‘Elke morgen gaat de zon op, elke avond valt de nacht, over de Vlamingen, over de Walen: ik bemoei mij er niet mee’, zong Jaap Visser. Koen van Zon denkt daar gelukkig anders over. In Trouwe grenswachters van het groot Germanendom bestudeert hij trefzeker het Vlaamse ‘activisme’ ten tijde van de Eerste Wereldoorlog. In welk daglicht moet het activisme worden bekeken: opportunistische collaboratie, vaderlandsliefde of een zuiver onafhankelijkheidsstreven? En daarbij: welke rol speelden Nederland en Duitsland in deze diffuse beweging? De politieke en ideologische strijd - die heden ten dage nauwelijks aan kracht en betekenis heeft ingeboet - vormt het dankbare onderwerp van een schitterende scriptie, die kunstig laveert tussen beladen onderwerpen, taboes, voordelen en verborgen motieven.