maguza oktober 2014
Afgiftekantoor Antwerpen X, Maguza 95, Tijdschrift – kwartaalblad, xxx – xxx – xxx 2014, v.u. Johnny Van der Straeten, Universitair Ziekenhuis Antwerpen, Wilrijkstraat 10, 2650 Edegem
Zorgmagazine van het UZA
www.maguza.be – UZAnieuws UniversitairZiekenhuisAntwerpen
‘Natuurlijk wilde ik een nier afstaan’ CARDIOLOGIE Slaapapneu beschadigt hart en vaten KOOLHYDRATEN Broodnodig of niet? ENQUÊTES Hoe tevreden is de patiënt?
dossier
ORGAAN TRANS PLANTATIE
KOM BUITEN EN GENIET COMFORT EN MOBILITEIT BIJ AANKOOP VAN SCOOTER
GRATIS SCOOTER PONCHO
DESKUNDIG ADVIES • • • • • •
Ruime keuze in verschillende modellen en merken
Snelheid van 6 tot 18km/u. Met actieradius tot 60km.
Comfortabel, veilig en betrouwbaar.
Een breed assortiment aan opties, accessoires en speciale aanpassingen. Functioneel in al zijn eenvoud.
Gebruiksvriendelijke modellen.
VOLG ONS VIA WWW.SCHAEPS.BE
RIZIV 1/6/10422/96/100 - 1/6/27017/88/200
Schaeps • Turnhoutsebaan 92-94 • 2100 Deurne Tel. 03 326 11 30 • info@schaeps.be • www.schaeps.be Maandag t.e.m. vrijdag 9u - 18u, zaterdag 9u - 13u Tram 10, bus 33, 410, 411 en 412 • GRATIS PARKING
ORTHOPEDIE • BANDAGISTERIE • SCHOENEN • INVALIDENWAGENS • HOMECARE • REVALIDATIE
IN DIT NUMMER
dossier
PARKINSON
KOOLHYDRATEN
12
28
ZIEKENHUISHYGIËNE
34
ORGAAN TRANS PLANTATIE
MEDISCH 19
Zo’n 60 patiënten kregen vorig jaar in het UZA een nieuwe kans dankzij een donororgaan. Het UZA start ook de longtransplantaties weer op.
GEZOND
ZORG
10
Cardiologie: slaapapneu beschadigt hart en vaten
28
Koolhydraten: broodnodig of net niet?
32
Hoe tevreden zijn de patiënten in het UZA?
12
Ziekte van Parkinson? Blijf in beweging!
30
Eerste hulp bij kleine wondjes
34
Geen bacteriën op bezoek! Hoe het UZA het infectierisico beperkt
17
Wereldprimeur voor de pijnkliniek: toestellen meten objectief pijn
39
Zwanger en kansarm in Antwerpen: gratis echo’s lenigen ergste nood
‘Op een donor-
Alle artikels zijn te vinden op
maguza.be
nier kun je jaren wachten. Ik was
EN VERDER
dan ook meteen 14
bereid een nier
Uitgedokterd: medische genetica evolueert razendsnel
af te staan.’ 35
U zegt: vertrouwenspersoon
36
Witjas van dienst: Elisabeth Macken, arts
Eric (49) was nierdonor voor zijn zoon.
Schrijf je vandaag nog in op onze elektronische nieuwsbrief. Ga naar www.maguza.be/ abonnement
3
VOORAF
Tevreden patiënten zijn trouwer aan hun therapie
en kwaliteit Kennis
Zou u ons aanbevelen?
A
ls er één sector is waarin de voorbije decennia een sterke kwaliteitsverbetering gerealiseerd is zonder kostenverhoging, is het de autosector. De veiligheid, het bestuurderscomfort en de betrouwbaarheid van auto’s is spectaculair verbeterd. Ik moest onlangs zelfs een “onafhankelijke” tevredenheidsenquête beantwoorden bij een onderhoudsbeurt. Ik diende op een schaal van ‘uiterst tevreden’ over ‘helemaal niet tevreden’ mijn mening te geven over hun dienstverlening. De receptioniste verzocht me vriendelijk om op elke vraag ‘uiterst tevreden’ te antwoorden, want alleen dat is voldoende. Ik ontwaar enige gelijkenis met het UZA, maar ook een belangrijk verschil. Ook voor ons is alleen ‘uiterst tevreden’ voldoende, maar wij beïnvloeden onze patiënten niet in hun antwoorden. We meten in het UZA patiëntentevredenheid om het zorgaanbod en de manier waarop we dat uitvoeren steeds beter af te stemmen op de behoeften van de patiënten. Hun beleving kunnen we alleen door bevraging achterhalen. Daarbij telt niet alleen het meetbare resultaat. Ook de ervaring van de patiënten over hoe dat resultaat tot stand kwam en de beleving van zijn leefomstandigheden achteraf, zijn belangrijke parameters om de kwaliteit van onze zorg te beoordelen. De motivatie om steeds betere zorg te leveren, zit er bij ons ingebakken. Daarom vinden we tevredenheid meten ook zo belangrijk. Kwaliteit brengt immers meer kwaliteit voort: tevreden patiënten zijn trouwer aan hun therapie en hervallen dus minder snel of krijgen minder complicaties. Patiëntentevredenheid staat niet op zich. Internationaal onderzoek heeft aangetoond dat het hebben van enthousiaste, bekwame medewerkers en patiëntentevredenheid elkaar wederzijds beïnvloeden. Daarom investeren wij sterk in de capaciteiten van onze medewerkers, in het behoud van die medewerkers en het aantrekken van nieuwe talenten. Een hogere patiëntentevredenheid en daardoor ook meer voldoening en trots bij onze medewerkers versterken elkaar tenslotte.
Johnny Van der Straeten Gedelegeerd bestuurder 4
DOORGELICHT
Tumorstaal In de tumorbank van het UZA wordt bij -80°C tumorweefsel opgeslagen, volgens een strikte procedure. Dat weefsel, waar vroeger niets mee werd gedaan, wordt nu met toestemming van de patiënten bewaard voor wetenschappelijk onderzoek. Onder meer via DNA- onderzoek sporen onderzoekers de zwakke plek van een tumor op om zo gepersonaliseerde therapieën uit te werken. De tumorbank van het UZA maakt deel uit van een virtuele nationale tumorbank, waarin de elf Belgische universitaire ziekenhuizen en de overheid hun krachten en kennis bundelen.
5 5
KORT
WEEK VAN DE VRUCHTBAARHEID 10 - 14 NOV
LEESTIP Dit najaar heeft het centrum voor reproductieve geneeskunde van het UZA heel wat te vieren. Precies 30 jaar geleden, in 1984, werden voor het eerst eicellen kunstmatig bevrucht in het UZA. Bovendien werd het centrum recent helemaal gerenoveerd. Van 10 tot 14 november wordt daarom een ‘week van de vruchtbaarheid’ gehouden. In de inkomhal staat een stand waar u heel wat informatie kunt vinden, over de verschillende technieken, over de aanpak in het UZA … Op de tv-schermen getuigen patiënten en wordt ook het proces van kunstmatige bevruchting getoond. Op 11 en 12 november kunt u bovendien rondleidingen volgen in het centrum voor reproductieve geneeskunde. Daarvoor schrijft u het best op voorhand in. Info & inschrijvingen: www.uza.be/30jaarfertiliteit
Meer jongeren
beschermen hun gehoor In 2011 droeg maar 3 % van de jongeren gehoorbescherming, zoals oordopjes, op een festival. Afgelopen zomer deed 15 % dat al. ‘De preventiecampagnes hebben effect’, zegt Annick Gilles (UAntwerpen), die een proefschrift schreef rond oorsuizen en gehoorverlies veroorzaakt door lawaai. ‘De jongeren geven aan bang te zijn voor te luide muziek. Ze weten dat dat tot permanente gehoorschade kan leiden. Die resultaten zijn hoopgevend, maar de strijd is natuurlijk nog niet gestreden.’ Overigens blijken de meeste jongeren in het onderzoek ook geen probleem te hebben met de nieuwe, verlaagde geluidsnormen voor muziekactiviteiten: ze vinden de muziek voldoende luid.
Betrouwbaar gezondheidsnieuws Is rode wijn nu wel of niet goed voor de gezondheid? Is er een verband tussen vaccins en autisme? Is mijn anticonceptiepil gevaarlijk? Met de vele artikels en reportages over gezondheid die dagelijks verschijnen, is het niet altijd makkelijk om te weten wat u moet geloven. Zeker als zo’n artikel schermt met wetenschappelijk onderzoek. Om duidelijkheid te scheppen heeft de Vlaamse overheid de onafhankelijke website Gezondheid en Wetenschap in het leven geroepen. Gezondheidsnieuws dat in de pers komt, wordt er kritisch tegen het licht gehouden. Via de zoekfunctie vindt u zo informatie over tal van actuele thema’s. Ook heel interessant zijn de patiëntenrichtlijnen, een vertaling van de artsenrichtlijnen die per aandoening beschrijven wat de beste aanpak is volgens de huidige wetenschappelijke kennis. Kortom, de site biedt betrouwbare en toegankelijke informatie over gezondheid, gebaseerd op degelijk wetenschappelijk onderzoek. www.gezondheidenwetenschap.be
www.helpzenietnaardetuut.be 6
‘Wilrijkstraat in Edegem, niet in Antwerpen!’ Een patiënt wijst iedereen op het juiste UZAadres, op onze facebookpagina.
Tickets
vervangen wachtrij Gedaan met in de rij staan in het oncologisch-hematologisch dagziekenhuis. Sinds deze zomer nemen patiënten een volgnummer bij het binnenkomen, waarna ze kunnen plaatsnemen in de wachtruimte. Als hun volgnummer op een van de schermen verschijnt, is het hun beurt om zich in te schrijven voor de raadpleging. Op die manier wil het UZA het comfort en de privacy voor de oncologische patiënten verder verhogen.
Het UZA volgen? facebook.com/ UniversitairZiekenhuisAntwerpen twitter.com/UZAnieuws
Op de schermen in de wachtruimte krijgen de patiënten ook allerlei informatie te zien over de werking van de dienst, de zorgverleners op wie ze een beroep kunnen doen en informatiesessies die voor hen interessant kunnen zijn. Als u de komende tijd in het UZA bent, kijkt u hoe dan ook het best eens goed rond, want tal van diensten en afdelingen zullen worden uitgerust met gelijkaardige schermen.
Vergeet BMI, meet je buikomtrek? Om gezond te zijn, mag je buikomtrek niet groter zijn dan de helft van je lichaamslengte: tot die conclusie kwam een groep Britse wetenschappers. Ze ontdekten dat de levensverwachting daalt naarmate je buikomtrek boven dat punt toeneemt. Dat de buikomtrek een heel belangrijke indicator voor je gezondheid is, bevestigt ook UZA-endocrinologe Eveline Dirinck. ‘De buikomtrek geeft ons informatie over de risico’s op het ontwikkelen van hoge bloeddruk, hoge cholesterol of suikerziekte, zaken die op termijn leiden tot hogere sterfte.’ Haal dus alvast de lintmeter boven: meten doe je op het middelste punt tussen je onderste rib en de bovenkant van je heupbeen.
Bloemetje mee?
Kies een ecovaas! In de inkomhal vindt u binnenkort een automaat waar u voor 1 euro een biologisch afbreekbare vaas kunt kopen. U kunt kiezen uit verschillende kleuren en modellen, en ze breken gegarandeerd pas af nà gebruik. Op de verpleegeenheden zijn immers geen vazen meer beschikbaar. De ecovaas is een praktisch, leuk en milieuvriendelijk alternatief. 7
MEDISCH
Aan de hand van een echocardiogram en een CT-scan van de kroonslagaders (foto) wordt onder meer nagegaan of de hartspier is verdikt, of er eventueel al een begin van verminderde doorbloeding van de hartspier is en of de patiënt aan slagaderverkalking lijdt.
Cardiologie
Slaapap hart en Als je slaapapneu laat behandelen, voel je je niet alleen veel uitgeruster, maar verminder je ook sterk de kans op hart- en vaatziekten. Dat blijkt uit baanbrekend onderzoek van de dienst cardiologie.
S
laapapneu, voluit Obstructief Slaapapneusyndroom (OSAS) is een slaapgebonden ademhalingsstoornis. De keelholte klapt tijdens de slaap keer op keer volledig of gedeeltelijk dicht, wat gepaard gaat met snurken. Liefst 9 tot 25 % van de Belgen van middelbare leeftijd of ouder lijdt aan slaapapneu. ‘De rechtstreekse
8
1
Prof. dr. Bharati Shivalkar
2
Prof. dr. Chris Vrints
1
2
neu beschadigt vaten gevolgen van de ziekte zijn bekend’, zegt prof. dr. Chris Vrints, diensthoofd cardiologie. ‘De patiënten slapen slecht en zijn overdag vermoeid en prikkelbaar. En ook hun partners lijden vaak onder het snurken. De laatste jaren is er echter ook veel aandacht voor een ander belangrijk aspect: slaapapneu vormt een heel grote risicofactor voor hart- en vaatziekten.’ Achter het ontstaan van die hart- en vaatproblemen gaat een ingewikkeld mechanisme schuil. Telkens als de keel toeklapt, lijdt de patiënt heel even aan een zuurstoftekort. Daardoor neemt de druk in de longslagader toe, wat op zijn beurt leidt tot acute overbelasting van het rechterhart en, op langere termijn, tot een verdikking van de rechterhartspier. ‘Andere gevolgen zijn een verhoging van de bloeddruk en een grotere kans op slagaderverkalking’, licht Vrints toe. ‘Die verhoogde bloeddruk kan op zijn beurt tot een verdikking van de linkervoorkamer leiden. En daaruit kunnen dan weer hartritmestoornissen voortkomen.’
Alsof dat nog niet genoeg is, lopen slaapapneupatiënten ook een verhoogd risico op een beroerte: hoge bloeddruk vergroot immers de kans op een hersenbloeding en de genoemde slagaderverkalking kan ook toeslaan in de hersenbloedvaten. Vrints: ‘Bij patiënten met hartritmestoornissen is het risico op een beroerte nog groter. Een gevreesde complicatie daarvan is immers de vorming van een bloedklonter. Als die komt vast te zitten in de hersenbloedbaan, krijgt de patiënt een beroerte.’
Verdikte hartspier Dat slaapapneu tot hartproblemen kan leiden, is niet nieuw. De laatste jaren wordt de omvang van het probleem echter steeds duidelijker. ‘Bij ernstige slaapapneu, met meer dan 15 ademhalingspauzes per uur, is het risico op een te hoge bloeddruk twee tot drie keer hoger dan normaal’, zegt UZA-cardiologe prof. dr. Bharati Shivalkar. ‘Maar ook bij mildere vormen, met minder dan 15 apneus per uur, is er nog altijd
een verhoogd risico. De kans op voorkamerfibrillatie, een veelvoorkomende vorm van hartritmestoornissen, ligt zelfs zes keer hoger bij slaapapneupatiënten.’ Shivalkar doet al jaren onderzoek naar het verband tussen slaapapneu en hart- en vaatziekten, in samenwerking met het slaapcentrum van het UZA. ‘Tijdens een eerste studie met een beperkte groep slaapapneupatiënten bleek al de grote impact van slaapapneu op het hart’, zegt Shivalkar. ‘Bij al die patiënten bleek de hartspier verdikt en was de hartfunctie verminderd, ook al hadden ze geen duidelijke klachten. Hoe erger de slaapapneu, hoe meer gevolgen er waren voor hart en vaten.’ Er was echter ook hoopvol nieuws: na zes maanden behandeling van de slaapapneu was er een enorme verbetering. Shivalkar: ‘Hun hartspier was opnieuw bijna normaal van omvang en ook de hartfunctie was er merkbaar op vooruit gegaan.’ De proefpersonen kregen de standaard behandeling met CPAP (Continuous Positive Airway Pressure). ➝
Slaapapneu of gewoon snurken? Snurken is vaak onschuldig. Volgende klachten kunnen er echter op wijzen dat er meer aan de hand is: • vermoeid wakker worden • slaperigheid overdag • stokken van de ademhaling tijdens de slaap • wakker schieten met gevoel van zuurstoftekort • rusteloze slaap • vaak wakker worden • concentratiestoornissen • vergeetachtigheid • stemmingswisselingen • hoofdpijn ’s morgens • vreemde of beangstigende dromen • maagoprispingen 9
MEDISCH
Dat slaapapneu tot hartproblemen kan leiden, is niet nieuw. De laatste jaren wordt de omvang van het probleem echter steeds duidelijker.
‘Slaapapneu wordt vaak laat ontdekt, Xxx
maar het is nooit te laat om te behandelen’
➝
De patiënt slaapt dan met een neusmaskertje en krijgt voortdurend lucht onder verhoogde druk toegediend, wat voorkomt dat de keelholte dichtklapt.
Iedereen naar het slaapcentrum? Momenteel bestudeert de dienst cardiologie opnieuw een groep patiënten in het kader van een zorgpad voor slaapapneu. Aan de hand van een echocardiogram en een CT-scan van de kroonslagaders wordt onder meer nagegaan of de
Symposium met Mayo Clinic De dienst cardiologie organiseerde op 14 juni 2014 het eerste Antwerp-Rochester Cardiology Symposium in samenwerking met de wereldwijd gerenommeerde Mayo Clinic. Dat ziekenhuis, gelegen in Rochester in Minnesota (Verenigde Staten), is niet alleen bekend wegens zijn grote expertise en vooraanstaande zorg, maar ook door zijn vele educatieve programma’s, congressen en symposia. Prof. dr. Chris Vrints, prof. dr. Bharati Shivalkar en dr. Sorin Pislaru van de Mayo Clinic stelden een programma samen met voordrachten van UZA-cardiologen en -cardiochirurgen en hartspecialisten van de Mayo Clinic. Een honderdtal artsen uit België en Nederland woonde het symposium bij.
INFO 10
Dienst cardiologie, T 03 821 35 38, slaapcentrum, T 03 821 38 00
hartspier is verdikt, of er eventueel al een begin van verminderde doorbloeding van de hartspier is en of de patiënt aan slagaderverkalking lijdt. Shivalkar: ‘Deze keer gaat het om mensen met een normale bloeddruk en zonder hart- en vaatproblemen, maar bij wie er mogelijk al een impact is van slaapapneu. Ook bij die groep blijken er al duidelijke gevolgen voor het hart. Dat stemt tot nadenken.’ Zaak is om slaapapneupatiënten met een risico op hartproblemen tijdig op te sporen en te behandelen. Daarin ligt een grote uitdaging voor huisartsen, neurologen, pneumologen en cardiologen. De UZA-cardiologen informeren vandaag vaker naar eventueel snurkgedrag. Hartpatiënten die snurken en andere typische klachten van slaapapneu vertonen, worden naar het slaapcentrum doorverwezen voor een slaaponderzoek. ‘Vraag is of we nu bij alle patiënten met hart- en vaatziekten actief op zoek moeten gaan naar slaapapneu’, zegt Shivalkar. ‘Het antwoord is nee. Het is vooral zinvol om verder te gaan kijken bij patiënten van wie de bloeddruk moeilijk onder controle raakt of die ‘s nachts last hebben van hartkloppingen of
benauwdheid op de borst. Dat zijn duidelijke signalen.’
Nooit te laat Vast staat dat slaapapneu heel vaak niet wordt ontdekt. Naar schatting wordt bij acht op tien vrouwen met slaapapneu de diagnose niet gesteld. Bij mannen gaat het zelfs om negen op tien. De meesten van hen snurken, maar leggen niet het verband met hun klachten overdag. Een deel van het probleem is dat de diagnose niet in een-twee-drie te stellen is: een slaaponderzoek is nu eenmaal duur en omslachtig. ‘Een mogelijke denkpiste is ambulante slaapmonitoring. Dat zou de kosten sterk verlagen’, aldus Vrints. Sommige mensen lijden al vele jaren aan slaapapneu zonder het te beseffen. Het is echter nooit te laat om te behandelen, ook met het oog op de preventie van hart- en vaatziekten. ‘Door de slaapapneu alsnog te behandelen kunnen we het kwalijke sneeuwbaleffect stoppen’, beklemtoont Vrints. ‘Het proces van slagaderverkalking vertraagt en we krijgen de hoge bloeddruk beter onder controle. Het loont dus zeker de moeite om de ziekte op te sporen en te behandelen: zo pak je het probleem bij de wortel aan.’
Slaapapneu? Luchtstroom Tong
Neusholte
Zacht verhemelte Huig
Bij slaapapneu of ‘obstructief slaapapneusyndroom’ (OSAS) klapt de keelholte tijdens de slaap keer op keer volledig of gedeeltelijk dicht, wat gepaard gaat met snurken. Er is sprake van apneu als de keelholte tijdens de slaap langer dan 10 seconden volledig is afgesloten.
Normale slaap
Apneu
Patiënten die tijdens hun slaap meer dan 15 apneus per uur doormaken, komen in aanmerking voor een CPAP-behandeling, Continuous Positive Airway Pressure. De patiënt slaapt dan met een neusmaskertje en krijgt voortdurend lucht onder verhoogde druk toegediend.
-+ 50.000
Belgen worden behandeld met CPAP.
Mogelijke gevolgen van slaapapneu voor hart en bloedvaten:
60 %
van de patiënten met slaapapneu lijdt aan een te hoge bloeddruk.
beroerte Volgens sommige studies zou bij
slagaderverkalking verdikking van de hartspier en verminderde hartfunctie
1 op 2
hartritmestoornissen (voorkamerfibrillatie), traag hartritme of zelfs hartstilstand
patiënten die een hartinfarct hebben doorgemaakt, sprake zijn van slaapapneu.
hoge bloeddruk
van de patiënten met voorkamerfibrillatie, een vorm van hartritmestoornissen, heeft slaapapneu.
1 op 2
11
MEDISCH
Ziekte van Parkinson
Blijf in beweging M
Hoewel de ziekte van Parkinson gepaard gaat met motorische
problemen, is een diagnose geen
reden om te stoppen met sporten. Integendeel, onderzoek toont aan dat sport een extra wapen is in het controleren van de ziekte.
et zo’n 20.000 patiënten in België is de ziekte van Parkinson een veelvoorkomende aandoening. Toch bestaan er heel wat misvattingen over. Dat ze alleen bij ouderen voorkomt bijvoorbeeld, terwijl ook dertigers en veertigers door de ziekte worden getroffen. Parkinson wordt ook al snel gelinkt aan het typische beven van de patiënten – de tremor –, terwijl de helft van de patiënten juist vooral last heeft van bewegingsarmoede. Naast motorische problemen en evenwichtsstoornissen, kampen patiënten ook met slaapstoornissen, futloosheid, depressiviteit, verminderde eetlust …
Ziekte vertragen De oorzaak ligt in het afsterven van bepaalde zenuwcellen in de hersenen die instaan
INFO 12
voor de productie van dopamine. Die stof is onder meer nodig om onze bewegingen aan te sturen en speelt ook een rol in onze stemmingen. Parkinson wordt dan ook behandeld met medicatie die het tekort aan dopamine probeert op te vangen. Het geneest de ziekte niet, maar kan ze wel vertragen. ‘Naast die medicijnen is het ook heel belangrijk dat patiënten actief hun ziekte ter hand nemen’, benadrukt prof. dr. Patrick Cras, diensthoofd neurologie. ‘Dan bedoel ik een gezonde levensstijl met beweging of sport, maar ook jezelf informeren, contact zoeken met lotgenoten, manieren zoeken om zo actief mogelijk te blijven … Elke dag passief je medicatie nemen is niet voldoende.’ Parkinson geeft bewegingsproblemen, maar dat mag patiënten niet aan hun zetel binden. Cras: ‘Beweging en sport hebben een
Dienst neurologie, T 03 821 34 23, www.parkinsonzorgwijzervlaanderen.be, www.parkinson
Twee à drie keer bewegingstherapie per week is aangeraden. Cardiotraining blijkt een extra positief effect te hebben.
Prof. dr. Patrick Cras
Move for Parkinson, op de Ventoux positieve invloed zowel op de motorische als op de niet-motorische effecten van parkinson. Sport werkt immers ook antidepressief, geeft energie, heeft een positief effect op het evenwicht, op de slaapkwaliteit … Wandelen en fietsen kunnen de meeste patiënten heel goed aan.’
Cardiotraining voor iedereen Wetenschappelijke studies tonen aan dat patiënten die multidisciplinaire bewegingstherapie volgen het beter doen dan andere patiënten. ‘Vooral cardiovasculaire training blijkt een positief effect te hebben. Cardiotraining klinkt misschien zwaar, maar zelfs na een zwaar hartinfarct is het te doen. Met de juiste begeleiding is het voor iedereen haalbaar.’ Die begeleiding is bij voorkeur een kinesitherapeut die ervaring heeft met parkinsonpatiënten of op zijn minst interesse. ‘De patiënt volgt het best twee à drie keer per week bewegingstherapie. Via Parkinson Zorgwijzer Vlaanderen proberen we de paramedische omkadering overigens te verbeteren, onder meer met cursussen voor kinesitherapeuten en andere paramedici om hen vertrouwd te maken met parkinsonzorg en de recentste wetenschappelijke inzichten. Na verloop van tijd heeft een patiënt vaak ook logopedie, ergotherapie of andere begeleiding nodig, wat behoorlijk wat tijd kan opslorpen. Maar het loont.’
Chantal Proost kreeg op haar 45ste de diagnose Parkinson. Nu, zeven jaar later, zet ze zich met een groep medestanders in om het publiek beter te informeren over de ziekte en om geld in te zamelen voor wetenschappelijk onderzoek. In september organiseerde ze voor de tweede keer het evenement Move for Parkinson, met onder meer een estafetteloop tussen haar thuisbasis Oud-Turnhout en het UZA, een kwis en een comedy-avond, een fietstocht eerder op het jaar … Zelf zit Chantal ook geregeld op de fiets. ‘Vroeger heb ik veel gesport: zwemmen, volleybal, badminton …
Toen ik de diagnose kreeg ben ik beginnen fietsen. Zwemmen ging moeilijk en lopen doe ik niet graag, maar toen iemand vertelde over fietsen op de Mont Ventoux, had ik mijn doel gevonden. Sporten stopt de ziekte niet, maar ik heb mijn conditie in elk geval steeds beter zien worden. Waar ik vroeger 20 kilometer aankon op een dag, doe ik er nu 80. Bij een grote inspanning moet ik wel zeker mijn medicatie op het juiste moment nemen.’ Intussen heeft Chantal haar doel meer dan bereikt: deze zomer fietste ze voor de tweede keer de Ventoux op, samen met UZA-neuroloog Patrick Cras. ‘Ik wilde nog één keer, met de mensen achter Move for Parkinson, de Ventoux op. Want daar is het idee twee jaar geleden ontstaan. En ik merk dat zo’n inspanning mij steeds meer moeite kost.’ Ook Move for Parkinson slaat intussen aan. ‘Vorig jaar haalden we meer dan 25.000 euro op voor het onderzoek, en we hebben al heel wat mensen beter geïnformeerd over de ziekte.’
INFO
www.moveforparkinson.be
liga.be 13
UITGEDOKTERD
Medische genetica
Op het tempo van Tot voor kort duurde het maanden, zelfs jaren, om de genetische code van een mens te kraken. Vandaag kan dat in een week. De technologie evolueert razendsnel, maar het UZA volgt.
14
Hoe komt het dat DNA-onderzoek vandaag zoveel sneller gaat dan vroeger? Prof. dr. Geert Mortier, diensthoofd medische genetica: ‘De technologie waarmee we genen gaan lezen of sequeneren wordt steeds krachtiger. Door de code van een gen te bepalen kun je nagaan of er in een bepaald gen een foutje zit (zie kader
p. 16). De eerste technologie dateert van de jaren 80 en sequeneert gen na gen. De technologie van de tweede generatie knipt eigenlijk de DNA-strengen in stukjes en sequeneert die allemaal tegelijk, wat sneller gaat en minder kost. Dat is natuurlijk zeer interessant als je veel genen of een volledig genoom wil analyseren. Ter vergelijking: in de jaren 90 deed het humaan genoom project er 11
1
Prof. dr. Patrick Pauwels
2
Prof. dr. Geert Mortier
3
Prof. dr. Bart Loeys
1
2
3
de technologie jaar over om het volledige genoom van een mens te sequeneren. Vandaag is dat een kleine week werk. Toen kostte het drie miljard dollar, vandaag zo’n 5000 euro. En de kosten blijven dalen. In het Centrum Medische Genetica staan momenteel twee toestellen van die tweede generatie – ook wel next generation sequencing (NGS) genoemd.’
Waarvoor worden die toestellen concreet gebruikt? Prof. dr. Bart Loeys, adjunct-diensthoofd medische genetica: ‘Natuurlijk in grote mate voor wetenschappelijk onderzoek, maar ook voor diagnoses van een aantal erfelijke aandoeningen. Zo kunnen we bij
een patiënt een set genen – een panel – onderzoeken waarvan we weten dat er een link kan zijn met een bepaalde ziekte. Momenteel testen we genenpanels voor erfelijke vormen van borstkanker, aneurysma (verwijding van de hoofdslagader) en diabetes. Binnenkort kunnen we ook een panel van 51 genen testen om erfelijke hartritmestoornissen op te sporen. En in de nabije toekomst zullen we ook erfelijke doofheid vlotter kunnen opsporen, via een panel van meer dan 100 genen.’
Ook in de behandeling van kanker zijn er toepassingen? Pauwels: ‘Ja, NGS heeft een echte trendbreuk veroorzaakt in de oncologie. Wij onderzoeken niet het DNA van de patiënt, maar van de tumor. Concreet onderzoeken we 40 kankergenen om te zien of daar mutaties te vinden zijn. Het gaat telkens om mutaties waarvoor er een gepersonaliseerde therapie bestaat waarmee we de tumor kunnen proberen bestrijden. Met NGS kun je heel diep zoeken in het DNA.’
We kunnen via het bloed van de moeder nagaan of een foetus het syndroom van Down heeft.
Mortier: ‘De technologie is enorm krachtig, zowel in het wetenschappelijk onderzoek als bij diagnoses. Je kunt ze ook heel breed inzetten: microbiologen kunnen nu bijvoorbeeld ook het genetisch profiel van een bacterie bepalen, wat allerlei nieuwe pistes opent.’
De nieuwe technologie heeft voor een enorme vooruitgang gezorgd? Mortier: ‘Het opent allerlei nieuwe mogelijkheden. Binnenkort kunnen we bijvoorbeeld via het bloed van de moeder nagaan of een foetus het syndroom van Down heeft. Die niet invasieve prenatale testing (NIPT) houdt geen risico op een miskraam in, wat wel het geval is bij een (invasieve) vlokkentest of een vruchtwaterpunctie. Voorlopig wordt NIPT echter nog niet terugbetaald.’ Loeys: ‘NGS levert ook een enorme tijdswinst op. Vroeger moesten we gen na gen testen. Bij een aandoening als Brugada-syndroom, een erfelijke vorm van hartritmestoornissen, kan de oorzaak in 15 verschillende genen liggen. Als je pech had, zat de mutatie in het vijftiende gen en was je een jaar verder. Nu kunnen we die 15 genen tegelijk testen op enkele weken tijd.’ Pauwels: ‘In de oncologie hebben we die tijd zeker niet, aangezien onze patiënten meestal vechten tegen een uitgezaaide kanker. Nu kunnen we veel sneller bepalen ➝ 15
UITGEDOKTERD
➝
Door het DNA van een tumor te onder-
welke gepersonaliseerde therapie we een patiënt eventueel kunnen aanbieden.’
Ook voor het wetenschappelijk onderzoek maakt de technologie wellicht een groot verschil?
Stellen zich bij die nieuwe mogelijkheden ook nieuwe ethische vraagstukken?
Gebeurt er nu al standaard DNA-onderzoek bij kanker?
Mortier: ‘Ja, we moeten minder vanuit een vaste hypothese vertrekken. Als we vroeger het vermoeden hadden dat iets genetisch was, moesten we vooraf weten op welk gen we wilden zoeken, op basis van de klinische verschijnselen of onderzoek binnen grote families. Nu kunnen we alle genen tegelijk testen.’ Loeys: ‘Dankzij NGS kunnen we de novo-mutaties opsporen, dat zijn nieuwe mutaties bij een kind die nog niet voorkomen bij de ouders. We vergelijken daarvoor de genen van moeder, vader en kind en gaan na welke varianten alleen voorkomen bij het kind. In die varianten kunnen we dan verder zoeken naar een genetisch defect dat verantwoordelijk is voor een aandoening bij het kind.’ Mortier: ‘Ook zeer zeldzame genetische aandoeningen hebben we zo al kunnen oplossen. En eens je weet waar het genetisch defect zit, opent zich een waaier van mogelijkheden. Je kunt de familie een diagnose geven, het herhalingsrisico inschatten, prenataal onderzoek aanbieden, de eerste stap zetten naar een behandeling …’
Loeys: ‘Bij elke nieuwe technologie stelt zich de vraag hoe je ze in de gezondheidszorg wil gebruiken. Gaan we enkel bij problemen op zoek naar een bepaalde genmutatie? Analyseren we ieders genoom vanaf nu bij de geboorte? Of kiezen we een tussenweg: wel sequeneren bij de geboorte, maar nog niet interpreteren? Pas als er een medisch probleem opduikt, zou men dan de gegevens bekijken om meteen ook de therapie te bepalen. Nog een voorbeeld: nu al gebeurt de hielprik, om metabole ziekten bij baby’s op te sporen. Waarom doen we ook geen genetische test voor bepaalde aandoeningen, zeker als ze behandelbaar zijn of te voorkomen bij vroege detectie? Over al die dingen moet worden nagedacht.’ Mortier: ‘Nog een probleem zijn de zogenaamde incidental findings. Als je genetisch onderzoek doet bij een kind en je ziet per toeval dat het later wellicht borstkanker of dementie gaat ontwikkelen, moet je dat dan vertellen of niet? Ook de manieren om daar mee om te gaan zijn nog in ontwikkeling.’
zoeken, wordt gepersonaliseerde kankerbehandeling mogelijk.
Pauwels: ‘Nee. In sommige buitenlandse centra maakt men van elke kanker al een genetisch profiel, maar bij ons is daar voorlopig nog geen terugbetaling voor. In het UZA hebben we wel het voordeel dat hier onderzoek gebeurt naar experimentele kankerbehandelingen. Daardoor kunnen we soms wel al tumoren genetisch onderzoeken en patiënten binnen een studie een behandeling geven die afgestemd is op hun specifieke tumor.’
Van cel tot genen • Elk levend wezen is opgebouwd uit cellen. • In de kern van elke cel bevinden zich 23 paar chromosomen. • Chromosomen zijn lange strengen van de chemische stof DNA. Op de chromosomen liggen onze genen, zo’n 21.000 in totaal. • Een gen is opgebouwd uit DNA en telt duizenden codes, ook wel nucleotiden, uitgedrukt in letters in een bepaalde volgorde. • Een afwijking in de code van een gen is een genmutatie. Die kan verantwoordelijk zijn voor een ziekte.
16
De technologie kan het genetisch materiaal volledig en in detail onderzoeken. Levert dat geen enorme hoeveelheid gegevens op? Mortier: ‘Ja, de interpretatie van de gegevens is nu de uitdaging geworden en gaat eigenlijk de expertise van de geneticus te buiten. We hebben daar bio-informatica voor nodig, gespecialiseerde mensen en software om die massa informatie interpreteerbaar te maken. Ook dat proberen we nu verder uit te bouwen hier in het UZA.’
Wat brengt de toekomst? Staat de volgende technologie al op stapel? Pauwels: ‘Ja, het gaat heel snel. De derde generatie sequenering is er intussen al.’ Loeys: ‘Single molecule sequencing heet ze. Wij wachten er echter nog even mee, tot de nauwkeurigheid op punt staat. De kunst is niet te vroeg en niet te laat op de kar te springen. En tot nu toe zijn we daarin geslaagd.’
MEDISCH
Prof. dr. Guy Hans
Via een sensor aan de vinger van de patiënt meet het toestel zeven parameters die iets vertellen over de pijnervaring van de patiënt.
Wereldprimeur
Nieuw toestel meet pijn Hebt u pijn? En hoeveel pijn? Tot voor kort was dat moeilijk objectief vast te stellen. Het UZA neemt als eerste in de wereld een toestel in gebruik dat acute pijn objectief kan meten, om zo patiënten beter te kunnen helpen.
D
e Medasense kan de intensiteit van acute pijn meten. Via een sensor aan de vinger van de patiënt meet het toestel zeven parameters van het autonome zenuwstelsel, zoals de doorbloeding en de weerstand van de huid. Die parameters hangen nauw samen met het sensorische zenuwstelsel, waarin gevoel – en dus ook pijn – geregistreerd wordt. Dat levert samen een cijfer op (de
zogenaamde pijn-index) dat iets zegt over de pijnintensiteit. Zo kun je met de Medasense nagaan of bepaalde pijnstillers de pijn effectief verminderen.
Pijnmedicatie afstellen Prof. dr. Guy Hans, coördinator van het multidisciplinair pijncentrum: ‘Ook wanneer de patiënt zelf de pijn niet kan rapporteren of een verminderd bewustzijn vertoont, meet het toestel de intensiteit van eventueel
aanwezige pijnklachten. Vooral bij patiënten die veel ademhalingsproblemen kunnen ondervinden van een verdoving of sedatie, zoals obese patiënten of patiënten met aandoeningen van het longvlies, bewijst het meettoestel zijn nut. Aan hen wil men immers een minimale verdoving toedienen, maar wel genoeg om geen pijn te voelen. Ook bij gesedeerde patiënten op intensieve zorg kan met het toestel de pijnmedicatie juister worden afgesteld.’
‘Ook bij verdoofde patiënten kan de pijnmedicatie zo juister worden afgesteld.’ 17
ADVERTENTIE
U kunt hem maar beter in huis hebben.
m Nieuwe editie
Ontvang gratis onze nieuwe catalogus. met alles over onze dienstencentra, thuisdiensten, serviceflats en woonzorgcentra meer dan 100 pagina’s nuttige info en adressen nieuwe editie met nog meer diensten gratis naar u thuis gestuurd Vraag hem aan op www.zorgbedrijf.antwerpen.be. Of bel onze klantendienst op 03 338 92 44.
maguza oktober 2014
Zorgmagazine van het UZA
www.maguza.be – UZAnieuws UniversitairZiekenhuisAntwerpen
Een nieuw orgaan Elk jaar krijgen tientallen UZA-patiënten een tweede kans dankzij een donororgaan. Door een tekort aan donororganen blijven de wachtlijsten echter lang. Levende donatie en donatie na hartstilstand bieden nieuwe mogelijkheden, en ook de transplantatiegeneeskunde evolueert steeds verder.
DOSSIER ORGAAN TRANSPLANTATIE 19
DOSSIER ORGAANTRANSPLANTATIE
TRANSPLANTATIE
WAT? Bij een orgaantransplantatie krijgt de patiënt doorgaans het orgaan van een overleden donor. Soms gaat het ook om een nier of een deel van een lever van een levende donor.
HOEVEEL? Jaarlijks gebeuren in het UZA een 60-tal transplantaties van nier, lever, hart, pancreas, dunne darm en longen.
VOOR WIE? Een transplantatie is een zware ingreep en daarom altijd een laatste optie. Een niertransplantatie is op dat vlak een uitzondering: zonder medische of andere bezwaren is dat de eerstekeuzebehandeling bij nierfalen in het laatste stadium. De patiënt moet voor een transplantatie fysiek nog sterk genoeg zijn en ook voldoende gemotiveerd.
WIE EERST? Eurotransplant regelt via een complex puntensysteem de verdeling van organen in België, Nederland, Luxemburg, Duitsland, Oostenrijk, Slovenië, Kroatië en Hongarije.
Een tekort aan donororganen blijft de zwakke schakel in de transplantatiegeneeskunde. Nieuwe vormen van donatie – van levende donatie tot donatie na hartstilstand – moeten daar verandering in brengen.
20
I
n België overlijden jaarlijks zo’n 110 patiënten terwijl ze wachten op een donororgaan. Op de wachtlijst voor levertransplantatie sterft zelfs meer dan één op vier. Nochtans heeft België een gunstige donorwetgeving: iedereen die bij leven geen verzet heeft aangetekend, is na zijn dood automatisch donor. ‘In de praktijk worden bij een mogelijke donatie echter altijd de familieleden geraadpleegd’, zegt transplantatiecoördinator Walter Van Donink. ‘Als de overledene zich bij leven als
Prof. dr. Dirk Ysebaert
1
Prof. dr. Daniel Abramowicz
2
Gerda Van Beeumen
3
Dr. Kathleen De Greef
4
Prof. dr. Jean-Louis Bosmans
5
Dr. Mark Helbert
6
1
2
3
4
5
6
Donor gezocht of jonger is dan weer gezakt naar zowat een op vijf, terwijl ze in 1990 nog goed waren voor zo’n 65 %. Van Donink: ‘Veel heeft te maken met de vergrijzing en de betere behandeling op intensieve zorg, waardoor er minder verkeersdoden zijn. Dat laatste juichen we uiteraard toe. Er is echter een keerzijde: de organen van oudere donoren zijn minder vaak bruikbaar.’ Toch is leeftijd niet het enige criterium: de organen van een fitte zestiger zijn vaak beter dan die van een ongezonde, rokende veertiger. Transplantatiecentra hanteren dan ook niet langer een maximumleeftijd.
Een nier afstaan vrijwillige donor heeft laten registreren, mogen zij zich in principe niet verzetten. Dan nog echter respecteren artsen de gevoelens van de nabestaanden. Daarom is het vooral belangrijk om vooraf met je familie over donatie te praten. Als de nabestaanden de wens van de overledene kennen, stemmen ze zo goed als altijd in.’ Het aantal donoren is in België niet afgenomen, maar hun gemiddelde leeftijd is sterk gestegen. Een op drie is zestig jaar of ouder. Het aandeel donoren van veertig jaar
Een andere evolutie is het stijgende aantal donoren in België dat bij leven een nier afstaat aan een familielid of vriend: van 10 in 2003 naar 63 in 2013, waarvan een tiental in het UZA. Opvallend is dat een nier van een levende donor tot de helft langer meegaat dan een ‘gewone’ nier. ‘Dat komt vooral doordat alleen perfect gezonde mensen met een uitstekende nierwerking hun nier mogen afstaan. Bovendien gebeurt zo’n ingreep altijd gepland en wordt de nier onmiddellijk na wegname bij de ontvanger inge-
Op de wachtlijst voor levertransplantatie sterft meer dan 1 op 4.
plant. Dat kan uiteraard niet bij een gewone transplantatie: die is altijd onverwacht en de nier is vaak uren onderweg voor wij hem kunnen transplanteren’, zegt nefroloog dr. Mark Helbert, die in het UZA kandidaat-donoren screent. ‘Een ander groot voordeel is uiteraard dat de ontvanger niet moet wachten op een donornier en dus ook geen jaren aan de dialyse moet’, zegt prof. dr. Daniel Abramowicz, diensthoofd nierziekten. ➝
Orgaandonatie na euthanasie? Patiënten die euthanasie wensen, vragen uitzonderlijk om na hun dood hun organen te mogen afstaan. De afgelopen vijf jaar gebeurde dat een zevental keer in Antwerpse ziekenhuizen. ‘Om belangenvermenging te voorkomen, wordt de orgaandonatie pas besproken nadat de euthanasie is goedgekeurd. De artsen die de euthanasie goedkeuren en uitvoeren, zijn uiteraard niet betrokken bij de transplantatie’, licht prof. dr. Dirk Ysebaert toe. Om de organen snel na het overlijden te kunnen wegnemen vindt de euthanasieprocedure plaats in het operatiekwartier, in een huislijk ingerichte ruimte. Ysebaert: ‘Donatie na euthanasie kan niet bij kankerpatiënten en de patiënt moet in het ziekenhuis willen sterven. Dat beperkt het aantal kandidaten. Toch zou deze vorm op termijn tot 20 % van het totale aantal donoren kunnen uitmaken.’
21
DOSSIER ORGAANTRANSPLANTATIE
Een relatief nieuwe tendens is donatie na hartstilstand, officieel Donation after Circulatory Death (DCD).
‘Praat vooraf met je familie over donatie. Als nabestaanden de wens van de overledene kennen, stemmen ze zo goed als altijd in met orgaandonatie.’
➝ De kandidaat-donor ondergaat vooraf meerdere onderzoeken. ‘Zo doen we een bloed- en weefseltest, naast diverse onderzoeken van onder meer hart en longen. Uiteraard wordt ook de werking van de nieren zorgvuldig getest’, legt transplantatiecoördinator Gerda Van Beeumen uit. Meer dan twee op drie kandidaten raakt niet door de selectie, meestal wegens gezondheidsproblemen. Helbert: ‘Struikelblokken zijn vaak een te hoge bloeddruk, hart- en vaatziekten of suikerziekte. Die problemen tasten op termijn ook de nieren aan. En dan zou de donor misschien zelf eindigen met een te lage nierwerking.’ Er wordt ook altijd nagegaan of de donatie wel om de juiste redenen gebeurt. ‘We willen absoluut voorkomen dat iemand tegen betaling of onder druk een nier zou schenken’, aldus Helbert. Na de ingreep verblijven de donoren gemiddeld een vijftal dagen in het ziekenhuis, gevolgd door een herstelperiode van vier tot zes
INFO 22
weken. Ze engageren zich om na de transplantatie jaarlijks op controle te blijven komen. ‘Zo kunnen we eventuele nier- of andere gezondheidsproblemen vroeg ontdekken én behandelen, wat cruciaal is voor een persoon met maar één nier. De overheid wil die opvolging verplichten’, zegt nefroloog prof. dr. Jean-Louis Bosmans. Uit heel wat onderzoek is overigens gebleken dat levende nierdonoren niet vaker nierproblemen krijgen dan anderen, integendeel.
Donatie na hartstilstand Een relatief nieuwe tendens is donatie na hartstilstand, officieel Donation after Circulatory Death (DCD). ‘Meestal gebruiken we organen van hersendode patiënten’, legt transplantatiechirurg dr. Kathleen De Greef uit. ‘In afwachting van de transplantatie worden de hartwerking en de bloedcirculatie dan kunstmatig in stand gehouden met de beademingsmachine. Het hart stopt pas met kloppen op de operatietafel. Almaar vaker worden
echter ook organen weggenomen bij zogenaamde non heart beating donors. Het gaat dan om zwaar zieke patiënten die aan de beademing liggen op intensieve zorg, bijvoorbeeld na een hartinfarct of beroerte, en voor wie verder behandelen zinloos is geworden. In overleg met de familie kan dan worden beslist de behandeling te staken, waarna ze overlijden. Meteen na hun dood worden hun organen dan weggenomen.’ Het hart is op dat moment niet meer geschikt voor donatie, maar de nieren, longen en lever zijn vaak wel nog bruikbaar. In zowat de helft van de gevallen is donatie mogelijk. ‘Die vorm van orgaanschenking past in de trend om niet hardnekkig en zinloos te behandelen’, zegt prof. dr. Dirk Ysebaert, diensthoofd transplantatiechirurgie. Donatie na hartstilstand kan alleen als de behandeling bruusk wordt stopgezet en de patiënt binnen het half uur daarna overlijdt. Zo blijven de organen tot op het
laatst voldoende doorbloed. Ook moeten de organen meteen na het overlijden worden weggenomen. ‘Je begrijpt dat de familie daarvoor moet openstaan’, zegt Ysebaert. De afgelopen jaren waren er in België telkens 60 à 70 non heart beating donoren per jaar, voornamelijk in universitaire ziekenhuizen. Via een nationaal protocol worden ook andere ziekenhuizen gestimuleerd om er oog voor te hebben. Intussen vestigen transplantatie centra hun hoop op een nieuwe techniek die deze vorm van donatie een enorme boost zou kunnen geven. Ysebaert: ‘Met behulp van een perfusiemachine kunnen we organen buiten het lichaam een tijd lang bevloeien, waardoor hun kwaliteit sterk verbetert. Wellicht zouden we zo alle organen van na hartstilstand overleden donoren kunnen benutten. Voor niertransplantatie is dat al een algemeen aanvaarde techniek. Helaas gaat het om een peperdure behandeling en is er voorlopig geen terugbetaling.’
Dienst hepabiliaire, transplantatie en endocriene heelkunde, T 03 821 56 60, dienst nefrologie, T 03 821 34 35.
Mathijs geniet volop van zijn herwonnen vrijheid.
‘Je kunt perfect verder met één nier’ Toen Mathijs (18) aan de dialyse moest, twijfelde zijn vader Eric (49) geen seconde om zich als donor aan te bieden. ‘Ik ben blij dat ik dit voor mijn zoon heb kunnen doen.’
M
athijs was acht toen zijn nieren begonnen te haperen: hij leed aan FSGS of focale segmentale glomerulosclerose, een aandoening die de nierfilters aantast. ‘Jarenlang bleef de ziekte onder controle met bloeddrukverlagers’, zegt Eric. ‘Tot Mathijs eind 2013 maar niet van een buikgriep herstelde. In het ziekenhuis bleek zijn nierwerking dramatisch verslecht.’ Mathijs
moest voortaan aan de dialyse en werd ook op de wachtlijst voor een niertransplantatie gezet. Eric: ‘We wisten echter dat een donornier jaren op zich kon laten wachten. Ik was dan ook meteen bereid mijn eigen nier af te staan.’ Eric doorliep de nodige onderzoeken en tests en bleek geschikt als donor. Het allerlaatste gesprek, met de chirurg, was echter een koude douche. Eric: ‘Het zou een klassieke operatie worden, met
een behoorlijk grote snede van aan mijn buik tot aan mijn rug. Ik had echter geen zin om bijna drie maanden thuis te zitten. Na wat opzoekwerk ontdekte ik dat de ingreep in het UZA via een kijkoperatie kon. Ik stuurde een mailtje naar prof. Ysebaert, diensthoofd transplantatieheelkunde, en had hem nog diezelfde avond aan de lijn. De volgende dag al werd een datum voor de ingreep geprikt.’
Beurtelings onder het mes Een zestal weken later was het zover. Vader en zoon gingen beurtelings onder het mes in aanpalende operatiezalen. ‘Toen ik ontwaakte, voelde dat nog niet meteen als een nieuwe start’, zegt Mathijs. ‘Ik moest uiteraard nog herstellen. Bovendien duurde het een paar dagen voor de nier begon te functioneren. Toen ik eindelijk kon plassen, was iedereen dolblij.’
Eric heeft niets dan lof voor de opvang in het UZA. ‘We konden en kunnen altijd bij het team terecht. Iedereen is erg betrokken.’ De ingreep vond hij goed meevallen. Na vier weken kon hij alweer aan de slag. Twijfels heeft hij nooit gehad. ‘Je kunt perfect verder met één nier. Ik sport net als vroeger en ben op geen enkele manier beperkt. Na alles wat er gebeurd is, leef ik bewuster en gezonder. Ik hoop echt dat meer mensen stilstaan bij het enorme plezier dat ze iemand kunnen doen door een nier te schenken.’ Zoon Mathijs geniet intussen volop van zijn herwonnen vrijheid. Hij moet stipt twee keer per dag zijn medicatie nemen, maar dat is een kleine prijs in vergelijking met de dialyse. Doodmoe op de zetel liggen is er niet meer bij. ‘Sinds zijn transplantatie is hij geen avond meer thuis’, lacht mama Christel. 23
DOSSIER ORGAANTRANSPLANTATIE
Het UZA start opnieuw met longtransplantaties. De kans op succes is minder groot dan bij de meeste andere orgaantransplantaties, maar als alles goed gaat, kan de patiënt weer een perfect normaal leven leiden.
UZA herneemt longtrans
D
e eerste longtransplantatie in het UZA dateert van eind 1997. ‘Het aantal transplantaties is nooit hoog geweest, maar de patiënten in kwestie deden en doen het opvallend goed’, zegt prof. dr. Wilfried De Backer, diensthoofd longziekten.
Voor wie is een longtransplantatie bedoeld? Dr. Peter van Hal, pneumoloog: ‘De ingreep wordt vooral uitgevoerd bij patiënten met chronisch obstructief longlijden (COPD), mucoviscidose, longfibrose – dat is een ziekte die gepaard gaat met overmatige littekenvorming in de
INFO 24
longen – en pulmonale hypertensie, een verhoogde bloeddruk in de longslagaders. Omdat een longtransplantatie een zware en riskante behandeling is, transplanteren we alleen patiënten wiens levenskwaliteit erg slecht is en als alle andere behandelingsmogelijkheden zijn uitgeput.’
Waarom is een longtransplantatie zo delicaat? Prof. dr. Paul Van Schil, diensthoofd thorax- en vaatheelkunde: ‘Omdat de longen via de lucht voortdurend in contact staan met de buitenwereld, is er een grotere kans op infecties. Bovendien moeten we zwaardere afweeronderdrukkende medicatie geven
dan bijvoorbeeld bij een nier- of levertransplantatie. Ook chronische afstoting is een belangrijk probleem. De kleine luchtwegen raken dan verstopt, waardoor patiënten opnieuw erg moeilijk kunnen ademen.’
Hoe zijn de vooruitzichten met een donorlong? Van Hal: ‘Wereldwijd is na vijf jaar nog maar zo’n 50 % van de patiënten in leven, maar in de gespecialiseerde transplantatiecentra – waaronder het UZA – is het overlevingspercentage 60 à 70 % na tien jaar. De resultaten zijn de afgelopen jaren verbeterd. Dat komt onder meer doordat we nauwkeuriger kunnen beoordelen wie baat
Dienst pneumologie, T 03 821 35 39, dienst thorax- en vaatheelkunde, T 03 821 37 85
zal hebben bij een transplantatie en doordat de afweeronderdrukkende medicatie is verbeterd.’
Hoe is het met het aanbod donorlongen gesteld? Van Schil: ‘Goede donorlongen liggen niet voor het oprapen: maar 20 % van de donoren heeft transplanteerbare longen. We hopen dat aantal sterk te verhogen met zogenaamde ex vivo perfusie. De verwijderde donorlongen worden dan een paar uur in een machine gelegd waarin ze voortdurend worden bevloeid en beademd (zie ook p. 22). Dat verbetert hun kwaliteit aanzienlijk: 80 % van de longen die nu onbruikbaar zijn, zouden we zo toch kunnen inplanten. We hopen
Links: Een zieke long met bulleus emfyseem die wordt verwijderd. Rechts: De gezonde donorlong die wordt ingeplant.
Transplantaties in het UZA Harttransplantatie 8 à 10 per jaar Voor wie? Bij ernstig hartfalen, meestal na meerdere hart infarcten, of voor patiënten met een sterk verzwakte hartspier Succes? Na 5 jaar is gemiddeld nog 73 % van de patiënten in leven Nieuw? Almaar meer patiënten krijgen in afwachting van een geschikt donororgaan een tijdelijk kunsthart, waarna zeven van de tien alsnog een transplantatie ondergaan.
Pancreastransplantatie
plantaties volgend jaar met die techniek te kunnen starten.’
Dunnedarmtransplantatie
Hoe goed is de levenskwaliteit na de transplantatie? Van Hal: ‘Behoorlijk wat patiënten hebben opnieuw een uitstekende levenskwaliteit. Jonge patiënten kunnen vaak opnieuw aan het werk. En ook sporten kan weer: ik ken longtransplantatiepatiënten die opnieuw aan loopwedstrijden deelnemen.’ De Backer: ‘Een longtransplantatie is niet altijd succesvol, maar je mag je niet verkijken op gemiddelden. Als je ziet hoe goed het met veel van onze patiënten gaat, besef je dat de behandeling zeker de moeite waard is.’
2 à 3 per jaar, op een totaal van 15 à 20 in België Voor wie? type 1 diabetici met ernstige verwikkelingen, bijvoorbeeld patiënten die hun hypo’s niet voelen aankomen of die aan ernstige zenuwaantasting lijden. Succes? Na 5 jaar functioneert nog 65 % van de donor pancreassen. Als de pancreas niet meer werkt, keert de patiënt terug naar de insulinebehandeling. Nieuw? Het UZA neemt deel aan een studie waarbij alleen de zogenaamde pancreaseilandjes worden getransplanteerd, die verantwoordelijk zijn voor de insulineproductie. Die techniek geeft minder complicaties.
tot nog toe 1 transplantatie in 2012 Voor wie? Patiënten die totale parenterale voeding (TPN) krijgen, via de bloedbaan, maar dat niet verdragen. Ze krijgen TPN bijvoorbeeld omdat hun darmen moesten worden verwijderd of wegens een aangeboren darmziekte. Succes? Na 5 jaar functioneert de darm nog bij 50 à 60 % van de patiënten. Doordat de ingreep vrij riskant is en er meestal goede alternatieven zijn, blijft het aantal dunnedarm transplantaties beperkt.
‘Maar 20 procent van de donoren
Jaarlijks voert het UZA ook 30 à 40 niertransplantaties (zie p. 23) en 12 levertransplantaties (zie p. 26) uit. Dit najaar wordt opnieuw gestart met longtransplantaties (zie hiernaast).
heeft longen die transplanteerbaar zijn’
25
DOSSIER ORGAANTRANSPLANTATIE
Jaarlijks ondergaan meer dan 200 Belgen een levertransplantatie, veelal wegens cirrose of leverkanker. Nieuwe medicatie en betere chirurgische technieken verhogen de kans op een goede afloop.
Levertransplantatie
Nieuwe perspectieven
L
evercirrose als gevolg van hepatitis C is een van de belangrijkste redenen om een levertransplantatie uit te voeren. ‘Spijtig genoeg tast de hepatitis C vervolgens ook de donorlever aan. Meestal geleidelijk, maar in uitzonderlijke gevallen ook heel snel. Behandelen is op dat moment erg moeilijk omdat veel transplantatiepatiënten de zware medicijnen niet kunnen verdragen’, zegt prof. dr. Peter Michielsen, adjunct-diensthoofd gastro-enterologie hepatologie. Gelukkig zijn er nieuwe medicijnen op komst. ‘Het gaat om tabletten, meer bepaald direct- acting antivirals. Ze werken in op het hepatitisvirus en niet op het afweersysteem, zoals bij de huidige medicatie’, aldus hepatoloog prof. dr. Sven Francque. Vandaag krijgen
INFO 26
patiënten vaak een combinatie van tabletten en inspuitingen. In de toekomst zullen wellicht tabletten volstaan. Michielsen: ‘De nieuwe geneesmiddelen zijn nog niet op de markt, maar patiënten kunnen bij ons deelnemen aan klinische studies. Bovendien hebben we overeenkomsten met farmaceutische bedrijven, waardoor we bepaalde patiënten nu al met de nieuwe geneesmiddelen kunnen behandelen.’ Dankzij de nieuwe medicatie zal een levertransplantatie allicht ook vaker kunnen worden vermeden.
Kanker tegenhouden Ook patiënten met levertumoren zijn soms met een levertransplantatie gebaat. Meestal gaat het dan om leverkanker door levercirrose, al komen ook patiënten met uitzaaiingen in de lever uitzonderlijk
in aanmerking. ‘Met de transplantatie genees je zowel de levercirrose als de kanker’, zegt leverchirurg dr. Thiery Chapelle. ‘Als de wachttijd oploopt, riskeer je echter dat de kanker zich uitbreidt en een transplantatie niet meer kan. Daarom belanden de patiënten na drie maanden automatisch hoger op de wachtlijst. In afwachting van de transplantatie proberen we de kanker tegen te houden.’ Dat laatste gebeurt door de tumor weg te nemen of die te behandelen met radiofrequentie-ablatie (RFA), een techniek waarbij de kankercellen als het ware worden verschroeid. Een andere optie is TACE, voluit transcatheter arterial chemo embolization: via een katheter wordt dan chemotherapie in het gezwel toegediend. ‘In de toekomst zal het UZA deelnemen aan een interna-
tionale studie waarbij levertransplantatie bij darmkankerpatiënten met uitzaaiingen in de lever in welbepaalde gevallen mogelijk wordt. Tot nog toe komen die patiënten daarvoor niet in aanmerking’, aldus Chapelle.
Contact met lotgenoten De patiëntenvereniging Vlaams Hepatitis Contactpunt lanceerde onlangs haar nieuwe website www. hepafocus.be, met informatie en een platform voor contact met lotgenoten.
Dienst gastro-enterologie hepatologie, T 03 821 33 24, dienst hepatobiliaire, transplantatie en endocriene heelkunde, T 03 821 43 27
Bij Landelijke Thuiszorg vinden wij zorgen voor jou de normaalste zaak van de wereld. Je bent jong of oud, samen of alleen? We komen bij je thuis op die momenten waar extra hulp meer dan welkom is: een geboorte, ziekte, handicap, ouderdom of moeilijke omstandigheden. Onze medewerkers zijn deskundig opgeleid en helpen je met plezier ĂŠn op jouw maat.
Ontslag uit het ziekenhuis? Landelijke Thuiszorg helpt met een waaier van diensten gezinszorg - kraamzorg - poetshulp - gastopvang - oppas - klusjesdienst - woningaanpassing
voor meer info en aanvragen
070/22 88 78
www.landelijkethuiszorg.be Landelijke Thuiszorg maakt deel uit van Ons.
GEZOND
Almaar vaker lees en hoor je dat we te veel koolhydraten eten. Moeten we aardappelen en brood dan maar van ons bord bannen? Of gaat het om een zoveelste hype die wel overwaait?
Koolhydraten
Broodnodig? A ls we sommige voedingsboeken mogen geloven, zijn aardappelen, brood, rijst en pasta een bron van veel kwaad: we worden er dik van, ze werken verslavend en ze verhogen de kans op welvaartsziekten. UZAhoofddiëtiste Martine De Clercq en collega Carolien Van Gils zien dan ook soms patiënten die koolhydraatrijke voedingswaren zonder meer schrappen. Een evolutie die ze niet toejuichen. ‘Zeker als dat eetpatroon wordt doorgetrokken naar het hele gezin, zijn we absoluut geen voorstander. Opgroeiende kinderen hebben koolhydraten nodig’, beklemtoont De Clercq.
Wat zijn eigenlijk koolhydraten? Van Gils: ‘Koolhydraten, ook sacchariden genoemd, is een verzamelnaam. Enerzijds heb je de monosacchariden of enkelvoudige koolhydraten en de disacchariden of tweevoudige koolhydraten, 28
met een minder correct woord snelle koolhydraten genoemd. Daaronder valt de gewone suiker, maar bijvoorbeeld ook glucose en fructose in fruit en lactose in melk. Daarnaast zijn er de polysacchariden of meervoudige koolhydraten. Die zitten vooral in zetmeelhoudende voedingswaren als brood, aardappelen, rijst en pasta.’
Hoe belangrijk zijn koolhydraten in onze voeding? Van Gils: ‘Koolhydraten zijn de belangrijkste energiebron voor ons lichaam. Tot op heden adviseert de Hoge Gezondheidsraad dat ten minste 55 % van onze calorieinname uit koolhydraten zou moeten bestaan, met maximaal 10 % toegevoegde suikers. In de loop van volgend jaar verwachten we een herziening van de richtlijnen, maar daar hebben we nog geen uitsluitsel over. Koolhydraten zullen alleszins nooit volledig uit een voedingspatroon worden geschrapt. Volkoren producten
verdienen de voorkeur omdat die meer vezels bevatten. Hoeveel aardappelen of brood je nodig hebt, is erg individueel. Onze richtlijn voor de hoofdmaaltijd: vul je bord voor de helft met groenten en voor een kwart met aardappelen, rijst of pasta en vul aan met een stuk vlees, vis, kip of vleesvervanger.’ De Clercq: ‘Wie heel weinig of geen koolhydraten eet, kan last krijgen van futloosheid, hoofdpijn, concentratieproblemen en slapeloosheid. Bovendien misloop je zo belangrijke vitamines, mineralen en vezels die je specifiek uit die voedingsgroep haalt.’
Eten we met z’n allen te veel koolhydraten? Van Gils: ‘Volgens de voedselconsumptiepeiling van 2004 zouden we vooral te veel enkelvoudige en tweevoudige koolhydraten eten, zelfs dubbel zo veel als goed voor ons is. Dat is voor een groot stuk te wijten aan de toegevoegde suiker in onder meer
Suikerbommen Hebt u een gemiddelde energiebehoefte en wilt u gezond eten, dan is het aan te raden om de hoeveelheid toegevoegde suikers te beperken tot een maximum van 50 gram per dag. Geen idee hoeveel suiker u zoal eet? Dan kan het verhelderend zijn dat een dag lang bij te houden. Hieronder een aantal boosdoeners op een rijtje.
frisdrank, koekjes, chocolade en gesuikerde melkproducten.’ De Clercq: ‘Als je een gemiddelde energiebehoefte hebt, hou je je het best aan een maximum van 50 gram toegevoegde suiker per dag. Helaas gaan velen daar vlotjes over, wat mee het groeiende probleem van overgewicht verklaart. We staan er vaak niet bij stil hoeveel suiker er in onze voeding verwerkt zit (zie kaderstuk). Ook de Wereldgezondheidsorganisatie hamert op een beperking van toegevoegde suikers en suiker uit honing, siropen en vruchtensappen.’
Wat met het natuurlijke suikergehalte in fruit? De Clercq: ‘Ook in fruit zitten enkelvoudige koolhydraten, maar het bevat ook essentiële voedingsstoffen als vitamines, mineralen en vezels. De kans dat je door fruit te eten te veel fructose binnenkrijgt, is bovendien klein. Niemand overeet zich aan appels. Daarom
focussen we op een beperking van toegevoegde suikers en wordt fruit net gepromoot. Let wel op met fruitsap: zelfs ongezoete fruitsappen bevatten vaak even veel suiker als frisdrank en gaan veel sneller binnen dan fruit.’
En wat als je wil vermageren? Eet je dan beter minder koolhydraten? De Clercq: ‘In een klassiek vermageringsdieet beperken we de calorieën door vooral vet, alcohol en toegevoegde suikers te verminderen. Bij ernstig overgewicht stelt de arts soms een streng koolhydraatarm dieet voor, maar zoiets kan alleen onder medisch toezicht. Je mag de richtlijnen voor zo’n individueel opgesteld dieet dus niet veralgemenen naar de algemene bevolking.’
Kortom: een normaal verbruik van aardappelen en brood kan geen kwaad? Van Gils: ‘Op dit moment is er
• Blikje cola (33 cl): 35 g suiker • Reep gevulde chocolade (45 g): 25 g • Glas (20 cl) volle chocomelk: 17 g • Ronde koffiekoek met rozijnen: 14 g • Glas (20 cl) limonade: 18 g • Potje fruityoghurt (125 g): 12 g • Potje chocolademousse (60 g): 15 g • Portie confituur (15 g) voor 1 boterham: 8 g • Portie choco (15 g) voor 1 boterham: 8 g • Blokje pure chocolade (15 g): 4 g • 25 g ketchup: 5 g • Speculaasje (7 g): 3 g
alleszins geen argument om een normaal verbruik te verbieden. Over voeding worden spijtig genoeg veel onware dingen gezegd, soms gebaseerd op onbetrouwbare wetenschappelijke studies. De actieve voedingsdriehoek is wel aan vernieuwing toe, maar op dit moment weten we nog niet hoe de nieuwe richtlijnen van de Hoge Gezondheidsraad naar dat voedingsmodel zullen worden vertaald. Daarvoor moeten we nog even geduld hebben.’ 29
GEZOND
Eerste hulp bij
Door kleine of banale wonden met de grootste zorg te omringen, kunt u veel leed voorkomen. Wondzorgverpleegkundige Sonja Vlayen geeft ons een spoedcursus wondzorg in 7 stappen.
M
et een openstaande wonde of een brandwonde gaat u naar de huisarts of de spoed. Doe dat ook met een bijtwonde: het gevaar op infectie is dan groot. Onschuldiger wonden kunt u eventueel zelf verzorgen. Doe dat als volgt:
de kraan of de douchekop. Bij de apotheek kunt u wondsponsjes of -doekjes kopen om een vervuilde wonde op een zachte manier schoon te maken. Was de huid rondom de wonde met zeep om bijbesmetting te voorkomen. Reinig dagelijks of ten minste bij elke verzorging, tot de wonde genezen is.
de wonde goed 1Reinig
altijd 2 Ontsmet
Reinig een schaaf- of snijwonde altijd grondig met water onder
INFO 30
Ontsmet een nieuwe wonde altijd met vloeibaar ontsmettingsmiddel:
Wondzorgverpleegkundige Sonja Vlayen, T 03 821 53 99
het is immers nooit uit te sluiten dat er contact is geweest met een besmet oppervlak. Gebruik daarvoor povidonjood, beter gekend onder de merknamen iso-Betadine, Betadine, Braunol en Betardermyl. Individuele doses zijn hygiënischer. Gebruik voor kinderen jonger dan vijf jaar een aangepast product. In principe hoeft u maar één keer te ontsmetten, maar speel bij twijfel op veilig.
de wonde vochtig 3 Houd
Vergeet het advies dat je elke wonde droog moet houden: wonden genezen sneller en mooier als u ze licht vochtig houdt, dus zonder korstvorming. Is de wonde van zichzelf vochtig genoeg, dan volstaat een vetverband (zie kader) of zelfs een steriel kompres. Als de wonde te droog is, gebruikt u een hydrogel (zie kader) en dekt u hem af met een steriel kompres. Verband of
kompres mogen niet in de wonde kleven. Let wel: een gehechte wonde moet u wel droog houden.
alert op infecties 4 Wees
Bij het minste teken van infectie ontsmet u de wonde opnieuw en contacteert u de huisarts: dat wil zeggen als er meer vocht uit komt, bij toenemende pijn of roodheid, als de wonde warm aanvoelt of als er etter ontstaat. De wonde moet dan een tijd lang twee of drie keer per dag worden verzorgd en ontsmet. Vermijd zalven met antibiotica in. Zo werkt u immers het ontstaan van resistente bacteriën in de hand, terwijl er goede alternatieven zijn, zoals een ontsmettend verband.
zo lang als het moet 5 Verzorg
Een wonde die goed evolueert, hoeft u maar één keer per dag te
Correctie In de vorige MagUZA stonden bij het artikel over tekenbeten afbeeldingen van een vlo in plaats van een teek. Onze excuses!
kleine wondjes verzorgen. Houd de wonde vochtig tot hij dicht is en bedekt tot er zich nieuwe huid heeft gevormd. Daarna hydrateert u de huid om die opnieuw weerbaarder te maken. Een gehydrateerde huid is hoe dan ook beter gewapend tegen kwetsuren.
6
Blijf niet sukkelen
Een banale wonde is na twee weken quasi genezen of ziet er op zijn minst stukken beter uit. Zo niet moet u medische hulp zoeken. Zes weken is de absolute bovengrens. Een andere zalf, aanpak of verband kan wonderen doen. Soms is er ook sprake van een onderliggend
probleem, zoals spataders, diabetes of vaatlijden. De meeste ziekenhuizen hebben een wondzorgverpleegkundige met een ambulante raadpleging. Zeker bij hardnekkige wondproblemen is dat de aangewezen specialist.
met water en zon 7 Voorzichtig
Met een schaaf- of snijwonde mag u niet gaan zwemmen of in bad wegens besmettingsgevaar. Een douche kan geen kwaad. Houd het litteken een jaar lang uit de zon om te vermijden dat het verkleurt. Bedek het of gebruik zonnecrème met de hoogste beschermingsfactor.
uw advertentie hier?
In de huisapotheek Dit moet u altijd in huis hebben voor wondzorg: • Vloeibaar ontsmettingsmiddel, bijvoorbeeld iso-Betadine • Hydrogel, een dikke gel die het wondvocht vasthoudt, bijvoorbeeld Flamigel • Vetverband, een kompres dat met een vette substantie is doordrenkt • Steriele kompresjes • Hechtpleister of zelfhechtende windel
INFO Media Surplus Daknamdorp 25, Lokeren T 09/349 69 64 – 0475/52 27 15 info@media-surplus.be www.media-surplus.be
ZORG
Het UZA streeft naar de hoogst bereikbare kwaliteit op het vlak van zorg. Het ziekenhuis verbetert dan ook constant zijn dienstverlening. Dat kan onder meer door te peilen naar de tevredenheid van de patiënten.
K
rijgt u als patiënt voldoende informatie in het UZA? Wordt u vriendelijk behandeld? Is het eten lekker? Met dat soort vragen probeert het UZA te achterhalen hoe tevreden de patiënten zijn over de service in het UZA. ‘We willen ons van de andere ziekenhuizen onderscheiden door de hoge kwaliteit die we aanbieden’, zegt Paul Van Aken, directeur patiëntenzorg. ‘We optimaliseren daarbij niet alleen de feitelijke zorg, we besteden ook aandacht aan de beleving van de patiënt. Dat doen we door enquêtes af te nemen en met patiënten te praten. Op die manier weten we beter waar de pijnpunten zitten en hoe we onze service
UZA meet patiëntentevredenheid
‘ Naar een excellente
kunnen verbeteren. Ik beschouw de patiënten als onze klanten, die we graag tevreden zien terugkeren.’
Transparant Vier keer per jaar bevraagt het UZA de gehospitaliseerde patiënten door middel van een enquête van het Vlaams Patiëntenplatform (VPP). Uit de resultaten van die peilingen blijkt het UZA in 2013 op 22 van de 28 vragen beter te scoren dan het Vlaamse gemiddelde. Paul Van Aken: ‘Al onze resultaten staan zichtbaar voor iedereen op onze website, zowel de hoge als de lage scores. Transparantie is heel belangrijk voor ons.’ ‘Per vraag publiceren we bovendien alleen het aantal keren dat
de patiënten het altijd of volledig eens waren met een uitspraak over kwaliteit. Dat maakt de resultaten overzichtelijk. Het helpt ons ook de lat hoog te leggen voor onszelf. Onze service moet niet goed zijn, maar excellent. Wanneer de patiënten grotendeels mee eens of meestal antwoorden, dan weten we dat er nog ruimte is voor verbetering. Een van de punten waar we hoog op scoren, is de vriendelijke behandeling van de patiënten. Daar ben ik heel blij mee, want dat is een van onze prioriteiten. Een werkpunt is dan weer dat medewerkers zich altijd eerst moeten voorstellen aan de patiënten.’ Naast de VPP-vragenlijsten, gericht op de gehospitaliseerde patiënten, houdt het UZA ook
eigen enquêtes. Paul Van Aken: ‘Het is onze bedoeling om al onze afdelingen te optimaliseren, van radiologie over spoed tot de consultaties.’ Tot slot bevraagt het ziekenhuis ook het eigen personeel. ‘Tevreden medewerkers maken tevreden patiënten. Een patiënt voelt heel goed aan of de sfeer op een afdeling goed zit of niet.’
Digitale communicatie Tot nu maakte het ziekenhuis gebruik van papieren enquêtes, maar momenteel loopt een proefproject waarbij de gehospitaliseerde patiënten op één pilootafdeling de vragen kunnen beantwoorden via de tv-toestellen in hun kamer. Paul Van Aken: ‘Via de televisieschermen
Hoogtes en laagtes Het Vlaams Patiëntenplatform stelde in 2013 een vragenlijst op voor gehospitaliseerde patiënten. In november 2013 gebruikte het UZA die lijst om te peilen naar de tevredenheid over de aangeboden zorg.
INFO 32
Het UZA scoorde het best op de onderstaande drie stellingen. • Ik voelde me helemaal klaar om naar huis te gaan: 95%. • Ik kreeg altijd informatie over de verdere behandeling na mijn ontslag uit het ziekenhuis: 93,4%. • De verpleegkundigen waren altijd vriendelijk en beleefd tegen mij: 85,7%.
Over de resultaten van de VPP-enquêtes: www.uza.be/patienttevredenheid
Verbetering is aangewezen op onderstaande vlakken. • De medewerkers stelden zich altijd aan mij voor met naam en functie: 39,4%. • De medewerkers vertelden me altijd wat de mogelijke gevolgen kunnen zijn: 44,9%. • De medewerkers gaven altijd gelijkaardige informatie: 45,8%.
service’ een enquête afnemen is minder arbeidsintensief. Het is ook een stap richting digitale communicatie, iets waar de patiënten zelf om vragen. Het enige nadeel is dat de respondenten de vragen beantwoorden terwijl hun zorgtraject nog niet volledig is afgesloten. Vandaar dat we op de afdeling radiologie een project hebben opgestart waarbij we de enquêtes afnemen per mail, wanneer de patiënten al terug thuis zijn.’ ‘We hebben onze patiënten tijdens hun bezoek aan onze afdeling naar hun e-mailadres gevraagd en stuurden hen dan achteraf een gepersonaliseerd bericht’, legt Filip Deferme, hoofdverpleegkundige radiologie, uit. ‘De respons was vrij hoog: 57 %. Dat zou in de toekomst nog kunnen stijgen, wanneer we de kinderziektes van het systeem hebben overwonnen. Via mail hebben we ook de mogelijkheid een reminder te sturen.’ Een digitale bevraging heeft nog een bijkomend voordeel: de mogelijkheid om de enquête te laten uitvoeren door derden. Paul Van Aken: ‘Het lijkt mij een goede zaak mochten in de toekomst de enquêtes in alle ziekenhuizen afgenomen worden door een objectieve partij. Dat zou de geloofwaardigheid ervan alleen maar verhogen.’
33
ZORG
Ziekenhuishygiëne
Geen bacteriën op bezoek Nogal wat mensen zijn bang om in een ziekenhuis een infectie op te lopen. Het UZA doet al het mogelijke om dat risico in te dijken: van makkelijk afwasbare toetsenborden tot afdelingen met een specifieke luchtfilteringsinstallatie.
34
H
et UZA zet een heel arsenaal aan maatregelen en technologie in om infecties letterlijk en figuurlijk buiten de deur te houden. Op sommige afdelingen met bijzonder kwetsbare patiënten, zoals hematologie, intensieve zorg, intensieve neonatologie en het operatiekwartier gelden extra voorzorgsmaatregelen. Zo wordt er in die afdelingen een overdruk gecreëerd en is er een sas bij de ingang: op die manier kan er geen lucht van de aanpalende gang binnen en dus ook geen kiemen. De operatiezalen hebben bovendien een uitgekiend
luchtverversingssysteem dat de lucht van vrijwel alle stof en andere kiemdragende deeltjes ontdoet en ervoor zorgt dat er uitsluitend schone lucht boven de operatie- en instrumententafels circuleert. Een hoofdstuk apart is de afdeling hematologie, waar patiënten met een sterk verminderde afweer verblijven. ‘Daar staat niet alleen de afdeling zelf onder overdruk, maar ook de kamers ten opzichte van de gang’, zegt dr. Hilde Jansens, verantwoordelijke ziekenhuishygiëne in het UZA. ‘Bovendien hebben die kamers een apart systeem van luchtcirculatie en -zuivering. De luchtkwaliteit wordt er regelmatig getest.’
U ZEGT
Wist u dat … … er tijdens verbouwingen in het UZA speciale filterbakken worden opgesteld die schimmels uit de lucht halen? … het UZA op veel plaatsen waterkranen gebruikt waaruit minstens één keer per 24 uur automatisch water stroomt? Dat om de legionellabacterie geen kans te geven. … bedlegerige patiënten sinds kort met vochtige doekjes worden gewassen, als alternatief voor de kom water en washandjes? … er voor de afdeling intensieve neonatale zorg gemakkelijk wasbare knuffellapjes werden aangekocht? … bloemen, planten en knuffels niet toegelaten zijn op de afdeling hematologie? … de kleding van operatiekwartiermedewerkers elastieken heeft aan de mouwen en broekspijpen, om afscheiding van lichaamsschilfers met huidkiemen te voorkomen?
Vertrouwenspersoon
Wat is een vertrouwenspersoon? Als patiënt kunt u een vertrouwenspersoon aanduiden om u bij te staan in uw contacten met de medische wereld. Volgens de wet mag een vertrouwenspersoon u bijstaan • bij het verkrijgen van informatie over uw gezondheidstoestand (bijvoorbeeld een consultatie of gesprek bijwonen), • bij de inzage van uw patiëntendossier en bij het bekomen van een kopie ervan, • bij het neerleggen van een klacht.
Wie kan uw vertrouwenspersoon zijn? Een familielid, een vriend, vriendin of iemand anders.
Hoe stelt u een vertrouwenspersoon aan?
Vroeger verbleven patiënten er in isolatiekamers, kleine glazen hokjes met een voortdurende luchtstroom. Letterlijk alles werd er gesteriliseerd, tot de krant toe, en bezoekers mochten alleen van kop tot teen ingepakt binnen. ‘Uit onderzoek blijkt echter dat die isolatiekamers geen meerwaarde opleveren, en dus zijn we bij de verbouwing van de afdeling overgeschakeld naar gewone kamers met een goed bewaakte luchtkwaliteit. Een stuk aangenamer voor de patiënt’, vervolgt Jansens.
Ontsmettende washandjes Preventie van infecties schuilt soms in schijnbaar banale aanpassin-
gen. ‘Zo staat er op de kritische diensten naast elk bed of couveuse een computer, waarbij vooral het toetsenbord een bron van infecties kan zijn. We gebruiken nu vlakke, gemakkelijk te ontsmetten toetsenborden’, zegt ziekenhuishygiënist Frank Van Laer. Op intensieve zorg worden de patiënten sinds kort dan weer gewassen met ontsmettende washandjes. ‘We onderzoeken momenteel in welke mate die infecties tegengaan, binnen een grote Europese studie. Als ze inderdaad het aantal infecties verminderen, kan dat ook het antibioticaverbruik en de nood aan isolatie naar beneden brengen’, legt Jansens uit.
U kunt daarvoor een officieel formulier invullen en laten toevoegen aan uw dossier. Het document vindt u op www.patientrights.be. Die website van de overheid bevat ook alle informatie over uw rechten als patiënt.
Wat is het verschil met een wettelijke vertegenwoordiger? Een wettelijke vertegenwoordiger komt op voor uw rechten en treedt in uw plaats op als u daar zelf niet meer toe in staat bent, bijvoorbeeld als u buiten bewustzijn bent. Ook uw wettelijke vertegenwoordiger kunt u zelf aanduiden als u dat wenst.
Info
Ombudsdienst T 03 821 31 60, ombudsdienst@uza.be, www.patientrights.be
35
TRUM
SPEC
en-
lezing
S
REEK
“Op afspraak” geneeskunde en gezondheid IV Samenwerkingsverband UZA / UA – ActUA OCMW Edegem – Seniorenraad Edegem
WAAR OCMW Edegem, Dienstencentrum Den Appel Oude-Godstraat 110, 2650 Edegem WANNEER Telkens op maandagmiddag van 14 tot 16 uur. DEELNAMEPRIJS nog niet gekend. In tien lezingen geven artsen van het Universitair Ziekenhuis Antwerpen en professoren van de Faculteit G eneeskunde & Gezondheidswetenschappen van de Universiteit Antwerpen een uiteenzetting met nadien gelegenheid tot vraagstelling. De lezingen worden ingeleid door emeriti van de Universiteit Antwerpen.
Lezingen in 2014: 3/11/2014 Prof. Dr. Paul A.R. Pelckmans, diensthoofd gastro-enterologie en hepatologie
‘In de donkere spelonken van ons lichaam – de darmflora bepaalt ons leven’ Constipatie, opgeblazen gevoel, diarree, onregelmatige transit, winderigheid,…’
Elisabeth Macken ARTS
Gastro-enterologe dr. Elisabeth Macken voert dagelijks kijkonderzoeken uit in maag en darmen. De planning zit doorgaans eivol, maar: ‘als patiënten echt ongerust zijn, laten we ze snel komen.’
17/11/2014 Prof. dr. Heidi Theeten, UZA, Vaccinologie
‘Beter voorkomen dan genezen: zin & onzin van vaccinaties’ 1/12/2014 Prof. dr. Greta Moorkens, adjunct diensthoofd algemeen inwendige geneeskunde
Scherpe blik,
‘Check up of zijn we wel zo gezond?’
15/12/2014 Prof. dr. Alexandra Vermandel, coördinator Kleine Bekken Kliniek
‘Bekkenbodemtherapeuten: wie zijn ze? en wat doen ze?’ INFO Karen Croes OCMW Edegem Gezondheidspreventie T 03 450 84 20 Karen.Croes@ocmwedegem.be Mevr. Ilde Vander Velpen Dienstencentrum Den Appel T 03 450 82 61 Ilde.VanderVelpen@ocmwedegem.be 36
‘Start van onze wekelijkse consultatie. Ik zie vooral patiënten met chronische ontstekingsziekten van de darm, ook wel IBD (inflammatory bowel disease) genoemd. Voorbeelden zijn de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa. Die ziekten kun je niet genezen, maar we doen alles om de patiënt een normaal leven te geven. Meestal lukt dat vrij goed. Mijn eerste patiënt, meneer P. (38), heeft net een operatie gehad waarbij een aangetast stuk darm werd weggenomen. Hij is heel tevreden:
hij heeft veel minder klachten en kan weer een normaal sociaal leven leiden.’ ‘Als een patiënt opeens meer klachten krijgt, proberen we snel een afspraak te regelen. Hij of zij mag dan rechtstreeks bellen met onze IBD-verpleegkundige Frederika. Vandaag zie ik vroeger dan gepland mevrouw V. (41) terug. Ze contacteerde ons omdat ze veel last had van buikpijn en krampen. Ik doe meteen een darmonderzoek en pas haar medicatie aan.’
WITJAS VAN DIENST
juiste diagnose ‘Maandagnamiddag staan er coloscopies op het programma, kijkonderzoeken waarbij we via de aars een flexibele buis tot in de dikke darm brengen. Indien nodig verwijderen we dan ook poliepen. Ik ga even meevolgen bij een arts in opleiding. Een coloscopie kan best lastig zijn en soms moet een meer ervaren arts het overnemen. Doordat de patiënten een licht verdovend en kalmerend middel krijgen, merken ze weinig van het onderzoek. Ook de rest van mijn werkweek is vooral gevuld met endoscopische
onderzoeken, procedures waarbij we met een soepele slang in het lichaam gaan kijken. Op die manier onderzoeken we behalve de dikke darm ook de dunne darm, de maag en de galwegen.’ ‘Slecht nieuws voor mevrouw W. (65). Zij werd doorverwezen nadat ze positief testte bij de darmkankerscreening. Tijdens de coloscopie stuit ik inderdaad op een kwaadaardig letsel. Na de ingreep breng ik haar voorzichtig op de hoogte. We plannen al onmiddellijk de volgende
onderzoeken. Dat vind ik erg belangrijk: zo gaat de patiënt naar huis met het gevoel dat het probleem meteen wordt aangepakt.’ ‘Tijd voor het wekelijkse multidisciplinair oncologisch consult, kortweg MOC. Tijdens die vergadering zitten we met alle kankerspecialisten van ons domein samen om de patiënten te bespreken. Vooral bij complexe gevallen wordt er lang overlegd. We bespreken ook meneer S. (70), een patiënt bij wie ik recent de slokdarm heb onderzocht. Ik stelde toen vast dat er een longtumor door zijn slokdarm was gegroeid: ik kon zo tot in zijn longen kijken. Opereren kan niet meer. Ik zal daarom een slokdarmstent plaatsen, een soort buisje dat de slokdarm herstelt.’
’s Avonds ben ik altijd nog bezig met mails beantwoorden, dringende onderzoeken plannen, uitslagen van labo-onderzoek bekijken, verslagen nalezen, een planning opstellen voor de artsen in opleiding … Ik vertrek meestal niet voor 18.30 uur. Gelukkig kan ik een deel van die taken thuis uitvoeren.’ ‘Oproep voor een acute ingreep: een patiënt op intensieve zorg heeft een hevige bloeding gekregen in zijn slokdarm. Het bloed loopt uit zijn mond en neus: hij baadt er letterlijk in. Zo’n twintig minuten na de oproep staan we met z’n allen rond de patiënt. We moeten alles uit de kast halen om de bloeding te stoppen, maar gelukkig halen we hem erdoor. Weer thuis voel ik de adrenaline nog stromen.’ 37
GEEF JE GEZONDHEID EEN BOOST.
Overtuig jezelf en bel voor een GRATIS test naar 1 van onderstaande verkooppunten
THERAPEUTISCHE INFRAROODCABINES MET LEVENSLANGE GARANTIE
Verlichting van spier- en gewrichtspijnen Goed bij reuma, artrose en fibromyalgie Verbetert uw algemene conditie Verlicht astma en bronchitis Goed tegen rug- en nekklachten Verbetert de bloeddoorstroming
www.cobretti.be
Droom je van je eigen infrarood sauna ? Verdrijft afvalstoffen uit uw lichaam Goed tegen psoriasis, eczeem en acné Vermindert stress en hoofdpijn Vermindert cellulitis en verbrandt calorieën Verhoogt uw immuniteit
Je hebt reeds een Health Mate vanaf 3.695,-
35
Raadpleeg steeds uw arts als u een Health Mate® infraroodcabine wil gebruiken voor medische doeleinden. ANTWERPEN: Arak Wellness LIER 03 295 50 25 | Van den Berg HOOGSTRATEN 03 315 75 31 | Sanik GEEL 014 58 86 70 | AquaVision OUD-TURNHOUT 014 35 91 71 | Fonne Smeulders KALMTHOUT 03 62 01 620 | Health Mate SHOP SCHOTEN 03 685 44 50 | NG Project BALEN 014 73 53 99 | Schrauwen: BRASSCHAAT 03 645 24 79 | HERENTALS 014 24 40 20 – WILRIJK 03 825 69 81 – ZANDHOVEN 03 464 19 16 | Sanal BORSBEEK 03 366 17 70 | LIMBURG: ‘t Hoveniertje WELLEN 012 74 53 60 | Schrauwen GENK 089 30 86 20 | Varey LOMMEL 011 54 43 69 | Sleurs & Vangompel BOCHOLT 089 46 56 00 | D&A Pool Technics ZONHOVEN 011 82 37 65 | Aquamaax SCHERPENHEUVEL 0495 35 07 13 | WEST-VLAANDEREN: Spa-Wellness ZWEVEGEM 0477 59 58 13 | Ovalco OOSTKAMP 050 82 75 86 | Health Mate Shop Knokke 0486 51 89 83 | Delaere IZEGEM 051 30 11 82 | Wellness La Rose GISTEL 059 27 61 84 | Florisan VEURNE 058 31 53 15 | Vanderhaeghe IEPER 057 21 37 23 | Vermeersch KORTEMARK 051 57 52 08 | Lamo RUISELEDE 051 68 82 53 | DC infrarood RUDDERVOORDE 050 28 07 87 | Claeys-Verhelst Brugge | | | 050 31 26 52 Xavier Covemaeker WERVIK 056 20 01 69 OOST-VLAANDEREN: Aquatropic MALDEGEM 050 71 93 92 Aquazure NINOVE 054 50 01 69 – WICHELEN 053 39 09 39 | Het Buitenhuis DENDERMONDE 052 25 61 16 | Wellness Decor KRUISHOUTEM 09 383 70 83 | Wida MELSELE 03 336 54 94 | Esento: BRAKEL 055 42 76 08 | Van Poucke ZOTTEGEM 09 360 16 91 | Vepa ZELZATE 09 345 56 25 | Schrauwen ST-NIKLAAS 03 766 18 17 | Sterck AALST 053 70 16 11 | Sani-en Keukendecor WAASMUNSTER 03 250 66 90 | DC Pools GAVERE 0473 25 22 74 | DC infrarood GENT 09 321 25 85 | VLAAMS-BRABANT: Van Poucke LENNIK 02 582 35 03 | L’air et L’eau BEGIJNENDIJK 016 41 42 66 | Ventimec LEUVEN 016 23 39 74 | Pool+ HAACHT 016 85 09 55 | Runningmate KAMPENHOUT 016 65 05 86 | Van Diest HALLE 02 361 14 16 | M&T Fitness Shop LUBBEEK 016 60 10 25 Volledig overzicht op www.healthmate.be
UZA PRAKTISCH
ONVERGETELIJK
Nuttige telefoonnummers • algemeen nummer UZA: T 03 821 30 00 • onthaal en opname: T 03 821 31 01 • patiëntenbegeleiding: T 03 821 37 00 (maatschappelijk werk, vrijwilligers, intercultureel bemiddelaar, transfercoördinator, levens beschouwelijke begeleiding, tolken en tolken Vlaamse gebarentaal) • ombudsdienst: T 03 821 31 60 • inlichtingen facturen: T 03 821 31 28 • mobiele medische urgentiegroep: T 03 821 38 06 • school in het UZA: T 03 821 58 86 Gastenkamers Ter Weyde Wilt u in de buurt van het ziekenhuis overnachten, dan kunt u terecht in onthaaltehuis Ter Weyde. Vrijwilligers bieden er een eenvoudig maar warm onthaal aan een billijke prijs. Ter Weyde bevindt zich op 200 meter van het UZA (Edegemsesteenweg 240, 2610 Wilrijk). Voor meer info: T 03 440 48 18. Winkelgalerij In de inkomhal vindt u: • de cafetaria, in de week open van 8.30 tot 20 uur; in het weekend en op feestdagen van 12 tot 20 uur • een broodjeszaak, in de week open van 9 tot 14.30 uur • een winkel Moment’to Shop Delhaize met een ruim aanbod verse voeding, drank, lectuur, geschenkartikelen … Open op weekdagen van 8.30 tot 20 uur. In het weekend van 12 tot 18 uur. • een bloemen- en pralinewinkel ‘Gift Shop’, open van maandag tot en met vrijdag van 11.00 tot 19.30 uur. In het weekend en op feestdagen gesloten. • een bankautomaat Restaurant Het restaurant vindt u op -1 op het einde van de bezoekersgang. Het is elke werkdag open van 12 tot 14 uur. Meer info: www.uza.be
Abonnement Wenst u een gratis abonnement op Maguza, wilt u een adreswijziging doorgeven of wilt u het magazine niet langer ontvangen? Bel 03 821 32 96 of stuur uw naam en adres naar UZA, afdeling communicatie, Wilrijkstraat 10, 2650 Edegem, of surf naar www.maguza.be/abonnement. U kunt hier ook inschrijven op de gratis digitale nieuwsbrief van Maguza.
Colofon Maguza · driemaandelijks tijdschrift van het Universitair Ziekenhuis Antwerpen ·
jaargang 26, oktober 2014 · Redactieadres: UZA, afdeling Communicatie, Wilrijkstraat 10, 2650 Edegem, communicatie@uza.be · Verantwoordelijke uitgever: Johnny Van der Straeten · Hoofdredacteur: Ann Segers · Eindredacteur: Kris Thieren · Redactieraad: Bettina Blaumeiser, Patrick Cras, Annick Deckers, Anneleen De Vos, Jonas De Wolf, Marc Peeters, Ann Segers, Bharati Shivalkar, Elke Smits, Kris Thieren, Paul Van Aken, Miranda Van De Wiele · Redactie & realisatie: Jansen & Janssen Creative Content, www.jaja.be · Fotografie: Frank Bahnmuller, Jan Locus, Eric de Mildt, Shutterstock · Illustratie p. 14-16: Frederik Van den Stock · Kruiswoordraadsel: Freddy Roegiest · Reclameregie: Media Surplus, www.media-surplus.be · De inhoud van de advertenties valt niet onder de redactionele verantwoordelijkheid van het UZA. Maguza wordt gedrukt op FSC-papier, afkomstig van duurzaam beheerde bossen.
‘De vader van de ivf’ Gerd Van Nevel maakte als unit verantwoordelijke in het Centrum voor Reproductieve Geneeskunde veel mooie momenten mee. Hét hoogtepunt was de ontmoeting met Robert Edwards, de fysioloog die aan de wieg stond van de ivf-techniek. ‘Ik studeerde nog voor vroedvrouw toen de eerste ivf-baby, Louise Brown, in 1978 geboren werd. Op dat moment stond ik nog wat sceptisch tegenover de techniek. Dat veranderde toen ik drie jaar later aan de slag ging in het fertiliteitscentrum en ivf beter leerde kennen. Het centrum was toen nog heel klein: één arts, één verpleegkundige, één bioloog, één androloog en ikzelf. Wanneer de arts naar een congres ging, waren wij technisch werkloos. Zo komt het dat ik in 1985 mee mocht naar de eerste conferentie van de European Society of Human Reproduction and Embryology in Bonn. Daar ontmoette ik Robert Edwards. Ik heb nog altijd de foto waarop ik hem en zijn collega’s de hand schud. Vier jaar geleden heeft Edwards trouwens de Nobelprijs voor de Geneeskunde ontvangen. Ik heb dus de hand van een Nobelprijswinnaar geschud!’
Pioniers ‘De ontmoeting met Edwards was een absoluut hoogtepunt, maar eigenlijk was mijn loopbaan een aaneenschakeling van onvergetelijke momenten. De eerste eicelaspiratie, de eerste ICSI (injectiebevruchting, red.), de eerste ingevroren embryo’s … We verrichtten echt pionierswerk. Wat me ook altijd veel plezier doet, is wanneer de vrouwen na een behandeling in ons centrum hun baby komen tonen. Dan besef je pas echt hoe waardevol je werk is.’ 39
ok tober november december
UZA AGENDA
2014
gratis deel name
ACTIVITEITEN VOOR KANKERPATIËNTEN 1 LEVENSLOOP EDEGEM Levensloop is een initiatief van de Stichting tegen Kanker om samen te denken aan mensen met kanker en te strijden tegen de ziekte. Ook het UZA loopt, stapt en beweegt gedurende 24 uur mee in de editie van Levensloop in Edegem, die start op 11 oktober om 16u aan Fort V. Surf naar de website en ontdek hoe je zelf kan meedoen of steunen. Data 11 – 12 okt 2014 Uur 16:00 – 16:00 Locatie Fort V Edegem Info www.levensloop.be/relays/ edegem-2014
2 LOOK GOOD, FEEL BETTER Workshop schoonheidsverzorging voor kankerpatiënten om de nevenwerkingen van een behandeling te maskeren en het gelaat te verzorgen. Data 22 okt 2014 & 10 dec 2014 Uur 12:00 – 16:00 Locatie UZA VIP-restaurant Info tel. 03 821 44 58 of www.uza.be/kankeractiviteiten
3 OMGAAN MET VERMOEIDHEID BIJ KANKER Informatie en tips over de aanpak van vermoeidheid bij mensen met kanker. Ook voor familie en vrienden! Datum 13 nov 2014 Uur 14:00 – 16:00 Locatie UZA Raadzaal Info tel. 03 821 52 34 of www.uza.be/kankeractiviteiten 40
INFOAVONDEN INFOAVOND OVER HYPOSPADIAS Kom meer te weten over hypospadias, een aangeboren afwijking bij mannen waarbij de plasbuis uitmondt aan de onderkant van de eikel, halverwege de penis of in de balzak. Datum 20 okt 2014 Uur 19:00 – 21:00 Locatie UZA Gemeenschapszaal Info www.uza.be/hypospadias-3 of tel. 03 821 35 11
PRENATALE INFOAVONDEN NOVEMBER 2014 Infosessie en rondleiding voor aanstaande ouders als voorbereiding op een bevalling in het UZA. Data Deel 1: 10 nov 2014 Deel 2: 17 nov 2014 Uur 19:30 – 20:30 Locatie UZA Auditorium Kinsbergen
Info www.uza.be/prenatale-infoavond
THEMADAGEN WEEK VAN DE BORSTVOEDING 1-5 okt 2014 Als ‘Baby Friendy Hospital’ vindt het UZA borstvoedingsbeleid en kwaliteitszorg voor moeder en kind erg belangrijk. In de wereldborstvoedingsweek (1 tot 7 oktober) wil het UZA meer uitleg geven over borstvoeding aan toekomstige moeders. Van 1 tot 5 oktober kan je met je vragen terecht aan de infostand in de inkomhal van het UZA.
WERELDREUMADAG Op 7 okt 2014 in UZA 1 op de 5 Belgen, waaronder 1 op de 1000 kinderen, is getroffen met reuma. Reuma is een chronische aandoening die vaak voor lichamelijke beperkingen zorgt. Ook geestelijk is het zwaar. Op Wereld Reuma Dag wordt overal ter wereld aandacht gevraagd voor de reumaproblematiek. Ook het UZA doet mee. Bezoek de infostand in de inkomhal.
BRA-DAG 15 okt 2014 BRA Day of Breast Reconstruction Awareness Day is gewijd aan de voorlichting en sensibilisering van vrouwen die een borstreconstructie overwegen na de gedeeltelijke of volledige amputatie van een borst. Kom naar de infosessie voor meer uitleg over borstreconstructie door de plastisch chirurgen in het ALMevent and conference center, Filip Williotstraat 9, 2060 Antwerpen. Info www.antwerpbraday.be
DAG VAN HET VROEGGEBOREN KIND 17 nov 2014 Het UZA wil op deze dag extra aandacht schenken aan de problematiek van vroeggeborenen. Bezoek de infostand in de inkomhal van het UZA en neem eens een kijkje in een echte couveuse. Je kan er ook kijken naar de docureeks Prematuurtjes die gedraaid werd op de neonatologie van het UZA.
KERSTBALLEN ACTIE PINK RIBBON IN HET UZA 15-25 december Help jij de kerstboom van het UZA mee te versieren? Koop dan vanaf 15 december een of meerdere kerstballen ten voordele van Pink Ribbon en hang deze in onze boom! Je kan ze natuurlijk ook mee naar je thuis nemen. De opbrengst gaat integraal naar Pink Ribbon, een organisatie die zich inzet tegen borstkanker. Je kan de kerstballen doorlopend kopen vanaf 15 december aan het onthaal in de inkomhal van het UZA.
ZORG
Echo’s voor kansarme moeders in spe
Zwanger en kwetsbaar Zwangere vrouwen die negen maanden lang geen enkele medische begeleiding krijgen, omdat ze het niet kunnen betalen. Het gebeurt anno 2014 in Antwerpen. Enkele Antwerpse welzijnsorganisaties en UZA-artsen willen de ergste noden lenigen.
S
inds begin dit jaar gaan prof. dr. Yves Jacquemyn, diensthoofd gynaecologie, en zeven assistenten om beurt twee keer per maand prenatale echo’s uitvoeren bij vrouwen die anders volledig afgesloten zijn van dergelijke medische controles. Veelal gaat het om vrouwen zonder papieren die heel moeilijk toegang krijgen tot de gezondheidszorg. ‘In de ziekenhuizen worden soms vrouwen in volle arbeid binnengebracht die geen enkele medische opvolging hebben gehad. Dat kan zware gevol-
INFO
gen hebben, en daar wilden we iets aan doen’, zegt Jacquemyn.
Echo’s onbetaalbaar Kind en Gezin biedt in Antwerpen medische begeleiding en opvolging aan maatschappelijk kwetsbare zwangere vrouwen in drie prenatale steunpunten. Ook vrouwen zonder papieren kunnen daar terecht. ‘De steunpunten signaleerden dat echo’s en labo-onderzoeken onbetaalbaar bleven, zeker voor die meest kansarme groep’, vertelt Veerle Decorte van De Kraamvogel, het Expertise
centrum Kraamzorg Antwerpen. ‘Nochtans heeft elke zwangere vrouw recht op medische opvolging, papieren of niet.’ Omdat de praktijk anders is, ging De Kraamvogel op zoek naar financiering en vond die bij Welzijnszorg en bij Cera. Sindsdien krijgen vrouwen die niet kunnen rekenen op terugbetaling van medische kosten de broodnodige prenatale zorg. ‘De twee echo’s die we hen proberen te geven, zijn echt het minimum’, schetst Jacquemyn. ‘Een echo in het eerste trimester is cruciaal om te weten hoe ver de zwangerschap is. Anders weet je niet eens of een bevalling te vroeg begint, of een kindje al dan niet prematuur is of groeiachterstand heeft, en niet onbelangrijk: of het om een tweeling gaat. Ook kunnen we zo bepaalde tekenen opsporen die op een chromosoomafwijking kunnen wijzen.’
Hartafwijking De tweede echo is de zogenaamde structuurecho. ‘Daarmee sporen
we grote afwijkingen op zoals een open ruggetje, zodat we bij de bevalling de nodige opvang kunnen voorzien. Zonder is zo’n kindje soms al op voorhand verloren. We hebben het afgelopen half jaar onder meer al een hartafwijking kunnen onderscheppen, en van heel wat vrouwen de zwangerschapsduur duidelijk kunnen vaststellen.’ Daarmee zijn natuurlijk niet alle problemen opgelost. Veerle Decorte: ‘Ook de zorg kort na de bevalling is vaak een probleem. In sommige ziekenhuizen worden die vrouwen en borelingen heel snel op straat gezet. Daarom starten we nu ook een project rond kraamzorg door de vroedvrouw.’ Partners in dit project zijn Kind en Gezin, Kind en Preventie (prenataal steunpunt, consultatiebureau en inloopteam Pothoek), CAW Antwerpen (prenataal steunpunt, consultatiebureau De Wijk en inloopteam Samik), Dokters van de Wereld, De Kraamvogel.
info@kraamvogel.be
41
KRUISWOORDRAADSEL
Puzzel & win! 1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
1 2
9
3
7. 8. 9.
1
4
elasticiteit – voordeel – en andere – grootouder in vena – Engelse herberg – kracht Romeinse keizer – atmosfeer overdruk – spokenroep – moed bid (Lat.) – koek van ongezuurd deeg – lusteloos persoon deel van een narcosemasker – proef regelmaat – loofboom – verstoteling – gebalk Japans bordspel – naar mijn mening – selenium – vaderland Europese vrouw – bovenbeen – onderdompeling Gelderse gemeente – kerkwachter – gewest gemoedsaandoening – etterende weefselontsteking
5
10.
6
7
5
11. 12. 13.
7 8 9 10
2
14. 15. 16.
8
11 12
6
13
Verticaal
4
14
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
3
15
10
16 1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
leer van de hormonen hoogtepunt – waterkant – gesel Vlaanderen – taalman – boord – belemmering dry – bergplaats – Italiaanse rivier – ooit rijstgerecht – thans – vrije universiteit – compost Flying Dutchman – dikke wondzalf – ajuin kleur – etage – belasting – aanwijzend voornaamwoord Turks bevelhebber – voltooid – reinigingsmiddel – zangvogel artistieke dans – selderij – sciencefiction droombeeld – getij – bevestiging – luchtbobbel naaldboom – perkamenthuid tijdperk – schudbeker – diagnosis-related group lekkernij – Amerikaanse staat – Eminentie niet goed doorbakken – kneedtrog – bijgevolg internet explorer – listig – meisjesnaam – geliefde van Zeus instrument om de krachtprestaties van spieren te meten – prop watten of gaas
8.
Horizontaal 1. 2. 3. 4. 5. 6.
9. 10. 11. 12. 13. 14. 15.
chronisch vermoeidheidssyndroom – opzetting van buik en darmen door ophoping van gassen miserabel – kever – voordat ongaarne – circa – chemisch beroep lichte slaap – mineraalwater – algemene periodieke keuring – Noorse hoofdstad smeervloeistof – mohammedaanse mansnaam – soortelijk gewicht – akkersleep frisdrank – medisch instrument
16.
1 1
Doe mee en win!
2 3 4 5
Heb je het letterwoord ontdekt? Mail het dan voor 10 november 2014 met je naam en adres naar maguza@uza.be of stuur een briefkaart naar Maguza, UZA – Afdeling communicatie, Wilrijkstraat 10, 2650 Edegem en maak kans op één van de vijf cadeaubonnen van Oxfam t.w.v. 15 euro. 42
6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16
Z I E K E N T R A N S P O R T
2
3
4
O R G S O L3 M A R A N O S E S R A P K A L E I A L O F A R8 K D O I E M D S O F T
5
6
7
S E C A T I S R T E O M P A T S A S S A5 P E I A R E I I N S K A T R K I A L M
8
9
10
T O R E A A M E R C A H O2 L T E I R L A P A C R E O N K O7 N A T P R O I E
11
14
15
K U U D A M I E M S E R C E K O G I E P A L A A K T O L H T P I T I E E R S G A T E G E T J E H A L4 L
12
13
R U I N E
16
K R A A M E B T6 E I D K E R1 T E F E L C U U X
Oplossing maguza 97 ROLLATOR De winnaars zijn: L. Van Kerckhoven, Edegem; Marleen Decock, Oostende; JC Walgreen, Meerle; Denise De Vos-Bal, Oelegem-Ranst; Mary Schreppers-de Visscher, Helmond NL
COLUMN KATTY ALLAERT
Katty Allaert werkt al 20 jaar als journalist op de vrt-nieuwsdienst. Voor Het Journaal maakt ze reportages over gezondheid. Ze schreef mee aan een boek over allergieën en werkt nu aan een boek over rugpijn. Ze is geboeid door alle mooie dingen in het leven.
Dement
D
e vrouw van Jan is dement, zwaar dement. We brengen haar – samen met hem – een bezoek in het verzorgingstehuis waar ze sinds enkele maanden verblijft. Rita is al acht jaar dementerend, ze is zestig. En ze brengt haar dagen dus door in het tehuis, al lijkt ze dat zelf niet te beseffen. Rita zit in een rolstoel als we haar kamertje binnenkomen, ze reageert nauwelijks op onze aanwezigheid. Rita zit, te kijken, al hebben we er geen flauw benul van of ze ons ziet. Wat ze ziet, hoort, ruikt, smaakt, voelt … geen mens die het weet. Ook Jan niet, al 35 jaar haar partner. Jan geeft niet op, elke dag bezoekt hij zijn vrouw. (H)erkenning krijgt hij niet meer. Als hij haar een kus wil geven, slaat ze met haar armen in het rond. De zachtheid en warmte van een kus zijn haar vreemd nu. Praten doet ze al jaren niet meer, af en toe produceert ze een geluid. Zonder betekenis, klank of melodie, dierlijk bijna. Stappen kan de vrouw niet meer. Zelfstandig eten, naar het toilet gaan, in de auto stappen evenmin. Rechtop zitten in de rolstoel kan ze nog wel, voorlopig …
Jan geeft haar koffie met melk, niet te warm. De koffie drinkt ze in een tuitbeker, om niet te morsen. Jan houdt haar beker vast, want zelf kan Rita dat niet meer. Koffie met melk en suiker, zo drinkt ze haar koffie al 40 jaar. Maar uit niets blijkt of ze de koffie nog lekker vindt. Voor de middag komt Jan zijn vrouw soep geven, in een tuitbeker. In de namiddag is hij er voor de koffie, elke dag. Bijna acht jaar lang heeft Jan zijn vrouw thuis verzorgd. Eten gegeven, gewassen, haar samen met de buren gezocht telkens ze wegliep. Tot het niet meer ging, en ze dus naar het tehuis moest. Als ik aan Jan vraag hoe hij dat in godsnaam volhoudt, glimlacht hij verlegen. Er zijn zoveel mensen die voor een zieke man of vrouw of kind of ouder zorgen, zegt hij. Mantelzorgers heten ze met een chic woord. En dan vertelt hij hoe moeilijk het soms is, hoeveel humor er nodig is, relativering, opoffering … en graag zien. En dat het dikwijls ook echt niet meer gaat. Echt-niet-meer. Maar ook dan komt Jan, om Rita soep te geven in de voormiddag. En koffie in de namiddag. Koffie met melk en suiker.
TRAPLIFTEN, HUISLIFTEN & PLATEAULIFTEN VRIJBLIJVENDE OFFERTE / BEZOEK E SERVIC 7/7 24/24 -
BEL GRATIS : 0800 20 950
Mannebeekstraat 3 | B-8790 Waregem | info@comfortlift.be
BEZOEK ONZE WEBSITE : WWW.COMFORTLIFT.BE
Wij verhogen uw comfort !
GEHOLPEN
Kampioen! Ropeskipping is de grote passie van Noémi (14). Zo’n 2,5 jaar geleden vreesde ze even haar sportambities te moeten opbergen: ze bleek type 1 diabetes te hebben.
H
et was me opgevallen dat Noémi fel was vermagerd’ vertelt Christel, Noémi’s mama. Ze dronk ook veel en moest vaak plassen. Ik herkende de symptomen niet direct, maar besloot toch naar de huisdokter te stappen. Toen die haar bloed liet onderzoeken, werd zijn vermoeden bevestigd: Noémi had type 1 diabetes. De diagnose kwam hard aan. Diabetes is tenslotte een ziekte die je voor de rest van je leven meedraagt.’
Enge naalden De dokter stuurde Noémi meteen naar het ziekenhuis. ‘In het UZA moest ik aan het infuus’, herinnert Noémi zich. ‘Ik was bang, want ik wist niet wat de ziekte inhield. Gelukkig hebben de diabeteseducatoren me goed opgevangen. Ze gaven me veel informatie over de ziekte. Ze leerden me ook insuline spuiten. Dat was best eng. Met de hulp van het diabetesteam heb ik beetje bij beetje mijn angst voor de naalden overwonnen. Maar mijn grootste vrees was dat ik niet meer zou kunnen ropeskippen. Ook op dat vlak kon het diabetesteam mij geruststellen. Sporten met diabetes kan perfect. In het begin was het wel wat zoeken: hoeveel koolhydraten
Oproep
mag je precies eten en hoeveel insuline moet je spuiten om goed te kunnen trainen? Intussen weet ik al beter wat ik moet doen om mijn bloedsuikerwaardes onder controle te houden.’
WK in Hongkong Dat Noémi al snel de ingewikkelde spelregels van diabetes in de vingers kreeg, blijkt duidelijk uit haar sportieve prestaties. Amper een jaar na haar diagnose werd ze geselecteerd om deel te nemen aan het EK ropeskipping in Florida. En hadden er geen praktische bezwaren in de weg gestaan, dan had ze dit jaar België vertegenwoordigd op het WK in Hongkong. ‘Haar diabetes belemmert Noémi niet om de dingen te doen die ze wil doen’, zegt mama Christel. ‘Al blijft het ook vandaag nog wat zoeken. Binnenkort gaan we op vakantie met het vliegtuig. We vliegen ’s nachts, en ik vraag me af hoe dat dan moet met de inspuitingen. Het is fijn te weten dat ik met mijn twijfels bij het diabetesteam van het UZA terechtkan. Ook al stel je duizend keer dezelfde vraag, zowel de educatoren als de artsen blijven altijd heel geduldig en nemen uitgebreid de tijd om uitleg te geven. Dat maakt het allemaal een heel stuk draaglijker!’
Hebt u ook iets bijzonders meegemaakt in het UZA? Laat het ons weten via maguza@uza.be