[ 22 ] #DIV stadsglossy van Veenendaal
Even aanbellen op: De Maartvlinderstraat Net zoals het televisieprogramma Man bijt hond belden wij ook aan bij mensen in een willekeurige straat in Veenendaal om even een ‘bakkie’ te doen en te horen waarom zij zo heerlijk in ’t Veen wonen, of misschien juist niet. In deze editie twee gastvrije dames uit de Maartvlinderstraat met elk zo hun eigen verhaal.
Liesbeth en haar zoon Sebastiaan
Familie Habers (Oscar, Liesbeth, Rozemarijn en Sebastiaan)
Zijn jullie echte Veense?
Hoe bedoel je dat precies?
Liesbeth: Nee, wij allebei niet, we wonen hier pas tien jaar. Mijn man Oscar wilde het liefst in bruisend Amsterdam wonen en ik graag in een dorp tussen de weilanden, dus Veenendaal bleek de gulden middenweg. Het heeft van beiden wat.
Heerlijk. In het begin dacht ik: ‘Wat moet ik hier, wordt dít mijn stad?’ Maar Veenendaal heeft alles en bezit toch een dorps karakter. Je hebt een zwembad, een bieb, veel restaurantjes en een theater, alhoewel ik daar nooit heen ga vanwege mijn gehoor.
Het is voor een buitenstaander moeilijk te begrijpen wat doofheid met zich meebrengt en wat je nodig hebt om elkaar wel te verstaan. Gelukkig ben ik erin geslaagd een sociaal netwerk op te bouwen waar een paar rasechte Veenendalers tussen zitten. Ze houden me op de hoogte van alles wat er gebeurt, maar ook van de smeuïge nieuwtjes. En het fijne is dat ik er als niet-Veenendaler, ver genoeg af sta om zelf nooit onderwerp van gesprek te worden. Maar misschien komt dat nog wel, want ondanks dat ik geen druppeltje Veens bloed heb, ben ik me wel een Veense gaan voelen. Ik ben gelukkig hier.
Wat is er met je gehoor?
Wat is je fijnste plekje in huis?
Ik ben 100% doof (niet aangeboren). Ik heb een implantaat waardoor ik nog iets hoor, maar ik ben nog steeds ernstig slechthorend. Ik ben afhankelijk van liplezen. Aansluiting zoeken in een vreemde stad is best moeilijk en al helemaal als je doof bent.
De leren fauteuil bij de open haard. Een heerlijk plekje. Soms zou ik wel willen verhuizen naar die nieuwe wijk dicht bij het bos Prattenburg, maar hier in de Gelderse Blom zit ik weer lekker dicht bij de stad, oh wacht, jullie Veenendalers noemen dat: ‘het dorp’ hè?
En hoe bevalt het?
Liesbeth: Ik ben 100% doof, aansluiting zoeken in een vreemde stad is best moeilijk en al helemaal als je doof bent.