Frerick Althof, Transsylvanië als Europese other within

Page 1



Inleiding ................................................................................................................................ 2 1. Balkanisme .............................................................................................................. 5 2. Graaf Dracula ...................................................................................................... 11 3. TranssylvaniĂŤ ....................................................................................................... 15 Conclusie ............................................................................................................................ 20 Literatuurlijst ....................................................................................................................... 22

Afbeelding voorblad: Bram Stoker in 1906. Bron: Wikimedia Commons: http://commons.wikimedia.org/wiki/File:Bram_Stoker_1906.jpg?uselang=nl


Aan het einde van de negentiende eeuw vond er in de West-Europese literatuur, met name in de Britse literatuur, een bloeiperiode plaats in het schrijven van gotische werken. In de jaren daarvoor was het de traditie om gotische verhalen zich af te laten spelen in een ver verleden. Nu werden werken als Stevensons’ Dr. Jeckyll and Mr. Hyde (1886) en Oscar Wilde’s Picture of Dorian Gray (1891), ultieme voorbeelden van gotische literatuur, neergezet in de moderne wereld.1 Bij deze trend hoort ook Bram Stokers Dracula, gepubliceerd in 1897. Bram Stokers Dracula is het schoolvoorbeeld geworden van het vampierverhaal. Er zijn talloze strips, films, theaterstukken, karakters en boeken gebaseerd op graaf Dracula. Zo kent de Internet Movie Database 305 films en series onder de zoekopdracht ‘Dracula’.2 Stokers beeld van de vampier is voornamelijk gebaseerd op twee mythen. Het is de combinatie van het beeld dat bestond van een wrede heerser van Walachije, Vlad II Dracula, en het beeld van bloedzuigende ondoden die in de Balkan zouden ronddolen. In zijn boek is Dracula een soort sprookjesmonster dat wordt neergezet als een lange duistere vreemdeling die zich voedt met het bloed van jonge vrouwen. Het Oost-Europese aspect van de vampier, Dracula, speelt een belangrijke rol.3 De belangrijkste schrijvers die zich bezighielden met vampierverhalen waren nagenoeg zonder uitzondering Brits en dus West-Europees. Het klassieke beeld dat we tegenwoordig hebben van vampierverhalen is vooral uit hun werken ontstegen. In Bram Stokers verbeelding van de Oost-Europese antiheld Dracula valt een proces van ‘othering’ te herkennen tussen West en Oost-Europa. Dit proces van ‘othering’ dat binnen Oost-Europa vooral op de Balkan gericht was wordt balkanisme genoemd. In de historiografie is al meer geschreven over de Balkan als significant other van West-Europa. Er is echter weinig overeenstemming over of het balkanisme te beschouwen valt als een vorm van oriëntalisme of dat het om een ander proces van othering en zelfdefiniëring gaat. Kijkend naar Edward Saïds definitie van oriëntalisme is het ook niet gemakkelijk balkanisme uit te leggen via het oriëntalisme. Oriëntalisme is volgens Saïd “the corporate institution for dealing with the

1 Stephen D. Arata. ‘The Occidental Tourist: Dracula and the Anxiety of Reverse Colonization’ in Victorian Studies 33, 4. (Zomer 1990) 621-645, 621. 2 http://www.imdb.com/find?ref_=nv_sr_fn&q=dracula&s=all (geraadpleegd op 21 december 2014.) 3 Pieter Steinz, Made In Europe. (Amsterdam 2014) 124-125.

2


Orient – dealing wit hit by making statements about it, authorizing views of it, describing it, teaching it, settling it, ruling over it: in short … a Western style for dominating, restructuring and having authority over the Orient.”4 Volgens Maria Todorova, één van de meest voorname denkers over balkanisme als vorm van oriëntalisme, is balkanisme niet zomaar een variant van oriëntalisme. De Bulgaarse historica en filosofe is vooral bekend om haar werk Imagining the Balkans, dat de basis legt voor de koppeling tussen oriëntalisme en balkanisme. Haar omschrijving van balkanisme is dat het een oriëntalistische variant is op het Balkan-thema.5 Andere historici zoals Bakic-Hayden zijn een andere mening toegedaan met als belangrijkste argument dat de onderliggende logica van oriëntalisme terug te vinden is in balkanisme.6 De onderliggende logica maakt oriëntalisme en balkanisme variaties van dezelfde soort en dus verwanter aan elkaar dan Todorova schetst. Duidelijk is dat er in dezelfde tijd als de Victoriaanse vampierverhalen een ander onderscheid in Europa werd gemaakt dan altijd het geval was geweest. Historicus Larry Wolff stelt dat de conventionele verdeling van Europa in Oost en West een uitvinding is van achttiendeeeuwse filosofen die vonden dat de dominante verdeling van Noord en Zuid moest worden vervangen. De basis van het nieuwe onderscheid bestond eruit dat Oost-Europa werd geïdentificeerd met industriële achterstand en het hebben van een gebrek aan sociale relaties en instituties die het kapitalistische Westen typeerden. Oost-Europa werd gezien als een bijgelovige en irrationele cultuur, onaangeraakt door Westerse verlichting, aldus Larry Wolff in zijn werk Inventing Eastern Europe.7 Deze beeldvorming vormt de kern van mijn onderzoek en zal verder uitgelegd worden in het eerste hoofdstuk. Stokers Dracula kent vele voorbeelden van een vorm van othering tegenover de Balkan. De belangrijkste vraag in mijn onderzoek is in hoeverre Bram Stokers Dracula te beschouwen is als een voorbeeld van balkanisme. Voordat ik Dracula kan plaatsen in het balkanisme is het zaak om dit goed te definiëren. Dit definiëren zal ik met name doen aan de hand van Maria Todorva’s Imagining

the Balkans. Dit werk bevat veel historiografische discussie over wat balkanisme is en zet bovendien duidelijk uiteen hoe er tegen de Balkan wordt aangekeken. Vervolgens zal ik

4 Edward W. Saïd, Orientalism. (New York 1978) 3. 5 Maria Todorova, Imagining the Balkans (New York 2009) 8. 6 Milica Bakic-Hayden, ’Nesting Orientalisms: the case of Former Yugoslavia’ in Slavic Review 54, 4. (Winter 1995), 917-931, aldaar?. 7 Larry Wolff. Inventing Eastern Europe: The Map of Civilization on the Mind of the Enlightenment (Stanford 1994) 356-360.

3


Dracula vanuit de balkanistische beeldvorming analyseren. In Dracula zal ik een onderscheid maken tussen de figuur Dracula en de omgeving waartegen het boek zich afspeelt. De centrale focus van mijn analyse zal in hoofdstuk twee liggen op de figuur Dracula waarbij ik me ook richt op de literaire traditie van de vampierverhalen met behulp van Christopher Fraylings Vampyres: Lord Byron to Count Dracula en Clive Leatherdale’s Dracula, the novel

and the legend: a study of Bram Stoker’s Gothic Masterpiece. In hoofdstuk drie zal ik de twee reizen die in het boek naar Transsylvanië ondernomen worden analyseren en dan met name hoe Bram Stoker deze regio’s beschrijft. Bij de laatste twee hoofdstukken zal ik waar nodig de tijdsgeest van Dracula duidelijk maken. Ik gebruik een versie van Dracula uit 2008. Het is een versie die geannoteerd is en die zelf ook uitleg bevat over bepaalde delen van

Dracula en waarom Bram Stoker bepaalde keuzes maakte. Ik zal dus niet alleen Dracula zelf analyseren maar ook op basis van secundaire analyses van Dracula mijn conclusies trekken. Vervolgens zal ik duidelijk maken in mijn conclusie hoe de voorbeelden uit Dracula te passen zijn in de stereotypen en mythen die een rol spelen in het balkanisme zoals ik dat in het eerste hoofdstuk heb gedefinieerd.

4


Er is in de wetenschap een hele discipline die zich bezig houdt met ‘otherness’. Deze discipline komt voort uit Edward Saïds oriëntalisme. Oriëntalisme betekende bij Saïd de institutie die gebruikt wordt om de Oriënt te kunnen definiëren. Het is een Westerse manier om de Oriënt te kunnen domineren, herstructureren en er autoriteit over te kunnen uitoefenen. Het biedt de suggestie dat de Oriënt een realiteit is maar dat er naast de oriëntalistische essentie ook een Westerse entiteit is die de Oriënt van veraf en bovenaf observeert. Het belangrijkste kenmerk van het oriëntalisme is dat het definiëren van de Oriënt als ‘de ander’ betekent dat je jezelf ook definieert als de zogeheten occident. De relatie tussen kennis en macht over een gebied betekent echter dat de kennis die je over een gebied denkt te hebben voortkomt uit je eigen macht over dat gebied en een bestaan krijgt los van de realiteit. 8 Na het vaststellen van oriëntalisme viel Saïd het oriëntalisme aan. Dit leidde tot een algemene crisis van representatie. In de antropologie is het begrijpen van ‘de ander’ al een lange tijd een probleem. Saïds ideeën problematiseerden het probleem van representatie nog verder. Hij stelde zelf bovendien al dat de juiste reactie op oriëntalisme niet occidentalisme was. Toch had zijn werk dit gevolg. De term ‘de Oriënt’ wordt steeds minder voor het Midden-Oosten gebruikt terwijl ‘het Westen’ nog wel veel gebruikt wordt.9 Er is een groeiende trend om de relatie tussen West-Europa en de Balkan te omschrijven als een vorm van oriëntalisme. Zoals ik in mijn inleiding al schetste is er echter nog geen eenduidigheid over wat het dan precies een variant van oriëntalisme maakt. Maria Todorova maakt naar mijn mening heel duidelijk dat de methode van Saïd voor oriëntalisme op het zogeheten balkanisme zeker toe te passen is. Inhoudelijk zijn er echter belangrijke verschillen. Deze verschillen worden door haar niet voldoende uiteengezet. Zij gaat alleen maar uit van geografische verschillen. Dit geografische verschil betekent dat de Oriënt pas een historisch erkende realiteit kreeg nadat Saïd poogde te laten zien dat de Oriënt niet was zoals het oriëntalisme het toonde. Historisch gezien is de Balkan echter heel duidelijk en concreet

8 Todorova, 7-8. 9 Todorova, 9-10.

5


omschreven. In tegenstelling tot de term Oriënt is de term Balkan niet van oorsprong een westerse benaming.10 Intellectuelen uit de Balkanlanden zoals Maria Todorova en Milica Bakic- Hayden vinden het oriëntalisme zeer goed toe te passen op de relatie tussen West en Oost-Europa.11 Mijn voorlopige conclusie over balkanisme is dat het een benadering is van de Balkan op oriëntalistische wijze. James Carrier, een onderzoeker van essentialistische kennisgebieden zoals oriëntalisme en occidentalisme, geeft goed aan waarom balkanisme en oriëntalisme uitingen zijn van eenzelfde soort ‘othering’. Doordat het Westen andere gebieden dan het Westen definieert in Westerse termen en het Westen historisch gezien dominant was op politiek en economisch vlak gaan ook de gedefinieerde gebieden zich definiëren in die Westerse termen. Zo wordt het Westen de standaard waartegen alle anderen zich gaan definiëren, wat weer de dominantie van het Westen vergroot.12 Een belangrijk probleem in de discussie over oriëntalisme en ook balkanisme is dat het principes zijn die veranderlijk zijn door de tijd heen. Daarnaast zijn er verschillende oriëntalismen binnen het oriëntalisme van Saïd. Naast dit probleem zijn er verschillen tussen de Oriënt en de Balkan die het lastig maken om balkanisme te zien als variant van oriëntalisme. Zo is de Balkan niet imaginair. Het is een concreet omschreven geografische regio die een gebrek aan welvaart heeft. Dat neemt echter niet weg dat er lange tijd met zeer negatieve ondertoon werd gesproken over de regio. Er zat geen exotische lading aan het begrip Balkan. Ook al ging het net als bij de Oriënt om een soort mystieke ontsnapping naar de Middeleeuwen, de Balkan had een heel ander soort verlangen over zich. Bij de Balkan hoorde een gevoel van ridderschap. Het was een niet geciviliseerde regio, primitief, ruw en wreed. De Balkan deed niet denken aan de Middeleeuwen maar bevond zich nog daadwerkelijk in de Middeleeuwen. Dit is veel meer een mannelijke lading dan de Oriënt had. Dat was een puur sensuele lading en geassocieerd met vrouwelijkheid.13 Verder bevatten beschrijvingen van de Balkan vaak een overgangskenmerk. Het wordt altijd neergezet tussen het Westen en het verdere Oosten zoals Azië of het MiddenOosten. Waar de Oriënt en Europa vaak als antiwerelden tegenover elkaar worden gezet heeft de Balkan altijd een indruk van een brug of kruispunt gehad tussen deze werelden.

10 11 12 13

Todorova, 11. Todorova, 8. James Carrier, Occidentalism: Images of the West (New York 1995) 197. Todorova, 12-14.

6


Vanuit deze brugmetafoor wordt de Balkan vaak gezien als semikoloniaal, semi-ontwikkeld, semigeciviliseerd en semi-oriëntaals. Het is niet helemaal Westers maar hoort geografisch gezien wel bij Europa. De historische omstandigheden van de Balkan maken het tot een hele andere beeldvorming dan het oriëntalisme. De Balkan kent bijvoorbeeld geen kolonialisme maar is wel door de geschiedenis heen altijd een speelbal geweest van grootmachten zoals Rusland en Turkije. In de beeldvorming vanuit West-Europa valt dus ook niet iets als postkoloniaal schuldgevoel te herkennen.14 Het balkanistische discourse heeft nooit echt invloed gehad op intellectuele tradities of instituties zoals dat bij oriëntalisme het geval is. Het is vooral aanwezig in journalistieke en literaire vorm. Om deze reden, en omdat het geen koloniaal gebied was, is het lange tijd buiten de aandacht van Europese antropologie gebleven. Nog een verschil tussen oriëntalisme en balkanisme is dat oriëntalisme meer gaat om een vergelijking van verschillende typen samenleving, bekeken vanuit één van die samenlevingen. Balkanisme gaat meer om een vergelijking van verschillen binnen één type samenleving. Het laatste grote verschil is de religie. Oriëntalisme bevat ook sterke beeldvorming over de islam. De Balkan is echter overwegend christelijk. Het gaat hier om de orthodoxe vorm van het christendom. Dit versterkt het beeld van overgangsgebied. Orthodox christendom wordt namelijk gezien als de oosterse variant van christendom.15 Samuel Huntington benoemde de Balkan als strijdgebied tussen civilisaties. Hij legde de grens tussen islam en christendom precies op de Balkan met haar orthodoxe christendom. Volgens Huntingtons theorie van de

Clash of Civilizations zouden de grenzen van civilisaties de inzet zijn van toekomstige conflicten omdat andere bronnen van conflict zoals grenzen van natiestaten en ideologieën met de Tweede Wereldoorlog en de val van het IJzeren Gordijn waren verdwenen. Ook de verdeling van de wereld in Eerste Tweede en Derde Wereld zou betekenisloos worden door het belang van de grenzen van civilisaties. De Balkan is een grensgebied en dus één van Huntingtons ‘fault lines of civilisation’ en dus ook een ‘battle line of civilisation’.16 Ondanks de verschillen zijn oriëntalisme en balkanisme sterk aan elkaar verwant. Zo bevatten beide beeldvormingen positieve romantische beeldvorming maar hebben ze ook hun eigen gruwelijkheden. De Oriënt had slavenmarkten en de Balkan had zware lijfstraffen.

14 Todorova, 15-16. 15 Todorova, 18-20. 16 Samuel P. Huntington, ‘The Clash of Civilisations?’ Foreign Affairs 72, 3 (Zomer, 1993), 22-49, aldaar?.

7


Dit schrikte Europese reizigers vaak af.17 Het zelfbeeld van de Balkan is vooral ontstaan tegenover de Oriënt en niet tegenover West-Europa. De Balkanvolken veroriëntaliseren perioden van de eigen geschiedenis, want ze waren zelf lange tijd onderdeel van de Oriënt. Ze zijn zichzelf ook als een brug gaan zien. Deze brug is echter een stigma dat opgedrongen is vanuit een Westerse visie. Tegenwoordig wordt de brugmetafoor geaccepteerd als zijnde de essentie van de Balkan.18 De Balkanvolken ontwikkelen dus hun zelfbeeld in termen van het Westen. Het eerdergenoemde argument van James Carrier maakt dus dat balkanisme wel degelijk een vorm is van oriëntalisme. Een ander belangrijk argument om balkanisme een variant van oriëntalisme te noemen is dat de Balkan het deel van Europa is dat onder directe invloed van het Ottomaanse Rijk heeft gestaan. De Balkan heeft binnen Europa het meest een specifieke politieke, institutionele, legale, religieuze en culturele erfenis van het Ottomaanse Rijk meegekregen. Die Ottomaanse erfenis bestaat, in een inmiddels veel kleinere vorm, nog steeds. De Eerste Wereldoorlog valt wel te herkennen als een breuk maar het betekent niet dat het Ottomaanse Rijk plots geen invloed meer had op de ontwikkeling in die gebieden. De Balkan verloor er wel haar exotische en imaginaire karakter door. Omdat ze steeds meer seculariseerden en rationaliseerden werden ze ook steeds meer als gelijk aan West-Europa gezien.19 Balkanisme is een geheel eigen discourse geworden, al is dat heel recent in de afgelopen decennia gebeurd. Het is een oud aristocratisch Europees paradigma in combinatie met negentiende-eeuwse victoriaanse gerechtigheid. Het bevat een evolutionair geloof in de superioriteit van ordelijke samenlevingen boven barbarij en achterlijkheid. Het Balkandiscourse is een discourse dat al uit de imperialistische tijd stamt met als belangrijke definiëringstermen modernisering, civilisatie en barbaarsheid. De Balkan is dus ‘de donkere kant van Europa’. Het is een soort alter ego van West-Europa. Het is een onderdeel van de Europese identiteit maar binnen die identiteit is de Balkan het volkomen andere van WestEuropa. Balkanisme moet niet verward worden met balkanisatie. Balkanisatie betekent het uiteenvallen van grotere rijken in veel kleine staatjes. Dit is in de Balkan gebeurd met het Russische, Habsburgse en Ottomaanse Rijk. Balkanisatie omvat de constante bemoeienis van grote mogendheden met de Balkan en het feit dat de Balkan een regio is met veel

17 Todorova, 13, 122. 18 Todorova, 18-20, 58-59. 19 Todorova, 12-13.

8


gemengde rassen in kleine staten met enigszins achtergestelde bevolkingen.20 Ook al heeft balkanisatie veel kenmerken die het balkanisme ook heeft en speelt balkanisme ook zeker een rol bij het definiëren van balkanisatie, het zijn twee verschillende theoretische kaders. De beeldvorming over de Balkan die balkanisme vormt is een beeldvorming van een primitief, barbaars en achterlijk Oost-Europa tegenover een geciviliseerd, ordelijk en ontwikkeld West-Europa. Het geografische Oosten van Europa liep achterop als het aankwam op economische kwaliteit. Er was een gebrek aan ontwikkelde sociale relaties en instituties die in het Westen kenmerkende aspecten waren van de samenleving. De Westerse Verlichting creëerde dit verschil en markeerde het Oosten als bijgelovige en irrationele cultuur en terwijl ze na de Eerste Wereldoorlog industrialiseerden en steeds minder achterliepen op het Westen bleef de beeldvorming bestaan.21 De Balkan werd wel degelijk gezien als exotische regio. Er kon geen vrede bestaan en ze hadden zelfs nog lijfeigenschap. Volgens veel diplomaten was de Balkan dan ook niet geschikt om een natiestaat te zijn. Deze beelden veranderden door de jaren heen maar weinig.22 Het Westen bewonderde een aantal Oost-Europese landen echter wel. Er was bijvoorbeeld veel respect en bewondering voor Tsjecho-Slowakije en werd Hongarije als dapper, romantisch en vrijheidslievend gezien.23 Transsylvanië werd gezien als een grensregio van religies. De Balkan kende allerlei religies maar in Transsylvanië kwam Oost-Europese en West-Europese cultuur samen. Binnen de Balkan stond Transsylvanië bekend om haar eigen geest en drang naar autonomie. Dit droeg sterk bij aan de mythevorming in het gebied.24 De beeldvorming over Oost-Europa kwam vooral uit Groot-Brittannië. Aan het einde van de negentiende eeuw was GrootBrittannië het meest ontwikkelde land van de wereld en de sterkste militaire macht. Veel vreemdelingen trokken dus naar Groot-Brittannië en er was veel zelfvertrouwen onder de Britten. In de imperialistische tijd was er vanuit Britse ogen ook sterke minachting voor veel andere regio’s, waaronder Oost-Europa en de Balkan.25

20 Todorova, 34, 184-188. 21 Wolff, 356-360. Todorova, 1-2, 12. 22 Piotr Wandycz, ‘Western Images and Stereotypes of Central and Eastern Europe’, in Vampires Unstaked: National Images, Stereotypes and Myths in East Central Europe, eds. André Gerrits en Nanci Adler,. (Amsterdam 1995) 5-25, aldaar 13. 23 Wandycz, 12. 24 Sándor Vogel, ‘Transylvania: Myth and Reality: Changing Awareness of Transylvanian Identity’ in André Gerrits en Nanci Adler eds., Vampires Unstaked: National Images, Stereotypes and Myths in East Central Europe(Amsterdam 1995) 69-89., aldaar 69, 82. 25 Judith Wilt, ‘The Imperial Mouth: Imperialism, the Gothic and Science Fiction’ in Journal of Popular Culture 14, 4. (Lente 1981) 618-628, aldaar 618-620.

9


De beeldvorming over de Balkan bestaat vooral uit mythen en stereotypen. Belangrijke kenmerken bij het herkennen van mythen en stereotypen is dat het een set van vooringenomen generalisaties is over een groep mensen. Deze generalisaties zijn per definitie overdreven en versimpeld. Stereotypen staan los van de eigen ervaring, zijn bestand tegen verandering, wijken af van de realiteit en het gaat vaak bij stereotypen om een onrechtmatige generalisatie die samenhangt met de emotie. Meer kennis van de groep die je schaart onder het stereotype leidt vaak niet tot een vermindering of verandering van het stereotype.26 Stereotypen en mythen zijn een mentale conceptie. Ze zijn een middel om de wereld om je heen te interpreteren. Ook al zijn ze onvermijdelijk onjuist, ze hebben een bepaalde relatie tot de realiteit. Stereotypen zijn een vermenging van menselijke fantasie en de realiteit. Stereotypen zijn projecties van karakteristieken van een kleine groep of een individu die op een grotere groep betrokken worden. Deze projectie hangt samen met het beeld dat er over de eigen groep bestaat.27 De basis voor veel stereotypen over de Balkan is dat de Balkan het resultaat is van conflicten tussen grotere staten. Dat zorgde ervoor dat er geen strijd is geweest tegen een gemeenschappelijke heerser. Verschillende groepen in de samenleving steunden verschillende overheersers en dus was er meer interne strijd dan eenheid. Dat voedt veel stereotypen en mythen over de Balkan en houdt ze levend.28 De belangrijkste kenmerken van balkanisme die ik zal gebruiken voor mijn analyse van Dracula zijn met name de definiëringstermen die gebruikt worden om het verschil te duiden tussen West-Europa en de Balkan: moderniteit en civilisatie. Daarnaast is het vormen van een zelfbeeld door de Balkan op basis van het Westerse stigma erg belangrijk. Dit is namelijk ook het belangrijkste argument om balkanisme een vorm van oriëntalisme te noemen. Inhoudelijk draait balkanistische beeldvorming vooral om een mannelijke in plaats van vrouwelijke associatie met de middeleeuwen. De Balkan zou een primitieve, bijgelovige en ongeorganiseerde samenleving zijn die de overgang is tussen geciviliseerd Europa en de Oriënt. Het hoort bij de samenleving Europa maar daarbinnen is het de donkere kant. Ik zal met name mijn aandacht in de analyse richten op deze inhoudelijke kenmerken van balkanisme maar ook op de vorm van beeldvorming en stereotypen. Daarbij is belangrijk dat stereotypen en beeldvorming losstaan van de eigen ervaring, per definitie afwijken van de realiteit en dat meer kennis van een regio of groep niets afdoet aan het stereotype.

26 Wandycz, 5. 27 André Gerrits, ‘Introduction’ in . André Gerrits en Nanci Adler ed., Vampires Unstaked: National Images, Stereotypes and Myths in East Central Europe(Amsterdam 1995) 1-5. , aldaar 1-3. 28 Alexandre Dutu, ‘The Politicization of Myths: The Transylvanian Case’ in André Gerrits en Nanci Adler eds.,Vampires Unstaked: National Images, Stereotypes and Myths in East Central Europe (Amsterdam 1995) 89-99, aldaar 93.

10


In mijn analyse van de figuur Graaf Dracula heb ik mijn aandacht vooral gevestigd op de inspiratiebronnen van Bram Stoker. Zo zal de analyse dus ook geordend zijn. De figuur Dracula wordt omschreven in Dracula als een lange, maar niet opvallend lange, oudere man. Hij is compleet in het zwart gekleed en heeft een gladgeschoren gezicht om een grote witte snor na. Hij is van adel, spreekt meerdere talen vloeiend en leeft in een gotische kasteelruïne. Ook al is graaf Dracula het monster van het verhaal, hij heeft hele herkenbare menselijke emoties. Hij kent geen vrees en is heel sluw en tactisch ingesteld.29 In de tijd van Stoker was er door Russische pogroms een sterke immigrantenstroom van Oost-Europese joden in Groot-Brittannië. Er werd op deze immigranten uit minder ontwikkelde regio’s neergekeken en zo ontstond er sterk antisemitisme. Veel boeken werden populair omdat hoofdpersonen sinistere joden waren. Dit maakte de verhaallijnen herkenbaar omdat het de vooroordelen van het volk onderschreef.30 Ook de figuur Dracula kan geplaatst worden in de categorie sinistere joodse hoofdpersonen. Tegen één van de hoofdpersonen wordt namelijk de opmerking gemaakt dat de spullen van Dracula stinken naar Jeruzalem.31 Daarnaast zijn er andere, met name uiterlijke kenmerken. De graaf heeft een sterk gezicht met een lange dunne neus en grote donkere wenkbrauwen. Ook de adem van de graaf stinkt en hij gaat middenin de joodse gemeenschap van Londen wonen. Dat waren in die tijd kenmerken die als typisch Joods werden gezien.32 Stoker gebruikte veel vooroordelen over joden van zijn tijd om de angst voor Dracula reëler te maken. Behalve antisemitische aspecten bevat de omschrijving van graaf Dracula ook antislavische en antirussische aspecten. Groot-Brittannië en Rusland waren grote concurrenten op het wereldtoneel. Veel van de beeldvorming die in Groot-Brittannië bestond over de Russische tsaar vinden we ook terug bij Dracula. Het is beeldvorming die

29 Clive Leatherdale, Dracula: The Novel and the Legend (Wellingborough 1985) 101-105. 30 John Edgar Browning en Caroline Joan Picart, ‘Introduction: Documenting Dracula and Global Identities in film Literature and Anime’ in John Edgar Browning en Caroline Joan Picart eds., Draculas, Vampires and other Undead Forms: Essays on Gender, Race and Culture, . (New York 2009) , ix-xxii, aldaar xiv En Jimmie Cain, ‘Racism and the Vampire: The Anti-Slavic Premise of Bram Stoker’s Dracula’ in John Edgar Browning en Caroline Joan Picart eds., Draculas, Vampires and other Undead Forms: Essays on Gender, Race and Culture (New York 2009) 127-135, aldaar 127-129. 31 Leslie S. Klinger, The New Annotated Dracula. (New York 2008) 326. 32 Browning en Picart, xiv. Cain,: 127-129.

11


voornamelijk draait om associaties met vleermuizen, wolven en zigeuners. Dracula is ook geïnspireerd op Russische en Oost-Europese vorsten uit het verleden zoals Ivan de Verschrikkelijke en Vlad Tepes. De beeldvorming rond Dracula is hetzelfde als de beeldvorming rond deze historische figuren. De eerdergenoemde dierlijke kenmerken komen overeen maar ook de sterke afkeer van christelijke tekens als kruisen en wijwater komen in beide beeldvormingen voor. Het gaat in beide gevallen om anti rationele en intuïtieve figuren.33 Een belangrijke inspiratiebron waren reisverhalen, onder andere van Stoker’s broer, over de Turks-Russische oorlog van 1876. In deze verhalen komen veel verhalen over verkrachtingen van jonge Turkse vrouwen voor. In het boek verkiest graaf Dracula het bloed van jonge vrouwen.34 Stoker baseerde Dracula ook op zijn eigen levenservaring. Zoals Dracula als vreemdeling uit Transsylvanië naar Londen komt omdat hij daar meer uitdaging ziet, zo kwam Stoker zelf vanuit Dublin naar Londen in de hoop op beter werk. In beide gevallen blijven ze echter de vreemdeling en worden ze ook zo gezien.35 Stoker’s Dracula is niet het eerste vampierverhaal. Het is dan ook essentieel om te kijken naar hoe vampiers voor Dracula werden omschreven in literatuur. Vampierverhalen bestaan al heel lang, bijna overal ter wereld. Elke cultuur heeft zijn eigen variant van de vampier. Elke vampierfiguur is zoals veel monsters in folklore een reactie op sociale, economische of politieke omstandigheden. De folkloristische vampier is een historische ruimte waarin angsten en wensen een plek konden vinden. In de achttiende eeuw komen vampierverhalen ook in de literatuur op nadat vampiers in bijgeloof steeds meer werden afgescheiden van ander bijgeloof als heksen en weerwolven. Er komt een type vampier in Westerse literatuur op die min of meer dezelfde kenmerken heeft in verschillende verhalen.36 Aanvankelijk waren vampierverhalen sterk wetenschappelijk georiënteerd. Centrale vragen waren ‘Wat is een vampier?’ en ‘Hoe kom je er vanaf?’.37 In de Romantiek werd de vampier een synoniem voor veel emoties. Inbeelding van vampiers was niet langer alleen horror, maar het diende een hoger doel. Het idee van levensenergie overdragen fascineerde

33 Leatherdale, 101-105. 34 Christopher Frayling, Vampyres: Lord Byron to Count Dracula. Londen: Father and Faber, 1992: 345. Cain, 129-133. 35 Lisa Hopkins, Bram Stoker: A Literary Life. New York: Palgrave MacMillan, 2007: 12, 21. 36 Santiago Lucendo, ‘Return Ticket to Transylvania: Relations between Historical Reality and Vampire Fiction’ in John Edgar Browning en Caroline Joan Picart eds. ,Draculas, Vampires and other Undead Forms: Essays on Gender, Race and Culture. (New York 2009) 115-127, aldaar 115 en Klinger, 570-571. 37 Matthew Beresford. From Demons to Dracula: The Creation of the Modern Vampire Myth (Londen 2008) 115.

12


de schrijvers enorm.38 In de negentiende eeuw grepen schrijvers alles aan om een interessant beeld te creëren. Vampierverhalen werden in deze tijd combinaties van de vroegere folklore, klassieke mythologie, reisliteratuur en andere gotische werken.39 Het eerste vampierverhaal waarin alle losse elementen van vampirisme in één stuk verwerkt zijn is The Vampyre van John Polidori, gepubliceerd in 1819. Polidori baseerde zijn vampier op de bekende folklore over vampiers en voegde hier de decadentie van zijn baas Lord Byron aan toe. Lord Byron was in deze tijd zelf een grote schrijver en stond bekend om zijn extravagantie. De vampier in The Vampyre is een Britse aristocraat met vampiereigenschappen. Het verhaal was een succes, maar eigenlijk alleen omdat iedereen dacht dat Lord Byron het geschreven had.40 Reisverhalen speelden ook een belangrijke rol in het verhaal. De hoofdpersonen reizen in het boek heel West-Europa door.41 The Vampyre werd de inspiratiebron voor de literaire vampier. Hij was aristocratisch, wereldvreemd en kwaadaardig, maar ook heel intelligent en erotisch geladen. Hij was een typische Byronische held. Griekenland werd door The Vampyre een echt vampierland. De meeste vampierverhalen uit deze tijd gingen over Oostenrijk of Griekenland.42 Veel van deze kenmerken komen ook terug in Dracula. Een ander belangrijke inspiratie voor Dracula was Varney the Vampyre van James Malcolm Rymer, gepubliceerd in 1845. Dit speelde zich af in Stiermarken, in Oostenrijk. Ook hier gaat het om een Britse aristocraat met voornamelijk erotiserende elementen van de vampier. Dit wordt gecombineerd met wetenschappelijke methoden om vampiers te vermoorden. Deze methoden komen ook in Dracula terug.43 In zowel Varney the Vampyre als The Vampyre gaat over vampiers als lange bleke figuren met extreem witte tanden en donkere kleding. Hierin zijn graaf Dracula en ook Stoker niet uniek.44 Er zijn maar weinig gotische vampierverhalen die zich afspelen in Oost-Europa of gaan over Oost-Europese vampiers zoals Dracula. Er is maar één ander groot werk die hier wel melding van maakt. In Arthur Conan Doyle’s The Sussex Vampire maakt hoofdpersoon Sherlock Holmes zijn assistent duidelijk dat een vampier niet een verdachte kan zijn in een moordzaak, hoeveel

38 39 40 41 42 43 44

Leatherdale, 48-49. Lucendo, 116. Beresford, 116-118. Frayling, 107-128. Browning, xiv en Klinger, xxix-xxxii En Leatherdale, 51. Beresford, 120-122. Klinger, xxviii-xxx.

13


folklore zijn assistent ook gelezen heeft. Het gaat hier om een rationele ontkrachting van het bestaan van vampiers.45 Na The Sussex Vampire is het vampiergenre uitgeput. Het einde van de Victoriaanse tijd luidde het nieuw leven in. Er kwam meer interesse voor horror en het vreemde in de literatuur. Stoker gebruikte veel elementen van karakters uit andere werken, zoals Oscar Wilde’s The Picture of Dorian Grey en Stevenson’s Dr. Jekyll and Mr. Hyde. Vooral elementen van verleiding passen perfect in de literaire traditie van die tijd.46 De enige kenmerken die Bram Stoker zijn graaf Dracula meegaf die in weinig andere literaire bronnen over vampiers te vinden zijn, zijn het ontbreken van een schaduw, het niet te fotograferen zijn, de bovennatuurlijke kracht, vormveranderingen en telepathische krachten. Deze kenmerken zijn echter terug te vinden in veel folklore.47 De wreedheid in Dracula draait vooral om thema’s als bloedlust, onderdrukking, Goddelijke wraak, macht en dominantie. Dat is een literaire trend die gaande was in de tijd dat Dracula gepubliceerd werd.48 De eerste introductie van Dracula in Dracula is: “A tall old man, clean shaven save for a long white moustache, and clad in black from head to foot without a single speck of color about him anywhere.”49 In deze introductie is Dracula zeker niet anders dan andere literaire vampiers van Stoker’s tijd. Bram Stoker zorgde ervoor dat de aristocratische vampier de norm werd.50 De figuur Dracula is dus in zekere zin een beeldvorming gericht op Oost-Europa, maar is net zo sterk een product van literaire traditie. Daarnaast spelen teveel andere inspiratiebronnen een grote rol zoals Stokers eigen levenservaring en antisemitische gevoelens uit zijn omgeving. In mijn conclusie zal ik de beeldvorming die wel gericht is op Oost-Europa koppelen aan de kenmerken die ik gedestilleerd heb uit de historiografie over balkanisme.

45 46 47 48 49 50

Klinger, xxix-xxxii. Leatherdale, 53-54. Klinger, 572-573. Browning, x. Klinger, 42. Browning, x.

14


Mijn analyse van de regio Transsylvanië zal vooral gaan over de inhoudelijke kenmerken van balkanistische beeldvorming. Er zullen echter ook zaken aan bod komen die gaan over de totstandkoming van de beeldvorming van het gebied door Stoker. Het is belangrijk om te onthouden dat Dracula geschreven is in een tijd waarin Groot-Brittannië ’s werelds grootste rijk was op basis van industriële en economische voorsprong. Hiermee kwam een superioriteitsgevoel tot stand dat ertoe leidde dat ze ook dachten dat ze primitievere volkeren moesten begeleiden in hun weg naar moderniteit en christendom. In Groot-Brittannië heerste een maatstaf van beschaafd gedrag dat de hele periode typeert als victorianisme. In veel populaire werken uit deze tijd staat ontsnapping aan deze gedragscode centraal. Vaak gaat het dan om een metafoor en worden ontsnappingen naar vreemde werelden omschreven. Dracula wordt daar ook bij geplaatst omdat het zich zo ver afspeelt van het beschaafde West-Europa.51 In Joseph Conrad’s The Heart of Darkness wordt bijvoorbeeld Congo ontdekt op ongeveer dezelfde wijze als de ontdekking van Transsylvanië in Dracula. Bij dit soort ontdekkingen was het vreemde altijd duister maar had het wel een grote aantrekkingskracht op de hoofdpersoon. In Dracula is dit ook zo aangezien Transsylvanië na de dood van graaf Dracula nog een keer bezocht wordt door de hoofdpersonen, maar dan als een vakantie.52 Bram Stokers omschrijving van de regio had tot gevolg dat veel meer gotische literatuur zich ging richten op Oost-Europa. Stoker’s beeld kwam tot stand op basis van architectuur, kaarten en reisverhalen. Vampiers stonden hier los van en kwamen eerst vooral uit Oostenrijk en Stoker was dit aanvankelijk ook van plan. Op basis van reisverhalen besloot hij later tot Transsylvanië.53 Uiteindelijk bleek Dracula juist daarom beter te worden. Omdat graaf Dracula ver verwijderd was van de lezers werd het een aannemelijkere angst. Hoe meer van Europa zich moderniseerde en rationaliseerde, hoe verder dit soort verhalen zich van West-Europa afspeelden.54

51 52 53 54

Klinger, xix-xxi. Wilt, 621. Lucendo, 116. Lucendo, 117.

15


Negatieve aspecten wat betreft de ontwikkeling van het gebied werden al langer verbonden aan de Balkan. Al in 1532 wordt de Balkan al omschreven als een minder ontwikkelde regio door dichters. In het boek heerst de opvatting dat het oosten minder is omdat het lang onder invloed stond van de Ottomanen.55 De hoofdpersoon, Jonathan Harker, merkt namelijk, als hij onderweg is naar Transsylvanië, op dat de brug over de Donau het verlaten van het westen is: “The impression I had was that we were leaving the West and entering the East; the most Western of splendid bridges over the Danube, which is here of noble width and depth, took us among the traditions of Turkish rule.”56 Informatie voor de reis die de hoofdpersoon aflegt haalde Stoker uit een reisgids: Baedeker’s Southern Germany and Austria including Hungary and Transylvania. Hij wist hieruit hoe lang bepaalde treinafstanden duurden en welke hotels realistisch waren om te gebruiken in het verhaal. Veel omschrijvingen van de regio haalde Stoker ook uit dit werk.57 Bram Stoker deed veel onderzoek voordat hij Dracula schreef. Hij bezocht nagenoeg alle locaties waar hij zijn verhaal zou laten afspelen. Van de Londense dierentuin tot ZuidDuitsland. Hij bezocht de locaties om te zien of de setting wel romantisch genoeg was.58 Transsylvanië heeft hij echter nooit bezocht. De omschrijving van die regio is los van zijn persoonlijke ervaring geschreven.59 Er waren lange tijd geen kaarten van de regio beschikbaar. In Stokers tijd werd de Balkan juist als bestemming ontdekt. Ook dit is verwerkt in Dracula: “I was not able to light on any map or work giving the exact locality of the Castle Dracula as there are no maps of this country as yet to compare with our own Ordnance Survey maps.”60 Deze vergelijking geeft aan dat de Balkan als minder ontwikkeld werd gezien omdat het minder in kaart gebracht is dan Groot-Brittannië. Jonathan Harker reist naar Transsylvanië met de trein. De trein zelf is een sterk symbool van moderniteit en industrialisering. Ook in Stokers tijd was dit al zo. Hij kan echter niet helemaal tot zijn bestemming komen met de trein en dus eindigt de moderniteit eigenlijk waar hij niet verder kan met de trein. Het is een metafoor dat Jonathan verder moet reizen met een koets over hobbelige wegen.61 “It is an old tradition that they [de wegen in het

55 Roberto Fernandez Retamar, “On Dracula, the West, America, and Other Inventions.” The Black Scholar 35, no. 3. (2005): 22, 25-26. 56 Klinger, 9. 57 Frayling, 345. 58 Frayling, 297-299. 59 Hopkins, 21. 60 Klinger, 16. 61 Lucendo, 117.

16


Carpathische gebergte] are not to be kept in too good order.”62 De treinen die hij neemt zijn echter niet al te positief omschreven door Jonathan: “It seems to me that the further East you go, the more unpunctual are the trains.”63 De trein werkt als een tijdmachine. Met het symbool van moderniteit verlaat hij diezelfde moderniteit naar een vorig historisch stadium met minder moderniteit en civilisatie. Vanuit de trein ziet hij vele Oost-Europese volken voorbij komen. De beschrijvingen daarvan zitten vol met noties over een gebrek aan moderniteit. “At every station there were groups of people … Some of them were just like the peasants at home or those I saw coming through France and Germany .. but others were very picturesque.”64 Pittoresk geeft aan dat het een volk is dat doet denken aan iets uit het verleden. In Transsylvanië leefde een kleine groep Slowaken, dat wist Stoker van secundaire literatuur. Een gruwelijke moord die tijdens de reis plaatsvind wordt zonder verdere kennis toegewezen aan een Slowaak: “This is the work of a Slovak!”65 Dat omschrijft Slowaken als een onrustig moordlustig volk. Veel vrouwen van deze volken worden omschreven als niet beschaafd. Ze dragen namelijk vooral kleding die te strak is voor bescheidenheid. Ook de zigeuners komen er niet goed vanaf. Zij staan buiten de wet en dat is een negatieve omschrijving. Het kan betekenen dat de zigeuners criminelen zijn en het kan betekenen dat het rechtssysteem niet goed werkt in de Balkan.66 De volken van de Balkan worden omschreven als heel bijgelovig: “I read that every known superstition in the world is gathered in to the horseshoe of the Carpathians, as if it were the centre of some sort of imaginative whirlpool.”67 Stoker was zich goed bewust van Transylvanische bijgeloven. Hij las als inspiratie voor Dracula namelijk veel boeken over bijgeloof in de Carpathen. Het bijgeloof was één van de belangrijkste redenen het verhaal te verplaatsen naar Transsylvanië. Wetenschap vanuit het westen had bijgeloof in demonen steeds verder verdrongen naar het oosten.68 Moderne uitvindingen moedigen het bijgeloof van de volken in Dracula verder aan: “The men were scared every time we turned our electric lamp on them and fel on their knees and prayed.”69

62 63 64 65 66 67 68 69

Klinger, 28. Klinger, 16. Klinger, 20. Klinger, 467. Klinger, 23. Klinger, 16. Frayling, 320. Klinger, 477.

17


Ook in de omschrijving van de levensstijl en woonplaats van graaf Dracula is zeer negatief en sterk gericht op het gebrek aan moderniteit: “The driver was in act of pulling up the horses in the courtyard of a vast ruined castle.”70 Er zijn echter meer tegenstellingen te vinden. Zo wordt het gebied neergezet als sterk oorlogsgezind: “The Turk should think that they were preparing to bring in foreign troops. And so hasten the war which was always really at loading point.”71 Transsylvanië was een regio die vaak onder controle van grootmachten was gebracht. Dit werd tegenover Groot-Brittannië gezet. Groot-Brittannië was juist een grootmacht die veel minder ontwikkelde regio’s onder haar controle had gebracht.72 In het laatste deel van het boek reist een gezelschap samen met Jonathan naar Transsylvanië om Dracula te vermoorden. Hierin zit een interessante metafoor dat ze Dracula moeten vermoorden om het oosten te civiliseren en tot een vorm van beschaving te brengen.73 Er zijn ook vermeldingen van het lijfeigenschap dat nog bestaat in de regio. Zo zegt Dracula over zichzelf: “Here I am noble … the common people know me and I am master.”74 De regio wordt sterk omschreven door Dracula’s vermogen om dieren te beheersen. Zigeuners en wolven beschermen hem het hele verhaal lang. Transsylvanië is een voorwetenschappelijk Europa. Het contrast met Londen is enorm. Stokers boek zet tijden tegenover elkaar. De locaties die hij omschrijft zijn niet alleen omgevingen maar ook levensstijlen. Transsylvanië is een ingebeelde historische ruimte en een manier waarop Victoriaanse schrijvers als Stoker andere minder moderne subjecten konden omschrijven.75 Dit beeld van Transsylvanië heeft het echte Transsylvanië sterk beïnvloedt. Roemenië heeft Dracula zelfs als nationaal symbool aangenomen. Het gaat daarbij ook om historische figuur Vlad Tepes maar dankzij Stoker valt Vlad Tepes niet meer los te zien van de literaire figuur Dracula.76 Al met al omschrijft Stoker Transsylvanië als een regio met mysterieuze gebergten en wateren. Een gebied dat overheerst wordt door mist en duisternis. Het is een nietontwikkeld land met veel boeren. Er is weinig leven en een sterk bijgelovige plaatselijke bevolking.77 Een woord dat hij vaak gebruikt is pittoresk. Dat betekent dat aan de ene kant

70 71 72 73 74 75 76 77

Klinger, 38. Klinger, 29. Wilt, 621. Lucendo, 118-119. Klinger, 52. Lucendo, 120-121. Lucendo, 122. Leatherdale, 108.

18


Transsylvanië een minder ontwikkelde regio is maar dat het niet per se slecht is dat ze minder ontwikkeld zijn. Pittoresk is ook een woord dat als positief wordt gehanteerd. Transsylvanië wordt echter met name omschreven als een vreemde duistere omgeving: “We seem to be drifting into unknown places and unknown ways; into a whole world of dark and dreadful things.”78

78 Klinger, 476.

19


De beeldvorming omtrent vampiers in Bram Stokers Dracula heeft enorme invloed gehad op zowel de kunstzinnige traditie wat betreft vampiers als op de manier waarop we naar de Balkan en specifiek naar Transsylvanië kijken. In mijn eerste hoofdstuk heb ik vastgesteld dat beeldvorming een aantal kenmerken moet omvatten wil het gedefinieerd kunnen worden als balkanisme. Het moest een verschil zijn op basis van de termen moderniteit en civilisatie. Ook is het belangrijk dat er een bepaalde mate van zelfdefiniëring plaatsvindt op basis van de Westerse definiëring van de Balkan en dat het Westen zichzelf ook probeert te definiëren op basis van de beeldvorming. Daarnaast zijn verwijzingen met een mannelijke lading naar de middeleeuwen heel belangrijk. Uiteindelijk komt balkanistische beeldvorming er op neer dat de Balkan een primitieve, bijgelovige en ongeorganiseerde kant van Europa is. In de beeldvorming is dit overwegend een negatief beeld. Deze beeldvorming ontstaat los van de eigen ervaring, wijken per definitie af van de realiteit en meer kennis van een groep of regio verandert de beeldvorming niet ingrijpend. De analyse van de figuur Dracula in Dracula toont dat de figuur Dracula een samenkomst is van heel veel bronnen. Antisemitisme, levenservaringen van Stoker en literaire traditie zorgen ervoor dat de figuur Dracula lastig een product van balkanistische beeldvorming genoemd kan worden. Dracula is echter een figuur waarop zeker balkanistische kenmerken van toepassing zijn. Er zitten sterke antislavische en antirussische kenmerken in. Maar de figuur Dracula is dus ook een antisemitische karikatuur. Daarnaast is graaf Dracula het eindproduct van een lange literaire traditie en folkloristische verhalen. Dracula is dus niet de uitvinding van Stoker te noemen. De sterke antislavische en antirussische kenmerken zijn gebaseerd op enkele historische Oost-Europese vorsten. Dat maakt het tot een stereotype dat in het balkanistische discourse past. Dracula is dus slechts deels een product van balkanistische beeldvorming. Het is echter geen figuur die zelfdefiniëring inhoudt van Groot-Brittannië. Wel definieerde de Balkan zich steeds meer aan de hand van de figuur Dracula. Het werd zelfs het nationale symbool voor Roemenië. Het is in ieder geval een beeldvorming die gebaseerd is op rationeel versus intuïtie. Er ontbreken belangrijke kenmerken van balkanisme zoals de termen moderniteit en civilisatie. Dracula is voor een deel dus goed te plaatsen in het balkanisme maar grotendeels niet. 20


Transsylvanië en meer algemeen Oost-Europa is beter te plaatsen onder de noemer balkanisme. De tegenstelling tussen de Balkan en Groot-Brittannië wordt door het hele boek heen een tegenstelling tussen moderniteit en achterstand genoemd. Daarnaast is het ook een tegenstelling van bijgeloof tegenover christendom. De regio is echter niet alleen negatief omschreven. De mysterieuze bergen en wateren hebben ook een aantrekkingskracht op de hoofdpersonen. Ze gaan er later zelfs naartoe op vakantie. Het is een beeld dat ontstaan is los van Stokers eigen ervaring met de regio en het is een beeld dat past bij het tijdsbeeld van de Balkan vanuit Groot-Brittannië ondanks dat Stoker heel goed wist hoe de regio echt was op basis van secundaire literatuur. Behalve Dracula’s kasteel is er weinig sprake van een middeleeuwse mannelijke associatie, maar het vrouwelijke aspect dat oriëntalisme zo sterk vormt ontbreekt volledig. Een belangrijk woord dat Stoker gebruikt bij het omschrijven van de regio is pittoresk. Dit geeft goed aan hoe zijn houding tegenover de regio was. Het was een regio die in een eerder stadium van ontwikkeling leefde, maar dat maakte het niet per se slechter. Het maakte de regio juist heel interessant. Er vallen echter meer negatieve kenmerken toe te dichten op basis van Stoker’s omschrijving dan positieve kenmerken. Transsylvanië wordt als een mysterieuze en duistere omgeving omschreven en dat past goed in het balkanistische discourse. Transsylvanië is goed te beschouwen als de donkere kant van Europa in Dracula. Het is een duistere wereld tegenover het verlichte Groot-Brittannië. Er zijn zelfs voorbeelden aan te wijzen waarin de functie als overgangsgebied tussen West-Europa en Azië aangeduid wordt. Een functie die door de Balkan zelf overgenomen is en als essentiële identiteit is gaan gelden. Ook zegt de omschrijving van Bram Stoker veel over hoe Groot-Brittannië zichzelf zag. Het superioriteitsgevoel van Groot-Brittannië is nog veel sterker merkbaar dan de negatieve omschrijving van de Balkan. Dracula is goed te definiëren als een balkanistische roman ook al valt de figuur Dracula niet helemaal in het balkanistische discourse. De omschrijving van de regio Transsylvanië en daarmee ook de omschrijving van enkele andere delen van Oost-Europa maakt duidelijk dat Stoker de Balkan zag als de donkere kant van Europa.

21


Arata, Stephen D, ‘The Occidental Tourist: Dracula and the Anxiety of Reverse Colonization’ Victorian Studies 33, 4. (Zomer 1990) 621-645. Bakic-Hayden, Milica, ‘Nesting Orientalisms: the case of Former Yugoslavia’ in Slavic Review 54, 4. (Winter 1995), 917-931. Beresford, Matthew, From Demons to Dracula: The Creation of the Modern Vampire Myth (Londen 2008). Browning, John Edgar en Caroline Joan Picart, ‘Introduction: Documenting Dracula and Global Identities in film Literature and Anime’ in John Edgar Browning en Caroline Joan Picart eds., Draculas, Vampires and other Undead Forms: Essays on Gender, Race and Culture, (New York2009) ix-xxii. Cain, Jimmie, ‘Racism and the Vampire: The Anti-Slavic Premise of Bram Stoker’s Dracula’ in John Edgar Browning en Caroline Joan Picart eds, Draculas, Vampires and Other Undead Forms: Essays on Gender, Race and Culture (New York 2009) 127-135. Carrier, James, Occidentalism: Images of the West (New York Jaar?) Dutu, Alexandre, ‘The Politicization of Myths: The Transylvanian Case’ in André Gerrits en Nanci Adler eds, Vampires Unstaked: National Images, Stereotypes and Myths in East Central Europe (Amsterdam 1995) 89-99. Frayling, Christopher, Vampyres: Lord Byron to Count Dracula (Londen 1992). Gerrits, Andre, ‘Introduction’ in André Gerrits en Nanci Adler eds, Vampires Unstaked: National Images, Stereotypes and Myths in East Central Europe (Amsterdam 1995) 1-5. Hopkins, Lisa, Bram Stoker: A Literary Life (New York 2007). Huntington, Samuel P, ‘The Clash Of Civilizations?’ in Foreign Affairs 72, 3. (Zomer 1993), 22-49. Klinger, Leslie S., The New Annotated Dracula (New York 2008). Leatherdale, Clive, Dracula: The Novel and the Legend (Wellingborough 1985).

22


Lucendo, Santiago, ‘Return Ticket to Transylvania: Relations between Historical Reality and Vampire Fiction’ in John Edgar Browning en Caroline Joan Picart eds, Draculas, Vampires and other Undead Forms: Essays on Gender, Race and Culture, (New York 2009) 115-127. Retamar, Roberto Fernandez, ‘On Dracula, the West, America, and Other Inventions’ in: The Black Scholar 35, 3 (2005) 22-29. Saïd, Edward W., Orientalism (New York 1978). Steinz, Pieter, Made In Europe (Amsterdam 2014). Todorova, Maria, Imagining The Balkans (New York 2009). Vogel, Sandor, ‘Transylvania: Myth and Reality: Changing Awareness of Transylvanian Identity’ in André Gerrits en Nanci Adler eds, Vampires Unstaked: National Images, Stereotypes and Myths in East Central Europe., (Amsterdam 1995) 69-89.. Wandycz, Piotr, ‘Western Images and Stereotypes of Central and Eastern Europe’, in André Gerrits en Nanci Adler eds, Vampires Unstaked: National Images, Stereotypes and Myths in East Central Europe, (Amsterdam 1995) 5-25. Wilt, Judith, ‘The Imperial Mouth: Imperialism, the Gothic and Science Fiction’ Journal of Popular Culture 14, 4 (lente 1981) 618-628. Wolff, Larry, Inventing Eastern Europe: The Map of Civilization on the Mind of the Enlightenment (Stanford 1994).

Internetbronnen: The Internet Movie Database; zoekterm: ‘Dracula’; http://www.imdb.com/find?ref_=nv_sr_fn&q=dracula&s=all

23


AUTEURSRECHT


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.