Ondernemerskrant Lelystad

stadshart LELYSTAD STADSHART LELYSTAD is een uitgave van Mediaburo Schoppema | Deventer

LAY OUT Fokko ontwerp

IDEE GMIdeas

Stem vóór het Ondernemersfonds!

Het Stadshart is in de afgelopen jaren ook mee gegaan in de effecten van de (negatieve) ontwikkelingen op economisch vlak. Een effect hiervan is de leegstand in de stad, als gevolg van het sluiten van winkels en het verdwijnen van diverse Retail formules.

Op het gebied van al deze factoren is er in het Stadhart Lelystad nog veel te verbeteren.

Samenwerking noodzakelijk

Daarnaast is er in een tijd van minder inkomsten ook een effect van bezuinigingen zichtbaar, zowel bij ondernemers als bij de gemeente. Een andere “last” die er wordt gedragen is het ontbreken van wederzijds vertrouwen onder de stakeholder. De stakeholders zijn de vastgoedeigenaren,

gemeente en ondernemers. Er zijn een aantal factoren die het succes van een winkelgebied zoals het Stadhart Lelystad in belangrijke mate bepalen. Weinig leegstand versterkt de uitstraling en de sfeer.

Een aantrekkelijk inrichting verhoogt de verblijfsduur.

Om hier een kentering te realiseren is het nodig dat partijen gaan samenwerken en een eenduidige visie gaan ontwikkelen.

Alleen redt geen enkele stakeholder het.

Samenwerking is noodzakelijk om de toekomst verder aan te kunnen. Ondernemers dienen zich te organiseren en zich als 1 partij te presenteren richting de buitenwereld. Daarmee richting klanten en eerder genoemde stakeholders een vuist maken die zorgt voor een positieve economische ontwikkeling voor alle belanghebbenden.

Dat zijn ook de inwoners van Lelystad!

Financiële slagkracht Een ondernemersfonds biedt financiële slagkracht om gestelde doelen te realiseren. Daarvoor is wél een goed actieplan

met draagvlak nodig. Een investering in marketing, veiligheid, onderhoud, parkeren, realiseren van een visie op branchering en het voeren van een goed binnenstad management is nodig. Verder biedt het ondernemersfonds ook een benodigde organisatiestructuur die ervoor zorgt dat er een overlegorgaan ontstaat dat bijdraagt aan transparantie, begrip en samenwerking tussen ondernemers enerzijds en tussen ondernemers, gemeente en eigenaren anderzijds.

Gesprekspartner Als ondernemer is het van belang om een gezamenlijke stem te laten horen.

Om de belangen goed te behartigen is het belangrijk dat de ondernemers zich organiseren. Met het ontstaan van het Ondernemersfonds is ook hier deze belangrijke taak ingevuld. Een professionele en betrouwbare gesprekspartner zijn, opbouwend kritisch.

•

Hartverwarmend Stadshart De inwoners van Lelystad moeten weer terugkomen in het Stadshart. De afvloeiing naar andere steden zal teruggedrongen moeten worden. Daarbij dienen de consumenten weer een warm gevoel te krijgen in hún eigen stad.

Doelstelling is dan ook om invulling te geven in de wijze waarop er naar de consument dient te worden gecommuniceerd.

Zichtbaar in evenementen, maar ook in hoe het Stadshart wordt beleefd (perceptie). De gezamenlijke “marketingparaplu” is dan ook “Met Hart voor de Stad!”

Iedere onderneming kan hier als individu een invulling aan geven in de manier waarop de klant wordt benaderd. In service die verleend wordt en/of in marketingactiviteiten.

Op een manier dat de klant die het Stadshart bezoekt, een warm gevoel krijgt bij hoe de Stad is ingericht, maar ook hoe hij/zij wordt behandeld tijdens het bezoek, zowel in het algemeen als specifiek in de winkel(s).

Schoon en veilig zijn dan onderdelen die zichtbaar en ook meetbaar kunnen worden

gemaakt. Met aankleding door “groen” maar ook met verlichting en/of kleur van de diverse gebieden, kan hier de perceptie van de klant worden beïnvloed.

Kleur en verlichting kunnen binnen het Stadshart een betere rol krijgen. De bestrating kan in een aantal gebieden wel een upgrading gebruiken om beter aansluiting te vinden bij de wat latere opgeleverde winkelgebieden. Met behulp van specifieke lantaarnpalen, meer klassiek met led, invulling geven aan “warmte” van de winkelgebieden.

Als ambitie voor het Stadshart streven we naar een duidelijke merkbare verbetering.

Daar hoort een ambitieuze doelstelling bij: Beste Binnenstad van Nederland. Niet meteen. Maar in het jaar 2019 willen we meedoen. De ontwikkelingen die opgestart zijn in 2017, de doorontwikkeling hiervan in 2018, het Ondernemersfonds als financiële

injectie richting evenementen en invulling van de mission statement “Hartverwarmend Stadshart” moet kansen bieden. Als onderdeel hiervan zal het Stadshart ook schoner en veiliger moeten worden. De huidige 35ste plaats als Lelystad is een te lage score.

Als Stadshart dienen we een hogere ambitie weg te zetten. Reden hiervoor is dat de ambitie de handelingen bepaalt.

KVO Het “veilig” maken van het Stadshart moet ook weer meer aandacht krijgen. Een Stadshart als het onze verdient meer dan 1 ster als Keurmerk Veilig Ondernemen.

Zeker ook omdat er in Lelystad wel meer dan gemiddeld sprake is van criminaliteit.

Draaideur criminaliteit is één van de grootste irritatiepunten bij de winkeliers. Een goede afvaardiging van de ondernemers om samen met de gemeente hier een actief beleid te ontwikkelen moet helpen om voor de consument zowel in daadwerkelijke cijfers, als ook in de perceptie, het “gevoel van veiligheid verbeteren. We denken daarbij aan samenwerking met

scholen die opleiden voor beveiliging waarmee stagemogelijkheden in het Stadshart aanwezig zijn. Zeker ook een rol die moet worden opgepakt is het verbeteren van het imago van handhaving en kwaliteit van het optreden tijdens rondes. Daarmee aandacht voor een rol als “servicemedewerker” meenemen in de opleiding en invulling van de functie van “handhaving”. Of zullen we de naam van deze functie een andere geven..?

•

STEM OP MAANDAGAVOND 19 FEBRUARI VOOR HET ONDERNEMERSFONDS!

Samenwerking Gemeente en Ondernemers verwerkt in een Convenant Hoofdpunten Convenant Ondernemersfonds.

De manier waarop de gemeente en de ondernemers zullen omgaan met het ondernemersfonds worden vastgelegd in een convenant tussen de gemeente, de ondernemers en een stichting die het geld beheert. Hier volgen samengevat de hoofdpunten van dit convenant: • De ondernemers en de gemeente hebben tot doel om gezamenlijk de aantrekkelijkheid van het Stadshart Lelystad te vergroten om zo het economisch functioneren en de leefbaarheid van het stadhart te versterken.

• Gemeente en ondernemers stellen daarvoor jaarlijks een activiteitenplan en een begroting op.

• De gemeente int jaarlijks reclamebelasting bij de ondernemers in het overeengekomen gebied in het Stadshart van Lelystad reclamebelasting. De hoogte van deze belasting is gebaseerd op de WOZ-waarde van elk zakelijk pand. Hierbij geldt een minimumbedrag van €400,- en een maximumbedrag van €1.425,- per jaar

• De totale opbrengst van de reclamebelasting minus een bedrag van €1.750,- wordt jaarlijks door de gemeente gestort in het ondernemersfonds waaruit de activiteiten in het Stadshart betaald worden.

• Er wordt een Stichting opgericht om de gelden in het ondernemersfonds te beheren.

• De Gemeente zal tijdens de duur van het convenant de kwaliteit zoals opgenomen in het Kwaliteitsstructuurplan Lelystad voor het Stadshart Lelystad handhaven.

Hiervoor zal niet worden geput uit het ondernemersfonds.

• De Stichting die het ondernemersfonds beheert, legt jaarlijks aan de gemeente Lelystad verantwoording af over de besteding

van de gelden in het ondernemersfonds.

• Alle ondernemers die door de reclamebelasting bijdragen aan het ondernemersfonds krijgen elk jaar de gelegenheid mee te praten over het activiteitenplan voor het komende jaar en de bijbehorende begroting en worden in kennis gesteld van de jaarrekening en de verantwoording over het afgelopen jaar.

• Het convenant is van toepassing zolang er reclamebelasting geheven wordt. Het college van B&W en de ondernemers zullen zich maximaal inspannen de reclamebelasting in stand te houden om zo de activiteiten in het Stadshart te kunnen blijven financieren.

•

Het Veldhovensmodel In 2011 hebben de gemeente Veldhoven, de Ondernemersvereniging VeldhovenDorp en de Kamer van Koophandel Brabant met succes een pilot uitgevoerd om een nieuwe vorm van reclamebelasting te testen.

In het winkelgebied Veldhoven-Dorp/ De Kromstraat is een reclamebelasting ingevoerd, waarbij niet de oppervlakte van de openbare aankondiging maar de hoogte van de WOZ-waarde de hoogte van de aanslag bepaalt. De verwachtingen van de deelnemende partijen waren hoog gespannen. Deze nieuwe methode moest leiden tot lagere heffingskosten en een eerlijkere verdeling van de lasten. En daardoor tot een groter draagvlak bij de ondernemers om zo een ondernemersfonds te voeden.

De pilot met het ‘Veldhovens model’ zoals deze variant al snel werd genoemd, heeft de verwachtingen waar gemaakt: meer draagvlak, hogere netto opbrengst en minder werk bij de gemeente.

Het Veldhovens model • Reclamebelasting op basis van artikel 227 Gemeentewet.

• Iedereen met een openbare aankondiging zichtbaar vanaf de openbare weg binnen het afgebakende centrum gebied ontvangt een aanslag.

• De WOZ-waarde van het bedrijfspand bepaalt de hoogte van de aanslag.

Voor alle duidelijkheid: • Het Veldhovens model is een gebruikers- belasting en biedt geen mogelijkheid om eigenaren anders dan eigenaar/gebruiker een aanslag op te leggen.

• Aan ondernemers zonder een openbare aankondiging kan geen aanslag worden opgelegd.

• Het Veldhovens model is alleen getoetst voor centrumgebieden. De toepasbaarheid op bedrijventerreinen is niet onderzocht.

Conclusies en aanbevelingen: • Het Veldhovens model vormt een aantrekkelijk alternatief dat altijd in de afweging betrokken zou moeten worden bij de keuze van een financieringsinstrument • De gemiddelde ondernemer is minder geïnteresseerd in de keuze van het instrument maar meer in wat hij terugkrijgt voor zijn geld.

• Een goed plan van aanpak met heldere ambities en aansprekende, overtuigende activiteiten trekt hem eerder over de streep dan de keuze voor het ene of het andere financieringsmodel.

Het levert de gemeente een belangrijke kostenbesparing op. Door gebruik te maken van reeds bekende data (de WOZwaarde) valt de inspanning weg voor het verzamelen van nieuwe data (het meten en vastleggen van de grootte van de reclameuiting, het beheren van deze gegevens in een nieuw te bouwen database).

De aanslag voor de OZB en die van de reclamebelasting worden op één gezamenlijk biljet (vanaf 2019) verstuurd, wat ook een kostenreductie inhoudt. Lagere inningskosten oftewel perceptiekosten zorgen ervoor dat er onder aan de streep meer geld overblijft om in het ondernemersfonds te storten en daarmee dus meer geld om activiteiten in het centrum te financieren.

Daarnaast is het transparant, voor iedereen gemakkelijk controleerbaar en worden discussies over het wel of niet goed meten van de grootte van de reclame-uitingen voorkomen.

Conclusies en aanbevelingen: • Het Veldhovens model heeft onze voorkeur boven alle bestaande instrumenten.

• Het draagt bij aan het vergroten van het draagvlak voor invoering van een verplichte collectieve heffing omdat het resulteert in een eerlijkere lastenverdeling en een hogere netto opbrengst.

• Is de variatie tussen de WOZ-waarde van de panden in het gebied groot dan kan het noodzakelijk zijn om te werken met een minimum en/of een maximum aanslagbedrag. Wordt dit niet gedaan, dan kan dit leiden tot onredelijke uitschieters in de aanslag.

Initiatiefgroep in Lelystad Gezien de voorgeschiedenis ligt het oprichten van een Ondernemersfonds gevoelig bij de ondernemers. Het ontbreken van een goede samenwerking tussen de diverse partijen draagt daar dan ook nog eens niet aan bij. In de noodzaak om te komen tot een herstelplan van het Stadshart Lelystad, is samenwerking noodzakelijk. Om hier een zinvolle samenwerking te realiseren is een krachtig ondernemersfront nodig.

Vandaar dat er is gekeken naar een vorm waarbij samenwerking onderdeel is van het Ondernemersfonds.

Wij denken met het “Veldhovensmodel” hier de juiste invulling aan te kunnen geven. Samenwerking is de basis voor het model. Dit model kan alleen maar werken als de insteek voor, door en mét ondernemers is. Daarmee onderling vertrouwen

realiseren bij de diverse stakeholders aldaar zijn; ondernemers, gemeente en eigenaren. Met een meetbaar resultaat voor de belangrijkste stakeholder: de consument!

We willen dan ook dit model gebruiken als injectie voor het verbetertraject van het Stadshart. Met hart voor de Stad!

Om voor draagvlak bij ondernemers te zorgen is het “Veldhovensmodel” om meerdere reden een interessant en realiseerbaar model voor het fonds: • Lagere perceptiekosten en daardoor een hogere netto opbrengst. Ondernemers krijgen meer waar voor hun geld; • Eerlijkere verdeling van de kosten. Door de WOZ als uitgangspunt te nemen betaalt een grotere winkel met meestal een hogere WOZ-waarde meer dan een kleinere winkel. Deze wijze van verdeling komt tegemoet aan het rechtvaardigheidsgevoel van ondernemers.

• Geen of minder problemen met de beoordeling van verschillen tussen locaties.

De bepaling van de WOZ-waarde houdt al rekening met zaken als de ligging, de oppervlakte en gevelbreedte van het pand.

Met het inhuren van de initiatiefnemer van dit model, Rudy Snel, halen we deskundigheid en begeleiding binnen om de diverse stakeholders ter informeren over het model. Daarmee inhoudelijke kennis en kunde overbrengen om het model binnen iedere geleding begrepen en geaccepteerd te krijgen.

•

stadshart LELYSTAD Met Hart voor de Stad!

3

Uitleg over de gemaakte keuzes voor het Stadshart Lelystad Het Ondernemersfondsgebied is een afgebakend en aaneengesloten gebied in de binnenstad van Lelystad, waarbinnen alle ondernemers van niet-woningen gezamenlijk gaan investeren. Voor de afbakening van dit gebied is gekeken naar: De publieksgerichte functies die in de binnenstad gelegen zijn en direct of indirect rendement krijgen van de projecten en activiteiten die in het kader van het Ondernemersfonds worden opgepakt.

Daarnaast moet het Ondernemersfondsgebied ruimtelijk gezien logisch zijn.

Bovendien moet de afbakening aansluiten bij de doelstellingen van het Ondernemersfonds. Het Ondernemersfondsgebied voor de binnenstad is afgebakend tot het centrumgebied waar de detailhandel en horeca is geclusterd, samen met de aanloopstraten van waaruit bronpunten (parkeergarages en station) gelegen zijn.

Daarbij is er bewust gekozen om de kantoren bij het Zilverpark niet mee te nemen in het gebied. De “what is in it for me” is hier moeilijk in te vullen.

We denken met de huidige afbakening invulling te geven aan het streven om te

komen tot een compact gebied, rekening houdende met de ontwikkelingen die er zijn en komen. Daarmee voldoen aan het streven “voor wat, hoort wat”.

Jaarlijks zal er gekeken worden naar de ontwikkelingen in het Stadshart om nieuwe gebieden, veranderingen in functies mee te nemen in de gebiedsafbakening.

Het Veldhovens model is heel flexibel.

Jaarlijks maken de ondernemers een nieuw activiteitenplan kunnen zij zelf beslissen of zij het komende jaar meer of minder activiteiten willen doen en hoeveel geld zij daaraan willen besteden. Het bedrag van de reclamebelasting past zich daaraan aan. En de lastenverdeling blijft eerlijk want bij stijgende WOZ-waarden daalt het tarief en omgekeerd, terwijl het minimum- en het maximumbedrag gelijk blijven. Met dit ondernemersfonds wordt de basis gelegd voor een hartverwarmend en ook op lange termijn levensvatbaar Stadhart van Lelystad.

•

De weg naar het Ondernemingsfonds Een fonds om gezamenlijk activiteiten uit te voeren die bijdragen aan een hartverwarmend Stadshart, die een positieve economische ontwikkeling realiseert voor alle belanghebbenden.

Visie: Een hartverwarmend Stadshart dat de consument verleidt, vertroetelt en bedient in eigen stad.

Missie: Het Stadshart ontwikkelen tot een schoon, veilig en plezierig verblijfsgebied waar consument en ondernemer tot volle tevredenheid elkaar verblijden!

Van de voorzitter Beste mede ondernemers van het Stadshart in Lelystad. Ondernemen in ons stadshart is de laatste jaren niet makkelijk geweest, er is zoveel veranderd.

Veel veranderingen hebben wij als ondernemers geen invloed op gehad, maar vraagt wel van ons ondernemers er op in te spelen.

We zitten nu in een situatie waar veel Lelystedelingen ons centrum mijden, dus ook niet in ons centrum hun geld uitgeven. Ik hoor ook regelmatig dat men zegt: ik woon wel in Lelystad, maar leef er niet. Dat doet pijn, dat moeten wij veranderen, maar hoe doen we dat.

Deze verandering kan alleen maar wanneer alle partijen van ons stadshart samenwerken, dezelfde doelen hebben en moeite doen dit te willen bereiken.

Achter de schermen is de SOSL, gemeente en de vastgoed bedrijven, al een tijdje in gesprek wat we moeten doen om het centrum weer aantrekkelijk en gezellig te maken.

Een stadscentrum zou een ontmoetingsplek moeten zijn, een cultureel centrum en een plek voor leisure. Alleen met winkels kunnen we in deze tijd niet meer alleen de lelystedeling naar ons stadshart lokken. We moeten ons aanpassen aan de nieuwe tijd.

Nu staan er de komende tijd veel veranderingen op stapel.

Al snel wordt De Promesse en De Waag opnieuw ingericht en bestraat, een gedeelte van De Waag gesloopt, Parwijk gebouwd en begonnen met het inrichten van het Theaterkwartier.

ondernemers met een goed ondernemersplan een plek te creeren in ons Stadshart. Daarom is het ook voor de ondernemers van ons Stadshart belangrijk een sterke partij te zijn, zelf evenementen gaan organiseren om het stadshart krachtiger te maken en te behouden voor de toekomst.

Alleen door eenheid en kracht staan wij als ondernemers sterk.

Een ondernemersfonds is dan ook essentieel om een goed lopend stadscentrum te bereiken. We zien het in heel Nederland, steden waar een ondernemersfonds is, zijn drukker en minder leegstand en meer gezelligheid.

Ook geeft een ondernemersfonds ons een budget om activiteiten en marketing te ontwikkelen om weer een stadshart te worden.

Natuurlijk kost het ons ondernemers een bijdrage, maar daar krijg je ook veel voor terug, zonder dat je zelf er veel tijd en energie moet steken. Het is dus een win-win situatie voor alle partijen. Op deze manier draagt een ieder bij voor een beter centrum. Het is al over twaalven, maar we kunnen het tij keren, maar we moeten het wel met z”n allen willen. Kom uit de slachtofferrol, stroop je mouwen op en we gaan er voor: Het Lelystads Ondernemersfonds.

Voor u en door u!

•

De gemeente heeft gelukkig nu budget om veel nieuwe verbeteringen te realiseren in het stadshart, dit maakt het stadshart gezelliger en sfeervoller.

En zeker met de ontwikkeling van Lelystad airport, krijgen wij veel kansen.

De meeste vastgoed bedrijven willen ook meer moeite doen het voor de

Wat is er nodig: • Samenwerking en bundeling van krachten door, voor en mét ondernemers • Goede en betrouwbare gesprekspartner voor gemeente, verenigingen en vastgoed • Stabiele organisatie voor het organiseren van activiteiten / evenementen • Financiële armslag voor het organiseren van een bruisend Stadshart • Duidelijke afspraken wat met het Ondernemersfonds wordt geregeld • Goed beheer van de administratieve afwikkeling en controle van financiën • Ideeën voor haalbare en versterkende activiteiten / evenementen

Het traject tot nu toe Het bestuur SOSL heeft in een eerdere bijeenkomst( 29-05-2017) met de ondernemers een werkgroep/initiatiefgroep opgericht om te komen tot het Ondernemersfonds. Samen met de “Straatvertegenwoordigers” werkt het bestuur aan het brengen en halen van

Wiebe van der Meer voorzitter Stichting Ondernemers Stadshart Lelystad (SOSL)

informatie. Ter voorbereiding hierop is een bijeenkomst geweest (13-06-2017) tussen bestuur SOSL en straatvertegenwoordigers; de initiatiefgroep. Het “ophalen” en brainstormen over ideeën voor evenementen en/ of activiteiten vanuit de ondernemers vond plaats op 17-07-2017. Het bespreken van de voortgang en het bepalen van het gebied is besproken op 30-10-2017. Op 15-11-2017 is binnen de initiatiefgroep het concept Businesscase Ondernemersfonds Stadshart ter goedkeuring besproken.

In een informatieavond op 31 januari 2018 jl zijn de ondernemers meegenomen in de plannen van de gemeente en de ondernemers voor 2018. Op maandag 19 februari 2018 is er een draagvlakmeting onder de ondernemers waarbij in het bijzijn van een notaris, de ondernemers zich kunnen uitspreken via een stembiljet, voor het Ondernemersfonds.

•

In gesprek met Eric Roest 1. Je bent halverwege dit jaar als projectmanager gestart. Wat is je als eerste opgevallen aan het Stadshart?

Wat mij vooral opvalt is dat er heel veel moet gebeuren. Het Stadshart is niet af en dat heeft een reden. Afgelopen jaren waren voor niemand gemakkelijk. Ik merkte wel dat er dingen in de steigers waren gezet maar dat de slag naar de uitvoering nog gemaakt moest worden.

Daar heb ik mij vooral op gericht. Een dergelijke klus doe je natuurlijk met elkaar, met de gemeentelijke organisatie en met alle betrokkenen in het Stadshart .

2. Welke kansen zie je voor het Stadshart om weer een hartverwarmend gevoel te realiseren bij een bezoek aan het Stadshart?

De kansen liggen in een ambitie die realistisch is en deze ambitie is goed verwoord in een plan. Ik kijk zowel op de korte als op de middellange termijn. Een duidelijke koers waar we met elkaar aan werken met oog voor de ingrepen op korte termijn. Het vernieuwde Stadhuisplein, de aanloopstraten, de prachtige bloempotten, hanging baskets en het aanlichten van de zuil van Lely zijn belangrijke eerste stapjes en maken onderdeel uit van het geheel. Maar het allerbelangrijkste is dat de Lelystedelingen de weg naar het Stadshart weer gaan vinden. Een geweldig Sinterklaasfeest, verschillende koopzondagen, diverse festivals laten zien dat de Lelystedeling wil. Dit geeft vertrouwen want mensen maken de stad.

3. Waar ligt de prioriteit in je stappen om zaken te realiseren in het Stadshart ? Wat is de korte termijn strategie en wat is de lange termijn strategie?

Het gaat om de goeie dingen doen.

Voor het Stadhart geldt net als voor vele andere centra in Nederlandse steden dat de winkelfunctie plaats maakt voor andersoortige functies.

Stadscentra, en dus ook ons Stadshart , dienen een plek te zijn van ontmoeten, vermaak, shoppen maar ook wonen.

Mijn prioriteit is om deze balans van functies in het Stadshart te krijgen. Een goede en mooie openbare ruimte hoort daarbij.

4. Parkeren blijft een heet hangijzer. Behalve in het Stadshart kun je overal gratis parkeren. Hoe kan het Stadshart deze nadelige concurrentiepositie omdraaien in een kans?

We hebben nu nog onvoldoende te bieden. Als het product Stadshart beter en completer wordt en meer mensen het Stadshart bezoeken, hebben we wat te bieden wat de rest van de stad niet heeft. Gratis parkeren bestaat nu eenmaal niet, links- of rechtsom

kost parkeren nu eenmaal geld. Er zijn natuurlijk wel manieren om het speelveld vlakker te maken. Overigens mag wat mij betreft de bezoeker iets meer worden gekoesterd en de forens, die alleen de trein pakt, wat minder.

Maar dit is natuurlijk aan de politiek.

5. Leegstand is een groot probleem in het shoppen als je in het Stadshart bent. Hoe en wanneer denk je dat hier een zichtbare verbetering is te verwachten?

Bijvoorbeeld de Neringpassage, de Stadhuisstraat zijn echte pijnpunten.

Hier valt geen spelt tussen te krijgen.

Probleem is dat deze plekken bijzonder verschillend zijn en dus een andere aanpak vergen. Ik praat met veel mensen in het Stadshart en ook met eigenaren. Zo proberen we mogelijkheden te verkennen die een aanwinst zijn voor het Stadshart en passen in onze visie.

Het allerbelangrijkste blijft dat de Lelystedelingen de weg naar het Stadshart weer gaan vinden, dit gebeurt alleen als alle partijen in het Stadshart hier energie insteken. Een pasklare oplossing is er echter niet, maar kan zich zo maar morgen aandienen.

6. Groen is een hot item als onderwerp en kans om het Stadshart nieuw elan te geven.

Hoe ziet “groen” er in de praktische invulling eruit?

Het groen gaat ons helpen om de verschillende functies in het Stadshart te versterken. Groene pleinen om aangenaam te verblijven, herkenbaar groen in het winkelrondje en een duidelijke omzoming van het Stadshart met de groene carré geven meerwaarde.

7. De fietsers in het Stadshart zijn of een onderwerp als zijnde “wetovertreder” of als “obstakel”.

Welk beleid en plannen zijn er om hier een positief geluid te realiseren als het gaat om fietsers.

De fietser is ook een bezoeker. Ik denk dat je de bezoeker moet verwennen.

Dit doe je door goede faciliteiten te bieden als duidelijke routes en fietsenstallingen. Het nieuwe ontwerp van het ABC-terrein heeft een duidelijke fietsroute direct tegen het centrum.

Hiermee wordt de ring om het centrum afgemaakt zodat de fietser niet meer over het Stadhuisplein hoeft te rijden.

Ook voor de handhaving wordt het dan een stuk gemakkelijker. Tenslotte zit er in het plan voor het Theaterkwartier een fietspakhuis.

8. De inrichting van het “rondje Stadshart ” is voor de klant niet zichtbaar. In andere gemeenten heb je duidelijke structuur in de “looproute”. Hoe is dat in het Stadshart te realiseren en vooral, wordt dit ook gerealiseerd?

Het winkelrondje gaan ook wij zichtbaar maken. Hier horen de aanlooproutes nadrukkelijk bij. De ontwerpen voor de Promesse laten dit ook zien. Door natuursteen toe te gaan passen in het winkelrondje maak je het zichtbaar. Ook de bloempotten staan niet voor niets op de plek waar ze nu staan. Daarnaast zijn er mogelijkheden om met behulp van verlichting de scheiding tussen de verschillende functies zichtbaar en voelbaar te maken.

9. Het is 5 voor 12 voor het Stadshart. Het Stadshart heeft al een achterstand opgelopen in de afgelopen jaren, hoe wordt deze achterstand ingelopen? Is het niet al te laat?

We hebben een hoop te doen maar het is zeker niet te laat. We boeken vooruitgang met de plannen en gaan ook realiseren dit jaar. Daarnaast zal de komst van een ondernemersfonds een belangrijke impuls zijn voor marketing van het Stadshart. En laten we vooral niet vergeten dat de woningbouwproductie aantrekt, bedrijven breiden uit of willen zich vestigen in Lelystad en de luchthaven komt er aan. De aankoop en gedeeltelijke sloop van de Gordiaan biedt daarnaast de mogelijkheid om het winkelgebied compacter te maken en horeca en leisure toe te voegen in het Stadshart. Alle seinen staan dus op groen. Het zal niet vanzelf gaan maar als we koers houden wordt het echt iets moois.

rijk dat je van je eigen kracht uit gaat.

Almere is niet voor niets uitgeroepen tot beste binnenstad afgelopen jaar. Wij gaan hen achterna, let maar op.

12. Welke visie is er voor het Stadshart op de ontwikkeling van steeds meer online in tegenstelling tot fysieke winkels?

Het winkellandschap is voortdurend aan verandering onderhevig. Dit gaat snel. De landelijke trend laat ook een afname zien van de winkelfunctie in de binnensteden. Dit biedt juist ruimte voor ander functies. Het is nog niet zo lang geleden dat de mensen een beetje de buik vol hadden van al die standaard winkelstraten in een stad. Toen viel er niets te beleven. En daar heb je het weer: het gaat om beleving.

13. Waarom moeten de ondernemers “JA” zeggen tegen het Ondernemersfonds?

Ondernemers moeten vooral zelf de beslissing nemen vanuit de overtuiging dat het werkt. We zien in centra waar het is ingevoerd dat het een positief effect heeft. Bezoekersaantallen nemen toe omdat het leuker is in de stad. Dit ziet de ondernemer uiteindelijk terug in de omzet.

Specifiek vind ik de vorm van het ondernemersfonds, het zogenaamde Veldhovens-model, een sterke. Je kunt namelijk veel beter maatwerk leveren en de ondernemers zitten zelf in de cockpit. Zij bepalen en niemand anders.

10. De ondernemers willen naar een Hartverwarmend Stadshart. Wat verwacht je in het jaar 2018 voor het Stadshart te realiseren wat daar op aansluit?

Alles wat we doen staat in het teken hiervan. Hiermee valt alles samen: aanpak Promesse en Waagpassage, ABC-terrein, Lelystart, maar ook nieuwe feestverlichting, de bestrating en het ondersteunen van de koopzondagen.

11. De concurrentie t.o.v. andere steden als Almere en Zwolle is groot. Hoe kan deze worden weerstaan?

Ik heb 10 jaar aan de uitbreiding van het Stadshart in Almere gewerkt. De discussie die daar werd gevoerd was exact dezelfde. Daarom is het belang-

Eric Roest Projectmanager Stadshart

stadshart LELYSTAD Met Hart voor de Stad!

5

In gesprek met Janneke Sparreboom 1. Als coördinerend wethouder Stadshart ben je de afgelopen jaren verantwoordelijk voor het Stadshart geweest. Kun je aangeven of de gestelde doelen die je bij aanvang had gesteld, zijn behaald?

Het belangrijkste doel was en is om het Stadshart op de rails te krijgen. Daarom is het oorspronkelijke programma waarbij nog uitbreiding van de winkelruimte was voorzien gewijzigd. Een stad heeft een Stadshart nodig. Met het plan van Paul Tankink hebben we een lijn uitgezet naar een levendig Stadshart. We hebben gekozen voor een ander soort plan dan een masterplan. In het Stadshart gaat het namelijk om een complex aan factoren die een Stadshart levendig maken. Niet alleen de stedenbouw maar ook de openbare ruimte, marketing, evenementen en beleving zijn van groot belang. Dit bereik je alleen samen. Ondernemers, vastgoedeigenaren, bewoners en gemeente hebben de handen ineen geslagen, hierin zit de kracht.

2. Heb je doelen niet bereikt? Zo ja, welke zijn dat en wat zijn de redenen dat die niet zijn behaald?

Niet alle doelen zijn bereikt. Zo is het 2 jaar geleden niet gelukt om een bioscoop naar het Stadshart te krijgen, deze was toen nog gepland op de Agorahof. Ook het voorstel voor een pilot voor 1 uur gratis parkeren, betaald door ondernemers en gemeente, heeft het uiteindelijk niet gered.

3. Waar ligt voor de komende 4 jaar de focus op voor de verdere ontwikkeling van het Stadshart?

Enerzijds gaan we het Stadshart compleet maken. Door de sloop van de Gordiaan neemt het aantal winkels af. Daarnaast zullen winkels buiten het winkelrondje verdwijnen en transformeren naar andere functies. De Flashdome is hier een mooi voorbeeld van, evenals de horecaontwikkeling aan de Agorahof in het bestaande vastgoed. Ook de vergroening en openbare ruimte krijgt een verdere kwalitatieve impuls. Verder worden kantoren omgebouwd tot woningen en in 2018 zal ook gestart worden met het bouwen van woningen in Parkwijk.

Meer mensen die in het Stadshart wonen betekent meer reuring. Anderzijds gaan we verder met het sterker maken van het Stadshart door de samenwerking verder vorm te geven. Samen sta je nu eenmaal

sterker dan alleen. Vanuit de samenwerking kunnen we mooie dingen doen wat een krachtige impuls zal geven aan het Stadshart .

4. Is het Stadshart in het beleid niet teveel onderbelicht als je het vergelijkt met de aandacht voor Bataviastad en het vliegveld?

Wellicht voor de buitenwereld wel maar het Stadshart staat hoog op de agenda.

De gemeente pakt haar rol. Er is geïnvesteerd in de openbare ruimte - Stadhuisplein, aanloopstraten, vergroening – en door aankoop en gedeeltelijke sloop van de Gordiaan. Er zijn nieuwe plannen opgesteld, waarbij het voor andere partijen duidelijk wordt hoe het Stadshart zich verder gaat ontwikkelen. Investeerders en ondernemers kunnen hier op inspelen.

Dit haalt niet altijd het nieuws maar het vertrouwen is groot.

5. Voor de ondernemers bestaat het gevoel dat de gemeente te weinig doet om het Stadshart te versterken. Waardoor komt dat beeld? Hoe is dat beeld te verbeteren?

Er wordt veel over het Stadshart gesproken. Niet alleen door de ondernemers overigens. Dat is goed te begrijpen, het is voor de stad belangrijk dat het Stadshart levendig en aantrekkelijk is. Het is belangrijk om elkaar goed te informeren.

Niet op het gevoel afgaan, maar samen optrekken. We zijn de dialoog altijd blijven zoeken. En het was de afgelopen jaren ook niet gemakkelijk. Dat geldt voor veel ondernemers.

6. Wat is het belang voor de gemeente dat er een Ondernemersfonds komt?

Dit belang is zeer groot. Door het fonds neemt de armslag van de ondernemers enorm toe en vormen zij een factor van belang in de marketing en promotie van het Stadshart. Dit is de manier om de mensen weer naar het stadhart te krijgen.

7. Waarin vindt de gemeente dat de ondernemers zelf moeten investeren?

Winkelen is ook beleving. Daar zou wat mij betreft nog meer op ingezet kunnen worden. Zelf kijk ik overigens vooral naar datgene wat we als gemeente nog te doen hebben. Vergroening, openbare ruimte, De Waag - Promesse en Theater-

kwartier. Onderwerpen genoeg om je als gemeente mee bezig te houden. Ik hoop dat de ondernemers de focus houden op marketing van het Stadshart. In het verleden is gebleken dat dit een positieve impact heeft op het aantal bezoekers.

8. Het Stadshart heeft vooral te maken met afvloeiing van de eigen inwoners. De wijken zijn voorzien van vergelijkbare winkels, gratis parkeren.

Als je het over supermarkten hebt dan kan ik je volgen. Het Stadshart heeft echter meer te bieden. En dat wordt in de toekomst nog beter. De plannen zijn goed en gaan in uitvoering. De ondernemers pakken de handschoen op met het ondernemersfonds. We willen allemaal hetzelfde, namelijk een levendig Stadshart .

9. Door de komst van het vliegveld is er interesse voor Lelystad. Hoe kan het Stadshart meeliften op de ontwikkelingen gelinkt aan het vliegveld en neemt de gemeente het Stadshart ook mee in beleidsmatige keuzes om het Stadshart mee te laten liften in die ontwikkelingen?

Ik zie de komst van de luchthaven als een impuls. Veel toeristen zullen via het Stationsplein hun weg vervolgen. Allemaal kansen. Dit is de plek van ontmoeten, uitgaan en beleven, gecombineerd met winkelen. In deze combinatie zit de kracht. Voor ondernemers zie ik volop kansen en weet zeker dat de ondernemers deze ook zien.

10. Het Stadshart heeft in de beleving nog te kampen met leegstand. Is er zicht op het daadwerkelijk terugdringen van de leegstand? Hoe te ontwikkelen in de Stadhuisstraat bijvoorbeeld?

Werken vanuit een duidelijke visie en dit volhouden werkt. Wij slopen een deel van het winkelcentrum De Gordiaan.

Winkels worden horeca of een andere vorm van vermaak. Verder zijn de vastgoedeigenaren hier aan zet. Wij kunnen als gemeente niet alles oplossen. Daar waar ontwikkelingen passen in de visie doen wij mee. In 2018 worden ruim 100 appartementen opgeleverd in vastgoed dat voorheen een kantoorbestemming had. Wat betreft de Stadhuisstraat is dit een aardige puzzel. Hier zijn we nog niet uit, dus ideeën zijn welkom.

11. Hoe komen we voor de consument aan een visueel herkenbaar “rondje Stadshart”?

De hanging baskets, de bloembakken versterken het winkelrondje. Hiermee zijn we er natuurlijk niet. De aanpak van de Promesse en Waagpassage laat zien dat we verder gaan. Daarnaast zijn er mogelijkheden om met behulp van verlichting de scheiding tussen de verschillende functies zichtbaar en voelbaar te maken.

12. Nieuwe projecten als het Theaterkwartier en de Parkwijk zijn nu aangekondigd. Maar hoe wordt het huidige Stadshart nieuw elan ingeblazen? Want we moeten op de nieuwbouw ontwikkelingen nog een aantal jaar wachten. Is de (be) leefbaarheid voor die tijd wel te realiseren?

Ook hier verwijs ik naar de vergroening en de aanpak van de Promesse en de Waagpassage. We moeten koers houden. Iedere dag moeten we het verschil gaan maken. Met een goede marketing vinden we de weg omhoog en de genoemde projecten zijn van belang voor het vertrouwen in het Stadshart op langere termijn.

13. Kun je aangeven waarom de ondernemers “JA” moeten zeggen tegen het Ondernemersfonds?

Dit is echt aan de ondernemers zelf.

Ik zie alleen dat in de centra waar een ondernemersfonds is ingevoerd dit een enorme impuls is geweest. In die zin begrijp ik waarom ondernemers hierop inzetten. Ik zou hetzelfde doen.

Janneke Sparreboom Wethouder Stadshart

Stemavond maandag 19 februari voor het Ondernemersfonds Inloop: 18.30 uur

|

Start 19.00 uur

|

Locatie: Wizards Agorahof 1

Reglement draagvlakmeting Ondernemersfonds Lelystad Stadshart.

• Elke ondernemer die zal worden aangeslagen voor de reclamebelasting ten behoeve van het Ondernemersfonds Lelystad Stadshart, heeft 1 stem.

• Elke stemgerechtigde ondernemer kan tevoren schriftelijk een volmacht verstrekken aan een andere stemgerechtigde ondernemer.

• Per volmacht wordt op de stem-

mingsavond 1 stembiljet verstrekt. Een persoon kan maximaal 3 volmachten hebben en kan dus inclusief eventuele volmachten, maximaal 4 stemmen uitbrengen. Alleen volmachten van het door de Stichting Ondernemersfonds Stadshart Lelystad opgestelde model zijn geldig.

• Een volmacht is geldig als die volledig is

ingevuld.

• Er worden voor het tellen van de stemmen 3 tellers aangewezen. Bij verschillen in het resultaat tussen de verschillende tellers wordt er opnieuw geteld, totdat er geen verschillen meer zijn.

• Het resultaat is positief als tenminste 50% van de stemgerechtigde ondernemers zijn/haar stem uitbrengt (persoonlijk

of bij volmacht) en tenminste 60% daarvan vóór het voorstel tot instellen van een reclamebelasting stemt.

• De stemmingen en het tellen van de stemmen vinden plaats onder het toeziend oog van een notaris.

•

De ontwikkelingen in het Stadshart We zijn druk met allerlei projecten ter verbetering van het Stadshart. Zoals het omkleuren van kantoren (voorbeeld: oude politiebureau), opknappen van Kroonpassage, Sloop Gordiaan. In de openbare ruimte: ABC locatie en Neringpassage, Promesse, Waagpassage. Allemaal verschillende projecten die bijdragen aan een levendig Stadshart.

ABC-locatie (openbaar gebied tussen Parkwijk en het Stadshart) Naast voldoende en ruime parkeergelegenheid en vergroening is de doorgaande fietsroute bepalend geweest voor het ontwerp. Veiligheid en comfort voor de fietser staan voorop. Het terrein wordt zo ingericht dat het parkeren achter de slagboom mogelijk wordt. Achteraf betalen is klantvriendelijker en biedt ondernemers de mogelijkheid een uitrijkaart te verstrekken.

Promesse en Waagpassage Het ontwerp voor de inrichting van deze onderdelen van het Stadshart zet in op vergroening en verfraaiing van de openbare ruimte. De nieuwe inrichting zorgt voor een aangename, gastvrije sfeer en een overzichtelijk en aantrekkelijk winkelgebied. Ook wordt rekening gehouden met de aansluiting en verbinding met het Theaterkwartier. De Promesse is een cruciaal onderdeel van het ‘winkelrondje’. Warm na-

tuursteen in de verharding en bedriegertjes (fonteintjes) maakt straks de route van het winkelrondje voelbaar en aangenaam.

Theaterkwartier Uitgangspunten voor de ontwikkeling van dit gebied zijn een stedelijk karakter en de functies leisure, horeca. De bioscoop is naast de Agora opgenomen in de plannen.

De bioscoop voorziet in een behoefte en versterkt de uitgaansmogelijkheden in het Stadshart. Hiermee wordt invulling gegeven aan de middag- en avondhoreca in de vorm van restaurants met terrassen. Het Stadshart is meer dan alleen winkelen.

Alle functies gezamenlijk geven een impuls aan het Stadshart. Achter de bioscoop wordt het stedelijk wonen verder vorm gegeven.

een variëteit aan woningen wordt een stedelijk woonmilieu toegevoegd aan het Stadshart. De Agora is ontworpen als bijzonder hoekgebouw met gevels op het noorden en het westen. Aan de oostzijde is nu een project gepland met appartementen; in de luwte van het theater en op loopafstand van restaurants en winkels.

Een goede ontsluiting van het gebied en van de parkeergarages blijft gegarandeerd.

Maar ook de komst van Parkwijk betekent ca. 140 woningen in het Stadshart.

Wonen

Opgave openbare ruimte

Woningbouw geeft een belangrijke impuls aan de leefbaarheid in het Stadshart. Met

Met de huidige plannen zijn we er echt nog niet. De Neringpassage en Muntstraat/Ne-

ringweg, Stationsplein (bushalte luchthaven), Wissel, Promesse-Dukaatplein. Niet alle plekken kunnen tegelijk aangepakt worden. Maar deze ontwikkelingen zijn wel heel belangrijk voor alle ondernemers in het Stadshart. Iedereen komt aan de beurt, er zijn gewoon een aantal lastige plekken waar we als gemeente ook niet een, twee drie een kant en klare oplossing voor hebben liggen. Vastgoedeigenaren zijn aan zet als het gaat om de bestrijding van leegstand.

•

Erik Roest Projectmanager Stadshart

In gesprek met Jos Bos 1. Wat voor onderneming heb je en hoelang ben je al ondernemer in het Stadshart?

Boekhandel The Read Shop Kroonpassage is geopend eind november 2013, dat betekent dat ik met ons team in het vijfde jaar als ondernemer actief ben.

2. Merk je in je eigen winkel, dat de economie in een opgaande lijn zit?

Op dit moment kan ik nog niet echt merken dat de economie in stijgende lijn is, de consument in MKB-land loopt m.i. niet in pas met de meldingen in het nieuws.

Die zijn immers gebaseerd op de import/ export, waar het gelukkig weer goed mee gaat.

3. Welke kansen zie je voor het Stadshart om te komen tot een revival van het Stadshart?

Het is belangrijk om de consument continu te voorzien van de stappen die gezet worden. Daarmee voedt je m.i. ook het gevoel dat er dus wél iets gebeurt. Veel mensen hebben – denk ik - niet die indruk dus moet je hen veelvuldig bijpraten.

4. Welke tip wil je geven om de koopzondag in Lelystad sterker te maken?

Zoals het nu gaat – werken met thema’s – vind ik een goede ontwikkeling. Klanten kunnen zich inleven in het onderwerp en bijkomende activiteiten ondersteunen dan

dat ‘gezellige’ gevoel. Daarmee trek de klant naar het stadshart.

5. Wat voor soort evenementen zie je graag komen in het Stadshart?

Dit is een lastige: het moet ook betaalbaar zijn en aantrekkelijk voor de gemiddelde bewoner. Zoals nu de lichtjesparade vind ik een mooi voorbeeld. Ook is het belangrijk dat de meeste ondernemers er zich in kunnen vinden waardoor ook hun enthousiasme wordt vergroot.

6. Welke voordelen zie je met de komst van het Ondernemersfonds?

De uitstraling naar de inwoners is belangrijk, er moet zichtbaar worden gemaakt dat alle partijen – ondernemers én gemeente – zich tot het uiterste inspannen om het stadshart weer gezellig te maken.

7. Wat zou je gerealiseerd zien worden om het ideale Stadshart te creëren?

Een stadshart zonder fietsers zou m.i. al enorm helpen, nog vaak maak ik mee dat er agressief wordt gereageerd op fietsers.

Ook een schoon stadshart is van evident belang met een goede passende verlichting. Afwisseling van groen zoals nu ook gepresenteerd in het plan en zitjes ondersteunen de algehele uitstraling.

8. Welke kansen zie je voor het

Stadshart met de komst van het vliegveld?

Veel reizigers zullen met het OV komen en/of gaan. Dat betekent wellicht dat zij een stop in het stadshart zullen maken.

Het lijkt mij goed om dan ook voldoende afwisseling te hebben in het winkelaanbod. Goede verbindingen met het vliegveld liggen uiteraard ook voor de hand.

9. Welke rol zie je voor de politiek om het Stadshart te versterken?

De politiek speelt een grote rol in de ontwikkeling van het stadshart. Ik hoop dan ook dat er na de komende verkiezingen voldoende kennis in de lokale politiek is/komt.

We kunnen immers niet zonder elkaar.

Ik kan me voorstellen dat er altijd wel iets in het geheel zit waar je niet achter staat.

Maar net als bij de politieke verkiezingen is er geen enkele partij waar je volgens mij álles in vindt waar je je in kunt vinden: elke partij heeft wel iets waarvan je zegt: ja, dat vind ik ook.

Maar kijkend naar de situatie van het stadshart, de positieve ontwikkelingen die er gaande zijn, de groei in activiteiten, de toenemende saamhorigheid onder de ondernemers kan ik niet anders concluderen dan dat ‘we’ er met iedereen achter moeten gaan staan.

Soms moet je over schaduwen heen kijken, dus laten we dat dan doen !

10. De visie voor het Stadshart is “hartverwarmend” met “Hart voor de Stad”. Hoe denk jij daar een invulling aan te kunnen geven met je eigen winkel?

Kijkend naar reacties van de meeste klanten denk ik dat wij er goed op staan.

Sterke punten van onze winkel en het team zijn de gastvrijheid, de serviceverlening i.c.m. de klantvriendelijkheid, de persoonlijke aandacht die de klant krijgt o.a. in de manier van verpakken van cadeaus.

11. Heb je nog een stemadvies waarom de ondernemers “JA” moeten zeggen tegen het Ondernemersfonds?

Jos Bos The Read Shop

stadshart LELYSTAD Met Hart voor de Stad!

7

Nieuw parkeerbeleid nodig voor het Stadshart Met de ontwikkelingen in het Stadshart is het ook zaak om binnen het gebied het parkeren te benoemen.

Ondanks dat er in 2017 initiatieven zijn ontwikkeld heeft dit niet geleid tot voldoende draagvlak bij de belanghebbenden. Voor 2018 zal hier opnieuw een beleidsontwikkeling moeten plaatsvinden.

Focus op het gebruikmaken van de parkeergarage door consumenten van het Stadshart, dient de voorkeur te krijgen. We zien de huidige focus op het verkopen van abonnementen liever geïnvesteerd in het verblijden van de bezoekers van het Stadshart. Doel hiervan is dat meer mensen, vaker in de par-

keergarage komen en ook langer blijven.

Hiermee is een positief effect op het aantal bezoekers van het Stadshart, maar ook het bestedingsbedrag per bezoeker gaat omhoog. Nodig om het Stadshart voor de toekomst te behouden. Daarmee focus op de inwoners van Lelystad.

Fiets parkeren aan iedere “ingang” van het Stadshart heeft tevens aandacht nodig. Daarmee “orde & netheid” voor gebruikers van de fiets ook sturen. Veel gebruikers van het Stadshart komen namelijk met de fiets, verdienen dus aandacht. Net als voetgangers. Bredere,

in kleur zichtbare, wandelpaden? Daarmee niet focus op “verbieden” maar op “faciliteren”.

De bereikbaarheid van de winkels voor wat betreft de aan –en afvoerroutes blijft noodzakelijk. Met de nieuwe ontwikkelingen in het Stadshart is het zaak dat de nieuwe plannen en ontwikkelingen worden besproken met de ondernemers.

Ook het kwijt kunnen van de auto, zowel voor kort -als lang (consument)parkeerders moet aandacht blijven houden.

•

In gesprek met de centrummanager 1. Je bent nu bijna een jaar de centrummanager. Wat is eigenlijk de functie van centrummanager?

Als centrummanager probeer je de verbindende factor te zijn tussen de diverse stakeholders. Het contact zijn tussen de ondernemers en de gemeente, zaken signaleren en bespreekbaar maken tussen de partijen.

2. Welke kansen zie je voor het Stadshart om in Lelystad weer de eigen inwoners te verblijden?

Er moet een eenheid ontstaan die samen toewerkt naar het blij maken van de bezoekers aan het Stadshart.

3. Je bent de smeerolie tussen de ondernemers en het gemeentehuis.

Ben je soms dan ook de luis in de pels voor de ondernemers als je op het gemeentehuis in gesprek gaat?

Nee, ik ben geen luis in de pels. Ik ben voor de ondernemers een meerwaarde omdat ik ook zelf uit de retail kom. Een retailer denkt anders, laat het licht dus ook op een andere manier schijnen op zaken. Daarmee vanuit een ander perspectief onderwerpen aansnijden. Want het gaat telkens weer om de consument.

Hoe kunnen we die nou optimaal bedienen?

4. Wat zie je als je belangrijkste taak voor het jaar 2018?

Opstarten van het Ondernemersfonds en de uitwerking verder bij het realiseren van het fonds. Ook dit jaar mag ik het Stadshart bedienen en ik wil een rol spelen in het uitvoeren van het jaarplan zoals dat is gepresenteerd door de ondernemers. Met het Ondernemersfonds kunnen de ondernemers zich verder professionaliseren en is er ook financieel de ruimte om het Stadshart te vermarkten.

5. Hoe kunnen we de leegstand op korte termijn oplossen?

Dat hebben we niet “zomaar even” opgelost. De eigenaren spelen hier een belangrijke rol in. Maar ook als ondernemers kunnen we hier invloed op uitoefenen door als winkeliers in het Stadshart een positief imago op te bouwen. Met positieve geluiden, initiatieven, als andere ondernemers horen dat er goed samengewerkt wordt, er goede plannen zijn en dat het gebied ook goed in de markt wordt gezet, willen ondernemers daar bij horen. Je bepaalt met z’n allen het vestigingsklimaat. En ik krijg diverse ondernemers op visite die het Stadshart willen bezoeken, informatie willen over de mogelijke locaties. Steeds meer ondernemers van buiten zien ook kansen in Lelystad. Die positiviteit moet je koesteren en met elkaar versterken.

8. Hoe zie je de toekomst van het Stadshart in relatie tot de veranderde marktomstandigheden, de opmars van online in relatie tot fysiek shoppen?

6. Wat kan een onderscheidend vermogen worden voor het Stadshart?

9. Hoe kan het Stadshart meeliften op de komst van het vliegveld? Op welke manier moet het Stadshart hier worden gefaciliteerd?

De nieuwe aanpak die nu is ingezet om het Stadshart weer mee te laten lopen in de nieuwe ontwikkelingen die de markt ons opdringt, maakt dat we er straks weer tegen aan kunnen. De combinatie van wonen, werken en winkelen is de nieuwe werkelijkheid. Daar op in spelen biedt kansen voor iedereen. Maar dan moet je ook als huidige ondernemer anticiperen op de nieuwe ontwikkelingen die er zijn en die er ook nog komen.

7. Moet de politiek niet meer aandacht en geld investeren om de achterstand die is opgelopen, weg te werken?

Die ontwikkeling is nu ingezet. Er wordt daadkracht getoond. Kijk maar naar de gepresenteerde plannen voor verfraaiing van gebieden en de nieuwe ontwikkelingen als het Theaterkwartier en de Parkwijk. Met die positieve ontwikkelingen maak je dat andere ondernemers en bedrijven ook weer willen investeren.

Iedereen moet voor zichzelf kijken hoe hier op in te spelen. Stil zitten en niet bewegen is niet de weg die je moet bewandelen. Er zijn nog genoeg proefballonnetjes die worden opgelaten en niet alles lukt. Maar denken in kansen maakt dat je nieuwe ontwikkelingen en ideeën realiseert. Dat kan ook in hele kleine dingen zijn, een uitbreiding van service of de manier hoe je inspeelt op de ontwikkelingen die anderen zijn opgestart. Als Stadshart kun je met elkaar hierover sparren en van daaruit voor je gebied een ontwikkeling omarmen.

Nou toeristen willen geld uitgeven. Zitten in de vakantiemodus. Je weet nu ook al dat ze gaan komen. Als je in staat bent om de toeristen bij aankomst of bij vertrek, je Stadshart in te trekken, dan kun je hier op meeliften. Ook in het ontwikkelen van een gebied als het station zou je hier over na kunnen denken. Brengen we de toerist meteen naar het vliegveld of is de inrichting zodanig dat je het Stadshart “ziet”. Als ondernemers kun je met een goed werkend en zichzelf profilerend Stadshart, de toerist ook nieuwsgierig maken. Zorg dat de consument zich welkom voelt. Dat kan met openingstijden, dan kan door houding en gedrag van je medewerk(st)ers of door je assortiment.

Wat als de toerist in je winkel komt met een reiskoffer, moet die dan mee de hele winkel door of kun je hier service bieden?

10. Als je over een tijdje terug kijkt naar je job hier, wanneer

ben je tevreden over het bereikte resultaat?

Als het Stadshart de ontwikkeling heeft kunnen inzetten en doormaken waar het nu voor staat. Ik blijf een verbinder, de ondernemers/winkeliers moeten het zelf doen. Maar het zou mooi zijn als in de flow van publiciteit over het vliegveld, het Stadshart ook een imago weet te realiseren dat het LelyStadshart genoemd wordt als een hartverwarmende plek waar je tijdens je vakantie prima kunt verblijven.

11. Kun je nog een stemadvies geven, waarom ondernemers naar de stemavond moeten komen en “JA” moeten zeggen tegen het Ondernemersfonds?

Zorg dat je als ondernemer/winkelier onderdeel bent van het succes! En nu is met de oprichting van een Ondernemersfonds ook de mogelijkheid om middelen in te zetten die tot dat succes kunnen leiden. Die investering komt onherroepelijk terug. In de vorm van bezoekers, in publiciteit en van omzet. Je kunt het niet alleen. Samen maakt dat je gebiedsmarketing kunt toepassen.

Ron Uyldert Centrummanager

STEM VÓÓR! Maandag 19 februari Inloop: 18.30 uur Start: 19.00 uur

Locatie: The Wizards Agorahof 1, Stadshart Lelystad