacht spier- en gewrichtspijnen

getuigenissen, heilzame toepassingen en

infraroodcabine is comfortabel en het

Verlicht nek- en rugklachten

wetenschappelijke studies.

effect is groter omdat de infraroodstralen

Vermindert hoofdpijn, verjaagt stress

Of bel 03 295 50 25 voor een brochure.

direct op uw lichaam inwerken. U verliest

Verdrijft afvalstoffen uit uw lichaam

niet alleen gifstoffen, u verbrandt tegelijk

Verlicht astma en bronchitis

ook calorieën. Uw lichaam komt tot rust,

Verbrandt calorieën

uw spieren ontspannen en al na één beurt

Vermindert cellulitis

voelt u zich herboren.

Verbetert de bloeddoorstroming

®

gebruik van maken.

Vergroot uw immuniteit

33

( )

* Raadpleeg steeds uw arts als u een Health Mate® infraroodcabine wil gebruiken voor medische doeleinden.

ANTWERPEN: Arak Wellness LIER 03 295 50 25 | Schrauwen BRASSCHAAT 03 645 24 79, HERENTALS 014 24 40 20, WILRIJK 03 825 69 81, ZANDHOVEN 03 464 19 16 | Van den Berg HOOGSTRATEN 03 315 75 31 | Sanik GEEL 014 58 86 70 | AquaVision BEERSE 014 35 91 71 | Fonne Smeulders KALMTHOUT 03 62 01 620 | Reborn Wellness SCHOTEN 03 685 44 50 | Alfa MECHELEN 015 27 17 89 | LIMBURG: ‘t Hoveniertje WELLEN 012 74 53 60 | Schrauwen GENK 089 30 86 20 | Varey LOMMEL 011 54 43 69 | Sleurs & Vangompel BOCHOLT 089 46 56 00 | WEST-VLAANDEREN: Spa-Wellness ZWEVEGEM 0477 59 58 13 | Ovalco OOSTKAMP 050 82 75 86 | Esento KNOKKE 050 62 83 42 | Delaere IZEGEM 051 30 11 82 | Wellness La Rose GISTEL 059 27 61 84 | Florisan VEURNE 058 31 53 15 | Vanderhaeghe IEPER 057 21 37 23 | Vermeersch KORTEMARK 051 57 52 08 | Lamo RUISELEDE 051 68 82 53 | OOST-VLAANDEREN: Aquatropic MALDEGEM 050 71 93 92 | Aquazure NINOVE 054 50 01 69 | Het Buitenhuis DENDERMONDE 052 25 61 16 | Wellness Decor KRUISHOUTEM 09 383 70 83 | Wida MELSELE 03 336 54 94 | Esento BRAKEL 055 42 76 08, GENT 055 42 76 08 | Van Poucke ZOTTEGEM 09 360 16 91 | Vepa ZELZATE 09 345 56 25 | Wellness King HAMME 052 85 99 57 | Schrauwen ST-NIKLAAS 03 766 18 17 | VLAAMS-BRABANT: Van Poucke LENNIK 02 582 35 03 | L’air et l’eau BEGIJNENDIJK 016 41 42 66 | Ventimec LEUVEN 016 23 39 74 | Pool+ HAACHT 016 85 09 55 | Runningmate KAMPENHOUT 016 65 05 86 | Van Diest HALLE 02 361 14 16 Volledig dealeroverzicht op www.healthmate.be

UMME EN

R

Verbetert uw algemene weerstand

D

Verhelpt huidproblemen Geen wonder dat ook topsporters er graag


voorwoord

Zen en de kunst van het geneZen e

ind januari werd een Frans Hals geveild uit de collectie van Elizabeth Taylor. Het schilderij − in 1974 toegeschreven aan een leerling van Hals − werd na de dood van Taylor opnieuw aan Hals zelf toegedicht. Op een wonderlijke manier kwamen er verschillende nullen bij de vraagprijs. Het feit dat de laatste eigenares een beroemdheid was, deed het schilderij het dubbele opbrengen van die vraagprijs. Nochtans was de kwaliteit allerminst veranderd. Voor professionele violisten zijn de violen van Antonio Stradivari en Giuseppe Guarneri de absolute top qua kwaliteit. De prijs is ook navenant: de duurste viool ter wereld is een Guarneri van 18 miljoen dollar. In september 2010 werd aan wedstrijdviolisten op een internationaal concours gevraagd blind zes violen te testen, drie ‘superbe’ violen van Stradivari, Guarneri en Amati en drie moderne, ‘goedkope’ violen. De violisten scoorden de instrumenten op de criteria ‘speelbaarheid’, ‘projectie’, ‘toonkleur’ en ‘respons’. De beste violen waren de moderne violen, de Stradivarius scoorde het slechtst. De veronderstelde en gewaardeerde kwaliteit is dus niet steeds de objectief gemeten kwaliteit. shoppen in een ondoorzichtige markt Is het anders in de geneeskunst? In de Verenigde Staten, bakermat van de accreditering, liggen de prijzen voor chirurgie zeer sterk uit elkaar, gebaseerd op reputatie, niet op objectiviteit. Patiënten hebben niet het flauwste benul van de kosten van een behandeling en zeker niet van de kwaliteit in vergelijking met andere ziekenhuizen. De patiënt weet ook niet welke behandeling nodig is: moet hij voor zijn hartprobleem pillen nemen, geopereerd worden, een dieet volgen, sporten of helemaal niets doen? Dus wordt er geshopt in een ondoorzichtige markt. In Vlaanderen wil men die gezondheidsmarkt doorzichtiger maken door accreditering en kwaliteitsindicatoren. Maar dat zijn – zoals de Stradivarius – instrumenten van het verleden, die in de andere landen al jaren ontwikkeld zijn. Het risico bestaat dat we zelfvoldaan onze huidige kwaliteitspositie achteruit laten gaan door nog uitsluitend statische systemen van accreditering en indicatoren te gebruiken. Op een bepaalde dag wordt dan bewezen dat het modernisme ons voorbij heeft gestoken. De essentie van kwaliteitszorg is de medische specialistische zorg, die niet in die systemen vervat zit. De systemen die we willen invoeren, zijn in essentie procesmetingen die nagaan of er veilig wordt gewerkt. Patiëntveiligheid is een noodzaak, maar geen einddoel. Daarmee bereik je ook geen transparante markt waar betaald wordt voor medische kwaliteit.

In Vlaanderen wil men de gezondheidsmarkt doorzichtiger maken door accreditering en kwaliteitsindicatoren.

Johnny Van der Straeten Gedelegeerd bestuurder

maguza 003


advertentie

AN H O D ND D AA G O G II SS TT O ORRRTTTH HO OPPPEEED DIIISSSTT -- BB A DAG

Bezoek onze ruime toonzaal toonzaal Bezoekonze onzeruime Bezoek ruime toonzaal onze toonzaal Bezoek Bezoek onze ruime Bezoek onze ruimetoonzaal toonzaal Discrete pasruimte Discrete Discrete Discrete pasruimte Discrete Discretepasruimte pasruimte Studiedienst Studiedienst Studiedienst Studiedienst Studiedienst Studiedienst Goed uitgeruste werkplaatsen werkplaatsen Goeduitgeruste Goed uitgeruste werkplaatsen werkplaatsen Goed Goed uitgeruste Goed uitgerustewerkplaatsen werkplaatsen maatwerk maatwerk Traditioneel maatwerk Traditioneel Traditioneel maatwerk Traditioneel maatwerk Traditioneel Traditioneelmaatwerk maatwerk Moderne technologieën en technieken Moderne technologieën en technieken technologieën technieken technologieën en technieken Modernetechnologieën en technieken Moderne Moderne Moderne technologieën Moderne technologieënen entechnieken technieken Grote artikelenvan vanhoogstaande hoogstaandekwaliteit kwaliteit van hoogstaande kwaliteit keuze artikelen van hoogstaande kwaliteit Grote hoogstaande kwaliteit van hoogstaande Grote keuze artikelen van Grote keuze artikelen Grote keuze artikelen kwaliteit Grote keuze artikelen van hoogstaandekwaliteit kwaliteit

BEKIJK OOK ONZE WEBSITE

RIZIV 1/6/10422/96/100 - 1/6/27017/88/200

Schaeps • Turnhoutsebaan 92-94 • 2100 Deurne Tel. 03 326 11 30 • Fax 03 326 06 79 • www.schaeps.be Maandag t.e.m. vrijdag 9u - 18u, zaterdag 9u - 13u Tram 10, bus 33, 410, 411 en 412 • GRATIS PARKING

ORTHOPEDIE • BANDAGISTERIE • SCHOENEN • INVALIDENWAGENS • HOMECARE • REVALIDATIE


in dit nummer

medisch

010

doelgerichte medicatie

010

De zwakke plek van kanker: dankzij doelgerichte medicijnen winnen patiënten met specifieke types maag-, borst-, long- en huidkanker extra maanden of zelfs jaren. En het lijstje groeit nog aan.

013

Een nieuwe blaas gaf Suzanne een nieuw leven.

014

Naar huis met sondevoeding of TPN (totale parenterale voeding): het UZA begeleidt u bij elke stap.

gezond

028

oude kinderziekten in opmars?

028

Maken mazelen en kinkhoest een comeback?

030

Osteoporose in vraag en antwoord

Zorg

034

032

Supplementen: dokter, waarom betalen wij?

034

Wachten in het ziekenhuis: onvermijdelijk of niet?

036

Een warm hart kan levens redden bij leukemie

intussen in de wachtkamer

‘Zonder klinische studies geen vooruitgang in de geneeskunde.’ Prof. dr. Jean-Louis Bosmans, kliniekhoofd nefrologie

017

In het UZA lopen op elk moment tientallen klinische studies, waar patiënten aan meewerken. Wat is het belang daarvan?

klinische studies

017

DOSSIER KLINISCHE STUDIES en verder

026

naar een groen ziekenhuis

015

U zegt? Amandelen

026

UZA 2020. Op naar het groene ziekenhuis?

037

Column Kobe Ilsen

039

Witjas: de biomedicus maguza 005


doorgelicht

006


Bijna een op vier Belgen ouder dan 50 kampt met een matige tot ernstige slaapstoornis en het gebruik van slaapmiddelen neemt jaar na jaar toe. Het slaapcentrum van het UZA beschikt over een bijzondere expertise met betrekking tot slaapstoornissen. Het druk bijgewoonde congres ‘Slaapcursus der Lage Landen’ in het UZA in januari bevestigde nogmaals dat er enorme behoefte is aan medische kennis over slaap.  ‘Met 95 deelnemers was de negende editie van de slaapcursus een succes,’ zegt prof. dr. Johan ­Verbraecken, medisch coördinator van het slaap­ centrum. ‘Vooral vanuit Nederland blijft de belangstelling groot. Artsen hebben een grote behoefte om meer te weten over de slaapproblematiek en om er professioneler mee te kunnen omgaan. We hebben immers slaap nodig om goed te kunnen functioneren.’  In het UZA worden nu zo’n 3000 patiënten met slaapapneu behandeld met CPAP,  elk jaar komen er ongeveer 600 patiënten bij. Dan wordt tijdens de slaap lucht toegediend onder licht positieve druk, wat het toe­klappen van de luchtwegen tijdens de slaap voorkomt en zo slaperigheid bij mensen met ernstige slaap­apneu vermindert.

Op slaapcursus

maguza 007


kort

Dit universitaire centrum voor kinderkanker biedt alle nodige omkadering die deze kinderen verdienen Dr. Philip Maes over het Universitair Pediatrisch Oncologisch Centrum Antwerpen dat hij uitbouwde in het UZA. Meer en ander UZA-nieuws op www.maguza.be/nieuws

a choco

nieuwe

uZa-

Binnenkort wordt de UZA-website in een compleet nieuw kleedje gestoken. Niet alleen de look verandert,

KIND MET

slaapproblemen? GSM’EN VOOR

simon en odil Het slaapcentrum voor kinderen van het UZA organiseert in mei infosessies over kinderen en slaapproblemen. Slaapproblemen kunnen erg belastend zijn, voor het kind en voor de ouders. Ook wie slaapstoornissen wil voorkomen, krijgt tijdens de infosessie nuttige informatie. Hoeveel moet mijn kind slapen? Hoe leer ik mijn 008

kind een goed slaappatroon aan? Op die en andere vragen krijgt u een antwoord. De infosessie vindt drie keer plaats: op woensdag 2, vrijdag 11 en donderdag 31 mei telkens van 19 tot 21 uur in het UZA. Inschrij-

Met onder meer de website Simon en Odil (www.simonodil.com) wil de vzw 4 Kids het isolement van langdurig zieke kinderen doorbreken. Drijvende kracht achter het project is dr. Philip Maes, kinderoncoloog in het UZA. Weldoeners kunnen het project rechtstreeks steunen, maar ook via Ello Mobile. Die gsm-aanbieder stort zijn winsten volledig door aan een aantal goede doelen, waaronder dus Simon en Odil.

ven via http://symposium.uza.be/ slaap. Inkom: 10 euro.

www.simonodil.be en www.ello-mobile.be


late A DAY ... Is chocolade goed voor je hart? Dat onderzoekt het UZA in samenwerking met Callebaut. De studie test de invloed van flavonoïden, een onderdeel van cacao, op je bloeddruk en vaatfunctie. Vier groepen van 56 deelnemers worden daarvoor telkens in twee groepen verdeeld. De ene helft krijgt dagelijks 20 g cacaorijke chocolade, de andere 20 g cacaoarme. Vijf keer in twee maand tijd laten de proefpersonen dan hun bloeddruk meten, een echo nemen … Eind dit jaar zullen de eerste resultaten bekend zijn. hebt u Zin om mee te werken aan de test en bent u tussen 55 en 65 jaar oud? Mail dan naar nathalie.brosens@uza.be of bel 03 821 53 16.

18

verschillende talen, dat is de slotsom van de tolken die vorig jaar in het UZA werden ingezet. Om communicatie met anderstalige patiënten mogelijk te maken, doet het UZA een beroep op de eigen intercultureel bemiddelaar, op interne medewerkers die een andere taal spreken (voor dringende vragen) en op de tolkendienst van de provincie Antwerpen. Dat laatste gebeurde vorig jaar in totaal 136 keer. Op interne tolken werd 220 keer een beroep gedaan. De top tien van de talen wordt gevormd door Arabisch, Russisch, Turks, Balkan-landen, Pools, Berbers, Farsi, Spaans, Italiaans en Duits.

site OP KOMST! de site wordt ook overzichtelijker en nog informatiever. Hou www.uza.be in de gaten voor de laatste stand van zaken!

UZA BLIJFT

topbedrijf Ook in 2012 blijft het UZA een topbedrijf om voor te werken: voor het zevende jaar op rij mogen we het label van Top Employer dragen. Geen enkel ander Vlaams ziekenhuis doet ons dat na. Het label wordt uitgereikt door de Corporate Research Foundation, een onafhankelijke organisatie die bedrijven en organisaties kritisch doorlicht. In de recentste doorlichting behaalden we nog betere resultaten dan voorheen op het vlak van organisatiecultuur, primaire arbeidsvoorwaarden, secundaire arbeidsvoorwaarden en training en ontwikkeling. Meer weten over werken in het UZA?

bedfilmpret

OP PEDIATRIE In de krokusvakantie in februari konden de patiëntjes op pediatrie het jaarlijkse Jeugdfilmfestival vanuit hun bed meevolgen. Het festival werkt daarvoor met acht ziekenhuizen samen. Voor het UZA was het een primeur. Jeff de filmmicroob, de mascotte van het festival, wil alle kinderen vanaf 3 jaar immers de kans geven het Jeugdfilmfestival mee te maken. Het project Bedfilmpret zorgde ervoor dat een aantal films te bekijken zijn via een beveiligde website. Het UZA stelde extra laptops ter beschikking van de kinderen, zodat zoveel mogelijk kinderen de kans kregen om deel te nemen aan Bedfilmpret. En dat deden ze met plezier!

www.uzatrektaan.be

maguza 009


medisch

De zwakke plek Almaar vaker lukt het vandaag om een uitgezaaide kanker lange tijd te bedwingen. Dat is voor een groot stuk te danken aan gepersonaliseerde geneeskunde. Door de kankercellen te raken op hun specifieke zwakke plek, met behulp van selectieve kankertherapie, wordt de ziekte tijdelijk schaakmat gezet. Zeg mij welke tumor u hebt, en ik zeg u welk medicijn u nodig hebt.

Prof. dr. Patrick Pauwels,

Prof. dr. Marc Peeters,

diensthoofd pathologische

diensthoofd oncologie

anatomie 010

H

et verhaal van de gepersonaliseerde kankerbehandeling begint eind jaren negentig. In die tijd was er een Finse vrouw met uitgezaaide darmkanker, meer bepaald een gastrointestinale stromale tumor (GISTtumor). De dagen van de Finse leken geteld. Tot haar man in 1998 las dat een Japanse wetenschapper een afwijkende receptor – een soort van eiwit – op de GIST-tumor had ontdekt. Die was verantwoordelijk voor de kankergroei. Via zijn connecties met een farmaceutisch bedrijf raakte de Finse echtgenoot aan een medicijn dat de receptor blokkeerde. Het vervolg leest als een sprookje: een maand na de start van

de behandeling bleken de kankercellen verdwenen als sneeuw voor de zon. De genezing van de Finse patiënte gaf in 2001 aanleiding tot een artikel in het prestigieuze New England Journal of Medicine. De medische wereld reageerde laaiend enthousiast: voor het eerst leek er een wapen gevonden tegen een uiterst agressieve kanker die normaal in zijn uitgezaaide vorm binnen het jaar tot de dood leidt. Prompt stortten nog meer wetenschappers zich op de zoektocht naar nieuwe moleculaire doelwitten.  Zoeken naar de achillespees  ‘Gelukkig voor ons lijken kankercellen voor hun groei in belangrijke mate afhankelijk van de ontregelde werking van één enkel molecule’, zegt prof. dr. Patrick Pauwels, diensthoofd pathologische anatomie. ‘Er wordt wel eens gezegd dat de kankercel “verslaafd” is aan die ontregelde werking. Vandaar proberen we nu uit te zoeken welke


« Longkankerweefsel onder de microscoop (foto rechts). Onderzoek wijst uit dat de patiënt in aanmerking komt voor behandeling met het doelgerichte geneesmiddel Crizotinib.

van kanker ontregelde moleculen in welke kanker aan het werk zijn. Zo hopen we de werking van de ontregelde molecule met geneesmiddelen te onderdrukken. Onze therapie wordt dus een uiterst doelgerichte therapie.’ De ontregelde receptor die aanwezig bleek bij GISTtumoren, bleek ook de boosdoener bij Chronische Myeloide Leukemie (CML). Daarnaast zijn er vandaag doelgerichte geneesmiddelen voor specifieke types maag-, borst-, long- en huidkanker en een aantal andere tumoren. Het staat vast dat dat rijtje nog zal aangroeien. Doelgerichte geneesmiddelen zijn in zekere zin het slimmere broertje van klassieke chemotherapie. ‘Bij gewone chemotherapie gebruiken we als het ware een grote hamer die zoveel mogelijk kankercellen moet raken’, verduidelijkt prof. dr. Marc Peeters, diensthoofd oncologie. ‘Met doelgerichte medicatie mikken we op specifieke kernpunten binnen de kankercel. Spijtig genoeg werken die geneesmiddelen echter niet

voor elke patiënt. Je hebt een kapstok nodig waaraan je je behandeling kunt ophangen. Zaak is om voor elke tumor uit te zoeken of die kapstok er is of niet.’ Elke doelgerichte therapie werkt dus maar voor een beperkte groep, maar die groep is er wel heel sterk mee gebaat. Peeters: ‘We gaan meer en meer naar een behandeling op maat. Lange tijd gaven we bij wijze van spreken alle patiënten hetzelfde medicijn, en dan zagen we wel. Trial and error, zeg maar. Die tijd is voorbij.’ Het verhaal van de Finse dame kende alsnog een trieste wending. ‘Jaren later bleken er opnieuw uitzaaiingen. Dat die echter pas na jaren optraden, en niet na maanden, was een enorme stap vooruit’, zegt Pauwels.  Kanker tijdelijk bedwingen  Hoe veelbelovend de doelgerichte behandelingen ook zijn, ze zijn geen wondermiddel. Ze kunnen een uitgezaaide kanker tijdelijk aan banden

Revolutie in longkankertherapie Ook bij de behandeling van longkanker gaan doelgerichte geneesmiddelen een almaar gro­ tere rol spelen. Bij zo’n 5% van de patiënten met een grootcellige longkanker wordt de kanker­ groei in gang gezet door een mutatie op het zogenaamde ALK-gen. De recent ontwikkelde ALK-remmer Crizotinib zet dat gen op nonactief. Bij zo’n 80% van de patiënten stabiliseert de ziekte daarmee of is er op zijn minst duide­ lijke respons. De dienst pathologische anatomie van het UZA is een van de vier onderzoekscen­ tra wereldwijd die de afwijking in het ALK-gen opsporen in studieverband. Vorig jaar werden ongeveer 5.000 longkankers bestudeerd. Eerder al werden bij een andere groep long­ kankerpatiënten spectaculaire resultaten behaald met zogenaamde EGFR-remmers. ­ Sommige patiënten overleven dankzij doelgerichte medi­ catie al jaren, mét een goede levenskwaliteit.

maguza 011


medisch

« Op de dienst pathologische anatomie wordt tumor­ weefsel onderzocht in de hoop een mechanisme te ontdekken dat de kanker behandelbaar maakt.

delen is dat medicijn vooral effectief bij patiënten zonder uitzaaiingen. ­Patiënten met een teveel aan het HER2-gen, zo’n 15% van alle borstkankerpatiënten, zien dankzij Herceptine hun kans op herval met 50% verminderen. Hun sterfterisico daalt met een derde.

leggen, maar nooit echt genezen. Gemiddeld na 10 maanden worden de kankercellen resistent tegen het geneesmiddel, doordat ze een nieuwe manier hebben gevonden om zich te delen. Pauwels: ‘Als we dan opnieuw tumorweefsel onderzoeken, lukt het ons in redelijk wat gevallen om dat nieuwe mechanisme bloot te leggen en daar een nieuwe behandeling voor te

vinden. In het beste geval kunnen we de kanker zo ombuigen tot een chronische ziekte. Voor de GIST-tumoren hebben we al vier verschillende doelgerichte geneesmiddelen. Dat heeft de overleving doen stijgen van minder dan een jaar tot drie à vier jaar.’ Een verhaal apart is de behandeling van borstkanker met Herceptine. In tegenstelling tot andere doelgerichte geneesmid-

Te duur? Een pluspunt van de doelgerichte kankertherapieën is dat de meeste patiën­ ten een goede levenskwaliteit hebben. Ze kunnen het geneesmiddel meestal in pilvorm nemen en de nevenwerkingen zijn milder dan die van chemo­ therapie. Een nadeel is dan weer het hoge prijskaartje. Een behandeling met Herceptine bijvoorbeeld, een middel tegen borstkanker, kost maandelijks al gauw 3000 euro. ‘Toch mag je je niet op die kosten verkijken’, vindt prof. dr. Patrick Pauwels. ‘Je moet bijvoorbeeld in rekening nemen dat er bij nogal wat doelgerichte behandelingen geen daghospitalisatie nodig is, in tegen­ stelling tot bij chemotherapie. Doordat de nevenwerkingen minder uitge­ sproken zijn, komt het bovendien minder vaak tot een ziekenhuisopname.’

info 012

Dienst oncologie, T 03 821 32 50, dienst pathologische anatomie, T 03 821 37 53

Peperdure medicatie  Op dit moment is er maar voor een minderheid van de patiënten met een uitgezaaide kanker een gepersonaliseerd geneesmiddel voorhanden. ‘We maken echter gestaag vooruitgang’, zegt Pauwels. ‘Momenteel kunnen we 20% van de patiënten met een nietkleincellige longkanker behandelen met een doelgericht geneesmiddel, maar dat zal binnenkort stijgen naar 50%. Bij darmkankerpatiënten kunnen we zelfs al aan 70% een gepersonaliseerde behandeling aanbieden.’ Gepersonaliseerde geneeskunde is maar mogelijk dankzij hooggespeciali­ seerde weefselanalyse. De dienst pathologische anatomie zag de afgelopen jaren een exponentiële toename van het aantal moleculaire tests, nodig om na te gaan of een patiënt in aanmerking komt voor een behandeling. Omdat het om peperdure medicatie gaat, legt de overheid de laboratoria uiterst strenge kwaliteitsnormen op. De dienst pathologische anatomie van het UZA heeft voor een hele reeks tests een accreditatie op zak. Pauwels ziet gepersonaliseerde ge­nees­kunde als een gedroomd instrument om van kanker – op termijn – een chronische ziekte te maken. Ook ­Peeters is optimistisch. ‘Gepersonaliseerde geneeskunde is de toekomst. En wel om verschillende redenen: de succeskansen van je behandeling stijgen, het totale kostenplaatje daalt en je stelt de patiënt nadrukkelijk centraal. Ik zeg niet dat het dé toverformule is. Het is een schakel binnen een groter verhaal, waarbinnen bijvoorbeeld ook nieuwe technieken en een multidisciplinaire aanpak cruciaal zijn. Maar het is alleszins de richting die we uitmoeten.’


medisch

Een ongeneeslijke blaasziekte, interstitiële cystitis (IC), maakte het leven van Suzanne (50) tot een hel. Na zeven heel zware jaren kreeg ze in het UZA eindelijk een correcte diagnose. ‘Sinds mijn operatie vorig jaar ben ik aan een tweede leven begonnen’, zegt ze overgelukkig.

‘ Mijn tweede leven, mooier

dan ooit’

I

C is een zeldzame maar invaliderende blaasziekte. Patiënten moeten twintig tot vijftig keer per dag plassen en hebben veel pijn. Suzanne: ‘Het begon in 2002 met wat vaker moeten plassen en soms een pijnlijke drang. Ik woonde en werkte toen in Frankrijk en de uroloog daar sprak van een overactieve blaas. ­Medica­tie en bekken­bodemoefeningen ­hielpen niet. Drie jaar later keerde ik naar België terug. Door mijn ziekte had ik mijn job als exportmanager moeten opgeven.’ Er volgden nog tal van dokters­bezoeken en behandelingen, waaronder diverse operaties. Allemaal tevergeefs. Suzanne slikte op de duur meer dan 15 pillen per dag en kon nog moeilijk stappen. Ze zakte almaar ­dieper weg. ‘Ik leed veel pijn en moest tot 24 keer per dag naar

toilet. Ook ’s nachts moest ik zowat elk anderhalf uur plassen. Behalve voor mijn werk kwam ik de deur niet meer uit.’  Opluchting en opdoffer  De juiste diagnose werd pas in 2009 gesteld door prof. dr. Jean-Jacques Wyndaele, diensthoofd urologie van ­ het UZA. Een grote opluchting, maar tegelijk een opdoffer. IC is immers ongeneeslijk. Een stoma als behandeling zag Suzanne niet zitten. Uiteindelijk stemde ze toe in een zware en riskante operatie: uit een stuk darm en appendix zouden een nieuwe blaas en plasbuis worden gemaakt. De ingreep werd vorig jaar in mei uitgevoerd door prof. Wyndaele en zijn team. ‘Alles is schitterend verlopen’, zegt Suzanne. ‘Het team heeft me tijdens die vier weken in het UZA door de vele

moeilijke momenten heen geholpen. Ik sondeer nu zo’n vijf keer per dag via een minuscule, onzichtbare opening in mijn navel. Van buiten zie je niets van de ingreep.’ Suzanne begon aan een tweede leven. ‘De pijn is helemaal weg en ik neem geen medicatie meer. Ik kan weer langer slapen, werken zonder pijn, ­ naar een concert of film gaan, buitenlandse beurzen bezoeken… Ik ben nog wat vaker moe, maar de operatie is ook nog maar acht maanden achter de rug. Iedereen die me kent, noemt het een wonderlijke transformatie. Ik ben weer mezelf, zonder angst en pijn. Ik zeg vaak lachend dat prof. Wyn­daele de man van mijn leven is – ik ben hem ontzettend dankbaar. Mijn tweede leven is een rijker leven doordat ik nu weet hoe waardevol eenvoudige ­dingen zijn.’ maguza 013


medisch

Het aantal patiënten dat thuis artificiële voeding krijgt, zit in de lift. Het UZA leverde op dat vlak pionierswerk. ‘We begeleiden de patiënt doorheen het hele proces, van papierwinkel tot follow-up’, zegt Martine De Clercq, hoofddiëtiste in het UZA.

naar huis met

artificiËle p

atiënten die niet meer of moeilijk normaal kunnen eten, krijgen al dan niet tijdelijk artificiële voeding. Bij sondevoeding gaat het voedsel via een sonde, dat is een soort slangetje, door de neus naar de maag of wordt er door de buikwand een rechtstreekse toegang gemaakt naar de maag of de darm. Vaak gaat het om patiënten met kanker in de neus-keel-oorzone of een spier- of zenuwaandoening. Een stap verder is totale parenterale voeding (TPN), die via een katheter, een dun buisje zeg maar, rechtstreeks in de bloedbaan terechtkomt. ‘Patiënten die na een operatieve ingreep of als gevolg van hun ziekte niet via hun maag-darmstelsel kunnen gevoed worden, komen in aanmerking voor parenterale voeding. Daarnaast zijn er echter ook kinderen die door een aangeboren ziekte levenslang artificiële voeding krijgen’, zegt TPN-verpleegkundige Conny Wouters. Pakweg twintig jaar geleden was het

info 014

haast ondenkbaar dat een patiënt thuis artificiële voeding zou krijgen. Nu is het routine: sondevoeding is geen reden om de patiënt langer in het ziekenhuis te houden, en ook TPN kan almaar vaker thuis. Het UZA was zeventien jaar geleden het eerste ziekenhuis dat de mogelijkheid bood om thuis sondevoeding te krijgen. Een regelrechte revolutie. ‘We zijn gestart met een vijftigtal patiënten, intussen zijn het er jaarlijks meer dan honderd’, schetst Martine De Clercq. Ook het aantal patiënten dat thuis TPN krijgt, is sterk gestegen: van twee patiënten in 1998 tot intussen een dertigtal per jaar. begeleid bij elke stap De patiënt en zijn familie worden tijdens het hele proces begeleid: de diëtiste of TPN-verpleegkundige geeft de nodige uitleg, neemt samen met de maatschappelijk werkster de aanvraag voor terugbetaling en de andere administratie op zich en legt contact met de thuiszorg-

Diëtisten, T 03 821 32 75, nutritieverpleegkundigen T 03 821 40 10

firma, de huisarts, de apotheker en de thuisverpleegkundige. In het ziekenhuis leren de patiënt en zijn familie van de diëtiste en de verpleegkundigen hoe ze zelf de sondevoeding kunnen toedienen. Voor TPN gebeurt die opleiding door de nutritieverpleegkundigen en de thuiszorgfirma. Eens de voeding ingesteld, is er nog een intensieve follow-up. ‘TPN-patiënten houden dagelijks een hele reeks parameters bij, waaronder lichaamstemperatuur en gewicht, en laten wekelijks bloed nemen bij de huisarts. Driemaandelijks moeten ze op consultatie bij de nutritiearts. Wij krijgen al die gegevens doorgespeeld en controleren of alles goed verloopt’, zegt TPN-verpleegkundige Els Mattheeussen. Ook de patiënten die sondevoeding krijgen, worden blijvend gevolgd, zeker als het kinderen betreft. ‘Dat we als ziekenhuis het hele pakket aanbieden, van aanvraag tot blijvende begeleiding, mag je gerust uniek noemen’, aldus Martine De Clercq.


u Zegt?

aman de

wat zijn amandelen?

Keelamandelen of tonsillen zijn twee kleine orgaantjes

achteraan in de keel. Samen met de neusamandelen,

len

500 euro per maand De voordelen van het systeem zijn duidelijk: de patiënt hoeft niet in het ziekenhuis te blijven, maar kan gewoon thuis worden behandeld. De meeste patiënten moeten tot twaalf uur per etmaal aangekoppeld zijn, al dan niet ’s nachts. Afhankelijk van de situatie komt daarvoor een thuisverpleegkundige of leren de patiënt en zijn familie zelf de sondevoeding toedienen. In al die jaren is er veel veranderd. De materialen zijn lichter geworden, waardoor patiënten hun pomp en voedingszak eventueel met zich mee kunnen dragen in een rugzak. ‘Voor kinderen zijn er zelfs leuke rugzakjes in de vorm van een knuffel’, zegt UZA-diëtiste Nancy Pyck.

beter gekend als poliepen, en tongamandelen, vormen

ze een afweerorgaan in de keelholte. Ze produceren voortdurend afweercellen die mogelijke ziekteverwek­

kers te lijf gaan. Treedt er een infectie op, dan zetten ze een lokale afweerreactie in gang. Die afweer in de keel

is belangrijk omdat er via de lucht virussen en bacteriën

binnendringen die zich een weg kunnen banen naar de luchtpijp en de longen. Die laatste zijn kwetsbaar voor

ontsteking. Opmerkelijk genoeg bekleden amandelen die

afweerfunctie vooral tot de leeftijd van ongeveer tien jaar.

voeding Waar het stijgende succes van artificiële voeding thuis vandaan komt? ‘Dat kadert in de evolutie naar kortere ziekenhuisopnames’, zegt Martine De Clercq. ‘En artsen hebben ook meer aandacht voor de rol van voeding binnen de behandeling. Twee weken niet eten omdat je ziek bent, dat kan echt niet. Tegenwoordig worden soms zelfs operaties uitgesteld om patiënten in staat te stellen om eerst in een goede voedingstoestand te komen. Dat kan de risico’s op ondervoeding beperken.’ Een heikel punt blijft de terugbetaling van sondevoeding. ‘Patiënten moeten gemakkelijk maandelijks nog 500 euro uit eigen zak betalen’, zegt diëtiste Christel Wellens. Dat leidt soms tot schrijnende toestanden, zoals patiënten die hun dagelijkse dosis beperken of de sondevoeding vervangen door melk. Nancy Pyck: ‘Soms stel ik zelfs vast dat patiëntjes in het begin van de maand beter op hun gewicht staan dan tegen het eind van de maand. Zoiets drukt je met je neus op de feiten.’

Daarna worden de amandelen kleiner en wordt de lokale afweerfunctie minder belangrijk.

wanneer moet je je amandelen laten verwijderen? In twee gevallen is dat nuttig of zelfs nodig. Ten eerste bij

kinderen die heel regelmatig een amandelontsteking heb­ ben. Zo’n ontsteking wordt veroorzaakt door een virus of bacterie en voelt aan als een keelontsteking. Sommige

kinderen zijn er erg ziek van, enkelen krijgen zelfs slik­ of ademhalingsproblemen. Vanaf vijf of zes ontstekingen

per jaar stelt de neus­keel­oorarts meestal voor om de amandelen weg te snijden. In de tweede plaats worden amandelen soms verwijderd omdat ze te groot zijn. In dat

geval lijdt het kind aan slaapapneu: het snurkt en stopt ‘s nachts regelmatig met ademhalen, met een slechte slaap­ kwaliteit tot gevolg.

wat zijn de voor- en nadelen van die ingreep? Het gaat om een lichte ingreep die in het dagziekenhuis plaatsvindt. De meeste kinderen zijn de volgende dag alweer opgeknapt. Wel is er een heel klein risico dat de

wonde gaat nabloeden, waardoor ouders hun kinderen nadien extra goed in de gaten moeten houden. Over de gevolgen van de ingreep voor het lokale afweersysteem is weinig gekend, maar in het algemeen wordt aangenomen

dat de neus­ en tongamandelen die functie overnemen. Het probleem van de ontstekingen of de slaapapneu is na

de behandeling meteen verdwenen. Toch worden aman­ delen vandaag veel minder vaak verwijderd dan vroeger, net omdat ze wel degelijk een functie hebben.

info

Neus-, keel- en oorziekten, T 821 33 85 maguza 015


agenda

ActUA

Actie Universiteit Antwerpen

Lezingen

Spectrum-lezingen

Lezingen op afspraak, geneeskunde en gezondheid

Lezingen voor jong en oud onder het motto wetenschap, onderwijs en cultuur hand in hand. De lezingen hebben telkens plaats in de namiddag van 14u15 tot 16u45 op de Campus Drie Eiken – gebouw Q, Universiteitsplein 1 te Wilrijk.

Ma 23 april 2012  Prof. dr. Maurits Vandewoude, UZA, Faculteit Geneeskunde, Geriatrie – Universitair Centrum Geriatrie “Sarcopenie. Aftakeling voorkomen! Een nieuw concept waar we allemaal mee te maken hebben” Locatie: Dienstencentrum Den Appel, Oude Godstraat 110, 2640 Edegem) Tijdstip: Van 14u tot 16u30 (pauze om 15u)

Do 19 april 2012  Den Blok erop! Meer economische schade door stakingen dan nut? Dr. Jan Buelens, Universiteit Antwerpen, Faculteit Rechten  Do 03 mei 2012  De kwestie atoomenergie Prof. dr. Aviel Verbruggen, Universiteit Antwerpen, Faculteit TEW, Energie- en milieu-economie  Wo 16 mei 2012  Overal beestjes: ziekenhuishygiëne, een voortdurende strijd Dr. Hilde Jansens, Universitair Ziekenhuis Antwerpen, Klinisch biologie (Ziekenhuishygiëne)  INFO: Secretariaat ACTUA 03 265 34 22   www.actua.ac.be/ActUA   E-mail: Actua@ua.ac.be

advertentie

fo: meer in 0 950 0800 2nfo.be i raplift t . w w w

Onze traplift ... ... Uw comfort Gratis en vrijblijvende offerte — Korte leveringstermijn (vanaf 1 week) — Dienst na verkoop (24u/24) — Gratis subsidieadvies — Conform wetgeving — Diverse afwerkingen — Batterijvoeding NV Coopman Liften Heirweg 123 | B-8520 Kuurne comfortlift@coopman.be


rubriek

Dossier klinische studies

Zonder klinische studies geen vooruitgang in de geneeskunde. En zonder patiënten geen

alles

voor

klinische studies. Toch is niet elke patiënt happig om in een studie te stappen. Want zijn er geen risico’s aan verbonden? En wat houdt zo’n studie eigenlijk in? Wij zochten het voor u uit.

DE

weten schap

maguza

zorgmagazine van het UZA – april 2012 – #88 maguza 017


dossier klinische studies

T

Martine Van Tilburg, studieverpleegkundige endocrinologie

018

ijdens een klinische studie wordt er onderzoek gedaan bij gezonde vrijwilligers of patiënten. Dus niet met proefdieren of celmateriaal zoals in het laboratorium. ‘Zowat 80% van de klinische studies wordt gefinancierd door de farmaceutische industrie, met als bedoeling nieuwe medicatie te testen’, zegt prof. dr. Jean-Louis Bosmans, kliniekhoofd nefrologie. ‘Alleen zo kan een medicijn worden geregistreerd en eventueel terugbetaald. Logischerwijs mikt de industrie op geneesmiddelen waarmee ze winst kan boeken, wat onder meer veronderstelt dat er een grote afzetmarkt is. Voor ziekenhuisafdelingen is het niet haalbaar om die grote klinische studies zelf te financieren.’ Daarnaast zijn er studies die artsen of diensten zelf opstarten vanuit een specifieke interesse. Die studies draaien dan niet noodzakelijk rond een nieuwe behandeling, maar gaan bijvoorbeeld een bepaald verband na. Zo nam de dienst neus-, keel- en oorziekten (NKO) deel aan een grote studie waarin het verband tussen roken en het succes van middenooroperaties werd onderzocht. Dat verband was er overigens wel degelijk: bij rokers zijn de resultaten op lange termijn slechter. Via studies kunnen artsen ook nagaan hoe ze de kwaliteit van een bestaande behandeling kunnen verbeteren. ‘Dat betekent vaak dat je een oude techniek of behandeling met nieuwe ogen


« De patiënt heeft in heel wat studies één kans op twee dat hij het nieuwe medicijn krijgt. Het andere is een placebo.

bekijkt’, zegt prof. dr. Paul Van de Heyning, diensthoofd NKO. ‘Zo vergelijken we nu systematisch de resultaten van diverse therapieën tegen oor­ suizen, zodat we in de toekomst gerichter kunnen behandelen.’  Risico’s?  Als een arts met een klinische studie start, gaat hij op zoek naar patiënten die ervoor in aanmerking komen. Elke studie hanteert welomlijnde criteria op het vlak van geslacht, leeftijd, even­ tueel bijkomende aandoeningen enzovoort. ‘Als arts weet je uiteraard ook aan wie je het beter niet vraagt. Een patiënt wiens therapietrouw twijfel­achtig is, is bijvoorbeeld geen ideale kandidaat’, zegt prof. dr. Gert ­Verpooten, diensthoofd nefrologie. Patiënten krijgen eerst een informed consent-formulier te lezen, waarin omstandig wordt uitgelegd wat de studie inhoudt en wat er allemaal bij komt kijken. Pas als hij dat heeft ondertekend, gebeuren er medische onderzoeken om na te gaan of hij kan deelnemen. Of er risico’s zijn verbonden aan een studie? Prof. dr. Luc Van Gaal, diensthoofd endocrinologie, diabetologie en metabole ziekten: ‘Mogelijke nevenwerkingen komen meestal al naar voor als het medicijn wordt getest op gezonde vrijwilligers. Daarna kan het echter nog altijd tegenvallen. Soms

krijg je als onderzoeker de eerste signalen van dergelijke nevenwerkingen tijdens de studie zelf, soms pas later. Ik herinner me bijvoorbeeld de studie naar het vermageringsmedicijn rimo­ nabant. Pas toen het bij duizenden patiënten tegelijk werd getest, bleek ­ dat het bij ­ sommigen neiging tot depressie teweeg bracht. Om die reden is het in Europa alsnog van de markt gehaald. Dat soort zaken maakt elke onderzoeker vroeg of laat mee.’ ‘De kans op onverwachte ernstige bijwerkingen is nooit onbestaande, maar klein’, zegt prof. dr. Patrick Cras, diensthoofd neurologie. ‘Het risico is beperkt doordat patiënten in een studie heel nauwgezet worden gevolgd. Er is een keurslijf van strenge maatregelen om

bij eventuele bijwerkingen snel op te treden. Zo zijn farmaceutische bedrijven verplicht om een ernstige bijwerking binnen de 24 uur aan het ethisch comité van het ziekenhuis te melden.’ Artsen moeten hoe dan ook met hun patiënt over de risico’s praten, beklemtoont Van de Heyning. ‘Dat geldt echter ook voor bestaande behandelingen, die meestal ook een zeker risico inhouden. De bedoeling van veel studies is net om een middel met minder nevenwerkingen op de markt te brengen.’  Hopen op beter medicijn  Vast aanspreekpunt voor een studie is meestal de studieverpleegkundige of studiecoördinator. Zij ziet de patiënt op gezette tijden, bijvoorbeeld

Studies in vier fases Bij de meeste klinische studies wordt er een medicijn getest. Dat proces verloopt in vier fases.

1

Fase I-studie: De veiligheid en de werking van het geneesmiddel worden getest op een groep gezonde vrijwilligers. Er wordt nagegaan wat de alge­ mene effecten zijn (bijvoorbeeld opname in het bloed) en of er onmiddellijke nevenwerkingen zijn.

2

Fase II-studie: Het medicijn wordt getest bij een beperkte groep patiënten die de aandoening in kwestie hebben. Bedoeling is de veiligheid van het geneesmiddel verder te controleren en na te gaan of het beoogde effect op korte termijn wordt bereikt (bijvoorbeeld verlaging van de bloeddruk).

3

Fase III- studie: Het medicijn wordt getest op een grotere groep patiënten, om zo de werking en de neveneffecten op iets langere termijn na te gaan. Het gaat dan meestal om een vergelijkende of gecontroleerde studie. De helft van de patiënten krijgt de standaardtherapie, of indien er geen standaardthera­ pie bestaat een placebo, een niet-werkzame stof. De andere helft wordt behan­ deld met het te onderzoeken geneesmiddel. Als het geneesmiddel deze test doorstaat, wordt het geregistreerd door het European Medicines Agency (EMA).

4

Fase IV-studie: Een geregistreerd medicijn wordt aan verder onderzoek onderworpen, bijvoorbeeld om te testen of het ook andere ziekten kan bestrijden of kan worden voorgeschreven aan kinderen.

maguza 019


dossier klinische studies

voor een bloedname, om een vragenlijst te overlopen of om medicatie of mate­riaal mee te geven. Op de dienst

endocrinologie, waar gemiddeld een tiental studies lopen, zijn er drie studieverpleegkundigen: Rie Braspenning,

Van vermageringspil tot epilepsie In het UZA lopen op elk moment tientallen studies. Enkele actuele voor­ beelden: • Op de dienst endocrinologie, diabetologie en metabole ziekten loopt onder meer een studie naar een vermageringsgeneesmiddel op basis van lichaamseigen peptiden of eiwitten, bij diabetes en obesitas. Het gaat om een inspuiting die eerst dagelijks en later wekelijks wordt gegeven. Bedoe­ ling is zowel gewichtsverlies als een betere suikercontrole te bekomen. • Een grote klinische studie binnen de dienst nefrologie test een alternatief afweeronderdrukkend medicijn bij niertransplantatiepatiënten. Gehoopt wordt dat het de afstotingsverschijnselen voorkomt zonder nierschade te veroorzaken. • De dienst neus-, keel- en oorziekten is wereldwijd bekend om zijn onder­ zoek naar neurostimulatoren als behandeling van obstructief slaapapneu, een vorm van snurken die gepaard gaat met ademhalingspauzes. De patiënt krijgt een soort van pacemaker ingeplant die in verbinding staat met de tongzenuw. Door die zenuw te stimuleren wordt voorkomen dat de keelholte dichtklapt. • De kinderneurologen van het UZA doen momenteel onderzoek naar het vroegere vermageringsmiddel fenfluramine als behandeling voor epilepsie. In de volwassenneurologie lopen studies in multiple sclerose, beroerte, parkinson en alzheimer. Verder lopen er neurologische studies naar Multiple Sclerose (MS), beroertes, de ziekte van Alzheimer en de ziekte van Parkinson bij volwassenen. • Binnen de dienst oncologie werd recent een nieuw geneesmiddel tegen darmkanker getest, bedoeld voor een specifieke groep uitbehandelde patiënten. Het medicijn, dat de vorming van nieuwe bloedvaten belem­ mert om zo de tumorgroei te stoppen, verlengt het leven van de patiënten in kwestie gemiddeld met een aantal maanden.

info

Placebo-effect  Ook wie een placebo krijgt – een neutrale stof die zeker geen effect heeft –, kan echter voordeel halen uit zijn deelname. Van Gaal: ‘In een studie worden patiënten heel nauwgezet gevolgd en soms ook extra begeleid, bijvoorbeeld op het vlak van therapietrouw, voeding of gezonde leefgewoontes. Door de extra visites raken ze ook meer vertrouwd met hun ziekte en behandeling. Dat verklaart waarom zelfs patiënten die een placebo toegediend krijgen, het in een studie vaak beter doen dan anderen.’ Heel wat patiënten doen ook mee uit altruïsme. Zelfs als zij een placebo krijgen of het nieuwe middel niet beter werkt, hebben ze toch hun steentje bijgedragen in de strijd tegen een aandoening waar ze ook zelf het slachtoffer van zijn.

Dienst endocrinologie, diabetologie en metabole ziekten, T 03 821 32 75, dienst nefrologie-hypertensie, T 03 821 54 88 (Inge Bovée), dienst neurologie, T 03 821 34 23, dienst NKO, T 03 821 33 85.

020

S­ andra Collet en Martine Van Tilburg. ‘We proberen de tijd die de patiënt in de studie moet steken te beperken, onder meer door afspraken te combineren. Op sommige afdelingen kunnen patiënten ook ’s avonds op controle komen. Zoiets verschilt van studie tot studie’, klinkt het. Waarom patiënten meedoen aan een studie? ‘De meesten hopen een nieuw medicijn te krijgen dat efficiënter is’, zegt Verpooten. ‘We leggen echter altijd uit dat dat geen garantie is. In een gerandomiseerde gecontroleerde studie heeft de patiënt maar één kans op twee dat hij het nieuwe medicijn krijgt. En we weten ook niet of het nieuwe medicijn beter is. Daarvoor doen we net de studie.’


In het formulier voor geïnformeerde toe­ » stemming (‘informed consent’) staat uitgebreid wat de studie inhoudt, wat er allemaal bij komt kijken, hoe lang ze duurt enzovoort.

Als ik meedoe aan een studie, ben ik dan geen proefkonijn? Het is een vraag die patiënten zich vaak stellen. Het belang van de patiënt staat in een klinische studie altijd centraal. Het ethisch comité speelt daarbij de rol van waakhond.

Proef­ persoon of proef­ konijn? E

r zijn verschillende veiligheids­ mechanismen om de ­ belangen van een patiënt in een klinische s­ tudie te beschermen. Als onafhan­ kelijk controle­orgaan is er het ethisch comité van het ziekenhuis, dat aan elke studie zijn fiat moet geven. Het farma­ceutisch bedrijf waakt zelf over de veiligheid van de studie via een Data Safety and ­Monitoring Board, een groep van onafhankelijke experts. Het is verplicht ernstige bijwerkingen meteen aan het ethisch comité te melden. Daarnaast worden geneesmiddelen­ studies ook opgevolgd door het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten (FAGG). ‘Als ethisch comité waken we erover dat een studie correct verloopt’, zegt prof. dr. Patrick Cras, voorzitter van het ethisch comité van het UZA. ‘Cruciaal is dat de patiënt zijn informed consent geeft. In het formulier voor geïnformeerde toestemming staat uitgebreid wat de studie inhoudt, wat er allemaal bij komt kijken, hoe lang ze duurt enzovoort.’

Waar ben ik aan begonnen?  Toch is zo’n formulier geen garantie dat de patiënt weet waaraan hij begint. Cras: ‘Als ethisch comité letten we erop dat de tekst leesbaar is voor de gewone man. Maar dan nog: een informed ­consent kan tot dertig pagina’s lang zijn en de informatie soms erg complex. Het is dan ook belangrijk dat de arts die uitleg begrijpelijk maakt voor de patiënt.’ Een vereiste is ook dat de patiënt geen standaardbehandeling wordt onthouden. Bestaat er al doeltreffende medicatie voor de ziekte in kwestie, dan moet de nieuwe behandeling daar-

bovenop komen. Verder mag de patiënt op elk moment zonder enige verantwoording uit de studie stappen en is hij verzekerd voor eventuele schade, voor het geval er bijvoorbeeld een onverwachte nevenwerking optreedt. ‘Maar in de praktijk komt zoiets uiterst zelden voor’, zegt Cras. Ook de privacy van de patiënt is strikt gewaarborgd. Van alle ingediende studievoorstellen wordt 1 tot 2 % afgekeurd. Uitzonderlijk wordt een studie ook stopgezet, bijvoorbeeld als blijkt dat een medicijn onverwachte schadelijke nevenwerkingen heeft. maguza 021


dossier klinische studies

Wie deelneemt aan een studie, heeft heel wat praktische vragen. Moet ik nu veel vaker naar het ziekenhuis komen? Wat als ik andere medicatie moet nemen? En kan ik het nieuwe geneesmiddel na de studie blijven krijgen? Tien vragen en tien antwoorden.

klinische studies in tien vragen 1

wat bepaalt of ik in aanmerking kom voor een studie of niet? Of u aan een studie kunt deelnemen, hangt af van verschillende criteria die zijn vastgelegd in het studieprotocol. De onderzoeker zoekt uiteraard patiënten die in aanmerking komen voor de onderzochte behandeling. Een patiënt met een perfect gecontroleerde suikerspiegel is bijvoorbeeld geen goede kandidaat voor een studie naar een nieuw diabetesmedicijn. Ook patiënten die een verhoogd risico lopen door een andere ziekte, worden geweerd. Voorts mogen vrouwen die tijdens de studie zwanger zouden kunnen worden, niet deelnemen. Voor u tot een studie wordt toegelaten, gebeuren er tests om te zien of u in aanmerking komt. Klassiek zijn een bloedname, een urinetest en een hartonderzoek.

2

Zijn er leeftijdscriteria voor een studie? Kandidaten moeten in principe minimaal 18 jaar oud zijn, tenzij bij specifieke pediatrische studies. Een bovengrens is er meestal niet. Als de studie vrij belastend is, zijn artsen echter minder geneigd om oudere patiënten te laten deelnemen.

022

3

moet ik vaker naar het ziekenhuis komen nu ik deelneem aan een studie? Dat hangt van de studie af. Meestal proberen studieverpleegkundigen het zo te regelen dat u de extra controles kunt combineren met uw gebruikelijke afspraken, maar dat kan niet altijd. Ook het tijdstip van de controles verschilt van studie tot studie. Als u nuchter moet zijn voor een bloedname, vinden de bezoeken voor 10 uur plaats. Sommige diensten bieden de mogelijkheid om ’s avonds op controle te komen.

4

moet ik in mijn dagelijkse leven rekening houden met de studie? Afhankelijk van de studie moet u misschien een dagboek invullen waarin u bijvoorbeeld nevenwerkingen of uw gewicht noteert of systematisch neerschrijft wat u hebt gegeten. In sommige studies wordt daarvoor een kleine computer meegegeven. Soms wordt er gevraagd om een bepaald dieet te volgen of lichaamsbeweging te doen.

5

wat als er nevenwerkingen optreden? U moet elke nevenwerking melden, ook als het om iets schijnbaar banaals als

diarree of hoofdpijn gaat. In principe belt u daarvoor de studieverpleegkundige. Ook in het weekend kunt u met de verpleegafdeling bellen.

6

wat als ik tijdens de studie bijkomende medicatie moet nemen? Zelfs als u bij wijze van spreken een pijnstiller of een middeltje tegen diarree neemt, moet u dat altijd nadien melden aan de studieverpleegkundige. Bijkomende medicatie kan immers de werking van de studiebehandeling beïnvloeden. Ook als u onverwacht wordt opgenomen in het ziekenhuis, moet u dat doorgeven.

7

hoe wordt mijn privacy gegarandeerd? In elke studie is volledige vertrouwelijkheid gegarandeerd. Gegevens worden in codevorm verzameld, dus zonder dat de namen van de patiënten worden vermeld.

8

krijg ik een vergoeding voor mijn deelname? Patiënten worden niet betaald om deel te nemen aan een studie. Uitzondering zijn gezonde vrijwilligers die deelnemen aan een fase I-studie, waarbij een


geneesmiddel voor het eerst op een mens wordt getest. Zij moeten vaak voor langere tijd in een onderzoekseenheid verblijven. Patiënten die deelnemen aan een studie, krijgen doorgaans wel een vergoeding voor hun verplaatsingskosten. Uiteraard zijn ook alle kosten voor extra onderzoek, bloedafname en het nieuwe medicijn gratis.

meestal wel een inspanning om de patiënten toch nog aan het geneesmiddel te helpen. Als u hebt deelgenomen aan een fase III-studie en het medicijn goed is bevonden, komt het vaak al na relatief korte tijd op de markt.

9

wie is er allemaal betrokken bij een studie? Bij een studie komen veel verschillende partijen kijken. Om te beginnen uiteraard de patiënten, de artsen of onderzoekers, de studieverpleegkundigen en – als het om een farmaceutische studie gaat – het farmaceutische bedrijf. Andere betrokkenen zijn meestal het laboratorium, de apotheek, de dienst radiologie en het ethisch comité.

10

kan ik na de studie de nieuwe medicatie blijven nemen? In het informed consent-formulier (letterlijk vertaald ‘geïnformeerde toestemming’) staat vermeld of u de medicatie blijvend kunt nemen. Doorgaans wordt dat niet gegarandeerd. Als het nieuwe geneesmiddel heel goede resultaten oplevert, doen de betrokken partijen

clinical research center antwerp In 2010 werd onder impuls van de Vlaamse overheid het Clinical Research Center Antwerp (CRC­Antwerp) opgericht. Het gaat om een expertisecentrum dat mee de motor vormt achter het klinisch onderzoek in het UZA en de Uni­ versiteit Antwerpen. ‘Met de oprichting van dit centrum zetten we resoluut in op wetenschap en innovatie. Het zal zowel intern als extern een aanspreekpunt zijn voor artsen en andere geïnteresseerden die vragen hebben rond klinisch onderzoek’, zegt Elke Smits, wetenschappelijk projectcoördinator en lid van het CRC­Antwerp. Voorzitter van het CRC­Antwerp is prof. dr. Philippe Jorens, diensthoofd intensieve zorg in het UZA. In Gent, Leuven en Brussel werden gelijkaardige centra opgericht.

maguza 023


dossier klinische studies

Als parkinsonpatiënte neemt Josée Flamion (72) voor de tweede keer deel aan een studie waarin een nieuw geneesmiddel wordt getest. ‘Ik wil elke kans op beterschap aangrijpen. En word ik er niet mee geholpen, dan misschien wel andere mensen.’

Hopen

dat het helpt J

osée heeft sinds 2004 de ziekte van Parkinson. Hoewel ze nog heel actief is, maakt haar ziekte het haar niet gemakkelijk. ‘Soms kan ik opeens niet meer bewegen’, vertelt ze. ‘Dan sta je daar bij je fiets bij de bakker en vragen mensen of ze kunnen helpen. Nee, ik ben parkinsonpatiënte, zeg ik dan, het gaat wel over.’ ‘Op andere momenten maakt ze dan weer ongewilde bewegingen, vaak zonder het zelf te beseffen’, vult echtgenoot Jos (75) aan. Sinds eind 2011 zit Josée in een ge­nees­ middelenstudie, al voor de tweede keer. Voor ze toestemde, namen zij en haar man het volledige informed consentformulier van 17 pagina’s door. Jos: ‘Daar staan zo veel mogelijke neven­ werkingen in vermeld dat je je vragen 024

stelt. Josées neurologe dr. Pickut heeft ons ­echter gerustgesteld.’ Echt genezen kan niet, maar Josée hoopt via de studie betere medicatie te krijgen. Intussen loopt haar klassieke behandeling door. ‘De laatste weken gaat het beter, dus wie weet? Al kan ik net zo goed de placebo krijgen. Soms verstijven m’n bewegingen dan weer plots, en dan twijfel ik.’  Bellen met Hilde  Josée is voor de studie een aantal keer extra naar het UZA moeten komen. Voor elke controle moet ze telkens drie dagen lang een fiche invullen. Daarop noteert ze elk half uur wanneer ze last heeft van ongewilde bewegingen, wanneer de symptomen echt storend zijn, op welke

tijdstippen ze haar medicatie neemt … Tijdens de eigenlijke controles gebeuren een aantal onderzoeken, zoals een bloedname en een urineonderzoek. Intussen moet Josée nog maar tweemaandelijks gaan. ‘Buiten de studie moet ik niet meer op controle’, vertelt ze. ‘Ik word nu toch heel goed gevolgd, meer dan voordien. Dat vind ik een voordeel. En als ik ergens over twijfel, mag ik bellen met studieverpleegkundige Hilde.’ Jos en Josée hopen vurig dat Josée het nieuwe medicijn krijgt én dat het helpt. ‘Is dat echter niet zo, dan help ik het onderzoek vooruit en zo onrechtstreeks ook andere patiënten’, zegt Josée. ‘En intussen hopen wij maar’, glimlacht Jos. ‘Altijd maar hopen. Hoop doet leven.’


advertentie

a d n e ag infoavonden over kanker Het Multidisciplinair Borstcentrum en het Multidisciplinair Oncologisch Centrum Antwerpen (MOCA) organiseren een aantal infoavonden over kanker. Telkens op dinsdag om 19u: · 24 april: Borstreconstructie bij borstkanker · 16 oktober: Antihormonale therapie bij gynaecologische tumoren · 4 december: De werking van de Stichting tegen kanker Locatie: UZA, auditorium Kinsbergen (route 12), Wilrijkstraat 10, 2650 Edegem Inschrijven is gratis en kan per mail via martine. bastiaenssens@uza.be of telefonisch via 03 821 35 80. Iedereen van harte welkom. prenatale infoavonden Alles over het natuurlijk verloop van de arbeid, bevalling, pijnbeleving, kraamperiode, babyvoeding en het belang van bekkenbodemtherapie. Telkens op maandag om 19.30 uur: · 7 en 14 mei · 18 en 25 juni · 10 en 17 september · 12 en 19 november Locatie: UZA, auditorium Kinsbergen (route 12), Wilrijkstraat 10, 2650 Edegem Inschrijven is gratis en kan via de raadpleging gynaecologie op het nummer 03 821 33 50. Ook uw partner is welkom. week van het hartritme Wilt u weten of uw hartritme in orde is? Kom naar het UZA en laat u testen! Dit kan in de inkomhal op • maandag 21 mei, van 13 tot 16.30 uur • dinsdag 22 mei, van 13 tot 16.30 uur • woensdag 23 mei, van 8.30 tot 12.30 uur • donderdag 24 mei, van 13 tot 16.30 uur Deelname is gratis. Op voorhand inschrijven is niet nodig.

slaapproblemen bij jonge kinderen Kom meer te weten over slaap en slaapproblemen bij jonge kinderen. Stuur op voorhand uw vragen in. Telkens van 19 uur tot 21 uur: • Woensdag 2 mei 2012 – UZA, Glazen Zaal • Vrijdag 11 mei 2012 – UZA, Gemeenschapszaal • Donderdag 31 mei 2012 – UZA, Auditorium Kinsbergen Locatie: UZA, Wilrijkstraat 10, 2650 Edegem Deelnameprijs bedraagt 10 euro per persoon. Inschrijven kan via http://symposium.uza.be/slaap. oncorevalidatieprogramma: herstellen na kanker Breng lichaam en geest weer in balans. Fysieke revalidatiesessies: individuele en groepssessies, 2x/week gedurende 3 tot 4 maanden, van 15.00 uur tot 16:30 uur Psychosociale revalidatiesessies: aansluitend op de fysieke revalidatiesessies • 19 april: medische problemen na kankerbehandeling • 26 april: stress en spanningen • 10 mei: voeding en beweging • 24 mei: slaapproblemen • 31 mei: vermoeidheid na kanker • 5 juni: weer deelnemen aan gezin en maatschappij • 14 juni: geheugen en concentratiemoeilijkheden • 21 juni: veranderd zelfbeeld en lichaam na kanker • 28 juni: intimiteit na kanker Locatie: UZA, Wilrijkstraat 10, 2650 Edegem Deelnemen aan het oncorevalidatieprogramma kan via uw oncoloog. U kan ook enkel deelnemen aan de sessies die u interesseren. Meer informatie op de dienst fysische geneeskunde en revalidatie (route 150) via tel. 03 821 35 89 of 03 821 50 72. operatie achter de rug? Infosessie over revalideren na een rugoperatie. Elke eerste maandag van de maand telkens van 13 tot 14 uur Locatie: UZA, Wilrijkstraat 10, 2650 Edegem, dienst fysische geneeskunde en revalidatie (route 150) Deelname is gratis. Gelieve vooraf te reserveren via tel. 03 821 30 90.


uZa 2020 rubriek

op Het UZA installeerde vijftien jaar geleden al verlichting die automatisch uitgaat als er niemand in de kamer is, en de verwarming stopt als iemand het raam opent. Een blik op het duurzame ziekenhuis van vandaag en morgen.

a

ls het gaat over duurzaamheid is energie een erg belangrijke factor. hoe zit dat in het uZa? Dirk De Man: ‘We gebruiken veel vormen

van

energie:

elektriciteit,

gas, water, perslucht, stikstof … Bij ‘groene’ investeringen wegen we altijd

de kosten en baten af. Zonne­energie

bleek niks voor ons, omdat het maar 1% van onze elektriciteitsbehoefte zou dekken. Anderzijds installeren we nu wel een warmtekrachtkoppe­

ling (WKK), een gasturbine waarmee we elektriciteit opwekken. Tegelijk gebruiken we ook de warmte die bij

de elektriciteitsproductie ontstaat om

onze gebouwen te verwarmen. Die WKK zal zichzelf op twee jaar tijd al terugverdienen.’

het moeder- en kindcentrum dat momenteel wordt gebouwd, wordt het neusje van de zalm? Dirk De Man: ‘We streven naar een

energieneutraal gebouw. We gaan

maximaal isoleren en ook het dag­ licht zoveel mogelijk benutten via

grote ramen, gecombineerd met zon­ wering die automatisch meebeweegt met de zon. We kiezen ook voor een

BEO­veld (boorgat­energie­opslag): in de zomer slaan we warmte op in een

netwerk van buizen in de grond. Die warmte gebruiken we in de winter, 026


naar

het groene Ziekenhuis? terwijl we dan koude opslaan om

in de zomer te gebruiken voor koe­ ling. De toiletten worden gespoeld

met regenwater en restwater van het er

dialysecentrum.

Ook

komen

groendaken en klimaatplafonds,

technieken die we in de bestaande gebouwen ook al inzetten.’

beeld ook voor vensterglas met een hogere isolatiewaarde.’

het uZa produceert ook heel wat afval? Sylvie Vercammen: ‘Sinds vorig jaar

op welke manier belast een ziekenhuis het milieu het meest?

sorteren we zoveel mogelijk aan de

Dirk De Man: ‘De koeling is een echte

perscontainers, waardoor er minder

energievreter. Toch wel bijzonder is

dat we het ziekenhuis overdag koelen

bron, dus op de diensten zelf, in aparte containers. Het papier gaat in

ritten nodig zijn om het af te voeren. Ook onderzoeken we nu of we met

in de bestaande gebouwen worden er ook duurzame aanpassingen gedaan?

via ijs dat ‘s nachts wordt aangemaakt

Dirk De Man: ‘In nieuwbouw kun

werkwijze, maar het heeft nog een voordeel. Doordat we ‘s nachts het

kortom, de duurzame reflex zit ingebakken in het uZa?

ijs maken, kopen we de elektriciteit

tegen nachttarief, wat minder kost en

Sylvie Vercammen: ‘Het UZA deed

waardoor we bovendien dag en nacht

vijftien jaar geleden al dingen die veel bedrijven vandaag nog niet doen.’

je verder gaan, maar ook bij reno­ vatie doen we duurzame ingrepen.

We werken bijvoorbeeld al vijf jaar

met klimaatplafonds voor koeling en verwarming. Zo verspreid je

de energie gelijkmatiger en op een veel groter oppervlak dan bijvoor­ beeld bij een radiator, waardoor je aan lagere temperaturen kunt

in een grote installatie in de kelder.

Op zich is dat al een heel efficiënte

evenveel verbruiken. Daardoor kun­ nen we makkelijker groene stroom

kopen. Het UZA draait al drie jaar voor 100% op groene elektriciteit.’

het voedingsafval niet nog iets meer kunnen doen.’

Dirk De Man: ‘Het UZA is inderdaad

altijd vooruitstrevend geweest, door te kiezen voor efficiënte installaties met een minimaal verbruik. We werken

bijvoorbeeld ook al vijftien jaar met

temperaturen kunt koelen en dus

spaarlampen en daglichtregeling, zodat

minder energie verbruikt. Nog een

naast energie zijn er nog wel gebieden waar het uZa duurzame keuzes maakt?

ander voorbeeld is de ventilatie: bij de vervanging kiezen we voor

Sylvie Vercammen: ‘We proberen op

in vele kleine dingen: slijtvaste vloer­

ventilatiesystemen met recuperatie,

alle vlakken duurzame oplossingen te kiezen. Bij aankopen bekijken we

verwarmen en aan minder lage

wat inhoudt dat de warmte of de

koude van de afgevoerde lucht niet naar buiten wordt geblazen

maar wordt omgezet in energie die opnieuw wordt gebruikt. Zo bespa­ ren we tot 75% energie in vergelij­

king met de klassieke installaties. Bij renovatie kiezen we bijvoor­

bijvoorbeeld niet alleen de aankoop­ prijs, maar de totale kost voor de

hele levenscyclus van de aankoop.

In de schoonmaak gebruiken we producten die biologisch afbreek­

baar zijn en ook het wc­papier en de

papieren handdoekjes belasten het milieu zo weinig mogelijk.’

Dirk De Man, hoofd technische dienst

de verlichting minder sterk brandt als er veel licht van buiten komt. Het zit

Sylvie Vercammen, directeur facilitaire diensten

bekleding en verf bijvoorbeeld, of

een comfortabele fietsenstalling voor het personeel. Daar hebben we ooit een prijs mee gewonnen van de Fiet­

sersbond. Iets gelijkaardigs zijn de busperrons die we hebben aangelegd vlakbij de ingang. En momenteel

onderzoeken we of we voor onze logis­

tieke diensten op termijn misschien elektrische wagens kunnen aankopen.’

maguza 027


gezond

Come Mazelen en kinkhoest leken tien jaar geleden zowat van de Belgische bodem verdwenen, maar sinds enkele jaren flakkeren de kinderziekten weer op. ‘Het spijtige gevolg van gebrekkige vaccinatie’, beklemtoont prof. dr. José Ramet, diensthoofd pediatrie.

E

en kind dat mazelen of kinkhoest kreeg, was in de jaren tachtig nog de normaalste zaak van de wereld. Met de algemene introductie van vaccinaties tegen de ziekten veranderde dat geleidelijk. Dr. Tine Boiy, kinderarts in opleiding, zag tot voor kort nog nooit een patiënt met mazelen. ‘De symptomen van de meeste kinderziekten leer je herkennen tijdens je stages, maar die quasi uitgestorven kinderziekten kennen we alleen uit onze cursus’, vertelt ze. Sinds enkele jaren duiken mazelen en kinkhoest echter weer af en toe op in Europa. De oorzaak ligt bij een gebrekkige vaccinatie. ‘Bij kinkhoest moet de vaccinatie worden hernieuwd in het eerste leerjaar en in het derde jaar secundair’, zegt prof. dr. José Ramet. ‘Dat gebeurt echter niet altijd. Het ­vaccin tegen de mazelen is dan weer in een slecht daglicht gekomen nadat het eind jaren negentig in Engeland in verband was gebracht met het ontstaan van autisme. Een fabel, maar het kwaad was geschied. Nog altijd zijn er ouders

info 028

Dienst pediatrie, T 03 821 32 51

die hun kinderen niet meer tegen de mazelen willen laten vaccineren.’  Onbekend is ongevreesd  In België krijgt de grote meerderheid van de baby’s de nodige prikken via Kind en Gezin. Opvolgvaccinaties gebeuren op school, via het CLB. De dekkingsgraad in België is bijzonder hoog. ‘Als een voldoende grote groep zich laat vaccineren, wordt de ziekte op de duur zo zeldzaam dat ook de niet-gevaccineerden niet meer worden getroffen’, zegt Ramet. ‘De pokken hebben we zo volledig kunnen uitroeien. Het vaccin wordt zelfs niet meer gegeven. Ook polio komt wereldwijd nog amper voor, maar om elk risico weg te nemen blijven we nog een tijd vacci­ neren.’ Het succes van het vaccinatieprogramma in België heeft paradoxaal genoeg ook een keerzijde. Boiy: ‘Niemand die nog een kind kent dat ernstig ziek is geweest van de mazelen. Net daarom durven sommige ouders die inenting te schrappen en neemt het

aantal gevallen opnieuw toe.’ De groep vaccinatieweigeraars in Europa is de afgelopen jaren g­ estegen. ‘Zo zijn er in Zuid-Nederland vrij veel mensen tegen vaccinatie gekant om religieuze redenen’, haalt Boiy aan. ‘Dat voelen we tot in Antwerpen. Een paar jaar geleden flakkerde kinkhoest weer op in Zuid-Nederland. In de provincie Antwerpen kondigden de eerste gevallen zich toen sneller aan dan in de andere provincies.’  Geen banale ziekten  Mensen vergeten soms dat m ­ azelen en kinkhoest geen banale ziekten zijn. Bij de meeste patiënten verloopt alles zonder veel erg, maar een kleine minderheid ontwikkelt heel ernstige complicaties. Dat kan gaan tot acute ademhalingsproblemen of zelfs een klaplong bij kinkhoest, en een longontsteking, hersenvliesontsteking of hersenontsteking bij mazelen. Geen enkel vaccin beschermt 100 procent. Ook kinderen die wel zijn ingeënt tegen maze-


Gezinszorg uw zorg is onze zorg

back van

maZelen en kinkhoest? len of kinkhoest, lopen dus het risico om de ziekte toch te krijgen, al is die kans uiterst klein. ‘De kinderen met mazelen die we hier op consultatie zagen, waren allemaal niet gevaccineerd. Ze hadden contact gehad met kinderen uit buitenlandse regio’s waar mazelen nog vaker voorkomen’, legt Boiy uit. Kinderen of jongeren die niet het gewone vaccinatieschema kregen, kunnen nog altijd een inhaalschema krijgen. ‘De bescherming is dan minder en de kans op nevenwerkingen groter’, verduidelijkt Ramet. ‘Voor sommige ziekten is het vanaf een zekere leeftijd niet meer zinvol. Het loont echter altijd de moeite om de mogelijkheid te bespreken met de huisarts.’ Ziek door vaccin? Het idee dat je net door een vaccin ernstig ziek kunt worden, is een misvatting. ‘Alleen de vaccins tegen mazelen en het rotavirus zijn levende vaccins, gemaakt op basis van een sterk afgezwakte variant van het virus’, licht Ramet toe. ‘Na de inenting tegen mazelen treden er uiterst uitzonderlijk lichte symptomen op, maar die zijn veel milder dan de eigenlijke symptomen van de ziekte en van voorbijgaande aard.’ In het algemeen kunnen kinderen na een vaccinatie lichte koorts krijgen of wat hangerig zijn. Als meer en meer ouders hun kinderen niet meer vaccineren, dreigt de zorgvuldig opgebouwde winst van decennia teniet te gaan. ‘Kinderartsen moeten daarom blijven hameren op het individuele en collectieve belang van vaccinaties’, besluit Ramet.

kent u deZe nog? Volgende (kinder)ziektes zijn dankzij vac­ cinatie zo goed als verdwenen. Bof of dikoor: gaat gepaard met een ontsteking van de grote speekselklieren en kan bij jongens, door ontsteking van de teelballen, onvruchtbaarheid veroorza­ ken. Kan ook verlammingsverschijnselen en hersenontsteking veroorzaken. Difterie of kroep: kan leiden tot ernstige ademhalingsproblemen en zelfs aantas­ ting van het hartweefsel en het zenuw­ stelsel. Destijds een van de belangrijkste doodsoorzaken bij jonge kinderen. pokken: uiterst besmettelijke virusziekte waaraan 30% overleed. De laatste geval­ len dateren van de eerste helft van de jaren zeventig van de vorige eeuw. Tot nog toe de enige ziekte die door een doorgedreven vaccinatieprogramma vol­ ledig van de aardbol is geveegd. poliomyelitis of kinderverlamming: leidt in het slechtste geval tot ernstige adem­ halingsproblemen of, zoals de naam zegt, verlamming. Dankzij systematische (ver­ plichte) vaccinatie in België uitgestorven. Tetanus of klem: een gevreesd symp­ toom zijn (adem­ halings)spierspasmen, met soms fatale afloop. Komt in Afrika nog voor.

vzw

Leerwijk 1, 2030 Antwerpen info@villersvzw.be www.villersvzw.be Met al uw vragen omtrent thuiszorg of huishoudhulp kan U terecht op één centraal nummer: Tel. 03

543 92 10

GEZINSZORG De verzorgenden helpen u graag bij Ꮀ De persoonlijke verzorging Ꮀ Het huishoudelijk werk Ꮀ De zorg en de opvang voor baby’s en kinderen De verzorgenden ondersteunen u in moeilijke momenten met praktische hulp en een luisterend oor. Thuiszorg is ook mogelijk op weekend- en feestdagen en tijdens de nachten HUISHOUDHULP Indien u behoefte heeft aan poetshulp en/of hulp bij de was en de strijk, dan kan u beroep doen op de huishoudhulpen die werken in het kader van de dienstencheques. Meer informatie omtrent de werking met diensten-cheques vindt u op de website www.sodexo.be. ACUTE THUISZORG Een team verzorgenden staat klaar om dringende vragen naar thuiszorg op te nemen, bijvoorbeeld bij het thuiskomen na een hospitalisatie of bij het plots wegvallen door ziekte van een mantelzorger. Acute thuiszorg start onmiddellijk en neemt de eerst zorg op. Indien nodig regelt de acute thuiszorg ook de overgang naar de reguliere thuiszorg. Voor meer informatie kan u terecht op het nummer: TEL. 03 543 92 23 of GSM 0473 64 75 41 E-mail: acute-thuiszorg@villersvzw.be Ons werkgebied omvat de gekleurde gebieden. Wuustwezel

Zandvliet

Gooreind

Brecht

Berendrecht Stabroek

Kapellen

Lillo

Brasschaa t

Malle

Ekeren Haven

Schoten Merksem Antwerpen

Deurne Borgerhout

Berchem

Zoersel Schilde

Wijnegem Wommelgem

Borsbeek

Hoboken Wilrijk

Gezinszorg Villers werkt als autonome dienst gezinszorg en aanvullende thuiszorg in deze gemeenten.


geZond

ost

Nu de bevolking vergrijst, krijgt osteoporose – een leeftijdsgebonden probleem – meer en meer aandacht. Maar hoe komt het eigenlijk dat onze botten ontkalken, en belangrijker nog: wat kunnen we eraan doen? Prof. dr. Jan Van Offel geeft uitleg.

wat is osteoporose? ‘Osteoporose of botontkalking definiëren we vandaag als een statistisch verhoogd risico op een botbreuk zonder dat daar een zwaar trauma – zoals een verkeersongeval – aan voorafgaat. Die kijk op osteoporose is vrij nieuw, en ook behoorlijk revolutionair. Vroeger werd osteoporose louter gedefinieerd in termen van botdichtheid of botmassa, gemeten via een scan. Maar in de loop van de jaren werd duidelijk dat sommige mensen met een normale of zelfs hoge botmassa ook een verhoogd risico op breuken kunnen hebben en omgekeerd: een lage botmassa leidt niet automatisch tot breekbare botten. Dat komt omdat niet alleen de kwantiteit telt, maar ook de kwaliteit van het bot. Anders gezegd: niet alleen de hoeveelheid bot bepaalt de sterkte. Die botsterkte wordt beïnvloed door verschillende factoren: leeftijd, leefgewoontes, land van herkomst … In 2008 030

lanceerde de Wereldgezondheidsorganisatie daarom FRAX (Fracture Risk Assessment Tool), een model dat aan de hand van al die elementen het risico op beenbreuk berekent voor tien jaar.’ wie loopt een verhoogd risico? ‘Vooral oudere vrouwen in de menopauze hebben broze beenderen, omdat hun lichaam minder geslachtshormonen aanmaakt, en die beschermen tegen botafbraak. Maar ook jonge vrouwen en mannen kunnen een verhoogd risico lopen. Omdat ze erfelijk belast zijn bijvoorbeeld, een stofwisselingsziekte of diabetes hebben, veel roken of alcohol drinken … Daarnaast speelt vitamine D, een hormoon dat je lichaam aanmaakt onder invloed van zonlicht, een belangrijke rol. Heb je een tekort, dan zal je lichaam het calcium niet uit je voedsel kunnen opnemen maar in de plaats uit je botten halen.’

wat zijn de symptomen? ‘Osteoporose wordt ook wel eens een “stille dief” genoemd: vaak zijn er geen uiterlijke tekenen. Veel mensen beseffen pas als het te laat is – als ze al een breuk hebben opgelopen – dat ze aan osteoporose lijden. Je kunt wel je breukrisico inschatten met de hulp van de FRAX-calculator – die vind je op tal van websites. Om een echt goed beeld te krijgen is ook nog een botdensiteitsmeting nodig, maar het FRAXmodel geeft al een eerste indicatie.’ wanneer is een behandeling aanbevolen? ‘In België gaan we over tot een therapie vanaf een breukrisico van 15 à 20%. Een echt duidelijke grens is er niet. Bij patiënten die zich in de grijze zone bevinden, peilen we vooral naar de motivatie. Therapietrouw is niet evident bij dit soort behandelingen, want patiënten merken zelf niet of ze vooruitgang boeken.’


eoporose

in vraag en antwoord valt osteoporose te genezen? ‘Omdat we botontkalking definiëren als een verhoogd risico, spreken we ook niet echt van “genezen”. We kunnen echter wel het breukrisico verlagen. Belangrijk is dat de patiënt voldoende calcium opneemt en een goede vitamine D-reserve heeft. De arts kan via een medisch onderzoek beoordelen of een geneesmiddel nodig is. Er zijn meerdere goede medicijnen die het breukrisico ongeveer halveren. Sommige werken door de botafbraak af te remmen, zoals bisfosfonaten, raloxifene en RANKL-inhibitoren. Er bestaan ook geneesmiddelen die het bot opnieuw opbouwen zoals teriparatide of die, zoals strontiumranelaat, tegelijk de afbraak remmen en de opbouw bevorderen. Die geneesmiddelen worden onder bepaalde voorwaarden terugbetaald. Uiteraard zijn ze maar effectief als ze correct en trouw

info

worden gebruikt. Daarnaast hechten we een groot belang aan valpreventie. We wijzen op de gevaren van slechte verlichting, losliggende kabels, gladde vloeren … Een belangrijke rol is daarbij weggelegd voor de huisarts, die vaak bij de patiënten aan huis komt.’

ducten goed te kunnen opnemen, moet je lichaam wel voldoende vitamine D aanmaken. Als je beweegt, doe je dat dus het best in open lucht.’

hoe osteoporose voorkomen?

wat kun je zelf doen? ‘Lichaamsbeweging is cruciaal om de botvormende cellen te stimuleren. Als je niet beweegt, krijg je onvermijdelijk last van spier- en botverlies. Denk maar aan de astronauten of bedlegerige patiënten; na verloop van tijd hebben ze moeite om te stappen. Belangrijk is dat je wervelkolom – lichtjes – belast wordt. Wandelen is met andere woorden een ideale sport; zwemmen en fietsen hebben weinig tot geen effect. Het is ook aangeraden minstens vier zuivelproducten per dag te consumeren. Om het calcium uit die zuivelpro-

1. Maak regelmatig een wandeling. 2. Consumeer elke dag vier zuivelproducten. Neem eventueel wat extra calcium in. 3. Stel uw lichaam voldoende bloot aan dag­ licht. Neem bij een tekort extra vitamine D in. 4. Rook niet. 5. Wees zuinig met alcohol en cafeïne.

FRAX-calculator zie www.shef.ac.uk/FRAX > calculation tool

by Steve Herzeel

BRAMO KEUKENS LINDENSTRAAT 308 • 2070 ZWIJNDRECHT TEL 03 252 82 32 • FAX: 03 252 98 30 OPENINGSUREN MAANDAG - VRIJDAG 13.30 - 18.00 U ZATERDAG 10.00 - 17.00 U ZONDAG EN FEESTDAGEN GESLOTEN AFSPRAAK MOGELIJK WWW.BRAMO.BE • INFO@BRAMO.BE


zorg

De laatste tijd is er heel wat te doen rond de ziekenhuissupplementen. Waarvoor dienen die extra kosten nu, en wie moet ze wanneer betalen? We vroegen het aan Leo Avonds van de patiëntenadministratie.

Wanneer moet u extra betalen? Kamersupplement • Eenpersoonskamers: ja • Meerpersoonskamers: nee Ereloonsupplement • Eenpersoonskamers: ja • Meerpersoonskamers: alleen bij niet-geconven­ tioneerde artsen (in het UZA werken alleen geconventioneerde artsen)

032


Supplementen

Dokter, waarom betalen wij? I

n 2011 liet de Christelijke Mutualiteit een analyse maken van de ziekenhuisfacturen in België. Daaruit bleek dat er grote verschillen bestaan op vlak van extra kosten die de ziekenhuizen aanrekenen. Sommige Brusselse privéklinieken bijvoorbeeld factureren bovenop het remgeld nog eens tot vier keer het ereloon van de artsen, een ereloonsupplement van 400% dus. Het UZA scoort met een maximaal ereloonsupplement van 200% heel wat beter, en veroverde met een gemiddelde van 26% zelfs een mooie tweede plaats in de top tien van de ziekenhuizen met de laagste ereloonsupplementen bij een verblijf in een eenpersoonskamer. ‘Wij proberen heel correct te zijn in onze prijzen’, zegt Leo Avonds van de patiëntenadministratie.

Wanneer rekenen zieken-   huizen supplementen aan?  Leo Avonds: ‘Als je in het ziekenhuis verblijft en je wilt een kamer voor jou alleen, dan vraagt het ziekenhuis daar meer geld voor dan als je een kamer deelt met andere patiënten. Die meerkost heet een kamersupplement. Vroeger kon dat ook voor tweepersoonskamers, maar dat is sinds januari 2010 verboden. Daarnaast kunnen de artsen ook nog een supplement vragen op hun honorarium. Geconventioneerde artsen – dat zijn artsen die de akkoorden tussen hulpverleners en ziekenfondsen aanvaarden – mogen die extra kosten alleen aanrekenen aan patiënten die in een eenpersoonskamer verblijven. Nietgeconventioneerde artsen mogen ook supplementen factureren aan patiënten in meerpersoonskamers – behalve in sommige gevallen. Als het gaat om chronisch zieken of personen met een laag inkomen bijvoorbeeld.’

Moet je ook extra kosten   betalen als je niet zelf voor   een eenpersoonskamer   hebt gekozen?  ‘Nee. Supplementen worden alleen aangerekend als je zelf om een aparte kamer hebt gevraagd, omdat je privacy wilt bijvoorbeeld. Als je om medische redenen geen kamer mag delen, vanwege besmettingsgevaar onder andere, of als er geen meerpersoonskamers vrij zijn, hoef je de extra kosten niet te betalen. Vandaar dat je voor je opname een officieel document moet tekenen waarin je aangeeft welk kamertype je kiest. Daarin staat ook duidelijk aangegeven hoeveel meer je moet betalen voor een eenpersoonskamer.’   Hoeveel bedragen   de supplementen in het UZA?  De extra kosten voor een eenpersoonskamer komen bij ons neer op 62 euro per dag. De supplementen op de honoraria variëren, maar kunnen maximaal oplopen tot 200%. Omdat in een universitair ziekenhuis enkel geconventioneerde artsen werken, betaal je in het UZA alleen extra kosten als je expliciet om een eenpersoonskamer hebt gevraagd.’  Vanwaar de nood om extra   kosten aan te rekenen?  ‘Dat je voor eenpersoonskamers meer moet betalen, is logisch natuurlijk, want die kosten ook meer – bouwtechnisch alleen al. Met de supplementen op de erelonen worden verschillende dingen gerealiseerd. Zo houdt het ziekenhuis een deel van het bedrag af om nieuwe medische technologieën te financieren die nog niet door de overheid worden terugbetaald, zoals het implanteren van nieuwe hartkleppen via de lies. Een ander deel dient om de begroting van het ziekenhuis in evenwicht te houden. De artsen

kunnen tot slot nog een deel opnemen voor activiteiten of investeringen verbonden aan hun opdracht. Ze kunnen er vakliteratuur mee betalen bijvoorbeeld en bepaalde apparaten die ze niet via de normale begroting kunnen aankopen, of bijscholingen in het buitenland.’  Betaalt het ziekenfonds   de supplementen terug?  ‘Nee, alleen wie een hospitalisatieverzekering heeft, krijgt alles of een deel van de meerkosten terugbetaald. Hoeveel precies, varieert van verzekeraar tot verzekeraar. Je moet dus altijd goed je polisvoorwaarden nalezen. Sommige komen onbeperkt tussen, anderen niet. De hospitalisatieverzekeringen van de ziekenfondsen betalen meestal een even grote som uit als de tussenkomst die je krijgt van het ziekenfonds. Stel dat je een ingreep ondergaat die 100 euro kost en waarbij het ereloonsupplement oploopt tot 200%. De totale kost voor de behandeling bedraagt dan 300 euro. Als het ziekenfonds voor 75 euro tussenkomt voor de ingreep, dan krijg je van de 200 euro supplementen van je hospitalisatieverzekering ook nog eens 75 euro terug. In totaal kost de behandeling van 300 euro je dan 150 euro. De h ­ ospitalisatieverzekeringen van privéverzekeraars betalen meestal meer terug, maar de aansluitingspremies liggen dan ook wel hoger.’  Wat is het grootste voordeel   van dit systeem?  ‘Wie het krap heeft, kan de kosten bewust laag houden. Als je je laat behandelen door een geconventioneerde arts en kiest voor een meerpersoonskamer, dan krijg je zo goed als alles terugbetaald door het ziekenfonds. Op die manier blijft geneeskunde voor iedereen toegankelijk.’ maguza 033


Zorg

5wach

nog

Wachten tot u wordt geholpen op de spoedafdeling of de tijd zien

voorbijtikken terwijl het tijdstip van uw afspraak al even voorbij is … prettig is het niet. Waarom is wachten in het ziekenhuis soms onvermijdelijk? Een arts en een afdelingshoofd leggen uit.

h

et UZA organiseert sinds 2009 tevredenheidsenquêtes voor de patiënten op de raadpleging. ‘De eerste resultaten voor de dienst neus-, keelen oorziekten (NKO) waren in het algemeen heel goed, maar wachten bleek toch een moeilijk punt’, zegt dr. Marc De Bodt, afdelingshoofd van het Revalidatiecentrum voor Communicatiestoornissen. ’29% van de patiënten gaf aan dat ze een half uur of langer op hun afspraak hadden moeten wachten. Sommigen ergerden zich omdat daar geen uitleg voor werd gegeven.’ Dat er op NKO al eens moet worden gewacht, heeft onder meer te maken met de aard van de aandoeningen. De Bodt: ‘Afhankelijk van de klacht voeren we vaak onderzoeken uit, bijvoorbeeld een gehoortest. Omdat je vooraf niet altijd weet welke patiënt welke test nodig heeft, kan dat tot vertraging leiden. Andere klassieke oorzaken zijn oponthoud door de files, een spoedgeval dat er tussenkomt of onderbezetting door ziekteverlof of afwezigheid.’ Ook op de spoed brengen patiënten al eens meer tijd door dan hun lief is. 034

‘Meestal wordt de patiënt vrijwel meteen ingeschreven en opgevangen door een verpleegkundige, die nagaat hoe dringend het probleem is’, zegt diensthoofd prof. dr. Koen Monsieurs. ‘De meesten kunnen vervolgens door onze eigen urgentieartsen worden geholpen en kunnen vrij snel weer naar huis. Het loopt echter niet altijd zo vlot. Als er net een aantal dringende gevallen samenkomen, moeten de minder urgente problemen wachten.’ wat heeft hij dat ik niet heb? Ook als er een specialist van een andere dienst moet worden bijgeroepen, kan de wachttijd oplopen. Zo ook als er bijkomende onderzoeken nodig zijn. Op de uitslag van een bloedonderzoek is het al gauw een uur of langer wachten. En als er een scan nodig is, is het toestel in kwestie niet altijd onmiddellijk beschikbaar. Om al die redenen kunnen wachttijden op de spoed ook sterk verschillen van patiënt tot patiënt, wat soms tot onbegrip leidt. De wachttijden inkorten is niet vanzelfsprekend, maar daarom niet onmogelijk. De Bodt: ‘Na die ene meting hebben wij al onze medewerkers gesensibiliseerd. We dringen erop aan de raadplegingen altijd stipt te laten beginnen, eventuele lege momenten op te vullen als de volgende patiënt er al is en zoveel mogelijk de vooropgestelde tijd per patiënt te respecteren.’ Die sensibilisering wierp zijn vruchten af: het aantal patiënten dat binnen het kwartier aan de beurt komt, steeg op een jaar


onvergetelijk

UZA-medewerkers over een patiënt of moment om nooit te vergeten.

tenden voor u … tijd met 8%. ‘We zoeken nu ook naar een informaticasysteem dat kan helpen voorspellen hoeveel tijd een bepaald type patiënt nodig heeft. Daarmee zouden we de patiëntenstroom gerichter kunnen sturen’, aldus De Bodt. uitslagen volgen op de ipad? Communicatie speelt een sleutelrol. ‘Op de spoed proberen we patiënten altijd te laten weten hoe lang het nog zal duren en waarom. Dat maakt het wachten meteen een stuk draaglijker’, zegt Monsieurs. De Bodt hoopt op termijn een elektronisch signalisatiesysteem te installeren, waarop bijvoorbeeld zou kunnen verschijnen dat de raadpleging vertraging heeft en waarom. En wat als je de gewachte tijd leuk of zelfs zinvol kan doorbrengen? In sommige ziekenhuizen staan in de wachtkamers elektronische zuilen met filmpjes en spelletjes voor de kleinsten. De Bodt voelt wel iets voor zo’n systeem. Hier en daar zie je ook digitale schermen opduiken waarop de patiënt zichzelf kan inschrijven en zijn probleem kan omschrijven. Nieuwe media zullen op termijn hoe dan ook een grotere rol gaan spelen, verwacht Monsieurs. ‘Er komt allicht een tijd dat de patiënt op zijn iPad zal kunnen volgen welke onderzoeken wanneer gepland zijn of welke uitslagen al binnen zijn. Zoiets zou de wachttijd subjectief verkorten. Wanneer die mogelijkheden er komen, is moeilijk te zeggen, maar dat ze er komen, daar twijfel ik niet aan.’

Dr. Rose-Marie Van Hoof, seksuologe op de

dienst gynaecologie, krijgt dagelijks mensen

met vruchtbaarheidsproblemen over de vloer. Een jong koppel bezorgde haar onlangs een onvergetelijke namiddag.

een onverwachte

wending

‘Een koppel van iets in de dertig komt op con­

sultatie. Al jaren proberen ze tevergeefs hun kinderwens te vervullen, ondanks verschillende vruchtbaarheidsbehandelingen. In hun vrienden­

kring, bij familie en zelfs op straat zien ze alleen maar baby’s en zwangere vrouwen, en bij hen wil het maar niet lukken. Dat maakt vooral de vrouw heel ongelukkig, en ze zit er psychisch helemaal

door. Daarom zijn ze intussen tijdelijk gestopt met de vruchtbaarheidsbehandelingen. Het is alle­ maal eventjes genoeg geweest. Hun gynaecoloog

verwijst hen naar mij door om de mogelijkheden

nog eens te bespreken, en zo belanden ze op die koude decemberdag in mijn piepkleine kantoortje.

Naast een kastje, een bureau en drie stoelen is er

amper ruimte, dus het wordt er al snel warm. Ze doen hun jas uit en beginnen hun verhaal. Over

hoe verdrietig ze zijn en hoe zwaar het hen valt. Terwijl de minuten wegtikken, speelt de vrouw ook haar sjaal en haar trui uit, en wordt ze als­ maar bleker. Ik merk dat het niet goed gaat en

roep een verpleegster om een bed klaar te maken

in de dagkliniek, zodat ze even kan liggen. Ineens

stormt de vrouw mijn kantoortje uit, en ze raakt

om het hoekje nog net tot aan het toilet. De hele gang hoort haar braken. Als ze uiteindelijk op het

bed ligt, vraag ik haar of ze misschien toch niet

zwanger is?! De artsen van de dagkliniek doen gauw een test … en die blijkt positief! Die mensen

waren zo gelukkig! Achteraf kreeg ik een mailtje om me te bedanken dat ze zwanger was. Alsof ik

daar hoegenaamd ook maar iets mee te maken had! Maar het was ook voor mij een hoogst memo­

rabele namiddag, en dat het koppel zo gelukkig was, deed mij echt deugd.’

maguza 035


zorg

Tientallen kandidaatbloeddonoren waren er begin dit jaar nodig om leukemiepatiënt Davy De Groot (28) aan een levensnoodzakelijke behandeling te helpen. Een van hen was Rosette Moscato (51). ‘Toen ik de oproep kreeg, ben ik meteen in actie geschoten.’

Een warm hart kan

levens redden S

ommige patiënten met leukemie of een andere bloedziekte maken zo weinig witte bloedcellen aan dat een banale infectie hen fataal kan zijn. Meestal is dat op te vangen met medicatie, maar uitzonderlijk kan een patiënt alleen overleven als hij dagelijks witte bloedcellen krijgt. ‘Het probleem is dat witte bloedcellen niet in voorraad zijn’, zegt UZAhematologe dr. Ann Van de Velde, medisch directeur van de collectieeenheid. ‘Na afname moet je ze binnen de dag toedienen. Dat betekent dat er elke dag een donor moet klaarstaan. Doordat elke vrijwilliger maximaal twee keer mag doneren en de selectievoorwaarden nog veel strenger zijn dan bij een gewone bloedgift, moet je al gauw tientallen kandidaten

info 036

Dienst hematologie, T 03 821 32 50

screenen om er genoeg over te houden.’ De behandeling duurt doorgaans twee à zes weken. Meestal herstelt de aanmaak van witte bloedcellen zich daarna spontaan of ondergaat de patiënt een beenmergtransplantatie.  Oproep via Facebook  Ook Davy’s toestand was begin dit jaar zo kritiek dat een behandeling met witte bloedcellen onvermijdelijk leek. Vriendin Nathalie sprak dan ook zo veel mogelijk vrienden en familie aan. Toen Rosette Moscato het verhaal hoorde, liet ze haar hart spreken. ‘Ik kende Davy niet, maar hoorde van de oproep via een nicht die bevriend is met het koppel. Ik bood mij zo snel mogelijk als donor aan op de dienst hematologie. Helaas kwam ik niet in aanmerking.

Ik maakte echter van de gelegenheid gebruik om de nodige informatie te verzamelen en plaatste vervolgens een oproep op mijn website.’ Haar nichtje porde haar vrienden via Facebook aan om naar de website te surfen, wat op de piekdag tot 123 bezoeken leidde. Uiteindelijk boden zich voldoende kandidaat-donoren aan voor Davy. Op het laatste nippertje werd de behandeling echter afgeblazen doordat de productie van zijn witte bloedcellen zich spontaan had herpakt. ‘Telkens als we zo’n behandeling moeten inlassen, houden we ons hart vast’, bekent Van de Velde. ‘Zullen we wel genoeg donoren vinden? Altijd opnieuw blijken er echter in de naaste omgeving van de patiënt genoeg enthousiaste mensen te zijn die willen helpen.’


column

tot uw dienst Nuttige Telefoonnummers » algemeen nummer UZA: T 03 821 30 00 » onthaal en opname: T 03 821 31 01 » patiëntenbegeleiding: T 03 821 37 00 (maatschappelijk werk, ­ vrijwilligers, intercultureel bemiddelaar, transfer­coördinator, ­levenbeschouwelijke begeleiding, tolken en tolken Vlaamse gebarentaal) » ombudsdienst: T 03 821 31 60 » inlichtingen facturen: T 03 821 31 28 » mobiele medische urgentiegroep: T 03 821 38 06 » school in het UZA: T 03 821 58 86 Kinderopvang De Speelvogel In de kinderopvang zijn kinderen van patiënten en bezoekers van harte welkom. U vindt De Speelvogel in de rechtervleugel op het gelijkvloers. Pijlen vanop de parking wijzen de weg. Meer info: T 03 821 38 87 Gastenkamers Ter Weyde Wilt u in de buurt van het ziekenhuis overnachten, dan kunt u terecht in onthaaltehuis Ter Weyde. Vrijwilligers bieden er een eenvoudig maar warm onthaal aan een billijke prijs. Ter Weyde bevindt zich op 200 meter van het UZA (Edegemsesteenweg 240, 2610 Wilrijk). Voor meer info: T 03 440 48 18. Let op: Ter Weyde zal gesloten zijn tussen 01/09/2010 en 06/12/2010 wegens verbouwingen. Winkelgalerij In de inkomhal vindt u: » de cafetaria, in de week open van 8.30 tot 20 uur en in het weekend van 12 tot 20 uur » een broodjeszaak, in de week open van 9.30 tot 14.30 uur » enkele shops (bloemen, ­geschenken, voeding, lectuur enz.) in de week open van 8 tot 20 uur, zaterdag van 10 tot 19 uur, zondag van 13.30 tot 19 uur » een bankautomaat Restaurant Het restaurant vindt u op -1 op het einde van de bezoekersgang. Het is elke dag open van 12 tot 14 uur.

colofon Maguza – driemaandelijks tijdschrift van het Universitair Ziekenhuis Antwerpen – jaargang 24, april 2012 – Redactieadres: UZA, ­afdeling Communicatie, Wilrijkstraat 10, 2650 Edegem, ­communicatie@uza.be – Verantwoordelijke uitgever: Johnny Van der Straeten – Hoofd­ redacteur: Ann Segers – Redactiesecretariaat: Kris Thieren – Redactie­ raad: Patrick Cras, Annick Deckers, Anneleen De Vos, Jonas De Wolf, Marc Peeters, Geert Roeyen, Ann Segers, Elke Smits, Kris ­Thieren, Paul Van Aken, Miranda Van De Wiele – Redactie & realisatie: ­Jansen & Janssen Uitgeverij, www.jaja.be – Fotografie: Jan Locus, Eric De Mildt, Shutterstock – Illustratie p. 16: Debora Lauwers, p. 24: ­Jurgen Walschot – Kruiswoordraadsel: Freddy Roegiest – Reclameregie: Little Joe, www.littlejoe.be – De inhoud van de advertenties valt niet onder de redactionele verantwoordelijkheid van het UZA  www.maguza.be

© vrt Bart Musschoot

info

Luider dan een straal­jager

V

riendschap ontstaat bij momenten op de meest

bizarre plekken. Bijvoorbeeld in de wachtka­

mer van de dienst oncologie in het UZA. Maria, een

vrouw van net geen dertig, zit er met haar moeder te wachten. Nerveus, gespannen, ze krijgt zo met­ een de zoveelste ‘cruciale’ resultaten. Ze fluistert want haar stembanden zijn een deel van het pro­ bleem. Ze haalt weinig volume, maar wat ze zegt,

klinkt luider dan een straaljager. We praten, niet over het weer, voor small talk zijn we allebei niet.

We praten over wat er komen gaat, over wat er al

geweest is. Ze zegt niet veel, maar als ze spreekt, is het raak, dan treft het je recht in je hart.

Ze is ziek, zwaar ziek. Ze heeft haar jeugddromen

moeten opbergen, ze heeft alle werkambities moe­ ten opgeven. Daar kan ze mee leven, zegt ze, maar

ze heeft de verscheurende keuze moeten maken

tussen zichzelf en haar ongeboren kind. Het was

Kobe Ilsen is programma­ maker en tv-presentator. Voor éénprogramma Volt zocht hij naar de waarheid achter reclame­ spots, maar hij maakte ook de ontroerende programma’s Doodgraag leven en HIV+. In zijn column vertelt hij over ziekte, gezondheid, lief en leed.

zij of … − we zullen nooit weten welke naam ik hier moet schrijven. Het nieuwe leven in haar buik

zou haar einde zijn geweest. Hoe ironisch kan het leven zijn, hoe wreed kan de realiteit worden en

hoe maak je zo’n keuze? Ze koos voor zichzelf, voor haar leven, maar je voelt dat haar beslissing haar nog elke dag verscheurt. Ze zal nooit kinderen

hebben, de behandeling is te ingrijpend, en eigen­ lijk louter om er zo lang mogelijk te zijn, voor haar man, voor haar ouders.

Champagne  Ze krijgt goed nieuws die dag; de maand erop min­ der goed; de maand erna ronduit slecht. Zo gaat

het voor haar, het zal nooit meer zijn hoe het was.

Goed nieuws wordt gevierd met champagne, slecht nieuws ook. Genieten zo lang het kan. Wat heb ik

respect voor haar, voor haar wilskracht, voor haar

weerbaarheid. Haar lichaam wordt zwakker en

zwakker, haar geest sterker, ze lijkt alles aan te kun­ nen. Ze wordt van binnenuit aangevallen door een onverslaanbare vijand. Aan haar vechtlust zal het niet liggen, maar …

Maria sterft op 27 december 2010. Elke keer als ik de dienst oncologie passeer in het UZA denk ik aan haar. Hoor ik haar zwakke stem,

voel ik het respect dat ik voor haar strijd had. Dank

voor wat je me geleerd hebt, dank voor je tijd, dank dat je me wist te inspireren, lieve Maria. Vriend­ schap ontstaat bij momenten op de meest bizarre plekken of momenten …

Kobe maguza 037


puZZel

puZZel & win! 1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

11

12

13

14

15

16

1 2

4

3 4 5

8

6

7

7

10. mineraal dat stevigheid geeft aan botten en tanden – dans – Bulgaarse munt 11. opgeld – schutsluis – afspraakje – Manchester United 12. ivoor – Turks vleesgerecht – vermaak 13. sprakeloos – bijbelse hogepriester – voorteken – jaartelling 14. daar – grootouder – boksterm – lichaamsplooi 15. chanson – kersensoort – brillenkoker 16. bloedarmoede – vaststelling van de aard van een ziekte

8 9 10

5

11

1

2

12 13

verticaal 1. weldadige lichaamsbehandeling – operatiemes 2. spoorstaaf – kaft – operalied 3. ingenieur – gelofte – mohammedaanse titel – plus 4. bestemming – bismut – rolkraag – lofdicht 5. veerkracht – verheugd – onmeetbaar getal – doping 6. hulpmiddel tegen vermoeide benen en spataderen – gloeiend 7. Amerikaanse staat – plaaggeest – halfaap – middeleeuwen 8. uitgestorven reuzenvogel – cent – meisjesnaam – selenium – torenkraai 9. mohammedaanse god – vlug – rand 10. tantalium – deugniet – eerste man – kippenlegsel 11. zwaardwalvis – infiltrant – vlakke plek op het voorhoofdsbeen, net boven de neus 12. nevel op ’t eind van de dag – nikkel 13. afval van riet – kloostergewaad – a tempo – loofboom – telwoord 14. lettertype – reeds – Italiaanse saus met o.a. basilicum, knoflook, olijfolie en geraspte kaas 15. familielid – registrator – United States 16. been in de benedenarm – eisprong

14 15

3

16

6 1

2

3

4

5

6

7

8

horizontaal 1. scantechniek d.m.v. magneetgolven – specialisme in gewrichtsaandoeningen 2. planeet – munt van Slovenië – mastbalk 3. muzieknoot – kerkgalerij – hijswerktuig 4. wintervoertuig – te huur – argon – afgemat 5. Duitse rivier – attribuut bij kankertherapieën 6. Almachtige vader – trek – knaagdier 7. Eminentie – haast – betaalmiddel – schaal 8. sneeuwlat – rijgparel – gezinslid 9. groente – Italiaanse rivier – thans – zigeuner

doe mee en win! Heb je het letterwoord ontdekt? Mail het dan voor 10 mei 2012 naar maguza@uza.be of stuur een briefkaart naar Maguza, UZA – afdeling Communicatie, Wilrijkstraat 10, 2650 Edegem en maak kans op één van de vijf cadeaubonnen van Oxfam Wereldwinkels t.w.v. 15 euro. 038

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

1

2

a n e s t h e s i e

u i v e r

11 12 13 14 15 16

u l c u s

3

4

t i e r a t o e e p e r c s owa n e o d o m e r i k e l o o t r o 2

1

5

6

7

8

s m e a r a n n t o t e l i l e e Z k o l r a e g l m p i r i e e n Z s t e t l 7

6

10

9

e s e p g

10

i n t e n s i e

11

s t r i g e t l e r s i p 5

11

12

13

14

15

n j e c t a mo d a p e l d e l b d t c a i e d a n s t i v r ij o d s o e i n k r a i n e b e o v e t d n t a u e l b e o s u c t 9

3

4

16

i e e m m e e s i a s k e c l o a r t p i i s t o n i e 8

oplossing maguZa 87 WINTERTENEN – Susan Nelen (EDEGEM), Leen Ooms (BORGERHOUT), Frank Helsloot (VOSSELAAR), Diane Vrijsen (HOBOKEN) en L. Van Kerckhoven (EDEGEM) krijgen hun cadeaubon binnenkort in de bus.


witjas

Als biomedicus op de afdeling tandheelkunde zoekt Marijke Dieltjens mee naar manieren om de behandeling van slaapapneu te verbeteren door tandheelkundige ondersteuning. Een boeiende job.

wetenschap tussen

de patiënten

Marijke Dieltjens

Z

e lijkt piepjong en dat is ze

oor en de afdeling tandheelkunde.

tatenverwerking, artikels schrijven

pas studeerde ze af als master in

heelkundig ondersteunde behande­

doornemen.

de

ook. Anderhalf jaar geleden

biomedische

wetenschappen.

‘Ik heb destijds ook geneeskunde

overwogen, maar voelde uiteinde­ lijk meer voor de wetenschappelijke

invalshoek van biomedische weten­ schappen. Die studie is zowat het

raakgebied tussen geneeskunde, far­ macie en biologie’, legt Marijke uit. Veel

biomedici

gaan

werken

in

een laboratorium of als medisch

vertegenwoordiger, maar Marijke zag meer in een carrière in een zieken­

huis. Ze volgde daarom de richting

‘Ik doe onderzoek naar de tand­

ling van slaapapneu’, zegt Marijke.

‘Dat is een vorm van snurken die gepaard gaat met ademhalingspauzes

en op termijn erg schadelijk kan zijn voor de gezondheid. Als behande­

ling dragen sommige patiënten een mondprothese die voorkomt dat de

keel toeklapt. Met ons onderzoek

proberen we die therapie verder te verbeteren, onder meer door de posi­

tie van de prothese aan te passen en de therapietrouw te verbeteren.’

klinisch onderzoek. Na haar studies

‘ik kan me helemaal ingraven’

multidisciplinaire dienst neus­keel­

gevuld met datamanagement, resul­

begon ze aan een doctoraat op de

Een groot deel van Marijkes tijd is

en

wetenschappelijke

Daarnaast

literatuur

heeft

ze

regelmatig contact met patiënten.

Ze geeft bijvoorbeeld uitleg over

de behandeling, peilt naar thera­

pietrouw of stelt oplossingen voor als ze problemen hebben met hun

behandeling. ‘Een leuk aspect van de job’, vindt Marijke.

Regelmatig brainstormt ze ook met het team van tandartsen en neus­ keel­oorartsen dat met dezelfde pro­

blematiek bezig is. ‘Ik vind het fijn dat ik me helemaal kan ingraven

in een specifieke materie. En dat ik daarin ook echt een bijdrage kan

leveren’, besluit ze.

succes proberen voorspellen Sinds kort loopt er een IWT­project (Innovatie door Wetenschap en Techniek-project) rond de behandeling van slaapapneu, waaraan Marijke ook meewerkt. Daarin wordt gezocht naar factoren die kunnen voorspellen of een behande­ ling met een mondprothese zal aanslaan of niet. ‘Het zou een hele vooruitgang zijn als we dat vooraf weten. Niet alleen is zo’n mondprothese niet goedkoop, het is ook veel beter voor de

patiënt als hij of zij meteen de meest geschikte therapie kan krijgen’, zegt Marijke Dieltjens. Niet alle patiënten beseffen zelf de ernst van hun aandoening. Sommigen leggen bijvoor­ beeld niet de link tussen hun vermoeidheid of slaperigheid en de slaapapneu. ‘De patiënten uitleg geven en motiveren om hun behandeling te volgen, is dan ook een deel van mijn werk’, aldus Marijke.

info Dienst neus-, keel- en oorziekten, T 03 821 33 85 maguza 039


geholpen? rubriek

Ons meisje is genezen Muda Mussa (9) en haar familie kregen de schrik van hun leven toen de kleine meid

hart de verdere onderzoeken af te wachten.

De tumor bleek gelukkig beperkt tot de

vorig jaar een niertumor bleek te hebben.

nier. Daardoor had Muda negentig procent

Het kwam gelukkig goed. ‘Mijn familie in

kans om helemaal te herstellen. Er volg­

Burundi bad dat God de artsen zou bijstaan’,

kig nauwelijks nevenwerkingen had. En op 25 oktober werd de tumor met succes

zegt mama Evodiane.

E

verwijderd door dr. Chapelle. Daarna lag

vodiane Nzeyimana en haar man

Omar Mussa verzeilden in ­België

na­dat

Omar

den vier chemosessies, waarvan ze geluk­

een

voetbalcontract

bij

­Germinal Beerschot had gekregen. Intus­

Muda drie dagen op intensieve zorg. Toen

ze weer naar een gewone kamer mocht, wilde ze zelf stappen, hoewel dat nog niet mocht. Iedereen vond haar zo moedig.’

sen zijn ze hier twaalf jaar en hebben ze

‘Bang dat ik niet zou genezen’

zomer op vakantie in Burundi zagen we

bang dat ik niet meer zou genezen. En ik

drie kinderen. Mama Evodiane: ‘Afgelopen

Muda: ‘Ik was heel bang in het ziekenhuis,

dat Muda’s linkerzij erg gezwollen was. In

miste school ook erg. Gelukkig mocht

het plaatselijke ziekenhuis raakten we niet wijzer en dus vlogen we zo snel als kon weer naar België. In het UZA bleek uit de

scan dat Muda een gezwel had op haar linkernier. Ik dacht meteen: ik raak mijn

ik daar ook naar een klasje. Ik

heb er heel veel geknutseld. En

een paar keer zijn er ziekenhuis­ Evodiane: ‘Het was heel

zwaar, maar in het ziekenhuis

me echter moed in en drukte me op het

sen en ­verpleegkundigen

040 oproep!

diane verstaat, maar spreekt geen Neder­ lands). Zelfs degenen die amper Frans spraken, probeerden het toch. En ik mocht niets zelf doen. Als ik ons meisje uit bed wilde tillen om naar het toilet te gaan, zeiden de verpleegkundigen dat is ons werk. In het UZA heb ik een andere ­Afrikaanse moeder ontmoet. Bij haar kindje hadden ze wegens een vreselijke infectie beide voetjes en handjes moe­ ten amputeren. Uitgerekend die dame zei me: je mag nooit de hoop opgeven. Als je in God gelooft, is alles mogelijk. Muda zong in het ziekenhuis vaak een liedje waarin ze God vroeg om haar te redden. En kijk, mijn meisje is ­genezen.’

clowns op bezoek geweest.’

meisje kwijt aan kanker. Ik kon niet stop­ pen met huilen. Kinderarts dr. Maes sprak

spraken allemaal Frans tegen mij (Evo­

kregen we veel steun. De art­

Hebt u ook iets bijzonders meegemaakt in het UZA? Laat het ons weten via maguza@uza.be


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.